P A o S
SOCIOLOGISCH ANTROPOLOGISCH PERIODIEK
SINDS 1970
JAARGANG 46, NUMMER 1, Februari 2015
Vernieuwing
Redactioneel In SoAP: Rubrieken
I
n deze editie van SoAP staat het thema vernieuwing centraal. Vandaar ook de lotus op de voorkant, het symbool voor eeuwige vernieuwing.
Daar waar vernieuwing haar intrede doet ligt het onbekende op de loer. Deze vernieuwing, het onbekende, wat stellen we ons daar bij voor? Je kunt denken aan een nieuwe vriend of vriendin, verhuizen, naar een nieuwe school gaan of andere veranderingen op microniveau. Maar waar denken we aan als we spreken over vernieuwing in de samenleving. Gaat dat over de jongere generatie die 24/7 online beschikbaar is? Je kunt ook denken aan vernieuwing in het onderwijs: de afschaffing van de studiefinanciering, en de intrede van een sociaal leenstelsel. Zorgen deze, en andere vernieuwingen wel voor ‘verbetering’ binnen de samenleving? Ervaren wij de vernieuwing als iets positiefs? Vernieuwing, we kunnen er niet aan ontsnappen. Zelfs SoAP ontsnapt niet aan de vernieuwing. Het jaar 2014-2015 wordt namelijk gekenmerkt door de intrede van een commissie. Met een moeilijke start, omdat alles voor ons ook nieuw was, presenteren wij met trots en met dank aan de redactie het resultaat.
2
Redactioneel
5
Interview: Studentenbezigheden
12
Interview: Micaffè
14
Interview: Jeroen van Baar
Columns 3
Jacob Dijkstra
17
Bram Hogendoorn
Artikelen 7
Stilstand is achteruitgang
10
Lang leve twijfelaars
13
Volksoproer door ‘blauwe vinkjes’
Met de vraag in het achterhoofd wat het behouden waard is en wat er toe is aan vernieuwing, wensen wij u veel leesplezier met deze editie van SoAp.
Kijk ook op onze website:
2 SOAP
Colofon
Redactie
Sociologisch Antropologisch Periodiek Contact: soap.groningen@rug.nl Vakgroep Sociologie t.a.v. ‘SoAP’ Grote Rozenstraat 31 9712 TG Groningen Jaargang 46, nummer 1, februari 2015 Drukwerk: Drukwerklab.nl
Nienke Tebbens
Verzending: Rijksuniversiteit Groningen Lay-out: Jan Klinkhamer, Yvonne Post, Rianne de Vries Cover: Folkert de Graaf SoAP-Logo: Thomas Bos Eindredactie: SoAPcie Oplage : 600
Merel Sluiter Daan Bloem Ymke Riemersma
www.soapgroningen.nl Of volg ons t
Bram Hogendoorn Djamila Boulil Sofie Wiersma Yvonne Post Reimer Vonk Lars Padmos Esther Talsma
@SoAP_Groningen facebook.com/SoAP-Groningen
Jacob Dijkstra is docent en onderzoeker aan onze vakgroep. Sinds kort schrijft hij columns voor SoAP. Hij houdt zich bezig met speltheorie, ruilnetwerken, collectieve besluitvorming en mathematische sociologie.
Foto: Jacob Dijkstra
I
k moet hier schrijven over vernieuwing, maar m’n hoofd zit vol met de aanslagen op de redactie tvan het blad Charlie Hebdo en de gijzeling in de koosjer supermarkt bij Porte de Vincennes. Met dat diabolische vuurwerk begint het jaar 2015. De beelden van Ahmed Merabet (41), genoemd naar de Profeet, die op het plaveisel van Parijs op beestachtige wijze wordt vermoord door een losgeslagen holbewoner laten me niet los. Op de avond van woensdag 7 januari, de dag van de aanslagen, dineer ik met mijn Franse vriend in Amersfoort. Hij vraagt zich net als iedereen verbijsterd af wat het doel is van de aanslagen. Er vallen 17 onschuldige doden; 17 mensenlevens op zinloze wijze verkwist. Ook het godslasterlijke offer van de drie jihadisten is een zinloze, nihilistische verspilling. Maar de 20 doden van 7, 8 en 9 januari zullen de moordstatistieken van Parijs over 2015 nauwelijks beïnvloeden. Al zijn er 8 tekenaars en redacteuren van Frankrijks meest spraakmakende tijdschrift vermoord, ook de satire en de kritiek zijn niet het zwijgen opgelegd. Uren na de aanslagen worden controversiële cartoons over de hele wereld verspreid via de (sociale) media. Libération biedt Charlie onderdak en de krant zal woensdag ‘gewoon’ verschijnen, in recordoplage. De Fransen zullen een paar weken schichtig over hun schouder kijken, maar snel zullen de bioscopen en theaters weer vol zitten. Maandag rijdt de métropolitain. De mars voor de Republiek is de grootste demonstratie uit de Franse geschiedenis (en dat wil wat zeggen). De aanslagen zijn niet ‘effectief ’. Toch worden ze trots opgeëist door verblindde fanaten. Waarom? Omdat ze ‘symbolisch’ van aard zijn. Wij, de niet-extremisten, van welke geloofsovertuiging overigens ook, zijn gewend aan middelen te denken als aan zaken waarmee we op min of meer rationele wijze doelen proberen te bereiken. Doelen die we formuleren in termen van veranderingen in de waarneembare werkelijkheid, of het tegenhouden daarvan. Maar middelen kunnen ook iets vertegenwoordigen, iets ‘representeren’ dat niet waarneembaar is. Een middel kan iets ‘symboliseren’, iets ‘betekenen’. Dergelijke symbool-betekenis-relaties zijn bij uitstek het domein van religie en ethiek. Dat wat gesymboliseerd wordt, is ‘heilig’ en religies reguleren symbolische representaties van wat
heilig is in rituelen en voorschriften. ‘Gij zult u geen gesneden beelden maken’, sprak de god van Abraham, Isaak en Jakob in de twoestijn Sinaï en de Islam kent een verbod op het afbeelden van de profeet. Zij die de rituelen niet naleven en de symbolen ‘ijdel gebruiken’ plaatsen zichzelf buiten de geloofsgemeenschap en in de ogen van extremisten verspelen zij met die heiligschennis hun menselijkheid. Ze zijn vogelvrij en moeten worden aangevallen. Maar hoe valt men een wereld aan die niet gelooft in de absolute heiligheid van religieuze symbolen? Een wereld die lacht om een vloek en spot met de hemel? Door te doden wat in die wereld heilig is: de individuele mens. Onze wereld is onttoverd, ontdaan van mystiek. De meeste westerse christenen, moslims en joden geloven niet dat hun god direct ingrijpt in de wereld, dat zijn wil hier op aarde onverkort geschiedde. Het transcendentale is voor altijd gescheiden van het empirische. Hier in het ondermaanse is niets meer heilig. Niets, behalve de individuele mens en zijn onontvreemdbare rechten. Dat wat Durkheim “le culte de l’individu” noemde. En dat maakt ons kwetsbaar. Als ieder mens van onschatbare waarde is en als iedere stem gehoord moet worden, is iedere dode een hele democratie die het zwijgen is opgelegd. Toch is extremisme niet te bestrijden door symbolen heilig te verklaren. De zelfbenoemde verdedigers van ‘De Verlichting’ vormen schouder aan schouder met jihadisten het grootste gevaar voor haar erfenis. Fundamentalisten van allerlei pluimage proberen de ons, de weldenkenden, tegen elkaar uit te spelen en te verscheuren in koortsdromen van bloed en vuur. Maar wij, wij verdedigen onze wereld door haar te onttoveren en te ontdoen van mystiek. Dat is geen nihilisme, maar redelijke menselijkheid op grond van menselijke rede. Ahmed, “C’est bon, chef.” Jacob Dijkstra
SOAP 3
JE SUIS
CHARLIE
4 SOAP
Interview:
Studentenbezigheden
Sofie Wiersma
I
n deze nieuwe rubriek gaat onze redactie op zoek naar een student met een opmerkelijke bezigheid. In deze editie is Zenash Pouwels aan het woord over haar sport Lacrosse.
De eerste keer dat ik zag hoe de sport Lacrosse in zijn werk gaat was in de film Wild Child. Zo werd er meteen een stempel op gedrukt: sport voor Britse kakkers. Na wat research te hebben gedaan bleek dit vooroordeel echter onwaar te zijn. Lacrosse is juist erg populair in Canada en de Verenigde Staten. In Nederland is de populariteit van Lacrosse bezig aan een opmars. Zo kent Groningen ook een vereniging voor Lacrosse, genaamd Gladiators.Fun fact: Lacrosse kent zijn oorsprong bij de indianen. Zij noemden het spel “dehuntshigwa’es” wat vertaald wordt als “mannen slaan een rond voorwerp”. De indianen gebruikten het spel om jonge mannen te trainen. Met dank aan de Fransen die dit spelletje hebben afgekeken bij de indianen ging Lacrosse de wereld rond. Tegenwoordig kent bijna iedereen deze interessante sport wel. Bij Lacrosse heeft elke speler een stick genaamd een crosse. Aan deze crosse zit een netje waarin de speler de bal houdt. Het doel van het spel is om de bal met behulp van je crosse in het doel van de tegenstander te gooien. Lacrossse heeft twee keer op het programma gestaan van de Olympische Spelen.Dit alles is reden genoeg om Zenash, een spontane eerstejaars
sociologiestudente, hierover te interviewen. Na een jaar in Amsterdam gestudeerd te hebben kwam ze in Groningen terecht. Hier besloot ze zich aan Lacrosse te wagen. Tijd om haar wat vragen te stellen! Hoe ben je bij de studentensportvereniging Gladiators terecht gekomen? “Net als duizenden anderen heb ik dit jaar meegedaan aan de KEI-week, onzettend leuk natuurlijk. Tijdens die week was op de woensdag de sportmarkt waar verschillende studentensportverenigingen zich presenteerden aan de nieuwe studenten. Ook al had ik al veel opgezocht over de sportverenigingen hier, ik vond de sportmarkt erg leuk. Vorig jaar zat ik bij Aegee Amsterdam, waar ik ontdekte dat een 100% gezelschapsvereniging niet bij mij paste. Vandaar mijn zoektocht naar een leuke nieuwe uitdaging. Lacrosse is zeker nieuw voor mij en zo besloot ik naar een open training te gaan. Ik was helemaal om en heb me direct aangemeld bij de Gladiators.” Had je hiervoor al enige ervaring met Lacrosse? “Ik had voorheen net zoveel kennis over Lacrosse als over SoAP, totaal geen dus!” SOAP 5
Wat vind jij het mooiste aan de sport Lacrosse? Waren er ook dingen die tegenvielen? “Ik ben tot dusver nog niets tegen gekomen wat me tegen valt, denk ook niet dat het zal gebeuren. Het mooiste aan de sport is denk ik de manier waarop er zoveel sporten verzegeld zitten in de regels van lacrosse. Zo mag je achter het doel komen met de bal, hetgeen bij veel andere sporten niet mag. Er is een drie seconderegel dat lijkt op basketbal. Verder lijkt de sport zeker op ijshockey, tenminste dat heb ik me laten vertellen.” Hoeveel tijd ben je ongeveer kwijt aan je sport? “We trainen twee keer in de week, op de maandag en woensdagavond van acht tot tien uur. Daarnaast kun je ook ervoor kiezen om mee te doen met de wedstrijden, dat doe ik ook. Dat houdt in dat je op zondag een wedstrijd hebt, de tijden hiervan verschillen even als de plek.” Is het vooral feestjes en gezelligheid of staat Lacrosse voorop? “Lacrosse staat zeker voorop! Er zijn volgens mij in de hele vereniging bijna geen mensen die het alleen voor de gezelligheid en feestjes doen en niet voor Lacrosse. Desalniettemin is het zeker gezellig! Elke twee week is er een borrel die vaak wordt omgedoopt tot karaoke, dus als je van zingen houdt en nog actief wilt sporten is Lacrosse de perfecte combi!” Zijn er ook mogelijkheden om op een hoog niveau te spelen? “Aangezien Lacrosse nog erg klein is in Nederland, hoewel de populariteit sterk toeneemt, is er relatief gemakkelijk de mogelijkheid op een hoger niveau te spelen. Ik speel met mijn team in de tweede divisie, wij zijn allemaal nieuw binnen Lacrosse. Daarnaast hebben we ook nog een dames 1, die dus de eerste divisie spelen. Ook zijn er een aantal meiden van de vereniging die try-outs aan het doen zijn voor het Women Dutch National Team, het WDNT. De goalie (doelvrouw, red.) van het eerste team heeft overigens al eens bij het Nederlandse damesteam gespeeld. Het WDNT geeft ook door het seizoen verschillende delopmentworkshops. Ondanks dat ik er nog niet bij geweest ben, heb ik zeker vernomen dat je er ontzettend veel van leert.”
6 SOAP
Heb je zelf al aan wedstrijden meegedaan? “Ja! Ik heb nu denk ik vier wedstrijden gedaan, van de zes. We zitten op dit moment in onze winterstop wat betreft de wedstrijden, training gaat gewoon lekker door! Zelf vind ik dat wedstrijden de sport wat levendiger maken en dat je meer korte termijndoelen kan stellen voor het trainen.” Zou je anderen aanraden om ook Lacrosse te gaan spelen? “Zelf ben ik inmiddels groot fan van lacrosse! Als je zin hebt in een nieuwe uitdaging, een intensieve work-out, een open vereniging met ontzettend veel gezelligheid en goedkoop uit eten met de club na een wedstrijd te hebben gespeeld in Groningen bij de Grote Griet en ben je niet lid van de Gladiators? You better be!”
STICKS UP! x Zenash Meer informatie over lacrosse, of enthousiast geworden? Ga naar http://lacrossegroningen.nl/ Ben of ken jij iemand met een leuke bezigheid naast het studeren? Mail dan naar soap.redactie@gmail.com.
Stilstand is achteruitgang
SOAP 7
Tekst en illustratie: Merel Sluiter
Stilstand is achteruitgang
H
oe geweldig is het dat we de hele wereld kunnen overvliegen? Dat we niet tig boeken hoeven te raadplegen om een essay te schrijven? Dat in veel landen vrouwen geen hele dagen meer bezig zijn met de was doen? Dat er elke dag nieuwe en betere medicatie wordt ontwikkeld? In de laatste honderd jaar is onze levensverwachting verdubbeld. Mogelijkheden lijken tegenwoordig grenzeloos. Elke dag worden er nieuwe dingen uitgevonden en ontwikkeld, zoals Moore’s law voorspelt groeien technologische ontwikkelingen exponentieel. Onze grootouders hebben het uitvinden van de auto nog meegemaakt. Wij kunnen onze kinderen vertellen over onze cassettebandjes voor in een walkman en over een floppie voor in de computer. Tegenwoordig (lees: 15 jaar later) kunnen mensen in verzorgingstehuizen al verzorgd worden door robots. Ondanks het feit dat er veel positieve kanten zitten aan constante innovatie vraag ik me soms af welke doelen het dient. Zouden we ons niet meer bezig moeten houden met waarom we innoveren en welke (negatieve) gevolgen het met zich meebrengt? Moeten we niet beter filteren welke innovaties worden doorgevoerd en welke niet? Ik denk dat het heel belangrijk is om over dit soort vragen na te denken. Zoals uit mijn voorbeelden zal blijken zitten er namelijk ook keerzijdes aan innovatie. Enerzijds dragen ontwikkelingen in de medische wereld bij aan de hogere gemiddelde levensverwachting. Denk bijvoorbeeld aan medicijnen die ervoor hebben gezorgd dat AIDS niet meer dodelijk hoeft te zijn en dat afgelopen jaar het sterftecijfer ten gevolge van malaria met 47 procent is gedaald. Anderzijds dienen innovaties in de farmaceutische wereld helaas niet altijd een dergelijke ideale doelstelling, namelijk om het welzijn van mensen te verbeteren. Om patentrechten te omzeilen worden er miniscule ‘ontdekkingen’ gedaan zodat er een ‘nieuw’ medicijn op de markt kan worden gebracht door een concurrent. In de praktijk blijkt echter dat 55 procent van de nieuw ontwikkelde tmedicijnen geen toegevoegde therapeutische waarde heeft. De farmaceutische industrie kan hiermee makkelijk geld verdienen. Maar wordt de consument beter van een dergelijke vernieuwing? En belangrijker nog, waarom zijn al deze intelligente mensen niet bezig met het ontwikkelen van geneesmiddelen tegen ernstige ziektes in plaats van zoeken naar medicijnen die niets toevoegen maar waaraan wel veel geld kan worden verdiend?
8 SOAP
Er zijn nog vele andere voorbeelden te bedenken waarbij verdienen het doel is van innovatie. In ons kapitalistische systeem lijkt het namelijk heel normaal om te kopen om het kopen en dit werkt de consumptiemaatschappij in de hand. Innovaties dragen hieraan bij door steeds nieuwe gadgets op de markt te brengen. Zoals er zo treffend in de film fight club wordt gezegd: ‘we buy things we don’t need, with money we don’t have, to impress people we don’t like’. We kopen steeds nieuwe producten, of nieuwere versies van een product, terwijl het bestaande vaak nog prima werkt. Je iPhone 4 is al oud en misschien is het ook de hoogste tijd voor een iPad naast je laptop? We willen steeds meer en beter, maar maakt dit gelukkig?
‘We buy things we don’t need, with money we don’t have, to impress people we don’t like.’ We zijn al gewend geraakt aan de integratie van technologieën in ons dagelijks leven. Een maatschappij zonder computer, mobiel of internet, ik kan het mij amper voorstellen. De digitale wereld biedt ons een legio aan mogelijkheden en zorgt voor efficiëntie. Informatie is makkelijk te verkrijgen en communicatie gaat vele malen sneller. Toch kan ik ook minder positieve kanten van digitalisering bedenken. Zo herken je vast wel dat je achter de computer zit, bijvoorbeeld om een essay te schrijven, en dat je na uren denkt ‘wat heb ik eigenlijk gedaan?’. Oeps, uren Facebook, 9gag of andere websites bekeken. Ik heb me deze week ook afgevraagd waarom de vernieuwing van de ‘blauwe vinkjes’ is geïntroduceerd bij Whatsapp die laten zien dat een bericht door de ander is gelezen (zie voor meer informatie het artikel van Ymke Riemersma in deze SoAP, red.). Ik denk dat mensen niet voor niets gebruik maakten van de mogelijkheid om de ‘laatst gezien’ functie uit te zetten, namelijk om een stukje privacy te behouden. Wanneer ik kijk naar hoe technologie ons leven nu al beïnvloedt schrik ik daar soms van, maar als ik kijk naar wat er aan zit te komen schrik ik des te meer. Je hebt bijvoorbeeld vast weleens een poster zien hangen van ‘Nest’, een ‘smart thermostat’. Deze thermostaat kan zichzelf programmeren en vanaf je smartphone worden bediend. De grootste voordelen zijn dat je temperatuur automatisch wordt geregeld en dat je energierekening met maar liefst 20 procent kan afnemen. Wat je misschien nog niet weet is dat het niet zo onschuldig is als het lijkt, derden kunnen namelijk ook invloed hebben op jouw ‘smart thermostat’. Via de hardware die je nodig hebt om de thermostaat te programmeren zijn er bedrijven die jouw thermostaat kunnen
bedienen en daarbij kunnen bekijken wat voor zoekgedrag je op internet vertoont. Ook zou er misbruik van kunnen worden gemaakt door de temperatuur in je kamer naar beneden te zetten, zodat je sneller winterkleren gaat kopen of eerder een wintersportvakantie wilt boeken. Je verkeert dan waarschijnlijk in de illusie dat je uit vrije wil die mooie winterjas hebt gekocht, stiekem ben je echter een handje geholpen. Een ander voorbeeld van een negatief gevolg van digitalisering noemt Manfred Spitzer ‘digitale dementie’, zoals de titel van zijn boek luidt. Met digitale dementie bedoelt Spitzer dat we met digitale middelen ons geheugen en ons verstand kapot maken. Hij is bijvoorbeeld erg kritisch over de transitie naar digitalisering in het onderwijs. Voor de hersenontwikkeling van kinderen is te veel digitaal onderwijs namelijk niet goed. Schoolprestaties dalen omdat er minder aandacht is voor schrijven terwijl dit juist belangrijk is om fijne motoriek te ontwikkelen, en ook een belangrijk onderdeel van leren lezen. Het is dus van belang dat de computer als aanvulling wordt gebruikt in het onderwijs. In China wordt het echter ter vervanging gebruikt. Er zijn daar al scholen die kinderen niet meer leren schrijven maar alleen leren typen. Ik denk dat innovaties enorm waardevol kunnen zijn voor de wereld als ze een goed doel dienen, als het op de juiste wijze wordt geïmplementeerd en wanneer er goed nagedacht wordt over de gevolgen. Het is ten eerste belangrijk dat de ‘normale burger’ begrijpt wat de mogelijkheden en gevaren van innovaties zijn en ten tweede dat de mensen die innoveren goed nadenken over de implicaties van hun innovaties. Er mag een kern van waarheid in de uitspraak ‘Stilstand is achteruitgang’ zitten maar ik denk dat innovatie niet automatisch vooruitgang betekent.
‘Innovatie betekent niet automatisch vooruitgang’
SOAP 9
Lang leve twijfelaars Esther Talsma
‘
T
wijfel is het begin van wijsheid.’ Een wijze uitspraak van de Frans filosoof René Descartes. Waarom dan toch dat twijfel zo’n negatieve reputatie heeft? Twijfelen is aan herwaardering toe, denk ik.
Wie kent het fenomeen niet: degene die het hardst schreeuwt is degene die er het minst verstand van heeft, de onkundige met de mond vooraan en de vinger in de lucht. De deskundige houdt zich stil en bemoeit zich niet met de discussie. Lees maar eens een willekeurige discussie onder een YouTubefilmpje of een Facebookbericht. Nu valt de negatieve reputatie van twijfel best te begrijpen. Twijfel kan verlammen, het kan gevaarlijk zijn. Twijfel verkoopt geen kranten, wint geen prijzen, met twijfel krijg je geen bewondering, geen promotie. Twijfel hoort thuis in de passieve sector van ons leven. Twijfel is openheid, kwetsbaarheid. Kortom: twijfel is niet betrouwbaar. Gevolg hiervan is dat er niet wordt getwijfeld. In de samenleving is er geen ruimte voor twijfel. Continu krijgen we informatie tot ons, via onze mobiele telefoons, via internet op onze laptop en op televisie tijdens het nieuws word je overspoeld met informatie waar je allemaal maar een mening over moet hebben. Hier is de dubbele paradox van de hedendaagse maatschappij. Hoe meer informatie we binnenkrijgen, hoe minder we ervan begrijpen. En hoe minder we ervan begrijpen, hoe meer we ervan vinden. En deze paradox wordt steeds bevestigd en tevens steeds sterker. Tot in de details krijgen we alle informatie over ons heen en hoe ondoorgrondelijker deze brei van informatie wordt, hoe stelliger onze mening erover. Is geen mening hebben dan een oplossing? Nee, apathie is op geen enkele vraag een antwoord, maar toegeven dat je iets simpelweg niet weet zou wel wat vaker een optie mogen zijn. Want zou de economische crisis net zo heftig zijn geweest
10 SOAP
als er wat meer twijfelaars rondliepen in de top? Of zou de Zwarte Pietendiscussie zo gespannen zijn geweest als beide kanten wat meer aan hun eigen gelijk hadden getwijfeld? Het probleem dat overblijft bestaat eruit hoe we kunnen twijfelen zonder te verlammen. Een eerste stap zou zijn te beseffen dat twijfel, in tegenstelling tot het gangbare beeld, juist kan motiveren. Met twijfel kun je de grenzen accepteren die aan het menselijk weten zitten en je bevrijden van de afhankelijkheid van de overtuiging dat je alles van tevoren moet weten, die overtuiging was een voorwaarde voor actie. Het besef dat je nooit de waarheid zult weten, wil niet zeggen dat jouw perspectief per definitie ontoereikend is. Deze is slechts tijdelijk en veranderlijk van aard. Een tweede stap naar de herwaardering van twijfel zou zijn om als maatschappij twijfel niet meer te zien als een tekortkoming, maar als een deugd. Niet als een teken van zwakte, maar eerder als een teken van kennis en intelligentie. Stel je voor: een ‘draaiende’ politicus wordt niet meteen beschouwd als onbetrouwbaar. Een presentator die in grijstinten spreekt brengt niet meteen de kijkcijfers in gevaar. Dus voor de draaikonten onder ons, ga vooral zo verder en maak je twijfel kenbaar in je omgeving. Ik vermoed dat de wereld er dan een stuk rooskleuriger uit zou zien. Al ben ik daar niet helemaal zeker van.
humanitas
COLUMNS
FOTOGRAFEN ILLUSTRATOREN RUBRIEKEN EINDREDACTIE ACQUISITIE WEBSITE 1979 INTERVIEWEN STUDIEPUNTEN ARTIKELEN ONLINE STRUCTUUR CREATIEVELINGEN
NIEUWE REDACTIELEDEN
ACTUALITEITEN
GEZOCHT SCHRIJVERS VORMGEVING
SOAP.REDACTIE@GMAIL.COM
COLUMNS
FOTOGRAFEN ILLUSTRATOREN RUBRIEKEN EINDREDACTIE ACQUISITIE WEBSITE 1979 INTERVIEWEN STUDIEPUNTEN ARTIKELEN ONLINE STRUCTUUR CREATIEVELINGEN
NIEUWE REDACTIELEDEN
ACTUALITEITEN
GEZOCHT SCHRIJVERS VORMGEVING
SOAP.REDACTIE@GMAIL.COM
SOAP 11
Interview:
Micaffè
SoAP zet dit jaar de mensen die sociologie studeren zo fijn maken in het zonnetje. Deze week een interview met de medewerkers van MiCaffè (spreek uit: miekaffuh, red.), de koffiezaak op de faculteit aan de Grote Rozenstraat, die de studenten voorzien van de fijnste koffie, broodjes en snacks. Reimer Vonk & Yvonne Post
H
oe heten jullie? Lotte Bergman en Joyce van Biessum
Hoe lang werken jullie hier al? Lotte: “Ik werk sinds augustus 2009 bij MiCaffè, en sinds september dit jaar op de vestiging van MiCaffè op de faculteit GMW.” Joyce: “Ik werk hier sinds augustus dit jaar.” Wat voor opleiding hebben jullie hiervoor gedaan? Joyce: “Ik heb de opleiding voor sociaal pedagogisch medewerker (welzijnswerk en opvoedingsondersteuning, red.) gedaan.” Lotte: “Ik heb Leisure Management in Leeuwarden, Toeristisch Management in Groningen en Theater- Film en Televisiewetenschappen in Utrecht gedaan. Helaas heb ik geen van deze opleidingen afgemaakt.” Hoe zijn jullie hier terechtgekomen? Lotte: “Op de fiets haha. Nee ik werkte sinds 2009 bij MiCaf-
12 SOAP
fè op het Zernike, en toen MiCaffè een vestiging kreeg op de faculteit GMW ben ik hier gaan werken. “Joyce: “Ik werkte bij de thuiswedstrijden van FC Groningen als supervisor in de businesslounge. Helaas was dit maar 2 keer per maand. Daarnaast had ik een 0-uren contract. Ik ben benaderd door een uitzendbureau voor een functie bij Micaffè voor door de week. Omdat ik vastigheid wou ben ik hier voor gegaan.” Wat is het gekste dat jullie hier ooit hebben meegemaakt? Lotte: “Ik wilde kijken of ik in een grote kartonnen doos zou passen en toen zat ik vast.” Joyce: “Ik was klanten aan het helpen en het werd best druk. Lotte was achter bezig met opruimen. En net op dat moment vraagt Lotte of ik haar even kan helpen. Ik zei dat het druk was, waarop ze beteuterd “Oh, oké’’ antwoordde. Toch maar even gaan kijken, en ja hoor. Daar zat Lotte. In het midden, in een grote doos. Kwam ze er dus niet meer uit!” Lotte: “Toen was ik dus zelf de grootste doos.” *Beiden lachen*
‘‘Daar zat Lotte. In het midden, in een grote doos.’’
SOAP 13
Wat wordt het meest besteld? Beiden: “Cappuccino wordt het meest besteld, daarna gewone koffie, daarna Chai Latte (thee met melk en kruiden, red.).”
espresso en ik vroeg voor de grap: ‘zegt u dat expres zo?’. De meneer in kwestie vond het alleen niet zo grappig, hij werd een beetje boos.”
Wat vinden jullie zelf het lekkerst? Joyce: “Dirty chai met een beetje kaneelsiroop vind ik erg lekker. Verder houd ik ook heel erg van onze tosti Napoli en Bèh (met geitenkaas), en onze cookies! Die zijn hemels.” Lotte: “Ik houd van Dirty chai met kaneelsiroop en de tosti Napoli en vers gebakken croissantjes en de blueberry muffin. Ik kan niet kiezen!
Hebben jullie nog leuke roddels? Lotte: “Ja genoeg, maar wij moeten ons aan het beroepsgeheim houden.” Joyce: “Nee dus.”
Wat vinden jullie het vervelendst om te maken/ te verkopen? Unaniem: “Niets, we maken alles met liefde!’’
Wat zijn jullie goede voornemens voor het nieuwe jaar? Lotte: “Stoppen met roken poging vattigdoezend (Gronings voor een groot aantal, red.)’’ Joyce: “Ik doe eerlijk gezegd niet aan goede voornemens. Als je iets wilt veranderen moet je dat direct doen en niet uitstellen tot een dag. Oh wacht, ik zeg zelf ook wel eens dat ik volgende week echt begin met ... Haha!”
Welke docent komt het vaakst langs bij jullie? Lotte: “We hebben veel vaste klanten, maar we weten natuurlijk niet wie er allemaal van Sociologie zijn. Na even wat research gedaan te hebben op het internet hebben we Rie Bosman, Mark Huisman, Andreas Flache, Liesbet Heyse en Nardi Steverink herkend.” Na even navragen blijkt ook Jan Kornelis Dijkstra een graag geziene gast bij MiCaffè te zijn.
Wat hopen jullie in de toekomst te bereiken? Lotte: “Doen waar ik gelukkig van word. En ooit wil ik iets voor mezelf beginnen (eerst nog even heel veel geld sparen, of krijgen ;) Vroeger wilde ik altijd festivals als Lowlands organiseren. Ik vraag me alleen af of dat haalbaar is.” Joyce: “Gelukkig en gezond blijven. Omringd door familie en vrienden. Uiteraard een baan vinden die bij mijn opleiding past.”
Wat vinden jullie het leukst aan jullie werk? Lotte: “Ik heb altijd in de horeca gewerkt, maar het leuke aan Micaffè is dat ik dit werk nu overdag kan doen. De omgang met de mensen en collega’s vind ik erg leuk. En wat ook helemaal niet verkeerd is: zes weken zomervakantie en twee weken kerstvakantie! *lacht*.” Joyce: “Onze klanten! Ik vind de interactie met zoveel verschillende mensen heel leuk. Daarbij werk ik met veel plezier in de horeca. Zoals Lotte ook zei, nu kan het lekker overdag.
Wat doen jullie het liefst in jullie vrije tijd? Lotte: “Op vakantie gaan! Maar als ik op vakantie ben dan mis ik de stad altijd zo erg (want als ze weg is dan mist ze de straten, vanaf de toren tot aan Westerhaven, red.). Verder houd ik erg van (uit) eten (gaan), drinken en spelletjes spelen met vrienden, uitslapen, series kijken, nieuwe bandjes ontdekken en met mijn kat en konijntjes knuffelen.” Joyce: “Ik voetbal al 6 jaar (oké, 5 jaar in verband met een knie blessure) en daarnaast doe ik graag leuke dingen met vrienden, houd ik van bakken en koken, vindt ik winkelen (te) leuk en gewoon genieten van de mooie dingen in het leven.”
‘‘Niets, we maken alles met liefde!’’ Krijgen jullie veel mee van de studie sociologie? Lotte: “Nee.” Joyce: “Nee, eigenlijk niet. We horen wel eens studenten praten over hun huiswerk en opdrachten, maar we weten dan niet of het voor sociologie is of voor een andere studie.” Hoe zouden jullie de gemiddelde sociologiestudent en docent omschrijven? Joyce: “De algemene indruk is dat iedereen open en vriendelijk is. Ze maken graag een praatje met ons en tonen oprecht interesse. Leuk!” Lotte: “Eerlijk gezegd weet ik echt niet welke student psychologie of sociologie of iets anders studeert. Of maak ik nu mensen boos? Haha. De studenten en docenten zijn hier over het algemeen erg vriendelijk en altijd wel in voor een praatje of lolletje.” Wat is jullie grootste blunder? Joyce: “Ik gaf een vaste klant die echt altijd een espresso neemt een gewone koffie mee. Oeps!” Lotte: “Iemand bestelde een 14 SOAP
Als jullie één dag iemand anders zouden kunnen zijn, wie zouden jullie dan willen zijn en waarom? Lotte: “Mijn kat Max en dan de heeeeeeele dag geaaid worden, lijkt me heerlijk!” *Joyce denkt na* Lotte: “Joyce, als ik mijn kat Max ben kan jij mij zijn, en wonen we in hetzelfde huis en kun je me de heeeeeeeele dag aaien.” *beiden lachen* Joyce: “Eigenlijk wist ik niet zo goed iemand, dus zei ik eerst Hugh Hefner. Maar nu bij nader inzien zou ik dolgraag een dierverzorger willen zijn! En dan vooral van orang-oetans. Dat vind ik prachtige dieren. Chimpansees mag ook.”
Volksoproer door ‘blauwe vinkjes’ Ymke Riemersma Het populaire WhatsApp wil de gebruikers blij maken met een leesbevestiging. Dit zorgt voor veel ophef in Nederland. De spanning in relaties neemt toe doordat gelezen berichten natuurlijk niet genegeerd kunnen worden. Gelukkig zijn er genoeg opties om de blauwe vinkjes te vermijden.
W
Twee vinkjes = veel problemen ie dagelijks Whatsapp gebruikt, is het waarschijnlijk opgevallen: de nieuwe update met de blauwe vinkjes. Whatsapp laat sinds begin november twee blauwe vinkjes zien wanneer een bericht gelezen is. Waren er voorheen alleen twee grijze vinkjes te zien op het moment dat het bericht aangekomen was, sinds kort worden de vertrouwde grijze vinkjes blauw als het bericht ook daadwerkelijk gelezen is. Daarnaast is het mogelijk precies te zien op welk tijdstip het bericht gelezen is. Hoe? Door het bericht ingedrukt te houden en gespreksinformatie op te vragen. Niet alleen bij privégesprekken worden de vinkjes blauw maar ook in groepsgesprekken zijn de blauwe vinkjes aanwezig. De vinkjes worden in groepsgesprekken pas blauw nadat iedereen het bericht gelezen heeft. Ophef op Twitter.. Onder een groot deel van de bijna 9 miljoen Whatsappgebruikers in Nederland is woede ontstaan toen de blauwe vinkjes werden ingevoerd. Op Twitter waren #Whatsapp en #blauwevinkjes de hele dag trending topic. Niet alleen SoAP schrijft erover, ook vooraanstaande kranten als de Volkskrant, het NRC en het Algemeen Dagblad schreven over de blauwe vinkjes. Menig relatie gesneuveld Tegenstanders betogen dat de blauwe vinkjes de privacy aantasten en de sociale druk verhogen. Zij voorzien dat de blauwe vinkjes relaties op scherp zullen zetten. Immers, een berichtje negeren is nu geen optie meer. De vinkjes wekken de illusie dat het mogelijk is meteen op het berichtje te reageren. Ook aan de kant van de verzender levert dit stress op, hij vraagt zich af waarom de ander niet reageert.
toepassen leek eerst ook een optie. Maar zoals de meeste dromen was ook deze bedrog: tegenwoordig word je gedwongen je Whatsapp na een aantal dagen te updaten. Drastische maatregelen Je kunt natuurlijk ook overstappen naar Telegram. Telegram wordt gezien als een prima alternatief voor Whatsapp en gebruikt wel vinkjes voor een bericht dat is aangekomen maar verklikt niet dat een bericht gelezen is. Dit zou voor de een goed alternatief zijn. Maar in je eentje rondhangen op Telegram, terwijl al je vrienden WhatsApp gebruiken? Dat is geen aantrekkelijke optie. Massale overstap plannen dan maar? Ten slotte is het ook nog mogelijk om old school te sms’en (een berichtje versturen via het netwerk van je telefoonprovider, zonder gebruik te maken van het internet). Het moge duidelijk zijn dat deze oplossing geen voldoening geeft. De functie uitschakelen? Na de vele klachten is het duidelijk dat WhatsApp binnenkort met een nieuwe update zal komen. Voor de Androidgebruiker is het al mogelijk om de blauwe vinkjes uit te zetten. Deze optie moet dan wel via de website van WhatsApp gedownload worden. Wanneer je de leesbevestiging (blauwe vinkjes) uitzet, is het ook niet meer mogelijk om de leesbevestiging van anderen te zien. Deze situatie lijkt op de situatie rondom de ‘laatst gezien om functie’. Na klachten kan daar nu ook het tijdstip waarop iemand voor het laatst online is geweest niet meer zien als je hebt ingesteld dat anderen dit ook niet meer bij jou kunnen zien. Tegen de tijd dat dit artikel gepubliceerd is, zal de nieuwe update hoog waarschijnlijk al beschikbaar zijn. Tevreden gebruiker Nu het duidelijk is dat de blauwe vinkjes optioneel worden, zullen vele WhatsAppgebruikers weer tevreden zijn. Een berichtje negeren is straks weer gewoon mogelijk. Dit zal naar waarschijnlijkheid een berg relaties redden en een aanzienlijk aantal dames achterlaten met de stille hoop op een vervolgdate. Iedereen blij. Mocht Whatsapp toch besluiten de vinkjes erin te laten, dan kunnen we altijd nog overstappen naar onze oude koelkastjes met de vertrouwde sms-functie.
Ontwijk de blauwe vinkjes! Voor deze tegenstanders is er hoop: er zijn verschillende manieren om de blauwe vinkjes te ontwijken. Door de data verbinding uit te zetten voor het lezen van het bericht en deze pas na het lezen weer aan te zetten, voorkom je dat de blauwe vinkjes zichtbaar zijn. Maar er is meer, door alleen de eerste regel van het bericht te lezen in je meldingsbalk, kun je zelf bepalen of je het bericht belangrijk genoeg vindt op te openen. De bewuste WhatsApp-update überhaupt niet SOAP 15
De prestatiegeneratie 16 SOAP
Foto: Merlijn Doomernik Nienke Tebbens
T
ijdens het congres van gedrags- en maatschappijwetenschappen (COBSS) sprak ik met Jeroen van Baar, promovendus Psychologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen en auteur van het boek ‘De prestatiegeneratie’. Hij was uitgenodigd om tijdens het congres te spreken over succes, een onderwerp dat aansluit bij zijn eigen boek. Hierin beschrijft hij de prestatiegeneratie die bestaat uit jongeren die willen excelleren, ook wel ‘maximalisten’ genoemd. ‘Op zich kan dit iemand ver brengen maar het wordt problematisch op het moment dat we niet meer middelmatig durven te zijn en op alle terreinen willen excelleren’, aldus Jeroen van Baar. Hierdoor is het voor deze maximalisten moeilijk om nog tevreden te zijn; het kan immers altijd beter. Jeroen besefte dat hij onderdeel is van de prestatiegeneratie toen hij op een carrièrebeurs in Amsterdam rondliep. De aanwezige jongeren waren allemaal op zoek naar die ene baan, bij dat ene prestigieuze bedrijf, en probeerden zich te onderscheiden van de rest met gouden keycords (voor bovengemiddelde kandidaten) en een uitzonderlijk CV. Alhoewel Jeroen’s karakter als maximalist hem toch maar mooi een phd-plek en een eigen boek hebben gebracht beschouwt hij dit karakter niet als iets positiefs. Sterker nog; het levert vooral stress en problemen op. In een maatschappij waarin juist de nadruk wordt gelegd op excellentie biedt Jeroen’s pleidooi voor middelmatigheid een nieuw inzicht. Het lot van de generatieprestatie De drang om te willen excelleren komt niet alleen uit de prestatiegeneratie zelf maar wordt versterkt door de omgeving waarin maximalisten zich ontplooien. In onze opvoeding is ons al meegegeven dat je alles kunt bereiken wat je maar wilt, wat voor de meeste ouders toch een ander verhaal was. Ook vanuit de overheid wordt dit sterk gestimuleerd door aandacht te besteden aan excellentie in het onderwijs. Zo zijn er speciale onderwijsprogramma’s ingericht voor de beste leerlingen en bestaan toetsmethodes om te bepalen wie de beste leerlingen zijn. Het leidt tot ‘Excellence voor de happy few’, zoals Jeroen van Baar het verwoordt. Het is iets waar onze generatie nauwelijks meer bij stilstaat terwijl het toch veel problemen kan veroorzaken.
In Groningen kennen we natuurlijk het honours college, waar excellente studenten bewijzen hoe excellent ze wel niet zijn. Maar behalve dat zijn er nog vele andere manieren om je te onderscheiden van je medestudenten. Commissies, hoge cijfers, bestuursjaar, toffe stages; het zijn goede manieren om je CV een beetje op te pimpen. Daarnaast maak je constant een vergelijking met anderen om jezelf ervan te verzekeren dat je boven je omgeving uitstijgt, dat je speciaal bent. En dit wordt in de hand gewerkt door sociale media als facebook en linkedin waar we “continu worden geconfronteerd met de successen van anderen, die zich als reclames aan ons opdringen.” Je tijdlijn wordt vaak overspoeld met foto’s van diploma-uitreikingen, verre reizen en statusupdates die je op de hoogte brengen van het toffe leven dat iemand anders leidt. Oftewel; “We leven zo langzamerhand in een schoolreünie zonder einde: het is niet meer mogelijk niet te weten wat je mist.” Ook beschrijft Jeroen in zijn boek hoe het maximalisme ook de wetenschappelijke wereld beïnvloedt. “Om door te groeien in de wetenschap is het belangrijk om veel publicaties te hebben. Tot je professor bent heb je geen vast contract wat betekent dat de druk om te presteren erg hoog ligt.” Een geval als Stapel kan hier een logisch gevolg van zijn. “Doordat de druk op de ketel toeneemt zullen personen die hier al gevoelig voor zijn sneller resultaat proberen te boeken door te frauderen.” Persoonlijk geloof ik niet dat studenten zich totaal niet bewust zijn van de drang om te excelleren en de rol van de sociale media daarin. Ik hoor mede sociologiestudenten vaak klagen over het feit dat ze een linkedin profiel moeten bijhouden en nog eens een blik moeten werpen op hun CV om zich op de arbeidsmarkt te kunnen begeven. Waar veel studenten, waaronder ik, zich waarschijnlijk niet van bewust zijn is dat deze drang om te excelleren en boven anderen uit te stijgen niet alleen studie of werk gerelateerd is maar ook zijn weerslag heeft op andere aspecten in ons leven. Zo heeft Jeroen het in zijn boek over de ‘relatiemaximalist’ die alle opties wil bestuderen om vervolgens de beste vriend of vrien-
“We leven zo langzamerhand in een schoolreünie zonder einde: het is niet meer mogelijk niet te weten wat je mist.” SOAP 17
din te kiezen voor een relatie. Ook als het gaat om het uitzoeken van een auto of een vakantie worden we beïnvloedt door ons karakter als maximalist. We willen overal de beste in zijn en om dat te doen moeten de juiste keuzes gemaakt worden. Uit psychologisch onderzoek blijkt echter dat we juist minder tevreden zijn als we heel veel moeite steken in het maken van de perfecte keuze. Roekeloosheid als remedie tegen het maximalisme Alhoewel het curriculum van Jeroen van Baar door velen als indrukwekkend beschouwd zal worden noemt hij zichzelf niet excellent. “Ik vind mezelf vaak middelmatig. Ik heb het op het gebied van studie relatief goed gedaan maar heb op andere punten, zoals reizen en relaties, weer minder goed gescoord.” En met die middelmatigheid is ook helemaal niets mis, zo zegt hij zelf, ook al heeft het maximaliseren volgens hem wel bijgedragen aan zijn carrière. Met zijn boek en de lezingen die Jeroen geeft wil hij mensen erover laten nadenken en het onderwerp bespreekbaar maken. “Er rustte een soort taboe op dit onderwerp omdat het tegenstrijdig is met de norm om ambitie te hebben, om te presteren.” Het begon allemaal met een column in de Volkskrant waarna jongeren zich herkenden in zijn verhaal en hem gevraagd werd er een boek over te schrijven. Een boek dat volgens Jeroen zelf zeker geen zelfhulpboek is maar waarin jongeren zich kunnen herkennen en over het onderwerp gaan nadenken. Toch geeft Jeroen wel aan dat maximalisme beperkt zou kunnen worden. “Het is een bepaalde mindset, een norm in onze samenleving, die mensen niet gelukkiger maakt. Om maximalisme tegen te gaan moet er dus iets veraderen in deze mindset.” Het belangrijkste aspect waar de prestatiegeneratie invloed op zou kunnen uitoefenen is de keuzestress. De grote hoeveelheid keuzes en mogelijkheden werken maximalisme in de hand. “Keuzevrijheid wordt in onze maatschappij heilig geacht, terwijl wetenschappers keer op keer aantonen dat meer keuze ons lang niet altijd gelukkig maakt.” De moeilijke keuzes waar wij in ons leven dagelijks mee te maken krijgen zijn echter helemaal niet belangrijk, betoogt Jeroen. “Als een keuze moeilijk is betekent dit misschien wel dat beide opties ongeveer even goed zijn. Het maakt dan uiteindelijk niet uit welke keuze je maakt.” De spijt van een keuze die je op een later moment kan ervaren is volgens hem de uitkomst van de omkeerbaarheid van een keuze. Uit onderzoek blijkt namelijk dat er meer twijfel en uiteindelijk spijt optreedt bij keuzes die nog teruggedraaid kunnen worden. Oftewel, “onomkeerbare keuzes maken gelukkig.” Dat is dan ook de reden dat Jeroen pleit voor wat meer roekeloosheid. Door mensen meer bewust te maken van deze norm binnen de prestatiegeneratie is er wellicht ruimte om deze norm aan de kaak te stellen. Het tegengaan van maximalisme ligt volgens Jeroen van Baar echter volledig bij het individu zelf. Het gaat erom dat individuen beseffen dat je niet overal goed in hoeft te zijn en dat middelmatigheid meer geprezen zou moeten worden. Of zoals Jeroen van Baar het verwoordt; “Je mag ook best oké zijn.”
