9 minute read
Waardevolle refl ectie bij loopbaanoriëntatie
Waardevolle reflectie bij loopbaanoriëntatie
Wanneer heeft refl ectie meerwaarde? Sander Berendsen is innovatiedocent aan het Graafschap College en lerarenopleider aan de HAN. Hij ontwikkelde de methodiek ‘Leren van verhalen’ die studenten vrijer laat en beter werkt. Boris van Ast was student op het Graafschap College en heeft de methodiek van Sander kunnen ervaren.
Tekst: Martijn de Graaff
Berendsen twijfelde aan de gebruikelijke manier van reflecteren. Hij zag dat veel studenten reflectiemoe waren. “Sommigen van hen moesten binnen een lesperiode van tien weken maar liefst twaalf reflectieverslagen inleveren! Ja, dan zie je dat studenten het van elkaar kopiëren. Wat nog erger was: de ene student kreeg een 6, terwijl een ander met vrijwel hetzelfde verslag een 9 kreeg. ‘Wat is het doel?’, vroegen de studenten zich af.” Hij ziet binnen de reflectie in het kader van loopbaanoriëntatie, -ontwikkeling en -begeleiding, twee uitersten. “Aan de ene kant van het spectrum is reflectie beperkt tot een uurtje per week: vooral instrumenteel, fragmentarisch en resultaatgericht. Aan de andere kant, vooral bij sociale opleidingen, gaat het over vragen als: ‘Wat vóel je? Wat dóet het met jou?’. Studenten kunnen dan gaan piekeren, omdat ze helemaal nog geen handen en voeten kunnen geven aan reflectie.”
Luisteraars, vertellers en vragenstellers
“Vanuit mijn optiek is reflectie ten eerste een intrinsiek proces met de student als eigenaar”, zegt Berendsen. “En wederkerig: de ene keer ben jij de leraar, de volgende keer de student.” Dat is een gevoelig punt, beseft hij. Deze manier van denken en werken vraagt een andere rol van de docent en het management. “Het vraagt om luisteraars, vertellers en vragenstellers, niet louter om kennisoverdracht. Overigens pleit ik er niet voor om het onderwijs volledig op de schop te nemen, kennisoverdracht blijft nodig. De methodiek ‘Leren van verhalen’ start bij het verhaal van de lerende. Je moet de tijd nemen en maken. Dat was ook het geval bij Boris.” Boris van Ast begon tijdens de opleiding commercieel medewerker niveau 3 met ondernemen. Hij had al verschillende bedrijfjes toen hij in zijn laatste jaar Berendsen ontmoette. “We zagen elkaar elke twee weken. Voor mij waren die gesprekken erg waardevol.
En ook anders dan reflectiegesprekken die ik daarvoor had: die voelden als een invuloefening, terwijl Sander vroeg naar wat mij interesseerde, naar wat ik wilde bereiken en wat mij energie gaf.”
Van Ast had een duidelijke leervraag, hij wilde duurzame telefoonhoesjes gaan produceren. “Sander heeft me daarbij op twee manieren geholpen. Ten eerste door mijn gedachten te scherpen tijdens de gesprekken. Wat wil en moet ik weten? Daarmee kwam ik weer een stap verder. En vervolgens door mij te koppelen aan de Smart Hub Incubator Industrie Achterhoek. Daardoor ben ik met veel mensen in contact gekomen van wie ik veel kan leren.” Leren van unieke en persoonlijke (praktijk)ervaringen “Het mooie van Boris”, zegt Berendsen, “is dat hij zijn eigen leraren zoekt op basis van wat hij nodig heeft. Dat is natuurlijk het omgekeerde van ons onderwijssysteem. Hij is een voorbeeld van hoe ik reflectie en loopbaanoriëntatie voor me zie. Visueel ziet het eruit als een lemniscaat (zie figuur). Aan de linkerkant heb je de ervaringen en inzichten van een student. Vervolgens reflecteer je hierop en ga je naar de rechterkant. Je zet je ervaringen om in een plan, keuze, actie of leervraag.” “Je kunt ook aan de cognitieve kant van het lemniscaat instappen”, vervolgt Berendsen, “door informatie te verzamelen of een plan te maken. Deze verwerk je dan in een praktijkervaring.” Van Ast herkent zich volledig in wat Berendsen vertelt. “Ik heb een ervaring en dat zet me aan het denken: ‘wat heb ik hier van geleerd en wat kan ik ermee?’. Ik ben heel praktisch en nieuwsgierig en ik stel vragen. Zo leer ik van andere mensen. En zij van mij. Dat vond ik een mooi inzicht van de gesprekken met Sander: de ene keer is hij de docent, de andere keer ben ik dat. Het gaat erom dat je van elkaar leert, ongeacht je leeftijd of ervaring.”
