19 minute read

Hoe geef je cultuureducatie een serieuze plek?

Acht concrete handvatten

Steeds meer mbo-opleidingen gaan aan de slag met cultuureducatie, vaak binnen burgerschap. Op basis van ervaringen van drie voorlopers – ROC Friese Poort, ROC Midden Nederland en ROC Zadkine – geeft LKCA acht concrete handvatten om cultuureducatie een serieuze en duurzame plek te geven in het mbo.

Tekst: Huub Braam, Rozemarijn Schouwenaar, Anneloes Vermeulen (LKCA), Jorien van Treeck en Anne Wester (TalentenLab) In interviews met het bestuur en docenten van deze ROC’s én met culturele instellingen is LKCA op zoek gegaan naar de succesfactoren voor duurzame cultuureducatie. Wat opvalt is dat ze alle drie een duidelijke visie op cultuureducatie hebben en met diverse partners samenwerken.

De drie voorlopers

ROC Friese Poort: brede vorming

Dit ROC koppelt brede vorming aan kunst en cultuur in haar missie en visie en geeft dit vorm via het Practoraat Brede Vorming. Practor Koen Vos vertaalt brede vorming naar een aantal deugden waaraan de studenten werken: empathie, solidariteit, rent-meesterschap, rechtvaardigheid, moed en verstandigheid. Hier zijn de afgelopen periode bijzondere kunstprojecten, samenwerkingen en culturele ontmoetingen uit voortgekomen.

ROC Zadkine: Community of Practice

Dit ROC heeft een unieke samen-werking met negen culturele instellingen in Rotterdam: een leergemeenschap o.l.v. Kennis-centrum Cultuureducatie Rotterdam (KCR). Studenten van verschillende opleidingen deden stageopdrachten in de culturele sector. Zowel artistieke opdrachten, zoals een film en theaterproductie maken bij Theater Rotterdam, als meedraaien achter de schermen, bijvoorbeeld bij het Internationale Film Festival Rotter-dam. Centraal stonden het (mede)eigenaarschap van studenten, diversiteit en inclusie.

ROC Midden Nederland: Studentenverhalen

Studenten van verschillende opleidingen en leerjaren maken in theater De Lieve Vrouw kennis met professionele theatergezelschappen en film. Het project is gericht op de persoonlijke ontwikkeling en beroepsvaardigheden van de studenten. Studenten voeren na de voorstelling een gesprek met het publiek (ook studenten).

De aanpak van deze drie voorlopers verschilt, maar het LKCA ziet ook duidelijke overeenkomsten: factoren die ervoor zorgen dat ze succesvol zijn. In totaal onderscheiden ze acht concrete handvatten voor succesvolle implementatie van duurzame cultuureducatie in het mbo.

Vrijdag 18 maart 13.00-16.30 uur MBO Inspiratiemiddag: De kracht van cultuureducatie

1. Werk met vaste aanspreekpunten

Bij alle voorlopers zijn ‘inspirators’ betrokken die als vast aanspreekpunt fungeren en vanuit enthousiasme een aanjagende rol vervullen. Het is echter belangrijk niet louter te bouwen op enthousiaste enkelingen, maar structureel te zorgen voor vaste contactpersonen.

2. Zorg voor draagvlak op hoger niveau

Hoewel het een positieve ontwikkeling is dat ROC’s kunst en cultuur zien als onderdeel van de persoonlijke ontwikkeling van studenten, blijft het kwetsbaar dat dit niet is opgenomen in de visie van de scholen. Als kunst en cultuur expliciet wordt vastgelegd in de visie en missie van de school wordt de voedingsbodem voor cultuureducatie steviger.

3. Maak een directe koppeling met het curriculum

De succesverhalen betreffen allemaal voorbeelden waarbij er een duidelijke inhoudelijke verbinding is tussen cultuureducatie en de opleiding en/of het curriculum. Ook als een project gericht is op algemene leerdoelen, werkt het goed om een koppeling te maken met het beroep waarvoor studenten worden opgeleid.

4. Zorg voor kruisbestuiving

Teamleden, docenten en studenten van verschillende opleidingen komen elkaar niet vaak tegen. Culturele activiteiten bieden de mogelijkheid tot contact en uitwisseling met andere opleidingen van de eigen instelling of binnen de regio. De drie voorlopers kiezen er expliciet voor om verschillende opleidingen en leerjaren met elkaar in aanraking te laten komen. Dit zorgt voor kruisbestuiving van kennis en ervaring.

