nr. 21 - 't Limburg Bosbelang - zomer 2008

Page 1

afgiftekantoor: hasselt 1 - 3de afdeling - p3a9010

BelgiÍ–Belgique

driemaandelijks tijdschrift | juli-augustus-september 2008

p.b. hasselt 1 12/675

21 | zomer

+

in dit nummer o.a.

+

Zelf Amerikaanse vogelkers bestrijden Populieren, van economische naar ecologische soort


voorwoord Beheert u Canadapopulieren? Zo ja, bent u tevreden over hun aanwas en gezondheid? En denkt u soms na over hoeveel hun beheer kost ten opzichte van wat ze opbrengen bij verkoop? Veel van onze leden zijn helaas niet erg gelukkig over hun antwoorden op beide voorgaande vragen. Roest, een slechte standplaats of kloon, er kan heel wat fout lopen vóór de bomen kaprijp zijn! Ook andere boomsoorten kunnen het soms teleurstellend doen in uw bos. In dit nummer besteden we heel wat aandacht aan een originele oplossing om met weinig middelen uw bos om te vormen tot een bos met streekeigen soorten.

lekkers uit het bos

De blauwe bosbes (Foto: Vilda)

Daar waar ons hoofdartikel wellicht vooral de leden met bos op rijkere bodems aanbelangt, staan elders vooral soorten van armere bodems in de kijker. Op blz. 10 vinden de doe-het-zelvers onder u de nodige tips voor een verstandige aanpak van Amerikaanse vogelkers. De ‘bospest’ blijft immers voor onze leden (openbare én privé!) vaak een moeilijk te bestrijden soort. Het zijn dan wel allemaal bosplanten, maar hoeveel aangenamer is het om bosbessen in je bos te vinden! Hiernaast vind je, naast informatie voor een bosbesvriendelijker beheer, ook een recept met deze gezonde vruchten. Veel mensen in de bossector worden wel eens ‘groen’ genoemd. Op blz. 8 kan u het echte groentje leren kennen! U ziet, we bieden u weerom een gevarieerd nummer aan. Veel leesplezier! Frank Smeets gedeputeerde van Leefmilieu en Natuur

De bosbes (Vaccinium myrtillus) is een typische plant van de bossen en de heidegebieden in de Kempen. De struik bloeit van april tot juni. Van eind augustus tot eind september zijn de bessen rijp voor de pluk. Enkele weetjes om deze smakelijke en supergezonde vruchten in je bos te houden. De bosbes is een halfschaduwplant. Wanneer je bos te donker wordt, kan hij wegkwijnen. Dat kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van spontane bosontwikkeling. Of van een veranderd bosbeheer, waardoor de bosbessenstruiken minder licht krijgen. Vroeger werden de groeiplaatsen van bosbessen meer opengehouden door dunningen, houtroof, begrazing of hakhoutbeheer. Houd alvast in je achterhoofd dat je bosbessenstruiken licht nodig hebben! Bosbessen zijn gevoelig voor aanrijking van de bodem, bijvoorbeeld door bladstrooisel. Heb je een niet te dicht naaldbos, dan zit het voor de bosbes goed: onder niet al te dicht naaldhout krijgen de struiken immers niet iedere herfst een lading ‘bladafval’ over zich heen. In dichtere bossen met loofhout kan de bosbes het knap lastig krijgen door strooiselaanrijking. Bosbessen blijken ook gevoelig voor stikstofdepositie vanuit de lucht. Die gevoeligheid manifesteert zich een stuk minder op uitgesproken voedselarme bodems, zoals in de Kempen. Op rijkere bodems kan stikstofaanrijking wel een probleem vormen. Bosbessen: supergezonde vruchtjes Bosbessen staan bol van vitaminen en andere gezonde stoffen. 100 g bevatten maar liefst 10 mg vitamine C, 0,1 mg vitamine A, 0,01 mg vitamine B1, 0,02 mg vitamine B2, 0,4 mg vitamine B3 en 0,04 mg vitamine B6. De bessen zijn ook rijk aan flavonoïden, die bekend staan om hun antioxiderende werking.

Bosbessenroomijs: om duimen en vingers van af te likken Bosbessen zijn lekker vers geplukt van de struik. Maar ook in de keuken kan je er veel kanten mee uit. Je kunt ze verwerken in stoofschotels of gebak, of er compote of jam van maken. Dit recept voor bosbessenijs is een echte zomertopper. Ingrediënten 250 g suiker, 1/2 l slagroom, 3 eierdooiers, 1 blaadje gelatine, 500 g blauwe bosbessen. Zorg ook voor een roomijsmachine of een metalen kom waar ruim 1 l in past. Bereiding 1. Pureer de bosbessen, met de hand, met een mixer of door een zeef. 2. Los de suiker op in de bosbessenpuree. Week de gelatine in koud water. 3. Klop de eidooiers los met een klein beetje slagroom, verwarm voorzichtig en voeg dan de rest van de slagroom toe. Flink roeren, niet laten koken! 4. Knijp de gelatine uit en voeg die bij het warme slagroom-ei-mengsel. Dit mengsel voeg je dan bij de puree van bosbessen en suiker. 5. Laat dit geheel afkoelen in een metalen kom in de koelkast. Zet vervolgens de kom met het afgekoelde mengsel in de diepvriezer. Elk half uur moet je de massa goed roeren met de koude lepel. Na ongeveer anderhalf uur heb je softijs. Wil je liever schepijs, dan wacht je ongeveer 3 uur. Smullen maar! Tips - Gedroogd kan je bosbessen tot zes maanden bewaren. - Probeer dit recept ook eens met frambozen, aardbeien, bananen of perziken.

2 | ‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer


bosbeheer

(Foto: Karolien Van Diest)

Hoe en waarom een populierenbos omvormen tot een ijl hooghoutbos van standplaatsgeschikt loofhout? Dat een populierenbos niet altijd de verhoopte opbrengst oplevert, ondervond ook een NoordFranse boseigenaar aan den lijve. Niet alleen was er veel uitval, ook de diameter van de aangeslagen bomen was na 45 jaar ontgoochelend. De Compagnie Forestière du Nouvion suggereerde een originele oplossing voor zijn probleem: een transformatie over een periode van 30 jaar in een ijl hooghoutbos van standplaatsgeschikt loofhout. Geen voor de hand liggende keuze, maar wel een die de investeringskost binnen de perken houdt, en garant staat voor een bos met toekomstperspectief. Korte situering Het bos waarover dit artikel gaat - la forêt de la Queue de Boué - is 125 ha groot en behoort tot het bosgebied van Thiérache in het noorden van het departement van de Aisne. Eind jaren zestig werd het herbebost na een volledige kaalkap. De vader van de huidige eigenaar koos voor populieren - in die tijd een logische keuze. Hij plantte een mix van variëteiten aan: I 214, Fritzi Pauley, Robusta en

vocht vragen. De bodem is lemig tot kleilemig. Dat maakt dit bosverhaal vooral interessant voor onze leden met bos in Haspengouw of elders op rijkere (vallei)gronden. Deze gunstige omstandigheden ten spijt, bleOndanks de uitzonderlijke condities, een ken de verschillende cultivars elk met specifieke problemen te kampen. Zo had variëteit teleurstellend resultaat De klimatologische omstandigheden in het I 214, tuk op warme temperaturen, last van het departement van de Aisne zijn algemeen weerbarstige klimaat in de streek. De Robusta gesproken gunstig voor loofbomen die veel had dan weer moeite met de vochtige bodem. nog enkele andere populierklonen, met een dichtheid van 180 bomen/ha. Het plan was dit bos binnen 25 jaar (periode 1994-1999) te oogsten door middel van een kaalkap.

‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer | 3


Tabel: slaagpercentage per geplante kloon Kloon 214 Fritzi Pauley Robusta Oxford Totaal I

Groeiperiode

Aantal bomen/ha

Slaagpercentage in 1984

1969-1974 1969-1974 1969-1974 1969-1974

9 600 4 800 4 000 400 18 800

13 76 85 90 46

De derde soort, Fritzi Pauley, bleek nog het meest aangepast voor de aanplant in bosverband. De resultaten waren een echte ontgoocheling, met een laag overlevingspercentage (zie bovenstaande tabel). Na 15 jaar bleef ook de gemiddelde diameter - 30 cm - onder de normale waarden voor populieren. Een verrassende uitweg In 1984 klopte de eigenaar ten einde raad aan bij de Compagnie Forestière du Nouvion (CFN). Hij vroeg hen naar een oplossing voor zijn probleem, vertrekkende van de huidige situatie en zijn doelstellingen (een mooi domein, met een goede beheeropvolging en een regelmatige opbrengst met lage investeringskosten). De CFN stelde voor het populierenbestand om te vormen tot een ijl hooghoutbos van standplaatsgeschikt loofhout door de populieren gefaseerd te verwijderen. De boseigenaar kreeg de raad om zich tien jaar lang, van 1984 tot 1994, uitsluitend op de onderetage van het bos te concentreren, om zo de basis van zijn toekomstige bos te selecteren. Zo gezegd, zo gedaan: om de vier jaar spoorde de eigenaar tussen de natuurlijke zaailingen

de beste exemplaren op - één boom om de 12 à 14 m - en markeerde hij populieren die moesten verdwijnen. Heel wat zieke populieren, die de geselecteerde bomen hinderden in hun groei, werden verwerkt tot brandhout en verkocht aan de Belgische papierindustrie. De natuur herstelt zich De reactie en de dynamiek van de bosbestanden waren verbazingwekkend. Ondanks de verstoring en bodemschade die de kaalslagen hadden toegebracht, herstelde de natuur zich stap voor stap. Waardevolle loofhoutsoorten zoals eik, es, gewone esdoorn, berk, els, … schoten vanzelf op. Bij de halftijdse evaluatie, na vijftien jaar van volgehouden inspanningen, werden de resultaten zichtbaar. Maar op het moment van de eerste markeringen kwam het er op aan vertrouwen te hebben in de natuur. De CFN en de eigenaar houden vol: ze blijven bij elke rotatie de beste zaailingen selecteren. Om in het definitieve bosbestand bomen met hoge houtkwaliteit te bekomen, mikken de beheerders op 40 tot 50 bomen/ha, zo gelijkmatig mogelijk verdeeld over de oppervlakte van het bestand.

Vakmanschap belonen werkt! Nadat de eigenaar zich 10 jaar lang op de onderetage had geconcentreerd en de zieke populieren verwijderd had, was het tijd om de goede populieren te oogsten. Door de kwetsbare bodem en de zorg voor de geselecteerde toekomstbomen was het een hele uitdaging om een verzorgde exploitatie te verzekeren. De CFN bood een exploitatie in eigen regie aan voor de stammen (het hout aan de kant van de weg op kosten van de eigenaar). Ze vroeg aan de beheerder om een kwaliteitsbonus vast te stellen - bovenop de basisprijs - in functie van het behaalde resultaat. Het is immers zo dat de houthakkers een grote verantwoordelijkheid hebben: het welslagen van de kap ligt voor een groot deel in hun handen.

Velling Ruiming

Basisprijs/m3

Bonus/m3

Totaal/m3

¤ 5,34 ¤ 5,34

¤ 1,22 ¤ 0,76

¤ 6,56 ¤ 6,10

Voor een ruiming in goede condities organiseert de CFN ieder jaar een onderhandse verkoop in de maand juli. Eind september ligt het hout aan de rand van de boswegen (de droogste periode van het jaar en de minst stresserende tijd voor de houthakkers!). De stammen worden dan ter plaatse tot blokken verzaagd en naar Italië getransporteerd voor de productie van triplexplaten. Het jaarlijks contract betreft 600 tot 800 m³.

4 | ‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer

Economische stabiliteit door diversiteit Slechts 30 % van de met populieren beplante oppervlakte behaalde de beoogde productie. Alleen op dit stuk wordt de beoogde 200 m³ per ha geoogst! Het is duidelijk dat hier onvoldoende licht en ruimte was voor een goede ontwikkeling van loofbomen. Om dit te verhelpen, stelt de CFN voor om in de gelukte populierenbestanden openingen te maken van 1 tot 3 are door telkens 3 of 4 populieren weg te nemen. Op de vrijgemaakte plekken raadt de CFN aan soorten te planten die in het bos in de minderheid zijn, zoals beuk. Of soorten die in het bos helemaal niet voorkomen, maar wel eigen zijn aan de regio, zoals Noorse esdoorn, linde, tamme kastanje of wilde peer. Zonder deze ingrepen maken alleen halfschaduwsoorten een kans. De gewone esdoorn en de es zouden baas zijn, terwijl soorten als boskers, eik, berk – NB: op rijke gronden is berk zeer interessant voor zaaghout - en els geen schijn van kans hebben. Deze soorten zijn samen met de populieren opgeschoten na de kaalslag, maar met de huidige structuur van het bestand en de geringe lichtinval is hun overlevingskans miniem. Bosbouw die de markt stuurt: kwaliteit produceren De CFN beschouwt het als haar taak als beheerinstantie om de eigenaars te overtuigen van het belang van diversiteit en het bereiken van een maximum aan kwaliteit. Vergeet niet dat 70 % van de verkoopwaarde van een boomstam in de eerste 6 m zit! De ervaring leert welke de technische vereisten zijn om hout duur te kunnen verkopen (zie voor eik en beuk in BBL19). Naast de afwezigheid van knopen, moet het hout een mooie cilindervorm hebben en recht zijn. Ook de lengte en de breedte van de jaarringen zijn doorslaggevend. Er is een grote vraag naar beuk en esdoorn met brede jaarringen voor kwaliteitsvol snijfineerhout. Bovendien verkoopt een stam waarvan men vermoedt dat hij twee lengtes fineerhout kan geven beter dan een die maar één lengte geeft. Dunning op maat van de soort Het beheer in het forêt de la Queue de Boué is gericht op een hoogstaande houtproductie: bomen met een fraaie diameter en homogeen hout zonder fouten. Door de dichtwasfase (de periode dat men een jong bos dicht houdt, vóór men met dunningen start) te limiteren van zodra de bomen de gewenste takvrije stamhoogte bereiken (dus meestal maar rond de 6 m!), kunnen de kruinen diep en gezond uitgroeien en behouden blijven. Deze manier van bosbouw geeft aanleiding tot zeer aangename bossen, die veel weg hebben van middelhout met imposante bomen. Men houdt best de rotaties kort (vier jaar), tenminste de eerste jaren. Het is de bedoeling dat de soor-


ten die in de minderheid zijn, bevoordeeld worden bij dunningen, zodat deze niet verdwijnen. Door het doseren van het licht is het bovendien eenvoudiger om een goede natuurlijke snoeiing te verkrijgen. Naar een duurzame oplossing Veel boseigenaars zijn bekommerd om de houtprijs bij verkoop, maar vaak wordt te weinig stil gestaan bij de investeringskosten die erna volgen. Beide moeten immers samen beschouwd worden voor het reële resultaat. Een stapsgewijze oogst van populieren slaat de brug tussen het oude en het nieuwe bestand. De hamvraag luidt of het nieuwe bestand vermarktbaar hout zal hebben vanaf 2015, op het moment dat de laatste populieren geoogst worden. De CFN is er vrij zeker van: verschillende bomen zullen tegen die tijd 45 jaar zijn. Een leeftijd waarop berk en els dankzij dit beheer oogstbaar zijn. Of er nu gekozen wordt voor een kaalslag na kaprijpheid, of voor een gefaseerde oogst van de populieren: de opbrengst blijft min of meer gelijk. Het grote verschil zit in de investeringskost voor herbebossing. Die is bij de tweede optie gering: een bestand van 50 toekomstbomen/ha, met er rond jongere bomen en struiken volstaat. Besluit De eigenaar is tevreden met het resultaat. Dit voorbeeld toont duidelijk aan dat je vertrouwen moet hebben in de natuur, die veel van onze fouten herstelt. Als bosbeheerder of –eigenaar moet je voortgaan op je gevoel voor observatie, en elke bosbouwkundige beslissing of ingreep goed overdenken. Dit verhaal toont aan dat de continue zoektocht naar kwaliteit en de diversiteit het keurmerk kan worden van het bos van morgen.

Boven: Een minder vrolijke boom, aangetast door roest en wellicht secundaire ziektes. Deze boom zal in de kachel eindigen. (Foto: Jos Boden) Onder: Een gezonde jonge Canadapopulier, waarvan het hout hoogwaardig verwerkt kan worden. (Foto: Karolien Van Diest)

‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer | 5


Een rol als pionier Als populieren de economische verwachtingen niet inlossen, kunnen ze toch een waardevolle functie hebben bij de vorming van het toekomstige bos. Door de lichte schaduw onder hun kruinen en het bosbouwkundige klimaat dat ze creĂŤren, vervullen de populieren een echte pioniersrol, net zoals wilgen, berken of ratelpopulieren op braakliggend terrein. Zo effenen de populieren het pad voor de ontwikkeling van soorten die minder licht vragen, zoals zomereik en boskers. Niet kiezen voor een kaalkap in een Canadapopulierenbos: het is geen voor de hand liggende keuze! Als je bomen het echter heel slecht doen en geen ander perspectief dan brandhout hebben, is de individuele kap te adviseren.

In halfschaduw ontwikkelen de meeste bomen een mooiere vorm. De beste exemplaren verdienen wat verzorging (snoei), vooral als je meer met je onderetage wilt dan wat extra brandhout! (Foto’s: Karolien Van Diest)

Tegen de kaprijpheid van je populier hebben zich meestal talrijke bomen en struiken gevestigd.

6 | ‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer

Door te maaien belemmer je de vestiging van een potentieel deel van je nieuw bos.


Twee opties, één keuze In 1984 had de boseigenaar twee opties, die hieronder vergeleken worden. OPTIE 1: Oogsten van de populieren na 25 jaar, zoals voorzien in het beperkt bosbeheerplan, gevolgd door een beplanting. Dit betekent een productie van 8 m3/ha/jaar, waarvan 50 % brandhout. • Beplantingskost: ¤ 2 000/jaar, elke 25 jaar. • Inkomsten: ¤ 2 347/ha, elke 25 jaar. • Geactualiseerde winst: ¤ 18/ha/jaar, ofwel ¤ 4/m3.

OPTIE 2: Gefaseerde oogst van de populieren gedurende 15 jaar, continue selectie van toekomstbomen in de onderetage Na 40 jaar heeft men een loofhoutbestand van 60 bomen/ha. Merk op dat dit volstaat voor het beoogde bosbouwsysteem, dat overigens ook optimaal beantwoordt aan de Vlaamse criteria duurzaam bosbeheer! • Opbrengst van de geoogste populieren en loofbomen over 15 jaar: 8,20 m3/ha/jaar. • Kost voor het selectiewerk in de onderetage, hamering, vormsnoei en opsnoei: ¤ 2 527/ha. • Geëxtrapoleerde winst voor de toekomst: ¤ 116/ha/jaar, ofwel ¤ 18/m3.

Opbrengst jaar 2000 Soort 214 Fritzi Pauley Robusta Totaal I

Volume (m3)

Eenheidsprijs (euro/m3)

Totaal bedrag (¤)

¤ 3 680 ¤ 3 720 ¤ 1 230

¤ 36 ¤ 31 ¤ 27

¤ 132 480 ¤ 115 320 ¤ 33 210 ¤ 281 010

Ondanks de langere benodigde tijd voor de productie van het loofhout (25 tot 40 jaar), ligt de uiteindelijke opbrengst hoger. De opbrengst per hectare is zes maal hoger, de opbrengst per m³ product vier maal hoger! De rentabiliteit van het geïnvesteerde kapitaal is verdrievoudigd. Tenslotte worden de uitgaven gespreid over 15 jaar, met een geactualiseerd bedrag dat van dezelfde grootteorde is als wanneer de populierenaanplant in één keer gebeurt. Weldra zal de Canadapopulier een ecologische in plaats van een economische boomsoort worden! De boseigenaar heeft gekozen voor optie 2. Deze optie beantwoordt aan zijn wens om de investeringskost te beperken tot de recon-

Inkomsten van 2000 tot 2015 volume

3

8 630 m

totaal inkomsten verschil geactualiseerde winst

structie van het bestand. Tegen de finale oogst van de populieren zal het nieuwe, dan veertigjarige bestand, tenminste 80 % van de oppervlakte bedekken. De overige 20 % zullen worden ingenomen door aanrijkingsbeplantingen.

Geactualiseerde uitgaven in 2015

eenheidsprijs/blok

producten

werken

Kostprijs

700 m3/jaar aan ¤ 32 over een periode van 15 jaar* brandhout

¤ 22 400 ¤ 336 000 ¤ 137 200 ¤ 473 200

heraanplanting loofbomen hameren vormsnoei en opsnoeien totaal uitgaven

¤ 75 806 ¤ 54 881 ¤ 137 204 ¤ 267 891 ¤ 205 309

¤ 64/ha/jaar

* Het volume na een periode van 15 jaar werd berekend op basis van een groeifactor van 5 %.

Deze bijdrage is de bewerkte vertaling van een eerder verschenen artikel in het tijdschrift Forêt – Entreprise (jaargang 2003, nr. 151, p. 52-56)

‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer | 7


soort in de kijker

Het buitenbeentje onder de blauwtjes: het groentje Het groentje heeft zijn naam niet gestolen. Hoewel hij tot de familie van de blauwtjes behoort, is hij vreemd genoeg … helemaal groen. Deze eigenschap maakt het groentje uniek onder onze inlandse dagvlindersoorten, zodat verwarring met andere dagvlinders haast uitgesloten is. Het groentje houdt zich graag gedeisd; neergestreken op een jonge tak is zijn groene kleur de ideale camouflage. De gemeente Overpelt, één van de Limburgse gemeenten waar het groentje nog voorkomt, nam de zorg over dit vlindertje op zich in het kader van het project ‘Gemeenten adopteren Limburgse soorten’.

Van eitje tot pop en vlinder Groentjes houden van gevarieerde bosranden, het liefst aan de rand van vochtige heide. Dat komt omdat de vrouwtjes hun eitjes erg graag op dopheide leggen, een soort die vooral in vochtige heidegebieden voorkomt. De (eveneens groene) rupsen smullen graag van jonge takjes dopheide. Daarnaast zijn ze dol op knoppen, bloemen en jonge bladeren. Wanneer de rupsen volgroeid zijn, gaan ze verpoppen. In de pop (een harde cocon) gebeurt de wonderlijke gedaanteverwisseling van rups naar vlinder. De verpopping gebeurt in de strooisellaag op de grond. De pop brengt daar de winter door. In het voorjaar, als de temperaturen stijgen, komt de volgende generatie groentjes tevoorschijn.

den (niet alleen voor groentjes overigens). Groentjes vertonen een opvallend territoriaal gedrag. De mannetjes verdedigen een zonnige plek vanop een boom of struik. Ideaal ligt deze plek uit de wind, naar de zon gericht en in de buurt van bloeiende dophei. Wanneer een ander mannetje in de buurt komt, ontstaan hevige luchtgevechten. Snel cirkelend dansen de vlinders om elkaar heen en stevige tikken worden uitgedeeld tot één van de twee het bijltje legt. Na het gevecht keert de winnaar snel terug naar ‘zijn’ plekje.

In Vlaanderen een echte Limburgse soort Het groentje vliegt slechts gedurende een korte periode van het jaar, namelijk van begin mei tot en met eind juli, in één generatie per jaar. Weersomstandigheden kunnen de vliegperiode beïnvloeden. Door het extreem warme voorjaar waren de eerste vlinders in 2007 al Territorium Volwassen groentjes zijn dol op nectar. Die zoeken ze in de bloemen begin april te zien. Het groentje leeft in heel Europa, van Noordvan heideplanten en vlinderbloemigen, maar ook van bv. sporkehout. Afrika tot Noord-Europa en van Groot-Brittannië en Schotland tot Die plant is dan ook een erg waardevolle voedselbron langs bosran- Oost-Azië. In Vlaanderen vinden we het groentje vandaag enkel nog

8 | ‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer


vrijersvoeten zoeken de jonge boompjes op, zonnende vlinders houden van de hogere struiken en hongerige groentjes hebben dan weer bloemen nodig. Open plekken in het bos Vroeger kwamen groentjes vaak voor op plaatsen waar een ven in het bos lag. Rond deze vennetjes lag meestal een strook heide en stonden struiken en jonge boompjes: kortom, een ideaal leefgebied voor groentjes. Veel van deze vennetjes zijn vandaag verdroogd of overwoekerd door grassen. Vaak verhinderen grote bomen dat het zonlicht doordringt. Door opnieuw open plekken te maken, door ruimte te maken voor jonge struiken en planten wil de gemeente Overpelt het groentje er opnieuw bovenop helpen.

Limburgse soorten in je bus! Limburg kan uitpakken met haar 'groen' imago, maar kan daarenboven ook een mooi biodiversiteitsrapport voorleggen. Het project 'Gemeenten adopteren Limburgse soorten' leverde hieraan een belangrijke bijdrage. Elke gemeente in Limburg adopteerde een voor haar grondgebied typische planten- of diersoort en engageerde zich bovendien om het actieplan uit te voeren. Dat actieplan bevat concrete terreinacties voor het behoud en de bescherming van de soort, maar ook communicatie met de burgers, sensibilisatie en educatie krijgen er hun plaats in. In de vorige edities van 't Limburgs Bosbelang hebben we zowel het project als de specifieke 'bos-soorten' reeds voorgesteld. Ondertussen is de officiële projectperiode verstreken, maar de acties lopen voort. Wij bieden jou, in de loop van deze maand, graag een themanummer van het tijdschrift 'Milieu & Natuur' aan waarin we een volledig overzicht geven van het project, met veel aandacht voor de acties die de gemeenten reeds ondernamen of die in de pijplijn zitten. De adoptie van één soort per gemeente is een prachtig resultaat. Maar onze ambities reiken verder. Momenteel bereiden we het vervolg van het project voor waarbij we de biodiversiteit zullen kijken over de gemeente-, de provincie- en zelfs de landsgrenzen heen. Groentje op dopheide (Foto: Vilda)

in de Antwerpse en de Limburgse Kempen, op enkele kleine verspreide populaties in Oost- en West-Vlaanderen na. Meer dan de helft van de Vlaamse populaties bevindt zich in de provincie Limburg. We mogen het groentje dus terecht een echte Limburgse soort noemen. Afwisseling cruciaal Nochtans heeft het groentje het de laatste jaren ook in onze provincie knap lastig. Vochtige heidegebiedjes verdwijnen of verbossen, en de bosranden zijn vaak zo abrupt dat groentjes weinig zonneplekjes en voedselplanten vinden. De ideale bosranden voor groentjes zijn heel geleidelijk: men spreekt ook van een mantelzoom. Dit betekent dat in de bosrand ook plaats is voor hoge struiken, lage struiken, jonge boompjes en kleine bloemen en grassen. Die afwisseling is levensnoodzakelijk voor groentjes (en ook voor heel wat andere vlinders). Ze gebruiken immers al deze verschillende plekjes: de vrouwtjes leggen hun eitjes in de lage struikjes (bv. heide), de mannetjes op

Wil je meer weten over het groentje of andere in Limburg geadopteerde soorten? Neem eens een kijkje op www.rllk.be. Op deze website kan je de actieplannen raadplegen die voor alle geadopteerde soorten zijn opgemaakt in het kader van het project ‘Gemeenten adopteren Limburgse soorten’. Of neem contact op met Joep Fourneau via joep.fourneau@rllk.be. Voor deze bijdrage willen we hem graag bedanken.

‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer | 9


exotenbestrijding

Zelf Amerikaanse vogelkers bestrijden Amerikaanse vogelkers kan na een tijd zijn standplaats en omgeving volledig koloniseren, een eigenschap die vooral op armere, zandige bodems tot uiting komt. Geen wonder dat de bosgroepen hun leden adviseren om deze boom geen vrij spel te geven. Limburgse boseigenaars kunnen een beroep doen op de gesubsidieerde arbeidersploegen van de bosgroepen om Amerikaanse vogelkers te bestrijden. Wie zelf aan de slag wil, helpen we op weg met enkele tips. Amerikaanse vogelkers in mijn bos? Amerikaanse vogelkers groeit in zijn thuisland uit tot mooie bomen met waardevol hout, dat gebruikt wordt in de meubelindustrie. Dat verklaart waarom bosbouwers deze soort vanaf 1900 aanplantten in de monotone naaldhoutbossen in de Kempen. Bij ons blijft Amerikaanse vogelkers echter meestal een struik; het hout wordt vooral gebruikt als brandhout. Soms groeit de soort uit tot een boom van 10 tot 20 m hoog. Het blad is glanzend, ovaal en gezaagd en loopt vroeg uit. De struiken bloeien erg vroeg: in mei geuren de trossen witte bloempjes lekker in het bos. De vruchtjes zijn kleine zwarte bessen, die je met wat handigheid en geduld in lekkere sapjes en wijnen kan verwerken (zie BBL nr. 11). Net zoals andere kersensoorten heeft Amerikaanse vogelkers horizontale streepjes op de schors. Bij twijfel geeft de geurtest uitsluitsel. Gewoon even ruiken aan een ver-

10 | ‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer

morzeld blad of twijgje; met een karakteristieke zurige geur van blauwzuur verraadt Amerikaanse vogelkers zijn identiteit. De zaadzetting, het begin van de plaag De Amerikaanse vogelkers begint al zeer jong met een overvloedige zaadzetting onder de vorm van bessen. Dat gebeurt 6 à 7 jaar na kieming en ongeveer 3 jaar na afzetten (= hakhout). Omdat de scheuten dan nog te dun zijn om interessant te zijn voor brandhout, is hakhoutbeheer niet efficiënt. Amerikaanse eik kan je op die manier wel in toom houden, want daarvan gaat de opslag pas na ongeveer 10 jaar eikels dragen. Van het zaad van Amerikaanse vogelkers komt 70 % in de buurt van de moederboom terecht (op een afstand van maximum 25 m). Vogels zorgen voor een verspreiding tot 600 m ver. Je zou kunnen stellen: als je buurman niets onderneemt tegen zijn Amerikaanse vogelkers, is

jouw bestrijding dweilen met de kraan open. Enkel radicale aanpak werkt Als gevolg van de overvloedige en vroege zaadproductie wordt in de buurt van de moederbomen van Amerikaanse vogelkers zeer snel een imposante zaadbank opgebouwd. Blijf dus na je eerste inspanningen je bos goed opvolgen! Zodra het grootste kwaad bestreden is - en de andere boomsoorten hopelijk een kans krijgen in je bos wordt het misschien werkbaar om verspreide zaailingen uit te trekken en opslag op stronken te knakken. De vergelijking leert dat knakken veel efficiënter is dan afzagen. Ook het opslagvermogen van Amerikaanse vogelkers maakt bosbeheerders het leven zuur. Gewoon afzagen helpt niet (in tegenstelling tot bv. naaldbomen). Enkel een radicale aanpak – wortels uittrekken of doden – is afdoende.


