Schooldomein 5

Page 1

5

SCHOOLDOMEIN

no.

jaargang 33 Mei 2021

Ontwerpen om te verbinden en te ontmoeten

SPORTDOMEIN ZORGDOMEIN WIJKDOMEIN Magazine voor de perfecte leer-, werken leefomgeving

DEBAT BEWEGEND LEREN EN LEREN BEWEGEN Geest en lichaam horen bij elkaar

HET BELANG VAN DE KLETSBREDE TRAP De onverbiddelijke noodzaak van ontmoeten

OMZIEN NAAR DE ANDER Transformatie kloosterkwartier Veghel

IKC DE TWIJN VOL BEWEEGAANLEIDINGEN Omdat bewegen leuk is!


www.breedveld.com

HET INSPIRATIEBOEK 2015-2020 BEVAT:

Voor elke ruimte en functionaliteit maken wij naar wens een optimale ruimteverdeler. Eigen productie en Nederlandse degelijkheid maken BREEDVELD wanden duurzaam en gebruiksvriendelijk. Paneelwanden

Glaswanden

Schuifwanden

Vouwwanden

→ 540 pagina’s met prachtige foto’s en plattegronden → Een uniek tijdsbeeld van 5 jaar scholenbouw → 107 verhalen van opdrachtgevers en gebruikers met hun architecten, bouwers, adviseurs en inrichters → Trends en analyses binnen het primair en speciaal onderwijs, het vmbo en avo/vwo → Negen kenmerken voor ecologisch intelligente opdrachtgevers → Het eerste onderzoek naar de beleving van de werkplek door docenten → Een volledig overzicht van alle kosten, volumes en programma’s → Gelaagde voorbeelden van transformaties van bestaande scholen → Een beeldende gids voor de verduurzaming van gebouwen → Een ode aan de architectuur en innovatiekracht van opdrachtgevers Vermenigvuldig de mogelijkheden van uw ruimte door deze te delen met BREEDVELD paneelwanden. en marktpartijen Denk aan een klaslokaal waarin u twee groepen dankzij een mobiel wandsysteem zowel gemeenschappelijk

VERMENIGVULDIGEN door te DELEN

als apart kunt doceren. Wij delen in ieder geval graag onze verfijnde kennis en ons vakmanschap met u.

BESTEL SNEL!

Ook voor bijhorende bouwkundige oplossingen. Meer informatie: www.breedveld.com – T 0487 542888

Bestel het boek via tenbrinkuitgevers.nl/ Ruimte wordt waardevoller met Breedveld mobiele wanden samenwerken-aan-deschool-van-morgen


VERMENIGVULDIGEN door te DELEN Vermenigvuldig de mogelijkheden van uw ruimte door deze te delen met BREEDVELD paneelwanden. Denk aan een klaslokaal waarin u twee groepen dankzij een mobiel wandsysteem zowel gemeenschappelijk als apart kunt doceren. Wij delen in ieder geval graag onze verfijnde kennis en ons vakmanschap met u. Ook voor bijhorende bouwkundige oplossingen. Meer informatie: www.breedveld.com – T 0487 542888

Ruimte wordt waardevoller met Breedveld mobiele wanden


Bevlogen huisvestingsadviseurs sinds 1955

Onze adviseurs en

ICSadviseurs biedt

bouwprojectmanagers

huisvestingsadvies en

brengen ambities tot leven op het gebied van zorg, onderwijs, sport en welzijn.

projectmanagement voor maatschappelijk vastgoed. Ruim tachtig professionals werken vanuit Amsterdam, Rotterdam, Zwolle en Eindhoven aan efficiënte, duurzame en inspirerende omgevingen.

Fijne plekken

Vestiging Amsterdam

Vestiging Zwolle

Zekeringstraat 46

Burgemeester Drijbersingel 25R

om naar hartenlust

1014 BT Amsterdam

8021 DA Zwolle

Vestiging Eindhoven

Vestiging Rotterdam

Klokgebouw 263

Van Nelleweg 1

6e verdieping

Unit 2.3.

5617 AC Eindhoven

3044 BC Rotterdam

te leren, leven, spelen, werken, zorgen en ontmoeten.

088 235 04 27

4

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

icsadviseurs.nl


VAN DE REDACTIE Dat is een toepasselijk thema voor deze nieuwe Schooldomein: ontwerpen om te verbinden en te ontmoeten. Ik probeer nog zoveel mogelijk projecten te bezoeken en anders vindt er een ontmoeting via teams en zoom plaats en reconstrueer ik het gebouw met eerdere berichten van google en projectinformatie. Maar het echt bezoeken van het project en door het gebouw lopen is toch het leukst en vertelt beter het verhaal van het gebouw en daarbinnen de leer- en werkomgeving. Zo mocht ik het nieuwe gebouw van Maria Montessori van de Radbouduniversiteit onder leiding van facilitair manager Esther Huijs bezoeken en ontving directeur Adrie Krielaart me in zijn nieuwe Beroepscampus Middelharnis. Dat leverde mooie verhalen op. Wat steevast in alle gesprekken terugkomt is de vurige wens om weer fysiek bij elkaar te komen. Natuurlijk betekent de periode van corona ook een digitale versnelling van onze skills, maar het wordt zoveel leuker en eigenlijk ook effectiever wanneer je elkaar echt kunt aankijken en bereiken. Voor deze Schooldomein bezocht ik RSG ’t Rijks in Bergen op Zoom; waar een aantal klassen weer fysiek les mocht krijgen. Ik vroeg leerlingen wat ze het leukst vonden: “Weer bij elkaar zijn natuurlijk, maar de stof kwam ook beter binnen wanneer de docent echt aanwezig is.” Dat is ook wat architect Dorte Kristensen in haar artikel vertelt: “Er is iets in het menszijn dat vraagt om de toevalligheid en de verrassing van de spontane ontmoeting. Toevalligheid is daarom een prachtige kwaliteit.” Op een ander niveau herhaalt Rijksbouwmeester Floris Alkemade dat in

ONZE VISIE

Schooldomein is een verrassend magazine voor managers en beleidsmakers die relevante beleidsinformatie, praktijkvoorbeelden en productinformatie vertalen in een optimale leer-, werk- en leefomgeving. Schooldomein biedt informatie rond de infrastructuur, organisatie en huisvesting van instellingen. Schooldomein is bedoeld voor iedereen die op het niveau van overheid,

instellingen, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties betrokken is bij het vinden van oplossingen voor samenhangende vraagstukken in de non profit en profit sector.

HET NETWERK

Schooldomein wordt zes keer per jaar gratis verstrekt aan alle onderwijsinstellingen en gemeenten in Nederland. Het blad wordt gefinancierd uit de exploitatie van advertenties, advertorials, artikelen en de bijdragen

wordt mede mogelijk gemaakt door:

Als maatschappelijk verantwoorde onderneming stimuleert Schooldomein doelen die goed zijn voor mens en milieu:

zijn verhaal over de transformatie van het Kloosterkwartier in Veghel: “Leren is niet alleen iets van de jeugd. Onze jeugd duurt langer en onze vergrijzing duurt ook langer. Dat is een enorm potentieel dat je buiten de bestaande economische systemen kunt inzetten. Het gaat over slim tijd en expertise inzetten, sociaal verduurzamen en een bijdrage leveren aan de veiligheid van de wijk. Je zou het de emancipatie van het vrijwilligerswerk kunnen noemen.” Treffend is ook het grote interview met Ronald Beckers van de HAN, die onderzoek deed naar de effecten van de digitalisering op het onderwijs: “Een device helpt, maar vervangt de behoefte aan persoonlijk contact niet. Dat was dan ook een belangrijke conclusie van mijn proefschrift, waarbij ik studenten dagboekonderzoek liet doen. Daaruit bleek dat zij voor verschillende activiteiten behoefte hebben aan verschillende typen werk- en studieplekken.” Tot slot onze gastcolumnist wethouder Erjen Derks uit de gemeente Midden-Drenthe: “Er is een gebrek aan rust, geborgenheid en stabiliteit; elementen waar thuis, vrije tijd en school in zouden moeten voorzien. De geconstrueerde omgeving van nu versterkt het gevoel dat we te gast zijn in een immense en vluchtige wereld. Terwijl we juist graag deel uit willen maken van een gemeenschap die dichtbij en waardevol is, in een wereld die geborgenheid biedt.” Daarnaast nog veel meer in het volgende tijdsdocument, waaronder een debat over bewegend leren en leren bewegen. Het is belangrijk dat we kinderen leren om risico’s te nemen. En daar hoort echt klauteren en vallen bij. In de fysieke wereld welteverstaan. Veel lees- en kijkplezier gewenst, Sibo Arbeek Hoofdredacteur Schooldomein

van partners. Schooldomein fungeert als een netwerk, waarbij partijen een meerwaarde genereren door een samenhangend product te bieden. Schooldomein fungeert als een platform voor alle partijen die een bijdrage willen leveren aan de kwaliteit van de onderwijsinfrastructuur.

UW MENING

Wij stellen uw mening zeer op prijs. Voor reacties kunt u mailen naar sibo.arbeek@schooldomein.nl.

U kunt ook reageren via de site www.schooldomein.nl. Praktische informatie vindt u in het colofon.

INTERNET

Voor meer informatie over Schooldomein en dit nummer kunt u kijken op www.schooldomein.nl. Via deze site kunt u onder meer alle artikelen van de afgelopen jaargangen opvragen, winkelen in onze rubrieken en relevante markt­ informatie zoeken.


INHOUD BESTUUR EN BELEID

8 12 18

Groot interview Ronald Beckers Leren doe je samen en je leven lang

Debat bewegend leren en leren bewegen Geest en lichaam horen bij elkaar

Toezien op huisvesting De verhouding tussen bestuurder en toezichthouder

ONDERZOEK EN BEDRIJFSVOERING

24

Het Nationaal Programma Onderwijs Doelmatigheid na de extra middelen

VISIE EN ONTWERP

51 THEMA

Ontwerpen om te verbinden en te ontmoeten Hoe mooi zou het zijn wanneer dat binnenkort weer fysiek kan? Schooldomein helpt dromen waar te maken. In dit nummer prachtige voorbeelden van verbindende huisvesting en plekken waar de informele ontmoeting plaats kan vinden. We leren enorm in deze digitale tijd, maar er gaat niets boven de echte ontmoeting, waar kinderen ook weer natuurlijk bewegen. Het woord ‘gezellig’ komt ineens ook weer boven drijven. Foto’s cover Jan Tinbergen College in Roosendaal (pagina 23) IKC De Lei in Leimuiden (pagina 27) Beroepscampus Middelharnis (pagina 48)

6

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

27

Eigen keuzes door duidelijke spelregels

30 32

Het belang van de kletsbrede trap

34 38 40

Oscar Romero College in Hoorn

43 46

Het IHP Velsen wil verbinden

48

Nieuwbouw Beroepscampus Middelharnis

51 55

IKC De Lei biedt ruimte voor ontwikkeling

De onverbiddelijke noodzaak van ontmoeten

Ruimte voor zelfstandig werken De huisvestingsopgave van het Hermann Wesselink College

Verbinden door te bewegen

Wanden van stro Een gymzaal met een verhaal

De kunst van het Integraal ontwerpen Hoe Frencken Scholl de basis voor de toekomst legt

Onderwijs voelspriet in de wijk

Van onderwijsvisie naar toekomstgericht schoolgebouw Geslaagde nieuwbouw Het Element

Een gebouw dat naar alle kanten verbindt

IKC De Twijn vol beweegaanleidingen Omdat bewegen leuk is!

Omzien naar de ander Transformatie kloosterkwartier Veghel


BOUW EN INRICHTING

59

Meer ruimte voor leerlingen

62

Nieuwbouw Maria Montessori Radboud Universiteit

66

Nieuwbouw Eben Haëzer in Leerbroek

68

Het nieuwe gymmen in Rotterdam-Zuid

Geslaagde transformatie RSG ‘t Rijks in Bergen op Zoom

Verbinden en verbondenheid

Landelijk gebouw met een toekomstwaarde

Leren, spelen en bewegen tegelijkertijd

BELEVING EN BEHEER

70

Slimme indeling Marmoleum verbindt esthetisch met facilitair

72

Transformatie De Korenaer in Stevensbeek

74

Structureel investeren in sociaalemotionele ontwikkeling

76

Schone lucht en een beter binnenklimaat

78

Nieuw Beroepscollege Noorderlicht transparant

Een vloer moet zowel mooi als praktisch zijn

Decentraal ventileren, beter leren

Juist Nu!

Over de slimme CO2-meters van AurAir

Ontdekken, leren en doen

RUBRIEKEN

20 20 54 81 82

Kort nieuws Column Adri Pijnenburg Kort nieuws Column Erjen Derks Vooruitblik Schooldomein 6

28 50 59 64 78


Leren doe je samen en je leven lang DE LEEROMGEVING IS HOLISTISCH

8

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


Tekst Sibo Arbeek Foto’s Kees Rutten Fotografie

BESTUUR EN BELEID

Wat zijn de gevolgen van digitalisering op de huisvesting van het onderwijs? Deze tijd laat zien hoe belangrijk de fysieke ontmoeting is. De leeromgeving is een holistisch begrip, waarbij het fysieke gebouw niet meer alleen de plek is waar het gebeurt. De docent is zowel coach als gids en de relatie met de hogeschool eindigt niet met het diploma.

“S

tel dat wat we nu meemaken de reali­ teit voor de komende tien jaar blijft. Dan leven we in een decennium waar anderhalve meter de norm blijft, met alle fysieke beperkingen van dien. Dat zou heel slecht voor het onderwijs en onze studenten zijn, die het wel gehad hebben met thuis zitten en op afstand onderwijs volgen.” De opening van Ronald Beckers laat gelijk zien hoe actueel het thema leeromgeving is. Ronald is manager onderzoek, innovatie en masters bij de Academie Educatie van de HAN (Hogeschool van Arnhem en Nijmegen): “Voordat ik 15 jaar geleden bij de HAN begon werkte ik als consultant bij Royal Haskoning aan vraagstukken op het gebied van huisvesting en facility management. Nadat ik de overstap naar het onderwijs had gemaakt schrok ik; in plaats van PowerPointpresentaties zag ik nog de overheadprojector met slides en vooral veel standaard lokalen. Feitelijk was het onderwijs niet veranderd sinds de tijd dat ik zelf op school zat. In de periode na 2006 zag ik het gedrag van studenten snel veranderen. In 2008 kwam de iPhone, gevolgd door de iPad en tablets in 2010. Dat veranderde de werkelijkheid van studenten en het gevolg was dat er steeds meer digitale middelen in de klas kwamen. Ik vroeg me af of de traditionele organisatie van het onderwijs nog wel boeiend genoeg was voor de nieuwe generatie studenten, ook vanuit de huisvesting gezien. In 2016 promo­ veerde ik op het thema onderwijshuisvesting in het hoger onderwijs met als titel a learning space odyssee. De hoofdvraag was hoe instellingen voor hoger beroepsonderwijs de fysieke leeromgeving

beter kunnen laten aansluiten op de digitale ont­ wikkelingen in het onderwijs. Vanaf 2020 werk ik als academiemanager bij de lerarenopleidingen en help ik om de nieuwe generaties docenten voor te bereiden op hun rol in een tijd waarin verandering de constante is geworden.” DE ALWETENDE DOCENT “Onderwijs is vanaf het moment dat de leerplicht werd ingevoerd aanbodgericht. Dat komt omdat het systeem gebaseerd is op het industriële denken. Rond 1900 moesten grote aantallen kinderen naar school als gevolg van de invoering van de leerplicht en de standaardisatie in de fabrieken werd vertaald naar het onderwijs. Het onderwijssysteem bepaalde wat er geleerd wordt, wanneer, op welke plek en van welke docent. Dat systeem van uniformiteit heeft lang standgehouden, maar begint nu snel af te brokkelen. Mede door de digitalisering is het makkelijker geworden om gepersonaliseerd onderwijs te geven, dus veel meer vraaggestuurd. Je kunt overal content vandaan halen, dus waarom alleen uit het door de docent opgegeven boek? Dat vraagt om een ander pedagogisch en didactisch handelen, waarbij de docent met de student invulling geeft aan vooraf geformuleerde leeruitkomsten. Vooral in het deeltijdonderwijs zie je dat, omdat de studenten vaak al werkervaring hebben. Als ze kunnen aan­ tonen dat ze bepaalde stof beheersen kunnen ze voor dat onderdeel vrijstelling krijgen. Daarmee samenhangend is zelfsturing logischer geworden, waarbij studenten de eigen leerroute bepalen op een manier en in het tempo dat hen past. En eigenlijk ook

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

9


“De uitkomst is dat hoge­ scholen beter moeten aansluiten bij de behoefte van de studenten om op verschillende soorten plekken te leren, te werken en elkaar te ontmoeten”

wel logisch; in het oude model strooit een docent veel informatie over een groep studenten uit, waarbij elke student vervolgens bepaalt of die informatie relevant is. Effectief informatie vergaren kan dus veel beter en gerichter in een digitale leeromgeving. De kansen die dat biedt zie je nu ook al in het basisonderwijs waarbij digitale methoden helpen om kinderen op maat te leren rekenen en spellen. Door leuke oefeningen leren ze op een natuurlijke manier naar een hoger niveau te schakelen als ze daaraantoe zijn. Zo kan op maat toetsen veel makkelijker met digitale middelen. Dat vraagt andere competenties van de docent. Het beeld van de alwetende op het podium is achterhaald. De docent wordt steeds meer een coach die de student begeleidt in het leerproces. Je moet als leerling en student goed kunnen inschatten welke informatie je nodig hebt en of de informatie op het internet betrouwbaar is of relevant is. Als coachende docent leer je leerlingen dat soort dingen.” SAMEN LEREN EN WERKEN CENTRAAL “In gesprek met een aantal vastgoedmanagers vroeg ik of en hoe ze op de digitale ontwikkelingen

10

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

inspeelden. Het antwoord was dat het onderwijs de vragen formuleert en vastgoed vervolgens de behoefte aan huisvesting bepaalt. Anticiperen was er niet bij. Toch zien we hoe in een periode van vijf jaar de omgeving van het onderwijs is veranderd. We hebben dat onderzocht en procentueel zie je dat ruimten voor informeel ontmoeten en groeps­gericht werken toenemen, ten koste van traditionele onderwijsmeters. Die ontwikkeling zag je ook in de leermodellen, waar projectgericht werken meer aandacht kreeg vanuit de theorie van het sociaal constructivisme. De essentie is dat je veel meer leert als je samenwerkt. Het connectivisme gaat als stroming verder en stelt dat de digitale snelweg nog meer mogelijkheden voor het samen leren en werken biedt. Waarom zou je met drie studenten in een fysieke ruimte moeten samenwerken terwijl het internet je heel makkelijk en snel toegang geeft tot informatie van­af je eigen bank in plaats van een harde stoel op school? Je zag hoe snel studenten die ontwikkeling oppakten. Was de opdracht om een werkstuk over cateringmanagement te maken,


BESTUUR EN BELEID dan werden via social media vragen uitgezet om voorbeelden van de aanbesteding van catering te vinden.” ELKAAR ONTMOETEN “Toch legt deze periode met corona goed bloot waarom kinderen en studenten graag naar school willen. Het belang van een duidelijke structuur en het elkaar ontmoeten maken het leven leuker en makkelijker. Leerlingen en studenten geven ook aan dat fysiek onderwijs voor een extra verdieping in de stof zorgt. Een device helpt, maar vervangt de behoefte aan persoonlijk contact niet. Dat was dan ook een belangrijke conclusie van mijn proefschrift, waarbij ik studenten dagboekonderzoek liet doen. Daaruit bleek dat zij voor verschillende activiteiten behoefte hebben aan verschillende typen werk- en studieplekken. De uitkomst is dat hogescholen beter moeten aansluiten bij de behoefte van de studenten om op verschillende soorten plekken te leren, te werken en elkaar te ontmoeten. Voor een projectgroep heb je behoefte aan een projectruimte waar de deur dicht kan en waar je rustig kunt werken. Studeer je meer routinematig dan lukt dat prima in een treincoupé op de gang. Voor individueel en geconcentreerd werken heb je een plek nodig waar je stil kunt werken. Universiteiten hebben al eeuwenlang bibliotheken en die worden door studenten ook gebruikt om geconcentreerd te studeren. Hogescholen waren tot voor kort niet zo ingericht; het waren vooral leerfabrieken met verdiepingen, heel veel lokalen en een grote centrale kantine. Je volgde lessen, ging tussendoor even lunchen en dan weer naar huis om je huiswerk te maken. Dat is een heel andere cultuur. Nu veel hogescholen zich profileren als universities of applied sciences zie je ook in de huisvesting ontwikkelingen naar een diversiteit aan ruimten en werkplekken en meer ruimte voor ontmoeting.” DE HOLISTISCHE LEEROMGEVING “Het begrip leeromgeving omvat veel meer dan alleen het fysieke gebouw. Ik werk met een aantal onderwijskundige onderzoekers. Voor hen is de leeromgeving een holistisch begrip; het gaat veel meer over de totale omgeving rond de student of de leerling. In de wetenschappelijke literatuur wordt in dat kader gesproken over een Innovative Learning Environment (ILE). Die omvat de inhoud van het onderwijs, de middelen en instrumenten die daarvoor nodig zijn, het sociale aspect, de dimensie van tijd en ook de ruimtelijke component als een variabele. Al die elementen grijpen in elkaar en je kunt ze niet los van elkaar zien. Dat maakt het ontwerpen van leeromgevingen complex, zeker in een tijd van snelle ontwikkelingen. Een gebouw is statisch en alles daaromheen verandert constant. Hoe ga je dan als huisvestingsmanager ervoor

zorgen dat je met huisvesting in kunt spelen op het onderwijs van morgen. Toen ik in 2016 promoveerde lag mijn focus nog erg op het gebouw als de plek van waaruit het onderwijs georganiseerd werd. Als je het me nu vraagt zie ik een leeromgeving veel meer in relatie tot de totale samenleving. Hoe je het onderwijs organiseert bepaalt de behoefte aan meer of minder permanente plekken of ruimten. Je ziet dan ook steeds meer acquisitie van project gelieerde activiteiten waarbij projecten in het bedrijf worden gedaan. Niet alleen in het beroepsonderwijs, maar ook in het voortgezet onderwijs. Dan heb je de hybride leeromgeving die deels op school en deels in de buitenwereld vorm krijgt. Daardoor ontstaan nieuwe interessante participatiemodellen, in deels gemodelleerde omgevingen en authentieke, real life omgevingen, waarbij het onderwijs op de plek plaats vindt waar het echt gebeurt. Waarom zou je als school een ruimte inrichten met 3D-printers als in de omgeving een bedrijf staat die ze maakt of verkoopt? En als je studenten bijvoorbeeld in een bedrijf laat ervaren hoe een robotarm werkt is dat een onderdeel van die hybride leeromgeving. Bij ROC’s zie je steeds vaker dat studenten in de beroepspraktijk bepaalde leertaken uitvoeren, maar ook dat het bedrijfsleven in de school wordt gehaald. Studenten kunnen onder regie van de docent als bedrijfsleider prima het restaurant in de school runnen, de inkoop regelen en ervoor zorgen dat de exploitatie goed draait.” KWALIFICEREN EN PROFESSIONALISEREN “Deze pandemie leert ons dat digitale ontwikkelingen het onderwijs hebben veranderd, maar dat we bij voorkeur samen en van elkaar willen leren en elkaar in het fysieke domein willen ontmoeten. Dat bepaalt hoe het onderwijs zich verder organiseert en is allemaal onderdeel van de leeromgeving van morgen. Een belangrijke opgave is om zo responsief mogelijk op te leiden. We leiden in toenemende mate op voor beroepen die in de toekomst niet meer bestaan of er op z’n minst heel anders uit gaan zien. Dat betekent dat studenten nog lang niet klaar zijn als ze de opleiding hebben afgerond. Daarom maken we onderscheid tussen kwalificeren en professionaliseren, waarbij dat laatste ook voor hogescholen steeds belangrijker wordt in het kader van een leven lang leren. Boven op de kwalificatie in de vorm van het diploma voeg je gedurende je loopbaan extra dingen toe om goed aangesloten te blijven en je competenties verder te ontwikkelen. Dat doen we al met onze nieuwe leraren en dat noemen we de inductieperiode. Een student studeert af en leert in de praktijk nog een aantal zaken, die samen worden begeleid door het werkveld en de lerarenopleidingen.” Kijk voor meer informatie op https://www.han.nl/over-de-han/ organisatie/academies/academie-educatie/.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

11


Tekst Sibo Arbeek

LEREN BEWEGEN EN DAN BEWEGEND LEREN

Geest en Lichaam horen bij elkaar Steeds meer kinderen weten niet meer hoe ze lekker en vooral leuk kunnen bewegen. Natuurlijk is bewegend leren belangrijk, maar leren bewegen is belangrijker. Nog mooier is wanneer het samen kan gaan; lekker bewegen en ook nog eens met plezier leren.

A

d: “Onze visie is dat bewegen belangrijk is voor kinderen en dat wordt niet vol­ doende opgevangen door het reguliere gymonderwijs. Vaak liggen de zalen verspreid door de gemeente, moet je veel lopen en reizen en dat gaat ten koste van de onderwijstijd. En er is de afgelopen jaren al zo veel beknibbeld op het onderwijs; de creatieve vakken en het bewegen staan onder druk. Het gevolg is, zo blijkt uit onderzoek, te veel te dikke kinderen die ook sneller last van hun gezondheid hebben. Wij wilden het vanzelfsprekend bewegen integreren in het lesprogramma. Bewegend leren is integraal onderdeel van de visie van het Kindcentrum De Twijn. Vanuit die visie wilde de gemeente meewerken.”

JORICK HENDRIKSEN, MSc Sport- en beweeginnovator; docent bewegingsonderwijs, docent ASM Academy; Designer PLAYCE & Skills Garden

12

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

PROF. DR. GEERT SAVELSBERGH Hoogleraar aan de faculteit der Bewegingswetenschappen van de Vrije Universiteit (VU) van Amsterdam, Lector talentontwikkeling sport en bewegen, HvA, mede­ oprichter model ASM

Remo: “Dat is een compliment waard; er zit namelijk een standaard weeffout in ons basisonderwijs. Een sportieve opvoeding zou onderdeel van het schoolprogramma moeten zijn. In plaats daarvan leren we kinderen zitten en luisteren in plaats van bewegen. Ik geloof niet in de levertraan benadering ‘gij zult 10.000 stappen per dag zetten’. Bewegen zou onderdeel van dagelijks leven moeten zijn en daarom integraal onderdeel van de opvoeding op school. Het is niet geest of lichaam, maar geest en lichaam.” Geert vult aan: “Remo kijkt naar de pedagogiek en ik benader het vanuit de bewegingswetenschappen, maar we komen op hetzelfde uit. Het heeft lang geduurd voordat de wetenschap inzag dat bewegen invloed heeft op de hersenen. Daar heeft Erik Scherder een goede

RONALD DE ROOIJ Partner-architect Topos; partner InFit Beweegconcepten, ontwerper van onder meer IKC De Twijn

PIM SCHERPENZEEL Specialist inrichten van beweegruimte, initiatiefnemer hetnieuwegymmen.nl, partner InFit Beweegconcepten, lid NOC*NSF-werkgroep voor inrichten binnensportaccommodaties


BESTUUR EN BELEID rol in gespeeld. Met nieuwe technieken kunnen we nu de effecten van bewegen op de hersengebieden vastleggen. Uit onderzoek met tweelingen blijkt dat de omgevingsfactor in de eerste twaalf jaar dominant is. Wanneer je dan niet leert bewegen krijg je vaak een probleem met je gewicht en conditie. Daarom moeten we de omgeving zo inrichten dat bewegen weer leuk is. Bewegend leren is echt iets anders dan leren bewegen en vooral natuurlijk bewegen.” ALGEHELE GEZONDHEID Carla: “Wij ontwikkelen concepten om mensen met plezier aan het bewegen te krijgen en dat doen we met interactieve games. Daarbij richten we ons op de breedtesport. Gamen is een way of life geworden, maar is verbonden met kinderen die de hele dag op de bank hangen. Dat kwam ook omdat er geen geschikte omgevingen waren, waarbij gamen en bewegen samengaan. Dat doet Embedded Fitness, waarbij we de nieuwe technologieën gebruiken. In het begin lag het accent vooral op gamen en bewegen, nu blijkt ook uit onderzoeken dat je door te gamen sneller leert. Ook in de ouderenzorg werken interactieve games goed. Zo zijn er mooie resultaten met licht dementerende ouderen en games met muziek en bewegen. Bewegend leren draagt bij aan een betere algehele gezondheid en zorgt dat je op veel fronten beter presteert.” Geert knikt: “Daarnaast krijg je meer gezonde ouderen die minder eenzaam zijn en meer sociale contacten hebben. Bewegen op elke leeftijd is goed en daarom moet je zo vroeg mogelijk leren bewegen.” Ad: “Onderwijs vind ik een arrogante sector, die denkt dat het leven pas na

CARLA SCHOLTEN Directeur Embedded Fitness en Sportinnovator Centrum voor Interactief Bewegen

“Juist omdat je alle risico’s wegneemt kunnen kinderen niet zelf meer het risico van hun handelen inschatten”

AD VOS Bestuurder PIT kinderopvang & onderwijs met 18 locaties, waaronder IKC De Twijn

het vierde jaar begint, terwijl de jaren tussen 0 en 4 enorm belangrijk zijn voor de ontwikkeling van het kind. Daar moet je vol op investeren en dat doen we in onze organisatie, door beweegvriendelijke om­ gevingen te maken. Een omgeving die stimuleert om te spelen brengt ook wat risico’s met zich mee. Je kunt een keer vallen en je knie bezeren. Juist omdat je alle risico’s wegneemt kunnen kinderen niet zelf meer het risico van hun handelen inschatten. Dat leer je wel wanneer je een paar keer in een boom hebt geklommen. Toch houd je overbezorgde ouders; er mag niets met de kinderen gebeuren. Dat wordt versterkt door de GGD; alles wat als te risicovol wordt gezien krijgt een vinkje.” Remo knikt: “Op schoolpleinen zie je vaak rond toestellen rubberen tegels zodat je je niet bezeert als je valt. Dat is echt verkeerd. In Engeland heb ik mooie voorbeelden gezien met losse materialen en spannende hoogtes. Je zou risicovaardigheid op scholen moeten leren om het kind te trainen met risico’s om te gaan. Iedere ouder snapt dat kinderen veiliger door het verkeer gaan als ze risico’s kunnen inschatten.” BEWEGINGSGEDRAG Pim: “Vroeger werden we uitgenodigd om buiten te spelen, in bomen te klimmen en met vuile kleren thuis te komen. We zijn de omgeving zo gaan inrichten dat bewegen niet meer gestimuleerd wordt. Als je het niet jong leert is de kans dat je het op latere leeftijd nog doet klein. Ik geloof heilig dat kinderen het bewegingsgedrag in zich hebben. Nu staan we voor de vraag hoe we een omgeving weer zo kunnen inrichten dat hij automatisch uitnodigt om te

REMO MOMBARG Lector Bewegingsonderwijs en Jeugdsport Hanzehogeschool Groningen

MICHEL DE BOER Adviseur sport en gezond bewegen ICSadviseurs

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

13


Skills Garden @ Almere. Credits: Athletic Skills Company #DesignedbyASM

bewegen. In de formele omgeving werkt een professio­nal met toestellen in een gymlokaal, maar dat is niet de oplossing. Ik vind dat we als beroepsgroep bewegingsonderwijs de afgelopen dertig jaar tekort zijn geschoten. Het lijkt armoedig wanneer je een klimnet in de aula hangt, maar het zorgt wel dat er bewogen wordt.” Jorick knikt: “Je kunt met de inrichting van de omgeving (binnen en buiten), en als het past tijdens andere vakken, kinderen de mogelijkheid bieden om meer te bewegen. Dan creëer je meer beweegtijd, maar het is ook belangrijk dat kinderen goed leren bewegen gericht op de kwaliteit. Dat is niet automatisch hetzelfde. Het is voor de ontwikkeling van de motorische vaardigheden belangrijk om ongeorganiseerd en onder leiding van een beweegprofessional in aanraking te komen met alle tien grondvormen van bewegen uit de Schijf van 10! Deze Schijf van 10! komt voort uit het in Nederland ontwikkelde Athletic Skills Model (ASM), dat zijn basis vindt in wetenschappelijk onderzoek en ervaringen vanuit de praktijk. Het ASM gaat over welzijn, gezondheid en talentontwikkeling van kinderen en adolescenten tot volwassen bewegers. Het ASM richt zich op vijf leergebieden: motorisch, conditioneel (fitheid), conceptueel, perceptueel en het sociaal-emotionele. Bewegen heeft met al die gebieden te maken en daar heb je dus een visie voor nodig.” Michel knikt: “Ik

14

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

“We willen alles organiseren en regelen, maar de grootste kracht van het ontwikkelen komt uit het kind zelf”

zie veel potentie bij de transformatie van bestaande sportparken naar beweegparken, waar ook scholen onderdeel van kunnen uitmaken met bijvoorbeeld een gezamenlijke gebruikmaking van een gezonde kantine voor jong en oud. Ik werk in projecten waarbij we intensief de buurtsportcoaches en commerciële sportaanbieders betrekken. Juist die verbindingen tussen sport, onderwijs, welzijn en gezondheid zijn belangrijk. Nog geen anderhalf uur bewegingsonderwijs per week is veel te weinig en daarom is het juist goed om meer beweegaanleidingen te creëren in en om het schoolgebouw, zoals het leer- en schoolplein, maar ook een programmering te organiseren met ‘de sport’ op het sportpark met voldoende beweegfaciliteiten.” Ronald: “We willen alles organiseren en regelen, maar de grootste kracht van het ontwikkelen komt uit het kind zelf. Je moet het kind wel een omgeving bieden waarin er sprake is van een vorm van zelfregulering, dus zonder dwang of rooster. Daardoor ontstaat een grotere mate van een natuurlijk motorische ont­ wikkeling. Het Jeugdjournaal was bij De Twijn en ik heb anderhalf uur naar de kinderen gekeken. Ze dagen elkaar uit, leven zich uit op de klimwand en gaan dan naar buiten. Dan zie je dat een kind even het eigen moment uitkiest om die klimwand in te gaan. Dat is anders dan een oefening in een gymzaal waar iedereen ziet dat het jou even niet lukt. Zelf je


BESTUUR EN BELEID moment kunnen kiezen kan een enorme stimulans zijn om lol in bewegen te krijgen.” Carla: “Daarom denken wij ook dat gamen bewegen kan stimuleren. Daar hoort een goede omgeving bij. Zo hebben we met de Vrije Universiteit fietsen bij basisscholen gezet om kinderen aan het bewegen te krijgen. Dat werkt niet, want in de pauze stonden leerlingen in de rij te wachten tot ze aan de beurt waren. Je moet dus naar een systeem toe dat kinderen ook tijdens de lessen interactief kunnen bewegen. Het moet ingebed zijn in de hele inrichting en orga­ nisatie.” Remo: “Je moet naar een inrichting toe waarin onderwijs en bewegen geïntegreerd zijn. Stel je eens voor dat de gymzaal onderdeel van de klas is;

dat vraagt om een heel andere didactiek. Allereerst moet het jaarklassensysteem op de schop. Je moet naar een vorm toe waarin leerlingen zelf kunnen bepalen hoe ze wanneer leren en ook even bewegen. Dat vraagt om een diversiteit aan leer- en werk­ vormen en om docenten die van centraal voor de klas naar meer begeleidend gaan. Dagelijks leren bewegen gaat niet lukken wanneer je de traditionele inrichting van het onderwijs handhaaft.” LAWAAI MAKEN Michel: “Nee, en vaak is er ook argwaan wanneer er in de gang van een school bijvoorbeeld een renbaan wordt geplaatst, want rennende kinderen geeft lawaai. Maar je zult zien dat na verloop van tijd als

PLAYCE School @ Academie voor Lichamelijke Opvoeding in Amsterdam. Credits: Jan-Kees Steenman #DesignedbyASM

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

15


PLAYCE @ PSV Campus in Eindhoven. Credits: Athletic Skills Company #DesignedbyASM

de nieuwigheid eraf is bij de kinderen het een stuk rustiger wordt.” Pim knikt: “Het is onzin om te denken dat je bewegen moet verbieden omdat kinderen dan meer lawaai zouden maken. In de nieuwe Twijn is een centrale ruimte waar inderdaad veel herrie is. De kinderen kunnen zich er uitleven na een intensieve les. Ze kunnen naar boven klimmen en via een route weer naar beneden rennen.” Remo: “In die zin zijn hotspots voor bewegen interessant, waarbij je in een school wel 50 plekken voor allerlei bewegingsvaardigheden hebt. Het onderwijs in Finland werkt bijvoorbeeld met beweegleermomenten om de drie kwartier.” Ronald knikt: “Je vindt in het gebouw ruimten waarin kinderen zich kunnen concentreren en omgevingen waarin kinderen zich kunnen uitleven. Een beweegvriendelijke school vraagt natuurlijk om een goede akoestische scheiding tussen de lokalen en de beweegvriendelijke ruimten. Concentratie en bewegen kunnen elkaar versterken en dat bereik je door een diversiteit aan ruimten te maken.” Ad vult aan: “Het gebouw moet daarbij als een mantel om je heen vallen, anders lukt het niet.

Bedenk dat er heel veel op het onderwijs afkomt en leerkrachten onder een enorme druk staan. Dan wil je soms graag dat het even stil is in de klas. Binnen onze kindcentra zie je dat onze medewerkers gaandeweg wennen aan nieuwe didactische werkvormen en een toenemende diversiteit aan leerlingen.” Jorick: “Start met een goed onderbouwde visie op bewegen. De stap erna is hoe de omgeving eruit kan zien om bewegen te faciliteren. Beperk het bewegen dan niet alleen tot in de school, maar betrek ook het plein, de straat en de wijk. De ontwerpen van gymzalen, pleinen, parken en beweegruimtes die René Wormhoudt (samen met Geert Savelsbergh de founders van het Athletic Skills Model) en ik daarvoor maken, ontwerpen we vanuit onze drie unieke en wetenschappelijk onderbouwde ontwerpprincipes. In combinatie met onze opleidingen zorgt dit voor een duurzaam gebruik en exploitatie.” Ronald: “Daar ligt een mooie taak voor bureaus als ICSadviseurs. Bewegen komt als belangrijk thema nog maar weinig voor in de programma’s van eisen. Het is belangrijk om dat wel aan de orde te stellen zodat de schoolomgeving de motorische ontwikkeling kan stimuleren. Wij zitten als architecten nu vaak aan het eind van de rit en dat is te laat.” Michel beaamt dit: “De discussie over bewegen zou onderdeel van de start van elk programma van eisen moeten zijn. Dit nemen wij als bureau mee.” Pim: “Ik heb zelf voor de klas gestaan en ik herinner me vanuit de opleiding lessen over grondslagen, doelen en middelen. Is het bewegen een middel om iets anders te bereiken of is het een doel op zich? Ik vind dat je bewegen niet alleen als middel moet inzetten. Bewegen is gewoon leuk, lekker rennen, klimmen, rollen en de aarde ruiken.” Kijk voor meer informatie op www.icsadviseurs.nl, www.hanze.nl/lps, www.infitbv.nl, www.athleticskillsmodel.nl en www.embeddedfitness.nl.

16

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


Zet de datum alvast in uw agenda

28 sep

Onderwijsvastgoed Dag 2021 Datum: 28 september Tijd: 10.00 – 16.30 uur Locatie: NBC Congrescentrum – Nieuwegein

Houd u op de hoogte via www.onderwijsvastgoeddag.nl KENNISDELING EN ONTMOETING

VOLLEDIGE PROGRAMMA

In samenwerking met Schooldomein en Ruimte OK organiseert het IVVD Kennisplatform dit jaar alweer voor de zevende keer de Onderwijsvastgoed Dag, een gewaardeerde dag van kennisdeling en ontmoeting met vakgenoten. Net als vorig jaar vindt deze editie plaats in het NBC Congrescentrum in Nieuwegein. Op dinsdag 28 september. Reserveer de datum alvast in uw agenda.

Het programma met alle sprekers zal in de loop van de maand mei worden gepubliceerd. De dag bestaat uit een plenair ochtendprogramma, een plenair middagprogramma en twee series van vier break-out sessies waaruit er steeds één kan worden gekozen. Wilt u op de hoogte worden gehouden? Ga dan naar www.onderwijsvastgoeddag.nl, vul uw naam en e-mailadres in en ontvang het volledige programma als eerste.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

17


Tekst Sibo Arbeek

TOEZIEN OP HUISVESTING

De verhouding tussen de bestuurder en toezichthouders De relatie tussen bestuurder en toezichthouders is zeker een uitdagende. Deze was - en is nog vaak klassiek en redelijk gestructureerd van aard, maar de praktijk laat zien dat hij veel dynamischer is geworden, waarbij de Raad van Toezicht (RvT) meer als een netwerk opereert en de bestuurder daar proactief op moet inspelen.

R

18

SCHOOLDOMEIN

egel is dat een (toekomstig) lid van de RvT op een specifieke portefeuille wordt geworven en vanuit die expertise een bijdrage levert. Nu zie ik dat een RvT als een meer integrale netwerkorganisatie opereert, waarbij leden over de portefeuille meer integraal bij vraagstukken betrokken zijn of zich betrokken voelen. In plaats van vergaderingen met standaard-agenda’s en stukken die formeel worden behandeld, vraagt dat om een bestuurder die juist vanuit een proactieve houding dilemma’s voorlegt, maar wel vanuit een helder beleidskader. De RvT heeft daarbij een toezichthoudende rol en de bestuurder is integraal verantwoordelijk voor het beleid en de uitvoering ervan.

FORMELE RELATIE De formele relatie is een gegeven; de RvT heeft het recht tot het benoemen en ontslaan van bestuurders binnen een organisatie. Daarnaast is een taak van de RvT om in het belang van de organisatie toezicht te houden op de bestuurder. Hierbij gaat het onder andere om het maatschappelijk belang van de instelling en het voeren van een adequaat financieel beleid, maar ook om goed werkgeverschap. De RvT heeft daarmee een dubbele rol binnen een organisatie; werkgever voor de bestuurder en tevens verplicht om goed toezicht te houden op de bestuurder van de organisatie. Doen ze dat niet, dan kunnen ze aansprakelijk worden gesteld voor het in gebreke blijven.

DILEMMA’S VOORLEGGEN In de relatie met de RvT gaat het over het toezicht over het gevoerde of te voeren beleid en de wijze waarop procedures worden nagevolgd. Het CvB of de directie heeft de (integrale) verantwoordelijkheid om de RvT proactief te informeren en mee te nemen in de dilemma’s die spelen vanuit het vastgestelde kader. Op deze wijze groeit het vertrouwen wederzijds en wordt expertise binnen de RvT zo goed mogelijk gebruikt. Overigens werd bij een recente training een levendige discussie gevoerd over het verschil van expertise en competenties. De uitkomst was dat een ‘modern’ lid van de RvT ook de competentie moet hebben om breed naar een actualiteit of probleem te kijken. Immers; huisvesting is ook HR-beleid en onderwijsbeleid vertaalt zich ook in een uitdagende leeromgeving en een sterke netwerkorganisatie. Kortom; portefeuilles moeten specifiek maar ook integraal benaderd worden.

KLASSIEK BEELD Ik merk dat het spannend wordt wanneer de RvT nog een klassiek beeld heeft en de bestuurder een echte netwerker is of juist andersom; een RvT die breed maatschappelijk betrokken is en zijn netwerk wil inzetten, terwijl de bestuurder nog traditioneel vanuit het onderwijs gevormd is. Dat komt ook terug in het perspectief op huisvesting. Dat zag ik bijvoorbeeld in een casus waarbij een vmbo-gebouw moest worden gerenoveerd. De directeur bedrijfsvoering zat in de discussie vooral op de norm en de meters, terwijl de RvT heel erg op het netwerken met bedrijven in de regio zat, om zo een uitdagend concept te ontwikkelen. In een andere casus benaderde de wethouder de voorzitter van de RvT, omdat de bestuurder tijdelijk ziek was. Dat werd door de bestuurder als een gebrek aan vertrouwen ervaren. De kern van de relatie tussen RvT en de bestuurder blijft het onderling vertrouwen. Is dit vertrouwen er niet of onvoldoende dan

mei 2021


BESTUUR EN BELEID

kan het lastig worden en de verhouding onder druk komen te staan. In dat geval kan de RvT verschillende handelings­strategieën toepassen met in het uiterste geval verscherpt toezicht. Werken aan vertrouwen is nodig en daarbij is wederzijds inzicht in de veranderende rollen van belang. DE BOUWOPGAVE De bestuurder vraagt de RvT in te stemmen met de kaders van een (bouw-)opgave. Nadat de kaders bepaald zijn is het normaal dat de RvT periodiek wordt geïnformeerd door de bestuurder/CvB over de stand van zaken. Veranderen de kaders onderweg dan is het logisch dat de bestuurder weer instemming vraagt van de RvT. Wat helpt bij een periodieke af­weging is dat - breder - een businesscase wordt opgesteld, met een duidelijke risico-paragraaf. Onderdeel van de businesscase is bijvoorbeeld de gevolgen voor de exploitatie, leerlingontwikkeling, scenario’s locatie­keuze, keuzen binnen het integraal of strategisch huisvestingsplan, verduurzaming of de relatie met de omgeving. Dat leidt tot een breder kader waarbinnen afwegingen of besluiten kunnen worden afgewogen en dilemma’s of een voorkeursscenario kunnen worden besproken. Het veranderend onderwijslandschap, de technologische ontwikkelingen en de uitdagingen in de arbeidsmarkt vragen veel van bestuurders en toezichthouders. Het is aan de toezichthouders om naast

het organisatiebelang ook steeds het maatschappelijk belang voor ogen te houden. Zij zien toe op het verantwoord afwegen en beheersen van kansen en risico’s. Dit doen zij door onder andere alert te zijn op maatschappelijke ontwikkelingen in relatie tot de onderwijsorganisatie. In afstemming met het bestuur agendeert de RvT daarom proactief relevante thema’s die strategisch van belang zijn voor de organisatie.

“De kern van de relatie tussen RvT en de bestuurder blijft de vertrouwensbasis. Is dit vertrouwen er niet of onvoldoende dan kan het lastig worden en de verhouding onder druk komen te staan” Vanuit mijn rol als trainer bij VTOI-NVTK Akademie train ik toezichthouders vanuit het thema ‘toezien op huisvesting’. Daarnaast geef ik workshops of bemiddel ik bij vraagstukken tussen de bestuurder en de toezichthouder. In dit stuk een overzicht van rele­ vante ontwikkelingen. Voor meer informatie mailt u naar sibo.arbeek@icsadviseurs.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

19


Kort nieuws

Column

Whitepaper PO-Raad en VO-Raad

Goed onderwijs vraagt om goede schoolgebouwen. Kom in actie!

D

e PO-Raad en VO-Raad brachten recent een white paper uit. De centrale boodschap is dat de vernieuwing van schoolgebouwen muurvast zit. Dat is een groot probleem omdat goede en duurzame onderwijshuisvesting cruciaal is voor goed onderwijs. In aanloop naar de verkiezingen was er veel aandacht voor het onderwijs: kansengelijkheid, passend onderwijs, lerarensalarissen, kleinere klassen, onderwijskwaliteit… Hiervoor zijn goede schoolgebouwen noodzakelijk. Gemeenten en schoolbesturen hebben de Rijksoverheid hard nodig om deze impasse te doorbreken. Alleen als de Rijksoverheid zorgt dat gemeenten en schoolbesturen fors kunnen investeren en verantwoordelijkheden helder worden belegd, kan verder worden gebouwd aan goed onderwijs voor alle kinderen. De raden komen tot de volgende conclusies en oplossingsrichtingen: Conclusie 1: het Rijk moet zorgen voor realistische bekostiging en verantwoordelijkheden moeten helder worden belegd. Hierdoor kan de vernieuwingscyclus worden teruggebracht naar 40 jaar. Conclusie 2: schoolgebouwen moeten voldoende ruimte bieden om flexibel in te kunnen spelen op maatschappelijke ontwikkelingen en onderwijs­ vernieuwing. Dit is niet haalbaar met de huidige voorraad schoolgebouwen. Conclusie 3: in veel schoolgebouwen is het binnenklimaat onder de maat, waardoor het geen prettige leer- en werkomgeving is voor leerlingen en onderwijspersoneel. Conclusie 4: om te voldoen aan de klimaatdoelstellingen is vernieuwing én verduurzaming van schoolgebouwen nodig. Oplossingen: • Er moeten heldere afspraken komen over waar schoolbesturen en gemeenten verantwoordelijk voor zijn. • Het Rijk moet zorgen voor realistische bekostiging die past bij de verwachtingen die we van schoolgebouwen hebben en de eisen die aan het onderwijs worden gesteld. • Er moet een inhaalslag gemaakt worden om de verouderde voorraad op het gewenste niveau te krijgen om de klimaatdoelstellingen te behalen in 2050 waarbij scholen functioneel, minstens energieneutraal en fris zijn. • Schoolbesturen en gemeenten gaan aan de slag met het maken van Integrale Huisvestingsplannen (IHP’s) om inzichtelijk te maken hoe het ervoor staat met de gebouwenvoorraad, wat er nodig is en wat hiervan de kosten zijn voor de gehele levensduur van het gebouw. Het kwaliteitskader onderwijshuisvesting kan hierbij helpen. • Schoolbesturen gaan zelf aan de slag om het proces rondom de vernieuwing van schoolgebouwen efficiënter te maken door middel van standaardisatie.

20

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

HET FUNDAMENT TRILT Viel u dit ook op? Als aanloop naar de 2e Kamerverkiezingen is onderwijs een vast onderwerp van discussie, partijen duikelen over elkaar heen en strooien met miljarden. De partijleden hebben het vooral over het wetenschappelijk en hoger onderwijs en de kenniseconomie wordt sky high de hoogte in geprezen. De Minister van Onderwijs adviseert scholen vanwege corona om leerlingen van groep 8 vooral een ‘kansrijk’ advies voor het vervolgonderwijs te geven. Onderwijs staat hoog op de agenda zouden we kunnen concluderen, of toch niet? Als u deze column leest is de formatie hopelijk achter de rug en kunnen de nieuwe bewindslieden van OCW aan de slag. Wat bepaalt de agenda voor de toekomst en krijgt de kenniseconomie nu echt de aandacht die het verdient? Stuurt de Minister van OCW daadwerkelijk op het onderwijs of is het de Minister van Economische zaken die stuurt op onderwijs vanuit het economische perspectief? Mag ik zo vrij zijn om hier een reflectie op te geven? Wat mij steeds verbaast is het zogenaamde ‘kansrijk’ adviseren aan ouders van de groep 8 leerlingen. Ik denk dat dit de weeffout in het onderwijs is, waar zo vaak over gesproken wordt. Ik denk daarom dat we de Minister niet zouden mogen bedanken voor het feit dat scholen en ouders te veel gericht zijn op het kansrijk adviseren. De idee is dat hoger ook beter is. Dat perspectief is fundamenteel verkeerd; leest u even verder mee? De politici waarvan 90% zelf een academische opleiding heeft ‘vergeet’ vaak het fundament van BV Nederland en dat zijn wij, wij zijn diegene met een prachtige mbo-opleiding die de Nederlandse economie ook draaiende houdt. Inderdaad vragen we aandacht voor deze groep die zowel in de kennis- als maakindustrie hun boterham verdient. Deze maakindustrie is de Nederlandse exportmotor en zorgt voor veel indirect werk in de kennis- en dienstenindustrie. Vergeten politici die groep werknemers van de toekomst niet te vaak? De ‘afstand’ van de politiek tegenover 70% van de Nederlandse bevolking die een mbo-opleiding heeft gevolgd lijkt alleen maar groter te worden en dit vraagt om meer betrokkenheid en focus voor een stevig fundament. Een fundament waar wij met alle inwoners van Nederland op willen bouwen, bouwen aan de toekomst, een duurzame ‘energievolle’ toekomst alstublieft. Daarmee bouwen we samen aan een toekomst voor onze huidige leerlingen, bouwen we samen aan een toekomstbestendig fundament. De vraag is of we kunnen bouwen op de politici van morgen. Ik zou zeggen: bouwt u mee, het fundament ligt er al! Adri Pijnenburg | Pijnenburg Techniek Scouting Trendontwikkelaars & Experts vmbo mbo Techniek en Technologie www.pijnenburgpts.nl.


ARCHITECTUUR EN VERBEELDING

‘Ontwerpen om te verbinden en te ontmoeten’ is het thema van deze Schooldomein. In de rubriek Architectuur en verbeelding beeldende voorbeelden van architecten, ontwerpers en inrichters.

De verzonken gymzaal

Het KSE brugklasgebouw

De ultieme ontmoetingsplek, de gymzaal verbonden met de ontvangsthal tijdens de open dag gezien vanuit de lockerruimte

VVR ARCHITECTEN - RICHARD VAN RIJEN ONTWERPEN OM TE VERBINDEN EN TE ONTMOETEN UITDAGING KSE ETTEN-LEUR Ontmoeten, dat is meer dan slechts samen­ komen in een daarvoor bestempelde ruim­ te. Ontmoeten, en dan met name op school, is ook tussendoor een glimp opvangen van je stille liefde uit een andere klas, een ma­ nende blik van een leraar, of het oogcontact met je vriendje in de andere klas waar je mee wilt afspreken na school. Als architect probeer je een gebouw zo te ontwerpen dat je gelegenheid schept voor het ontmoeten, daar waar dat kan en het gewenst is. Een gebouw met overzicht, zicht­ lijnen en een veelzijdigheid aan plekken waar je snel contacten kan leggen door een

open structuur, een gebouw dat veilig voelt en vriendelijk is in haar beleving, een dergelijke opzet spreekt de gebruikers meer aan dan het traditioneel institutioneel model. Als voorbeeld noem ik de uitdaging die wij ontvingen van de KSE uit Etten-Leur, de opgave was het maken van een apart brugklasgebouw op het terrein van het hoofdgebouw. Het nieuwe gebouw moest een thuishonk gaan worden voor de nieuwe brugklassers en een overgangsklimaat vormen naar de schaal van het hoofd­ gebouw. Tevens was in het programma van eisen een gymzaal gewenst. In ons ontwerp hebben we een open structuur bedacht waar juist de gymzaal centraal in het programma is opgenomen. De gymzaal ligt half in de grond en is vanuit binnenkomst zichtbaar vanuit de lockerruimte en overblijfruimte. Vanuit binnenkomst is in helder overzicht de routing in het gebouw duidelijk door de gekozen open structuur. Dit geeft

een veilig gevoel en door de noodzakelijke wanden in open en dichte delen samen te stellen ontstaat een schaalverkleining en prettige sfeer. De centrale gymzaal is tevens gekoppeld met een tribune aan de overblijf c.q. foyer ruimte waardoor een geheel nieuwe ruimte ontstaat en multifunctioneel kan worden ingezet. Het verbinden van de gymzaal met aula geeft een mogelijkheid voor feesten of opvoeringen met foyer, toetsruimtes en open dagen. Op de verdiepingen hebben we de leerruimtes met lokalen en werkpleinen gemaakt, ook hier een open structuur met veel zichtlijnen waar gangen niet herkenbaar opgaan in ontmoetingsplekken waar je in groepjes kan werken, chillen en ontmoeten maar ook waar de leraren contact hebben met collega’s en leerlingen buiten het lokaal waar ze lesgeven. www.vvrarchitecten.nl

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

21


KETTINGHULS – DANIËLLE HULS EN MONICA KETTING MERRY GO ROUND EEN PAVILJOEN IN HET PARK Het door KettingHuls ontworpen horeca­ paviljoen ligt midden in het park De Groene Loper in Maastricht naast de nieuwe speeldinosaurus.

en je kunt snel even plassen binnen of je spullen opslaan in de lockers. Een picknick tafel, strandstoelen en parasols geven de plek de uitstraling van een strand. Je kunt de natuurstenen ovalen bank gebruiken als evenwichtsbalk of rondsteppen over de rand van het betonnen terras. Je kunt spetteren met het wwater uit de bedriegertjes of met het zand en een emmertje een ‘modderbadje’ maken. Het rode hemeldak, de stalen pergola, is iconisch onderdeel met een stripverhaalachtige beeldtaal, dat herken­ baar is vanaf een afstand. Het gebouw lijkt op een draaiende carrousel, naast de andere speeltoestellen in het park. www.kettinghuls.com

Fotografie: Stijn Bollaert

De inrichting van het park bestaat uit een aantal ovaalvormige groene ruimtes, waarvan er één gemarkeerd is met een natuurstenen bank waarbinnen het paviljoen staat. Het alzijdige paviljoen bestaat

uit een rond betonnen terras, een vierkant bouwvolume en een rond stalen hemeldak. Het carrousel-achtige gebouw is midden in het ovaal geplaatst met aan de ene kant een speelplek voor kinderen met bedriegertjes (fonteintjes) en aan de andere zijde de tafels en stoelen voor het terras van het café. Twee bomen groeien uit ronde gaten in het terras tussen het hemeldak door naar boven. De bedriegertjes zijn aan de zuidzijde van het paviljoen geplaatst zodat een plek ontstaat waar de kinderen verantwoord kunnen ravotten, dicht bij de speeldino­saurus, terwijl ouders (grootouders) en omwonenden een oogje in het zeil kunnen houden. Ook is er vanuit de keuken zicht op de bedriegertjes

22

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


Fotografie: BASE Photograpy

ARCHITECTUUR EN VERBEELDING

ARCHITECTEN|EN|EN PROJECTARCHITECTEN: FRANS BENJAMINS, JEFFREY SONNEMA JAN TINBERGEN COLLEGE ROOSENDAAL Stoere broer maakt onderwijsensemble af. Een nieuw, zelfstandig schoolgebouw dat geborgen en kleinschalig aandoet, maar tegelijkertijd ook ruimtelijk en eigenzinnig is. Om op eigen terrein onderdak te bieden aan de elders gehuisveste mavo-afdeling, moest het scholencomplex van het Jan Tinbergen College worden uitgebreid. Het doel? Een gebouw dat verwant is aan het bestaande JTC en het ensemble van

gebouwen completeert. Het resultaat? Een stoere broer, met een bijzondere en expressieve aula. Om aan te sluiten bij de architectuur van het bestaande JTC, werd gekozen voor een robuuste variant met een herkenbare vorm en materialiteit. Een doordacht handschrift geeft de nieuwbouw wel een eigen karakter, met een uitstraling die vertrouwd aanvoelt. Hoofdlijnen, zoals het rode metselwerk en het ramenpatroon, zijn doorgezet voor eenheid. De diagonalen, gevelbekleding, maar ook indelingskeuzes, zijn hierbij ingegeven door praktische aanleidingen in de constructie en optimale benutting van de ruimte. Kenmerken zijn hierbij niet letterlijk hergebruikt, maar hebben toch een visuele relatie met het naastgelegen schoolgebouw.

