12 minute read

Drugstesten in het verkeer

Nederlandse chauffeur zelden stoned?

Door: Nicole Maalsté

Ruim een jaar geleden schreef ik dat er een Europese cannabislimiet voor automobilisten zou komen. Een groot onderzoek in verschillende Europese landen zou uitsluitsel moeten geven over de hoogte van die norm. Het onderzoek is inmiddels afgerond. Maar de betrokken landen zijn het niet eens geworden over een Europese limiet. Voorlopig bepaalt elk land daarom nog zijn eigen maximumwaarden.

In Nederland zal de nieuwe wet waarschijnlijk vanaf 1 januari 2013 in werking treden. Deze wetswijziging kan niet alleen gevolgen hebben voor blowers, maar ook voor mensen die bloot worden gesteld aan wiet- en hasjluchten. Uit recent onderzoek blijkt namelijk dat passieve rokers positief kunnen uitslaan op speekseltesten. Dit roept de vraag op hoe betrouwbaar die testen eigenlijk zijn.

Professor Donald Uges, klinisch en forensisch toxicoloog aan de Rijksuniversiteit Groningen en beëdigd getuige-deskundige, is een van de belangrijkste Nederlandse experts op dit gebied. Hij adviseert de overheid bij het vaststellen van de THC-norm en hoe dit in de praktijk moet worden getest. Hij legt uit dat in Nederland voorlopig niet met speekseltesten zal worden gewerkt. Speekseltesten zullen hoogstens als voortest worden gebruikt, maar de de nitieve vaststelling zal gebeuren met behulp van een bloedtest die op het politiebureau zal worden afgenomen. Volgens

Uges wordt iemand alleen getest wanneer sprake is van afwijkend (rij-)gedrag. In veel andere landen worden speekseltesten wel in het verkeer gebruikt. In Nederland zijn die testen niet aanvaard. Maar Uges sluit niet uit dat deze er in de toekomst wel zullen komen, omdat dat minder omslachtig en veel goedkoper is.

Positieve test niet automatisch stoned

Sjoerd Houwing, een onderzoeker van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) die betrokken is

geweest bij het Europese DRUID-onderzoek (zie kader), legt uit dat het lastig is om zonder behoorlijke training op basis van uiterlijke kenmerken vast te stellen of iemand drugs heeft gebruikt. Hij was zelf aanwezig bij de afname van speekseltesten bij automobilisten voor het DRUID-onderzoek en vond het moeilijk om druggebruikers eruit te pikken. Het gebruik leidt niet per de nitie tot een grote verslechtering van het rijgedrag. Dat hangt ook heel erg af van de soort drug. Bij alcohol is dat veel makkelijker omdat iemand waterige ogen heeft en vaak afwijkend (rij)gedrag vertoont. Amfetamine- en cocaïnegebruikers zijn wat onrustig en springerig. Iemand die cannabis gebruikt vertoont over het algemeen weinig uiterlijke kenmerken; zeker als het een ervaren blower is.

De bevindingen van het DRUID-onderzoek zeggen volgens hem vooral iets over de aanwezigheid van bepaalde stoffen in het speeksel of het bloed van een chauffeur. De eventuele aanwezigheid van die stoffen betekent niet per de nitie dat iemand zo onder invloed is, dat het zijn rijgedrag beinvloedt. De schreeuwerige krantenkop van de Telegraaf (op 27 september 2011) dat Nederlanders massaal stoned rondrijden, is dus schromelijk overdreven. Die bewering is later ook doorgeprikt in de rubriek Pinokkio in De Pers. Daar werd geconcludeerd dat je hooguit kan stellen dat er duizenden mensen met THC sporen in hun bloed rondrijden, en dat is toch iets anders dan stoned of apestoned achter het stuur zitten.

De waarden die je in speeksel vindt zijn hoger dan de waarden in bloed, omdat de concentratie drugs in speeksel hoger is.