5. Focus op co-creatie

Bij de voorlopers zien we een intensieve samenwerking tussen de onderwijs- en culturele sector. Door projecten in co-creatie te ontwikkelen wordt het eindproduct beter en ontstaat er meer draagvlak.

6. Blijf investeren

Mbo-scholen doen dit om verschillende redenen vaak nog beperkt. Toch ziet LKCA bij de voorlopers wel een aantal mbo-scholen die financieel investeren in kunst en cultuur. Uit de gesprekken blijkt dat een groot deel van hen in eigen tijd werkt. Dat maakt de duur-zaamheid kwetsbaar. Duurzame inbedding van cultuureducatie vraagt om investering in tijd en geld.

7. Leer en participeer op locatie

Gemiddeld genomen komen mbo-studenten minder in theater en musea dan leeftijdgenoten. Een van de redenen is dat ze dit niet van huis uit meegekregen hebben. Voor cultuurdeelname van deze groep jongeren moeten dus drempels weggehaald worden, bijvoorbeeld door hen de kans te geven buitenschools cultuur te bezoeken.

8. Gebruik de stem van studenten

Laat de studenten meedenken, meebeslissen en meemaken. Door ze in een vroeg stadium bij een cultuurproject te betrekken, sluit dit beter aan bij hun belevingswereld.

Lees meer via:

Kom ook naar de online landelijke inspiratiemiddag van LKCA, FCP, CJP en Fonds 21.

Hoe zorgen we ervoor dat zoveel mogelijk mbo’ers worden verrijkt met cultuureducatie? Wat heb je nodig aan kennis, onderzoek, tips en tools voor (verdere) ontwikkeling van cultuureducatief aanbod? Met welke partners werk je samen? Wat kunnen we leren van opgedane ervaringen? Met Karim Amghar als moderator neem je deel aan een interactieve talkshow, navigeer je naar een ontmoetingsplaats en kies je een workshop, o.a. over co-creatie met studenten, burgerschap en kansengelijkheid.

Bekijk het programma en meld je aan via: Voor meer informatie kun je contact opnemen met Khadija: k.azahaf@gmail.com.

Week van het geld: sparen, begroten, beleggen

Op weg naar financiële zelfredzaamheid

De Week van het geld komt er weer aan. Voor scholen hét moment om studenten wegwijs te gaan maken in de wereld van het geld. ‘Met geld kun je dromen verwezenlijken.’

Tekst: Heleen de Bruijn

Je zou docent Karim Belhaj een man met een missie kunnen noemen. Hij streeft er namelijk naar jongeren zo goed mogelijk in te leiden in de wereld van het geld. De kiem daarvoor lag in zijn eigen jeugd, toen hij er zelf op 18-jarige leeftijd achterkwam dat je eenvoudig naar een bank kon gaan en met een lening op zak de deur van het bankfiliaal weer achter je dicht kon trekken. ‘Ik deed dat dus, maar kwam er vervolgens achter dat je zo’n lening natuurlijk ook moet terugbetalen.’ Dat was een stuk minder eenvoudig, vertelt de leraar economie en ondernemen op het Albeda College in Naaldwijk. Belhaj is een warm pleitbezorger van financiële educatie op scholen. In zijn mbo-klassen komt hij het tegen: jongeren die zo snel mogelijk, zoveel mogelijk geld willen verdienen. Bijvoorbeeld door te speculeren met crypto’s. ‘Je ziet ook dat bijvoorbeeld geld lenen van anderen steeds makkelijker gaat naarmate ze minder hebben. Ze raken in de schulden, maar steken vervolgens hun kop in het zand voor de gevolgen. Daarom probeer ik ze educatie te geven waar studenten echt iets aan hebben in het leven.’

