Grondig 6 - 2017

Page 1

vakblad voor specialisten in groen, grond en infra

30 - LEREN WERKEN MET LIEBHERR 10 - KLEINERE MACHINES, HOGERE KOSTEN 14 - AANNEMERS HEBBEN ONS NODIG 38 - NIEUWE CLAAS ARION EN AXION 56 - ONZICHTBAAR ZONDER SAMENWERKING

6 2017


ONTVANG €4000,- KORTING

BIJ AANKOOP VAN EEN NIEUWE 6M MET AUTOTRAC

Met een geïntegreerd AutoTrac stuurset heeft u een optimale nauwkeurigheid bij geleiding van rechte en gebogen sporen. Deze actie is geldig bij aankoop van een 6M met een AutoTrac Complete Pakket. Het AutoTrac Complete Pakket bevat het volgende: - AutoTrac Ready - StarFire 6000 ontvanger – SF1 ready - GreenStar 3 – 2630 Display - GreenStar 3 – AutoTrac Activatie SF1 Neem vandaag nog contact op met uw dealer en vraag naar de mogelijkheden van een Farmsight Service Pakket. *Prijzen zijn exclusief BTW en klaarmaakkosten. De actie is geldig t/m 31 maart 2018. Vraag uw dealer naar de voorwaarden.

JohnDeere.nl


Colofon Grondig is het vakblad, website en digitale nieuwsbrief voor de cumelasector, specialisten in groen, grond en infra. Grondig wordt uitgegeven door CUMELA Communicatie in opdracht van CUMELA Nederland. U kunt zich via grondig.com aanmelden voor de gratis nieuwsbrief Grondig actueel. Adres CUMELA Nederland Postbus 1156, 3860 BD Nijkerk tel. (033) 247 49 00, fax (033) 247 49 01 www.cumela.nl CUMELA-infolijn (033) 247 49 99 / infolijn@cumela.nl Grondig / CUMELA Communicatie tel. (033) 247 49 50 / www.grondig.com grondig@cumela.nl / @Grondig Bladmanager Michiel Pouwels Redactie Toon van der Stok (hoofdredacteur), Gert Vreemann, Marijke Dorresteijn, Ton Herbrink (eindredacteur) Vormgeving Practicum Print Management BV, Soest Voorplaat CUMELA Communicatie Advertentiewerving Lisette Kerkhof, lkerkhof@cumela.nl Druk SMGB, Doetinchem Abonnementen Een abonnement op Grondig kan op elk moment ingaan en loopt na de eerste periode van kalenderjaar tot kalenderjaar. Een opzegging van het abonnement dient schriftelijk, vóór 1 november door ons ontvangen te zijn.

REDACTIONEEL Capaciteit en gemak

In de loop der jaren zijn wij getuige geweest van een groot aantal nieuwe ontwikkelingen in de mechanisatie. Zo herinneren we ons nog de introductie van een nieuwe zelfrijdende bunkerrooier voor suikerbieten in de jaren tachtig. Wat vooral bijgebleven is, zijn de sporen die werden veroorzaakt. Niet door de bietenrooier, want die bleef keurig boven op de teeltlaag rijden, maar door de kippers. Dat waren toen namelijk nog echte grote kruiwagens, op keiharde diagonaalbanden en dus met een enorme insporing. Toch was de kritiek dat de machines te groot en te zwaar waren. Sinds die tijd zijn de machines alleen maar groter geworden en hebben niet alleen bij de bieten de zelfrijders het werk overgenomen, maar gaat het ook bij de aardappels die kant op. De belangrijkste reden: oogstzekerheid. En minstens zo belangrijk: we besparen flink op arbeid. Ondertussen zijn wel de sporen uit het land verdwenen, want dankzij de schaalvergroting in de akkerbouw zijn de kippers die voor de afvoer van de producten moeten zorgen meegegroeid en voorzien van extra assen en betere banden. Het is een ontwikkeling die niet alleen in de akkerbouw speelt. In de veehouderij zien we de al maar groeiende populariteit van de sleepslangbemesters, vanwege de capaciteit en de lage bodemdruk, maar ook worden hakselaars en silagewagens voorzien van luchtdrukwisselsystemen en liefst grote en soepele banden. Alles wordt eraan gedaan om met een grote capaciteit toch altijd aan het werk te kunnen. Natuurlijk heeft de bodem hiervan te lijden als we onder natte omstandigheden moeten werken. Wel zorgt de grotere capaciteit er ook voor dat we juist steeds vaker de beschikbare goede tijd kunnen benutten. Wat opvallend genoeg in die jaren van steeds groter wordende machines niet is veranderd, zijn de steeds stijgende opbrengsten. Voor alle gewassen, van aardappelen, suikerbieten, tarwe en maïs tot gras geldt dat we mede door de vooruitgang in genetica steeds meer van een hectare halen. En als dat niet meer gebeurt, komt dat niet door een verdichte ondergrond, maar is het een gevolg van verwaarlozing van de grond: te weinig oog voor organische stof, door overheidsbeleid te weinig bemesting of geen geld investeren in goede drainage. Natuurlijk zijn er nu veel mensen die roepen dat het kleiner en lichter moet, maar het zijn vooral de geleerden die aan de kant staan. Die niet hoeven te leven van wat een gewas opbrengt of van de exploitatie van een machine. Zo lang zij niet duidelijk kunnen maken dat kleiner en lichter meer geld opbrengt, zal de afzet van kleine machines niet groeien. Of er moeten mooie subsidies komen om kleiner en lichter betaalbaar te maken. Zonder dat blijven capaciteit en gemak allesbepalend, tenzij boeren bereid zijn om meer te betalen. De kans daarop is klein, want niet alleen betalen ze graag niet te veel per hectare, ook willen ze graag zoveel mogelijk vrije tijd. Net als ieder ander.

Kosten abonnement Nederland € 89,- per jaar / Buitenland € 124,- per jaar. Collectieve abonnementen: op aanvraag © Stichting CUMELA Communicatie, Nijkerk Het geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen uit Grondig is toegestaan na toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade door onjuiste berichtgeving. ISSN: 2210-3260 Lidmaatschap CUMELA Nederland Lid worden? Vraag het gratis infopakket op via info@cumela.nl. Wilt u het lidmaatschap van CUMELA Nederland beëindigen, dan dient u voor 1 oktober een schriftelijke opzegging te sturen naar het secretariaat van CUMELA Nederland te Nijkerk. Het lidmaatschap eindigt dan per 31 december van dat jaar. Bij opzegging na 1 oktober eindigt het lidmaatschap op 31 december van het volgende jaar.

Redactie Grondig Toon, Gert en Marijke

GRONDIG 6 2017

3


De nieuwe ARION 500 / 600. Freedom to do more. The new ARION 600 / 500.

Meest comfortabele trekker in zijn klasse is vernieuwd met: − een nieuw topmodel met een maximaal vermogen van 205 pk − een nieuw CEBIS display met touchscreen − We‘ve een nieuwe armleuning in deequipped CIS+ uitvoering listened to you and the new ARION 600 / 500 with plenty of new features to

lighten your daily workload and provide greater comfort and convenience: a new top model with

CLAAS ARION betekent altijd: a maximum output ofnog 205 hp, a new CEBIS display with touch operation and a new armrest in − the eenCIS+ superieur rijcomfort version. Together with its superior driving comfort and intuitive user interface, − combined intuïtieve bediening with intelligent and efficient powershift and continuously variable transmissions, you‘ll − be intelligente powershift traploze transmissies impressed by the en new ARION 600 / 500 – freedom to do more. De ARION 500 / 600 zal u blijven overtuigen.

arion600-500.claas.com

arion600-500.claas.com

Agrartechnik Mustermann GmbH Musterstraße 1 23456 Musterstadt kampsdewild.nl Tel: +49 1234 567890 Telefax: +49 1234 567890 info@agrartechnik-mustermann.de agrartechnik-mustermann.de


INHOUD 3 Redactioneel 6 In Actie: Loon- en Grondverzetbedrijf Schimmel BV 9 Commentaar 10 Kleinere machines geven hogere kosten

Ondernemen met

mensen 14 18 22 26 30 34 36 38 40 42 44 45

Ondernemerslessen: Anton Breure, Breure Grondwerken Profileren: Kamphorst Sterk Werk: Groot Zevert Vergisting BV Grondig.com Liebherr L550 X Power op de kuil Nieuwe Venieri 5.63 C in de praktijk Tobroco Giant blijft inzetten op eigen aanbouwdelen Claas lanceert nieuwe Arion- en Axion-series Bandhark Respiro R3 Profi Nabeschouwing Loonwerk Velddagen 2017 Economie In kort bestek

46 47 48 52 53 54 56 58 60 62 63 64 66

Cumelaria Gekruid Vergroot vakmanschap en inzetbaarheid medewerkers Cumela.nl Voorzitter Toolbox: ongevallen door storingen voorkomen Europese koepelorganisatie CEETTAR Knolcyperus Nieuwe risico-inventarisatie en -evaluatie van Stigas Voorkom een ondernemers-burn-out CAO & Zo Maak een Marktdag succesvol Bedrijvig

Ondernemen met

vaktechniek

Ondernemen met

cumela

Grondig 7 ontvangt u vrijdag 1 september!

GRONDIG 6 2017

5


ondernemen met

mensen

6

GRONDIG 6 2017

BEDRIJF IN ACTIE


Spoedklus Plotseling een badkuip van een meter of tien doorsnee in je voortuin met daarbij ook nog een soort zandstrand. Dat overkwam een aantal bewoners van Apeldoorn half juni. Het was het gevolg van een lek in een transportleiding van 50 centimeter doorsnede van water­ leidingbedrijf Vitens. Het lek ontstond waarschijnlijk rond één uur ’s nachts als gevolg van een regenbui, waardoor het bovenliggende riool plotseling vol stroomde en extra druk op de waarschijnlijk verzwakte transportleiding gaf. Doordat het enkele uren duurde voordat het lek werd ontdekt, stroomde er zestien kubieke meter water per minuut de straat op en spoelden het complete zandbed en de ondergrond mee. Het gevolg was een krater van zeker tien meter in doorsnee, iets wat je in Nederland niet snel mee zult maken. Na het ontdekken van het lek door de eerste chauffeur die ’s morgens vroeg de krater passeerde, kwam een hele reparatietrein op gang. Voor Loon- en Grondverzetbedrijf Schimmel BV uit Scherpenzeel betekende het snel schakelen om mensen en materieel ter plaatse te krijgen. Iets wat ze bij dit bedrijf wel gewend zijn, vertelt medewerker Jan-Bart Schimmel. “We hebben goede afspraken met BAM Infra Energie & Water en Vitens dat we in noodsituaties binnen een uur ter plaatse zijn. Dan moet je dus snel handelen”, zegt hij. Gelukkig gaat dat in goed overleg, stelt Jan-Bart, want de uitvoerder van BAM die de klus in handen kreeg, besloot zelf al om een kraan van Schimmel die op zijn werk stond naar Apeldoorn te sturen. Schimmel zelf regelde ook nog drie vrachtwagens. Zo kon ’s morgens al snel met de reparatie worden begonnen. Het betekende water wegpompen om de put droog te krijgen en het weggespoelde zand bij elkaar scheppen en vegen. Op de foto met links de zandduinen is te zien hoeveel zand er uiteindelijk wegspoelde. De zanderige ondergrond was uiteindelijk wel een voordeel, vertelt Schimmel. “Toen het water weg was, konden we al snel aan het werk, want de ondergrond was dankzij de snel aangebrachte bronbemaling nog stabiel.” Door de mogelijkheid om snel op een stevige ondergrond te kunnen werken, was aan het einde van de avond de waterleiding al gerepareerd en weer aangevuld met zand. De dagen daarna had Schimmel de tijd om de rest van de put weer aan te vullen en te verdichten. Ook werd nog een deel van het omliggende asfalt uitgezaagd en afgevoerd. De onderliggende zandbaan werd daarna tot een diepte van 30 centimeter weggegraven. Dat zand werd gebruikt om het ontstane gat te vullen. Om een stabiele ondergrond te krijgen, werd door Schimmel voor de hele weg een laag van 30 centimeter gebroken puin aangevoerd, verdeeld en verdicht om nazakken zoveel mogelijk te voorkomen. Binnen drie dagen was de klus voor Schimmel daarmee weer geklaard en konden de asfalteerders aan de slag, om zo alle sporen uit te wissen. TEKST: TOON VAN DER STOK FOTO'S: SCHIMMEL

GRONDIG 6 2017

7


Wij weten wat we verzekeren! De verzekeringsspecialist in de cumelasector Als dochter van brancheorganisatie CUMELA Nederland weten we als geen ander waar u als ondernemer mee te maken heeft, met welk materieel u werkt en welke risico’s u daarbij loopt. Ons advies en onze voorwaarden zijn daar dan ook volledig op afgestemd.

“Beperken van ziekteverzuimduur en verzuimkosten is mijn uitdaging.” Frank Diele, medewerker inkomensverzekeringen Onze voordelen ü Persoonlijk contact met onze specialisten ü Gemak en uitgebreide service ü Kennis van de cumelasector ü Uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding ü Soepele afwikkeling bij schade

website: www.cumelaverzekeringen.nl | e-mail: verzekeringen@cumela.nl | telefoon: (033) 247 49 60


ondernemen met

mensen

COMMENTAAR 25 jaar belangenbehartiging Voor belangenbehartiging heb je vaak een lange adem nodig. Soms verdwijnen onderwerpen enige tijd van tafel, maar echt belangrijke onderwerpen komen terug als de tijd daarvoor rijp is. In de 25 jaren dat ik mede invulling heb mogen geven aan de belangenbehartiging voor de cumelasector is dat zeker het geval geweest. Tevens heb ik ervaren dat veel bedrijven in deze periode een omslag in activiteiten en in marktpositionering hebben gerealiseerd. Toch zijn er onderwerpen die vandaag nog net zo relevant zijn als 25 jaar geleden. EÊn daarvan betreft de tariefstelling. Tarieven zijn niet altijd kostendekkend en soms lukt het ondernemers onvoldoende hun diensten te vermarkten. Als de marketing binnen het bedrijf voldoende aandacht krijgt, nemen de kansen toe. De klant laten ervaren dat het niet vanzelfsprekend is wat u doet, maar hem op de voordelen van uw kwalitatief hoogwaardige dienstverlening wijzen, blijft noodzakelijk. Een grote verandering is de rol die de cumelabedrijven zijn gaan vervullen. Van een dienstverlener die op afroep beschikbaar was, zijn bedrijven nu volwaardige sparringpartners geworden. Niet alleen in de agrarische sector, maar ook in het grondverzet. Van het inzetten op uurbasis voor eenvoudige graafwerkzaamheden zien we dat cumelabedrijven volwaardige aannemers zijn geworden in groen, grond en infra. Twee dossiers liggen al meer dan 25 jaar op tafel en nog steeds hebben deze dossiers een hoge prioriteit. Enkele subdoelen zijn gerealiseerd, maar het einddoel is nog steeds niet bereikt. Dit zijn het dossiers maatwerk in de cao en landbouwverkeer. Bij alle cao-onderhandelingen komt de roep om meer maatwerk inzake arbeidstijden op tafel. Ja, er is veel mogelijk, maar het kan nog zoveel beter en eenvoudiger. Vertrouwen tussen sociale partners is hiervoor de basis. Helaas zetten slechte voorbeelden de toon. Ik ben ervan overtuigd dat meer maatwerk meer werkgelegenheid kan bieden. In het dossier landbouwverkeer is de grootste winst het professionele rijbewijs. En gelukkig een flinke daling van het aantal ernstige verkeersongevallen. Nu nog een legale hogere snelheid en een betere toegang tot wegen om ongevallen verder te beperken en de bereikbaarheid te borgen. Zo maar een kleine greep uit mijn ervaringen in de afgelopen 25 jaren, waarin ik samen met alle CUMELA-collega’s invulling heb mogen geven aan uw belangenbehartiging. Belangenbehartiging voor een sector die denkt in kansen en oplossingen. Een sector die mogelijkheden ziet waar anderen afhaken. Een sector met enthousiaste, gemotiveerde en innovatieve ondernemers en medewerkers. Een sector waarop ik trots ben. Vanaf 1 augustus draag ik mijn verantwoordelijkheid als algemeen directeur van de CUMELA-organisatie over aan Janneke Wijnia. Ik wens haar en u allemaal veel voldoening in uw werkzaamheden en boven alles een gezonde toekomst.

Hannie Zweverink, algemeen directeur CUMELA Nederland

GRONDIG 6 2017

9


HOOFDARTIKEL Kleinere machines hogere kosten

ondernemen met

mensen

Klant kiest voor comfort en capaciteit

Het is tegenwoordig een veel gehoorde klacht: machines worden te groot, de bodemdruk te hoog en dat geeft schade. Daar staan tegenover een hoge capaciteit, meer gemak, een lage kostprijs en meer mogelijkheden om op het juiste moment te werken. Fabrikanten verwachten dan ook niet dat dit gaat veranderen, zeker omdat de inzet van kleinere machines hogere kosten betekent. Gerben Zijlstra maakte een berekening voor de Friese veenweiden.

10

GRONDIG 6 2017


Vier jaar heeft Peter Wieringa geprobeerd om zijn relatief kleine Agrifac Quattro-bietenrooier op rupsen rendabel maken, maar in plaats van groei bij het aantal klanten zag hij twee vaste klanten vertrekken naar een collega met twee twaalf­rijders. Het tegengestelde van lichte machines. Het argument van de klanten: met de twaalfrijer hebben we meer capaciteit en de machine staat op mooie brede banden. Een enorme teleurstelling, vertelt Wieringa. “Het waren namelijk juist twee heel kritische akkerbouwers, waarvan er één bij het hakselen van graszaadhooi zelfs met de drukmeter klaar stond om de bandenspanning te controleren. Het moment dat zij afhaakten was bij mij het moment om me af te vragen of ik wel door moest gaan.Want in plaats van de 100 hectare die ik er extra bij moest hebben, nam het areaal juist af.”

Kosten en capaciteit Het is een bekend gegeven uit de praktijk van de cumelabedrijven, weet bedrijvenadviseur Gerben Zijlstra van CUMELA Nederland. “We zien nog steeds dat het gros van de boeren zich laat leiden door kosten en capaciteit. Dat is belangrijker dan de zorg voor de bodem, terwijl ze daar toch duizenden euro’s in investeren. Niet alleen de aankoop van grond voor bedragen van boven de € 55.000,- per hectare, maar ook via investeringen in egalisatie, drainage en grondverbetering. Je zou verwachten dat ze dan ook zuinig omgaan met hun grond en kritisch ­kijken naar hun teeltwijze, de eigen mechanisatie en bijvoorbeeld het loonbedrijf dat werkzaamheden verricht op hun grond.” Dat bedrijven en klanten kiezen voor grotere machines en een hogere capaciteit verbaast Peter Millenaar, directeur van Agrifac, niets. “Uiteindelijk kiest iedereen in zijn werk voor comfortabel en gemakkelijk. Dat geldt ook voor de klant van de loonwerker, want die is blij als hij een blok van twintig hectare bieten gewoon aan het eind van de middag op de hoop heeft en hij ’s avonds naar zijn zangkoor kan. Dus laat hij liever een twaalfrijer komen met een hoge capaciteit en goede banden dan een zesrijer waarmee hij anderhalf keer zo lang aan het werk is.” Als leverancier van bietenrooiers en spuitmachines is Agrifac één van de bedrijven die de machines steeds groter zagen worden, een ontwikkeling die volgens Millenaar juist dankzij nieuwe bandentechnieken mogelijk was. “Het is dankzij de bandentechnologie dat we nu wel grotere machines hebben, maar dat we met een lagere bodemdruk kunnen werken. Dat heeft ook te maken met ontwikkelingen bij het transport. Toen wij tien jaar geleden met de twaalfrijer ­kwamen, was dat eigenlijk te vroeg. De kippers van de boeren waren te klein om de capaciteit te benutten. Nu hebben ook de ­akkerbouwers grote drieassige kippers en past het wel. Daarom stijgt nu het aantal verkochte twaalfrijers.”

Thema in cumelasector Verantwoord omgaan met de bodem is een actueel thema in de cumelasector. Een goede bodemsamenstelling, vruchtbaarheid en structuur zijn belangrijke elementen om de dure productiefactor grond optimaal te laten presteren, zeker nu de gemiddelde grondprijzen tussen 2007 en 2015 zijn gestegen van € 29.000,- naar € 55.000,- (bron: Rabobank trends & cijfers).

Extra mechanisatiekosten 140 euro/ha Uitgangspunt is een veehouderijbedrijf met 100 melkkoeien en 50 hectare grasland. Op jaarbasis wordt op zo’n bedrijf ongeveer 175 hectare ingekuild en wordt er circa 2500 kubieke meter mest uitgereden. Omdat dit de werkzaamheden zijn waarbij capaciteit een grote rol speelt en die vaak door de loonwerker worden gedaan, is hiervoor het effect berekend met behulp van het kostprijsberekeningsmodel van CUMELA Nederland. Voor het mestrijden geldt dat dit nu met een combinatie van een 147 kW (200 pk) trekker met 17.000-litertank per uitgereden kuub mest € 2,70 kost. Het uitrijden van de mest kost dit bedrijf per jaar € 6750,-. Het uitrijden met een kleinere combinatie van een 10.000-litertank en een trekker van 88 kW (120 pk) kost in dit voorbeeld € 3,30 per kuub. Dat komt per jaar neer op € 8250,- per jaar, een verschil van € 1500,-. Vergelijkbaar is de berekening voor het inkuilen. De grote combinatie bestaat uit een 147 kW (200 pk) trekker met een opraapwagen van 45 kuub. Deze kost € 187,- per uur en heeft een capaciteit van 2,5 hectare per uur. Per hectare komen de kosten uit op € 75,- en in totaal op € 13.125,-. De kleine combinatie van een wagen van 30 kuub en een trekker van 88 kW (120 pk) komt uit op € 139,- per uur. Bij een gemiddelde capaciteit van 1,5 hectare per uur liggen de kosten op € 93,- per hectare en in totaal op € 16.275,-. Bij beide berekeningen is geen aanrijtrekker op de kuil berekend. Aangezien het inkuilen bijna 47 uur extra tijd vergt, is dat nog een flinke post, ook al heb je dan een iets minder zware trekker nodig, omdat de capaciteit lager is. Bij een bedrag van € 50,- per uur is dit ook nog € 2350,- aan extra kosten. Voor dit voorbeeldbedrijf zou dat bij het inkuilen een verschil betekenen van € 3150,- plus € 2350 is € 5500,- op het totale areaal van 175 hectare. In totaal zouden de extra kosten voor dit bedrijf daarmee uitkomen op ongeveer € 7000,- per jaar of per hectare € 140,- extra aan mechanisatiekosten.

De trends in de mechanisatie zijn de afgelopen tientallen jaren voornamelijk gericht geweest op het verhogen van de capaciteit, efficiëntie en kwaliteit. Zijlstra: “We hebben in een periode van 75 jaar een stormachtige ontwikkeling gezien in het machinepark, met als rode draad ‘meer doen in minder tijd en met minder mankracht’.” Deze grote capaciteitsverbetering in de mechanisatie heeft er volgens Zijlstra mede voor gezorgd dat de Nederlandse landbouw op een heel goedkope manier heeft kunnen blijven produceren. “Maar de gemiddelde machine van tegenwoordig is natuurlijk wel veel groter en zwaarder dan pakweg twintig jaar geleden”, plaatst hij zelf als kanttekening. “We zullen moeten zien hoe dat zich verhoudt met de zorg voor de bodem. Veel van die capaciteitsuitbreiding is mogelijk geweest door veel innovaties op het gebied van banden, rupsen en drukwisselsystemen.

GRONDIG 6 2017

11


ondernemen met

mensen

Verlies aan slagkracht Peter Wieringa nam na vier jaar afscheid van zijn Quatro bietenrooier. Hij kreeg te weinig klanten voor deze bodem­vriendelijke machine.

Die innovaties zullen in de toekomst nog meer aandacht ­krijgen, verwacht Erwin Ros, voorzitter van Fedecom. “We zien dat we met de machines door de breedte en het gewicht per as aan de grens zitten van wat mogelijk is. Dat betekent dat ontwikkelingen in de bandentechnologie en nieuwe ­systemen helpen om de bodemdruk te verlagen.”

Aan de zijlijn Ros constateert dat er nog geen enkele tendens is naar kleinere machines. “Het enige wat telt, zijn de capaciteit en de kostprijs”, stelt hij vast. Hij verwacht wel dat de extra aandacht voor bodembelasting betekent dat alternatieve systemen meer aandacht krijgen. “Daarin investeren bedrijven eerder dan in kleinere machines. Er is nog veel zogenaamd laaghangend fruit. Daarom zie je bijvoorbeeld dat er steeds meer sleepslangsystemen komen, vanwege de capaciteit. De lagere bodemdruk is dan een mooie bijkomstigheid. Datzelfde geldt voor alternatieve asuitvoeringen. Denk aan de dubbel-twin-systemen en de uitschuifassen op mesttanks en driewielers. Allemaal mogelijkheden om de capaciteit te vergroten en toch te komen tot een lagere bodemdruk.”

De uitgebreide kostprijsberekening is te vinden op www.grondig.com. Deze wordt volgende week ook opgenomen in de nieuwsbrief als artikel van de week.

12

GRONDIG 6 2017

De kritiek op grote machines en de angst voor de aantasting van de kwaliteit van de bodem lokken een felle reactie uit bij Millenaar. “Dat is allemaal gepraat van mensen die er zelf niet van hoeven te leven. Het is gemakkelijk roepen aan de zijlijn als het niet om je boterham gaat. Wij als landbouw moeten echter wel zorgen dat we onze producten oogsten terwijl we daar steeds minder mensen voor beschikbaar hebben en dat het op de tijd moet die iedereen het best past. Iedereen kan namelijk wel zeggen dat je alleen moet rooien als de omstandigheden goed zijn, maar de fabriek wacht niet. Die zegt alleen: ‘Je moet leveren.’ Dan kun je soms beter een twaalfrijige machine hebben dan een zesrijer, want de capaciteit is groter, wat betekent dat je iets langer kunt wachten en je minder vaak over het perceel rijdt. Natuurlijk is de bodem belangrijk, maar dan is een kleine machine niet de oplossing. Het gaat om oogsten op het juiste moment in combinatie met een laag eigen gewicht en goede banden of rupsen. Uiteindelijk zijn het altijd de grootste machines die het beste resultaat halen. Daarom hebben alle bedrijven die een tweefasensysteem hebben ook een bunkerrooier. Voor als het moeilijk wordt.”

Het is waarschijnlijk de grote capaciteit die veel boeren toch vertrouwen geeft in het werken met grote machines. Juist daardoor heb je namelijk meer slagkracht en kun je dus toch het land op als de draagkracht voldoende is. De kans dat investeringen in kleinere machines rendabel worden, is dan ook klein, constateert Zijlstra. Hij vreest wel voor de gebieden waar de waterstand niet wordt aangepast aan de bodemdaling of er zelfs wordt gekozen voor vernatting. “Daar verlies je niet alleen slagkracht, maar zul je met kleinere machines moeten werken. Dat zal voor de boerenbedrijven in die gebieden een flinke kostenverhoging betekenen. Een concreet voorbeeld daarvan is het besluit van de provincie Friesland om het waterpeil in het veenweidegebied omhoog te brengen om de bodemdaling te beperken. Een hoger waterpeil heeft echter effecten op de draagkracht van de bodem en daarom denken de provincie, het Wetterskip en de landbouwpartijen na over de gevolgen voor de boeren en de mechanisatie in dit gebied. In juni werd een innovatiedag over de gevolgen georganiseerd en Zijlstra presenteerde daar namens CUMELA Nederland wat de gevolgen zullen zijn voor het loonwerk. Zijlstra heeft op basis van het kostprijsberekeningsmodel van CUMELA Nederland een berekening gemaakt van wat het voor een gemiddeld Fries melkveebedrijf betekent als er met kleinere machines moet worden gewerkt. Gekeken is daarbij naar de twee belangrijkste werkzaamheden die loonwerkers op de bedrijven uitvoeren, namelijk inkuilen en bemesten. Voor een veehouderijbedrijf van 50 hectare betekent dit een extra kostenpost van ongeveer € 7000,- of € 140,- per hectare (zie kader). Los van de vraag of het verlies aan slagkracht niet ook ten koste gaat van de kwaliteit.

