Jaargang 17 N o7 september 2015
Los nummer E 7,50
JAARGANG 14 NO 14 JANUARI 2012
onrustig hart Hoe gevaarlijk is het?
Melk
Slecht voor elk
Versleten gewrichten Herstellen zonder operatie
ANE L P R I A Y B N PA R AV I O
Als vliegen u ziekmaakt Het geheim van de luchtvaartindustrie
2
medisch dossier | september 2015
|||inhoud|||
4
4 12
15
|||colofon|||
18 Over Medisch dOssier Medisch Dossier is de Nederlandse vertaling en bewerking van het Britse maandblad What Doctors Don’t Tell You. Hiermee bieden we onafhankelijke informatie over zowel de risico’s en gevaren van medicijnen en behandelingen als over de beloften van mogelijke alternatieven. Ons doel: patiënten stimuleren hun gezondheid meer in eigen hand te nemen. Medisch Dossier verzet zich niet tegen de reguliere geneeskunde, maar stimuleert de samenwerking tussen artsen en patiënten. Toonaangevende medische vaktijdschriften vormen de bron van onze artikelen, zodat alle informatie is gebaseerd op gevestigd wetenschappelijk onderzoek. De redactie van Medisch Dossier bevindt zich in Engeland; Uitgeverij The Optimist BV verzorgt uitsluitend de Nederlandse vertaling en administratie. De redactie is in het Engels bereikbaar via www.wddty.com Hoofdredactie: Bryan Hubbard en Lynne McTaggart Coördinatie: Els Kwaks Vertaling: Taalpraktijk Mieke Prins en Titia Meesters Corrector: Diana Korpershoek Artdirector: Carl de Vaal Vormgeving: Saskia Geleedts Uitgever: Hanneke Hogerheijde Drukwerk: Ten Herkel BV, Loosdrecht Redactieraad internationaal: Dr. John Mansfield, Dr. Leo Galland, Dr. Alan Franklin, Dr. Patrick Kingsley, Dr. Jean Monro, Dr. J. Anthony Morris,
10 12 15 18
vergif in het vliegtuig Als u lijdt aan chronische vermoeidheid, depressies of een zenuwziekte vergelijkbaar met parkinson – en u hebt hier last van gekregen vlak nadat u gevlogen had – dan bent u misschien slachtoffer van het aerotoxisch syndroom, een verschijnsel waar de luchtvaartsector het liever niet over heeft.
nieuws Visolie leidt tot verbeterd gedrag bij probleemkinderen; cognitieve therapie werkt bij slechte nachtrust; eiwitrijke snacks goed voor tieners; vitamine D is goed bij ziekte van Crohn
Melk, de witte slOper ‘Melk, de witte motor’ was het motto. Maar uit nieuw onderzoek blijkt dat melkdrinkers eerder overlijden. En melk beschermt niet eens tegen gebroken heupen en broze botten.
gewrichten herstellen zOnder OperAtie Amerikaanse artsen hebben baanbrekend werk verricht en een methode bedacht om versleten gewrichten te herstellen zonder gewrichtsvervangende operatie.
vrAAg en AntwOrd: het hArt Op hOl Hoe gevaarlijk is boezemfibrillatie? Is er een natuurlijk geneesmiddel voor?
Annemarie Colbin, Anne Gaskell (La Leche League), Janet Balaskas, Dr. J. Levenson, Dr. Ellen Grant, Dr. Melvyn Wehrbach, Dr. Michel Odent, Dr. Keith Mumby, Dr. J. Wright, Prof. Gordon Stewart, Dr. Vickie Rippere, Dr. Anthony Newburry, Sally Bunday
AbOnneeservice Postbus 105, 2400 AC Alphen aan den Rijn Tel. 0172 476085 medischdossier@spabonneeservice.nl www.medischdossier.org/abonneeservice
Redactieraad Nederland: Jan C. van Beek, arts en manueel geneeskundige, Robert K.T.H. Trossèl, arts.
Archief De eerste editie van Medisch Dossier verscheen in 1999. Via www.medischdossier.org kunt u oude nummers voor vijf euro exclusief verzendkosten per stuk nabestellen. Wanneer u abonnee bent, heeft u via uw abonneecode gratis toegang tot het digitale archief, dat al het gepubliceerde materiaal vanaf 2004 bevat.
AbOnneMenten Een jaarabonnement op Medisch Dossier (tien nummers) kost € 68,25 en geeft u onbeperkt toegang tot het digitale archief op www.medischdossier.org. Abonnementen kunnen op elk moment ingaan. Indien drie maanden voor het verstrijken van de abonnementsperiode geen bericht van opzegging is ontvangen, wordt het abonnement automatisch verlengd. Adreswijzigingen en opzeggingen kunnen uitsluitend schriftelijk of per e-mail worden doorgegeven. Nieuwe abonnees ontvangen binnen vier weken na aanvraag hun eerste nummer. Adreswijzigingen graag vier weken van tevoren doorgeven per post of e-mail. Uitgeverij The Optimist BV behoudt zich het recht voor een keer per jaar een prijsindexatie toe te passen. Wij nemen uw gegevens op in een gegevensbestand. Deze gegevens worden gebruikt voor de met u gesloten overeenkomsten, zoals de abonnementenadministratie van de uitgeverij. Daarnaast kunnen wij uw gegevens gebruiken om u op de hoogte te houden van interessante informatie en/of het doen van aanbiedingen van Uitgeverij The Optimist BV of van door ons zorgvuldig geselecteerde bedrijven. Mocht u hiertegen bezwaar hebben, stelt u ons hiervan dan per post of via e-mail op de hoogte.
disclAiMer Hoewel aan de voorbereiding van deze uitgave alle zorg is besteed, kan de uitgever niet verantwoordelijk worden gehouden voor eventuele schade of leed, veroorzaakt door behandelingen, advies of informatie gepubliceerd in dit nummer. Alvorens een behandeling te ondergaan is het raadzaam om een specialist te raadplegen. © Uitgeverij The Optimist BV. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en openbaar worden gemaakt zonder toestemming van de uitgever. Deze nieuwsbrief wordt uitgebracht onder licentie van WDDTY Publishing Ltd (UK). Alle rechten op het gelicentieerde materiaal behoren toe aan WDDTY Publishing Ltd. Het materiaal mag niet worden gereproduceerd, als geheel of in delen, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van WDDTY Publishing Ltd. De naam What Doctors Don’t tell You is eigendom van WDDTY Publishing Ltd.
Moed tonen Eens in de zoveel tijd staat er een arts op die het opneemt tegen het medische establishment en zich sterk maakt voor een medische procedure die niet gebaseerd is op het farmaceutische model. Een van de moedigsten onder hen is de 49 jaar oude pijnspecialist Chris Centeno uit Broomfield in Colorado. Hij was ontevreden over de staat van de orthopedie. Dit specialisme heeft momenteel weinig anders te bieden dan tijdelijke lapmiddelen: corticosteroïden en andere medicijnen om de pijn en achteruitgang in het gewricht tegen te gaan, totdat de patiënt er zo slecht aan toe is dat hij in aanmerking komt voor een gewrichtsvervangende operatie. Centeno vond dat dit beter moest kunnen, en de oplossing bleek deels in het eigen lichaam te liggen. Hij loopt wereldwijd voorop in het onderzoek naar en de toepassing van de ‘regeneratieve geneeskunde’. Hij gebruikt de eigen stamcellen en bloedproducten van de patiënt om de genezing in gang te zetten van wat als ongeneeslijk te boek stond. Aangetaste gewrichten, gescheurde banden, versleten kraakbeen: ze kunnen allemaal gedeeltelijk of zelfs helemaal herstellen als de stamcellen van het lichaam een boost krijgen en vervolgens op de juiste plek worden geïnjecteerd, zo geloofde Centeno. In de afgelopen vijftien jaar hebben hij en de artsen die hij heeft getraind dit bij meer dan tienduizend patiënten aangetoond. Bovendien is hij de strijd aangegaan met de Amerikaanse geneesmiddelenautoriteit FDA, die deze stamcelprocedure aanmerkte als een behandeling met medicijnen. Daardoor viel de procedure binnen haar invloedssfeer. Maar Centeno is een man naar ons hart: toen de FDA zijn werkwijze verbood en hij een deel van de procedure buiten de Verenigde Staten moest uitvoeren, ging hij naar de rechter om de FDA aan te klagen wegens onredelijke handelsbeperkingen. Uiteindelijk bond de FDA in en kon Centeno zijn werk in de VS voortzetten. Er is moed voor nodig om dergelijk baanbrekend werk te verrichten, vooral als je wordt tegengewerkt. In een artikel in deze editie besteden we uitgebreid aandacht aan Centeno’s pionierswerk, waarmee hij duizenden mensen een gewrichtsvervangende operatie heeft bespaard – en nog veel meer. En het mooiste is dat hij dat doet door gebruik te maken van het herstellende vermogen van het menselijk lichaam. Ons hoofdartikel gaat over het aerotoxisch syndroom, een verschijnsel waar de luchtvaartsector het liever niet over heeft. Mensen die veel vliegen – en dus zeker vliegtuigpersoneel – kunnen last krijgen van dit syndroom door het inademen van giftige dampen die via de motoren in de cabine of cockpit terechtkomen. Verder vindt u in deze editie een uitgebreid artikel over de onzinnige manier waarop melk wordt aangeprezen. Niet alleen is het best vreemd dat mensen op volwassen leeftijd nog melk drinken, maar melk blijkt ook helemaal niet zo gezond te zijn als de slogans beweren en blijkt bovendien niet te helpen tegen botbreuken en osteoporose – integendeel zelfs. Een opmerkzame lezer attendeerde ons erop dat in de meieditie van Medisch Dossier twee tegenstrijdige adviezen werden gegeven. Dat kan gebeuren doordat we u willen informeren over de nieuwste medische inzichten. Hoewel die gebaseerd zijn op wetenschappelijk onderzoek, komt de ene ontdekking niet altijd overeen met de andere. Als tijdschrift willen we objectief en onafhankelijk zijn en niet kiezen. Daardoor kunnen we helaas niet voorkomen dat er wel eens verschillende geluiden klinken. Lynne McTaggart en Bryan Hubbard
3
|||van||de||hoofdredactie|||
medisch dossier | september 2015
4
medisch dossier | september 2015
|||dossier|aerotoxisch|syndroom||| |||door:|bryan|hubbard|||
Aerotoxisch syndroom:
Vergif in het , depressies id e h id e o rm e v chronische t parkinson – e m r Als u lijdt aan a a b jk li e iekte verg of een zenuwz n vlak nadat u e g re k e g n a v last ien slachtoffer h c en u hebt hier s is m u t n e – dan b chijnsel waar rs e v n e gevlogen had e , m o xisch syndro ver heeft. o t van het aeroto ie n r e v e li t ector he de luchtvaarts
H
et syndroom werd in 1999 door drie wetenschappers beschreven en is het gevolg van giftige lucht in de vliegtuigcabine, die ontstaat als olie uit de motor terechtkomt in de luchttoevoer naar de cabine en cockpit. Dit kan gebeuren wanneer afdichtingen die olie en lucht gescheiden houden versleten raken, en zelfs wanneer het grondpersoneel te veel olie in de motoren doet. De olie bevat organofosforverbindingen die de straalmotoren moeten smeren, maar die ook het zenuwstelsel aantasten. Het ontstaan van deze giftige dampen – doorgaans een ‘fume event’ genoemd – is al sinds de jaren zeven-
tig algemeen bekend in de luchtvaartsector. In de bedrijfstak ontkent men echter stellig dat giftige dampen in de cabine of cockpit, het aerotoxisch syndroom zouden veroorzaken. Ook wordt steevast beweerd dat fume events hoogst zelden voorkomen en dat de effecten niet blijvend zijn en binnen enkele dagen verdwijnen. Maar misschien komt de sector in de toekomst niet meer weg met een simpele ontkenning. British Airways en de Civil Aviation Authority (CAA), de Britse burgerluchtvaartinspectie, hebben de opdracht gekregen om een rapport aan te leveren om fume events in vliegtuigen te verminderen. Aanleiding hiervoor is de
medisch dossier | september 2015
vliegtuig
plotselinge dood van een piloot van British Airways, Richard Westgate, die in 2012 op 43-jarige leeftijd overleed. De piloot was ervan overtuigd dat hij aan het aerotoxisch syndroom leed nadat hij bij verschillende vluchten voor het opstijgen was blootgesteld aan een fume event in de cockpit. De lijkschouwer (die in het Verenigd Koninkrijk veel meer juridische bevoegdheden heeft dan in Nederland) die de dood van Westgate opnieuw onderzocht, heeft niet alleen om het rapport gevraagd, maar doet ook een beroep op British Airways en de CAA om ‘snel actie te ondernemen om sterfgevallen te voorkomen’. Dit is een opzienbarende uitspraak. Voor
het eerst heeft een lijkschouwer beaamd dat het aerotoxisch syndroom echt bestaat en zelfs dodelijk kan zijn. Het rapport is er nog steeds niet, maar de CAA heeft wel geantwoord dat ze het niet met de lijkschouwer eens is. In zijn oproep sprak de lijkschouwer vijf punten van zorg uit waar British Airways en de CAA iets aan moeten doen, waaronder het feit dat ‘organofosforverbindingen in de cabinelucht aanwezig zijn’, ‘passagiers en personeel in vliegtuigen blootstaan aan organofosforverbindingen met gezondheidsschade tot gevolg’ en ‘schade aan de gezondheid van het cockpitpersoneel kan leiden tot sterfgevallen in het vliegtuig’.
5
6
medisch dossier | september 2015
|||dossier|aerotoxisch|syndroom|||
Een simpel hulpmiddel waar voorstanders al jaren voor pleiten, is het aanbrengen van meetapparatuur om de aanwezigheid van organofosfaten in de cabine te meten. De piloot had last van hoofdpijn, coördinatieproblemen, geheugenverlies en ernstige vermoeidheid. Zowel voor als na zijn dood is bloedonderzoek gedaan, en drie wetenschappers – onder wie een patholoog
aerotoxisch syndroom (zie kadertekst). Ze kent ook gevallen van passagiers die langdurig gezondheidsproblemen hadden na slechts één fume event. Soms is het duidelijk dat het om een fume event gaat omdat de cabine zich vult met rook of er een zichtbare nevel hangt, maar meestal is er slechts sprake van een vieze lucht die wel vergeleken wordt met de stank van zweetvoeten, oude gymschoenen,
Voor het eerst heeft een lijkschouwer beaamd dat het aerotoxisch syndroom echt bestaat en zelfs dodelijk kan zijn. – die de monsters onderzochten, kwamen tot de conclusie dat hij gestorven was aan ‘een door organofosfaten veroorzaakte aantasting van de zenuwcellen’. De juridische procedure van zijn advocaten tegen British Airways voor het overtreden van de gezondheids- en veiligheidsrichtlijnen door de luchtkwaliteit in de cabine niet te meten, loopt nog steeds. OOk pAssAgiers Ontspringen de dAns niet Alhoewel piloten en bemanningen het grootste risico lopen, kan het aerotoxisch syndroom ook schadelijk zijn voor mensen die vaak vliegen en passagiers die gevoelig zijn voor chemische stoffen. Dee Passon, vroeger stewardess bij British Airways, is ervan overtuigd dat haar slechte gezondheid het gevolg is van het
Jezelf ontgiften Als u denkt dat u aan het aerotoxisch syndroom lijdt, dan kunt u een standaardprotocol volgen dat ook gebruikt wordt bij vergiftiging, want dat is wat er in essentie met u gebeurd is. U kunt het beste uw lichaam op de een of andere manier opwarmen – bijvoorbeeld door te trainen, naar de (infrarood)sauna te gaan of in epsomzout te baden, raadt arts Sarah Myhill aan. Dat is de beste manier om giffen ‘eruit te stomen’. Zo komen ze aan het huidoppervlak, waar ze weggewassen kunnen worden.
braaksel of natte hond. ‘Voordat we iets wisten van fume events, dachten we altijd dat een passagier zijn schoenen had uitgedaan’, aldus een stewardess. Het grootste risico ontstaat wanneer de straalmotoren op volle kracht werken, bijvoorbeeld bij het starten of stijgen, en als de motoren koud zijn en warm moeten draaien. Bij een fume event komen er neurotoxische organofosfaten de cabine binnen, die het centrale zenuwstelsel van passagiers en bemanning kunnen aantasten. De effecten, die meteen of enkele dagen na de vlucht optreden, kunnen kort duren, maar ook chronisch zijn. De meest voorkomende symptomen zijn vermoeidheid, wazig zien, trillingen, evenwichtsstoornissen, neurologische problemen, geheugenverlies, hoofdpijn, oorsuizen en ademhalingsproblemen. En er dreigt nog een gevaar: piloten kunnen zonder het zelf te weten aan het aerotoxisch syndroom lijden, en zo de levens van de mensen aan boord in gevaar brengen. Hun beoordelingsvermogen en kundigheid om het vliegtuig te besturen, kunnen verminderen door regelmatige blootstelling aan fume events. Dat zegt Jeremy Ramsden, die professor was aan de Britse Cranfield Universiteit. Maar piloten zijn daar misschien niet open over. ‘Als een piloot de aandacht vestigt op zijn gezondheidsproblemen, zou zijn vliegbrevet wel eens ingetrokken kunnen worden. En als het probleem bekend wordt bij het grote publiek, zouden dalende passagiersaantallen en aansprakelijkheidsclaims de vliegmaatschappijen wel eens heel veel geld kunnen kosten. Bovendien impliceert het een veiligheidsprobleem: er vliegen nu piloten met schade aan hun centrale zenuwstelsel, die misschien wel gewone vluchten kunnen uitvoeren, maar in de problemen komen als er zich een noodsituatie voordoet’, zegt hij. Volgens Frank Cannon, de advocaat van piloot Westgate, zouden de mysterieuze vliegrampen van
medisch dossier | september 2015
de laatste tijd wel eens veroorzaakt kunnen zijn door piloten die niet weten dat ze aan het aerotoxisch syndroom lijden. ‘Er zijn veel vliegtuigongelukken waarvoor de enig aannemelijke verklaring is dat de bemanning aan een cognitieve stoornis leed.’ Over hOeveel incidenten prAten we? Niemand weet over hoeveel incidenten het gaat, want ze worden niet geregistreerd. Het Committee on Toxicity of Chemicals in Food, Consumer Products and the Environment, een onafhankelijk orgaan in het Verenigd Koninkrijk dat adviezen uitbrengt inzake de giftigheid van chemicaliën, schat dat er op elke honderd vluchten, één fume event plaatsheeft. Andere schattingen gaan uit van één op de duizend vluchten, of zelfs nog minder. De CAA zegt dat er op Britse vluchten ten minste vijf fume events per week plaatsvinden die zo ernstig zijn dat de bemanning zuurstofmaskers moet dragen – een beschermende maatregel die niet aan passagiers wordt aangeboden. In de zuurstofmaskers die in noodgevallen naar beneden komen, wordt trouwens dezelfde vuile lucht gebruikt, dus die helpen toch niet. Op dit moment wordt er op slechts 3,6 procent van alle vluchten een fume event gemeld, maar dat kan komen doordat de bemanning niet weet wat een fume event is, of deze niet herkent. Maar zelfs als dat percentage klopt, dan betekent dit dat er alleen al in het Verenigd Koninkrijk elk jaar 1967 vluchten zijn waarbij een fume event plaatsvindt. Bij een bescheiden passagiersaantal van honderd per vlucht, betekent dit dat er per jaar alleen al in het Verenigd Koninkrijk meer dan 196.000 mensen organofosfaten inademen tijdens een vlucht. Mondiaal moet het aantal fume events dan een veelvoud daarvan bedragen. In de Verenigde Staten zijn de cijfers vergelijkbaar. Ondanks een wettelijke verplichting bestaat er bij Amerikaanse luchtvaartmaatschappijen weerstand om onderzoek te doen naar de luchtkwaliteit in vliegtuigen. Onafhankelijke onderzoekers hebben daarom hun eigen apparatuur mee aan boord genomen. Ze onderzochten 55 monsters, en 10 ervan bevatten ten minste één soort organofosfaat. De monsters werden tijdens routinevluchten genomen waar geen duidelijk fume event gemeld was, zoals rook of een vreemde lucht. Er is een enorm potentieel voor schadeclaims, dus het wekt geen verbazing dat de bedrijfstak het bestaan van het aerotoxisch syndroom in alle toonaarden ontkent. Toch werd het ter ziele gegane East-West Airlines in 2010 door een Australische rechtbank gedwongen om een schadevergoeding van 139.000 Australische dollars te betalen aan een stewardess die last had van luchtwegproblemen na een fume event gedurende een binnenlandse vlucht. Deze uitspraak werd neergezet als een ‘belangrijk mondiaal precedent’. Volgens een e-mailbericht dat in handen is van
Hoe komt dat gif in de cabine? Om passagiers en bemanning op grote hoogte adem te laten halen, is er toevoer van samengeperste warme lucht nodig. Die lucht komt uit de straalmotoren en staat bekend als ‘bleed air’, oftewel aftaplucht. In de cabine bestaat de lucht voor 50 procent uit aftaplucht en voor 50 procent uit gerecirculeerde lucht. Alle lucht in de cabine, ook de gerecirculeerde lucht, komt uit de straalmotoren. Aftaplucht komt uit de compressor van de straalmotor, en die moet gesmeerd worden. De afdichtingen van straalmotoren worden nat verlijmd om olie en lucht gescheiden te houden. Deze afdichtingen zijn echter aan slijtage onderhevig en gaan op den duur kleine lekkages vertonen. Als de motor op volle kracht gebruikt wordt, bijvoorbeeld bij het stijgen, slijten ze nog sneller. Olieafdichtingen kunnen dan ineens flink gaan lekken, waardoor grote hoeveelheden olie in de zeer hete samengeperste aftaplucht terechtkomen. Er komt dan rook of vieze damp de cabine en cockpit in. Dat is een fume event. Een vieze lucht geeft een minieme lekkage aan. Dergelijke lekkages komen regelmatig voor; volgens de Aerotoxic Association bij 25 procent van alle vluchten.
