Geokrant 67

Page 1

voorjaar 2010

67 d e g e o k r a n t Vaknieuws: Noord boven? Lesbrief: Watersnoodramp 1953 Opinie: De Hedwigepolder en het wereldvoedselvraagstuk


Inhoud Geonieuws 3 DeGeoCommunity 4 Net niet op de Geokalender 2010 Lesbrief 6 Watersnoodramp 1953 Opinie 13 De Hedwigepolder en het wereldvoedselvraagstuk Geoservice 14 Puzzel (V)AKnieuws 15 Noord boven?

Van de redactie In de examenklassen behandelen wij op onze school in de maanden november-­

januari het domein Systeem Aarde. Een van de meest fascinerende aspecten bij dit

onderwerp vind ik het tijdsbesef van leerlingen. Geologische tijd speelt zich immers

af op een heel andere schaal dan menselijke tijd. Als een plaat zich een paar centimeter per jaar verplaatst, is de totaal afgelegde afstand na een generatie verwaarloosbaar. Het wordt pas interessant als je het over miljoenen jaren bekijkt. Dat de

Vesuvius volgens leerlingen niet meer is uitgebarsten sinds het jaar 79 na Chr. wil

niet zeggen dat het een dode vulkaan is. Sterker nog, de laatste uitbarsting was in

1944, en bij de uitbarsting van 1631 vielen meer slachtoffers (ongeveer 10.000) dan bij de verwoesting van Pompeii.

Weinig besef van tijd en historie constateer ik ook bij het meer recente verleden.

Gebeurtenissen die voor mij vanzelfsprekend zijn, blijken veel leerlingen niets te

zeggen. Zo wist tot mijn verbazing niemand in een brugklas dat de Eerste Golfoorlog al in 1991 was uitgebroken of dat deze er überhaupt was geweest. Om maar te

­zwijgen over de watersnoodramp van 1953, waar de lesbrief in deze Geokrant aan gewijd is.

Ligt het aan de leeftijd van de leerlingen of aan die van mij? Of speelt er iets anders?

Lesbrief

Deze keer gaat de lesbrief dus over de watersnoodramp van 1953. Aanleiding was de

Nederlandse film De Storm, die in september 2009 in première ging. Het enthousias-

me van leerlingen was voor mij een reden om weer eens een Nederlandse film te Redactie J. Padmos (hoofdredacteur), W. Bouritius, I. Pouw Aan deze Geokrant werkten mee: B.J. Maatman, P. van der Krogt Eindredactie Barbara Visschedijk Vormgeving DATBureau Opmaak PrePressMediaPartners Fotografie Daniel Taeger, NBC Universal, Wil Tilroe-Otte / Nationale Beeldbank, Maria Austria Instituut / Hollandse Hoogte, Spaarnestad Photo / Hollandse Hoogte, Spaarnestad Photo / W.P. van de Hoef / Hollandse Hoogte, Frans Lemmens / Alamy, Arenda Oomen / Hollandse Hoogte, René van der Krogt, ANWB Stratenatlas 2005-2006 Beeld EMK Deventer De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteurs­ rechten te regelen volgens wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. Bij de voorpagina:

gaan bekijken. Helaas heb ik voorlopig mijn portie ook weer gehad. De Storm is een

ongeloofwaardig verhaal over de zoektocht van een jonge moeder naar haar baby

die tijdens de ramp zoekraakt en die zij op wonderbaarlijke wijze achttien jaar later weer terugvindt. Maar de film bracht mij wel op de gedachte om weer eens stil te staan bij deze vergeten ramp.

(V)AKnieuws

(V)aknieuws komt van de hand van Dr. Peter van der Krogt van de faculteit

Geowetenschappen van de Universiteit Utrecht. Hij wijdt uit over de noordrichting op kaarten. Staat het noorden op een kaart boven omdat dat de enige juiste ­mogelijkheid is? Zijn afwijkingen dus gekanteld, scheef of gewoon fout?

Opinie

De puzzel is opnieuw samengesteld door drs. B.J. Maatman. In de rubriek Opinie geeft hij ook zijn mening over de ontpoldering van de Hedwigepolder. Wilt u ­reageren op zijn betoog, dan kan dat via degeokrant@thiememeulenhoff.nl. Veel leesplezier met deze Geokrant.

De Oosterscheldekering

De Geokrant 67


3

Geonieuws

Binnenkort online: DeGeo­Community De afgelopen tijd kwam bij ThiemeMeulenhoff steeds vaker de opmerking binnen dat docenten behoefte hebben aan het uitwis­ selen van extra lesmateriaal met andere docenten die de methode De Geo gebruiken. Via internet is van alles te vinden. Maar dit materiaal sluit niet altijd aan bij de les of bij het niveau van de leerlingen. Zo kost het toch nog aardig veel tijd om materiaal te vinden, aan te passen en geschikt te maken voor gebruik in de les. Zo ontstond het idee voor een DeGeoCommunity

DeGeoCommunity is speciaal bedoeld voor docenten die De Geo1 gebruiken en sluit

­precies aan bij de methode De Geo. Het is een

Soort informatie

ga’s te delen. Zij hebben er weinig werk meer

Lesmateriaal

krijgt. Vandaar de oproep aan alle docenten

Al het extra materiaal dat u zelf prettig vindt om naast de methode De Geo te gebruiken en dat dus goed aansluit bij De Geo is

geschikt om op DeGeoCommunity te plaatsen. Bijvoorbeeld:

• Hebt u extra opdrachten gemaakt bij

3e editie?

• Hebt u lestips?

• Hebt u links naar interessante websites, filmpjes, animaties?

• Hebt u een PowerPoint-presentatie om een hoofdstuk in te leiden?

• Hebt u mooie foto’s bij een ­onderwerp? • Hebt u toetsen bij een bepaalde paragraaf of bij een hoofdstuk?

nenkort te delen met uw collega’s en ze te DeGeoCommunity zodra deze online is.