Glyfosaat in opspraak Glyfosaat is een chemische stof die snel biologisch afbreekbaar is, maar toch giftig is voor groene planten. Het belangrijkste merk is Roundup, dat te koop is in de meeste tuincentra. Hoewel producent Monsanto Roundup als één van de veiligste en milieuvriendelijkste herbiciden naar voor blijft schuiven, werd de laatste jaren in verschillende onderzoeken aangetoond dat het product niet zo onschuldig is. Het product blijkt bv. dodelijk voor insecten en amfibieën. Bovendien bevatten commerciële producten nog andere actieve stoffen dan glyfosaat, en blijkt het eindproduct schadelijker invloeden te hebben dan enkel de actieve stof. Er bestaan voor de meeste situaties geen betaalbare alternatieven die ecologisch beter zijn. Let op: voor gewone onkruidbestrijding zijn er wel andere mogelijkheden.

Aan de slag met glyfosaat: tips!

Foto links: Amerikaanse vogelkers in bloei. Foto boven: Een afgezaagde Amerikaanse vogelkersstronk met opslag. Foto onder: Bij lichtinval krijgen de zaailingen vrij spel. (Foto’s: Jan Mampaey)

Ga je zelf met een chemisch bestrijdingsmiddel aan de slag in je bos? Let dan op volgende zaken: - Gebruik alleen glyfosaat als het echt nodig is. - Spring steeds omzichtig om met het product: het dragen van handschoenen is een must en contact met de ogen moet je absoluut vermijden. - Pas het product gericht toe: dat is zowel voor andere bosbewoners als voor jouw portemonnee geen overbodige luxe. Vermijd overvloedig gebruik, werk zorgvuldig en bestrijk of besproei enkel het zaagvlak. Sproei met een regelbare kop. - Verdun het product steeds tot de gewenste oplossing. De nodige hoeveelheid hangt af van de bestrijdingsmethode die je toepast. Voor stobbenbehandeling heb je 19 g glyfosaat/l nodig en voor bladbesproeiing van zaailingen 3,8 g glyfosaat/l, bij hak en spuitmethode wordt puur product 360g/l gebruikt. Gemiddeld kom je met 1 l (zuiver product, 360 g/l)) toe voor een eenmalige behandeling van een kleine ha.

‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer | 11


Tabel: bestrijdingswijzen

1,5 m 1m

-

af te raden

+

goede manier

++ beste manier

Zaailing < 1,5 m H Rooien manueel Rooien machinaal Vellen Ringen Bladbehandeling Stobbebehandeling Hak- en spuitmethode

Jonge boom > 1,5 m H

++ + + + -

+ + + ++ +

Boom > 10-15 cm D + ++ ++

Bestrijding Amerikaanse vogelkers (incl. 1 nabehandeling binnen de 18 maanden) Hak- en spuitmethode •

Vellen en zagen op 1,20 m

Takhout verspreid in het bos

• • • •

• •

Takhout op hopen

Hout voor ploeg

Hout voor boseig.

• • •

Extra nabehandeling van Amerikaanse vogelkers Enkel nabehandelingen die worden uitgevoerd binnen de 3 jaar na de eerste nabehandeling. De 1ste bestrijding kan uitgevoerd zijn door de arbeidersploeg, een hobbyist of de boseigenaar zelf

Argonne

12 | ‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer

+ ++ -

Opslag < 5-10 cm D

Oude opslag > 10-15 cm D

++ +

+ ++ ++

Groep I

• • •

Jonge opslag <1mH

Prijs/ha

¤ 105 ¤ 160 ¤ 315 ¤ 210 ¤ 370

Prijs/ha

¤ 80

Limburgse boseigenaars kunnen een beroep doen op onze gesubsidieerde arbeidersploegen voor de bestrijding van Amerikaanse vogelkers. Vanaf juli 2008 stijgen de tarieven voor het inzetten van deze arbeidersploegen gemiddeld met 5 % (zie tabel). Deze prijzen blijven echter slechts een fractie (ongeveer 10 %) van de werkelijke kostprijs. Contacteer je coördinator voor meer inlichtingen over de inzet van onze ploegen.


nieuws van de bosgroepen Argonne en Schotland In mei konden bosgroepleden uit heel Vlaanderen verbroederen. De leden konden in de Argonne hun bosbouwpraktijk bijschaven. Een week later was het de beurt aan de bestuurders, die in Schotland zowel elkaar als de Schotse bosbouw beter leerden kennen.

(Foto’s: Inverde, Eddy Cryns, Karolien Van Diest)

‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer | 13


boomverzorging

Bomen Beter Beheren in de bres voor een kwaliteitsvolle boomverzorging Bomen Beter Beheren vzw is een Vlaamse beroepsvereniging van deskundige boomverzorgers die in 2000 werd opgericht. Deze vereniging doet meer dan de professionele belangen van haar leden verdedigen. Sinds haar oprichting ijvert Bomen Beter Beheren voor meer kwaliteit bij het beheren van bomen. Goed beheerde bomen geven aan de plaats waar ze staan een belangrijke meerwaarde; slecht beheerde bomen doen het omgekeerde, en kunnen zelfs gevaarlijk zijn. Boombeheerders, zoals gemeentebesturen, hebben er dan ook alle belang bij om vakbekwame boomverzorgers in te schakelen, zo zegt Marcel Peeraer, voorzitter van Bomen Beter Beheren: “Een verkeerde ingreep aan een boom is snel gebeurd; het herstel duurt jaren, zoniet decennia.”

Bomenspecialist: ijveren voor een beschermd beroep Respect voor bomen, zowel bij eigenaars als bij boomverzorgers, is het eerste strijdpunt van Bomen Beter Beheren (BBB). Marcel Peeraer: “Wij willen de mensen bewustmaken van de waarde van een boom, en wantoestanden met bomen aan de kaak stellen. Nog een streefdoel van onze vereniging is om van het beroep 'boomverzorger' in België een beschermd beroep te maken. Dat om te vermijden dat iedereen die een kettingzaag kan hanteren, zich uitgeeft als bomenspecialist. Door de bescherming van het beroep willen we de (vaak nietsvermoedende) opdrachtgevers behoeden voor onherstelbare fouten en verminkingen aan hun bomenpatrimonium”.

14 | ‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer

Bijscholing als stokpaardje BBB wil iedereen die beroepshalve met bomen te maken krijgt - boomverzorgers, tuinaannemers, gemeentelijke en stedelijke groendiensten, studenten en docenten - zo goed mogelijk informeren over bomen. Marcel Peeraer: “Onze organisatie helpt andere instanties bij het organiseren van studiedagen en cursussen. We werken ook samen met de Vereniging voor Openbaar Groen. Aangesloten boomverzorgers kunnen zich via een intensief programma van lezingen, studiedagen, workshops en vormingsweekends bijscholen om bomen op de juiste manier te leren beheren. De veiligheid van de boomverzorger komt aan bod, alsook het welzijn van de boom. De zorg voor de boom situeert zich op twee vlakken. Allereerst is er

(Foto: Karolien Van Diest)

het leefmilieu van de boom: boomverzorging heeft te maken met de verbetering of de optimalisering van de groeiplaats. Daarnaast gaat het om ingrepen aan de boom zelf, zoals snoeien. Omdat die ingrepen de boom kunnen beschadigen, gebeuren ze best door gespecialiseerde mensen die kennis hebben van de biologie van bomen. Een deskundige boomverzorger weet hoe bomen reageren op verwondingen. Dit soort kennis is de voorbije twee decennia drastisch geëvolueerd, en is nog voortdurend in ontwikkeling. Permanente vorming is dan ook ons stokpaardje.” Van aanplant tot velling Boomverzorging spitst zich toe op de hele levenscyclus van een boom: van de aanplant tot aan de velling. Boomverzorging heeft te maken met het planten van een boom op een geschikte plaats, het begeleiden van de groei tot de gewenste vorm en grootte bereikt is, het optimaal in stand houden van de boom gedurende de gewenste tijd en het rooien van de boom na afloop van deze periode. Kortom, alle levensfasen van de boom maken deel uit van een deskundig beheer. Een vakkundig boombeheer betekent ook dat de boom een regelmatige en gemotiveerde zorg krijgt die gebaseerd is op biologisch-ecologisch inzicht.


Preventie staat voorop Bij boomverzorging ligt de nadruk op preventie, zo vertelt Marcel Peeraer: “De boomverzorger probeert toekomstige problemen te vermijden door in de eerste jaren na de aanplant (in de begeleidingsfase van de boom) tijdig probleemtakken weg te snoeien, voldoende takvrije stamlengte te creëren of ervoor te zorgen dat de boom in de beste omstandigheden tot ontwikkeling kan komen. Om deze werkwijze aan te houden, is het opmaken van een bomenbeheerplan absoluut noodzakelijk. Boombeheerders kunnen er heel wat geld mee besparen en veel ergernis vermijden. Het vraagt wel een andere manier van denken over ‘bomen planten’ bij openbare besturen. Meestal worden bomen geplant en laat men ze maar groeien zonder er naar om te kijken. Tot er plots problemen opduiken: de bomen hebben dubbele koppen, ze moeten dringend opgesnoeid worden, de bomen zijn te groot geworden … Die houding zou moeten veranderen”, besluit Marcel Peeraer. Meer info: Bomen Beter Beheren Boomstraat 44, 9890 Dikkelvenne, tel. 09 384 17 04, www.bomenbeterbeheren.be. Andere websites: www.arboresco.be, www.baas-isa.be

Bomenbeheerplan Om het beheer van een bomenbestand professioneel en oordeelkundig op te volgen, is een beheerplan een nuttig instrument. In zo'n plan worden de verschillende handelingen opgesomd die nodig zijn om een jonge boom te laten uitgroeien tot een volwassen exemplaar met de gewenste karakteristieken. Ook timing en kostprijs worden daarin bekeken.

Tree worker - totaalopleiding tot professioneel boomverzorger Inverde organiseert een totaalopleiding tot professioneel boomverzorger. Deze is volledig gericht op het behalen van het certificaat van European Tree Worker (ETW), zoals vooropgesteld door de European Arboricultural Council. De opleiding omvat een theoretisch (boombiologie, bodemkunde, snoeitechnieken …) en een praktisch luik (gebruik van kettingzaag, klimtechnieken, hoogtewerker …). Na het beeindigen van de cursus kan je aan de slag als professioneel boomverzorger. Na minimum één jaar terreinervaring ben je klaar voor deelname aan het ETW-examen. Alle praktische info: www.inverde.be Andere website: opleidingen.syntra-limburg.be

(Foto: Inverde)

Deze bijdrage is een bewerking van een eerder verschenen artikel in het tijdschrift Groencontact (33e jaargang, juli-augustus 2007, p. 16)

‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer | 15


nieuws van de bosgroepen Bosgroep Hoge Kempen In een vorige editie van het Bosbelang werd het al aangekondigd: de coördinatoren van de Bosgroepen Hoge Kempen, Noordoost-Limburg en West-Limburg werden onlangs moeder. In september is het drietal weer op post. Tot die tijd wordt de continuïteit van de werking van deze Bosgroepen gegarandeerd door Ine Houbrechts en Els Windmolders. Els stuurt de arbeidersploegen aan en begeleidt hen, ze volgt de houtexploitatie en de

administratieve taken op. Ze kan voor ondersteuning rekenen op de vaste medewerkers en de coördinatoren van de Bosgroepen Zuid-Limburg en Limburgse Duinen. De Bosgroep Hoge Kempen kreeg recent ook een nieuwe administratieve medewerkster: Ine Houbrechts . Eddy Cryns, bestuurder van de Bosgroep Hoge Kempen, is het aanspreekpunt voor dringende terreinbezoeken bij deze Bosgroep: het aansturen van de arbeidersploeg bij het bestrijden van Amerikaanse vogelkers, onrendabele dunningen … Eddy volgt ook de exploitaties van de houtverkoop 2008 van nabij op. Zijn vrijwillige dienstverlening is voor de werking van de Bosgroepen van onschatbare waarde. Bedankt Eddy!

Sus Willems, medewerker van het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB), helpt bij het organiseren van plaatsbezoeken bij nieuwe leden en bij het bekijken en adviseren van probleemsituaties op het terrein … Deze dossiers worden door Els voorbereid en wekelijks opgehaald door Sus. Hij formuleert dan, na het bezichtigen en bestuderen van elke afzonderlijke situatie, een advies waarmee rekening gehouden wordt bij het bepalen van het beheer. Je merkt het: de Bosgroepen doen er alles aan om de kwaliteit van de dienstverlening aan de leden, ondanks het tijdelijke personeelstekort, te blijven verzekeren.

rijk en Polen heeft hij het bosbeheer over de grenzen heen leren kennen. Charlie staat altijd paraat om een exploitatie op te volgen of om mee na te denken over lokale probleempjes. Bij de laatste bestuursverkiezing werd hij tot ondervoorzitter van onze Bosgroep verkozen. In juni 2007 werd de Coöperatieve van de Limburgse Bosgroepen cvba opgericht en ook hier ontbrak

Charlie niet op het appel. Hij zetelt namens de Bosgroep West-Limburg, samen met 2 andere bestuurders van West-Limburg, in de algemene vergadering en volgt zo het werk van de cvba van heel nabij op. Kortom, Charlie is een belangrijke schakel voor de Bosgroep West-Limburg. Bedankt Charlie voor die jarenlange inzet!

(Foto’s: Sus Willems)

Bosgroep West-Limburg Charlie, van enthousiaste boseigenaar tot bestuurder Charlie is boseigenaar in Heppen en Beringen en sinds december 2003 is hij als bestuurder actief bij de Bosgroep. De eerste contacten tussen de Bosgroep en Charlie dateren echter van vroeger. In 2000 organiseerde de Bosgroep een eerste infovergadering over het beperkt beheerplan van Gerheserheide. Net als 20 andere boseigenaars besliste Charlie toen om mee in te stappen in het beheerplan. In hetzelfde jaar nam hij samen met 8 andere eigenaars deel aan de eerste gezamenlijke houtverkoop van privéboseigenaars in Limburg. Door middel van een dunning werd toen het achterstallige beheer wat weggewerkt. Ondertussen zijn we 8 jaar later en nemen zo’n 75 boseigenaars (met zo’n 51 ha bos in beheer) deel aan het beperkt beheerplan van Gerheserheide. Charlie is nog steeds erg actief in zijn bos. Zo bindt hij regelmatig de strijd aan met Amerikaanse vogelkers. Maar als bestuurder van de Bosgroep is Charlie nog op vele andere domeinen actief. Hij onderhoudt de contacten met andere bosgroepen, gaat regelmatig mee op excursie, volgde ook al veel cursussen van de Bosgroepen … Op buitenlandse excursies in Oosten-

16 | ‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer

(Foto: Eddy Daniels)


nieuws van de bosgroepen Bosgroep Limburgse Duinen

Bosgroep Noordoost-Limburg

Twee nieuwe boscomplexen De Bosgroep Limburgse Duinen bereidt 2 nieuwe boscomplexen voor. Het boscomplex Vlasmeerheide-Locht in HechtelEksel ligt ten zuiden van de Vlasmeerstraat en sluit aan bij het boscomplex Vlasmeer, waarvoor vorig jaar een beperkt beheerplan werd opgesteld. In het zuiden vormt de dorpskern van Hechtel de grens en in het westen het Militair Domein. In Helchteren wordt rond Sonnis een boscomplex opgestart. Het boscomplex wordt begrensd door de dorpskern van Helchteren, de baan naar Eindhoven, de Mangelbeekvallei, de grens met Peer en het recreatiedomein Molenheide. Voor beide boscomplexen zal de Bosgroep infovergaderingen organiseren. Aan de boseigenaars zal voorgesteld worden om, na een persoonlijk terreinbezoek, deel te nemen aan een gezamenlijk beperkt bosbeheerplan. Als dat is goedgekeurd, kunnen de boseigenaars deelnemen aan gezamenlijke beheerwerken: het uitvoeren van dunningen, een gezamenlijke (brand)houtverkoop, het bestrijden van Amerikaanse vogelkers door de arbeidersploeg ‌ Alle boseigenaars binnen deze boscomplexen kunnen met de Bosgroep contact opnemen om een terreinbezoek in te plannen.

