TITEL: The Lost Continent of MU AUTEUR: James Churchward UITGEVER: Adventures Unlimited Press, Kempton, Illinois/USA HET VERZONKEN CONTINENT MU NASCHRIFT Dit artikel is van de hand van David Hatcher Childress. Hij schreef een introduktie bij het verschijnen van een nieuwe editie van The Lost Continent of MU in juni 2007 bij uitgeverij Adventures Unlimited Press. Dit is gedrukt in een luxer en groter formaat dan de 1936-uitgaven en voorzien van beter gereproduceerde tekeningen en een aantal interessante foto’s.
James Churchward
INTRODUKTIE James Churchwards HET VERZONKEN CONTINENT MU is een klassiek boek dat de tand des tijds heeft weerstaan. Net als Ignatius Donnelly’s ‘The Antedeluvian World‘ (eerste publikatie in 1882) is het boek altijd in druk geweest. Haar boodschap, hoewel ondertussen wat gedateerd, slaat nog steeds aan bij lezers geinteresseerd in het occulte en oude beschavingen. Kolonel Churchward was een fascinerend mens – een wereldreiziger en een doorgewinterde occultist – die, zoals velen tegenwoordig, werd uitgespuugd door de ‘experts‘ van zijn tijd en hun kortzichtige redeneringen en beperkte blikveld. Churchward schreef vijf belangrijke boeken en delen van ander werk voor zijn plotselinge dood op Mount Vernon, New York, in 1936. Hij begon met het boek over Mu, dat hij zelf uitgaf in 1926. In gereviseerde vorm werd het opnieuw gedrukt door de New Yorkse uitgever Ives Washburn in 1931 en dat bedrijf ging verder met het publiceren van Churchwards aanvullende boeken: De Kinderen van Mu (1931), De Heilige Symbolen van Mu (1933), De Cosmische Krachten van Mu, deel 1 (1934) en De Cosmische Krachten van Mu, deel 2 (1935). Elk boek is een fascinerend verhaal en Het Verzonken Continent Mu was in die tijd werkelijk een sensatie. Maar wie was James Churchward; waar haalde hij zijn esoterische kennis vandaan die hij in zijn boeken met ons deelt?
Volgens de beknopte biografie die in 1930 werd uitgegeven, werd kolonel James Churchward geboren in 1851 in Devonshire (zuidelijk Engeland). De Churchwards waren een oude familie met sterke vrijmetselaars-banden. Hij vertelde vrienden dat hij had gestudeerd in Oxford en aan de militaire academie in Sandhurst. In 1868, toen hij pas 18 jaar oud was, werd hij als jong militair officier naar India gestuurd. Als Britse militair in bezet India klom Churchward op tot de rang van kolonel. Zijn eerste opdracht bracht hem naar Centraal India om te assisteren bij het bestrijden van de hongersnood. Daar leerde hij iemand kennen die zijn leven zouden veranderen. Een hoge Hindupriester (een ‘rishi‘) van een tempelkloosterschool raakte met hem bevriend en daarmee begon een 12 jaar durend partnerschap. Toen de vriendschap hechter werd, gaf de rishi hem toegang tot heel
zeldzame en mystieke oude tabletten, die al duizenden jaren met opzet verscholen hadden gelegen in de gewelven van de tempel. De tabletten waren beschreven met geheimzinnige symbolen en de rishi begon Churchward te leren een aantal van de eenvoudiger tekens te interpreteren. Hij toonde zich een leergierige student en in de loop der tijd werd Churchward de taal meester de oorspronkelijke taal van de mensheid! De tabletten onthulden feiten over het begin van de beschaving en ze verhaalden van een hoogstaande kultuur die verdween na catastofale veranderingen in de aardkorst in een ver verleden. Na 12 jaar met de rishi Mu (zoals deze moederbeschaving werd genoemd) te hebben gestudeerd vond Churchward dat het tijd werd om India te verlaten. Zijn kennis van de oorspronkelijke beschaving beschreven op de tabletten uit de tempel, gekombineerd met een wetenschappelijk-avontuurlijke nieuwsgierigheid en zwerflust, dwongen hem verder bewijs te zoeken over deze beschaving. Omstreeks 1880 ging de kolonel met pensioen uit het leger, verliet India en vertrok naar de Zuidelijke Zeeën (met name Tonga en de Caroline Islands). Hier vond Churchward meer bewijs voor het bestaan van Mu in de vorm van rotsgrafures, die hij ontcijferde met de taal van Mu. Deze grafures, waarvan hij geloofde dat ze nu voor de eerste keer korrekt werden gelezen sind de ondergang van Mu, noodzaakten hem zijn zoektocht voort te zetten in Tibet en delen van Centraal-Azië. Men zal begrijpen, dat Churchward zijn status en kontakten als gepensioneerd kolonel gebruikte om relatief goedkoop te reizen met militaire convooien, te slapen in legerkampen en dergelijke. Zijn