AFSCHEID VAN EEN PIONIER IN MEMORIAM JAAP SCHRÖDER
Op 1 januari 2020, de dag na zijn 94e verjaardag, overleed de barokvioolpionier Jaap Schröder. Vanuit de hele wereld stroomden condoleances binnen die lieten blijken welke enorme invloed deze kamermusicus, dirigent en pedagoog had. Rode draad in het muzikale leven van Schröder was het strijkkwartet. Als jonge violist begon hij in het Nederlands Strijkkwartet. Daarna richtte hij in Nederland het Quartetto Esterhazy op, gevolgd door het Smithson Quartet in de Verenigde Staten en het Skálholt Quartet in IJsland. Schröder heeft veel ensembles als concertmeester geleid, zoals Concerto Amsterdam, de Academy of Ancient Music (met wie hij alle Mozart-symfonieën opnam) en de Smithsonian Players. Jaap Schröder, altijd beleefd en een echte heer, heeft zijn sterke opvattingen over uitvoeringspraktijk vooral kenbaar gemaakt in zijn vertolkingen. Het Quartetto Esterhazy, het eerste strijkkwartet op historische instrumenten, was een baanbrekend ensemble. Na meer dan een jaar studie en repetities heeft dit viertal de wereld van het traditionele strijkkwartet met veel succes geconfronteerd met nieuwe klanken en interpretaties. Het openingsthema van Haydns Kwintenkwartet, gespeeld zonder vibrato en met open snaren, werd ervaren als het spreekwoordelijke toewerpen van de handschoen. Ook als pedagoog was Schröder invloedrijk: zowel voor zijn medemusici als in de rol van docent aan het Conservatorium van Amsterdam en de Schola Cantorum Basiliensis (Zwitserland) fungeerde hij als musicerend voorbeeld. Als gastdocent inspireerde hij studenten van Yale University en de Juilliard School of Music (VS). Tot op het laatst bleef Schröder actief en geïnteresseerd in de wereld om zich heen. Hij had een ijzersterk geheugen, zat nog steeds vol plannen en bleef gepassioneerd om zijn liefde voor muziek door te geven. Tot enkele weken voor hij stierf was hij nog bezig met een lezing, die hij helaas niet meer heeft kunnen geven. Ondanks zijn uitgebreide kennis heeft Schröder altijd beweerd dat hij meer musicus was dan musicoloog. Talloos waren de recensenten en luisteraars die onder de indruk en geïnspireerd raakten door zijn uitvoeringen. Gelukkig heeft hij honderden opnamen aan ons nagelaten plus zijn boek Bach’s Solo Violin Works: A Performer’s Guide. Het is een indrukwekkend oeuvre.
IN MEMORIAM
Op 22 november jl., slechts een paar maanden na zijn pensionering, is de Engelse organist en dirigent SIR STEPHEN CLEOBURY overleden. Hij verwierf vooral faam als director of music van het wereldberoemde Choir of King’s College, Cambridge, een functie die hij maar liefst 37 jaar bekleedde. Stephen Cleobury is 70 jaar geworden.
De Belgische klavierspeler ROBERT KOHNEN is op Tweede Kerstdag gestorven, 87 jaar oud. Hij studeerde orgel in Mechelen en Brussel; als klavecinist was hij autodidact. Vanaf de oprichting in 1972 maakte hij deel uit van La Petite Bande onder leiding van Sigiswald Kuijken. Verder deelde hij het podium met onder anderen Frans Brüggen, Anner Bijlsma en René Jacobs.
Op 30 december 2019 is de Tsjechische gambist en dirigent PETR WAGNER overleden. Hij studeerde bij onder anderen Jaap ter Linden en Wieland Kuijken. Als solist en ensemblespeler was hij actief op talloze festivals. Eind jaren ’90 richtte hij het Ensemble Tourbillon op, dat is gespecialiseerd in zeventiende- en achttiende-eeuws repertoire. Petr Wagner is 50 jaar geworden. EEN MATTHÄUS OMSTREEKS 1770?
Tamelijk algemeen wordt aangenomen dat de Matthäus-Passion van Johann Sebastian Bach al vrij snel na diens overlijden in de vergetelheid raakte, om daar eerst in 1829 dankzij Felix Mendelssohn weer uit te komen. Het Bach-Archiv Leipzig, waarvan Ton Koopman de Präsident is (zie het interview met hem elders in dit blad), deed afgelopen oktober bij het Londense veilinghuis Sotheby’s een aankoop die nieuw licht werpt op de materie. Het betreft een achtdelig handschrift van de Berlijnse kopiist Holstein met de vocale partijen van het slotkoor. Volgens het Bach-Archiv dateert het document van rond 1770. Daaruit rijst het vermoeden dat in ieder geval het laatste deel van Bachs meesterwerk toentertijd meer of minder regelmatig werd uitgevoerd. SAMENWERKING UTRECHT-LEIDEN
Het Festival Oude Muziek Utrecht en de Academy of Creative and Performing Arts (ACPA) zijn een meerjarige samenwerking aangegaan. Het grootste oudemuziekfestival ter wereld en het Leidse onderzoeksinstituut willen artistiek onderzoek tijdens het festival een podium bieden.
De ACPA is onderdeel van de Faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit Leiden en de Hogeschool der Kunsten Den Haag, waaronder het Koninklijk Conservatorium valt. Naast onderzoek in en naar de kunsten biedt het instituut academisch (kunst)onderwijs en organiseert het culturele evenementen op het snijvlak van kunst en kennis. Het Festival Oude Muziek Utrecht werkte op ad-hoc-basis al samen met artiesten en academici die verbonden zijn aan de ACPA. Het festival en de universiteit hebben nu besloten om de samenwerking structureel in te vullen, en artistiek onderzoek zo voor een groot publiek van muziekliefhebbers te ontsluiten.