Bb200902

" " "RAND "RANDWEER

2 februari 2009

• Digitaal of analoog?

• Veel kritiek op brandweer bij TU-brand • Brandweer onder het ijs

jaargang 33

• Harde conclusies Gammabrand Doetinchem

vakblad v akblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding

Ondergrondse brand in Uddel: een lastige klus

Wereldwijd vertrouwen meer dan een half miljoen gebruikers op

Dr채gerSensoren.

Moeten we nog meer zeggen?

Wilt u de derde sensor voor de Dr채ger X-am 5000 gratis?

Wij ontwikkelen al jaren de beste sensoren. Met de nieuwe 5-jaars garantie* garanderen we dit ook. Alleen de gasdetectie van Dr채ger beschikt over volledig zelf ontwikkelde sensortechnologie. Dit onderscheidt ons van alle andere aanbieders op de markt.

BEL TIJDENS K ANTOORUREN 079-3444888 OF MAIL 5JA ARGARANTIE@DRAEGER.COM * 5 jaar garantie geldt uitsluitend voor het instrument en de XXS 5Y O2, H2S en CO sensoren en niet in combinatie met andere kortingsregelingen

INHOUD

nummer 2 februari 2009

94

De brand in de Gamma-vestiging in Doetinchem heeft zich veel sneller ontwikkeld dan op grond van berekeningen inzake brandveiligheid werd gedacht. Dit zijn de conclusies uit het technisch onderzoeksrapport uitgevoerd door het Team BrandOnderzoek (TBO) uit Apeldoorn.

Hoe kon deze brand zo escaleren?

COVERSTORY 70

Ondergrondse brand met succes geblust

In een tuincentrum in Uddel breekt begin januari een grote brand uit.

Een lastige klus voor brandweer Apeldoorn, aangezien de brandhaard zich onder de grond bevindt. Een compartiment met de nieuwe collectie tuinmeubelen gaat in vlammen op.

104

Terug naar analoog voor onderlinge communicatie

Brandweer Ede is voor de onderlinge communicatie tussen de manschappen teruggeschakeld op analoge portofoons.Het korps was ontevreden over C2000. Deze kwestie is een hot item in brandweerland.

Veel korpsen zijn of willen weer voor onderlinge communicatie tussen de manschappen terug naar analoog.

78

Brandweer presteert onvoldoende bij TU brand

Veel kritiek voor de brandweer in het COT-rapport over de brand in mei 2008 bij de Technische Universiteit van Delft. Volgens het instituut voor veiligheids- en crisismanagement had de brandweer onder andere eerder moeten opschalen naar GRIP3 en was de communicatie tijdens het incident onvoldoende. De brandweer deelt de conclusies en aanbevelingen van het COT , maar plaatst wel enkele kanttekeningen.

80

Brandweer Amersfoort geeft advies en rookmelders

Het project Veilig Wonen van brandweer Amersfoort wordt dit jaar voor de derde keer uitgevoerd. Vanaf april gaan de brandweerinspecteurs bij alle woningen in de binnenstad langs om de bewoners gratis brandpreventie advies te geven.

82

Brandweer oefent ijsduik

Hoe brandveilig zijn stallen?

Meer dan vijfhonderdduizend dieren kwamen in 2008 om bij stalbranden.

Wakker Dier begon eind 2008 een proces om de bouw van een megavarkensstal tegen te houden. De stichting wil dat er een einde komt aan brandcompartimenten in stallen die groter zijn dan 1000 m2.

ARTIKELEN 74

Harde conclusies Gammabrand Doetinchem

RUBRIEKEN 65 66 77 84 86 89 93 97 99 100 103 106 109 118

Van de Redactie Actueel Punt Edu Dubbelinterview Oefenrubriek NVBR Katern Brandweer Overzee De website van Vraag en antwoord Van Buitenaf Nieuwsbrief NBBE Ingezonden Kazerne/Voertuig Colofon en lijst van adverteerders

De eerste weken van januari kon Nederland voor het eerst sinds lange tijd weer schaatsen op natuurijs. Voor de brandweerduikers een goed moment om het verplichte ijsduiken te oefenen.

Op de voorpagina: Grote brand tuincentrum Uddel Fotografie: Team BrandOnderzoek (TBO) Brand&Brandweer

nummer 2 februari 2009 63

Harstra instruments Safety division

Fabrikant van reinigingsautomaten en droogkasten voor ademluchtmaskers, ademluchttoestellen en (blus)kleding.

Postbus 186, 3890 AD Zeewolde, Nederland Tel. +31 (0)36 522 2142 Fax. +31 (0)36 522 2152 Website: www.harstra.nl E-mail: info@harstra.nl

%FUBDIFSJOH WBO #SBOEXFFSQFSTPOFFM 3FHJP4BGF IFFGU FSWBSFO CSBOEXFFSQFSTPOFFM NFU WFSTDIJMMFOEF DPNQFUFOUJFT CFTDIJLCBBS WPPS [PXFM LPSUF BMT MBOHF UFSNJKO

t #SBOEXFFSEJFOTUFO

FO QFSTPOFFM t #SBOEXBDIUUPF[JDIU t &)#0 EJFOTUFO t /BCMVTXFSL[BBNIFEFO t *OUFSWFOUJFUFBN t 7FSIVVS CSBOEXFFSNBUFSJFFM

3FHJP4BGF JT VVS QFS EBH CFSFJLCBBS FO CFTDIJLCBBS

64 nummer 2 februari 2009

XXX CSBOEXBDIUFO OM

Sdu Uitgevers

VAN DE REDACTI E

Cees bedankt, Koos bedankt!

Eind januari heeft de redactie van Brand&Brandweer officieel afscheid genomen van twee redactieleden. Cees de Raadt, al 26 jaar redactielid en Koos Janssen, 7 jaar lang redactielid. Cees en Koos hebben zich in die jaren ontwikkeld als steunpilaren en iconen van de redactie. Beide altijd trouw aanwezig op redactievergaderingen, met goede ideeën en veel kennis van het vak.

Cees de Raadt is al die jaren onze man geweest met grote kennis over de bouw en preventie. Als ingenieur heeft hij zich jaren verdiept in brandveiligheid. Daar hebben we als redactie de vruchten van kunnen plukken.

In een ‘Van de redactie’ van februari 2001 schrijft Cees de Raadt over brandveiligheid: Brand (veilig) Nederland. In zijn stuk twijfelt hij openlijk aan de mate van brandveiligheid. Hij sluit zijn stuk af met de volgende tekst: ‘Nu is de tijd aangebroken dat de brandweer haar invloed op de brandveiligheid duidelijk laat gelden en het initiatief neemt om de vergunningen te verbeteren en de handhaving af te dwingen.’ Nu, inmiddels acht jaar later, is er heel wat verbeterd op dit punt. De brandweer is bij ministeries een serieuze gesprekspartner als het gaat om brandveiligheid.

‘Maar het is nog lang geen tijd om op onze lauweren te rusten. Er is nog genoeg te doen.’

Koos Janssen kwam in de redactie toen hij burgemeester van Soest was. Inmiddels heeft hij deze functie in Zeist. Koos heeft als bestuurder zijn onderwerpen ingebracht. Een betrokken bestuurder met oog voor de positie van de brandweervrijwilliger.

Brand&Brandweer

Zo schreef hij in 2005 over de passie en motivatie van de vrijwilliger. ‘Bezieling. Met passie het brandweervak uitoefenen is een belangrijke impuls om aan motivatie bij vrijwilligers te winnen.

Bestuurders en leidinggevenden binnen de brandweer moeten juist ook hier oog voor hebben.’ Om zijn betoog later af te sluiten met de conclusie dat leidinggevenden daar een verantwoordelijkheid in hebben. ‘Daar wordt door vrijwilligers op gerekend.

Bezielend leiderschap dus. En dat is meer dan managen.’

Voor Koos Janssen waren de redactievergaderingen iedere maand leuke, ontspannen en inhoudelijk sterke bijeenkomsten.

‘Er is vaak heel constructief over onderwerpen gesproken. En iedereen kreeg zijn eigen aandacht, ook als je heel anders tegen een onderwerp aankeek dan de gevestigde orde. Dat maakte het ook altijd interessant.’

Cees de Raadt heeft in die 26 jaar op heel veel verschillende plekken, onder verschillende voorzitters en in steeds andere samenstellingen vergaderd. ‘En het is er in die jaren alleen maar beter op geworden. Omdat ik uit het bedrijfsleven kom, merkte ik altijd een bepaalde verkokering op. Door de jaren heen zijn de luiken opengegaan.’

De redactie is inmiddels in gesprek met de opvolgers van deze twee steunpilaren, iconen. Maar wil de beide heren nog eenmaal namens de volledige redactie hartelijk danken.

Cees bedankt! Koos bedankt!

nummer 2 februari 2009 65

ACTU E EL

Foto: Roelof Stroetinga

Brandweermensen schaatsen om ‘gouden houtje’

Tweeëntwintig brandweermensen uit Noordoost Friesland schaatsten 10 januari in Buitenpost het Open Fries kampioenschap kortebaan schaatsen voor brandweermensen in uitruktenue. Dat was zweten geblazen.

Het dragen van alle soorten uitruktenues tijdens de wedstrijd was toegestaan. ‘Drie verschillende hadden we,’ vertelt organisator Frans Kloosterman. Waaronder het gloednieuwe tenue van de brandweer en het ouderwetse plastic-achtig pak. Of het nieuwe pak sterk genoeg is? ‘Jazeker. Een aantal schaatsers is gevallen, we hebben dan ook het motto: Deelnemen is belangrijker dan winnen’, aldus Kloosterman.

Warm was het overigens ook. ‘Als je in beweging bent, is het zweten geblazen.’

Als eerste eindigde Jan Boon van de ploeg Dokkum, tweede werd Arend Bekkema van Zwaagwesteinde. De derde prijs was voor Marcel Zandberg van de ploeg Dokkum. De winnaar kreeg het zogenaamde gouden houtje.

Het Open Fries kampioenschap kortebaan schaatsen voor brandweermensen in uitruktenue werd voor het laatst gehouden in 1996. Dat was ook de eerste editie. Kloosterman: ‘Jarenlang hadden we het in het achterhoofd, maar helaas liet het weer geen schaatswedstrijden toe.’

NVBR congres 2009 ‘Kiezen en Delen’ is het thema voor het NVBR jaarcongres dat op 1 en 2 oktober 2009 wordt gehouden. Het congres vindt plaats in hotel Koningshof te Veldhoven. Maakt de brandweer de goede keuzes? Dat is de centrale vraag in het komende jaarcongres.

Hoe kunnen we elkaar daarbij ondersteunen door niet alleen onze krachten, maar ook kennis en expertise te bundelen en te

66 nummer 2 februari 2009

Boete voor loze melding Bedrijven en instellingen in Duiven die hun automatische brandmeldsysteem niet op orde hebben, krijgen te maken met flinke kosten. Als de brandweer te vaak nodeloos gealarmeerd wordt, zullen er boetes vallen.

Dat boetebedrag kan oplopen tot 12.000 euro.

Met de boetes wil brandweercommandant Berry de Groot het grote aantal nodeloze meldingen terugdringen.

Het afgelopen jaar rukte het Duivense korps 89 keer uit voor een brandmelding. Daaronder zaten 39 loze meldingen. ‘Dat moet minstens met een derde omlaag’, zegt De Groot. Zijn idee om boetes te gaan geven is overgenomen door het college van burgemeester en wethouders. De eerste keer dat een boete opgelegd wordt, bedraagt deze 300 euro. Bij verdere loze meldingen loopt de boete steeds met dat bedrag op, tot maximaal 12.000 euro.

De loze meldingen komen volgens de brandweer in 90 procent van de gevallen door een verkeerde alarmopvolging. Bedoeling is dat een bedrijf of instelling als het alarm gaat eerst zelf kijkt of er echt wat aan de hand is. Pas als dat zo is, moet de melding worden doorgeschakeld naar de alarmcentrale van de brandweer. Nu gebeurt dit te snel, zonder dat er een eigen controle was. In de meeste van die gevallen blijkt er niets aan de hand te zijn.

Er zijn drie hoofdoorzaken van loze meldingen: technische storing, roken bij een rookmelder en een pan die te lang op het vuur staat. Dit laatste komt vaak voor bij zorginstellingen.

delen? Hoe kunnen we bovendien de kennis en ervaring van buiten de brandweer daarbij laten helpen? Niet alleen complexe professionele vraagstukken, maar ook politiek-bestuurlijke en ambtelijk gedreven argumentaties bepalen de agenda’s. Vele branches en bedrijven gaan ons voor of worstelen met vergelijkbare vraagstukken.

Dit jaar wil de NVBR dat gaan ontdekken. Vanuit haar eigen expertise en vooral ook uit de externe netwerken.

Sdu Uitgevers

Ter Horst opent multidisciplinair oefencentrum BOTC Weeze Van nucleaire rampen tot grote ongevallen en evacuaties. Hulpdiensten kunnen op het terrein van het Brandweer Opleidings-en Trainingscentrum (BOTC) bij het Duitse Weeze allerlei verschillende soorten scenario’s oefenen. Het nieuwe multidisciplinaire oefencentrum is op 19 januari geopend door Minister Ter Horst en haar Duitse collega Manfred Palmen.

De voormalige militaire basis beschikt over een geschikte logistieke en facilitaire infrastructuur. Op dit 38 hectare grote terrein zijn veel levensechte oefenobjecten te vinden zoals een snelweg van 150

1ste certificaat basistraining verminderd zelfredzaamheid naar Zoetermeer

meter met vangrail en afrit, een benzinestation met tankwagen, schoolgebouwen, spoorrails met trainwagons, een vliegtuig, een krachtcentrale, een woonwijk met ruim 300 woningen en diverse ingestorte gebouwen.

fotografie:Peter Hofman

ACTU EEL

Er wordt geoefend met echt houtvuur, iets dat in Nederland is verboden. Ook kunnen hulpdiensten uit verschillende landen met elkaar trainen op grensoverschrijdende scenario’s. BOTC Weeze is een samenwerkingsverband aangegaan met TNO om nieuwe mogelijkheden te verkennen om de trainingseffectiviteit te vergroten.

Cartoon

De brandweer van Zoetermeer heeft als eerste korps in Nederland het certificaat ‘basistraining verminderd zelfredzaamheid’ ontvangen uit handen van de Taakgroep Handicap en Lokale Samenleving/Rvarium.

Bijzonder is dat de basistraining is gegeven door mensen die zelf een beperking hebben.

Zo leerde de brandweer hoe het is om met één been de trap op en af te moeten en hebben zij ervaren hoe het is om met dove mensen in gesprek te gaan. Ook leerden ze wat het betekent om een zwaar spastisch persoon op een eenvoudige wijze te evacueren. Daarnaast leerden ze iets over de wijze waarop je communiceert met iemand die een autistische beperking heeft. De Taakgroep wil de kennis over mensen met een beperking bij onder andere hulpdiensten en werkgevers vergroten en de zelfredzaamheid van hen bevorderen.

Rectificatie Leverancier brandweerkleding

In het novembernummer van Brand & Brandweer is onjuist vermeld dat KPU de leverancier is van het nieuwe uitgaansuniform. De leverancier is Buikema Fashion.

Brand&Brandweer

nummer 2 februari 2009 67

ACTU E EL

fotografie: Jos Schuurman

Grote brand afvalverwerkingsbedrijf Leek

Halverwege januari breekt in het afvalverwerkingsbedrijf Hummel in Leek een grote brand uit. In de brandende loods staan grote hoeveelheden verpakkingsmaterialen opgeslagen en een dieseltank met 3000 liter diesel. Grote zwarte rookwolken komen hierbij vrij. Tien huizen zijn uit voorzorg ontruimd. Er vallen geen slachtoffers.

Brandweer Leek krijgt op 19 januari rond 9.40 uur een melding binnen van een industriebrand aan de Mulderspark in Leek. Bevelvoerder Jan Winter heeft al snel door dat het moet gaan om het afvalverwerkingsbedrijf Hummel. ‘De afgelopen jaren hebben we al een paar keer voor brand moeten uitrukken naar het bedrijf, dus het adres kwam me meteen bekend voor’, aldus Winter. De

grote zwarte rookwolken zijn al van grote afstand te zien. De loods bestaat uit een verwerkingsruimte en een kleine werkplaats met smeermiddelen en een tank gevuld met 3000 liter diesel. De werkplaats staat in brand.’ Er wordt opgeschaald naar middelbrand.

Rookwolken De bewuste loods staat aan de noordzijde van het bedrijf en grenst aan een woonwijk. Vanwege de grote zwarte rookwolken wordt besloten om een meetploeg in te zetten. ‘Er zijn geen hoge waardes gemeten, maar uit voorzorg heb ik de politie de opdracht gegeven om een tiental woningen in de nabijgelegen woonwijk te ontruimen.’

Tijdens de verkenning komt de bevelvoerder erachter dat de brand in de werkplaats is overgeslagen naar de aangrenzende verwerkingsruimte. De twee ruimten zijn gescheiden door een wand van 15 cm gasbeton. Direct naast deze wand staan grote hoeveelheden kunststof balen opgesteld die deels in brand staan. Naast de kunststofbalen staan in de verwerkingsruimte ook twee grote machines, een balenpers, een sorteermachine en een hoeveelheid los gestort kunststofmateriaal.

Al snel wordt opgeschaald naar ‘grote brand’. Voor Winter is het dan al duidelijk dat de loods als verloren kan worden beschouwd. ‘Onze prioriteit lag bij het koelen van de dieseltank en daarnaast

Blusinstallaties grote opslagplaatsen werken onvoldoende De veiligheid en naleving van regels bij bedrijven met een zogeheten 'Hi-Ex inside air'-brandblusinstallatie laat nog altijd te wensen over. Dat blijkt uit onderzoek van de VROM-Inspectie.

Ook de brandveiligheidsituatie bij grote opslagplaatsen van gevaarlijke stoffen die zijn voorzien van een ander type blusinstallatie, is vaak niet in orde. De inspectie heeft voor 2009 vervolgonderzoeken gepland en heeft bij de gemeenten en provincies aangedrongen op actie.

De rapporten zijn een vervolg op een inspectie-onderzoek in 2007 naar de veiligheid en naleving van regels bij grote opslagplaatsen van gevaarlijke stoffen. Hierbij is vooral gekeken naar

68 nummer 2 februari 2009

probeerden we zoveel mogelijk machines te redden’, vervolgt de bevelvoerder.

In de loods zitten vijf grote openingen waardoor de brandweer met vier TS-en aan het blussen is. Eén van deze openingen was voorzien van een overheaddeur.

Deze overheaddeur is naar beneden geklapt, omdat een staalkabel was doorgebrand. ‘Overheaddeuren komen vrij snel naar beneden als er veel hitte aanwezig is. Dat is iets om elke brandweerman/vrouw even mee te geven als leermoment.’

Brand meester Het sein brand meester wordt rond 14.45 uur ’s middags gegeven. Zodra het veilig is, wordt de dieseltank heelhuids uit de loods gehaald. De brandweer heeft moeite met het blussen van de kunststofbalen. ‘Als je de voorkant blust, blijft de achterkant gewoon branden en daar kun je niet bij.’ Bij het nablussen zijn de smeulende balen uit de loods gereden met een kraan en ondergedompeld in een container gevuld met water.

De nabluswerkzaamheden duren tot 21.00 uur ’s avonds. De loods is helemaal afgebrand.

Het brandweerkorps van Leek heeft bij de bestrijding assistentie gekregen van de korpsen van Marum, Zuidhorn en Groningen. Voor de aanvoer van het bluswater maakten ze gebruik van een dompelpomp en groot watertransport.

bedrijven met een Hi-Ex inside air-brandblusinstallatie omdat bij een brand bij het afvalbedrijf ATF (2000) in Drachten is aangetoond dat een dergelijk type brandblusinstallatie niet altijd effectief is, omdat sommige stoffen de blussing van de brand ernstig kunnen hinderen.

Uit het onderzoek is gebleken dat de brandveiligheid bij de 26 onderzochte grote opslagen vaak onvoldoende was. Het resultaat waren zodanig dat de VROM-Inspectie vervolgacties aankondigde om de situatie te verbeteren.

Zo zijn in 2008 bedrijven met een dergelijke blusinstallaties aangeschreven. Verder is de PGS-15, de richtlijn voor de veilige opslag van verpakte gevaarlijke stoffen, aangepast en heeft de inspectie vervolgonderzoeken uitgevoerd bij de eerder onderzochte bedrijven. Tot slot heeft de VROM-Inspectie nader certificeringonderzoek verricht. Uit de onderzoeken blijkt dat de situatie bij veel bedrijven nauwelijks is verbeterd.

Sdu Uitgevers

ACTU EEL

Postma nieuwe commandant Friesland Johan Postma is per 1 januari de nieuwe regionaal commandant van de Hulpverleningsdienst Fryslân.

Postma was daarvoor directeur/commandant van Brandweer Leeuwarden.

Eerder werkte hij als directeur/hoofd bij de Regionale Hulpverleningsdienst Rotterdam Rijnmond en als directeur/commandant van de brandweer in Leidschendam en Voorburg. Postma volgt Marcel Siliakus op.

Campagne auto te water van start Het ministerie van Verkeer en Waterstaat voert vanaf 22 januari tot 28 februari de campagne ‘Auto te Water? Meteen eruit door de ruit!’ Met de campagne wil het ministerie, in samenwerking met BOVAG en RAI Vereniging, automobilisten voorlichten hoe ze zo snel mogelijk uit hun auto moeten komen als deze te water raakt.

In Nederland komen elk jaar ongeveer achthonderd auto’s in het water terecht.

Daarbij komen vijftig mensen om het leven. Uit onderzoek van het ministerie van Verkeer en Waterstaat blijkt dat veel automobilisten denken dat ze moeten

wachten tot de auto geheel onder water is, om dan pas de auto te verlaten.

Met de campagne ‘Auto te Water? Meteen eruit door de ruit!’ wil het ministerie dit misverstand de wereld uit helpen.

Automobilisten worden opgeroepen de auto direct via de ruit te verlaten met hulp van een veiligheidshamer. Door als bestuurder een veiligheidshamer binnen handbereik te monteren, ben je in staat snel de gordel door te snijden, de zijruit kapot te slaan en de auto te verlaten. Tijdens de campagne krijgen mensen 2 euro korting op een veiligheidshamer.

Meer informatie over de campagne is te vinden via www.eruitdoorderuit.nl

Brandveiligheid hotels onvoldoende Hoteleigenaren nemen onvoldoende maatregelen om de brandveiligheid te waarborgen. Ze doen dat niet uit onwil, maar omdat er te weinig kennis is over brandveiligheid en vanwege de hoge kosten die er mee gemoeid zijn. Dit blijkt uit onderzoek van de VROM-inspectie.

De inspectie onderzocht kleinere hotels die voor 1980 zijn gebouwd. Bij meerdere panden werden bouwkundige, installatietechnische en organisatorische tekortkomingen geconstateerd.

In plaatsen waar gemeenten actief de hotels controleren werden minder gebreken geconstateerd dan in plaatsen waar deze controle uitblijft. Hoteleigenaren zelf geven aan de regelgeving ingewikkeld te vinden en noemen ook de hoge kosten van brandveiligheidsmaatregelen als reden voor de gebreken.

De VROM-inspectie gaat via de brancheorganisatie Horeca Nederland een handreiking brandveiligheid verspreiden, om zo te beantwoorden aan de wens voor meer praktische informatie.

Brand&Brandweer

Slechte economie doet aantal branden stijgen Er is een direct verband tussen economische ontwikkelingen en het aantal branden.

Dit meldt het blad Verzekerd! Van het verbond van verzekeraars.

Volgens berekeningen van het Centrum voor Verzekeringsstatistiek (CVS) neemt het aantal branden toe naarmate het slechter gaat met de economie.

Er zijn verschillende mogelijkheden voor de toename van de branden.

In slechte tijden zijn mensen eerder geneigd hun bedrijfsgebouwen in de brand te steken om met verzekeringsgelden hun financiën weer op orde te krijgen. Naast verzekeringsfraude kan ook het uitstel van onderhoudswerken en investeringen in brandpreventie oorzaak zijn van de toename.

Om tot deze cijfers te komen heeft het CVS alle grote branden van de afgelopen twintig jaar, met een schade van meer dan één miljoen euro, afgezet tegen de economische groei.

Vrijwel altijd gaat het daarbij om brand in bedrijfsgebouwen. Het jaar 2003, met een relatief lage economische groei van 0,3 procent, had een uitschieter van 129 grote branden.