Het grote voordeel van DeGeoCommunity is

Forum

­boeken volgt. Voor elk niveau en elk boek is er

Community een forum ingericht waar u in

lijkheid om materiaal, tips en lesideeën met elkaar te delen. Behandelt u bijvoorbeeld

morgen met uw 2 vwo-leerlingen paragraaf 5 van hoofdstuk 3, dan kunt u via DeGeoCom­

munity heel gericht in de juiste map op zoek gaan naar extra materiaal dat past bij deze les. Of: gebruikt u zelf altijd een mooie

PowerPoint-presentatie bij paragraaf 1 van

Verder is er op de website van DeGeo­

gesprek kunt gaan met uw Geo-collega’s. Op

het forum kunt u bijvoorbeeld vragen stellen aan collega’s, oproepjes doen of in discussie

gaan over onderwerpen. Het forum is opgedeeld in ‘boeken’. Dus heeft u vragen of een oproep bij een onderwerp uit het katern

Systeem Aarde van havo tweede fase, dan is hiervoor een apart forum ingericht.

hoofdstuk 2 voor uw leerlingen in 1 vmbo-kgt,

Uw bijdrage

eenvoudig plaatsen in de map voor die speci-

grote groep Geo-docenten actief materiaal

of hebt u extra opdrachten, dan kunt u die

fieke paragraaf op de DeGeoCommunity. Het

is dus echt een website ván De Geo-docenten vóór De Geo-docenten. 1

bij De Geo en wordt het werken met De Geo nog prettiger!

grote behoefte van Geo-docenten te gaan

plaatsen op de website van

op paragraafniveau een map met de moge-

elkaars bijdragen, tips, opdrachten en toetsen

3e editie of De Geo voor de ­tweede fase

De Geo voor de bovenbouw van het vmbo

ideeën, kunnen vinden en plaatsen.

dat de website exact de indeling van de

riaal. Alleen dan kan iedereen profiteren van

Succes

Dan nodigen wij u van harte uit om deze bin-

Indeling

om open te staan voor het delen van lesmate-

De Geo voor de onderbouw 8e editie,

website waar docenten specifiek bij De Geo

gemaakt extra lesmateriaal, maar ook tips en

aan, en u weet niet of u er wel iets voor terug-

DeGeoCommunity wordt succesvol als een

Wij denken met DeGeoCommunity in een voorzien. Wij hopen dat u enthousiast zult

zijn en veel profijt zult gaan hebben van de website. Wij wensen u vele mooie toetsen, lestips en andere extra’s toe! ­

Toegang Zodra DeGeoCommunity online is, krijgen alle gebruikers van De Geo daar per digitale nieuwsbrief bericht van. Dan zal ook de toegang en het gebruik van de website verder worden toegelicht. Hieronder echter alvast een korte uitleg. Via de website www.degeocommunity.nl komt u op DeGeoCommunity. Om materiaal te kunnen bekijken of zelf te kunnen plaatsen, moet u inloggen. Voordat u zich de eerste keer kunt inloggen, moet u zich eenmalig registeren. Bij een volgend bezoek hoeft u alleen maar in te loggen met een door u aangemaakte gebruikersnaam en wachtwoord. Om te voorkomen dat leerlingen via de website van DeGeoCommunity toetsen tot hun beschikking krijgen, is er voor gekozen deze te vergrendelen. Via de knop ‘Toetsen’ op de website kunt u toegang krijgen tot dit deel van DeGeoCommunity. Wij controleren uw gegevens in het ASSUbestand, zodat zeker is dat u docent bent.

beschikbaar stelt. Wij realiseren ons dat de stap groot is om een toets waarop u twee

avonden hebt zitten zwoegen, met uw colle-

DeGeoCommunity is nu nog vooral gericht op docenten die werken met De Geo voor de onderbouw 8e editie, De Geo voor de bovenbouw van het vmbo 3e editie en De Geo voor de tweede fase 3e editie. Wij realiseren ons dat ook docenten die werken met de 7e editie van De Geo onderbouw behoefte hebben aan een community. Maar wij verwachten dat er enige tijd nodig is voor DeGeoCommunity om zich goed te ontwikkelen en om alle paragrafen van voldoende materiaal te voorzien. Tegen de tijd dat alle paragrafen goed zijn gevuld en ook docenten van de 7e editie zouden kunnen profiteren, zijn de meeste scholen overgestapt op de 8e editie van De Geo onderbouw.

De Geokrant 67


4

Geonieuws

Net niet op De Geokalender 2010 Op de KNAG-dag werd De Geokalender 2010 verspreid, gemaakt

met foto’s van docenten die De Geo gebruiken. Hebt u geen

kalender ontvangen? Bel dan even met onze klantenservice: 088 - 800 2015

De foto’s die werden ingestuurd voor De Geokalender 2010 overtroffen onze stoutste verwacht­ ingen. Het was moeilijk om de keuze te beperken tot twaalf. Ook deze mooie beelden willen we u niet onthouden. Hierbij een aantal foto’s die de kalender net niet haalden.

Natuurlijke kunst’, de Mont Blanc op ongeveer 4400 m: door wind en regen is de sneeuw vervormd tot ijsschubben. Bert Pelt

Death Vlei, Namibië. Frans Westerveen

Zuidaanzicht van Manhattan, New York. Marije Withaar

De Geokrant 67


5

Geonieuws

Flamingo’s aan het Nakurumeer, Tanzania. Nico Praat

Jökulsárlón. Susan Janssen

Damaskusmoskee: Kinderen zijn ook overal hetzelfde! Fokko Hooijer

Jongens spelen met hoepels op het strand van Zanzibar. Marian de Ruiter

De Geokrant 67


6

lesbrief

W at e r s n o o d r a m p 1 9 5 3

Docenten­handleiding

Leerlingen­materiaal

Inhoud

Inleiding

De film vertelt het verhaal van een Zeeuws meisje van 18 jaar dat

in het najaar en de winter van 2009 in de bioscopen draaide, ver-

In september 2009 kwam de Nederlandse film De Storm uit.

tijdens de stormvloed van 1953 haar baby moet prijsgeven aan het water. In de dagen na de storm gaat ze met een luchtmacht­

sergeant op zoek naar haar kind. Na een lange zoektocht en een

onwaarschijnlijk plot vindt het meisje (inmiddels vrouw gewor-

den) achttien jaar later haar verloren gewaande kind terug bij de

opening van de Haringvlietdam. De researchers van de film hebben hun huiswerk overigens goed gedaan. De Koninklijke Marine telde

Misschien heb je de Nederlandse film De Storm gezien. De film, die telt een verhaal dat zich afspeelt tijdens de stormvloed van 1953.

