Jaargang 17 N o4 mei 2015
Los nummer E 7,50
JAARGANG 14 NO 14 JANUARI 2012
Tuinieren
zonder schadelijk gif
Zwanger
zo voorkom je een vergiftiging
HET VERBORGEN ORGEN PROBLEEM M BIJ AFVALLEN
Eettips
tegen een hoge bloeddruk
medisch dossier | mei 2015
4 10
|||inhoud|||
2
4
12
18
|||colofon|||
16 Over Medisch dOssier Medisch Dossier is de Nederlandse vertaling en bewerking van het Britse maandblad What Doctors Don’t Tell You. Hiermee bieden we onafhankelijke informatie over zowel de risico’s en gevaren van medicijnen en behandelingen als over de beloften van mogelijke alternatieven. Ons doel: patiënten stimuleren hun gezondheid meer in eigen hand te nemen. Medisch Dossier verzet zich niet tegen de reguliere geneeskunde, maar stimuleert de samenwerking tussen artsen en patiënten. Toonaangevende medische vaktijdschriften vormen de bron van onze artikelen, zodat alle informatie is gebaseerd op gevestigd wetenschappelijk onderzoek. De redactie van Medisch Dossier bevindt zich in Engeland; Uitgeverij The Optimist BV verzorgt uitsluitend de Nederlandse vertaling en administratie. De redactie is in het Engels bereikbaar via www.wddty.com Hoofdredactie: Bryan Hubbard en Lynne McTaggart Coördinatie: Els Kwaks Vertaling: Taalpraktijk Mieke Prins Corrector: Diana Korpershoek Artdirector: Carl de Vaal Vormgeving: Saskia Geleedts Uitgever: Hanneke Hogerheijde Drukwerk: Ten Herkel BV, Loosdrecht Redactieraad internationaal: Dr. John Mansfield, Dr. Leo Galland, Dr. Alan Franklin, Dr. Patrick Kingsley, Dr. Jean Monro, Dr. J. Anthony Morris, Annemarie Colbin, Anne Gaskell
12 16 18
WAArOM AfvAllen niet MeevAlt Uw darmbewoners en de verborgen suikers in uw voeding hebben meer te maken met het slagen of mislukken van uw pogingen om gewicht te verliezen.
KOrt nieuWs Pistachenoten ontlasten het hart; Mediteren spaart uw grijze cellen; Thee en citrussap beschermen tegen eierstokkanker; Homeopathie helpt twee keer zo goed als een placebo; En meer.
het sluipende gif Behandelt u elk voorjaar uw gazon of terras met bestrijdingsmiddelen? Dit zijn de gevolgen voor uw gezondheid.
eten tegen een hOge BlOeddruK Tips voor uw dagelijkse menu om bij te dragen aan een gezonde bloeddruk.
vrAAg en AntWOOrd Kun je zwangerschapsvergiftiging voorkomen?
(La Leche League), Janet Balaskas, Dr. J. Levenson, Dr. Ellen Grant, Dr. Melvyn Wehrbach, Dr. Michel Odent, Dr. Keith Mumby, Dr. J. Wright, Prof. Gordon Stewart, Dr. Vickie Rippere, Dr. Anthony Newburry, Sally Bunday
ABOnneeservice Postbus 105, 2400 AC Alphen aan den Rijn Tel. 0172 476085 medischdossier@spabonneeservice.nl www.medischdossier.org/abonneeservice
Redactieraad Nederland: Jan C. van Beek, arts en manueel geneeskundige, Robert K.T.H. Trossèl, arts.
Archief De eerste editie van Medisch Dossier verscheen in 1999. Via www.medischdossier.org kunt u oude nummers voor vijf euro exclusief verzendkosten per stuk nabestellen. Wanneer u abonnee bent, heeft u via uw abonneecode gratis toegang tot het digitale archief, dat al het gepubliceerde materiaal vanaf 2004 bevat.
ABOnneMenten Een jaarabonnement op Medisch Dossier (tien nummers) kost € 68,25 en geeft u onbeperkt toegang tot het digitale archief op www.medischdossier.org. Abonnementen kunnen op elk moment ingaan. Indien drie maanden voor het verstrijken van de abonnementsperiode geen bericht van opzegging is ontvangen, wordt het abonnement automatisch verlengd. Adreswijzigingen en opzeggingen kunnen uitsluitend schriftelijk of per e-mail worden doorgegeven. Nieuwe abonnees ontvangen binnen vier weken na aanvraag hun eerste nummer. Adreswijzigingen graag vier weken van tevoren doorgeven per post of e-mail. Uitgeverij The Optimist BV behoudt zich het recht voor een keer per jaar een prijsindexatie toe te passen. Wij nemen uw gegevens op in een gegevensbestand. Deze gegevens worden gebruikt voor de met u gesloten overeenkomsten, zoals de abonnementenadministratie van de uitgeverij. Daarnaast kunnen wij uw gegevens gebruiken om u op de hoogte te houden van interessante informatie en/of het doen van aanbiedingen van Uitgeverij The Optimist BV of van door ons zorgvuldig geselecteerde bedrijven. Mocht u hiertegen bezwaar hebben, stelt u ons hiervan dan per post of via e-mail op de hoogte.
disclAiMer Hoewel aan de voorbereiding van deze uitgave alle zorg is besteed, kan de uitgever niet verantwoordelijk worden gehouden voor eventuele schade of leed, veroorzaakt door behandelingen, advies of informatie gepubliceerd in dit nummer. Alvorens een behandeling te ondergaan is het raadzaam om een specialist te raadplegen. © Uitgeverij The Optimist BV. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en openbaar worden gemaakt zonder toestemming van de uitgever. Deze nieuwsbrief wordt uitgebracht onder licentie van WDDTY Publishing Ltd (UK). Alle rechten op het gelicentieerde materiaal behoren toe aan WDDTY Publishing Ltd. Het materiaal mag niet worden gereproduceerd, als geheel of in delen, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van WDDTY Publishing Ltd. De naam What Doctors Don’t tell You is eigendom van WDDTY Publishing Ltd.
Baas in eigen buik Als u de hele batterij aan dieetrages al geprobeerd hebt – van Montignac en Sonja Bakker tot het vastendieet – maar toch weer bent aangekomen, dan bent u niet de enige. De meesten van ons hebben geen flauw idee wat nu eigenlijk een gezond dieet is, laat staan welk dieet geschikt is om af te vallen. Zijn granen goed of slecht voor ons? Moeten we vis eten of juist vermijden vanwege het kwik dat erin zit? En hoe zit het met zuivelproducten en soja? De Amerikaanse bioloog en klinisch psycholoog Joan Borysenko ging ook op zoek naar een gezond dieet om af te vallen en deed een aantal opzienbarende ontdekkingen. Uit nieuw bewijs blijkt dat bepaalde soorten bacteriën in onze darmen overgewicht veroorzaken, en niet andersom, zoals meestal gedacht wordt. Te veel eten is dus misschien niet de hoofdoorzaak van uw overgewicht. Het zou zomaar eens kunnen dat u te veel microbiële oppotters in uw darm hebt zitten: bacteriën die uitblinken in het halen van calorieën uit voedsel. Dr. Borysenko legt uit hoe dat werkt en hoe uw darmbacteriën ook op andere manieren uw gezondheid -zelfs de geestelijkekunnen beïnvloeden. Daarnaast geeft zij advies over eenvoudige voedingsmiddelen om de ‘dikmakende’ bacteriën in ‘slankmakende’ te veranderen. Het voorjaar is begonnen en misschien bent u gewend uw tuin met de nodige chemische brouwsels te besproeien. Maar voordat u daarmee begint, is het misschien verstandig om te lezen aan welke gevaren u en uw omgeving daardoor worden blootgesteld. Uit onderzoek blijkt dat de onkruid- en insectenverdelgers waarmee we onze landbouwgewassen maar ook ons terras en onze rozen besproeien, allerlei chronische aandoeningen veroorzaken – van parkinson en prostaatkanker tot kinderleukemie. Hoewel er toelatingsprocedures zijn om te voorkomen dat er onveilige producten op de markt worden gebracht, hebben de toezichthoudende instanties van zowel de EU als Nederland een achterstand. Daardoor zijn er veel bestrijdingsmiddelen verkrijgbaar die de procedure nog niet doorlopen hebben. Bovendien zijn de producten die al wel officieel zijn toegelaten, ook niet allemaal veilig: de fabrikanten van pesticiden sjoemelen met gegevens en proberen de toezichthouders te beïnvloeden. Zo kon glyfosaat – dat de basis vormt voor het veelgebruikte Roundup – worden goedgekeurd, terwijl al lang bewezen is dat het geboorteafwijkingen veroorzaakt. Als u dus zwanger wilt worden of al zwanger bent, is het extra belangrijk om blootstelling aan bestrijdingsmiddelen te voorkomen. Voor moeders in spe hebben we in deze editie overigens nog meer interessante informatie. In het vraag-en-antwoordartikel kunt u namelijk lezen hoe u de kans op pre-eclampsie (zwangerschapsvergiftiging) op een natuurlijke manier kunt verkleinen. Verder hebben we voor u een artikel waarin Joanna Evans allerlei voedingsmiddelen op een rijtje zet die een hoge bloeddruk helpen voorkomen of verminderen. Annemarie Colbin vult dat aan met een heerlijk recept voor gazpacho, zodat u deze zomer een gezond en verantwoord extraatje op tafel kunt zetten. Lynne McTaggart en Bryan Hubbard
3
|||van||de||hoofdredactie|||
medisch dossier | mei 2015
4
medisch dossier | mei 2015
|||dossier|overgewicht||| |||door:|joan|borysenko|||
Waarom afvallen
niet meevalt Hebt u uw zomerse outfit al uit de kast gehaald? Of raakt u liever eerst nog een paar pondjes kwijt? Helaas is afvallen voor de meesten van ons niet zo eenvoudig. Volgens Joan Borysenko hebben uw darmbewoners en de verborgen suikers in uw voeding daar alles mee te maken.
medisch dossier | mei 2015
I
In 2006 publiceerden de arts Jeffrey Gordon en zijn collega’s van de Universiteit van Washington een onderzoek in het gerenommeerde tijdschrift Nature, waarin ze aantoonden dat de populatie darmbacteriën van dunne muizen er anders uitzag dan die van dikke muizen. Ook bewezen ze dat één specifieke bacteriesoort overgewicht veroorzaakt, in plaats van dat overgewicht de bacteriesoorten verandert. De wetenschappers haalden eerst firmicutesbacteriën uit dikke muizen. Die stopten ze daarna in de bacterievrije darmen van dunne muizen die in een steriele omgeving waren opgegroeid. Vervolgens bleken de magere muizen in slechts tien tot veertien dagen tijd aanmerkelijk zwaarder te worden.1 Muizen zijn niet de enige diersoort die deze microbiële oppotters bij zich dragen. Ook wij mensen herbergen firmicutesbacteriën in onze darmen. En net als muizen, zijn mensen met firmicutesbacteriën in hun darmen vaker te dik. Is de belangrijkste oorzaak van overgewicht dan misschien iets anders dan te veel eten? Ik zeg niet dat dit altijd waar is, want overgewicht is een complexe aandoening. Maar ik denk wel dat darmbacteriën de manier waarop we over ons gewicht denken, radicaal kunnen veranderen. De volgende vraag is natuurlijk of we de samenstelling van de bacteriën in onze darmflora kunnen veranderen, en of mensen dan afvallen.
