#koers Samen Slimmer
19
2022
Carmel
Magazine » jaargang
» nummer 52 » december
In gesprek met leerlingen ‘Geef ons meer keuzemogelijkheden’
2
‘We willen de groei van leerlingen beter zichtbaar en merkbaar maken’ (pagina 18)
Werk in uitvoering
Belangrijkste uitdaging én opdracht is nu de verdere uitbouw van “Samen Slimmer”.
toetsdeskundig
Stichting Carmelcollege omvat 12 instellingen voor bijzonder voortgezet onderwijs. Op ruim 50 locaties verzorgen we een breed onderwijsaanbod in een kleinschalige en veilige omgeving. Zo begeleiden we onze leerlingen. Elke dag opnieuw. Onderstaande - voornamelijk brede - scholengemeenschappen zijn aan Carmel verbonden:
Almelo » Pius X College, Canisius Deventer » Etty Hillesum Lyceum Eindhoven » Augustinianum Emmen » Carmelcollege Emmen Enschede » Bonhoeffer College Gouda » Carmelcollege Gouda Groenlo » Marianum Haren » Maartenscollege, International School Groningen Hengelo » Scholengroep Carmel Hengelo Oldenzaal » Twents Carmel College Oss » Het Hooghuis Raalte
Carmel College Salland
3
16
6
Heel Carmel
Alle 2.800 Carmeldocenten gaan op training. 'Dit doe je niet alleen voor jezelf, ook voor de school'.
»
4 Standpunt 5 #stelling 9 Hoe ging het verder met... 14 What's up? 15 Passie! 19 College van Bestuur: Karin Van Oort 20 Vertel! 26 Opmerkelijk Rubrieken Wij zijn Carmel ‘Geef ons meer keuzemogelijkheden' Leerlingen van het Marianum in Groenlo staken de koppen bij elkaar en kwamen met vijf adviezen voor hun school. 10 Goed voorbeeld doet goed volgen De locatie Van der Waalslaan van het Bonhoeffer College is een van de eerste Carmellocaties die serieus werk maakt van afvalscheiding binnen de eigen muren. 22
» Standpunt URGENTIE EN CONGRUENTIE
Urgentie is voorwaardelijk om een gedragsverandering te realiseren. Zo heeft de coronacrisis ons denken over hygiëne blijvend veranderd én gaf het een nieuwe dimensie aan de discussie over de duurzaamheid van onze gebouwen. De oorlog in Oekraïne en de hierdoor versterkte energiecrisis heeft ons besef van de waarde van vrijheid versterkt, en het denken over energie en klimaat wezenlijk veranderd.
Dichter bij huis, vormden jaren van krimp bij Het Hooghuis dé impuls om na te denken over het slimmer organiseren van onze ondersteunende processen. Daarnaast leidde het tot een structuurvraagstuk. Zo gingen we van een tweehoofdige naar een eenhoofdige centrale directie. De functie van bovenschoolse directeur en die van teamleider A kregen een formele plek in onze structuur. Is hiermee het onderwijs wezenlijk veranderd? Het eerlijke antwoord is nee. Daarvoor is meer nodig dan het aanpassen van structuren en processen. We raken dan óók fundamentele systemen en cultuur. Systemen staan echter redelijk vast, zeker als een gedeelde politieke wil tot verandering ontbreekt. Maar wat kunnen we dan wél?
Collectieve kracht
Carmel is in beweging. De energie is voelbaar om binnen de grenzen van het systeem het optimum te zoeken en onze leerlingen een voorsprong te geven in de wereld van morgen. In een cultuur waarbij ‘je verhouden tot de ander’ en ‘verbinden’ belangrijke waarden zijn. Een urgentie die we samen hebben gecreëerd in de ambities van Koers 2025. Zo ligt er een duidelijke wil om onze collectieve kracht te
benutten, handelen we steeds meer in de geest van gedeeld leiderschap en vormen we nadrukkelijker een lerende organisatie. Dat zijn mooie ontwikkelingen!
Autonomie binnen gezamenlijke kaders Daarbij doet zich een aantal dilemma’s voor: hoe verhouden lokale ambities en ontwikkelingen zich tot het grotere, collectieve Carmelgeheel? En wat betekent dit voor de professionele (ontwikkel)ruimte van individuele werknemers en teams? Het sleutelwoord is congruentie. Vanuit een gedragen visie, gezamenlijke ambities, waarden en normen, komen collectieve en lokale belangen en ambities bij elkaar. Een voorbeeld is onze kwaliteitscultuur. Vanuit het gezamenlijke ‘Carmelcollectief’ formuleren we gedragen uitgangspunten die vervolgens lokaal geconcretiseerd en ingekleurd worden. Een mooi voorbeeld van autonomie binnen gezamenlijke kaders.
We hebben zelf de sleutel in handen om samen het optimum te verkennen. Om de kracht van het collectief een nog meer voelbare kracht te laten zijn en tegelijkertijd scherper te krijgen waar de ruimte ligt. Laat dit onderwerp zijn van het goede gesprek!
Jeroen Donders, Rector Het Hooghuis
Werkzaam bij Carmel sinds » januari 2016. Passies » reizen, tuinieren, kinderen, voetbal en muziek.
4
Opleidingen » Qualified Controller, Master of Business Administration.
Jeroen Donders » rector Het Hooghuis
Fotograaf: Ron Rutten
#stelling
Jongeren lezen te weinig, horen (en lezen) we steeds vaker. En dat terwijl goed kunnen lezen en teksten goed kunnen begrijpen noodzakelijk is voor school, vervolgopleiding, beroep en het verdere leven. Wat kan de school hieraan doen? Het Carmelpanel laat hierover zijn gedachten gaan, aan de hand van de stelling:
mag weer een schoolvak worden’
Anneroos Veenendaal » leerling vmbo 4, Etty Hillesum Lyceum De Marke, Deventer
‘De bezorgdheid snap ik. We lezen nauwelijks boeken, of te weinig, het mag best meer. Ik lees zelf niet veel, ik vind lange teksten niet fijn. Maar ik ben heel geïnteresseerd in waargebeurde misdaadverhalen. Als ik die op internet vind, lees ik wel. Ook langere stukken, maar die zijn dan opgebouwd uit korte onderdelen. Met lange lappen tekst zonder plaatjes heb ik moeite. School zou misschien wel kunnen helpen. Niet met een extra vak lezen, maar leraren zouden vaker het initiatief kunnen nemen om eenop-een te ondersteunen. En het scheelt als je voor het maken van een werkstuk of een presentatie zelf het onderwerp mag kiezen. Dan lees je vanzelf meer. Maar een apart schoolvak? Niet doen.’
‘Als dit een pleidooi is voor een schoolvak lezen, dan ben ik tegen. Bij Nederlands krijgt leesvaardigheid genoeg aandacht. We leren echt wel om de hoofdgedachten uit een tekst te halen of om een samenvatting te maken. Maar het zou goed zijn als docenten tijdens hun les uitleggen wat leesvaardigheid in hun vak inhoudt. Ik had het erover met mijn lerares economie. Zij wees erop dat het belangrijk is om te weten hoe je een economische tekst moet lezen, of hoe je een opgave moet lezen. Je moet wel weten wat er wordt gevraagd en je moet verbanden kunnen leggen. Dat geldt ook voor andere vakken. Maar dat is dan een meer specifieke leesvaardigheid, de basis leer je bij Nederlands.’
Erni Oostendorp » lid ouderraad, Marianum, Lichtenvoorde/Groenlo
‘Lezen, en vooral begrijpend lezen, verdient zeker meer aandacht. Maar maak daar nou geen schoolvak van, want verplicht lezen helpt echt niet. Hier ligt volgens mij eerder een taak voor alle docenten, van alle vakken. Ik denk dat het beter werkt als zij het lezen meer of nog meer in hun lessen integreren. Dus met hun leerlingen stilstaan bij wat er in de tekst staat, van het boek en de opgaven. En dan is het ook goed om meer de relatie te leggen tussen het schoolvak en de samenleving van nu. Regelmatig feedback vragen hoort daarbij: ‘Begrijp je wat hier staat, begrijp je de vraag?’ Dan zien leerlingen de betekenis van goed en aandachtig lezen en kunnen ze dat inzicht meteen toepassen.’
‘Ik moest net nog aan de stelling denken. De klas moest een som maken die niet moeilijk is. Alle gegevens staan in het boek. En toch waren er leerlingen die de vinger opstaken: ‘Meneer, hoe moet ik dat nou weten?’. Ik maak dat vaker mee. Veel leerlingen lezen wel, maar dan vooral korte berichtjes op social media. Langere teksten zien ze snel als moeilijk, en ze willen er dan niet altijd moeite voor doen. Zo missen ze belangrijke informatie, het kan goed zijn dat ze daardoor ook meer stress ervaren. Dat lossen we niet op met een nieuw schoolvak, waarvoor andere vakken bovendien uren zouden moeten inleveren. We zullen zelf in onze eigen lessen meer tijd moeten inruimen voor begrijpend lezen.’