De 18-jarige Julia woont in een klein dorp in Zeeland. Ze is bevallen van een jongetje, maar niet getrouwd. Tijdens de storm raakt ze

haar baby kwijt en in de dagen erna gaat ze op zoek naar haar kind. Pas vele jaren later vindt ze haar zoon terug. Foto 1  Poster van de film De Storm

in die tijd welgeteld één Sikorsky-helikopter en daar wordt in de

film dankbaar gebruik van gemaakt. Uiteraard is de Zeeuwse band Bløf verantwoordelijk voor de titelsong.

In de lesbrief wordt gebruikgemaakt van filmpjes op diverse internetsites. Sommige filmpjes kunnen alleen worden bekeken met

RealPlayer. Het is handig om op school te controleren of deze soft-

ware is geïnstalleerd. RealPlayer is overigens gratis te downloaden.

Niveau

De lesbrief is gemaakt voor de bovenbouw van het vmbo. De bedoeling is om de leerlingen stil te laten staan bij een van de grootste

rampen die Nederland heeft meegemaakt. De film De Storm biedt een aanknopingspunt om bij de leerlingen een waarschijnlijk onbekend of bijna vergeten stuk geschiedenis van Nederland onder de aandacht te brengen.

Bij verwijzingen naar de atlas betreft het de 60e editie van de Basis

Bosatlas.

U kunt de lesbrief kopiëren voor gebruik in de klas. Voor leerlingen is de lesbrief ook toegankelijk via www.degeo-online.nl. Op die

manier kunnen de leerlingen de kleurenversie gebruiken. Op het docentendeel van deze website vindt u de antwoorden op de opdrachten.

Schema 2 Waar speelt de film De Storm zich af? In welk jaar speelt de film? Wat is er toen in dat deel van Nederland gebeurd? Waardoor is die ramp gebeurd? Wie zijn de hoofdpersonen in de film?

De Geokrant 67


W at e r s n o o d r a m p 1 9 5 3

Opdracht 1 Bekijk foto 1.

Als je de film De Storm niet kent, bekijk dan de trailer op

7

Kaart 4  Zeeland in de middeleeuwen 0

6

12 km

Vul vervolgens schema 2 in.

ee

Noirt Bevelant

el Sc

N

Z rt oi

Gr ev en ing he B

A

1:1.000.000

www.destormdefilm nl.

Tot ongeveer 300 na Chr. bestond het zuidwesten van Nederland

lesbrief

t

C

uit kleine eilandjes doorsneden met enkele riviertjes. Een rij duinen

D

beschermde het land tegen de zee. Maar bij een stormvloed brak de zee vaak door de duinen heen. Vanaf het moment dat de eerste

Ho nte

mensen zich in het gebied vestigden, begon de strijd tegen het water. De eerste bewoners bouwden verhogingen waarop ze

vluchtten bij hoogwater. Vanaf ongeveer de tiende eeuw begon

men met de bouw van dijken. De eerste dijken waren laag en zwak en braken regelmatig door.

Opdracht 2

Zeeland in de middeleeuwen zeedijk

water

strand en duinen

land

Bekijk in de atlas de kaart Nederland - hoog en laag. a Wat betekent de kleur paars op de kaart?

b Welk delen van Nederland liggen het laagst?

c Schat eens hoeveel procent van Nederland wordt aangegeven met de kleur paars.

d Hoe beschermden de mensen in Noord-Nederland zich tegen de zee?

Foto 3 Een vliedberg in de polder bij Wemeldinge, Zeeland

Opdracht 4

Bekijk kaart 4 en gebruik de atlas.

a Noteer achter de letters A t/m D de namen van de tegenwoordige eilanden.

b Hoe heten nu de wateren die in de middeleeuwen Honte en Scelt werden genoemd?

c Waaraan kun je zien dat kaart 4 de situatie rond 1500 laat zien en niet rond 500?

Er ging geen eeuw voorbij of het westen van Nederland werd

getroffen door overstromingen. In de loop van de tijd werden de

dijken wel steeds beter en steviger. Toch vonden er tussen 1000 en 1953 meer dan 100 overstromingen plaats.

Opdracht 5

Ga naar www.nl.wikipedia.org en typ bij Zoeken het woord ‘overstroming’ in.

a Welke door de zee veroorzaakte overstroming vond in 1421 plaats? Lees het stukje tekst over deze overstroming.

Opdracht 3 Bekijk foto 3.

In Zeeland werden de terpen vliedbergen genoemd. a Wat betekent het woord vlieden?

b In welke drie provincies werden grote verwoestingen aan­ gericht?

c Was het natuurgeweld de enige oorzaak van deze ramp?

d Welk huidig natuurgebied werd door de ramp gevormd?

b Noem een voordeel van een vliedberg zoals die op foto 3 is

De watersnoodramp van 1953 ontstond toen in de nacht van

c Noem twee nadelen van een vliedberg zoals die op foto 3 is

storm samenviel met de springvloed. Het zeewater rond de Zuid-

afgebeeld. afgebeeld.

31 januari op 1 februari 1953 een zware en langdurige noordwesterHollandse en Zeeuwse eilanden en in West-Brabant werd in korte tijd hoog opgestuwd. Veel mensen werden verrast door een ­vloedgolf die in korte tijd hun huizen omverspoelde.

De Geokrant 67


8

lesbrief

W at e r s n o o d r a m p 1 9 5 3

Opdracht 6

Kaart 5 Overstroomde gebieden in februari 1953

Ga naar nos.nl/archief/2004/nieuws/index.html. Klik op dossiers ­en

klik op Watersnoodramp 1953. Ga naar de rubriek Recente

reportages en bekijk het filmpje Erwin Krol legt uit hoe de watersnoodramp kon plaatsvinden.

a Welke twee natuurlijke oorzaken voor de overstromingen worden in het filmpje genoemd?

b Heeft het KNMI gewaarschuwd voor de naderende storm?

c Waarom wisten sommige gemeenten niet dat er een zware storm aankwam?