LOB is je eigen verhaal vertellen
Berendsen is voorstander om het harde format van een reflectieverslag los te laten. “Laat studenten zelf een vorm kiezen. Studenten Pedagogisch Werk en Onderwijs kozen vaak voor een Albelliboek met foto’s van voor hen betekenisvolle ervaringen. Bij technische opleidingen werkt een gesprek voor, tijdens of na het maken van een product beter. Bij LOB gaat het erom te ontdekken waar je zelf blij van wordt en hoe je dát kunt verbinden met actuele beroepen en maatschappelijke vraagstukken.” Berendsen heeft Van Ast geïnspireerd om zijn kennis en ervaring met mbo-studenten te delen. “Wat ik hen Tips meegeef? Ik laat hen kennismaken met ondernemen, 1. Praat mét studenten, niet tegen hen maar misschien het belangrijkste dat ze zelf initiatief 2. Geef studenten de vrijheid om zelf een moeten nemen. In de lessen en in de stages. Koppel vorm te kiezen voor hun reflectieverslag wat je leuk vindt en waar je goed in bent aan waar 3. Neem de betekenisvolle ervaringen mee in een stagebedrijf behoefte aan heeft. Op die manier LOB-gesprekken kom je dichter bij je talenten en leerdoelen. En kun je je eigen toekomst bepalen.”
Sander Berendsen
Meer weten?
• De methodiek en het boek: ‘Leren van verhalen’ is gratis te downloaden op www.lerenvanverhalen.nl of fysiek te bestellen via www.bol.com/be/nl/.
• Op www.expertisepuntlob.nl/tools/praktijkvoorbeelden-lob staan veel praktijkvoorbeelden (zoals die van Sander Berendsen). De regio-contactpersonen van Expertisepunt LOB denken graag met je mee over loopbaanoriëntatie, -ontwikkeling en -begeleiding binnen jouw school, bestuur en/of regio. Een regionaal overzicht vind je op www.expertisepuntlob.nl/regionaal/regiocontactpersonen.
Pilot MBO Card met budget van start
Een verrijking voor het Burgerschapsonderwijs!
Staatssecretaris Cultuur en Media, Gunay Uslu heeft vanaf september 2022 voor alle mbo-studenten via de MBO Card cultuurbudget beschikbaar gesteld. Dit budget kan via de school worden verdeeld. Het gaat om een totaalbedrag van 10,50 euro over twee jaar per student, om aan binnen- en buitenschoolse activiteiten te besteden. Dit verlaagt samen met de CJP kortingspas de fi nanciële drempel voor culturele activiteiten.
Deelname met of zonder bijdrage school
Mbo-scholen kunnen kiezen uit dezelfde opties als de scholen voor het voortgezet onderwijs. Investeert de school zelf ook 10,50 euro per student, dan ontvangen ze 10,50 euro bonus van OCW over twee jaar en een gratis CJP kortingspas per student. Daarmee is er dus een bedrag van 21 euro per student beschikbaar. Wil of kan de school de 10,50 euro niet inleggen, is er ook een alternatieve variant beschikbaar waarbij de student een bonus ontvangt die alleen voor individuele activiteiten kan worden ingezet.
MBO Card dossier
Scholen kunnen direct beschikken over een online MBO Card dossier, waarin studenten hun culturele ervaringen kunnen vastleggen, en waarin docenten onder andere lesopdrachten kunnen delen. Docenten kunnen het MBO Card dossier volledig naar eigen inzicht inrichten. De studenten werken aan de opdrachten en reflecteren hierop. Daarnaast hebben zij de ruimte eigen werk te produceren en te presenteren. De docent heeft inzicht in de voortgang. Hiermee ontstaat een dossier waarmee alles rond burgerschap bij elkaar komt.
Een verrijking voor het Burgerschapsonderwijs
De twee doelen van de MBO Card met budget zijn de culturele ontwikkeling en het bevorderen van burgerschapscompetenties bij mbo-studenten. Burgerschap kan een apart vak zijn, onderdeel vormen van reguliere vakken of bestaan uit het verwerven van ervaringen in de vorm van excursies, workshops en voorstellingen. Er kunnen zowel binnen- als buitenschoolse activiteiten geboekt worden.
CJP-directeur Walter Groenen over de MBO Card: “Voor heel veel vakopleidingen is creativiteit een basisvoorwaarde. Dat geldt voor retailmanagers, vormgevers, vertegenwoordigers en eventmanagers, maar ook voor minder commerciële beroepen zoals verpleegkundigen, onderwijsassistenten en agenten. Leren denken in mogelijkheden, alternatieven bekijken en daarover te kunnen praten maakt je als vak-expert beter. Om cultuureducatie in het mbo te laten slagen,
is het niet alleen belangrijk om te zoeken naar mogelijkheden in het curriculum zoals bij burgerschap, maar ook om naar de behoefte van de student te luisteren. Aangezien er ruim 500.000 mbo-studenten zijn en ruim 60 mbo-scholen met uiteenlopende opleidingen, ligt hier wel een uitdaging. Toch is er een aantal overkoepelende uitgangspunten.”
Culturele activiteiten
Voorstellingen en workshops op school of op pad met de klas naar theater, film en musea: via de marktplaats komen scholen en culturele instellingen bij elkaar. Om een beeld te vormen van wat er allemaal
1 Januari 2016 werd de MBO Card officieel door CJP en JOB gelanceerd in het mbo, destijds nog zonder budget. In het eerste jaar werd de MBO Card meteen massaal aangevraagd. 86% van alle mbo-studenten (420.000) ontving een MBO Card. Er waren 66 mbo-scholen bij betrokken en voor bijna 5000 docenten werd een docentenpas aangemaakt voor korting op museumbezoek, concerten en andere culturele evenementen. De MBO Card werd gebruikt door 98% van alle scholen. mogelijk is op het gebied vancultuureducatie in het mbo kun je deze QR-code scannen:
Digitale CJP
Los van het budget krijgen alle studenten ook een gratis digitale CJP die korting biedt op bios, musea, voorstellingen, festivals en meer! Dit aanbod is te vinden op cjp.nl.
Rozemarijn Schouwenaar en Huub Braam, van het LKCA zijn blij met de pilot. “Alle initiatieven die de culturele ontwikkeling van mbo-studenten ondersteunen zijn nodig. Als gevolg van onder meer de coronacrisis is het belangrijk om niet alleen aandacht te besteden aan de leerachterstanden, maar zeker ook aan de leef-achterstanden.”
Onderzoek van de onderwijsinspectie is duidelijk: ‘Tijdens de coronacrisis ging het slechter met studenten dan daarvoor in mentaal, sociaal en fysiek opzicht’. Dit sluit aan bij signalen die we horen vanuit de mbo-sector. “Je kunt een hyperfocus hebben op leerachterstanden, maar wij vinden leef-achterstanden nu net zo belangrijk, zo niet belangrijker”, vertelt Practor Brede Vorming Koen Vos/ ROC Friese Poort. Om te werken aan deze leef-achterstanden zijn kunst en cultuur volgens Vos en ook de voorzitter van de RvB Remko Meijerink belangrijke middelen. Huub en Rozemarijn vervolgen: “Met cultuureducatie werk je aan verbinding, weerbaarheid en empathisch vermogen”. Dit zijn allemaal competenties die hard nodig zijn en een plek moeten krijgen binnen burgerschap, binnen persoonsvorming. Dat de MBO Card een plek krijgt binnen burgerschap is een natuurlijke verbinding, omdat we uit praktijkonderzoek weten dat de meeste kunst- en cultuurinitiatieven in burgerschap (en/of Nederlands) worden uitgevoerd.
LKCA adviseert in de Pilot MBO Card en werkt aan meer cultuureducatie op het mbo door onderzoek en kennisdeling. Info:
www.lkca.nl/categorie/werkveld/mbo/ www.lkca.nl/artikel/cultuuronderwijs-mbo-friese-poort/
Aanmelden
De pilot die inmiddels gestart is, loopt tot aan het einde schooljaar ’23-’24. Meld het bij je teamleider of voorzitter RvB als je wilt deelnemen aan de pilot MBO Card met budget. Meer weten of de school direct aanmelden kan via: mbocard@cjp.nl Meer informatie vind je op: educatie.cjp.nl/cjp-in-het-mbo