Alle lucht in de cabine, ook de gerecirculeerde lucht, komt uit de straalmotoren
7
8
medisch dossier | september 2015
|||dossier|aerotoxisch|syndroom|||
Stewardess Dee Passon (56) werd in 1979 stewardess. In januari 1996 kwam ze bij British Airways en werkte ze op korte vluchten vanuit Heathrow. In september van dat jaar moest ze invallen omdat een hele bemanning in het ziekenhuis was opgenomen met ademhalingsmoeilijkheden. ‘Een passagier op die vlucht vertelde me dat hij verpleegkundige was en dat hij iets kon ruiken wat op traangas leek. Ik rook het niet, maar na die vlucht bleef ik maar hoesten. In de twaalf jaar daarna is mijn gezondheid steeds slechter geworden. Ik heb frequente aanvallen van buikgriep, opgezwollen lymfeklieren, keelpijn, luchtweginfecties, piepende ademhaling, vermoeidheid, hoge bloeddruk, te hoog cholesterol, bloedarmoede, stemmingswisselingen, opvliegers, en pijn in mijn nek en op de borst. En nee, het is geen pfeiffer.’ ‘In 2005 kreeg ik een ernstige vorm van borstkanker. In mijn medisch dossier stond dat ik me in de tijd dat ik behandeld werd goed voelde – ik had toen acht maanden niet gevlogen.’ ‘De eerste keer dat de alarmbellen begonnen te rinkelen, was toen mijn oncoloog mij begroette met de opmerking: “U bent de achtste dame van British Airways deze week.”’ Dee is ervan overtuigd dat ze een fume event heeft meegemaakt, al wist ze toen nog niet van het bestaan af. ‘Ik voelde me heel raar, had een slapend gevoel in mijn gezicht en lippen, en was duizelig. Ik belde mijn collega’s die achter in het vliegtuig aan het werk waren om te vragen hoe zij zich voelden. Ze hadden precies dezelfde symptomen als ik. Ik keek in de spiegel en zag dat ik blauwe lippen had.’ ‘Ik heb het een paar maal aan de captain gemeld, en kreeg telkens de verzekering dat er niets aan de hand was met de zuurstof en de druk in het vliegtuig. Uiteindelijk stortte een bemanningslid in de cabine in elkaar en moest zuurstof toegediend krijgen; pas toen stemde de captain ermee in om een air-safety report in te vullen.’ ‘Op een andere vlucht, op de terugweg uit Accra, moest een passagier in het gangpad braken; ze kon het toilet niet op tijd bereiken. Acht passagiers werden tijdens die vlucht onwel en ikzelf ook toen ik thuiskwam. Ik heb met alle acht gesproken: sommigen hadden niet gegeten, dus ik dacht dat het alleen aan het water kon liggen. Ik heb het gemeld en gevraagd of het water aan boord onderzocht kon worden op vervuilende stoffen. Later zag ik dat het onderzoeksrapport zo was opgeschreven dat het leek alsof de passagiers aan luchtziekte leden. Er zat een stempel op dat er geen verder onderzoek nodig was.’ Dee moest vanwege haar gezondheid stoppen met werken. Ze heeft een waslijst aan gezondheidsproblemen. In de medische verklaring van haar arts staat dat ze lijdt aan het aerotoxisch syndroom.
Medisch Dossier maken ook vliegtuigfabrikanten zich zorgen. In de mail zegt George Bates, werkzaam bij de afdeling milieucontroles van Boeing, dat er elke twee weken wel een vlucht in de VS moet uitwijken of terugkeren vanwege een ernstig fume event. Personeel maakt melding van blauwe rook en slecht zicht in de cabine. Hij concludeert dat er kennelijk eerst doden moeten vallen, voordat er daadwerkelijk actie wordt ondernomen. De ontwikkeling van nieuwe technologieën laat zien dat de luchtvaartsector toch voorzichtig zijn verantwoordelijkheid neemt. De nieuwe Boeing 787 Dreamliner, die in 2007 op de markt werd gebracht, is het eerste grote commerciële vliegtuig waarbij de samengeperste lucht niet langer van de motoren via de airconditioning de cabine in wordt geleid. Deze technologie is door bijna alle grotere luchtvaartmaatschappijen aangeschaft; ook door British Airways. nOg niet veel dOden Doden zijn er misschien nog niet zo vaak gevallen, maar een groep piloten en cabinepersoneel heeft ontdekt dat de schade aanzienlijk is. Dee Passon, die de Toxic Free Airlines-groep heeft opgezet, is een campagne begonnen samen met gewezen piloot John Hoyte, die de Aerotoxic Association heeft opgericht en een e-book heeft geschreven over zijn bevindingen: Aerotoxic syndrome: aviation’s darkest secret. Beiden zijn ervan overtuigd dat hun chronische gezondheidsproblemen het gevolg zijn van het aerotoxisch syndroom, en Dees eigen arts stelt zelfs dat het syndroom de oorzaak is van haar arbeidsongeschiktheid. De derde voorman van de actievoerders, Tristan Loraine, ook ooit piloot bij British Airways, moest vervroegd met pensioen vanwege zijn gezondheid, een jaar nadat hij de Ironman-triatlon had volbracht. Loraine heeft al zijn spaargeld en zijn ontslagpremie besteed aan het maken van enkele films over de gevaren van fume events. Zijn nieuwste thriller, A Dark Reflection, is dit jaar uitgekomen. Dee heeft een overzicht gemaakt van de sterfgevallen onder vliegtuigpersoneel van British Airways vanaf 2006. Volgens haar rapport, dat ze ‘Angel Fleet’ noemt, zijn er in 2013, 23 werkende bemanningsleden overleden – de jongste was pas 28 – en in totaal zijn er 412 sterfgevallen onder werkende bemanningsleden tussen 2006 en 2014. Er waren heel jonge mensen bij. ‘Dat is twee keer zoveel als bij de politie van Londen’, zegt Dee. British Airways maakt deze sterfgevallen niet langer openbaar. Dee wil niet beweren dat elk sterfgeval te wijten is aan het aerotoxisch syndroom, maar ze is er wel van overtuigd dat het bijdraagt aan het aantal vroegtijdige sterfgevallen onder cabinepersoneel. Het lijkt erop dat cabinepersoneel gemiddeld vaker gezondheidsproblemen heeft. Dee Passon heeft in 2011 een internationaal onderzoek naar de gezond-
medisch dossier | september 2015
heid van vliegtuigpersoneel opgezet. Ze verzamelde gegevens van 1020 piloten en cabinepersoneel uit 24 landen. Van hen zei 37 procent dat ze last hadden van zenuwpijn aan handen en voeten (terwijl het nationaal gemiddelde niet meer dan 8 procent bedraagt); 48 procent heeft ademhalingsproblemen (nationaal gemiddelde: 0,1 procent); 22 procent heeft last van depressies (nationaal gemiddelde: 10 procent); 7 procent heeft het chronisch vermoeidheidssyndroom (nationaal gemiddelde: 0,3 procent) en 5,9 procent heeft kanker (nationaal gemiddelde: 0,5 procent).
de luchtkwaliteit bij vluchten werden ontkend. ‘Ongelukkigerwijs moest het onderzoek worden uitgevoerd door een organisatie (de Cranfield Universiteit) die strategische banden heeft met een van de leden (BAE Systems) van de Aerospace and Defence Industries Association of Europe’, schreef hij.2
1 Chemosphere, 2015; 119Suppl: S58-61 2 J Biol Phys Chem, 2011; 11: 152-64
Meestal is er slechts een vieze lucht die wel vergeleken wordt met de stank van zweetvoeten, oude gymschoenen, braaksel of natte hond Peter Julu, arts van de Breakspear Medical Group, ziet een vergelijkbaar patroon van neurotoxische schade bij de negentien piloten die hij onderzocht. Allemaal klaagden ze over geheugenverlies, zenuwtrekkingen, lusteloosheid en slecht cognitief functioneren. Hij ontdekte dat er schade was in de hersengebieden die vitale lichaamsprocessen sturen die lijkt op de schade die boeren vertonen die zijn blootgesteld aan organofosfaten in een teken- en parasietenmiddel bij schapen (‘sheep dip’). Luchtvaartmaatschappijen mogen dan nog steeds ontkennen dat er een probleem is, die mening wordt niet gedeeld door een aantal wetenschappers en artsen die vinden dat er overtuigende bewijzen zijn dat het aerotoxisch syndroom een bestaande aandoening is. Recent onderzoek bevestigt dat organofosfaten – en dan vooral tricresylfosfaat (TCP) – via oliedruppeltjes uit de motor de cabine binnenkomen, en zo de gezondheid schaden van het cabinepersoneel en mogelijk van passagiers die daar gevoelig voor zijn.1 Professor Ramsden is ook tot de conclusie gekomen dat het aerotoxisch syndroom een echte aandoening is en dat de giftige stoffen die vrijkomen bij fume events, een gezondheidsrisico vormen voor vliegpersoneel en mensen die vaak vliegen. Na publicatie van zijn rapport raakte Ramsden zijn aanstelling aan de Cranfield Universiteit kwijt en werd hem de toegang tot zijn kantoor ontzegd. Het rapport werd mede betaald door het Britse ministerie van Vervoer, maar hij kwam er niet achter op wiens tenen hij nu het hardst had getrapt – die van de overheid of de universiteit. Maar misschien ging het wel niet om zijn conclusies. Hij verwijst in zijn rapport naar de ‘Aircraft Cabin Air Sampling Study’, waarin problemen met
Adviesgroep in Nederland Luchtvaartmaatschappijen, vliegend personeel en onderzoeksinstituten zoals TNO en RIVM gaan staatssecretaris Mansveld (Infrastructuur en Milieu) adviseren over de kwaliteit van cabinelucht in vliegtuigen. Mansveld heeft hiervoor in juni 2015 de Nationale Adviesgroep Cabinelucht (NAC) ingesteld. Luchtvaartmedewerkers uitten eerder hun zorg over de luchtkwaliteit in cockpit en cabine. Tot nog toe heeft geen enkel onderzoek het definitieve bewijs geleverd dat lucht in vliegtuigen schadelijk is. Daarom start het Europese agentschap voor de luchtvaartveiligheid, EASA, mede op verzoek van Mansveld, een grootschalig onderzoek naar de kwaliteit van de cabinelucht aan boord van grote commerciële luchtvaartuigen. Dit onderzoek moet duidelijk maken welke chemische bestanddelen kunnen bijdragen aan de vervuiling in de lucht van vliegtuigen, maar ook in welke concentraties deze stoffen voorkomen. Het onderzoek moet verder vaststellen of er nu veiligheidsrisico’s zijn of dat die in de toekomst kunnen optreden bij blootstelling aan de lucht in cabines. (Bron: www.rijksoverheid.nl)
9
10
medisch dossier | september 2015
|||nieuws|||
LANger eN gezoNder LeVeN
Slechte nachtrust? Probeer cognitieve gedragstherapie Kunt u plotseling niet goed meer slapen? Een paar sessies cognitieve gedragstherapie kunnen misschien helpen. Uit een recent onderzoek bleek deze therapie al na drie maanden te helpen bij 73 procent van de mensen die kort daarvoor last hadden gekregen van slapeloosheid. Twintig volwassenen met recente problemen met slapen of vroeg wakker worden, volgden individuele sessies cognitieve gedragstherapie van een uur. Na een maand meldde 60 procent van hen verbeteringen in hun slaappatroon en de kwaliteit van slaap, en na drie maanden was dit 73 procent. Ter vergelijking: van de twintig andere mensen die recentelijk slaapproblemen hadden ontwikkeld maar die geen gedragstherapie kregen, zei slechts 15 procent dat hun slaap was verbeterd. Het onderzoek werd geleid door Jason Ellis van de Britse Northumbria Universiteit, die ook de cognitieve gedragstherapie gaf. Ongeveer een derde van de volwassen mensen kampt op enig moment met slapeloosheid. Kenmerkende problemen zijn: moeilijk in slaap vallen, moeite om weer in slaap te komen nadat je wakker bent geworden, of te vroeg wakker worden.
Er zijn twee activiteiten die grote invloed op uw gezondheid kunnen hebben en die u heel eenvoudig in uw dagelijks leven kunt inpassen. Ten eerste: als u thuis of op kantoor het grootste deel van de tijd zittend doorbrengt, sta dan elk uur op en loopt twee minuutjes rond. Ten tweede is het slim om elke dag één gezoete drank door water, thee of koffie (zonder suiker) te vervangen. Elk uur twee minuten lopen, vermindert uw kans op een vroegtijdige dood met een derde. En één gesuikerd drankje schrappen, vermindert uw kans op diabetes met wel 25 procent. De onderzoekers van de studie naar beweging waren verbaasd dat zo’n kleine verandering, zo’n grote impact had. Eerdere studies hadden al wel het belang van matige en intensieve beweging aangetoond, en ook dat van langdurig bewegen. Hoewel mensen nog steeds wordt geadviseerd om 150 minuten per week matig te bewegen, blijkt alleen al elk uur opstaan en twee minuten rondlopen de gezondheid van het hart te verbeteren, de kans op diabetes te verminderen en het algehele risico op een vroegtijdige dood met een derde te verminderen. Dat concludeerden de onderzoekers van de medische faculteit van de Universiteit van Utah nadat ze de gezondheid en activiteiten van meer dan 3200 vrijwilligers drie jaar lang volgden. Een andere kleine verandering die veel oplevert, is één suikerhoudende drank per dag schrappen en in plaats daarvan een glas water, of thee of koffie zonder suiker drinken. Onder suikerhoudende dranken vallen ook vruchtensappen en melkdranken die met suiker zijn gezoet, en zelfs cola light, dat kunstmatige zoetstoffen bevat. Mensen verhogen met elk glas gezoete drank dat ze dagelijks drinken hun kans op diabetes met 22 procent, aldus de onderzoekers van de Cambridge Universiteit. Bron: beweging: Clinical Journal of the American Society of Nephrology, 2015; doi: 10.2215/%u200BCJN.08410814; gezoete dranken: Diabetologia, 2015; doi: 10.1007/s00125-015-3572-1
Bron: Sleep, 2015; 38(6): 971-8
Vitamine D cruciaal bij Crohn De ziekte van Crohn, een chronische ontstekingsziekte van het spijsverteringskanaal, treft meer mensen in de minder zonnige, noordelijke regionen. Daarom denken onderzoekers dat vitamine D, de ‘zonvitamine’, bij de behandeling kan helpen. Vitamine D-supplementen blijken de darmwand sterker te maken, waardoor er minder kans is op een lekkende darm, een van de kenmerken van de ziekte. Onderzoekers van het St. Jamesziekenhuis in Dublin gaven 27 Crohn-patiënten drie maanden lang ofwel 2000 IE (50 microgram) vitamine D, of een placebo. Aan het eind van de trial was de darmdoorlaatbaarheid bij de patiënten die vitamine D hadden gekregen, verminderd. Daarnaast hadden ze minder ontstekingsverschijnselen. Bovendien vonden ze zelf dat hun kwaliteit van leven verbeterd was tijdens het slikken van de supplementen. Bron: United European Gastroenterology Journal, 2015; 3(3): 294
medisch dossier | september 2015
Probleemkind? Visolie verbetert gedrag! Agressief en antisociaal gedrag bij kinderen kunt u tegengaan met omega 3-visolie. Het is het ultieme voedsel voor de hersenen, dat een grote impact op kinderen kan hebben, vooral kinderen die niet gezond eten, zeggen onderzoekers. Het was al bekend dat visolie goed is voor volwassenen die crimineel of agressief gedrag vertonen, maar hoofdonderzoeker Adrian Raine van de Universiteit van Pennsylvania wilde weten of de supplementen hetzelfde doen voor kinderen met agressief of antisociaal gedrag. De onderzoekers gaven vijftig kinderen in de leeftijd van 8 tot 16 jaar een halfjaar lang dagelijks een drankje met 1 gram omega 3. Een andere groep van vijftig kinderen kreeg hetzelfde drankje, maar zonder de visolie. Na een halfjaar vertoonden beide groepen minder agressief en antisociaal gedrag, maar alleen bij de omega 3-groep zette deze verbetering door: na een jaar had deze groep 42 procent minder op anderen gericht probleemgedrag, zoals agressie, en 62 procent minder op zichzelf gerichte gedragsproblemen, zoals depressie, angst en teruggetrokkenheid. Raine zegt dat hij in eerder onderzoek had ontdekt dat kinderen die op driejarige leeftijd een slechte voedingstoestand hadden, vaker antisociaal en agressief gedrag vertoonden als ze acht jaar oud waren. Bron: Journal of Child Psychology and Psychiatry, 2015; 56(5): 509
een dankbaar hart is gezonder Dankbaarheid voor de mensen en dingen in ons leven geeft onze gezondheid een enorme oppepper. Als we dankbaar zijn, zijn we opgewekter, slapen we beter, zijn we minder moe en hebben we minder kans op hart- en vaatziekten. Het vermindert zelfs de kans op een tweede hartinfarct bij iemand die in het verleden al een hartaandoening heeft gehad, ontdekten onderzoekers van de Universiteit van Californië in San Diego. Dankbaarheid vermindert het aantal biomarkers voor ontsteking, die niet alleen verband houden met de gezondheid van ons hart, maar met een heleboel andere chronische aandoeningen. De onderzoekers keken naar de invloed van spirituele overtuigingen en dankbaarheid bij een groep van 186 mannen en vrouwen die de diagnose hartfalen (een verminderde hartfunctie) hadden en die al schade aan hun hart hadden door een hartinfarct. Tijdens de acht weken van het onderzoek hielden de deelnemers een ‘dankbaarheidsdagboek’ bij, waarin ze de dingen opschreven waarvoor ze dankbaar waren. In die acht weken daalde de hoeveelheid biomarkers voor ontstekingen bij de deelnemers, waardoor de kans op een tweede hartinfarct ook daalde. Daarnaast meldden ze een reeks andere veranderingen die hun gezondheid ten goede kwamen: beter slapen, betere stemming en minder vermoeidheid. Dankbaarheid, zeggen de onderzoekers, maakt deel uit van iemands totale levensinstelling, die bij dankbare mensen positiever en meestal spiritueel is. Bron: Spirituality in Clinical Practice, 2015; 2(1): 5
eiwitrijke snack goed voor tieners
Heeft u een tiener met slechte eetgewoonten? Een eiwitrijke snack halverwege de middag kan zijn hongergevoel reguleren en voorkomen dat hij ’s avonds ongezond gaat snoepen, blijkt uit nieuw onderzoek. Eiwitrijke snacks kunnen ook de stemming en cognitieve functies van tieners verbeteren. Ze vormen bovendien een gezondere keus dan de gemakkelijke snacks, die steevast bol staan van de vetten en suikers, zeggen onderzoekers van de Universiteit van Missouri-Columbia. Ze gebruikten een pudding met veel soja-eiwitten, die ze speciaal voor dit experiment lieten maken en die dus niet in de winkel verkrijgbaar is. Maar elke snack die rijk is aan eiwitten zal hetzelfde positieve effect hebben, zeggen de onderzoekers. Ze gaven een groep tieners tussen de 13 en 19 jaar deze gezonde snack en volgden hun eetpatroon gedurende de rest van de dag en in de dagen daarna. De eiwitrijke snack reguleerde het eetpatroon van de tieners, maakte dat ze minder trek hadden en zorgde er zelfs voor dat ze de dag erna meer eiwitten en minder vetten aten. Bron: Journal of Nutrition, 2015; doi: 10.3945/jn.115.212092
11
12
medisch dossier | september 2015
|||voeding||| |||door:|bryan|hubbard|||
Melk, de witte sloper ‘Melk, de witte motor’ was het motto. Maar uit nieuw onderzoek blijkt dat melkdrinkers eerder overlijden. En melk beschermt niet eens tegen gebroken heupen en broze botten. Het leek zo logisch en het was een van de bekendste gezondheidsslogans: ‘Melk, de witte motor’. Melk bevat 18 van de 22 essentiële voedingsstoffen, waaronder calcium, fosfor en vitamine D. Het moet dus wel goed zijn voor opgroeiende kinderen en vrouwen na de overgang, en hen tegen broze botten (osteoporose) en botbreuken beschermen. Sommigen gingen nog verder. Moest Joris Driepinter nog drie glazen melk per dag drinken, vrouwen na de overgang hadden wel twee liter nodig. Men dacht dat deze maatregel de zorgkosten als gevolg van osteoporose met 20 procent zou verminderen. In 1977 werd gestart met de subsidiëring van schoolmelk. Hoewel dit vooral een maatregel was om van het melkoverschot af te komen, werd de schoolmelk gepromoot als gezond. Van begin af aan werd deze bewering in twijfel getrokken; toch wordt schoolmelk nog steeds gesubsidieerd, omdat de Europese Unie de
consumptie van melk wil stimuleren.1 Nu blijkt uit een nieuw Zweeds onderzoek dat te veel melk tot een vroegtijdige dood kan leiden en de kans op botbreuken zelfs kan vergroten: precies het tegenovergestelde van wat beweerd wordt.2 verAndering De onderzoekers van de Uppsala Universiteit denken dat deze paradox veroorzaakt wordt door
D-galactose (ook wel kortweg ‘galactose’ genoemd), een melksuiker. In dierproeven bleek D-galactose zelfs al in kleine hoeveelheden het verouderingsproces te versnellen, oxidatieve stress te veroorzaken (de afgifte van schadelijke vrije radicalen), chronische ontstekingen uit te lokken – die de basis vormen van vele chronische ziekten, waaronder hart- en vaatziekten – het immuunsy-
Melkfeit 1 in 1960 was de gemiddelde melkproductie van een nederlandse koe 4200 liter per jaar. in 2010 was dat dankzij antibiotica en andere medicijnen 8000 liter.
niet te verteren Als je erover nadenkt, is het best vreemd dat mensen op volwassen leeftijd nog melk drinken. We zijn het enige ‘zoogdier’ dat dat doet, en nog wel de melk van een andere soort! We hebben de enzymen renine en lactase nodig om melk af te breken en op te nemen. Maar als we ongeveer vier jaar oud zijn, zijn de meesten van ons niet langer in staat lactose te verteren, omdat we de juiste spijsverteringsenzymen niet meer aanmaken. Het gevolg is lactose-intolerantie, die diarree, winderigheid en buikkrampen veroorzaakt. Naar schatting heeft 90 procent van de volwassen Aziaten en donkere mensen, en 20 procent van de Kaukasische kinderen een lactose-intolerantie. De hoeveelheid caseïne (het belangrijkste melkeiwit) in koemelk is driehonderd keer zo hoog als in menselijke moedermelk. Dat bevat voornamelijk lactoalbumine, een eiwit dat baby’s goed kunnen verteren. De melk van elke diersoort is speciaal ontworpen om in de behoeften van diens jongen te voorzien. Caseïne is bedoeld voor het spijsverteringskanaal van kalfjes, dat vier magen telt. In de maag van mensen gaat caseïne samenklonteren en vormt grote, harde stukken stremsel, die moeilijk te verteren zijn. Bovendien kan het eiwit van een ander dier in ons lichaam een allergische reactie oproepen.1 De meest voorkomende symptomen daarvan zijn een loopneus, een aanhoudende zere keel, heesheid, bronchitis en terugkerende oorontstekingen. De slijmvliezen in de gewrichten en longen kunnen opzwellen of ontstoken raken, en zo bijdragen aan reuma en astma. Sommige baby’s zijn zo gevoelig dat ze zelfs reageren op de koemelk die hun borstvoedinggevende moeder drinkt. In een onderzoek bleken baby’s die borstvoeding kregen, op de voeding van hun moeder te reageren – voornamelijk op koemelk en eieren. Toen hun moeder daarmee stopte, verdwenen de symptomen bij de baby.2 1 J Allergy, 1968; 41: 226-35 2 Freed DLJ. Health hazards of milk. London: Bailliere Tindall, 1984
medisch dossier | september 2015
steem te verzwakken en de kans op neurologische aandoeningen zoals alzheimer en parkinson te vergroten. Als we die resultaten doortrekken naar mensen, begint bij ons het verouderingsproces al wanneer we een of twee glazen melk per dag drinken – één glas is goed voor ongeveer 5 gram D-galactose. Voor alternatieve therapeuten en voedingsdeskundigen is dit nauwelijks nieuws. Die beweren al jaren dat zuivel een van de belangrijkste voedselallergenen is. Maar de omvang van het Zweedse onderzoek en de onbetwistbare uitkomsten ervan zouden iedereen wakker moeten schudden. De onderzoekers volgden twintig jaar lang de gezondheid en het voedingspatroon van ruim 61.000 vrouwen en 45.000 mannen. Ze deden een opzienbarende ontdekking: vrouwen die veel melk drinken (1,5 liter per dag) hadden twee keer zoveel kans vroegtijdig te overlijden dan degenen die minder dan een halve liter per dag dronken. pOreuze bOtten Bovendien deed melk niet wat het beloofde te doen: de melkdrinkers hadden zelfs vaker botbreuken dan de nietdrinkers, met name heupfracturen! Toch was dit Zweedse onderzoek niet het eerste dat de melkparadox aan het licht bracht. Zo’n veertig jaar geleden wezen onderzoekers hier al op. Een studie ontdekte destijds dat mensen in de Verenigde Staten en Scandinavië meer zuivelproducten consumeren dan elders, maar dat osteoporose er desondanks vaker voorkomt.3 Andere studies vonden andere oorzaken. Melk wordt aangeprezen als een belangrijke natuurlijke bron van calcium, waarvan we veel nodig hebben om osteoporose te voorkomen. Toch kunnen zuivelproducten tot gevolg hebben dat het lichaam juist minder calcium vasthoudt, en zo osteoporose bespoedigen. Zuivel bevat namelijk niet alleen veel calcium, maar ook veel eiwitten. Te veel eiwitten in uw dieet – uit melkproducten of andere bronnen, zoals
Melkfeit 2 Melk blokkeert de opname van ijzer uit andere bronnen. baby’s die borstvoeding krijgen, hebben een veel hogere ijzerabsorptie dan baby’s die voeding op basis van koemelk krijgen, zelfs als daar ijzer aan toegevoegd is.
Melk is slecht vOOr elk Er zit nog veel meer in melk dan caseïne, galactose en calcium. Door onze intensieve veehouderij krijg je met melk ook de pesticiden binnen die op het graan zijn gespoten waarmee het vee wordt gevoerd. Er zijn zelfs sporen van zware metalen en radioactiviteit in melk aangetroffen die hoger zijn dan in ons drinkwater is toegestaan.1 Een gemiddeld glas melk uit de winkel kan daarnaast de volgende verontreinigingen bevatten: hormonen en groeifactoren: Clark Grosvenor, endocrinoloog aan de Pennsylvania State Universiteit, deed uitvoerig onderzoek naar hormonen en groeifactoren in Amerikaanse melk. Ze worden aan koeien gegeven om hun melkproductie en hoeveelheid lichaamsvet te verhogen. Hij vond zeven verschillende typen hormonen, elf soorten groeifactoren en negen andere bio-actieve stoffen.2 pus: Britse koeien lijden aan allerlei infectieziekten, waaronder brucellose, tuberculose, mond-en-klauwzeer, virale longontsteking en de ziekte van Johne (paratuberculose). De koe reageert hierop door witte bloedcellen aan te maken. Deze cellen komen samen met celresten en dood weefsel – feitelijk dus pus – in de melk terecht. Hoewel de EU een limiet heeft gesteld aan het aantal cellen dat in melk aanwezig mag zijn, is het toch geen fris idee dat melk met 400 miljoen afvalcellen per liter verkocht mag worden voor menselijke consumptie…3 resistente bacteriën: Koeien krijgen regelmatig antibiotica om infecties te bestrijden. Hoewel er regels zijn om te voorkomen dat er te veel antibiotica in de melk belandt, hebben we wel te maken met steeds meer resistente bacteriën door het hoge antibioticagebruik in de veeteelt. In een onderzoek werden resistente salmonellabacteriën in melk aangetroffen.4 1 Freed DLJ. Health Hazards of Milk. London: Bailliere Tindall, 1984 2 Endocr Rev, 1993; 14: 710-28 3 Butler J. White lies: the health consequences of consuming cow’s milk. Bristol: Vegetarian &
Vegan Foundation, 2006 4 N Engl J Med, 2000; 342: 1242-9
Melkfeit 3 kalfjes die gepasteuriseerde melk krijgen, gaan binnen twee maanden dood.
13
14
medisch dossier | september 2015
vlees, vis en eieren – zorgt ervoor dat uw lichaam het overschot moet wegwerken. Om daarin te slagen, moeten onze nieren harder werken, waardoor we ook meer calcium uitscheiden, die in onze urine belandt (hypercalciurie). Zo werd in een onderzoek naar het verband gezocht tussen een lage melkconsumptie en een verhoogd risico op botbreuken, maar dit werd bij mannen noch vrouwen gevonden.4 In de Nurses’ Health Study, een groot epidemiologisch onderzoek in de VS, werden bijna 78.000 vrouwen twaalf jaar lang gevolgd. Een verhoogde melkconsumptie bleek niet te helpen om de kans op botbreuken te verminderen.5 En er is nog een probleem. Het vermogen van ons lichaam om calcium op te nemen en te gebruiken, is afhankelijk van
fosfor.6 De optimale calcium-fosforverhouding (2:1) zorgt voor minder botverlies en sterkere botten – mits we niet te veel eiwitten consumeren. Voedingsmiddelen met een goede calcium-fosforverhouding zijn fruit en groenten. bechterew Osteoporose is trouwens niet de enige botafwijking die door melk wordt
veroorzaakt. Melk kan ook de ziekte van Bechterew uitlokken of verergeren. Deze ziekte treft de wervelkolom, die stijf en pijnlijk wordt. De reguliere geneeskunde is onzeker over de oorzaak, maar denkt vooral aan erfelijke factoren. Toch heeft onderzoek ook zuivel als mogelijke boosdoener aangewezen. De onderzoekers adviseerden 25 Bechterew-patiënten om alle zuivelproducten te laten staan: niet alleen melk, maar
Melkfeit 4 een gemiddeld portie sardientjes, jonge haring of tofoe bevat elk meer dan drie keer zoveel calcium als melk.
Melk en prOstAAtkAnker De afgelopen decennia is er steeds meer bewijs gevonden dat melk prostaatkanker kan veroorzaken. In 1975 was er voor het eerst sprake van, toen wetenschappers een sterk verband opmerkten tussen melkconsumptie en sterfgevallen door prostaatkanker.1 Sindsdien is er steeds weer melding gemaakt van een verhoogd risico op kanker door zuivelproducten, vooral melk, de meest geconsumeerde vorm van zuivel. Aanvankelijk kreeg het verzadigde vet in zuivel de schuld,2 maar er is steeds meer bewijs dat het tegendeel wel eens waar kon zijn: dat het verwijderen van vet uit de melk verantwoordelijk is voor het kankerverwekkende effect. In een verkennende studie in de VS waarin meer dan 3600 mannen tien jaar lang gevolgd werden, werd ontdekt dat degenen die de meeste zuivel gebruikten, meer dan twee keer zoveel kans hadden prostaatkanker te krijgen dan degenen die de minste zuivel namen. Maar toen de onderzoekers de geconsumeerde zuivelproducten onder de loep namen, bleek dat het risico alleen groter was bij halfvolle melk, en niet bij volle melk of andere zuivelproducten. Volle melk had zelfs een licht, zij het statistisch niet significant, beschermend effect tegen kanker. 3 Een onderzoek van Harvard kwam tot een soortgelijke conclusie. Aan dit onderzoek namen 20.000 mannen deel, die elf jaar lang gevolgd werden. Het verhoogde risico op prostaatkanker was in dit onderzoek voornamelijk toe te schrijven aan halfvolle melk. Er werden vijf zuivelproducten onderzocht: melk in ontbijtproducten, volle melk, halfvolle melk, kaas en ijs. Alleen halfvolle melk liet een duidelijk verband met prostaatkanker zien bij mannen die een of meer glazen per dag nuttigden.4 Overeenkomstige resultaten werden gevonden in een verkennend onderzoek onder meer dan 25.000 Noorse mannen.5 Ook bij een analyse van melkconsumptie in 41 verschillende landen bleek dat magere melk het meest geassocieerd werd met sterfgevallen door prostaatkanker.6 1 Am J Clin Nutr, 2005; 81: 1147-54 2 Salud Publica Mex, 1997; 39:298-309 3 Am J Clin Nutr, 2005; 81: 1147-54 4 Am J Clin Nutr, 2001; 74: 549-54 5 Int J Cancer, 1997; 73: 634-8 6 Altern Med Rev, 1999; 4: 162-9
ook kaas, yoghurt, ijs en boter. Na zes weken meldde de helft van de patiënten verbetering, zoals minder pijn en ochtendstijfheid, minder last van gewrichten en rug, en minder behoefte aan niet-steroïdale ontstekingsremmende pijnstillers (NSAID’s). Het was wel opvallend dat patiënten met reumatoïde artritis geen verbetering ondervonden met een zuivelarm dieet. De oorzaak van het succes bij Bechterew is onduidelijk, maar er lijkt een verband te bestaan tussen de ziekte en bepaalde bacteriën in zuivelproducten die zelfs de hoge temperaturen van het bewerkingsproces overleven.7
1 http://ec.europa.eu/agriculture/drinkitup/
the_school_milk_programme_nl.htm BMJ, 2014; 349; g6015 ClinOrthopRelatRes, 1980; 152: 35-43 Osteoporos Int, 2005; 16: 799-804 Am J Public Health, 1997; 87: 992-7 Hur, R. Food reform: our urgent need. Heidelberg Press, 1975 7 Ann Rheum Dis, 1994; 53: 481-2 2 3 4 5 6
|||alternatieven||| |||door:|lynne|mctaggart|||
medisch dossier | september 2015
Gewrichten herstellen zonder operatie Amerikaanse artsen hebben baanbrekend werk verricht en een methode bedacht om versleten gewrichten te herstellen zonder gewrichtsvervangende operatie.
A
Achter een bescheiden deur op een industrieterrein in een voorstad van Denver (Colorado) bevindt zich een kleine kliniek met een groots doel, namelijk het transformeren van de orthopedische geneeskunde. Dat doet de kliniek door gebruik te maken van het helende vermogen van ons eigen lichaam. De eigenaar en medisch directeur van deze kliniek is de anesthesioloog Chris Centeno, die een techniek heeft ontwikkeld waarbij hij stamcellen van de patiënt gebruikt om beschadigde weefsels te herstellen: kraakbeen, bot, gewrichtsbanden en pezen. Deze techniek maakt een operatie vaak overbodig. De 63-jarige triatleet Joe Maroon is een treffend voorbeeld van het succes van deze techniek. Hij kreeg artrose in zijn knie en kwam voor een onmogelijke keus te staan. Na jaren van hardlopen, fietsen en zwemmen, was zijn kraakbeen behoorlijk achteruitgegaan, waardoor hij constant pijn had. Maroon kreeg van zijn arts te horen dat hij een nieuwe knie nodig had. Omdat hij zelf neurochirurg was, wist hij heel goed wat de gevolgen van zo’n operatie konden zijn. Bovendien gaat een kunstknie of -heup maar een jaar of tien mee en
moet dan opnieuw worden vervangen. Daarom proberen artsen de eerste operatie zo lang mogelijk uit te stellen. Het enige alternatief waren injecties met corticosteroïden en het deprimerende vooruitzicht dat hij zijn sportactiviteiten zou moeten beëindigen. In de jaren dat zijn operatie werd uitgesteld, hoorde Maroon van de orthopedische behandeling met stamcellen die de Centeno-Schulz-kliniek bood. Maroon ondernam de reis naar het kliniekje in Denver om zich te laten informeren over deze behandeling, die werd aangeprezen als een alternatief voor opereren. Er werden een aantal stamcellen uit zijn beenmerg gehaald en gedurende enkele weken in een laboratorium op kweek gezet. Daarna werden ze in zijn beschadigde knie geïnjecteerd. Na deze behandeling had Maroon zoveel minder pijn dat hij een halfjaar later – hij was inmiddels 68 – in staat was de Ironman Hawaï-triatlon te volbrengen. Ontevreden Centeno was niet tevreden met de reguliere orthopedische geneeskunde, die volledig afhankelijk is van operaties en corticosteroïden. Veel gewrichtsproblemen worden veroorzaakt doordat het
15
16
medisch dossier | september 2015
|||geZin|&|geZondheid||| Na de stamcelbehandeling kreeg slechts 4,1 procent van deze patiënten alsnog een nieuwe knie; de rest had die niet meer nodig
de ‘M’ vAn ‘MesenchyMAAl’ Stamcellen zijn eigenlijk gewoon cellen die van gedaante kunnen wisselen: ze zijn in staat zich te specialiseren tot elk type cel waar behoefte aan is. Stamcellen werden in het verleden meestal uit menselijke embryo’s en vetweefsel gehaald. Daar kleefden ethische bezwaren aan. Maar de stamcellen die het meest succesvol zijn gebleken voor de behandeling van gewrichtsproblemen, zijn de zogeheten ‘mesenchymale stamcellen’ (MSC’s). Deze zijn in het beenmerg te vinden. Omdat ze de basis vormen voor bot, kraakbeen, spiercellen en bindweefsel, en omdat ze zich snel vermenigvuldigen, zijn MSC’s uitermate geschikt voor regeneratieve doeleinden.1 Volgens Centeno zorgen de juiste omstandigheden ervoor dat de MSC’s uitgroeien tot het type weefsel waaraan behoefte is. Als ze worden geïnjecteerd in een beschadigd gewricht, dragen de cellen bij aan het herstel van kraakbeen en been, en zelfs het bindweefsel daartussen. Er zijn zelfs aanwijzingen dat ze bescherming kunnen bieden tegen de weefselschade door ontstekingen, en dat ze ook het vermogen bezitten om autoimmuunreacties te temperen.2 1 Curr Opin Biotechnol, 2004; 15: 406-10; Pain Physician, 2008; 11: 343-53 2 Arthritis Res Ther, 2008; 10: 223; 2009; 11: 211
kraakbeen achteruitgaat. Vaak gaat dit gepaard met ontstekingen, waardoor het kraakbeen niet langer zijn functie als schokdemper kan vervullen. Omdat er weinig bloed naar het kraakbeen gaat, herstelt het zelden vanzelf. De reguliere geneeskunde heeft niet zoveel te bieden. Er zijn grofweg twee soorten operaties om het kraakbeen te herstellen. Bij de eerste worden er kleine gaatjes in het bot gemaakt, om zo een herstelrespons uit te lokken.1 Bij de tweede worden er kleine stukjes kraakbeen van een gezonde plek overgezet naar de beschadigde plek.2 Beide operaties hebben niet altijd het gewenste effect, meestal doordat het lichaam een ontstekingsreactie vertoont. De andere twee veelgebruikte behandelingen zijn injecties met corticosteroïden (om de ontsteking tegen te gaan) en een gewrichtsvervangende operatie. Aan het begin van deze eeuw raakte Centeno geïnteresseerd in stamcelonderzoek bij dieren.3 Wanneer hun beschadigde gewrichten geïnjecteerd werden met stamcellen van de dieren zelf, ontwikkelden die cellen zich tot het weefsel dat nodig was om de schade te herstellen – alsof ze reageerden op een
verborgen blueprint. En wat nog hoopgevender was: het weefsel bleef zich herstellen, ook na langere tijd. Centeno wilde weten of dit ook bij mensen werkte. Hij testte of de in het beenmerg aanwezige voorraad mesenchymale stamcellen (MSC’s), die al geneigd zijn zich tot bot, kraakbeen en bindweefsel te specialiseren, konden worden gebruikt om gewrichten te herstellen. Zijn eurekamoment kwam toen hij merkte dat je bloedplaatjes van de patiënt aan diens MSC’s moet toevoegen om te zorgen dat ze zich vermeerderen en specialiseren tot kraakbeenen botweefsel. Centeno ging samenwerken met de orthopeed en anesthesioloog John Schulz, en samen startten ze de Centeno-Schulz-kliniek. Centeno had al vroeg besloten om het werk van de kliniek te onderbouwen met zorgvuldig onderzoek en vervolgonderzoek bij alle patiënten, en de resultaten daarvan te publiceren. Tot dusver heeft Centeno meer onderzoek gedaan naar het gebruik van stamcellen voor orthopedische behandelingen dan enig ander onderzoekscentrum. In 2008 publiceerde hij de resul-
taten van de eerste patiënt bij wie hij de techniek had toegepast. Het was een man die al jaren pijn in zijn knie had, en die niet was opgeknapt na een operatie. Centeno nam MSC’s uit het heupbeen van de patiënt en zette ze op kweek met weefselfactor (het eiwit dat de bloedstolling activeert) uit het bloed van de patiënt. Dit om te zorgen dat de stamcellen zich vermenigvuldigden en verbeterden. Na een paar dagen injecteerde hij dit ‘brouwsel’ in de knie van de patiënt. De resultaten waren zonneklaar. Al een maand na de behandeling was het oppervlak van het kniekraakbeen van de patiënt met 20 procent toegenomen. En na een halfjaar was ook de meniscus (het kraakbeenkussen dat het gewicht van het dijbeen draagt) met 29 procent gegroeid.4 De patiënt kon zich bijna weer normaal bewegen en zijn pijn, die eerst 4 bedroeg op een schaal van 10, was gezakt naar 0,4. indrukwekkende resultAten In de jaren daarop hebben Centeno en zijn collega’s (artsen over de hele wereld die zijn training hebben gevolgd) samen zo’n tienduizend behandelingen uitgevoerd om schade aan het bewegingsapparaat en de weke delen te genezen. Onder zijn patiënten bevonden zich honderden mensen met gewrichtsproblemen in de knie en heup. De resultaten zijn indrukwekkend, vooral ook omdat het herstel zich op de lange duur voortzet. Zo blijkt uit Centeno’s gegevens dat 80 procent van 221 oudere patiënten met overgewicht die een versleten knie hadden, kort na de behandeling een verbetering van 25 procent liet zien, en na twee jaar een gemiddelde verbetering van bijna 60 procent. Bij 999 patiënten van middelbare leeftijd die slechts iets te zwaar waren, waren de resultaten nog beter: 90 procent meldde kort na de ingreep een verbetering van meer dan 50 procent, en na vier jaar was die verbetering meer dan 70 procent. Hoewel de resultaten bij heuppro-
medisch dossier | september 2015
blemen minder spectaculair zijn, geeft 60 procent van deze patiënten toch aan een kwart minder pijn te hebben (patiënten jonger dan 55 gemiddeld 42 procent minder; patiënten ouder dan 55 gemiddeld 22 procent). Het team heeft onderzocht hoe het kwam dat heuppatiënten minder baat hebben bij de behandeling. Ze ontdekten dat het bewegingsbereik van het heupgewricht van de patiënt van invloed was op het succes: hoe kleiner het bereik, hoe minder goed de standaardbehandeling werkte. Desondanks reageren zowel heupals kniepatiënten beter op de stamcelbehandeling dan op een operatie. Volgens een onafhankelijk onderzoek door de Amerikaanse orthopedisch chirurg Mitch Sheinkof scoorden patiënten met een nieuwe heup beter in de Harris Hip Score, een meetinstrument dat kijkt naar pijn en beweging. Maar patiënten die met stamcellen werden behandeld, scoorden beter in bewegingsbereik en in de algehele baten-risicoanalyse. Waarschijnlijk doordat deze laatste behandeling minder ingrijpend is. Ongeveer 73 procent van de heuppatiënten die een stamcelbehandeling kregen, kon daarna weer sporten. Kniepatiënten functioneerden na de behandeling op allerlei terreinen beter. In 2011 publiceerden Centeno en zijn team een rapport over de veiligheid en complicaties bij 339 patiënten, van wie de meesten knieproblemen hadden en op de lijst stonden voor een gewrichtsvervangende operatie. Na de stamcelbehandeling kreeg slechts 4,1 procent van deze patiënten alsnog een nieuwe knie; de rest had die niet meer nodig.5 Centeno’s kliniek behandelt niet alleen gewrichtsproblemen, maar ook allerlei aandoeningen aan weke delen (kapsels, slijmbeurzen, banden, pezen en spieren) en rugletsel. Patiënten met rotator cuff-problemen (de spiergordel
stAMcellen en kAnker? Het is bekend dat het injecteren van stamcellen uit embryo’s kan bijdragen aan het ontwikkelen van tumoren. Daarom houden Centeno en zijn team zorgvuldig in de gaten hoe het de patiënten vergaat die MSC’s hebben gekregen voor orthopedische doeleinden. Kort geleden heeft Centeno de follow-upgegevens van 227 patiënten gepubliceerd die vier jaar lang gevolgd waren. Velen van hen ondergingen scans vanwege problemen die verband hielden met de procedure, waaronder ook zwellingen.1 Maar bij niemand werden kankergezwellen aangetroffen. In een andere studie gingen Japanse onderzoekers nog verder. Zij volgden elf jaar lang 45 patiënten die MSC-transplantatie hadden ondergaan om kraakbeen te herstellen. Ook zij konden geen bewijs vinden voor tumoren of infecties.2 1 Curr Stem Cell Res Ther, 2010; 5: 81-93 2 J Tissue Eng Regen Med, 2011; 5: 146-50
in het schoudergewricht), schade aan de wervelkolom, versleten tussenwervelschijven: ze kunnen allemaal baat hebben bij stamcelbehandeling, en daarmee een operatie voorkomen. ‘Met dit soort geneeskunde kunnen we van alleen pijnbestrijding overstappen op het werkelijk genezen van beschadigde weefsels’, zegt Centeno. ‘Stel je voor: knieën, heupen, ruggen, allemaal hersteld. Geen pijn meer. Geen operaties meer. Geen medicijnen meer. Het enige wat je nodig hebt, zijn je eigen stamcellen. […] Dat is een baanbrekende verandering.’ wetten en regels Centeno werd aanvankelijk tegengewerkt door de FDA, de Amerikaanse instantie die geneesmiddelen reguleert. In 2010 werd hem verboden de stamcellen van patiënten op kweek te zetten. Centeno heeft dat aangevochten, aangezien stamcellen geen medicijnen zijn. Bovendien, zegt zijn collega Schultz, ‘is wat wij in onze praktijk doen in feite niet anders dan wat een vruchtbaarheidskliniek doet bij in-vitrofertilisatie.’ Centeno en Schultz werden tijdelijk gedwongen om het laboratorium waar de stamcellen werden gekweekt, naar
de Kaaimaneilanden te verhuizen. In oktober vorig jaar introduceerde de FDA echter een nieuwe regel, waardoor Centeno en Schultz hun werk konden voortzetten zolang ze de afgenomen stamcellen maar weer bij de patiënt injecteerden ‘zonder er te veel aan te manipuleren’. Een voorzichtig goedkeuringsstempel dus voor de kliniek. Ook een aantal andere orthopeden gebruiken de stamcelmethodiek. Veel collega’s die zijn lezingen en trainingen hebben bijgewoond, noemen hem een visionair − zelfs een genie. Zoals vaak bij baanbrekende geneeskunde, wordt Centeno’s grootste obstakel niet gevormd door de aandoeningen van zijn patiënten, maar door de enorme macht van het medische establishment, waarbinnen Big Pharma de dienst uitmaakt. Desondanks heeft hij er vertrouwen in dat het enorme bewijs voor de veiligheid en het succes van zijn methode uiteindelijk voor zichzelf spreekt – en zal zegevieren. Voor de miljoenen patiënten die geen baat hebben bij de traditionele behandelingen, is het te hopen dat hij gelijk krijgt.
Na zijn behandeling had Maroon zoveel minder pijn dat hij een halfjaar later in staat was de Ironman Hawaï-triatlon te volbrengen
1 Eur Cell Mater, 2005; 9: 23-32 2 J Bone Joint Surg Am, 2010; 92: 994-1009;
Arthritis Res Ther, 2009; 11: 211 3 J Bone Joint Surg Br, 2001; 83: 289-94 4 Pain Physician, 2008; 11: 343-53 5 Curr Stem Cell Res Ther, 2011; 6: 368-78
17
18
medisch dossier | september 2015
|||vraag|en|antwoord|||| |||door:|harald|gaier|||
HEt HArt op Hol Bij mijn man Richard is onlangs de diagnose boezemfibrillatie gesteld. De verschijnselen lijken telkens op te komen en weer te verdwijnen. Richard is vorige maand 54 geworden. Hij eet gezond, heeft een goede eetlust en drinkt weinig alcohol, maar hij rookt wel ongeveer
twintig sigaretten per dag. Er is hem uitgelegd dat zijn hart als het ware af en toe gaat beven. Hoe gevaarlijk is zijn aandoening? Kunt u uitleggen wat er precies aan de hand is en weet u of er een natuurlijk geneesmiddel voor bestaat? – V.T.
E
en verzamelnaam voor problemen met de hartslag of het hartritme is ‘aritmie’. Vaak is er sprake van een te snelle of onregelmatige hartslag, maar een te langzame hartslag komt ook voor. Boezemfibrillatie (of AF: atriumfibrillatie) is een hartritmestoornis waarbij de twee bovenste gedeelten van het hart – de boezems – te snel pompen en daardoor uit de pas gaan lopen met de twee onderste gedeelten van het hart – de kamers. Een gevolg hiervan kan zijn dat er onvoldoende bloed naar de kamers wordt gepompt, zodat het bloed zich ophoopt in de boezems. Deze chaotische situatie wordt veroorzaakt door ontregelde elektrische signalen die uit of vlak bij het hart vandaan komen. Deze signalen overstemmen de signalen van een groep gespecialiseerde cellen in de rechterboezem, die de ‘sinusknoop’ of ‘SA-knoop’ wordt genoemd. De signalen uit de sinusknoop zorgen normaal gesproken, als een dirigent voor een orkest, voor het juiste hartritme, maar dat lukt niet als ze overstemd worden. Deze hartproblemen gaan vaak gepaard met kortademigheid en lichamelijke zwakte. De afwijkingen in het hartritme kunnen aanvalsgewijs optreden, maar kunnen ook chronisch of permanent worden. AF is op zichzelf meestal niet levensbedreigend, maar het is wel een ernstige aandoening en soms is er zelfs een spoedeisende behandeling nodig (bijvoorbeeld met een defibrillator). Bovendien kan het tot complicaties leiden. Er is bijvoorbeeld een grotere kans op een beroerte of een hartaanval. prObeer schOtse breM De reguliere behandeling van AF bestaat uit medicatie en andere maatregelen om te proberen de ontregelde elektrische signalen uit de sinusknoop te corrigeren.
Daarom is het best verbazingwekkend dat homeopathie de beide behandelingen van de reguliere geneeskunde combineert. Om te verklaren wat die behandeling inhoudt, zal ik eerst kort uitleggen hoe homeopathische middelen werken. Misschien weet u dat homeopathie werkt volgens het principe ‘het gelijke wordt met het gelijksoortige genezen’. Met andere woorden: een stof die in grote hoeveelheden klachten veroorzaakt, zal in lagere doses dergelijke klachten juist genezen. Om vast te stellen welke stof welke symptomen veroorzaakt, worden in de homeopathie placebogecontroleerde onderzoeken naar het ontstaan van ziekten uitgevoerd, die provings worden genoemd. Dit wordt gedaan bij
Het is best verbazingwekkend dat HomeopatHie de beide beHandelingen van de reguliere geneeskunde combineert gezonde personen, de provers. De Duitse homeopaat Julius Mezger (1891-1976) heeft een twee jaar durend onderzoek met 27 gezonde provers gepubliceerd, dat onder gecontroleerde omstandigheden in een ziekenhuis in Stuttgart werd uitgevoerd. Hij testte daarin het middel Sarothamnus scoparius (ook bekend als Cytisus scoparius, en in de volksmond als ‘Schotse brem’).1 De website van George Vithoulkas, professor in de homeopathische geneeskunde, vermeldt dat Spartium Scoparium (dezelfde plant, dus Cytisus scoparius) ‘het hart sterker maakt, de hartslag vertraagt en de bloeddruk verlaagt’.2
medisch dossier | september 2015
Othon André Julian (1910–1984) noemt in zijn boek een aantal symptomen die in de dossiers van de provers van Mezgers onderzoek worden vermeld: hartkloppingen; versnelde hartslag; hevige hartkloppingen; beklemming in het gebied vóór het hart; abnormale hartslagen (extrasystolen); onregelmatige hart-
brem in water en alcohol verkrijgbaar. De arts die u het middel voorschrijft, kan u nadere informatie geven waar u dit kunt kopen. Het product kan langdurig worden gebruikt, maar uw man moet wel onder controle blijven bij degene die het heeft voorgeschreven. Let op: dit product mag beslist niet zonder voorschrift worden gebruikt, omdat er een aantal omstandigheden zijn waaronder dit kruid niet gebruikt mag worden.7 gA vOOr Acupunctuur Acupunctuur kan ook wonderen verrichten voor hartritmestoornissen. Ik heb vaak gezien dat AF direct kon worden verholpen door toepassing van naaldjes in slechts drie acupunctuurpunten: H5 of Tong Li; H7 of Shen Men; en H8 of Shao Fu.8 Deze punten liggen alle drie op de hartmeridiaan (vandaar de H). H5 ligt op de radiale kant van de onderarm (d.w.z. aan de kant van de pink), een kleine drie centimeter boven de plooi van de pols. H7 ligt op de plooi van de pols, op dezelfde radiaallijn als H5. En H8 ligt in de palm van de hand op de hoofdlijn, tussen de middenhandsbeentjes van de ringvinger en de pink.
slag; veranderingen in het ECG (hartfilmpje).3 Voor patiënten met hartklachten als AF raadt Julian een lage homeopathische sterkte (de zogeheten ‘potentie’) aan van 2DH. Dit is een verdunning van één deel van de homeopathische potentie op 99 delen alcohol. De plantaardige bestanddelen van Sarothamnus scoparius zijn zogenoemde ‘biogene aminen’. Dat zijn organische verbindingen die worden gevormd uit natuurlijke, in levende cellen voorkomende aminozuren. De plant bevat ook flavonoïden, isoflavonen en glycosidenverbindingen van die isoflavonen. Een voorbeeld hiervan is genistine, dat ook wordt gevonden in planten als soja en kudzu. Daarnaast is bekend dat de plant chinolizidinealkaloïden bevat. Deze stoffen helpen de plant om zich te verdedigen tegen parasiterende insecten en om te voorkomen dat deze wordt opgegeten. In het handboek Weiss’s Herbal Medicine staat: ‘Het [Sarothamnus scoparius] werkt in op de elektrische geleiding van het hart […] atriumfibrillatie en kamerfibrillatie verdwijnen. Extrasystolen reageren ook op langdurige behandeling.’4 De effectiviteit van het kruid als behandeling voor hart- en vaatziekten werd al zeker een halve eeuw geleden aangetoond; misschien zelfs nog eerder.5 Zowel de plant zelf als de bloemen van de Schotse brem worden gebruikt om de homeopathische moedertinctuur te bereiden. Bij gebruik als kruidengeneesmiddel wordt een zwak aftreksel van het kruid gemaakt. Daarvan kan uw man tweemaal per dag 10 ml (of één dessertlepel of kleine eetlepel) innemen als plasmiddel, waardoor het hart wordt ontlast.6 Ik raad u aan om voor gebruik eerst het advies van een arts in te winnen, omdat de plant stoffen bevat die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid. Er zijn gestandaardiseerde extracten van Schotse
stOp Met rOken Uw man kan onder professionele begeleiding Sarothamnus scoparius gebruiken. Hij kan daarnaast ook worden behandeld met acupunctuur. Met deze behandeling kunnen zijn AF-aanvallen goed onder controle worden gebracht, maar daarnaast zal hij toch ook echt moeten stoppen met roken. neeM extrA MAgnesiuM Een ander supplement dat kan helpen bij AF is magnesium (in doseringen van 1,2 tot 10 gram per dag). Magnesium zorgt onder andere voor de overdracht van zenuwprikkels en is ook betrokken bij een goede werking van het hart. Veel mensen krijgen bovendien onvoldoende magnesium binnen via de voeding. Dus het is een goed idee om dit mineraal te supplementeren.9
1 Allg Homöopath Ztg, 1960; 205: 311-8, 337-58 2 http://www.vithoulkas.com/spartium-scoparium 3 Julian, O.A., Materia medica of new homoeopathic remedies.
Beaconsfield, Bucks, UK: Beaconsfield Publishers, 1979: 465 4 Weiss, R.F. [et al.]. Weiss’s herbal medicine (vertaling van Lehrbuch
5
6 7
8
9
der Phytotherapie, 6e dr.). Ab Arcanum: Gothenburg, Sweden, 1988: 149-151 Pharmaceutical Society of Great Britain. The British pharmaceutical codex. London: The Pharmaceutical Press, 1923: 990; General Council of Medical Education and Registration of the United Kingdom. The British pharmacopoeia 1914. London, UK: Constable & Co., 1923: 337 British Herbal Medicine Association. British herbal pharmacopœia, vol I. Cowling, West Yorkshire, UK: Keighley, 1980: 179 Brinker, F. Herbal contraindications and drug interactions: Plus herbal adjuncts with medicines, 4e dr. Sandy, OR: Eclectic Medical Publications, 2010 O’Connor, J., Bensky, D. (translators). Shanghai College of Traditional Medicine: Acupuncture – A comprehensive text. Seattle, WA: Eastland Press, 1981: 252-4 Am J Cardiol, 2007; 99: 1726-32
19
Help je mee om Homeopathie in Nederland toegankelijk te houden?
WORD LID EN ONTVANG EEN EERSTE HULP PAKKET T.W.V.
€
Dat is nu harder nodig dan ooit, omdat door regelgeving steeds minder over homeopathie geschreven mag worden en er hierdoor steeds meer homeopathische middelen uit de winkels verdwijnen. Dankzij onze leden kunnen wij: • Publiekscampagnes en politieke lobby voeren • Onderhandelen met verzekeraars • Investeren in wetenschappelijk onderzoek En heel veel andere acties inzetten om te bewerkstelligen dat de homeopathie een volwaardige positie in het Nederlandse zorgstelsel krijgt. Als lid ontvang je: • 4 x per jaar het Homeopathie Magazine • Korting op je zorgverzekering • Korting op producten en diensten in vele webshops • Een Eerste Hulp Pakket t.w.v. € 19,40 Lid worden kan door de bon hiernaast in te vullen of via: vereniginghomeopathie.nl/lid-worden.
19,40
JA
ik word lid van de Vereniging Homeopathie voor € 39,95 per jaar en ontvang een Eerste Hulp Pakket t.w.v. € 19,40.
Achternaam.* Dhr. / Mevr.* Voorletter(s)* Adres* Postcode*
Plaats*
E-mail Telefoonnr. Bankrekening (Iban) *
Geb. datum
/
/
Handtekening*
Verplicht in te vullen.
Stuur deze bon naar: Vereniging Homeopathie, Antwoordnummer 16156, 1000 TE Amsterdam.
020 617 83 08 www.vereniginghomeopathie.nl