‘Lezen
Rinze Jacobs » docent economie, Twents Carmel College Potskampstraat, Oldenzaal
5
Nolan Dekker » leerling vwo 6, Augustinianum, Eindhoven
WERK IN UITVOERING
Een op het eerste gezicht opmerkelijke overstap. Vincent Assink, tot zeer recent de voorzitter van de centrale directie van het Etty Hillesum Lyceum in Deventer, is nu directeur Carmel Bedrijfsvoering Collectief. Zelf vindt hij het minder opvallend: ‘Dit is mijn vak’. Belangrijkste uitdaging én opdracht is nu de verdere uitbouw van “Samen Slimmer”.
6 » Samen Slimmer
Toch maar eerst die verrassing. Eindverantwoordelijk schoolleider wordt directeur Carmel Bedrijfsvoering Collectief (CBC). Niet meteen een voor de hand liggende carrièreswitch. Vincent ziet het toch anders: ‘Toen ik in 2012 werd benoemd tot lid van de centrale directie van het Etty Hillesum Lyceum, was dat onder andere om mijn bedrijfsvoeringsprofiel. Want daarvóór was ik directeur bedrijfsvoering van een hogeschool in Rotterdam. Zo vreemd is de overstap dus niet. In Rotterdam, en later in Deventer, had ik al gedachten om de bedrijfsvoering meer te professionaliseren.’
Zijn achtergrond speelt hierin mee. ‘Ik ben opgeleid als econoom. Mijn vak gaat over schaarste en de verdeling daarvan. En over de afwegingen en de keuzes om daarvoor oplossingen te vinden. Dat is eigenlijk al de kern van "Samen Slimmer". We weten dat op veel scholen de leerlingaantallen zullen teruglopen, waardoor de inkomsten afnemen. Maar de ondersteuning moet wel op peil blijven. Daarvoor moeten we iets doen. Op initiatief van de schoolleiders is daarom enkele jaren terug begonnen met het programma Toekomstbestendige Bedrijfsvoering. Dat is wat we nu “Samen Slimmer” noemen.’ Vincent heeft het hele traject meegemaakt. ‘Ik was al voorzitter van het Beraad Bedrijfsvoering. Toen duidelijk werd dat we een directeur “CBC” zouden zoeken, heb ik gereageerd. Hier dienen zich heel interessante vraagstukken aan.’
Verschillen in perspectief
Eén van die vraagstukken, legt Vincent vervolgens uit, betreft de verschillen in perspectief. Het is vanuit Carmelperspectief wenselijk om meer als collectief op te treden, maar dat kan wat spanning met zich meebrengen. ‘Als eindverantwoordelijk schoolleider, weet ik uit ervaring, ben je waakzaam als het gaat om verdergaande samenwerking. Daar win je misschien wel bij, maar je voelt ook verlies. Van zeggenschap en handelingsvrijheid, bijvoorbeeld. En je bent altijd een school in een lokale context, daarin moet en wil je kunnen blijven optreden. De meerwaarde van de samenwerking moet dus steeds blijken.’
Hier noemt hij ICT als voorbeeld. ‘Nog niet zo lang geleden regelden we dat als scholen zelf. Nu doen we dat als collectief. Niet langer gaan dertien instellingen met gezamenlijk zo’n vijfenveertig locaties afzonderlijk de markt op, we treden op als één partij. Door die omvang kunnen we hogere eisen stellen. Zo krijgen we meer kwaliteit en kunnen we leerlingen meer bieden. Maar het is toch even wennen als je eerst zelf opdrachtgever was. Of als je eerst bij de IT’ers in de eigen school kon binnenlopen en nu contact moet opnemen met de centrale Servicedesk ICT. Maar de winst is dat je je als schoolleider nu meer kunt concentreren op je schoolopdracht.’
Bij elkaar brengen
Op dit thema borduurt hij nog even voort. ‘Op het bestuursbureau vind je experts, mensen die echt veel weten. Maar wat hier wordt uitgedacht matcht niet altijd met wat de scholen nodig hebben. En die scholen bedenken het liever zelf. Het uitgangspunt dat je besluiten moet laten op het niveau waar ze thuishoren, is een wezenskenmerk van Carmel. Wat we nu willen is die verschillende perspectieven bij elkaar brengen. Dan werken de mensen van hier en de mensen van de scholen samen aan en voor de bedrijfsvoering. Samen zijn we slimmer.’
Dit verdient nog aandacht. Vincent benadrukt dat “Samen Slimmer” geen verkapte bezuinigingsoperatie is. Hij verduidelijkt dat aan de hand van de lopende procedure om de telefonie van Carmel opnieuw aan te besteden. ‘Daarbij is de vraag gesteld of we iedereen via het Carmelnetwerk kunnen laten bellen. Dat kan via een aparte app op je mobiele telefoon. Die mogelijkheid is duurder, maar vergroot de bereikbaarheid van bijvoorbeeld docenten. Dat laatste vinden we belangrijker dan de meerkosten, die dus niet de doorslag geven. Van belang is dat we hier samen naar hebben gekeken en samen tot een besluit komen. Daarom: we gaan met “Samen Slimmer” aan de slag om tot een efficiëntere bedrijfsvoering te komen door zaken meer te standaardiseren. Op termijn zal dat naar verwachting tot besparingen leiden, maar die zijn geen doel op zich. We willen de kwaliteit van de ondersteuning versterken en vergroten, ten dienste van het onderwijs. Dat is immers onze reden van bestaan.’
Bedrijfsvoering 2.0
Zo tekenen de contouren van de Bedrijfsvoering 2.0 zich af. Er ontstaat geleidelijk een bedrijfsvoeringskolom van alle collega’s die op dit terrein werkzaam zijn. ‘We richten nu een Collectief Overleg Bedrijfsvoering (COB) in, waarin alle directeuren of hoofden bedrijfsvoering van de scholen zitting hebben. >>
7
'De meerwaarde van de samenwerking moet steeds blijken'
Het COB coördineert, terwijl de collega’s van de scholen en het bestuursbureau, die op hetzelfde gebied werkzaam zijn, vakgroepen vormen. Je blijft lid van je team, en je wordt lid van zo’n vakgroep.’
Het mes snijdt dan aan meerdere kanten. Tussen scholen onderling, en tussen scholen en bestuursbureau, ontstaat meer wisselwerking. Het delen van kennis en ervaringen, en het leren met en van elkaar komen langs natuurlijke weg tot stand. De standaardisering van werkprocessen maakt dit nog gemakkelijker omdat iedereen dezelfde taal spreekt. Dat leidt ook tot meer efficiency, is de verwachting.
De pilot Bestelservice draagt hieraan bij. Die is tot stand gekomen met inbreng van alle betrokkenen en wordt momenteel getest in de “proeftuin” van Carmelcollege Gouda, Marianum en Twents Carmel College (zie volgende alinea), om te kijken of en hoe dat uitpakt. Het doel ervan is dat straks alle scholen en het bestuursbureau volgens dezelfde eenduidige bestelprocedure werken, om zowel de controle als de administratieve afhandeling te vereenvoudigen. Dat scheelt tijd en biedt meer mogelijkheden om inkoopvoordelen te bereiken. ‘Op dit moment hebben we Carmelbreed omstreeks 5.000 verschillende leveranciers. Dan weet je dat we vaker gunstiger gezamenlijk kunnen inkopen waar dat zinvol is. Alle scholen hebben meubilair nodig, dat kan efficiënter als je het bij dezelfde leverancier bestelt. Dat bloemetje voor de jubilaris blijf je gewoon in eigen stad of dorp kopen, maar wel via de nieuwe procedure.’
Solidariteit in de bedrijfsvoering
Zo komen geleidelijk meer rode draden aan het licht. “Samen Slimmer” is ook een uiting van onderlinge solidariteit tussen de scholen, legt Vincent uit. ‘In Deventer was ik de schoolleider van een grote scholengemeenschap. Door onze omvang konden we beschikken over een gespecialiseerde staf van vakkundige mensen. Maar niet alle scholen kunnen dat, sommigen zijn daarvoor te klein.
Door meer samen op te trekken, delen zij in de voordelen van onze gezamenlijke kwantiteit. Bovendien kunnen ze in de vakgroepen gemakkelijker gebruikmaken van de expertise van de collega’s van andere scholen en het bestuursbureau.’
Proeftuin
Zoals gezegd vormen sinds het begin van dit schooljaar Carmelcollege Gouda, het Marianum (Groenlo en Lichtenvoorde) en het Twents Carmel College (Oldenzaal, Losser en Denekamp) samen een proeftuin. In het septembernummer van Carmel Magazine is hierover al eerder bericht. Samen vinden ze uit of bovenschoolse aanpak van de bedrijfsvoering inderdaad de verwachte positieve vruchten voor de kwaliteit en de continuïteit van de bedrijfsvoering afwerpt. ‘Werkt het? Kan dit een voorbeeld zijn voor andere scholen, is het zinvol om meer clusters te vormen? Dat denken we, maar we weten het nog niet. Daarom oefenen we eerst met deze manier van werken. Aan het eind van het schooljaar zal meer duidelijk zijn. Net als de uitkomsten van de pilot Bestelservice’, zegt Vincent.
Communicatie
Duidelijk is nu ook dat “Samen Slimmer” en “Bedrijfsvoering 2.0” nieuwe bewegingen zijn die om uitleg vragen. Er verandert het nodige, in werkprocessen en in de werkzaamheden van collega’s. Daarom hebben directeuren en hoofden bedrijfsvoering hun medewerkers in de herfst zoveel mogelijk geïnformeerd om iedereen te betrekken. Ze konden hierbij gebruikmaken van een speciaal ontwikkelde communicatietoolkit. ‘Er gaan dingen veranderen’, weet ook Vincent. ‘Dat maakt het belangrijk om hierover veel te communiceren en uit te leggen waarom we dit doen en wat we ervan verwachten. Dat gaat stapsgewijs, omdat “Samen Slimmer” werk in uitvoering is.’
Carmelmedewerkers kunnen meer lezen over 'Samen Slimmer' op het Carmel Intranet of de QR-code scannen. ‘Slimmere
bedrijfsvoering ten dienste van het onderwijs’
8
‘Eerst oefenen in de proeftuin, we doen het stapsgewijs’
» naam artikel
CARMEL 100 JAAR » Hoe ging het verder met...
In het jubileumnummer van het Carmel Magazine (april jl.) en in ons septembernummer deden we verslag van allerlei activiteiten in het kader van ons 100-jarig jubileum. Maar het jubileumjaar is nog niet voorbij. Er is in de afgelopen maanden nog van alles georganiseerd en gebeurd (zie ook de rubriek “What’s Up”). Afgelopen oktober organiseerde Carmel voor relaties een jubileumevent: Carmel draait door. Met de bedoeling om ook een inhoudelijk gesprek te voeren over onderwijs met betekenis, met als kern: kennis is maar de helft.
Interessante gesprekken en inzichten Tafelheer Frénk van der Linden ging met tafelgasten in gesprek over kansengelijkheid, inclusiviteit, kennis is maar de helft, en waardenvol onderwijs. Dat leverde interessante gesprekken en inzichten op. Bijvoorbeeld over het uitstellen van profielkeuze en het afschaffen van het schooladvies. Frans Leijnse, oud-Kamerlid PvdA en oudvoorzitter van onze eigen Raad van Toezicht, stelde dat de kansenongelijkheid over vijf jaar alleen maar groter zal zijn, zolang de politiek dit probleem niet serieus neemt. Carmeldocent Anneline Valstar en locatiedirecteur Julisca Prins pleitten beiden voor meer moed om controle en structuren soms meer los te laten. Daardoor ontstaat letterlijk ruimte om daadwerkelijk ontwikkeling te laten plaatsvinden.
Maatwerk en gezien worden 'Leer ons beter omgaan met dat wat we niet verwachten of wat we niet kunnen sturen,' zei een Carmelleerling treffend. 'Ja,' vulde een andere Carmelleerling aan, 'praat nóg meer mét ons in plaats van óver ons.' Een oud-leerling vertelde haar verhaal, waarin naar voren kwam hoe belangrijk het is om maatwerk toe te passen. En om gezien te worden, ook als je daar niet expliciet om vraagt.
'Onderwijs is meer dan leren voor een examen, maar vooral ook vormend. Het is de periode in je leven waarbij je skills voor het leven opdoet. Het accent ligt nu teveel op het examen. Hoe kunnen we het systeem zodanig ombuigen dat soft skills ook worden gewaardeerd en gewogen?' Filosoof en theoloog prof. Inigo Bocken beschreef de waarde van waardenvol onderwijs aan de hand van de metafoor van het verlangen, het uitstrekken naar iets dat je niet kent of weet.
Al met al was het een interessante avond, voor zowel relaties als tafelgasten. Met veel stof tot nadenken als opbrengst.
9
9
‘Praat nóg meer mét ons in plaats van óver ons’
Cok Bakker, Inigo Bocken en Frénk van der Linden. Fotograaf: Ron Rutten
GOED VOORBEELD DOET GOED VOLGEN
De locatie Van der Waalslaan van het Bonhoeffer College in Enschede is een van de eerste Carmellocaties die serieus werk maken van afvalscheiding binnen de eigen muren. Ze is daarbij de eerste die volledig gebruikmaakt van het interne inzamelingsconcept van Renewi, afvalverwerker van Carmel. Al bijna een jaar staan overal setjes van vier bakken om gescheiden in te zamelen. Het past bij de duurzame en de pedagogische ambities van de school en kan op termijn zelfs tot besparingen leiden.
De aula van de locatie Van der Waalslaan van het Bonhoeffer College. Het is de woensdag na de herfstvakantie. Om een tafel zes leerlingen tijdens een tussenuur. Ze snaaien uit plastic verpakkingen. Saskia van Gent, hoofdconciërge op de locatie, loopt ernaartoe. ‘Dat ruim je wel op, hè?’, vraagt ze met een lach. Alle hoofden knikken. ‘We scheiden het’, roept een van de leerlingen grijnzend.
Saskia staat dan al bij een verzamelpunt in de aula. Eigentijds vormgegeven afvalbakken, ook wel Qubics genoemd. Blauw voor papier en karton, oranje voor plastic en verpakkingen, antraciet voor restafval. Voor medewerkers staat er op andere plekken nog een bruine Qubic bij, voor koffiebekers. Op panelen boven de bakken staat wat erin hoort. ‘Heel simpel’, vindt ze, ‘net als thuis, daar haal je de afvalsoorten ook uit elkaar.’ Dat heeft de school aan het denken gezet. ‘Het basisonderwijs doet aan gescheiden inzameling, in het voortgezet onderwijs is het niet gebruikelijk. Daarom ben ik gaan uitzoeken hoe het hier zou kunnen.’
Dat zou bovendien aansluiten bij de mentorlessen. Leerlingen uit de klassen 1 tot en met 6 trekken dan in een geel hesje de buurt in om zwerfafval te verzamelen. ‘Ze zien wat er ligt en wat ze daar zelf aan kunnen doen. Je leert hoe je zelf medeverantwoordelijk bent voor de wereld om je heen,’ legt Saskia uit. Ook daarom vond ze het tijd voor een volgende stap: ‘Door afval bewust te scheiden komen ze in beweging voor hun eigen toekomst. Het is een kwestie van doen en zien doen.’
Voorloper
Het Bonhoeffer College loopt voor op andere Carmelscholen, weet Ron van Dam, adviseur inkoop
»
10
Afvalscheiding
& facilitair op het bestuursbureau in Hengelo. En dat ondanks de ambitie in Koers 2025, het strategiedocument van Carmel: ‘We willen mét onze leerlingen en voor hen betekenis geven aan het begrip “duurzaamheid”, breed in onze organisatie.’ Ron knikt, hij kent de passage. Dat vraagt om uitleg, weet hij: ‘Je ziet vaker dat het vertalen van een visie in praktisch handelen niet zo snel gaat.’
En dat, gaat hij verder, heeft onder meer te maken met het ontbreken van wet- en regelgeving en Carmelbeleid voor afvalscheiding. Dit heeft ook te maken met een onderscheid in afvalstromen. >>
11
‘Het is een kwestie van doen en zien doen’
Saskia van Gent
Afval van scholen geldt als bedrijfsafval, waarvoor andere normen gelden dan het particuliere afval waarvan gemeenten de inzameling regelen. Met contractpartner Renewi zoekt Carmel naar mogelijkheden om afval intern te scheiden. Het Enschedese initiatief helpt hierbij. De ervaringen komen zeker ter sprake binnen het programma "Samen Slimmer, Bedrijfsvoering 2.0".
Interne afvalscheiding valt binnen de zogenaamde "vrije zone" van de scholen. ‘De externe afvalinzameling en de verwerking van het afval uit de scholen verloopt via gezamenlijke inkoop. Dan gaat het om het legen en de verwerking van de containers die buiten op het schoolterrein staan. Wat er op dit vlak binnen de muren gebeurt, is aan de scholen en hun specifieke situatie’, verduidelijkt Ron.
Maatwerk
Die laatste opmerking behoeft nog nadere uitleg. ‘Interne afvalscheiding vraagt een investering vooraf waarmee op langere termijn geld bespaard kan worden. Het is maatwerk, er bestaan standaardoplossingen maar je moet als school wel vertaling maken naar de desbetreffende locatie. De ene school heeft bijvoorbeeld techniekvakken, de andere niet. Afvalstromen en -inzamelingsmiddelen kunnen daardoor verschillen. Om de organisatielast voor duurzame inzameling zo laag mogelijk te houden, kan onze afvalverwerker hierin ontzorgen.’
Dat kan Saskia bevestigen. Ze trekt een la open en haalt er een plattegrond uit van de locatie Van der Waalslaan. Ecosmart, het bedrijf dat de gescheiden afvalinzameling coördineert, heeft gedetailleerd ingetekend waar de setjes van vier afvalbakken zijn geplaatst. ‘In elke gang en dan steeds aan het begin en het einde ervan’, wijst ze aan. Uit de klaslokalen zijn de prullenbakken weggehaald. ‘Ik heb er leerlingen bij betrokken. Ze hebben meegedacht over de kleuren en de teksten boven de Qubics. Dat vonden ze leuk, dat hadden ze niet verwacht.’
Resultaat
En het resultaat? ‘Leerlingen letten op, docenten vinden het geen probleem dat ze geen prullenbak meer de in de klas hebben.’ Op dat moment steekt een collega haar hoofd om de deur. ‘Wat vind jij, Linda?’, vraagt Saskia. Linda antwoordt dat ze zeker in het begin nog wel eens in de bakken keek: ‘Je wilt toch weten of het allemaal klopt. Maar het gaat goed, iedereen eraan is gewend.’ Saskia knikt: ‘Het gaat om het zien. Als leerlingen hun afval scheiden, doen andere leerlingen dat na. Zo werkt het.’ Ze ziet nog een voordeel. Schoonmakers hoeven minder prullenbakken te legen en hebben meer tijd voor andere zaken. Maar dan, verontschuldigend: ‘Niet dat je nooit meer ergens rommel zult vinden.
12
‘Wat binnen de muren gebeurt, is aan de scholen’
Dit is een locatie voor 1.650 leerlingen, je mag niet alles verwachten.’ Ze attendeert dan nog eens op het pedagogische effect. ‘Onze leerlingen zijn pubers in de opvoedperiode. Ze weten wel dat we afval moeten scheiden, het gaat thuis net zo. Door de bakken hier breng je het besef bij dat zorg voor onze leefomgeving iedereen aangaat. In eigen huis en daarbuiten. Het goede voorbeeld werkt dan mee. Ze ervaren hun eigen verantwoordelijkheid.’ Die kan nog worden uitgebreid: er zijn ook Qubics voor groenafval en meer technisch georiënteerde instellingen Elke school of locatie bepaalt zelf wat ze nodig heeft.
Die overigens past bij het streven van Carmel om leerlingen en medewerkers een duurzame, veilige en prettige leer- en werkomgeving te bieden. Ik verwacht dat andere scholen snel volgen.’
Anders dan het Bonhoeffer College hoeven die niet vanaf nul te beginnen. Ron: ‘Ecosmart is een dochter van Renewi, onze afvalverwerker. Samen hebben we een stappenplan ontwikkeld waarvan alle scholen gebruik kunnen maken. Dat kan de tijdsinspanning beperken. En ik hoop dat het succesverhaal van Saskia aanstekelijk werkt.’
Oriënteren
Andere Carmelscholen oriënteren zich nog of geven een eigen invulling, weet Ron. Naast de voorbeeldfunctie spelen de ontwikkelingen op de afvalmarkt mee. De verwerking van restafval wordt steeds duurder, wat een extra prikkel kan geven om die afvalstroom te verminderen. Daarnaast zijn er initiatieven om de inzameling van plastic, drankkartons en glas goedkoper en zelfs gratis te maken, ook voor het voortgezet onderwijs. Voor basisscholen is er al zo’n regeling. ‘Daar weten de leerlingen al niet anders. Dat kan een reden zijn om ermee aan de slag te gaan en het kan op termijn leiden tot kostenbesparing. Niet meteen, er gaat een investering aan vooraf.
13
NIEUWS & BLOGS carmel.nl/nieuws/ nieuws-en-publicaties
‘We hebben een stappenplan voor alle scholen’
» What’s up?
Promotieonderzoek organisatiecultuur Carmel 1922-2000
Op 30 mei 2022 vierde Carmel haar 100-jarig jubileum. In het jubileumnummer van Carmel Magazine (april 2022) doken we het verleden al in, maar begin 2023 verschijnt er een proefschrift over de ontwikkelingen in onze organisatiecultuur in de afgelopen 100 jaar. Het door Carmel gefaciliteerde promotieonderzoek is uitgevoerd door Wim van der Geest, oud-lid van het College van Bestuur. Op maandag 9 januari 2023 promoveert hij.
In zijn proefschrift, met de titel ‘In aanpassing koersvast’, laat Van der Geest zien hoe het bestuur van de Stichting Carmelcollege ondanks interne en externe ontwikkelingen steeds heeft geprobeerd het onderwijs van haar scholen een levensbeschouwelijke inslag te geven. In het nieuwe jaar verschijnt de publieksversie. Houd onze website en social kanalen hiervoor in de gaten.
Allereerste Carmelscholen vieren feest
Ook 2023 wordt weer een bijzonder jaar. Na de oprichting van Stichting Carmelcollege op 30 mei 1922 volgde al snel de opening van twee middelbare scholen waarbij het gedachtegoed van Titus Brandsma een grote rol speelde: één in Oss en de ander in Oldenzaal. In 1923 waren de twee allereerste Carmelscholen een feit. Hoe zij komend jaar hun jubileum vieren? Lees het hieronder!
Het Hooghuis, locatie Titus Brandsmalyceum, Oss Het Titus Brandsmalyceum (TLB) in Oss pakt groots uit. Van onder meer de voorstelling ‘Titus draait door’ en College Tour met Mart de Kruif, tot aan een grote reünie, een leerlingenfeest en een musical over 100 jaar TBL. Ook maken twee leerlingen uit 6 vwo een documentaire over Titus Brandsma en 100 jaar TBL. Wil je meer weten over het programma? Scan dan de QR-code of ga naar tbl100.nl.
Twents Carmel College, Oldenzaal
Locatie Lyceumstraat viert in 2023 haar 100-jarig jubileum. Het voortgezet onderwijs in Oldenzaal viert dus feest. Op 23 september 2023 organiseert de locatie een grote reünie voor zowel oud-leerlingen als -medewerkers. Ook komt er komt een boek uit met anekdotes over de afgelopen eeuw. Wil jij op de hoogte blijven van deze festiviteiten? Scan dan de QR-code of ga naar carmelreunie.nl.
Volg ons op Social Media
@stgcarmel @CarmelVacatures stgcarmel stgcarmel stichting carmelcollege
Scan de QR-code of ga naar tbl100.nl
Scan de QR-code of ga naar carmelreunie.nl
14
‘
Passie!
Een klein gesprekje kan er echt toe doen’
Duizendpoot, zo zou je de nieuwe functie kunnen omschrijven van Karin Reinerink op Pius X College, locatie Aalderinkshoek. ‘Ik heb veel plezier in het omgaan met de leerlingen.’
‘In de tweede week van dit schooljaar ben ik met 4 mavo mee geweest naar Berlijn. Dat was superleuk, je leert leerlingen goed kennen. Dat wil ik graag, want onze slogan is "Het gaat om jou" en dan zijn we er samen voor verantwoordelijk dat leerlingen zich thuis voelen. Of je nu docent bent of directeur, conciërge of spil in de organisatie zoals ik. Mijn werk is heel divers. Ik ben coördinator Gezonde School, ik ondersteun het decanaat, ik werk bij de receptie, ik houd het jaarrooster en de website bij, ik ondersteun het open huis, ik vervang de conciërge bij afwezigheid. Ik doe van alles, tot en met buiten met een prikstok het afval opruimen. Echt, mij maakt het niet uit. Veel plezier heb ik in het omgaan met de leerlingen. Ik ben geen docent en geen leerlingbegeleider, maar ik kan een leerling wel een kopje thee geven en zonder oordeel luisteren.
Op mijn vorige locatie, de Van Renneslaan, heb ik dat ook altijd gedaan. Voor pubers is het vinden van hun eigen ik zó belangrijk. En soms kan een klein gesprekje er echt toe doen. Pas sprak ik een groepje in het Hilton, een overblijfruimte die wordt omgetoverd tot een supergezellige plek voor leerlingen. Komen ze later terug: “Mevrouw, we vinden het zo leuk dat u er bent; u groet altijd, u bent altijd blij. Maar uw eigen kantoor is saai, daarom hebben we een plantje voor u gekocht.” Dat is toch het grootste compliment?!’
Leeftijd » 55 jaar. Werkzaam bij Carmel sinds » 2009. Passies » Wandelen, zingen, tuinieren, fotograferen.
15
Karin Reinerink » medewerker front office en ondersteuner decanaat
Karin Reinerink »
»
Kwaliteitsborging toetsen en examens HEEL CARMEL TOETSDESKUNDIG
Alle 2.800 Carmeldocenten worden vóór 2025 getraind en gecertificeerd in toetsbekwaamheid. Het is verrassend hoeveel je daar ook als ervaren docent van opsteekt, zeggen drie doorgewinterde collega’s die hun certificaat al binnen hebben. ‘Bovendien doe je het niet alleen voor jezelf. Je doet het ook om samen in de school het gesprek over toetsing te kunnen voeren.’
Wiebo Spoelstra
16
Doriene Boezelman
Onrust over de kwaliteit van de schoolexamens bij een schoolbestuur in Limburg haalde in 2018 de voorpagina’s van alle kranten. Bijna 300 leerlingen zaten een zomer lang in onzekerheid en veel jongeren moesten hersteltoetsen afleggen. Het incident zond een schokgolf door het voortgezet onderwijs. Zou dit ook bij ons kunnen gebeuren? Stichting Carmelcollege was een van vele schoolbesturen die naar aanleiding van “Limburg” besloot de eigen toetsing en examinering onder de loep te nemen. Niet uit ongerustheid, maar uit zorgvuldigheid: omdat goede toetsen bijdragen aan goed onderwijs. ‘Ons bestuur is eindverantwoordelijk voor de kwaliteit van toetsen en examens op onze scholen en heeft gezegd: we willen dat dit goed geregeld is’, aldus Wiebo Spoelstra, lid van de Centrale Directie van het Etty Hillesum Lyceum.