“Kritiek op grote machines is gepraat van mensen die er niet van hoeven te leven” Peter Millenaar

Uitdaging voor sector Hoewel deze berekeningen uitgaan van een aantal aannames maken ze duidelijk dat bedrijven te maken krijgen met fors hogere kosten omdat zij kleinere machines moeten inzetten. Dan rijst de vraag of een boer nog wel kan concurreren als de omstandigheden de inzet van kleinere en lichtere machines noodzakelijk maken, zeker nu bedrijven nog steeds groeien en de oppervlakte die in één keer moet worden bewerkt ook groeit. Zijlstra: “Die bedrijven hebben behoefte aan slagkracht en dat zou betekenen dat er meerdere machines tegelijk moeten worden ingezet. Dan daalt de benutting per machine en stijgt de behoefte aan arbeid op de piekmomenten in het seizoen. Kortom, er ligt nog een uitdaging voor de sector en de overheid om hiervoor een oplossing te vinden.” TEKST: Toon van der Stok en Gerben Zijlstra FOTO’S: Toon van der Stok


Jan Veenhuis Machinefabriek B.V. Kipper opbouw

Jan Veenhuis Machinefabriek B.V. Heesweg 45 - 8102 NB RAALTE Tel: 0572 - 363629 Fax: 0572- 362133

www.jan-veenhuis.com info@jan-veenhuis.com


ONDERNEMERSLESSEN We moeten beseffen dat aan­ nemers ons nodig hebben

ondernemen met

mensen

Anton Breure, Breure Grondwerken Roosendaal Achttien jaar geleden begon Anton Breure voor zichzelf. Nu zit hij in een nieuw pand in Roosendaal, op een terrein van drie hectare met een eigen loswal, naast de snelweg. Het resultaat van achttien jaar keihard werken, maar ook van slim ondernemen. Met afspraken over onderhoud - “Ik wil geen verrassingen” en een strakke organisatie: “Daarmee kun je bij aangenomen werk prima geld verdienen.” Hij vindt dat de cumelasector zich minder afhankelijk van de grote aannemers moet opstellen. “Ze hebben onze machines en kennis nodig, want zelf hebben ze bijna niets meer.”

Zelfs als we aan tafel gaan voor het gesprek kiest Anton Breure zijn plek zodanig dat hij mooi naar buiten kan kijken, met een overzicht over het hele terrein waar alle werkzaamheden plaatsvinden. De prachtige locatie langs de A17 tussen Moerdijk en Bergen op Zoom is gelegen aan het water, zodat schepen tot 2100 ton er direct kunnen lossen, met ruimte voor de opslag van grondstoffen en machines.

LES 1 Het is belangrijk overzicht te hebben “Ik heb altijd gezegd dat als ik ging verhuizen, ik naar een plek wilde langs het water, zodat ik grondstoffen per boot kan laten aanvoeren. Natuurlijk zijn hier genoeg andere leveranciers, maar dan heb je het niet in eigen hand en kun je niet sturen. Dan staan je vrachtwagens even te wachten omdat de shovelmachinist koffie drinkt, nog een ander klusje heeft of dat de weegbrug niet bemand is. Hier regelen we alles zelf, zodat ik ook het transport heel strak kan plannen en dus bijvoorbeeld geen vier maar drie vrachtauto’s hoef in te zetten. Of dat je werk dat normaal drie dagen zou duren in één dag kunt plannen, omdat je weet dat de aanvoer in orde is. In dat soort strakke planningen zit voor ons de winst. Daarom zitten mijn kantoor en ook de ontvangst voor in het gebouw, zodat we altijd overzicht hebben op alles wat er gebeurt. Ik kan zien hoe snel het transport gaat, als iemand eerder terug is dan gedacht en hoe er wordt gewerkt. Dat is belangrijk om te zorgen dat je de werktijd goed benut. Als we iemand om drie uur terug zien komen, kunnen we hem nog een klusje geven in plaats van dat hij de tijd vol maakt op het erf. Op mijn wensenlijstje voor het nieuwe terrein stond ook een zichtlocatie dicht bij de snelweg. Bij de snelweg om weinig

14

GRONDIG 6 2017

tijd te verliezen als je elders aan het werk bent. We merken nu al het effect van onze plek langs de A17. We krijgen klanten omdat ze ons hier vanaf de weg hebben gezien. Het heeft echter ook een groot voordeel voor onze werkzaamheden. Hier kunnen we 24 uur per dag af en aan rijden zonder dat iemand klaagt. Dat kan in het buitengebied niet.”

Les 2 Met een goed plan kun je veel bij de bank “Voorbereiding is bij zo’n investering van groot belang, want de grondprijs is het grote verschil met het buitengebied. Je moet bij de bank dus wel een goed verhaal hebben. Dan is het belangrijk dat je cijfers goed zijn en je kunt uitleggen waarom het ene jaar beter is dan het andere als je een groeispurt doormaakt of investeringen om belastingtechnische redenen eerder doet of eerder afschrijft. Als je jaarlijks in de plus draait en een goed plan hebt, kun je echter veel bij de bank. Bij een plan hoort zorgen dat je kennis hebt. Daarvoor is het netwerk belangrijk. In de loop der jaren kun je dat opbouwen door je open op te stellen. Zo kon ik voor de aankoop van de locatie informatie inwinnen bij een vastgoedmakelaar met wie ik een goed contact heb. Dan weet je wat de grond waard is en wat je kunt bieden. Als je zover bent, kun je snel zaken doen. Toen we in gesprek raakten met de verkoper waren we er binnen twee maanden uit, gewoon omdat je op de hoogte bent. Voor de financiering is het belangrijk dat je goede contacten hebt met ondernemers die in dezelfde fase zitten. Die weten waarmee je te maken hebt en herkennen de vragen waarvoor je staat. Dan is het mooi als je elkaar kunt bellen om je vragen te bespreken. Hoe ik aan zo’n netwerk kom? Vaak zijn het opdrachtgevers


Wie is Anton Breure? In 1999 begon Anton Breure zijn eigen bedrijf in Dinteloord en hij verhuisde in 2005 naar een iets grotere locatie in Heijningen. Eerst werkte hij als zzp’er, maar algauw als loonwerker op zijn eigen machine. Deze winter is het bedrijf verhuisd naar het industriegebied van Roosendaal. Inmiddels werken er meer dan dertig mensen vast voor het bedrijf. In 2007 is aan het bedrijf een verhuurtak voor rijplaten toegevoegd. Nu het bedrijf is verhuisd en een eigen loskade heeft, wil hij ook de handel in grondstoffen verder uitbouwen. Op 14 en 15 oktober is er een open dag bij het bedrijf voor alle klanten, collega’s en belangstellenden. Die wil Breure ook benutten om scholieren en andere mensen voor het bedrijf te interesseren, ook als opstap naar werk in de cumelasector.

met wie je een klik hebt. Die bel ik daarna om zaken te overleggen. Als dat wederzijds is, kun je elkaar helpen en heb je een klankbord. Hetzelfde geldt voor de studieclub van CUMELA Nederland. Het is mooi om met collega’s te spreken over hoe je zaken aanpakt, want iedereen heeft zijn eigen manier, maar daar kun je wel van leren. Voor mij is het nu belangrijk om meer uitvoerend werk te uitbesteden, zodat ik meer tijd heb om na te denken en mijn bedrijfsvisie verder te ontwikkelen.” Les 3

Met werk in regie weet je nooit waar je aan toe bent “In 2004 kon ik mijn eerste klus aannemen, een werk van drieënhalve ton voor het aanleggen van de wegen, inclusief het asfaltwerk, bij een jachthaven. Dan merk je dat je op eigen klussen meer geld kunt verdienen omdat je het zelf kunt regelen. Het voordeel is dat je weet waar je aan toe bent. Je weet hoe lang je bezig bent en welke machines daarvoor nodig zijn. Als je in regie werkt, moet je maar afwachten wie je wat gunt en weet je nooit hoe het loopt. Het gebeurt dat ze bellen voor een jaar werk voor een machine, maar dat hij na een dag al terug is. Net zoals het andersom gebeurt dat een machine voor een paar dagen is verhuurd, maar uiteindelijk gewoon een jaar wegblijft. Daar kun je dus niets op plannen. Dan merk je hoe weinig deskundigheid er soms is. Mensen bellen voor een werk, maar hebben nauwelijks verstand van het werk dat ze moeten regelen.”

Les 4 Werk van nul tot een half miljoen euro vind ik het interessant “De kunst is om het werk te vinden dat bij je past, waar je zelf toegevoegde waarde hebt. Dat is bij ons veel infrawerk, vaak klussen tussen de nul en een half miljoen euro. Twee klussen van een half miljoen euro heb ik liever dan één van een miljoen. Die kleinere klussen zijn vaak werk waar je echt wat kunt maken en je door het slim inzetten van machines en mensen het verschil kunt maken. Die zoek ik het liefst in een straal van maximaal 75 kilometer om het bedrijf. Dat kun je bereizen en is voor het personeel goed te doen. Al zijn er uitzonderingen, want eind van deze week gaat er een hele ploeg naar Engeland. Dat is echter voor een vaste klant die daar in de afgesproken tijd iets klaar moet hebben en geen verrassingen wil. Dat is ook een kwestie van vertrouwen, want over de prijs hebben we nog niet eens een definitieve afspraak.”

Les 5 Ik schrijf alleen als ik het gevoel heb een serieuze kans te hebben “Als bedrijfstak moeten we bij het aannemen van werk wel meer zelfvertrouwen hebben. Ik zie te veel bedrijven die veel te braaf zijn en blij zijn dat ze door een grotere aannemer worden uitgenodigd. We moeten beseffen dat de aannemers ons hard nodig hebben. De meeste hebben nauwelijks nog eigen machines, kunde en mensen om een werk te maken.

GRONDIG 6 2017

15


ondernemen met

mensen

Breure eist van zijn leveranciers dat ze ook verantwoordelijkheid nemen voor onverwachte reparaties.

Je moet je dus niet voor alles laten gebruiken. Mijn streven is om een goede samenwerking aan te gaan met de aannemer, gebaseerd op vertrouwen en professionaliteit. Dat betekent ook dat ik alleen schrijf als ik het gevoel heb een serieuze kans te hebben. Op die manier wil ik mijn pakkans vergroten.”

Les 6 Ik wil geen verrassingen bij mijn machines “Als je scherp werkt, moet je weten wat je kostprijs is. Daarom heb ik op al mijn machines een onderhoudscontract. Niet voor de kleine beurten, die doen we zelf, maar wel voor het jaarlijkse groot onderhoud. Dat laat ik de mensen van de dealer of importeur doen. Dan weet ik zeker dat ik geen verrassingen heb bij mijn machines, want als er dan wat kapot gaat, roep ik hen ter verantwoording. Het kan niet zo zijn dat als zij het onderhoud doen dat een motor na 6000 uur in de soep loopt en dat dat alleen mijn risico is. Zij willen wat aan de machine verdienen, maar dat wil ik ook. Dus dat risico moet je spreiden. Als dat toch gebeurt, zullen we samen moeten kijken hoe we dat verdelen. Voor mijn deel heb ik dan nog een eigen-gebrekverzekering. Die sluit ik voor alles af voor de eerste vijf jaar. Die heeft een hoog eigen risico, maar wel zo dat ik weet waar ik aan toe ben. Dat kan omdat ik de schade eerst ergens anders probeer te verhalen via het onderhoudscontract. Zo hou ik ook de verzekering betaalbaar. Claim je alles, inclusief de slijtage, dan is het gauw over. Vergelijkbaar handel ik bij het aankopen van een nieuwe machine. Als ik weet wat ik wil, nodig ik een bedrijf uit dat een voorstel mag doen. Zelf informeer ik eerst bij een collega die net een vergelijkbare investering heeft gedaan wat hij

16

GRONDIG 6 2017

heeft betaald. Dan weet ik zelf wat ik wil betalen. Vaak kom ik er dan binnen een paar dagen uit. Uiteraard zit ik wel eens naast, maar dat moeten ze dan eerlijk zeggen, want het blijft belangrijk dat we er allebei wat aan verdienen. Ik ga echter geen tientallen gesprekken voeren en allerlei offertes vergelijken. Dat kost veel te veel tijd. Alles draait om het laag houden van de kosten. Als je dat lukt, is een goede boterham te verdienen. Dat begint bij goede medewerkers die hard voor je willen werken en staan voor hun werk, al is het vinden daarvan een steeds groter probleem. We merken dat er steeds minder zijn met een goede opleiding en werkhouding. Als je er nu één voor me hebt, kan die zo aan de slag.”

Les 7 Medewerkers moet je het naar de zin maken, dan gaan ze met je mee “Mijn bedrijf dankt zijn groei niet alleen aan slim ondernemen, maar ook aan mijn betrokken en gemotiveerde medewerkers. Ik ben een veeleisende baas, maar mijn medewerkers mogen ook altijd een beroep op mij doen. Ik zorg voor een goede betaling en dat de zaken goed zijn geregeld. Vaak ben ik er als eerste en ga ik als laatste weg. Ik ben trots op de inzet van mijn medewerkers. Mijn team bestaat uit jonge medewerkers die bereid zijn lange dagen te maken en willen groeien binnen het bedrijf en oudere medewerkers die beschikken over veel ervaring en vakkennis. Voor mij een ideale mix, waar ik als bedrijf op kan bouwen.” TEKST & FOTO’S: Toon van der Stok


DE NIEUWE 6 SERIE POWERSHIFT. PURE POWER!

W 0 excl. BT aand ,0 5 9 .6 9 6 r Vanaf € 5,00 pe m 4 8 € f a n ing va Financier

6 Serie Powershift actiemodel 6155 uitgerust met: • • • • • • • • • •

Vrijstaande MaxiVision cabine 40 km/u, 30/15 transmissie 156 pk, altijd inzetbaar 4-toerige aftakas 4 hydr. aansluitingen Kantelbaar dashboard Luchtgeveerde stoel Airconditioning 12 werklampen Wegdraaibare voorspatborden

Lage kosten per draaiuur door: • DEUTZ motor, laag brandstofverbruik (keer op keer bewezen) • 2 jaar fabrieksgarantie op aandrijflijn • Laagste onderhoudskosten • Uitgeroepen tot „Design tractor of the year“ • Lage financieringskosten • Aantrekkelijke aankoopwaarde

Elke beslisser in de actieperiode die investeert in een Agrotron 6155 mag mee op een meerdaagse reis naar DEUTZ-FAHR land! Actie geldig tot 30/09/2017. Ga voor actie- en financieringsvoorwaarden naar uw DEUTZ-FAHR dealer. DEUTZ-FAHR is een merk van

100 % 99 % 109 %

Case IH Puma 165 CVX Claas Arion 640 Cmatic Deutz-Fahr Agrotron 6180 TTV 79 % Fendt 718 Vario

83 %

John Deere 6175R AP

115 %

MF 7718 Dyna-VT

131 %

New Holland T7.210 AC

Valtra N174 HiTech5

100 %

82 % Bron: PROFI, editie april 2017, pag. 78-82


ondernemen met

vaktechniek

PROFILEREN Strakke planning in samenwerking Grondwerk voor nieuwbouw hotel Amsterdam RAI

18

GRONDIG 6 2017


Project: grondwerk nieuwbouw hotel Amsterdam RAI Opdrachtgever: Amsterdam RAI Hoofdaannemer: Pleijsier Bouw, Nijkerk Onderaannemer grondwerk: Kamphorst, Ermelo Aanneemsom grondwerk: € 400.000 Oplevering: uitgraven bouwput voor de bouwvak Werkzaamheden: terrein bouwrijp maken, fundering en onder­ grondse wanden aanvullen en afwerken terrein.

Elke week is Jan Kamphorst op de bouw voor een kort werkoverleg met de uitvoerder van Pleijsier.

Voor velen is het een bekend punt waar de giek van de long reach van Kamphorst boven de bouwplaatsafscherming uitkomt, naast de afslag RAI van de A10, langs de bekende Zuidas van Amsterdam. Het is toch al een terrein waar de komende jaren flink zal worden gebouwd. Kamphorst heeft daar nu al een mooie klus. In de driehoek tussen de wegen naar de Amsterdam RAI, de A10 en de tunnelbuis van de Noord-Zuid-lijn in Amsterdam moet het bedrijf ruim 45.000 kubieke meter grond afgraven en afvoeren. Wie de oppervlakte overziet, kan zich nauwelijks voorstellen dat hier het grootste hotel van de Benelux moet verrijzen, een ontwerp van bureau OMA van onder meer de beroemde architect Rem Koolhaas. De vorm is een bijzondere verwijzing naar de reclamezuil die voor de RAI-gebouwen staat, met daarop verschillende driehoeken met aankondigingen en vooral reclame. Die vorm komt nu terug in het hotel met een ronde middenkolom en vanaf de tweede verdieping drie verspringende driehoekige blokken. Uiteindelijk is het geheel goed voor 650 hotelkamers op 25 verdiepingen in een gebouw dat ruim 91 meter hoog wordt.

Behoorlijke tijdsdruk

Bijna tien meter diep is de bouwput die Kamphorst

uit

Ermelo

graaft

in

Amsterdam. Ter plaatse moet over anderhalf jaar het grootste hotel van de Benelux staan. In de eerste fase is het de uitdaging om de vlecht- en betonboeren voor te blijven, maar ook tijd te hebben voor allerlei klusjes onder in de put. Een uitdaging om niet alleen de planning te halen, maar ook anderen te helpen dat te realiseren.

Het werk voor Kamphorst is hier vorig jaar oktober al begonnen toen het terrein bouwrijp werd gemaakt. Dat betekende afgraven en het verwijderen van een fietsen voetpad op het terrein Daarna is afgelopen winter de damwand aangebracht en kon het bedrijf starten met het afgraven van de bovenste zandlaag, waarna ook de stutten konden worden aangebracht. Een klusje waarbij de deskundigen er bovenop zaten, omdat de bouwput op één hoek op een halve meter van de Noord-Zuid-lijn ligt. Die bouworganisatie wilde in elk geval geen enkele verstoring van de bouw meer. Groot was dan ook de schrik toen tijdens het uitgraven de damwand ineens begon te wijken. Grote vergaderingen werden belegd, vertelt Jan Kamphorst met een glimlach. “Alle deskundigen kwamen bij elkaar om het probleem en de oplossing te bespreken. Tot iemand eens goed naar de metingen keek en ontdekte dat de wand niet naar binnen was gekomen, maar door de druk van de funderingspalen juist iets naar buiten was geweken. Voor niets vergaderd dus.” Sinds dit voorjaar is Kamphorst echt bezig met het uitgraven van de put. Een enorme klus, die ook onder een behoorlijke tijdsdruk staat, want voor de bouwvak moeten de hele ondervloer en alle onderliggende funderingsbalken gestort zijn. Het uitgraven vindt plaats in drie lagen. Bovenop ligt ongeveer vier meter zand, waarvan een deel wordt afgevoerd naar een andere klus van Kamphorst in Almere, waar juist zand nodig is. Een deel van dit transport vindt plaats met eigen auto’s, een deel met ingehuurd materieel. De rest van het zand wordt verkocht.

GRONDIG 6 2017

19


1 ondernemen Een tekening op de met wand langs de bouwput laat zien hoe het hotel er gaat uitzien. Vanaf begin maart is Kamphorst bezig met het uitgraven.

vaktechniek

2 Het eerste deel van de grond kon nog rechtstreeks op de vrachtwagen worden geladen. Voor het afvoeren van grond en zand werkt het bedrijf liefst samen met ondernemers uit de regio, zoals Den Breejen.

1

2

3 Terwijl in de laatste hoek nog wordt gewerkt aan een reparatie van een lek in de damwand wordt elders al de benedenvloer gelegd. 4 In de bouwput is het werken tussen en onder de steunbuizen. Dankzij het droge voorjaar is ook het verwijderen van de veenlaag relatief makkelijk, al blijf je snel in de modder zitten.

3

Tegenvaller Na het zand volgt een laag veen van ongeveer twee meter dik. Dit wordt afgevoerd door Den Breejen in Hoofddorp. De kwaliteit van het veen was ĂŠĂŠn van de tegenvallers in het werk. Hoewel de grond volgens het verrichte onderzoek schoon zou zijn, bleek bij de AP 400-keuring namelijk dat het veen toch een te hoog chloridegehalte had. Met 600 milligram per kubieke meter veranderde de status dus in licht vervuild, maar wel nog met de bestemming wonen. Onder het veen ligt een kleilaag, waarvan ook nog ongeveer drie meter is afgegraven. Ook dit materiaal is afgevoerd door Den Breejen. Voor Kamphorst betekende dat gescheiden

20

GRONDIG 6 2017

4

afvoeren dat er elke dag precies moest worden gepland, want het was niet mogelijk om laag voor laag af te graven. Dit gaf ook de mogelijkheid om het eerste deel van onderuit weg te rijden. Via een speciaal talud kon een deel van de grond direct in de vrachtwagens worden geladen. De planning wordt aangestuurd door Bart Verhoef, de machinist van de Doosan met long reach, die dagelijks ook optreedt als contactpersoon en voorman. Het uitgraven gaat in nauwe samenwerking met bouwbedrijf Pleijsier, om zo de tijd optimaal te benutten. Het betekent dat werd begonnen in de hoek waar inmiddels de torenkraan staat. Direct nadat de put hier op diepte was, zijn daar de betonvlechters aan het werk gegaan om de eerste funderingselementen

te maken. Na uitharding werd de tweede funderingslaag aangebracht en werd daarna de vloer gestort. Het voordeel van dit gefaseerde werken is dat Kamphorst tussen de graafwerkzaamheden door ook de afwerking van het terrein rondom de fundering kan uitvoeren. Onderdeel van de overeenkomst is namelijk dat hij alle voorkomende werkzaamheden verricht behorende bij het ontgraven, maar ook weer afwerken; van het aanvullen van de bekisting en de ruimte tussen gebouw en damwand tot uiteindelijk het gazon dat rond de centrale draagtoren moet komen.

Flexibele planning Voor de jongens in de put betekent het vooral veel schakelen, van zorgen dat de grond


5 Plezier in het werk hoort erbij, vindt Kamphorst. Belangrijk, want de werknemers moeten erg flexibel zijn, omdat ze ook op afroep beschikbaar zijn voor de bedrijven die in de bouwput werken.

5

6 In het eerste deel van de bouwput ligt de ondervloer al. Daar is de bouwkraan op geplaatst. Vanaf dat punt wordt de rest van de fundering opgebouwd.

6

7 In het hart van de tekening de vorm van het hotel. Onder langs de begrenzing van de bouwput loopt de metro. De damwand staat op een halve meter van de metrotunnel.

7

8

rond een stuk fundering op diepte ligt, zodat de ijzerboer verder kan, tot assisteren bij het waterdicht maken van de damwand. Daar zit voor Kamphorst het meerwerk van deze klus. “Alle extra’s worden natuurlijk via het bouwbedrijf verrekend met de partijen die aan het werk zijn, dus als we moeten bijspringen bij het repareren van de damwand of bij het betonstorten, dan is dat meerwerk. De jongens moeten daarom elke dag op de werkbon precies aangeven wat ze hebben gedaan en voor wie. Dat verzamelen we op kantoor, zodat ik elke week dat met de uitvoerder kan overleggen en vastleggen. Dan weet iedereen binnen een week waar hij aan toe is.” Dat snelle schakelen hoort bij dit project, volgens Kamphorst. “Iedereen werkt hier met

een heel strakke planning. Dat zie je nu aan het werk en zo gaat dat de hele bouw door. Het betekent dat je vooral in je korte-termijnplanning heel flexibel moet zijn. De grote lijnen liggen wel vast, maar de kleine planning is echt dag-tot-dagwerk.” Het goed samenwerken is de basis van het succes van dit soort klussen, stelt Kamphorst. “Wij hebben inmiddels al verschillende van dit soort putten gedaan en dan weet je wat er wordt verwacht en hoe het loopt. Ik kan nu op basis van de hoeveelheid grond die eruit komt al een goede begroting maken. Daarop neem je het aan en is het zorg om je planning te halen.” Bij dit project was de planning geen punt, stelt hij tevreden vast. “Door het mooie weer lopen

8 Het hotel komt te rusten op een funderingsbalk die bijna twee meter hoog is. Tot het werk boven de grond is, blijfven ze bezig met de aan- en afvoer van grond.

we al drie weken voor. Het kan echter ook anders,” waarschuwt hij. “Als we een voorjaar gehad hadden als vorig jaar, had het ons veel meer tijd gekost. Wij moeten namelijk hoe dan ook de planning halen, al moeten we 24 uur per dag door.” Tegenover die verplichtingen staat de naam die hij inmiddels heeft opgebouwd, want na de bouwvak staat in Amsterdam al de volgende put op stapel. “Dat is het vertrouwen dat je opbouwt. Haal je de gemaakte afspraken, dan ontstaat een steeds betere samenwerking en komt daar weer werk uit voort. Dan weet je elkaar telkens weer te vinden.” TEKST EN FOTO’S: Toon van der Stok

GRONDIG 6 2017

21


STERK WERK Biogas direct naar afnemer

ondernemen met

mensen

Groot Zevert Vergisting BV, Beltrum Op jaarbasis elf miljoen kubieke meter biogas maken en daarvan acht miljoen kubieke meter leveren via een één-op-één-gasleiding aan de fabriek van FrieslandCampina in Borculo. Met de officiële opening van deze leiding zette Groot Zevert Vergisting een flinke stap voorwaarts om de puzzel rond te krijgen. De volgende stap is de opstart van de Groene Mineralen Centrale. Uiteraard blije gezichten tijdens de officiële opening op 9 juni van de speciale één-op-één-gasleiding tussen Groot Zevert Vergisting (GZV) in Beltrum en de FrieslandCampina-fabriek in Borculo. Met een spreekwoordelijke druk op de knop bevestigen Joris Groot Zevert, directeur van GZV, en Roelof Joosten, CEO van FrieslandCampina (foto), de samenwerking. Joosten geeft aan dat deze samenwerking het de zuivelfabrikant mogelijk maakt om een jaarlijkse CO2reductie van 8000 ton te realiseren. De topman stipt in zijn toespraak aan dat het bedrijf breed inzet op verduurzaming en dit een goed voorbeeld is van een win-winsituatie. GZV kan zo het gas zonder het te hoeven opwaarderen naar aardgaskwaliteit één op één afzetten en FrieslandCampina heeft tegen een redelijke, aardgasgerelateerde prijs energie. “Van ons mag de biogasproductie van GZV groeien”, zegt Joosten. “We kunnen het goed gebruiken.”

