Schooldomein 1 - oktober 2017

Page 1

www.bolidt.nl

DURF

twitter.com/schooldomein facebook.com/schooldomein

jaargang 30, oktober 2017

Altijd de laatste updates van Schooldomein?

Magazine voor de perfecte leer-, werk- en leefomgeving

SPORTDOMEIN | ZORGDOMEIN | WIJKDOMEIN

We doen er alles aan om de prestaties van leerlingen te bevorderen. Uit onderzoek is gebleken dat de schoolresultaten aanzienlijk beter worden door de leefomgeving op de school. Met vloeren van Bolidt bijvoorbeeld. Minder contactgeluid, meer demping, onbegrensde mogelijkheden qua kleur en vorm. En dan hebben we het nog niet eens over onderhoud en duurzaamheid.

SCHOOLDOMEIN

Prestatiebevorderende middelen op scholen?

1

no.

FILOSOOF HENK OOSTERLING OVER relaties, onderwijs en de dingen die ertoe doen KLEUR Als teken van de tijd CHECK JE ENERGIEFACTUREN dat scheelt 10% op de energielasten! DUURZAME VERHUUR VAN SCHOOLLOKALEN aan kinderopvang


ICSadviseurs

Vestiging Amsterdam Zekeringstraat 46 Postbus 59112 1040 KC Amsterdam Vestiging Eindhoven Klokgebouw 263 6e verdieping 5617 AC Eindhoven Vestiging Zwolle Burg. Drijbersingel 25R Postbus 652 8000 AR Zwolle

‘AAN HET WERK KENT MEN DE MEESTER’

Kijkend naar de ruimte, creëren wij de ideale vloer. Met oogstrelend design en de juiste eigenschappen. Ontworpen en gemaakt in ons mooie Nederland. forbo-flooring.nl

creating better environments


VAN DE REDACTIE

DURF TE VERANDEREN! Het begin van de 30e jaargang van Schooldomein; een uniek moment in de geschiedenis van Schooldomein. Daarom hebben we ook voor onderscheidende thema’s gezorgd. Dit nummer kent als thema DURF. Durf te veranderen. Dit nummer staat vol met waardevolle bijdragen. Ik was recent bij de opening van het Frits Philips Lyceum-Mavo waar algemeen directeur van PSV Toon Gerbrands een prachtig verhaal hield. De essentie is dat het begeleiden van leerlingen en topsporters niet veel van elkaar verschilt. Het gaat niet om eenmalig selecteren, maar om het begeleiden in een omgeving die voldoende prikkels biedt. Een “talentmagneet” word je door de motieven en ambities van leerlingen of spelers te begrijpen. Want deze zogenaamde Y-generatie wil uniek zijn, besluit vaak op het gevoel zonder dat er altijd een antwoord is en wil leven en vooral ook laten leven. Toon gaf aan dat uit onderzoek van de RUG blijkt dat er per jaar 2 miljoen medische artikelen worden geproduceerd. Er is een enorme informatie overload. De oplossing van de bedrijfskundige Weggeman is dat we diep en breed leren moeten combineren; kies een specifiek onderwerp waarin je je echt wilt verdiepen en blijf daarnaast voldoende op de hoogte van andere disciplines. Bijblijven op alle gebieden is kansloos. Wij leiden studenten op voor banen die nog niet bestaan, waarbij de technologieën die zij gaan gebruiken nog niet bestaan, ze problemen moeten oplossen die er nog niet zijn en de gemiddelde student voor het 38e jaar tien banen heeft gehad. Dat vraagt

ONZE VISIE

Schooldomein is een verrassend magazine voor managers en beleidsmakers die relevante beleidsinformatie, praktijkvoorbeelden en productinformatie vertalen in een optimale leer-, werk- en leefomgeving. Schooldomein biedt informatie rond de infrastructuur, organisatie en huisvesting van instellingen. Schooldomein is bedoeld voor iedereen die op het niveau van overheid,

instellingen, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties betrokken is bij het vinden van oplossingen voor samenhangende vraagstukken in de non profit en profit sector.

HET NETWERK

Schooldomein wordt zes keer per jaar gratis verstrekt aan alle onderwijsinstellingen en gemeenten in Nederland. Het blad wordt gefinancierd uit de exploitatie van advertenties, advertorials, artikelen en de bijdragen

om hele andere skills. Hier ligt ook de essentie van het prachtige verhaal met filosoof en alleskunner Henk Oosterling. Deze Rotterdammer pur sang stelt het volgende: “De essentie is dat je kinderen skills leert op een schaal waar ze fysiek de effecten kunnen ervaren, zodat ze er zich verantwoordelijk voor voelen. Samenwerken vergt dat je over wat je doet nadenkt. Wij hebben dat ‘doendenken’ genoemd. Het vakmanschap en daarmee de meester-gezel relatie krijgen hierin een circulaire kwaliteit: je bent nooit je hele leven meester en een gezel kan op onderdelen ook jouw meester worden. Leven lang leren betekent dat.“ Tegenwoordig leren kinderen hun ouders om met hun iPhone om te gaan. Kinderen serieus nemen in wat ze volwassenen kunnen leren, maakt dat zij meer geïnteresseerd zijn. Ze communiceren en participeren effectiever. De erkenning van de kracht van het circulaire denken zou een ander pedagogisch klimaat kunnen scheppen.” Die gedachten komen ook terug in het verhaal over de renovatie van het Philips van Horne College in Weert en het prachtig debat dat ik had met leerlingen van het Dr. Knippenbergcollege in Helmond over de inrichting van het onderwijs van morgen. En vergeet ook niet het interview met directeur-bestuurder Febo Emmelkamp van het zorgcentrum Westerkim te lezen over de veranderingen in de zorg en het ­belang van liefdevolle aandacht. Want durven is belangrijk, maar zonder echte aandacht zijn we nergens. Veel leesplezier gewenst!

Sibo Arbeek, Hoofdredacteur

van partners. Schooldomein fungeert als een netwerk, waarbij partijen een meerwaarde genereren door een samenhangend product te bieden. Schooldomein fungeert als een platform voor alle partijen die een bijdrage willen leveren aan de kwaliteit van de onderwijsinfrastructuur.

UW MENING

Wij stellen uw mening zeer op prijs. Voor reacties kunt u mailen naar sibo.arbeek@schooldomein.nl.

U kunt ook reageren via de site www.schooldomein.nl. Praktische informatie vindt u in het colofon.

INTERNET

Voor meer informatie over School­domein en dit nummer kunt u kijken op www.schooldomein.nl. Via deze site kunt u onder meer alle artikelen van de afgelopen jaargangen opvragen, winkelen in onze rubrieken en relevante markt­ informatie zoeken.

wordt mede mogelijk gemaakt door:

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

3


INHOUD BESTUUR EN BELEID

6

10

Onderwijs als permanente ontwikkeling Een gesprek met filosoof Henk Oosterling over relaties, onderwijs en de dingen die ertoe doen.

Duurzame verhuur van schoollokalen aan kinderopvang Wat zijn de mogelijkheden om een gedeelte van een schoolgebouw voor langere periode te (ver)huren?

12

Partners van Schooldomein gaan voor innovatie Kennissessie partners Schooldomein levert innovatieve ideeĂŤn op.

ONTWERP EN INRICHTING

18

17

Een gebouw dat ruimte durft te geven Transparantie en licht basiskwaliteiten nieuwe Esdal College

22

Akoestiek basiskwaliteit De Schrank

25

Een schoolvoorbeeld van contextrijk leren

28

Verdienen met duurzamere exploitatie

30

Ontmoeting centraal in Rozemarnschool Amsterdam

Volop aandacht voor goede akoestiek en het binnenmilieu bij vernieuwbouw basisschool in Ospel.

MBO nieuwbouw mooi visitekaartje voor Rotterdamse STC Group.

Verduurzamingsmaatregelen kunnen prima ingepast worden in de meerjarenonderhoudsbegroting

Slim concept voor integrale kindvoorziening voor kinderen van drie tot twaalf jaar.

33

THEMA

DURF

Nieuwbouw Westerkim belichaamt visie op zorg Febo Emmelkamp, bestuurder van woon- en zorgcentrum De Westerkim, over de essentie van goede zorg.

36

Renovatie Philips van Horne voegt waarde toe Geslaagde ingreep geeft mavo-havo school een frisse en nieuwe uitstraling.

Durf is het thema van deze Schooldomein. Daarbij denken we aan spannende toepassingen, interessante oplossingen, innovaties die zich moeten bewijzen, spannende aanbestedingen, denken vanuit exploitatie en duurzaamheid. Hoe maak je dit herkenbaar in een gebouw en kun je Durf ook zichtbaar maken in de architectuur? Twee architecten durfden de uitdaging aan. Coverfoto: Frits Philips Lyceum-Mavo in Eindhoven Foto: Arjen Schmitz

4

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

39

Kleur als teken van de tijd

42

Check je Energiefacturen

44

Bewustwording aan de voorkant van het bouwproces

Architect Maarten Sanders van OIII architecten over de functie en waarde van kleur in gebouwontwerpen.

Controle van de energierekeningen bespaart een school gemiddeld zo’n 10 procent.

KNX maakt gebouwen slimmer.


46

Rijnlands Lyceum na renovatie klaar voor de toekomst Metamorfose met focus op combinatie van onderwijsvisie, transparantie en beter klimaat.

48 50

Het onderwijs van morgen Docenten en leerlingen actief betrokken bij vervangende nieuwbouw Dr.-Knippenbergcollege.

Groenonderwijs met een stedelijke uitstraling Nieuwe Wellantcollege in Utrecht energieneutraal en A++++.

53

Focus op cognitieve prestaties doorgeslagen

56

LOC Focus is klaar voor de toekomst!

58

De pluriformiteit van de hedendaagse scholen

Hoe laten we kinderen meer bewegen? Een debat over natuurlijk bewegen.

Topsporthal van LOC Focus Beroepsacademie ook aanwinst voor sportverenigingen in Barendrecht.

Scholen bestaan bij de gratie van de aanwezigheid van de wijk.

60 62

Onderwijs als voortdurende beweging Onderzoek en creatie staan centraal in de Digital Society.

Mooi voorbeeld van hergebruik commercieel vastgoed voor onderwijs De Wereld voor Techniek bundelt kennis en expertise.

BOUW EN ORGANISATIE

64

Investering en exploitatie in ĂŠĂŠn hand Nieuwbouw Kindcentrum Mechelen levert slim gebouw op.

FACILITAIR EN BEHEER

66

Nieuwe huisvesting begeleidt studenten Stenden Hogeschool Leeuwarden zoekt het avontuur.

RUBRIEKEN

13 38 69 69 70

Onderwijstrends door Jaap de Kruijf

Het idee van Jong010

Kort nieuws

Column van Anneke Maessen en Menno Bosma

Vooruitblik naar Schooldomein 2

19 23 37 62 65


Onderwijs als permanente ontwikkeling

6

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017


Tekst Sibo Arbeek Foto’s Kees Rutten

BESTUUR EN BELEID

Alles is onderdeel van een permanente ontwikkeling en hangt met elkaar ­samen. Het Japanse concept Ma gaat over de tijd en ruimte tussen mensen die mensen een plek geven. Ons West-Europees mensbeeld is nog geënt op een hiërarchisch piramidale mensvisie. Die tijd is definitief voorbij. Een gesprek met filosoof en pragmaticus Henk Oosterling over relaties, onderwijs en de dingen die ertoe doen.

HOE VERHOUDT HET ONDERWIJS ZICH TOT MENSEN EN DE DINGEN? “Recent gaf ik op het Koning Willem 1 College in Den Bosch een lezing over hoe je een mbo van deze tijd zou kunnen bouwen. De school is zelf een geslaagd voorbeeld hoe een oude kazerne tot een gebouw voor 21e -eeuws onderwijs is omgebouwd. In dat ontwerp komen geschiedenis en vakmanschap bij elkaar. Er is een verband tussen bouwen en bewustzijn. Gebouwen zijn idealiter plekken waar mensen open relaties aangaan. Je door een ruimte bewegen betekent immers dat je je tot anderen verhoudt die zich daar ook doorheen bewegen. Maar een gebouwde omgeving bepaalt niet alleen zo de relaties van mensen, via de proportionele indelingen van tijd en ruimte wordt

sociale duurzaamheid: hoe leer je mensen met elkaar te communiceren en samen te werken? Hoe wek je interesse en bevorder je wederkerigheid en empathie? Misschien moeten we zelfs over mentale duurzaamheid nadenken. Ik zou dat simpelweg ‘leven lang leren’ noemen. Deze drievoudige definitie van duurzaamheid die ik als ECO3 heb geoormerkt, stemt overeen met wat door de UNESCO de ‘21st Century Skills’ zijn genoemd. Naast de vier C’s - communication, collaboration, critical thinking, creative innovation - valt daar ook ‘life long learning’ onder. En een tweetal nieuwe geletterdheden: media wijsheid en eco wijsheid. Willen we voor het 21e -eeuwse onderwijs bouwen, dan is een beetje decentralisatie hier en daar of een extra vak toevoegen niet voldoende.

“Om de infrastructurele problemen waarmee het huidige ­onderwijs kampt, op te lossen, moet het roer om” ook het zelfbewustzijn van de gebruikers van die ruimte vastgelegd. Kinderen en jongeren brengen vijftien jaar van hun leven in deze gebouwen door. Japanners hanteren een ander ruimte en tijd concept: Ma of het tussen. De verhoudingen tussen mensen spiegelen zich in de ruimte indeling waarbij schuifdeuren een grote rol spelen. Dat begrip markeert een andere tijdruimte beleving die in de architectuur gestalte krijgt. Zo zouden wij ook moeten nadenken over scholenbouw. Wat voor soort relaties wil je stimuleren? Wat voor soort mensbeeld speelt er mee in de afwegingen die in de ontwerpfase worden gemaakt? Discussies rond architectuur gaan vaak over duurzaamheid. Maar onze huidige interpretatie van het begrip duurzaamheid is te smal. Fysieke duurzaamheid is slechts een aspect. Het gaat ook om

De gedachte is leuk, maar waarschijnlijk zijn we nog niet sociaal en mentaal geëmancipeerd genoeg om wezenlijke veranderingen door te voeren. Ons onderwijs en de bestuurlijke krachten daaromheen stammen nog uit 19e eeuwse instituties. Maar we leven nu in de 21e eeuw. Om de infrastructurele problemen waarmee het huidige onderwijs kampt, op te lossen is meer nodig. Het roer moet om.” WAT BEDOEL JE PRECIES MET DIE NIEUWE ­G ELETTERDHEID? “We leven in een gedigitaliseerde, geglobaliseerde wereld. Historisch bezien verandert ons collectieve bewustzijn voortdurend. We zitten nu ingeklemd tussen een achterhaald 19e eeuws beeld waarin overigens terecht - individualisering voorop stond

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

7


en een gedigitaliseerde samenleving waarin alles constant verandert en het historisch bewustzijn op de tocht staat. Ook het onderscheid tussen publiek en privé is niet meer zo eenduidig. In een digitale wereld is privé direct publiek, want opvraagbaar bij de provider. Ons morele bewustzijn kan dat allemaal niet aan en reageert met cynisme en uitsluiting. Over toekomstig onderwijs nadenken houdt onvermijdelijk in dat we ons buigen over wat voor soort burgers het onderwijs ‘voorsorteert’. Dat klinkt wat ideologisch, maar dat gebeurt nu in feite ook, alleen wel op basis van een verouderd wereldbeeld. In deze netwerksamenleving werkt alles op alles in. Dit vergt andere skills en een andere ontvankelijkheid dan voorheen. Hoe bewerken mens en media elkaar, hoe werken mens en milieu op elkaar in? Wat zijn ecosystemen en feedbackloops? Kun je dat bouwen? Nieuwe generaties daarop voorbereiden vergt ander onderwijs. We beseffen dat we, om onze wereld leefbaar te houden, straffe beslissingen moeten nemen. Andere keuzes. Wat we nu ‘willen’ wordt grotendeels bepaald door een marktdenken dat ook nog in diezelfde 19e eeuw wortelt. Wat wij willen wordt door deze marktmechanismen voorgesorteerd. Maar dat betekent dat we minstens vijf planeten nodig hebben om voor iedereen dit leefpatroon te garanderen. Het cynisme en de onverschilligheid als reactie hierop is immens. Bij mediawijsheid gaat het om de onbewuste effecten van de digitalisering. Daardoor is de verhouding met ons lichaam ook veranderd. Als we het dan over een brede mediawijsheid hebben, dan komt niet alleen het gebruik van communicatiemiddelen zoals een iPhone in beeld, maar ook ons gebruik van transportmiddelen. Wat is de prijs van onze wereldwijde mobiliteit? Zelfs de productie van onze levensmiddelen komt dan in beeld. Mediawijsheid gaat over ander gebruik en gaat dus over in ecowijsheid. In het ECO3 perspectief worden fysieke, sociale en mentale skills als in een circulaire beweging met elkaar verknoopt. Natuurlijk blijven taal en rekenen de basis. Maar daaromheen is sporten net zo belangrijk als filosoferen. De essentie is dat je kinderen skills leert op een schaal waar ze fysiek de effecten kunnen ervaren, zodat ze er zich verantwoordelijk voor voelen. Samenwerken vergt dat je over wat je doet nadenkt. Wij hebben dat ‘doendenken’ genoemd. Het vakmanschap en daarmee de meester-gezel relatie krijgen hierin een circulaire kwaliteit: je bent nooit je hele leven meester en een gezel kan op onderdelen ook jouw meester worden. Leven lang leren betekent dat. Ik heb mijn hele leven open gestaan voor nieuwe ervaringen en inzichten. Als je goed kijkt, veel oefent en gedegen onderzoek doet, is veel mogelijk. Zo heb ik voor Rotterdam Stadshavens integrale gebiedsvisies over sociale duurzaamheid geschreven. Nooit voor gestudeerd. Tegenwoordig leren kinderen hun ouders

8

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

“Natuurlijk blijven taal en rekenen de basis. Maar daaromheen is sporten net zo belangrijk als filosoferen” om met hun iPhone om te gaan. Kinderen serieus nemen in wat ze volwassenen kunnen leren, maakt dat zij meer geïnteresseerd raken. Ze communiceren en participeren effectiever. De erkenning van de kracht van het circulaire denken zou een ander pedagogisch klimaat kunnen scheppen.” HOE ZIET, TEGEN DEZE ACHTERGROND, DAN DIE NIEUWE ONDERWIJSOMGEVING ERUIT? Scholen zijn knooppunten in netwerken. Naast ouders, kinderen en docenten participeren daar ook andere partijen in. In 2004 heb ik Vakmanstad in Rotterdam gelanceerd als strategie om vanuit de ECO3 visie vakmanschap weer integraal terug te krijgen in de hele onderwijs kolom. De kern daarvan is een eco-


BESTUUR EN BELEID

“We moeten een ander type docenten hebben en dat begint bij hun eigen ­opleiding”

sociale cirkel, waarin alles in elkaar haakt: bewegen, eten, koken, tuinieren, techniek, filosoferen als een brede basis van een nieuwe cultuureducatie. Cultureel bezig zijn is meer dan een museum bezoeken of muziek maken. Het gaat om het besef dat je samen een gemeenschap uitdraagt. Uiteindelijk is aandacht voor zo’n brede cultuureducatie relevant om nieuwe basiswaarden in beeld te krijgen in het onderwijs en meer in het algemeen in het bewustzijn van mensen. Vertaald naar een leeromgeving: hoeveel private en openbare ruimten heeft een school? Hoeveel ruimte schep je voor leerlingen om zich terug te trekken, elkaar belangeloos te ontmoeten of samen te werken? De ecosociale cirkel vereist ruimte om te sporten, digitaal te werken, te tuinieren, te koken, maar ook om analoge techniek te exploreren. Onderzoeken, ontwerpen en ontwikkelen zijn voor een integrale vorming onmisbaar. In het voortgezet onderwijs, met name op Technasia, is dat allemaal al gerealiseerd. Ook in het beroepsonderwijs zou dit meer moeten gebeuren. Leerlingen krijgen opdrachten vanuit het bedrijfsleven en lopen er stage. Maar ook docenten zouden die stages moeten lopen om bij te blijven. Die samenhang tussen doen en denken zou vanaf het begin in het basisonderwijs moeten worden ingezet. Alles draait in de educatie om communicatie en participatie. Dat zijn de componenten van de veel besproken integratie. Gepersonaliseerd onderwijs is een radicalere vorm, waarbij je uitgaat van specifieke interesses en potenties van leerlingen. Digitalisering is de basis maar niet de oplossing. Dat hebben we in de Steve Jobsscholen gezien. Het probleem lag bij de docenten die de benodigde skills niet hadden. Dat zegt iets over de pabo’s. Daar zullen de hervormingen moeten beginnen. Meer salaris voor leraren is mooi, maar helpt niet echt. We moeten een ander type docenten hebben en dat begint bij hun eigen opleiding.”

TOCH ZAL ER ALTIJD EEN RELATIE MET EEN FYSIEKE OMGEVING ZIJN “Natuurlijk. Zeker als je een brede cultuureducatie als basis ziet. Wil je echt aan competenties en skills rond duurzaam vakmanschap werken dan ligt er bij de school een grote tuin, zodat kinderen met natuurlijke ecosystemische processen in aanraking komen; er is een kookfaciliteit annex restaurant, een gevarieerde sportfaciliteit, een goede digitale infrastructuur, maar ook een technieklokaal waar onderzoeken en ontwerpen serieus kan worden aangepakt. Die vijf ruimtes vormen een integraal onderdeel van elke school. Het is de vraag of er nog klassen zijn. Gefaseerde certificering vormt de basis van het nieuwe onderwijs. Mensen zullen op steeds meer levels gaan functioneren. Rollen als meester en gezel zullen in een levensloop afwisselen. Dat is een continu cyclisch proces waarin sociale en economische relaties tussen mensen betekenisvol worden ingevuld. Het nieuwe denken dat daaronder ligt, is er een van cyclische connectiviteit waarbij feed back en feed forward essentieel zijn. Dat leidt niet tot een volledig open, chaotische structuur, want dan loop je energetisch leeg. Begrenzing is nodig, maar die ontstaat van binnenuit - en niet piramidaal van bovenaf - op basis van feedback loops en feed forward reflectie. Leerlingen moeten daarvoor niet gedrild, maar geskilld worden. Een skill is altijd reflectief: doen vergt in de voortdurende verbinding denken. En dit past in het tijdsbeeld: de tijd dat we gebouwen technisch en economisch in veertig jaar afschrijven is voorbij. Alles draait om multifunctionaliteit en hergebruik. Institutioneel zit het oude denken nog wel in onze genen, maar iedereen die met onderwijsland opereert, snapt dat we nu anders moeten plannen.” Voor meer informatie over Henk Oosterling googelt u op zijn naam en dan verschijnen er zeer interessante artikelen en ­verwijzingen naar zijn boeken.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

9


Tekst Laura Swinkels en Judith Hartog

Duurzame verhuur van schoollokalen aan ­kinderopvang Steeds vaker kampen scholen met leegstand binnen de schoolgebouwen. Per jaar sijpelt tussen 6,7 miljoen en 17,5 miljoen euro aan geld weg dat bedoeld is voor het onderwijs. Om leegstand tegen te gaan, zouden deze ruimten verhuurd kunnen worden aan bijvoorbeeld een dagopvang, peuterspeelzaal en buitenschoolse opvang. Helaas verbiedt de Wet op het Primair Onderwijs (WPO) dat ruimten bedoeld voor onderwijs voor een langere periode verhuurd worden. Wat zijn de mogelijkheden om een gedeelte van een schoolgebouw toch voor langere periode te (ver)huren?

bestuur verhuurd of in gebruik gegeven zijn, heeft de gemeente de bevoegdheid om die lopende huur- of ingebruikgevingsovereenkomst te eindigen, wanneer dat betreffende gedeelte nodig is voor onderwijs.1 De huurder heeft in deze situatie niet de gebruikelijke huurbescherming. Dit brengt veel onzekerheid en kan zelfs tot het faillissement van een organisatie leiden, wanneer niet tijdig in een vervangende ruimte kan voorzien. Daarnaast bestaat het risico dat kinderen van de peuterspeelzaal en de dagopvang niet vanzelfsprekend doorstromen naar de daar gevestigde school.

