Roelant Savery's - Wonderlijke wereld

Page 1

Roelant Savery’s

wonderlijke wereld


2


Roelant Savery’s

wonderlijke wereld Ariane van Suchtelen

MAURITSHUIS DEN HA AG WA ANDERS UITGE VERS Z WOLLE


De tentoonstelling Roelant Savery’s wonderlijke wereld is mede mogelijk gemaakt door Stichting Vrienden van het Mauritshuis VriendenLoterij Stichting de Johan Maurits Compagnie The Dutch Masters Foundation Het Cultuurfonds M.A.O.C. Gravin van Bylandt Stichting

De tentoonstelling is mede mogelijk gemaakt door de rijksoverheid: de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed heeft namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap een indemniteitsgarantie toegekend.

4


Voorwoord 7

inleiding Roelant Savery (1578-1639) – alleskunner in de kunst 9

LANDSCHAPPEN

BLOEMEN

DIEREN

MENSEN

17

61

Noten 135

Tentoongestelde werken 138

Literatuur 141

47

101


6


vo o r wo o r d

1576 was een van de belangrijkste jaren in het begin van de opstand tegen koning Filips II en zijn Spaanse landgenoten. In Gent werd in dat jaar door de opstandige gewesten geëist dat de Spaanse troepen hun gebieden moesten verlaten, vastgelegd in de Pacificatie van Gent. Twee jaar later, in 1578, werd Roelant Savery geboren in Kortrijk, iets verderop. Rustiger was het nog niet geworden, integendeel. In 1580 werd Kortrijk ingenomen door katholieke Spaansgezinde troepen, waarop Roelants ouders besloten naar Brugge uit te wijken. Brugge viel vier jaar later en opnieuw moesten de Savery’s weg. Ze vluchtten, samen met vele andere protestantse Vlamingen, naar Haarlem zodat hun vijf kinderen daar in veiligheid konden opgroeien. Roelant en zijn oudere broer Jacob Savery ontwikkelden zich als schilder en tekenaar. De oudste broer, Hans, werd marineschilder, maar van hem is maar één schilderij bewaard gebleven. Voor deze tentoonstelling richten we onze focus op de jongste van het stel, Roelant Savery. Over hem valt meer dan genoeg te ontdekken en te vertellen. Het Mauritshuis heeft een drietal bijzondere werken van Roelant in eigen collectie. Dansende boeren bij een Boheemse herberg van circa 1610, een geschenk van Willem Baron van Dedem, hangt sinds 2016 in het museum. In hetzelfde jaar werd Vaas met bloemen in een stenen nis uit 1615 verworven. Orpheus betovert de dieren met zijn muziek uit 1627 was ooit in bezit van Amalia van Solms en werd zo onderdeel van de stadhouderlijke collectie en vervolgens de koninklijke collectie van het Mauritshuis. Zoals Orpheus de dieren betoverde zal alleskunner Savery met zijn veelzijdigheid aan genres en onderwerpen ook menig bewonderraar hebben betoverd. Zijn dieren, mensen, landschappen en bloemen zijn zo’n lust voor het oog, zo levendig en liefdevol, dat zijn fans, van de keizer in Praag tot Amalia in Den Haag, er net zo van zullen hebben genoten als wij nu nog steeds doen. Ik nodig je uit om in deze catalogus niet alleen de werken van Savery te bestuderen en te waarderen, maar ook te letten op het fijne taalgebruik van conservator Ariane van Suchtelen, die als auteur van deze catalogus Savery’s werken voorziet van dezelfde toegankelijke en soms feeërieke toon als waarmee Savery schilderde. Met nieuwsgierigheid en verwondering behandelt zij Savey’s oeuvre, woorden die ook passend zijn voor zijn blik op de wereld.