22

GRONDIG 6 2017

Continuïteit Zoals wel vaker ontstaan de mooiste ideeën op een namiddag ergens in een kantine of kroeg. Zo borrelde in een café het idee van de rechtstreekse pijplijn op tijdens een gesprek tussen medewerkers van Groot Zevert en FrieslandCampina. Het grote voordeel van dit initiatief is dat beide partijen 24/7 biogas kunnen produceren en afnemen. Bij levering aan het aardgasnet en levering van stroom via warmtekrachtkoppelingen (WKK’s) spelen pieken en dalen (zomer, overdag) wel een rol. Bovendien hoeft het biogas niet te worden opgewaardeerd naar aardgaskwaliteit. “De continue afzet door het hele jaar is voor ons heel belangrijk, omdat het op­vangen van pieken en dalen voor ons lastig is”, aldus Joris. Dit idee werd uitgewerkt, voorgelegd aan de directies en na groen licht uitgewerkt. Er waren toen echter nog vele ­hobbels te nemen. Uiteindelijk werd het plan door beide


Groot Zevert Vergisting Groot Zevert Vergisting BV is een onderdeel van Groot Zevert Loon- en Grondverzetbedrijf - Transport in Beltrum. GZV is apart gevestigd op het terrein van de voormalige stortplaats in Beltrum. Beide bedrijven worden geleid door Joris Groot Zevert (rechts) en partner Frederike, die de dagelijkse leiding hebben overgenomen van Joris’ ouders Jan en Silva Groot Zevert, de oprichters van GZV. Arjan Prinsen en Roel Beunk hebben samen de operationele leiding over GZV. De huidige locatie van GZV is al in 2004 gestart met vier vergisters ­(samen circa 5000 kubieke meter). Het biogas werd toen direct geleverd aan een warmtekrachtkoppeling (WKK). GZV heeft nu nog één WKK in gebruik voor voornamelijk de eigen energiebehoefte. Het bedrijf heeft nu een jaarcapaciteit van circa 90.000 kuub mest. De vergassingsinstallatie produceert circa elf miljoen kubieke meter biogas, waarvan drie miljoen kuub voor eigen gebruik (WKK). Het bedrijf exporteert een groot deel van de af te zetten mest naar het buitenland. Groot Zevert Loon-grondverzet bedrijf heeft voor GZV tien transporteenheden draaien. Het bedrijf is erkend verwerker en gecertificeerd voor GMP+ en VCA*. Meer informatie: www.groot-zevert.nl.

partijen na negen jaar ontwikkelen uitgevoerd. “Al met al is het een enorme investering, maar door de duur van het contract de moeite waard”, vertelt Joris. Het ging namelijk wel om een flinke uitbreiding van vier silo’s met een gezamenlijke inhoud van circa 9500 kubieke meter, opwaardering van de vier bestaande vergisters en alles wat er verder bij komt kijken, zoals de opslag en verwerking van coproducten, ­reinigen en ontzwavelen en dergelijke. Daar voegt hij nog aan dat het ondanks alle medewerking en inspanningen in 2015 nog spannend was of de uitbreiding kon doorgaan. “Hoewel we er vast in geloofden, is het tot het laatst spannend geweest voor een go of no go”, licht hij toe. Dat ‘Borculo’ uiteindelijk volledig groen licht gaf voor het afnemen van al het geproduceerde biogas speelde hierin een grote rol. “Het gaat om een langjarige verbintenis van twaalf jaar. Dan moet de relatie honderd procent zijn.”

Groene mineralen Daar komt nog bij dat de familie Groot Zevert het vergisten als een belangrijk onderdeel ziet in een totaalplan. Het produceren van biogas is en blijft de belangrijkste drager in het businessmodel. Naast continuïteit in de productie en afzet van biogas moet vooral ook de afzet van digestaat het jaar rond goed beheersbaar zijn. Er wordt elke dag circa 330 ton mest aangevoerd, waarvan er circa 300 ton vrijkomt in de vorm van digestaat. De aanvoer uit eigen streek (in een straal van circa vijftien kilometer) is geen knelpunt. De afzet wordt wel steeds lastiger. De straal waarin de mest wordt afgezet naar voornamelijk Duitsland is al gegroeid naar circa 200 kilometer. “Grote pieken en dalen geven problemen, omdat de bufferopslag capaciteit vraagt”, zegt Joris. GZV voorziet dat de afzetstraal zal groeien, omdat het ook in het ­buitenland ‘dichterbij’ voller begint te raken. “Je moet ­nieuwe

Kenniscentrum Groene Mineralen Centrale Om met partners tot oplossingen te komen, is op het terrein van GZV het kenniscentrum Groene Mineralen Centrale gevestigd, waarin samen met partners, zoals Wageningen UR, onderzoek wordt uitgevoerd naar mogelijkheden om naast biogas meer waardevolle producten uit het digestaat te halen. Een belangrijke optie is het winnen van fosfaat uit de dikke fractie. Hierbij komt puur calciumfosfaat vrij. Volgens de ontwikkelaars van Wageningen UR kan tot circa tachtig procent van het fosfaat uit de mest worden gehaald. Daarnaast zijn er proeven waarbij GZV pure kunstmeststof (ammoniumsulfaat) wint uit de dunne fractie.

GRONDIG 6 2017

23


ondernemen met

mensen

Een belangrijke toevoeging vormen de coproducten, zoals vloeibare reststromen uit de voedingsmiddelenindustrie en vaste organische stof, zoals restanten uit de koffie-industrie.

Het al lopende project van het kweken en drogen van eendenkroos voor veevoer is opgeschaald. Bij de ‘plant’ liggen nu grote vijvers voor het opkweken en winnen van eendenkroos.

De één-op-éénbiogasleiding waar het om gaat, is al vol in bedrijf. De aanleg en het beheer zijn ondergebracht bij een gespecialiseerd bedrijf

Groot Zevert is al druk doende de mest te verrijken. Het bedrijf heeft deze zelfrijder draaien, waar vloeibare mest op maat kan worden bijgemengd.

regelgeving en ontwikkelingen voor zijn”, zegt operationeel manager Roel Beunk. “Over de grens zien we het ook vollopen door strengere mestwetgeving en uitbreiding van de mestproductie.” Om dit te ondervangen, gaat GZV de Groene Mineralen Centrale realiseren. Daarin wordt het digestaat in eerste instantie gescheiden in drie hoofdcomponenten: schoon water (geschikt voor directe lozing), dikke fractie met een hoog fosfaatgehalte en dunne fractie met een laag fosfaatgehalte (en hoge kali- en stikstofgehalten). “Daarmee halveren we ongeveer het transportvolume”, vertelt Beunk. “Dat is heel belangrijk om de afvoer beter rond te kunnen zetten en pieken beter te kunnen opvangen. Het geeft bovendien de mogelijkheden de dikke fractie en de dunne fractie gericht af te zetten.” GZV heeft de plannen voor deze Groene Mineralen Centrale rond en wil deze in de loop van volgend jaar al realiseren op het terrein van GZV.

Vervolgstappen GZV ziet kansen om op langere termijn in de Groene Mineralen Centrale de dikke en dunne fractie nog verder te verwerken. Het winnen van fosfor uit mest kan daarin belangrijk worden. “Dat geeft ons de mogelijkheid het fosfaatoverschot in de regio aanzienlijk te verkleinen”, aldus Joris. GZV verwacht op termijn een groeiende markt voor fosfaat,

24

GRONDIG 6 2017

omdat de fosfaatmijnen in Afrika uitgeput beginnen te raken. Het vrijmaken van pure ammoniumsulfaatkunstmest geeft ook een extra mogelijkheid om meststoffen gerichter af te zetten. “Allemaal puzzelstukken om de afzet van meststoffen rendabeler te krijgen en vooral ook minder water te transporteren. Ook daarmee realiseren we een forse CO2reductie.” GZV geeft aan dat er nog meer ideeën borrelen om het totale plaatje van deze ‘plant’ beter rond te zetten. Het bedrijf ziet bijvoorbeeld mogelijkheden om met zonnepanelen en elektrolyse van water de biogasinstallatie een extra impuls te geven. In dit kader is het lopende proefproject, het kweken en indrogen van eendenkroos om dat te verwerken tot veevoer, ook opgeschaald. De opening van de nieuwe gasleiding is een markante mijlpaal voor GZV en de felicitaties tijdens de opening en daarna op de goed bezochte open dag waren op hun plaats voor de volharding en het vele werk dat er is verzet. GZV heeft zijn einddoel blijkbaar nog niet bereikt. “Nieuwe ideeën en innovaties blijven nodig om deze bedrijfstak te laten renderen, te beginnen met het realiseren van de Groene Mineralen Centrale. Daarna zien we wel verder hoe de markt zich beweegt en hoe we daar het best op kunnen anticiperen”, aldus Joris. Het blijft borrelen in Beltrum. TEKST & FOTO’S: Gert Vreemann


We delen uw passie voor duurzame landbouw die uw gewassen waardevoller maakt.Het bereik van de nieuwe Trelleborg TM1060 biedt een hogere efficiĂŤntie voor trekkers van 80 tot meer dan 300 pk. Het vrijwaart uw bodem van verdichting en maakt uw activiteiten productiever. Bescherm uw gewassen als edelstenen. www.trelleborg.com/wheels/nl

Tweewegkolk

Online bestellen: buma.com info@buma.com 0514 571826

Top plaat Voorzien van kwarts toplaag

SLEUFSILO

Silage Safe afdeksysteem

Groen producten

Grond producten

Infra producten


ondernemen met

vaktechniek

GRONDIG.COM

VEILIG RIJPLATEN VERPLAATSEN Cumelabedrijf Van der Flier in Winschoten heeft een veilige oplossing voor het verplaatsen van rijplaten ontwikkeld. De VDF Safety Clamp is een hydraulisch systeem dat de rijplaat vastklemt op de palletvork. Inmiddels is er al vanuit de hele wereld vraag naar. Van der Flier verkoopt de VDF Safety Clamp daarom nu als complete set. Het systeem is CE-gekeurd en voldoet aan alle veiligheidscriteria. De kracht zit hem in de eenvoud van het product. Er is een cilinder aan de opstaande kant van de vork gemonteerd. Onder de cilinder zit een rubber. Door de cilinder met het rubber op de rijplaat te klemmen, wordt de rijplaat geborgd tussen de cilinder en de palletvork. Het systeem is te monteren op bestaande machines, zoals een heftruck of graafmachine. Van der Flier levert de VDF Safety Clamp vanaf € 4200,-.

EXTRA VOLUME MET MESTZAK Om aan alle afmetingen voor transport op de openbare weg in Duitsland te kunnen voldoen, heeft Vredo een smalle uitvoering gemaakt van

Op deze pagina’s samenvattingen van berichten die eerder op Grondig.com zijn geplaatst. Wilt u op de hoogte blijven van het actuele nieuws? Ga naar Grondig.com. Daar publiceert de redactie dagelijks nieuws van en voor de cumelasector.

zijn VT028-3. Deze is 50 centimeter smaller dan de bestaande uitvoering. Dat is noodzakelijk om de slangbemester, die in Duitsland wordt gebruikt, naast de tank te kunnen klappen en toch binnen de drie meter te blijven. Om in het veld geen capaciteit te verliezen, bedacht Vredo de montage van een mestzak op de tank. Deze ligt tussen inklapbare schotten, zodat de machine op de weg ook aan de hoogtematen voldoet. De mestzak heeft een inhoud van zes kubieke meter en op deze manier kan in het veld toch 32 kubieke meter in één keer worden meegenomen. Speciaal voor in de maïs heeft Vredo ook een uitvoering waar een dubbele rij cultuurwielen op kan worden gemonteerd.

mee te kunnen borstelen. Hij was op de beurs goed voor een zilveren medaille. De elektrische eenassige werktuigdrager heeft zes achtvoltsaccu’s, een eigen 10 kW (14 pk) borstelloze elektromotor en zelf ontworpen software voor de aansturing. Het apparaat is met 400 kilo eigen gewicht wel wat zwaarder dan een normale diesel- of benzine-aangedreven versie.

SNELLE GRASTEST

ELEKTRISCHE EENASSIGE WERKTUIGDRAGER Het gaat hard met de elektrificering van veel werkzaamheden. Een opvallende nieuwe stap is gezet door Matador. Dit Nederlandse bedrijf presenteerde op de beurs Demopark in Eisenach de @M-trac, een elektrische werktuigdrager met een accu die voldoende inhoud heeft om er een dag

De mogelijkheden om de kwaliteit van de grasoogst te verbeteren, worden steeds groter. Met het LG Lab is het nu ook mogelijk de voedingswaarde van vers gras te bepalen. LG is al enkele jaren actief met het LG Lab, een simpel monsterapparaat om op locatie met behulp van de NIRtechnologie de voederwaarde te bepalen. Het apparaat was al geschikt om de voederwaarde van ingekuilde maïs en gras te bepalen. Vorig jaar is daar de mogelijkheid om verse snijmaïs te bemonsteren aan toegevoegd. Met de mogelijkheid om de voederwaarde van vers gras te bepalen, is het monsterpakket nu compleet.

advertentie

KANSEN PAKKEN MET GRONDIG & DIGITALE NIEUWSBRIEF PROFITEER NU OPTIMAAL MET ONZE CROSSMEDIALE GROENTECHNIEK HOLLAND AANBIEDING!

VOOR MEER INFORMATIE KUNT U CONTACT OPNEMEN MET:

RESERVEER UW ADVERTENTIE VOOR DE UITGAVE VAN 1 SEPTEMBER EN PAK DIE KANS!

website voor specialisten in groen, grond en infra

LISETTEKERKHOF (033) 247 49 50 LKERKHOF@CUMELA.NL RESEREVEREN IS MOGELIJK T/M VRIJDAG 18 AUGUSTUS

26

GRONDIG 6 2017


GESTUURDE KIPPERS VAN D-TEC

TEMPO MET MEER OPTIES

Dit najaar start D-TEC met de productie van een eigen lijn gestuurde kippers. Deze zijn gebaseerd op het bekende D-TEC onderstel van de tanktrailers. Het voordeel van dit systeem is de grote wendbaarheid wat van pas komt op veel boerenerven waar weinig ruimte is. Een tweede pluspunt volgens D-TEC is het lage eigen gewicht. Het bedrijf verwacht dat de kipper met een Hardox-bak van 47 m3 maar 8200 kg zal wegen. De kipper krijgt net als de trailers een kokerchassis dat is vervaardigt uit staal met een hoge treksterkte. De centrale koker is daardoor volgens D-TEC enorm torsiestijf. Uiteindelijk zal deze 10 keer zo stijf zijn als een gewoon dubbelligger chassis. De kans op overhellen of omvallen bij het kippen moet daardoor aanzienlijk kleiner zijn. De naam voor deze nieuwe lijn machines is Flexliner.

Väderstad heeft twee nieuwe technieken gereed voor gebruik op de Tempo-zaaimachine. Het gaat om een systeem van hydraulische gewichtsoverdracht op het zaaielement en een kluitenruimer voor de zaaischijf. Met de hydraulische gewichtsoverdracht is het mogelijk om de zaaidiepte constant te houden door de druk per element aan te passen aan de omstandigheden. Het hydraulische gewichtsoverdrachtssysteem wordt tijdens het werk eenvoudig vanuit de cabine bediend via E-Control, het iPad-besturingssysteem van Väderstad. Voor het zaaien in grovere grond komt er een kluitenruimer die voor het zaaielement wordt gemonteerd. Deze is zwevend opgehangen via een parallelconstructie en kan via een rubberwiel de contouren van de bodem exact volgen.

TRANSPORTBAND Speciaal voor de trekkers boven de 147 kW (200 pk) die veel op de weg zitten, heeft Michelin een eigen transportband ontworpen. De Michelin Roadbib heeft een 60 procent groter contactoppervlak en gaat daardoor volgens de fabrikant 1000 uur langer mee. De nieuwe band heeft een heel ander design dan we tot nu toe gewend zijn van trekkerbanden. Het is in feite een combinatie van het normale loopvlak met dat van het blokkenconcept van cultuurbanden. Daar lijkt de band ook wel enigszins op. In totaal heeft de nieuwe band 52 blokken voor een goede tractie op cultuurgrond en er is er een centrale ruggengraat die op de weg zorgt voor een loopvlak dat continu in contact is met de ondergrond. Vanaf het eerste kwartaal van 2018 zijn deze banden verkrijgbaar, maar dan alleen nog in de afmetingen 600/70R30 voor de voorbanden en 710/70R42 voor de achterbanden. advertentie

MEKOS MACHINEBOUW BRENGT U OP VOORSPRONG!

Unieke egaliseer machines welke voor u per stuk op maat gebouwd worden van klein tot onbeperkt groot: de Mekos Kilver en de Mekos Transport Dozer voorzien van een bodemplaat met hierop een hydraulisch schuifbord.

Partners:

Mekos Schagerbrug BV Tel. 0224-571555 www.mekos.net GRONDIG 6 2017

27


LAGER UREUMGETAL MET SHREDLAGE Met het voeren van maïs gehakseld met de Shredlage-techniek gaat het ureumgehalte in de melk met één punt omlaag. Dat werd bekend gemaakt op de jaarlijkse Melkers van Morgen-bijeenkomst op De Marke. Een lager ureumgehalte is gunstig voor de veehouders, omdat dit in de KringloopWijzer een betere benutting van de stikstof oplevert. Verschil in productie werd niet gevonden. Een nadeel van Shredlage zou volgens sommigen zijn dat de kuilen niet goed vast te krijgen zijn. Om dit te onderzoeken, stuurde ForFarmers een student op pad die een groot aantal kuilen op dichtheid beoordeelde. Dit waren zowel Shredlage- als gewone kuilen. Opvallend is dat hij zowel de best

verdichte als slechtst verdichte kuilen vond bij de Shredlage-maïs. Volgens ForFarmers is dat het bewijs dat vastrijden geen probleem hoeft te zijn, als je er maar voldoende aandacht aan geeft. Wat ook helpt, is om de laatste vrachten wat korter te hakselen, waardoor de bovenste laag nog gemakkelijker verdicht.

Tot nu toe deed Precision Makers niet alleen de productie, maar ook de verkoop en service van de eigen producten. Nu de verkoop op gang is, wil het bedrijf zich gaan focussen op de ontwikkeling en productie. In Agrometius denkt het bedrijf een partner gevonden te hebben die de verkoop en service voor zijn rekening kan nemen.

AGROMETIUS IN DE TREKKERS

NIEUWE S700-SERIEMAAIDORSERS

Een bijzondere nieuwe klus voor Agrometius. Vanaf deze maand wordt het dealer en serviceorganisatie voor Precision Makers. Dit bedrijf is vooral bekend geworden met de Greenbot, de eerste robottrekker. Succes heeft het echter ook met een systeem voor opbrengstmeting op rooimachines.

Als opvolgers van de S600-serie introduceert John Deere voor 2018 de nieuwe S700-serie maaidorsers. De belangrijkste vernieuwingen zitten hem in de verregaande automatiek en het databeheer. Daarnaast is de bediening veranderd en is er een advertentie

n! e n Tooonrdelernantie

Tetrax2 In 10700 L, 13000 L, 14000 L en ook 16000L

v r ga a 3 ja

www.joskin.com X-Trem : Smal chassis (760 mm)

Tetrax2 : 4 wielen op 1 rij Tel : +32 43 77 35 45

28

GRONDIG 6 2017


nieuw maaibord gekomen. Het gaat om vier modellen, de S760, S770, S780 en S790. John Deere introduceert op deze maaidorsers de nieuwe generatie interactieve maaidorserafstelling, ICA2. Na het optimaliseren van machine-instellingen, zoals rijsnelheid, graankwaliteit en -verlies en de reinheid van het monster met behulp van ICA zal het ICA2-systeem de instellingen automatisch aanpassen om de vooraf ingestelde opbrengst op een constant niveau te houden. Volgens een onderzoek dat werd uitgevoerd door de Universiteit van Gรถttingen in Duitsland kan ICA het gebruik van de ingebouwde capaciteit van de maaidorser met gemiddeld twintig procent verhogen.

UNIVERSELER MET NIEUWE LIFTAS Samson lanceert de PG II 28-mesttank als logische opvolger van de PG II 27. De nieuwkomer is gebouwd voor een universelere aanbouw en heeft een nieuwe liftas gekregen met 50 procent meer slag. Deze zomer wordt de tank internationaal op diverse shows getoond. De nieuwkomer is 35 centimeter langer geworden om alle soorten bemesters te kunnen dragen en alle soorten en maten zuigarmen te kunnen monteren. Samson

heeft het onderstel ook aangepakt. Door de hogere slag van de voorste liftas is het ook mogelijk om in het veld meer druk op de dissel te leggen.

afgelegd. De nieuwe HT-modellen zijn hiermee ook geschikt voor de bosbouw. De DX160LC-5 HT combineert de bovenbouw van de veertientons DX140LC-5 met een onderstel met hoge rupsen uit de achttientons klasse. De bodemvrijheid van de DX140LC-5 is hiermee van 410 naar 615 millimeter vergroot. De DX180LC-5 HT is een verbeterde uitvoering van de DX180LC-5, die met een versterkte constructie dezelfde bodemvrijheid van 615 millimeter biedt, vergeleken met 460 millimeter bij de DX180LC-5.

DOOSANS OP HOGERE RUPSEN Doosan introduceert de nieuwe DX160LC-5 HTen DX180LC-5 HT-Stage IV-graafmachines met extra hoge rupsen. Ze zijn een aanvulling op de populaire middelzware graafmachines van het merk, de veertientons DX140LC-5 en de achttientons DX180LC-5. De nieuwe HT-modellen met hoge rupsen zijn ontwikkeld voor omstandigheden waar een grotere bodemvrijheid, een sterker rupsframe en een sterk tractiesysteem met sterkere rollers worden gevraagd of voor projecten waarbij grote afstanden moeten worden advertentie

www.hissink-oeken.nl

Buurtweg 42 6971 KM Oeken tel. 0575 476 555

GRONDIG 6 2017

29


GEBRUIKERSERVARING De tijd nemen

ondernemen met

vaktechniek

Liebherr L550 X Power op de kuil De roep om een wiellader met continu variabele transmissie op de kuil is door Liebherr ingelost met de nieuwe X-Power-serie. Het gaat hier om de zware serie wielladers, waarvan de lichtste variant, de kaal achttientons L550, geschikt is als flinke wiellader op de kuil. We bezochten een demonstratie en bespraken de praktijkervaringen met Werktuigen Coöperatie Leudal in Heythuysen.

“Ik moet nog wennen en ben nog wat aan het uitproberen hoe je het beste kunt werken met deze machine.” Iets verontschuldigend concentreert machinist Bart Schuten van grondverzetbedrijf Tammenga in Nieuw-Buinen zich vervolgens op het werk. Hij assisteert bij Loonbedrijf Becker om de graspiek weg te werken. Er ligt bij deze boer alleen al 70 hectare los en dat moet die dag nog onder zeil. “Bij de percelen rondom de boerderij scheert een dikke Claas Jaguar 960 samen met twee 45-kuubs silagewagens in no time de percelen kaal. Het is aanpoten op de kuil. “Snap je dat ik niet zoveel tijd heb om alles uit te proberen. We moeten hier vol aan de bak”, vertelt hij. Voor dit werk is de avond vooraf de smalle OCE-grasvork gemonteerd. De machine is niet uitgerust met dubbele montering voor omdat de eigen set niet paste op de velgen. De Liebherr staat op grotere Michelin 23.5R25-XHA-banden. De machinist is gewend aan een vierbak met koppelomvormer en (dus) aan het rijden op de rechtervoet. Rijden op het linker inchpedaal, zoals Liebherr-rijders dat al jaren gewend zijn, kent hij (nog) niet.

30

GRONDIG 6 2017

Als een hydrostaat De Liebherr-CVT bestaat uit vier (schakel)groepen en een hydrostaatgedeelte. Daarbij worden ook hier de schakeltrappen via de hydrostaat overbrugd en merk je de schakeltrappen niet. Echt anders dan bij een trekker is dat Liebherr geen verschillende rijstrategieën op het rechter rijpedaal kent. De fabrikant heeft zich gefocust op de Liebherr-wielladermachinisten die gewend zijn te rijden op het linker inchpedaal om de snelheid van de hydrostaat te regelen en rechts het gaspedaal. Bij deze is dit net zo. De CVT is zo ingeregeld dat de machine werkt zoals je rijdt met een hydrostaat. Daarbij heeft Liebherr de motorregeling zo uitgevoerd dat de elektronica de bak en de motor zo regelt dat de motor altijd automatisch naar het meest efficiënte toerental wil gaan, zo rond de 1500 tot 1600 toeren. Dat merken we ook hier. De machinist heeft vooraf de gewenste maximum werksnelheid ingesteld via de computer, in dit geval een bereik van 0-12 km/u. Dan is het een kwestie van het gaspedaal intrappen en de machine regelt zich naar die


snelheid en regelt het motortoerental naar het optimale bereik. Langzamer rijden doet de machinist door het gaspedaal wat los te laten en alleen voor het stoppen ‘bij te remmen’ met links. Dat is niet zoals je met een Liebherr hoort te rijden om het optimale eruit te halen, maar het gaat volgens hem prima zo. “Kijk, de meter geeft na driekwart van de dag een brandstofverbruik van twaalf liter per uur aan. De machine heeft kracht genoeg en de snelheid is zo goed te regelen”, aldus de machinist. Hij voegt eraan toe dat het niet hebben van de beperking van een lage eerste versnelling en een net te hoge tweede voor hem een flinke vooruitgang is. “Een standaard vierbak is voor dit werk of net te langzaam of net te snel”, zegt hij. De huidige, eigen vijftientons wiellader komt daardoor een paar liter hoger in brandstofverbruik uit.

Voor ons laat deze machine zien dat een CVT een prima transmissie is voor een wiellader op de kuil. Hij koppelt kracht aan efficiëntie. Liebherr mag van ons nog wel rijstrategieën aanbrengen, zodat we de wiellader op het rechter rijpedaal kunnen rijden, net als een trekker. Dat maakt hem toegankelijker voor mensen die niet gewend zijn aan het werken met een linker inchpedaal. TEKST: Gert Vreemann FOTO’S: Vreemann, Leudal

Bodemvrijheid Een tweede belangrijk winstpunt volgens de machinist is de grotere bodemvrijheid onder het knikpunt. Dat komt grotendeels door de hogere 23.5R25-banden. Liebherr geeft officieel een bodemvrijheid aan van 49 centimeter onder het knikpunt voor alle X Power-modellen op deze bandenmaat. De onderkant is verder mooi glad en de oprijhoek is voldoende voor kuilwerk, maar ook niet meer dan dat. Een pre voor dit werk is dat de koeler in lengterichting direct achter de cabine is geplaatst. De aanzuiging van lucht vindt aan de linker zijkant plaats via fijnmazig gaas in combinatie met een grofmazige radiateur met omkeerfan en dus niet aan de (smerige) achterkant. Net als bij de Liebherr-hydrostaten zit de krachtbron bij deze machine in de lengterichting helemaal achterin. Dat betekent tevens dat voor het werken met een beetje grasvork in principe geen extra ballast hoeft te worden bijgehangen. De Liebherr D934 A7-viercilinder heeft met maximaal 143 kW (195 pk) voldoende vermogen onder de kap. De motor haalt de Stage IV-emissie-eisen met AdBlue en een onderhoudsarme dieseloxidatiekatalysator (dus geen dieselpartikelfilter). Het maximum koppel van deze motor ligt bij circa 1200 toeren. Vanuit dat oogpunt zou de motor met een iets lager motortoerental kunnen draaien. Bij de 1500-1600 motortoeren kun je goed gras opduwen en uitschudden tegelijk, want dat kan de machine goed aan. De bediening van hefarm, bak en extra functies heeft geen invloed op de rijsnelheid en andersom.

Dankzij de hogere cabinepositie is er voldoende zicht op het werk.

Bij de geopende motorkap kun je rondom goed bij de motor.

Dwars geplaatste grofmazige koelers in combinatie met fijnmazig gaas.

Ruim zicht Het is een machine met een stevige achterpartij en hij is een slag groter vergeleken met een vijftientons machine. Toch is het zicht op het laadframe goed genoeg voor dit werk. De cabine zit wat meer naar achteren, maar ook hoger. Achterom kijken hoeft nauwelijks, omdat daar een camera voor is. Bij achteruit rijden schakelt het display automatisch over op camerabeeld. Dat werkt prima. De cabine is ruim genoeg, al is er voor een flinke koelbox niet echt veel plek aanwezig. Links naast je is dan nog de beste plek. De bediening is verder zoals je dat verwacht van een moderne wiellader. Het is erg stil in de cabine, mede door het lage motortoerental, de stille Stage IV-motor en de plek ver naar achteren van die krachtbron. Motor en transmissie hoor je amper.

Toegankelijke computer met automatisch camerabeeld bij achteruitrijden.

GRONDIG 6 2017

31


ondernemen met

vaktechniek

Ervaringen Werktuigen Coöperatie Leudal

“Veel zuiniger” Werktuigen Coöperatie Leudal e.o. in Heythuysen is één van de eerste bedrijven in onze sector die afgelopen najaar een L550 X Power aanschafte. Hoofdinzet vormt het inkuilwerk. Hiervoor monteert Leudal een 4,50 meter brede grasvork (met maïsplaat voor de maïs) en voor dubbele montering. De machine weegt dan in totaal circa twintig ton. De machine is vorig jaar augustus in bedrijf gesteld en wordt voor een belangrijk deel ingezet in de maïs- en grasoogst. De werktuigenvereniging heeft de machine aangeschaft op grond van de aangevoerde verkoopargumenten, de goede onderlinge relatie en de korte servicelijnen met leverancier Wynmalen & Hausmann Nemaasko. Bedrijfsleider Wiel Mestrom van Leudal: “Een Liebherr is niet de goedkoopste in aanschaf, maar als hij de gestelde verwachtingen waarmaakt, komt het met de uurprijs wel goed. De korte goede servicelijnen zijn daarin voor ons erg belangrijk”, aldus Mestrom. Hij geeft aan dat de eerste slag geslagen is ten opzichte met de voorganger (een 22-tons wiellader met schakelbak en koppelomvormer zonder lock-up). “Met een dieselverbruik van gemiddeld 11,2 liter per uur all-in op 1117 uur scheelt dat ten opzichte van de oude wiellader rond de tien liter per uur.”

meer gas en doseer je de rijsnelheid met het linker pedaal. Heb je minder kracht nodig, dan geef je minder gas en regel je met links de snelheid bij. De eerste lading de kuilhoop op werken, gaat in zijn één bij zo’n 1600 motortoeren en soms voluit. Voor het vastrijden over de kuil zet ik hem in zijn twee (tot 20 km/u bereik; red.) om dan met een zuiniger 1200 motortoeren te rijden. De motor heeft voldoende vermogen om maïs en gras steil tegen hoge kuilhopen op te werken. Ook dan is het een kwestie van de rijsnelheid doseren met het linkerpedaal”, zegt de machinist. Een vracht maïssilage (45 kuub) gaat in één keer omhoog. Hoewel de machine in silage-uitvoering twintig ton weegt, kiest Peter vanuit veiligheidsoverwegingen bewust voor dubbele montering. “We blijven binnen de drieënhalve meter en kunnen daarmee onze klantenkring over de weg (binnen een straal van circa vijftien kilometer; red.) goed bereiken.” Over de weg zet hij de laadschop in automaatstand. “Voor de 40 km/u moet je wel naar vol gas, maar dan is het toerental nog beperkt tot circa 1850 toeren. Het brandstofverbruik blijft dan ook binnen de perken.”

Betoncentrale Paar dagen

45 kuub maïs gaat in één keer de bult op

32

GRONDIG 6 2017

Een demomachine één of twee dagen de Liebherr op proef is volgens vaste machinist Peter Timmermans onvoldoende voor machinisten die gewend zijn aan een schakelbak met koppelomvormer. “Je moet er een paar dagen mee werken om de machine te leren kennen en dan de rust hebben om zaken uit te proberen om de bediening onder de knie te krijgen”, legt hij uit. Hij heeft dat in het begin ervaren. “Overrijdkuilen kennen we hier niet. Het is achterwaarts tegen de kuilhoop lossen en dan verwerk ik het laagsgewijs”, aldus Peter. Hij geeft aan dat het dan een kwestie is van spelen met het linker inchpedaal en het rechter gaspedaal. “Je werkt in de eerste groep. Als je wat meer kracht nodig hebt, geef je wat

Dat het spelen met rij- en gaspedaal de grootste efficiëntie oplevert, heeft hij ook ervaren bij een klus bij een betoncentrale. “De hele dag kiezel laden met de driekuubs bak in zijn automaat en dan het motortoerental rond de 1200 toeren houden. In de automaatstand ben je dan bij het carrywerk even sneller. De meter gaf eind van de dag een gemiddeld verbruik van circa acht liter per uur aan”, vertelt Peter. Hij wijst nog even op de hoge bodemvrijheid van 50 centimeter onder het knikpunt en het fijnmazige filter. “In combinatie met een omkeerfan en een speciale grofmazige radiateur heb ik dit nog nooit hoeven schoonmaken”, vertelt hij. De gebruikssporen aan de onderkant van het ballastgewicht tonen aan dat er echt steil tegen de kuilhoop op wordt gewerkt.


Nooit meer vervuilde koelpakketten In uw machine ?

®

Bezoek onze website of bel vandaag nog!

Techno Air Benelux BV www.techno­air.com +31(0)85 7608777

Bekijk het complete aanbod en bestel op www.prodina.nl

slijtdelen | hydrauliek | machines

Oosterwijzend 50 | 1616 LD Hoogkarspel 0228 562982 | www.prodina.nl | info@prodina.nl

Die wil alleen maar persen

www.krone-nederland.nl

KRONE Rondebalenpersen

Robuuste NovoGrip elevator met dwarsstaven die de baal altijd ronddraaien = perst onder alle omstandigheden ! Robuuste NovoGrip elevator met powerband = de hoogste perskracht en baaldichtheid X-treme pers wikkelcombinatie met snelle baalovergave naar de wikkelaar met de zwaartekracht = tijdwinst De zware X-treme uitvoering voor extra capaciteit onder de zwaarste omstandigheden Foliebinding voor alle Comprima rondebalenpersen

Zuid-Nederland: Ad van den Hurk 0653-241918

Noord-Nederland: Martijn van Middelkoop 0651-346841


NIEUWE VENIERI 5.63 C IN DE PRAKTIJK Steenbestendige doordouwer

ondernemen met

vaktechniek

Venieri heeft afgelopen winter de lichte wielladers compleet vernieuwd. De eerste Venieri 5.63C in Nederland draait nu volop bij Cees Rijksen in Rhenen. De machine vormt het hart van dit loonbedrijf, dat zich heeft gespecialiseerd in het stratenwerk en de stenenhandel. Volgens Rijksen is de machine een slag sterker en sneller dan zijn voorganger en kan hij tegen een stenenstoot. Voor onze komst nog snel een partij gebakken klinkers reinigen met de Rotor-schudzeef. Met circa 35 graden op de thermometer bepaalt niet een dag om te pezen, maar dat geldt niet voor Cees. Hij benut het droge weer om een partij hardgebakken klinkers te schonen en daarna gaat hij op locatie weer aan de slag. Goed is te zien dat hij al jaren zo met wielladers werkt. Vaardig schept hij de stenen met de Rotor-schudzeef op en draait ze bij de stortzandbunker schoon, om ze vervolgens in het desbetreffende vak met schone klinkers te lossen. Hij rijdt daarbij gerust tegen de stenen op om zo hoog mogelijk te lossen. De automatische fan houdt de nieuwe Deutz-Stage IIIb-krachtbron voldoende koel, ook als Cees even meer toeren maakt om maximale snelheid in de Rotor te hebben. Ondanks alle drukte neemt Cees gastvrij even tijd ons bij te praten over zijn nieuwe Venieri 5.63 C, waarmee hij op het moment van ons bezoek ruim anderhalve maand draait.

34

GRONDIG 6 2017

Veel veranderingen Hij is de eerste bezitter in Nederland van deze Venieri 5.63 C. De fabrikant lanceerde afgelopen winter op Samoter officieel de nieuwe C-range lichte laadschoppen met een Stage IIIbkrachtbron. Uiterlijk lijkt de machine sprekend op zijn voorganger, de 5.63 B. Toch is er inwendig heel veel gewijzigd, te beginnen met de overstap van Perkins- op Deutz-motoren. In dit geval is dat de bekende 55 kW (75 pk) 2,9-liter-Deutz die met een dieseloxidatiekatalysator de Stage IIIb-emissie-eisen haalt, dus zonder roetfilter en SCR-unit (AdBlue). De Deutz heeft minder vermogen dan zijn voorganger, maar daar tegenover heeft de Deutz onderin meer koppel en is de motor-transmissieregeling dusdanig gewijzigd dat de machine volgens Venieri in de praktijk krachtiger werkt. De transmissie is dezelfde Bosch Rexroth 2+2-versnellingsbak (veld/transport en hoog/laag) in combinatie met een hydrostaatgedeelte. Venieri heeft de ma-


1 2

3

chine zo ingeregeld dat motortoerental en overbrengingsverhouding (lees: het toerental van de hydrostaat) automatisch worden afgestemd op de belasting. Spreek je het volle duw-, inbreek- en opbreekvermogen aan, dan regelt de hydrostaat terug en gaat het motortoerental naar maximaal vermogen. Gaat het wat gemakkelijker, dan daalt automatisch het motortoerental en regelt de hydrostaat afhankelijk van de stand van het rijpedaal op naar de gewenste snelheid. We zien dat heel goed aan het even optoeren van de motor bij het opscheppen van de stenen en het laag in toeren blijven bij het rangeren. Cees is helder over de prestaties. “Bij het stratenwerk en hier merk ik dat de machine meer kracht aan de wielen heeft. Hij is sterker en zuiniger dan zijn voorganger. De komst van de Deutz-motor kan ik waarderen.”

Nieuwe cabine Venieri heeft de cabine innerlijk aangepakt. Uiteraard is deze cabine compact, maar er is links naast de stoel plek om wat neer te zetten. De bediening is logisch en het zicht is ronduit goed; zeker naar voren, maar ook naar achteren. Dat komt mede doordat Venieri de krachtbron bewust in de lengterichting heeft geplaatst. Daardoor kan de motorkap ranker en aflopend worden gehouden ten opzichte van plaatsing van de motor dwars achterin. Nevenvoordeel is dat je aan twee kanten goed bij de motor kunt. De hydrauliekcomponenten zijn natuurlijk wat meer ‘verstopt’, maar Venieri heeft het olievulpunt wel goed bereikbaar rechtsonder voor bij de cabine geplaatst en daar zit ook goed bereikbaar het oliefilter. De machine hoeft nu niet vol te tillen, zo laat ons de weeginrichting zien. Cees weegt alle stenen voor de handel via een RDS-weeginrichting. De meter geeft nog geen ton aan voor een partijtje gereinigde stenen. Venieri geeft voor deze machine een opbreekkracht van 6,1 ton op bij een 1,1-kuubs bak. De maximale dumphoogte is 3,40 meter en gestrekt is de machine opgegeven voor vijf ton kiplast. De rijhendel is ook zoals het moet, met een derde functie voor de snelwis-

4

sel en een schakelaar voor het veranderen van de rijrichting. Venieri monteert als één van de weinige fabrikanten naast de vooruit-achteruitschakeling op de bedieningshendel ook nog een extra vooruit-achteruitschakeling links onder het stuur. De rijaandrijving heeft een eigen hydrostaat. Daarnaast is er een aparte loadsensingpomp voor het laadframe en zijn er tandempompen voor de standaard gemonteerde derde en vierde functie. Je merkt dat aan het niet veranderen van de rijsnelheid bij het bedienen van de hydrauliek.

Hoog en stabiel Venieri werkt niet met het bekende knikpendelsysteem, maar met een 40-graden-knikbesturing in combinatie met een pendelende achteras. Volgens Venieri is zo’n machine bij het vlakken stabieler. Dat is belangrijk in het stratenwerk. Venieri voert dat al jaren en Cees is dus niet anders gewend. Verder staat de machine in Nederland in plaats van de in deze klasse gangbare 405/70R20-banden standaard op grotere 455/70R20’s. Voor het stratenwerk zijn de extra bodemvrijheid en de iets bredere banden welkom. Theoretisch loopt de machine dan ook wat sneller dan opgegeven bij de standaard 405-banden, maar Venieri regelt de maximale transportsnelheid standaard af op 40 km/u. Dat is snel genoeg en gaat dankzij dansonderdrukking op het laadframe comfortabel. Met een tevreden gezicht dat de nieuwe machine ondanks het lagere vermogen toch beter presteert dan zijn voorganger neemt Cees afscheid van ons. Nog even zijn oldtimermuseum De Meent bekijken - voor liefhebbers echt een aanrader - en dan gaan we huiswaarts. Venieri heeft misschien niet het trotse imago van enkele andere wereldspelers, maar maakt toch een verrassende wiellader die letterlijk zijn mannetje staat, want anders had Cees niet al de zesde gekocht. Wie Cees en zijn museumactiviteiten kent, weet dat hij de puntjes op de i zet. TEKST & FOTO’S: Gert Vreemann

5

1. Vanwege de in lengte geplaatste nieuwe Deutz-motor is de achterpartij relatief smal en aflopend. 2. Uiteraard een compacte cabine, met prima bediening en met handige extra vooruit-achteruitschakeling onder het stuur. 3. Alleen knikken in combinatie met een pendelende achteras maakt de machine stabieler. 4. De grotere banden geven extra bodemvrijheid en een groter draagvermogen. Beide zijn welkom in het stratenwerk. 5. Onder de kap is de Perkins-motor vervangen door een 2,9-literDeutz-Stage IIIb-krachtbron.

GRONDIG 6 2017

35


ondernemen met

vaktechniek

TECHNIEK

Hulpstukken maken de machine

Tobroco Giant blijft inzetten op eigen aanbouwdelen Tobroco Giant heeft dit voorjaar de 15.000e machine afgeleverd. Ook heeft het bedrijf de prestigieuze Koning Willem I Prijs gewonnen. We gingen er op bezoek en zagen dat de reden van het succes voor een belangrijk deel zit in het op maat bouwen in combinatie met een breed scala aanbouwdelen. De V6004 T-maaizuigcombi van Jelle Bijlsma BV op de openingsfoto is een treffend voorbeeld. Wie een paar jaar geleden de fabriek van Tobroco-Giant in Oisterwijk heeft bezocht, weet niet wat hij nu ziet. De fabriek zit helemaal vol. Er is een grote tent bij geplaatst om extra ruimte te creëren en er is inmiddels terrein aangekocht om uit te breiden. De eerste voorbereidingen om het huidige terrein verder vol te bouwen, zijn gedaan en de bouw gaat snel beginnen. Het is de bedoeling dat de productie wordt opgeschaald naar zo’n 4500 eenheden per jaar in 2020. In 2001 liep de eerste Giant-wiellader van de lijn. Door uitbreiding van het programma met telescoopladers en verreikers werd in al 2014 de 10.000e machine geproduceerd. Mede door de uitbreiding van het aantal modellen, de introductie van skidsteer-laders en de uitbreiding van het wereldwijde dealernetwerk verliet afgelopen voorjaar de 15.000e Giant de fabriek. Dit betekent een verdubbeling van de productie binnen drie jaar. “We kunnen de vraag nu niet aan en zitten met levertijden”, vertelt commercieel manager Frans van Asseldonk. “Daarom wordt er flink druk gezet om de productiecapaciteit zo snel mogelijk uit te breiden”, voegt hij eraan toe. De wielladers blijven de belangrijkste drager.

36

GRONDIG 6 2017

Op maat blijft Dat brengt ons meteen bij het uitgangspunt waaraan eigenaar Toine Brock van Tobroco Giant vast wil houden: maatwerk met inbegrip van allerlei aanbouwdelen om de machine zo veelzijdig mogelijk te kunnen inzetten. Op de lopende band is dat al mooi te zien. De modellen worden geleverd met een hoog of laag voorframe of telescooparm, met normale of heavy-duty-assen, met dichte of open cabine. “Tobroco heeft van meet af ingezet op die veelzijdigheid”, zegt Van Asseldonk. “Een veehouder wil hoog kunnen laden en kiest dus voor een hoge aanbouw, een stratenmaker wil juist maximaal zicht.” Wie beter bekijkt ziet dat Tobroco in uitvoering nog een stap verder gaat. Denk aan bijvoorbeeld Pro-inching, waarbij de hydrauliek op het aanbouwdeel kan worden vastgezet op een constante olieflow, en het gaspedaal automatisch wordt omgeschakeld tot rijpedaal, maar ook aan extra olieflow door middel van dubbele tandwielpompen of loadsensing, extra motorvermogen, zwaardere assen, extra koelers, speciale trekhaken, een hogere rijsnelheid, een driepuntshef met PTO achter en aanpassingen aan de hefboom. Belangrijke troef is het gepatenteerde


Loonbedrijf Peter Loeffen, Schaijk “Voor allerlei scharrelwerk” Peter Loeffen is er helder in. “Ja, onze Giant is net bezig geweest om op het industrieterrein onkruid te borstelen”, vertelt hij, met de toevoeging dat hij daarna de desbetreffende terreinen meteen mag schoonvegen. “Dat komt er dan achteraan”, aldus de ondernemer. Welk type hij heeft, weet hij niet uit zijn hoofd, wel dat de machine veel wordt ingezet voor allerlei ‘scharrelwerk’. Loeffen heeft de Giant V452 HD circa vijf jaar geleden aangeschaft omdat het hem wel handig leek een kleine wiellader erbij te hebben. Inmiddels blijkt dat een goede zet. “Vooral in het grondwerk, de tak waarin we de laatste jaren flink zijn gegroeid, wordt het veel gevraagd. Als het even te krap is voor het grote materieel komen wij met de Giant. En dat komt nogal eens voor”, aldus Loeffen. Ook

hier wordt de machine ingezet voor diverse werkzaamheden. Grond- en egaliseerwerk waar het krap is, met de grondbak, de palletvork, de rolbezem et cetera. “We hebben er al een compacte egaliseerschuif bij gemaakt, op dezelfde basis als onze grote, 4,50 meter brede egaliseerschuif. Voor veel opdrachtgevers kunnen we daarmee zonder laser prima werk afleveren. We overwegen er een laser-kilverbak bij te kopen.” De Giant heeft na vijf jaar circa 4260 uur op de teller staan. “Hij is vrijwel altijd aan het werk” vertelt Loeffen. Hij voegt eraan toe dat je voor een dergelijke machine een heel redelijk tarief kunt vragen. “En dan is het ook nog een machine waar weinig aan kapot gaat en die het al die jaren goed heeft gedaan”, stelt hij vast. Eén van de specialiteiten waarvoor Loeffen hem inzet, is het oprollen van kunstgras voor kunstgrasrecycling, één van de nevenactiviteiten van het bedrijf. “We hebben een hydraulisch aangedreven rol om met

Stabilo-stabiliteitssysteem. Daarmee is hydraulisch het pendelen te vergrendelen. Dit maakt de wiellader extra stabiel ten opzichte van een gewoon knikpendelsysteem of een pendelas. Dit geeft meer mogelijkheden voor bijvoorbeeld de aanbouw van hijsaanbouwdelen, heggenscharen en maaiarmen, hoog laden en lossen en dergelijke en het geeft meer stabiliteit bij elk werk. “We hebben bijvoorbeeld voor Scandinavië kleine wielladers voorzien van een hydrauliekpomp met een opbrengst van 150 liter per minuut om een flinke sneeuwblazer te handelen”, vertelt Van Asseldonk. “Voor een grote Europese stad hebben we op wens een Bi Fuel-motor geïnstalleerd, omdat ze daar schoon eisten.”

de Giant kunstgras op te rollen”, legt hij uit. Een mooi voorbeeld van zo’n aanbouwdeel waarmee je met een Giant-wiellader het verschil maakt. Hoe lang de machine nog blijft draaien, is voor Peter Loeffen een open vraag. “Hij doet het nog prima. Inruil is nog niet aan de orde. Ik weet wel dat als hij nu aan vervanging toe zou zijn, ik direct dezelfde machine weer zou kopen. We willen hem niet missen.”

Af-fabriek compleet op maat ombouwen tot bijvoorbeeld een minigrader is wat ze bij Tobroco Giant blijven doen.

Een extra mast opbouwen voor welke toepassing dan ook voert Tobroco Giant ook zelf uit.

Aanbouwdelen opschalen. In het verlengde daarvan produceert Tobroco diverse aanbouwdelen. “Met de uitbreiding van de capaciteit wordt ook de fabricage en aanpassing van aanbouwdelen opgeschaald. Hier in Oisterwijk, maar ook in onze fabriek in Hongarije, wordt een aparte productiehal ingericht voor de fabricage en aanpassing van aangeleverde aanbouwdelen, inclusief de eventuele bijbehorende aanpassingen aan de wiellader, skidsteer of verreiker”, aldus Van Asseldonk. Dat gaat verder dan alleen een palletvork, bezem, kilverbord, balenklem en dergelijke. ”We hebben al circa 130 verschillende aanbouwdelen op maat aangebouwd en het aantal toepassingen blijft groeien”, vertelt hij. Ook in Nederland rijden diverse machines rond met heel speciale aanbouwdelen. “Tobroco schaalt op, maar het uitgangspunt dat we voor elke vraag op maat een wiellader uitrusten, willen we behouden. Aanbouwdelen maken de machine. Wie de juiste aanbouwdelen heeft, kan met zo’n wiellader het verschil maken.” Op de website van Tobroco vindt u een overzicht van de modellen en de gangbare aanbouwdelen met de bijbehorende technische specificaties. TEKST: Gert Vreemann FOTO’S: Tobroco Giant, Loeffen

Heggen knippen en klepelen, desgewenst met knikgiek ook aan de achterkant.

Een heel apart voorbeeld van een speciale toepassing is deze omgebouwde Giant voor het beton storten in kassen.

Een bekende toepassing is natuurlijk allerlei grond- en egaliseerwerk met bijvoorbeeld een Mekos-kilverbak.

GRONDIG 6 2017

37


CLAAS VERNIEUWT ARION EN AXION Veranderingen vooral onder de kap

ondernemen met

vaktechniek

Uiterlijk hebben de nieuwe series Arion 500/600 en Axion 900 van Claas dezelfde styling behouden, maar innerlijk is er veel veranderd. De trekkers zijn over de hele lijn sterker geworden en er zijn veel nieuwe functies toegevoegd. Claas lanceert bovendien twee nieuwe topmodellen, de 151 kW (205 pk) sterke Arion 660 en de 327 kW (445 pk) sterke Axion 960.

Uiterlijk is niet te zien, dat de tractoren voorzien zijn van flink wat vernieuwingen.

Tja, direct bang hoefde Claas niet te zijn dat de nieuwkomers door paparazzi zouden worden gespot, zeker niet als een nieuwe Arion zo onopvallend naast het hakselgeweld staat. Je moet wel een insider zijn, anders zie je niet dat hier flink vernieuwde trekkerseries staan. Claas is hier ook helder in. Er is geen energie gestoken in styling of ander (mode)grillen. De fabrikant heeft zich bij de overgang van Stage IIIb naar Stage IV voor deze series puur geconcentreerd op de inhoud. Ze hebben dus ook dezelfde motorenleveranciers behouden. Voor de Arion 500- en 600-series zijn dat respectievelijk de vier- en zescilindermotoren van DPS uit het Franse Saran met nu een dieselpartikelfilter en SCR-uitlaatgasnabehandeling (AdBlue) en voor de 900-serie wederom de FPT Cursor 9-motoren met uiteraard alleen SCR-uitlaatgasnabehandeling met AdBlue. Verder heeft Claas de overlap tussen de series vergroot. De 400- en 500-series plus de 500- en 600-series overlappen nu twee modellen en het nieuwe zwaarste model van de 600-serie, de 660, heeft met powerboost hetzelfde vermogen - 151 kW (205 pk) - als de lichtste 800. Importeur Kamps de Wild verwacht mede vanwege de gunstige vermogensgewichtsverhouding veel van de nieuwe Arion 660.

Interessante voorasvering De meest opvallende verandering bij de nieuwe 500/600-series betreft de nieuwe ProActiv-voorasvering. Claas heeft afscheid genomen van de individueel wielgeveerde Carraro-as, mede vanwege kritiek van gebruikers op het onderhoud (het doorsmeren van twaalf smeernippels). De fabrikant heeft nu zelf een geveerde voorasunit ontwikkeld. Als basis is uitgegaan van een starre Dana-as. Daarbij heeft Claas zelf een geveerde drager ontwikkeld waarin patenten zijn verwerkt. Kern is een ver naar achteren geplaatst ophangpunt aan de transmissie, met draai- en scharnierend ophangingspunt. Dit geeft een lange arm en volgens Claas een rustiger veergedrag. De veercilinders zijn zo ver mogelijk naar buiten aan de as geplaatst om zo een soort driehoeksconstructie te krijgen. Dat heeft als voordelen de brede afsteuning voor een betere stabiliteit en nauwkeuriger dosering en het centrerend effect. Daarbij is de slag extra groot (tien centimeter), nivelleert de as automatisch lastafhankelijk en is er elektronische stabiliteitscompensatie bij het nemen van bochten of het schuin werken op hellingen. Het aantal smeernippels bedraagt twee. De vering blokkeert automatisch onder de 1 km/u, zodat die niet reageert bij laden of lossen en kan worden vastgezet op elke gewenste hoogte.

Cis+ Een andere belangrijke noviteit betreft de lancering van Cis+bedieningsvariant naast de bekende Cis- en Cebis-uitvoeringen. Cis+ is ontwikkeld omdat een groot deel van de gebruikers volgens Claas slechts een deel van de mogelijkheden gebruikt en aangeeft liever een soberder variant te hebben met wel de belangrijkste functies (rijden en hydrauliek). Voor Cis+ is aan de bestaande Cis-bediening een zeven-inch-display toegevoegd in de rechter voorstijl, waarin je drie snelheidsbereiken kunt programmeren alsmede de tempomatsnelheden. Verder zijn voor maximaal zes dubbelwerkende hydrauliekaansluitingen de opbrengst en tijd programmeerbaar, naast memo-motortoereninstellingen, hefhoogte (begrenzing), en zijn er maximaal vier functies voor een beperkt kopakkermanagement programmeerbaar. Er is bovendien een Isobus-koppeling. Cis+ is altijd in combinatie met de Cis-armleuningbediening met daarop de ElectroPilot-hydrauliekhendel en de drivestick voor

38

GRONDIG 6 2017


De Arions hebben een nieuwe geveerde as gekregen, die in eigen huis op basis van een Dana-as is ontwikkeld.

Belangrijke noviteit is de Cis+-variant die tussen de is en de Cebis in komt. Claas verwacht er veel belangstelling voor

de transmissie. Cis+ is leverbaar voor zowel de CMatic-CVT als de HexaShift-powershifttrekkers. De bediening is voor beide varianten identiek. Claas heeft tegelijk de Cebis-versie doorontwikkeld. Die heeft nu een nieuw twaalf-inch-touchscreen met sweepfuncties. Het hoofdmenu is nu verplaatst van boven naar de zijkant, omdat je dat dan beter gesteund op de armleuning kunt bedienen. Het menu is zo ingericht dat je er vrij gemakkelijk door kunt met een eenvoudige weg terug om niet te verdwalen. De bediening met de draaidrukknop op de armleuning is gehandhaafd.