Een jaar later kwam de groei uit op 2,2 procent en daalde het aantal branden naar 84. Wanneer de economische groei boven de drie procent uitkomt, blijft het aantal grote branden doorgaans beperkt tot maximaal honderd. Belangrijker dan ‘individuele’ jaren is vaststelling dat de economische ontwikkeling en het aantal branden cyclisch dezelfde tred houden: de golfbewegingen van beide gaan min of meer gelijk op.

nummer 2 februari 2009 69

Brand van de maand

De brand in een tuincentrum in Uddel is lastig, aangezien de brandhaard zich onder de grond bevindt

70 nummer 2 februari 2009

Sdu Uitgevers

fotografie: Team Brand Onderzoek

Brand van de maand

Ondergrondse brand met succes geblust De brandweer van Apeldoorn rukt begin januari met groot materieel uit voor een uitslaande brand bij tuincentrum Fonteyn in Uddel. Een lastige brand aangezien de brandhaard zich onder de grond bevindt; in een compartiment vol met tuinmeubels. Met behulp van een graafmachine weet de brandweer verdere uitbreiding van de brand naar een ander compartiment te voorkomen. De collectie tuinmeubelen gaat helaas in vlammen op. Niemand raakt gewond.

Brand&Brandweer

nummer 2 februari 2009 71

Brand van de maand

Door de toevallige aanwezigheid van een graafmachine, kan de brandweer een spontane ontbranding voorkomen

O

Door Neeltsje Marije de Boer

p woensdag 7 januari, komt rond tien uur ’s ochtends bij de brandweer Apeldoorn een melding binnen van een grote woningbrand in Uddel. De brandweer rukt direct uit met drie TS’en. Daar aangekomen, wordt al snel duidelijk dat het niet om een woningbrand gaat, maar om een tuincentrum. De 1e TS is al begonnen met blussen als Officier van Dienst, Leo van Ruiven, bij de plaats van het incident aan komt rijden. ‘Van Apeldoorn naar Uddel is een afstand van ongeveer 15 km en van verre zag ik de zwarte rookwolken al verschijnen.’ Tijdens het aanrijden is de OvD ingelicht over de brand bij het tuincentrum en had hij aan de bevelvoerders de opdracht gegeven defensief op te treden.

Verbouwing Het tuincentrum in Uddel is bezig met een grote verbouwing en wordt compleet vernieuwd en uitgebreid. Onder het tuincentrum worden bovendien kelders gebouwd voor opslagruimte.

‘De compartimenten zijn ruim vijftien meter breed, zestig meter lang en 5,5 meter diep. Er worden in totaal negen compartimenten gebouwd. Op dit moment zijn er vijf compartimenten af waar onder andere tuinmeubels en jacuzzi’s staan opgeslagen’, vervolgt Van Ruiven.

Volgens de eigenaar is de brand ontstaan toen bouwvakkers met een slijptol bezig waren aan de staalconstructie voor de nieuwe 72 nummer 2 februari 2009

Het is een lastige brand om te bestrijden aangezien het vuur onder de grond woekert

hallen. ‘Tijdens het slijpen zijn er waarschijnlijk vonkjes in de kelder terechtgekomen. Deze ruimte lag vol met een nieuwe voorraad tuinmeubelen voor 2009. Waarschijnlijk is er een vonkje tussen het verpakkingmateriaal van de meubels terechtgekomen en gaan smeulen.’ De eigenaar van het tuincentrum was hier al bang voor en heeft van te voren iemand in de kelder neergezet om alles in de gaten te houden. ‘Maar die persoon heeft de brand te laat ontdekt’, vertelt Van Ruiven.

Bij aankomst maakt Van Ruiven eerst een grove scan of alle voertuigen goed staan opgesteld, of de manschappen op veilige afstand van het gebouw staan en maakt een plan van aanpak.

Het is een lastige brand om te bestrijden aangezien het vuur onder de grond woekert in een kelder onder een in aanbouw zijnde betonnen complex. De brandweerlieden kunnen niet dichtbij de brandhaard komen. Er is een enorme rookontwikkeling en de brandweer heeft totaal geen zicht op de brand. De eerste blussing wordt verricht aan de voorkant van het gebouw. ‘Daar was Sdu Uitgevers

Brand van de maand

Er komt bij de brand veel rook vrij, maar er is geen sprake van gevaar voor de volksgezondheid

de enige opening, aangezien er nog geen grote deuren geplaatst waren. Daar hebben we het water opgezet, om te voorkomen dat de brand over zou slaan naar een tweede compartiment.’ Het eerste compartiment is dan al opgegeven.

Er wordt opgeschaald naar ‘zeer grote brand’ en een tweede peloton wordt opgeroepen. ‘Het was de bedoeling dat het tweede peloton een schuimaanval ging doen op het tweede compartiment.’

Van Ruiven gaat vanwege de grote rookkolom in overleg met de OvD-P en de OvD-G. ‘We besloten op te schalen naar GRIP 1. Uit metingen bleek dat de rook geen gevaar vormde voor het dorp, maar de opkomst van een grote hoeveelheid brandweervoertuigen belemmerde wel het verkeer, dus is de doorgaande weg door de politie afgesloten.’

Tweede blussing Als de OvD een rondje maakt om het gebouw heen, ziet hij achter een zandheuvel een graafmachine staan. ‘Met de kraan konden we gaten maken in de betonconstructie in de hal. Zo konden we de warmte van het eerste compartiment beter kwijtraken en bovendien de brand beter bestrijden.’ De eigenaar van de graafmachine is bereid om de machine uit te lenen aan de brandweer en binnen een kwartier is de graafmachinist aanwezig. ‘De machinist heeft voor ons gaten gemaakt in het betonnen dak van de kelder. Hierdoor konden we beter bij de vuurhaard en kregen we de brand al snel onder controle.’ Een schuiminzet van het tweede Brand&Brandweer

peloton, die op dat moment klaar staat voor inzet, wordt dan ook overbodig. De brandweer weet dankzij de inzet van de graafmachine zelfs het tweede keldercompartiment, gevuld met jacuzzi’s, van de brand te redden. ‘Alleen het verpakkingsmateriaal van de jacuzzi’s is in sommige gevallen een beetje geschroeid, maar verder zijn de jacuzzi’s zo goed als ongedeerd gebleven.’

Brand Meester Uiteindelijk wordt rond 14.30 uur het sein brand meester gegeven. De brandweer is tot 19.00 uur bezig met nablussen. Rond twaalf uur ’s nachts ontstaat er opnieuw een kleine brand in het uitgebrande keldercompartiment in het tuincentrum. ‘De brandweer van Uddel is toen uitgerukt en heeft de brandhaard binnen vijf minuten geblust.’

OvD Van Ruiven kijkt met tevredenheid terug op de inzet. ‘Deze is vlekkeloos verlopen. Het compartiment met de tuinmeubelen is volledig uitgebrand, maar de overige handel van het tuincentrum heeft de brand overleefd.’

De aanwezigheid van de graafmachine was een geluk bij een ongeluk. ‘De temperatuur in de compartimenten liep door de brand enorm op. Onze grootste vrees was dat er een spontane ontbranding zou ontstaan. Door de graafmachine hebben we dat gelukkig kunnen voorkomen.’

Tijdens de brand zijn ongeveer honderd brandweermensen ingezet uit Apeldoorn, Uddel, Hoog Soeren, Ugchelen, Garderen en Elspeet. ■ nummer 2 februari 2009 73

operationele voorbereidingen en repressie

Terug naar analoog voor onder

Foto: Brandweer Ede

Ede gooit de C2000 portofoons in de afvalbak onder het mom: Niet iedere vernieuwing is een verbetering.

Brandweer Ede is net voor de jaarwisseling voor de communicatie tussen manschappen onderling teruggegaan naar analoog. Het korps was ontevreden over de C2000 portofoons. En de kwestie speelt ook elders. Enkele andere korpsen willen terug of zijn voor de communicatie tussen manschappen onderling nooit overgeschakeld op digitaal.

Brandweer Ede en ook de NVBR pleiten voor een onafhankelijk onderzoek.

74 nummer 2 februari 2009

Sdu Uitgevers

operationele voorbereidingen en repressie

linge communicatie

H

Door Ellen Schat

et brandweerkorps Ede is volgens Dick Navest van oudsher gewend aan goede verbindingen omdat ze bijvoorbeeld een eigen technische dienst en goede apparatuur hadden. ‘De komst van C2000 hebben we dan ook altijd kritisch bekeken. Voor de communicatie met de meldkamer werkt het C2000 systeem goed. De nieuwe portofoons die we met de komst van dit digitale netwerk hebben aangeschaft hebben echter nadelen bij de communicatie tussen brandweermensen onderling.’ Het grootste nadeel van de digitale portofoons die in de Direct Mode werken is dat deze soms ‘mensen overslaat’. ‘Als ik als bevelvoerder vijf of zes mensen een boodschap wil melden, komt het voor dat één of twee mensen er niets van mee krijgen. Als we in een brandend pand zouden staan, en we moeten eruit, is dit levensgevaarlijk’, aldus Navest.

Het korps voerde zelf enkele tests uit om te kijken of de ervaringen klopten. ‘Er bleek 20% uitval in de DMO-functie, een enorm percentage.’

Een ander nadeel van de C2000 portofoons is dat deze totaal niet op de brandweer zijn gemaakt, die met zware uitrukkleding en adembescherming werkt en een klein telefoonachtige portofoon niet handig vindt. ‘Met handschoenen aan zijn ze bijna niet te bedienen’, aldus Navest. Een robuuste C2000 portofoon is sinds jaren niet meer leverbaar, vermoedelijk omdat de markt van Nederlandse brandweerlieden te klein is.

Utrecht Ook de Veiligheidsregio Utrecht (VRU) werkt voor de onderlinge communicatie tussen manschappen met analoge portofoons. De regio heeft momenteel ongeveer 700 nieuwe analoge portofoons in gebruik. Brandweer Regio Utrechts Land (BRUL, nu onderdeel van de VRU) deed destijds in aanloop naar de implementatie tot C2000 testen met de diverse functionaliteiten van de randapparatuur. ‘De DMO, de direct mode, konden we gebruiken voor de onderlinge communicatie. C2000 zelf is immers onvoldoende betrouwbaar in gebouwen’, vertelt Matthijs van der Veen van de VRU. Uit de praktische test die de regio in samenwerking met de korpsen uitvoerde bleek dat de analoge portofoons soms net zo goed, maar meestal beter functioneerden dan de C2000-portofoons in de DMO. ‘De veiligheid van de brandweermensen staat voorop en we willen dus de beste kwaliteit’, aldus Van der Veen.

De regio besloot C2000 te beperken tot de communicatie tussen de eenheden en meldkamer. Voor de communicatie onder de manschappen werd de analoge apparatuur vernieuwd.

Frequenties Ook Culemborg, Nijmegen, Amsterdam, Rotterdam en enkele korpsen in Brabant werken met de analoge variant voor de communicatie van brandweermensen onderling. De korpsen Overbetuwe en Rheden van Gelderland Midden gaan ook terug op analoog en hebben net als het korps Ede een tijdelijke vergunning van het Agentschap Telecom van het ministerie van Economische Zaken (EZ) gekregen. Dat ging nog niet zo gemakkelijk, omdat het Agentschap Telecom niet zo scheutig is met het

Brand&Brandweer

vergeven van frequenties. ‘De als gevolg van C2000 vrijgekomen analoge frequenties worden immers voor andere doeleinden gebruikt ’, aldus Dick Navest. Daarnaast speelt vermoedelijk mee dat jaren geleden landelijk is gekozen om digitaal te gaan met C2000. Het zou vreemd zijn als steeds meer korpsen teruggaan naar analoog, terwijl er een duur digitaal systeem is opgebouwd. De C2000-portofoons zijn overigens een stuk duurder dan de analoge. ‘Bij veel korpsen zijn de C2000 portofoons bijna afgeschreven’, stelt Navest. ‘Deze korpsen bezinnen zich nu op de beste opties voor de toekomst.’

Brandweer Ede: ‘Wij zijn ouderwets tevreden’ BZK en NVBR De kwestie is ook al langere tijd bekend bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Wouter Hogendorp stelt dat het ministerie als uitgangspunt heeft om C2000 optimaal te benutten. ‘BZK, of eigenlijk het agentschap Telecom van het ministerie van Economische Zaken (EZ), is terughoudend met het vergeven van analoge frequenties, ook omdat deze frequenties door de komst van C2000 in principe overbodig zijn en dus aan anderen kunnen worden gegund.’ Het ministerie neemt echter eventuele problemen die de brandweer ondervindt met de communicatie uiterst serieus, benadrukt Hogendorp. ‘De brandweer moet natuurlijk zo goed en veilig mogelijk kunnen werken.’

Volgens het ministerie ontbreekt het aan objectieve gegevens over de DMO-modus in vergelijking met de analoge communicatie. ‘We hebben de NVBR gevraagd in hoeverre het probleem binnen de brandweer speelt’, aldus Hogendorp.

De NVBR heeft onlangs via een brief het ministerie op de hoogte gesteld van haar standpunt. ‘De NVBR is van mening dat C2000 de norm moet zijn voor de communicatie van de brandweer’, laat Martin Evers van het netwerk Repressie van de NVBR weten.

‘Vanaf de start van C2000 heeft de NVBR op het standpunt gestaan dat het mogelijk moet zijn om met C2000 ook binnen gebouwen in infrastructurele werken te kunnen communiceren.

Gedurende de ontwikkeling van C2000 bleek dit, vanwege financiële kaders, niet mogelijk.’ Om toch de communicatie van de brandweer binnen gebouwen mogelijk te maken is er een optie Direct Mode mogelijk gemaakt.’

De NVBR pleit net als brandweer Ede voor een nader onderzoek om de problemen met deze vorm van communicatie te kunnen duiden. De NVBR bespeurt immers ook steeds meer initiatieven als die in Ede. ‘Ook pleiten wij opnieuw voor de mogelijkheid om binnenshuis via het netwerk te kunnen communiceren’, aldus Evers. Tot een mogelijk onderzoek er komt en eventuele acties volgen, wachten de meeste brandweerkorpsen in Nederland af. Ede gaat in ieder geval voorlopig met de analoge portofoons werken. Navest: ‘We zijn ouderwets tevreden.’ ■

nummer 2 februari 2009 75

- klasse kazernebouw

Ontwikkeling

Bouw

Exploitatie

ECO - Opwaardering

vaessenduurzaambouwen.nl

76 nummer 2 februari 2009

Sdu Uitgevers

PU NT EDU

Ed Oomes is de nieuwe columnist van Brand&Brandweer. Veel brandweermensen kennen hem als ome Ed. Maar in B&B maakt hij een nieuwe start onder de naam Punt Edu. Waarom hij voor die naam heeft gekozen en wat u van hem kunt verwachten, leest u in zijn eerste stuk: Punt Edu

Stoppen

H

et is er weer de tijd voor: stoppen met iets, met alles of niets. Tenminste, toen ik dit stukje schreef. Als u dit leest zijn we namelijk al gauw een maand verder en is er aan de meeste goede voornemens alweer een eind gekomen. Het interessante van goede voornemens is dat ze meestal gaan over iets slechts waar men mee wil stoppen: roken, drinken, te veel eten. Zelden hoor ik van goede voornemens die gaan over iets nieuws dat men wil beginnen.

Zoals dat je .. eh.. nou ja ik kan niet zo gauw iets bedenken maar je hoort er dan ook weinig over. Echt heel weinig. En vandaag leest u er ook niet veel over, want gaarne neem ik met u een lijstje door met zaken waar de brandweer maar eens mee moet stoppen. Althans, volgens mensen die ik soms spreek of die een mail sturen.

Door rood rijden is ook niet meer van 2009. Veel te gevaarlijk en wat schieten we er nou helemaal mee op? Hoe veel sneller zijn we dan eigenlijk, is daar wel eens aan gerekend? Weegt de tijdwinst op tegen de risico’s in het verkeer? Waar dan nog bijkomt dat op grond van de wegenverkeerswet de chauffeur altijd verantwoordelijk wordt gehouden, ook al rijdt hij niet voor zichzelf maar namens de dienst. Stoppen voor rood voortaan, dus.

Het eerste is stoppen met het rijden op automatische meldingen (OMS). Dat zijn er namelijk zo ontzettend veel, en er zijn er ook zo veel loos (86%), dat rijden op OMS eigenlijk onzin is. Het is te ver doorgeschoten, en het veroorzaakt meer verkeersonveiligheid dan brandveiligheid. Niet meer doen dus.

Stoppen, moeten we ook mee stoppen. Er wordt veel te veel gestopt tegenwoordig. In het kader van onthaasting, slow management en allerlei ander modieus spul komen er steeds maar ad hoc voorstellen voorbij om (deel)taken af te stoten.

Zonder dat er eerst een grondige discussie over een gezamenlijke visie op de brandweer is gevoerd. Waar staat de brandweer eigenlijk voor in Nederland? Is dat voor alle plekken gelijk of kan de dienstverlening verschillen: gelijkheid in doctrine maar verscheidenheid in organisatie? Aan welke brandweerzorg is behoefte in de toekomst? Met welke innovaties kan het brandweerproduct structureel worden veranderd, minder schade tegen lagere kosten? Welke partners moeten we daar voor benaderen?

Enzovoorts. Onder de noemer van de Strategische Reis is een clubje mensen bezig over dergelijke vragen na te denken. Er wordt gewerkt aan een visie op de brandweer in de toekomst. In november 2008 is de eerste terugkoppeling aan het bestuur gegeven, en op basis van die uitkomst worden er nu gedetailleerdere scenario’s ontwikkeld voor de korte termijn. Scenario’s vol met goede voornemens over wat de brandweer wél wil zijn, wat we wél willen bereiken. Het beginnen is begonnen. ■

Het tweede is stoppen met het blussen van vrijstaande panden.

Blussen is een verouderde manier van brandbeheersing, die het brandproces belemmert. Daardoor ontstaan er veel meer schadelijke stoffen dan bij een volledige verbranding. Bovendien duurt de brand veel langer als je probeert te blussen, zodat niet alleen de giftigheid van de rookgassen groter wordt maar ook de blootstellingtijd toeneemt. In plaats daarvan zouden we de brand moeten opstoken, aanwakkeren tot een vollediger verbranding.

Beter voor het milieu en het levert spectaculaire plaatjes op.

Blussen: kappen er mee.

We moeten ook niet meer duiken. Er valt toch maar zelden iemand te redden en de duikinspanning om de boel paraat te houden weegt niet op tegen de opbrengsten. Duiken is bovendien een risicovolle bezigheid die je eigenlijk nauwelijks naast het gewone brandweerwerk kunt doen, zeker niet als vrijwilliger.

Zeker niet als je ook nog gaspakdrager moet zijn, een autoladder moet kunnen bedienen, de HV op orde moet hebben en wat moeten we allemaal nog meer niet. En dat in zo’n 60 tot 100 uur oefenen per jaar, je vraagt je af hoe het kan. Als ik geopereerd zou moeten worden door een chirurg die gemiddeld slechts twee uur per week oefent, zou ik toch op zoek gaan naar een andere.

Brand&Brandweer

Binnenaanval, ook klaar mee. Uitgevonden door Jan van der Heijden in 16honderdzoveel en sinds die tijd niet echt spectaculair doorontwikkeld. Tuurlijk, hogedruk pomp, nieuw straalpijpje, rubberen slangetjes, allemaal verbeteringen. Maar innovatief, nee, dat zou ik niet willen zeggen. Tijd voor iets nieuws en dat bereik je het beste door met het oude te stoppen.

Ed Oomes

nummer 2 februari 2009 77

bestuur en organisatie

Brandweer presteert onvoldoende De brandweer krijgt veel kritiek in het COTrapport naar de TU-brand in Delft van mei 2008. De communicatie bleek onvoldoende en bij de gebruiksvergunning heeft de brandweer steken later vallen. Ook had veel eerder opgeschaald moeten worden naar GRIP 3, aldus het instituut voor veiligheids- en crisismanagement. De brandweer plaatst enkele kanttekeningen.

O

Door Marco van der Leest

nlangs verschenen drie rapporten over de universiteitsbrand. Drie! Was één niet genoeg? ‘Ons rapport was in opdracht van de gemeente Delft’, vertelt Zannoni van het COT. ‘De TU wilde ook lessen trekken en heeft daarom een eigen onderzoek laten uitvoeren.

Verder is er een onderzoek van de verzekeraar naar de oorzaak van de brand.’ De drie onderzoeken sluiten goed op elkaar aan, aldus Zannoni.

BHV en de brandweer De TU zelf heeft uitstekend gereageerd op het incident. ‘De brand heeft niet geleid tot slachtoffers, onder meer vanwege een succesvol uitgevoerde ontruiming van het gebouw door de BHVorganisatie van de TU Delft’, zo meldt het COT-rapport. ‘De TU heeft de crisis op adequate wijze behandeld,’ concluderen Ernst & Young in hun rapport. Er werd snel een crisismanagementorganisatie geformeerd, waarbinnen op ‘adequate wijze invulling werd gegeven aan de verschillende crisismanagementprocessen.

Er was sprake van een hoge graad aan besluitvaardigheid.’ Klopt, zegt Zannoni. ‘De juiste mensen op de juiste plek. Bovendien waren de gebouwen al ontruimd toen de brandweer arriveerde.

Daarna droegen ze de boel keurig over.’

Minder succesvol was het optreden van de brandweer. ‘Ten eerste werd de melding van een TU-medewerker onderschat’, weet Zannoni. ‘Deze belt met de brandweer om een lekkage en wateroverlast te melden. Nog tijdens dit gesprek ontvangt de brandweer een automatische brandmelding van een groepje mensen bij het brandende koffieapparaat. Zowel de TU-medewerker als de meldkamer gaan ervan uit dat het een storing betreft, maar de meldkamer alarmeert wel een tankautospuit. Kort hierna belt de medewerker opnieuw met de meldkamer. Er is toch sprake van brand. De vertraging is minimaal, maar een dergelijke gang van zaken is wel een risico. In zo’n geval moet niet een TU-medewerker bellen, maar een daarvoor aangewezen BHV-er. Bovendien moeten hierover heldere afspraken zijn met de brandweer. Die waren er niet. De centralist had moeten doorvragen, naar de juiste persoon, naar een beter verslag van het incident.’

De brandweer arriveert tien minuten na de eerste melding van 78 nummer 2 februari 2009

wateroverlast die tussentijds is omgezet in een brandmelding.

De eerste ploeg gaat het gebouw binnen. De brandhaspel is al niet meer te bereiken vanwege hitte. Deze werkte bovendien niet, omdat er onvoldoende druk op de leiding stond. De brandweerlieden handelden met in hun achterhoofd de verwachting dat er snel assistentie zou arriveren, zowel mensen als materieel, onder meer het tweede peloton en een vierde TS. ‘Dat duurde echt te lang’, zegt Zannoni. ‘Toen het tweede peloton eenmaal aanwezig was, duurde het nog eens een half uur voordat zij op de juiste locatie was. De eerste twee ploegen en hun bevelvoerders waren op dat moment al anderhalf uur binnen. De commandant van het tweede peloton besloot om te wachten met inzet totdat het peloton compleet was. Dat was onjuist. Dit besluit had voorgelegd moeten worden aan de Hoofdofficier van Dienst.

Of de gevolgen van de brand bij eerder ingrijpen anders waren geweest, kun je niet zeggen. Wel had de brandweer meer kunnen proberen.’

Vertraging bij vergunning en opschaling De brandbestrijding bleek sowieso een hele klus, aldus Zannoni. ‘Het gebouw bevatte veel schrootjes op vloeren, muren en plafonds. Zo ontstond een hoge vuurlast. De brandhaard was ook zeer moeilijk te bestrijden, omdat het op de zesde verdieping was en daarna uitbreidde naar de verdiepingen daarboven. Het gebouw, eigenlijk een galerijflat, was bovendien omgeven door Sdu Uitgevers

bestuur en organisatie

Volgens het COT moet er meer duidelijkheid komen over wat er van de brandweer wordt gevraagd wat betreft het beperken van de schade.

andere, soortgelijke bouwwerken, met in het centrum een grote vijver. Het besluit om de brandweer uit het pand terug te trekken had eerder genomen kunnen worden: er was geen sprake van redding, er waren terechte twijfels over de mogelijkheid om de brand te beperken en de risico’s binnen namen toe.’

Volgens het COT-rapport moet er meer duidelijkheid komen over wat er van de brandweer wordt gevraagd wat betreft het beperken van de schade. ‘Hierbij hoort ook een duidelijk antwoord op de vraag of en wanneer een binnenaanval verantwoord is als er geen mensen meer binnen zijn. Hierbij hoort ook het nadenken over alternatieven voor een binnenaanval’, zo stellen de onderzoekers.

Volgens het COT-rapport had de hoofdofficier eerder moeten opschalen naar GRIP 3. ‘Er was in ieder geval aanleiding genoeg’, zegt Zannoni. ‘’s ochtends zag iedereen al veel rook en vuur, burgers kwamen met vragen, onder meer over de mogelijke aanwezigheid van gevaarlijke stoffen, waaronder asbest. Er bleek duidelijk behoefte aan coördinatie van de voorlichting. Met name de brandweer werd te weinig bij de communicatie betrokken. Ook RTV West, de regionale zender, werd te beperkt benut. Inzet van de calamiteitenzender was niet nodig, het adequaat voeden van de regionale zender, als informatiebron voor de bevolking, wel.