Speciaal voor de tentoonstelling werd Savery’s Stalinterieur met heksen uit het Rijksmuseum gerestaureerd in het Mauritshuis door onze Fullbright-AmericanFriends restauratiestagiaire Khanh Nguyen onder begeleiding van Sabrina Meloni. In het restauratieatelier van The Phoebus Foundation in Antwerpen werd Roelant Savery’s Veemarkt, uit het bezit van de gelijknamige collectie, gerestaureerd door Sven Van Dorst. Zeer erkentelijk zijn wij aan onze bruikleengevers, musea in binnen- en buitenland en enkele particuliere verzamelaars, die bereid waren hun kostbare tekeningen en schilderijen tijdelijk aan ons uit te lenen. Zonder hun bijzondere generositeit had de tentoonstelling niet kunnen worden georganiseerd. Alle leden van de projectgroep onder leiding van Suzan van den Berg hebben bijgedragen aan de succesvolle totstandkoming van Roelant Savery’s wonderlijke wereld. De vormgeving van de tentoonstelling was in handen van Jelena Stefanović. Gert Jan Slagter was verantwoordelijk voor de vormgeving van het boek dat werd uitgegeven door Waanders Uitgevers. Kist & Kilian namen de Engelse vertaling voor hun rekening. De tentoonstelling is mede tot stand gekomen dankzij de genereuze steun van onze Stichting Vrienden van het Mauritshuis, de VriendenLoterij, Stichting de Johan Mauritshuis Compagnie, The Dutch Masters Foundation, Het Cultuurfonds en de M.A.O.C. Gravin van Bylandt Stichting. Veel dank zijn wij verder verschuldigd aan: Veerle Van den Abeele, Niels de Boer, Katrijn Van Bragt, Hans Buijs, Laurence des Cars, Katharina Van Cauteren, Taco Dibbits, Sven Van Dorst, Blaise Ducos, Douglas Durr, Dorine Duyster, Carina Fryklund, Corinna Gannon, Marlyn van Gool, Andrea Hart, Liesbeth Helmus, Holger Jacob-Friesen, Sarah Keymeulen, Jennifer Kilian, Katy Kist, Ina Klaassen, Katja Kleinert, Anna Krekeler, Friso Lammertse, Austėja Mackelaitė, Pia Müller-Tamm, Mirjam Neumeister, Khanh Nguyen, Susanna Petterson, Rosie Razzall, Laura Ritter, Epco Runia, Bart Rutten, Manfred Sellink, Klaus Schröder, Andreas Schumacher, Cécile Tainturier, Ilona van Tuinen, Lisanne Wepler en Ineke Wolf. Zoals altijd, en ook nu, maak je een tentoonstelling als deze niet alleen. Het Mauritshuis is dankbaar vanwege de vele handen en hoofden die hebben bijgedragen aan Roelant Savery’s Wonderlijke wereld.

ma rt i ne go sse l i nk

7



i nl e i d i n g

Roelant Savery (1578-1639) – alleskunner in de kunst

Roelant Savery was op veel vlakken een pionier. Zo stond de kunstenaar aan de basis van diverse nieuwe thema’s in de Nederlandse schilderkunst, zoals het bloemstilleven en het met dieren gevulde landschap. Savery’s belangstelling als tekenaar en schilder richtte zich op de zichtbare wereld om hem heen die hij met intense aandacht observeerde en vastlegde. Behalve landschappen beeldde hij flora en fauna af, waaronder planten en dieren die vanuit verre streken voor het eerst in Europa waren geïmporteerd. Roelant Savery geniet faam als schilder van het vroegste Nederlandse bloemstilleven en hij staat onder meer bekend als de schilder van de dodo, de legendarische uitgestorven vogel uit Mauritius (afb. 1).1 De meest creatieve en productieve periode in zijn loopbaan waren de ruim tien jaar die hij als jonge kunstenaar werkte in Praag, waar hij in dienst was getreden van keizer Rudolf II. Daar ontpopte hij zich tot een verwoed tekenaar. Hij schetste indrukwekkende watervallen in de Tiroolse Alpen en maakte een

unieke groep topografische tekeningen van Praag. Ook tekende hij gewone mensen: Savery was de eerste kunstenaar die zijn modellen buiten opzocht om ze ongevraagd en schijnbaar ongemerkt naar het leven te schetsen. Zo gaf hij boeren, bedelaars en marktvrouwen weer, waarbij hij notities toevoegde over alle details van hun kleding (afb. 2). Zijn tekeningen van joodse gelovigen in de Praagse synagoge horen tot de vroegste afbeeldingen van eigentijdse Joden in Europa. Veruit het grootste deel van Savery’s getekende oeuvre stamt uit zijn Praagse jaren. Waar Savery in zijn tekeningen de zichtbare werkelijkheid dicht op de huid zat, ligt dat voor zijn geschilderde landschappen en dierstukken anders. De vroege bos- en berglandschappen zijn behoorlijk natuurgetrouw, maar in de loop der tijd worden zijn schilderijen fantasievoller, vooral na terugkeer in Nederland. De anekdotische tafereeltjes die hij aan zijn landschappen toevoegde, worden in zijn latere werk steeds sprookjesachtiger van sfeer, met fantastische

Afb. 1 ← Detail van Roelant Savery,

Orpheus betovert de dieren met zijn muziek (20). Een dodo kijkt toe vanaf een rots.

Afb. 2 → Detail van Roelant Savery,

Zittende bedelaar en studie van een mannenhoofd (29). Als hoofddeksel draagt de bedelaar een vuile witte doek met rode strepen (‘vijllen witten doeck / met ro strepen dar op’).

9


Detail van Roelant Savery, Antieke ruïnes in een gefantaseerd landschap (11)

Afb. 3

Afb 4 → Geertruydt Roghman naar Paulus Moreelse,

Portret van Roelant Savery, 1647. Gravure, 267 x 162 mm. Rijksmuseum, Amsterdam Het opschrift onder de prent is gedicht door Hendrick Roghman, vader van de graveur Geertruydt Roghman. Geertruydts moeder was Marie Savery, een van de zeven kinderen van Roelants broer Jacob. Het portret van Roelant Savery door Paulus Moreelse is niet bewaard gebleven.

antieke ruïnes en wonderlijke vergezichten. Met rechtstreekse natuurwaarneming heeft het vaak niet veel meer te maken (afb. 3). In zijn dierstukken dient dat fantasielandschap als decor waarin de dieren worden geëtaleerd. Afzonderlijke dieren zijn weliswaar naar de natuur afgebeeld, maar hun gezamenlijke aanwezigheid in het landschap is feitelijk onmogelijk. Wat dat betreft is er een parallel met de onbestaanbare boeketten van bloemen die in de natuur verschillende bloeiseizoenen kennen. Savery opereerde in zijn schilderijen op het snijvlak tussen fantasie en werkelijkheid, waarbij in de loop van zijn carrière het aandeel van de verbeelding toenam.

10

De omvang van Savery’s oeuvre wordt geschat op ongeveer 300 schilderijen en 250 tekeningen, maar die ramingen zijn waarschijnlijk aan de voorzichtige kant. Nog altijd komen er onbekende schilderijen en

tekeningen tevoorschijn, waarvan enkele op de huidige tentoonstelling in het Mauritshuis voor het eerst aan publiek worden getoond.2 Aan de hand van de selectie van 43 geëxposeerde tekeningen en schilderijen wordt het fascinerende werk van Roelant Savery hier beschreven in vier hoofdstukken, waarvan de titels de veelzijdigheid ervan reflecteren: Landschappen, Bloemen, Dieren en Mensen. Maar eerst richten we de blik op het veelbewogen leven van de kunstenaar. le v e n i n vo ge lv lucht Roelant Savery werd in 1578 in Kortrijk (West-Vlaanderen) geboren als vijfde en jongste kind in een familie waarvan de drie zoons schilder werden (afb. 4).3 Het was in de jaren rond Roelants geboorte een zeer turbulente tijd, midden in de Tachtigjarige Oorlog tegen het bewind van de Spaanse koningen. In 1580 werd Kortrijk ingenomen door katholieke Spaansgezinde troepen,


waarna de doopsgezinde familie Savery noodgedwongen uitweek naar Brugge. Ook die stad viel vier jaar later in Spaanse handen en weer moest de familie weg. Dit keer emigreerden ze naar Haarlem, een plaats waar veel protestanten uit Kortrijk en omgeving neerstreken. De Savery’s behoorden daarmee tot een grote groep Vlamingen die in de late zestiende eeuw vanwege hun geloof moest uitwijken naar de Noordelijke Nederlanden (het huidige Nederland). De instroom van talloze goedgeschoolde kunstenaars uit het Zuiden zou een cruciale bijdrage leveren aan de grote bloei van de kunsten in Nederland in de zeventiende eeuw. Omstreeks 1590, toen Roelant een jaar of twaalf was, verhuisde hij vanuit Haarlem met zijn twaalf jaar oudere broer Jacob Savery (c.1566-1603) mee naar Amsterdam om bij hem het schildersvak te leren.4 Dit werd voor het eerst opgetekend door schrijver en schilder Karel van Mander in zijn Schilder-boeck uit 1604 – Van Mander behoorde net als de Savery’s tot de Kortrijkse immigrantengemeenschap in Haarlem.5 Twaalf jaar was indertijd de gebruikelijke leeftijd om als schildersleerling te beginnen. Roelant moet na voltooiing van zijn opleiding zijn uitgegroeid tot een volwaardige medewerker van het atelier Savery, die kon bijdragen aan de productie van het bedrijf. Onze kennis van Roelants vroege werk is fragmentarisch, want er is heel weinig van hem uit die Amsterdamse periode bewaard.6 Duidelijk is wel dat veel van de onderwerpen waarin hij zich zou specialiseren, al door Jacob waren beproefd. In de jaren dat de broers na Roelants leertijd in Amsterdam samenwerkten, was er ongetwijfeld sprake van een gezamenlijke stijl en themakeuze, die de output van het atelier Savery als zodanig herkenbaar maakten. na a r p r a ag Op 27 augustus 1602 maakten Jacob en Roelant Savery samen hun testament op, naar alle waarschijnlijkheid ter voorbereiding op hun geplande vertrek naar het buitenland.7 Ze zouden beiden in dienst treden van de Habsburgse keizer Rudolf II, de belangrijkste verzamelaar van zijn tijd, die vooraanstaande kunstenaars naar Praag haalde om voor hem te werken (afb. 5). De keizer, een groot bewonderaar van de beroemde Antwerpse schilder Pieter Bruegel I (1526/30-1569), was mogelijk op zoek naar Nederlandse kunstenaars die in de stijl van deze meester zouden kunnen werken (vergelijk 42 en 43). Het liep anders, want Jacob werd plotseling ziek en overleed aan de pest die in 1603 in Amsterdam woedde. Op 23 april werd hij begraven in de Zuiderkerk. In het najaar van 1603 of in het voorjaar van 1604 vertrok Roelant alsnog naar Praag, in zijn eentje. Hij werd hofkunstenaar van keizer Rudolf II. In Praag zal Savery ogen tekort zijn gekomen. In de vermaarde Kunstkammer van de keizer vond hij de hele

Aegidius Sadeler, Portret van de Habsburgse keizer Rudolf II, 1609. Ets en gravure, 308 x 223 mm. Rijksmuseum, Amsterdam

Afb. 5

Rudolf II van Habsburg (1552-1612) werd in 1576 keizer van het Heilige Roomse Rijk. In 1583 verplaatste hij het keizerlijk hof van Wenen naar Praag. Onder Rudolfs bewind groeide Praag uit tot eminent centrum van kunst en wetenschap in Europa. Na zijn dood werd Rudolf II opgevolgd door zijn jongere broer Matthias, die in Wenen resideerde.

11


wereld als het ware binnen handbereik, een brandpunt van kunst, cultuur en wetenschap. Behalve kunst in de breedste zin van het woord, verzamelde de keizer voorwerpen uit de natuur (naturalia), zoals exotische schelpen, koralen, gesteente en opgezette dieren. In zijn tuinen bloeiden zeldzame bloemen en in zijn dierentuinen en volières was een keur aan bijzondere dieren te vinden. Aan het Praagse hof moet een levendige artistieke uitwisseling hebben plaatsgevonden. Roelant Savery maakte er kennis met collega-kunstenaars, onder wie zijn landgenoten Peter Stevens (1567-1626), Aegidius Sadeler (1568-1629) en Paulus van Vianen (1570-1613). ‘co ns t rijc ke n l a n d s c ha p - s c h i l d e r’ Het overlijden van Rudolf II in januari 1612 luidde het einde in van deze bijzondere tijd in Praag. Savery bleef nog enige tijd in dienst van Rudolfs broer en opvolger Matthias. Daarvan getuigt onder meer het opschrift ‘Roelant Savery Schilder van Rodolphus en Mathias Rooms Keijsers’ op zijn postume portretprent (afb. 4). En in 1613 kreeg hij als ‘kaiserliche Kammermaler’ nog achterstallig loon betaald.8 Toch lijkt het er niet op dat zijn dienstverband bij Matthias veel om het lijf had. Savery ging na Rudolfs dood niet naar Wenen, waar Matthias residentie hield, maar bleef in Praag. Tijdens zijn laatste Praagse jaren is hij diverse malen naar Amsterdam gereisd voor familiezaken, waaronder de afwikkeling van de erfenis van Jacobs weduwe die in 1612 overleed. In 1615 keerde Savery definitief naar Nederland terug en ging in Amsterdam wonen. Zijn Stalinterieur met heksen uit dat jaar (26) is door hem voorzien van het Amsterdamse stadswapen (afb. 6). In een treurdicht voor de in 1617 overleden kunstenaar Hendrick Goltzius wordt ‘Rolandt Savrey Constrijcken Landtschap-Schilder’ tussen de treurende Amsterdamse schilders opgevoerd: ‘Savrey die spijt Hyems [ook in de winter], de velden bloeyen doet, Soo schoon dat Natuer hem t’hebben opghevoet’.9 In 1618 vertoefde hij enige tijd in Haarlem,10 maar in hetzelfde jaar wordt hij voor het eerst in Utrecht vermeld, waar hij zijn verdere leven zou blijven.

