
5 minute read
Pleegzorgverhalen en privacy
Voor een campagne van Pleegzorg Vlaanderen vertellen Olivier en Reine, pleegzorgers van X, hoe de weekendpleegzorg in hun gezin verloopt en wat X dan eet, kijkt, doet en speelt. X is door de jeugdrechter geplaatst in een jeugdhulpvoorziening. Op de beelden is hij niet herkenbaar te zien.
Mia getuigt, als ervaren pleegzorger, in het selectietraject van kandidaat-pleegzorgers. Ze vertelt daar over verschillende situaties die zij in haar gezin meemaakte met verschillende pleegkinderen, en hoe ze daarmee omging.
Advertisement
Inge is pleegzorger en blogt over situaties waar je in pleegzorg mee te maken kan krijgen. Ze doet dat aan de hand van uit het leven gegrepen gebeurtenissen bij haar thuis met de eigen pleegkinderen, die ze een andere naam geeft.
Kevin, 19 jaar, vertelt over zijn verblijf bij zijn pleegzorgers, Herman en Lisbeth, sinds hij 3 jaar was. Herman vertelt hoe de mama van Kevin hen vroeg om blijvend voor Kevin te zorgen.
Een groep pleegzorgers gaat samen met de kinderen op vakantie en wisselen onder elkaar foto’s uit van leuke momenten.
Maar mag dat allemaal wel of zijn het inbreuken op de privacy van pleegkinderen en hun ouders?
daaruit blijkt dat zij een maatregel van de Jeugdrechtbank ondergaan. Ook de inhoud van het gerechtelijk dossier mag niet publiek bekend gemaakt worden. De strafbaarheid is niet van toepassing bij vrijwillige jeugdhulp, ook niet als daarvoor de Toegangspoort tussenkwam (perspectiefplaatsingen) of er opvolging is van een consulent van het Ondersteuningscentrum Jeugdzorg of van een Vertrouwenscentrum (OCJ en VK, de ‘gemandateerde voorzieningen’).
Recht op Privacy - recht op afbeelding - GDPR
Art. 22bis Grondwet en art. 16 Kinderrechtenverdrag hebben het over “grondrechten” van elke minderjarige. Eén daarvan is het recht op privacy, waarvan het “recht op afbeelding” een meer concrete toepassing is. Dat houdt in dat een privaat persoon kan weigeren dat zijn of haar foto in de media komt. Een organisatie (rechtspersoon) mag ook niet zomaar persoonsgegevens ‘verwerken’ – in tegenstelling tot een gewone mens in zijn gewone dagelijkse bezigheden –zonder ofwel de toestemming van de betrokkenen, ofwel een wettelijke basis zoals het decreet pleegzorg en decreet Integrale Jeugdhulp.
Pleegzorg is geen gewone dagelijkse bezigheid, maar jeugdhulp. Een pleegzorger moet om de persoonsgegevens van het pleegkind te mo- gen gebruiken dus ook een wettelijke basis hebben, of toestemming van de betrokkene(n). Die wettelijke basis is voor de pleegzorger, naast het decreet pleegzorg en decreet IJH, waarin wordt omschreven wat het doel van pleegzorg is, ook te vinden in andere wetteksten zoals het Burgerlijk wetboek (dagelijks ouderlijk gezag), het onderwijsrecht (inschrijven van pleegkinderen), de patiëntenwet (optreden als vertrouwenspersoon bij medische aspecten), het arbeidsrecht (pleegzorgverlof) … en nog heel wat andere.
Extra bescherming en strafbaarheid
Jongeren die een jeugdhulpmaatregel of een sanctie voor een jeugddelict kregen opgelegd door de Jeugdrechtbank worden extra beschermd door art 433bis Strafwetboek: zij mogen niet herkenbaar in beeld worden gebracht als
Er is geen specifieke omzendbrief over het vervolgingsbeleid van het parket met betrekking tot dit soort situaties. Het strafrechtelijk verbod betreft alleen het ‘bekendmaken’ van een minderjarige “als” minderjarige die onder toezicht staat van de jeugdrechtbank. Of dat in het kader van een jeugddelict is of als minderjarige in onveilige leefomstandigheden, maakt geen verschil. Het is tegen een opzettelijke bekendmaking van de identiteit dat de strafbaarstelling bedoeld is. Bijvoorbeeld: een minderjarige die uitblinkt in keurturnen kan hierover geïnterviewd worden – zolang maar niet blijkt dat zij door de jeugdrechter aan een pleeggezin is toevertrouwd.
Het recht op privacy van de ‘niet-jeugdrechtbank’ minderjarigen (in de vrijwillige/aanvaarde jeugdhulp) houdt in dat hun identiteit ook niet zomaar kan bekendge- maakt worden. Het te kijk zetten van kinderen kan leiden tot een vraag naar schadevergoeding. Een klacht wegens laster en eerroof is ook mogelijk. In plaatsingen zonder jeugdrechtbank, mogen kinderen en de eigen ouders wel verwijzen naar de jeugdhulp. Pleegzorgers (en diensten pleegzorg) moeten wel altijd afwegen of ze met hun eigen inbreng de vertrouwelijkheid van de hulp die ze bieden, niet schaden.’