Speeksel of bloed

Als je resten van drugs in speeksel vindt, hoeft dat niet te betekenen dat de stof ook in de rest van je lichaam zit. Als de stof in je bloed zit, dan komt hij ook in je hersenen en is de kans groot dat de drugs de hersenen beïnvloeden. Als je een joint hebt gerookt kunnen er restjes van die joint in de poriën van je tong of speekselklieren achterblijven. Wie gisteravond een jointje rookte, kan daardoor vanochtend nog positief uit de test komen, terwijl de rijvaardigheid mogelijk niet

in het geding is. De waarden die je in speeksel vindt zijn hoger dan de waarden in bloed, omdat de concentratie drugs in speeksel hoger is. Daarom wordt er bij speekseltesten meestal een hogere onderwaarde genomen om vast te stellen of iemand inderdaad een bepaalde drug heeft gebruikt. Houwing legt uit dat het lastiger is om met speekseltesten vast te stellen is of iemand op een bepaald moment daadwerkelijk onder invloed is van cannabis, dan bij een bloedafname. Daarom kiest de Nederlandse overheid vooralsnog voor bloedafname.

Nieuwe Nederlandse cannabislimiet

Volgens Houwing is de voorgestelde wettelijke limiet van een THC-concentratie boven de 3 ng/ml gebaseerd op experimenteel onderzoek. Een onderzoekscommissie heeft vastgesteld dat vanaf deze grens verminderde rijprestaties optreden. In sommige Europese landen, zoals Frankrijk, wordt een zero-tolerance beleid gevoerd. De Fransen vinden blowen zo verderfelijk dat zij de limiet op 1 ng/mL THC voor bloed hebben vastgesteld. Die limiet geldt ook voor Finland en Duitsland. Andere landen willen alleen de échte consumenten, die kort voordat ze in de auto stapten een joint hebben gerookt, eruit pikken. Net als in Portugal zal de onderwaarde in bloed in Nederland waarschijnlijk op 3 ng/ml THC komen te liggen. Althans, dat is het advies dat professor Uges de overheid samen met een aantal andere deskundigen heeft gegeven. Omdat de bepalingsfout groot is, zal verder net als bij alcohol ook een correctiefactor worden gehanteerd. Bij alcohol houdt het OM bijvoorbeeld rekening met een correctiefout van 6 procent. Als ze 1 promille hebben gevonden, dan is dat dus eigenlijk 1,06 g/L.

Veilige marge

De voorgestelde wettelijke limiet ligt een stuk hoger dan de grenswaarde die in het DRUID-onderzoek is gebruikt. In dat onderzoek is gewerkt met een grenswaarde van 1 ng/mL THC voor bloedmonsters. Volgens professor Uges is de kans op een foute uitslag bij zo’n lage waarde groot. Hij legt uit dat de bepalingen van die testjes uitermate gevoelig zijn. Hij voert soms speeksel-sneltesten uit bij studenten en dan vind je al snel allerlei waarden, terwijl iemand geen drugs heeft gebruikt. Op het laboratorium liggen bijvoorbeeld regelmatig partijen cocaïne die getest moeten worden. Als je daarmee in aanraking komt, dan kun je zelf ook positief uitslaan op zo’n test. Een van zijn analisten heeft een keer een aantal haren van Uges getest en ook hij kon daarin sporen cocaïne aantonen. Daarom vindt hij dat er een veilige marge gekozen moet worden.

Passief blowen

geweest bij iemand die een joint rookte of je in een ruimte was waar veel werd geblowd. Er is nog weinig onderzoek gedaan naar de invloed van passief roken op speekseltesten- en bloedtesten, en er is nog minder bekend over het effect van passief roken op je rijgedrag. Houwing vertelt dat zij in het kader van het DRUID onderzoek ook testen hebben uitgevoerd in een coffeeshop in Doetinchem. Er zijn toen speekseltesten afgenomen bij de eigenaar en medewerkers van de shop die zelf niet hadden geblowd. Deze testen waren allemaal negatief: er werden geen THC sporen aangetroffen in het speeksel.

Een onderzoek dat onder de auspiciën van professor Uges is uitgevoerd [zie kader] kwam echter tot de conclusie dat passief roken van cannabis wel degelijk tot positieve waarden in speekseltesten kan leiden. De bevindingen van dat onderzoek zijn gepubliceerd in het oktobernummer van het Amerikaanse tijdschrift Forensic Science International. Vrijwilligers die zelf nooit cannabis hebben gebruikt, blijken na blootstelling aan wiet- en hasjluchten in twee Groningse coffeeshops positieve waarden te hebben voor THC (en - voor kenners - CBN). De helft van de vrijwilligers scoorde meer dan 4 ng/ml THC. En bij 70% van de vrijwilligers is meer dan 2 ng/ml THC gevonden. Let wel, het gaat hierbij om speekseltesten. In Nederland zal de grens bij speekseltesten in de praktijk waarschijnlijk hoger worden gezet, zodat ze meer in lijn komen met de 3 ng/ml in bloed. Maar in sommige andere landen ligt die grens voor speekseltesten bij 1 ng/ml.

Onderzoek passief roken

Studenten van professor Uges deden in twee Groningse coffeeshops onderzoek naar passief roken. De onderzoeksgroep bestond uit tien vrijwilligers die zelf nooit cannabis hadden gebruikt, 5 mannen en 5 vrouwen, met een gemiddelde leeftijd van 24 jaar. Zij verbleven drie uur lang in een van de twee coffeeshops. Op verschillende tijdstippen werden speekseltesten afgenomen bij de vrijwilligers: voordat zij de coffeeshop betraden, na 20 min, 40 min, 60 min, 120 min, 180 min en 12 tot 22 uur vanaf de blootstelling. De afname van speekseltests vond buiten de coffeeshop plaats om te voorkomen dat de speekseltesten positief zouden uitslaan door het ‘neerslaan’ van de lucht.

Bron: Moore et al. (2011). Cannabinoids in oral fluid following passive exposure to marijuana smoke. In: Forensic Science International, 2012 , p. 227–230.

Aanwezigheid THC-COOH

De onderzoekers hebben ook gekeken naar de aanwezigheid van CBD en naar het afbraakproduct THC-COOH. Nederwiet bevat verhoudingsgewijs weinig CBD. Het is daarom geen verrassing dat in geen enkele test

CBD werd teruggevonden. THC-COOH werd ook niet gevonden. Volgens de Amerikaanse onderzoekers vind je dat afbraakproduct alleen bij actieve cannabisconsumenten. In het artikel pleiten zij er daarom voor dat niet alleen de THC-waarde, maar ook de THC-COOH moet worden vastgesteld. Op die manier zou voorkomen kunnen worden dat passieve meerokers onterecht worden beschuldigd van rijden onder invloed. Professor Uges en de SWOV-onderzoeker menen echter dat er geen THC-COOH werd gevonden omdat dit niet aan te tonen is met de huidige speekseltesten. Dat kan alleen worden aangetoond in bloedmonsters. Als de aanwezigheid van THC-COOH inderdaad een graadmeter is voor actief cannabisgebruik, dan zou je dat voor de zekerheid kunnen meenemen in het testen van het bloed om te voorkomen dat mensen onterecht worden beschuldigd. Volgens professor Uges is het meten van THC-COOH in het

bloed echter erg duur. Het is dus mogelijk dat een passieve mee-blower (de Bob?) onterecht positief uit de test komt.

Wie gisteravond een jointje rookte, kan daardoor vanochtend nog positief uit de test komen, terwijl de rijvaardigheid mogelijk niet in het geding is

Beperkingen Europese vergelijking

Uit het DRUID-onderzoek blijkt dat 1,67 procent van de Nederlandse automobilisten cannabis had gebruikt, terwijl het Europese gemiddelde op 1,32 procent ligt. Nederland staat daarmee op de tweede plaats. Op de eerste plaats staat Spanje. Daar werd vier keer zo vaak THC aangetroffen als in Nederland. Portugal staat op de derde plaats met 1,38 procent. In dat onderzoek is een grenswaarde van 1 ng/ml gehanteerd. Als je de grenswaarde voor THC van het wetsvoorstel (gecorrigeerd 3ng/ml) zou hanteren dan zou je dus op een lager percentage uitkomen. Het valt dus wel mee met het aantal Nederlanders dat stoned achter het stuur zit.

Onderrapportage

Een mogelijk probleem bij de Europese vergelijking is dat de non-respons in sommige landen zeer hoog is. Dit is het aantal mensen dat weigerde om mee te werken aan die tests. In twee landen liep de non-respons op tot 50 procent. Dat kan volgens Houwing leiden tot een onderrapportage van illegale drugs. Het kan goed zijn dat de automobilisten in die landen bang waren voor represailles. In Nederland was de medewerking aan het onderzoek groot. Dat kwam mede omdat de onderzoekers de automobilisten zelf benaderden of zij mee wilden werken aan het onderzoek. In de meeste landen deed de politie dat. In Italië was deelname aan de tests zelfs verplicht. Daar deed dus iedereen mee aan het onderzoek.