introduktiebrieven van andere Britse officieren zullen hem zeker hebben geholpen. Het reizen tijdens de laatste jaren van de 19e eeuw was duur en ging traag, speciaal in Centraal-Azië en de Pacific; zelfs vandaag de dag zijn veel eilanden in de Stille Oceaan moeilijk te bereiken. Churchward werd een uiterst bereisd man in die periode. Vanuit Tibet, Centraal-Azië en India reisde Churchward naar Egypte, waar hij de pyramiden onderzocht en het Bulaq Museum in het oude gedeelte van Cairo bezocht (nu het Cairo Museum voor Egyptische Oudheden, Egyptes belangrijkste museum). Churchward bestudeerde Egyptische hiëroglyfen en papyri, bekeken in het licht van de symbolentaal van Mu, en poogde een aantal dokumenten te vertalen via de oude taal die hem door de rishi was geleerd. Omstreeks 1885 bezocht Churchward Siberië en het dal van de rivier de Lena. Hij was op zoek naar bewijs voor oude zondvloeden die, als hij ze vond, het idee zou versterken dat een oude, vergevorderde beschaving als Mu kon verdwijnen. Churchward wilde de stapels mamoetbeenderen en slagtanden zien die waren aangespoeld door getijdestromingen bij de Lackoff Eilanden (De Eilanden van de Beenderen) vlak na de monding van de Lena. Hij werd er door deze gigantische stapels ivoor en botten van overtuigd dat in het verleden een poolverschuiving had plaatsgevonden, waardoor ook de aardkorst meerdere graden was opgeschoven naar de evenaar, welke massieve getijdegolven had veroorzaakt die over delen van de aarde waren gespoeld en uiteindelijk het zinken van komplete continenten zoals Poolverschuiving Mu had veroorzaakt. Vanuit Siberië trok hij naar het Oeralgebergte en wat hij noemde ‘het Einde van de Driftlijn‘. Hier eindigde zijn zoektocht naar de zondvloeden en Churchward vond dat hij genoeg geologisch en historisch bewijsmateriaal had om het bestaan van oude beschavingen te bewijzen. De rishi had Churchward ook verteld, dat er in de Gobi Woestijn een oude beschaving had bestaan gelijktijdig met Mu en hij vond in die regio bewijs dat hem deed geloven dat het waar was. De plaatselijke traditie in het land van Shambala (of Agartha) zegt dat het de restanten waren van een gevorderde oude beschaving die ook was vernietigd door de katastrofale poolomkering, met zijn aardbevingen, vloedgolven en vulkanische aktiviteiten.
Churchward ging daarna naar Australië waar hij een aantal jaren werkte. Aangespoord door familie om Nieuw-Zeeland te bezoeken, verzamelde Churchward ook daar infomatie bij de plaatselijke Maori’s waardoor hij weer op reis ging om nadere bewijzen te zoeken voor Mu. Hij reisde als passagier op vrachtboten naar verschillende Polynesische eilanden in de Zuidelijke Pacific. Twee jaar lang onderzocht hij talloze eilanden en eilandengroepen, waaronder Samoa, Tahit, de Marquesas, Tonga, de Gilbert Eilanden, de Cook Eilanden, Paaseiland, Hawaii en vele andere. Churchward geloofde dat de megalitische ruïnes die hij in de hele regio vond, gekombineerd met de legendes op die eilanden over verzonken continenten, het definitieve bewijs vormden dat hij nodig had om zijn boek over het oude verzonken continent Mu te schrijven. Hij geloofde dat hij uiteindelijk deugdelijk bewijs had gevonden voor de teksten die hij tijdens zijn studie bij de rishi had gelezen. Churchward zegt: „Dat verhaal is het verhaal van Mu en haar grote beschaving die zich van twintigduizend tot tweehonderdduizend jaar geleden had verspreid over de hele wereld. Het is het verhaal, niet alleen over hoe die beschaving groeide, maar ook hoe het werd vernietigd en verviel tot de barbaarsheid, waaruit onze moderne kultuur zich heeft ontwikkeld.“ James Churchward kwam naar Amerika en New York met zijn dokumenten, foto’s, tekeningen en bewijzen, waar hij zich vestigde vanaf 1888. Kort daarna ontmoette hij Percy Tate Griffitn, die zijn beste vriend werd. Churchward woonde in New York tot zijn dood in 1936, met uitzondering van twee jaar toen hij bij zijn vriend William Niven in Mexico en Centraal-Amerika was. Nivens ontdekkingen van oude begraven steden in de vallei van Mexico waren opwindend voor Churchward en hij voegde zich bij Niven in Mexico Stad en reisde naar de Yucatan en andere gebieden in Centraal-Amerika om de grafures te vergelijken met de grafures die hij over de hele wereld had gevonden. Terug in New York was Griffith vaak ‘s avonds bij Churchward op bezoek, dikwijls vergezeld van Augustus en Alice