MicrOBiële OppOtters Firmicutesbacteriën blinken uit in het halen van calorieën uit voedsel. Het zijn uitstekende bondgenoten in tijden van schaarste, wanneer je je maag moet vullen met vezelrijke kost zoals bladeren, twijgen of zelfs boomschors. Firmicutesbacteriën hebben namelijk een bijzonder talent: ze kunnen de complexe suikers in vezelige plantaardige voeding verteren en afbreken tot kleine, gemakkelijk te verwerken stukjes – iets wat ons lichaam zelf niet kan. Vanessa Ridaura, een collega van Gordon, deed een baanbrekend onderzoek bij vrouwelijke eeneiige tweelingen van wie de een dun was en de ander dik. Als darmbacteriën van hun slanke tweelingzus werden overgebracht naar magere muizen die in een steriele omgeving waren opgegroeid, dan bleven die muizen dun. Maar als diezelfde muizen darmbacteriën kregen van de dikke tweelingzus, dan werden ze dik.2 In slechts vijf weken tijd werden deze dieren 15 tot 17 procent zwaarder dan hun onbehandelde tegenhangers. Een toponderzoeker op het gebied van voeding en darmbacteriën is Patrice Cani van de Katholieke Universiteit Leuven in België. In zijn laboratorium wordt naarstig gezocht naar wisselwerkingen tussen darmbacteriën, de stofwisseling en overgewicht. In
een van Cani’s studies kregen dikke muizen naast een vetrijk dieet ook prebiotica voorgeschoteld – onverteerbare voedingsvezels waar bepaalde darmbacteriën dol op zijn. Daarop steeg het aantal Akkermansia muciniphila-bacteriën in hun darmen sterk. Ook verloren de knaagdieren bijna de helft van hun lichaamsvet, hoewel hun dieet verder niet was veranderd. Bovendien verdween hun insulineresistentie, een verminderde gevoeligheid voor insuline die vaak uitmondt in diabetes.3 leKKende dArMen Als muizen een vetrijk dieet krijgen om ze dikker te maken, ontwikkelen ze prompt een syndroom dat leaky gut of ‘lekkende darm’ wordt genoemd. Normaal gesproken liggen de cellen die de wanden van ons spijsverteringskanaal bekleden, strak tegen elkaar aan. Ze vormen een barrière die voorkomt dat bacteriële gifstoffen, stukjes onverteerd voedsel en ontlasting ons lichaam binnendringen. De darmwandcellen zijn met elkaar verbonden door structuren die tight junctions of ‘zonula occludens’ heten – zoals kinderen in een kring die elkaars handen vasthouden. Als deze tight junctions verslappen, kunnen allerlei schadelijke stoffen − die normaal gesproken in de darmen blijven zitten − de bloedbaan binnenglippen. Als er stukjes celmembraan (onderdeel van de celwand) van de bacterie door de darmwand heen lekken, dan zet ons immuunsysteem onmiddellijk de aanval in. Die aanval kan zich echter ook op onze
Darmbacteriën van dunne muizen zien er anders uit dan die van dikke muizen eigen lichaamscellen richten, een toestand die we kennen als een auto-immuunziekte. Verder kan een lekkende darm, in elk geval deels, de oorzaak zijn van ontstekingen, insulineresistentie, diabetes type 2 en metaboolsyndroom – een voorstadium van diabetes type 2, waarbij de bloeddruk en suiker- en cholesterolwaardes in het bloed verhoogd zijn. Onze darmen herbergen verschillende soorten gramnegatieve bacteriën. Sommige daarvan zijn goedaardig, andere zijn schadelijk en veroorzaken ziektes. Alle gramnegatieve bacteriën hebben een celmembraan dat deels bestaat uit lipopolysacharides, lipidemoleculen (vet) gekoppeld aan een polysacharide (suiker). Deze lipopolysacharides of LPS-moleculen zijn
5
6
medisch dossier | mei 2015
|||dossier|overgewicht|||
endotoxines: stoffen die een krachtige immuunreactie opwekken als ze via de darmwand in de bloedbaan terechtkomen.4 LPS kan niet alleen leiden tot autoimmuunziektes en de levensbedreigende conditie endotoxemie (vergiftiging door endotoxines), maar zou ook weleens een belangrijke verklaring kunnen zijn voor depressie. BescherMende BifidO’s Muizen die vet voedsel eten, krijgen dus lekkende darmen, ontstekingen en stofwisselingsproblemen, en worden te dik. Wat betekent dat voor ons? Jeff Leach, bacterieel antropoloog en oprichter van het Human Food Project, schreef een verhelderend rapport over bacteriën en lekkende darmen, getiteld Can a high fat paleo diet cause obesity and diabetes? Maybe, unless. Hierin nam hij studies onder de loep
Poeptransplantatie
In een Nederlands onderzoek dat in 2013 in het prestigieuze wetenschappelijke tijdschrift New England Journal of Medicine verscheen, brachten onderzoekers ontlasting van gezonde vrijwilligers over naar de dunne darm van patiënten die geïnfecteerd waren met Clostridium difficile. Deze beruchte C. difficilebacterie, die alleen al in de Verenigde Staten jaarlijks zo’n dertienduizend mensen het leven kost, is vaak uiterst moeilijk te bestrijden, zelfs met een krachtig antibioticum als vancomycine. De resultaten van deze ‘poeptransplantaties’ waren spectaculair. Na de behandeling met darmbacteriën genas de infectie bij ruim 85 procent van de patiënten – een veel hoger percentage dan na een antibioticabehandeling.1 Patiënten die na de eerste transplantatie nog niet van hun C. difficile-infectie waren verlost, waren dat na een tweede poging meestal wel. Dezelfde Nederlandse wetenschappers onderzochten in 2012 welke rol darmbacteriën zouden kunnen spelen in de strijd tegen metaboolsyndroom. Ze brachten darmbacteriën van slanke mensen (met een normale stofwisseling) over naar de darmen van mannen die leden aan metaboolsyndroom. Vervolgens onderzochten ze welk effect dat had op de samenstelling van het microbioom en de glucosestofwisseling van deze mannen. Na zes weken bleek de gevoeligheid voor insuline – die verminderd is bij metaboolsyndroom – bij de mannen sterk verbeterd te zijn. De onderzoekers concludeerden dat er met darmbacteriën misschien een behandelmethode kan worden ontwikkeld om de gevoeligheid voor insuline te verhogen.2 1 N Engl J Med, 2013; 368: 407-15 2 Gastroenterology, 2012; 143: 913-6.e7
waarin muizen een vetrijk dieet kregen, waardoor ze dikker werden, ontstekingen kregen, insulineresistentie ontwikkelden en uiteindelijk diabetes type 2 kregen. Leach concentreerde zich daarbij op het beschermende effect van de goedaardige bifidobacteriën. Leach bespreekt een onderzoek naar de wisselwerking tussen vet en oligofructose, een prebiotische voedingsvezel die de groei van deze bifidobacteriën stimuleert: ‘Eén groep muizen kreeg een vetrijk dieet waaraan deze prebiotische vezels waren toegevoegd. Een tweede groep kreeg hetzelfde vetrijke dieet, maar dan zonder de vezels. Bij de groep zonder vezels steeg het LPS-gehalte in het bloed aanzienlijk. Bij de groep met de prebiotische vezels steeg, zoals verwacht, juist het aantal bifidobacteriën en daalde het LPS-gehalte naar normale niveaus. Ook verbeterde de glucosetolerantie (een indicator voor diabetes) en daalde de ontstekingsactiviteit naar normale waardes.’5 Bifidobacteriën produceren de korteketenvetzuren butyraat, propionaat en acetaat, en voeden daarmee de epitheelcellen die de darmwand bekleden. Ook houden ze de tight junctions in stand en zorgen ze ervoor dat de darmbarrière intact blijft. Om die heilzame werking te kunnen uitoefenen, hebben bifidobacteriën prebiotische vezels nodig uit uien, knoflook, paardebloemblad, cichoreiwortel en knolgewassen zoals aardpeer. Maar deze voedingsmiddelen staan vaak niet in grote hoeveelheden op ons menu. Leach: ‘Als de bifidobacteriën in onze darmflora inderdaad de doorlaatbaarheid van onze