12

definit ief i n u tr ec ht g e ve s ti g d In 1619 werd Savery lid van het Utrechtse Sint-Lucasgilde. Zijn neef en ateliermedewerker Hans Savery (1589-1654), zoon van Jacob die in 1609 ook naar Praag was gekomen, verhuisde mee naar Utrecht en bleef tot Roelants dood bij zijn oom wonen en werken. Aanvankelijk woonde Savery in de Snippevlucht aan de zuidkant van de Oudegracht. Behalve Hans woonde ook diens zuster Catharina met haar man bij hem in huis. Op 7 november 1621 kocht Savery een huis aan de Boterstraat (het Lombardenhuis, tegenwoordig nummer 20).11 In dit grote huis bood de ongetrouwde

Detail van Roelant Savery, Stalinterieur met heksen (26)

Afb. 6

Roelant onderdak aan nog meer familieleden, onder wie zijn zuster Maria, die voor de tweede keer weduwe was geworden, en nog enkele andere kinderen van Jacob. Het kan niet anders of Savery’s status als voormalig hofschilder is voor hem van bijzondere waarde geweest, zoals blijkt uit de naam Het Keyserswapen dat hij zijn huis gaf ter ere van zijn voormalige broodheer. In Utrecht maakte Savery deel uit van een hechte schildersgemeenschap. Een bekende leerling was Allaert van Everdingen (1621-1675), wiens Scandinavische landschappen met watervallen duidelijke invloed vertonen van het werk van Savery. Interessant in dat verband is een document uit 1622 waarin de vooraanstaande Utrechtse schilders Paulus Moreelse, Aert van der Eem, Balthasar van der Ast, Herman van Vollenhoven en Adam Willaerts verklaarden dat zij dagelijks bij Roelant Savery over de vloer kwamen.12 Blijkbaar vormden ze een soort club van gelijkgestemden waarin Savery een centrale rol speelde. l a atst e jare n In 1634 maakte Savery opnieuw zijn testament op, waarschijnlijk vanwege toenemende fysieke en mentale problemen. Vanzelfsprekend was de erfenis van zijn schildersatelier met al het werkmateriaal bestemd voor


Roelant Savery en atelier, Elia door de raven gevoed, 1634 (?). Koper, 40,3 x 49,2 cm. Rijksmuseum, Amsterdam

Afb. 7

neef Hans: ‘alle syne schilderijen mit al die teykeningen die schilderkunst aengaende ende betreffende’.13 Hans zou zich overigens buiten het atelier van zijn oom niet als zelfstandig kunstenaar ontwikkelen, wat dat betreft was de samenwerking tussen oom en neef anders dan die tussen de broers Jacob en Roelant. Het is opvallend dat de kwaliteit van de schilderijen uit de late jaren achteruitging. Een deel van die werken, die vaak alleen met ‘Savery’ zijn gesigneerd, kan vermoedelijk aan Hans worden toegeschreven. Maar in de laatste jaren van zijn leven namen ook Savery’s geestelijke vermogens af. ‘De Natuur benam hem ’t leven door verstrooinge der sinne’, aldus het opschrift onder zijn portretprent (afb. 4). Bijgevolg ging het ook financieel bergafwaarts. Savery kreeg steeds meer schulden, mede doordat hij ‘bijden dronck lichtelijck tot het teijckenen van het een of het ander te brengen was’, waardoor hij het slachtoffer werd van oplichting. Vermoedelijk waren deze problemen de oorzaak van zijn afnemende artistieke productie. Zijn laatste gedateerde schilderij, Elia door de raven gevoed, stamt naar het lijkt uit 1634, maar het jaar is niet goed leesbaar (afb. 7). Het schilderij is gedeeltelijk door ateliermedewerkers uitgevoerd.14 Uit de jaren dertig is verder voor zover bekend geen gedateerd werk van

hem bewaard gebleven, hoewel de productie van het atelier nog enige tijd doorliep. In september 1638 viel het doek en ging Savery failliet. Zijn huis werd verkocht ten behoeve van zijn schuldeisers, waarmee Savery ook zijn atelier kwijtraakte. Korte tijd later overleed Roelant Savery op 61-jarige leeftijd. Op 25 februari 1639 werd hij begraven in de Buurkerk in Utrecht.15 Hans Savery trouwde kort na Roelants dood met diens dienstmeid en bleef in Utrecht wonen. Hoe het hem professioneel verging nadat het atelier was opgedoekt, is onbekend. le v e n secht e de tai ls Hoe valt de artistieke erfenis van Roelant Savery, aan wiens leven een tamelijk treurig einde was gekomen, nu in een paar zinnen te typeren? De vraag hoe invloedrijk een kunstenaar is geweest, is complex en meerduidig. Roelant trad in de voetsporen van zijn broer en leermeester Jacob, maar hij ontwikkelde zich verder en sloeg nieuwe wegen in. Als je het oeuvre overziet, is het verbazingwekkend hoeveel nieuwe thema’s hij uitbeeldde, als schilder en als tekenaar: van bloemstilleven tot stalinterieur, van levensechte watervallen tot gewone mensen op straat. Met dit werk beïnvloedde Savery uiteenlopende kunstenaars die na hem kwamen. Balthasar van der Ast (1593-1657)

