Grondig 12 - 2013

Page 1

32- VAN DER LINDEN ONTWERPT EIGEN OPLEGGER 8 - BETER ZICHT OP LANDBOUWVERKEER VERSUS TRACTORBAND

36 - TEST HYBRIDE BAND

66 - VERSLAG AGRITECHNICA

December 2013

vakblad voor specialisten in groen, grond en infra

12


De DEUTZ-FAHR 6 en 7 serie TTV uitgerust met de MaxiVision cabine. Een moderne, aangename en efficiënte werkomgeving. Eén van de sterke punten van de 6 en 7 serie TTV is zonder twijfel de nieuwe MaxiVision cabine. Met de MaxiVision cabine worden nieuwe normen op het gebied van ergonomie, comfort en functionaliteit geïntroduceerd. • Luchtgeveerde stoel op lage frequentie en automatische positionering • Automatische klimaatbeheersing • Geluidsarme rondomzicht cabine • Multifunctionele armleuning met alle bedieningen gegroepeerd • 12” touch screen iMonitor-2. Een innovatieve multimedia interface (ISOBUS compitabel) voor de volledige bediening van alle tractor functies. De iMonitor kan worden uitgerust met Agrosky spoor geleidingssysteem voor automatische besturing met een nauwkeurigheid tot 2 cm. Ontdek nu de Agrotron 6 en 7 serie bij uw DEUTZ�FAHR dealer!

Het gebruik van originele smeer- en koelmiddelen wordt aanbevolen. DEUTZ-FAHR LUBRICANTS

DEUTZ-FAHR is een merk van

deutz-fahr.com


Het nieuwe maaien

BESPAAR 1 LITER PER HECTARE De unieke aandrijving door middel van een centrale as in de maaibalk zorgt voor een beduidend lagere vermogensbehoefte. Tests wijzen uit; 1 liter brandstofbesparing per ha!

Interesse? Kijk voor een dealer in de buurt op www.lely.com of mail naar nederland@lely.com

HARVEST RESULTS. www.lely.com

innovators in agriculture


inhoudsopgave

Colofon Grondig is het vakblad voor de cumelasector, specialisten in groen, grond en infra. Grondig wordt uitgegeven door CUMELA Communicatie in opdracht van CUMELA Nederland, de branche organisatie voor ondernemers in cultuurtechnische werken, grondverzet, meststoffendistributie en agrarisch loonwerk. Leden van CUMELA Nederland ontvangen bij vakblad Grondig exclusief het katern Cumelactief.

Adres CUMELA Nederland Postbus 1156 3860 BD Nijkerk tel. (033) 247 49 00 fax (033) 247 49 01

CUMELA-infolijn (033) 247 49 99 / info@cumela.nl / www.cumela.nl

Adres Grondig / CUMELA Communicatie Postbus 1156 3860 BD Nijkerk tel. (033) 247 49 50 fax (033) 247 49 51 www.grondig.com / grondig@cumela.nl

Bladmanager Michiel Pouwels

Redactie Toon van der Stok (hoofdredacteur) Gert Vreemann, Michiel Pouwels Marijke Dorresteijn Ton Herbrink (eindredacteur)

Vormgeving De 3 Poorten

Voorplaat CUMELA Communicatie

Advertentiewerving Lisette Kerkhof

Druk SMGB, Doetinchem

Abonnementen Een abonnement op Grondig kan op elk moment ingaan en loopt na de eerste periode van kalenderjaar tot kalenderjaar. Een opzegging van het abonnement dient schriftelijk, vóór 1 november door ons ontvangen te zijn. Kosten abonnement: Nederland € 77,- per jaar Buitenland € 101,- per jaar Collectieve abonnementen: op aanvraag

© Stichting CUMELA Communicatie, Nijkerk Het geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen uit Grondig is toegestaan na toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade door onjuiste berichtgeving. ISSN: 2210-3260

4

GRONDIG - December 2013

REDACTIONEEL Plaatsspecifieke mestluchten Regelmatig komen we nog zo thuis dat huisgenoten zich afvragen waarom het zo naar mest begint te ruiken. Het genoegen van een dagje in de praktijk bij het uitrijden van mest. Steeds vaker tref je vooral bij het sleepslangbemesten een chauffeur die rustig met je kan praten, want het sturen doet de trekker zelf, met ongekend strak en naadloos werk als eindresultaat. Daar ben je als loonwerker dan trots op. Het gebruik van GPS is een ontwikkeling die met name in de akkerbouw enorm hard gaat. Zo vertelden de mensen van Vervaet ons dat inmiddels negentig procent van de trekkers die ze verkopen is uitgerust met GPS-apparatuur. In de loonwerksector worden die aantallen voor het bemesten lang niet gehaald. Het is mooi om recht te rijden, maar geld levert het niet op. Menig ervaren chauffeur rijdt ook zonder GPS behoorlijk precies en is trots op zijn vakmanschap. Toch is het een ontwikkeling om in de gaten te houden, want met het gebruik van GPS neemt ook de kartering toe. Bedrijven gaan registreren wat er op het veld gebeurt en wat er van een perceel af komt. Het lijkt soms ingewikkeld, maar wie er eenmaal mee aan de slag gaat, ontdekt dat de gebruiksvriendelijkheid snel toeneemt en daarmee ook het gebruik. Het moment nadert dat klanten zullen vragen naar de gegevens van werk dat door de loonwerker is uitgevoerd of die zelfs zullen eisen. Verschillende leveranciers zijn namelijk al bezig met het ontwerpen van speciale platforms waarop deze gegevens worden opgeslagen, waardoor het simpel mogelijk is om data uit te wisselen. Dat zal vooral belangrijk worden als John Deere en Veenhuis er in slagen om de apparatuur gebruiksklaar te krijgen waarmee al tijdens het uitrijden de samenstelling van de mest kan worden gemeten. Zoals het er nu naar uitziet, is dat binnen enkele jaren voor elkaar. Boeren zullen dan van hun loonwerker eisen daarin mee te gaan. Sterker nog: dat die voorop loopt in het per kilogram heel nauwkeurig plaatsspecifiek uitrijden met de bijbehorende documentatie. Wie nu nog geen GPS-apparatuur gebruikt, doet er goed aan daarover na te denken. Nu kun je nog vrij eenvoudig met een stuursysteem instappen. Dat vormt de basis om door te groeien naar hoogwaardige technieken om plaatsspecifiek op de kilogram nauwkeurig te bemesten. Als het zover is, komen we graag weer een rondje meerijden om vast te stellen hoe u zich als specialist onderscheidt. Dat daar dan een mestluchtje aan blijft hangen, vinden wij niet erg.

Redactie Grondig Michiel, Toon en Gert


Cumelabedrijf in actie

December 2013

ALGEMEEN 8 - Symposium ‘Weg met landbouwverkeer!’ 12 - Vent/vrouw & Visie: trekkers en fietsers samen is niet gelukkig 21 - Wetten en regels 22 - Politiek ondernemend: Henk van Ginneken 32 - Ludmann-Agri Holland Trailer-mestoplegger 64 - Zijwegen: Kemper-film boeit van begin tot het eind

GROEN

Nog circa 1200 kilogram zaaizaad ligt er klaar om het merendeel van de hectares wintertarwe te zaaien. Normaal is het eind november allemaal weg, dus benutten Jan en Jos Nas van het gelijknamige loonbedrijf in Ottersum alle benutbare droge uren om de tarwe te zaaien op de natte, zware percelen. De stoppels op de gedorste maïspercelen zijn al zo vergaan dat deze niet apart hoeft te worden geklepeld. Een klein voordeel, want het spaart brandstof. Normaal klepelt Nas de maïsstoppels met een klepelmaaier in de fronthef en ploegt die in één werkgang onder.

16 - Omwonenden en het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen 18 - Levenfasebewust personeelsbeleid: ‘gewoon’ doorwerken 36 - Hybride versus traditionele trekkerband 48 - Mest uitrijden: van kuubs naar kilo’s 54 - Beursverslag Agritechnica

INFRA 11 - In kort bestek 28 - Sterk Werk: efficiënt transport

GROND 40 - DAF presenteert nieuwe Euro 6-trucks 42 - Grondverzetnieuws 44 - Japanse 9,5-tonner van Takeuchi

CUMELACTIEF (exclusief voor leden) 4 - Een nieuwe handhaver 7 - Bedrijfsontwikkeling: directiebeoordeling 8 - Toolbox: drugs en werk 10 - Houvast voor de toekomst 14 - Cumelaria

GRONDIG - December 2013

5


algemeen rubriek nieuws

Wetsvoorstel T-rijbewijs naar Tweede Kamer De regelingen rond het landbouwverkeer lijken eindelijk in een hogere versnelling te komen. Minister Schultz van Haegen heeft het wetsvoorstel voor de invoering van het T-rijbewijs naar de Tweede Kamer gestuurd. Tegelijk heeft de Kamer een voorstel van Sander de Rouwe aangenomen om de maximumsnelheid te verhogen naar 40 km/h.

In zijn advies op het wetsvoorstel voor de invoer van het T-rijbewijs heeft de Raad van State aangegeven een kenteken nog effectiever te vinden voor een vergroting van de verkeersveiligheid dan een T-rijbewijs. De raad baseert dit op het rapport ‘Verkeerongevallen met (land)bouwvoertuigen’ van de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Hierin worden vooral de kenmerken van landbouwvoertuigen als belangrijke ongevalsfactoren gezien. Invoering van een kenteken maakt de controle op de voertuigeigenschappen mogelijk, stelt de Raad van State. De Tweede Kamer heeft over het wetsvoorstel inmiddels vragen gesteld. Over het algemeen zijn de partijen positief over de invoering van het T-rijbewijs. Diverse fracties pleiten ervoor dat het T-rijbewijs en het kenteken tegelijkertijd in één traject worden ingevoerd. Naar verwachting wordt het T-rijbewijs 1 januari 2015 ingevoerd en het

kenteken in 2016 of 2017. Rond de behandeling van het wetsvoorstel diende CDA-Tweede Kamerlid Sander de Rouwe een voorstel in om de maximumsnelheid voor landbouwvoertuigen te verhogen naar 40 km/u. Hij motiveerde dit voorstel met de overweging dat landbouwvoertuigen nu slechts 25 km/u mogen rijden en daardoor ongeschikt zijn voor gebiedsontsluitingswegen (veelal 80 km/u-wegen). De Kamer ging mee in dit voorstel en vindt het wenselijk om het rijden met landbouwvoertuigen in de bebouwde kom te ontmoedigen en het landbouwverkeer door een snelheidsverhoging te stimuleren een andere route te nemen via gebiedsontsluitingswegen en rondwegen zonder fietsers. De Kamer verzocht de minister om een snelheidsverhoging alleen voor deze wegen mogelijk te maken. De minister van Infrastructuur en Milieu had in een eerdere reactie al aangegeven dat bij een verhoging naar 40 km/u bekend moet zijn welke voertuigen harder kunnen rijden dan 25 km/u. Hiervoor moeten de voertuigen worden geregistreerd en gekentekend, zodat bekend is welke voertuigen en voertuigcombinaties geschikt zijn. Het kenteken is noodzakelijk om te kunnen handhaven en daarmee voorwaardenscheppend voor een betere verkeersveiligheid. Vervolgens zal de minister in overleg met de wegbeheerders bekijken op welke wegen de snelheid kan worden verhoogd. CUMELA Nederland is ingenomen met de snelheidsverhoging naar 40 km/u. Voor de brancheorganisatie hangt de kentekening van landbouwvoertuigen direct samen met invoering van een maximumsnelheid van 40 km/u. Dit biedt straks de mogelijk om zwaar landbouwverkeer te scheiden van kwetsbare verkeersdeelnemers als fietsers. Het kenteken en de maximumsnelheid van 40 km/u maken het mogelijk het landbouwverkeer een veiliger positie op de weg te geven.

Meer EMVI-aanbestedingen Het aantal EMVI-aanbestedingen is sinds april enorm gestegen: van 23 procent in het tweede en derde kwartaal vorig jaar naar 79 procent in dezelfde periode dit jaar. Het zijn vooral lagere overheden die op grote schaal EMVI-contracten op de markt zetten. Helaas maken veel van die contracten nog niet de gedachte achter EMVI waar, concludeert Jan van der Leij. Als secretaris van de sectie Cultuurtechnische werken en grondverzet binnen CUMELA Nederland wordt hij vaak geconfronteerd met bestekken die fouten bevatten of waarin prijs nog steeds een grote rol

6

GRONDIG - December 2013

speelt. “In heel veel bestekken maakt de prijs nog steeds zestig procent of meer van de gunningscriteria uit. Dat betekent dat het nog steeds nauwelijks mogelijk is om op basis van kwaliteit een bestek te winnen.” Hij constateert ook dat de opdrachtgevers nauwelijks een idee hebben hoe ze met de beoordeling van een plan van aanpak om moeten gaan. “Een mooie kaft en een vlot geschreven tekst lijken vaak beter te scoren dan een gedegen verhaal. Ik constateer dat veel aanbestedende diensten met zeer onduidelijke beoordelingscriteria werken.”


Kosten rijbewijs De kosten voor het theorie-examen van het T-rijbewijs zullen straks € 40,- bedragen en voor het praktijkexamen € 230,-. Rijlessen kosten ongeveer € 55,- per les. Het T-rijbewijs wordt verplicht voor alle bestuurders die na 1 januari 2015 zestien jaar worden. Bestaande bestuurders kunnen bij verlenging vanaf 2015 de voertuigcategorie laten bijgeschreven.

Sneller internet in buitengebied In het buitengebied, waar veel cumelabedrijven zijn gevestigd, is snel internet vaak een utopie vanwege het ontbreken van glasvezel of andere snelle verbindingen. De actiegroep Internet Buitengebied vindt dat iedereen in Nederland over snel internet moet kunnen beschikken, dus ook de bewoners van het buitengebied. Door middel van een website www. internetbuitengebied.com roept de actiegroep bewoners van het buitengebied op een petitie te ondertekenen. Daarmee wil de actiegroep de politiek activeren om ook voor deze gebieden snel internet te realiseren.

Gratis voorlichtingsbijeenkomsten mestgassen vergeven! Alle veertig voorlichtingsbijeenkomst over het gevaar van mestgassen zijn volgeboekt. CUMELA Nederland had bij Stigas om deze bijeenkomsten gevraagd naar aanleiding van het ongeval deze zomer in Friesland, waarbij drie personen overleden. Corina van Zoest, adviseur arbo, is blij met deze grote animo: “Iedereen die wel eens iets te maken heeft met mest en dus ook met mestgassen moet doordrongen zijn van de risico’s hiervan.”

Verkeerde spelling In Grondig 10 is in het artikel over de ontwikkelingen in het zuiggraven de naam van het bedrijf Amphitec verkeerd gespeld. Bij deze dus de juiste naam. Wie meer wil weten, kan terecht op www.amphitec.com.

Nieuwe leden In de maand oktober hebben twee bedrijven zich gemeld als lid van CUMELA Nederland. Hans & Dirk Visser Grondwerken Blokker Hommelink Groenlo Groenlo

Agenda 3-8 december ................. 27-28 december............. 27-28 december............. 27-30 december............. 25 januari........................

Agribex Brussel Open dagen Van der Spek Vianen Open Dagen Kemp, De Meern Wintershow De Vor, Achterveld Indoor tractor pulling, Zwolle

COMMENTAAR Kerstverlichting Velen van u zullen een bezoek hebben gebracht aan de Agritechnica in Hannover. Een prachtig staaltje agrarische techniek. Innovatief, high-tech en vooral groot. Of je nu komt voor een zakelijke afweging van mogelijke investeringen of voor een dagje ‘lekkerbekken’, je kunt er prima uit de voeten. Ook dit jaar bleek het woordje ‘grootst’ nog niet te zijn uitgevonden. Je kunt er zeker van zijn dat veel machines en trekkers de volgende keer nóg weer groter zijn. Prachtig, nóg meer capaciteit, nóg meer productie, nóg meer rendement… hopen we. Zouden we daar echt mee geholpen zijn, of anders gezegd: zou er een bovengrens zijn in de maatvoering van de werktuigen in onze bedrijfstak? Al decennialang kunnen landbouwwerktuigen alleen maar rendabel worden gemaakt door het gebruik op (veel!) verschillende locaties. Dat betekent dat we gebruik moeten maken van het openbare wegennet om van A naar B te rijden. Dat is dus onontkoombaar in de moderne landbouweconomie van Nederland en andere WestEuropese landen. Lange tijd hebben we gedacht (en geroepen) dat de andere verkeersdeelnemers zich maar moesten aanpassen aan ‘onze’ maatvoering, anders zouden we niet meer rendabel kunnen werken. Helaas, als we kijken naar de veiligheidsaspecten van landbouwmachines in het wegverkeer, blijkt dat er nog veel kan worden verbeterd. Neem alleen al de breedteverlichting op trekkers. Vaak zijn het nog lichtjes die in de kerstboom niet zouden misstaan. Waarom maken we die dingen niet uitschuifbaar en met een fellere (led-)kwaliteit, zodat de volle breedte duidelijk wordt aangegeven? Blijkbaar geven de trekkerfabrikanten de voorkeur aan passief wachten tot de invoering van de nieuwe verordening voor trekkers in 2015. Of neem bijvoorbeeld de contourmarkering op aanhangers of werktuigen. Ik weet van slechts één fabrikant die zijn silagewagens zo op een voortreffelijke manier in de aanbieding heeft. Wanneer je focust op de technische veiligheid van het landbouwverkeer, bekruipt je toch het gevoel dat Hannover de beurs was van de gemiste kansen. Producenten en afnemers van werktuigen zouden in veilig landbouwverkeer best een grotere uitdaging mogen zien. Met de landbouweconomie anno 2014 sta je immers niet langs, maar midden in de samenleving. Letterlijk en figuurlijk willen we graag gezien worden!

Jan Maris Algemeen directeur CUMELA Nederland

GRONDIG - December 2013

7


Landbouwverkeer goed bekeken Ruim 200 ambtenaren en beleidsmakers aanwezig op verkeerscongres Het leek bijna politiek getimed. Precies in de week van het CUMELA-verkeerscongres kwam Tweede Kamerlid Sander de Rouwe met het voorstel om de maximumsnelheid voor trekkers te verhogen naar 40 kilometer per uur. Op het congres hoorden ruim 200 ambtenaren en beleidsmedewerkers dat dit past bij duurzaam en veilig landbouwverkeer. Als je maar de juiste maatregelen neemt.

Verkeer 8

Vol ontzag en verwondering kwam een groot aantal deelnemers aan het CUMELA-verkeerscongres de zaal in van het Bouw & Infrapark in Harderwijk. Vanaf de parkeerplaats waren ze geconfronteerd met een zeer diverse uitstalling van de werktuigen waarmee de cumelasector werkt. Van een bemestercombinatie tot een Mecalac met Herder-arm en van een hakselaar met keurig afgeschermde tanden tot een gewone mobiele kraan. Allemaal voertuigen die legaal

GRONDIG - December 2013

gebruik maken van de weg, maar waarmee vaak geen rekening wordt gehouden als een weg opnieuw wordt ingericht of wanneer er vanwege klachten verkeersremmende maatregelen worden genomen. In het kader van de campagne voor duurzaam en veilig landbouwverkeer organiseerde CUMELA Nederland daarom afgelopen maand een verkeerscongres onder de uitdagende titel ‘Weg met landbouwverkeer’. Een titel die duidelijk op


Het congres verliep levendig, met veel vragenstellers uit de zaal. Er bleek vooral behoefte aan informatie over hoe je landbouwverkeer eenvoudig een goede plaats geeft.

Naast de remproef met rijdende machines was Abemec op de bijeenkomst present met de remmentestbank. De medewerkers van Abemec demonstreerden daar hoe ze eenvoudig kunnen meten of een aanhanger voldoende remt.

twee manieren is uit te leggen. Ruim 200 ambtenaren en medewerkers van allerlei overheidsorganisaties gingen in op de uitnodiging en kwamen naar Harderwijk om hun kennis bij te spijkeren. Niet overbodig, zo bleek op het congres, want zelfs beleidsmedewerkers verkeer van diverse plattelandsgemeenten bleken heel weinig kennis te hebben van een groep belangrijke weggebruikers in de buitengebieden.

Te veel ongevallen Al een aantal jaren ligt het landbouwverkeer onder vuur. Vanwege de omvang, maar ook door de ongevallen, zo stelde Michèle Blom, directeur Wegen en Verkeersveiligheid van het ministerie van Verkeer en Milieu “Jaarlijks hebben we in deze sector te maken met gemiddeld dertien doden en 55 zeer ernstig gewonden. Dat lijkt misschien niet veel op het totaal aantal verkeersdoden, maar gerekend naar het gebruik dat ze maken van de openbare weg is het relatief veel. Dat is ook de reden dat het ministerie hier extra aandacht voor heeft.” Dat het de overheid ernst is met het nemen van maatregelen illustreerde ze met het pas ingevoerde alcoholslot voor dronken bestuurders, om alcohol als grootste oorzaak van verkeersongelukken aan te pakken. “Binnen een jaar hebben we 7000 auto’s met een alcoholslot uitgerust.” Dergelijke ingrijpende maatregelen staat het landbouwverkeer niet te wachten, maar Blom liet blijken dat het ministerie haast wil maken met maatregelen. “Onder de slachtoffers zijn vooral fietsers en voetgangers, de meest kwetsbare verkeersdeelnemers”, vertelde ze. Onderdeel van die maatregelen zijn het trekkerrijbewijs dat er op 1 januari 2015 moet zijn en het kenteken, dat een jaar later zal volgen. Daarnaast wil Blom aandacht voor de uitvoering van de voertuigen. “Bestuurders moeten zich realiseren dat ze op een groot voertuig rijden met allerlei uitsteeksels. Dat betekent dat je je bewust moet zijn van het overige verkeer.”

Hulde voor inzet De inzet van CUMELA Nederland om te komen tot rijbewijzen en eventueel kentekens leidde tot een huldeblijk van Tjibbe Joustra, voorzitter van de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Hij roemde de inzet van de organisatie om het landbouwverkeer beter geregeld te krijgen. “Dat is absoluut noodzakelijk, want landbouwvoertuigen zijn vaak breder

Op het congres werden drie nieuwe typen bumpers geïntroduceerd. Hier de bumpers van Alasco, Tractorbumper.com en Trekkerveilig.nl. GRONDIG - December 2013

9


dan gedacht, slecht zichtbaar, voor overige weggebruikers altijd op de verkeerde plaats met daarnaast bestuurdersplaatsen waar vandaan je soms slecht zicht hebt op het overige verkeer”, aldus Joustra. Hij vergeleek de bestuurders van sommige hakselaars illustratief als paarden met oogkleppen. “Dat soort voertuigen zou je toch eigenlijk niet op de weg willen hebben”, zei hij daarover. Het maakt volgens hem duidelijk dat het absoluut nodig is om na te denken over de manier waarop je de weg op gaat. “Tegen uw sector zou ik willen zeggen: gebruik je verstand en neem initiatieven om ongewenste situaties te voorkomen.” Dat het goed mogelijk is om samen met de sector tot oplossingen te komen voor het landbouwverkeer, vertelde Kees van Beveren. In Zeeland is hij als gedeputeerde belast met verkeer en heeft hij drie jaar geleden samen met gemeenten en lokale boeren en loonwerkers een inventarisatie gemaakt van knelpunten. Dat leverde in eerste instantie een lijst van 114 mogelijke verbeteringen op. Die allemaal realiseren, was financieel onhaalbaar, konden ze zonder ingewikkelde berekeningen al vaststellen, dus werd de lijst nog een keer met de stofkam bekeken. Na die opschoning waren er nog 47 grote knelpunten over. “Voor al die punten willen we de komende jaren een oplossing vinden en dat is iets waar we nu hard aan werken.”

Doorpakken Dat de provincie doorpakt, blijkt wel uit de resultaten die binnen enkele jaren zijn geboekt. Het meest aansprekende voorbeeld is ongetwijfeld

Verkeer 10

de landbouwweg die op Tholen is aangelegd, een weg die enkel en alleen voor landbouwverkeer is bedoeld en waar zelfs fietsers worden geweerd door een zogenaamde fietssluis. Ook andere projecten zijn echter snel in uitvoering gebracht. “Inmiddels hebben we al negen van de knelpunten weggewerkt, zijn we voor twee met de grondaankoop bezig en zijn er zes projecten in onderzoek.” De voortvarendheid leverde Van Beveren bewondering vanuit de zaal op, zeker voor de onorthodoxe wijze waarop het project is aangepakt, zoals bleek toen een vertegenwoordiger van een andere provincie vroeg naar de totale kosten voor de aanpak van alle problemen. “Dat weten we niet”, was het nuchtere antwoord van Van Beveren. “Hadden we niet nodig ook, want we wisten toch wel dat het niet allemaal te realiseren en te betalen was. We hebben gewoon gekeken wat het hardst nodig was, waar we snel succes konden halen en zijn daarmee aan de slag gegaan. Daar is ook gewoon geld voor vrij gemaakt, zonder dat we grote kosten maken om overal een kostenraming voor te maken.”