Welke beestjes we wel of niet te eten geven, heeft een enorm effect op onze gezondheid darmen bepalen, dan zou het chronische tekort aan prebiotische vezels in onze voeding weleens een belangrijke speler kunnen zijn in onze huidige epidemie van metaboolsyndroom.’5 Negentig procent van onze cellen is niet van onszelf, maar bestaat uit bacteriën. En ook die moeten eten. We eten dus niet alleen maar voor onszelf, maar ook voor de honderd biljoen bacteriën die onlosmakelijk met ons lichaam zijn verbonden. Welke beestjes we wel of niet te eten geven, heeft een enorm effect op onze stofwisseling, lichamelijke gezondheid en ja, zelfs geestelijke gesteldheid. depressief dOOr dArMBActeriën Angst, depressie, autismespectrumstoornissen, aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD), schizofrenie en allerlei neurologische, psychische en stemmingsstoornissen hebben − in elk geval gedeeltelijk − te maken met onze darmbacteriën. Als u uw
medisch dossier | mei 2015
Geef uw darmbacteriën de kost
Als u zich royaal bedient van de onderstaande voedingsmiddelen, krijgen uw darmbacteriën voldoende oligofructose en inuline, hun favoriete vezelkostje: • uien • knoflook • paardenbloemblad • cichoreiwortel • aardpeer • yam
• radijs • gember • koolraap
• prei • yamboon • taro • pastinaak • aardappel • zoete aardappel
kinderen weinig vezels voorschotelt en veel slechte vetten – geoxideerde vetten, transvetten en meervoudig onverzadigde vetten in bijvoorbeeld bewerkte kaas en verpakte pizza’s – dan hebben zij een grotere kans op lekkende darmen. Lekkende darmen werden vroeger vaak beschouwd als een verzinsel dat vooral onder alternatieve genezers circuleerde. Maar nu erkennen zelfs de meest conservatieve artsen dat ze werkelijk bestaan en samenhangen met allerlei ontstekingsziektes, en zelfs depressie. Als we onze kinderen nepvoeding geven – de extreem bewerkte voedingsmiddelen van onze moderne tijd – dan veranderen we de leefomgeving van hun darmbacteriën. Daardoor verhongeren sommige goede bacteriën en kunnen zowel overgewicht als lekkende darmen gemakkelijker ontstaan. Ook wordt de kiem gelegd voor depressies en angststoornissen. Generatie Y (geboren tussen 1980 en 1992) wordt omschreven als de meeste gestreste, depressieve en angstige generatie van onze recente geschiedenis. Natuurlijk leven deze jonge mensen in een wereld vol onvoorspelbare veranderingen, banentekorten en elektronische communicatie, en staan ze daarom onder allerlei andere soorten stress. Maar ze zijn ook het slachtoffer van de gevolgen van nepvoeding. Depressie komt bij 19 procent van deze generatie Y voor, terwijl dat bij de generatie X (34 tot 47 jaar) slechts 14 procent is, bij de babyboomers (48 tot 66 jaar) 12 procent en bij 67-plussers 11 procent. Ook lijdt generatie Y vaker aan angststoornissen, namelijk 12 procent tegen 8 procent van generatie X, 7 procent van de babyboomers en 4 procent van de ouderen.6
die reden bevordert een gevarieerd dieet van groentes, fruit, bonen en volkoren graanproducten, een gezonde bacteriële groei. Helaas is het microbioom – alle goedaardige micro-organismes in ons spijsverteringskanaal – van de meeste westerlingen een tamelijk slap aftreksel van wat het zou kunnen zijn. De gemiddelde volwassen Amerikaan eet slechts 12 tot 15 gram vezels per dag. Nederlanders eten iets meer, namelijk 18 tot 23 gram per dag.8 Volgens het Amerikaanse Instituut voor Geneeskunde (IOM) zouden vrouwen echter 25 gram vezels per dag moeten eten, en mannen 38 gram. Ook de Nederlandse Gezondheidsraad adviseert 30 tot 40 gram vezels per dag. Maar als je vervolgens kijkt naar etnografische en fossiele gegevens uit onderzoek naar jagers-verzamelaarsvolken, dan zitten onze overheden er nog steeds enkele ordes van grootte naast. Als we onze gezondheid echt willen verbeteren, moeten we mikken op minstens 100 gram vezels per dag. Een supplement met slechts één soort vezels is niet genoeg. Alleen als u verschillende onbewerkte plantaardige voedingsmiddelen eet, krijgt u voldoende voedingsvezels binnen en verhoogt u de diversiteit van uw darmflora (zie kadertekst). Hoe minder een voedingsmiddel bewerkt is en hoe meer vezels het bevat, hoe beter dat is voor uw darmbacteriën, en dus voor u. Wat u eet, heeft niet alleen een krachtige invloed op uw darmbacteriën en hun genen (uw microbioom), maar ook op uw eigen lichaamscellen en hun genen – en uiteindelijk uw gewicht.
nOg Meer vezels Alle plantaardige voeding bevat vezels – ‘alle delen van een plant die niet kunnen worden verteerd en opgenomen in de dunne darm en die terechtkomen in de dikke darm’, aldus de definitie van Jeff Leach. Zodra deze voedingsvezels in de dikke darm terechtkomen, worden ze afgebroken en verwerkt door onze goedaardige darmbacteriën. Die gebruiken ze voor hun eigen groei en zetten ze voor ons om in energie (calorieën).’7 Net zoals mensen verschillen in hun individuele stofwisselingsbehoeftes, gedijen ook de verschillende soorten bacteriën op verschillende soorten vezels. Om
1 Nature, 2006; 444: 1027-31; Begley S. How Intestinal Bacteria May
Make You Fat. Newsweek, 7/7/10 Science, 2013; 341: DOI: 10.1126/science.1241214 PNAS, 2013; 110: 9066-71 J Affect Disord, 2012; 141: 55-62 Leach J. Can a high fat Paleo Diet cause obesity and diabetes? Maybe, unless. Human Food Project, 24 juni 2012; http://humanfood project.com/can-a-high-fat-paleo-diet-cause-obesity-and-diabetes/ 6 http://madamenoire.com/261687/the-sad-generation-study-findsmillennials-are-stressed-out-and-depressed/ 7 Leach JD. Eat Bugs. Not Too Much. Mainly with Plants: Why Onion is the New Apple and How Fiber Can Improve Your Health in Some Surprising Ways. CreateSpace Independent Publishing Platform, 2008: 16 8 http://www.voedingscentrum.nl/ 2 3 4 5
7
8
medisch dossier | mei 2015
|||dossier|overgewicht|||
Suiker maakt Hoe kan het dat zoveel mensen te dik zijn, maar nog steeds honger hebben? Een deel van het probleem is dat we voortdurend omringd worden door koolhydraatrijke en suikerrijke voeding. Glucose blijkt onze beste vriend te zijn, maar tegelijk ook onze grootste vijand.
hyBride MOtOr Het kleine suikermolecuul glucose wordt door onze mitochondrien (de energiecentrales van de cel) omgezet in adenosinetrifosfaat (ATP), de brandstof van elke cel in ons lichaam. Ook van vet kunnen de mitochondriën ATP maken. Eigenlijk zijn we allemaal een soort hybride auto’s die kunnen wisselen van energiebron. In tijden van overvloed verbrandt onze motor glucose, in tijden van schaarste vet. De ‘brandstofschakelaar’ voor onze motor is insuline. Is het insulinegehalte hoog, dan gebruiken we de koolhydraten uit onze voeding als brandstof en slaan we de ongebruikte restjes op als glycogeen (lange ketens van glucosemoleculen) of vet. Is het insulinegehalte laag, dan gebruiken we vooral vet als brandstof. Dat we zowel koolhydraten als vet kunnen verbranden en gemakkelijk tussen die twee kunnen schakelen, wordt ‘metabole flexibiliteit’ genoemd. Deze eigenschap zorgt ervoor dat er altijd energie beschikbaar is − niet alleen in tijden van overvloed, maar ook bij schaarste. Voor de gelukkigen onder ons die altijd voldoende te eten hebben, volgen deze periodes van overvloed en schaarste elkaar meestal op in een dag-en-nachtritme. Overdag, als we eten, verbranden we vooral glucose. ’s Nachts, als we vasten, schakelen we over op de vetverbranding. Hoeveel vet we verbranden, hangt bijvoorbeeld af van hoe lang we vasten, dus hoeveel tijd er verstrijkt tot aan het ontbijt. Hoe langer we tussen twee maaltijden vasten, hoe minder insuline er wordt afgegeven en hoe meer vet we verbranden. gevAren vAn glucOse Vergelijk glucose – de belangrijkste energiebron van ons lichaam – maar eens met benzine. Als het wordt verbrand of opgeslagen voor later gebruik (als glycogeen of vet), dan is er niets aan de hand. Maar als het ongecontroleerd zijn gang kan gaan, dan is het giftig. Via een proces dat ‘glycering’ heet, worden er glucosemoleculen aan eiwitmoleculen gekoppeld. Dat leidt tot misvormde eiwitten, weefsels die verstijven, ophopingen van schadelijke stoffen en ontstekingen.
