le a i c ie e p S it
ed
VAKBLA D V & V N A M B U L A N C E Z O R G
JA A R G A N G 3 4 J U N I 2 0 1 3
Vakblad
Ambulancezorg
Special: V&VN Ambulancezorg op Venticare 2013 Ik voel me net een beginner Acute zorg in Caribisch Nederland: Bonaire Driemaal feest in Leiden Reanimeren vaak een kansloze missie Casus MMT: Een bijzondere inzet‌
w w w.a m bula ncezo r g.venvn.nl
X Series Introductie TM
Xtreem Klein, Licht en Krachtig X X X X X X
X X
X X X
X X
Klein Licht 4 kanalen Real-time CPR Feedback NIBD Volwassenen, pediatrische en neonatale toepassingen Microstream ® etCO 2 Volledig 12 kanaals ECG op scherm: statisch en dynamisch WiFi Bluetooth ® Masimo ® rainbow ® SET Sp0 2 /SpCO ®/SpMet ® 3 Invasieve (bloed) drukken 2 Temperatuurkanalen
Voor Meer Informatie Kunt U Contact Opnemen Met ZOLL Benelux, telefoon: +31 (0) 481 366 410 of bezoek www.zoll.nl of www.zoll.be Scan de QR Reader op uw iPhone, iPad of Android toestel.
© 2013 ZOLL Medical Corporation. All rights reserved. X Series and ZOLL are trademarks or registered trademarks of ZOLL Medical Corporation in the United States and/or other countries. All other trademarks are the property of their respective owners. Masimo, Rainbow, SET, SpCO, and SpMet are trademarks or registered trademarks of Masimo Corporation. Microstream is a registered trademark of Oridion Medical 1987 Ltd.
Colofon
Introview
Vakblad V&VN Ambulancezorg Is het officieel orgaan van V&VN Ambulancezorg en is inbegrepen bij het lidmaatschap
Behoren de ongeveer 450 meldkamercentralisten op de MKA (meldkamer ambulancezorg) tot een ‘uitstervend ras’? Gaan zij grotendeels vervangen worden door een beslissingsondersteunend of in het slechtste geval zelfs beslissingsbepalend digitaal uitvraagprotocol? Een systeem dat, bediend door callcentermedewerkers, de dienst uitmaakt en waarbij een verpleegkundige achtergrond als overbodige luxe wordt gezien? Op dit moment wordt er al volop geëxperimenteerd met dergelijke systemen.
Jaargang 34, Nummer 2, Juni 2013 Hoofdredacteur Gerard Pijnenburg Redactieteam Gerard Pijnenburg Thijs Gras Vaste medewerkers Vakgroepen V&VN Ambulancezorg Afd. communicatie V&VN Aanleveren kopij Zie voor voorwaarden en aanleverinstructies de website www.hulpdienstenonline.nl/ambu Uitgever Sdu Uitgevers: Roel W. Roos, Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, e-mail: r.roos@sdu.nl Bladmanagement drs. Karel Frijters, Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, e-mail: k.frijters@sdu.nl Servicepagina bij dit nummer Met onder meer informatie over advertentietarieven. Aanleveren kopij, en doorlinkservice naar de in de artikelen genoemde websites en contactadressen. Voor dit nummer zie: www.hulpdienstenonline.nl/Ambu1302 Of volg deze QR-code:
Abonnementen: (Ere)leden V&VN Ambulancezorg: gratis Opgave en adreswijziging leden: ledenservice@venvn.nl Overig: € 32,50 (excl. 6 % BTW, inclusief verzendkosten) Opgave en adreswijziging abonnement: Sdu Klantenservice, Postbus 20014, 2500 EA Den Haag, tel. (070) 378 98 80, fax (070) 378 97 83, e-mail: sdu@sdu.nl, www.sdu.nl/catlogus/tsambu
Waar komt deze relatief nieuwe stroming binnen het management die dit propageert toch vandaan nadat de laatste 10 à 12 jaar juist zoveel kwalitatieve en energieke stappen zijn gezet naar eenduidige bevoegdheid en bekwaamheid van de ‘Spin in het web’ die de verpleegkundige centralist is? Want daar is iedereen het wel over eens: de MKA is het startpunt van alle acute zorgprocessen, processen die meestal regulier en kleinschalig blijven en binnen de keten van de ambulancezorg worden afgehandeld. We zijn immers een zorgvoorziening. Soms, naar verhouding héél soms, wordt het iets groter en héél, héél sporadisch nog ietsje groter en wordt er samengewerkt met politie en/of brandweer. Dat is een andere werkelijkheid dan de werkelijkheid in Den Haag waar gedacht wordt dat ambulancezorg een veiligheidsvoorziening is zoals de brandweer en de politie in plaats van een zorgvoorziening met vaak individuele zorg op maat.
4
Opgave van advertenties Voor opgave van advertenties, voor vragen over combinatiekortingen bij multimediaal adverteren en voor overig mediakeuzeadvies kunt u zich wenden tot: I.S. Acquisitie tel.: 06-237 003 23 E-mail: info@is-acquisitie.com Internet: www.is-acquisitie.com
14
Column: Als vrijwilliger kom je nog eens ergens!
Triage Standaard op de Meldkamer Ambulancezorg Gelderland Midden
40
Veiligheidsregio pakt agressie integraal aan
Acute zorg in Caribisch Nederland: Bonaire
42
HBO-Medische hulpverlening zet in op kwaliteitsonderzoeken bij RAV’s
Ambulancezorg anno 2013 met terugblik
16
Kort nieuws
17
Venticare: dé vakbeurs voor de actute zorg!
29
Reanimeren vaak een kansloze missie
33
Van vaardigheidstraining naar het trainen van verkeersinzicht
36
Een bijzondere inzet…
Coverfoto: Rico Vogels www.fotorico.nl
Gerard Pijnenburg Hoofdredacteur
39
V&VN Ambulancezorg
8 De invoering van de Nederlandse 12
ISSN 2212 – 1714
De Open brief van de meldkamercentralisten in de vorige uitgave heeft de nodige discussie los gemaakt: dat is goed. Het ledenaantal van de vakgroep meldkamercentralisten van V&VN Ambulancezorg met liefde voor hun vak groeit en groeit: nog beter. Tijd voor gezamenlijke herbezinning over de (heilloos?) ingeslagen weg: het beste!
Inhoudsopgave
Vanwege de aard van de uitgave, gaat Sdu uit van een zakelijke overeenkomst; deze overeenkomst valt onder het algemene verbintenissenrecht.
© Sdu Uitgevers 2013 Op al onze producten zijn onze leveringsvoorwaarden van toepassing. Zie hiervoor onze website www.sdu.nl. Persoonsgegevens worden bewerkt voor de uitvoering van de (abonnements)overeenkomst en om u van informatie te voorzien over Sdu Uitgevers bv en andere zorgvuldig geselecteerde bedrijven. Indien u geen prijs stelt op deze informatie, kunt u dit schriftelijk melden bij Sdu Klantenservice. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden auteurs, redacteuren en uitgever geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten of onvolkomenheden.
Maar om even terug te komen op die nieuwe stroming binnen het management: ik kan niet goed achter de reden van deze bruuske ommezwaai komen. Is het dat er steeds meer gemotiveerde verpleegkundigen mét ambulance-ervaring uit het management vertrekken en daarmee plaats gemaakt wordt voor zakelijke managers zonder ervaring in de zorg? En dat er daardoor minder zicht komt op de zorgketen en de menselijke factor daarin? Er wordt gefluisterd dat er managers zijn die het liefst zoveel mogelijk aanvragen voor ambulancezorg gehonoreerd zien worden en daarnaast het liefst zoveel mogelijk neventaken aantrekken: ‘U belt, wij rijden. Zo groeit je bedrijf ’. En daarna komen de jaarlijkse branchecijfers van ‘Ambulances in-zicht’ op tafel om elkaar de loef af te steken. Zonder het besef dat cijfers alleen en zonder de context niets, maar dan ook niets, zeggen.
112-Vakdagen 11-12 en 13 juni Evenementenhal Gorinchem Bij deze editie van uw vakblad ontvangt u als abonnee een gratis registratiekaart t.w.v. € 20,--. Achterop deze registratiekaart vindt u het webadres van de registratieportal en de bijbehorende registratiecode. Na registratie ontvangt u uw persoonlijke entreebewijs per e-mail. Deze print neemt u mee naar de beurs. Deze geeft toegang tot de beurs, inclusief gratis parkeren, gratis gebruik van de garderobe en gratis hapjes en drankjes op de beursvloer.
AMBULANCEZORG 3
Mededelingen van Bestuur en Bureau
Voorwoord “Als je de richting van de wind niet kunt veranderen, verander de stand van je zeilen” (H. Jackson Brown)
De wind zit mee Op 19 april vond het regulier bestuurlijk overleg plaats van onze beroepsvereniging V&VN Ambulancezorg en troffen professionals elkaar binnen hun vakgroepen. Daar werd een nieuwe vakgroep i.o. verwelkomd: de vakgroep Zorgambulance. Deze maakt een nieuwe start om verpleegkundigen en verzorgenden binnen het vakgebied zorgambulance een ontmoetingsplaats te bieden. Hier kunnen kennis en ervaring worden uitgewisseld met als doel samen te werken aan verantwoorde zorg bij gepland niet acuut en geen risicovol ambulancevervoer. Een thema dat deze vakgroep gaat oppakken is het inventariseren van onderwerpen voor de evaluatie van het kwaliteitskader zorgambulance. Ze kunnen dus meteen aan de slag!
Bezoek
Venticare
Op deze dag was Koos Reumer, directeur Ambulancezorg Nederland uitgenodigd om met ons van gedachten te wisselen over diverse ontwikkelingen in en rondom de ambulancezorg, vooral de meldkamer en meldkamerinrichting. Tevens kon hij zelf een directe reactie geven namens AZN op de open brief “Zorgmelding van de toekomst” geschreven door de vakgroep meldkamercentralisten, zie hiervoor het vorig nummer.
Voor het eerst zal V&VN Ambulancezorg als partner op het “Venticare” congres aanwezig zijn en een inhoudelijk programma brengen voor ambulancezorgprofessionals. Op 6 en 7 juni ontmoeten we jou graag bij de stand van V&VN, of bij de inhoudelijke programma’s. Voor meer informatie wordt verwezen naar de inhoud van dit vakblad, onze website, de website van Venticare, de website van AZN. Met onze voorganger de VCHV, stichting Vakbeurs en Symposium worden afspraken gemaakt om o.a. de ambulanceonderscheiding voor de toekomst in ere te houden.
De heer Reumer heeft diverse ontwikkelingen toegelicht, onder andere over de samenvoeging van de meldkamers in een landelijke meldkamerorganisatie onder het ministerie Veiligheid en Justitie, de multi- intake en hoe de specifieke positie van de ambulancezorg als onderdeel van onze zorginstellingen wordt geregeld. Er werden diverse vragen beantwoord ook hoe we onze hoogstaande kwaliteit blijvend kunnen bewaken. De ontwikkelingen gaan razendsnel, er is sprake van veel bemoeienis van buitenaf. Het is tijd om de zeilen goed bij te zetten, goed samen te werken en als sector een eenduidig geluid te laten horen. AZN koerst voor de borging van meldkamersystemen vanaf nu op een zorgvuldig uitgezet traject waarin een club van “wijze mannen” wordt ingezet. Uiteraard zal V&VN Ambulancezorg voor de professionele inbreng bij dit dossier worden betrokken. Het was goed te zien dat uit alle vakgroepen professionals aanwezig waren en zich zeer betrokken toonden.
4 AMBULANCEZORG
Groei V&VN als onze ‘moeder’ organisatie mocht in mei haar 50.000e lid inschrijven. Een mooie bijkomstigheid is dat deze eer te beurt viel aan een ambulanceverpleegkundige uit de RAV Gooi en Vechtstreek. Deze verpleegkundige is tevens lid geworden van de afdeling Ambulancezorg. Dit is het resultaat van een collectieve inschrijving door de genoemde ambulancevoorziening. Een belangrijke stap om de professionele ontwikkeling en deskundigheid van professionals binnen deze dienst te ondersteunen. Inmiddels hebben ongeveer 50% van de ambulancevoorzieningen een collectieve inschrijving afgesloten. Hiermee wordt de inschrijving in het kwaliteitsregister V&V, deskundigheidsgebied ambulancezorg als professionele standaard voor alle
Sdu Uitgevers
Ambulancezorg
Dagelijks bestuur Voorzitter Albert van Eldik Secretaris Ina Bolt Penningmeester Vacant (tijdelijk door V&VN) Communicatie en PR Gerard Pijnenburg
Patiëntveiligheid De ambulancezorg is als volwaardige mobiele zorgsector aan de slag met de invulling van een continue patiëntveilige zorgomgeving, niet alleen op straat maar in alle werkprocessen op de MKA, in de ambulance, op ‘kantoor’ van de dagelijkse ambulancezorg. Het Programma Patiëntveiligheid, een gezamenlijk initiatief van AZN, NVMMA en V&VN Ambulancezorg loopt sinds 2010 vordert gestaag, wordt zichtbaar en merkbaar. We hebben als sector afspraken gemaakt over het concreet maken van patiëntveiligheid en de verbetering daarvan op verschillende niveaus en in beleid. Daarvoor zijn zes pijlers benoemd. In het afgelopen jaar is hierop een toolkit ontwikkeld. Aan één van de instrumenten van deze pijlers geven we in dit blad nu specifiek aandacht: De patiëntenkaart (zie verderop), één van de uitingen om te laten zien dat we de inbreng van patiënten belangrijk vinden bij onze dagelijkse veilige zorgverlening. In de volgende edities wordt aandacht geschonken aan andere ontwikkelde procedures zoals de procedure VIM, het veilig incidenten melden. Een ambulanceverpleegkundige, een -chauffeur en een centralist zullen over hun persoonlijke ervaringen vertellen en hun visie geven op patiënt veiligheid. Aan het eind van het jaar komen de eindresultaten van het patiënt veiligheidsprogramma in een uitgebreid artikel in beeld.
ambulancezorgverpleegkundigen een positieve impuls gegeven. Het voorwoord lijkt soms een opsomming van succesverhalen van de afdeling V&VN Ambulancezorg. Positief kijken naar ontwikkelingen geeft meer energie dan kijken naar de mindere resultaten of dossiers waar het moeilijk is om vorderingen te maken. Uiteraard zijn er ook moeilijke dossiers. Zo noemen we hier het initiatief om te komen tot eenduidig bekwaamheidsbeleid. We hebben er alle vertrouwen in dat er binnen afzienbare tijd een document ligt dat draagvlak heeft.
Juni 2013
dit nu ook allemaal activiteiten zijn die door onze beroepsvereniging worden ondersteund. Onze lange termijndoelen hebben we als V&VN Ambulancezorg vastgesteld in ons meerjarig strategisch beleidsplan en daarbij onze koers uitgestippeld. Niets lijkt hetzelfde te blijven maar er valt gelukkig voldoende te ontdekken. Ik nodig jullie uit om mee te doen aan de discussies, bestuur en vakgroepen van feedback te voorzien zodat we wind voelen. Wind mee of wind tegen, een periode van windstilte? Het maakt niet uit wanneer je de zeilen maar weet te bedienen.
Albert van Eldik, voorzitter V&VN Ambulancezorg
Het is ook lastig om als professional en als beroepsgroep om te gaan met veranderingen die de vertrouwde werkwijze bedreigen. Dan wordt het belangrijk om met alles wat je aan kennis, ervaringen en competenties hebt om jouw zienswijze aan te passen of de zienswijze van anderen te beïnvloeden. De wind zal daardoor niet van richting veranderen maar je kunt wel in staat zijn om jouw doelen op een andere wijze te bereiken. Dit kan zelfs nieuwe energie geven. Energie om mee te blijven doen aan landelijke discussies, het verbeteren van onze zorgverlening, blijvende aandacht voor patiëntveiligheid, werken aan nieuwe richtlijnen en protocollen, het meewerken aan onderzoek. Laten
AMBULANCEZORG 5
Samen werken aan uw veiligheid in de ambulance
Blijf rustig
Volg instructies en adviezen goed op
Geef alle informatie over uw gezondheidstoestand
Geef aan als u iets niet begrijpt
Meld het als de situatie verandert
Weet welke vervolgafspraken er zijn
6 AMBULANCEZORG
Sdu Uitgevers
Samen werken aan uw veiligheid in de ambulance Samen werken aan uw veiligheid in de ambulance Samen werken aan uw veiligheid in de ambulance
Blijf rustig Blijf rustig Blijf rustig Blijf rustig. Luister goed naar wat de centralist Blijf Luister naar watwat de centralist aan rustig. u vraagt: wat isgoed er gebeurd, zijn de Blijf rustig. Luister naar watwat de centralist aan u vraagt: wat isgoed er gebeurd, zijn klachten? Wat is uw telefoonnummer omde zo aan u terug vraagt: is er gebeurd, wat zijn de klachten? Wat is uw telefoonnummer om zo nodig tewat bellen? Meld specifieke medische klachten? ishartklachten, uw telefoonnummer om nodig terugWat te bellen? Meld specifieke medische informatie zoals epilepsie ofzo nodig terugzoals te bellen? specifieke informatie hartklachten, epilepsie of allergieën, wanneer ditMeld bekend is of te medische vinden informatie zoals of allergieën, wanneer dit bekend is of te vinden (bijvoorbeeld op hartklachten, polsbandje bijepilepsie pacemaker). allergieën, wanneer bekend is of te vinden (bijvoorbeeld op polsbandje bij pacemaker). Geef als dat kan ookdit informatie over (bijvoorbeeld op polsbandje bij pacemaker). Geef als dat kan ook informatie over medicijngebruik. Geef als dat kan ook informatie over medicijngebruik. medicijngebruik.