Opdracht 7

Bekijk op dezelfde site het filmpje Reconstructie van de ramp, ­inclusief een animatie en beantwoord de volgende vragen. a Wat is springvloed?

b Waarom braken de dijken gemakkelijk door?

c Waarom duurde het zo lang voordat de rest van Nederland wist wat er was gebeurd?

d Leg uit dat dat nu niet meer zo lang zou duren.

e Waarom werden de mensen uit het rampgebied geëvacueerd? De eilanden Schouwen, Goeree en Overflakkee, Tholen en

­St.-Philipsland werden nagenoeg geheel overstroomd. Op Voor­nePutten liep Putten onder water en van de Hoeksche Waard liepen het zuiden en oosten grotendeels onder. Van Noord- en Zuid-

Beveland en Walcheren en van de Belgische kust kwamen kleinere

Opdracht 10

Ga weer naar nos.nl/archief/2004/nieuws/index.html. Klik op dossiers ­en klik op Watersnoodramp 1953. Ga naar de rubriek

Recente reportages en bekijk nu het filmpje Verhalen uit Halsteren. a Waar ligt Halsteren? Gebruik de atlas.

b Vertel in je eigen woorden wat mijnheer Huuskens heeft meegemaakt.

Foto 6  Versterken van een dijk met zandzakken. Februari 1953, Zeeland

delen onder water te staan. De Biesbosch werd geheel over-

stroomd, evenals een groot deel van Rozenburg en het eiland van

Dordrecht. Ook van het aangrenzende Noord-Brabantse vasteland liepen verscheidene polders onder. In totaal kwam ongeveer

141.000 hectare onder water te staan en werden 49.000 huizen en boerderijen getroffen, waarvan 8250 geheel werden vernield of

zwaar beschadigd. Meer dan 100.000 mensen moesten worden

geëvacueerd. Het totale aantal dodelijke slachtoffers bedroeg 1835.

Opdracht 8

Gebruik de atlas en arceer op kaart 5 de gebieden die overstroomden tijdens de ramp van 1953.

Opdracht 9

Ga weer naar nos.nl/archief/2004/nieuws/index.html. Klik op dossiers ­en klik op Watersnoodramp 1953. Ga naar de rubriek

Recente reportages en bekijk nu het filmpje Polygoonmateriaal en beelden van buitenlandse zenders.

Waaraan kun je zien dat men ook bij het (Polygoon)journaal geen flauw idee had van de ernst van de ramp in Zeeland?

De Geokrant 67


W at e r s n o o d r a m p 1 9 5 3

Foto 7  Sommelsdijk en omgeving staan onder water. 7 februari 1953, Goeree Overflakkee, Zuid-Holland

lesbrief

Tekst 9

Mijnheer Van Mourik De inmiddels 75-jarige mijnheer Van Mourik woonde in Kapelle, een gehucht in de buurt van Zierikzee. Aan de hand van foto’s en oude ansichtkaarten laat hij zien hoe het straatje met de twintig huizen die het dorpje telde, er toen uitzag. Er woonden ongeveer honderd mensen van wie er veertig omkwamen. Slechts een paar huizen stonden nog overeind. Van Mourik vertelt hoe hij uren ronddreef op de resten van hun klompenschuurtje.

Mijnheer Bolijn Mijnheer Bolijn uit Ouwerkerk vertelt het verhaal van zijn ­moeder. Zij zat 24 uur op een paal voordat ze, blind van het zoute water en totaal verkleumd, gered kon worden. Voor haar Foto 8  Verdronken vee wordt opgeruimd. Februari 1953, Stellendam, Zeeland

16-jarige zoon Leen kwam de redding te laat, hij was halver­ wege de nacht van vermoeidheid van de paal gevallen en in het donkere water verdwenen. Zijn lichaam werd nooit gevonden.

Mevrouw Verboom-Van Dienst Mevrouw Verboom-Van Dienst uit Kapelle, nu 63 jaar, zag een buurvrouw met haar pasgeboren baby in haar armen weg­ drijven. Nog ziet ze het dekentje van het kindje wapperen in de wind. De vrouw is met haar kind verdronken, mevrouw Verboom werd gered door een bootje en naar Zierikzee gebracht. Bron: documentaire De ramp

Na de ramp was iedereen het er over eens dat zoiets nooit meer

Opdracht 11

Bekijk foto 6, 7 en 8. Lees tekst 9.

Welk van de drie verhalen uit tekst 9 vind jij het meest aan­grijpend.

mocht gebeuren. Al in november 1953 was er een plan. Daarin

stond natuurlijk dat de dijken moesten worden versterkt, maar er stond ook in dat de kustlijn met 700 kilometer moest worden ­ingekort.

Leg ook uit waarom.

Opdracht 13

Opdracht 12

b Hoe kun je tussen de Zuid-Hollandse en Zeeuwse eilanden de

Bekijk in de atlas de kaart Watersnoodramp 1953. Zijn de volgende beweringen waar of niet waar?

a De oppervlakte ondergelopen land was het grootst in Zeeland. b De meeste doden vielen op Schouwen-Duiveland.

c Het gebied met de meeste slachtoffers is ook het gebied met de meeste dijkdoorbraken.

De Geokrant 67

a Waarom wilde men de kustlijn inkorten? kustlijn inkorten?

9


10

lesbrief

W at e r s n o o d r a m p 1 9 5 3

De Deltacommissie stelde voor de zeearmen in het deltagebied

Opdracht 14

­brengen. Als uitgangspunt daarvoor gold een waterhoogte van vijf

a Noteer de namen van de steden die op kaart 11 staan aangege-

­volledig af te sluiten en alle zeeweringen op ‘deltahoogte’ te

meter boven NAP bij Hoek van Holland. De kans op overstroming

zou daarmee uitkomen op 1 op 4000 per jaar voor het deltagebied en het noorden en 1 op 10.000 per jaar voor de Randstad.

Bekijk figuur 10 en kaart 11.

ven met de letters A t/m D. Gebruik eventueel de atlas.

b Schrijf achter de cijfers 1 t/m 8 de namen van de bouwwerken uit figuur 10.

c Hoelang heeft men over de Deltawerken gedaan?

d Waarom is er in de Westerschelde geen dam aangelegd?

Figuur 10 Tijdbalk van de Deltawerken

1958 Stormvloedkering Hollandse IJssel 1969 Volkerakdam 1952 afdamming Braakman 1950 Brielse Maasdam 1960 Zandkreekdam 1971 Brouwersdam 1950 afdamming Botlek 1961 Veerse Gatdam 1971 Haringvlietdam 1953 Watersnood 1965 Grevelingendam

1955

1950

1960

1965

1970

1975

1987 Philipsdam 1987 Oesterdam 1986 Oosterscheldekering 1997 Hartelkering 1983 Markiezaatskade 1997 Maeslantkering

1980

1985

1990

1995

2000

Foto 12  De Oosterscheldekering

Kaart 11  De Deltawerken

A

1

6 7

8

B

4

5

3 C

2

D

Opdracht 15 Bekijk foto 12.

a Tussen welke twee eilanden is de Oosterscheldekering aan­ gelegd?

b Wat is het bijzondere aan deze kering?

c Waarom heeft men voor deze oplossing gekozen?

De Geokrant 67


W at e r s n o o d r a m p 1 9 5 3

Foto 13  De Maeslantkering

lesbrief

Kaart 14  De belangrijkste verbindingen in Zuidwest-Nederland omstreeks 1950

Opdracht 16 Bekijk foto 13.

a Welk bouwwerk is op foto 13 te zien? b Bij welke plaats ligt dit bouwwerk? Ga naar www.keringhuis.nl.

Bekijk op de site het filmpje waarin de werking van de kering te zien is.

c Hoe werkt deze kering?

d Welk water wordt bij sluiting van de kering afgesloten van de zee?

e Welk gebied wordt bij sluiting van de kering tegen het water f

beschermd?

Waarom wordt er slechts één keer per jaar gecontroleerd of de kering nog werkt?

Opdracht 17

Vergelijk kaart 14 en 15 met elkaar.

a Wat laten de beide kaarten zien?

b Noem twee verschillen in het wegennet tussen 1950 en 2000? c Is de afstand hemelsbreed in kilometers tussen Terneuzen en Rotterdam veranderd?

d Duurt de reis van Terneuzen naar Rotterdam tegenwoordig waarschijnlijk net zo lang als in 1950?

e Wat is er door de Deltawerken in Zeeland dus ook verbeterd?

Opdracht 18

Ga naar www.youtube.com/watch?v=q4bkGdRO0z8 en bekijk de clip van de titelsong van de film De Storm. Lees in tekst 16 de songtekst mee.

a Vind je de songtekst passen bij de film?

b Vind je dat de songtekst alleen over de film gaat? Leg je antwoord uit.

De Geokrant 67

Kaart 15  De belangrijkste verbindingen in Zuidwest-Nederland omstreeks 2000

11


12

lesbrief

W at e r s n o o d r a m p 1 9 5 3

Tekst 16 Titelsong van De Storm door Bløf

De Storm (Geef niet op)

Geef geef de moed niet op.

Overal waar je kijkt,

De storm gaat ooit eens liggen.

komt er geen eind aan het donker.

Dit is wat je maakt

Overal waar je loopt,

tot wie je bent.

zakken je voeten steeds dieper en dieper weg in de grond.

Geef niet op. Geef niet op.

Alles verandert een keer,

Geef niet op.

niemand blijft altijd dezelfde.

De storm gaat ooit eens liggen.

Alles wat hier nu gebeurt, drijft vroeg of later steeds verder en verder weg naar de zee.

De regen slaat tegen de ruiten en van binnen stormt het net zo hard als buiten.

Geef geef de moed niet op,

Maar geef geef de moed niet op,

al stijgt het water snel,

al stijgt het water snel en onverwacht,

en geef geef de moed niet op,

al lijkt de nacht zo lang,

al lijkt de nacht zo lang.

geef niet op.

Overal om je heen

Geef geef de moed niet op.

komt er geen eind aan het donker.

De storm gaat ooit eens liggen.

Alles raakt kwijt in de storm,

Dit is wat je maakt

maar wie alles verliest vindt zichzelf op een dag weer terug als

tot wie je bent.

een mens.

Geef niet op. Geef niet op.

Geef de moed niet op,

Geef niet op.

al stijgt het water snel en onverwacht,

De storm gaat ooit eens liggen.

al lijkt de nacht zo lang, geef niet op.

Geef nooit op.

De Geokrant 67


13

OPINIE

De Hedwige­polder en het wereld­voedsel­vraagstuk In de discussie over het al of niet ontpolderen van de Hedwigepolder is een aantal vreemde dingen aan de hand.

In de besluitvorming over de Hedwige­

polder ontbreekt de vergelijking van de

opbrengst van de polder vanuit het per-

spectief van het wereldvoedselvraagstuk volledig. De voedselproductie moet de

komende veertig jaar zeventig procent

­stijgen om aan de vraag van de groeiende wereldbevolking te kunnen voldoen.

Dat stelde directeur Jacques Diouf van de

Voedsel- en Landbouw­organisatie van de Verenigde Naties (FAO) op een forum in Rome, zo berichtte Trouw op 13 oktober 2009.

De Hedwigepolder is ongeveer 300 ha groot en bestaat uit jonge zeeklei. De

Wanneer de Hedwigepolder onder water

De wereldbevolking stijgt naar verwachting

­(steltlopers, eendensoorten) daarvan

9,1 miljard halverwege deze eeuw. Als er niet

gezet wordt, zal een aantal vogels

­profiteren. Laten we aannemen dat

­gemiddeld 50 vogels per ha hier hun

­voedsel gaan zoeken op weg naar Afrika. Dat zijn bij elkaar 15.000 vogels. Deze

vogels trekken vervolgens door naar Afrika, waar ze voor een deel door de ­plaatselijke bevolking uit de lucht worden geschoten

zullen 370 miljoen mensen in 2050 honger

lijden, aldus de FAO. In een wereld waar miljoenen mensen honger lijden, is het dus

vanuit dit oogpunt alleen al waanzinnig om de Hedwigepolder onder water te zetten.

Niemand zich lijkt af te vragen waarom er

de markt te worden verkocht. Laten we

natuur’. Alsof we een slaaf zijn van ‘de’

de nek omgedraaid om de ­volgende dag op hopen dat hooguit de helft van de vogels zo wordt gevangen. Dat zijn dus

7500 vogels. Deze vogels leveren ­maximaal 200 g vlees per stuk op; in totaal dus

150 ton (= 1.500 kg). Vergelijk die hoeveel-

heid vlees nu eens met de opbrengst van de akkerbouw in de huidige Hedwigepolder: 4.650.000 kg …

lijk gebruikt voor akkerbouw. Laten we er even een rekensommetje op loslaten:

­globaal wordt in dit soort akkerbouw­

gebieden een kwart deel ingezaaid met

tarwe, een kwart deel met suikerbieten, een kwart deel wordt ingepoot met aardappels en een kwart deel met overige gewassen; voor elk soort gewas is er dus zo’n 75 ha.

De tarwe levert gemiddeld 8 ton per ha op; dat is 600 ton. De suikerbieten leveren

gemiddeld 50 ton per ha op; dat is 3750 ton. Met een suikergehalte van 16% geven die dan ongeveer 600 ton suiker. De aardap­ pelen hebben een opbrengst van gemid-

deld 40 ton per ha; dat is 3000 ton, de overige gewassen (uien, vlas, peulvruchten,

gerst, wortelen) 6 ton per ha; dat is 450 ton. Bij elkaar opgeteld geeft dat een (voedsel)

De Geokrant 67

meer land wordt gebruikt voor landbouw,

of in netten worden gevangen. Ze worden

vruchtbare jonge zeeklei wordt voorname-

voorraad van 4650 ton (= 4.650.000 kg).

van de huidige 6,7 miljard mensen naar

De Hedwigepolder

wat ‘teruggegeven moeten worden aan de natuur. En als dat al moet als gevolg van

bestaande wetgeving – die we overigens zouden kunnen wijzigen – waarom is er

dan geen compensatie mogelijk in ZuidLimburg, Noordoost-Groningen of mis-

schien wel elders in de wereld? Wat is dit voor een vorm van micromanagement? Drs. B.J. Maatman, sociaal-geograaf


geoservice

14

Puzzel

Landen­letterbrij Het thema van deze Geokrant is De Storm, Zeeland dus. De redactie heeft dit keer gekozen

voor een gemeentepuzzel. We hebben de vorm van alle Zeeuwse gemeenten gescand en de

Oplossing puzzel nr. 66:

afbeeldingen door elkaar gehusseld. Het zijn er niet zoveel: na diverse gemeentelijke

Tadzjikistan

halve pagina. Alleen de vorm is gegeven, en de schaal is telkens hetzelfde. Maar, om ze

Uit de goede oplossingen trokken wij

noordrichting … Hoe heten de dertien afgebeelde gemeenten?

klas 5H2 van het Bonhoeffer College

­herindelingen heeft Zeeland nog maar dertien gemeenten over. Ze passen precies op een ­allemaal op een halve pagina kwijt te kunnen, hebben we ons niet gehouden aan dezelfde

in Enschede.

We hebben de Grote Bosatlas (53e druk) gebruikt.

Stuur de oplossing voor 1 augustus 2010 naar: Redactie De Geokrant, ThiemeMeulenhoff, Postbus 7, 7200 AA Zutphen. Of mail naar: degeokrant@thiememeulenhoff.nl.

1

als winnaar:

Deze klas ontvangt een jaar­

abonnement op de Nederlandstalige editie van de National Geographic.

2 3

4

6

5

8 9

7

11 10

12

13

De Geokrant 67


(V)aknieuws

15

Noordrichting

?

Noord boven

Wat is er fout aan het bijschrift van de kaart hiernaast? Op één feit na: alles.

Een kaart van Holland door Mercator. De enige infor­

matie die klopt aan bovenstaand bijschrift is dat het een kaart van Holland door Mercator is. Om precies te zijn is

het de kaart van Holland en Utrecht die Gerard Mercator in 1585 in een voorloper van zijn Atlas publiceerde.

Een kaart van Holland door Mercator. Vroeger werd Holland, zoals ook hier, ­dikwijls ‘gekanteld’ afgebeeld. Dit verklaart hoe de Noordzee en de voormalige Zuiderzee aan hun naam komen

Vroeger werd Holland, zoals ook hier, dikwijls ‘gekanteld’ afgebeeld. Hiermee wordt bedoeld dat de kaart met het westen boven is

getekend. Dit wordt ‘gekanteld’ genoemd omdat men ervan uitging dat Holland in de ‘natuurlijke situatie’ het noorden boven heeft.

Maar is dat wel zo natuurlijk? Met andere woorden: staat het noorden op een kaart boven omdat dat de enige juiste mogelijkheid is? Zijn afwijkingen dan ‘gekanteld’, ‘scheef’ of gewoon fout?

Oriëntatie in het verleden

de verdeling van de continenten (T-O-

de kaarten zijn kustlijnen getekend met

geleverd, we kunnen dus geen uitspraak

ten) willen laten zien. Zonekaarten zijn altijd

havens, kapen, riviermondingen enzovoort.

Uit de oudheid zijn nauwelijks kaarten overdoen over de manier waarop de Grieken en Romeinen hun kaarten oriënteerden. In de geografie had men een voorkeur voor het

noorden – Ptolemaeus, de Griekse geograaf

uit de tweede eeuw na Christus, tekende de

kaarten in zijn Geographia met het noorden

kaarten) hetzij de klimaatzones (zonekaarmet het noorden boven getekend, T-O-

kaarten hebben altijd het oosten boven. Portolaankaarten zijn een speciaal soort

zeekaarten, of liever gezegd: kustkaarten. Op

onnoemelijk veel toponiemen: namen van Deze namen staan loodrecht op de kust

getekend, en altijd aan de landzijde. Het binnenland is niet getekend. Over het gehele

blad lopen lijnen die de navigatie vergemakkelijken.

boven. Van hem is overigens ook het geografisch coördinatensysteem afkomstig. De

geografische kennis in zijn tijd was beperkt

tot de Middellandse Zee, het Midden-Oosten en dan oostwaarts tot India. Dit gebied is in oost-westrichting veel langer dan in noord-

zuidrichting. Ptolemaeus sprak daarom van

‘lengte’ voor de oost-westrichting en ‘breedte’ voor noord-zuid. En dat doen we nog

steeds, hoewel ‘lengte’ en ‘breedte’ op een bol dus bepaald onlogisch is.

Uit de late middeleeuwen zijn ruw gezegd twee soorten kaarten overgeleverd. De

mappaemundi, of schetsmatige wereld-

kaartjes, en de portolaankaarten. Mappae-

mundi zijn cirkelvormige schetsjes die ­hetzij

De Geokrant 67

Zonekaart (links) en T-O-kaart (rechts) uit Giacomo Foresti’s Novissime Hystoriae, Venetië 1503


16

(V)aknieuws

Noordrichting

Percentage kaarten met bepaalde oriëntatie per periode Periode / Oriëntatie

noord

oost

west

zuid

1150-1500

37

13

23

26

1500-1550

57

5

5

31

1550-1600

94

2

2

2

De oriëntatie van deze kaarten is niet altijd

• De invloed van globes.

deel boven (indien nodig kon je natuurlijk

manier om te bepalen wat de kaart­

het noordelijk halfrond boven was. De

raakte zo gewend aan de vormen van de

even eenvoudig te bepalen. De enige

tekenaar de ‘bovenkant’ vond, is te kijken naar eventuele decoratieve elementen

(bergen, steden, wapenschilden) en die

staan vaak alle kanten op. Eigenlijk kun je

Een aardglobe werd altijd zo neergezet dat onderhelft van een globe is namelijk nau-

welijks te zien. Aangezien alles op het noor-

delijk halfrond gebeurde, zette men dat

ook de globe andersom plaatsen). Men

landen met het noorden boven en ging dat ook meer en meer op kaarten doen.

de portolaankaarten van alle kanten

­bekijken. Dat gebeurde wellicht ook, als ze

aan boord van een schip op een tafel gespijkerd waren. Maar als er sprake is van een oriëntatie, is dat wel meestal noord.

Aan het eind van de vijftiende eeuw wordt Ptolemaeus’ Geographia herontdekt.

Daarmee, en eveneens onder invloed van de grote ontdekkingsreizen uit die tijd,

vindt de geografische renaissance plaats.

Er worden meer en meer kaarten gemaakt

en ook worden er vanaf het midden van de zestiende eeuw atlassen geproduceerd.

We kunnen stellen dat kaarten pas vanaf ongeveer 1500 algemeen in gebruik ­kwamen.

Catherine Delano-Smith berekende de

bovenstaande percentages (vooral op basis

van Engelse manuscriptkaarten (1150-1500) en gedrukte kaarten (1500-1600)).

Argumenten voor het noorden

De vraag naar de argumenten om het noorden boven te zetten, leeft erg onder

kaarthistorici. Een aantal jaren geleden

vroeg iemand aan de e-maildiscussiegroep Maplist: ‘De vroegste kaarten hadden het oosten boven. Wanneer veranderde de

gebruikelijke oriëntatie naar noord boven?’

(19 april 2002). Een soortgelijke vraag kwam in augustus 2003 en nog eens in maart 2008. Daaruit kwamen enkele ideeën: • De invloed van Ptolemaeus.

De geografische renaissance begon met de herontdekking van zijn werk.

Das ist der Romweg van Erhard Etzlaub, tweede druk 1501. Op het zuiden georiënteerde wegenkaart van MiddenEuropa. Rome ligt bovenaan iets links van het midden. Onderaan is Denemarken herkenbaar. Voor de kust van Holland staat ‘Wester See’ en oostelijk van Jutland ‘Oster See’

De Geokrant 67


(V)aknieuws

17

Noordrichting

De conclusie is eigenlijk dat er geen

maakte voor de Duitse pelgrims die in het

breder is dan hoog. Dat geldt voor kaarten

aan een kaart te plaatsen. Het noorden

Hij tekende dus een kaart van Midden-

en ook voor atlaskaarten, die twee naast

natuurlijke reden is om het noorden bovenboven is een kwestie van gewoonte, van

een traditie die eigenlijk niet eens een pre-

cieze reden nodig heeft. Iemand maakte de vergelijking met de kant van de weg waar-

op je rijdt. Rechts of links, dat maakt weinig

heilige jaar 1500 naar Rome wilden reizen. Europa met Rome in het midden boven en

de Duitse landen op de onderste helft van de kaart. Zo konden de pelgrims Rome als het ware vóór hen zien liggen.

uit. Maar als iedereen in een land links rijdt,

Hetzelfde doet de gemeente Delft. Als je de

het nu verplicht is of niet. Een kaartenma-

overal stadsplattegronden. Maar in Delft

dan is het handig om dat ook te doen, of

ker kan gemakkelijk afwijken van de noordoriëntatie als hij dat om een of andere reden nodig vind.

Een andere richting

Er zijn twee belangrijke redenen om een

stad binnen komt rijden, dan staan er zoals zijn de kaarten zo getekend dat je de stad als het ware voor je ziet liggen. Kom je uit het

Nederland 1:200.000, de handigste reisatlas

dig.

upside down, de handigste autokaart van

• Reis- of kijkrichting.

Nederland op twee manieren: de eerste met

zuiden gaan. Je moet goed in de gaten heb-

ben dat als de bestemming op de kaart links van de weg ligt, je rechtsaf moet gaan. In

zo’n geval is het gemakkelijker om een op

het zuiden georiënteerde kaart te hebben.

Dat vond Erhard Etzlaub al toen hij een kaart

dat gebied beter afbeelden met de noordzuidrichting evenwijdig aan de langste

zijde. In zo’n geval komt het westen of het oosten boven. Gebieden die zo’n vorm hebben, zijn ­bijvoorbeeld Holland, de Nederlanden, Portugal, en ook Chili.

het noorden boven staat links­boven een

van Nederland, en een losse kaart Nederland

rechts uit elkaar te houden als ze naar het

groter dan in oost-westrichting, dan kun je

staat het zuiden boven.

redenen zijn overigens nog steeds even gel-

het noorden georiënteerde) kaart links en

vullen. Is een gebied in noord-zuidrichting

Kijk ook eens naar de plattegronden van Den

boven; maar kom je uit het noorden, dan

In 1999 verscheen er een atlas Upside down

Veel mensen hebben moeite om op een (op

elkaar liggende bladzijden van een boek

zuiden, dan staat op de kaart het noorden

andere richting boven te zetten: reis- of kijkrichting en esthetica/papierformaat. Beide

die aan de muur gehangen moeten worden,

Nederland. Het is een wegenkaart van

het noorden, de tweede met het zuiden

boven: ‘De nieuwe manier van kaartlezen –

geen oriëntatieproblemen – handig en over-

Haag. Op een plattegrond van die stad met grote driehoek zee. Het papier wordt veel

economischer gebruikt als de kustlijn even-

wijdig aan de kaartrand is getekend. Omdat de stad vrijwel vierkant is, wordt zo het

papier goed gevuld. De zee en omliggende plaatsen nemen dan minimale plaats in,

maar de kaart is wel op het noordwesten georiënteerd (zuidoost zou ook kunnen, maar dat heb ik nooit gezien).

zichtelijk – voor de heen- en terugreis – links

De conclusie moet zijn dat ‘noord boven’

en autorijden veilig en gemakkelijk’.

aan te houden, behalve als je een goede

blijft links, rechts blijft rechts – maakt reizen

• Papierformaat.

De meeste kaarten hebben een formaat dat

een wijdverbreid gebruik is, en handig om je reden hebt om een andere windrichting boven te zetten.

Informatieborden in de gemeente Delft. Links een stadsplattegrond met het noorden boven, rechts met het zuiden boven

De Geokrant 67


18

(V)aknieuws

Noordrichting

Plattegrond van Den Haag met het noordwesten boven. Uit: ANWB Stratenatlas 2005-2006

Noordzee en Zuiderzee

noorden in het midden). Abraham Ortelius

maal bovenin de kaart, ‘De Noordt Zee’

bladzijde 15. Dit verklaart hoe de Noordzee

Orbis Terrarum (nu gezien als de eerste

volgd, onder meer door Abraham Ortelius

Terug naar het bijschrift onder de kaart op en de voormalige Zuiderzee aan hun naam komen. Een variant is de Ooster- en

Westerschelde, die op dezelfde manier aan hun namen zouden zijn gekomen.

Deze stelling gaat uit van twee hypotheses: 1

Mensen die een anders georiënteerde

kaart zien, gaan er automatisch van uit dat het noorden boven is getekend.

2 Kaarten zijn ouder dan de betreffende

namen, en namen van zeeën en rivieren worden aan de hand van kaarten ­gegeven.

Mercator oriënteerde in zijn Atlas van 1595 9 van de 103 kaarten niet op het noorden (west boven: Bourgondië, La Franche

Comté, Holland, Boven-Elzas, Beneden-

Elzas, Midden-Italië, Zuid-Italië en Ierland,

en bij de cirkelvormige Noordpoolkaart het

publiceerde in 1570 een atlas Theatrum atlas) met 53 kaartbladen met daarop

64 kaarten; van deze 64 zijn er 48 op het

noorden georiënteerd, 6 op het oosten, 5 op het westen, 2 op het zuiden, 2 op het

­noordwesten en 1 op het noordoosten. Laten we eens specifiek naar Holland

­kijken. Van die provincie bestaat een goed

staat links, bij Texel. Ook deze kaart is nagedie op zijn kaart van 1570 ook het oosten boven heeft.

De eerste kaart van Holland met het wes-

ten boven is een klein kaartje in de Spieghel der Werelt uit 1577. Ook daarop staat de

naam ‘De Zuyder Zee’ (de Noordzee is op dit kleine kaartje niet van een naam voorzien).

overzicht van alle gedrukte kaarten. De eer-

In de zestiende eeuw zijn er 28 gedrukte

Jacob van Deventer, eerste editie 1542, twee-

van hebben het noorden boven, 8 het wes-

ste gedrukte kaart van Holland is die van

de editie 1558. Deze kaart heeft het noorden boven en bevat de namen ‘De Noordt Zee’ en ‘De Zuijder Zee’. Deze kaart is diverse keren nagevolgd.

De eerste niet op het noorden georiën­ teerde kaart van Holland is die van een

zekere CDH uit 1565. Deze kaart heeft het oosten boven. ‘De Zuyder Zee’ staat hele-

kaarten van Holland vervaardigd; 13 daarten en 7 het oosten. Hieruit blijkt dus dat: 1

er wel een voorkeur bestaat voor een oriëntatie op het noorden, maar dat

anders georiënteerde kaarten zo vaak

voorkomen dat gebruikers daaraan wel gewend zijn en er niet automatisch

van uitgaan dat het noorden wel boven zal zijn

De Geokrant 67


(V)aknieuws

19

Noordrichting

Kaart van Holland in de atlas van Ortelius 1570. Oost boven

Oudste kaart van Holland (Jacob van Deventer 1558). Noord boven

2 dat de namen Noordzee en Zuiderzee ouder zijn dan de eerste kaarten.

Maar hoe komen Noordzee en Zuiderzee en Oosterschelde en Westerschelde dan aan

hun naam? Noordzee en Zuiderzee moeten worden gezien vanuit Friesland (dat zich van Alkmaar tot Bremen uitstrekt). De

Noordzee ligt ten noorden van Friesland (in het Deens wordt echter ook over Westzee

Kaart van Holland in de atlas van Filips Galle 1577. De eerste kaart van Holland met het wes-

gesproken).

ten boven

De Ooster- en Westerschelde is wat ingewikkelder. Oorspronkelijk was de Oosterschelde de monding van de Schelde, en

kaarten van Zeeland van Van Deventer en

wellicht nog andere wateren en gebieden

bij Antwerpen aan de westzijde een aftak-

heet de Oosterschelde nog gewoon ‘Scelde’

niet-noordgeoriënteerde kaart foutief

heette dan ook gewoon Schelde. Later is er king ontstaan die verbinding maakte met het veenriviertje de Honte. Beide takken werden respectievelijk Ooster- en

Westerschelde genoemd en behielden hun naam ook nadat ze enkele kilometers ten noorden van Antwerpen een grote bocht naar het westen maakten, waarbij de

Mercator (beide met het noorden boven!)

en de Westerschelde ‘Honte’ en ‘Dollaert’. In de atlassen van Blaeu (vanaf 1634) is sprake van ‘De Oosterschelde’ en ‘Den Hont ofte

Westerschelde’. Overigens, van Zeeland zijn nooit op het westen georiënteerde kaarten gemaakt.

Oosterschelde ten noorden van de Wester-

Tot slot

overigens nog betrekkelijk jong. Op de

Zuiderzee, Ooster- en Westerschelde en

schelde kwam te liggen. Deze namen zijn

De Geokrant 67

Laten we dus de verhalen dat Noordzee en

hun namen kregen van mensen die een

interpreteerden naar het rijk der fabelen

verwijzen. Leuke verhaaltjes, maar zonder enige werkelijkheid. Peter van der Krogt

Onderzoeksprogramma URU-Explokart,

faculteit Geowetenschappen, Universiteit Utrecht

(p.vanderkrogt@geo.uu.nl)


De Geokrant is een uitgave van

ThiemeMeulenhoff. Dit tijdschrift

­verschijnt twee keer per jaar ter onder­

steuning van de methode De Geo voor de onderbouw, leerwegen en tweede fase.

Voor meer informatie over de methodes

of over de artikelen uit deze Geokrant kunt u contact opnemen met onze klantenservice 088 - 800 2015. U kunt ook een e-mail sturen naar

degeokrant@thiememeulenhoff.nl.

ThiemeMeulenhoff Postbus 7 7200 AA Zutphen 978-11-112-5646-3


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.