Week van het geld

Om financiële educatie een structureel onderdeel te laten zijn in het onderwijs, wordt daar in de Week van het geld (28 maart t/m 1 april) met allerlei activiteiten aandacht voor gevraagd. Het thema: van Doekoe tot Digi. Volgens Oscar de Grave, projectmanager van de Week van het Geld is het belangrijk dat kinderen en jongeren al vroeg goed met geld leren omgaan. ‘Zodat ze financieel zelfredzaam zijn op het moment dat ze op eigen benen staan. We willen het scholen makkelijk maken hiermee aan de slag te gaan.’ Zo kunnen docenten in het mbo de geldspecial aanvragen om uit te delen in de klas. Een magazine met niet alleen uitleg over zaken als online fraude en phishing, maar ook met veel tips over sparen, je geldzaken op orde houden, interviews met mbo-studenten en wat je moet regelen als je 18 wordt. Verder bieden partners uit de financiële sector gratis gastlessen aan over specifieke onderwerpen,

zoals het verschil tussen beleggen en speculeren, financiële planning en zorgverzekeringen. Nieuw is ook een samenwerking met radiozender FunX om met jongeren in gesprek te gaan over geldzaken.

Natuurlijk moment

Volgens De Grave gaat het in het mbo vaak om jongeren die al vroeg stappen maken naar een baan en een salaris, met alle verantwoordelijkheden die daarbij komen kijken. ‘Ook het moment dat jongeren 18 worden, is belangrijk. Dan word je geacht financieel zelfstandig te zijn, een eigen zorgverzekering af te sluiten, studiefinanciering aan te vragen, en ben je zelf verantwoordelijk voor je bankzaken, abonnementen etc.’

Studieschuld

Karim Belhaj besteedt in al zijn lessen aandacht aan financiële educatie. ‘Dus niet alleen maar in mijn mentorgroep, zodat zoveel mogelijk studenten ervan kunnen profiteren.’ Al tijdens zijn opleiding tot leraar begon hij zelf met het maken van lessen financiële educatie. ‘Ik vind dat heel leuk om te doen. Wat ik in mijn lessen vaak als eerste doe, is inloggen in het DUO-systeem. Daar kunnen ze zien dat ik zelf op het mbo ben begonnen en daarna ben doorgestroomd naar het hbo. Maar vooral ook wat me dat aan studiegeld heeft gekost. Daar schrikken ze flink van.’ Ook laat hij zijn marketingstudenten onderzoeken doen. Zo komen onderzoeksonderwerpen aan bod als ‘hulp bij DUO’, ‘begroten van spaargeld’ en ‘Unibet’, waar je online kunt gokken op wedstrijden. Dat laatste doen veel jongeren en ze zien het als een spelletje, terwijl je er veel geld mee kunnen kwijtraken.’

Blije studenten

Volgens Karim zijn studenten blij dat hij aandacht besteedt aan de wereld van het geld. ‘Ze vinden het geweldig en durven zich ook kwetsbaar op te stellen.

Ik sta niet met het wijzende vingertje voor de klas, maar ga met ze in gesprek. Je stapt in hun belevingswereld en dan ontstaat er mooie interactie. En leren ze ook van elkaar.’ De Grave is het met Belhaj eens: ‘Het belerende vingertje werkt niet in het mbo. Oscar de Grave Maar aandacht voor geldzaken is wel nodig. Geld is door de digitalisering abstracter geworden. Wie heeft er nog contant geld? Digitaal biedt veel gemak, maar met dat gemak komen ook financiële risico’s. De drempel om iets online te kopen is erg laag, en dan kan je ook nog achteraf betalen.’

Dromen

Aan de andere kant, geld is ook leuk, meent De Grave. ‘Met geld kun je dromen verwezenlijken. Dus laat jongeren zien hoe je met geld omgaat om die dromen te realiseren. Of het nu gaat om een rijbewijs, een reis, bijdragen aan het welzijn van anderen of het kopen van huis.’

Doe mee!

Kijk op www.weekvanhetgeld.nl voor het programma van de Week van het geld (28 maart t/m 1 april). Boek je gastles en bestel de gratis geldspecial.

Salaris, hypotheek, zorgverzekeringen én de verleidingen Goed inzicht in geldzaken helpt jongeren vooruit

Omgaan met geld moeten jongeren allemaal leren. Maar hoe? Thuis is het niet altijd een gespreksonderwerp, op school evenmin. De stichting LEF (Leven en Financiën) heeft daarom een lesprogramma gemaakt voor mbo scholen, waarmee jongeren in icht krijgen in hun eigen fi nanciën.