De bijzondere aula dient als veelzijdige Arena; verrassend kenmerk van het ontwerp. Een dynamisch knooppunt in het school­ gebouw waarin leerlingen en docenten elkaar op een vanzelfsprekende manier tegenkomen en leren kennen. Een ver­ smalling, met uitgekiende plaatsing van lockers, verbindt de entree met de weids aandoende Arena, die door het contrast in kleur, ruimte, licht en hoogte een echt spektakel is. De glazen diamantgevel creëert een explosie van licht, ruimte en zicht. Het tegenover­gelegen park vormt zo een groen decor voor de Arena. Een centrale ont­ moetingsplek, tegen de achtergrond van een spannend licht- en schaduwspel dat verandert gedurende de dagen en seizoenen. www.architecten-en-en.nl

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

23


Tekst: Leonore Das - Berenschot

Doelmatigheid na de extra middelen Het kabinet presenteerde op 17 februari 2021 haar Nationaal Programma Onderwijs (NPO). In de wandelgangen ‘de coronamiddelen genoemd’. Een steunprogramma voor 2,5 jaar van in totaal 8,5 miljard euro, waarvan 5,8 miljard voor het funderend onderwijs. Dit steunprogramma is broodnodig en daarom zeer welkom, maar het is ook bijzonder uitdagend en vraagt veel van scholen.

H

et NPO is gericht op herstel én ontwikkeling van het onderwijs, op het inhalen én compenseren van vertraging, en op het ondersteunen van iedereen in het onderwijs die het moeilijk heeft. Het ministerie vraagt om duidelijke doelen voor de besteding van deze extra middelen, een planning en het monitoren ervan. De Algemene Rekenkamer waarschuwt in april al dat de € 8,5 miljard die het kabinet heeft uitgetrokken om dreigende leerachterstanden door de sluiting van scholen weg te werken weggegooid geld is als vooraf niet duidelijker wordt vastgelegd waaraan het zal worden besteed. De ministers worden opgeroepen om samen met onderwijsinstellingen en de Kamer vooraf te bepalen welke beleidsinformatie nodig is om achteraf vast te kunnen stellen wat de resultaten van het Nationaal Programma Onderwijs zijn. ‘Gebeurt dit niet dan is het risico reëel dat niet vastgesteld kan worden of het geld is besteed aan de maatschappelijke doelen, en wat de resultaten zijn van deze financiële injectie.’ EXTRA MIDDELEN ONDERWIJS DOELMATIG BESTEDEN De waarschuwing van de Algemene Rekenkamer wijst ook naar het credo dat middelen altijd doelmatig besteed moeten worden. Doelmatigheid is een breed begrip, maar er kan geen sprake zijn van doelmatigheid zonder doeltreffendheid. De oproep om doelen duidelijk te stellen en het resultaat van de financiële injectie te bepalen, geeft aan dat er geen vrijbrief is voor de besteding. Doelmatigheid betekent met zo weinig mogelijk middelen het doel bereiken, of anders: met de gegeven middelen zoveel mogelijk (kwaliteit) leveren. De Inspectie van het Onderwijs (IvhO) houdt toezicht op financiële rechtmatigheid en doelmatigheid. Er wordt op gelet of middelen rechtmatig zijn besteed en of de onderwijsmiddelen ‘kosten- en doelbewust zijn aangewend’. Vanzelf­ sprekend vallen ook de extra coronamiddelen onder de verantwoording.

24

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

WAT IS DOELMATIGHEID IN DE PRAKTIJK Dit betekent dat de inzet van de middelen zo effectief mogelijk ingezet moeten worden om de achterstanden weg te werken. Dat heet doeltreffend. Vervolgens is er de waarschuwing dat deze middelen bewust ingezet moeten worden en recht doen aan kostenbewustzijn. Deze kostenefficiëntie is doelmatigheid. Doelmatigheid kan niet zonder doeltreffendheid. Als


ONDERZOEK EN BEDRIJFSVOERING

het doel niet helder is, dan is er sowieso geen sprake van doelmatigheid. Daarom wordt nu al gehamerd op de duidelijke afspraken over, van, voor de inzet van de middelen, maar in de slipstream hiervan komt de doelmatige besteding ervan om de hoek kijken. De middelen moeten worden besteed aan een goedgekeurd programma met maatregelen voor de school­jaren 21/22 en 22/23. De verantwoording van de aanpak en de resultaten moeten worden beschreven in het jaarverslag. In de praktijk is er een relatie tussen de doelmatige inzet van de middelen en de besturings­ filosofie van uw organisatie. De keuzes bij de inrichting van de organisatie en de aansturing ervan bepalen uiteindelijk hoe u de uitvoering van de plannen inricht. WAAR STAAN WE NU EN DE INVLOED VAN DE TIJDELIJKE MIDDELEN Het funderend onderwijs mag € 5,8 miljard besteden om de achterstanden weg te werken en te werken aan herstel en ontwikkeling. De middelen zijn tijde­lijk. Tegelijkertijd is het zo dat deze middelen ook ingezet kunnen worden als een extra kwaliteits­impuls, zodat na het weer wegvallen van deze middelen het goede behouden blijft. In de schoolorganisatie gaat u zowel extra inzet leveren als in de organisatie investeren.

Het goede behouden betekent dat inzicht in de huidige organisatie u helpt scherper te bepalen waar en hoe u de accenten legt. En dat uiteraard met uw eigen besturingsfilosofie in het achterhoofd, evenals de verhouding tot collega onderwijsinstellingen. De middelen zullen zowel in het primair proces (het onderwijs) als in de onder­ steuning worden geïnvesteerd. BEZINT EER U BEGINT Vóór u de organisatie aanpast om de extra middelen te besteden én om te bepalen wat u van deze inves­ tering wilt behouden, zodat u kan profiteren om een kwaliteitsslag te maken, is het zaak om te weten waar u nu staat. Berenschot biedt sinds 2004 met behulp van benchmarks voor onderwijsinstellingen inzicht in de inrichting van uw organisatie en prikkelt staf en directie met een frisse blik op management van bedrijfsvoerings- en onderwijsprocessen. In dit onder­ zoek worden geen oordelen gegeven over te veel of te weinig, maar krijgt u inzicht hoe uw organisatie functioneert en waar u uw organisatie kan verstevigen met behulp van de extra middelen. U kunt zich hier inschrijven: https://www.berenschot.nl/ benchmarken/benchmark-onderwijs.

SCHOOLDOMEIN

“De midde­ len moeten worden be­ steed aan een goedgekeurd programma met maat­ regelen voor de school­ jaren 21/22 en 22/23”

mei 2021

25


ADV

GEEN ZORGEN – DE LUCHT IS SCHOON! Met emissiearme rubber vloerbedekkingen voor gezonde leefomgevingen Goede binnenlucht en een rustige leeromgeving zijn van bijzonder groot belang in kinderdagverblijven, scholen en universiteiten. Onze hoogwaardige vloerbedekkingen zijn daarom gemaakt van emissiearme materialen, die extreem sterk zijn en de geluidproductie minimaliseren. 26

www.nora.com

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


Tekst Sibo Arbeek Fotografie Scagliola Brakkee

VISIE EN ONTWERP

EIGEN KEUZES DOOR DUIDELIJKE SPELREGELS

IKC De Lei biedt ruimte voor ontwikkeling Een kindcentrum met ruimte voor vrijheid en ondernemerschap, maar wel met duidelijke afspraken. Dat vraagt om een gebouw dat open en transparant is, maar ook logisch aanvoelt. En natuurlijk moet de akoestiek goed zijn.

D

irecteur Kristel van Goozen is trots op haar nieuwe gebouw. In gesprek met project­ architect Robert Alewijnse, zijn collegaarchitect en projectleider Alexander Krösbacher van DP6 architectuurstudio en Muhammed Bolukbasi van Ecophon schetst ze de aanleiding: “Leimuiden had lang drie scholen met drie denominaties die elk jaar om de leerlingen streden. Dat was niet goed in een klein dorp en daarom besloten de besturen

om met elkaar samen te werken. Het resultaat is een fusie die twee jaar geleden bekrachtigd werd. Op de huidige locatie van IKC De Lei stond eerst één van de drie scholen. Tijdens de bouw werden de kinderen en medewerkers in de twee overige gebouwen ondergebracht, één voor de onderbouw en één voor de bovenbouw. Dat was een uitdaging voor zowel onze leerkrachten, ouders en de kinderen; drie scholen met elk eigen culturen en

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

27


onderwijskundige inzichten moesten plots leren samen te werken. Dat heeft uiteraard tijd gekost, maar je ziet nu dat we een sterk team aan het worden zijn.” EIGEN VERANTWOORDELIJKHEID “Begin december 2020 zijn we naar dit nieuwe gebouw verhuisd,” legt Kristel uit; “we hadden natuurlijk een gebouw kunnen neerzetten dat op onze vorige scholen zou lijken, maar daar hebben we bewust niet voor gekozen. IKC De Lei heeft een open structuur met drie units voor de onder-, midden- en bovenbouw. De unit onderbouw op de begane grond grenst aan de peuterspeelzaal en de kinderopvang. In elke unit kunnen 100 kinderen tegelijk onderwijs volgen. Je hebt een eigen stamgroep met je mentor met wie je de kindgesprekken voert, maar rekenen

“Het onderwijs is duidelijk, maar biedt ook veel vrijheid, net als het gebouw zelf” kan ook een andere leerkracht geven. Kinderen hebben geen eigen tafel en vaste garderobe meer en alleen nog een laatje en een chromeboek. We kiezen voor onderwijs dat past bij kinderen die steeds meer verantwoordelijkheid dragen en ervaren hoe dat op de ander overkomt. Ze kunnen zelf kiezen waar ze zitten en met wie ze samenwerken, sommige kinderen kunnen dat al goed en anderen helpen we. Volgend schooljaar gaan we hier een volgende stap in nemen door de leeftijden te combineren in de basisgroep. Waarom zou een leerkracht de hele dag dezelfde stof voor dezelfde groep herhalen? Op die manier berei-

den we de kinderen voor hoe het straks in het echte leven gaat, waar ze ook zelf keuzes moeten maken.”

vlnr: Muhammed Bolukbasi, Alexander Krösbacher, Kristel van Goozen, Robert Alewijnse

28

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

OPEN STRUCTUUR Kristel: “We zochten een vorm voor die maximale openheid die we graag willen, waarbij natuurlijk wel spelregels horen. Na elke sessie met DP6 legde ik de tekeningen met mijn opmerkingen in de school. Het mooie was dat het team in de oude situatie zelf al aangaf dat ze niet meer door kon ontwikkelen omdat het gebouw ze tegenhield. Nu werken ze in een gebouw zonder lokalen, waarbij meerdere klassen in een unit samengaan. Een vrije inrichting van het onderwijs vraagt om een strakke organisatie met eenduidige afspraken, dat biedt zowel de leerkrachten als de kinderen structuur. Om kwart voor negen rekenen we overal, maar waar je rekent mag je zelf bepalen. In de praktijk blijkt dat 75% in de eigen groep blijft, 5% naar een andere basisgroep gaat voor instructie en 20% kiest ervoor om zelfstandig te werken. ’s Ochtends werken we georganiseerd in werkblokken en ’s middags met thema’s waar alle vakken in zijn geïntegreerd. Het onderwijs is duidelijk, maar biedt ook veel vrijheid, net als het gebouw zelf.”


VISIE EN ONTWERP juf niet meer zouden verstaan in zo’n open ruimte. We hebben van tevoren met klassen getest hoe de akoestiek moest zijn.” Alexander knikt: “We hebben alle ruimtes goed doorgerekend en in dat traject veel afstemming met Ecophon gehad. Normaal heb je genoeg aan akoestische plafondpanelen, maar hier was meer nodig. Het plafond is volledig akoestisch maar daarnaast hebben de kasten en prikborden ook een akoestische kwaliteit.” Muhammed knikt: “Het gedrag van mensen bepaalt natuurlijk ook de akoestiek in een ruimte en daarom zijn de spelregels in dit gebouw ook zo belangrijk. Daarom is het ook prettig wanneer er al in een vroeg stadium kan worden meegedacht aan goed passende, akoestische oplossingen.

PROJECTINFORMATIE Project Nieuwbouw IKC De Lei Opdrachtgever Gemeente Kaag en Braassem Aannemer Vink Bouw Nieuwkoop Architect DP6 architectuurstudio Akoestisch adviseur Ecophon Bouwfysisch adviseurs LBP | Site Losse inrichting DSDr Architecten; De Scholendokter Vaste inrichting DP6 architectuurstudio

WARM KARAKTER Robert: “Het moest een ontwerp worden dat werken in groepen mogelijk maakt, maar tegelijkertijd ook open is. Het gebouw biedt een structuur voor de vrijheid die je binnen ervaart. We hebben niet gekozen voor een gekke dakvorm of kappen, maar voor een mooi simpel systematisch gebouw met een plat dak en een hoog niveau van afwerking in de plafonds, trappen en wanden. Het is een licht en transparant gebouw met grote aluminium puien. Aan de binnenkant is het licht door de grote ramen en de witte wanden. Na binnenkomst sta je meteen in het hart van het gebouw. Aan het hart grenzen de ruimten van de conciërge en het atelier, maar ook de keuken en de teamkamer. In het verlengde van de tribune trap ligt het speellokaal zodat het geheel gebruikt kan worden voor vieringen. De onderbouw en kinderdagopvang Snoopy grenzen aan het hart met beiden een eigen plein. De tribunetrap leidt naar de eerste verdieping met overlegruimtes en de midden­bouw en bovenbouw units. De units zijn flexibele ruimten waar de groepsruimten met het leerplein direct aan elkaar verbonden zijn. Het gedeelte voor middenbouw en bovenbouw heeft een eigen trap met een directe verbinding naar de buitenruimte.” Alexander: “De constructie bestaat uit een circulair CD20 bouwsysteem met een betonnen plaat op vier kolommen; het is helemaal demontabel en herbruikbaar en kent intern een systematische opbouw, waardoor je het op steeds andere manieren kunt indelen.” Kristel knikt: “Je komt geen gang tegen; alle ruimte wordt bezet en kunnen we ook anders indelen. De ruimte rondom het gebouw biedt plek voor diverse activiteiten, met een afgesloten plein voor de allerkleinsten. Het is een prachtige groene omgeving met mooie bomen en een waterpartij.”

Bvo 2.400 m² Ingebruikname December 2020

AKOESTIEK DISCUSSIEPUNT Kristel: “In een gebouw dat zo open is was de akoestiek natuurlijk een groot discussiepunt voor het team en de ouders. De kinderen waren ook bang dat ze de

In de units hangen Gedina E panelen die van glaswol zijn en een hoge densiteit hebben. Verder hebben we veel met Focus Ds panelen gewerkt voor een mooie, gelijkmatige uitstraling en speciaal verstevigde Akusto wandpanelen in de speelzaal. De wanden van de kasten zijn door de architect met een vilten paneel inclusief akoestische plaat bedekt.” Alexander lacht: “We voldoen aan de norm van Ecophon en we hebben er wat bovenop gezet. Akoestische wanden zijn kostbaarder dan plafonds, maar omdat hier weinig wanden zijn geplaatst hebben we daarop bespaard zodat we elders meer kwaliteit konden toevoegen. Als je een open structuur hebt ontwerp je het interieur ook mee, omdat het een eenheid wordt. De mooie kastenwanden langs de houten trap dienen ook als afscheiding. DP6 heeft de vaste inrichting ontworpen en de Scholendokter heeft de losse inrichting verder ingevuld. De losse inrichting, waaronder de mooie houten zitelementen passen helemaal bij de uit­ straling van de grote trap en volgt de bamboe karamel kleur.” En dat blijft hangen in dit open gebouw; de rust en het mooie geluid, het vele licht en het wit dat prachtig contrasteert met de kleur van het hout. Kijk voor meer informatie op www.ecophon.com/nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

29


Tekst Sibo Arbeek

HET BELANG VAN DE KLETSBREDE TRAP

De onverbiddelijke noodzaak van ontmoeten

MFA De Statie Sas van Gent ©Petra Appelhof

Ontwerpen gaat vooral over ontmoeten en verbinden. Het effect van corona is dat we ontmoedigd en ont-verbonden raken. We missen elkaar. Dorte Kristensen van Atelier PRO over het belang van community, toevalligheid en gebouwen met rafelrandjes die de community faciliteren.

“D “Een school ontwerpen gaat niet over het leren, maar over het leren om te kunnen leren”

30

SCHOOLDOMEIN

e dynamiek van het ontmoeten en samenzijn stimuleert creativiteit, vormt de persoonlijkheid van leerlingen en zorgt voor meerwaarde voor iedereen. En dat heb je nodig,” opent Dorte. “Ik begon als architect toen de digitalisering net opkwam. De vraag toen was of we nog fysieke scholen nodig hadden, want leren kon ook prima thuis. Een school ontwerpen gaat niet over het leren, maar over het leren om te kunnen leren. Dat is naast leren ook een sociaal iets tussen leerlingen onderling en tussen leerling en leraar. Leren gaat om interactie en is grotendeels ook een sociaal proces. Gelukkig merken we inmiddels dat een computer een intelligent verlengstuk is, dat de dynamiek van leren nooit kan vervangen. Daarom is het mooi te zien dat in deze crisis zelfs onze pubers weer naar de echte school snakken. Want als er één groep is waarvan we dachten dat die prima in lock down kon gaan, waren zij het wel. Lekker de hele dag op de bank appen en gamen en vooral niet te veel praten. Het tegendeel bleek waar; ze willen

mei 2021

elkaar ontmoeten en weer met elkaar aan de slag gaan. Er is dus iets in het menszijn dat vraagt om de toevalligheid en de verrassing van de spontane ontmoeting. Toevalligheid is daarom een prachtige kwaliteit.” CHILLEN EN LEZEN “Scholen waren heel lang een optelsom van lokalen met gangen, een centrale trap en een hal waar de directeur de meute toe kon spreken. Vanaf de jaren 60/70 zie je meer ruimte voor de collectiviteit en de sociale ruimtes. Ook voor de gebouwen van de toekomst blijft het ontwerpen van sociale ruimtes de kern van het ontwerpproces. Soms leg ik tijdens een pitch uit hoe een gebouw in elkaar zit; de trap is kletsbreed, want twee mensen kunnen er kletsen, terwijl een derde erlangs kan lopen. De trap staat voor de dynamiek van beweging en toevalligheid. Zo is de vensterbank ook een ondergewaardeerd architec­tonisch middel. Die moet 45 centimeter hoog en voldoende diep zijn, zodat je erin kunt zitten.


VISIE EN ONTWERP leren en onderwijs is ook de verhouding tussen meester en gezel, vragen kunnen stellen en elkaar uitdagen.”

Cultuurhuis De Klinker Winschoten ©Eva Bloem

MFA De Statie Sas van Gent ©Petra Appelhof

MFC Op Expeditie Venlo ©Petra Appelhof

Ik heb prachtige beelden van kinderen die in de venster­bank tegen elkaar aangeplakt lezen en chillen. In theorie zou je thuis kennis kunnen opnemen, die je vervolgens op school met elkaar deelt en verwerkt op de lokalen en aan de leestafel. Leerpleinen zijn boeiende plekken, maar er horen ook stiltecoupés bij. Ook daarvoor moet je op school zijn, want die rust en concentratie vind je niet altijd thuis. Het wezen van

SPANNINGSBOOG “Architectuur heeft ook te maken met de spanningsboog tussen concentratie, diepgang en leren aan de ene kant en sociale ruimte en toevalligheid aan de andere kant. Deze spanningsboog moet je ervaren als je een gebouw binnenloopt, waarbij er genoeg ruimte is voor de toevallige ontmoetingen. Op die plekken moet je uitpakken, want vooral daar gebeurt het. Je moet gebouwen maken met rafelrandjes. Als het te strak is ontworpen is het geen goed gebouw. Diezelfde spanningsboog tussen toevallige ontmoeting en structuur ervaar je ook in stedelijke omgevingen. Je bent ook wel eens in een stad geweest waar de hiërarchie van stedelijke ruimten en gebouwen niet in samenhang is. Dat heeft niet alleen met de stenen te maken, maar ook met de sociale cohesie. We bouwen sinds de jaren negentig brede scholen. Het leeuwendeel bestaat uit twee scholen en een kinderopvang en een gymzaal met een intelligente avondentree. Dat vind ik geen brede school; hoogstens een slimme manier om maatschappelijk vastgoed te combineren. Het gaat om synergie, niet om twee dezelfde functies naast elkaar. Meerwaarde vind je waar vanuit een inhoudelijke drive verschillende gebruikersgroepen zijn gecombineerd, zoals de bibliotheek, het buurthuis, zorgwoningen of een politiepost. Dan ontstaat er iets. Zo hebben wij in Den Haag een brede buurtschool met buurtcentrum gecombineerd. Daardoor konden we een grotere keuken met professionele apparatuur maken. Een paar keer per week koken oudere dames uit de buurt er en je kunt er voor weinig geld goed eten. Wist je trouwens dat in een rollator een fles rode en witte wijn naast een soeppan passen?” BIERTAP “We verzuilen en verkokeren nog steeds en kijken alleen maar naar de effecten op de exploitatie. Helemaal fout. Een grote bedreiging is de vereen­ zaming van ouderen. Wanneer je een brede buurt­ school combineert met aanleunwoningen kun je het gebouw tot tien uur ’s avonds openstellen, omdat er activiteiten plaatsvinden. Dat is synergie. We hebben een multifunctionele accommodatie in Sas van Gent ontworpen met een school, opvang, sportzaal, jongerensoos, theaterzaal, GGD-post, en een sportcafé; er gebeurt van alles. Daarbij is ook gezocht naar een natuurlijk beheerder of gastheer; iemand die mensen en activiteiten kan verbinden. In Sas van Gent staan vlakbij 24 zorgwoningen. De bewoners hoeven alleen maar even de straat over te steken. Het was een kwijnende gemeenschap in een krimpregio, maar nu groeit de school omdat er zelfs kinderen uit België komen. Het is een betekenisvolle plek geworden.” Kijk voor meer informatie op www.atelierpro.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

31


Tekst: Christel Witteveen

De huisvestingsopgave van het Hermann Wesselink College Hoe realiseer je als schoolbestuur nu zo’n prachtig nieuw schoolgebouw als dat van het Hermann Wesselink College? Michaela Brethauer was als projectmanager vanuit bbn adviseurs verantwoordelijk voor een goed verloop van het project. In een interview voor Schooldomein vertelt ze hoe goede samenwerking heeft geleid tot het mooie eindresultaat. DESIGN & BUILD “Het Hermann Wesselink College (HWC) had jaren geleden al een ruimtelijk functioneel Programma van Eisen (PvE) laten maken. Wij hebben dit vertaald naar de laatste onderwijsvisie en aangevuld met een technisch PvE,” vertelt projectmanager Michaela Brethauer. “Ook was er onderzoek gedaan naar de beste locatie voor de nieuwe school. Uiteindelijk is besloten het nieuwe schoolgebouw te realiseren op de kavel van de huidige school. Een Design & Build contract moest de basis vormen voor de bouw. Het voordeel hiervan is dat een uitvoerder al in de ontwerpfase betrokken is, waardoor de uitvoering goed aansluit op het ontwerp.

Vanuit bbn hebben we met de opdrachtgever ook de optie van traditioneel bouwen besproken. Daarbij kunnen gebruikers langer invloed uitoefenen tijdens de ontwerpfase. In overleg hebben we besloten te gaan voor een Design & Build proces. Vanuit bbn hebben we de aanbesteding georganiseerd en is SMT geselecteerd voor de bouw van de school.” WENSEN, EISEN, RANDVOORWAARDEN “Bij Design & Build is het extra belangrijk om aan de voorkant de wensen, eisen en randvoorwaarden duidelijk in beeld te brengen. Daarom hebben we een architect gezocht die de stedenbouwkundige

“In plaats van leerpleinen heeft de school gekozen voor grote klaslokalen waar de leerlingen in kleine groepen zelfstandig met elkaar kunnen werken”

32

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


VISIE EN ONTWERP randvoorwaarden tot een massastudie heeft uitgewerkt. HOH architecten heeft een volumestudie gedaan, rekening houdend met het volume, de hoogte, de uitstraling, de ligging van het schoolplein, de fietsenstalling voor 1.800 leerlingen, de parkeer­ mogelijkheden en de plaats van de nieuwe water­ berging. Het nieuwe schoolplein komt straks op de plek van het bestaande gebouw.”

Frisse school Het Hermann Wesselink College kent gemiddeld klasse B als het gaat om de score van de eisen voor Frisse Scholen. Voor schoolbesturen is het soms lastig in te schatten welke onderdelen uit het Programma van Eisen - Frisse Scholen in hun geval de meeste impact hebben. Door heen en weer te schuiven tussen de verschillende scores kan een school de gewenste balans aanbrengen in de investeringen die nodig zijn voor de kwalificatie ‘Frisse School’. Een score ‘A’ is soms zonde van de investering als je keuzes moet maken. Jaco de Wildt, sectormanager onderwijs bij bbn adviseurs legt uit hoe dit werkt: “Voor de concentratie van leerlingen en leerkrachten is een maximale hoeveelheid CO2 in de lucht van groot belang. Hoe hoger de CO2 concentratie, des te slaperiger leerlingen worden. Een persoon heeft 17 kuub frisse lucht per uur nodig. Om een score ‘goed’ (B) te behalen schrijft het Programma van Eisen – Frisse Scholen voor dat er 30,6 kuub frisse lucht per leerling moet zijn. Willen scholen op dit punt ‘uitmuntend’ (A) scoren, dan is 43,2 kuub vereist. Om een klaslokaal van zoveel frisse lucht te voorzien moet er in het bouwontwerp meer ruimte worden opgenomen voor de installatie en voor de buizen die de lucht vervoeren. Hoe groter het gebouw, hoe hoger de investering. Vaak adviseren we scholen te besparen op de extra kosten die het voldoen aan klasse A op dit punt met zich meebrengt. 30,6 kuub frisse lucht is ruimschoots voldoende in een klaslokaal.”

ONDERWIJSVISIE “Om de ruimtelijke, functionele en technische eisen tot een gedegen Programma van Eisen uit te werken dat aansluit bij de onderwijsvisie van het HWC, organi­seerden we workshops met leerlingen en docenten van alle vakgebieden. Daaruit bleek een behoefte om voor de leerlingen een gevoel van geborgenheid en veiligheid in de nieuwe school te creëren. Geen grote hal met tribunetrap, maar juist verschillende door het gebouw verspreide intieme plekken waar mensen bij elkaar kunnen komen. Een eigen identiteit per vakgebied en een gemoedelijke sfeer ontstaan door creatieve prints op de muren en de kleurstelling in de lokalen. In plaats van leerpleinen heeft de school gekozen voor grote klaslokalen waar de leerlingen in kleine groepen zelfstandig met elkaar kunnen werken.” DUIDELIJKE EN SOCIALE ORGANISATIESTRUCTUUR “De basis voor een goede samenwerking bij een complex project als dit is een duidelijke organisatiestructuur, planning en afspraken over verantwoordelijkheden binnen de stuurgroep en de projectgroep. Verder kwamen we regelmatig bij elkaar om de voortgang en kwaliteit te bespreken. Als project­ manager vind ik het sociale contact bij het realiseren van een project belangrijk. Dat betekent: bij aanvang van het project de tijd nemen voor kennismaking en tijdens het project mensen vragen hoe het met ze gaat. Zo creëer ik een goede werksfeer waarin mensen elkaar vertrouwen en prettig samenwerken. Gelukkig vonden de projectleiders vanuit HWC en SMT dit ook belangrijk en is er bij de start van het ontwerpproject én bij de start van de uitvoering een hele dag uitgetrokken voor onderlinge kennismaking met het team. Uiteindelijk hebben we allemaal het­zelfde doel: we willen met plezier toewerken naar een mooi gebouw waar de opdrachtgever en alle betrokkenen trots op kunnen zijn. Tijdens een project kan spanning ontstaan. Dan lijken tegenstrijdige belangen de overhand te krijgen. Ook bij het realiseren van dit schoolgebouw waren er kritische momenten. Door het onderlinge vertrouwen en door goed met elkaar in gesprek te blijven, kwam alles goed en heeft het HWC nu een prachtig gebouw waar de leerlingen prettig kunnen studeren en de docenten fijn kunnen werken.” Meer weten over het realiseren van een nieuw schoolgebouw? Kijk op www.bbn.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

33


Beelden: bureau bos

OSCAR ROMERO COLLEGE IN HOORN

Verbinden door te bewegen “De grote wens van Oscar Romero is meer bewegen, in en om de school”

34

Verduurzamen, uitbreiden en veranderen van een school voor voortgezet onderwijs voor een beperkt budget op een krappe locatie terwijl de school ‘gewoon’ in gebruik blijft. Hoe pak je dat aan?