Het gaat over het ‘publiek maken’ van gegevens waaruit de identiteit van het kind kan blijken: de wettekst gebruikt de woorden ‘publicatie en verspreiding’. Een uitwisseling van foto’s tussen bekenden, louter voor privégebruik, beantwoordt daar niet aan.
Beroepsgeheim
Er moet steeds rekening gehouden worden met het beroepsgeheim van de jeugdhulpaanbieders: dat zijn zowel de begeleiders van de dienst als de pleegzorgers zelf. Zij mogen niet spreken over vertrouwelijke gegevens van een concreet kind of ouders in het kader van de pleegsituatie – ouders en kinderen zelf kunnen dat wel.
Er zijn wel uitzonderingen op die zwijgplicht, waarbij informatie kan worden gedeeld in het belang van het kind, of met zijn toestemming, of om een acuut gevaar te stoppen. Daarover kan je meer lezen in de artikels over beroepsgeheim op www.jeugdrecht.be .
Een pleegzorger die een pleegkind opvangt op basis van een beslissing van de Jeugdrechtbank heeft dus twee strafbepalingen om rekening mee te houden: het niet ‘als kind onder de Jeugdrechtbank’ kenbaar maken van het pleegkind, en de zwijgplicht over de vertrouwelijke gegevens met betrekking tot het kind en de ouders waar hij of zij in het kader van de jeugdhulp weet van heeft.
Bescherming of stigmatisering?
Kinderen en ouders die akkoord gaan met begeleiding, kunnen ook toestemmen in een reportage daarover. Maar wanneer de Jeugdrechtbank tussenkwam, kunnen de minderjarige noch zijn ouders instemmen met die strafbare inbreuk op hun privéleven. Toestemming heft het misdrijf van artikel 433bis SW niet op: de krant of de persoon op facebook die zo’n informatie publiek maakt, kan vervolgd worden.
Wanneer er alleen nog maar tussenkomst is van een gemandateerde voorziening (consulent Ondersteuningscentrum Bijzondere Jeugdzorg of een Vertrouwenscentrum Kindermishandeling), zullen ook de omringende volwassenen mee adviseren of de situatie van het kind of jongere publiek kan getoond worden, in functie van de inhoud van het gebrachte verhaal. Maar dan is er geen strafrechtelijk verbod, noch hebben verwijzers of begeleiders daarin een juridische beslissingsbevoegdheid.
Strafbaar of niet?
• De jongere werd mishandeld en hoogdringend door de Jeugdrechter in bescherming genomen. Enkel de genomen maatregel, maar niet de identiteit van het kind mag publiek worden kenbaar gemaakt (art. 433bis Sw.).
• Ouders vertellen in de pers hoe ze zelf hulp zochten en een beroep konden doen op ondersteunende pleegzorg. Dit is niet strafbaar. Wanneer alle partijen instemmen, is het ook geen onrechtmatige inbreuk op de privacy. Kinderen en alle betrokken mogen herkenbaar in beeld gebracht worden. Wel moet er aandacht gaan naar het beroepsgeheim van de begeleiding en de pleegzorger.

• Pleegjongeren nemen deel aan een theaterproductie van Studio 100. Publicatie van namen of herkenbare foto’s van acterende jongeren is verboden indien daaruit kan blijken dat het om door de jeugdrechter geplaatste jongeren in de jeugdhulp gaat.
• Op school wordt een klasfoto genomen en met toestemming van alle leerlingen en ouders op een schoolkalender geplaatst, die verkocht wordt t.v.v. het oudercomité. Eén van de leerlingen verblijft in een pleeggezin (jeugdrechtbankplaatsing), maar dat kan niet afgeleid worden. Het pleegkind kan dus in beeld gebracht worden, met toestemming van alle betrokkenen.
Schending van de privacy of niet?
De voorbeelden in het begin van het artikel vormen mogelijk inbreuken op de privacy, als de betrokken kinderen en ouders herkenbaar zijn en niet hun toestemming gaven met de manier waarop ze worden voorgesteld. Meestal is dat wel het geval en worden vooraf duidelijke afspraken gemaakt. Over die algemene privacy regels vind je toegankelijke informatie op de website van de Gegevensbeschermingsautoriteit, ikbeslis.be.
Het is een aandachtspunt om geen informatie te geven op basis waarvan kan worden afgeleid over wie het gaat als er geen concrete toestemming is of als het om een jeugdrechtbanksituatie gaat, of als je een persoon met beroepsgeheim bent. Het Agentschap Opgroeien heeft daarom ook eigen aanbevelingen uitgewerkt, met aandacht voor de privacy van de kinderen in de jeugdhulp. Voorzichtig en terughoudend, de grenzen respecteren.
Bronnen: www.ikbeslis.be https://www.rechtspositie.be/nieuws/aanbevelingen-getuigenissen-en-beeldvorming-minderjarigen-in-de-jeugdhulp Arikels op www.jeugdrecht.be:
M. Berghmans, Minderjarigen, pers en privacy (2020)
N. Desmet, De bescherming van persoonsgegevens van minderjarigen (2020)
M. Berghmans en A. Van Looveren, Het gedeeld beroepsgeheim in de integrale jeugdhulp (2021)