LePlongeon. Augustus was een toegewijde Franse vrijmetselaar die veel van de vroege opgravingen in Chichen Itza in de Yucatan had gedaan. Zijn boek ‘Koningin Mo en de Egyptische Sfinx‘ werd gepubliceerd in Londen in 1900 en was populair onder archeologen en mystici in die tijd. Churchward, Griffith en de LePlongeons discussieerden in Churchwards of Griffiths studeerkamer vele uren over Atlantis, Mexico, Tiahuanaco en Churchwards verzonken continent Mu. Churchward was ook uitvinder. Toen hij naar Amerika vertrok bemoeide hij zich als civiel ingenieur met de aanleg spoorwegen en begon al spoedig allerlei spoorwegbenodigdheden te verkopen zoals: nagels, verbindingsplaten en opsluitbouten tot grotere onderdelen die gebruikt werden bij reparaties. Hij bereisde alle staten van de U.S.A. om deze materialen te verkopen en was daar een aantal jaren succesvol mee, tot hij om een of andere reden een konflikt kreeg met de spoorwegdirektie. Toen ontwikkelde hij een nieuw soort spoorwegnagel en een stalen plaat met vier vierkante gaten die bij de moderne spoorwegkonstruktie gebruikt kon worden in plaats van de houten verbindingsstukken. Een late versie daarvan wordt nog steeds gebruikt. Tussen 1906 en 1908 stichtte Churchward zijn eigen staalfabriek met als naam: de Churchward Steel Corporation. Dit bedrijf dreef voornamelijk op zijn uitvinding van een nikkel-staal legering die NCV-staal heette (nikkel/chroom/vanadium). Deze legering was harder dan gewoon staal en was in feite ‘roestvast staal‘ zoals we dat tegenwoordig kennen. Churchward ontving hoge royalties voor dit staal en zijn patent werd vaak door andere staalfabrieken geschonden. Churchward ontving eens $275.000 van Carnegie Steel Company, die zijn legering had nagemaakt. Kort na WO 1 begonnen Churchward en Griffith, die een geduldige advocaat was en toen Churchwards beste vriend, een rechtzaak tegen de Bethlehem Steel Company in Pennsylvania. Ze claimden dat Bethlehem Steel NCV-staal Percy Tate Griffith
maakte en geen royalties aan Churchward betaalden. De rechtzaak sleepte zich jaren voort. Op een gegeven moment claimde Griffith dat Bethlehem Steel een ‘ongeluk‘ had gepland waarbij Churchward gedood moest worden door een ketel met gesmolten staal, die ‘per ongeluk‘ boven hem omgekerd werd toen hij door de fabriek liep. Hij ontsnapte ternauwernood aan de aanslag en ging verder met het verliezen van de schikking van een miljoen dollar van Bethlehem Steel. Churchward was verbitterd over deze schikking maar wendde zijn aandacht weer naar zijn eerdere doel: het verzonken continent en de vele lessen die hij had geleerd van de rishi. Het was toen in het begin van de 20er jaren en Churchward begon zijn vrienden te vertellen van de Gouden Eeuw die duizenden jaren geleden had bestaan op het verzonken continent Mu. Dit bereikte zijn hoogtepunt met het zelf uitgeven in 1926 van The Lost Continent of Mu. Churchwards boek deed in die tijd een hoop stof opwaaien. Het kreeg veel aandacht van recensenten en werd onderwerp van veel discussie. Groepen als de Rozenkruisers (AMORC) en de Lemurische Broederschap omarmden het boek, waar ze het grotendeels mee eens waren en bespraken het uitgebreid. Churchward was een groot artiest en illustreerde zijn boeken met eigen plattegronden, schetsen en foto’s die hij had verzameld op zijn reizen. Hij had de megalithische ark in Tonga al in 1876 getekend, waarschijnlijk voordat hij er ooit over had nagedacht om er een boek over te schrijven. Hij sloot een kontrakt met de New Yorkse uitgever Ives Washburn voor de herpublikatie van zijn boek plus het publiceren van de vervolgboeken. The Children of Mu en The Sacred Symbols of Mu kwamen er vlot achteraan. Op de coveromslag van The Children of Mu, een boek grotendeels over de kolonisatie van Atlantis en de rest van de wereld, staat: ‘Toen Mu, het nu verloren gegane Pacifische continent, overbevolkt raakte, begon de kolonisatie... en Amerika was een van Mu’s eerste kolonies. Van Amerika naar Atlantis naar Europa en Afrika, de kolonisatie ging steeds verder, tot rampen Mu en Atlantis vernietigden‘. De omslag van The Sacred Symbols of Mu vertelt: ‘James Churchward gaat verder met zijn occulte en historische verkenningen van de fabelachtige verloren beschaving – Mu, het moederland van de mensheid. De nadruk leggend op de gezamenlijke afkomst van alle huidige godsdiensten, suggereerden Churchwards zeer