Alcohol

Het persbericht van de SWOV was overigens genuanceerder dan het Telegraafbericht. Zelf stelde het SWOV dat het onderzoek laat zien dat rijden onder invloed van alcohol nog steeds een veel groter probleem is dan rijden onder invloed van drugs. Bij 20 procent van de verkeersdoden in Nederland is alcohol in het spel: in 17 procent van de gevallen gaat het dan alleen om alcohol en in 3 procent van de gevallen om gecombineerd

Land Lichaamsstof Benadering Verplicht Non-respons

België Speeksel/bloed Politie eerst Nee 52% Tsjechië Speeksel Politie eerst Nee 23% Denemarken Speeksel Politie eerst Nee 5% Spanje Speeksel Politie eerst Nee 2% Finland Speeksel Politie eerst Nee 48% Hongarije Speeksel Politie eerst Nee 10% Italië Speeksel/bloed Politie eerst Ja 0% Litouwen Bloed Onderzoeker eerst Nee 24% Nederland Speeksel/bloed Onderzoeker eerst Nee 5% Noorwegen Speeksel Politie eerst Nee 6% Polen Speeksel Onderzoeker eerst Nee 1% Portugal Speeksel Onderzoeker eerst Nee 3% Zweden Speeksel Politie eerst Nee 38%

gebruik van alcohol en drugs. Het aandeel Nederlandse automobilisten dat met te veel drank op rijdt ligt lager dan het Europese gemiddelde. Ook wordt er in ons land gemiddeld minder vaak met medicijnen gereden dan in de overige EU-landen. Het rijden na cannabis- en amfetaminegebruik ligt in ons land wél hoger dan het EU-gemiddelde.

Amfetaminegebruik in het verkeer blijkt het risico op een ernstig ongeval 5 tot 30 keer te verhogen. Het gebruik van alleen cannabis geeft een risicoverhoging die vergelijkbaar is met een bloedalcoholpromillage van 0,1 tot 0,5. Hoewel het enkelvoudig gebruik van cannabis niet tot ernstige risicoverhoging lijkt te leiden, wijst de SWOV wél op de zeer hoge risico’s van cannabis in combinatie met alcohol en in combinatie met andere drugs.

Medicijnen

Of het gebruik van cannabis daadwerkelijk de kans op een ongeval vergroot, valt niet af te leiden uit dit DRUID-onderzoek. Toch staat de SWOV positief ten opzichte van het stellen van een cannabislimiet. Houwing geeft trouwens toe dat het vaststellen van een drugslimiet veel gemakkelijker is dan een limiet voor het rijden met medicijnen. Dat heeft met het huidige politieke klimaat te maken, maar ook omdat het moeilijk is vast te stellen of mensen beter zouden rijden zonder medicijnen (bijvoorbeeld anti-epileptica). De plannen om medicijngebruik in het verkeer tegen te gaan zijn vooral van preventieve aard. Er is een nieuwe classi catie gemaakt van medicijnen die de rijvaardigheid ernstig beïnvloeden. Je zou bijvoorbeeld een pop-up op het scherm van een arts kunnen laten verschijnen wanneer hij of zij zo’n medicijn voorschrijft. Deze kan dan bij de patiënt informeren of deze een auto bestuurt of machines bedient. In dat geval kan er een alternatief medicijn worden voorgeschreven dat de rijvaardigheid niet beïnvloedt.

DRUID-onderzoek

DRUID staat voor Dri¬ving Under the Influence of Drugs, Al¬cohol and Medicines. Het DRUID-onderzoek is een grootschalig Europees onderzoek. Het doel van dit onderzoek is om de werkelijke impact van alcohol, drugs en medicijnen te be¬palen voor de veiligheid op de weg. In dertien landen, waaronder Nederland, zijn testen afgenomen bij automobilisten om de aanwezigheid van alcohol, medicijnen of drugs in het speeksel- en/of bloed te meten. In totaal zijn er 48.542 monsters afgenomen. De Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) voerde het Nederlandse deel van het onderzoek uit onder 4822 automobilisten.

This article is from: