Workshop 2 Aan de slag in de leefwereld van de cliënt

Page 1

Thuiscompagnie Workschop 2: “Help, ik zie zoveel … “ Aan de slag in de leefwereld van de cliënt


Wat is gezinszorg? ∗ ∗ ∗ ∗

Een verzorgende verleent hulp bij cliënten aan huis Er is een zorgbehoefte / leerwens bij het gezin Een brede waaier van diensten. Zorg op maat: het hulpaanbod wordt afgestemd op de noden en behoeften van de het gezin ∗ Ter ondersteuning en/of bevordering van de zelfredzaamheid in het thuismilieu. ∗ Ter ondersteuning en/of bevordering van de levenskwaliteit ∗ Zodat het gezin zo lang mogelijk thuis kan blijven wonen (voorkomen of uitstellen van opname of plaatsing)


Wat doet een verzorgende? ∗ Integrale zorg voor woon‐ en leefklimaat ∗ Focus op praktische huishoudelijke taken ∗ Persoonsverzorging ∗ Helpen bij/aanmoedigen van persoonlijke hygiëne ∗ Psychosociale ondersteuning ∗ Actief luisteren ∗ Opvangen van signalen ∗ Stimuleren van zelfzorg ∗ Algemene (ped‐)agogische ondersteuning ∗ Structuur aanbrengen ∗ Ondersteunen bij verzorging en opvoeding van de kinderen ∗ Ondersteunen bij het beheer van het gezinsbudget ∗ Ondersteuning bij administratie en contacten met diensten ∗ Aanmoedigen van therapietrouw


Voorwaarden ∗ Vrijwilligheid van het gezin als uitgangspunt ∗ Minimale intrinsieke motivatie ∗ Leermogelijkheden en leerbereidheid


De vertrouwensrelatie als bedding voor verandering ∗ De vertrouwensrelatie als bedding voor verandering ∗ ‘Beginkrediet’ ∗ Opbouwen van een contact met de gezinsleden ∗ Aandacht voor ‘afwezige’ gezinsleden

∗ Werken vanuit professionele nabijheid ∗ Spanningsveld met professionele afstand


In dialoog met het gezin Inzicht krijgen in hun leefwereld ∗ Kijk vanuit verwondering: Hoe kan je de situatie die zich voordoet begrijpen vanuit het perspectief van het gezin? ∗ Hoe kijken de ouders er zelf naar? En hoe kijken de kinderen? ∗ Aandacht voor de binnenkant: wat zijn hun gevoelens, verwachtingen, onmacht, verlangens, … ? ∗ Hebben ze zelf al geprobeerd om iets aan de situatie te veranderen (inzet)? ∗ Hoe slaagt het gezin erin om te overleven in een precaire situatie (overlevingsstrategieën). Je kan hierover slechts een open dialoog over aangaan als het gezin voelt dat jij je respectvol opstelt, en hen niet veroordeelt.


In dialoog met het gezin: Wat maakt veranderen moeilijk? ∗ “Niet willen” versus “niet kunnen”: ∗ Het niet geleerd hebben ∗ Er niet de middelen voor hebben ∗ Niet meer weten hoe eraan te beginnen ∗ Niet over de juiste informatie beschikken (of die niet begrijpen). ∗ Overspoeld worden door de vele problemen die elkaar versterken ∗ Wel weten wat ze niet meer willen, maar niet weten wat daarvoor in de plaats kan komen. ∗…


Werken aan rust en stabiliteit

∗ Aandacht voor druk, en de manier waarop dit het gezinsfunctioneren beïnvloedt. ∗ Rust en stabiliteit brengen is de meest centrale focus in deze fase. ∗ Het kan zijn dat veranderingsgericht werken nog niet aan de orde is.


Invoegen ∗ Aansluiten bij de thema’s van het gezin ∗ Aansluiten bij het tempo van het gezin ∗ Aansluiten bij de leefwereld van de cliënt


Verhelderen van de hulpvraag: beweeg‐redenen van het gezin ∗ Waar heeft het gezin het meeste last van? ∗ Van extrinsieke motivatie naar intrinsieke motivatie: Wat is de veranderingswens van de gezinsleden? ∗ Perspectief zoeken ∗ Hoe kan er (weer) beweging ontstaan?


Verhelderen van de hulpvraag: Spreken over doelen ∗ Doelen klein en haalbaar maken ∗ Aandacht voor tussendoelen ∗ Focus op één ding tegelijk

∗ De vraag van het gezin afbakenen ∗ Waarden en normen van het gezin ∗ Mandaat van de hulpverlener ∗ Niet elke verandering is een verbetering (voor het gezin)


Installeren van de hulp: verkrijgen van een mandaat ∗ Respect voor de grenzen die het gezin aangeeft ∗ Werkdoelen: werken in het veld van wat het gezin kan toelaten. ∗ Mandaat kan verschuiven tijdens het hulpverleningsproces.


Werkdoelen in context ∗ Wat is voor het gezin de gewenste uitkomst? ∗ Directe doelen en indirecte effecten ∗ Rekening houden met: ∗ ∗ ∗ ∗ ∗

Kwetsbaarheden Motivatie Leermogelijkheden Drukzetting vanuit de omgeving Beschikbare middelen


Werken aan verandering ∗ Omgaan met dagelijkse beslommeringen en crisissituaties. ∗ Aanleren van nieuwe vaardigheden ∗ Versterken wat al lukt en het wegwerken van belemmerende factoren ∗ Bieden van psychosociale en pedagogische ondersteuning.


Wat is vooruitgang? ∗ Wie bepaalt wat vooruitgang is? ∗ Wat is de maatstaf van het gezin?

∗ Oog hebben voor vooruitgang op verschillende domeinen: kijken vanuit levenskwaliteit ∗ Vooruitgang zichtbaar maken


Omgaan met herval ∗ Herval in oude gewoonten is een normaal onderdeel van het proces! ∗ ‘Is de hulp nog zinvol? ‘: het belang van continuïteit ∗ Stilstaan bij de impasse ∗ ∗ ∗ ∗ ∗

Hulpverleningsrelatie Weerstand Tempo Omgevingsfactoren Stressfactoren.

∗ Waar ging het nog goed?


Time‐out als nieuwe kans ∗ Er is een crisis in het gezin ∗ De voorwaarden voor een (veilige) hulpverlening zijn niet meer gegarandeerd ∗ Het gezin vraagt een rustpauze Soms kan het nodig zijn om de hulp tijdelijk te onderbreken, zodat het gezin de kans krijgt om hun situatie zelf terug in de hand te krijgen. Nadien kan de hulp weer hervatten.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.