onorthodoxe, verrassende theorieën over de Heilige Geïnspireerde Geschriften van Mu dat deze oude tekst de basis was van het Christelijk geloof zelf! Geen enkele student in de occulte, vergelijkende religie of anthropologie mag deze opwinding missen‘. Churchward was een aantal jaren een populair mediafiguur en in 1934 en ‘35 werden zijn laatste boeken gepubliceerd. Op de coveromslag van The Cosmic Forces of Mu – deel 1 stond: ‘De kosmische krachten werden 15.000 jaar geleden perfekt begrepen. Hun toepassing bracht deze verloren beschaving tot buitengewone pieken van technologie – prestaties die we pas nu beginnen te begrijpen en bereiken. Churchward heeft een verbazingwekkende wetenschap herschapen vanaf de oude keitabletten. Iedereen die gefascineerd is door voorhistorische tijden en het occulte zal worden geboeid door dit boek‘. De coveromslag van deel 2 zegt: ‘In dit vijfde boek in deze verbazingwekkende Mu-serie, daagt Churchward veel theorieën en kennis van de moderne wetenschap uit met prikkelende nieuwe interpretaties over het ontstaan van de aarde, gebaseerd op de oude wijsheid van de verdwenen beschaving van Mu. Dat er helemaal geen ijstijd is geweest – en hij vertelt wat er wel is gebeurd en waarom. Dat het middelpunt van de niet uit gesmolten lava bestaat maar uit gas. Dat de mens in zijn huidige vorm alle katastrofale veranderingen op aarde overleefde – hij geeft daar archeologisch bewijs van‘. Kolonel James Churchward stierf ongeveer een jaar na de publikatie van zijn laatste boek. Hij stierf tevreden met het feit dat de lessen van de rishi de leegte hadden opgevuld die in zijn leven was ontstaan nadat hij India had verlaten. De wereld had nu kennis genomen van de boodschap van de rishi. James Churchward was een fascinerende man, die van alle markten thuis was. Hij was militair en administrateur, een mysticus en student in oude talen, een artiest en kaartenmaker, evenals calligraaf. Hij was ook verkoper, uitvinder en auteur. Jarenlang was hij de zeldzame ‘professionele reiziger‘.
Ik bewonder hem zeer en hoewel ik het niet met al zijn theorieĂŤn en veronderstellingen eens ben, geloof ik toch dat hij veel te zeggen heeft waar de mensen kennis van zouden moeten nemen. Hij was zijn tijd ver vooruit op het gebied van geologie, transoceanisch kontakt en de ouderdom van de mensheid en de beschaving. Kortom, hij was een genie. Churchwards Ervaringen in India met de Rishi Een lezing die Churchward gaf voor de American Society for Psychical Research op 20 april 1931 geeft een kijkje op zijn ongebruikelijke leertijd bij de rishi, zijn leraar en mentor. Bij deze lezing vertelde hij over de vele uren met zijn geliefde rishi, waarvan Churchward geloofde dat hij een Meester en honderden jaren oud was. Churchward vertelde tijdens de lezing: Er bestaat een wereldwijd verspreide legende die al duizenden jaren wordt doorverteld over Het Gouden Tijdperk. Men zegt dat er een periode in de menselijke geschiedenis is geweest dat de meeste mensen intelligenter waren dan nu. Vanavond ga ik u een aantal vertalingen geven van de Boeken die tijdens dat Gouden Tijdperk zijn geschreven. Ze laten zien dat zij die toen leefden absoluut superieur waren op het gebied van wetenschap; en hoewel onze wetenschappers dat idee bespotten en alles als een mythe zien, blijven de waarheid en de feiten overeind. Zoals de phoenix boven vurige tongen wordt afgebeeld, zo zullen deze kosmische waarheden uitrijsen boven de spottende onwetenden van nu. Ik weet niet volgens welke richtlijnen uw society werkt, of hoe ver u bent gevorderd. Ik betwijfelof ik genoeg over het onderwerp weet om voor u van waarde te zijn. Alles wat ik kan doen is bepaalde gesprekken te herhalen die vele jaren geleden plaatsvonden tussen een zeer geleerde rishi priester en mijzelf. Deze priester was een grote Meester, de bekwaamste Meester die geleefd heeft sinds de tijd van Jesus. Meester: velen weten niet de echte betekenis van het woord Meester. In oude tijden was deze titel voorbehouden aan hen die de Kosmische Wetenschappen meester waren en hadden geleerd de Kosmische Krachten te beheersen, en hun materiĂŤle lichaam onder absolute kontrole van hun geest hadden.
Een relikwie van Mu. Men denkt dat dit de oudste vaas is ooit opgegraven, Het is gemaakt van brons, ingelegd met gouden symbolen en gehaald uit een van de verzonken steden van Mu. Het moet meer dan 12.500 jaar oud zijn.
Deze oude Meester en zijn twee neven, die beiden ouder dan hij waren, en hij was 50 jaar geleden al over de 70, waren de enige overlevenden van de Naacal Broederschap, die al meer dan 70.000 jaar bestaat. Deze broederschap is gevormd in het Moederland, toen religieuze experts vanuit Mu naar de verschillende kolonies werden uitgezonden. Deze drie waren de enigen in India die de taal van het Moederland, haar symbolen, alfabet en de schriftvormen begrepen. Zeven jaar lang studeerde ik elk moment dat ik kon vrijmaken, toegewijd onder deze oude rishi en leerde de taal van Mu, haar symbolen, alfabet en geschriften, met het doel iets over de vroege mensheid te ontdekken. Toen had ik niet het idee om mijn bevindingen ooit te publiceren. Ik deed deze studie puur om mijn nieuwsgierigheid te bevredigen. Ik was de enige die de oude rishi ooit instrukties gaf over dit onderwerp. Gedurende de vele lessen raakte hij vaak ook even aan het psychische aspect.
Over deze gesprekken en vertalingen uit de Boeken van de Gouden Periode, de Heilge Geïnspireerde Geschriften van Mu, wil ik vanavond spreken. Of ze overeenkomsten hebben met uw studies weet ik niet; maar als dat niet het geval is, zijn ze van dien aard dat ze u tenminste iets geven om over na te denken. Tijdens een bijeenkomst vertelde hij me dat er een aantal geschreven notities waren over Jesus in sommige kloosters in de Himalaya en hij gaf me introduktiebrieven voor de leiders van deze kloosters. Toen ik daar daadwerkelijk aankwam, ondervond ik geen enkel probleem om deze kostbare dokumenten te mogen bekijken. In een klooster vond ik zonder twijfel de originele dokumenten. Deze zijn geschreven in de taal Pali op Olasvel en op de Patik-manier gebonden. Pali is een dode taal die overeenkomt met Latijn. Olas is het blad van de Palmyrapalmboom, geprepareerd om op te schrijven. Patika is een aantal van deze vellen, met gaten erin, soms twee, soms drie. Ze worden met veters aan elkaar gebonden tussen kaften die de omslag vormen. In andere kloosters vond ik ook geschriften, maar dat waren duidelijk kopieën van de eerder genoemde. In de grote Hemisklooster in Ley in Kashmir liggen kopieën, geschreven in een mengeling van Pali en Tibetaans. Ik noem dit instituut, omdat iedereen die hen vriendelijk benadert alles mag zien in dit klooster. Ik zag er geen enkel origineel dokument; ze moeten er wel zijn verklaarden ze; ze hebben me alles laten zien wat ze hadden. Ik heb gemerkt dat deze oude monniken van de Himalaya weinig respekt hebben voor de waarheid. Er is een leemte van vele jaren in de verslagen over Jesus. In kloosters en lama-ordes in de Himalaya en Tibet bestaan verslagen (zonder twijfel kopieën) die vertellen hoe Jesus deze mysterieuze jaren doorbracht. Er bestaan ook vele oosterse legendes over hem. Een geschreven verslag stelt dat: ‘Toen Jesus jong was, verliet hij zijn geboorteland en ging eerst naar Egypte. Daar bestudeerde hij twee jaar lang de oude Egyptische Osirische religie. Vanuit Egypte ging hij naar India en in Benares en andere religieuze centra bestudeerde hij de leer van Guatama (Buddha). Toen nam hij zijn intrek in een Himalayaklooster en bestudeerde de Heilige Geïnspireerde Geschriften van Mu en haar Kosmische Krachten en Wetenschappen twaalf jaar lang. Na twaalf jaar werd hij een Meester: de meest bekwame meester die ooit op aarde heeft geleefd‘. Zijn naam wordt vandaag de dag meer genoemd in dit klooster dan bij enige groepering van de christelijke priesterschap, eenvoudigweg omdat deze monikken hem beter kennen. Als aanvulling op het voorgaande verslag bezaten ze er nog een, ook geschreven in Pali op Olas en gebonden in Patika. Het is een veelbetekenende legende. De overste van het klooster vertelde me dat het jarenlang alleen als gesproken legende bestond; om te voorkomen dat het zou worden vergeten of veranderd, schreven de meesters die het hadden meegemaakt en nog leefden alle gegevens nauwkeurig op om het te bewaren. De legende gaat als volgt: ‘Toen Jesus op het punt stond het klooster te verlaten om naar zijn eigen land terg te keren, ontstond er een twistpunt tussen hem en de meesters over het onderwerp reïncarnatie. Jesus hield vol dat de Heilige Geïnspireerde Geschriften van het Moederland stelden dat het niet het materiële lichaam van de mens was dat reïncarneerde uit de oorspronkeijke atomen die zijn lichaam hadden gevormd, maar dat alleen de ziel of de geest reïncarneerde. De meesters hieden vol dat zowel de ziel als de oorspronkelijke atomen die het vorige lichaam hadden gevormd reïncarneerden, dus opnieuw werden geboren en niet een verse kombinatie van elementaire atomen.‘ Dankzij de hoffelijkheid van de overste van het klooster en als een speciale gunst en grote eer, werd me toegestaan de tabletten waarover de controverse was ontstaan te bekijken en lezen. Ik ontcijferde en vertaalde er drie, dat was voldoende. De eerste (A) zegt: ‘Het materiële lichaam keert terug naar moeder aarde waar het vandaan kwam. De elementen worden dan gebruikt door de natuur voor andere lichamen‘. De meesters legden er de nadruk op dat ‘andere lichamen‘ betekenden de achtereenvolgende lichamen van die mens. Dus het vraagstuk hing op de betekenis van ‘andere lichamen‘. Betekende het de achtereenvolgende lichamen van de gereïncarneerde mens of andere lichamen die de natuur maakt?
Om dit probleem op te lossen nam ik de volgende tabletten (B & C), ontcijferde en vertaalde ze; ze lezen als volgt: ‘Het is de mens – de Geest – die opnieuw tot leven komt. De onvergankelijke mens is een – Goddelijke Vonk – waaromheen een huis, of een omhullend lichaam wordt gebouwd samengesteld uit elementen tezamen gebracht en verenigd in de Ziis van de levenskracht. Na de gebruikelijke periode, of cyclus, slijt deze samenstelling van elementen en keert terug naar moeder aarde. En zo gaat dat maar door – de goddelijke vonk bewoont het ene huis na het andere tot zijn tijd is gekomen. Dan moet het terugkeren naar waar het vandaan kwam, de Goddelijke Bron‘. Deze vertalingen komen uit de Heilige Geïnspireerde Geschriften van Mu, de Boeken van de Gouden Eeuw en in het gedeelte over reïncarnatie dat door de Naacals vanuit Mu werden meegebracht. Ze zijn erg moeilijk te vertalen omdat het onmogelijk is in een moderne taal alle nuances en details weer te geven. Ik heb geprobeerd de algemene betekenis zo juist mogelijk weer te geven, maar de fijnere nuances gaan ook mijn begrip te boven. Churchward ging verder met Osiris en Mozes voor de farao: Toen ik de oude geshriften bestudeerde, merkte ik dat de leringen van Osiris en Jesus wonderlijk veel op elkaar lijken. Veel passages zijn hetzelfde, woord voor woord. Dat is ook niet zo verwonderlijk: ze preken en leren de eerste en geïnspireerde godsdienst van de mens, die ze beiden in dezelfde school leerden: De Heilige Geïnspireerde Geschriften van Mu. Zowel Jesus als Osiris waren zonder twijfel geïnspireerde instrumenten van de Grote Naamloze en naar de aarde gestuurd om de kinderen van deze wereld de wegen te laten zien die leiden naar geluk. Velen weten niet dat Osiris een van de oude Egyptische goden was. Zelfs egyptologen liggen met elkaar overhoop over wie hij was. Sommigen zeggen dat hij een mythe was, anderen dat hij slechts een symbool was en weer anderen dat hij een koning was. In een klooster in Tibet vond ik een aantal tabletten die verwezen naar Atlantis en daaronder was er een met een geschiedenis over Osiris. Het vertelt: ‘Osiris werd geboren in Atlantis, 22.000 jaar geleden. Als jongeman ging hij naar het Moederland om voor het priesterschap te studeren. Toen hij een meester werd, keerde hij terug naar Atlantis. Daar wijdde hij zich aan het elimineren van de buitensporigheden, bijgeloof, wanbegrip en verzinsels die in de Atlantische Religie waren geslopen. Hij vestigde de oorspronkelijke religie van liefde en eenvoud weer. Hij werd de hogepriester van Atlantis, een positie die hij de rest van zijn lange leven hield. Toen hij overleed, werd de godsdienst naar hem vernoemd: de Osirische Religie‘. Deze godsdienst werd door Thoth naar Egypte overgebracht en werd de Egyptische godsdienst. Heel vroeg op een prachtige heldere tropische ochtend wandelde ik naar de tempel om weer een paar woorden van wijsheid van de rishi te vernemen. We zaten al een tijdje in stilte op onze favoriete bank in de tempeltuin toen hij zich naar me omkeerde en zei: “Mijn zoon, het is vreemd hoe weinig jouw volk begrijpt van hun eigen Bijbel. Neem bijvoorbeeld de legende die vertelt hoe de slang van Mozes de slangen van de priesters voor de voeten van de farao verslond. Men beschouwt dit als een wonder, terwijl Mozes en de priesters slechts een van de oude wetenschappen beoefenden. Je begrijpt het beter als ik het massahypnose noem“. “Mozes had de kracht om zijn innerlijke trillingsgetal hoger te maken dan die van de priesters en kon zo hun geest Mozes en Aaron voor de farao met de slang beheersen. De priesters konden hun
trillingsgetal verhogen tot het punt waarop ze de toeschouwers onder kontrole hadden en dan gooiden ze hun staf op de grond en concentreerden zich op de visie dat ze in slangen veranderden. Als gevolg daarvan zagen de mensen ze als slangen. Maar Mozes verhoogde zijn trillingsgetal nog meer en kreeg zo kontrole over zowel de priesters als de mensen en kon zo zijn eigen staf op de grond werpen en allen doen denken dat het in een slang veranderde en de andere slangen opvrat. Maar mijn zoon, jij gelooft het nooit zonder een praktische demonstratie, dus hier komt hij. Geef me je hand zodat je vibraties op de mijne zijn afgestemd. Dat zal voorkomen dat je onder invloed raakt van wat ik uit ga zenden“. Ongeveer 50 meter verderop veegden twee bedienden het tempelterrein. Er lagen een aantal dode takken die `s nachts van een boom waren afgebroken. De rishi zei lachend: “Kijk hoe snel ze die laten vallen zodra ze de takken oppakken“. De bedienden kwamen bij de takken en wilden ze oppakken; ze gooiden ze snel weer neer en schreeuwden: “Slangen! Slangen! Giftige slangen!“ Daarna renden ze weg en kwamen terug met twee lange bamboestokken en begonnen uit alle macht op te takken in te slaan. Na een tijdje verlaagde de rishi zijn trillingsgetal. De bedienden stopten hun aktie en keken stomverbaasd rond. De rishi riep ze en vroeg: “Wat hebben jullie gedronken?“ “Arak“, zeiden ze. “Maar we dronken er maar twee, meester!“ De rshi schudde zijn hoofd afkeurend; met diepe buigingen gingen ze weer aan het werk en verklaarden luid dat ze nooit meer dan één arak per keer zouden nemen. Dus, speciaal voor mij werd de scene van Mozes, de priesters en de slangen nagespeeld. De rishi vertelde me dat in oude tijden India verdeeld was in kleine koninkrijken die voortdurend in oorlog met elkaar waren en dat toen massahypnose werd gebruikt om hun tempels en scholen te beschermen. Als een stad door de vijand werd overvallen en in brand zou worden gestoken door de soldaten, verzamelden de priesters zich op de tempeltreden als de plunderaars naderden. Dan spraken ze een vloek over hen uit en zonden demonen om hen angst aan te jagen. De legende zegt dat deze demonen vaak de vorm aannamen van gigantische slangen. Eén slang in het bijzonder was erg effektief; met zijn immense lengte en omvang, kroop het sissend en vuurspuwend op de soldaten af. Bij het zien daarvan stopten zelfs de dapperste soldaten met plunderen en vluchtten. De rishi zei glimlachend: “Het zou me niet verbazen dat het zoiets was waardoor de soldaten van Alexander de Grote terugvluchtten van India naar hun eigen land“. Nog een grafische illustratie van het slangenwonder werd voor me op zekere ochtend opgevoerd toen een lange slungelachtige Europeaan de tempelgrond opliep en vroeg om de hogepriester te mogen spreken. Hij kondigde zichzelf aan als professor X van de ... Universiteit in Engeland. Hij zei dat hij een boek schreef over de geschiedenis van India en alle beschikbare informatie wilde. Hem was verteld dat de hogepriester van deze tempel meer wist over het oude India dan ieder ander. Hij gaf de rishi een introduktiebrief die de rishi aannam, maar niet opende. De rishi vertelde hem dat hij met plezier alles wilde vertellen wat in de tempelgeschriften stond. De rishi vroeg of er een tafel en een stoel konden worden gebracht voor het gemak van de professor. De scene die volgde staat in mijn geheugen gegrift. De professor legde zijn hoed, stok en paraplu op tafel; een bediende legde een groot blok papier en vele geslepen potloden naast hen. De professor ging zitten en zei: “Steek maar van wal, oude man, ik ben er klaar voor om alles te horen wat je weet“. De rishi antwoordde rustig: “Ik denk dat het beter is de vragen te stellen die je beantwoord wilt hebben“. Professor: “Vertel me dan eens daar-en-daar over“. Rishi: “Onze tempelgeschriften zeggen er dat-en-dat over“. Professor: “Dat is allemaal fout; in professors Y’s History of India staat dat-en-dat“. Rishi: “Professor Y kan best gelijk hebben en onze tempelgeschriften ongelijk. Ik weet alleen wat er in die geschriften staat“. Professor: “Het volgende dat ik graag wil weten is dat-en-dat“. De rishi antwoordde als ervoor, citeerde de tempelgeschriften en weer zei de professor dat hij fout zat. Hij citeerde een andere ‘autoriteit‘ op dat gebied. Dit ging zo een tiental malen door en allemaal eindigden ze met hetzelfde resultaat. Tenslotte smeet de professor zijn papieren op elkaar en zei: “Ik ben die hele afstand hier naartoe gekomen om
