Bb200912

Page 1

B&B Brand&Brandweer

12 december 2009

• Brandweer Stein redt bejaardenflat • Oppervlakte redmethode op eerste TS • Leerpunten VROM-rapporten belicht

vakblad v akblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding

Brandweer Den Helder nam teveel risico

jaargang 33


RICAS, specialist in risico-advisering en veiligheidsopleidingen, heet voortaan G4S. Sinds 2004 is RICAS al onderdeel van G4S, wereldmarktleider op het gebied van beveiliging en veiligheid. En daar zijn we trots op. Vooral omdat G4S kwaliteit en service hoog in het vaandel heeft staan. Maar ook omdat G4S met 585.000 medewerkers actief is in meer dan 110 landen. RICAS en G4S hebben samen één doel: Securing Your World. Dat doen we door de kennis en expertise van beide organisaties in te zetten om uw leef- en werkomgeving veilig te maken. De dienstverlening van RICAS vormt hierbij een onmisbare schakel in het dienstenaanbod van G4S. En om dit te onderstrepen gaan G4S en RICAS verder onder één naam.

Voor meer informatie kijkt u op www.ricas.nl


INHOUD

nummer 12 december 2009

COVERSTORY 602

Brandweer nam te veel risico bij brand Prins Willim

Het korps van Den Helder kreeg in de zomer veel kritiek op de brandbestrijding op de VOC replica Prins Willim. Er was te lang gewacht en te weinig gedaan. De conclusies van het NIFV rapport zeggen iets anders: de brandweer nam bij de brand Prins Willim juist teveel risico.

ARTIKELEN 596

Strategie Stein Succesvol

632

Als er een brand uitbreekt in het winkelcentrum van Stein wordt direct groot alarm geslagen. Het winkelcentrum is niet meer te redden, maar de brandweer voorkomt een overslag naar een naastgelegen seniorenflat. 600

Brandweer Zeist geeft vmbo-scholieren les in bedrijfshulpverlening (BHV). Het korps is niet de enige die een project heeft voor jongeren. Hulpverleningdienst Groningen heeft aan brugklassers voorlichting gegeven over brandveiligheid.

Eerste TS uitbreiden met oppervlakteredmethode

Het platform Bestrijding Waterongevallen adviseert korpsen zonder duikteam om hun eerste TS uit te breiden met materialen voor oppervlakteredding. 606

Kazerne Purmerend krijgt 24-uursbezetting

‘Gebouwen kunnen nooit 100% brandveilig zijn’

De kazerne van Purmerend start januari 2010 met een 24-uurs-bezetting. Hiervoor zijn twintig nieuwe beroepskrachten aangetrokken en de kazerne drastisch verbouwd.

De VROM-Inspectie is verantwoordelijk voor de onderzoek naar brandveiligheid bij publieke gebouwen. Projectleider brandveiligheid VROMInspectie Hans Schipper vertelt over leerpunten uit VROM-rapporten. 618

Brandweer Leeuwarden begint aan tweede loopbaan

Brandweer Leeuwarden startte in 2006 met het project ‘Loopbaanbeleid Brandweer’. Met als doel duidelijkheid te verschaffen in het nieuwe FLO en het tweede loopbaanbeleid. Hoe is het Leeuwarden sindsdien vergaan? 620

Korpsen worstelen met nieuwe regelgeving

De regelgeving rond brandveiligheid is de laatste jaren flink in beweging. Het Gebruiksbesluit bestaat twee jaar en wordt binnenkort opgenomen in de Omgevingsvergunning. Tegelijk speelt de regionalisering van korpsen. Lastig, zo oordelen betrokkenen. Een belronde langs drie gemeenten. Op de foto: VOC-replica Prins Willim gaat eind juli in vlammen op. fotografie: Peter van Aalst

Brand&Brandweer

Brandweerkorpsen gaan naar school

RUBRIEKEN 591 592 605 608 610 613 623 627 629 640

VAN DE REDACTIE ACTUEEL PUNT EDU DUBBELINTERVIEW OEFENRUBRIEK NVBR-KATERN VRAAG EN ANTWOORD DE WEBSITE VAN KAZERNE-VOERTUIG COLOFON EN LIJST VAN ADVERTEERDERS

nummer 12 december 2009 589


Weerbaarheid voor Reddingswerkers

In het beroep van reddingswerker word je geconfronteerd met ingrijpende situaties en menselijk lijden. Wat is de impact hiervan en wat doet dit met de persoon en zijn functioneren in privé- en werkleven? Dit boek biedt handvatten om weerbaar

d Inclusief dv van n e g met ervarin erkers! reddingsw

te staan in emotioneel veeleisend werk. Hoe kun je schokkende gebeurtenissen

Bestelcode: 978 90 12 12522 2

verwerken en hoe kun je dit bespreekbaar

Prijs (inclusief btw, exclusief verzenden administratiekosten): € 25,50

maken? Kortom, hét hulpmiddel voor professionals die zich inzetten voor orde, gezondheid en veiligheid!

Kijk voor meer informatie en bestellingen op www.sdu.nl/brandweer of neem contact op met de Sdu Klantenservice; (070) 378 98 80


VAN DE REDACTI E

Zorgvuldig Dit is mijn eerste ‘Van de redactie’ die ik als nieuw lid van de kernredactie mag schrijven. Ik ben Patrick van den Brink, burgemeester van IJsselstein. Wat zal ik schrijven? Tientallen onderwerpen komen in me op, maar vallen vervolgens ook weer af. Het is natuurlijk leuk te vermelden dat ik als jongetje van zes bijna onze schuur in vlammen heb laten opgaan. Maar mijn eerste bijdrage aan dit blad moet toch wel wat meer inhoud hebben dan een familieanekdote. Het schrijven van deze tekst vraagt dus een zorgvuldige afweging. Eigenlijk kan ik maar over één ding schrijven: de regionalisering van de brandweer in de Veiligheidsregio Utrecht (VRU). Als er iets is dat zorgvuldig en met respect voor alle betrokken brandweermensen moet gebeuren, dan is het dat wel. Op meerdere momenten heeft het Algemeen Bestuur van de VRU aangegeven te willen komen tot één regionale brandweer. Ook ik ben daar een voorstander van. Mits goed vorm gegeven zal een regionale brandweerorganisatie, is mijn stellige overtuiging, bijdragen aan een hogere veiligheid. Ik heb de gemeenteraad van de mooiste gemeente van de provincie Utrecht, IJsselstein, dan ook voorgesteld in dit proces mee te gaan. En dat principebesluit is ook genomen. De doelstelling is voor 1 januari 2010 te komen tot één regionale brandweer. Dat klonk een jaar geleden al erg ambitieus en is, naar nu blijkt, ook té ambitieus. Gaandeweg het proces komen er signalen dat de snelheid ten koste gaat van de zorgvuldigheid. Het lijkt wel of de datum van 1 januari heilig is. Alle brandweermensen binnen het VRU gebied (dat is de gehele provincie Utrecht) moeten voor die datum in dienst treden van de VRU en dus uit dienst bij hun gemeente. Dat valt een aantal brandweermannen en vrouwen erg zwaar. Ook binnen het korps IJsselstein. En het doet mij als burgemeester ook pijn. Want waar komen ze terecht? Komen ze wel tot hun recht? En net zo belangrijk: Wat betekent het voor de uitruk op de dag? Natuurlijk mogen we in IJsselstein al bijna 100 jaar rekenen op goed opgeleide gemotiveerde vrijwilligers. Zij zijn de ruggengraat van de organisatie. Maar het belang van deze ‘parttime beroeps’ kan niet worden overschat. De beroepsjongens die overdag op de kazerne zitten garanderen immers voor een groot deel de uitrukken. De samenwerking tussen beide groepen brandweermensen roept enerzijds wel eens spanningen op. Maar anderzijds vinden ze elkaar altijd weer in de liefde voor het vak en de wetenschap dat wanneer het er op aan komt je voor elkaar door het vuur gaat. En ik weet zeker dat dit ook geldt voor de andere 28 korpsen binnen het VRU gebied. Voor de VRU de uitdaging dit ook binnen het regionale korps te bewerkstelligen.

Brand&Brandweer

Ondanks het sociaal statuut is het niet gelukt op een zorgvuldige wijze tot plaatsing van de brandweermensen te komen. Dat is niet alleen mijn mening. Deze wordt breed gedragen zowel binnen als buiten de VRU. Nu ook de directie en het Dagelijks Bestuur (DB) van de VRU aangeven meer tijd nodig te hebben om tot een verantwoorde plaatsing te komen, is de vraag hoe we dit vorm gaan geven. Ik voel er niets voor om, zoals het DB voorstelt, nog steeds voor het eind van dit jaar te besluiten tot regionalisering en vervolgens tot 1 maart 2010 de tijd te nemen voor het plaatsingsproces. Ik ga zelf ook niet bij een bedrijf werken als ik nog niet weet wat ik ga doen. Het past een burgemeester, een opperbevelhebber, naar mijn overtuiging niet nu in te stemmen met de regionalisatie als nog niet bekend is wat er met de brandweermensen gaat gebeuren. Op het moment dat we met elkaar tot de conclusie komen dat we de complete deal niet voor 1 januari kunnen sluiten, schuift alles op. Als dat ten koste moet gaan van de ‘bonus’ die het ministerie van BZK ons in het vooruitzicht heeft gesteld als we dit jaar nog formeel tot regionalisering besluiten, dan is dat maar zo. Wellicht dat er deze week nog een extra vergadering van het Algemeen Bestuur van de VRU komt. Hierin zullen meerdere burgmeesters het geluid dat ik nu heb geventileerd laten horen. Niet als bezwaar tegen regionalisering, maar als zorg voor onze mensen. Een brandweerorganisatie werkt snel en zorgvuldig. Daarbij altijd rekening houdend met de eigen veiligheid. En dat betekent, dat wanneer snelheid en zorgvuldigheid op gespannen voet met elkaar komen te staan, we altijd moeten kiezen voor zorgvuldigheid en dat mag ik dus ook verwachten van de bestuurders. Patrick van den Brink

nummer 11 november 2009 591


ACTU E EL

Gecompliceerde loodsbrand Amsterdam

fotograaf: Jan Honing

Officier van Dienst Richard Jansen staat zondagochtend 22 november voor een gecompliceerde loodsbrand in Amsterdam-Zuid. In de brandende loods staan voertuigen uit de Tweede Wereldoorlog, gasflessen, vuurwerk en munitie. Bovendien staat de loods vlak naast een pompstation. Eerste prioriteit van Jansen is de veiligheid van zijn eigen mensen.

De loods staat in een druk bevolkt gebied in Amsterdam-Zuid. De brand trekt veel toeschouwers en in de wijk is sprake van rookoverlast.

Op het moment dat Jansen aanrijdt, is er al sprake van middelbrand. Dat betekent in Amsterdam dat er drie TS’en uitrukken. Zodra de OvD ter plaatse is, probeert hij helder te krijgen wat er allemaal in de loods is. ‘Het is de opslag van de club ‘Keep them Rollin’. De leden hebben hier hun wagenpark uit de Tweede Wereldoorlog staan. Daarnaast weet ik al snel dat er gasflessen in het pand zijn en dat er munitie moet liggen.’ Groot is de schrik dan ook als een van de deuren opengaat en Jansen een zeemijn ziet die door het vuur wordt aangestraald. Het blijkt een gedemonteerde mijn te zijn, die gebruikt wordt door een firma voor special effects. ‘Maar ik combineerde even de aanwezigheid van munitie, met de zeemijn. Je moet er niet aan denken wat er gebeurd zou zijn als het een ‘echte’ zeemijn was geweest.’ Jansen schaalt al snel op naar GRIP1. Dat heeft met name met de locatie van de loods te maken. De loods ligt in dichtbevolkt gebied, vlakbij een pompstation. Het station is op het moment dat de brand uitbreekt nog dicht. En dat zal 592 nummer 12 december 2009

het verder de hele dag ook blijven. In benedenwinds gebied ,vol in de rook, staat de gevangenis aan de Havenstraat. Daar worden door de rookontwikkeling de rookmelders aangesproken die de rook- en warmte-afvoerinstallatie (RWA) - in werking stelt – wat precies het tegenovergestelde effect heeft. De gevangenis krijgt last van rook. ‘Dit werd opgepakt door het CoPI. Dat konden we er allemaal niet bij hebben.’ Ook andere knelpunten zoals de toestroom van publiek, het bepalen van de afzettingen en het multidisciplinair afstemmen zijn taken van het CoPI. Zo kan de Officier van Dienst zich volledig richten op de brand. Ander punt van aandacht voor het CoPI is de tramremise, die achter de loods ligt. De remise is niet bereikbaar en het tramvervoer in Amsterdam loopt ernstige vertragingen op. Omdat veiligheid van de eigen mensen de hoogste prioriteit heeft, wordt er in het begin zoveel mogelijk afstand gehouden en met waterkanonnen gewerkt, nadat gevaarlijk staande gastanks zijn geëxplodeerd en duidelijk wordt dat de

munitieopslag twee loodsen verder is en niet door de brand bedreigd wordt, verschuift de prioriteit naar: uitbreiding voorkomen. Zo wordt bij een naastgelegen loods in de nok een deel van de zijkant weggehaald, kan de rook weg en is het gevaar van een rookgasexplosie en snelle branduitbreiding geweken. ‘Vanaf dat moment kunnen we weer werken met handstralen om de brand te blussen.’ Tegen tien uur kan Jansen het sein brand meester geven. De stoplijnen zijn bepaald. De brandweer weet dat het vuur nog wel even zal woeden, maar weet ook dat er voldoende capaciteit is om de stoplijn te handhaven. Tot zeven uur ’s avonds wordt er geblust, pas dan kan de brandweer inrukken. Jansen kijkt nuchter terug op de brand. ‘Er moesten een heleboel beslissingen worden genomen, maar ondanks alle complicaties en gevaren is iedereen gelukkig heel gebleven. Helaas voor Keep them Rollin was al hun werk in vlammen opgegaan. Als pleister op de wonde hebben we nog een oude leger Harley tussen de brandresten kunnen weghalen.’ Sdu Uitgevers


ACTU EEL

C2000-problemen binnen twee jaar opgelost Zestig locaties met verminderde C2000-dekking moeten binnen twee jaar weggewerkt zijn, in plaats van binnen acht jaar. Dat wil minister Ter Horst van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Ze neemt hiermee de aanbeveling over van de expertgroep die C2000 onderzoekt. De aanpak van de problemen moet het vertrouwen in het communicatiesysteem herstellen. De problemen met C2000 zijn niet eenduidig. ‘Het gaat om een samenspel van problemen in de techniek, de organisatie en het gebruik’, zo schrijft minister Ter Horst in een brief naar de Tweede Kamer over dit onderwerp. Tijdens recente incidenten als de vliegtuigcrash en de aanslag op Koninginnedag haperde het systeem, maar ook in de dagelijkse praktijk maken politiemensen het mee dat ze geen of nauwelijks verbinding krijgen. Politiebond ACP stelde in een enquête vast dat 53% van de agenten zich onveilig voelt met het systeem. Het systeem op zich staat niet ter discussie en de minister geeft dan ook aan dat zij niet kijkt naar systemen die C2000 zouden kunnen vervangen. De dekkingsproblemen worden aangepakt door versneld masten bij te bouwen of door technische veranderingen aan bestaande masten aan te brengen. Het wegwerken van de zogenaamde DIPP-lijst heeft prioriteit. Op deze lijst staan zestig locaties waar de dekking onvoldoende is. In eerste instantie zouden al deze plaatsen binnen acht jaar alsnog gedekt zijn, maar dat vindt de minister te lang duren. Binnen twee jaar moeten de problemen opgelost zijn, een extra investeringsbudget is hiervoor wel nodig. Ter Horst volgt hiermee de aanbevelingen op

van de expertgroep. C2000 zal overigens altijd aangepast moeten worden, een DIPP-lijst zal dan ook altijd blijven bestaan. De methodiek op basis waarvan de lijst tot stand komt, wordt door de expertgroep kritisch bekeken. Het ministerie van Economische Zaken zal worden benaderd voor de extra radiofrequenties die nodig zijn voor de uitbreiding van de capaciteit. Ter Horst kondigde na de zomer een onderzoek aan, dat uitgevoerd wordt door een expertgroep onder leiding van Don Berghuijs, directeur van de veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. Over gebruik van C2000 en de C2000 opleiding wordt niet geschreven in het tussentijdse rapport. Die onderwerpen komen aan bod in de eindrapportage die voor het einde van het jaar verschijnt. DMO Voor de communicatie met de meldkamer wordt overal C2000 gebruikt, voor de communicatie in gebouwen gebruiken brandweerlieden onderling de zogenaamde DMO-functie. Sommige korpsen stellen dat ze binnenshuis een betere directe verbinding van portofoon tot portofoon met de (oude) analoge portofoons hebben, dan met de op de TETRA-standaard gebaseerde digitale portofoons. Zo schakelde het korps Ede en enkele anderen begin dit jaar terug op analoog voor de onderlinge communicatie. Het ministerie en de NVBR doen onderzoek naar de problemen met de direct mode. De analoge frequenties waarmee deze brandweerkorpsen werken voor de binnenhuisdekking worden zeker gehandhaafd tot het onderzoek klaar is.

Brandweerlimo ter promotie brandweerwerk den kocht hij de wagen vlak voor de zomer. ‘We waren bij de Toppers geweest, en zagen dat zij aankwamen in een limo. Dat leek ons ook wel wat.’ Zo gezegd, zo gedaan. De kleur, zwart, vond het viertal echter nogal saai. ‘Toen hebben we besloten er een brandweerlimo van te maken.’ Het voertuig heeft de kleuren en striping van de brandweer, maar geen werkende zwaailichten. De limo kan worden ingezet ter promotie van de brandweer, bijvoorbeeld om nieuwe vrijwilligers te werven. ‘Zo zijn we gevraagd door een stichting of gehandicapte kinderen er in mogen rijden. Daar werken we graag aan mee.’ Vier brandweermannen uit Eemnes kochten een zwarte limousine en maakten er een brandweerlimo van. De wagen wordt gebruikt om de brandweer te promoten. Brand&Brandweer

‘We willen met de limo laten zien dat de brandweer een leuke club is, en dat er best een lolletje afkan’, vertelt Arno de Kruijf van de brandweer Eemnes. Samen met drie andere vrijwillige brandweerlie-

www.brandweerlimo.nl

nummer 12 december 2009 593


ACTU E EL

Foto’s: Wouter Titsing

Friese brandweer oefent met moderne auto’s

Friese brandweerlieden oefenden in november hoe ze moeten omgaan met veiligheidstechnieken in moderne auto’s. Het gaat dan met name om het opensnijden van een auto met airbag of verstevigde kooiconstructie. Doel van de training was om sneller en veiliger te kunnen werken. Het op een verkeerde plek openknippen van een auto met airbag kan de airbag alsnog tot ‘ontploffing’ brengen. Een inzittende kan daardoor gewond raken. Ook leerde de brandweer

over kreukelzones en systemen voor automatisch afremmen van moderne auto’s. De training bestond uit een theoriegedeelte en een demonstratie. Naast de 130 brandweermensen waren ook 25 ambulancemedewerkers aanwezig bij de drie oefendagen. Tijdens inzetten na ongevallen of beknellingen wordt met hen nauw samengewerkt. Normaal gesproken oefent de brandweer op gedateerde sloopauto’s die verouderde veiligheidstechnieken hebben. De drie voertuigen werden beschikbaar gesteld door een verzekeraar.

Onderzoek naar fatale woningbranden In 2008 waren er meer doden te betreuren bij woningbranden dan in 2007. Het NIFV deed daarom in opdracht van de ministeries van BZK en VROM onderzoek naar deze fatale woningbranden. Doel is meer inzicht te krijgen in de oorzaken, het verloop en de gevolgen van brand in woningen. Daarmee kan het brandveiligheidsbeleid worden verbeterd. Foto: FBF.NL

In 2008 waren er 55 woningbranden waarbij 62 doden vielen. Elf woningbranden ontstonden door brandstichting. Daarbij vielen 13 doden, Bij 44 branden (49 doden) was er geen opzet in het spel. De belangrijkste oorzaken waren in slaap vallen tijdens roken, kortsluiting en onvoorzichtigheid met elektrische apparaten. Veel van de slachtoffers lagen te slapen (65%), soms onder invloed van alcohol, drugs of medicijnen (18%). Ruim een kwart van de slachtoffers was niet of beperkt mobiel. Slecht bij zes van de 44 niet-opzettelijke branden was zeker een rookmelder aanwezig. Van de 49 dodelijke slachtoffers hebben acht mensen een vluchtpoging gedaan, maar de uitgang niet bereikt. De kans op een dodelijke woningbrand was in een huurwoning ruim drie keer zo groot als in een koopwoning. Verder vonden branden met dodelijke slachtoffers onevenredig plaats in galerijflats. Bij brand die ontstaat door in slaap vallen tijdens roken, speelt de brandbaarheid van schuimrubber in meubels en matrassen een belangrijke rol. In de Verenigde Staten en in Groot-Brittannië gelden er brandveiligheidseisen voor meubels en matrassen met schuimrubber. Hierdoor is het aantal doden bij brand in die landen fors gedaald. Bekeken wordt of dergelijke brandveiligheidseisen ook in Nederland ingevoerd kunnen worden.