18 SOAP
‘‘Je mag ook best oké zijn.’’
Bram Hogendoorn zit in het verre Barcelona en houdt ons voor SoAP op de hoogte van zijn bevindingen in deze miljoenenstad van mooie stranden, brandende zon en enorm veel culturele hoogtepunten
W
anneer heb jij voor het laatst eten klaargemaakt voor de dag erna? Ik vandaag nog. Ze zijn hier in Barcelona gek op Tupperware. Elke dag wordt er twee keer warm gegeten, dus het is ideaal om minder vaak te moeten koken. Op de universiteit zijn er drie magnetrons waar elke dag rijen studenten staan te wachten om hun Tupperware-verpakte eten op te warmen. Zo ook ik. En wat er dan nog overblijft kun je dan opnieuw in je “Tupper” (spreek uit: Toep-per) stoppen voor de volgende dag. Een prachtig voorbeeld van hoe vernieuwing de traditie ondersteunt. Want traditie is belangrijk in Spanje, vooral als het eten betreft. Er zijn vijf maaltijden: desayuno, almuerzo, comida, merienda en cena. Iedere maaltijd heeft een vaste categorie voedsel en een vaste tijd. Ze hebben je meteen door als je afwijkt van de norm en schromen niet om je dat te melden. Bijvoorbeeld, als je om vier uur nog iets probeert te eten: “Is dit je comida of je merienda?”. Altijd fijn om houvast te hebben aan het in hokjes plaatsen. Ook als het gaat om eten. Privacy en vrije keuze bestaan niet. Eten is een openbare aangelegenheid en geschiedt volgens de sociale normen. Maar wanneer het om andere openbare gedragingen gaat, is die sociale controle praktisch afwezig. Bijvoorbeeld wanneer je zwart rijdt, de belasting ontduikt, een vuur stookt midden in de stad, of blowt op de campus. Of is de norm misschien dat dit niet zo erg is? Zou ook verklaren waarom de universiteit gesubsidieerd bier schenkt. €1,15 per flesje. Er zijn wel meer tegenstrijdigheden die bijna iets ironisch hebben, maar toch vooral erg triest zijn. Barcelona is na Madrid de rijkste stad van Spanje, maar in de afvalbakken voor mijn huis zijn iedere dag immigranten op zoek naar prullaria die ze kunnen verkopen. Barcelona staat bekend als een kosmopolitische en tolerante stad, maar door zowel de hoge als lage klassen wordt er passief en actief gediscrimineerd, zonder dat ook maar iemand dit van zichzelf doorheeft. Barcelona wil gelijkheid, maar alleen voor de Catalanen. ‘s Nachts slaapt een zwerver die zijn hypotheek niet langer kon betalen in het bankkantoor aan de overkant van de straat.
Dat het hier niet goed gaat is te merken. Meer dan de helft van de jeugd is werkloos en studeert dus maar langer door. Niet dat ze dan wel een baan kunnen vinden, daarom zoeken zij hun heil in Noord-Europa. En Noord-Europa kan tevreden zijn. Zoals een docent van me zei: “Spanje subsidieert de opleiding van werknemers in Nederland”. Toch klaagt iedereen in het Noorden over bakken met geld die naar het Zuiden zouden vloeien, over luie knoflookvreters en over profiteurs. Nuja, een beetje gelijk moet ik ze wel geven. Iedereen die ik tot nu toe heb ontmoet gelooft nog in lage belastingen en gratis geld voor iedereen. Het openbaar vervoer is spotgoedkoop en beter dan ik waar ook ter wereld heb gezien, maar het publiek vindt het prima om geen kaartje te kopen. “Ik betaal immers al zo veel belasting en de kwaliteit is zo laag; in de rest van Europa is alles beter”. Terwijl negentig procent van de Spanjaarden geen idee heeft en nog nooit in het buitenland is geweest. Politici worden geacht de “rechten van Catalunya te verdedigen”. Dat betekent dat andere landen Spanje en Catalunya geld moeten geven. En ook al klaagt iedereen over de afdrachten aan Madrid, het is oké dat de burgemeester van Barcelona €147.000 euro per jaar verdient. Exclusief declaraties. Hoe ga je hier als bevolking mee om? Je stereotypisch gedragen. Barcelonezen drinken iedere dag bier en sangria, en anders dan moeder zei kan het (na het studeren) wel zeker elke dag feest zijn. Ik doe maar lekker mee.
SOAP 19
Watdoe doejij jij in naje devrije zomer? Wat tijd? Kom onze Kom onze redactie versterken! redactie versterken! Mail naar: soap.redactie@gmail.com Haarscherp drukwerk, tegen de scherpste prijs!
DrukwerkLab.nl
Mail naar: soap.redactie@gmail.com
OP ZOEK NAAR EEN LEERZAME (BIJ)BAAN?
INTRAVAL is een sociaal-wetenschappelijk onderzoeks- en adviesbureau in Groningen. De werkterreinen zijn: • verslaving • leefbaarheid • welzijn • jeugd INTRAVAL heeft regelmatig plaats voor onderzoeksassistenten die op oproepbasis kunnen assisteren bij onderzoekswerkzaamheden. De werkzaamheden bestaan onder andere uit: • respondenten werven • enquêtes afnemen • observaties uitvoeren • data invoeren • interviews uitwerken Tevens zijn er verschillende stagemogelijkheden en werkervaringsplekken voor (bijna) afgestudeerde sociale wetenschappers. Geïnteresseerd? Neem dan contact op met Martin Haaijer.
SOAP 40 20 SOAP
Sint Jansstraat 2C www.INTRAVAL.nl info@ INTRAVAL.nl 050-3134052