informatie te verzamelen en het was zonde van de tijd. Waarom, oude man, je weet absoluut niets. In elke bibliotheek kan ik in een uur tien keer meer te weten komen“. Op dat moment zag ik de wenkbrouwen van de rishi een beetje omhoog gaan en hij pakte mijn hand. Toen wist ik dat er iets zou gaan gebeuren. De professor zette zijn hoed op, opende zijn parasol en pakte zijn wandelstok, die hij meteen met een afschuwelijke gil wegsmeet, roepend: “Goeie god, het is een slang!“ Een van de bedienden pakte de stok op en bracht die terug naar de professor, die in afschuw terugweek. De rishi zei vriendelijk: “Professor, u heeft een zonnesteek“. Toen legde hij een hand op het voorhoofd van de professor, die gromde en in een stoel neerviel. De rishi vroeg om een kokosnoot met water die hij de professor gaf en zei: “Dit zal u weer op weg helpen“. Toen de professor het water had opgedronken werd hij weer normaal; hij gaf de rishi een hand en zei: “Hoewel u niets weet over geschiedenis, kunt u wel heel goed zonnesteken genezen“. Daarna vertrok hij. De rishi keek hoe hij het tempelterrein verliet en zei toe met een zucht: “Mijn zoon, over niet al te lange tijd hebben we er weer een wonderlijke geschiedenis over India bij. Laten we in de tuinen gaan wandelen, dit is allemaal te kinderachtig“. Ik hield het nieuwe boek over de wonderlijke geschiedenis van India goed in de gaten. Het verscheen na ongeveer een jaar vergezeld van luid wetenschappelijk trompetgeschal. Ik geloof dat er geen pagina in het boek zat dat klopte; het meeste bestond uit overduidelijke ongerijmdheden. Maar in dit boek gaf de professor de rishi wel de eer een wonderbaarlijke dokter te zijn en suggereerde dat de medische faculteit veel kon leren van de hogepriester van India! Churchward besloot zijn lezing door te zeggen: Rustig en op onverwachte tijdstippen gaf hij me praktische uitleg van de oude wetenschappen. Op een avond, toen ik me erop voorbereidde India te verlaten, zei hij tegen me: “Zou je vanacht een lange reis met me willen maken?“ Dat wilde ik graag en op de afgesproken tijd (8.00 p.m.) was ik in de tempel. Een van de bedienden ontving me en bracht me direkt naar zijn heiligdom. De kamer was schemerig; wierookbranders verspreidden hun scherpe rook door de kamer. Toen ik binnenkwam stond hij op van de divan en pakte mijn hand. Hij zond de bediende weg met de boodschap dat we niet gestoord mochten worden tot het ochtendgebed. Toen de deur dichtging, nam hij me mee naar de divan waar hij had gezeten en zei: “Mijn zoon, we gaan terug om naar onszelf te kijken tijdens onze laatste incarnatie“. Dit was het eerste teken dat ik van hem kreeg dat we al eerder samen op aarde waren.
Impressie van Mu/Atlantis
Hij hield mijn hand vast terwijl we daar zaten. Hij zei mij me te concentreren op hem en zijn vibraties op te vangen. Geleidelijk scheen mijn bewustzijn te vervagen en plotseling vlogen hij en ik over een groot plat land met vele grote steden. We koersten naar de hoofdstad. Daar landden we en wandelden door de drukke straten. Dagen, weken, maanden en jaren schenen voorbij te gaan. Het leek dat ik mezelf al die tijd zag tijdens een of andere zoektocht. Mijn hele leven kwam als een panorama voorbij. Bij veel gelegenheden verscheen de rishi, die een hoge ambtenaar was, als mijn vader. Tenslotte kwam ik uit mijn trance of wat het ook geweest mag zijn en ik werd weer mezelf. Ik geef geen kommentaar op deze reis. U moet zelf beslissen of mijn innerlijke zelf toen gescheiden was van mijn materiĂŤle lichaam en terug ging naar mijn laatste incarnatie of dat het een hypnotische trance was.
Deze publieke lezing was er een van de vele die Churchward gaf van 1926 tot 1936. Velen bezochten zijn lezingen en waren onder de indruk. Zij invloed zien we terug in veel later ontstane occultistengroepen. Churchwards vroege jaren met de rishi werden zijn meest gekoesterde aan het eind van zijn leven – idyllische dagen in de tempeltuin toen hij de mysteries van de planeet aarde, het menselijk leven en het heelal leerde kennen. James Churchward en zijn leraar inspireren ons nog steeds, een eeuw nadat deze belangrijke lessen werden gegeven. David Hatcher Childress
Bronzen beeldje van Mu dat de mens-ziel ontvangt van de Schepper. De havik met het mensenhoofd op de linkerschouder symboliseert de ziel.