A

rtikel 108 van de WPO biedt schoolbesturen de mogelijkheid om een gedeelte van het schoolgebouw en/of het terrein in gebruik te geven (ook wel medegebruik genoemd) of te verhuren aan derden. De huur of het gebruik eindigt doorgaans wanneer de school de ruimten nodig heeft voor eigen gebruik of wanneer de overeenkomst door een van de partijen wordt opgezegd. In de situatie waarbij het schoolbestuur juridisch eigenaar is en de gemeente het economisch claimrecht heeft, dient het schoolbestuur medegebruik te melden bij het college van B&W. Voor verhuur is immers toestemming van de gemeente nodig. Het college van B&W heeft op haar beurt de mogelijkheid leegstaande lokalen van scholen in gebruik te geven aan een andere school. Indien de ruimten door het school-

10

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

In de praktijk zal de gemeente mogelijke plannen om te ontruimen echter tijdig afstemmen. Partijen kunnen daarnaast afspreken dat de gemeente een vervangende huurruimte aanbiedt aan de opvang, indien zij de ruimte dringend nodig heeft. VIER MOGELIJKHEDEN Er zijn vier verschillende mogelijkheden om gedeelten van het schoolgebouw voor een langere periode te kunnen verhuren: 1. ONTTREKKEN VAN EEN GEDEELTE VAN HET ­G EBOUW AAN ONDERWIJS De eerste mogelijkheid is door een gedeelte van een schoolgebouw aan de onderwijsbestemming te onttrekken. Het schoolbestuur en het college van B&W kunnen dan vastleggen dat het gedeelte van het schoolgebouw blijvend niet meer voor het onderwijs


BESTUUR EN BELEID

“Dit brengt veel onzekerheid en kan zelfs tot het faillissement van een organisatie leiden”

nodig zal zijn.2 Het schoolbestuur houdt het juridisch eigendom over dat gedeelte van het schoolgebouw. Vervolgens kan het schoolbestuur aan het college van B&W toestemming vragen om dat gedeelte te verhuren aan de opvang, welke toestemming voor maximaal drie jaren verleend kan worden.3 De gemeente kan de verhuur gedurende die periode niet eindigen. Na afloop van de huurovereenkomst geniet de opvang niet de gebruikelijke huurbescherming uit artikel 7:230a BW. Wel kan het schoolbestuur na afloop van de termijn de gemeente telkens verzoeken de toestemming met drie jaren te verlengen.4 2. DE GEMEENTE WORDT JURIDISCH EIGENAAR VAN HET SCHOOLGEBOUW De tweede mogelijkheid voor de opvang een gedeelte van een schoolgebouw voor langere periode te huren, is wanneer de gemeente juridisch eigenaar wordt (of blijft) van het schoolgebouw. De gemeente kan als juridisch eigenaar de onderwijsruimten aan het schoolbestuur in gebruik geven en kan de overige ruimten aan een opvang verhuren. De huurovereenkomsten kunnen dan worden afgesloten voor een langere periode dan drie jaar. 3. HET SCHOOLBESTUUR RICHT MET DE GEMEENTE EEN VERENIGING VAN EIGENAARS OP De derde mogelijkheid om een school en een opvang in een gebouw te vestigen, is het gebouw te splitsen in appartementsrechten. Wellicht zijn er vooraf nog wat bouwkundige aanpassingen nodig, want beide

gedeelten van het gebouw dienen als zelfstandig te kunnen functioneren. De eigendom komt gedeeltelijk te liggen bij het schoolbestuur en gedeeltelijk bij de gemeente. De gemeente kan haar gedeelte vervolgens verhuren aan de opvang. 4. DOORDECENTRALISATIE Een laatste mogelijkheid waarbij verhuur voor langere termijn mogelijk wordt, is de bevoegdheden uit de WPO volledig te doordecentraliseren naar het schoolbestuur. De gemeente doet bij volledige doordecentralisatie namelijk afstand van al haar rechten die zij op grond van de WPO heeft, waaronder dus haar vorderingsrecht en economisch claimrecht. Het schoolbestuur kan vervolgens voor langere perioden de ruimten verhuren aan een opvang. Doordecentralisatie is echter de meest omslachtige oplossing en de minst aantrekkelijke optie om langjarige verhuur te borgen, omdat doordecentralisatie zekere risico’s met zich meebrengt en veelal onderdeel vormt van een grotere operatie. In de praktijk zijn er verscheidene opties om toch duurzame huurovereenkomsten af te sluiten. Zo kunnen school en opvang toch onder één dak opereren zonder dat de opvang het risico loopt het gehuurde op enig moment te moeten verlaten. Dit artikel is geschreven door mr. Laura Swinkels en mr. Judith Hartog. U kunt contact met hen opnemen via laura.swinkels@ icsadviseurs.nl en judith.hartog@icsadviseurs.nl.

1 Zie artikel 107 WPO. 2 Zie artikel 110 lid 5 WPO. 3 Zie artikel 110 lid 7 en lid 8 WPO. 4 Zie artikel 110 lid 8 WPO.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

11


BESTUUR EN BELEID

Partners van Schooldomein gaan voor innovatie Op 12 juni jl. vond een kennissessie plaats met een aantal partners van Schooldomein. Locatie was het prachtige bureau van JHK-architecten in Utrecht. Edward van der Zwaag opende als voorzitter van de redactieadviesraad de middag. Hij wees op het belang van een kritisch vakblad in dit tijdsgewricht waarin alles in beweging lijkt. Voor de gebouwde omgeving en de inrichting ervan betekent dat dat verbeelding en verleiding steeds belangrijker begrippen worden.

D

e verschillende partners uit het veld van architectuur, inrichting, akoestiek en binnenklimaat werden onder de bezielende leiding van Merel de Boer van ICSadviseurs aan het werk gezet.

teit, een veilig gevoel, leren op maat en out of the box denken. Het thema Trots en Talent Ontdekken scoorden goed met begrippen als doen waar je goed in bent, stimulerende coaches, werken aan karakters, samen leren en zien en gezien worden.

In de eerste ronde mochten de partners hun input leveren op het thema beleving. Dat leverde beelden op zoals ruimtelijk, overzicht, aandacht en diversi-

UPGRADEN In de tweede ronde mochten de partners de vertaalslag vanuit de beleving naar de voorwaarden voor een goede huisvesting leggen. Daar scoorden aspecten als een goede akoestiek, adaptief vermogen, een balans tussen ruimtelijkheid en geborgenheid en de ontwikkeling van leerpleinen als plekken voor inspiratie en ontmoeting. Uiteraard kwam het binnenklimaat ook aan de orde, waarbij vooral de focus op actief bouwen, leren en ontwerpen lag. Duurzaamheid is niet alleen een bouwfysisch aandachtspunt, maar een bewuste keuze van een opdrachtgever met zijn partners om een primair proces te faciliteren. Upgraden was daarin een belangrijke term. Twee belangrijke thema’s sprongen er nog uit: bewegend leren en vooral het thuisgevoel. Want als je je ergens niet thuis voelt kun je het wel schudden.

“Duurzaamheid is niet alleen een bouwfysisch aandachtspunt, maar een bewuste keuze van een opdrachtgever”

Foto: Martine Sprangers

12

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

PRACHTIG, PRETTIG EN ADAPTIEF In zijn algemeenheid worden partijen steeds meer aan de voorkant van het proces betrokken. Dat geldt natuurlijk voor adviseurs en architecten, maar ook steeds meer voor de partijen rond licht, lucht, inrichting en binnenklimaat. In een ontwikkeling waarbij een gebruik door een specifieke doelgroep steeds meer een variabele wordt moet een gebouw prachtig, prettig en adaptief zijn en op een plek staan die door de tijd heen interessant blijft. En dat is een prachtige opgave voor gebruikers en hun opdrachtgevers en alle partijen die bij het ontwerp- en bouwproces betrokken zijn.


www.eduhuys.nl

Eduhuys

Column

onderwijshuisvesting

IT Asset Management

“… een groene, frisse school. Een duurzaam, flexibel

gebouw met een gezond en plezierig leerklimaat. Een school, waar leraren en leerlingen zich thuis voelen...”

TRENDS IN ONDERWIJSLAND Terwijl ik de column schrijf, is nog steeds onduidelijk wanneer we weer kunnen spreken over een missionair Kabinet. Desalniettemin draait ‘onderwijsland’ toch gewoon door: DUO publiceert regelingen en besluiten, inspectie start een nieuw toezichtkader, examens zijn afgenomen en beoordeeld (zelfs een rechter spreekt zich uit over een tiende punt), de krimp wordt op veel locaties zichtbaar en het lerarenregister start. Om maar enkele voorbeelden uit dit perpetuum mobile te noemen. Toch vallen desondanks enkele thema’s en gespreksonderwerpen op. Om te beginnen de salarissen in het basisonderwijs. Al eerder is in deze column aandacht gevraagd voor het merkwaardige verschil in honorering tussen leraren po en leraren vo. Uit eigen waarneming kan ik melden dat inzet, werkdruk, registratielast, sociale en didactische vaardigheden bij personeelsleden in het basisonderwijs dusdanig ontwikkeld zijn, dat dit honoreringsverschil niet te rechtvaardigen is. Missionair Kabinet durf dit structureel op te pakken. Een thema dat ook personeelsbeleid raakt, is het verwachte tekort aan leraren. Naast alle uitspraken, onderzoeken en voorgestelde oplossingsrichtingen, intrigeert de recente publicatie ‘Stille reserve in vo en mbo’ van OCW en Center Data. Geen oplossing voor het primair onderwijs, maar wel interessant voor andere categorieën, is de opbrengst uit dit onderzoek die een ‘stille reserve’ van minimaal 51.000 personen noemt, die met een lesbevoegdheid toch buiten het onderwijs werken. Durf onderwijs weer uitdagend en (ook financieel) wervend te maken.

Bezoekadres

T (073) 6924435

Hintham 156

E info@eduhuys.nl

5246 AK ‘s-Hertogenbosch

W www.eduhuys.nl

www.eduhuys.nl

‘Leven lang leren en ontwikkelen’ is een blijvend thema dat - ongeacht status van kabinetten - hoog op de beleidsagenda’s blijft. Veel organisaties geven inmiddels een eigen invulling of zoeken naar passende kopieën. De voorzitter van Uneto-VNI – Doekle Terpstra – deed recent enkele behartenswaardige uitspraken over dit thema. De huidige benadering van het concept noemde hij ‘elitair’ en ‘mindset gericht op hoger opgeleiden’. De leer- en loopbaanontwikkeling van grote groepen werknemers op de arbeidsmarkt vraagt blijvende versterking van hun vakmanschap. Hier valt het begrip ‘beroepspaspoort voor vakmanschap’. Een uitdaging voor publiek en privaat onderwijs. Soms vraagt een relatief klein onderwerp je aandacht. De ontwikkeling van het handschrift van kinderen. Bij de start van het nieuwe schooljaar is dit zo’n onderwerp dat even aandacht vraagt met bijvoorbeeld de krantenkop (NRC) ‘Kinderhandschrift onleesbaar geworden’ en daarna verdwijnt. Het lijkt een klaagzang van een generatie die nog opgevoed werd met ‘schoonschrijven’, maar ook jongere deskundigen onderkennen relaties die gelegd worden tussen schrijven, handschrift en motorisch en cognitieve ontwikkeling en zelfs het voorkomen van vormen van dyslexie. Durven we dit ‘oude’ onderwerp weer op het curriculum te zetten in onze digitale wereld? Jaap de Kruijf

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

13


14

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017


SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

15


Dur

Durf is het thema van deze Schooldomein. Daarbij denken we aan spannende toepassingen, interessante oplossingen, innovaties die zich moeten bewijzen, spannende aanbestedingen, denken vanuit exploitatie en duurzaamheid. Hoe maak je dit herkenbaar in een gebouw en kun je Durf ook zichtbaar maken in de architectuur?

16

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

JAN DECKER EN PAUL ARETS - AGS ARCHITECTS INTERNATIONAL (AAI)

Het complex “Gymnasion” van de Radboud Universiteit wordt verbouwd en uitgebreid om, met ingang van januari 2018, de Faculteit der Management­ wetenschappen (FdM) te huisvesten. We hebben het gebouw inclusief het interieur aangepast voor deze nieuwe hoofdgebruiker met als kenmerken veel licht, ruimte en transparantie binnen een heldere structuur. Dit alles naar volle tevredenheid van de gebruikers en in schril contrast met de bestaande behuizing in de Thomas van Aquinostraat. Complicerend tijdens het ontwerpproces was de aanvullende vraag naar een groot aantal extra kantoren voor de secties, logischerwijs in het vlekkenplan geprojecteerd op de 2e en 3e verdieping. De eenvoudige (binnen budget) oplossing zou zijn het vergroten van de uitbreiding, gepaard gaande met “doorschuiven” van functies. Het getuigt echter van durf dat, in navolging van ons advies, ook de opdrachtgever (RU) en de gebruikers (FdM) gekozen hebben voor het lokaal oplossen van het probleem op de 2e en 3e verdieping door de toevoeging van visueel zwevende “schakels” tussen de gestucte lobben. Resultaat is dat de heldere stedenbouwkundige structuur gehandhaafd blijft, de architectuur versterkt, de indeling met secties/afdelingen optimaal en de routing (voorheen een kamstructuur met doodlopende gangen) bovendien sterk verbeterd is.


ARCHITECTUUR EN VERBEELDING Foto Elisabeth van den Arend Schmidt

rf

BURTON HAMFELT - BURTON HAMFELT URBAN ARCHITECTURE Truth or Dare? Onderwijs tegenwoordig is meer dan een vak of beroep leren. Het gaat ook over hoe je met verandering omgaat. Zelf veranderen om iemand te worden is de beste investering die je kunt bedenken. Leren begint met het feit dat je de waarheid niet weet of snapt. Het is ook een spel tussen wel of niet durven je mening aan te passen. Als leren durven is waarom durf je dan niet je schoolgebouwen aan te passen? Net zoals een mens die zichzelf ontwikkelt zo kunnen schoolgebouwen getransformeerd worden. Hoe meer schoolgebouwen ik ontwerp als architect hoe meer ik realiseer dat ik niks over schoolgebouwen weet. Ik durf te zeggen dat ik niet in ontwerp huisvesting formules geloof maar in het kritisch vragen stellen waar je schoolgebouwen voor nodig hebt? Omdat de wereld en de banen van de toekomst constant veranderen, waarom ook niet oude schoolgebouwen? Het is net een spel van ‘truth or dare’ met je schoolgebouw. Wat gebeurt er als een trap een tribune is? Wat gebeurt er als de entree ook als collegezaal gebruikt wordt? Waarom wordt het dak niet gebruikt voor buiten onderwijs? Waarom niet een compacte leerpod in plaats van een standaard leslokaal? Of een gebouw als accu? Je fiets als rijdend kantoor? Je schoolplein als interactieve campus? Durf je net als je toekomst je leeromgeving in eigen hand te hebben?

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

17


Tekst Sibo Arbeek Foto’s Ronald Auee

TRANSPARANTIE EN LICHT BASISKWALITEITEN NIEUWE ESDAL COLLEGE

Een gebouw dat ruimte durft te geven

De nieuwbouw van het Esdal College in het Drentse Klazienaveen demonstreert een prachtig samenspel waarbij VELUX, ICSadviseurs en DAT architecten de ambitie van de opdrachtgever hebben vertaald in een open, transparant en vooral licht gebouw. Het is een gebouw dat nieuwsgierig maakt en uitdaagt om te leren.

H

arry Niemeijer heeft als adjunct-directeur facilitaire zaken samen met een ontwerpgroep met leerlingen, docenten en directieleden het proces naar nieuwbouw begeleid: “Het eerste leerjaar is een junior college voor leerlingen KB en BB, en mavo/ havo. De havoleerlingen stromen na twee jaar door naar de bovenbouw in Emmen en de overige opleidingen halen hier hun diploma. Deze locatie is voor 700 leerlingen gebouwd, maar we hebben er nu 450. We zijn aan het krimpen en kijken hoe we het gebouw goed kunnen gebruiken. Dat doen we door met maatschappelijke partijen samen te werken. Zo hadden we van begin af aan de wens om met de bibliotheek te werken. Dat lukte op een later moment omdat de bibliotheek hun gebruiksruimten in de buitendorpen van Emmen ging herschikken. Nu vormt de bibliotheek onderdeel van het gebouw en kunnen onze leerlingen er gebruik van maken. Daarnaast wordt de sporthal door diverse vereni-

18

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

gingen gebruikt en houdt een kerkgenootschap haar zondagsdienst in de ‘kantine’.” Op dit terrein stond het oude gebouw dat met zijn stalen kozijnen en enkel glas en vele interne verbouwingen niet meer geschikt was. Het was ooit een lts, met onrendabele gangen en door de vele dragende muren inflexibel waardoor het een hokkerig geheel werd. In 2005 zijn we gaan dromen, in 2014 begonnen we echt en op 1 augustus 2015 konden we het nieuwe gebouw openen. Daarbij zijn we van circa 9.000 m² teruggegaan naar 6.200 m² en dat kon door slimmer om te gaan met de ruimte, de gangen zoveel mogelijk te integreren met de lesruimten en de beroepsgerichte afdelingen efficiënter te organiseren. Zo hebben we een interne opslagruimte naar buiten gebracht en in een aantal zeecontainers georganiseerd. Deze zijn U-vormig opgesteld waardoor een buitenbouwplaats met overkapping is gerealiseerd. Voordeel is ook dat deze ruimte niet meetelt in de berekening van de m².”


ONTWERP EN INRICHTING

PROJECTINFORMATIE

Project Nieuwbouw Esdal College Klazienaveen, junior college van VMBO tot en met Havo 2 Opdrachtgever Gemeente Emmen en Esdal College Leverancier daglichtoplossingen VELUX Nederland BV Architect DAT architecten, Tilburg Adviseur huisvesting ICSadviseurs Ingebruikname Augustus 2015 BVO 6.200 m² BVO (inclusief twee sportzalen)

PERFORMANCE TYPES “We wilden een moderne leeromgeving maken, die inspeelt op de 21-th century skills. Elke leerling heeft een Chromebook, waarbij we het gebruik van mobiele telefoons proberen te beperken. Wij zetten in op leerstijlen of performance types van kinderen en docenten; leerlingen hebben een eigen karakter en zijn ongelijk en je wilt graag iedereen aan zijn of haar trekken laten komen. Dat wil niet zeggen dat alles individueel is, maar wel dat de ruimte-indeling het mogelijk maakt te kiezen. We hebben bijvoorbeeld lokalen met schuifwanden, zodat we grotere ruimten kunnen maken, maar ook instructieruimten voor kleine groepen en stilteruimten voor leerlingen die even apart willen leren. Organisatorisch werken we in leerhuizen met teams van docenten die voor een bepaalde afdeling verantwoordelijk zijn.” NAAR BUITEN KIJKEN Het is een vierkant complex met meerdere gebouwen dat deels tweelaags is. Intern loop je van leerhuis naar leerhuis of algemene ruimten, waarbij de gangen zo kort mogelijk zijn gemaakt en soms ook als een werkplek met opklapbare tafels worden gebruikt. De kantine ligt in het midden van het gebouw en is de centrale plek in de school. Daar ontmoeten leerlingen elkaar en van daaruit is het onderwijs georganiseerd. In de ontwerpgroep vroeg de architect van DAT aan

een leerling wat hij belangrijk vond: “Ik wil graag vanuit de kantine overal naar buiten kunnen kijken.” En dat is gerealiseerd. De architect heeft bij dit ontwerp laten inspireren door de Italiaanse stad Mantova. Marthijn Reekers van VELUX vult aan: “Het concept laat zich het best omschrijven als een stad waarin de verschillende leerhuizen aan aaneengeschakelde pleintjes liggen en de verkeersruimten onderdeel van het leslokaal zijn. Daardoor is een compacte school ontstaan waarbij de leerlingen van de verschillende beroepsgroepen elkaar goed kunnen zien en ervaren waar ze mee bezig zijn.” Harry knikt: “Belangrijke thema’s in ons concept zijn veiligheid en toegankelijkheid; we hebben gekozen voor een open structuur. DAT wilde een licht gebouw maken en dat paste in ons beeld van transparantie, waarbij organische materialen, licht en mooie kleuren belangrijk zijn. De leerlingen hebben samen met de architect de kleuren uitgezocht; zo heeft elke afdeling een eigen kleur gekregen.” NATUURLIJK LICHT Harry: “Alles wat je met daglicht kunt creëren heeft de voorkeur. De kleur en warmte van natuurlijk licht bereik je niet met kunstmatig licht. Iedereen vindt contact met buiten fijner dan een afgesloten binnenruimte. Dus hebben we gekozen voor veel daglicht van boven, waarbij je op elk plein een andere

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

19


“De kleur en warmte van natuurlijk licht bereik je niet met kunstmatig licht”

toepassing ziet. In ons zorg- en welzijnsplein zie je sheddaken, die doen denken aan een hal. Bedrijfsmatige hallen met sheddaken en licht vanaf het noorden hadden een prachtige lichtinval. In combinatie met de warme kleuren en de natuurlijke materialen levert het een stoer, maar ook niet te fabrieksmatig beeld op. De mooie lampen kunnen aan wanneer het natuurlijk licht onvoldoende is. De leerlingen vinden het een prettige ruimte. Oorspronkelijk zaten de leerlingen in verschillende lokalen en nu met z’n allen op dit plein, waarbij aan de zijkant verdiepingen zijn aangebracht. De docenten zagen als een berg tegen zo’n geïntegreerd plein op, maar de open werkplekkenstructuur was een gouden greep.” Marthijn knikt: “In het hele gebouw zie je een combinatie van sheddaken, lichtstraten, koepels en verhoogde dakramen in de vorm van daglichtboxen. Er is gewerkt met licht van boven om de pleinen en verbindingen en werkplekken van daglicht te voorzien en dat geeft een zeer prettig effect op de ruimte, maar ook op de kinderen.“ RUIMTE DURVEN GEVEN Harry: “Licht en kleur zijn belangrijk, maar het binnenklimaat ook; we hebben naast veel natuurlijk licht ook vloerverwarming en geen radiatoren meer. Daarnaast werken we met warmte koudeopslag; in de bodem zijn 44 bronnen geslagen op 125 meter diepte. We ventileren mechanisch met luchtbehandelingskasten, aangestuurd door CO2-sensoren. Op de sporthal zijn zonnepanelen gelegd, waarbij we het aantal verder uitbreiden. De ramen kunnen open

20

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

om te spuien, maar niet te lang, omdat de sensoren anders hun werk niet goed kunnen doen. Als de sensor aangeeft dat er frisse lucht nodig is dan wordt dat automatisch geregeld. We werken met een geavanceerd gebouwbeheersysteem. De conciërge ziet op een display wat er overal per ruimte gebeurt en kan daarop inspelen. In 2010 hebben we met een aantal docenten en directieleden dertien scholen in Melbourne en Adelaide bezocht. Het onderwijs staat daar op een hoog niveau en de overheid stimuleert de scholen om te experimenteren. Dat geldt ook voor verbeteringen in je gebouw, zoals het binnenklimaat en de luchtvochtigheid in ruimten. Daar kan de inspectie hier een voorbeeld aan nemen. De lessen die we hebben geleerd hebben we voor een belangrijk deel toegepast. Dit gebouw maakt nieuwsgierig en durft leerlingen te laten ontdekken. Dat zie je terug in de openheid van dit gebouw; het staat op een groot openbaar parkachtig terrein met een kiss en ride zone en je kunt er van verschillende kanten in. Daarnaast is het een open gebouw met glas tot op de grond. Je kunt buiten zien wat binnen gebeurt. Dat leverde in het begin veel prikkels op, maar daar wennen ze onvoorstelbaar snel aan en nu is dat alleen maar prettig.”

In het gebouw zijn onder meer doorvalveilig glas en energie­ besparend tweelaags glas en ventilerende lichtstraatmodules van VELUX toegepast. Kijk voor meer informatie op velux.nl en op esdalcollege.nl. Of mail met Harry Niemeijer: h.niemeijer@ esdalcollege.nl.


Hout- en Meubileringscollege Rotterdam

energieneutraal IKC Het Noorderlicht Doetinchem WWW.ROOSROS.NL

Identificatie- & cashless betaalplatform voor het onderwijs Eén identificatie systeem en betaalmiddel voor uw studenten en medewerkers. Catering

Printen

Scannen

Kopiëren

Eén leverancier, één aanspreekpunt.

POS

Cloud Services

Vending

Repro

Bel of mail nu voor meer informatie!

Cloudprint

Tijdregistratie

Toegang

Wassen

Kluisjes

www.inepro.com/educatie - info@inepro.com - +31 (0)252-744044

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

21


Tekst Maartje Cuyckens Foto’s Hugo de Jong

Akoestiek basiskwaliteit De Schrank

Basisschool De Schrank ligt in het Midden-Limburgse Ospel en was lange tijd gehuisvest in een schoolgebouw uit de jaren ’50. Dit gebouw voldeed niet meer aan de huidige standaard en dus werd besloten tot vernieuwbouw. De nieuwe Schrank biedt huisvesting aan zo’n 340 leerlingen en 20 docenten.

“Op het juiste moment werden er specialisten ingeschakeld waardoor de kwaliteit van het gebouw erg goed is”

22

D

SCHOOLDOMEIN

e school nodigde drie lokale architecten uit om een plan te presenteren waarbij aan de architecten werd meegegeven dat hoe minder er gesloopt werd, hoe meer budget er was voor de rest. Daarnaast waren betrokkenheid en aantoonbare kwaliteit belangrijke punten voor de school. Architect Bas van Grimbergen werd uiteindelijk geselecteerd. Directeur Henk Martens: “We hebben vanaf het allereerste begin aandacht gevraagd voor een goede akoestiek en het binnenmilieu. Ik ken gebouwen waar het op dat vlak mis is gegaan en dat wilde ik bij dit project absoluut voorkomen. Dat is de reden dat we Paul Jacobs uit Ospel vanaf het begin erbij betrokken hebben als adviseur op het gebied van bouwfysica, akoestiek en installaties.” KRACHT SAMENWERKING Het project wordt gekenmerkt door de kracht van samenwerking. Paul Jacobs geeft aan: “Een grote kwaliteit van architect Bas van Grimbergen is dat hij goed kan luisteren; op het juiste moment werden er specialisten ingeschakeld waardoor de kwaliteit van het gebouw erg goed is. Door de goede voorbereiding werd een stevige basis gelegd.”

oktober 2017

Op het gebied van binnenmilieu was het uitgangspunt om te voldoen aan het Programma van Eisen Frisse Scholen Klasse B, dat hebben we ruimschoots gehaald. De hele school is voorzien van led verlichting, er is een duurzaam klimaatsysteem toegepast en met de Ecophon Gedina A plus Extra Bass, voor het laag frequente geluid, zit het met de akoestiek ook goed. In overleg met de architect is vanaf het begin besloten, om met een gesloten systeemplafond te gaan werken. In verband met de akoestiek in combinatie met de flexibiliteit en toegankelijkheid, is dit een voor de hand liggende keuze. OOK DE DOCENTEN ZIJN MEER DAN TEVREDEN OVER DE AKOESTIEK: Docente Wilma Willekens: “Ik had altijd mijn radio aan staan maar ik merk dat ik dat niet meer doe sinds ik hier zit. Als er een hoop commotie is, bijvoorbeeld in de centrale hal waar veel kinderen bij elkaar komen, is het geluid nog niet overheersend. Er hangt hier een hele fijne sfeer, dat is echt een luxe. Het mooiste compliment komt misschien wel van mijn dochter Noortje Willekens (25). Noortje heeft een gehoorbeperking en het eerste wat ze zei toen ze hier binnenkwam was: Mam, wat is de akoestiek hier fijn.”


ONTWERP EN INRICHTING

Noorderpoort College Groningen Architect: AAS Groningen Foto: Vincent Hartman

De Werkplaats Kindergemeenschap – Bilthoven Architect: TenW Architecten Foto: Thea van den Heuvel

Brede School De Noordster – Zuidhorn Architect: TEAM 4 Architecten Foto: Vincent Hartman

A SOUND EFFECT ON PEOPLE Basisschool De Schrank is een voorbeeld van een project waarbij Ecophon haar motto, “a sound effect on people” succesvol tot uiting heeft kunnen brengen door een prettige werk- en leeromgeving te creëren voor alle mensen die bij het leerproces in de schoolomgeving betrokken zijn. Hierboven ziet u nog enkele projecten waar het belang van akoestiek in het

TU-Delft/Technische Natuurwetenschappen Architect: Ector Hoogstad Architecten Foto: Petra Appelhof

ontwerp is meegenomen. Daarbij is gekeken naar de activiteiten die in de ruimtes plaatsvinden en op basis daarvan is een oplossing op maat geboden. Neem voor meer informatie over het belang van akoestiek, het creëren van een optimale leeromgeving en andere vragen contact op met Ecophon: telefoon 076-502 0000 of via plafonds@ecophon.nl. Of kijk op www.ecophon.nl.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

23


ONDERWIJS HUISVESTING. Leren in een fijne omgeving Bekijk onze projecten op

scholenvanbuko.nl

O N T W E R P • R E A L I S AT IE • OND ERHOU D

FLEX I BELE OPLOSSI NGEN, COMPLETE DI E N S TV E R LE N I N G

KWALITEIT EN EXPERTISE DOOR PLATFORM ONDERWIJSHUISVESTING De branchevereniging voor adviesbureaus rond onderwijshuisvesting. Die professionalisering van het vakgebied vertalen naar een deskundig klankbord voor overheid en belangenorganisaties voor onderwijs en maatschappelijk vastgoed. Een platform dat professionals met elkaar in contact brengt om de kwaliteit van het maatschappelijk vastgoed naar een hoger niveau te tillen. Dat Platform bestaat: Platform Onderwijshuisvesting; of gewoon POH! www.platformonderwijshuisvesting.nl of info@platformonderwijshuisvesting.nl

adviseurs

24

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

projectmanagers

procesmanagers


Tekst, impressies en tekeningen: DP6 architectuurstudio Foto’s: Christian Richters, Marcel van der Burg

ONTWERP EN INRICHTING

“Een schoolvoorbeeld van contextrijk leren”

De STC Group is wereldwijd toonaangevend op het gebied van opleidingen voor operationele en managementfuncties in de logistieke en transportketen en de procesindustrie. De STC Group verzorgt onderwijs voor de gehele keten van scheepvaart, havens, transport en logistiek en de havengebonden olie- en ­chemiesector. SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

25


D “De Waal­ haven wordt in de komen­ de decennia het toneel van een grootscheeps transforma­ tieproces”

26

SCHOOLDOMEIN

P6 architectuurstudio heeft het ontwerp gemaakt voor de nieuwe huisvesting voor het VMBO en MBO van de STC Group, samen de STC Campus Waalhaven. Het VMBO gebouw is al gerealiseerd, de MBO nieuwbouw is dit jaar opgeleverd. De buitenruimten van de beide gebouwen lopen in elkaar over, verbonden door een brede trap. Hiermee is het geheel vormgegeven als één campus. De nieuwbouw wordt het visitekaartje voor de STC Group. Het gebouw straalt een grote ambitie, durf en trots uit en is krachtig en herkenbaar naar de Waalhaven. Bovendien moet het een vitrine zijn voor wat er binnen gebeurt: logistiek, haven, vervoer, werken, onderwijs. TROTS De studenten moeten trots kunnen zijn dat zij een opleiding volgen bij de STC Group. De cultuur van de STC Group kenmerkt zich door een fascinatie voor het vak, een sterke betrokkenheid met de leerlingen en een goede relatie met het bedrijfsleven en de praktijk. De nieuwbouw ‘ademt’ praktijk om de leerlingen te motiveren en stimuleren. Het wordt een uitdagende en inspirerende leeromgeving waar de leerlingen zich optimaal kunnen ontplooien. Het gebouw moet ruimte bieden aan de verscheidenheid van talenten

oktober 2017

van de leerlingen. De praktijk van Havens, Transport, Logistiek, Luchtvaart en Rail moet overal zichtbaar en voelbaar zijn. Dit gebeurt door de materialisatie van het interieur met verwijzingen naar transport en techniek en door het zichtbaar maken van de simulatieruimten en het gebruik van fotowanden. HAVENACTIVITEIT De Waalhaven wordt in de komende decennia het toneel van een grootscheeps transformatieproces. Met de realisatie van de tweede Maasvlakte zal de trend die bij de eerste Maasvlakte is ingezet – een west- of zeewaartse verschuiving van havenactiviteit – verder doorzetten. Daarmee komt de komende jaren gebied vrij voor nieuwe economische activiteiten. De kantoren voor maritieme dienstverlening krijgen ruimte langs de Waalboulevard in de Waalhaven, recht tegenover de locatie van de STC Group. Hier profiteert de STC Group van door een goede congresfaciliteit te bieden met een inspirerend uitzicht op scheepvaart en transport. Hiermee wordt de goede relatie van de STC Group met het bedrijfsleven verder versterkt. STOER De materialisering heeft een sterke scheepvaart- en transport-esthetiek. Het gebouw heeft een stoere


ONTWERP EN INRICHTING

PROJECTINFORMATIE

Project STC Waalhaven Campus, Waalhaven ZZ 16, Rotterdam Architect DP6 architectuurstudio, Delft Opdrachtgever STC Group, Rotterdam Adviseur constructie Pieters Bouwtechniek, Almere Adviseur installaties Nelissen ingenieursbureau, Eindhoven Adviseur bouwfysica Nelissen ingenieursbureau, Eindhoven

functionele materialisering, die onderhoudsarm en robuust is. Het gebouw is inspirerend door de verwijzingen naar scheepvaart en transport in de vorm van oefendekken, kranen en stalen relingen met netten. Daarnaast prikkelt het gebouw door gebruik te maken van kleur en bamboe. De staalconstructie, alle staalverbindingen, vakwerken en stabiliteitskruisen, zijn in het zicht. Ook de installatietechniek mag gezien worden. TRANSPARANTE GEVELS MET EEN SPECTACULAIR UITZICHT De entree van het MBO bevindt zich op de plint van de parkeergarage en is met een brede trap te bereiken. Het hoofdvolume steekt zeven meter uit over de dubbelhoge entree. Hierdoor presenteert de STC Group zich prominent en stoer aan de Waalhaven. Hieronder staat een zware staalconstructie die refereert aan de techniek van kranen. De voorzijde van het gebouw is transparant, waardoor er een etalagewerking ontstaat die de buitenwereld kennis laat maken met wat de STC Group te bieden heeft. Aan deze gevels liggen de bijzondere functies die laten zien waar de STC Group trots op is. Het voordeel is dat deze gevel op het noorden ligt, waardoor deze grote transparantie gerealiseerd kan worden zonder

de warmtelast door zoninstraling. In de glazen gevels hangen gesloten volumes in verschillende kleuren van verticaal damwandprofiel. Deze verwijzen naar beelden van transport en containers, wat versterkt wordt door de plasticiteit. Beide gebouwen van de campus hebben een heldere structuur. De onderwijsruimten liggen aan de relatief dichte oost- en westgevels in twee flexibele zones. Hiertussen liggen de ruimtelijke centrale zones met trappen, vides, pleinen, thuisbases voor sectoren en open computerwerkplekken. De centrale zone is transparant naar de Waalhaven en naar de zendmast. Hierdoor is er een duidelijke oriĂŤntatie, veel uitzicht en daglicht tot diep in het gebouw. In deze zone liggen ook vides zodat verdiepingen met elkaar verbonden worden, het gebouw luchtig voelt en er veel contact mogelijk is tussen docenten en deelnemers. De vides zijn echter nooit hoger dan drie bouwlagen, zodat het gebouw een menselijke maat heeft. DP6 architectuurstudio is een architectenbureau met projecten op het gebied van infrastructuur, utiliteitsbouw, woningbouw, stedenbouw, landschap en interieur. DP6 realiseert hoogwaardige en duurzame architectuur waarbij de wensen van de opdrachtgever en gebruikers centraal staan. Kijk voor meer informatie op www.dp6.nl.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

27


Tekst Peter Roest

Verdienen met ­duurzamere ­exploitatie Maatschappelijke én economische ontwikkelingen maken duurzamere keuzes in de bestaande gebouwde omgeving noodzakelijk. Krimpende budgetten en teruglopende leerlingaantallen zetten gebouweigenaren en –beheerders aan nog ­kritischer te kijken naar de kosten voor vastgoed en huisvesting.

D “Verduur­ zamings­ maatregelen kunnen ­prima ingepast worden in de meerjaren­­ onderhouds­ begroting”

aarnaast spelen energiebesparing en een goed binnenmilieu een steeds grotere rol. Het grondiger kijken naar duurzame oplossingen bij geplande investeringen levert namelijk niet alleen kostenbesparingen op, het biedt ook investeringsruimte voor de toekomst. Bij het beheer en onderhoud, een essentieel deel van de exploitatie, liggen volop mogelijkheden om de duurzaamheid van gebouwen te verbeteren. De besparingen die hierbij te realiseren zijn, kunnen weer ingezet worden voor nieuwe investeringen. Bij nieuw te ontwikkelen gebouwen is integrale sturing op investerings- én exploitatiekosten inmiddels een bekend fenomeen. Bepaalde ontwerp- en uitvoeringskeuzes kunnen steeds beter getoetst worden op de financiële effecten. Daarnaast biedt ook in het beheer en onderhoud van bestaande gebouwen een regelmatige duurzaamheidscheck de mogelijkheid gebouwen aantrekkelijk en toekomstbestendig te houden. Zeker ook financieel gezien. Echter, het ontbreekt vaak nog aan expliciete aandacht hiervoor bij onderhouds- en vervangingsmomenten. Bij uitstek zijn dat zeer geschikte uitvoeringsmomenten om meer duurzame afwegingen te maken. STRATEGISCHE WAARDE Verduurzamingsmaatregelen kunnen prima ingepast worden in de meerjarenonderhoudsbegroting.

28

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

Hiermee ontstaat een effectief instrument voor de verduurzaming van gebouwen. Er kunnen per gebouw­element of gebouwgebonden installaties bredere, duurzamere afwegingen gemaakt worden. Niet alleen de investerings- en onderhoudskosten worden beoordeeld, maar ook de exploitatiekosten. Als het meerjarenonderhoudsplan op orde is, zou dit inzicht moeten bieden in: - Geplande onderhoudsactiviteiten voor het gebouw en de installaties; - Benodigde budgetten op korte en langere termijn; - Mogelijke investeringspieken voor het noodzakelijk onderhoud en vervanging. Minimale onderhoudskosten en minimale verstoring van het primaire proces, zijn in principe de leidraden voor de planning. Bij de, normaliter periodiek uit te voeren, actualisatie ontstaat een prima moment om duurzame ingrepen te gaan overwegen en te integreren. Een duurzamer meerjarenonderhoudsplan biedt voor beheerders én gebruikers de nodige voordelen: - Verlaging van de totale exploitatielasten; - Waardeverbetering en verhoging van de huisvestingskwaliteit van het gebouw; - Realisatie van een prettiger verblijf- en werkklimaat voor bezoekers en personeel waardoor ook het primaire proces productiever kan verlopen;


ONTWERP EN INRICHTING

de technische en economische levensduur, aspecten zoals het effect op het verblijf- en werkklimaat, of andere duurzaamheidsaspecten worden betrokken. Ook zijn er vaak binnen organisaties nog maar beperkt duurzaamheidsambities geformuleerd. Duurzaamheid of energiebesparing is vaak ook nog geen verantwoordelijkheid voor de gebouwbeheerder of facilitair manager. En duurzame overwegingen en/of investeringen worden uitgesteld tot het moment van een grote renovatie. In de veronderstelling dat dan pas kosteneffectieve maatregelen kunnen worden genomen. WAT ER NU AL TE DOEN IS? Tips voor gebouweigenaren, vastgoedbeheerders en facilitair managers:

- Verlenging van de levensduur van het gebouw; - Imago- of identiteitsverbetering van de school. Op strategisch niveau levert dit document zodoende onmisbare informatie om te komen tot de juiste huisvestingskeuzes. HUIDIGE PRAKTIJK Huidige meerjarenonderhoudsplannen worden opgesteld aan de hand van een functioneel technische beoordeling. De technische conditiemeting van de in een gebouw aanwezige gebouwelementen en gebouwgebonden installaties (conform NEN2767) levert niet automatisch voorstellen op voor maatregelen die de duurzaamheid van het gebouw substantieel kunnen verhogen, maar leidt meestal tot een advies met maatregelen gericht op het behouden van het oorspronkelijke gebouw en de oorspronkelijk gekozen bouwkundige en installatietechnische gebouwelementen. Daarnaast is het zo dat momenteel gebruikte softwarepakketten voor het maken van een meerjaren onderhoudsplan geen relatie leggen met andere kostensoorten. De huidige softwarepakketten zijn op dit moment niet geschikt voor het maken van een bredere afweging. Een afweging waarin ook de relatie met andere exploitatiekosten zoals de energiekosten,

- Formuleer de ambities rond de gebouwkwaliteit breder dan alleen de technische kwaliteit van de oorspronkelijke gebouwelementen; betrek ook de wensen van gebruikers of eventuele huurders hierbij. - Maak taken en verantwoordelijkheden op het gebied van duurzaamheid een expliciet onderdeel van functieomschrijvingen van facilitair managers en beheerders. - Maak gebruik van het moment waarop het meerjarenonderhoudsplan geactualiseerd wordt om te onderzoeken wat voor uw gebouw(en) de gewenste duurzaamheidsambitie is en welke maatregelen hiervoor getroffen kunnen worden. - Hanteer bij een integrale beoordeling van investerings-, onderhouds- én exploitatiekosten een ruime tijdshorizon. Na de terugverdientijd blijven maatregelen immers soms nog meer dan tien jaar geld opleveren. - Leg een besluit ten aanzien van de te realiseren duurzaamheidsambities en doelstellingen in het ondernemings- en/of huisvestingsplan vast. - Monitor, bijvoorbeeld via een energie- of gebouwbeheersysteem, of doelstellingen ook worden bereikt; realiseer ook hier een koppeling met de werkelijke energiekosten. Het herijken, misschien wel volledig opnieuw opzetten van het gehele meerjarenonderhoudsplan, vraagt durf! Echter, deze investering én de mogelijkheid dit te koppelen aan een duurzaamheidsonderzoek zoals een Energieprestatie advies, maakt de financiële mogelijkheden en voordelen inzichtelijk. AlphaConsultancy ondersteunt én begeleidt vele vastgoed­ eigenaren en –beheerders bij technische en financiële vraagstukken op het snijvlak van onderhoud en duurzaamheid. Lees meer op www.alphaconsultancy.nl.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

29


Tekst Sibo Arbeek

Ontmoeting ­centraal in ­Rozemarnschool Amsterdam

In opdracht van Stichting Sirius heeft SMT de nieuwbouw van basisschool De ­Rozemarn in Amsterdam Zuidoost gerealiseerd volgens een slim concept. Het betreft een integrale kind­voorziening voor kinderen van drie tot twaalf jaar. De behoefte aan verbinding was bepalend in het o­ ntwerp.

30

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017


ONTWERP EN INRICHTING

PROJECTINFORMATIE Project Nieuwbouw Rozemarn; basisschool en overige voorzieningen Opdrachtgever Stichting Sirius en de gemeente Amsterdam Aannemer SMT Bouw & Vastgoed Architect Noortzaak architecten BVO 2.140 m² Ingebruikname mei 2017

O

p woensdag 3 mei is de nieuwbouw van De Rozemarn in gebruik genomen, na een bouwtijd van ruim acht maanden. Op de eerste schooldag hebben de circa 315 kinderen het gebouw verkend en al snel als hun nieuwe thuisbasis ingenomen. Op de website van de school zijn de vlogs te bekijken die de leerlingen hebben gemaakt van het hele bouwproces en de opening in juni. Een trotse directeur Lenny van Vliet: “De Rozemarn is een voorziening voor basisonderwijs dat is gebouwd en ingericht als een integrale kindvoorziening, waar kinderen van 3-12 jaar gedurende de dag leren, spelen en elkaar ontmoeten. Onze oude locatie die hiernaast ligt was twintig jaar geleden al aan vernieuwing toe, maar het heeft even geduurd. Het nieuwe gebouw voldoet volledig aan onze verwachtingen. Het ligt prachtig centraal in een stedelijk, maar groen gebied en is heel transparant van opzet. Dat was een voorwaarde; we willen zichtbaar zijn in de wijk en iedereen moet zich hier welkom voelen. Het gebouw is architectonisch geslaagd. Na een intensief voortraject is een goede samenwerking met alle partijen in het bouwproces ontstaan.” Gerben Elzer was vanuit SMT betrokken bij het project: “Het bestaande pand was functioneel en technisch verouderd en is gesloopt. Daarvoor in de plaats is een nieuwe school gebouwd die past bij het programma dat geboden wordt. Het is een robuust bakstenen gebouw met een heldere structuur, waarbij veel glas in het gevelbeeld is toegepast, dat als een band rondom loopt. Van binnen is juist veel kleur toegepast, in combinatie met de centrale lichtinval vanuit de vide. Dat maakt de school ook toegankelijk en uitnodigend, passend bij het type onderwijs.”

Directeur Lenny van Vliet

BIJZONDERE LOCATIE De locatie is in zuidoost en ligt in een rustige wijk aan de Huntum 16. De school ligt verdiept naast een doorgaande weg op een nieuw ingevulde locatie met naast de nieuwbouw van de Rozemarn ook een ­nieuwe gymzaal en de nieuwbouw van de

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

31


“Het ligt prachtig centraal in een stedelijk en ook groen gebied en is heel transparant van opzet”

­ chtsprong, waarbij in het midden een kiss en ride A zone is ingericht. Opvallend is dat het gebouw met de rug aan een rustige laagbouwwijk grenst en aan de voorkant uitkijkt op de traditionele Bijlmerflats, afgescheiden door een hoger gelegen weg. Er is in ruime mate aandacht voor de verkeersveiligheid. Het schoolplein is met een hek afgesloten en herbergt kleurige speeltoestellen. De centrale ingang komt uit op een ruim open atrium waaraan de beide vleugels liggen voor de midden- en bovenbouw. De school heeft tevens een prachtig technieklokaal en een aparte ruimte voor de ouders en de wijk. Op de vloer ligt marmoleum, waarbij de kleurige wereldbol als onderdeel van de vloer in de vide opvalt. Lenny: “We zijn een multiculturele school waarbij ontmoeten en verbinden centraal staan. Dat symboliseert de wereldbol in de hal.” Gerben: “Daarnaast kan het gebouw op de middellange en lange termijn inspelen op de wijzigende behoeften vanuit het primaire proces. Dit betekent dat het gebouw flexibel moet kunnen worden ingericht alsook relatief eenvoudig moet kunnen worden uitgebreid; het is een tweelaags gebouw met een plat dak en biedt de mogelijkheid om op de huidige constructie nog bij te bouwen.” TEAMWORK Gerben verder: “Bijzonder is de beginfase waarin we gezamenlijk met de onderaannemers en leveranciers het DO in een zeer kort tijdsbestek naar een DO+

32

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

niveau hebben getild als basis voor de daadwerkelijke bouw. Een mooi voorbeeld van hecht teamwerk, waarbij we wekelijks bij elkaar kwamen en iedereen actief input kon leveren. Dat leverde een andere manier van kijken en werken op, waarbij slimme oplossingen gelijk doorgevoerd werden. Partijen werden getriggerd om vrij snel keuzes te maken en die ook door te voeren, zodat we tijdens de uitvoering nog maar weinig uit te engineeren hadden. Daardoor hadden we ook niet de gebruikelijke hectiek aan het einde van een bouwproces.” DUURZAAMHEID Gerben: “Daarnaast is en blijft een gezonde exploitatie van belang. Het is een duurzaam gebouw geworden volgens frisse scholen klasse B. Het kent een flink isolatiepakket met zonnepanelen op het dak en normale luchtbehandelingskasten. Op de verdieping hebben we een zwevende vloer aangebracht in combinatie met een goede akoestiek. Bij de wandafwerking hebben we rekening gehouden met afneembaarheid en zo zijn ook de natte ruimten ingericht. Daarnaast zijn er opstaande plinten om het schoonmaken te vergemakkelijken. SMT heeft tezamen met haar partners hoge ambities waargemaakt in een prachtig duurzaam onderwijsgebouw, een ruimte voor leren en ontmoeten. Voor meer informatie kijkt u op smt-benv.nl.


Tekst Sibo Arbeek

ONTWERP EN INRICHTING

Nieuwbouw Westerkim belichaamt visie op zorg “Welkom in de Westerkim. Welkom Thuis!” Deze aanhef karakteriseert de visie op leven en zorg van woon- en zorgcentrum De Westerkim. Bestuurder Febo Emmelkamp vertelt over de essentie van goede zorg.

F

ebo Emmelkamp: “Vijf jaar geleden hebben wij als kleine zorgaanbieder bewust voor behoud en versterking van onze identiteit gekozen. Van daaruit zoeken we partners waarmee we de verbinding aan kunnen gaan, zoals de wooncorporatie Domesta, eigenaar van de aanleunwoningen Westerheem. Zorgvragers worden bijna niet meer geïndiceerd om naar een intramurale instelling te gaan; we waren verzorgingshuis, maar zijn nu steeds meer verpleeghuis met overwegend pg-bewoners (bewoners met een vorm van dementie) aan het worden. We mogen momenteel zorgen voor 95

bewoners met een psychogeriatrische (pg) indi­ catie, en bijna 30 met een somatische indicatie en daarnaast bieden we 1e lijns kortdurend verblijf en hebben we twee huiskamers voor dagbesteding, waar een dertigtal cliënten die nog thuis wonen gebruik van maken. We leveren verder nog thuishulp bij een vijftigtal cliënten en wijkverpleging bij een vijftiental cliënten in Hoogeveen. De essentie is welkom thuis. Iedereen is welkom en mag zich thuisvoelen. Wij zijn geen instelling maar een huis. De bewoner is thuis. Wij werken bij hen. Vanuit onze christelijke overtuiging biedt welkom thuis

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

33


in de laatste fase van het leven een perspectief, namelijk: op een hemels welkom thuis! Welkom thuis willen we in alle aspecten zo liefdevol mogelijk faciliteren.” THUIS WONEN “De komende jaren zijn landelijk 70.000 medewerkers extra in de zorg nodig door de vergrijzing en de toename van het aantal mensen met dementie. De overheid wil de zorg zolang mogelijk rond de thuissituatie organiseren. In de praktijk komt steeds meer op de verpleeghuizen af. Landelijk zie je dat de omloopsnelheid van cliënten toeneemt; eerder woonde je gemiddeld tien jaar of langer in een verzorgingshuis, om vervolgens bij het toenemen van de zorgvraag naar een verpleeghuis te gaan. Nu komt men – na het ontvangen van thuiszorg – in een woonzorgcentum. Door bijvoorbeeld domotica goed in het zorgaanbod in te zetten zorgen we ervoor dat een bewoner niet meer hoeft te verhuizen en hier uiteindelijk ook kan sterven. We werken bijvoorbeeld met track and trace in goed overleg met de specialist ouderengeneeskunde en de familie van de betreffende cliënt. Wanneer een bewoner buiten het afgesproken gebied komt, ontvangen wij een signaal en kunnen we hier op handelen. We willen een huis met een open instellingscultuur blijven, omdat de kwaliteit van leven van de bewoner voorop staat. Bewegingsvrijheid is daarbij uitermate belangrijk en daar horen geen gesloten deuren bij.” CLIENT CENTRAAL “Onze cliënten hebben er een lang werkzaam leven opzitten. We bieden de zorg die de cliënt

34

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

nodig heeft. We werken daarbij vraaggericht. Dat betekent dat we aan de cliënt vragen wat hij/zij wenst en daar stemmen wij de zorg op af. Eén keer per week douchen of elke dag bepaalt hij zelf. Dat wordt vastgelegd in het zorgleefplan, dat vanzelfsprekend wel binnen de financiële kaders van de bekostigingssystematiek moet passen. Vroeger at je wat de pot schafte en dat is deels nog wel zo, maar ons restaurant biedt elke dag een keuzemenu aan. Ook hierbij is kwaliteit van leven belangrijk. Het gaat erom dat mensen, ondanks hun ouderdom, afnemende gezondheid en dementie gelukkig zijn. Omdat 80% van onze cliënten een pg-achtergrond heeft hebben we veel overleg met de familie om het levensverhaal goed in beeld te krijgen. Dat kan om elementen uit de vorige woning gaan, een geliefd huisdier of bepaalde hobby’s. Dat willen we weten, zodat er een persoonlijke relatie ontstaat en we een echt thuis kunnen zijn. Je moet je niet thuis voelen; je moet er thuis zijn. Onze bewoners bepalen samen met ons de sfeer en inrichting van de gezamenlijke huiskamers. Hun eigen kamer of appartement mogen ze bijna geheel zelf inrichten. Die koekoeksklok en dat schilderij mogen gewoon aan de wand hangen. Zij zijn thuis en wij werken bij en voor hen. We bieden dus meer dan zorg conform een zorgplan. In mijn optiek is een woonzorgcentrum met een verpleeghuis in combinatie met aanleunwoningen ideaal. Wanneer echtparen samen willen blijven dan adviseren we ze naar een aanleunappartement te gaan, zodat het echtpaar bijeen kan blijven en de ‘gezonde’ partner als mantelzorger ook een rol kan blijven spelen.”


ONTWERP EN INRICHTING

Febo Emmelkamp

ONDERNEMERSRISICO “Als organisatie ben je steeds meer klantgericht en ondernemend bezig. Het financiële risico voor overproductie ligt namelijk bij de zorgaanbieder. Er wordt bij het inkopen van zorg gewerkt met productieplafonds. Die bepalen welke gelden er jaarlijks beschikbaar zijn voor zorg. Dit staat haaks op het ‘geld volgt klant’ principe dat door zorgkantoor en zorgverzekeraars wordt gepredikt. Immers, niet de keuze van de klant is leidend, maar het budget wat beschikbaar wordt gesteld. Hopelijk gaat dit in de toekomst veranderen, waardoor je echt zorgondernemer kunt zijn. We bouwen daarom flexibel, met de mogelijkheid tot uitbreiding, of een andere invulling. Vroeger kreeg je - los van de zorg – na 50 jaar een bak geld voor nieuwbouw. Sinds de invoering van de NHC (zie kader) is vergoeding gekoppeld aan zorgverlening. Dit betekent dat als er een kamer leeg staat er geen geld binnenkomt voor zorg, maar ook niet voor de huisvesting. Je kunt dus failliet gaan als niet alle kamers gevuld zijn.” NIEUWBOUW “Ons bestaande gebouw – gebouwd in 1967 - is functioneel en technisch verouderd, maar de bewoner van nu voelt zich er thuis. Toch hebben we gekozen voor nieuwbouw van ons woon- en zorgcentrum, waarbij we de authenticiteit van het huidige gebouw graag terugzien. Als je kijkt wat andere zorgaanbieders neerzetten lijken dat soms ziekenhuizen met steriele appartementen en witte muren. We willen juist kleinschalige woonvormen creëren, waar warmte van uit straalt, ontmoeting centraal staat

“Wij zijn geen instelling maar een thuis. De bewoner woont niet bij ons, maar wij werken bij hen” en de familie ook actief betrokken wordt. We maken clusters voor negen cliënten met een eigen appartement dat gemiddeld uit wat kleinere ruimten bestaat. Het accent ligt vooral op die algemene ruimten en huiskamers, waar je vooral overdag langdurig verblijft. Daar ontmoeten mensen elkaar en worden de gezins- en familiewaarden daadwerkelijk zichtbaar. Het centrale hart wordt versterkt door functies als een winkel, de kapper, pedicure, een bibliotheek of boekenwinkeltje en een grand café en mogelijk gaat er nog een kinderdagverblijf aanhaken. We betrekken vele partijen en spelers bij het programma van eisen, zodat het draagvlak groot is. Leidinggevenden, medewerkers, bewoners, vrijwilligers, omwonenden en andere stakeholders denken actief mee. ICSadviseurs begeleidt ons in het hele proces naar nieuwbouw en heeft voor het programma van eisen onlangs enkele bijeenkomsten georganiseerd. Daarin kon iedereen aangeven wat hij of zij belangrijk vindt in ons nieuwe gebouw. Ik ben er dan ook van overtuigd dat we met inzet van de vele betrokkenen en externe partijen die hun expertise inbrengen straks een mooi nieuw gebouw hebben waar iedereen zich thuis voelt, sterker nog, thuis is.” Hans Voorberg van ICSadviseurs vertelt graag meer over de aanpak van ICSadviseurs. Zijn nummer is 06 2260 1675. Voor meer informatie over (het zorgconcept van) de Westerkim neemt u

Vanaf 2012 wordt de vergoeding voor rente van en afschrijving op vastgoed van zorgaanbieders onderdeel van de integrale tarieven. De vergoeding voor deze kapitaallasten wordt in de vorm van de normatieve huisvestingscomponent (NHC) verbonden aan de zorgzwaartepakketten. Dat leidt tot drie grote veranderingen. De vergoeding wordt afhankelijk van geleverde zorg, de vergoeding wordt uniform en normatief en het moment van investeren en vergoeden wordt losgekoppeld. Hieraan ligt de gedachte ten grondslag dat aanbieders zelf de verantwoordelijkheid gaan dragen voor hun vastgoed en beter kunnen inspelen op de individuele zorgvraag.

contact op met Febo Emmelkamp: 0528 264 038.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

35


Tekst Sibo Arbeek Foto’s Javamo

Renovatie Philips van Horne voegt waarde toe Philips van Horne heeft na de renovatie een frisse en nieuwe uitstraling gekregen. Het gebouw uit de jaren ’60 is voor veel oud-leerlingen die nu ouders van huidige leerlingen zijn volstrekt onherkenbaar geworden. De architect heeft het gebouw tot de oorspronkelijke essentie teruggebracht waarna in samenwerking tussen opdrachtgever, architect en aannemer een geslaagde ingreep is gepleegd.

“Men snapte dat er een spanning in het oude gebouw zat, maar wist niet hoe te handelen”

36

SCHOOLDOMEIN

J

an Mueters is locatiedirecteur van deze mavohavo school die onder LVO valt: “Vroeger kende Weert drie grote scholengemeenschappen, maar na een grote herschikking zijn wij de mavo-havo locatie geworden voor 1.600 leerlingen. Dit gebouw stamt uit 1968 en was op alle gebieden verouderd en zeker onderwijskundig. Toch zijn onze prestaties altijd goed geweest. In al die jaren is er een vleugel aangebouwd en gewoon onderhoud uitgevoerd, maar verder niets. Het was met de donkere aula en dichte lokalen functioneel verouderd en niet meer van deze tijd. De renovatie is echt goed geslaagd en ik merk dat er een bepaalde energie is ontstaan; een soort wow effect.” VERANDEREN Jan verder: “Onderwijskundig zijn we een traditionele school, maar je merkt dat de leerlingen een ander

oktober 2017

soort onderwijs verwachten. De renovatie biedt de mogelijkheid om te veranderen. We zijn al bezig met vakken als mechatronica, technologie en mediavormgeving om meer maatwerk te bieden. Vanaf augustus 2018 gaan we in de onderbouw meer gepersonaliseerd onderwijs inrichten, waarbij de leerling meer ruimte krijgt om eigen keuzen te maken. Dat betekent dat de docent meer coach en begeleider wordt. Nu is dat hier nog shocking, maar ik zie dat sommige collega’s groeien. Een diploma halen is feitelijk makkelijk en hangt van tijd, inspanning en een zeker talent af. Het diploma krijg je, als het ware, gratis bij de fietsenstalling als je goed je best doet. Maar dingen die niet getoetst worden vormen je tot een volwaardige burger. Leren buiten de muren blijft langer hangen dan de leerstof. Stichting regio Weert Bedrijfsleven telt vijftig bedrijven die het onderwijs willen ondersteunen. Dat kan een gastles zijn, meedenken over


ONTWERP EN INRICHTING

PROJECTINFORMATIE Project Renovatie Philips van Horne Weert, havo/vwo-school Opdrachtgever LVO Sittard Architect Frencken Scholl Architecten Aannemer Maasveste Berben Bouw Bvo 6.500 m² Budget € 6,3 mio (inclusief btw)

het curriculum of een opgave rond transport en logistiek. Ik vind goede doorgaande leerlijnen met vervolgonderwijs belangrijk en wil weten wat mbo’s en hbo’s vragen.” SPANNING Peter Scholl is architect van Frencken Scholl Architecten. Gordon van Pol heeft als projectleider van Maasveste Berben Bouw het proces begeleid. Peter: “Als je nu rond loopt kun je je niet voorstellen hoe het er vroeger uitzag. Het begon in april 2014 met een vraag om een nieuwe voordeur, waarbij de kleuren ook anders moesten en de installaties verouderd waren. Men snapte dat er een spanning in het oude gebouw zat, maar wist niet hoe te handelen. Er was een laag plafond, valkuilen in de aula en een gedateerd afwerkingsniveau. De school had de herkenbare fout gemaakt door tussentijds te willen opleuken met

kleuren waarvan je zenuwachtig werd als je door de aula liep. Aan de buitenkant waren er rondom overkapte fietsenstallingen, schuttingen en camera’s om toezicht te houden. Het gebouw was dicht gesneeuwd met toevoegingen, waardoor het een in zichzelf gekeerd karakter had met een slecht overzicht en een onduidelijke hoofd-entree die niet geprononceerd was. Door onze ingreep hebben we tegelijkertijd de structuur, de sfeer en het onderwijskundig klimaat verbeterd. Het parkeren is beter geregeld, de verkeersstromen binnen en buiten het gebouw zijn gescheiden en als je binnenkomt, is de aula de grote structuurmaker, waardoor je ineens alles snapt. We hebben het dak opgetild waardoor er meer licht en lucht naar binnen kan komen en de ruimte veel aan kwaliteit wint. De trappenhuizen zijn transparanter gemaakt en door slimme ingrepen in het technisch onderhoud zijn ook de sfeer en uitstraling in het hele gebouw verbeterd. Daarbij zijn leerlingen op onderdelen betrokken, bijvoorbeeld in het meedenken over de sfeer, de keuze van de stoelen of de kleurenschema’s. Het is nu een klasse B-school en dat is voor een renovatie goed.” GOEDE SAMENWERKING Peter verder: “Omdat je bij renovatie nooit precies weet wat je tegenkomt is het lastig om vooraf een sluitend bestek te schrijven. Daarom hebben we het als een VO+ in de markt gezet.” Gordon knikt: “Juist bij een renovatie kun je je onderhoudsbeheer upgraden. Dit was een project dat tijdens de uitvoering werd ingevuld. Hoe verbeter je bijvoorbeeld het binnenklimaat in een bestaand gebouw en zorg je dat het goed ventileert? We hebben twee proefopstellingen gemaakt, om alles rond inrichting, klimaat en verlichting uit te testen. In dit gebouw waren lukraak kabelgoten en opbouw­leidingen gelegd. Samen hebben we gekeken hoe we dat beter en mooier konden oplossen. De architect gaf vaak aan wat de sfeer moest zijn. Was het te duur, dan kwamen wij met alternatieven, waardoor het wel in het budget paste.” Jan ten slotte: “We hebben glaswanden langs de lokalen geplaatst waardoor je naar binnen kunt kijken en op enkele plekken hebben we open leergebieden gemaakt. Je ziet nu al dat die populair worden. De structuur van het gebouw leent zich ervoor om ander onderwijs te geven. De geslaagde renovatie heeft dat prachtig blootgelegd. De rust en condities om lekker te kunnen werken zijn er nu.” Voor meer informatie surft u naar www.frenckenscholl.nl.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

37


Het idee In de rubriek het idee belicht iedere editie van Schooldomein een initiatief dat een positieve bijdrage levert aan de samenleving. In dit nummer het idee van Jong010.

In 2020 elke stad en regio van Nederland een eigen kinderkrant

O

prichter van Jong010 Angelique van Tilburg en hoofdredacteur van Jong010 Suzanne Huig starten in januari 2018 met het jaarprogramma ‘Je eigen kinderkrant’. In dat jaar geven Angelique en Suzanne aan de hand van 10 modules inzicht in alles dat komt kijken bij het opzetten en leiden van een kinderkrant. Ze vertellen hoe ze van de Rotterdamse kinderkrant een succes hebben gemaakt en wat ze doen om dit succes te behouden. Na het jaar kunnen de deelnemers aan het programma zelfstandig verder en kunnen ze naar Rotterdams voorbeeld aan de slag met hun eigen kinderkrant in hun eigen stad of regio. Angelique: “Mijn doel is om in 2020 voor alle kinderen in heel Nederland een kinderkrant te

maken. Suzanne en ik zijn daarom begonnen met dit programma waarbij we mensen gaan opleiden en daarna loslaten. We gaan anderen laten zien en leren hoe ook zij tegen de stroom in succesvol kunnen zijn met een papieren krant voor kinderen.” Suzanne: “ Angelique en ik hebben dezelfde visie: kinderen serieus nemen en er voor zorgen dat er naar hen wordt geluisterd en dat hun echte verhaal wordt verteld. Dat alle kinderen in Nederland een eigen krant krijgen, vinden we belangrijker dan dat we die krant zelf maken. Daarnaast is het volgens ons het beste dat een lokale of regionale kinderkrant wordt geleid door iemand die een gebied van binnen en buiten kent.” “We zijn nu op zoek naar de juiste mensen hiervoor”, vult Angelique aan.

In 2009 startte Angelique (1984) op eigen houtje en zonder ervaring met het opzetten van haar eigen gratis lokale kinderkrant Jong010. In 2010 verscheen de eerste krant in een oplage van maandelijks 1.250 en verspreiding op 5 basisscholen. In 2013 begon Suzanne (1991) bij Jong010 als journalist. Binnen 2 jaar was zij hoofdredacteur van de kinderkrant. Inmiddels leiden Angelique en Suzanne samen de kinderkrant, komt Jong010 al 7 jaar uit en is de oplage maandelijks 40.000. De kinderkrant wordt verspreid in heel Rotterdam, via alle ruim 300 basisscholen, openbare gelegenheden en het Sophia Kinderziekenhuis. De doelgroep van Jong010 is kinderen van 7 tot en met 12 jaar.

In 2018 is er slechts plaats voor 10 deel­ nemers. Deelnemen is mogelijk voor zelfstan­ digen, vertegenwoordigers van een organisatie en voor studenten of net-­afgestudeerden. Geïnteresseerden kunnen meer lezen en zich aanmelden voor de voorinschrijving via denkjong. nl/jaarprogramma-je-­ eigen-kinderkrant. Angelique van Tilburg (links) Suzanne Huig (rechts) Foto Kimberly Gomes.

38

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017


Tekst Maarten Sanders

ONTWERP EN INRICHTING

Kleur als teken van de tijd “In de loop der jaren verschieten scholen af en toe van kleur. De school waar ik zelf op zat werd gedomineerd door de combinatie grijs-lichtblauw, maar toen ik er al bijna af was werd alles o­ vergeschilderd in bruin en oranje. Architect Maarten Sanders van OIII architecten.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

39


D

e heersende mode, de smaak van de directeur of de inbreng van actieve ouders zijn doorslaggevend voor dergelijke gebeurtenissen. Vaak gebeurt het ook in stukjes, met tussenposen van enkele jaren, zodat er een kleurige lappen­ deken van onafgemaakte stukjes school ontstaat. Op de scholen van nu is ook de invloed van sites als Pinterest waarneembaar. Er verschijnen tussen gifgroene, beige klaslokalen nu ruimten met plastic laminaat, namaak-industrielampen en een ruwe houten tafel. EIGEN SIGNATUUR Sommige vormgevers proberen de willekeur bij het kiezen van kleuren te vermijden. Zomaar iets kiezen gaat ze gewoon niet goed af. Ze zoeken bestendigheid, iets wat de mode overleeft. Het moet nu goed zijn, maar over 20 jaar ook nog uit te leggen. Door het nastreven van een eigen signatuur, het in praktijk brengen van een theorie over kleur of zich te baseren op de context van een kleurtoepassing wordt het keuzeproces minder arbitrair. Als onderdeel van een gedachte waarin materiaal, kleur en vorm onlosmakelijk zijn verbonden, krijgt vormgeving een langere houdbaarheid. DE BREDE REUS Een voorbeeld van zo’n gedachtegang is terug te zien in het ontwerp voor de Brede Reus, een school in het centrum van Amsterdam, ontworpen door OIII architecten. Het project bestond uit de transformatie van een complex met een bewogen geschiedenis. Een rij 17e-eeuwse wevershuizen die in de jaren ’50 van de vorige eeuw zijn samengevoegd tot een kantoorgebouw werd ooit aangekocht door de gemeente Amsterdam om een maatschappelijke bestemming te krijgen. Deze werd uiteindelijk gevonden in de noodzakelijke uitbreiding van een bestaande school, aan de overzijde van het binnenterrein. SAMENHANG De uitgangssituatie bestond uit een ruimtelijk versnipperd geheel, met onderdelen uit verschillende bouwperioden zonder enige samenhang. Aan de straatzijde zijn de oorspronkelijke wevershuizen nog te herkennen in gevels en kap-vorm. De achterzijde was een uit de jaren ‘50 stammende strook kantoorruimten.

“Sommige vormgevers proberen de willekeur bij het kiezen van kleuren te vermijden”

De Brede Reus Foto’s Roos Aldershof

40

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

Het plan van OIII architecten voor de transformatie beoogt een groot aantal voorwaarden om een goed functionerend schoolgebouw te realiseren. De belangrijkste vondst was echter de wijze waarop door gebruik van kleur en materiaal het gebouw weer een identiteit en een ruimtelijke samenhang kreeg. Dit gebeurt voornamelijk door de oorspronkelijke functie van het gebouw tot uitdrukking te brengen


ONTWERP EN INRICHTING Panta Rhei Foto’s Luuk Kramer

in een vloerpatroon dat alle ruimten met elkaar verbindt. Verschillende kleuren, lijnen en banen doorkruisen de ruimte, zodat het weefambacht dat hier eeuwen uitgeoefend werd op een subtiele manier zichtbaar is gemaakt. Daarnaast baseert het patroon zich zowel op het ritme en indeling van de oorspronkelijke huizen, als het stramien van het kantoorgebouw dat er later van gemaakt werd. SPELEN Doordat kleur en materiaal voor alle andere onderdelen rustig en neutraal zijn gehouden werkt het idee achter het vloerpatroon extra goed. Het verbetert de manier waarop men zich in het gebouw kan oriënteren en is voor kinderen een prima aanknopingspunt voor allerlei spelen. Hoewel de meeste gebruikers zich niet bewust zijn van de achtergrond van het ontwerp, herkent men wel het feit dat er een gedachte achter zit en niet voortvloeit uit een willekeurige smaak. En ondanks het feit dat in het gebruik van een school overal kastjes, borden en ander meubilair de ruimte steeds voller maakt; “The building can take it”. Vormgeving “bewaakt” de samenhang.

PANTA RHEI Een totaal andere insteek is te zien het gebouw van Panta Rhei in Amstelveen, ontworpen door Snelder architecten. Het gebouw is ontworpen voor VMBO en heeft een transparante architectuur met veel daglicht. Kleur- en materiaalgebruik vloeit hier voort uit de wens van de gebruiker om een prikkel-arme leeromgeving te maken. Daarnaast wilde de architect dat de leerlingen, met hun kleurige aanwezigheid en door het exposeren van werkstukken, kleur in het gebouw zouden brengen. Dus werd een uitgesproken kleurkeuze vermeden. De toepassing van het lichtgrijze beton, wit stucwerk en zwarte stalen profielen maken van het interieur een lichte, rustige omgeving. De tijdloze uitstraling biedt ruimte en vrijheid, en ademt een optimistische blik op de toekomst. Een bijzonder element in de school is de toepassing van grafische vormgeving. Door gedichten en oneliners, opgetekend uit de monden van leerlingen, vorm te geven als vaste grafische ornamenten, wordt een koppeling gemaakt tussen gebouw en identiteit van individuele gebruikers. De vormgever spreekt zelf van “gedichten als intieme eilandjes op de vloer”, die een tegenhanger zijn van de open ruimtelijkheid van het gebouw. Kijk voor meer informatie op o-drie.nl.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

41


Tekst Irma Thijssen, RVO.nl

Check je Energiefacturen, dat scheelt 10% op de energielasten! Controle van de energierekeningen bespaart een school gemiddeld zo’n 10 procent. Dat is een mooi bedrag om te investeren in leermiddelen. Of in verduurzaming van het schoolgebouw.

B

erenschot en ICSadviseurs evalueerden in 2017 in opdracht van het Ministerie van OCW de materiële instandhouding en concludeerden dat schoolbesturen gemiddeld 11% meer geld uitgeven dan de vastgestelde normbedragen die zij ontvangen van het rijk. Voor gebouwonderhoud 15% meer en voor energie maar liefst 81%. Over de MI-vergoedingen vindt overleg plaats tussen VNG, PO- en VO-raad en het Ministerie. Naast de vraag of de vergoedingen moeten worden bijgesteld, ­kunnen scholen zelf flink besparen op de energiekosten. Niet alleen door energiebesparende maatregelen te nemen, maar ook door hun facturen goed te controleren. START VOOR VERDUURZAMINGSTRAJECT Chantal Broekhuis, teamleider Facility & Huisvesting bij de PCOU en Willibrord Stichting: “Twee jaar geleden hebben wij van alle 65 PO en VO-scholen de energiefacturen laten doorlichten. Een conciërge werd langs de scholen gestuurd om meterstanden op te nemen, ean-codes te registreren en foto’s te maken van alle aansluitingen. Die gegevens hebben we gecontroleerd. En wat bleek? Er waren spookfacturen bij, van vestigingen die we niet meer in gebruik hadden of zelfs nooit hadden gehad, en meterstanden die niet klopten. Bovendien was er sprake van meerdere energieleveranciers. Al die leveranciers hebben we een brief gestuurd met knelpunten en om een klantcontactpersoon gevraagd om ze op te lossen. We zijn uiteindelijk toegegaan naar één leverancier, daarvoor zijn we aangesloten bij een groot inkoopcontract via de Besturenraad.” Voor de PCOU vormde factuurcontrole de start van een verduurzamingstraject. Chantal: “De analyse van de facturen heeft ons wel 10 procent bespaard, dat is fors. Dat geld kunnen we mooi investeren in verduurzaming.”

42

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

“Factuur­ controle is veel werk, maar het levert geld op en het is ­nodig als je een energie­ plan gaat maken”

VERSCHIL TUSSEN METERSTANDEN EN ENERGIE­ FACTUREN Remco Verheij was enkele jaren geleden gebouw­ beheerder van het Libanon Lyceum in Rotterdam, dat bestaat uit twee monumentale schoolgebouwen. Hij heeft hier veel geld bespaard met factuurcontroles. Inmiddels werkt Remco als bestuursconsulent voor contractmanagement energie bij stichting BOOR, een van de grootste schoolbesturen, met 78 scholen en 120 gebouwen. “De energiekosten van het Libanon Lyceum bedragen 11 tot 13 euro per m2 per jaar, inclusief btw en energiebelasting. Er zijn ook scholen die 18 euro of meer per m2 verbruiken. Reken maar uit wat dat aan geld kost.” Analyse van de verbruiken en facturen levert veel inzicht op. “Als je de meterstanden, jaarverbruiken en facturen in beeld hebt, kun je gaan vergelijken, ­analyseren, en rare dingen eruit halen. Soms kloppen de facturen niet, soms klopt het adres niet, maar er zitten ook gebouwen bij met een groot ‘energielek’, en gebouwen met een deel leegstand. Je kunt niet 1-op-1 vergelijken. Natuurlijk hebben praktijkscholen een hoger verbruik dan gemiddeld, net als scholen met een BSO die in de vakantie open is.” R ­ emco concludeert: “Het ligt soms aan het energiebedrijf; maar

Hoe groter het gebouw, hoe lager het gasverbruik per m2 (ECN).


ONTWERP EN INRICHTING

ook de scholen letten niet goed op. De normvergoedingen zijn krap, maar met goede factuurcontrole en energie­besparende maatregelen kom je een heel eind. ­Factuurcontrole is veel werk, maar het levert geld op en het is nodig als je een energieplan gaat maken.” CHECK JE ENERGIEREKENING Eke Schins is sectorleider onderwijs en gezondheidszorg bij Arcadis. Zij en haar collega, energie­coördinator Marie Ernst, hebben veel schoolbesturen geadviseerd over energie. “Scholen kunnen veel geld besparen als ze hun energierekeningen checken. Dit inzicht is ook van belang als een schoolbestuur gebouwen wil gaan verduurzamen. Maak iemand verantwoordelijk voor de energierekeningen. Want pas als je inzicht hebt kun je verdere stappen nemen. De volgende stap is de factuurcontrole. Daarna volgen gemakkelijke maatregelen die geen geld kosten, zoals het goed inregelen van de installaties. Vaak staat in het weekend en in de vakantie de verwarming nog aan. Tegenwoordig kun je dat met een slimme meter makkelijk monitoren. Je ziet bijvoorbeeld waar pieken zitten. Dan het gedrag, waarmee je nog eens 5 tot 10% kunt besparen. Bijvoorbeeld lichten uit, stand-by stand uit, apparaten die niet gebruikt worden uit. Daarnaast moet je investeren in energiebesparende maatregelen. Dat loont altijd.”

VIJF STAPPEN 1. Maak iemand verantwoordelijk voor energie 2. Check energieverbruiken en energiefacturen 3. Regel de installaties goed in 4. Gebruik de installaties slim (gedrag) 5. Investeer in energiemaatregelen

Green Deal Scholen De Green Deal Scholen helpt schoolbesturen op weg naar gezonde, duurzame en betaalbare school­gebouwen. Kijk op www.greendealscholen.nl of bel 085-3032602. Voor een energie-advies kunt u gebruik maken van de Green Deal Scholen Advies subsidie­ regeling. Schoolbesturen krijgen 50% van de advieskosten vergoed tot een maximum van € 3.500,-. De regeling loopt tot eind december 2017. Aanvragen kan via www.greendeal­ scholen.nl of www.rvo.nl/gds.

Cijfers De huisvestingslasten vormen in het PO gemiddeld 6% van de exploitatie, in het VO 8% (personeelskosten vormen de grootste kostenpost met 82 respectievelijk 79%). Een PO-school gebruikt gemiddeld 12 m3 gas en 25 kWh per m2 bvo vloeroppervlak; een VO-school 10 m3 gas en 33 kWh (de zogenaamde gewogen gemiddelde intensiteit; ECN). Een PO-school betaalt gemiddeld € 22.000,- per jaar aan energielasten; een VO-school € 140.000,-, inclusief BTW, energiebelasting en transportkosten. De verbruiken en bedragen lopen echter zeer uiteen en zijn afhankelijk van bouwjaar, gebouwkwaliteit, installaties, en energietarieven. (Bron: ECN, Arcadis, BOOR)

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

43


Tekst Sibo Arbeek

KNX MAAKT GEBOUWEN SLIMMER

Bewustwording aan de voor­ kant van het bouwproces Gebouwen worden steeds geavanceerder maar bevatten systemen die over het algemeen niet zijn gekoppeld en dus apart van elkaar werken. Gevolg is een weglek van tijd, energie en vooral kwaliteit. Door systemen aan de voorkant van het bouwproces te verbinden is het mogelijk om echt slimmere gebouwen te maken. Op 14 november vindt er een Smart@School Event plaats om opdrachtgevers bewuster te maken van de kansen die er liggen.

“Ik dacht dat het maken van een ­intelligent gebouw duurder is, maar het tegenover­ gestelde is waar”

44

I

SCHOOLDOMEIN

n de ruimten van Living Space® Experience en Building Space® Experience in De Woonindustrie in Nieuwegein ervaar je wat er technisch al mogelijk is om het gebruik en de beleving van ruimten te beïnvloeden. Een mooie locatie voor het gesprek over slimme gebouwen. Harry Vedder van M3V heeft naast gastheer Paul Markesteijn van ABB ook Marco van Zandwijk van Ruimte OK en Ad Kuivenhoven van de Christelijke Onderwijs Groep (COG) uitgenodigd. Harry: “Iedereen is bezig met flexibele schoolgebouwen, die fluctuaties kunnen opvangen en op veranderingen binnen het onderwijs kunnen inspelen. Dat betekent dat je dan vaak de hele infrastructuur moet

oktober 2017

aanpassen. We maken gebouwen voor veertig jaar, die gedurende de levensduur vaak (te) moeilijk aan te passen zijn. Ontwikkelingen binnen zorg met domotica of het hotelwezen zijn verder met de integratie van gebruiksvriendelijke systemen, waardoor je slimmere gebouwen krijgt.” NIEUWBOUW TECHNOVA COLLEGE Ad knikt: “Op het moment dat je iets in je programma van eisen opschrijft is de werkelijkheid alweer ver­ anderd. Hoe kun je als opdrachtgever dan nog je organisatie en exploitatie goed inrichten? Een bouwproces kent veel traditioneel georganiseerde discipli-


ONTWERP EN INRICHTING

nes, waarbij iedereen binnen de eigen keten met thema’s als innovatie en verduurzaming bezig is, maar er weinig samenhang is. Wij hebben een design en build aanbesteding gehad, maar merken hoe lastig het is om marktpartijen goed in te lichten over je intenties. Hoe creëer je nu een gemeenschappelijk platform, waarin alles samenkomt? In het bouwproces van het Technova College in Ede werken we met KNX. In de praktijk trek je simpel een extra kabel mee naast je datakabel, waardoor je een infrastructuur creëert waarmee je het hele gebouw gedurende de hele levensduur makkelijk kunt blijven aanpassen aan nieuwe (ook onderwijskundige) ontwikkelingen. Ons nieuwe gebouw wordt volgend jaar mei opgeleverd en is dan klaar voor de toekomst.” PROTOCOL Paul legt uit: “KNX is in feite de html van de installatietechniek en koppelt alles op het gebied van E en W (en ICT). Het is een gestandaardiseerd protocol dat regelt hoe je communiceert en er voor zorgt dat apparaten met elkaar kunnen communiceren. Daardoor programmeer en monitor je het hele gebouw op een aantal variabelen. Dat zijn nu nog heel veel handelingen, maar regel je met KNX met een simpele druk op de knop. Programmeer je je nieuwe configuratie dan worden gelijk aspecten als zonering, bezetting, klimaat, beveiliging en ICT meegenomen. Dat kunnen ook onderwijsconfiguraties zijn. Praktisch gaat het om twee kastjes in een ruimte die klimaat en aanwezigheid regelen. Met een unieke QR-code kun je als gebruiker programmeren, maar ook eigen accenten leggen. Uiteraard legt het systeem afwijkend gedrag vast, waardoor je tijdig kunt ingrijpen.” Harry knikt: “Ik dacht dat het maken van een intelligent gebouw duurder is, maar het tegenovergestelde is waar. Het meenemen van KNX in de structuur van een gebouw is

heel eenvoudig; de wijze waarop je een gebouw vervolgens inricht is telkens een afweging, waarvoor je de tijd kunt nemen. In het ontwerpen van een gebouw weet je vooraf nog niet hoe je met de zonering omgaat, hoe je sluitplan eruitziet of waar welke afdelingen zitten. Dat zijn zaken die je vaak in het gebruik wilt ervaren. Met KNX regel je de startsituatie, die vervolgens te modificeren is, waardoor meer comfort in het ontwerpproces ontstaat.” Ad vult aan: “Buiten het feit dat het ook nog eens veel voordelen voor de bedrijfsvoering oplevert.” KWALITEITSKADER HUISVESTING Marco van Zandwijk: “KNX zou integraal onderdeel van het kwaliteitskader huisvesting moeten zijn. Regelsystemen voor de E en W-installaties die via één open platform bedienbaar en beheersbaar zijn, dragen bij aan gebouwen die duurzaam en efficiënt zijn. Door dit in de ontwerpfase al duidelijk als prestatie-eis mee te geven, wordt het uiteindelijke gebouw gedurende haar levensduur veel beter (her)programmeerbaar. Aandachtspunt is dat de mensen in de bouw- en ontwerpbranche nog vaak op de techniek zijn gericht.” Paul knikt: “Daarom leiden wij als gecertificeerd bedrijf ook mensen binnen de installatiebranche op. Door deze ontwikkeling borg je dat toekomstige gebouwen niet alleen slimmer maar ook duurzamer zijn en het presteren niet afhankelijk wordt van de toevallige passant die voor de huisvesting verantwoordelijk is. Harry ten slotte: “Doel van het Smart@School Event op 14 november is om de mindset van opdrachtgevers en gebouwbeheerders aan de voorkant van het bouw- en beheerproces te beïnvloeden met als resultaat slimmere gebouwen die goed zijn voor het onderwijs.”

KNX is een standaard die beschrijft hoe sensoren en actoren met elkaar communiceren. Dit communicatieprotocol wordt toegepast in gebouw­ automatisering en domotica. KNX Association certificeert de producten volgens deze norm zodat producten van verschillende fabrikanten samen in één systeem gebruikt kunnen worden.

Voor meer informatie over de Smart@School Event kijkt u op www.m3v.nl. Voor informatie over de nieuwbouw van het Technova College kijkt u op https://a12.nl/voortgang-bouw-technova-­college.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

45


Tekst Sibo Arbeek

ONDERWIJSVISIE, LICHT EN EEN BETER KLIMAAT

Rijnlands Lyceum na renovatie klaar voor de toekomst Conrector Ilse Tacken vat het proces samen: “In de renovatie hebben we gefocust op een combinatie van onderwijsvisie, transparantie en een beter klimaat. Samen met Vanerum en de architect hebben we een goed proces ingezet dat tot een metamorfose van het gebouw heeft geleid.”

I

lse Tacken is conrector bedrijfsvoering: “1.500 leerlingen volgen vanaf mavo tot en met tweetalig vwo onderwijs op het Rijnlands Lyceum. Ons kenmerk is dat we niet naar opleiding zijn georganiseerd maar naar clusters van vakken, zoals Nederlands of economie en wiskunde. We willen kinderen alle kansen bieden en proberen het beste eruit te halen; dat uit zich bijvoorbeeld in de grote doorstroom van mavo naar havo en havo naar vwo.” We waren al een aantal jaren bezig met een andere manier van onderwijs geven en onze docenten wilden het een stap verder brengen. Het gebouw met zijn lange gangen en klassen maakte dat niet mogelijk. En doordat leerlingen meer ­ met eigen devices werken konden we ook beter in andere werkvormen denken, ook omdat het gebouw volledig wireless is.” Ilse verder: “Dit gebouw is langwerpig, in twee lagen gebouwd en heeft de vorm van een driehoek. Alleen de bèta vleugel ligt op de tweede verdieping. Het is een prettig gebouw dat klein aanvoelt, maar toch groot is. Ook al oogt het van de buitenkant nog nieuw; het is toch al twintig jaar oud. Er waren drie redenen om te renoveren: we wilden onderwijskundige ontwikkelingen beter faciliteren, het was een donker gebouw dat we lichter wilden maken en het klimaat moest beter. In het voortraject hebben we met docenten, leerlingen en OOP-ers nagedacht over het gebouw van de nabije toekomst. We waren het

46

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

“Vroeger had je één stoel en daar zat je de hele dag op, nu stimuleren we je te bewegen en kies je je eigen werkplek”

erover eens dat het gebouw beter gebruikt moest worden; de gangen waren no go zones en leerlingen hadden ook behoefte aan andere plekken waar ze serieus konden werken of chillen.” INTERIEURELEMENTEN OP MAAT Rob Toebes van Vanerum knikt: “De dominante kleuren waren zwart en rood en door weinig daglichttoetreding en de sobere en gesloten vormgeving bood het gebouw een sombere aanblik. Wij zijn als preferred supplier van het Rijnlands Lyceum vanaf het begin betrokken geweest. De architect Steven Jansen van Arcadis Nederland heeft een basisplan gemaakt met als belangrijkste opdracht het gebouw beter aan te sluiten op het onderwijs van morgen. Steven is bij ons komen kijken om zijn eerste ideeën te scherpen; samen hebben we interieurelementen aan de standaard leerlingsets toegevoegd die goed in de nieuwe nissen, open ruimten en leergebieden passen. Door kantoor- en bergruimten efficiënter te gebruiken werd ruimte gewonnen om naast de lokalen open ruimten te creëren, die ook als werkruimte kunnen fungeren. Bijvoorbeeld statafels aan de pilaren, picknickbanken, loungebanken en zitblokken. Daarnaast fungeren de brede gangen nu ook als ontmoetingsruimten en zijn ook in de ruimten van de lockers plekken voor ontmoeting gecreëerd. Daarbij hebben we gekozen voor materiaal dat geborgenheid biedt, maar ook goed schoongemaakt kan worden. Vroeger had je één stoel en daar zat je de hele dag op,


ONTWERP EN INRICHTING

nu stimuleren we de student te bewegen en kies je je eigen werkplek. Door een aantal dichte wanden te vervangen door puien met glas is het gebouw vriendelijker geworden en ontstonden aantrekkelijke ruimten.” GOED BURGERSCHAP Ilse knikt: “Het werkte meteen goed. Docenten gebruiken de leerpleinen om te differentiëren in werk­ vormen. Ze hoeven niet meer 30 leerlingen een uur in het lokaal te houden, maar kunnen hun lessen op een andere manier opbouwen. Dat vond ik leuk om te zien en daar hoefden we verder niets over af te spreken. Leerlingen mogen ook op die nieuwe plekken eten; we zijn een vol gebouw en daardoor zitten ze in de pauze niet zo dicht op elkaar. We gaan volgende week starten met schoolstewards; waarbij leerlingen elkaar corrigeren. Daarmee leren we ze hun eigen verantwoordelijkheid te pakken; ze worden daardoor getraind in assertiviteit en het leidt ook tot goed burgerschap: hoe ga je met andermans spullen om?” ELK CLUSTER HERKENBAAR Rob: “We hebben de eerste 3D voorstellen groot geprint. Daarmee hebben we een expositie ingericht, waarbij docenten en leerlingen bijna real life konden ervaren wat ze bedacht hadden. De nieuwe inrichting moest de identiteit van het Rijnlands Lyceum versterken. In het logo zit de basiskleur blauw en die hebben we gecombineerd met de kleuren geel, oranje en lichtgrijs. Deze kleurstelling is zichtbaar in vloeren, meubilair en wanden, waarbij de kleuren een herkenbare lijn vormen. Elk cluster is herkenbaar met een eigen print op de wand van het leerplein, die aansluit bij de inhoud van de vakken, zo weet je op een open leerplein gelijk of je bij de talen of wiskunde zit. Dat idee is ook in de personeelskamer doorgevoerd, met plekken om te staan, te ontmoeten, te ontspannen en te werken. Door vorm, kleur en variatie aan te brengen is het een prettige en comfortabele ruimte geworden.” Ilse knikt: “Het leuke is dat al die ideeën elkaar versterkten en niet tegenspraken. Het was alsof ze impliciet al aanwezig waren. Het gaat uiteindelijk om de onderwijsvisie en vervolgens moet je het gebouw in lijn brengen met wat je wilt doen. Dat is hier goed geslaagd.” Kijk voor meer informatie over de aanpak van Vanerum op vanerum.nl.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

47


Tekst Sibo Arbeek

LEERLINGEN DR.-KNIPPENBERGCOLLEGE HELMOND OVER

Het onderwijs van morgen Het Dr.-Knippenbergcollege in Helmond is op weg naar een vervangende nieuwbouw. Bij het opstellen van het Programma van Eisen worden docenten en leerlingen actief betrokken. Vooral leerlingen hebben een duidelijk beeld bij hun eigen wensen en verwachtingen over hun leeromgeving. Een gesprek met vier enthousiaste ambassadeurs.

W

illy van der Heijden, directielid van de OMO Scholengroep Helmond en Barbara Winkelhuijzen van ICSadviseurs trappen af: “Dit gebouw is functioneel en technisch verouderd en we gaan daarom voor nieuwbouw. De mening van docenten en leerlingen is belangrijk en daarom organiseert ICSadviseurs workshops waarin ze met elkaar in gesprek gaan. Anne Broekmeulen uit vwo 4: “Ik zit vanaf de tweede in de leerlingenraad en de debatclub en wil graag mee-

48

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

denken. Het nieuwe gebouw moet een plek voor iedereen zijn.” Isabelle Manders uit vwo 5 knikt: “Ik maak het nieuwe gebouw niet meer mee, maar denk graag mee voor de volgende generatie.” Guus Wensing uit mavo 4: “Samen met de leraren weten wij het beste hoe het gebouw eruit moet komen te zien.” En ten slotte Bastiaan Flikweert uit vwo 6: “Ik merk hoe belangrijk buitenschoolse activiteiten als debatteren, meewerken aan een musical en het bezoeken van bedrijven voor je vorming zijn. Die


ONTWERP EN INRICHTING houding moet een nieuw gebouw prikkelen. Deze school heeft al een open cultuur, maar een beter gebouw stimuleert dat nog meer.” INTERNATIONALISERING Internationalisering is een belangrijk thema. Guus: “We zijn met veel culturen en moeten met elkaar rekening houden. Engels zou eigenlijk de voertaal moeten zijn en je zou ook andere talen moeten kunnen leren, zoals Chinees. En onze kantine zou bijvoorbeeld ook halalproducten moeten aanbieden.” Bastiaan: “De paviljoens zijn ingedeeld per vaksectie waardoor het moeilijk wordt te verbinden. We gaan voor een gebouw, dat open en transparant is, waarbij je meer verbindt en minder onderscheid maakt in niveaus, zoals een aparte mavo-vleugel. Theorie en praktijk zou je meer moeten verbinden; we hebben laboratoria, die we nauwelijks gebruiken.” ZELFSTURING De leerling van morgen is zelfstandiger. Anne: “We willen meer in vakoverstijgende projecten werken en er zou er meer aandacht voor handvaardigheid en sporten moeten zijn.” Guus: “Maar ook zaken als leren plannen, organiseren en goed leren schrijven. Dat leer je door meer inhoudelijke doe-opdrachten over technische en maatschappelijke vraagstukken te krijgen.” Isabelle voegt toe: “Dan leer je veel meer dan een hele week lang naar een docent luisteren.” Bastiaan: “Combi’s van beeld en interactieve media zijn belangrijk; dat merk ik ook bij bedrijvenbezoeken. Wanneer je traditioneel informatie overdraagt valt iedereen in slaap. Leren doe je thuis wel.” Anne: “De wereld verandert, maar de school blijft traditioneel. Alleen bij een vak als onderzoek & ontwerpen leer je skills als organiseren, samenwerken en plannen. Het probleem is ook dat de klassen te groot zijn en er te weinig begeleiding is. Een docent zou ook meer een goede begeleider moeten zijn.” Guus: “Je schooltijd is een belangrijke fase om jezelf te leren kennen. De school kan daarin een belangrijke rol spelen door activiteiten zoals muziek, debatteren, sport aan te bieden.“ Anne vat samen: “De school zou een combi van IQ en EQ moeten bieden.”

Bastiaan: “Het nieuwe gebouw zou meer ruimtes moeten hebben om samen te werken. We hebben nu alleen maar een mediatheek, waar het zomers veel te warm is. En zonder toezicht mag je niet overal zitten.” TECHNIEK EN TECHNOLOGIE Neemt de rol van technologie toe? Isabelle: “Zeker; we willen meer digitale lessen op een aansluitend niveau. Geschiedenis doet weinig met technologie, terwijl je enorm veel kunt doen rond een thema als klimaatverandering, waarbij je de stof vanuit een ethisch uitgangspunt benadert: wat is onze rol en

“Het verschil tussen de nieuwe en oude generatie is dat de nieuwe generatie in belonen denkt in plaats van straffen” wat doen we eraan? Dan combineer je ook weer een aantal vakken.” Willy reageert: “Als je het onderwijs opnieuw zou uitvinden haal je het niet in je hoofd om een leerling elke 50 minuten iets anders te laten doen.” Anne knikt: “Ik merk dat veel kinderen niet met plezier naar school gaan. Je moet zorgen dat leren leuk wordt. Het verschil tussen de nieuwe en oude generatie is dat de nieuwe generatie in belonen denkt in plaats van straffen.” Bastiaan: “Voor een vervolgopleiding gaat het erom of je genoeg competenties hebt en intuïtief goed bent. Werkgevers kijken naar je CV en buitenschoolse activiteiten en hobby’s. Echt niet naar of je nu gemiddeld een 7 of een 8 hebt.” Voor meer informatie neemt u contact op met Judith Vroemen van ICSadviseurs: judith.vroemen@icsadviseurs.nl. Of kijkt u op de site van Barbara Winkelhuijzen, inmiddels Context & Co: www.contextenco.nl.

LOOPBAAN EN TOEKOMST Hoe zien leerlingen de toekomst? Bastiaan: “We moeten flexibel zijn, want we worden niet meer voor één beroep opgeleid, maar voor een loopbaan met meerdere banen. Daarom is het te snel kiezen van een richting niet gewenst.” Anne: “De school zou meer kunnen doen in de loopbaan oriëntatie. De focus zou ook meer op het aanleren van vaardigheden moeten liggen, waarbij vakken in samenhang worden gegeven. Veel docenten denken dat ze het alleen moeten doen, maar dat is niet zo. Door meer communicatie tussen de vaksecties is er veel meer mogelijk. Dan krijg je diepgang en verbreding.”

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

49


Tekst Sibo Arbeek Foto’s Norbert van Onna

NIEUWE WELLANTCOLLEGE IN UTRECHT ENERGIENEUTRAAL EN A++++

Groenonderwijs met een stedelijke uitstraling “Het groene onderwijs maakt een enorme ontwikkeling door richting thema’s als milieu, water, ­voedselzekerheid en alle aspecten van duurzaamheid. De agrarische industrie in Nederland is de tweede exporteur in de wereld. Dat zelfbewustzijn willen we ook uitstralen.” De nieuwbouw van Wellantcollege in Utrecht is kortom geslaagd.

R

egiodirecteur van Wellant Lex van Baar trapt af: “We zijn een vmbo-groenschool voor ruim 350 stadse leerlingen en dat zijn stevige karakters, waarbij je precies weet wat je aan ze hebt. Ze geven snel complimenten maar hebben ook aandacht nodig. Op deze plek waar de nieuwbouw nu staat stond het oude gebouw, op een prachtige locatie pal naast de velden van de voetbalvereniging Elinkwijk en tegen een groenstrook aan. Het oude gebouw werkte niet meer en was op; we hebben renovatie wel overwogen, maar nieuwbouw pakte gunstiger uit.” Directeur bedrijfsvoering van Wellant Joost Brouwers knikt: “We zijn een echte Urban Green School, omdat we ook een vitaal onderdeel van de wijk zijn en tegen het stadscentrum aan liggen.” De investerings- en exploitatieverantwoordelijkheid van huisvesting is – anders dan de rest van het VO onderwijs – bij groen onderwijs beide belegd bij de schoolbesturen. Hierdoor is het mogelijk om bij aanvang van de

PROJECTINFORMATIE Project: Nieuwbouw Wellantcollege in Utrecht Opdrachtgever: Wellantcollege Adviseurs: bbn adviseurs voor gebouw & gebied Aannemer: De Groot Vroomshoop Bouwsystemen Architect: Van den Berg Architecten Omvang: ca. 4.000 m2 Ingebruikname: juni 2017

50

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

bouw duurzaam te investeren, hetgeen zich door de jaren heen terugverdient. Teammanager huisvesting en inkoop Thomas Nobel vult aan: “Vanuit de duurzaamheidsvisie van Wellant wilden we dat het een duurzaam gebouw werd, maar ook technisch goed en slim compact. Wellant is het groene alternatief en we kiezen er bewust voor niet op een onderwijsboulevard te zitten, maar onderdeel van de omgeving te zijn.” BLIJ WORDEN Lex: “In de aanloop hebben we onze docenten actief en vooral positief betrokken. We zijn met een bus langs een ander nieuwbouwpand van Wellant in Boskoop gereden en ik heb ze gevraagd waar ze blij van werden en wat in Utrecht echt anders zou moeten. Het moest een gebouw worden waar leerlingen en docenten blij van zouden worden vanuit een duurzame gedachte. Dat betekent goed en duurzaam gebruik van materialen, maar ook onderwijskundig goed.”


ONTWERP EN INRICHTING

MARKT UITDAGEN Michel van Keulen was vanuit bbn adviseurs projectmanager technische installaties: “We hebben de markt uitgedaagd om het beste eruit te halen binnen het budget. Het was een Design en Build aanbesteding, maar met stevige eisen op het gebied van duurzaamheid; de EPC is 0 en het is een CO2 neutraal gebouw met een A++++ label.” Op basis van een Europese aanbesteding heeft De Groot Vroomshoop het gewonnen en mocht architect Abdessamed Azarfane van Van den Berg Architecten aan de slag. Het resultaat was een verrassend ontwerp, waar iedereen tevreden mee was.” Lex: “Abdessamed heeft goed naar ons programma van eisen gekeken en dat op een eigen manier vertaald.” Erwin Slagboom is commercieel projectmanager van de Groot Vroomshoop Bouwsystemen: “Het moest een robuust gebouw worden, met een extraverte uitstraling.” Lex knikt: “We wilden het groene karakter beter zichtbaar maken en duurzaam betekent voor mij ook dat het gebouw overzichtelijk, licht en ruim is. We wilden vooral ook een heldere structuur aan de leerlingen bieden. Wellant benadert duurzaamheid integraal vanuit onderwijs en bedrijfsvoering.” HELDERE STRUCTUUR Erwin legt uit: “Het is een simpele opbouw met een theorievleugel links, in het midden de aula en rechts de facilitaire kantoren en de gymzaal, die ook door derden kan worden gebruikt. Het gebouw opent zich naar de wijk en vanuit de entree zijn de dierenverblijven en de kas zichtbaar. De aula is het hart waar mensen samenkomen en het middelpunt van de school. Het is een groen gebouw met een stedelijke uitstraling. De basis van het gebouw is ons eigen bouwsysteem met vlakke elementen; het is

een houtskeletbouw met een vaste stramienmaat en knooppunten. In feite is het een demontabel gebouw dat daardoor ook makkelijk uit te breiden is. Het is circulair in hergebruik en afbreekbaar op elementniveau. Zo blijven we zo hoog mogelijk in de keten.” Marcel Dubbink is projectleider vanuit De Groot Vroomshoop Bouwsystemen: “De kunst was op een beperkte locatie een gebouw neer te zetten met een ruimtelijke uitstraling, een atrium met brede trap en een podiumfunctie. Daarnaast moest het dierenverblijf prominent aanwezig zijn. Bijzonder is ook het terras op de verdieping aan de voorzijde dat nog met planten begroeid moet worden en waar je bijvoorbeeld ook kweektafels kunt plaatsen.” Lex: “Het is ook een gebouw geworden dat onderwijs faciliteert; voor het vmbo gelden de nieuwe beroepsgerichte programma’s en leerjaar 3 en 4 hebben een nieuw examenprogramma. Daar moeten de ruimtes in het gebouw aan voldoen. Daarnaast zijn we binnen heel Wellant bezig met gepersonaliseerd leren, waarbij leren naast een individueel proces ook vooral een sociaal proces is met veel afwisseling. Devices zijn belangrijk, maar kinderen moet je vooral positief benaderen en zelfvertrouwen geven op het moment dat het even tegen zit. Het is goed te merken dat de docenten er trots zijn en de kinderen het mooi vinden. Alle medewerkers van de school hebben bij de opening elke leerling een hand gegeven en gezegd dat dit gebouw voor hen is gemaakt. We zien nu al een ander gedrag van leerlingen en merken dat ze op een andere manier aanspreekbaar zijn. Het nieuwe gebouw helpt daarbij.”

“Het is ­circulair in hergebruik en afbreekbaar op element­ niveau”

Kijk voor meer informatie op: schooldomein.nl/wellantcollege en op http://www.bbn.nl/huisvestingsadvies/projecten/821/wellantcollege-utrecht.html.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

51


Wij bouwden de duurzaamste school van Nederland

Energielabel A++++ Frisse scholen klasse B Minimale onderhoudsen exploitatiekosten EPC 0

Wij realiseren tijdelijke en permanente huisvestingsoplossingen. We bouwen systematisch, maar de architectuur, indeling, materialisering en gevelafwerking zijn maatwerk. Het hele bouwproces, van ontwerp tot en met de oplevering, nemen wij u uit handen. Wij kijken verder dan het gebouw alleen. Hoe past het in zijn omgeving? In uw visie nu en op de lange termijn? Hoe maken we het betaalbaar en leveren we toch de hoogste kwaliteit? Uitdagingen die wij

Wij bouwen bewust met hout

T +31 (0)546 666 333

graag in een zo vroeg mogelijk stadium met u aangaan.

E info@degrootvroomshoop.nl

I w w w.degrootvroomshoop.nl


EXPERTMEETING

Tekst Sibo Arbeek

NATUURLIJK BEWEGEN ALS DOEL

Focus op cognitieve prestaties doorgeslagen Topos Architecten is de gastheer van het debat over natuurlijk bewegen. Ligt het probleem bij het onderwijs of stimuleert onze samenleving het bewegen niet meer en kunnen we ook de ouders niet meer in voldoende mate prikkelen? “We moeten kinderen niet beter laten rekenen maar ze beter laten bewegen.”

­ inderen met twee Nederlandse ouders hebben kink deren met ouders met een andere etnische herkomst veel vaker overgewicht. Amsterdamse cijfers onder 5-jarigen illustreren deze ongelijkheid: ruim een kwart van de kinderen met Turkse of Marokkaanse herkomst zijn te dik – tegen 10% van de kinderen met Nederlandse herkomst. Om kinderen op een gestructureerde manier blijvend in beweging te krijgen zijn

“We ontnemen kinderen de mogelijkheid om te ontdekken hoe leuk bewegen is”

Foto InFit Beweegconcepten

DOCENTEN ZIJN NIET TOEGERUST OM MEER ­B EWEGEN IN DE KLAS TE IMPLEMENTEREN Amika Singh van Vumc: “De cijfers spreken voor zich: volwassenen en kinderen in Nederland bewegen te weinig. Dat we te weinig bewegen is een belangrijke reden voor stijgende aantallen mensen met overgewicht. Meer dan de helft van alle Nederlanders is te dik en dat is ongelijk verdeeld. Vergeleken met

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

53


DOCENTEN DIE KINDEREN DE HELE DAG LATEN ­Z ITTEN ZIJN NIET GESCHIKT VOOR HUN VAK Pim Scherpenzeel van Scherp Advies: “Het gaat inderdaad om de bereidheid van de docent en die moet een rolmodel voor kinderen zijn: veel leerkrachten blijven de hele dag achter de pc zitten. Bewegen zit in kinderen en wij slaan het eruit. En we bieden ze vaak ook niet een omgeving waarin ze kunnen bewegen. Als je twee ringen ophangt gingen kinderen er automatisch inhangen. Hoeveel kinderen van groep 8 doen dat nu nog spontaan? Tien jaar geleden was dat de meerderheid van de groep en nu twee kinderen als je geluk hebt.” Amika knikt: “Uit onderzoek blijkt inderdaad dat de motorische vaardigheden van kinderen achteruit zijn gegaan.” Hedy Goossens van VeiligheidNL: “We voldoen niet meer aan de Nederlandse norm van één uur per dag bewegen en dat is logisch als je ziet dat kinderen ook niet meer zomaar mogen rennen. De school heeft de verantwoordelijkheid een actieve leefstijl te implementeren, maar leraren weten niet hoe ze het aan moeten pakken.”

54

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

Ad vult aan: “We werken met vakleerkrachten aan beweegplannen, waarbij we ze leren energizers in te zetten, om natuurlijk bewegen in de les te stimuleren. Daarnaast zijn onze integrale kindcentra de hele week open en werken met continue roosters. We maken met sportverenigingen afspraken om samen activiteiten te organiseren. Door samen te werken los je ook een probleem met vrijwilligers op, ook voor de sportverenigingen. We zijn geneigd om oplossingen te bedenken voor de huidige structuur, maar je moet een toekomstvisie hebben. Misschien heb je wel geen traditionele gymlokalen en sporthallen meer nodig.” WE BEWEGEN NIET MEER OMDAT WE RISICO’S ­W ILLEN VERMIJDEN Ronald de Rooij van Topos Architecten: “We vinden natuurlijk bewegen ook risicovol, omdat de verant-

Foto InFit Beweegconcepten

aanpassingen in het onderwijssysteem, de opleiding van de docenten en de fysieke schoolomgeving nodig. Alleen dan kunnen we erin slagen om de komende generaties van de positieve gezondheidseffecten van bewegen te laten profiteren.” Ad Vos is bestuurder bij PIT Kinderopvang & Onderwijs: “Maar we overladen docenten met alles en verwachten dat de school alles oplost en dat is niet reëel. We moeten het onderwijs niet meer belasten, maar bewegen meer inpassen in het onderwijs. Beroepsmatig moeten ze in een andere stand komen.” Amika knikt: “Zeven pabo’s zijn inmiddels aan het samenwerken rond het thema ­gezondheid in de schoolsetting – en het thema bewegen speelt daar een belangrijke rol, dus het begin is er. Maar de verantwoordelijkheid mag je niet alleen bij de individuele docent leggen maar ook bij de directie en het bestuur; je moet er echt integraal beleid op maken, op die manier vergroot je betrokkenheid van alle partijen.”


Foto’s Martine Sprangers

EXPERTMEETING

woordelijkheid voor het welzijn bij de school ligt. We zijn doorgeslagen in veiligheidsnormen en het voorkomen van letsel. Soms zie je van die plekken met rubberen tegels en die nemen de mogelijkheid weg om kinderen te laten ervaren wat de gevolgen van vallen zijn: namelijk een beetje pijn. Pim knikt: “Kinderen willen van nature bewegen en zoeken daarbij risico’s op. Ze klimmen in bomen en over muren en weten zelf heel goed tot hoever ze kunnen gaan. Bovendien moeten ze hun grenzen ook kunnen ontdekken. Maar die natuurlijke behoefte nemen we steeds meer weg, met als gevolg dat kinderen banger worden. Dat heeft ook met aansprakelijkheid te maken. We willen risico’s vermijden en het is ook lastig; voordat je weet heb je een boze ouder op de stoep staan. Hedy vult aan: “De ontwikkeling van mobiele telefoons en iPads speelt ook een rol; vroeger gingen kinderen automatisch buiten spelen. Dat zie je steeds minder. Op school wordt dat niet gestimuleerd en dat zie je ook terug in de inrichting van het gebouw en de buitenruimte; het schoolplein is vaak niet avontuurlijk ingericht en scholen willen niet dat kinderen met vuile schoenen binnen komen, want dan gaan de schoonmaakkosten weer omhoog.”

DEELNEMERS Amika Singh – VU medisch centrum, ­projectleider SMART MOVES! Pim Scherpenzeel – Scherp Advies Hedy Goossens – VeiligheidNL Ronald de Rooij – Topos Architecten Ad Vos - Bestuurder bij PIT Kinderopvang & Onderwijs Sibo Arbeek – Hoofdredacteur Schooldomein

DE HUIDIGE SCHOOLOMGEVING IS EERDER EEN JEUGDGEVANGENIS DAN EEN SPEELTUIN Pim knikt: “De huidige generatie kinderen ontnemen we de mogelijkheid om te ontdekken hoe leuk bewegen is. Dat komt ook door de inrichting van de buitenruimte. Vroeger ging je stoepranden; wie ziet nog kinderen op straat spelen?” Ronald: “In Denemarken hebben we een school bezocht die bewegen als hoofdthema heeft. Je ziet er minder sportruimtes, maar juist meer bewegen tussen en in de lesruimtes, die ook kleiner zijn gemaakt, zodat kinderen op de grond gaan zitten of in de vensterbank. In de gang ligt een kleine atletiekbaan en er zijn verhogingen waar ze overheen kunnen springen. De Nederlandse juf of meester zou hier gillend naar buiten rennen, omdat ze het te gevaarlijk vinden. Tegelijkertijd zien we dat

onze omgeving veranderd is en dat biedt nieuwe mogelijkheden om schoolgebouwen te ontwerpen. In de school moeten meer aanleidingen zijn om te bewegen. Vroeger vond je in elk dorp een plek waar je in bomen kon klimmen. Nu zie je in de stad nog maar weinig plekken waar je kunt ravotten.” Hedy: “De omgeving wordt als onveilig gezien, maar dat heeft ook met ons eigen beeld te maken. Het is je taak als ouder om het kind het gevoel te geven dat de omgeving niet onveilig is.” Amika vult aan: “Bewegen is in veel kinderopvanglocaties en scholen een programmapunt geworden en dat is een slecht teken.” WE MOETEN NIET OP COGNITIEVE PRESTATIES ­T OETSEN MAAR OP EEN GEZONDE LEEFSTIJL Amika lacht: “Je zou ouders moeten laten tekenen voor het feit dat een school natuurlijk bewegen stimuleert. We weten dat regelmatig bewegen zeer positieve effecten op de fysieke gezondheid heeft. Als onderzoekers merken we dat de potentiële effecten van bewegen op schoolprestaties ervoor zorgen dat scholen meer interesse hebben om bewegen te integreren in de schoolsetting. Wat docenten en schoolbesturen van ons dan wel nodig hebben, zijn wetenschappelijk onderbouwde aanwijzingen voor de manier waarop bewegen het beste in de schoolsetting geïntegreerd kan worden. “Pim knikt: “Bewegen wordt vaak alleen maar belangrijk gevonden als het tot betere cognitieve prestaties leidt. Dat is onzin; bewegen is leuk en maakt je leven leuker. Je moet bewegen als doel zien en niet als middel.” Ad: “Maar je hebt nu eenmaal met de wet- en regelgeving te maken, waarbij inmiddels alles op het bordje van de leerkracht gelegd wordt. Als je afpelt wat wij wettelijk moeten doen dan hoort heel veel wat de school nu doet bij de ouders te liggen. Onderwijs komt in een hogedrukpan en loopt vast.” Pim knikt: “De overheid begint het nu te snappen waarom kinderen te dik zijn en zien de kosten voor gezondheidszorg stijgen. We moeten kinderen niet beter laten rekenen maar ze breed ontwikkelen. En daar hoort bewegen bij.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

55


PULASTIC AT WORK

LOC Focus is klaar voor de toekomst!

De sporthal van LOC Focus Beroepsacademie in Barendrecht maakt integraal deel uit van het schoolgebouw. De sporthal wordt gebruikt door studenten van de beroepsopleidingen en ook door sportverenigingen van de gemeente Barendrecht. Met een zogenaamde top sporthal presenteert de gemeente Barendrecht zich uitdrukkelijk als sportgemeente, ook voor sport op topniveau. Op de vloer ligt een Pulastic sportvloer. PROJECTOMSCHRIJVING LOC Focus Beroepsacademie is een brede ­VMBO-school met op dit moment ongeveer 700 leerlingen. De gemeente Barendrecht heeft voor het LOC Focus een nieuw onderwijsgebouw gecombineerd met een sporthal. In het nieuwe gebouw zijn drie scholen ondergebracht. Naast de Focus Beroeps­ academie (VMBO) maken ook het Albeda College (ROC) en het Da Vinci College (ROC) gebruik van de locatie. Het doel is de aansluiting tussen het VMBO en het MBO te verbeteren. Het ontwerp van het LOC speelt in op de nieuw-

56

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

ste trends op het gebied van onderwijs. Gekozen is voor een leeromgeving met weinig klaslokalen. Veel onderwijs vindt buiten de lokalen plaats op de zogenoemde werkpleinen waar leerlingen zelfstandig kunnen werken en projectruimten waar leerlingen in groepsverband werken aan projecten. Daarnaast is de school voorzien van de nodige praktijkruimten. DE BOUW Het LOC is gebouwd met duurzame en onderhoudsarme materialen. Het energie- en waterverbruik zal lager zijn dan oorspronkelijk gepland wat de gemeen-


ONTWERP EN INRICHTING PROJECTINFORMATIE Project Inrichting topsporthal Opdrachtgever Gemeente Barendrecht Aannemer Heerkens van Bavel Bouw Architect Royal Haskoning B.V.

RUIMTE

SYSTEEM

KLEUR

Sportzaal + Berging

Pulastic Pro 130 Comfort Eco

Stofgrijs (506)

Sportzaal

Wandbekleding

Licht blauw

Overige ruimten

Sika Comfortfloor®

Grijs

teraad ruimte gaf om begin maart 2013 in te stemmen op een extra investering voor het verhogen van de duurzaamheid en het verbeteren van de binnenlucht. Een schoolgebouw met een goed binnenklimaat is ook goed voor de prestaties van de gebruikers. De sporthal voldoet aan de eisen van de NOC/NSF en wordt behalve door de beroepsopleiding ook gebruikt door sportverenigingen. De sporthal maakt integraal deel uit van het schoolgebouw, maar kan ook volledig afhankelijk worden gebruikt. Met een zogenaamde topsporthal presenteert de gemeente Barendrecht zich uitdrukkelijk als sportgemeente, ook voor sport op topniveau.

“Veel onderwijs vindt buiten de lokalen plaats op de zogenoemde werkpleinen waar leerlingen zelfstandig kunnen werken”

PULASTIC SPORTVLOEREN De Pulastic sportvloer stond in het bestek beschreven. Uiteindelijk is de combinatie-inkoop doorslaggevend geweest voor de inkoop van de Pulastic vloer en de gietvloeren van Sika Nederland. In de sporthal en berging is gekozen voor een Pulastic Pro 130 Comfort Eco. Dit systeem is naast de belasting van topsport ook zeer geschikt voor culturele evenementen zoals examens en bijeenkomsten. In de klaslokalen, gangen, toiletten, kleedkamers en douches is gekozen voor de Sika Comfortfloor®. Dagelijks lopen vele scholieren en andere gebruikers over de vloer. Het is daarom van belang dat de vloer eenvoudig te onderhouden is. Sika Comfortfloor® is naast praktisch ook mooi dankzij haar vele mogelijkheden op het gebied van design. Met kennis en ervaring in de vloerenmarkt heeft het Pulastic team diverse innovatieve concepten ontwikkeld. De naadloze structuur van Pulastic vloeren maakt het eenvoudig om verschillende kleuren te combineren. Pulastic vloeren kunnen in klassieke kleuren en eigentijdse moderne kleuren geleverd worden. Kijk voor meer informatie op www.pulastic.com.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

57


THEMA’S VERRASSEN EN ZIJN UITERMATE DOELMATIG VOOR HET ONDERWIJS

De pluriformiteit van de hedendaagse scholen

Revius Lyceum Doorn

Wat is de identiteit van de school en wanneer wordt het gebouw herkenbaar als gebouw van de wijk? Dit wordt maar zelden omschreven in een programma van eisen, maar is een ontegenzeggelijk onderdeel voor een gewaardeerd en gekoesterd gebouw. Ongevraagd is de zeggenschap die de wijk hierin heeft van groot belang. De scholen bestaan bij de gratie van de aanwezigheid van de wijk.

O

ngemerkt koerst de leiding op een identiteit voor de school die iets te maken heeft met de wijk. Het beleid van de lokale overheid stimuleert het gebruik van deze gebouwen door de mensen uit de wijk. Spring architecten is bewust en doelgericht op zoek naar deze kernwaarden, om dat vervolgens te vertalen naar een gebouw. Wij stellen dat de pluriformiteit van de hedendaagse scholen de meest essentiële vorm van duurzaamheid is. Spring architecten maakt al honderd jaar scholen. Opvallend is dat zij de afgelopen jaren steeds meer werken aan markante verrassende oplossingen waar mensen zich, met een glimlach, mee kunnen identificeren. We realiseren ons dat iedere opgave een nieuw begin markeert en daarom onze volledige aandacht verdient. Dit houdt nooit op. De behoefte aan een gebouw dat herkenbaar is, is krachtig. Daarom is het resultaat passend maar ook onderscheidend en nadrukkelijk, zelfs opvallend. Het betekent dat er wordt geluisterd naar de

58

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

buurt en dat er een onverbrekelijke verbondenheid met de omgeving wordt gecreëerd en dus ook met de gebruikers van het gebouw. Het onderwijs en de leefbaarheid in het gebouw worden niet uit het oog verloren. Er wordt geen concessie gedaan aan de bruikbaarheid, de logistiek en de hoge graad van duurzaamheid. De kracht die de gerealiseerde gebouwen in het functioneren aan deze thema’s ontleent is juist verrassend en uiterst doelmatig. Dat maakt het voor Spring architecten tot een uitdaging. Vier gebouwen die een eigen verhaal vertellen: DE NIEUWE BAARNSCHE SCHOOL: ­ EEN ONDER­W IJSPALEIS IN VORSTELIJK BAARN Een ‘onderwijspaleis’ bleek een herkenbaar en inspirerend thema te zijn voor de Baarnse gemeenschap. Dit is de school waar vroeger onze Koning Willem Alexander op school heeft gezeten. De leiding van de school wenste een gebouw met klassieke


ONTWERP EN INRICHTING stijlkenmerken. Bovendien maakte het deel uit van een beschermd stadsgezicht. De associatie met een onderwijspaleis is hier op z’n plaats. De school heeft een monumentale driedeling met het hoofdgebouw in het midden, zoals een paleis vaak gekenmerkt wordt. De diversiteit aan ruimtelijkheid binnen de driedeling van het gebouw gaf ook het functionele antwoord op de onderwijsvisie van de school. Ook door subtiele verwijzingen en paleiselijke elementen in het interieur voelen de kinderen en docenten zich verbonden met het gebouw. MFA OVERTUINEN IN ZAANDAM: IN ZAANSE ARCHITECTUUR Het gebouw is als vanzelfsprekend herkenbaar als een openbaar gebouw binnen de Zaanse context. De school bestaat uit een ensemble van ‘werkgebouwen’ en kleinschalige ‘Zaanse huisjes’. De diversiteit aan gebouwen faciliteert tegelijkertijd de diversiteit aan activiteiten binnen het gebouw. Het gebouw is een samenleving in het klein en treedt op die manier in de belevingswereld van het kind.

IKC MFA 't Berflo Hengelo

“Het onderwijs en de leefbaarheid in het gebouw worden niet uit het oog verloren”

HET REVIUS LYCEUM IN DOORN: HET HUIS REVIUS OP DE UTRECHTSE HEUVELRUG Het gebouw kent een bijzondere verschijningsvorm en verwijst naar het nabijgelegen Huis Doorn. De Utrechtse heuvelrug staat bekend om zijn vele landgoederen. De typische relatie met het landschap en de krachtige vrijstaande landhuisarchitectuur is zeker van invloed geweest op het ontwerp. Dit komt tot uitdrukking door de tweede gevel die we gecreëerd hebben. Deze gevel, voorzien van gekleurde stalen lamellen, zorgt voor een krachtig en herkenbaar gebaar in de omgeving en een graduele overgang tussen binnen en buiten. Elke zijde van het gebouw heeft met grote poorten in de lamellenstructuur, het markante gezicht van ‘het huis’ en daarmee de wisselwerking met het landschap. ’T BERFLO IN HENGELO: IN HET WATERTORENPARK MFA en IKC ’t Berflo is een solitair gebouw, dat in massa reageert op de kwaliteiten en kenmerken van de omliggende groene omgeving van het watertorenpark. De naastgelegen wateropslag en de watertoren zijn kermerkende ronde elementen in het landschap. De ronde vormen van het gebouw slingeren om bestaande bomen en openen zich naar de watertoren. Grote vensters maken het mogelijk om vanuit het ‘hart’ van het gebouw contact te hebben met het park. De zachtheid van de vorm buiten zet zich door in het interieur. De gebogen lijnen hebben een vriendelijke uitstraling en zijn aansprekend voor zowel kinderen als volwassenen. Het gebouw geeft uitdrukking aan geborgenheid en samen zijn, precies wat de vele gebruikers voor ogen hebben. Kijk voor meer informatie op springarchitecten.nl.

MFA Overtuinen Zaandam

Nieuwe Baarnsche school Baarn

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

59


Tekst Sibo Arbeek

CISCO PARTNER VAN DE DIGITAL SOCIETY SCHOOL

Onderwijs als voort­ durende beweging

“Niet de tech­ nologie staat centraal, maar de manier van samen­ werken”

60

Het gesprek vindt plaats in het fysieke hart van de digital society school van de Hogeschool van Amsterdam: Studio HvA; een gezellige ruimte vol met laptops en werkplekken, waar Gijs Gootjes als director MediaLAB Amsterdam en medeinitiatiefnemer van de Digital Society School Amsterdam de scepter zwaait.

M

SCHOOLDOMEIN

ichael Kleine is binnen Cisco Nederland de Education track lead van het investeringsprogramma Digitale Versnelling Nederland. We praten over de snelle ontwikkelingen binnen de digitalisering en het onderwijs als een voortdurende beweging: “Als Cisco hebben we een investeringsprogramma om innovatie, in nauwe samenwerking met onderwijsinstellingen te stimuleren.” Gijs: “In 2012 werden we samen met de VU en de UvA door Cisco uitgenodigd, omdat er onvoldoende mensen werden opgeleid op het vlak van digital en ICT. Ik heb toen de handschoen opgepakt en een laagdrempelig programma design across cultures

oktober 2017

opgezet. Dat deed ik in samenwerking met Bangalore; één van de grote high tech cities in India. We gebruikten de templates en faciliteiten van Cisco om studenten wekelijks bij elkaar te zetten, ongeacht de afstand. Studenten vonden het mooi om in de rooms te zitten en een live experience te delen. TelePresence Exchange International biedt enorm veel mogelijkheden om global samen te werken. Het was leuk te merken hoe studenten wereld­wijd samenwerken aan een vraagstuk dat deels cultureel wordt ingekleurd, zoals de veiligheid van vrouwen in de openbare omgeving. Ondanks de verschillen kwamen veel kenmerken toch overeen.”


ONTWERP EN INRICHTING

INSPANNINGSVERPLICHTING Gijs: “We zijn als MediaLAB Amsterdam onderdeel van de faculteit digitale media en creatieve industrie van de HvA waar ongeveer 8.000 studenten dagelijks onderwijs volgen op verschillende gebieden zoals communicatie, multimediadesign, ICT en Fashion. We faciliteren studenten van onze faculteit, maar ook van de Vrije Universiteit, de Universiteit van Amsterdam en een grote internationale groep studen-

Gijs Gootjes (l) en Michael Kleine

“Become part of this growing community and have direct impact on the future of the digital society” ten. Over de hele wereld zijn vanaf 2004 medialabs ontstaan; wij richten ons vanaf 2011 meer op het ontwerpproces, waarbij we in multidisciplinaire teams aan elk soort problemen werken. Daarbij werken we uitsluitend in partnerships en niet in opdracht. Hier werken ontwerpers en programmeurs aan vragen die door bedrijven zijn geformuleerd, zoals Cisco, KLM, Eneco, NIOD en de gemeente Amsterdam. Amsterdam adviseren we bijvoorbeeld over een aspect van afvalbestrijding en voor KLM programmeren we een methode om een deel van het restafval te hergebruiken. We vragen vanuit onze partners tijd, commit-

ment en resources. Het is eigenlijk een inspanningsverplichting. Studenten die - meestal in de laatste fase van hun opleiding - meedoen worden door de bedrijven die investeren betaald. Sommigen zijn al klaar en gebruiken het programma om nog even aan echte opdrachten te werken en zo toegang tot de creatieve industrie in Amsterdam te krijgen. COMMUNITY In feite werken we als een community, waarbij het onderwijs voortdurend in beweging is en mensen in- en uitstappen. We hebben geen roosterprobleem en studenten kiezen een werkvorm die het project op dat moment vraagt. We willen hier ook geen vast docententeam, maar ontwerpers en programmeurs die een beperkte tijd hier werken en dan weer verder gaan. Dat leidt tot een hoge mate van zelfstandigheid in de eigen ontwikkeling. De ervaringen of learnings vertalen we naar het kenniscentrum en het onderwijs. MODULAIR Michael knikt: “Dat is precies wat wij belangrijk vinden. Niet de technologie staat centraal, technologie ondersteunt een onderwijsvorm en het proces hierbinnen. De grote trend is dat onderwijs meer op maat en modulair wordt ingericht.” Gijs: “Veel studenten zitten nog in de modus dat ze tussen hun 18e en 22e een uitgestippeld proces volgen, maar steeds meer internationale studenten en mid career studenten willen zich een half jaar verdiepen in een trend en zijn dan weer weg. Onderzoek en creatie staan in de Digital Society centraal. In dat proces ben je voortdurend aan het vertalen en bijstellen. Om die vertaling te maken heb je een expert nodig die meer ervaring heeft dan de individuele student of het team.” Michael knikt: “En die experts kunnen mensen uit het bedrijfsleven, ondernemers, coaches en docenten zijn. Studenten hebben de neiging om eerst te willen onderzoeken, maar wij vinden dat de beste vragen tijdens het creatieproces ontstaan. Dat hele proces weer methodologisch vertalen levert input voor de Digital Society School op. De thema’s zijn gekoppeld aan de digitale samenleving. Dat kan bijvoorbeeld de robotisering zijn of de alom aanwezigheid van data. Vervolgens ga je het vertalen naar een specifiek toepassingsgebied zoals zorg en transport. Het doel van de digital society school is die kennis te bundelen en openbaar te maken en daarnaast het onderwijs beter te maken. In de kern willen we ontwerpers en ontwikkelaars hebben die trends en technologische vragen kunnen vertalen en waardevol integreren in de samenleving.” Kijk voor meer informatie op cisco.com of digitalsocietyschool.org.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

61


Tekst Sibo Arbeek

DE WERELD VOOR TECHNIEK BUNDELT KENNIS EN EXPERTISE

Mooi voorbeeld van hergebruik commercieel vastgoed voor onderwijs Al het beroepsonderwijs onder één dak zodat je het werken in de gebouwde omgeving zo dicht ­mogelijk benadert. Dat betekent een echte werkkeet waarin je kunt schaften en een volledig huis dat je op alle aspecten opbouwt en weer demonteert. Of het nu om metselen, schilderen en stukadoren, elektrotechniek of installatietechniek gaat. En dat alles ondergebracht in een voormalige bedrijfshal van Fortis, die nu De Wereld voor Techniek heet.

M

artin de Vries is manager ondersteunende dienst bij MBO Amersfoort. Hij vertelt over de aanleiding: “We bieden onderwijs aan circa 1.400 MBO studenten vanaf niveau 2 t/m 4 in de leerwegen BBL en BOL. Van oorsprong zijn wij als School voor Techniek een BBL-gerichte organisatie. We werkten met verschillende partijen op verschillende locaties samen; met Bouwmensen voor onze bouwopleidingen, met Installatiewerk (IW ) Midden in Leusden voor alles wat met installaties te maken heeft en met de Schilder^sCOOL

“De instroom is beter dan vorig jaar en ik hoor van onze partners dat er over de hele linie sprake is van groei” Martin de Vries

62

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

voor restauratie, schilderen en stukadoren. In overleg met onze partners wilden wij een school voor de gebouwde omgeving realiseren, waarin alles zou samenkomen. Met die ambitie hebben de partijen in april 2014 een convenant afgesloten.” OMGEKEERDE BEWEGING Martin: “Dit gebouw stond leeg; het is een combinatie van een kantoorgebouw en een grote hal. Fortis heeft hier ooit de ICT en ondersteunende diensten ondergebracht; in de grote hal lagen papier en afschriften op-


ONTWERP EN INRICHTING

PROJECTINFORMATIE Project Hergebruik/renovatie bestaande hal voor onderwijs mbo: de Wereld voor Techniek Opdrachtgever

geslagen. Ik reed er elke dag langs en had er wel een goed gevoel bij. Toen we de hal van binnen zagen raakte Schilder’sCOOL iedereen enthousiast over de potentie. Adviseur De eigenaar wilde ervan af en nadat ICSadviseurs: Programma van Eisen, we een eerste impressie hadden laten uitwerken heeft MBO Amersfoort het bouwbegeleiding, juridisch advies in december 2014 gekocht. Vervolgens Architect hebben we een globaal ruimteplan AGS Architects International (AAI) gemaakt om de investering te onderbouwen. MBO Amersfoort gebruikt Aannemer het kantoorgebouw en verhuurt ruimSchoonderbeek BV Bouw- en Aannemingsbedrijf ten aan IW Midden, Bouwmensen, Stichtingskosten Schilder^sCOOL en sinds kort ook 6 miljoen euro, inclusief btw en koop pand aan Blinct arbeidsbemiddeling en ATC Match jongeren begeleiding tot de Ingebruikname arbeidsmarkt. In de hal hebben we 14 december 2015 lokalen gebouwd en bieden we ruimte voor MBO onderwijs, contractonderwijs en volwassenen onderwijs. Onder leiding van ICSadviseurs hebben we alle partijen betrokken, ook van de werkvloer. In verschillende sessies hebben we aan het programma van eisen gewerkt en vervolgens de architect Jo Jongen van AGS Architects International (AAI) geselecteerd. Onze mensen dachten dat het een ambtelijk proces zou worden, maar iedereen raakte enthousiast. De mensen uit de techniekhoek dachten veelal in vakjes, maar uiteindelijk hebben we een mooie hal gerealiseerd voor praktijkgericht bouwen installatiewerk.” MBO Amersfoort, Bouwmensen, IW Midden en

“Daarnaast hebben we op het centrale gezamenlijke plein een bouwkeet ingebracht waar de jongens net als op de bouw een kop koffie drinken. Het restaurant wordt door iedereen gebruikt, net zoals de kleedruimten in de hal. Bijzonder zijn de open entree met restaurant en tribunetrap. Een deel van de lokalen is open, waardoor je vanuit de lokalen de hal inkijkt. De architectuur laat de materialen zien en dat past ook bij onze opleidingen; je ziet nauwelijks plafondpla-

ten en de oorspronkelijke materialen zijn zichtbaar. Bouwmensen biedt hier gemiddeld 60% van de week contractcursussen; bijvoorbeeld aan een groep hoveniers die muurtjes leren metselen of cursussen voor aannemers om de theorie op peil te houden. Je ziet dat de omgekeerde beweging van BBL naar BOL weer is ingezet, omdat de hele bouwwereld op zoek is naar goede mensen. Aannemers bellen ons dagelijks of we leerlingen kunnen leveren, maar de jongens zijn al in dienst bij een werkgever. Ik had pas een aannemer die jongens nodig had, omdat zzp-ers weer duurder aan het worden zijn. Elk jaar organiseren we hier de week voor de techniek. Op de tribune zitten dan circa 100 jongens en meisjes vanuit het vmbo en we hopen dat we ze door het gebouw over de streep kunnen trekken. De instroom is beter dan vorig jaar en ik hoor van de partners dat ze overal groeien.” FRISSE WIND Martin verder: “Een heel nieuw gebouw geeft nog geen vernieuwing van de organisatie, daar moet je elke dag aan blijven werken. Het personeel heeft geen aparte docentenkamer en we hebben flexplekken gecreëerd. Iedereen eet met elkaar in het gezamenlijke restaurant, die echt als een gemeenschappelijke ontmoetingsruimte fungeert. Door het podium en de tribunetrap kunnen we de ruimte multifunctioneel gebruiken en aan andere organisaties verhuren. Dat zijn mooie stappen, maar soms gaan veranderingen langzaam. We blijven werken aan de constante vernieuwing van de organisatie in een gebouw wat hiertoe uitnodigt. Eigenlijk is dit gebouw gewoon een succes en moet het hét clubhuis voor bouwend Amersfoort worden. Dan ben ik pas echt tevreden.” Kijk voor meer informatie over De Wereld voor Techniek op www.schoolvoortechniekamersfoort.nl/wereld-voor-techniek. U kunt ook bellen of mailen met Martin de Vries: 06-51367922, martindevries@mboamersfoort.nl, of met Doriene Bakker van ICSadviseurs: 06-20613215, doriene.bakker@icsadviseurs.nl.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

63


Tekst Sibo Arbeek

NIEUWBOUW KINDCENTRUM MECHELEN LEVERT SLIM GEBOUW OP

Investering en exploitatie in één hand Het huiskamereffect is overal voelbaar. In combinatie met de openheid en transparantie leidt dat tot het verbinden van de verschillende gebruikers. Daarnaast is het ook een slim en duurzaam gebouw, dat een relatief kort bouwproces kende.

D “De vraagstel­ ling was op basis van een vastgesteld investeringsen exploitatie­ budget een plan te ontwikkelen”

64

SCHOOLDOMEIN

e instructieruimten hebben allemaal een glazen wand naar het centrale plein waar werkhoeken, een atelier en een grote leer­ keuken te vinden zijn. Tussen de ruimten zitten schuifdeuren, waardoor er verschillende typen leer-, werk- en speelplekken te creëren zijn. Opvallend is ook dat het een breed uitgelegd gebouw is met een mooi ingerichte buitenomgeving. Die prachtige binnenruimte vormt onderdeel van het nieuwe Kindcentrum in Mechelen aan de Hilleshagerweg. Op donderdag 6 april hebben twee leerlingen, Bert Nelissen van INNOVO en wethouder Laheij officieel de eerste steen gelegd, onder luid gejuich en geklap van de andere aanwezige kinderen. Op maandag 28 augustus 2017 zijn de kinderen van Mechelen, Wahlwiller en Nijswiller voor het eerst naar hun nieuwe school geweest. Met een kinderbubbeltje hebben de kinderen, het team en de ouders geproost op de in gebruik name van de school en is de nieuwe naam onthult: basisschool Witheim. Het kindcentrum in Mechelen biedt onderdak aan de leerlingen van basisscholen A gene Wienberg en De Driesprong, de kinderen van peuterspeelzaal Spelentère en BSO ZiejeZo. De aanleiding? Een technisch en functioneel verouderd gebouw. De ambitie: een eigentijds kindcentrum, gekoppeld aan de recent gerenoveerde gemeenschapsvoorziening. Een gebouw dat duurzaam is en de mogelijkheid biedt om flexibel in te richten. Maar ook een gebouw waarbij het

oktober 2017

onderhoud en de exploitatie bij de marktpartijen ligt. En dat gekoppeld aan een korte bouwtijd; de feitelijke bouw is in­­januari 2017 begonnen en aan het begin van het nieuwe schooljaar is het gebouw in gebruik genomen. NAUW OVERLEG In de voorbereiding was de samenwerking tussen INNOVO, de gemeente Gulpen-Wittem, Heton, Pellikaan en het ontwerpteam bijzonder groot, ook op technisch vlak. De vraagstelling van de gemeente was op basis van een vastgesteld investerings- en exploitatiebudget een plan te ontwikkelen dat aansloot op een door de opdrachtgever opgesteld programma van eisen en een referentieproject van de opdrachtgever. Aanvankelijk is Peton benaderd om plaats te nemen in een bouwteam. Peton is een samenwerkingsverband tussen Pellikaan en Heton. Daarbij ligt de inbreng van Pellikaan vooral op het gebied van D ­ esign&Build aanbestedingen en heeft Heton expertise op het gebied van exploitatie en energiemanagement. Alle adviseurs inclusief de architect Povše en Timmermans zijn onder verantwoording van Pellikaan in het proces meegenomen. OPTIMALE SPECIFICATIES Hein Arntz van Pellikaan was samen met zijn collega Pascal Majoor betrokken bij het proces: “Samen vonden we de optimale specificaties en oplossingen door


BOUW EN ORGANISATIE

PROJECTINFORMATIE Project Nieuwbouw Kindcentrum met basisonderwijs, peuterspeelzaal en BSO Opdrachtgever Gemeente Gulpen-Wittem/ Stichting Innovo Aannemer Pellikaan Bouwbedrijf BV in de combinatie met Heton Architect Povše en Timmermans

de voor- en nadelen ervan op korte en lange termijn samen af te wegen. Bijvoorbeeld bij de keuze om wel of niet pv panelen te installeren. Daar werden we het snel over eens. Hetzelfde was het geval bij het vaststellen van het benodigde energievolume, en bij de keuze om net niet helemaal full electric te zijn: voor het piekvermogen op heel koude dagen is nog een beetje gas nodig. Wanneer er betere oplossingen uit de markt komen, is het gebouw er klaar voor om die te implementeren. Verder zijn Pellikaan en Heton in een samenwerkingsverband 10 jaar lang verantwoordelijk voor onderhoud, exploitatie en energiemanagement (DBMOE). Dat ontzorgt de gebruikers niet alleen, maar zorgt er ook voor dat in de initiatieffase al vanuit de exploitatie wordt gedacht en de vertaling daarvan ook in de materialisering zichtbaar is.”

Plaats Mechelen Ingebruikname Schooljaar 2017-2018

Interessant is de vraag of bij een dergelijke aanbesteding de vrijheid en creativiteit van de architect wel voldoende geborgd is. Hein is daar duidelijk in: “Wanneer er een evenwichtige balans tussen de inbreng

van de architect en het resterende bouwteam is, zeker. Juist door vroegtijdige dialoog tussen uitvoerende bedrijven en ontwerpende bedrijven kan een optimale balans tussen esthetiek, functionaliteit en bouwkosten worden gerealiseerd. Dat neemt niet weg dat er uiteindelijk wel een structurele discrepantie tussen het beschikbare budget en de feitelijke bouwkosten moest worden overbrugd. Als je kijkt naar de relatie tussen de normvergoeding en de feitelijke situatie begrijp je dat er in veel projecten spanning ontstaat tussen de ambitie vanuit de opdrachtgever en de mogelijkheid om een mooi en duurzaam gebouw neer te zetten (zie: http://schooldomein.nl/ normbedragen-bouwkosten). Doordat iedereen de bereidheid had om efficiënt te opereren is dat gelukt en is Mechelen een duurzaam en vooral mooi Kindcentrum rijker.” Kijk voor meer informatie op pellikaan.com of mail met Hein Arntz: harntz@pellikaan.com of Pascal Majoor: pmajoor@pellikaan.com.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

65


Tekst Sibo Arbeek

STENDEN HOGESCHOOL LEEUWARDEN ZOEKT HET AVONTUUR

Nieuwe huisvesting ­begeleidt studenten Vanuit de ruimte waarin we het gesprek voeren hebben we een prachtig uitzicht op de lange houten trap en de wanden die deels met planten zijn begroeid: “Duurzaamheid is een belangrijk onderdeel van onze opdracht”, vertelt programmamanager real estate Siebrith Hoekstein van Stenden. Het verhaal hoe een uitbreiding aan het bestaande gebouw tot een ontdekkingstocht voor avontuurlijke studenten kan leiden. Verder zijn accountmanager van Nora Nathalie Groenendaal en architect Erik van Wel van BRT­ Architecten aangeschoven. Siebrith: “Vanaf 1 januari 2018 fuseren we met de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden (NHL) en heten dan NHL Stenden Hogeschool. Vanaf 1 september zullen nieuwe studenten starten aan NHL Stenden. Dat betekent dat we als multi-campus hogeschool straks 23.000 studenten hebben, waarvan circa 15% uit het buitenland komt. We hebben dan verschillende vestigingen in Nederland, van Meppel tot Terschelling, maar ook op Bali, in Qatar, Zuid-­Afrika en in Thailand. We willen dat studenten zich hier thuis voelen, want ze brengen hier een groot deel van de dag door.” We werken in de nieuwe hogeschool met design based education, waarbij je individueel en in groepen op een creatieve manier aan real-life vraagstukken werkt.” Studenten in het hbo stappen in het eerste jaar soms over naar een andere studie. Erik: “Dat kun je ook als iets

positiefs zien, voorheen zaten alle faculteiten op een eigen eiland, nu ontwerp je een gebouw met veel ontmoetings­gebieden en een multidisciplinaire manier van werken. In feite een gebouw als een reis waarbij je je eigen loopbaan vormgeeft.” PLAKJE VAN 3.000 M² Siebrith: “We zitten in een nieuwbouw van 3.000 m² dat tegen het bestaande gebouw van 30.000 m² is geplakt. Was toen het studielandschap het centrale thema, nu is de school een community, waarin je je weg leert vinden en de verleiding centraal staat. In ons huisvestingsplan uit 2012 hebben we de omslag gemaakt van vierkante meters, naar behoefte en functionaliteiten. De disbalans die in het gebouw zat konden we beter oplossen, waarbij het accent op natuurlijke verbindingen en spontane ontmoetingen ligt. Na de aanbouw zijn we nu bezig met interne aanpassingen, waarbij we de molen op het terrein ook betrekken.” Erik legt uit: “We hebben de lange gang die het bestaande gebouw afsloot opengebroken en de ruimte getransformeerd naar een driedimensionaal ontmoetingsgebied met een aantal onderwijsruimten. Door de receptie in het hart te leggen en een tweede ingang te creëren klopt het en ligt er ook een mooie as naar het gebouw van de NHL.” VOELBARE ONTMOETINGSGEBIEDEN Erik: “Binnen het thema reizen bedachten we reisdoelen. Dat zijn plekken waar de verschillende opleidingen zich laten zien en aan de vloerbedekking met prints van landschappen zijn te herkennen.” Siebrith vult aan: “De verschillende ontmoetingsgebieden hebben we voelbaar willen maken door ze een eigen kenmerkend landschap te geven. Zo is er straks een gebied met een maisveld, een tropisch regenwoud en een deltalandschap. Die verschillende landschappen vormen een ontdekkingstocht waarbij de schools of opleidingen zich presenteren. Dat idee

66

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017


FACILITAIR EN BEHEER

“In combinatie met de geprofileerde natuurlandschappen zie ik het als een rotsvast pad” gaan we verder doorvoeren.” Erik: “Vroeger kwam je op je zoektocht in het huis van je opa en oma vaak een ­secretaire tegen waar je in de lades van alles en nog wat vond. Dat beeld heb ik vertaald in een supersecretaire (in de centrale hal) dat een avontuurlijk studielandschap is geworden, met onverwachte zitjes, een hellingbaan, boekenkasten en verschillende soorten werkplekken.” Siebrith knikt: “Jarenlang was creativiteit not done; ging je buiten de gebaande wegen dan paste je niet in het systeem. Wij geloven dat eigenaarschap belangrijk is, waarbij je niet de hele dag achter je scherm zit, maar met elkaar in contact komt en je eigen leeromgeving maakt. In onze ateliers hebben we tribunes en opklapbare tafels en je kunt er op de muren schrijven. Onderwijs digitaliseert, maar wordt ook steeds visueler met meer creatieve vormen. We dachten dat de digitalisering tot het overbodig maken van huisvesting zou leiden, maar je ziet juist dat studenten hier komen om elkaar te ontmoeten. Het liefst maakte ik lege ruimten met een magazijn met stoelen en tafels waarbij studenten regelmatig hun e ­ igen leeromgeving kunnen inrichten. Het idee van de ateliers is ook dat je niet meer door het gebouw hoeft te lopen maar op je plek kunt blijven en daar samen werkt met studenten en docenten.”

EEN ROTSVASTE VLOER Erik: “Naast de opvallende prints in de studielandschappen zochten we een egale vloer, die ook aangenaam voelt. Dan kom je al snel op rubber uit.” Siebrith knikt: “Waarbij duurzaam ook bepalend was; gaat het om een duurzame vloer en is hij goed te onderhouden?” Nathalie licht toe: “Nora rubber vloeren zijn extreem slijtvast, onderhoudsarm, maar bevatten bijvoorbeeld ook geen weekmakers wat het in alle opzichten een zeer duurzame keuze maakt. Dat wordt ook bevestigd door verschillende ecolabels. Daarnaast is de vloer oer­degelijk en sterk en je hoeft hem niet elk jaar in de was te zetten. Onze vloeren hebben geen lasnaden nodig en dat geeft juist een mooi esthetisch beeld. In combinatie met de geprofileerde natuurlandschappen zie ik het als een rotsvast pad, waardoor studenten goed op hun plek komen. Erik sluit af: “En het is akoestisch goed, waardoor je het goed in wat hogere ruimten kunt gebruiken.”

Vlnr: Nathalie Groenendaal (Nora), Siebrith Hoekstein (Stenden Hogeschool) en Erik van Wel (BRTArchitecten)

Kijk voor meer informatie op nora.com.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

67


www.dgmr.nl


Kort nieuws

Column

Team Schooldomein bedenkt plannen voor volgende jaargang Op uitnodiging van Henrico ten Brink van Ten Brink Meppel BV en Michiel ten Brink van Fizz Digital Agency stapte de redactie van Schooldomein tijdens het zomerreces in een goedgevulde sloep en werden de wateren van de Beulakerwiede bevaren.

B

ehalve Henrico en Michiel waren ook de bladmanager vanuit Fizz Christiaan Soer, redactiesecretaris Brenda Breems, journalist Anje Romein, fotograaf Kees Rutten, voorzitter van de redactieraad Edward van der Zwaag en hoofdredacteur Sibo Arbeek aanwezig. Het leidende thema tijdens de boottocht was het heugelijke feit dat Schooldomein alweer zijn 30e jaargang in is gegaan. Alhoewel geen garanties te geven zijn blikten de opvarenden vooruit op het te organiseren symposium medio volgend jaar en spraken zij het vertrouwen uit dat Schooldomein als multi-medium met een prachtig blad ook de komende vijf jaargangen nog blijft verschijnen. Het was een vaartocht met scherpe tegenstellingen, waarbij prachtige blauwe luchten werden afgewisseld met hevige slagregens. Dat kenmerkt een beetje het huidige speelveld van het maatschappelijk domein, waarbij steeds meer spanning op de kwaliteit van het onderwijs en de organisatie ervan in leeromgevingen komt te staan. Die spanningen willen we graag in mooie artikelen voelbaar en visueel maken, waarbij 30 jaargangen ons leren dat hele mooie scholen mogelijk zijn wanneer mensen bereid zijn met elkaar samen te werken en vooral durven dromen en doen.

DWARS DOOR DOMEINGRENZEN Anneke: Ik moet een column schrijven voor Schooldomein. Help! Menno: Hoezo help? Anneke: Je weet dat je me voor beeld, zoals de art direction van een boek, altijd wakker kunt maken. Maar voor tekst… Menno: Wat is het thema? Anneke: Durf. Menno: Haha. Anneke: Lach maar, jij bent een tekstmens. Menno: Prachtige kans toch, je in een ander domein wagen? Anneke: Dat is waar, zodra verschillende domeinen elkaar raken, wordt het interessant. Daar ontstaat innovatie. Je ziet het aan onze samenwerking rond boeken, ronde tafels en andere activiteiten. Menno: Jouw column komt in een ‘magazine voor een duurzame leef-, leeren werkomgeving’, zie ik. Gespreid bedje dus. Anneke: Best veel domeinen bij elkaar. Ik mis trouwens het domein ‘zorg’. Menno: Zou het hen lukken om die domeinen met elkaar te verbinden? Wij vonden het al een hele opgave om ‘wonen’ en ‘zorg’ te combineren. Anneke: Dat bleken redelijk gescheiden werelden te zijn. Andere financiering, andere cultuur, ander jargon. Menno: De les is: wegblijven uit de geheimtaal van de domeinen. Anneke: Maak het persoonlijk. En beeldend. Weet je nog toen Amber tijdens de brainstorm over wonen en zorg over haar oma begon? Qua professionele bagage was ze de minst deskundige van allemaal, maar iedereen hing aan haar lippen. Menno: Je geeft grote thema’s een gezicht door in te zoomen op de mensen om wie het gaat. Anneke: Verbind mensen met werelden, beeld met tekst en het ene domein met het andere. Menno: En creëer een platform waar professionals over hun eigen grenzen heen kunnen kijken. Dat is de kracht van Publiek Geheim. Anneke: Ik geloof dat dat precies is wat Schooldomein ook beoogt. Menno: Moeten we niet eens met die lui om tafel? Anneke: Goed idee! Menno: Hoop dat ze durven… Anneke Maessen en Menno Bosma zijn bestuursleden van de stichting Publiek Geheim, die boeken, ronde tafels, excursies en nog veel meer rond wonen en aanpalende thema’s organiseert. Het eerstvolgende project is Wonen met Zorg. Voor meer informatie of het aandragen van cases: www.publiekgeheim.nu.

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017

69


colofon Schooldomein

Magazine voor de perfecte leef-, leer- en werkomgeving sinds 1988. Schooldomein verschijnt zes keer per jaar. Op internet: www.schooldomein.nl. Uitgever Schooldomein is een uitgave van Schooldomein Relaties en Ten Brink Uitgevers Redactie Sibo Arbeek, Paul Voogsgerd, Brenda Breems Vaste medewerkers Kees Rutten (fotografie), Martine Sprangers (fotografie), Mar-

2

no.

tijn Buskermolen (fotografie), Jaap de Kruijf en Anje Romein Redactieraad De redactie en de partners van Schooldomein onder voorzitterschap van Edward van der Zwaag. Redactieadres Postbus 59112, 1040 KC Amsterdam, tel 06 22 26 77 95 E-mail: info@schooldomein.nl Arrangementen partners Schooldomein. Voor het plaatsen van artikelen, advertenties of advertorials in het magazine Schooldomein, kunt u contact opnemen met Brenda Breems van Schooldomein Relaties, Postbus 59112, 2014 BT Amsterdam, telefoon 06-82548370 brenda.breems@schooldomein.nl. Voor de online

Kijk

activiteiten van Schooldomein (website en sociale media) kunt u contact opnemen met Paul Voogsgerd, Zuiderkruis 588, 3902 XS Veenendaal, paul.voogsgerd@schooldomein.nl, 06-46337000. De advertentietarieven en arrangementen van Schooldomein vindt u op www.schooldomein.nl. Abonnementen

Kijken wat er gebeurt. Stimuleert het gebouw ook onderwijskundige ontwikkelingen? Hoe ziet een adaptief gebouw er eigenlijk uit? Wat is de rol van een gebouw in zijn omgeving? Staat het te kijk of wordt er naar gekeken? Eind november ligt het tweede nummer van jaargang 30 bij u in de bus. We hebben weer een aantal mooie artikelen in petto. Alvast een voorproefje:

Betaling, opgave, abonnement, opzegging en adres­ wijziging kunt u doorgeven aan Administratie Schooldomein, Postbus 1064, 7940 KB Meppel, tel (085) 27 36 36 7, e-mail: sdo@tenbrinkuitgevers.nl. Schooldomein verschijnt zes keer per jaar in controlled circulation voor alle instellingen in het primair-, voortgezet-, middelbaar- (ROC’s) en hoger onderwijs (hbo en wo). Elke instelling krijgt op instellingsnaam een exemplaar

• Frits Philips Mavo Eindhoven voor licht en kleur: een gebouw dat mee kleurt met de omgeving en onderwijs en sport op een hoger plan tilt. • Nieuwe kindcentra in Loppersum en Middelstum: Hoe verbind je partners in een kindcentrum dat ook nog eens aardbevingsbestendig en energieneutraal is. • De Dussenaar in Dussen: in september werd een bijzonder multifunctioneel gebouw geopend. • Merlet College in Cuijk betovert de Maas: of worden de bezoekers betoverd in dit fraaie spel van licht, lucht en ruimte, vertaald in een nieuw onderwijspaleis. • St. Lucas Eindhoven verleidt op inrichting: en dat past goed bij het brede aanbod aan creatief-technische opleidingen op vmbo- en mbo-niveau. • Debat over business en architectuur: DP6 organiseert het volgende debat op de Melanchthon Business School in Bleiswijk: dat wordt luisteren en vooral ook kijken! • Nieuwbouw Heliomare in Heemskerk opgeleverd: dat is genieten waarbij een bijzonder proces tot een nieuw architectonisch beeldmerk heeft geleid.

toegestuurd. Daarnaast krijgen alle gemeenten Schooldomein toegestuurd. Voor meerdere exemplaren alsmede voor abonnementen voor particulieren, instellingen en bedrijven geldt een abonnementsprijs van e 45,- voor losse nummers e 8,- incl. verzendkosten. Abonnementen kunnen schriftelijk tot uiterlijk 1 juli van het lopende abonnementsjaar worden opgezegd bij de administratie van drukkerij Ten Brink. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch met een jaar verlengd. Productie Grafische productie: Drukkerij Ten Brink, Meppel Projectbegeleiding: Communicabel, Veenendaal Vormgeving en website: FIZZ | Digital Agency – fizz.nl Schooldomein wordt mede mogelijk gemaakt door: Alpha Consultancy, bbn adviseurs, BOAadvies, Bolidt, BUKO, Cisco, DGMR, DP6, Ecophon, Eduhuys Onderwijshuisvesting, Frencken Scholl Architecten, Forbo, Gerflor, Gispen, Hevo, ICSadviseurs, Inepro, LIAG, M3V, De Meeuw, Nederlands Forum voor Onderwijsmanagement, Nora Flooring, OIII architecten, Peer2Peer, Platform Onderwijs & Facilitair, Platform Onderwijshuisvesting, Pellikaan, RoosRos Architecten, RVO, Sika, SMT Bouw & Vastgoed, Spring Architecten, TenW architecten adviseurs, Topos architecten, Vanerum, VELUX.

70

SCHOOLDOMEIN

oktober 2017


ICSadviseurs

Vestiging Amsterdam Zekeringstraat 46 Postbus 59112 1040 KC Amsterdam Vestiging Eindhoven Klokgebouw 263 6e verdieping 5617 AC Eindhoven Vestiging Zwolle Burg. Drijbersingel 25R Postbus 652 8000 AR Zwolle

‘AAN HET WERK KENT MEN DE MEESTER’

Kijkend naar de ruimte, creëren wij de ideale vloer. Met oogstrelend design en de juiste eigenschappen. Ontworpen en gemaakt in ons mooie Nederland. forbo-flooring.nl

creating better environments


www.bolidt.nl

DURF

twitter.com/schooldomein facebook.com/schooldomein

jaargang 30, oktober 2017

Altijd de laatste updates van Schooldomein?

Magazine voor de perfecte leer-, werk- en leefomgeving

SPORTDOMEIN | ZORGDOMEIN | WIJKDOMEIN

We doen er alles aan om de prestaties van leerlingen te bevorderen. Uit onderzoek is gebleken dat de schoolresultaten aanzienlijk beter worden door de leefomgeving op de school. Met vloeren van Bolidt bijvoorbeeld. Minder contactgeluid, meer demping, onbegrensde mogelijkheden qua kleur en vorm. En dan hebben we het nog niet eens over onderhoud en duurzaamheid.

SCHOOLDOMEIN

Prestatiebevorderende middelen op scholen?

1

no.

FILOSOOF HENK OOSTERLING OVER relaties, onderwijs en de dingen die ertoe doen KLEUR Als teken van de tijd CHECK JE ENERGIEFACTUREN dat scheelt 10% op de energielasten! DUURZAME VERHUUR VAN SCHOOLLOKALEN aan kinderopvang


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.