medisch dossier | mei 2015
vet Ons lichaam heeft zich tijdens de evolutie ontwikkeld in een omgeving waarin vrije suikers schaars waren, en is zo ontworpen dat het de glucosewaardes in ons bloed uiterst strikt reguleert. Helaas geven bewerkte, suikerrijke voedingsmiddelen meer suikers af dan de stofwisseling van een gemiddelde persoon aankan. Dat geldt niet alleen voor snoep, koekjes, patat, ijs, pasta en witbrood, maar ook voor vruchtensappen en andere gezonde voedingsmiddelen. Zo zijn twee sneetjes volkorenbrood goed voor twee volle eetlepels suiker. Dat is een enorme stapel glucose die onze insuline allemaal bijeen moet sprokkelen en de cellen in moet dirigeren, waar ze thuishoort. Dat teveel aan glucose wordt door lever- en spiercellen omgezet in glycogeen. Zodra het lichaam extra energie nodig heeft, bijvoorbeeld bij inspanning, wordt uit dit glycogeen weer glucose vrijgemaakt door het hormoon glucagon. De beschikbare opslagruimte voor glycogeen is echter beperkt. Daarom wordt het grootste deel van de te veel getankte brandstof – onze dagelijkse portie koolhydraten – in de vorm van triglycerides (vetmoleculen)
De te veel getankte brandstof wordt opgeslagen in ons vetweefsel opgeslagen in ons vetweefsel. De lever maakt deze triglycerides aan, laadt ze op eiwitten en zet ze op transport in de vorm van very low density-lipoproteïnes (VLDL’s). Deze VLDL’s worden via de bloedbaan afgeleverd bij onze favoriete vetopslagplaatsen. fructOse vernietigt de lever Glucose is niet de enige snelle energiebron van ons lichaam. We gebruiken ook twee andere monosacharides (enkelvoudige suikers) als brandstof: fructose en galactose. Galactose zit bijvoorbeeld in zuivelproducten. Het wordt omgezet in glucose en wordt verder op dezelfde manier als glucose verwerkt. Fructose (vruchtensuiker) is een natuurlijke suiker uit vruchten en honing, maar zit ook in tafelsuiker (sucrose) en glucosefructosestroop (HFCS). In tegenstelling tot glucose, heeft fructose een lage glykemische index (GI): deze suiker laat de bloedsuikerspiegel nauwelijks stijgen. Fructose maakt ook geen insuline vrij, wat vaak als een positieve eigenschap wordt gezien. Zodra fructose wordt gescheiden van de natuurlijke vezels die haar
stofwisseling in toom houden, doet ze echter wel iets anders. Fructose vernietigt onze lever, ook als ze in ‘gezonde’ bewerkte voedingsmiddelen zit. Fructose wordt opgenomen in de dunne darm en komt daarna via de poortader in de lever terecht. Daar wordt vrijwel alle fructose verwerkt. Een deel wordt via het proces glycogenese omgezet in glycogeen en opgeslagen. Fructose is echter sterk lipogeen, waardoor het snel en gemakkelijk wordt omgezet in vet.1 Veel van dat vet wordt opgeslagen in de lever zelf, en dat veroorzaakt de aandoening NAFLD of ‘niet-alcoholische vetlever’. Dit menselijke equivalent van foie gras komt helaas veel voor. Een derde van alle Amerikanen, van wie 14 procent kinderen, heeft NAFLD. Deze aandoening is een belangrijke oorzaak van levercirrose, een chronische ontsteking die de lever ernstig kan beschadigen. Bovendien hangt NAFLD samen met zowel insulineresistentie als metaboolsyndroom. Honderd jaar geleden aten mensen gemiddeld 15 gram of vier theelepels fructose per dag, dat allemaal uit vezelrijke groentes en fruit kwam. Tegenwoordig eten we gemiddeld vier tot vijf keer zoveel; en kinderen zijn de grootste verbruikers. Een groot deel komt uit vezelarme frisdranken en vruchtensappen. En zonder vezels is er niets wat de opname van fructose in ons lichaam vertraagt. Er is ook niets wat onze hersenen waarschuwt dat we hebben gegeten, en wat de opname van vrije vetzuren in onze vetcellen afremt. Fructose is dus alleen oké als het in vezelrijke, onbewerkte vruchten of groentes zit. vetArM Of suiKerrijK? In 1982 droeg het Amerikaanse ministerie van Landbouw de Amerikanen op minder vet te eten, om de kans op hartziektes te verkleinen. Maar als vet uit bewerkte voedingsmiddelen wordt gehaald, worden ze flauw en smaakloos. Aangezien voedingsfabrikanten geavanceerde laboratoria hebben met uitmuntende chemici die als taak hebben voedingsmiddelen te bedenken die verslavend lekker zijn, werd dat ontbrekende vet al gauw vervangen door suiker. Als u dus ‘vetarm’ op een bewerkt voedingsmiddel ziet staan, neem dan niet klakkeloos aan dat u met een gezonde hap te maken hebt. 1 Am J Physiol Endocrinol Metab, 2010; 299: E685-94
Dr. Borysenko is celbioloog en heeft in een academisch ziekenhuis in Harvard een van de eerste mind-bodyklinieken van Amerika opgericht. Ze is geregistreerd klinisch psycholoog en auteur van vele boeken, waaronder de bestseller Lichaam en bewustzijn, werken aan herstel. Dit artikel is gebaseerd op haar nieuwe boek, The plantplus diet solution.
9
10
medisch dossier | mei 2015
|||nieuws|||
pistachenoten ontlasten het hart
MEDitErEn spaart uw GrijzE cEllEn Meditatie kan ons helpen meer ‘grijze cellen’ in onze hersenen te behouden en mentaal scherp te blijven als we ouder worden. Dat blijkt uit nieuw onderzoek. Mensen die jaren hebben gemediteerd, verliezen minder grijze stof – het hersenweefsel dat zenuwcellen bevat – dan mensen die dat niet hebben gedaan, aldus onderzoekers van de Universiteit van Californië in Los Angeles. Toen ze de hersenen onderzochten van vijftig mensen die jarenlang mediteerden en die vergeleken met mensen die nooit mediteerden, vonden ze tussen de twee groepen duidelijke verschillen in de hoeveelheid grijze stof. ‘We verwachtten kleine en opvallende veranderingen in bepaalde hersengebieden die we eerder in verband hadden gebracht met meditatie. Maar in plaats daarvan zagen we een breed effect van meditatie dat alle hersengebieden omvatte’, zegt hoofdonderzoeker Florian Kurth. Beide groepen bestonden uit 28 mannen en 22 vrouwen tussen de 24 en 77 jaar oud. De groep die mediteerde, deed dat al 4 tot 46 jaar. Er werden MRI-scans gebruikt om de hersenen van de deelnemers te onderzoeken, en hoewel alle oudere mensen in het onderzoek een zeker verlies van grijze cellen lieten zien, was dit verlies veel kleiner bij degenen die aan meditatie deden.
Pistachenoten kunnen de gevolgen van stress – vooral voor hart en bloedvaten – verminderen bij mensen met diabetes type 2, aldus onderzoekers. Twee porties van deze noten per dag verminderen bloedvatvernauwing en de belasting voor het hart als gevolg van gewone dagelijkse spanningen. Dat is vooral goed nieuws voor diabetici, die meer risico lopen op hart- en vaatziektes, zeggen de onderzoekers van de staatsuniversiteit van Pennsylvania. De nootjes zijn rijk aan ‘goede’ vetten, voedingsvezels, kalium en antioxidanten, die allemaal bijdragen aan een gezond hart en vaatstelsel. Een groep diabetici onderging eerst een stresstest nadat ze volgens een normaal Amerikaans voedingspatroon met veel verzadigde vetzuren hadden gegeten. Vervolgens deden ze dezelfde test na een menu dat dagelijks drie ons pistachenootjes bevatte. Toen de deelnemers vier weken noten hadden gegeten, waren hun bloedvaten na de stresstest meer ontspannen en open. Ook de bloeddrukwaardes waren lager na het eten van de pistachenoten. Bron: Journal of the American Heart Association, 2014; 3(4): e000873
Bron: Frontiers in Psychology, 2015; 5: doi: 10.3389/fpsyg.2014.01551
E-sigaret veroorzaakt toch longziekte Elektronische sigaretten mogen dan een gezondere keus zijn dan echte sigaretten, maar ze bevatten nog steeds giftige stoffen die de longen en het immuunsysteem kunnen beschadigen, zo blijkt uit nieuw onderzoek. De damp van e-sigaretten laat een spoor na van vrije radicalen die ook in sigarettenrook te vinden is. Bovendien maakt e-roken de roker vatbaarder voor luchtweginfecties. Hoewel e-sigaretten geen tabak bevatten, zit er wel nicotine in, waardoor ze bijna net zo verslavend zijn als gewone sigaretten. De onderzoekers van de Johns Hopkins Universiteit geven toe dat hun resultaten alleen gebaseerd zijn op testen bij laboratoriummuizen. Er zijn niet genoeg gegevens uit studies bij mensen om definitieve uitspraken te kunnen doen. Niettemin vrezen de onderzoekers dat e-sigaretten ontstekingen en andere schade in de longen kunnen veroorzaken, en eventuele bacteriële of virale infecties zouden kunnen verergeren. In het onderzoek waren de muizen niet in staat dergelijke infecties te bestrijden; sommige muizen verloren gewicht en andere stierven. Bron: PLOS One, 2015; doi: 10.1371/journal.pone.0116861
medisch dossier | mei 2015
Borstvoeding bereidt baby voor op vast voedsel Er is opnieuw een goede reden ontdekt om borstvoeding te geven: het bereidt de babydarmpjes voor op vast voedsel. Moedermelk vermindert bovendien de kans op buikkrampjes als de baby met vast voedsel begint, blijkt uit nieuw onderzoek. De melk blijkt bij te dragen aan een gezonde samenstelling van de darmflora in de babydarmen. En die vormt de perfecte voorbereiding voor vast voedsel. Baby’s die in hun eerste paar levensmaanden naast borstvoeding ook vast voedsel of flesvoeding krijgen, zijn gevoeliger voor buikpijn en krampjes, aldus onderzoekers van de Universiteit van Noord-Carolina. Bij deze baby’s veranderen de darmbacteriën en wordt de introductie van vast voedsel lastiger. De onderzoekers analyseerden de darmbacteriën van baby’s die tussen de twee weken en veertien maanden oud waren. Ze ontdekten een duidelijk verschil tussen de darmflora van baby’s die uitsluitend borstvoeding hadden gehad en die van baby’s die aanvullend flesvoeding hadden gekregen. Na het starten met vast voedsel, begonnen de baby’s die uitsluitend borstvoeVrouwen die thee of sap van citrusvruchten drinken, hebben veel ding hadden gehad, twintig nieuwe bacteriële enzymen te maken die de vertering minder kans eierstokkanker te ontwikkelen. De flavonoïden in de vereenvoudigden. Die enzymen werden niet gevonden in de darmen van baby’s die dranken hebben een beschermend effect. Het drinken van slechts ook flesvoeding hadden gehad. Bron: Frontiers in Cellular and Infection Microbiology, 2015; doi: 10.3389/fcimb.2015.00003 twee koppen zwarte thee per dag vermindert de kans met een derde. Producenten mogen op dit moment geen gezondheidsclaims voor flavonoïden maken, omdat de onderzoeken tot nog toe te kleinschalig waren. Maar dat kon wel eens veranderen door een recente studie, uitgevoerd door de Universiteit van East Anglia. Het onderzoek betrof 171.490 vrouwen tussen de 25 en 55 jaar oud, van van wie gemiddeld 19 jaar lang de voeding werd bijgehouden. Na die periode konden de onderzoekers een direct verband vaststellen tussen het drinken van flavonoïden en de kans op epitheliaal ovariumcarcinoom – de meest voorkomende vorm van eierstokkanker. Flavonoïden zijn er in verschillende soorten, waaronder flavonolen – die te vinden zijn in thee, rode wijn, appels en druiven – en flavononen, die in citrusfruit en -sappen zitten. De onderzoekers zeggen dat het heel eenvoudig is om flavonoïden aan uw dieet toe te voegen en dat ze langdurig voordelen voor uw gezondheid kunnen hebben. Eierstokkanker is de op vier na dodelijkste soort kanker. Volgens het Integraal Kankercentrum Nederland krijgen jaarlijks circa 1300 vrouwen in Nederland de diagnose.
Thee en citrussap beschermen tegen eierstokkanker
Bron: American Journal of Clinical Nutrition, 2014; 100(5): 1344
Homeopathie helpt twee keer zo goed als een placebo De werking van homeopathie wordt vaak afgedaan als een placebo-effect. Met andere woorden: eventuele voordelen zitten alleen tussen de oren van de patiënt en komen niet van het middel zelf. Maar uit een nieuwe studie blijkt dat homeopathische middelen bijna twee keer zo effectief zijn als placebo’s. Mensen die een homeopathisch geneesmiddel krijgen, hebben gemiddeld 1,98 keer meer kans op verbetering dan degenen die alleen een placebo of neppil krijgen. In het onderzoek was het wel essentieel dat de deelnemers een op de persoon afgestemde behandeling kregen, zoals meestal wordt voorgeschreven door een homeopaat na een consult met de patiënt. In eerdere onderzoeken werd geen verschil gevonden tussen homeopathie en placebo’s, maar daarin werd alleen gekeken naar algemeen verkrijgbare homeopathische middelen, zoals arnica tegen spierpijn of oscillococcinum tegen griepverschijnselen. In de nieuwe studie analyseerde onderzoeker Robert Mathie van de Britse homeopathievereniging 32 studies over de homeopathische behandeling van 24 medische aandoeningen. Daarvan bleken drie onderzoeken goed genoeg te zijn uitgevoerd om als onderzoeksmateriaal te kunnen dienen. Bron: Systematic Reviews, 2014; 3: 142
11
12
medisch dossier | mei 2015
|||omgeving|&|gezondheid|||| |||door:|bryan|hubbard|||
Het sluipende
gif
Behandelt u elk voorjaar uw gazon of terras met bestrijdingsmiddelen? Hieronder leest u wat dat voor invloed kan hebben op uw gezondheid. De onkruid- en insectenverdelgers die we op onze gewassen, parken, bermen en rozenstruiken spuiten, kunnen niet alleen kanker veroorzaken, maar ook aangeboren afwijkingen en vaataandoeningen, zo hebben onafhankelijke wetenschappers vastgesteld. Ze denken dat er ook een relatie is met parkinson, astma en miskramen. Veel bestrijdingsmiddelen verstoren de hormoonhuishouding en kunnen op die manier allerlei chronische aandoeningen veroorzaken. Dat gebeurt vooral bij ongeboren baby’s, kinderen en mensen die veel aan het gif worden blootgesteld, zoals boeren en bewoners van landbouwgebieden. En die blootstelling zal alleen maar toenemen, vrezen milieudeskundigen. Helaas blijkt het verbouwen van genetisch gemanipuleerde gewassen niet te leiden tot minder gebruik van bestrijdingsmiddelen − integendeel zelfs. Veel gengewassen zijn resistent gemaakt tegen glyfosaat, het meest gebruikte middel tegen onkruid. Daardoor kunnen boeren er nog meer van gebruiken
en komt er steeds meer gif terecht in het milieu en op het voedsel dat we eten. Europa importeert ongeveer 38 miljoen ton soja per jaar, waarvan een groot deel genetisch gemanipuleerd is en bespoten met bestrijdingsmiddelen. Dit gif zit zodoende ‘verstopt’ in veevoer, maar belandt uiteindelijk in de vorm van een stukje vlees toch op ons bord.1 dicht Bij huis Blootstelling aan bestrijdingsmiddelen beperkt zich niet tot het platteland. Ook onze huizen en scholen herbergen deze vervuilers. De pesticiden die we thuis op onze planten en meubels spuiten, vormen een bedreiging voor ons milieu die net zo gevaarlijk is als die voor landbouwers en plattelandsbewoners. Ook gebruiken we krachtige verdelgingsmiddelen in onze tuin, bijvoorbeeld de bekende onkruidverdelger Roundup van producent Monsanto. Als u die gebruikt, komt de spray op uw kleding en schoenen terecht, en dus ook in uw huis.
In Nederland wordt jaarlijks 80 ton bestrijdingsmiddelen aan particulieren verkocht, waarvan 80 procent onkruidverdelgers, zoals glysofaat. Die worden dus dicht bij huis gebruikt.2 tOelAting Op de MArKt Het blijkt niet zo moeilijk om een pesticide op de markt te brengen. Er is in Nederland een lijst met slechts tien verboden werkzame stoffen en bestrijdingsmiddelen, waarvan de meeste verboden zijn omdat ze kanker veroorzaken.3 Maar buiten die lijst worden verbindingen met een twijfelachtige reputatie op het gebied van veiligheid – voldoende om farmaceutische toepassing te verbieden – vaak goedgekeurd. Daardoor kunnen er elk jaar vele nieuwe middelen op de markt worden gebracht. De Europese toelatingsautoriteiten zijn bovendien overbelast: 39 pesticiden zijn nog niet onderzocht op veiligheid en hun gevolgen voor de menselijke gezondheid, maar worden op dit
medisch dossier | mei 2015
moment wel al in heel Europa gebruikt. Waarschijnlijk duurt deze reglementaire achterstand nog tot eind dit jaar. Fabrikanten van bestrijdingsmiddelen maken daar ondertussen volop misbruik van. Ook het Nederlandse College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) heeft een achterstand. Er zijn tussen de achthonderd en duizend biociden – chemische stoffen voor de bestrijding van levende organismes – zonder wettelijke toelating op de Nederlandse markt. Deze middelen mogen worden gebruikt zolang nog niet duidelijk is of het Ctgb ze toelaat.4 veiligheid vOOrOp? Als toezichthouders moeten onderzoeken hoe veilig bepaalde chemische samenstellingen zijn, en moeten vaststellen welke doseringen geen gevaar voor de gezondheid vormen, zijn ze afhankelijk van het bewijs van deskundigen. Maar de onderzoeksgroep Earth Open Source (EOS) zegt dat het spel vals gespeeld wordt. Er wordt met gegevens gesjoemeld en de zogenaamd ‘onafhankelijke deskundigen’ worden gefinancierd door de fabrikanten van pesticiden. Zo oefenen ze grote invloed uit op de toezichthouders, aldus EOS.5 Neem nu de goedkeuring van glyfosaat, de stof die de basis vormt voor Roundup en andere pesticiden. EOS heeft daarbij de nodige doofpotaffaires, ontkenningen en manipulatie van gegevens aan het licht gebracht, die moesten verhullen dat de stof aangeboren afwijkingen veroorzaakt.
Volgens EOS wisten wetenschappers uit de industrie al van deze gevaren van glyfosaat toen ze in de jaren tachtig van de vorige eeuw hoge doseringen aan proefdieren hadden gegeven. In 1993 hadden de onderzoekers ontdekt dat glyfosaat ook bij lage doseringen aangeboren afwijkingen veroorzaakte, een conclusie die in 1998 ook door wetenschappers van de Duitse overheid werd getrokken. Maar de geboorteafwijkingen werden afgedaan als ‘variaties’. Een jaar later was het beoordelingspanel van de Europese Commissie ook op de hoogte. Toch keurde de EU in 2002 opnieuw het gebruik van glyfosaat goed. De Nederlandse overheid is inmiddels wakker geschud: naar aanleiding van het EOS-rapport is het gebruik van glyfosaat op verhardingen (bestrating) door particulieren en gemeentes vanaf 1 november 2015 verboden. Maar het gebruik in de tuin blijft toegestaan.6 En ondanks alles, is het grote publiek nog steeds niet op de hoogte van de ware risico’s van glyfosaat. AAngeBOren AfWijKingen Het verband tussen glyfosaat en aangeboren afwijkingen
was misschien onopgemerkt gebleven zonder een groot biochemisch experiment in Argentinië in 199 9. Ongeveer de helft van de beschikbare Argentijnse landbouwgrond – 11,6 miljoen hectare – werd beplant met genetisch gemanipuleerde Roundup Ready®-sojabonen en besproeid met 200 miljoen liter Roundup. In 2002, het jaar waarin de EU de toelating van glyfosaat verlengde, meldden artsen een epidemie aan gezondheidsproblemen in de gebieden rond de Argentijnse landbouwbedrijven. Het betrof aangeboren afwijkingen, onvruchtbaarheid, doodgeborenen, miskramen en kanker. Vee en gewassen gingen dood, bananenbomen werden misvormd en brachten geen eetbaar fruit meer voort.7 In 2009 kwam professor Andrés Carrasco, verbonden aan de medische faculteit in Buenos Aires en hoofdonderzoeker van de Argentijnse Nationale Onderzoeksraad CONICET, naar buiten met zijn bevindingen. Hij had namelijk ontdekt dat glyfosaat al bij lage doseringen geboorteafwijkingen bij laboratoriumdieren veroorzaakt. Een jaar later publiceerde hij zijn onderzoeksresultaten.8 Datzelfde jaar deed hij ook zijn verhaal op een conferentie van het Europees Parlement: voor vrouwen in gebieden waar genetisch gemanipuleerde soja werd verbouwd, was het normaal om vijf miskramen
13
14
medisch dossier | mei 2015
|||omgeving|&|gezondheid||||
op een rij te krijgen.9 In en om de Argentijnse stad La Leonesa verviervoudigde het aantal kinderen met aangeboren afwijkingen tussen 2000 – toen het pesticidengebruik begon – en 2009. Het aantal gevallen van kinderkanker verdrievoudigde in diezelfde periode. Een rapport van een overheidscommissie wees glyfosaat aan als belangrijkste oorzaak.10 In Brazilië zagen onderzoekers hetzelfde patroon van geboorteafwijkingen bij kinderen in Petrolina, een stad in een regio waar ook pesticiden werden gebruikt. Kinderen werden vaker geboren met afwijkingen – meestal aan het bewegingsapparaat en zenuwstelsel – als één of beide ouders waren bloot-
Kinderen werden vaker geboren met afwijkingen als hun ouders waren blootgesteld aan pesticiden