594 nummer 12 december 2009

Sdu Uitgevers


ACTU EEL

Nieuw Nationaal Noodnet Vanaf volgend jaar komt er een nieuw communicatienetwerk voor rampen en crises. Overheden en vitale organisaties kunnen telefoneren, faxen, mailen, data uitwisselen en zelfs vergaderen met een beeldverbinding. Het netwerk vervangt het verouderde Nationaal Noodnet, dat sinds 1991 in de lucht is, maar slechts telefoon en fax ondersteunt. Het noodcommunicatienetwerk, officieel NoodCommunicatieVoorziening NCV, blijft beschikbaar als het gewone vaste telefoonverkeer tijdens een ramp uitvalt door overbelasting of stroomuitval. Zelfs het gebruik van mobiele telefoons is mogelijk wanneer het gewone gsm-verkeer door overbelasting uitvalt. Het Nationaal Noodnet heeft momenteel 5500 aansluitingen. Een groot deel hiervan bevindt zich in de sectoren openbaar bestuur en veiligheid, zoals het Nationaal Crisiscentrum, coördinatiecentra van provincies, gemeentehuizen, regionale meldkamers van politie en veiligheidsregio’s en ziekenhuizen. De andere gebruikers zijn organisaties en instanties die horen tot de vitale sectoren en die in crisisomstandigheden een specifieke taak hebben. Het huidige Noodnet heeft aparte telefoon- en faxtoestellen. In het nieuwe netwerk wordt het mogelijk via gewone telefoons, faxen en computers toegang te krijgen. Dat is gemakkelijker voor de gebruikers en biedt ook nieuwe mogelijkheden. De gebruikers kunnen zelf kiezen van welke diensten zij gebruik willen maken: alleen bellen en faxen of ook e-mail, mobiele telefonie en ‘beeldbellen’. De kosten voor de basisdienstverlening zijn voor de gebruiker gelijk aan het huidige Noodnet.

Cartoon

Agenda 3 december Symposium over veilig(er) optreden bij binnenvaartincidenten Het NIFV organiseert dit symposium vanwege de behoefte aan duidelijkheid vanuit het werkveld over het optreden bij binnenvaartincidenten. Met sprekers, workshops en introductie van de ‘train de trainer-cursus’. 17 december Congres Vakbekwaam worden, vakbekwaam blijven Door het NIFV, het Landelijk Platform Oefencoördinatoren (LPO) en het Landelijk Overleg Brandweer Opleidingen (LOBO) van de NVBR. Het congres vervangt de landelijke oefendag.

Website over rechtspositie vrijwilligers Een nieuwe website voor brandweervrijwilligers is sinds eind oktober in de lucht: www.vrijwilligebrandweer.nl. De site van het College voor Arbeidszaken (CvA) van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) geeft vooral informatie over de rechtspositie. Voor de zomer sloten de vakbonden en het CvA een akkoord over de rechtspositie van vrijwillige brandweermensen. Daarin zijn afspraken gemaakt over de vergoedingen, verzekeringen, de leeftijdsgrens en de relatie met de hoofdwerkgever. Alle bepalingen over deze onderwerpen zijn terug te vinden op de website. Ook worden wervingsacties van vrijwilligers uitgelicht en kunnen korpsen en gemeenten best practices aanleveren om met elkaar te delen via de site.

Heeft u een nieuwtje voor de rubriek Actueel? Mail het dan naar: brandenbrandweer@ps-produkties.nl

Brand&Brandweer

nummer 12 december 2009 595


Brand van de maand

Het winkelcentrum van Stein ligt op een plein. Een vierkant gebouw, met in totaal 47 winkels en tien woningen. 596 nummer 12 december 2009

Sdu Uitgevers


Brand van de maand

Strategie Stein succesvol De hulpdiensten van Zuid-Limburg slaan direct groot alarm nadat er brand uitbreekt in het winkelcentrum van Stein. De brandweerlieden kunnen helaas niet voorkomen dat het winkelcentrum tot de grond toe afbrandt. Een naastgelegen seniorenflat weten zij door snel en adequaat handelen wel te behouden. Er wordt opgeschaald naar GRIP 3. De brandweerlieden zijn dagen bezig met nablussen. Brand&Brandweer

nummer 12 december 2009 597


fotografie: Foto en Videoteam Brandweer Zuid-Limburg

Brand van de maand

Hoewel de brandweer groot alarm slaat, kan zij niet voorkomen dat het hele winkelcentrum in vlammen opgaat.

I

Door Jolanda Haven

n de nacht van woensdag 28 op donderdag 29 oktober om 00.09 uur krijgt de brandweer melding van een binnenbrand in het winkelcentrum met veel rookontwikkeling. Officier van Dienst (OvD) Bart Videler van de brandweer Zuid-Limburg schaalt op naar middelbrand en gaat ter plaatse. De brand is inmiddels uitslaand en er wordt opgeschaald naar zeer grote brand. Het wordt al snel duidelijk dat de brandweerlieden voor een enorme klus staan. Het winkelcentrum van Stein ligt op een plein. Een vierkant gebouw, met in totaal 47 winkels en tien woningen. Dichtbij het winkelcentrum, aan de noordzijde van het pand waar de brand uitslaand is, staat seniorenflat De Stevel. Zodra de eerste twee TS’en arriveren, wordt besloten om deze in te zetten op het voorkomen van overslag naar het bejaardenhuis. En dat stuit op weerstand van omstanders. ‘We moesten prioriteiten stellen. Winkeleigenaren en bewoners uit aangrenzende huizen begrepen in eerste instantie niet dat de brandweer niet direct begon met het blussen van de brand. De burgemeester, die al snel ter plaatste was, heeft toen de bewoners en eigenaren uitgelegd waarom voor deze eerste inzet is gekozen’, aldus Videler. De politie is op dat moment druk bezig om de flat te ontruimen. Zodra een derde TS arriveert, wordt begonnen met het bestrijden van de enorme brand. De eerste drie kwartier is de brandweer bezig om uit te zoeken hoe de brand het beste ingepakt kan worden. Er wordt overwogen om een binnenaanval te doen maar al

598 nummer 12 december 2009

snel wordt duidelijk dat dat niet verantwoord is. Er zijn verschillende explosies en delen van het plafond komen naar beneden. Videler: ‘We hebben de goede keus gemaakt door in te zetten op een defensieve buitenaanval.’ Ontruiming Het bejaardenhuis is snel ontruimd door de politie, met medewerking van de brandweer. Om er zeker van te zijn dat er niemand meer in het gebouw aanwezig is, wordt besloten om elk huis binnen te treden. En dat is maar goed ook. Telling had inmiddels uitgewezen dat er nog een bewoner binnen zat. Bij de controle wordt dan ook een slechthorende vrouw aangetroffen die de ontruiming niet opgemerkt heeft. De brandweer voert de controle uit omdat het gebouw aan de zuidkant vlam dreigt te vatten. Het is voor de politie niet meer verantwoord om zonder bescherming deze taak uit te voeren. De ontruiming verloopt zonder problemen. Hoewel niet alle mensen even goed ter been zijn, levert dat geen problemen op. De bewoners worden overgebracht naar een nabij gelegen verzorgingstehuis Een half uur na de eerste melding wordt GRIP 1 gegeven. Meerdere eenheden zijn inmiddels uitgerukt. Hoofd Officier van Dienst (HOvD) Rob van den Bergh komt ook ter plaatse. Hij hoort van een vrouw dat er ook een dierenwinkel in het winkelcentrum zit. Die winkel zit aan de oostzijde van het pand waar op dat moment geen brand woedt. De dieren worden door de brandweer gered. Het redden van de dieren levert volgens de OvD geen gevaar op. ‘Hoewel er geen brand woedde aan deze kant van het winkelcentrum, moesten we uiteraard voorzichtig te werk gaan. We hebben Sdu Uitgevers


Brand van de maand

De volgende ochtend is er niet veel meer over van het winkelcentrum.

goed gelet op rookontwikkeling en de stroming van de rook. Het tweede peloton probeert diagonaal door het winkelcentrum een stoplijn te maken. Van rechtsboven tot linksonder, ofwel van noordoost naar zuidwest. De brand woedt aan de noordwestzijde van het winkelcentrum. ‘Helaas was dit onmogelijk’, zo vervolgt Van den Bergh. ‘We hadden heel veel mankracht nodig om bij de brand te komen, om vervolgens een stoplijn te maken en zoveel man hadden we op dat moment niet paraat.’

aan die zonder inzet van shovels lastig te blussen waren.’ Voordat het blussen van deze restbranden kan beginnen, stippelt een medewerker van bouw- en woningtoezicht een pad uit voor de brandweerlieden zodat er veilig gewerkt kan worden. Het nablussen van de restbranden duurt tot vrijdagavond. De brandweer is dan de brand ‘meester’ en er wordt afgeschaald naar GRIP 0. Ook die nacht en de hele zaterdag moet de brandweer nog opkomen voor nablussing.

GRIP 3 Gezien de impact van deze brand en de zaken die er geregeld moesten worden, wordt al vrij snel een GRIP 3 afgekondigd. Het Gemeentelijk Beleidsteam (GBT) wordt opgestart en de gemeentelijke processen worden verder uitgebreid. De eerste opvang van de geëvacueerde flatbewoners en de mensen uit de aangrenzende huizen is al geregeld in het verzorgingstehuis. Maar deze mensen kunnen daar de nacht niet doorbrengen. Veel mensen gaan die nacht naar familie of vrienden. Voor een dertigtal mensen wordt onderdak geregeld. In de loop van donderdagochtend heeft de brandweer het vuur onder controle en wordt er afgeschaald naar GRIP 1. Bovendien wordt het terrein afgezet met hoge hekken. Vanwege instortingsgevaar, maar ook omdat er nog waardevolle spullen liggen, zoals bankkluizen. Videler: ‘Er zijn echter veel restbrandjes. Dat kostte ons nog heel veel tijd. Om de restbranden sneller te blussen hebben we shovels ingezet, die delen van het winkelcentrum hebben gesloopt. Ook onder het plafond, dat op veel plaatsen naar beneden was gekomen, troffen we nog smeulende resten

Goede inschatting De samenwerking met de verschillende hulpdiensten verloopt volgens HOvD Van den Bergh goed. ‘Door oefeningen ken je elkaar.’ Terugkijkend is Van den Bergh tevreden over de inzet. ‘Ik denk niet dat we woningen of winkels hadden kunnen sparen door een andere aanpak.’ Alle 47 winkels en de tien woningen gaan verloren. De schade ligt tussen de 35 en 40 miljoen euro. ‘Het is nu alleen materiele schade. Er zijn geen mensen gewond geraakt. Maar ik betreur het wel dat we de woningen aan de zuidzijde niet hebben kunnen sparen.’ Deze brand had ook anders af had kunnen lopen. Gelukkig is het die avond windstil, de rookwolken stijgen rechtop, de lucht in. Als het had gewaaid, dan hadden we door de rookwolk nog met een effectgebied te maken gehad.’ Ook de politie spreekt van een goede inzet. ‘De HOvD van de brandweer heeft een goede inschatting gemaakt om het gebouw met waterstralen af te schermen’, aldus een woordvoerder. Een week na de brand blijkt uit een eerste onderzoek dat de brand mogelijk is aangestoken. ■

Brand&Brandweer

nummer 12 december 2009 599


repressie

Eerste TS uitbreiden met

Fotografie: Andre Passenier

Korpsen die geen duikteam hebben, worden door het platform Bestrijding Waterongevallen geadviseerd om hun eerste TS uit te breiden met materialen voor oppervlakteredding. Denk aan een droogpak, zwemvest en een veiligheidslijn. Dat geldt alleen voor de eerst aanrijdende TS. Want bij waterongevallen wordt ook altijd een duikteam gealarmeerd. Veel korpsen hebben al maatregelen genomen om een eerste inzet te kunnen doen in het water. Ieder korps voert dat op haar eigen manier uit. Eenheid ontbreekt. Het platform wil dat er meer structuur komt en ontwikkelde daarom een visie op oppervlakteredding.

water in gaan. Op dit moment is oppervlakteredding versnipperd of helemaal niet geregeld. En daar moet verandering in komen, vindt het platform.

Visie waterongevallen ‘Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan de leer- en lesstof oppervlakteredding’, zo vertelt projectleider Oppervlakteredding Leo Stapelbroek. Stapelbroek is Hoofd Operatie bij de brandweer Amersfoort. ‘Zodra de lesstof akkoord is, gaat een aantal korpsen werken volgens de lesstof. Als de puntjes op de i zijn gezet, wordt het verspreid onder brandweerkorpsen in Nederland.’ Zowel duiken als oppervlakteredding valt onder waterongevallen bestrijding. In het oktobernummer van Brand&Brandweer kondigde Stephan Wevers namens de NVBR al aan dat er vanaf volgend jaar zomer een visie op waterongevallen moet liggen. Onder deze visie valt ook oppervlakteredding. Na drie duikongevallen (Utrecht 2001, Urk 2007, Terneuzen 2008) moest het Na het afschaffen van het duikteam Abcoude vorig jaar, belandt kort daarna een auto op de kop in het roer om voor wat betreft brandweerduiken. water. Door middel van oppervlakteredding wordt de man na twintig minuten uit het water gehaald. Hij Zo werden er onder andere strakkere eisen overleeft het ongeluk. gesteld aan de veiligheidsvoorschriften. Door deze maatregelen zijn er steeds meer korpsen Door Jolanda Haven die niet aan deze eisen meer kunnen voldoen met als gevolg dat er duikteams opgeheven worden. ij waterongevallen in rivieren, kanalen, plassen, Het verzorgingsgebied van duikende teams wordt steeds groter, weteringen en sloten kunnen oppervlaktereddingen wat weer gevolgen heeft voor de aanrijdtijden van deze teams. uitkomst bieden. Het gaat dan om personen of dieren die te water zijn geraakt en nog wel boven water zijn. Ontstaan oppervlakteredding Bij waterongevallen wordt standaard een duikteam gealarBij de brandweer van Abcoude is de oppervlakteredding door de meerd. Op dit moment worden er steeds meer duikteams opgeeerste TS ontstaan. In april 2008 werd de stekker uit het duikheven en duurt het vaak langer voor er een duikteam ter plaatse team getrokken. Twee weken later moest het korps uitrukken is. Door de eerste TS uit te rusten met materialen voor oppervoor een auto die op de kop te water was geraakt. ‘We hadden vlakteredding, kunnen levens worden gered. Er zijn korpsen die alle materialen, behalve duikflessen, nog in de kazerne liggen’, droogpakken in hun bezit hebben, maar er zijn ook korpsen die aldus Anton Schrikenberg van de brandweer Abcoude. ‘Twee niet toegerust zijn op waterongevallen en met uitrukkleding het redders zijn toen aangelijnd in droogpak en redvest het water

B

600 nummer 12 december 2009

Sdu Uitgevers


repressie

Fotografie: Michel Klanken

oppervlakteredmethode Droogpak, zwemvesten en ­veiligheidslijn In de les- en leerstof staat duidelijk omschreven hoe iemand door middel van een oppervlakteredding uit het water gehaald kan worden en welke materialen van belang zijn om een verantwoorde oppervlakteredding uit te voeren. Bij een melding ‘waterongeval’ trekken minimaal twee personen een droogpak, zwemvest en handschoenen aan. Daarnaast nemen zij een drijvende veiligheidslijn mee. Deze lijn wordt aan het zwemvest vast geklikt met een snelontspanhaak. Afhankelijk van het incident kan nog gebruik worden gemaakt van zwemvliezen, snorkel, duikbril en een drijflichaam. Het droogpak kan over de gewone kleding aangetrokken worden. Samen met de bevelvoerder wordt ter plaatse overlegd hoe de inzet gepleegd gaat worden. Door gebruik te maken van een drijf­ De brandweer Abcoude is op dit moment druk aan het oefenen met oppervlakteredding. lichaam kan het slachtoffer dit gebruiken als drijfvlot. Dit voorkomt dat het ingegaan en hebben de jongeman, die bijna twintig minuten slachtoffer zich vastklampt aan de oppervlakteredder. Als dat onder water lag, weten te bevrijden door middel van oppervlakwel gebeurt kan de redder de controle kwijt raken. Het drijfliteredding. Hij heeft het ongeval overleefd.’ chaam moet eveneens vastgemaakt worden aan de drijvende In korte tijd gebeuren er nog twee soortgelijke incidenten in veiligheidslijn. Eenmaal ter plaatse wordt vaak al snel duidelijk ondiep water waarbij de brandweerlieden van de eerste TS door welke materialen nodig zijn. ‘Als een slachtoffer ver van de kant middel van oppervlakteredding iemand van de verdrinkingsis of als er veel golfslag is, is het verstandig om ook de duikbril dood weten te redden. Dat zet Schrikenberg aan het denken en met snorkel te gebruiken’, aldus Schrikenberg. ‘Belangrijk tijdens hij begint met het schrijven van lesstof voor oppervlakteredding. de inzet is om oogcontact te houden met het slachtoffer. En, het Oppervlakteredding kan namelijk ook uitkomst bieden voor klinkt logisch, spring nooit vanaf de kant in het water. Er kan alandere korpsen die geen duikteam (meer) hebben. tijd iets onder water liggen dat verwondingen kan veroorzaken.’ Ook mensen die door het ijs gezakt zijn en in het wak dobberen Niet nieuw vallen onder oppervlakteredding. IJsreddingen vergen echter ‘Oppervlakteredding is geen nieuw specialisme binnen de extra aandacht. Het is belangrijk om altijd gebruik te maken brandweer, maar een aanvulling op de brandweerzorg, met van een drijflichaam. Bovendien is het verstandig om een kleine name voor de eerste TS. En het is al helemaal geen vervanging helm te dragen voor het geval de redder uitglijdt en met het voor duikteams. Brandweerduikers zijn altijd nodig’, aldus Schrikhoofd op het ijs terecht komt. enberg. ‘Bestrijding van waterongevallen onder water, is en blijft een taak voor brandweerduikers.’ Indien de eerste TS ter plekke Armsignalen komt en het blijkt dat er geen oppervlakteredding uitgevoerd In tegenstelling tot brandweerduiken worden bij oppervlaktekan worden, kan de eerste TS wel de gebruikelijke voorbereidinredding geen communicatiemiddelen gedragen door de oppergen treffen voor het duikteam dat onderweg is. vlakteredder. Door middel van handsignalen maakt hij duidelijk Het platform Bestrijding Waterongevallen is op dit moment bewat hij verwacht van de manschappen op de kant. Denk aan zig om een procedure oppervlakteredding samen te stellen waar signalen voor sneller en langzamer naar de kant halen van de korpsen mee kunnen gaan werken. Zo kunnen korpsen op basis redder en het slachtoffer. Een signaal voor het stoppen met van een eigen risicoanalyse bekijken welk pakket op hun gebied inhalen of een signaal wanneer het contact met het slachtoffer van toepassing is. Het advies van het platform is om bestrijding verbroken is of als de lijn is losgeraakt. Schrikenberg: ‘Simpel waterongevallen regionaal aan te pakken. maar wel effectief. Net als de leer- en lesstof dat gebaseerd is op de slogan ‘KIS’, Keep It Simple.’ ■

Brand&Brandweer

nummer 12 december 2009 601


onderzoek

Brandweer nam te veel risico Op de brandbestrijding van de VOC-replica in Den Helder was afgelopen zomer veel kritiek. De brandweer zou te lang hebben gewacht en niet genoeg hebben gedaan. Uit onderzoek van het NIFV blijkt echter dat de brandweer juist teveel risico heeft genomen. ‘Dat is wel een beetje zuur’, aldus brandweercommandant Gino Tibboel. De brandweer is het overigens wel met de conclusies van het NIFV eens.

N

Door Ellen Schat

adat de VOC-replica Prins Willim in de nacht van 29 op 30 juli uitbrandde, verschenen in de media allerlei verhalen over de brandweerinzet. ‘De brandweer zou niet genoeg hebben gedaan, en te lang hebben gewacht. Ook stond ergens dat de brandweer drie uren stond te kijken’, vertelt commandant Gino Tibboel van Den Helder. Ook de gemeenteraad stelde kritische vragen over de inzet, waarna werd besloten het NIFV te vragen een analyse te maken. In het rapport, dat half november klaar was, wordt niet gesteld dat de brandweer te afwachtend was. Integendeel: de brandweerlieden hadden juist veel eerder moeten stoppen met de pogingen het schip te redden. De risico’s die genomen zijn staan volgens het NIFV niet in verhouding tot het doel van de brandbestrijding: economische schadebeperking. Er was niemand op het schip aanwezig en dus hoefden geen mensenlevens gered te worden. ‘Op cruciale momenten is onvoldoende aandacht geweest voor de veiligheid van het brandweerpersoneel’, schrijft het NIFV. Hoe is dan toch het beeld ontstaan dat de brandweer zo weinig deed? Tibboel: ‘Als de brandweer bezig is met de binnenaanval, zien mensen aan de kade dat natuurlijk niet. Daarna is een poging gedaan om gaten te maken in de romp. Dat mislukte. Toen konden we niets anders doen dan wachten tot de brand naar buiten sloeg, voor we deze konden aanpakken. Ook toen leek het misschien alsof we stonden te wachten.’