13


liet zich inspireren door zijn bloemstillevens, Adam Willaerts (1577-1664) nam motieven van Savery op in zijn kustlandschappen.16 Allaert van Everdingen (16211675) specialiseerde zich in door Savery geïnspireerde landschappen met watervallen en Jacob van Ruisdael (c.1628-1682) verwerkte Savery’s knoestige eiken in monumentale landschapscomposities. We kunnen zelfs speculeren dat Rembrandts verbeeldingen van het leven van alledag mede zijn gebaseerd op Savery’s vernieuwende figuurstudies (zie p. 34).

Afb. 8 Detail van Roelant Savery, Een groep Hongaarse ruiters (40)

Detail van Roelant Savery, Stalinterieur met heksen (26)

Afb. 9

14

Roelant Savery heeft ons een groot en veelzijdig oeuvre nagelaten, waarin eindeloos veel te zien en te ontdekken valt. Het is werk dat erom vraagt om van dichtbij en met aandacht bekeken te worden om telkens nieuwe details te vinden: een insect op een bloemblad, een hagedis in een koeienstal, een kind dat landerig over de rug van zijn vader hangt, twee kreeftenvissers onderaan een waterval, de wapperende luipaardcape van een ruiter (afb. 8), een olifant die met zijn logge lijf tegen een boomstam schurkt. Het zijn de levensechte details die dit soort voorstellingen zo aantrekkelijk maken. Maar ook als Savery zijn fantasie de vrije loop laat, valt er veel te beleven. Dan ontdek je vermakelijke heksen en toverkollen (afb. 9), een monstertje met het achterlijf van een kreeft en de kop van een dodo, feeërieke pseudo-Romeinse ruïnes, een doodskop in een knekelveld. De variatie is groot en Savery is beslist niet voor één gat te vangen, een alleskunner in de kunst.


Afb. 10 Roelant Savery, Adam en Eva in het paradijs, 1626. Paneel, 80,5 x 137,6 cm. Gemäldegalerie, Staatliche Museen zu Berlin, Berlijn

Vroegste eigenaren Onze kennis over de vroegste eigenaren van Savery’s schilderijen en over de prijzen die er tijdens zijn leven voor werden betaald, is bijzonder fragmentarisch. Zo weten we niet onder welke voorwaarden Savery voor Rudolf II werkte, hoewel hij zijn werk tijdens die jaren aan het hof kennelijk ook aan anderen kon verkopen. De vroegste inventaris van Rudolfs schilderijen – die na zijn dood verspreid raakten – dateert uit 1621. Zeventien schilderijen van Savery worden vermeld, waaronder een ‘Orpheus mit wilden Thieren in einer Landtschaft’ en een schilderij dat staat beschreven als ‘Das grosse Schwein’.17 Welke schilderijen het betreft, is niet zeker. Andere schilderijen zijn niet meer te achterhalen, onder meer doordat ze met een uiterst summiere titel of helemaal geen titel zijn geïnventariseerd. Nadat hij was teruggekeerd uit Praag, ging Savery overwegend voor de vrije markt schilderen. Uit onderzoek naar zeventiende-eeuwse boedelinventarissen blijkt dat zijn schilderijen in veel huizen te vinden waren, wat duidt op een behoorlijke populariteit. Ze behoorden tot een modale prijscategorie,

met een gemiddelde geschatte waarde van 55 gulden.18 Ook na zijn jaren als hofschilder vonden Savery’s schilderijen soms hun weg naar vorstelijke verzamelaars. De Staten van Utrecht kochten in 1626 een paradijsscène van Savery om geschenk te doen aan Amalia van Solms ter ere van haar huwelijk met stadhouder Frederik Hendrik (afb. 10).19 Zij betaalden er 700 gulden voor. In de collectie van Frederik Hendrik en Amalia waren nog drie schilderijen van Savery. In 1628/29 kocht vorst Gundaker von Liechtenstein via een Amsterdamse handelaar twee schilderijen van Savery voor duizend gulden.20 In het paleis van Frederik van de Palts en Elizabeth Stuart (bijgenaamd de Winterkoning en Winterkoningin) in Rhenen hingen drie schilderijen van Savery.21 Ook de Engelse koningen bezaten schilderijen van Savery.22 Daarnaast bevond werk van hem zich in diverse charitatieve instellingen in Utrecht.23 In 1628 doneerde Savery een ‘Groot landschap met beesten’ aan het Sint-Jobsgasthuis.24 De regentenkamer van dit gasthuis lijkt te hebben gefungeerd als toonzaal voor het Utrechtse Sint-Lucasgilde.

15


16


1

LANDSCHAPPEN

Roelant Savery was een specialist in landschappen. Hij tekende en schilderde bossen, bergen en watervallen, altijd met bijzondere aandacht voor de weergave van bomen en struiken. In het buitenland werd de landschapskunst in Savery’s tijd beschouwd als een typisch specialisme uit de Lage Landen. Dat gold zeker ook voor keizer Rudolf II, die Savery als jonge kunstenaar naar Praag had laten komen. De keizer liet hem naar ‘Tyrol […] reizen, om alle fraaije gezichten van Landschappen en Watervallen na ’t leven af te teekenen’, aldus biograaf Arnold Houbraken.25 De Duitse schilder en schrijver Joachim Sandrart, die Savery in Utrecht persoonlijk leerde kennen, schreef een mooie passage hierover. Nadat hij de kunstenaar als dierenschilder had geprezen lezen we: ‘eben so grosse Erfahrung liess er auch merken in Steinfelsen, Klippen Rotzen Bergen und Wasserfallen, dahero Kayser Rudolphus bewogen, ihn in Tyrol verschickt, um darinne der Natur seltsame Wunder mehr zu erkundigen: also zeichnete er alle schönste und verwunderlichste Gebürge und Thäler dieses Landes.’ (‘Een even grote ervaring liet hij merken in [de weergave van] steenmassa’s, klippen, rotsen, bergen en watervallen, waardoor keizer Rudolf besloot hem naar Tirol te sturen om alle zeldzame wonderen van de natuur te verbreiden; zo tekende hij de mooiste en wonderbaarlijkste bergen en dalen van dit land.)26 In het begin van de zeventiende eeuw maakte de Nederlandse landschapskunst een snelle ontwikkeling door. Kunstenaars trokken erop uit en ontdekten de wereld om hen heen als onderwerp om af te beelden. Ze lieten zich inspireren door wat ze met eigen ogen waarnamen. Het gefantaseerde landschap dat voorheen de boventoon had gevoerd, maakte plaats voor een natuurgetrouwe weergave van het land. Een krachtige impuls bij deze ontwikkeling kwam uit Vlaanderen, waar een lange traditie op het gebied van de landschapskunst bestond. Vlaamse specialisten die aan het eind van de zestiende eeuw vanwege de Tachtig-

jarige Oorlog naar het Noorden waren uitgeweken, namen die rijke erfenis met zich mee. Roelant Savery was een typische vertegenwoordiger van de Vlaamse landschapskunst die omstreeks 1600 in de Noordelijke Nederlanden wortel had geschoten. Opgeleid in Amsterdam bij zijn broer Jacob Savery – op zijn beurt een leerling van de Mechelse landschapsschilder Hans Bol (1534-1593) – stamde hij rechtstreeks uit de roemrijke Vlaamse traditie die onder meer teruggaat op het werk van de Antwerpse kunstenaar Pieter Bruegel I (1526/30-1569). Van bijzonder belang voor Savery’s ontwikkeling als landschapskunstenaar moet zijn verblijf in Praag zijn geweest als hofkunstenaar van Rudolf II. We kennen maar heel weinig werk van hem van voor zijn vertrek naar Midden-Europa, wat het lastig maakt zijn ontwikkeling in de vroegste fase van zijn loopbaan op waarde te schatten. 27 Toch heeft het er alle schijn van dat hij in de eerste plaats als landschapspecialist naar Praag werd gehaald, als kunstenaar die in de voetsporen zou kunnen treden van de bewonderde Bruegel.28 In Rudolfs encyclopedische collecties mochten bijzondere landschappen niet ontbreken, maar die konden uiteraard alleen via afbeeldingen worden opgenomen. De keizer gaf Savery opdracht het Tiroolse land in beeld te brengen. In 1606-1607 ging de kunstenaar op pad. Zo ontdekte hij een wereld die hij nooit eerder had gezien.29 Savery’s expedities naar de bergen moeten in de warme maanden van het jaar hebben plaatsgevonden, wanneer de meeste sneeuw was gesmolten en het terrein weer begaanbaar was. Afkomstig uit de Lage Landen was hij ongetwijfeld overweldigd door de onherbergzame natuur van de Alpen, met de grillig gevormde rotsformaties, de door weer en wind getekende bomen en bovenal de hoge watervallen.30 Wat hij zag, legde hij ter plekke vast in zijn schetsboek. Op enkele tekeningen gaf hij zichzelf weer als schetsende

17


kunstenaar, soms vergezeld door een gids die met brede armgebaren wijst op het natuurschoon (afb. 1 en 2).31 Savery’s schetsen naar de natuur dienden als werkmateriaal voor de schilderijen en tekeningen die hij in zijn atelier uitwerkte. Rudolfs hofgraveur Aegidius Sadeler (1568-1629) maakte vanaf 1608 een reeks prenten naar Savery’s landschappen, die in belangrijke mate zouden bijdragen aan de bekendheid van diens werk (afb. 3 en 4).32

Savery’s belangstelling als landschapskunstenaar was zeer breed en bleef zeker niet beperkt tot het grootse in de natuur. Hij gaf ook eenvoudige motieven in het landschap naar het leven weer: omgewaaide bomen, vervallen boerderijen, een houten bruggetje over een beek. Daarnaast trok hij erop uit in Praag en directe omgeving. Zijn getekende gezichten op en in Praag kunnen als een soort stadslandschappen worden getypeerd.

Aegidius Sadeler naar Roelant Savery, Tekenaar zittend op een steen voor een brug (uit de reeks Landschappen van Tirol), c.1608. Gravure en ets, 205 x 264 mm. Rijksmuseum, Amsterdam

Afb. 3

Roelant Savery, Berglandschap met regenboog, 1606/07. Zwart en rood krijt, gewassen, 498 x 413 mm. Österreichische Nationalbibliothek, Wenen

afb. 1

Aegidius Sadeler naar Roelant Savery, Hertenjacht bij een bosmeer (uit de reeks Zes landschappen), c.1608. Gravure en ets, 224 x 284 mm. Rijksmuseum, Amsterdam

Afb. 4

18 Afb. 2

Detail van afb. 1


In de bergen 1

Roelant Savery, Landschap met waterval, 1606/07 Zwart krijt, versterkt door olieachtig zwart krijt, rood krijt, gewassen, wit gehoogd, 306 x 201 mm Fondation Custodia (collectie Frits Lugt), Parijs

2

Roelant Savery, Berglandschap met waterval, 1606/07 Zwart krijt, penseel in waterverf in kleuren, 383 x 413 mm Rijksmuseum, Amsterdam

3

Roelant Savery, Rotslandschap, 1606/07 Pen in bruin, 116 x 153 mm Particuliere collectie

De beroemde watervallen van Tivoli buiten Rome werden al vanaf de zestiende eeuw door kunstenaars afgebeeld. Op talrijke voorstellingen vormen ze het fraaie decor van de vermaarde overblijfselen uit de klassieke oudheid. Karel van Mander beschreef in zijn Schilder-boeck uit 1604 als eerste de waterval in de vrije natuur als motief voor schilders. In zijn hoofdstuk over het landschap riep hij de lezer op: ‘bootst naer, o Pinceelen, oock t’waters ghedruysch, dat af comt gheborrelt, al rasende tusschen steenen gemortelt’. Zo’n waterval vond men bij ‘die grouwelijcke steenen, die der Switsen Landt vervullen’.33 Hij had daarbij dus niet Tivoli maar het Alpenlandschap voor ogen, dat hij op zijn reis naar Italië had leren kennen. Savery’s voorstellingen van watervallen, waarvan de directe observatie naar de natuur een nieuw fenomeen was, vormen indrukwekkende getuigenissen van zijn ervaringen in de natuur. Hij gaf het natuurgeweld van het vallende water niet van een veilige afstand maar van zeer dichtbij weer. Landschap met waterval (1) is een van de natuurstudies die Savery waarschijnlijk in de buitenlucht maakte.34 Anders dan in zijn uitgewerkte landschapscomposities is op deze tekening geen mens te bekennen. Met zwart krijt schetste hij de imposante waterval tussen de hoge rotsen waarop een paar magere sparren groeien. Van dichtbij observeerde hij de details van het spektakel, zoals de afgeknapte boomstammen die her en der achter de rotsen zijn blijven hangen. Opvallend is dat de rots midden in beeld wel wat weg heeft van een menselijk hoofd – het kijkt ons met geopende mond vanuit een ooghoek aan. Savery had een voorliefde voor dit soort bijzondere vormen in de natuur die doen denken aan levende wezens. Vermoedelijk na terugkeer in zijn atelier werkte Savery de tekening verder uit met wat kleuraccenten in rood en wit krijt. Zo’n natuurstudie kon hij vervolgens in zijn atelier als voorbeeld gebruiken. Berglandschap met waterval (2) wekt, in tegenstelling tot voorgaande schets, niet de indruk buiten te zijn gemaakt.35 Daarvoor is de compositie veel te zorgvuldig uitgedacht, met keurig achter elkaar gelegen zones die voor dieptewerking zorgen. De contouren 19


1

20


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.