Tekst: Heleen de Bruijn

Valerie van den Berg (32) Docent en loopbaanbegeleider Valerie van den Berg (32), docent en loopbaanbegeleider op Yuverta mbo in Tilburg, merkt dat haar studenten behoefte hebben aan informatie over geldzaken. ‘Ik geef les in leerjaar 1, 2 en 3 en vooral de jongere studenten weten er vaak nog niet zoveel van. Ik krijg er in ieder geval geregeld vragen over, bijvoorbeeld over hypotheken en zorgverzekeringen. We hebben er dan gesprekken over: hoe werkt het later?’ Tijd voor actie, dat was duidelijk. Via Wijzer in Geldzaken kwam Valerie uit bij het programma van LEF. ‘Dat begint echt bij de basis.’

Ze vroeg het lesprogramma aan en ging met haar studenten aan de slag. Een kleine greep uit de onderwerpen in het lesprogramma: hoeveel geld heb je in de maand om uit te geven, spaar je voor later en hoe houd je je eigen administratie goed bij?

Verleidingen

Volgens stichting LEF is goed met geld omgaan voor volwassenen al lastig, maar voor jongeren helemaal. Jongeren komen constant in de verleiding om hun geld uit te geven. En geld wordt steeds abstracter; kopen op afbetaling is een fluitje van een cent. Online gokken en speculeren met crypto’s is heel verleidelijk, aldus de makers van het lesprogramma. Valerie vertelt dat haar studenten over het algemeen niet zo vaardig zijn in het omgaan met hun geldzaken. ‘Thuis krijgen ze het ook niet altijd mee. En het viel me op dat veel van de eerstejaars nog geen bijbaantje hebben.’

Ik kan het absoluut aanbevelen. Het belangrijkste doel is jongeren helpen bewuste, financiële keuzes te maken

De lessen van LEF bestaan uit drie modules. ‘Hoe krijg je je geldzaken op orde’ gaat over bijvoorbeeld administratie, hoe regel je je bankzaken en hoe spaar je. Module 2 gaat over hoe je je geld uitgeeft. Daarbij komen zaken aan bod als vaste lasten, toekomstplannen en de consequenties en risico’s van geld uitgeven. In module 3 gaat het over hoe je aan geld komt; lenen, zelf geld verdienen, maar ook bijvoorbeeld over belastingteruggave en de zorgtoeslag.

Bij elke module hoort ook een gastcollege, waarin gastdocenten met jongeren het gesprek aangaan. Ter voorbereiding op die gastlessen worden in de thema’s van deze modules opdrachten gemaakt. Zo maken studenten bijvoorbeeld foto’s van de spullen die ze in een week hebben gekocht. Aan het eind van elke module schrijven ze vervolgens een ‘brief’ aan zichzelf, bijvoorbeeld over waarvoor ze willen sparen. Deze sturen ze vervolgens digitaal naar LEF en een paar maanden later krijgen ze nog een reminder per sms: hoe gaat het met je spaardoel?

De gastdocenten werken of werkten veelal zelf in de financiële sector. Zo kwam er in de klas bij Valerie onder meer een accountant over de vloer. ‘Gastdocenten haken in op genoemde thema’s, ondersteund met pakkende filmpjes en met onderwerpen die aansluiten op wat de studenten aan voorbereidingen hebben gedaan. Zo brengen studenten bijvoorbeeld hun inkomsten en uitgaven in kaart, denken ze na of ze voor een baas willen gaan werken of liever zzp’er worden, gaan ze in gesprek over hun toekomstdromen en zoomen ze in op hoe ze omgaan met hun geld.’

Gastlessen door mensen uit de financiële praktijk

Gastlessen zijn kosteloos en kunnen zowel fysiek als online worden gegeven. Fysiek zijn het drie lessen van 90 minuten elk, gegeven door een koppel van twee gastdocenten. Online worden twee gastlessen gegeven van 60 minuten. Dat gebeurt door één gastdocent. Er is elke week 1 les. De eigen vakdocent burgerschap of docent loopbaanbegeleiding is tijdens de lessen aanwezig, maar hoeft geen actieve rol te vervullen.

Heb je interesse in een gastles van LEF?