Geef alle informatie over uw Geef alle informatie over uw gezondheidstoestand Geef alle informatie over uw gezondheidstoestand Meld het gezondheidstoestand ambulanceteam wat er is gebeurd, wat Meld het ambulanceteam wat erisisvan gebeurd, wat de klachten zijn en of er sprake specifieke Meld het ambulanceteam watepilepsie, erisisvan gebeurd, wat de klachten zijnhartklachten, en of er sprake specifieke klachten, zoals de klachten zijn en of eren sprake is van specifieke klachten, zoals hartklachten, epilepsie, suikerziekte, allergieën medicijngebruik. klachten, zoals hartklachten, epilepsie, suikerziekte, allergieën en medicijngebruik. Overhandig eventueel een medicijnlijst. suikerziekte,eventueel allergieëneen en medicijngebruik. Overhandig medicijnlijst. Overhandig eventueel een medicijnlijst.
Meld het als de situatie verandert Meld het als de situatie verandert Meld het als de situatie verandert Het is belangrijk dat u aangeeft als er iets Het is belangrijk dat u aangeeft als erisiets verandert, bijvoorbeeld als er sprake van Het ispijn belangrijk dat u aangeeft als er verandert, alsDan er sprake van meer ofbijvoorbeeld misselijkheid. kan deisiets verandert, alsDan erhierop sprake meer pijn ofbijvoorbeeld misselijkheid. kan reageren. deis van ambulanceverpleegkundige meer pijn of misselijkheid. Dan kan de u ambulanceverpleegkundige hierop reageren. De ambulanceverpleegkundige vertelt ambulanceverpleegkundige hierop reageren. De ambulanceverpleegkundige vertelt u onderweg wat er gaat gebeuren. De ambulanceverpleegkundige onderweg wat er gaat gebeuren.vertelt u onderweg wat er gaat gebeuren.
Volg instructies en adviezen goed op Volg instructies en adviezen goed op Volg instructies en adviezen goed op Volg de instructies van de centralist goed op. Volg de instructies vanomgeving de centralist goed op. Zorg voor een veilige in geval van Volg de instructies vanomgeving deAls centralist goed op. Zorg voor een veilige in geval van agressie, verkeer, brand. u voor iemand Zorg voor een veilige in geval van agressie, verkeer, brand. u voor iemand anders belt, blijf dan inomgeving deAls buurt van de patiënt. agressie, verkeer, brand. u langer voor anders belt, blijf dan in deAls buurt van iemand dedan patiënt. Blijf rustig, wachten duurt altijd u anders belt,wachten blijf dan in de altijd buurtlanger van patiënt. Blijf rustig, dan uis, denkt. Wanneer eenduurt ambulance nietde nodig Blijf rustig, langer dan uis,op. denkt. Wanneer eenduurt ambulance niet nodig volg dan dewachten adviezen van altijd de centralist goed denkt. Wanneer een ambulance niet nodig volg dan dealtijd adviezen van de centralist goedis,op. U kunt ook (opnieuw) contact opnemen volg dan deuw adviezen van de centralist goed op. U kunt ook altijd (opnieuw) contact opnemen met 112 of huisarts. U kunt altijd (opnieuw) contact opnemen met 112ook of uw huisarts. met 112 of uw huisarts.
Geef aan als u iets niet begrijpt Geef aan als u iets niet begrijpt Geef aan als u iets niet begrijpt De ambulanceverpleegkundige meet zo nodig De bloeddruk, ambulanceverpleegkundige meet zo nodig uw zuurstof- en suikergehalte. Ook De bloeddruk, ambulanceverpleegkundige meet zo maken nodig uw zuurstof- en Ook kan de verpleegkundige eensuikergehalte. hartfilmpje uw lichamelijk bloeddruk, zuurstof- en suikergehalte. Ook kan de verpleegkundige een hartfilmpje maken en onderzoek uitvoeren. Als het kanlichamelijk deisverpleegkundige een hartfilmpje maken en onderzoek uitvoeren. Als het nodig dat u meegaat met de ambulance, kan en lichamelijk onderzoek uitvoeren. Als het kan nodig datuuinfuus meegaat met de ambulance, het zijnisdat en/of medicatie toegediend nodig isdat dat meegaat met de ambulance, kan het zijn uuinfuus en/of medicatie toegediend krijgt en wordt u op een brancard gelegd. het zijn u infuus en/ofbrancard medicatie toegediend krijgt endat wordt ueen op behandelplan een gelegd. Mogelijk wordt met u krijgt en wordt een brancard gelegd. Mogelijk wordt behandelplan u het besproken. Alsueen uop iets niet begrijpt,met vraag Mogelijk wordt behandelplan u het besproken. Als een u iets niet begrijpt,met vraag gerust. besproken. Als u iets niet begrijpt, vraag het gerust. gerust.
Weet welke vervolgafspraken er zijn Weet welke vervolgafspraken er zijn Weet welke vervolgafspraken er zijn Als u naar het ziekenhuis gaat, wordt u Als u naar het aan ziekenhuis gaat, wordt u overgedragen een arts of verpleegkundige. Als u naar hetuaan ziekenhuis gaat, wordt u overgedragen of verpleegkundige. Vraag het als ietseen nietarts begrijpt. overgedragen of verpleegkundige. Vraag het als uaan ietseen nietarts begrijpt. Vraag het als u iets niet begrijpt.
Deze kaart is gemaakt door de NPCF in samenwerking met Ambulancezorg Nederland. Deze patiëntveiligheidskaartDeze is gemaakt www.mijnzorgveilig.nl, een initiatief van de Patiënten Consumenten Federatie (NPCF). kaart isop gemaakt door de NPCF in samenwerking metNederlandse Ambulancezorg Nederland. Deze patiëntveiligheidskaartDeze is gemaakt www.mijnzorgveilig.nl, een initiatief van de Patiënten Consumenten Federatie (NPCF). kaart isop gemaakt door de NPCF in samenwerking metNederlandse Ambulancezorg Nederland. Deze patiëntveiligheidskaart is gemaakt op www.mijnzorgveilig.nl, een initiatief van de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF).
Juni 2013
AMBULANCEZORG 7
De invoering van de Nederlandse Triage Standaard op de Meldkamer Ambulancezorg Gelderland Midden
Ik voel me net een beginner! Sinds 18 februari 2013 is de Nederlandse Triage Standaard (NTS) op de Meldkamer Ambulancezorg (MKA) Gelderland-Midden operationeel: alle 112 meldingen worden getrieerd met de NTS. Wat betekent het voor de doorgewinterde centralist om met een nieuw systeem te gaan werken? Hoe kun je als management, opleider en NTS-coach hier het beste op inspelen? Door: Tessa Postuma
Sinds de invoering zijn we inmiddels 7 weken verder. Je zou als management kunnen stellen dat de centralist na deze periode wel bekwaam is in het werken met de NTS. Maar de praktijk laat iets anders zien. Hoe is het nou mogelijk dat je na 7 weken nog steeds niet bekwaam bent? De gespreksmethodiek is toch niet veranderd? Voor management, opleiders, NTS-coaches en centralisten is het belangrijk om te weten waardoor dit komt zodat men als team kan werken aan een succesvolle implementatie van NTS. Wanneer je samen dezelfde verwachtingen hebt dan worden de effecten van het leertraject ook groter (Kessels & Smit, z.d.). Weer beginner? Het vak dat de centralist tot de invoering van de NTS zonder problemen dagelijks uitvoerde is opeens moeilijk geworden. De inhoud of de methodiek van het 112 gesprek is niet veranderd, wel de werkwijze van invoeren in het systeem. Daardoor is de centralist uit zijn comfortzone gehaald. Hij moet nadenken
8 AMBULANCEZORG
bij elke handeling, dit kost concentratie en inspanning. Opeens is hij bewust onbekwaam. De centralist voelt zich een beginner. Het model van Maslow Hoe kan het dat ondanks dat de methodiek van het 112 gesprek niet is veranderd, de centralist zich een beginner voelt? Dat wordt duidelijk wanneer je dit benadert via het model van Maslow.
onbewust onbekwaam onbewust bekwaam
bewust onbekwaam bewust bekwaam
Model van Maslow: ‘De vier stadia van het leren’ Volgens dit model doorloopt de centralist vier fasen bij het aanleren van de NTS.
In de eerste fase (onbewust onbekwaam) is de centralist zich niet bewust van het ontbreken van vaardigheden. In de fase daarna (bewust onbekwaam), herkent de centralist het gebrek aan bekwaamheid met de NTS, maar heeft hij nog geen effectieve strategie om dit op te lossen. In de derde fase (bewust bekwaam) kan de centralist de NTS toepassen, maar dit vereist een grote mate van concentratie. In de laatste fase (onbewust bekwaam), heeft de centralist zich de NTS zodanig eigen gemaakt dat het toepassen ervan als het ware een tweede natuur is geworden, zonder dat het veel concentratie vraagt. Wanneer het management, de opleider en de NTS-coach inzicht hebben in deze fasen kan per fase een effectieve begeleidingsstrategie worden gekozen. Waarom is het nou zo moeilijk? Het is opvallend dat jongere en/of minder ervaren centralisten minder moeite lijken te hebben met het werken met de NTS. Lector leerstrategieën Sanneke Bolhuis: “Naarmate routines sterker zijn geworden kost het meer moeite om
Sdu Uitgevers
andere werk- en denkwijzen te leren omdat daarbij de gevestigde routines moeten worden afgeleerd” (Bolhuis, 2002). De centralist werkt al jaren op de meldkamer en voert zijn taken kwalitatief goed uit. Hij is bekwaam in het aannemen van 112-meldingen en werkt geroutineerd om de noodzaak en urgentie van de zorgvraag te bepalen. Volgens Maslow is de centralist onbewust bekwaam. En nu is hij opeens bewust onbekwaam. Dit geeft een onplezierig gevoel en maakt onzeker. Het is vooral bij deze groep centralisten van belang dat daar oog voor is en dat hierop wordt geanticipeerd door het management, de opleider en de NTScoaches. De NTS- coach De NTS-coach vervult een belangrijke rol. Op de werkvloer benadrukt hij dat het gebruik van de NTS aansluit bij de al bestaande kennis van de centralist en gebruikt controle en terugkoppeling tijdens het leerproces om de effectiviteit van de transfer te bevorderen. (Kallenberg, Grijspaarde van der & Braak ter,
Juni 2013
2009). De voorkennis van de centralist is enorm en hij werkt kwalitatief goed. Je hoeft hem het vak niet te leren. Het gaat erom dat de coach de centralist leert hoe de NTS in zijn werkwijze te integreren. Continue de centralist wijzen op hetgeen hij al kan, zal eventuele frustratie verminderen. De coaches vervullen daarnaast een voorbeeldfunctie (Knol, Teune & Knol, 2008). Dit wordt ook wel ‘modelling’ genoemd. De coach fungeert als voorbeeld voor de centralist.
“Naarmate routines sterker zijn geworden kost het meer moeite om andere werk- en denkwijzen te leren omdat daarbij de gevestigde routines moeten worden afgeleerd”
Maak het niet zo groot Om de centralist te motiveren moet de coach niet te hoge eisen stellen. De doelen moeten wel haalbaar zijn. Het beste leert de centralist namelijk in zijn zone van naaste ontwikkeling. Volgens Vygotsky bestaat de zone van naaste ontwikkeling uit het gebied tussen het actuele ontwikkelingsniveau (de werkzaamheden die de centralist voor de NTS uitvoerde) en het niveau dat hij zou kunnen bereiken, het potentiële ontwikkelingsniveau (het werken met de NTS). Haalbare leerdoelen werken motiverend, leerdoelen die niet haalbaar zijn werken demotiverend (Dewulf, 2002). Het is belangrijk dat de coach blijft benadrukken dat het leerdoel (bekwaam met de NTS) niet veel anders is dan wat hij nu al doet, alleen de manier van invoeren is veranderd. Wanneer de centralist hiervan is overtuigd dan blijft het leerdoel haalbaar, binnen de naaste zone van ontwikkeling, daarmee blijft de centralist gemotiveerd. Hoe lang gaat dit duren? Om te leren is tijd nodig, zeker om het
AMBULANCEZORG 9
geleerde te laten ‘inslijpen’(KPC groep, z.d.). Om de NTS routinematig uit te voeren is nog meer tijd nodig. Je kunt niet zeggen dat de centralist binnen drie maanden bekwaam (bewust of onbewust) is met de NTS. Dit hangt van meerdere factoren af: Heeft hij genoeg 112 meldingen kunnen aannemen? Is hij gemotiveerd? Leert hij makkelijk? Hoe lang een centralist er over doet om aan het gewenste niveau te komen is dus moeilijk te zeggen en individueel bepaald. Wel kunnen we ervoor zorgen dat we voldoende aandacht geven aan het creëren van een prettig leerklimaat waarin de centralist tijd krijgt om zich te bekwamen in het werken met de NTS.
gende taken aangaan, uitdagende taken zoals het zich bekwamen in de NTS. Daarmee past het masteryklimaat ook heel goed binnen de visie van Veiligheids- en Gezondheidsregio GelderlandMidden: de medewerker staat centraal.
Motiveren of afrekenen? We willen dat de centralist uiteindelijk aan de gestelde kwaliteitseisen voldoet en deze zullen ook gemeten worden. Het meten van de kwaliteit is onlosmakelijk verbonden met het werk van centralist. Dit is ook niet nieuw binnen de meldkamer Gelderland-Midden. We kunnen er zelf voor kiezen in welk klimaat we de centralisten gaan coachen. Gaan we voor het coachen op prestatie of kiezen we voor een zogenaamd masteryklimaat op de meldkamer (Timmermans, 2012)?
resultaat dat te borgen is
Uiteindelijk zal er een
NTS als een tweede natuur zo moeilijk is voor de doorgewinterde centralist. Zo kunnen opleiders, management, NTScoaches en centralisten samen werken aan een optimaal leerklimaat om de fase van onbewust bekwaam te behalen. Doetinchem, april, 2013
mix komen tussen prestatie- en masteryklimaat wat zal leiden tot een goed met de audits.
Over de auteur Tessa Postuma is centralist en Regionaal Opleidingscoördinator Meldkamer AmbulanceZorg
Bewust- en onbewust bekwaam Op dit moment staan de centralisten aan het begin van de fase van bewust bekwaam. Wanneer de centralisten met de NTS werken als tweede natuur, is moeilijk te zeggen. Wel stel ik dat we op de goede weg zijn. Ik heb er vertrouwen in dat de MKA-centralisten onbewust zelfs onbewust bekwaam worden.
binnen de Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden en Leraar Gezondheidszorg en Welzijn, opleider niveau 5 (i.o.)
Bronnen Bolhuis, S. (2011) Hoe vindt leren in een beroepscontext plaats? Geraadpleegd op 17 maart 2013, van: www.fontys.nl/lectoraten/leerstrategieen/ nieuws.335020.htm
In een prestatiegericht klimaat wordt de nadruk gelegd op het resultaat. De centralisten krijgen dan het idee dat slechte prestaties met de NTS worden bestraft. Ook gaan zij er impliciet van uit dat erkenning en waardering alleen zal uitgaan naar mensen die snel bekwaam zijn. Binnen het masteryklimaat geeft de coach aandacht aan hard werken en verbeteringen. Het gaat vooral om het beheersen van de vaardigheid. Complimenten worden niet uitsluitend op de prestatie gericht, maar ook op de manier van werken en de stappen die zijn gezet, zelfs al is het eindresultaat nog niet optimaal. Als opleider ben ik enthousiast over het creëren van een masteryklimaat. Ik ben ervan overtuigd dat het positief benaderen van de centralist uiteindelijk zal leiden tot een juist gebruik van de NTS. Het levert ook persoonlijke winst op. Zelfvertrouwen en motivatie nemen toe, waardoor mensen makkelijker uitda-
10 AMBULANCEZORG
Conclusie en aanbevelingen Leren werken met de NTS is moeilijk. Wanneer de betrokkenen met een aantal aspecten rekening houden dan kunnen ze ervoor zorgen dat de implementatie succesvol wordt.
Dewulf, L. (2002) Motiveren van medewerkers voor leren, werken en veranderen. In opleiding & Ontwikkeling, 15, nr. 3(2002) Geraadpleegd op 22 maart 2013, van: www.kessels- smit.nl/nl/376 Kallenberg, T. Grijspaarde van der, L, & Braak ter, A.