Binnenaanval De brandweer deed volgens het NIFV waarnemingen bij aankomst die tot de conclusie hadden moeten leiden dat een binnenaanval zeer risicovol zou zijn, en daardoor niet verantwoord. De explosiegevaarmeter sloeg in alarm, maar toch besloot de bevelvoerder dieper in het schip door te dringen. Ook liepen manschappen over het schip, boven de vuurhaard. ‘Toen er signalen kwamen dat het binnen eigenlijk te heet was om nog een verantwoorde inzet te doen, zijn er nog verschillende pogingen gedaan om de vuurhaard te bereiken en te blussen. Het ingezette 602 nummer 12 december 2009

personeel heeft blootgestaan aan uitputting en hittestuwing. Minimaal één brandwacht is op een gegeven moment op handen en knieën naar buiten gekropen, dermate uitgeput dat hij aangaf niet nogmaals naar binnen te gaan’, aldus het rapport. Commandant Tibboel, die zelf tijdens de brand met vakantie was, vermoedt dat het feit dat het om de Prins Willim ging meespeelde in de drang om het schip te redden. ‘Vermoedelijk was het zeker voor de Den Helderse brandweerlieden meer dan zomaar een object.’ De replica van het VOC-schip was een belangrijke toeristische trekpleister. Hij vindt het vervelend dat de brandweer nu te horen krijgt dat ze eerder had moeten stoppen. ‘Eerder kregen we kritiek dat we te lang hebben gewacht. We hebben ons stinkende best gedaan, maar te veel risico’s genomen. Dat is voor de manschappen een beetje zuur.’ In twee bijeenkomsten is over het rapport en de toekomst gesproken.‘We kijken nu hoe we de aanbevelingen gaan oppakken. Er zal in de oefeningen bijvoorbeeld meer aandacht worden besteed aan risico’s.’ Alle conclusies van de analyse worden door de gemeente Den Helder overgenomen. ‘Veilig repressief optreden krijgt hoge prioriteit bij het verder opleiden en oefenen van het brandweerpersoneel’, zo stelt de gemeente Den Helder in een persbericht. Tibboel denkt dat de kwestie van risicobewustzijn landelijk speelt. ‘En het is niet de eerste keer dat we hier over horen. We zijn Sdu Uitgevers


onderzoek

Foto: Peter van Aalst

bij brand Prins Willim De brandweer Den Helder krijgt veel kritiek tijdens de inzet op de Prins Willim.

Schuimblussing had volgens het NIFV nog geprobeerd kunnen worden. Dit heeft de brandweer niet gedaan omdat het te heet was en er sprake was van een groot volume.

er net als andere regio’s al een tijdje mee bezig. De gedrevenheid van brandweermensen is groot. Soms zouden ze veiliger moeten optreden dan ze nu doen. Daar is kritiek op, maar als brandweermensen dezelfde risico’s nemen en mensenlevens redden zijn ze helden. Wat dat betreft is het heel ingewikkeld om het goed te doen.’ Technische inzet De alarmering verliep volgens het NIFV goed, de brandweer was binnen acht minuten ter plaatse. Ook de kwalificatie middelbrand was terecht. Ook is goed gelet op het eventueel omvallen van de masten. Een aandachtspunt is het inzetplan. De bevelvoerders en Officier van Dienst (OvD) hadden geen duidelijk plan voor ogen hoe de brand het veiligst en efficiëntst bestreden kon worden. De brand werd door de brandweer beschouwd als een kelderbrand. Dat betekent dat er vaak maar één ingang is, er veel rookontwikkeling optreedt en er wordt gewerkt met een aanvalsploeg van drie man. In de vergunningverlening en preparatie is het schip ook steeds als een bouwwerk beschouwd, en niet als schip. Omdat de brandweer de brand als kelderbrand benaderde, en niet als scheepsbrand is de Marinebrandweer van Den Helder niet gewaarschuwd. Volgens het NIFV had dit om politieke en publicitaire redenen wel moeten gebeuren. ‘Naast dat de Prins Willim er Brand&Brandweer

wel degelijk uitzag als een schip, heeft het qua bereikbaarheid en constructie ook veel kenmerken van een schip,’ zo vindt het NIFV. Het NIFV is van mening dat, wanneer de Prins Willim niet wordt beschouwd als een schip, de keuze de brand als een kelderbrand te beschouwen op zich een juiste keuze is geweest Schuimblussing had volgens het NIFV nog geprobeerd kunnen worden. Dit heeft de brandweer niet gedaan omdat het te heet was en er sprake was van een groot volume. Het NIFV is van mening dat er in ieder geval een poging gedaan had moeten worden om de brand met schuim te blussen nadat bleek dat een hoge drukstraal geen optie was. Publiciteit Ook vindt het NIFV dat om publicitaire redenen de Marinebrandweer ter plaatse gevraagd had kunnen worden. ‘Ik snap wel waar de aanbeveling vandaan komt, maar ik vind het nogal ver gaan. Voor ons gevoel zou de Marinebrandweer geen brandtechnische meerwaarde hebben gehad’, aldus Tibboel. De politieke en publicitaire impact zou zijn onderschat. De brandweer had volgens het rapport moeten opschalen naar GRIP1, om direct meer ambtelijk en politiek verantwoordelijken ter plaatste te roepen. Ook stelt het NIFV dat de ter plaatste gekomen bestuurders zich niet genoeg hebben gerealiseerd hoe belangrijk hun rol in de nafase van de brand was. ■ nummer 12 december 2009 603


HANDSCHOENEN COMBINATIE AANBIEDING Helios Blushandschoenen

+

Light Task hulpverleningshandschoenen nen

NÚ SAMEN VOOR * PRIJZEN EXCL. 19% BTW. UIT VOORRAAD LEVERBAAR ZOLANG DE VOORRAAD STREKT.

€79,-*

Meer info? Bel 0344-663344 of kijk op onze website www.hobrand.nl

Morsestraat 17 • 4004 JP Tiel • T. +31 (0)344-663344 • F. +31 (0)344-630640 Hobrand Adv 189x131.indd 1

18-11-09 8:40

De grondbooronderneming voor uw te projecteren brandputten! Ook voor inspecties en het jaarlijks onderhoud.

Spoorstraat 20, 8271 RH IJsselmuiden Telefoon 038 - 33 36 099 Fax 038 - 33 36 098 Mobiel 06 - 303 355 35 www.grondboringen.eu

Naamloos-7 1

09-10-2007 11:03:20

BBN Brandwachten

met Grondboringen IJsselmuiden B.V. De specialist in het (ad-hoc) leveren van rijksgediplomeerd brandweerpersoneel voor: • Brandweerkorpsen • Industrie • Overheidsinstellingen

24 uur per dag door heel Nederland Tel: 072 - 540 52 16 info@bbnbrandwachten.nl www.bbnbrandwachten.nl

uw collega’s zijn onze referenties


PU NT EDU

Structuleren Echt waar, collega’s, echt. Het was echt maar heel eventjes dat ik overwoog geen vervolg op de vorige column ‘Verhaleren’ te schrijven. Om te checken of ik wellicht van iemand een reactie zou krijgen op puntedu@live.nl, wegens het niet schrijven van beloofd vervolg. Ja, het is me wat. Waarna ik in die niet geschreven column zou kunnende aantonende hebbende dat de lerende brandweerorganisatie geteisterd wordt door een Ernstig Korte Termijn Geheugen (EKTG). Een EKTG van zo’n 1 A-viertje lang, ongeveer 5 minuten dus. Je zou zelfs kunnen spreken van een ZEKTG. Maar zoals gezegd was dat slechts een heel korte overweging. Ik wou vandaag namelijk iets vertellen over structuleren. U weet wel, het structureren van leermomenten zodat het verhaleren optimaal tot zijn recht komt. Onthoud die twee: structuleren en verhaleren vormen de kern van de brandweerlerende organisatie. Waar verhaleren gaat over het op de juiste manier aanbieden van informatie voor brandweermensen, gaat structuleren over het organiseren van verhaleren. Want voor alle zekerheid: we gaan natuurlijk niet ad random een beetje verhalen rondstrooien binnen de brandweer. Het moet wel een doel en richting hebben. Het moet passen bij het eigen korps, bij de relevante scenario’s voor het eigen verzorgingsgebied. Aansluiten bij de beleving en deskundigheid van jouw club, jouw mensen. En bij die van de buren misschien, met vergelijkbare problemen en oplossingen. Maar het hoeft minder te passen bij de collega’s aan de overkant van het land. Want die zijn weer bezig met het structuleren van hun eigen zaken. Zo ongeveer zit dat dus, met structuleren. In het netwerk repressie is op 15 oktober ook uitgebreid gesproken over verhaleren en structuleren. Alleen noemden we het toen nog niet zo. Wat we wel vastgesteld hebben is dat het netwerk niet optimaal ingericht was om de lerende organisatie te faciliteren. Om twee redenen eigenlijk. Ten eerste was het wel een heul grote groep geworden met meer dan 25 mensen. Te groot om slagvaardig er op los te gaan. En daarnaast was het aanbod van onderwerpen nogal divers en ongelijksoortig. Waardoor er te veel tijd ging zitten in ad hoc zaken, en te weinig gelegenheid overbleef voor discussie over structurele verbeteringen. Daar heb je immers tijd voor nodig. De oplossing van het netwerk is bloedsimpel. Terug naar een districtenindeling zoals die binnen het Platform Gevaarlijke Stoffen overigens nog van kracht was: Groningen, Drenthe en Friesland; Gelderland en Overijssel; Utrecht, Flevoland en Gooi - en Vechtstreek; Brabant, Zeeland en Limburg; Noord Holland; en tot slot Zuid Holland. Brand&Brandweer

Met een districtsindeling wil het netwerk aansluiten bij de theorie van Argyris en Schön (A + S) over organizational learning. A + S maken een onderscheid tussen single loop leren en double loop leren. In ‘Van rampen leren’ omschrijft Menno van Duin single loop leren als volgt: ‘Het is een leerproces waarbij een organisatie handelingen corrigeert binnen de bestaande structuur, veronderstellingen en normen. (..) Een organisatie signaleert lacunes en fouten en corrigeert deze vervolgens. De organisatie zelf wijzigt nauwelijks als gevolg van deze aanpassingen.’ Dus als de Onderzoeksraad Voor Veiligheid naar aanleiding van het ongeval bij de Punt adviseert om een lesbrief over koude rookgasexplosies te ontwikkelen, dan is dat single loop learning pur sang. Naast de Flashover- en de Backdrafttraining gaan we nu ook koude rookgasexplosietraining doen. Hartstikke goed, maar besef dat het een reparatie is van bestaande werkwijzen. Niks mis mee, als je het maar weet. In dezelfde categorie vallen verbeteringen aan zaklampen, man down systemen, de noodprocedure en gestandaardiseerde kleurenhesjes. En allerlei andere zaken die korpsen tegenkomen in hun dagelijks werk, slimmigheidjes die het waard zijn om uit te wisselen, passend bij je verzorgingsgebied en dat van de buren. En Menno, wat kan je ons vertellen over double loop leren? ‘Double loop leren is een meer ingrijpende vorm van leren. De grondslagen van de organisatie, bestaande veronderstellingen en normen veranderen mee bij de aanpassingen ten behoeve van de correctie van fouten.’ De aanbeveling van de commissie Helsloot, ook naar aanleiding van De Punt, om de standaard (offensieve) binnenaanval en de (defensieve) buitenaanval aan te vullen met een defensieve binnenaanval en een offensieve buitenaanval, is een voorbeeld van double loop leren. De manier van werken bij bedrijfspanden wordt fundamenteel veranderd: niet meer automatisch naar binnen, tenzij de veiligheid en noodzaak het toelaten. Double loop leren zit heel dicht aan tegen het ontwikkelen en beheren van brandweerdoctrines. Dat moet gaan gebeuren in de Kerngroep Repressie. Die Kerngroep bestaat uit de voorzitters van de districten en van de platformen, aangevuld met enkele adviseurs op persoonlijke titel. Daarmee is de link naar de dagelijkse praktijk verzekerd. Ervaringen uit de districten die het double loop traject in zouden moeten, kunnen aangedragen worden via de voorzitters. Tegelijkertijd is er tijd en ruimte voor de kerngroep om vooruit te denken en de aansluiting te zoeken op de Strategische Reis. Bijblijven en vooruitdenken in één coherente netwerkstructuur: dat is structuleren. ■

nummer 12 december 2009 605


preventie

‘Gebouwen kunnen nooit 100%

fotografie: Stock.xchng

In 2008 zijn er in Nederland maar liefst 97 mensen omgekomen bij een brand. Na incidenten in Enschede, Volendam en op Schiphol is bekend dat de regels voor brandveiligheid niet altijd goed worden nageleefd. De VROM-Inspectie bevordert de naleving en uitvoering van de VROM wet- en regelgeving op het gebied van brandveiligheid. Projectleider brandveiligheid VROM-Inspectie Hans Schipper, een van de sprekers op het congres: Het managen van Brandveiligheid, vertelt over leerpunten uit VROM-rapporten.

De VROM-Inspectie krijgt tijdens onderzoek vaak te maken met geblokkeerde vluchtwegen.

door Neeltsje Marije de Boer

De twee onderzoeken naar brandveiligheid van politiecellen en studentenhuisvesting zijn net afgerond. ‘We zijn nu bezig met de voorbereiding van een onderzoek naar de brandveiligheid van zorginstellingen. En volgend jaar staan onder andere de bioscopen/theaters en kinderdagverblijven op het programma’, vertelt Schipper. Er zijn in principe drie redenen waarom de VROM -Inspectie besluit om een onderzoek te doen naar brandveiligheid. ‘Ten eerste op basis van een risicoanalyse. Ten tweede op verzoek van de politiek. Denk hierbij bijvoorbeeld aan ons onderzoek naar brandveiligheid van gevangenissen. Dit is gedaan naar aanleiding van de Schipholbrand en het bijbehorende rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid’, vervolgt Schipper. ‘We kunnen ook besluiten om een onderzoek te gaan doen op basis van signalen die we krijgen uit de samenleving.’ De inspectie 606 nummer 12 december 2009

onderzoekt eigenlijk altijd panden die al in gebruik zijn. ‘Bij een enkele uitzondering komen we langs tijdens de bouw, maar dan kun je niet controleren op de gebruiksaspecten en hoe de BHVorganisatie werkt.’ Voor VROM blijft het bij een inspectie. ‘We zijn geen toezichthouder. Dat is de rol van de gemeente. Zij zijn degene die sancties kunnen opleggen aan bedrijven en naderhand controleren of er daadwerkelijk verbeteringen zijn uitgevoerd. Maar als ik een gebouw inspecteer en de situatie is zo ernstig dat er direct handhavend moet worden opgetreden, dan doet de gemeente dat over het algemeen ook.’ Samenhang Wat Schipper opvalt is dat er niet altijd goed wordt gekeken naar de samenhang van bouwkundige en gebruiksaspecten. ‘De afdeling Bouw- en Woningtoezicht van de gemeente en de brandweer opereren te vaak onafhankelijk van elkaar op het gebied van verSdu Uitgevers


preventie

brandveilig zijn’ gunningen en toezicht. Het gebeurt regelmatig dat we tijdens een onderzoek bij de gemeente verschillende bouwtekeningen tegenkomen van hetzelfde pand. De gebruiksvergunning heeft dan bijvoorbeeld een bouwtekening waarop ook recente verbouwingen zijn aangegeven, terwijl de afdeling Bouw- en Woningtoezicht nog beschikt over een oudere versie van de bouwtekening waarop de verbouwingen van het pand niet zijn doorgevoerd. Dit komt natuurlijk omdat er zonder bouwvergunning is verbouwd, maar ook omdat de brandweer en de afdeling Bouw- en Woningtoezicht niet goed samenwerken. Als de beide tekeningen naast elkaar waren gelegd, had men kunnen zien dat er iets niet klopte, bijvoorbeeld dat een brandcompartimentering is doorbroken.’ Een ander verbeterpunt is het feit dat de brandweer bij een preventieve controle voor de gebruiksvergunning niet altijd let op de bouwkundige zaken. ‘Als bijvoorbeeld de compartimentscheidingen in een gebouw niet deugen, wordt er vaak door de brandweer niets mee gedaan. Maar hierbij moet wel gezegd worden dat niet alle brandweerlieden beschikken over voldoende bouwkundige kennis. Ook behoort controle van bouwkundige aspecten vaak niet tot de formele taak van de brandweer. Een gevolg hiervan is wel dat door de brandweer gecontroleerde panden soms toch niet voldoende brandveilig zijn.’ Controleren VROM heeft een maatstaf van eisen waar een gebouw aan moet voldoen. In principe zijn dat de eisen uit het Bouwbesluit en het Gebruiksbesluit. ‘Dit toetsen we aan de hand van een checklist. De lijst verschilt weleens per gebouw en gebruiksfunctie. Bij een winkel zijn er weer andere punten belangrijk dan bij een gevangenis waar mensen zijn opgesloten’, vervolgt Schipper. Belemmeringen die Schipper vaak tegenkomt bij inspecties zijn geblokkeerde vluchtwegen. ‘Maar je ziet ook vaak nooduitgangen die op slot zijn, blusmiddelen die niet voldoen aan de eisen of brandmeldinstallaties die niet kloppen.’ Brandveiligheid staat bij bedrijven lang niet altijd bovenaan de prioriteitenlijst.‘Het economisch belang staat vaak voorop. Dat zie je ook in de periode rond Sinterklaas en Kerstmis, een drukke periode voor winkeliers. Dan staan bij veel winkels de vluchtwegen vol met extra voorraden.’ In 2007 heeft de VROM-Inspectie rond Sinterklaastijd een onderzoek gedaan bij vijftien winkelketens in Amsterdam, Utrecht en Almere. In drie dagen tijd werden ruim veertig winkels bezocht door de inspectie. De resultaten waren niet goed. In veel winkels waren de vluchtwegen slecht aangegeven of de aanduidingen niet goed verlicht. In ruim de helft van de gevallen was een nooduitgang niet vrij van obstakels en soms zelfs volledig geblokkeerd. Maar het kan ook anders. ‘Er zijn ook winkelketens waar je als inspecteur wel gelukkig van wordt. Vluchtwegen die goed zijn aangegeven en vrij van obstakels en waar het personeel regelmatig oefent op mogelijke scenario’s.’ Hotels De inspectie heeft het afgelopen jaar een onderzoek gedaan naar de naleving brandveiligheid bij oude kleine hotels. Steekproefsgewijs zijn honderd kleine hotels met minder dan Brand&Brandweer

dertig kamers en gebouwd voor 1980 onderzocht. Dit is belangrijk omdat de gasten in het hotel overnachten en vaak niet bekend zijn met het gebouw. ‘Met het onderzoek wil je natuurlijk niet alleen de brandveiligheid van de onderzochte hotels verbeteren. Het gaat ons om de hele branche, maar we hebben niet de capaciteit om ieder hotel te controleren en dat is ook niet onze taak.’ Om het effect van een onderzoek te vergroten probeert de VROM-Inspectie vaak de branche organisatie bij het onderzoek te betrekken, in dit geval de brancheorganisatie Koninklijke Horeca Nederland (KHN). Uit het onderzoek naar de oude hotels kwam naar voren dat veel hoteleigenaren moeite hebben met de ingewikkelde regelgeving voor brandveiligheid. Daarom heeft de inspectie in samenwerking met de brancheorganisatie voor de hoteleigenaren een handreiking geschreven. ‘In deze handreiking staat praktische informatie over hoe de eigenaren de brandveiligheid in het hotel kunnen verbeteren. Het onderzoek en de handreiking zijn door de KHN onder de aandacht gebracht bij haar leden.’ Normaal gesproken doet de inspectie bij brandveiligheid slechts één onderzoek. ‘Deze keer hebben we een uitzondering gemaakt. We wilden weten of de voorlichting via de handreiking en de KHN ook effect heeft gehad.’ Hiervoor zijn hotels benaderd die niet meegedaan hebben aan het onderzoek. ‘Met de vraag of de hoteleigenaren het onderzoek en de handreiking kenden en ook iets met de tips en de conclusies hadden gedaan. Met andere woorden of ze naar aanleiding van het onderzoek de brandveiligheid in hun eigen hotel hadden gecheckt.’ Gebouwen De gebouwen die worden geïnspecteerd zijn niet allemaal gelijk. Er zit bijvoorbeeld veel verschil tussen een inrichting die is gehuisvest in een modern gebouw of een inrichting in een oud pand. Toch maakt dat volgens de inspectie niet uit. ‘De regel is dat een gebouw moet voldoen aan het Bouwbesluit. Hierin staan bouwvoorschriften waaraan alle bestaande bouwwerken in Nederland minimaal moeten voldoen.’ Hierdoor is er wel verschil qua brandwerendheid van wanden etc. Bij nieuwbouwprojecten wordt er tegenwoordig meer aandacht besteedt aan brandveiligheid en die gebouwen zijn dus over het algemeen ook veiliger. ‘Maar het is een illusie om te denken dat panden 100% veilig kunnen zijn.’ Vooral bij oudere panden stuit de inspectie vaak op tekortkomingen. ‘Het is dan soms de vraag of een investering voor de eigenaar wel acceptabel is, in verband met de kosten. Maar dan kan er altijd nog met de gemeente gezocht worden naar een gelijkwaardige oplossing die minder geld kost.’ Van alle onderzoeken die Schipper inmiddels voor de VROM-Inspectie heeft gedaan, zijn een paar hem toch wel erg bijgebleven. ‘Bijvoorbeeld het onderzoek naar de brandveiligheid van discotheken. Dit was mijn eerste grote brandveiligheidsonderzoek als projectleider. De inspectie moest bovendien ’s nachts en in het weekend uitgevoerd worden, aangezien de veiligheidsrisico’s in een discotheek dan het grootst zijn. En voor mij was het niet zo gebruikelijk om zaterdags rond één uur ’s nachts op inspectie te gaan.’ ■ nummer 12 december 2009 607


dubbel I Nterview

Afschaffen automatische Maar liefst 97% van alle automatische brandmeldingen (55.600 in 2008) is loos alarm, zo blijkt uit onderzoek. De brandweer rukt dus veel te vaak voor niets uit. Dat kost niet alleen veel geld, maar geeft ook een hoop frustratie. En daar moet verandering in komen. Het afschaffen van de automatische doormelding naar de meldkamer moet uitkomst bieden. Regionaal commandant veiligheidsregio Noord- en OostGelderland Koos Scherjon en hoofd risicobeheersing Jos van der Maat van de brandweer Groningen geven hun mening. Koos Scherjon Wat is de aanleiding geweest voor het onderzoek? ‘In de Raad van Regionaal Commandanten is een jaar geleden gesproken over hoe het aantal onterechte uitrukken teruggebracht kan worden. Een expertgroep heeft onderzoek gedaan en daaruit blijkt dat het in veel gevallen gaat om automatische brandmeldingen waar de brandweer onnodig voor uitrukt. Op regionaal en lokaal niveau zijn verschillende initiatieven genomen om het aantal loze meldingen terug te dringen door het uitdelen van boetes en rode kaarten. Dit leverde slechts 10% minder brandmeldingen op. En dat is te weinig, dus zal er naar een meer onconventionele oplossing gezocht moeten worden, het afschaffen van de automatische doormelding naar de meldkamer bijvoorbeeld.’ 97% loos alarm, hoe kan dat percentage zo hoog liggen? ‘Door storingen kan het gebeuren dat brandmeldinstallaties onnodig afgaan. Maar uit onderzoek blijkt dat onzorgvuldig gedrag vaak de oorzaak is van onterechte meldingen. Dat heeft te maken met de cultuur van een organisatie. Er is te weinig aandacht voor bij het management. ‘De brandweer rijdt wel als het alarm gaat’. En dat is een verkeerde gedachte. Bovendien zijn het vaak dezelfde bedrijven waar de brandweer onnodig voor uit moet rukken.’ De verantwoordelijkheid komt bij de gebruiker / eigenaar van het pand te liggen? ‘Na de Schipholbrand is er een nieuwe visie op brandveiligheid ontwikkeld. De verantwoordelijkheid van de eigenaar/gebruiker is benadrukt. Denk aan de invoering van het Gebruiksbesluit. Door het afschaffen van de automatische doormelding, wordt die verantwoordelijkheid verder uitgebreid. Automatische doormeldingen blijven natuurlijk gehandhaafd voor instellingen waar minder zelfredzame personen verblijven. Bijvoorbeeld gezondheidszorggebouwen, zorgwoongebouwen, kinderdagverblijven en cellen.’ Wat houdt het afschaffen van de doormelding in? ‘Het idee is dat de brandweer pas uitrukt, als er echt brand is. Bedrijven worden in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor de alarmopvolging van een automatische brandmeldinstallatie. Indien er inderdaad brand is, moeten zij de meldkamer bellen en dan rukt de brandweer uit. Organisaties en instellingen die ’s avonds of ’s nachts niet bemand zijn, zullen voor de alarmopvolging een oplossing moeten bedenken. Het afschaffen van de automatische doormelding zal niet leiden tot het opheffen van korpsen. Het aantal uitrukken zal dalen, maar kazernes zullen altijd bemand moeten blijven, om de dekking van het maatgevend risico te kunnen waarborgen. Wat de gevolgen exact zijn, hoe de vervolgactie eruit komt te zien, zal volgend jaar blijken. In de herfst van 2010 moet het voorstel klaar zijn.’

608 nummer 12 december 2009

Sdu Uitgevers


dubbelinterview

doormelding naar de meldkamer? Jos van der Maat Hoe denkt u over het afschaffen van de automatische doormeldingen naar de meldkamer? ‘Uiteraard ben ik voor het terugdringen van het aantal loze meldingen. Ook in onze regio gebeurt het nog veel te vaak dat we voor niets uitrukken. Ik vind het goed dat deze discussie op gang komt en het is belangrijk dat er maatregelen genomen worden. Maar het is nu nog een stap te ver als een expertgroep voor heel Nederland gaat bepalen dat alle automatische doormeldingen voor een groot deel afgeschaft moeten worden.’

‘Er zijn landelijke ervaringen dat de ondernemer zich wél meer bewust wordt als er opgetreden wordt tegen loze meldingen.’

Hebt u een andere optie? ‘Op dit moment wordt er hard gewerkt aan een gezamenlijke meldkamer voor de drie noordelijke provincies die vanaf september 2011 in Drachten moet komen. Circa 2460 brandmeldinstallaties worden dan aangesloten op deze meldkamer. Als projectleider ben ik verantwoordelijk voor de Europese aanbesteding van een nieuw Openbaar Meldsysteem (OMS). Een enorme en unieke operatie. Toen ik enkele weken geleden tijdens een bijeenkomst van het Landelijk Netwerk Brandpreventie hoorde van de ideeën om de automatische doormelding naar de meldkamer grotendeels af te schaffen, gingen mijn haren wel even recht overeind staan. We zitten midden in een enorme operatie die we niet zomaar kunnen stoppen.’ Een nieuwe OMS voor drie regio’s, hoe moet dat eruit komen te zien? ‘Wij zijn bezig om op basis van de huidige wetgeving een kwaliteitsslag te maken. Er zijn drie stappen die we willen zetten. Ten eerste, voorlichting naar de gebruikers. Nu nemen bedrijven en instellingen geen moeite om te gaan kijken als de automatische brandmelder afgaat. Wij willen meer bewustwording creëren bij de gebruiker. Daarnaast willen wij meer toezicht houden. Als bedrijven niet aan de aansluitvoorwaarden voldoen, moet daar wat aan gedaan worden. Onder kwaliteitsslag wordt ook de kwaliteit van brandmeldinstallaties verstaan. Op dit moment is 80% van alle brandmeldinstallaties niet gecertificeerd, en daar moet verandering in komen. Als installaties gecertificeerd zijn, moeten ze aan de normen voldoen en zo niet, dan kunnen er sancties opgelegd worden, zoals boetes. De discussie die nu wordt gestart is op zich prima, maar helpt nu niet om bij onze 2460 abonnees deze kwaliteitsslag te gaan maken.’ Volgens Koos Scherjon levert het uitdelen van boetes te weinig op. ‘Er zijn landelijke ervaringen dat de ondernemer zich wél meer bewust wordt als er opgetreden wordt tegen loze meldingen. Ik denk dus niet dat je die uitkomsten, 10% minder brandmeldingen, over één kam mag scheren. Nogmaals, de gedachte is niet verkeerd maar het idee is nog vrij pril, wat het exact gaat betekenen voor de brandweer en bedrijven is nog niet bekend. Daarom is het belangrijk dat er goed naar de initiatieven in het land worden gekeken voordat het afschaffen definitief een feit wordt.’ ■

Brand&Brandweer

nummer 12 december 2009 609


De oefenrubriek

Inrichten noodontsmettingsveld en ontsmetten chemiepakdragers In eerdere edities van Brand&Brandweer hebben we een inzet met chemiepak behandeld. Ook de aankleedprocedure en het onder druk zetten van een afdichtingkussen is aan bod geweest. Deze maand behandelen we het inrichten van een noodontsmettingsveld en het ontsmetten van chemiepakdragers na een inzet.

bron: Hulpverleningsdienst Regio Twente

De oefenrubriek is gemaakt in samenwerking met oefencentrum Noord BV locatie Wijster. Fotografie: Jolanda Haven, PS-Produkties

Zo ziet het gebied eruit. Minimaal 25 meter (voorlopige opstellijn) vanaf het brongebied wordt het noodveld ingericht.

1

610 nummer 12 december 2009

De benodigdheden voor het inrichten van een noodontsmettingsveld. Twee zeilen, pionnen, meerdere slangen en twee straalpijpen. Bovendien zijn een borstel, zeep en een emmer nodig voor het ontsmetten. Lakmoespapier kan eventueel na het ontsmetten worden gebruikt om te controleren of het ontsmetten voldoende is geweest. Met het oranje zeil wordt een opvangbadje gemaakt voor het besmette water. Daar staat degene op die ontsmet moet worden. Het badje wordt met behulp van een brandslang gemaakt, daaroverheen wordt het oranje zeil gelegd. De andere slangen zijn voor het maken van een opstellijn en het afspoelen van de chemiepakdragers. EĂŠn straalpijp is bedoeld voor het afsluiten van de slang die gebruikt wordt voor het opvangbadje, zodat het water in de slang blijft. De andere straalpijp is voor het afspoelen. De pionnen kunnen eventueel gebruikt worden voor het afzetten van het gebied. Het blauwe zeil is voor het uittrekken van het ontsmette chemiepak en het aankleden van de chemiepakdrager na de inzet.

Sdu Uitgevers


De oefenrubriek

2

3

Met de brandslang wordt een opvangbadje gemaakt. De straalpijp wordt aan de slang bevestigd en vervolgens gevuld met water. De slang wordt in een cirkel gelegd. Dit kan enkel maar ook dubbel, zodat het badje dieper wordt.

4

Het oranje zeil wordt over de slang gelegd. Zorg ervoor dat het besmette water niet over de rand kan lopen door het zeil als het ware in te pakken. Hier komt ook de emmer in te staan samen met de boender en de zeep, evenals de straal voor het afspoelen.

5

Zodra het badje is ingericht, wordt het blauwe zeil neergelegd met een brandslang als definitieve opstellijn. Achter deze lijn is het schone gebied. Het noodontsmettingsveld is nu compleet en het ontsmetten kan beginnen.

6

Brand&Brandweer

Na het schoonboenen spoelen ze elkaar af. Dit kan ook door een collega gedaan worden. Belangrijk is wel dat hij of zij ademlucht om heeft. Bij het schoonspoelen is het ook weer belangrijk dat elke plooi gespoeld wordt.

7

Allereerst boenen de chemiepakdragers elkaar goed schoon. Met welk schoonmaakmiddel dat moet, is afhankelijk van de soort stof waarmee men in contact is geweest. De bevelvoerder kan dit in overleg met de OvD bepalen. In veel gevallen is water en groene zeep voldoende. Bij het boenen is het belangrijk dat elke plooi meegenomen wordt. Onder de oksels, de laarzen, alle lastige plekken dienen efficiĂŤnt schoongemaakt te worden.

Voordat de chemiepakdrager uit het badje stapt, moet ook onder de laars schoongespoeld worden. Nadat hij klaar is, stapt hij op het blauwe zeil en kan het uitkleden beginnen. In het januarinummer van Brand&Brandweer behandelen we het uitkleden van een chemiepakdrager.

nummer 12 december 2009 611


612 nummer 12 december 2009

Sdu Uitgevers


Postbus 7010 6801 HA Arnhem T (026)3552455 F (026)3515051 E info@nvbr.nl www.nvbr.nl

Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding De NVBR is de branchevereniging van en voor de brandweerzorg en rampenbestrijding in Nederland. Om de fysieke veiligheid van onze samenleving te vergroten, wil de NVBR de kwaliteit van de brandweerzorg en rampenbestrijding bevorderen. Dat gebeurt in nauwe samenwerking met alle partners in veiligheid.

NVBR dringt nodeloze uitrukken terug De brandweer is er voor het voorkomen van slachtoffers en onbeheersbare situaties bij brand. Dit is ook het belangrijkste uitgangspunt om te komen tot een drastische vermindering van het aantal nodeloze uitrukken. Op 29 oktober heeft een groep experts hiervoor een aanpak uitgewerkt. Daarna heeft de Raad van Regionaal Commandanten (RRC) deze aanpak op 6 november besproken. De RRC zette het streven naar minder nodeloze uitrukken kracht bij, door in te stemmen met het voorstel om verplichte doormeldingen gedeeltelijk te “schrappen”. Vermoedelijk zal hiertoe het Gebruiksbesluit worden herzien. Met deze wijzigingen wil de NVBR een reductie van minimaal 50 procent van het aantal onnodige uitrukken realiseren. Samen met de ministeries van BZK en VROM wil de NVBR de geschetste aanpak projectmatig uitwerken. Ook heeft de NVBR het plan om samen met het NIFV aan het begin van 2010 een congres over dit onderwerp te organiseren. De NVBR vindt dat helder moet zijn dat de verantwoordelijkheid voor brandveiligheid primair bij de eigenaren en gebruikers van gebouwen ligt. Op basis van een zorgvuldige risicodifferentiatie

kan een verantwoorde keuze gemaakt worden bij welke ‘gebouw­ functies’ de verplichte doormelding geschrapt kan worden. Als sprake is van niet- of verminderd zelfredzame personen in een ge­ bouw, dan blijft de verplichte doormelding voorlopig wel van kracht.

Cicero biedt handvatten voor leren, verbeteren en vernieuwen De brandweer boekt nog onvoldoende vooruitgang op het ­gebied van kwaliteitszorg ten opzichte van ketenpartners zoals de GHOR en de politie. Daarom heeft het NVBR-Netwerk Kwaliteitszorg een meerjarenvisie Kwaliteitszorg ontwikkeld met de werk­ titel Cicero. Dit plan biedt een aantal instrumenten waarmee de ­brandweer op het gebied van kwaliteitszorg een inhaalslag kan maken. Met ­subsidie van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en ­Koninkrijksrelaties wordt Cicero straks in de praktijk uitgevoerd. Voor een eerste deel is reeds subsidie verleend. Cicero biedt handvatten om te bevorderen dat er binnen de branche een cultuur ontstaat van leren, verbeteren en voordurend vernieuwen. Deze pagina is tot stand gekomen onder redactie van de NVBR

Een auditbureau gaat de uitvoering van Cicero op zich nemen. Een van de instrumenten van Cicero is een zogenaamde peer review. Dit is een toetsing waarbij de leiding van de korpsen bij elkaar op bezoek gaan om elkaar te bevragen en in elkaars keuken te kijken aan de hand van het INK managementmodel. Het auditbureau gaat hiervoor een kader ontwikkelen en de peer reviews organiseren. Een vernieuwd normen­ boek wordt de basis van de audits in de regio. Een ander instrument is de pre-test (steekproef onder de doelgroep). De branche wil een grotere rol in de ontwikkelingen van de eigen normeringen. Door in een vroeg stadium pre-tests te houden, wordt bekeken of de normering echt een bijdrage levert aan de kwaliteitsver­ betering. Cicero heeft in zijn totaliteit een looptijd van drie jaar. nummer 12 december 2009 613


Netwerkvoorzitter Conny Schumacher gaat met pensioen De voorzitter van het NVBR-netwerk ­Kwaliteitszorg, Conny Schumacher, stopt er na drie jaar mee. ‘Ik ga met keuze­ pensioen,’ aldus Conny Schumacher. ‘Dus ik stop zowel bij de Hulpverleningsdienst Drenthe als bij het netwerk.’ De bijna oudvoorzitter is er blij mee dat in de afgelopen drie jaar de professionalisering en de uniformiteit bij de brandweer is toegenomen. Het voorzitterschap had voor Schumacher wel consequenties voor haar baan bij de Hulpverleningsdienst Drenthe. ‘Ik dacht dat ik het voorzitterschap er wel even naast kon doen. Maar het nam meer tijd in beslag dan ik van te voren had gedacht. Elke week was ik bijna twee dagen fulltime aan de slag als voorzitter. Ik heb toen besloten om bij de regionale brandweer van functie te veran­ deren. Adviseur kwaliteitszorg was beter te combineren met het voorzitterschap dan

senior beleidsadviseur crisismanagement en rampenbestrijding.’ Onder voorzitterschap van Schumacher werd er bij het netwerk een meerjarenvi­ sie kwaliteitszorg ontwikkeld. ‘Het heeft bijna twee jaar gekost voordat alle par­ tijen het plan goedkeurden. Nu gaan we eindelijk van start met een kwartiermaker.’ ­Schumacher heeft nog wel een paar tips voor haar plaatsvervanger. ‘Het is belangrijk dat je veel draagvlak creëert bij de Regio­ naal Commandanten, het Veiligheidsbureau, het ministerie van BZK en last but not least de leden van het netwerk om zo nieuwe plannen uitgevoerd te krijgen. Hou vol en wees niet gefrustreerd als zaken meer tijd in beslag nemen dan je had gedacht en gehoopt.’ Schumacher zelf gaat nu genieten van haar pensioen. ‘Het laatste half jaar was ik zo druk met mijn werkzaamheden bij de brandweer dat ik nergens anders meer tijd

voor had. Ik wil straks mijn hobby beeld­ houwen weer gaan oppakken.’

Kwaliteitsprofiel voor Leeragentschappen Er moet een Kwaliteitsprofiel Leeragentschap opgesteld worden en de leerorganisatie moet verder worden uitgebouwd. Dat zijn de belangrijkste conclusies naar aanleiding van de derde Landelijke Netwerkdag Leeragentschap van begin november. Daarnaast moeten er meer dwarsverbanden aangegaan worden met andere netwerken. Op de derde Netwerkdag gaven de verschil­ lende projectgroepen een presentatie over hun vorderingen en ervaringen. Zo start de brandweer Drenthe binnenkort met een pilot ‘verbeterteams’ voor het leren van onderaf. Dit initiatief komt voort uit de urgente behoefte om met manschap­ pen en bevelvoerders in gesprek te raken over thema's als vertrouwen, veiligheid en meldingsbereidheid. Vanuit het korps in Utrecht licht Ramon Muller toe dat hier met een standaardiseerde evaluatiemethode gewerkt wordt: het First Impression Report (FIR). Hierbij wordt bekeken wat goed ging, wat beter kan, en enkele zelfbedachte ­verbeteracties.

Rien Verbiest (IOOV, links op de foto) en Ricardo Weewer (Brandweer Amsterdam-Amstelland) bespreken het programma ter voorbereiding op het IOOV Congres op 25 november 2009.

Algemeen kan worden gesteld dat de term 'leeragentschap' mogelijk de indruk wekt een uitvoerend orgaan te zijn, maar uiteindelijk behouden de afzonderlijke

organisatie-onderdelen te allen tijde hun lijnverantwoordelijkheid voor kwaliteit. Het leeragentschap kan als bewaker van het proces nooit verantwoordelijk worden

614 Deze pagina is tot stand gekomen onder redactie van de NVBR

gesteld voor de inhoudelijke aspecten van verbeteringen. Het volledige verslag van 13 november is te vinden op www.nvbr.nl. Sdu Uitgevers


foto: Dick Arentsen

foto: Marcel Winter (met dank aan Texelphoto.nl)

foto: Dick Arentsen

Brandweer zet tankwagens van Defensie in

De Brandweer Texel beschikt sinds eind mei over een tankwagen die voorheen dienst deed bij Defensie. De extra watervoorzieningscapaciteit (maar liefst 21.000 liter) biedt uitkomst bij het blussen van duin- en heidebranden en in bluswaterarme gebieden. De nieuwe aanwinst kwam op 27 juli al goed van pas bij het blus­ sen van een grote buitenbrand (zie foto rechtsboven). Ook tijdens de duinbranden bij Schoorl werd deze benut. De inzet van deze tankwagen blijkt zo effectief dat Texel de aanschaf van een tweede oplegger overweegt. Ook de Brandweer Ede heeft een zogenaamde ‘BTM’ (tankwagen) aangeschaft voor inzet tijdens bosbranden. Diverse andere korpsen, zoals de brandweer Zuid-Limburg, de Gezamenlijke Brandweer en de Veiligheidsregio Zeeland hebben interesse getoond. In de afgelopen jaren is het bij natuurbranden diverse keren voorgekomen dat de brandweer snel ter plaatse was, maar dat het door omstan­

digheden nog lang duurde voordat een constante aanvoer van water gerealiseerd was. Met deze tankwagen kan een tankautospuit wel tien keer bijtanken.

RRC zet belangrijke stappen op gebied van risicobeheersing De focus moet nadrukkelijker op de voorkant van de veiligheidsketen komen. Programmaleider Elie van Strien leidde met een vurig pleidooi hiervoor de conferentie van de Raad van Regionaal Commandanten (RRC) in. Op deze conferentie van 6 november stonden diverse toekomstbepalende ontwikkelingen op het gebied van risicobeheersing en het maatschappelijk nut daarvan centraal. Uit recente statistische gegevens blijkt er geen significante afname van het aantal branden te zijn. Wel blijken het aantal doden bij brand en de schadebedragen te zijn gestegen. Het pleidooi van Van Strien werd ondersteund

door een film die de noodzaak van focus op risicobeheersing heel duidelijk maakte: terug­ dringen van het aantal slachtoffers bij branden en andere incidenten. In parallelsessies volgde vervolgens een viertal inleidingen over wezen­ lijke thema's voor de brandweer: 1. het vergroten van het veiligheidsbewust­ zijn (brandveilig leven/community safety); 2. het fundamenteel terugdringen van node­ loze uitrukken; 3. het creëren van een afwegingskader voor veiligheidsvraagstukken; 4. het bieden van handvatten over het beargumenteerd afwijken van vastgelegde opkomsttijden voor de brandweer.

Deze pagina is tot stand gekomen onder redactie van de NVBR

Na de inhoudelijke debatten gaf Van Strien een doorkijk naar een voorgenomen orga­ nisatieverandering binnen het programma risicobeheersing. Dit is nodig om in de nabije toekomst onze slagkracht te vergroten en een grotere betrokkenheid van de regio's te orga­ niseren. De programmaraad denkt hierdoor de komende jaren nóg meer resultaat aan de voorkant van de veiligheidsketen te kun­ nen boeken. Op korte termijn volgt hierover nadere informatie. Het complete bericht vindt u op de NVBRwebsite, onder ‘NVBR nieuws’, gedateerd: 9 november 2009

nummer 12 december 2009 615


Nieuwe medewerkers bij NVBR

Agenda 7 december • Vergadering Vakgroep ART • Vergadering Strategische Reis 9 december • Conferentie Strategische Reis 10 december • Vergadering Netwerk Crisisbeheersing & Rampenbestrijding • Vergadering Programmaraad Informatiemanagement • Vergadering Programmaraad Risicobeheersing 11 december • RRC vergadering • Adviesraadvergadering • Bestuursvergadering NVBR

Erik Saaltink (links op de foto) en Michel Versteeg

Erik Saaltink, financieel adviseur ‘Mijn carrière startte ik als projectadministra­ teur waterstaatswerken en dijkverbetering bij de waterschappen. In 1995 heb ik het extreem hoge water en de evacuatie van het Land van Maas en Waal en de Bommelerwaard meegemaakt. Het professi­ onele optreden van de brandweer heeft toen veel indruk op mij gemaakt. In 1998 ging ik als financieel-economisch adviseur bij de brandweerregio Stedendriehoek aan de slag. Naast deze financiële functie was ik ook betrokken bij samenwerking- en fusie­ projecten van de brandweermeldkamers, waaruit de Veiligheidsregio Noord- en OostGelderland is ontstaan. Ik maakte ook deel uit van het NVBR-netwerk Finance & Control. Ik houd ervan om kennis en erva­ ringen met anderen binnen netwerken uit te wisselen en denk dat ik bij de NVBR dan ook in mijn element zal zijn. Ik hoop dat ik in mijn nieuwe functie veel voor de brand­ weer in Nederland kan betekenen.’

Michel Versteeg, communicatieadviseur ‘Ruim vijftien jaar werkte ik als adviseur voor diverse communicatieadviesbureaus. Dat heb ik met veel plezier gedaan. Toch was ik toe aan iets anders; iets waarin ik mijn kwaliteiten kon inzetten voor de samenleving. Vanuit mijn hobby als gelicenseerd zendamateur sloot ik mij als vrijwilliger aan bij stichting DARES, die al jaren bezig is een noodnet in geval van rampen en calamiteiten op te zetten. Niet veel later werd ik gevraagd om in het bestuur zitting te nemen en de communicatie en public relations te verzorgen. Vlak voor ‘EU Exercise FloodEX’ deed zich de kans voor om bij de NVBR beroepsmatig met communicatie en veiligheid bezig te zijn. Die kon ik natuurlijk niet onbenut laten. Binnen het team communicatie vormen diverse projecten, zoals de ‘strategische reis’ over de veranderende rol van de brandweer, voor mij een prachtige uitdaging.’

616 Deze pagina is tot stand gekomen onder redactie van de NVBR

14 december • Portefeuillehoudersoverleg Meldkamerdomein • Vergadering Strategische Reis 15 december • Vergadering gebruiksgroep brandweer.nl • Vergadering Netwerk Repressie 16 december • Vergadering kernteam Finance & Control • Vergadering Netwerk MOTO 17 december • Vergadering Project Kwaliteit Brandweerpersoneel 21 december • Vergadering Strategische Reis 22 december • LNP Commissievergadering

Sdu Uitgevers


Deze maand in GRIP4 Griepvaccinatie: een gigantische klus Huisartsen begonnen vanaf 6 november met het inenten van risicogroepen en zorgpersoneel. De grootschalige inentingen tegen de Mexicaanse griep vergden een enorme voorbereiding. In grote hallen overal in het land kwamen burgers de vaccinatie halen. GRIP4 nam een kijkje in Groningen. Grensoverschrijdende crisisbeheersing verder uitgewerkt Het actieplan Senningen wordt op het gebied van veiligheid verder aangescherpt. Dit stelt secretaris-generaal van de Benelux, Jan van Laarhoven, tijdens het Veiligheidscongres 2009 in Den Haag begin november. Het gaat om grensoverschrijdende samenwerking in de Benelux op het gebied van crisisbeheersing, politiesamenwerking en de strijd tegen terrorisme.

GRIP 3 in Dronrijp Lekkend salpeterzuur zorgt op 6 november voor een GRIP 3-situatie in het Friese dorp Dronrijp. Een gaswolk ontstond toen een slang was geknapt. In heel Friesland gaan de alarmsirenes, terwijl dat alleen in de omgeving had gemoeten. Commandant Nettie Karelse en operationeel leider Rienk van de Ven doen verslag. Interview oud-burgemeester Ken Livingstone Voormalig burgemeester Ken Livingstone van Londen maakte indruk door zijn daadkrachtige en empathische optreden toen Londen in 2005 werd opgeschrikt door terroristische aanslagen op metrostellen en een dubbeldekker. GRIP4 sprak met hem tijdens het Veiligheidscongres.

Krachten bundelen Programmabureau Cens2, een initiatief van de Politie Academie, NIFV en de Nederlandse Defensie Academie, heeft als doel het multidisciplinair oefenen en opleiden naar een hoger plan te tillen. Krachtenbundeling is het toverwoord. Informatie blijft nu nog te vaak binnen de eigen kolom hangen. Hoofd programmabureau Jan Tuinder vertelt hierover.

Brandweer Friesland heeft nog heel wat te verbeteren De brandweer in Friesland presteert onder de maat. Dat blijkt uit een rapport dat in opdracht van de Friese gemeenten is uitgevoerd. Het onderzoek richt zich op de kwaliteit en de financiën van de brandweer. En die zijn niet in orde, zo concludeert het rapport.

Ook op het gebied van preventie gaat niet alles naar wens. Volgens het rapport kent de brandweer te weinig ontruimingsplannen van instellingen en is de brandweer te laat betrokken bij advisering over brandveiligheid in gebouwen en bij het verlenen van horecavergunningen.

‘Uit het onderzoek naar de kwaliteit en de financiën van de brandweer in Friesland komt naar voren dat in algemene zin niet volledig aan de gehanteerde normen wordt voldaan’, zo staat in het rapport. Twaalf van de zestien Friese korpsen scoren onvoldoende op het gebied van proactie, het inventariseren van risico’s. Tijdens gesprekken die de onderzoekers voerden met brandweermensen werd regelmatig gezegd dat het onderwerp proactie te weinig prioriteit krijgt. Ook zou Friesland een tekort aan expertise op dit vakgebied kennen.

Gemiddeld komt bij bijna vijftig procent van de uitrukken de brandweer niet binnen de daarvoor gestelde tijd aan bij de plaats van het incident. Dat is tien procent minder als er een extra minuut bij die termijn wordt opgeteld. Misschien dat dit iets te maken heeft met de bezetting van de voertuigen. Zeven van de zestien korpsen geeft aan hiermee problemen te hebben. Soms rukken voertuigen zelfs uit zonder dat de bezetting voldoet aan de uitrukprocedures.

Brand&Brandweer

nummer 12 december 2009 617


bestuur en organisatie

Brandweer Leeuwarden begint voorzichtig aan tweede loopbaan Het Functioneel Leeftijdsontslag (FLO) is afgeschaft. De afschaffing die nu al een aantal jaren geleden plaatsvond is niet zonder slag of stoot verlopen. In de plaats van het FLO is een regeling gekomen waarbij brandweerpersoneel na maximaal twintig bezwarende jaren doorstroomt naar een niet bezwarende functie. In april 2006 startte Leeuwarden als een van de eerste korpsen het project ‘Loopbaanbeleid Brandweer’. Het voornaamste doel was duidelijkheid verschaffen in het nieuwe FLO en het, ook nieuwe, tweede loopbaanbeleid. Hoe is het Leeuwarden sindsdien vergaan?

H

door zander Lamme

et personeel dat voor 1 januari 2006 in dienst kwam, valt onder het overgangsrecht. Ze mogen na twintig bezwarende jaren nog wel in hun functie blijven werken, maar moeten zich voorbereiden op een andere functie voor het geval ze medisch niet meer in staat zijn de functie uit te kunnen voeren. Nog steeds lijken maar weinig mensen te begrijpen of te willen begrijpen wat er precies is veranderd sinds de afschaffing van het FLO. Lieke van Poucke werkt als adviseur arbeidsvoorwaarden bij de gemeente Leeuwarden. Een half jaar geleden werd ze door het Leeuwarder brandweerkorps gevraagd om te helpen met het geven van voorlichting over het FLO en het tweede loopbaanbeleid. ‘Toen Leeuwarden in 2006 begon met het geven van voorlichting was er veel weerstand. De brandweermensen hadden een goed recht en dat was opeens verdwenen.’ Toen Van Poucke bij de brandweer begon was de grootste verontwaardiging voorbij. ‘Ik merkte tijdens de gesprekken die ik met iedereen voerde dat de mensen er in ieder geval al over nagedacht hadden. De acceptatie was er al.’ Van Poucke begeleidde met name ook de teamleiders van de Leeuwarders. Sinds januari dit jaar kent het korps teams van ongeveer twintig leden. Ieder team heeft zijn eigen leider. En die is verantwoordelijk voor het wel en wee van zijn leden, daaronder valt een tweede loopbaan ook. Overgang Een van de teamleiders is Marko Fennema. ‘Ik werk hier 36 uur per week als teamleider van zeventien mensen.’ In zijn team zitten zestien mensen die onder het overgangsrecht vallen. Een brandweerman kwam onlangs bij het korps in dienst. Hij valt onder de nieuwe regeling, dat geldt voor alle mensen die na 1 januari 2006 bij de brandweer zijn begonnen. Volgens Fennema

618 nummer 12 december 2009

zijn de meeste mensen in zijn team positief over het huidige overgangsrecht. ‘Bij de eerste gesprekken die ik nu met ze gevoerd heb bleek wel dat ze allemaal bereid zijn om er over na te denken.’ Toch zeggen veel mensen wel dat ze het goed hebben nu. ‘Hier bij de brandweer hebben ze een goede baan met goede secundaire arbeidsvoorwaarden. Vooral de mensen die in de 24-uurs diensten zitten, hebben veel voordelen. Zo’n baan vind je nergens meer terug. Voor de uren dat je overdag aan het werk bent krijg je een gewoon salaris. En voor de uren dat je vrij bent, maar wel op de kazerne bent, krijg je ook geld.’ In het team van Fennema zitten twee mensen die nu al bezig zijn met een opleiding met het oog op doorstroom naar een niet bezwarende functie. De twee mensen die druk bezig zijn met een opleiding, doen momenteel een HBO-opleiding. ‘De ene doet technische bedrijfskunde en de andere doet integrale veiligheid. Het zijn mensen die vooruit lopen, mensen die ambities hebben.’ Een van de mensen is Marco Veenstra (34). Sinds 1999 werkt hij bij brandweer Leeuwarden. Veenstra begon daar als brandwacht en werkt momenteel als instructeur. Als een van de eersten besloot de brandweerman dat hij niet eeuwig bij de brandweer moest gaan werken. ‘Ik vroeg me af of ik wel het maximale uit mezelf had gehaald’, aldus Veenstra. ‘Toen ik achttien was ben ik direct na mijn middelbare school bij defensie gaan werken. Na een aantal jaar werd ik daar onderofficier, doordat ik diverse bijscholingen had gedaan.’ Veenstra genoot van zijn werk, maar kwam in de knel toen hij een gezinsleven begon te krijgen. ‘Ik wilde voor mijn gezin een stabiele situatie hebben, zonder uitzendingen naarhet buitenland.’ Hij zag een vacature bij de brandweer in Leeuwarden. ‘Ik had bij defensie al een opleiding tot brandweerman gevolgd en kon in Leeuwarden dus gewoon aan de slag.’ Na een jaar of zeven bij de brandweer te hebben gewerkt, besloot Veenstra een HBO-opleiding technische Sdu Uitgevers


bestuur en organisatie

bedrijfskunde te gaan volgen. Het perfecte voorbeeld van een degelijke voorbereiding op een tweede loopbaan. In december hoopt hij zijn studie af te ronden. Hij is ondertussen al benaderd door een bedrijf dat is gespecialiseerd in de opbouw van brandweervoertuigen. ‘Een baan waarbij ik contact leg met klanten.’ Duidelijk geen baan met een bezwarende functie. Veenstra vindt het jammer dat niet iedereen zo enthousiast is over een tweede loopbaan. ‘Dat is echt een gebrek. Ik ben door mijn studie anders tegen dingen aan gaan kijken. Dat geeft mij een grote voldoening. Het is een verrijking.’ Hij wijst erop dat veel brandweermensen door gezondheidsproblemen op den duur mogelijk hun werk niet meer uit kunnen voeren. Daarnaast speelt de nieuwe regelgeving natuurlijk. ‘Wat dan?’, vraagt Veenstra zich af. Uitdaging Niet iedereen is al zo ver gevorderd met een tweede loopbaan. Fennema: ‘Ik weet niet of we veel dwarsliggers of tegenliggers hebben. Wel kan ik zeggen dat mensen echt het liefst voor altijd in hun huidige functie blijven.’ Michael Hoekstra, duikinstructeur bij de brandweer in Leeuwarden, staat aan het prille begin van zijn tweede loopbaan. Hoekstra heeft de keuze om weg te gaan of te blijven. ‘Maar ik weet dat als je op den duur bepaalde eisen voor de brandweer niet haalt, dat het dan ophoudt.’ De duikinstructeur weet nog niet zo goed wat hij precies gaat doen. ‘Ik werk vooral mee om de goede dingen eruit te halen.’ Op dit moment denkt hij aan een baan in de sociale dienstverlening. ‘Overdag zou ik wel tijd willen spenderen achter de computer, maar ik wil ook echt naar de mensen toe.’ Sociale dienstverlening is Hoekstra niet geheel onbekend. Bij de brandweer spreekt hij met mensen die bijvoorbeeld hebben geassisteerd bij een ernstig auto-ongeBrand&Brandweer

luk. Ook al kent hij het vakgebied al een beetje, toch zou Hoekstra graag meer willen weten over de eventuele volgende baan die hij gaat doen. ‘Ik zou voor de zekerheid eerst even een tijdje gaan stage lopen. Dan pas weet je echt wat je toekomst is.’ Niet alleen uit eigenbelang stelt Hoekstra zich beschikbaar voor het hele traject. ‘Ik hoop dat mijn ervaringen voor andere brandweermannen van belang kunen zijn. Mijn leerervaringen kunnen de volgende generatie, die aan een tweede loopbaan begint, helpen met de route die zij afleggen. Ik stap er nu volledig blank in. Als ik bijvoorbeeld naar een stage ga, dan weet ik nog niets. Moet ik met een chef meelopen of kan ik beter met iemand meelopen die de functie heeft die ik ook wil gaan doen? Ook zit ik te denken aan een procedureboek, waarin je alle banen die bij een gemeente beschikbaar zijn kunt overzien en waarin de hele procedure voor een tweede loopbaan kort en eenvoudig staat uitgelegd.’ Het is een aantal dingen waar Hoekstra veel over nadenkt. Hij vindt het belangrijk dat de Leeuwarder brandweer waarde hecht aan zijn bevindingen. ‘Als ik straks adviezen heb, dan hoop ik dat ze er ook wat mee gaan doen, mits dat mogelijk is natuurlijk.’ Voor de toekomst voorziet Fennema nog een probleem. ‘Als dertig mensen in een keer een opleiding gaan doen, dan hebben we niemand meer over om de brand te blussen, daarnaast zijn de kosten ook niet mis. Eigenlijk hebben we daarom meer geld nodig, maar dat is niet realistisch. Dus we moeten aan zeer strategische personeelsplanning gaan doen. Daar moet alvast hard aan gewerkt gaan worden.’ Fennema vindt het daarom belangrijk dat mensen snel aangeven wat ze voor opleiding willen gaan doen als ze stoppen bij de brandweer. ■

nummer 12 december 2009 619


risicobeheersing

Korpsen worstelen met De regelgeving rond brandveiligheid is de laatste jaren flink in beweging. Het Gebruiksbesluit bestaat twee jaar en wordt binnenkort opgenomen in de Omgevingsvergunning. Tegelijk speelt de regionalisering van korpsen. Lastig, zo oordelen betrokkenen. Een belronde langs drie gemeenten.

M

Door Marco van der Leest

et de invoering van het Gebruiksbesluit op 1 januari 2008 kwam de Gebruiksvergunning t e vervallen. Voor lokale brandveiligheidseisen kwamen landelijke regels in de plaats. Gebruikers van bouwwerken waar meer dan vijftig mensen verblijven hoeven tegenwoordig niet meer een vergunning aan te vragen, maar kennen een meldingsplicht. Ondernemers krijgen hiermee dus meer verantwoordelijkheid. Maar nemen zij die ook? Veel medewerkers risicobeheersing vreesden vooraf van niet. In het hele land klonk gemopper. Maar hoe kijken zij er nu tegenaan?

Nadeel Gebruiksbesluit: minder maatwerk ‘Ik heb niet de indruk dat de ondernemers hun verantwoordelijkheid ontlopen’, zegt Peter Meijer, preventist bij de brandweer Castricum. ‘Het Gebruiksbesluit schrijft bovendien voor dat gemeenten meer controles dienen uit te voeren. De medewerkers risicobeheersing zullen dus achter hun bureau vandaan moeten: de straat op. Bij ons is dat in ieder geval nu goed geregeld. Momenteel zijn we bezig met een controleplan, maar er wordt al wel gecontroleerd. Afhankelijk van de inrichting één of twee keer per jaar. Wel moesten we eerst een inhaalslag maken, als gevolg van verscherpte regels na de cafébrand in Volendam. Daarvoor hebben we een extern adviesbureau ingehuurd.’

‘Ik heb niet de indruk dat de ondernemers hun verantwoordelijkheid ontlopen’

Diezelfde inhaalslag maakte ook de gemeente Ronde Venen en ook hier gaan de medewerkers risicobeheersing vaker de straat op. Geerlof Bijsterbosch, senior beleidsmedewerker preventie van Ronde Venen en Breukelen, is in grote lijnen positief over het Gebruiksbesluit, maar mist maatwerk. ‘Het is goed dat er nu 620 nummer 12 december 2009

De digitale werkplek Omgevingsvergunning in Tilburg.

eenduidigheid is op het gebied van brandveiligheid’, zegt Bijsterbosch. ‘Ook onze inspecteurs vinden dat prettig werken. Maar er is ook een nadeel: er is gekozen voor een strikte scheiding tussen het Gebruiksbesluit en het Activiteitenbesluit. Hoe ga je nu om met opslag van autobanden, cacao, pallets en papier in de variaties binnen- en buitenopslag? Hier zijn nu minder mogelijkheden voor maatwerk. Daardoor is het onduidelijker geworden.’ Korpsen: doel Wabo is positief Jan van den Bersselaar, medewerker risicobeheersing van de gemeente Tilburg, is zeer te spreken over het Gebruiksbesluit. In Sdu Uitgevers


risicobeheersing

nieuwe regelgeving zijn stad levert de nieuwe manier van werken geen problemen meer op. De Brabander maakt zich meer zorgen over de invoering van de Omgevingsvergunning. Deze Wabo voegt 25 vergunningen samen in één geïntegreerde vergunning voor zes deelaspecten: bouwen, wonen, monumenten, ruimte, natuur en milieu. ‘De aanvraag gaat digitaal naar het omgevingsloket, een centrale server in Utrecht’, legt Van den Bersselaar uit, die met Tilburg deelnam aan een Wabo-pilot.

Hoe ga je nu om met opslag van autobanden, cacao, pallets en papier in de variaties binnen- en buitenopslag?