Verdere noviteiten De 600-serie is nu vanaf de 630 leverbaar op hogere 42-inchachterwielen (maximaal 1,95 meter), bijvoorbeeld 710/60R42. Naast de bekende vijf-stijlencabine is nu ook de vier-stijlencabine van de 800- en 900-serie leverbaar. Verder is de hydrauliekopbrengst desgewenst leverbaar met een capaciteit van 150 liter per minuut in plaats van de standaard 110 liter. Op de CMotion-hendel zijn nu twee extra F-knoppen toegevoegd om hier meer functies te kunnen onderbrengen. De mogelijkheden en de transmissie- en motorafstemmingsregelingen zijn ook doorontwikkeld. Zo hebben de HexaShift-modellen een tempomatfunctie waarbij de motor bij lichte belasting in toeren daalt en de transmissie opschakelt om brandstof te besparen bij dezelfde ingestelde rijsnelheid. De CMatic-modellen hadden dit al, maar de regeling is wel verfijnd. Verder hebben de HexaShift-modellen de SmartStop-functie gekregen, waarbij bij het intrappen van de rem de transmissie automatisch wordt ontkoppeld. Bij de CMatic-modellen is de tempomat

De nieuwe Cebis Touch, met twaalf-inch-touchscreen met menubalk nu rechts plus desgewenst druk/draaiknopbediening op de armleuning.

nu te ontgrendelen door het rijpedaal helemaal in te trappen. Toegevoegd is ook een parkeerstand op de omkeerschakeling links onder het stuur. Er is ook een extra laagtoerige (650 toeren) auto-idle-functie gekomen om onbelast in stilstand brandstof te besparen. De 500 en 600 hebben ook meer ledlampen gekregen, waaronder de rijlampen. Een luxe verkleinende spiegel is nu standaard. Zo zijn er nog wel meer details. Uw dealer praat u graag bij. De nieuwe 500- en 600-series gaan komend najaar in productie. TEKST: Gert Vreemann FOTO’S: Vreemann, Noremat

De Axion 900 De belangrijkste ontwikkeling bij de nieuwe Axion 900 is de overgang van Stage IIIb- naar Stage IV-FPT Cursor-motoren. Alle modellen hebben daarbij tien tot achttien procent meer koppel gekregen bij een circa 200 toeren lager motortoerental. De nieuwe 960 heeft 1860 Nm koppel tegenover 1650 Nm voor de 950 met Stage IIIb. De 900 is hiervoor uitgerust met een nieuwe generatie ZF Terramatic TMG 45-transmissie. Deze is berekend op de hogere ingaande koppels. ZF claimt drie procent efficiëntiewinst en dankzij grotere hydrauliekcomponenten een snellere respons. Een belangrijke verandering is dat naast de tot dus ver standaard Cebis-uitvoering nu ook een Cis+-variant leverbaar wordt, vergelijkbaar met die van de 500/600-serie. En dan zijn er nog tal van kleine doorontwikkelingen, zoals een nieuwe Scharmüller-trekhaak en extra knoppen op de CMotion-hendel en de vernieuwde Cebis. De nieuwe Cebis Touch heeft uitgebreide functies in een intuïtief twaalf-inch-kleurendisplay. De menubalk zit nu rechts, zodat je kunt afsteunen tijdens de bediening, je kunt er eenvoudiger door sweepen en touchen en gemakkelijker terug. De nieuwe 900 serie zal rond de jaarwisseling beschikbaar komen.

GRONDIG 6 2017

39


RESPIRO R3 PROFI Bandhark met snufjes

ondernemen met

vaktechniek

Afgelopen februari was er op de Sima een kleine stand met maar één machine, die van Reiter Technologies. Toch trok die stand, met de Respiro-bandhark, dankzij het unieke concept van die machine veel belangstelling. Deze zomer demonstreert importeur Duport de hark in Nederland.

Door de flexibele bodemaanpassing is het mogelijk met een hoge snelheid te werken.

Dit seizoen trekt Duport het land door met een demo-hark. Het is de Respiro R3 Profi-bandhark van Reiter Technologies, in een drie meter brede frontuitvoering. Het principe van de bandhark is bekend: een pick-up raapt het gewas op en een afvoerband brengt het naar de zijkant, op het zwad. Dat principe gaat ook op voor de Respiro. De voordelen van een bandhark zijn een schoon gewas, omdat het gewas niet over de grond wordt gesleept. Molshopen worden op die manier niet in het gewas gebracht. Het ruw-asgehalte blijft laag en dat verhoogt de voederwaarde. In de tweede plaats is een bandhark vriendelijk voor het gewas. Vooral telers van luzerne weten dit te waarderen. Het bijzondere aan de Respiro-hark is de pick-up. Deze heeft een kleine diameter, is elastisch en kan zich vervormen. Hij loopt op vier vrij draaiende glijschotels over de grond. Hierdoor kan de pick-up zich goed aanpassen aan de bodem. De meeste bandharken werken met een grote pick-up, maar de pick-up van deze Respiro heeft een kleine diameter, die ervoor zorgt dat de weg die het gewas aflegt naar de afvoerband klein is. Een rotor boven de pick-up zorgt voor een snelle doorgave van het gewas. Dit maakt een hoge rijsnelheid mogelijk, tot meer dan 20 km/u.

Een voordeel van de kleine pick-up is verder dat er geen gewas onder de pick-up kan komen. Het gewas komt tegen de pick-up en de tanden nemen het gewas al op voordat het onder de pick-up kan raken. De tanden werken vlak voor de glijschotels en hebben weinig aanraking met de grond. De tanden zijn gebogen en slepend bevestigd. Dit maakt sturing van de tanden door middel van een curvebaan overbodig. Dat scheelt in aantal bewegende delen en in geluid. Door de gebogen vorm nemen ze ook minder snel stenen op, ook al vormen die in Nederland meestal geen groot probleem. Tandbreuk is volgens Reiter Technologies de laatste twee jaren van de testfase niet meer voorgekomen. Maar mocht het gebeuren, dan is de bevestiging van de tanden zodanig dat je ze niet kunt verliezen. Een tandpaar is heel eenvoudig te vervangen. De tanden zitten namelijk niet aan tandbalken geschroefd, maar per zes paar aan gemakkelijk te wisselen units. Na het afnemen van twee kunststof afstrijkers hoeft er nog maar één moer te worden verwijderd en dan kan het element worden afgenomen. Met een kliksysteem zijn de tandparen daarop bevestigd. De oude tand losklikken en de nieuwe erop en vervolgens kan het geheel weer worden samengevoegd en gemonteerd.

Pöttinger-roots De machine is ontwikkeld door Thomas Reiter, een man die zijn sporen verdiende bij Pöttinger. Hij introduceerde de machine op de afgelopen Sima in Parijs. De contacten tussen Duport en Reiter stammen uit de tijd van Reiter bij de Oostenrijkse fabrikant, maar natuurlijk heeft Duport ook vertrouwen in het product. Drie meter werkbreedte is voor Nederland -en zeker voor de loonwerksector - geen gangbare breedte. Op de aanstaande Agritechnica in november zal Reiter echter present zijn met een negen meter brede getrokken versie. Daarnaast is hij ook aan het testen met een elf meter uitvoering. En daarmee is de koek nog niet op, want Reiter denkt zelfs aan een zestien-meter-uitvoering, maar dan is het inmiddels wel 2020.

40

GRONDIG 6 2017


De pick-up is enigszins beweeglijk door de flexibele as. Deze heeft een mogelijkheid tot doorbuigen, voor een bodemaanpassing van 30 millimeter. Rubber elementen naast de vijf dubbele lagers maken dit mogelijk. In combinatie met de vier glijschotels is de bodemaanpassing heel goed. De schotels zijn vrij draaiend, zodat ze niet gaan schuiven en er geen grond aan koekt, ook niet in een open zode.

Bij de pick-up zijn de tanden niet aan tandbalken geschroefd, maar per zes paar aan gemakkelijk te demonteren rondsels.

Hydraulische aandrijving De vrij draaiende gewasrol drukt het gewas tegen de pick-up, voor een gedwongen opname door de tanden. Boven de pickup zit een rotor met kunststof vingers. Deze draait dertig procent sneller dan de pick-up en haalt daardoor het gras weg van de pick-up. De rotor wordt hydraulisch ontlast door middel van een cilinder met stikstofbuffer. Als er veel materiaal komt, gaat de rotor een stukje omhoog. Bij volumineus materiaal kun je de rotor zelf omhoog zetten, zodat er meer ruimte komt voor het gewas. In de testfase heeft de fabrikant strozwaden gekeerd van een maaidorser met een twaalf meter breed maaibord. Dit gebeurde met een rijsnelheid van 15 km/u. Bij transport kan de rotor worden vastgezet, zodat hij niet gaat springen. Om veel gewas snel te kunnen verwerken, moet natuurlijk ook de afvoerband veel capaciteit hebben. De band is 100 centimeter breed. Ook een 70 centimeter brede uitvoering is leverbaar. Omdat de afvoerband hydraulisch wordt aangedreven, kun je hem links en rechts laten draaien. Bovendien kun je de snelheid aanpassen, waarmee je de zwadbreedte beïnvloedt. De hele machine wordt hydraulisch aangedreven. Er is een enkelwerkend ventiel met drukloze retour nodig voor de hydromotoren van de afvoerband, de rotor en de inwendige motor van de pick-up. Daarnaast is er nog een enkelwerkend ventiel nodig voor het uitheffen van de machine. De benodigde hoeveelheid olie ligt tussen 30 en 60 liter per minuut, afhankelijk van de zwaarte van het gewas en de omstandigheden. De Profi-uitvoering van de Respiro R3 heeft een geïntegreerd systeem voor de bodemdrukontlasting. Dit werkt met twee veren aan weerszijden van de aanbouwbok. Met een centrale hefcilinder hef je de machine uit, zonder dat je de fronthefinrichting hoeft te bedienen. Door de spanning op de veren te veranderen, kun je de bodemdruk beïnvloeden. De belangstelling is tot nu toe niet slecht, maar het zijn daarbij wel vooral de telers van luzerne die reageren. Zij zijn vooral blij met de geringe bladverliezen. Bij luzerne heb je dat met de gangbare harksystemen al snel en het gaat bij de luzerne net om het blad. Een voordeel van een fronthark is verder dat je niet over het gewas rijdt en dat daardoor de grond in wordt gedrukt of wordt vervuild. Met de toenemende zorg voor de kwaliteit van het ruwvoer ziet Duport daarom ook zeker mogelijkheden voor de hark bij veehouders. De prijsindicatie van de drie meter brede fronthark is € 25.500. Wat de negen meter brede uitvoering moet gaan kosten, is nog niet bekend.

Om veel gewas te kunnen verwerken, is de afvoerband 100 centimeter breed. Hij kan zowel linksom als rechtsom draaien.

De rotor dient om het gewas snel weg te nemen van de pick-up en op de afvoerband te brengen.

Duidelijk is te zien dat de tanden slepend zijn gemonteerd. De vier glijschotels zijn vrij draaiend.

De gele veren zorgen voor een verlaging van de bodemdruk. Met de centrale cilinder hef je de machine.

TEKST & FOTO’S: Arend Jan Blomsma

GRONDIG 6 2017

41


TECHNIEK Betalen voor beter

ondernemen met

vaktechniek

Nabeschouwing Loonwerk Velddagen 2017 Op de Loonwerk Velddagen toonden de partners bestaande technieken en diverse primeurs om het graslandbeheer en de voederwinning voor de boer te verbeteren. De boer moet dan wel bereid zijn daarvoor te betalen. Rode draad in de presentaties en de gesprekken was dat daar een knelpunt ligt dat de nodige aandacht verdient. Het staat er zo natuurlijk wel heel zwart-wit. Als je doorvraagt, volgen er onder de leveranciers ook nuances. Er zijn wel degelijk boeren die de voordelen van nieuwe technieken voor het graslandbeheer en de voederwinning op waarde schatten en bereid zijn daarvoor te betalen. En er zijn wel degelijk loonwerkers die het uitgelegd krijgen bij de boeren en de meerwaarde doorberekenen in hun prijs. Er zijn volgens de participanten echter nog veel boeren die zich sterk focussen op de prijs van de geleverde dienst. Als de loonwerker dan komt met technieken om de prestaties te verbeteren, hetzij bij het uitrijden, het winnen van het gras of het inkuilen daarvan, geven ze minder thuis. Extra’s zijn prima, maar dan wel voor dezelfde basisprijs. Loonwerkers die hierop anticiperen, investeren dus niet in de extra’s, eenvoudigweg omdat ze die niet betaald krijgen. En dat terwijl er heel veel mogelijk is op het

Evers Agro BV liet met deze doorsnede zien wat het effect van het breken van storende lagen met de Evers Graslandwoeler tot 40 centimeter diep. De zode wordt netjes teruggedrukt. De werkdiepte is instelbaar. Evers levert ook graslandbeluchters om alleen de bovenlaag tot vijftien centimeter te bewerken.

42

GRONDIG 6 2017

Holaras toonde de nieuwe Jumbo Profi met recht staande tanden waarvan de elementen individueel naar links of rechts kunnen draaien. In combinatie met een grasvork kan de kuil zo sneller heen en weer rijdend worden opgezet. Holaras toonde ook een maïsschuif met rol.

Vredestein gaf aan dat het begrip voetprint verder gaat dan alleen de oppervlakte of de term IF en VF. Met een goed doorontwikkeld karkas zonder staal, zoals Vredestein toepast, zijn een betere drukverdeling en een grotere voetprint mogelijk.


gebied van graslandverbetering, opbrengstoptimalisatie en de bijbehorende plaatsspecifieke registratie. ForFarmers verwoordde het probleem treffend met de opmerking dat de boer de (kost)prijs van een koe tot twee cijfers achter de komma kent, maar dat hij, als je hem vraagt naar het rendement van zijn graslandbeheer en voederwinning, niet veel verder komt dan een globale richtprijs van de grondprijzen. ForFarmers toonde in dit verband een leidraad om in tien stappen tot de beste kuil te komen. Volgens de veevoederleverancier zit er dertig procent verschil in kuilopbrengst tussen de niet goede en de optimale route. Een tastbaar voorbeeld van het geschetste probleem is dat Evers Agro BV al jaren pioniert en producten heeft voor het verbeteren van grasland en de bodem eronder. Volgens Evers wil dit maar niet grootschalig doorbreken, omdat de boeren blijkbaar niet inzien wat de meerwaarde is. Evers gaf aan dat in proeven al is vastgesteld dat grasland met een goede beworteling op gronden zonder storende lagen met worteldieptes meer dan dertig centimeter wel een derde meer gras kan opbrengen dan percelen met oppervlakkig wortelend grasland als gevolg van storende lagen.

Belangstelling voor sober Fabrikant Schuitemaker sloot daar naadloos op aan toen het onderwerp NIR en sectieafscheiders ter sprake kwam. De fabrikant levert de Exacta-bemester desgewenst met sectieafscheiding per element, waarbij de elementen bij overlapping automatisch uitheffen. Wie ‘minder’ wil, kan ook kiezen voor sectieafscheiders per element zonder uitheffen of voor sectieafscheiding per (vaak) vier secties, al dan niet met uitheffen. Een woordvoerder van Schuitemaker gaf aan dat er natuurlijk loonwerkers zijn die voor de beste optie gaan, per

Schuitmaker toonde de nieuwe Rapide 7200 met NIR en weegsysteem en een Siwa 720 voorzien van kipfunctie. Schuitemaker introduceerde ook de Rapide 5800 met de zware invoer. Die is op details verbeterd om de weerstand aanzienlijk te verminderen.

element in combinatie met uitheffen, maar dat het gros kiest voor de meest sobere variant, omdat dat goedkoper is en de loonwerker dan toch tegen de boer kan zeggen dat er wordt bemest met sectieafscheiders. Het argument is dat de klant niet bereid is meer per kuub te betalen voor naadloos precisiebemesten. In het verlengde daarvan ziet Schuitemaker ook de opties NIR en wegen en registreren van gehalten plus de bijbehorende communicatie en registratie voor loonwerker en klant bij de opraapwagens en het bemesten. Er zijn er die erom vragen, maar het gros van de loonwerkers kiest er nog niet voor, omdat de extra investering niet of onvoldoende door te berekenen is aan de boer.

Ook op de kuil In mindere mate geldt dat volgens Holaras ook op de kuil. De boer wil goede kuilen. Dat besef is er wel, maar als de loonwerker investeert in bijvoorbeeld een extra verdichtingsrol om beter over de gehele breedte te verdichten of in een grasvork op de verdeler om én te verdelen én te transporteren, dan is het lastig dit door te berekenen. Terwijl dergelijke opties voor de boer meerwaarde geven op het gebied van inkuilkwaliteit en minder remmend werken op de capaciteit in het veld. De hoofdboodschap moet natuurlijk vooral aan de boeren worden overgebracht. Gewapend met de kennis en de onderbouwing die op de Loonwerk Velddagen is aangereikt, kunt u natuurlijk ook zelf aan de slag. Vanuit dit oogpunt waren de Loonwerk Velddagen zeker de moeite waard. Op Grondig.com hebt u al een beeldverslag kunnen lezen. Hier nog enkele bijzonderheden. Op naar de volgende editie. TEKST: Gert Vreemann FOTO’S: Vreemann, Schuitemaker

Voor het bemesten toonde Schuitemaker een 8,70 meter brede Exacta GPS Profi-bemester en de nieuwe Exacta 12.30-bemester. Een NIR-sensor met de bijbehorende aansturing is in ontwikkeling. De fabrikant vond het te vroeg om die nu in de praktijk te tonen.

Dit statement van ForFarmers zegt genoeg: dertig procent verschil tussen goed en slecht gewonnen ruwvoer. Samen met een goed advies over de meerwaarde van moderne technieken een prima uitgangspunt om de voordelen van nieuwe technieken voor te rekenen, met een bijpassend tarief.

GRONDIG 6 2017

43


ondernemen met

vaktechniek

ECONOMIE KUIKEN NU HELEMAAL SMT Een half jaar na de aankondiging dat SMT de nieuwe naam voor Kuiken wordt, is dat in het hele concern doorgevoerd, met als blikvanger het nieuwe logo op het pand in Emmeloord. Klanten zien het direct via nieuwe service-auto’s en bedrijfskleding. Ondertussen breidt SMT ook uit. Per 1 augustus wordt het bedrijf ook in Groot-Brittannië de importeur van Volvo. De naamsverandering is een direct gevolg van de overname van Kuiken door de SMT-groep, vorig jaar zomer. De nieuwe moedermaatschappij heeft snel daarna besloten om alle activiteiten onder de eigen naam voort te zetten. Het betekent dat het bekende Kuiken-logo is verdwenen van het pand in Emme-

loord en is vervangen door het beeldmerk van SMT. De klanten zullen er volgens directeur Heino Westdijk niet veel van merken. “We blijven dag en nacht klaar staan voor onze klanten”, zegt hij. Dat kan niet anders, want SMT staat voor Service Machinery en Trucks. Het bedrijf is groot geworden als dealer van onder andere Volvo-graafmachines en trucks in een groot aantal Afrikaanse landen. Door de overname van Kuiken krijgt het bedrijf nu ook drie vestigingen in Europa. Westdijk voorspelt dat dit de start is van een nieuwe, succesvolle fase van het bedrijf. “Ons DNA is namelijk niet veranderd. Dit blijft een prachtig bedrijf met mensen die vol passie werken voor de verkoop en het onderhoud van onze machines.”

Ook in Engeland Begin deze maand maakte SMT bekend ook in Engeland de distributieactiviteiten van Volvo over te nemen. Per 1 augustus wordt de huidige fabrieksvestiging overgedragen aan SMT. In een persverklaring geeft Volvo aan zich nog meer te willen concentreren op de ontwikkeling en productie van machines. SMT krijgt hierdoor een nog sterkere Europese vertegenwoordiging, naast de brede aanwezigheid in Afrika. Voorlopig zal in Engeland het management niet veranderen en blijft dit een zelfstandig werkende organisatie. advertentie

P&O SCAN Personeel in dienst? Dan heeft u te maken met veel regels en is aandacht voor personeelszaken van belang. Immers, tevreden en goed functionerende werknemers brengen uw bedrijf verder. De CUMELA P&O scan helpt u om: ✓ ✓ ✓ ✓ ✓

De mogelijkheden van de cao optimaal te benutten Wet- en regelgeving goed toe te passen Vakbekwaam personeel te binden en te boeien Grip te krijgen op personeelskosten En nog veel meer….

Geïnteresseerd, neem contact op met CUMELA Advies (tel: 033-2474900) of mail naar info@cumela.nl

44

GRONDIG 8 2016

NEDERLAND


DEERE OP OVERNAMEPAD Na de gigantische overname van Wirtgen in juni heeft Deere de afgelopen weken nog een kleinere overname en een strategische samenwerking bekend gemaakt. De Italiaanse spuitenfabrikant Mazzotti wordt overgenomen en met Wacker Neuson wordt een strategische samenwerking aangegaan, al wordt ook hier een aandeel in het bedrijf genomen. Mazzotti is een 30 jaar oud Italiaans familiebedrijf dat zich vanaf de start heeft gespecialiseerd in zelfrijdende spuiten en dat in Nederland vooral bekend is van de zelfrijder. Deze wordt verkocht en geïmporteerd door Wout Hogervorst in Noordwijkerhout. Volgens de aankondiging van John Deere zal aan deze situatie niets veranderen. Net als bij Monosem lijkt John Deere hierbij vooral kennis te kopen om zijn eigen producten verder te kunnen ontwikkelen. Ongetwijfeld zullen er de komende jaren nieuwe zelfrijders van John Deere komen met daarin technieken van Mazzotti. Het bedrijf lijkt daarmee vooral een meer op Europese leest geschoeide zelfrijder te kunnen bieden, die ook past op wat kleinere bedrijven. Bij Wacker Neuson lijkt de beëindiging van twee contracten de weg vrij te maken voor Deere. De afgelopen maanden werd namelijk bekend dat zowel Claas als Caterpillar de samenwerking met het bedrijf beëindigt. Daarvoor in de plaats komt nu John Deere, dat van plan is om de producten van Kramer via zijn dealernetwerk te gaan verkopen. Kramer is sinds enkele jaren eigendom van Wacker Neuson en richt zich speciaal op de agrarische markt. Het bedrijf was daarvoor bezig met het opbouwen van een eigen dealernetwerk. Dit krijgt nu een grote stimulans, want het is de intentie dat alle John Deere-dealers nu de mini-wielladers en verreikers van Kramer gaan verkopen, inclusief natuurlijk alle uitrustingsstukken. De focus bij de samenwerking zal in eerste instantie liggen op Europa, maar het is de bedoeling om daarna ook Oost-Europa, het Midden-Oosten en Afrika te gaan bewerken.

HUISAANSLUITING OOK OP KLIC Minister Henk Kamp wil de netbeheerders verplichten om de gegevens over huisaansluitingen ook te registreren bij het kadaster. Een voorstel hiervoor is deze maand ingediend bij de Tweede Kamer. Beheerders van gasleidingen moeten dit al eind 2019 hebben gerealiseerd. Met het wetsvoorstel wil de minister de kans op graafschade verder verkleinen. Tot nu toe vielen huisaansluitingen buiten de zogenaamde Klic-meldingen, waardoor vooral rond woningen nog veel kabel- en leidingschades voorkomen, al zijn deze vaak beperkt in schade. Om ook deze schadelast te verminderen, zullen nu alle beheerders van energie-, telecom-, data-, water- en rioolnetten worden verplicht om ook informatie te leveren over de ligging van de huisaansluitingen. De betrokken netbeheerders krijgen echter nog een overgangstermijn binnen welke tijd zij de informatie moeten leveren. Deze termijn is afhankelijk van de aard van de aansluiting. Omdat gas de meest gevaarlijke is, moeten deze aansluitingen al in 2019 allemaal beschikbaar zijn.

IN KORT BESTEK Geen vragen? Gemiste kansen! Beste Jan, Ik mag inschrijven op een onderhoudsbestek. Omdat ik het werk nu ook al uitvoer, zie ik dat er veel fouten en onduidelijkheden in staan. Ik kan inschrijven op het bestek, rekening houdend met mijn kennis, maar dan weet ik dat ik niet de laagste ben. Neem ik het werk aan, dan weet ik zeker dat de opdrachtgever mij het meerwerk voor de ontbrekende posten niet zal willen betalen.

Beste aannemer, Vooropgesteld, aanbestedingstukken horen duidelijk te zijn en voor één uitleg vatbaar. Dat geldt voor het bestek, maar ook voor de eisen die worden gesteld aan de inschrijver en de gunning. Algemene regel is dat van een inschrijver mag worden verwacht dat hij onduidelijkheden of onvolkomenheden in de aanbestedingsstukken tijdig aan de kaak stelt. Daarom worden inschrijvers in de gelegenheid gesteld om vragen te stellen, die worden beantwoord in de nota van inlichtingen. Geen vragen gesteld? Aanbesteders beroepen zich bij bezwaarprocedures naar aanleiding van de gunning - met het Grossmann-arrest van het Hof van Justitie in de hand - steeds vaker op het feit dat bezwaren niet tijdig zijn gemeld. De rechter wijst ze, ook al zijn de bezwaren terecht, in die situaties steeds vaker af. Hij vindt dat inschrijvers professioneel moeten handelen. Wat een gemiste kans. De vraag is of we uw vraag ook kunnen omvormen in een kans. Door het stellen van vragen kunt u werkzaamheden aankaarten waarvan anderen niet weten dat ze niet echt een probleem zijn. Bent u bang dat andere inschrijvers werkzaamheden over het hoofd zien? Door het stellen van een vraag staat iedereen weer gelijk aan de streep. Ga strategisch om met vragen. Helaas komt het ook met regelmaat voor dat op een vraag een nietszeggend antwoord wordt gegeven. In gerechtelijke uitspraken is uitgemaakt dat, ingeval na de vragenronde nog onduidelijkheden of onvolkomenheden resteren, nogmaals vragen dienen te worden gesteld. Doet een inschrijver dat niet, dan is ook dan de kans aanwezig dat hij zich daarop niet meer kan beroepen. Daarom ons dringende advies: stel vragen. Maar ook: bel eerst eens met CUMELA Nederland. Vaak kunnen wij één en ander aan u verduidelijken of helpen de goede vragen te stellen aan de aanbestedende dienst. In die gevallen die van belang zijn voor de hele sector maakt CUMELA Nederland zelf bezwaar en vaak met succes.

LAATSTE IN KORT BESTEK De aflevering van In kort bestek rechts op deze pagina is de laatste van Jan van der Leij. Jan gaat deze maand met pensioen en neemt afscheid van CUMELA Nederland als secretaris van de sectie Grondverzet en cultuurtechniek. Deze taak is nu overgenomen door Nico Willemsen. De redactie bekijkt nog hoe de rubriek In kort bestek zal worden voortgezet.

Jan van der Leij Beleidsmedewerker GWW CUMELA Nederland

GRONDIG 6 2017

45


ondernemen met

cumela

CUMELARIA

EERST DE TREKKER, DAN HET MEISJE Trots poseert Kevin bij zijn gloednieuwe Case Puma 185, de eerste trekker die speciaal voor hem is gekocht door Loonbedrijf Breemhaar in Ommen. Daar is niet alleen Kevin trots op, maar het hele bedrijf. Zeven jaar geleden kwam Kevin het bedrijf namelijk binnen als Wajonger die nog veel moest leren. Nu, zeven jaar later, heeft hij zich opgewerkt tot volwaardig trekker-dumperchauffeur. Ook op een ander vlak ontwikkelt hij zich. Inmiddels heeft hij een eigen woning en woont hij geheel zelfstandig, al zou hij die ruimte wel willen delen met een vrouw, zo heeft hij laten weten. Dus als er nog lezers zijn die een leuke kandidate weten of zelf belangstelling hebben, dan ­kunnen ze zich melden via info@loonbedrijfbreemhaar.nl. Dan komen de goede contacten vanzelf.

MACHINE-OPTOCHT VOOR ARNOLD Geamuseerd zit Arnold Olthaar dit keer voor op de trekker in plaats van erin. Een cadeautje van zijn collega’s, omdat hij al 25 jaar in dienst is bij Baks Borculo. Hij werd rondgereden in de omgeving van Borculo met achter zich een bonte stoet van trekkers en werktuigen. Eindpunt was uiteraard de bedrijfslocatie, waar het tijd was voor een feest met familie en collega’s. De glimlach op Arnolds gezicht werd nog groter toen hij de bekende enveloppe met inhoud en de zilveren Baks-speld kreeg.

EIGEN NAGTEGAAL-BUSDIENST

STRAK IN HET GELID Een super-elftalfoto werd er gemaakt tijdens de viering van het zeventigjarig bestaan van Vaarkamp uit Ede. Alle werknemers werden keurig in bedrijfspak opgesteld voor het kantoorgedeelte van het bedrijfspand. De jubileumviering werd gelijk aangegrepen om de hele uitstraling van het bedrijf op te frissen. Zo zijn er een aangepast logo, een nieuwe website en natuurlijk een nieuwe huisstijl. Tijdens de open dag zagen de ruim duizend bezoekers dat terug in de opzet van de rondleiding over het terrein. Dat was ingericht naar de specialisaties die ook op de website terugkomen, namelijk groen & ­recreatie, civiel & water en verhuur & techniek. Een mooie start van een nieuw tijdperk.