Het is belangrijk dat iedereen gemotiveerd blijft. Ik adviseer daarom de opleiders en NTS-coaches de nadruk te leggen op het beheersen van de NTS (masteryklimaat) en te blijven luisteren naar de centralisten. Waar liggen hun behoeftes? Hoe bereiken zij de fase van bewust bekwaam en later de fase van onbewust bekwaam? Blijf positief als coach, benadruk wat iemand kan en laat je niet ontmoedigen door de tijd. Die is immers relatief. Het management adviseer ik de centralist de tijd te geven om zich te bekwamen in de NTS, stel geen onhaalbare doelen. Verdiep u in de moeilijkheden waar de centralist tegenaan loopt, luister daarnaar en anticipeer waar nodig. Voor alle betrokken is het belangrijk om te weten waarom het beheersen van de
(2009). Leren (en) doceren in het hoger onderwijs (2e druk). Den Haag: Boom Lemma uitgevers Kessels, J.W.M., & Smit, C.A., The learning Company (z.d.). Effectieve samenwerking: werken in driehoeken. Geraadpleegd op 22 maart 2013, van: www.kessels-smit.nl/nl/1079 Knol, M., Teune, P. & Knol, M. (2008). Stimuleren van leren (1e druk). Amersfoort: ThiemeMeulenhoff BV. KPC groep (z.d.) De 7 principes: Hoe verhoogt u het leerrendement van uw organisatie? Timmermans, N. (2012) Prestaties en vooruitgang: hoe creëer je een gunstig leerklimaat? Geraadpleegd op 22 maart 2013, van: www.kessels-smit.nl/nl/b1443
Sdu Uitgevers
Defibrillator Monitor Systems
Kleiner en lichter - modulair en flexibel
*
ule SLIM :
od Totaal gewicht met defi-m
SLECHTS 6,3 kg
life energy Met de nieuwe defibrillator-/pacermodule SLIM biedt de ongeëvenaarde mobiliteit en ergonomie bij het dagelijkse gebruik in de ambulance:
2012-9
U Modulair systeem voor ononderbroken bewaking van plaats van incident tot in het ziekenhuis. U Vooraf aangesloten elektroden om snelle diagnose en therapie te ondersteunen. U Intelligent energiebeheer voor de beste betrouwbaarheid, zelfs in kritieke situaties. U Groot 8.4” kleurenscherm met instelbare configuraties voor maximaal zes curven en alle parameterwaarden. U Printer met 106 mm papierbreedte waarmee maximaal 6 curven tegelijkertijd afgedrukt kunnen worden. U Bluetooth®, GSM GPRS, LAN. U Masimo® Rainbow® SET SpO2, SpCO®, SpHb® en SpMet®. * basisconfiguratie
Corpuls® Nederland BV Chr.Huygensweg 25a 3225 LD Hellevoetsluis Tel. +31 (0)181 - 390 963
Fax +31 (0)181 - 390 970 E-mail: info@corpuls.nl www.corpuls.nl
Corpuls® Belgium BVBA/SPRL Rue Colonel Bourg 127-129 1140 Bruxelles Tel. +32 (0)2 - 757 69 05
Fax +32 (0)2 - 757 69 07 E-mail: info@corpuls.be www.corpuls.be
Lid van:
Acute zorg in Caribisch Nederland: Bonaire Sinds 10 oktober 2010 is Bonaire als Openbaar Lichaam een ‘bijzondere gemeente’ van Nederland. Bonaire kent één zorginstelling, de ‘Fundashon Mariadal’ (FM), die drie instanties omvat: het ziekenhuis Hospitaal ‘San Francisco’ waar ook de ambulancezorg bij is ondergebracht, het verpleeghuis Kas di Kuido en de thuiszorg. Samen vormen ze de ketenzorg van Fundashon Mariadal. De huisartsenzorg is op Bonaire ondergebracht in geprivatiseerde Ngo’s. Plannen In samenwerking met het ministerie van VWS is een plan gemaakt hoe de kwaliteit van zorg op Bonaire te verbeteren. Het ziekenhuis heeft een samenwerkingsverband met beide Amsterdamse academische ziekenhuizen, het VUmc en AMC. Fundashon Mariadal krijgt hierdoor medisch specialistische en verpleegkundige ondersteuning om te komen tot het verhogen van de zorgkwaliteit, het ontwikkelen van bepaalde organisatie aspecten en het verbeteren van de operationele kwaliteitsnormen.
De behandelkamers van de SEH zijn voorzien van de laatste generatie aan medische techniek en communicatiemiddelen.
12 AMBULANCEZORG
De partners in de acute ketenzorg van Bonaire zijn doorgaans afzonderlijke organisaties met eigen taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Tegelijkertijd hebben ze elkaar nodig bij de uitvoering van hun ketentaken. Toenadering aanmoedigen van deze partners werd een van de speerpunten. Fundashon Mariadal is in 2010 begonnen met het inventariseren van ieders rol binnen de keten van acute zorg. Uitvoering De eerste grote stap betrof de vervanging medio 2010 van haar ambulances. Het projectteam van Fundashon Mariadal bestaande uit Howard Maxwell (coördinator acute zorg) en Felix Greving (Teamleider Bureau Kwaliteit en Veiligheid) bestelde hiervoor niet alleen nieuwe voertuigen bij de firma Diac Medical, maar die firma leverde ook de bijbehorende medische apparatuur inclusief onderhoud, de rest van de inrichting, uniformen en rijtrainingen. Daarnaast is ruim aandacht besteed aan de bij- en nascholing van de binnen Fundashon Mariadal werkzame zorgprofessionals. Het bedrijf Meduprof-s verzorgde een tweejarige leergang spoedeisende medische hulpverlener, die zich richt op zowel het werken op de SEH, als op de ambulance. Men koos integrale benadering daar de verpleegkundigen op roulatiebasis op zowel de ambulance als op de SEH-afdeling werkzaam zijn. Dit traject is in het eerste kwartaal van 2013 afgerond.
Sdu Uitgevers
Triage In 2011 heeft Fundashon Mariadal in aansluiting op de in 2010 afgeronde vervanging van de ambulancevoertuigen in de acute zorg haar SEH voorzieningen sterk verbeterd. Van een basale SEH-kamer met één behandelplek, is deze vergroot naar drie behandelplekken waarvan er twee kunnen dienen als shockroom. Deze behandelkamers zijn voorzien van de laatste generatie medische techniek en communicatiemiddelen, zoals beademing, infusietechnologie, monitoring, volledige digitale radiodiagnostiek en echo en ook met communicatie- en internet middelen voor contact met ziekenhuizen in het Caribisch gebied en Colombia voor direct contact met medische specialisten. Naast de directe zorgactiviteiten speelt de triage op de SEH een belangrijke rol. De patiënten hebben een acute zorgvraag variërend van laag complex tot zeer hoog complex. Voor het adequaat en snel uitstippelen van de juiste urgentie is een systeem met 51 uiteenlopende stroomschema’s getraind, compleet met de daarbij gebruikte terminologieën, interpretaties van vitale functies en onderzoeksmethoden. Het keer op keer volgens een vaste methode triëren zorgt voor een continu niveau van kwaliteit en zorgt ervoor dat het personeel getraind blijft het inschatten van de ernst. Het invoeren van het project triage (conform het Manchester Triage System II) is naar wens verlopen met dank aan SEHverpleegkundige Philip Vriend, teamleider van de SEH. In samenwerking met Pieter Jochems, voorzitter Stichting Trauma Nursing Nederland, haalden alle SEH-verpleegkundigen het certificaat van het Manchester Triage System. ‘Where healthcare meets aviation’ Het project Air Ambulance, gestart in 2012 en afgerond in mei 2013, is een noodzakelijke aanvulling op de acute zorgketen op Bonaire CN. De zeer kritisch zieke patiënt kan nu eenmaal niet alle medische noodzakelijke behandelingen ontvangen op Bonaire CN. Hij of zij wordt hiervoor doorverwezen naar level 1 ziekenhuizen in de regio zoals op de naburige eilanden Aruba en Curaçao en op het Zuid-Amerikaanse vaste land in de in Columbia gelegen steden Medellin/Bogota. Vervoer gaat dan door de lucht, vandaar dat dit project de bijnaam ‘Where healthcare meets aviation’ kreeg. Als vervoermiddel wordt een speciaal ingerichte straalvliegtuig gebruikt welke voorzien is van een medische stretcher (shortbox) en beschikt over centrale systemen voor medische gassen en energie. Het project is uitgevoerd door het projectteam dat zich al boog over de verbetering van de ambulancezorg en SEH faciliteiten, ditmaal aangevuld met enkele internationale partijen waaronder de Amerikaanse leverancier die de medische inrichting van het vliegtuig verzorgde, en de Luxembourgh Air Rescue services die hielp met het ontwerpen van het kwaliteitsmanagementsysteem en het opstellen van aeromedical vliegprocedures. Het kwaliteitssysteem is opgebouwd op basis van de ‘CAMTS accreditation standard’ die men in Amerika bij certificering aanhoudt. Hierbij diende het Veiligheids Management Systeem (NTA 8009) van Fundashon Mariadal aan te sluiten op de in de internationale luchtvaart (ICAO) gehanteerde richtlijnen.
Als vervoermiddel wordt een speciaal ingerichte straalvliegtuig gebruikt welke voorzien is van een medische stretcher (shortbox) en beschikt over centrale systemen voor medische gassen en energie.
Crew Resource Management training. Deze richt zich op het verbeteren van de onderlinge communicatie tussen de bemanningsleden, rekening houdend met menselijke factoren die daarbij spelen. Men hanteert hierbij de SBAR methodiek (Situation, Background, Assessment, Recommendation), die toenemend in de hoek van openbare orde en veiligheid (inclusief de acute zorg) ingang vindt. Verder gebruikt men in de luchtvaart veel checklisten. Zo heeft men een Minimum Equipment List (MEL) te doorlopen om te bepalen of voor de vlucht of missie een GO of NO GO geldt. Dit is enigszins vergelijkbaar met de time-out in een operatiekamer. De verpleegkundigen die betrokken zijn bij het project hebben initiatieven genomen om dit soort checklisten ook te ontwikkelen op de ambulance en SEH. Debriefing Een belangrijk onderdeel van het in de luchtvaart gehanteerde kwaliteitssysteem is de verplichte postflight debriefing van elke gevlogen missie. Deze medische en verpleegkundige debriefing levert managementgegevens op zoals naar welke bestemmingen wordt gevlogen, het aantal level 1/2/3 vluchten, de vluchtduur, maar ook een vaste set van klinische data en het bijhouden van afwijkingen op de beschreven procedures. Ter aanvulling hierop rapporteert de chiefflightnurse over zaken zoals de medisch/verpleegkundige behandeling gedurende de vlucht, aspecten van het Crew Resource Management en hoe de overdracht op de SEH van het ontvangend ziekenhuis verliep. Hiervoor is speciale software ontwikkeld in samenwerking met The Patiënt Safety Company uit Alkmaar. De methodiek van medische en verpleegkundige debriefing is nu ook ingevoerd binnen de ambulancedienst en SEH van Fundashon Mariadal in geval van een complexe inzet dan wel zorgvraag. Al met al twee intensieve maar zeer interessante jaren voor de acute zorg van Fundashon Mariadal, waar de acute zorgverleners en onverhoopte gebruikers op het zonnige Bonaire in de toekomst hun vruchten van zullen gaan plukken. Auteurs: Dhr. F. Greving, teamleider bureau Kwaliteit en veiligheid fgreving@fundashonmariadal.org Dhr. H. Maxwell , coördinator acute zorg
Wat in de lucht werkt, werkt ook op de grond Behalve aan de noodzakelijke medische trainingen, is veel aandacht besteed aan het in de luchtvaart bekende principe van
Juni 2013
hmaxwell@fundashonmariadal.org Foto’s: F. Greving
AMBULANCEZORG 13
Driemaal feest in Leiden
Ambulancezorg anno 2013 met terugblik Donderdag 11 april was een bijzondere dag voor de ambulancesector. Ruim 400 medewerkers en genodigden uit het hele land vierden in Leiden de opening van de nieuwe hoofdvestiging van de RAV Hollands Midden en van het Nationaal Ambulance- en Eerste Hulpmuseum. Tevens werd de ambulanceonderscheiding uitgereikt. Door Piet Hoving
Eigenlijk had de RAV Hollands Midden haar nieuwe hoofdvestiging aan de Vondellaan in Leiden al in juni 2012 in gebruik genomen. De officiële opening liet noodgedwongen op zich wachten door een probleem met de onderliggende vloer van het voormalige garagebedrijf. Daaraan herinnert hoogstens nog het feit dat in de grote hal van het pand nu de ambulances en andere voertuigen van de RAV en GHOR staan. Want er is sprake van
een ware metamorfose van wat voorheen een Mercedes-dealer was. Zowel in- als exterieur stralen ‘modern’ uit met veel glas en fraaie materialen. Innovatie Een rondgang door het gebouw leidt al snel tot het scholingscentrum. Deze bestaat uit meerdere ruimten waarvan twee skills-labs met via de computer aangestuurde simulaties. Eén daarvan is ingericht als spoedeisende hulp of OK. Hier kan Een ware metamorfose: de nieuwe hoofdvestiging van de RAV Hollands-Midden in Leiden (foto: Roos Aldershoff )
14 AMBULANCEZORG
Sdu Uitgevers
er dan wel 40 tot 50 procent ten onrechte zou worden uitgerukt, blijkt niet te kloppen. Onderzoek achteraf van deze meldingen gaf aan dat in Leiden in 92 procent van de gevallen toch tot een ambulance-inzet besloten werd. De ‘niet nodig’ ritten kunnen in de regel al direct na uitrijden worden afgebroken nadat de centralist nadere informatie kreeg.
Hans Waldeck (links) ontvangt de ambulanceonderscheiding uit handen van AZN-voorzitter Hans Simons. (foto: Piet Hoving)
Na de opening van het museum werd voorzitter Hans Waldeck door de voorzitter van Ambulancezorg Nederland (AZN) Hans Simons verrast met de tweejaarlijkse ambulanceonderscheiding. Deze wordt gezamenlijk uitgereikt door de stichting VCHV, V&VN Ambulancezorg en AZN aan iemand die zich langdurig en uitzonderlijk heeft ingezet voor de ambulancezorg. Al voordat hij in de voetsporen van zijn vader chirurg werd, was Hans Waldeck besmet met het hulpverleningsvirus. Dat uitte zich onder andere in zijn streven te komen tot een speciaal ambulanceontwerp. In het bijzonder interesseerde Hans Waldeck zich naast de feitelijke hulpverlening voor de historie ervan. Dat leidde tot diverse publicaties en een actieve betrokkenheid bij het Nationaal Ambulance- en Eerste Hulpmuseum. Als voorzitter loodste hij het museum door een moeilijke periode van opslag en verhuizingen. Met het toekennen van de onderscheiding wordt het grote belang benadrukt van de bijdragen die door Hans Waldeck zijn geleverd aan het behoud van een tastbaar bewijs van de historie van de ambulancezorg in Nederland. Zie ook www.vchv.nl
door de collega’s van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) geoefend worden, ook samen met de ambulancedienst, bijvoorbeeld betreffende de overdracht. De trainingen worden opgenomen voor de evaluatie en daarna gewist zodat een veilige leeromgeving gewaarborgd is. Tot het scholingscentrum behoort ook de simulatieruimte in de ambulancehal, waar beschikt wordt over een ambulance als leeromgeving. De samenwerking met het ziekenhuis en andere (keten)partners was aan het begin van het programma ook al aan bod gekomen. Presentator Rob Trip sprak uitgebreid met het hoofd traumachirurgie, de voorzitter van de raad van bestuur van de regionale zorgverzekeraar, de directeur van het patiëntenplatform en de burgemeester van Leiden over allerlei facetten van de ambulancezorg in de eigen regio en daarbuiten. Algemeen manager Pieter Haasbeek werd gevraagd naar de bijzonderheden van zijn dienst. Hij sprak vol lof over de betrokkenheid van de medewerkers en wees op de doorgevoerde innovaties, begonnen met het als super-tomtom aangeduide CityGis navigatiesysteem, het Lucas-reanimatieapparaat en als laatste wapenfeit: DIA. Dit staat voor directe inzet ambulance. Door bij een melding van een burger direct het adres te vragen en een ambulance te sturen worden 2 à 3 minuten gewonnen. Het idee dat
Maart 2013
Oud en nieuw In aansluiting op het openingsprogramma werd afscheid genomen van Bert de Jong. Hij begon zijn ambulanceloopbaan in het gelijknamige familiebedrijf in Leiden en eindigt deze nu als stafmedewerker bij de RAV. In een groot deel van die 51 jaar was Bert de Jong landelijk actief in diverse ambulanceorganisaties. De opening van de nieuwe hoofdvestiging werd vormgegeven door het met toeters en bellen binnenrijden van een oude Cadillac ambulance met daarin de directeur van de Regionale Dienst Openbare Gezondheidszorg (RDOG) Hollands Midden, waar ook de RAV onder valt. Daarmee werd dan meteen de link tussen oud en nieuw gelegd. Waarbij Pieter Haasbeek het belang van het kennen en in stand Ter gelegenheid van de opening van de nieuwe hoofdvestiging van de RAV Hollands Midden liet de RAV door Hans Waldeck een boek schrijven over de historie van de ambulancezorg in Leiden en de Duin- en Bollenstreek. Dit beslaat het gebied van het Cluster West van de huidige RAV. Het boek beslaat de periode tot de vorming van de regionale ambulancedienst in 2004. De dertien ambulancediensten die voorheen het gebied bedienden komen in woord en beeld uitgebreid aan bod. Het gebonden boek telt 240 bladzijden en kost 39,95 euro. Het is verkrijgbaar in het museum of via hhs@ home.nl (+ 2 euro porto).
houden van de geschiedenis van de ambulancesector noemde, wat er toe heeft geleid dat de RAV tevens onderdak biedt aan het Nationaal Ambulance- en Eerste Hulpmuseum dat is ontstaan uit de collectie van de Groningse GG&GD arts Carel Volckmann. De opening daarvan werd gezamenlijk verricht door burgemeester Henri Lenferink en museumvoorzitter Hans Waldeck: met een druk op de knop lieten zij het zwarte gordijn vallen dat tot dat moment het museumgedeelte afschermde. Door het gebruik van glazen wanden kijkt de museumbezoeker vanuit de historie naar de hedendaagse ambulancehal. En vanaf de straatzijde is er zo opnieuw een ware showroom te zien. Op zaterdag 13 april hielden de RAV Hollands Midden en het museum open huis, waar een groot aantal bezoekers op af kwam.
Het Nationaal Ambulance- en Eerste Hulpmuseum is gevestigd aan de Vondellaan 43A in Leiden. Er zijn nog geen vaste openingstijden. Voor een bezoek kunt u contact opnemen via 071 5730090. Zie ook www.nationaalambulancemuseum.nl
AMBULANCEZORG 15
KORT NIEUWS
50.000e lid V&VN! Cadeau voor 50.000e lid cursus Advanced Medical Life Support (AMLS)
13 mei 2013
Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland
50.000e lid V&VN is een ambulanceverpleegkundige Dick Plate, ambulanceverpleegkundige bij Regionale Ambulancevoorziening (RAV) Gooi- en Vechtstreek is 13 mei door burgemeester Pieter Broertjes van Hilversum verwelkomd als 50.000e lid van V&VN. Henk Bakker, voorzitter V&VN is ontzettend blij met meer dan 50.000 leden: “Geweldig dat wij deze Dag van de Verpleging het 50.000e lid kunnen verwelkomen. V&VN is in slechts 7 jaar gegroeid naar een beroepsvereniging met 50.000 leden. Op naar 75.000 leden!” Henk Bakker bood het 50.000e lid een cursus Advanced Medical Life Support (AMLS), een internationale cursus
die door V&VN Ambulancezorg naar Nederland is gehaald. Ook het 50.001e lid, Bart Töpfer, ambulanceverpleegkundige van de RAV GGD Flevoland, kreeg de cursus aangeboden. De beide RAV-en bieden hun ambulancepersoneel het lidmaatschap van V&VN en gebruik van het Kwaliteitsregister Verpleegkundigen & Verzorgenden aan. Dicke Plate bedankte zijn werkgever hiervoor: “Met het lidmaatschap en het Kwaliteitsregister kunnen wij kwaliteit van zorg bieden.” Dick Plate en Bart Töpfer zijn ook lid geworden van V&VN Ambulancezorg.
Nieuwe doelstelling stichting VCHV Het bestuur van de stichting VCHV heeft haar doelstelling veranderd en zal niet langer het symposium en de ambulancevakbeurs organiseren. De nieuwe doelstelling is het subsidiëren van activiteiten binnen de ambulancezorg in de ruimste zin van het woord. Daarbij kan het gaan om onderzoek, studies, bijeenkomsten, PR activiteiten e.d. De stichting stelt hiervoor een bedrag van maximaal € 5.000 per jaar beschikbaar. Voor het toekennen van een subsidie zal door het bestuur een regeling worden opgesteld.
Samen sterk Het Mobiel Medisch Team Rotterdam heeft haar 15-jarig jubileum gevierd en het Mobiel Medisch Team Nijmegen bestaat 12,5 jaar. Gezien deze heuglijke feiten hebben beide organisaties hun krachten gebundeld om een gezamenlijk congres te organiseren. Op vrijdag 4 oktober 2013 wordt het MMT-congres met als thema “Samen sterk” gehouden. De nadruk ligt op samenwerking, ketenzorg, kwaliteit van zorg en eendracht op straat en is bedoeld voor iedereen die betrokken is bij de prehospitale zorg en initiële opvang in het ziekenhuis van de vitaal bedreigde patiënt. De dag is gevuld met boeiende lezingen, tijd voor discussie en interessante workshops afgewisseld met voldoende pauzes om uw netwerk te versterken. Het congres zal plaatsvinden in Hotel Van der Valk te Duiven/Arnhem , centraal gelegen aan de A12. De deelnemersfee is € 195,00. Een aantal workshops heeft beperkte inschrijfmogelijkheid, dus schrijf u nu in via www.mmtcongres.nl
Meer informatie is vanaf dit najaar te vinden op www.vchv.nl.
16 AMBULANCEZORG
Sdu Uitgevers
Ambulancezorg
De alles-in-één oplossing voor verschillende patiënten en omgevingen
Innovatie, lust of last?
XPS is er wanneer je het nodig hebt XPS biedt een verbreed patiëntenligvlak dat gemakkelijk achteraf kan worden gemonteerd op de daarvoor bestemde brancards. XPS is verstelbaar d.m.v. zeven vergrendelingsposities, bevat een breder matras voor een kleinere transfergap en is ontworpen voor een optimaal patiëntencomfort. Deze oplossing helpt de problemen met het toenemend aantal zwaardere patiënten het hoofd te bieden en is geschikt voor verschillende patiënten en omgevingen. Brancards met XPS voldoen aan de huidige kantelstabiliteitsnormen voor de veiligheid van zowel de patiënt als de zorgverlener1. Het ligvlak heeft een 6061-T6 aluminium basis en spuitgegoten constructie, waardoor het ontwerp duurzaam is en gemakkelijk is schoon te houden.
Sprekers: W.H. Huijzendveld, P.J. Mulder, R.J.R. Eijk Voorzitters: R. Kemphorst, A. Adrichem
Come visit us at Venticare 2013!
INTRODUCING
Zaal 718 Donderdag 6 juni, 11.00 – 12.30
Mechanische hartmassage met behulp van de AutoPulse: W.H. Huijzendveld Larynxmasker: P.J. Mulder CPAP/Boussignac: R.J.R. Eijk De ambulancezorg maakt steeds meer gebruik van innovatieve materialen. Denk aan mechanische hartmassageapparatuur en diverse ondersteunende middelen voor het airwaymanagement. Draagt deze ontwikkeling bij aan een betere ambulancezorg? Worden er meer mensenlevens door gered? Ging het voorheen dan zo slecht? Luister naar de presentaties en vorm je eigen mening.
XPS verbreed patiëntenligvlak
De alles-in-één oplossing voor verschillende patiënten en omgevingen. XPS biedt een verbreed patiëntenligvlak dat gemakkelijk achteraf kan worden gemonteerd op de daarvoor bestemde brancards.1 XPS is verstelbaar d.m.v. zeven vergrendelingsposities, bevat een breder matras en is ontworpen voor een optimaal patiëntencomfort. Voor meer informatie contact ems.info@stryker.com of bezoek www.strykerems.com 1
Power-PRO XT, Power-PRO TL and Performance-PRO
18 AMBULANCEZORG
Sdu Uitgevers
The next level in uitzend- en detacheringsmarkt Ze blijven nodig in de gezondheidszorg: flexibele professionals die tijdelijk versterking bieden op piekmomenten, tijdens onderbezette diensten of bij uitval van zieke collega’s. Daarom heeft Wouter Hietberg zich met de start van Excellus opnieuw ten doel gesteld om de ultieme matchmaker te zijn bij capaciteitsvraagstukken in de zorg. Met bijna vijftien jaar ervaring excelleert Hietberg naar the next level in de uitzend en detacheringsmarkt. ‘In de zorg zijn verandering en ontwikkeling aan de orde van de dag’, weet Wouter Hietberg, directeur van Excellus. ‘Dat vraagt van zorgorganisaties slagkracht en flexibiliteit. Natuurlijk streven zij naar complete teams, maar door de fluctuaties in de zorg is het een feit dat er regelmatig capaciteitsvraagstukken spelen. In die gevallen is professionele achtervang cruciaal. Daarom biedt Excellus geaccrediteerde krachten die hoogwaardige zorg bieden, best practice hanteren, de protocollen kennen en waar mogelijk extra kennis en vaardigheden toevoegen.’ Hietberg runde al eerder een uitzend- en detacheringbureau in de zorgsector en leerde daaruit een waardevolle les. ‘Uitzenden en detacheren moet geen doel op zich worden, het blijft een middel om personeelsvraagstukken van zorgorganisaties op te lossen. Excellus kiest daarom bewust voor een kleinschaliger, maar solide basis van flexibele professionals. Mensen die bereid zijn hard te werken om zich verder te ontplooien in hun vak en daarom bewust kiezen voor brede inzetbaarheid door oproepwerk en detachering. Wij investeren op onze beurt in hun kwaliteit door continue scholing en training binnen de Excellus Academy.’ De interim professionals van Excellus zijn direct inzetbaar en leveren op elke werkplek maatwerk op niveau. ‘Of het nu gaat om een invaldienst of een langere detachering, onze mensen staan voor kwaliteit en willen dat overal waarmaken’, stelt Hietberg. ‘Want onze gezamenlijke uitdaging is het snel en vakkundig ondersteunen van opdrachtgevers bij het verlenen van de beste zorg.’
Ambulancezorg
Klaar voor de toekomst Zaal 718 Vrijdag 7 juni, 11.00 – 12.30 Sprekers: N. Kolk, R. Ars, M.A.C. Rombouts, A.J.J. Zeegers Voorzitters: H. de Vries, M.G. de Visser V&V 2020: de nieuwe beroepsprofielen: N. Kolk en R. Ars LPA 8: M.A.C. Rombouts Het Lectoraat Acute Intensieve Zorg en de HBO-V student (Minor High Care) van de HAN: A.J.J. Zeegers Waar staat de ambulancesector op dit moment en hoe ziet de toekomst eruit? Het is tijd om met elkaar na te denken hoe we de kwaliteit van de ambulancezorg hoog kunnen houden. Door eindtermen van functies te bepalen, borgen we het niveau dat nodig is voor het uitvoeren van die functies. En door experts te betrekken, creëren we draagvlak voor nieuwe protocollen en behouden we eenduidigheid in de behandeling van de patiënt. Hoe zie jij de toekomst? En waar halen we onze nieuwe collega’s vandaan? Discussieer mee!
Ambulancezorg
(Hoe) Lang zullen we leven!: de geriatrische patiënt in de acute zorg Zaal 718 Vrijdag 7 juni, 14.00 – 15.20 Sprekers: F. Iven, G. Innemee Voorzitters: R. Kemphorst, A. Adrichem GEMS en protocol ouderenmishandeling: F. Iven Wel of niet reanimeren?: G. Innemee In het onderwijs voor de ambulancezorg staan onderwerpen als pediatrie en trauma vaak bovenaan. Maar een groot deel van de patiënten is geriatrisch. Ook hiervoor is nu een training ontwikkeld, gestoeld op de Amerikaanse opleiding Geriatric Emergency Medical Services. Wat zijn specifieke verschijnselen bij de oudere patiënt? Hoeveel geduld moet je hebben? Hoe herken je mishandeling? En – heel actueel – moeten oudere patiënten wel of niet gereanimeerd worden? Moet iedereen dezelfde behandeling krijgen, jong of oud? Een interessante lezing, met veel gelegenheid tot discussie. Bezoek ook de andere ambulancelezingen
Juni 2013
AMBULANCEZORG 19
Sipke Benus en Bouke Froentjes, RAV Groningen: Ambulancezorg
Windkracht 12Bft. Deel 2 Meldkamer en ambulancezorg: patiënten ervaringen Zaal 718 Donderdag 6 juni, 15.50 – 16.30 Sprekers: H. Sixma Voorzitters: G.A.J. Pijnenburg, G.M.T. van Meurs-Bakker Bij spoedzorg is het belangrijk dat patiënten zo snel en zo goed mogelijk door de keten van zorgaanbieders worden geloodst. Daarbij spelen de kwaliteit van de meldkamer en de ambulancedienst een belangrijke rol. Maar wat is goede kwaliteit ambulancezorg en wat vinden patiënten van de werkwijze van de meldkamer?
‘Objectieve en praktische adviseurs met ervaring, rust en overzicht’ Skopos ondersteunde MKA Groningen bij het professionaliseren van de organisatie, de werkprocessen en de informatievoorziening. Na een grondige doorlichting zijn verbeterpunten benoemd, zoals herindeling van aanname & uitgifte en het slimmer plannen van de B-aanvragen. Deze verbeterpunten zijn vervolgens onder begeleiding van de adviseur van Skopos door werkgroepen aangepakt. Een duidelijk en meetbaar resultaat: “halvering van de wachttijden van besteld vervoer bij gelijkblijvende prestaties van het spoedeisende vervoer.”
Ambulance logistiek en ICT: de Skopos-specialisten helpen u verder Sinds 2002 is Skopos specialist op het gebied van ambulance logistiek en informatiemanagement. Indertijd was Ambulance Oost onze eerste opdrachtgever. Wij hielpen toen management, centralisten en de rijdienst om door een logistieke bril naar het eigen werk te kijken. Toen zei men al: “Wij zitten in de pakketjesbezorging, maar dan wel van hoogst bederfelijke waar”. Inmiddels hebben wij gewerkt voor nagenoeg alle RAV-en in Nederland, en voor partners in de acute zorgketen. Mede hierdoor heeft de sector in 2007 de Logistiek Prijs gewonnen van de Vereniging Logistiek Management, voor de ambulance prestaties op dit gebied.
expert op het gebied van Logistiek en ICT. Skopos zorgt voor de juiste logistieke prestaties tegen minimale kosten. Op dit moment biedt Skopos hulp bij de volgende vraagstukken: Strategische spreiding en capaciteit. Verbetering van logistieke prestaties. Wachttijden besteld vervoer. Verbeteren efficiency van spoedvervoer en besteld vervoer. Samenwerking acute zorgketen. ICT projectmanagement.
Waar Skopos begon met logistieke stuurinformatie en een SOSA-nascholing Dynamisch Ambulance Management, zijn wij inmiddels uitgegroeid tot de www.skopos.nl | info@skopos.nl | 0541-662682
20 AMBULANCEZORG
SkoposRendementbouwers
Skopos_nl
Sdu Uitgevers
Ambulancezorg
Monitor check, zuurstof check, gasmasker check... Zaal 718 Vrijdag 7 juni, 09.00 – 10.30 Sprekers: I. van der Woude, D. de Vries, Th.W. Wulterkens, A. Visser Voorzitters: H. de Vries, M.G. de Visser Geneeskundig adviseur gevaarlijke stoffen: I. van der Woude en D. de Vries Gevaarlijke stoffen en ambulancezorg, een match?: Th.W. Wulterkens Radiation Emergency Medicine: A.Visser Chemische, biologische, radiologische en nucleaire rampen of incidenten. Het lijkt een ver-van-mijn-bedshow, maar je zult er maar mee te maken krijgen! Wat doe je als je ermee geconfronteerd wordt? Hoe kun je blootstelling aan gevaarlijke stoffen voorkomen? Experts zetten de verschillende gevaren van CBRN-incidenten uiteen.
Ambulancezorg
Corpuls Benelux op de Venticare 2013 met innovaties op het gebied van reanimatie Corpuls CPR: een revolutionaire manier van mechanische thoraxcompressie Er bestaat geen compromis, alleen het beste is goed genoeg ter behandeling van de patiënt in cardiac arrest, daarom heeft corpuls de CPR ontwikkeld. Thoraxcompressies zoals die manueel nooit toegepast kunnen worden, altijd de juiste diepte, snelheid, recoil en onvermoeibaar. 90 minuten gegarandeerde actie op een batterij en daarnaast aan te sluiten op 230 volt. Zeer licht in gewicht en snel op de patiënt aan te sluiten. Ideaal voor gebruik in de ambulance, veiliger voor patiënt en hulpverlener, immers manuele reanimatie in een rijdende ambulance is gevaarlijk en ontoereikend. Een aanwinst tijdens langdurige reanimaties in de kliniek. Compromisloos te gebruiken op de HCK tijdens interventies. Corpuls corPatch CPR feedback: als een mensenleven op het spel staat moet u maximaal presteren, dus schakel alle hulp in die beschikbaar is!
Practice meets reality Zaal 718 Donderdag 6 juni, 09.00 – 10.30 Sprekers: R. Kemphorst, A.J. Ketelaar, E. Eijgenbrood, J. Hospes Voorzitters: R. Kemphorst, A. Adrichem Realistisch trainen van een groot incident: R. Kemphorst Trainen met ketenpartners: A.J. Ketelaar Samenwerkingsregeling ongevallenbestrijding IJsselmeergebied: E. Eijgenbrood en J. Hospes Simulatietrainingen zijn niet meer weg te denken uit het onderwijs voor de ambulancezorg. Met behulp van realistische scenario’s verbeteren ambulancemedewerkers hun kennis, vaardigheden en competenties. Het resultaat wordt beter als je de ketenpartners er ook bij betrekt: de kustwacht of KNRM bij ongevallen op het water, de brandweer bij beknelde slachtoffers en de SEH van het ziekenhuis bij de patiëntenoverdracht. In deze lezing drie multidisciplinaire simulatietrainingen ter inspiratie.
Juni 2013
• Zeer efficiënte thoraxcompressie door constante feedback tijdens de gehele procedure • Verbeterde uitkomsten door constante visuele en audio feedback op compressiediepte en frequentie • Flexibele toepassing, kan zowel met hard-paddles als met corPatch plakelektrodes gecombineerd worden • Data wordt integraal opgeslagen voor review t.b.v. debriefing/ training. Bezoek onze stand tijdens de Venticare voor een uitgebreide demonstratie en documentatie. Uiteraard tonen wij ook onze corpuls 3 met alle mogelijke opties en mogelijkheden van datacommunicatie.
AMBULANCEZORG 21
RAV Gelderland-Midden en RAV Gelderland-Zuid kiezen voor ZOLL
Foto: Van links naar rechts : Dhr. Henk de Haan - Ambulance Verpleegkundige, Mevr. Iris van Beem – ZOLL Sales Representative EMS Netherlands, Dhr. Bas Walthaus - Bureauhoofd en projectleider, Dhr. Paul van der Heijden - Ambulance Verpleegkundige.
Na een eerdere succesvolle Europese aanbesteding voor de levering van ambulances in 2010, werd in 2012 besloten tot een gezamenlijke aanbesteding van hartbewakingsapparatuur door de RAV Gelderland-Midden en RAV Gelderland-Zuid. De Europese aanbesteding is in eigen beheer uitgevoerd met ondersteuning van een inkoopmedewerker van de Brandweer GelderlandMidden, die als expert kan worden beschouwd. Het programma van eisen (PvE) is door een projectgroep, bestaande uit medewerkers van beide RAV-en, zorgvuldig opgesteld. De uiteindelijke beoordeling van de toestellen vond plaats op basis van twee peilers. Op de eerste plaats door beoordeling van technische, commerciële en onderhoudswensen, waarbij de aanbieders van te voren op de hoogte waren gesteld van de wegingsfactor dat aan ieder aspect was toegekend. De andere belangrijke peiler was de gebruikerstest. De monitor is immers het “gereedschap” waarmee dagelijks wordt gewerkt. De gebruikerstest werd uitgevoerd door 10 ambulance-medewerkers, 5 van beide deelnemende RAV-en. Aspecten als bedieningsgemak, gewicht en robuustheid werden als
belangrijk beschouwd. De X Series® van ZOLL® kwam uit beide beoordelingen als beste naar voren op basis waarvan de opdracht aan deze leverancier werd gegund.
Eigenschappen van het toestel Met minder dan 6 kilogram is de X Series ongeveer half zo groot en zwaar als onze vorige defibrillator met volledige functionaliteit. Uit arbo-technisch oogpunt een aanzienlijke verbetering. Omdat de X Series is gebaseerd op het Propaq platform, zet het apparaat een nieuwe norm op het gebied van robuustheid en duurzaamheid. De klinische behandelingsmogelijkheden van ZOLL -defibrillatie, -pacing en -verbetering van de kwaliteit van hartmassage worden in de X Series gecombineerd met de meest geavanceerde bewakingsparameters. Het toestel biedt CPRondersteuning met numerieke waarden van de compressie diepte, snelheid en een release indicator, waarmee leunen op de borstkas wordt voorkomen. Er zijn meerdere curves tegelijk weer te geven, inclusief 4 fysiologische curves of bijvoorbeeld alle 12 ECGafleidingen op het scherm. Aspecten die vanuit de praktijk positief opvallen: De NIBP module met SmartCuf technologie geeft opvallend snel een meting van de niet-invasieve bloeddrukmeting. Gesplitst scherm. Nu kunnen we zowel een dynamisch ECG met meerdere afleidingen als een statisch ECG-rapport met 12 afleidingen tegelijk weergeven. See-Thru CPR®, laat tijdens de hartmassage het gefilterde ECG van de patiënt zien en helpt de duur van onderbrekingen te verminderen. Geavanceerde communicatie. Het is zeer eenvoudig gebleken een12 afleidingen ECG te verzenden, maar ook het uitlezen van complete reanimatiegegevens is kinderspel en geeft helder inzicht in hoe er is gereanimeerd. Nauwkeurige metingen van Sp02, ook bij patiënten met mindere doorbloeding. De wet van de remmende voorsprong Bij de implementatie van de ZOLL X Series is er een zorgvuldige procedure doorlopen. Alle medewerkers hebben een E-learning programma gevolgd en er is in meerdere sessies praktische instructie gegeven door zowel medewerkers van ZOLL als eigen instructeurs. Daarnaast is op alle ambulanceposten een toestel geplaatst waardoor de mogelijkheid bestond om in leeglooptijd te oefenen met het toestel. Ondanks dat de RAV Gelderland-Midden sinds vele jaren gebruik maakten van een toestel van een andere leverancier is iedereen relatief snel gewend geraakt aan het nieuwe toestel. In Gelderland-Zuid zal het nieuwe toestel, na een vergelijkbare procedure, ter publicatie van dit artikel in gebruik worden genomen. Kiezen voor een toestel dat nog maar net op de markt is heeft tot gevolg dat er een aantal zaken niet als vanzelfsprekend zijn. De NEN 1789 norm
stelt hoge eisen aan de manier waarop het toestel in de ambulance bevestigd moet zijn. Hoewel ZOLL hiervoor een bracket beschikbaar had die aan alle eisen voldeed, werd in goed overleg besloten tot de ontwikkeling van een andere bracket. Hierdoor kan het toestel nu op een uitschuifbare lade worden geplaatst waardoor de verpleegkundige vanuit de begeleidersstoel het toestel kan bedienen. In de bracket wordt het toestel bij vergrendeling automatisch opgeladen. Belangrijk voordeel is dat 1 batterij volstaat voor een continue inzetbaarheid.
Berekend op de toekomst Met de keuze voor de ZOLL X Series zijn de RAVen Gelderland-Midden en Gelderland-Zuid klaar voor de toekomst. Het 12 afleidingen ECG kan worden verstuurd naar het ziekenhuis of dienstdoende cardioloog. Via WiFi kan informatie naar de ketenpartners en backoffice worden verzonden. Op dit moment wordt met de leverancier van het elektronisch ritformulier (NAVARRA) een koppeling gerealiseerd, daardoor wordt de informatie uit het toestel direct gekoppeld aan het ritdossier. Reanimaties Een nieuwe mogelijkheid is dat het toestel tijdens een reanimatie de mogelijkheid biedt tot real-time feedback van de gegeven hartmassage. Naast een metronoom geeft het apparaat visueel en/of akoestisch de snelheid, diepte en de kwaliteit van de hartmassage weer. Door de See-Thru functie kan tijdens de hartmassage het onderliggend ritme worden beoordeeld, hiermee wordt de hands-off tijd verder gereduceerd. Beide functionaliteiten dragen bij een het optimaliseren van de gegeven hartmassage. De ZOLL X Series is compact zonder concessies in prestaties en biedt de geavanceerde functionaliteit en connectiviteit die wij nodig hebben om optimale en efficiënte zorg te kunnen verlenen aan de inwoners van ons verzorgingsgebied.
Ambulancezorg
Windkracht 12 Bft. Deel 1 Workshop: “ABCD-check in telefonische triage uitvraagprotocol of competentie? Zaal 718 Donderdag 6 juni, 14.00 – 15.20
Ambulancezorg
Workshop Advanced Medical Life Support Zaal 718 Vrijdag 7 juni, 15.50 – 16.30 Sprekers: M.P. Frederikse Voorzitters: R. Kemphorst, A. Adrichem Workshop Advanced Medical Life Support: M.P. Frederikse
Workshop door: G. Lieftinck Voorzitters: G.A.J. Pijnenburg , G.M.T. van Meurs-Bakker In deze actieve workshop gaan we aan de hand van een oefening zelf aan de slag met telefonische triage. Hoe beoordelen én borgen wij telefonisch betrouwbaar de vitale parameters? Routine, kunde of toch ook kunst?
Physio-Control: alles staat in het teken van samenwerking met de klant Physio-Control richt zich al meer dan 57 jaar op de acute hulpverlening en is een toonaangevende ontwikkelaar van producten voor het monitoren of behandelen van patiënten in acute medische situaties. Physio-Control ontwikkelt technologieën en systemen die aan de unieke wensen van haar klanten voldoen maar altijd zijn gebaseerd op wetenschappelijke inzichten. Alles staat in het teken van samenwerking met de klant: accessoires, disposables, instelbare energiedosering en informatiebeheeroplossingen voor het verzamelen van patiëntgegevens waarmee de zorg kan worden verbeterd. Physio-Control stelt bij het ontwikkelen van producten de wensen van de klant centraal: kwaliteit, innovatie, duurzaamheid en betrouwbaarheid. Physio-Control houdt zich aan de strenge kwaliteits- en innovatienormen bij het vernieuwen van haar producten en klinische technologien en het bij verbeteren van haar processen. Goed is nooit goed genoeg als het gaat om apparaten die dagelijks in diverse acute situaties worden gebruikt. Tenslotte zijn klanten en hun patiënten direct afhankelijk van LIFEPAK® producten.
24 AMBULANCEZORG
Producten van Physio-Control LIFEPAK CR® Plus automatische externe defibrillator LIEFPAK CR Plus AED biedt dezelfde geavanceerde technologie die door medisch personeel wordt gebruikt – maar eenvoudig is in gebruik. Dit volledig automatische apparaat is speciaal ontworpen voor diegene die eerste hulp verleent aan een patient met een plotselinge hartstilstand. LIFEPAK® 1000 defibrillator De LIFEPAK 1000 defibrillator is een krachtig en compact apparaat voor de behandeling van patienten met een hartstilstand en voor een continue hartbewaking. Dankzij de ingebouwde flexibiliteit kan de 1000 worden geprogrammeerd voor gebruik door eerste hulpverleners of door meer medisch geschoold personeel. LIFEPAK® 15 monitor/defibrillator De LIFEPAK 15 monitor/defibrillator is de nieuwe standaard op het gebied van spoedeisende hulp. Ideaal voor Avanced Life Support-teams die het meest effectieve en innovatieve LIFEPAK TOUGH apparaat op klinisch gebied willen. LIFEPAK ® 20e defibrillator/monitor Dit klinisch geavanceerde en krachtige toestel, geschikt voor met name in hospital
gebruik, is uiterst intuïtief voor hulpverleners. AED functies en handmatige mogelijkheden worden vakkundig gecombineerd. LUCAS® Thoraxcompressiesysteem LUCAS is ontworpen voor het geven van effectieve, constante en ononderbroken hartmassage in overeenstemming met de European Resuscitation Council-richtlijnen. LUCAS is geschikt voor volwassen patiënten in en buiten het ziekenhuis. LIFENET® System Het LIFENET-system biedt ambulancediensten en teams in het ziekenhuis toegang tot een veilig internet platform, waarmee patiëntenzorg en operationele efficientie wordt verbeterd door het verzenden van monitordata. CODE-STAT tm 9.0 Data review software Het CODE-STAT 9.0 evaluatieprogramma is een hulpmiddel waarmee u na inzet van een LIFEPAK op een eenvoudige manier gegevens, rapporten en evaluaties kunt analyseren. TrueCPR™Coaching device Het TrueCPR coaching device voorziet hulpverleners van realtime-feedback bij borstcompressies tijdens CPR overeenkomstig de geldende reanimatierichtlijnen volgens de European Resuscitation Council.
Sdu Uitgevers
HR Via Care De medische uitzendspcialist Organisatie Onze krachtige, kundige en behulpzame consulenten werken vanuit diverse locaties met als hoofdkantoor onze locatie aan de Zorgboulevard te Rotterdam. Wij detacheren ruimdriehonderdzorgprofessionals, personenvervoerders en andere arbeidskrachten voor verschillende opdrachtgevers van groot tot klein.
Over HR Via Care HR Via Care. De naam zegt eigenlijk al exact wat we doen. ‘HR’ staat voor human resources. ‘Care’ voor zorgen. Dus ‘Via’ ons hebben opdrachtgevers geen omkijken meer naar hun personeelsvraag. Daar zorgen wij voor. Ontstaan en ontwikkeling HR Via Care is ruim vijf jaar geleden begonnen. Onze oorsprong ligt in de Ambulance-dienstverlening. HR Via Care heeft in de loop der jaren de medische sector versterkt met ons personeel. Inmiddels zijn wij een allround uitzendbureau, met als specialisme de zorgbranche.
Hoe kunt u ons bereiken : Hoofdkantoor HR Via Care Maasstadweg 53, 3079 DZ Rotterdam Tel: 010-2062020 e-mail: info@hrviacare.nl
Anzeige_NL_halbe_Seite_RZ.indd 1
13.05.13 17:51
Gorinchem
11, 12 en 13 juni 2013
Openingstijden:
di 10.00 - 17.00 uur wo 14.00 - 22.00 uur do 10.00 - 17.00 uur
Deze nieuwe beurstitel is de opvolger van Brandweer Vakdagen en Vakbeurs IVIC. 112 Vakdagen is het grootste en meest complete hulpverleningsevenement van Nederland. Centraal tijdens dit vakevenement staan de expositie van producten/ diensten, een kennisprogramma en “live actie” op het demonstratieterrein. Bent u enthousiast over deelname of een bezoek aan 112 Vakdagen? Neem dan contact op met de beursorganisatie.
Evenementenhal Gorinchem T 0183 - 68 06 80 I www.evenementenhal.nl E gorinchem@evenementenhal.nl
Ons evenement. UW MOMENT.
Zet je carrière via ons op de rit. Want HR Via Care bemiddelt voor een breed scala aan opdrachtgevers waaronder Ambulancevoorzieningen, zorginstellingen en medische centra in verschillende regio’s. Zo vind je altijd de geschikte functie bij jou in de buurt Vind snel je ideale baan Je kunt bij ons zoeken op vacatures. Staat je vacature er niet tussen? Of weet je precies waar je aan de slag wilt? Neem dan contact met ons op, dan maken we er samen werk van. Zo heb je snel de baan die je altijd al wilde of de ideale functie die je altijd over het hoofd zag. Goede begeleiding Eenmaal aan het werk, zorgen wij voor goede begeleiding. Wij zijn 24/7 voor jou bereikbaar. Verder heerst er bij onze opdrachtgevers een goede werksfeer waardoor je alle ruimte hebt je carrière optimaal te ontplooien. Fraaie arbeidsvoorwaarden Werken via HR Via Care betekent werken tegen een uitstekende beloning. Dat past bij de opdrachtgevers waar we voor werken. Wij maken ons hard voor een goed salaris en goede secundaire arbeidsvoorwaarden. Nog meer pluspunten van HR Via Care : ● Een persoonlijke consulent die weet wat jij wilt; ● Uitstekende urenregistratiesysteem; ● Flexibel in het indelen van je eigen werktijden; ● Altijd een baan bij jou in de buurt!
Handreiking human factors in de hulpverlening, ramp- en crisisbestrijding Lessons learned uit de luchtvaart Bij een calamiteit tijdens de vluchtuitvoering lijkt de luchtvaart op een hulpverleningsorganisatie… men werkt in situaties die zich onderscheiden van het normale. Er moeten snel allesbepalende beslissingen worden genomen, er wordt gewerkt onder stress, er wordt aanspraak gemaakt op teamwork. De luchtvaart ging de hulpverlening voor in het zoeken naar optimale veiligheid. De meeste ongevallen en bijna-ongevallen in de luchtvaart worden internationaal bijgehouden en doorgaans nauwkeurig onderzocht. Uit dat onderzoek kwam naar voren dat (juist) zeer ervaren piloten toch heel basale fouten blijken te maken, niet zelden met fatale afloop. Maar liefst 70 procent van de gemeten luchtvaartincidenten bleek toe te wijzen aan human factors. Sindsdien investeert men in error management, in de preventie van menselijk falen. Deze Handreiking zet op een rij wat er door hulpverleners vanuit de luchtvaart te leren valt om het menselijk falen in situaties waarin het erom spant, te kunnen verminderen.
Geïnteresseerd in wat wij nog meer kunnen betekenen voor jou? Neem dan contact met ons op via onderstaande gegevens. Hoofdkantoor HR Via Care Maasstadweg 53, 3079 DZ Rotterdam Telefoon: 010-2062020 E-mail: info@hrviacare.nl
26 AMBULANCEZORG
Bestellen: Telefonisch: Sdu Klantaanbod, tel. 070-3789880 Sdu Uitgevers
Advertorial
1. Bent u beleidsmatig betrokken bij veiligheid? 2. Is het noodzakelijk dat u weet wat er gaande is in de veiligheidssector? 3. Staat er in uw functiebeschrijving dat u dient te kunnen netwerken? Indien u één of meer van bovenstaande vragen met "ja" beantwoordt, nodigen wij u uit om beroepsmatig gebruik te gaan maken van Hulpdienstenonline, Infotheek en Hulpverleningsforum. Want: • Op www.Hulpdienstenonline.nl monitoort u effectief en efficiënt het actuele beleidsnieuws van rijksoverheid, provincies, gemeenten, waterschappen, (koepel)organisaties van politie, brandweer en ambulance, vaktechnische instituten, rechterlijke organisaties, inspecties, onderzoeksbureaus en zo voorts. Altijd wordt de bron van het nieuws als link toegevoegd. Via deze bron is veelal het achterliggende beleidsdocument te benaderen en te raadplegen. Deze nieuwsvoorwziening is onafhankelijk, stelselmatig en (daardoor) betrouwbaar. En zij is gratis! • Is netwerken uw core business, dan is de Infotheek een tool waarmee u zich veel tijd kunt besparen. Met deze tool kunt u zich namelijk snel een overzicht vormen welke regelgeving actueel van toepassing is op een beleidsonderwerp, hoe de verschillende veiligheidspartners in dat beleidsveld acteren, vanuit welke visie een ieder werkt, welke doelen zij zich op dit beleidsveld hebben gesteld en aan welke parameters zij hun successen afmeten.
Hoe het werkt? In het kielzog van publicatie van beleidsnieuws op Hulpdienstenonline.nl worden alle relevante beleidsdocumenten overgebracht naar de kennissite Infotheek. Daarnaast bevat de Infotheek ook actuele weten regelgeving, jurisprudentie en wetstechnische toelichtingen. De rest is een kwestie van combineren van redactioneel toegekende rubriceringen met uw trefwoorden om er de "taartpunt" met terzake doende documenten uit te krijgen. Neem een proefabonnement, en probeer het eens uit. U zult zien dat uw netwerkactiviteiten efficiënt en effectief worden ondersteund. • Wilt u weten wat er speelt in de hulpverleningssector? Heeft u een vraag die u nergens anders beantwoord krijgt? Heeft u een zienswijze die u wilt delen met uw collega's in de veiligheidssector? Schrijf u dan in op het Hulpverleningsforum, en praat mee in de community van professionals in hulpverlening, rampenbestrijding en crisisbeheersing. Gratis voor professionals. Hulpdienstenonline, Infotheek en Hulpverleningsforum zijn te benaderen vanuit www.hulpdienstenonline.nl
Hulpdienstenonline, Infotheek en Hulpverleningsforum zijn publicaties van Sdu Uitgevers Juni 2013
AMBULANCEZORG 27
THE NEXT LEVEL
VOOR PROFESSIONALS IN ZORG ‘WERKEN VOOR
De kortste weg naar flexibele gezondheidszorg is Excellus.