Respect voor elkaar Een belangrijke boodschap die Van Beveren had, was om vooral respect voor elkaar te hebben. “Op veel plaatsen zitten we nu in de situatie dat we vooral een hekel hebben aan landbouwverkeer. Automobilisten omdat het landbouwverkeer ze in de weg zit en provinciale wegbeheerders omdat landbouwverkeer hun wegen overbelast. Allebei willen ze er het liefst van af en dus wordt het over de schutting van de gemeenten ge-

Landbouwverkeer op N360 minder dan één procent Hoeveel maakt het landbouwverkeer eigenlijk gebruik van de openbare weg? Wat is de invloed van landbouwverkeer op de doorstroming en de verkeersveiligheid? Vragen waar tot voor kort niemand een concreet antwoord op kon geven. Voor de provincie Friesland was dit aanleiding om een meetmethode te laten ontwikkelen waarmee het werkelijk aantal landbouwvoertuigen dat van een weg gebruik maakt kan worden gemeten. Tijdens het verkeerscongres vertelden Niels Bosch en Debbie Ammerlaan van Royal HaskoningDHV over deze meetmethode en waar deze inmiddels al is toegepast. Hun boodschap was in zekere zin zelfs ontnuchterend. Als je werkelijk gaat meten, blijkt de overlast door landbouwverkeer namelijk vaak mee te vallen. “Uiteindelijk blijkt het aandeel van het landbouwverkeer op zo’n weg beperkt. Terwijl er gemiddeld ruim 11.000 voertuigen per dag van de weg gebruikmaken, is het aantal trekkers of andere voertuigen met beperkte snelheid nog geen één procent. Op de drukste dag kwamen we niet boven de 0,4 procent. Gemiddeld blijkt dat slechts 0,1 procent te zijn. Dit betekent dat er maar een kleine kans is dat je achter een landbouwvoertuig terecht komt.” Behalve naar het aantal voertuigbewegingen is in het onderzoek ook gekeken naar de snelheid van de zogenaamde trage weggebruikers. Opvallend is dat deze gemiddeld op 39 km/u lag, ruim boven de officiële maximale snelheid van 25 km/u. Zelfs het traagste voertuig reed met 28,9 km/u officieel te hard. De hoogste snelheid die voor dit zogenaamde langzaam verkeer werd gemeten, was 48,9 km/u. Natuurlijk heeft ook de landbouw zijn spitstijden. Dat was terug te zien in het onderzoek, waarbij tussen acht en negen uur in de

GRONDIG - December 2013

ochtend ook het grootste aantal landbouwvoertuigen op de weg te vinden was. In de middag en avond lijkt de spits wat minder een probleem. Dan is het hoogtepunt wat betreft landbouwvoertuigen net iets vroeger dan het overige woon-werkverkeer. Om een nog beter inzicht te krijgen, is tijdens het onderzoek ook met een speciale trekker uitgerust met camera’s over het traject gereden. Er werd met slechts 25 km/u gereden, omdat dit de wettelijk toegestane snelheid is. De opdrachtgever, de provincie Groningen, wilde niet dat de trekker harder zou rijden, omdat de provincie niet de wet wilde laten overtreden. Het effect is natuurlijk wel dat er sneller een rij auto’s achter de trekker ontstaat, stelt Ammerlaan vast. “Aan de andere kant was het hierdoor wel gemakkelijker om de trekker in te halen.” Ook dat was onderdeel van het onderzoek: hoe lang duurt het voor een voertuig is ingehaald en welke wegvakken worden daarvoor gebruikt? De uitkomsten daarvan waren natuurlijk niet verrassend. Bijvoorbeeld dat vooral op de rechte wegvlakken de trekkers werden ingehaald. Gemiddeld duurde dat inhalen 7,7 seconden. In totaal kwamen er gedurende de twee uur durende testrit 525 auto’s achter de meettrekker. 195 van deze auto’s haalden tijdens de testrit de meettrekker in. Veel opvallender waren enkele andere uitkomsten. Zo reed negentig procent van de landbouwvoertuigen maar een kleine afstand over de doorgaande weg. “Door het gebruik van vier verschillende camera’s konden we zien dat de meeste trekkers maar één of twee camera’s passeerden. Mede daardoor bleek dat het tijdverlies ook heel beperkt was. Het maximale tijdverlies was op dit traject dertig seconden. Uit een analyse van de gegevens bleek dat in deze test ruim dertig


gooid, onder het motto ‘dan zijn wij ervan af’.” Het gevolg van die houding is echter ook dat provinciale wegbeheerders andere lokale wegbeheerders, zoals gemeenten en waterschappen, in de weg zitten. “En zo krijgen we dus een situatie dat iedereen een hekel heeft aan het landbouwverkeer, terwijl het wel recht heeft op een plek op de openbare weg. Wij zagen dat ook gebeuren en zijn op zoek gegaan naar oplossingen, juist in samenwerking met lokale overheden en plaatselijke gebruikers. Dat werkt prima, want boeren en loonwerkers die plaatselijk bekend zijn, weten heel goed wat de knelpunten zijn, maar kunnen vaak ook heel goede oplossingen aandragen. Juist omdat ze weten wat de mogelijkheden zijn.” Zijn advies aan andere provincies was dan ook helder. “Het begint met respect hebben voor alle gebruikers. Iedereen heeft namelijk recht op een plek op de weg. Dat is de eerste cultuurverandering die je moet doormaken. Als je dat doet, kun je op een goede manier met elkaar samenwerken en komen de oplossingen vanzelf. Natuurlijk moet je soms compromissen sluiten, zoals een passeerhaven om de kilometer in plaats van een vrij liggende landbouwweg. Maar wij hebben wel geleerd dat je met samenwerken veel meer bereikt dan met polarisatie.”

Tekst: Toon van der Stok Foto’s: Toon van der Stok, Marijke Dorresteijn, Judith Dirven

procent van het landbouwverkeer met geen enkele achteropkomende auto te maken kreeg. “Voor de automobilist is belangrijk te weten dat slechts 0,9 procent van de automobilisten op deze weg te maken krijgt met landbouwverkeer. Gemiddeld neemt de reistijd daardoor met een factor 1,2 toe en in de spits 1,3. Het betekent dat iemand die vijf minuten op het traject rijdt en een trekker tegenkomt gemiddeld één minuut extra kwijt is. In de spits is dit wat meer; dan is de factor 1,3. Dit betekent dit dat iemand die regelmatig op dit traject rijdt in één van de honderd ritten één tot anderhalve minuut langer onderweg is.

In deze rubriek behandelen we iedere maand een onderwerp op het gebied van aanbestedingen en het aannemen van werken. Heeft u ook een vraagstuk, laat het CUMELA Nederland weten.

in kort bestek Cao-eis maakt inkoopprocedure ongeldig Beste Jan, In een bestek staat dat ik als aannemer moet zijn ingeschreven en dat ik de CAO Bouw moet hanteren. Mogen deze eisen worden gesteld?

Beste aannemer, Inschrijven op een aanbesteding is al een groot aantal jaren vrij voor elke natuurlijke en/of rechtspersoon. Tot medio 2007 hadden bedrijven een vergunning nodig om zich ergens te mogen vestigen. Dit gold voor onder meer bouwbedrijven, installatiebedrijven, vervoermiddelenbedrijven en levensmiddelenbedrijven. Bij het verlenen van de vergunning werd onder andere gekeken of de ondernemer diploma’s dan wel andere verklaringen had om aan te tonen dat hij over voldoende vakkennis beschikte. De vestigingsvergunning is vervallen per 18 juli 2007. Van een inschrijver bij een aanbesteding kan dus ook niet meer worden geëist dat zijn bedrijf als bouw- of civiel aannemingsbedrijf is ingeschreven. Bij aanbestedingen is nu de eis dat je het werk moet kunnen maken. Door het invullen van de ‘eigen verklaring’ toont de inschrijver aan over de gevraagde inschrijfeisen te beschikken. Dan de cao. Ook hier zijn veel misverstanden over. Een bedrijf is niet vrij in de keuze voor een bepaalde cao. Dit is namelijk afhankelijk van de hoofdactiviteiten van de rechtspersoon. Deze activiteiten bepalen onder welke cao de onderneming wordt ingedeeld. Het voorschrijven van een bepaalde cao in een bestek is dan ook discriminerend en in strijd met de grondbeginselen van de Aanbestedingswet. Een dergelijke inschrijfeis maakt de aanbestedingsprocedure ongeldig. Ik verwijs daarbij altijd naar artikel 1.12, lid 1, van de Aanbestedingswet: “Een aanbestedende dienst of een speciale-sectorbedrijf behandelt ondernemers op gelijke en niet-discriminerende wijze.” Wat kunt u doen als dergelijke eisen wel in een bestek staan. Wij adviseren u officieel, dus volgens de procedure, bezwaar te maken. Het is een fout in het bestek die u moet melden. Aanbestedende diensten mogen geen discriminerende, subjectieve, niet-transparante of disproportionele eisen opnemen. CUMELA Nederland kan ook namens de sector de aanbestedende dienst benaderen.

Jan van der Leij Beleidsmedewerker GWW

GRONDIG - December 2013

11


vent/vrouw en visie

Over de hinder van landbouwverkeer wordt veel geschreven en geroepen, maar hoe groot zijn de gevolgen voor de doorstroming en de impact op de verkeersveiligheid nu concreet? Dat bleek nog nooit onderzocht, dus lieten verschillende provincies Royal HaskoningDHV een onderzoek uitvoeren. Met een opvallende uitkomst. Zelfs in de spits ondervindt gemiddeld maximaal één procent van de weggebruikers hinder van landbouwverkeer.

Trekkers en fietsers samen is niet gelukkig Niels Bosch en Debbie Ammerlaan, Royal HaskoningDHV Af en toe googelt Niels Bosch van Royal HaskoningDHV wel eens op ‘hinder landbouwverkeer’ of op ‘trekkerfile’ om snel inzichtelijk te krijgen hoe weggebruikers denken over het langzaam verkeer. “Weer achter een trekker die de hele weg voor me bleef rijden.” Of: “Wat doen die graafmachines op de weg tijdens de spits?” Het zijn de bekende klachten die je hoort op verjaardagsfeestjes of bij de koffieautomaat weet Niels Bosch. Hij herkent de klachten wel. “Ik woon zelf in Zuid-Limburg, en als ik naar mijn werk rijd, zit ik ook wel eens achter een trekker of graafmachine. En al is dat maar over een korte afstand, bijna onbewust ga je je toch ergeren.” Samen met zijn collega Debbie Ammerlaan geldt Bosch inmiddels als één van de kenners van landbouwverkeer. Niet van oudsher, want een opleiding tot landbouwverkeersdeskundige is er nu eenmaal niet. Bosch heeft een opleiding gevolgd als planoloog en Ammerlaan is civieltechnisch ingenieur. De echte kennis van het landbouwverkeer hebben ze opgedaan in de praktijk.

“Uiteindelijk blijkt overal de hinder door trekkers mee te vallen.” Inmiddels hebben beiden voor hun werkgever Royal HaskoningDHV veel opdrachten uitgevoerd op het gebied van landbouwverkeer. Zo maakte Bosch in samenwerking met de LLTB en CUMELA Nederland een analyse van het landbouwverkeer op de Limburgse wegen waarbij per wegvak een oplossingsrichting werd uitgewerkt. Daarnaast hebben Ammerlaan en Bosch diverse malen de meetmethode mogen uitvoeren in Groningen en Friesland. De provincie Groningen wilde weten hoe groot de hinder van het landbouwverkeer op de N360 nu echt was voordat ze geld ging uitgeven om maatregelen voor het landbouwverkeer te nemen. Vorig jaar september zijn gedurende een week door een aantal camera’s alle voertuigen geregistreerd die over de weg tussen Groningen en Ten Post reden. Door kentekenherkenning is het mogelijk om de auto’s te scheiden van het overige verkeer. Daarbij is het ook mogelijk om vast te stellen of een auto een landbouwvoertuig heeft ingehaald. Het resultaat is gepresenteerd op het verkeerscongres

12

GRONDIG - December 2013

van CUMELA Nederland (zie ook pag 8 tem 11. Opvallend was dat het landbouwverkeer goed was voor slechts één procent van de voertuigbewegingen, zelfs in een oogstperiode. Daardoor valt het tijdverlies voor automobilisten erg mee. Zelfs als je achter een trekker komt, wordt je reistijd daar gemiddeld maar een factor 1,2 en in de spits 1,3 langer door. We hebben het dan over een reistijdverlies van maximaal een minuut. “Vervelend als je erachter zit, maar geen reden om altijd al het landbouwverkeer van de weg te laten verdwijnen”, stelt Ammerlaan. Inmiddels hebben de beide onderzoekers ook op een aantal andere wegvakken de invloed van het verkeer met beperkte snelheid onderzocht. In de provincies Friesland, Flevoland en Drenthe is het onderzoek feitelijk herhaald om te bekijken of daar dezelfde effecten te zien zijn. “Dat was deels het geval”, aldus Ammerlaan. “Natuurlijk zijn er wel verschillen, want elke situatie is anders. Uiteindelijk blijkt overal de hinder door trekkers mee te vallen.” Voor de provincie Groningen waren de resultaten van het onderzoek reden om af te zien van maatregelen voor het landbouwverkeer. De provincie vond de kosten daarvan uiteindelijk te hoog in relatie tot het effect dat dit zou opleveren. Ze besloot om de situatie zo te laten. In Friesland was de uitkomst iets anders. Daar was een aantal passeerstroken gepland, maar de provincie besloot uiteindelijk slechts een deel hiervan aan te leggen. “Maar dat had ook te maken met de wensen van de bewoners”, benadrukt Ammerlaan. “Die vonden het prima dat het landbouwverkeer op de weg reed, omdat dit ook een natuurlijke snelheidsremmende werking heeft.

“Je moet je afvragen of de remedie niet erger is dan de kwaal.” Bosch en Ammerlaan zien dat het onderzoek voldoende aanleiding geeft om nog eens kritisch naar het beleid rond het landbouwverkeer te kijken. Ze constateren dat het huidige beleid, waarbij het de bedoeling is om het landbouwverkeer van de doorgaande gebiedsontsluitingswegen te laten verdwijnen, averechts kan werken voor de veiligheid. “Zeker als de maximumsnelheid omhoog gaat,


creëer je heel andere problemen op de parallelwegen. Het betekent dat je grote, zware voertuigen samenbrengt met fietsers, ook een kwetsbare groep verkeersdeelnemers. Dat levert dus nieuwe risico’s op. Het onderlinge snelheidsverschil is dan wel kleiner, tenminste als je rekent met de wettelijke maximumsnelheid van 25 km/u, maar het verschil in massa is enorm. Als de snelheid dan ook nog ligt op ongeveer 40 km/u, waar het nu naar toe lijkt te gaan, wordt het voor kwetsbare verkeersdeelnemers als fietsers en voetgangers nog gevaarlijker.” Beiden constateren daarbij dat er vaak voor een halve oplossing wordt gekozen. “Op papier is de parallelweg een ideale oplossing, maar dan moet hij wel voldoende breed zijn. Daar zit het probleem, want dat is die weg meestal niet. En verbreden is duur, dan krijg je dus toch vaak een halve oplossing. Dan moet je je afvragen of de remedie niet erger is dan de kwaal.” In de vele discussies die beiden daarover hebben meegemaakt, merken ze dat de politiek zich ervan bewust wordt dat dit geen gelukkige oplossing is voor de positie van het landbouwverkeer. “Al verschilt dat wel per provincie. In meer landelijke gebieden zie je dat er meer begrip is voor het landbouwverkeer, terwijl dat in dichtbevolkte gebieden veel moeilijker ligt. Daar is het toch vooral ruim baan voor de auto, zeker in de spits.” Toch zijn voor dergelijke gebieden ook wel oplossing te bedenken, menen beide deskundigen. “In heel verkeersrijke gebieden zou je bijvoorbeeld kunnen werken met venstertijden. Dan verbied je landbouwverkeer tijdens de spits en heb je het grootste deel van de problemen al opgelost. Uit de meetmethode blijkt namelijk dat het oponthoud en de filevorming achter de trekker in de ochtendspits plaatsvinden. Dit kan goed in combinatie met passeerhavens, want ook daarin is al veel geleerd. We weten nu dat je die niet midden in de weg moet aanleggen, want als het druk is, kom je er als trekkerchauffeur nooit meer tussen. Dan gebruik je ze dus één keer en nooit weer. In Limburg liggen ze jdaarom uist vlak na een verkeerslicht. Dan kun je verkeer langs laten en weet je zeker dat er altijd een moment is dat je weer kunt invoegen door de hiaten die ontstaan bij de verkeerslichten. Buiten de spits, op goed gekozen locaties, zijn dit prima maatregelen, die bovendien zowel financieel als ruimtelijk minder ingrijpend zijn dan parallelwegen.” Wat beide deskundigen hebben geleerd in de paar jaar dat ze nu bezig zijn met landbouwverkeer is dat er veel begrip te kweken is. “Er is gewoon veel onbekendheid en dat merk je aan allerlei maatregelen. Tegelijk zie je dat als je er maar goed over nadenkt, er veel goede oplossingen mogelijk zijn. Als je er maar bewust mee aan de gang gaat.” Zo reed Bosch bij loonbedrijf Hoedemakers mee op de bietenrooier en ontdekte hij hoe onlogisch borden soms zijn geplaatst als er geen rekening wordt gehouden met dit soort voertuigen. De rit op de rooimachine maakte dat wel duidelijk. ”Dan snap je waarom borden niet direct langs de berm moeten staan.”

Tekst & foto: Toon van der Stok

GRONDIG - December 2013

13


Goed tot uw recht komen! De advocaat van de cumelasector Een vraag, een geschil of behoefte aan een goed gesprek over juridische zaken? Zoekt u een advocaat die zaken pragmatisch en helder aanpakt en ook in groen, grond en infra heer en meester is? Dan bent u bij ons aan het goede adres. > Ondernemingsrecht > Arbeidsrecht > Huurrecht > Algemene voorwaarden > Contractenrecht > Faillissementen > Mediation

Meer informatie Neem voor meer informatie a.u.b. rechtstreeks contact op met mr. drs. Sander van Meer via telefoonnummer (033) 247 49 40 of svmeer@cumela.nl

Tijd voor de volgende stap!

Vicon RF vaste kamer persen Vicon RV variabele kamer persen Vicon RF 3325 FlexiWrap perswikkel combinatie

Agribex

de Ontdek zelf

voordelen!

Kverneland Group Benelux BV - De Dommel 40 - 8250 AD Dronten - T +31 321 387 110

Hal 9


T4i |JS145W GRAAFMACHINE

NIEUW

Wij geloven in het toevoegen van kenmerken, niet het toevoegen van filters. NIEUW

NIEUW

LAGER GELUIDSNIVEAU

NIEUW SMART CONTROLLER

HOGER KOPPEL BIJ LAAG TOERENTAL NIEUW

NIEUW

KOSTENBESPAREND, 10% MINDER BRANDSTOFVERBRUIK JCB

VERHOOGDE VEILIGHEID NIEUW

MAX

SCHONERE VERBRANDINGSMOTOR /T4I ZONDER DPF OF SCR

De JS145W T4i is een machine zonder SCR of DPF, regeneratieprocessen of extra uitgaven zijn overbodig. Meer rendement met minder brandstof en een betere servicetoegankelijkheid. Uiteraard geniet u van de beste JCB klantondersteuning. Voor meer info: JCB Belgium NV +32(0)89695050 – info@jcb.be JC Bamford NV +31(0)418654654 – info@jcb.nl

www.jcb.com

Vicon Rotex 550 opraapwagen

IsoMatch Tellus ISOBUS terminal met automatische laaden losfunctie

Vicon Rotex Combi 800 dubbeldoel opraapwagen

Het professionele pakket van Vicon bestaat uit innovatieve producten met onderhouds- en gebruiksvriendelijke eigenschappen waarmee lange werkdagen perfect worden ondersteund. Neem bijv. de onderhoudsvrije, hydraulisch aangedreven pick-up en automatische laad- losfunctie.

www.vicon.nl


Voorkom klachten van omwonenden Gewasbescherming langs bebouwing onder vergrootglas Na het oppervlaktewater zijn het nu de omwonenden waardoor gewasbescherming onder vuur komt te liggen. In januari zal de Gezondheidsraad een onderzoeksrapport naar de effecten van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen op omwonenden overhandigen aan de betrokken staatssecretarissen. Vooruitlopend is het landbouwbedrijfsleven al gestart met een campagne om toepassers te helpen in hun communicatie met omwonenden. Met goede communicatie en de juiste maatregelen is namelijk veel onrust te voorkomen.

Campagne ‘Een goede buur is beter…’

gewasbescherming

Onder de naam ‘Een goede buur is beter…’ is door LTO Nederland, Agrodis (distributie) en Nefyto (middelenfabrikanten) een campagne gestart over het informeren van omwonenden bij het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. De campagne richt zich op toepassers (agrariërs en loonwerkers). De betrokken organisaties bieden hun achterbannen handvatten aan over hoe om te gaan en rekening te houden met omwonenden. Als ondersteuningsmateriaal zijn een flyer en een brochure beschikbaar. Meer weten? Via de CUMELA-website kunt u de flyer en de brochure downloaden via het dossier gewasbescherming.

Toepassingadviezen voor loonwerkers De flyer is met name gericht op tips en adviezen voor de communicatie met omwonenden. Voor het daadwerkelijk toepassen van middelen rond bebouwing zijn ook de nodige adviezen te geven. Denk aan de volgende mogelijkheden: •P robeer te spuiten als de wind van de bebouwing af staat. • S puit langs bebouwing zoveel mogelijk op windstille momenten en op momenten waarop u kunt verwachten dat omwonenden redelijkerwijs binnenshuis zijn. • Gebruik langs bebouwing een wat grovere druppel. • Let extra goed op de hoogte van de spuitboom. • Maak geen spuitvloeistof aan in de omgeving van ‘vreemde’ bebouwing. • Maak uw spuit niet schoon in de buurt van bebouwing van derden. • Neem lege verpakkingen mee naar uw erf. • Laat verpakkingen niet onbeheerd achter in het veld. Wellicht heeft u zelf ook nog tips. Meld deze dan bij msteinbusch@cumela. nl. We zullen die daarna verder verspreiden richting de leden van CUMELA Nederland en de lezers van Grondig.

16

GRONDIG - December 2013

Met name in gebieden waar veel lelies worden geteeld, is er al langer ongerustheid bij een deel van de bewoners, maar ook in gebieden met fruittelers en glastuinbouw krijgt deze problematiek steeds meer aandacht. Mede naar aanleiding van een discussie in de Tweede Kamer en aandacht in de media (de uitzending van het televisieprogramma Zembla in 2011) heeft de overheid de Gezondheidsraad de opdracht gegeven om te bekijken in welk mate er daadwerkelijk blootstelling valt te verwachten en hoe blootstellingsonderzoek kan worden verricht onder omwonenden. Tijdens de laatste hoorzitting in oktober hebben vertegenwoordigers namens de bewoners en het bedrijfsleven de mogelijkheid gehad om te reageren op de conceptrapportage van de Gezondheidsraad. LTO heeft daar mede namens NFO (fruittelers), KAVB (bloembollen) en CUMELA Nederland een bijdrage aan geleverd. De betrokken organisaties hebben aangegeven voor een blootstellingsonderzoek te zijn. Enerzijds om inzicht te krijgen in de mate en aard van de blootstelling, anderzijds om recht te doen aan de zorgen bij omwonenden. Ook het bedrijfsleven wil weten of er risico’s zijn verbonden aan de huidige werkwijze.

Toelating Bij de toelating worden middelen naast onder andere de werkzaamheid en effecten op bodem en waterleven ook getoetst op effecten voor de toepasser. In de beoordeling wordt ervan uitgegaan dat als de toepasser is beschermd, ook derden zoals omwonenden en omstanders zijn beschermd. De veronderstelling daarbij is dat de toepasser een hogere blootstelling heeft. Door omwonenden is aangedragen dat toepassers dan wel vaker worden blootgesteld aan gewasbeschermingsmiddelen, maar zij hebben wel maatregelen kunnen treffen door persoonlijke beschermingsmiddelen (adembescherming, handschoenen en spuitkleding) te gebruiken. Niet bekend is het effect van langdurige blootstelling aan lagere concentraties waaraan omwonenden kunnen worden blootgesteld. Omdat deze discussie in


andere landen al langer speelt, werkt de Europese Voedsel en Waren Autoriteit (EFSA) aan de ontwikkeling van een Europese methode om deze risico’s te bepalen. Dit zal op termijn een onderdeel gaan vormen van de toelatingsprocedure van gewasbeschermingsmiddelen.