SCHOOLDOMEIN

AMBITIE Het Tabor College Oscar Romero in Hoorn stond in 2018 voor deze uitdaging. Ze hebben bureau bos de opdracht gegund om hen hierin bij te staan, op basis van een ingenieus plan van aanpak. Uitgangspunt voor dit plan was het budget, het doel een uitbreiding van de sportvoorzieningen, een ruimtelijke opwaardering volgens de onderwijsvisie en flinke verduurzaming van het bestaande gebouw. Leidende thema’s waren bewegen en ontmoeten. Vanuit het Tabor College Oscar Romero was men duidelijk over de ambities en waarden die als uitgangspunt dienden voor het ontwerp: de school kon haar sportprofiel

mei 2021

versterken met de nieuwe vleugel en de school moest voor de komende decennia verduurzaamd worden. Verder moest de routing logischer worden en was er behoefte aan ruimte voor onderwijsvernieuwing. Daarmee had iedereen in het ontwerp- en uitvoeringsproces hetzelfde doel: er is geen discussie over het waarom, maar over het hoe. Dit leverde een fijne samenwerking op gedurende het hele ontwerp- en bouwproces en bood bureau bos de kans om in het plan van aanpak de gewenste ontwerpingrepen financieel inzichtelijk te maken: een winkelwagen vol kansen en potenties, waarmee heldere keuzes te maken zijn gedurende het proces.


VISIE EN ONTWERP ZIEN BEWEGEN DOET BEWEGEN De grote wens van Oscar Romero is meer bewegen, in en om de school. De blikvanger van deze school renovatie is daarom het nieuwe moderne sportdeel van het sportieve profiel van de topsport-talent-school. Op de begane grond ligt een nieuwe, ruime gymzaal met, naast de kleedkamers en berging, een teamruimte voor de sportdocenten en een aparte ingang voor avondgebruik. Op de verdiepingen bevinden zich een dubbelgrote spelzaal met de hoogte van een sporthal, een extra ruimte voor het team en twee aparte fitnessruimtes, naast een berging voor buitenmateriaal zoals mountainbikes. Het nieuwe sportgebouw huisvest ook twee lagen fietsenstalling. Verschillende kozijnen bieden vanuit de bestaande school doorkijkjes naar de nieuwe sportzalen en zicht op de gangen en trappen. Zo is het sporten ook in de school zichtbaar. VERBINDEN OM TE ONTMOETEN Het nieuwe sportdeel ligt aan de vernieuwde aula van de school. Hier zijn ruimten en een tribune gerealiseerd voor het culturele profiel van de school. De routing in de bestaande school was onlogisch: de

PROJECTINFORMATIE Opdrachtgever Stichting Onderwijshuisvesting Hoorn (SOHH) Architect bureau bos Aannemer Bouwgroep Dijkstra Draisma Installateur Installatiebureau Rutgers Bouwkosten € 8,1 miljoen excl. btw Start bouw oktober 2019 Oplevering september 2020

Foto: @ Imazzo Stream

entrees werden niet optimaal gebruikt en er waren in de loop der jaren een aantal knelpunten ontstaan in de verkeersbewegingen. Deze knelpunten zijn voor een groot deel opgelost na renovatie: er is een trap met zitelementen toegevoegd, de lockers zijn verplaatst en beide entrees worden elk door een eigen deel van de leerlingen gebruikt. De verkeersruimten verbinden nu door de hele school de plekken die ruimte bieden om te verblijven; voor een gesprekje, het werken aan een project of om even niets te doen. Op die plekken maken de binnenruimten contact met buiten en zijn ze buiten de school zichtbaar door de grote witte kaders. Dit architectonische thema verbindt de bestaande bouwdelen en het nieuwe bouwdeel met elkaar. EEN SCHOOL IN BEWEGING: VERBINDEN VAN OUD EN NIEUW De bestaande school is na renovatie een frisse school. Dit betekent veel frisse lucht, een aangename

Foto: @ Imazzo Stream

Jan Heijboer (SOHH/Brink Management Advies): “Mijn motto is met recht, respect en ruimte samen aan de toekomst bouwen. Creëer daartoe een sfeer waarin alle betrokkenen de ruimte krijgen om hun ideeën, kennis, kunde en ervaring in te brengen en gun met wederzijds begrip ieder zijn eigen succes binnen het totaal. Dat leidt tot een hecht team, grote betrokkenheid en kijken over je eigen discipline heen en dat komt de kwaliteit ten goede. Met het Tabor College Oscar Romero, bureau bos en alle overige ontwerpende, adviserende en uitvoerende partijen is dit als orkest uitstekend gelukt.”

temperatuur, veel dag- en kunstlicht en een hoge mate van energiezuinigheid. De organisatie en kwaliteit van de onderwijsruimten biedt de mogelijkheid te reageren op de veranderingen in het onderwijs. De architectuur van de bestaande school heeft een heldere structuur in twee delen: metselwerk in plint en koppen, waartussen horizontale banden van glas en beplating. Deze opzet is gehandhaafd, echter de bestaande gevelstroken en nieuwe gebouwdelen zijn bekleed met een dik isolatiepakket en een nieuw gevelmateriaal. De spouw is ter plaatse van het metselwerk gevuld. Door in het oude en nieuwe bouwdeel met dezelfde materialen te werken ontstaat een nieuw geheel. BEWEGING IN DE PLANNING Na de planvorming is vanaf het Definitief Ontwerp in bouwteam aan het project gewerkt. In juli 2019 is begonnen met het plaatsen van de bouwketen en het sloopwerk. In oktober 2019 zijn de heipalen geplaatst. Tijdens de werkzaamheden was de school tot aan de uitbraak van het Coronavirus nog gewoon in gebruik. Dankzij een uitgekiende planning en de verhuizing van de huidige brugklassers konden de school­ activiteiten gefaseerd doorgaan. Toen bleek dat de leerlingen niet meer op school zouden komen maar thuis hun lessen gingen volgen werd het aantal fases gereduceerd. Hierdoor kwamen de werkzaamheden in een stroomversnelling. Nog vóór de herfstvakantie heeft het bouwteam de gehele ver- en nieuwbouw van het Tabor College Oscar Romero opgeleverd; drie maanden eerder dan gepland! Kijk voor meer informatie op www.bureaubos.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

35


VELUX voor een gezond en comfortabel binnenklimaat

‘Gebouwen gezonder maken’ dat is de verplichting die de VELUX Groep zichzelf stelt om de wereldwijde gezondheidsuitdaging in gebouwen aan te gaan. Al bijna 80 jaar creëren we gezondere leefomgevingen door daglicht en frisse lucht binnen te brengen door het dak. Met onze innovatieve producten en oplossingen zorgen we ervoor dat mensen kunnen leven, werken en spelen in gezonde, comfortabele woningen, scholen, kantoren of gezondheidsinstellingen. Daarnaast zetten wij ons al tientallen jaren in om bouwoplossingen te creëren die de zorg voor mens en planeet in evenwicht houden. Hierbij zetten wij in het ontwerp de mens voorop, ontwikkelen we nieuwe bouwconcepten en dagen we de bouwsector uit om de kaderomstandigheden aan te passen. Zelf staan we bekend om onze diepgaande kennis, duidelijke communicatie en onze bereidheid om te investeren in experimenten om gebouwen gezonder te maken. En dat alles met behoud van de natuur en de kwaliteit van onze producten als uitgangspunt.

36

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


We brengen

90% van onze tijd binnen door

VELUX warmtewerende producten verminderen opwarming tot wel

85%

Daglicht verhoogt het leervermogen van kinderen met wel

15%

HERBESTEMMING MONUMENT GRESWARENFABRIEK BEESEL HEEFT EEN EDUCATIEVE FUNCTIE GEKREGEN.

Effectieve ventilatie Frisse lucht is van wezenlijk belang voor een beter binnenklimaat. Natuurlijke ventilatie is de meest effectieve manier om uw huis te ventileren.

Standaard glas met premium eigenschappen Regen contactgeluid reducerend

Juiste hoeveelheid daglicht

Gelamineerde veiligheidsbeglazing

Met deze vuistregel bereikt u voldoende daglicht in huis: het totale glasoppervlak in een kamer moet gelijk zijn aan ongeveer 20% van het vloeroppervlak. Dan weet u zeker dat u voldoet aan het aanbevolen daglichtniveau van 300-500 lux.

Gehard glas UV-bestendig

Meer gebruikersgemak VELUX ACTIVE werkt optimaal samen met VELUX INTEGRA® elektrische dakramen, raamdecoratie en rolluiken, waardoor de gezondheidsvoordelen van automatische, sensor-gebaseerde bediening gecombineerd wordt met het gemak van bediening met de app. Samen zorgen ze voor een optimale beheersing van het binnenklimaat. SCHOOLDOMEIN

mei 2021

37


Tekst M. Coenradi

WANDEN VAN STRO

Een gymzaal met een verhaal Hoe kom je tot een groen en fris gebouw, waar leerlingen van basisscholen bewegingsonderwijs krijgen en leden van omliggende verenigingen hun favoriete sport beoefenen? En hoe zorg je dat ze bekend raken met het cradle to cradle (C2C) gedachtengoed en weet je ze te inspireren voor duurzaamheid?

D

e gemeente Venlo zet al jaren hoog in op cradle to cradle (C2C), een innovatief ontwerp- en economisch principe, dat de gemeente toepast bij gemeentelijke bouwwerken met als doel een bijdrage te leveren aan een gezonde, prettige en duurzame leefomgeving. Voor de nieuwbouw van de gymzaal in Tegelen heeft de gemeente vanwege het hoge C2C ambitieniveau gekozen voor een samenwerking in bouwteam. De gymzaal is niet alleen ondersteunend aan het primair onderwijs, maar heeft ook een functie voor omliggende verenigingen. CRADLE TO CRADLE Na een intensief ontwerp- en voorbereidingstraject en een korte bouwtijd hebben bouwteampartners Peters Bouw en Onderhoud en Jansen Bartels Installatietechniek onder begeleiding van Eduhuys Onderwijs­huisvesting een gymzaal gerealiseerd met een bijzonder C2C karakter, dat geborgd is in vier ontwerp­principes. Het eerste principe is ‘maken om uit elkaar te halen’. Het gebouw is volledig demon­tabel en kan over zo’n 50 jaar zonder afval weer volledig uit elkaar worden gehaald. Zo is de gevel opgebouwd met clickbricks. Een uniek, circulair bouwsysteem,

38

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

waarmee bakstenen droog gestapeld worden en er geen mortel of lijm meer aan te pas komt. GEEN SCHADELIJKE STOFFEN Daarnaast is maximaal gebruik gemaakt van schone en veilige materialen. In totaal zijn er meer dan 20 materialen gebruikt die C2C gecertificeerd zijn. Ze bevatten geen schadelijke stoffen, zijn duurzaam geproduceerd en kunnen terug in de kringloop vanuit het principe ‘afval = voedsel’. Een bijzondere toe­


VISIE EN ONTWERP Eduhuys Onderwijshuisvesting, Peters Bouw en Onderhoud en Jansen Bartels Installatietechniek maken deel uit van Bouwgroep Zuiderbosch, een bedrijvengroep, die actief is in alle fasen van het huisvestingsproces. Van risicodragende projectontwikkeling en het realiseren van turnkey huisvestingsoplossingen tot en met exploitatie en beheer van grond en vastgoed. Eduhuys brengt de groene frisse school tot leven.

NATUURLIJKE BRONNEN Het laatste ontwerpprincipe is gebruik maken van wat de omgeving aan natuurlijke bronnen biedt. Zo heeft de gymzaal een eigen waterfabriek, waarbij regenwater wordt opgevangen en opgeslagen in een bassin. Dit voorkomt het overbelasten van de rioolwaterzuiveringsinstallatie en zorgt voor een buffer voor als er langere tijd geen regen valt. Het regen­water wordt hergebruikt voor onder meer het doorspoelen van toiletten. Alleen drink- en douchewater wordt van het leidingnet gebruikt. Ook wordt regenwater geïnfiltreerd in de grond, waardoor het kan doordringen in de bodem en verdroging kan worden beperkt.

passing zijn de gevelwanden, die gevuld zijn met stro. De strowanden doen dienst als drager voor de binnenen buitenschil van het gebouw en zorgen voor een goede isolatie en een gezond binnenklimaat. BESPAREN EN DUURZAAM OPWEKKEN Het derde principe is het besparen en duurzaam opwekken van energie. De gymzaal is 100% energieneutraal en gasloos. Het gebouw is volledig elektrisch geklimatiseerd en voorzien van warmwater door middel van een zeer geavanceerde warmtepomp in combinatie met boilers en buffervaten. Daarbij wordt de elektriciteit duurzaam opgewekt met behulp van speciale C2C gecertificeerde zonnepanelen. Ook kan door het accumulerend vermogen van de betonvloer in combinatie met vloerverwarming de vloer een constante temperatuur aannemen, hetgeen energiebesparend werkt evenals de toepassing van intelli­gente technieken. Zo is het ventilatiesysteem ingeregeld op het CO2 gehalte in de lucht en is het gebouw voorzien van een heldere ledverlichting, die afhankelijk van de sportactiviteit op de benodigde lichtopbrengst kan worden geschakeld. Een aan­ genaam, gezond en fris binnenklimaat is dan ook geborgd.

“Het gebouw is volledig demontabel en kan over zo’n 50 jaar zonder afval weer volledig uit elkaar worden gehaald”

DEMOPROJECT Met de gunning gingen de bouwteampartners ook de uitdaging aan om sociaal maatschappelijk betekenis te geven aan C2C en gebruikers te inspireren voor het gedachtengoed. Zo heeft de gymzaal tijdens de bouw dienstgedaan als demoproject voor zakelijke doelgroepen, hebben scholen en verenigingen kennis gemaakt met circulaire aspecten van de gymzaal en hebben kinderen samen met de wethouders een versiering gemaakt met leemstuc, een speciale soort klei, die voor altijd zichtbaar blijft op de wand van de gymzaal. Daarnaast hebben we een toegankelijk, gebruikersvriendelijk digitaal systeem ontwikkeld om de gebouwprestaties real time te meten en monitoren. Zo wordt met behulp van Solarfox stroomopwekking en -gebruik, waterverbruik, temperatuur en luchtkwaliteit gemeten en in grafiekvorm weergegeven. Deze grafieken hebben we verwerkt in een ‘verhaal’, dat de ontwerpprincipes van C2C belicht. De kunst was alleen nog om ervoor te zorgen dat het verhaal zodanig werd gepresenteerd, dat het aansluit bij de belevingswereld van kinderen. Daarvoor zijn we de samenwerking aangegaan met striptekenaar Vick, wiens tekencarrière op school begon, toen hij tijdens de lessen de kantlijnen van zijn schriften vol krabbelde met allerlei tekeningen. Hij heeft ons verhaal in zes cartoontekeningen uitgewerkt. Met als resultaat een kleurrijk verhaal, dat bij de ingang op een beeldscherm wordt gepresenteerd en zowel jong als oud aanspreekt. Voor meer informatie: info@eduhuys.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

39


Tekst Sibo Arbeek

DE KUNST VAN HET INTEGRAAL ONTWERPEN

Hoe Frencken Scholl de basis voor de toekomst legt Sinds enkele jaren huist Frencken Scholl aan het Petrus Regoutplein in het Sphinxkwartier in Maastricht. Een voormalig industrieel monument dat is getransformeerd tot een hotspot en innovatieve werkomgeving. Het bureau verbindt de duurzame kwaliteiten uit het verleden aan nieuwe inzichten en vooral de wens om te verbinden. jongd en versterkt, zodat we de continuïteit kunnen borgen en natuurlijk de kernkwaliteit verder kunnen versterken: Integraal ontwerpen. Onze kracht is dat we een project als een puzzel zien waarin alle stukjes goed gelegd moeten worden, vanaf de stedenbouwkundige visie tot en met de beheer & onderhoudsfase. Opdrachtgevers vinden het ook fijn dat we alle disciplines in huis hebben; van ontwerpen en tekenen tot calculeren, schrijven, begeleiden en de plantoetsing. Daarbij werken we samen met andere ontwerpende adviseurs en realiseren duurzame gebouwen met een zo laag mogelijke energie last (BENG of ENG) afhankelijk van de opgave.”

R

osanne Jansen en Monique Vroomen zijn sinds 2020 partner-architect bij Frencken Scholl Architecten en vormen onderdeel van de vierkoppige directie. Het bureau bestaat ruim 30 jaar en telt dertien medewerkers. Rosanne volgde haar opleiding bij de TU Delft en Monique bij de TU Eindhoven. Rosanne: “We hebben een gezamen­lijke passie: we denken door alle schalen heen en zien onszelf als verbinder tussen de betrokken partijen in de verschillende fasen van een project.” Monique vult aan: “We hebben de afgelopen jaren het team van Frencken Scholl ver-

40

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

TOEKOMSTWAARDE Rosanne knikt: “Vroeger kreeg je een ruimtestaat, nu ontwerp je plekken die interessant zijn. Die polyvalentie is in de ontwerpfase van belang en maakt dat je gebouwen wilt die veranderingen kunnen opvangen. Dat gaat om het juist dimensioneren en het strategisch positioneren van het programma, maar ook van ontsluitingselementen zoals trappen, of het compartimenteren van bouwdelen, zodat afstoten of herstructureren mogelijk is. Dat deden we al, maar nu nog stelliger met een duidelijke relatie tot circulair en energieneutraal bouwen.” Monique: “Daarom stellen we soms ook kritische vragen die buiten onze opgave liggen en meer verband houden met de overkoepelende vastgoed strategie waardoor we in het ontwerpproces de juiste keuzes kunnen maken voor de opdracht­gever. Verder proberen wij vanuit een total cost of ownership al mee te denken in een ontwerp. Hoe lang gebruik je het gebouw en voor welke doelstelling? Ook dat is nadenken over de toekomst-


VISIE EN ONTWERP

Team Frencken Scholl Architecten

waarde en maakt dat we vaak verschillende varianten uitwerken. Wat is de relatie met de omgeving, de betekenis en potentie van de plek, de onderwijsvisie en relatie met de behoefte uit het bedrijfsleven? Dat maakt dat je een omgeving maakt waarin een leven lang leren mogelijk is.” MAATSCHAPPELIJK BETROKKEN Rosanne verder: “Daarom passen de opgaven vanuit het onderwijs ons zo goed. Dat begint bij onze maatschappelijke betrokkenheid en het inleven in de wensen van de doelgroep. Onze visie is dat we van binnenuit ontwerpen en de gebruikers in het proces meenemen. Daarbij is het thema ontmoeten van groot belang voor onderwijsgebouwen. Het gaat niet alleen om de onderwijsruimten in het ruimtelijk programma, maar juist om de ruimte ertussen, plekken die verleiden en waar mensen graag komen. Afgelopen jaar heeft corona ons laten zien dat ondanks de digitale mogelijkheden om vanuit huis te leren, het ontmoeten en het kunnen leren van elkaar essentieel is.” “En corona leert ons anders naar de opgave te kijken,” vult Monique aan, “bijvoorbeeld de momenten waarop je welke ruimten gebruikt. Tijd en ruimte hangen met elkaar samen en daar gaat zeker iets veranderen. De inrichting van het gebouw is het verlengstuk van de ruimtelijke vertaling die je in het programma meegeeft. Vroeger ging je uit van een

standaard indeling, nu wil je eerst checken hoe de benutting en bezetting van ruimten eruitziet. Wanneer je constateert dat de bezetting anders wordt is het een utopie om te denken dat je op dezelfde manier doorgaat. Op dit moment evalueren we samen met een aantal onderwijsstichtingen welke data relevant is, hoe we die kunnen verzamelen en hoe we die in kunnen zetten om slimmer te gaan bouwen en om anders met onze ruimte om te gaan. Dit overstijgt de bouwkundige discipline.” DATA VERZAMELEN “In onze ontwerpen verzamelen we enorm veel data,” legt Rosanne uit, “het is logisch dat alle partijen binnen de ontwerpende en uitvoerende keten van dezelfde informatie gebruik maken, maar dat is nog lang niet vanzelfsprekend en zeker niet voor de gebruik- en beheerfase na realisatie. Dat is een gemiste kans. Wanneer dat wel zou lukken sluit je pas echt de circulaire keten. Binnen ons kantoor richten we ons daarom onder andere op het innoveren van dit proces. Zo hebben we een pilotproject opgezet waarbij alle relevante data in het BIM-model beschikbaar is voor de facilitair manager. Gedurende de hele gebruiksfase kan deze informatie uitgelezen worden en als basis dienen voor het meerjarenonderhoudsplan. Het mooie is dat het BIM-model dit ook visueel inzichtelijk maakt.”

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

41


INTEGRALE ONTWERPBENADERING Door onze integrale ontwerpbenadering creëren we een meerwaarde binnen het proces en voor de uitwerking van de opgave. De afgelopen jaren hebben we veel prachtige onderwijsgebouwen weten te realiseren die intrinsiek duurzaam zijn. Niet alleen op grote schaal maar ook op kleinere schaal. De transformatie van het Vista college en het redesign van Kinder Opvang Parkstad zijn sprekende voorbeelden. Voorbeeld 1: Transformatie Vista College Het Vista College in Sittard bestond uit een conglomeraat van bouwdelen, die op een bijzondere manier

“De inrichting van het gebouw is het verlengstuk van de ruimtelijke vertaling die je in het programma meegeeft” Vista College in Sittard

Vista College in Sittard

42

aan elkaar geschakeld waren zonder herkenbare hoofdingang. Rosanne: “Wanneer je in het bestaande gebouw naar een opleiding moest liep je door andere opleidingen om er te komen. De gebouwen D & E waren in een slechte staat en het was erg lastig en erg kostbaar om te verduurzamen. Bovendien paste de ruimtelijke indeling niet bij de onderwijsvisie, dus adviseerden we om de financiële middelen niet in de renovatie van de bouwdelen te steken maar om minder maar meer effectievere nieuwe m2 terug te bouwen met minder exploitatielasten in de toekomst. Door een strategische ingreep was het bovendien mogelijk om opleidingen onafhankelijk bereikbaar te maken. Verder hebben we de ruimten voor praktijk en theorie gecombineerd en aantrekkelijke plekken gemaakt waardoor ruimten in elkaar zouden overvloeien. We hebben een nieuwe hoofdentree in het middendeel gemaakt, zodat je makkelijk vanuit het parkeren binnen komt en er aan de achterkant een natuurlijke verbinding met het landelijke gebied en het station is gekomen. Heel mooi is de centrale verbindingsgang geworden, met zicht op de werkplaatsen die weer met buiten verbonden zijn. In het hele proces hebben we teamleiders, docenten en studenten meegenomen om draagvlak te krijgen. We hebben het gebouw weer toekomstwaarde gegeven en meer met de meters gedaan die al aanwezig waren. In dit proces hebben we op alle niveaus meegedacht, vanaf de vastgoedstrategie tot aan de inrichting. Zo heeft elke opleiding een herkenbare inrichting en een diversiteit aan werkplekken en meubels.” Voorbeeld 2: Re-design Kinderopvang Parkstad Monique: “De uitvraag van Kinderopvang Parkstad (KOP) was of we mee wilden denken in het re- design van een aantal locaties, dit betrof initieel het creëren van een eigen herkenbare look & feel. Daarom hebben we alle locaties eerst in kaart gebracht en ons de vraag gesteld: is KOP eigenaar of huurder? Welk aanbod kinderopvang is op locatie aanwezig? Is het een school, een multifunctionele accommodatie of een kindcentrum? Hieruit kwam dat KOP de herkenbaarheid van haar locaties wilde vergroten en liefst onderdeel wilde zijn van een samenhangend aanbod. Vervolgens hebben we voor elke locatie de potentie van groei in aanbod en samenwerking aangegeven, ook op het gebied van investeringen. Peuteropvang Woelwaters zit bijvoorbeeld in een bestaand schoolgebouw, waarin een aantal ruimten leeg staat. Op basis van de bestaande plattegrond hebben we het ontmoeten centraal gesteld en gekeken hoe deze locatie uit zou kunnen groeien tot een echt kindcentrum. De ingrediënten waar we mee willen werken in de inrichting hebben we in een sferenboek verwerkt, die de locaties kunnen gebruiken om de eigen ruimten in te richten.” Kijk voor meer informatie op www.frenckenscholl.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


Tekst Sibo Arbeek Fotografie Esther Pasman

VISIE EN ONTWERP

HET IHP VAN VELSEN WIL VERBINDEN

Onderwijs voelspriet in de wijk Recent stelde de gemeenteraad van de gemeente Velsen het Integraal Huisvestingsplan (IHP) vast. De basis van dit plan ligt in een proces waarin de gemeenteraad en de schoolbesturen actief betrokken zijn. Wethouder Marianne Steijn is duidelijk: “Het gaat niet om de stenen, maar om de inhoud.” ICSadviseurs was verantwoordelijk voor dit vooral ook duurzame IHP.