VERSCHILLENDE
Wij bieden zekerheid in kwaliteit, op elk gewenst moment
OPDRACHTGEVERS,
en op elk gewenst niveau. Onze medewerkers versterken
DE ZORG VOOR ELKE PATIËNT: DOOR DIE AFWISSELING BLIJF IK EXCELLEREN
graag teams waar het nodig is: onze mensen, onze kracht.
Zo blijft de continuïteit van de zorgverlening op peil en krijgen de professionals ruimte om alles uit zichzelf te halen.
IN DE ZORG.’ OOK BEHOEFTE AAN EXTRA AFWISSELING EN ONTWIKKELING? Wij zoeken nog: • ambulanceverpleegkundigen • ambulancechauffeurs • meldkamercentralisten Neem persoonlijk contact op met Wouter Hietberg en informeer naar de zomeractie die voor jóu geldt bij flexibele inzetbaarheid via Excellus: 06 54 20 15 46.
Pieken als het nodig is. www.excellus.nl
94660_Escellus.indd 1
Rechtestraat 41
M +31 (06) 54 20 15 46
1483 BB De Rijp
M +31 (06) 54 67 88 88
5/17/2013 12:37:21 PM
Joris Slaets, hoogleraar ouderengeneeskunde: “Artsen behandelen oudere patiënten langer door dan wenselijk”.
Reanimeren vaak een kansloze missie Voor het eerst kwamen 230 zorgverleners in Groningen bijeen om te praten over levenseinde en reanimatie. Volgens initiatiefnemer en ambulanceverpleegkundige Jan Houkes is de ambulancewereld nauw betrokken bij het vraagstuk ‘Een menswaardig einde’. Door Gerard den Elt, freelance-journalist Foto’s beschikbaar gesteld door AmbulanceZorg Groningen
Met ruim 230 ambulancehulpverleners en andere betrokkenen uit heel Nederland in de congreszaal vliegen de vingers plotseling de lucht in. Journalist en auteur Rob Bruntink heeft de bezoekers aan het congres ‘Een menswaardig einde’ de vraag gesteld welke dood zij voor zichzelf zouden verkiezen. Een snelle of een langzame dood? Dat is voor de aanwezigen, die zelf zo vaak in de positie verkeren waarin hun handelen het verschil kan maken tussen leven of dood, met recht een gewetensvraag. Een klein deel van de zaal geeft schuchter en vol twijfel de voorkeur aan een langzaam stervensproces. Tachtig procent van de ambulancehulpverleners echter steekt kordaat en vol overtuiging de vinger op als het gaat om een snelle dood. Een ogenblik later davert een gulle en bevrijdende lach door de congres-
Juni 2013
zaal in het Groningse Hampshire Plaza Hotel. Bruntink heeft in zijn PowerPointpresentatie een passende illustratie opgenomen: De snelle dood van een motorcoureur, die getuige de foto tijdens een motorrace door zijn eigen vehikel wordt overreden. Een – letterlijk - snellere dood is nauwelijks voorstelbaar. Initiatief We schrijven donderdag 21 maart 2013. Voor het eerst neemt AmbulanceZorg Groningen het initiatief voor een congres, wellicht het begin van een jaarlijkse traditie. De Groningse ambulanceverpleegkundige Jan Houkes, initiatiefnemer voor de bijeenkomst, wil in het zicht van zijn pensioen een congres over het onderwerp ‘Een menswaardig einde’ organiseren. Te vaak heeft hij in zijn werkzame leven geworsteld met vraagstukken over het levenseinde. Heeft reanimatie nog wel zin, als er geen reëel uitzicht meer is op een menswaardig leven? Hoe gaan ambulanceverpleegkundigen, huisartsen, en eerste-hulpartsen daarmee om? En hoe zit dat ethisch en juridisch? Kan het ook anders?
AMBULANCEZORG 29
Dilemma’s delen Jan Houkes stelt de behoefte te voelen om de stervensproblematiek ook in de ambulancewereld bespreekbaar te maken. Hij werkt ruim veertig jaar in de zorg en zegt dat daarvan de laatste vijftien in de ambulancezorg in Groningen de mooiste uit in zijn loopbaan zijn geweest. Aan de andere kant wil hij de dilemma’s uit zijn beroepspraktijk delen met ambulancehulpverleners en anderen in de zorgketen. Zijn initiatief wordt onmiddellijk omarmd door directeur Bert Benthem van AmbulanceZorg Groningen. Want de ambulancewereld moet in zijn ogen meer reliëf krijgen als onvervangbare schakel in de gezondheidszorg. Het thema ‘Een menswaardig einde’ zal niet snel geassocieerd worden met de levensreddende plichten van de ambulancehulpverleners, constateert Benthem in zijn openingswoord. “In een branche waarin elke seconde telt en kwalitatief goede en adequate hulp het verschil kan maken tussen leven en dood, denk je over dat vraagstuk niet zo snel na”, aldus de AZG-directeur. “Levens redden is onze kerntaak.” Op dit congres laten achtereenvolgens kinderarts Eduard Verhagen, hoogleraar ouderengeneeskunde Joris Slaets, ethicus Els Maeckelberghe, jurist Anthony Wijnberg, huisarts Martin de Boer en journalist Rob Bruntink hun licht schijnen op de stervensproblematiek. Dat er een kinderarts spreekt, heeft te maken met het feit dat er ook ernstig zieke kinderen vervoerd worden met de ambulance. Moet een oudere patiënt met een lange ziektegeschiedenis en nauwelijks perspectief nog gereanimeerd worden? En hoe zit het juridisch als de ambulanceverpleegkundige besluit niet (meer) te reanimeren, ondanks het ontbreken van een niet-re-
30 AMBULANCEZORG
animeren penning? Het levenseinde en de wijze waarop dit tot stand komt, is volgens Houkes wel een bespiegeling samen met vakbroeders waard. Zijn idee voor het congres blijft trouwens niet onopgemerkt. Hij haalt er de nieuwspagina’s mee van regionale kranten als Dagblad van het Noorden, de Gelderlander, Brabants Dagblad en de Limburger. Vooral zijn kritiek op het ‘romantische beeld’ over reanimatie dat de Hartstichting in zijn ogen schetst, trekt publicitair de aandacht. Reanimeren is geen romantiek “De Hartstichting doet erg veel aan voorlichting en stimuleert zaken als AED’s, organiseert buurthulp en stimuleert mensen om BLS te leren. Dat is een prima zaak”, zo zegt Houkes in zijn toespraak tot het congres. “In de tv-spotjes van de Hartstichting lijkt het echter wel of reanimeren een bijna romantisch gebeuren is. Iemand valt om, er is direct een AED en adequate hulp voorhanden. Eén keer een schokje en de patiënt kan bijna verder met waar hij of zij mee bezig was.” Volgens Houkes toont de Hartstichting als het ware een 28-jarige dame met cupmaat C en een kort rokje. “In onze beleving gaat het vaker om een 82-jarige patiënt, de incontinentieluier vol geplast, nog een pompfunctie van het hart van 25% en een medicatielijst van hier tot Tokio. Dan krijgt de heroïek toch een andere dimensie. Natuurlijk is dit gechargeerd, maar toch…” Vaak kansloos Houkes: “Reanimaties zijn vaak kansloze missies. Beperkte cijfers komen uit op een slagingspercentage van 22. De periode tussen de hartstilstand en eerste hulp is vaak dusdanig lang,
Sdu Uitgevers
tiënt. De medicus stelt vaak dat de patiënt of de familie aandringt tot doorbehandelen. Richtlijnen hiervoor ontbreken”, zegt hij. Hij vindt dat huisartsen tijdig een ‘levensfasegesprek’ met hun patiënten moeten voeren, zo rond de pensioengerechtigde leeftijd. “In dat gesprek wordt op een eenvoudige en niet-bedreigende wijze gesproken over ouder worden, de kwaaltjes en de uiteindelijke dood”, aldus Houkes. “Als de cliënt in de laatste levensfase komt, kunnen de eerder gevoerde gesprekken helpen hoe dit levenseinde eruit gaat zien.” Dat idee wordt onderstreept door spreker Martin de Boer, huisarts in Ter Apel. Hij schetst zijn rol in het stervensproces. Elke huisarts maakt volgens hem zes tot tien keer per jaar een situatie van stervensbegeleiding mee. De Boer pleit ervoor dat alle huisartsen het naderende einde bespreken met patiënten die minder dan een jaar te leven hebben. “Er moet nagegaan worden welke doelen haalbaar zijn, welke wenselijk zijn en of deze binnen proporties zijn”, aldus De Boer. Hij krijgt prompt bijval van de ambulanceverpleegkundigen voor het idee om samen met andere huisartsen daarover een volgend congres te organiseren.
Ethica Els Maeckelberghe stelt de indringende vraag of zij eeuwig zouden willen leven. Jurist Wijnberg (voorgrond): “Ik kan u alleen maar adviseren te handelen zoals het een goed hulpverlener betaamt”.
dat in veel gevallen onherstelbare hersenschade is opgetreden. Dit doet zich al voor na zes minuten. Het dilemma voor ons als hulpverlener bij deze categorie patiënten is: wel of niet opstarten van de reanimatie?” Verder handelen gebeurt volgens hem op basis van ‘nuchter boerenverstand’. Hij wordt in die houding gesteund door jurist Wijnberg, gespecialiseerd in gezondheidsrecht. Volgens hem is veel onduidelijk over de juridische positie van de ambulanceverpleegkundige. “Er is een Europees Reanimatie Protocol. Dat telt 266 pagina’s. Niemand zal u kwalijk nemen dat u op het moment suprême niet alle artikelen uit uw hoofd kent”, aldus Wijnberg. Hij geeft toe dat hij en zijn medejuristen te weinig kennis hebben over de beroepspraktijk van ambulancevervoerders. “Ik kan u alleen maar adviseren te handelen zoals het een goed hulpverlener betaamt.” Ambulancemedewerkers moeten volgens Wijnberg alles zo veel mogelijk documenteren, zodat men bij eventuele juridische staartjes zo sterk mogelijk staat. Houkes stelt dat sommige reanimaties hebben geleid tot uitzichtloos lijden van patiënt en vooral diens directe omgeving. “Daarom zou er meer palliatief tegen reanimaties aangekeken moeten worden.” Levensfasegesprek Het gaat op dit congres niet alleen over reanimeren. In de ambulance hebben de ambulancehulpverleners ook regelmatig te maken met uitbehandelde of terminale patiënten, die nog een behandeling moeten ondergaan. Houkes verwijst naar een artikel in Medisch Contact (2012), waarin beschreven wordt dat artsen ernstig zieke patiënten in de laatste fase van hun leven te lang doorbehandelen. “Soms is dit strijdig met het welzijn van de pa-
Juni 2013
Jong en oud Kinderarts Verhagen, hoofd van de afdeling kindergeneeskunde van het UMCG, vertrouwt de congresgangers toe dat hij nooit erbij stil heeft gestaan ‘dat dit ook bij jullie werk als ambulancehulpverleners hoort’. Het einde van een kort leven maakt deel uit van zijn dagelijkse praktijk. Verhagen: “Het is ons dagelijks werk, ook al went het nooit.” Van de 200.000 baby’s die per jaar worden geboren, overlijden er circa 1000. In enkele gevallen wordt besloten tot actieve euthanasie. Daartoe wordt het zogenaamde Gronings Protocol gevolgd, in zijn ziekenhuis ontstaan nadat er in de wereld rumoer was ontstaan over de zachte dood voor pasgeborenen. “Nu is de actieve levensbeëindiging van pasgeborenen aanvaard, althans in Nederland.” Het aantal zaken is volgens Verhagen echter gering. Prof. Joris Slaets bespreekt als hoogleraar ouderengeneeskunde de problematiek juist bezien vanuit het levenseinde van de oudere patiënten. Hij stelt dat op basis van ervaringscijfers 40 procent van de ouderen in de laatste drie dagen van hun leven nog een nieuwe medische behandeling ondergaan. “Artsen behandelen oudere patiënten langer door dan wenselijk”, aldus Slaets, verwijzend naar onderzoek onder artsen. Van hen blijkt 62 procent die stelling te onderschrijven. Eeuwig leven Els Maeckelberghe, universitair docent ethiek aan de Rijksuniversiteit Groningen, stelt tot slot de aanwezigen de indringende vraag of zij eeuwig zouden willen leven. Een enkeling heeft daar wel oren naar. Een FC Groningen-fan bijvoorbeeld, die hoopt dat zijn club ooit de Champions League zal winnen. De ethica houdt haar gehoor voor dat eeuwig leven niet hetzelfde is als eeuwige jeugd. En dan wordt het ideaal plotseling minder aantrekkelijk, want eeuwig voort tobben in ouderdom en gebrek wil niemand. Maar, zo wil één van de aanwezigen van haar weten, hoe ga je met een stervende om na een gruwelijk ongeluk, in zijn laatste pijnlijke ogenblikken? Maeckelberghe geeft dat zij als ethica ‘een langzame denker’ is. “Het gaat in die laatste fase vooral om je houding. Zie de patiënt in die laatste ogenblikken niet als een object waarop je medisch-technische handelingen uitvoert, maar toon medeleven.”
AMBULANCEZORG 31
De passie van Lex maakt onze ambulances onderscheidend... Kwaliteit, afwerking en duurzaamheid staan bij Visser Leeuwarden op een hoog niveau. Maar ook de gedrevenheid van onze medewerkers maken Visser-ambulances onderscheidend.
“ Ik v i nd h et e e n u i td a g i n g o m een i nte ri e u r i n te b o uwe n , dat h e l e m a a l l d o et a a n d de vo ld e we n s e n d e k l a nt � van de
Bij Visser Leeuwarden werken mannen en vrouwen met passie voor ambulances. Neem nou Lex, interieurbouwer. In zijn vrije tijd ontwerpt Lex graag meubels en interieurelementen. Die hobby kan hij toepassen in zijn dagelijkse praktijk. Hoe ingewikkelder het werk, hoe meer hij geniet. Die passie ziet u terug in elk Visser-product...
www.visser-leeuwarden.nl Edisonstraat 16, 8912 AW Leeuwarden T +31 (0)58 - 213 45 55 F +31 (0)58 - 215 01 57 I info@visser-leeuwarden.nl
Van vaardigheidstraining naar het trainen van verkeersinzicht Viktor Koot, rijinstructeur Regionale Ambulance Voorziening Gelderland-Midden, OvdG (Officier van dienst Geneeskundig), lokaal opleidingscoördinator en ambulancechauffeur, was vroeger al veel bezig met alles wat met rijden, auto’s en motoren te maken heeft. Zo heeft hij vijf jaar lang geracet met zijn motor op het circuit. Een echte passie! En daar heeft hij zijn beroep van kunnen maken. Maar ‘racen’ in een ambulance, is toch even wat anders!
Door Rianne Verwoert Foto’s beschikbaar gesteld door de Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden
Rijopleiding in eigen beheer Viktor is een van de twee (de derde is in opleiding) volledig gecertificeerde rijinstructeurs binnen de RAV Gelderland-Midden. RAV Gelderland-Midden heeft sinds drie jaar een groot deel van de rijopleiding en nascholing voor eigen
Juni 2013
personeel in eigen beheer. Daarnaast werkt zij, indien nodig, ook samen met professionele aanbieders. De algemene doelstelling van deze rijopleidingen is het kunnen aanbieden van kwalitatief hoogwaardige scholing, die aansluit bij de praktijk, met mogelijkheden tot afstemming op de specifieke leerbehoefte van de individuele cursist. Eén van de pijlers binnen deze opleidingen en nascholingen is het vergroten van het verkeersinzicht.