Blootstellingsonderzoek In zijn concept-rapport adviseert de Gezondheidsraad om de blootstelling te onderzoeken onder bevolkingsgroepen die in aanraking kunnen komen met gewasbeschermingsmiddelen en niet alleen onder groepen omwonenden in de omgeving van intensief bespoten gewassen. Ook wordt voorgesteld toepassers en hun familieleden onderdeel te laten uitmaken van het onderzoek. Het zal nog enige tijd duren voor het onderzoek daadwerkelijk is uitgevoerd. Het advies aan de partijen is om in de tussentijd al maatregelen te treffen die een positieve bijdrage leveren. Richting overheid wordt onder meer aanbevolen om nog meer de nadruk te leggen op geïntegreerde gewasbescherming, een versterkte handhaving en een goede werkend klachtenloket. Richting fabrikanten is het advies verder te gaan met productinnovatie en het ondersteunen van voorlichting en onderwijs. Richting omwonenden worden adviezen gegeven over hoe zich te gedragen tijdens een bespuiting en het gebruik van de eigen groentetuin.

Agrarische sectoren otok aan zet Het advies richting de agrarische sector is om nog meer een veiligheidsbesef te creëren, niet alleen van die van medewerkers, maar ook die van omwonenden. Tevens wordt het belang onderstreept van het onderhouden van een goede communicatie met omwonenden. Een belangrijk advies is ook dat emissies tijdens het toepassen van gewasbeschermingsmiddelen verder worden teruggedrongen. Minder emissie tijdens bespuitingen betekent automatisch minder blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen van omwonenden, omstanders en eigen medewerkers. CUMELA Nederland onderstreept het belang van het zorgvuldig toepassen van middelen door professionele toepassers. Dit verkleint niet alleen de emissie richting het milieu, maar ook eventuele ri-

Gewasbescherming en omwonenden Als toepasser bent u bekend met de risico’s van gewasbeschermings­ middelen. Burgers en omwonenden hebben daar minder weet van. U kunt met de volgende acties uw om­ geving van dienst zijn.

1. Communiceren: ken uw buren

Hulp?

n Ben u bewust van alle mogelijke blootstellingsroutes voor de mensen in de buurt: druppeldrift, verdampen, verstuiven en denk ook aan geur­overlast. n Door omwonenden goed en actief te informeren kunnen eventuele zorgen vroegtijdig worden weggenomen en ontstaat wederzijds begrip. Leg uit waarom en hoe u gewasbeschermings­ middelen gebruikt.

Ondanks uw beste bedoe­ lingen is het mogelijk dat een goede verstand­ houding tussen u en de omwonenden niet lukt of al is verstoord. Mogelijk dat anderen in uw omgeving dan kunnen helpen. Denk aan een teeltbegeleider, adviseur, de adviesdiensten van uw land­ en tuinbouw­ organisatie of een lokale bestuurder. Indien de spanningen al zijn opgelopen, kunt u ook overwegen om in overleg een onafhankelijk mediator in te schakelen.

2. Informeren: ken de omgeving en het middel n Waar is bebouwing dicht bij uw percelen? Zijn er ook sport­ en recreatieterreinen, schoolterreinen of speelplaatsen in de buurt? n Zorg dat u bekend bent met de mogelijke risico’s bij het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen: lees altijd de gebruiksvoor­ schriften! n Pas de middelen alleen toe op basis van goede landbouw­ praktijken. n Minimaliseer de emissie naar de omgeving.

3. Luisteren: wat als omwonenden hun zorgen uiten? n Probeer goed te luisteren en antwoorden te geven op de vragen. n Door een goede informatievoorziening naar de mensen, is het voor hen ook mogelijk om maatregelen te treffen als men daar behoefte aan heeft, ook al is dit vanuit de risico’s in principe niet nodig. n Stem het moment van spuiten af op het tijdstip dat omwonenden redelijkerwijs binnenshuis zijn en wijk niet af van de afspraken. n Evalueer de afspraken samen met de omwonenden. n Blijf altijd rustig, beleefd en professioneel.

Een goede buur is beter… sico’s voor omwonenden. Het is zaak dat agrariërs (samen met hun loonwerker) omwonenden informeren over waarom middelen worden gebruikt, op welke wijze en op welke tijdstippen. De flyer en brochure helpen hen om hier invulling aan te geven.

De hier afgebeelde pdf is te downloaden vanaf de website www.cumela.nl.

Tekst: Maurice Steinbusch beleidsmedewerker gewasbescherming

GRONDIG - December 2013

17


Sociale zaken

“Als ik niet kan werken, kan ik ook niet motor rijden” ‘Gewoon’ doorwerken (deel 1) In Grondig wordt in drie afleveringen aandacht besteed aan het onderwerp levenfasebewust personeelsbeleid onder de titel ‘gewoon’ doorwerken. In sommige situaties is ‘gewoon’ namelijk niet altijd gewoon en vergt het van zowel werkgever en werknemer de nodige creativiteit en inspanning om te zoeken naar de beste oplossing, gericht op de toekomst. Antoon Tissen (58 jaar) is al ruim dertig jaar werknemer bij Tissen’s Loonbedrijf in Boekend vlakbij Venlo. Het bedrijf van zijn broer Hen en diens zoon Erik is gespecialiseerd in grondwerkzaamheden voor tuinders op het gebied van grondverbetering en in de kassenbouw voor onder meer nieuwbouw en verbouwingen, maar ook het ruimen van kassen. Dit werk vraagt om gespecialiseerde vakmensen, zoals Antoon. Na diverse klachten in oktober 2009 nam Antoon de stap om naar de dokter te gaan. Hij kwam in het medisch circuit terecht en al snel werd duidelijk dat hij darmkanker had.

18

GRONDIG - December 2013

Dit nieuws kwam vrij hard aan bij Antoon en zijn vrouw. De Limburger kenmerkt zichzelf echter als een nuchtere man en nam de feiten zoals ze waren. De specialisten waren meteen heel duidelijk, Antoon zou worden geopereerd en zou moeten leren leven met een stoma. Op dat moment had hij echter nog géén enkel idee wat een stoma inhield en betekende. Eerst kwam er een periode van chemo’s en bestralingen en uiteindelijk werd er na de operatie een stoma geplaatst. Het herstel ging in het begin moeizaam. Nog zeker drie keer heeft Antoon in het ziekenhuis gelegen met ernstige buik-


pijnklachten. Toch heeft hij altijd veel vertrouwen gehad in de specialisten van het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven en daarna in Venlo.

Werk weer opgepakt In juli 2011 is Antoon weer volledig aan het werk gegaan. Erik, zijn werkgever, heeft hem de ruimte gegeven om zelf te ontdekken welke werkzaamheden wel of niet beperkingen geven. Hoewel Antoon voor 48 procent arbeidsongeschikt is verklaard, kan hij zijn werk naar eigen zeggen prima uitvoeren. Op het werk heeft hij zijn ‘stomakist’ bij zich, zoals hij dit zelf noemt. Antoon heeft hierover dan ook geen geheimen. Er zijn speciale steunbanden in omloop om een stoma te beschermen voor bijvoorbeeld zware arbeid. Toch mag Antoon zich gelukkig prijzen dat hij dit zelfs niet nodig heeft. Erik: “Alvorens we Antoon inplannen, stem ik met hem af of hij denkt dat het werk belemmeringen geeft. Het werken met de kraan gaat hem prima af, maar bij een zeer grove ondergrond kan hij problemen ondervinden”, aldus de werkgever. Onlangs was Antoon drie weken van huis voor een nieuwbouwproject van kassen in Duitsland en dat is zeer goed verlopen. Zorgen over zijn gezondheid maakt Antoon zich niet. Hij voelt zich goed en elk half jaar moet hij voor een controle naar de arts en ziet dan wel weer hoe het ervoor staat. De zorgen die Antoon heeft, zijn dan ook eerder gerelateerd aan het bedrijf, want ook Tissen’s Loonbedrijf voelt dat de markt en de tarieven sterk onder druk staan, zeker in de nieuwbouw van kassen.

Zijn werkgever Erik beaamt dat hij zijn herstel en de wijze waarop hij zijn werk heeft hervat grotendeels aan zijn eigen mentaliteit te danken heeft. Dit laat nogmaals zien dat in een dergelijke situatie de boog niet altijd hoog gespannen moet zijn vanuit werkgeverszijde, maar ook de werknemer bereid moet zijn om (ondanks de beperkingen) te zoeken naar de beste oplossing.

Tekst: Marie-José Lamers

Campagne Mooi Vak Man De campagne Mooi Vak Man is een initiatief van de vier sociale partners in de cumelasector: CUMELA Nederland, Vakvereniging Het Zwarte Corps, CNV Vakmensen en FNV Bondgenoten. De campagne is ontwikkeld om werknemers en werkgevers in de cumelasector zo lang mogelijk met plezier en gezond aan het werk te houden. Het bevorderen van een goede communicatie tussen werkgever en werknemer over thema’s als veilig werken, langer gezond en met plezier blijven werken, scholing en ontwikkeling en een goede balans tussen werk en privé is een voorwaarde om als sector succesvol te blijven. Zo gaan werknemers zichzelf verantwoordelijk voelen om gezond aan het werk te blijven en zullen werkgevers dit stimuleren en hun personeelsbeleid daarop afstemmen. Kijk voor meer informatie op www.mooivakman.nl en blijf op de hoogte door Mooi Vak Man te ‘liken’ op Facebook. Heeft u ook een bijzondere werknemer in dienst met hart voor de zaak, laat dit ons weten. info@cumela.nl. Want goede voorbeelden in de cumelasector horen wij graag.

Motor rijden Al kort na zijn herstel in de zomer van 2011 heeft Antoon er zich aan gewaagd om met zijn vrouw en vrienden een motorvakantie te maken naar Griekenland. Na afloop had hij circa 7000 kilometer op de teller staan. “Als ik niet kan werken, kan ik ook niet motor rijden of omgekeerd”, is zijn motto. Graag wil hij een voorbeeld zijn voor anderen, want je moet het toch zelf doen en het beste ervan maken.

Levensfasebewust personeelsbeleid Levensfasebewust personeelsbeleid is beleid dat zich richt op de duurzame en optimale inzetbaarheid van alle medewerkers binnen een organisatie door rekening te houden met hun actuele levensfase en de daarbij behorende specifieke kenmerken en behoeften. In die zin zijn er meerdere fases te onderscheiden; Levensfasen • Starters: positief ingesteld, zoeken uitdaging, nieuwe dingen, zijn fysiek vitaal, hebben thuis weinig verplichtingen, maar hebben ook weinig ervaring. •S pitsuur van het leven: weten vaak wat hun mogelijkheden zijn, zijn gericht op alle fronten om zo veel mogelijk uit het leven te halen, willen zich ontwikkelen, carrière maken en verantwoordelijkheid dragen. Daarnaast nemen vaak de verplichtingen in de privésfeer toe (denk aan jonge kinderen).

• Stabilisatie: meer structuur en stabilisatie, regio-gebonden, mantelzorgverplichtingen, overdenken vaak hun persoonlijke situatie, zowel op het gebied van werk als privé redelijk op de rails en vaak op het hoogtepunt van de baan, denken vaak na over hun leven en maken soms radicale keuzes in werk en privé. • Deskundige senior: veel werk en levenservaring, betekenen vaak veel voor de organisatie, werk en privé redelijk in balans, carrièretop of behoefte aan demotie. Bewust worden er géén leeftijden gekoppeld aan de verschillende fasen. Immers, een werknemer van vijftig jaar kan zich als een jonge vader nog in het ‘spitsuur van zijn leven’ bevinden. En een werknemer van dertig jaar kan zich juist in de stabilisatiefase bevinden en overdenken of hij wel of niet levenslang in deze sector wil blijven werken.

GRONDIG - December 2013

19


Gebr. De Vor Wintershow

vr. 27, zat. 28 en ma. 30 december Hessenweg 164 - Achterveld (Utr.) - 10.00 tot 17.00 uur Gebr. De Vor Achterveld nodigt u, uw partner, medewerkers en kinderen van harte uit voor de Wintershow: hét jaarlijkse hoogtepunt voor alle fans van Fendt, Kubota, Holder en Schliesing. Kom, kijk, luister, proef en geniet!

Gebr. De Vor Achterveld BV Hessenweg 164 • Postbus 2 • 3790 CA ACHTERVELD Tel. 0342 45 95 41 • info@devor.nl • www.devor.nl

• Volop informatie en noviteiten, w.o. Fendt 800 en 900 Vario; wereldrecordhouders in efficiëntie, Kubota GX, M6060/7060, RTV400/500/1140, GR1600ID, multifunctionele Holder X30 en Schliesing houtversnipperaars • Sfeervolle Fendt, Kubota, Holder en Schliesing showroom • Rondleidingen langs werkplaats, showroom en magazijn • Vertrouwde gastvrijheid voor jonge en oude(re) fans, incl. overheerlijke oudejaarstraktaties • Prijsuitreiking Fendt Extreme Make-Over • Wintershow aanbiedingen in de fanshop! prijsuitreiking TREKKER


wetten en regels

CAO & zo

Vrije advocaatkeuze voor verzekerden

AOW met 65 mag, maar is geen must!

Tot op heden was het onduidelijk of een verzekeringsnemer recht had op zijn ‘eigen’ advocaat. Rechtsbijstandsverzekeraars stelden zich wel op het standpunt dat een verzekerde moest worden bijgestaan door een werknemer van de verzekeraar. In een uitspraak van het Europese Hof van Justitie wordt het standpunt van de rechtsbijstandsverzekeraar beperkt: iedereen heeft in beginsel recht om een eigen advocaat (of andere rechtshulpverlener) te kiezen. De keuzevrijheid van de verzekeringnemer betekent overigens niet dat lidstaten de verzekeraars de volledige dekking van de kosten van de verdediging van een verzekerde moeten opleggen. Het Hof van Justitie van de Europese Unie houdt de mogelijkheid voor verzekeraars open om in bepaalde gevallen beperkingen te stellen aan de kosten die door de verzekeraars worden vergoed, mits het een verzekerde niet alsnog via deze weg onmogelijk wordt gemaakt om een redelijke keuze te maken wat zijn vertegenwoordiger betreft.

Eisen verhandelen voedermiddelen Cumelabedrijven die enkelvoudige voeders zoals snijmaïs en stro verkopen en/of verhandelen aan een veehouder moeten GMP B3gecertificeerd zijn. Wanneer u GMP-gecertificeerd bent, dient u daarnaast te voldoen aan bijlage 4 van het GMP-certificatieschema. Deze eist dat leveranciers de door hen geleverde voedermiddelen bemonsteren op ongewenste stoffen. Tot slot moet u, wanneer u voer levert aan melkveehouders, voldoen aan de verzekeringseis in de vorm van een aansprakelijkheidsverzekering voor bedrijven.

Bestemmingsplannen ter inzage Onderstaande bestemmingsplannen liggen op dit moment ter inzage: Gemeente

Naam plan

Planstatus

Ter inzage tot en met

Opsterland

Buitengebied Opsterland

Ontwerp

16 december 2013

Neerijnen

Buitengebied Neerijnen

Ontwerp

19 december 2013

Opmeer

Landelijk Gebied Opmeer

Ontwerp

19 december 2013

Littenseradiel

Buitengebied Littenseradiel

Voorontwerp

19 december 2013

Scherpenzeel

Buitengebied Scherpenzeel

Ontwerp

24 december 2013

We horen steeds vaker dat we langer moeten werken. De AOW-leeftijd wordt binnen enkele jaren verhoogd naar 67 jaar. Maar wat betekent dat voor medewerkers die in de sector werkzaam zijn? Moeten die doorwerken tot hun 67e of zijn er toch mogelijkheden eerder te kunnen stoppen? Medewerkers die in de sector werkzaam zijn, bouwen voor elk jaar dat ze werken pensioenrechten op. Hoeveel er in de toekomst mag worden opgebouwd, is nog een punt van discussie. In het sociaal akkoord ligt het voorstel op tafel van maximaal 1,75 procent per jaar vanaf 21 jaar tot de pensioengerechtigde leeftijd. Een medewerker kan dus maximaal 46 jaar pensioen opbouwen, tot een maximum van 80 procent. Daarnaast wordt een AOW-uitkering verstrekt. Het opbouwpercentage voor pensioen heeft in de afgelopen jaren en nu nog steeds - boven de 1,75 procent gelegen. Dat betekent dus dat werknemers die lang in de sector hebben gewerkt een zodanig pensioen hebben opgebouwd dat als ze doorwerken tot de AOWleeftijd ze een inkomen hebben dat boven de 70 procent uitkomt. Dat mag natuurlijk, maar de laatste werkzame jaren vallen de werknemer soms toch wel zwaar. Voor een grote groep werknemers die nu in de sector werken, bestaan nog aanvullende mogelijkheden om eerder te kunnen stoppen. Ook is veel mogelijk met een flexibele ingangsdatum of een flexibele hoogte van het pensioeninkomen, zoals enkele jaren een deeltijdpensioen (bijvoorbeeld twee dagen per week pensioen en drie dagen werken) of stoppen met 63 jaar en dan de eerste paar jaar een hogere pensioenuitkering, omdat er nog geen AOW is. Deze keuzemogelijkheden zijn niet bij iedereen bekend. Een medewerker kan via de website van het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw (BPL) zelf diverse varianten berekenen. Toch is en blijft het pensioen voor meerdere mensen een moeilijk te doorgronden onderwerp. Het bestuur van BPL realiseert zich dat het complex blijft en heeft de afgelopen maanden diverse voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd. Deze waren bijzonder interessant en leidden tot levendige discussies. Het BPL hecht veel waarde aan goede communicatie met de werkgevers en werknemers binnen de sector. Daarom zijn er ook consulenten beschikbaar die bij u op het bedrijf (groeps)voorlichting kunnen komen geven. Zij kunnen aan al uw medewerkers vertellen hoe de regeling in elkaar steekt en aansluitend kunnen ze ook individueel advies geven. Zij komen graag bij u langs en… zonder kosten. Wilt u meer weten, bel gerust met de CUMELA-infolijn.

Hannie Zweverink Directeur belangenbehartiging CUMELA Nederland

GRONDIG - December 2013

21


“de invloed van de agrarische sector wordt onderschat” Henk van Ginneken, fractievoorzitter Gezond Burger Verstand De tweede aflevering in onze serie over de rol van de cumelasector in de politiek is gewijd aan Henk van Ginneken van loonbedrijf Gebr. Van Ginneken BV in Den Hout. Als oprichter van de lokale partij Gezond Burger Verstand (GBV) zet hij zich in om het buitengebied van Oosterhout en omgeving leefbaar te houden. “De politici in de coalitie hebben geen idee wat de invloed is van de agrarische sector op de kerkdorpen en de leefbaarheid ervan.”

De drempels op de polderwegen rondom zijn dorp Den Hout en in de gemeente Oosterhout storen hem mateloos. Ze zijn neergelegd om de verkeersveiligheid in het buitengebied te verhogen, maar ondertussen werken ze averechts. “Onze trekkers en combines krijgen bij elke drempel weer een flinke klap. Het afremmen kost brandstof en zorgt voor snellere slijtage van de remmen. Tevens belast het afremmen en optrekken het milieu en veroorzaakt het fijnstof. Ondertussen zoeven snelle auto’s er overheen zonder remmen te hoeven gebruiken. Het effect op de verkeersveiligheid is nul komma nul.” De fractievoorzitter zit aan de keukentafel in de woning bij zijn akkerbouwbedrijf in Den Hout. De iPad staat op stand-by en de telefoon rinkelt regelmatig. In onleesbaar handschrift maakt hij zo nu en dan aantekeningen op een opengescheurde envelop. Van drukte wil hij niet meer spreken. Dat was toen hij nog eigenaar was van Loonbedrijf Van Ginneken BV in Oosterhout. In hoogtijdagen had hij vijftig man in dienst, transporteerde hij mest naar alle uithoeken van het land en had hij een grondverzettak met 35 kranen en shovels. Daarnaast runde hij een eenmansfractie in de lokale gemeenteraad. Sinds dit jaar is hij 65 en officieel met pensioen. De oudste zoon van zijn broer Christ heeft met drie medewerkers het bedrijf in Oosterhout overgenomen. Nu heeft Van Ginneken samen met zijn broer Christ nog een akkerbouwbedrijf van 350 hectare en zijn ze samen eigenaar van loonbedrijf Gebr. van Ginneken in Steenbergen met vijftien man personeel. Bij dat bedrijf zijn ook de dochter en zoon van de fractievoorzitter werkzaam.

Eenmansfractie Naar de achtergrond is de cumelaondernemer daardoor zeker niet verdwenen. De lokale politiek houdt hem in de schijnwerpers. “Mensen weten mij te vinden. Dat kun je zowel positief als negatief opvatten”, lacht hij. Zijn politieke carrière begon in 2002, in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen. Het CDA had hem op de lijst gezet, omdat hij in de regio een be-

22

GRONDIG - December 2012

Politiek ondernemend Volgend voorjaar zijn er gemeenteraadsverkiezingen. In de aanloop daar naar toe belichten we een aantal ondernemers uit de sector die actief zijn in de politiek. Wat is hun motivatie, wat hebben ze bereikt en wat is hun ambitie? De politieke kleur verschilt, maar uiteindelijk hebben ze allemaal vooral sectorbelang als aandachtsgebied. Want je kunt je ergeren aan belemmeringen voor landbouwverkeer, je kunt er ook zelf wat aan doen.

kende was. Zo bekend blijkbaar dat hij met voorkeurstemmen in de gemeenteraad terecht kwam. “Dat was niet de bedoeling van het CDA geweest en in eerste instantie ook zeker niet van mij”, zegt hij terugkijkend. Toch aanvaardde hij de functie, omdat hij het belangrijk vond dat de agrarische sector in de gemeente vertegenwoordigd zou zijn. Hij stuitte daarbij op veel tegenwerking vanuit het CDA en de lokale politiek in het algemeen, omdat zijn agrarische belangen niet zouden stroken met de CDA-belangen en de belangen van de gemeente. Na een stemming, waarbij niet alle CDA-leden aanwezig waren, werd hij in 2004 uit de partij gezet. Tegen de verwachting in trok hij zich niet terug en besloot hij verder te gaan als eenmansfractie onder de naam Gezond Burger Verstand. “Het CDA wilde deze kwestie wegzetten alsof het aan mij had gelegen dat ik uit de partij was gezet. Dat wilde ik niet over mijn kant laten gaan, dus ik besloot alleen door te gaan. De agrarische belangen stonden op het spel.” Het typeert zijn vastberadenheid, die ook bij menig tegenstander bekend is. Hij geeft een voorbeeld van het plaatsen van een schuilstal voor paarden. “De coalitie deed daar ontzettend moeilijk over en ondertussen stonden die paarden daar maar in de volle wind en regen. Dus toen heb ik gedreigd de pers en de Dierenbescherming te bellen. Nou, toen gingen de coalitiepartijen wel overstag.”

Agrarische belangen ondergesneeuwd De agrarische belangen raken ondergesneeuwd als er geen politieke agrarische vertegenwoordiging is, meent hij. “De agrarische sector telt in deze gemeente gewoonweg niet mee. De coalitie heeft geen idee wat voor invloed de sector heeft op de samenleving hier. Zo wilde ze de rondweg buiten Oosterhout van dubbelbaans naar enkelbaans versmallen. Dit zou betekenen dat landbouwverkeer voortaan door het dorp moest. Zie je het voor je? Al die combines, hakselaars en ander groot materieel dwars door het centrum, fietsers en wandelaars passerend?


Dat heb ik aangekaart en zo is de rondweg weer opengesteld voor landbouwverkeer.” Nu het huidige college een gedeelte van de rondweg weer heeft afgesloten voor het landbouwverkeer is er opnieuw werk aan de winkel. “De coalitie onderschat de invloed van onze sector. Zo wil ze bouw en industrie in het buitengebied, maar ziet ze niet in dat het de leefbaarheid en bewoonbaarheid aantast. Het is niet zo dat ik alleen maar voor de agrarische belangen opkom, maar de agrarische sector speelt wel een cruciale rol om het gebied leefbaar en schoon te houden. Alternatieven als Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten kosten alleen maar geld. De agrarische sector doet het voor niets. Onze partij maakt zich ook sterk voor de duurzaamheid van de agrarische bedrijven en glastuinbouw om juist in deze tijd te kunnen voortbestaan en niet, zoals dit college doet, deze bedrijven veertien jaar ‘op slot te zetten’.”

len en bieten rooien gingen voor. Sinds we vier zetels hebben, hoef ik niet alle achttien agendapunten zelf voor te bereiden. Hoewel ik ondertussen een ander loonbedrijf heb overgenomen, red ik het nu wel.” De komende verkiezingen ziet hij positief tegemoet. “Onze gemeenteraad staat niet sterk. De VVD heeft in 2010 een coalitie gevormd met alleen maar verliezers. Dat stuit de kiezer tegen de borst. Die wil dat de winnaars aan het roer komen te staan. Ik heb dan ook hoop op de komende verkiezingen. Mensen willen dat er daadwerkelijk wat gaat veranderen”, aldus Van Ginneken. Hoewel hij had gezegd op zijn 65e te stoppen met de politiek, lijkt het er met de gemeenteraadsverkiezingen in het vooruitzicht op dat hij de komende vier jaar nog niet klaar is met zijn politieke taak.

Tekst en foto: Marjolein van Woerkom

Netwerken Doordat zijn partij strijdt vanuit de oppositie is het moeilijk plannen tegen te houden. Maar oppositie of niet, GBV boekt wel degelijk vooruitgang. Behalve dat bepaalde plannen tegemoet komen aan wensen van de partij, krijgen Van Ginneken en zijn partij steeds meer bekendheid. Tijdens de verkiezingen van 2010 wist hij zelfs vier van de 31 zetels binnen te slepen. Dit komt mede door zijn bedrijf, stelt hij. “Door mijn werk kom ik overal. Ik praat met ondernemers, ik praat met burgers. Op die manier weet ik wat er onder de bevolking leeft en waar mensen tegenaan lopen. Dat kan ik weer gebruiken in mijn raadswerk, waardoor ik sterker naar mijn tegenstanders sta.” Toch zijn het runnen van een loonbedrijf en een politieke carrière moeilijk te combineren, stelt hij. “Tijd is hierin een cruciale factor. Zeker toen ik nog een loonbedrijf runde en een eenmansfractie had, was het eigenlijk onmogelijk. Ik zorgde er wel voor dat ik elke dinsdagavond bij de raadsvergadering zat, maar ik kon niet naar elke informatieavond komen. Gras kui-

Naam: Henk van Ginneken Bedrijf: Loonbedrijf Gebr. Van Ginneken BV Werkzaamheden: eigenaar van loonbedrijf in Steenbergen en akkerbouwer in Den Hout Gemeente: Oosterhout Partij: Gezond Burger Verstand (GBV) Functie: fractievoorzitter Beleidsterreinen: alle onderwerpen die te maken hebben met ruimtelijke ordening, afval en milieu en economie Tijd: twintig uur in de week Politiek betrokken sinds: 2002 Benodigde eigenschappen: voor jezelf en anderen durven opkomen, daadkracht Slogan: “Agrariërs, burgers en ondernemers moeten met plezier met elkaar kunnen werken en leven.” Internet: www.gbv-oosterhout.nl

GRONDIG - December 2012

23


economie

Exxact-bietenrooiers opvolger Holmer en Agrifac Exxact wordt de nieuwe merknaam voor de bietenrooiers die uit de fabrieken van Holmer en Agrifac komen. Op beide productielocaties blijft het bedrijf ook bezig met productontwikkeling. Ook in Frankrijk blijft nog een kleine productielocatie. rooiers allemaal onder de overkoepelende merknaam Exxact verkocht. Afhankelijk van de markt worden daar dan Holmer of Agrifac aan toegevoegd. Het betekent in Duitsland dat de huidige Agrifac-modellen aan de Holmer-lijn worden toegevoegd. Omgekeerd zullen de huidige Holmermodellen in Nederland als Agrifac op de markt komen. In andere landen is het sterk afhankelijk van de lokale voorkeur en kan er eventueel ook nog worden gekozen voor één van de andere merken in de groep, zoals Matrot of Morreau. Deze laatste zullen vooral in Frankrijk in beeld blijven. De beslissing om de bietenrooiers onder één merknaam te gaan verkopen, betekent ook dat de verkooporganisaties worden samengevoegd. In Nederland heeft dat vooral consequenties voor Van Gemeren, dat tot nu toe als Holmer-importeur opereerde. Hoewel de definitieve afspraken nog moeten worden gemaakt, ziet Millenaar daarin weinig problemen. “Van Gemeren zit op een voor ons gunstige plek ten opzichte van een belangrijk verkoopgebied, dus daar kan het

De afgelopen Agritechnica was het podium waar de Exel-groep liet zien waar ze naar toe wil bij de verkoop van bietenrooiers. Voor de Holmer-klanten was het wennen, want het bekende Holmer-oranje is ingewisseld voor het rood van Agrifac. Een keuze die puur is ingegeven door de mooiere kleurstelling, benadrukt Agrifac-directeur Peter Millenaar. “Het heeft niets te maken met de voorkeur voor een bepaald merk. De groep wilde alleen naar één uitstraling en daarvoor is gekozen voor de kleurstelling van Agrifac.” Belangrijker is de wijziging van de merknaam. Vanaf dit jaar worden de bieten-

Ophaalbijdrage Barneveldvleesvarkensdrijfmest en Markelo vanaf 1 januari Gemiddelde ophaalbijdrage

Gemiddelde ophaalbijdrage vleesvarkensdrijfmest vanaf 1 januari 2008 gebieden Deurne, Tilburg, Uden en Lichtenvoorde bron: DCA Kenniscentrum € 30,00

€ 24,00

€ 28,00

€ 22,00

€ 26,00

In euro per ton

In euro per ton

Ophaalbijdrage Deurne, Tilburg, Uden en Lichtenvoorde

2008 gebieden Barneveld en Markelo bron: DCA Kenniscentrum

€ 26,00

€ 20,00 € 18,00 € 16,00 € 14,00

€ 24,00 € 22,00 € 20,00 € 18,00 € 16,00 € 14,00

€ 12,00

1 4 7 10 13 16 19 22 25 28 31 34 37 40 43 46 49 52

1 4 7 10 13 16 19 22 25 28 31 34 37 40 43 46 49 52

2008

2009

2010

2011

2012

2013

In het midden van het land is momenteel wat meer druk op de mestmarkt dan in het Zuiden. Na een korte daling stijgen de ophaalbijdragen nu weer en naderen ze zelfs de prijs van vorig jaar. (Bron: DCA-markt)

24

bedrijf als dealer voor ons een belangrijke rol spelen.” Naast Nederland wordt de vestiging in Steenwijk ook verantwoordelijk voor de verkoop van Exxact-bietenrooiers in België. Daarnaast zal een aantal verre landen ook onder Agrifac-blijven vallen. “Dat heeft echter vooral te maken met de lokale omstandigheden en de afspraken met autoriteiten.” Opvallend is de beslissing van de Exel-groep om niets te veranderen aan de productiestructuur. Zowel de fabriek in Steenwijk als de thuisbasis van Holmer in het Duitse Schierling blijven bestaan. Op beide plaatsen blijft Exel de verschillende typen bietenrooiers bouwen. En niet alleen bouwen, ook de productontwikkeling blijft op deze locaties. Het betekent dat er op twee plaatsen wordt gewerkt aan vernieuwing en verbetering van de bestaande rooiers. Millenaars erkent dat dit niet de meest efficiënte oplossing is, maar vindt het wel passen bij de stijl van het bedrijf. “Binnen de Exel-groep behouden verschillende fabrikanten hun eigen positie. Dat is hier ook zo.”

GRONDIG - December 2013

2008

2009

2010

2011

2012

2013

De mestmarkt is momenteel erg rustig. De prijs ligt al enkele weken op een stabiel niveau. Er zijn voldoende afzetmogelijkheden en de aangeboden mest is goed plaatsbaar. (Bron: DCA-markt)


CUMELA-kompas Analyse: cash flow constant

KORT NIEUWS Broekens Vredo-dealer

Vredo heeft voor het noorden van het land Broekens aangesteld als dealer voor de mestapparatuur en doorzaaimachines. Het bedrijf in Stiens hoopt door het verwerven van dit dealerschap de komende jaren nog beter in te kunnen spelen op de noodzaak om meer ruwvoer van eigen land te produceren. Voor Vredo is het belangrijk dat het in het Noorden een steunpunt krijgt waar de belangrijkste onderdelen verkrijgbaar zijn. Broekens is onder dealer van New Holland, Amazone en Krone.

Argos-smeermiddelen De smeermiddelen van Argos worden vanaf november verkocht door Van Kessel Olie en GP Groot. Argos heeft voor deze samenwerking gekozen om dichter bij de klant te komen. Daartoe zijn door beide bedrijven een aantal medewerkers van Argos overgenomen. Het gaat hierbij om de Argos Suprema-smeermiddelen die speciaal voor de industriële markt zijn gemaakt.

De gemiddelde cash flow van cumelabedrijven schommelt de laatste vijf jaar tussen de € 265.000 en € 290.000. De cash flow (geldstroom) bestaat uit de winst van een onderneming en de afschrijvingen. Vanaf 2009 zijn de afschrijvingen nagenoeg onveranderd. Deze liggen gemiddeld op ongeveer € 240.000. Het gaat hier om afschrijvingen van onroerend goed, machines en overige afschrijvingen. Doordat de afschrijvingen vrij stabiel zijn, volgt de cash flow de ontwikkeling van het resultaat. In 2008 had de cumelasector te maken met een relatief goed resultaat, maar toen werd er ook minder afgeschreven. De stijging van de afschrijvingen in 2009 heeft vooral te maken met de toen nog hoge investeringen in de sector. Daarnaast speelde de mogelijkheid om versneld te kunnen afschrijven hier een rol. Daarna is de cash flow gelijk gebleven, wat duidt op een stabiel investeringsniveau. De cash flow vormt samen met eventuele nieuwe leningen en desinvesteringen het werkkapitaal van een bedrijf. Het werkkapitaal is beschikbaar voor investeringen, aflossingen en eventuele onttrekkingen aan het bedrijf. Wilt u weten hoe uw kengetallen zijn, doe dan mee aan de kengetallenvergelijking CUMELA-Kompas Analyse. Neem hiervoor contact op met uw bedrijvenadviseur, bel met de infolijn op tel. (033) 247 49 99) of stuur een e-mail naar kengetallen@cumela.nl.

Pon sluit vestiging Duiven Caterpillar-importeur Pon Equipment heeft besloten de servicevestiging in Duiven te sluiten. Opvallend, omdat deze locatie pas in 2008 is geopend. De locatie diende ook als hoofdvestiging voor de verkoop van de Komptech-machines. Het dealerschap voor Komptech verhuist naar Valkenswaard, omdat dit in de Benelux een centralere ligging heeft. Voor service en onderhoud zijn Caterpillar-gebruikers in het gebied aangewezen op monteurs uit de andere vestigingen. Pon heeft aangekondigd dat het de meerkosten voorlopig zal vergoeden.

De waarde van rundveemest

De waarde van rundveedrijfmest uitgedrukt in kunstmestprijzen is gedaald tot net onder de € 10,-. Dit op basis van 4,3 kg stikstof (65 procent werkzaam); 1,9 kg fosfaat; 6,8 kg kali en 1,3 kg magnesium. (Bron: LEI)

Dieselprijs daalt verder

De prijs van diesel is de afgelopen maand weer met ruim twee cent gedaald. Het prijsverschil met een jaar geleden is nu ongeveer acht cent. Het betekent dat de prijs nog wel tien cent boven die van de rode diesel ligt. (Bron CUMELA Nederland). GRONDIG - December 2013

25


n e t e l s Ver ? n e d n a b

Vernieuwen kan!

Voordelen bandenvernieuwing: • Goedkoper dan nieuwe banden • Dezelfde kwaliteit als nieuwe band • Profielgarantie • Milieubesparend • Maatwerk profielen mogelijk

www.obo.nl

AMAZONE spuiten AMAZONE is één van de Europese marktleiders op het gebied van spuittechnologie. De UX betekende de doorbraak van AMAZONE in Nederland. Met name de vorm van de tank, met z’n lage zwaartepunt en smalle bovenkant die het mogelijk maakt ook met de breedste spuitbomen onder de 2,60 meter transportbreedte te blijven. De comfort bediening en de GPS Switch maken het productaanbod compleet. Overigens, deze technologie wordt ook toegepast bij de UF gedragen spuiten. Nieuw is de Pantera zelfrijdende spuit, door AMAZONE ontwikkeld en gebouwd, met een uniek onderstel, AMAZONE rijaandrijving en de AMAZONE spuittechniek.

kampsdewild.nl

KdW adv Amazone spuiten Landbouwmech.indd 1

14-08-13 14:52


Wat dekken we eigenlijk niet? De CUMELA Compleet-machinepolis Wij verzekeren al uw werkmateriaal goed en betaalbaar. Ook als schade ontstaat tijdens graafwerkzaamheden bieden wij een zeer complete dekking:

in heel West-Europa ongeacht het gebruik directe schade en gevolgschade is verzekerd en zonder KLIC-clausule U meldt en wij regelen de schade voor u. Snel, deskundig en zonder gezeur.

CUMELA Verzekeringen kent als geen ander de wereld van agrarisch loonwerk, grondverzet, infra- en cultuurtechnische werken. Doorgewinterd in de praktijk, wijs door schade en schande en uitstekend op de hoogte van wetgeving en modern risicomanagement. Daarom is CUMELA Verzekeringen bij uitstek in staat om verzekeringen te ontwikkelen voor u en uw onderneming, uw mensen, middelen en materieel.

Vraag onze adviseurs naar de CUMELA Compleet-machinepolis. Want voor hetzelfde geld bent u gewoon beter verzekerd bij CUMELA Verzekeringen.

Meer weten? Bel (0)33 247 49 60 of mail naar verzekeringen@cumela.nl. www.cumelaverzekeringen.nl

CUMELA Verzekeringen. Al uw belangen goed verzekerd!

CUMELA Verzekeringen: de beste keuze!

VERZEKERINGEN BV

sten in i l a i c e p n infra e Vo o r s d n o r groen, g Bezoekadres: Nijverheidsstraat 13 te Nijkerk E-mail verzekeringen@cumela.nl Website www.cumelaverzekeringen.nl AFM vergunningsnummer 12004236

Correspondentieadres: Postbus 1156 3860 BD Nijkerk Tel. (033) 247 49 60 Fax (033) 247 49 61


Transport als onderdeel van efficiĂŤnte werkmethoden Mulder-Eykelkamp BV, Zwolle EfficiĂŤnt transport vormt een belangrijk onderdeel in de bedrijfsstrategie van Mulder-Eykelkamp. Een eenduidige voorkeur voor de trekker of de vrachtwagen is er niet. Elke klus vraag om specifieke oplossingen. Juist daarin zit de kracht van Mulder-Eykelkamp, zoals we zien bij de aanleg van een fietspad en bij het aanvullen van bermen met in eigen huis ontwikkelde tools om het spreekwoordelijke verschil te maken.

sTerk Werk 28

GRONDIG - December 2013


Een prachtige MAN-8x4-containerauto met geïsoleerde bak voor de in eigen huis ontwikkelde bermaanvulmachine, waarmee MulderEykelkamp in één werkgang efficiënt en snel de bermen aanvult zonder dat er daarna nog hoeft te worden afgevlakt en gebezemd, siert de website. Een veelzeggende plaat. Dit keer is dat voor een rijksweg in Noord-Holland. Er is hier gekozen voor de vrachtwagen, omdat die voor deze klus op de verharding blijft en omdat de grond van redelijk grote afstand over wegen zonder al te veel verkeerslichten en rotondes moest worden aangevoerd. “Op dergelijke trajecten is de vrachtwagen sneller en kostenefficiënter in bedrijfskosten en brandstofverbruik dan de trekker met dumper”, vertelt Frans Eykelkamp. Het bedrijf zet dan bewust een 8x4 en geen 8x8 in. “Vrachtwagens komen tot hun recht als ze op de verharding blijven, zoals hier op het asfalt, maar dat kunnen ook rijplaten of verhardingen van gebroken puin zijn. Daarom hebben wij nu 8x4-bakwagens en geen 8x8-combinaties”, aldus Eykelkamp. Hij geeft aan dat een 8x8 op de weg meer weerstand en dus een hoger brandstofverbruik en onderhoudskosten heeft, terwijl je de twee extra trekkende assen in de praktijk toch niet nodig hebt. Voor offroadgebruik ziet hij in 8x8-vrachtwagens te weinig nut om ze aan te schaffen. “In het terrein wint de trekker met dumper het, omdat deze wendbaarder is en langer doorgaat in natte, slechte omstandigheden.”

Dichter bij huis Dat het niet altijd automatisch de vrachtwagen is, zien we op een klus in uitvoering, letterlijk dichter bij huis. Bij Zwolle is MulderEykelkamp bezig een nieuw tweebaans fietspad aan te leggen. Het betreft hier een circa drie kilometer lang tracé, deels door weilanden. Het vulzand wordt op circa zeven kilometer van de werklocatie gehaald en het gebroken puin moet over veertien kilometer aan de andere kant van Zwolle worden gehaald. In plaats van vrachtwagens zien we hier trekkers met dumpers rijden. Eykelkamp: “Hier hebben we om diverse redenen gekozen voor de trekker met dumper. In de stad is die sneller dan de vrachtwagen. Een trekker is behendiger en accelereert veel sneller. Met het vele optrekken en stoppen is het brandstofverbruik nagenoeg gelijk. Met de vrachtwagen rijden en dan vanaf de verharding op tussendepot lossen, loont op dit project niet. Daarvoor is de transportafstand te klein en wegen de extra kosten voor het inzetten van een extra overlaadkraan

niet op tegen het voordeel dat de vrachtwagen in iets lagere kosten per kuub heeft ten opzichte van de trekker met dumper. Rijplaten leggen is ook te duur voor dit project. Met de trekker en dumper kunnen we in één keer offroad naar de losplek rijden. Dat is in dit geval in het totaalplaatje de meest efficiënte oplossing voor ons.” De grootste efficiëntieslag maakt MulderEykelkamp ook hier met in eigen huis vervaardigde tools waarmee halfverhardingspaden (onder meer met Schots graniet) in één keer vlot en heel nauwkeurig direct in profiel worden getrokken. Mulder: “We hebben diverse tools ontwikkeld voor verschillende soorten en breedtes paden en daarmee een specialiteit ontwikkeld waarmee we al vele kilometers hebben aangelegd.” De Jan Veenhuis-kippers staan op de 1,67 meter hoge 750/60-30.5-banden. “Deze banden hebben in het veld minder weerstand en we kunnen daarmee in natte omstandigheden langer doorwerken”, legt Mulder uit. Om dit najaar met de grote hoeveelheid neerslag door te kunnen werken, heeft Mulder-Eykelkamp met een zelf vervaardigde drainagelegger snel het natste deel van het tracé gedraineerd en water afgepompt om door te kunnen werken.

Mulder-Eykelkamp BV Mulder-Eykelkamp BV is op 1 januari 2005 ontstaan uit een fusie tussen Loon- en Grondverzetbedrijf T. Mulder VOF uit Zwolle en Transport- en Grondverzetbedrijf F. Eykelkamp uit Hoonhorst. Theo Mulder en Frans Eykelkamp runnen het bedrijf samen. Circa negentig procent van de omzet wordt gerealiseerd in grondverzetactiviteiten in de breedste zin van het woord: grondwerken, transport en containervervoer, cultuurtechnische werken, sloopwerken en funderingswerken. De overige omzet wordt gerealiseerd in agrarische diensten, gladheid- en onkruidbestrijding. Mulder-Eykelkamp is ISO 9001- en VCA*-gecertificeerd. Het bedrijf heeft 48 vaste medewerkers en huurt losse krachten in. Meer informatie: www.muldereykelkamp.nl.

Kostenregistratie Voor het grondverzet liggen de kaarten bij Mulder-Eykelkamp vrij helder. Er bestaat een voorkeur voor de 20-kuubs 8x4-bakwagens en de truck met 33-kuubs oplegger, vanuit de filosofie dat de kracht van de vrachtwagens puur op de verharding ligt. De kostprijs per uur ligt op € 60,- en je neemt 20 respectievelijk 29 tot 32 kuub mee. Op grote projecten kiest Mulder-Eykelkamp voor de aanvoer van materieel (grond, gebroken puin en dergelijke) over grotere afstanden óf voor rijplaten of de aanleg van halfverharding, óf voor het creëren van een tussenopslag om van daaruit met trekkers en dumpers verder te gaan. Eykelkamp geeft aan dat dit laatste meer uitzondering dan regel is. “Bij vrijwel alle projecten betrek je grond en dergelijke op redelijk korte afstanden. Daar waar offroad moet worden gelost, kies je dan voor de trekker met kipper en daar waar je op de verharding kunt blijven, heeft de vrachtwagen onze voorkeur. Deze keuzes zijn gebaseerd op een nauwkeurige uren- en kostenregistratie en analyses door de hele bedrijfsvoering heen. Naast het registreren van alle kosten (inclusief dieselverbruik) houden alle medewerkers dagelijks een urenregistratie bij”, aldus Eykelkamp. “Dat houdt iedereen GRONDIG - December 2013

29


automatisch scherp en geeft ons een transparant beeld van de gemaakte kosten en de efficiëntie van mens en materieel”, vertelt Mulder. “De trekker met tweeassige dumper is met een kostprijs van ruwweg € 53,- per uur (inclusief diesel) goedkoper dan de vrachtwagen van € 60,- per uur, maar je neemt dan minder mee. Je ziet toch dat we de trekkers en dumpers vanwege hun offroad-inzet wel degelijk rendabel maken.” Een trekker met drieassige kipper heeft MulderEykelkamp ook, maar deze heeft niet de voorkeur, omdat deze op de weg de specifieke eigenschappen van de vrachtwagen mist en in het veld minder wendbaar is en minder lang doorgaat dan een trekker met tweeassige dumper en een hogere kostprijs heeft.

De drieasser mist in het veld de kracht van de tweeassige dumper, mist op de weg de voordelen van de vrachtwagen en is duur. Daarom is het bij één exemplaar gebleven.

In het veld is de tweeassige trekkerkippercombinatie heer en meester. Om in moeilijke omstandigheden door te kunnen, is gekozen voor de Jan Veenhuis-variant op 750/60R30.5-banden.

Efficiënt oogsten Spraakmakend als het gaat om keuzes is ook de manier waarop Mulder-Eykelkamp de maïs oogst. Inspelend op de vaak natte omstandigheden in de regio werkt het bedrijf al vele jaren succesvol met een aangedreven Bomech-bunker direct achter de hakselaar. Mulder heeft deze nu op 2,16 meter hoge Titan-banden in de maat 1100/45R46 gezet. “Deze combinatie gaat zelfs door waar de hakselaar alleen het niet meer redt. In het veld scheelt dat een trekker-kippercombinatie”, vertelt Mulder. Wanneer er aan de weg kan worden gelost, transporteert Mulder-Eykelkamp de maïs waar het kan zelfs met de vrachtwagens naar de kuilhoop. En dus is het niet verrassend dat tijdens ons bezoek de trekker met drieasser spreekwoordelijk stilstaat en dat de heren aankondigen dat er onlangs een nieuwe DAF XF106-trekker is aangeschaft. Met de boodschap dat transport nooit een doel op zich is, maar altijd in het totaalplaatje moet worden bekeken, nemen we afscheid.

Vanaf de verharding is de vrachtwagen per kuub de meest efficiënte transportmethode. Daarom wordt deze waar mogelijk ingezet voor de maïsoogst met de Bomechbunkercombinatie.

Tekst: Gert Vreemann Foto’s: Mulder-Eykelkamp, Vreemann

Glasvezelcentrales plaatsen Een landelijke specialiteit is het plaatsen van prefab-behuizingen die onder meer worden gebruikt als glasvezelverdeelstation of transformatorhuis. Deze 24 ton wegende huisjes met de complete inbouw moeten exact waterpas op diepte worden geplaatst. Daar komt heel wat bij kijken. Dat begint al bij de funderings- (heien) en grondwerken voor de huisjes. Mulder-Eykelkamp benut daarvoor vaak de eigen trillingsarme heimethode. Verder verricht het bedrijf cultuurtechnische en beplantingswerkzaamheden. Ook de voorbereidingen voor het transport met de zware dieplader en het met een flinke hijskraan plaatsen van de unit horen erbij.

