Jaarboek 2011 - Migratie en integratie in Limburg

Page 1

PROVINCIAAL INTEGRATIECENTRUM LIMBURG

Jaarboek 2011 MIGRATIE EN INTEGRATIE IN LIMBURG

• Meer dan één op zes Limburgers is van vreemde herkomst • Het Limburgse onderwijs: voor iedereen gelijk? • Economische crisis treft allochtonen hard • Samen feest vieren!


Colofon

Inhoud

Tekst, eindredactie en coördinatie Bart Daemen, Raf Van Hoof en Marina Quintens Een uitgave van

4 4

1. Multiculturele steekkaart van Limburg Negentig jaar Limburgse

Iessa Kalaai, afdelingshoofd

Integratiesector volop in beweging

Universiteitslaan 3

Nieuwbouwmoskeeën in Limburg

8

Personen van vreemde herkomst in Limburg

Verantwoordelijke uitgever

Tom Van Thienen, bestuursdirecteur Directie Mens

3. Werken •

migratiegeschiedenis

Provinciaal Integratiecentrum

B-3500 Hasselt

40

13

groeit sterk

44 44 46

Iedereen migrant!

Vluchtelingen en asielzoekers •

provincie Limburg Vormgeving

Mind-Spring doorbreekt eenzaamheid, geeft

Aantal niet-Belgische zelfstandigen

49

4. Samenleven Samenleven in diversiteit Het multireligieuze Limburg •

Open Gebedshuizendag

Samen feest vieren

Communiceren doe je met mensen,

rust en leert vooruit kijken

niet met ‘culturen’

Vaes Grafische Producties BVBA

Vreemdeling, vluchteling, illegaal… Kind!

Een job in uniform? Ook voor jou!

Fotografie

Mooi en moeilijk gaan altijd samen

Elke Limburger heeft recht op waardig

Dany Bierset, Hugo Broos, Erwin Marcisz, Willy

19

Wie kan naar België reizen? Wie mag in

21

Gezinshereniging wordt strenger

Drukkerij Paesen

Verloopt de gezinsvorming anders bij Turkse en Marokkaanse jongeren?

Oplage

850 exemplaren

D/2012/5857/05

25 27

Mensen zonder wettig verblijf “Na mijn regularisatie durf ik weer werken aan mijn toekomst!”

de provincieraad van Limburg Herman Reynders, gouverneur-voorzitter

Limburgse projecten rond huwelijksmigratie

Arbeidsmigratie •

De deputatie van

30

Woonwagenbewoners •

Marc Vandeput, Walter Cremers, Gilbert Van

Finland licht succesfactoren van Roma integratiebeleid toe

Baelen, Frank Smeets, Jean-Paul Peuskens, Mieke Ramaekers, gedeputeerden, en Renata Camps, provinciegriffier

33 33

Nederlands leren •

Huwelijksmigratie

Drukwerk

Wettelijk depotnumer

52

België wonen en werken?

Rajendra Rasaily, Johan Reynders, Robin Reynders, Abdul-Wahit Duman, Ivan Stas

ouder worden

Recente migratie •

Meeus, Ali Salehi Mogadam, Marina Quintens,

2. Onderwijs Segregatie in het Limburgs onderwijs •

Spelen met taal op school

Taal en kansen

Het provinciaal Educatief Centrum vanaf nu ook online te bezoeken

40 vrijwilligers helpen 262 anderstaligen met Nederlands

53

Inburgering •

54

Samen inburgeren in Limburg

Discriminatie en racisme •

Hoe omgaan met diversiteit?


Voorwoord Limburg is een diverse en kleurrijke provincie. Ook dit jaar zet het

niet de Belgische nationaliteit had bij de geboorte. Ook staan we stil bij

Jaarboek Migratie en Integratie weer de voornaamste feiten en cijfers

hoe dit aantal de laatste vijf jaar in Limburg geëvolueerd is.

over migratie en integratie in Limburg op een rijtje. Werken met cijfers op basis van nationaliteit bij geboorte geeft ons Voor het eerst kunnen we uitpakken met cijfers die ons iets leren over

dus een meer verfijnd beeld van de diversiteit in onze provincie. Toch

de herkomst van de Limburgers. Tot nu toe moesten we het vaak doen

is niet iedereen van vreemde herkomst hierin gevat. Kinderen die als

met cijfers op basis van nationaliteit, maar doordat in Limburg veel

Belg geboren worden, maar waarvan de ouders vreemde roots heb-

personen van allochtone origine de laatste decennia Belg geworden

ben, zijn onzichtbaar in deze cijfers. Om niet aan deze groep voorbij

zijn, gaf dit een vertekend en slechts beperkt beeld van de etnische

te gaan, schat het Jaarboek ook de grootte van deze groep. Dit is wel

diversiteit in onze provincie.

enkel mogelijk als de kinderen nog inwonen bij de ouders. Omdat er dus nog wat ruis zit op deze gegevens zal het Provinciaal

Hoe brengen we het aantal personen van vreemde herkomst in Limburg

Integratiecentrum deze cijfers verder uitspitten en in het najaar van

in kaart? Eerst focussen we op de nationaliteit bij geboorte van de

2012 een meer gedetailleerd dossier uitbrengen.

Limburgers. Uit de cijfers blijkt dat meer dan één op zes Limburgers Naast de aanwezigheid van personen van vreemde herkomst belicht het Jaarboek ook de meest relevante cijfers en onderzoeken uit andere levensdomeinen (onderwijs, werk, …). Het Provinciaal integratiecentrum blijft inzetten om in de toekomst evoluties en trends op vlak van migratie en integratie verder op te volgen. En deze beschikbaar te stellen voor een breed publiek. Enkel zo kunnen we een beleid voeren dat geënt is op de werkelijke situatie. Limburg krijgt steeds meer kleur. Wij Limburgers staan bekend als gastvrije mensen. Het is een uitdaging voor ons allemaal om in verscheidenheid samen te leven en ervoor te zorgen dat al onze kinderen hun talenten optimaal kunnen ontplooien. Veel leesplezier!

Mieke Ramaekers gedeputeerde van Welzijn en Integratie


4

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

1. Multiculturele steekkaart van Limburg Negentig jaar Limburgse migratiegeschiedenis

Vanaf 1956: Grieken, Spanjaarden, Portugezen, Turken en Marokkanen Na de mijnramp van Marcinelle vinden de Italianen de Belgische mij-

Jaren ‘20 en ‘30: steenkoolnijverheid als katalysator

nen te onveilig. Griekenland, Spanje en Portugal worden de nieuwe

In de jaren ‘20 komt de Limburgse steenkoolnijverheid tot ontwikke-

herkomstlanden. In 1965 telt Limburg ongeveer 4.000 Grieken en iets

ling. Buitenlandse arbeiders zijn nodig voor hun specifieke ervaring

meer Spanjaarden. Sindsdien is dit aantal gedaald. Waarschijnlijk

én omwille van het tekort aan Belgische arbeidskrachten. Het aandeel

migreerden velen terug naar het eigen land dat zich sterk ontwikkelde

vreemde arbeiders stijgt tot 30% eind jaren ‘20. De voornaamste her-

in de jaren ‘70 en ‘80.

komstlanden zijn Polen, Tsjechoslowakije en Italië. Zo vestigen zich voor de Tweede Wereldoorlog zo’n 7.000 à 8.000 Polen in Limburg.

Het systeem van gastarbeiders draait volop in de jaren ‘60. Fedechar, de patroonsorganisatie van de mijnen, verlegt het werkterrein naar

In de jaren ‘30 vervangt de overheid de buitenlandse mijnwerkers syste-

Turkije en Marokko. Ook voor andere sectoren dan de mijnindustrie

matisch door Belgische. Ook zijn er gedwongen repatriëringen van bui-

wordt gerekruteerd in het buitenland. Daarnaast is er ‘vrije’ arbeids-

tenlandse mijnwerkers die het voortouw namen bij stakingen. Het aan-

migratie: buitenlanders komen op eigen initiatief als toerist, zoeken

deel buitenlandse mijnwerkers bedraagt eind jaren ‘30 nog zo’n 20%.

werk en brengen dan hun papieren in orde.

Vanaf ‘45: kolenslag trekt Italianen aan

Vanaf de tweede helft van de jaren ‘60 stijgt het aantal Turken in

Na de oorlog kondigt de kolenslag zich aan. Steenkool is de energie-

Limburg als gevolg van de aanhoudende immigratie: tot de migratie-

bron om de wederopbouw te doen slagen. Vanaf 1947 komt er een

stop van 1974 als arbeidskrachten, later via gezinshereniging, huwe-

massale immigratie uit Italië op gang. Italië krijgt steenkool in ruil

lijksmigratie en natuurlijke aangroei. Vanaf het begin van de jaren ‘90

voor mijnwerkers. Dit duurt tot de mijnramp van Marcinelle in 1956,

daalt het aantal personen met de Turkse nationaliteit omdat zij steeds

waar vele Italiaanse mijnwerkers het leven laten. De individuele

meer de Belgische nationaliteit aannemen. De Turkse gemeenschap is

migratie blijft doorgaan tot begin jaren ‘70.

in Limburg drie keer groter dan de Marokkaanse.

Integratiesector volop in beweging Streefdoel is daarbij te komen tot één organisatie voor inburgering Op vlak van integratie was onze provincie pionier in Vlaanderen. Al

en integratie in Vlaanderen, en tot een versterking van het gemeen-

in 1965 ontstond de Provinciale Onthaaldienst voor Gastarbeiders,

telijke niveau.

de verre voorloper van het huidige Provinciaal Integratiecentrum (PRIC). Ook de laatste jaren evolueerde het integratiebeleid verder.

Door de bijzondere Limburgse situatie blijft onze provincie buiten

Het onthaalbeleid werd inburgering, en in 2005 gingen het

de voorgestelde eenheidsstructuur. Wel zal er nauwer samenge-

Onthaalbureau Inburgering Limburg en de Huizen van het

werkt worden tussen het Provinciaal Integratiecentrum en het

Nederlands van start.

Onthaalbureau Inburgering Limburg. Dit moet al in 2012 resultaten

Ook de komende jaren staan er nog een aantal veranderingen voor

in het voordeel van onze doelgroepen kunnen opleveren. Daarnaast

de deur. 2011 was een scharnierjaar, waarbij de Interne

zal het Provinciaal Integratiecentrum gemeentebesturen blijven

Staatshervorming van de Vlaamse Regering in een stroomversnel-

ondersteunen bij hun beleid op vlak van integratie.

ling kwam. In de zomer keurde de Regering een conceptnota goed voor de hervorming van de integratiesector.


Nieuwbouwmoskeeën in Limburg Vlaanderen telt 160 moskeeën voor de naar schatting 200.000 moslims die er wonen. De overgrote meerderheid daarvan zit in bestaande panden die verbouwd zijn. Elf moskeeën zijn nieuw gebouwd, en van die elf staan er zeven in Limburg. Dr. Meryem Kanmaz van Mana vzw, Expertisecentrum Islamitische Culturen in Vlaanderen, schreef er een boek over. Ze kwam er op uitnodiging van het Provinciaal Integratiecentrum op 1 juni 2011 over vertellen. De andere deelnemers aan het debat waren Jef Gabriëls, ereburgemeester van Genk, Rob Hermans, architect van enkele nieuwbouwmoskeeën, Ahmed 1965: Provinciale Onthaaldienst voor Gastarbeiders

Benkheil, bestuurslid van de Hasseltse Badr-moskee en Sadan Yilmaz,

De oprichting van de Provinciale Onthaaldienst voor Gastarbeiders, de

bestuurslid van de Yeni-moskee in Houthalen.

voorloper van het huidige Provinciaal Integratiecentrum, gebeurt in 1965. De oprichting is mede het gevolg van een Europese aanbeveling die de lid-

Schuilmoskeeën en heimweemoskeeën

staten aanspoort om sociale hulp te bieden aan migrerende arbeiders.

Meryem Kanmaz leert ons dat veruit de meeste Vlaamse moskeeën

De eerste activiteiten van de Provinciale Onthaaldienst voor

schuilmoskeeën zijn. Ze zijn onzichtbaar: ze liggen op binnenplaat-

Gastarbeiders pikken in op de directe gevolgen van migratie: opspo-

sen of in achterafstraatjes, verscholen achter anonieme gevels.

ring van TBC, regels voor logementshuizen, zwangerschapsconsultaties, ... In de jaren ‘70 is de Provinciale Onthaaldienst pionier in

De 11 nieuwbouwmoskeeën in Vlaanderen werden gebouwd door

onderwijsprojecten voor migrantenkinderen: onderwijs in eigen taal

migrantengemeenschappen. Meryem Kanmaz noemt ze heimwee-

en cultuur, Nederlands als tweede taal en intercultureel onderwijs.

moskeeën: met hun vormentaal (minaretten, koepels, zuilengalerijen) grijpen ze expliciet terug naar de landen van herkomst van de bouw-

Jaren ‘70 en ‘80: economische crisis leidt tot migratiestop

heren. Door hier nieuwe moskeeën te bouwen die bovendien in het

Vanaf 1973 belandt België in een economische crisis. In 1974 komt er

oog springen, geven moslims een nieuwe invulling aan het begrip

een migratiestop voor laaggeschoolden. Migratie via gezinshereni-

integratie. “Moslims in Vlaanderen zien zich niet meer als een getole-

ging blijft wel mogelijk. Kinderen en vrouwen immigreren dan ook.

reerde minderheid, maar door hun claim op de publieke ruimte stre-

Dit maakt gezinsvorming mogelijk. Marokkaanse en Turkse jongeren

ven ze een grote zichtbaarheid na. ‘De straat is ook van ons.’ Maar wat

die hier opgroeien, trouwen met partners uit het herkomstland, die

zichtbaar is, lokt ook reactie uit. Vandaar de soms verhitte discussies

daarna naar België migreren. De migratiestop komt pas onder druk te

bij de bouw van nieuwe moskeeën. Deze weerstand duikt trouwens

staan op het einde van de jaren ‘90, wanneer werkgevers aandringen

overal in Europa op. Alleen wordt de weerstand hier wel op een

om meer arbeidsmigranten naar België te halen.

typisch ‘Belgische’ manier geuit: niet rechtstreeks, niet expliciet maar wel verpakt in praktische bezwaren: parkeerproblemen, stedenbouw-

In 1981 komt de eerste racismewet in België tot stand. De wet is streng, maar in de praktijk moeilijk toepasbaar. Aanpassingen in 2002

De Yunus Emre Moskee in Sledderlo, Genk

kundige argumenten.”


6

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Compromismoskeeën

Plannen in Hasselt

Tussen wens en werkelijkheid staan vaak praktische bezwaren. Zo moe-

Ahmed Benkheil is bestuurslid van de Hasseltse Badr-moskee. Ook

ten bouwheren vaak inleveren op de aanvankelijke plannen voor heim-

daar hebben ze nieuwbouwplannen. Waarom? “Plaatsgebrek. Nu

weemoskeeën. Dat resulteert in zogeheten compromismoskeeën. Maar,

staan de mensen op vrijdag dikwijls buiten te bidden.” De plannen zit-

dat hoefde het minst in Limburg. Zo hebben de zeven Limburgse nieuw-

ten nog in de beginfase, momenteel loopt er een geldinzameling om

bouwmoskeeën, met uitzondering van die in Kolderbos, allemaal een

een stuk grond te kopen. “Als dat rond is gaan we met de architect pra-

herkenbare minaret. Nog een opvallend verschil: de Limburgse mos-

ten.” Waar moet die rekening mee houden? “Iedereen moet er een

keeën (Kolderbos, Sledderlo, Winterslag, Beringen-Mijn, Houthalen,

goed gevoel bij hebben, moslims en niet-moslims. En er zouden een

Maaseik, Maasmechelen) zijn vrijstaande gebouwen; de vier in de rest

paar basiselementen in moeten zitten waardoor iedereen kan zien: ha,

van Vlaanderen (Mol, Sint Niklaas, Zele, Borgerhout) sluiten aan bij rij-

dat is een moskee!”.

woningen. Waarom? Moslims in Limburg wonen in cités, die zijn bijna homogeen allochtoon en dat roept weinig protest op. En natuurlijk is er

Een logische vraag bij het zoeken naar een compromis wanneer een

ook gewoon meer plaats dan in de steden.

nieuwe moskee wordt gebouwd, is hoe lang moskeeën nog gesegmenteerd zullen blijven naar herkomst? Kunnen er geen moskeeën

Architect

komen voor alle moslims samen? Ahmed Benkheil stelt dat de Badr-

Architect Rob Hermans tekende de plannen voor de nieuwbouwmos-

moskee al een erg gemengd publiek aantrekt. Meryem Kanmaz blijft

keeën van Winterslag en Kolderbos. Hoe begin je daaraan? “In het

echter sceptisch over ‘geïntegreerde’ moskeeën’. “In Antwerpen had

begin heb ik meer gepraat dan getekend. Ik kende de islam niet en

het stadsbestuur het idee twee grote moskeeën neer te zetten buiten de

moest me daarin eerst verdiepen. De bouwheren toonden me een boek

stad. Het bestuur vroeg aan de moslims: gaan jullie daar naar toe

met moskeeën zoals zij die kenden. Dat wilden ze hier ook.

komen? Die antwoordden: ja, op grote feestdagen. Anders niet. Een

Uiteindelijk kwamen we bij een compromis uit tussen wat de mensen

moskee is immers een ontmoetingsplek in hun omgeving.” Ook zul-

wilden en wat paste in de omgeving.” Hermans was getuige van weer-

len etnische grenzen niet zo snel doorbroken worden, denkt ze.

stand en strubbelingen met buurtbewoners en bracht veel waardering op voor de bestuursleden van de moskeevereniging: zij moesten

Limburg neemt het voortouw op vlak van erkende moskeeën

immers de achterban overtuigen dat het geen moskee kon worden

Limburg telt niet alleen meer nieuwbouwmoskeeën dan de andere

zoals ze die in gedachten hadden.

provincies, ook op vlak van erkende moskeeën neemt de provincie het voortouw. In 2010 werden de Mevlana moskee (Waterschei), de

Sadan Yilmaz was betrokken bij de bouw van de nieuwe moskee in

Yildirim Beyazit moskee (Kolderbos), de Selimiye moskee (Lommel)

Houthalen. Ook hij vindt de verbondenheid met de buurt belangrijk, de

en de moskee Al Mouhsinine in Bilzen erkend. Dat brengt het totaal

mensen willen hun moskee kort bij huis. Voor hen golden twee mini-

aantal erkenningen in Limburg op tien. Eerder waren de Selimiye

mumvoorwaarden: de moskee moest groot genoeg zijn en ze moest er

moskee (Heusden), de Sultan Ahmed moskee (Heusden), Yunus Emre

uitzien als een moskee. “We lieten de mensen een maquette zien van het

moskee (Sledderlo), de Yesil moskee (Houthalen), de moskee Badr

uiteindelijke ontwerp en zeiden dat het niet anders kon. Daar hebben ze

(Hasselt ) en de Fatih moskee in Beringen al erkend.

zich toen bij neergelegd. Als het niet anders kan, dan is het goed.”

Limburg is momenteel ook de enige provincie waar een Centraal Bestuur voor erkende moskeeën is opgericht. Dit bestuur moet de

Ereburgemeester Ereburgemeester Jef Gabriëls van Genk was tijdens zijn ambtsperiode betrokken bij de bouw van drie nieuwe moskeeën: Kolderbos, Winterslag en Sledderlo. Hij steunde waar hij kon: “De islam heeft als erkende godsdienst recht op outing. Bovendien heeft een moskee ook een belangrijke socioculturele functie. In Sledderlo was er de ruimte en golden geen voorschriften of beperkingen. Daar kon men zijn gang gaan en heeft men een stukje Turkije neergezet. Het grootste probleem daar was een werkvergunning vast te krijgen voor de mozaïekleggers uit Turkije. In Winterslag was er ook geen stedenbouwkundig probleem en de grond kon het moskeebestuur kopen van het bisdom. Kolderbos was het moeilijkste verhaal. De moskee staat er op ‘gewone’ bouwgrond en daar gelden strikte voorschriften. Uiteindelijk is het gelukt. Ons advies was toen: zoek een goede architect die binnen de contouren van de voorschriften zoekt naar wat mogelijk is.”

brug vormen tussen de provincie en lokale moskeeën.


7 en 2007 moeten discriminatie makkelijker te bewijzen maken.

De migratie in de jaren ‘90 leidt ook tot nieuwe gemeenschappen. Een

Intussen blijft de allochtone bevolking groeien door geboorte en door

gemeenschap ontstaat als er voldoende samenhang is tussen de leden

gezinsvorming. De wet Gol (1984) bemoeilijkt gezinsvorming. Maar

en deze zich identificeren als leden van de groep. De Sikh-gemeen-

doordat de partners in België de Belgische nationaliteit verwerven, is

schap in Sint-Truiden voldoet zeker aan de definitie. Hun aantal is niet

er een uitweg.

zo groot, maar ze zijn lokaal geconcentreerd en organiseren zich rond hun eigen religie. Ook de Ahmadiyya-moslims verenigen zich op basis

Jaren ‘90: toename asielzoekers en komst van nieuwe gemeen-

van religie. Hun aanhang bestaat vooral uit vluchtelingen en asielzoe-

schappen

kers uit Pakistan. In Limburg vinden we de Ahmadiyya’s in Beringen,

Na de val van de Berlijnse muur in 1989 begint het aantal asielzoekers te

Hasselt en Sint-Truiden. Bij andere groepen asielzoekers, zoals asiel-

stijgen, om eind jaren ‘90 tot een hoogtepunt te komen. Een kentering

zoekers uit Oost-Europa, lijkt de onderlinge samenhang minder sterk

komt er pas in 2001, wanneer asielzoekers geen financiële hulp meer

en zij onderhouden ook minder sterke banden met landgenoten.

krijgen en nieuwe asielaanvragen sneller worden afgewerkt. Een nieuw fenomeen in de jaren ‘90 zijn de immigrerende Nederlanders, vooral in

Vanaf 2000: focus op inburgering

de grensgemeenten. Goedkope bouwgronden, goedkope woningen en

De Vlaamse Gemeenschap zet vanaf 2000 proefprojecten op voor het

fiscale voordelen zijn drijfveren om naar Limburg te komen.

onthaal van nieuwkomers. Ze krijgen Nederlandse taalles, trajectbegeleiding en maatschappelijke oriëntatie om zo snel mogelijk hun

Migratie en integratie worden op de politieke agenda geplaatst door het suc-

weg te vinden in de Vlaamse samenleving. Onthaal heet nu inburge-

ces van het Vlaams Blok op de ‘zwarte zondagen’ van 1988 en 1991. Vanaf

ring en er komt meer aandacht voor de plichten van de nieuwkomers.

dan komen er structurele maatregelen om de integratie te bevorderen:

Dit leidt ook tot nieuwe structuren. In 2005 gaat het Onthaalbureau

oprichting van het Koninklijk Commissariaat voor het integratie-

Limburg van start. Het nieuwe ‘Huis van het Nederlands’ helpt taal-

beleid (1988);

leerders zoeken naar de geschikte taalles.

• • •

het onderwijsvoorrangsbeleid geeft scholen met migrantenkinderen extra middelen (1991);

Actuele ontwikkelingen

het non-discriminatiebeleid in het onderwijs wil migrantenkinde-

Na een eerste grote regularisatiegolf in 2000, komt er eind 2009 een

ren spreiden (1994);

tweede tijdelijke regularisatiecampagne met soepelere criteria om een

wijzigingen in de nationaliteitswetgeving maken de derde genera-

verblijfsvergunning te krijgen. Basisvoorwaarde is een duurzame lokale

tie automatisch Belg en geeft de tweede generatie een versoepelde

verankering in België. Daarbij let men op sociale banden, kennis van

procedure (1992);

één van de landstalen, werkverleden en werkbereidheid. Personen die

uitbouw van een integratiesector met het Vlaams Minderheden-

minstens vijf jaar in België wonen, komen in aanmerking. Een korter

centrum, provinciale integratiecentra en lokale integratiediensten

verblijf kan ook, maar dan zijn de voorwoorden strenger.

in 10 Limburgse gemeenten (1998);

Deze regularisatiecampagne zou gekoppeld worden aan een verstren-

Vlaams Opvangbeleid voor mensen zonder wettig verblijf (1998).

ging van een aantal regels over asiel en migratie. Zo komen er in 2011 strengere regels voor gezinshereniging. Ook worden de mogelijkheden om Belg te worden verstrengd.

Een voormalige supermarkt, verscholen in het binnengebied van een Gents bouwblok, is omgevormd tot een moskee en getooid met koepels en minaretten


8

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Personen van vreemde herkomst in Limburg De Limburgse migratiegeschiedenis zorgde voor heel wat diversiteit

vreemde roots hebben, zijn niet meegenomen in deze statistieken.

in onze provincie. Tot nu toe konden cijfers deze diversiteit echter niet

Doen we dit wel, dan stijgt het aantal personen van vreemde herkomst

altijd goed vatten. Vaak waren cijfers enkel gebaseerd op nationaliteit.

in Limburg tot 176.719 personen. Dan is 21,0% van de Limburgers van

Als je weet dat alleen al in Limburg de laatste twintig jaar meer dan

vreemde herkomst.

50.000 niet-Belgen kozen voor de Belgische nationaliteit – en zo verdwenen uit de statistieken met het aantal vreemdelingen - , wordt dui-

De cijfers die verder in dit hoofdstuk gepresenteerd worden, handelen

delijk dat de bestaande cijfers minder en minder een correct beeld schet-

enkel over de nationaliteit bij geboorte. In 2012 zal het Provinciaal

sen van de etnische en culturele verscheidenheid in onze provincie.

Integratiecentrum een meer gedetailleerd dossier uitbrengen, waarin ook cijfers van de jongeren die als Belg geboren zijn, verder uitgespit worden.

Een oplossing voor deze vertekening van de statistieken, is om te werken met cijfers uit het rijksregister. Naast de huidige nationaliteit kan uit het

Nederlanders grootste groep van niet-Belgische origine

rijksregister ook de nationaliteit bij geboorte gedistilleerd worden. Zo

Met 50.000 personen maken de Nederlanders de grootste groep per-

kunnen we een beeld vormen van het aantal personen van vreemde her-

sonen van vreemde herkomst in onze provincie uit. Meer dan één op

komst. De term vreemde herkomst reserveren we dus voor de som van

drie (33,3%) van alle personen van niet-Belgische origine zijn

alle inwoners zonder de Belgische nationaliteit en het aantal personen

Nederlanders.

die nu de Belgische nationaliteit bezit, maar als niet-Belg geboren is. Samen met andere Noord- en West-Europese landen (Duitsland, Meer dan één op zes Limburgers is van vreemde herkomst

Groot-Brittannië, …) is Nederland goed voor 37,6% van alle personen

Op 1 januari 2011 telt Limburg 145.750 personen van vreemde her-

van vreemde origine in Limburg.

komst. Op een totaal van 842.841 inwoners is dit 17,3%. Meer dan één Ongeveer één op vijf personen van vreemde herkomst heeft zijn roots

op zes Limburgers is hiermee van niet-Belgische origine.

in het zuiden van Europa, met als koplopers Italië (21.336), Spanje Kinderen die als Belg geboren worden, maar waarvan de ouders

(2.976) en Griekenland (2.601).

Top 10 niet-Belgische origine in Limburg (01.01.2011)

Niet-Belgen bij geboorte in Limburg naar nationaliteitsgroep (01.01.2011)

nationaliteit bij geboorte

aantal

%

schatting

%

(inclusief als Belg geboren kinderen)

nationaliteitsgroep bij geboorte

aantal

%

Europese Unie

Nederland

49.245

33,8%

54.973

31,1%

Noord- en West-Europa

54 849

37,6%

Turkije

29.613

20,3%

39.702

22,5%

Zuid-Europa

27 669

19,0%

Italië

21.336

14,6%

27.636

15,6%

Oost-Europa

9.584

6,6%

12.928

7,3%

Marokko

7 438

5,1%

89 956

61,7%

5 379

3,7%

Polen

4.573

3,1%

5.177

2,9%

buiten Europese Unie

Duitsland

3.649

2,5%

4.378

2,5%

ex-Oostbloklanden

Spanje

2.976

2,0%

3.784

2,1%

Maghreblanden

10 105

6,9%

Griekenland

2.601

1,8%

3.299

1,9%

Turkije

29 621

20,3%

India

1.810

1,2%

1.933

1,1%

rijke OESO-landen

738

0,5%

20.363

14,0%

22.909

13,0%

andere landen van Afrika

1 961

1,3%

andere landen van Azië

5 672

3,9%

landen van Zuid- en Centraal-Amerika

1 080

0,7%

overige landen

totaal niet-Belgen bij geboorte 145.750

Bron: Rijksregister

176.719

onbepaald

Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

totaal Bron: Rijksregister Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

1 238

0,8%

55 794

38,3%

145 750

100,0%


9 Iedereen migrant! In het kader van de tentoonstelling Schoon Volk werkten drie bekende Limburgers mee aan een DNA-project. Virginie Claes, Een sterk groeiende groep zijn de ex-Oostbloklanden. Daarbij zijn

voormalig Miss België, Abdel Wahhabi, voormalig olympisch bok-

zowel personen die lid zijn de Europese Unie (5,1%), maar ook de ove-

ser, en Koen Vanmechelen, kunstenaar, lieten aan de hand van een

rige ex-Oostbloklanden zijn nog goed voor 3,7% van alle personen van

speekselstaal hun genetische achtergrond onderzoeken.

vreemde herkomst in Limburg. Met 4.573 personen telt Polen het grootst aantal inwoners uit Oost-Europa in onze provincie. Hiermee

Bij DNA-onderzoek wordt voor mannelijke deelnemers zowel de

verovert Polen de vijfde plaats in de top tien met meest voorkomende

afstamming in de zogenaamde ‘paternale' (mannelijke) als ‘matriar-

origines in Limburg.

chale’ (vrouwelijke) afstammingslijn onderzocht. Bij vrouwelijke deelnemers wordt alleen de ‘matriarchale’ (vrouwelijke) lijn onder-

Verder hebben bijna 30.000 Limburgers Turkse roots, goed voor

zocht. DNA-technieken geven aan dat iedereen afkomstig is uit

20,3% van het totaal aantal personen van vreemde herkomst en een

Afrika, ongeveer 150 000 jaar geleden. Zo’n 60 000 jaar geleden ver-

tweede plaats in de top tien van Limburg.

lieten de eerste groepjes mensen Afrika. Tijdens hun omzwervingen lieten zij genetische afdrukken na. Per groep - die zich langere tijd

Ook Marokko scoort met een vierde plaats hoog in de top tien. Begin

ergens vestigde - ontwikkelden ze unieke genetische kenmerken.