gesteld aan pesticiden. Andere problemen waren slechte schoolprestaties, ondergewicht, vroeggeboortes en chronische aandoeningen.11,12 Tien jaar daarvoor maakte Health Canada – het Canadese ministerie van Volksgezondheid – zich al zorgen over de gevolgen van bestrijdingsmiddelen voor zwangere vrouwen, vooral onder boeren. De onderzoekers verzamelden gegevens van 2110 vrouwen op landbouwbedrijven in Ontario, die in totaal 3936 zwangerschappen en 395 miskramen hadden. Er bleek een direct verband te zijn tussen blootstelling aan bestrijdingsmiddelen en miskramen. Het risico op een vroege miskraam was anderhalf keer zo groot bij blootstelling aan onkruidverdelgers met fenoxyazijnzuur. Een late miskraam – tot de 19e week van de zwangerschap – kwam 1,7 keer vaker voor bij vrouwen die waren blootgesteld aan glyfosaat. Ook vrouwen die pas aan pesticiden werden blootgesteld nadat ze zwanger werden, liepen meer risico op een late miskraam; vooral vrouwen ouder dan 34 jaar.13 In China, waar mensen meer bestrijdingsmiddelen in hun bloed hebben dan in het Westen, zijn vergelijkbare patronen ontdekt. In een onderzoek van de medische faculteit van de Jiao Tong Universiteit in Shanghai onder 187 zwangere vrouwen, werd een direct verband ontdekt tussen de zwangerschapsduur en de hoeveelheid organofosfaten in de urine. De zwangerschap bij vrouwen met de hoogste concentraties van deze bestrijdingsmiddelen duurde gemiddeld twee weken korter, maar niet als ze zwanger waren van een jongen.14
KAnKer en Meer Bestrijdingsmiddelen veroorzaken niet alleen geboorteafwijkingen en miskramen. Volgens een aantal onafhankelijke onderzoeken zijn ze ook verantwoordelijk voor kanker, parkinson, perifere vaatziekten, alzheimer en astma. Kanker bij kinderen Kanker door pesticiden komt vooral bij kinderen voor, mogelijk door hun lagere gewicht, en hun blootstelling aan bestrijdingsmiddelen in de baarmoeder en via borstvoeding. Leukemie blijkt vaker bij kinderen voor te komen van wie de moeder rond de bevalling aan bestrijdingsmiddelen werd blootgesteld. Hersentumoren daarentegen komen vaker voor bij kinderen van wie de vader met het gif in aanraking kwam.15 Bovendien blijkt uit verschillende studies dat kinderen vatbaarder zijn voor bestrijdingsmiddelen die in huis en tuin worden gebruikt. Een literatuurstudie waarin gegevens werden geanalyseerd uit de periode 1950-2009, bracht een direct verband aan het licht tussen kinderleukemie en het thuisgebruik van zowel pesticiden en insecticiden als onkruidverdelgers.16 Kanker bij volwassenen Ook volwassenen zijn niet bestand tegen de toxische effecten van bestrijdingsmiddelen, vooral niet als ze er tijdens hun werk regelmatig aan worden blootgesteld. Mensen in de fruitkwekerij, die vaak dagelijks in aanraking komen met pesticiden, lopen bijvoorbeeld meer risico op een hersentumor. In een onderzoek onder 432 mensen met een hersentumor werd ontdekt
medisch dossier | mei 2015
Leven zonder pesticiden Voor een hoge gewasopbrengst is de intensieve landbouw afhankelijk van bestrijdingsmiddelen tegen organismes, onkruid en schimmels. Landbouwers en pesticidenfabrikanten zouden kunnen betogen dat gezondheidsrisico’s nu eenmaal de prijs zijn die we moeten betalen om genoeg voedsel te hebben. Maar er is een alternatief. Milieubeschermers proberen boeren zover te krijgen dat ze overgaan op ‘geïntegreerde plaagbestrijding’. Daarbij wordt het gebruik van minder giftige producten en natuurlijkere gewasbeschermingsmethodes aangemoedigd. Lieveheersbeestjes zijn bijvoorbeeld de natuurlijke vijanden van veel insecten, dus deze kunnen als niet-chemisch ‘tegengif’ worden gebruikt. Ook de EU doet haar best om het gebruik van pesticiden in de landbouw en door particulieren te verminderen, en heeft een richtlijn gemaakt voor het duurzaam gebruik van pesticiden. Die moet ervoor zorgen dat het publiek beter wordt voorgelicht over bestrijdingsmiddelen, en het pesticidengebruik wordt teruggedrongen via geïntegreerde plaagbestrijding. Thuis kunt u maar beter alle groentes en fruit wassen voordat u ze eet – zelfs biologische producten – en in uw tuin alleen niet-giftige producten gebruiken. Kijk voor informatie over natuurlijke bestrijdingsmiddelen op www.milieucentraal.nl.
dat 389 van hen bij een fruitkwekerij hadden gewerkt.17 Prostaatkanker komt ook vaker voor bij mensen die in de buurt van intensieve landbouwbedrijven wonen. In een onderzoek in Central Valley in Californië werd de kans op prostaatkanker 1,64 keer zo groot geschat in gebieden met intensieve landbouw.18 Ook verdubbelen mensen die in huis bestrijdingsmiddelen voor hun potplanten gebruiken, hun kans op hersenkanker, bleek in een Frans onderzoek.19 ziekte van parkinson Bestrijdingsmiddelen zoals ziram, maneb en paraquat verdrievoudigen de kans op parkinson, aldus onderzoekers die de huizen en werkplekken van 362 parkinsonpatiënten in Californië hebben onderzocht. Het risico was groter op de werkplek – meestal een landbouwbedrijf – en bij gelijktijdige blootstelling aan alledrie de pesticiden.20 Maar ook als we niet in de landbouw werken, kunnen de bestrijdingsmiddelen in de lucht die we inademen allerlei hersen- en zenuwaandoeningen veroorzaken, zoals parkinson, alzheimer en multiple sclerose, bleek uit een Spaans onderzoek. In een studie onder ruim 17.000 patiënten met zulke neurodegeneratieve ziekten, bleken die ziekten vaker voor te komen in gebieden waar meer pesticiden werden gebruikt.21 perifere vaatziekten Bestrijdingsmiddelen spelen een
belangrijke rol bij de ontwikkeling van perifere vaatziekten (PAD) – slagadervernauwingen in met name de benen – bij zwaarlijvige mensen. Toen bij meer dan tweeduizend mensen het bloed op vijf verschillende organochloorpesticiden werd getest, bleken alle vijf een verhoogde kans op PAD te geven. Bij dieldrin (inmiddels verboden) was die kans zelfs twee keer zo groot. De pesticiden hadden geen gevolgen voor mensen met een gezond gewicht.22
15
verkoop te beschermen – die voor een groot deel in ontwikkelingslanden plaatsvindt, waar milieubescherming en veiligheidscontrole slecht geregeld zijn – zorgt de chemische industrie ervoor dat ze meewerkt aan de regelgeving via initiatieven als ILSI (zie kader). Als onderzoeksresultaten zorgwekkend zijn, raken ze soms ‘kwijt’ of worden afgezwakt door de definities aan te passen, zoals ook bij glyfosaat gebeurde. Maar ook zonder inmenging van partijdige organisaties wordt het onderzoek naar de veiligheid vaak ondeugdelijk uitgevoerd, bijvoorbeeld door alleen tests bij proefdieren te doen. Zodra een bestrijdingsmiddel eenmaal op onze boerderijen en in onze tuinen gebruikt wordt, begint de sluipende aantasting van onze gezondheid. De gevolgen stapelen zich slechts langzaam op, dus niemand weet zeker of het bestrijdingsmiddel de boosdoener is. Pas wanneer een groot biochemisch experiment wordt uitgevoerd, zoals in Argentinië, zien we de ware schade van de giffen die we dagelijks tot ons nemen.
1 Institute of Science in Society. ISIS Report 06/10/10 2 www.compendiumvoordeleefomgeving.nl 3 http://wetten.overheid.nl/BWBR0028830/
geldigheidsdatum_05-03-2015#BijlageI 4 http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/
Astma Bestrijdingsmiddelen kunnen het risico op astma verhogen en bij astmapatiënten de kans op een aanval vergroten, zeggen onderzoekers. De grootste boosdoeners zijn huishoudelijke bestrijdingsmiddelen uit spuitbussen.23 Mentale ontwikkeling Pesticiden kunnen bij kinderen ook de cognitieve ontwikkeling en het perceptueel beredeneren beïnvloeden. Dat zeggen onderzoekers die onderzoek deden naar de blootstelling aan pesticiden van de ouders van vierhonderd kinderen uit New York. De problemen met beredeneren duurden voort tot in de vroege jeugd en troffen kinderen van wie de ouders de hoogste bloedwaarden van pesticide hadden.24 Big Business De bestrijdingsmiddelenindustrie is big business. Er gaat wereldwijd jaarlijks 45 miljard dollar in om.25 Om deze enorme
bestrijdingsmiddelen/toelating-bestrijdingsmiddelen 5 Antoniou M et al. Roundup and birth defects:
6 7 8 9
10 11
12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25
Is the public being kept in the dark? Earth Open Source, juni 2011 http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/ bestrijdingsmiddelen/gewasbeschermingsmiddelen Branford, S. 2004. Argentina’s Bitter Harvest. New Scientist, April 17, 40-43 Chem Res Toxicol, 2010; 23: 1586-95 GMO-Free Europe 2010 6th European Conference of GMO-Free Regions. Brussel en Gent, 16-18 september, 2010 J Epidemiol Community Health, 2011; 65: 475-6 Comisión Provincial de Investigación de Contaminantes del Agua [provinciale onderzoekscommissie voor waterverontreinigingen], 2010 Rev Bras Ginecol Obstet, 2011; 33: 20-6 Environ Health Perspect, 2001; 109: 851-7 Environ Int, 2012; 42: 100-4 Occup Environ Med, 2011; 68: 694-702 Cien Saude Colet, 2011; 16: 1915-31 Indian J Med Paediatr Oncol, 2010; 31: 110-20 Am J Epidemiol, 2011; 173: 1280-8 Occup Environ Med, 2007; 64: 509-14 Eur J Epidemiol, 2011; 26: 547-55 Toxicol Appl Pharmacol, 2011; 256: 379-85 Atherosclerosis, 2011; 218: 200-6 Curr Opin Allergy Clin Immunol, 2011; 11: 90-6 Environ Health Perspect, 2011; 119: 1182-8 http://www.freedoniagroup.com/World-Pesticides.html
16
medisch dossier | mei 2015
|||second|oPinion||| |||door:|joanna|evans||||
eten tegen een hoge ik krijg veel brieven van lezers die mij vragen om een second opinion over een kleine kwaal, nadat ze advies of instructies hebben gekregen van hun huisarts of doktersassistent. ik heb er elf vragen uit gepikt die ik vaak tegenkom. ze luiden over het algemeen zo: ‘Kunt u mij alstublieft iets uitleggen? Mijn huisarts/doktersassistent heeft me namelijk verteld...’
baar effect te hebben.2 Deze bloeddrukverlaging wordt toegeschreven aan het nitraat in bieten. Nitraat verhoogt namelijk het stikstofmonoxidegehalte in het bloed, en stikstofmonoxide verwijdt de bloedvaten, waardoor de bloeddruk daalt. Andere nitraatrijke voedingsmiddelen zijn aubergine, kool, boerenkool en sla.
Iedereen weet dat gezonde voeding een van de beste manieren is om de bloeddruk onder controle te houden. Veel groentes en fruit, natuurvoeding in plaats van bewerkte voedingsmiddelen, en niet te veel zout en alcohol gebruiken, zijn enkele eenvoudige maatregelen die een grote invloed kunnen hebben op uw bloeddruk. Maar er zijn een paar voedingsmiddelen die met kop en schouders boven de rest uitsteken: krachtige bloeddrukverlagers op zich, waarvan sommige zelfs net zo goed blijken te werken als bloeddrukverlagende medicijnen, alleen dan zonder een lange lijst lastige bijwerkingen. Hieronder volgt een overzicht van de voedingsmiddelen waarvan weten-
Bessen Meer groentes en fruit eten is sowieso goed voor uw bloeddruk, maar bessen zijn extra heilzaam. In een onderzoek onder mensen van middelbare leeftijd daalde de bovendruk met 7,3 mmHg (millimeter kwikdruk) als ze dagelijks 100 gram bessen aten en bessensap dronken. Bovendien hadden de bessen een positief effect op hun cholesterolspiegel en, via de bloedplaatjes, op hun bloedstolling. Op het menu stonden blauwe en
schappers hebben ontdekt dat ze de bloeddruk verlagen. Door deze dagelijks op het menu te zetten, draagt u op een eenvoudige manier bij aan een gezonde bloeddruk. rOde Bieten Een menu met voedingsmiddelen die rijk zijn aan nitraat (en diens zusje nitriet), zoals bieten, wordt in verband gebracht met een lagere bloeddruk. Bieten blijken een vaatverwijdende en -beschermende werking te hebben. Mensen die in een onderzoek een glas bietensap per dag dronken, hadden 24 uur later al een beduidend lagere bloeddruk.1 In een ander onderzoek bleek brood dat bieten bevatte een vergelijk-
GazpacHo Door annemarie colbin Ingrediënten: 8-10 rijpe tomaten 1 tl zeezout (of een vervanger) 3 komkommers 3 kleine groene paprika’s 6 lente-uitjes 3-6 knoflooktenen 3 sneetjes volkoren zuurdesembrood 170 gram gehakte peterselie 3 el verse basilicum 700 ml koud water 120 ml extra vierge olijfolie 80 ml versgeperst limoensap 60-80 ml umezu (Japanse pruimenazijn) versgemalen zwarte peper
Halveer de tomaten en bestrooi de snijvlakken met zout. Laat 30 minuten liggen met de gezouten kant naar beneden. Schil ondertussen de komkommers en verwijder het zaad. Snijd in plakjes van 2,5 cm dik en doe in een schaal. Snijd de paprika’s doormidden en verwijder de zaadjes. Hak in stukjes van 2,5 cm en doe in een andere kom. Maak de lente-uitjes schoon, snijd in stukjes van 1 cm en leg apart. Pel de knoflook en pers uit boven de paprika. Snijd het brood zonder korst tot dobbelstenen. Voeg bij de paprika. Knijp de zaden uit de tomaten, snijd in partjes en voeg bij de paprika. Doe de tomaat, de helft van de komkommer, het brood, de paprika, de knoflook en twee derde van de peterselie in een blender (als het niet in één keer past, dan in porties). Voeg elke keer een beetje water toe. Pureer tot een glad mengsel, doe de puree in een grote schaal en voeg olijfolie, limoensap, azijn en peper toe. Meng het geheel goed. Voeg kruiden toe naar smaak. Als de soep te dik is, verdun deze dan met water. Zet de soep een paar uur in de koelkast voordat u deze opdient. Meng de rest van de komkommer, peterselie, basilicum en lente-uitjes en gebruik als garnering.
medisch dossier | mei 2015
bloeddruk rode bosbessen, zwarte bessen, aardbeien, appelbessen en frambozen.3 Het zijn waarschijnlijk de anthocyanen – de flavonoïden die de bessen hun paarsrode kleur geven – die zo’n gezond effect op hart en bloedvaten hebben. Ook uit een andere studie bleek dat de deelnemers met de meeste anthocyanen op het menu, 8 procent minder kans op een verhoogde bloeddruk hadden dan degenen die er het minste van aten.4 Lijnzaad Lijnzaad (of vlaszaad) is rijk aan voedingsvezels en vormt een goede plantaardige bron van omega 3-vetzuren. Daarom is het een van de beste dingen die je kunt eten bij een hoge bloeddruk. In een placebogecontroleerd onderzoek naar perifere vaatziekten – slagaderverkalking in de armen en benen – hadden de deelnemers die aan hoge bloeddruk leden, baat bij lijnzaad. Nadat ze een halfjaar lang 30 gram gebroken lijnzaad per dag hadden gegeten, was hun boven- en onderdruk aanzienlijk gedaald. De onderzoekers omschreven het als ‘een van de krachtigste bloeddrukverlagende effecten door een dieetverandering’, vergelijkbaar met dat van bloeddrukverlagende medicatie.5 rOzijnen Als u een iets te hoge bloeddruk hebt – wat in de medische wereld ‘prehypertensie’ heet – probeer dan dagelijks een portie rozijnen te eten. In een recent onderzoek daalde in een maand tijd zowel de systolische bloeddruk (bovendruk) als diastolische bloeddruk (onderdruk) aanzienlijk als mensen driemaal daags een handje rozijnen namen. Rozijnen bevatten veel voedingsvezels en kalium, wat hun bloeddrukverlagende werking kan verklaren, zeggen de onderzoekers.6 OLijfOLie Olijfolie, een belangrijk onderdeel van het mediterrane dieet, blijkt de bloeddruk drastisch te verlagen. Maar het moet wel de ‘extra vierge’-variant zijn
– bij de eerste persing verkregen olijfolie – want die bevat de meeste polyfenolen, stoffen met een krachtige antioxidatieve werking. In een klein onderzoek onder vrouwen met prehypertensie, daalde de bloeddruk van degenen die elke dag 30 mg polyfenolrijke olijfolie kregen. Hun bovendruk daalde gemiddeld met 7,91 mmHg en hun onderdruk met 6,65 mmHg. Die veranderingen deden zich niet voor bij de groep die polyfenolvrije olijfolie kreeg.7 GazpachO Als u de kans op een hoge bloeddruk wilt verlagen, ga dan aan de gazpacho (zie kader). Deze soep op tomatenbasis kan de kans op het ontwikkelen van een hoge bloeddruk met 27 procent verkleinen, zo bleek uit een onderzoek onder mensen met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. De ingrediënten van de soep – waaronder tomaat, komkommer, knoflook en olijfolie – zijn elk op zich al in eerdere onderzoeken in verband gebracht met een verlaging van de bloeddruk. Maar pas in 2013 werd de werking van gazpacho onderzocht. Hoewel de soep zout bevat, lijken de grote hoeveelheden caroteen, vitamine C en polyfenolen, de nadelen daarvan te compenseren.8 pure chOcOLa Een beetje snoepen is soms best gezond. Het eten van slechts een paar stukjes (6,3 gram) pure chocola per dag verlaagt de bovendruk met 2,9 mmHg en de onderdruk met 1,9 mmHg, zo bleek in een onderzoek onder mensen met prehypertensie. Bovendien nam hun gewicht niet toe. Het moet wel echte pure chocola zijn, die rijk is aan flavanolen: die hebben een gunstig effect op hart en bloedvaten. Witte chocola had geen invloed op de bloeddruk.9
eieren Eieren hadden vroeger een slechte reputatie vanwege de cholesterol die ze bevatten, maar uit recent onderzoek blijkt dat ze waarschijnlijk juist goed voor ons hart zijn. Wetenschappers hebben ontdekt dat een stofje in het eiwit – een peptide genaamd RVPSL – op dezelfde manier werkt als ACEremmers, bloeddrukverlagers die veel worden voorgeschreven. Volgens Zhipeng Yu van de Jilin Universiteit in China, die het onderzoek leidde, verlaagt RVPSL de bloeddruk ongeveer net zoveel als een lage dosering van de ACEremmer captopril – maar dan zonder bijwerkingen. En de peptide blijkt een positieve werking te behouden als het ei gekookt wordt.10 Omdat het onderzoek tot dusver alleen in het laboratorium en bij dieren heeft plaatsgevonden, kunnen de resultaten bij mensen afwijken. Maar dagelijks een ei eten (of alleen het eiwit) kon weleens een eenvoudige en veilige manier zijn om uw bloeddruk in bedwang te houden.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Hypertension, 2010; 56: 274-81 J Nutr, 2013; 143: 1399-405 Am J Clin Nutr, 2008; 87: 323-31 Am J Clin Nutr, 2011; 93: 338-47 Hypertension, 2013; 62: 1081-9 Postgrad Med, 2014; 126: 37-43 Am J Clin Nutr, 2012; 25: 1299-304 Nutr Metab Cardiovasc Dis, 2013; 23: 944-52 JAMA, 2007; 298: 49-60 Curr Med Chem, 2014; 62: 912-7
17
18
medisch dossier | mei 2015
|||vraag|en|antwoord|||| |||door:|harald|gaier|||
Kun je zwangerschapsvergiftiging voorkomen? Tijdens de zwangerschap van mijn eerste kind heb ik zwangerschapsvergiftiging gehad. Nu ben ik zwanger van mijn tweede kind en maak ik me zorgen dat dit nogmaals gebeurt. Kunt u mij misschien vertellen of er manieren zijn waarop ik zwangerschapsvergiftiging kan voorkomen? – S.K.
Z
Zwangerschapsvergiftiging of pre-eclampsie is een ernstige vorm van zwangerschapshypertensie, oftewel een abnormaal hoge bloeddruk als gevolg van de zwangerschap. Typische verschijnselen van preeclampsie zijn, behalve een hoge bloeddruk, te veel eiwit in de urine (proteïnurie), opgezwollen handen en gezicht, hoofdpijn, buikpijn en wazig zien. Pre-eclampsie kan een ernstige bedreiging vormen voor de gezondheid – en zelfs het leven – van moeder en kind. Zo kan de aandoening plotseling verergeren en uitmonden in eclampsie of zwangerschapsstuipen (toevallen). Daarbij treden soms ernstige complicaties op, zoals een hersenbloeding, lever- of nierbeschadigingen of bloedstollingsproblemen. Een andere ernstige complicatie van pre-eclampsie is het HELLPsyndroom. Daarbij is de afbraak van rode bloedcellen verhoogd en is er een tekort aan bloedplaatjes, wat de bloedstolling ontregelt. Ook kan er bij HELLP sprake zijn van een gestoorde leverfunctie. Pre-eclampsie treedt over het algemeen op in de tweede helft van de zwangerschap. Van de vrouwen die zwanger zijn van hun eerste kind, krijgt ongeveer 5 procent de aandoening. Als een vrouw al eerder pre-eclampsie heeft gehad, heeft ze bij een volgende zwangerschap een grotere kans om het opnieuw te krijgen. Ook als pre-eclampsie in de familie voorkomt, is de kans op de aandoening groter. Er is geen bewezen methode om pre-eclampsie te voorkomen. De enige manier om ervanaf te komen, is door te bevallen van het kind − zo nodig vroegtijdig. Toch zijn er steeds meer aanwijzingen dat bepaalde voedingssupplementen de kans op deze belangrijke
zwangerschapscomplicatie zouden kunnen verkleinen. Hieronder vertellen we u meer over deze supplementen. l-Arginine Uit diverse onderzoeken komt naar voren dat het slikken van supplementen met het aminozuur L-arginine zou kunnen helpen om pre-eclampsie te voorkomen. Een recent overzichtsartikel beschrijft een analyse van zeven hoogwaardige onderzoeken onder in totaal 884 vrouwen met een verhoogd risico op pre-eclampsie. Vrouwen die L-arginine hadden geslikt, bleken 66 procent minder kans te hebben om pre-eclampsie te krijgen dan vrouwen die een placebo hadden gebruikt. Bovendien hadden de L-argininegebruiksters 50 procent minder kans op een te vroeg geboren kindje.1 Dat L-arginine kan helpen, is aannemelijk; het aminozuur is namelijk essentieel voor de aanmaak van stikstofmonoxide, dat belangrijk is voor een gezonde zwangerschap. Bovendien zijn lage waardes van zowel stikstofmonoxide als L-arginine in verband gebracht met pre-eclampsie.2 cAlciuM De prestigieuze onderzoeksorganisatie Cochrane Collaboration analyseerde onlangs de resultaten uit dertien onderzoeken, waaraan in totaal bijna zestienduizend vrouwen hadden deelgenomen. Deze analyse wees uit dat het gebruik van calciumsupplementen (minstens 1 mg calcium per dag) de kans op preeclampsie met meer dan de helft verkleinde. De effecten waren het meest uitgesproken bij vrouwen die te
medisch dossier | mei 2015
weinig calcium via hun voeding binnenkregen, en bij vrouwen met een verhoogd risico op pre-eclampsie.3 zinK Het kan de moeite waard zijn uw zinkwaardes te laten controleren. Bij sommige vrouwen met pre-eclampsie is namelijk een tekort aan dit essentiële mineraal gevonden.4 Het is echter nog niet duidelijk of zinksupplementen tegen de aandoening kunnen beschermen. In een Deens onderzoek werd gerapporteerd dat gezonde zwangere vrouwen die extra zink slikten, net zo vaak pre-eclampsie kregen als vrouwen die een placebo kregen.5 Mogelijk werken zinksupplementen alleen gunstig bij vrouwen die een tekort aan deze voedingsstof hebben. MAgnesiuM Magnesium is een ander mineraal dat mogelijk samenhangt met pre-eclampsie. In één onderzoek werd ontdekt dat vrouwen met pre-eclampsie aanzienlijk lagere magnesiumwaardes hadden dan zwangere vrouwen zonder de aandoening. Dat wijst erop dat een tekort aan magnesium iets te maken zou kunnen hebben met het ontstaan van de ziekte.6 Maar ook hier is nog niet duidelijk of voedingssupplementen de kans op pre-eclampsie kunnen verkleinen. Wel is uit één onderzoek gebleken dat magnesiumsulfaat de kans op eclampsie, een ernstige complicatie van pre-eclampsie, kan halveren.7 vitAMine d Een dagelijkse portie zonlicht – de natuurlijke bron van vitamine D – kan de kans op pre-eclampsie helpen verkleinen. In een Amerikaans onderzoek is aangetoond dat zwangere vrouwen met zeer lage vitamine D-waardes in hun bloed, ruwweg vier keer zo veel kans op ernstige pre-eclampsie hebben als zwangere vrouwen met hogere vitamine D-waardes.8 Vergelijkbare resultaten werden gevonden in een Noors onderzoek: vrouwen die tijdens hun zwangerschap vitamine D-supplementen slikten, hadden 27 procent minder kans op pre-eclampsie dan vrouwen die dat niet deden. Of een soortgelijk effect ook optrad bij vrouwen die hun vitamine D alleen uit voeding halen, konden de onderzoekers niet aantonen.9 fOliuMzuur en vitAMine B6 Als vrouwen die in het verleden pre-eclampsie hebben gehad, zowel foliumzuur als vitamine B6 slikken, worden hun homocysteïnewaardes lager, blijkt uit een onderzoek.10 De onderzoekers veronderstellen dat hoge waardes van het zwavelhoudende aminozuur homocysteïne een rol spelen bij het ontstaan van preeclampsie.
onderzoek laat zien dat vrouwen met pre-eclampsie lagere waardes van het co-enzym Q10 in hun bloed hebben dan gezonde zwangere vrouwen.12 een hOlistische AAnpAK Uit het bovenstaande onderzoek blijkt duidelijk dat allerlei vitamines, mineralen en andere voedingsstoffen essentieel zijn voor een gezonde zwangerschap, en dat een tekort hieraan weleens zou kunnen leiden tot pre-eclampsie. In plaats van op goed geluk zomaar een paar voedingssupplementen uit te proberen, kunt u daarom misschien beter een bevoegd en ervaren natuurgenezer raadplegen. Hij of zij kan u testen op eventuele tekorten en een supplementenprogramma samenstellen dat is afgestemd op uw persoonlijke behoeftes. Er bestaat tenslotte geen universele wonderpil voor pre-eclampsie: als u de aandoening wilt voorkomen, zult u de juiste voeding moeten gebruiken, zodat u alle voedingsstoffen binnenkrijgt die uw lichaam nodig heeft om optimaal te functioneren tijdens uw zwangerschap. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
J Hum Hypertens, 2014; 28: 230-5 Hum Reprod Update, 1998; 4: 25-42; Placenta, 2006; 27: 438-44 Cochrane Database Syst Rev, 2014; 6: CD001059 Biol Trace Elem Res, 2010; 133: 162-70 Acta Obstet Gynecol Scand, 1996; 75: 725-9 Arch Gynecol Obstet, 2005; 273: 12-6 Lancet, 2002; 359: 1877-90 J Clin Endocrinol Metab, 2010; 95: 5105-9 Epidemiology, 2009; 20: 720-6 Am J Obstet Gynecol, 1998; 179: 135-9 Int J Gynaecol Obstet, 2009; 105: 43-5 Free Radic Biol Med, 2003; 35: 1453-6
nog meer tips 1. Eet zo weinig mogelijk transvetten. Transvetten zitten in voedingsmiddelen als gebak, koekjes en gefrituurde snacks uit de snackbar. Er is een verband tussen voeding waarin veel van zulke transvetzuren zitten en een hogere kans op pre-eclampsie, blijkt uit één onderzoek.1 2. Zorg voor minder stress. Psychische stress tijdens de zwangerschap, zoals angst en depressie, zou pre-eclampsie kunnen veroorzaken, is uit onderzoek gebleken.2 Maak daarom tijd vrij voor ontspanningsoefeningen en doe bijvoorbeeld aan meditatie of yoga. 3. Kom zo min mogelijk in contact met lood. Zelfs blootstelling aan lage hoeveelheden van dit giftige metaal blijkt verband te houden met een verhoogde bloeddruk tijdens de zwangerschap.3 Volgens EPA, het Amerikaanse agentschap voor de bescherming van de volksgezondheid en het milieu, kunt u de blootstelling aan lood onder andere beperken door uw huis zo schoon en stofvrij mogelijk te houden en alle contact met loodhoudende verf te vermijden. Zorg er ook voor dat u voldoende ijzer en calcium binnenkrijgt. Deze voedingsstoffen verhinderen namelijk dat uw lichaam lood opneemt.4 1 Gynecol Obstet Invest, 1998; 46: 84-7
cO-enzyM Q10 Als vrouwen met een verhoogd risico op pre-eclampsie dagelijks het co-enzym Q10 (een vitamineachtige antioxidant) slikken, hebben ze 44 procent minder kans op de ziekte, blijkt uit een onderzoek.11 Ander
2 Med Hypotheses, 2011; 77: 188-91 3 Environ Health Perspect, 2011; 119: 664-9 4 http://www.epa.gov/iaq/lead.html
19
Help je mee om Homeopathie in Nederland toegankelijk te houden? WOR D LID G EN ONTVAN
€
20,-
ZA AAN EKOPLA EN NN CADE AU BO
Dat is nu harder nodig dan ooit, omdat door regelgeving steeds minder over homeopathie geschreven mag worden en er hierdoor steeds meer homeopathische middelen uit de winkels verdwijnen. Dankzij onze leden kunnen wij: • Publiekscampagnes en politieke lobby voeren • Onderhandelen met verzekeraars • Investeren in wetenschappelijk onderzoek En heel veel andere acties inzetten om te bewerkstelligen dat de homeopathie een volwaardige positie in het Nederlandse zorgstelsel krijgt. Als lid ontvang je: • 4 x per jaar het Homeopathie Magazine • Korting op je zorgverzekering • Korting op producten en diensten in vele webshops • € 20,- aan EkoPlaza cadeaubonnen Lid worden kan door de bon hiernaast in te vullen of via: vereniginghomeopathie.nl/lid-worden.
T: 020 617 83 08 www.vereniginghomeopathie.nl
JA ik word lid en ontvang een EkoPlaza cadeaubon t.w.v. € 20,Achternaam.* Dhr. / Mevr.* Voorletter(s)* Adres* Postcode*
Plaats*
E-mail Telefoonnr. Bankrekening nr *
Geb. datum
/
/
Handtekening*
Verplicht in te vullen.
Stuur deze bon naar: Vereniging Homeopathie, Antwoordnummer 16156, 1000 TE Amsterdam.