GRONDIG - December 2013

31


Van pionier naar marktleider

www.kampsdewild.nl


techniek

Geheel volgens eigen wensen Van der Linden en De Bruijn introduceren nieuwe mestoplegger De speurtocht naar een compromisloze mestoplegger voor het eigen bedrijf eindigde voor Jan van der Linden in Veghel met de oprichting van Van der Linden Agro, waar hij zelf gaat assembleren. De tank, op basis van de Duitse Ludmann-oplegger, kenmerkt zich door eenvoud en een geclaimde scherpe prijs. We maakten de geboorte van de nieuwkomer mee en bespraken de achtergronden.

Jan van der Linden (rechts) en Twan de Bruijn (links) hebben de oplegger zelf ontworpen en gaan hem komende winter al produceren bij Van der Linden Agri in Veghel. Van der Linden doet de productie, De Bruijn Trucks &Trailers te Overloon tekent voor de handel en de inruil.

32

GRONDIG - December 2013

“Nieuw in Nederland. Heel veel trailer… voor heel veel minder.” Deze prikkelende tekst op de stand van Leewes & Ludmann op de Agritechnica maakte nieuwsgierig. Zo kwamen wij daar in gesprek met Twan de Bruijn. Twan, voormalig distributeur en nu handelaar van Twan de Bruijn Trucks & Trailers in Overloon, legde ons uit dat het hier de Duitse uitvoering van de Ludmann-tank betrof, maar dat de Nederlandse uitvoering bij mestdistributeur Jan van der Linden in Veghel bijna klaar was voor bezichtiging. Dus naar Veghel gereden. Jan en Twan hadden hun ideale tank een aantal jaren geleden al op papier. Met hun plannen benaderden ze enkele gerenommeerde tankbouwers, maar ze kwamen er niet uit: te veel compromissen, vasthouden aan de eigen filosofie (bijvoorbeeld het chassis) en uiteindelijk te duur. Want de eisen die met name van Jan van der Linden voor zijn eigen mestdistributiebedrijf had, waren helder en hard. Het moest een zo eenvoudig mogelijke mestoplegger worden met zo weinig sto-


ringsgevoelige componenten, zo weinig mogelijk leidingen en met alles erop en eraan voor Nederland. Bovendien moest de prijs concurrerend zijn met die van tanks van bestaande leveranciers. Hun plannen vielen wat stil, totdat ze in contact kwamen met Ludmann, een gerenommeerde bouwer en leverancier van tanks in Duitsland.

Ludmann doet mee Ludmann had al verschillende zelfdragende tanks met gestuurde assen in Duitsland verkocht, maar die voldeden niet aan de eisen (ook wettelijk) voor de Nederlandse markt. Ludmann laat zijn tanks bij het Tsjechische VZZV op maat voor Duitsland bouwen en assembleert ze zelf voor de Duitse eisen. Het bedrijf zag het Nederlandse avontuur wel zitten en zo ontstond de Nederlandse versie. Ook hiervoor wordt de kale tank in Tsjechië op maat gemaakt, zodat Van der Linden het geheel zonder aanpassingen kan assembleren. Het Brabantse bedrijf zal de tank ook zelf in de gewenste klantuitvoering leveren en spuiten. Twan de Bruijn doet de handel voor Nederland. Door deze opzet zijn de lijnen kort en kan de prijs van de tank volgens beide partners scherp worden gehouden. De tank moet nog worden nagecalculeerd, maar Van der Linden en De Bruijn verwachten met dit concept de goedkoopste trailer in Nederland te kunnen leveren.

Zelfdragend en gestuurd De eerste oplegger is op een paar finesses na al wel klaar en kan bij ons bezoek de ‘nieuwe fabriek” annex werkplaats van Van der Linden in Veghel uitrollen. Kenmerkend is de zelfdragende tank met mechanisch gedwongen gestuurde voorste en achterste as met een pneumatische liftas op de voorste as. De pneumatisch opgehangen elftons SAF-assen worden met een eigen SAF-frame gemonteerd. De voorste en achterste as zijn mechanisch gedwongen gestuurd via een stuurstang. Deze wordt vanaf de schotel via twee staalkabels aangestuurd. Heel simpel. De 36-kuubs roestvrijstalen tank heeft een schommelschot en twee mangaten en ontluchting via de binnenkant van de tank. Een Welvaarts-weegsysteem en een Eijkelkamp-bemonsteringssysteem zijn geïntegreerd in de opbouw. Een nieuw type Vogelsang-pomp met een capaciteit van 6000 liter per minuut zorgt ervoor dat de tank in tien minuten is gevuld. Zaken als een 180 graden zwenkbaar aansluitpunt achter en een achtduims uitloop zijn standaard aanwezig. Opties zijn volgens Van der Linden altijd bespreekbaar.

Al verder kijken Bij Van der Linden stond ook deze Duitse 30-kuubs Ludmann-mestoplegger. Het is de bedoeling dat hiervan in de loop van volgend jaar een 36-kuubs Nederlandse uitvoering wordt gebouwd. Van der Linden en Twan de Bruijn Trucks & Trailers zien deze vorm zitten voor diverse producten waarbij er in een normale oplegger veel residu achterblijft. Deze tank zal, gezien zijn vorm, veel beter leeg komen. Bovendien heeft de tapse tankvorm een klotsremmende werking, zodat het weggedrag veel stabieler zal zijn. De centrale uitloop in het midden bespaart ook een spoelleiding en spoelen. Het onderstel en de opbouw worden gelijk aan die van de gepresenteerde Ludmann-Agri Holland Trailer-oplegger.

Bekend Nederlands werk: Eijkelkampmonsterapparatuur , Welvaartsweegtechniek en de bekende opbergbox voor de mestmonsters.

Bewezen techniek Het proefdraaien is al gedaan met een Duitse versie. De basistank met het onderstel heeft zich in Duitsland allang bewezen. Hij is kant en klaar ook gewogen. De teller gaf 8050 kilogram aan. De mestoplegger gaat komende winter al bij Van der Linden Agri in productie. Over de naam zijn de heren nog aan het discussiëren. In verband met de CE-keur staat er op het kenteken het Tsjechische VZZV, maar ze denken hardop na over Ludmann-Agri Holland Trailer. De eventuele inruiltanks worden door Twan de Bruijn Trucks & Trailers vermarkt.

Tekst en foto’s: Gert Vreemann

De tank is zelfdragend. De voorste en achterste assen zijn mechanisch gedwongen gestuurd via twee van deze staalkabels in combinatie met een stuurstang tussen de voorste en de achterste as. GRONDIG - December 2013

33


MEER DAN € 1.000 VOORDEEL BIJ FELLA LAAT ER GEEN GRAS OVER GROEIEN!

E IN MAD NY A GERM FELLA-Werke GmbH | Fellastraße 1–3 | D-90537 Feucht | www.hooibouw.nl

INFORMEER NAAR DE MESSCHERPE ACTIES EN VOOWAARDEN BIJ UW FELLA DEALER Voor overige informatie zie ook www.hooibouw.nl Gerard Hilhorst 06-51228760 I Herman Holland 06-51213513 I Mark vd Heuvel 06-51173646

3D controle GPS, mmGPS, totaalstation

3D controle, met GPS 2D controle, sensoren, gemakkelijk, geavanceerd display

2D controle, laser, ultrasoon en helling

De beste 3D controle, enkele, dubbele GPS, totaalstation 2D controle, enkele, dubbele laser, en helling

controle. 3D controle met mmGPS totaalstation 2D controle ultrasoon, scanner, en helling

www.topcon.eu



techniek

Het verschil daagt uit Test Trelleborg TM 900 High Power versus Nokian TRI 2 Trekkerbanden zijn primair niet voor ontworpen voor transportwerk. Reden voor de Fachhochschule Kiel om samen met Grasdorf Wennekamp en loonbedrijf Blunk een praktijktest uit te voeren om te kijken of de TRI 2-hybrideband van Nokian meer efficiëntie oplevert dan een traditionele band. Het verschil vraagt om meer hybride banden, al moet u de resultaten van deze Duitse test wel relativeren. Zoals u ziet blijft Blunk na afloop het landbouwprofiel trouw.

In Duitsland wordt er alleen al circa 500 miljoen ton product getransporteerd van het veld naar de boerderij over een gemiddelde afstand van circa vier kilometer. De traditionele nokvorm van trekkerbanden is altijd beperkend voor dergelijk transport, omdat deze primair is ontwikkeld voor grip in het veld. Nokian heeft met de TRI 2 een soort hybride tussenvorm. Het merk heeft daarvoor de landbouwband grofweg uitgevoerd met een dubbel aantal nokken in blokprofiel om het offroadkarakter vast te houden en een veel groter contactoppervlak op de weg te creëren. Dat resulteert in een landbouwband met meer wegprofiel, maar toch zo grof dat

36

GRONDIG - December 2013

je er met fatsoen het veld mee in kunt. Al is grof een relatief begrip als je de werkelijk benutbare nokhoogte meeneemt. Bij de Trelleborg-nok is 40 tot 60 millimeter te benutten, bij de Nokians is de band volgens de onderzoekers al na 23 millimeter slijtage aan vervanging toe.

Testopzet Voor deze test zijn drie identieke Fendt 828 Vario-trekkers gebruikt. Eén werd er uitgerust met een set Trelleborg TM 900 High Power-banden (710/70R42 achter), één met een set bredere Nokian TRI 2-banden (650/65R42 achter) en


ĂŠĂŠn met een set smallere en hogere Nokians (620/80R42 achter). Alle drie Fendts waren een jaar oud en hadden circa 1800 uur op de teller staan. Er werd gereden met een vaste bandenspanning volgens de tabel. De Fendts reden voor transport met een snelheid van 50 tot 60 km/u. De trekkers verrichten in het afgelopen seizoen in de periode van mei tot augustus bij loonbedrijf Blunk in Noord-Duitsland alle voorkomende werkzaamheden. Denk daarbij aan gras zwaden, grassilagetransport, stro persen en algemeen transportwerk. De trekkers deden ongeveer hetzelfde werk, maar reden niet exact gelijk op. De percentages verschillen voor de verschillende werkzaamheden wel wat, maar het loopt allemaal redelijk in de pas. In totaal scoorde de Trelleborg wel een hoger aandeel transportwerk. Dat moet worden meegenomen bij de beoordeling van de slijtage in de testresultaten. Voor alle banden is vooraf en periodiek elke maand de nokhoogte - lees slijtage - heel exact gemeten op vooraf gemerkte plekken. Tijdens het werk is het door de trekker geregistreerde brandstofverbruik continu doorgeseind naar een centrale computer.

De slijtvastheid In totaal is gemiddeld 31 procent transport en 69 procent veldwerk uitgevoerd. In de tabel is duidelijk te zien dat de Trelleborgs behoorlijk sneller slijten. Omgerekend in 1000 bedrijfsuren bij 37 procent transportaandeel waren de voorbanden 22,9 millimeter profiel kwijt en de achterbanden 17,8 millimeter. De Nokians hebben minder profiel te slijten, maar blijken ook behoorlijk slijtvaster te zijn. De 650 verloor 2,8 millimeter profiel in 1000 uur. De smallere 620-Nokians bevestigden dat met een gelijkwaardige 2,7 millimeter slijtage. De onderzoekers stellen dat bij de Trelleborg per 1000 bedrijfsuren het profiel met dertig tot veertig procent afneemt, tegenover tien tot dertien procent voor de Nokians. In deze test praat je dan grofweg over een levensduur van circa 3000 uur voor de Trelleborgs tegenover 9000 uur voor de Nokians. Daarbij past wel een belangrijk relativerende opmerking van ons dat de Trelleborgs een transportaandeel van 37 procent haalden, tegenover 25 procent (650) en 30 procent (620) voor beide Nokians. Aangezien de grootste slijtage tijdens transport plaatsvindt, moet je de levensduur van de Trelleborg eigenlijk corrigeren voor een vergelijkbare transportwaarde; omgerekend op puur transport kom je dan voor de 650-Nokian-achterband nog uit op 7000 uur. De smallere 620-Nokian komt dan

Testresultaten Gegevens Band

Pirelli TM 900 High P

Nokian TRI 2

Nokian TRI 2

Achter

710/70R42

650/65R42

620/80R42

Voor

600/70R30

540/65R30

440/80R34

Inzet veld/transport (%)

63/37

75/25

70/30

Testresultaten slijtage Voor

Achter

Voor

Achter

Voor

Achter

Benutbare nokhoogte (mm)

60,4

53,4

26,4

23,4

28,4

21,4

Slijtage 1000 uren (mm)

17,8

22,9

2,8

2,8

2,7

2,7

Levensduur (draaiuren)

3394

2334

9411

8341

10424

7855

Testresultaten brandstofverbruik Band

Trelleborg

Nokian 650

Nokian 620

Veldwerk (liter/uur)

18,15

16,16

14,09

Transport (liter/uur)

29,21

27,03

24,84

Metingen relativeren Harde getallen, maar een paar relativerende opmerkingen zijn nodig. Trelleborg heeft inmiddels de TM 1000, die volgens de bandenhandel mogelijk slijtvaster is en met IF-technologie ook hogere draagvermogens heeft. Tweede is de waarde van landbouwprofiel. Op kleigronden en onder natte omstandigheden zullen de getallen anders zijn. Dat bevestigt ook Blunk. We hebben na afloop gevraagd wat het bedrijf gaat doen. Het antwoord is veelzeggend. De Nokians hebben Blunk aangenaam verrast met een gunstiger brandstofverbruik en een stiller weggedrag. Mede vanwege beperkingen onder natte omstandigheden, waar de banden het volgens Blunk niet goed deden, blijft Blunk toch zijn Trelleborg- en Michelinbanden trouw.

uit op circa 8500 uur. Het verschil in levensduur blijft na deze theoretische omrekening nog groot, in het voordeel van de Nokians.

Brandstofverbruik Bij het brandstofverbruik zijn de verbruikswaarden voor het veld- en transportwerk apart vastgesteld. Hier heb je dus geen last van de verschillen in het aandeel transporten veldwerk. Je verwacht dat de Nokians op de weg zuiniger zullen zijn en dat de echte

landbouwband in het veld beter zal presteren. De smallere Nokians met hun grotere nokoppervlak blijken in het veld echter ook te besparen. Absoluut in liters per uur is de besparing nagenoeg gelijk aan die bij het transportwerk. Een verklaring hiervoor is dat het veldwerk in de test veelal werd verricht onder droge omstandigheden. De testers gaven aan dat er dit jaar toch ook behoorlijk natte perioden zijn geweest. Jammer dat de onderzoekers de banden niet een tijd lang hebben gebruikt in GRONDIG - December 2013

37


nattere (najaars)omstandigheden bij werk met een kipper of dumper. Dan gaan zaken als draagvermogen, slip, trekkracht en extra weerstand door diepere insporing een rol spelen. Dat moet u wel meenemen bij de beoordeling van de cijfers. Edoch, de genoteerde waarden zijn spraakmakend. Bij zowel transport- als veldwerk is de brede 650-Nokian circa twee liter per uur zuiniger dan de Trelleborg. De smallere en hogere 620-Nokian is op zijn beurt nog eens twee liter per uur zuiniger.

Even rekenen U voelt natuurlijk al aankomen dat deze testresultaten behoorlijke consequenties hebben voor de kostprijs. Een set Trelleborgs 710/70R42 plus 600/70R30 kost bij de bandenhandel ongeveer € 7400,- exclusief btw. Als je daar de op-

techniek

gegeven levensduur in de test voor/achter op loslaat, kom je op een kostprijs van circa € 2,50 per uur. Een setje brede Nokians 650/65R42 en 540/65R30 kost ongeveer € 5400,- exclusief btw. Dit geeft bij de opgegeven testlevensduur een kostprijs van 0,60 per uur. Laat je daar de strenge factor 1,5 op los om het lagere aandeel transport te compenseren, dan is een setje Nokians met een kostprijs van € 0,90 per draaiuur nog altijd € 1,60 per draaiuur goedkoper. Daar komt dan het verschil in brandstofverbruik nog bovenop. Bij transportwerk is de 650-Nokian 2,18 liter per draaiuur zuiniger. Voor veldwerk is het verschil 1,99 liter per uur. U kunt dat aandeel zelf inschatten voor uw inzet. Stel dat je ruim twee liter per uur verschil aanhoudt, dan praat je hier per bedrijfsuur ook over € 2,40 verschil in het voordeel van de Nokian. Samen met die € 1,60 voor de afschrijving scoort de Nokian 650/65R42 dan een verschil van afgerond € 4,- per draaiuur! Bij de smallere Nokian-620/80R42 is het verschil ten opzichte van de Trelleborg nog groter. Deze banden zijn circa € 400,duurder dan de 650-Nokian. Door de in de test vastgestelde langere levensduur scoorden ze omgerekend naar testresultaten een vrijwel gelijke kostprijs van € 0,61 per draaiuur in afschrijving. Reken je het hogere transportaandeel om, dan kom je hier op een kostprijs van € 0,75 per draaiuur. Het brandstofverbruik lag ten opzichte van de Trelleborg bij transport 4,37 liter per uur lager. Bij veldwerk was deze Nokian ten opzichte van de Trelleborg 4,06 liter per uur zuiniger. Reken je hier met 4,2 liter per uur verschil, dan geeft dat ten opzichte van de Pirelli een kostprijsverschil van € 1,75 op afschrijving plus € 4,85 op brandstof is € 6,60 per draaiuur in het voordeel van de 620-Nokian.

Overwegingen Het profiel van beide banden naast elkaar. Hier is te zien dat Nokian als het ware een extra tussennok heeft geplaatst en de nokken heeft geblokt. Dat geeft in de test een stiller rijgedrag, minder slijtage en een lager brandstofverbruik, maar is in natte omstandigheden funest.

Volgens de testers is het in zijn algemeenheid het overwegen waard om voor veel transportwerk zoals op deze foto voorop een stel Nokians te monteren of een extra setje op velgen te hebben voor de droge seizoenen met veel transportwerk.

38

GRONDIG - December 2013

En dat brengt ons bij de aanbevelingen van het testteam. Het is serieus het overwegen waard om een setje Nokian TRI 2-banden te monteren voor wie veel transportwerk doet en onder droge omstandigheden in het veld werkt. Wie niet permanent de TRI 2’s wil rijden, kan ook kiezen voor alleen de voorbanden om de tractie (bredere banden met landbouwprofiel) achter te houden of een extra setje op velgen te laten komen. Die kunnen dan een groot deel van het seizoen worden gemonteerd. Dat is het advies van het testteam van de Fachhochschule Kiel en de speciallisten van Grasdorf Wennekamp. Een setje bijpassende velgen, in de juiste kleur gespoten, kost ongeveer € 2000,-. Gezien het bovenstaande is dat snel terugverdiend. En dan rest ons maar tot één eindconclusie. We zijn toe aan een nieuwe generatie hybride veld/transportbanden met een lagere rolweerstand om de kosten per draaiuur te drukken. Dat kan ook ergens tussen de Trelleborg en de Nokian in liggen. Hier ligt een interessante uitdaging voor de bandenindustrie.

Tekst: Gert Vreemann Foto’s: Vreemann, testteam en loonbedrijf Blunk Bron: dr. Yves Reckleben en MSc Niels Schäfer (Fachhochschule Kiel) en dr. Michael Weißbach (Grasdorf Wennekamp)


Topdown cultivator

‘De enige cultivator met 8 mogelijkheden voor de perfecte grondbewerking!’ precies wat nodig is

ng werki e b d n Gro

voo

l!

ssiona

rofe r de p

Tel. +31 (0)58 257 15 55 www.homburg-holland.com

B

ndb ouwla

ers tel: 0546 644 866 emest info@eversagro.nl www.eversagro.nl

Deelbare cultivatoren

Graslandwoelers

Graslandbeluchters

Diepwoelers

De januari-editie van Grondig verschijnt 4 januari 2014 met speciale aandacht voor werkplaatsen >> Reserveer uw advertentie voor 12 december as.


Nieuwe LF en CF van DAF Nederlandse fabrikant lanceert twee complete lijnen Euro 6-trucks Geef maar toe: ook al is DAF al jaren in Amerikaanse handen, we blijven trots op onze ‘nationale’ truckproducent uit Eindhoven. De erfenis van de gebroeders Van Doorne lijkt bij Paccar in goede handen.

techniek 40

Dat lijkt zeker het geval nu de vrachtwagenbouwer één van de grootste vernieuwingsoperaties achter de rug heeft. Dat resulteerde in de introducties van de zware XF-reeks in Euro 6-uitvoering en zeer recentelijk de lichte LF- en middelzware CF-series, die nu ook van de band rollen met uitsluitend Euro 6-motoren. Daarbij kiest Paccar voor nieuwe commonraildiesels met turbocompressoren met variabele geometrie, EGRuitlaatgasrecirculatie, SCR (AdBlue) en een actief roetfilter, dat is ontwikkeld op het zoveel mogelijk passief regenereren. Het brandstofverbruik van de Euro 6-motoren ligt op hetzelfde (lage) niveau als dat van de Euro-5-ATe-versies en door het grote oliecarter zijn de service-intervallen opgerekt naar 60.000 kilometer voor de LF en maximaal 150.000 kilometer voor de CF. Op alle vier motoren - in totaal zijn er vijftien vermogensuitvoeringen, van 112 tot 375 kW (156 tot 510 pk) - wordt een enkele multiriem toegepast, evenals een ventilator die zonder tussenaandrijving GRONDIG - December 2013

direct op de krukas is gemonteerd. Dat bespaart gewicht en brandstof, is eenvoudiger en betrouwbaar en scheelt in onderhoud. Uniek in de truckindustrie zijn de gefoamde kabelbomen, die een langdurige betrouwbaarheid moeten garanderen.

Bouwterreinvaardig De LF-serie omvat een programma lichte bedrijfswagens in het distributiesegment van 7,5 tot 19 ton, de CF-serie middelzware trucks start vanaf 18 ton en loopt door tot 44 ton. En daar blijft het niet bij. Met specifieke Construction-uitvoeringen van de LF en CF speelt DAF sterker in op concurrenten als Volvo, Mercedes-Benz en Iveco, die eveneens aparte reeksen bouwvoertuigen in hun programma’s hebben. De CF Euro 6 Construction is te herkennen aan de zwarte grille, de gegalvaniseerde stalen bumper en de dikke radiatorbescherming onder de bumper, die een stevige tik kan weerstaan. Door de


bumper hoog te plaatsen, ontstaat er een oprijhoek van 25 graden en dankzij de rechte voorassen bedraagt de bodemvrijheid 40 centimeter. Eén van de praktische zaken is de opstap aan de zijkant van de cabine, waardoor de chauffeur gemakkelijk in de laadbak kan kijken.

Ruime vermogenskeuze De CF-bouwtrucks worden aangedreven door de Paccar MX11, een 10,8-liter-zescilindermotor die in vijf vermogensuitvoeringen beschikbaar is: van 210 kW (286 pk) tot 320 kW (435 pk) en met maximale koppels van 1200 tot 2100 Nm. Wie voor meer cillinderinhoud opteert, komt uit bij de 12,9-liter MX13-zescilinder met vermogens van 303 kW (412 pk), 340 kW (462 pk) en 375 kW (510 pk). De laatstgenoemde biedt een koppel van 2500 Nm in het gebied tussen 1000 en 1425 toeren. Voor de CF is er ook de 6,7-liter-PX7 in vier uitvoeringen, die we verderop beschrijven.

Dubbel aangedreven tandem De CF Construction wordt geleverd als drieassige 6x4-bakwagen met een acht- of negentons vooras en DAF’s gekende acht-stangen-tandemstellen van 19, 21 of 26 ton. Als drieassige 6x4-trekker is de CF bij uitstek geschikt voor het vervoer van zware lasten als betonproducten, grond en langhout, maar ook als trekker van tankopbouwen, bijvoorbeeld voor de meststoffendistributie. De CF is er ook als 8x4-bakwagen en dit chassis wordt tevens aanbevolen voor de opbouw van betonmixers. Met twee gestuurde 7,5-, 8- of 9-tons voorassen en dubbel aangedreven 19-, 21- of 26-tons tandems met een pendelweg van 27 centimeter - zijn de trucks goed voor een hoog technisch totaal voertuiggewicht van 32 tot 44 ton en een hoge terreinvaardigheid. Interessant voor de cumelasector is de voorbereiding voor de montage van een DIN-plaat voor een veegborstel of sneeuwschuiver. Op alle uitvoeringen is een verticaal geplaatste uitlaatpijp leverbaar. Erg interessant is de af-fabriek BAM-voorbereiding op de FAD 8x4 voor de montage van de meeste merken kipperopbouwen. De nieuwe LF- en CF-modellen krijgen standaard een handgeschakelde transmissie, afhankelijk van de uitvoering met vijf, zes, negen, twaalf of zestien versnellingen. Als optie zijn automatische AS-Tronic-transmissies met zes, twaalf en zestien versnellingen beschikbaar.

Negentientons LF-4x2-bakwagen Voor de LF-serie biedt DAF een 4,5-liter-Paccar PX5viercilindermotor die leverbaar is in drie vermogensvarianten: van 112 kW (152 pk) tot 157 kW (213 pk). De sterkere 6,7-liter-PX7- zescilinder is zowel gedacht voor de LF als de CF. Deze motor is er in vier uitvoeringen: van 164 kW (223 pk) tot 231 kW (314 pk). DAF biedt de LF ook aan in Constructionuitvoering als negentientons bakwagen in 4x2-configuratie. Niet direct een voertuig dat we in Nederland veel in de bouw zullen aantreffen, maar uitermate geschikt als ‘Kommunalfahrzeug’ voor onderhoudsdiensten van onder meer gemeenten en wegbeheerders. www.daf.com

Tekst: Michiel Pouwels Foto”s: Daf

Als drieassige 6x4-trekker is de CF bij uitstek geschikt voor het vervoer van zware lasten als grond en grind, langhout en betonproducten.

DAF friste ook de cabine-interieurs op met onder meer een nieuw en overzichtelijk instrumentarium, een nieuw stuurwiel met bedieningselementen en comfortabeler stoelen.

Naast diverse uitvoeringen (chassislengtes en opbouwen) biedt DAF de LF ook aan in Constructionuitvoering (met grijze stalen bumper) als negentientons bakwagen in 4x2-configuratie.

De 12,9-literMX13-zescilinder met kunststof carterpan (gewichtsbesparing) is er in drie uitvoeringen: 303 kW (412 pk), 340 kW (462 pk) en 375 kW (510 pk), met maximale koppels van respectievelijk 2000, 2300 en 2500 Nm. GRONDIG - December 2013

41


Topcat! Bobcat’s nieuwe verreikers in veertien- en achttienmeterklasse Ooit waren de veertien- en achttien-meter-verreikers in de burgerlijke en utiliteitsbouw belangrijke modellen voor JCB, Manitou en Merlo. Totdat de interesse meer uitging naar roterende verreikers, die hoger en verder reiken.

Toch blijft er voor starre machines voldoende potentieel, zo vertelt ook JCB ons telkens weer. Roterende verreikers maken nog geen dertig procent uit van alle geproduceerde telehandlers en de Engelse fabrikant is om die reden zelf nooit ingestapt met roto’s. Ook Bobcat - sinds enkele jaren een volle dochter van Doosan houdt zich bij zijn leest met starre modellen. De nieuwe T40140 en T40180 hebben meer hefcapaciteit (tot 4,1 ton) op korte vlucht. Bijzonder is dat ze leverbaar zijn met Stage IIIa- of IIIbmotoren, afhankelijk van wat in de afzetmarkt is gewenst. De Stage IIIb-motor is een 75 kW (100 pk) Deutz TCD, een 3,6-liter-viercilinder die al bijna klaar is voor Stage IV gezien de aanwezigheid van EGR-uitlaatgasrecirculatie én een dieseloxidatiekatalysator. De T40180 heft afgestempeld maximaal 4,0 ton. De maximale hefhoogte is 17,52 meter en op die hoogte is de maximale hefcapaciteit 2,5 ton. Op maximale vlucht (13,70 meter) is de hefcapaciteit 560 kilo. De maximale hefhoogte op banden is 16,20 meter. De nieuwe Bobcat-telehandlers zijn uitgerust met een sideshift-systeem en daarmee kun je de giek een beetje naar links en naar rechts verstellen, zodat je de last op de verre vlucht kunt positioneren (plus en min 70

centimeter) om door gevelopeningen of op een steiger materiaal af te zetten. De machines zijn voorzien van framelevelling, waarmee je de verreiker waterpas kunt opstellen: tot plus of min vier graden op banden en tot plus of min twaalf graden op de stempels. De Bobcats krijgen een nieuwe cabine met een gebogen voorruit voor beter zicht op de last. Door het lager doorge-

trokken achterraam is het zicht verder verbeterd. Andere verbeteringen zijn de nieuwe stoelen (mechanisch of luchtgeveerd), de FNRrijrichtingschakelaar op de joystick, de digitale display en een verstelbaar stuur. De veertien- en achttienmetermachines hebben twee- en vierwielbesturing en een hondengang. De maximale rijsnelheid is 30 km/u. www.bobcat.eu

Nieuwe ‘kleintjes’ grondverzetnieiuws

Nadat bijna twee jaar geleden de grotere modellen 735- en 740-dumpers van de C-serie werden voorgesteld, is het bij Caterpillar nu tijd voor de 725C en 730C. Deze 23,6- en 28-tons gelede dumpers zijn voor de Nederlandse markt interessant. Met die gewichten wordt het laadvermogen in metrische (Europese) tonnen aangegeven. Ook bij de nieuwe ‘kleintjes’ kiest Cat voor een opvallend forse neuspartij, maar dat heeft alles te maken met het onder de kap brengen van een roetfilter en een SCR-systeem. Dat laatste geldt voor de dumpers die voldoen aan de Stage IV-emissie-eisen, maar Cat biedt de 725C en 730C ook aan met de C9.3-motor met 234 kW (314 pk) en de C13-motor met 274 kW (367 pk) in Stage II- of Stage IIIb-uitvoering. De 730C is er ook met de zogenaamde Ejector-bak met beweegbaar schot. Er is overigens meer nieuws aan boord dan uitsluitend sterkere motoren, zoals led-verlichting, een tweepersoons cabine, meer koppel, automatische tractieregeling, een automatische transmissie en nieuwe vering. De 725C weegt leeg 23,2 ton en de bakinhoud is 14,8 kubieke meter. De 730C weegt 26 ton en heeft een bakinhoud van 17,5 kuub. www.pon-cat.com

42

GRONDIG - December 2013


Pretty in pink Bij het Zwitserse bosbouwbedrijf Fällag uit Lindau noemen ze hun nieuwe Sennebogen 718M-overslagmachine de Roze Panter. Zo’n 19,5-tons roze machine valt namelijk wel op in het bos waar het één en ander moet worden geveld. De 718M van Fällag wordt ingezet met velkop, speciale grijpers of andere gereedschappen. De Zwitsers prijzen zijn zwenkradius van 2,30 meter en de reikwijdte van dertien meter met gestrekte giek en dankzij een telescoperende sectie (2,05 meter) in de steel. Met de tot vijf meter in hoogte verstelbare cabine hou je overzicht op het werk. De 718M wordt ook ingezet voor het maaien van taluds, het frezen van bodems en het verkleinen van wortels en stronken. De 718M van Fällag heeft vier stempels en rijdt maximaal 22 km/u. Sennebogen kiest voor een Cummins QSB-4,5-liter-dieselmotor en die is er in twee uitvoeringen: één die 97 kW (132 pk) levert en die de enkele hydrauliekpomp aandrijft die maximaal 130 liter per minuut levert. De uitvoering met de 113 kW (154 pk) sterke Cummins heeft ook een tweede hydraulische pomp, die 200 liter per minuutextra levert ten behoeve van uitrustingsstukken. www.kuiken.nl

Binnenstebuiten De nieuwe Caterpillar 314E LCR op rupsen weegt compleet - afhankelijk van de uitvoering - tussen de 14,5 en 17,0 ton. Voor de bijna-binnendraaiende machine voorzien we dan inzetmogelijkheden in binnensteden en langs de weg. Cat monteert een eigen C4.4 Acert, Stage IIIb-4,0-literviercilinder die een vermogen van 67 kW (91 pk) levert. De motor is geschikt voor brandstoffen met een toegevoegde biocomponent van maximaal twintig procent en dat maakt hem toekomstbestendig. De 314E LCR is leverbaar met twee ballastuitvoeringen: één van 3,06 ton en een contragewicht dat nog eens 500 kilo zwaarder is en vanzelfsprekend tot meer zwenkradius over de achterzijde leidt. Cat biedt drie verschillende gieken (mono, tweedelig of offsetverstelbaar) en stelen van diverse lengtes. Zeker met een tweedelige giek en een draaikantelstuk kun je de bakken prima positioneren, ook dicht bij de machine. De maximale graafdiepte is bijna zes meter. Het hydraulisch systeem levert 254 liter per minuut en de werkdruk ligt op 305 bar. Cat rust de binnendraaier uit met een luchtgeveerde stoel (optie), een airco, een grote monitor en een camera achterop. De 314E LCR is voorbereid voor de montage van GPS- en lasersystemen en vanzelfsprekend met het ProductLink-monitoringsysteem waarmee je op afstand alle bedrijfsinformatie kunt registreren en terugvinden. www.pon-cat.com

KORT NIEUWS

ruwterrein-grasmaaiers, die worden verkocht via een andere Reesink-dochter, Jean Heybroek.

Bens wordt Canycom

Spoorkranen

De rupsdumpers die de Kemp Groep in De Meern al jaren in Nederland vermarkt onder de naam Bens dragen voortaan de kleuren en de naam van fabrikant Canycom. De distributie van de oranje-grijze 2,5-tonner blijft voor de Benelux in handen van Reesink-dochter Kemp. Overigens produceert Canycom ook

Opleider VTC in Ede introduceert een nieuwe driedaagse opleiding voor machinisten van railgebonden hijskranen: mobiele graafmachines met spoorwielen oftewel ‘Zweiwegebagger’. Met die opleiding voldoen machinisten aan de strengere vakbekwaamheidseisen die in 2016 gaan gelden wanneer ProRail die verplicht gaat stellen. De opleiding is bestemd voor iedereen die beschikt over het TCVW4-05-certificaat (Machinist grondverzetmachine met hijsfunctie). www.vtc.nl

Groter en kleiner Tuytel Loon- en Verhuurbedrijf in Oud-Alblas bestelde recentelijk de tweede langzaamdraaiende Lindner Urraco 75-verkleiner bij

importeur Van der Spek in Vianen. Deze machines worden ingezet voor het verkleinen van sloophout, groenafval, kunststoffen en bouw- en sloopafval. De machines passen naadloos in de verhuurvloot van zeef-, transport en overslagmachines van Tuytel. www.vanderspek.nl

Nieuwe walsjes Met de CB22B, CB24B, CB24B XT, CB32B, CB34B, CB34B XW, CB34B en CB34B XW zet Cat een nieuwe reeks tandemtrilrolwalsjes van 1,8 tot 5,0 ton in de markt. In deze klasse worden veel walsen verhuurd en dat vraagt om degelijke, eenvoudig bedienbare machines die gemakkelijk te vervoeren zijn. Cat monteert voor Europese markten een C2.2motor die aan de Stage IIIb-eisen voldoet. De nieuwe walsen hebben een eco-stand voor zuiniger rijden en dynamisch verdichten. Ledverlichting is standaard. www.pon-cat.com

GRONDIG - December 2013

43


Speeddaten… Japanse 9,5-tonner op banden op kennismakingstournee De afgelopen jaren werden er tientallen mobiele achttonners van Takeuchi aan de man gebracht, waarbij de gebruikers goed te spreken zijn over die compacte TB175W. Nu is er een opvolger en zijn we benieuwd naar de eerste indrukken.

Machinist Martijn van der Ende van Loonbedrijf Kees van der Helm uit Pijnacker heeft zich goed voorbereid op het eerste rendez-vous met de nieuwe Takeuchi TB295W. Onder toeziend oog van Vereco’s verhuurmanager Richard Droppert en Marco Langebeeke van importeur Verhoeven Grondverzetmachines en met hulp van collega’s loopt hij langs de demomachine waarmee hij drie dagen gaat speeddaten. Nog voordat iedereen arriveert, heeft Martijn al even gedraaid, een paar bakken gegraven en uitgetest hoe sterk de 9,5-tonner rondom is met anderhalve ton aan zakken cement op de vorken. “Heel stabiel”, meent Martijn, die ook meteen meldt dat dit nieuwe kraantje ‘goed voelt’ in de bediening. Wat hem betreft blijft het niet bij dit eerste afspraakje. Een langdurige relatie hangt dan ook in de lucht nu van Van der Helms TB175W - ruim zeven jaar oud en met meer dan 11.000 uren op de klok – aangeeft dat er met deze ouderdom kleine gebreken komen.

44

GRONDIG - December 2013

Parallel dozerblad De nieuwe Takeuchi is behoorlijk compleet, met tegenwoordig een parallelle ophanging van het schuifblad en een lekker ruime cabine met klimaatgeregelde airco en een goede stoel. Op de optielijst staat ALS-lastdemping die tijdens het rijden het schokken tegengaat. Ook onder de kap is alles netjes geplaatst: een brandstoftank met vulpomp, een roetfilter en een ruim bemeten ventielenblok waarop plaats is voor extra functies, bijvoorbeeld voor een extra arm met maaikorf. Ondanks de compacte bouw is het meeste goed bereikbaar dankzij de grote kap aan de rechterzijde. De TB295W wordt volledig gebouwd in Japan en dat betekent dat de onderwagen een paar centimeter hoger is dan die van de voorgaande TB175W, waarbij de Japanse bovenwagen van een rupsgraver op een Europees bandenonderstel werd gemonteerd. Dat betekent iets meer dode hoek over rechts en achter en daarom zou Richard wel een camera achterop wil-


len. Op zijn wensenlijstje staan ook bredere banden, maar nu liggen er al 600/65R40-banden op; 700- of 750-banden zijn mogelijk, maar hebben wel consequenties voor de stuur- en pendelhoek. En als er dan op zijn nieuwe kraantje led-werkverlichting boven op de cabine komt, evenals een aanhangeraansluiting op de onderwagen en een trekhaak op het blad, dan is er wat deze machinist betreft geen andere kandidaat dan de Takeuchi.

Machinist Martijn van der Ende op de demomachine. “Het voelt meteen goed: de bediening, de bewegingen, de snelheid. Van mij mag hij snel komen…”

Zwaarder en sterker Bij Van der Helm wordt de compacte mobiel vooral ingezet bij straatwerk. Zo ook op De Schans in Leidschendam, waar tussen de nieuwbouw de infrastructuur wordt aangelegd, van het zetten van kolken tot en met machinaal bestraten met de stenenklem. Van der Helm vindt de afmetingen en het gewicht van de 9,5-tonner alleszins prima voor inzet bij dit werk, zeker nu de zwaardere TB295W ook sterker is. Takeuchi kiest nu voor een 77 kW (103 pk) Isuzu-viercilindermotor die voldoet aan Stage IIIb. Die is onder andere goed voor een maximale rijsnelheid van bijna 30 km/u. De gedeelde giek is standaard, net als dat de giek links- en rechtsom kan zwenken, respectievelijk 60 en 70 graden. Bij Van der Helm rijden ze nog wel eens met aanhangers en kippers achter deze kraan, vandaar de gewenste aanhangerkoppeling. Hydraulisch lijkt het allemaal in orde, met een opbrengst van 160 en 60,6 liter op de loadsensing-hoofdpompen. Takeuchi kiest voor een aparte HST-pomp voor de rijfunctie en daarmee hou je voldoende opbrengst voor gelijktijdig verrijden, uitstorten en zwenken.

Doordat de grote kap opzij lekker ver open gaat, zijn de accu’s, filters en punten voor dagelijkse controles goed bereikbaar vanaf het maaiveld. De motor zit aan de achterzijde.

Bijna binnendraaiend Het graafbereik op het maaiveld is 7,51 meter en de storthoogte komt op ruim 2,30 meter met de bak op 45 graden. De nieuwe machine heeft een iets langere wielbasis (2,20 meter) en de zwenkradius van de achterzijde is 1,68 meter. Daarmee steekt de kont van de bovenwagen op 90 graden zwenk iets meer dan 50 centimeter buiten de breedte van de onderwagen met standaardbanden. Mooi compact voor dit ‘stadskraantje’, dat ook in de hijscapaciteit aardig scoort: over de voorzijde, met het blad op de grond op 6,80 meter bereik (op 1,70 meter hoogte), pakt de TB295W een last van 1490 kilogram. Over de zijkant, met het blad omhoog en op eenzelfde bereik en hoogte, komt de machine op nog ruim 700 kilogram. Indrukwekkende cijfers voor de opvolger van een machientje waarvan een ondernemer ooit beweerde dat zijn 7,5-tonner iets meer dan de helft kostte van zijn achttientons mobiele kraan, maar dat zijn Takeuchi maar liefst 80 procent van al het werk van die grote kraan met gemak aankon.

Minder dan zes ton per as (zie verbodsbord), dus kun je midden in Leidschendam via de brug van het ene werk naar het andere.

Op tournee

nog goed mee overweg in het straatwerk, hij blijft compact, maar is ook sterker.” Takeuchi staat erom bekend dat het merk relatief lang vasthoudt aan modellen en uitvoeringen. Voor de TB175W was dat niet anders. Bij Verhoeven zijn ze daarom nogal druk met de nieuwe TB295W, waarnaar reikhalzend is uitgekeken. Diverse gebruikers van het voorgaande model staan inmiddels op de lijst voor een ‘speeddate’ met de nieuweling. Meer informatie: www.verhoevenbv.com.

En is het voor Van der Helm een probleem dat de opvolger een slagje groter is? “Nee”, zegt machinist Martijn. “Je kunt er

Tekst & foto’s: Michiel Pouwels

GRONDIG - December 2013

45


Gezamenlijke importeurs

LMC Gennep BV Voor oost NL. 0485 - 511 605 www. lmcgennep.nl

Jamo BV Voor west NL. 0184 - 642 112 www.jamo-lmb.nl

Nu ook silagevorken bij LMC Gennep BV

EEN SCHOUTEN MACHINE DAT LOONT!

T

0577 40 80 80

E

info@schouten.ws

W www.schouten.ws

De CUMELA-organisatie wenst u een mooi en succesvol 2014!


Expertisecentrum Mobiele Techiek

Volg de training + BRANDSTOFBESPARING bij PTC n e g j i t s n e z j i r p f o Brandst

n jn de afgelope zi n e ff o st d n ra b lfs De prijzen van van diesel is ze js ri p e D . n e p lo jaren fors opge ubbeld. meer dan verd

n e r le e t n a a s i n e k r e w n e n e d j i r g ni

Zui

int bij en werken beg n e jd ri ch is m Econo sche punten. ti ri k e d n a v g bewustwordin

In deze training leert uw chauffeur/machinist nog efficiĂŤnter om te gaan met de machine of werktuig. Door efficiĂŤnt gebruik, verminderen uw brandstofkosten aanzienlijk!

Ook brandstof besparen? Kijk op www.ptcplus.com

Learning by doing

Meer info: Harrie Woudwijk Tel. 06 53 14 86 93 h.woudwijk@ptcplus.com


Van kuubs naar kilo’s Nieuwe techniek bij mest uitrijden maakt precies doseren mogelijk In Duitsland wordt er op kleine schaal al enkele jaren mee geëxperimenteerd, maar nu komt hij ook naar Nederland: de techniek om bij het uitrijden te meten hoeveel meststoffen er in drijfmest zitten en daarop de gift af te stemmen. De eerste loonwerkers die er kennis mee maakten, staan in de rij om het toe te mogen passen.

techniek 48

De chauffeur van de trekker met bemester op de sleepslangcombinatie van Brasser en Van de Sluis uit Zuidzande in ZeeuwsVlaanderen had afgelopen jaar een nieuwe uitdaging. Niet langer moest hij proberen precies de juiste aantallen kuubs per hectare uit te rijden, nee, dit voorjaar was zijn uitdaging om precies de ingestelde hoeveelheid stikstof per hectare of per vierkante meter toe te dienen. Op het beeldscherm van zijn boordcomputer vertaalde dit zich in gekleurde vlakken op de plaatsen waar mest was uitgereden, waarbij kleurverschillen afwijkingen in de dosering lieten zien. Om aan te duiden waar de gewenste dosering van 150 kilogram stikstof werd uitgereden, werden de vlakken geel gekleurd tijdens het uitrijden. Waar dat niet was gelukt, kleurde het scherm paars of rood, om te laten zien dat er te weinig was, of door bijvoorbeeld overlap veel te veel.

GRONDIG - December 2013

Eerste testexemplaar De apparatuur waarmee Brasser en Van de Sluis afgelopen jaar werkte, was het eerste testexemplaar van een nieuw systeem van John Deere. Het bestaat uit een NIRS-monsterapparaat dat meet welke stoffen er in de passerende meststroom zitten. Het bestaat uit een meetapparaat (NIRS-sensor) dat zo kort mogelijk bij het uitbrengpunt in de meststroom wordt geplaatst. Tot zeventien keer per seconde meet het apparaat totaal stikstof, ammoniumstikstof, fosfaat, kali en drogestofgehalte van de mest. Die gegevens kunnen worden gebruikt om de mestgift precies op de gewenste hoeveelheid stikstof (of andere nutriënten) af te stemmen. Het is een techniek waarvan John Deere enorm veel verwacht, vertelt Jørgen Audenaert. “We zien dat als een heel belangrijke


stap in de precisielandbouw. Voor het eerst kunnen we nu ook bij drijfmest de gift precies afstemmen op de behoefte. De praktijk werkt vaak met gemiddelde normwaarden. En analyses van monsters zijn meestal pas na het uitrijden beschikbaar. Tegelijk blijkt in in de praktijk dat er grote verschillen voorkomen in concentraties voedingstoffen in de mest. Niet alleen tussen verschillende opslagtanks, maar ook binnen de opslagtanks zelf, terwijl er tijdens het transport van de opslagtank naar de uiteindelijke plaats van uitrijden ontmenging kan optreden. Het betekent dat je dus of te veel of te weinig meststoffen toedient. Dat is natuurlijk iets wat absoluut niet past in de nieuwe precisielandbouw, waar je zo nauwkeurig mogelijk wilt bemesten.”

bedrijven gebruikt, zegt Zunhammer. Het gebruik is echter nog beperkt, doordat Duitsland niet zo’n strenge wetgeving heeft. “Het komt bij ons dus minder nauw bij het uitrijden van de mest”, aldus Zunhammer. De prijs lijkt daarbij ook nog een belemmering, want een compleet systeem kost ongeveer € 35.000,-. Nu de wetgeving in Duitsland ook strenger wordt en er gelijktijdig meer mensen overgaan naar precisielandbouw verwacht hij wel een

Snelheid trekker gestuurd John Deere gaat in de ontwikkeling van deze techniek nog een stap verder. Wat het systeem uniek maakt, is dat de bemester de snelheid van de trekker aanstuurt. Het betekent dat de chauffeur aangeeft hoeveel kilogram stikstof hij per hectare wil uitrijden en dat de boordcomputer uitrekent hoe hard de trekker moet rijden (op basis van gemeten doorstroomhoeveelheid, drogestof en gehalten aan nutriënten). Dat is gelijk het grote verschil met andere systemen, waarbij vaak alleen de vloeistofstroom wordt aangepast. Bij John Deere kiezen ze ervoor om deze juist zo groot mogelijk te laten. Het regelen van de snelheid gebeurt rechtstreeks vanaf de mestcomputer, die volledig wordt aangestuurd door het John Deere GreenStar 2630-display. Bij andere merken zal dat via een tussenstap moeten. Sturen van de snelheid om de dosering te regelen, heeft volgens Audenaert als voordeel dat de dwarsverdeling niet verandert. “Dat maakt de regeling sneller, stabieler en geeft een groter regelbereik.” Naast het instellen van de gewenste mestgift van één element, bijvoorbeeld stikstof of fosfaat, kan voor een tweede element een grenswaarde worden ingesteld. Wordt bijvoorbeeld geregeld op stikstof dan kun je instellen dat de hoeveelheid fosfaat nooit boven de 90 kilogram/ha uitkomt. Omdat John Deere bij het oogsten van ruwvoer (maïs, gras, gehele-plantsilage) met zijn HarvestLab-techniek de opbrengst, het drogestofgehalte en inhoudsstoffen - onder andere zetmeel, ruw eiwit, NDF, ADF en suiker - (met DLG-certificatie) kan meten, wordt het nu ook mogelijk om de mineralenbalans van percelen veel nauwkeuriger te sturen. Je meet immers wat de onttrekking is van nutriënten tijdens het oogsten en kunt nu met het toedienen van organische mest ook precies bepalen welke hoeveelheden nutriënten er worden aangevoerd.

Zunhammer onderscheiden Het basisprincipe van de techniek in mest is niet helemaal nieuw, want in Duitsland heeft Zunhammer al in 2007 op de Agritechnica een medaille gekregen voor de techniek. Volgens eigenaar Sebastiaan Zunhammer heeft het bedrijf zelfs een patent op het via de NIRS-methode meten van bestanddelen in de mest. De techniek zelf wordt inmiddels door tien tot vijftien

Op deze afbeelding is te zien hoe de mest is verdeeld. De gekleurde vlakken zijn het resultaat van het wisselen van vracht. Daarna was het gedurende een langere tijd zoeken naar de juiste snelheid. Bovenaan is het effect van overlappen te zien.