Op de vraag waarom het belangrijk is om het verkeersinzicht te vergroten, antwoordt Viktor: ‘Dat heeft te maken met een Noors wetenschappelijk onderzoek, waaruit gebleken is dat het trainen van vaardigheden die nauwelijks in de praktijk worden gebracht, een averechts effect hebben. Je denkt namelijk dat je het in de vingers hebt, je gaat over de grens heen en dan gaat het sneller mis. Je hebt dus veel meer aan het vergroten van het verkeersin-
AMBULANCEZORG 33
zicht waarmee je voorkomt dat je in de problemen raakt’. Aan wie geeft Viktor deze trainingen dan en zijn die echt nodig? Viktor: ‘Wij verzorgen de initiële rijopleiding en jaarlijkse nascholingen voor onze soloverpleegkundigen (AZA) en OVDG-en. We geven extra training naast de landelijke basisopleiding van onze ambulancechauffeurs in opleiding en sinds dit jaar ook jaarlijkse nascholing voor alle ambulancechauffeurs in onze regio.’ Op de vraag of ze echt nodig zijn, antwoordt Viktor dat er een landelijke basisopleiding voor ambulancechauffeurs is, maar dat de RAV
rijden. Zij zijn de professionals in het verkeer en als zij bij een ongeval betrokken raken, is de ambulance in beginsel altijd fout. Als professional heb je een bijzondere verantwoordelijkheid zo te rijden dat je andermans fouten op kunt vangen. Bovendien rijd je vaak met een patiënt. De behandeling begint tegenwoordig al op straat en onderweg wordt deze voortgezet. Dit vergt zeker wat van de chauffeur, want de verpleegkundige staat vaak achterin de ambulance bij de patiënt en moet kunnen behandelen. Een noodstop of uitwijkmanoeuvres zijn dan niet handig. ‘Het is dus belangrijk dat we veilig en comfortabel aankomen in het ziekenhuis, waar de
Van links naar rechts: Viktor Koot (rij-instructeur), Egbert Vegelien (senior rij-instructeur) en Reggie Diets (domeinverantwoordelijke)
Gelderland-Midden daar nog extra specialisme en verdieping in wil aanbrengen. Dat is de reden dat deze rijopleidingen bij RAV Gelderland-Midden ook voor ambulancechauffeurs zijn ingevoerd. ‘Natuurlijk zijn we tevreden over de landelijke basisopleiding, maar onze toevoeging biedt meerwaarde aan onze medewerkers.’ Een ambulancechauffeur rijdt de meeste spoedritten t.o.v. de brandweer en politie. Het gaat om gemiddeld 365 ritten per persoon op jaarbasis. Veilig en slim kunnen rijden is dus erg belangrijk en daarom bieden wij een extra aanvulling op de basisopleiding. Meerwaarde extra training Waar zit die meerwaarde dan in? Dat heeft alles te maken met verkeersinzicht. Het heeft te maken met slim rijden, waarbij de vuistregel geldt: veilig, comfortabel en liefst ook nog vlot. In alle situaties moeten de medewerkers van de ambulance veilig
34 AMBULANCEZORG
behandeling wordt voortgezet. Snelheid is dan van ondergeschikt belang.’ Slim rijden Slim rijden? Hoe doe je dat dan? ‘Je maakt gebruik van mogelijkheden. Je creëert ruimte, je neemt de regie en zorgt ervoor dat je jezelf onafhankelijk opstelt in het verkeer. Dit betekent dat je anticipeert. Meer ruimte neemt, indien je dat nodig acht. Dat je scherp in beeld hebt wat de actuele en potentiële gevaren zijn. Stel er is een weg waar je 80 mag rijden, er is een zijweg van rechts die je niet in kunt zien. Dan kun je gokken dat er niets uit komt, maar dat is niet de goede manier. Je kunt ook je positie veranderen en snelheid aanpassen. Je rijdt constant met een virtueel ruimtekussen, waar niemand in mag komen.’ Hulpmiddelen die ervoor kunnen zorgen dat je slim rijdt: verbeteren van de kijktechniek, verbeteren en structureren van
het nemen van beslissingen en uitvoeren van je handelingen, inzicht geven in en oplossing zoeken voor je eigen beperkingen en die van je voertuig, het constant zorg dragen voor maximale veiligheid en het houden van opties. Eén keuze is geen keuze is hier het statement. Auto of ambulance? De RAV Gelderland-Midden gebruikt ook een gewone (onopvallende) auto om in te trainen. Deze is in december 2012 geïntroduceerd. Waarom die gewone auto? ‘Het opleiden in zo’n auto gaat een stuk makkelijker omdat je niet “geholpen” wordt door het verkeer. Je moet het helemaal zelf doen. Voor een ambulance gaan mensen sneller aan de kant en daarvan tolereren ze meer. In een onopvallende auto heb je die hulp niet. Je wordt gedwongen van tevoren de volledige situatie in kaart te brengen en op een nette manier oplossingen te vinden. Je wilt de ambulancechauffeurs namelijk voorbereiden op die ene keer dat een burger de ambulance niet gezien of gehoord heeft. De overstekende jongeman met zijn mp3-speler op 10, de sms-ende automobilist, de dronken fietser, enzovoorts. Je moet altijd veilig aankomen op de plaats van bestemming, wie je onderweg ook tegenkomt.’ Daarnaast is er ook een gewone opleidingsambulance, een OVD (officier van Dienst)voertuig, een sololance en per 2013 is er ook een opleidingsmotor. De opleidingauto’s beschikken over dubbele pedalen en extra spiegels, zoals wettelijk vereist is. Om op een juiste manier rijtraining te kunnen geven heeft het Ministerie van Infrastructuur en Milieu een beschikking uitgegeven waarmee, tijdens deze rijtrainingen, overtredingen mogen worden gemaakt. Dit zijn zaken zoals overschrijden van de maximumsnelheid, inhalen bij een inhaalverbod en het passeren van een rood verkeerslicht. Voorwaarde, natuurlijk, is dat dit wel veilig gebeurt. Waar train je op? Dat kan van alles zijn. Een voorbeeld is door rood rijden. Een ambulance heeft 26 keer zoveel kans op een aanrijding als hij met spoed (sirene en zwaailicht) door rood rijdt. Dat is een groot risico en daarom is training erg belangrijk. Maar we leren ook stuur-, keer- en remtechnieken bijvoorbeeld. Of denk aan de avond- en nachttrainingen. Je hebt dan 70-80% minder informatie van je omgeving, contrast valt
Sdu Uitgevers
weg, kleuren vervagen en hoogteverschillen vallen minder op. Opleiding En heb je daar ook nog een opleiding voor nodig? Of mag iedereen zomaar rijinstructeur worden? ‘Nee, zeker niet. Sinds 2009 is er een wetswijziging gekomen waarin iedereen die rijonderricht geeft, ook aan personen die al een rijbewijs hebben voor die categorie, een bevoegd rijinstructeur moet zijn. Een specifieke opleiding voor rijonderricht op de ambulance is nog niet verplicht, wellicht in de toekomst. ‘Toch kun je niet zomaar ambulance chauffeur instructeur worden’, benadrukt Viktor. Rijden op een ambulance is heel andere koek dan rijden in een personenauto onder normale omstandigheden. Op de vraag hoe hij het dan geleerd heeft: ‘Naast mijn meer dan 10 jaar praktijkervaring als ambulancechauffeur, op het circuit en de rijinstructeur opleiding, heb ik ook veel contact met mijn collega Egbert Vegelien. Hij is senior rijinstructeur bij VGGM en tevens werkzaam in de operationele dienst bij het KLPD. Met hem spar ik, we trainen
elkaar en geven feedback. Hij draagt met zijn professie bij aan de verdere ontwikkeling van de scholing. Want wij zijn als rijinstructeurs ook verantwoordelijk voor het maken van het lespakket op verschillende niveaus.’ Samenwerking Gelderland-Zuid Op de vraag of elke RAV gebruik kan maken van de diensten van GelderlandMidden antwoordt Viktor negatief. ‘Nee, wij hebben een beperkte groep mensen die deze trainingen kunnen geven en garant staan voor goede kwaliteit. Dat kan niet als iedereen er gebruik van gaat maken. Wij hebben niet het doel een landelijk opleidingscentrum te worden. Wél werken wij samen met RAV Gelderland-Zuid en geven wij ook daar trainingen vanaf juni 2013. Dit komt doordat wij samen met hen het Bovenregionaal Opleidingsbureau (BOB) vormen. Binnen dit verband ontwikkelen we ook samen met hen de interne scholingen op onder andere medisch vlak.
feurs zijn zeer positief over deze extra aanvulling. Eén keer per jaar worden zij bijgeschoold, 6 uur lang. Jaarlijks is er ook een vrije training en extra rijtraining wordt daar nu veel in aangevraagd. Dat laat dus zien dat het bevalt en dat men de meerwaarde ervan inziet! ‘We blijven ons verder ontwikkelen en professionaliseren’, aldus Viktor.
Auteur Rianne Verwoert is communicatiemedewerker bij VGGM. De RAV Gelderland-Midden maakt deel uit van Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden. Voor meer informatie: kijk op www.vggm.nl/ambulancezorg
Resultaten De evaluaties zijn positief! Er zijn geen statistieken, maar de ambulancechauf-
Visser bouwt BRATRA voertuigen voor de Koninklijke Marechaussee Eind 2012 en begin 2013 leverde Visser in totaal vier Brandbestrijding- en traangasvoertuigen (BRATRA) aan de Koninklijke Marechaussee. De BRATRA voertuigen zijn gebouwd op een Mercedes Benz Sprinter met lange wielbasis en extra verhoogd dak, daarnaast is het voertuig voorzien van een 4x4 aandrijving. Het BRATRA voertuig wordt ingezet als ondersteuningsvoertuig bij grote calamiteiten. De BRATRA Sprinter is onder meer voorzien van: - polycarbonaat panelen aan de buitenzijde; - RVS dakplateau met hekwerk volgens de ARBO richtlijnen; - optische en akoestische signalering; - inrichting met ladekasten, opbergrekken en zitposities; - polyurethaan spuitvloer met meegespoten rubberen antislip deeltjes.
Foto: adjudant Evers (Koninklijke Marechaussee) en Arnoud IJkema (Accountmanager Visser)
Juni 2013
AMBULANCEZORG 35
CASUS
Een bijzondere inzet… De prehospitale spoedeisende medische hulpverlening is een dynamisch vakgebied waar geen situatie hetzelfde is. Regelmatig zijn er niet alledaagse inzetten waar nog lang over gesproken wordt. Vaak is er direct na een dergelijk hulpverlening weinig tijd om uitgebreid te debriefen met alle betrokken hulpverleners. Onderstaande casus, die zich voordeed in Winterswijk, is hiervan een voorbeeld. In dit artikel een beeld van de omstandigheden, de afwegingen en de beslissingen die genomen zijn in deze bijzondere situatie.
Melding vanuit MKA aan ambulance om 12.15 uur: medewerker thuiszorg hoort een cliënt zacht roepen, maar de deur wordt niet open gedaan. Aankomst ambulance op locatie patiënt: 12.19 uur
We arriveren onder A1. Bij aankomst weet de politie zich met moeite toegang te verschaffen tot de woning, waardoor wij tijd hebben om informatie in te winnen bij de thuishulp. Daaruit blijkt dat hij verminderde kracht in de benen heeft na een CVA en daardoor rolstoelafhankelijk is. Daarnaast heeft hij Diabetes Mellitus type 2 en hypertensie. Bij het betreden van de woning treffen we op de vloer in de badkamer een zwaarlijvige man aan in een bijzondere houding (zie tekening). Hij is zwaar vermoeid, maar kan ons vertellen dat hij 2 dagen geleden een transfer heeft gemaakt van toilet naar de rolstoel, alleen de rolstoel is weggegleden en hij is gevallen. Door zijn verminderde rompbalans en verminderde kracht in de benen was hij niet in staat de val op te vangen en hij is, mede door zijn corpulente omvang, voorover gezakt. Hij ligt volledig dubbelgeklapt op de vloer, met zijn knieën uit elkaar, en zijn hoofd rust op zijn voeten. Al die tijd heeft hij zo gezeten en kon hij niet van houding veranderen.
36 AMBULANCEZORG
Vitale Functies: A: De ademweg is vrij met fors oedeem in het aangezicht. B: Sufficiënte ademhaling, frequentie 16 maal per minuut. Diepte en symmetrie ademhaling niet tot nauwelijks te beoordelen i.v.m. zijn positie. Saturatie >50% maar niet betrouwbaar door uitgebreid oedeem. Met 6 ltr. O2 via een neusbrilletje liep de saturatie op tot 80% (NR-masker was niet mogelijk door de houding). Auscultatie op de rug: vesculair ademgeruis beiderzijds. C: Hartfrequentie 68 slagen per minuut, regulair. Radialis pols matig voelbaar door beiderzijds oedeem. Carotis aanzienlijk beter voelbaar en krachtig. Tensie 90/60. 12 afleidingen ECG niet mogelijk door zijn houding. 4 afleidingen via extremiteiten wel mogelijk. D: AVPU= A Pupillen niet te beoordelen wegens de positie van de patiënt. Door het oedeem is het niet mogelijk om een perifeer infuus in te brengen. Daardoor is ook een botnaald riskant want we hebben maar één kans, gezien de positie van de patiënt. Blijft nog over: de linker humeruskop, maar ook daar is extreem veel oedeemvorming, waardoor we dit voorlopig als optie openhouden. Volgens onze inschatting kan dit omdat hij na 50 uur in deze positie redelijk ABCD stabiel gebleven is.
Sdu Uitgevers
CASUS
De posities op de foto geven aan hoe de patiënt ‘overdwars’ vervoerd werd.
Samen met mijn collega besluiten we om assistentie in te roepen van een tweede ambulance vanwege de houding en tijdsduur (stijfheid) zodat we met hem op transport zouden kunnen naar het Streekziekenhuis Koningin Beatrix in Winterswijk. Terwijl mijn collega de aanrijdende collega’s bijpraat, probeer ik nog een top-teen onderzoek te doen om te kijken of we geen dringende zaken over het hoofd zien. Secundaire inzet MMT Bij palpatie van de rug geeft hij ter hoogte van de overgang TWK/LWK veel pijn aan die doorloopt tot aan het eind van de
LWK. Eigenlijk is duidelijk dat we hem ook met vier ambulancemedewerkers niet kunnen herpositioneren: er is oedeem, stijfheid van de spieren, hij zit al ruim 50 uur in deze positie en misschien zijn er wel fracturen of wervelletsel! Zodoende hebben we assistentie van het MMT aangevraagd. De man kan alleen vervoerd worden in deze positie of na herpositionering doormiddel van verslapping. Ondertussen hebben we ook de collega’s van de brandweer laten komen voor de benodigde tilassistentie aangezien we op driehoog zitten en we alleen via een ruit van vier meter breed het appartement uit kunnen. Om 12.35 uur wordt het MMT opgeroepen, om 13.06 uur is het team ter plaatse. Samen met de MMT arts lopen we de ABCD na en bekijken we de mogelijkheid om de patiënt te herpositioneren. Door het oedeem en de TWK/LWK-klachten is dit geen optie. Overwegingen MMT: 1. Geven we pijnstilling al dan niet in combinatie met sedatie en relaxatie? 2. Gaan we proberen hem in liggende houding te brengen bij mogelijk wervelfracturen en misschien inmiddels ontwikkelde trombose? 3. Naar welk ziekenhuis brengen we de patiënt? 4. Hoe brengen we de patiënt naar buiten?
In deze positie trof de hulpverlening de patiënt aan. Hij bleek al 50 uur in deze houding te zitten… (Tekening: Barry Vogel, ambulanceverpleegkundige t.p.)
Juni 2013
Ad 1. De patiënt heeft recht op pijnstilling. Het is echter zeer moeilijk om een intraveneuze toegang te verkrijgen vanwege het uitgebreide oedeem. De keuze valt op een intra-ossale toegang in de linker humeruskop. Vervolgens wordt 10 mg Ketanest toegediend, die ondanks de lage dosering effectief is. De keus werd bepaald vanwege de in deze houding niet bereikbare luchtweg en de te verwachten moeilijke intubatie bij fors oedeem en adipositas. Hierom werd ook geen sedatie of relaxatie gegeven.
AMBULANCEZORG 37
CASUS
Door de verstijfde houding van de patiënt is afhijsen uit de woning in samenwerking met de brandweer de enige optie.
Ad 2. Met de toegediende Ketanest wordt de pijn teruggebracht naar een comfortabeler niveau waardoor er nagedacht kan worden over het vervoer. Overwogen wordt om hem naar een liggende houding te brengen, maar dat zou een eventueel aanwezige wervelfractuur kunnen manipuleren. Tevens zou het vrijkomen van trombo-embolieën een reëel risico kunnen zijn bij deze 2 dagen bestaande houding. Een poging om de benen recht te leggen mislukt door stijfheid van de benen en pijn. Besloten wordt om hem in zijn huidige houding op de wervelplank te gaan vervoeren. Met vereende krachten van brandweer, ambulance en MMT wordt hij opgetild en op de wervelplank geschoven. Fixatie op de wervelplank wordt bewerkstelligd door spanbanden van de brandweer en hij krijgt een deken tegen de afkoeling. Helaas is hierbij door de manipulatie de intra ossale naald gesneuveld. Overwogen wordt om een nieuwe botnaald, danwel een perifeer infuus in te brengen. Gezien de eerder beschreven uitgebreide oedemen en de korte rij afstand naar het ziekenhuis wordt besloten om op dit moment geen nieuwe toegang te gaan inbrengen. Ad 3. Het plaatselijke ziekenhuis is op 5 minuten afstand, maar rechtvaardigen de mogelijke wervelfracturen een andere keuze? Vanwege de moeilijke houding, de onmogelijkheid hem zo per helikopter te transporteren en de grote afstand tot het dichtstbijzijnde traumacentrum, wordt de keuze gemaakt om naar het plaatselijke ziekenhuis te rijden voor de eerste opvang en diagnostiek. Ad 4. Het plan is om hem met de wervelplank via een groot slaapkamerraam naar de galerij te brengen, daar op de gereed staande brancard te leggen en via de lift naar beneden te gaan. Dit verloopt voorspoedig totdat blijkt dat de patiënt met zijn knieën uit elkaar zo breed is, dat hij niet in de lift past. Deze ‘verrassing’ zorgt ervoor dat we uiteindelijk de man door zijn eigen appartement, via het balkon met de hoogwerker naar beneden laten brengen. Op weg naar de SEH Na geruime tijd is hij uit de woning en kan hij de ambulance in. Door zijn houding past hij niet op de brancard in onze Chevrolet ambulance, maar wel in de tweede ambulance (Mercedes Sprinter). We moeten het hoofdeinde van de wervelplank schuin op de kastenwand links laten rusten en het voeteneinde op het bankje rechts achterin. Om 14.03 uur vertrekken we met de patiënt naar de SEH.Op dat moment was de man goed
38 AMBULANCEZORG
aanspreekbaar en had een adequate ademhaling met 6 liter O2 per neusbrilletje. Tijdens de rit naar het ziekenhuis zouden we nogmaals de saturatie en bloeddruk gaan meten. We gaan naar het Streekziekenhuis Koningin Beatrix. Onderweg krijgt de man een ademstilstand waarbij wel pulsaties voelbaar zijn. De arts en verpleegkundige van het MMT passen kapbeademing toe. Bij aankomst in het Streekziekenhuis Koningin Beatrix, om 14.10 uur, staat het traumateam klaar. Op de SEH wordt hij noodgedwongen naar een liggende positie gebracht waarbij eventueel rugletsel en eventueel vrijkomende trombo-embolieën voor lief worden genomen. Met moeite wordt hij geïntubeerd. Tijdens de opvang op de Spoedeisende Hulp blijft het MMT nog even assisteren en wacht daarna af of ze de patiënt eventueel nog mee moeten nemen naar een academisch ziekenhuis. Daardoor was het niet mogelijk om deze bijzondere hulpverlening op dit moment uitgebreid te debriefen. Beschouwend Goede punten: - Situatie goed ingeschat door ambulancehulpverleners. - Duidelijke communicatie met alle aanwezige hulpverleners. - Vanwege de rustige situatie alle overwegingen goed kunnen overleggen en samen de beslissingen genomen. - Samenwerking optimaal met ketenpartners. Ook met brandweer en politie. - Vanwege duidelijke vooraankondiging naar SEH, adequate opvang aldaar. Verbeterpunten: - Indien mogelijk, vooraf goed bekijken of de aanwezige ruimte voldoende is. De patiënt paste niet in de lift wat voor extra vertraging heeft gezorgd. - Was het wel zo verstandig om de patiënt in de aangetroffen houding te gaan vervoeren naar het ziekenhuis? Weegt het risico van instabiel worden tijdens transport op tegen het risico van loskomende trombo embolieën door de man in rugligging te brengen? Overweging: - Zou Heparine i.v. zinvol zijn geweest? - Ondanks korte rij afstand naar ziekenhuis tóch een intraveneuze toegang verschaffen, koste wat het kost ? Hoe is het afgelopen met de patiënt? Bij navraag blijkt dat de man geen wervelletsel had opgelopen en dat de pijn en stijfheid te wijten waren aan de tijdsduur van de benarde positie en de extreme hoeveelheid oedeem. Er was sprake van diep-veneuze trombose in het gebied onder de tepellijn. De man is vanaf de SEH opgenomen op de IC van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix en later overgeplaatst naar het Medisch Spectrum Twente. Niet veel later is hij daar overleden. Namens Connexxion Ambulancezorg Noord-Oost Gelderland: Catharina van de Vee en Barry Vogel , ambulancezorgverleners. Namens Mobiel Medisch Team Nijmegen - Lifeliner 3: Christine van Riessen (arts) en Christian Beekers (verpleegkundige).
