Heers Opglabbeek
Borgloon Neerpelt Ham Herk-de-Stad Lanaken
Bilzen
Kinrooi
4
Hoeselt
LIMBURG, UW PARTNER
Wellen
Aangeboden door de provincie Limburg
STEDEN EN PLATTELAND VULLEN ELKAAR AAN Wonen, werken, winkelen, ontspannen, landbouw en natuur. Het is allemaal vanzelfsprekend. Maar om al deze functies te kunnen invullen, is er ruimte nodig. Die is schaars en moet daarom zo optimaal mogelijk worden ingevuld. De provincie Limburg werkt hieraan met haar provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen.
In het “Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen” worden voor onze provincie tien steden als kleinstedelijke gebieden (KSG) naar voren geschoven. Maar waar beginnen en eindigen die? Het is aan de provincies om die kleinstedelijke gebieden juist af te bakenen door het opmaken van provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen (PRUP). Nu zou je kunnen denken dat een kaart en een stift volstaan om wat grenzen te trekken. “Het is complexer dan dat”, zegt gedeputeerde Inge Moors. “Bij de afbakening van zo’n kleinstedelijk gebied moeten we heel minutieus tewerk gaan en waken over een goed evenwicht tussen dat kleinstedelijk gebied met de klemtoon op stedelijke ontwikkeling en de landelijke omgeving waar we vooral aandacht hebben voor landbouw, natuur en bos, het platteland en landelijk wonen. Ze vullen elkaar aan en hebben elkaar nodig.” Bovendien worden samen met de concrete afbakeningslijnen via de PRUP’s ook bestemmingswijzigingen voorgesteld. “Hiermee krijgen deze steden op korte termijn nieuwe ontwikkelingsmogelijkheden”, weet Inge Moors. “Maar ook hier moeten we waken over een goed evenwicht tussen wonen, stedelijke ontwikkeling, werken en vrije tijd. Het ene mag het andere niet hypotheke-
ren. We willen dat onze kleine steden zich verder kunnen ontwikkelen maar tegelijk ook leefbare steden blijven.”
INGE MOORS
“WE MOETEN ZORGEN VOOR EEN GOED EVENWICHT TUSSEN STEDELIJKE ONTWIKKELING EN LANDELIJKE OMGEVING” gedeputeerde Inge Moors
Voor de steden Sint-Truiden, Tongeren, Bree, Bilzen, Leopoldsburg, Lommel, Maaseik, Maasmechelen en Beringen is het PRUP al volledig rond. Zo wordt in het PRUP Tongeren het bedrijventerrein Tongeren-Oost uitgebreid. Het bestemmingsplan is ondertussen al klaar. Inge Moors: “Die uitbreiding was een van de
gedeputeerde van Ruimtelijke Ordening De 10 Limburgse kleinstedelijke gebieden
belangrijke voorstellen uit het Strategisch Actieplan Limburg in het Kwadraat (SALK).” Momenteel wordt ook de laatste hand gelegd aan het PRUP van het toekomstige Pelt, de fusiegemeente tussen Neerpelt en Overpelt. Zo wordt er o.a. gedacht aan bijkomende stedelijke ontwikkelingsruimte voor 255 woningen en nog eens 369 woningen in reserve. Voorts krijgt het ziekenhuis nieuwe ontwikkelingskansen en zal het bedrijventerrein Nolimpark op termijn verder kunnen uitbreiden. “Hiermee krijgt de toekomstige gemeente Pelt een kader om uit te groeien tot een homogene centrumgemeente in Noord-Limburg”, besluit gedeputeerde Inge Moors. Nog even dit: Hasselt en Genk staan niet in deze lijst. Het zijn 2 van de 13 Vlaamse centrumsteden. Hiervoor geldt een andere regeling.
Lommel Neerpelt-Overpelt Bree Leopoldsburg
Maaseik
Beringen
Maasmechelen
Bilzen
in opmaak afgewerkt
Sint-Truiden Tongeren
Schaal: 1:130.000
LIMBURG IS MEER DAN ENKEL HASSELT EN GENK Alle vijf de Limburgse deelregio’s hebben eigen troeven en potentie. Met strategische hefboomprojecten worden die verder ontwikkeld. Dat zal uiteindelijk de hele provincie ten goede komen. In Limburg klagen we al eens over het feit dat de stedelijke economische ontwikkelingen al te zeer geconcentreerd worden binnen de zogenaamde Vlaamse ruit Antwerpen-Leuven-Brussel-Gent. Maar ook in Limburg stellen we vast de dat de stedelijke economische ontwikkelingen zich in hoofdzaak op de as Hasselt-Genk situeren.
Gedeputeerde Erik Gerits: “Bij de presentatie van het Strategisch Actieplan Limburg in het Kwadraat (SALK) na de sluiting van Ford zegde toenmalig Vlaams minister-president Kris Peeters dat als het goed gaat met Limburg, het ook goed gaat met Vlaanderen. Parafraserend zou ik kunnen zeggen dat wanneer het goed gaat met Lommel
Na een grondige analyse van de deelregio’s werden door LIRES vijf strategische projecten – een project per deelregio omdat men niet alles tegelijk kan doen – naar voren geschoven. Deze vijf hefboomprojecten worden nu vertaald in concrete businesscases. Het gaat om de volgende projecten.
en Tongeren, het ook goed gaat met Limburg. Alle Limburgse deelregio’s hebben potentie en troeven en die moeten we uitspelen.”
“WANNEER HET GOED GAAT MET LOMMEL EN TONGEREN, GAAT HET GOED MET LIMBURG” gedeputeerde Erik Gerits
Om dat in de hand te werken, bundelden het provinciebestuur van Limburg, de Limburgse steden en gemeenten en de Limburgse sociale partners (werkgevers en vakbonden) hun krachten in een nieuwe ambitieuze ontwikkelingsstrategie voor Limburg: Limburgse Regionale Economische Samenwerking, kortweg LIRES.
ERIK GERITS
gedeputeerde van Economie en Europese Aangelegenheden
“Het uitgangspunt hierbij is heel simpel. Limburg moet zich blijven profileren als één regio die over voldoende kritische massa beschikt om de uitdagingen van de toekomst aan te gaan. Maar binnen Limburg zelf zijn er deelregio’s met elk eigen kenmerken en troeven. Die moet men met hefboomprojecten verder ontwikkelen. Dat komt de deelregio’s en zo ook heel Limburg ten goede”, zegt Erik Gerits.
Maasland – Hier is gekozen voor het concept “Maaskust”. Hierin staat de N.Z.-verbinding tussen de Maasgemeenten centraal, gekoppeld aan grensoverschrijdende verbindingen met Nederland. Dit moet zorgen voor een functionele regio-verbinding en de ontwikkeling van een recreatief grensoverschrijdend Maasaanbod. Zuid-Limburg – Uiteraard ligt de focus hier op de realisatie van Fruit Valley met twee dimensies: een toeristisch fruitspoor als verbindende structuur en fruit als basisproduct voor nieuwe economische toepassingen. West-Limburg – Dat de klemtoon hier ligt op fietseconomie hoeft niet te verwonderen. Met o.a. Bike Valley (zie foto), BioRacer, het circuit van Zolder en de toekomstige wielerpiste zijn er al veel voorzieningen. Die worden nu geclusterd in een hefboomstrategie. Noord-Limburg – In het noorden van de provincie ligt de focus op de verdere ontwikkeling van de bedrijventerreinen (Maatheide, Nolimpark, Kristalpark) en wordt de haalbaarheid onderzocht van de realisatie van een Corda Noord naar het voorbeeld van Corda Hasselt. Midden-Limburg – Hier wordt gekeken naar de verdere uitwerking van het Kolenspoor; en dit zowel als functionele verbinding als toeristische as tussen de historische mijnsites. Op die manier is LIRES een uitdieping van het SALK op het niveau van de Limburgse deelregio’s met drie klemtonen: versterking van wat al aanwezig is, bevorderen van ondernemerschap en het realiseren van de randvoorwaarden (zoals bijvoorbeeld opleidingen en infrastructuurwerken) om dit mogelijk te maken.
Formaat: A1