D

e gemeente Velsen ligt in de IJmond-regio en telt ruim 68.000 inwoners en is verdeeld in wijken als Driehuis, Velsen-Noord en Velsen-Zuid. De gemeente telt naast 22 basis­ scholen, 3 scholen voor speciaal onderwijs en 7 scholen voor voortgezet onderwijs. “Velsen is de wereld in het klein,” legt wethouder onderwijs Marianne Steijn uit, “we hebben kinderen die in relatieve armoede leven tot kinderen waarvoor makkelijk bijlessen worden ingekocht en alles wat daar tussenin zit. De grootste gemene deler is dat de meeste kinderen het goed doen, maar

ook last hebben van werkdruk en vaak te grote klassen. Het is daarom goed dat ik naast onderwijs ook gezondheid en armoedebestrijding in mijn portefeuille heb, want al die zaken hangen samen. Zo hebben wij een armoedevisie vastgesteld, waar het onderwijs onderdeel van vormt. Als raadslid was ik al actief betrokken bij het onderwijs en verzette ik me tegen de gedachte dat scholenbouw alleen om stenen gaat. Je bouwt een school omdat je iets wilt bereiken. Als wethouder mag ik samen met beleidsadviseur René van Veen de huisvesting en visies op het onderwijs verbinden. In het

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

43


kader van dit IHP hebben we in 2018 eerst alle schoolbesturen en directeuren uitgenodigd. Wat vinden jullie belangrijk en wat betekent dat voor de schoolgebouwen? Die discussie heb ik ook met de gemeenteraad gevoerd. Het begint met een visie en dat is ook de rode draad in het IHP. Natuurlijk begint het ook bij een goede inventarisatie en een beeld van de staat van het gebouw, maar je moet weten wat je wilt. Daarom ben ik trots op dit IHP dat vernieuwend is voor onze gemeente.” GEDEELD PROCES René: “We hebben het proces redelijk strak ingestoken, omdat we de raad aan de voorkant wilden betrekken. 15 oktober 2019 was de eerste presentatie in het College en de dag daarna in de raad. Wat willen we met een IHP vroegen we en we zagen de raad opveren. Een aantal punten hebben prioriteit, waarbij een goed binnenklimaat hoog scoort, maar ook duurzaamheid. Dan bedoelen we niet alleen bouwmaterialen, maar ook de vraag of je vervangt of juist renoveert en wat een school betekent voor de wijk. En op donderdag 17 oktober zijn we ook met de schoolbesturen gaan praten over de onderwijskundige visie. Zo hebben we de raad elke twee maanden geïnformeerd over de voortgang en mee laten denken met het concept. Dat heeft procesmatig goed gewerkt.” SIGNAALFUNCTIE “Een aantal gebouwen was kwalitatief slecht, vooral die tussen 1980 en 2000 zijn gebouwd”, legt René uit; “ze zijn slecht geïsoleerd en hebben nog ramen met enkel glas. Die zijn zo slecht dat we daar voor

44

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

nieuwbouw kiezen. Enkele scholen in onze vinexwijk Velserbroek zijn 35 jaar oud en niet goed, maar ook niet slecht. Daar gaan we per casus kijken wat de beste oplossing is; slopen of weer renoveren voor een periode van 20 of 40 jaar. Slopen betekent ook dat je de boekwaarde moet nemen; het is dus een optelsom van kwantitatieve en kwalitatieve aspecten. Onze voorkeur is dat we kijken of we het gebouw kunnen renoveren, want veel gebouwen staan op een goede


VISIE EN ONTWERP plek in de wijk.” Marianne knikt: “Voor mij hebben scholen een belangrijke signaalfunctie in de wijk. Zij kennen de kinderen en daarachter de situatie van het gezin. Je ziet dat schoolbesturen ook meebewegen. Wilde een bestuur in Velserbroek eerst voor nieuwbouw gaan, gaandeweg in het proces zag je de kentering en het besef dat transformatie van het bestaande gebouw ook heel aantrekkelijk kan zijn. Je houdt vaak grote en hoge lokalen en er is meer bergruimte dan volgens de norm nu mogelijk is. Projectleider Leonoor Clemens van ICSadviseurs heeft dat proces goed begeleid, zodat iedereen bereid was om mee te denken.” “We beoordelen een gebouw niet alleen op de stenen, maar vooral op de inhoud,” legt Marianne uit, “een school kan heel goed combineren met andere activi­ teiten, zoals met sport, een buurthuis of natuurlijk

“We beoordelen een gebouw niet alleen op de stenen, maar vooral op de inhoud” met kinderopvang. Per type wijk kijk je naar mogelijke combinaties. In de wijk Oud IJmuiden werken we aan een complex met onderwijs en het buurthuiswerk. In de wijk Santpoort-Zuid werken ouders mee aan een groen schoolplein en een andere manier van onderwijs geven. De wijk Zee- en Duinwijk kent relatief veel allochtone kinderen waar sport en spel heel belangrijk zijn. Je ziet daar weer meer kinderen met obesitas en daar is het thema gezondheid weer belangrijk. Daar is de school bezig met een eigen groentetuin en leren kinderen om gezonde sapjes te maken. Op weer andere plekken is laag geletterdheid een aandachtspunt en zoeken we de samenwerking met de bibliotheek. Belangrijk is ook dat je wat verder kijkt dan de korte termijn; je ziet soms ook dat een sociaal wat zwakkere wijk leegloopt en jaren later een interessante juppenwijk wordt. Het gebouw moet dus mee kunnen bewegen met veranderingen.” DUURZAAMHEID René: “Wij gaan in de gemeente voor energieneutraal. We willen bij (vervangende) nieuwbouw niet nu BENG maatregelen treffen en dan over tien jaar het gebouw weer moeten aanpakken. Corona heeft ons nog scherper gemaakt op het binnenklimaat. Nu is het momentum om daar met de schoolbesturen mee aan de gang te gaan. Duurzaamheid betekent ook dat je je ecologische footprint bepaalt. Op de school vindt een groot deel van de opvoeding plaats en daarom denken scholen ook mee in ons lokaal klimaatbeleid. We kijken waar het kan verder dan alleen het gebouw.

vlnr: Daniëlle Rodenhuis (directeur Brederode Daltonschool), René van Veen en Marianne Steijn

Een mooi voorbeeld: in IJmuiden wordt warm water op het riool geloosd, dat is zonde. Dat warme water kunnen we goed gebruiken en energie uit het riool wordt riothermie genoemd. Hoe werkt het: de warmte uit het water wordt omhoog gestuurd, naar de leidingen in het Vellesan College. Er hoeft daardoor geen gasketel meer te loeien, om water te verhitten voor de verwarming. Omdat het water uit het riool nog erg lauw is, is er aanvullend nog wel een warmte­ pomp nodig, maar aardgas heb je niet meer nodig. In dit voorbeeld werken gemeente en onderwijs goed samen.” UITVOERINGSPLAN “We zijn nu bezig het uitvoeringsplan in te vullen,” vervolgt René, “voor de eerste drie scholen is de financiering inmiddels geregeld en zijn we bezig met het eerste voorbereidingskrediet. Daarnaast passen we onze verordening aan met de nieuwe bedragen, want we willen ons beleid goed verankeren. We hebben het IHP in drie fasen ingericht, zodat duidelijk is wanneer we een gebouw aanpakken. Wanneer een project in het jaar 2025 gepland staat, gaan we twee jaar daarvoor met het schoolbestuur bepalen wat dan de inzichten zijn. Dat leggen we nu niet hard vast.” Marianne: “Natuurlijk is de financiële positie van onze gemeente een aandachtspunt, net als in veel gemeenten. Daarom zie ik veel kansen in het breder trekken van het sociale domein. Wanneer je onderwijs, sport, welzijn en zorg integraal in samenhang bekijkt en verbindt met ruimtelijke ontwikkelingen, kun je voorzieningen realiseren die voor oud en jong interessant zijn, waardoor je ook meer middelen kunt genereren. Daarom gaan we in 2023 weer met het IHP naar de raad om te leren hoe het de eerste drie jaar is gegaan. Het mooie is dat alle schoolbesturen een akkoord hebben gegeven op dit IHP en onze aanpak. Vroeger gingen ze vaak voor het eigen belang, nu hebben we een gezamenlijk doel.” Kijk voor meer informatie op www.icsadviseurs.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

45


Tekst: HEVO | Experts in huisvesting en vastgoed

VAN ONDERWIJSVISIE NAAR TOEKOMSTGERICHT SCHOOLGEBOUW

Geslaagde nieuwbouw Het Element Bij Het Element, een vmbo-school in Amersfoort, komen passie en talent samen. In de onderwijsvisie staan praktijk, keuzevrijheid en kleinschaligheid centraal. Door praktische vakken, samenwerkingen met bedrijven en stages worden praktijk en theorie met elkaar verbonden. En daar hoort ook een nieuw schoolgebouw bij dat deze visie faciliteert.

H “En omdat onderwijs altijd in beweging is, is het ontwerp flexibel”

et aantal leerlingen op vmbo-scholen daalt al jaren in Nederland, ook in de regio Amersfoort. Het Vakcollege Amersfoort en het Prisma College hebben daarom in 2010 de handen ineengeslagen om samen een breed scala aan vmbo-profielen te kunnen blijven aanbieden. Uit de samenvoeging van deze twee scholen is Het Element ontstaan. Hier valt ook het Taalcentrum onder, waar lesgegeven wordt aan anderstaligen tussen de 12 en 18 jaar. De drie huidige school­ gebouwen zijn verouderd en niet meer toereikend om de onderwijsvisie voor ruim 900 leerlingen te faciliteren. De gemeente Amersfoort is verantwoordelijk voor de huisvesting van scholen voor het voortgezet onderwijs binnen de gemeente. Samen met de schoolbesturen is besloten om deze taak onder te brengen bij een coöperatie. Het Element is een van de eerste scholen die in aanmerking komt om een nieuw schoolgebouw te realiseren. Koen Janssen, directeur van Het Element: “Samen met HEVO hebben we onze onderwijsvisie vertaald naar een gebouwontwerp. HEVO is de risicodragend project­ manager van dit project en begeleidt ons van het begin tot het eind naar een nieuw schoolgebouw.” FOCUS OP BEROEPSPRAKTIJK Een van de kernpunten in de onderwijsvisie van Het Element is de focus op de beroepspraktijk. “We

46

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

vinden het belangrijk dat de leerlingen écht doen wat zij leuk vinden en waar zij goed in zijn”, vertelt Koen. “Leerlingen krijgen daarom veel persoonlijke aandacht en hulp bij het ontdekken van hun talenten. Blinken ze uit in techniek of verzorging? Kunnen ze heel goed sporten? Of willen ze graag ondernemen?” Om te ontdekken waar hun passies en talenten liggen, maken leerlingen vanaf dag één al kennis met de beroepspraktijk. Zo ervaren zij wat verschillende profielen inhouden en wat dit betekent voor de beroepskeuze. Na de eerste klas kiezen de leerlingen één van de zeven profielen. In de derde klas sluiten zij hun profiel af met het centraal schriftelijk en praktisch examen en in de vierde klas volgen de leerlingen praktijklessen op het mbo en lopen zij stage. Op deze manier zorgt Het Element voor doorlopende leer­ lijnen en worden de leerlingen klaargestoomd voor de doorstroom naar het mbo. KEUZEVRIJHEID EN FLEXIBILITEIT Naast de beroepspraktijk staat keuzevrijheid centraal in de onderwijsvisie. Leerlingen maken keuzes in tijd, tempo en inhoud. Per vak kunnen zij ervoor kiezen om het normale tempo te volgen, zich verder te verdiepen of een extra vak te volgen. “Stel dat een leerling niet zo goed is in Engels, dan kan hij daar meer tijd aan besteden”, legt Koen uit. “Is hij juist héél goed in Engels en kost het hem weinig moeite? Dan


VISIE EN ONTWERP kan hij er ook voor kiezen om er een ander vak naast te volgen dat niet op de lessentabel staat, bijvoorbeeld Spaans. Dit geldt niet alleen voor de talen, maar voor alle clusters van vakken. Daarnaast worden thema’s integraal aan elkaar verbonden in project­onderwijs. Bijvoorbeeld als het gaat over duurzaamheid en globalisering. De kern van de vakken beslaat nog maar 60% van de tijd, 40% is flexibel in te richten.” KLEINSCHALIGHEID BINNEN CLUBHUIZEN Het Element is een grote school van ruim 900 leerlingen. Om leerlingen in zo’n omgeving toch het gevoel te geven ergens bij te horen, zijn de profielen samen met het Taalcentrum in de onderwijsvisie vertaald naar vijf clubhuizen. Elk profiel heeft een eigen clubhuis, zodat kleinschaligheid binnen een relatief groot gebouw kan worden gewaarborgd. Dit betekent ook dat zowel leerlingen als docenten bij specifieke clubhuizen horen. Anders dan op andere scholen lopen de leerlingen niet meer van lokaal naar lokaal, maar blijven zij gedurende de dag bij hun clubhuis. Dit leidt tot minder onrust in het gebouw en zorgt ervoor dat leerlingen echt ergens onderdeel van zijn. VAN ONDERWIJSVISIE NAAR SCHOOLGEBOUW In de onderwijsvisie van Het Element ligt de focus dus op de beroepspraktijk, keuzevrijheid en kleinschaligheid. “Onze onderwijsvisie is leidend geweest voor het ontwerp”, zegt Koen. Om tot een Programma van Eisen (PvE) te komen, heeft HEVO samen met een brede werkgroep achterhaald wat belangrijk is voor zowel docenten als leerlingen van de verschillende clubhuizen: waar lopen zij onderwijskundig tegenaan? Wat voor type school willen zij zijn? En op welke manier willen leerlingen elkaar ontmoeten? “Samen met de werkgroepen hebben we de onderwijs­ visie vertaald naar een PvE”, vertelt Linda Kröse, senior projectmanager bij HEVO. “Ondersteunend aan het PvE hebben we daarnaast met de werkgroep een tour door Nederland gemaakt om referentieprojecten te bezoeken, voornamelijk vmbo-scholen met verschillende onderwijsconcepten. “Daarna hebben we een uitgebreide opdrachtomschrijving geschreven voor de architect, met een duidelijke visie. De werkgroep heeft unaniem gekozen voor architectenbureau De Zwarte Hond, die een stoer gebouw wilde neerzetten, maar mét de focus op kleinschaligheid en rust. Leerlingen hebben zeggenschap gekregen over de inrichting van de algemene ruimten.” CLUBHUIZEN, LEERPLEINEN EN PRAKTIJKRUIMTEN De nieuwe school biedt straks ruimte aan alle afdelingen van Het Element en aan het Taalcentrum. De clubhuizen vormen de basis van het gebouw. In het ontwerp hebben de clubhuizen een verticale structuur. Ze liggen boven elkaar en zijn met trappen­ huizen aan elkaar verbonden. In ieder clubhuis komen kluisjes voor de ‘bewoners’ en per clubhuis

is er een leerplein, een praktijkruimte en zijn er leslokalen. Ook de ruimten voor de Algemeen Vormend Onderwijsvakken liggen binnen het eigen clubhuis. Hierdoor sluiten deze vakken zowel ruimtelijk als onderwijs­ kundig naadloos op elkaar aan. Het gebouw heeft een groot atrium als centrale hal met diverse niveaus en verbindingen naar de trappenhuizen. In de algemene ruimten worden terrassen gerealiseerd, zodat leerlingen in clubjes apart kunnen zitten. “Dat laatste is écht iets wat uit de koker van de leerlingen komt”, vertelt Koen trots. FLEXIBEL, DUURZAAM EN TOEKOMSTBESTENDIG Bij projecten van HEVO is duurzaamheid vanzelfsprekend. Uiteraard wordt de nieuwe school ook duurzaam en bijna energieneutraal gebouwd, volgens de BENG-richtlijnen. Het nieuwe schoolgebouw wordt niet aangesloten op het gasnet. Warmte en koeling gaan via grote warmtewisselaars en het dak ligt straks vol met zonnepanelen en luchtbehandelingskanalen. Het ontwerp voldoet aan de duurzaamheids- en gezondheidsrichtlijnen van de overheid, inclusief de COVID-19-richtlijnen. Het ontwerp is dus flexibel, duurzaam en toekomstbestendig. Zo kunnen muren er eenvoudig tussenuit gehaald worden en zijn de trappen strategisch geplaatst. “Als er bijvoorbeeld een extra clubhuis bijkomt, kan alles aangepast worden. En willen we het over 10 jaar helemaal anders? Dan kan dat ook”, aldus Koen. EEN WARME THUISBASIS “Dat we nu zo’n mooi ontwerp hebben, is echt een teamprestatie”, stelt Linda. “Je kunt het niet alleen: als school niet en als HEVO niet. Een ontwerp maak je samen met gebruikers, een ontwerpteam en een goede architect. De architect heeft goed geluisterd naar de wensen en dit uitstekend doorvertaald in het ontwerp. Op dit moment zijn we bezig met de aanbesteding voor de uitvoerende partijen en we verwachten dat het schoolgebouw in het voorjaar van 2023 gereed is.” “En door de onderwijsvisie leidend te laten zijn en docenten en leerlingen te betrekken bij het ontwerp, is het schoolgebouw straks een warme thuisbasis voor leerlingen én een stimulerende (leer)om­ geving. Een toekomstgericht schoolgebouw voor het beroepsonderwijs met een uitdagend en eigentijds karakter, waar zowel Amersfoort als de leerlingen trots op kunnen zijn”, besluit Koen.

“We vinden het belangrijk dat de leerlingen écht doen wat zij leuk vinden en waar zij goed in zijn”

HEVO | www.hevo.nl | www.rpmbyhevo.nl | info@hevo.nl | 073-6409409

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

47


Tekst Sibo Arbeek Fotografie Lucas van der Wee

NIEUWBOUW BEROEPSCAMPUS MIDDELHARNIS

Een gebouw dat naar alle kanten verbindt

Samen uniek; dat is de meest korte samenvatting van de kernwaarde van de nieuwe Beroepscampus Middelharnis. Directeur Adrie Krielaart van de Regionale Scholengemeenschap Goeree-Overflakkee (RGO) legt graag uit waarom zijn nieuwe gebouw samen uniek is.

D

e koffie smaakt goed in de personeelsruimte van de nieuwe beroepscampus met een prachtig uitzicht op het centrale hart. “De nieuwbouw is net betrokken, maar de uitbreiding komt er alweer aan,” leggen Adrie Krielaart en architect Henk de Gelder van RoosRos Architecten uit. Adrie: “Het begon elf jaar geleden toen het toenmalige Edudelta College nieuwbouwplannen had. Er lag een ontwerp vanuit RoosRos Architecten, maar het was nog te vroeg. Het oude gebouw was nog niet afgeschreven, de financiële crisis trok zijn sporen en de gemeente was aan het fuseren. Ik merkte dat er op de kaart van Goeree-Overflakkee een witte plek voor techniek onderwijs was en vond in Albeda een medestander om het netwerk uit te breiden. Daarnaast wilde ik het aanbod breder trekken om in te spelen op de behoefte uit het

48

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


VISIE EN ONTWERP bedrijfsleven. Lentiz kwam erbij als partij voor het groenonderwijs en het mbo sloot zich daarbij aan. Het vmbo in Goes daalde onder de opheffingsnorm en we moesten het Edudelta College in de breedte opknippen. Middelharnis is vervolgens met RGO gefuseerd. Uniek is zeker dat de scholen onderling de afspraak maakten alle profielen aan te bieden en te delen. Nu kun je als leerling van RGO het diploma Zorg en Welzijn (Z&W ) halen, dat door Prins Maurits uitgevoerd wordt. Andersom kan een leerling van Prins Maurits bij RGO Techniek en Horeca, Bakkerij en Recreatie (HB&R) en Groen, Dienstverlening & Producten volgen. Het werkt als communicerende vaten. RGO en Prins Maurits vinden beiden dat de individuele ontwikkeling van de leerling het uitgangspunt is.” DE DRIE O’S “Samen Uniek betekent dat je met elkaar de krimp bestrijdt,” legt Adrie uit; “daarvoor moet je met de drie O’s - Onderwijs, Overheid en Ondernemers (vertegenwoordigd door de Federatie Ondernemers Goeree-Overflakkee) - intensief samenwerken; wat speelt er in de regio, waar hebben de bedrijven

behoefte aan en hoe steek je daar als onderwijs op in? Goeree-Overflakkee is een energy eiland en CO2 neutraal en werkt hard aan waterstofontwikkeling. Het is ook een eiland met veel recreatie, dus is het profiel Horeca, Bakkerij en Recreatie belangrijk. Daarnaast is er een ziekenhuis dus is het profiel Zorg en Welzijn aantrekkelijk. Het Albeda is betrokken bij het Techniekcollege omdat sterk techniekonderwijs een noodzaak is. De gemeente is vanuit de eigen regiovisie betrokken bij het ontwikkelen van de beroepenmarkt en dragen bij om te komen tot een verbrede opleiding teelt. Het eiland zet in op duurzaamheid en circulariteit en dat komt ook terug in ons strategisch beleidsplan. Dan praat je over duurzaam leren, persoonlijke aandacht en veel keuzemogelijkheden.” HYBRIDE ONDERWIJS Adrie verder: “We willen leerlingen in hun kracht zetten door ze veel ruimte te geven om te kiezen. Uniek is ook dat we hier alle acht profielen in vmbo en de vier doorstroomprofielen in het mbo aanbieden. En het hbo klopt inmiddels ook aan de deur, om opleidingen op het gebied van zorg hier aan te bieden. Wanneer alles klaar is hebben we hier 1.200 leerlingen vmbo en mbo. We gaan voor de doorlopende leerlijn. Daarom ben ik voor versterken en centraliseren; in dit gebouw zie je elkaar en leer je van elkaar. Op afstand een doorlopende leerlijn organiseren is bijvoorbeeld lastig voor Transport en Logistiek. We hebben ook een schadeherstel afdeling waarbij een schadeherstelbedrijf eens in de twee weken hier gastlessen geeft. Dat is een hybride vorm van onderwijs en werkt uitermate motiverend voor onze leerlingen.”

“We hebben een gebouw gemaakt dat vakmanschap uitstraalt, met een meanderende gevel en een mooi buitenplein”

ACHT WERELDEN VERBINDEN Henk: “We moesten de werelden van acht verschillende richtingen verbinden. De praktijklokalen hebben we allemaal op zo’n manier op de begane grond

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

49


Henk de Gelder (l) en Adrie Krielaart

PROJECTINFORMATIE Opdrachtgever RGO, Albeda en Stichting Beroepscampus Project Nieuwbouw Beroepscampus Middelharnis Architect RoosRos Architecten Aannemer Vaessen Bouwheerschap Gemeente Goeree-Overflakkee Project- en procesmanagement Sweco Installatieadvies J. van Toorenburg Constructeur Swinn Bouwfysica ZRi Stichtingskosten Circa 29 miljoen euro Ingebruikname Eerste deel januari 2021, uitbreiding 2022 BVO Eerste fase circa 7.500 m2, de tweede fase rond de 3.500 m2

50

SCHOOLDOMEIN

gelegd dat ze zowel een verbinding met binnen als een verbinding met buiten hebben. Figuurlijk met het bedrijfsleven en letterlijk als etalages. Daarom zit de horeca schuin tegenover het partycentrum. Daar kun je verbindingen maken. Het restaurant is eens per week ook open voor mensen uit de buurt. Mobiliteit en Transport zit tegenover de naastgelegen garage, zodat een monteur vanuit de garage met een auto naar binnen kan rijden. Zorg en Welzijn heeft een relatie met het verzorgingshuis. Het concept is van binnen naar buiten gericht en daarnaast wilden we een binnenwereld met een bruisend hart maken. Bedenk dan dat we een gebouw maken waarin leer­ lingen vanaf 12 jaar tot en met volwassenen voor de avondschool gebruik maken. Daarom hebben we goed gekeken naar de menselijke maat. We hebben niet voor een grote imposante vide gekozen, maar wilden een gezellige huiselijke school maken. Dit is bereikt door het centrale ontmoetingsgebied als een verzameling onderling verspringende pleinen te ontwerpen. Op de eerste verdieping liggen de lokalen voor de theorievakken, die aansluiten op de werelden beneden. Op de tweede verdieping liggen de ruimten voor het mbo. Vanuit de doorlopende leerlijn ontmoet je elkaar in het bruisende hart. We hebben een gebouw gemaakt dat vakmanschap uitstraalt, met een meanderende gevel en een mooi buitenplein. Zo hebben we een herkenbare opening gemaakt waardoor je langzaam naar binnen wordt geleid. We hebben gekozen voor een betonnen grid die binnen met houten, witte of glazen wanden wordt gevuld. Buiten komt de stramienlijn met een vulling terug in de architectuur, waardoor de menselijke maat ook in de gevels terugkomt. De steen heeft een bepaalde maat en ritmiek die aansluit bij de omgeving. De kleuren geel en bruin komen erin terug en dat past bij het eiland met het zand en de duinen, aldus onze opdrachtgever. In de aula hebben we ook verticale elementen met groen aangebracht. Die komen ook buiten voor en verbinden het gebouw nog meer met

mei 2021

de omgeving. Het was een complexe puzzel, maar dat heeft ons in het proces niet tegengewerkt. We wilden een toekomstgericht en gezond gebouw maken en dat zit in het flexibele grid, de systeemwanden, maar vooral ook in de plattegrond die aanpasbaar en daardoor toekomstgericht is. Daarnaast hebben we veel van natuurlijk daglicht gebruik gemaakt, met overal zicht op buiten.” ZICHTBAAR ZIJN “Nog een uniek punt is de manier waarop het bedrijfsleven meedoet,” legt Adrie verder uit. “In onze uitbreiding krijgen bedrijven kantoorruimten waar ze startups of hubs kunnen neerzetten. Dan heb je het over een leven lang leren. Het is niet meer de oude dorpsschool van acht tot vijf maar een multifunctionele beroepscampus. De tweede fase staat gepland voor 2022. Daar komt plek voor Z&W, E&O, mbo- en vmbo Groen, de uitbreiding van D&P en PIE en een Tech lab waar ook basisschoolleerlingen kunnen komen of havo/ vwo leerlingen opdrachten kunnen doen. Er komt ook een ondernemersplein en een zorgpartij CuraMare die er opleidingen wil verzorgen. Daar kan Prins Maurits met het profiel Z&W weer mooi op inspelen. Verder komt achter de uitbreiding het nieuwe gebouw van Bouwmensen, een coöperatieve vereniging van bouw- en infraopleidingsbedrijven. Die maakt de hal zo dat het praktijkonderwijs van Prins Maurits er gebruik van kan maken en dat Lentiz er opleidingen voor hoveniers kan aanbieden. Er komt ook een grote kas met daarachter een groene weide met dieren. We zitten in een flow van openheid en eigen verantwoordelijkheid van onze leerlingen. Mensen gaan zich anders gedragen omdat ze zichtbaar zijn. Dit is een duurzaam gebouw dat je inwendig kunt veranderen. Het gebouw nodigt daartoe uit.” Kijk voor meer informatie op www.roosros.nl.


Tekst Sibo Arbeek Fotografie Nijha

VISIE EN ONTWERP

IKC De Twijn vol beweegaanleidingen Directeur Martijn Beekhof en architect Ronald de Rooij leiden me rond in het gebouw en dat is een bijzondere en unieke ervaring. Het is een school, met lokalen en leerpleinen, maar ook een plek waar naar hartenlust bewogen mag worden. En dat gaat goed samen; het is er zelfs rustiger dan normaal.

M

artijn: “Oorspronkelijk zouden we de oude fusieschool De Twijn renoveren en uitbreiden. Toen de gemeente zag dat duurzame renovatie ongeveer evenveel zou kosten als nieuwbouw kregen we de mogelijkheid om nieuw te bouwen. We hebben hier 500 kinderen, 430 binnen het onderwijs en 70 in de opvang. We zijn een echt integraal centrum en dat betekent dat we met één team werken dat uit 16 pedagogische medewerkers en 38 leerkrachten bestaat. Dus bieden we een doorgaande ontwikkellijn van 0 tot 6 jaar en vervolgens begint de echte onderwijstijd in combinatie met de BSO. Het is voor de kinderen en hun ouders mooi dat ze de bekende gezichten blijven zien en er bovendien altijd extra handen zijn. Alle medewerkers werken met hetzelfde observatiesysteem en bepalen vervolgens de doelen. Pedagogische medewerkers werken ook in onderwijs en leerkrachten verzorgen workshops bij de BSO.’’

BEWEEGVRIENDELIJK “We zijn ooit begonnen als een fusieschool uit twee scholen, waarbij bewegend leren al een belangrijk thema was,” vertelt Martijn, “dat hebben we in pilots doorgezet en vertaald naar ons IKC-concept. Normaal mogen kinderen niet rennen in een school; hier mag dat wel. Juist door rennen en tegen elkaar aan botsen leren ze elkaar te ontwijken en risico’s in te schatten. Vallen en weer opstaan horen bij het leven. Dat zie je ook terug in de advertentiecampagne van SIRE, waarbij het bedrijf een onverwoestbare spijkerbroek heeft ontwikkeld. Een mooi antwoord op de zogenaamde curlingouders die al de mogelijke gevaren voor hun kinderen willen weghouden en alleen maar aan het pamperen zijn. We merken nu al dat kinderen beter hun energie kwijt kunnen raken, waardoor er meer rust komt. Een kind komt hier om kwart over acht binnen, kan dan even een parcours doen of een rondje rennen rond de trap. En bewegen gaat goed samen met bewegend leren. Dan vraagt de

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

51


juf boven om even de tafel van vier te doen, waarna ze als beloning nog een rondje mogen doen. De centrale trap in het atrium kent verspringende treden en die trap wordt al gebruikt om het metrisch stelsel te oefenen. Daarnaast hebben we ook een groot groen terras gemaakt met een moestuin. Samen met de grote keuken koppelen we zo de thema’s bewegen en gezondheid. Zo ontstaan mooie dingen die je vooraf niet kunt organiseren.” Ronald knikt: “Leren bewegen begint bij een gezond leven. En daar hoort voeding bij.” INTEGRALITEIT Ronald: “Ik werk al langer voor PIT Kinderopvang & Onderwijs en heb de vorming van dit integraal kindcentrum van nabij meegemaakt. Rond 2014 ging

52

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


VISIE EN ONTWERP de selectie voor De Twijn de deur uit. Het was ook een samenloop van omstandigheden. Na de selectie heb ik met Pim Scherpenzeel in Denemarken een aantal scholen bezocht en de beelden hier gedeeld. In Denemarken is bewegen integraal onderdeel van het onderwijs en dat zie je terug in het ontwerp.” Martijn knikt: “Die voorbeelden spraken gelijk aan; wij wilden ook bewegen en bewegend ontwikkelen in De Twijn.” Ronald: “Normaal vind je in een school aparte ruimten voor onderwijs en opvang; hier zijn ze ook fysiek geïntegreerd en grenzen ze aan hetzelfde leerplein. Dat betekent dat je integraal kunt ontwerpen, waardoor je meters bespaart die je ver­ volgens weer anders in kunt zetten. Voor de BSO staat bijvoorbeeld een ruimte van 70 m². Je kunt dan een aparte ruimte maken, maar ook een regulier lokaal van 55 m² gebruiken en die extra 15 m² buiten het lokaal voor iets anders inzetten. De lokalen hebben ook een flexibele wand waardoor je een groepsdoorbrekende ruimte van 110 m² kunt maken. Zo wordt het gebouw flexibel en kun je de ruimtes op verschillende manieren gebruiken. Zo is de speelruimte voor de kleuters ook de speelruimte voor de jongsten, waarbij de allerjongsten een eigen afgesloten ruimte hebben. Daardoor ontstaat een natuurlijk proces van zien en gezien worden; ze ontmoeten elkaar op een natuurlijke manier.”