Sdu Uitgevers
Column
Als vrijwilliger kom je nog eens ergens! Via collega’s ben ik van het bestaan van de vrijwilligersorganisatie Service Médical op de hoogte gekomen. Ik was als basisarts op zoek naar iets om mijn vrije uurtjes naast mijn werk voor de afdeling chirurgie van het Maastricht UMC op te vullen. Zo volgde ik een kennismakingsgesprek in Vroenhoven bij Maastricht en kon ik voor het eerst aan de slag bij een basketbalwedstrijd in de buurt. Ik werd onder de hoede genomen door ervaren vrijwilligers. Nu, inmiddels ruim twee jaar later, mag ik nog steeds werken met stuk voor stuk gemotiveerde, vriendelijke en kundige vrijwilligers. Door Kevin van Barneveld, arts
Wereldkampioenschap Na het behalen van mijn ATLS-certificaat en andere aanvullende cursussen, kwam ik in een stroomversnelling: van Olympia’s Tour wielrennen tot het NK wielrennen, van de Alpe d’HuZes tot de Eneco-tour. Service Médical begeleidt overigens 17 takken van sport, dus als vrijwilliger kom je nog eens ergens! De absolute ‘kers op de taart’ was de kans om het Wereldkampioenschap wielrennen van dichtbij mee te maken, als een van de wedstrijdartsen. Vanuit de doktersauto’s en op de ambulancemotoren achter het peloton, dichter bij deze fantastische sport kan je haast niet komen! Medisch beheer Toen afgelopen december duidelijk werd dat de vrijwillige medisch beheerder na ruim zeven jaar trouwe dienst de fakkel wilde overdragen en zich meer wilde gaan richten op de rol van teamlid bij evenementen, hoefde ik er niet lang over na te denken om deze functie over te nemen. Een adequaat medisch beheer is van levensbelang voor een ambulancedienst en uiteindelijk de patiënt. Daarnaast is het maken van risico-inschattingen en het daarop aanpassen van je materiaalkeuze belangrijk in deze tak van sport. Het up-to-date houden van onze medische materialen, de voertuigen en de eigen apotheek ervaar ik als een mooie uitdaging: wij hebben te maken met vrijwilligers uit alle hoeken van het land, van diverse disciplines en ieder met zijn eigen gewoontes en wen-
Juni 2013
Kevin van Barneveld, arts en vrijwilliger bij de Stichting Service Médical achter op de motor als wedstrijdarts bij een groot wielerenevenement.
sen. En daarin stroomlijning aanbrengen, geeft voldoening. Het collectieve gevoel bij de 175 operationele vrijwilligers is erg groot. Protocol Als basis voor ons handelen worden de LPA 7.2 protocollen gevolgd, we zijn immers een officiële zorginstelling- waaraan vele extra’s zijn toegevoegd op chirurgisch, traumatologisch, huisartsgeneeskundig en fysiotherapeutisch vlak. Samen met het kostenaspect, we zijn afhankelijk van subsidies, sponsoring en donaties, rust dan op mij de taak om een keuze te maken welke materialen noodzakelijk zijn om de kwaliteit te borgen. Ja, en het gebeurt dat zes artsen, zes verschillende pijnstillers willen, omdat alleen hun keuze de beste is… Het ‘medicijn’ dat helpt om daarmee zo goed mogelijk om te gaan heet ‘politeness’. Op eenzelfde manier ga ik om met de evaluatierapporten na de wedstrijd, behandel-registratieformulieren en gebruikslijsten, die nu eenmaal behoren tot mijn vaste ‘fanmail’ in deze tak van sport die rijdende geneeskunde heet.
AMBULANCEZORG 39
Veiligheidsregio pakt agressie integraal aan Veiligheidsregio Noord-Holland Noord heeft een integraal pakket van maatregelen genomen om verbale en fysieke agressie tegen de 112-meldkamercentralisten, ambulancemedewerkers en brandweermensen tegen te gaan.
Een combinatie van maatregelen, waarbij verder wordt gekeken dan voorlichting alleen, werd gewaardeerd met de Veilige Publieke Taak Award.
Belangrijk en integraal onderdeel van het beleid is bewustwording. Zo ontwikkelde de veiligheidsregio als onderdeel van een publiekscampagne de online game Ambulancecontrol. Ook toert periodiek een voorlichtingsambulance langs scholen en evenementen in de regio. Intern is een bewustwordingscampagne gestart en zijn communicatie- en gedragstrainingen ingevoerd. Daarnaast zijn maatregelen genomen die medewerkers stimuleren gevallen van agressie en geweld zonder uitzondering te melden. Zo is het doen van meldingen vereenvoudigd tot één simpele handeling in het digitaal ritformulier. Meldkamercentralisten gebruiken hiervoor een formulier op intranet. Na het doen van een melding wordt de medewerker altijd gebeld door de agressiecoach. Om opvolging aan die meldingen te geven, is een netwerk van agressiecoaches gevormd. De ervaring bij Veiligheidsregio NoordHolland Noord leert dat de aanstelling van één agressiecoach per twintig tot maximaal vijfentwintig medewerkers toereikend is.
40 AMBULANCEZORG
Award Enerzijds is de aanpak dus gericht op het managen van de verwachtingen van het publiek: het creëren van begrip en realiteitszin voor de werkwijze van de ambulance, door naar buiten te treden met middelen zoals een online game. Bij deze game beantwoordt de speler 112-meldingen en moet door het stellen van vragen beoordelen of hij een ambulance met spoed inzet. Zo komt de speler er achter dat het gevaarlijk is om een ambulance voor niets op pad te sturen: diezelfde ambulance kan op dat moment niet voor werkelijk spoedeisende gevallen worden ingezet. Anderzijds maakt een netwerk van agressiecoaches op de werkvloer agressie en geweld bespreekbaar en worden collega’s aangemoedigd om er melding van te maken. Agressie en geweld moeten vooral niet gezien worden als iets wat erbij hoort. Deze combinatie van maatregelen, waarbij verder wordt gekeken dan voorlichting alleen, werd in 2012 gewaardeerd met de Veilige Publieke Taak Award.
Agressiecoach Een ambulancemedewerker die op straat wordt belaagd als hij zijn medisch/verpleegkundige taken uitoefent, een centralist die wordt uitgescholden en met de dood wordt bedreigd omdat hij geen ambulance stuurt: het zijn bekende voorbeelden, die in de praktijk van alledag veel te vaak voorkomen en veel impact kunnen hebben. De agressiecoach vangt collega’s in de hulpverlening op die slachtoffer van agressie of geweld zijn geworden. Van de huidige negen agressiecoaches zijn er vier ook Bedrijfsopvang teamlid. In het geval een incident zich kwalificeert voor het BOT, zal het BOT-lid het gesprek met de medewerker voeren. Een agressiecoach handelt vervolgens de administratieve zaken af. De agressiecoach maakt geweld en agressie bespreekbaar op de werkvloer, benadert na elk incident het slachtoffer, wijst na incidenten op het belang die te melden en stimuleert slachtoffers aangifte bij de politie doen. Daarnaast ontlast de agressiecoach slachtoffers van agressie en geweld in de interne organisatie door de contacten met en informatievoorziening aan leidinggevenden te verzorgen. Indien de melder dat wenst, zoekt de teamleider contact met de dader. Dit gebeurt bijna altijd telefonisch. In een enkel geval bezoekt de dader de meldkamer. De confrontatie met het eigen gedrag heeft een belangrijk educatief effect. Afkomstig uit de kleine kring van directe collega’s vervult de agressiecoach op zeer toegankelijke en laagdrempelige wijze de rol van vertrouwenspersoon. De ‘coach uit eigen gelederen’ staat in de hiërarchie dichtbij de medewerkers van de hulpdiensten.
Sdu Uitgevers
Resultaten Bij Veiligheidsregio Noord-Holland Noord zijn de resultaten boven verwachting. Sinds de agressiecoach is geïntroduceerd, is de bereidheid om melding te maken van agressieof geweldsincidenten spectaculair gestegen. Er vinden dus niet meer incidenten plaats, maar er wordt veel meer melding van gedaan. Hierdoor ontstaat niet alleen een realistisch beeld van de omvang van de problematiek, het ‘negeren’ van incidenten wordt steeds ongebruikelijker. Ook groeit de acceptatie onder slachtoffers voor nazorg. Bovendien is het tweemaal tot een stevige veroordeling door de rechter gekomen van een dader van agressie tegen ambulancemedewerkers. Medewerkers van de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord koesteren de ‘gewonnen’ Award.
Agressiemeldingen
meldkamer- ambulance centralisten medewerkers
2010 0
6
2011 9
114
2012 11
127
Brede toepasbaarheid De aanpak van Veiligheidsregio NoordHolland Noord om agressie tegen te gaan, leent zich er ook goed voor om ingezet te worden binnen andere beroepsgroepen met een publieke taak.
Nederlander UCI-arts Jos Benders, chef arts van Service Médical, is benoemd tot ‘Medical Delegate’ bij de wereldwielerbond UCI. In deze functie treedt hij op als medisch toezichthouder tijdens de Wereldkampioenschappen in de diverse landen. UCI-voorzitter Pat McQuaid maakte de benoeming bekend in een brief aan oud-premier Dries van Agt, beschermheer van de Stichting Service Médical. De wielerpraeses refereerde in de benoemingsbrief de kennis en ervaring van Jos Benders. Benders introduceerde in 1987 het fenomeen van de rijdende dokters in Nederland, naar evenbeeld van het medisch team dat de Tour de France begeleidt. De Stichting Service Médical Nederland begeleidt jaarlijks meer dan 200 wedstrijddagen. Met een groep van 175 (para)medisch opgeleide vrijwilligers is Service Médical actief bij de meest uiteenlopende sportdisciplines zoals wielerrondes waaronder de inmiddels bekende Alpe d’HuZes (ten bate van het kankeronderzoek), wandelsport, schaatssporten, triatlon, marathon, skeeleren etc.
Juni 2013
Interesse? Op de website van het expertisecentrum veilige publieke taak (www.evpt.nl) is de brochure van Veiligheidsregio Noord-Holland Noord over agressiecoaches te vinden.
Twee keer VW T5 Hornis Silverline voor de Koninklijke Marine Visser leverde twee Volkswagen T5 ambulances aan de Koninklijke Marine. De levering is het gevolg van een raamcontract voor twee ambulances en een piket voertuig. De ambulances en het piket voertuig worden ingezet op de eigen terreinen van de Marine te Den Helder. Deze drie voertuigen zijn ter vervanging van de in 2000 aangeschafte Mercedes Benz Sprinter ambulances. Het nieuwe voertuigbestand voor de Centrale Ziekenboeg van de Marine voldoet hierdoor weer aan alle nieuwe wet- en regelgeving.
AMBULANCEZORG 41
HBO-Medische hulpverlening zet in op kwaliteitsonderzoeken bij RAV’s Van september 2012 tot en met januari 2013 is binnen de Veiligheids- en Gezondheidsregio waar de RAV GelderlandMidden een onderdeel van is een kwaliteitsonderzoek uitgevoerd door studenten van de Medische Hulpverlening. Als derdejaars studenten van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, aan de opleiding Medische Hulpverlening, hebben wij als onderdeel van onze opleiding een kwaliteitsonderzoek uitgevoerd, wat een standaard onderdeel is van een HBO opleiding. Er wordt op wetenschappelijk niveau onderzoek gedaan naar een probleem, beleid of behandeling. Hierbij wordt gebruik gemaakt van evidence based artikelen. Het is voor ons belangrijk om bij te kunnen dragen aan kwaliteitsonderzoek binnen de zorg. Goede kwaliteit van zorg die betaalbaar blijft, is voortdurend onderwerp van gesprek. Centraal staat het leveren van goede en steeds betere zorg. Er wordt een toenemend beroep gedaan op artsen, paramedici en verpleegkundigen om keuzes binnen de zorg te onderbouwen met ‘evidence’. Om ervaring op te doen zijn wij als studenten door RAV Gelderland-Midden in de gelegenheid gesteld om het klantervaringenonderzoek uit te voeren. Het
De overhandiging van het kwaliteitsonderzoek aan de RAV Gelderland-Midden door studenten Medische Hulpverlening. Vlnr: Danny Nusselder, Reggie Diets (opleidingscoördinator RAV,opdrachtgever), Leandra Wolf (kwaliteitsmedewerker RAV), Arnold Smith en Mathijs Sterk. (Foto: Jordi Deckert)
onderzoek is naar hoge tevredenheid van de RAV verlopen en er zal in de toekomst vaker onderzoek gedaan worden door Medische Hulpverlening studenten.
Nissan Pathfinders OVD voertuigen voor Veiligheidsregio Utrecht Veiligheidsregio Utrecht heeft donderdag 28 februari j.l. vijf nieuwe Nissan Pathfinders OVD voertuigen bij Visser afgenomen. De door Visser Leeuwarden opgebouwde voertuigen zijn standaard voorzien van een uitgebreid optiepakket zoals achteruitrijdcamera in navigatiescherm, parkeersensoren en inschakelbare 4x4 aandrijving. Het ruime achtercompartiment - bij handhaving van de achterbank - in combinatie met een brede achterklep maakt de Nissan Pathfinders zeer geschikt voor de inrichting van een multifunctionele materiaalruimte. In nauwe samenspraak met de gebruikers is een materiaalruimte ontwikkeld bestaande uit drie niveaus: 1. Niveau 1 bestaat o.a. uit een uitschuifbaar plateau voor alle communicatieapparatuur 2. Niveau 2 herbergt een opklapbare whiteboard en een uitschuifbare kaartentafel 3. Niveau 3 bestaat uit een bergvak voor A3 ordners en twee laden voor o.a. opbergen van diverse meetapparatuur.
42 AMBULANCEZORG
Sdu Uitgevers
CPR innovaties die écht werken Kwalitatief goede CPR vereist: maximale massage tijd minimale pauze tijd coaching en feedback
U verdient evidence-based, op richtlijnen gebaseerde, hulpmiddelen die helpen om reanimaties zo goed mogelijk te kunnen uitvoeren.
LUCAS® Thoraxcompressiesysteem Conform de richtlijnen—minimaal 100 compressies/minuut Conform de richtlijnen—diepte minimaal 5cm Snel aan te brengen (in minder dan 20 seconden) om CPR interrupties te minimaliseren LIFEPAK® 15 Monitor/defibrillator met metronoom De metronoom in de 15 gebruikt hoorbare prompts voor begeleiding zonder storende gesproken stemmeldingen
Neem voor meer informatie contact op met uw plaatselijke vertegenwordiger van Physio-Control of bezoek onze website www.physio-control.com
De metronoom helpt professionals bij het uitvoeren van compressies en ventilaties binnen de 2010 CPR richtlijnen4 CODE-STAT™ Data Review Software Evalueer, door eenvoudige toegang tot data, uw reanimaties Evaluaties van reanimatiedata kunnen effectief zijn in het verbeteren van de CPR kwaliteit1,2,3 Verzend de data direct naar de CODE- STAT database voor snelle review voor CPR statistieken en feedback Physio-Control Operations Netherlands B.V. Galjoenweg 68 6222 NV Maastricht tel: 043-3620008
1. Edelson DP, Litzinger B, Arora V, et al. Improving in-hospital cardiac arrest process and outcomes with performance debriefing. Arch Intern Med. 2008;168:1063-1069. 2. Olasveengen TM, Wik L, Kramer-Johansen J, et al. Is CPR quality improving? A retrospective study of out-of-hospital cardiac arrest. Resuscitation. 2007;75:260-266. 3. Fletcher D, Galloway R, Chamberlain D, et al. Basics in advanced life support: A role for download audit and metronome. Resuscitation. 2008;78:127-134. 4. Kern KB, et al. Metronome improves compression and ventilation rates during CPR on a manikin in a randomized trial. Resuscitation. 2010;81:206-210 ©2013 Physio-Control, Inc. Redmond, WA 98052 USA.