NIRS-meting De methode waaraan John Deere werkt, is gebaseerd op het NIRS-systeem (nabij-infrarood spectroscopie). Dit is een methode waarbij op basis van de weerkaatsing van licht en zeer uitgebreide calibratiegegevens kan worden bepaald welke stoffen er in een product zitten. Dergelijke apparaten nemen meerdere monsters per seconde en combineren dat tot een gemiddelde waarde. Doordat er bijna continu wordt gemeten, is dit zeer nauwkeurig en is de resolutie (het aantal metingen per lading) vele malen hoger. De techniek wordt in laboratoria al veel gebruikt, bijvoorbeeld bij de kwaliteitsbepaling van maïs of graskuilen. Een paar jaar geleden heeft John Deere die al geschikt gemaakt voor toepassing op de hakselaar, het zogenaamde HarvestLab. In eerste instantie worden daarmee alleen de hoeveelheid drogestof en de totale voederwaarde bepaald. Inmiddels is het ook mogelijk om bijvoorbeeld de hoeveelheid zetmeel in maïs te bepalen. Een vergelijkbare techniek wordt nu geschikt gemaakt voor mest. Deze wordt dan ingebouwd in één van de drukleidingen.

GRONDIG - December 2013

49


Schematische voorstelling van alle elementen voor het meten en verwerken van gegevens bij het uitrijden van mest.

techniek 50

stijgende belangstelling. “Zeker nu we ook automatisch kunnen doseren. De gebruiker kan dan instellen hoeveel stikstof hij op een hectare wil en de automaat regelt dan zelf de dosering op de bemester. Via onze verdringerpomp kunnen we heel nauwkeurig doseren.” Hoewel hij ook in Nederland wel mogelijkheden ziet, is Zunhammer niet van plan om het systeem ook in Nederland op de markt te brengen. “In Nederland zijn al zoveel aanbieders van mestapparatuur, het heeft voor ons geen enkele zin te proberen daartussen te komen.”

Meerwaarde doorrekenen In samenwerking met een aantal hogescholen in Duitsland heeft John Deere verschillende economische berekeningen uitgevoerd om de meerwaarde van deze techniek te kunnen berekenen. “Dat is nog niet eenvoudig”, weet Audenaert inmiddels. “Je hebt namelijk te maken met een heleboel variabelen. Dat begint al bij soort en samenstelling.” Om te bepalen wat het rendement is van nauwkeuriger bemesten, is ervan uitgegaan dat slechts in twintig procent van de gevallen de hoeveelheid mineralen ook daadwerkelijk overeenkomt met de standaardwaarden. In ongeveer veertig procent is er dan sprake van een te lage dosering, waardoor opbrengstverlies optreedt, in de andere veertig procent van de gevallen wordt te veel mest gegeven, waardoor stikstof of kali verloren gaat. Ook daar treden dus verliezen op. Op basis van deze gegevens en de waarde van deze mineralen als kunstmest en actuele opbrengsten en prijzen voor gewassen komt John Deere op een meerwaarde van € 0,80, tot € 1,40 per kubieke meter mest. “Het zijn nog voorzichtige schattingen, maar het geeft aan hoeveel er te winnen is.” Audenaert en Dieleman beseffen wel dat het aan de loonwerker is om die meerwaarde ook te vertalen in een meeropbrengst. “Zij zullen duidelijk moeten maken dat er door dit systeem een bemestingsvoordeel is en dat dit geld oplevert. Dat moeten ze vertalen in een extra prijs per kubieke meter of per hectare. Dat is nodig, want het gaat om relatief dure apparatuur, vooral doordat er veel metingen nodig zijn om een betrouwbaar systeem te krijgen”, zegt Audenaert. Dit heeft in het begin ook tijd nodig gehad bij de HarvestLab-technologie op hakselaars, maar inmiddels wordt de meerwaarde door de meeste loonwerkers (en hun klanten) erkend en is veruit het grootste deel van nieuwe hakselaars hiermee uitgerust.

GRONDIG - December 2013

Terwijl Zunhammer dus geen plannen heeft voor de Nederlandse markt kunnen John Deere en Vervaet (Agri Machines), dat in Nederland optreedt als ontwikkelingspartner, eigenlijk niet wachten om de markt op te gaan, benadrukt Dany Dieleman van Vervaet. “We hebben het systeem vorig jaar op een klantenavond gepresenteerd om te kijken of er vraag naar was. Daar hebben we nu nog last van”, lacht hij. “Elke keer krijg ik vragen of het systeem al voor de Nederlandse markt beschikbaar is.” Die beschikbaarheid zal nog even op zich laten wachten, weten Audenaert en Dieleman. “Bij John Deere moet alles in orde zijn voor we de markt opgaan”, aldus Audenaert. Toch hebben beiden wel hoop komend jaar een aantal extra systemen te kunnen testen, omdat John Deere in elk geval het aantal testsystemen wil uitbreiden.

Meer mest toepassen Dieleman verwacht vooral veel belangstelling omdat het gebruik van dierlijke mest in Nederland veel groter is. “We zien in het akkerbouwgebied dat dit idee zeker aanslaat. Het betekent namelijk dat akkerbouwers niet langer pas achteraf te horen krijgen hoeveel mest er op het land is gekomen, maar dat je direct kunt sturen. Je krijgt dus de mogelijkheid om nauwkeuriger mest toe te dienen en je kunt meer mest kwijt, omdat je veel preciezer weet hoeveel stikstof en fosfaat je aanvoert. Nu blijven bedrijven aan de veilige kant uit angst voor boetes. Sommigen schatten dat je hierdoor vijftien tot twintig procent meer ruimte voor mest krijgt.” Om belangstelling voor het systeem te wekken, werd het op de Agritechnica al voorzichtig gepresenteerd. Daar was het ook nog bij twee andere fabrikanten te zien, want naast Vervaet doet John Deere ook uitgebreid proeven in samenwerking met Kotte en Fliegl als leveranciers van mestapparatuur. Beide bedrijven verwachten net als Vervaet grote mogelijkheden om mest veel nauwkeuriger toe te dienen. Audenaert: “Op de Agritechnica sprak ik een grote akkerbouwer uit het Oosten van Duitsland, die nooit wat met dierlijke mest wilde, omdat hij dan niet wist wat hij op het land bracht. Toen hij dit zag, wilde hij het direct hebben. Zijn idee was helder: dan weet ik precies wat ik uitrij en kan ik dat afstemmen op de behoefte.” udenaert en Dieleman verwachten dat het systeem de komende jaren ook een toepassing kan krijgen als vervanger van de hui-


dige weeg- en monsterapparatuur “Als we dit voldoende nauwkeurig hebben, dan moet je hiermee betere resultaten kunnen halen. In de huidige monsters neem je maar vijf keer per vracht een monster, terwijl je hierbij continu meet, inclusief het volume. Dat is altijd nauwkeuriger dan het huidige systeem. In Nederland verwachten Audenaert en Dieleman dat het systeem brede belangstelling zal krijgen. Niet alleen bij het uitrijden van mest op akkerbouwbedrijven, maar ook voor de bemesting op grasland op de sleepslangbemester of de driewieler. “Nu het

ook op grasland steeds scherper moet, zal ook daar de behoefte toenemen om veel meer te weten wat je uitrijdt. Voor Vervaet is het reden om bij de productie van de trike voor 2015 wat kleine aanpassingen te doen. “Daarin maken we in elk geval ruimte om een dergelijk systeem in te bouwen. Want we weten zeker dat we hiermee de mestmarkt gaan veranderen.”

Tekst: Toon van der Stok Foto’s: Toon van der Stok, fabrikanten

Veenhuis werkt aan alternatief voor monsterkabinet In Nederland is Veenhuis momenteel druk bezig met het ontwikkelen van eigen monsterapparatuur gebaseerd op het NIRS-systeem. Veenhuis zoekt daarbij gelijk naar mogelijkheden om de huidige monsterapparaten te vervangen. Dat zou voor de gebruikers grote voordelen hebben. Niet langer hoeven er dagelijks monsterpotten of monsterzakjes naar het laboratorium te worden gestuurd en moet je op de uitslag wachten. Het voordeel is dat gelijk bij het laden of bij het uitrijden precies bekend is hoeveel stikstof of fosfaat er in de mest zit. Het verkrijgen van een goed werkend apparaat is echter een langdurig proces, vertelt Walter Veenhuis. “Om een geijkt apparaat te krijgen, moet je heel veel monsters nemen, waarbij je tegelijk een NIRS-meting doet en van datzelfde monster een laboratoriumonderzoek laat doen. Die gegevens koppel je en zo krijg je steeds meer lichtmetingen in combinatie met een echte fysieke meting. Al die gegevens gaan in de computer en op basis van die gegevens krijg je een zogenaamde ijklijn. Dat wil zeggen dat je weet dat bij een bepaalde meetwaarde ook een bepaalde hoeveelheid stikstof of fosfaat hoort.” Om tot goede geijkte apparatuur te komen, heeft Veenhuis een eigen monsterkar gemaakt. Deze is op alle plaatsen tussen de mestleidingen te plaatsen, waarna er automatisch verschillende monsters kunnen worden genomen. Het apparaat is zo gebouwd dat precies gelijktijdig een NIRS-monster en een gewoon fysiek monster worden genomen. Door die bij elkaar te leggen, kom je tot een goede ijklijn. Inmiddels heeft Veenhuis al meer dan 400 monsters genomen en is er voor verschillende mestsoorten al een eerste ijklijn. “We zijn nu zover dat we al met voldoende nauwkeurigheid kunnen voorspellen hoeveel stikstof, fosfaat of droge stof er in een monster zit. Alleen kali is nog een probleem. Daarnaast moeten we nog zover zien te komen dat de apparatuur ook automatisch herkent welke mest er door de pijp gaat.” Nu de eerste successen zijn geboekt, is Veenhuis ook in Den Haag het gesprek aangegaan. “We willen op termijn natuurlijk dat dit als een betrouwbaar alternatief voor de monsterapparatuur wordt gezien, alleen is daar nu nog helemaal geen regelgeving voor. Daarom is er nu in Den Haag een werkgroep opgericht die de mogelijkheden gaat onderzoeken. Het ministerie ziet namelijk ook wel in dat je hier-

mee niet alleen nauwkeuriger meet, maar ook bij het uitrijden veel nauwkeuriger kunt werken. Dat is ook landbouwkundig beter.” Klanten van Veenhuis zullen nog wel even geduld moeten hebben, waarschuwt hij. “We zijn nog zeker een jaar aan het meten. Daarna moeten we het apparaat nog ontwikkelen. Het zal dus nog zeker twee jaar duren voor we hiermee de markt op kunnen. Maar we willen dan wel dat alles er klaar voor is.”

Inmiddels heeft Veenhuis al meer dan 400 monsters verwerkt om tot een goede ijklijn te komen. Bijna dagelijks worden nog nieuwe monsters genomen.

In de monsterkar wordt automatisch op hetzelfde moment een fysiek mestmonster genomen en een NIRS-opname gemaakt. Na het laboratoriumonderzoek worden deze aan elkaar gekoppeld.

GRONDIG - December 2013

51


The Power of Green KRONE BiG Pack

Met 12 verschillende types altijd de meeste geschikte pers voor ieder bedrijf Maximale capaciteit door actief aangedreven KRONE Active Pick-up Goed gevormde en keiharde balen door de roterende voorkamer VFS en HDP technologie Perfect gesneden door KRONE X-Cut

Maschinenfabrik Bernard KRONE GmbH Zuid-Nederland: Ad van den Hurk 0653-241918 Noord-Nederland: Martijn van Middelkoop 0651-346841

Precies zoals u wilt: Kverneland G

Kverneland: de enige echte pneumaat!

Kverneland Miniair Nova groenten zaaier

Kverneland Accord Monopill bieten zaaier

de Ontdek zelf

voordelen!

Kverneland Group Benelux BV - De Dommel 40 - 8250 AD Dronten - T +31 321 387 110

Agribex 2013

Hal 9


Onderhoud aan olieafscheiders volgens het Activiteitenbesluit Halfjaarlijkse laagdiktemeting olie-water-slib Ledigen en reinigen van olieafscheiders en zandvangers Vijfjaarlijks onderhoud volgens NEN-EN 858-2 Verzorgen van alle vereiste rapportages en begeleidingsbrieven Verzorgen capaciteitsberekening van de olieafscheider Reparatie, onderhoud en vervanging van olieafscheiders Eigen verwerkingsinstallatie voor alle ingenomen afvalstoffen Teeuwissen is KIWA gecertificeerd voor onderhoud aan olieafscheiders Bestevaer 50, 1271 ZA Huizen Tel. 035 - 525 23 19 Fax 035 - 524 09 82 Mercuriusweg 39, 3771 NC Barneveld Tel. 0342 - 425 678 Fax 0342 - 425 677

www.teeuwissen.com

GEOcontrol!

Kverneland FlexCart zaadtankwagen

IsoMatch Tellus ISOBUS terminal met GEOcontrol

Kverneland Optima HD voor o.a. ma誰s en pompoenen

GEOcontrol neemt in- en uitschakelen op de kopakker over Dankzij de beproefde elektrische aandrijving voor zaai- en precisiezaaimachines in combinatie met een RTK-GPS signaal plus GEOcontrol kun je rekenen op uitstekende prestaties; je bespaart op zaaigoed, brandstof en tijd.

www.kverneland.nl


Optimalisering tot in details Verslag van de Agritechnica 2013 in Hannover

agritechnica

De nieuwe grote Deutz-Fahr-trekkers vormden de grote verrassing op de Agritechnica en waren in de wandelgangen hét gesprek. Maar wie echt de stands in dook, zag dat de trend zit in verfijning en in dataverkeer in de breedste zin van het woord, zoals hier op de stand van Garant Kotte nadrukkelijk centraal. Van een recessie was niets te merken, want de Agritechnica bruiste van elan. Een korte terugblik. Net als bij de lancering van de Agrotron destijds verraste Deutz-Fahr de Agritechnica-bezoekers met een nieuwe serie fris vormgegeven trekkers. Ze zagen er bijna uit als futuristische prototypen, maar de werkelijkheid is dat Deutz-Fahr serieus van plan is deze trekkers in productie te nemen. Dat gekoppeld aan grootse plannen voor de fabriek in Lauingen, geeft aan dat er muziek zit in Deutz-Fahr én in de agrarische sector. Hoewel de verkopen in Europa iets teruglopen, heeft de sector massaal vertrouwen in de toekomst. Dat blijkt wel uit de ongekend grote opkomst van ruim 450.000 bezoekers op de Agritechnica, van wie meer dan 10.000 uit Nederland. Dat was te merken, want ondanks de grote bezoekersaantallen hoorde je om je heen regelmatig Nederlands spreken.

Na de Agritechnica komt er weer een Agritechnica. Hoe kun je sprekender laten zien dat je van plan bent om de volgende keer rondebalenpersen te tonen uit eigen Pöttinger-huis dan zo?

54

GRONDIG - December 2013

Datzelfde elan zag je terug op andere stands. Fabrikanten pakten uit en toonden veel vernieuwingen. Een belangrijk deel daarvan had betrekking op optimalisatie en verfijning van werkzaamheden. Het gaat daarbij om computergestuurde machines en werkmethoden die automatisch heel precies hun werk doen, vaak in combinatie met GPS en slimme aansturingstechnieken. Ook zie je dat de agrarische sector verder gaat met het koppelen van informatie en databeheer. Dat Agco met Fuse nu net als John Deere met een eigen Telematics-netwerk komt, is daarin illustratief. Agco presenteert het universeel voor al zijn merken, maar het is ook te koppelen aan andere merken. De openingsfoto van Garant Kotte past ook in dit geheel. De kreet ‘Revolutionieren Sie Ihr Datenmanagement’ is veelzeggend. De fabrikant toonde niet alleen elektronische verfijning, maar is ook partner in het meten van gehalten in de mest (zie pag 48 tem 51). Garant Kotte was hierin lang niet de enige. Ook andere werktuigfabrikanten werken ook volop aan verfijning, informatietechnologie en handzamere bedieningsoplossingen, onder meer met tablets en iPhones. Toch roepen enkele standhouders ook dat er enige terughoudendheid is onder klanten om alle data te koppelen. Een aantal van hen zijn toch huiverig dat alles wat wordt vastgelegd en gecommuniceerd terecht komt op plekken die voor hen niet gewenst zijn.

Tekst & foto’s: Toon van der Stok en Gert Vreemann


In de Agco-stand had opvallend genoeg dit jaar Massey Ferguson de wieltrekker met het hoogste motorvermogen. Fendt liet zijn X1000 met 368 kW (500 pk) verborgen voor het publiek, dus was deze MF 8737 de topper in de pk-race onder de wieltrekkers. Hij haalt zijn 294 kW (400 pk) net dankzij de boost op het motorvermogen. Onder de kap ligt uiteraard een 8,4-liter-zescilinder van Agco Power.

Vooraf bleef de Argo-groep nog wat vaag of er een McCormick met CVT op de beurs zou zijn. Een wervelende show en twee beursbabes lieten er echter geen twijfel over bestaan: McCormick had iets speciaals staan. De nieuwe CVT komt van ZF en zal komend jaar beschikbaar zijn, voorlopig alleen op de grootste drie X7-modellen. Importeur Louis Nagel is er in elk geval blij mee.

JCB heeft de vraag om een Fastrac met CVT-transmissie onder de 147 kW (200 pk) beantwoord met deze nieuwe Fastrac 4000-serie. Deze heeft een Agco Powerkrachtbron met 118 tot 162 kW (160 tot 220 pk) in combinatie met een Agco-CVT. JCB heeft de Fastrac ook voorzien van een nieuwe, ruimere cabine. De trekker heeft vierwielbesturing. Vooral vanuit Duitsland was er al veel vraag naar deze variant.

Tym gaf op de beurs aan door te willen groeien in de hogere vermogensklassen. Om dit te bekrachtigen, toonde het merk de nieuwe TX 1500 met 110 kW (150 pk) Perkins-zescilinder in combinatie met een ZF-CVT-transmissie. Verder past Tym een Bosch EHR-hef toe. De trekker heeft een viertoerige aftakas, ook afkomstig van ZF. De voorwielen zijn onafhankelijk geveerd en de topsnelheid bedraagt 40 km/u.

Een prijswinnaar was het ontwerp van Lindner voor een trekker met vierwielbesturing, een idee dat een zilveren medaille opleverde. De achteras komt van ZF, de elektronica voor de besturing is gemaakt door Lindner zelf. Dankzij de vierwielbesturing kan deze Lintrac draaien binnen een cirkel van zeven meter. Verder rijdt de trekker ook nog traploos dankzij een ZF-vario-transmissie. Onder de kap ligt een Perkins-motor.

De Nieuwe Claas Xerion was op verschillende plaatsen op de beurs te vinden, bijvoorbeeld bij Zunhammer met een compleet nieuwe mestopbouw. De nieuwe Xerion heeft naast een nieuw uiterlijk vooral als belangrijke vernieuwing de komst van een Mercedes-zescilindermotor met AdBlue-toevoeging. Het frame is versterkt en heeft een grotere wielbasis om zo grotere mesttanks te kunnen dragen. GRONDIG - December 2013

55


Het deltazaaien is door Lemken weer uit de kast gehaald, getuige een studiemodel. De ingenieurs van Lemken hebben een innovatief zaaihuis bedacht, waarbij één unit beide pijpen in de rij bedient. Het geheim is een zaaihuis dat zowel links als rechts zaaischijven heeft, die in het midden vacuüm worden gezogen. De zaaischijf draait daardoor half zo snel als bij andere systemen.

Horsch toonde deze verenkelaar om bij het zaaien van maïs of graan de zaden heel precies op afstand af te leggen. De verenkelaar is een aangedreven cycloon waarbij afgestemd op de rijsnelheid, een meenemer telkens een zaadje pikt om af te leggen. Horsch geeft aan dat hier uit het oogpunt van zaaigoed besparen en hogere veldopbrengsten vraag naar is.

Geen contact meer met spuitmiddel. Dat is het idee achter dit Easy Flow-vulsysteem dat Bayer en Agrotop samen ontwikkelden. Je schroeft het op de middelencan en plaatst een aansluiting op de tank. Aangesloten snijdt de Easy Flow zelf de afdichting open en drukt deze weg. Middel exact toevoegen en daarna de Easy Flow en eventuele lege middelencan via een aangesloten waterslang gereinigen.

Agrifac toonde deze nieuw Condor in een flink grotere maat. De wielbasis is met 90 centimeter vergroot, de machine heeft sterkere wielmotoren gekregen en een tank met een inhoud van 8000 liter. Verder heeft de nieuwkomer een spuitboom met een werkbreedte van 54 meter. Agrifac benadrukt hiermee zijn positie als spuitspecialist binnen de Exel-groep.

Challenger toonde wel deze RoGator 635 C met een nieuwe, grotere 5000-litertank. En natuurlijk de nieuwe rupstrekkers, waarvan de MT775 in een uitdagende matzwarte stealth-uitvoering was te zien. Je zag toch dat velen bij buurman Agco Power even de twaalfcilinder van de MT875 bewonderden. Meest opvallend vonden wij het ontbreken van de zelfrijdende TerraGators.

agritechnica

Kongskilde blijft werken aan een robot om gewassen te schoffelen. De nieuwe Vibro Crop Robotti heeft een lithium-ionbatterijpakket dat goed is voor een dag schoffelen. Het frame dient als een soort werktuigdrager, waaraan verschillende elementen kunnen worden bevestigd. Afhankelijk van het gewas kan de robot worden uitgerust met bijvoorbeeld eggen, vingerwieders of schoffels.

56

GRONDIG - December 2013


De meest opzienbarende ontwikkeling is deze Mitas hybride rups-trekkerband. De naar binnen gevouwen wanden zorgen voor stabiliteit en maken het mogelijk dat de band als een rups afplat. De band wordt als een normale band opgepompt. Mitas claimt een circa vijftig procent groter contactoppervlak en evenredig meer trekkracht bij een ruim anderhalf keer zo grote stabiliteit op de weg en in het veld.

De meest merkwaardige move troffen we aan bij Firestone Bridgestone. Het concern toonde in een grote kist een nieuwe top-premium-band onder het label Bridgestone. Daarmee stapt het af van Firestone als ‘agricultural only’. Vreemd was dat Bridgestone de nieuwkomer niet als prototype toonde op deze beurs, maar ap Reifen Essen volgend jaar. Daar zijn veel minder eindgebruikers.

Het contactoppervlak van de rupsen benutten, maar toch een betere bodemaanpassing door een pendelend opgehangen rupssysteem en in zijrichting pendelend opgehangen looprollen. Zuidberg heeft dat, maar de nieuwe S Tech van Soucy ook. Het systeem is zonder aanpassingen op trekkers te monteren. De Zuidberg oplossing was gemonteerd bij Krone op een hakselaar te zien.

Met de Keiler 2 betreedt Ropa definitief de markt voor aardappelrooiers. Jaren geleden was er al eens een prototype, dat nu is opgevolgd door een marktrijp product. De rooier heeft een 7,5 ton grote bunker en wordt hydraulisch aangedreven vanuit een eigen oliecircuit, waarvan de pomp door de aftakas wordt aangedreven. Onder de afvoerband heeft de rooier een uitschuifas voor een betere stabiliteit.

Onopvallend presenteerde New Holland een verrassende vernieuwing voor het maaibord van de combine. De gedachte is een vergroting van de capaciteit en een lager brandstofverbruik door minder stro door de machine te laten gaan. Om een bewerkbare stoppel te houden, is er een tweede messenbalk met drukrol gemonteerd. Deze maait het gewas kort boven de grond af en werkt het stro enigszins in.

Tatra toonde voor het eerst deze af-fabriek voor offroad geschikt gemaakte truck. Deze Phoenix heeft een Paccar-motor in combinatie met een Allison-automaatbak. AS Tronic-transmissie is ook leverbaar. De cabine is afkomstig van DAF. Tatra heeft de unieke individueel onafhankelijke wielophanging behouden voor betere offroadrijeigenschappen. Een luchtdrukwisselsysteem is standaard aanwezig. GRONDIG - December 2013

57


Deutz- Fahr imponeert

agritechnica

Niet alleen met de beurspresentatie wist Same Deutz-Fahr, het moederconcern van Deutz-Fahr, te imponeren. Ook de mededeling dat het bedrijf een nieuwe fabriek in Lauingen gaat bouwen, behoorde tot de verrassingen van de beurs. Tegenover de huidige fabrieksgebouwen komt een geheel nieuwe fabriek op een bijna dertien hectare groot terrein. De fabriek zelf beslaat een oppervlakte van 40.000 vierkante meter. Het zal volgens Deutz-Fahr niet alleen de modernste trekkerfabriek ter wereld worden, het zal ook de enige zijn waar de complete productie inclusief cabine op één locatie plaatsvindt. Naast de fabriek komt er ook een groot testterrein en daaraan gekoppeld een groot bezoekerscentrum met zelfs een eigen hotel. De fabriek krijgt een capaciteit van maximaal 16.000 trekkers per jaar. Dat is een verdubbeling van de capaciteit ten opzichte van de huidige locatie. De nu aangekondigde stap

heeft vooral te maken met de groei van de modellen. De nieuwe 11-serie, die op de Agritechnica de grote publiekstrekker was, past niet meer in de oude fabriek. De bouw moet dan ook gelijk op lopen met het productieklaar maken van dit model. Komend voorjaar start de bouw van de fabriek, die dan eind 2015 klaar moet zijn. Stapsgewijs zal dan de productie in de nieuwe fabriek worden opgestart. Op de Agritechnica liet Deutz-Fahr ook zien dat het de fabrikant ernst is met het groeien in het segment van de zware trekkers, want naast de 11-serie was er ook de geheel nieuwe 9-serie. Deze bestaat voorlopig uit drie modellen met Deutz-7,8-literzescilindermotor en ZF-vario-transmissie. Deze krijgen vermogens van 199, 221 en 250 kW (270, 300 en 340 pk). Op de weg haalt de trekker 40 km/u bij 1350 motortoeren. De vooras is voor deze serie nieuw ontworpen door Dana. In de achterbrug is er een apart

hydraulisch circuit, los van de transmissie. Dit heeft een olie-inhoud van 90 liter en een loadsensing-pomp die 210 liter per minuut levert bij een maximale druk van 200 bar. Nog indrukwekkender zijn de getallen voor de 11-serie die Deutz-Fahr ook op de Agritechnica onthulde. Voor het eerst moet de fabrikant daarbij naar een andere motorleverancier, omdat vaste partner Deutz de juiste motoren ontbeert. Om de gewenste vermogens van 265, 294 en 324 kW (360, 400 en 440 pk) te bereiken, wordt er nu een MTU-motor gemonteerd. Dit is een zescilindermotor met een inhoud van 12,8 liter. Voor de overbrenging van dit vermogen komt er een nieuwe ZF-transmissie. Deze geeft een maximale snelheid van 50 of 60 km/u bij 1700 motortoeren. Daar horen ook de nieuwe Michelin AxioBib-banden in de maat 900/65R46 bij, de grootste nu leverbare banden, en een ABS-remsysteem. Om ook in het veld groots te kunnen presteren, is er een nieuwe hydraulische installatie met een dubbele loadsensing-pomp die 300 liter per minuut kan leveren bij een druk van 200 bar. Is de olievraag minder, dan wordt er één pomp uitgeschakeld om brandstof te besparen. Opvallend aan het ontwerp is het onderkomen van de chauffeur. De nieuwe cabine , die ook door Giugiaro Design is ontworpen, is de eerste die los staat van de spatborden. Dit moet een lager geluidsniveau en meer veercomfort opleveren. Voor een echte kennismaking is het na de Agritechnica nog wel even wachten. Deutz-Fahr verwacht pas eind 2015 de trekker helemaal klaar te hebben voor de marktintroductie.

Groot is hij op de nieuwe Michelins IF 900/65R48 achter en 650/65R38 voor. Extra large: onafhankelijke voorasvering en schijfremmen Last but not the least; Geen Deutz krachtbron maar een vette 12,8-liter-zescilinder van MTU.

58

GRONDIG - December 2013


Fabrikant Garant toonde niet alleen deze enorme vierwielgestuurde (ook hondengang) 32-kuubs tank met alles erop en eraan. Een opvallende ontwikkeling is het Flow Check-controlesysteem voor bouwlandinjecteurs. Per pijp wordt de meststroom via een akoestisch meetsysteem gecontroleerd. Als een pijp verstopt raakt, krijgt de chauffeur een signaal.

Fliegl toonde deze tank met maar liefst vier Isobus-units: NIR-gehaltesensor, Flow Control, Slurry Tanker en Light Box. Flow Control, waarbij de mestpomp elektrisch wordt aangedreven, is volgens Fliegl onderhoudsarmer, sneller, nauwkeuriger en energiezuiniger. Light Box staat voor de automatische aansturing van de verlichting in het veld en bij transport. Fliegl levert ook een Isobus-weegsysteem.

Bij mest uitrijden hoort het bewaken van de meststroom. Vogelsang heeft een elektronische doorstroommeter net achter de verdeler als oplossing. De blauwe voelers in de slang registreren op basis van de temperatuur of er mest stroomt. De doorstroommeter kan worden gekoppeld aan het tankbesturingsprogramma of de trekkerterminal. De meter kan ook achteraf worden ingebouwd.

Hoe breed deze vaste-meststrooier van Joskin werkt, is nog onbekend. De machine is net gebouwd en is eerst op de Agritechnica en Agribex tentoongesteld. Pas komend voorjaar gaat Joskin proeven doen. De hele strooiunit is gebouwd als een losse box, die op een standaardstrooier van Joskin kan worden gemonteerd.

Direct handel voor Tebbe is deze nieuwe 240-tandemstrooier met grote 580/70R38banden met gestuurde achterste as. Handel omdat deze met 22 kuub voor zo’n strooier meer inhoud heeft dan de enkelassige varianten en omdat deze machine met zijn smallere bak geschikter is voor het verstrooien van kalkproducten dan de bekende bredere schotelstrooier.

Wienhoff toonde deze eigenzinnige zodenbemester. De machine werkt met een meskouter met een brede onderkant, zodat de geul tot onderin helemaal open is. Volgens de fabrikant is die beter geschikt om alle mest te bergen dan de gesneden gleuven in Nederland. De elementen zijn via een cilinder bodemvolgend opgehangen. Deze cilinder en de afsluiters worden pneumatisch bediend. GRONDIG - December 2013

59


Holaras verraste door zijn kuilverdeler te tonen met deze aangedreven egaliseerwals. De fabrikant pikte dat idee op bij een Duitse gebruiker. De wals wordt gebruikt om in de eerste gang de hopen silage egaler naar buiten te verdelen. Deze unit is universeel opgehangen en uitwisselbaar met een grasvork of een packerwals.

Elho toont deze 10,50 meter brede triplemaaier, die zowel als vlindermaaier met de middelste maaier als frontmaaier als achteruit (in de uitvoering zonder kneuzer) met de frontmaaier aan de vlindermaaier kan worden gebruikt. Nieuw is de mogelijkheid om dankzij GPS-aansturing op de kopakker en bij bochten automatisch de werkbreedte te variëren van 9,40 tot 10,50 meter.

Hatzenbichler toonde zijn Heavy Vertikator-graslandverplegingsmachine met een grotere, verbeterde pneumatische zaaimachine met zaaicontrole in extra zware uitvoering met tien of twaalf millimeter dikke tanden omdat de markt daarom vraagt. Hatzenbichler gaf echter nadrukkelijk aan dat dunnere zeven-millimeter-tanden voor graslandonderhoud beter werken en dat dit flink in graszaadgift scheelt.

Vijf balen verzamelen en in één keer afzetten kan met deze direct achter de pers gehangen verzamelwagen van ParkLand. Helaas is de machine te licht uitgevoerd voor silage. De machine kan balen tot circa 800 kilogram aan. Voor grassilage heeft de Deense fabrikant daarom een variant waarmee maximaal drie balen naast elkaar kunnen worden verzameld en afgezet.

Een interessante niche-markt bestrijkt deze Canadese Bale Baron. Deze machine bundelt afhankelijk van de pakmaat 18 tot 21 kleine balen in één pak. Hij kan achter de pers worden gehangen, maar ook stationair worden ingezet. De winst zit hem in de hogere waarde van kleine pakjes tegenover grote pakken, die je vervolgens wel als grote pakken kunt transporteren met walking floors.

agritechnica

Vijftig jaar opraapwagens siert Pöttinger op met de doorontwikkelde Europrofi Combi Line. Denk aan een pickup met een middenlooprol, een nieuw snijsysteem met 35 messen en een zwaardere bodemketting en bakconstructie. De grootste Jumbo’s zijn nu leverbaar met deze 2,36 meter brede pickup met wegklapbare steunwielen voor transport.

60

GRONDIG - December 2013


New Holland is nog niet gestopt met het waterstoftrekkerproject. De waterstofcellen dalen volgens woordvoerders echter te langzaam in prijs om hier commercieel mee aan de slag te gaan. In plaats daarvan richt New Holland zich voorlopig op het bijmengen van methaangas uit de biogasinstallatie in de dieselmotor. De trekker heeft voldoende grote tanks voor een halve dag werken.

Voor onze sector waren de nieuwe Agri-wielladers het grote nieuws bij JCB. De fabrikant toonde onder andere deze nieuwe 818 S en de 435 Agri. Beide zijn uitgerust met een ZF-zesbak met lock-up op alle versnellingen en met een geheel gladde onderkant voor kuilwerk. JCB pareerde de roep om een CVT in wielladers met de opmerking dat een volledige lock-up op de bak altijd zuiniger is.

Weasler toonde de Smart Drive. Het betreft hier een koppelopnemer die continu het koppel aan de aftakas meet. Dat geeft de chauffeur de kans tijdig in te spelen op veranderende koppels, waardoor de trekker automatisch op koppel wordt aangestuurd. Dat scheelt brandstof en voorkomt overbelasting van de aandrijflijn.

Natuurlijk hebben we het verhaal al gehad, maar we waren toch benieuwd of Vredo de nieuwe zeswielige Vredo Trac met eigen CVT klaar zou hebben. Zoals u ziet, is het gelukt. En dat hebben niet alleen bezoekers, maar ook collega-fabrikanten vastgesteld. Vredo gaf aan nog nooit zo veel fabrikanten en CVT-goeroes op de stand te hebben gehad.

Hij was er in blauw en rood, de nieuwe verreiker van CNH. Voor Case IH is dit een uitbreiding van het leveringsprogramma. De nieuwe serie Farmlift-verreikers bestaat uit zes modellen en heeft een werkhoogte van 6,10 tot 9,60 meter. Op die hoogte zijn dan maximum lasten van 3,2 tot 3,5 ton weg te zetten. De verreikers hebben een powershift-versnellingsbak en motorvermogens van 54 tot 105 kW (74 tot 143 pk).

Zo eenvoudig en zo fijn dat je je eigenlijk verbaast dat dit nog niet eerder bedacht is. Bij het (rechts) omdraaien draait het bovenste deel van de rugleuning automatisch mee. Je houdt dan ruggensteun bovenin en steunt onderin de rug af op de (linker) armleuning. De arm aan de kijkzijde steunt dan mooi op het vrijkomende onderste deel van de rugleuning. GRONDIG - December 2013

61


Duurzame efficiëntie TH400 Verreikers. TH400 is het nieuwe Agro-industriële radiaal gamma voor de nieuwste generatie verreikers en graaf-laad combinaties. Veelzijdig in gebruik voor diverse toepassingen is de TH400 geschikt voor gebruik in de meest veeleisende omstandigheden en op de moeilijkste ondergronden. Het nieuwe Trelleborg gamma voorziet uw machine van een goede stabiliteit, zelfs als de mast tot het uiterste moet gaan om zware gewichten te heffen. TH400 verhoogt de veiligheid en efficiëntie van uw machine.

www.trelleborg.com/nl/wheelsystems


KAWECO DOUBLE TWIN

kampsdewild.nl

Vele banden maken licht werk, dat is het motto van de KAWECO DOUBLE TWIN Shift. De 4 wielen van het onderstel lopen naast elkaar en maken daarbij ruimte voor het spoor van de tractor. Zo ontstaat één aaneengesloten spoor, waarbij de bodem slechts één keer bereden wordt. De DOUBLE TWIN Shift combineert het draagvermogen van een tandemasser met de wendbaarheid van een enkelasser. De PRO-JECT graslandbemesten is dankzij de unieke rubberlagers nagenoeg onderhoudsvrij. De RADIUM silagewagen is niet meer weg te denken bij de hakselaar. Dankzij de conische bak lost hij altijd, ook na langere transportafstanden. De THORIUM dubbeldoelwagen, herbergt alle eigenschappen van de RADIUM en combineert die met een efficiënt invoeraggregaat. Wist u dat KAWECO ook een perfecte dumper bouwt?

581052 KdW adv KAWECO Double Twin.indd 1

22-04-13 13:44

Leica Machinebesturing Vertrouwen is goed Controle is beter

Uw partner voor het complete werkproces Informeer bij ons of bij onze tevreden gebruikers over het inzetten van Leica 3D GPS machinebesturing en bedenk eens hoe u het meest uit uw machine kunt halen. Wij helpen u graag op weg met onze jarenlange ervaring.

Leica Geosystems B.V. 088 00 18 000 | Wateringen | Nederland www.leica-geosystems.nl

Scherm en GPS zijn ook in te zetten met andere voorbereide machines, zoals kraan, kilvers en shovels. Tekening via internet inladen, geen USB stick nodig. Uw investering verdient zichzelf terug.


Met opvallende films, interessante studieobjecten, een actie, een prijsvraag of gewoon opvallende

zijwegen

beurspresentaties kun je het publiek langer aan je binden. Dat is niet gemakkelijk op zo’n grote beurs. Voor ons scoorde fabrikant Kemper met de film over de studie naar een twintigrijige bek verreweg het best. Op onze speurtocht kwamen we nog meer verrassingen tegen.

Kemper-film boeit Opvallende presentaties en vermaak op de Agritechnica “We kennen het… ze lopen direct hal 9 (met de Agco-merken; red) of hal 14 binnen (John Deere en Claas; red). Je mag hopen dat er dan nog voldoende tijd over is om bij ons te komen.” Deze fabrikant had een bescheiden plekje in de groensectorhal. Op de vraag wat hij had gedaan om mensen te trekken en hen op zijn machines te attenderen, bleef het stil. Het meest treffende voorbeeld van dergelijke pr is misschien wel de wereldpremière van de nieuwe 96 kW (130 pk) sterke Tym-trekker met CVT en alles erop en eraan in een hoekje van dezelfde hal. Heeft u hem gezien? Je moet iets doen om mensen te trekken en vast te houden. Dat was onze insteek bij het beoordelen van de meest verrassende c.q. geslaagde pr-actie. Het aanbod was relatief gering. Verreweg de meeste fabrikanten kwamen niet verder dan het vullen van de dure vierkante meters van de stand. Hier en daar was er nog een beursactie of een prijsvraagje. De Agco-groep viel wel positief op met de bekende modeshow, die we al eerder hebben gehad, en korte, krachtige presentaties bij de afzonderlijke merken. CNH, anders ook wel in voor het één of ander, liet het dit keer wat afweten. Argo (Landini en McCormick) en Deutz-Fahr deden het daarentegen met een ruime stand beter. Argo had bovendien het nodige aangenaam vermaak. Deutz-Fahr had niets extra’s nodig om aandacht te trekken voor zijn letterlijk grote nieuws. Dat is ook een prestatie van formaat. Wij belandden uiteindelijk dankzij een nieuwsgierig makend bord in onze eigen taal op de stand bij tankbouwer Ludmann. Dat mondde uiteindelijk in een verhaal elders in Grondig. Zo simpel kan het zijn.

Tekst & foto’s: Gert Vreemann

Fabrikant Kemper stond met de film over het studieproject 2020 - de eerste omgangen met een twintigrijige maïsbek - met afstand op nummer één. Je zag dat mensen massaal geboeid bleven staan om de film van begin tot het eind te bekijken.

64

GRONDIG - December Juli 2012 2013


Op twee staat Kvernelands project 250. Een nieuwe ploegontwerp, in clean wit uitgevoerd, samen met een Koenigsegg-sportwagen, omdat de designers de nieuwe ploeg vormgaven. Letterlijk een mooi één-tweetje.

Fabrikant Ropa op plaats drie, omdat hier de mensen echt centraal werden gesteld. De ‘Ropahut’ met tafels vormde het hart van de stand. Op een gezellige manier raak je dan vanzelf aan de praat over het ijzer.

Ook wij gingen even nieuwsgierig kijken hoe Claas deze trekker zo haaks tegen de wand heeft geplakt. Creatieve oplossing voor dure standruimte en een leuke ‘vasthouder’. Claas had ook nog mime-spelers op de stand.t

Bij Horsch hadden ze Wolfgang Zeh als gespecialiseerde special painter op de stand, die heel secuur en heel knap de Horsch-machines op een T-shirt spoot. Leuk om te zien, met een exclusief hebbeding als eindresultaat.

Om het publiek te trekken, kwam een muziekbandje vanuit een andere stand door de hele hal al spelend aangelopen om bezoekers mee te trekken, om daarna verder te spelen bij de nieuwe Landini, vergezeld door enkele artiestes.

Passend bij de slogan ‘Think ahead’ kiekte fabrikant Vogel & Noot beursbezoekers en gaf ze op de computer een nieuw, creatief kapsel. Met de kans dat je zo op de kalender van het merk komt. Het gaf Vogel & Noot letterlijk een opvallend gezicht.

GRONDIG - December 2013

65


uitsmijter

Filters vervangen

Als filters niet tijdig worden vervangen gaat de werking ervan verloren. Je moet dus weten hoe lang de filters die je gebruikt meegaan. Het gaat tenslotte om je eigen gezondheid (nu en later).

Soorten filters en maskers

Er zijn stofmaskers, stoffilters, gasfilters en combinaties. Alle filters hebben een kleur, letters en cijfers meegekregen, zodat je weet welke bescherming ze bieden. Daarnaast zijn er ook nog cabinefilters. Stofmasker FFP: Filtering Face piece Particals, waarbij FFP 1 de laagste bescherming biedt en FFP 3 de hoogste. Een stofmasker moet minimaal worden vervangen na één werkdag of zelfs eerder als het weinig lucht doorlaat. Type

Kleur

Vervangen

FFP-stofmasker

Opmerking Goed aansluiten

Stoffilter

wit

Na één werkdag

Goed aansluiten

Gasdampfilter

bruin

Na acht uur gebruik. Maximaal één maand houdbaar

Vervang bij warm weer en zwaar fysiek werk eerder

Aanwijzingen fabrikant

Zorg voor preventief onderhoud en noteer de vervangingsdatum

Cabinefilters

Stoffilter (wit) P1, P2, P3: P = particals (zwevende deeltjes), P1 voor zeer grof stof en P3 voor het fijne stof. P2 er tussenin. P + SL: S = solid, L = liquid. Dit stoffilter biedt bescherming tegen vaste en vloeistofdeeltjes. Je doet er goed aan om een stofmasker na elke werkdag te vervangen. Een stofmasker werkt het best als de in- en uitlaatventielen schoon zijn. Gasdampfilters A (bruin): het filter voor organische dampen van oplosmiddelen, koolwaterstoffen, alcoholen enzovoort. Denk ook aan gewasbeschermingsmiddelen. Gasdampfilters absorberen alleen gassen en dampen. Daarom zijn er ook combinatiefilters, zodat je ook geen hinder van bijvoorbeeld stof hebt. Zo ontstaat een filter met de letters A en P, bijvoorbeeld A2P2 of A2P3. Deze filters moeten na acht uur gebruik worden vervangen. Je kunt ze maximaal één maand bewaren (afgedopt en luchtdicht). Tip: schrijf de openingsdatum op het filter. Een gasfilter is verzadigd zodra je de verontreiniging proeft of ruikt. Vervang het filter dan direct! Heb je te maken met verontreinigde grond, vraag dan de veiligheidskundige van Stigas om advies.

Geniet nooit met mate

Onderhoud contact met uw zieke werknemer Een werknemer van loonbedrijf Graafsma, Sjoerd van Barneveld, was al

de medewerker van de arbodienst. Graafsma zou erover nadenken.

geruime tijd ziek. Eind juli kreeg Sjoerd een ongeluk, waarbij hij naast tal

De werkgever en de werknemer hadden regelmatig overleg. Ook vor-

van kneuzingen ook een gebroken heup opliep. Sjoerd was daarom zes

men van licht werk bij herstel werden daarbij besproken. Sjoerd werd

weken volledig thuis om te herstellen na zijn operatie. In deze periode

na zes weken weer wat mobieler en zou licht werk kunnen doen. En wat

had de arbodienst contact met zowel Sjoerd als met Graafsma. De dienst

bleek: Graafsma kon tóch werk aanbieden. Er is altijd wel wat licht on-

adviseerde Graafsma om Sjoerd wat licht werk te laten doen voor een

derhoud aan de machines. En Sjoerd vindt onderhoud aan de machines

paar uurtjes per dag, als dit voor Sjoerd enigszins mogelijk was. Graaf-

sowieso leuk. Nadat Sjoerd hiermee was begonnen, herstelde hij vrij snel

sma had echter geen werk voor een paar uurtjes. “Hij is machinist op een

en kon hij al snel weer zijn ‘gewone’ werkzaamheden oppakken.

kraan en ik heb dus niets aan hem zolang hij niet geheel is hersteld”, aldus

Hieruit blijkt maar weer dat contact houden met een zieke werknemer

de werkgever. Op dat moment attendeerde de arbodienst Graafsma op

belangrijk is. De werknemer betrokken houden, leidt vaak tot eerder her-

allerlei vormen van licht werk. Is er administratief werk te doen? Wellicht

stel. En u als werkgever kunt wellicht meer werk aanbieden dan u denkt.

kan de werknemer achter de computer werkopdrachten verwerken. Misschien zijn er bezorgwerkzaamheden. “Hij blijft daardoor betrokken bij

Frank Diele

uw bedrijf en kan vanuit die positie verder bouwen aan zijn herstel”, zei

medewerker inkomensverzekeringen CUMELA Verzekeringen


Duizenden euro’s voordeel…. r TLS vo,-o* € 1 ia

Vamil / Mng ri Financiejk** mogeli

Comfor pakket *t

Vamil / Financie Mia ri mogelijk ng **

6125R, 6150R of 6210R met comfortpakket* Comfortpakket 1:

Comfortpakket 2:

- Automatische airconditioning - CommandArm - AutoPowr

- Automatische airconditioning - CommandArm - DirectDrive

Voor € 2.999,- *

Voor € 1.999,- *

TLS voor €1,- bij aankoop van een nieuwe 6125M of 6150M*

Bekijk onze aantrekkelijke financiering vanaf 0,29%**. Nieuwsgierig naar onze nieuwe producten? Kom alles te weten over de nieuwe John Deere producten en bekijk alle video’s nu op www.johndeere.nl/2014 of bezoek uw John Deere dealer. * Prijzen exclusief BTW, exclusief klaarmaakkosten. Geldig t/m 31 januari 2014. Getoonde modellen kunnen afwijken van de werkelijke uitvoering. Vraag uw dealer naar de voorwaarden. ** Neem voor meer financieringstarieven en de Vamil / Mia regeling contact op met uw John Deere dealer. De financieringsvoorwaarden zijn geldig van 01-11-2013 t/m 31-01-2014. De financieringsinformatie is vrijblijvend, hieruit ontstaan geen contractuele verplichtingen. Uitsluitend voor zakelijke klanten in Nederland. Fouten, aanvullingen, modificatie en herroeping voorbehouden. Eventuele kosten die zouden kunnen ontstaan, zijn buiten beschouwing gelaten. Alle aanbiedingen zijn onder voorbehoud van acceptatie door John Deere Financial, ’s-Hertogenbosch. John Deere Financial is een handelsnaam van Deere & Company verzorgd door BNP Paribas Leasing Solutions N.V..

JohnDeere.com


De maïs is weer geoogst de opbrengst gewogen.... en beoordeeld!

De hóógste Ricardinio: (Fao 220)

Ronaldinio: (Fao 240)

Millesim: (Fao 240)

Korrelopbrengers Zetmeelopbrengers Financiële opbrengers

zijn:

De absolute nummer één in zetmeelopbrengst /ha 10-15% meer dan alle andere in zijn vroegrijpheid. (=300-500 Euro/ha) Wéér de top in zijn vroegrijpheid. Al 8 jaar zijn stabiele topopbrengsten. In 2013 voor de 6-de keer op rij de meest gezaaide maïs van Europa. Bevestigt zijn sublieme korrelopbrengst en zetmeelopbrengst als middenvroege maïs. Gaat een extreme groei doormaken in Europa

Déze rassen zorgen voor het béste maïs- en melk saldo! Voor meer informatie: Tel. B +32-(0)3-449 02 20 Tel. NL +31-(0)76-50 23 517 www.kwsbenelux.com

KWS MAÏS ME ER nd M E Z E T M E E L va n h e t l a ER E N E RG I E i n d e s t a l MEER RENDEMENT


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.