2011 telde onze provincie 9.584 personen van Marokkaanse herkomst.

Deze zijn vandaag nog steeds terug te vinden in ons DNA. Zo kunnen

Samen met de andere Maghreblanden (Algerije en Tunesië) zijn ze

we volgen waar, wanneer en hoe onze voorouders zich over de wereld

goed voor bijna 7% van alle personen met niet-Belgische roots. Buiten

hebben verspreid. Uiteindelijk blijkt dan ook dat we veel meer met

de Maghreblanden hadden nog 1.961 personen een Afrikaanse natio-

elkaar gemeen hebben dan ons uiterlijk vaak doet vermoeden, en dat

naliteit bij hun geboorte. Nigeria (222), Congo (209) en Egypte zijn de

we allemaal een al dan niet recent migratieverleden hebben.

belangrijkste Afrikaanse herkomstlanden. Maar wat dreef onze voorouders naar andere oorden? Doorheen de Personen uit een rijk OESO-land vormen een minderheid. Met 738

hele geschiedenis blijken mensen bijzonder mobiel. Om verschil-

personen maken ze slechts 0,5% uit van het totaal aantal personen van

lende redenen gaan ze van de ene plek naar de andere: meestal om

vreemde herkomst. Rijke OESO-landen zijn landen die door de

een nieuw en ‘beter’ leven na te jagen. Ze trekken naar plaatsen met

wereldbank omschreven worden als ‘high-income OECD countries’

meer mogelijkheden (vruchtbaardere gebieden of steden), of vluch-

Het gaat dan bijvoorbeeld om landen zoals de Verenigde Staten,

ten uit oorlogsgebieden.

Canada, Noorwegen, Japan en Zuid-Korea. Geldt dit verhaal ook voor Virginie Claes, Abdel Wahhabi en Koen Inwoners met een geboorteland van het Aziatische continent zijn goed

Vanmechelen? Waar liggen hun roots eigenlijk? En zijn ze mis-

voor 3,9%. Absolute koploper hier is India (1.810 personen), maar ook

schien met elkaar verwant? Het waren open vragen op het moment

landen zoals Thailand (642), China (408) en de Filippijnen (499) zijn

dat het speekselstaal werd afgenomen.

aanwezig in onze provincie. Verder telt Limburg ook nog een 1.000-tal

De resultaten van de test bewezen dat ze alle drie een migratiege-

personen uit Zuid- en Centraal-Amerika. Brazilië is met 226 inwoners

schiedenis hebben, al dan niet in een verder verleden. Bovendien

het best vertegenwoordigd.

blijken Abdel Wahhabi en Koen Vanmechelen afkomstig te zijn van dezelfde 'oermoeder'. Beiden zijn dus verwanten van mekaar! De test maakte dan ook duidelijk dat uiterlijke verschillen tussen personen lang niet altijd alles zeggen.

Virginie Claes, voormalig Miss België, Abdel Wahhabi, voormalig olympisch bokser en Koen Vanmechelen, kunstenaar, lieten aan de hand van een speekselstaal hun genetische achtergrond onderzoeken. Ze waren meer verwant dan gedacht.


10

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Aantal personen van vreemde herkomst neemt op vijf jaar toe

Sterke groei vanuit Nederland en Oost-Europa

met 11,2%s

Het aantal personen met de Nederlandse nationaliteit bij geboorte

Het aantal personen van vreemde herkomst in Limburg steeg de afge-

groeide de afgelopen vijf jaar verder aan: van 43.997 in 2007 tot 49.245

lopen vijf jaar met 11,2%. Telde onze provincie in 2007 nog 131.060

personen in 2011, een toename van 11,9%.

personen van vreemde herkomst, dan zijn er dit vijf jaar later ongeveer 14.500 meer.

Ook het aantal personen met een nationaliteit van de voormalige Oostbloklanden nam de laatste vijf jaar in Limburg sterk toe. In abso-

Ook het aandeel personen van vreemde herkomst onder de bevolking

lute cijfers is de stijging het sterkst bij de personen van Oost-Europa

groeide in diezelfde periode verder aan: van 16,0% in 2007 naar 17,3%

(+2.162 / +41,0%). Zo stijgt het aantal Polen op vijf jaar tijd met 29,4%,

in 2011.

verdrievoudigt het aantal Bulgaren en verdubbelt het aantal Roemenen. Ook bij de ex-Oostbloklanden van buiten de Europese Unie zien we een sterke toename (+2.084 / +63,2%). Hetzelfde geldt

Evolutie van het aantal en aandeel niet-Belgen bij geboorte in

voor personen met de Russische nationaliteit bij geboorte (+85%).

Limburg (2007-2011) Naast deze ‘nieuwe’ migratie vanuit Oost-Europa groeien ook de tra150.000

17,5%

145.000

17,0%

140.000

16,5%

135.000

16,0%

130.000

15,5%

125.000

15,5%

ditionele migrantengroepen zoals de Turken (+4,4%) en de Magrheblanden (+13,6%) verder aan. Maar ook de andere Afrikaanse landen (+81,4%), andere landen van Azië (+19,0%) en landen van Zuid- en Centraal-Amerika (+41,7%) kennen allen een stijging.

139.070

142.176

145,750

135,226

131.060

Enkel het aantal personen van Zuid-Europa daalt licht (-2,2%).

2009

2010

2011

120.000 2007

2008

De impact van nationaliteitswijzigingen in cijfers De afgelopen decennia verwierf een grote groep allochtonen de Belgische nationaliteit. Alleen al de laatste 20 jaar kregen in Limburg

15,0%

meer dan 50.000 niet-Belgen de Belgische nationaliteit. Het aantal nationaliteitswijzigingen in Limburg piekt in 1985, 1992 en in 2000.

Bron: Rijksregister - Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

Evolutie van het aantal niet-Belgen in Limburg naar nationaliteit bij geboorte (2007-2011)

Europese Unie

buiten Europese Unie

Zuid-Europa

2007

2008

2009

2010

28 278

28 067

27 953

27 818

2011 toename % stijging 27 669

-609

-2,2%

Oost-Europa

5 276

5 787

6 344

6 850

7 438

2 162

41,0%

Noord- en West-Europa

49 533

51 404

53 111

54 052

54 849

5 316

10,7%

ex-Oostbloklanden

3 295

3 744

4 208

4 721

5 379

2 084

63,2%

Maghreblanden

8 893

9 216

9 533

9 816

10 105

1 212

13,6%

Turkije

28 372

28 819

29 069

29 244

29 621

1 249

4,4%

rijke OESO-landen

640

661

715

716

738

98

15,3%

andere landen van Afrika

1 081

1 273

1 475

1 703

1 961

880

81,4%

andere landen van Azië

3 806

4 285

4 589

5 070

5 672

1 866

49,0%

landen van Zuid- en Centraal-Amerika

762

841

917

1 001

1 080

318

41,7%

onbepaald

1 124

1 129

1 156

1 185

1 238

114

10,1%

totaal

131 060

135 226

139 070

142 176

145 750

14 690

11,2%

Bron: Rijksregister Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning


11 Telkens nemen meer dan 5.000 allochtonen de Belgische nationaliteit

sonen heeft meer dan de helft de Belgische nationaliteit aangenomen.

aan. Elk van deze drie pieken zijn scharniermomenten in de nationa-

Bij de ex-Oostbloklanden van buiten de Europese Unie ligt dit aandeel

liteitswetgeving. In 1985 maken aanpassingen in de nationaliteitswet-

iets lager (40,8%). Personen van Noord- en West-Europa (17,8%) en

geving het gemakkelijker voor de derde generatie migranten om Belg

personen uit de rijke OESO-landen (24,8%) kiezen er het minst voor

te worden. Vooral de Limburgse Italianen maken hiervan gebruik. In

om Belg te worden.

1992 volgt een gemakkelijkere procedure voor de tweede generatie. Deze heeft vooral succes bij de Turkse en Marokkaanse jongeren. In

Ook personen van buiten Europa kiezen er vaak voor om Belg te wor-

2000 komt er de snel-Belgwet, vooral interessant voor de eerstegene-

den. Daar schommelt het aandeel personen van vreemde herkomst die

ratiemigranten. Dit zorgt ervoor dat heel wat oudere Turken en

Belg geworden zijn tussen de 43 en 54%.

Marokkanen Belg worden. Bijna helft van personen van vreemde herkomst in Limburg is Belg geworden

Aandeel van personen, geboren als niet-Belg, die Belg geworden zijn

Op 1 januari 2011 was 17,3% van de Limburgse bevolking van vreemde 0%

herkomst. Ongeveer 145.750 personen hadden bij hun geboorte niet de Belgische nationaliteit. Bijna de helft (46,3%) is over de jaren heen Belg geworden.

10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90%

Zuid-Europa

51, 6%

Oost-Europa

52, 4%

Noord- en West-Europa

17, 8%

Maar niet alle nationaliteitsgroepen kiezen er in dezelfde mate voor

ex-Oostbloklanden

40, 8%

om Belg te worden. Vooral personen van Turkse en Marokkaanse her-

Maghreblanden

75, 1%

komst kiezen ervoor om Belg te worden. Zo is 83,7% van alle perso-

Turkije

83, 7%

nen die met de Turkse nationaliteit geboren werden intussen Belg

rijke OESO-landen

24, 8%

geworden. Bij personen die met een nationaliteit van een

andere landen van Afrika

43, 2%

andere landen van AziĂŤ

50, 2%

landen van Zuid- en Centraal-Amerika

54, 4%

Maghrebland geboren werden, is dit 75,1%. Verder heeft meer dan de helft (51,6%) van personen uit Zuid-Europa intussen de Belgische nationaliteit. Ook onder de Oost-Europese per-

Bron: Rijksregister Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

Aantal nationaliteitsveranderingen in de provincie Limburg (1971-2009)

6.000

5.000

4.000

3.000

2.000

538

788

735

794

630

867

680

808

772

812

5.375

614

491

510

727

693

834

5.382

2.001

3.374

2.697

2.690

2.393

2.366

1.918

5.620

4.543

2.921

2.460

2.270

2.287

74

75

76

77

78

79

80

81

82

83

84

85

86

87

88

89

90

91

92

93

94

95

96

97

98

99

00

01

02

03

04

05

1.824

753

73

2.089

761

72

2.230

582

71

1.765

761

1.000

06

07

08

09

0

Bron: FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, Dienst Demografie Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning


12

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

De kloof tussen huidige nationaliteit en nationaliteit bij geboorte is het

Onderstaande leeftijdspiramide, opgesplitst naar geslacht en leeftijd,

grootst bij personen van Turkse en Marokkaanse herkomst. Limburg

toont aan dat heel wat jongeren niet vertegenwoordigd zijn in de statis-

telt 4.604 personen met de Turkse nationaliteit. Het aantal personen

tieken naar niet-Belgische nationaliteit (lichtblauw) of niet-Belgische

met de Turkse nationaliteit bij geboorte ligt ruim zes keer zo hoog

nationaliteit bij geboorte (donkerblauw). Het aantal personen geboren

(29.613). Ook het aantal personen van Marokkaanse herkomst ligt 4,5

als Belg, maar waarvan de referentiepersoon van het gezin niet-Belg is

keer hoger dan het aantal personen met de Marokkaanse nationaliteit.

(lichtroze) of niet-Belg was bij geboorte (donkerroze) loopt vooral bij de jongeren hoog op. Het is belangrijk hiervan bewust te zijn. Dit aan-

Turkije is zo de tweede grootste groep van vreemde herkomst en springt

tal is bovendien nog een onderschatting: enkel de jongeren die nog

hiermee over Italië. Op basis van nationaliteit is Italië wel nog de twee-

inwonen bij hun ouders kunnen we uit deze cijfers afleiden.

de grootste groep niet-Belgen in Limburg, maar omdat ze minder dan bijvoorbeeld Turken en Marokkanen kiezen voor de Belgische nationa-

De eerder gepresenteerde cijfers over herkomst handelen enkel over de

liteit, is de kloof tussen het aantal Italianen op basis van huidige natio-

nationaliteit bij geboorte. In 2012 zal het Provinciaal Integratiecentrum

naliteit (10.546) en nationaliteit bij geboorte (21.336) kleiner. Ook bij

een meer gedetailleerd dossier uitbrengen, waarin ook cijfers van de

andere EU-lidstaten is de kloof kleiner. Als EU-onderdaan hebben ze

jongeren die als Belg geboren zijn, meegenomen worden.

minder voordelen bij het verwerven van de Belgische nationaliteit. Jongeren ondervertegenwoordigd in de cijfers Cijfers op basis van de nationaliteit bij geboorte benaderen beter het aantal personen van vreemde herkomst dan statistieken op basis van de huidige nationaliteit. Toch is er nog een ondervertegenwoordiging van jongeren in de statistieken. Kinderen die als Belg geboren worden, maar waarvan de ouders vreemde roots hebben, zijn onzichtbaar in de statistieken. Heel wat kinderen krijgen automatisch de Belgische nationaliteit toegekend als één van de ouders Belg is of als één de ouders in België geboren is en er de periode van tien jaar voor de geboorte minstens vijf jaar woonde.

Personen in Limburg naar huidige nationaliteit en nationaliteit bij

Aantal personen van vreemde herkomst in Limburg naar leeftijd en

geboorte (01.01.2011)

geslacht

huidige

Nederland

43 095

49 245

1,1

90

4 604

29 613

6,4

85

10 546

21 336

2,0

Marokko

2 109

9 584

4,5

70

Polen

1 796

4 573

2,5

65

Duitsland

1 761

3 649

2,1

55

Spanje

1 555

2 976

1,9

50

Griekenland

927

2 601

2,8

India

673

1 810

2,7

35

10 811

20 363

1,9

30

77 877

145 750

1,9

Turkije Italië

overige landen totaal

bij geboorte vermenigvuldigingsfactor

100

nationaliteit

mannen

vrouwen

95

80 75

60

45 40

25 20 15 10

Bron: Rijksregister Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

5 0

2000

1500

1000

500

0

500

1000

1500

2000

niet-Belgische nationaliteit niet-Belgische nationaliteit bij geboorte als Belg geboren kinderen, zoon/dochter van niet-Belgische referentiepersoon als Belg geboren kinderen, zoon/dochter van niet-Belgische referentiepersoon bij geboorte


13 Vluchtelingen en asielzoekers De asielprocedure Elke vreemdeling die in België aankomt, kan asiel aanvragen. De fede-

nen) krijgen dit statuut als ze bij terugkeer een groot risico lopen (dood-

rale overheid onderzoekt deze aanvraag in verschillende stappen.

straf, executie, folteringen, grote risico’s in geval van een gewapend conflict, …). De subsidiaire beschermingsstatus is in principe geldig

De Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) beperkt zich tot drie onderzoe-

voor één jaar, maar kan verlengd worden zolang de redenen waarom het

ken: de dienst kijkt na of er niet in een ander land van de EU een aan-

statuut werd toegekend nog aanwezig zijn. Na vijf jaar kan het tijdelijk

vraag is gebeurd, of er sprake is van een dubbele aanvraag en of de

verblijf omgezet worden in een permanent verblijf.

asielzoeker geen bedreiging vormt voor de openbare orde. De asielinstanties toetsen dus aan twee beschermingsstatuten: dat van Het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en Staatslozen

erkende vluchtelingen in het kader van de Conventie van Genève en

(CGVS) kent asiel toe of weigert dit. Deze beslissingen zijn aanvecht-

dat van de subsidiaire beschermingsstatus.

baar bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RVV). Aantal asielaanvragen in België stijgt voor derde jaar op rij Wanneer een asielzoeker erkend wordt als vluchteling, kan hij in

Voor het derde jaar op rij stijgt het aantal asielaanvragen verder. In de

België blijven. Als de aanvraag wordt afgewezen, moet de asielzoeker

loop van 2010 werden er in België 19.941 asielaanvragen ingediend,

het grondgebied verlaten. Sommigen keren vrijwillig terug naar hun

goed voor 26.869 personen. Ten opzichte van 2009 stijgt het aantal

land van herkomst. Anderen worden gedwongen gerepatrieerd of kie-

asielaanvragen met 16%. Ondanks de stijging ligt het aantal asielaan-

zen voor een leven in de illegaliteit.

vragen nog een stuk onder het aantal van het recordjaar 2000, toen meer dan 42.000 asielaanvragen werden ingediend.

Naast de erkenning als vluchteling heeft de asielzoeker nog een andere optie: de subsidiaire bescherming. Personen die het vluchtelingensta-

De meeste aanvragen van asielzoekers kwamen er uit Kosovo (9,3%),

tuut niet kregen en ook niet op een andere basis van een verblijfsvergun-

Irak (8,9%) en Rusland (7,7%). Het aantal asielzoekers uit Irak en

ning kunnen genieten (bijvoorbeeld om humanitaire of medische rede-

Afghanistan steeg omwille van de verslechterde veiligheidssituatie.

42.691

Evolutie van het aantal asielaanvragen in België (1981-2010)

45.000

35.778

40.000

21.965

30.000

24.549

26.717

35.000

3.696

1982

1983

1984

19.941

12.252

11.115

11.587

15.957

17.186

16.940 15.357

11.668

12.403 11.409

4.510

2.048

1981

5.387

3.056

5.000

2.449

10.000

5.976

7.644

8.188

15.000

14.340

12.945

20.000

15.444

17.675

18.805

25.000

0 1985

1986

1987

1988

1989

Bron: Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken - Dienst Vreemdelingenzaken Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

1990

1991

1992

1993

1994

1995

1996

1997

1998

1999

2000 2001

2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010


14

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

“Mooi en moeilijk gaan altijd samen”

Opvallend is het grote aandeel en stijging van het aantal asielzoekers uit de Balkan (Kosovo), maar ook andere landen zoals Servië (6,2%)

Op 20 juni 2011 vond de jaarlijkse wereldvluchtelingendag plaats.

en Macedonië (5,4%) scoren erg hoog in de top 10. De afschaffing van

Met deze dag willen de Verenigde Naties aandacht en begrip vragen

de visumplicht voor Macedonië en Servië is hiervoor zeker een verkla-

voor vluchtelingen. Het Limburgs Platform Vluchtelingen lanceer-

ring. Het CGVS zette in deze landen enkele ontradingscampagnes op

de in 2011 voor de 5de keer op rij een affichecampagne.

om de instroom te verminderen. Toch was in 2010 één op vijf asielaanvragen afkomstig van één van deze drie Balkanlanden.

Marina Dzeitova (40) was het gezicht van de campagne. Ze vluchtte 10 jaar geleden met haar twee zonen uit Ingoesjetië. Weg van de

Naast Kosovo maken ook Irak (8,9%), Rusland (7,7%), Afghanistan

oorlog, weg van de vervolging. “Ik had Frankrijk als bestemming,

(7,1%) en Guinee (7,0%) deel uit van de top vijf herkomstlanden met

maar werd afgezet aan het Brusselse Noordstation, uitgerekend op

de meeste asielaanvragen.

9 september 2001… Het was ochtend, 5u30. Daar stond ik, met twee kleine kinderen en een koffer.”, vertelt Marina. Die eerste

Aantal asielzoekers in Limburg blijft stabiel

momenten in België blijven in haar geheugen gegrift.

Op 1 januari 2011 telt onze provincie 2.168 asielzoekers. Dit is het aantal ingeschrevenen in het wachtregister van de Limburgse gemeenten.

Uiteindelijk belandde Marina in Hasselt. Ze greep er haar kansen

De meerderheid van de asielzoekers (62,5%) zijn mannen.

en begon al na twee jaar te tolken. Sinds zeven jaar geeft ze op freelance basis inburgeringscursussen. Bovendien is ze ook inge-

De gemeenten met het grootste aantal asielzoekers op hun grondgebied

schreven als bachelorstudent rechten aan de Universiteit Hasselt.

zijn Sint-Truiden (554), Lanaken (210), Heusden-Zolder (191) en Overpelt (91), niet toevallig de gemeenten met een opvangcentrum.

Marina stond erop haar twee zonen - nu 14 en 17 jaar oud -

Daarnaast scoren ook Hasselt (123), Tongeren (78) en Genk (65) hoog.

Nederlandstalig en volgens onze cultuur op te voeden. “Behalve aan hun namen kan je hun afkomst niet merken. En dat hoort ook

Sinds 1998 stijgt het aantal asielzoekers in Limburg. In 2002 piekt het

zo”, vindt Marina, “want door samen te leven met en tussen

aantal asielzoekers in Limburg: ongeveer 4.500 asielzoekers verbleven

Vlamingen komt dit automatisch. Bovendien: hun toekomst ligt in

toen in onze provincie. Sindsdien daalde het aantal asielzoekers van

dit land, waar zoveel vrijheid geldt en elk individu gerespecteerd

jaar tot jaar. De laatste jaren blijft het aantal asielzoekers in Limburg

wordt.” Haar grote droom? Dat haar beide zonen gelukkig worden

ongeveer schommelen rond de 2.200 personen.

en altijd in eer en geweten mogen handelen. Daarvoor heeft ze al die jaren gevochten, daarom is ze na lang twijfelen toch gevlucht.

De grootste groep Limburgse asielzoekers is afkomstig van Rusland

Maar Marina gelooft in een ding: “mooi en moeilijk gaan altijd

of de Russische federatie (279). Asielzoekers uit Kosovo (242) nemen

samen.”

de tweede plaats in. Ook de Aziatische conflictgebieden Afghanistan

Evolutie van het aantal asielzoekers op 1 januari in Limburg (1998-2011) 5.000 vrouwen mannen

4.500 4.000 1.741

3.500

1.663 1.548

3.000

1.517

1.497 1.335

2.500

1.188 994

2.000

Marina vluchtte tien jaar geleden met haar twee zoontjes uit

1.500 1.000

411

500

773

2.417

494

1.068 833

844

814

1.402

1.428

1.354

2.724 2.240

2.219

2.185

2.008

1.540

1.716

1.630

879

0 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011

Ingoesjetië. Nu studeert ze rechten

Bron: bevraging van het Provinciaal Integratiecentrum bij de Limburgse gemeenten (asielzoekers op wachtregister)

aan de Universiteit

Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

van Hasselt.


15 (203), Armenië (174) en Irak (131) scoren hoog in de top 10 van het

nog een half jaar langer open te houden (tot mei 2012). De gemeente

aantal Limburgse asielzoekers. Congo en Guinee zijn de enige

ging hiermee niet akkoord en begon een rechtszaak in kortgeding. De

Afrikaanse landen in de top 10. Meer dan 40% van alle asielzoekers is

rechter ging echter niet in op de eis tot sluiting van het asielcentrum

van Aziatische herkomst, 38,3% heeft Europese roots. Daarnaast is

en oordeelde dat de kazerne kan openblijven tot 31 mei 2012. Daarna

18,5% afkomstig van een Afrikaans land.

zal het de tijdelijke noodopvang in de kazerne van Helchteren stoppen.

Een nieuw crisisjaar voor de opvang Door het stijgend aantal asielaanvragen, zit het opvangnetwerk voor

Ondanks de uitbreiding van het aantal opvangplaatsen blijft de bezet-

asielzoekers overvol. Om dit opvangtekort op te vangen werden er

tingsgraad zeer hoog. Begin juni 2011 verbleven in totaal 2.276 perso-

extra plaatsen gecreëerd in bestaande opvangcentra en werden asiel-

nen in het Limburgse opvangnetwerk. De bezettingsgraad bedroeg

zoekers ondergebracht in noodopvang en hotels.

toen 96%. Dat de bezettingsgraad niet 100% bedraagt, betekent niet dat de toestand niet kritiek is. Niet alle beschikbare bedden kunnen

Het opvangnetwerk in Limburg heeft een capaciteit van 2.365 plaat-

immers steeds benut worden (bijvoorbeeld als een kamer van zes

sen. Opvang is mogelijk in een opvangcentrum (904 plaatsen) of in

slechts onderdak biedt aan een gezin van vijf personen).

lokale opvanginitiatieven van OCMW’s (911 plaatsen). In Limburg is er één federaal opvangcentrum in Sint-Truiden met plaats voor 493

Aantal erkenningen en regularisaties in Limburg neemt toe

personen. Daarnaast zijn er drie opvangcentra van het Rode Kruis: Ter

Asielzoekers die met succes de asielprocedure doorlopen, worden

Dennen in Lanaken met 218 plaatsen, het Valkenhof in Overpelt met

erkend als vluchteling. In 2010 erkende het Commissariaat-Generaal

94 plaatsen en de Bark in Heusden-Zolder met 94 plaatsen. Daarnaast

voor Vluchtelingen en Staatslozen 2.107 personen in België. Daarnaast

zijn er sinds eind 2010 550 noodopvangplaatsen beschikbaar in de

kregen 711 personen het statuut van subsidiaire bescherming.

voormalige legerkazerne van Helchteren. In 2010 nam het CGVS meer beslissingen dan in het jaar ervoor. Toch ligt In Limburg kwamen er tussen augustus 2010 en juli 2011 een 600-tal

het erkenningspercentage lager dan in 2009: in 16% van de dossiers

nieuwe opvangplaatsen bij: 64 plaatsen in individuele woningen

werd de vluchtelingstatus toegekend en 5,4% kreeg de status van subsi-

(lokale opvanginitiatieven georganiseerd door de OCMW’s), maar

diaire bescherming. De daling van het aantal personen dat een interna-

vooral de opening van kazerne van Helchteren voor asielzoekers deed

tionale beschermingsstatus toegekend kreeg, is vooral te verklaren

de opvangcapaciteit voor asielzoekers in Limburg toenemen. De

omdat er de dossiers van een aantal landen (Armenië, Servië, Macedonië)

opvang in de kazerne is in principe tijdelijke noodopvang en zou

waarvan de kans op erkenning zeer laag is, eerst behandeld werden.

maximum voor één jaar zijn. Bedoeling is dat de asielzoekers doorstromen naar de reguliere opvang zodra daar plaatsen vrijkomen. Eind

Bovenstaande cijfers zijn niet beschikbaar op Limburgs niveau. Toch

juli 2011 besliste de ministerraad om het asielcentrum van Helchteren

kunnen we een idee krijgen van het aantal vluchtelingen dat de afgelo-

Top 10 asielzoekers in Limburg (01.01.2011)

Aantal veranderingen van register in de provincie Limburg (1998-2009)

continent

aantal

%

800

Rusland / Russische federatie

Europa

279

12,9%

700

Kosovo

600

Europa

242

11,2%

Afghanistan

Azië

203

9,4%

Armenië

Azië

174

8,0%

Europa

161

7,4%

Azië

131

6,0%

Guinee

Afrika

75

3,5%

200

Congo

Afrika

63

2,9%

100

India

Azië

57

2,6%

0

Iran

Azië

56

2,6%

Macedonië

Europa

49

2,3%

overige landen

678

31,3%

totaal Limburg

2 168

Bron: bevraging van het Provinciaal Integratiecentrum bij de Limburgse gemeenten Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

165

316

670

376

433

655

729

300

305

Irak

400

367

Servië + Montenegro

500

43

herkomstland

2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

Bron: FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, Dienst Demografie Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning


16

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

pen jaren in onze provincie erkend is. Dit door het aantal veranderingen van het wachtregister naar het bevolkingsregister onder de loep te

Mind-Spring doorbreekt eenzaamheid, geeft rust en leert vooruit kijken

nemen. Het wachtregister bevat gegevens over vreemdelingen die zich vluchteling verklaren of als vluchteling erkend willen worden.

Mind-Spring is een psycho-educatieprogramma voor en door vluchte-

Personen die erkend worden verdwijnen van het wachtregister en wor-

lingen en asielzoekers. De Mind-Spring cursus wordt gegeven door

den ingeschreven in het bevolkingsregister. Maar ook personen die ooit

een duo van een erkende vluchteling die een opleiding tot trainer volg-

asiel aangevraagd hebben en geregulariseerd worden, verhuizen van het

de en een professional uit de geestelijke gezondheidszorg of het alge-

wachtregister naar het bevolkingsregister. Personen zonder wettig ver-

meen welzijnswerk. De Mind-Spring trainers vertellen in hun eigen

blijf die nooit zijn ingeschreven op het wachtregister en geregulariseerd

taal vanuit eigen ervaringen, zowel positieve als negatieve. Dit is met-

worden, zijn echter niet inbegrepen in deze cijfers. Naast deze catego-

een de belangrijkste troef van het project. Naast de informatie en de

rieën zijn er nog een aantal andere, minder belangrijke manieren om

groepsgesprekken worden ook ontspanningsoefeningen aangeleerd.

van het wachtregister naar het bevolkingsregister te verhuizen.

De besproken thema’s in de groepssessies zijn: het ontstaan van stressklachten en een gebrek aan draagkracht, hoe omgaan met

Tussen 2000 en 2010 werden in Limburg meer dan 4.000 personen uit het

stress, hervinden van eigen capaciteiten en mogelijkheden, accultura-

wachtregister ingeschreven in het bevolkingsregister. In 2005 kent

tie, verlies en rouw, bouwen aan een toekomst. Dit alles met de bedoe-

Limburg een eerste piek met 670 personen om het jaar daarop terug te val-

ling het psychisch welzijn van de deelnemers te verbeteren.

len tot 376. Sindsdien groeit dit aantal verder aan om in 2009 het hoogste punt te bereiken in de afgelopen tien jaar. Voor het jaar 2010 en 2011 wordt

Het Mind-Spring programma werd ontwikkeld in Nederland door het

een nieuwe piek verwacht. Dan pas zal het effect van de tijdelijke regulari-

Nederlandse Centrum Geestelijke Gezondheidszorg Dijk en Duin. In

satiecampagne van eind 2009 duidelijk merkbaar zijn in de cijfers.

2010 beslisten het Provinciaal Integratiecentrum Limburg, ODICE en Intercultureel Netwerk Gent het programma aan te bieden in Limburg

Niet-begeleide minderjarigen extra kwetsbaar

en Oost-Vlaanderen. Wegens succes wordt het Mind-Spring program-

Eén op drie personen die verblijven in het opvangnetwerk is jonger

ma in 2012 uitgebreid naar heel Vlaanderen met middelen van het

dan 18 jaar. De meeste kinderen zijn vergezeld van hun ouders of fami-

Europees Vluchtelingenfonds.

lie. Een bijzonder kwetsbare groep onder deze jongeren zijn de niet-

In Limburg organiseerde het integratiecentrum in de loop van 2011

begeleide minderjarigen. Dit zijn jongeren die in België aankomen

tien Mind-Spring cursussen in verschillende talen (Russisch, Dari,

zonder hun ouders.

Albanees, Frans en Engels). In totaal werden een honderdtal asielzoekers en vluchtelingen bereikt.

In 2010 kreeg de Dienst Voogdij 2.831 minderjarigen over de vloer,

In 2011 werden de effecten van Mind-Spring onderzocht via interviews

ongeveer evenveel als een jaar eerder. Het gaat vooral om jongeren uit

met de deelnemers, de trainers en co-begeleiders en dit zowel voor, tij-

Afghanistan, Algerije, Guinee en Marokko.

dens als na de cursus.

De federale overheid duidt voor elke niet-begeleide minderjarige een

Voorwaarden om te slagen

voogd aan. Deze behartigt de belangen van de minderjarige. Zo kan de

Mind-Spring is vooral effectief wanneer de deelnemers niet met te veel

voogd de minderjarige helpen bij de asielprocedure, opvolgen of de

zorgen zitten, zoals angst voor hun woonsituatie of andere medebe-

minderjarige naar school gaat en de passende medische en sociale

woners. Zo was er een cursus voor Afghaanse jongeren zonder papie-

begeleiding krijgt.

ren. Zij waren meer bezig met overleven en het zoeken van eten en onderdak. Bij hen heeft het project weinig effect gehad. Binnen de

De voogden staan niet in voor de materiële opvang. Voor de minderja-

groep moet er een veilige sfeer van vertrouwen zijn: deelnemers kun-

rigen die asiel aanvragen (1.081 in 2010), zijn er bijzondere opvang-

nen vrijuit spreken en hun gevoelens uiten. Het onderzoek stelde vast

plaatsen in de bestaande structuur. In Limburg zijn er plaatsen voor

dat een goede samenwerking met de medewerkers van het opvangcen-

niet-begeleide minderjarigen in de opvangcentra van Sint-Truiden

trum zeer cruciaal is: bij het zoeken en aanspreken van cursisten, bij

(75) en Lanaken (24). Ook in het lokaal opvanginitiatief van Alken (5)

het opmaken van taakverdeling (door ervoor te zorgen dat deelnemers

en Hasselt (15) zijn plaatsen voor minderjarigen.

geen klussen hebben op het moment van de sessie) en bij het opvol-

Naast de groep niet-begeleide minderjarigen die asiel aanvraagt, is er

gen van de sessies.

een groep minderjarigen die geen asiel aanvraagt. Zij mogen blijven totdat ze meerderjarig worden en hopen dan geregulariseerd te wor-

Geschikte methodiek

den. Als er sprake is van een problematische opvangsituatie zijn deze

De trainer, co-begeleider en tolk zijn belangrijke actoren in het project

jongeren welkom in één van de instellingen van de Bijzondere

die vlot op elkaar moeten inspelen. De trainer is zelf vluchteling en

Jeugdzorg. Zo is er plaats voor een vijftiental jongeren in het opvang-

kan zijn eigen ervaringen doorgeven aan lotgenoten en dit in de eigen

tehuis Fonto Nova in Genk.

taal van de deelnemers. Tegelijk moet hij ook afstand nemen van zijn


17

“Ik zal niet zeggen dat ik door Mind-Spring geen problemen meer heb, maar het helpt om naar je problemen te kijken. Je voelt je positiever en je kan meer afstand nemen van je problemen. Ze gaan niet weg, maar de cursus laat je zien dat je problemen je meesters niet zijn” getuigt een van de deelnemers.

persoonlijke belevenissen en zichzelf niet voortdurend als voorbeeld

Deelnemers leren dat mensen handelen volgens de betekenis die zij

nemen. Dankzij de getuigenissen van de trainer vertellen de deelne-

aan een situatie geven. Tijdens de sessies ondersteunen de begeleiders

mers vlugger over eigen verhalen en trauma’s. Zij krijgen ook meer

hen door eigen vaardigheden te versterken of door het aanleren van

begrip voor elkaars situatie en een ruimere blik op hun eigen situatie.

copingmethodes. Coping, een begrip uit de psychologie, verwijst naar

De co-begeleider is een professionele hulpverlener en zorgt voor

de manier waarop iemand met problemen en stress omgaat. Er is een

inhoudelijke begeleiding van de groepssessies. Zij geven ondersteu-

verschuiving van aandacht: van de problemen zelf naar het werken aan

ning wanneer diepe trauma’s naar boven komen en spelen in op post-

de problemen. Zo leren ze om weer controle te krijgen over de situatie

traumatische stressverschijnselen. Indien nodig kunnen ze doorver-

waarin ze verkeren. Vluchtelingen voelen zich door hun ontworteling en

wijzen naar meer intense en individuele psychosociale therapie. De

de onzekerheid vaak machteloos en afhankelijk. Tijdens de sessies maken

co-begeleiders geven aan dat deelnemers bij de start vaak wantrou-

de deelnemers een overzicht van de dingen waarin ze energie steken en

wend waren. Mensen die gevlucht zijn hebben nog steeds de schrik

dingen waaruit ze energie halen. Hierdoor beseffen ze wat hun prioriteiten

om vervolgd te worden. Vanuit het thuisland hebben ze soms bepaal-

voor de toekomst zijn en richten ze zich meer op hun toekomst.

de beelden over hulpverlening: via de hulpverlening speelde men daar

Wat bij veel vluchtelingen de grootste indruk heeft nagelaten was het

info door aan de inlichtingendienst of kaderde de hulpverlening in het

bewust maken van de bagage die mensen meedragen. Bepaalde trainers

repressief apparaat. Maar het wantrouwen verdween na een tijd en zo

maakten dit visueel door gewichten in een rugzak te doen en aan iemands

kan deze Mind-Springcursus een opstap zijn om daarna beroep te doen

rug te hangen. Na de sessies kwamen de geïnterviewde deelnemers vaak

op de welzijnsdiensten. Vaak was het nodig dat de co-begeleider de

terug op dit beeld. De cursus had hen een beter zicht gegeven op wat ze zelf

term psycholoog even uitlegde. Voor heel wat vluchtelingen staat een

meedragen aan zorgen, verdriet en onzekerheden. Mind-Spring bewijst

psycholoog in voor het ‘bewaken van mentaal gestoorde mensen’ en

zijn effect voornamelijk op het moment van de cursus zelf.

hierrond leven taboes. Cruciaal voor de co-begeleider is een goede tolk. Een goede tolk moet vooral het verloop van het groepsproces, de dyna-

Cultuurgebonden groepen

miek in de groep en belangrijke uitspraken van deelnemers vertalen.

De deelnemers binnen eenzelfde groep behoorden tot een bepaalde

Tolk en co-begeleider maken hierover vooraf duidelijke afspraken.

taal- en cultuurgroep. Dit had een positief effect op de sfeer van veiligheid en vertrouwen. Maar ook bepaalde copingmechanismen zijn cul-

Succes

tuurgebonden. Enkele voorbeelden: de Tsjetsjeense groep was erg

Over het algemeen hadden de deelnemers bij de aanvang veel zorgen: ze

rustig en wou het liefst een rechtstreekse aanpak. De Afrikaanse groep

klaagden over hoofdpijn, slapeloosheid, rugpijn, verdriet en eenzaam-

was vaak drukker en hield niet zo van directe woorden. De Afghaanse

heid. Zij gaven aan dat Mind-Spring inspeelde op hun noden. De mees-

groepen waren veel stiller en durfden minder vlug hun meningen en

ten waren erg enthousiast over het project: het was een opluchting om

gevoelens vrij te geven.

in eigen taal in groep te praten. Het deed hen deugd iemand te ontmoeten die met dezelfde onzekerheden leefde en die advies gaf over het aanpakken van problemen. Het erkennen en weten dat je er niet alleen voor staat, was voor veel velen al genoeg om zich rustiger te voelen.

Meer informatie? www.limburg.be/mindspring


18

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Vreemdeling, vluchteling, illegaal… Kind!

aal netwerk weg. En omwille van hun traumatische ervaringen gaan ouders ook andere prioriteiten stellen: beschermen en het voldoen

Op 12 mei 2011 organiseerde het Rode Kruis Vlaanderen een symposi-

aan primaire behoeften staat centraal. Kinderen steunen, opvoeden en

um naar aanleiding van het 20-jarig bestaan van het opvangcentrum

naar hen luisteren verdwijnt naar de achtergrond. Daarbij komt de

Valkenhof. Het is immers 20 jaar geleden dat het Overpeltse hotel

onzekerheid: wordt de asielaanvraag goedgekeurd, of worden we

Valkenhof werd omgevormd tot opvangcentrum.

teruggestuurd? En zelfs wanneer de asielaanvraag wordt goedgekeurd, leidt dit meestal niet tot grote opluchting. In veel gevallen is dat

Met de studiedag wilde het opvangcentrum bijzondere aandacht

net het moment waarop de trauma’s ook bij de ouders naar boven

besteden aan de plaats van een kind in een opvangcentrum. Immers,

komen. Ouders zijn dan geen ouders meer, maar slachtoffers.

kinderen in een asielcentrum hebben vaak heel wat meegemaakt. Hoe gaat de opvang het beste om met kinderen? Welke plaats hebben de

Tenslotte is er vaak een breuk ontstaan tussen kinderen en ouders,

begeleiders en welke plaats hebben de ouders? In Valkenhof werden in

omdat de ouders niet vertellen waarom ze zijn gevlucht. Soms kan dat

de afgelopen jaren een aantal methodieken ontwikkeld zoals een soci-

niet: bijvoorbeeld wanneer het gezin vlucht omwille van de politieke

aal dossier en handelingsplan, en zoals een structureel overleg met de

overtuigingen van een van de ouders. Of soms durven ouders het niet:

verschillende betrokken actoren: medewerkers van het opvangcen-

moeders zijn bang van de reactie van hun kinderen wanneer ze de ver-

trum, een kinderpsychiater, onderwijsinstellingen en CLB.

halen van misbruik moeten vertellen. Voor kinderen is het anders: voor hen betekent vluchten ook geen afscheid kunnen nemen van

Kinderen van asielzoekers hebben hun angst vaak geïntegreerd. Ze

vriendjes of familie. Een afscheid dat er in de meeste gevallen ook

komen uit een wereld vol oorlog en geweld, en kennen daardoor vaak

nooit van komt, want ook telefonisch contact na het vluchten is

voornamelijk de gevoelens die daarmee gepaard gaan. Een voorbeeld

meestal zeldzaam. En dat nemen ze ouders in veel gevallen kwalijk.

maakt dit duidelijk: een gezin vluchtte uiteindelijk uit het thuisland

De begeleiding van het opvangcentrum richt er zich dan ook enerzijds

dat al jaren in oorlog verkeerde. De eerste nacht dat ze in veilig gebied

op om ouders opnieuw te versterken en hun rol als opvoeder op te

verbleven, kon de dochter de slaap niet vatten: ze miste het vertrouw-

nemen, en anderzijds om met de kinderen aan de slag te gaan en hen

de geluid van de bommen. Het is dan ook belangrijk dat ouders, bege-

te ondersteunen bij het verwerken van hun verleden. Alles staat daar-

leiders en alle anderen erin slagen om een veilige omgeving te creëren,

bij in het teken van het ontwikkelen van veerkracht en het aanbieden

waarin kinderen opnieuw tot rust kunnen komen, zich weten te hech-

van mogelijkheden en perspectieven.

ten en veilig kunnen ontwikkelen. Enkel zo kan hun broodnodige veerkracht bevorderd worden. Maar, dat is moeilijk. Want ook voor ouders is het nieuwe leven vaak

Tijdens het zomerfeest in het Valkenhof dansen de kinderen vro-

niet evident. Ook zij zijn immers asielzoeker en hebben heel wat mee-

lijk in het rond op het openluchtpodium dat hun ouders zelf heb-

gemaakt. Ze moeten dit ook zelf verwerken. Bovendien valt het soci-

ben gebouwd en geverfd.


19 Recente immigratie Elk jaar vestigen heel wat immigranten zich vanuit het buitenland in

Nederlandse nationaliteit. Ook Belgen die zich vanuit het buitenland

onze provincie. In de loop van 2009 waren er dit meer dan 6.000.

opnieuw in Limburg vestigen, worden onder de buitenlandse inwijke-

Cijfers voor het aantal buitenlandse inwijkelingen naar nationaliteit

lingen gerekend. Met 701 personen in 2007 komen ze op de tweede

voor de jaren 2008 en 2009 zijn jammer genoeg nog niet beschikbaar

plaats. Polen (591 personen), Turkije (486 personen) en Marokko (270

naar nationaliteit.

personen) vervolledigen de top vijf. In totaal is 86,3% van de buitenlandse inwijkelingen afkomstig uit een Europees land.

Nederlanders blijven grootste groep nieuwe migranten In de loop van 2007 vestigen zich 7.100 migranten vanuit het buiten-

Ook immigranten uit voormalige EU-migratielanden komen nog naar

land in Limburg. Bijna de helft (48,4%) van deze migranten heeft de

Limburg. Zo vestigen zich in de loop van 2007 84 Italianen, 67

Evolutie van het aantal buitenlandse inwijkelingen in Limburg (1989 - 2009)

8.000

7.000

6.000

5.000

4.000

3.000

2.000

3372

3816

4121

4395

4509

4454

4310

4962

4393

4646

5059

5377

5921

6169

6107

5881

6064

6375

7100

7328

6156

1.000

1989

1990

1991

1992

1993

1994

1995

1996

1997

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

0

Bron: FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, Dienst Demografie - Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

Wie kan naar België reizen? Wie mag in België wonen en werken?

niet-EU-onderdanen dikwijls een visum nodig van één van de diplomatieke posten van de Schengenlanden. Niet-EU-onderdanen kunnen ook niet vrij werken in België. Bedrijven hier kunnen uitzonder-

EU-onderdanen

lijk wel personeel laten overkomen, bijvoorbeeld gespecialiseerde

Voor onderdanen van de oude EU-landen is het makkelijk: zij kun-

technici. Ook beroepssporters en artiesten kunnen naar hier komen.

nen vrij in en uit België reizen, er vrij werken en (als ze voldoende

Dat moeten ze op voorhand aanvragen. Niet-EU-ers kunnen ook naar

inkomsten hebben) er zich ook vrij vestigen. Onderdanen van de

België komen als hier nauwe familie woont: een echtgenoot of echt-

nieuwe EU-landen uit Oost-Europa kunnen ook vrij in en uit België

genote of een kind. Bepaalde nationaliteiten hebben een visum nodig.

reizen. Sinds 1 mei 2009 is het voor de onderdanen van nieuwe EU-

Niet-EU-ers kunnen hier ook studeren. Ze moeten dan wel voldoende

lidstaten, waaronder Polen, bovendien niet langer verplicht om een

financiële middelen hebben om die studies te betalen of van iemand

arbeidskaart te hebben om in België te kunnen werken. Voor Bulgarije

in België ten laste zijn. Na de studies moeten ze vertrekken. Voor niet-

en Roemenië, die sinds 2007 lid zijn van de Europese Unie, geldt deze

EU-ers geeft ook een asielaanvraag recht op een tijdelijk verblijf,

verplichting nog wel. Ze kunnen ook gedetacheerd worden door een

zolang de procedure loopt. Wordt de asielaanvraag erkend, dan kun-

bedrijf uit hun land of als zelfstandige hier aan de slag gaan.

nen ze blijven.

Niet-EU-onderdanen

Meer info? Sociaal-juridische dienstverlening van het Provinciaal

Om België binnen te komen voor een verblijf van korte duur hebben

Integratiecentrum, pricjuridesk@limburg.be of 011 30 57 13.


20

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Spanjaarden, 44 Portugezen en 30 Grieken. Ook inwoners van één van

onaliteit nog niet beschikbaar voor 2008 en 2009.

de EU-landen vinden traditioneel hun weg naar België. In 2007 vestigen

Het aantal Nederlanders dat zich jaarlijks in onze provincie vestigt,

zich heel wat Duitsers (151), Britten (53) en Fransen (52) in Limburg.

groeide tussen 2003 en 2007 verder aan en steeg van 3.302 in de loop van 2003 naar 3.437 in de loop van 2007. Ook het aantal immigranten

India blijft met 74 buitenlandse inwijkelingen in 2007 de koploper van

uit EU-ex-migratielanden (Italië, Spanje, Griekenland en Portugal)

het Aziatische continent, gevolgd door de vooral vrouwelijke migratie

blijft doorheen de jaren vrij constant (200-tal) net als het aantal uit

uit Thailand (61) en de Filippijnen (36).

Maghreblanden en Turkije.

Het aantal personen dat zich vanuit het buitenland in Limburg vestigt,

De grootste stijging kent het aantal migranten uit de ex-

stijgt de laatste jaren sterk. In 2008 bereikt Limburg zijn hoogste peil

Oostbloklanden. Zo steeg dit aantal tussen 2003 en 2007 van 221 naar

sinds 1989. In de loop van 2009 zien we voor het eerst een daling van

974. Vooral het aantal migranten uit de nieuwe EU-lidstaten zoals

het aantal buitenlandse inwijkelingen die zich in onze provincie vesti-

Polen (van 91 naar 591), Roemenië (van 29 naar 112) en Bulgarije (van

gen. Jammer genoeg is het aantal buitenlandse inwijkingen naar nati-

21 naar 81) nam sterk toe.

Aantal buitenlandse inwijkingen in Limburg naar nationaliteit (loop 2007)

Top 10 buitenlandse inwijkingen naar Limburg (loop 2007)

Verenigde Staten van overige landen 15,6% Amerika 1,1%

nationaliteit

aantal

%

3 437

48,4%

701

9,9%

Polen

591

8,3%

Turkije

486

6,8%

Marokko

270

3,8%

Duitsland

151

2,1%

Roemenië

112

1,6%

Italië

84

1,2%

Bulgarije

81

1,1%

Verenigde Staten van Amerika

79

1,1%

overige landen

1 108

15,6%

totaal Limburg

7 100

Nederland Bulgarije 1,1%

België

Italië 1,2% Roemenië 1,6% Duitsland 2,1% Nederland 48,4%

Marokko 3,8%

Turkije 6,8% Polen 8,3%

België 9,9%

N=7.100

Bron: FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, Dienst Demografie Bron: FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, Dienst Demografie

Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

Verwerking: provincie Limburg – Directie Mens – Steunpunt Sociale Planning

Gezinshereniging wordt strenger

De nieuwe wet is strenger voor Belgen dan voor andere EU-onderdanen. België kan immers als EU-lidstaat zijn eigen onderdanen stren-

Voor Belgen en niet-EU’ers wordt het moeilijker om een familielid

ger behandelen, maar kan de Europese regels zelf niet wijzigen.

naar België over te laten komen. Dit is een gevolg van de regels rond gezinshereniging die sinds eind september 2011 van kracht zijn.

Bilaterale tewerkstellingsakkoorden die België in de jaren ’60 en ’70

Gezinshereniging wordt zo aanzienlijk strenger en complexer.

heeft ondertekend, geven onderdanen van een aantal landen een

Belgen en niet-EU’ers die een familielid willen laten overkomen,

meer voordelige recht op gezinshereniging. Zo zijn er onder meer

moeten aan een aantal nieuwe voorwaarden voldoen. Zo moeten ze

akkoorden met Turkije, Marokko, Algerije, Tunesië en de landen van

bewijzen dat ze over voldoende bestaansmiddelen (120% van het

ex-Joegoslavië. De nieuwe regels rond gezinshereniging zouden dit

leefloon) beschikken. Dit mag niet bestaan uit bijvoorbeeld OCMW-

meer voordelige recht nu verder inkrimpen. Op dit moment bestaan

steun. Verder moeten ze aantonen dat ze over een behoorlijke huis-

de bilaterale akkoorden nog steeds en zijn ze nog van kracht.

vesting en ziekteverzekering beschikken.

Rechtspraak zal moeten uitwijzen of de inkrimping van de bilatera-

Ouders en grootouders van een meerderjarige Belg laten overkomen

le akkoorden rechtsgeldig is.

is niet meer mogelijk. Gezinshereniging is voor Belgen enkel mogelijk als beide parnters minstens 21 jaar oud zijn. Voor familie van in

Meer info? Sociaal-juridische dienstverlening van het Provinciaal

België verblijvende niet-EU’ers worden enkel aanvragen uit het bui-

Integratiecentrum, pricjuridesk@limburg.be of 011 30 57 13.

tenland aanvaard.


21 Huwelijksmigratie Huwelijksmigratie is de voorbije decennia uitgegroeid tot een belang-

Een eerste type dat de onderzoekers onderscheiden, is de partnermi-

rijk migratiekanaal. Elk jaar zorgt huwelijks- en partnermigratie voor

gratie vanuit hoge-inkomenslanden, goed voor ongeveer 3,2% van alle

een instroom van nieuwe migranten in Limburg en Vlaanderen. In

partnermigranten. Partnermigratie komt vooral voor bij inwoners die

opdracht van de Vlaamse overheid en het Europees Integratie Fonds

bij geboorte Belg (50%) of EU-burger (25%) zijn. Het aandeel partner-

bracht de Universiteit Gent dit fenomeen helder in kaart.

schappen afgesloten in België is hoog. Dit type relaties is een gevolg van de toegenomen internationale mobiliteit op politiek, sociaal en

Ruim 30.000 partnermigraties

economisch vlak.

Tussen 2008 en de eerste helft van 2011 hebben ongeveer 30.000 partnermigranten zich in Vlaanderen en Brussel gevestigd. In 2008 en

Partnermigratie vanuit bruiddonorlanden, met in de eerste plaats

2009 komen ongeveer 9.000 personen via partnermigratie naar het

Thailand en de Filippijnen, kent ook een uitgesproken profiel. Deze

Vlaams en Brussels Gewest. Het cijfer voor 2010 ligt met 8.419 part-

migratie is vooral vrouwelijk: voor elke 100 vrouwelijke partnermi-

nermigraties iets lager.

granten zijn er slechts 5 mannen. Bij de partners is het aandeel Belgen/EU’ers bij geboorte zeer hoog (94%). Ook de leeftijdsverschil-

Vier op tien partnermigranten komen uit Marokko of Turkije

len tussen de partners zijn vaak erg groot. Meer dan de helft van de

Marokko (32,9%) en Turkije (10,8%) zijn de twee voornaamste her-

mannelijke residenten is minstens tien jaar ouder dan de migratie-

komstlanden van huwelijks- en partnermigratie, goed voor zo’n

partner. Een aantal andere clusters van landen, zoals migratie vanuit

10.000 Marokkanen en een 3.000-tal Turken. Samen zijn ze goed voor

de ex-Sovjet-Unie, Latijns-Amerika en de Caraïben volgen het profiel

43,7% van het totaal aantal partnermigraties in Vlaanderen en

van Thailand en de Filippijnen, maar minder uitgesproken. Bijna 5%

Brussel. Maar partnermigratie gaat breder dan enkel migratie uit

van alle partnermigranten is afkomstig uit Thailand en de Filippijnen.

Marokko en Turkije. De diversiteit van landen van waaruit gemigreerd

De partnermigranten van de ex-Sovjet-Unie, Latijns-Amerika en de

wordt, is groot, maar naast Turkije en Marokko vormen partnermi-

Caraïben zijn samen goed voor ongeveer 15%.

granten uit de (ex-)Sovjet-Unie (4,5%), Brazilië (3,7%) en (ex-) Joegoslavië (3,2%) de grootste groepen.

In tegenstelling tot partnermigratie uit bruiddonorlanden, is bij partnermigratie uit Turkije en Marokko (43% van alle partnermigratie) de

Een meerderheid van de partnermigranten zijn vrouwen. Voor elke

geslachtsverdeling meer in evenwicht. Een meerderheid van de partner-

100 vrouwelijke zijn er slechts 63 mannelijke partnermigranten.

schappen worden afgesloten in het buitenland (80%) en meer dan 75% van de partners hier is een derdelander bij geboorte. Daarom spreken de

Kijken we naar met wie de partnermigranten huwen of gaan samen-

onderzoekers van gemeenschapbevestigende partnermigratie.

wonen, dan gaat het in 59% om een derdelander (persoon met roots buiten de Europese Unie, de Europese gemeenschap en Zwitserland).

Een groep landen die nauw aansluiten bij het patroon van Turkije en

In zes op tien van de gevallen gaat het dus om partnerschap met

Marokko zijn de landen uit het Midden-Oosten en Noord-Afrika

iemand met de nationaliteit van een derdeland of personen met de

(samen goed voor 8,5% van alle partnermigranten). Ook de partner-

Belgische nationaliteit afkomstig uit een derdeland. Eén op vier part-

migratie uit Oost-Europa (4,7%) en West-en Centraal-Azie (1,6%) lijkt

ners was Belg bij de geboorte, de overige 16% was EU-burger.

het profiel van Turkije en Marokko te volgen, al is het voor deze laatste clusters vooral een fenomeen waarbij vrouwen naar Vlaanderen

Europa-route

komen. Daarom suggereren de onderzoekers dat het (nog) gaat om

EU-burgers die in Vlaanderen komen wonen en dan een derdelander-

gemeenschapsvormende partnermigratie.

partnermigrant laten overkomen, zijn gebruikers van de Europaroute. Door zich eerst in België te vestigen, omzeilen ze de strengere

Limburgse cijfers?

regels rond gezinshereniging in het eigen land. De onderzoekers

Bovenstaand onderzoek focuste op de partnermigratie naar

schatten het gebruik van de Europa-route op maximaal 11% van de

Vlaanderen en Brussel. In 2012 wil het Provinciaal Integratiecentrum

totale instroom. Personen met de Nederlandse nationaliteit zijn hier-

op basis van het rijksregister de partnermigratie naar Limburg onder-

van de belangrijkste groep.

zoeken. Ook de Europaroute zal in enkele Noord-Limburgse gemeenten van nabij bekeken worden.

Verschillende types van partnermigratie De onderzoekers stoten bij het analyseren van de resultaten op verschillende types van partnermigratie, elk met hun eigen specifieke kenmerken.


22

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

"Ik voel me gelukkig met mijn man, maar ik heb weinig contact met de buitenwereld. Wat ik het meest mis, is mijn werk.”

“Sinds mijn verblijf in België is mijn geloof wat verwaterd. In mijn herkomstland was ik een heel gelovige katholiek, ging ik wekelijks naar de mis en stond ik altijd klaar om mensen in nood te helpen. Dat is daar normaal. In België is dit niet zo: hier gaan katholieken alleen naar de mis – sommigen wekelijks, anderen af en toe - voor de rest

Jesus Silva Maria De Lourdes, een Braziliaanse 44-jarige vrouw uit

doen zij niets bijzonders. Voor mij is mijn geloof nog altijd heel

Hasselt, leerde haar man kennen via internet. Ze werd verliefd en volg-

belangrijk: ik lees de bijbel en andere religieuze boeken, ik ga zoveel

de hem naar Hasselt. Maria vertelt: “Een Braziliaanse vriendin vertel-

mogelijk naar de mis in Hasselt – in de kathedraal. En ik zing en luis-

de me over een relatiesite. Ik had me ingeschreven maar geloofde niet

ter heel graag naar religieuze liederen.”

dat ik op die manier een goede man zou leren kennen. Na enkele maanden nam mijn huidige man contact met mij op. Eerst negeerde

“Wat ik het meest mis in België is mijn werk. In Brazilië heb ik een

ik hem, maar omdat hij bleef mailen, heb ik gereageerd. Het was een

diploma pedagogie behaald en gaf ik les. Ik hield heel veel van mijn

oppervlakkig gesprek via mail, waarbij we elkaars vragen beantwoord-

leerlingen en van mijn job. Op dit moment ben ik ijverig bezig met het

den. Na een tijdje ging hij naar Brazilië op vakantie in de buurt van

leren van Nederlands: vijf dagen per week volg ik Nederlandse taalles.

waar ik woonde! We ontmoetten elkaar regelmatig. Tijdens zijn twee-

Wanneer ik bezig ben in het huishouden zet ik de TV of de radio aan,

de bezoek aan Brazilië vroeg hij mij ten huwelijk. Het was een verras-

zodat ik Nederlands hoor en veel kan bijleren. Ik heb een druk levent-

sing, want ik had het nog niet verwacht. Toen we elkaar beter leerden

je, maar daar hou ik van. Als ik het Nederlands goed onder de knie

kennen, zijn we getrouwd en migreerde ik naar Hasselt. Het ging alle-

heb, wil ik mijn rijbewijs halen en een goede job vinden.”

maal wel snel.” “Ik voel me heel gelukkig met mijn man. Maar ik heb wel weinig con-

Onderzoek 10.10

tact met de buitenwereld. We hebben weinig vrienden en familie. Dit is voor mij een grote aanpassing. In Brazilië had ik veel familie, vrien-

De getuigenis van Maria maakt deel uit van het onderzoek 10.10 uitge-

den en buren om me heen. Als ik iets lekkers kookte, gaf ik ook een

voerd door het Provinciaal Integratiecentrum in 2011. Dit onderzoek

deel aan de buren. Vrienden springen er spontaan binnen bij elkaar,

richt zich tot twee groepen van tien personen: tien personen die via

zonder afspraken te maken. Hier is dat wel anders. Ik vind het raar om

huwelijksmigratie migreerden naar Limburg en tien personen die na

altijd vooraf afspraken te maken voor bezoekjes. In het algemeen vind

regularisatie een nieuw leven begonnen in Limburg. Via interviews met

ik Belgen wel gesloten, je kan moeilijk contact maken, want ze zijn

deze nieuwe Limburgers geven we regularisatie en huwelijksmigratie

druk bezig met zichzelf, hun werk…”

een menselijk gelaat: Wie zijn de mensen achter de cijfers? Welke zorgen hebben ze? Hoe participeren ze aan de samenleving? Wat doen ze in hun vrije tijd? Welke toekomstperspectieven hebben ze? De tien geïnterviewde huwelijksmigranten zijn nieuwe Limburgers die naar hier migreerden door hun huwelijk met een Belgische man of vrouw. Alle geïnterviewden geven aan dat taal de grootste hinderpaal vormt om te integreren. Zo snel mogelijk Nederlands leren is de hoogste prioriteit voor iedereen. De situatie van de huwelijksmigranten verschilt sterk naargelang de gemeenschap waarin ze terechtkomen. Een eerste groep huwelijksmigranten voelt zich in België eerder geïsoleerd van de samenleving. Een tweede groep huwelijksmigranten komt in Limburg terecht in een hechte allochtone gemeenschap en voelt zich sneller opgenomen. Geïsoleerd Deze groep huwelijksmigranten is afkomstig uit verre landen zoals Brazilië, Colombia, Filippijnen en China. Ze leerden hun partner vaak kennen via internet of via een toevallige ontmoeting (op de luchthaven, in kader van een thesisonderzoek…). Tijdens de interviews geven Als ik het Nederlands goed onder de knie heb, wil ik mijn rijbewijs halen en een goede job vinden


23 ze aan dat ze weinig vrienden hebben en zich vaak eenzaam voelen. Ze vinden over het algemeen dat de Belgen nogal gesloten zijn en niet echt open staan voor nieuwe contacten. Als ze vrienden hebben

Verloopt de gezinsvorming anders bij Turkse en Marokkaanse jongeren?

kennen ze die via hun werk of school. Maar dan vinden ze het spijtig dat je vooraf bezoek moet aankondigen en afspraken moet

Ook Limburg telt steeds meer Turkse en Marokkaanse jongeren van

maken. Dit vinden ze een rare gewoonte. De hooggeschoolden uit

de tweede en derde generatie. Deze jongeren zijn van jongs af aan in

deze groep, die een goede job hadden in het herkomstland, missen

België opgegroeid. Veel van deze jongeren zullen de komende jaren

hun werk. Ze doen hun uiterste best om goed Nederlands te leren

trouwen en een gezin stichten. Sommigen zullen kiezen voor een

en om daarna een goede job te vinden, liefst in overeenstemming

partner uit België, anderen opteren voor een partner uit het her-

met hun diploma.

komstland. Uit een onderzoek van de Studiedienst van de Vlaamse Regering

Tijdens het interview geven ze aan dat ze in de toekomst hun isole-

blijkt dat de gezinsvorming bij jongeren van Turkse en

ment willen doorbreken: ze willen hun sociale contacten actief uit-

Marokkaanse herkomst op tal van aspecten anders verloopt dan bij

breiden. Iedereen doet dit op zijn manier: op school, op het werk,

de Vlaamse jongeren, maar ook tussen Turken en Marokkanen

via vrienden van hun partner, via de schoonfamilie en via het project

onderling zijn er verschillen. Zo volgen Marokkaanse tweede gene-

vriendENtaal.

ratiejongens meer dan de Turkse het patroon van de Vlaamse jongeren als het gaat over alleen wonen, het gaan samenwonen en het

In een hechte allochtone gemeenschap

starten van een gezin.

Een tweede groep huwelijksmigranten komt uit traditionele migratielanden zoals Turkije en Marokko. Hun toekomstige partner heb-

Turkse tweede generatiemannen huwen daarentegen erg snel, wonen

ben ze bijvoorbeeld op vakantie of via familie leren kennen.

het meest in bij de ouders en krijgen het vroegst kinderen. Turkse

Opvallend hierbij is het feit dat de koppels hetzelfde geloof hebben.

vrouwen van de tweede generatie trouwen op jongere leeftijd en krij-

Ze zeggen ook dat het belangrijk is dat hun partner dezelfde her-

gen sneller kinderen dan Marokkaanse tweede generatievrouwen, die

komst en hetzelfde geloof heeft. Dat geeft meer kans op een geluk-

een middenpositie innemen tussen Turkse en Vlaamse vrouwen.

kig huwelijk! Enkele huwelijksmigranten vertellen dat ze voor hun huwelijk veel sterker geloofden. Door hun migratie naar België is

De onderzoekers gingen verder na of er verschillen waren als de

hun geloof zachtjes verwaterd. Dit komt, zo zeggen ze, omdat hun

partner een huwelijksmigrant was. De grootste verschillen naarge-

partner en omgeving niet zo gelovig zijn. Maar ook al praktiseren

lang het land waar de partner opgroeide, vonden de onderzoekers

ze niet meer (of weinig) openlijk hun geloof, in hun hart blijven ze

bij de tweede generatie Turkse mannen. Als ze huwen met een part-

sterk vertrouwen op hun geloof.

ner uit het herkomstland verloopt de gezinsvorming meer ‘traditioneel’: ze huwen op jongere leeftijd, vaak is er een groter leeftijdsver-

Deze huwelijksmigranten komen in Limburg terecht in een hechte

schil tussen beide partners en ze worden sneller vader nadat ze

allochtone gemeenschap. Hierdoor maken ze sneller nieuwe vrien-

getrouwd zijn. Ook wonen ze vaker met hun bruid tijdelijk in bij de

den en hebben ze een goed sociaal leven. Bovendien zorgt religie ook

ouders. Na acht jaar huwelijk hebben ze ook meer kinderen dan de

voor een nauwe band tussen mensen. Door dit netwerk kunnen ze

Turkse jongeren die trouwden met een partner uit België.

gemakkelijk hun weg vinden: waar kan ik Nederlands leren? Welke zaken kan ik regelen in het gemeentehuis? Waar kan ik een opleiding

Deze verschillen tussen jongeren die kiezen voor een partner van

volgen? Ook het vinden van een job gaat vlotter. Via hun vrienden en

hier en degenen die kiezen voor een partner uit het herkomstland,

familie weten ze vlugger welke vacatures er zijn of worden ze bij

zien we minder terug bij Marokkaanse tweede generatiemannen. Bij

werkgevers geïntroduceerd. De meesten voelen zich gelukkig in hun

de Marokkaanse vrouwen bestaan deze verschillen dan weer wel. Zo

nieuwe leven.

verloopt de gezinsvorming bij Marokkaanse vrouwen traditioneler als ze kiezen voor een partner uit het herkomstland. Het Provinciaal Integratiecentrum ontwikkelde twee vormingsprogramma’s rond huwelijksmigratie. ‘Is liefde kleurenblind?’, waarin allochtone en autochtone jongeren praten over partnerkeuze en relaties en het vormingspakket ‘Een gelukkig huwelijk voor onze kinderen’, waarin allochtone ouders ervaringen uitwisselen en tips krijgen om beter te communiceren met partner en kinderen. Meer info? www.limburg.be/integratiecentrum


24

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Zeven Limburgse projecten rond huwelijksmigratie Begin 2010 lanceerde de Vlaamse minister voor Inburgering een nieu-

opzetten over huwelijksmigratie. De focus ligt voornamelijk op

we oproep voor het project ‘Managers van diversiteit’. Het accent lag

Turkse huwelijksmigratie. De visies en standpunten die hieruit

deze keer op huwelijksmigratie. De minister voorziet 1 miljoen euro

voortvloeien, worden herwerkt tot een scenario voor enkele kort-

aan subsidies voor projecten die vernieuwend zijn in het benaderen

films. Het Vervolg zal die kortfilms vertonen op een premièreavond,

van de thematiek en het doorbreken van taboes door ontmoeting en

maar ook achteraf in cultuurcentra, scholen, huiskamers, op You

dialoog te organiseren.

Tube, …

Veertien projecten, die vanaf 2011 in Vlaanderen en Brussel rond

Huwelijksmigratie in 3D – Demystificatie door Diepte-inter-

huwelijksmigratie zullen werken, werden geselecteerd waaronder ook

view en Dialoog – SEIN Universiteit Hasselt

een aantal Limburgse projecten.

SEIN is een onderzoeksinstituut van de Universiteit Hasselt en partner in het Vlaamse Steunpunt Gelijkekansenbeleid.

Coachen uit de schaduw - Groep Intro vzw regio Limburg Groep Intro vzw is een vormingsorganisatie die actief is rond de

Het doel van dit onderzoeksproject is om bij Turkse en

thema’s vrije tijd, opleiding en trajectbegeleiding. Ze wil kwetsba-

Marokkaanse jongeren en hun ouders een andere kijk op huwe-

re mensen in de samenleving als persoon versterken en is erg

lijksmigratie te tonen. De onderzoekers zetten studenten in als

actief in de wijken.

hefboom om binnen de eigen gemeenschap verschillende onderwerpen ter sprake te brengen. Ze vertrekken vanuit een verzame-

Met het project ‘Coachen uit de schaduw’ wil Groep Intro vrouwe-

ling stellingen en citaten die in diepte-interviews met studenten

lijke huwelijksmigranten versterken en hen opleiden tot coaches

verzameld zijn.

die andere huwelijksmigranten een plek in de samenleving helpen

De projectmedewerkers leggen de stellingen en citaten voor aan

vinden. De coaches hebben een brugfunctie naar de buurtwerkin-

focusgroepen van jongeren en ouders met ongehuwde jongeren.

gen en reiken zo de hand naar het lokale sociaal netwerk. Om het

De groep denkt in dialoog na over de voor- en nadelen en de

effect op lange termijn te verzekeren werkt de organisatie samen

mogelijke alternatieven voor partnerkeuze bij jongeren. De resul-

met buurtopbouwwerk.

taten van dit onderzoek worden bekendgemaakt tijdens een slotevenement voor een ruim publiek.

Mama, ik wil trouwen! – Nejma vzw (Houthalen-Helchteren) Nejma vzw is een zelforganisatie uit Houthalen-Helchteren. Ze

Kijk in de spiegel: relatievorming en diversiteit – CAW Sonar

werkt met voornamelijk Marokkaanse vrijwilligers. De organisatie

CAW Sonar is een erkend centrum voor algemeen, justitieel en

speelt in op de noden van de allochtone gemeenschap door activi-

gezins- en relationeel welzijnswerk.

teiten op te zetten rond maatschappelijke thema’s en mensen met een verschillende etnische achtergrond samen te brengen.

Met dit project wil CAW Sonar jongeren en hun ouders sensibiliseren voor thema’s als relatievorming en huwelijksmigratie. CAW

Met het project ‘Mama, ik wil trouwen’ wil Nejma vzw het begrip

Sonar organiseert ‘meeting points’ voor jongeren. Dat moet hen

huwelijksmigratie bespreekbaar maken bij jongeren en adolescen-

genoeg alternatieven bieden om elkaar te ontmoeten en om leef-

ten. Aan de hand van enkele theaterproducties stelt ze de voor- en

tijdsgebonden relatiethema’s te bespreken, en om eventuele voor-

nadelen van huwelijksmigratie voor. Het gaat om vier voorstellin-

oordelen te toetsen aan de werkelijkheid en aan elkaar.

gen voor scholen én voor een breed publiek. Als het project is afgerond, bestaat de mogelijkheid te toeren met deze theatervoorstel-

De organisatie zal ook gespreksgroepen organiseren voor gehuw-

ling.

den (individuen en koppels met een partner uit het land van herkomst, en koppels die elkaar hier hebben leren kennen) over uni-

One-way ticket to Love: kortfilms over Turkse huwelijksmigra-

versele relatiethema’s. Wat zijn de krachten en knelpunten van

tie in de mijnstreek – Het Vervolg vzw

zulke huwelijken, wat betekent integratie voor de huwelijkspart-

Het Vervolg vzw is een onafhankelijke ontwikkelingsorganisatie

ners, en hoe vind je het evenwicht tussen integratie en behoud van

die bruggen wil slaan tussen verschillende sectoren: cultuur, erf-

eigenheid?

goedzorg, vrijwilligerswerk, buurtopbouwwerk, toerisme en de herbestemming van mijnterreinen. De organisatie werkt aan een

Met dit project kan CAW Sonar preventief werken door vormingen

positieve beeldvorming over diversiteit in de mijnstreek.

te organiseren over relationele thema’s zoals huwelijksmigratie.

Het Vervolg wil op een actieve en creatieve manier discussies

Het CAW doet ook aan psycho-educatie (educatieve of opvoedkun-


25 Arbeidsmigratie Limburg kent een lange geschiedenis van arbeidsmigratie. Hoewel er dige interventies om mensen te leren omgaan met hun beperkin-

sinds 1974 een migratiestop van kracht is, komen ook de laatste jaren

gen) en laat gespreksgroepen ervaringen over relatiethema’s uit-

arbeidsmigranten vanuit het buitenland in Limburg werken.

wisselen. Dat zal uitmonden in een vormingsaanbod dat bruikbaar is voor

Een indicatie van het aantal arbeidsmigranten die als werknemer aan de

andere diensten, verspreid over verschillende regio’s, en in bege-

slag gaan, krijgen we op basis van het aantal uitgereikte arbeidskaarten.

leide groepsgesprekken voor heel diverse deelnemers.

Daarnaast kunnen onderdanen van de EU-landen hier als zelfstandige aan de slag of naar hier gedetacheerd worden vanuit hun bedrijf.

Op weg – Stad Beringen De integratiedienst van de Stad Beringen wil met het project ‘Op

De cijfers over het aantal arbeidskaarten geven maar een beperkt beeld

Weg’ het fenomeen huwelijksmigratie kaderen in een historische

over arbeidsmigratie. Sommige vreemdelingen zijn, net zoals de

context. Met creatieve methodieken wil de integratiedienst het

Belgen, vrijgesteld van een arbeidskaart. Het gaat bijvoorbeeld om

onderwerp bespreekbaar maken.

erkende vluchtelingen, personen die naar hier gekomen zijn in het kader van gezinshereniging of mensen die huwen met een Belg of EU-

De integratiedienst leidt mensen uit de doelgroep op tot ‘intervie-

onderdaan. Zij worden niet opgenomen in de statistieken. De statis-

wers oral history’. Zij sporen vervolgens huwelijksmigranten op

tieken bevatten bovendien zowel de aanvragen als de hernieuwingen.

die kunnen deelnemen aan het project. Ze nemen diepte-inter-

Een werknemer kan in één jaar meerdere arbeidskaarten ontvangen.

views af of leggen digitale fotoboeken aan.

De cijfergegevens stemmen dus in geen geval overeen met het aantal effectief naar Limburg gemigreerde of in Limburg verblijvende buiten-

Inwoners van Beringen kunnen in een verhalenroute kennisma-

landse werknemers.

ken met de huwelijksmigranten en hun verhaal: het Beringse theatergezelschap vzw Padarijs gebruikt het bronnenmateriaal als

Bovendien moeten onderdanen van de nieuwe EU-lidstaten, waaron-

inspiratie voor korte theaterstukken die het in verschillende huis-

der Polen, sinds 1 mei 2009 niet langer over een arbeidskaart beschik-

kamers in Beringen-Mijn opvoert.

ken om in België te kunnen werken. Voor Roemenië en Bulgarije, die sinds 2007 lid zijn van de Europese Unie, zou deze verplichting gelden

Partnerkeuze van de Turkse jongeren - Turkse Unie van België

tot eind 2011. De ministerraad koos er eind 2011 echter voor om de

De Turkse Unie van België is een landelijke vereniging voor

grenzen nog niet te openen voor de Roemenen en de Bulgaren. Hun

migranten.

toegang tot de arbeidsmarkt blijft daardoor beperkt tot eind 2013. Roemenen en Bulgaren die in België willen komen werken kunnen dit

De Unie wil het volledige verhaal van partnerkeuze en huwelijk bij

dus enkel met een arbeidskaart voor specifieke knelpuntberoepen (of

mensen van Turkse afkomst onder de loep nemen. Hoe worden

ze kunnen als zelfstandige aan de slag gaan).

relaties gevormd en welke factoren spelen een rol? Dat de eerste generatie Turkse migranten een partner zocht in het land van her-

Leeuwendeel arbeidskaarten B gaat naar Bulgaren en Roemenen

komst, is niet verrassend. Hun sociaal netwerk lag immers in het

In de loop van 2010 reikte de Vlaamse Gemeenschap in Limburg 3.794

thuisland. Opmerkelijk is dat ook de tweede en derde generatie

arbeidskaarten en –vergunningen uit aan vreemde arbeiders. In vergelij-

migranten een partner in het land van herkomst vindt. De integra-

king met een jaar eerder, toen 4.031 arbeidskaarten en –vergunningen

tietheorie stelt dat tweede- en derdegeneratiemigranten vaker hun

uitgereikt werden, is dit een lichte daling. In vergelijking met 2008 is dit

partner in het nieuwe land kiezen. Wat is er dan anders in de

meer dan een halvering. Dat Polen sinds 1 mei 2009 niet langer een

Turkse gemeenschap?

arbeidskaart moeten aanvragen, verklaart deze forse daling.

De Unie organiseert groepsgesprekken om de motivatie achter

Het aantal afgeleverde arbeidskaarten B kent een daling. Arbeidskaarten

sommige keuzes te achterhalen. Ze wil mensen van Turkse

B zijn bedoeld voor echte arbeidsmigranten, werknemers die voor een

afkomst confronteren met de realiteit van huwelijksmigratie,

bepaalde job bij een bepaalde werkgever uit het buitenland naar België

zowel positief als negatief. Zo wil ze hen motiveren om stil te

komen. In 2010 werden in Limburg 2.731 van dergelijke arbeidskaarten

staan bij belangrijke levenskeuzes.

afgeleverd, ongeveer een 600-tal minder dan in 2009. Bijna 87% van alle arbeidskaarten B gaan in 2010 naar onderdanen van de nieuwe EU-lidstaten voor knelpuntberoepen. Zo kregen in 2010 1.198 Bulgaren en 1.151 Roemenen een arbeidskaart B om tewerkge-


26

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

steld te worden in een knelpuntberoep. Verder reikt de Vlaamse

Europese fruitplukkers zit al jaren in de lift. In 2006 waren er 3.063

Gemeenschap arbeidskaarten B uit aan monteerders-specialisten

Europese fruitplukkers actief in de gemeenten van de Limburgse

(68), hooggeschoolden (28), gedetacheerde hooggeschoolden, lei-

fruitstreek. Vijf jaar later steeg dit aantal tot 11.717, bijna een vervier-

dinggevenden of stagiairs (89), au-pairs (23), beroepssporters (12) en

voudiging.

nog aan enkele andere categorieën. Het merendeel van de buitenlandse seizoensarbeiders in Limburg In Limburg ontvingen 1.062 personen een arbeidskaart C. Deze

komt uit Polen. Een verklaring voor de sterke aanwezigheid van de

arbeidskaart is voor wie legaal in België verblijft, maar met zo’n kaart

nieuwe EU-landen in de fruitpluk, is dat het inschakelen van seizoen-

ook het recht krijgt om te werken. Het gaat dan om onder meer gere-

sarbeiders uit Polen de afgelopen jaren erg vergemakkelijkt is.

gulariseerden, studenten of slachtoffers van mensenhandel en ontvankelijk verklaarde asielzoekers.

Ook in de Limburgse bouwsector worden heel wat buitenlandse

Het aantal arbeidskaarten C stijgt in vergelijking met een jaar eerder.

arbeidskrachten ingeschakeld. Uit een bevraging van de Confederatie

Een groot deel van de stijging komt er doordat asielzoekers sinds

Bouw en Voka Limburg bleek dat bijna één op drie Limburgse bouw-

begin 2010 na zes maand procedure kunnen werken tijdens de rest van

bedrijven buitenlandse werknemers tewerkstelt. Voornaamste rede-

hun procedure. De gevolgen van deze wijziging zien we in het aantal

nen die de bedrijven hiervoor aanhalen is de krapte op de arbeids-

afgeleverde arbeidskaarten. Zo stijgt het aantal arbeidskaarten C voor

markt (20,8%), maar ook de loonkost (11,3%) en hun positieve

kandidaat-vluchtelingen van 46 in 2009 naar 530 in 2010.

arbeidsattitude spelen mee. Meer dan de helft van de arbeidskrachten zijn afkomstig uit Oost-Europa (54,8%), maar ook uit buurlanden

Tenslotte is ook nog de arbeidskaart A. Na vier jaar werken met een

(29%) of uit andere EU-landen (29%).

arbeidskaart B kan iemand een arbeidskaart A verkrijgen. Fruitsector en bouw in trek bij arbeidsmigranten Zowel de fruitteelt als de bouwsector zijn in Limburg belangrijke economische activiteiten. Maar ze zijn ook erg arbeidsintensief en dus goed voor heel wat werkgelegenheid. Naast Belgen worden ook heel wat buitenlandse arbeidskrachten ingeschakeld. Een idee van het aantal arbeidsmigranten in de fruitteelt kunnen we krijgen op basis van gegevens van de Fruitcel van de VDAB. Voor het jaar 2011 telden ze 11.717 Europese plukkers in de fruitstreek, een stijging met 18,4% in vergelijking met een jaar eerder. Het aantal Evolutie van het aantal afgeleverde arbeidskaarten voor Limburg (2003 - 2010) 11000 10000

1

arbeidskaart A arbeidskaart B arbeidskaart C

2

9000 8000 7000 6000

3 5000

8.039

9.653 3

4000 3000

4 2000 1000

3.920

3.322

1

2.731

9 388

5 459

761

1.003

916

822

946

980

706

1.062

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

1.224

0

Twee seizoensarbeiders aan de slag in de Limburgse fruitpluk. Bron: Vlaams Ministerie voor Werk en Sociale Economie Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning


27 Mensen zonder wettig verblijf Mensen zonder wettig verblijf leven zonder wettige verblijfsdocumen-

erg lage kwaliteit met veel structurele gebreken. Meer dan één op drie

ten in België. ‘Illegalen’ of ‘mensen zonder papieren’ zijn andere,

beoordelen bovendien hun eigen gezondheid als slecht of heel slecht.

minder correcte benamingen. Hoeveel mensen zonder wettig verblijf in Limburg leven, is door hun relatieve onzichtbaarheid moeilijk in te

Recht op onderwijs en dringende medische hulp

schatten.

Mensen zonder wettig verblijf hebben geen verblijfsrecht in België. Hierdoor zijn ze uitgesloten van de arbeidsmarkt en kunnen ze maar

In Limburg, uit de statistieken

in beperkte mate rekenen op steun van publieke voorzieningen. Toch

De groep van mensen zonder wettig verblijf is een zeer diverse groep.

garandeert de overheid enkele fundamentele rechten: het recht op

Sommigen verblijven van meet af aan illegaal in België. Ze zijn zonder

onderwijs voor kinderen van mensen zonder wettig verblijf en het

toestemming het land binnengekomen of met een toeristenvisum dat

recht op dringende medische hulp.

intussen verlopen is. Anderen starten daarentegen wel met een legaal verblijf maar slagen er niet in dit te behouden. Ze kiezen voor een

Huisvesting voor mensen zonder wettig verblijf

leven in de illegaliteit. Uitgeprocedeerde asielzoekers of gezinshereni-

Mensen zonder wettig verblijf hebben in principe geen recht op

gers, gewezen buitenlandse studenten of au pairs behoren onder meer

opvang. Voor hen is het vaak behelpen. Mensen zonder wettig verblijf,

tot deze groep.

die tijdens hun legaal verblijf een woning hebben, houden meestal zo lang mogelijk vast aan deze woning. Huur betalen ze door zwartwerk.

Ook de beweegredenen van mensen zonder wettig verblijf zijn zeer

In vele gevallen gaat het over woningen in het laagste segment qua

divers. De Erasmus Universiteit van Rotterdam ondervroeg in

kwaliteit en comfort.

opdracht van de Belgische regering een 120-tal irreguliere migranten in Brussel, Gent en Antwerpen. Hieruit bleek dat de economische ach-

Er zijn uitzonderingen op bovenstaande regel. Personen zonder wet-

terstandspositie vaak de directe aanleiding is om te migreren. Toch

tig verblijf met minderjarige kinderen, die niet in staat zijn om in het

spelen er vaak ook andere individuele beweegredenen mee. Ongeveer

onderhoud van hun hulpbehoevende kinderen te voorzien, hebben

één op vijf van de geïnterviewden geeft aan naar België te komen om

recht op opvang in een opvangcentrum. Het Valkenhof in Overpelt en

in een korte periode zoveel mogelijk geld te verdienen om dan terug te

het opvangcentrum in Sint-Truiden vangen families zonder wettig ver-

keren naar het herkomstland. Daarnaast is er een omvangrijkere

blijf op.

groep die een wettig verblijf nastreven, bijvoorbeeld door huwelijk of regularisatie. Een laatste groep, ongeveer één op drie van de geïnter-

Door de opvangcrisis en de overvolle opvangcentra werd Fedasil sinds

viewden, accepteert het onwettig verblijf in België en is naar hier geko-

midden 2009 gedwongen elke nieuwe aanvraag van gezinnen zonder

men om een nieuw bestaan op te bouwen, legaal of illegaal.

wettig verblijf te weigeren. Enkel de gezinnen waartoe Fedasil door een rechtbank op straffe van een dwangsom gedwongen werd opvang

Schrijnende leefomstandigheden voor mensen zonder wettig verblijf

te voorzien, kregen nog onderdak in een opvangcentrum. Eind 2010

Er bestaat weinig betrouwbare informatie over de leefomstandighe-

vertegenwoordigden gezinnen zonder wettig verblijf dan ook nog

den van mensen zonder wettig verblijf. Door hun precaire situatie val-

slechts 1,4% van de bewoners van het opvangnetwerk. Al bij al hebben

len ze immers volledig uit de officiële statistieken. Om deze leemte in

deze gezinnen weinig toekomstperspectief.

te vullen deed het Hoger Instituut voor Arbeid (HIVA) in opdracht van het Steunpunt Armoedebestrijding een onderzoek naar de leefom-

Uitwijzing, vrijwillige terugkeer of regularisatie

standigheden van mensen zonder wettig verblijf.

De federale overheid wijst mensen zonder wettig verblijf uit. Daarnaast bestaat ook de mogelijkheid om vrijwillig terug te keren.

Een bevraging bij 170 mensen zonder papieren geeft zicht op de moei-

Soms worden mensen zonder wettig verblijf ook geregulariseerd.

lijke omstandigheden waarin ze leven. Negen op tien mensen zonder wettig verblijf moeten rondkomen met een bedrag van minder dan

In 2010 verlieten 8.780 mensen zonder wettig verblijf België, iets meer

450 euro per maand. Slechts één op vijf mensen zonder papieren had

dan in 2008 en 2009. Ongeveer één op drie (3.088 personen) doet dit

in de maand voor het interview gewerkt, meestal deeltijds of in het

op vrijwillige basis. Hiervoor kan beroep gedaan worden op IOM, de

zwart. Ongeveer de helft van de mensen verbleven in een woning, de

Internationale Organisatie voor Migratie. De IOM zorgt voor de orga-

andere helft had een tijdelijk onderkomen in een voorziening of was

nisatie van de terugreis en een beperkte financiële premie.

dakloos. De woningen van mensen zonder wettig verblijf zijn vaak van


28

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

In 2010 werden 24.199 personen geregulariseerd. Dit is een kleine

vraag, met name een beroep bij de Raad van State of een regulari-

10.000 personen meer dan in 2009 (14.830 personen) en ruim drie

satieverzoek. Alle procedures samen duren minstens vijf jaar, voor

keer zoveel dan in 2008 (8.369). Ongeveer de helft van de regularisa-

gezinnen met schoolgaande kinderen is dat vier jaar.

ties gebeurde omwille van een duurzame lokale verankering in België (vijf jaar ononderbroken verblijf ).

Een tweede reeks gaat over ‘prangende humanitaire situaties’. Dit zijn

Eind 2010 waren er nog meer dan 40.000 aanvragen in onderzoek. Op

situaties waarbij ‘een verwijdering uit België de schending zou kunnen

zes jaar tijd heeft de dienst Humanitaire Regularisaties in België onge-

inhouden van een fundamenteel recht’. De instructie geeft ook enkele

veer 80.500 personen geregulariseerd.

specifieke categorieën zoals de volgende:

Begin juli nam de federale regering enkele maatregelen om het terug-

de ouder van een Belgisch minderjarig kind;

personen die hier zijn opgegroeid maar later teruggekeerd en nu terug willen naar België;

keerbeleid efficiënter te maken. Vrijwillige terugkeer krijgt de voorkeur. Wie het bevel krijgt om België te verlaten krijgt nu 30 dagen om

het land te verlaten. Tot nu toe waren dat er maar vijf, wat voor veel

iemand met een Belgisch pensioen; families met schoolgaande kinderen met een afgesloten of han-

personen te kort was om zich voor te bereiden en waardoor vaak

gende asielaanvraag en die minstens vijf jaar in België hebben ver-

beslist werd om onder te duiken in de illegaliteit. Uitgewezen perso-

bleven.

nen zullen ook beter begeleid worden door de bevoegde instanties. Door de langere periode en betere begeleiding wil de regering het aan-

Belangrijke opmerking: de minister kan ook in andere gevallen een

tal personen dat vrijwillig het land verlaat, opkrikken. Wie dat niet

regularisatie toestaan.

doet, zal gedwongen het land uitgezet worden. Dit zal ook gelden voor wie het risico bestaat dat men zal onderduiken, voor wie een gevaar

Tussen 2009 en mei 2011 werden 11.794 dossiers geregulariseerd,

vormt voor de openbare orde of wie een eerder bevel om het grondge-

deels op basis van de oude permanente criteria (7.365 dossiers) en

bied te verlaten genegeerd heeft. Illegalen die in ons land op doorreis

deels op basis van de nieuwe criteria (4.429 dossiers).

zijn, zullen voortaan meteen opgepakt worden en worden uitgewezen. Regularisatie

Meer info? Sociaal-Juridische dienstverlening van het Provinciaal

Eind juli 2009 wijzigde de federale regering grondig de manier waar-

Integratiecentrum, pricjuridesk@limburg.be of 011 30 57 13.

op mensen zonder wettig verblijf geregulariseerd kunnen worden. De grootste nieuwigheid was de tijdelijke regularisatiecampagne, waarbij voor een korte periode soepelere criteria van kracht werden om een verblijfvergunning te krijgen. Heel wat personen zonder wettig verblijf kregen zo de kans om een toekomst in België uit te bouwen. Daarnaast kwam er meer duidelijkheid over de criteria die al eerder van kracht waren en werden enkele nieuwe criteria ingevoerd. Wat is de impact geweest van deze tijdelijke regularisatiecampagne? Uit cijfers van de Dienst Vreemdelingenzaken blijkt dat tussen 2009 en mei 2011 12.494 dossiers werden geregulariseerd op basis van de nieuwe éénmalige criteria zoals duurzame lokale verankering (11.162 dossiers) of op basis van werk (1.332). Naast de tijdelijke regularisatiecampagne van 2009 blijft ook de bestaande, vaste procedure bestaan. De instructie van 2009 zet een aantal criteria op rij. Sommige daarvan bestonden al, maar worden nu versoepeld. Een eerste reeks criteria gaat over langdurige procedures. Volgende mensen zonder wettig verblijf komen in aanmerking voor regularisatie: •

een langdurige asielprocedure van minstens vier jaar, drie jaar voor gezinnen met schoolgaande kinderen;

een langdurige procedure volgend op een afgewezen asielaan-


29 “Na mijn regularisatie durf ik weer werken aan mijn toekomst!”

soms vleesafval voor honden voor 25 cent en dit deed ik dan bij de soep.

Een uitspraak van Frunza Svetlana, een 47-jarige Genkse vrouw die

“Mijn geloof betekent heel veel voor mij. In Moldavië was ik orthodox,

twee jaar geleden een goedkeuring kreeg voor regularisatie. Ze getuigt

maar nu ben ik eerder protestants. Dankzij de protestantse kerk heb

over haar moeilijke leven voor de regularisatie, over haar huidige situ-

ik veel vrienden, ook Vlaamse. Mijn geloof was voor mij een grote

atie en toekomstplannen.

steun om de moeilijke tijd voor de regularisatie door te komen. Anders

Mijn kleren kreeg ik van vriendinnen of kocht ik in de kringloopwinkel. Ik was wel blij dat we op school Nederlands konden leren.

was ik zeker gek geworden.” Frunza Svetlana vertelt “Ik ben geboren in Oekraïne en als kleuter met mijn ouders naar

“Sinds de regularisatie voel ik me veel beter: na een depressie van twee

Moldavië gemigreerd. Na mijn huwelijk met Valeri, mijn man, bleven we

jaar voelde ik me terug rustig. Ik had geen stress meer en was niet

met ons gezin in Moldavië wonen. Maar mijn man kreeg problemen met

meer bang dat de politie me zou tegenhouden of oppakken. We heb-

de dictatuur en de politiek. Daarom moesten we wegvluchten en onze

ben nog enkele maanden een uitkering van het OCMW gekregen,

twee kinderen achterlaten. Tien jaar geleden kwamen we aan in

maar nu gaat mijn man werken. Ik vind het fijn dat ik nu een normaal

Limburg. We vroegen onmiddellijk asiel aan, maar dat werd ons gewei-

leven kan leiden waarin niet meer alles draait om geld en overleven. Ik

gerd. We waren radeloos, want we konden niet teruggaan naar Moldavië.

ben heel blij om in België te wonen: er is democratie en het beleid is er

Deze periode was zeer moeilijk, zeker in het begin toen we hier alleen

heel menselijk. In mijn vrije tijd lees ik graag en ik spreek soms af met

waren. Na een tijdje maakten we nieuwe vrienden en toen ging het beter.

vriendinnen. Enkele jaren geleden was ik heel actief in de vereniging Iskra die hulp aanbiedt aan Oekraïne: inzamelen van geld, kleding,

Gedurende twee jaar hebben we zelfs bij een vriend mogen wonen. Van

speelgoed. Dankzij de regularisatie kunnen mijn man en ik vrij rond-

de kerk en het OCMW kregen we voedselpakketten. We hadden helemaal

reizen en bezoeken we verschillende protestantse kerken doorheen

geen inkomen en moesten leven van het geld van vrienden. Ik zocht altijd

Limburg: in Genk, Hasselt, Diepenbeek, Bilzen en Beverst. Daar ont-

naar nieuwe oplossingen om aan eten te geraken. Op de markt kocht ik

moeten we onze beste vrienden!” “In mijn thuisland heb ik het diploma schoonheidsspecialiste behaald, maar tot nu toe heb ik geen werk kunnen vinden in deze sector. Daarom volg ik een opleiding verkoop: ik droom ervan om met dit diploma werk te vinden als verkoopster. Binnen tien jaar hoop ik dat ik nog even gezond mag zijn en dat ik als Belg door het leven mag gaan. Dan wil ik naar de kapper gaan en zelf mooie nieuwe kleren gaan kopen,… Dan kan ik me op en top vrouw voelen. Mijn kinderen zijn ondertussen volwassen: mijn zoon is 28 jaar en mijn dochter 24 jaar. Ze wonen in Moldavië en we hebben geregeld contact met hen.” Onderzoek 10.10 De getuigenis van Svetlana maakt deel uit van het onderzoek 10.10 uitgevoerd door het Provinciaal Integratiecentrum in 2011. Dit onderzoek richt zich tot twee groepen van tien personen: tien personen die via huwelijksmigratie migreerden naar Limburg en tien personen die na regularisatie een nieuw leven begonnen in Limburg. Via interviews met deze nieuwe Limburgers geven we regularisatie en huwelijksmigratie een menselijk gelaat: Wie zijn ze? Welke zorgen hebben ze? Hoe participeren ze aan de samenleving? Wat doen ze in hun vrije tijd? Welke toekomstperspectieven hebben ze?

We hebben heel lang moeten wachten op onze regularisatie. Ik werd er zelfs depressief van. Maar uiteindelijk, na negen jaar wachten, kregen we onze verblijfspapieren.


30

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Woonwagenbewoners De situatie van de geregulariseerden verschilt sterk naargelang de manier waarop ze in België zijn terechtgekomen. We onderschei-

Vlaanderen telt vier groepen met een zogenaamde nomadische cultuur:

den twee groepen: een eerste groep kwam eerder toevallig in België

Voyageurs, Roma, Roms en Manoesjen. In Limburg zijn vooral de

terecht; een tweede groep kwam tijdelijk op bezoek met een toeris-

Voyageurs en de Roma aanwezig. Maar eerst kort iets over de andere twee.

tenvisum omdat zij in Limburg vrienden of familie kenden. Roms en Manoesjen zijn al geruime tijd present in West-Europa: Toevallig in Limburg terechtgekomen

Manoesjen vanaf de late middeleeuwen, Roms kwamen in de negen-

Een eerste groep kwam toevallig in België terecht omdat ze mee-

tiende eeuw. Roms en Manoesjen treffen we nauwelijks aan in

gingen met een mensensmokkelaar en het aankomstland niet zelf

Limburg, enkel als ze op doortocht zijn. Met name Roms bezoeken

konden uitkiezen. Zij vroegen asiel aan in België en leefden in

Limburg regelmatig als ze in het voorjaar en in de zomer rondtrekken,

moeilijke omstandigheden: samen met hun gezin woonden ze in

meestal in groepjes van tien tot twintig caravans. Ze vinden dan voor

een klein kamertje van het asielcentrum. Daar waren er vaak span-

een paar dagen een plekje op een groot parkeerterrein of aan de rand

ningen tussen de verschillende nationaliteiten. Sommigen zochten

van een industrieterrein. Roms zijn vragende partij voor specifieke

hulp bij vrienden: ze leenden geld en bleven er soms slapen.

doortrekkersterreinen, plekken die zijn uitgerust voor tijdelijk verblijf

Wanneer hun asielaanvraag geweigerd werd, bleven sommigen

van rondtrekkende groepen. Volgens het Ruimtelijk Structuurplan uit

illegaal in België wonen, omdat terugkeren naar het herkomstland

2003 neemt het Limburgse provinciebestuur het op zich om mogelij-

geen optie was. Dit was een zware periode: ze kregen voedselpak-

ke locaties voor woonwagenterreinen te onderzoeken. Maar dat heeft

ketten en kledij van vrienden, woonden in bij vrienden en voelden

tot nu toe geen concrete resultaten opgeleverd.

zich vaak depressief. Om aan deze moeilijke omstandigheden te ontsnappen, vragen ze regularisatie aan. Maar de meesten moeten

Roma zijn de laatste decennia gemigreerd uit Oost-Europa, voorname-

vele jaren wachten op een antwoord. Omdat ze kunnen rekenen op

lijk uit Kosovo, Roemenië en Slovakije. Roma zijn niet rondtrekkend,

een grote groep vrienden slagen ze erin om te overleven. Onze

maar wonen in huizen of appartementen. Wel verhuizen ze vlot van de

getuige, Frunza Svetlana, behoort tot deze groep. Zij en haar man

ene plaats naar de andere. Roma vinden we vooral terug in de grote ste-

kregen veel hulp van hun geloofsgemeenschap: de orthodoxe

den, maar ook in verschillende Limburgse gemeenten wonen Roma.

kerk. Na tien jaar werden ze geregulariseerd. Zoals gezegd zijn in Limburg de Voyageurs de grootste groep met een Via toeristenvisum

nomadische cultuur. Voyageurs zijn autochtonen, ze stammen af van

Een tweede groep geregulariseerden kwam naar België met een

rondtrekkende handelaars en ambachtslieden. Ze zien zichzelf duide-

toeristenvisum omdat hun partner of familie hier woont.

lijk als een aparte groep, anders dan de ‘burgers’ of ‘boeren’. Naar

Onmiddellijk na hun aankomst vragen ze regularisatie aan via

schatting wonen er een duizendtal Voyageurs in Limburg, driehonderd

gezinshereniging of huwelijksmigratie. Zij kunnen terugvallen op

tot vierhonderd gezinnen. Hiervan wonen er ruim tweehonderd in een

steun door vrienden, familie en de allochtone gemeenschap.

woonwagen: 158 op een erkende standplaats op een erkend woonwa-

Hierdoor hebben ze een gemakkelijker leven, zeker in vergelijking

genterrein, de anderen op een niet erkend woonwagenterrein of als ille-

met de eerste groep. Het valt ook op dat deze groep vlugger geregulariseerd wordt. Huidige erkende standplaatsen voor woonwagenbewoners Situatie na de regularisatie

in Limburg (2011)

De grootste verandering na regularisatie is het hebben van werk. De geïnterviewden die werken zijn tevreden met hun job, maar ze

gemeente

zouden toch liever een job vinden die meer aansluit bij hun diplo-

As

6

ma (behaald in het herkomstland) en interesse. Omdat ze nu zelf

Ham

8

geld verdienen, kunnen ze een woning huren en eten en kleding

Hasselt

26

kopen. Ze kunnen zelfs op vakantie gaan. Door het wegvallen van

Genk

46

stress slapen ze beter, zijn ze niet meer depressief, lopen ze met

Maaseik

26

een gerust hart rond op straat en kunnen ze aan hun toekomst wer-

Maasmechelen

28

ken. Hulp van het OCMW hebben ze niet meer nodig. Slechts twee

Sint-Truiden

van de tien geïnterviewden ontvangen op dit moment, één of twee

totaal

jaar na de regularisatie, nog een uitkering van het OCMW. Bron: Provinciaal Integratiecentrum Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

aantal

18 158


31

gale bijstaander op een erkend terrein. Een groot aantal woonwagenbe-

In eerste instantie is het een opdracht voor de gemeentebesturen om

woners woont in een huis, al dan niet noodgedwongen. Maar ook dan

te zorgen voor standplaatsen, alhoewel recent ook wel wordt nage-

blijven ze, zowel voor zichzelf als voor de groep, echte Voyageurs.

dacht over de oprichting van private woonwagenterreinen. Van hogerhand krijgt de gemeente wel een aantal beleidsinstrumenten aange-

Het grootste probleem voor de Voyageurs is het tekort aan erkende

reikt om die opdracht daadwerkelijk te realiseren:

standplaatsen. Op sommige terreinen staan meer gezinnen dan offi-

Wonen in een woonwagen is sinds 2001 een erkende woonvorm.

cieel toegelaten, andere terreinen zijn volledig illegaal. Er zijn ook

De inrichting van een woonwagenterrein met de nodige infra-

Voyageurs die nu noodgedwongen in een huis wonen en graag terug

structuur wordt volledig gesubsidieerd: negentig procent door de

naar een woonwagen willen. En er dient zich ook een nieuwe genera-

Vlaamse overheid, tien procent door de provincie Limburg.

tie aan die de traditie wil verder zetten.

Het ruimtelijk structuurplan van de provincie Limburg uit 2003 legt aan een aantal Limburgse gemeenten een taakstelling op voor nieuwe of bijkomende standplaatsen.

Taakstelling standplaatsen woonwagenbewoners Vooral van die laatste maatregel werd veel verwacht: deze stevige voorgemeente Bilzen

aantal

zet van het provinciebestuur zou veel gemeentebesturen over de streep

15

trekken. Met name gaat het over acht gemeenten in het kleinstedelijk

Bree

8

gebied en over het regionaal stedelijk gebied Hasselt-Genk.

Leopoldsburg

8

Zonhoven, Diepenbeek en Hasselt zouden eventueel een taakstelling

Beringen

22

voor 48 standplaatsen opgelegd krijgen omdat delen van deze

Lommel

17

gemeenten kunnen behoren tot het regionaal stedelijk gebied Hasselt-

Neerpelt

8

Genk. Genk heeft nu al 46 standplaatsen.

Overpelt

8

Tongeren

17

Ondanks het Ruimtelijk Structuurplan blijft de uitvoering in heel wat

Hasselt-Genk

48

gemeenten dode letter. Wat is de huidige stand van zaken? •

Bilzen en Bree zijn de goede leerlingen van de klas, zij hebben een

Bron: Provinciaal Integratiecentrum

locatie aangeduid en vastgelegd en zijn nu bezig met de uitwer-

Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

king van de concrete plannen voor de inrichting van het woonwa-


32

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

genterrein. Bilzen heeft een bouwaanvraag ingediend. Nu is er een

Voor het regionaal stedelijk gebied Hasselt-Genk is het nog steeds

terrein ingericht met zes standplaatsen. Dit wordt verder uitge-

wachten op de afbakening door de Vlaamse overheid.

breid met zeven extra standplaatsen. Bree start in het najaar van

2011 met de aanbestedingsprocedure en in het voorjaar van 2012

Los van deze taakstelling zijn er in de provincie andere, positieve ont-

met de werken. Normaal gezien kunnen de bewoners in 2012 het

wikkelingen:

terrein in gebruik nemen.

Leopoldsburg heeft ook een locatie aangeduid. Na een studie zal

een terrein voor vier gezinnen en heeft een subsidieaanvraag inge-

er een masterplan worden opgemaakt en een ruimtelijk uitvoe-

diend. De werken starten in het voorjaar van 2012.

ringsplan voor het woonwagenterrein uitgewerkt worden. •

• •

Neerpelt en Overpelt wachten nog op een verdere gebiedsafbakening

Maaseik ontwerpt naast het bestaande woonwagenterrein een nieuw terrein voor vijftien bijkomende standplaatsen. Er is een

Lommel is bezig met een masterplan waarin ook het woonwagen-

voorontwerp van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

terrein wordt opgenomen. •

Meeuwen-Gruitrode werkt verder aan de concrete uitvoering van

Zonhoven is, los van een mogelijke opdracht binnen het regionaal

Beringen heeft een locatie voor een woonwagenterrein, maar deze

stedelijk gebied Hasselt-Genk, van plan het huidige niet erkende

moet nog vastgelegd worden in een ruimtelijk uitvoeringsplan.

terrein te verbeteren en uit te breiden. Er is een voorontwerp van

Tongeren heeft momenteel geen locatie aangeduid. Er zijn nog geen

het ruimtelijke uitvoeringsplan.

verdere concrete stappen voor een ruimtelijk uitvoeringsplan.

Finland licht succesfactoren van Roma integratiebeleid toe Al 60 jaar lang maakt Finland werk van een beleid op vlak van Roma.

ziekte. Ook in België kwam het nomadische bestaan van Manoesjen,

Finland koos resoluut voor de integratie van Roma met behoud van

Roms, Roma en Voyageurs tot stilstand. In tegenstelling tot Finland

hun eigen cultuur. Het is het enige Europese land dat al zo vroeg die

ontwikkelde België echter nooit een echt Romabeleid. Hierdoor

weg is op gegaan. Finland heeft de voorbije decennia dan ook heel

worden deze groepen nog steeds uitgesloten, zijn ze armer dan de

wat ervaring verzameld. Tijd om die ervaring te delen vond Vroem

gemiddelde Vlaming en hebben ze een levensverwachting die bijna

vzw, de Vlaamse vereniging voor Voyageurs, Roms, Roma en

twintig jaar korter is.

Manoesjen. Ze nodigden drie Finse experts uit voor een bezoek op

Ook de Roma die zich recent in Vlaanderen vestigen, verkeren in een

verschillende plaatsen in Vlaanderen. Het werd een wederzijdse

gelijkaardige situatie van uitstoting en ziekte. Een extra moeilijkheid

zoektocht naar de succes- en faalfactoren van het Finse Romabeleid.

is het ontbreken van een gemeenschappelijke tussentaal, waardoor een goede communicatie niet vanzelfsprekend is.

Hoe doen Roma het in Finland?

De boodschap is duidelijk: als we nu geen beleid ontwikkelen zullen

Finland staat duidelijk ver voorop als het op de integratie van Roma

we blijven worstelen met een gemarginaliseerde bevolkingsgroep.

aankomt. Finland kent geen Roma’s die in getto’s wonen. Roma’s wonen gewoon tussen de andere burgers in huizen, het resultaat van

Wat maakt Finland succesvol?

een grootscheepse huisvestingscampagne in de jaren ’70. Ook op vlak van onderwijs en werk gaat het goed. Alle

Wat maakte het Finse Romabeleid zo succesvol? Een aantal goede

Romakinderen en –jongeren voldoen aan de leerplicht en Roma zijn

praktijken spelen een rol:

in dezelfde sectoren actief als de rest van de bevolking.

Schakel brugfiguren in om Roma toe te leiden naar reguliere organisaties

Een aantal zaken verdient nog specifieke aandacht. Zo volgen Roma in

Huisbezoeken verhogen onderwijsparticipatie

het middelbaar onderwijs nog onvoldoende de richtingen met het mees-

Voorzie budgetten voor specifieke doelen

te toekomstperspectief. Verder is er nog discriminatie op de arbeidsmarkt

Betrek Roma bij het beleid en doe dingen samen

en is er nog marginaliteit met een probleem van meer druggebruik.

Werk aan verandering op lange termijn

“Als we nu geen beleid ontwikkelen zullen we blijven worstelen met

Wat het studiebezoek duidelijk aantoonde, is dat er bij veel beroeps-

een gemarginaliseerde bevolkingsgroep”

krachten nog heel wat vragen leven rond Roma en dat er nood is aan goede praktijken.

In Finland wonen zo’n 10.000-tal Roma. Tot de jaren ’60 leidden ze een nomadisch bestaan, gekenmerkt door uitstoting, armoede en

Meer info over het studiebezoek: www.vroemvzw.be


33

2. Onderwijs Segregatie in het Limburgse onderwijs Het afgelopen jaar laaide het debat rond concentratiescholen hevig op.

Vast staat dat binnen het Vlaamse onderwijs zowel segregatie naar etni-

De discussie rond zwarte en witte scholen ontlokte straffe uitspraken

sche herkomst als naar sociale achtergrond een feit is. De spreiding van

van het beleid, het onderwijs en de man in de straat. Jammer genoeg

allochtone en kansarme leerlingen over de verschillende scholen is erg

niet altijd gebaseerd op feiten of op wetenschappelijk onderzoek.

ongelijk. De segregatie is echter niet overal even hoog. Zo leert het SINBA-onderzoek dat leerlingen in Genk minder gescheiden naar

Daarom zet dit hoofdstuk een aantal zaken op een rijtje. Wat is etnische

school lopen dan in Antwerpen. In Antwerpen zijn de scholen dan wel

segregatie? Hoe komt deze tot stand? Brengen zwarte scholen het er op

weer een betere afspiegeling van de buurt dan de Genkse scholen.

vlak van onderwijsprestaties slechter vanaf ? En hoe zit het in Limburg?

Segregatie kan dus absoluut of relatief zijn: streeft men naar een gelijke spreiding van de verschillende etnische groepen of wil men dat de

Dit doen we op basis van cijfers van het Vlaams Ministerie van

school een afspiegeling is van de etnische diversiteit in de buurt?

Onderwijs. Maar ook op basis van het SINBA-onderzoek, een grootschalig onderzoek van drie universiteiten (Gent, Leuven en

Hoe komt segregatie tot stand?

Antwerpen) naar de omvang, de oorzaken en de gevolgen van etnische

Etnische segregatie is dus vaak een logisch gevolg van de samenstel-

segregatie in Gent, Antwerpen en Genk.

ling van de buurt. Zo is het niet onlogisch dat een school in een concentratiewijk een concentratieschool zal zijn. Wat ook meespeelt is de

Segregatie binnen Vlaams onderwijs een feit

vrijheid van schoolkeuze van de ouders: ouders hebben het recht om

Als men over segregatie spreekt, verengt de discussie zich vaak tot het

te kiezen voor een bepaalde school en andere scholen te mijden. Uit

onderscheid tussen witte en zwarte scholen. Zwarte scholen zijn dan

het onderzoek blijkt dat naarmate de sociaaleconomische status van

die scholen waar het merendeel van de schoolpopulatie bestaat uit

ouders stijgt, ze meer geneigd zullen zijn zwarte scholen te mijden. De

allochtone leerlingen. Vaak wordt er dan vanuit gegaan dat kinderen

perceptie van de lagere onderwijskwaliteit in zwarte scholen is hierbij

in die scholen minder goed leren en er minder vooruitgang boeken.

doorslaggevend. Zowel de autochtone als allochtone middenklasse

Zo zouden ze meer achterstand oplopen.

halen hun kinderen weg bij deze scholen. Verder blijkt uit het onderzoek dat allochtone en kansarme ouders minder informatiebronnen

De term segregatie kan niet alleen slaan op de concentratie van allochto-

hebben bij hun schoolkeuze en het moeilijker hebben om een

ne leerlingen, maar ook op de concentratie van kansarmoede binnen een

geschikte school te vinden.

school: vaak wordt niet alleen gekeken naar de concentratie van allochtone leerlingen, maar ook naar de concentratie van kansarmoede.

Aantal Limburgse basisscholen naar aandeel leerlingen thuistaal

Aantal Limburgse secundaire scholen naar aandeel leerlingen

niet-Nederlands

thuistaal niet-Nederlands

aandeel TNN <5%

aantal

%

aantal

%

143

45,5%

aandeel TNN <5%

72

50,0%

5 - 10%

60

19,1%

5 - 10%

23

16,0%

10 - 30%

73

23,2%

10 - 30%

42

29,2%

30 - 50%

22

7,0%

30 - 50%

7

4,9%

totaal aantal scholen

144

100,0%

50 - 70%

9

2,9%

> 70%

7

2,2%

314

100,0%

totaal aantal scholen


34

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Spelen met taal op school De Luchtballon, een lagere school in Heusden-Zolder, organiseerde op 25 februari 2011 een taaldag. Leerlingen en leerkrachten deden een hele dag lang creatieve taalactiviteiten. Directeur Carlo Gysens vertelt: “Taal en discipline zijn voor onze school heel belangrijk. Omdat een groot deel van de kinderen thuis geen of weinig Nederlands spreken, zorgen we ervoor dat ze op school maximaal de kans krijgen om veel Nederlands te spreken. Zo kwamen we op het idee van de taaldag.” Wereldklas Meesters Peter en Stijn en juffrouw Katrien zijn de stuwende krachten achter dit taalproject. Kristof, meester van de wereldklas, legt uit waarom de taaldag zo belangrijk is: “Mijn leerlingen wonen in het opvangcentrum voor asielzoekers in Heusden en kennen nog maar weinig Nederlands. In deze onthaalklas krijgen ze de kans om heel snel Nederlands te leren: begrijpen van afspraken, basiskennis Nederlands en wiskunde. Dit alles met de bedoeling leerlingen zo snel mogelijk te laten doorstromen naar de gewone leerjaren. De taaldag is voor mijn leerlingen een extra kans om spelenderwijs Nederlands te leren en vriendjes op school te leren kennen.” Creatieve monsters Meester Peter: “We hebben de leerlingen in groepjes ingedeeld binnen de drie graden, over de klassen heen. Op die manier breken ze uit hun

dagelijkse lessen en staan de leerlingen er meer open voor.”

klasgroep en leren ze andere kinderen kennen. Ook de nieuwe leerlingen van de wereldklas. De groepjes, onder leiding van een vaste leer-

Extra troef

kracht, volgden een parcours van diverse taal-workshops: fantasie,

Meester Stijn: “Bovendien heeft onze school een extra troef: door de

drama, bewegingsexpressie, expressief spreken en muziek. Bij de

sluiting van de secundaire afdeling vorig jaar, zijn er heel wat klaslo-

workshop fantasie vertelde een leerkracht het verhaal over monster

kalen vrijgekomen die we nu een andere bestemming hebben gege-

Gruffalo. De kinderen kregen geen prenten te zien, maar moesten hun

ven. Tijdens de taaldag was dit ideaal: We hebben een knutsellokaal,

fantasie laten werken. Hoe ziet dit monster eruit? Welke bijzondere

een expressielokaal, een dramalokaal, een vertelhoek. Organisa-

dingen kan het monster? Daarna tekenden of boetseerden ze hun

torisch gezien was het dus gemakkelijk omdat we geen bestaande

monster: met stekels, met veren, met lange tanden, met een lange

klassen moesten herinrichten voor één dag. ”

staart… en ze vertelden over de avonturen van hun monster. Bij de workshop muziek kregen leerlingen de kans geluiden toe te voegen in hun verhaal: harde geluiden voor het monster, zachte geluiden voor de muis, angstaanjagende muziek bij spanning…Voor de workshop drama huurden we een acteur in, Steven Fichaux van Inpetto. Deze creatieveling slaagt erin om je remmen los te gooien en je te laten experimenteren met mime, stem en bewegingen. Dat was voor iedereen, kinderen én leerkrachten, een heel leuke ervaring. Hierdoor durven we nu als leerkracht ook meer drama inbouwen in de


35 Zijn zwarte scholen effectief slechtere scholen?

effect heeft is de concentratie van allochtone leerlingen. Er zijn zwar-

In heel het debat rond concentratiescholen komen telkens dezelfde

te scholen die het uitstekend doen, maar ook die slecht presteren. Het

argumenten terug. Zwarte scholen zouden het onderwijspeil van

sociaaleconomische profiel van een school is dus doorslaggevender

autochtone leerlingen doen dalen en ook het algemene niveau van de

dan het aandeel allochtone leerlingen. In de praktijk blijken scholen

school naar beneden halen. In meer heterogeen samengestelde scho-

met veel allochtone leerlingen echter ook scholen te zijn met veel

len zouden sterkere leerlingen de prestaties van zwakkere leerlingen

kansarme leerlingen.

kunnen optrekken. Concentratiescholen kunnen dus zowel goede als slechte prestaties Uit onderzoek blijkt dat concentratie niet noodzakelijk een negatief

neerzetten. Sommige zwarte scholen hebben door de jaren heen net

effect heeft op de leerwinst van leerlingen. De onderwijsprestaties van

heel wat ervaring en goede praktijken uitgebouwd. Ook de extra mid-

leerlingen worden op de eerste plaats bepaald door de individuele

delen die ze krijgen in kader van het Gelijke Onderwijskansenbeleid

socio-economische en etnische achtergrond. Onafhankelijk van het

kunnen ingezet worden om de leerwinst van hun leerlingen te maxi-

soort school presteren leerlingen met een hogere socio-economische

maliseren. Uit het SINBA-onderzoek blijkt ook dat verwachtingen van

achtergrond beter dan leerlingen met een lagere socio-economische

de leerkrachten naar de leerlingen toe een effect kunnen hebben. In

achtergrond en autochtone leerlingen iets beter dan allochtone leer-

scholen met een hogere concentratie aan allochtone of kansarme leer-

lingen. In scholen met een hogere concentratie aan allochtonen of

lingen liggen de verwachtingen van de leerkrachten vaker lager. Ze

kansarme leerlingen zullen de onderwijsprestaties gemiddeld gezien

verwachten minder van hun leerlingen. Dit leidt vaak tot onbewuste

dus minder hoog zijn.

mechanismen die de leerwinst van allochtone en kansarme leerlingen verminderen: ze worden minder aan het woord gelaten, de leerkrach-

De individuele achtergrondkenmerken van de leerlingen zijn dus

ten geven hen minder tijd om te antwoorden op vragen, ze worden

belangrijk, maar speelt de schoolsamenstelling een rol? Scoren kans-

vaker bekritiseerd en minder aangemoedigd.

arme kinderen beter in scholen met kansrijke kinderen en scoren kansarme kinderen slechter in scholen met meer kansarme kinderen?

Niet alleen schoolprestaties argument voor sociale mix

Het SINBA-onderzoek geeft op deze vraag een antwoord. De samen-

Heel de discussie rond concentratiescholen wordt vaak herleid tot een

stelling van de schoolpopulatie heeft invloed, zij het genuanceerd.

discussie rond het effect op schoolprestaties. Daarnaast is een school

Concentratie van kansarmoede kan de gemiddelde prestaties van indi-

de ontmoetingsplaats bij uitstek, waar kinderen in contact komen met

viduele leerlingen naar beneden halen. Leerlingen met ouders uit de

de diversiteit in de bevolking. Zo blijkt uit het onderzoek dat voor

middenklasse blijven echter goed scoren, zowel in ‘witte’ als ‘zwarte’

autochtone leerlingen de school waar ze school lopen, bepalend is

scholen, leerlingen uit zwakkere milieus zijn daarentegen gevoeliger

voor het al dan niet hebben van allochtone vrienden of vriendinnen.

voor de negatieve effecten van de schoolsamenstelling.

Niet alleen schoolprestaties zijn dus belangrijk in de discussie rond sociale mix, even belangrijk is het om de rol van de school als plaats

De concentratie van kansarmoede in een school heeft dus een licht

waar leerlingen met elkaar in contact komen, mee te nemen.

negatief effect, vooral op de sociaal zwakkere leerlingen. Wat geen Hoe zit het in Limburg? Om een beeld te krijgen van etnische segregatie in Limburg doen we Evolutie van het aandeel leerlingen met thuistaal niet-Nederlands

beroep op de gegevens rond thuistaal. Deze gegevens zijn beschikbaar

in Limburg (2008-2010)

op de website van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming. Omdat deze gegevens ook per school beschikbaar zijn, kunnen we

2008

2009

2010

met enige voorzichtigheid zicht krijgen op de etnische segregatie in

14,0%

Limburg.

12,0% 10,0%

Limburg telt ongeveer 9.500 leerlingen in het basisonderwijs waarbij

8,0%

de taal die thuis gesproken wordt niet het Nederlands is. Dit is onge-

6,0%

veer één op negen (11,9%) van de bijna 80.000 leerlingen die in het

4,0%

basisonderwijs schoollopen. Voor hen verschilt de thuistaal dus van

2,0%

de onderwijstaal. In het Limburgse gewoon secundair onderwijs is dit aandeel iets lager. Daar is voor 7,7% van de leerlingen (4.820) de

0,0% basisonderwijs

secundair onderwijs

thuistaal niet het Nederlands. De laatste 3 jaren steeg het aandeel leerlingen met thuistaal niet-Nederlands zowel in het basisonderwijs (van

Bron: Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming – AgODi – afdeling Advies en Ondersteuning (01.02.2008-2009-2010)

11,0% naar 11,9%) als in het gewoon secundair onderwijs (van 7,1%

Verwerking: provincie Limburg – Directie Mens – Steunpunt Sociale Planning

naar 7,6%) lichtjes.


36

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Het aandeel leerlingen met thuistaal niet-Nederlands varieert sterk

Het promoteam van het Provinciaal Integratiecentrum gaat ook in

per gemeente. Het hoogste aandeel leerlingen met thuistaal niet-

2012 opnieuw op pad.

Nederlands in het basis- en secundair onderwijs vinden we in de mijngemeenten: Heusden-Zolder (29,0% en 22,2%), Genk (27,2% en 14,3%), Beringen (24,6% en 18,4%), Maasmechelen (24,5% en 7,9%) en Houthalen-Helchteren (20,7% en 13,4%).

het gewoon secundair onderwijs is het aandeel leerlingen met thuistaal niet het Nederlands in de helft van de scholen lager dan 5%. In ongeveer

Het aandeel leerlingen thuistaal niet-Nederlands in een gemeente

één op zes scholen (16,0%) varieert het aandeel tussen 5 en 10%, in

leert ons niets over de segregatie binnen die gemeente. Een gemeente

29,2% tussen 10 en 30%. In 5% van de scholen ligt het aandeel leerlin-

kan een hoog aandeel leerlingen met als thuistaal niet het Nederlands

gen met als thuistaal niet het Nederlands tussen de 30 en 50%.

hebben en toch weinig segregatie kennen. Als alle leerlingen thuistaal niet-Nederlands perfect gespreid zijn over alle scholen is er immers

Vragen rond diversiteit op school? Neem contact op met de clus-

geen segregatie. Dit is pas het geval als het aandeel leerlingen thuis-

ter interculturalisering van het Provinciaal Integratiecentrum:

taal in enkele scholen heel hoog is, terwijl dit in de andere scholen

www.limburg.be/interculturalisering

heel laag blijft. Als we alle Limburgse basisscholen bekijken, zien we dat er scholen zijn zonder leerlingen met een andere thuistaal, maar ook scholen waar het aandeel piekt tot meer dan 90%. In 45% van de 314 Limburgse basisscholen is het aandeel leerlingen met thuistaal niet-Nederlands (TNN) lager dan 5%. In iets minder dan één op vijf scholen (19,1%) schommelt het aandeel tussen de 5 en 10%. In 23,2% van de Limburgse scholen ligt het aandeel iets hoger, tussen 10 en 30%. In 38 Limburgse ( 12% van het totaal aantal) scholen is het aandeel leerlingen met thuistaal niet het Nederlands hoger dan 30%. In


37 Taal & Kansen Taal, participatie en integratie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Maar, taallessen alleen volstaan niet om het Nederlands onder de knie te krijgen. Een taal leer je pas echt door ze veelvuldig te gebruiken in natuurlijke contacten in gevarieerde contexten. Zowel in opvoeding, onderwijs, vrije tijd als werk liggen kansen verscholen om bewust(er) om te gaan met de ontwikkeling van taalvaardigheid. Daarom organiseert het Provinciaal Integratiecentrum i.s.m. Vormingplus Limburg ook gespreksgroepen. Met het project ‘vriendENtaal’ kunnen taalleerders elke week op een ongedwongen manier hun Nederlands oefenen. Daarnaast is het voor kinderen belangrijk om in een omgeving te kun-

een hele mediastorm. Ja, het is waar, juf Asli sprak geen Nederlands

nen opgroeien die rijk is aan taal. Daardoor kan het zinvol zijn dat kin-

toen ze hier startte. Maar dat verandert snel. Met de overige leerkrach-

deren eerst een goede kennis opdoen van hun moedertaal, en dan pas

ten kan ze overigens heel goed communiceren: ze beheerst het Engels

de stap zetten naar het Nederlands. Want, vaak leidt dit ook tot een

als de beste. Bovendien: we maken het de Turkse gemeenschap hier-

betere beheersing van het Nederlands.

door echt niet makkelijker: de kinderen moeten van ver komen, sommigen vertrekken zelfs om 7 uur, en ze moeten extra betalen voor het

Belangrijk is wel dat de overstap naar het Nederlands goed begeleid

vervoer. En waarom we geen Vlaamse leerkracht van Turkse afkomst

wordt. Zowel de kinderen als de ouders moeten die immers in een niet

onder de arm hebben genomen? Enerzijds omwille van financiering

bedreigende omgeving kunnen zetten. Daarom besloot de

(juf Asli wordt betaald door de Turkse overheid, nvdr.), anderzijds

Basisschool Sint Jan in Kerkhoven (Lommel) om dit jaar met een

omdat zij vaak slecht Turks praten. Tenslotte: we zijn een engagement

proefproject te starten. Directeur Danny Huijsmans: “Tijdens het eer-

aangegaan voor een jaar, maar zullen eind december een grondige

ste trimester springt juf Asli drie uren bij in de klas met de kleinste

evaluatie organiseren.”

kleuters. Juf Asli heeft daarbij tot doel om voor die kleinste kleuters die het Nederlands niet goed machtig zijn, een veilige omgeving te

Verder organiseerde de provincie op 20 oktober 2011 voor het eerst een

creëren. Doordat ze zich meer op hun gemak voelen, zullen ze ook

Staten-Generaal rond taal, onder het motto "Taal is van iedereen!".

sneller openbloeien en het Nederlands beter gaan beheersen. Het is

Daarmee wil het Steunpunt Onderwijs ook op beleidsmatig en meer

zeker niet de bedoeling dat ze een klasje binnen de klas organiseert!”

structureel niveau nadenken over het belang van taal en een goede

Het welbevinden van de kinderen staat dus centraal, met als doelstel-

kennis ervan. Als provinciale partner ging het Provinciaal

ling om uiteindelijk meer kansen te creëren voor de kinderen.

Integratiecentrum daarom mee op zoek naar manieren om, samen met anderstalige Limburgers, onderwijs, Kind&Gezin, het Huis van

De directeur ziet nog andere voordelen: “Juf Asli kan niet alleen het

het Nederlands, vrijetijds- en werknemersorganisaties, gemeentes,…,

welbevinden van de kleinste kleuters verhogen. Vaak geldt dat ook

onze provincie taalvaardiger te maken. We begeleidden daartoe op 13,

voor de juffen. Zijn er vragen over bepaalde opvattingen? Is er een

14 en 15 september gesprekken met vertegenwoordigers van alle

moeilijke communicatie met de ouders omwille van de taal? Juf Asli

mogelijke gemeenschappen in Limburg. Hun relaas vind je terug op

kan telkens inspringen en een brugfunctie vervullen. Zij kan ook de

onze website. In het voorjaar van 2012 krijgt dit traject een vervolg.

Turkse ouders, zelfs al zijn dat er niet veel voor onze school, meer betrekken bij het schoolgebeuren.” En de kinderen zelf ? Die vinden het allemaal even normaal om soms een extra juf in de klas te hebben. Met het project geeft de school een extra impuls aan haar al ruime aanbod Nederlands leren. Zo zet ze traditioneel sterk in op het creëren van een rijke, talige omgeving door het werken met Japanse verteltheaters, een dagelijks kringgesprek ’s ochtends, taalinitiatie Frans, extra aanbod aan logopedie,… Toch was niet iedereen even opgezet met het initiatief. Begin oktober kwam het herhaaldelijk in het nationale nieuws, vaak met heel wat kritiek. Die kritiek trof de directeur: “Terwijl wij het beste voor hebben met onze leerlingen, ontstond er

Meer info? http://www.limburg.be/statengeneraal


38

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Het provinciaal Educatief Centrum vanaf nu ook online te bezoeken

praten over opvoeding? ‌. Medewerkers van het Educatief Centrum

Het provinciaal Educatief Centrum is een gespecialiseerd leermidde-

Vorming over leermiddelen Nederlands voor peuters en kleuters

lencentrum waar je allerlei actuele educatieve materialen en methodie-

van 0 tot 6 jaar

ken kan uitlenen. Je vindt er boeiend les- en spelmateriaal en interes-

Op 7 oktober 2011 organiseerde Els Gys, verantwoordelijke voor het

sante methodieken om je lessen, vorming, ondersteuning of overleg

materiaal Nederlands voor anderstaligen en taalstimulering een vor-

extra te kruiden. Verschillende thema’s komen aan bod: opvoedings-

ming over leermiddelen Nederlands voor peuters en kleuters van 0 tot

ondersteuning, welbevinden van kinderen en jongeren, gezondheid,

6 jaar. Enkele kleuterjuffen, medewerkers van de Centra voor leerlin-

Nederlands voor anderstaligen, taalstimulering, wereldburgerschap

genbegeleiding (CLB), Schoolopbouwwerk (SOW) en de Centra voor

en interculturalisering. Iedereen die actief is in het onderwijs, vor-

Algemeen Welzijnswerk (CAW) namen deel.

ming, jeugd, integratie, opvoeding, socio-cultureel welzijn en

De deelnemers kregen er de kans om kennis te maken met nieuwe

gezondheid is van harte welkom.

leermiddelen. De interactie tussen de deelnemers en het uitwisselen

kunnen deze vragen concreet beantwoorden en maken elke bezoeker wegwijs in het aanbod.

van ervaringen zijn cruciaal. Hierop lag dan ook het zwaartepunt van Begeleiding op maat

de vorming. Er werd ook stilgestaan bij mogelijkheden om het schrij-

Bezoekers krijgen in het Educatief Centrum begeleiding op maat bij

ven bij kleuters te stimuleren.

hun zoektocht naar lesmateriaal. Welk didactisch materiaal speelt het best in op mijn vraag? Hoe kan ik het lesmateriaal concreet gebruiken

Schrijfdans, Ik pen!, Ik schrijf, Vormensporen en doolhoven (kopieer-

in de klas? Welke methodiek is geschikt om Nederlands te geven aan

map) zijn didactische materialen om jonge kinderen voor te bereiden

volwassen analfabeten? Kan ik ouders op een speelse manier laten

op het schrijven. Els: “Vooral het schrijbelen met liedjes is zeer amu-


39 sant. Schrijbelen is het oefenen van basisbewegingen schrijven in

Nieuwe lespakketten onderwijs

de lucht, op bord en papier en dit op heel creatieve manier. Bijvoorbeeld: scheerschuim op een plastieken tafellaken en kinde-

In 2011 ontwikkelde het Provinciaal Integratiecentrum enkele nieuwe

ren hierop laten schrijbelen op maat van de muziek, omhoog en

lessenpakketten. Hierdoor kan een geactualiseerd pakket vormingen

omlaag, kleine en grote bewegingen, kringetjes en streepjes.”

worden ingezet. Zo werd het bestaande vormingsprogramma rond

Hatice vult aan: “Dit kan ook met badschuim op een rood tafella-

huwelijk en migratie aangevuld met een vormingsprogramma rond

ken of met vingerverf, want kindjes mogen zich ook vuil maken.

migratiegeschiedenis, en een vormingsprogramma rond hoofddoe-

Het is heel leuk om dit samen met moeders te doen. Moeders zien

ken en tulbanden. De programma’s omvatten enkele lesmethodieken

hun kindjes genieten. Dit soort activiteiten inspireert ouders om

en worden ondersteund met audiovisuele middelen.

thuis ook creatief aan de slag te gaan.” Els: “Omdat de liedjes op de cd nogal een sterk Nederlands accent hebben, kan je beter eigen lied-

Roots!, het vormingsprogramma rond migratiegeschiedenis, wil

jes inzingen met de begeleiding op de cd. Je kan gemakkelijk en gra-

Limburgse scholieren laten kennismaken met de specifieke migratie-

tis via de software je eigen muziek en liedjes downloaden op een

geschiedenis in de provincie. Wie zijn die diverse Limburgers? Waar

MP3-bestand. En dit is wel heel handig.”

komen ze vandaan? Hoe dragen leerlingen van nu hun roots met zich mee? En hoe zien de leerlingen de Limburgse multiculturele samen-

Verteltas: is het wel de moeite waard?

leving vandaag? Twee getuigenissen geven daarbij een voorzet en hel-

De verteltasmethodiek is een manier om ouders meer te betrekken

pen de jongeren hun eigen verhaal te brengen. Dat kan in een klassie-

bij activiteiten in de klas. Samen met ouders worden er verteltassen

ke klasvorm, maar evengoed aan de hand van digital storytelling.

gemaakt en spelen uitgewerkt, uitgelegd en gespeeld. Daarna werken kleuters in de klas met de verteltas zodat kinderen ook het ver-

Het tweede, nieuw gelanceerde vormingsprogramma behandelt de

haal en de spelen kennen. In de verteltas zit een voorleesboek, een

diversiteit in de actualiteit en de klas onder de noemer ‘hoofddoeken

informatief boekje over het thema en doe-opdrachtjes. De verteltas

en tulbanden’. Door hierrond te werken, willen we jongeren ook laten

mogen de kleuters mee naar huis nemen. Het is de bedoeling dat

nadenken over verschillen in de samenleving. Welke betekenis heb-

ouders en kleuters hiermee samen aan de slag gaan en plezier heb-

ben verschillende hoofddeksels binnen diverse culturen? Welk belang

ben. Maar enkele kleuterjuffen merkten op dat de verteltas bij hen

mag of moet eraan gehecht worden? Wat betekent het dragen van een

op school niet goed werkt: ouders zijn niet geïnteresseerd, ze

hoofddoek of tulband eigenlijk? En welke geschiedenis is ermee ver-

maken hier geen tijd voor, ze beschadigen het materiaal, vergeten

bonden? Deze en andere vragen komen aan bod in een verzameling

het terug mee te geven met hun kleuter… En dit geldt voor vele

methodieken en discussiepunten.

ouders, allochtone en autochtone. Kortom, de juf vraagt zich af of

wordt ondersteund met fotomateriaal en een filmpje waarop verschil-

het nog de moeite loont om met verteltassen te werken. Hatice,

lende getuigen hun verhaal brengen.

Ook dit vormingsprogramma

medewerkster schoolopbouwwerk van Heusden-Zolder heeft wel een positieve ervaring met verteltassen. “In de moedergroep – die

De vormingsprogramma’s kunnen geraadpleegd worden via onze

regelmatig samenkomt – werken we ook met de verteltas: Waarover

website: www.limburg.be/integratiecentrum-wat-aanbod.

gaat het verhaal, wat is de bedoeling, hoe maak ik het knutselwerkje… Op die manier heb je de interesse van de ouders opgewekt en zijn ze wel gemotiveerd om er thuis iets mee te doen. Je moet goed beseffen dat maatschappelijk kwetsbare ouders geen leescultuur hebben. Ze weten niet uit eigen ervaring hoe fijn voorlezen is en daarom is het nodig hen extra te begeleiden. Je mag vooral niet opgeven en blijven proberen. “ Meer info en catalogus: www.limburg.be/educatiefcentrum

In het Educatief Centrum zijn er ook poppen om taal bij kleuters

Hoofddoeken, tulbanden, ... Welk belang moet er aan gehecht

te stimuleren.

worden?


40

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

3. Werken Meer werkloosheid bij allochtonen

den. Dat zijn er 1.338 minder dan een jaar eerder, een daling van 4,8%.

Personen die niet de Belgische nationaliteit hadden bij hun geboorte zijn vaker werkzoekend dan personen die als Belg geboren worden.

Sinds meer dan een jaar telt onze provincie elke maand minder werk-

Dit blijkt als we de cijfers van het aantal niet-werkende werkzoeken-

zoekenden dan een jaar eerder. Het voorbije jaar nam in Limburg het

den vergelijken met het totaal aantal personen op actieve leeftijd (18

aantal werkzoekenden elke maand af met een percentage van 8 à 10%

tot en met 64 jaar).

in vergelijking met een jaar eerder. In september liep de daling terug tot –6,4%. De groeivertraging van de economie en slechte economi-

Onderstaande grafiek geeft het aandeel werkzoekenden ten opzichte

sche vooruitzichten drukken het dalingstempo.

van de bevolking op actieve leeftijd weer. Het aandeel werkzoekenden is het grootst bij de personen van niet-Europese origine. Het hoogst

Ook de werkzoekenden van allochtone origine – met een origine van

scoren de andere landen van Afrika, maar ook het aandeel werkzoe-

buiten de EU27 - profiteren van deze positieve evoluties. September

kenden onder personen van andere landen van Azië, de ex-

2010 was het keerpunt. Sinds toen begon het aantal werkzoekenden

Oostbloklanden die niet tot de EU behoren en de landen van Centraal-

van allochtone origine voor het eerst te dalen. Deze daling zette zich

Amerika ligt vele malen hoger dan ditzelfde aandeel bij de Belgen.

ook het voorbije jaar door.

Ook het aandeel bij personen van Turkse en Marokkaanse herkomst ligt meer dan drie maal hoger dan dat van de Belgen.

Hiermee volgen de werkzoekenden van allochtone herkomst dezelfde tendens als de globale daling. Een aantal allochtone werkzoekenden

Het aandeel van de landen die lid zijn de Europese Unie en de andere

blijft het echter moeilijk hebben op de arbeidsmarkt. Ze slepen de

rijke OESO-landen leunt het dichtst aan bij het werkloosheidspercen-

gevolgen van de economische crisis met zich mee. De economische

tage van de Belgen.

crisis sloeg bij hen niet alleen eerder toe, maar ook harder.

Aantal werkzoekenden daalt

Ongeveer één op drie werkzoekenden is van niet-Belgische origine

Eind december 2011 telde Limburg 27.455 niet-werkende werkzoeken-

Eind december 2011 telde Limburg 27.455 niet-werkende werkzoe-

Aandeel werkzoekenden per herkomstgroep ( jaargemiddelde 2011)

Aantal werkzoekenden in Limburg naar origine (december 2011)

Turkije Maghreblanden

andere landen van Afrika ex-Oostbloklanden andere landen van Azië landen van Zuid- en Centraal-Amerika

België Zuid-Europa Oost-Europa

aantal

%

% verschil t.o.v. 2010

België

17 287

63,0%

-6,4

Turkije

2 868

10,4%

-6,4

Nederland

1 632

5,9%

-0,5

Italie

1 301

4,7%

-4,3

Marokko

1 150

4,2%

+1,8

Rusland

377

1,4%

-10,2

India

299

1,1%

+5,3

Polen

270

1,0%

+1,5

Spanje

192

0,7%

-6,8

191

0,7%

-5,0

1 888

6,9%

+4,9

Duitsland

Noord- en West-Europa

overige

rijke OESO-landen

totaal Limburg 0,0%

5,0%

10,0%

15,0%

20,0%

27 455

25,0%

Bron: VDAB ( jaargemiddelde 2011)+ Rijksregister (01.01.2011)

Bron: VDAB Databeheer en -analyse

Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

-4,8


41 kenden. Ongeveer twee op drie werkzoekenden heeft Belgische roots. De grootste groep werkzoekenden van niet-Belgische origine zijn personen van Turkse herkomst. Eind september maakten ze 10,4% van

Aantal niet-Belgische zelfstandigen groeit sterk

alle Limburgse werkzoekenden uit. Op de tweede en derde plaats komen de werkzoekenden van Nederlandse (5,9%) en Italiaanse

Het aantal niet-Belgische zelfstandigen kende in Limburg de afge-

(4,7%) herkomst. Werkzoekenden van Marokkaanse (4,2%) en

lopen vijf jaar een sterke groei. Tussen eind 2005 en eind 2010 kwa-

Russische origine vervolledigen de top vijf.

men er in Limburg 1.668 niet-Belgische zelfstandigen bij, een stijging van maar liefst 39,3%. Het totaal aantal zelfstandigen steeg in

Een aantal herkomstgroepen kende het voorbije jaar een daling. Zo

diezelfde periode met 11,2%.

daalde het aantal werkzoekenden van Turkse (-6,4%) en Italiaanse herkomst (-4,3%). Het aantal werkzoekenden van Marokkaanse her-

Eind 2010 waren er in Limburg 5.912 niet-Belgische zelfstandigen

komst steeg licht in vergelijking met een jaar eerder (+1,8%). Er zijn

actief. Hiermee heeft 8,0% van alle Limburgse zelfstandigen niet

ook groepen waarbij het aantal werkzoekenden stijgt in vergelijking

de Belgische nationaliteit. Dit cijfer is nog een onderschatting van

met een jaar eerder. Zo stijgt het aantal Indische (+5,3%) en Poolse

het aantal allochtone ondernemers in onze provincie. De voorbije

(+1,5%) werkzoekenden.

jaren zijn immers ook heel wat Belgische allochtone ondernemers gestart met een zaak. De allochtone ondernemers in Limburg leve-

Als we verder terugkijken in de tijd en nagaan hoe het aantal werkzoe-

ren dus een belangrijke bijdrage aan de Limburgse economie.

kenden sinds december 2007 geëvolueerd is, springen een aantal dingen in het oog. De evolutie van het aantal Belgische werkzoekenden en

Iets meer dan de helft van alle Limburgse niet-Belgische onderne-

die van het aantal werkzoekenden van Zuid-Europa volgt een zelfde

mers heeft de Nederlandse nationaliteit (54,0%). Maar ook de

tendens. Beide groepen tellen eind 2011 nauwelijks meer werkzoeken-

Italianen (12,0%), de Turken (2,9%) en de Polen (2,2%) zijn goed

den dan in januari 2007.

vertegenwoordigd in de statistieken. Vooral ondernemers uit enkele Oost-Europese landen zijn de voorbije jaren sterk toegenomen.

Het aantal werkzoekenden van Turkse origine of afkomstig uit de

Zo verdubbelde het aantal Poolse zelfstandigen (van 68 naar 128)

Maghreblanden, ligt eind 2011 hoger dan in dan in 2007. De grafiek

op vijf jaar tijd. Ook het aantal Bulgaarse en Roemeense onderne-

toont dat ze meer getroffen zijn door de economische crisis. In woeli-

mers nam jaar na jaar toe.

ge economische perioden stijgt hun aantal werkzoekenden eerder en vaak ook hoger.

De niet-Belgische ondernemers zijn in heel wat verschillende sectoren actief: 45,0% in de handel, 24,3 in nijverheid of ambachten,

Verder valt in de grafiek de grote toename van het aantal werkzoeken-

15,3% in vrije of intellectuele beroepen, 8,6% in de dienstensector

den van de ex-Oostbloklanden en de overige niet-Europese werkzoe-

en 4,5% in de landbouw. We zien de niet-Belgische ondernemers dus opduiken in alle sectoren en niet enkel in de horeca (8,7%), kleinhandel (8,6%) of de bouwsector (6,6%).

NWWZ in Limburg - verschil met jaar eerder Het provinciebestuur en UNIZO-Limburg belonen met de award totaal

allochtonen

‘Ondernemende nieuwe Limburger’ elk jaar de Limburgse alloch-

januari 2011

-8,9%

-6,7%

tone ondernemers voor hun ondernemingzin. Op die manier wil-

februari 2011

-11,4%

-9,6%

len ze het stereotype beeld van allochtone ondernemers doorbre-

maart 2011

-11,1%

-10,1%

ken en rolmodellen aanbrengen die zowel autochtone als allochto-

april 2011

-11,3%

-10,5%

ne ondernemers kunnen inspireren.

mei 2011

-11,2%

-9,2%

juni 2011

-11,5%

-8,7%

In 2011 ging de award naar Turan Orhan van Bongaerts Logistics

juli 2011

-9,9%

-8,9%

nv. Turan Orhan is van Turkse herkomst en nam in 2008 het bedrijf

augustus 2011

-9,6%

-9,6%

Transport Bongaerts over. Orhans kandidatuur viel op omdat hij in

september 2011

-6,7%

-6,4%

moeilijke economische omstandigheden – de crisis in 2008 – toch

oktober 2011

-5,6%

-4,6%

de stap zette naar het ondernemerschap. Turan wil zijn bedrijf uit-

november 2011

-5,6%

-4,0%

bouwen tot een vaste waarde in de Limburgse logistiek en wil een

december 2011

-4,8%

-1,8%

jaarlijkse groei realiseren van 20% de komende vijf jaar.

Bron: VDAB Databeheer en -analyse Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning


42

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Evolutie van het aantal NWWZ naar origine in Limburg (dec 2007 -

Discriminatie strenger aanpakken en straffen

dec 2011, index dec 2007=100)

Sinds 1981 bestaat in België de racismewet. Wijzigingen in 2003 en 2007 maakten discriminatie makkelijker bewijsbaar. Zo werden naast

200

91,5%

strafrechtelijke procedures ook procedures voor een burgerlijke rechtbank mogelijk, wat de bewijslast verlichtte. Er volgden enkele spraak-

180

makende veroordelingen. De wet maakt praktijktests mogelijk maar 160

vooralsnog wordt er hieraan geen uitvoering gegeven. 45,2%

140

Werkgevers sensibiliseren en overtuigen 22%

120

Belangrijkste sensibiliseringsactoren zijn de projectontwikkelaars diversiteit van het ERSV, het Erkend Regionaal Samenwerkings-

3,0% 0,7%

100

verband. In elke provincie is er zo een ERSV. Het project startte in 1999 specifiek voor allochtonen, in 2005 werd de doelgroep uitgebreid met andere kansengroepen: arbeidsgehandicapten en vijftigplussers.

80 2011

Daarnaast is er sindsdien ook aandacht voor specifieke groepen zoals

België

Zuid-Europa

vrouwen in roldoorbrekende beroepen, holebi’s, kortgeschoolden,

ex-Oostbloklanden (Eu + niet-EU)

Turkije en Maghr

2007

2008

2009

2010

andere landen Afrika, Azië, Zuid- en Centraal Amerika

armen en ex-gedetineerden. Momenteel zijn er in Limburg zeven projectontwikkelaars diversiteit actief. Hun doel is te komen tot evenredi-

Bron: VDAB - Verwerking: provincie Limburg - Directie Mens - Steunpunt Sociale Planning

ge en volwaardige arbeidsdeelname van kansengroepen. De achterliggende filosofie is dat kansengroepen talent hebben dat niet onbenut

kenden op. In vergelijking met december 2007 nam hun aantal met

mag blijven en de projectontwikkelaars proberen werkgevers te over-

respectievelijk 45 en 91% toe. Deze stijging gaat samen met de toene-

tuigen dat het waardevolle werkkrachten zijn. Daarvoor bieden ze

mende migratie van deze groepen in diezelfde periode.

werkgevers een reeks praktische instrumenten aan waarmee ze dit potentieel kunnen bereiken, binnenhalen en binnen houden.

Waarom hebben allochtonen minder kansen op de arbeidsmarkt? Drie factoren worden vaak aangehaald om te verklaren waarom

Positieve actie

allochtonen minder kansen hebben op de arbeidsmarkt. Langs de ene

Doel van positieve actie is kansengroepen een voorsprong te geven om

kant worden vaak tekorten van de allochtone werknemer op vlak van

zo te compenseren voor achterstelling en discriminatie. Positieve actie

menselijk kapitaal aangehaald (bijvoorbeeld lagere scholing, beperk-

ligt maatschappelijk erg gevoelig. Het wordt gezien als ‘voortrekken’ of

ter netwerk om geschikte jobs te vinden, …). Langs de andere kant, die

positieve discriminatie en de discussie komt al snel uit bij quota waarbij

van de werkgevers, spelen mechanismen van onbewuste achterstel-

werkgevers verplicht zouden worden voorkeur te geven aan bepaalde

ling (rekruteringskanalen die allochtone sollicitanten niet bereiken of

groepen. Grootste argument voor quota is dat het als paardenmiddel

selectieprocedures die allochtonen minder kansen geven). Ook

kan ingezet worden als andere maatregelen niet blijken te werken. Maar

bewuste discriminatie kan meespelen: men wil geen allochtonen pre-

er zijn ook nogal wat argumenten tegen: kunnen we het ene kwaad met

cies omdat ze allochtoon zijn.

een ander kwaad vergelden? Is er wel draagvlak voor? Stigmatiseert het allochtonen niet nog meer? Zelfs voorstanders pleiten er daarom voor

Wat kan er gebeuren om allochtonen meer kansen te geven op de

quota slechts in uitzonderlijke situaties, voor een bepaalde periode,

arbeidsmarkt?

goed afgebakend en afgemeten toe te passen. Positieve actie kan ook in

Met de eerder genoemde factoren in het achterhoofd kan er gewerkt

mildere vorm: kansengroepen krijgen een extra duwtje in de rug zonder

worden aan de vraagkant en aan de aanbodkant van de arbeidsmarkt.

dat er ingeboet wordt op kwaliteit en zonder dat de standaard verlaagd

Aan de vraagkant gaat het over het verhogen van menselijk kapitaal

wordt. Voorbeelden daarvan zijn dat in vacatures allochtone sollicitan-

van de allochtonen. Dat is vooral een taak voor onderwijs en opleiding

ten extra aangespoord worden om te solliciteren of dat selectiecommis-

en begeleiding. Factoren aan de aanbodzijde pakken achterstelling en

sies bij gelijke bekwaamheid kiezen voor de allochtone kandidaat.

discriminatie aan en hiervoor heeft de overheid globaal genomen drie soorten maatregelen: discriminatie strenger aanpakken en straffen;

Ook Jobkanaal, een initiatief van een aantal werkgeversorganisaties,

werkgevers sensibiliseren en overtuigen allochtonen in dienst te

kan deels onder positieve actie geklasseerd worden. Jobkanaal spoort

nemen en positieve actie.

werkgevers aan vacatures open te stellen voor kansengroepen. Dat kan

In ons land zijn deze maatregelen ingebed in een globaal diversiteits-

aanvullend gebeuren, naast andere wervingskanalen en dan hoort deze

beleid met naast allochtonen ook andere doelgroepen (50-plussers,

maatregel thuis onder sensibilisering. Maar, als de werkgever dit wil,

arbeidsgehandicapten,…).

kan het ook dat Jobkanaal voor een bepaalde periode de vacature exclusief voorbehoudt voor kansengroepen. Dan gaat het over positieve actie.


43 Gekleurde armoede Armoede kan iedereen treffen, maar slaat bij sommige groepen harder

geschoolde Turken en Marokkanen). Het probleem van diploma-

toe dan bij andere. Vooral bij personen van Turkse en Marokkaanse

erkenning speelt hier mee, maar kan ook niet alles verklaren. Ook dis-

herkomst is er een groot armoederisico, zo bleek de afgelopen jaren

criminatie op de arbeidsmarkt kan een verklaring zijn. Ook 46% van

uit onderzoek.

de werkende niet-Europeanen leeft in armoede, doordat ze vooral slecht verdienende jobs op de secundaire arbeidsmarkt uitoefenen.

Op vraag van RIMO Limburg zette Bea Van Robaeys op 15 december tijdens een open algemene vergadering een aantal vaststellingen rond

Al deze cijfers tonen aan dat het tegengaan van sociale uitsluiting top-

gekleurde armoede op een rijtje. Bea Van Robaeys werkt op de Karel

prioriteit moet zijn voor de samenleving en dat bijzonder kwetsbare

De Grote Hogeschool en is coauteur van het ‘Jaarboek armoede en

groepen, zoals personen van buitenlandse herkomst, bijzondere aan-

sociale uitsluiting’, dat dit jaar dieper ingaat op de problematiek van

dacht verdienen. Ook het Provinciaal Integratiecentrum wil in de toe-

gekleurde armoede.

komst mee aan de kar trekken om de situatie te verbeteren.

Gekleurde armoede, een maatschappelijke uitdaging… Gekleurde armoede vormt een grote uitdaging voor de maatschappij. Het thema is actueel en wint aan belang. Dit als gevolg van de toenemende diversiteit in onze samenleving (meer migratie, verstedelijking, …). Op zich is meer diversiteit geen probleem, maar uit onderzoek blijkt de bijzondere relatie tussen armoede en etnische herkomst. Enkele cijfers: in 2001 is het algemeen armoederisico 12,6%. Bij personen van Marokkaanse origine is dit meer dan 55%. Cijfers uit 2005 bevestigen deze grote kloof: 12% van de autochtone Belgen leeft in armoede, bij personen met roots buiten de EU loopt dit percentage op tot 48%, dus vier keer meer. Bovendien is er een sterke concentratie van armoede in de steden. Ook in de meest recente cijfers (2010) zien we een zelfde tendens: een ‘laag’ armoederisico bij autochtone Belgen (12%), maar dit cijfer loopt op voor andere herkomstgroepen (Zuid-Europa: 22%, Turkije: 33%, Oost-Europa: 36%; niet-Europees: 37%). Opnieuw is het armoedepercentage het hoogst bij personen van Marokkaanse origine (54%). Bovenstaande cijfers keken naar het aandeel personen dat moet rondkomen met een inkomen onder de Europese armoedegrens. Maar er zijn ook andere manieren om naar armoede te kijken. Zo kan je kijken naar de mate van deprivatie. Dan kijkt men ruimer dan enkel inkomen, maar ook naar huisvesting, financiële stress en de beperktheid van financiële middelen. Zestien procent van de ‘autochtone’ Belgen heeft met minstens twee van deze criteria problemen, voor personen van niet-Europese herkomst die Belg geworden zijn, loopt dit cijfer op tot 45%. Het hoogst scoren de personen met een nationaliteit van buiten de EU. Nationaliteitsverwerving maakt dus een verschil, maar dan nog blijven de armoedecijfers voor deze groep alarmerend hoog. Werk en onderwijs als hefbomen om uit armoede te raken? Werk en onderwijs worden vaak genoemd als de belangrijke hefbomen om uit de armoede te raken. Maar uit cijfers blijkt dat 32% van de hooggeschoolde niet-Europeanen in armoede leeft (63% van de hoog-


44

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

4. Samenleven Samenleven in diversiteit

Provinciaal Integratiecentrum kan het project getoetst worden aan de subsidievoorwaarden en is bijsturing mogelijk. De ingediende aanvra-

Een betere sociale cohesie tussen Limburgers van diverse herkomst,

gen worden besproken tijdens de vergadering van de adviescommis-

cultuur en godsdienst. Dit is de doelstelling van het subsidiereglement

sie. Deze commissie geeft positief of negatief advies over elke aan-

sociale cohesie van het Provinciaal Integratiecentrum. De subsidies zijn

vraag. Vervolgens beslist de bestendige deputatie over het al dan niet

bestemd voor projecten waarbij diverse partners intens samenwerken

uitkeren van de subsidie. De subsidie bedraagt maximum 1.000 euro

aan een gemeenschappelijk doel of belang. En dit op een vernieuwende

en wordt na goedkeuring door de bestendige deputatie onmiddellijk

manier: het project mag niet behoren tot de reguliere werking van één

uitbetaald. Na de uitvoering van het project komt een medewerker van

van de partners. Om erover te waken dat het niet gaat om éénmalige of

het Provinciaal Integratiecentrum het project ter plaatse evalueren met

oppervlakkige ontmoetingen tussen mensen, moeten de projecten een

de betrokken partners. Wanneer het project niet of zeer slecht werd

duur hebben van minimum drie maanden en maximum één jaar.

uitgevoerd, kan de subsidie teruggevorderd worden.

Studies tonen immers aan dat dit de beste manier is om aan sociale cohesie te werken: een intens samenwerkingsverband tussen diverse

Goed idee

groepen van mensen rond eenzelfde doel. Volgens de theorie van de

Heb je een goed idee voor een project sociale cohesie? Dan kan je een

bindingsladder bevorderen deze projecten diepere en meer intense con-

aanvraag voor subsidie indienen. Jaarlijks zijn er drie subsidierondes.

tacten en interactie, kortom een hechtere sociale cohesie.

De afsluitende data voor het indienen van aanvragen zijn: 15 februari, 15 juni en 15 oktober. Maar denk eraan om altijd vooraf een gesprek

Begeleiding

aan te vragen met een medewerker van het Provinciaal Integratie-

Om in te spelen op de dynamiek in de samenleving kunnen, behalve

centrum!

verenigingen en organisaties, ook individuen die een tijdelijk engagement opnemen tegenover een groep subsidies aanvragen. Door de

Meer info over het subsidiereglement en het aanvraagformulier:

subsidieaanvraag vooraf te bespreken met een medewerker van het

www.limburg.be/integratiecentrum (bij subsidies).

Enkele geslaagde voorbeelden

fortabele kamers, ook voor personen die veel zorg nodig hebben.”

Samen op vakantie

“De tien Turkse deelnemers waren voor ons een klankbordgroep met

Dit project is ontstaan vanuit een samenwerkingsverband tussen de

wie we heel veel communiceerden tijdens de voorbereiding, de vakan-

Christelijke Mutualiteiten en Dogus, een Turkse vereniging voor chro-

tie en bij de evaluatie. Tijdens de voorbereiding maakten we duidelijke

nisch zieken en ouderen. De initiatiefnemers willen ernaar streven zorg

afspraken over de maaltijden, verzorging en hulp. Met de keuken van

draaglijker te maken voor Turkse senioren en hun mantelzorgers.

Ter Duinen hadden we vooraf afgesproken dat er halal maaltijden geserveerd werden. Tijdens de vakantie zelf zagen we dat de Turkse

Joke Manshoven, projectmedewerker bij CM vertelt: “Uit onderzoek

doelgroep vlot deelnam aan alle activiteiten: wandelen, kaarten, quiz,

bleek dat Turkse ouderen of langdurig zieken te weinig gebruik

gezellige praatjes…. Al vlug bleek dat de twee extra begeleiders die we

maken van de ziekenzorgvakanties van de mutualiteiten. Dit willen we

voorzien hadden niet echt nodig waren. Iedereen wilde het liefst

veranderen: we willen dat ook de Turkse doelgroep kan genieten van

‘gewoon’ behandeld worden. Tijdens de misviering hadden we een

een verkwikkende vakantie. Kennen ze het aanbod niet? Hebben ze

alternatief programma voor de Turkse groep, maar ze bleven gewoon

drempelvrees om deel te nemen? Dankzij onze samenwerking met

in stilte aanwezig. Bij de evaluatie bleek dat iedereen echt genoten had

Dogus kregen we gemakkelijk toegang tot de doelgroep. We stelden

van de vakantie.” Enkele reacties van de deelnemers: “Het totale zorg-

een gemengde groep samen van Turkse en Vlaamse ouderen, zieken

concept dat Ter Duinen aanbiedt geeft je helemaal niet het gevoel van

en hun mantelzorgers. Onze reisbestemming was het vakantiecen-

een ziekenhuis, maar wel een vakantiegevoel. Voor mij was de voorbije

trum Ter Duinen in Nieuwpoort, een klassieker binnen ons aanbod.

vakantie een nieuwe wereld die openging. Ik was ervan overtuigd dat

Deze bestemming is gekend om haar ideale omgeving en om de com-

iemand die chronisch ziek is zelden of nooit op vakantie kan gaan.


45

Maar nu weet ik wel beter. Deze vakantie gaf mij en mijn partner een

Victor Kay, de enige man in het gezelschap, legt uit: “Ik kom

goed gevoel en dat smaakt naar meer.”

samen met mijn vrouw naar deze naailessen. Naaien en mooie kleding maken is mijn passie. Daarom volg ik ook nog naailessen in

Joke besluit: “De Turkse deelnemers gaven aan dat ze in de toekomst

Houthalen in het volwassenonderwijs. Ik heb al veel bijgeleerd,

zeker nog willen deelnemen aan deze vakanties, maar het liefst als

maar nog niet genoeg.”

groep – niet als individu. En daarvoor is er bij ons zeker de mogelijkheid. In ieder geval was het een zeer leerrijk initiatief voor onze organisatie om ons aanbod beter af te stemmen op allochtonen. Daarom hebben we onze ervaringen gebundeld in een brochure om ook andere

Limburg, stelde vast dat heel wat vrouwen graag hun eigen kleding

organisaties te inspireren.” (de brochure is te downloaden op www.lim-

wilden ontwerpen en naaien, vooral kleding voor zichzelf en hun kin-

burg.be/integratiecentrum - handwijzer interculturalisering)

deren. Omdat KAV Limburg al decennia lang naailessen aanbiedt was ze dan ook de ideale partner. KAV Limburg en Perspectief sloegen de

Met raad en draad

handen in elkaar en stelden samen een programma op voor een open

Elise, Sandra, Felicia, Greet, Ria, Ann, Victor en Lutgard komen op

naaiatelier voor beginners. De titel van het project is ‘Met raad en

zaterdagnamiddag samen om te leren naaien. Zij maken deel uit van

draad’, wat erop duidt dat deelnemers leren naaien en veel kans krij-

een groep van twintig vrouwen en één man die naailessen volgen in

gen om te praten en elkaar raad te geven.”

het project ‘Met raad en draad’. Aga Cholewa van het Internationaal Comité, een koepelorganisatie voor allochtone verenigingen, legt uit

Ariana Barku van KAV Limburg vertelt: “We hebben er bewust voor

hoe het begon: “Perspectief, een multiculturele vereniging in

gekozen om het aanbod zeer flexibel en laagdrempelig te houden.


46

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Deelnemers moeten zich niet inschrijven voor de hele reeks.

Het multireligieuze Limburg

Iedereen is vrij te kiezen wanneer hij komt of niet en betalen kan per naailes aan de zeer democratische prijs van twee euro. De naailes-

18 religies actief in Limburg

sen gaan tweewekelijks door in De Hazelaar – Banneux-wijk in

Limburg is niet alleen een multiculturele maar ook een multireligieu-

Hasselt - en dit op zaterdagnamiddag. De eerste stukken zijn heel

ze provincie. Samen met de migratie kwamen ook andere religies naar

gemakkelijk: een wikkelrok of een keukenschort. Op die manier

Limburg. Elk met zijn eigen kenmerken en bijzonderheden.

krijg je de basistechnieken van naaien onder de knie. Wie geen

Traditioneel kent de katholieke kerk in Limburg de meeste aanhan-

eigen naaimachine heeft of niet graag wil sleuren, kan tijdens de les

gers. De migratie verandert hier niets aan en zorgt zelfs voor nieuwe

een machine uitlenen van KAV of Perspectief. Perspectief heeft zelfs

aanhangers. Wat de migratie wel deed, is het religieuze landschap

enkele naaimachines aangekocht op naam van de vereniging. Op

enorm diversifiëren.

die manier krijgt iedereen de kans om te leren naaien en moeten

Een aantal religies, zoals bijvoorbeeld de islam en het sikhisme, werd

vrouwen niet onmiddellijk een dure aankoop doen. Tijdens de les-

meegebracht door migranten. Deze nieuwe religies lieten de

sen kunnen vrouwen ‘proeven’ van het naaien en nagaan of het iets

Limburgers ook kennismaken met nieuwe religieuze feesten (bijvoor-

voor hen is.”

beeld het offerfeest en het suikerfeest) en rituelen (bijvoorbeeld rond begraven).

Lima Popalzae, een jonge Afghaanse vrouw, is lid van Perspectief en vertelt: “Dit initiatief is heel belangrijk voor onze vrouwen. Hier

Het Offerfeest

krijgen we de kans om Vlaamse vrouwen te ontmoeten en dit is

Het Offerfeest is één van de belangrijkste feesten voor de Limburgse

uniek. Het is ook belangrijk voor onze zelfontplooiing. Sommige

moslims. Tijdens dit feest herdenken moslims dat de profeet

vrouwen hebben een negatief zelfbeeld en denken dat ze niets

Abraham bereid was zijn zoon te offeren in opdracht van en uit liefde

anders kunnen dan poetsen. Deze naailessen geven kracht en een

voor God. Op deze dag eten moslims vlees van dieren die op een ritu-

positieve kijk op jezelf. Ik verwacht dat er volgend jaar nog meer

ele manier geslacht zijn. Naast de eigen consumptie wordt het vlees

vrouwen zullen deelnemen, want de mond-tot-mondreclame gaat

ook gedeeld met de armen, buren en familieleden.

zijn werk doen.

Het Offerfeest wordt meestal gedurende drie dagen gevierd. Op de eerste dag is er een extra gezamenlijk gebed, gevolgd door een preek

Victor Kay, de enige man in het gezelschap, legt uit: “Ik kom samen

van de voorganger. Kinderen krijgen dan cadeaus en men bezoekt

met mijn vrouw naar deze naailessen. Naaien en mooie kleding

familie, kennissen en vrienden.

maken is mijn passie. Daarom volg ik ook nog naailessen in Houthalen in het volwassenonderwijs. Ik heb al veel bijgeleerd,

De Europese wetgeving verbiedt, omwille van voedselveiligheid,

maar nog niet genoeg.”

milieuvoorschriften en dierenwelzijn het ritueel thuis slachten van schapen. In het kader van de Belgische regelgeving kunnen de mos-

Ann Neven is ijverig bezig met het stikken van haar keukenschort in

limgemeenschappen, particulieren en gemeentebesturen echter wel

vrolijke kleurtjes. “Ik wilde graag iets doen voor mijzelf en waarvan

een tijdelijke slachtinrichting organiseren om rituele slachtingen op

ik al lang droomde: leren naaien,” zegt ze. “Daaraan heb ik behoef-

een wettelijke manier mogelijk te maken.

te, zeker omdat ik onlangs gescheiden ben. Dat het een gemengde groep is met vrouwen van andere herkomst vind ik heel fijn. De

Het provinciebestuur tracht gemeenten te stimuleren om hun eigen

sfeer in de groep is hartelijk en warm en ik voelde me dadelijk wel-

inwoners de mogelijkheid te geven om het offerfeest op een wettelijke

kom. We praten veel en niet alleen over naaitechnieken.”

manier te vieren. Dit kan door als gemeente in samenwerking met de moslimgemeenschap een tijdelijke slachtinrichting te organiseren,

Ariana besluit: “Diversiteit zit boordevol creativiteit. Het gaat niet

maar kan bijvoorbeeld ook door goede afspraken te maken met nabu-

alleen om leren naaien. Door iets samen te doen, leren vrouwen

rige gemeenten, zodat moslims op een juiste manier geïnformeerd

elkaar beter kennen en ontstaan er nieuwe vriendschappen. Mogelijk

worden over het bestaande aanbod. Het Provinciaal Integratiecentrum

breekt dit het ijs om in de toekomst ook rond andere thema’s samen

volgt de ontwikkelingen op het vlak van wetgeving en regelgeving op,

te werken.” Het project loopt nog tot juli 2012. Wie zin heeft om mee

hierbij ondersteund door de arrondissementscommissaris en het

te doen, is nog altijd welkom. Meer info bij Ariana van KAV Limburg:

Federaal Voedselagenschap.

011 29 09 13 en bij Aga Cholewa van het Internationaal Comité: 011 29 09 12.

Voor het offerfeest op 6 november 2011 werden er 15 tijdelijke slachtinrichtingen in Limburg erkend door het Federaal Voedselagentschap. In al deze slachtinrichtingen werden uiteindelijk 3.302 schapen geslacht.


47

Islamitische begraafplaatsen De islam kent enkele bijzondere rituelen bij het overlijden. Zo is er de rituele wassing, de plaatsing van het lichaam in een lijkwade, het gebed voor de overledene en de begrafenis zelf. Vaak kiest de familie ervoor om de overledene te repatriëren naar het herkomstland om daar begraven te worden in het geboortedorp of bij andere familieleden. Maar ook in Limburg kunnen moslims begraven worden volgens de islamitische voorschriften. Zo vereist de islam onder meer dat moslims bij elkaar en in de richting van Mekka begraven worden. Dit kan legaal geregeld worden door op een officiële gemeentelijke begraafplaats een apart perceel te voorzien voor moslims. In verschillende Limburgse gemeenten is er een aangepast reglement wat het begraven van moslims mogelijk maakt. Zo is er in Genk, Neerpelt, Maaseik, Houthalen-Helchteren, SintTruiden en Beringen een begraafperceel gereserveerd voor moslims op de gemeentelijke begraafplaats. Ook Maasmechelen heeft sinds kort een begraafperceel voor moslims. Leopoldsburg en Lommel zijn bezig met het reserveren van een perceel voor moslims. In andere gemeenten waar moslims wonen (Hasselt, Ham, Dilsen-Stokkem, Bilzen, Tessenderlo en Zonhoven) is er geen perceel voorzien specifiek voor moslims, maar is er hiernaar ook geen vraag vanuit de moslimgemeenschap. Meer info? Brochure ‘Het multireligieuze Limburg’, www.limburg.be/integratiecentrum

Open Gebedshuizendag Op 15 mei 2011 ging de eerste Limburgse Open Gebedshuizendag

te uitgestippeld en een quiz georganiseerd, richtte Genk shuttle-

door. De Open Gebedshuizendag is de opvolger van de Open

bussen in,…

Moskeedag die het Provinciaal Integratiecentrum sinds enkele

De bezoekers waren enthousiast over de hartelijke ontvangst en de

jaren organiseerde. Met de Open Gebedshuizendag gooien echter

uitgebreide tekst en uitleg die ze overal kregen. De vertegenwoordi-

de gebedshuizen van verschillende geloofsovertuigingen in

gers van de deelnemende gebedshuizen waren op hun beurt blij met

Limburg de deuren open.

de interesse die ze ervoeren, en de mogelijkheid om contact te leggen met vertegenwoordigers van andere levensbeschouwingen bin-

In totaal namen 67 gebedshuizen deel uit acht gemeenten: Hasselt, Beringen,

Heusden-Zolder,

Houthalen-Helchteren,

nen hun gemeente.

Genk,

Maaseik, Maasmechelen en Sint Truiden.

De volgende Open Gebedshuizendag vindt plaats op 13/05/2012. Meer info: www.limburg.be/opengebedshuizendag

Gekoppeld aan de opendeur, worden ook lokale randactiviteiten uitgewerkt. Zo was er in Hasselt een toegankelijk parcours langs de deelnemende gebedshuizen, werd in Heusden-Zolder een fietsrou-


48

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Samen feest vieren Op woensdag 31 augustus 2011, organiseerden het Provinciaal

het lekkers uit hun cultuur, oa ook hun thee (zeer lekker , zelfs zonder suiker)

Integratiecentrum, VormingPlus Limburg en Bel-Tud (Belgisch –

Turkse koffie,… hmmm, verrukkelijk! Zeker de zelfgemaakte rozenconfituur mag

Turkse Vereniging voor Vriendschap en Dialoog, verbonden aan

ik niet vergeten te vermelden. Het was zo fris in de mond. Er was ook gewone fris-

Fedactio) een uitwisseling: niet moslims kregen zo de kans om het

drank aanwezig. De gastvrouw had meer dan haar best voor ons gedaan. De

Ramadanfeest, beter bekend als Suikerfeest, te vieren bij een islamitisch

tafel was gedekt met zoveel lekkere dingen.

gastgezin. Ook tijdens het offerfeest vond een uitwisseling plaats. Het Ramadanfeest sluit als driedaags familiefeest de vastenmaand

Onze kinderen hebben erg genoten van de namiddag. Ze waren zo blij dat ze dit

Ramadan af. Kinderen krijgen cadeautjes, ouderen en familie worden

konden meemaken. Ze waren ook verbaasd hoe vlot de contacten verliepen.

bezocht. Bij deze familiebezoeken wordt traditioneel veel zoetigheid

Achteraf vroeg onze zoon of we de mensen al niet eerder kenden.

gegeten. Dat deze familie gastvrij was, merkten we ook toen er een Marokkaanse vriend Een van de deelnemers was de familie Droogmans. Zij waren te gast

over de vloer kwam. We vonden het prachtig om de samenhorigheid te zien en te

bij de familie Kara uit Hasselt. Nadien bezorgde Eric Droogmans, de

voelen tussen Turken-Marokkanen-Belgen.

vader, volgende e-mail: De Marokkaanse vriend vroeg ons waarom we dit deden, met welke bedoeling... Mijn vader en vader Ziya hebben gelijkenissen. Beiden hebben ze in de mijn van

Hij vond het prachtig dat we ons kandidaat hadden gesteld.

Zolder gewerkt en ze hebben dezelfde leeftijd. De tijd vloog voorbij. We wilden nog wel blijven, maar door de handbaltraining Het gezin kon zo goed vertellen. Interessant om dit allemaal van dichtbij te heb-

van onze zoon was het wat moeilijker om langer te blijven. We zijn superblij over

ben mogen meemaken. Özkan (de tolk, nvdr.) deed de vertalingen, wanneer de

dit tof gastgezin, en willen graag contact blijven houden. Adresgegevens en GSM-

gastheer en gastvrouw mooie verhalen begonnen te vertellen in hun eigen taal.

nummers werden uitgewisseld.

Maar ze deden ook heel goed hun best om ons in het Nederlands te woord te staan. De zoon sprak vloeiend Nederlands, wat we ook heel normaal vinden. Hij

Ook al had ik in mijn jeugd al contact met Turkse families en jongeren, toch zijn

is hier geboren. Ons stoorde het helemaal niet, als ze in hun landstaal spraken.

mijn ogen en mijn hart veel verder opengegaan.

Hun taal klonk wel heel mooi. Meerdere Belgische gezinnen zouden dit moeten doen. Door dit ter plaatste te mogen Je voelde direct de warmte in het gezin. Ze hadden ook mooie relikwieën, waar ze

meemaken, zal iedereen merken dat we moeten openstaan voor andere culturen. Dit

ons veel uitleg over gaven. We hebben ook onze handen mogen wassen met verfris-

verrijkt ook ons eigen visie, onze cultuur, onze gedachtengang, en verbreedt ons res-

send eau de cologne. Mooi was het allemaal.

pect naar anderen toe.

De gastvrouw, Fatma, had ons verwend met lekkere hapjes: we zijn zeker niet met

Hartelijk dank dat we dit feest hebben mogen meemaken. Deze familie is ook

een hongergevoel naar huis gegaan. We hebben zoveel mogelijk geproefd van al

steeds van harte bij ons welkom!

De families Droogmans en Kara vieren samen het Ramadanfeest.


49 Communiceren doe je met mensen, niet met ‘culturen’ Goede interculturele communicatie is vooral geen kwestie van andere

ren wanneer ze met een allochtoon van doen hebben. Vanuit de eerder

culturen doorgronden. Dan doe je mensen tekort, mensen zijn

genoemde angst om fouten te maken, verliezen ze op slag hun onbe-

immers veel meer dan hun cultuur.

vangenheid en vergeten ze al hun kwaliteiten. Hoffman geeft het voorbeeld van een zeer ervaren arbeidsbemiddelaar die in een training

Het gevaar van ‘culturalisering’

vroeg hoe hij achter de motivatie van een Somalische werkzoekende

Dit is de kern van het betoog dat Edwin Hoffman, adviseur/trainer

kon komen. Op de vraag of hij het al met ‘vragen’ had geprobeerd, rea-

interculturele communicatie en diversiteit bij de Fontys Hogeschool

geerde hij verbaasd. Hij was bang (had geleerd vanuit een culturalisti-

Sociale Studies te Eindhoven, ontplooit in zijn artikel ‘Interculturele

sche benadering) dat directe vragen allochtonen kunnen afschrikken.

communicatie in de postmoderne samenleving’ (www.decascade.nl). Hij wijst er op de gevaren van ‘culturalisering’, de visie dat het gedrag

Beter leren kijken

van een persoon ééndimensionaal is bepaald door het toebehoren tot

Edwin Hoffman komt met een eigen aanpak, een aanpak die al vele

een bepaalde etnische of nationale cultuur. Een voorbeeld: Musa, een

jaren richtinggevend is voor de manier waarop het Provinciaal

Turkse leerling wordt woedend op de leraar omdat hij voor de klas

Integratiecentrum interculturele communicatie neerzet in haar vor-

wordt terechtgewezen vanwege zijn gedrag. Vanuit het perspectief van

mingsaanbod. Dit is het TOPOI-model. TOPOI is Grieks voor ‘plaat-

culturalisering zou Musa zo kwaad worden vanwege zijn Turkse cultu-

sen’ en dat is wat dit model doet: de communicatie in een ruimere

rele achtergrond, een cultuur waarin eer en prestige zeer belangrijk

context plaatsen zodat je niet verblind wordt door culturele verschillen

zijn. Dat Musa ook een puber is, als vriend misschien niet af wil gaan

maar er juist beter door leert kijken. Het letterwoord TOPOI staat ook

voor zijn vrienden of voor zijn vriendinnetje in de klas, afkomstig is uit

voor de vijf gebieden in de communicatie waar zich culturele verschil-

een bepaald gezin en ook nog een eigen persoonlijk karakter heeft,

len en misverstanden kunnen voordoen:

tellen allemaal niet mee als mogelijke verklaringen waarom Musa zo

Taal: verbaal, niet-verbaal

reageert. Neen: zijn etnische achtergrond is de enige verklaring.

Ordening: de zienswijze van de deelnemers op de kwesties die

Als Musa’s leraar enkel dit culturaliseringsspoor zou volgen om hem te corrigeren, beperkt hij zichzelf serieus in zijn mogelijke hande-

spelen in hun gesprek •

lingswijzen. Hij zou zichzelf zelfs helemaal buiten spel kunnen zetten als pedagoog: “Ik kan maar beter mijn allochtone leerlingen niet meer

Personen: de personen die deelnemen aan het gesprek en naar hun onderlinge betrekking

Organisatie: de maatschappelijke en professionele organisatori-

aanspreken op hun gedrag, openlijk kritiek geven is immers taboe in

sche omgeving waarbinnen de communicatie plaatsvindt: school,

hun cultuur.”

sociale dienst, spreekkamer arts, … •

Laat je niet afschrikken

Inzet: de onderliggende motieven, behoeften, verlangens en drijfveren van de gespreksdeelnemers.

Een nadelig effect van de culturaliserende benadering is dus dat sommigen de ‘andere’ cultuur als rechtvaardiging (excuus) gebruiken om

Met TOPOI haal je niet alle misverstanden uit de wereld.

uit te leggen waarom hun communicatie met een allochtoon zo moei-

Misverstanden zijn in alle vormen van communicatie eerder regel dan

zaam verloopt, of als legitimatie aanvoeren om het gesprek met

uitzondering en zeker niet voorbehouden aan alleen de communicatie

allochtonen uit de weg te gaan. Voor deze mensen is ‘anders’ - ‘de

tussen autochtonen en allochtonen. TOPOI kan er wel voor zorgen dat

allochtoon’, ‘de andere cultuur’- synoniem voor ‘onbereikbaar’. Zo’n

de communicatie niet vastloopt en terug opgepakt wordt. Dit besef

houding bestempelt het gedrag van een persoon tot iets exotisch, tot

kan een ontspannen gevoel geven om ook in de communicatie met

iets buitengewoon anders en irrationeels. Hoffman verwijst naar een

een allochtoon zich niet verkrampt voorzichtig op te stellen en

onderzoek onder wijkverpleegkundigen waaruit bleek dat sommigen

‘gewoon’ de communicatie met de ander aan te gaan. Het belangrijk-

van hen niet met de allochtone moeders die in de opvoeding hun

ste is te vertrouwen op de eigen integriteit en kwaliteit.

zonen erg vrij lieten, in gesprek wilden/durfden gaan. Volgens deze wijkverpleegkundigen was deze benadering van zonen deel van de cultuur van de moeders en daar wilden ze niet aankomen. Een andere valkuil van een culturalistische benadering is de misvatting dat interculturele communicatie alleen de gespreksvoering met een allochtoon betreft. Deze misvatting leidt er toe dat bijvoorbeeld professionals het gevoel hebben ineens anders te moeten communice-


50

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Een job in uniform? Ook voor jou! Politie, brandweer, defensie en het gevangeniswezen sloegen in

Sociale tolken als schakel tussen hulpverlening en anderstaligen

het najaar van 2011 de handen in elkaar om hun jobs ook bij

Nederlands leren is belangrijk, maar het leren van onze taal vraagt

Limburgse kansengroepen bekend te maken. Het Provinciaal

tijd. Vaak wordt de hulpverlening geconfronteerd met cliënten die

Integratiecentrum ondersteunt hen hierbij. Zo willen ze ervoor zor-

(nog) geen of onvoldoende Nederlands spreken. Dit kan de

gen dat het personeelsbestand een betere afspiegeling vormt van

gesprekken ernstig belemmeren. Een sociaal tolk kan dan uitkomst

onze samenleving. Want een divers personeelsbestand kan de

bieden.

dienstverlening alleen maar verbeteren. Diensten en voorzieningen die werken met anderstaligen kunnen Het project wil in de eerste plaats herkenbare beroepen met lage

een beroep doen op de Sociaal Tolkendienst Limburg. De

diplomavereisten en een aantrekkelijk statuut in de kijker zetten bij

Tolkendienst stuurt tolken ter plaatse voor hulpverleningsgesprek-

kansengroepen. Het gaat om beroepen als brandweer, politieagent,

ken of groepstolken. Door het opheffen van de taalbarrière ver-

penitentiair beambte en militair. Vandaag is slechts 0,3% van het

hoogt de Tolkendienst de toegankelijkheid van een groot aantal

Limburgse brandweerkorps van allochtone afkomst, en maken vrou-

diensten.

wen er maar 1,3% van uit. Bij de politie liggen de cijfers al beter: 4,2% allochtonen. Ook onder het bewakingspersoneel in de gevangenis

De Limburgse Tolkendienst is er voor de hulp- en dienstverleners,

van Hasselt is er een betere vertegenwoordiging: 4,2 % allochtonen

niet voor de cliënt. Alleen hulpverleners kunnen de Tolkendienst

en 28 % vrouwen. Toch is het belangrijk om ook daar meer allochto-

contacteren en een tolk bestellen.

nen en vrouwen aan de slag te krijgen, want een divers samengestelde groep kan de problemen van onze samenleving beter aanpakken.

Meer dan 3.500 aanvragen in 2011 De Limburgse Tolkendienst werkt met freelance en vrijwillige tol-

Wie al aan de slag is, zou zich onmiddellijk opnieuw kandidaat

ken. Op dit moment zijn er dat 45 die in totaal 25 talen aanbieden.

stellen. Zo is Fatima Redouane, politie-inspecteur bij de grenscon-

In 2011 waren de meest gevraagde talen het Russisch, Turks,

trole op de luchthaven van Zaventem, nog altijd overtuigd van haar

Albanees, Servisch en het Pools.

keuze: “Het is een mooie job met promotiekansen en veel keuzemogelijkheden: hondenbrigade, motorbrigade, ruiter, bij de

Sociaal tolken worden opgeleid om neutraal, getrouw en volledig te

recherche, …” Lutgarde Cuypers, penitentiair bewakingsbeambte

tolken zodat zowel hulpverlener als cliënt een duidelijke boodschap

in de Hasseltse gevangenis, is het met haar eens: “Deze job bete-

krijgen.

kent nooit sleur, elke dag is anders. Je zorgt voor een veilige omgeving waarin een menselijke sfeer hangt.”

Dat er heel wat nood is aan sociaal tolken, blijkt uit de cijfers. In 2011 kreeg de Sociaal Tolkendienst een 3.500-tal aanvragen. Dat

Om vrouwen, laaggeschoolden en allochtonen te overtuigen, orga-

zijn er bijna 1.000 meer dan een jaar eerder. Het meest werden er

niseerden de partners in totaal 10 informatie-, test- en oriëntatie-

tolken ingeschakeld door de opvangcentra voor asielzoekers (18,9%

sessies. Daarmee willen ze iedereen vanuit zijn of haar eigen com-

van alle aanvragen). Ook openbare besturen (OCMW’s en gemeen-

petenties maximale kansen geven. De sessies zijn gratis en staan

tebesturen) doen vaak beroep op de dienst (19,2%), alsook diensten

voor iedereen open. De verschillende beroepen worden er toege-

uit de gezondheidszorg (18,6%) en de geestelijke gezondheidszorg

licht en er wordt een voorbereiding op de eigenlijke selectieproe-

(10,3%). Daarnaast zijn ook het onderwijs (13,6%) en diensten rond

ven gegeven. Wie deelneemt aan een oefentest kan bovendien

gezin en maatschappelijk welzijn (17,2%) belangrijke klanten.

instappen in voorbereidende modules op de echte selectieproeven. Aan de sessies namen alles samen 132 personen deel.

Meer info? www.limburg.be/tolkendienst, tolkendienst@limburg.be of 011 30 57 52

www.limburg.be/jobinuniform.


51 Elke Limburger moet waardig ouder kunnen worden Net als Vlaanderen vergrijst ook Limburg. Bijna één op vier (23,0%)

is en je omgeving is minder geneigd om externe hulp te aanvaarden.

Limburgers is ouder dan 60 jaar. Tien jaar geleden was dit nog maar

En als de stap toch al gezet wordt, dan is er vaak een communicatie-

één op vijf (19,4%). Door de Limburgse migratiegeschiedenis zijn

probleem. Hoe leg je dan uit aan een verpleegster die je komt wassen,

onder deze ouderen ook heel wat Limburgers met roots uit het buiten-

dat ze dat te snel doet? Bovenop cultuur en communicatie komen vaak

land. Is de ouderenzorg voorbereid om deze ouderen met een diverse

religieuze voorschriften die de dagelijkse gewoonte bepalen, de

achtergrond te kunnen opvangen als ze zorgbehoevend worden?

mogelijkheid om het eigen geloof te blijven beleven, de overstap naar andere maaltijden,…

In Limburg wonen bijna 194.000 60-plussers. Binnen deze groep ouderen is er heel wat diversiteit. Meer dan één op tien 60-plussers

Deze koudwatervrees bestaat ook bij de zorginstellingen. Ook zij heb-

had niet de Belgische nationaliteit bij geboorte, goed voor meer dan

ben soms ondersteuning nodig. Want hoe ga je om met dementeren-

115 verschillende nationaliteiten. Bovendien neemt de diversiteit

de ouderen die teruggrijpen naar hun moedertaal? Hoe pas je maaltij-

onder de groep ouderen toe: in 2007 was 10,6% van alle 60-plussers

den aan, waarbij je rekening houdt met iedereen? Hoe ga je om met

niet-Belg bij geboorte, vijf jaar later is dit aandeel tot 11,6% gestegen.

culturele verschillen bij ouderen, maar ook binnen hun familie?

Het aantal ouderen in Limburg zal de komende twintig jaar verder blij-

Het Provinciaal Integratiecentrum wil nagaan welke drempels en

ven groeien. Tegen 2030 zal het aandeel 60-plussers in Limburg geste-

mogelijkheden er zijn. Daarvoor brengt het professionals uit de oude-

gen zijn tot meer dan dertig procent van de bevolking. Ook het aantal

renzorg, allochtone ouderen en hun familie samen om het te hebben

allochtone ouderen zal de komende jaren dus nog verder stijgen. De

over thuiszorg, mantelzorg en residentiële zorg. Bedoeling is om van

laatste vijf jaar steeg het aantal allochtone ouderen al sterker (+21,7%)

elkaar te leren zodat professionals de noden en angsten van allochto-

dan het aantal autochtone ouderen (+10,3%).

ne ouderen beter kunnen inschatten, maar ook zodat ouderen en hun families duidelijker de weg zien naar de bestaande hulp en weten hoe

Naast de ouderen van Nederlandse herkomst – met 9.653 60-plussers

ze hiermee in contact kunnen komen.

de grootste groep (43,1%) niet-Belgische ouderen in Limburg - wordt de top van allochtone ouderen ingenomen door de traditionele migra-

Hoe begin je het best te werken in de ouderenzorg en hoe hou je dat

tielanden: ouderen van Italiaanse herkomst (4.441 ouderen), van

het beste vol? Want, we mikken op een uiteindelijk meer gekleurde

Turkse herkomst (2.452 ouderen) en Marokkaanse herkomst (1.003

zorgsector. Kunnen we zowel jongeren van allochtone afkomst warm

ouderen). Dit hangt nauw samen met de Limburgse migratiegeschie-

maken voor een job in de ouderenzorg, als mensen die nu elders of

denis. De migratie vanuit Italië kwam immers het eerst op gang

niet aan de slag zijn. Misschien kunnen deze personen ook meteen

(zwaartepunt in de jaren ’47-‘56). De migratie vanuit Turkije en

brugfiguren zijn tussen allochtone ouderen en de ouderenzorg?

Marokko volgde later (na ’56). Allochtone ouderen en hun familieleden krijgen via de pakketten De overgrote meerderheid van de Italiaanse, Turkse en Marokkaanse

‘Ouder Worden in Vlaanderen’ en ‘Mantelzorg’ van het Provinciaal

ouderen hebben hun hele volwassen leven in Limburg gewerkt en wil-

Integratiecentrum nu al de kans om vormingen te volgen en het oude-

len hier ouder worden om kort bij hun kinderen en kleinkinderen te

renzorglandschap in Limburg te leren kennen. We zullen deze pakket-

zijn.

ten in 2012 actualiseren. Tenslotte zullen de medewerkers van het Provinciaal integratiecentrum op bezoek gaan bij instellingen in de

Ouder worden is dan ook vaak een zegen. Je hebt alles bewezen in je

ouderenzorg om samen met hen na te gaan hoe ze het beste omgaan

leven en je krijgt nu de kans om die levenservaring te delen met de

met deze nieuwe doelgroep. Dat gebeurt organisatie per organisatie

generaties die na jou komen en tegelijkertijd te genieten van de ple-

en op maat.

ziertjes van elke dag. Toch komt er, voor een groot aantal mensen, een moment waarop je ouderdom een last wordt, een moment waarop je lichaam niet meer mee wil. Dan heb je hulp nodig. De stap naar hulp is nooit gemakkelijk, maar voor allochtone ouderen is de drempel vaak nog iets hoger. Ze zijn niet alleen oud, ze komen ook uit een andere cultuur. Dat maakt dat sommige zaken niet altijd evident zijn. Men is minder op de hoogte van de hulp die voor handen


52

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Nederlands leren Het Huis van het Nederlands

40 vrijwilligers helpen 262 anderstaligen met Nederlands

Het Huis van het Nederlands helpt anderstalige volwassenen een

Elke week komen VriendENtaalgroepjes samen om elkaar te ont-

geschikte cursus Nederlands te vinden. Het Huis is er voor iedereen

moeten en Nederlands te praten. Ze praten over gewone dingen:

die Nederlands wil leren. Een belangrijke groep zijn de nieuwkomers.

over cultuur, werk, feesten of over de kinderen. Soms gaan ze

Het Onthaalbureau verwijst hen door naar het Huis van het

samen op uitstap of doen ze andere leuke activiteiten.

Nederlands. Het Huis van het Nederlands heeft een hoofdvesting in

Nieuwkomers en anderstaligen krijgen zo de kans om Nederlands

Hasselt en antennes in alle Limburgse regio’s: Genk (+ Houthalen),

te oefenen en om hun netwerk uit te bouwen. Nederlandstalige

West-Limburg, Maasland, Noord-Limburg en Zuid-Limburg.

vrijwilligers krijgen de kans anderstaligen op een concrete manier hulp te bieden. Het project VriendENtaal is een samenwerking tus-

In de loop van 2010 deed het Huis van het Nederlands 5.844 intakes.

sen Vormingplus en het Provinciaal Integratiecentrum samen met

Hiermee ligt het aantal intakes ongeveer op hetzelfde niveau als een

lokale integratiediensten en lokale besturen en ondersteund door

jaar eerder (5.958 intakes). De taalleerders met de Belgische nationa-

het Huis van het Nederlands en het Onthaalbureau.

liteit (687) vormen de grootste groep, gevolgd door Turken (591) en Marokkanen (459). Taalleerders met de Poolse (411) en Russische

Dertien groepen in Limburg

(295) nationaliteit vervolledigen de top vijf.

VriendENtaal telt nu dertien groepen in Limburg: Beringen, Diepenbeek, Dilsen-Stokkem/Maaseik, Genk, Hasselt (2),

Meer info? www.limburg.be/huisvanhetnederlands

Heusden-Zolder (2), Maasmechelen (2), Leopoldsburg, Lommel en Neerpelt/ Overpelt. Dit jaar zijn er veertig vrijwilligers actief die 262 anderstaligen bereikten. Meer dan 60 verschillende nationaliteiten Een recent onderzoek schetst een profiel van de deelnemers aan vriendENtaal. Eén derde van de deelnemers behoort tot de ‘traditionele’ migrantengroepen (met name Turken en Marokkanen), de rest vooral tot de ‘nieuwe’ migratie die veel diverser is. In totaal tellen de deelnemers 63 verschillende nationaliteiten. Een meerderheid van de deelnemers is via huwelijksmigratie of als asielzoeker naar Limburg gekomen. Ongeveer drie op vier van de deelnemers aan vriendENtaal zijn vrouwen. Verklaring hiervoor is dat er een vrij groot aantal deelnemers uit bruiddonorlanden komt, zoals de Filippijnen en Thailand, die met een Belgische man zijn getrouwd. Een tweede verklaring is dat vrouwen minder aan het werk zijn en daardoor meer behoefte hebben aan contact en een netwerk willen uitbouwen via andere kanalen. Maar niet alleen nieuwkomers nemen deel, er zijn ook deelnemers die al langer in Limburg wonen. Dat duidt erop dat Nederlands leren en oefenen voor velen een werk van lange adem is en ze misschien ook te weinig kans hebben op ontmoeting met Nederlandstaligen. VriendENtaal komt niet in de plaats van Nederlandse taalles. Bijna alle deelnemers hebben Nederlandse taalles gevolgd en twee derde combineert taalles met een wekelijkse sessie bij VriendENtaal. Ook bij de Vlaamse vrijwilligers zijn de vrouwen in de meerderheid. Opvallend is dat veertig procent actief is of geweest is in het onderwijs. Maar dat is zeker geen voorwaarde om als vrijwilliger mee te draaien. Bij VriendENtaal is iedereen welkom! VriendENtaal sluit op 2 juni een succesvol werkjaar af met een ontmoetingsfeestje in Genk.


53 Inburgering Steeds meer nieuwkomers lopen langs bij het Limburgse

In 2011 werden in Limburg meer dan 2.300 inburgeringscontracten afge-

Onthaalbureau voor een aangepast inburgeringstraject. Dit is een tra-

sloten. Ook dit aantal steeg de afgelopen jaren sterk. Als ze het hele tra-

ject dat nieuw- of oudkomers op weg helpt in de Vlaamse samenle-

ject met succes doorlopen, krijgen de inburgeraars aan het einde van hun

ving. Het traject bevat Nederlandse taallessen, maatschappelijke

traject een inburgeringsattest. In 2011 werden er in Limburg zo 1.356 uit-

oriëntatie, loopbaanoriëntatie en trajectbegeleiding.

gereikt. Inburgeraars die hun verplichtingen of inburgeringscontract niet nakomen, kunnen sinds maart 2009 een geldboete krijgen.

4.895 nieuwkomers in Limburg In 2011 telde onze provincie 4.895 nieuwkomers. In vergelijking met een jaar eerder is dit een daling van 11,2%. Uit welke landen komen de nieuwkomers? In Limburg zijn de

Deelnemen als niet-Belg aan de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2012

Nederlanders de grootste groep nieuwkomers. Met 1.319 personen maken ze 26,9% van alle nieuwkomers uit. Op de tweede plaats

In 2004 werd de wet, die het gemeentelijk stemrecht voor niet-EU-

komen de nieuwkomers uit Polen. Hun aantal stijgt licht (+8,4%) in

onderdanen regelt, in België goedgekeurd. Dit betekent dat inwo-

vergelijking met een jaar eerder (van 381 naar 413 personen). Turken

ners van België, die niet de nationaliteit van een EU-lidstaat heb-

(300 personen – 6,1% van het totaal) en Marokkanen (211 – 4,3% van

ben, zich als kiezer kunnen laten registeren en kunnen deelnemen

het totaal) komen op de plaatsen drie en vier. De top vijf wordt afge-

aan de gemeenteraadsverkiezingen. Hetzelfde geldt al langer voor

sloten door Roemenië. Met 170 nieuwkomers in 2011 zijn ze goed voor

inwoners van België die de nationaliteit van een andere EU-lidstaat

3,4% van de totale instroom.

bezitten.

Zowel het aantal Nederlanders (-23,7%) als het aantal Turken (16,4%) en Marokkanen (-9,8%) daalt in vergelijking met een jaar eer-

Deze registratie en deelname van niet-EU-onderdanen gebeurde

der. Wat kan meespelen in de daling van het aantal Turken en

een eerste keer tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 8 okto-

Marokkanen is de verstrenging van de wet op de gezinshereniging, die

ber 2006. Ook tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van dit jaar

sinds september 2011 van kracht is.

geldt het stemrecht voor niet-Belgen (al dan niet behorende tot een lidstaat van de EU). Dit recht kan verworven worden als de persoon

Het aantal inburgeringscontracten stijgt

zich vooraf als kiezer laat registeren bij zijn/haar gemeente en dit

Nieuwkomers die tot de doelgroep van inburgering behoren worden

vóór 31 juli 2012. Voorwaarden zijn dat de persoon ingeschreven is

aangeschreven en gestimuleerd zich aan te melden bij het

in het bevolkingsregister of het vreemdelingenregister op 1 augus-

Onthaalbureau. In Limburg melden zich steeds meer nieuwkomers

tus 2012, achttien jaar is op 14 oktober 2012, niet ontzet is uit het

aan bij het Onthaalbureau.

kiesrecht en minstens vijf jaar ononderbroken in België verblijft.

De meeste personen die zich aanmelden op het Onthaalbureau behoren tot de doelgroep van inburgering. Verplichte inburgeraars (in Limburg

Het College van Burgemeester en Schepenen zal uiteindelijk beslis-

62% van de aanmeldingen) moeten een inburgeringscontract onderteke-

sen of de persoon aan deze criteria beantwoordt. Indien de per-

nen. Rechthebbende inburgeraars (38%) hebben al dan niet de keuze om

soon als kiezer wordt erkend in de gemeente, dan is deze erken-

in een traject te stappen. Kiezen ze ervoor om een contract te onderteke-

ning definitief. Dit betekent dat personen die zich reeds voor de

nen, dan moeten ze het traject wel volgen.

gemeenteraadsverkiezingen van 8 oktober 2006 hebben ingeschreven, automatisch geregistreerd blijven voor de verkiezingen van 14 oktober 2012. Men kan zich als kiezer wel laten schrappen van de

6.000

2006 2007 2008 2009 2010 2011

5.000

kiezerslijst door een aanvraag in te dienen bij de gemeente en dit tot 31 juli 2012. Elk gemeentebestuur heeft de opdracht deze registratieprocedure

4.000

bij de burgers bekend te maken. 3.000

2.000

0

instroom

inburgeringscontracten

1.356

1.143

1.058

1.188

585

369

2.341

2.140

1.618

1.583

1.555

772

4.895

5.510

4.475

4.151

4.739

4.700

1.000

inburgeringsattesten


54

Jaarboek Migratie en integratie Limburg 2011

Discriminatie en racisme

Hoe omgaan met diversiteit

Discriminatiegevoelens en -ervaringen

Tal van voorbeelden tonen aan dat diversiteit in onze samenleving

De helft van de Marokkaanse allochtonen geeft aan in het jaar vooraf-

soms als problematisch wordt ervaren. Op 23 november 2011 orga-

gaand aan het interview minstens één keer het gevoel gehad te hebben

niseerde het Provinciaal Integratiecentrum Limburg een debat om

gediscrimineerd te worden. Voor de Turkse allochtonen ligt dit cijfer

na te gaan waarom we het toch zo moeilijk hebben met diversiteit.

lager (36%). Ook het percentage dat aangeeft meerdere keren tot zeer

Dirk Draulans (bioloog, journalist Knack), prof. dr. Norbert

dikwijls het slachtoffer geweest te zijn van discriminatie, ligt hoger bij

Vanbeselaere (psycholoog K.U.Leuven) en dr. Bambi Ceuppens

de Marokkaanse dan bij de Turkse allochtonen (15% versus 10%).

(antropologe verbonden aan het Africa-museum) gingen hierover met elkaar in debat. Stijn Meuris leidde hen in goede banen.

Dit blijkt uit het onderzoek ‘Voorbij wij en zij? De sociaal-culturele afstand tussen autochtonen en allochtonen tegen de meetlat’ (2007).

Racisme is iets dat je moet afleren

Voor dit onderzoek ondervroeg de Universiteit Hasselt in opdracht van

Dirk Draulans, bioloog en autoriteit over de evolutieleer van Darwin,

het Limburgs provinciebestuur vijfhonderd allochtonen en driehon-

startte het debat door in vogelvlucht op de evolutie van de vroege

derd autochtonen uit Houthalen-Helchteren en Genk. Eén luik uit het

mensheid in te gaan, van de Homo Erectus tot de Homo Sapiens, die

onderzoek handelde over discriminatie.

100.000 jaar geleden vanuit Afrika Europa, Azië en Australië bevolkte. “Als soort hebben we alleen maar baat bij diversiteit”, stelt hij,

Het meest aangehaalde domein waarop discriminatie wordt ervaren,

“door kruising van soorten – en dus mengeling van afweergenen –

is de arbeidsmarkt. Een kleine 6% van de Marokkaanse allochtonen en

werd het succes van de migrant verhoogd”.

een goede 4% van de Turkse allochtonen geven aan in het voorbije jaar een discriminatie-ervaring meegemaakt te hebben op het werk. 9%

Toen de mens zich op één plaats vestigde, veranderde zijn levens-

van de werkende allochtonen is onder de indruk van een discrimina-

stijl. Zo kwamen er de principes van territorialiteit en monogamie.

tie- ervaring op het werk. Een kleine 7% van de werkloze allochtonen

Omdat het aantal mensen vrij beperkt bleef, was de kans groot dat

zegt het voorbije jaar benadeeld te zijn bij het zoeken naar een baan.

de mens in zijn hele leven nauwelijks in contact kwam met andere

Andere voorvallen van discriminatie die zowel bij de Turkse als de

groepen.

Marokkaanse allochtonen sporen nalaten, houden verband met erva-

Dit veranderde drastisch toen we 500 jaar geleden begonnen te rei-

ringen op school of met de hoofddoek.

zen. Zo kwamen we in contact met mensen die er anders uitzagen dan wij. Het waren zijn reizen die Darwin inspireerden tot de evolu-

Weinig meldingen

tietheorie. Interessant is ook dat de afkeer van Darwin voor de sla-

Hoewel uit onderzoek blijkt dat er in Limburg gevoelens van discrimi-

venhandel een rol speelde in het ontstaan van zijn evolutietheorie,

natie leven onder de allochtonen, resulteert dit niet altijd in een klacht. Niet iedereen die discriminatie of racisme ervaart, zet de stap naar het Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding.

ten. In ongeveer de helft van de gevallen ging het om meldingen over racisme.

In 2010 ontving het Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding 3.608 meldingen. In 2.828 gevallen was het centrum bevoegd. In

Het gevolg dat aan een melding wordt gegeven hangt van verschillen-

ongeveer 44% van de gevallen ging het om discriminatie op basis van

de factoren af. Ten eerste zijn de meldpunten enkel bevoegd als het

raciale motieven. In 2010 behandelde het Centrum 627 nieuwe dossiers

gaat om discriminatie. Als het lokale meldpunt niet bevoegd is, wor-

op basis van raciale discriminatie. Racisme in de media (vooral internet)

den de klachten doorverwezen naar andere bevoegde instanties, bij-

en op het werk zijn goed voor ongeveer de helft van de dossiers.

voorbeeld het CAW. Maar ook de wensen van het slachtoffer of de getuige van het discriminerende gedrag bepalen de verdere verloop.

Burgers die discriminatie of racisme ervaren, moeten echter niet altijd

Soms volstaat een luisterend oor of het verstrekken van meer informa-

de stap naar het CGKR zetten. Sinds 2010 is in elk van Vlaamse cen-

tie. Als de melder verdere stappen wil zetten, wordt een dossier aan-

trumsteden immers ook een lokaal meldpunt actief. De meldpunten

gemaakt. De meldpunten hebben dan de opdracht om het discrimine-

functioneren als een lokale antenne en hebben zo de bedoeling om de

rende gedrag te beëindigen. Dit kan bijvoorbeeld door tussen de par-

drempel te verlagen. De lokale meldpunten en het Centrum werken

tijen te bemiddelen. Als er andere instanties beter geplaatst zijn om de

complementair. In Limburg is er een meldpunt in Genk en Hasselt.

klacht op te volgen (bijvoorbeeld het CGKR of de inspectie werk en sociale economie), dan wordt de klacht aan hen overgedragen.

In de loop van 2010 werden door alle meldpunten samen 841 meldin-

In Limburg werden in de loop van 2010 37 dossiers geopend: 26 in

gen geregistreerd. Tien procent van alle meldingen kwam uit

Genk en 11 in Hasselt.

Limburg. Genk en Hasselt ontvingen in de loop van 2010 elk 45 klach-


55 vertelde Dirk Draulans. Darwin zag de mensheid als één grote familie,

Mensen nemen bij het beoordelen van anderen zichzelf als ijkpunt.

zonder superieure of inferieure soorten, allemaal afstammend van

Men is niet noodzakelijk negatief over anderen, maar wel positiever

dezelfde voorouders. Puur biologisch gezien was de slavenhandel,

over de eigen soort. Bambi Ceuppens vult aan: ‘Maar mensen behoren

hoe verschrikkelijk ook, een interessant fenomeen. Zo kwamen men-

niet tot één groep, ze kunnen tot meerdere groepen behoren. De ver-

sen uit de verste uithoeken van de wereld met elkaar in contact.

schillen die mensen zien, zijn bovendien niet gebaseerd op objectieve

Verschillende genen geraakten gemengd.

feiten, maar worden gekleurd door de cultuur. Mensen behoren tot dezelfde soort, maar sommige externe kenmerken (bijvoorbeeld

Spencer Wells, een Amerikaans geneticus, verwacht zelfs dat er bin-

huidskleur) krijgen overdreven veel aandacht, terwijl andere kenmer-

nen afzienbare tijd geen rassenverschillen meer zullen zijn. Er zou

ken niet spelen (bijvoorbeeld linkshandigheid).’ Welke kenmerken

geen onderscheid meer bestaan tussen de verschillende rassen. Alleen

aandacht krijgen is cultureel bepaald en dit kan wijzigen doorheen de

nog de ‘universele mens’. Of de ‘mokkamens’ zoals Stijn Meuris hem

tijd. Professor Vanbeselaere: ‘De meeste mensen gebruiken drie crite-

noemde. Betekent dit dat er dan ook geen discriminatie meer zal

ria om mensen in te delen in groepen: geslacht, leeftijd en ras.

bestaan? ‘Neen’, vrezen Dirk Draulans en professor Vanbeselaere,

Hieraan koppelen ze waardeoordelen. Deze zijn cultureel bepaald.

‘ongelijkheid zit ingebakken in onze maatschappij. Er zal altijd gedis-

Denk bijvoorbeeld maar aan de verschillen in hoe culturen omgaan

crimineerd worden, er zullen altijd verschillen zijn, bijvoorbeeld op

met oudere mensen (veel versus weinig respect).’

basis van cultuur of taal.’ Deze culturele waardeoordelen kunnen veranderen, maar moeilijk. Maar is discriminatie en racisme nu biologisch te verklaren? Dirk

Een positieve evolutie gaat heel langzaam, een negatieve evolutie kan

Draulans: ‘Er zijn biologische indicaties dat er een aangeboren

zeer snel gaan. Een conflict creëren is makkelijk, het herstellen niet.

‘schrik’ voor het onbekende zit ingebakken in de genen. Evolutionair gezien heeft het ook voordelen om voorzichtig en op zijn hoede te blij-

De oplossing ligt voor het grijpen

ven voor het onbekende. Op zich is dit niet problematisch, belangrij-

Misschien klinkt het contradictorisch, maar democratie creëert extra

ker is om te beseffen dat dit er is. Zo wordt racisme en discriminatie

spanningen. Het hebben van gelijke rechten zorgt voor competitie. In

iets wat je moet afleren.’

hiërarchische samenlevingen is die dreiging er minder en is er dus ook minder risico op spanningen.

Waarom is diversiteit zo ‘hot’? Waarom is diversiteit nu een zo actueel thema? Bambi Ceuppens,

Dat er sprake is van spanningen bleek ook uit een aantal tussenkom-

antropologe verbonden aan Africa-museum, stelt dat een samenleving

sten uit het publiek. Een studente uit het publiek, met hoofddoek,

nooit homogeen is. Mensen hebben altijd de neiging om de verschil-

voelt zich bedreigd en tekortgedaan. Zij werd in haar dorp op straat

len te benadrukken en de gelijkenissen te verminderen. Diversiteit is

aangesproken op het dragen van die hoofddoek. Een andere studente

ook geen nieuw gegeven. Ook vroeger deelde men alles al op in hok-

vertelt op haar beurt waarom ze nooit achteraan in de bus gaat zitten.

jes en vakjes, denk maar aan de verzuiling. Dingen die men nu in

“De allochtone jongens daar spreken me dan aan en, geloof me, dat is

Nederland verwijt aan de moslims, bijvoorbeeld dat ze de theocratie

als meisje niet aangenaam.” Een andere deelneemster vult aan: “Ik

zouden verkiezen boven de democratie, zei men vroeger ook over de

ben zelf van Italiaanse herkomst, mijn ouders en grootouders zijn niet

Nederlandse katholieken.

altijd fair behandeld hier, maar nu stellen ze zich zelf racistisch op tegenover nieuwkomers.” Het lijkt wel een spiraal van actie en reactie.

Fundamentele verklaring hiervoor: de mens is een dier, maar geen

Wie stapt er het eerste uit?

dier zoals de andere. De mens is een inherent sociaal wezen en heeft geen natuurlijke vijanden. Daardoor kan alleen de mens zichzelf uit-

Toch eindigen we met een positieve noot. Racisme kunnen we afleren,

roeien. Dit zorgt voor spanning en competitie. Norbert Vanbeselaere,

omdat we weten wat het is. Dit maakt dat we er iets aan kunnen doen.

sociaal-psycholoog aan de universiteit van Leuven, gaat hierop verder. Hij stelt dat de diversiteit in vergelijking met vroeger is toegenomen. Meer mensen van buiten Europa komen naar Europa, ook binnen de Europese Unie is er migratie. Mensen worden nu meer geconfronteerd met mensen die anders zijn. Voor ons is dit onvertrouwd en nieuw. Mensen reageren afwachtend en kijken de kat uit de boom. Dit is echter nog geen racisme. Pas als er belangenconflicten – of de perceptie ervan – opduiken en dit gevolgen heeft voor het gedrag, ontstaat discriminatie en racisme.


Een initiatief van de provincie Limburg Universiteitslaan 1 B-3500 HASSELT limburg.be/integratiecentrum


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.