Het GBT had hier eerder de regie moeten nemen. Daar komt bij dat er behoefte was aan opvang van bewoners en studenten. Al die dingen waren ruim voordat het besluit tot opschaling naar Brand&Brandweer

Foto’s: Ricarco Bonsang

bij TU brand GRIP 3 werd genomen al duidelijk. Het besluit had minimaal twee uren eerder genomen kunnen worden. Ook de actiecentra konden dan eerder opgeschaald. Er waren wel activiteiten opgezet, maar een meer systematische en bredere gemeentelijk inzet was wenselijk geweest.’

Opvallend is verder dat de TU niet beschikte over een noodzakelijke gebruiksvergunning. ‘Dat komt doordat de faculteit aanvankelijk nieuwbouw wilde plegen, maar uiteindelijk koos voor renovatie van het bestaande complex. Wel zijn op last van de brandweer en gemeente enkele aanpassingen gedaan, die op het moment van de brand ook nagenoeg allemaal waren uitgevoerd.

Die hebben er uiteindelijk aan bijgedragen dat er geen slachtoffers zijn gevallen. Iedereen kon het pand snel verlaten. Terugkijkend kunnen we stellen dat zowel de brandweer als de gemeente niet goed omgingen met de vergunningverlening. Termijnen werden overschreden en de TU werd te weinig op haar verantwoordelijkheden gewezen. Het heeft uiteindelijk jaren geduurd voordat er een aanvraag werd gedaan voor een gebruiksvergunning. Dit betekent dat het gebouw jarenlang is gebruikt zonder dat er sprake was van een dergelijke vergunning.’

Brandweer: GRIP 3 wel op juiste moment Hans Buskes, hoofd communicatie van de gemeente Delft, reageert namens de brandweer.. Hij spreekt van een gedegen en professioneel onderzoek en deelt de conclusies en aanbevelingen van het COT. Wel stelt Buskes kanttekeningen. ‘Oefen de crisisbeheersing, inclusief het GBT en ROT, de werkwijze en alle rollen, zo schrijven de onderzoekers. We hebben de afgelopen jaren vijf oefeningen gehad. Ook was er kritiek op de binnenaanval. Binnen de brandweer is hier landelijk inderdaad discussie over, mede als gevolg van een aantal recente incidenten. Dit vraagt om een andere manier van werken. Maar tijdens de brand bij bouwkunde zijn volgens ons geen onverantwoorde risico’s genomen. De binnenaanval werd op het juiste moment gestaakt.

De inzet van het tweede peloton liet niet te lang op zich wachten, maar viel binnen de bestaande procedures. Binnen de regionale brandweer wordt bekeken of de huidige procedures moeten worden aangepast. Te laat opgeschaald naar GRIP3? Als het COT dat zegt, nemen we dit aan. Eerder opschalen had voor de crisisbeheersing overigens niets uitgemaakt. Er was ook geen enkele noodzaak voor GRIP 3, met uitzondering van communicatie. Die werd al om 11.30 uur opgestart, om 14 uur was de persconferentie.

Aan opvang was tot op dat moment nog geen behoefte.’

Volgens het rapport was de brandweer niet doortastend bij de vergunningverlening, maar ook hier valt wat op af te dingen.

Buskes: ‘Alle geplande beveiligingsmiddelen waren aangebracht. Alleen met het aanbrengen van brandwerend glas in de trappenhuizen was de universiteit nog bezig. Was de brand niet uitgebroken, dan was de vergunning even later rond geweest.

Het is sowieso een lastige, omdat de gebruiksvergunning voor dergelijke gebouwen per 1 januari 2009 is afgeschaft. Nu geldt voor dergelijke gebouwen een meldingsplicht. Een gebruiksvergunning is alleen nog noodzakelijk voor gebouwen waar zich niet-zelfredzame mensen bevinden.’ ■

nummer 2 februari 2009 79

preventie

Brandweer Amersfoort geeft gratis brandpreventie advies en rookmelders Voor het derde jaar op rij gaat brandweer Amersfoort aan de slag met het project Veilig Wonen. Ditmaal wordt de oude binnenstad aangepakt. Vanaf april gaan de brandweerinspecteurs bij alle woningen van deze woonwijk langs om de bewoners gratis advies te geven over hoe ze hun huis brand- en inbraakveiliger kunnen maken. Doel van het project is om het aantal branden in de wijk te laten afnemen en de mensen bewust te maken van brandrisico’s.

Veilig wonen is een groot succes en de NVBR wil nu een landelijk project voor wijkveiligheid.

B

door Neeltsje Marije de Boer

randweer Amersfoort wilde zich in 2006 meer gaan richten op de brandveiligheid in woningen. ‘De helft van de binnenbranden vindt plaats in woningen. Goed brandpreventie advies en het plaatsen van rookmelders kan het verschil betekenen tussen leven en dood. Daarom wilden we iets doen om de brandveiligheid in woonwijken te vergroten’, aldus projectleider Veilig Wonen Bas Gul van brandweer Amersfoort. In 2007 startte de pilot van het project Veilig Wonen, waarin de brandweer in een woonwijk huis-aan-huis brandpreventieonderzoeken uitvoerde en gratis rookmelders plaatste. De brandweerlieden in Amersfoort haalden hun inspiratie uit Engeland. De brandweer van Liverpool heeft in 1999 een project opgezet om de hoge aantal dodelijke slachtoffers van woningbranden tegen te gaan. De Liverpoolse brandweer is toen begonnen met het uitvoeren van huisbezoeken en het ophangen van gratis rookmelders in woningen van risicovolle woonwijken. Het project is een groot succes en het aantal woningbranden in Liverpool is gehalveerd.

Brandweer Amersfoort wilde ook beginnen met een brandpreventieproject. ‘We hebben toen een top vijf gemaakt van woonwijken in Amersfoort die het vaakst zijn getroffen door brand.’

Een van die risicowijken was Kruiskamp. Een oude volkswijk met 2400 huizen waar relatief veel allochtonen wonen. Brandweer Amersfoort besloot om in Kruiskamp de pilot van het project te starten. Het doel was om zoveel mogelijk bewoners van de wijk te bezoeken en waar nodig gratis rookmelders te plaatsen. ‘We maken daarbij geen afspraken met de bewoners, maar bellen gewoon bij de mensen aan. Het is vrijblijvend, de mensen zijn tot niets verplicht.’

Huisbezoeken Voor de brandweer kan beginnen met de huisbezoeken wordt er eerst een communicatiecampagne op touw gezet. ‘Het project heeft uitgebreid in de lokale kranten gestaan, er is aandacht

80 nummer 2 februari 2009

voor geweest op de regionale radio- en tv-zender en er stond veel informatie op de website van de gemeente’, vervolgt Gul. ‘Hierdoor worden mensen niet verrast als we voor de deur staan en zullen ze sneller een inspecteur binnen laten. De inspecteurs dragen ook bewust herkenbare bedrijfskleding en moeten zich kunnen identificeren.’

Enkele weken voordat de brandweerinspecteur bij de huizen langs gaat, wordt er een flyer in de buurt verspreid waarop het huisbezoek wordt aangekondigd. ‘Zijn de bewoners tijdens de bezoekrondes niet thuis, dan wordt dit genoteerd. De inspecteurs gaan in totaal drie keer bij de mensen langs. Als de inspecteur de bewoners bij de derde keer weer niet thuis aantreft, wordt er een antwoordkaart door de brievenbus gestopt, waarop de bewoner kan aangeven dat hij of zij alsnog een huisbezoek wil’, vertelt Gul. Om zoveel mogelijk bewoners te bereiken, is er samengewerkt met scholen, het ouderencentrum in de wijk maar ook met de moskee.

‘In deze wijken wonen veel allochtonen. We hebben daarom via de imam uitgelegd wat we precies doen. Door zo’n praatje van de imam laten deze mensen de brandweerlieden toch sneller binnen.’

‘Als we een leven kunnen redden is dat fantastisch.

Daar doe je het uiteindelijk allemaal voor.’

Risico Tijdens het huisbezoek wordt er bewust gekeken naar de risico’s in het huis. De brandweerinspecteur heeft een checklist bij de hand die wordt afgewerkt. ‘We plaatsen dus niet alleen rookmelders, maar wijzen de mensen er ook op hoe ze moeten handelen in geval van brand en we adviseren over vluchtplannen.’ Het overgrote Sdu Uitgevers

preventie

fotografie: Manon Wouterse

Een brandweerinspecteur gaat in de woonwijk bij de woningen langs om mensen te adviseren over brandpreventie

deel van de bezochte woningen had geen rookmelders of de rookmelders waren op de verkeerde plekken geplaatst. ‘Wij plaatsen de rookmelders in de route van de vluchtwegen. We kijken ook naar de persoonlijke situaties. Roken mensen bijvoorbeeld in bed, dan plaatsen we ook een rookmelder in de slaapkamer.’

De huisbezoeken worden bewust onverwacht gedaan en niet van te voren gepland. ‘Zo krijg je de echte leefsituatie van de mensen te zien’, vertelt Gul. Het project in de wijk Kruiskamp was een groot succes. ‘Er zijn ruim 1400 huizen bezocht, dat is 60% van alle woningen, en er zijn in totaal ruim 3000 rookmelders geplaatst.

Naderhand hebben we een enquête onder de wijkbewoners gehouden en de reacties waren zeer positief. De mensen vonden de huisbezoeken nuttig en de adviezen duidelijk. Een derde van de bewoners had zelfs concreet actie ondernomen en bijvoorbeeld blusmiddelen aangeschaft en een vluchtplan gemaakt.’

Veranderingen Het project Veilig Wonen is in 2008 voortgezet in een andere wijk met een verhoogd risico op brand: Liendert. Na de pilot in de wijk Kruiskamp heeft brandweer Amersfoort wel een aantal zaken aan het project Veilig wonen veranderd. ‘In de wijk Kruiskamp liepen de inspecteurs vaak tegen zaken aan. Bijvoorbeeld oude mensen die in een vervuild huis woonden etc. Ze wisten niet altijd wat ze in zo’n geval moesten doen. Daarom hebben we nu een andere aanpak. We hebben nu contact met verschillende zorg- en welzijnpartners en bij problemen nemen we contact met ze op.’

In de wijk Liendert werd bovendien op verzoek van de gemeente het brandveiligheidsonderzoek uitgebreid met tips over inbraakveiligheid. De brandweer kijkt dan niet naar de sloten, maar geeft tips om het huis veiliger te maken. ‘Door mensen bijvoorbeeld te wijzen op het plaatsen van buitenverlichting; dat schrikt inbrekers Brand&Brandweer

vaak wel af.’

In het pilotjaar werden de huisbezoeken vrijwillig uitgevoerd door brandweerlieden. In het tweede jaar, toen het project draaide in de wijk Liendert, was er meer budget en zijn er mensen tijdelijk in dienst genomen. ‘We hebben in de wijk veel allochtonen wonen, dus hebben we via de moskee mensen opgeleid. Een Marokkaanse en een Turkse inspecteur kunnen taalproblemen overbruggen. ’ Effect Of de brandpreventieonderzoeken en de gratis rookmelders in de wijken nu ook een daling oplevert van het aantal woningbranden in de wijken is nog niet bekend. ‘Daar kunnen we pas over vijf jaar iets over zeggen.’ In de wijk Kruiskamp is dankzij de rookmelders wel een vrouw met twee kleine kinderen gered. ‘Bij een brand ging de rookmelder af. De getroffen mevrouw heeft later gezegd dat de rookmelder haar leven heeft gered. Als ik zo’n succesverhaal hoor, weet ik meteen waarom ik zo’n project ben opgestart.’

Gul heeft tijdens de ontwikkeling van het project ook contact gehad met de NVBR. De vakvereniging heeft het project op de voet gevolgd en wil naar aanleiding van het succes in Liverpool en Amersfoort het concept wijkveiligheid in het land promoten. ‘Een erg groot compliment wat we hartstikke leuk vinden.’

In 2009 gaan de brandweerinspecteurs de oude binnenstad van Amersfoort op brand- en inbraakveiligheid controleren. Een wijk gekenmerkt door oude (historische) bouw met veel op elkaar aangesloten bebouwing. Er is hierbij een nieuw doel gesteld. ‘Er zijn genoeg andere korpsen die ook een brandpreventieproject in risicovolle woonwijken willen starten. Wij gaan daarom een handboek maken voor het project, zodat niet iedereen opnieuw het wiel hoeft uit te vinden.’ De brandweer heeft ook een dvd van het project gemaakt voor belangstellende korpsen. ■ nummer 2 februari 2009 81

Oefenen

Brandweer oefent

fotografie: brandweer Zwolle

Terwijl half Nederland zich op het ijs vermaakt in de eerste weken van het nieuwe jaar, ­verkennen de brandweerduikers in heel Nederland de wereld onder het ijs. De Leidraad Bestrijding waterongevallen stelt ijsduiken verplicht, dus voor de brandweer zijn deze ­perioden van vorst een mooi moment om een ijsduik te oefenen.

De brandweerlieden van Zwolle zitten tijdens een ijsduik met een extra lijn om hun middel vast

J

Door Jolanda Haven

ohnny van Aefst is dertien jaar beroepsduiker bij brandweer Zwolle. In die dertien jaar heeft hij circa vier keer een ijsduik oefening gedaan. En elke keer is het weer even wennen. ‘Een ijsduik is een andere ervaring dan een gewone duik. Normaal gesproken kun je altijd naar boven. Nu moet je terug naar het wak. En die knop moet even om.’

Beangstigend vindt Van Aefst het niet. Al duikt hij liever in een plas dan in een vaart. ‘Als je in een plas duikt, heb je meer ruim-

82 nummer 2 februari 2009

te. In een vaart is de ruimte tussen het ijs en de bodem maar beperkt, een claustrofobische omgeving. Het is belangrijk dat je rustig blijft en niet in paniek raakt. Dat geldt ook voor een normale duik uiteraard maar bij ijsduiken geldt dit nog zwaarder.

De brandweer van Zwolle telt 34 beroepsduikers die allemaal tijdens de eerste week van januari een duik nemen in het Whytmenerplas, onder een laag van 12 centimeter ijs. ‘Ons korps telt veel nieuwe jonge brandweerduikers die nog nooit een ijsduik hebben meegemaakt’, aldus Van Aefst. ‘Als de kansen zich voordoen moet je daar gebruik van maken, want de L eidraad Sdu Uitgevers

Oefenen

ijsduik B estrijding waterongevallen stelt ijsduiken verplicht. Het doel van een ijsduik is daarnaast om de jongens die nooit een ijsduik hebben gedaan te laten ervaren hoe het is. Want het is een compleet andere wereld dan wanneer je normaal duikt.’ Maar ook voor de duikers die er ervaring mee hebben, is het goed om weer eens onder het ijs te zwemmen. ‘Het duikpak is echt prima geïsoleerd dus van de kou heb ik geen last’, aldus Van Aefst. Dat ijsduiken een andere ervaring is dan gewoon duiken bleek wel tijdens één van de oefeningen. ‘Er is één duiker geweest die wij onder het ijs vandaan hebben moeten halen die het absoluut niet prettig vond.’

In Zwolle worden bij een ijsduik meer veiligheidsmaatregelen in acht genomen dan bij een normale duik. Er wordt een extra wak gemaakt en de duiker heeft een extra lijn om zijn middel hangen naast de gebruikelijke seinlijn. De stand-by duiker staat dus met twee lijnen in zijn handen aan de kant. Daarnaast wordt in Zwolle niet twee keer met dezelfde fles gedoken in verband met bevriezingsgevaar. ‘Als je uit het water komt is je ademautomaat nat, de kans dat hij bevriest is aanwezig’, aldus de duiker. En daarom krijgt de volgende duiker een nieuwe fles.

De eerste keer Herman Kramer is één van de duikers in Zwolle die voor het eerst een ijsduik heeft geoefend. Duiken doet Kramer niet alleen omdat het bij het werk hoort en dus moet, maar ook privé is hij actief duiker. Het idee dat je onder het ijs zwemt, vindt hij niet eng. ‘Ik ben blij dat ik een ijsduik geoefend heb’, aldus Kramer.

‘Hoewel ik ontspannen het water in ging, ben ik er zelfverzekerder uitgekomen.’ Dat je onder het ijs zwemt en dus niet zomaar weer boven water bent, is even een omschakeling volgens Kramer. Waar hij tegenaan liep is dat hij zijn oriëntatie sneller kwijt is dan bij een normale duik. Kramer: ‘Meerdere duikers hadden daar last van. Hoe dat kan? Geen idee eigenlijk. Het is in ieder geval belangrijk dat de seinlijnhouder via de communicatielijn je meer instructies geeft vanaf de walkant. Naast de gebruikelijke seinlijn had ik tijdens de oefening een extra lijn om mijn middel en dat gaf wel een extra gevoel van veiligheid.’ Voor deze oefening heeft brandweer Zwolle meerdere wakken gemaakt.

Het doel was om van wak naar wak zwemmen over een lengte van ongeveer 10 meter. Tijdens één van de oefeningen worden de brandweerduikers gealarmeerd voor twee hondjes die onder het ijs terecht zijn gekomen. Kramer kon meteen door voor het ‘echte’ werk. Helaas kwam de hulp voor beide hondjes te laat. Enkele dagen daarna moet de brandweer opnieuw uitrukken voor een hond die in het water is beland. Deze keer wordt het dier met succes gered.

De omstandigheden bepalen de inzet Ook de duikers van de brandweer Leiden, regio Hollands-Midden, zijn de afgelopen weken druk bezig geweest om een ijsduik te oefenen. Leiden heeft een team van zestien actieve duikers waar ook verschillende nieuwkomers bij zitten. Er zijn verschillende plekken waar de duikers een oefening hebben gedaan. ‘En onder Brand&Brandweer

‘Hoewel ik ontspannen het water in ging, ben ik er toch zelfverzekerder uitgekomen’

oefening wordt ook een beleving onder het ijs verstaan’, aldus duikcoördinator Cees de Bruijn van de brandweer Leiden. ‘De omstandigheden bepalen wat voor inzet je doet en welke aanvullende veiligheidsmaatregelen je moet nemen. Is het ijs sterk genoeg om met een duikploeg op het ijs te staan of staat de ploeg aan de kant stand-by? Als het team op het ijs kan staan hebben ze allemaal een oppervlaktereddingsvest aan. Ook wanneer het wak wordt gemaakt heeft degene een reddingsvest aan en zit met een lijn vast.’

De duikers hebben onder andere geoefend in ‘De Zijl’. Dat is een groot kanaal van 40 meter breed en 4,5 meter diep. ‘Het ijs was circa 9 centimeter dik’, zo gaat De Bruijn verder. ‘Met temperaturen onder het vriespunt zijn de omstandigheden anders dan wanneer het hartje zomer is. Een duiker oefent daarom gemiddeld een kwartier in het water. Zodra de oefening van de eerste duiker erop zit, gaat de tweede duiker het water in. De eerste duiker wordt dan reserveduiker voor de tweede duiker.’

Voordat er wordt gedoken, wordt eerst een briefing gegeven.

Daar wordt ook besproken wat te doen als de duiker in problemen komt onder het ijs. Normaal gesproken kun je overal boven water komen. Omdat dat nu niet het geval is moeten de duikers daar extra bedacht op zijn. Hoewel er in Leiden geen extra wakken worden gemaakt en ook niet met een extra lijn gedoken wordt, worden wel alle veiligheidsmaatregelen goed in acht genomen. ‘Meerdere lijnen kan ook belemmerend werken’, aldus De Bruijn. ‘Er wordt volgens het standaard veiligheidsprotocol gedoken, met inachtneming van bijzonderheden op de duikplek zoals altijd van toepassing is, en dat moet voldoende zijn.’ ■

nummer 2 februari 2009 83

dubbel I Nterview

Moet de brandweer in actie komen

Eind december kon heel Nederland sinds lange tijd weer eens op natuurijs staan.

De ijskoorts wakkerde direct aan. Hoewel de media berichtten dat het lang niet overal vertrouwd was om op natuurijs te rijden, trokken veel mensen zich niets van dat advies aan. En als het dan toch mis gaat, mag de brandweer dat oplossen. Deze maand Lex Tillart van brandweer de Ronde Venen en commandant Hans Zuidijk van brandweer Alphen aan de Rijn en Nieuwkoop in het dubbelinterview.

Hans Zuidijk, commandant brandweer Alphen aan de Rijn en Nieuwkoop, kwam begin januari landelijk in het nieuws nadat hij een uitspraak deed over het voorstel om waaghalzen die door zwak ijs zakken, achteraf een rekening te sturen voor de reddingsactie.

Vertel eens, hoe zit het nu precies?

‘Ik heb in een interview gezegd dat als waaghalzen ondanks waarschuwingen toch op zwak natuurijs willen schaatsen en dus bewust risico nemen, de schaatser ook maar zelf voor de kosten van een eventuele reddingsoperatie moet opdraaien. Deze sanctie is bedoeld als veiligheidsmaatregel om mensen te weerhouden om op zwak natuurijs te gaan schaatsen. Ze brengen in zo’n geval namelijk niet alleen hun eigen leven in gevaar, maar ook dat van de brandweerlieden.

Als ze zelf de reddingskosten moeten betalen, bedenken de waaghalzen zich misschien nog een keer voor ze op het ijs stappen en worden ze wat voorzichtiger. In de wintersportgebieden is dit fenomeen trouwens heel normaal. Als daar iemand buiten de skipistes brokken maakt, wordt er naderhand een rekening gestuurd voor de reddingskosten.

Deze gewaagde uitspraak heeft veel losgemaakt. Er zijn polls op internet gehouden, cartoons over getekend en er waren zelfs radioprogramma’s aan gewijd. De telefoon stond hier roodgloeiend. Ik heb in mijn hele carrière nog nooit zo veel media-aandacht gehad als nu in deze situatie.’

Uw korps heeft onlangs nog een ijsredding gedaan?

‘Ja, op 30 december kregen we een melding binnen van een schaatser die door zwak ijs was gezakt op de Nieuwkoopse plassen. We hebben de man in zorgwekkende toestand van het ijs moeten halen. Het was een moeizame en levensgevaarlijke redding en niet zonder risico aangezien de duikers door en over het zwakke ijs naar de man toe moesten. Gelukkig is de redding succesvol verlopen en heeft de schaatser het incident overleefd. Na dit incident heb ik de uitspraak in de media gedaan en stond dus heel Nederland op zijn kop.’

84 nummer 2 februari 2009

Sdu Uitgevers

dubbelinterview

voor reddingen op zwak ijs?

Zijn ijsreddingen volgens u dan nog wel een taak van de brandweer?

‘Absoluut, wij zijn de enige hulpdienst die op kan treden. Als mensen door het ijs heen zakken worden de schaatsers in veel gevallen door omstanders op het droge geholpen. Maar als niemand iets voor het slachtoffer kan betekenen dan moet de brandweer wel in actie komen. Ook bij waaghalzen die op te dun natuurijs zichzelf in de nesten werken.’

Gaat u ook nog een rekening sturen naar de schaatser die is gered?

‘Nee, dit zijn we ook niet van plan. Het idee is namelijk op dit moment juridisch niet uitvoerbaar. ’

Lex Tillart, commandant brandweer De Ronde Venen in Utrecht, tevens voorzitter van de platform Bestrijding Water Ongevallen door de brandweer.

Bent u dit jaar ook uitgerukt voor ijsincidenten?

‘Nee, dit jaar niet. Er lag voldoende ijs, en er werd heerlijk geschaatst, maar er hebben zich geen incidenten voorgedaan.’

Zijn ijsreddingen nog wel een taak van de brandweer?

‘Ja, de brandweer heeft als taak het redden van mens en dier. We hebben een parate dienst en er staan duikteams klaar die getraind zijn speciaal voor ijsincidenten. En als een schaatser in een wak ligt, wil hij of zij toch vooral snel uit het wak gehaald worden. Bovendien als een persoon onder het ijs verdwijnt, moet er een duiker komen die gespecialiseerd is in ijsduiken, en volgens mij zijn wij de enige parate dienst met deze specialiteit’ Kunnen andere diensten deze taak niet van de brandweer overnemen?

‘In het geval van toertochten zou het mooi zijn als de organiserende ijsclub zelf maatregelen neemt, voor de veiligheid. Dat is prima, maar nogmaals, als er een schaatser onder het ijs verdwijnt, zal toch de brandweer deze specialistische taak moeten overnemen. Het is wel mogelijk dat in de toekomst de reddingsbrigade deze taak gezamenlijk met de brandweer oppakt. Maar dan moeten ze wel een betere aansluiting krijgen met de hulpdiensten. In deze regio is de aansluiting nog onvoldoende gewaarborgd. Samenwerking is ook een optie. Dat lijkt me namelijk een zeer goed plan.’

En mensen die zich op glad ijs begeven. Moet je die achteraf een rekening sturen?

‘Ik vind dat niet kunnen. Mensen betalen al belastinggeld. Waar trek je dan de lijn. Stuur je ook een rekening als iemand in bed rookt,en dan in slaap valt en de slaapkamer per ongeluk in brand zet. Bovendien, hoe vaak kunnen we nu schaatsen op natuurijs.

Ik heb persoonlijk meer moeite met al die onnodige automatische meldingen. Ik ruk liever een keer uit voor iemand die ondanks waarschuwingen toch op te zwak ijs staat, dan voor een automatisch melding. En ik beloof dat ik de schaatser dan geen rekening zal sturen.’ ■

Brand&Brandweer

nummer 2 februari 2009 85

De oefenrubriek

Aankleden, aansluiten en checken

Goede bescherming is het halve werk. Maar met de juiste bescherming alleen, ben je er niet.

Het goed weten te gebruiken van beschermende kleding is minstens zo belangrijk. Evenals het checken bij je collega’s. Deze maand in de oefenrubriek aankleden, aansluiten en checken.

De oefenrubriek is gemaakt in samenwerking met oefencentrum Noord BV locatie Wijster.Fotografie: Jolanda Haven, PS-Produkties

1

Voordat je het masker plaatst, zorg ervoor dat de beschermflappen zichtbaar zijn en niet in je jas of onder je helm zitten.

Eveneens moet de rits goed dicht zijn en de kraag van de jas goed gesloten zijn.

3

Zodra het masker is aangesloten maak je de beschermflappen vast. Dit doe je door je hoofd iets naar achteren te kantelen zodat de beschermflappen goed om het masker aansluiten.

86 nummer 2 februari 2009

2

Plaats het masker. Dit doe je door de bovenkant van het masker op het voorhoofd te plaatsen. Vervolgens schuif je het masker iets omhoog en plaats je het op je gezicht. Hierdoor zit het masker onder de beschermflap. Plaats de beugels goed in de daarvoor bestemde gleuven. Sluit de ademautomaat aan. Controleer of het masker lekt. Dit kan je doen door met je hoofd een draaiende beweging te maken.

4

Controleer bij elkaar of dit goed gedaan is.

Sdu Uitgevers

De oefenrubriek

5

Check of de ademautomaat goed aangesloten is.

7

Controleer naast de flap ook of het masker goed op de helm is aangesloten.

9

Brand&Brandweer

6

Controleer de flap aan de achterkant of die goed over de jas zit en de nek voldoende beschermt. De draagriem van het masker moet aan de buitenkant van de flappen zitten.

8

Luister bij elkaar of het masker niet lekt.

Thumbs-up als alles goed aangesloten is.

nummer 2 februari 2009 87

Rescue equipment

4000-SERIE . e i t va o n n i n va t h c ra k e D

In onze 4000-serie komen tal van innovaties samen: t CORE™ één-slangsysteem t i-Bolt, een platte centraalboutconstructie t LED verlichting in draaggreep t S peed Valve op alle rammen en spreiders voor sneller openen Op basis van de nieuwste technologieën ontwikkelt Holmatro redgereedschappen die beter presteren en waarmee u sneller, veiliger en gemakkelijker kunt werken.

www.holmatro.com

CORETM Technologie

i-Bolt Technologie

LED verlichting in draaggreep

met Grondboringen IJsselmuiden B.V. De grondbooronderneming voor uw te projecteren brandputten!

Ook voor inspecties en het jaarlijks onderhoud.

Spoorstraat 37, 8271 RG IJsselmuiden Telefoon 038 - 33 36 099 Fax 038 - 33 36 098 Mobiel 06 - 303 355 35 www.grondboringen.eu 88 nummer 2 februari 2009 Naamloos-7 1

09-10-2007 11:03:20

Sdu Uitgevers

Postbus 7010 6801 HA Arnhem T (026)3552455 F (026)3515051 E info@nvbr.nl www.nvbr.nl

Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding De NVBR is de branchevereniging van en voor de brandweerzorg en rampenbestrijding in Nederland. Om de fysieke veiligheid van onze samenleving te vergroten, wil de NVBR de kwaliteit van de brandweerzorg en rampenbestrijding bevorderen. Dat gebeurt in nauwe samenwerking met alle partners in veiligheid.

Kernwaarden verder uitgewerkt De kernwaarden van de brandweer, daadkrachtig, deskundig en behulpzaam, worden op dit moment verder uitgewerkt in een zogenaamde ‘corporate story’. Dat betekent dat deze waarden in de organisatie worden neergelegd en daarmee ook een reële betekenis krijgen. ‘Wat betekent het om daadkrachtig op te treden als je je binnen de brandweer met vergunningen bezig houdt’, zo legt Martin Kievit van het netwerk Cobra(communicatie) van de NVBR uit.

De kernwaarden zijn nu ruim een jaar geleden gepresenteerd. Nu moeten die kernwaarden een diepere betekenis krijgen. Voor mensen binnen de brandweer moeten die kernwaarden een automatisme worden. Het moet bij ze (gaan) passen en ook bij de organisatie.

Kievit: ‘Iedereen binnen de brandweer moet zich kunnen identificeren met die waarden.

Of je nu aan de koude of warme kant van de organisatie werkt.’

De afgelopen maanden zijn er verschillende interviews gehouden binnen alle geledingen

van de brandweer. Aan iedereen is gevraagd welke betekenis ze geven aan de drie kernwaarden van de brandweer. ‘Dus ook aan degene die de telefoon opneemt. Die kan zich ook daadkrachtig opstellen en reageren.’

De interviews zijn in een folder verwerkt, die waarschijnlijk in maart uitkomt. Hij wordt dan

NVBR Jaarcongres 2009: ‘Kiezen en Delen’ ‘Kiezen en Delen’ is het thema voor het NVBR jaarcongres dat op 1 en 2 oktober 2009 wordt gehouden. Het congres vindt plaats in hotel Koningshof te Veldhoven.

Maakt de brandweer de goede keuzes? Dat is de centrale vraag in het komende jaarcongres. Hoe kunnen we elkaar daarbij ondersteunen door niet alleen onze krachten, maar ook kennis en expertise te bundelen en te

delen? Hoe kunnen we bovendien de kennis en ervaring van buiten de brandweer daarbij laten helpen?

Niet alleen complexe professionele vraagstukken, maar ook politiek- bestuurlijke en ambtelijk gedreven argumentaties bepalen de agenda’s. Vele branches en bedrijven gaan ons voor of worstelen met vergelijkbare vraagstukken. Dit jaar willen we dat gaan ontdekken. Vanuit onze eigen expertise en

Deze pagina is tot stand gekomen onder redactie van NVBR

naar alle brandweerkorpsen in Nederland gestuurd. Nadat de kernwaarden intern goed zijn ingevoerd, gaat het netwerk Cobra zich richten op de wereld buiten de brandweer.

Kievit: ‘Ook voor de buitenwereld moeten dan de drie kernwaarden een begrip worden.‘

vooral ook uit de externe netwerken.

Waar kan dit beter dan in de lichtstad Eindhoven, in een van oudsher innovatief deel van ons land? De gloeilamp, de variomatic, de bakermat voor Olympische zwemrecords, een veelvoudig landskampioen voetbal, een militair en internationaal vliegveld, grote defensiecomplexen. En dat allemaal in een prachtig congrescentrum met ongekende mogelijkheden en accommodatie in het centrum van een verzorgingsgebied van ruim 700.000 inwoners.

nummer 1 januari 2009 89

De speerpunten van het Netwerk kwaliteitszorg Afgelopen november is het netwerk kwaliteitszorg bijeen geweest om te praten over de speerpunten van 2009. Daarbij werd ook teruggeblikt op 2008. Het jaar waarin tal van interessante projecten als Cicero, Aristoteles, het normenboek en de innovatie carrousel de revue passeerden.

Belangrijkste speerpunten voor 2009 is een bijdrage leveren aan de realisatie van de meerjarenvisie op kwaliteit en innovatie voor de brandweer ‘Cicero’ En naast de nog openstaande activiteiten zal het komende jaar door werkgroepen aandacht besteed gaan worden aan o.a. de doorontwikkeling van het normenboek en procesmanagement. Het Normenboek Brandweer is een handreiking die als basis kan dienen voor gemeentelijke en regionale brandweren om zo te kunnen bepalen wat de stand van zaken is binnen de organisatie. Dit houdt ook in dat eerst bepaald moet worden welke onderdelen van de organisatie worden bekeken. In het bestaande normenboek is op basis van bronnenonderzoek een duidelijk verschil aangebracht tussen normen op basis van wettelijke eisen (verplicht) en informele regelgeving.

Onder de activiteit procesmanagement wordt het traject van processen beschrijven naar daadwerkelijk presteren en verbeteren verstaan. We gaan ervaringen delen bij het beschrijven van processen, geven aandacht aan het implementatieproces, er wordt gekeken naar de verhoudingen tussen de rol van proceseigenaar en management en naar het sturen van processen en de borging van prestatie-indicatoren.

Andere onderwerpen die aan de orde werden gesteld en verder uitgewerkt worden zijn: de lerende organisatie, continu verbeteren, instrumenten voor evaluatie en onderzoek. In afstemming met de Programmaraad leiden deze onderwerpen mogelijk nog tot een projectopdracht.

Aangenaam Sylvia van den Top, communicatieadviseur Vanaf 15 januari ben ik werkzaam bij het team communicatie van de NVBR communicatie. De komende periode zal ik mij bezig houden met het optimaliseren van de interne en externe communicatie van deze netwerkorganisatie. Als manager communicatie ben ik onder andere werkzaam geweest bij Gelredome in Arnhem en bij Carint (grote thuiszorgorganisatie) in Hengelo.

Het lijkt mij een hele uitdaging om voor de brandweerorganisatie te gaan werken. Op dit moment zijn er veel nieuwe ontwikkelingen gaande in deze branche en dat is altijd interessant voor een afdeling communicatie.

Sylvia is te bereiken via s.vandentop@nvbr.nl of 026 - 3552352 Harold Menning, programmacoördinator brandweerzorg Leren, verbinden en vernieuwen, is het leidmotief waar ik me vanaf dit jaar mee bezig ga houden als programmacoördinator brandweer-

zorg bij de NVBR. Dit leidt tot de volgende speerpunten voor de komende jaren. Het lerend vermogen binnen de brandweer versterken, effectieve interactie met het brandweerveld, modernisering van het brandweeronderwijs, investeren in vakmanschap en doctrines en de veiligheid van het brandweeroptreden verder verbeteren. Op korte termijn worden verschillende projecten opgepakt. Zo komt er een landelijke pilot brandonderzoek en een leeragentschap om het lerend vermogen bij de brandweer verder te vergroten. Hiervoor was ik werkzaam bij de brandweer Apeldoorn waar ik me als directiesecretaris onder andere bezig hield met brandonderzoek. Van daaruit heb ik een grote affiniteit met het verbeteren van het lerend vermogen van de brandweerorganisatie.

Het is voor mij een uitdaging om nu meer op landelijk niveau te kunnen betekenen voor het brandweerveld.

Harold is te bereiken via h.menning@nvbr.nl of via 026-3552343

Taskforce vrijwilligheid hard aan het werk Om in kaart te brengen wat vrijwilligers nodig hebben om optimaal te kunnen functioneren, en om hen zo goed mogelijk te kunnen bedienen, is de Taskforce Vrijwilligheid in het leven geroepen door de NVBR onder voorzitterschap van Gerrie Ruijs. De Taskforce opereert niet op eigen houtje. De groep werkt samen met andere partijen, waaronder het ministerie van BZK en het College voor Arbeidszaken, en zoekt ook expliciet contact met de Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers die duizenden vrijwilligers vertegenwoordigt.

Los van de vorm hecht Ruijs sterk aan inhoudelijke informatie: ‘Wat betekent regionalisering eigenlijk? Er zijn nog steeds bestuurders die denken dat het voor vrijwilligers de dood in de pot is. Dat is echt koudwatervrees. Er is zo’n verkeerd beeld ontstaan. Dat roept angst en onzekerheid op. Het is niet duidelijk wat er gebeurt. Maar de waarheid is dat we al die vrijwilligers ook in de toekomst hard nodig hebben.’

Het tweede thema is de oprichting van een landelijk platform vrijwilligheid. Met alle partners en actoren die iets te maken hebben met vrijwilligers bij de brandweer. Want er wordt, signaleert Ruijs, vanuit Den Haag, de veiligheidsregio’s en het Nederlands bureau brandweerexamens (Nbbe) nogal wat van vrijwilligers gevraagd; om maar niet te zeggen bij hen over de schutting gegooid.

Natuurlijk behoort het naast het praktische en communicatieve werk ook tot de opdracht van de Taskforce een visie op vrijwilligheid bij de brandweer te verwoorden. Dat is het derde thema. Ruijs: ‘Het uitgangspunt is dat we vrijwilligers willen behouden. Maar de vraag luidt natuurlijk hoe we dat naar de toekomst toe goed organiseren.’

Zij ziet een link met de ‘strategische reis’ die de NVBR met de Raad van Regionale Commandanten en het Veiligheidsberaad wil maken om op termijn tot nieuwe bedrijfsmodellen voor de brandweer te komen. In dat concept is ook ruimte voor een brandweer die heel dicht bij het karakter van veel vrijwillige korpsen staat. Maar de Taskforce zal ook zelf op heel korte termijn haar visie op het ‘deelonderwerp’ vrijwilligheid presenteren

90 Deze pagina is tot stand gekomen onder redactie van NVBR

Sdu Uitgevers

De brandweer is steeds beter geïnformeerd De brandweer professionaliseert de laatste jaren in hoog tempo. Mede door de regionalisering van de brandweerkorpsen en de komst van de veiligheidsregio’s, bezint de brandweer zich op haar rol en kerntaken en hoe die het beste uit te voeren zijn. Steeds vaker experimenteert de brandweer met procesmatig werken. En daarvoor is informatie nodig, veel informatie. In de Programmaraad Informatiemanagement wordt daarover doorgedacht.

Om procesmatig te kunnen werken, moet je de nodige informatie tot je beschikking ­hebben. Het organiseren daarvan, informatiemanagement, is een belangrijke ondersteunende randvoorwaarde om procesmatig te kunnen werken. Informatiemanagement wordt door de NVBR Programmaraad Informatiemanagement (PR-IM) op strategisch niveau opgepakt, als essentieel onderdeel van de organisatieontwikkeling van de brandweer.

Ter illustratie een voorbeeld: onderweg naar een incident is de kwaliteit van de bereikbaarheidskaart en het aanvalsplan van groot belang. Dit soort informatie kan veel uitmaken bij de bestrijding van de calamiteit en het redden van mensen. Omgekeerd laten grootschalige oefeningen steeds weer zien dat zaken fout gaan door gebrek aan juiste, actuele informatie. De NVBR werkt daarom aan het harmoniseren en beter landelijk beschikbaar maken van informatie.

De brandweer heeft dit gestroomlijnd in een visie op informatievoorziening, genaamd ‘Informatie Meester’. Deze visie is een jaar later concreet uitgewerkt in een informatiebeleidsplan: ‘In helder perspectief: Brandweer Informatie Voorziening Leidraad’ (BRIL).

De BRIL is als het ware het spoorboekje geworden voor de programmaraad Informatiemanagement.

De brandweer heeft in 2007 een impactanalyse uitgevoerd op de betekenis van basisregistraties voor het brandweerwerk. Om die in de praktijk verder te beproeven, is in 2008 het landelijke project ‘Digitale bereikbaarheidskaart’ gestart. Dit project vervangt niet alleen de huidige landelijke brancherichtlijn voor een bereikbaarheidskaart, maar laat ook zien dat door slim gebruik van actuele gegevensbronnen de kwaliteit van bereikbaar-

heidskaarten met sprongen omhoog kan gaan, waardoor je beter bent voorbereid op het bestrijden van een calamiteit.

De NVBR heeft onder de Programmaraad Informatiemanagement inmiddels een actief landelijk netwerk informatiemanagers. In steeds meer regio’s ontstaat het besef dat deze investering zich zonder meer terugverdient: waarom 25 keer het wiel uitvinden als we er ook een gezamenlijke inspanning van kunnen maken?

Met het project Digitale Bereikbaarheidskaart is tegelijk een proef gestart met de zogenoemde ‘vraagarticulatie’ van informatievoorziening. In 2009 gaat de landelijke ‘Vraagorganisatie Informatiemanagement’ van de brandweer formeel van start. In 2009 en 2010 richt de vraagorganisatie van de brandweer zich op functionele behoeftestelling voor Netcentrisch werken, het meldkamerdomein, de invoering van basisregistraties en de landelijke netwerkinfrastructuren, conform het informatiebeleidsplan BRIL. Begin 2009 vindt de eerste gezamenlijke bijeenkomst plaats van de netwerken Informatiemanagement van de Brandweer en Informatievoorziening van de GHOR. Op de agenda staan onderwerpen waarop een gezamenlijke vraagarticulatie nuttig en haalbaar lijkt.

Voor meer informatie over het NVBR Programma Informatiemanagement kun je terecht bij de NVBR Programmacoördinator IM. Contactpersonen: - René Moraal, voorzitter NVBR Pro­ gramma­raad Informatiemanagement - Martin Meijer, voorzitter NVBR Netwerk Informatiemanagement - Jan-Willem van Aalst, NVBR programmacoördinator Informatiemanagement a.i.

- Guus Zijlstra, NVBR programmacoördinator Informatiemanagement (per 1-32009)

Deze pagina is tot stand gekomen onder redactie van NVBR

Agenda 2 februari Vergadering Strategische Reis Vergadering programmaoverleg 5 februari Vergadering LNB 7 februari Jaarvergadering jeugdbrandweer 9 februari Vergadering programmaoverleg Vergadering Strategische Reis 11 februari Vergadering Netwerk Opleiden en Oefenen 12 februari Vergadering programmaraad Brandweerzorg Vergadering programmaraad Crisisbeheersing en rampenbestrijding Vergadering coördinatiecommissie ­kwaliteitszorg Vergadering programmaraad informatie­ management Vergadering programmaraad Management en bedrijfsvoering Bestuursvergadering programmaraad ­risicobeheersing Vergadering projectgroep Digitale BereikbaarheidsKaart RRC themasessie 13 februari RRC vergadering 16 februari Vergadering programma overleg Vergadering Strategische Reis 17 februari Vergadering NVBR jaarcongres 2009 Ledenvergadering LNP 18 februari Vergadering agendacommissie LOBO 19 februari Vergadering hoofden risicobeheersing Vergadering Cobra Vergadering Platform BWB 23 februari Vergadering Strategische Reis 2 maart Vergadering programmaoverleg Vergadering Strategische Reis 5 maart Vergadering LNB Vergadering Project Kwaliteit Brandweerpersoneel 6 maart Netwerkvoorzittersbijeenkomst

nummer 2 februari 2009 91

Oefeningen Hulpverlening

Abonnement: � 200,– excl. btw.

U ontvangt automatisch de aanvullingen à � 0,62 per pagina excl. btw.

Bestelcode: B08HW

Voor meer informatie en bestellingen kijkt u op www.sdu.nl/brandweer Onze uitgaven zijn ook verkrijgbaar via de boekhandel

Alles wat u wilt weten over het oefenen door de brandweer in Nederland leest u in de driedelige en losbladige uitgave Oefeningen Hulpverlening. In de delen 1 en 2 – Elementaire oefeningen en Technische hulpverleningsoefeningen – vindt u de oefenstof die door het ministerie van Binnenlandse Zaken met de Leidraad Oefenen is opgesteld, in woord en beeld voor de oefenpraktijk uitgewerkt.

Deel 3 (twee banden) biedt u een uitputtende handreiking om te oefenen voor grootschalig (multidisciplinair) optreden vanaf peleton-niveau.

Oefeningen Hulpverlening bestaat uit: Band 1: Elementaire oefeningen voor de brandweer Band 2: Technische hulpverleningsoefeningen voor de brandweer Band 3 en 4: Praktijkboek grootschalig optreden en rampenbestrijding Zakboek Grootschalig optreden (onderdeel van het Praktijkboek)

brandweer overzee

-Colombo- ‘Waar heb ik dit vaker gezien?’

Clemens Kamp is werkzaam bij de Brandweer Midden- en WestBrabant als afdelingshoofd Logistiek Materieel en Verbindingen. Hij is voor een half jaar gedetacheerd bij IECT en werkzaam in Sri Lanka.

ICET heeft in Sri Lanka een project met Nederlandse en Sri Lankaanse overheidsfinanciering opgezet om de ‘hulpverleningsorganisatie’ in Sri Lanka te versterken.

Het kazerne alarm gaat af. Het is 18 december rond 13.30 uur in de middag en ik ben met wat afrondende werkzaamheden bezig. Vanavond, of liever gezegd morgenvroeg vlieg ik voor twee weken terug naar Nederland om daar de feestdagen door te brengen. Nu gaat het kazerne alarm wel vaker af en niet altijd voor brand of hulpverlening. Maar na enige tijd merk ik dat de rust op de kazerne die er normaal gesproken rond dit tijdstip heerst langzaam verdwijnt. Er wordt wat meer heen en weer gerend.

Ik meng me in de hectiek en vraag wat er aan de hand is. Een ‘high rise building’ zou in de brand staan. Dat klinkt spannend. Een hoogwerker en een watertank rukken uit. Er wordt verder opgeschaald en ik nestel me op de zetel van de ‘bevelvoerder’. Sirenes en zwaailicht aan en rijden maar. En dat is door het verkeer in Colombo een hele toer. Ik heb hiervan met mijn fototoestel wat filmpjes gemaakt. Ook de inzet van de hulpdiensten en de brand leg ik vast met mijn fototoestel.

Wil je deze en andere foto’s van dit avontuur bekijken? Ga naar www.brandweerzondergrenzen.nl.

Ongeveer een kwartiertje na vertrek zijn we ter plaatse. De ‘Duty Officer’ staat inclusief pet, fluitje, witte blouse, maar zonder ademlucht in één van de uitgebrande appartementen met stemverheffing en wilde gebaren aanwijzingen te geven. Uitgezonderd deze druktemaker merk ik weinig van echte paniek. Ik kijk in dit soort gevallen altijd naar gezichten en probeer wat van de spanning te voelen. Dat valt nu mee.

De brand is geblust, het rookt alleen nog flink en het is een kleine chaos van politie, gewapende soldaten, inclusief het ‘Bomb Disposal Team’, de ‘Army Rescue Service’, rode kruis medewerkers, private ambulances (o.a. van St Johns www.stjohnsrilanka.org), de ambulances van de Colombo Fire Brigade en natuurlijk alle overige brandweermannen. Dit alles overgoten met veel volk, erg veel volk, maakt het redelijk onoverzichtelijk.

Wat is er gebeurd? Een tweetal appartementen boven een winkelgalerij zijn uitgebrand. Het geheel is gepaard gegaan met veel rookontwikkeling. De toegangswegen van de boven de brand gelegen appartementen bevinden zich in het gebouw. Door de rook zijn deze toegangswegen moeilijk te gebruiken en hebben een aantal bewoners zich verschanst op de balkons aan de voorzijde. Met een drietal hoogwerkers worden deze geëvacueerd. De Colombo Fire Brigade is (gelukkig met ademlucht) naar binnen gegaan, heeft een tiental mensen gered en verdere verspreiding van de brand voorkomen.

Diverse korpsen en posten binnen en buiten Colombo City zijn gealarmeerd. Er staan zelfs hoogwerkers van de luchtmacht(!). Ik ga hier overigens niet proberen uit te leggen waarom de luchtmacht over hoogwerkers beschikt. Maar goed, het is mooi om te zien dat ongeveer 50% van het ter plaatse zijnde brandweer- en ambulancematerieel afkomstig is van ‘ons’ ICET project. Al dit materiaal wordt naar mijn idee naar behoren gebruikt. Het schort echter nog flink aan afstemming tussen al de diensten. Ook over de inzet heb ik nog wel wat vragen, die ik met ondersteuning van mijn filmpjes en foto’s ga stellen.

Tot slot, om deze voorstelling waardig af te sluiten begint het gigantisch te stortregenen. Ik ben binnen 10 seconden drijfnat. Mooi om te zien dat het publiek bijna letterlijk oplost in de nevel, de politie en militairen naar binnen vluchten en de brandweer achterblijft om de restanten van de klus te klaren.

Goh, waar heb ik dit vaker gezien? ■

Deze maand in GRIP4 IJskoorts zorgt voor chaotische taferelen

Overmoedige schaatsers waren begin januari niet te stoppen, met alle gevolgen van dien. Hulpverleners hadden hun handen vol aan gevallen schaatsers, zoals de Regionale Ambulance Voorziening (RAV) IJssel Vecht. De politie ziet zich tijdens een schaatstocht bij Aarlanderveen genoodzaakt naar GRIP2 op te schalen. Dat heeft vooral te maken met de enorme verkeerschaos die ontstaat.

Brand&Brandweer

De rol van justitie in de veiligheidsregio

In de veiligheidsregio is ook een rol weggelegd voor de hoofd­ officier van justitie.

Maar wat is die rol precies? En wanneer moet de hoofdofficier in actie komen?

GRIP4 gaat op onderzoek uit.

nummer 2 februari 2009 93

Preventie

Harde conclusies Gammabrand Doetinchem

Preventieve maatregelen hebben De brand die vorig jaar maart een Gammavestiging in Doetinchem in de as legde, heeft zich veel sneller ontwikkeld dan op grond van berekeningen inzake brandveiligheid werd gedacht. Dat blijkt uit het technisch onderzoeksrapport naar de brand, dat is uitgevoerd door het Team BrandOnderzoek (TBO) uit Apeldoorn. Waar ging het mis?

D

door Jolanda Haven

e Gammabrand kenmerkt zich door een zeer snel brandverloop. Hoewel de brandweer binnen de gebruikelijke tijd bij het pand aanwezig is, staat zij machteloos en moet zich beperken tot het voorkomen van brandoverslag. Opvallend, omdat de brandweer naar aanleiding van een automatische brandmelding direct uitrukt, binnen tien minuten ter plaatse is en dan al niets meer kan doen. Hoe kon deze brand zo escaleren? Uit onderzoek blijkt dat het pand voldeed aan alle wettelijke bouw- en gebruikseisen inzake brandveiligheid. Dit roept daarom vragen op over de onderbouwing van die eisen. Te beginnen bij de bouw en de veiligheidsmaatregelen. Als het brandcompartiment van een pand groter is dan 1000 m2, zoals het geval was bij de Gamma in Doetinchem, moeten er ‘gelijkwaardige veiligheidsmaatregelen’ genomen worden. Met behulp van een Rook- en Warmte Afvoerinstallatie, gekoppeld en gestuurd door een brandmeldinstallatie die direct een automatische doormelding naar de meldkamer van de brandweer doet, zou de gelijkwaardige veiligheid worden bereikt. Dat wil zeggen dat de eerst aankomende brandweereenheid bij een eventuele brand nog een binnenaanval kan doen. Toen de brandweer arriveerde, had de brand zich al uitgebreid naar zo’n 2.500 m2, een grotere oppervlakte dan op basis van de berekeningen zou kunnen. In het onderzoeksrapport van TBO worden nu grote vraagtekens geplaatst bij de gebruikte rekenmethoden van de gelijkwaardige oplossingen, die tot nu toe algemeen geaccepteerd waren als middel om preventiemaatregelen uit te werken.

Verkeerde berekeningen De brand, die is aangestoken, is ontstaan tussen stellingen waar 390 liter ontvlambare vloeistoffen zoals wasbenzine en thinner waren opgesteld. Op videobeelden is te zien hoe de brand zich razendsnel in een cirkel uitbreidt. En dat terwijl in de berekeningen vooraf wordt gesteld dat een brand zich ééndimensionaal uitbreidt. 390 liter ontvlambare vloeistoffen is minder dan de 94 nummer 2 februari 2009

helft, namelijk 800 liter, van de toegestane hoeveelheid licht ontvlambare stoffen. Uit onderzoek blijkt dus dat de aangevoerde uitgangspunten van de gelijkwaardige veiligheid te licht zijn.

Bovendien zijn in de berekening van de vuurbelasting en de uitbreidingssnelheid van een eventuele brand de ontvlambare middelen niet meegenomen. Daarnaast zijn de vermogensdichtheid van de brand, de temperatuur van de rooklaag en de maximale omtrek van de brand verkeerd berekend. Op basis van deze lage uitgangspunten zou de brandweer een brand aan kunnen treffen die niet groter is dan 25m2 en met een vuurlast van 60 kg vurenhout zodat een binnenaanval zou kunnen worden uitgevoerd. Indien in de berekening van de vuurbelasting en uitbreidingssnelheid rekening gehouden wordt met de aanwezigheid van ontvlambare vloeistoffen wordt duidelijk dat de brandweer geconfronteerd kan worden met een brand van 1800 m2 en een vuurlast van 864 kg vurenhout. Een binnenaanval Sdu Uitgevers

Preventie

fotografie: Bastiaan Kelderman

niet gewerkt ‘Door deze brand worden we met de neus op de feiten gedrukt dat de theorie in de praktijk niet altijd blijkt te kloppen’

is dan niet meer mogelijk. De oorspronkelijke berekeningen ten aanzien van de gelijkwaardigheid zijn uitgevoerd door een daarin gespecialiseerd en gecertificeerd bureau, en overgenomen door de brandweer bij de advisering op de bouwvergunning en het afgeven van de gebruiksvergunning.

Hoewel ten tijde van de brand een binnenaanval in eerste instantie overwogen wordt, moet de brandweer zich terugtrekken als blijkt dat het te gevaarlijk is. De brandweer concentreerde zich daarom op het voorkomen van een verdere uitbreiding van de brand.

Naast de gelijkwaardige oplossing is gekozen voor een betonnen draagconstructie. Beton houdt langer stand dan een stalen constructie, zo wordt altijd beweerd, circa dertig minuten, wat de kans op een geslaagde en veilige binnenaanval moet vergroten.

Ook deze theorie gaat niet op, want na twintig minuten zakt het gebouw in.

Brand&Brandweer

Hoe nu verder?

Alle maatregelen die genomen zijn om de brandveiligheid te vergroten hebben niet gewerkt.

Harde conclusies dus. ‘Door deze brand worden we eigenlijk met de neus op de feiten gedrukt dat de theorie in de praktijk niet altijd blijkt te kloppen’, aldus hoofd risicobeheersing Allard van Gulik van de veiligheidsregio VNOG. ‘De veiligheidsmaatregelen kunnen niet op tegen de brandintensiteit en het brandverloop van deze brand. De theorie zoals die altijd wordt gebruikt voor het berekenen van schade door de opslag van brandgevaarlijke stoffen blijkt niet te hebben gewerkt.’ TBO vraagt zich af of er ooit proeven zijn gedaan. En dat zou kunnen betekenen dat er meer theoretische aannames zijn die in de praktijk niet blijken te kloppen. Een brand die op deze wijze op deze plek ontstaat, is bij voorbaat niet onder controle te houden onder normale omstandigheden. Van Gulik: ‘Op de meest kwetsbare plek is brand uitgebroken. Als de brand op de afdeling sanitair was ontstaan, dan was het brandverloop waarschijnlijk anders.’

Bij het stellen van veiligheidsnormen en het berekenen van gelijkwaardige veiligheid wordt over het algemeen niet uitgegaan van een piekbelasting maar van gemiddelde waardes. Dan ben je waarschijnlijk voor 80% van de branden ingedekt. Dat wil zeggen dat de vooraf berekende veiligheidsmaatregelen in de praktijk kloppen. Je moet van goeden huize komen wil je een ‘worst case’ scenario aan je gebruikers kunnen verkopen.’

TBO denkt dan ook dat dit voor veel soortgelijke bouwmarkten in ons land het geval is en beveelt aan om te kijken naar de landelijke beleidsregels. Wellicht dat die aangepast moeten worden. Het rapport is inmiddels aangeboden aan de Ministeries van VROM en BZK, en aan het landelijk netwerk Brandpreventie van de NVBR. ‘Wat nu moet gebeuren is nog onduidelijk. Het gaat er nu vooral om dat men zich bewust wordt van het ontbreken van een logisch verband tussen ontwerpscenario en het praktijkscenario.

Er zal naar een passende oplossing gezocht moeten worden. Of dat nu het bijstellen van de regelgeving is of op een andere plek in de veiligheidsketen moet worden opgelost, daar zal nog naar gekeken moeten worden’, zo besluit Van Gulik. ■

nummer 2 februari 2009 95

U

B IL E

E

5e

D

Vliegbasis Valkenburg, Katwijk (ZH) Woensdag 13 mei t/m zaterdag 16 mei 2009 Met o.a. de volgende workshops, activiteiten en demonstraties: • Technische hulpverlening • Speciale voertuigen • Blusdemonstraties • Defensie • Technische Hilfswerke Duitsland • Werken op hoogte • Reddingshondenbrigades • Rijvaardigheidstrainingen • Explosieven Opruiming en Detectie • Workshops AED • Rvarium • Terrorismebestrijding • Leidraad Oefenen • Workshops reanimatie • Diverse speciale jubileumactiviteiten • Iedere beursdag spectaculaire slotdemonstratie

www.ivic.nl

M U

J

Internationale Vakbeurs Incidentmanagement Crisisbeheersing & Rampenbestrijding

IT I E

de website van

De website van de brandweer Purmerend Webadres: www.brandweerpurmerend.com Beheerder: Paul Hoek Redacteuren: Paul Hoek Eigenaar: Brandweer Purmerend Startjaar: 2007, de website www.ploeg4.nl vanaf 2004 Aantal bezoekers per dag: ongeveer 200 Server: H2O servers Kosten per jaar: zestig euro

Vijf jaar geleden kwam Paul Hoek als vrijwilliger bij de brandweer Purmerend werken. Dankzij hem heeft de brandweer Purmerend nu een eigen website. ‘Mijn collega’s zijn er zeer over te spreken.’

Hoek werkte bij een supermarkt en wilde heel graag voor de politie gaan werken.

‘Maar dat kon niet zomaar,’ vertelt hij. De jonge supermarktmedewerker had niet de juiste ervaring en diploma’s, om bij de politie aan de slag te kunnen. Daarom besloot hij eerst brandweervrijwilliger te worden. ‘Dan kon ik dat op mijn CV zetten.’ En het heeft gewerkt. Niet langer werkt hij meer in de supermarkt. Hij is nog steeds vrijwilliger bij de brandweer en werkt daarnaast bij de politie. De banen zijn voor hem goed te combineren.

‘Je moet wel de roosters goed op elkaar afstemmen, anders gaat het mis.’

Voordat hij deze website maakte, begon Paul Hoek met de website www.ploeg4.

Brand&Brandweer

nl. Dat was een website speciaal voor zijn ploeg. Op de site stonden foto’s van de acties van de ploeg, van bedrijfsuitjes en werden de dienstroosters geplaatst. De andere ploegen vonden dat zo mooi, dat zij ook allemaal een website wilden hebben. ‘Toen is besloten om één website te maken voor de hele brandweer in Purmerend.’ En nu is er dus www.brandweerpurmerend.com. Volgens Hoek wordt de site elke dag ongeveer tweehonderd keer bezocht.

Het is een overzichtelijke site. Op de homepage staan de meest recente branden gemeld. Als je verder terug de tijd in wilt, dan kun je in het archief kijken. Het archief zit vol met branden die teruggaan tot begin vorig jaar.

De andere ploegen vonden dat zo mooi, dat zij ook allemaal een website wilden hebben.

mannen kunnen dan raden wat het voorwerp is. De dingen variëren van een zwaailamp tot een EHBO koffer en van een brandweerhelm tot een oranje knipperlamp. Als je een keer meedoet, dan doe je vervolgens automatisch mee in het klassement. Er zit een aantal goede spelers tussen.

Een interessante link om te bekijken is materiaal/materieel. Hier staan foto’s van alle wagens en van de verschillende ruimtes in het gebouw. Het geeft een goed beeld van de werkplekken en de verschillende voertuigen die de brandweer Purmerend heeft.

De site heeft ook nog een zustersite waar je naar door gestuurd wordt als je op Ramoneur klikt. Dat is de site van de personeelsvereniging van de brandweer Purmerend. Hoek: ‘Die site heb ik niet gemaakt. Ik heb alleen een link op de site gezet.’ Ook dit is een leuke site om te bekijken. Voor de brandweer Purmerend zelf is er nog een extra mogelijkheid. De mannen en vrouwen kunnen op de site inloggen en hun dienstroosters bekijken.

Precies datgene waar Hoek met zijn site voor ploeg 4 mee is begonnen. ■

De website kent ook een prijsvraag.

Iedere maand zet Hoek een foto van een voorwerp op de site, de brandweernummer 2 februari 2009 97

Hebt u de Brandweeragenda 2009 al in huis?

De Brandweeragenda 2009 is verschenen! Deze agenda op zakformaat biedt u in 2009 de helpende hand bij het structureren van al uw plannen. Bovendien is de prijs nu zeer aantrekkelijk!

Inclusief kaart Aflegsysteem Brandslangen De Brandweeragenda 2009 heeft een dubbele functie. Het is zowel een agenda als een zakboekje met essentiële informatie voor het brandweer- en hulpverleningsvak. Bovendien ontvangt u kosteloos de kaart Aflegsysteem Brandslangen. Deze helpt u fouten te voorkomen en verzekert u van een vlotte blusopstelling! De kaart is net als de agenda ontworpen op zakformaat.

Bestelcode los exemplaar: 978 90 12 12878 0 Prijs los exemplaar: € 10,34 Bestelcode abonnement: BWA Met een abonnement ontvangt u jaarlijks 15% korting op de losse verkoopprijs.

Onze uitgaven zijn ook verkrijgbaar via de boekhandel

VRAAG & ANTWOORD

De geluids- en optische signalen door de jaren heen De procedures van de zwaailichten zijn in 2009 veranderd. Alle hulpdiensten gaan in de toekomst dezelfde zwaailichten en sirenegeluiden voeren. Straks kun je dus niet meer horen of er een politiewagen, ambulance of brandweer aan komt rijden.

Dit is niet de eerste keer dat er iets verandert aan de optische signalen van de brandweer. Er zijn in de loop van de tijd veel variaties geweest.

D

e brandweerlieden in de negentiende eeuw bewogen zich voort met rode brandweerwagens die voortgetrokken werden door paarden. Om de aandacht te trekken van de overige weggebruikers gebruikten de brandweerlieden fakkels, bellen en schreeuwden ze luid. Proeven met trompetten mislukten, omdat de wegen te hobbelig waren en veel tanden van brandweerlieden sneuvelden. Begin twintigste eeuw werden de paard en wagens steeds vaker ingeruild voor een gemotoriseerd voertuig. Op de wagen zat meestal een bel of een (automatische) gong. De brandweer van Amsterdam ging, na een paar proeven, in 1930 over op een elektrische sirene die op de auto was gemonteerd. Het ging om de huilsirene die al jaren in Amerika werd gebruikt. Na Amsterdam gingen steeds meer gemeenten de huilsirene gebruiken. De sirene van de brandweer klonk hetzelfde als de luchtalarmsirene die eind jaren dertig werd ingevoerd. Om onderscheid te houden werd het huilen van de brandweersirene sneller en hoger van toon.

Tweede wereldoorlog Tijdens de oorlog introduceerde de Duitse bezetters het blauwe zwaailicht bij de brandweer. Er waren twee redenen dat het Duitse zwaailicht een blauwe kleur had. Ten eerste is blauw de kleur van de politie, waar de Duitse brandweer een onderdeel van was. Het tweede argument was dat een blauw zwaailicht vanuit de lucht minder goed zichtbaar was.

De brandweervoertuigen waren uitgerust met één of twee blauwe zwaailichten. Vaak werd er gebruik gemaakt van een zoekschijnwerper, die op ieder Duits brandweervoertuig aanwezig moest zijn, waarvoor een blauwe doorschijnende schijf werd geplaatst. Begin jaren vijftig kwam de firma Auer met een apparaat, dat wel iets weg had van een petroleumlamp of van een vuurtorentje. In die Auerlamp zat een blauwe, knipperende lamp, die naar alle zijden uitstraalde. Utrecht experimenteerde vanaf 1956 met Auerlampen op twee autospuiten, Eindhoven en Den Haag volgden al snel. Later kwamen er Auerlampen, die nog wat hoger waren (dubbelhoog uitgevoerd) voor gebruik op grotere voertuigen.

De gloeilampen waren slecht bestand tegen het geknipper De firma Bosch kwam later met een variant, waarbij het knippereffect bereikt werd door het tijdelijk verduisteren met een roterend schermpje, waarna later weer dat roterende schermpje werd uitgerust met een holle spiegel om het lichteffect te vergroten.

Brand&Brandweer

Een elektrisch voortbewogen automobiel-koolzuurspuit van de Amsterdamse brandweer uit 1909 met een elektrische bel.

Tweetonige hoorn In 1960 werd bij koninklijk besluit bepaald dat de brandweervoertuigen voortaan, in een noodsituatie, gebruik moesten maken van een blauw knipper- of zwaailicht en een tweetonige hoorn en/of bel. Politievoertuigen moesten worden uitgerust met een blauwe knipper- of zwaailamp en een tweetonige hoorn. Ambulances, toen nog ziekenwagens, mochten voorrang vragen door het gebruik van gele zwaai- of knipperlamp en een drietonige hoorn.

In de jaren zestig en zeventig volgden de ontwikkelingen van zwaailichten vooral in Amerika elkaar razendsnel op. Je had bijvoorbeeld de ‘Football-light’, een lamp die naar voor en achter (gekleurd) licht uitstraalde. Of de ‘Twin beacon ray’, twee zwaailampen op een imperiaal met daartussen één of twee luidsprekers.

In de vroege jaren zeventig kwam ook de zogenaamde ‘Stemlight’ steeds vaker voor. Dit is een groot zwaailicht dat op de telescoopmast gebouwd was. Aan de onderkant van de zwaailamp zaten werkplekschijnwerpers, die (wanneer de zwaailamp werd uitgeschoven) de omgeving van het voertuig konden verlichten. Het hoog geplaatste zwaailicht was al van verre te zien, waardoor er een duidelijke waarschuwingsfunctie vanuit ging.

Sinds 2009 zijn er weer nieuwe brancherichtlijnen opgesteld voor optische- en geluidssignalen voor hulpdiensten. Alle nieuwe voertuigen worden uitgerust met dezelfde zwaailichten en sirenes. Een tweetonige sirene en blauwe en gele zwaailichten. ■ Met dank aan Gerard Koppers, www.nbdc.nl nummer 2 februari 2009 99

van buitenaf

Geen buiten- maar binnen En toch is dat de werkelijkheid. We ontkomen er niet aan. Ook de brandweer niet. Op naar de kernboodschap dan maar. Van buiten naar binnen en weer terug.

door Ina Strating

E-en De 21e eeuw is de beleving van het e-tijdperk. Van de e-motie (ware betekenis: energie in beweging). Beleven, ervaren, voelen, prikkels, actie-reactie en ga zo maar door. Maar het is ook het tijdperk van de e-info. Het komt allemaal via de multimedia op ons af. Vraag jongeren wat hen bezighoudt en je hoort games, mobiles, hyves, msn, www, google, weblog, smileys, youtube, wi-i, nintendo, playstation en ga zo maar door. Als professional kan ik het zélf allemaal niet eens bijbenen.

Crisismensen weten hoe snel boodschappen tegenwoordig ‘buiten’ zijn. De crisis communiceert zichzelf. Een ramptoerist zet een digitale mobiele foto op youtube. Een paparazzi-journalist mailt draadloos zijn verslag van achter het afzetlint naar de redactie.

En je crisis ligt binnen 10 minuten op straat.

Aan burgemeesters de taak deze boodschappenstroom te beheersen. Ruis en feiten scheiden. Ervaringsdeskundigen weten hoe ingewikkeld dat tegenwoordig is. Het lijkt soms wel dat wie het eerst komt ook het eerst maalt. En met de crisis aan de haal gaat.

Taak dus voor de overheid om zo snel mogelijk met een Turbo(= kern) boodschap te komen. Je zou het bijna e-crisis kunnen noemen.

De krantenfoto.

De tekst van Toon Hermans.

De dikke rode lijn.

Dát is voor mij de Brandweer. De kern communiceert zichzelf.

De mensen.

Het gevoel.

De emotie.

Velen van u zullen weten waar het over gaat. En zullen er iets bij voelen. Meer woorden zijn eigenlijk niet nodig.

De k ­ ernboodschap is helder.

M

aar ja, ik zou me er wel erg gemakkelijk vanaf maken als ik het hierbij laat. Want wat wil ik hier nou eigenlijk mee zeggen? Dat communicatie niet zit in woorden? Dat weten we allemaal wel. De letterdiarree die soms over ons heen valt voelt u toch ook? Folders, kranten, websites, digitale nieuwsbrieven, mails, logo’s, nieuwsberichten, je krijgt er toch gewoon migraine van?

Al die boodschappen, al die beelden?

100 nummer 2 februari 2009

Naar binnen dragen = van buiten slagen Om te komen tot de kern van een project, brief, maatschappelijk vraagstuk of welke communicatie dan ook, is een goede voorbereiding het halve werk. Helder = duidelijk. Tot de kern.

Constructiefkritisch als ik ben, geef ik hieronder wat ‘hier-kanhet-beter-voorbeelden’ met daarbij wat communicatietips.

Extern Een TV-commercial produceren en uitzenden over rookmelders heeft in mijn ogen te weinig effect. Het is een éénrichtingsmiddel. Ik vind het zonde van mijn belastingcenten. Want ik weet dat het beoogde doel hiermee niet gehaald wordt: alle huizen in Nederland aan de rookmelder.

Om dit wel te bereiken moet de brandweer creatiever denken.

Wat te denken van dit voorbeeld? De gemeenteraad in Assen heeft een aanzienlijk bedrag gegeven aan de brandweer. Niet te besteden aan een commercial. Maar om rookmelders persoonlijk aan de man/vrouw te brengen. De brandweer (in) Drenthe begint bij woningcorporaties die rookmelders gaan installeren in alle Asser huurwoningen. Een project over meerdere jaren.

Interactief dus. Dát vind ik nou een goede actie en het verdient Hollandse navolging. In mijn ogen zullen er op deze manier veel meer rookmelders in huizen belanden dan door het uitzenden van een commercial in een paar weken tijd. En de kosten zouden wel eens niet zoveel van elkaar kunnen verschillen.

Tip: denk goed na hoe beschikbaar publieksgeld wordt besteed.

Middelen zijn niet altijd de oplossing van uw probleem.

Sdu Uitgevers

VAN BU ITENAf

aanval inteRn De brandweer is Strategisch op Reis. Een interessante toekomstdroom. Dat wat ik er nu van heb gelezen, voelt veelbelovend.

Wat ik mij daarbij wel meteen afvraag is: is het publiek-vande-toekomst (dus burgers én brandweermensen) ook betrokken geweest bij het doorgronden van de toekomst van de brandweer?

De jongeren van tegenwoordig willen (en kunnen heel gemakkelijk) overal hun mening over geven. Kijk bijvoorbeeld eens op www.floorjongerencommunicatie.nl. Een 3.500 jongeren tellende webcommunity die het boeien-en-binden via e-communicatie in de praktijk brengt.

Tip: betrek jongeren bij overheidsbeleidsbepaling. Want nu naar binnen dragen = over 20 jaar naar buiten slagen. e-Bouwen De gemeente Smallingerland bouwt samen een nieuwe woonwijk, ik noem het e-bouwen (zie www.wijbouweneenwijk.nl).

Een interessante manier om toekomstige bewoners, geïnteresseerden en deskundigen samen te laten werken in de voorbereiding. En een kruisbestuiving te laten plaatsvinden tussen verschillende denkrichtingen.

Een dergelijke manier van communiceren zou de brandweer in mijn ogen heel goed kunnen inzetten voor het contact met alle semi-professionals (vrijwilligers) in Nederland. Stuur niet zomaar kranten, maar vraag hen waar hun behoefte ligt. Als een krant direct bij het oud papier belandt, dan is dat zonde van de energie en het geld. En een middel dat goed toegankelijk is, verhoogt het betrokkenheidgevoel.

Tip: ontwerp een makkelijk en snel te raadplegen communicatiemiddel voor contact met semi-professionals. leideRschap De brandweer telt vele leiders. In allerlei soorten en maten. De kern van wat alle leiders doen is in mijn ogen: zorgen dat mensen hun ding doen zodat gezamenlijk het doel wordt gehaald.

Communiceren van baas met medewerkers vraagt om een geheel eigen dynamiek. Zeker in de brandweerorganisatie.

De warme kant vraagt om directieve communicatie (op instructieniveau, ‘ik ben de commandant’).

De koude kant vraagt om interactieve communicatie (het poldermodel, ‘wij praten gelijkwaardig’).

Het beheersen van deze vaardigheid kan lastig zijn voor leiders binnen de brandweer. Gevoel en emotie laten spreken, dat vind nog niet iedereen even gemakkelijk. Toch is dat wel de toekomst.

Openstaan voor feedback, altijd willen weten hoe je overkomt en aangeven dat je bereid bent je gedrag aan te passen. Daardoor gaat een mens flexibeler communiceren (binnen). En dat effect is voelbaar voor anderen (buiten). De Roos van Leary kan hierbij een handig hulpmiddel zijn (zie http://www.testjegedrag.nl/tjg/ zelftest/index.htm).

Tip: leiders - probeer zoveel mogelijk flexibel te communiceren met medewerkers (= situationeel leiderschap).

Brand&Brandweer

Op haar geheel eigen wijze beschouwt Ina Strating de dynamiek in de Hollandse veiligheidswereld.

Een aantal jaar deed zij dat als freelanceadviseur risico- en crisiscommunicatie bij de Drentse regiobrandweer. Intensief betrokken geweest bij (crisis)communicatie Yde de Punt.

Sinds januari werkt zij zelfstandig als onafhankelijk adviseur veiligheidscommunicatie.

Specialisatie: Crisismanagement&Rampenbestrijding. … voor veiligheidscommunicatie met zorg&aandacht …

Reageren? co-assen@home.nl

koesteRen Van puBliek VeRtRouwen De overheid heeft als kerntaak betrouwbaar te zijn. Maar betrouwbaar zijn en betrouwbaar voelen – dat is een kwestie van beleving.

U had als brandweer vorig jaar het meest betrouwbare imago van alle beroepen in Europa. Een prestatie om trots op te zijn!

Koestering van een imago is ook een kunst. Want hoe doe je dat?

Koesteren klinkt wat kinderlijk. Maar dat is het niet. Kijk naar een kind dat gekoesterd wordt – hij/zij voelt zich lekker. En als je je lekker voelt, dan presteer je beter. Hoe kan de brandweer haar imago koesteren? Lector Public Reassurance aan de Hogeschool INHOLLAND in Rotterdam, Marnix Eysink Smeets, heeft in mijn ogen hiervoor een interessante denk- en handelrichting geïntroduceerd. Hij pleit namelijk voor de introductie van het outsidein-virus. Om publiek vertrouwen te managen. Citaat: ‘Kern van het outside-in-virus is de altijd terugkerende gedachte dat je als organisatie, voor het bereiken van een optimaal resultaat bij je doelgroep, éérst het denken en doen van je doelgroep moet zien te doorgronden. Daarna besluit je pas over de te hanteren strategie.’ Populair gezegd: begrijp voordat je begrepen wilt worden!

Ik kan u zijn rede over de ‘snibbige, slapeloze en symbolische samenleving’ van harte aanbevelen (zie http:// www.inholland.nl/Voor+bedrijven+en+organisaties/ Kennisontwikkeling+en+onderzoek/RIC+Global+City/ Public+Reassurance/Het+lectoraat/frontpage.htm). geen Buiten- maaR BinnenaanVal Vele praktijkervaringen hebben het al bewezen: naar binnen dragen = van buiten slagen.

En dit is een on-going-circle, als communicerende vaten: binnen – buiten – binnen – buiten etc.etc.

Van mijn slottip aan u als brandweermens zou u na Yde de Punt van binnen lichtelijk in verwarring kunnen raken. Toch durf ik het wel aan: kies in communicatie niet automatisch voor de buitenaanval.

De binnenaanval kan wel eens meer effect hebben! ■

nummer 2 februari 2009 101

Applicom Zeker in brandveiligheid!

UÊ UÊ UÊ UÊ

`Û ÃiÀ } *À `ÕVÌi Ì>}i " `iÀ Õ`

BOUWKUNDIGE BRANDPREVENTIE

Hulzenseweg 10-20 UÊNijmegen UÊT: +31 (0)24 35 22 571

www.applicom.nl

j Êi ÌÀiiÊi Êjj Ê>> ëÀii «Õ ÌÊ ÊLÀ> `«ÀiÛi Ì i

EXTRA VEILIG De revolutie in brandbestrijding

DRY SPRINKLER POWDER AEROSOL DE MARKTLEIDER OP HET GEBIED VAN KLEURNALICHTENDE VEILIGHEIDSSIGNALERING.

T 024 3789581 - INFO@SYSTEMTEXT.NL

W W W. S Y S T E M T E X T. N L

102 nummer 2 februari 2009

Hét volumetrisch blusmiddel voor beginnende en gevorderde binnenbranden. De stof aerosol werkt vlamafbrekend, dus geen herontsteking.

De DSPA-5 voorkomt zelfs backdrafts en flashovers.

Alles over dit unieke systeem op DSPA.nl

DSPA .nl

T 024 3522573 E info@dspa.nl

Sdu Uitgevers

Stationsplein 14 2907 MJ Capelle aan den IJssel

Postbus 752 2900 AT Capelle aan den IJssel

telefoon 010 - 258 62 00 fax 010 - 442 28 40

Samenwerken is ons motto!

Heeft u al een beeld over hoe een proeve van bekwaamheid eigenlijk tot stand komt?

Niet door op ons kantoor achter ons bureau alles te bedenken. Dat kunnen we u verzekeren. We zullen u kort een kijkje geven in onze keuken.

Momenteel is het functiegericht leren hot.

Onder de vlag van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel wordt een ontwikkelgroep geformeerd. Daarin zitten de NVBR, het Nifv en het Nbbe. Alle drie de partijen kiezen twee experts uit het veld. Met deze ontwikkelgroep wordt het kwalificatieprofiel van een functie gemaakt, het raamwerk voor de proeve van bekwaamheid ingevuld en het

opleidingsplan op hoofdlijnen opgesteld. Het Nbbe gaat dan het raamwerk van de proeve uitwerken. Niet alleen, maar in samenwerking met inhoudsdeskundigen en betrokkenen uit het veld.

Laten we als voorbeeld kijken naar de ontwikkeling van de computersimulatie (bevelvoerder) OGS. Een aantal inhoudsdeskundigen loopt het hele ontwikkelproces mee: het vormgeven van de toets, de scenario’s verzinnen en uitwerken, de beoordelingspunten opstellen, het mee testen en proefdraaien in een pilot-examen etc. Maar ook anderen leveren hun input zoals de ‘nepkandidaten’ zoals we ze oneerbiedig noemen.

Nepkandidaten hebben hun diploma bevel-

voerder al, maar spelen om de simulatie te testen voor kandidaat. Zij beleven de simulatie vanuit een ander gezichtspunt en geven ons goede input of de simulatie gaat zoals wij als ontwikkelgroep dat voor ogen hadden.

Maar datzelfde geldt ook voor de technisch regisseurs. Ook zij geven vanuit hun positie binnen computersimulatie waardevolle input.

Samenwerken met het land doen we niet alleen bij de nieuw te ontwikkelen functies uit het Landelijk functiehuis brandweer.

Heeft u een klein beetje een beeld gekregen zo? Blijf naast onze informatie in B&B ook onze brieven, website en nieuwsbrief volgen.

Bijstelling examen brandweerchauffeur?

Brandweer Schouwen - Duiveland

In navolging op veranderde wet- en regelgeving en vooruitlopend op de invoering van de competentiegerichte opleiding zal het Nbbe kijken naar een mogelijke bijstelling van het examen brandweerchauffeur. In samenwerking met het NIFV en ervaringsdeskundigen uit het veld zullen we de komende tijd, onder andere, kijken naar: • e ventuele overtollige ballast in het theorie-examen; • mogelijkheden voor een realistischere invulling van het praktijkexamen; • een duidelijkere aansluiting tussen het theorie- en praktijkexamen.

Via de website www.nbbe.nl zal u op de hoogte worden gehouden van de verdere ontwikkelingen rondom het examen brandweerchauffeur.

Deze pagina is tot stand gekomen onder redactie van Nbbe

Bij het Nbbe wordt hard gewerkt aan de inrichting van het EVC Bureau Brandweer. Op korte termijn hopen wij hiervoor de status erkend EVC aanbieder te verwerven. Bij het EVC Bureau Brandweer kunt u terecht kunt voor vrijstellingen, de erkenning van Europese beroepskwalificaties en het behalen van een Ervaringscertificaat.

Wat zijn uw medewerkers écht waard? Het Ervaringscertificaat laat het zien!

Wat medewerkers weten en kunnen is voor een groot deel geleerd in de praktijk. De kans is groot dat medewerkers op een hoger niveau of met een breder takenpakket werken, dan waarvoor ze gediplomeerd zijn. Een Ervaringscertificaat neemt al deze praktijkkennis mee en laat zien wat ze écht waard zijn!

De voordelen Het Ervaringscertificaat draagt bij aan een efficiënt scholingstraject van de medewerker met als gevolg meerdere voordelen voor medewerker, werkgever en opleider. Om er enkele te noemen: • de medewerker hoeft minder lang naar school, en is daardoor meer inzetbaar in het korps; • het opleidingsbudget kan efficiënter worden besteed; • het Ervaringscertificaat draagt bij aan beter loopbaanbeleid door inzichtelijk te maken waar iemand staat in zijn ont wikkeling.

Geïnteresseerd?

Wilt u meer weten over het Ervaringscertificaat en neem dan contact op met een EVCadviseur van het EVC Bureau Brandweer. Voor meer informatie zie ook: www.evcbureaubrandweer.nl

nummer 2 februari 2009 103

preventie

Hoe brandveilig zijn Volgens de cijfers van Wakker Dier zijn er in 2008 meer dan vijfhonderdduizend dieren omgekomen bij stalbranden. Om dit een halt toe te roepen heeft Wakker Dier een proces aangespannen tegen de bouw van een mega-varkensstal. De stichting wil dat er hogere brandveiligheidseisen worden gesteld aan de stallen en dat er een einde komt aan de bouw van stallen met compartimenten van 2500 m3 of groter. De brandweer en branchevereniging LTO-Noord zijn van mening dat niet alleen de grootte van de stal meetelt bij de brandveiligheid.

fotografie: FBF.nl

Bij een grote brand in een boerderij in Scheemda kwamen in 2008 zestien koeien om het leven. Met behulp van omwonenden zijn achttien koeien van de brand gered.

H

door Neeltsje Marije de Boer

alverwege januari was het weer raak. In een varkensstal in Meijel kwamen bij een brand maar liefst tweehonderd varkens om het leven. Dit is geen losstaand incident. In 2008 staat de teller volgens Wakker Dier op 2.760 varkens, 87.000 kippen, 450.000 vissen en 110 schapen die zijn omgekomen bij stalbranden. Betere voorschriften hadden volgens Hanneke van Ormondt van Wakker Dier veel dierendoden kunnen voorkomen. ‘Het is opmerkelijk dat in een land waar miljoenen dieren worden gehouden voor de industrie, de brandveiligheid zich uitsluitend richt op het beschermen van mensen’, aldus de woordvoerster van Wakker Dier. Binnen de voorschriften van het Bouwbesluit van het ministerie van VROM vallen gebouwen waar bedrijfsmatig gehouden dieren valt onder ‘lichte industrie’. ‘Dat betekent dat de dieren in het Bouwbesluit niet worden gezien als levende wezens maar als ‘producten’. De

104 nummer 2 februari 2009

dieren worden niet extra beschermd. Voor een stal met 15.000 kippen gelden dezelfde regels als voor een opslagloods met wc-rollen’.

Om meer dieren te kunnen redden wil Wakker Dier dat de wet op een aantal punten wordt aangepast.

Leidraad In 2007 heeft het ingenieursbureau Oranjewoud/SAVE in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een nieuwe leidraad Beheersbaarheid van Brand ontworpen. In deze leidraad is onder andere opgenomen dat brandcompartimenten van dierenverblijven niet groter mogen zijn dan 2500 m2.

‘We willen dat de stallen worden onderverdeeld in brandwerende compartimenten van maximaal 1000 m2. Door gebruik te maken van kleinere compartimenten kan de brandweer in geval van nood altijd een deel van de dieren redden’, vervolgt Van Ormondt. Om hun eisen kracht bij te zetten heeft Wakker Dier in oktober een proefproces aangespannen tegen een bouwvergunning van de geSdu Uitgevers

preventie

stallen? meente Oude IJsselstreek (Gld) voor een mega-zeugenstal. ‘Als we dit proces winnen, kunnen we meer bedrijven aanklagen en betere brandpreventieregels voor stallen afdwingen. We willen daarmee een einde maken aan de steeds groter wordende brandcompartimenten in megastallen.’ Halverwege januari wordt bekend dat Wakker Dier het proces heeft verloren. ‘We overwegen in hoger beroep te gaan, maar dan wordt het een heel langdradig proces. Of we beginnen een gelijksoortig proces tegen een andere stal’, besluit Van Ormondt.

Bouwvergunning De Twentse brandweerkorpsen bundelen hun kennis en kijken samen naar plannen voor de bouw van stallen groter dan 2500 m2.

In 2008 heeft de werkgroep Dierverblijven van de regionale brandweer een handreiking geschreven met richtlijnen en eisen over hoe te adviseren bij bouwplannen voor dierenverblijven groter dan 1000 m2. ‘Het beoordelen van plannen voor dierenstallen groter dan 2500 m2 vergt specifieke deskundigheid en daarom worden deze plannen in regionaal verband beoordeeld’, aldus Matthijs Ankoné, lid van de werkgroep en adviseur preventie bij Hulpverleningsdienst Regio Twente. Zijn de brandcompartimenten van de stal groter dan 2500 m2, dan moet het bouwwerk voldoen aan alle eisen die de werkgroep heeft opgesteld voor verblijven groter dan 2500 m2.

‘De stal moet dan bijvoorbeeld alleen gebruikt worden als dierenverblijf. Voer en machines moeten in een ander brandcompartiment worden opgeslagen. De stal mag bovendien maar één bouwlaag hebben en er worden strenge eisen gesteld aan de toegepaste bouwmaterialen. Pas als het bedrijf voldoet aan alle eisen uit de handreiking gaan we akkoord met het bouwplan’, vertelt Ankoné.

Brandweer Twente krijgt slechts een paar keer per jaar bouwplannen binnen van grote stallen. ‘Je moet dan denken aan stallen van bijvoorbeeld 5000 m2. Er zijn in Twente wel een paar plekken aangewezen voor intensieve veehouderij. Met plannen voor een varkensflat van ca. 20.000 m2, maar die aanvraag hebben wij nog niet binnengekregen.’

LTO Noord Het welzijn van dieren is belangrijk voor Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO). ‘De boeren zijn voor hun inkomen in veel gevallen afhankelijk van hun veestapel. Daarom hechten we veel waarde aan een goede brandveiligheid voor de stallen. Niemand wil zijn bedrijf in vlammen op zien gaan’, aldus Peter Schrijver, bestuurslid LTO Noord provincie Gelderland. Nadat de actiegroep Wakker Dier de discussie over de brandveiligheid in stallen is gestart, kon de agrarische organisatie natuurlijk niet achterblijven.

‘Bij Wakker Dier staat voornamelijk de oppervlakte van de stallen ter discussie; maar dit is niet terecht. Bij brandveilige stallen speelt ook de beschikbaarheid van bluswater en het gebruik van brandwerende materialen een grote rol’, vervolgt Schrijver.

In het kader van de brandveiligheid is Schrijver voor LTO met ambtenaren van de gemeente Bronckhorst en de brandweer op bezoek geweest bij twee veehouders. De ene veehouder heeft Brand&Brandweer

nog een oude stal, een zogenaamde grupstal, waar de koeien zijn vastgebonden. In deze stal is veel hout verwerkt, wat erg brandbaar is. ‘Toch voldoet deze grupstal aan alle veiligheidseisen, maar je kunt zelf wel aanvoelen dat als er brand uitbreekt de koeien geen kant op kunnen.’ Het andere bedrijf met een nieuwe grote stal heeft gebruik gemaakt van brandwerend materiaal en daar lopen de koeien los rond. ‘Er zijn bovendien grote deuren aanwezig, dus bij brand kunnen de beesten gemakkelijk naar buiten gejaagd worden. Deze stal is een stuk brandveiliger dan de oude grupstal.

Met andere woorden de oppervlakte van een stal zegt niets over de brandveiligheid.’

Leidraad De boeren willen steeds grotere stallen bouwen, dit geeft in de praktijk soms problemen. Daarom is LTO Noord samen met andere organisaties zoals de Dierenbescherming, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), de brandweer, VROM en verzekeringsmaatschappijen op zoek naar oplossingen voor het brandveiligheidsprobleem in de stallen. In november zijn de partijen om de tafel gegaan voor een quick scan; om zo ideeën te verzamelen. Een belangrijk punt is het gebruik van brandwerend materiaal in de stal.

‘Nu sterven bij brand in de stal veel dieren door de enorme rookontwikkeling. Door in de stal brandwerend materiaal te gebruiken kun je veel winnen. Maar ook de beschikbaarheid van bluswater en de bereikbaarheid van gebouwen speelt een belangrijke rol.’

Een punt voor discussie voor de brandweer is de lengte van de stal.

‘Dit komt door het feit dat de TS maar een beperkt aantal meters slang bij zich heeft. Als er bij de stal op verschillende plekken een bluswatervoorziening is, is dit probleem eigenlijk al opgelost en maakt grootte dus niet zoveel meer uit.’ Tijdens de quickscan is ook de mogelijkheid van het plaatsen van brandmelders en automatische blussystemen bekeken. Volgens Schrijver is dat echter niet de oplossing. ‘Praktisch probleem bij detectiesystemen is het feit dat je in de stal te maken hebt met veel stof, hooi, stro en ammoniak. Het zal resulteren in vele ongewenste meldingen voor de brandweer, wat dus een grote kostenpost met zich mee gaat brengen. Bovendien is de aanleg en onderhoud voor detectiesystemen behoorlijk duur voor de veehouder. Het is daarom wachten op nieuwe apparatuur die wel werkt in de stallen.’ Brandpreventie is voor de agrariër geen nieuw woord. ‘Dat wordt steeds beter. Veel boeren hebben brandblussers bij de stal staan en het personeel is goed geïnstrueerd wat te doen bij brand. De boeren moeten ook wel, want de verzekeringsmaatschappijen eisen het.’

Bluswatervoorziening Mocht er brand uitbreken in een stal, dan is het van groot belang dat de brandweer genoeg bluswater tot zijn beschikking heeft. Dit is lang niet altijd het geval. Sloten zijn vaak te ondiep en er is niet altijd een goede blusvoorziening bij het bedrijf aanwezig. Daarom is LTO Noord in Lochem bezig met een bluswaterproject. ‘In het buitengebied zijn bluswatervoorzieningen voor agrarische bedrijven lang niet altijd vanzelfsprekend. Daar is nog veel te winnen.’ Het gaat met name om stallen die ouder zijn dan vijf jaar.

‘Bij de bouw van nieuwe stallen zijn bluswatervoorzieningen verplicht en daar wordt sinds een jaar of vijf streng op gecontroleerd door de brandweer. Oudere stallen is een ander verhaal.’ In het project heeft de gemeente Lochem in kaart gebracht waar de bluswatervoorzieningen zijn in het buitengebied. ‘Zo kunnen ze precies zien waar nieuwe bluswatervoorzieningen nodig zijn.’ ■ nummer 2 februari 2009 105

I nge zonden

Blussysteem vergt trai Ziegler geeft in dit artikel een reactie op het artikel over vergelijking van blussystemen dat in Brand & Brandweer van november is geplaatst. In dat artikel werd een vergelijking gemaakt tussen Zieglers Vogt systeem en twee anderen merken. Ziegler kwam niet goed uit de test. Het bedrijf legt hieronder uit wat de voor- en nadelen van CAFS zijn. Ook blijkt dat het genoemde systeem alleen met goede training en opleiding kan worden gebruikt.

H

elemaal aan de onderkant van het leverprogramma van Ziegler is een net door een aan Ziegler gelieerd bedrijf ontwikkeld draagbaar CAFS-systeem.

Dit is helaas voor ons zonder enige vorm van oefening of instructie gebruikt voor de cafs testen die enige tijd geleden zijn uitgevoerd door TNO. De test toont aan dat cafs geen wondermiddel is maar een goed stuk gereedschap dat alleen middels training en opleiding op een verantwoorde wijze kan worden ingezet.

In dit artikel zal worden ingegaan op CAFS systemen. De afkortingen CAFS of DLS staan voor : CAFS – Compressed Air Foam System, DLS – DruckLuftSchaum. CAF of DLS is al zo’n 60 jaar bekend en kan gezien worden als een doorontwikkeling op het toevoegen van schuimvormend middel (SVM) aan water als blusmethode. Bij CAF wordt in een water-schuimmiddeloplossing perslucht geïnjecteerd. Hierdoor ontstaat een bubbelstructuur schuim die vele kwaliteiten heeft met betrekking tot brandbestrijding.

Bij toepassing van CAFS is het nog steeds het water wat het bluswerk moet verrichten, echter het SVM en de perslucht verhogen de effectiviteit van water als blusmiddel. Het persluchtschuim verhoogt het warmteopnemend vermogen van water met een factor 3. Het schuimvormend middel verlaagt de oppervlaktespanning van water waardoor dit niet meer wegloopt van oppervlakken maar er aan blijft ‘plakken.’ Hierdoor wordt voorkomen dat het meeste water ongebruikt wegloopt. Doordat de oppervlaktespanning van water is verminderd heeft het water een groter doordringend vermogen en kruipt het ook in kleine ruimtes en spleten. Hierdoor ontstaat in vergelijking met een waterblussing een groter koelend effect dat langer in stand blijft.

Het schuim vormt een deken die voorkomt dat (giftige) gassen en dampen kunnen ontsnappen en sluit de ondergrond luchtdicht af. Zodoende wordt een opnieuw oplaaien van het vuur voorkomen.

Het CAF blijkt door het efficiëntere gebruik van water een snellere knock down van het vuur te geven, men kan met minder water een vuur blussen. In de literatuur wordt vaak gezegd in 1/3 van de tijd met 1/3 van de hoeveelheid water. Bij een binnenbrand is hierdoor minder waterschade te verwachten en kan een sporenonderzoek naar het ontstaan van een brand beter plaats vinden doordat minder objecten zijn aangetast (penetrerend ver-

106 nummer 2 februari 2009

mogen) of bewijsmateriaal weggespoeld. Er moet wel rekening worden gehouden met het verschijnsel dat componenten uit het schuim zich aan stoffen kunnen binden die een brand hebben veroorzaakt.

Het is gebleken dat een meer homogene bubbelverdeling een stabieler schuim geeft. Hoe kleiner de bubbel des te trager het water wordt vrijgegeven uit het schuim. Een homogene bubbelverdeling kan worden verstoord door obstructies in de weg die het schuim aflegt in de slang, vandaar dat een holstraalpijp het beste resultaat geeft met betrekking tot de structuur van het schuim. De bubbelgrootte wordt beïnvloed door de verhouding tussen water-svm-oplossing en lucht.

Door de water-svm-oplossing in een andere verhouding met lucht te mengen kan de karakteristiek van het schuim gewijzigd worden. Bij aanvang van het blussen moet het water het bluswerk doen, begonnen wordt met een mengverhouding van 1:3, dat wil zeggen 1 deel water-svm-oplossing ten opzichte van 3 delen lucht. Dit wordt nat schuim genoemd. Zijn de vlammen geblust, dan kan worden overgegaan naar een grotere verhouding mengsel/lucht. Door deze grotere verhouding mengsel-lucht blijken de bubbels kleiner te worden. Uit de laag met kleinere bubbels wordt langzamer water vrijgelaten dan uit een laag met grote bubbels waardoor het koelend effect langer aanhoudt. Vandaar dat ook wel wordt aanbevolen om de “belendende percelen” met een grote verhouding mengsel/lucht nat te houden. Het schuim blijft ook beter “plakken” met een kleine bubbelstructuur. Voordeel hiervan is dat niet continu een oppervlak nat gehouden hoeft te worden. De verhouding mengsel/lucht kan worden vergroot tot een factor 1:20. 1 deel water-svm-oplossing op 20 delen lucht.

Zieglers CAFS PRO24 heeft vier CAFS-uitgangen waarvan op twee tegelijkertijd CAF afgegeven kan worden. De compressor levert 2400 liter lucht per minuut bij 10 bar. Per uitgang is 1200 liter lucht ter beschikking. Een klep regelt in de stand 1:3, nat schuim, het water-svm-mengsel af op 400 liter / minuut. In totaal kan dus op de twee uitlaten 800 liter water-svm-mengsel gegeven worden. In de stand 1:20, droog schuim, zal de regelklep de waterhoeveelheid reduceren tot 1200/20 = 60 liter water-svm mengsel/minuut. Er wordt dan op twee uitgangen ca. 120 liter water Sdu Uitgevers

I ngezonden

ning en opleiding verbruikt. Wordt ca. 0,5% SVM toegevoegd dan is het verbruik van SVM ca. 0,3 liter / minuut per CAF-uitlaat.

Het CAFS PRO24 systeem heeft in totaal 4 cafs-uitgangen, waaronder bijvoorbeeld een monitor. Van elke uitgang is schuimpercentage, luchthoeveelheid en de mengverhouding watersvm/ lucht apart in te stellen. Verder kan per uitlaat individueel gekozen worden voor óf water óf schuim óf CAFS. Door de beeldschermbesturing en de snelkeuze toetsen is de bediening eenvoudig. Door de ingebouwde intelligentie worden mogelijke gevaarlijke situaties vermeden. Zo wordt meteen de luchttoevoer naar de slang onderbroken wanneer de straalpijp wordt gesloten dit om gevaarlijk klappen van de slang te voorkomen bij het opnieuw openen van het pistool. Om bijvoorbeeld oververhitting van de schuimpomp te voorkomen bij afgesloten straalpijpen wordt na 10 seconden geen afname automatisch de schuimpomp gestopt. Bij openen van de straalpijp wordt alles weer in gang gezet.

Naast de CAFS PRO24 heeft Ziegler nog meer uitvoeringen van een CAFS systeem. Naast de Cafs PRO12 (compressor 1200 liter/ minuut): De Power Foam Basic NA : een eenvoudig systeem met een compressor (1400 liter/minuut) aangedreven door de aandrijflijn van de pomp, 1 mengstraat met 3 mogelijke cafs-uitlaten. Waterhoeveelheid in schuimbedrijf 1600 liter/minuut.

Power Foam PRO 1 en Power Foam PRO 2 : uitgebreide systemen met een compressor (2500 liter/minuut), mechanisch of hydraulisch aangedreven. In schuimbedrijf 1600 – 2400 liter water/ minuut mogelijk.

In de Power Foam verloopt de schuimbijmenging op andere wijze. In deze systemen wordt gebruik gemaakt van een doseerpomp die afhankelijk van de gemeten waterflow en het ingestelde schuimpercentage schuim in de waterstroom injecteert.

De CAFS PRO24 en 12 systemen maken gebruik van het “balanced pressure” principe om schuim toe te voegen. Hierbij wordt middels een drukregelaar direct op de bijmenger de schuimdruk gelijk gemaakt aan de waterdruk waarna de venturibijmenger voor de dosering zorgt, flow en drukonafhankelijk. De systemen worden al vele jaren gevoerd en zijn al in vele Ziegler brandweerwagens ingebouwd in Nederland, Duitsland, Kroatië, Spanje en Singapore.

optreedt, neemt de worplengte ten opzichte van water toe.

Men kan verder van de brand vandaan blijven.

- De slang is veel lichter omdat er minder water in zit, hierdoor is hij makkelijker en minder vermoeiend te hanteren voor de brandweerman.

- Doordat minder water nodig is, is er meer tijd om een waterwinning op te bouwen.

- In een stad waar alleen een kleine brandweerauto uit de voeten kan, is cafs een optie om met minder bluswater toch goed inzetbaar te zijn.

- In waterarme gebieden kan een vuur sneller worden neergeslagen en uitbreiding voorkomen worden.

Uiteraard zijn er ook nadelen te noemen: - Het schuim vormt een gladde ondergrond en obstakels/oneffenheden worden aan het zicht onttrokken. Voorzichtigheid bij lopen is dus geboden.

- Slangen kunnen makkelijker kinken/dubbelslaan op bijv. een hoek of bij het omdraaien en teruglopen. Een vormvaste slang op een haspel biedt in dit opzicht voordelen.

- Slangen worden minder goed gekoeld door doorstromend water waardoor ze eerder zouden kunnen doorbranden, start het blussen altijd met “nat schuim”.

- Bij het onverdunde SVM moet met PBM’s gewerkt worden.

- Een cafs systeem is technisch complex, een goede instructie/training is noodzakelijk ondanks een simpele gebruikersvriendelijke bediening.

- De effectiviteit van de blussing wordt deels ook bepaald door de persoon die de CAFS-pijp hanteert. Hij/zij moet een goede opleiding krijgen.

- Er is nog onderzoek nodig naar de geschiktheid van CAF voor alle soorten branden, zo is nog niet bewezen dat cafs voor flashoverbestrijding geschikt is. Op het moment loopt een onderzoek in de USA hiernaar.

- Doordat er eigenlijk weinig bekend is over de exacte werking (modelvorming, kwantificeerbaarheid, invloedsfactoren) moet voor elk soort/type brand worden bekeken of CAFS geschikt is. Hier is men al jaren druk mee bezig en er verschijnen regelmatig rapporten over de resultaten van deze tests. ■ Klaas Hoen, projectleider

Naast de al genoemde voordelen zijn verdere voordelen van CAFS: - De wrijving in de slang neemt enorm af, door verlagen van de oppervlaktespanning van het water en de “luchtsmering” van het CAF. Hierdoor treed minder drukverlies op en kunnen met eenzelfde druk veel grotere afstanden verticaal en horizontaal worden afgelegd dan met alleen water.

- Doordat minder wrijving/weerstand in de slang en straalpijp Brand&Brandweer

nummer 2 februari 2009 107

Opnieuw verkrijgbaar

Af legsysteem Brandslangen Bij brand is tijd een belangrijke factor, er moet immers snel gewerkt kunnen worden.

Om geen kostbare tijd te verliezen, werken alle Nederlandse brandweerkorpsen met hetzelfde aflegsysteem.

Een systeem op zakformaat De kaart Aflegsysteem Brandslangen, helpt u fouten te voorkomen en verzekert u altijd en overal van een vlotte blusopstelling!

Deze kaart is ontworpen op zakformaat zodat u hem altijd paraat heeft.

De kaarten worden geleverd per set van 10 kaarten. Bestel vandaag nog uw set via:

Prijs: € 19,95 per set (10 kaarten) Bestelcode: 651425 Bestel via www.sdu.nl/brandweer of bel (070) 378 98 80

www.sdu.nl/brandweer.

iÌ>V iiÀÌ veiligheidspersoneel! *>À>>ÌÊ6i } i `Ã` i ÃÌi Ê 6Ê`iÌ>V iiÀÌÊ LÀ> `ÜiiÀ«iÀà ii ]ÊLiÛi } }ëiÀà ii ]Ê " iÀÃÊi Ê 6 iÀð

Engelenburgstraat 45, 7391 AM Twello Tel: 0571-276900, Fax: 0571-276800 Email: info@bnmotoren www.bnmotoren.nl

Wij beschikken over: Ê Ê Ê Ê Ê Ê Ê Ê Ê Ê

UÊ À> `Ü>V Ìi Ê iÌÊ` ÛiÀÃiÊëiV > à i \ Ê ­ À> `ÜiiÀV >ÕvviÕÀÃ]Ê Õ iÀÃ]Ê Õ « i} i `iÀÃ] Ê >ë> `À>}iÀÃ]Ê6 i}ÌÕ }LÀ> `LiÃÌÀ `iÀÃ]Ê76 iÀî UÊ iÛi Û iÀ`iÀà UÊ*ÀiÛi Ì ÃÌi UÊ ÌÀ ivÕ VÌ >À ÃÃi ÊLÀ> `«ÀiÛi Ì i UÊ ÃÌÀÕVÌiÕÀà UÊ iÛi } }ëiÀà ii \Ê"L iVÌLiÛi }iÀ]Ê Ûi i i Ìi Ê LiÛi }iÀÊi Ê ÀiV>« ÀÌ iÀ UÊ "ÊÉÊ 6 «iÀà ii

Interfir e Als u aan vervanging toe bent, willen wij graag een bod op uw gebruikte brandweervoertuig en uitrusting uitbrengen.

Tel. 023- 5632641 Mob. 0627265305 E-mail danica@interfire.nl

7 Êâ Ê6 Ê}iViÀÌ wÊViiÀ`Êi Ê iLLi Ê iiÀÊ`> ÊÓäÊ >>ÀÊiÀ Û>À }Ê «Ê iÌÊ}iL i`ÊÛ> Ê iÛiÀi ÊÛ> ÊÛi } i `ëiÀà ii ° /i °ÊäÓ Ç ÓÎäx äÊUÊÜÜÜ°«>À>>Ì°

108 nummer 2 februari 2009

0108_Adv_B&B_Veiligheidsdiensten_V2.indd 1

In- en verkoop van gebruikte brandweervoertuigen en uitrusting.

b&b-interfire 080515.indd 1 12-1-09 15:11:42

16-05-2008 11:11:45

Sdu Uitgevers

DE KAZERN E / het voertuig

De kazerne van brandweer Luttenberg Het was een enorme drukte toen burgemeester Piet Zoon op zaterdag 4 oktober de nieuwe kazerne van Luttenberg opende.

Het is dan ook een fris en stralend gebouw waar de dorpsbewoners trots op mogen zijn.

Stond het oude gebouw midden in het dorp, het nieuwe ligt meer aan de rand. En dat is natuurlijk ook wel fijn. De loeiende sirenes midden in het dorp veroorzaakten overlast.

‘Sommige inwoners ervoeren dat als belastend,’ zegt Chris Schuiling van de brandweer Luttenberg.

Het oude gebouw voldeed niet meer aan de ARBO voorschriften, dus moest er iets veranderen. In eerste instantie is onderzocht of een verbouwing voldoende was. Al snel kwam toen het pand aan de Witte Hekke 8 in beeld. Schuiling: ‘We hebben nu een groter oefenterrein en zelfs de mogelijkheid om bij slecht weer binnen te kunnen oefenen.’ Ook qua faciliteiten is er een hoop veranderd. Zo is er een beamer en zijn er computeraansluitingen. Ook zijn er energiebesparende lichtvoorzieningen. ‘Als je naar binnen loopt, gaat het licht automatisch aan. Loop je weer naar buiten, gaat het licht automatisch uit,’ aldus Schuiling.

Iedereen is zeer tevreden over de nieuwe kazerne. De kazerne functioneert goed en zowel de dorpsbewoners als de brandweermannen zijn er erg blij mee. Luttenberg heeft weer een mooie uitvalbasis.

Nieuw voertuig voor Brandweer Velsen

Het is een van de laatste voertuigen dat nog gemeentelijk en niet regionaal is aangeschaft: De nieuwe tankautospuit (TS) voor Velsen-Zuid. De vrijwilligers van de post IJmuiden/Zeewijk krijgen nu de oude IVECO 140 EW; ML 140 E 28 W; 4x4 1e TS-54648 van de Velsenaars die van april 2005 is.

Uiteraard is de nieuwe aanwinst voorzien van allerlei moderne nieuwigheden.

De MAN-wagen heeft ledverlichting, sireneversneller, CANbus systeem en meer beenruimte in de manschappencabine.

De TS haalt een maximale snelheid van 110 km per uur. ‘De wagen heeft ook nog een gecombineerde HD/LD pomp’, zegt Chris Veenstra van brandweer VelsenZuid. Op hoge druk kan de pomp 250 liter per minuut geven en op lage druk 3000 liter bij 10 bar.

Omdat de brandweer van Velsen-Zuid veel in duingebied opereert, werd er voorheen altijd gebruik gemaakt van een 4x4 aandrijving. Deze wagen heeft daarentegen een 4x2 aandrijving. ‘Deze wagen is wendbaarder dan de 4x4 aan-

Rectificatie In het decembernummer van Brand & Brandweer werd in deze rubriek het nieuwe voertuig van brandweer Heemskerk

Brand&Brandweer

drijving en ligt comfortabeler op de weg,’ aldus Veenstra.

Op dit moment is het voertuig, na een uitvoerige instructie van de Firma MAN aan de chauffeurs, al weer een maand op de uitruk. Hierdoor doen de brandweerchauffeurs van Velsen ervaring op met het 4x2 voertuig en met de gecombineerde HD/LD pomp. Voorheen werkte de Brandweer Velsen namelijk alleen maar met lage druk pompen. Het voertuig gaat in januari 2009 nog voor een nazorgbeurt naar de opbouwer (HDS) voor de laatste kleinigheden en aanpassingen voor de absolute perfectie. Veenstra: ‘En daarna is het voertuig zoals wij hem volgens ons bestek wilden hebben!’

beschreven. De foto van het voertuig was echter niet van brandweer Heemskerk, maar van brandweer Giethoorn.

nummer 2 februari 2009 109

De meest actuele gegevens vindt u in de Brandweeralmanak 2009

Bestelcode los exemplaar: 978 90 12 12877 3 Prijs los exemplaar: � 58,30 Bestelcode abonnement: ALM Met een abonnement ontvangt u jaarlijks 15% korting op de losse verkoopprijs.

Onze uitgaven zijn ook verkrijgbaar via de boekhandel

Bent u op zoek naar het adres van de NVBR? Of zoekt u het telefoonnummer van een collega aan de andere kant van het land? U vindt deze, en vele andere gegevens, in de Brandweeralmanak 2009.

In deze uitgave vindt u onder meer: • alle adressen van gemeentelijke- en bedrijfsbrandweren; • alle adressen van regionale brandweren en hulpverleningsdiensten; • alle adresinformatie van de Veiligheidsregio’s; • alle organisaties op het gebied van rampenbestrijding en veiligheid; • de brandweeradressen van de Belgische regio’s grenzend aan Nederland; • de brandweeradressen van de Nederlandse Antillen • de tekst van de vier ‘brandweerwetten’; • een overzicht van de belangrijkste toeleveranciers aan de Brandweer.

Bestel nu en u ontvangt de nieuwste editie met zorgvuldig bijgewerkte informatie. De registers op naam en op bedrijf maken u het zoeken in de Brandweeralmanak zeer gemakkelijk.

Voor meer informatie en bestellingen kijkt u op www.sdu.nl/brandweer

110 nummer 2 februari 2009

Sdu Uitgevers

Het beroep van brandweer (m/v) heeft diverse overeenkomsten met het beroep van gezinshuisouder. Preventie, controle, inschatten van risico’s, effectief handelen, en inderdaad soms het blussen van een brand.

geholpen worden als we oog hebben voor hun mogelijkheden en talenten. Én we vinden dat ouders het beste kunnen opvoeden als ze dicht bij zichzelf blijven. Daarom zijn gezinshuisouders bij ons zelfstandig ondernemer binnen een franchiseformule.

Het beroep van gezinshuisouder: Vandaag de dag kan een aanzienlijke groep kinderen en jongeren, om uiteenlopende redenen, niet meer thuis wonen. Eén van de vormen waarin zij worden opgevangen zijn zogeheten gezinshuizen; Echtparen, stellen of singles vangen deze jongeren op in hun eigen huis, soms voor kortere, soms voor langere tijd. Een gezinshuis is een professionele vorm van jeugdzorg; hier staat een inkomen tegenover. Eén van onze gezinshuisouders heeft samen met zijn vrouw een gezinshuis en combineert dit met zijn functie als brandweercommandant; een succesformule.

Veiligheid: Wij zien het gezin als het meest krachtige microsysteem van de samenleving. Ook kinderen en jongeren die niet thuis kunnen wonen, hebben die veilige basis van een gezin nodig; daarvoor zijn gezinshuizen passend en duurzaam.

Gezinshuis.com: Wij starten gezinshuizen en begeleiden ouders in het proces om gezinshuisouder te worden en te zijn.

Het is onze overtuiging dat jongeren zo goed mogelijk

Wij vragen gezinshuisouders, die: s jongeren een veilig thuis kunnen geven; s preventief handelen, risico’s inventariseren en daarop hun beslissingen maken; s duidelijk hun grenzen stellen, durven corrigeren en daarbij vitaal blijven; s af en toe een brandje kunnen blussen.

Geïnteresseerd?

Meer informatie vindt u op www.gezinshuis.com.

‘Deze advertentie werd mede mogelijk gemaakt door Vonk Competentie Expertise’

Brand&Brandweer

B&V bedrijfshulpverlening is een bedrijf dat in 1999 is gestart in het Brabantse Zevenbergen. Het bedrijf is gespecialiseerd in het opzetten van bedrijfshulpverleningsorganisaties en onderhouden, schrijven van BHV-plannen, controleren van kleine blusmiddelen en consultancy. Het opleidingscentrum, kantoor en magazijn brandbeveiliging - met een oppervlakte van circa 2500m² - is gevestigd aan de Hil in Zevenbergen.

Vanwege de sterke groei die ons bedrijf op dit moment doormaakt, is er een vacature voor

Oefenleider/opleidingscoördinator (m/v) (fulltime)

De opleidingscoördinator is verantwoordelijk voor alle organisatorische en onderwijskundige zaken, die met de cursussen en oefeningen te maken hebben. Ook het verzorgen van instructie en/of oefeningen volgens vastgesteld lesprogramma door B&V Partners in Veiligheid is een van de onderdelen van de functie.

Indien u geïnteresseerd bent, stuur je sollicitatiebrief met c.v. naar:B&V Bedrijfshulpverlening, t.a.v.

Edwin Bleeker, Postbus 157, 4760 AD Zevenbergen of per e-mail e.bleeker@benv-bhv.nl. Voor meer informatie kunt bellen naar 0168-335445 of kijken op onze website www.partnersinveiligheid.nl.

nummer 2 februari 2009 111

Brandweer Amsterdam-Amstelland, Behulpzaam, Deskundig, Daadkrachtig

Brandweer Amsterdam-Amstelland zoekt een:

Brandweerkundig centralist (v/m) 36 uur per week.

Samen met de gemeenten, de politie en de geneeskundige hulpverleners bevordert en bewaakt Brandweer AmsterdamAmstelland de veiligheid in de regio. Een korps van zo’n 1.250 mensen dat effectief optreedt bij branden en ongelukken, maar ook bij het bestrijden van rampen en het beheersen van grootschalige crisissituaties.

Brandweer Amsterdam-Amstelland, onderdeel van de Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland, bestaat uit de zes gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Diemen, Ouder-Amstel en Uithoorn. De regio heeft één miljoen inwoners, met vele duizenden mensen die iedere dag komen werken, met elk jaar twee miljoen toeristen.

Dat vraagt om slagkracht, om de bundeling van kennis en kunde en een professionele aansturing.

Algemene informatie Al deze gemeenten hebben een of meerdere brandweerkazernes die zich richten op het bieden van fysieke veiligheid aan de burgers in de regio. De alarmcentrale van Brandweer Amsterdam-Amstelland vormt het kloppende hart op het gebied van alarmering en communicatie met de voertuigen die uitrukken naar een incident. Het is de plek van waaruit onmiddellijk gereageerd wordt wanneer iemand in nood 112 (brandweer) belt. Binnen de alarmcentrale zijn veel ontwikkelingen gaande, van het toewerken naar een vergaande samenwerking met de meldkamers van de Politie en Ambulancedienst, tot het verder ontwikkelen van kwaliteitszorg.

Heb jij zin om deel uit te maken van een dynamische afdeling die volop in beweging is en voldoe je aan onderstaande functie-eisen? Solliciteer dan naar de functie van brandweerkundig centralist bij Brandweer AmsterdamAmstelland.

Functie-eisen: � � �

� �

�

�

� � � �

lbo+/ mbo-niveau (mbo denk- en werkniveau); in het bezit zijn van de diploma’s (Hoofd)Brandwacht; minimaal 3 tot 5 jaar actuele ervaring als (Hoofd)Brandwacht in de repressieve dienst; in het bezit zijn van rijbewijs C of bereid deze te halen; bereid zijn tot het volgen van systeem/functie gerelateerde opleidingen; ervaring en affiniteit met het werken met computers (systemen); een klantgerichte instelling en zeer goede communicatieve vaardigheden; stressbestendig en besluitvaardig; kan zowel in teamverband als zelfstandig werken; staat open voor veranderingen; kennis van het verzorgingsgebied Brandweer AmsterdamAmstelland en omstreken;

112 nummer 2 februari 2009

� �

goede beheersing van de Engelse taal; bezit van het rijbewijs (C).

Opleiding De kandidaten worden intern opgeleid. De opleidingstijd bedraagt zes weken in dagdienst, gevolgd door een stageperiode. Na afronding van de opleiding en de stage, vindt, bij gebleken geschiktheid, een aanstelling plaats als centralist/ (hoofd)brandwacht.

Selectieprocedure De procedure bestaat uit twee selectiegesprekken en een externe geschiktheidstest. Er kan tevens gevraagd worden om referenties.

Arbeidsvoorwaarden: � � �

�

� �

�

�

aanvangssalaris max. € 2334,– (salarisgroep 6); recht op onregelmatigheidstoeslag; bij voldoen aan de functievereisten en goed functioneren (minimaal 1 jaar), bevordering naar schaal 7; op de functie Centralist is geen FLO-overgangsrecht van toepassing; fulltime aanstelling; mogelijkheid tot volgen van de opleiding Onderbrandmeester conform studiefaciliteitenregeling; de 24-uursdienst kan in de toekomst worden gewijzigd in een andere roostervariant; deelname aan de collectieve ziektenkostenverzekering is mogelijk. De tegemoetkoming in de premie bedraagt € 53,24 bruto per maand.

Inlichtingen Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heren R. Jonkman / M. Dorsman, telefoonnummers: 020 - 555 6520 / 6588. Voor vragen met betrekking tot de selectieprocedure kunt u contact opnemen met mevrouw S. Ghazi (assistent P&O-adviseur), tel. 020 - 555 6605.

Solliciteren Uw sollicitatie dient vóór 28 februari 2009 in het bezit te zijn van: Brandweer Amsterdam-Amstelland, t.a.v. afdeling P&O, Weesperzijde 99, 1091 EL Amsterdam of via e-mailadres: solliciteren@brandweeraa.nl. Een assessment kan onderdeel uitmaken van de procedure.

Brandweer Amsterdam-Amstelland voert diversiteitbeleid en wil dat het personeelsbestand in o.a. leeftijd, geslacht, seksuele voorkeur, culturele achtergrond en opleiding een afspiegeling is van de beroepsbevolking van Amsterdam.

Elke vacature staat open voor zowel mannen als vrouwen, tenzij uitdrukkelijk anders is vermeld.

Acquisitie wordt niet op prijs gesteld.

Sdu Uitgevers

BRANDWEER GOOI EN VECHTSTREEK

VA C AT U R E S Per 1 januari 2009 zijn de brandweerkorpsen binnen de regio Gooi en Vechtstreek geregionaliseerd.

Hiermee is één nieuwe organisatie ontstaan: Brandweer Gooi en Vechtstreek. Alle beroepsmedewerkers en vrijwillige medewerkers in de regio zijn in dienst van deze nieuwe organisatie.

Postcommandant Wijdemeren

De nieuwe regionale brandweerorganisatie wil de cultuur en organisatie van de gemeentelijke posten zoveel mogelijk in stand houden. Er is gekozen voor een platte organisatie, waarbij de uitvoering op de post gebeurt en het beleid en specialisme centraal.

Coördinator preventie / vrijwilligers /

Door deze reorganisatie is een aantal functies nog niet vervuld en is er een aantal nieuwe vacatures ontstaan.

Daarom is de Brandweer Gooi en Vechtstreek op zoek naar nieuwe, enthousiaste medewerkers die in een gezellige, dynamische en professionele organisatie willen werken. De Brandweer Gooi en Vechtstreek heeft momenteel de volgende vacatures: Op zowel centraal, als op postniveau zijn nog enige brandweervacatures vacant. Onderstaand worden deze in willekeurige volgorde genoemd. De functiebeschrijvingen vindt u op onze site.

Postcommandant Weesp

(schaal 12)

(schaal 11)

Beleidsmedewerker preventie

(centraal) (schaal 10)

Beleidsmedewerker pro-actie / externe veiligheid

(schaal 11)

Coördinator/ beleidsmedewerker grootschalig optreden / opleiden en oefenen

(schaal 11)

Specialist grootschalig optreden multidisciplinair opleiden en oefenen post Hilversum

(schaal 11)

Medewerker oefenen post Hilversum Medewerker preventie / controle Medewerker magazijn beheer

(schaal 9)

(schaal 7)

(schaal 8)

(schaal 5)

Medewerker onderhoud en preparatie post Blaricum Medewerker preventie post Wijdemeren Teamleider Financiën Teamleider ICT

(schaal 8)

(schaal 12)

(schaal 12)

Teamleider Facilitaire zaken Medewerker Financiën Medewerker ICT

(schaal 11)

(1,6 fte; schaal 7)

(1,7 fte; schaal 7)

Medewerker Facilitaire zaken Medewerker receptie

(1,8 fte; schaal 6)

(24 uur; schaal 5)

Managementassistent centraal Consulent P&O

(0,7 fte, schaal 5)

(schaal 7)

(1,8 fte; schaal 9)

Financieel medewerker P&O

(1,5 fte; schaal 7)

Administratief medewerker P&O

(30 uur, schaal 6)

De volledig functieomschrijvingen kunt u terug vinden op www.brandweergooienvechtstreek.nl Voor meer informatie kunt u contact opnemen met mevrouw M. Harder, Hoofd Personeel & Organisatie (telefoon (035) 68 85 553). U kunt uw sollicitatiebrief met Curriculum Vitae tot 1 maart 2009 richten aan mevrouw M. Harder, Brandweer Gooi en Vechtstreek, Kamerlingh Onnesweg 148, postbus 57, 1200 AB Hilversum.

Een assessment kan deel uitmaken van de selectieprocedure.

Er wordt zowel intern als extern geworven, interne kandidaten hebben bij plaatsing voorrang. Aangezien het een groot aantal vacatures betreft, zal de afhandeling in de loop van het jaar plaatsvinden. Acquisitie wordt niet op prijs gesteld.

Brand&Brandweer

nummer 2 februari 2009 113

De Stichting Brandweeropleidingen BOGO verzorgt brandweeropleidingen op verschillende niveaus binnen de regio’s Overijssel, Gelderland en Flevoland. Per jaar worden zo’n 2500 cursisten opgeleid voor de verschillende niveaus.

Het Brandweeronderwijs is op dit moment sterk onderhevig aan veranderingen. De Stichting Brandweeropleidingen Bogo is bezig met het inrichten van haar organisatie voor deze veranderingen. Daarom zijn wij op zoek naar enkele:

Regionaal Opleidingsmanagers (trajectbegeleiders) (36 uur – m/v) en Opleidingscoördinatoren met docerende taken (36 uur - m/v) Voor de volledige vacatureteksten verwijzen wij naar onze website: www.bogo.nl.

Op de uitlopers van de Utrechtse Heuvelrug ligt de gemeente De Bilt. Een dynamisch geheel met 42.500 inwoners verdeeld over de kernen De Bilt, Bilthoven, Maartensdijk, Groenekan, Westbroek en Hollandsche Rading.

De brandweer werkt vanuit vijf uitrukposten, waarvan de hoofdpost zich in Bilthoven bevindt.

Voor de unit Brandweer van de afdeling Openbare Orde en Veiligheid zoeken wij een:

MEDEWERKER PREVENTIE (M/V) Voor 36 uur per week Je gaat adviseren over de brandveiligheid op basis van het Gebruiksbesluit, en handhaven op basis van de afgegeven gebruiksvergunningen. Daarnaast ga je veel doen aan het geven van brandpreventievoorlichting en ondersteun je onder andere bij ontruimingsoefeningen. Je bent de ogen en oren in het veld en je bent een vertegenwoordiger van de brandweer en de gemeente De Bilt.

Je hebt een technische opleiding op minimaal MBO niveau, aangevuld met het diploma onderbrandmeester en de module brandmeester of adj. Hoofdbrandmeester preventie. Je beschikt over aantoonbare kennis en ervaring. Verder ben je flexibel, prettig in de omgang en heb je uitstekende communicatieve en sociale vaardigheden.

Wij bieden je een fijne en dynamische werksfeer. Afhankelijk van opleiding en ervaring geldt vooralsnog een salaris van ` 3.027,00 maximaal (schaal 8).

Interesse? Wil je meer weten? Neem dan contact op met Evert Bron of Marco Schröder (030-2291212) of kijk op www.brandweer.debilt.nl/brandweer Stuur je sollicitatie aan gemeente De Bilt, unit P&O, postbus 300, 3720AH BILTHOVEN voor 7 maart 2009.

114 nummer 2 februari 2009

Sdu Uitgevers

Uitgeblust?

Peter Jansen Postcoördinator, Brandweer Nijmegen

“Uitgeblust bestaat niet. Integendeel, in dit vak valt er nog heel veel te blussen. Dus is het zaak om bij te blijven. Bij te scholen en continu te blijven oefenen. Zodat je voorbereid bent op iedere calamiteit. In elke situatie. En niet voor verrassingen komt te staan. De bijscholingen en oefeningen van de Brandweeracademie bieden daarvoor uitkomst.

Voor mij en mijn collega’s!”

Benieuwd naar de bijscholingen, oefeningen en leergangen van 2009? Kijk op www.brandweeracademie.nl

Blijf leren! Brandweeracademie.nl

B&B REGISTER

" " "RAND "RANDWEER

vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding

Adembescherming interspiro B.v.

Televisieweg 113 1322 bD almere Tel. 036-5363103 fax 036-5384809

Adviesbureau artesis Postbus 371 4100 aj Culemborg Tel. 0345 687000 fax 0345 687001 adviesbureau Nieman Postbus 40217 3504 aa utrecht Tel. 030-2413427 fax 030-3410266 e-mail: info@nieman.nl www.nieman.nl

Adviesbureau brandpreventie altavilla Brandveiligheid Postbus 1026 5602 ba eindhoven Tel. 040-2902570 fax 040-2902571 e-mail: info@altavilla.nl www.altavilla.nl adviesbureau van dijke De Waal 24-28 5684 PH best Tel. 049 9328400 fax 049 9328401 e-mail: avd@avd.nu www.avd.nu Bos consultancy B.v. braambrugse Zuwe 127 3645 aD Vinkeveen Tel. 029 7266456 fax 029 7266421 van hooft adviesburo B.v.

Fire & life safety engineers Hoogeindsestraat 4 5447 PD rijkevoort Tel. 0485 37 18 90 fax 0485 37 21 34 e-mail fireengineers@ vanhooft.nl www.vanhooft.nl Bartels ingenieursbureau Postbus 10217 7301 ge apeldoorn Tel. 055-3680540 fax 055-3664598 e-mail: apeldoorn@bartels.nl www.bartels.nl

116 nummer 2 februari 2009

Vaste adverteerders (contracthouders) worden gratis in één rubriek opgenomen voor een heel jaar. Heeft u ook interesse, stuur dan uw gegevens naar het aangegeven adres, zie bon.

Mvh adviseurs Bv brandpreventie, bouwplantoetsing brandveiligheid, Handhaving & Detachering brandpreventie specialisten fonteinkruid 1 3931 WT Woudenberg Tel. 06-54310052 e-mail: info@mvhadviseurs.nl www.mvhadviseurs.nl Peutz B.v.

Postbus 66 6585 ZH Mook Tel: 024 3570707 e-mail: info@mook.peutz.nl www.peutz.nl Floriaan B.v.

Postbus 220 5300 ae Zaltbommel Tel. 0418-573800 fax 0418-573801 e-mail: info@floriaan.nl www.floriaan.nl adviesbureau dijkoraad viavesta bv gotlandstraat 50 7418 aX Deventer Tel. 0570-519555 e-mail: brandpreventie@dijkoraad.nl www.dijkoraad.nl/brandpreventie

ingenieursbureau te riele B.v.

Postbus 72 7390 ab Twello Tel. 055-3231181 fax 055-3231095 e-mail: info@terielebv.nl www.terielebv.nl

Alu/RVS Bewerkingen Machinefabriek het stempel B.v.

Postbus 191 3330 aD Zwijndrecht Tel. 078-6104055 fax 078-6104010 e-mail: info@het-stempel.nl www.het-stempel.nl

Beveiliging adt Fire & security Vlierbaan 6-12 2908 Lr Capelle aan den ijssel Postbus 285 2900 ag Capelle aan den ijssel Tel. 010 258 48 48 fax 010 442 32 50 e-mail:adt.nl@tycoint.com www.adtfireandsecurity.nl

Blusmiddelen

Waar kunt u terecht voor producten en diensten?

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Advertentieverkoop Bureau Van Vliet Postbus 20, 2040 AA zandvoort Telefoon 023 - 5714745, fax 023 - 5717680

dsPa Postbus 6572 6503 gb nijMegen Tel. 024-3789581 fax024-378583

de Brandweerwinkel Van der Takstraat 70 3071 LM rotterdam Tel. 010-4863201 fax 010-4233056 e-mail: info@brandweerwinkel.nl www.brandweerwinkel.nl

Bouwbedrijf

Brandbeveiliging

vaessen algemeen bouwbedrijf Postbus 239 4940 ae raamsdonkveer Tel. 0162-522120 fax 0162-520274

applicom Hulzenseweg 10-20 6534 an nijmegen Tel.024 3522571 fax 024 3522579 welkom@applicom.nl www.applicom.nl

Brandweermaterialen & brandweervoertuigen Kenbri Fire Fighting Bv Postbus 85 3250 ab Stellendam Tel. 018 7493588 fax 018 7493066 www.kenbri.com hobrand holugt bv Postbus 6129 4000 HC Tiel Tel. 0345 682544 fax 0345 683364 www.hobrand.nl

Brandkranen avK Nederland B.v.

Postbus 73 8170 ab Vaassen Tel. 0578-574490 fax 0578-574459 www.avknederland.nl

Brandwerende Utiliteitsdeuren limburgia Utiliteitsdeuren Postbus 4004 6080 aa Haelen Tel. 0475 592727 www.limburgia.nl

Brandweerkleding MeKKeY industriestraat 191 7553 Cn Hengelo OV Tel. 074 2782266 fax 074 2780517 e-mail: info@mekkey.nl www.mekkey.nl Nijhof safety Bv Sloetsweg 100 7552 HP Hengelo nederland Tel. +31 74 291 40 85 fax: +31 74 242 32 54 e-mail: info@nijhofsafety.nl www.nijhofsafety.nl

Certificatie & Inspectie Kiwa certificatie en Keuringen Postbus 70 2280 ab rijswijk Sir W.Churchill-laan 273 2288 ea rijswijk Tel. 070 4144400 fax 070 4144420 e-mail: info@kiwa.nl www.1kiwa.com/brand

Droogkasten & reinigingsmachines harstra instruments Postbus 186 3890 aD Zeewolde Tel. 036-5222142 fax 036-5222152 laundry b.v. industrieweg 10 Postbus 7015 3286 Zg Klaaswaal Tel. 0186 572900 fax 0186 573210 e-mail: laundry@laundry.nl www.laundry.nl Miele Professional De Limiet 2 4131 nr Vianen Tel. 0347-378883 fax 0347-378429 e-mail: professional@miele.nl www.miele-professional.nl

Detachering brandweerpersoneel Paraat veiligheidsdiensten Turfstekerstraat 30 1431 ge aalsmeer Tel:0297 230590 fax 0297 230591 info@paraat.nl www.paraat.nl

regiosafe Postbus 481 3990 gg Houten Tel: 030 6704816 e-mail: info@regiosafe.nl www.regiosafe.com

Geboorde brandputten aquaNed Watertechniek Postbus 85 4715 ZH rucphen Tel. 016-5313350 www.aquaned.com Beemsterboer B.v.

De Veken 10 1716 Ke Opmeer Tel. 022-6351860 fax 022-6351092 grondbooronderneming j. hörmann B.v. rollecate 61 Postbus 28 7710 aa nieuwleusen Tel. 0529-480910 fax 0529-485460 verhey toldijk B.v.

Zutphen emmerikseweg 13b 7227 De Toldijk Tel. 0575-452041 fax 0575-452051 Mos grondwatertechniek boonsweg 11 3274 LH Heinenoord Tel 0186 607100 www.mos.nl grondboringen ijsselmuiden Spoorstraat 37 8271 rg ijsselmuiden Tel. 038-3336099 fax 038-3336098 e-mail: info@grondboringen.eu www.grondboringen.eu verhoeve Watertechniek bv industrieweg 23 4762 ae Zevenbergen Tel. 016 8336030 fax 016 8336603 e-mail: info@verhoevewt.com www.verhoevewt.com

Generatoren elja Power bv baanhoek 144 3361 gM Sliedrecht Postbus 278 3360 ag Sliedrecht Tel. 018 4490740 fax 018 4490750 e-mail: info@eljapower.nl www.eljapower.nl

Sdu Uitgevers

B&B REGISTER

Handlampen

Oefenmaterialen

safety-lux Nederland B.v. nijverheidswerf 37 1402 bV bussum Tel. 035-6914476 fax 035-6915474 info@safety-lux.nl www.safety-lux.nl

vdK B.v. handelsonderneming Langenakker 22 5731 jS Mierlo Tel. 0492-667357 fax 0492-667735

Hulpverleningsgereedschappen Weber rescue nederland exclusief dealer voor de verkoop en service van Weber-Hydraulik producten in nederland.

Delta industrieweg 15 3251 LX Stellendam Tel.018 7493588 fax 018 7493066 info@weber-rescue.nl www.weber-rescue.nl

In & verkoop van gebruikte brandweervoertuigen en uitrusting interfire bunderbos 115 2134 HP Hoofddorp Tel. 023 5632641 e-mail: Danica@interfire.nl

Isolatie recticel insulation Postbus 1 4040 Da Kesteren Tel: 0488 4894000 e-mail: insulationinfo@recticel.com www.recticelinsulation.nl

Kenniscentrum voor de woning-en utiliteitsbouw sBr Stationsplein 45 a6.016, 3013 aK rotterdam Postbus 1819 3000 bV rotterdam Tel. 010-2065959 fax 010-4130175 sbr@sbr.nl www.sbr.nl

Klantgerichte bedrijfsvoering van Pinxteren interim & advies Postbus 75 2060 ab bloemendaal Tel. 023-5254044 www.vanpinxteren.net

Noodaggregaten Brinkmann & Niemeijer Motoren Bv engelenburgstraat 26 7391 aM Twello Tel. 057 1276900 fax 057 1276800 e-mail: info@bnmotoren.nl www.bnmotoren.nl

haagen Fire training Products industrieweg 5 5111 nD baarle-nassau Tel. 013 5076800 fax 013 5076808

Olie- en calamiteitenbestrijding vandoclean B.v.

Stevenshof 21 5109 TX ‘s gravenmoer Tel. 0162-370390 fax 0162-370392 Mobiel: 06-53706000 e-mail: info@vandoclean.nl www.vandoclean.nl

Opl. Verkeersveiligheid Brandweerchauffeur antislip & rijvaardigheidscentrum diBo K. Doormanstraat 15 7825 VS emmen Tel. 0591-767571 fax 0591-615908 www.dibo-emmen.nl slipstream consultancy Verzetsraat 76 7671 gL Vriezenveen Tel. 0546-567792 fax 0546-565489

Opleidingen & Trainingen tlo deen Koningin emmalaan 2b 4141 eC Leerdam Tel. 06-11647578 www.tlodeen.nl <http://www. tlodeen.nl> theo@tlodeen.nl

Schuimvormende middelen

Uniformen en bluskleding

vandoclean B.v.

Stevenshof 21 5109 TX ’s gravenmoer Tel. 0162-370390 fax 0162-370392 Mobiel: 06-53706000 e-mail: info@vandoclean.nl www.vandoclean.nl

j. Zwart en Zoon B.v.

Postbus 32 1906 Zg Limmen Tel. 072-5051638 e-mail: info@uniformkleding.nl www.uniformkleding.nl

solberg scandinavian as p/a bisschopshoeve 17 4817 Pr breda Tel. 06-46738567 joop@articfoam.com www.articfoam.com

Software cebes administratieve automatisering c.v.

Postbus 281 6000 ag Weert Tel. 0495-543211 fax 0495-543174 e-mail: info@cebes.nl www.cebes.nl

werken op hoogte en/ hoogteredding ascent safety Bv Siliciumweg 61a 3812 SW amersfoort Tel. 033-4480680 fax 033-4480490 info@ascent.nl www.hoogwerk.nl

Verhuur brandweermaterialen regiosafe Postbus 481 3990 gg Houten Tel: 030 6704816 e-mail: info@regiosafe.nl www.regiosafe.com

werving en selectie leeuwendaal Postbus 1255 2280 Cg rijswijk Tel. 070-4142700 fax 070-4142600 e-mail: wens@leeuwendaal.nl www.leeuwendaal.nl

Verhuur & verkoop van voertuigen en brandweermaterialen agterhuis en Fien Hanzeweg 13 8061 rC Hasselt Tel. 038 3636518 agterhuis@infracom.info

Stickers

Vluchtdeurbeveiliging

letas stickerservice Postbus 32016 6370 ja Landgraaf Tel. 045-5312580 fax 045-5691700

PMg safety for doors Postbus 316 2200 aH noordwijk Tel. 071-3611628 fax 071-3611869 e-mail: info@nooduitgang.nl www.nooduitgang.nl

overlander Bv Morseweg 2 3899 bP Zeewolde Tel. 036-5219200 fax 036-5234430

holleman B.v.

Postbus 64 1500 eb Zaandam Tel. 075-6123272 fax 075-6123409 www.hollemanmachine.nl

smit en van rijsbergen Zijlweg 148c 2015 bj Haarlem www.uniformspecialisten.nl

regi star B.v.

De Mulderij 4a 3831 nV Leusden Tel. 033-4953381 www.regi-star.nl

Uitlaatgasafzuiging

waterkanonnen

Vluchtwegaanduiding Betalight B.v.

Drosteweg 20 3881 Pg Putten Tel. 0341-491231 fax 0341-492066 e-mail: info@betalight.nl www.betalight.nl

Persoonlijke beschermingsmiddelen dräger safety Nederland B.v.

Postbus 310 2700 aa Zoetermeer Tel. 079-3444777 fax 079-3444790 info@draeger-safety.nl www.draeger-safety.nl Msa Nederland Postbus 39 1620 aa Hoorn Tel. 022-9250303 fax 022-9211340

Reddingsgereedschappen holmatro rescue equipment Postbus 33 4940 aa raamsdonkveer Tel. 0162-589200 fax 0162-522482 www.holmatro.com

Ook wij willen opgenomen worden als bedrijf!

Stuurt u mij vrijblijvend informatie over hoe mijn product of dienstverlening vermeld kan worden in deze rubriek. bedrijf/organisatie Postadres Postcode/woonplaats Telefoonnummer faxnummer gewenste rubrieken

o per rubriek, per uitgave d 42,50,o per rubriek heel jaar (11 uitgaven) d 335,Prijzen exclusief bTW Datum

Handtekening

" " "RAND "RANDWEER

u kunt deze bon sturen of faxen naar: bureau Van Vliet, Postbus 20, 2040 aa Zandvoort, Telefoon 023 - 5714745. fax 023 - 5717680.

Brand&Brandweer

nummer 2 februari 2009 117

BRAND&BRANDWEER Brand&Brandweer is het officiële orgaan van de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Brandweer en Hulpverlening (KNVBH) en het communicatiemagazine van de Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR)

IJspret bij Zoetermeer ‘The smart choice in personal navigation’, luidt het motto van het bekende Tom Tom navigatiesysteem. Als je zo’n apparaat gebruikt moet je zelf natuurlijk ook ‘smart’ blijven. Op maandag 15 januari reed een man het ijs op in de buurt van Zoetermeer toen hij de aanwijzingen van zijn Tom Tom direct opvolgde. Hij hoorde het ding zeggen dat hij naar rechts moest afslaan en deed dat. Dat bleek te vroeg, want hij reed een trailerhelling af en belandde met zijn auto op het ijs. Wonderbaarlijk genoeg bleef de auto op het ijs staan. De man vond het echter nog niet spannend genoeg en wilde het lot nog verder tarten, daarom probeerde hij – mogelijk opnieuw luisterend naar instructies van zijn Tom Tom – de auto te keren. Dat werd het ijs te veel en de auto zakte door het water. Uiteindelijk trof de brandweer de man in zijn auto aan met zijn hoofd nog net boven water.

Drie dagen daarna zakte in de omgeving een paard door het ijs. Betrouwbare bronnen melden dat het paard niet in bezit was van een navigatiesysteem.

februari 2009 - nummer 2 Jaargang 33 REDACTIE-ADRES

Brand&Brandweer t.a.v. redactiesecretariaat Brand&Brandweer, Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, tel. (058) 2160862, e-mail: brand&brandweer@sdu.nl REDACTIE

Ing. S.J.M. Wevers, regionaal commandant Hulpverleningsdienst Regio Twente Drs. A.J. van Maren, brandweer Ede Mr. J.B.M. Tilman, directeur NVBR F. van der Veen, brandweer Gooi en Vechtstreek A. van Gulik, veiligheidsregio VNOG EINDREDACTIE

PS Produkties: Ingrid Spijkers, Christel Pieper, e-mail: info@ps-produkties.nl AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE

Team Brand Onderzoek, Roelof Stroetinga, Peter Hofman, Patrick van Gerner, Jos Schuurman, PS-Produkties, Brandweer Ede, Ed Oomes, Ricardo Bonsang, Manon Wouterse, Brandweer Zwolle, FBF.NL, Oefencentrum Noord BV Wijster, Clemens Kamp, Bastiaan Kelderman, brandweer Purmerend, Gerard Koppers, Ina Strating ONTWERP EN OPMAAK

Dupuis Communicatie bv, Rotterdam UITGEVER

Sdu Uitgevers: R.W. Roos Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, e-mail: r.roos@sdu.nl ADVERTENTIE-ACQUISITIE

Lijst van adverteerders

Adviesbureau Van Dijke

Pagina C3

Applicom

102

BENV-BHV

111

Pagina

J. Hormann BV

111

Sluitingsdata advertenties en bijsluiters 2009

Laundry BV

64

MSA Nederland BV

C4

nummer verschijning reservering 3 02-03-2009 06-02-2009 4 04-04-2009 09-03-2009 5 02-05-2009 03-04-2009 6 06-06-2009 12-05-2009 7/8 04-07-2009 09-06-2009 9 05-09-2009 11-08-2009 10 03-10-2009 08-09-2009 11 07-11-2009 13-10-2009 12 05-12-2009 10-11-2009 1 02-01-2010 04-12-2010

Nederlands Instituut Fysieke

BOGO stichting brandweertrainingen

114

veiligheid

115

Brandweer Amsterdam Amstelland 112

Paraat Veiligheidsdiensten

108

Brandweer De Bilt

114

R&B organisatie IVIC beurs

96

113

Regiosafe

64

Brandweer Gooi en Vechtstreek

Safety Lux Nederland

76

Brinkmann en Niemeijer

108

Drager Safety Nederland

C2

Sdu

DSPA.nl

76

Vaessen Algemeen Bouw

Grondboringen IJsselmuiden

88

Vandoclean bv

88

Harstra instrument

64

Vonk Competentie Expertise

111

Holmatro Rescue Equipment

82

Zwart uniformkleding

111

Interfire

Tarieven, reserverings- en sluitingsdata op aanvraag beschikbaar bij: Bureau Van Vliet, Postbus 20, 2040 AA Zandvoort, tel. (023) 571 47 45, fax (023) 571 76 80, e-mail: zandvoort@bureauvanvliet.com, www.bureauvanvliet.com Informeer ook naar de mogelijkheden voor combinatieadvertenties in Brand&Brandweer, GRIP4, Brandweeralmanak en/of Brandweeragenda!

98, 108, 110 102

ABONNEMENTEN

Opgave van abonnementen en adres-wijzigingen: Sdu Klantenservice, Postbus 20014, 2500 EA Den Haag, tel. (070) 378 98 80, fax (070) 378 97 83, e-mail: sdu@sdu.nl, www.sdu.nl/brandweer Het abonnement op Brand&Brandweer kost d 60,26 (incl. BTW en verzendkosten, 11 nummers).

Indien reeds geabonneerd op Brand&Brandweer kost een aanvullend abonnement op GRIP4 d 29,50.

Prijs los nummer: d 8,-, prijs luxe verzamelband d 8,-. (prijzen zijn i­ nclusief 6% BTW en verzendkosten).

Een abonnement geldt voor een jaar en wordt automatisch met een jaar verlengd, tenzij uiterlijk twee maanden voor het verstrijken van het abonnementsjaar schriftelijk wordt opgezegd bij Sdu Klantenservice (zie adres hierboven).

Wilt u reageren op een artikel, of een onderwerp/artikel aandragen voor publicatie in B&B, neem dan contact op met de redactie via brand&brandweer@sdu.nl.

De redactie houdt zich het recht voor artikelen in te korten dan wel journalistiek aan te passen. © Sdu Uitgevers 2009 Alle rechten voorbehouden. Alle auteurs­ rechten en databankrechten ten aanzien van deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij Sdu Uitgevers bv.

Behoudens de in of krachtens de Auteurswet 1912 gestelde uitzonderingen, mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Op al onze producten zijn onze leveringsvoorwaarden van toepassing. Zie hiervoor onze website www.sdu.nl Persoonsgegevens worden bewerkt voor de uitvoering van de (abonnements) overeenkomst en om u van informatie te voorzien over Sdu Uitgevers bv en andere zorgvuldig geselecteerde bedrijven. Indien u geen prijs stelt op deze informatie, kunt u dit schriftelijk melden bij Sdu Klantenservice.

Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden auteurs, redac­teuren en uitgever geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten of onvol­komenheden.

ISSN 01656-4675

Termijn van annulering: 6 weken voor verschijningsdatum Termijn van inzending: 3 weken voor verschijningsdatum

108

118 nummer 2 februari 2009

Sdu Uitgevers

Samen aansturen op een veilige omgeving

2009 biedt weer volop nieuwe kansen. De veranderingen op het vakgebied van brandveiligheid hebben zich de afgelopen periode snel opgevolgd. Hierdoor wordt het nog belangrijker om uzelf en uw organisatie te blijven ontwikkelen. Adviesbureau Van Dijke start begin maart met de:

Opleiding

Brandmeester Preventie De opleidingen starten op 5 maart in Dordrecht en op 10 maart in Barneveld.

Tijdens deze 10-daagse opleiding leert u zelfstandig bouwplannen te beoordelen aan vigerende brandveiligheidsweten regelgeving en een gebouw te inspecteren op brandveilig gebruik. De specifieke eisen uit het Bouwbesluit en het

Inschrijven voor één van beide opleidingen kan via onze website: www.avd.nu. Daar treft u ook meer informatie aan over de opleiding en het lesprogramma.

Gebruiksbesluit komen uitgebreid aan bod, met oog voor de technische en juridische achtergronden ervan.

AVD verzorgt ook diverse op maat gemaakte workshops en verdiepingsdagen, zoals de workshop Gebruiksbesluit. Heeft u

Naast theorie vormen casuïstiek en een gebouwinspectie in de

interesse hiervoor, neem dan contact op met Saskia Hegeman

praktijk de basis voor een efficiënte en prettige opleiding. De

(Cursuscoördinator VTH), of Hans van Waes (Sectormanager VTH)

uitstekende kennis en ruime ervaring van onze vaste docenten

via opleidingen@avd.nu of telefoonnummer 0499-328400.

dragen in combinatie met een beperkte groepsgrootte bij aan een juiste balans tussen theorie en praktijk. De opleiding wordt afgesloten met het NBBe-examen Brandmeester Preventie.

Ad vie s b u re a u Van D i j k e m a a k t d e e l u i t v a n d e F alck AVD Grou p

www.avd.nu

Drie worpen – drie treffers [ Drie hightech warmtebeeldcamera’s ]

EVOLUTION 5200 – Het all-round talent � � �

EVOLUTION 5200 HD – Het model voor de details

hoge beeldkwaliteit

breedste gezichtsveld

�

voor divers gebruik

� �

MSA Nederland B.V.

�

Kernweg 20, 1627 LH Hoorn

�

EVOLUTION 5600 – Het voordelige model

briljantste, high resolution beeld

� �

320 x 240 pixel sensor

optioneel 2 x digitale zoom

Telefoon: + 31 [229] 25 03 03

�

E-mail: info@msaned.nl

�

�

goede beeldresolutie

geweldige prijsprestatieverhouding voor een snel overzicht

Internet: www.msaned.nl