En dan? ‘De server kijkt in welke gemeente de aanvraag speelt en om welke vergunningen het gaat. Neem het voorbeeld van een kapvergunning in Tilburg. Dan verschijnt er bij de gemeente een pop-up. Via een bijbehorende link kun je de aanvraag downloaden. Hetzelfde met een brandvergunning. Dan gaat er bij brandweer een lichtje branden. Wij worden op dezelfde manier om advies gevraagd. Zo geven alle gemeenteafdelingen hun advies. Vervolgens voegt de coördinator alles samen. Hij kijkt ook of er tegenstrijdigheden in de vergunningen zitten. De monumentenzorg kan bijvoorbeeld wel zeggen dat een deur naar binnen moet draaien, terwijl de brandweer alleen naar buiten toe draaiende deuren accepteert. De coördinator hakt in dat geval de knoop door.’ De gemeente Tilburg heeft voor proef al een tijdje volgens de nieuwe methodiek mogen werken. ‘Klopt, wij hadden hier een proefopstelling. Met het systeem is prima te werken’, zegt Van den Bersselaar. ‘Met mijn collega’s volgde ik een cursus en vervolgens hebben we kunnen oefenen. Dat pakte over het algemeen goed uit. Het systeem is gebruiksvriendelijk, dus we konden er al redelijk snel mee overweg. Aan ons zal het niet liggen, maar dat heeft duidelijk te maken met de pilot. Op internetfora en bijeenkomsten hoor je dat veel collega’s van andere korpsen niet goed zijn voorbereid.’

klus.’ Inderdaad, zegt Meijer. ‘Ambtenaren zijn gewend aan grote bouwtekeningen. Straks werken ze met beeldschermen. Hoe ga je dat inrichten? Eén groot beeldscherm? Een kleine voor het overzicht en een grote voor de details? In Castricum zijn we er nog niet uit. Het is niet de bedoeling dat de tekeningen weer worden uitgeprint, want dat gaat ten koste van de verwerkingssnelheid.’ In heel Nederland speelt soortgelijke problematiek, weet Van den Bersselaar, die grote problemen verwacht. ‘Bij onze gemeente komen bijvoorbeeld jaarlijks tweeduizend aanvragen voor bouwvergunningen binnen, ook voor dakkapelletjes. Verschillende afdelingen moeten daar iets van vinden. Het gaat dus om veel handelingen. Bovendien brengt digitalisering de dreiging van virussen en spy-ware met zich mee. Een grote digitale omgeving is natuurlijk een uitdaging voor smart kids. Zij kunnen virussen aan bijlagen hangen, waardoor het hele systeem plat komt te liggen. Het zou jammer zijn als wij de termijn voor onze ruimtelijke procedures op deze manier niet kunnen halen. Het is zelfs maar de vraag of we dan de doelstelling van de Wabo nog wel kunnen realiseren, namelijk een snellere doorstroom van aanvragen en kostenbesparing. Daarbij komt ook dat gemeenten tegenwoordig binnen zes in plaats van acht weken moeten reageren. Voor je het weet heb je ook nog een schadeclaim aan de broek.’ Ook nog regionalisering brandweer De gemeente Tilburg heeft dus kunnen experimenteren met de Wabo, maar de meeste andere Nederlandse gemeenten niet. ‘Wij hebben eigenlijk nog weinig gemerkt van de invoering van de Wabo’, zegt Bijsterbosch. ‘Wel zijn verschillende partijen in overleg over de Omgevingsvergunning: de gemeenten, de provincie, brandweer en waterschap. Maar er speelt meer. Tegelijk hebben we bijvoorbeeld te maken met de opschaling van de milieudienst tot provinciebrede uitvoeringsdienst voor milieu­ taken. Verder loopt de regionalisering van de brandweer, de inpassing van de rsicobeheersingstaken in de Veiligheidsregio en een gemeentelijke herindeling. Verschillende veranderingen door elkaar dus, en dat maakt het er zeker niet gemakkelijker op. Een goede kwaliteit is belangrijk, maar het wordt nu wel erg complex.’ In Castricum zijn ze wel klaar voor de Omgevingsvergunning, beweert Meijer. ‘De taken zijn helder en de verantwoordelijkheden liggen waar ze moeten liggen. De processen zijn op orde. We zijn redelijk tot goed voorbereid. Alleen met de aanpassing van het systeem en personele capaciteit voor coördinatie moeten nog slagen gemaakt worden.’ ■

Ernstige aanloopproblemen verwacht Toch denkt Van den Bersselaar dat de invoering van de Wabo tot ‘ernstige aanloopproblemen’zal leiden. ‘Ik verwacht dat de ICT niet op tijd klaar is. De aanvragen uit alle hoeken van het land komen op één punt samen. Vervolgens moeten alle partijen hun ICT op tijd goed hebben ingericht. Dat wordt nog een hele Brand&Brandweer

nummer 12 december 2009 621


vriendendienst 16

schade verzekering

Het leven is vol risico’s. Daartegen kan niemand u beschermen. Maar voor de financiÍle gevolgen kunt u zich bij IZA uitstekend verzekeren. | goed voor elkaar |

622 nummer 12 december 2009

teasers90x131.indd 3

Sdu Uitgevers

13-10-09 15:14


VRAAG & ANTWOORD

Hoe lang bestaat de brandweerhelm? De brandweerhelm biedt bescherming tegen vallend puin, vlammen en hitte. Zo eens in de tien jaar wordt het exemplaar tegenwoordig vervangen. Hoe lang bestaat de brandweerhelm eigenlijk? Brand & Brandweer vroeg het aan brandweerman en helmenverzamelaar Alex Tukker.

Brandweerman Alex Tukker met een deel van zijn verzameling oude helmen.

Lange tijd droegen brandweermensen tijdens inzetten petten of hoeden, soms met een brandweerlogo. Die boden wel herkenning, maar weinig bescherming. De eerste helmen werden gedragen door het brandweerkorps van Amsterdam. ‘Tegelijkertijd met de overstap naar het beroepskorps in 1874 kregen de hoofdstedelijke brandweermensen een helm’, vertelt Gorinchemse brandweerman Alex Tukker. Ook andere korpsen schaften later helmen aan voor de brandweerlieden. Op de helmen stond in enkele plaatsen het stadswapen, vaak een koperen kam en ander koperen beslag. ‘Hoe rijker een gemeente was, hoe meer koperbeslag op de helm zat. De helm was dan ook een klein beetje een statussymbool’, aldus Tukker. Tukker zelf heeft inmiddels ongeveer honderdvijftig oude helmen verzameld. De oudste dateert uit begin van de vorige eeuw. Het stads- of gemeentewapen bleef in sommige plaatsen lange tijd op de helm staan, zo weet Tukker. ‘Pas vorig jaar, tijdens de vervanging van de laatste serie, is dat wapen in Amsterdam van de helm verdwenen.’

Brand&Brandweer

De oude helmen waren gemaakt van leer. Het voordeel daarvan is dat het materiaal onderhevig is aan warmte en weer. ‘Daardoor had je nooit de helm van een ander op. Je wist aan de vorm immers precies te herkennen welke helm van jou was.’ De leren helm was echter ook onderhoudsgevoelig. Hij moest ingevet worden met leervet en het koper moest gepoetst worden.’ De helm zat hoog op het hoofd, wat als voordeel had dat iemand goed te herkennen was. ‘Dat is voor ons wel handig bij oude foto’s. Je kunt tenminste nog een gezicht zien’, aldus Tukker. Kunststof Vanaf de jaren zestig komen er kunststoffen helmen op de markt. ‘Deze hebben minder onderhoud nodig en zijn heel goed bestand tegen hitte’, aldus Tukker. Vanaf de jaren negentig zijn er helmen die nog beter inspelen op de situatie waarin snel gehandeld moet worden. Het vizier tegen hittestraling kan tevoorschijn getoverd worden. Via een draaiknop komt een bril tevoorschijn die nodig is bij de technische hulpverlening. Ook bij het opzetten van de ademlucht hoeft de helm niet meer af. ‘Eerder moest

dat wel. De brandweermensen moesten het gelaatsstuk met banden aan het hoofd vastmaken en vervolgens de helm weer opzetten. Dat is veel extra werk.’ Het materiaal van het binnenwerk veranderde ook. De neklap was van leer, en werd na de jaren zeventig vaker van wol en synthetische materialen. Klittenband deed haar intrede. Ook de vorm van de helm ontwikkelde. ‘De moderne helm zit meer over het hoofd heen en de oren en zijkant van het hoofd zitten meer ingepakt. Dat is veel veiliger.’ De helmen zijn meestal zwart, gebaseerd op de oude leren helmen. Voor leidinggevenden worden vaak witte helmen gebruikt, zo zijn ze goed te herkennen. Fluorescerend groene helmen bestaan ook, die zijn in het donker nog goed te zien. Tegenwoordig worden helmen ongeveer eens in de tien jaar vervangen. De conditie van de helm gaat achteruit als hij valt en blootstaat aan grote hitte. Er kunnen dan scheurtjes in komen. De manschappen zijn zelf verantwoordelijk voor het onderhoud van de helm. ‘Dat houdt in dat ze hem schoon moeten houden en controleren of het binnenwerk nog goed vast zit. De helm meenemen en opzetten is een verplicht en logisch onderdeel van de uitruk. Tukker: ‘Bij sommige inzetten, zoals een dier in de sloot, zal de helm niet altijd worden gebruikt. Maar ik denk dat ie vroeger eerder af ging dan tegenwoordig.’ ■ De geschiedenis van de brandweerhelm is door Alex Tukker en Peter Snellen vastgelegd in het boekje Hoofdzaken, dat verkrijgbaar is via www.hhsuitgeverij.nl

Heeft u ook een leuke vraag voor de rubriek vraag&antwoord? Stuur deze dan in via brandenbrandweer@ps-produkties.nl en wie weet ziet u volgende maand uw vraag in de rubriek beantwoord.

nummer 12 december 2009 623


preventie

Brandweerkorpsen gaan Brandweer Zeist geeft vmbo-scholieren les in bedrijfshulpverlening (BHV). Met dit BHVproject voor vmbo’ers heeft Zeist begin oktober op het NVBR-congres de Jan van der Heyden innovatieprijs gewonnen. Brandweer Zeist is niet de enige die een project heeft voor jongeren. Hulpverleningsdienst Groningen heeft op verschillende scholen in de regio aan brugklassers voorlichting gegeven over brandveiligheid.

Z

Door Neeltsje Marije de Boer

eist is het BHV-project voor VMBO’ers in 2007 begonnen met twintig leerlingen uit de derde klas van de opleiding Sport, Dienstverlening en Veiligheid (SDV). Zeventig procent van de scholieren haalde ook daadwerkelijk een BHV-diploma. Anderen haalden een deelcertificaat brandweer of EHBO. Het idee voor het project komt voort uit een oproep van de gemeenteraad. ‘In ons beleidsplan staat dat we de samenleving actief moeten opzoeken in het kader van community safety. De gemeenteraad van Zeist deed toen een oproep om eens iets extra’s voor vmbo’ers te doen, omdat deze scholieren vaak negatief in de publiciteit staan’, vertelt commandant Frank Slob van brandweer Zeist. ‘We zijn toen gaan kijken wat we voor deze doelgroep konden betekenen.’ De brandweer nam contact op met vmbo-school Schoonoord en ontwikkelde een plan om vmbo-studenten van de opleiding op te leiden tot BHV’er. ‘Wij denken dat een BHV-diploma voor schoolverlaters extra kansen biedt op de arbeidsmarkt. Bovendien snijdt het mes aan twee kanten. Deze jongeren zijn een potentiële doelgroep voor nieuwe brandweervrijwilligers.’ Ook voor de school biedt de opleiding kansen. ‘Ze kunnen op school ook ingezet worden als BHV’er. En veel bedrijven hebben moeite om BHV’ers te vinden’, aldusBHVinstructeur Koen de Boer. Scholieren Koen de Boer geeft samen met Gert Smink BHV-les aan de scholieren. ‘Het is erg leuk om te doen. Je merkt natuurlijk wel verschil tussen volwassenen die bewust voor deze cursus kiezen en de scholieren die het verplicht vanuit school moeten doen. Ze hebben iets meer aandacht nodig.’ Dit jaar is er bewust voor gekozen om te werken met 4e jaars scholieren. ‘Vorig jaar zijn de leerlingen van de eerste lichting op herhalingscursus bij ons geweest. Je merkt dan wel het verschil tussen de derde en vierde klas vmbo. De leerlingen zijn in de 4e klas een stuk serieuzer’, vertelt De Boer. 624 nummer 12 december 2009

Het BHV diploma bestaat uit twee onderdelen: EHBO en brandweer. ‘Wij geven het onderdeel brandweer, het andere deel wordt door een EHBO-instructeur gegeven.’ Voor het onderdeel brandweer moeten de leerlingen een dag naar de kazerne komen. ‘Ze krijgen dan een praktijkles waarbij ze bijvoorbeeld leren om een vlam in de pan uit te maken. Aansluitend wordt een theorie examen gehouden. Als je voor praktijk en theorie een voldoende hebt, ben je voor het onderdeel brandweer geslaagd.’ In november krijgen de instructeurs een nieuwe lichting scholieren van de vmbo-school Schoonoord. De achtentwintig leerlingen worden verdeeld over drie groepen. ‘We willen maximaal tien leerlingen per groep en we geven de cursus met twee instructeurs.’ De BHV-lessen worden ook bijgewoond door een docent van de school. ‘De docenten kennen de kinderen goed en weten op wie ze moeten letten.’ Het vak is verplicht voor de scholieren. De kinderen zelf zijn positief over het volgen van de cursus. ‘Het levert ze ook echt iets op. ‘Sommige leerlingen kregen bijvoorSdu Uitgevers


preventie

fotografie: Hulpverleningsdienst Groningen

naar school

een geldbedrag van tienduizend euro om het project verder te ontwikkelen. ‘Het is een mooie opsteker voor ons korps. Door het winnen van de prijs krijgt ons project een landelijke uitrol. We gaan daarom met steun van het ministerie een pakket ontwikkelen voor brandweerkorpsen die ook een BHV-project voor vmbo’ers willen opstarten. We willen van het geld onder andere flyers laten maken met tips voor andere brandweerkorpsen die ook zo’n programma willen opzetten’, besluit Slob Voorlichting brugklassers Hulpverleningsdienst Groningen heeft aan het begin van dit schooljaar een voorlichtingsproject gehouden. Het project is een onderdeel van het plan Risicocommunicatie Groningen. ‘We zijn bij drie middelbare scholen in de regio langsgegaan om ruim 350 brugklassers voorlichting te geven over brandveiligheid’, vertelt Willemien Bouwers, afdeling communicatie Hulpverleningsdienst Groningen. Er is specifiek gekozen voor de doelgroep brugklassers. ‘Deze scholieren zijn net nieuw op school en kennen het gebouw niet goed.’ De leerlingen volgden allemaal een drie uur durend programma. ‘Een brandweerman kwam in de klas alles vertellen over brand. Hoe je bijvoorbeeld een brand kunt voorkomen of bestrijden. En wat je moet doen bij een vlam in de pan.’ Ontruimingsoefening Maar het blijft niet alleen bij voorlichting geven. De brugklassers worden de school ingestuurd op zoek naar brandveiligheidsmaatregelen. Ook wordt er een ontruimingsoefening gehouden. ‘Per groepje werd een scholier geblinddoekt, die zo snel mogelijk de weg naar buiten moest zien te vinden. De overige leden van het groepje mochten daarbij alleen aanwijzingen geven. ’ Er wordt vervolgens een noodpakketspel gespeeld. ‘Waarbij de leerlingen bij elk goed antwoord op een vraag over veiligheid een deel van het noodpakket winnen.’ De hersenen worden het laatste uur van de voorlichting getraind met een spel op de computer. Met vragen over grote rampen uit de Nederlandse geschiedenis. Bijvoorbeeld de vuurwerkramp in Enschede of de brand in café het Hemeltje in Volendam. Als afsluiting krijgen alle kinderen een rookmelder mee naar huis. ‘We wilden eerst een leuke gadget aan de kinderen geven, maar een rookmelder is echt iets nuttigs. Bovendien wordt het onderwerp dan ook thuis besproken.’

De plattegrond van de school wordt uitgedeeld aan de leerlingen. Met de plattegrond moeten ze de school door om alle brandveiligheidsmaatregelen op te zoeken.

beeld per uur meer uitbetaald bij hun bijbaantje, omdat de baas BHV’ers nodig had.’ De Boer wil ook kijken of hij de scholieren van de eerste lichting, warm kan houden voor de BHV-cursus. ‘Als BHV’er moet je ieder jaar een dag op cursus, maar dat moet je zelf in de gaten houden.’ Ook wil de instructeur kijken naar de mogelijkheden om ook een BHV-cursus te geven voor scholieren op het mbo. ‘Het is voor de scholen lucratief. Ze hebben dan meteen genoeg BHV’ers in huis.’ Jan van der Heydenprijs Het BHV-project voor vmbo’ers is in oktober in de prijzen gevallen. Supertrots is commandant Slob met het behalen van de Jan van der Heydenprijs. Naast eeuwige roem won de brandweer ook Brand&Brandweer

Enthousiast Het voorlichtingsproject is goed door de scholen en scholieren ontvangen. ‘De kinderen vonden het geweldig. Vooral de ontruiming geblinddoekt laten uitvoeren was een schot in de roos. Ook de leraren waren enthousiast. En door dit project zijn de kinderen toch meer bewust geworden van brandveiligheid. Ze weten nu wat ze moeten doen als er brand uitbreekt.’ Het project is alleen begin dit jaar uitgevoerd. ‘Aanvankelijk was het idee om volgend jaar tijdens de introductieweken weer langs de scholen te gaan met dit project. Maar we kregen zoveel enthousiaste reacties van scholen dat we hiervan hebben afgezien. We hebben niet genoeg mankracht om al deze scholen tegelijkertijd te bezoeken ‘ Daarom heeft de Hulpverleningsdienst Groningen besloten om de vijfentwintig gemeenten een lespakket aan te bieden waarmee de scholen de scholieren zelf kunnen voorlichten over brandveiligheid. ‘Dan kan elke school in de regio aan het project meedoen’, besluit Bouwers. ■

nummer 12 december 2009 625


vriendendienst 1

wachtlijst bemiddeling

Niets zo vervelend als onnodig wachten op een medisch consult. IZA zoekt de snelste weg naar de juiste hulp. | goed voor elkaar |

teasers90x131.indd 1

extra veilig

13-10-09 15:13

BLUSBOM

De revolutie in brandbestrijding

DRY SPRINKLER POWDER AEROSOL HĂŠt volumetrisch blusmiddel voor beginnende en gevorderde binnenbranden. De stof aerosol werkt vlamafbrekend, dus geen herontsteking. De DSPA-5 voorkomt zelfs backdrafts en flashovers. Alles over dit unieke systeem op DSPA.nl de marktleider op het gebied van kleurnalichtende veiligheidssignalering.

t 024 3789581 - info@systemtext.nl

w w w. s y s t e m t e x t. n l

626 nummer 12 december 2009

DSPA.nl + 31 (0)24 352 25 73 info@dspa.nl

Sdu Uitgevers


de website van

De website van brandweer Graft-De Rijp Website: www.brandweergraftderijp.nl Beheerder: Arend Stoffels Eigenaar: brandweer Graft – De Rijp Startjaar: 2007 Aantal bezoekers per jaar: ca. 4000 Een mooie schildering siert de omlijning van de website van brandweer Graft-De Rijp. Het vuur komt uit het dak van een kerk. Ondanks het wilde karakter van het vuur, zorgt de schildering voor een de rust die de website van de brandweer uit Noord-Holland kenmerkt. Maker en onderhouder van de website is de 30-jarige Arend Stoffels. Hij is medewerker preventie en preparatie bij de beroepsbrandweer. ‘Ik werk hier nu zo’n tweeënhalf jaar’, zegt Stoffels. Dat is ook precies de leeftijd van de website. ‘Toen ik bij de brandweer kwam, heb ik in een weekend vrijwillig de site opgezet. De hele lay-out en dergelijke.’ Nu onderhoudt Stoffels de website onder werktijd. ‘Dat kost me ongeveer een half uur in de week.’ Toen hij met de website begon, kreeg hij van zijn commandant ongeveer te horen wat die wilde. De commandant zit tegenover hem op de kazerne. ‘Als ik iets met hem wil bespreken over de website Brand&Brandweer

is dat wel zo handig’, zegt Stoffels. Samen besloten ze tot de huidige lay-out. Of die altijd zo blijft is nog maar de vraag. ‘De gemeente is bezig een nieuwe website te bouwen, waar de brandweersite deel van gaat uit maken.’ En voor de website van brandweer Graft-De Rijp betekent dat een nieuw lay-out. Eentje die naadloos aansluit bij die van de gemeente. Op de homepage van de website staan alle recente uitrukken vermeld. Het zijn korte verhaaltjes van twee à vier regeltjes die door Stoffels zelf zijn geschreven. Zo staat op 29 augustus het volgende vermeld. ‘ 6.18 ging de pager voor een zeer grote brand in Schoorl, we werden als a compagnie gealarmeerd. Het betrof een duin/bosbrand in de duinen van Schoorl. We kregen in de duinen en strook toegewezen en die moesten we me behulp van vuurzwepen en scheppen de brand onder controle brengen. Om 17.00 waren we weer terug in de kazerne.’ Soms heeft Stoffels nog een foto bij de tekst geplaatst, die hij vaak zelf maakt. ‘Op die manier leer je ook de lokale fotografen kennen. Dus is het makkelijk om foto’s te achterhalen als ik er zelf niet bij ben geweest.’ Behalve aan de actuele gang van zaken, besteed Stoffels veel aandacht aan

bijvoorbeeld de geschiedenis van de brandweer. In bijna vijfduizend woorden vertelt Gerard Koppers hoe de brandweer in de 17de eeuw het vuur in huizen van hout en riet te lijf ging. En natuurlijk hoe dat in de loop van de tijd veranderde. Stoffels weet niet precies wie de bezoekers van zijn website zijn. ‘Voornamelijk brandweermensen uit de buurt denk ik. Maar aan de gegevens van de bezoekers is ook te zien dat mensen van buiten de gemeente op de website kijken.’ Uit het dorp krijgt hij reacties. ‘Veel mensen zijn erg positief over mijn site. Maar als er weer eens wat gebeurt, kan het de mensen niet snel genoeg up to date zijn. Ze willen meteen foto’s zien en een verhaaltje erbij. Dat lukt me niet altijd omdat ik bij een uitruk zelf natuurlijk ook druk ben. ‘Eén ding zou Stoffels aan de site nog willen veranderen. ‘Ik wil graag een privégedeelte voor onze brandweermensen, waar ze op kunnen inloggen.’ Voordat de webonderhouder daar aan begint zou hij eerst graag een cursus volgen. ‘Voor zo'n gedeelte ben ik nog niet technisch genoeg.’ ■ Dit is de laatste aflevering van 'de website van'.

nummer 12 december 2009 627


Handboeken voor de Brandweer

vriendendienst 7

Het complete naslagwerk voor uw dagelijkse praktijk De Handboeken voor de Brandweer vormen een perfecte informatiebron voor een ieder die werkzaam is in het brandweervak. De uitgave bestaat momenteel uit zo’n 30 losse delen met duidelijke en toepasbare informatie over onderwerpen die u bezig houden. Helder, praktisch en specialistisch De Handboeken voor de Brandweer kenmerken zich door de heldere schrijfwijze, de vele praktijkvoorbeelden, duidelijke illustraties en handige checklists!

internet consult

Op de hoogte van de totale veiligheidsketen! Met een abonnement op de Handboeken voor de Brandweer ontvangt u automatisch de nieuwe of herziene delen binnen de reeks met circa 15% tot 20% korting. Geïnteresseerd in een specifiek onderwerp? U kunt de afzonderlijke delen ook los bestellen. Voor meer informatie en om direct te bestellen, surft u naar: www.sdu.nl

Razendsnel en anoniem advies vragen aan een medisch specialist via de website van IZA.

| goed voor elkaar |

Sdu Uitgevers

628 nummer 12 december 2009

teasers90x131.indd 2

13-10-09 15:37


DE KAZERN E / het voertuig

De kazerne van brandweer Harskamp Met vuurpotten op het dak en voor de garage opende brandweer Harskamp op 30 oktober haar nieuwe kazerne. ‘We kwamen met onze tankautospuit aangesneld om de brandjes te blussen. De opening trok zo’n 350 bezoekers’, vertelt brandweercommandant Klarens van Kruistum van brandweer Harskamp. Volgens Van Kruistum was de oude kazerne al een behoorlijk aantal jaren over datum. ‘Tien jaar geleden voldeed het oude gebouw eigenlijk niet meer aan de Arbo-eisen.’ Jarenlang werden vervolgens allerlei onderzoeken gedaan. ‘Zo moest er bijvoorbeeld een vleermuizenonderzoek worden verricht, omdat we de oude kazerne tegen de vlakte wilden gooien en er mogelijk vleermuizen in het gebouw zaten.’ Gelukkig waren die er niet, anders had het allemaal misschien nog veel langer geduurd. In 2004 kreeg Harskamp een nieuwe tankautospuit. En toen werd voor het eerst echt een probleem zichtbaar. ‘De nieuwe wagen paste niet in de kazerne, dus moesten we de vloer laten zakken. En dat veroorzaakte allerlei problemen met bijvoorbeeld het regenwater.’ De nieuwe kazerne past goed in de omgeving, vindt Van Kruistum. ‘Hij is gelegen aan de doorgaande weg naast een woonwijk. We wilden graag dat het niet te veel afweek van de woonhuizen.’ In tegenstelling tot de oude kazerne heeft de nieuwe een aparte kleedruimte en voor de mannen en vrouwen

aparte wc’s. Ook zijn de kantine en het leslokaal een stuk groter geworden. De remise is natuurlijk groter dan de vorige. ‘Onze wagen past er nu wel in. We kunnen er zelfs omheen lopen.’ De vijftien brandweermensen van Harskamp zijn trots: ‘We hebben met zijn allen iets gemaakt dat we wilden hebben. Deze kazerne kan weer een jaar of dertig mee.’

Het voertuig van brandweer Maarn

De brandweer van de Utrechtse Heuvelrug heeft dit jaar drie nieuwe tankautospuiten, een ladderwagen en een OVD- voertuig in gebruik genomen. Een daarvan is het voertuig van brandweerpost Maarn-Maarsbergen. Op 25 oktober kreeg deze post een nieuwe Mercedes Atego. ‘Het is een speciaal voertuig, want de TS mocht niet hoger worden dan 2,56 meter’, vertelt postcommandant Henk van Rossum. Een tunneltje in het Utrechtse dorp snijdt het centrum in tweeën. ‘En wij moeten daar Brand&Brandweer

wel onderdoor kunnen.’ Een van de wagens die de brandweer Utrechtse Heuvelrug bestelde, werd daarom uit de serie gehaald om te worden aangepast. De zwaailampen verdwenen van het dak en werden aan de voor- en zijkanten flitsers op de wagen geplaatst. Omdat de zwaailichten niet op het dak zitten, kreeg het nieuwe Maarnse voertuig een ander aangezicht. ‘Het heeft nogal een plat dak.’Ook de watertank moest worden aangepast. ‘Een watertank in een TS moet in ieder geval 1500 liter water kunnen bevatten. Meestal hebben wagens een litertje of 2000. Bij ons is dat 1850 liter.’ Ondanks alle aanpassingen voldoet de nieuwe wagen toch aan alle eisen. ‘We hebben gewoon een goedgekeurd Arbo-ladderrek . Alleen is die verzonken in de opbouw van de Mercedes .‘De verplichte Biza-bepakking ontbreekt evenwel niet.’ En zo'n bepakking hadden we bij ons oude voertuig niet.’ De oude TS was al achttien jaar oud en daardoor behoorlijk over datum. ‘De vorige was ook lager, maar die had gewoon niet alles.’

De brandweermensen zijn blij met hun nieuwe aanwinst. ‘Alle nieuwigheden die de wagen heeft, kenden we al van onze andere wagens. Het verschil is dat de nieuwe technieken allemaal samen komen op één voertuig.’ Dat de brandweermensen onmiddellijk wisten hoe ze de Mercedes moesten hanteren, bleek de dag nadat het voertuig op de kazerne was aangekomen. ‘We rukten uit voor een beknelling, mét de nieuwe Mercedes.’

Voertuig: Mercedes Atego 1329F Automaat Opbouw: Gemco Gewicht: 10035 kg Bouwjaar: 2009 PK’s: 290 Brandstof: Diesel Hoogte: 2.56 meter Lengte: 7.23 m Zitplaatsen: 7 Topsnelheid: 115 km/u

nummer 12 december 2009 629


Decemberkleurplaat De feestdagen en het einde van het jaar naderen. Tijd voor vakantie. Met de kleurplaat op de volgende pagina kunnen uw kinderen zich uren vermaken. De leukste inzenders krijgen dit jaar een prijsje opgestuurd. Wilt u meedoen? Stuur de kleurplaat dan voor 13 januari naar: Redactie Brand & Brandweer T.a.v. Ingrid Spijkers Postbus 2649 8901 AC Leeuwarden Vergeet niet uw naam, adres en leeftijd te vermelden.

Opnieuw verkrijgbaar, de Catalogus Hulpdiensten 2009/2010 Op welk deelgebied van Brandweer, Politie of overige Hulpverlening u ook werkzaam bent, uw vakinformatie komt van Sdu Uitgevers!

Catalogus 2009/2010 In de Catalogus Hulpdiensten vindt u een breed scala aan uitgaven gericht op de hulpverlener, in het bijzonder de brandweer en politie. De informatie in de uitgaven biedt een degelijke ondersteuning in uw beroepsuitoefening. De veelzijdige en hoogwaardige uitgaven sluiten naadloos aan op zowel opleiding als praktijk. Op zoek naar een tijdschrift, praktisch naslagwerk, agenda of boek? U vindt het gegarandeerd! De Catalogus Hulpdiensten 2009/2010 vraagt u gratis aan via www.sdu.nl.

Bestel via www.sdu.nl of bel (070) 378 98 80 630 nummer 12 december 2009

Sdu Uitgevers


kleurplaat


bestuur en organisatie

Kazerne Purmerend krijgt 24-uurs-bezetting De brandweerkazerne van Purmerend is vanaf 1 januari 2010 permanent bezet. Daarvoor werd de kazerne voor € 3,5 ton verbouwd. Bovendien kwam er twintig man extra beroepspersoneel bij. Jaarlijkse kosten: € 1,3 miljoen. En dat in tijden van crisis. ‘De gemeenteraad ging al in 2005 akkoord met de uitbreiding’, verklaart commandant van de brandweer Purmerend, Jan Schouten.

D

Door Marco van der Leest

e aanleiding voor de uitbreiding en verbouw ligt in 2003, vertelt Schouten. ‘Toen is er onderzoek gedaan naar de situatie van de brandweer, naar de voorkant van de veiligheidsketen: pro-actie, preventie en preparatie. Maar ook naar repressie. Hoe zat het eigenlijk met de dekking? Want Purmerend is de laatste jaren enorm uitgebreid met allemaal nieuwbouwwijken. Wat bleek: we haalden de aanrijdtijden niet in alle delen van de stad en hadden dus onvoldoende dekking.’ Doel: betere dekkingsgraad De brandweer van Purmerend bestaat deels uit beroepskrachten en deels uit vrijwilligers. De beroeps werden overdag ingezet, de vrijwilligers in de avond en ’s nachts. Bovendien had het korps de beschikking over geconsigneerde beroepsbrandweerlieden. ‘Maar in sommige gevallen duurde het wel vijf of zes minuten om naar de kazerne te komen. Reken dan nog eens één of twee minuten voor de verwerkingstijd van de alarmcentrale en je bent al gauw acht minuten verder voordat je kunt uitrukken’, aldus Schouten. ‘Er was maar één oplossing: een permanente bezetting van de kazerne.’ Met een permanente bezetting is het personeel 24 uur per dag, zeven dagen in de week op de kazerne. Iedereen is dan snel beschikbaar, wat kostbare tijd scheelt. Maar hoe organiseer je zoiets? ‘We hadden drie opties. Een mix van beroeps en vrijwilligers in de eerste uitruk, de bezetting op de voertuigen anders inrichten of de eerste uitruk uitrusten met alleen zes beroepskrachten. Dat laatste verdiende de voorkeur, omdat het een snelle uitruksnelheid het beste garandeert. Het betekende echter wel dat er nieuw personeel moest worden aangenomen. Twintig man. Kosten: € 1,3 miljoen.’ Vervolgens was de gemeenteraad van Purmerend aan zet. Grote vraag: zou de raad akkoord gaan met een structurele verhoging van het brandweerbudget? ‘Het oorspronkelijke budget lag op € 3,5 miljoen. Het ging dus om een flinke kostenstijging. Maar de Nederlandse gemeenten dragen nu eenmaal verantwoordelijkheid voor de brandweerzorg. Bovendien wilde de raad vasthou632 nummer 12 december 2009

De kazerne van Purmerend heeft nu een gezellige huiskamer voor de 24-uursdienst

den aan de gestelde aanrijdtijd van gemiddeld acht minuten, ook in de nieuwbouwwijken. Want ook daar zitten kwetsbare gebieden, zoals verpleegtehuizen. En dus werd in 2005 voor de derde optie gekozen.’ Sdu Uitgevers


bestuur en organisatie

‘We hadden drie opties. Een mix van beroeps en vrijwilligers in de eerste uitruk, de bezetting op de voertuigen anders inrichten of de eerste uitruk uitrusten met alleen zes beroepskrachten.’

Slim extra personeel werven Dat was nog ver voor de economische crisis. ‘De kans is groter dat de raad in deze tijd een andere beslissing zou nemen’, denkt de brandweercommandant. Gelukkig dus, dat destijds al werd besloten de 24-uursbezetting in drie jaar - 2007, 2008 en 2009 – in te voeren. Ieder jaar moest een derde van het benodigde personeel gerekruteerd. ‘Het was geen eenvoudige opgave om geschikt personeel te vinden, maar we zijn er toch in geslaagd. Zo is de plicht om in de stad te wonen verruimd tot ‘dertig minuten van de stad’. Bovendien zochten we niet alleen opgeleide brandweermensen. Ook haalden we mensen binnen die het werk potentieel

iedereen als positief ervaren. Schouten: ‘Er was kritiek, er leefden vragen. Wat betekent dit plan concreet voor ons? Het was zaak om goed uit te leggen wat de veranderde rollen precies voor iedereen inhield.’ ‘Ook belangrijk: een goed rooster maken. Dat was nog een behoorlijke klus, want je hebt te maken met de arbeidstijdenwet, die zegt dat je recht moet doen aan de inzet van beroeps en vrijwilligers. Je moet dus rekening houden met verplichte rusttijden en maximale arbeidsuren of aantal diensten. Toch is het met hulp van externe adviesbureaus gelukt. In de computer staan de roosters en zo kunnen we de inzettijden van iedereen nauwkeurig bijhouden en kijken wie er al aan zijn taks zit.’ Kazerne uitgebreid met slaapvertrekken Naast extra personeel was er nog een belangrijke stap die genomen moest worden: aanpassing van de kazerne zelf. ‘Het gebouw stamt uit halverwege de jaren tachtig en voldeed niet meer aan de eisen van brandveiligheid. Er moesten brandscheidingen en detectiesystemen worden aangebracht. In 2000 heeft het pand een extra verdieping gekregen voor de regionale brandweer, maar die is in 2004 alweer vertrokken. Dit gedeelte is nu omgebouwd tot zeven slaapvertrekken. Voorheen waren er helemaal geen slaapvertrekken. Ook zijn er voorzieningen gekomen voor beddengoed en maaltijden. Bijzonder is de bouw van een sfeervolle huiskamer, helemaal ingericht voor 24-uurs-bezetting.’ Hoewel het nieuwe regiem pas in januari ingaat, heeft de verhoogde bezetting nu al geleid tot betere resultaten. ‘Voorheen haalden we in 60 procent onze opkomsttijd van 8 minuten, nu ligt dat op 83 procent. De hulpverlening is hierdoor sterk verbeterd’, aldus Schouten. De brandweercommandant geeft twee voorbeelden. ‘Bij verkeersongevallen zijn we sneller ter plaatse, kunnen het ambulancepersoneel dus eerder assisteren, waardoor het slachtoffer sneller bevrijd is. Verder hebben we het afgelopen jaar een paar flinke incidenten met brand gehad. Onder meer een bouwmarkt die vorig jaar december op koopavond in brand vloog. Het vuur greep heel snel om zich heen. Omdat we mensen op de kazerne hadden, konden we snel uitrukken en is voorkomen dat de brand oversloeg naar een woonhuis en een grote loods in de omgeving. Niemand raakte gewond. Waren er geen mensen op de kazerne geweest, dan was de uitruktijd hoger geweest en was deze brand waarschijnlijk groter geweest met alle gevolgen van dien.’ ■

zouden kunnen uitvoeren. Zij kregen vervolgens een opleiding.’ Het Purmerendse korps bestaat nu uit vijftig beroepskrachten, waarvan achtentwintig op de 24-uursdienst. En er zijn zestig vrijwilligers. De invoering van het nieuwe regiem werd niet door Brand&Brandweer

nummer 12 december 2009 633


HulpdienstenOnline biedt dagelijks nieuws en professionele informatie voor hulpverleners! Onafhankelijk, actueel én informerend per vakgebied: brandweer, ambulance, politie, veiligheidsregio’s en overige hulpdiensten. HulpdienstenOnline speelt in op de toenemende multidisciplinaire samenwerking van de hulpdiensten.

HulpdienstenOnline biedt u:

• Een volledig én duidelijk overzicht van de ontwikkelingen op het gebied van alle hulpdiensten.

• De laatste actualiteiten gerangschikt aan de hand van de verschillende deelgebieden binnen de hulpdienstverlening geselecteerd door een kundige redactie.

• De verdieping op het gewenste deelgebied aan de hand van de uitgebreide dossiers.

• Een online platform met contactmogelijkheden met uw collega’s.

• Een vacaturebank. • Het digitale archief van onze vakbladen: Brand&Brandweer,

HullpdiensttenO Onlline: hét brandpunt voor alle hulpdiensten

GRIP4, Incident en Recht, Bestuur en Organisatie van Hulpdiensten.

Voor wie? HulpdienstenOnline is ontwikkeld voor professionals werkzaam bij alle hulpdiensten. Maar is daarnaast natuurlijk ook toegankelijk voor alle personen die interesse hebben in de actualiteiten en ontwikkelingen omtrent de hulpdiensten.

Grati e-mailnie s Hulpdien uwsbrief stenOnlin e

Nieuwsgierig? Surf dan naar: www.hulpdienstenonline.nl

634 nummer 12 december 2009

Sdu Uitgevers


Fire & Rescue RegioSafe biedt veiligheid en ondersteuning op brandweer- en hulpverleningsgebied. Met meer dan 150 brandweermensen en een uitgebreide verhuurvloot is RegioSafe een toonaangevende internationale specialist voor detachering van brandweerpersoneel en inhuur van materieel. Onze klanten kunnen rekenen op toegewijde en deskundige medewerkers en uitstekend onderhouden materieel. RegioSafe levert de volgende dienstverlening: t Brandweerdiensten t Brandwachten t Nabluswerkzaamheden t Specialistische brandbestrijding t Duik- en Bergingswerkzaamheden t Verhuur brandweermaterieel t Logistieke ondersteuning t Onderhoud materieel

RegioSafe is op zoek naar nieuwe medewerk(st)ers, voor de volgende functies:

Planner (90%) / Brandwacht (10%) Brandwacht (omgeving Rotterdam) Brandwacht (90%) / Vliegtuigbrandbestrijder (10%) Voor meer informatie zie:

Detacheert veiligheidspersoneel! Paraat Veiligheidsdiensten BV detacheert brandweerpersoneel, beveiligingspersoneel, EHBO-ers en BHV-ers. Wij beschikken over:

• Brandwachten met diverse specialismen: (Brandweerchauffeurs, Duikers, Duikploegleiders, Gaspakdragers, Vliegtuigbrandbestrijders, WVD-ers) • Bevelvoerders • Preventisten • Controlefunctionarissen brandpreventie • Instructeurs • Beveiligingspersoneel: Objectbeveiliger, Evenementenbeveiliger en Horecaportier • EHBO / BHV-personeel

Wij zijn VCA gecertificeerd en hebben meer dan 20 jaar ervaring op het gebied van leveren van veiligheidspersoneel. Tel. 0297-230590 • www.paraat.nl

www.regiosafe.com

090108_Adv_B&B_Veiligheidsdiensten_V2.indd 1

Brand&Brandweer

12-1-09 15:11:42

nummer 12 december 2009 635


Fraude op de loer? De reeks Fraude & Integriteit biedt uitkomst! Vrijwel iedere onderneming heeft te maken met fraude en integriteit. De meeste ondernemingen staan er liever niet bij stil, maar fraude kan altijd op de loer liggen. Hoe reageert u als er daadwerkelijk iets aan de hand is? En hoe voorkomt u dit alles en handelt u hierbij?

Serie Fraude & Integriteit De handboeken uit de Serie Fraude & Integriteit bieden uitkomst! De volgende vijf delen zijn inmiddels verschenen: • Handboek Fraude & Onderzoek • Handboek Integriteit & Ambtenaar • Handboek Integriteit & Werknemer • Handboek Fraude & Accountant • Handboek Fraude & Preventie

Ontvang direct 15% korting! Indien u alle vijf de delen bestelt, profiteert u van 15% korting. Daarnaast ontvangt u tevens een luxe opbergcassette inclusief unieke cd-rom voorzien van een jurisprudentie- en wetgevingregister op het gebied van Fraude & Integriteit, IRIS en GISA.

Auteur: mr. m M.H.G. M H G Scharenborg Scha enbo g AA Prijs los per deel: € 42,40* Prijs complete set inclusief cd-rom en luxe cassette: € 185,–* *Prijzen zijn incl. btw, excl. verzenden administratiekosten. Onze uitgaven zijn ook verkrijgbaar in de boekhandel.

Bestel via www.sdu.nl mail naar sdu@sdu.nl of bel (070) 378 98 80

BESTEL DE GEHEEL HERZIENE

CHEMIEKAARTEN® 2010 € 80,- korting op de 25ste editie van het Chemiekaartenboek

Chemiekaarten® 2010: Inclusief de CLP regelgeving met: • Oude en nieuwe gevaarsetiketten • R&S zinnen en H&P zinnen

Door de komst van de CLP verordening (GHS in Europa) is de 25ste editie van Chemiekaarten®op belangrijke punten gewijzigd. Iedere chemiekaart is aangepast naar de nieuwe regels. Daarom hebt u niets meer aan oude Chemiekaarten®. Sterker nog, het werken met de oude gegevens kan gevaarlijke situaties tot gevolg hebben! Zorg dat u met nieuwe informatie werkt en bestel direct de nieuwe Chemiekaarten® 2010. Lever uw oude Chemiekaarten®boek in en ontvang € 80,- korting!

Bestel direct op www.chemiezone.nl

636 nummer 12 december 2009

Sdu Uitgevers


vriendendiensten schade verzekering

alarmcentrale

luier service

reis verzekering

internet consult

gezond iza.nl kraamzorg wachtlijst bemiddeling IZA heeft al jaren uw vertrouwen als het gaat om uw zorgverzekering. Daar zijn we trots op. Maar we kunnen en willen nog veel meer voor u doen. Zo bieden we naast reis- en schadeverzekeringen tegen de beste condities ook praktische diensten. Kijk voor meer informatie op www.iza.nl/vriendendiensten

| goed voor elkaar |


B&B REGISTER

B&B Brand&Brandweer

vakblad voor brandweer, hulpverlening en rampenbestrijding

Adembescherming Interspiro Televisieweg 113 1322 bd almere Tel. 036 5363103 Fax 036 5384809

Adviesbureau Artesis Postbus 371 4100 aj culemborg Tel. 0345 687000 Fax 0345 687001 Dijkoraad Viavesta bv gotlandstraat 50 7418 aX deventer Tel. 0570 519555 e-mail: brandpreventie@dijkoraad.nl www.dijkoraad.nl/brandpreventie Adviesbureau Nieman Postbus 40217 3504 aa Utrecht Tel. 030 2413427 Fax 030 2410266 e-mail: info@nieman.nl www.nieman.nl Van Pinxteren Interim & Advies Postbus 75 2060 ab bloemendaal Tel. 023 5254044 www.vanpinxteren.net

Adviesbureau brandpreventie Altavilla Brandveiligheid Postbus 1026 5602 ba eindhoven Tel. 040 2902570 Fax 040 2902571 e-mail: info@altavilla.nl www.altavilla.nl Van Hooft Adviesburo B.V. Fire & Life Safety Engineers Hoogeindsestraat 4 5447 Pd rijkevoort Tel. 0485 37 18 90 Fax 0485 37 21 34 e-mail fireengineers@ vanhooft.nl www.vanhooft.nl Bartels Ingenieursbureau Postbus 10217 7301 ge apeldoorn Tel. 055 3680540 Fax 055 3664598 e-mail: brandveiligheid@bartels.nl www.bartels.nl

Vaste adverteerders (contracthouders) worden gratis in één rubriek opgenomen voor een heel jaar. Heeft u ook interesse, stuur dan uw gegevens naar het aangegeven adres, zie bon.

MVH Adviseurs BV brandpreventie, bouwplantoetsing brandveiligheid, Handhaving & detachering brandpreventie specialisten Fonteinkruid 1 3931 WT Woudenberg Tel. 06 54310052 Tel. 033-2586334 e-mail: info@mvhadviseurs.nl www.mvhadviseurs.nl

Brandweermaterialen & brandweervoertuigen

Peutz B.V. Postbus 66 6585 ZH mook Tel: 024 3570707 e-mail: info@mook.peutz.nl www.peutz.nl

Kiwa Nederland B.V. Postbus 70 2280 ab rijswijk Sir W.churchilllaan 273 2288 ea rijswijk Tel. 070 4144400 Fax 070 4144420 e-mail: info@kiwa.nl www.1kiwa.com/brand

Floriaan B.V. Postbus 220 5300 ae Zaltbommel Tel. 0418 573800 Fax 0418 573801 e-mail: info@floriaan.nl www.floriaan.nl Ingenieursbureau Te Riele B.V. Postbus 72 7390 ab Twello Tel. 055 3231181 Fax 055 3231095 e-mail: info@terielebv.nl www.terielebv.nl IFsM – Noord de Wanne 39 7908 nm Hoogeveen Tel. 06 36542600 ifsm@home.nl

Alu/RVS Bewerkingen Machinefabriek Het Stempel B.V. Postbus 191 3330 ad Zwijndrecht Tel. 078 6104055 Fax 078 6104010 e-mail: info@het-stempel.nl www.het-stempel.nl

Blusmiddelen DSPA Postbus 6572 6503 gb nIjmegen Tel. 024 3789581 Fax024 378583

Bouwbedrijf Vaessen Algemeen bouwbedrijf Postbus 239 4940 ae raamsdonkveer Tel. 0162 522120 Fax 0162 520274

638 nummer 12 december 2009

Kenbri Fire Fighting BV Postbus 85 3250 ab Stellendam Tel. 018 7493588 Fax 018 7493066 www.kenbri.com

Certificatie & Inspectie

Droogkasten & reinigingsmachines Harstra Instruments Postbus 186 3890 ad Zeewolde Tel. 036 5222142 Fax 036 5222152 e-mail: info@harstra.nl www.harstra.nl Laundry b.v. Industrieweg 10 Postbus 7015 3286 Zg Klaaswaal Tel. 0186 572900 Fax 0186 573210 e-mail: laundry@laundry.nl www.laundry.nl Miele Professional de Limiet 2 4131 nr Vianen Tel. 0347 378883 Fax 0347 378429 e-mail: professional@miele.nl www.miele-professional.nl

Detachering brandweerpersoneel Paraat Veiligheidsdiensten Turfstekerstraat 30 1431 ge aalsmeer Tel:0297 230590 Fax 0297 230591 e-mail: info@paraat.nl www.paraat.nl BBN brandwachten edisonweg 6 1821 bn alkmaar Tel. 072 5405216 Fax 072 5404792 e-mail: info@bbnbrandwachten.nl www.bbnbrandwachten.nl

Waar kunt u terecht voor producten en diensten? Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Advertentieverkoop Bureau Van Vliet Postbus 20, 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 5714745, fax 023 - 5717680 Geboorde brandputten

Helmsteunen

AquaNed Watertechniek Postbus 85 4715 ZH rucphen Tel. 016 5313350 www.aquaned.com

Slaats Fijnmechanische Techniek Schepengraaf 6a 6035 PV Ospel Tel. 0495 641794 Fax 0495 641976

Beemsterboer B.V. de Veken 10 1716 Ke Opmeer Tel. 022 6351860 Fax 022 6351092 Grondbooronderneming J. Hörmann B.V. rollecate 61 Postbus 28 7710 aa nieuwleusen Tel. 0529 480910 Fax 0529 485460 Verhey Toldijk B.V. Zutphen emmerikseweg 13b 7227 de Toldijk Tel. 0575 452041 Fax 0575 452051 Mos Grondwatertechniek boonsweg 11 3274 LH Heinenoord Tel 0186 607100 www.mos.nl Grondboringen IJsselmuiden Spoorstraat 20 8271 rH Ijsselmuiden Tel. 038 3336099 Fax 038 3336098 e-mail: info@grondboringen.eu www.grondboringen.eu Verhoeve Watertechniek bv Industrieweg 23 4762 ae Zevenbergen Tel. 016 8336030 Fax 016 8336603 e-mail: info@verhoevewt.com www.verhoevewt.com Raaijmakers Bronbemaling Liessentstraat 18c 5408 Sb Volkel Tel. 0413 273065 Fax 0413 274190 e-mail: info@raaijmakersbronbemaling.nl www.raaijmakersbronbemaling.nl

Hulpverleningsgereedschappen Weber Rescue Nederland exclusief dealer voor de verkoop en service van Weber-Hydraulik producten In nederland. delta Industrieweg 15 3251 LX Stellendam Tel.018 7493588 Fax 018 7493066 e-mail: info@weber-rescue.nl www.weber-rescue.nl

Kenniscentrum voor de woning- en utiliteitsbouw SBR Stationsplein 45 a6.016, 3013 aK rotterdam Postbus 1819 3000 bV rotterdam Tel. 010 2065959 Fax 010 4130175 e-mail: sbr@sbr.nl www.sbr.nl

Oefenmaterialen VDK B.V. Handelsonderneming Langenakker 22 5731 jS mierlo Tel. 0492 667357 Fax 0492 667735

Olie- en calamiteitenbestrijding VanDoClean B.V. Stevenshof 21 5109 TX ‘s gravenmoer Tel. 0162 370390 Fax 0162 370392 mobiel: 06 53706000 e-mail: Info@vandoclean.nl www.vandoclean.nl

Handlampen Safety-Lux Nederland B.V. nijverheidswerf 37 1402 bV bussum Tel. 035 6914476 Fax 035 6915474 e-mail: info@safety-lux.nl www.safety-lux.nl

Sdu Uitgevers


B&B REGISTER

Opl. Verkeersveiligheid Brandweerchauffeur Antislip & Rijvaardigheidscentrum DIBO K. doormanstraat 15 7825 VS emmen Tel. 0591 767571 Fax 0591 615908 www.dibo-emmen.nl Stichting KLPE St. Walburg 6 6671 aS Zetten Tel. 06 53315625 Fax 084 7415485 e-mail: info@klpe.nl www.klpe.nl Slipstream Consultancy Verzetsraat 76 7671 gL Vriezenveen Tel. 0546 567792 Fax 0546 565489

Opleidingen & Trainingen TLO Deen Koningin emmalaan 2b 4141 ec Leerdam Tel. 06 11647578 e-mail: theo@tlodeen.nl www.tlodeen.nl

Persoonlijke beschermingsmiddelen Dräger Safety Nederland B.V. Postbus 310 2700 aa Zoetermeer Tel. 079 3444777 Fax 079 3444790 e-mail: info@draeger-safety.nl www.draeger-safety.nl MSA Nederland Postbus 39 1620 aa Hoorn Tel. 022 9250303 Fax 022 9211340

Reddingsgereedschappen Holmatro Rescue Equipment Postbus 33 4940 aa raamsdonkveer Tel. 0162 589200 Fax 0162 522482 www.holmatro.com

Redvoertuig trainingen Van Asten rescue trainingen dudokstraat 1 6041 Vm roermond Tel. 06 54725300 Fax 084 2259281 e-mail: jvasten@vanasten-trainingen.nl www.vanasten-trainingen.nl

Schuimvormende middelen VanDoClean B.V. Stevenshof 21 5109 TX ’s gravenmoer Tel. 0162 370390 Fax 0162 370392 mobiel: 06 53706000 e-mail: Info@vandoclean.nl www.vandoclean.nl

Signalering

Vluchtwegaanduiding

Marelko Benelux b.v. rondven 4 6026 PX maarheeze Postbus 2674 6026 ZH maarheeze Tel.0495 592290 Fax 0495 591014 e-mail: info@marelkobenelux.nl www.marelkobenelux.nl

Betalight B.V. drosteweg 20 3881 Pg Putten Tel. 0341 491231 Fax 0341 492066 e-mail: info@betalight.nl www.betalight.nl

Software Cebes Administratieve Automatisering C.V. Postbus 281 6000 ag Weert Tel. 0495 543211 Fax 0495 543174 e-mail: info@cebes.nl www.cebes.nl

Sprinklers NOVB (Nederlandse Organisatie voor Brandveiligheid) Hogeweg 39a 5301 Lj Zaltbommel Tel. 0418 518828 e-mail: info@novb.nl www.novb.nl

Stickers Letas Stickerservice Postbus 32016 6370 ja Landgraaf Tel. 045 5312580 Fax 045 5691700

Waterkanonnen Holleman B.V. Postbus 64 1500 eb Zaandam Tel. 075 6123272 Fax 075 6123409 www.hollemanmachine.nl

Werken op hoogte en/ hoogteredding Ascent Safety BV Siliciumweg 61a 3812 SW amersfoort Tel. 033 4480680 Fax 033 4480490 e-mail: info@ascent.nl www.hoogwerk.nl

Werving en selectie Leeuwendaal Postbus 1255 2280 cg rijswijk Tel. 070 4142700 Fax 070 4142600 e-mail: wens@leeuwendaal.nl www.leeuwendaal.nl

Uitlaatgasafzuiging Overlander BV morseweg 2 3899 bP Zeewolde Tel. 036 5219200 Fax 036 5234430 Lebon & Gimbrair Postbus 225 3750 ge bunschoten Tel. 033-2988122 Fax 033-2988024 www.lebon.nl

Uniformen en bluskleding Zwart Uniformkleding Postbus 32 1906 Zg Limmen Tel. 072 5051638 e-mail: info@uniformkleding.nl www.uniformkleding.nl

Versnellingsbakken/ Transmissies/Voertuigbouwers Allison Transmission Europe B.V. baanhoek 188 3361 gn Sliedrecht Tel. 078 6422100 Fax 078 6422164 e-mail: edgar.lips@allisontransmission.com www.allisontransmission.com

Ook wij willen opgenomen worden als bedrijf! Stuurt u mij vrijblijvend informatie over hoe mijn product of dienstverlening vermeld kan worden in deze rubriek. bedrijf/organisatie Postadres Postcode/woonplaats Telefoonnummer Faxnummer gewenste rubrieken

o per rubriek, per uitgave d 45,o per rubriek heel jaar (11 uitgaven) d 355,Prijzen exclusief bTW datum

Handtekening

U kunt deze bon sturen of faxen naar: bureau Van Vliet, Postbus 20, 2040 aa Zandvoort, Telefoon 023 - 5714745. Fax 023 - 5717680.

Brand&Brandweer

B&B Brand&Brandweer

nummer 12 december 2009 639


Brandweer redt slapende jongen uit bad Een 17-jarige jongen uit Duitsland sliep zo vast in bad, dat zijn zus uit bezorgdheid de brandweer belde. Ze had haar broer door de gesloten badkamerdeur horen snurken. Ondanks haar harde geklop op de deur bleef broerlief rustig doorslapen. Zelfs toen de brandweer voor de deur stond sliep de jongen rustig door. Uiteindelijk beukten de brandweermensen de deur in. De jongen bleek met zijn oren onder water in slaap te zijn gevallen en had daarom niets gehoord, zo zagen de brandweermensen en de zus toen ze eenmaal in de badkamer waren. Bron: www.suedkurier.de

Kazerne loopt onder Het Zeelandse stadje Aardenburg werd in november geteisterd door zware regenval en dus moest de brandweer op pad. Garages liepen onder water en in omliggende plaatsen stonden ook de straten blank. Na een lange dag hard werken was er echter geen tijd voor een bak koffie voor de brandweermensen van Aardenburg. Hun eigen kazerne stond onder water, omdat er een leiding was gesprongen. Bron: www.pzc.nl

BRAND&BRANDWEER Brand&Brandweer is het officiële orgaan van de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Brandweer en Hulpverlening (KNVBH) en het communicatiemagazine van de Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR) december 2009 - nummer 12 Jaargang 33 REDACTIE-ADRES

Brand&Brandweer t.a.v. redactiesecretariaat Brand&Brandweer, Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, tel. (058) 2160862, e-mail: brand&brandweer@sdu.nl REDACTIE

Ing. Stephan J.M. Wevers, regionaal commandant Hulpverleningsdienst Regio Twente (voorzitter redactie) Drs. Albert-Jan van Maren, brandweer Ede Mr. J. Bernard M. Tilman, directeur NVBR Frans van der Veen, brandweer Gooi en Vechtstreek drs. Allard T.W. van Gulik, veiligheidsregio VNOG Patrick van den Brink, burgemeester IJsselstein EINDREDACTIE

PS Produkties: Ingrid Spijkers, Christel Pieper, e-mail: info@ps-produkties.nl AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE

Patrick van den Brink, Wouter Titsing, Patrick van Gerner, Oefencentrum Wijster, Frans van Nieuwenhoven, PS Produkties, Peter van Aalst, Jan Honing, Ed Oomes, Hulpverleningsdienst Groningen, foto- en videoteam brandweer Zuid-Limburg, Andre Passenier, Marco van der Leest, Michel Klanken, Ed Oomes, Jos Schuurman. ONTWERP EN OPMAAK

SD Communicatie, Rotterdam Druk

Drukkerij ten Brink - Meppel

Lijst van adverteerders Agterhuis en Fien VOF

UITGEVER

Pagina

626

BBN Brand Beveiliging Nederland

604

Fyeo Medical

590

Haagen Fire Training Product

628

DSPA.nl

G4S beveiliging

Hobrand Holugt BV J. Horman BV Laundry BV

626

C2

604

622

622

Letas stickerservice

628

Paraat Veiligheidsdiensten

635

MSA Nederland BV

Raaijmakers Bronbemaling Regiosafe Fire en Rescue

R en B Organisatie en Advies Safety Lux Nederland Sdu

Slaats Fijnmechanisme

UVIT, Univé VGZ IZA Trias

Zwart uniformkleding

640 nummer 12 december 2009

C4

628

635

C3

635

612, 628, 634, 635, 636 626

622, 626, 628, 637

635

Sdu Uitgevers: Roel W. Roos Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, e-mail: r.roos@sdu.nl BLADMANAGEMENT

drs. Karel Frijters Postbus 20025, 2500 EA Den Haag, e-mail: k.frijters@sdu.nl ADVERTENTIE-ACQUISITIE

Tarieven, reserverings- en sluitingsdata op aanvraag beschikbaar bij: Bureau Van Vliet, Postbus 20, 2040 AA Zandvoort, tel. (023) 571 47 45, fax (023) 571 76 80, e-mail: zandvoort@bureauvanvliet.com, www.bureauvanvliet.com Informeer ook naar de mogelijkheden voor combinatieadvertenties in Brand&Brandweer, GRIP4, Brandweeralmanak en/of Brandweeragenda! Sluitingsdata advertenties en bijsluiters 2009

nummer 1 2 3 4 5

verschijning 02-01-2010 01-02-2010 01-03-2010 03-04-2010 01-05-2010

reservering 04-12-2010 01-01-2010 05-02-2010 08-03-2010 02-04-2010

ABONNEMENTEN

Opgave van abonnementen en adres-wijzigingen: Sdu Klantenservice, Postbus 20014, 2500 EA Den Haag, tel. (070) 378 98 80, fax (070) 378 97 83, e-mail: sdu@sdu.nl, www.sdu.nl/brandweer Het abonnement op Brand&Brandweer kost d 69,45 (incl. BTW en verzendkosten, 11 nummers). Indien reeds geabonneerd op Brand&Brandweer kost een aanvullend abonnement op GRIP4 d 38,70. Prijs los nummer: d 8,-, prijs luxe verzamelband d 8,-. (prijzen zijn i­ nclusief 6% BTW en verzendkosten). Een abonnement op GRIP4 geeft tevens toegang tot GRIP4-digitaal, nieuwsdossiers, forum en het archief van GRIP4 via www.hulpdienstenonline.nl. Inlogcodes worden schriftelijk aan abonnees verstrekt. Een abonnement geldt voor een jaar en wordt automatisch met een jaar verlengd, tenzij uiterlijk twee maanden voor het verstrijken van het abonnementsjaar schriftelijk wordt opgezegd bij Sdu Klantenservice (zie adres hierboven). Wilt u reageren op een artikel, of een onderwerp/artikel aandragen voor publicatie in B&B, neem dan contact op met de redactie via brand&brandweer@sdu.nl. De redactie houdt zich het recht voor artikelen in te korten dan wel journalistiek aan te passen. © Sdu Uitgevers 2009 Alle rechten voorbehouden. Alle auteurs­ rechten en databankrechten ten aanzien van deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij Sdu Uitgevers bv. Behoudens de in of krachtens de Auteurswet 1912 gestelde uitzonderingen, mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Op al onze producten zijn onze leveringsvoorwaarden van toepassing. Zie hiervoor onze website www.sdu.nl Persoonsgegevens worden bewerkt voor de uitvoering van de (abonnements) overeenkomst en om u van informatie te voorzien over Sdu Uitgevers bv en andere zorgvuldig geselecteerde bedrijven. Indien u geen prijs stelt op deze informatie, kunt u dit schriftelijk melden bij Sdu Klantenservice. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden auteurs, redac­teuren en uitgever geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten of onvol­komenheden. ISSN 01656-4675

Termijn van annulering: 6 weken voor verschijningsdatum Termijn van inzending: 3 weken voor verschijningsdatum

Sdu Uitgevers


Internationale Vakbeurs Incidentmanagement Crisisbeheersing & Rampenbestrijding

E

6e

D

Vliegkamp Valkenburg, Katwijk (ZH) dinsdag 22 juni t/m donderdag 24 juni 2010 Met o.a. de volgende workshops, activiteiten en demonstraties: - Technische hulpverlening - Speciale voertuigen - Blusdemonstraties - Technische Hilfswerke Duitsland - Werken op hoogte - Reddingshondenbrigades - Rijvaardigheidstrainingen - Elke beursdag ‘de keten’ compleet in actie tijdens de slotdemonstratie

www.ivic.nl

IT I E



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.