Uitgebreid bosbeheerplan Grote-Brogel Dit najaar start de Bosgroep Noordoost-Limburg met de voorbereidingen van de opmaak van een nieuw gezamenlijk bosbeheerplan volgens de criteria duurzaam bosbeheer, het UBHP Grote-Brogel. In een eerste fase werd een perimeter afgebakend (zie onder). Die omvat een gebied met maar liefst 1 500 kleine bospercelen in de gemeente Peer en 500 in Bocholt. Het gaat om een gebied met een

sterk versnipperd bosareaal. Amerikaanse vogelkers tiert weelderig in de meeste bossen. Daarnaast gebeurden er weinig dunningen: de meeste bossen kampen dus met een behoorlijke dunningsachterstand. Werk aan de winkel dus! In het najaar worden de boseigenaars van dit gebied uitgenodigd om in dit project te participeren. Op een eerste infovergadering krijgen ze uitleg over het project en over de Bosgroep. De datum en locatie worden later bekend gemaakt.

De perimeter van het volgend project van Bosgroep Noordoost-Limburg.

Een typisch bosbeeld in Grote-Brogel. (Foto: An Pierson)

‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer | 17


nieuws van de bosgroepen

activiteitenkalender

Bosgroep Zuid-Limburg

Cursussen met Inverde

Brandhout Vanaf de zomer begeleidt de Bosgroep Zuid-Limburg weer verschillende brandhoutkappingen bij haar leden. In de gemeenten Heers, Wellen, Gingelom, Borgloon en Bilzen kunnen kandidaten zich aanmelden bij de Bosgroep. Het gaat enerzijds om gemengd loofhout, dat doorgaans verkocht wordt, en anderzijds om kruinhout van Canadapopulier, dat meestal gratis in ruil voor het opruimwerk wordt toegekend. Interesse en nog niet aangemeld als brandhoutzoeker? Mail dan naar bosgroepzuid@limburg.be, met vermelding van jouw contactgegevens en eventuele specifieke voorkeur. Let wel: hoe hoger je eisen, hoe moeilijker het is om bediend te worden! Eens je in ons adressenbestand zit, word je gecontacteerd zodra er een aanbod is in jouw buurt.

Bijzondere parkbomen in Haspengouw en Voeren Bosgroep Zuid-Limburg participeert in dit project van Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren (RLH), dat de volgende 3 jaar in ons werkingsgebied loopt. Verboste parken vormen in onze Bosgroep immers het tweede belangrijkste bostype, naast Canadapopulierbossen. Het project mikt op het duurzaam behoud van historische parken en parkbossen in Limburgs Haspengouw en Voeren. Op 3 jaar tijd worden 500 parkbomen en inheemse bomen op een gestructureerde en verantwoorde wijze aangeplant. De eigenaars gesensibiliseerd. Wanneer de huidige eigenaar het oorspronkelijke, vaak uitgesproken parkkarakter niet kan of wil herstellen, geeft de Bosgroep advies. Deze bossen vormen vandaag een prima uitgangssituatie voor ongelijkvormig hooghout. Precies over deze aspecten kan de Bosgroep de eigenaars heel wat raad geven. Deze bosbeheervorm beantwoordt immers optimaal aan de criteria duurzaam bosbeheer en is in onze regio ook economisch interessant.

Ook in 2008 organiseren de Limburgse Bosgroepen samen met Inverde cursussen en excursies voor boseigenaars en bosliefhebbers. Deze cursussen zijn dé ideale gelegenheid om je theoretische of praktische kennis over bossen en bosbeheer bij te schaven! Meer informatie over de werking van Inverde en hun complete cursusaanbod vind je op www.inverde.be of via tel. 02 657 93 64. We sommen hieronder de cursussen op die je in 2008 nog in Limburg kunt volgen, gerangschikt volgens datum. De leden betalen ¤ 10 p.p. en de niet-leden ¤ 15 p.p. De cursussen kettingzaag 1, 2 e, 3 (2-daagse cursussen) kosten ¤ 30 p.p. Wil je zeker zijn van een plaatsje, schrijf dan zo vlug mogelijk in via ons secretariaat (tel. 011 23 83 15 of 011 23 73 28). Kettingzaag – module 1 (beginners) Programma: Dag 1: theorie over de werking, het gebruik en de veiligheid van de kettingzaag. Theorie en praktijk over het dagelijks onderhoud en scherpen van de ketting Dag 2: eenvoudige zaagoefeningen op horizontale en verticale stamstukken. Geen vellingen! Datum: zaterdag 13 en zaterdag 20 september 2008 Organisatie: Bosgroep Zuid-Limburg Dunningen Programma: dunnen is het sturen van de bestandsontwikkeling door een selectieve kapping. Waarom dit nuttig kan zijn, op welke manieren dunnen mogelijk is en welke gevolgen het heeft voor het bos en zijn structuur: dat is het onderwerp van deze cursus. Tijdens de terreinexcursie oefenen we het aanduiden van dunningen in. Als ‘demomateriaal’ is er onder andere een overlangs doorgezaagde toekomstboom van 25 m. Datum: zaterdag 4 oktober 2008 Organisatie: Bosgroep Noordoost-Limburg Kettingzaag - module 2 Programma: Dag 1: theorie over het vellen van bomen. Demonstratievelling door de instructeur, gevolgd door veloefeningen door de cursisten. Dag 2: veloefeningen door de cursisten met het gebruik van hulpmiddelen. Datum: dinsdag 7 en woensdag 8 oktober 2008 Organisatie: Bosgroep West-Limburg

Foto boven: Brandhout: een ecologisch verantwoorde energiebron! (foto: Annemie Hannosset) Foto onder: De Bosgroep werkt samen met RLH aan het behoud van de steeds zeldzamer wordende imposante bomen. (foto: Karolien Van Diest)

18 | ‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer

Bosexploitatie Programma: we starten met een overzicht van de meest gebruikte exploitatiemethoden zoals paarden, uitsleeptractoren en harvesters. De voor- en nadelen van de verschillen-


de technieken passeren de revue, en ook de impact op het bos komt aan bod. De deelnemers leren ook exploitaties voorbereiden (schalmen, ruimingspistes, exploitatieplan en communicatie) en maken samen een oefening op het terrein. Datum: woensdag 29 oktober 2008 Organisatie: Bosgroep Hoge Kempen

Dag 2: oefeningen bij bomen die onder spanning staan. Datum: donderdag 27 en vrijdag 28 november 2008 Organisatie: Bosgroep Zuid-Limburg

Brandhoutinitiatie Programma: op deze dag kom je meer te weten over veilig en handig werken in het bos (met de kettingzaag). Verder ligt de nadruk op eigenschappen voor de soortherkenning en de bestrijding van agressieve exoten, met specifieke aandacht voor glyfosaatgebruik. We trekken daarna het bos in om de praktische kant van de zaak te bekijken. Datum: donderdag 27 november 2008 Organisatie: Limburgse Duinen Kettingzaag - module 3 Programma: Dag 1: theorie over de impact van het werken met hout onder spanning. Hoe verwerkt men deze stammen, zaagoefeningen aan de spanningsbank.

’t Limburgs Bosbelang 21|zomer uitgave

Excursies Gereedschapsonderhoud Programma: het onderwerp van deze cursus zijn de steel en het snij- en zaaggereedschap zelf. Een overzicht van de verschillende eigenschappen van houten stelen wordt gevolgd door de theorie over het scherp maken van het snij- en zaagblad. Na demonstraties over het vervangen van stelen en het scherpen van het gereedschap volgt een grondige inoefening. Datum: vrijdag 7 november 2008 Organisatie: Bosgroep Hoge Kempen

Colofon

Zoniënwoud Programma: De excursie naar Brabant brengt je in de voormiddag naar het Afrikamuseum, waar de tentoonstelling 'Hou 't vast - Hout en woud in Afrika' je meeneemt naar de wondere wereld van de Midden-Afrikaanse bossen, hun beheer en het houtgebruik. Na de middagpauze krijg je een korte rondleiding bij Inverde vzw, opleidingen bos- groen- en natuurbeheer. De dag wordt afgesloten met een excursie langs de statige beuken van het Zoniënwoud. Datum: woensdag 30 juli 2008 Organisatie: Bosgroep Limburgse Duinen Prijs: ¤ 20 Maximum 50 inschrijvingen.

