INSTRUMENTALITEIT
DE FORTEPIANO VAN LODEWIJK NAPOLEON
MUZIEKSCHATTEN IN HET RIJKSMUSEUM
in Parijs. Hoewel dit instrument vijf jaar na de Érard van Beethoven is gebouwd, is het klanktechnisch in wezen identiek aan het exemplaar waaraan de componist tussen 1803 en 1807 zijn muziek componeerde.
Dit jaar markeert de 250ste geboortedag van Ludwig van Beethoven. Over de hele wereld zijn tal van evenementen en culturele activiteiten georganiseerd om deze belangrijke componist te vieren. Drie jaar geleden, ruim voor het huidige festijn, wijdde het Rijksmuseum een feestelijke avond aan Beethoven. Bij die gelegenheid bespeelde de pianist Ronald Brautigam een van de topstukken uit de instrumentencollectie van het museum: de bijzondere fortepiano die in 1808 werd gemaakt door de beroemde gebroeders Érard
Unieke informatiebron Beethovens Érard verhuisde op 6 augustus 1803 van Parijs naar Wenen. Het instrument verschilde in alles van willekeurig welke Weense fortepiano uit die tijd. De nieuwe sonoriteit – vooral de dragende klank en het sterke basregister – had dan ook een directe invloed op de stijl van Beethoven. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de Waldsteinsonate, gecomponeerd tussen 2 november 1803 en 4 januari 1804, en andere pianowerken uit die periode, zoals de Appassionata-sonate en het Vierde pianoconcert. Deze Érard, thans gehuisvest in het Oberösterreichisches Landesmuseum in Linz, werd al tijdens het leven van de componist ingrijpend gewijzigd en is daarom niet langer een relevante informatiebron voor de uitvoering van de genoemde werken. Anders dan de fortepiano van Beetho-
ven en alle andere Érards van deze soort die bewaard zijn gebleven (slechts elf van de ongeveer tweehonderdvijftig geproduceerde instrumenten), bevindt de Érard van het Rijksmusem zich in vrijwel ongerepte staat. Het maakt dit instrument tot een unieke bron van informatie over de uitvoering van Beethovens muziek. 11000 livres De fortepiano werd door koning Lodewijk Napoleon gekocht voor het Koninklijk Paleis in Amsterdam. Het voor die tijd luxueuze instrument kostte de jongere broer van de Franse keizer Napoleon de lieve som van 11000 livres; daarmee was het een van de duurste instrumenten die Érard tussen 1796 en 1808 verkocht. Toen Lodewijk in 1810 vluchtte, bleef de Érard in het Koninklijk Paleis. Daarna werd hij eigendom van de Nederlandse koninklijke familie, die hem in 1962 in langdurig bruikleen gaf aan het Rijksmuseum. Rijk versierd Ondanks de al genoemde klanktechnische overeenkomsten met de fortepiano