7 minute read

I RENDIERJAGERS

Next Article
I Tips voor trips

I Tips voor trips

IN HET SPOOR VAN RENDIERJAGERS

Zonhoven

© ONTWERP FUGZIA - OVERLANT Ongeveer 11 000 jaar geleden kampeerden rendierjagers in Zonhoven op de overgang van het Kempisch plateau naar de Demervallei. Momenteel wordt dit gebied vooral gebruikt door wandelaars, mountainbikers en ruiters. Maar vanaf 2024 zal de archeologische site dankzij een provinciale Extra²investeringssubsidie een belevingsroute krijgen die bezoekers met hun vroege voorouders in contact brengt: het Rendierjagerspad.

10 760 jaar geleden. Een rendierjagersstam stookt ’s avonds een vuurtje in wat nu het oosten van de gemeente Zonhoven is. In het voor- en najaar trekken groepen van wel honderdduizend rendieren hier dagenlang voorbij. De jagers leven in het voetspoor van de dieren: ze zijn ervan afhankelijk voor vlees en dierenhuiden. Dat ze hier hun kamp opslaan, is strategisch slim: de rand van het Kempisch plateau biedt uitzicht op de Roosterbeek, waar de rendieren komen drinken. Hetzelfde gebied wordt begin jaren 1950 als oefenkamp voor Belgische militairen gebruikt. Om zich in de open heide te verschansen, graven de soldaten putten. Zonder het te beseffen brengen ze zo prehistorische artefacten naar boven. Die worden veertig jaar later gevonden door de plaatselijke amateurarcheoloog Roger Maes. Hij stuurt de vuursteenscherven naar

Op de flank van de Kuil, bekend van de jaarlijkse wedstrijd veldrijden, zal een mammoetskelet komen.

In deze tunnel zie je de ontwikkeling van jagerverzamelaars naar boeren.

Een touwenparcours toont de evolutie van de jachttechnieken.

Pierre Vermeersch, professor geografie aan de KU Leuven. Vermeersch’ interesse is gewekt: hij wil de site met eigen ogen komen bekijken. Het is de start van een opgravingscampagne die van 1994 tot 2002 elke zomer plaatsvindt.

EK PREHISTORISCH BOOGSCHIETEN

“Die opgravingen hebben in totaal 13 000 artefacten naar boven gebracht”, vertelt Guido Pirotte, deskundige toerisme bij de gemeente Zonhoven en bezieler van het Rendierjagerspad-project. “Het waren vooral menselijk bewerkte vuursteenfragmenten. Vuursteen is miljoenen jaren oud. Het is een harde steen die toch vrij makkelijk te bewerken is: je kunt er vlijmscherpe objecten mee maken. Hier zijn hoofdzakelijk klingen gevonden: voorwerpen waarmee je kon snijden en die als slag- of steekwapen gebruikt werden.” Guido is zelf enorm geïnteresseerd in de prehistorie. Guido Pirotte: “In 2000 heb ik de Holsteenstam opgericht, waarvan ik zelf stamhoofd ben. We zijn een groep steentijd-enthousiastelingen die vaak animaties verzorgen. Dan gaan we bijvoorbeeld aan de slag met vuursteen. We bakken deegbolletjes van gemalen graan en geplette hazelnoten op leisteen. Kinderen vinden dat superleuk.” Guido organiseerde ook wedstrijden voor het Europees Kampioenschap prehistorisch boogschieten en speerwerpen, dat om de twee jaar op de rendierjagerssite plaatsvindt. En dan is er nog het succesvolle 'Jong redt Oud'-project uit 2019. Guido Pirotte: “We hebben toen met een vijftiental kinderen de rendierjagersite opgeknapt. Op de aansluitende Archeologiedagen zijn ze hier opnieuw samen met hun ouders uitgenodigd. Professor Vermeersch gaf uitleg over de site en de kinderen konden aan hun ouders laten zien wat ze beleefd hadden. Daaruit bleek de interesse voor het tijdvak. Als gemeentebestuur besloten we werk te maken van een fatsoenlijke belevingsroute, om dit archeologische patrimonium permanent beleefbaar maken.”

DE FAMILIE HOLSTEEN

De gemeente Zonhoven ging met ondersteuning van het Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed voor een participatietraject en betrok onder meer het Agentschap voor Natuur en Bos, het Agentschap Onroerend Erfgoed, IOED Lage Kempen en het wetenschappelijke veld bij de uitwerking van het project. Ook met de verschillende gebruikers van de archeologische site – buurtbewoners, kampeerders, mountainbikers – is overlegd. Guido Pirotte: “Zo kreeg het project meer draagkracht. Als mensen iets in de maag gespitst krijgen, zullen ze het niet respecteren. Je moet ze inspraak geven.” Met resultaat: de nieuwe belevingsroute zal ongeveer vier kilometer lang zijn en start aan camping Holsteenbron, die eveneens een grondige make-over krijgt. Guido Pirotte: “Er is onthaalinfrastructuur nodig. Essentieel is ook de toegankelijkheid voor mensen met een beperking. Er komt een breed, semiverhard pad dat rolstoeltoegankelijk is. Op uitkijkpunten zal een inham voorzien zijn waar rolstoelgebruikers ongestoord van het uitzicht kunnen genieten.” Dat semi-verharde pad zal naar het eerste uitkijkpunt, de rendierweide, leiden. Guido Pirotte: “Deze grasweide benadert het uitzicht van 11 000 jaar geleden het beste. Er was hier toen niet veel begroeiing; het was vooral steppe. Op de kam gaan we een aantal rendiersilhouetten van cortenstaal zetten. Op het uitkijkpunt zelf komt een paneel van drie bij zes meter met figuren van rendierjagers. Dat paneel zorgt ervoor dat je de windturbines op de achtergrond niet ziet als je op de zitbank plaatsneemt. Vlak om de hoek is er aansluiting met het Kolenspoor, een populaire fietsroute. Daar komt een wand in cortenstaal met silhouetten van rendierjagers: zo willen we ook fietsers het beginpunt van het Rendierjagerspad signaleren.” Vanuit de rendierweide loopt het traject verder naar het eeuwenoude rendierjagerskamp. Hier zijn de 13 000 artefacten gevonden. Guido wijst op het belang van dit kamp.