De deputatie van de provincieraad van Limburg, Steve Stevaert, gouverneurvoorzitter, Marc Vandeput, Sylvain Sleypen, Gilbert Van Baelen, Frank Smeets, Hilde Claes, Erika Thijs, gedeputeerden en Renata Camps, provinciegriffier.

hoofdredactie Johan Van den Broek

coördinatie Karolien Van Diest – kvandiest@limburg.be

eindredactie Rita Bogaerts – rbogaerts@limburg.be

redactiesecretariaat Annemie Hannosset – ahannosset@limburg.be

redactieraad Benny Mathijs, Rita Bogaerts, Annemie Hannosset, Johan Van den Broek, Karolien Van Diest

redactie De beschikbare plaatsen zijn beperkt. Wil je zeker zijn van een plaatsje, schrijf dan zo vlug mogelijk in via ons secretariaat (tel. 011 23 83 15). Het volledige programma van deze excursie, samen met alle praktische informatie, ontvang je na inschrijving.

Annemie Hannosset, Benjamine Bufkens, Joep Fourneau (RLLK), An Pierson, Jan Mampaey, Karolien Van Diest en Els Windmolders

foto cover Annemie Hannosset

cartoon Dirk Vercampt

tekstbewerking Katelijne Norga – info@pantarein.be

vormgeving & lay-out Dion Boodts, Chantal Janssens – Grafische Producties, Informatie & Onthaal, Provincie Limburg druk Drukkerij Vaes – Overpelt

postbus Limburgse Bosgroepen p/a provincie Limburg, 3de Directie Afdeling Milieu en Natuur Universiteitslaan 1, B–3500 Hasselt Tel. 011 23 83 20 bosgroepen@limburg.be www.bosgroepen.be

oplage 2 400 exemplaren

verantwoordelijke uitgever Johan Van den Broek Universiteitslaan 1, B–3500 Hasselt Deze publicatie werd gedrukt op hout- en chloorvrij kringlooppapier, zonder optische witmakers.

‘t Limburgs Bosbelang | 21 | zomer | 19


21 | zomer | in dit nummer

nuttige adressen Bosgroepen P.a. provincie Limburg Universiteitslaan 1 3500 Hasselt www.bosgroepen.be fax 011 23 83 10 Bosgroep Hoge Kempen vzw ondernemingsnummer 874 667 014 Coördinator: ir. Lise Hendrick tel. 011 23 83 23 gsm 0475 46 04 42 bosgroephogekempen@ limburg.be Secretariaat Els Windmolders tel. 011 23 73 34 Ine Houbrechts tel. 011 23 83 15 Bosgroep Limburgse Duinen ondernemingsnummer 882 247 464 Coördinator: ir. Jan Mampaey tel. 011 23 83 19 gsm 0478 78 07 21

driemaandelijks tijdschrift | juli-aug.-sept. 2008

bosgroeplimburgse duinen@limburg.be Secretariaat Tine Stevens tel. 011 23 73 82 Bosgroep Noordoost-Limburg vzw ondernemingsnummer 459 481 087 Coördinator: ir. An Pierson tel. 011 23 83 24 gsm 0473 88 53 95 bosgroepnoordoost@ limburg.be Secretariaat Patricia Rouffa tel. 011 23 83 30 Bosgroep West-Limburg vzw ondernemingsnummer 479 742 895 Coördinator: ir. Benjamine Bufkens tel. 011 23 83 29 gsm 0479 40 08 48 bosgroepwest@limburg.be Secretariaat An Olaerts tel. 011 23 73 28 Bosgroep Zuid-Limburg vzw ondernemingsnummer 874 670 378 Coördinator: ir. Karolien Van Diest tel. 011 23 83 25 gsm 0473 88 53 94 bosgroepzuid@limburg.be

voorwoord . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2

Secretariaat Annemie Hannosset tel. 011 23 83 20

lekkers uit het bos De blauwe bosbes - Vaccinium myrtillus . . . . . . . . . . . 2 bosbeheer Hoe en waarom een populierenbos omvormen tot een ijl hooghoutbos van standplaatsgeschikt loofhout? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3

Agentschap Natuur en Bos, afdeling Limburg Woudmeester: ir. G. Mees Medewerker privébos: An Aarts Vlaams Huis Koningin Astridlaan 50/5 3500 Hasselt tel. 011 74 25 00 fax 011 74 25 39

soort in de kijker Het buitenbeentje onder de blauwtjes, het groentje . 8 exotenbestrijding Zelf Amerikaanse vogelkers bestrijden. . . . . . . . . . . . . 10 boomverzorging Bomen Beter Beheren in de bres voor een kwaliteitsvolle boomverzorging . 14 nieuws van de bosgroepen Fotoverslag van de excursies naar Schotland en de Argonne. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 Bosgroep Hoge Kempen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 Bosgroep West-Limburg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 Bosgroep Limburgse Duinen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Bosgroep Noordoost-Limburg. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Bosgroep Zuid-Limburg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18

Noodnummer voor de provinciale afdeling Limburg: 7 dagen op 7 bereikbaar tel. 011 74 24 50 De provincie is opgedeeld in 5 beheerregio’s: Noordwest-Limburg: Dries Gorissen Noordoost-Limburg: Guido Winters Oost-Limburg: voorlopig geen regiobeheerder Zuid-Limburg: Ghislain Mees West- en Midden-Limburg: Tom Hoebrechts

activiteitenkalender . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 nuttige adressen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20

Websites Boseigenaars en bosliefhebbers vinden nuttige informatie op de websites van de volgende instanties: Agentschap Natuur en Bos: www.natuurenbos.be Vereniging voor Bos in Vlaanderen vzw: www.vbv.be Landelijk Vlaanderen vzw: www.landelijkvlaanderen.be Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek: www.inbo.be Inverde vzw: www.inverde.be Unie Vlaamse Bosbouw vzw: www.uvb.be

HamontAchel

Lommel

Waarvoor kan je terecht bij de Bosgroep? Een bos bezitten en beheren, daar komt heel wat bij kijken. Voor vragen of informatie kan je evenwel altijd te rade bij de Bosgroep. We sommen hier even op waarmee de bosgroepmedewerkers je van dienst kunnen zijn: • gratis en onafhankelijk advies over het bos en het beheer ervan (bosbouwtechnische, wettelijke, financiële en administratieve aspecten) • informatie over hoe een duurzaam bosbeheer eruit ziet, wat je wettelijke rechten en plichten zijn als boseigenaar

• • •

en wat de mogelijke subsidies zijn waarop je aanspraak kan maken hulp bij het invullen van kapaanvragen of het opstellen van beheerplannen kaartmateriaal adressen van houtexploitanten en boomkwekerijen coördinatie van de samenwerking tussen verschillende boseigenaars.

provincie Limburg Universiteitslaan 1 B–3500 HASSELT limburg.be

N e d e r l a nd

Neerpelt Overpelt Bocholt

A n t we r p e n

K i n ro o i

B re e

HechtelEksel

Peer

Leopoldsburg Ham

Maaseik MeeuwenG r u i t ro d e

Beringen Te s s e n d e r l o HouthalenH e l c h t e re n

Opglabbeek DilsenStokkem

HeusdenZolder

As Zonhoven

Lummen

Genk Herk-De-Stad Halen

Maasmechelen

Hasselt Diepenbeek

Zutendaal Lanaken

Nieuwerkerken A l k e n

Bilzen Ko r t e s s e m

We l l e n

Brabant

Hoeselt S i n t -T r u i d e n Borgloon

Riemst

To n g e re n

Heers

Vo e re n

Gingelom Herstappe

Luik


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.