PROJECTINFORMATIE Project Nieuwbouw IKC De Twijn Opdrachtgever Gemeente Alblasserdam in samenwerking met PIT Kinderopvang & Onderwijs Architect Topos architectuur en bouwkunde Aannemer Hoogvliet en Zoon Zwijndrecht Bvo 2.464 m² Stichtingskosten e 4.781.000,- (excl. btw, maar inclusief beweegaanleidingen en duurzame maatregelen) Ingebruikname Februari 2021

UITDAGEN Ronald: “Je zoekt beweegaanleidingen waarbij je kinderen uitdaagt te acteren. Zo hebben we een Ninja Obstacle Course gemaakt waarin kinderen kunnen klimmen en met goed gevolg dat parcours kunnen afleggen. Daar zit ook het element van competitie in. We hebben ook lijnen op de vloer getrokken zodat er een soort atletiekbaan rondom de trap ontstaat. Je ziet dat zo’n lijn met nummers stimuleert om te bewegen. Een streep met nummers wordt dan een hinkelbaan. Ze kunnen rennen, het parcours doen, klauteren of letterlijk in de BSO-ruimten in gaten in de wand gaan zitten, waarvoor ze ook een inspanning moeten doen. Dat noemen we onze chillwand. Het maken van beweegaanleidingen in het gebied tussen de lokalen is leuk. In de lokalen is de leerkracht de baas, daarbuiten de leerlingen. Daar geef je de school een hart en daag je de kinderen uit om te bewegen.” Martijn knikt: “Het is het aftoppen van energie. De kinderen komen rustig binnen, lopen naar boven, trekken hun binnenschoenen aan en rennen nog een rondje. Het is rustiger dan vroeger, toen ze snel gingen zitten en nog onrustig waren.” “Je maakt een uitdaging en kinderen gebruiken het ook voor andere dingen, dat is leuk om te zien,” reageert Ronald. “Aan veel toestellen kun je het leren koppelen, maar dat is niet mijn expertise. Als je aanleidingen maakt kunnen anderen er pedagogische zaken aan koppelen. Onze taak is om plekken te maken waardoor ze getriggerd worden. Zet een gekleurde stip op de grond met een

Ronald de Rooij (l) en Martijn Beekhof

draaischijf erbij en ze gaan het spel Twister spelen.” Martijn: “Ik heb ook een foto waarin een kind in de touwladder zit te lezen. Over bewegend leren gesproken.” BOUWBUDGET “Dit nieuwe gebouw staat op de plek van een bestaand gebouw met een gymzaal van de wederopbouwarchitect Maaskant,” legt Ronald uit, “het oorspronkelijke gebouw stond 45 graden gedraaid ten opzichte van de wijk. De erfgroep commissie vond dat een belangrijke voorwaarde en De Twijn is dus ook zo gedraaid en heeft een bakstenen gevel, die aansluit bij de oorspronkelijke stedenbouwkun-

“De ruimte tussen de lokalen vind ik het meest spannend. Daar geef je de school een hart en daag je de kinderen uit om te bewegen” dige opzet. Het nieuwe gebouw kent twee bouwlagen met een behoorlijke vide en veel daglicht en beweging in het hart van de school. Dat komt vooral door de modulaire lichtstraten waar prachtig diffuus licht door valt. Het concept is een centrale ruimte waaromheen de lokalen en algemene ruimten liggen, die allemaal visueel in verbinding staan met het hart. Het gebouw kent een eenlaagse uitbreiding waardoor ruimte ontstond voor een groot dakterras, die heel mooi toegankelijk is gemaakt en integraal onderdeel van het concept vormt. Alle beweegaanleidingen zijn vanaf het begin in het ontwerp meegenomen en zijn gefinancierd uit het bouwbudget. We hebben ze bewust geen onderdeel van de inrichting laten zijn, om te voorkomen dat ze wegbezuinigd zouden worden.” Kijk voor meer informatie op www.topos.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

53


Kort nieuws Klaslokaal voor de Toekomst ‘Een creatieve leeromgeving voor het techniekonderwijs van morgen’ Hoe gaat de wereld er straks uitzien? Hoe bereiden wij jongeren nu voor op een goed bestaan in een omgeving waar technologie meer en meer wordt ingezet? De toekomst is moeilijk voorspelbaar en toch moeten we onze jeugd voorbereiden op nieuwe uitdagingen die we nu niet eens kunnen bedenken.

Scholen hebben een zeer belangrijke rol in het bieden van een omgeving waarin gewerkt kan worden aan het onderwijzen van de benodigde kennis en vaardigheden voor de toekomst. We zien in deze context steeds vaker labs ontstaan zoals bijvoorbeeld Techlabs, Skillslabs en Ontdeklabs. In alle gevallen gaat het om een creatieve leeromgeving voor het techniekonderwijs van morgen, waar men aan de slag kan met nieuwe technologieën. Samen met WisMon Onderwijsinstituut heeft Presikhaaf Schoolmeubelen kennis en ervaring gebundeld om primair en voortgezet onderwijs scholen van A t/m Z te helpen bij de creatie en realisatie van zo’n Klaslokaal voor de Toekomst. Dat doen we op basis van een duidelijke gezamenlijke visie gericht op duurzaamheid, inhoud en samenhang ten aanzien van het leerproces en de leeromgeving voor Onderzoekend en Ontwerpend Leren (OOL). Voor meer informatie www.schoolmeubelen.com.

54

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


VISIE EN ONTWERP

Tekst Sibo Arbeek

Omzien naar de ander TRANSFORMATIE KLOOSTERKWARTIER VEGHEL Het Kloosterkwartier in Veghel wordt getransformeerd, waarbij Michiel Wijnen van Zenzo de rol van ontwikkelaar heeft en Rijksbouwmeester Floris Alkemade op persoonlijke titel vanuit zijn stedenbouwkundige expertise als supervisor betrokken is. Het gesprek gaat vooral niet over stenen, maar wel over verbinden en omzien naar elkaar.

M

ichiel: “Het Kloosterkwartier in het centrum van Veghel transformeren we tot een gebied waar mensen samenleven en waar ze zorg kunnen krijgen als dat nodig is. Het is altijd een verborgen gebied geweest, dat nu voor iedereen toegankelijk wordt. Straks vind je hier gezinnen, mensen met een extra zorgbehoefte, scholieren en ondernemers. Mensen die elkaar stimuleren en ondersteunen, met als resultaat een sociaal sterke omgeving, waar iedereen zich prettig voelt. Het wordt een soort Hart van Vathorst, dat we een aantal jaar geleden hebben ontwikkeld en waar we de ABN AMRO Social Award voor hebben gewonnen, maar dan op gebiedsniveau. Het is een combinatie van woningen, zorgfaciliteiten en onderwijs, met de mogelijkheid samen te ontspannen in de kloostertuin. De ontwikkeling vindt in drie fasen plaats: in de eerste fase zijn de leegstaande gebouwen in gebruik gegeven, in de tweede fase zijn de eerste 150 reguliere en zorg­ woningen gerealiseerd en in de derde fase worden

de komende jaren nog 350 woningen gebouwd. We zetten volledig in op de driehoek welzijn, wonen en zorg; dat levert ook weer leven voor het centrum op.” OPVOEDING, ZORG EN SCHOLING De congregatie van de Zusters Franciscanessen van de Onbevlekte Ontvangenis der Heilige Moeder Gods werd in 1844 in Veghel opgericht. Floris: “De zusters

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

55


Zuster Gerda met Floris Alkemade

waren altijd erg betrokken bij de Veghelse samenleving en hadden bijzondere aandacht voor opvoeding, zorg en scholing. Ze richtten scholen en ziekenhuizen op, hielpen zwervers en bedelaars bij het zoeken naar werk en verzorgden zieken en ouderen. Het project betreft de herontwikkeling van een oud klooster­ complex op een centrumlocatie in Veghel, dat geheel in lijn met het oorspronkelijke gedachtegoed van de zusters is opgezet. Het klooster is 175 jaar oud en deels door Pierre Cuypers ontworpen, waarna het in verschillende fasen is getransformeerd.” “Samen met de veertig overgebleven zusters hebben we de plannen voor de ontwikkeling van het terrein van het klooster en het oude Bernhoven ziekenhuis gemaakt, vanuit het gedachtegoed van de zusters,” vult Michiel aan, ”ze denken in elke belangrijke beslissing mee en hebben het vetorecht. De zusters blijven ook in een deel van het klooster wonen. Ze zijn gemiddeld 90 jaar maar scherp van geest. Je ziet een oude zuster, maar het idealisme van de jonge novice komt al snel weer naar boven. Ze hebben allemaal de wereld gezien.”

Tien partijen hebben de intentieovereenkomst voor het ontwikkelen en actief bijdragen aan het Leefgoed Veghel ondertekend, te weten Labyrint Zorg & Werk, IBN, UniK, BrabantZorg, BrabantWonen, Ons Welzijn, GGZ Oost-Brabant, ROC de Leijgraaf, Zenzo, de samenwerking tussen de zusters en Zenzo en de gemeente Meierijstad.

56

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

“De vraag is dan wat duurzaam­ heid is; een betere isolatie of een slimmere program­ mering?”

Floris: “In de vorige generaties zijn wonen, werken, winkelen en recreëren in aparte stedelijke zones gescheiden. Dat leek lang logisch, maar inmiddels beseffen we dat daarmee ook veel verloren is gegaan. Als je alles uit elkaar haalt hoe red je het dan samen? 80% van de bevolking is nog goed verbonden, maar 20% niet meer en die groep valt buiten de boot. Eén op de tien volwassenen is eenzaam en in achterstandswijken loopt dat snel op tot één op de vijf. Dat zijn diepingrijpende problemen. Het mooie van het Kloosterkwartier is dat je de meest kwetsbare met de meest krachtige verbindt en daardoor weer een samenleving creëert. Dat is een vorm van sociale duurzaamheid die zoveel rijker is dan alleen de energetische. Dat raakt alle thema’s; ook van de vereenzaming. Het oorspronkelijke gedachtegoed van de zusters vind ik daarbij enorm verrijkend. Religie lijkt bijna iets dat we achter ons gelaten hebben, maar de achterliggende vorm van idealisme past geweldig in deze tijd. Kun je het waardevolle uit dat gedachtegoed een nieuwe toekomst geven en tegelijkertijd voor een omkering in de hele bouwcultuur zorgen?” ONLOGISCHE BEWEGING “De voortdurende groei aan de randen van de stad is een onlogische en vooral ook ongewenste beweging geworden”, stelt Floris verder. “De vernieuwingskracht van de komende miljoen woningen moeten we daarom niet aan de randen maar in het midden van de stad bouwen, ook om de centra weer levend te maken. Veel publieke gebouwen en kantoren zijn eigenlijk maar drie dagen per week goed bezet, maar op woensdag en vrijdag kun je er een kanon afschieten. Ook voor veel schoolgebouwen geldt dat ze veel intensiever ingezet zouden kunnen worden. De vraag is dan wat de echt relevante vorm van duurzaamheid is; een betere isolatie of een slimmere programmering? In het Rijkskantoor De Knoop in Utrecht hebben we de eerste verdiepingen publiek gemaakt voor onder andere meer zzp’ers. Dat werd zo’n succes dat ze het weer moesten sluiten. Na de tweede wereldoorlog hebben we een enorme toevloed van winkels in onze centra gezien; mede door het online winkelen neemt


VISIE EN ONTWERP

vlnr: Floris Alkemade, Marieke van Grinsven, Zuster Gerda, Michiel Wijnen

dat nu weer af en ontstaat leegstand. We hebben nu een omgekeerde bouwvraag; er is veel leegstand; hoe kunnen we die zinvol besteden? Denk aan starters, andere vormen van samenwonen, en het gigantische leger aan zzp’ers. Het mooie van hergebruik van leegstaande gebouwen is dat het veel dynamischer is dan een nieuw gebouw neerzetten. Welke zinvolle programmering kunnen we daarvoor bedenken, welke partijen kun je erbij betrekken? De kunst is om leegstand niet als het failliet maar als de kans te zien. Door het betekenisvol transformeren en programmeren van het Kloosterkwartier, vanuit het sociale gedachtegoed van de zusters, brengen we het ontmoeten op een logische manier terug; het wordt een gebied waar je elkaar kent en naar elkaar omkijkt.” Michiel knikt: “Onderwijs zou daar een belangrijke rol in kunnen spelen; steeds vaker zijn scholen een sociale aanjager voor activiteiten in de wijk. Daar liggen kansen.” SLIM EXPERTISE INZETTEN Floris verder: “Hoe kan het dat we ouderen als vooral eenzaam wegschrijven, terwijl het een snelgroeiende bevolkingsgroep is, die voor een belangrijk deel goed gezond is, deels ook hoog opgeleid, veel tijd heeft en vaak uitermate betrokken is bij hun leefomgeving. Als we het over de vergrijzing hebben, moeten we het niet alleen over de zorg maar ook over de onderwijsmogelijkheden hebben. Leren is niet alleen iets van de jeugd. Onze jeugd duurt langer en onze vergrijzing duurt ook langer. Dat is een enorm potentieel dat je buiten de bestaande economische systemen kunt inzetten. Het gaat over slim tijd en expertise inzetten, sociaal verduurzamen en een bijdrage leveren aan de veiligheid van de wijk. Je zou het de emancipatie van het vrijwilligerswerk kunnen noemen.” Michiel knikt: “In het klooster stonden gebouwen leeg. In de plaatselijke krant hebben we aangegeven dat organisaties van de leegstaande ruimten gebruik konden

Free Your Mind Yoga

Biljartvereniging Krijt op Tijd

maken. Nu zit er een kinderopvang in, een jeu de boulevereniging, er wordt gebiljart en gepingpongd. Een club van 100 ouderen zet zich in om er iets moois van te maken. De leden van de biljartvereniging willen de ontmoetingsruimte van de zusters runnen.” Floris vult aan: “’Skills in de City’ is ook een geslaagd voorbeeld van een project waarin we een soortgelijke sociale doelstelling als uitgangspunt nemen. In Maastricht werken het Rijksvastgoedbedrijf, de gemeenten en lokale partijen intensief samen om de voormalige Kazerne (KMAR) te transformeren tot een inspirerende locatie voor jongeren, die vaak talent hebben, maar door allerlei omstandigheden zelf geen plek op de arbeidsmarkt vinden en problemen met de woonplek hebben. Het wordt een plek waar werken, leren, wonen, zorg en elkaar helpen bij elkaar komen. Het was vooral lastig om hier goed in de geldende aanbestedingsregels in te passen die vooral vanuit een financiële logica zijn opgezet en niet vanuit de maatschappelijke opbrengst. Wanneer je erin slaagt minder sectoraal te denken en je het geld voor de zorg deels ook in preventie kunt steken kun je hele mooie dingen met elkaar maken.” Kijk voor meer informatie op www.zenzo-mv.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

57


Fontys R10 Eindhoven

Onderwijsgroep Tilburg

GISPEN CREËERT ONDERWIJSOMGEVINGEN DIE MOTIVEREN EN STIMULEREN Van voortgezet onderwijs tot universiteit: dé basis voor een effectieve onderwijsomgeving is een prettige fysieke ruimte. De optimale onderwijsomgeving stimuleert en inspireert leerlingen om het beste uit zichzelf te halen. Docenten en andere medewerkers werken er met plezier én resultaat. Hoe creëert u een dergelijke omgeving? Gispen ontwerpt en realiseert vanuit visie en jarenlange ervaring onderwijsomgevingen die aansluiten bij het leren van nu én in de toekomst.

Rijn IJssel Wageningen

Gispen heeft een gespecialiseerd Onderwijsteam in huis dat dagelijks bezig is met de vraagstukken in uw branche. Interieurarchitecten, accountmanagers en projectleiders die inmiddels jarenlang samenwerken met onderwijsinstellingen. Van inspiratie, creatie en realisatie tot en met beheer en revitalisatie. Deze professionals denken graag met u mee over uw huidige situatie en helpen te anticiperen op toekomstige ontwikkelingen.

Verder praten met het Onderwijsteam? Neem contact op via info@gispen.nl

TU Delft

Houtkamp College Doetinchem

www.gispen.com/nl/onderwijs | www.roomtolearn.nl 58

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


Tekst Sibo Arbeek Fotografie Chris van Koeverden

BOUW EN INRICHTING

MEER RUIMTE VOOR LEERLINGEN

Geslaagde transformatie RSG ’t Rijks Bergen op Zoom

Het oudste en monumentale deel van ‘t Rijks luidt het begin in van een functionele en technische transformatie van de hele school. Onderwijskundig was de school vanuit het ervaringsgericht leren al op orde, maar de bestaande ruimte begon aan alle kanten te knellen. De eerste proeve levert een verrassend dynamische leer- en werkomgeving voor de eerste klassen op.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

59


R

SG ‘t Rijks biedt als ontmoetingsschool ruimte aan ruim 2.400 leerlingen voor opleidingen van mavo, havo, atheneum en gymnasium. De leerlingen kunnen deze opleidingen combineren met tweetalig onderwijs, technasium, ondernemerschap, kunst & cultuur, (top)sport en voor­opleidingen voor muziek, dans, theater en beeldende kunst. Recent is de transformatie van het oudste deel van de school afgerond, dat in 1882 als HBS werd gebouwd. In de loop van de jaren is de school verschillende keren uitgebreid; de eerste begin 1900, vervolgens in de jaren 50 en de laatste zo’n tien jaar geleden. Daardoor ontstond een bijzondere H-vorm met ruimte voor een omsloten plein in het midden van de gebouwdelen. Over het proces en het resultaat van de eerste transformatie praten rector Leon de Rond en stafmedewerker facilitaire zaken Lilian van Tiggelen met architect Richard van Rijen van VVR Architecten en Onderwijsinrichtingsspecialist Robert Aret van Presikhaaf Schoolmeubelen. Leon: “Ik vind dat je de geschiedenis van de school mag laten zien. Daarom is nieuwbouw voor ons geen optie, maar je wilt wel dat het onderwijs goed gefaci­liteerd wordt. We zijn bewust met het oudste deel begonnen, dat de status van Rijksmonument heeft. Het was zowel functioneel als technisch

sterk verouderd. We wilden dit gebouwdeel ook gebruiken om meer ruimte aan onze leerlingen van het basisonderwijs te geven. Hier is de school ooit begonnen en hier begin je als je net van de basisschool komt; een mooie gedachte. Deze school is ontstaan uit het 19e-eeuwse denken en ontwikkelt zich naar een vorm waarbij de leerling de eigen leerroute vormgeeft en de docent daarbij helpt. Vanuit onze visie zijn we al jaren bezig het onderwijs te flexibiliseren en te personaliseren en natuurlijk ervaar je dan dat de ruimte begint te

“We vinden ervarings­ gericht leren belangrijk en dat doen we door de wereld naar binnen te brengen”

vlnr Richard van Rijen, Robert Aret, Lilian van Tiggelen en Leon de Rond

60

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

knellen. Wij willen onze leerlingen helpen om hun talenten te ontwikkelen en dat kan hier op heel veel gebieden, van kunst, sport en bewegen tot wetenschap en techniek en internationalisering. Daar hoort een uitdagende leeromgeving bij.” COÖPERATIEF LEREN “Ons onderwijsconcept is vooral geënt op coöperatief leren met een gepersonaliseerd tintje,” legt Leon uit, “we vinden ervaringsgericht leren belangrijk en dat doen we door de wereld naar binnen te brengen; leerlingen werken voor echte opdrachtgevers en zijn met vraagstukken over de wereld en het klimaat bezig. Daarmee leren ze op het eigen gedrag te reflecteren. Natuurlijk bieden we ook een degelijke basis met vakken als de talen, wis- en natuurkunde, waar ze gemiddeld drie dagen per week mee bezig zijn. In deze tijd van corona missen onze leerlingen het om elkaar te ontmoeten en samen aan het werk te zijn. De leerkracht kan prima online lesgeven en je kunt online ook goed in groepjes werken en aan de klas presenteren, maar echte interactie is beter en leuker. Het gepersonaliseerde leren zie ik wel digitaal worden. Ze krijgen vanuit de methode zo snel feedback vanuit


BOUW EN INRICHTING

de computer, dat lukt een docent nooit. Het creërende leren blijft op school alsook het coachen naar het goede niveau. Maar zelfs in deze tijd leren kinderen veel, we weten alleen nog niet wat. Ik zie bijvoorbeeld dat ze voor zichzelf opkomen. Zo vond een aantal leerlingen dat de toetsweek te snel kwam. Er waren nog te veel vragen over de stof en ze hadden tijd nodig om weer te acclimatiseren. Daarmee partici­peren ze in de organisatie van het onderwijs. Dat vind ik sterk.”

PROJECTINFORMATIE Project Transformatie eerste fase van RSG ’t Rijks in Bergen op Zoom Opdrachtgever Stichting RSG ‘t Rijks Inrichting Presikhaaf Schoolmeubelen Interieurarchitect Annemieke Tijsseling - Presikhaaf Schoolmeubelen Onderwijsinrichtingsspecialist Robert Aret - Presikhaaf w Architect Richard van Rijen - VVR Architecten Aannemer Bouwgroep Schrijver Akoestiek Ecophon BVO 3.000 m² Ingebruikname

GESCHIEDENIS ZICHTBAAR Richard: “Ik zag meteen de potentie van dit gebouw. Het geheel is een verzameling gebouwen waarbij de vernieuwde hoofdentree de laatste grote ingreep was. Het oude deel grenst aan die entree, maar was op een onlogische manier verbonden. De bovenste verdieping van het oude deel was prachtig, maar vooral in gebruik als archief en rommelzolder met hier en daar wat getimmerde lokaaltjes. De hoofdstructuur bestond uit allemaal gesloten cellen, met op de verdiepingen lange gesloten donkere gangen met aan weerszijden lokalen; daar was sinds 1882 niets meer aan veranderd. Ik heb het hele gebouw open gemaakt met respect en behoud van het monumentale karakter en toch grote lichte ruimten gecreëerd. Op de zolder hebben we een volwaardige extra verdieping gemaakt met een nieuwe trappenpartij en een lift. Deze mooie hoogte krijg je in nieuwbouw nergens meer, dus ik heb hem helemaal benut. Tussen telkens twee lokalen hebben we nissen gemaakt waar je geconcentreerd of in groepen kunt werken.” Leon knikt: “We zochten een architect die mee kon denken in onze visie op onderwijs. Ik vond goede ideeën belangrijker dan alleen referenties. In Etten-Leur had Richard een heel mooi ontwerp gemaakt dat ons aansprak.”

1 maart 2021 Stichtingskosten e 5 mio excl. btw (inclusief renovatie, restauratie, onderhoud en inrichting)

GENTLE TOUCH Lilian: “Veel leerlingen reizen elke dag ver om hier te komen en vaak willen ze na schooltijd nog even blijven werken of chillen. In de mediatheek kunnen

ze stil werken en in de aula hun brood opeten, maar we misten een goede ruimte. Kenmerk van onderzoekend en ondernemend leren is dat leerlingen graag samen aan een project willen werken.” Richard: “En daar hebben we onder andere de zolder voor gebruikt; we hebben de ruimte opengelaten en mooie zichtlijnen gecreëerd. Er valt prachtig licht vanuit het noorden en de bestaande dakkapellen en we gebruiken kunstlicht om het aan te vullen. Wij hebben de hoofdkleuren van alle ruimtes bepaald en daar heeft interieurarchitect Annemieke Tijsseling van Presikhaaf Schoolmeubelen met haar inrichtings­ tekeningen mooi op ingespeeld. Als voorbeeld hebben wij de vloeren van de lokalen en leerpleinen bepaald, met een mooie afwisseling van marmoleum en een warme parketprint. Annemieke heeft daar weer karpetten op bedacht die in kleur mooi aansluiten maar tevens plekjes aanduiden in het grote geheel. De ruimte is transparant en open, maar het geluid is erg goed.” Robert vult aan: “In de zolderruimte hebben we voor verschillende soorten hoge en lage meubels, statafels of juist lekkere banken gekozen en zelfs voor stoelfietsen. Het is een omgeving die leerlingen uitdaagt om actief aan de slag te gaan. De achterliggende idee is dat de verschillende elementen stimuleren om te bewegen; wanneer je met z’n allen iets met plezier doet leidt dat tot een veel beter resultaat.” In de verschillende lokalen die grenzen aan de open werkruimte zie je telkens andere opstellingen van driehoekstafels met centraal een tafel voor instructie aan enkele leerlingen en apart een kleine werkplek voor de docent. Richard: “En omdat er een open verbinding is met de gang, het aangrenzende lokaal via een doorzicht in de muur en de twee ruimten voor docenten is er natuurlijk toezicht.” Leon knikt: “In zo’n open ruimte waarin je kunt werken en ontspannen moet je afspraken met elkaar maken, zodat het werkbaar blijft. Wanneer je je verwachtingen naar elkaar uitspreekt heb je geen muren nodig. Dat is geweldig om te ervaren. Deze eerste transformatie bevalt op alle gebieden goed en van daaruit gaan we de komende jaren de school verder aanpakken.” Kijk voor meer informatie op www.schoolmeubelen.com.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

61


Tekst Sibo Arbeek

NIEUWBOUW MARIA MONTESSORI RADBOUD UNIVERSITEIT

Verbinden en verbondenheid Het nieuwe Maria Montessorigebouw van de Faculteit der Sociale Wetenschappen van de Radboud Universiteit in Nijmegen heeft een blauwe en groene vleugel, die door de bruine brug verbonden wordt. De kleuren zijn gebaseerd op de kleur van de ogen en vormen het DNA van de sociale wetenschappen, waarbij interactie en het kijken naar mensen de essentie zijn.

F

PROJECTINFORMATIE Project Nieuwbouw Maria Montessorigebouw Radboud Universiteit in Nijmegen Opdrachtgever Radboud Universiteit Inrichting Eromesmarko Architect Inbo Aannemer

acilitair manager Esther Huijs ontvangt ons in één van de zes nieuw ingerichte huiskamers: “Dit is de huiskamer van de medewerkers. Het is een multifunctionele lounge ruimte, waar je kunt ontspannen en koffiedrinken, maar ook je scherm kunt koppelen aan een device. Achter een flexibele wand staan een keukenunit en kluisjes; de volledig glazen wand biedt uitzicht op een prachtig leerplein. Kortom, een fijne plek, waar medewerkers elkaar kunnen ontmoeten. Het leidende thema in dit nieuwe gebouw is dan ook verbinden en verbondenheid. Dat misten we in de oude situatie. Renovatie van de oude gebouwen was mede daarom geen optie, want we wilden onderwijs en onderzoek bij elkaar brengen.

Inbo

OPEN HUISKAMERS Esther verder: “De uitdaging van de architect was om een gebouw van 25.000 m² te ontwerpen dat zich

Ingebruikname November 2020

62

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

naar de glooiing van het gebied zou voegen, waarbij hij de oude jachtlijnen moest volgen. We liggen hier in een bosrijke omgeving met vleermuizen, vossen, spechten en grote vogels. Hij koos voor een laag en transparant gebouw in een S-vorm, waarbij een brug de twee vleugels als natuurlijke armen verbindt. Het complex bestaat uit twee delen van vier en vijf verdiepingen hoog. Met zowel onderwijsruimtes en collegezalen als kantoren in de twee gebouwen bevinden alle sociale wetenschappen zich straks voor het eerst onder één dak, voor zo’n 1.275 medewerkers en 5.200 studenten. Het grand café met de grote bar is het centrum van het gebouw. Daaromheen vind je verschillende zitplekken met tafels, stoelen en banken. In openheid, maar ook in knusse hoekjes. Onze medewerkers en studenten zijn van de grijze, gesloten, ouderwetse en donkere gebouwen van Thomas van Aquino en Spinoza naar een open, transparante en moderne leer- en werkomgeving


BOUW EN INRICHTING

verhuisd. Docenten en onderzoekers hebben eigen kantoren, maar ook open huiskamers. Net als de studieverenigingen. We hebben wat meer meters voor ontmoeting, die een positief effect hebben op onderwijs en onderzoek, en minder meters voor onderwijs en kantoren gemaakt, hoewel die verhouding zich nog moet uitkristalliseren omdat veel medewerkers nog thuis werken.” BINDING Aan tafel zitten verder projectmanager Robert ten Wolde en directeur Jeroen ter Weeme van Eromesmarko. Robert: “Wij mochten voor al het meubilair zorgen, behalve in het grand café.” Esther knikt: “We hebben een mantelcontract met drie bedrijven. Voor deze opgave hebben we een minicompetitie georganiseerd waar Eromesmarko als beste uit kwam door hun visie over duurzaamheid. Je treft hier een combinatie van nieuwe meubels en meubels die hergebruikt zijn. Maar je ziet en merkt het verschil niet. We zijn al in 2015 met het programma van eisen begonnen. Het hele proces door hebben we geprobeerd om verschillende groepen bij het ontwerp en de inrichting te betrekken; hoogleraren, onderzoekers, docenten, studenten en overige medewerkers. We wilden dat de sociale wetenschappers op een zachte manier het gebouw zouden ervaren met meubilair dat ze samen met ons hebben uitgezocht. Studenten gaan natuurlijk weer weg, maar als je ze niet betrekt mis je een stuk van de beleving en dus van het DNA van de faculteit.” MOCKUPS EN PROEFOPSTELLINGEN Robert: “De interieurarchitect Maarten Hooijmeijer van Inbo was verantwoordelijk voor de inrichting en tot op product niveau van de keuze van het meubilair. Zodoende ontstond een lijst van producten waar we in de fase van gunning mee aan de slag zijn gegaan. Welke meubels zijn nog goed en kunnen we refurbishen en welke meubels gaan we

“We wilden hele aan­ trekkelijke ontmoetings­ plekken maken, maar ook plekken om te werken en te vergaderen”

nieuw plaatsen? Je weet aan de voorkant niet wat je tegen­komt. We hebben ook een ruimte met mockups en proefopstellingen ingericht en mensen gevraagd op een briefje te zetten wat ze ervan vonden. Ze hebben het mogen uitproberen, hoe het zit en hoe het staat, zelf mogen ervaren hoe het voelt om het meubilair met de hand te bedienen, of als het elektrisch verstelbaar is. Ergonomisch gezien is elke werkplek te verstellen zoals de medewerker dat wil. We hebben stoelen opnieuw gestoffeerd, nieuwe bladen in bureaus gelegd en de ladenblokken een nieuwe look gegeven. Zo hebben we een scan gedaan om de bestaande ladenblokken van nieuwe folie te voorzien, zoals in de uitvraag vermeld stond. Dat kon technisch gezien, maar was kwalitatief niet de juiste oplossing en was minder duurzaam. Dus hebben we ervoor gekozen om een nieuw blad op het ladenblok te plaatsen. De roldeurkasten hebben een zijkant met magneetvilt gekregen zodat ze als prikbord gebruikt kunnen worden. Veel werkplekken hadden meubels met een aluminium frame; die zijn lastig over te spuiten en hebben we zo gelaten.” AANTREKKELIJKE PLEKKEN Esther knikt: “We wilden hele aantrekkelijke ontmoetingsplekken maken, maar ook plekken om te werken en te vergaderen. Onze hoogleraren en onderzoekers moesten hun eigen vertrouwde kantoren achterlaten, maar kregen er een prachtig en vooral ook duurzaam gebouw voor terug, met nieuw meubilair maar ook met duurzaam hergebruikte meubels. Onze medewerkers hebben nog steeds hun eigen werkplek, maar we hebben wel gekozen voor wat kleinere bureaus met daarbij losse vergadertafels. Zo hebben we ook wat minder ruimte voor opslag gegeven. Dat was lastig om uit te leggen, want medewerkers beschouwen hun persoonlijke geschiedenis als onderdeel van het werk, waardoor een eigen plek echt een particuliere thuiswerkplek was geworden. Dat is in het nieuwe gebouw minder

vlnr Robert ten Wolde, Jeroen ter Weeme en Esther Huijs

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

63


dan niet te veel meubels in de weg staan, zodat ik flexibel ben. Ik verwacht toch dat medewerkers voor een deel ook thuis blijven werken; hoewel ik bijna dagelijks hoor dat ze het contact met de studenten en collega’s missen. Online leren gaat goed, maar het echte contact is toch leuker. Er moet een balans komen tussen de digitale wereld en de werkelijke wereld. De lijn tussen privé en zakelijk vervaagt steeds meer.”

geworden. Hoewel er veel minder gedigitaliseerd is dan ik had gedacht; mogelijk zit daar ook een grens aan en houden we ook een papieren werkelijkheid. Ze mochten meubilair dat over was mee naar huis nemen en dat kwam goed uit in deze periode.” FLEXIBEL Esther: “Nadat Eromesmarko de gunning had ge­ kregen brak corona uit. Dat betekende dat we een risicoanalyse moesten doen, zonder dat je weet hoe de toekomst eruitziet. Dat heeft druk op het proces gelegd. Om die reden hebben we minder meubels besteld. We hebben 800 medewerkers met 800 werkplekken, waarvan ik er 600 heb aangeschaft. Misschien tijdelijk, met als gevolg dat we straks weer een bestelling moeten doen wanneer de anderhalve meter niet meer aangehouden hoeft te worden. Maar ik ben er eigenlijk wel blij mee. Er gaan dingen veranderen en je gaat op een andere manier in een gebouw werken. Hoe weet ik nog niet, maar ik heb

64

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

MOOISTE PLEK Jeroen: “Duurzaam is ook dat wij een echt Nederlands bedrijf zijn. Alle meubels worden in Nederland geproduceerd en we leveren ook een positieve bijdrage aan het verminderen van CO2-uitstoot, doordat de transport afstanden zeer minimaal zijn. Daarnaast stimuleert de universiteit ook nog eens de regionale economie.” Robert knikt: “Je kunt bij ons letterlijk zelf in de keuken kijken en bepalen hoe je inrichting op productniveau vorm krijgt. Dat kwam hier goed uit, want veel oplossingen zijn maatwerk.” “Dat heeft zeker ook meegewogen,” reageert Esther, “de universiteit kijkt steeds meer naar duurzaamheid om een bijdrage aan een betere wereld te leveren. Kijk alleen naar deze bosrijke omgeving, die duurzaamheid ademt. Dat zie je ook terug in dit energie neutrale gebouw met de circulaire paneelwanden van rijstvliesjes en het vele hout binnen. Wanneer je boven in het gebouw staat kijk je op de kruinen van de bomen en waan je je in het bos. Dat is de mooiste plek.” Kijk voor meer informatie op www.eromesmarko.nl.


ONDERWIJS HUISVESTING. Leren in een fijne omgeving Bekijk onze projecten op

huisvesting.buko.nl

ON T W E R P • R E A L IS AT IE • OND ERHOU D

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

65


Tekst Sibo Arbeek

NIEUWBOUW EBEN HAËZER IN LEERBROEK

Landelijk gebouw met een toekomstwaarde Scholieren uit Leerbroek starten september 2022 in een gloednieuw gebouw, dat energieneutraal is en goed past in de landelijke omgeving. Halverwege dit jaar wordt begonnen met de bouw.

W “De school gaat als het even kan voor nul op de meter. Dan gaat het niet alleen over energie, maar ook over in­ clusie, toe­ gankelijkheid en verkeer en toekomst­ waarde”

66

SCHOOLDOMEIN

ethouder Tirtsa Kamstra-van Dam is trots op de nieuw te bouwen Eben Haëzerschool, waar ze samen met Derrick Flach van BM van Houwelingen, architect Ard Flipse van RoosRos Architecten en procesmanager Jan Roelofs van Penta Rho graag over vertelt. Tirtsa: “We hebben als gemeente een duurzame ambitie. Vorig jaar zomer hebben we ons Duurzaam Integraal Huisvestings Plan Onderwijs (DIHPO) vastgesteld. We streven naar scholen die energieneutraal gebouwd worden, wanneer dat binnen de kaders past. Het oudste gedeelte van de basisschool Eben Haëzer was meer dan 60 jaar oud en het gebouw voldeed niet meer aan de eisen die het moderne onderwijs aan schoolgebouwen stelt. Toen wij het plan Slagboom ontwikkelden was er naast de dertig te bouwen woningen ook plek voor een nieuwe school voor ongeveer 200 leerlingen. In het plan is de bijdrage van de schoolbesturen ook opgenomen, zodat we een Total Cost of Ownership benadering kunnen toepassen. Het schoolbestuur werkte daar graag aan mee.” Jan: “Dan gaat het niet alleen over energie, maar ook over inclusie, toegankelijkheid en verkeer en toekomstwaarde. De school is aan het onderzoeken of zij zelfs tot nul op de meter kunnen gaan. De school zelf heeft contact gelegd met een organisatie voor kinderopvang, die ook een plek in het gebouw krijgt. We bouwen het gebouw zo dat het later eventueel ook uitgebreid kan worden.”

mei 2021

MOOIE ORIËNTATIE Het Inkoopbureau midden-Nederland (IBMN) heeft een tender voor de architect en aannemer georganiseerd. Daar kwamen uiteindelijk BM van Houwelingen en RoosRos Architecten uit. Ard: “Wij hadden een duidelijke visie op de opgave. Het is een spannende plek met een mooie oriëntatie op het landschap aan de ene kant en de kerktoren aan de

zijde van het dorp. Het was duidelijk dat de sfeer van het blauwgroene landschap en het mooie lijnenspel onderdeel van het ontwerp moesten zijn. We hebben gezocht naar beeldkenmerken die passen bij de dorpse uitstraling van Leerbroek en dat komt terug in het warme metselwerk, het strakke hellende dak en de dakkapelletjes die er uitspringen.” Jan knikt: “We wilden een gebouw dat in het dorp past. Ook in die zin moest het een gebouw met toekomstwaarde worden dat over veertig jaar nog steeds te mooi is om af te breken. Daarom pakken we nu ook de omgeving van de school aan, waar kinderen kunnen spelen, maar ook de natuur ontdekken.”


BOUW EN INRICHTING

PROJECTINFORMATIE Project Nieuwbouw Eben Haëzerschool Leerdam Opdrachtgever Gemeente Vijfheerenlanden Aannemer BM van Houwelingen Architect RoosRos Architecten Procesmanager Penta Rho BVO 1.550 m² Stichtingskosten € 4.800.000,- inclusief btw

AFGEWOGEN CONCEPT Derrick: “Wij zijn als bouwteamaannemer na het voorlopig ontwerp aangeschoven. Een vraag was hoe we met duurzaamheid omgaan. Het gesloten bodemenergiesysteem vormt in combinatie met de isolerende schil van het gebouw de basis voor een afgewogen concept, dat ook recht doet aan het ontwerp. De aanvullende energieopwekking met zonne­panelen met zeer groot vermogen zorgt voor een volledig energieneutraal of mogelijk energieleverend gebouw. Daarnaast hebben we ruimte gecreëerd om een accu te plaatsen om de energie op te slaan die de school met de zonnepanelen opwekt en vervolgens weer voor de eigen energiebehoefte kan gebruiken. Of we van deze optie gebruik maken beslissen we aan het eind van het bouwtraject.” Ard: “We hebben samen gekeken hoe we het optimum tussen beeldkwaliteit en technische kwaliteit konden bereiken. Wij hebben het ontwerp op hoofdlijnen uitgewerkt, maar de detail engineering aan Derrick overgelaten. Zo is het geen standaard gemetseld gebouw, maar een hout­ skelet opbouw die beter past bij het ontwerp en de vraag om een adaptief ontwerp te maken.”

Start bouw Augustus 2021 Ingebruikname Zomer 2022

TRADITIONEEL MAAR FLEXIBEL Ard: “Het is een school met een traditionele opzet en klassikaal onderwijs. Toch sluit de school niet uit dat er in de toekomst groepsoverstijgend gewerkt gaat

worden. Daar hebben we in de plattegrond rekening mee gehouden door telkens twee lokalen te koppelen aan een tussenruimte. In die ruimten kunnen zogenaamde klus- en plusleerlingen zelfstandig werken, maar de pedagogisch medewerker kan er ook rustig gesprekken voeren. Drie lokalen vormen een onderwijscluster en grenzen aan een ontmoetingsplein. Zo kan de school zich van klassikaal naar klassikaal + tot een leerplein ontwikkelen, zonder dure bouwkundige aanpassingen; het is een kwestie van een wandje dat verdwijnt. Daarnaast hebben we op de begane grond het atelier, de keuken en de teamkamer naast elkaar gelegd. De keuken is professioneel ingericht en zowel de kinderen als de leerkrachten kunnen er gebruik van maken. De focus in het ontwerp ligt daardoor meer op het ontmoeten dan op het presteren. De grote ontmoetingsruimte grenst aan het speellokaal en de open hal. De school heeft niet gekozen voor een grote tribunetrap; een eenvoudige trap leidt de leerlingen naar het cluster voor het midden- en de bovenbouw op de verdieping. Op de begane grond liggen de lokalen voor de onderbouw, de drie kleuter­ lokalen en het speelplein, dat weer gekoppeld is aan het grote ontmoetingsplein. Dat was de wens van de school, die een grote ruimte wilde kunnen maken voor ontmoetingsavonden en voorstellingen.” Kijk voor meer informatie op www.bmvanhouwelingen.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

67


Tekst Sibo Arbeek

HET NIEUWE GYMMEN IN ROTTERDAM-ZUID

Leren, spelen en bewegen tegelijkertijd De eerste echt interactieve en innovatieve gymzaal in Nederland ligt in de KBS Elisabethschool in Rotterdam-Zuid. Dat wilde Schooldomein met eigen ogen zien. De zaal combineert een interactieve Pulastic® Ledcourt® met het Lü projectiesysteem waardoor kinderen al spelend bewegen en leren.

O

p uitnodiging van Bonne Maat en Product Engineer Pulastic Daan Roelvink van Sika spraken we in de nieuwe zaal in de KBS Elisabethschool in de wijk Charlois in Rotterdam Zuid met vakleerkracht bewegingsonderwijs Kim Akkermans en haar collega Tim Schox. Tim: “Deze school telt ongeveer 300 leerlingen en is een echt oud kruipdoor sluipdoor schoolgebouw van zeker 50 jaar oud. Het bestuur RVKO met 67 scholen onder zich voert een actief beleid rond bewegend leren en besloot daarom de verouderde gymzaal tot een innovatieve zaal te transformeren. Naast de kinderen van de school zelf maakt ook de Pabo Thomas More gebruik van de zaal, waar toekomstige leerkrachten hier hun minor gym doen.” Kim: “Dat werkt als een olievlek, omdat die leerkrachten allemaal op scholen van RVKO gaan werken. Vanuit onze werkgroep ‘RVKO leert bewegen(d)’ willen we leerkrachten van alle RVKO-scholen stimuleren om meer met bewegen met de klas te doen. Daarom

Martin Langendoen geeft instructie

68

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

willen we hier op school innovatiemiddagen gaan organiseren. Dat gaat hier goed, want naast de zaal van de Elisabethschool ligt een grote wijkspeeltuin met toestellen waar kinderen lekker kunnen spelen en bewegen tijdens de pauze.” BEWEGEND LEREN De net gepensioneerde Martin Langendoen was als vakleerkracht bewegingsonderwijs op de Pabo Thomas More één van de kartrekkers van de innovatieve gymzaal in de Elisabethschool. Martin: “Met het bestuur van de RVKO bezochten we al in 2018 samen met onze contactpersonen van Sika een Pulastic®


BOUW EN INRICHTING

“Dit is overigens de eerste Pulastic® Ledvloer gecombi­ neerd met het Lü systeem in Nederland”

Ledcourt® in Friesland. Wij waren meteen enthousiast en we zijn we allemaal trots op deze gymzaal van de toekomst die de leerlingen supertof vinden.” De reis ging ook naar Brussel om verschillende projectie­ systemen te bekijken. Uiteindelijk koos de school voor het projectiesysteem Lü, waarbij door middel van een beamer een interactieve projectie wordt geprojecteerd. Tim: “De Lü is een interactief systeem op de wand, waarmee je al spelend kan rekenen of schrijven. Ook staan er allerlei tools in om je gymles interactief te maken, zoals een basket, voetbaldoel en scorebord. Je kunt er kleuren en muziek onder zetten, waardoor het voor kinderen enorm stimulerend werkt. Het voordeel van de interactieve ledcourt is dat je via de aangesloten computer de lijnen aan kunt doen die je nodig hebt. Zo zijn er ruim 30 variaties waaruit de leerkracht kan kiezen.” Kim knikt: “We merken dat de les meer aansluit bij de belevings­ wereld van de kinderen. In groep 3 zijn we bijvoorbeeld met hoofdletters bezig, waarbij kinderen een bal op de letters bij een afbeelding van een dier moeten gooien. Een kind dat goed in spelling is, wordt zo de held van de klas. Je krijgt hele leuke samenwerkingen die je anders niet hebt. We zien dat de afstand tussen leren en bewegen minder wordt.” CIRCULAIR “Dit is overigens de eerste Pulastic® Ledvloer in combinatie met het Lü systeem in Nederland,” legt Daan uit, “we hebben samen over het ontwerp van de zaal nagedacht, omdat Lü een projectiewand nodig

PROJECTINFORMATIE Project Innovatieve inrichting gymzaal Elisabethschool Opdrachtgever schoolbestuur RVKO Ontwerp Leveranciers in samenwerking met het team Sportvloer ledcourt Sika Pulastic® i.s.m Lumenart Pulastic Soundwall Sika Pulastic® ism Metro XL Projectiesysteem Lü Ingebruikname

vlnr Daan Roelvink, Bonne Maat, Kim Akkermans, Tim Schox

heeft. Daar moet je dan geen wandrekken of baskets monteren. Zo hebben we ook verschillende spellen van Lü afgestemd op de positie van de ledlijnen op de vloer. Dat maakt het ook mogelijk in verschillende zaaldelen met andere activiteiten bezig te zijn. Dat levert uiteindelijk een hele frisse gymzaal op, met een strakke vloer met een volledig geïntegreerde en interactieve ledbelijning. Daarnaast is de speciale wandbekleding in de gymzaal ook aangebracht door Sika. Deze Pulastic® Soundwall wandbekleding heeft de hoogste akoestische geluidsreductie die momenteel realiseerbaar is en is bovendien zacht, daardoor valbeschermend. “De muren nemen het geluid op en dat geeft een rustiger gevoel tijdens de lessen,” zo geeft Kim aan, “een veelvoorkomend probleem in zalen zonder dergelijke wandbekleding geeft grotere kans op gehoorschade.” “Verder kun je de zaal met nagenoeg elke denkbare print aankleden op het speciale doek van de Pulastic® Soundwall,” vult Bonne aan; “het is bovendien een circulair product; aan het einde van de levensduur kan de Pulastic® Soundwall eenvoudig worden gedemonteerd en hergebruiken we het materiaal in andere producten.” Het is een geweldig gezicht om in een donkere zaal dat verlichte lijnenspel te zien. Bonne: “Er is niet één concept ledvloer. Samen met de opdrachtgever en gebruikers bepaal je wat het beste past. Hier hebben we bijvoorbeeld voor een grijstint vloer gekozen, omdat je dan het meeste contrast hebt met de ledlijnen. Kim tenslotte: “Een kind moet na 20 minuten stilzitten weer kunnen bewegen. Uit onderzoek van het Mulier instituut blijkt ook dat als kinderen met bewegen tijdens het leren, meer verbindingen aanleggen in de hersenen en hierdoor cognitief beter kunnen worden. Overigens is deze geweldige gymzaal onder andere wel de reden dat ik hier ben komen werken.” Bonne: “Het mooiste compliment dat je als fabrikant en leverancier kunt krijgen, samen met de blije gezichten van de sportende kinderen in deze unieke zaal.”

September 2019

Kijk voor meer informatie op www.pulastic.sika.com.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

69


Tekst Sibo Arbeek

SLIMME INDELING MARMOLEUM VERBINDT ESTHETISCH MET FACILITAIR

Een vloer moet zowel mooi als praktisch zijn De geraffineerde kleuren uit de Marmoleum collectie van Forbo verhullen zand, stof en vuil op een onopvallende manier. Ideaal voor scholen. Als de leerlingen eenmaal binnen zijn, zijn de vloeren immers niet meer brandschoon. De ene Marmoleum kleur camoufleert vervuiling wel meer dan de andere kleur.

O

m hier meer inzicht in te geven, heeft Forbo haar hele Marmoleum collectie met meer dan 200 items ingedeeld in vijf oplopende stappen van vuilverhulling. Deze genuanceerde en praktische rangschikking zorgt voor een betere verbinding van facilitaire met esthetische waardes. Segmentmanager Onderwijs Marieke Meulman en senior designer Marmoleum Tamar Gaylord van Forbo Flooring lichten het hulp­middel toe: “De keuze voor de kleur van een vloer is belangrijk in scholen. Het ontwerp van de architect is een logisch gevolg van de visie van de opdrachtgever. De kleur en het type vloer vormen ook het podium voor de rest van de inrichting. Wat we vervolgens regelmatig zien is dat een facilitair- of huisvestingsmanager oordeelt dat de keuze voor een kleur vloer onvoldoende praktisch is en een negatief effect heeft op het schoonmaakbudget. Vervolgens ontstaat een lastige discussie met de architect, die een andere kleur voor de vloer moet zien te vinden die wel aan de facilitaire eisen voldoet. Op die manier gaat een hoop energie en

Collegezaal TU Delft, Marmoleum 3860 Silver Shadow (vuilverhullingsgradatie 2, zeer licht vuilverhullend)

70

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

enthousiasme verloren en ligt er uiteindelijk een vloer die bij intensief gebruik wellicht minder snel vervuild oogt, maar ook minder goed in het oorspronkelijke concept past. Het facilitaire argument wint het van het esthetische argument.” EEN DUIDELIJK KADER Marieke: “Met dit nieuwe concept willen we school­ directies, adviseurs en architecten al in de fase van het Programma van Eisen helpen een kader te scheppen als het de kleurkeuze van Marmoleum betreft. Door de mate van vuilverhulling van kleuren en dessins als uitgangspunt te nemen kan al in een vroeg stadium worden nagedacht welke vuilverhullingscategorie in welk deel van het gebouw gewenst is. In een entree zone is het vuilaanbod meestal hoger dan op de verdiepingen. En wellicht zijn er plekken in het gebouw waar juist alle gebruikssporen zichtbaar moeten zijn uit hygiënisch oogpunt. In het Programma van Eisen is het nu mogelijk de vuilverhullingscategorie per gebouwdeel te om­schrijven en wordt een duidelijk kader geschept waar de ontwerper mee aan de slag kan.” VIJF CATEGORIEËN Tamar: “Met een team aan experts vanuit Forbo hebben we op een andere manier dan we gewend zijn naar alle 200 kleuren van onze collecties Marmoleum Marbled, Linear en Solid gekeken. Normaal zijn ze ingedeeld naar kleur en structuur, maar nu hebben we beoordeeld op de mate waarin ze vervuiling camoufleren. We hebben onze collectie ingedeeld in vijf oplopende stappen van vuilverhulling. In de definiëring van het begrip ‘vuilverhullend’ zijn we uitgegaan van gemiddeld vuil. Dan kom je uit op een wat bruin-grijzige midden toon. Alle vervuiling die heel licht of heel donker is zal wel wat meer opvallen. De mate van vuilverhulling wordt bepaald door de kleur en de intensiteit van het dessin. We hebben voor onze vloeren vijf categorieën gekozen, waarbij de eerste categorie de minst vuilverhullende en de vijfde categorie de meest vuilverhullende is. Op vloeren in hele donkere en hele lichte effen kleuren


BELEVING EN BEHEER

Basisschool Veerkracht, Marmoleum 3702 Liquid Clay

Scholengemeenschap ISW, Marmoleum 5235 North Sea Coast

(vuilverhullingsgradatie 3, redelijk vuilverhullend)

(vuilverhullingsgraad 4, goed vuilverhullend)

Tamar Gaylord (l) en Marieke Meulman

fotograaf: Ossip van Duivenbode

is vervuiling het beste zichtbaar, die zitten dus in de eerste categorie. Een vloer met enige werking of een contrasterend patroon is al meer vuilverhullend. Bepaalde rood- en geeltinten zijn bijvoorbeeld minder goede vuilverhullers. Dit komt door het grote contrast met de bruin-grijstonen van vervuiling. De indeling van de Marmoleumcollectie in vijf oplopende stappen

vuilverhullingsgradatie 1

vuilverhullingsgradatie 2

vuilverhullingsgradatie 3

vuilverhullingsgradatie 4

van vuilverhulling is terug te vinden in het digitale stalenboek ‘Marmoleum Vuilverhullend’. Hierin kun je gemakkelijk de verschillende categorieën bekijken. In een klaslokaal van een basisschool past bijvoorbeeld een vloer uit categorie 4 en in een laboratorium ligt een keuze uit categorie 1 of 2 meer voor de hand. Uiteraard bepaalt de opdrachtgever de keuze, maar nu kun je veel beter een integrale afweging maken. Zo heb je hoger in het gebouw of voor bepaalde typen ruimten een lagere vervuilingsgraad en dan kun je uit een palet aan kleuren en structuren binnen een lagere categorie kiezen, terwijl je voor de entreezone met veel inloop voor een vloer eerder uit een hogere categorie kiest.” MARMOLEUM SOLID, EEN BREED SCALA AAN GRIJSTINTEN Marieke: “Onze Marmoleum Solid collectie met eigentijdse betonlooks is erg populair in het onderwijs. De brede reeks aan neutrale grijstinten vormen een door architecten zeer gewaardeerde basis voor het verdere ontwerp. Onderling verschillen de kleuren in mate van vuilverhulling maar dat is best lastig te beoordelen. Door deze nieuwe genuanceerde in­ deling wordt het voor architecten veel eenvoudiger om vanuit de gewenste grondtoon een grijstint te kiezen in de gevraagde vuilverhullingscategorie.” INTEGRAAL ONTWERP “Met deze tool kunnen adviseurs en architecten beter onderbouwd met een programma van eisen en een ontwerp aan de slag gaan,” legt Marieke uit; “daarbij kunnen ze in een vroegtijdig stadium rekening houden met de esthetische, functionele en facilitaire wensen van de opdrachtgever. Dat voorkomt dat je in een latere fase op basis van een mening of aanname over hoe gevoelig een vloer is weer opnieuw moet nadenken over het ontwerp in relatie tot het type vloer.”

“Met deze tool kunnen adviseurs en architecten beter onderbouwd met een programma van eisen en een ontwerp aan de slag gaan”

Scan de QR code voor meer informatie over dit onderwerp of neem contact op met Marieke Meulman, Segmentmanager Onderwijs: marieke.meulman@forbo.com.

vuilverhullingsgradatie 5

www.forbo-flooring.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

71


Tekst Sibo Arbeek

TRANSFORMATIE DE KORENAER IN STEVENSBEEK

Decentraal ventileren, beter leren De Korenaer in Stevensbeek is een school voor Voortgezet Speciaal Onderwijs en biedt onderwijs aan kinderen met gedrags- en ontwikkelingsproblemen. Het gebouw werd gerenoveerd en daar hoort een goed binnenklimaat bij met bijzondere aandacht voor de ventilatie.

PROJECTINFORMATIE Project Renovatie De Korenaer in Stevensbeek Opdrachtgever Gemeente Sint Anthonis Aannemer Gebr. Janssen Beugen

“D

e recente renovatie van de school was de aanleiding om het belang van een goede ventilatie te belichten, zeker nu de overheid subsidies vrijmaakt voor het verbeteren van het binnenklimaat in scholen. We merken dat de vraag naar goede ventilatiesystemen enorm is toegenomen. Iedereen wil het CO2 niveau terugdringen,” vertelt projectleider Marc Hendriksen van aannemer Gebr. Janssen Beugen. “Waarom nu deze verbouwing? Het oorspronkelijke gebouw is meer dan 50 jaar oud en werd in de loop van de tijd uitgebreid. Nu in het gebouw een nieuwe doelgroep ondergebracht wordt, dient het gebouw grondig gerenoveerd te worden. Onderdeel was het verbeteren van het binnenklimaat door onder meer

Ventilatieadviseur Airmaster Ingebruikname April 2021

72

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

een nieuwe, energiezuinige en stille ventilatieinstallatie aan te brengen. In de bestekfase zochten we een leverancier voor het ventilatiesysteem. Dat is Airmaster geworden, die we ook al van voorgaande projecten kennen en waar we goede ervaringen mee hebben.” DECENTRALE VENTILATIE Phillip Spencer Davies is projectadviseur bij Airmaster: “Wij bieden meer dan 25 jaar decentrale ventilatieoplossingen voor scholen aan. Het is niet evident om in een bestaand schoolgebouw een centraal ventilatiesysteem te plaatsen of om een bestaande installatie uit te breiden. De kosten lopen dan snel hoog op. Onze visie is een optimaal binnenklimaat


BELEVING EN BEHEER

moeten hoogstens twee keer per jaar vervangen worden. In tegenstellig tot centrale systemen zijn er geen kanalen die gereinigd moeten worden.”

creëren zonder daarbij het budget uit het oog te verliezen. Een decentrale ventilatie-installatie is een energiezuinige en flexibele totaaloplossing die in om het even welk type gebouw past. In ons assortiment zitten luchtgroepen van 150 m3/u tot 1200 m3/u, dus we kunnen voor zowel grote klaslokalen als voor kleine directielokalen of vergaderzalen een oplossing aanbieden. In De Korenaer werd in elk klaslokaal een decentrale ventilatie-unit AM 1000 geplaatst. Daar genieten de leerlingen alvast van een goede luchtkwaliteit en van een optimaal thermisch comfort.” FLUISTERSTILLE WERKING “Met een geluidsniveau van 33 dB(A) bij een luchtvolume van 950 m3/u voldoet de AM 1000 ventilatieunit ruim aan de eisen van Frisse Scholen B. Dat is zeker voor de leerlingen van De Korenaer van belang; een constante brom is hinderlijk voor kinderen die toch al prikkelgevoelig zijn. Om het geluidsniveau laag te houden wordt een techniek uit de vliegtuig­ industrie gebruikt, waarbij de geluidsbron wordt tegengewerkt door antigeluid. Airmaster is niet alleen de stilste in de klas, maar ook de stilste in zijn klasse!” IN EEN HANDOMDRAAI GEPLAATST Phillip verder: “Airmaster ventilatie-units zijn beschikbaar met muur-, plafond- en zij-aansluitingen en met combinaties hiervan. De AM 1000 wordt in vier aparte modules geleverd, waardoor hij gemakkelijk te vervoeren, te hanteren en te installeren is. Het systeem vereist geen kanalennetwerk en is in enkele uren tijd geplaatst. Twee gaten in het dak of de gevel voor de aan- en afvoer, het toestel ophangen en het toestel is bedrijfsklaar. Het is perfect mogelijk om tijdens een schoolvakantie een volledige school van een nieuwe ventilatie-installatie te voorzien. Nog een voordeel van decentrale ventilatie is dat deze installaties weinig onderhoud vragen. De filters

ONLINE PLATFORM “Airmaster heeft een eigen online platform voor bediening en beheer op afstand. De eindgebruiker heeft het in beheer,” legt Phillip uit, “maar kan bijvoorbeeld de aannemer toestemming geven om er mee te werken. Het onlinesysteem geeft aan wanneer er onderhoud nodig is en registreert gegevens zoals het CO2 niveau en het energieverbruik. Het systeem past ook binnen de doelstelling van de opdrachtgever om duurzaam te willen renoveren. Door de installatie continu te monitoren, kunnen parameters aangepast worden om zowel de werking als het energieverbruik te optimaliseren. Op deze manier garandeert Airmaster voldoende frisse lucht voor elk kind zonder dat de energie­ rekening hoog oploopt.” Meer weten over de decentrale ventilatie-oplossingen van Airmaster? Neem dan een kijkje op www.airmaster-bv.nl.

“De kinde­ ren van De Korenaer en natuurlijk ook de docenten ervaren nu een fijne en vooral gezonde leer­ omgeving”

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

73


Tekst Jessica van Horssen

STRUCTUREEL INVESTEREN IN SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING

Juist nu! In de maand maart tikten we het 1-jarig jubileum van corona in ons land aan. Een moment voor bezinning. Ouders, leerkrachten en kinderen hebben enorm moeten schakelen om te zorgen dat het onderwijs van kinderen doorgang kon vinden. Maar hoe gaat het nu eigenlijk met de sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen en wat kunnen scholen en onderwijsprofessionals doen om hier extra vorm aan te geven?

U

it onderzoek van het Emma Kinderziekenhuis Amsterdam UMC blijkt dat de mentale gezondheid van kinderen en jongeren achteruit is gegaan in tijden van de coronacrisis. De kinderen en jongeren zijn tijdens de eerste lockdown in april ondervraagd en de uitkomsten zijn vergeleken met de uitkomsten van 2018. Hieruit blijkt dat de kinderen en jongeren meer slaapproblemen, boosheid, somberheid en angstgevoelens ervaren dan ervoor. Daarnaast voelen zij zich minder gezond. 90 procent van de ondervraagden geeft aan dat zij negatiever in het leven staan vanwege de corona maatregelen. De onder­ zoekers benadrukken dan ook het belang om de mentale gezondheid van onze jeugd goed te bewaken in deze tijd. Tegelijkertijd heeft de overheid bekend gemaakt dat er extra geld beschikbaar komt voor scholen om achterstanden weg te werken. Er wordt hierbij voornamelijk gesproken over het wegwerken van cognitieve achterstanden zoals op het gebied van taal en rekenen. Maar wordt er ook nagedacht over de sociaal-emotionele achterstanden van deze kinderen? Juist in deze tijd is het zo belangrijk om te werken aan zaken zoals weerbaarheid, emotionele en psychische gezondheid en een gevoel van veiligheid. Want

74

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

Carlos Platier Luna, entertainer Schooljudo

wanneer kinderen goed in hun vel zitten, nemen hun cognitieve vaardigheden ook toe. Het is dus belangrijk om op verschillende lagen ondersteuning te geven. 4 TIPS OM WEERBAAR TE BLIJVEN Wil je zelf actief bezig zijn om te werken aan de weerbaarheid van jezelf, je naasten en de kinderen in jouw omgeving? Dan hebben wij hier nog een aantal tips! 1 Herken signalen van stress Stress heeft invloed op je manier van denken, je emoties (gevoelens), je lichaam en je gedrag. Het is belangrijk om erop te letten of je stress ervaart, zodat


BELEVING EN BEHEER

zijn ook talloze boeken geschreven die je hierbij kunnen ondersteunen. Voor de hele kleine kinderen is er bijvoorbeeld Het Kleurenmonster en voor de oudere kinderen is er het boek Superkrachten voor je hoofd. 3 Ontspan lichaam en geest Ontspan je lichaam en geest: probeer rustig te ademen en ontspan bewust je spieren. Wat hierbij kan helpen: yoga, mindfulness, wandelen, muziek luisteren, lezen, puzzelen of creatief bezig zijn. En natuurlijk onze online Schooljudo lessen!

je er iets aan kunt doen. Kijk ook naar je kinderen of leerlingen om te zien of zij stress ervaren. Maak het vooral ook bespreekbaar. Deze signalen kunnen erop wijzen dat je last hebt van stress: • Denken: snel afgeleid zijn, moeite hebben met concentreren, vergeetachtigheid. • Emoties: moeilijk kunnen ontspannen, prikkelbaar zijn, somberheid, angst. • Lichaam: vermoeid of juist heel energiek zijn, gespannen voelen, rusteloosheid, zweten, sneller schrikken, hoofdpijn, verminderde eetlust, slaapproblemen. • Gedrag: je afzonderen, moeite hebben om taken af te maken, in ruzies of discussies betrokken raken. Bespreek met kinderen hoe zij merken dat zij stress hebben en maak er bijvoorbeeld een mooi werkblad van. 2 Accepteer emoties en praat er over Probeer emoties te accepteren in plaats van te onderdrukken. Praat over je gevoelens en zorgen met anderen. Geef jezelf en anderen hierin ruimte. Leer je kinderen ook dat het oké is om emoties te hebben. Maak het bespreekbaar binnen de klas of je gezin. Er

4 Positief blijven Maak een lijst van dingen die wel goed gaan, die je hoop geven en waar je dankbaar voor bent. Doe dit samen met kinderen zodat ook zij zien welke dingen er allemaal nog goed gaan. Blijf ook vooral leuke dingen doen met elkaar. Ga er op uit, de natuur in of ga samen stoeien in de woonkamer of de klas. ONLINE SCHOOLJUDO LESSEN Wij willen graag het onderwijs en ouders helpen door in de aankomende periode enkele hele praktische handreikingen te doen. Zo is de eerste online Schooljudo les al een feit. Op 17 februari liet Entertrainer Rex met Leah (7 jaar) zien hoe je thuis veilig kunt stoeien. Deze lessen zijn ideaal en geschikt voor kinderen thuis, op school, of de combinatie tussen ouders en kinderen. Maar net zo goed voor alle kinderen op de naschoolse opvang.

“Probeer emoties te accepteren in plaats van te onderdrukken”

Scan de QR code om naar

De lessen zijn gratis toegankelijk voor iedereen vanaf vier jaar en vinden tweewekelijks plaats op de woensdagmiddag. De eerste les was op 31 maart en was in samenwerking met Carlos Platier Luna, winnaar van Expeditie Robinson. De lessen zijn ook perfect te gebruiken door gymdocenten of groepsleerkrachten tijdens hun lessen.

onze website te gaan:

Schrijf je in voor de lessen via: www.schooljudo.nl/online-lessen.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

75


Tekst Sibo Arbeek

Schone lucht en een beter binnenklimaat De slimme CO2-meters van AurAir werken naadloos samen met de krachtige luchtreinigers van Philips om de luchtkwaliteit binnen scholen beter te bewaken en verder te verbeteren.

H

et beste bewijs lever je op de plek waar het getest is en gebruikers inmiddels ervaring hebben opgedaan. Vandaar de ontmoeting met directeur Corine Flapper, leerkracht Justin Vos en Frans Wauters op de Delteykschool in Werkhoven. Frans is commercieel directeur bij AurAir en actief betrokken bij de samenwerking met Philips: “We zochten een school waar we in de praktijk onze combinatie van producten konden testen. Een plek waar mechanische en natuurlijke ventilatie al werd toegepast en waar we konden testen of we daarbovenop merkbare toegevoegde waarde konden bieden. Niet in een stabiele laboratoriumomgeving, maar in een echte school, vol kinderen. Dat werd de Delteykschool, onderdeel van de in Houten gevestigde Katholieke Scholenstichting Fectio.” DRIE PIJLERS “De focus op gezonde lucht en het belang hiervan is in deze tijd sterk toegenomen,” legt Frans uit; “mede

door de SUVIS-regeling is iedereen met schone lucht en ventilatie bezig. Bij het optimaliseren van binnenlucht kwaliteit denken wij zelf in drie lagen. De eerste laag wordt gevormd door de ingebouwde mechanische ventilatiesystemen. Die systemen zijn soms statisch en soms dynamisch. De tweede laag is natuurlijke ventilatie, wat betekent dat leerkrachten ramen en deuren openzetten. Het probleem is dat ze dat op gevoel doen. Vooral de wat meer kwetsbare docenten voelen zich in deze tijd onzeker en dus gingen de ramen al snel (te) veel open. Toen de winter­periode aanbrak hoorden we dat de stook­ kosten soms verdubbelden vergeleken met de kosten van vorig jaar. De derde pijler is luchtzuivering. Ventileren is verse lucht naar binnen halen, zuiveren is (fijn)stof en allergenen uit de lucht verwijderen. De Philips luchtreiniger gebruikt daarvoor drie filters; het voorfilter vangt de grootste stofdeeltjes, het actieve-koolstoffilter verwijdert schadelijke gassen en onaangename geurtjes en het HEPA-filter vangt ultrafijne deeltjes zo klein als 0,0003 micron op. Zo wordt 99,97%* van het fijnstof, bacteriën, pollen en allergenen verwijderd. METER EN LUCHTREINIGER Corine knikt: “Natuurlijk willen we dat onze kinderen en medewerkers in een gezonde schoolomgeving leren en werken. Ik merkte dat mijn leerkrachten rond Covid-19 meer aandacht kregen voor de luchtkwaliteit in de klas en ik had behoefte aan iets objectiefs. Onze lokalen zijn niet overdreven groot en herbergen al gauw ruim 25 kinderen. Toen Frans ons vroeg om als pilotschool mee te doen was ik gelijk enthousiast. We kozen als pilot groep 8; dat is een volle klas met dertig kinderen.” Frans: “Dat was het meest uitdagende lokaal om te testen en te meten, met de meeste en bovendien oudste kinderen. In dit lokaal hebben

* Van de lucht die door het filter stroomt, getest met NaCl-aerosol door IUTA volgens DIN71460-1. Getest op de filtermedia middels eenmalige doorvoer met een luchtstroom van 5,33 cm/s, door een onafhankelijk laboratorium.

76

SCHOOLDOMEIN

mei 2021


BELEVING EN BEHEER

vlnr Corine Flapper, Justin Vos, Frans Wauters

we de CO2-meter van AurAir via Wifi verbonden met een krachtige luchtreiniger van Philips. De Philips luchtreiniger heeft drie standen; de nachtstand, de actieve stand en de turbostand. De reiniger wordt hierbij trapsgewijs aangestuurd door de AurAir meter. Dus als om half 9 dertig kinderen het lokaal binnen komen en het CO2 gehalte omhoog gaat, stuurt de meter de luchtreiniger volautomatisch aan naar de actieve (automatische) stand.” VERBINDEN MET ELKAAR Justin Vos is de leerkracht van groep 8: “Vroeger ventileerde ik op gevoel, nu op basis van de meter. De kleuren zijn zo makkelijk dat kinderen die vooraan zitten kunnen meekijken. Ze attenderen wanneer de cijfers geel worden en de kinderen die bij het raam zitten helpen mee door de ramen zelf open te doen. Ik hoef steeds minder bij te sturen en heb het op deze wijze eigenlijk in mijn klas geautomatiseerd. De kinderen vinden het ook interessant en zijn zich meer

bewust van het belang van schone lucht. Het fijne is dat ik nu zelf veel minder met het binnenklimaat bezig hoeft te zijn. Door de combinatie van de meter en de luchtreiniger weet ik dat wanneer nodig, de lucht automatisch wordt gezuiverd.” Frans knikt: “We hebben hier op school een klas met de luchtreiniger en een klas zonder de luchtreiniger getest en zien in de praktijk dat de luchtkwaliteit ook echt schoner wordt. Om de paar weken moet de leerkracht wel even het voorfilter schoonmaken. De luchtreiniger geeft zowel op het display als in de app aan wanneer dit nodig is. Je staat er verbaasd van om te zien hoeveel stof zo’n luchtreiniger nog vangt.” Corine: “We hebben het systeem nu in het lokaal van groep 8 getest, maar

“De meter helpt ons gerichter om te gaan met natuurlijk ventileren en daarnaast wordt de lucht door de combinatie van de meter en de luchtreiniger automatisch extra gezuiverd wanneer nodig” willen het in alle lokalen. Ik merk dat de leerkrachten het ook graag willen.” “En een gezonde luchtkwaliteit draagt bij aan de leerprestatie van de kinderen,” stelt Justin, “ik merk dat kinderen minder last van hoofdpijn hebben, waardoor zij zich ook beter kunnen concentreren.” Kijk voor meer informatie over de Philips luchtreinigers op www.philips.nl en voor meer informatie over de CO2-meters op www.aurair.nl.

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

77


Tekst Sibo Arbeek Fotografie Buro Kade

NIEUW BEROEPSCOLLEGE NOORDERLICHT TRANSPARANT

Ontdekken, leren en doen In de kamer van directeur Thijs Remmers van het Amsterdams Beroepscollege Noorderlicht praten we met architect Michael Bol van Buro Kade, Leander Woltinge van Stichting ZAAM en Tony van Zon van VELUX Commercial over de transparante nieuwbouw van het Amsterdams Beroepscollege Noorderlicht.

“O

p deze locatie bood het Waterlant Beroepscollege onder onze rechtsvoorganger een doorlopende leerlijn vmbo-mbo aan,” opent Leander. “Bij de vorming van ZAAM hebben we dit project rond 2012 weer opgepakt, met als doel op deze locatie een nieuwe vmbo-school te bouwen. We hebben nog gekeken of we het casco van het deel hoogbouw van het oude gebouw konden behouden maar dat bleek toch lastig voor het onderwijsconcept; het was een naar binnen gericht gebouw. Het doel was om een

78

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

kleinschalig en vooral ook transparant gebouw te maken, dat beter was afgestemd op de onderwijsvisie van de school.” Thijs: “Dit Beroepscollege is ontstaan uit een fusie van het Rosa Beroepscollege en het Waterlant College IJdoorn. De Rosa was de laatste meisjesschool van Nederland. We bieden hier vmbo-basis, kader en de nieuwe leerweg aan. Onze ongeveer 500 leerlingen kunnen uit de profielen Zorg en Welzijn, Economie en Onder­ nemen en (technologische) Diensten en Producten kiezen. We zijn echt een school voor Noord, dat een


BELEVING EN BEHEER

status aparte in Amsterdam is. Het stadsdeel kent ruim 80.000 inwoners en het is hier normaal dat je dicht bij huis naar school gaat. We zijn echt een multiculturele school en een afspiegeling van de buurt. Onze kinderen hebben aandacht nodig en daarom bieden we een omgeving met veiligheid en structuur en begeleiden we ze intensief in hun leerloopbaanontwikkeling. Ze kunnen hier ontdekken, leren en vervolgens doen.” VERSCHILLENDE HUISJES Michael: “De school bestaat uit meerdere typologische gebouwen of huizen waarin de lokalen en kantoren zich bevinden. Deze gebouwen zijn zo gepositioneerd dat de tussenruimte gebruikt kan worden als ontmoetingsplek. Het is in feite een compositie van kleine ‘scholen’ gekoppeld door een praktijkplint. De uitdaging was om het kleinschalige ons kent ons van Rosa te verbinden met het grootschalige van IJdoorn. Het ontmoeten vindt centraal plaats in het atrium. Verder hebben we niet gekozen voor een centrale grote trap, maar voor drie verschillende trappen, die bescheiden van maat zijn en op het centrale hart

“De licht­ straten vormen het dak van de huisjes waardoor de kleinschalig­ heid wordt geaccen­ tueerd en een heel erg transparant schoolhart ontstaat”

uitkomen. Dat maakt ook dat de looplijnen kort zijn en leerlingen niet massaal met elkaar geconfronteerd worden. De begane grond leest zich als een winkel­ centrum waar alle praktijkruimten zich als een etalage manifesteren met daarboven de theorie­lokalen. De lichtstraten vormen het dak van de huisjes waardoor de kleinschaligheid wordt geaccentueerd en een heel erg transparant schoolhart ontstaat. Ik wilde een dorpshart creëren, waar het elkaar ontmoeten centraal staat. Naast de centrale entree vind je de receptie, zorg en welzijn, het restaurant, de kapper en pedicure, maar ook vitrines en in een apart huis de beide gymlokalen.” Thijs: “Wij noemen de trappen stairway to heaven, omdat het dak vooral uit lichtstraten bestaat. Het lijkt op een basiliek, waarbij het middenschip van de kathedraal helemaal van licht is.” OVERZICHTELIJK GEBOUW Michael: “De centrale entree is helemaal van glas. Zo is een prachtig symmetrisch patroon ontstaan en voegt het gebouw zich naar de woningen in de om­ liggende wijk. De lichte kleur van de plint is doorgetrokken, waarbij we voor de bovenlaag van elk huis een ander gekleurde baksteen hebben gebruikt. De binnenzijde kent een doorlopende lichte gekaleide plint. Dat is een speciale schildertechniek voor het bewerken van een gevel. Alleen gebruik je hierbij geen verf maar een kaleimengsel, dat bestaat uit gebluste kalk, water en zand. Door de prominente entreepartij maakt het gebouw verbinding met de omgeving. Het nodigt uit om binnen een kijkje te komen nemen.” Thijs knikt: “De buurt was niet altijd tevreden met de vorige school. Het oude gebouw had ook geen uitnodigende entree. Het nieuwe gebouw is juist een heel overzichtelijk gebouw waarbij we het toezicht goed kunnen organiseren. Dat maakt dat we weer een goede naam hebben gekregen. Er is een nieuwe cultuur ontstaan, zowel bij de leerlingen als de docenten. We hebben in de fase van het programma van eisen veel avonden voor de buurt georganiseerd,

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

79


daglicht van boven vereist wel een bewuste keuze aan de voorkant. Een glasdak is duurder en vergt qua klimaatbeheersing de nodige aandacht. We hebben de balans gezocht tussen de grote raampartijen en natuurlijk daglicht van boven. De afweging was natuurlijk ook om een gesloten gebouw te maken of een gebouw met een licht atrium en het gevoel dat je binnen buiten staat, waardoor er een hele natuurlijke ontsluiting ontstaat.” Tony: “Je ziet hier geen modu­ laire lichtstraat, maar een glazen roedensysteem DC Easy. JET BIK is sinds kort onderdeel van VELUX Commercial. Wat je hier ziet is een customer made systeem met een aluminium frame en zonwerend glas, waarbij de verschillende lichtstraten geopend kunnen worden.” Leander: “Vanwege dat lichte en

PROJECTINFORMATIE Project Nieuwbouw Amsterdams Beroepscollege Noorderlicht Opdrachtgever Stichting ZAAM, Interconfessioneel Voortgezet Onderwijs, in samenwerking met de Gemeente Amsterdam Architect Buro Kade Lichtstraten VELUX Commercial Aannemer Lokhorst Bouw en Ontwikkeling Bruto vloeroppervlakte 6.500 m² (inclusief twee gymzalen) Stichtingskosten € 12,2 miljoen (inclusief btw) Ingebruikname Augustus 2017

om praktische problemen te inventariseren.” Michael knikt: “Het was voor iedereen vanaf het begin wel duidelijk dat het een transparant gebouw moest worden waarbij je vanuit de plaza de beroeps­praktijk mocht laten zien. Dat uitgangspunt stond soms haaks op de privacy van de doelgroep. Het is deels een kwetsbare populatie leerlingen, daar moet je in het ontwerp rekening mee houden. Bijvoorbeeld in de ruimte voor de kapper, waarbij niet alle meisjes in het zicht geknipt willen worden. Dan moet je dus met handige roomdividers werken.” Thijs: “Het gebouw is helpend geweest om het goed te beheersen. Het is een plezierig gebouw, dat licht en transparant is maar ook overzichtelijk. Het werkt dempend op alles wat zou kunnen gebeuren.” OPEN EN TRANSPARANT Tony: “Door de hoeveelheid daglicht door de ramen en de lichtstraten is het een open en transparant gebouw geworden. Dergelijke kapsystemen versterken de filosofie van het gebouw.” Michael: “Kiezen voor

80

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

transparante atrium hebben we ook flink moeten puzzelen over de brandwerendheid. Je vindt hier een combinatie van compartimentering en een sprinkler­ installatie. Er is ook vanuit onderwijskundig oogpunt veel te zeggen voor zo’n groot atrium, maar het zijn dure meters. Gelukkig hebben we het nog in de goede tijd kunnen aanbesteden en zit er veel techniek in het gebouw. Zo hebben we met SDE+ subsidie zonnepanelen op het dak gelegd en is er een wko-opslag. Volgens mij was dit de eerste energie neutrale school in Amsterdam.” Michael: “We hebben er hier voor gekozen om rustige basiskleuren en materialen te gebruiken, ook om een prikkelarme omgeving te maken. Je moet je een school eigen maken en dan komt de kleur vanzelf. Bovendien is kleur heel tijdelijk en wilde ik een tijdloos gebouw maken, dat daardoor goed in de omgeving blijft passen. Dat maakt het ook heel duurzaam.” Kijk voor meer informatie op VELUX commercial – Glazen overkapping - daglicht in het gebouw.


Column

Geef elke dag het beste van jezelf voor de klas met:

Wijze lessen Twaalf bouwstenen voor effectieve didactiek

HIER KOM IK WEG De wortels die we moeten koesteren om tot bloei te komen

Hét boek voor de VO-docent. www.tenbrinkuitgevers.nl/wijze-lessen

Geborgenheid

TBU19_Adv Wijze lessen 1/4.indd 1

Thuiskomen in de wereld

€ 24,95

NIEUW

Te bestellen via www.tenbrinkuitgevers.nl

14-11-19 11:53

Hoe kunnen we zorgen voor een vruchtbare bodem voor een optimaal opvoed- en onderwijsklimaat? De nieuwste technologische, bouwkundige en sociaal pedagogische inzichten worden ingezet om zo’n klimaat te bereiken. Als wethouder onderwijs zie ik dagelijks hoe die inzichten een bijdrage leveren. Maar om onze jeugd echt te laten groeien en tot bloei te laten komen, is een omgeving waar zij kunnen wortelen, een must. Daar werken we dagelijks aan. Een leven lang leren is het doel van ons allemaal: een onzekere reis zonder vooraf vastgelegde eindbestemming. De enige zekerheid is, waar je vandaan komt, of zoals we in Drenthe zeggen: waar je weg komt. Ondertussen wordt die reis zelf beïnvloed door steeds hippere devices, nieuwe sociale media en influencers. Het gevoel van ontworteling wordt daardoor aangewakkerd. Er is een gebrek aan rust, geborgenheid en stabiliteit; elementen waar thuis, vrije tijd en school in zouden moeten voorzien. De geconstrueerde omgeving van nu versterkt het gevoel dat we te gast zijn in een immense en vluchtige wereld. Terwijl we juist graag deel uit willen maken van een gemeenschap die dichtbij en waardevol is, in een wereld die geborgenheid biedt. En die geborgenheid kunnen we een plek geven in nieuw te bouwen scholen of sportparken. Daar kan het verhaal van de gemeenschap verteld worden. Zo kan het verhaal van vroeger een waardevolle betekenis krijgen. Hoog tijd om samen met de gebruikers te bouwen aan authentiek, cultureel erfgoed. Om toekomst en verleden letterlijk een plek te geven. Het zijn de wortels die we moeten koesteren om de lokale gemeenschap te laten bloeien. Zodat jong en oud weten waar ze weg komen en daar de vruchten van kunnen plukken. Erjen Derks | Wethouder Gemeente Midden-Drenthe

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

81


colofon Schooldomein Magazine voor de perfecte leef-, leer- en werkomgeving sinds 1988. Schooldomein verschijnt zes keer per jaar. Op internet: www.schooldomein.nl. Uitgever Schooldomein is een uitgave van Schooldomein Relaties en Ten Brink Uitgevers Redactie Sibo Arbeek, Natascha Bruinstroop, Brenda Breems Vaste medewerkers Adri Pijnenburg, Anje Romein, Kees Rutten (fotografie),

6

no.

en Martine Sprangers (fotografie). Redactieraad De redactie en de partners van Schooldomein onder voorzitterschap van Edward van der Zwaag. Redactieadres Postbus 59112, 1040 KC Amsterdam, tel 06 82548370 E-mail: info@schooldomein.nl Arrangementen partners Schooldomein.

Oscar Romeroschool Rotterdam

Voor het plaatsen van artikelen, advertenties of advertorials in het magazine Schooldomein, kunt u contact opnemen met Brenda Breems van Schooldomein Relaties, Postbus 59112, 2014 BT Amsterdam, telefoon

Exploitatie als beleving van de plek en omgeving Het volgende nummer van Schooldomein ligt begin juli in de bus en kent als thema ‘Exploitatie als beleving van de plek en omgeving’. Een gezonde exploitatie ging vroeger over een sluitende business case, tegenwoordig gaat het over beleving en fijne plekken om elkaar te zien en activiteiten te delen.

06-82548370, brenda.breems@schooldomein.nl. Voor de online activiteiten van Schooldomein (website en sociale media) kunt u contact opnemen met Natascha Bruinstroop, natascha@fizz.nl. De advertentietarieven en arrangementen van Schooldomein vindt u op www.schooldomein.nl. Abonnementen Betaling, opgave, abonnement, opzegging en adres­ wijziging kunt u doorgeven aan Administratie Schooldomein, Postbus 1064, 7940 KB Meppel, tel (085) 27 36 36 7, e-mail: sdo@tenbrinkuitgevers.nl. Schooldomein verschijnt zes keer per jaar in controlled

Een greep uit de artikelen:

circulation voor alle instellingen in het primair-, voortgezet-, middelbaar- (ROC’s) en hoger onderwijs (hbo en

• Groot interview Marij Veugelers: hoe ziet de leeromgeving van morgen eruit? • Verbinden en ontmoeten: Kerngroep onderwijs Gispen over haar visie op de inrichting van het leerproces. • Dr.-Knippenbergcollege/De Braak in Helmond: een vernieuwende en vooral transparante leeromgeving. • De Zeeraket in Almere: een bijzonder gebouw in een boskamer. Dat vraagt om een speurtocht. • Circulair renoveren: Hoe Windesheim een onuitwisbaar losmaakbare indruk achterlaat. • Ontmoeten op de campus: Waar de nieuwe looplijnen van de Universiteit Twente liggen. • Van 10 tot 14: dat vraagt om een inrichting die mee kan groeien. • Grafisch Lyceum Rotterdam: verbindend ontmoeten in een bijzonder gebouw. • Oscar Romeroschool in Rotterdam: onderwijsvrijheid door flexibele inrichting.

82

SCHOOLDOMEIN

mei 2021

wo). Elke instelling krijgt op instellingsnaam een exemplaar toegestuurd. Daarnaast krijgen alle gemeenten Schooldomein toegestuurd. Voor meerdere exemplaren alsmede voor abonnementen voor particulieren, instellingen en bedrijven geldt een abonnementsprijs van e 46,20 voor losse nummers e 8,20 incl. verzendkosten. Abonnementen kunnen schriftelijk tot uiterlijk 1 september van het lopende abonnementsjaar worden opgezegd bij de administratie van drukkerij Ten Brink. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch met een jaar verlengd. Productie Vormgeving en website: FIZZ | Digital Agency – fizz.nl Schooldomein wordt mede mogelijk gemaakt door een groot aantal partners. Een overzicht daarvan vindt u op pagina 5.


www.breedveld.com

HET INSPIRATIEBOEK 2015-2020 BEVAT:

Voor elke ruimte en functionaliteit maken wij naar wens een optimale ruimteverdeler. Eigen productie en Nederlandse degelijkheid maken BREEDVELD wanden duurzaam en gebruiksvriendelijk. Paneelwanden

Glaswanden

Schuifwanden

Vouwwanden

→ 540 pagina’s met prachtige foto’s en plattegronden → Een uniek tijdsbeeld van 5 jaar scholenbouw → 107 verhalen van opdrachtgevers en gebruikers met hun architecten, bouwers, adviseurs en inrichters → Trends en analyses binnen het primair en speciaal onderwijs, het vmbo en avo/vwo → Negen kenmerken voor ecologisch intelligente opdrachtgevers → Het eerste onderzoek naar de beleving van de werkplek door docenten → Een volledig overzicht van alle kosten, volumes en programma’s → Gelaagde voorbeelden van transformaties van bestaande scholen → Een beeldende gids voor de verduurzaming van gebouwen → Een ode aan de architectuur en innovatiekracht van opdrachtgevers Vermenigvuldig de mogelijkheden van uw ruimte door deze te delen met BREEDVELD paneelwanden. en marktpartijen Denk aan een klaslokaal waarin u twee groepen dankzij een mobiel wandsysteem zowel gemeenschappelijk

VERMENIGVULDIGEN door te DELEN

als apart kunt doceren. Wij delen in ieder geval graag onze verfijnde kennis en ons vakmanschap met u.

BESTEL SNEL!

Ook voor bijhorende bouwkundige oplossingen. Meer informatie: www.breedveld.com – T 0487 542888

Bestel het boek via tenbrinkuitgevers.nl/ Ruimte wordt waardevoller met Breedveld mobiele wanden samenwerken-aan-deschool-van-morgen


5

SCHOOLDOMEIN

no.

jaargang 33 Mei 2021

Ontwerpen om te verbinden en te ontmoeten

SPORTDOMEIN ZORGDOMEIN WIJKDOMEIN Magazine voor de perfecte leer-, werken leefomgeving

DEBAT BEWEGEND LEREN EN LEREN BEWEGEN Geest en lichaam horen bij elkaar

HET BELANG VAN DE KLETSBREDE TRAP De onverbiddelijke noodzaak van ontmoeten

OMZIEN NAAR DE ANDER Transformatie kloosterkwartier Veghel

IKC DE TWIJN VOL BEWEEGAANLEIDINGEN Omdat bewegen leuk is!


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.