De Holsteen werd door prehistorische boeren gebruikt om vuurstenen bijlen te polijsten.

In de speelse onthaalzone kunnen kinderen zelf skeletten blootleggen.

Guido Pirotte: “Het is de eerste locatie in Vlaanderen waar sporen van rendierjagers gevonden zijn. Geraamtes ga je hier niet vinden, daarvoor is de bodem te zuur. Alles van biologische oorsprong – been, hout, gewei – is opgelost in de grond. Enkel stenen gebruiksvoorwerpen zijn overgebleven. Helaas slaagt de wetenschap er nog niet in om de ouderdom van vuursteen te bepalen. Bij houtskool kunnen we dat wel. Door de teruggevonden houtskool te dateren, weten we dat hier 11 000 jaar geleden rendierjagers gekampeerd hebben. Er zijn ook sporen van rendierjagers gevonden in het Ardeense Remouchamps en in het Nederlandse Geldrop. Vandaar de denkpiste dat ze vanuit de Ardennen over Zonhoven naar Nederland trokken.” Op elk uitkijkpunt komt een luisterzuil die het leven van de prehistorische familie Holsteen uit de doeken zal doen. Wie meer info wil, zal die via een podcast of QR-code kunnen verkrijgen. Onderweg worden kinderen aangemoedigd verschillende steensoorten op het wandelpad te zoeken: kunnen ze vuursteen, kwartsiet en ijzerzandsteen vinden?

VAN JAGER NAAR BOER

Volgend uitkijkpunt is de Kuil, bekend van de jaarlijkse wedstrijd veldrijden. Op de flank van de Kuil zal een mammoetskelet van vier bij drie meter komen. Dit skelet dient een tweeledig doel: kinderen mogen erin klauteren en tegelijk vestigt het de aandacht op de klimaatverandering. Guido Pirotte: “Rendierjagers leefden op het einde van de laatste ijstijd. We willen aantonen dat het klimaat voortdurend verandert: we hebben al vier ijstijden gekend met telkens warmere periodes tussenin.” Na de Kuil zal een touwenparcours de evolutie van de jachttechnieken duiden. De prehistorische mens leerde gaandeweg bij: tijdens de jacht werden speren niet meer met de hand geworpen, maar met een speerdrijver. Hiermee konden ze harder en verder werpen, waardoor de jacht meer opbracht en minder gevaarlijk werd. Nog later werden pijl-en-boog gebruikt om vanop nog grotere afstand gericht prooien te kunnen schieten. Een teletijdstunnel van cortenstaal zal, via uitgesneden figuren, de evolutie van de rondtrekkende jager-verzamelaars naar de eerste sedentaire boeren tonen. Wanneer de landbouw zijn intrede doet, gaat de mens op een vaste plaats wonen. Het wandelpad leidt tot slot verder naar het eindpunt van de belevingsroute: de Holsteen, de enige vaste polijststeen in Vlaanderen. De prehistorische boeren gebruikten deze zandsteen om hun vuurstenen bijlen te polijsten. Daarvan zijn de groeven het zichtbare bewijs. Guido Pirotte: “Hoewel de Holsteensite meerdere zandsteenblokken bevat, hebben de eerste boeren maar één zandsteen gebruikt. Wellicht omdat er in die ene steen water bleef staan: nat zand schuurt nu eenmaal goed en is dus ideaal om iets glad te maken. De Holsteen is al in 1921 ontdekt, maar men kon pas in 1986 bewijzen dat hij prehistorisch is: toen is hier een fragment van een gepolijste bijl teruggevonden.” Rond de Holsteen komt een stalen ring met info. Vanuit dit laatste uitkijkpunt kom je via het slingerende semi-verharde pad terug uit aan de camping. Belangrijk is dat bezoekers – rolstoelgebruikers incluis – dankzij de nieuwe belevingsroute meteen vanuit de camping de Holsteensite kunnen bereiken. Voorlopig moeten wandelaars nog het hele traject afleggen om aan de Holsteensite uit te komen. Guido kijkt al reikhalzend uit naar april 2024, de opening van de nieuwe belevingsroute. De werken starten in de tweede helft van 2023. “We willen mensen bewust maken van de betekenis van archeologie. Als je beseft dat je op dezelfde grond loopt als rendierjagers van 11 000 jaar geleden: dat doet wel iets met je.”

Zonhoven kreeg van het provinciebestuur een E-xtra²-investeringssubsidie van 464 523 euro om het Rendierjagerspad te ontwikkelen. Zelf een E-xtra²-project uitwerken? Dan kan je een investeringssubsidie aanvragen bij de provincie. Meer info op www.pcce.be/erfgoedaanbod

This article is from: