LM20 NL v9.1_Layout 1 2/12/11 09:18 Page 1
INTERVIEW WALTER GOOSSENS (JLL): « VASTGOEDMARKT PROFITEERT VAN INSOURCING »
Het magazine voor de logistieke dienstverlener
NOVEMBER 2011 - 6DE JAARGANG NR. 20 - AFGIFTEKANTOOR: GENT X - ERKENNING: P2A6244
DOSSIE
R
S M W
DE ROI VANICT
P.19
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:32 Page 2
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 3
DE
3PL-
ZEEPBEL
04 SPOTLIGHT Supply Chain Risk Management, deel twee: Het Vlaams Instituut voor Logistiek (VIL) effent het pad
06 NEWS Wat is er de voorbije weken en maanden veranderd in het logistieke landschap?
13 REAL ESTATE • Vastgoedbevak WDP maakt zijn halfjaarresultaten bekend: p. 13 • Interview: LOGISTICS Management sprak met Walter Goossens (Jones Lang Lasalle): p. 14
17 DOSSIER HANDLING Welke merken scoorden het voorbije jaar goed in de verkoopslijstjes? “De Chinezen komen”: Moeten de Europese merken zich zorgen beginnen maken?
22 GAZELLEN TRANSPORT & LOGISTICS Transuniverse Forwarding, European Freight Services en UPS werden onlangs bekroond tot Gazelle Transport & Logistics in hun categorie. Waaraan ze dat juist verdiend hebben?
26 CASE STUDY SKF Logistics Services uit Tongeren, de logistieke divisie van kogellagerfabrikant SKF, doet er alles aan om de beladingsgraad te verhogen. Wij gingen op bezoek bij de winnaar van de OTM Award.
28 DOSSIER WMS • Waarom is een Warehouse Management System zo onmisbaar? (p. 30) • Case Study: Garden Trade International (p. 32) • Het Uni-Video systeem van GLS ziet alles (p. 34)
Een uitgave van
Goed nieuws voor de logistieke dienstverleners: uit onderzoek van Capgemini Consulting blijkt dat het gebruik van 3PL-diensten wereldwijd toeneemt. Vooral in de BRIC-landen is een duidelijke groei zichtbaar. Verladers waarderen daarbij vooral de expertise op vlak van regelgeving en de optimalisatie van hun goederenstromen. Kortom: ze vinden bij de logistieke dienstverleners de schat die ‘added value’ heet. Toch is er ook minder goed nieuws voor de 3PLers uit onze contreien. Toegegeven, ook wij schrokken ons een hoedje toen Walter Goossens, Head of Industrial Leasing bij Jones Lang Lasalle, ons langs de neus weg vertelde dat er bij de verladers een duidelijke trend naar logistieke insourcing waar te nemen valt.“Om de efficiëntie te verhogen”, zo voegde Goossens er nog aan toe. Nadat we even de Een logistieke wenkbrauwen gefronst hadden – wordt een 3PL-er niet net onder dienstverlener hoort aan de arm genomen om de het einde van de rit zowel efficiëntie te verhogen? – wilden op operationeel als op we daar toch het fijne van weten. financieel vlak de beste Een logistieke dienstverlener keuze te zijn. hoort aan het einde van de rit zowel op operationeel als op En dat bleek dus niet altijd financieel vlak de beste keuze te het geval, toen een aantal zijn. En dat bleek dus niet altijd het Belgische bedrijven hun geval, toen een aantal Belgische eind-afrekening bedrijven hun eindafrekening maakten. maakten. Hallo, Capgemini? "Het is van vitaal belang dat 3PL-ers en verladers nauw samenwerken en dat 3PL-ers innovatief blijven door echt toegevoegde waarde te bieden aan verladers en te helpen deze tendens te keren”, zo klinkt het daar. Stellen dat het hele 3PL-verhaal een grote zeepbel is, zou ons meer dan een brug te ver leiden. Het staat buiten kijf dat er voor de logistieke dienstverlener een hoofdrol is weggelegd in de optimalisatie van de goederenstroom. Maar wie applaus wil oogsten aan het eind van de voorstelling, moet meer doen dan alleen zijn tekst kennen. Kristof Winckelmans, Hoofdredacteur. kristof.winckelmans@transportmedia.be
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER • Christophe Duckers - www.transportmanagement.be - Automotive Media Centre - Z.1. Researchpark 20 1731 Zellik - tel. 02 467 61 60 - fax 02 467 61 62 - info@transportmedia.be • chief executive officer • Philippe Quatennens • managing director • Christophe Duckers • REDACTIE • redactiedirecteur • Christophe Duckers - christophe.duckers@transportmedia.be • hoofdredacteur • Kristof Winckelmans kristof.winckelmans@transportmedia.be • eindredactie • Philip De Paepe - Kristof Winckelmans • medewerkers • Tom Mondelaer - Frédéric Willems - Alain Vandersande - Guillaume Maris - Luc De Smet - Erik Roosens • vertaling • Kate Janssen • fotografie • André Matthijssens - Alexander von Buxhoeveden Georges De Coster • SALES & MARKETING • project managers • Ludo Vranken - GSM 0497 45 37 70 - ludo.vranken@transportmedia.be • Juan Berruezo tel. 02 467 61 60 - GSM 0478 75 40 44 - juan.berruezo@transportmedia.be • marketing • Frédéric Willems - frederic.willems@transportmedia.be • ABONNEMENTEN • Rita Van der Linden - rita.vanderlinden@effectivemedia.be - tel. 02 467 61 61 - fax 02 467 61 62 • PRODUCTIE • vormgeving • ACTIVE - www.activeonline.be Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op enige andere wijze, zonder voorafgaand schriftelijk akkoord van de uitgever.
© TRANSPORTMEDIA 2011
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 4
SPOTLIGHT SECURITY
‘RESILIENCE IN THE SUPPLY CHAIN’ FOCUST ZOWEL OP OPERATIONELE ALS OP FINANCIËLE RISICO’S
OP ZOEK NAAR
IMMUNITEIT Zelden zoveel reacties zien binnenstromen op onze redactie als bij het verschijnen van het artikel over Supply Chain Risk Management (zie LOGISTICS Management 19). Ook het Vlaams Instituut voor Logistiek (VIL) kan en wil er graag een mondje over meepraten. En dus gingen wij op de koffie voor een vervolgverhaal. Kristof Winckelmans – kristof.winckelmans@transportmedia.be
Nike, Toyota, SDV, ECS en Gosselin. Het zijn maar enkele van de ronkende namen die deelnemen aan het project ‘Resilience in the supply chain’, dat het VIL begin september op gang trok. Om aan te tonen dat de logistieke sector wel degelijk sterk begaan is met risicomanagement – in tegenstelling tot wat bleek uit de studie die in ons vorig nummer aan bod kwam – nodigden de mensen van het VIL ons uit voor een gesprek. Over de semantiek van het woord ‘resilience’, over de risico’s waaraan de logistieke sector wordt blootgesteld, en vooral over de proactieve manier waarop die daarmee omgaat. LOGISTICS Management: Om het terrein even duidelijk af te bakenen: resilience en risicomanagement zijn twee, niet? Kris Neyens: “De onderzoeksterm resilience is eigenlijk voortgegroeid uit verschillende denkpistes. Je moet weten dat het VIL in grote lijnen focust op drie deeldomeinen: de organisatie van de supply chain, supply chain intelligence en security. Uiteraard zijn dat zeer ruime begrippen, en vloeit het ene vaak over in het andere. Ook resilience, wat letterlijk weerbaarheid of veerkracht betekent, heeft verschillende invullingen die sterk afhankelijk zijn van de bedrijfstak. Voor de ene 04
gaat het voornamelijk over operationele risico’s, terwijl de andere resilience eerder in de financiële hoek situeert. Voor de concrete invulling van ons project was het dus belangrijk om vanuit verschillende invalshoeken tewerk te gaan. En, zoals steeds, bottom-up, in samenwerking met de bedrijfswereld dus.” HET OPZET LM: Hoe is het project ‘Resilience in the supply chain’ tot stand gekomen? Kris Neyens: “Binnen het VIL leefde al een tijdje de idee om iets te doen rond de financiële supply chain, meer bepaald
rond working capital. Er zijn momenteel heel wat spelers, vooral kleinere en middelgrote ondernemingen, die daar nog steeds weinig pragmatisch mee omgaan. Het zijn bedrijven die meer vanuit een buikgevoel handelen zonder de impact van hun beslissingen correct te kunnen inschatten. Het financiële luik is natuurlijk één ding, maar we wilden dat ook graag koppelen aan onze kerntaak, de organisatie van de supply chain zelf. Zo zijn we bij het ruimere begrip resilience gekomen, een verzamelnaam voor alle mogelijke risico’s die vandaag spelen. Veel bedrijven denken dat het een ver-van-
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 5
SPOTLIGHT SECURITY
“Ook wij weten op dit moment niet waar we binnen enkele maanden zullen uitkomen. Wij werken niet naar één welbepaald doel, in tegenstelling tot bijvoorbeeld consultants, die wél een resultaatsverbintenis aangaan.” Kris Neyens
mijn-bed-show is, tot ze quasi onmiddellijk de impact voelen van bijvoorbeeld politieke onrust in West-Afrika of een tsunami in Japan. En de vaststelling dat het ene bedrijf daar veel beter mee omspringt dan het andere, bewijst toch dat er één en ander te doen valt rond dat thema.”
slag kan met concrete werkpunten. Daarom zijn we vertrokken van een bestaande methodiek, uitgewerkt door de Ohio State University. Die zijn we als leidraad gaan gebruiken en hebben we aangepast in functie van de deelnemers aan het project, die uit alle hoeken van het logistieke spectrum komen.”
Frederik Gielis: “Toen we het onderwerp zijn beginnen uitspitten, zijn we op heel wat bestaande literatuur en papers gebotst die het thema van risicomanagement in de logistiek aansnijden. Vanuit de academische wereld, maar zeker ook uit de financiële sector en het verzekeringswezen. Meteen ook het bewijs dat zo’n verzekeringsmaatschappij daar ook effectief iets mee doet. Toch is ons hoofddoel dat de logistieke sector zelf iets met onze bevindingen doet, dat men aan de
DE BEVINDINGEN LM: Welke lessen kan een bedrijf als Toyota nog leren op vlak van ‘resilience’? Kris Neyens:“Een bedrijf als Toyota heeft natuurlijk decennia ervaring in die materie, dat zit stevig verankerd in hun bedrijfsfilosofie. Het zou dan ook pretentieus zijn van ons om te beweren dat wij Toyota nog lessen kunnen leren, maar dat is ook niet de reden waarom Toyota deelneemt. Door rond de tafel te gaan zitten met andere bedrijven kunnen ze ervaringen uit-
wisselen, én kunnen ze bepaalde processen opnieuw in vraag gaan stellen. Ook wij weten op dit moment niet waar we binnen enkele maanden zullen uitkomen, maar dat is net het leuke van de opdracht: wij werken niet naar één welbepaald doel, in tegenstelling tot bijvoorbeeld consultants, die doorgaans wél een resultaatsverbintenis met hun klanten aangaan.” LM: Eind dit jaar loopt het project af. Wanneer is het VIL in haar opzet geslaagd? Kris Neyens: “Onze taak bestaat eruit om een brug te slaan tussen de verschillende actoren, en daar ook een stukje meerwaarde te brengen door oog te hebben voor innovatie. Als we met dit project een objectief kader kunnen creëren door generieke lessen te distilleren uit onze bevindingen, denk ik dat we al een heel eind op weg zijn. Bedrijven weten heel goed dat de globalisering en de globale supply chain voor een grotere onzekerheid zorgt. Het is eerder onze taak om concrete aanbevelingen te doen over hoe ze informatie veilig en efficiënt doorheen die supply chain laten vloeien, en hoe ze kunnen omgaan met storingen in de keten. Eind dit jaar ronden we inderdaad af, begin 2012 maken we de algemene conclusies op, die dan uiteraard ook uitgebreid gecommuniceerd zullen worden naar de hele sector.”
05
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 6
LOGISTICS NEWS DHL-TERMINAL AARTSELAAR VOLLEDIG UITGERUST VOOR AARDGASVOERTUIGEN DHL Express huldigde vandaag een eigen fast fill-installatie voor CNG (Compressed Natural Gas) in op de terreinen van zijn terminal in Aartselaar. Met de aankomst van 6 nieuwe Mercedes Sprinters NGT rijdt voortaan ook de volledige vloot in Aartselaar op aardgas. Door vandaag alle 20 voertuigen van de terminal in Aartselaar uit te rusten met CNG-motoren brengt DHL zijn groene project tot een nieuwe hoogte. Het bedrijf voorziet zelf in een tankmogelijkheid, door de investering in een eigen fast fill-installatie. CNG-stations zijn op dit ogenblik nog niet wijd verspreid. Toch maakt DHL CNG tot een standaard voor al zijn voertuigen in Belgi毛. Voortaan zullen voertuigen die aan vervanging toe zijn indien mogelijk gewisseld worden voor een CNG-versie.
CARREFOUR TEST DE GROOTSTE ELEKTRISCHE VRACHTWAGEN TER WERELD Op 13 oktober kreeg de logistieke groep STEF-TFE van Renault Trucks de sleutels van een Renault Midlum, een 100% elektrische vrachtwagen van 16 ton. De Midlum zal een jaar lang proefrijden en de winkels van de groep Carrefour in de agglomeratie Lyon bevoorraden met versproducten. De vrachtwagen is het resultaat van een technologisch partnership tussen Renault Trucks, PVI en IFP Energies nouvelles.
De 16 ton zware en 100% elektrische Renault Midlum is een testvoertuig. Het is de grootste elektrische vrachtwagen die ooit in het verkeer werd gebracht om versproducten te verdelen in de stad. Vanaf begin 2012 zal hij een jaar lang acht Carrefour-winkels in het centrum van Lyon en in de agglomeratie Lyon bevoorraden. Dankzij deze stille vrachtwagen wordt het mogelijk om de winkels in het stadscentrum vroeger in de ochtend
(vanaf 5.00 uur en v贸贸r 7.00 uur) te bevoorraden zonder de rust van de bewoners te verstoren. Daarna zal de 100% elektrische koelwagen naar het logistieke platform van Saint-Pierre-deChandieu rijden om in de vroege namiddag te leveren bij de winkel Carrefour Planet te V茅nissieux. In totaal zal hij een traject van 75 km afleggen.
LOGISTICS IN WALLONIA TEKENT EEN SAMENWERKINGSAKKOORD MET DE SHENZHEN LOGISTICS & SUPPLY CHAIN MANAGEMENT ASSOCIATION (SLSCMA) Ter gelegenheid van de Belgische handelsmissie in China tekende Logistics in Wallonia een samenwerkingsakkoord met de prestigieuze Shenzhen Logistics and Supply Chain Management Association (SLSCMA), in bijzijn van Prins Filip. De SLSCMA groepeert de transport- en logistieke bedrijven uit de regio van Shenzhen, alsook de exportbedrijven in en rond de containerhaven van Shenzhen. 06
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 7
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 8
LOGISTICS NEWS
DB SCHENKER LOGISTICS NEEMT DE ACTIVITEITEN VAN GROEP HECK OVER Het familiebedrijf Groep Heck, gespecialiseerd in internationaal transport, distributie in de Benelux en logistiek met toegevoegde waardeactiviteiten, sluit zich aan bij het DB Schenker-netwerk. De familie Heck wil afstand doen van haar positie als aandeelhouder van het bedrijf. Het huidige management zal echter wel aanblijven. De Groep Heck is een familiebedrijf dat de transport-en logistieke kennis al vijf generaties lang voortzet. De 130 werknemers van het bedrijf genereren een jaarlijkse omzet van ongeveer 14 miljoen euro. De onderneming beschikt over 36 eigen trekkers, waarvan de meeste hoge volumeopleggers voor het internationaal vervoer zijn, en 16 distributie-voertuigen. De logistieke activiteiten worden uitgevoerd in drie magazijnen met een totale capaciteit van ongeveer 60.000 vierkante meter.
LITHIUM-IONEN-VOERTUIG VAN JUNGHEINRICH VALT IN DE PRIJZEN Jungheinrich werd in Hamburg voor de “Clean Tech Media Award“ genomineerd in de categorie “energie“ en ging ook met de hoofdprijs aan de haal. Jungheinrich is de eerste constructeur die erin slaagt om een lithium-ionen-voertuig te ontwikkelen en in serie te produceren. In plaats van een loodzure batterij is de nieuwe elektrische pallettruck van het type EJE 112i voorzien van een kleine, innovatieve lithium-ionen-batterij. Hierdoor wordt een 30 % hogere energie-efficiëntie bereikt en stijgt de levensduur van de machine. Het grote voordeel van de lithium-ionen technologie ligt in de vormgeving van de batterij, die amper 14 kilogram weegt. De beperkte massa van het voertuig resulteren in een aanzienlijk lager energieverbruik. Het gewicht van het nieuwe lithium-ionen pallettruck van Jungheinrich inclusief batterij bedraagt nu slechts 280 kilogram.
08
DACHSER OPENT EEN DERDE EUROPESE HUB IN CLERMONTFERRAND Een jaar na de start van de werkzaamheden stelt Dachser de Eurohub ClermontFerrand voor, de derde grote hub in Europa na Saarbrücken en Bratislava. De Eurohub Clermont-Ferrand is een centraal logistiek platform in het hart van Frankrijk dat dagelijks in verbinding staat met de belangrijkste agentschappen van het netwerk.Via deze Eurohub kan Dachser de belangrijkste economische centra in Frankrijk en de filialen binnen de 48 uur bedienen. De site is uitgerust met een transportketen, pallets met draadgeleiding en software die een sequentiële followup van elke voertuigbeweging van het vrachtwagenpark mogelijk maakt. Elke avond verwelkomen de 98 laadstations van de site een zestigtal voertuigen en wissellaadbakken, met een frequentie van één aankomst om de vier minuten tussen 21u en 23u. Dachser voert als eerste in Frankrijk wissellaadbakken met dubbele vloeren in, echte "wegcontainers”,en draagt zo bij aan een geoptimaliseerde belading en een verminderde CO2-uitstoot. Op de site van Clermont-Ferrand creëert Dachser een honderdtal banen, vooral op de lokale arbeidsmarkt.
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 9
smalltalk DHL EXPRESS BLIJFT INSTAAN VOOR DE WERELDWIJDE DISTRIBUTIE VAN TVH PARTS DHL Express kondige onlangs een belangrijke vernieuwing aan van zijn samenwerking met TVH - Thermote & Vanhalst. TVH Parts is met een volume van meer dan 200.000 zendingen per jaar een van de grootste klanten van DHL Express in België.
KGH NEEMT ESC SYSTEMS OVER KGH Customs Services heeft in Denemarken ESC Systems overgenomen. Dankzij de nieuwe douanesoftware van ESC kan KGH tegemoetkomen aan de stijgende vraag naar geïntegreerde software- en serviceoplossingen op het vlak van douaneformaliteiten, inclusief helpdesk-, opleidings- en consultingdiensten.
DPD VERWELKOMT NIEUWE MANAGING DIRECTOR CEO Marc Hasler verliet midden oktober DPD BELUX en geeft de fakkel door aan Marc Morioux. Marc Hasler zal terugkeren naar Zwitserland als Chief Executive Officer DPD (Schweiz) AG. Om de continuïteit bij van DPD BELUX te verzekeren, wordt Marc Morioux de nieuwe Managing Director van DPD BELUX. Als huidig Director Finance & Administration & Deputy to CEO, is hij al jarenlang lid van de DPD BELUX-directie.
HAVEN VAN GENT BLIJFT GROEIEN De Gentse haven boekte voor het derde kwartaal van 2011 een goederenoverslag van 12,2 miljoen ton oftewel 5,4 % meer dan in het derde kwartaal van 2010. Na 9 maanden behaalde de haven bovendien dit jaar 5,5 % meer overslag dan in 2010.
RITMO OPENT INHOUSE INTERIMKANTOOR BIJ KATOEN NATIE Als grote speler in de Antwerpse haven werkt Katoen Natie doorlopend met nogal wat interimkrachten. Dat kan oplopen tot een 50-tal of meer full time equivalenten (FTE's) per week. De inhouse-vestiging van Ritmo in de gebouwen van Katoen Natie aan de Luithagen is daar een logisch gevolg van, die toelaat heel snel en accuraat op elke nieuwe behoefte van het bedrijf in te spelen.
MAKRO VERTROUWT ZIJN E-COMMERCE ACTIVITEITEN TOE AAN FIEGE Makro heeft voor de logistieke afwikkeling van zijn e-commerce activiteiten beslist om samen te werken met Fiege. Fiege heeft deze activiteit ondertussen ondergebracht in een van zijn magazijnen in Puurs.
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 10
LOGISTICS NEWS
RUIM ÉÉN DERDE VAN BELGISCHE KMO’S ERVAART PROBLEMEN BIJ IN- EN UITKLAREN VAN GOEDEREN DHL Express peilde i.s.m. UNIZO Internationaal bij 500 Belgische KMO’s naar hun import- en exportactiviteiten. Daaruit blijkt dat 85% van alle ondervraagde KMO’s met het buitenland handelt. 79% onderneemt exportactiviteiten, 63% richt zich volgens de rondvraag op import. Toch verlopen niet alle zendingen vlekkeloos: 35% van de Belgische KMO’s die buiten Europa importeren en/of exporteren meldt administratieve of procedureproblemen bij het klaren van de goederen. Opvallend is dat 31% van de KMO’s in dat geval niet weet wat te doen. Belgische KMO’s verzenden hoofdzakelijk (68%) zendingen binnen Europa. Van de KMO’s die goederen binnenbrengen, doet 61% van hen dat ook uit Europese landen. Vooral Frankrijk, Duitsland en Nederland doen het goed als handelspartners. Drie kwart van de Belgische KMO’s verzendt naar Frankrijk, 1 op 2 verstuurt naar Duitsland en Nederland. Toch verlopen de zendingen volgens het onderzoek niet altijd vlekkeloos. De procedures voor het in- en uitklaren van goederen zorgen nog vaak voor geld en tijdverlies. 8% van de KMO’s leed al financiële schade, voor 10% van hen loopt dat bedrag op tot €10.000 of zelfs €50.000 per jaar. De douane levert inspanningen om het proces vlotter te laten lopen. 50% van de administratieve in- en uitklaringsproblemen bij KMO’s wordt zo binnen een half uur opgelost. 1 op 3 KMO’s zoekt zelf, bijvoorbeeld via de website van overheden, naar een oplossing. Toch heeft 1 op 5 Belgische KMO’s nog meer dan een uur nodig om een probleem op te lossen.
EUROPA LANCEERT HET CO3-PROGRAMMA VOOR HORIZONTALE SAMENWERKING IN DE LOGISTIEK Op 1 september jl. is het door het 7de Kaderprogramma van de EU gefinancierde project, “Collaborative Concepts for CoModality (CO³)”, van start gegaan. Het CO³ programma heeft de ambitie om samen met de verladende sector een structurele doorbraak te forceren in de competitiviteit en duurzaamheid van de Europese logistiek, door in een aantal testprojecten nadrukkelijk horizontale bundeling en co-modaliteit te bewerkstelligen. Tijdens het seminar ‘Samen sterk’, dat NDL/HIDC op 1 november in Den Haag organiseerde, werd het CO3-project voor het eerst aan een breed publiek gepresenteerd.
10
De capaciteit van het transportsysteem in Europa is structureel onderbenut. Statistieken tonen aan dat 1 op de 4 vrachtwagens leeg rijdt en dat de andere gemiddeld maar voor 57% van hun maximaal gewicht gevuld zijn. “Carpooling for cargo”,of het bundelen van goederenstromen van verschillende bedrijven vormt een krachtige en innovatieve oplossing om dit probleem te lijf te gaan. Bedrijven die hun logistieke stromen bundelen in een zogenaamd horizontaal samenwerkingsverband kunnen drastische verbeteringen realiseren op economisch, maatschappelijk en milieuvlak.Toch stoten
verladers die zo willen samenwerken echter nog op te veel praktische hindernissen. Eén van de doelstellingen van “Collaborative Concepts for Co-Modality (CO³)” is om deze hindernissen weg te werken. Stuwende kracht achter CO³ is een consortium van 18 Europese partners die de krachten zullen bundelen om de bestaande concepten van horizontale samenwerking verder aan te scherpen en deze samen met verladers om te zetten naar de praktijk. Het project, dat loopt tot september 2014, kan putten uit de expertise van een uitgebreid netwerk van Europese bedrijven en kennisinstellingen.
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 11
MARS EN FIEGE ZETTEN IN PORTUGAL EEN STRATEGISCH PARTNERSHIP OP Sinds juli van dit jaar is Fiege actief in het nieuwe logistieke centrum van het Portugese Vila Nova da Rainha in Azambuja. Hier bouwt Fiege geïntegreerde logistiekoplossingen uit voor het grootste en meest prestigieuze merk op de markt voor fast moving consumer goods, MARS Portugal. Fiege is hier verantwoordelijk voor de opslag, handling en distributie maar ook voor alle valueadded handelingen zoals bijvoorbeeld co-packing voor alle merken uit het MARS productgamma.
REAL ESTATE NEWS NIEUWE DIRECTEUR VOOR JONES LANG LASALLE LUXEMBURG Sinds 1 oktober 2011 is Romain Muller de nieuwe Managing Director van Jones Lang LaSalle Luxemburg. Hij volgt Olivier Bastin op, die na 6 jaar aan het hoofd van het kantoor in Luxemburg heeft beslist om een nieuwe uitdaging aan te gaan.
DE RIJKE EN KATOEN NATIE IN ZEE MET SAOEDISCHE NATPET De National Petrochemical Industrial Company uit Saoedi-Arabië heeft een samenwerkingsverband ondertekend met de logistieke dienstverleners De Rijke en Katoen Natie om een Europees stockage- en distributienetwerk op poten te zetten. NATPET is een producent van polypropyleen van hoge kwaliteit, met een jaarlijkse productie van zo'n 400.000 ton. Bedoeling van de samenwerking is om vanuit regionale opslag- en distributiecentra de NATPET-klanten in de Benelux, Duitsland, Italië, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk te bedienen met levertijden tot maximaal 72 uur.
FEDEX OPENT NIEUW DC IN MACHELEN FedEx Express opende onlangs een splinternieuw distributiecentrum in Machelen, in bijzijn van Vlaams minister-president Kris Peeters. Het nieuwe distributiecentrum is de meest recente in een reeks van grootschalige investeringen van FedEx in België tijdens de afgelopen vier jaar. In het kader van deze officiële opening, sprak Vlaams minister-president Kris Peeters de interne en externe stakeholders van FedEx toe over de essentiële rol die de logistieke en transportsector speelt voor de algemene gezondheid van de Belgische economie. Het distributiecentrum in Machelen getuigt van een wijd gamma aan energiebesparende maatregelen. FedEx voorzag zonnepanelen op het dak van het distributiecentrum met een elektriciteitsproductie van 144.000 kWh, wat overeenstemt met het jaarlijkse elektriciteitsverbruik van maar liefst 30 gezinnen. Daarnaast beschikt het DC over een installatie om regenwater op te vangen en te gebruiken voor sanitair en schoonmaak. Er is een geavanceerd ventilatiesysteem voorzien dat de warmte uit de verbruikte lucht opneemt voor de verwarming van het gebouw, en er wordt optimaal gebruik gemaakt van natuurlijk licht om het energieverbruik voor verlichting terug te dringen. Dankzij deze maatregelen scoort het gebouw een E-peil van -5, een prima voorbeeld van duurzaam ontwerp volgens het ratingsysteem voor energierendement in België. Ter vergelijking: de gemiddelde score voor een kantoor- of ander gebouw bedraagt 100. Met zijn 150 medewerkers beslaat het distributiecentrum in Machelen een oppervlakte van 5020 m², waarvan 3441 m² ingericht is als sorteerzone die tot 9500 pakketten per dag kan verwerken. 11
Krijgt u het vogeltje in zijn kooi?
SoMS moet je net wat creatiever zijn om je doelX te bereiken... X
plaats uw ogen zo kort mogelijk tegen de twee ‘kijkgaatjes’, focus u enkel op de twee afbeeldingen en ‘kijk’ wat er gebeurt...
Active is een communicatiebureau actief in print en web. Welke uitdaging we ook aannemen, ons doel bestaat erin creatieve, doelgerichte en verrassende oplossingen te bieden die leiden tot klantentevredenheid. We serveren een cocktail van intelligente strategieën, sterke concepten, doordacht design en volledig project management. Het team van Active neemt steevast enthousiast de handschoen op voor de realisatie van verfrissende magazines, puike brochures en professionele jaarverslagen en presentaties. Bovendien draaien wij onze hand niet om voor de creatie van een herkenbare huisstijl, e-mailings die in het oog springen, campagnes die net dat beetje meer punch hebben én overzichtelijke websites. U hoort het, wij zijn voor geen kleintje vervaard. neem zeker een kijkje op www.activeonline.be
info@activemail.be Active nv - Automotive Media Centre - Z.1. Researchpark 20 - 1731 Zellik
redefining communication
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 13
REAL ESTATE MARKET
Vastgoedbevak toont zich zeer actief op Belgische én Nederlandse markt
WDP BEWANDELT NEDERLANDSE PADEN Vastgoedbevak Warehouses De Pauw, dat eerder dit jaar al de hand wist te leggen op de logistieke vastgoedportefeuille van Wereldhave, heeft grootse plannen in Nederland. Tijdens de presentatie van de halfjaarresultaten gaf CEO Joost Uwents tekst en uitleg. Kristof Winckelmans – kristof.winckelmans@transportmedia.be
Warehouses De Pauw sloot het eerste semester met een goed gevoel af. “De bezettingsgraad van de bestaande portefeuille werd verder verhoogd, we konden de winstverwachting naar boven bijstellen, en we kunnen dankzij een aantal interessante projecten in Nederland onze groei in het buitenland verstevigen”, zo vatte Joost Uwents de eerste jaarhelft voor WDP kort samen. “Een hoge bezettingsgraad is tenslotte het dagelijks bloed van onze onderneming. We hebben de leegstand in Wallonië volledig weten weg te werken dankzij twee langetermijnhuurcontracten in Nijvel en Courcelles, samen goed voor 20.000 m².” Ook in Frankrijk werden enkele belangrijke deals afgerond. Tijd om het geweer van schouder te veranderen, zo dachten ze bij WDP. De Nederlandse markt lijkt nu het voornaamste doelwit. Naast de overname van de Wereldhaveportefeuille werkt WDP momenteel aan twee nieuwe projecten bij onze noorderburen, met een totale investeringswaarde van 21 miljoen euro. Het gaat om de aankoop van een bestaand logistiek pand in Alphen aan den Rijn ter waarde van 6 miljoen euro, en de bouw van een volledig nieuw gebouw ter waarde van 15 miljoen euro. In eigen land investeerde WDP 8,65 miljoen in het Hermespark in Genk met de aankoop van een site van 18.000 m², aanpalend aan de bestaande WDP-site. Op de oude mijnsite van Winterslag creëert WDP zo een totale oppervlakte van meer dan 50.000 m², van
Met de overname van de logistieke vastgoedportefeuille van Wereldhave wil WDP zich stevig verankeren op de Nederlandse markt.
waaruit dagelijkse treinverbindingen naar Italië en Roemenië ingelegd worden. Recent verwierf WDP ook het distributiecentrum van Betafence in Zwevegem (voor 16,3 miljoen euro), de eerste stappen van WDP op WestVlaamse bodem. Het distributiecentrum van Betafence omvat zowel binnen(45.000m²) als buitenopslagruimte (33.000m²), en wordt 20 jaar vast verhuurd. BELGISCHE PROJECTEN In de tweede helft van 2011 levert WDP een aantal voorverhuurde projecten op, goed voor in totaal 24.000 m². De helft daarvan bevindt zich in het Roemeense
Oarja. In Flemalle rondde WDP de bouw van een crossdockingmagazijn voor DPD af, dat voor 15 jaar werd verhuurd. Begin 2012 komt daar nog het geconditioneerd magazijn voor Lactalis bij op het industrieterrein van Mollem. Ondertussen blijven er ook nog enkele projecten op stapel staan tot er een geschikte huurder gevonden wordt. In Venlo beschikt WDP over 15.000 m², en ook in Puurs en Ternat heeft het vastgoedbevak 14.000 en 10.000 m² in de aanbieding, twee sites die naar eigen zeggen met minimale aanpassingen in een mum van tijd operationeel kunnen zijn. 13
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 14
LOGISTICS VIP
Walter Goossens (Jones Lang Lasalle):
“VASTGOEDMARKT GEDREVEN DOOR LOGISTIEKE INSOURCING” Vlak voor de aftrap van het salon Transport & Logistics blies Jones Lang Lasalle verzamelen om de eerste drie kwartalen van 2011 te analyseren op vlak van logistiek vastgoed. Head of Industrial Leasing Walter Goossens oordeelt dat “de markt van logistiek en semi-industrieel vastgoed aan een sterk jaar bezig is”. Een grand cru lijkt het echter niet te gaan worden, nu er boven de financiële wereld alweer donkere wolken samenpakken. Kristof Winckelmans – kristof.winckelmans@transportmedia.be
We schrijven begin oktober. De stralende nazomer staat in schril contrast met de donkere teneur die heerst op de financiële markten. Ook de markt van het logistiek en semi-industrieel vastgoed, die zich behoorlijk hersteld heeft na een rampzalig 2010, dreigt opnieuw het slachtoffer te worden van de onheilspellende financiële berichten. “Banken zijn niet bepaald vragende partij om speculatieve projecten te financieren”, aldus Goossens. “Bovendien overheerst de angst bij de promotoren dat ze hun gebouwen niet meer zullen kunnen aanpassen in functie van de wensen van de klant. Kortom: tailormade is een trend die nog wel een tijdje zal aanhouden.” Een andere trend die Jones Lang Lasalle is opgevallen, is het feit dat nagenoeg 50 procent van de transacties op de vastgoedmarkt owner-occupier deals zijn.“Veel Belgische KMO’s hebben als een goede huisvader een spaarpotje aangelegd tijdens de hoogconjunctuur. Zij die dat potje goed hebben weten te bewaken in de crisisjaren, hebben nu een aanzienlijke strijd-
kas die ze liever op de vastgoedmarkt investeren dan op de financiële markten. Logisch gevolg is dus ook dat het merendeel van de transacties betrekking heeft op kleine panden, met oppervlaktes van 5 à 10.000 vierkante meter.” HUURPRIJZEN STABIEL Het terug opdoemende crisisspook lijkt ook geen vat te krijgen op de logistieke huurmarkt. De huurprijzen blijven min of meer stabiel, ondanks de stijgende grondprijzen en de schaarste aan beschikbare panden. “Wie momenteel langetermijndeals afsluit, wordt daar echter wel voor beloond door middel van een lagere huurprijs”, zo redeneert Goossens. “In het algemeen zien we dat de huurprijzen relatief stabiel blijven. Op de as Brussel-Antwerpen betaal je een slordige 50 euro per vierkante meter, in het zuiden van ons land blijft de prijs rond de 42 euro schommelen in en rond steden als Luik, Charleroi en Mons.” En, zo voegt hij eraan toe, “het is zeer opmerkelijk te moeten vaststellen dat de heropleving van de take-up in logistiek eerder
Veel Belgische KMO’s hebben als een goede huisvader een spaarpotje aangelegd tijdens de hoogconjunctuur, dat ze nu liever investeren op de vastgoedmarkt dan op de financiële markten.
14
Walter Goossens, Head of Industrial Leasing Jones Lang Lasalle.
toe te wijzen is aan strategische beslissingen van corporates, dan wel aan nieuwe logistieke opdrachten door 3PL’s.” En toen was onze interesse helemaal gewekt.
MARKT VEERT OP DANKZIJ INSOURCING Het studiebureau van Jones Lang Lasalle kwam immers tot de conclusie dat de logistieke vastgoedmarkt vooral opveert dankzij de trend naar logistieke insourcing. “Sommige bedrijven hopen hiermee besparingen te realiseren, anderen zijn toch niet helemaal tevreden over de samenwerking met een 3PL’er”, zo zegt Walter Goossens. “Ze zijn op zoek naar een verhoogde efficiëntie, en besluiten daarom om de logistiek weer in eigen handen te nemen. Dat verklaart ook
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 15
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 16
LOGISTICS VIP
Top 5 transacties op de logistieke vastgoedmarkt (tot eind september 2011)
Op de logistieke vastgoedmarkt zijn vooral de kleinere panden (5 à 10.000 m²) in trek.
• • • • •
Schelde-Natie 66.000 m² - ex-Opel site, Antwerpen – Owner-occupier Verhelst Logistics 60.000 m² - Zwaaidok, Oostende – Owner-occupier Colim (groep Colruyt) 47.200 m² -Mechelen-Zuid – Owner-occupier Nike Europe 46.000 m² - Herentals Logistics 2 – Letting Brico 34.000 m² - Antwerp South Logistics (ASL), Willebroek - Letting
meteen waarom de dynamiek van de logistieke vastgoedmarkt meer dan ooit in de owner-occupier deals zit.” De totale Belgische vastgoedmarkt lijkt al bij al dus op een goed jaar af te stevenen, alles onheilsberichten ten spijt. Jones Lang Lasalle mikt op een totale take-up van 1,4 miljoen vierkante meter, waarvan 560.000 vierkante meter voor logistiek vastgoed. Dat zijn ‘normale’ cijfers, die te vergelijken zijn met de jaren 2005 en 2006. “Dat betekent een verdubbeling van de oppervlakte die in 2010 opgenomen werd”, zo voegt Goossens eraan toe. De gemiddelde oppervlakte bedraagt 15.500 m², met enkele uitschieters zoals de projecten van ScheldeNatie en Verhelst Logistics (zie kader). De positieve resultaten van de semi-industriële vastgoedmarkt in 2010 worden tot slot ook dit jaar bevestigd. In de eerste drie trimesters bereikt de markt een opnamevolume dat 32 procent boven het vijfjarig gemiddelde ligt. Ook hier blijft de driehoek Brussel – Antwerpen – Gent de aantrekkelijkste regio, met ongeveer 75 procent van de transacties, gevolgd door OostVlaanderen, met 9 luttele procentjes. “Maar, zoals gezegd, niemand kan momenteel inschatten wat de recente toekomst in pacht heeft. Stilte voor de storm, of de voorbode van een nieuwe heropleving in 2012? “Voorlopig kan het nog alle richtingen uit”, zo besluit Goossens.
16
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:33 Page 17
LOGISTICS HANDLING
DIT WAS 2011! De sector van de goederenbehandeling heeft er opnieuw een goed jaar opzitten. De verkoop zat opnieuw in de lift, en ook op vlak van nieuwe ontwikkelingen zijn we de voorbije 12 maanden in de watten gelegd. Wij zetten de voornaamste nieuwigheden nog even op een rij, en gaan verderop in dit dossier op zoek naar hun voornaamste concurrenten. Want in het Verre Oosten zitten ze zeker niet stil... Kristof Winckelmans – kristof.winckelmans@transportmedia.be Linde Bluespot
Still CUBE XX Still pakte op de voorbije CeMAT uit met de ‘Cube XX’ , een zes-in-één concept-truck die in een mum van tijd transformeert in een elektrische heftruck, een dubbeldeks pallettruck, een tractor of een orderpicker. Het is maar wat u verkiest. Still RX-50 Terug met de voeten op de werkvloer komen we bij de Still RX-50, het nieuwe verkoopskanon van de Duitse heftruckfabrikant. Met een breedte van 0,9 meter, een hoogte van 1,98 meter en een draaicirkel van nauwelijks 2,88 meter behoort de RX 50-10 C, het instapmodel uit de RX 50 reeks, tot de meest compacte trucks van zijn segment. De achterwielaangedreven RX 50 is beschikbaar in vijf verschillende uitvoeringen met laadvermogens tussen 1,0 en 1,6 ton. Het energiebesparende Blue-Qprogramma is voortaan standaard, en zorgt ervoor dat het energieverbruik tot 12 procent wordt gereduceerd.
BT Vector C-series Toyota Material Handling showde dit jaar zijn nieuwe smallegangentruck BT Vector C-series, die de operator 11 meter hoog trekt om er te picken. Deze machine rijdt 15% sneller en tilt ook 35% sneller. Ook nieuw bij Toyota is de nieuwe BT Vector Rseries en nieuwe BT Optio H-series orderpicker, die 1 tot 1,2 ton naar 12 m hoogte hijst. Deze machine, die ‘diagonaal’ rijdt, de picker stijgt of daalt tijdens het rijden loopt 30% sneller, en heft op de koop toe 20% sneller dan de vorige generatie. Linde E20-E50 Reeks Linde lanceerde nieuwe elektrische vierwielers in de E20-E50- reeks. Die komen in 8 verschillende vermogens van 2 tot 5 ton. De AC voorwielaandrijving bezorgt de machine een topsnelheid van 20 km/u. Deze toestellen draaien op de eigen as door het afzonderlijk aansturen van de snelheid en de looprichting van de wielen. Linde Bluespot Ook nieuw bij Linde is BlueSpot, een gepatenteerd visueel waarschuwingssignaal. Het bestaat uit twee energie efficiënte, zeer heldere en duurzame LED-lampen die aan de daklijst van de beschermkooi zijn gemonteerd. Een grote blauwverlichte plek wordt vervolgens op de werkvloer,
een paar meter vóór de heftruck uit, geprojecteerd. Het verlichtingssysteem werkt zowel in voorwaartse als achterwaartse rijrichting. Het is een waarschuwing aan voetgangers of collega heftrucks die naderen. De spot kan in twee standen worden gezet: continu licht of knipperend licht. Beide instellingen zijn uiterst effectief om de veiligheid in de magazijnen te waarborgen. Jungheinrich ETV Q20/ETV Q2 De elektrische meerwegreachtruck ETV Q20/ETV Q25 van Jungheinrich is uitgerust met een elektronisch gestuurde vierwielsturing. Dankzij de standaardbesturing over 360 graden van alle wielen kan het voertuig in nagenoeg elke richting rijden. Deze vrije manoeuvreerbaarheid maakt het transport van lasten tot acht meter lang ook in smalle gangen mogelijk. Jungheinrich kondigde naast de lancering van de elektrische meerweg-reachtruck ETV Q ook nog een andere generatiewissel aan bij de elektrische disselstapelaars. Het gaat om het type EJC 212z/214z/216z, waarmee het hefvermogen van het gamma naar beneden is uitgebreid tot 1.200 kg. 17
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 18
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 19
LOGISTICS HANDLING
Op de jongste CeMAT waren Chinese heftruckconstructeurs in grote getale aanwezig. Met de ene voet nog in de voorbije crisis en de andere al in een nieuwe vroegen we ons af of de Chinese trucks nu als een tsunami over het landschap spoelen. Her en der bij onze KMO’s lopen er al. De ene wordt verguisd, van de andere is de gebruiker best wel tevreden. Blijkt dat niet elke Chinese truck een échte Chinees is. Bekende Westerse merken voeren immers ‘economy’-reeksen in van Chinese origine... Kortom, het is een complex kluwen waarin men al snel het spoor bijster raakt. Luc De Smet
De bouwer van Heli, de Chinese heftruckconstructeur Anhui Heli Co. Ltd., produceerde in 2010 60.000 tot 80.000 heftrucks en is daarmee China’s grootste producent. Al 20 jaar trouwens. Het zit bij de top tien vorkliftenconstructeurs wereldwijd. Over vijf jaar wil het zijn verkoopscijfers nog verdubbelen. Reeds in 2001 koos JeanCharles Frère, directeur van Motor Products nv uit Saintes, voor Heli.“Toen we in 2001 ons invoercontract onderhandelden, had die een capaciteit van zo’n 15.000 heftrucks per jaar”, zegt zoon Thomas Frère. “We zagen dat de kwaliteit hoger lag dan die van de meeste Chinese concurrenten. Het was toen belangrijk om een merk te kiezen dat boven de rest uitstak.” Motor Products is ondertussen tien jaar actief met Heli, en het bouwde een park op van zo’n duizend toestellen. In 2007 nam het de business over van een Franse importeur die onderuit was gegaan. Vandaag werkt Motor Products er enkel via dealers. In tegenstelling tot België is er daar geen exclusiviteit en voeren verschillende kleine importeurs in. Motor Products werd opgericht in 1946. Het verdeelde decennia lang Clark. Het heette vroeger zelfs Clarklift Belgium nv.Tot Clark failliet ging. Het merk is nu in handen van een Koreaanse groep. Motor Products
verdeelt naast Heli ook Atlet magazijntrucks. Het werkt rechtstreeks naar de eindklant en met dealers. “We hoefden niet zoveel te investeren. We beschikten over de expertise en de structuur om met Heli te beginnen.” Beginnen met een onbekend merk is niet makkelijk. “Velen hebben vooroordelen over ‘Chinese trucks’. De trucks laten uitproberen is de enige manier om klanten te overtuigen”, zegt Frère. Motor Products hanteert o.a. een ‘betrouwbaarheidsformule’ waarbij een klant de Heli heftruck eerst 12 maanden kan huren met een aankoopoptie op het einde van die termijn. “De prijs is zonder twijfel een belangrijk argument. Maar tot de laatste eurocent vechten tegen andere Chinezen doen we niet. We hebben vertrouwen in ons product en de service die we bieden heeft ook een prijs.” Een heftruck invoeren betekent meer dan een container uit China naar België halen. “Je naverkoopdienst moet kunnen volgen met garantie-interventies, het leveren van wisselstukken en het verstrekken van technisch advies aan klanten en dealers die voor onderhoud zorgen.
Wisselstukken komen vlot binnen met koerierdiensten zoals DHL of TNT. Er was sprake van een centrum in Europa, maar Heli heeft het blijkbaar te druk met zijn thuismarkt. Machines worden bij de importeur weinig of niet aangepast. De fabriek zorgt voor voldoende opties. Zo verkocht dealer Genie Route deze zomer 4 Heli CPCD35-KU10G Green Series heftrucks aan Ardoises et Materiaux (Gobert groep). Deze diesels zijn uitgerust met Kubota V3600 motoren, dubbele voorwielen, triplex 5.400 mm masten, 1.750 mm vorkenborden met Kaup 4T151P2 side-shifters van dezelfde breedte en verwarmde cabines. BAOLI GEEN DOORSNEE CHINEES Een andere bekende naam – in China althans - is Baoli, één van de vijf grootste heftruckconstructeurs. Via traders en internet bolden hier al Baoli’s rond toen het merk in mei 2010 overgenomen werd door de Kion-groep (Linde, Still, en OM-Pimespo). Aanvankelijk was de boodschap dat Kion met het merk alleen op de Chinese markt mikte. Vandaag wil Kion de Baoli-heftrucks in Europa profileren als 19
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 20
LOGISTICS HANDLING
Het Chinese merk Baoli huist sinds 2010 onder de vleugels van Kion, de groep die ook Linde en Still bekeert.
dehands. Er is een verhuurvloot van 450 machines. Ondertussen verkocht Hermans reeds 21 Baoli-machines. “We testten zelf eerst een paar toestellen uit in onze huurvloot.” Nu is men op zoek naar dealers.“We hebben er een negental nodig om de Benelux af te dekken. We zoeken wel mensen die al trucks verdelen en een naverkoopservice kunnen bieden.”
een technisch hoogwaardige, maar economische heftruck en groeien in het economische segment. Het argument is dat deze machines zonder al te veel elektronica de gebruiker toch een grote bedrijfszekerheid garanderen bij lage onderhoudskosten. De trucks voldoen aan de Europese normen en kwaliteitseisen. Speciaal voor de Europese en Amerikaanse markt werd een nieuwe F-serie ontwikkeld, die momenteel beschikbaar is in diesel en LPG van 2,0 tot 3,5 ton. In januari 2012 wordt de reeks aangevuld met 1,5 en 1,8 ton machines. Midden 2012 wordt zelfs een nieuwe lijn elektrische heftrucks gestart. Na 2012 volgen de zwaardere thermische machines. Wellicht komt er volgend jaar ook een Europees onderdelenmagazijn in Duitsland, waar Kion Duitse commerciële en technische mensen inzet om de kwaliteit en de marketing van het merk in Europa te sturen en te bewaken. “We hebben weet van een aantal machines in de Benelux”, zegt Jef Van de Velden, sales en export manager bij Hermans Heftrucks in Rijkevorsel, sinds 1 oktober 2011 de officiële importeur van de Baoli-machines. “Verkennende gesprekken hadden we in oktober vorig jaar al.” Uiteindelijk werd de deal beklonken in het Duitse Aschaffenburg. Onlangs liet Hermans de trucks zien op Matexpo.“We nemen Baoli machines ook op in onze verhuurvloot om op die manier klanten de trucks te leren kennen. 20
De grote uitdaging bestaat erin bij KMO’s de boodschap te doen doordringen van de lage TCO van deze machines.” Met andere woorden: Baoli is ‘geen doorsnee Chinees’. Heel wat merkonderdelen van de Baoli-truck klinken vertrouwd in de oren: motoren van Yanmar, Mitsubishi of Isuzu, powershift transmissie van TCM, mastdelen van Cascade,… “Baoli is zeker niet de goedkoopste Chinese heftruck maar er is een duidelijk kwaliteitsverschil.” En het merk heeft een toekomstvisie die geschraagd wordt door de Kion-groep, een wereldleider op de heftruckmarkt. DEALERS GEZOCHT Maar er zijn Chinese kapers op de kust. “Vooral van Heli, dat hier al goed vertegenwoordigd is. Maar ook van Chinese machines die onder Koreaanse of Amerikaanse naam op de markt komen. Ook andere bekende merken komen immers de markt op met een ‘goedkope’ range.” Een Baoli-truck mag dan al zo’n 30% goedkoper zijn dan een Japanse of Europese, hij is duurder dan de doorsnee Chinese truck. Van de Velden durft gegeven de huidige financiële crisis niet ver vooruit te kijken, maar verwacht hier toch een behoorlijk marktaandeel te verwerven. Hij beklemtoont niet het ‘Chinese’ aspect, maar wel de ‘Kion’-stal. Hermans verkoopt jaarlijks zo’n 700 machines. Zowat 20% is nieuw, 80% is twee-
“We kozen voor Baoli omdat we met Kion te maken hebben”, zegt de importeur.“We hebben met Kion een contract van onbepaalde duur op papier dat ons gebied beschermt.” Er zijn streefcijfers en er wordt gecommuniceerd over promotie en marktbenadering. Er wordt afgerekend in dollars. “We moeten in China betalen. Als importeur is de grootste investering de aanschaf van machines. Later zullen we ook in onderdelen moeten investeren. Die investering zal stijgen naarmate er meer toestellen operationeel zijn.” Van de Velden rekent dat een importeur kan starten met een investering van zo’n €350.000. “De machines komen met cabine en verwarming, voor- en achterruit. Er is een hele waaier van opties af-fabriek. Ook een ‘fisherman’ afwerking voor trucks in agressieve omgevingen, is mogelijk. We bouwen de nodige voorzetapparatuur aan. We doen een controle van alle vitale onderdelen en geven ze een ‘klaarmaakbeurt’, invetten en doorsmeren. De Baoli’s die we krijgen, kunnen zo naar de klant.” CHINEZEN VAN SOORTEN Global Power werd in 2001 opgericht in de Jiaozhou Bay Yinghai Industrial Estate van Qingdao, een kuststad in Noord-Oost China. De fabriek heeft een productiecapaciteit van zo’n 10.000 stuks. Dat bedrijf adverteert dat de versnellingsbak getekend werd door het Taiwanese Tailift, de mastbomen in Duitsland geprofileerd werden, het remsysteem uit Taiwan komt en de oliepompen en de hydraulische kleppen uit Japan. Het bedrijf maakt deel van de Taiwanese Tailift Group. Tailift wordt in België verdeeld door Mabo-Lifting in Lier. Zaakvoerder Luc Marien-Bouwens: “Tailift verdelen we al 20
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 21
LOGISTICS HANDLING
jaar. We hebben er in België al zo’n 2.000 weggezet ondertussen. Vooral bij kleinere KMO’s die slechts enkele uren per dag werken met de truck.” Naast de Taiwanese Tailift machines verdeelt Mabo Lifting ook Moffet-meerijtrucks, CombiLift zijladers en smallegangentrucks (Aisle-Master) en de elektrische Carer.“We komen met Tailift bij bestaande klanten. We kunnen het ons niet permitteren om met een slecht product uit te pakken.” “De concurrentie van ‘Chinese’ machines maakt het moeilijker om de Taiwanezen te verkopen”, zegt Marien, die enkel Tailifttrucks verkoopt die effectief in Taiwan gebouwd zijn.“Want Tailift bouwt inderdaad ook machines in China.” Volgens Marien missen de ‘Chinese’ machines - door de bank genomen - vooral standvastigheid in kwaliteit. “Tal van nieuwe ‘Chinezen’ peuken met de prijs, maar als de kwaliteit niet constant is, droogt de markt snel op.” Hij ziet uitzonderingen “zoals Heli, dat zijn productie Europeaniseerde omdat de afzet in Europa zowat even groot werd als in China zelf.” Ook de in Taiwan gebouwde Tailift is dus een ander verhaal. Dat zet Tailift echter tussen twee stoelen in. “We kunnen niet helemaal mee met de Europese merken qua kwaliteit en ergonomie maar we halen ook niet de lage prijzen van Chinese machines. Er is een prijsgat van 15 tot 20%.” Marien wijst er tegelijk op dat heel wat Chinese constructeurs ondertussen hun prijzen optrokken. “België is één van de meest competitieve prijsmarkten in Europa. De marges in Europa slonken.” Hij rekent dat een dealer in België 5 tot 10% marge heeft op een truck van 4 tot 5 ton.“Daarvan moet hij ook zijn garanties en leveringen verzorgen. Dat is bitter weinig.” De crisis hielp de Chinezen. “Er waren toen weinig occasies maar wel goedkope nieuwe Chinese machines te vinden.” CHINESE TRUCKS ZIJN EEN NICHEMARKT “Een decennium geleden zagen we de vraag naar tweedehandstoestellen groeien”,zegt Luc Deleener bij Matermaco,
dat Komatsu heftrucks verdeelt. “Met tweedehands weet je nooit wat je in huis haalt en het kan al eens mislopen.” Daarom besliste Matermaco, na uitgebreid onderzoek, om ook heftrucks van het Chinese G Power te importeren. G Power is een dochtermaatschappij van Tailift. “Om deze machines in onze markt te zetten, beslisten we ze uit te rusten met mastprofielen in Duits staal, extra koeling voor de transmissie, uitsluitend Japanse motoren en hydrauliek.” De G-Power-machines worden verkocht aan klanten die vroeger tweedehands kochten en de prijs van de duurdere heftruck te hoog vonden voor de verwachte inzet.“Voordeel ook voor de dealers die nu een nieuwe heftruck met waarborg kunnen aanbieden, terwijl ze zelf ook gedekt zijn voor breuken. De gebruiker levert wel in op comfort. Maar wij kiezen de klanten zorgvuldig.” Geen intensieve inzet, dus. “Met de eerste machines kochten we een halve container onderdelen. De meeste stukken kunnen we dus uit voorraad leveren.” Deleener verwacht dat de Chinese heftrucks nog lange tijd een copy-product zullen blijven met een zekere technologische achterstand. “Maar dat deert niet. Sommige klanten zoeken gewoon een eenvoudige oplossing voor hun probleem. De Chinese trucks blijven dus een nichemarkt die nooit meer kan worden dan dat. Wie deze toestellen wil verkopen als alternatief voor Duitse of Japanse, fopt zichzelf en de klanten.” “Hytsu is het goedkope alternatief”, zegt Joeri Van Hooije, marketing medewerker bij Feyter in Vlissingen.“Met componenten van gerenommeerde merken, zoals motoren van Nissan en Isuzu, zijn de vorkliften technisch meer dan in orde. De ergonomie is anders dan die van een A-merk. De machines komen steevast terecht in een omgeving waar ze minder zwaar werk verzetten en minder uren draaien. Dan zijn ze een goed alternatief.” Feyter Forklift Services bv is verdeler van Nissan, Manitou, Kalmar en Mora heftrucks. De groep Feyter, die ook vestigingen heeft in Terneuzen en Gent, importeert sinds 2007 Hytsu vorkliften via Hytsu Benelux. Van Hooije
schat dat één op de tien machines die de groep uitzet uit China komt. Hytsu heeft ondertussen 7 dealers in de Benelux. Hytsu Benelux heeft zelf meerdere machines op voorraad, courante modellen die het zelf kan aanpassen en uitrusten. “We hebben ook onderdelen in voorraad.” Geleidelijk evolueert de kwaliteit van de machines. Van Hooije verwacht niet dat de Chinese machines snel aan alle Europese ideeën van ergonomie voldoen. Deze constructeurs hebben immers een grotere afzetmarkt in Azië waar de eisen minder hoog zijn. Ondertussen werden de machines ook wel duurder. Als de kwaliteit stijgt, dan ook de prijs.
China heeft grootste binnenlandse markt • Vandaag heeft China al drie vorkliftenconstructeurs in de wereldtop 20 zitten: Heli, Hangcha en Hytsu. In China zelf zouden er in de eerste helft van 2010 zo’n 90.000 heftrucks verkocht zijn. Groeicijfers ‘verdubbelen’ van het ene op het andere jaar. Dat heeft er te maken met de stijgende prijs voor arbeid, de toenemende automatisering en het opzetten van grote magazijnen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat heel wat grote Westerse heftruckmerken voet aan de grond kregen in China, al dan niet in joint ventures met Chinese bedrijven. Men rekent dat vier op de vijf machines die in China worden gebouwd ook bestemd zijn voor die thuismarkt. Wellicht nog meer dan bij ons gelden daar ‘prijs’ en ‘nabijheid’ of service. Die ‘prijs’ is op termijn nauwelijks vol te houden. De vraag naar energie- en milieuprestaties, en mettertijd ook ‘comfort’ doet onvermijdelijk ook de vraag naar kwaliteit en diversificatie stijgen. En dan zijn we weer een ronde verder.
21
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 22
LOGISTICS EVENT
TRANSPORT & LOGISTICS GAZELLEN 2011
Ontmoeting met de winnaars
De Gazellen Transport & Logistics worden gezamenlijk uitgereikt door TRANSPORTMEDIA en Trends TOP, en zijn een onderscheiding voor de bedrijven uit de sector die de voorbije vijf jaar de sterkste groei hebben neergezet. De vierde ceremonie lokte heel wat volk op de Transport & Logistics beurs in Antwerpen. Meer dan 300 personen woonden de bekroning bij van UPS, European Freight Services en Transuniverse Forwarding. Nu is het uw beurt om meer te weten te komen over onze winnaars … Kristof Winckelmans (kristof.winckelmans@transportmedia.be) en Frédéric Willems (frederic.willems@transportmedia.be)
KLEINE BEDRIJVEN TRANSUNIVERSE FORWARDING In de categorie kleine bedrijven stak de Wondelgemse expediteur Transuniverse Forwarding er met kop en schouders bovenuit. Het bedrijf kan al jaren bogen op trouw cliënteel in gans Vlaanderen, en wist zijn activiteiten ook in het crisisjaar 2009 verder uit te breiden. Met puike groeicijfers tot gevolg. “Transuniverse Forwarding is in 1983 ontstaan uit het toenmalige Transcargo, een bedrijf dat vooral gespecialiseerd was in zendingen naar Turkije, Griekenland en het Midden-Oosten. Sindsdien zijn we onze activiteiten voortdurend gaan diversifiëren en uitbreiden, waardoor het verhaal van Transuniverse Forwarding er tot op vandaag één is geworden van permanente groei”, zo verklaart Sales Manager Filip Banckaert de groeistrategie van het bedrijf. “In 1987 richtten we onze pijlen op het Middellandse zee-gebied en ook Engeland, na 2000 hebben we - op
Dankzij een uitgekiende diversificatiepolitiek wist Transuniverse Forwarding het crisisjaar 2009 met puike groeicijfers af te sluiten.
22
TRANSUNIVERSE FORWARDING EN QUELQUES CHIFFRES (SOURCE TRENDS TOP) : • Jaar: 2006 2010 • Omzet: € 48.656.207 • Toegevoegde waarde: € 248.644 € 3.400.220 • Investeringen: € 117.227 • Personneel : 3,60 ETP 34,70 voltijds equivalent vraag van enkele grote klanten gaandeweg het hele Europese vasteland aan onze portefeuille toegevoegd.” Anno 2011 is Transuniverse Forwarding nog steeds marktleider voor zendingen naar Griekenland, Portugal en Turkije, en heeft het bedrijf ondertussen een stevige voet aan grond op het oude continent. Banckaert:“De groeischeut van de voorbije jaren is in grote mate te danken aan die uitbreiding van onze portefeuille. Het aanboren van immense markten als Frankrijk en Duitsland, en ook Zwisterland en Oosternijk, heeft ons geen windeieren gelegd, ondanks de economisch ongunstige situatie. We hadden ook het geluk dat we actief zijn in zeer diverse sectoren, zoals automotive, staal, retail, textiel, chemie enz. MIDDELGROTE BEDRIJVEN EUROPEAN FREIGHT SERVICES In de categorie middelgrote ondernemingen (bedrijven met een zakencijfer tussen 1 en 10 miljoen euro) ging de eerste plaats naar European Freight Services. Dat bedrijf opereert in ons land onder de meer vertrouwde naam Wim Bosman. “We beschikken over drie zetels in België”, legt Mario Schoofs, CCO Wim Bosman Europe, uit. “We werken vanuit Oostende, Wom-
melgem en Genk, en zijn gespecialiseerd in het wegtransport (distributie, groepage, express), logistieke dienstverlening en maritiem en luchtvrachttransport. Dankzij dit brede scala aan diensten kunnen we onze klanten geïntegreerde en gepersonaliseerde oplossingen aanbieden.” Wim Bosman is actief in verschillende Europese landen, ofwel rechtstreeks via de filialen in België, Frankrijk, Nederland, Polen, Roemenië en Rusland, ofwel onrechtstreeks via partnerships met lokale spelers. “Dat netwerk is onze grootste kracht, net als het feit dat we zoveel mogelijk met eigen middelen werken”, gaat Mario Schoofs verder.“Ik denk dat we vooral daar de reden van onze groei moeten zoeken, zowel in België als in Europa. We hebben de tevredenheid bij onze klanten weten te verhogen door ons te concentreren op onze service levels.” “Bekroond worden met de titel van Gazelle Transport & Logistics is voor ons een ultieme erkenning voor ons werk”, zo besluit Schoofs.“Het is een bevestiging dat we de goeie weg ingeslagen zijn. Desondanks staan er nog heel wat uitdagingen
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 23
1/2 stopper
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 24
LOGISTICS EVENT EUROPEAN FREIGHT SERVICES IN CIJFERS (BRON TRENDS TOP): • Jaar: 2006 2010 • Omzet: € 2.660.366 € 9.008.290 • Toegevoegde waarde: € 1.883.571 € 6.599.709 • Investeringen: € 123.830 € 1.149.860 • Personneel: 27,60 ETP 108,20 voltijds equivalent
European Freight Services (Wim Bosman) werkt hoofdzakelijk met eigen middelen, zowel op het vlak van vestigingen en teams als op het vlak van materiaal.
te wachten in de nabije toekomst. We gaan bijvoorbeeld ons netwerk optimaliseren in België, en we gaan onze Lean & Green Solutions uitbreiden, een initiatief waarmee we onze klanten aanzetten hun gehele logistiek zo duurzaam mogelijk te organiseren door samen met hen het beste compromis te vinden tussen efficiëntie en milieuvriendelijkheid.”
GROTE BEDRIJVEN UPS “Met de onderscheiding tonen we ons moederbedrijf in de Verenigde Staten dat we een erkend speler zijn op onze plaatselijke markt, en dat we er een groot groeipotentieel hebben”, vertelt Thomas Zeller, marketing manager UPS Benelux. Sinds de oprichting in 1907 in Seattle groeide de Amerikaanse groep uit tot een wereldspeler in de logistieke sector. De winnaar in de categorie grote bedrijven stelt in België 850 mensen tewerk, in 4 vestigingen (Diegem, Grâce-Hollogne, Rekkem en Antwerpen). Elke dag verlaten 180 bruine bestelwagens het depot in Diegem om pakjes op te halen en te leveren. De marketingdirecteur verklaart de groei van het bedrijf door drie belangrijke factoren:“Allereerst zijn we aan de hand van ons wereldwijde netwerk en lange expertise een echte one-stop-shop voor logistiek. Hierdoor kunnen we elk bedrijf, klein of groot, van dienst zijn. Daarnaast
UPS BELGIUM IN CIJFERS (BRON TRENDS TOP): • • • • •
Jaar : Omzet: Toegevoegde waarde: Investeringen: Personneel :
2006 € 127.483.429 € 32.989.018 € 1.829.635 593,60 VTE
TRANSPORT & LOGISTICS GAZELLEN 2011 : HET COMPLETE PALMARES Kleine bedrijven: 1. Transuniverse Forwarding 2. Wemmers Tanktransport 3. Van den Anker Middelgrote bedrijven: 1. European Freight Services 2. Van Moer Transport 3. Transnam Grote bedrijven: 1. UPS 2. Hospital Logistics 3. Maxx Intermodal Systems 24
2010 € 174.966.567 € 47.994.840 € 315.228 670 voltijds equivalent
beschikken we ook over een specifieke expertise in bepaalde sectoren, zoals hightech of gezondheidszorg. En tot slot werken we elke dag aan een optimalisatie van onze procedures, om de efficiëntie en kwaliteit van onze dienstverlening te verbeteren.” Tegen eind 2013 wordt de Europese airhub in Keulen uitgebreid, en zal men vanaf dan 190.000 pakketten per uur kunnen verwerken, in plaats van de huidige 110.000.“Die verbetering van ons netwerk zal natuurlijk ook een positief effect hebben voor onze Belgische klanten”, vervolgt Thomas Zeller. “Binnenkort lanceren we twee nieuwe diensten, en we streven naar een vermindering van onze ecologische voetafdruk. De voorbije jaren hebben we de koolstofimpact van elk van onze activiteiten heel nauwkeurig gemeten, zodat we hiervoor nu strenge maar realistische doelstellingen kunnen bepalen. De Gazellen zijn een erkenning voor het dagelijks werk van onze medewerkers. En ook al gebruiken we heel wat technologieën, toch blijft de logistiek een sector waar mensen, met hun ervaring en inzet, vaak het verschil maken.”
180 bruine bestelwagens verlaten elke dag het depot in Diegem om pakjes op te halen en te leveren.
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 25
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 26
CASE STUDY LOGISTICS
“WERKEN VOOR DERDEN HOUDT ONS SCHERP”
SKF LOGISTICS SERVICES BELOOND MET OTM AWARD VOOR VERNIEUWENDE VISIE IN LOGISTIEK SKF Logistics Services (SLS) ondersteunt wereldwijd de hele bevoorradingsketen van de SKF Groep, van leveranciers over fabrieken, magazijnen en distributeurs tot eindgebruikers. Sinds tien jaar genieten ook externe industriële klanten van het uitgebreide logistieke netwerk van SLS. Zij maken een milieuvriendelijker transport mogelijk en dragen ertoe bij dat SKF een competitief logistiek platform behoudt. Kristof Winckelmans – kristof.winckelmans@transportmedia.be
26
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 27
CASE STUDY LOGISTICS Met SKF Logistics Services heeft de SKF Groep zijn logistiek intern uitbesteed. Deze aparte business unit draait een omzet van 300 miljoen euro met logistieke afdelingen in een 25-tal landen. Het Europese distributiecentrum in Tongeren heeft een oppervlakte van 52.000 m² en telt 400 werknemers. Het EDC ligt pal naast de E313 en fungeert als spin in het web van het Europese transportnetwerk.
eel. “De selectie en de kwaliteit van onze transporteurs is dan ook extreem belangrijk”, weet Marc Linten. “We kiezen voor elke transportlijn het beste partnership en zorgen voor een zeer strikte opvolging. We werken dus met heel wat verschillende carriers. Om voor onze interne en externe klanten het geheel overzichtelijk te houden, brengen wij alle data samen in ons transportmanagementsysteem.”
“SKF is gegroeid vanuit de automotive”, vertelt Marc Linten, Manager Transport Operations Centre Belgium. “Onze belangrijkste Europese fabrieken liggen niet voor niets in Zweden, Duitsland, Frankrijk en Italië. Van daaruit beleveren we rechtstreeks onze OEM-klanten in de industriële- en automobielsector. Vanuit het EDC in Tongeren verzorgen we de aftermarket, goed voor 80 % van de orders en 20 % van het volume.”
HOGERE VULGRAAD DANKZIJ DERDEN Bovenstaande transportinfrastructuur maakt SLS zeer efficiënt. Maar dat is op zich niet de reden dat het bedrijf met de OTM Award aan de haal ging.“Tien jaar geleden kwamen we op het idee om ons transportnetwerk ter beschikking te stellen aan derden binnen de industriële sector”, vertelt Marc Linten.“Ten eerste omdat we die sector zelf door en door kennen en ten tweede omdat we als Zweeds bedrijf veel waarde hechten aan het milieu. Omdat kogellagers een zeer grote massa hebben in verhouding tot hun volume, waren onze vrachtwagens slechts gedeeltelijk gevuld. Door ook voor derden te rijden, hebben we onze vulgraad aanzienlijk kunnen verhogen. Een bijkomende reden is dat externe klanten ons scherp houden. Als onze service slecht zou zijn, krijgen we onmiddellijk feedback. Op die manier garanderen we ook voor de SKF Groep een competitief logistiek platform.”
MINIMALE LEVERTIJDEN, MAXIMALE BETROUWBAARHEID Tot begin jaren negentig beschikte SKF over een lokaal magazijn in de meeste Europese landen. “De transport set-up was dan ook vooral nationaal georganiseerd”, stelt Marc Linten. “Om aan de groeiende complexiteit tegemoet te komen, werd beslist om een EDC te bouwen en de stock voor de aftermarket te centraliseren. Op deze manier slaagden we erin de globale stock aanzienlijk te doen dalen en tegelijkertijd de beschikbaarheid van de producten te verhogen. Daarnaast hebben we ook geïnvesteerd in het opzetten van een uiterst performant transportnetwerk - eerst in Europa, later ook daarbuiten - om de leveringstermijn zo kort mogelijk te houden en de betrouwbaarheid te maximaliseren.” SAMENWERKING MET VEEL VERSCHILLENDE CARRIERS Elke dag rijden vanuit het EDC in Tongeren dedicated trucks - met enkel goederen van SKF en externe klanten - op vaste tijdstippen naar de nationale en internationale logistieke hubs in Europa. De basisvisie is de goederen zo lang mogelijk samen te houden vooraleer ze worden gesplitst. Zelf heeft SKF geen rollend materi-
INVESTEREN IN SERVICE In het begin zocht SLS naar klanten met producten die fysisch complementair waren aan de zware SKF-kogellagers.“Dat stadium zijn we vandaag helemaal voorbij”, vertelt Marc Linten. “Momenteel behandelen wij voor onze externe klanten pakketten van enkele grammen tot zelfs acht ton. Statistisch gezien is elke zesde vrachtwagen die hier vertrekt, volledig geladen met producten van een externe klant. Uiteraard beperken wij ons niet tot baantransport, maar verzorgen we ook lucht- en zeetransport en expresszendingen.” SLS heeft ongeveer 45 externe klanten, waarvan 60 % vanuit Tongeren bediend wordt.“We zijn geen typische transporteur en dat willen we ook niet zijn”, stelt Marc
Marc Linten, Manager Transport Operations Centre Belgium SKF
Linten. “Klanten moeten enigszins passen in ons businessmodel. Want het idee blijft: het transportnetwerk van de SKF Groep benutten om klanten te dienen met de beste service én after service. Elke customer service-agent is bij ons verantwoordelijk voor één grote klant. Om de drie maanden bespreken de agent, de key-accountmanager en de klant de samenwerking en mogelijke verbeteringen.” BETROKKEN PERSONEEL Ook de hoge expertisegraad van het personeel werd vermeld in de motivering van de jury. “Wij maken gemiddeld 250 pickfouten per miljoen. Dat is topklasse. Niet alleen de selectie en opleiding van mensen is hierbij van belang, ook de opvolging. We monitoren de prestaties van onze werknemers en begeleiden hen via een peter/meter-schap daar waar nodig. We proberen hen ook zo veel mogelijk bij de werking van het bedrijf te betrekken. Om de kwaliteit te verbeteren, maar ook voor het veiligheidsbeleid kijken we naar voorstellen van de werkvloer.”
Kerngegevens van het EDC in Tongeren • 52.000 m² magazijnruimte • 30.000 artikels op voorraad • 16.000 verwerkte bestellijnen per dag • 0,0250 % pickfouten • 70 % vulgraad van de vrachtwagens
27
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 28
D O S S IE
LOGISTICS DOSSIER WMS
R
WMS
“Alleen met ICT kunnen we het verschil maken” EXPERTISECEL LOG-IC KOPPELT LOGISTIEKE KENNIS AAN DE PRAKTIJK Log-IC is een expertisecel binnen de Provinciale Hogeschool Limburg (PHL) met specifieke aandacht voor logistieke stromen, multimodaal verkeer en logistieke ICT. De cel stelt zijn logistieke kennis op een zeer resultaatsgerichte manier ten dienste van bedrijven en rekent daarvoor op onderzoekers met een stevige dosis praktijkervaring. Tom Mondelaers
“Logistiek is één van de weinige sectoren die we in ons land kunnen behouden, en die tewerkstelling biedt aan zowel hoogals laaggeschoolden”, stelt Liesbet De Munck, coördinator van Log-IC.“En logistieke ICT is voor bedrijven een sterke troef in hun concurrentiestrijd met lagelonenbedrijven in het buitenland. Op dat vlak spelen wij een faciliterende rol via ons Log-IC LAB. Wij kennen de beschikbare logistieke bedrijfssoftware en kunnen in functie van de specifieke noden van een bedrijf een shortlist op maat voorstellen en helpen om ook de selectie en implementatie in goede banen te leiden. Dit doen we voor uiteenlopende bedrijven met verschillende behoeften, zoals Enterprise Resources Planning (ERP), Warehouse Management Systemen (WMS), Transport Management Systemen (TMS) en tracking en tracing.” L.M.: Hoe pakken jullie zo’n project aan? Liesbet De Munck: “Alles start vanuit de praktijk. Daarom gaat één van onze onderzoekers ter plaatse in het bedrijf kijken hoe alle processen in elkaar zitten, door letterlijk naast zo veel mogelijk mensen te gaan zitten en te kijken hoe zij hun job invullen. De hoofdaandacht gaat hierbij naar het logistieke proces: van aankoop tot verkoop, maar we bekijken ook de administratieve kant, zoals de facturatie. De tijd die we hiervoor nodig hebben, hangt af van de bedrijfsgrootte, de complexiteit van de processen en de medewerking van het bedrijf. Als we de situatie een28
Logistieke ICT is voor bedrijven een sterke troef in hun concurrentiestrijd met lagelonenbedrijven in het buitenland.
De tijdsduur van de analyse schommelt tussen de drie en de zes maanden, het selecteren van mogelijke softwaresystemen neemt nog eens twee tot drie maanden in beslag. ”
maal geanalyseerd hebben, kijken we eerst hoe we de informatieflow binnen het bedrijf kunnen verbeteren. Is het nodig dat we de bedrijfsprocessen aanpassen? Of moeten we ook uitkijken naar een nieuwe IT-oplossing? Dat laatste hoeft niet per se het geval te zijn. De tijdsduur van de analyse schommelt tussen de drie en de zes maanden, het selecteren van mogelijke softwaresystemen neemt nog eens twee tot drie maanden in beslag. ”
L.M.: Is er voor elk bedrijf een pasklaar softwarepakket voorhanden? De Munck: “Onze visie is: probeer maatwerk zo veel mogelijk te beperken. Dat doe je op twee manieren. Enerzijds door een goede analyse te maken van de reële bedrijfsprocessen, zodat je een systeem kan vinden dat daar zo goed mogelijk op aansluit. Maar anderzijds ook door je bestaande bedrijfsprocessen in vraag te stellen en aan te passen aan het nieuwe systeem. Dit bespaart je uiteindelijk veel
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 29
PUBLIREPORTAGE
Transport Management System PepsiCo France voorziet besparing van 3% op de transportkosten De kost van het transport drukken en de stock reduceren en gelijktijdig de servicegraad verhogen : voor alle actoren van de supply chain is het optimaliseren van het transport een prioriteit om de marges te kunnen handhaven. Geconfronteerd met deze uitdagingen heeft PepsiCo France, filiaal van de wereldwijd nummer 2 van de voedingsindustrie, haar transport management geoptimaliseerd : het bedrijf deelt zijn vrachtwagens met andere fabrikanten en maakt hiervoor gebruik van de TMS On Demand oplossing van Generix Group. In het kader van een globale reorganisatie van haar Supply Chain heeft PepsiCo France de structuur van het transport netwerk van haar dranken activiteit (Pepsi, 7up, Tropicana, Lipton IceTea, Gatorade...). volledig hertekend. « De ontwikkeling van nieuwe business, de voortdurende veranderingen van de vereisten van onze klanten uit de grootdistributie, de steeds complexere regelgeving en de variabiliteit van de transportmiddelen dwingen er ons toe om een TMS tool te gebruiken dat ons ondersteunt bij het re-designen van ons transportnetwerk. Het objectief en onze performantie en onze service graad te meten », verklaart Jean-Paul Guichard, Directeur Supply Chain van PepsiCo Dranken. De optimalisatie van het transport herdenken PepsiCo France kiest voor de Transport oplossing uit het Generix Collaboration Supply Chain gamma. TMS helpt de gebruiker de kost te drukken door de vullingsgraad van de voertuigen en de ritten te optimaliseren. Het laat toe multi-fabrikant ladingen en ritten te realiseren door de vrachtwagens gemeenschappelijk te gebruiken. Voor Pep-
siCo France gaat het om « de beste ritten te berekenen en gelijktijdig de vrachtwagenladingen te optimaliseren door de zware / lichte produkten te combineren. De paletten met chips worden boven op de paletten met dranken geplaatst. Dit laat toe de vullingsgraad van de vrachtwagens met 20% te verhogen waar deze activiteit voorheen een vullingsgraad van 40% bereikte. » De keuze voor een flexibele oplossing met een snelle ROI Meer en meer bedrijven verkiezen hun transport problematiek te beheren met behulp van een Software as a Service (Saas) oplossing. Het idee hier achter: niet geconfronteerd te worden met de nadelen welke het gebruik van een informatica systeem met zich meebrengt. De “cloud computing” opent perspectieven voor commerciële bedrijven, grote of kleine, welke hun competiviteit wensen te verhogen door hun investeringen te variabiliseren. Het On Demand TMS platform biedt een oplossing “in functie van het gebruik” welke snel te implementeren is. In de plaats van te investeren in de aankoop van een software, abonneert het bedrijf zich op diensten en de gebruiker heeft daarmee toegang via Internet tot deze toepassings-diensten. De kost is functie van het werkelijke gebruik van de dienst, hij wordt gedeeld door de ervan gebruikmakende bedrijven. Generix Group verzekert de exploitatie, het onderhoud en de beschikbaarheid van het platform volgens de hoogste beveiligsnormen. PepsiCo France rekent erop 3 % productiviteit op haar totale logistieke activiteit te winnen door voor de TMS On Demand diensten te kiezen. « Op korte termijn zorgt het voor-facturatie systeem voor twee derden van de besparingen welke zullen gerealiseerd worden met het project. Het andere derde zal komen uit de betere toewijzing van de transporteurs volgens een tariefoptimalisatie per regio en per traject”, analyseert Jean-Paul Guichard. PepsiCo voorziet op termijn een belangrijke return on investment dank zij de toegenomen samenwerking tussen de transporteurs en de verschillende verladers.
PEPSICO FRANCE Entiteit van het tweede grootste voedingsbedrijf ter wereld. • Omzet 2010 : meer dan €700 M • Werknemers : 496 Probleemstelling Implementatie van een transport management systeem voor het beheer van de transport netwerk configuratie, toewijzing van de transporteurs, beheer van de tarief tabellen en het aansturen van het transport. Omvang van het project • 50 miljoen verpakkingen per jaar • 600.000 paletten per jaar • 20.000 ritten per jaar • 230 artikelen • 1.000 bestemmingen CONTACT Paul Eeckhout, Business Development peeckhout@generixgroup.com Generix Group Benelux, IndustriePark – Drongen 14/106, B-9031 Drongen - Tel. +32 (0)9 281 23 98 www.generixgroup.com
29
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 30
D O S S IE
LOGISTICS DOSSIER WMS
R
WMS
“Als alle bedrijfsprocessen normaal verlopen, is vrijwel ieder systeem voor ieder bedrijf geschikt. Het belangrijkste criterium is dus hoe een bepaald systeem omgaat met de specifieke problemen van een bedrijf.”
geld. Want het aanpassen van logistieke software kost veel tijd. Op die manier komen we meestal, samen met het bedrijf, tot een shortlist van drie softwaresystemen. Aan de hand van een demonstratie, klantenbezoeken en eventueel een uitgebreide fit-analyse waarbij de provider aangeeft of er bedrijfsprocessen moeten veranderen en of eventueel extra maatwerk nodig is, kan de bedrijfsleider ten slotte een geruste keuze maken. Ter info: op onze eigen longlist staan, per soort systeem, minstens 50 à 60 softwarepakketten. Die providers schrijven we natuurlijk nooit allemaal aan: samen met het projectteam maken we altijd nog een bedrijfsspecifieke longlist.” L.M.: Wat moeten we ons voorstellen bij zo’n demo? De Munck: “Wij stellen zelf scenario’s op voor de demonstrerende providers, waarbij we de reële situatie van een bedrijf zo goed mogelijk trachten te benaderen. Want het belangrijkste criterium is eigenlijk hoe een bepaald systeem omgaat met de specifieke problemen van een bepaald bedrijf. Als alle bedrijfsprocessen normaal verlopen, zijn de meeste systemen wel geschikt. Maar afhankelijk van de typische uitzonderingen die in het ene bedrijf meer voorkomen dan in het andere, is ook het ene softwarepakket meer geschikt dan het andere. Soms organiseren we ook een klantenbezoek bij een bedrijf dat al met een bepaald softwaresysteem werkt. Zo kunnen poten-tiële aankopers hun mening vormen op basis van de ervaringen van anderen. Wij proberen werknemers daarbij ook onder elkaar in contact te brengen. Want dan krijgen ze meestal de ongezouten mening te horen over een bepaald softwaresysteem.” L.M.: Kunnen jullie goed inschatten hoeveel een nieuw logistiek softwaresysteem gaat kosten? 30
De Munck: “De prijs hangt heel sterk af van de tijdsduur van het project. Verder is ook de aard van het bedrijf bepalend. Gaat het om een kmo, dan zijn er bepaalde steunmaatregelen beschikbaar, zoals in Vlaanderen bijvoorbeeld de kmo-portefeuille. Maar nog belangrijker dan de kostprijs, is de return on investment. Daarvoor hebben wij een speciale tool ontwikkeld, die bedrijven toelaat om vrij nauwkeurig in te schatten wat hun ROI zal zijn, op basis van een groot aantal parameters.” L.M.: Welke transportbedrijven hebben het meeste baat bij een transportmanagementsysteem? De Munck: “Dat is zeer sectorafhankelijk. Maar ruwweg kan je wel stellen dat er een verschil is tussen het wegtransport van a naar b en distributie. Distributiebedrijven hebben bijvoorbeeld door de bank genomen een veel snellere return on investment bij een automatische planning, waarbij het systeem zelf een rittenplanvoorstel doet, omdat zij veel meer tijd en inventiviteit moeten investeren in hun planning. Als ze daarbij dan een handje geholpen worden door een softwaresysteem, gaat het rendement snel de hoogte in.” L.M.: Hoe reageren de aanbieders van softwaresystemen op jullie dienstverlening aan bedrijven?
De Munck: “Zij staan eigenlijk heel positief tegenover wat wij doen. Ze weten dat als hun systeem via ons bij een bedrijf terechtkomt, het risico op een ontevreden klant veel kleiner is. Wij zijn bovendien ook geen concurrentie voor hen. Want zelf maken we geen pakketten. Wat we wel doen, is voor hun systemen de perfecte klant vinden.”
Liesbet De Munck: “De Provinciale Hogeschool Limburg (PHL) heeft een eigen tool ontwikkelt om de ROI van een softwarepakket te meten.
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 31
PUBLIREPORTAGE
TvH kiest voor UVO Technologies flexbanen TVH, de Vlaamse reus van de vorkheftruckonderdelen en intern onderhoudsmateriaal lanceerde enkele maanden geleden een aanbesteding voor een uitbreidbare mobiele rollenband. “Wij moesten vaak vrachtwagens vol kleine pakken lossen en deze een tweede maal sorteren om ze correct in onze voorraad op te nemen”, aldus Erik Deceuninck, Project Manager bij TVH. “Toen vatten we het idee op een elektrische loopband aan te schaffen om beide bewerkingen te combineren. Na onderzoek van de binnengekomen offertes, hebben we ervoor gekozen ons vertrouwen te stellen in de oplossing die UVO Technologies aanbood, vooral omwille van de goede prijs/kwaliteitverhouding.” De band, die bestaat uit onderling verbonden en gemotoriseerde rollen, kan worden verplaatst zodat alle bedieners voldoende werkruimte hebben. Bovendien is hij in de hoogte verstelbaar om het werken comfortabeler te maken. “In de praktijk bevinden één of twee personen zich in de vrachtwagen om de pakken op de rollen te zetten en zijn langs het toestel verschillende sorteerposten geïnstalleerd”, gaat de projectmanager verder. “Iedereen neemt de pakken die voor hem bestemd zijn. Door zo te werk te gaan, besparen we veel tijd en het is bevorderlijk voor de teamspirit, want een klein tiental mensen kan gelijktijdig werken. Bij problemen is de rolband uitgerust met een kop die het systeem stillegt zodra een pak aan het einde van de band komt zonder te zijn verwijderd.” Na enkele maanden gebruik zijn de resultaten positief. TVH is dan ook van plan de komende maanden een tweede toestel aan te kopen. “Dit tweede toestel zal bovendien zijn uitgerust met een verlaagde laaddrempel om het plaatsen van de pakken op de rolband te vergemakkelijken”, besluit Erik Deceuninck “Zo kunnen we de laadsnelheid van opleggers nog verbeteren.”
Door zo te werk te gaan, besparen we veel tijd en het is bevorderlijk voor de teamspirit, want een klein tiental mensen kan gelijktijdig werken.
UVO TECHNOLOGIES MR. MICHEL UVO ROZENLEI 37 2540 HOVE TEL: 03/455 43 22 FAX: 03/ 454 36 70 MOBIEL: 0479/820 655 WEB: MAIL:
WWW.UVO.BE INFO@UVO.BE
29
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 32
D O S S IE
LOGISTICS DOSSIER WMS
R
WMS
“Hiermee kunnen we onze groei ondersteunen” GARDEN TRADE INTERNATIONAL INVESTEERDE BEGIN DIT JAAR IN WAREHOUSE MANAGEMENT SYSTEEM
Garden Trade International is de firma achter het merk Giardino, een vaste waarde in de Europese markt van tuinafsluitingen. Om de verdeling van de producten via kleine en grote doe-het-zelfwinkels te optimaliseren en te anticiperen op de steile groei van de afgelopen jaren, investeerde het in Munsterbilzen gevestigde bedrijf begin dit jaar in een warehouse management systeem. Het distributieproces verloopt zo een pak sneller, terwijl de kans op fouten enorm gedaald is. Tom Mondelaers
Giardino profileert zich op de markt als ‘het andere tuindraadmerk’ en is verkrijgbaar in 14 Europese landen, met de Benelux als kernmarkt.“Voor de verdeling focussen we op de doe-het-zelfbranche”, vertelt Managing Director Edwin Lips, zaakvoerder sinds 1998. “Je vindt Giardino zowel in de grote ketens als bij kleine zelfstandige ondernemers. Het assortiment bestaat uit verschillende types tuindraad, panelen en poorten, voor residentiële, agrarische en industriële doeleinden. In de residentiële sector zijn wij marktleider in België.” Om Giardino, goed voor een omzet tussen negen en tien miljoen euro, met succes in de markt te zetten, beschikt Garden Trade International over verschillende mogelijkheden. “We hebben onze winkeldisplays waarmee we de handelaar helpen presenteren naar de eindklant toe”, zegt Edwin Lips. “Maar belangrijker zijn onze prijs-kwaliteitverhouding, de service en vooral de hoge uitleveringsgraad. Wij streven ernaar om meer dan 95 % van de bestellingen uit voorraad te kunnen leveren.”
Volgens Managing Director Edwin Lips en logistiek verantwoordelijke Dominik Wils verdient het WMS zichzelf terug na 3 à 4 jaar.
NAUWGEZETTE SOURCING Om die ambitieuze uitleveringsgraad mogelijk te maken, beschikt Garden Trade International over ruim 10.000 m² opslagruimte. “Daarnaast blijft het heel belangrijk om voeling te behouden met de vraag van de markt, dat is een continue opgave”, stelt Edwin Lips. “Alleen wordt het steeds moeilijker om in te spelen op de weersomstandigheden. Het
Dit jaar verdient het bedrijf een groei van 10 procent, en dat met de bestaande ploeg van 18 mensen.
32
weer is de laatste jaren zo wisselvallig geworden, dat het plannen alsmaar moeilijker wordt. En wij zitten nu eenmaal met een heel weersafhankelijke productcategorie. Gelukkig is ons assortiment niet zo trendgevoelig. Een teveel aan voorraad kunnen we altijd het volgende jaar verkopen. Daarom kunnen we werken met een hoge magazijnvoorraad om pieken op te vangen. Dit is voor veel bedrijven niet evident, want het is dood kapitaal.” Een ander belangrijk aandachtspunt is sourcing. “We importeren onze producten uit het Verre Oosten en Zuid-Europa, maar doen dat op basis van een nauwgezette selectie”, zegt Edwin Lips. “Sommige bedrijven produceren zelfs exclusief voor ons en wij gaan minstens één à twee keer per jaar controles uitvoeren ter plekke. Gebruiken ze bijvoor-
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:34 Page 33
LOGISTICS DOSSIER WMS
De laatste tien jaar groeide Garden Trade International elk jaar met gemiddeld 15 %.
Met het WMS van Garden Trade International is de foutenlast aanzienlijk gedaald.
beeld het juiste type van kerndraad, zink en pvc, of de correcte labels en barcodes? Dat zijn zaken die een invloed hebben op onze servicekwaliteit.” BEHOUD VAN BESTAANDE ERP-SOFTWARE De laatste tien jaar groeide Garden Trade International elk jaar met gemiddeld 15 %. “Dat bracht onvermijdelijk extra druk op het magazijn met zich mee, en druk op onze uitleveringsgraad”, vertelt Edwin Lips. “Daarom hebben we zo’n drie jaar geleden beslist om een warehouse management systeem aan te kopen.” Het heeft een tijdje geduurd vooraleer een geschikt pakket voorhanden was.“De eerste vereiste was dat we ons bestaande ERP-systeem, Briljant Administrator van Kluwer Software, konden behouden”, vertelt logistiek medewerker Dominik Wils. “Daarom zijn we uiteindelijk terechtgekomen bij Tracing In Motion uit Antwerpen. Zij bieden een soort bouwpakket aan, dat je aan de bestaande software kan toevoegen.” PROBLEEMLOZE GROEI VAN 10 % Begin dit jaar werd het nieuwe warehouse management systeem geïmplementeerd. “De eerste resultaten zijn heel positief. De interne communicatie neemt veel minder tijd in beslag, heel het distri-
butieproces verloopt een stuk sneller en de kans op fouten is aanzienlijk gedaald”, vertelt Dominik Wils. “Tenminste als iedereen zich aan de regels houdt. Een goede telling van de binnenkomende goederen is cruciaal. Elk artikelnummer heeft een vaste pallethoeveelheid. Het is wel van belang om dit ook visueel even te controleren en eventuele afwijkingen correct in te voeren in het systeem. Ook interne verplaatsingen van producten moeten juist verlopen. Onze medewerkers moeten de pallet scannen en de locatie waar ze een bepaald product heenbrengen ingeven.” PERMANENT STOCKOVERZICHT “Dit jaar realiseren we met onze bestaande ploeg van 18 medewerkers een groei van om en bij de 10 %”, weet Edwin Lips.“Dankzij het systeem hebben we ook een permanent overzicht op de stock. Vroeger stelden we twee keer per jaar een inventaris op, maar dat is nu niet meer nodig. Elke dag zien we precies hoe de zaken ervoor staan in de opslagruimte.” Een bijkomend voordeel, heeft betrekking tot de evaluatie van het personeel. “Voortaan kunnen we precies nagaan welk resultaat een bepaalde orderpicker geboekt heeft”, zegt Edwin Lips. “Daardoor kunnen we snel en efficiënt bijsturen als dat nodig blijkt.”
ROI BINNEN DE VIER JAAR Over de return on investment is de zaakvoerder duidelijk. “Je verdient zo’n investering niet op één jaar terug. Het gaat trouwens niet alleen om de aankoop en implementatie van soft- en hardware. Ook je personeel moet ermee leren werken en een goede opvolging is noodzakelijk. Dat zijn kosten die er allemaal bovenop komen. Maar op middellange termijn behaal je wel degelijk een mooi rendement. Alleen kan je veel voordelen moeilijk exact in rekening brengen, omdat je niet weet wat je zou zijn tegengekomen als je geen warehouse management systeem had. Wij gaan ervan uit dat de terugverdientijd in ons geval tussen de drie en de vier jaar schommelt.”
“Vroeger stelden we twee keer per jaar een inventaris op. Dankzij het WMS is dat niet langer nodig.”
33
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:35 Page 34
D O S S IE
LOGISTICS DOSSIER WMS
R
WMS
“Elk geval van verlies, diefstal of beschadiging is er één te veel”
GLS RUSTTE ALLE BELGISCHE VESTIGINGEN UIT MET CAMERASYSTEEM UNI-VIDEO In 2008 rustte pakket- en expressleverancier GLS het eerste Belgische depot uit met het binnen de groep ontwikkelde Uni-Video. Het systeem legt letterlijk elke meter vast die een zending aflegt. Vandaag beschikken alle 11 depots en de 3 hubs van GLS in ons land over de technologie, goed voor 680 camera’s en een investering van een klein half miljoen euro. Wij hadden een gesprek met Senior Manager IT Patrick Vermeulen en Loss Prevention Coordinator Didier Braeckman. Tom Mondelaers
L.M.: Wat doet Uni-Video precies? Patrick Vermeulen: “Uni-Video zorgt voor een maximale traceerbaarheid van alle pakketten. Het is een extra zekerheid, bovenop de scanning, om heel de levenscyclus van een pakket binnen ons depot te kunnen opvolgen, op basis van beelden die om de paar seconden gemaakt worden. Je krijgt dus geen perfect vloeiend videobeeld, maar eerder een zeer regelmatige opeenvolging van foto’s. We kunnen met UniVideo ook heel nauwlettend parametriseren, bijvoorbeeld naargelang de wetgeving van een land kunnen we instellen hoe lang de beelden bewaard mogen blijven.” Didier Braeckman:“Uni-Video stelt ons bovendien in staat om verlies of diefstal van pakketten te voorkomen en eventuele beschadigingen vast te stellen, zodat daar geen discussie over kan ontstaan. Het systeem is volledig geïntegreerd met onze bestaande applicaties en processen. Je tikt
Senior Manager IT Patrick Vermeulen en Loss Prevention Coordinator Didier Braeckman: “Wij zijn rotsvast overtuigd van de meerwaarde van Uni-Video.”
het nummer in van een pakketje en krijgt dan onmiddellijk het corresponderende filmpje te zien.” L.M.: Kwam de investering er op vraag van de markt? Patrick Vermeulen: “GLS streeft ernaar om 100 procent van de pakjes juist en op tijd af te leveren. Elk geval van diefstal, verlies of beschadiging is er één te veel. Uni-Video helpt om die ambitie in de praktijk te brengen, en schadeclaims zo veel mogelijk te beperken. Het systeem is dus ontstaan vanuit onze eigen visie op kwaliteit.” L.M.: Heeft iedereen toegang tot de beelden? Didier Braeckman:“Het is ten eerste een intern systeem, dat alleen door GLS-medewerkers gebruikt wordt en dus niet door klanten. Ten tweede werken we met strikt gedefinieerde gebruikers, die meestal maar beschikken over een beperkte toegang naargelang hun functie binnen het depot. Niet iedereen kan zomaar alle beelden bekijken, daar moet echt een reden
34
voor zijn. Vooral tijdens de operaties wordt het systeem actief gebruikt, met name ’s morgens bij de verwerking van nieuwe pakketten. Bijvoorbeeld om achteraf na te gaan wanneer een pakket, dat men over het hoofd heeft gezien, precies geland is.” Patrick Vermeulen: “De camera’s staan gericht op de conveyors en niet op de werkplaatsen. Er komen uiteraard mensen in beeld, maar het systeem dient niet om onze medewerkers permanent te controleren. Voor we Uni-Video installeerden hadden we bovendien een akkoord met de sociale partners en het personeel omdat het systeem echt een meerwaarde betekent voor onze klanten.” L.M.: Jullie kunnen nu het hele traject van een zending opvolgen van a tot z. Wat kan je nog meer verlangen? Patrick Vermeulen: “We zijn nooit tevreden. Uni-Video is een jonge applicatie. Er komen nog altijd betere versies uit, met meer functies en interessante mogelijkheden die onze service verbeteren.”
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:35 Page 35
LM20 NL v9.1_Layout 1 30/11/11 09:35 Page 36