Als je op een eiland zit, moet je wat extra doen om mensen binnen te halen, dus organiseerde Nagtegaal Ameland bij de viering van het zestigjarig bestaan een eigen busdienst van de boot naar de bedrijfs­ locatie. Daar werd gretig gebruik van gemaakt. Op het bedrijf zagen de bezoekers hoe het bedrijf zich heeft ontwikkeld van agrarisch loonbedrijf tot een brede aanbieder van diensten in groen, grond en infra. Dat werd op het bedrijf zichtbaar gemaakt door een aantal demonstraties van verschillende werkzaamheden. De beide ondernemers Klaas ­Hendrik en Gerrit Willem Nagtegaal kregen de gouden CUMELA-speld. De economie van Ameland profiteerde zelfs dubbel van het evenement, want veel bezoekers besloten de jubileumviering te combineren met een weekendje Ameland.

OPA THEI EN PIET ROODBEEN VERRAST De relaties kregen allemaal een mooi kaartje, maar opa Thai en vader Piet Roodbeen van Roodbeen Groenvoorzieningen uit Well wisten nergens van. Ze waren dan ook compleet verrast toen ze op een avond multifunctioneel centrum De Buun in Well binnen kwamen. Vele relaties, f­amilieleden en vrienden waren daar bij elkaar om het vijftigjarig ­jubileum van het bedrijf te vieren. Het feest kreeg nog een extra feestelijk karakter doordat opa Thei de gouden CUMELA-speld kreeg uitgereikt.

46

GRONDIG 6 2017


75 JAAR VOORUITSTREVEND Wat je met ondernemerszin en een vooruitstrevende manier van werken kunt bereiken, bleek bij het 75-jarig bestaan van Guiljam-Hoek in Zeeuws-Vlaanderen. Door het bedrijf te veranderen van een loondorsbedrijf in een moderne onderneming die actief is in agrarisch loonwerk en de verhuur van grondverzetmachines groeide ook het aantal werknemers. Trots poseren zij bij het jubileum samen met de nieuwe eigenaren Antony en Marco Guiljam. Vader Leen vond het 75-jarig bestaan een mooi moment om het rustiger aan te gaan doen. Reden voor de voorzitter van de afdeling Zeeland van CUMELA Nederland om hem een gouden CUMELA-speld uit te reiken. Dit als dank voor zijn inzet voor de algemene belangenbehartiging en in het bijzonder zijn inzet voor het landbouwverkeer in Zeeland.

EERSTE REGIONALE JONGERENDAG Studieclub Schagen heeft een bijzondere afdeling en heeft voor zover wij weten als enige ook een jongerenclub. Deze jonge loonwerkers kwamen begin juni bij elkaar voor een intensieve kennismaking met het bedrijf van Zwart Infracare in Wervershoof. Jeroen Kramer, één van de directeuren, gaf aan de hand van foto’s een bedrijfspresentatie en leidde daarna de ruim veertig aanwezigen rond op het bedrijf. Dat ging natuurlijk gepaard met een intensieve discussie over de bedrijfsvoering en de machines. Daarna was het tijd voor echt vrijdagmiddagvermaak. Het gezelschap ging naar een partycentrum om te karten en te steengrillen. Over het bijbehorende biertje zegt het verslag niets.

GROENEVELD LOKT UTRECHTERS Voor de jaarlijkse contactdag gingen de leden van CUMELA in de provincie Utrecht dit keer de grens over. Zij werden naar de dag gelokt met een ontvangst bij Groeneveld in Gorinchem. Dat bedrijf stelde zijn presentatieruimte beschikbaar voor de vergadering en kreeg de gelegenheid om te vertellen over de voordelen van de automatische smeersystemen en ICT-oplossingen van Groeneveld. Ook was er een presentatie van de drone-werkers, gevolgd door een discussie over de mogelijkheden van het gebruik van drones. Tot slot was er de jaarvergadering, waarin Raymond van Dorresteijn als nieuwe voorzitter werd benoemd. Hij neemt het stokje over van Jaap Veldhuizen, die afscheid nam.

GEKRUID Van Unimog-bestuurder tot kraanmachinist Mij werd verteld dat het thema van deze editie van Grondig ‘Grondverzet’ is. Hier doen we wel het één en ander in, maar het is niet iets waarmee we elke week bezig zijn. Toen dacht ik: grond verzetten is grond verplaatsen is grond zeven. Onze collegaminikraanmachinist Gerrit is op dit moment fulltime bezig om met zijn minigraver de grond in zandbakken te zeven in diverse gemeenten om ons heen. Het zeven van het zandbakzand voorkomt verontreiniging van het zand en het herstelt de valdempende eigenschappen van de ondergrond. Het is dus goed voor de spelende kinderen. Bij het zeven vindt Gerrit regelmatig kleine speelgoedjes of andere dingen in het zand. Het is altijd weer een verrassing. Het mooie is dat we afgelopen maand hebben gevierd dat Gerrit al 25+2 jaar bij ons in dienst is. Ja, door omstandigheden ben ik even de tel kwijt geweest en hebben we zijn jubileum iets later gevierd; zeg maar een oeps-momentje. Het feestje was er niet minder om. We hebben met alle collega’s en de partners een lekkere barbecue gehad en daarnaast hadden we een bijzondere act ingehuurd. Daar hebben Gerrit en de andere ‘landschapsinrichters’ het nog steeds over. Als gezamenlijk cadeau hebben we foto’s gemaakt van onszelf bij zijn kraantje zonder dat hij het wist en daar een collage van gemaakt. Wanneer je zo gezamenlijk bezig bent, is de positieve teamspirit merkbaar. Tijdens het maken van de speech en het maken van een berichtje voor onze website hebben we stilgestaan bij de carrière van Gerrit bij Van Stipdonk. Hij begon ooit op een Unimog. Dit was het niet helemaal voor hem en daarom kreeg de Gerrit de kans om kraanmachinist te worden. In het begin zat hij vooral in het grondverzet, momenteel steeds meer in het natuurbeheer en in de groenvoorziening. Ons bedrijf blijft in beweging, de opdrachten en werkzaamheden blijven deels veranderen. Onze ‘landschapsinrichters’ en dus ook Gerrit gaan gelukkig met deze ontwikkelingen mee. Zo kunnen we nog lang blijven samenwerken.

Merel van Stipdonk-van Riel Van Stipdonk Landschapsinrichting BV

GRONDIG 6 2017

47


ondernemen met

cumela

25 JAAR LOONWERKONDERWIJS

Vergroot vakmanschap en inzetbaarheid medewerkers Een ‘leven lang leren’ is een loze kreet als je er geen passende inhoud aan geeft, stelt Dick Klop van CUMELA Nederland. Vandaar dat hij pleit voor het bijhouden en verbeteren van het vakmanschap. Daar ligt een taak voor zowel de werkgever als de werknemer. “Zorg dat je inzetbaar blijft. Daarin zit de uitdaging.”

Meer dan 1100 ondernemers en medewerkers hebben afgelopen seizoen een training gevolgd bij het cursuscentrum van CUMELA Nederland. Daarnaast zijn er trainingen van ­andere organisaties en leveranciers. We doen het dus goed wat scholing betreft, of… Als je het afzet tegen de 3000 bedrijven met ongeveer 30.000 medewerkers die de sector telt, is het ineens niet zoveel. Van het woord ‘school’ krijgen veel werknemers in de cumelasector al jeuk. Trainingen, cursussen, opleidingen; ze zijn liever gewoon aan het werk en doen daar hun ervaring op. Het loonwerkonderwijs bestond vorig jaar een kwart eeuw. In die 25 jaar is er veel veranderd en nog steeds is er verandering gaande. Het onderwijs probeert daar continu op aan te sluiten, maar dat is geen eenvoudige taak. Daarnaast moet ook de moderne werkgever zijn werknemers blijven opleiden. Reden genoeg dus om aandacht te besteden aan de toekomst van morgen. Leren stopt nooit.

48

GRONDIG 6 2017

Dit is ook leren, al doende en onbewust leren. Een nieuwkomer gaat met de ervaren man mee en leert zo de kneepjes van het vak. Een BBL’er op niveau 2 kan zich prima ontwikkelen tot een specialist die bijvoorbeeld alles weet van het zetten van beschoeiingen. Het succes van deze manier van leren (informeel leren) hangt ook af van de werkgever. Als hij enthousiast is, kan hij zijn personeel stimuleren om zich te ontwikkelen en verder te groeien. Gebeurt dat niet, dan is de kans veel groter dat die BBL’er blijft hangen op niveau 2 en alleen ‘eenvoudige’ werkzaamheden uitvoert. “Ondernemers kunnen bewuster omgaan met informeel ­leren”, zegt Dick Klop van CUMELA. “Door bewuster naar het personeelsbestand te kijken, kunnen ze het vakmanschap en de inzetbaarheid van hun medewerkers vergroten”, aldus Klop. Dat is van groot belang, stelt hij, zowel voor het bedrijf als voor de sector. “Vooral als het gaat om kwetsbare werkzaamheden is het handig als je nog twee of drie, medewerkers


achter de hand hebt die dat specialistische werk ook kunnen doen”, legt hij uit. Dit biedt ook perspectief aan de jongere generatie, meent Klop. “Een jongen die al vanaf zijn zestiende op een minigraver zit, wil dat ook niet zijn leven lang, dus leer hem ook andere vaardigheden. Bied hem perspectief in zijn loopbaan en ga hierover met hem in gesprek. Je moet voor­ komen dat hij uitgekeken raakt en ander werk gaat zoeken.”

Niet alleen informeel Naast het leren in de praktijk blijft het belangrijk dat mede­ werkers ook vanuit andere invalshoeken kennis opdoen tij­ dens hun werkend leven. Het cumelabedrijf krijgt steeds meer een adviserende rol naar zijn klanten toe en de tech­ niek ontwikkelt zich met grote sprongen. “Het is belangrijk dat niet alleen de ondernemer, maar ook de medewerker daarin wordt meegenomen”, zegt Klop. “Die medewerker komt ploegen bij een klant en moet de situatie kunnen in­ schatten. Als het te nat is, kan hij de klant wijzen op de gevol­ gen van verdichting en bijvoorbeeld een andere bewerking voorstellen. Die adviserende rol wordt steeds belangrijker. De klant verwacht dat ook steeds meer. Je moet hier dan wel de kennis en vaardigheden voor hebben. Dat red je vaak niet door alleen ervaring, want ook achtergronden en theoreti­ sche kennis zijn dan nodig.” Daarbij hoef je niet per se in clichés te denken, zoals cursus­ sen en trainingen. Formeel leren kan ook op andere manie­ ren, stelt Klop. Zo is er samen met het onderwijs en sociale partners een e-learning ‘Bodem, bemesting en teelt’ ontwik­ keld. “Een werkgever kan deze uitdelen aan zijn medewer­ kers en zeggen ‘Veel plezier ermee’, maar hij kan er ook een module uitpikken en deze op een wintermiddag doornemen met zijn personeel. Behalve dat iedereen dan kennis opdoet, betrek je zo ook de medewerkers bij het bedrijf. Wel of niet andere banden aanschaffen, wel of geen drukwisselsysteem? Hoe denken zij daarover? Daarnaast krijg je meteen een wis­ selwerking tussen jong en oud. Oud heeft de ervaring en kan deze kennis overbrengen op jong, maar jong is vaak meer bedreven in nieuwe technieken en kan oud hiermee helpen.”

Aantoonbaar Als een buitenstaander zich verdiept in de werkzaamheden in de cumelasector staan ze vaak verbaasd over de breedte van het werk en het vakmanschap dat het vraagt om de werkzaamheden te kunnen uitvoeren. Medewerkers kunnen heel veel, maar vaak wordt dit niet zo beseft, is Klops ­ervaring. “Het mooiste zou zijn als we de kennis en vaardig­ heden waarde kunnen geven in de vorm van een bewijs of certificaat, zodat de medewerker dit kan meenemen in de rest van zijn loopbaan. Een trekkerchauffeur die al doende heeft geleerd met diverse elektronische systemen te wer­ ken, kan deze kennis ook inzetten in andere situaties of ­beroepen, maar dan moet hij wel kunnen aantonen dat hij de kennis bezit”, aldus Klop. Het aantoonbaar maken van kennis en vaardigheden speelt ook in andere sectoren en de kunst is om te zorgen dat de afgegeven bewijsstukken ver­ gelijkbaar zijn. Het duurt nog wel even voor het zover is, maar binnen twee à drie jaar moet het mogelijk zijn om een branchecertificaat af te geven, denkt hij.

Opleiding in deeltijd Aeres Hogeschool Dronten (voorheen CAH Vilentum) biedt in samenwerking met Aeres Tech Ede sinds vorig schooljaar de deeltijdopleiding AD Agrotechniek en management aan. “Het is een verkort bedrijfskundig hbo-traject”, zegt initiatiefnemer Klaas Eeuwema. “Het is bedoeld voor werkenden in de sector die hun mbo-opleiding tot niveau 4 hebben afgerond.” De vraag naar een aanvullende opleiding kwam uit de sector zelf. “Klanten worden steeds veeleisender. Iemand die komt bemesten, moet niet alleen met de machine overweg kunnen, maar ook in gesprek met de klant kunnen gaan. Het loonbedrijf krijgt ook steeds meer een adviesrol”, zegt Eeuwema. “Een opleiding als deze sluit daar goed bij aan.” De opleiding is vooral voor medewerkers die na een aantal werkzame jaren een stapje hogerop willen, zoals bedrijfsleider of chef werkplaats. De tweejarige opleiding is daarbij geheel gericht op de praktijk. “Behalve dat de leerling eens per week op school aanwezig is, heeft hij ook een persoonlijke begeleider in het veld. Hij kan zijn schoolopdrachten uitvoeren in de praktijk en hij kan de opgedane kennis meteen toepassen in de praktijk”, zegt Eeuwema. “Het is als een snelkookpan.” Wie na twee jaar nog verder wil, kan doorstromen in de laatste twee jaar van de hbo-opleiding Bedrijfskunde en agribusiness. Voor meer informatie: www.aereshogeschool.nl (locatie Dronten).

Toekomst In de toekomst kijken is lastig, maar dat het werk verandert en dat er andere vaardigheden van een werknemer worden verwacht, is zeker. Goed kunnen communiceren, ICT-vaar­ digheden, gebruik maken van media en samenwerken zijn vaardigheden die in de toekomst steeds belangrijker wor­ den. Een medewerker die tot zijn pensioen wil blijven wer­ ken, zal zich hiervan bewust moeten zijn en zich al dan niet met hulp van de werkgever of sectoractiviteiten moeten gaan ontwikkelen in deze vaardigheden. Klop vergelijkt het ‘leven lang leren’ met een gereedschaps­ kist. “Om vakmanschap en inzetbaarheid te vergroten, moet een medewerker over een gereedschapskist kunnen be­ schikken met allerlei leervormen om daar de tools uit te ha­ len die bij hem of haar passen. Aan vakmanschap moeten we blijven werken. Dat maakt niet alleen de medewerkers ster­ ker, maar de hele sector.” TEKST: Marjolein van Woerkom FOTO’S: CUMELA Communicatie

Vakmanschap in de cumelasector De sociale partners in de cumelasector (een samenwerking tussen werk­geversen werknemersorganisaties CUMELA Nederland, CNV Vakmensen, FNV Agrarisch Groen en Vakvereniging Het Zwarte Corps) willen behoud, ontwikkeling en verbetering van het vakmanschap in de cumelasector stimuleren. Een werkgroep onderzoekt wat ‘vakmanschap’ inhoudt en wat de behoefte is vanuit de praktijk om vakmanschap te behouden en te versterken. De werkgroep zal ­vervolgens aanbevelingen doen en handvatten aanreiken om ‘een leven lang leren’, of beter gezegd ‘een leven lang ontwikkelen’, op een concrete en passende manier vorm te geven in de cumelasector.

GRONDIG 6 2017

49


LANDBOUWASSEN

+31(0)592 37 27 19 info@middelbos.nl www.middelbos.nl

BEZOE K ONZE WEBSH OP

Import en Groothandel

162 Adv_Landbouwassen_98x64_Grondig.indd 1

08-07-16 12:0

W W W . L M C G E N N E P. N L

Hoogveld 3 • 6598 BL Heijen • T: 0485 - 511605

www.lmcgennep.nl

ING FINANCIER %* VANAF 0,99

ONTDEK HET NU ZELF: BLAUW WERKT!

* informeer naar de voorwaarden

Hallo, wat kunnen wij doen voor u? Netjes dat we dit vragen toch, vindt u niet? Voor ons is dit vanzelfsprekend! Bij LEMKEN neemt u als loonwerkers een heel bijzondere plaats in. Wij zijn geïnteresseerd in uw mening en staan open voor suggesties en wensen! Juist daarom zijn onze landbouwmachines zoals ze nu zijn: efficiënt, veelzijdig en hoogwaardig. Overtuig uzelf! En ontdek wat veel loonwerkers al lang weten: Blauw werkt!

lemken.com


: S R E P M U B R E K K E R T 200e TREK

P O G E W E D KERBUMPER

weg! e d p o id e h oor veilig v n a a g roek B.V. ij w ostrum Westb O Ook n a V , m ru van Oost udie Wouter en R

Tussenstand deelnemers 500

Wij rijden nu ook met een trekkerbumper:

400 300 205

Loon- en grondverzetbedrijf MTS Kievit, Deil

Gebr. Reintjes b.v., Veulen

Loon- en grondverzetbedrijf M. de Bie, Kaatsheuvel

Gebr. van de Beek, Ermelo

Vos Ruinerwold bv, Ruinerwold F.P.H. Ploegmakers, Vinkel Van de Beek B.V., Bleskensgraaf Loonbedrijf J. Nas, Ottersum

Loonbedrijf Visch B.V., Doornspijk Van Oostrum Westbroek B.V., Westbroek Loonbedrijf Bosman, Vethuizen Loonbedrijf Veurink, Collendoorn UniCom Oost B.V., Lettele

Vergroot de veiligheid, rij met een trekkerbumper. CUMELA Nederland ondersteunt de aanschaf van 500 bumpers met een vergoeding van â‚Ź 500,-.

30

VEILIG

(land)bouwverkeer

Kijk op www.cumela.nl/trekkerbumpers voor de deelnemende leveranciers en de spelregels en voorwaarden.


ondernemen met

cumela

CUMELA.NL

Op deze pagina’s samenvattingen van berichten die eerder op Cumela.nl zijn geplaatst. Wilt u op de hoogte blijven van het actuele nieuws? Ga naar Cumela.nl. Daar publiceert de redactie dagelijks nieuws van en voor de cumelasector.

CUMELA WINT PROCES TEGEN BOETES MONSTERHOEVEELHEDEN CUMELA Nederland heeft namens drie leden geprocedeerd tegen de boetes die in 2013 zijn opgelegd aan ruim honderd mesttransporteurs. De rechters zijn van oordeel dat de bemonsteringsapparatuur wel ­adequaat werkte, ook al was het gewicht van het monster niet voldoende. Gevolg van deze uitspraak is dat alle bezwaarschriften die sinds 2013 op dit punt zijn aangehouden nu conform deze uitspraak moeten worden afgehandeld. CUMELA Nederland is blij met dit succes. Eindelijk is nu duidelijk dat een mestvervoerder die een bemonsteringsapparaat met typegoedkeuring koopt erop mag vertrouwen dat het apparaat goed werkt en dat hem niet kan worden aangerekend als er soms iets minder monster in de verpakking zit.

VRAAG NU DE SUBSIDIE PRAKTIJKLEREN AAN! Heeft u dit schooljaar als leerbedrijf een steentje bijgedragen aan het opleiden van een BBL’er tot aankomend vakman of -vrouw? Voor het goed en zorgvuldig begeleiden van een BBL’er is er een tegemoet­ koming van maximaal € 2700,- voor de gemaakte kosten in het kader van de Subsidieregeling praktijkleren. U kunt de subsidie aanvragen tot 15 september 2017 via www.rvo.nl (ga onder ‘Subsidies’ naar ‘Subsidieregeling praktijkleren’).

NIEUWE CAO BOUW & INFRA De partijen in de bouw zijn voor dit jaar een nieuwe CAO Bouw & Infra met een beperkt aantal wijzigingen overeengekomen. Op 27 februari 2017 hebben partijen een onderhandelingsakkoord bereikt. Na kort beraad met de achterban is hiermee ingestemd. De nieuwe CAO Bouw & Infra is afgesloten voor de periode van 1 februari 2017 tot en met 31 maart 2018.

LANDBOUWVERKEER MAG WEER DOOR ZEDDAM

VEELGESTELDE VRAGEN LEEST U OP CUMELA.NL • Vanaf welk moment maakt een parttime medewerker overuren? • Welk loon moet ik een vakantiekracht betalen? • Hoe dienen de feestdagen in juni 2017 te worden beloond? • Met welke aanhanger mag ik rijden als ik rijbewijs B heb? • Welke WW-premie moet ik voor een BBL’er hanteren?

CONTROLES INSPECTIE SZW De Inspectie SZW controleert vanaf deze maand of aan de arbowet­ geving wordt voldaan. De Inspectie SZW gaat 250 bedrijven bezoeken binnen het werkgebied Agrarisch loonwerk en Meststoffendistributie. Op www.cumela.nl vinden leden van CUMELA Nederland een checklist om de controles zo goed mogelijk voorbereid tegemoet te gaan.

52

GRONDIG 6 2017

Het doorgaand landbouwverkeer mag weer gebruik maken van de kern van Zeddam. De rechtbank in Arnhem heeft het verkeersbesluit van de gemeente Montferland van april 2013 geschorst. De gemeente had in 2013 een verkeersbesluit genomen om het doorgaande landbouwverkeer uit de kern van Zeddam te weren. Daarbij vond de gemeente Montferland dat het landbouwverkeer wel gebruik kon maken van de oostelijke rondweg N316. De provincie Gelderland wilde de weg niet openstellen voor landbouwverkeer. Hierdoor ontstond er in de regio een probleem voor het landbouwverkeer in de noord-zuidrichting. CUMELA Nederland, LTO en inwoners van Zeddam hebben in de afgelopen jaren veelvuldig overlegd met ambtenaren en de wethouder van de gemeente Montferland om de situatie op te lossen, maar ook een voorgestelde noodoplossing van de gemeente voldeed niet aan de wensen van de ondernemers. Door de uitspraak van de rechter is het weer mogelijk om gebruik te maken van de twee doorgaande wegen door Zeddam.

CUMELA-EXCLUSIEFARTIKELEN Leden kunnen deze digitale Grondig-artikelen gratis lezen op Cumela.nl. De artikelen zijn opgemaakt als pdf, zodat u deze eenvoudig kunt down­loaden en printen. • Handelsmissie naar Sachsen-Anhalt. Wijziging van de Duitse mestwet­ geving in werking getreden • Zeven procent van de kosten zijn onnodig. Risicoanalyse en risicobeheersing bij het aannemen van GWW-werken • Bent u al gewend aan de Wet op de privacy? Nu is er ook de Algemene verordening gegevensbescherming


VOORZITTER (Net)werken en (ont)moeten OOK OP CUMELA.NL • Onafhankelijk monsternemer start per 1 oktober 2017 • Nieuwe richtlijn werken in en met verontreinigde bodem • Waarom kentekenen van (land)bouwvoertuigen nu een slimme zet is

OUDE GEDRAGSVERKLARING AANBESTEDEN NIET MEER GELDIG Een aanbestedende dienst kan van de inschrijver op een overheidsopdracht verlangen dat deze een gedragsverklaring aanbesteden overlegt. Voor de invoering van de Aanbestedingswet 2012 op 1 april 2013 was dit nog de Verklaring Omtrent Gedrag. Het toetsingskader van de gedragsverklaring is per 1 januari 2016 gewijzigd. Als overgangstermijn bleef een gedragsverklaring van voor die datum nog één jaar geldig. Vanaf 1 juli 2017 is een verklaring van voor 1 juli 2016 echter niet meer geldig. Een gedragsverklaring aanbesteden aangevraagd na 1 juli 2016 blijft gewoon twee jaar geldig!

CUMELASECTOR IN CIJFERS De negende publicatie Cumelasector in Cijfers (CiC) in onlangs uitgekomen. Met deze periodieke publicatie zijn accountants en adviseurs nog beter op de hoogte van de laatste financieel-economische ontwikkelingen in de cumelasector. In deze negende uitgave wordt ingegaan op de bruto marge, het betere rendement in 2016 en de sterke eigen-vermogenspositie.

NIEUW VERKEERSBORD VOOR LANDBOUWVERKEER Voor het landbouwverkeer komen zijn er sinds 1 juli 2017 twee nieuwe ­borden bij. Het betreft een bord voor verplicht gebruik van de passeerstrook en een bord dat deze verplichting opheft. Twee borden hebben ­betrekking op landbouwtrekkers en motorrijtuigen met beperkte snelheid. Met deze borden ontstaat er volgens het ministerie van Infrastructuur en Milieu eenduidigheid in de bebording voor passeerstroken voor landbouwvoertuigen.

Ik was laatst op een netwerkbijeenkomst met als thema social return on investment. De bijeenkomst was georganiseerd door het werkgeversservicepunt van de desbetreffende gemeente. Tijdens de presentatie gaf ik aan niet positief te zijn over social return in deze vorm. Familiebedrijven zijn veel socialer dan grootbedrijven. Zij houden iedereen veel langer in dienst, maar daardoor kunnen zij veel minder ‘nieuwe’ mensen aannemen. De inkoper van de desbetreffende gemeente mengde zich ook in deze discussie. Na de presentatie, tijdens de netwerkborrel, raakte ik in gesprek met hem en een inkoper van een andere gemeente. Ik gaf ze allebei mijn kaartje, maar zelf hadden ze die niet. Zij deden alles via LinkedIn. Na de bijeenkomst, nog voordat ik in de auto zat, had ik ze al een uitnodiging via LinkedIn gestuurd en voordat ik thuis was, hadden ze allebei mijn uitnodiging al geaccepteerd. Ik was dus twee relaties rijker en ik heb mijn mening kunnen geven over iets waarmee ik het niet eens ben. Voor mij was het daarom een geslaagde dag. Een paar weken later kreeg ik een uitnodiging voor een marktconsultatie (ontmoeting) voor een werk in de gemeente. Daar ontmoette ik weer dezelfde inkoper. Hij herkende mij en kwam spontaan naar me toe. Hij gaf aan dat de onderwerpen van de eerdere netwerkbijeenkomst ook voor deze marktconsultatie van belang zijn en stimuleerde mij ook nu deze onderwerpen aan de kaak te stellen. Dat heb ik ook zeker gedaan en ik verwacht ook dat ze worden meegenomen in de overweging van het desbetreffende werk, vooral omdat de inkoper speciaal kwam vragen om deze onderwerpen te benoemen. Hiermee zijn mijn vraagstukken ineens veel concreter, omdat het ook over een werkelijk werk gaat. Dus ook deze dag gaf mij een voldaan gevoel. Ik heb mijn mening kunnen geven over de aanbestedingsprocedure, de bestekvorm en de invulling van social return on investment van dit werk. Ook wordt er werkelijk iets mee gedaan. Zo zie je dat een persoonlijke ontmoeting met een inkoper tijdens netwerken erg nuttig kan zijn. U moet van mij niets, maar mijn ervaring is dat het werkt. Echt!

Jan Vrij Voorzitter sectie Grondverzet en cultuurtechnische werken CUMELA Nederland FOTO: Mark David

GRONDIG 6 2017

53


ondernemen met

cumela

TOOLBOX Ongevallen door storingen voorkomen Tips en vuistregels voor de toolboxmeeting

Voor meer info over veilig werken, kijk op www.agroarbo.nl

Als het werk vertraging oploopt door een storing is het zaak deze zo snel mogelijk op te lossen. Snel zijn is belangrijk. Het is echter belangrijker dat er niemand gewond raakt. Je eigen veiligheid gaat altijd voor snelheid. Als je gewond raakt, is dat vooral akelig voor jezelf, maar ook het snelle oplossen van de storing is dan mislukt.

VOORKOMEN VAN STORINGEN Als een machine niet goed wordt onderhouden, neemt de kans op storingen toe. Controleer daarom of het onderhoud tijdig is uitgevoerd. Zit er onderhoud aan te komen, geef het dan door, zodat het kan worden ingepland. Geef het ook door als er rare geluiden zijn of als dingen anders functioneren dan gebruikelijk was. Controleer voor gebruik of alles werkt zoals het moet werken. Controleer ook de beveiligingen en de beschermkap van de aftakas. Gebruik passend borgmateriaal en voorkom speling op kogels en pennen.

VOORBEREID ZIJN OP STORINGEN Zorg dat je weet wat je moet doen als je te maken krijgt met een storing. Met wie neem je contact op om de storing te melden? Welke storingen kun je zelf oplossen en welke niet? Als het noodzakelijk is dat een machine draait tijdens het oplossen van een storing, dan mag dat alleen gebeuren door iemand die daar verstand van heeft. Het werken aan een draaiende machine is levensgevaarlijk en je moet dus goed weten wat je doet en hoe de machine zal reageren. Onderschat dit risico niet! Er zijn voorbeelden genoeg waarbij dit fout is gegaan. Als je weet welke storingen je kunt verhelpen, zorg dan dat je het juiste materiaal daarvoor bij je hebt. Zorg dat je alle pictogrammen die op de machine staan begrijpt.

STORINGEN VERHELPEN Meld dat je te maken hebt met een storing. Indien nodig kan dan de planning worden aangepast of een andere oplossing worden gezocht. Dat geeft meer rust om de storing te verhelpen. Met heel veel gejaag de storing oplossen is voor jezelf lastig en komt de snelheid meestal niet ten goede. Bewaar je rust. Ook is het goed om te weten of een bepaalde storing met regelmaat voorkomt. Dan is er waarschijnlijk iets aan de hand met de machine wat moet worden verholpen. Dus ook al is het een kleine storing, die moet bekend zijn bij degene die over het onderhoud gaat.

54

GRONDIG 6 2017


as geweest. Mijn duim is geamputeerd.”

NG HET MIS?

van de hogedrukreiniger kwam plotseling in omdat de hogedrukreiniger niet was uitgeschakeld anningsloos wasWat gemaakt. Tevens was er geen is er gebeurd? cherming (de beschermkap) aanwezig. “We waren bezig met maïs hakselen. Plotseling liep de maïs vast in

HET GEBEUREN WAAROM HET MIS? We de EN maïsbek van GING de hakselaar.

er kijkt naar de probeerden achterliggende van door de dit oorzaken op te lossen . Zo wordt achterhaald hoe het kon dat een maïs terug te draaien, maar dat lukte oorzorgsmaatregel werkte? Daarbij niet.(barrière) Toen benniet ik uitgestapt. Mijn coljvoorbeeld om het verschaffen van voorzorgslega zette de invoer een stil. Ik haalde met door de werkgever het gebruik de de mijnofhand de maïservan eruitdoor en stopte er. Bij dit ongeval faalden de barrières omdat de maïs er opnieuw in. We zetten de ineze niet heeft gebruikt. Hijaan, hadmaar immers de be-liep nog voer weer de maïs verwijderd. Ook heeftvast. hij deIk hogedrukreiniger steeds haalde de maïs erniet weer egen opstarten uit. en ook niet spanningsloos Daarna zetten we de gemaakt. invoer aan erdere achterliggende oorzaken aan teerwijzen voorhoeen ik gooide de maïs in kleine an de barrières.veelheden De monteur de juiste in.had Hetniet waren langekennis stenh niet bewust van hetIkrisico handelen. Envast. na gels. hieldvan eenzijn paar stengels al was er geen hulpverlening beschikbaar; dekwamen, Toen die in de invoermond ik plotseling ruk aan mijn pverlener bleekkreeg op woensdag niet teeen werken. Uit het arm, waardoor ik voorover nderzoek bleek bovendien dat de directeur had viel en met mijn rechterhand in de aanvoerleverancier te bellen om de storing te verhelpen. Hier trommel kwam. Mijn collega belde ts mis in de communicatie en samenwerking. Tot direct 112. In het ziekenhuis bleek mijn teerde de inspecteur bij het onderzoek conflicterende hand ernstig snel beschadigd dat hij de monteur dacht hetzo probleem op te lossen moestkonden. worden geamputeerd.” collega’s weer verder

GELEN

FEITEN EN CIJFERS Tussen 1998 en 2013 betrof 22% van de bij Inspectie SZW gemelde arbeidsongevallen een machineongeval: ongevallen waarbij iemand in contact kwam met de bewegende delen van een machine. 21% van het totale aantal slachtoffers viel bij machineongevallen. Bij 15% van het totale aantal machineongevallen was er sprake van de activiteit vrijmaken, deblokkeren, of opheffen van een storing aan een machine. Machineongevallen tijdens een storing leidde bij 2% van de slachtoffers tot overlijden, bij 71% tot permanent letsel, bij 18% tot niet-permanent letsel en bij 9% tot onbekend letsel. Figuur 1 Directe oorzaken van achineongevallen bij bij Directe oorzaken vm an machineongevallen ysieke afscherming storingen fysieke afscherming 97% storingen Falende fFalende 97%

100% 100% 80%

Falende lichaamscontrole of Falende lichaamscontrole of bewustzijn van gevarenzone

60%

Gevarenzone is bewust Gevarenzone is bewust genegeerd

80%

bewustzijn van gevarenzone

60%

39%

40%

genegeerd

35%

39%

40%

35% 15%

20%

15%

20%

10%

10%

0%

Onvoldoende beveiligd tegen ongewenst opstarten van de Onvoldoende beveiligd tegen machine ongewenst opstarten van de Falende besturing of bediening machine van de machine/ voertuig

Falende besturing of bediening van de machine/ voertuig

0%

Figuur 2 Achterliggende oorzaken van machineongevallen bij storingen MoJvaJe/ Alertheid

Waarom ging het mis?

30% 25%

30% 20% 25% 15% 10% 20% 5% 15% 0%

10% 5% 0%

25%

CompetenJe

18% 14%

Materieel

12%

18% 14%

11%

Onbekend

9% 5%

12%

11%

5%

CompetenJe

2%

9% 5%

5%

Plannen en procedures

Onbekend

Oplossing van tegenstrijdige belangen

Plannen en procedures CommunicaJe/ Samenwerking 2% Oplossing van tegenstrijdige belangen

Ergonomie

CommunicaJe/ Samenwerking Beschikbaarheid van mensen

g eens aan herinnerd worden. Bron: RIVM

Ergonomie Beschikbaarheid van mensen

naar aanleiding van dit artikel vragen aan RIVM Veilig Werken? Neem dan contact op via veiligwerken@rivm.nl.

TIPS EN VUISTREGELS

1. Meld de storing. Dan is de planning hiervan op de hoogte en kunnen oplossingen worden gezocht. 2. Is voor het oplossen van de storing een draaiende motor of aandrijving nodig? Dan mag de storing alleen worden verholpen door iemand die deskundig is. 3. Houd in je achterhoofd dat beknelling of worden gegrepen altijd een ernstige afloop heeft, waar niemand op zit te wachten. Dus ook al is het in het verleden vaak goed gegaan, neem geen onnodige risico’s en blijf rustig. Als jij de storing geconcentreerd verhelpt, gaat dat waarschijnlijk beter en sneller dan jagen, afraffelen en risico’s nemen. 4. Zet altijd eerst de motor of aandrijving af. 5. Zorg dat de motor niet kan worden aangezet zonder dat jij het wilt, bijvoorbeeld door de contactsleutel mee te nemen.

VCA Actueel 2017 nummer 2

De achterliggende oorzaak f waar dit ongeval gebeurde kan een aantal heeft te maken met ‘motivatie en een alertheid’: en nemen. Ten eerste borgen dat er altijd omdat de maïs al een paar keer vastnwezig is. Daarnaast is het belangrijk de medewerliep, het slachtoffer minder zen op de risico’s bij was het werken met een zich hogedrukbewust van het gevaar van de draaide maatregelen die ze moeten nemen. Zoals het ende machine. Hij was niet voldoende oos maken van de machine en het beveiligen tegen alert,Deze hoewel hij kunnen zich in deaan gevarenzo(lock-out/tag-out). zaken de orde neDoor bevond. een werkoverleg. toezicht kunnen medewer-

Achterliggende oorzaken van machineongevallen bij storingen Materieel MoJvaJe/ Alertheid

25%

15

6. Klim niet op een machine als daar geen voorzieningen voor zijn. 7. Wacht tot draaiende delen stil staan. 8. Zorg dat je niet kunt blijven hangen achter sieraden, open jassen enzovoort. 9. Begin dan pas aan de reparatie. 10. Neem na afloop de tijd om te controleren of de reparatie is gelukt. Ga pas verder met werken als je zeker weet dat alles weer goed functioneert. 11. Geef jezelf een schouderklopje voor het veilig oplossen! Dat vroeg zelfbeheersing en kalmte.

TEKST: Corina van Zoest-Meester, adviseur Arbo BEELD : Stigas, RIVM

GRONDIG 6 2017

55


ondernemen met

cumela

Zonder samenwerking zijn we onzichtbaar in Europa Het belang van de Europese koepelorganisatie CEETTAR Wist u dat er in Europa ten minste 150.000 loonwerk-, bosbouw-, cultuurtechnische- en GWW-infrabedrijven actief zijn? Deze bedrijfstak met 600.000 medewerkers wordt in het hart van Europa vertegenwoordigd door CEETTAR in Brussel.

CEETTAR is opgericht in 1961. Toen was er nog sprake van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en vervolgens kwam de Europese Economische Gemeenschap met zes lid­ staten: België, Nederland, Luxemburg, Duitsland, Frankrijk en Italië. Omdat ook toen al landbouw in Europa een belangrijk dossier was (denk aan Eurocommissaris Sicco Mansholt), ont­ stond ook bij loonwerkersorganisaties in deze landen meer behoefte aan contact met elkaar. En zoals de Europese Eco­ nomische Gemeenschap evolueerde tot de Europese Unie door meer lidstaten, zo ontwikkelde CEETTAR zich ook van een platform tot een echte organisatie, met vanaf 2009 een fulltime directeur die voornamelijk contacten onderhoudt met parlementariërs, ambtenaren, andere belangenbeharti­ gers en uiteraard de aangesloten landelijke organisaties.

Representativiteit telt Op 6 juni maakten we met bijna vijftig van onze bestuurs­ leden een reis naar Brussel om nader kennis te maken met CEETTAR en om op bezoek te gaan bij het Europees Parle­ ment. Voorafgaand aan een gesprek met Europarlemen­tariër Jan Huitema, landbouwspecialist voor de liberale fractie (VVD), werden de CUMELA-bestuurders ontvangen door Eric Drésin, directeur van CEETTAR, die uitleg gaf over de Euro­ pese koepelorganisatie van loon-, bosbouw- en grond­ verzetbedrijven.

Inmiddels telt CEETTAR achttien nationale organisaties in zestien lidstaten. De groei komt onder meer door de fusie met de Europese bosbouwersorganisatie ENFE in 2015. In sommige landen zijn de nationale organisaties namelijk ook actief voor de bosbouwers (Finland, Frankrijk, Denemarken, België), maar in andere landen (Zweden, Noorwegen, Duits­ land en Oostenrijk) hebben bosbouwers een eigen be­ langenbehartigingorganisatie en die was niet altijd lid van CEETTAR. Door de fusie met ENFE is CEETTAR ineens sterker

EU-thuisbasis voor ondernemers Eric Drésin: “CEETTAR is een kleine organisatie in vergelijking met andere Europese belangenbehartigers in de landbouw, maar de organisatie en de aangesloten leden werken goed samen en zijn gedreven om belangrijke nationale en Europese onderwerpen en ontwikkelingen te volgen en te bespreken. In vijf jaar tijd groeide CEETTAR van elf naar achttien leden in zestien Europese landen. Ook verlegden we de focus van oorspronkelijk agrarisch loonwerk naar bosbouw, cultuurtechniek en grondverzet en dat geeft ons in­ houdelijk meer body en draagvlak bij andere, nationale organisaties, een breder netwerk en meer aange­ sloten leden. Vandaar ook de nieuwe invulling van de bestuurlijke organisatie, die mij b ­ eter ondersteunt in mijn contacten in Brussel. Daarbij komt de nadruk nog sterker te liggen op externe vertegenwoordiging richting politiek, beleidsmakers en andere branche­organisaties. In 2020 moet CEETTAR bij zoveel mogelijk ­relevante instanties nog beter bekend en vertegenwoordigd zijn als de Europese thuisbasis en het leidende platform op gebied van agrarisch loonwerk, bosbouw, grondverzet en cultuurtechniek.”

56

GRONDIG 6 2017


geworden in aantallen (via landelijke organisaties) aange­ sloten landen en bedrijven. Dat is noodzaak, want als je niet meer dan de helft van de Europese lidstaten vertegenwoor­ digt, tel je in Brussel niet echt mee. De grote lijnen van de ontwikkeling van CEETTAR in de af­ gelopen vijftien jaar zijn sterk geregisseerd door nationale organisaties als BLU (Duitsland), FNEDT (Frankrijk), CUMELA Nederland, Landbouwservice (België), DM&E (Denemarken), CAI/Unima (Italië) en sinds 2015 Koneyrittäjät (Finland). An­ dere sterke partijen zijn de organisaties uit het Verenigd Ko­ ninkrijk (NAAC), Spanje (Asemfo), Zweden (LSM/Skogsentre­ penoren) en sinds kort Ierland (FCI). Loonwerkersorganisaties uit andere lidstaten zijn soms te klein van omvang om zich te kunnen richten op CEETTAR. Zo zijn Polen, Bulgarije en Slo­ wakije wel lid, nemen ze deel aan algemene ledenvergade­ ringen en maken ze via CEETTAR gebruik van het netwerk met andere Europese organisaties en landelijke belangenbe­ hartigers. Er zijn ook aspirant-leden, zoals Portugal, Oosten­ rijk, Letland en Noorwegen.

Internationaal samenwerken Hoewel het secretariaat van CEETTAR een eenmansleger is, dat door directeur Eric Drésin - vanaf november 2017 komt Veronique Luijten er als secretariaatsmedewerker bij - wordt bemenst, worden er in Brussel bergen werk verzet. Dat is mo­ gelijk doordat de leden van het dagelijks bestuur ook verant­ woordelijk zijn voor eigen dossiers: Agrarisch loonwerk, ­Cultuurtechniek & Grondverzet, Bosbouw en de ‘CEETTARbrede’ dossiers als Verkeer & ­Vervoer en Bedrijfsvoering (eco­ nomie, big data en automatisering). Zij kunnen terugvallen op nationale experts, bijvoorbeeld de beleidsmedewerkers van CUMELA Nederland, en er wordt één of tweemaal per jaar overleg gevoerd. De dossierhouders nemen ook deel aan expertoverleg. Zo heeft CEETTAR zitting in zogenaamde Civil Dialogue Groups (CDG), adviesgroepen ten behoeve van beleidsontwikkeling voor de Europese Unie. CUMELA Nederland trekt hier het dossier Rural Development (plattelandsontwikkeling), waar­ in onder andere de besteding van de Europese GLB-land­ bouwsubsidies wordt besproken. Onze Finse en Franse col­ lega’s nemen het voortouw in de CDG Forestry (bosbouw), terwijl de Italianen en Fransen de CDG Agrarisch beleid voor hun rekening nemen. Daarnaast neemt CEETTAR deel aan overleg op ambtelijk niveau, bijvoorbeeld over oneerlijke concurrentieverhoudingen door arbeidsvoorwaarden en subsidieregelingen voor boeren, tuinders en boswerkers (GLB-POP-subsidies, brandstofaccijnzen), over verkeer en vervoer (ABS-beremming op trekkers), over ondernemen op een leefbaar platteland (bereikbaarheid via internet, in­ stroom medewerkers) en innovaties (drones, big data, precisie(land)bouw) en duurzaamheid (zoals biomassa). TEKST: Michiel Pouwels FOTO’S: CUMELA Communicatie

Op bezoek bij Europarlementariër en boer Jan Huitema van de liberale fractie in het parlementsgebouw. Een prima bijeenkomst, waar ruim anderhalf uur werd gediscussieerd over allerlei vragen over het Europees landbouwbeleid, POPsubsidies, Europese regelgeving voor mest, over ondernemen op het platteland, over aanbestedingsbeleid en over wat een Europarlementariër zo allemaal doet tijdens de werkweek in Brussel.

Profiel CEETTAR Dagelijks bestuur • Klaus Pentzlin, Lohnunternehmen Pentzlin (D), voorzitter, dossier Agrarisch loonwerk • Johan van Bosch, Landbouwservice (B), penningmeester • Simo Jaakkola, Koneyrittäjät (F), bestuurslid, dossier Bosbouw & Biomassa • Laure Toulouse, FNEDT (F), bestuurslid, dossier Agrarisch loonwerk • Bent-Juul Jorgenson, DM&E (Den), bestuurslid, dossier Economie & Data • Michiel Pouwels, CUMELA Nederland, bestuurslid, dossier Grondverzet & Cultuurtechniek • Eric Drésin, CEETTAR, secretaris Samenwerkingen en netwerken • COPA-Cogepa: Europese organisatie van boeren en tuinders en coöperaties • CEMA: fabrikanten van landbouwmaterieel • EOS: Europese houtverwerkers • EMSA: European Mobile Seed Association • CECE: fabrikanten van bouwmachines en gereedschappen • Climmar: Europese dealers van land- en tuinbouwmachines • Elca: hoveniers en groenvoorzieners • RED: The Rural Network • EMU: Europese Metaal Unie • Diverse nationale organisaties, zoals in Nederland Fedecom, BMWT Beleidsonderwerpen 2016-2020, nationaal en Europees • Sectorprofilering: herkenning en erkenning • Eerlijke concurrentieverhoudingen en GLB na 2020 • Bedrijfskundige ontwikkeling (financierbaarheid) • Verkeersregelgeving en wettelijke eisen aan machines • ‘Smart farming’ (precisielandbouw, big data, automatisering) • Schone energie Meer weten? Internet: www.ceettar.eu E-mail: ceettar@ceettar.eu

GRONDIG 6 2017

57


ondernemen met

cumela

Knolcyperus breidt nog steeds uit Problemen te weinig benoemd en besproken. Knolcyperus is een hardnekkig onkruid dat in land- en tuinbouwgewassen grote schade kan veroorzaken. Percelen landbouwgrond kunnen besmet raken via plant- en pootgoed. Partijen die met knolcyperus zijn besmet, kunnen die verspreiden en ­moeten worden vernietigd. Het onkruid kan ook worden overgebracht via werktuigen met aanhangende grond. Knolcyperus (Cyperus esculentus L.) is een knolgewas en lijkt een beetje op zeebies. De plant is herkenbaar aan spitse ­bladeren, een roze wortelvoet en driekantige stengels met een geelbruine, biesachtige bloei. De knol loopt uit vanaf half mei en bloeit van juli tot oktober. De plant verspreidt zich via horizontale wortelstokken, waaraan knollen (‘pitjes’) worden gevormd. De knol (van enkele millimeters tot twee centimeter) is voor afrijping wit, later kastanjebruin en uiteindelijk bijna zwart. De knol is vorstvast. De plant is een hardnekkig onkruid en kan grote schade veroorzaken in land- en tuinbouwgewassen. Teeltvoorschriften

moeten de vermeerdering en verspreiding van knolcyperus stoppen, zodat problemen bij de export van bloembollen, pootaardappelen en andere planten worden voorkomen. Uit cijfers van de NAK blijkt echter dat het aantal percelen dat is besmet nog steeds groeit en dat is een ongewenste ontwikkeling. In opdracht van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit wordt het onkruid knolcyperus in een aantal gewassen actief opgespoord en in kaart gebracht. • Naktuinbouw verricht deze opsporing in plantgoed van tuinbouwgewassen. • De Bloembollenkeuringsdienst controleert alle te velde staande zomerbloeiende bolgewassen, waaronder lelies, tulpen en gladiolen. • De NAK verricht op aanwijzing de controles in de overige gewassen. Wanneer bij deze opsporing knolcyperus wordt aangetroffen, wordt dit doorgegeven aan de NAK. Deze zal dan zorgdragen voor het nauwkeurig lokaliseren en in kaart brengen van de besmetting. Vervolgens kan er een teeltverbod en/of gewasaanzegging worden opgelegd.

Teeltverbod Het perceel(gedeelte) waarvoor het teeltverbod zal gelden, wordt vastgesteld door rond de besmette plaats een buffer van tien meter aan te houden. Wanneer er sprake is van meerdere besmettingen op één perceel, waardoor er geen praktisch bewerkbare oppervlakte overblijft, zal het gehele perceel onder het teeltverbod vallen. Een teeltverbod kan worden voorkomen door de besmette plek uit te graven en af te voeren, of om te zetten (‘ter plekke begraven’). De NAK controleert jaarlijks alle percelen met teeltverboden op het vrij zijn van knolcyperus. Als in drie achtereenvolgende jaren geen knolcyperus wordt aangetroffen, wordt het teeltverbod opgeheven. Daarna wordt het perceel nog twee jaren als ‘verdacht perceel’ in de controle meegenomen. Bij de jaarlijkse controle wordt ook vastgesteld of de ondernemer handelt in lijn met de opgelegde maatregelen, met name teeltverbod, gewasaanzegging en bestrijdingsplicht.

58

GRONDIG 6 2017


Gewasaanzegging

De stand van zaken

Naast het opleggen van een teeltverbod kan voor sommige te velde staande besmette gewassen en (rest)producten een aantal beperkende maatregelen worden opgelegd. Dat geldt name bij de volgende gewassen: • Alle bol- en knol- en wortelstokvormende bloembolge­ wassen. • Alle vollegronds-teeltmateriaal van bloemisterij-, boomkwekerij- en groentegewassen. • Alle (overige) akker- en tuinbouwgewassen, waarvan ondergrondse delen worden geoogst of mee worden geoogst. • Graszoden. Voor maïs en granen gelden dus geen gewasmaatregelen.

In 2006 lag er in Nederland op 416 hectare een teelt­ verbod. Eind 2016 was dit gegroeid naar 557 hectare. Ondanks het gevoerde beleid en de daarin genomen ­acties en maatregelen breidt de knolcyperus zich dus nog steeds uit. Met 250 hectare teeltverbod in Limburg en 200 hectare in Noord-Brabant zijn dit de provincies met de grootste concentraties. Informatie over de exacte locaties binnen de gemeen­ ten is verkrijgbaar bij de NAK te Emmeloord (telefoon 0900-0625, keuze 2). Om verspreiding te voorkomen, zou een openbaar register of kaart met daarop percelen die de status ‘besmet’ hebben handig zijn.

Vrijstelling voor maïs Sinds 2009 wordt de mogelijkheid geboden om snijmaïs te telen op een perceel(gedeelte) waarop een teeltverbod rust. Uit onderzoek is gebleken dat er meerdere (combinaties van) gewasbeschermingsmiddelen zijn die knolcyperus goed bestrijden. Deze middelen hebben (nog) geen toelating op braakland, maar wel in maïs. Bij de teelt van snijmaïs kunnen deze goed werkende middelen worden toegepast. De ontheffing wordt (onder voorwaarden) verstrekt. Voor meer informatie en de voorwaarden zie www.nvwa.nl.

Bestrijdingsmethoden Het doel van de opsporing en het opleggen van teeltverboden en gewasmaatregelen is om de verspreiding van knolcyperus tegen te gaan en een situatie te bereiken waarin knolcyperus in Nederland niet meer voorkomt, dan wel dat het besmettingspotentieel flink is gereduceerd. Knolcyperus is een hardnekkig onkruid, dat alleen met veel inzet kan worden ingedamd. Daarbij kunnen twee methoden worden toegepast. Bestrijding door uitputting Om knolcyperus door uitputting te reduceren, wordt de ­volgende methode aangeraden: a. Regelmatige en zorgvuldige inspectie van het besmette perceel. b. Bij het aantreffen van knolcyperusplanten deze handmatig uitgraven (inclusief ‘moederpit’ en eventuele nieuw gevormde ‘pitjes’) of chemisch bestrijden. c. Na de bestrijding (indien mogelijk) een bodembewerking uitvoeren om een nieuw ‘zaaibed’ te maken. Na twee tot drie weken weer inspecteren (terug naar a). Het is belangrijk is om knolcyperus niet de kans te geven om weer nieuwe pitjes te vormen, want dan wordt alle inzet van voorgaande jaren in één keer tenietgedaan.

Bestrijding door afgraven/begraven Een teeltverbod kan worden voorkomen door de besmette plek uit te graven en af te voeren of om te zetten (‘ter plekke begraven’). Dit uitgraven of omzetten dient te gebeuren ­onder toezicht van de NAK, waarbij de volgende voor­ schriften gelden: • De gehele teeltlaag (minimaal 70 centimeter) moet worden afgegraven. • De afgegraven grond moet ter plekke worden begraven of fytosanitair verantwoord worden afgevoerd, bijvoorbeeld naar een vuilstortplaats of naar infrastructurele werken. De besmette grond moet worden afgedekt met minimaal één meter grond. • De grond dient minimaal tot twee meter rondom (de ­buitenzijde van) de besmetting te worden uitgegraven of omgezet. • Er dient zorgvuldig te worden gewerkt. - Bij het uitgraven komt minimaal negen kubieke meter grond vrij, die wordt afgevoerd of ter plekke begraven. - Na het uitgraven en afvoeren of omzetten wordt het ­perceel als ‘verdacht’ geregistreerd en behandeld.

Openheid gewenst De sectie Agrarisch loonwerk van CUMELA Nederland vindt dat loonwerkers moeten weten wat knolcyperus is en hoe ze die kunnen herkennen. Ook vindt ze dat meer openheid is gewenst over besmettingen. Het probleem wordt niet of te weinig benoemd en besproken en breidt zich mede daardoor nog steeds uit. Op termijn kan dat leiden tot weer extra regelgeving en daar zit niemand op te wachten.

TEKST: John Augustijn, bedrijvenadviseur

GRONDIG 6 2017

59


ondernemen met

cumela

Stelselmatig werken aan een gezond en veilig bedrijf De nieuwe risico-inventarisatie en -evaluatie van Stigas Stigas heeft de risico-inventarisatie en -evaluatie voor bedrijven in het mechanisch loonwerk totaal vernieuwd. Het resultaat is een digitaal systeem dat eenvoudig en toegankelijk is en motiveert en aanzet tot actie en verbetering. In één opslag ziet u als ondernemer of u ‘bij’ bent of niet.

Jos Bloemenkamp, planner en Wilma Hendriks, KAMcoördinator bij UniCom Oost.

Een goed opgestelde risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) helpt ongevallen te voorkomen, maar dan moet het plan van aanpak niet in de bureaula verdwijnen. Eigenlijk zou het altijd in het achterhoofd van de ondernemer en zijn medewerkers moeten zitten, bij al hun activiteiten. Veiligheid is namelijk een

UniCom Oost UniCom Oost (65 man personeel) is een dienstverlener in groen, grond en infra, met loonwerk, mechanisatie en tuin & park. Het bedrijf werkt voor een groot aantal provincies, gemeenten, waterschappen, Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, bouwaannemers, GWW-aannemers, agrariërs en particulieren, voornamelijk in Oost-Nederland. Het bedrijf heeft vestigingen in Lettele, Colmschate en Haarle.

60

GRONDIG 6 2017

kwestie van gedrag. Dat vraagt om een RI&E die laagdrempelig is, die uitnodigt om in actie te komen en die ondernemers en hun medewerkers activeert. De nieuwe RI&E-systeem is daarom in de praktijk ontwikkeld, in samenspraak met bedrijven uit het mechanisch loonwerk. De RI&E is nu een digitaal systeem. Hiermee inventariseert u als ondernemer zelf op een praktische manier de risico’s op uw bedrijf en geeft u zelf aan wat u gaat doen om die te voorkomen. Aan elke actie koppelt u een termijn. Door een koppeling met uw mailbox wordt u er automatisch op geattendeerd als u een knelpunt nog niet hebt opgelost. Verder kunt u anderen, bijvoorbeeld uw VCA-auditor, machtigen om mee te kijken. Als u werkzaamheden verricht die niet in de RI&E staan, bijvoorbeeld asbestsanering, is er een knop ‘Ove-


rige werkzaamheden’, waarmee u deze kunt invoeren, met de bijbehorende risico’s en maatregelen. Zodra u bent ingelogd, komt u op een overzichtspagina terecht waarop u meteen ziet hoe ver u bent met invullen en welke acties nog open staan of moeten worden opgepakt. In principe kunt u de RI&E zelf invullen, maar de adviseurs van Stigas kunnen u hierbij uiteraard ook begeleiden. Wilma Hendriks, KAM-coördinator bij UniCom Oost, heeft de RI&E van Stigas al gemaakt. “Vorig jaar september waren we toe aan een nieuwe RI&E en namen we contact op met onze adviseur bij Stigas, Peter Bredius. Hij gaf aan dat het sinds kort op een nieuwe manier kon. Het was heel goed te doen; je wordt automatisch door het systeem geleid.”

Risico’s in kaart Met de nieuwe RI&E doet UniCom Oost meer zelf. “Vroeger bracht de Stigas-adviseur alle risico’s op onze drie vestigingen in kaart”, vertelt Hendriks. “Nu hebben we de risico’s eerst zelf in kaart gebracht. Ik had daarbij de coördinatie en waar dat nodig was, schakelde ik anderen in het bedrijf in. Een planner bijvoorbeeld, die heel goed weet welke machines we hebben

en wat hun werking is. In totaal zijn we daar ongeveer vier uur mee bezig geweest. Daarna hebben we ze samen met onze Stigas-adviseur doorgelopen en waar nodig nog zaken aangevuld. Hij kent ons bedrijf, dus dat werkt heel prettig.”

Herinneringsmails “Bij elke actie hebben we aangegeven wanneer deze moet zijn afgerond”, legt Hendriks uit. “Het mooie van het systeem is dat ik mailtjes krijg die me daaraan herinneren. Ik spreek dan vervolgens degenen die er verantwoordelijk voor zijn op aan: hoe staat het ermee, lukt het allemaal, heb je misschien hulp nodig? De oude RI&E kon bij wijze van spreken zo maar een jaar in de kast liggen, maar deze praat terug. Zo blijf je door het jaar heen alert op de veiligheid en de gezondheid op het werk. Ook handig is dat je voor een toelichting op een bepaald risico kunt doorklikken naar de arbocatalogus Mechanisch loonwerk. Je kunt ook direct doorlinken naar toolboxen die je kunt inzetten om tijdens het werkoverleg dieper op een bepaald veiligheidsaspect in te gaan. Daar maken we ook gebruik van.” TEKST EN FOTO: Stigas advertentie

GRONDIG 6 2017

61


ondernemen met

cumela

Maak keuzes en trek grenzen Voorkom een ondernemers-burn-out Als ondernemer moet u vaak veel ballen tegelijkertijd in de lucht houden. Die vraag is echter of u dat allemaal zelf moet doen. U zult misschien wel keuzes moeten maken en zaken moeten delegeren. Dan houdt u plezier in uw werk, is er een goede balans tussen werk en privé en voorkomt u op die manier dat u tegen een ondernemers-burn-out oploopt.

Het dilemma van veel ondernemers: toch maar de klant helpen of zeg je nee en ga je naar de diplomauitreiking van je zoon of dochter.

Stel, u nam een aantal jaren geleden het familiebedrijf van uw ouders over. Of u begon voor uzelf met een paar machines. Trots dat u was: uw eigen bedrijf, eindelijk! En het mooie was dat het nog goed ging ook. Het bedrijf ontwikkelde zich, u investeerde in mensen en machines en ‘ineens’ had u een bedrijf met een leuke groep medewerkers. U weet wel hoe u een bedrijf moet runnen. En u bent de baas of laat u zich leiden door de klanten. Nu doet u de planning, een stuk van de boekhouding, gaat naar klanten en tussendoor vindt u eigenlijk dat u toch eens een begin moet maken met die functioneringsgesprekken, want dat doe je als je werkgever bent. O ja, en u hangt de hele dag aan de telefoon. Want dat hoort erbij, zeggen ze, je bent nu eenmaal de directeur.

Achter de feiten aan Elke dag heeft u goede voornemens: u moet zich nodig eens wat verdiepen in het voeren van functioneringsgesprekken. De digitale werkbon, daar wilt u eigenlijk ook wat mee. De jongens hebben het er ook al over, het schijnt echt superhandig te zijn. Maar ja, waar begin je, welk systeem is nu het beste en hoe kom je daar achter? U neemt zich (opnieuw) voor om daar binnenkort echt eens werk van te maken, want u heeft nu eenmaal een professioneel bedrijf en je moet verder. Dat hoort er gewoon bij, maar eigenlijk is het om gek van te worden. Hoe bepaalt u nu wat u het eerst oppakt? De functioneringsgesprekken of de digitale werkbon? Weet u zeker dat u degene bent die dat moet doen? En weet u zeker dat u beide zaken moet oppakken, terwijl u eigenlijk amper tijd heeft om er ook maar eentje te doen? En vindt u het wel leuk om te doen of beschouwt u het als een verplicht nummer?

Vlammen zonder afbranden Met de hier genoemde situaties willen we natuurlijk niet zeggen dat u een risico loopt of dat u niet goed bezig bent. Misschien is het juist uw kracht om veel ballen hoog te houden en geeft het u juist de energie die u nodig hebt. Het is echter ook goed om te weten dat het vaak de doorzetters zijn, de harde werkers, die uiteindelijk vastlopen. “Niet zeuren, maar doorgaan”. Totdat de rek eruit is en die situatie veel te lang heeft geduurd. Een burn-out ontstaat niet plotseling, maar geleidelijk. De signalen zijn er al in een vroeg stadium: onder andere vermoeidheid zowel voor als na het werk, geen zin om aan het werk te gaan (terwijl het uw droombaan is!) en concentratieproblemen. Kent u de toolkit ‘Vlammen zonder afbranden’? Een mooi hulpmiddel om werkstress te leren herkennen en te managen. Kijk eens op www.cumela. nl/toolkit-stress.

62

GRONDIG 6 2017


CAO & ZO U heeft uzelf allang af gevraagd waarom het zo’n energie kost om dit soort ‘bijzaken’ te regelen. Anderen doen het schijnbaar moeiteloos. Waar gaat het dan mis? Draait het bedrijf financieel niet goed? Het kan altijd beter, maar het gaat best goed. U verdient er een aardige boterham aan. Werkt u wel hard genoeg? Natuurlijk werkt u hard genoeg, uw kinderen weten amper wie u bent. Zijn de klanten niet tevreden? Ach, er is natuurlijk wel eens wat, maar over het algemeen gaat het hartstikke goed. De jongens doen hun werk prima. Waarom heeft u dan toch het gevoel dat u achter de feiten aanloopt, dat het u over de schoenen loopt zonder dat u er de vinger achter krijgt wat er nu aan de hand is. Toch nog maar weer een beetje beter uw best doen dan. En het vreet al zoveel energie.

Wat maakt uw werkdag leuker? Herkent u wat u hierboven leest? Dan is dit is het moment waarop u uzelf de volgende vraag moet stellen: wat vind ik het allerleukst om te doen? Waar word ik nu vrolijk van? Bedenk goed wat er in het allereerste moment daarna in u opkomt. Wanneer had ik echt een leuke werkdag? Wat deed ik toen? (Misschien kwam dat wel omdat u deed waar u goed in bent.) Onthoud dat even. Een ondernemer zei ooit eens tegen me: “Ik ben harstikke gek. Pas kreeg mijn zoon zijn vmbo-diploma. En weet je waar ik was? Ik was gras aan het maaien voor een boer, want dat moest er toch echt die avond nog af! Ik lijk wel gek!” Dat was het moment dat de ondernemer ervoor koos om het bedrijf af te slanken en verder te gaan zoals hij ooit was begonnen: als eenmanszaak. Nu weer terug naar die vraag: wat doet u - als u eerlijk bent - gewoon het liefst? Als u moet kiezen tussen het voeren van functioneringsgesprekken, vergelijkend warenonderzoek doen op het gebied van de digitale werkbon of nog heel wat anders? Wat kiest u dan? En? Wat komt er als eerste in u op? Is het de werkbon, gesprekken voeren, op de machine zitten of nog wat anders? Het maakt niet uit wat het is, het gaat erom dat uw werkdag er leuker van wordt: volg die uitkomst. Zou het nu niet mooi zijn als u ’s middags, als de kinderen thuis komen uit school, gewoon even naar huis kunt omdat een medewerker uw taken even overneemt? Zou het nu niet mooi zijn als die functioneringsgesprekken - die u al een hele tijd niet ziet zitten - gewoon worden geregeld? Oftewel: als u niet benoemt dat u ’s middags voortaan rond drie uur even naar huis wil, verandert er niets. Als u niet benoemt dat u die functioneringsgesprekken helemaal niet ziet zitten, is er ook niemand die met een oplossing komt. Doe hier meer aan!

Doe het niet alleen Ga in gesprek met uw partner, uw huisarts, uw medewerkers en uw bedrijvenadviseur van CUMELA. Weet dat waarschijnlijk niemand van u verwacht dat ú alle ballen in de lucht houdt. Het feit dat u de directeur bent, wil niet zeggen dat u alles alleen moet doen en het wiel moet uitvinden. Bespreek met de mensen om u heen wat er anders zou kunnen. Misschien wil één van uw medewerkers wel dolgraag aan de slag met het zoeken naar de juiste digitale werkbon. Een adviseur van CUMELA kan u helpen met functioneringsgesprekken. En ja, zaken overdragen aan een ander kan lastig zijn en tegelijkertijd getuigt het van professionaliteit en kunt u doen wat u eigenlijk wilt doen. Het gaat er om dat u keuzes maakt en grenzen trekt. En weet dat ‘goed’ ook gewoon goed genoeg kan zijn.

Teleurstelling Woensdag 5 juli stond ik al vroeg naast mijn bed. Ik had er zin in! Vandaag zouden we een nieuwe cao afsluiten. Tenminste, dat was de verwachting. Ik had er vooral ook zin in omdat de onderhandelingen door ziekte ongeveer anderhalve maand hadden stilgelegen. Een cao afsluiten voor onze sector is niet niks. Het geeft duidelijkheid aan zo’n 3000 werkgevers en 25.000 werknemers en is een belangrijk fundament voor een gezonde sector. Dat ik verwachtte vandaag een cao af te sluiten, was vooral ingegeven door de vorige overleggen. Samen met de bonden hebben we namelijk hard gewerkt aan afspraken die voor zowel werkgevers als voor werknemers goed zijn. Er stonden nog enkele puntjes open, maar daar zouden we wel uitkomen, zo was de verwachting. Ik merkte aan het begin van het overleg dat we er allemaal zin in hadden. We spraken zelfs naar elkaar uit dat we er vandaag uit wilden komen. De verbazing was dan ook groot toen de bonden ‘als een duiveltje uit een doosje’ terugkwamen op een eerder afgesproken punt betreffende de reistijdenvergoeding, een onderwerp waarover we veel gesproken hebben en veel goede argumenten hebben uitgewisseld. Juist dit was een onderwerp waarover de bonden goed met ons meedachten. Uiteindelijk was het zelfs zo dat zij met een voorstel kwamen dat allen paste. De verbazing was nog groter toen de bonden aangaven dit onderwerp aan hun achterban te willen voorleggen. Dat is hoogst ongebruikelijk. Normaal gesproken leggen zij alleen een onderhandelingsakkoord voor aan hun achterban. Waarom konden zij nu geen akkoord sluiten en het akkoord integraal voorleggen? En waarom hadden de bonden de afgelopen anderhalve maand niet gebruikt om hun mandaat te verkennen? Vragen waarop geen duidelijk antwoord is gekomen. Het overleg was daarmee ineens tot een einde gekomen. Zonder cao en teleurgesteld (en ook wel een beetje boos) keerde ik weer huiswaarts. Wat een anticlimax. Niet alleen voor mijzelf, maar ook voor mijn collega Jacqueline Tuinenga en onze leden die veel tijd hebben vrijgemaakt voor al deze onderhandelingen (Merel van Stipdonk, Dammie van der Poel, Klaas Nagtegaal en Harry van Ginkel). Voor nu? Eerst even laten bezinken. En maar zien waar de bonden te zijner tijd mee komen.

Sander van Meer TEKST: Theo Felten, bedrijvenadviseur binnendienst FOTO: CUMELA COMMUNICATIE

teamleider beleidsmedewerkers

GRONDIG 6 2017

63


ondernemen met

cumela

Maak een Marktdag succesvol Benut de mogelijkheid om mensen van aanbestedende diensten te ontmoeten In samenwerking met MKB-Nederland, VNO-NCW en andere brancheverenigingen organiseert CUMELA Nederland regelmatig Marktdagen. Toch verschijnen CUMELA-leden op deze nuttige bijeenkomsten nog niet in groten getale. Tijd om eens nader uit te leggen wat dit inhoudt en wat het u oplevert.

Tijdens de marktdag zijn er volop mogelijkheden om bij het werken in kleine groepen contact te leggen met potentiële opdrachtgevers.

Sinds 1 juli 2016 is in de Aanbestedingswet het organiseren van een markconsultatie opgenomen. Die is bedoeld om ­opdrachtgevers meer ruimte te geven bij het inkopen. Zij voelden zich, helaas vaak ten onrechte, (te) strikt gebonden aan de Aanbestedingswet. Het gevolg was dat sommige aanbesteders het contact met de markt verloren. De nieuwe aanbestedingsrichtlijn, die in februari 2014 werd vastgesteld (Richtlijn 2014/24/EU), heeft hierin verandering gebracht. Een marktconsultatie is een door een aanbestedende dienst georganiseerde informatie-uitwisseling met belanghebbende partijen over een voorgenomen aanbesteding. Ook kan er worden gekozen voor een meer generieke, bijvoorbeeld themagebonden vorm van marktconsultatie. Zo organiseren sommige gemeenten in een regio of een waterschap een

zogenaamde Marktdag. Hiervoor kunnen ondernemers en belangenorganisaties worden uitgenodigd. Dit is dus een uitgelezen kans om in persoonlijk contact te komen met de beslissingsbevoegde personen binnen de inkooporganisatie van bijvoorbeeld een gemeente, een waterschap of een ­andere belangrijke (potentiële) opdrachtgever. Voor een marktconsultatie wordt u persoonlijk uitgenodigd. U leest erover in een vakblad of de nieuwsbrief van CUMELA Nederland of u vindt het op www.tenderned.nl.

Kennis uit de markt We merken dat steeds meer opdrachtgevers gebruik maken van deze mogelijkheid om kennis uit de markt te halen. Zij zien het bovendien als een manier om u uit te dagen met nieuwe en innovatieve oplossingen te komen. Marktconsultatie in het kader van een concrete aanbesteding kan verschillende doelen hebben. Zo helpt het bij het inschatten van de inspanning van inschrijvers en de aanbestedende dienst, het kan ervoor zorgen dat de uitvraag beter aansluit op de mogelijkheden van de markt, het beheerst inkooprisico’s en helpt bij het inschatten van concurrentie en prijsdruk. Tijdens een Marktdag krijgen marktpartijen de kans om ontwikkelingen, trends en vernieuwingen te presenteren. Anderzijds kan de aanbestedende dienst richting de sector zijn visie en doelstellingen voor langere termijn kenbaar maken en de concrete aanbestedingskalender delen. Zo krijgt ook u relevante informatie over eventuele te verwachten aanbestedingen en krijgt u de kans ‘aanbestedingoverstijgend’ in gesprek te gaan met de aanbestedende dienst over diens visie en beleid op het ­gebied van inkoop.

Marktdag in de praktijk Om u een indruk te geven wat u te wachten staat tijdens een Marktdag bij deze een korte weergave van de Marktdag Aanbesteden Zuid-Oost Gelderland op 29 mei in Valburg. Elf gemeenten uit die regio en de provincie Gelderland waren daar vertegenwoordigd en meer dan 125 bezoekers namen deel aan het programma. Vanaf 13.00 uur mengden zich steeds meer wethouders en ambtenaren met de volop binnen­ stromende ondernemers. Gesprekken kwamen op gang en er werden volop kennis en visitekaartjes uitgewisseld.

64

GRONDIG 6 2017


Marktconsultatie provincie Overijssel

Tijdens een plenaire bijeenkomst vertelde Jacco Vonhof (voorzitter Regioteam Oost van het project ‘Beter Aanbeste­ den’ van minister Kamp) hoe we door aanbestedingen de lokale en regionale economie kunnen versterken. Daarna ­ vond er een interessante discussie plaats tussen opdrachtge­ vers en opdrachtnemers hoe we er samen voor kunnen zor­ gen dat aanbestedingen nog beter verlopen. De rode draad: weet wat er te koop is, ken elkaar, heb begrip voor elkaars rol, benut b ­ estaande mogelijkheden om de markt uit te dagen én communiceer. In negen verschillende workshops (groep­ jes van tien à vijftien personen) werd daarna twee keer op inter­actieve wijze gediscussieerd over uiteenlopende onder­ werpen. Voor elk wat wils, met als belangrijkste gemene de­ ler de persoonlijke ontmoeting en voor, tussen en na de ver­ schillende programmaonderdelen steeds volop ruimte voor ­goede gesprekken.

Een ontmoeting tussen bestuurslid van de sectie Grondverzet & Cultuurtechniek Erik van Doorn en een contractmanager van de provincie Overijssel tijdens een regiowerkgroep ‘Beter Aanbesteden’ leidde tot een geslaagde marktconsultatie. De provincie staat voor een mooie uitdaging. In en naast 24 Overijsselse Natura 2000-­gebieden moeten voor 1 juli 2021 maatregelen worden uitgevoerd om de achteruitgang van de natuurgebieden tegen te gaan en tegelijkertijd weer ontwikkelruimte te creëren voor de economie (landbouw). De provincie weet heel goed dat dit werk (prognose 200 miljoen euro) veelal wordt uitgevoerd door cumelabedrijven. Daarom vond er ter voorbereiding op het in de markt zetten een heel vruchtbare marktconsultatie plaats met CUMELA Nederland en vijf afgevaardigde ondernemers uit de regio. Laat ook uw opdrachtgevers weten dat CUMELA Nederland dit voor hen kan organiseren.

Openbare aanbestedingen gehalveerd Sinds de nieuwe Aanbestedingswet en de Gids Proportionaliteit is het aantal openbare aanbestedingen gehalveerd. Gemeenten kiezen steeds meer voor een meervoudige onderhandse procedure. U als lokaal of regionaal ondernemer moet dan wel bekend zijn bij die gemeente en op de groslijst staan (zie het artikel in Grondig 5, 2017, pagina 60). Des te groter is daardoor het belang om opdrachtgevers (persoonlijk) te kennen en gebruik te maken van die mogelijkheid tijdens een marktdag.

“Ik heb het e-mailadres van een inkoper, mijn dag kan niet meer stuk” Vijftien tips voor een succesvolle Marktdag Zo ontmoette ik een cumelaondernemer die deze middag een belangrijke missie had. Hij had gezien dat de gemeente Nijmegen ook deelnam aan deze Marktdag. Voor die gemeen­ te had hij in het verleden al eens vaker gewerkt. De laatste tijd was zijn bedrijf er echter wat uit beeld geraakt. Trots liet hij me een notitieblokje zien met het e-mailadres van de inkoper van de gemeente Nijmegen. “Mijn dag kan niet meer stuk”, zei hij glunderend. Hij vertelde over het prettige gesprek dat hij had gehad met de dame in kwestie, die hem nog niet kende en graag meer wilde weten over zijn bedrijf en ervaring. Natuur­ lijk had hij met haar afgesproken per e-mail een datumvoor­ stel te doen voor een vervolggesprek. Een treffend voorbeeld van hoe je van een Marktdag een succesvolle dag maakt.

Nóg meer Marktdagen! Een belangrijke conclusie uit het traject ‘Beter Aanbesteden’ is dat niet zozeer de wet- en regelgeving voor problemen zorgt, maar dat vooral de interpretatie en de communicatie moeten verbeteren. CUMELA Nederland heeft de volle overtuiging dat Marktdagen hieraan een belangrijke positieve bijdrage kunnen leveren. Daarom hebben we in samenwerking met VNO-NCW, MKB-Nederland en andere branches afgesproken in alle regio’s meer van dit soort initiatieven te organiseren. Deze zullen in de nieuwsbrief worden aangekondigd. Wilt u dat dit ook in uw regio van de grond komt, laat het ons weten.

1. 2. 3. 4.

Zet het in uw agenda, laat er niets tussen komen. Reserveer ook voorbereidingstijd; netwerken is óók belangrijk werk. Volg alle (politieke) relevante ontwikkelingen en werken op de voet. Zorg dat u kort en bondig uw bedrijf kunt presenteren, ook uw krachten en specialiteiten. 5. Weet wie u kunt ontmoeten, zorg dat u de beslissers kent en spreekt en houd rekening met hun beïnvloeders. 6. Toon uw maatschappelijke betrokkenheid, werk aan het imago van u en uw bedrijf. 7. Verdoe uw kostbare tijd niet met die collega die u anders ook al vaak spreekt. 8. Neem uzelf voor om minimaal twee belangrijke (nieuwe?) opdrachtgevers te ontmoeten. 9. Toon interesse in de persoon zelf, benader hem of haar zakelijk en ­professioneel en wees enthousiast. 10. Kom met een duidelijke boodschap, een helder verhaal en een concrete vraag. 11. Laat mensen vertellen, stel vragen en toon begrip. 12. Bied alternatieven, laat zien dat u meedenkt en niet alleen ‘tegen’ bent. 13. Wees reëel, maak het verhaal niet mooier dan het is, want dan verliest u vertrouwen. 14. Nodig mensen uit op uw bedrijf of een werk; zien is geloven. 15. Sluit af met een concrete vervolgafspraak en bedank voor de prettige ­ontmoeting.

TEKST EN FOTO: Nico Willemsen, secretaris sectie Grondverzet en cultuurtechniek

GRONDIG 6 2017

65


ondernemen met

cumela

BEDRIJVIG

Activiteiten­rapport • Het gesprek met CUMELA Nederland, de cumelabedrijven uit de

• VOMOL is met succes geïntroduceerd in de provincie Noord-Brabant.

regio en de gemeente Laarbeek omtrent de Kapelstraat in Beek en Donk geeft aanleiding om op 24 augustus het VOMOL-project te gaan draaien bij cumelabedrijf Freek Leenders in Mariahout. • Namens drie leden heeft CUMELA Nederland via de rechter bereikt dat het verkeersbesluit betreffende het inrijdverbod voor landbouwverkeer in de bebouwde kom van Zeddam is opgeschort. CUMELA Nederland, LTO, een individuele ondernemer en een aantal aanwonenden hebben gepleit voor spreiding. • Werkgroep Citaverde krijgt een vervolg met twee nieuwe deelnemers. Door middel van rouleren binnen de cumelabedrijven probeert de groep een groter draagvlak te creëren als het gaat om communicatie tussen opleiding, leerling en leerbedrijf. • Om de veiligheid voor al het verkeer te waarborgen en om ervoor te zorgen dat de grote landbouwvoertuigen geen schade aan de brug kunnen veroorzaken, wordt het voorstel van CUMELA om de ‘nieuwe’ Kwadijkerbrug in Kwadijk te verbreden overgenomen. De breedte van de brug, dus de profielvrije ruimte tussen de hamei, wordt nu 4,50 meter in plaats van 3,50 meter. • De provincie Noord-Holland werkt aan de N241 om de doorstroming en de verkeersveiligheid in het gebied te verbeteren. De nieuwe weginrichting kenmerkt zich straks door een bredere hoofdrijbaan, een parallelweg voor landbouw- en bestemmingsverkeer en een apart fietspad met meer ruimte om veilig te fietsen.

Op cumelabedrijf Ad Raaijmakers is samen met het Helicon College uit Boxtel een VOMOL-project uitgevoerd voor de basisschool St. Antonius uit Best.

Foto: Helicon MBO Boxtel

NIEUWE LEDEN

De afgelopen periode hebben vier bedrijven zich ingeschreven als lid van CUMELA Nederland: • Martines Agro DEURNE • Loonbedrijf Huismans ODEHOLTWOLDE • Harm Lievaart Handel en Verhuur WAARDHUIZEN • Bar Loonbedrijf WATERINGEN

Belangen behartig je samen! Het begon in 2015 met een goed contact met ROV Oost-­ Nederland en het uitdragen van wat CUMELA-leden doen aan veilig (landbouw)verkeer. Het resultaat: een zeer geslaagde kennismiddag (land)bouwverkeer voor wegbeheerders in Overijssel en Gelderland in juni 2016. Marco Wigbers van ROV Oost-Nederland: “De bodem is gelegd voor een verdere ­samenwerking op het gebied van veilig landbouwverkeer.” Een jaar later hebben we geoogst met het verkeersbesluit voor het openstellen van de Oostweg in Enschede door het maken van een afslag voor het landbouwverkeer. Hoe ging dat nu? Op de kennismiddag raakte Jan Nico Reimink, voorzitter van de afdeling Overijssel, in gesprek met Jeroen Lieverdink van de gemeente Enschede. De problematiek rondom de Oostweg in Enschede werd besproken. Er volgde een tweetal overleggen samen met loonbedrijven in de omgeving, buurtbewoners en de gemeente. Het resultaat was een verkeersbesluit waarin als doelen staan omschreven het komen tot onderling begrip en een betere verstandhouding, het stimuleren van een cultuur

66

GRONDIG 6 2017

bij loonbedrijven om bewoners te informeren bij bijzondere activiteiten en ten slotte begrip te kweken bij met name jonge bestuurders voor de angst van bewoners. Inmiddels is de aanpassing gerealiseerd en maken de loonbedrijven gebruik van de nieuwe route. Wat leren we van regionale belangenbehartiging? • Lobbyen heeft tijd nodig, maar leidt uiteindelijk tot resultaat. • Samenwerking met partnerorganisaties helpt. • Wederzijds begrip is cruciaal. • Het bespreekbaar maken van knelpunten leidt tot mooie ­oplossingen! Trots ben ik, want belangen behartig je samen!

Dieuwer Heins, bedrijvenadviseur


ACTIE

REDLINE MODELLEN #mukhebbm

#zonrodevaltra

N134 Active REDLINE

#mienwerkmaschien

150 pk

4-cilinder Sigma Power

T214 Active REDLINE 6-cilinder Sigma Power

Zeer gunstige condities:

lease v.a. 0% / 24 maanden

€ 79.950,- excl. btw

€ 99.950,- excl. btw

Veel tractor voor je geld! Kijk op www.valtra.nl

230 pk


CAT 320F graafmachine

Met deze krachtige en betrouwbare graafmachine met laag brandstofverbruik en eindeloze toepassingsmogelijkheden kunt u elke klus aan. Nu tijdelijk verkrijgbaar als LIMITED EDITION.

UW VOORDEEL: Cat 320F graafmachine met Limited Edition look Leren stoelbekleding voorzien van Cat logo 60 maanden garantie* Gratis Wig Connector incl. montage Snelle levertijd * In combinatie met een service contract level 4, max 8000 uur. De Cat 320F graafmachine Limited Edition is gelimiteerd leverbaar, dus hiervoor geldt op=op. Actie loopt zolang de voorraad strekt.

Voor meer informatie bel T. 088-737 75 00 of stuur een mail naar marketing@pon-cat.com


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.