Deskundige of expert
Een Carmelbrede werkgroep kreeg de opdracht om zich over de kwaliteitsborging van examens en toetsing te buigen. Wiebo had al ervaring met soortgelijke trajecten in het hbo en werd gevraagd het voorzitterschap op zich te nemen. De werkgroep kwam met een advies, dat integraal is overgenomen in een bestuursbesluit. Uitgangspunt is het Toetsweb van Desirée Joosten en Dominique Sluijsmans: een model waarin verschillende aspecten van de kwaliteit van toetsing samenkomen. Bekwaamheid is één van die aspecten. ‘Kijk, iedere docent kan toetsen maken, dat hoort bij je startbekwaamheid’, zegt Wiebo. ‘Maar het is goed om een grotere ambitie te hebben. Want jouw toetsbekwaamheid is een belangrijke pijler onder de kwaliteit van toetsen en examens voor leerlingen. Daarom vraagt Carmel - voor zover ik weet als enige VO-bestuur in Nederland - van iedereen die voor de klas staat, dat zij aantoonbaar toetsbekwaam zijn op het niveau van deskundige. Daartoe organiseren we trainingen bij instellingen op locatie. Daarnaast bieden we op een centrale plek een training op expertniveau aan.
Onze ambitie is dat van elke school minstens één docent per vakgroep dit niveau beheerst, plus de leden van de examencommissie.’
Officieel certificaat
Alle 2.800 Carmeldocenten certificeren is een hele operatie. Zeker omdat het niet zomaar een traininkje betreft. Deelnemers moeten rekenen op 40 uur voor de training Deskundige Toetsbekwaamheid (5 dagdelen training en 2,5 dag opdrachten) en het dubbele voor de training Expert Toetsbekwaamheid (5 trainingsdagen en 5 dagen opdrachten). Maar toetsvaardigheid omvat dan ook veel belangrijke beslissingen, zegt Fabian van Houwelingen, docent natuurkunde en NLT aan het Twents Carmel College, locatie Lyceumstraat. Hij volgde afgelopen jaar als een van de eersten de training op expertniveau. ‘Die beslissingen variëren van “Hoe formuleer ik die ene formatieve toetsvraag zo dat ik misvattingen bij leerlingen op het spoor kom?” tot “Welke volgorde hanteren we voor de vakken in een summatieve toetsweek?”’, zegt hij. ‘Het ontwerpen van een goede toetsingsstrategie is echt wel ingewikkeld. Toetsing is nodig om sturing en motivatie te geven, maar ook om nauwkeurig de leeropbrengst en het niveau te meten. Elke beslissing kan invloed hebben op de kwaliteit van die sturing of meting.’
Eigen toetsen
Een pluspunt van de trainingen is dat je leert aan de hand van je eigen toetsen, vertelt René Hoek, die dit voorjaar de training op het niveau van deskundige volgde. René is docent lichamelijke opvoeding bij Scholengroep Carmel Hengelo, locatie Het Twickel College. Ook is hij examensecretaris en maakt als zodanig deel uit van de eerdergenoemde Carmelbrede werkgroep. ‘Naar de training neem je toetsen mee die je al hebt afgenomen en nagekeken en daar ga je met behulp van informatie uit de cursus opnieuw naar kijken’, legt hij uit. >>
NIEUWS & BLOGS carmel.nl/nieuws/ nieuws-en-publicaties
‘Hier ga je echt iets aan hebben, hoe ervaren je ook bent. En als je het niet voor jezelf doet, doe het dan voor je collega’s!’
René Hoek, Scholengroep Carmel Hengelo
17
Meer weten over het Toetsweb? Scan de QR-code!
‘Mij heeft het verbaasd hoe makkelijk ik toch verkeerde of onheldere vragen blijk te stellen. Het blijkt dat de vraagstelling nog explicieter kan en moet. Ook ben ik bewuster gaan kijken naar de verdeling tussen inzicht- en kennisvragen. De grote meerwaarde van deze training zit voor mij in de analyse. Die helpt om in de sectie het gesprek aan te gaan.’
Extern certificaat
Alle deelnemers stellen tijdens de training een toetsportfolio samen, dat bij voldoende resultaat wordt beloond met een certificaat van Cito (Deskundige toetsbekwaamheid) of de Universiteit Twente (Expert toetsbekwaamheid). Samen met RCEC, een expertisecentrum voor de kwaliteit van examinering, verzorgen deze organisaties ook de trainingen. De werkgroep is bewust met externe partijen in zee gegaan, vertelt Doriene Boezelman, die de werkgroep vanuit het bestuursbureau ondersteunt. ‘Anders ben je toch de slager die zijn eigen vlees keurt.’
Weerstand
Het verplichte karakter van de scholing kan zeker bij ervaren docenten de vraag oproepen “of ze het al die jaren dan niet goed hebben gedaan”. Dat is niet de boodschap die de werkgroep wil afgeven, zegt Wiebo: ‘De kwaliteit van toetsen en examens binnen Carmel is best goed. Maar het kan altijd beter, en over toetsing is veel te zeggen.’
Om mensen aan het idee te laten wennen, zijn tot nu toe eerst docenten uitgenodigd die uit zichzelf interesse hebben in een training. Een van hen is Vanessa van der Laan-Lobo, vakgroepvoorzitter Engels, lid van de examencommissie en examensecretaris op het Etty Hillesum Lyceum, locatie Het Vlier in Deventer. Zij zit al twintig jaar in het onderwijs en volgde de training op expertniveau.
Het is verrassend hoeveel je daar ook als ervaren docent van opsteekt, zegt ze. ‘Natuurlijk zit niemand te wachten op extra werk. Maar nascholing is investeren in jezelf en dat kost nu eenmaal tijd en energie. Ik ben door deze training echt kritischer gaan kijken naar mijn toets- en lespraktijk. Zo dacht ik altijd dat ik duidelijk was over de leerdoelen. Maar nu blijkt toch dat ik explicieter kan zijn. Voor mij heeft deze opfrisser zeker zin gehad.’
Formatief
Uit evaluaties blijkt dat Vanessa niet de enige is: de trainingen worden overwegend als positief ervaren. De eerste cursisten hadden ook wel feedback en die hebben de trainers gebruikt om de programma’s nog beter te laten aansluiten op de behoeften. Zo komt de formatieve kant van toetsing nu beter uit de verf. Dat past bij Koers 2025, waarin de ambitie is uitgesproken om de groei die leerlingen doormaken, beter zichtbaar en merkbaar te maken. Op veel scholen komen hierover gesprekken op gang. Ook daarom is het van belang dat iedereen de trainingen volgt, vindt René Hoek: ‘Je doet dit niet alleen voor jezelf, je doet dit ook om samen het gesprek over toetsing te kunnen voeren.’ De school van Vanessa is hier actief mee bezig.
Een professionele leergemeenschap werkt onder meer aan het stimuleren van een actievere werkhouding bij vierdeklassers. Leerlingen willen weten waaróm ze iets moeten leren of weten, merkt Vanessa. ‘Dat kun je bijvoorbeeld duidelijk maken door nog explicieter inzicht te geven in de specifieke leerdoelen voor een les. Daarmee ben ik nu aan het experimenteren. Bij het onderdeel literatuur in 6 vwo heb ik extra aandacht besteed aan leerdoelen en feedback en dan blijkt inderdaad dat leerlingen meer van de les opsteken.’
Nieuw: Platform Toetsexpert
Parallel aan de trainingen toetsbekwaamheid gaat voor toetsexperts uit Carmelscholen een platform van start. Een van de doelen is om handvatten te ontwikkelen waarmee scholen de kwaliteit van alle aspecten van toetsing inzichtelijk kunnen maken en kunnen optimaliseren. Deelnemers komen drie tot vier keer per jaar fysiek of online bij elkaar om kennis uit te wisselen, oplossingen te delen en good practices te verzamelen. Interesse? Meld je bij Christel Wolterinck (c.wolterinck@carmel.nl) of Doriene Boezelman (d.boezelman@carmel.nl).
18
‘Het is mooi om te merken dat je ook na twintig jaar in het onderwijs je eigen praktijk nog positief kan beïnvloeden’
Vanessa van der Laan, Etty Hillesum Lyceum
Duurzaam verbeteren
Het is de bedoeling dat alle Carmeldocenten voor het einde van de beleidsperiode van Koers 2025 op zijn minst het certificaat toetsdeskundige op zak hebben. ‘Maar daarmee zijn we niet klaar’, zegt Wiebo. ‘Er komen altijd nieuwe collega’s binnen die alsnog getraind moeten worden. In 2025 hopen we daarvoor onze eigen trainers te hebben opgeleid, al zal de externe certificering blijven. Ook met de andere docenten gaan we verder. Zo zijn we een platform aan het opzetten (zie kader). Want kwaliteitsverbetering is geen momentopname. We willen duurzaam verbeteren.’
De training Deskundige Toetsbekwaamheid wordt op alle instellingen een aantal keer per jaar aangeboden. Vraag je teamleider wanneer jij kunt meedoen. Heb je interesse in de experttraining? Ook dat kun je kenbaar maken aan je teamleider.
Verbinders in een verdeelde
wereld
De Israëlische schrijver David Grossman won dit jaar de Erasmusprijs 2022. In zijn werk wil hij de mens van binnenuit begrijpen en de ander liefdevol bezien over de grenzen van oorlog en geschiedenis heen. Stichting Erasmusprijs geeft aan zijn kunstenaarschap te willen eren ‘als troost en als leidraad hoe mens te zijn’.
Dit thema kwam naadloos overeen met die van het symposium tijdens het 75-jarige lustrumfeest van het Maartenscollege in Haren/Groningen. Daar sprak de van oorsprong Afrikaanse politicoloog Kiza Magendane over bruggenbouwers: hoe ontmoet je elkaar nu echt? Hij beschreef dat hij als asielzoeker in Nederlands kwam en te eten werd uitgenodigd bij een Nederlandse familie. Daar vond pas de echte kennismaking plaats. Hij merkte op dat er vooroordelen waren over asielzoekers, maar dat gold niet voor hem ‘want hij was anders’. Dit hoorde hij vervolgens in meerdere situaties. Maar: ‘Ik was niet anders dan andere vluchtelingen’, gaf hij aan, ‘het verschil is dan men mij heeft ontmoet, er was een brug’. Het feit dat er een échte, persoonlijke ontmoeting plaatsvond, maakte dat men hem accepteerde. De enige manier om als wereld verder te komen, is om daadwerkelijk de ontmoeting te organiseren.
Vanuit het internationale onderwijs bij het Maartenscollege is ‘jezelf in relatie tot de ander’ een belangrijk thema, zoals dat ook binnen andere Carmelscholen geldt. Juist het vermogen dat David beschrijft, om je te verplaatsen in de ander en in diens schoenen te staan, maakt dat er een daadwerkelijke verbinding ontstaat. Een mooie suggesties volgde vanuit het publiek: nodig met Kerst een vreemdeling uit aan tafel. De vraag die je aan jezelf kan stellen: Wat doe ik elke dag om écht verbinding te maken?
19 » CvB MEER BLOGS carmel.nl/nieuws/ nieuws-en-publicaties
‘Hoe kan ik er met mijn toetsen voor zorgen dat leerlingen een goede vervolgstap zetten in hun leerproces? Dat is de richting die ik op wil, en de training heeft mij daarin bevestigd’
Fabian van Houwelingen, Twents Carmel College
‘We willen duurzaam verbeteren’
Verhalen over bijvoorbeeld spontane reacties van leerlingen, een gedicht van een collega of een impressie van een gesprek tussen docent en leerling. Betrokken collega’s geven je graag een kijkje in het leven op hun school. Waar lopen zij tegenaan in hun onderwijsbaan of wat maakt ze juist blij? Lees mee!
Positief zijn
Het stond er echt, in de krant: optimisten leven langer. Dan zal het wel waar zijn. Maar hoe doe je dat dan, positief zijn? Kun je daarvoor leren? Moet je bij een tjakka-goeroe langs? Kun je een boek lezen waar de antwoorden in staan, om je leven om te zetten in iets positiefs? En als je nou heel dikke pech hebt, iets vreselijks mee moet maken, lukt dat dan nog wel?
Ik ben opgegroeid met het credo “wie goed doet, goed ontmoet”. Aardig zijn voor een ander, zoveel moeite kost het niet, zorgt ervoor dat anderen ook aardig zijn voor jou. Een aardig gesprek, al was het maar twee zinnen lang, kan je een goeie bui bezorgen. Dat was een wijze les, maar tegelijkertijd maakten we ook sombere emoties mee in onze jeugd. Het leven was niet altijd gemakkelijk, zeker niet in de puberteit. Ik denk daar nog vaak aan als ik met leerlingen praat, zij zitten in dezelfde positie als wij destijds.
Ongeacht het niveau van het onderwijs maken ze genoeg ellende mee: scheiding, armoede, onzekerheid, prestatiedruk, vriendschappen, verkering aan/uit, lichamelijke en/of geestelijke ‘afwijkingen’ en nog veel meer. Pijnlijk genoeg komt het ene probleem bij een bepaald onderwijsniveau vaker voor dan bij een ander. Maar het kán iedereen overkomen. Het aantal leerlingen, dat écht niets meemaakt in hun jeugd waardoor ze een knauw krijgen, is op één hand te tellen. Blijf in dat geval maar eens positief. Soms heb je schijt aan aardig zijn voor een ander.
Als docent eis ik een proactieve houding in de les. Niet in je bank hangen, als je te moe bent voor de les dan meld je je maar ziek. Ik wens alle leerlingen een goedemorgen of
-middag, en ik vind het prettig als ik een aardige opmerking terugkrijg. Voorheen zou ik, in het geval dat ik niets of slechts een grom terugkreeg, de leerling dieper in de ogen kijken en nogmaals, met iets luidere stem, goedemorgen wensen. Hopende dat deze mijn subtiele hint opvat als aanmoediging tot een beetje aardigheid terug. Dat is toch wel het minste dat je als docent mag verwachten?
Gelouterd door 25 jaar werkervaring, weet ik inmiddels wel beter. Die betreffende leerling heeft er geen zin in, snapt de hint niet (duh) en heeft wat anders aan het hoofd. Hoewel hij weet dat het inderdaad zo werkt dat een aardige opmerking meestal iets positiefs tot gevolg heeft, kost het nu simpelweg teveel moeite. Bovendien weet hij dat wij, de volwassenen, toch wel professioneel genoeg zijn om geduld te blijven uitoefenen, niet boos worden en hem opnieuw een kans geven, en nog een, en dat de rest van het schooljaar ook nog wel blijven doen.
Positief leven, hoe doe je dat? Als je ziet dat je leerlingen in de klas, na een aantal hints, soms na járen van hints, doorhebben hoe het werkt, de moeite willen doen om een vriendelijk woord te gebruiken, een glimlach op het gezicht te toveren, je aankijken bij binnenkomst en soms zelfs vragen hoe het met jóu gaat. Dat zijn wel mooie momentjes, hoor. Als je zo’n moment kunt gebruiken om er een leuke dag van te maken, alleen al voor jezelf, dan heb je in ieder geval die dag positief geleefd. Morgen is er weer een dag.
Olaf Koot Docent Engels en mentor op Etty Hillesum Lyceum
20
» Vertel!
Rituelen
Ik schiet in de lach als ik op weg naar de stal, waar ik tot hilariteit van de boer dagelijks koeien knuffel, een aanhangwagen volgepakt met kerstbomen zie staan. Eind van de week gaan mijn buurtjes trouwen en vandaag gaan de mannen “de boog zetten”, zoals dat in Twente gebruikelijk is. Vanuit de stal hoor ik de eerste kettingzaag ratelen en als ik terugloop is het begin van een erehaag ontstaan. Niet alleen de “niendeur” wordt versierd. De hele oprit wordt meegenomen met maar liefst 27 kerstbomen. ‘Als we het doen, dan doen we het goed’, lachen de mannen. De mannen, noabers, hebben er duidelijk schik in. Noabers: een bijzonder begrip hier in Twente. Zeker op het platteland.
Noaberschap
Als ik een uurtje later een kop thee drink bij een vriendin komt het gesprek hierop. Als niet-Twentenaar is het soms lastig om bij dit soort rituelen te weten wat er al dan niet van je verwacht wordt. Dat je buurvrouw bent, betekent niet dat je automatisch noaber bent. Voor noaber word je gevraagd en andersom vraag je ook officieel of iemand jouw noaber wil zijn. En denk daar niet te lichtvoetig over. Als je dit commitment aangaat, wordt er van je verwacht dat je omziet naar elkaar. Dat je hulp verleent op die momenten dat dat door je noaber gevraagd wordt. Zo zorgen de “neugste noabers” bij een huwelijk voor de organisatie van het zetten van de boog en het vouwen van de roosjes.
Noaberschap verbindt. Dat is mooi, en terug te zien in de zorgzaamheid en het plezier van de noabers rondom de aanstaande bruiloft. Naast het werk dat verzet wordt en kosten die ruimhartig met elkaar gedeeld worden, is de nazit minstens zo belangrijk. Er wordt voor eten en drinken gezorgd en niet zelden gaat zo’n nazit door tot in de late uurtjes. In een bont gezelschap vouw en knip ik er twee dagen later lustig op los, 1.200 roosjes te gaan.
Verbinding
Tegen de tijd dat dit magazine verschijnt gaan we richting kerst. Ook zo’n feestelijk ritueel. De viering van de geboorte van Jezus. Bijzonder dat deze persoon na ruim 2.000 jaar nog altijd zorgt voor verbinding, omzien naar elkaar. Mensen komen samen, wapens vallen stil, al is het maar voor even. Kerstbomen zorgen voor gezelligheid. Licht van kaarsen verzacht kerken, huiskamers en de soms hardheid van het leven. De gulden regel van hoe, waar en met wie je kerst hoort te vieren, heeft plaatsgemaakt voor meerdere vormen. Men vindt elkaar in gezamenlijk gebed. Aan tafel tijdens het kerstdiner of bij het kijken naar de golden oldies “Home alone” of “Keizerin Sisi”. De rode draad is en blijft echter die van verbinding. Waar, met wie en op welke manier dan ook.
Vanuit die symbolische rode draad wens ik iedereen een warm ritueel van samenkomst, van omzien naar elkaar. Een stukje noaberschap. In iedere kerk, en/of in ieders thuis.
21 CARMEL SPECIALS carmel.nl/ specials/vertel Deel ook jouw verhaal! Scan de bovenstaande QR-code en deel jouw ervaring met ons!
Elies Schledorn Docent levensbeschouwing en mentor op Twents Carmel College
‘De rode draad is en blijft die van verbinding’
“De leerling ervaart ondersteuning bij het ontwikkelen van zelfvertrouwen en eigenaarschap”, zegt Koers 2025. Is die wens al werkelijkheid? En wat kan de school nog beter doen? Leerlingen van het Marianum in Groenlo staken de koppen bij elkaar en kwamen met vijf adviezen voor hun school.
ONS MEER
In gesprek bij het Marianum in Groenlo Leerlingen • Fie Goossens (2 havo/vwo), Alyssia Vaags (3 havo), Anne Venhoven (3 havo), Veerle Melchers (3 vwo), Timo Kuipers (5 havo), Menno Huitink (4 havo), Max Heijmer (4 vwo), Ruben Groot (6 vwo), Eva Weelink (5 vwo) Gespreksleiders • Ivar Gierveld (docent Nederlands, dyslexiecoördinator en vertrouwenspersoon), Frank Harkink (docent geschiedenis), Mandy Stokkers (studie- en talentcoach) » LIGGEN WE OP KOERS? IN GESPREK MET LEERLINGEN... Meer lezen? Check koers.carmel.nl of scan de QR-code!
‘GEEF
KEUZEMOGELIJKHEDEN’
Alyssia
Serie: liggen we op Koers?
In elke editie van Carmel Magazine gaan we op een Carmelschool met leerlingen in gesprek over één van de drie speerpunten uit de paragraaf ‘De Carmelleerling: wereldwijs en klaar voor de toekomst’ in Koers 2025.
In dit tweede artikel uit deze serie praten we op het Marianum in Groenlo over het tweede speerpunt: in hoeverre voelen leerlingen zich ondersteund bij het ontwikkelen van zelfvertrouwen en eigenaarschap?
De meeste leerlingen zijn al lang naar huis als Fie, Alyssia, Anne, Veerle, Timo, Menno, Max, Ruben en Eva zich verzamelen in de vrolijk gekleurde studielounge van het Marianum in Groenlo. Ze geven hun vrije middag op om mee te denken over wat de school kan doen om leerlingen nog beter te ondersteunen op hun weg naar het nemen en voelen van verantwoordelijkheid. Als leerling heb je zelfvertrouwen en eigenaarschap (het besef dat je zelf de touwtjes in handen hebt) nodig om verantwoordelijkheid voor je eigen leerproces te kunnen nemen. Maar dat is geen gegeven. Zelfvertrouwen en eigenaarschap groeien door de jaren heen en een leerling mag daarbij ondersteuning verwachten van de school.
Leerlingen verschillen Eerst maar eens helder krijgen waar we het precies over hebben, vindt studie- en talentcoach Mandy Stokkers, die deze middag heeft voorbereid. Nadat de leerlingen daar individueel 5 minuten hun gedachten over hebben opgeschreven, stuurt Mandy hen in kleine groepjes naar de whiteboards aan de wanden om op te schrijven waar ze aan denken bij “zelfvertrouwen”, “eigenaarschap” en “verantwoordelijkheid”. Docenten Frank Harkink en Ivar Gierveld lopen rond en stellen vragen. Al snel gonst het van de gesprekken. ‘Ik denk dat je als leerling zelf verantwoordelijk bent en dat de docent alleen op hoofdlijnen moet aangeven waar je staat’, zegt Timo (5 havo), whiteboardstift nog in de hand. ‘Maar dat werkt toch niet bij leerlingen die er met de pet naar gooien? En die zijn er ook’, werpt Eva (5 vwo) tegen. Dat is waar: leerlingen verschillen in hun behoefte aan ondersteuning. Het is een constatering die vanmiddag vaker zal terugkomen.
Onderwijscafés
Op het Marianum in Groenlo is het niet ongebruikelijk om leerlingen rechtstreeks te vragen wat zij nodig hebben. Na de eerste coronagolven begon de school met een serie Onderwijscafés om beter zicht te krijgen op de gemoedstoestand en ondersteuningsbehoeften van leerlingen. Daar ontstonden zulke mooie gesprekken dat de cafés een traditie lijken te worden, vertelt docent Ivar Gierveld. Hij is een van de initiatiefnemers en zorgt er onder meer voor dat de uitkomsten van de cafés op tafel komen in de teamvergaderingen van docenten. Ook dit schooljaar worden er weer cafés georganiseerd waar leerlingen een uur lang met elkaar en met medewerkers van gedachten wisselen over onderwerpen die het onderwijs raken. De cafés zijn een leuke manier om te sparren over hoe het op school beter kan, vindt Max. Net als de bijeenkomst van vanmiddag trouwens, zegt Timo. ‘Het is fijn dat iedereen het woord kan krijgen en dat je gewoon echt kunt zeggen wat je vindt.’
Vallen en opstaan
En wat vinden de leerlingen dan van de manier waarop docenten hen helpen om zelf de regie over hun leerproces te pakken? >>
23
NIEUWS & BLOGS carmel.nl/nieuws/ nieuws-en-publicaties
Dat wisselt, zo blijkt als hen wordt gevraagd om goede en minder goede voorbeelden aan te dragen. Wat goed werkt, is als docenten bij een nieuw stuk leerstof bijvoorbeeld eerst voorkennis activeren: “Wat weten jullie zelf al over dit onderwerp?”. Of als leerlingen voor een opdracht of werkstuk zelf een onderwerp mogen kiezen dat hun interesse heeft. Het gaat er vooral om ‘dat je als leerling aan het denken wordt gezet’, zegt Alyssia, en daar is iedereen het wel mee eens. Maar of dat het beste bereikt wordt als docenten leerlingen heel vrij laten, daarover verschillen de meningen. ‘Dat vindt echt niet elke leerling fijn’, zegt Eva, die bij een recente portfolio-opdracht bijvoorbeeld liever meer sturing had gehad. ‘Maar het werkt wel’, vindt Max: ‘van vallen en opstaan leer je het meest'.
Studie- en talentcoach Mandy Stokkers van Marianum Groenlo maakte een handige lesbrief bij dit speerpunt. In zes stappen komen leerlingen tot concrete adviezen voor hun eigen school, waarbij zij zelf zoveel mogelijk eigenaar zijn van het proces. De lesbrief is voor alle Carmelscholen beschikbaar via Carmel Intranet .
Je vindt ‘m via de QR-code!
Verschillen
Doordenkend constateert Anne dat het eigenlijk vooral belangrijk is dat docenten je in de denkstand zetten. ‘Dat ze je laten nadenken over je eigen vragen bij de stof. Vaak weet je het antwoord wel, maar heb je iemand nodig die even wat richting geeft.’ Veel docenten doen dat, zeggen de leerlingen. Wel denken ze dat docenten nog beter
zouden kunnen inspelen op hun verschillen in behoefte aan ondersteuning. Sommige leerlingen doen hun schoolwerk vol zelfvertrouwen en twijfelen zelden aan hun aanpak of product; anderen hebben meer behoefte aan uitleg, toetsen en feedback om er zeker van te zijn dat ze de stof beheersen en hun werk voldoende kwaliteit heeft. Opdrachten moeten duidelijk zijn, dat vinden ze allemaal. Maar waar Max bij de uitvoering het liefst zo min mogelijk sturing krijgt (‘daarmee word je het beste klaargestoomd voor de universiteit’) vindt Veerle ‘het juist fijn als een docent bij een opdracht tussendoor even meekijkt’ en stuurt ook Alyssia verslagen bij voorkeur even voor feedback naar de docent voordat ze ze definitief inlevert.
Keuzemogelijkheden
Voor die verschillen moet ruimte zijn, constateren de leerlingen als ze aan het eind van de bijeenkomst hun conclusies samenvatten in vijf adviezen aan de school (zie kader pagina 25). Ze zouden graag vaker zelf kunnen kiezen of ze uitleg volgen. Zónder dat de docent daar direct of indirect toch een oordeel over geeft (“Jou zou ik toch wel aanraden te komen…”). Jezelf eigenaar voelen van je eigen leren wordt ook makkelijker als docenten ‘aangeven waarom je bepaalde leerstof moet leren’, vindt Fie. En, constateert de groep, als docenten wat vaker zouden overleggen over de tussentijdse leermomenten die ze inbouwen om te checken of leerlingen bij een vak op koers liggen. “Hoeveel van die momenten moeten er zijn? Moeten het toetsen zijn voor een cijfer of willen jullie liever inhoudelijke feedback?" In de meeste gevallen zal het antwoord luiden: geregeld een tussentijds toetsmoment, maar minder cijfers en meer diepe feedback.
‘Vaak weet je het antwoord wel, maar heb je iemand nodig die even wat richting geeft’
Ook met leerlingen in gesprek? Bekijk de lesbrief!
Veerle
Daar waar wel cijfers worden gegeven, helpt het als ook gedrag en werkhouding meetellen, zegt Eva. ‘Dan voel je je zekerder dat het gaat lukken en ervaar je minder stress.’ Door uitleg en feedback vaker als optie aan te bieden, kunnen docenten beter tegemoetkomen aan de verschillen tussen leerlingen, is de conclusie. ‘Meer keuzemogelijkheden, maar wel onder begeleiding, dat is denk ik wat leerlingen nodig hebben’, vat Ruben samen.
5 adviezen aan de school
Dit adviseren leerlingen van Marianum Groenlo:
1. Laat ons vaker zelf kiezen of we uitleg willen volgen… … zonder dat de docent of medeleerlingen daarover oordelen.
2. Zoek een balans tussen cijfers en werkhouding Dat motiveert ons meer om bij het leren initiatief en eigenaarschap te tonen.
Respect
Maar hoe moet het dan met de leerlingen waar Eva het in het begin van de bijeenkomst over had? De leerlingen die – al of niet tijdelijk – in zichzelf nog niet de motivatie kunnen vinden om eigenaar te zijn van hun eigen leren? Voor die leerlingen maakt het een groot verschil als zij zich wel door docenten gerespecteerd voelen, zegt Menno. ‘Ook een leerling die problemen veroorzaakt wil gezien worden.’ Respect werkt motiverend, zegt Anne: ‘Als je uit jezelf niet zo gemotiveerd bent, helpt het als je het voor de leraar kunt doen. En dat ga je alleen doen als je het gevoel hebt dat je als gelijkwaardig wordt gezien. Respect geeft je het zelfvertrouwen dat je nodig hebt om te kunnen leren.’
3. Overleg met ons over het aantal meetmomenten en de vorm daarvan Sommigen van ons zien toetsen als een welkome stok achter de deur, anderen krijgen er vooral stress van.
4. Wees respectvol Het geeft ons veel zelfvertrouwen als we ons door docenten gehoord en gezien voelen.
5. Bouw samen aan een feedbackcultuur Diepere feedback helpt ons om meer eigenaar te worden van ons leerproces.
25
‘Ook een leerling die problemen veroorzaakt wil gezien worden’
Eva
» Opmerkelijk
JACHTSEIZOEN DRAAGT BIJ AAN VEILIGE SCHOOL
Politie op school, dat is behoorlijk spannend voor de meeste leerlingen. Want politie zie je eigenlijk alleen maar als er een incident is, en politieagenten zijn toch per definitie streng en boos? Wijkagent Nick Jansen heeft een ander imago bij de leerlingen op het C.T. Stork College, het gezamenlijke vmbo van Carmel en OSG, en onderdeel van Scholengroep Carmel Hengelo. Het (positief) uit de hand gelopen Hunted-spel heeft daar begin oktober nog eens aan bijgedragen. Maar dat de politie alsnog best spannend is, blijkt wanneer eersteklassers Famke, Amayla en Esmay nog voor het interview giechelend en wel met Nick en zijn collega Jill op de foto gaan.
26
Jill, Esmee, Amayla, Famke en Nick
Preventief
‘De politie is geen onbekende op school’, vertelt Leonie van Vliet-Meijer. Leonie is als coördinator onderbouw en docent lichamelijke opvoeding al 22 jaar werkzaam voor verschillende locaties van Scholengroep Carmel Hengelo. ‘We werken nauw samen met de politie en met Skills Jongerenwerk. Dit heeft vooral een preventieve functie. Zij hebben goed contact met leerlingen en weten wat er leeft en speelt er bij de leerlingen. Zo proberen we signalen vroegtijdig op te pakken en incidenten voor te zijn.’
De school opende in 2018 haar deuren en na het eerste jaar samen in het nieuwe gebouw volgden drie coronajaren. ‘Dit is eigenlijk het eerste jaar waarin we samen de plannen en wensen kunnen uitvoeren zoals bedacht. Het is mooi om te zien hoe er door de hele school steeds meer aandacht komt voor praktijkrijk onderwijs. Ook zijn we blij dat we weer mooie en leerzame activiteiten kunnen organiseren.’
Gezamenlijk evenement
Een van die dingen is het Hunted-spel voor alle eersteklassers, waarbij leerlingen in zogeheten scheurpakken de wijk in gingen om stempels te verzamelen, terwijl de politie ze op de hielen zat in busjes, op de fiets en te voet. Het spel is eerder uitgevoerd op andere scholen, maar dit overtrof alle verwachtingen. Zo trommelde wijkagent Nick zo’n 10 agenten van verschillende afdelingen op om mee te helpen en regelde hij dat de luchtvaartpolitie met een helikopter boven het speelveld cirkelde. Tel daar nog een stuk of 20 collega’s bij op die vrijwillig hun vrije uurtjes inleverden voor een geel hesje en het jachtseizoen is geopend! Zelfs bewoners in de wijk Hengelose Es, waar eenzaamheid op de agenda staat, leefden mee en riepen enthousiast vanaf hun balkons.
‘Wat begon als een bescheiden plan, breidde zich uit naar een uniek en gezamenlijk evenement van school, verschillende partners en wijkbewoners’, vertelt Nick enthousiast.
Contact intensiveren Nick: ‘Het achterliggende doel is om het contact met leerlingen te intensiveren, waardoor de politie laagdrempeliger voor ze wordt. We willen uiteindelijk zorgen voor een veilige school en wijk.’ Dat beamen de drie meiden. Amayla: ‘Het was super spannend, bij de politie denk ik aan misdaad, maar het was juist heel leuk’, waarna Famke toevoegt: ‘Eerst dacht ik dat ik vooral moest uitkijken voor de politie, maar nu durf ik eerder op ze af te stappen’. De deelnemers waren razend enthousiast. Enige puntje van kritiek die de school kreeg, was van de nietbrugklassers waarom zij niet mee mochten doen. ‘Het was nu eenmaal een evenement voor de eersteklassers’, geeft Leonie aan, ‘ maar er kwam zo’n energie vrij dat er veel reacties kwamen’.
Unieke ervaringen Leonie gunt haar leerlingen meer unieke ervaringen als deze. ‘Vmbo-leerlingen worden op de basisschool vaak als “laagste groep” beschouwd. Als ze bij ons op school komen, dan worden ze getoetst en uitgedaagd op hun eigen niveau, wat ervoor zorgt dat ze nog een hele groei doormaken. Het mooiste aan mijn vak vind ik om te zien dat mijn leerlingen vertrouwen krijgen, dat ze erachter komen dat ze iets kunnen leren wanneer ze moeite doen. Ik leer ze om kleine successen altijd te vieren en daar zelfvertrouwen uit te halen.’ De uitspraak van Titus Brandsma, “we doen de kleine dingen op grootse wijze”, komt hier mooi tot uiting en is soms al voldoende om een veilige school te creëren voor leerlingen.
COLOFON
Carmel Magazine wordt gemaakt voor medewerkers en relaties van Stichting Carmelcollege en verschijnt drie keer per jaar.
Wil je iets aan ons kwijt of heb je nog vragen? Stuur dan een mailtje naar carmelmagazine@ carmel.nl.
Redactie
• Stichting
Carmelcollege
» Fijke Hoogendijk
» Daphne Razi
• Hans Morssinkhof Publicity
» Hans Morssinkhof
• Perspect Communicatiebureau
» Suzanne Visser
Ontwerp en opmaak
Digidee - creating brand love
Fotografie
» Niki Kits-Polman
• NIKI photogrphr
Drukwerk Gildeprint
Oplage 4.650
27
‘Ik leer ze om kleine successen altijd te vieren’
‘Eerst dacht ik dat ik vooral moest uitkijken voor de politie, maar nu durf ik eerder op ze af te stappen’
Tussen nu en morgen » Het laatste woord
De kersttruien zijn alvast tevoorschijn gehaald. Het is december, Kerstmis en vakantie naderen. Alle reden om vrolijk uit te kijken. Ook naar het einde van het jaar waarin we ons eerste eeuwfeest hebben gevierd. Inmiddels maken onze scholen in Oss en Oldenzaal zich op voor hún feest: in 1923 openden ze de deuren als eersten van nu dertien Carmelscholen.
Het gaat voorbij aan de jongens op de foto. En dat mag. Alles wat wij ondernemen om samen nog slimmer te worden, al onze aandacht voor duurzaamheid en professionalisering dient immers maar één doel: hun toekomst. Zo verbinden we de wereld van nu, die van ons, met de wereld van morgen, die van onze leerlingen. Elke dag opnieuw gaan we aan de slag om ze voor te bereiden op een bestaan als autonome, betrokken en competente mensen.
Dat is onze kerntaak, al een eeuw lang. Waaraan we ook als 101-jarige invulling blijven geven. Voor elke mens, heel de mens en alle mensen.
We wensen je prettige feestdagen en een gelukkig en gezond nieuwjaar.
Stichting Carmelcollege Drienerparkweg 16 » Postbus 864 » 7550 AW Hengelo (074) 245 55 55 » info@carmel.nl » www.carmel.nl
@stgcarmel @CarmelVacatures stgcarmel stgcarmel stichting carmelcollege