Kijk dan op lefnet.nl/voor-scholen of stuur een mail naar: info@lefnet.nl

Onzekere toekomst

Valerie is heel enthousiast over de inhoud van de lessen. ‘Ik kan het absoluut aanbevelen. Het belangrijkste doel is jongeren helpen bewuste, financiële keuzes te maken. Het is een mooi streven hen wegwijs te maken, gericht op hun eigen toekomst. Het is ook echt belangrijk, zeker nu.’ Want hun toekomst is onzeker, meent stichting LEF. Mbo-studenten staan voor (grote) financiële opgaven. Om een huis te kunnen kopen, moeten ze eigen geld in kunnen leggen en dus sparen. Door stijgende zorgkosten wordt goede zorg waarschijnlijk alleen maar duurder. En de pensioenbijdrage wordt lager, dus ze moeten ook zelf sparen voor een goede oude dag. Bovendien gaan studenten na hun mbo vaak fulltime werken en krijgen dus een volledig salaris. Van een bijbaan met 400 euro per maand naar een salaris van 2000 euro per maand is een grote stap. Al deze ontwikkelingen bij elkaar maakt het belangrijker dan ooit dat jongeren goed inzicht en overzicht hebben over hun geldzaken, zodat ze verantwoorde keuzes kunnen maken.

Gastles over pensioen? Moet je doen!

De gastles Nu voor later is gemaakt om mbo-studenten na te laten denken over hun fi nanciële toekomst. Wat kun je nu al doen, om ook later prettig te leven? Een belangrijk onderwerp, waar vooralsnog tijdens de studie weinig aandacht aan wordt besteed.

Tekst: Marleen Veldhuis-Buijsman

We vallen meteen met de deur in huis. Met ‘financiële toekomst’ bedoelen we pensioen. Een waardevol financieel onderwerp – gemiddeld 200.000 euro per persoon – waar nu bij jongeren weinig tot geen aandacht voor is. De eerste gedachte bij het horen van het woord ‘pensioen’ is vaak: ‘dat is toch iets voor later?’ of: ‘er zijn wel urgentere (financiële) onderwerpen om in de beschikbare tijd aan mijn studenten mee te geven’. Dit is herkenbaar. Daarom willen we even stilstaan bij wat jij weet over jouw pensioen. Van wie en waar heb jij voor het eerst iets gehoord over pensioen? En weet jij hoe je er later financieel voor staat? Als je zelf goed bent voorbereid op je financiële toekomst, dan zie je het belang van het aanvragen van deze gastles voor de studenten. Zo niet dan is het nog belangrijker om de gastles Nu voor later aan te vragen voor de studenten. Zo krijgen de studenten waardevolle kennis en vaardigheden mee voor als zij straks de arbeidsmarkt betreden én word je zelf ook wijzer over pensioen.

Doel: jongeren eerder informeren over pensioen

Het moment waarop jongeren voor het eerst met pensioen in aanraking komen, is als ze aan het werk gaan. En zelfs dan blijft de arbeidsvoorwaarde onderbelicht, want arbeidsvoorwaarden als salaris en vakantiedagen krijgen meer aandacht. Daarom zet de Pensioenfederatie zich in voor het geven van gastlessen over pensioen aan mbo-studenten. Zodat ze tijdens hun studie informatie krijgen over de arbeidsvoorwaarde pensioen in het kader van hun rechten en plichten als werknemer en leren ze wat het effect kan zijn van het tijdig opzij zetten van geld

Ze leren wat het effect kan zijn van het tijdig opzij zetten van geld voor later van geld voor later

voor later. Steeds meer jongeren beginnen als zelfstandige. Nu voor later behandelt daarom ook het verschil tussen werken in loondienst en werken als zelfstandige.

Pensioen is meer dan alleen inkomen voor later

Pensioen is in Nederland een secundaire arbeidsvoorwaarde. We kunnen stellen dat een werknemer gemiddeld één dag per week werkt voor zijn pensioen. Veel werkgevers bieden pensioen als arbeidsvoorwaarde aan, maar dit geldt niet voor alle werkgevers. Daarom is het belangrijk om toekomstige werknemers op de arbeidsmarkt tijdens hun studie informatie over pensioen te geven. Naast ouderdomspensioen, bieden veel pensioenfondsen ook nabestaandenpensioen, wezenpensioen en arbeidsongeschiktheidspensioen aan. Dat zijn drie vormen van financiële bescherming. Voor je partner en kind, mocht jij komen te overlijden. En voor jezelf, mocht je arbeidsongeschikt worden. Pensioen is dus veel meer dan alleen het inkomen voor later. Daarom vinden we het onder de aandacht brengen van en het vergroten van de betrokkenheid bij de arbeidsvoorwaarde pensioen zo belangrijk.

Verloop van de gastles Nu voor later

In Nu voor later komen essentiële zaken met betrekking tot geld voor nu en voor later aan bod, die mbo-studenten volgens de leerdoelen van het vak loopbaan en burgerschap moeten kennen en kunnen. De digitale, online toegankelijke les bestaat uit verschillende klassikale en individuele onder-delen. De opdrachten worden gedaan op tablet of laptop. Aan de hand van een unieke code loggen de studenten in. Er zijn stellingen om in de klas te bespreken en opdrachten die worden afgestemd op de vragen die de studenten hebben beantwoord. Nu voor later biedt veel ruimte voor het beantwoorden van gestelde vragen en de gastdocent kan uitleggen wat een pensioenfonds precies doet.

De Pensioenfederatie is de overkoepelende belangenbehartiger van bijna alle Nederlandse pensioenfondsen. Zij vertegenwoordigt namens 189 pensioenfondsen de belangen van 5,9 miljoen deelnemers: 3,6 miljoen gepensioneerden en 9,7 miljoen gewezen deelnemers. De pensioenfondsen van de Pensioenfederatie beheren samen circa 1.700 miljard euro. De Pensioenfederatie is o.a. partner van Wijzer in geldzaken.

Na de les begrijpen de studenten waarom het belangrijk is om vroeg te beginnen met het opbouwen van pensioen en kennen ze de momenten in hun leven waarop ze hun pensioen moeten checken. Ook zijn de studenten in staat om: • na te gaan of zij pensioen opbouwen; • te beoordelen of het pensioen dat zij opbouwen, voldoende is; • indien nodig zelf voor (extra) pensioen te sparen.

Gratis gastles Nu voor later aanvragen? Zo doe je dat

Vraag een gratis gastles aan op www.nuvoorlater.nu. Als je een gastles aanvraagt, komt een gastdocent die werkzaam is in de pensioensector bij je in de klas om de les te geven. Gezien de huidige omstandigheden met COVID-19 behoort een hybride gastles ook tot de mogelijkheden. Dit wordt afgestemd tussen gastdocent en docent. De les kan overigens ook tijdens het vak economie of een mentoruur gegeven worden.

Liever de les zelf geven?

Op www.nuvoorlater.nu kun je ook zelf de les bekijken en de docentenhandleiding downloaden. Het is ook mogelijk om zelf de les te geven. De stapsgewijze handleiding helpt je hierbij.

In 6 lessen gaan studenten aan de slag met eten en eetgedrag: wat krijg ik eigenlijk allemaal binnen? En is dat gezond? Hoe zit het met duurzaamheid? Hoe blijf ik verleidingen de baas? Speciaal ontwikkeld voor het mbo, niveau 2-4, vak Vitaal Burgerschap!

Gezond eten? Dat staat misschien niet bovenaan het prioriteitenlijstje van de meeste jongeren. Terwijl het ook voor hen belangrijk is. In deze 2 lessen nemen studenten hun eigen eetgedrag onder de loep, leren ze meer over de Schijf van Vijf en verschillende apps en tools die kunnen helpen om gezonder te eten. Ook kijken ze op welk punt ze hun eigen eetpatroon kunnen veranderen.

Op school, op straat of in het station: de kans is groot dat studenten gedurende de dag allerlei voedselverleidingen tegenkomen. Hoe gaan ze daarmee om? In deze 2 lessen leren studenten de plekken kennen waar ze verleid worden door ongezond eten, om zo hun bewustzijn te vergroten. Ook gaan ze aan de slag met een ALS-DAN-plan om zich te wapenen tegen ongezonde snacks.

GRAAN bij de boer

oogsten D

Brood fabriek

andere ingrediënten andere ingrediënten

Meel maken Meel maken

BROOD BROOD vers brood vervoer

SMAKELIJK ETEN!

Voedsel legt een hele weg af voordat het op ons bord belandt. Als je je daarvan bewust bent, denk je misschien wel twee keer na voordat je eten weggooit. Daarom duiken studenten in deze 2 lessen in de herkomst van eten, aan de hand van een veelgebruikt product: brood. Ook leren ze over de impact van de voedselproductie op onze planeet en kijken ze naar hun eigen verspillingsgedrag. Gooien ze nu vaak iets weg wat je eigenlijk nog kunt eten of drinken? Of zijn ze al best goed bezig?

This article is from: