Grondig 5 - 2019

Page 1

vakblad voor specialisten in groen, grond en infra

34 - ROBOTMAAIER DOET HET STRAKS ALLEEN 10 - FINANCIEEL RESULTAAT STABIEL 14 - OVERHEID MOET DIGITAAL AANHAKEN 32 - HOOBY-MAAIZUIG­ COMBINATIE 64 - CERTIFICERING MESTKETEN ROND

5 2019


MELD U AAN EN WIN EEN LEGO ZEUX TOEKOMST MODEL

VOOR U ALS LEZER: CUMELA DAG BIJ SMT Wat gaat de toekomst de grondverzetwereld bieden? Autonoom draaien met hybride of volledig elektrisch? Wat doen grote merken als Volvo Construction Equipment en Sennebogen met dit vraagstuk, en hoe gaat SMT als dealer importeur hier mee om? Veel vraagstukken welke we graag willen toelichten op een bijzondere dag. Kom donderdag 27 juni naar SMT en stap in de toekomst! Scan onderstaande QR code voor gratis toegangskaarten. Of ga naar bit.ly/cumela SMT PRESENTS:

| DONDERDAG 27 JUNI | 16:00 UUR - 20:00 UUR | DUKAAT 1 8305 BC EMMELOORD |


Colofon Grondig is het vakblad, website en digitale nieuwsbrief voor de cumelasector, specialisten in groen, grond en infra. Grondig wordt uitgegeven door CUMELA Communicatie in opdracht van CUMELA Nederland. U kunt zich via grondig.com aanmelden voor de gratis nieuwsbrief Grondig actueel. Adres CUMELA Nederland Postbus 1156, 3860 BD Nijkerk tel. (033) 247 49 00, fax (033) 247 49 01 www.cumela.nl CUMELA Ondernemerslijn (033) 247 49 99 / ondernemerslijn@cumela.nl Grondig / CUMELA Communicatie tel. (033) 247 49 50 / www.grondig.com grondig@cumela.nl / @Grondig Bladmanager Michiel Pouwels Redactie Toon van der Stok (hoofdredacteur), Gert Vreemann, Marijke Dorresteijn, Herma van den Pol Ton Herbrink (eindredacteur) Vormgeving Practicum Print Management BV, Soest Voorplaat CUMELA Communicatie Advertentiewerving Lisette Kerkhof, lkerkhof@cumela.nl Druk SMGB, Doetinchem Abonnementen Een abonnement op Grondig kan op elk moment ingaan en loopt na de eerste periode van kalenderjaar tot kalenderjaar. Een opzegging van het abonnement dient schriftelijk, vóór 1 november door ons ontvangen te zijn. Kosten abonnement Nederland € 90,- per jaar / Buitenland € 125,- per jaar. Collectieve abonnementen: op aanvraag

REDACTIONEEL Boxtel voorkomen Het is ons vroeger ook wel eens overkomen, toen we nog zelf thuis op de trekker en cyclomaaier zaten: dat je achter je opeens een eend zonder poten zag en in het gras eierstruif. En dat ondanks goed opletten en na een rondje van de weidevogelvrijwilliger. Deze eend had zich zo goed verstopt dat hij aan iedereen was ontsnapt, maar helaas niet aan de cyclomaaier, waarvoor hij ook niet wegvluchtte. Met fatale gevolgen. Laatst hoorden we een vergelijkbaar verhaal van een cumelaondernemer. Hij had bij het sloten schonen twee nesten niet gevonden, ondanks een uitgestelde maaidatum en een controlerondje vooraf. Vervelend voor de eenden, maar nog vervelender voor de ondernemer, want een voorbijganger had het wel gezien en maakte melding van deze overtreding van de Wet natuurbescherming. Het gevolg was een forse boete. Zijn verontwaardiging was groot en terecht, denk je dan, want het is één en al natuur. Die eend is geslaagd in zijn natuurlijke drive, namelijk het onzichtbaar voor de buitenwereld zorgen voor nageslacht. Hoe kun je daar als ondernemer nu voor worden veroordeeld terwijl je doet wat je opgedragen is, namelijk het schonen van de sloot, zodat bij droogte de aanvoer van water is geborgd en bij heftige neerslag het water weg kan? Het is de huidige maatschappij ten voeten uit. We zijn niet meer bereid te accepteren dat noodzakelijk onderhoudswerk ook ten koste gaat van natuur. Het kruipt nu langzaam het hele sloot- en bermbeheer in. Opeens is dit het domein waar we de insectenpopulatie moeten redden en waar we bloeiende bloemen willen die zo lang mogelijk blijven staan. Over de gevolgen - onkruiden die zich verspreiden over de akkers zodat er een extra onkruidbestrijding nodig is, kruisingen die onoverzichtelijk worden, wegen die versmallen door overhangende vegetatie en op­lopende kosten - vergeten we blijkbaar na te denken. Dit geeft een vervelend spanningsveld voor ondernemers die langs wegen en sloten actief zijn. Plotseling ligt je werk onder een vergrootglas en heeft iedereen er wel een mening over, iets waar machinisten ongewild mee te maken krijgen. Zij moeten zich verdedigen voor het werk dat ze gewoon in opdracht van de gemeenschap uitvoeren. Waar de één ziet dat het werk dat je doet goed is voor de veiligheid en het berm- en waterbeheer ziet een ander namelijk alleen vernielde natuur of machines die de doorstroming op de weg belemmeren. Allemaal mensen met een mening die je soms te woord moet staan. Nu de ­eisen toenemen en steeds meer mensen het recht in eigen hand menen te moeten nemen - zie de bezetters van een varkensstal in Boxtel - is het belangrijk om je medewerkers daarop voor te bereiden. Zodat ze weten dat ze rustig en netjes moeten uitleggen wat ze doen en dat ze er alles aan doen om schade te voorkomen, ook al weten ze dat niet iedereen dat wil horen of begrijpen. Alleen is en blijft de natuur soms zo ingenieus dat schade niet te vermijden is. Dat zullen we met ons allen ook moeten accepteren.

© Stichting CUMELA Communicatie, Nijkerk Het geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen uit Grondig is toegestaan na toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade door onjuiste berichtgeving. ISSN: 2210-3260 Lidmaatschap CUMELA Nederland Lid worden? Vraag het gratis infopakket op via info@cumela.nl. Wilt u het lidmaatschap van CUMELA Nederland beëindigen, dan dient u voor 1 oktober een schriftelijke opzegging te sturen naar het secretariaat van CUMELA Nederland te Nijkerk. Het lidmaatschap eindigt dan per 31 december van dat jaar. Bij opzegging na 1 oktober eindigt het lidmaatschap op 31 december van het volgende jaar.

Team Grondig Gert, Marijke,Toon, Herma en Lisette

GRONDIG 5 2019

3


Mekos 3D leveler: 3-Dimensionaal profileren van zand en korrelbanen met een total station.

Mekos levelers: Volautomatisch werkende machine’ s, ook met traploos instelbare ronding. Voorzien van automatisering door middel van laser techniek, total station of gps. De Mekos machines zijn uniek, sterk en duurzaam, geschikt voor zand en korrelbanen. (op getoonde producten zijn individueel patenten van toepassing)

Mekos Schagerbrug BV Tel. 0224-571555 www.mekos.net

Partners:

De ORCA giekaanbouw met frame en pompunit is binnen 10 minuten aan- of af te koppelen. De driedelige giek is geschikt voor montage van diverse werktuigen. Tijdens transport blijft de giek binnen de maximale transport afmetingen.

ORCA (OVER RIJD CHASSIS AANBOUW)

www.hemos.nl Info@hemos.nl 06 46602500


INHOUD 3 Redactioneel 6 In Actie: Sevink Agrarische Dienstverlening 9 Commentaar 10 Jaarresultaten cumelabedrijven 2018 14 Vent & Visie: Sjaak Dieleman, Nieuwland Geo-Informatie 18 Sterk Werk: Lagerweij Renswoude BV

Ondernemen met

mensen 22 26 30 32 34 38 40 44 48 51 51 52

Profileren: Meijns Grondverzet & Groenvoorziening Grondig.com Natuurvriendelijk berm- en slootonderhoud Hooby MH 115-maaizuigcombinatie McConnel Robocut-werktuigdragers Hybride Becky-maaiboot New Holland-voederwinningsmachines Japanse duizendknoop steeds groter probleem 50.000 systemen Competence Center Isobus Economie In kort bestek Grond stabiliseren

54 55 56 60 61 62 64 66 68 70 72 74

Cumelaria CAO & Zo Rustpunt: Loonbedrijf M. de Jong Cumela.nl Voorzitter Toolbox: werken in besloten ruimten Modulair certificeren mestketen Realistische CO2-emissiereductie Digitale transformatie Opvangen van pieken en dalen in het werkaanbod Succes met pubers Bedrijvig

Ondernemen met

vaktechniek

Ondernemen met

cumela

Grondig 6 ontvangt u op vrijdag 19 juli

GRONDIG 5 2019

5


ondernemen met

mensen

6

GRONDIG 5 2019

BEDRIJF IN ACTIE


Cumelabedrijf in actie Kuhn scoort dit jaar met de nieuwe Kuhn Merge Maxx 950-bandhark. Sevink Agrarische Dienstverlening in Gendringen heeft er al een jaar ervaring mee. Tijdens ons bezoek harkt Arno Sevink zes hectare relatief kleine percelen en gebruikt hij de middenafleg voor de perswikkelcombinatie. Op dit stuk zie je meteen enkele voordelen. Je kunt heel precies langs de randen sturen om het perceel open te harken en dan heen en weer harken met in één keer omsteken. Op het eind schakelt hij over op zijafleg om wat geren en de laatste stroken aan te sluiten “Je kunt goed inspelen op de wensen van de boer en de volgcombinatie, hakselaar, opraapwagen of pers”, vertelt Sevink. In dat laatste ziet hij een groot voordeel. “Zeker voor de hakselaar in de zomer kun je enkele omgangen op één zwad leggen om zo de hakselaar goed te benutten. Daar zit dan je efficiëntiewinst”, stelt hij vast. Omdat het beweiden steeds meer terugkomt, zocht Sevink vooral een machine die minder mest in het zwad poetst. Arno: “Dat is iets wat deze machine zeker realiseert. Door het afvoeren via de band verlies je ook minder blad. Iets dat door biologische boeren en boeren met veel vlinderbloemigen in de samenstelling wordt gewaardeerd.” Hij geeft aan dat je goed moet weten hoe je het samenspel van aftakas(toerental) in combinatie met de instelling van de pompen voor de afzonderlijke aandrijving van de pick-ups en de zwadband moet instellen. Daarbij moet ook de gewasrol (voor kort gras) goed zijn afgesteld en moeten de werkdiepte en eventueel de instelling van de ontlastveren worden aangepast aan de omstandigheden en de wensen van de boer. Sevink haalt op mooie vlakke stukken een rijsnelheid van 20 km/u, maar bij wat minder vlakke stukken, zoals hier, rijdt hij langzamer om de pick-ups goed aan de grond te houden. De regeling van de bandsnelheid is toereikend om altijd goed zwadwerk af te leveren. “Ik laat de banden nu langzamer draaien voor een rustige afleg. Die kunnen de aanvoer toch gemakkelijk aan.” De zwadvorm is volgens Sevink dan altijd mooi egaal, ook bij zijafleg. Wat hem betreft komt er nog een (hydraulische) snelverstelling op de ontlastveren om te voorkomen dat deze in natte omstandigheden te diep gaan en op harde droge grond heet worden. Het liefst heeft hij twee zwaddoeken om doorwaaien bij sterke, ongunstige wind te voorkomen en ziet hij graag dat deze helemaal wegklappen voor het losharken van kanten. Sevink heeft vorig jaar een gemiddelde capaciteit van 7,4 hectare per uur gerealiseerd, maar gaat op mooie stukken over de tien hectare per uur heen. Voor hem is de machine vanwege het schoner harken en de betere afstemming op de volgcombinaties een blijver.

TEKST & FOTO’S: Gert Vreemann

GRONDIG 5 2019

7


“Wij bieden een totaalpakket aan verzekeringen voor u als ondernemer. Wel zo makkelijk!” José van Dasselaar, relatiebeheerder

Verzekeringsspecialist in de cumelasector Als brancheorganisatie weten we bij CUMELA als geen ander waar u als ondernemer mee te maken heeft, met welk materieel u werkt en welke risico’s hierbij komen kijken. Hier hebben we onze polisvoorwaarden volledig op afgestemd.

Onze voordelen ü Persoonlijk contact met specialisten ü Gemak en uitgebreide service ü Kennis van de cumelasector ü Uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding ü Soepele afwikkeling bij schade

Wij weten wat we verzekeren! VERZEKERINGEN BV

www.cumelaverzekeringen.nl • (033) 247 49 60


ondernemen met

mensen

COMMENTAAR Europa “Ga stemmen voor de Europese verkiezingen”, was mijn boodschap in de CUMELA Nieuwsbrief van medio mei. De achtergrond voor deze oproep is dat elke stem belangrijk is, of je het nu wel of niet eens bent met Europa of met het Europese beleid. Als je het er niet mee eens bent, is niet stemmen geen optie. Laat dan juist jouw stem wel gelden, ook al is het maar één van de vele miljoenen stemmen. Als je wel voor één Europa bent, is stemmen ook een must. We hebben allemaal gezien hoe het met de stemming over de Brexit is gegaan, waarbij een krappe meerderheid voor een Brexit was. Wat resteert, is een politieke chaos, waar voor- en tegenstanders niet blij mee zijn. Ik ben natuurlijk ook gaan stemmen. Net na de middag werd ik op het stembureau in Espel begroet met “Ha, Janneke”. Wat waren de mensen achter de tafel blij dat er weer iemand langs kwam, want helaas was de opkomst toch een stuk lager dan bij de Provinciale Statenverkiezingen. De resultaten zijn inmiddels bekend. In Nederland is de PvdA de grote winnaar met zes zetels, waarbij de populariteit van Frans Timmermans vast en zeker van invloed is geweest. CDA en VVD komen er gelijk achteraan met elk vier zetels, daarna gevolgd door GroenLinks en nieuwkomer Forum voor Democratie met elk drie zetels. De overige vier Nederlandse partijen hebben gezamenlijk nog vier zetels kunnen bemachtigen. Het beeld op Europees niveau is dat het nieuwe Europees Parlement diverser, pluraler en representatiever wordt. In sommige commentaren wordt dit als positief gezien, maar er zit ook een keerzijde aan. Er moeten meer coalities worden gevormd en dus meer compromissen worden gesloten om zaken voor elkaar te krijgen. De kiezers hebben dan wel hun stem laten horen, maar wat blijft daar uiteindelijk van over in de standpunten die uiteindelijk door de diverse partijen worden ingenomen als ze met elkaar tot besluiten moeten komen?

Janneke Wijnia-Lemstra Algemeen directeur

Binnen Europa laten we de stem van onze sector horen via CEETTAR, de belangenorganisatie voor alle bedrijven in agrarisch loonwerk, grondverzet en cultuurtechniek en bosbouw. Onze beleidsmedewerkers denken samen met hun collega’s in andere landen actief mee in de standpunten die door CEETTAR worden ingenomen op het gebied van bijvoorbeeld regelgeving voor de toegang tot wegen voor mobiele werktuigen en het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid in wording. Samen met andere landen kunnen we nog duidelijker de stem van onze achterban laten horen. Samen sta je nu eenmaal sterker. Dat geldt voor de cumelabedrijven voor hun belangenbehartiging in Nederland, maar zeker ook in Europa!

GRONDIG 5 2019

9


HOOFDARTIKEL Agrarisch loonbedrijven ­lijden verlies door droogte

ondernemen met

vaktechniek mensen

Gemiddeld resultaat cumelabedrijven blijft positief De agrarisch loonbedrijven hebben het afgelopen boekjaar duidelijk last gehad van de droogte. Hun omzet stagneerde en het verlies nam toe. Gemiddeld nam de omzet wel toe, namelijk met 8,8 procent. Met name door gestegen diesel- en personeelskosten bleef het rendement gelijk aan dat van 2017.

Door de droogte bleven veel ­machines voor de voederwinning lang in de schuur.

10

GRONDIG 5 2019

Het jaar 2018 zal de boeken ingaan als het jaar van de grote droogte. Het neerslagtekort liep in augustus en september op tot rond de 300 millimeter. Er waren regionaal grote verschillen, maar vooral op de zandgronden in het Zuiden en het ­Oosten was het extreem droog, al kleurde het landschap in heel veel gebieden geel. Het effect daarvan is terug te zien in de voorlopige resultaten van de cumelabedrijven over 2018 na het verwerken van de resultaten van 81 bedrijven in CUMELA Kompas Analyse. De ervaring uit het verleden laat zien dat dit een goede basis is om een uitspraak te doen over het resultaat van de bedrijfstak. Bedrijfseconomisch adviseur Dieuwer Heins van CUMELA ­Nederland concludeert dat de resultaten min of mee vergelijkbaar zijn met die van het jaar 2017. De omzet steeg, maar dat geldt ook voor de kosten. Het uiteindelijke resultaat bleef ongeveer gelijk. Bij vijftig procent van de eerste 81 deelnemers daalde het resultaat, bij de andere vijftig procent verbeterde het resultaat. Bij de bedrijven met een gedaald bedrijfsresultaat zitten opvallend veel agrarische loonbedrijven. Het voorlopig resultaat van de agrarische loonbedrijven daalde dan ook.

Effect extreme droogte Volgens Dieuwer Heins zien we het effect van de droogte terug in de voorlopige resultaten van de cumelasector. “Met name de agrarische loonbedrijven hadden last van de zeer droge omstandigheden. In veel gebieden werden twee tot drie sneden gras minder geoogst. Dat heeft een direct effect op de omzet van de bedrijven in het agrarische werk. Ook de maïsgroei stagneerde volledig, met als gevolg dat de ­maïsoogst in ongeveer de derde week van september al gereed was.” In de cijfers is dit effect duidelijk terug te zien. In de cumelasector steeg de omzet in 2018 gemiddeld met 8,8 procent, terwijl de omzet in het agrarisch loonwerk slechts één procent hoger lag dan het jaar ervoor. Dat de omzet toch steeg, kan volgens Heins komen doordat bedrijven het tarief hebben aangepast. “Het is echter duidelijk onvoldoende om de gestegen kosten te compenseren. Dat is ook terug te zien in het resultaat van de bedrijven. Daar is het verschil vergelijkbaar. In de cumelasector als totaal bleef het rendement


Tabel 1. Winst- en verliesrekening cumelabedrijven 2017 en 2018 TOTAAL DEELNEMERS 2018

% van BM

2017

% van BM

Omzet

2.524.682

139,9%

2.320.295

136,9%

Inkoop

481.504

26,7%

427.814

25,2%

Werk door derden

238.840

13,2%

197.654

11,7%

Bruto marge

1.804.338

100,0%

1.694.827

100,0%

Arbeidskosten

752.860

41,7%

723.752

42,7%

Huisvestingskosten

58.772

3,1%

56.629

3,3%

Machinekosten Afschrijving

266.203

14,8%

250.227

14,8%

Reparatie & onderhoud

193.010

10,7%

178.650

10,5%

Brandstof

245.315

13,6%

218.373

12,9%

Verzekering

45.438

2,5%

41.505

2,4%

Huur machines

27.132

1,5%

22.471

1,3%

Overig

5.504

0,3%

5.079

0,3%

Totaal

782.601

43,4%

716.304

42,3%

Algemene kosten

69.277

3,8%

61.362

3,6%

Berekende rente EV

46.717

2,6%

43.056

2,5%

Betaalde rente

40.428

2,2%

41.826

2,5%

Totale rentekosten

87.144

4,8%

84.882

5,0%

Totale kosten

1.750.655

97,0%

1.642.928

96,9%

Bedrijfseconomisch resultaat

53.683

3,0%

51.898

3,1%

Aantal FTE

16,1

15,6

Aantal deelnemers

81

81

Succesvolle aanvraag verruiming tijdelijk krediet In het najaar waarschuwden de adviseurs van CUMELA Advies bedrijven al om tijdig de balans op te maken met betrekking tot de cijfers over 2018, omdat voor sommige bedrijven er een ernstig liquiditeitstekort dreigde voor het voorjaar 2019 als gevolg van de gedaalde omzet door de droogte. Diverse bedrijven hebben hiervoor de hulp ingeschakeld van CUMELA Advies. In de meeste gevallen werd een onderbouwd verzoek bij de bank ingediend voor extra tijdelijk krediet. In honderd procent van de aanvragen is in samenwerking met de bank een oplossing gerealiseerd. Onder meer voor financieringsaanvragen maakt CUMELA Advies gebruik van het CUMELA-model financiële planning. Het model is eenvoudig van opzet en geeft ondernemers een beter inzicht in de financiële ruimte van het bedrijf om in de komende jaren te investeren. Wilt u informatie over het CUMELA-model financiële planning of ook aan de slag met dit model, neem dan contact op met de Ondernemerslijn via telefoonnummer (033) 247 49 00, uw bedrijvenadviseur of de bedrijfskundig adviseur, specialisme financieringen (advies@cumela.nl).

min of meer gelijk met 3,0 procent van de bruto marge, ­terwijl dit in 2017 3,1 procent was (de bruto marge is de omzet gerealiseerd met eigen middelen). Bij de agrarische loonbedrijven is dit duidelijk veel negatiever. Daar daalde het ­rendement van min 0,1 procent in 2017 naar min 1,6 procent vorig jaar.”

Niet overal Opvallend is dat er ook bij de agrarische loonbedrijven grote onderlinge verschillen zijn. Bij niet alle agrarische loonbedrijven was namelijk sprake van een daling van het resultaat.

Dat is te verklaren doordat sommige regio’s minder last van de droogte hadden. Dat was ook het geval bij de akkerbouwloonbedrijven, die vaak vooral bij het oogsten worden ingeschakeld. Dat werk ging gewoon door, ondanks vaak wel lagere opbrengsten in kilogrammen, en daardoor een betere marge op het werk, doordat er vaak per hectare wordt afgerekend. Zij hadden ook het voordeel door extra werk via bijvoorbeeld het inzetten van de beregeningsinstallatie. De bedrijven die zelf ook akkerbouwmatige teelten uitvoeren, profiteerden ook van de hoge prijzen doordat de prijzen van agrarische producten door schaarste goed waren.

GRONDIG 5 2019

11


ondernemen met

mensen

CUMELA Kompas Analyse Jaarlijks leveren ruim 400 bedrijven de jaarrekening aan voor deelname aan de kengetallenvergelijking CUMELA Kompas Analyse. Hiermee krijgen ondernemers een beter inzicht in de arbeids- en machinebenutting op het bedrijf en de mogelijkheden die er zijn om die te verbeteren. Na verwerking van de cijfers ontvangen de deelnemers een kengetallenrapportage, waarbij de eigen resultaten worden vergeleken met het gemiddelde van een vergelijkbare groep bedrijven. Ook wordt de vergelijking gemaakt met de hoogst renderende bedrijven. De rapportage wordt door uw bedrijvenadviseur met u besproken. Wilt u een uitgebreider gesprek, dan is een gesprek mogelijk met één van de adviseurs bedrijfskundige zaken. Wilt u weten hoe uw kengetallen over 2018 zijn, doe dan mee aan de kengetallenvergelijking CUMELA Kompas Analyse. Neem hiervoor contact op via de Ondernemerslijn op (033) 247 49 99 of stuur een e-mail naar kengetallen@cumela.nl.

Heins merkt ook dat bedrijven werken aan het verbeteren van hun organisatie. “Op die bedrijven zien we duidelijk dat ze daarvan profiteren door een verbetering van het resultaat.”

Arbeidskosten Gemiddeld steeg de omzet van cumelabedrijven dus, terwijl het rendement gelijk bleef. Het betekent dat de kosten ook stegen. In tabel 1 is de winst- en verliesrekening weergegeven voor de cumelabedrijven die in 2017 en 2018 meededen aan de kengetallenvergelijking CUMELA Kompas Analyse. Heins licht de belangrijkste zaken die opvallen toe. “We zien dat de arbeidskosten met ruim € 29.000,- per bedrijf stegen. Deels kwam dat doordat er meer mensen in dienst waren, want het aantal fulltime arbeidskrachten (fte) is met 0,5 gestegen. De extra aan omzet waar de sector gemiddeld mee had te maken, is dus vertaald in de inzet van extra arbeidskrachten. Een ander deel komt door de verhoging van de lonen in zowel voor de CAO-LEO als die van andere sectoren, zoals de bouw en het transport. Toch is Heins tevreden over de resultaten die de bedrijven wisten te boeken. “Al met al is de arbeidsefficiency wel verbeterd. De verhouding arbeidskosten tot de bruto marge was in 2017 42,7 procent en daalde naar 41,7 procent.”

Hogere brandstofkosten

In het grondverzet steeg de omzet en nam het resultaat per bedrijf toe.

Een andere ontwikkeling is te zien bij de machine- en brandstofkosten. Terwijl de arbeidskosten in verhouding tot de bruto marge met één procentpunt daalden, ziet Heins dat de machinekosten met 1,1 procentpunt stegen. “In 2017 waren de machinekosten in verhouding tot de bruto marge 42,3 procent, in 2018 kwamen ze uit op 43,4 procent.” De belangrijkste verhoging van de kosten is terug te vinden bij de brandstofkosten. De brandstofkosten per bruto marge

Achtergrond cijfers De in dit artikel genoemde cijfers zijn gebaseerd op de gegevens van de eerste deelnemers aan de kengetallenvergelijking CUMELA Kompas Analyse 2018. Het gaat om 81 bedrijven die de jaarcijfers voor zowel 2017 als 2018 hebben aangeleverd. Het genoemde resultaat komt tot stand na aftrek van een arbeidsvergoeding voor de eventueel niet betaalde ondernemer en een rentevergoeding voor het gemiddeld aanwezige eigen vermogen. Ook zijn eventuele overige opbrengsten en incidentele baten en lasten niet meegenomen. Met deze werkwijze zijn de resultaten van bedrijven goed vergelijkbaar en wordt inzicht verkregen in de benutting van ingezette arbeid en machines.

komen in 2018 uit op 13,6 procent, waar deze in 2017 nog 12,9 procent waren. Gemiddeld gingen de brandstofkosten per bedrijf met bijna € 27.000,- omhoog. De hogere kosten werden natuurlijk voor een deel veroorzaakt doordat er meer werk werd uitgevoerd, maar de gestegen dieselolieprijs speelt een veel belangrijker rol. Volgens de CUMELA-brandstofindex was de gemiddelde bruto brandstofprijs, exclusief kortingen, in 2017 nog € 1,02 en in 2018 steeg deze naar gemiddeld € 1,12, een stijging van 9,4 procent. “Vooral daardoor namen de brandstofkosten per € 100,- omzet toe van € 12,90 naar € 13,60”, aldus Heins.

Gelijk rendement Bij de overige posten zijn de verschuivingen marginaal, constateert Heins “Opvallend is misschien nog de toegenomen post huur machines. Wellicht is dat een bevestiging van het signaal uit de markt dat bedrijven meer gaan huren.” Uiteindelijk komt bij de eerste deelnemers aan CUMELA Kompas Analyse de omzet in 2018 uit op gemiddeld € 2.524.682,per bedrijf. Hiervan blijft, na aftrek van inkoop hulp- en grondstoffen en werk door derden, € 1.804.338,- over aan bruto marge. Onder aan de streep komt het bedrijfseconomisch resultaat in 2018 uit op € 53.683,-. Dit is drie procent van de bruto marge en vergelijkbaar met het resultaat van het jaar ervoor. Gemiddeld een mooi resultaat, maar met de kanttekening dat de agrarische loonbedrijven weer verder in het rood kwamen en nog steeds geen positief bedrijfsresultaat weten te behalen. TEKST: Toon van der Stok FOTO’S: CUMELA Communicatie

12

GRONDIG 5 2019


KIES UW EIGEN 6-SERIE EN BESPAAR DUIZENDEN EURO‘S.

KIES UW TREKKER HIER: Agrotron 6155.4

Agrotron 6165

Agrotron 6185

Agrotron 6215

• DEUTZ 4 cil. 156 pk max. • 30/15 6 traps powershift • 420/85R28 520/85R38 banden • Maxivision cabine met airconditioning • hydraulische installatie 84 + 42 l/min

• DEUTZ 6 cil. 164 pk max. • 30/15 6 traps powershift • 420/85R28 520/85R38 banden • Maxivision cabine met airconditioning • hydraulische installatie 84 + 42 l/min.

• DEUTZ 6 cil. 188 pk max. • 30/15 6 traps powershift • 540/65R28, 650/65R38 banden • Maxivision cabine met airconditioning • Load Sensing pomp 120 l/min + 42 l/min.

• DEUTZ 6 cil. 226 pk max. • 30/15 6 traps powershift • 540/65R28, 650/65R38 banden • Maxivision cabine met airconditioning • Load Sensing pomp 120 l/min + 42 l/min.

netto prijs vanaf € 64.900 excl. BTW

netto prijs vanaf € 74.000,00 excl. BTW

netto prijs vanaf € 82.750,00 excl. BTW

netto prijs vanaf € 91.500,00 excl. BTW

Kijk voor de speciaal geprijsde actiepakketten op www.deutz-fahr.com Naast de standaard uitvoeringen bieden wij u speciaal netto geprijsde actiepakketten. Kijk hiervoor op www.deutz-fahr.com Farm-pakket met o.a. geveerde vooras, mech. cabinevering etc. Eco-pakket met o.a. Farm pakket + Automatisch RCshift transmissie etc. Eco Deluxe-pakket met o.a. Eco-pakket + elektrische hulpventielen en armleuningbediening etc. Profi-pakket met o.a. Eco Deluxe-pakket + traploze transmissie etc. Kijk op www.deutz-fahr.com voor uitgebreide informatie omtrent de actiepakketten of informeer bij uw dealer. Financiering vanaf 0% met looptijd van 48 maanden* actie is geldig tot en met 31 juli 2019 *mits goedkeuring SDF Financial services

DEUTZ-FAHR is een merk van


ondernemen met

mensen

VENT & VISIE

De overheid zet hard in op digitalisering, maar het blijft lastig om goede digitale bestekskaarten tekrijgen, merkt Sjaak Dieleman van Nieuwland Geo-Informatie. “Wij hebben cumelabedrijven die met onze MaaiApp prachtig kunnen vastleggen waar ze hebben gewerkt, alleen moeten ze dan wel de juiste digitale kaarten krijgen. Anders kunnen ze nog niets.”

“Overheid zorg voor aansluiting bij digitaal werken” Sjaak Dieleman, Nieuwland Geo-informatie over gebruik MaaiApp Het is zo simpel voor wie wel eens gebruik maakt van Google Maps of andere navigatieapparatuur. Op een digitale omgevingskaart zie je rode, groene of gele vlakken naast een weg of over een watergang. Het zijn vlakken en kleuren die voor de machinist aangeven wat er moet gebeuren, bijvoorbeeld een berm met grof gras maaien, een gazon scheren of een sloot schonen. Eventueel kan met puntjes nog worden aangegeven waar een bijzondere plant te verwachten is die je moet laten staan of waar een eend zit te broeden. De kaart die de machinist op zijn tablet of telefoon ziet, is voor hem niet alleen een planningsinstrument. In de pauze of na elke werkgang kan de werknemer in de cabine namelijk het vlak aantikken en de status veranderen, bijvoorbeeld van gepland naar uitgevoerd. Nog niet online, maar alleen op het apparaat zelf. Wel ziet de gebruiker in de bovenhoek een aanduiding (net als in WhatsApp als er berichten zijn) dat er berichten klaar staan om te verzenden. Pas als de gebruiker dat aantikt, gaan de berichten door naar kantoor of zelfs de opdrachtgever als deze mag meekijken. De machinist bepaalt dus zelf of en wanneer er iets wordt verstuurd. “Het gecontroleerd versturen van gegevens is een bewuste keuze”, vertelt Sjaak Dieleman van Nieuwland Geo-Informatie. Hij is de verbindingsman tussen de gebruikers en de ontwerpers op kantoor, waarbij hij dankbaar gebruik maakt van zijn achtergrond als boerenzoon. “Ik weet hoe het werkt op de bedrijven en wanneer je er wel en niet moet komen.” Hij legt contact met bedrijven om het systeem uit te leggen en te verkopen, maar vertaalt hun wensen ook naar collega’s op kantoor die de app ontwikkelen en op maat maken voor de aannemers. “Waarbij we maar één doelstelling hebben: Keep It Simple. Dat wil zeggen dat het vooral eenvoudig en heel gemakkelijk te gebruiken moet zijn door de mensen op de machine. Daarom moet het aansluiten bij de manier waarop je gewend bent te werken met apps op een tablet of mobiele telefoon.” Nieuwland is enkele jaren geleden begonnen met de ontwikkeling van een MaaiApp voor twee cumelabedrijven. Zij wilden voor het waterschap op een simpele manier kunnen

14

GRONDIG 5 2019

bijhouden waar de aangenomen werkzaamheden waren uitgevoerd. Niet langer door het inkleuren van stroken op een papieren kaart, maar zoals het nu hoort digitaal. Een wens die ook het waterschap had en zo werd gezamenlijk een speciale app ontwikkeld. Die app wordt voor een bedrijf op maat ingericht, vertelt Dieleman. “Het systeem passen we niet aan, maar een bedrijf kan bijvoorbeeld zelf kiezen welke kleurcodering het wil voor te maaien stroken. Het kan zelf aangeven wat het wil invoeren en op welke manier het iets vastlegt. Dat kunnen we op maat maken en geeft ook de mogelijkheid om zelf nieuwe toepassingen te bedenken. Dat hoeft helemaal niet met het beheer van bermen en sloten te maken te hebben. Zo hebben we een bedrijf dat het gebruikt om precies vast te leggen waar een container staat.

“Gemeenten stellen eisen aan digitaal werken, maar hebben het zelf niet voor elkaar” Moet de container worden opgehaald, dan wordt de locatie naar de chauffeur gestuurd en kan deze hem altijd vinden. Vergelijkbaar is het bedrijf dat bedacht om daarmee de hopen slootvuil aan te duiden. Daar wordt er nooit meer één vergeten. Daaraan merken we dat het werkt. Werknemers bedenken zelf in de keet dit soort toepassingen.” De app is opgezet voor het beheer en onderhoud van werkzaamheden in de openbare ruimte. Gestart is met het bermen slotenwerk, maar inmiddels is het uitgebreid met veel andere toepassingen. “Dat is het voordeel van bedrijfsspecifiek werken, maar altijd wel op basis van digitale bestekkaarten die we omzetten in een leesbaar bestand op een tablet of telefoon. Dat kan in Android, maar ook in iOS.” Voor het omzetten van deze digitale bestekkaarten zorgt Nieuwland. Het bedrijf neemt daarmee het technische werk uit handen waarvoor bedrijven vaak niet de kennis hebben. Alleen ontstaan daar vaak ook de problemen, merkt Diele-


man. “We komen namelijk nog veel te vaak tegen dat opdrachtgevers geen goed GIS-bestand hebben (een digitaal bestand dat volgens een GIS-standaard is opgesteld en dat iedereen kan bewerken; red.). Dan blijkt dat ze alleen CADtekeningen hebben of pdf-bestanden. Die zijn ook wel digitaal, maar missen het overzicht dat je met een GIS-bestand hebt. Op een CAD-tekening is het veel moeilijker om een vlak te bepalen om de oppervlakte te berekenen. Voor bedrijven die gebruik willen maken van onze MaaiApp is dat een probleem. Omzetten van de tekening kan niet, want dan moet je het veelal helemaal opnieuw intekenen en dat is niet onze taak en kost te veel. Voor bedrijven is het ontbreken van die digitale bestekstekeningen lastig, want sommige hebben wel de app, maar kunnen die voor de ene gemeente wel gebruiken, terwijl het voor de andere onmogelijk is. Ik ben met een nieuw bedrijf bezig en daar had ik van één gemeente binnen een paar uur de GIS-bestanden, terwijl dit bij de andere gemeente onmogelijk bleek. Dat maakt het dan wel lastig om bedrijven een positieve beslissing te laten nemen.” Dieleman ergert zich vooral aan het feit dat opdrachtgevers de mond vol hebben van inschrijven volgens EMVI-bestekken, waarbij ze extra punten geven voor bedrijven die innovatief en digitaal werken, maar zelf moeite hebben om een GEO-bestand te kunnen leveren. “Ze stellen dus eisen aan ondernemers die daarin moeten investeren, maar bij het merendeel is het een probleem om goede digitale bestanden te krijgen. Dat is voor ons én voor de aannemers een enorme belemmering.” Het is een probleem waar volgens hem vooral de gemeenten achterblijven. “Waterschappen en provincies hebben het vaak wel goed op orde. Daar zijn we ook het snelst aan de

“Bedrijven bedenken ook eigen toepassingen, bijvoorbeeld het vastleggen van de hopen slootvuil”

??

slag en kunnen we kaarten voor de MaaiApp geschikt maken”, stelt Dieleman vast. Voor bedrijven zit daar ook een deel van het verdienmodel, weet hij inmiddels. “Het eerste wat sommige bedrijven doen, is het exporteren van de oppervlakte van alle te bewerken vlakken naar Excel. Dat leggen ze naast het bestek en zo hebben ze vaak al het eerste meerwerk te pakken.” “We hebben inmiddels enkele jaren ervaring met wat de aannemers voor de MaaiApp willen en kunnen investeren. Wat we merken, is dat de kosten vaak jaarlijks lager worden, omdat bedrijven steeds minder vragen hebben en dus minder consultancykosten hebben. Het blijkt uiteindelijk voor veel bedrijven een veelvoud op te leveren”, ervaart Dieleman. “Het blijft echter moeilijker verkopen dan een Herder-maaiarm. Al had ik onlangs een ondernemer die het direct snapte. Die had aan een half A4-tje genoeg om een berekening te maken. Die maakt er nu met heel veel plezier gebruik van.” TEKST & FOTO: Toon van der Stok

GRONDIG 5 2019

15


GTJ

Deze aluminium amfibiemachine van Berky is multifunctioneel inzetbaar. In diep en ondiep water, zowel varend als rijdend.

Green Technologie Janssen www.gtjtrading.nl

Trans-SPACE

GUN UZELF

ONGEËVENAARD COMFORT EN STABILITEIT !

Hardox bodemplaat

Trans-SPACE 9200 ! meer volume

Grote banden tot 1,50 m en steeds een ideale oversteek in de stortbak bij het transport van aardappelen

W W W . L M C G E N N E P. N L

www.lmcgennep.nl Locatie: Landtech te Veghel

Corridor 9 • 5466 RB Veghel • T: 0413 - 211733

joskin.com


De vooruitgang ervaren.

De mobiele graafmachines van Liebherr Meest efficiĂŤnte machines door innovatieve technologie Betrouwbare machines met maximale productiviteit en levensduur Hoogwaardige Liebherr componenten, eigen ontwerp uit eigen productie Veel aandacht voor ergonomie en goed zicht op het werk

Wynmalen & Hausmann Import N.V. Ressenerbroek 7 6666 MP Heteren Tel.: +31 26 47 90 531 E-mail: info@wynmalenhausmann.nl www.facebook.com/LiebherrConstruction www.wynmalenhausmann.nl


ondernemen met

mensen

STERK WERK

Voorkomen is beter dan genezen Lagerweij Renswoude BV

Eén van de grootste bedrijfsonderdelen van Lagerweij Renswoude BV is het berm- en slootonderhoud voor waterschap en gemeenten. Het bedrijf richt zich op volledige ontzorging, zodat de opdrachtgevers er geen omkijken naar hebben. Hiervoor werkt het met zelfstandig personeel dat zelf de verantwoording neemt en zet het sterk in op het vooraf goed regelen van zaken. Deze aanpak zien we ook terug in de andere takken van het bedrijf.

Een typerend beeld tijdens ons bezoek: geen grommende machines, maar medewerker Anthon Beijer in zijn eentje op de dijk Nulderstrand-Bunschoten. Hij controleert of de grasmat in orde is, de juiste grassen en planten aanwezig zijn, er geen vuil ligt en er geen beschadigingen of ongeregeldheden voorkomen. Dat gaat verder dan het constateren en aanpakken van lastposten als duizendknoop en jacobskruiskruid. “We controleren de conditie van de dijk voortdurend om op tijd te kunnen anticiperen”, vertelt hij. Anthon bedoelt daarmee dat het dijkbeheer zodanig wordt uitgevoerd dat Lagerweij in principe geen telefoontjes hoeft te verwachten over zaken die moeten worden aangepakt. “Bijhouden kost minder tijd dan herstellen”, stelt hij. Het verwijderen en afvoeren van een jacobkruiskruidplant is daar een sprekend voorbeeld van, evenals het weghalen van al wat geschoten distels kort voor het maaiseizoen. Anthon heeft zijn roots in het sportveldenbeheer en beschikt dus over de nodige kennis en ervaring, aangevuld met actuele zaken. Zoals hier, nu er een uitgekiend flora- en faunabeheer speelt, waarbij er meer ruimte moet komen voor bijen. “Aan ons om te zorgen dat die vegetatie altijd in de juiste hoeveelheid aanwezig is in combinatie met voldoende grasbezetting voor de benodigde stevigheid.”

18

GRONDIG 5 2019

Zelfstandig aan de slag Lagerweij heeft een meerjarig contract voor het onderhoud van deze dijk. Teus Lagerweij: “We hebben vaste ploegen die weten wat er moet gebeuren en die regelen dat volledig zelf. Dat varieert van maaien met de trekker tot handwerk met de eenassige maaicombinatie op de steile stukken. Er komt ook handwerk bij te pas. Een belangrijk argument voor het binnenhalen van dit bestek is dat we het gras persen en afzetten aan boeren in de directe omgeving”, vertelt Lagerweij. Hij heeft daar zijn netwerk voor op orde. Dat geldt ook voor de andere drie vaste berm- en slootbeheerploegen. “Die medewerkers hebben elk hun eigen bestekdelen, kennen de omstandigheden, de opdrachtgever en de aangelanden en handelen dit zelfstandig naar eigen inzicht af. Ik hoef daar niet achteraan”, verduidelijkt Teus. Het gaat hier om berm- en slootbeheer voor het waterschap Vallei en Veluwe en gemeenten in de omgeving. “Zelfstandige medewerkers die hun eigen verantwoordelijkheid nemen, vinden we belangrijk”, vertelt Teus. “Je kunt niet overal zelf achteraan en bovendien is het beter als ze zich verantwoordelijk voelen voor het werk. Dat geeft ook meer voldoening bij de medewerkers als klussen goed slagen.”


Lagerweij Renswoude BV Lagerweij Renswoude BV is een veelzijdig cumelabedrijf met de takken GWW, Agrarisch en Transport. Het bedrijf wordt geleid door Henk en zoon Teus Lagerweij. Berm- en slootbeheer vormt de grootste tak. Daarnaast zijn er het agrarisch loonwerk en de speciale werkzaamheden, zoals de aanleg en het onderhoud van groen, het zetten van beschoeiingen en voorkomende groen- en bosbouwwerkzaamheden. Daarnaast worden er voor klanten ook grondverzet- en infrawerken uitgevoerd. Het bedrijf heeft zeventien vaste medewerkers. Het is een erkend leerbedrijf en VCA*gecertificeerd en werkt aan de Wet natuurbescherming niveau 1 en 2.

Teus geeft aan dat ze als familie Lagerweij ontzettend trots zijn op hun personeel en dat de waardering hiervoor best hardop mag worden uitgesproken. “Zonder deze zelfstandige medewerkers zouden we het niet kunnen doen. Dat is iets wat we belangrijk vinden.”

Vooraf in overleg Typerend voor deze werkwijze is dat Lagerweij voor de aanleg van het nieuw gerealiseerde fietspad op de dijk contact met de aannemer heeft gezocht. “Die klus was een zaak tussen de gemeente en de aannemer, maar wij hebben er wel belang bij dat er rekening wordt gehouden met ons dijkenbeheer”, zegt Teus. Dat achteraf vaststellen, is volgens hem het paard achter de wagen spannen. “Wij hebben goed contact gehad en zijn ingeschakeld om het goed te laten aansluiten bij ons dijkenbeheer”, legt hij uit. Denk hierbij aan het aanvullen, afwerken en opleveren van de bermstroken langs het fietspad. Diezelfde lijn trekt hij ook door bij andere aanbestedingen voor berm­onderhoud en sloten schonen. Ook hier hebben de ploegen vaste stukken in hun beheer. Ze kennen de trajecten en de aangrenzende boeren en burgers en gaan hier ook vooraf in overleg. Teus doelt hiermee onder andere op het afstemmen van de werkzaamheden op de wensen van de boeren. “We houden rekening met de gewasstand en proberen bijvoorbeeld zo te voorkomen dat we erdoor moeten vlak voordat het gras wordt gemaaid. Ook vragen we vooraf of de boeren het maaisel geruimd willen hebben of dat we het volgens bestek kunnen laten liggen”, vertelt hij. Een deel van de klanten wil dat geruimd hebben en dat doet Lagerweij dan tegen meerprijs. Daarnaast wordt er ook vooraf gecontroleerd op flora en fauna en wordt er

ingespeeld op de aanwezigheid van bijvoorbeeld nesten. “Ook hier melden we alles vooraf om narigheid te voorkomen.” Om mensen goed te informeren over de werkzaamheden bij hen in de buurt zet Lagerweij ook sterk in op sociale media. “Dan kunnen mensen met vragen meteen bij ons terecht”, aldus Teus. Hij ziet Facebook en Instagram hierin als steeds belangrijker middelen om te informeren en werk binnen te halen. “Mensen moeten weten wat je kunt en doet, ook om eventuele misverstanden te laten verdwijnen en problemen zoveel mogelijk vooraf en tijdig te tackelen.”

Gevarieerde aanpak Het berm- en slootonderhoud in de streek varieert sterk en daarom heeft Lagerweij een breed scala aan machine-uitrustingen, variërend van maaikorven met de trekker-Herdercombinatie tot een verlenggiek aan de mobiele graafmachine voor twaalf meter bereik, minigraafmachines voor krappe ruimten en zelfs op delen met de zeis. “Bij het dijkonderhoud kunnen we grotendeels uit de voeten met onze maai- en harkcombinaties, maar op de steile stukken is het handwerk bij het maaien en het ruimen van het gras. We hebben trajecten waar we met ons materieel niet kunnen komen. Dan doen we het handmatig met de zeis. Dat is nog echt vakwerk, waar ik af en toe nog zelf mee help, omdat het mooi werk is”, vertelt Teus. Die zelfstandige aanpak en dat stukje vakmanschap heeft Lagerweij de nodige vervolgopdrachten opgeleverd. “Zo hebben we ook al elders in Nederland het nodige onderhoud gedaan aan moeilijk bereikbare watergangen. Dat zijn vaak de mooiste stukken om aan te werken, omdat je dan in onbereikbare stukken natuur komt of op plekken waar normaal niemand komt.”

Een belangrijke factor bij dijkenbeheer is de afzet van maaisel aan boeren. Lagerweij heeft daarvoor goede relaties met boeren, mede doordat het agrarisch werk blijft doen.

GRONDIG 5 2019

19


ondernemen met

mensen

Naast maaikorven en maaizuig­ combinaties heeft Lagerweij ook deze bermvijzel, zodat het bedrijf het complete bermonderhoud kan verrichten.

20

GRONDIG 5 2019

Transport sterke tak Een sterke en groeiende tak is de zelfstandige transporttak. De hoofd­ taak is het transporteren van hekken voor evenementen en festivals, variërend van de Zwarte Cross en het Nederlands elftal tot Concert at Sea, maar ook voor kleine evenementen in binnen- en buitenland. Lagerweij heeft een eigen opslagterrein voor de hekken en werkt hierin onder andere nauw samen met Boels. Daarnaast heeft Lagerweij onlangs een flinke transportklus voor een bedrijf in de omgeving verworven en voert het bedrijf diverse transportwerkzaamheden voor derden uit. Lagerweij heeft nu zeven trucks draaien.

Lagerweij heeft diverse groottes machines voor het watergangen­ onderhoud. De eventuele afvoer van maaisel wordt van tevoren goed afgesproken met de aangelanden.

Naast bermmaaien en maaikorven plaatst Lagerweij desgewenst ook beschoeiingen voor het waterschap, bedrijven en particulie­ ren, ook op moeilijk bereikbare plaatsen.

Dat onderhoud gaat dan verder dan alleen maaien. Ook het uitdiepen, het zetten van beschoeiing en het baggeren horen daarbij. “Dat pakken we allemaal aan, tegenwoordig voor steeds meer opdrachtgevers”, zegt Teus. Dat heeft er bijvoorbeeld toe geleid dat het bedrijf al meerdere jaren het onderhoud en herstel van de stranden van het Henschotermeer mag uitvoeren. Hiervan is een mooi filmpje op de website van Lagerweij te vinden.

Agrarisch werk belangrijk Lagerweij ziet het sloten en bermonderhoud als een onderdeel in een totaalplaatje waarin het agrarisch loonwerk als een belangrijk puzzelstuk wordt gezien. “Met agrarisch loonwerk gaan we zeker door, ook al is het stilstaan en vliegen. Wij vinden het mooi werk en hebben de pieken er graag voor over”, aldus Teus. Hij ziet het daarnaast als een belangrijke factor in het behouden van het sloot- en bermonderhoud. “Omdat we de boeren goed kennen, kunnen we ook beter inschrijven op de aanbestedingen en kunnen we samen met boeren passende oplossingen realiseren”, licht hij toe. Teus is van mening dat als ze zouden stoppen met het agrarische werk dit toch lastiger zal worden. “Natuurlijk is het op te lossen, maar het werkt beter als je ook voor andere werkzaamheden bij de boeren komt. Dat praat even gemakkelijker.” Het levert hem bovendien ook ander meerwerk op. Denk aan incidenteel grondverzetwerk en andere voorkomende klussen. “Bermwerk is voor ons een belangrijke tak, die we niet los zien van onze andere werkzaamheden. Zelfstandige medewerkers die hun verantwoordelijkheid nemen en vooral inspelen op de situatie zullen daarin doorslaggevend blijven, maar altijd samen met goed contact met de aangelande boeren en burgers. Het totale plaatje moet kloppen. Onze preventieve aanpak gaat veel verder dan het voor een scherpe prijs uitvoeren van de werkzaamheden conform het bestek. Daarom blijft onze vaste man wekelijks het dijktracé Nulderstrand-Bunschoten bezoeken, ook in tijden dat er weinig spectaculairs te verwachten is. Dat hoort bij onze preventieve aanpak. Schoon houden bespaart werk, net als voorkomen beter is dan genezen.” TEKST: Gert Vreemann FOTO’S: Vreemann, Lagerweij, Remco Koning


+31 (0)345 585050 www.wimvanbreda.nl

Oudenhof 14 4191NW Geldermalsen

mechanisatie in weg-, berm- en slootonderhoud

ZAND- OF GRONDPRODUCTEN NODIG? UW AFVAL WEGBRENGEN WANNEER HET U UITKOMT? AFVALZORG BIEDT DE OPLOSSING Afhalen van ■ Straatzand ■ Vulzand ■ Metselzand ■ Brekerzand ■ Teelaarde ■ Bomengrond ■ Zwarte grond ■ Compost ■ Menggranulaat

Brengen van ■ Restafval ■ Hout ■ Grond ■ Puin ■ Groen ■ Bouw- en sloopafval

Zes dagen geopend, ook tijdens vakanties

Pinautomaat aanwezig

Gemakkelijk bereikbaar

Zonder afspraak en zonder wachttijden

AFVALZORG GRONDSTROMEN LIMBURG

Locatie Belvédère Maastricht Industrieweg 4 6219 NR Maastricht T 088 - 801 07 72

E maastricht@afvalzorg.nl

www.afvalzorg.nl

Volg ons op Twitter: www.twitter.com/afvalzorg


ondernemen met

vaktechniek

PROFILEREN

Zaandam in de natuur Meijns verbindt woonwijk met Natura 2000-gebied

Als ‘loonbedrijf voor de groenvoorzieners’ kennen de werkzaamheden voor de eco-oever Westerwatering geen geheimen voor Meijns Grondverzet en Groenvoorziening. Met dit verschil dat het bedrijf een dergelijke klus voor het eerst in eigen beheer doet. Over een afstand van anderhalve kilometer verbindt die oever Zaandam met de natuur.

22

GRONDIG 5 2019


Project: eco-oever Westerwatering Opdrachtgever: gemeente Zaanstad Aanneemsom: € 168.200,Looptijd: maart 2019 - mei 2019 Werkzaamheden: verwijderen beschoeiing, grasmat stukfrezen, plasdras uitgraven, zanderige grond verwerken in bloemenlinten, inzaaien bloemen en gras, plaatsen trimattributen en bankjes, kanosteigers aanleggen.

Marijn Meijns: “We doen dit werk voor negentig procent met onze eigen machines en mensen. Hiermee laten we zien wat we kunnen.”

Dicht bij de ringweg van Amsterdam ligt een oud polderlandschap, dat ingeklemd wordt door industriegebieden en woonkernen. Het is de polder Westzaan, een Natura 2000-gebied en een oase van rust en ruimte. De wijk Westerwatering in Zaandam grenst aan dit gebied. Tot voor kort bestond die grens uit een grasbaan en een brede sloot. Medewerkers van Meijns Grondverzet en Groenvoorziening uit Krommenie zijn echter druk in de weer om daar verandering in te brengen. De strook gras moet namelijk gaan plaatsmaken voor een zogenaamde ecooever; een plasdrasovergang die de grens met de woonwijk wat minder ‘hard’ moet maken. Een rupskraan is vandaag bezig om het laatste stuk oever van de in totaal anderhalve kilometer lange strook onder handen te nemen. De bovenste plank van de beschoeiing is al weggehaald en de palen wat verder de grond in gedrukt. Toch is de oude, rechte scheidslijn nog zichtbaar in het water, door opschietend riet. Aan de binnenzijde graaft de kraan ronde vormen uit, met hier en daar een extra grote inham waar straks plasdraszones moeten ontstaan. Ook de vegetatie wordt anders. Strak gemaaid gazon maakt plaats voor ruigere vegetatie en bloemenlinten, zodat de natuur straks rechtstreeks de wijk in lijkt te komen, legt Marijn Meijns uit. Meijns is blij met de opdracht van de gemeente Zaanstad. Hij werkt sinds kort voor het bedrijf van zijn broer Michiel, waar hij zich vooral bezighoudt met regelwerk en acquisitie. Ze willen graag meer eigen werk en zien hier een uitgelezen kans om hun visitekaartje af te geven. “We doen dit werk voor negentig procent met onze eigen machines en mensen. Hiermee laten we zien wat we kunnen.”

Vaste mensen Ze hebben het werk opgedeeld in vijf fases van 300 meter. Dat houdt de planning overzichtelijk en ook voor de buurt is het wel zo prettig, want fiets- en wandelroutes blijven tijdens het werk zoveel mogelijk open. Omdat er geen 3D-tekening was, lieten ze er één maken als hulpmiddel voor de kraanmachinist. “Een strook van 150 meter wil nog wel uit de losse pols, maar bij deze omvang is het wel zo prettig om te weten waar je aan toe bent”, zegt Meijns. De kraanmachinist kan zich in elk geval volop uitleven, want er is best wat ruimte voor vrije interpretatie. Met de kantelbak werkt hij de oever meteen af, terwijl een collega de grond naar het depot rijdt. Zo krijgt ook het laatste stuk oever vandaag zijn ronde vormen. De vrijkomende grond is zoveel mogelijk verwerkt in de strook zelf, door het gehele terrein iets op te hogen. Arm zand uit de ondergrond is apart gehouden en benut voor nog iets hoger aangelegde bedden, waar straks de bloemenlinten komen. De berg zwarte grond die overblijft, wordt nog benut in een ander werk: de aanleg van een park elders in de gemeente.

GRONDIG 5 2019

23


1 Trekkers pal naast een ondernemen met woonwijk? Dat trekt uiteraard bekijks van de jongste inwoners.

vaktechniek

2 Licht en wendbaar materieel komt in dit soort werk goed tot zijn recht. Over de gefreesde toplaag wordt nog wat vrijgekomen grond verdeeld. 3 Enige overlast voor de buurt is niet te voorkomen, maar de mannen van Meijns proberen de werkplek zo schoon mogelijk te houden. Het droge voorjaar is een groot voordeel.

1

2

4 Een flauw talud met inhammen voor plasdras maakt de overgang tussen de woonwijk en het natuurgebied vloeiender en daardoor vriendelijker.

3

“We hoeven zo nauwelijks met grond door de wijk. Daarmee houden we de overlast beperkt. We hebben hier telkens twee vaste mensen aan het werk die alle machines bedienen. Ze weten precies wat ze moeten doen. Dat is prettig voor mij, maar ook voor de mensen in de wijk. Vaste gezichten, vaste aanspreekpunten en over het algemeen maar twee machines tegelijk in actie. Dat houdt het overzichtelijk en veilig.”

Afwerken kost tijd Aan het andere eind van het werk zijn intussen de eerste fases al ingezaaid en kun je je met een beetje fantasie al voorstellen hoe het wordt. Langs het fietspad, dat over de volle lengte loopt, komt aan weerskanten een meter gras, dat als gazon wordt gemaaid. Daarmee blijft het veel gebruikte fietspad optisch breder. De rest bestaat straks uit ruigere begroeiing en bloemen.

24

GRONDIG 5 2019

4

Twee man zijn vandaag in de weer om het terrein af te werken. De aansluiting met stoepranden en andere obstakels wordt met de bosmaaier gekortwiekt. De ander is de hele dag druk met het opruimen van stukken plastic en grote stukken rietwortel. Dat is geen overbodige luxe. Op meerdere plekken is zwerfvuil te voorschijn gekomen bij het graven en frezen. “Dat calculeer je van tevoren niet in, maar we willen het natuurlijk wel zo netjes mogelijk achterlaten. Via de gemeente krijgen we wat extra helpende handen, in de vorm van mensen uit de sociale werkvoorziening.” Na het afwerken van het groen volgt alleen nog het plaatsen van bankjes, aanmeerplekken en enkele trimattributen. Het plaatsen van de trimattributen gebeurt door een gespecialiseerd bedrijf. De aanmeerplekken maakt Meijns zelf. De oude ligplaatsen waren door de inwoners van de wijk veelal zelf in elkaar getimmerd en deels verrot. De nieuwe aanmeerplaatsen zijn van kunststof en geven straks een minder rommelig beeld.


5 De door de bewoners zelfgemaakte aanmeerplaatsen voor kano’s en bootjes worden nog vervangen door kunststof exemplaren. 6 De aansluitingen met stoepranden en andere obstakels worden met de bosmaaier netjes gekortwiekt.

5

7 Zoveel mogelijk van de vrijgegraven grond blijft op het werk. Wat overblijft, komt straks van pas in een ander project van de gemeente.

6

8 Ook de schaftkeet en het machinepark verhuizen mee van de ene naar de andere projectfase.

7

8

Onderhoud Na het afronden van de klus houdt Meijns de komende jaren het beheer over de eco-oever. “Dat is prettig. We hebben de afspraak dat we bloemenrand nog een keer afmaaien, ter plekke laten drogen en het maaisel dan afvoeren. Op die manier kan het bloemenmengsel zich nog wat uitzaaien en verschralen we de groeiplaats nog wat verder. Voor de rest doen we het reguliere onderhoud, waarbij we een paar keer per jaar de ruigere delen maaien. En mocht het nodig zijn, dan kunnen we meteen wat herstelwerk doen.” Wat Meijns betreft is de klus gegaan zoals was gehoopt en voelt het als een kantelpunt voor de onderneming. “Tot dusver waren we vooral een loonbedrijf voor de groenvoorzieners, maar onze ambitie is om vaker van dit soort klussen op te pakken.”

Zaandam omarmt eco-oevers Na enkele pilots met ecologische oevers is de gemeente Zaandam enthousiast begonnen aan een serie grotere verbindingszones in het waterrijke gebied rond te stad. De plasdraszones moeten de lokale flora en fauna versterken en een verbinding leggen met ecologisch waardevolle terreinen. De bewoners in de wijk Westerwatering hebben daar zelf een belangrijke rol in gespeeld. Er lagen namelijk plannen om bomen en struiken te planten in de strook tussen de wijk en het natuurgebied, maar omdat die het vrije uitzicht zouden bederven, stuitte dat op veel weerstand. Bij de start van het werk was er zelfs nog wat scepsis, merkte Meijs, maar inmiddels is er waardering.

TEKST EN FOTO’S: Egbert Jonkheer

GRONDIG 5 2019

25


ondernemen met

vaktechniek

GRONDIG.COM

Op deze pagina’s samenvattingen van berichten die eerder op Grondig.com zijn geplaatst. Wilt u op de hoogte blijven van het actuele nieuws? Ga naar Grondig.com. Daar publiceert de redactie dagelijks nieuws van en voor de cumelasector.

HAMMEL VB 750 DK EXTRA POWER De Hammel VB 750 DK-verkleiner heeft een flinke update ondergaan met de Extra Poweruitvoering. Die is uitgerust met een 353 kW (480 pk) Cat C13 Stage IV-krachtbron. Hammel geeft aan dat met deze zwaardere motoren er een twintig procent hogere capaciteit kan worden gerealiseerd. De VB 750 DK Extra Power is ook uitgerust met een groter rupsloopwerk en verder is er een sterkere magneet geplaatst om ook bij de hogere capaciteit een goede afscheiding van metaal te garanderen. Verder is de machine op diverse punten doorontwikkeld. Zo werd de loshoogte vergroot van 4,40 naar 4,70 meter.

de giek geplaatst. De draaikolom van de giek heeft nu een draaikrans met buitenvertanding en een sterke zwenkmotor.

AUTOMATISCHE HYDRAULISCHE SMP-SNELWISSEL HEMOS ORCA VERDER DOORONTWIKKELD Hemos heeft de Orca voor dit seizoen verder doorontwikkeld. De bediening gaat nu via een Parker Iqan CANbus-systeem, met twee compacte joysticks, een touchscreen en in de cilinders geïntegreerde positiesensoren. Hiermee kunnen giekfuncties worden gecombineerd, de cilinders op het einde van de slag worden gedempt en de drukregeling van de zweefstand worden aangepast aan de positie van de giek. De slangen en leidingen zijn bij de nieuwe uitvoering volledig in de driedelige giek weggewerkt. Voor de maaizuigcombinaties wordt de zuigbuis op

Op de open dagen ter gelegenheid van het 75-jarig jubileum van Pladdet BV toonde het bedrijf de nieuwe FOC (Fast Oil Connection), een volautomatische hydraulische snelwissel van SMP, gebaseerd op het symmetrische snelwisselsysteem. Deze is compatibel met de OilQuick. Het FOC-systeem wordt aan de achterzijde en aan de voorzijde hydraulisch vergrendeld. De SMP FOC kan tot 400 liter per minuut aan via een één-inch-koppeling. SMP heeft zich gericht op zo weinig mogelijk bewegende delen in de koppeling, die

advertentie

Die wil alleen maar harken

www.krone-nederland.nl

KRONE Swadro harken

Complete programma harken met werkbreedtes vanaf 3,5 tot 20 meter DuraMax geharde curvebaan met 3 jaar garantie Kogelgelagerde tandarmen uit 1 stuk = onderhoudsvrij en spelingvrij KRONE Jet-effect = heffen en laten zakken van de elementen zonder gewas verontreiniging KRONE Lift-tanden = sneller harken en minder verontreiniging Perfecte vierkant zwadvorm en schoon harkwerk

Zuid-Nederland: Ad van den Hurk 0653-241918

26

GRONDIG 5 2019

Noord-Nederland: Marc Berghuis 0651-346841


daarom een mechanische vergrendeling op beide snelwisselassen heeft, desgewenst met sensors en een elektrische koppeling voor de diverse toepassingen.

berekend op vermogens tot 147 kW (200 pk). HiSpec geeft een laadvermogen van twaalf ton op bij een eigen gewicht van 6,8 ton en 580/70R38- of grotere banden. Het strooien op GPS door middel van een taakkaart is mogelijk.

FPT CURSOR X-TOEKOMSTVISIE ZONDER DIESEL

ROSIERGREIDANUS INTRODUCEERT HISPEC-MESTSTROOIER Landbouwmechanisatiebedrijf RosierGreidanus zet de Ierse HiSpec Xcel 1250-mestrooier op de Nederlandse markt. Uniek aan deze meststrooier is de shredderrotor aan de achterkant. De shedderrotor is voorzien van twaalf millimeter dikke, tegen de klok indraaiende Hardox klepels die ervoor zorgen dat de HiSpec Xcel 1250 alles kan afhandelen wat erin wordt gegooid. Daarbij claimt HiSpec een werkbreedte tot 24 meter. De machine is

Cursor X betreft een bouwsteenmodule die op elk voertuig in grondverzet, landbouw en transport (trucks) toepasbaar moet zijn. Basis van het FPT Cursor X idee is een modulair krachtbronsysteem, waarbij de klant zelf de uitrusting kan vaststellen en aanpassen aan de omstandigheden. FPT gaat uit van een uitwisselbaar plug and play-systeem, waarbij methaanmotor, brandstofcel en batterijen (in serie of parallel) intelligent kunnen worden ‘geplugd’, samen met een daarop afgestemd uitwisselbaar motormanagement. Diesel komt in de toekomstvisie niet voor.

STERKERE ACHTTONS KOBELCO De Kemp Groep is gestart met de uitlevering van de nieuwe achttons Kobelco SK85MSR-7 als sterk verbeterde opvolger van SK85MSR. Dankzij de nieuwe, sterkere 53,7 kW (72 pk) Stage V-motor en aangepaste hydrauliek heeft deze nu volgens Kemp een vijftien procent kortere cyclustijd, een 37 procent hogere graafsnelheid en een 38 procent hogere hefsnelheid van de beladen giek. De nieuwe cabine heeft een verbeterde luchtgeveerde stoel en een nieuw interieur. Nieuw is ook de grote multifunctionele draaiknop op de grotere modellen in combinatie met een grote kleurenmonitor.

advertentie

Efficiënt toolboxen en werkplekinspecties uitvoeren Veilig Vakwerk maakt het uitvoeren van werkplekinspecties en toolboxen veel eenvoudiger. Medewerkers ontvangen de juiste informatie op hun telefoon en kunnen direct aan de slag. Dit kan volledig digitaal, maar het is ook mogelijk om de geprinte versie te bewaren. Veilig vakwerk zorgt voor tijdsbesparing en verbetering van het veiligheidsbewustzijn bij medewerkers. rd Gereducee r o o v Probeer Veilig Vakwerk een maand gratis: tarief A L E M CU ederland N https://veiligvakwerk.nl/aanvragen-maand-gratis leden

NIEUW

Nu in de store s beschikbaar

Direct toepasbaar, overal beschikbaar

Digitale werkplekinspectie Dashbord op de pc met overzicht van uitgestuurde toolboxen en werkplekinspecties Automatisch archief en Rapportage

In samenwerking met CUMELA Nederland, bedrijven uit de sector en Stigas.

NEDERLAND

GRONDIG 5 2019

27


VERNIEUWING TAKEUCHI Takeuchi is druk bezig met het introduceren van een reeks nieuwe minigraafmachines. Daaronder ook het eerste model uit de 3-serie, de zeventons TB370 met touchpanel-monitor, een 270-gradencamera en een handige nieuwtje, de uitstaplamp. De TB235 en TB250 worden vervangen door de compleet nieuw gebouwde TB235-2 en TB250-2. De TB290 is op diverse punten verbeterd, wat heeft geleid tot de TB290-2. Hierdoor zijn de drie machines qua uiterlijk en specificaties nu volledig in lijn met de nieuwste 2 serie-machines. Tegelijk werkt het bedrijf ook aan de ontwikkeling van een volledig elektrische minigraver, de TB220e.

NIEUWE COMPACTE STEYR EXPERT CVT

SENNEBOGEN GREEN HYBRID Green Hybrid is Sennebogens naam voor het nieuwe innovatieve systeem voor het terugwinnen van energie, dat vanaf nu wordt geĂŻntegreerd in alle grote material handling-machines van Sennebogen. Met het Green Hybrid-systeem kunnen volgens Sennebogen besparingen tot dertig procent worden gerealiseerd. Het systeem bestaat uit een gasaccumulator die is gekoppeld aan een hydraulische cilinder op de giek. Sennebogen werkt met een relatief grote accumulator. Hierdoor is een relatief lage compressie in de gasdruktanks mogelijk. Dat betekent dat de druk in het gas - ongeacht de werkpositie van de hydraulische cilinder - minder schommelt.

Op een meeting dicht bij Salzburg werd de nieuwe Steyr Expert CVT voorgesteld. Voor de Steyr-fans is er hiermee in het segment 74 tot 96 kW (100 tot 130 pk) een compact CVTmodel beschikbaar met een heel complete uitrusting. Het gaat om vier modellen met Stage V-motoren, S-Control CVT-transmissie, een hydraulisch systeem met een opbrengst van 110 liter per minuut, een geĂŻntegreerde fronthef en vooras- en cabinevering. Alle vier de modellen, met vermogens van 74, 81, 88 en 96 kW (100, 110, 120 en 130 pk), hebben de bekende NEF-4,5 liter-viercilindermotor in Stage V-uitvoering.

advertentie

Importeur voor de Benelux

EUROSTEEL BV VAN HEEMSKERCKWEG 10 5928 LL VENLO NEDERLAND WWW.EUROSTEEL.NL

28

GRONDIG 5 2019


AUTONOOM SNEEUWRUIMPROJECT VAN VALTRA EN NOKIAN TYRES

LANDKRACHT PRESENTEERT DE INO-KLEPELMAAIERS Landkracht Agri presenteerde op de open dagen in het nieuwe pand in Hellendoorn de uitgebreide lijn Ino-klepelmaaiers. Deze lijn varieert van kleine machines voor boomgaarden tot acht meter brede vlindercombinaties. De frontklepelmaaiers zijn actueel met het oog op de verkleining van groenbemesters. Verder liet het bedrijf een luchtdrukwisselsysteem zien dat is voorzien van een compressor en buffervaten die zijn verwerkt in een frontbumper om snel meerdere banden weer op druk te kunnen brengen. Ten slotte was er de primeur van de nieuwste Sauter Frontprotektor.

Valtra en Nokian Tyres hebben in maart 2019 samen met drie andere Finse bedrijven een gezamenlijk proof-of-concept-project gerealiseerd op de meest noordelijke luchthaven van de Europese Unie. Twee Valtra T254 Versu-trekkers, uitgerust met Nokian Hakkapeliitta TRI-banden en elk voorzien van een 4,50 meter brede sneeuwveger/blazer,

maakten autonoom de start- en landingsbanen op het Ivalo-vliegveld in Fins Lapland sneeuwvrij. Het is voor Finavia, de organisatie die verantwoordelijk is voor het onderhoud van de meeste Finse luchthavens, een hele uitdaging om de start- en landingsbanen sneeuwvrij te houden.

BIJZONDERE SCANIA SPECIAL EDITION V8 Ter ere van het vijftigjarig jubileum van de V8-motor brengt Scania Nederland een heel bijzondere Special Edition V8 uit, die qua luxe en uitstraling weinig te wensen overlaat. De Special Edition V8 beschikt over naar keuze 426, 478 of 537 kW (580, 650 of 730 pk) in combinatie met een Opticruise-versnellingsbak. Hij is er in als 4x2-, 6x2- of 6x4-trekker en beschikt over een S-cabine in hoge uitvoering. De truck heeft verder een luchtgeveerde negentons vooras en de 4x2 een luchtgeveerde dertientons achteras. Voor de 6x2 en 6x4 is er een luchtgeveerd negentientons asstel (7,5 plus 11,5 ton). Bij het exterieur kan worden gekozen uit de kleuren Ruby Red of Pure Black metallic en de truck is voorzien van een waslijst aan opties.

advertentie

ZANDKIPPERS TE HUUR

- 8x2 met 26 ton laadvermogen tot 10x8 met 30 ton laadvermogen - neutrale kleurstelling - te huur per dag/week/maand

Groenekan T. 0346 25 96 00 | Zwolle T. 0529 46 94 00 | www.veldhuizen.nl | verhuur@veldhuizen.nl ZandkipperVerhuurGrondig.indd 1

28-5-2019 12:06:36

GRONDIG 5 2019

29


ondernemen met

vaktechniek

Natuurvriendelijker is de trend Nieuwe uitdagingen in het berm- en slootonderhoud Het onderhoud van sloten, bermen en groenstroken staat aan de vooravond van een grote trendbreuk. Alles wijst er namelijk op dat biodiversiteit en natuur een steeds grotere rol in het beheer gaan spelen. Dat betekent voor de cumelabedrijven dat er veranderingen nodig zijn in de manier van werken, de technieken en de kennis over natuur.

Half mei begint het onderhoud van bermen en groenstroken flink op stoom te komen. Met snelle en efficiënte machines om te zorgen dat bermen en sloten er weer strak bij liggen. Ze tekenen voor meer dan 10.000 km sloten en 140.000 km watergangen. Alles om het werk zo slim en goedkoop ­mogelijk uit te voeren. Toch zwelt ook de kritiek aan, want de strak gemaaide bermen laten veel te wensen over op het gebied van biodiversiteit, zo vinden bewoners en ambtenaren die zoeken naar mogelijkheden om hun omgeving groener te maken. Zo levert bijvoorbeeld klepelen een vrij eenzijdig begroeiing op. Ook wordt er amper rekening gehouden met de natuur, die er baat bij kan hebben wanneer er flexibeler wordt omgegaan met het tijdstip van maaien en de frequentie.

Maaibeheer aanpassen Kan maaibeheer natuurvriendelijker worden gedaan? Deze vraag komt steeds vaker naar voren. Allereerst doordat opdrachtgevers, zoals provincies, waterschappen, Rijkswaterstaat

30

GRONDIG 5 2019

en gemeenten, steeds meer bezig zijn met duurzaamheid, waaronder ook natuur­beheer en biodiversiteit vallen. De tweede is dat groene organisaties er steeds beter in slagen om hun boodschap in de d ­ iscussies over te brengen. Onder die groene partijen die zich met het beheer van bermen zijn gaan bemoeien, bevindt zich ook de Vlinderstichting. Die stelde Kleurkeur samen, een nieuw keurmerk voor goed maaibeheer. Deze overlapt grotendeels met Groenkeur en stelt een aantal extra eisen. “Wij willen daarmee de opdrachtgever ontzorgen”, zegt Albert Vliegenthart van de Vlinderstichting. “Het streven is om de biodiversiteit te herstellen en de kwaliteit te ondersteunen. Met Kleurkeur laten we zien hoe dat moet en wat dan goed is. Nu wordt in de praktijk vaak zo goedkoop mogelijk gewerkt.” Wat de stichting graag zou zien, is dat er wordt gewerkt met een beheerplan. “Je let dan op de soorten die aanwezig zijn en kijkt hoe je er rekening mee kunt houden. Maatregelen die we voorstellen, zijn bijvoorbeeld het laten staan van dertig procent van de vegetatie om planten door te laten groeien, het aanpassen van de maaihoogte en het meer seizoensafhankelijk gaan kijken. Zo hebben we nu te maken met een koud voorjaar, wat zijn effect heeft op insecten. Kortom, we pleiten voor meer flexibiliteit. We willen vooral geen klepelbeheer meer.”

Grote impact Het zijn voorstellen die uiteindelijk de ondernemers in de ­cumelasector raken. Ze kunnen door de noodzaak om de werkwijze aan te passen een grote impact hebben. Nico Willemsen, beleidsmedewerker Grondverzet en Cultuurtechniek bij ­CUMELA Nederland, is er van overtuigd dat cumelaondernemers open staan voor een andere manier van bermbeheer. Hij is echter geen voorstander van het in­voeren van een nieuw certificaat als Kleurkeur, ook al is dat gebaseerd op Groenkeur. “Waarom moet er een nieuw keurmerk komen, terwijl dit gaat om een aangepast maaibeheer. Als een instantie dat wil, kan zij dit eenvoudig in het bestek opnemen.” Inpassen in Groenkeur is voor hem ook geen alternatief. “Van de ondernemers die nu bermen en groenstroken onderhouden is nog geen vijf procent in het bezit is van het certificaat Groenkeur. Dit is dan ook een certificaat dat gericht is op hovenierswerkzaamheden.”


Groen storten wordt steeds duurder “Het is een mooie uitdaging voor een cumelabedrijf", stelt Wil­ lemsen. “Een cumelabedrijf is gericht op machines, techniek en efficiency. Deze kwaliteit moet nu ingezet worden ten behoeve van biodiversiteit en het aanleggen en onderhouden van na­ tuur.” Toch is het ook niet helemaal nieuw, want de onderne­ mers komen nu via de Wet natuurbescherming (WNB) al wel af en toe in aanraking met ecologisch beheer. Voor de projecten waarop de WNB van toepassing is, moeten de medewerkers op de bedrijven in het bezit zijn van het certi­ ficaat Wet natuurbescherming, dat was Flora en fauna, niveau 1, 2 en 3. Welk niveau vereist is, hangt af van de functie binnen het bedrijf. Is een ondernemer in het bezit van niveau 3, dan is hij echter nog geen ecoloog en is er geen garantie dat hij een beschermde plant herkent. Daarvoor moet dan alsnog een ­ecoloog worden ingeschakeld.

Hou het praktisch Uiteindelijk staat de opdrachtgever grotendeels aan het roer, zo blijkt uit een rondgang bij een aantal bedrijven. Een op­ drachtgever kreeg recent bijvoorbeeld te horen dat hij zaken moest gaan aanleveren en een zorgplicht heeft vertelt een on­ dernemer. In de praktijk bleek deze opdrachtgever namelijk zelf niet te weten wat er in de bermen groeit. Een boodschap die luid en duidelijk aan die opdrachtgever wordt meegegeven door de ondernemers is; hou het praktisch.

Door de onkruiddruk zijn de bermen soms al gemaaid. Een voorbeeld uit de praktijk van een onzinnige opdracht was het kriskras maaien van strepen in een veld met vlinder­ bloemen en dat een tijdje later in een ander patroon herhalen, zodat er bloemen van verschillende leeftijden komen te staan. Dat kan op een terrein van redelijke omvang, maar niet in een berm van bijvoorbeeld drie meter breed. Ondertussen wordt ook steeds vaker gevraagd aan de onder­ nemers uit de cumelasector om mee te denken over bijvoor­ beeld een manier om met nesten van vogels om te gaan. Op die manier wordt de ondernemer langzaam meegenomen in het ecologisch beheer. Daarin staat de ondernemer echter niet alleen, want er kan doorgaans een beroep op een ecoloog wor­ den gedaan. Door deze trend ziet het ernaar uit dat dit voor ondernemers ook een manier wordt om zich te onderscheiden. Iets anders wat in het veld terugkomt, is het gefaseerde maai­ beheer. Op sommige plaatsen wordt dit al langer toegepast, terwijl er op andere plaatsen een begin mee wordt gemaakt. Zo wordt er soms voor gekozen om een berm van drie meter maar een meter te maaien uit het oogpunt van verkeersveiligheid of om op plaatsen in het voorjaar niets te doen, omdat niemand er last van heeft. In het najaar wordt dan gekozen voor een ­volledige maai- en ruimronde.

Al gemaaid Het is iets wat ook vragen oproept: hoe reageert bijvoorbeeld een akkerbouwer die steeds minder gewasbeschermingsmid­ delen mag gebruiken op zaaiend onkruid naast zijn land? Wat

Eén van de uitdagingen rondom het onderhoud van sloten en bermen komt voort uit het bermmaaisel. Het storten van groen wordt namelijk steeds duurder. Nu al ligt de prijs boven de € 25,- per ton. Alleen al dit jaar ging de prijs met € 5,- per ton omhoog. Aan de ene kant komt dit door een gebrek aan capaciteit, wat vorig jaar al voor ondernemers betekende dat ze verder moesten rijden met bermmaaisel. Aan de andere kan komt het door de producten die bij het bermmaaisel worden gevoegd om er goede compost van te kunnen maken. Alleen bermmaaisel levert namelijk geen goede compost op. Een andere mogelijkheid waar steeds meer partijen naar kijken, is het verwerken van bermmaaisel tot andere produkten als onderdeel van de circulaire economie. De Vlinderstichting waarschuwt echter wel dat de vegetatie dan niet moet worden verrijkt om de opbrengst te verhogen.

betekent het voor de verkeersveiligheid? De vraag hoe veehou­ ders en akkerbouwers hier tegenaan kijken, werd op sommige plaatsen al beantwoord: “De bermen waren al gemaaid toen we ze wilden gaan maaien.” Los van de omgeving doemt er een ander probleem op. Zo worden de bermen in veel buitengebieden nu nog geklepeld. Volledig maaien en ruimen houdt in dat er een uitbreiding van de capaciteit moet komen. Er moet een extra ruimploeg komen en een extra pers. Machines die in de wintermaanden stil staan, maar wel moeten worden terugverdiend. Het betekent ook dat de werkzaamheden veel meer tijd gaan kosten en dus duurder worden. Waarbij de kritische vraag is hoeveel meerwaarde dit heeft voor de natuur als het gaat over de bermen in polders, waar toch ook veel trekkers doorheen rijden. Als het gaat over slootonderhoud ontstaan de vragen door ­klimaatverandering. Meer begroeiing levert immers een slech­ tere doorstroming op en dat is negatief in tijden van extreme droogte, maar ook wanneer er juist extreem veel neerslag valt. Het aangepaste maaibeleid volgt vaak op de waarneming van flora en fauna, maar controle of die er na verloop van tijd nog is, is er niet. Ondernemers vragen daarom dat eerst na te gaan voor het maaibeleid wordt aangepast.

Techniek Op technisch gebied wordt de maai-zuigcombinatie genoemd als het beste voor ecologisch beheer. In de praktijk wordt ech­ ter bijna alles geklepeld, ook omdat maaien en ruimen grote gevolgen heeft voor de hoeveelheid bermmaaisel. Dit aanbod groeit namelijk en die afzet is nu al lastig. Daarbij is nog geen rekening gehouden met de gevolgen van zaaiend onkruid in het bermmaaisel. Bij het klepelen zijn er al mogelijkheden om wild te waarschuwen via kettingen aan de voorkant, maar wordt ook gekeken naar een blazer om insecten weg te jagen. Steeds meer ondernemers gaan te maken krijgen met ecolo­ gisch beheer, blijkt uit de eisen in de bestekken voor de komen­ de jaren. Degene die er al mee te maken hebben adviseren om via de RAW-bestekken de werkzaamheden goed in beeld te krijgen. Dit om bijvoorbeeld te voorkomen dat een midden­ berm hetzelfde moet worden behandeld als een brede berm. Ook vraagt dit beheer veelal om een investering in de capaciteit en dat moet rendabel zijn. Ten slotte gaat het aanbod berm­ maaisel toenemen en daar moeten de composteringsbedrijven wel ruimte voor hebben. De uitdaging wordt om ­invulling te geven aan ecologisch beheer en daar ook nog geld aan te ver­ dienen.

GRONDIG 5 2019

31


ondernemen met

vaktechniek

Bediening ge誰ntegreerd Hooby MH 115-maaizuigcombinatie komt eraan Een logisch vervolg op de vorig jaar ge誰ntroduceerde MH 115 voor het sloten reinigen is de inzet van de MH 115 voor het klepelmaaien van bermen. De kenmerken van de machine, zoals giekopbouw, prioriteit hydrauliek, automatische functies, zicht en compactheid, spelen hier ook. Hobelman ontwikkelde hiervoor specifieke Maaitronic-functies en hangt er een VGMmaaizuigwagen achter, waarbij de bediening en aansturing in Maaitronic wordt ge誰ntegreerd. Net als de ontwikkeling van de mobiele Hooby MH 115 als grotere broer van de LC 90-rupsuitvoering komt ook de eerste vraag voor de maaizuigcombinatie uit de praktijk. Niet alleen van broer Hans Hobelman, die het gelijknamige cultuurtechnisch cumelabedrijf runt, maar ook van andere Hooby MH 115-gebruikers en ge誰nteresseerden. Zij gingen met Marco Hobelman het gesprek aan over de inzet van deze Hooby voor bermmaaiwerk, in de wetenschap dat het motorvermogen bepaald niet ruim is, maar tegelijk met het besef dat je lang niet altijd in heel lang en zwaar (riet)gras werkt. Hobelman geeft aan dat gebruikers zich dit realiseren, maar dat ze de machine toch graag willen inzetten voor het maaien van bermen, al dan niet in combinatie met een zuigwagen. Een belangrijk argument hierin, zeker voor partijen als gemeenten en waterschappen, is dat de machine dan allround kan worden ingezet. Je hebt niet een trekker met maaiarm een tijd lang stil staan en hoeft de trekker ook niet eventueel (buiten CE-normen om) aan te passen.

32

GRONDIG 5 2019

Toch aanpassen In principe was de Hooby MH 115 al nagenoeg klaar voor deze toepassing. Deze heeft immers al een ver naar achteren geplaatste grotere giek, zodat kort op de machine kan worden gewerkt zonder dat je de steel ver achterover hoeft te trekken en waarbij de giek schuin achter en naast de cabine rechtop staat, zodat het zicht opzij goed blijft. Dat zijn praktische argumenten die tellen, net als de compactheid van de MH 115 bij het werken langs de weg. Ten opzichte van een trekker met maaiarm komt daar nog de betere zithouding bij. Je kunt recht op het werk kijken bij een goede werkhouding. Daarnaast heeft de machine dankzij zijn uitschuifbare contragewicht de gewenste stabiliteit om een ruim 400 kilo zware klepelmaaier van 1,50 meter breedte aan te kunnen, zonder dat het contragewicht in schuine werkstand ver buiten de machine uitsteekt. Voor de aandrijving van de klepelmaaier, die toch een pompopbrengst van 120 liter per minuut en een werkdruk van 250 tot 280 bar vraagt, is de MH 115 standaard al voorzien van een geschikte extra zware hydrauliekpomp. Deze is gescheiden van het rijwerk en zo geprogrammeerd dat de arm voorrang krijgt. Dat wil zeggen dat rijbewegingen en snelheidsveranderingen geen invloed hebben op het toerental van de klepelas. Toch past Hobelman de Hooby wel aan voor dit maaiwerk. Belangrijkste toevoeging is een automatische instelbare zweefstand voor


het klepelmaaien en een automatische aansturing voor het rechtstandig optrekken en weer laten zakken met één hendelbeweging bij obstakels. Hobelman voegt hiervoor een aparte Maaitronic-functie toe, zodat de machinist na bijvoorbeeld het maaikorven op Faunatronic of graafwerkzaamheden op Gradertronic bij het aankoppelen van de klepelmaaier overschakelt op Maaitronic-modus.

Met VGM-zuigwagen Hobelman wil dit gaan uitvoeren met zuigwagenherkenning. Daarbij zal het zwenkbereik worden aangepast aan de uitrusting van de klepelmaaier en eventueel een gekoppelde zuigwagen. Hobelman gaat ervan uit dat vanwege de centrale plaatsing van de zuigbuis er met een zuigwagen desgewenst tweezijdig kan worden gemaaid, al zal het bereik aan de linkerkant dan natuurlijk wel beperkter zijn, omdat de zuigbuis langs de centrale giek zal worden aangebracht. Om het plaatje compleet te maken, is Hobelman in contact gekomen met Van Ginkel Machines voor een bijpassende twintigkuubs ZW 10-opvangwagen. Die wordt geheel bij VGM gebouwd en geleverd met voorop een blower met een 52 kW (70 pk) watergekoelde Yanmar-Stage V-viercilinderdiesel. Hobelman kiest voor Yanmar omdat de aansturing van deze motor is te koppelen aan de machinebesturing van de Hooby. De fabrikant gaat de bediening van de zuigwagen volledig integreren in het Maaitronic-programma. Dat wil zeggen dat de machinist in principe niet hoeft na te denken over de bediening van de zuigwagen. Bij het starten van het maaien start automatisch ook de motor en daarmee de blower en deze schakelt bij het stoppen na een voorgeprogrammeerde tijd weer uit. Ook wordt het handhaven van het afzuigen bij het nemen van obstakels geprogrammeerd. Hobelman onderzoekt nog of hier eventueel nog efficiëntiewinst te behalen is. Denk aan gereduceerde toerentallen van de blower en de drukken van de maaiunit bij het uitheffen en daarna automatisch weer opschakelen in werkstand. Dat is echter nog een kwestie van testen en onderzoeken. Uiteraard is het lossen ook via de Hooby te bedienen. Mochten gebruikers toch een aparte bediening voor de zuigwagen wensen, dan zal Hobelman die ook gaan leveren.

Verder denken De 81 kW (110 pk) motor is sterk genoeg voor het klepelen met een 1,50 meter brede klepelbak in normaal tot zwaar gras, maar zal in erg zwaar gras (riet) niet voor de capaciteit van een zware 148 kW (200 pk) machine zorgen, zeker niet in combinatie met een flinke zuigwagen. Hobelman geeft aan dat een zwaardere motor in de Hooby plaatsen de beste oplossing zou zijn. De huidige machine opwaarderen is echter niet aan de orde, omdat je dan met de CE-keur komt te zitten en de koeling er bovendien niet op is afgestemd. Zelf een andere motor plaatsen en de bijbehorende aanpassingen aan frame en koeling doen, is praktisch en financieel niet haalbaar. Misschien is er een oplossing te bedenken voor de gro-

De hydrauliek is aangepast voor het maaiwerk, waarbij de giek en de klepelmaaier prioriteit hebben ten behoeve van een constant toerental van de maaier. Dankzij de ver naar achteren geplaatste giek kan met behoud van goed zicht en met een vrij rechte steel kort op de machine worden gewerkt.

De MH 115 Gradertronic draait met Maaitronicaanpassingen al proef bij de cultuurtechnische tak van Hobelman-Halle.

te maaizuigcombinaties door een grotere motor op de zuigwagen te plaatsen. Ten slotte wordt de combinatie volledig GPS-ready gemaakt voor berm- en watergangen- onderhoudsmanagementprogramma’s. Dit zal standaard in de Hooby worden geïntegreerd, zodat gebruikers hier naderhand niet in hoeven te investeren. Hobelman verwacht dat dit in de toekomst een belangrijke rol gaat spelen en denkt samen met het cultuurtechnische cumelabedrijf van Hobelman na over passende oplossingen. Feit is dat de MH 115 Maaitronic met een 1,50 meter brede Herder-klepelbak al succesvol heeft gedraaid op het eigen bedrijf van Hobelman en op korte termijn met VGM-zuigwagen en Maaitronic klaar is voor introductie. TEKST: Gert Vreemann FOTO’S EN AFBEELDING: Hobelman Halle

GRONDIG 5 2019

33


ondernemen met

vaktechniek

Compleet vernieuwd en GPS-voorbereid Nieuwe McConnel Robocut-werktuigdragers Importeur Dabekausen introduceerde afgelopen winter de nieuwe reeks Robocut RC56- en RC75-werktuigdragers. Sterkere ­motoren in combinatie met Trimble-GPS-voorbereiding geven deze machines een flinke impuls. Daarnaast komt binnenkort de interessante kleinere Robocut RC28 ‘bidirectional’ beschikbaar. De McConnel Robocut-werktuigdragers zijn op zich wel bekend. De op afstand bestuurde werktuigdragers worden ­internationaal lang niet alleen voor het maaien van gras op steile hellingen en in gevaarlijk of moeilijk toegankelijk terrein ingezet. Ze zijn vooral ook gevraagd voor bosbouwtoepassingen. Denk aan het verkleinen van houtopslag met de bosbouwklepelmaaier of het maaien van ruw terrein met een klepelrotor. Daarnaast zijn ze geschikt voor diverse andere toepassingen, zoals inzet op gevaarlijke of moeilijk toegankelijke plekken, bijvoorbeeld het lossen van scheepsruimen of onlangs nog voor opruimingswerkzaamheden bij de Notre Dame vanwege het instortingsgevaar. Terug naar onze

34

GRONDIG 5 2019

s­ ector: inspelend op de trend dat er minder vaak wordt gemaaid en dus in zwaardere gewassen wordt gewerkt, komt McConnel op de nieuwe Robocuts met zwaardere motoren. De 41 kW (56 pk) Hatz-driecilinder in de RC56 heeft meer koppel gekregen en daarboven is de RC75 met 55 kW (75 pk) Hatz-viercilinder geplaatst. Hierdoor is er 40 tot 75 procent meer vermogen beschikbaar dan voorheen. Ook al verwacht je optisch misschien dat de machines groter zijn geworden, in maatvoering zijn ze vrijwel identiek aan hun voorgangers. Ze zijn zelfs iets lager geworden en ondanks de zwaardere motoren en een versterk chassis met respectievelijk 1200 en 1300 kilogram ook nagenoeg even zwaar gebleven.


Interessante RC28 Importeur Dabekausen ziet voor Nederland ook goede kansen voor de nieuwe RC28 met een centraal cirkelmaaidek, die binnenkort in Echt arriveert. Deze M ­ cConnel met 21 kW (28 pk) Vanguard-motor en 1,10 meter middenmaaier is een capaciteitsmachine, mede doordat er in beide richtingen kan worden gemaaid. Deze variant heeft elektrisch aangedreven rupsen. Dabekausen hoopt en verwacht dat McConnel op korte termijn met een volledig elektrische of hybride ­variant zal komen. Dat zal het marktgebied voor deze machine verder vergroten in bestekken waarin CO2-reductie en zero-emissie wordt gewenst of geëist.

Even draaien

Veel nieuws onder de kap

minder vuil en gras of gewas binnen kan komen en zich dus ook niet onderin ophoopt. Het motorcompartiment is volle­ dig gescheiden van de hydrauliek- en elektronicaruimte voorin en de koelruimte achterin. De motor is lager in het frame gemonteerd voor een lager zwaartepunt en de diesel­ tank is voorin zo laag mogelijk geplaatst. De machine is ­vrijgegeven voor hellingen tot 55 graden met een waar­ schuwing bij 50 graden en er volgt een automatische uit­ schakeling bij 70 graden. De omkeerfan kan nu naar wens automatisch worden geregeld tussen de drie en dertig minu­ ten. Vooraan zijn de hydrauliek- en elektronicacomponenten goed bereikbaar aangebracht. Handig is het standaard ge­ monteerde oplaadpunt voor de reservebatterij van de af­ standsbediening. De hydrauliekprestaties voor de aanbouw en het maaien zijn verhoogd naar 350 bar en 59 liter per ­minuut bij de RC56 en 95 liter per minuut bij de RC75. De hefkracht is opgegeven voor 550 kilo. Het pendelsysteem is ook verbeterd. De machine is nu GPS-voorbereid. Hiermee is een perceel op 2,5 centimeter nauwkeurig automatisch te maaien. Dat is een kwestie van de eerste gang rondom maai­ en en een keer om eventuele obstakels, dan de meeste ­efficiënte rijrichting kiezen en gaan. Daar kan geen hand­ maaier of iets dergelijks tegenop, zeker niet als je een 1,60 of zelfs 1,90 meter brede maairotor gebruikt. Dan komt zelfs bermwerk serieus in beeld. Dankzij de GPS-voorbereiding is hij bovendien ook te koppelen aan maaibestekken. Last but not least kan hij met zijn 1,30 meter breedte en 1,10 meter hoogte zo op een BE-aanhanger. Om de inzet te vergroten, is het goed om ook even serieus te kijken naar andere aan­ bouwdelen. Het is misschien even wennen om er niet op te zitten of achter te lopen, maar als je de afstandsbediening gewend bent, ervaar je de voordelen: het veilig op afstand bedienen, niet te hoeven lopen op gevaarlijk of oneffen ­terrein en weg te blijven van rondspattende delen.

Onder de kap zien we dat er echt een nieuwe machine staat. Het motorcompartiment is nu volledig gesloten, zodat er

TEKST & FOTO’S: Gert Vreemann

We kunnen even proefdraaien met de RC56 op een rivierdijk met een hellingshoek van zo’n 30 tot 45 graden. Berg­ opwaarts zie je dat de Robocut dankzij de 50/50-gewichts­ verdeling niet achterop gaat hangen. Dat komt door de ver­ nieuwde zweefstand op de maairotor, zodat er voldoende gewicht op de rupsen aanwezig blijft en de tractie continu hoog is. De in dit geval met een 1,30 meter brede klepelmaai­ er uitgeruste combinatie kan het gras gemakkelijk aan. Op de nieuwe afstandsbediening zie je op een display de belang­ rijkste functies, zoals motortoerental, motortemperatuur, aangesproken vermogen en brandstofverbruik. Ook kun je eventuele storingscodes rechtstreeks uitlezen. De machine­ settings kunnen eenvoudig via het hoofddisplay op de ­machine worden bekeken en zijn naar wens aan te passen op gebruikersniveau. De bediening is ingesteld op normaal, met links rijrichting en één externe dubbelwerkende hydraulie­ kaansluiting, rechts besturing en hef, maar die kunnen naar wens worden omgezet. Voor bijvoorbeeld bosbouwtoepas­ singen kunnen de besturing en rijrichting ook geheel op de linker joystick worden gezet om met rechts het bosbouwdek te kunnen bedienen. Dwars op de hellingen is het even aan­ voelen. Met een draaiknop (potmeter) kan simpel het rups­ snelheidsverschil worden bijgeregeld om continu genoeg tegen te sturen voor rechtuit rijden. In principe kun je dan gewoon bovenover of onderlangs blijven lopen, want het be­ reik is officieel 150 meter. Een eerder geraakt paaltje geeft precies aan waarom je in de praktijk toch redelijk in de buurt van de machine blijft lopen. Over ver gesproken: McConnel claimt dat de machine nu minimaal zes uur continu kan maai­ en dankzij de tot 38 liter vergrote dieseltank. Normaal ge­ sproken kun je dus ruim een dag werken.

1

2

1 Vooraan zijn de hydrauliek- en elektronicacomponenten in een aparte ruimte goed bereikbaar aangebracht. Standaard met oplaadpunt voor de reservebatterij van de afstands­ bediening. 2 De motor is lager ingebouwd in een goed afgesloten ruimte, zodat er zich geen vuil ophoopt. De omkeerfan kan nu naar wens automatisch worden geregeld tussen de drie en dertig minuten. 3 Naast deze 1,30 meter brede maairotor zijn er ook exemplaren van 1,60 en 1,90 meter leverbaar. De machine heeft dezelfde rupsen en een versterkt chassis. De zweefstand is wel verbeterd.

3 GRONDIG 5 2019

35


DE NIEUWE GENERATIE ROBOCUT

Oplossingen voor probleemloos landschapsonderhoud

Bel voor een demo: 0031-475 487 021

Europa’s specialist in zadeldak hallen, stallen & loodsen • In 30 min. uw eigen ontwerp & bouwtekening • Unieke staalconstructie & ontwerpmethodiek voor de beste prijs/kwaliteit verhouding • Energie neutraal dus klaar voor de toekomst

Ontdek al uw voordelen en/of scherpe offerte op: www.conexx.nl

Machines voor professionals ! Balenpersen

5690EXL

Werbreedte pick-up 200 cm. 156 tands pick-up voor zeer schone opname 3 invoer vorken. Centrale knoper smering. Dubbele fan op de knopers. Zwaar gelagerde perswagen. Enige pers gemaakt in West Europa!

Overtop frezen In één keer onderwerken van oude graszode Hydraulisch verstelbaar pennenrek. Hydraulische klepverstelling. Resultaat een mooi zaaibed.

Lothar 305

Bieslook 15

gerard.zweers@argi.nl

www.argi.nl

6942 SG DIDAM

06-53236180

like ons op facebook


Ontdek het Laudis effect:

krachtig, snel en veilig!

ar a b s a p e o t Veilig rzaaie d n o e l l a in systemen!

Zeer krachtig maïsherbicide Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.

• breed werkingsspectrum • gewasveilig • snelle werking • snel regenvast


ondernemen met

vaktechniek

Blauwe boot werkt groen Berky presenteert hybride maaiboot Tijdens de open dagen van Berky in het Duitse Haren-Emmeln verraste de fabrikant van maaitechniek voor sloot- en berm­ onderhoud met een maaiboot met hybride aandrijftechniek. Het bedrijf zet hiermee een boot in de markt die heel stil werkt en waarbij geen hydrauliekolie in het water terecht kan komen. De energietransitie is in volle gang en ook de Duitse fabrikant van machines voor sloot- en bermonderhoud Berky doet mee. De nieuwste maaiboot van het bedrijf heeft ­hydride aandrijftechniek aan boord. De boot heeft wel een dieselmotor, maar die is puur bedoeld om een generator stroom te laten opwekken. Alle aandrijvingen zijn elektrisch. De nieuw ontworpen boot heeft geen hydraulisch systeem en daarmee ook geen hydrauliekolie die het water kan verontreinigen. Dat is een groot voordeel bij het werken in kwetsbare gebieden. Berky toonde de nieuwe hybride maaiboot op de open dagen van de fabriek in het Duitse Haren. Vanwege het ­ontbreken van water gewoon op de kant.

Onder de kap ligt een klein Kubota-dieselmotortje met een vermogen van 18 kW (24 pk). Dat is ruwweg een derde minder dan de motoren in traditionele maaiboten van vergelijkbare grootte. Een flink deel van de tijd zal de motor zelfs helemaal stil staan. De boot heeft namelijk een accupakket waarop hij acht uur kan werken. Een half uur draaien met de diesel volstaat om dat accupakket weer volledig op te laden. De accu’s kunnen echter ook via het lichtnet worden ­geladen. Het werken op het accupakket heeft als resultaat dat de boot

erg stil zijn werk doet. Vooral in Nederland, met veel watergangen langs bewoning, is dat een sterk pluspunt van de boot. Het accupakket bestaat uit vier zware lithium-ionaccu’s. Die zijn aangepast voor het gebruik in de boot. Allereerst zijn ze beter afgedicht, maar ze zijn ook beter dan gewone accu’s in staat om de grote stroomafname van de werktuigen te doorstaan. Ze hebben daarnaast een eigen accumanagement. Dit houdt in dat ze uitschakelen wanneer ze nat worden. De batterijen schakelen ook uit als ze te warm worden. In het vrij zeldzame geval dat dit gebeurt, krijgt de machinist eerst een seintje dat hij even iets minder stroom moet onttrekken. ­Uiteraard ziet hij ook hoe lang hij nog kan werken met de beschikbare stroom of hoe lang hij nog moet laden.

Lage spanning De dieselmotor is gekoppeld aan een generator, die zorgt voor een spanning van 48 volt. Dit lage voltage is vooral vanwege de veiligheid gekozen. De engineers van Berky moesten daardoor wel even zoeken naar goede lineaire actua­ toren voor het heffen van de werktuigen. Die moeten namelijk grote krachten kunnen leveren. Alles wordt elektronisch aangestuurd via CAN-bus. Dat heeft er toe geleid dat ook de ergonomie van de bediening flink onder handen kon worden genomen. De bedieningselementen zijn logisch en binnen handbereik geplaatst. Alle staal­ kabels zijn verdwenen uit de bediening, zodat deze ook een stuk lichter verloopt. Het display geeft meer parameters weer, waaronder storingscodes. De stoel is verbeterd en heeft nu ook stoelverwarming. Het motorruim is goed toegankelijk voor onderhoud. Dit onderhoud is overigens een stuk minder geworden, omdat de dieselmotor maar heel beperkt wordt gebruikt. Ook hoeven er geen hydrauliekfilters meer te worden vervangen. De boot zelf is gelijk aan de bestaande 6310-maaiboot van Berky. Hij is 4,00 meter lang, 1,50 meter breed en 0,80 meter hoog. De aandrijving gebeurt met een schroef met tegenmes. Dit mes voorkomt dat er planten om de schroef wikkelen.

38

GRONDIG 5 2019


GroenTechniek Holland De machines van Berky zullen te zien zijn op de komende vakbeurs GroenTechniek Holland. Vertegenwoordiger Green Technology Janssen is daar met een eigen stand aanwezig. De beurs vindt plaats van 10 tot 12 september in Biddinghuizen op het expositieterrein naast Walibi Holland. De Kubota-diesel maakt maar weinig draaiuren, omdat de boot de hele dag op de accu’s werkt.

Maaibalk met stroboscoop Aan de hybride boot zullen dezelfde werktuigen passen als aan de conventionele 6310. Voor een deel zijn die nog in ontwikkeling. De T-maaibalk en de boegverzamelhark zijn wel klaar. De T-maaibalk zal ook kunnen worden uitgerust met een speciale inrichting voor de faunabescherming. Berky toonde hiervan een prototype. Op de maaidelen wordt een lichtbak geplaatst, die met stroboscooplicht de vissen verjaagt. De reikwijdte bedraagt ongeveer vijf meter en de lichtbak werkt op alle zoetwatervissen. De hybride boot is nog in de testfase, maar de eerste resultaten zijn prima en ook de feedback van mogelijke klanten is goed. Een prijs heeft Berky nog niet. Voor de componenten heeft het bedrijf zoveel mogelijk gezocht naar bestaande componenten. Deze zijn deels aangepast en een grote uitdaging zat voor Berky in het waterdicht maken van alle componenten. De hybride boot werkt met een snelheid van ongeveer 8 km/u en dat maakt de capaciteit gelijk aan die van de conventionele boot van dit type.

De cockpit van de boot is opnieuw vormgegeven, met meer aandacht voor de ergonomie.

TEKST & FOTO’S: Arend Jan Blomsma

Berk-groep in Duitsland markleider Berky is in Duitsland marktleider op het gebied van maaiboten. De Anton Berkenheger Group, waaronder Berky valt, is gevestigd in Haren, net over de grens bij Emmen. Het bedrijf bestaat inmiddels 55 jaar en biedt werk aan ongeveer 80 mensen. In 2016 nam Berkenheger Senwatec over, een fabrikant van baggerboten. In mei van dit jaar kwam ook Gilbers, een naburige fabrikant van maaiarmen en -werktuigen, bij de groep. In Nederland verkoopt Green Technology Janssen in Roermond de producten van Berky. Daarbij gaat het vooral om de maaiboten en de Berky Trac. Deze zelfrijdende maaier was vorig jaar in Nederland te zien op AgroTechniek Holland en is inmiddels door de fabrikant vrijgegeven voor export. Hij wordt eind dit jaar voorzien van een nieuwe Perkins-motor, die voldoet aan de Stage V-emissie-eisen.

Deze lamp jaagt met lichtflitsen de vissen weg bij de maaibalk. Dit betreft nog een prototype.

De aandrijving van de boot is ­elektrisch, maar dat zijn de rondvaartboten in Giethoorn ook.

GRONDIG 5 2019

39


VOEDERWINNING Breed pakket voederwinningsmachines

ondernemen met

vaktechniek

New Holland demonstreert full-linerschap New Holland demonstreerde begin deze maand in België zijn voederwinningsmachines. De nadruk lag daarbij op de maaiers, schudders en harken die het merk aan het programma kon toevoegen na de overname van Kongskilde. Grote blikvangers waren de dit jaar vernieuwde verreiker en de triple-maaier. Eind oktober 2016 kondigde CNH Industrial aan dat het van plan was Kongskilde Agriculture over te nemen. Deze overname werd in februari 2017 afgerond. De Kongskilde-producten zouden geleidelijk aan ook als New Holland op de markt komen. Daarnaast zouden ze onder de naam Kongskilde beschikbaar blijven voor klanten en dealers. Eerder had de Scandinavische producent van machines voor grondbewerking, zaaitechniek, voeren en voederwinning alle machines al samengebracht onder het Kongskilde-label, waardoor de ­ merknamen JF, Överum en Howard op de achtergrond zouden raken. Voor New Holland betekende de overname een nieuwe stap in de ontwikkeling van het bestaan als full-liner.

De New Hollandtriplemaaier heeft een werkbreedte van 8,60 meter. Hij kan zowel met als zonder kneuzers worden uitgevoerd.

40

GRONDIG 5 2019

Begin juni toonde New Holland in België de nieuwe machines aan een breed publiek. Daarbij lag de nadruk op de voederwinning. Grote noviteiten bleven uit, want het ging om machines die naast het New Holland-geel al in het Kongskilde-rood beschikbaar waren. New Holland heeft wel een heel team aan engineers op het doorontwikkelen van het gamma gezet, maar de resultaten van hun werk ­waren hier nog niet zichtbaar. Ook werkt New Holland ­eraan om het programma van World Class Manufacturing (WCM) toe te passen op de fabrieken van Kongskilde. WCM staat voor een programma van kwaliteitsbewaking tijdens de productie.


Een tweede noviteit van dit jaar op de demon­ stratie was de TH-verreiker. Die heeft een nieuwe transmissie en is nu geel van kleur.

De DiscCutter-frontmaaier met kneuzer hangt getrokken in een bok met parallellogram. Hierdoor heeft hij een goede bodemvolging.

De New Holland-dealers krijgen allemaal de beschikking over de voormalige Kongskilde-machines, maar als ze machines van andere fabrikanten in het programma hebben, mogen ze die vooralsnog blijven verkopen. New Holland dwingt hen niet om uitsluitend de eigen machines te verkopen. Ook blijven de machines in Kongskilde-kleuren verkrijgbaar via niet-New Holland-dealers. De demo had vooral tot doel om te laten zien dat New Holland een breed pakket aan machines biedt, niet alleen voor de voederwinning, maar ook voor grondbewerking en voeren.

Nieuwe triple-maaier Nieuw in het programma is dit jaar de triple-maaier. Deze MegaCutter heeft een werkbreedte tussen de 8,40 en 8,60 meter. New Holland werkte op de demonstratie met een uitvoering zonder kneuzers, maar hij is ook met kneuzers leverbaar. De frontmaaier van de getoonde combi is een DuraDisc F300, met een werkbreedte van 2,96 meter. Deze heeft zeven maaischijven. De achtermaaiers zijn beide voorzien van acht maaischijven en hebben daarmee een werkbreedte van 3,11 meter. Volgens New Holland is er een trekker nodig van 104 kW (140 pk) voor de triple zonder kneuzers. Hiermee is, onder ideale omstandigheden, een capaciteit haalbaar van vijftien hectare per uur. De maaier wordt volledig bediend op de hydrauliek van de trekker. Hij heeft geen Isobus-bediening. Op zich is dat geen ramp, want de moderne trekkers, waar deze maaiers over het algemeen worden aangebouwd, hebben een goed kopakkermanagement, zeker de trekkers van New Holland. Dit is zo in te stellen dat de maaiers met één druk op de knop in en uit het werk kunnen worden gezet. Omdat de maaiers op de trekkerhydrauliek per ventiel worden bediend, kunnen ze ook afzonderlijk worden geheven. Op de kopakker hoeft de hef niet te worden bediend, zodat de hoek van de tussenas niet verandert. Dit voorkomt vibraties. Alle maaiers hebben een platte maaibalk, waar het gewas gemakkelijk overheen gaat. Aan de onderkant is de balk helemaal glad. Dit vergroot het contactoppervlak met de bodem, waardoor de druk op de bodem laag blijft. De TopDry-breedspreidinrichting legt het gewas over de volle werkbreedte af. Hierdoor verloopt het droogproces volgens New Holland sneller. De maaiers hebben middenophanging met het VariFloat-systeem van hydraulische bodemdrukinstelling. Hierdoor is de bodemvolging goed en heeft de machine niet de

De DuraDisc-frontmaaier heeft geen kneuzer. Deze kan daarom veel dichter op de trekker ­worden aangebouwd, voor een compact geheel.

neiging om te gaan springen. Het zorgt zo voor een constante maaihoogte. De bodemdruk kan vanuit de cabine worden afgelezen en tijdens het maaien gemakkelijk worden aangepast aan de omstandigheden.

Ook met kneuzers De triple is er zoals gezegd ook met kneuzers. Die zijn voorzien van polyethyleen vingers, in V-vorm. Hierdoor is er geen scharnier nodig, zoals bij stalen klepels het geval is. Niet alleen zijn de machines hierdoor minder slijtagegevoelig, ze zijn ook nog eens lichter. De kneusintensiteit kan zonder gereedschap worden ingesteld. Bij de triple met kneuzers wordt de frontmaaier een DiscCutter F320P, met een werkbreedte van 3,11 meter. Het verschil tussen de DuraDisc en de DiscCutter is de ophanging. Om ruimte te maken voor de kneuzer heeft de DiscCutter een aanbouwbok, waarin de maaier getrokken is opgehangen. Dankzij een parallellogram volgt de maaier de bodem in de rijrichting heel gemakkelijk. Omdat de ophanging ook een pendelas heeft, is ook de bodemaanpassing dwars op de rijrichting goed. De DuraDisc heeft alleen een pendelas. Hij zit veel korter op de trekker en volgt de bodem via de hefinrichting van de trekker. Behalve de maaiers toonde New Holland ook schudders en harken uit het nieuwe programma. De persen, hakselaar en wielladers vormden de bekende onderdelen uit het gamma. De TH-verreiker is vernieuwd. In plaats van een ZF- heeft hij nu een Carraro-transmissie. Hij is er nu in de gele kleur van de oogstmachines en paste daarom perfect in deze demonstratie. TEKST & FOTO’S: Arend Jan Blomsma

De maaibalken zijn helemaal glad aan de onderkant. De kneuzers ­hebben polye­ thyleen vingers.

GRONDIG 5 2019

41


KUHN FBP 3135 PERSWIKKELCOMBINATIE

Adverteren in Vakblad Grondig?

Interesse? Vraag demo aan

REESINK Agri

Voor meer informatie: Lisette Kerkhof T 033 - 247 49 50 E lkerkhof@cumela.nl

uw partner in agribusiness

Interesse? Neem contact op met uw dealer of productspecialist Paul Ferket via 06-20396535 of paul.ferket@reesinkagri.com www.reesinkagri.com

Adverteren in Grondig is scoren, met hét best gewaardeerde vakblad in de cumelasector!

Volg ons ook op social media

www.forrez.nl Forrez Nederland is officiële importeur van Nokian Heavy Tyres. Continue innovaties en vernieuwingen maken van Nokian dé bandenspecialist voor alle landbouw- en industrie toepassingen. Voor meer informatie kunt u contact met ons opnemen via telefoonnummer: +31(0)416 69 33 55 of per email: nederland@forrez.com.

ct

excavator

UW

IE

N Forrez Nederland • Middelkampseweg 7 • 5311 PC Gameren T +31(0)416 69 33 55 • F +31(0)416 34 72 72 • nederland@forrez.com


Calaris , het vertrouwde middel waarmee Kees zo klaar is ®

Calaris, hét basismiddel tegen onkruiden in maïs. • Flexibel en gemakkelijk • Veilig Veilig te gebruike • Snel en breedwerkend n bij onderzaa • Lange duurwerking i van een vanggew as

www.calariskees.nl

Syngenta Crop Protection B.V., Postbus 512, 4600 AM Bergen op Zoom. Tel. 0164 225 500, www.syngenta.nl. Syngenta biedt diverse oplossingen die telers helpen hun bedrijfsvoering verantwoord te optimaliseren. Zie www.syngenta.nl/stewardship Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees voor het gebruik eerst het etiket en de productinformatie. ®/TM Registered Trademark of a Syngenta Group Company.


ondernemen met

vaktechniek

Overlast en extra kosten Japanse duizendknoop wordt een steeds groter probleem Wat is de meest effectieve manier om Japanse duizendknoop (Fallopia japonica) te bestrijden? Deze vraag stond centraal op de praktijkdag Bestrijding van Aziatische duizendknopen. Een schot in de roos, zo bleek uit de grote opkomst. Op steeds meer plaatsen veroorzaakt de invasieve exoot namelijk problemen en dus neemt de noodzaak toe om hem succesvol te bestrijden. Dat blijkt geen eenvoudige opgave.

Na het afgraven is het belangrijk om zorgvuldig met de plantresten om te gaan en het ­materieel goed te reinigen.

44

GRONDIG 5 2019

Om de zoveel meter duiken er langs de weg van Bennekom naar Renkum Japanse duizendknopen op. Wat opvalt, is dat niet overal duizendknopen groeien, maar dat er sprake is van haarden met planten. Het is typerend voor de plant die wordt verspreid via de wortelstokken en plantresten en niet zoals veel andere planten door middel van zaden. Dat het gebied waar de plant opduikt nog steeds toeneemt, komt dan ook door menselijk handelen: het verspreiden van vervuilde grond en onzorgvuldig omgaan met plantafval. Dit kan mede omdat de plant nog steeds erg in trek is bij bloemisterijen en daar nog veel wordt gebruikt, waarna de consument onzorgvuldig met het afval omgaat en het via biobakken of eigen compost weer in de tuin of omgeving belandt. Ook op de locatie waarop de praktijkdag Bestrijding van Aziatische duizendknopen wordt gehouden, komt de verspreiding dankzij menselijk handelen duidelijk in beeld. De ene tuin wordt er bijna door overwoekerd en in een andere tuin staat niets.

Schade aan infrastructuur Wanneer de plant zich eenmaal heeft gevestigd, wordt het heel lastig om hem kwijt te raken. Het is een plant die

vooral overlast veroorzaakt via de wortels, die schade kunnen toebrengen aan de infrastructuur, en die de inheemse vegetatie en dieren verdringt, wat een bedreiging is voor de biodiversiteit. Chris van Dijk, onderzoeker Plant en Milieu bij Wageningen University Research, zegt iets meer over de schade door de plant. “Ik heb de indruk dat het in Nederland met de schade aan de gebouwen wel meevalt, behalve bij historische panden. Wat we wel zien, is dat de wortels van de plant schade veroorzaken aan de infrastructuur: schuren, bestrating, verharding en tuinornamenten.” Arjan Brinkmann, directeur van de Branche Vereniging Organische Reststoffen (BVOR), maakt zich meer zorgen en ziet Engeland als het voorland van Nederland. “Daar komt de plant op veel plaatsen voor en groeit hij ook al in funderingen. Hier zie je de plant nu al in de stadsmuren van Amersfoort, maar ook op dijken en tunnels”, aldus Brinkmann. Hij stelt zich hardop de vraag hoeveel schade de plant hier kan veroorzaken met de wortels. De wortels veroorzaken de problemen, maar zijn er ook de oorzaak van dat wanneer de plant er eenmaal staat hij moeilijk weg te krijgen is. De plant valt vooral onder de categorie overlast. “Om de plant effectief te verwijderen, moeten de wortels van de plant worden


gedood of helemaal worden verwijderd. Natuurbeheerders zien de plant vooral als een gevaar omdat het andere vegetatie verdringt. Dat gaat ten koste van de biodiversiteit. In Nederland heeft de plant nu nog geen natuurlijke vijanden.

Risico op verspreiding De duizendknoop duikt ondertussen steeds vaker op in het landschap, ondanks alle maatregelen die worden genomen om hem te bestrijden. Het lastige van deze plant is dat hij officieel door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit is ­erkend als een invasieve exoot, maar niet op de Unielijst staat. Alleen voor de planten die op die lijst staan, geldt een verbod op bezit, handel, kweek, import en transport. Dit betekent dat de duizendknoop nog steeds mag worden gebruikt en verkocht in tuincentra en bloemisterijen. Kun je de plant überhaupt kwijtraken? “Je kunt er zeker op bepaalde plekken van afkomen, maar ik zie het niet meer gebeuren dat we er in Nederland in het geheel vanaf komen”, zegt Joyce Penninkhof, adviseur bij stichting Probos. Zij is onder meer specialist op het gebied van invasieve exoten, met name de Aziatische duizendknoop.

Geen pasklaar antwoord De rode draad in de bestrijding van de exoot is dat er geen pasklaar antwoord is dat overal kan worden herhaald. “Er moet per type locatie gekeken worden naar het plan van aanpak. Dan hangt het af van hoe groot de haard is en hoe oud deze is. Vaak zijn er meerdere methoden geschikt, maar er is vaak ook een combinatie van maatregelen nodig.” De manieren van bestrijden zijn: de plant via verschillende methodes uitputten, afgraven en de wortels uit de grond halen, de wortels uitgraven, heet water injecteren, de haard afdekken met doek of glyfosaat inzetten. Verreweg de meeste methodes zijn gericht op het uitputten van de plant. Zo kan daarvoor gebruik worden gemaakt van een frees, schapen, varkens, een maairobot, inheemse concurrenten en de nieuwste noviteit, de inzet van elektriciteit. Bij vrijwel elke genoemde methode geldt dat die moet worden herhaald of dat er nog een extra handeling nodig is. Bijvoorbeeld na het frezen een graszode erover of alle kleine plantjes - dat ­kunnen er meer dan vijfhonderd zijn - weghalen.

Japanse of Aziatische duizendknoop Fallopia japonica, de Latijnse naam van de Japanse duizendknoop, komt oorspronkelijk uit Japan, China, Taiwan en Korea. Anders dan in Nederland, waar de plant tot wel drie meter hoog kan worden, wordt deze in Japan maar ongeveer vijftig centimeter hoog. Tussen 1800 en 1900 kwam de plant met Philipp Franz von Siebold als tuinplant naar Nederland. Vanuit de Hortus in Leiden heeft de plant zich over Nederland verspreid. Het is een diep wortelende vaste plant met lange holle stengels die tot drie meter hoog kunnen worden, met zijtakken en vijf tot twaalf centimeter grote bladeren. De plant vormt zogenaamde knopen waaraan de zijbladeren komen. Onder de plant bevinden zich stevige wortelstokken. In Azië verspreidt de plant zich via zaad. In Nederland vindt de verspreiding plaats via groene delen en wortelfragmenten. Internationaal behoort de plant tot de honderd meest invasieve exoten. Toch staat hij in de Europese Unie nog niet op de Unielijst. Daar komt een plant alleen op te staan als alle lidstaten het daarover eens zijn. Pas dan worden bezit, kweek, handel, import en transport verbonden.

Technisch gezien valt de haard afdekken met doek ook onder uitputten, maar daarna is er geen extra handeling meer nodig. Aangeraden wordt vooraf eerst te frezen en zo de grootste wortels en stokken weg te halen. Geschat wordt dat een doek vijf jaar moet blijven liggen. Dit is echter iets wat nog verder moet worden beproefd. De eerste resultaten laten zien dat de wortels na vijf jaar echt dood zijn. Dit is echter een kostbare methode, met een grote impact op het landschap. De injectie van heet water lijkt een veelbelovende manier te zijn om de plant aan te pakken. Bij deze methode wordt water verwarmd tot negentig graden. Rekening houdend met de lengte van de slang is het water dan op het moment

Hier wordt de grond tot ongeveer 120 tot 130 graden Celsius verhit. Dit zorgt ervoor dat vrijwel alle plant- en wortelresten doodgaan.

GRONDIG 5 2019

45


ondernemen met

vaktechniek

De plant met stroom bestrijden. Dit moet ongeveer vier keer herhaald worden en daarna wordt de plant overwoekerd. Het voordeel is dat er geen ­Klic-melding nodig is. Het nadeel is dat er scholing voor nodig is.

Wie pakt het aan? Het tegengaan van de verspreiding van de plant ligt nu bij de gemeente, de provincie en de waterschappen. Er is geen centrale coördinatie van de aanpak. Wel wordt bijvoorbeeld bij sommige waterschappen nu nagedacht over een protocol: hoe om te gaan met invasieve exoten, waaronder de Japanse duizendknoop. Diverse gemeenten proberen via meldsites een beter beeld te krijgen van de haarden, met wisselend succes. Voor een cumelabedrijf is het vooral van belang er rekening mee te houden dat grond waar deze plant in zit of bermmateriaal naar een gespecialiseerde verwerker of composteerder moet en dat de prijzen daar oplopen. Wordt ervoor gekozen om de grond af te graven of te frezen, dan is het verstandig om na het werk, op locatie, het gebruikte materieel goed te reinigen, om zo verspreiding via wortelfragmenten tegen te gaan.

van injecteren 60 graden of warmer en dat is de temperatuur waarop de plant dood gaat. Per vierkante meter is ongeveer 250 liter water nodig. Na een behandeling is 90 procent van de planten verdwenen. Het nadeel is dat het arbeidsintensief is en veel van het succes mede wordt bepaald door de grondsoort, waarbij de methode op zand succesvoller is dan op klei. Ook de slang waar het water doorheen stroomt, is minder handig voor de inzet in natuurgebieden, vanwege de aanwezigheid van bomen en andere obstakels. Nadeel is ook dat er nog een deel resteert, dat je daarna consequent moet aanpakken. Andere manieren van bestrijden zijn de wortels uitgraven, wat sommige gemeenten en instanties door vrijwilligers ­laten doen als alternatief voor glyfosaat. Het kan ook machinaal, maar het risico is dan dat er stukken afbreken en in de grond achterblijven. Een klein stukje dat afbreekt, kan al voldoende zijn om de plant te laten hergroeien. Een bijzondere innovatie is die van Van den Herik Zuigtechniek. Dat bedrijf graaft de grond af, waarna die direct in de machine gaat en wordt verhit tot ongeveer 120 tot 130 graden Celsius. Daarna komt de aarde weer in een container terecht. Het voordeel is dat er geen logistiek nodig is en de grond meteen op locatie weer kan worden teruggestort. “De prijs waar we aan zitten te denken, is € 125,- per kuub per vierkante meter, afhankelijk van hoe goed we erbij kunnen. Dat is inclusief het afgraven. Moeten we bijvoorbeeld gaan zuigen, dan wordt het duurder”, aldus Johan van den Herik, specialist in de bestrijding van duizendknoop.

Dure afzet Het ter plaatse ontsmetten kan een ander probleem oplossen waar steeds meer partijen tegenaan lopen. Dat zijn de oplopende poorttarieven voor grond die is vervuild met ­

duizend­knoop. Dit omdat die grond moet worden verhit om deze te ontsmetten en die daarna geen positieve eigenschappen heeft. Het is daardoor een product geworden waarmee een bedrijf bijna nergens meer mee naar toe kan. De verwachting is dat de tarieven alleen maar verder zullen oplopen naar­mate het aanbod van vervuilde grond gaat toenemen. Een middel dat geen aandacht kreeg op de praktijkdag, maar desondanks vaak werd genoemd, is glyfosaat. Nog altijd wordt in de bestekken vaak een beroep op dit middel gedaan en dan blijkt het wisselende resultaten af te leveren, zowel bij rechtstreeks injecteren in de steel als voor bladbespuitingen. Van Dijk zegt dat dit middel het beste werkt als het medio september wordt ingezet, omdat dan de sapstroom omlaag gaat. Net zoals riet kent de plant een sapstroom die het grootste gedeelte van het jaar omhoog gaat. Pas wanneer die de andere kant op gaat, kan de plant een korte periode effectief bestreden worden. “Maar dan is er niets meer van te zien en dat is meteen het dilemma dat ontstaat”, aldus Van Dijk. Sinds 9 maart 2018 is er geen ontheffing meer nodig voor het gebruik ervan. Van Dijk gaat ook in op injecteren of bladbespuiting. “Onderzoek wijst uit dat bladbespuiting zeker zo effectief is. Daar is het middel ook voor bedoeld. Injecteren lijkt beter te werken en beter voor het milieu te zijn, doordat er minder emissie is, maar in feite wordt er per vierkante meter meer van het middel gebruikt en is de werking minder goed”, legt hij uit. Uit de praktijk komt de aanvulling dat het middel op oudere planten beter lijkt te werken dan op jongere planten, omdat de sapstroom dan meer naar beneden is gericht.

Grenzen verleggen Uit de praktijk blijkt dat geen van de methoden onder alle omstandigheden een honderd procent resultaat geeft bij de bestrijding van de duizendknoop. Glyfosaat of afgraven en ter plaatse verhitten lijken nu het meest kansrijk, maar ook daarbij is zorgvuldigheid vereist. Maatregelen zijn echter nodig om het probleem niet steeds groter te laten worden. Door het ontbreken van gericht beleid verspreidt de plant zich steeds verder. Daarbij blijft het opmerkelijk dat het gebruik in bloemstukken nog steeds wordt toegestaan. Het betekent een continue aanvoer van materiaal dat kan leiden tot een nieuwe besmetting wanneer er onzorgvuldig wordt omgegaan met wortels, besmette grond en bloemstukken. Dan blijft het bestrijden zonder kans op succes. TEKST: Herma van den Pol FOTO’S: Cumela Communicatie

46

GRONDIG 5 2019


ARION 660 v.a. € 99.950,-

Gulden tijden herbeleven 2019 is het jaar van de historie van Kamps de Wild. Tijd om oude begrippen nieuw leven in te blazen: ƒ1.000,- / pk

Profiteer van een moderne CLAAS voor nog geen € 500,- / pk. Traploze CMATIC transmissie, 205 pk*, hoog comfort niveau, excellente gewichtsverdeling en een opgeruimde bediening.

Dat is oude tijden opnieuw beleven. Dat is CLAAS.

kampsdewild.nl Bovenstaande prijs is excl. afleveringskosten en btw, afhankelijk van de uitvoering. Actieprijs geldig t/m 30-06-2019. Uitvoeringen kunnen afwijken van bovenstaande afbeeldingen. Drukfouten onder voorbehoud.

Vraag uw CLAAS dealer voor meer informatie m.b.t. de gunstige financieringsmogelijkheden. *Vermogen aangegeven volgens max. vermogen (ECE R 120), incl. CLAAS CPM.

Multifunctionele 10 tons graafmachine. Compacte machine met giekverhouding van 15 tonner.

HOOBY MH115 GRADERTRONIC

* Gewicht vanaf 10 ton. * Verstelgiek met “automatic control”. * Gradertronic (automatisch egaliseren). * High speed 40 km/h. * Beweegbaar contra gewicht. * Vierwiel besturing met “hondegang”.

* 3x dubbelwerkende functie. * High flow functie (t.v.b. klepelmaaier). * Joystick besturing. * 6,2 meter maaikorf. * Draaigiek t.b.v. in de lengte lossen. * Ca.10 meter bereik (incl. verlenggiek). 0

meter

Hobelman - Halle BV www.hobelman-halle.nl +31 573 461353


TIEN JAAR CCI Samenwerken maakt samen sterk

ondernemen met

vaktechniek

Tien jaar geleden zetten zes machinefabrikanten een opmerkelijke stap. Ze gingen samen software en hardware ontwikkelen, om ervoor te zorgen dat met één scherm verschillende machines konden worden bediend. Inmiddels zijn er 50.000 systemen uitgeleverd en werken er dertig bedrijven samen binnen het Competence Center Isobus (CCI). Als bewijs dat je door samen­ werken ook samen sterk bent. Het was tien jaar geleden een opmerkelijke stap. Zes mid­ delgrote familiebedrijven die samen besloten om een be­ dieningsscherm te ontwikkelen waarmee machines van elk merk konden worden bediend. Het was het antwoord op de ontwikkeling bij de grote trekkermerken, die allemaal be­ zig waren met hun eigen techniek en hun eigen scherm. Er ­waren weliswaar Isobus-afspraken die ervoor zouden moe­ ten zorgen dat trekkers en werktuigen automatisch goed met ­elkaar konden communiceren, maar in de praktijk was en is dat soms zelfs nu nog een probleem. Te vaak blijken sig­ nalen van het werktuig net anders te worden uitgelegd dan aan beide zijden van de draad was bedacht.

48

GRONDIG 5 2019

Zes bedrijven Om dat probleem te tackelen, besloten de zes bedrijven - Ama­ zone, Krone, Lemken, Kuhn, Rauch en Grimme - gezamenlijk een bedieningsscherm te ontwerpen. Dat had als voordeel voor de gebruiker eenheid in bediening en inrichting van het scherm en voor de bedrijven de zekerheid dat het werkt en een beperking van de kosten. Daarin slaagden ze glansrijk door het in vertrouwen samenwerken. Dat vertrouwen be­ staat eruit dat elk bedrijf een functie kan laten ontwikkelen zonder dat de andere direct weten waarvoor het is bedoeld. Het voordeel is dat de bedrijven kennis kunnen combineren en met veel meer menskracht aan de ontwikkeling kunnen werken. Dat blijkt wel op het huidige hoofdkwartier van CCI in Osnabrück, waar nu achttien m ­ ensen in dienst zijn.


AEF-testcentrum

Kleiner scherm

In Osnabrück wordt inmiddels niet alleen meer ontwikkeld, maar ook getest voor het AEF-certificaat. Dit certificaat is opgezet om te komen tot een probleemloze communicatie tussen werktuig en trekker. Het AEF-certificaat geeft daarbij aan welke onderdelen van de communicatie gegarandeerd probleemloos verlopen. Daarvoor is er een AEF-app, waarop je voor elk type trekker en werktuig kunt zien in hoeverre ze goed met elkaar communiceren. Ondertussen profiteert CCI van de keuze van veel bedrijven om in de cabine een apart scherm te handhaven voor de bediening van de machines. Vanwege het betere overzicht, maar vaak ook omdat ze dan zeker weten dat het werkt, zo blijkt uit reacties in het veld. Dat is ook te zien aan de afzet­ cijfers na tien jaar. Inmiddels zijn er 50.000 systemen verkocht. Daarmee heeft CCI een succesvol tegenwicht weten te bieden aan bedrijven als John Deere en Claas, die eigen systemen in de markt wilden zetten waarmee machine­ besturing zou moeten plaatsvinden.

Twee jaar geleden werd op de Agritechnica de tweede generatie van het CCIbedieningsscherm gepresenteerd, de CCI 1200 met een 12-inch-scherm. Daarop kun je meerdere machines of functies tegelijk op het gedeelde scherm presenteren. Nu komt daar de CCI 800 bij, een scherm dat met een diagonaal van 8 inch half zo groot is. Het is bedoeld voor bedrijven die minder ingewikkelde machines moeten bedienen. Het scherm heeft een vaste indeling, waarbij het grootste deel is bedoeld voor het gekozen bedieningsmenu. In een balk aan de linkerkant staan dan nog andere functies of bijvoorbeeld het beeld van een camera. Deze kunnen via het touchscreen eenvoudig naar het hoofdscherm worden getrokken.

Dertig bedrijven Het succes is ook te zien aan het aantal deelnemende bedrijven dat gebruik maakt van het CCI-scherm. Net voor het jubileum sloot het dertigste bedrijf zich aan bij de samenwerking. Daaronder bevinden zich veel bekende fabrikanten, zoals Fliegl, Bergmann en Pöttinger. Bijzonder is de opbouw van de organisatie. Het is in oorsprong een coöperatie van samenwerkende bedrijven. Dat is het nu nog steeds, maar er is wel verschil in financiële bijdrage en beslissingsrecht. Het dagelijks bestuur ligt nu bij vijf van de zes bedrijven die CCI oorspronkelijk zijn begonnen. Alleen Amazone is afgehaakt als founder, maar nog wel steeds lid van de club. De vijf overgebleven bedrijven hebben de belangrijkste aandelen en nemen beslissingen over ontwikkeling en bedrijfsvoering. Bewust is ervoor gekozen om bedrijven die later aansluiten een andere status te geven om te voorkomen dat de coöperatie onbestuurbaar zou worden. Ondanks het beperkte stemrecht hebben alle leden wel de mogelijkheid om alle functies die aan de terminal worden toegevoegd te benutten. Het voordeel is dat ze veel flexibeler zijn dan wanneer ze aankopen, omdat ze wel zelf hun wensen kunnen indienen.

Nieuwe schermen Inmiddels bevindt CCI zich in de tweede fase van de ontwikkeling. Twee jaar geleden is de opvolger gepresenteerd van het eerste gezamenlijke scherm en dat is voor veel bedrijven nu de standaard. Dit 12-inch-scherm heeft de mogelijkheid om het beeld te splitsen in twee schermen met daarbij nog een aantal andere minischermen die met een veeg over het scherm naar voren te halen zijn. Sinds de start van de verkoop eind 2017 zijn daar nu, anderhalf jaar later, al 3000 van uitgeleverd. Dit jaar komen daar een kleiner 8-inch-scherm bij en een eigen slimme bedieningspook (zie kaders). Een nieuwe stap die door het samenwerkingsverband is gezet, is de introductie van Agrirouter, een slim online-platform om gegevens uit te wisselen tussen kantoor en machinescherm of tussen bedrijven onderling, zoals boer en loonwerker. Ook hier is uniformiteit de sleutel die ervoor moet zorgen

Trillende bedieningsjoystick Een mooie innovatie van CCI is de bedieningsjoystick. Deze bestaat uit een klein touchscreen op een handgreep die er uitziet als een joystick. Deze kan op de armleuning worden gemonteerd, zodat je met je duim tien functies op het gevoel kunt bedienen. Daarvoor zijn er een aantal losse rasters ontwikkeld, die je over het scherm kunt klikken. Door het raster te volgen, kun je zonder te kijken de ingeprogrammeerde functies bedienen. Elke fabrikant kan daarbij zelf kiezen welke functies hij onder het raster plaatst. Eventueel bestaat nog de mogelijkheid om zelf zaken te programmeren. Er zijn drie verschillende rasters en onder elk raster kunnen drie verschillende programma’s worden geplaatst. Met een druk op de knop achter op de joystick kun je tussen deze programma’s schakelen. De rasters zijn bedoeld om het aantal functies te beperken. Ze bestaan uit acht, negen of tien velden. Het touchscreen herkent daarbij automatisch welk raster is geplaatst en welke knoppen daarbij horen. Om goed op gevoel te kunnen werken, kun je als gebruiker ook nog instellen of je een geluidssignaal krijgt als een knop wordt ingedrukt of bijvoorbeeld een trilling. Het niveau daarvan is uiteraard instelbaar. De nieuwe joystick kan aan elk scherm van de nieuwe generatie worden gekoppeld en is vanaf de komende Agritechnica leverbaar via alle deelnemende fabrikanten.

dat gegevens eenvoudig zonder usb-stick kunnen worden overgezet. Eenvoud is ook hier het codewoord. Een kleine unit voor het maken van contact tussen scherm en mobiele telefoon is voldoende. Daarna kun je contact maken met het internet en gegevens uitwisselen. Vanaf Agrirouter kan de informatie dan doorstromen naar de bedrijfscomputer of bijvoorbeeld een klant als een loonwerker deze verzamelt. De grote interesse van bedrijven als John Deere en Claas bij de introductie van dit systeem laat zien dat de samenwerkende bedrijven een manier hebben gevonden om zich teweer te stellen tegen de grote spelers. Het bewijst dat je door samen te werken je niet alleen krachten bundelt, maar ook sterker bent. Daar profiteren nu niet alleen de bedrijven, maar ook de klanten van. Een mooi succes van een tien jaar geleden gedurfd initiatief. TEKST: Toon van der Stok FOTO’S: Toon van der Stok, CCI

GRONDIG 5 2019

49


VOOR ALLES EEN MASSEY FERGUSON

FOR A NEW GENERATION FROM MASSEY FERGUSON

Kijk voor alles op www.masseyferguson.nl


Resultaat Afschrijvingen Cashflow Saldo nieuwe leningen en aflossingen Bij werkkapitaal

ondernemen met

vaktechniek Onttrekkingen

113.949 285.224 399.173

114.005 270.103 384.108

23.230 422.403

29.098 413.206

ECONOMIE 25.380 368.546 393.926 28.477

Investeringen Af werkkapitaal Mutatie werkkapitaal

IN KORT BESTEK

31.924 342.026 373.950 39.255

CUMELA Kompas Analyse - Meer investeringen Cashflow cumelabedrijven 2017 en 2018

Inschrijven met handelsnaam of statutaire naam?

€ 400.000 € 350.000

Beste Geralde,

€ 300.000

Ik heb onlangs een handelsnaam toegevoegd aan mijn onderneming om een duidelijker onderscheid te maken tussen de verschillende activiteiten binnen mijn onderneming. We zijn bij de Kamer van Koophandel ingeschreven als Loonbedrijf BV, maar gebruiken Maai BV en Verhuur BV als handelsnamen en dus naar buiten toe. Met welke naam moet ik nu inschrijven?

€ 250.000 € 200.000 € 150.000 € 100.000 € 50.000

2017

2018 Resultaat

Afschrijvingen

De investeringen van de cumelabedrijven zijn het afgelopen jaar gestegen van geDe investeringen van de cumelabedrijven zijn het afgelopen jaar gestegen van gemiddeld € 342.000,- middeld € 342.000,- naar € 368.500,- per bedrijf. De cijfers zijn afkomstig van de naar € 368.500,- per bedrijf. De cijfers zijn afkomstig van de eerste 81 bedrijven waarvan CUMELA de jaarresultaten over 2018 heeft verwerkt (zie ook het artikel op pagina 18-20). Bedrijfskundig adviseur eerste 81 bedrijven waarvan CUMELA de jaarresultaten over 2018 heeft verwerkt Dieuwer Heins concludeert dat er ook in 2018 sprake was van een positieve kasstroom: “We zien dat (zie ook het artikel op pagina 18-20). Bedrijfskundig adviseur Dieuwer Heins conde cashflow is verbeterd van € 384.108,- in 2017 naar € 399.173,- in 2018. In verhouding tot de bruto

cludeert dat er ook in 2018 sprake was van een positieve kasstroom: “We zien dat de cashflow is verbeterd van € 384.108,- in 2017 naar € 399.173,- in 2018. In verhouding tot de bruto marge daalde de cashflow enigszins, omdat de bruto marge harder is gestegen. De cashflow bestaat uit het resultaat plus afschrijvingen. In ­tegenstelling tot de bedrijfseconomische vergelijking in het artikel rekent Heins hier met het fiscale resultaat, inclusief een eventuele berekende arbeidsvergoeding. De overige opbrengsten, incidentele baten en lasten en eventuele opbrengsten van het nevenbedrijf zijn meegenomen in het resultaat. Naast de cashflow is in 2017 geld beschikbaar gekomen uit nieuwe leningen. In 2017 namen de langlopende schulden van bedrijven gemiddeld toe met € 23.230,-. Dit is iets minder dan in 2017. Na investeringen en onttrekkingen komt de mutatie werkkapitaal uit op € 28.477,-. Het betekent dat bij een gelijkblijvende stand aan voorraden, debiteuren crediteuren, overige vlottende activa en kortlopende schulden de stand van de rekening courant verbeterde met ruim € 28.000,-. Door beperkte onttrekkingen was er een toename van geldmiddelen van € 23.743. Het betekent dat de liquiditeitspositie verbeterde. De liquiditeitspositie wordt ook wel uitgedrukt met het kengetal current ratio. Dit is de verhouding tussen vlottende activa, hetgeen er op korte termijn binnenkomt, en de kortlopende schulden, hetgeen op korte termijn moet worden betaald. De current ratio dient volgens Heins ergens tussen de 1 en 1,5 te liggen. “In de cumelasector komt de current ratio zowel in 2017 als in 2018 uit op 1,4. Dat is een prima liquiditeitspositie.” Wilt u weten hoe uw kengetallen 2018 zijn, doe dan mee aan de kengetallenvergelijking CUMELA Kompas Analyse. Neem hiervoor contact op via de Ondernemerslijn op (033) 247 49 99 of stuur een e-mail naar kengetallen@cumela.nl.

Beste aannemer, Elke onderneming heeft één echte naam: de statutaire naam van de onderneming. Dit is de naam die wordt ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Dit moet een originele naam zijn en mag niet te veel lijken op een al ingeschreven statutaire naam. Op grond van de wet dient u deze naam op alle uitgaande communicatie te vermelden. Handelsnamen kunnen de verschillende kanten van een onderneming belichten. Ook deze namen kunnen worden ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en zijn gemakkelijk te wijzigen. De inschrijving dient daarom plaats te vinden met de ‘echte’ naam van de onderneming: de statutaire naam. In dit geval dient dus met Loonbedrijf BV te worden ingeschreven. In het Aanbestedingsreglement Werken 2016 is zelfs expliciet opgenomen dat met de statutaire naam moet worden inschreven. Een tip: vermeld de statutaire naam op certificaten, zodat dit niet tot verwarring kan leiden bij inschrijvingen.

Tabel 1. Kasstroomoverzicht cumelabedrijven 2017 en 2018 Resultaat Afschrijvingen Cashflow Saldo nieuwe leningen en aflossingen Bij werkkapitaal Onttrekkingen Investeringen Af werkkapitaal Mutatie werkkapitaal

2018 € 113.949 285.224 399.173

2017 € 114.005 270.103 384.108

23.230

29.098

422.403 25.380 368.546 393.926 28.477

413.206 31.924 342.026 373.950 39.255

Geralde van de Bunt Adviseur juridische & GWW-zaken

GRONDIG 5 2019

51


ondernemen met

vaktechniek

Biocementatie breder ­toepasbaar Groundwater Technology voert pilotproject met biologische bodemversteviging uit Groundwater Technology in Rotterdam voert in Toronto een groot pilotproject uit waarbij slappe grond van het oude havengebied wordt verstevigd door middel van biologische processen. Het bedrijf spitst zich toe op de levering en begeleiding van deze bioprocessen. Het ziet ook kansen voor Nederland. Voor de uitvoerende werkzaamheden wil het samenwerken met onder meer cumelabedrijven. De eerste pilots zijn opgestart. Het oude havengebied van de Canadese stad Toronto zal binnen een aantal jaren worden herontwikkeld tot een nieuw stadsdeel. Dit project gaat enkele tientallen miljarden Canadese dollars kosten, mede doordat de ondergrond van dit gebied veel te slap is voor herontwikkeling. Standaardtechnieken om grond te verstevigen, zoals het voorbelasten met grote hoeveelheden zand of het vermengen met cement, zijn kostbaar en vragen veel werk. Volgens Yvo Veenis, directeur van Groundwater Technology in Rotterdam, is biocementatie een milieuvriendelijker en goedkopere techniek. Biocementatie zorgt ervoor dat slappe grond wordt verstevigd door biologische processen op gang te helpen met bacteriën die van nature al in de grond zitten. De bewerking die wordt uitgevoerd, bestaat uit het gericht injecteren van bacteriën en voedingsstoffen in de bodem. Dankzij water(stromen) zullen die zich verspreiden en de bodem stabiliseren. Vaak is injecteren voldoende, maar het kan ook

Hier een monster van gecementeerde grond, waarbij via een biologisch proces de zanddelen met natuurlijk gevormd calciet worden gebonden.

52

GRONDIG 5 2019

zijn dat er gericht wordt geïnjecteerd en afgepompt om een waterstroom te creëren, bijvoorbeeld onder een dijk of wegdek door. Groundwater is gespecialiseerd in het beheersen van dit proces om de juiste stabilisatiegraad te realiseren. Je hoeft de grond dus niet te ‘roeren’ en het heeft dus geen of nauwelijks invloed op wat er bovengronds gebeurt. Wegen, pleinen, terreinen, dijken en straten blijven gewoon hun functie behouden tijdens de bewerking en het proces in de bodem. Deze techniek wordt door Groundwater in de praktijk toegepast en is doorontwikkeld in samenwerking met Deltares, TU Delft en het Center for Bio-mediated and Bioinspired Geotechnics van de Arizona State University. Deze techniek is onder andere in het laboratorium van Deltares al bewezen, maar nog nooit eerder op zo’n grote locatie toegepast. De eerste resultaten in Canada zijn inmiddels bekend en geven aan dat de grond de gewenste stabiliteit heeft gekregen. Hiervoor zijn stabilisteitsmetingen uitgevoerd op zowel behandelde als niet behandelde delen op hetzelfde terrein.


Nederlandse ontwikkeling Bij biocementatie zorgen natuurlijke bacteriële processen in de bodem ervoor dat zandkorrels door een natuurlijk in de bodem gevormd cement aan elkaar hechten. De bacteriën maken hiervoor het mineraal calciet aan. De mate van cementatie kan worden gestuurd, van heel licht tot aan de sterkte van beton. Die bacteriën zitten van nature al in de bodem, maar in een dusdanig kleine hoeveelheid dat dergelijke processen normaal gesproken miljoenen jaren kunnen duren. Dit proces kan worden versneld door bepaalde voedingsstoffen in de grond te injecteren, waardoor deze bacteriën zich vermeerderen en sneller calciet - of gemakkelijker genaamd biocement - maken. TU Delft onderzocht hoe de gewenste bodemsterkte kan worden bereikt, van lichte tot een veel steviger cementatie, afgestemd op allerlei toepassingen. Daarnaast stelde de TU Delft vast dat deze techniek ook geschikt is om te voorkomen dat een talud in het losse zand - ofwel running sands wegzakt. In Toronto worden twee methoden toegepast. Bij de eerste methode zijn bacteriën uit de bodem gehaald, opgekweekt en weer teruggeplaatst, voorzien van extra voedingsstoffen. Dit resulteerde in de bedoelde lichte cementatie. Bij de tweede methode zijn extra voedingsstoffen toegepast om het bacteriële verstevigingsproces in de grond te versnellen, met als gevolg een steviger cementatie. Beide methoden blijken succesvol te zijn, waarbij de calciet zichtbaar was in de grond.

Tijd en milieu De tijdsduur hangt af van het gekozen proces. Via het Ureaseproces, waarbij ureum wordt gebruikt, werkt cementatie heel snel. Na enkele uren injecteren is er al cementatie. Voor een lichte stabilisatie zijn enkele behandelingen nodig. Dat is dan binnen een dag gedaan. Voor meer sterkte zijn meer dagen nodig. Via het nitraatreductieproces duurt een lichte stabilistatie ongeveer een maand en een zwaardere een veelvoud, afhankelijk van het aantal behandelingen. Deze tijden zijn exclusief voorbereidingstijd en de tijd die nodig is om de juiste bacteriën te isoleren en op te kweken. De milieueffecten zijn volgens Veenis voor deze technieken nog onbekend terrein. Bij het binnenhalen van de opdracht voor de pilots in Toronto was het milieueffect één van de relevante criteria en is dat positief beoordeeld. Veenis geeft aan dat de beoordeling positief is, omdat er van nature voorkomende bacteriën worden gebruikt, waarmee ook niets anders wordt gedaan dan ze zichzelf fors laten vermenigvuldigen. Daardoor is er geen negatief milieueffect te verwachten. Hierbij stelt Veenis nadrukkelijk dat het proces beheersbaar lokaal uit te voeren is. Als de injectie van extra voedingsstoffen wordt beëindigd, vertraagt het proces weer tot natuurlijke (langzame) proporties. Via injectie kan heel precies lokaal de bodem worden verstevigd zonder dat het effect ongewenst ‘uitzwermt’. Een kwestie van vakmatig injecteren van de voedingsstoffen en eventueel bacteriën en het beheersen van en afstemmen op grondwaterstromen.

Hier twee ­proefsleuven in Toronto met links onbehandeld en rechts behandeld.

University, is sterk betrokken bij het onderzoek en de uitvoering van de nieuwe biologische techniek in Toronto. Volgens Van Paassen is deze nieuwe biologische bodemtechniek ook in te zetten in Nederland, waar deze natuurlijke bodembacteriën ook voorkomen. Hij geeft aan dat in Nederland eveneens de problematiek van slappe grond en intensief en zwaar verkeer speelt. Amsterdam luidt volgens Veenis inmiddels de noodklok om instabiele kademuren op korte termijn aan te pakken. Deze problematiek geldt volgens hem voor wegen in het algemeen in verstedelijkte gebieden die zwaar worden belast door vrachtverkeer. Ook bij dijkversteviging is deze techniek volgens hem toe te passen, waarbij dijken niet alleen hoger, maar ook stabieler en steviger kunnen worden gemaakt. Bovendien kan zand onder de dijk worden vastgelegd, waardoor onderloopsheid niet meer tot tunneling en dijkfalen kan leiden. Het water kan er gewoon onderdoor, maar het kan geen zand meer wegspoelen.

Pilots uitzetten

Kansen in Nederland

Yvo Veenis geeft aan dat er in Nederland nog maar zeer beperkt is gewerkt met deze nieuwe technologie. Hij vertelt dat er bijvoorbeeld al wel een succesvolle stabilisatie voor een gestuurde boring is uitgevoerd. Voor hem een goed voorbeeld van de samenwerking van Groundwater Technology met een uitvoerend bedrijf. Veenis stelt hierbij nadrukkelijk dat de methode alleen geschikt is voor zanderige bodems. Het proces werkt niet in klei en op veen, omdat deze grondsoorten zich tijdens de processen niet binden. Groundwater Technology geeft aan klaar te zijn voor meerdere projecten in Nederland, waarbij het bedrijf zich concentreert op zijn specialisatie, het toevoegen van voedingsstoffen en bacteriën en begeleiding van alles wat hierbij komt kijken. Voor het uitvoerende werk schakelt het andere bedrijven in. Veenis ziet voor Nederland kansen om met bedrijven te participeren in nieuwe projecten waar deze methode bij inschrijvingen op aanbestedingen meerwaarde op kan leveren. Hij geeft aan nadrukkelijk gedoseerd op te starten. Prijsindicaties geeft hij vanwege de complexheid en maatwerkoplossingen en het pilotstadium waarin het proces zich bevindt nog niet.

In Nederland is deze biocementatie nog onbekend. Leon van Paassen, professor en onderzoeker bij het Center for Biomediated and Bio-inspired Geotechnics van de Arizona State

TEKST: Gert Vreemann FOTO’S: Groundwater Technology

GRONDIG 5 2019

53


ondernemen met

cumela

CUMELARIA

Viermaal vijftig jaar Viermaal vijftig jaar sterk cumelaondernemerschap. Een mooie pagina die laat zien hoe sterk de bedrijven zich hebben dooro­ ntwikkeld, hoe hecht de band is met personeel, opdrachtgevers en relaties en hoe divers onze sector zich doorontwikkelt.

ENZERINK BV, HENGELO (GLD.)

VAN STIPDONK LANDSCHAPSINRICHTING, GELDROP Erik van Aaken (voorzitter afdeling CUMELA Noord-Brabant) en Irma Gottenbos (bedrijvenadviseur) overhandigden onlangs als verrassing de gouden spelden en hangers op een personeelsuitstapje in Raamsdonkveer ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van Van Stipdonk Landschapsinrichting in Geldrop. Piet en Maria begonnen als P. van Stipdonk BV met een Massey Ferguson, waarbij bereikbaarheid en de telefoon altijd ‘heilig’ waren. In 1993 verschenen de eerste bedrijfskleuren-shirtjes en in 1996 met de intrede van Dirk Jan van Stipdonk veranderde de naam in Van Stipdonk Landschapsinrichting. In 2002 werd in Friesland nog een bedrijf met wetlandtracks overgenomen. In 2004 is het bedrijf officieel overgedragen aan Dirk Jan en in 2006 werd het bedrijf Cumelaonderneming van het Jaar. Rode draad in het lange bestaan van Van Stipdonk Landschapsinrichting is het nieuw ontwikkelen en aanpassen van bestaande machines om zo slimmer en efficiënter te werken en passende oplossingen voor klanten te bieden.

VAN WIJK, NIEUWEGEIN Op woensdag 1 mei bestond aan­nemers­ bedrijf van Wijk Nieuwegein vijftig jaar. Dit werd groots gevierd met het personeel, klanten en relaties. Van Wijk Nieuwgein is sinds vorig jaar onderdeel van Reinten Infra uit Oldenzaal. De heer Reinten feliciteerde Chris van Wijk en zijn team en maakte van de gelegenheid gebruik om het traject van de overdracht op humoristische wijze aan de aanwezigen uiteen te zetten. Ook de burgemeester van Nieuwegein was aanwezig om zijn felicitaties over te brengen. Van Wijk heeft een forse bijdrage geleverd aan het ontstaan en de groei van de stad Nieuwegein. Chris van Wijk werd door Wim van Mourik, voorzitter van het dagelijks bestuur van CUMELA Nederland, en bedrijvenadviseur Wilco Emons gehuldigd met de gouden CUMELA-speld voor vijftig jaar ondernemerschap.

54

GRONDIG 5 2019

De slogan ‘We doen het samen’ stond de afgelopen vijftig jaar centraal bij Enzerink. Een slogan die tot zijn recht kwam op het jubileumfeest. Medewerkers, oud-medewerkers en familieleden werden verwelkomd om gezamenlijk mee te doen aan diverse spectaculaire, feestelijke en spannende activiteiten, zoals meerijden met een Parijs Dakar-truck en vliegen in een helikopter. Tot slot was er een knallende feestavond, met een mooi programma en lachende gezichten van genodigden en de familie Enzerink. Als dankbetoon aan de ouders vroegen Herbert en Richard om de ouders - Henk en Rikie - de gouden CUMELA-speld en -hanger uit te reiken. Uiteraard ontvingen de huidige directieleden ook de gouden speld uit handen van Erik Morssink - bestuurslid Gelderland - en bedrijvenadviseur Gerwin Otten.

TEEUWISSEN RIOOLREINIGING, HUIZEN In het Noord-Hollandse Huizen vierde Teeuwissen Rioolreiniging zijn vijftigjarig jubileum met een officiële opening en open dag op donderdag 16 mei. Teeuwissen Huizen begon vijftig jaar geleden naast het veehouderijbedrijf met het leegzuigen van mest- en gierkelders en beerputten. Inmiddels is het bedrijf gespecialiseerd in diverse aspecten van de aanleg en reiniging van riolen en het plaatsen, legen en reinigen van olie- en vetafscheiders. Vanwege het vijftigjarig jubileum kregen de broers Kees en Jacob Teeuwissen de gouden CUMELA-speld van voorzitter Jack van Diepen en bedrijvenadviseur Ada Kieft. De continuïteit van het bedrijf is gewaarborgd. Kees’ dochter Gea en zonen Joost en Wim hebben naast Erik Smith plaatsgenomen in de directie en zetten het bedrijf voort.


DAMES NOORD NAAR BOERIN AGNES Op donderdag 23 mei waren de dames van de cumelabedrijven uit Noord-Nederland te gast bij boerin Agnes. Zij is bekend geworden door haar deelname aan het programma Boer Zoekt Vrouw in het seizoen 2007-2008. In de net verbouwde (oude) melk­ put vertelde Agnes over haar Boer Zoekt Vrouw-tijd. Zo gaf ze praktische tips over het omgaan met en het gebruik maken van de (sociale) media. Na een rondje over het bedrijf sloot Agnes af met haar verhaal over het ondernemerschap en wat boer zijn allemaal met zich mee brengt. De gezellige en leerzame middag werd afgesloten met een high tea, waarna een ieder weer huiswaarts keerde.

JUBILEUM EN JUBILARISSEN DE BRUIJN, LOPIK Op vrijdag 3 mei vierde Loon- en Kraanverhuurbedrijf De Bruijn in Lopik zijn veertigjarig bestaan in besloten kring. Tijdens het feestje werden Rinus, Anton en Aline door Raymond van Dorresteijn, voorzitter van het CUMELA-bestuur van de provincie Utrecht, gehuldigd met de gouden CUMELA-speld. Naast het bedrijfsjubileum waren er ook twee medewerkers die 25 jaar in dienst waren, de machinisten Gerrit-Jan de Jong en Sipke Schieving. Beide heren werden gehuldigd met de zilveren CUMELA-speld en bedankt voor hun jarenlange inzet.

CAO & ZO Moeizame cao-overleggen Op het moment dat ik deze column schrijf, hebben we net ons vierde cao-overleg achter de rug. En we zijn helaas nog niet klaar. Het zijn moeizame overleggen. De precieze oorzaak is niet helemaal aan te wijzen, maar feit is wel dat de wensen van de werkgevers en de werknemers (vakbonden) erg ver uit elkaar liggen. De vakbonden willen het liefst een korte cao met een hoog loon (één jaar met vijf procent loonsverhoging of - eventueel - twee jaar met voor elk jaar vijf procent). De werkgevers zijn bereid een goed loonbod te doen en zouden het liefst een cao afsluiten voor twee jaar. Die vijf procent per jaar is dan echt te gortig. Werkgevers willen een cao die meer flexibiliteit biedt voor werkgevers en werknemers. Denk hierbij aan de mogelijkheid om naast een 38-urige werkweek ook een 40-urige werkweek af te spreken. Denk ook aan het verruimen van het dagvenster, zodat werkgevers en werknemers flexibeler zijn de werkdag daarbinnen onderling af te spreken. De bonden willen dat allemaal niet. We zouden ook graag zien dat de naam van de cao wordt aangepast, zodat deze meer recht doet aan de vele werkzaamheden die onze sector doet, bijvoorbeeld CAO Groen, Grond en Infra. Maar wat we ook voorstellen, de bonden willen niet. Het voortdurende ‘nee’ is best lastig. Zo hebben we de afgelopen keer gesproken over verlenging van de huidige cao. Die loopt namelijk 30 juni aanstaande af. De bonden wilden wel, maar - u raadt het al - met een flinke loontoezegging. De afdronk was dan ook dat er geen verlenging komt van de huidige cao. We zullen vermoedelijk daarom een tijdje een cao-loze periode hebben. Dit heeft voor de leden van CUMELA nauwelijks gevolgen. Elke cao komt tot stand door veel praten, luisteren en soms meebewegen met de wensen van de ander en elke cao-onderhandeling kent wel moeilijke momenten. In de cumelasector hebben we vaak een cao gesloten die recht deed aan werkgevers én werknemers. Deze keer lijkt het echter moeizamer te gaan dan ooit. Waar het aan ligt? Weet u het? P.S. We zien dat ook in andere sectoren cao’s moeizaam tot stand komen.

Sander van Meer teamleider Advies en Arbeidsmarkt

GRONDIG 5 2019

55


ondernemen met

cumela

RUSTPUNT

“Als het druk is, maak ik de dag wat langer” Hij werkt zes dagen in de week, maar stress kent hij nauwelijks. “Het gaat erom dat je stress kunt verleggen”, stelt Tini de Jong van loonbedrijf M. de Jong uit Dongen.

Tini de Jong heeft samen met zijn zoon een loon- en aannemersbedrijf in Dongen. Ze doen vooral groenonderhoud voor gemeenten en andere overheden. Ze maaien bermen, doen slootonderhoud en daarnaast zitten ze sinds enkele jaren in het grondverzet. Vooral in het najaar is hij druk. Samen met zijn zoon en twee zzp’ers is hij van september tot december bezig met slootonderhoud. “We weten wel de rust in het werk te bewaren, hoor. Als we allemaal op verschillende locaties aan het werk zijn, spreken we voor de lunch tussen de middag af bij één van die vele picknickbankjes hier in de regio. We weten ze allemaal te vinden.”

Altijd klaarstaan

Hij rijdt en rijdt. De machine doet het werk en hij hoeft alleen maar het stuur vast te houden. Het zaaien gaat vanzelf. Bij die boom stop ik om te eten, denkt hij. Bij die boom aangekomen, gaat hij echter toch door. “Het gaat zo lekker. Dan zit die maïs er tenminste in. Klaar is klaar”, zegt hij. Om half drie zitten zijn boterhammen nog steeds onaangeraakt in zijn koelbox. “Zo gaat het vaak”, zegt de loonwerker. Hij moet er zelf om lachen. “Als ik alleen werk, ga ik meestal constant door, maar stoppen kan ik ook, hoor. Soms schuif ik aan bij een fietser op een picknickbankje. Of, als ik bijvoorbeeld een ree zie, zet ik de machine stil. Ik stap uit en kijk hoe het dier reageert op mijn aanwezigheid. Daar besteed ik echt mijn tijd aan. Dat vind ik prachtig. Dat is de ontspanning in mijn werk.”

Eigenlijk is hij altijd aan het werk. Is het niet in het veld, dan is het wel ‘achter’, in de loods, waar hij machines ontwikkelt of handige aan- en uitbouwtjes fabriceert. Zo laste hij een richel op de mesttank om de slang op te bergen. Ook maakte hij er een extra trekhaak aan. “Dat altijd bezig zijn, komt denk ik door de manier waarop ik ben opgegroeid”, graaft hij in zijn geheugen. “Thuis waren we altijd in de weer. Mijn vader had een melkveebedrijf en deed er wat loonwerk naast. Als de lagere school uit was, racete ik terug naar huis. Onderweg had ik de knoopjes van mijn blouse en de veters van mijn schoenen al losgemaakt, zodat ik, eenmaal thuis, meteen mijn werkkleding in kon schieten. Zo werden we opgevoed. Je moet altijd klaarstaan voor iemand anders.” Dat betekent uren maken, doorgaan tot het af is. Nog steeds werkt hij zo. Als een boer hem belt om maïs te zaaien, gaat hij het liefst zo snel mogelijk aan de gang. “Ik kan het niet hebben als dat zaad in de zak blijft zitten. Daar krijg ik juist stress van.” Maar als er nu vijf boeren tegelijk bellen? “Dan ga ik door, net zolang tot het af is. Als het druk is, maak ik de dag wat langer. Het zijn maar pieken. De rust komt vanzelf wel weer.”

Aantal burn-outs neemt toe Burn-outs komen steeds vaker voor. Vrije tijd, ontspanning en rust worden daardoor steeds belangrijkere aandachtspunten op de agenda, niet alleen naast, maar ook tijdens het werk. In deze serie laten we cumelaondernemers aan het woord die bewust de ontspanning opzoeken in de hectiek van alle dag. Misschien kunt u er nog wat van leren.

56

GRONDIG 5 2019


Naar de Ardennen Tijd voor hobby’s heeft hij niet. “Ik weet zeker dat een hobby een goede manier van ontstressen is, maar ik kan er niet één bedenken die mij bij past. Ik weet niet hoe dat moet, een hobby. Dat heb ik nooit geleerd.” Hij heeft het wel geprobeerd, een hobby. Hij kocht een oldtimer, waar hij op zondagen mee wilde gaan toeren. Telkens denkt hij echter: dat doe ik morgen, dat doe ik volgende week, want er komt altijd wat tussen. Hij gaat er wel tussenuit. Vroeger een weekje in de zomervakantie of naar de Biesbosch. Hij kent er elk paadje. Nu af en toe weekendjes weg, zolang er maar boeren en natuur in de buurt zijn. Zo zit hij al 31 jaar elk pinksterweekend in de Ardennen. Ook op een zondag rijdt hij wel eens heen en weer. “Toen mijn dochter vier was, ging ze mee met een tante naar de Ardennen. Wij zouden haar daar weer ophalen. Toen ik dat gebied voor het eerst kwam binnenrijden, was het echt het beeld dat ik graag zag. Ik vond de omgeving prachtig. Sindsdien gaan we elk jaar terug en huren hetzelfde huisje. Niemand komt aan mijn pinksterweekend”, aldus Tini. Hij lacht. “Als mijn dochter op haar vierde niet was meegegaan, was ik zelf nooit verder weg gekomen.”

Werken is geen offer Hoewel hij, behalve op zondag, altijd werkt, ondervindt hij weinig stress. “Er is geen reden toe. Werken is geen offer, geen lijdensweg voor mij. Ik stap uit bed en ga op pad. Ik word er niet moe van.” Het is een kwestie van stress verleggen, stelt hij. Als voorbeeld vertelt hij over een klus langs een drukke provinciale weg. “Ik stel dan voor om niet om zeven uur te beginnen, maar ‘s ochtends om half vijf. Dan is het een stuk rustiger met het autoverkeer en is het risico op ongelukken stukken kleiner. Sommigen zitten me dan raar aan te kijken, maar het werkt het beste. Dat geeft een stuk minder stress.” Daarnaast zorgt de schaalvergroting als het gaat om machines voor steeds minder stress, redeneert hij. “Hadden we vroeger een vierrijige zaaimachine, nu hebben we een achtrijige. Kunstmest gaat tegelijkertijd in de frontbak. We hoeven de zakjes niet meer één voor één leeg te schudden. Dat scheelt allemaal enorm veel tijd. Door GPS kunnen we ook vlugger werken, want dat geeft ons de mogelijkheid om ook in het donker door te gaan. Trekkers hebben het vermogen gekregen om door te stampen. De capaciteit is in alle opzichten veel groter geworden”, stelt Tini vast. Hij lacht. “We houden bijna tijd over.” ‘Geen tijd hebben’ vindt hij dan ook een modewoord. “Je moet een knop leren omzetten. Veel mensen zitten in dat ritme van zeven tot vier, of in elk geval van acht uur werk op een dag. Daarna zijn ze afgemat. Je moet gewoon wat flexibeler met je werktijden omgaan. Ze hebben hier wel eens staan proefdraaien met een nieuwe mesttank om drie uur ’s ochtends. In eerste instantie zou ik langer moeten wachten op die machine, omdat de leverancier ‘geen tijd’ had. ‘Geen tijd is maar hoe je het bekijkt’, zei ik tegen die leverancier.”

Sukkel? Hij weet dat hij binnen de maatschappij één van de weinigen is die er zo over denkt. “Laatst werkte ik tweeënhalve week bij de Efteling. Als je ziet hoe druk het daar elke dag was, dat is echt verbazend. Moeten die kinderen niet naar school? Moeten die ouders niet werken? Of moet ik het anders zien? Ben ik dan de sukkel die zes dagen in de week werkt?” “Ik snap het wel”, gaat hij verder. “Tweeverdieners hebben wellicht de ruimte om minder te werken. De lonen zijn hoog. Het baart me echter wel zorgen, want als vrije tijd voor de jeugd zo evident is, hoe krijgen wij dan ooit nog personeel? Wie komt er op tweede paasdag nog gras hakselen? Wie wil nog maïs inzaaien tot ’s avonds laat? Welke medewerker is straks nog bereid om ervoor te gaan?” Hij had ooit een stagiair die het vertikte de kraan uit te komen om de grondwerker te helpen. “Ik heb hem gezegd dat als dat zijn instelling was dit zijn laatste dag bij mij was. Het is echter wel de mentaliteit, die we steeds vaker zien. Het is niet voor niets dat loonwerkers gewild zijn in het grondverzet. Zij hebben nog de juiste instelling voor het vak. Zij willen aanpakken, hebben geen zeven-tot-viermentaliteit.” In de toekomst kan de sector die mentaliteit echter ook verliezen, realiseert hij zich. “Dat zou zonde zijn, want dan heeft het leven toch weinig zin meer?”

De Jong houdt er van om machines te perfectioneren. Daarom lastte hij een aparte draaggoot aan de mesttank voor het opbergen van de zuigslang.

Eigen toekomst In dat kader vreest hij ook voor zijn eigen toekomst, want wat als hij te oud is om zijn werk nog uit te oefenen? Hoe moet hij dan zijn vrije tijd invullen? “Sommigen gaan na hun werkend leven ineens bridgen, fietsen of dansen of gaan in een stoel zitten en komen er niet meer uit. Dat alles zie ik me echter niet doen. Ik weet niet hoe het moet. Hoe kun je na jaren voor je bedrijf geleefd te hebben ineens een knop omzetten en iets anders gaan doen in dat leven? Ik zou niet weten wat. Het liefst wil ik altijd aan de gang blijven en dan ineens wegvallen, zonder op zoek te moeten naar ander tijdverdrijf. Dat zou me een hoop trammelant besparen.” TEKST & FOTO’S: Marjolein van Woerkom

GRONDIG 5 2019

57


Wij kennen de eisen, beheersen de systemen en zorgen voor de beste opslag voor uw producten.

uw specialisT in bewaringen en loodsen Kistenbewaring

bulkopslag

Hout en beton

T 073-503 25 27 info@steenbergen-bouw.nl

www.sTeenbergen-bouw.nl

ARION 510 v.a. € 62.950,-

Kies voor TREND voordeel Geveerde cabine De ARION heeft een zeer ruime en 4-punts geveerde cabine. COMFORT

Krachtige motor De 4-cilinder motor met dubbele turbolader levert 125 pk*.

Efficiënte transmissie 40 km/u automatische ECO transmissie voor brandstof besparing.

POWER

EFFICIËNT

Dat is TREND voordeel. Dat is CLAAS.

kampsdewild.nl Bovenstaande prijs is excl. afleveringskosten en btw, afhankelijk van de uitvoering. Actieprijs geldig t/m 30-06-2019. Uitvoeringen kunnen afwijken van bovenstaande afbeeldingen. Drukfouten onder voorbehoud.

Vraag uw CLAAS dealer voor meer informatie m.b.t. de gunstige financieringsmogelijkheden. *Vermogen aangegeven volgens max. vermogen (ECE R 120).


• ruim 450 merken op 125.000 m2 beursterrein • groot aanbod exposities én demonstraties van machines en gereedschappen • op centrale locatie, goed bereikbaar en dichtbij parkeren


ondernemen met

cumela

CUMELA.NL

Op deze pagina’s samenvattingen van berichten die eerder op Cumela.nl zijn geplaatst. Wilt u op de hoogte blijven van het actuele nieuws? Ga naar Cumela.nl. Daar publiceert de redactie dagelijks nieuws van en voor de cumelasector.

IN MEMORIAM HELMY COENEN Op 26 mei is onze collega Helmy Coenen op 60-jarige leeftijd overleden. Hij laat bij alle collega’s van CUMELA Nederland een grote leegte achter. Als adviseur GWW was hij sinds 2011 bij CUMELA Advies onze drijvende kracht voor diverse werkzaamheden op het gebied van grondverzet en infrastructuur. Wij denken aan hem terug als een bijzonder prettige collega, die altijd voor je klaar stond. Altijd in balans, goed gehumeurd en respectvol naar iedereen binnen en buiten de C ­ UMELA-organisatie. De afgelopen jaren hebben veel leden van onze brancheorganisatie een beroep op zijn uitgebreide vakkennis gedaan. Zijn rol als netwerker werd alom geprezen. Zo was Helmy bij geschillen altijd op zoek naar mogelijkheden om partijen weer met elkaar in verbinding te brengen. Hij was ook een graag geziene gast bij diverse collega-organisaties vanwege zijn kennis over bestekken en aanbestedingen. Grote verdienste van Helmy was het opzetten en organiseren van het sector­ initiatief Sturen op CO2 voor Prestatieladder-gecertificeerde bedrijven in de cumelasector. Dit project is uiterst succesvol en geeft een beeld van Helmy’s doorzettingsvermogen en vakmanschap. Dankzij diezelfde tomeloze inzet heeft hij de afgelopen drie jaar zichzelf op de been gehouden tijdens zijn ziekteproces. Wij wensen zijn vriendin, zijn familie en vrienden veel sterkte met dit verlies.

GEDEPUTEERDE VAN DER MAAS BEZOEKT CUMELASECTOR (Land)bouwvoertuigen zijn bijzondere verkeersdeelnemers. Vrijdag 24 mei hebben medewerkers van CUMELA Nederland daarom, samen met ROVZ, gesproken met gedeputeerde Harry van der Maas van SGP Zeeland. We hebben laten zien wat de cumelasector allemaal onderneemt op het gebied van verkeersveiligheid. Vervolgens is er verder ingegaan op de gevaren van bellen achter het stuur, de mogelijkheden van VOMOL (Veilig Omgaan Met Opvallend Landbouwverkeer, een praktijkles voor basisscholen). Er is weer geconstateerd dat werken met een kwaliteitsnet voor landbouwverkeer, zoals dat in Zeeland gebeurt, vele voordelen biedt. Aan het eind van het bezoek nam de gedeputeerde plaats op een bietenrooier om zo aan den lijve te ondervinden hoe het is om met een machine van die omvang aan het verkeer deel te nemen.

VEELGESTELDE VRAGEN • Wat mag er op de mandagenstaat staan? • Is de mandagenstaat alleen voor eigen personeel? • Welke maatregelen moeten wij treffen nu wij zelf een machine gaan bouwen, waarbij veel zal worden gelast? • Moet de (mede-)eigenaar op de mandagenstaat worden vermeld? • Moeten stagiairs en zzp’ers op de mandagenstaten worden vermeld? • Hoe dienen de feestdagen in april 2019 te worden beloond?

VACATURES BESTUREN AGRARISCH LOONWERK EN MESTSTOFFENDISTRIBUTIE In het bestuur van de sectie Agrarisch loonwerk is een vacature en in het bestuur van de sectie Meststoffendistributie zijn er twee vacatures. Van bestuursleden vraagt CUMELA Nederland dat ze voorbij de korte termijn en vanuit het sectorbelang kunnen denken. Daarnaast vragen we inzet voor het lezen van bestuursstukken, het zelfstandig en met anderen vormen van een mening of strategie en het deelnemen aan bestuursvergaderingen en bestuurdersdagen. De sectie Agrarisch loonwerk geeft de voorkeur aan een bestuurslid met kennis en ervaring in de vollegrondsgroententeelt. Lijkt het u een uitdaging om samen met collega’s mede vorm te geven aan het te voeren sectorbeleid, geef dat dan door via msteinbusch@cumela.nl (Agrarisch Loonwerk) of hverkerk@cumela.nl (Meststoffendistributie). Ook als u meer informatie wilt ontvangen, kunt u zo contact opnemen.

ARTIKEL VAN DE WEEK • Loon is meer dan nettosalaris. Kijk ook naar secundaire zaken. • Terugvorderen van studiekosten. Wat als een werknemer na een dure studie vertrekt? • Vanggewas-tool nieuwe hulp voor keus in maïs • Flexibiliteit in inzet personeel gewenst. Opvangen van pieken en ­dalen in het werkaanbod

60

GRONDIG 5 2019


SPEUR MEE NAAR GPS-DIEVEN De politie is inmiddels landelijk bezig met de opsporing van de bende die GPS-apparatuur ontvreemdt. Een onderdeel daarvan is de registratie van verdachte voertuigen in het buitengebied. Cumelabedrijven en hun medewerkers kunnen meespeuren. Sinds het overleg dat CUMELA Nederland met het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) had, is de politie landelijk bezig met het opsporen van de dieven die het hebben gemunt op GPS-apparatuur. De politie vraagt daarom om zelf de omgeving goed in de gaten te houden en foto’s te maken van verdachte voertuigen die met een smoesje het erf oprijden, die in de omgeving aan de kant staan of die langzaam voorbij rijden. Maak in dat geval een foto van de auto met vooral het kenteken goed in beeld. Stuur die foto naar CUMELA Nederland of uw bedrijvenadviseur. Zij kunnen deze daarna bij de politie aanbieden. Let op dat u geen lunchende bejaarden in het oog heeft of vertegenwoordigers die onderweg hun administratie bijwerken!

ONDERHANDELAARS, MAAK U STERK VOOR GELDERSE CUMELABEDRIJVEN “Maak u sterk voor cumelabedrijven in groen, grond en infra.” Deze oproep deden Maarten Toonen Dekkers (voorzitter Gelderland) en Gerwin Otten (bedrijvenadviseur) namens CUMELA Nederland. Die oproep werd gedaan tijdens het gesprek met de Gelderse onderhandelaars voor het provinciaal bestuur. In de provincie worden veel beslissingen genomen die effect hebben op de bedrijfsvoering of continuïteit van cumelabedrijven. Begin mei is de standpuntnota van CUMELA Nederland verzonden naar de fractievoorzitters en formateurs van alle provincies. De formateur van de provincie Gelderland nam na het in ontvangst nemen van de nota contact op met CUMELA Nederland met de vraag om deel te nemen aan de rondetafelgesprekken van deze provincie. Op zaterdag 11 mei is er met diverse onderhandelaars gesproken om de Gelderse standpunten kenbaar te maken. Er is over een aantal zaken gesproken, zoals het bieden van ruimte aan cumela­ bedrijven, nu en in de toekomst, en het zorgen voor veilige routes. Ook is er gesproken over beter aanbesteden en biodiversiteit en natuurbeheer.

VOORZITTER Maandelijks op deze plaats een column van één van de voorzitters van CUMELA Nederland. Deze editie Herbert van Regteren, voorzitter jongerenbestuur.

#doesnormaal Sinds ongeveer half mei ben ik op de bekende mediakanalen van CUMELA te zien in de uitnodigingsvlog voor de master­ class ‘Filmen met je smartphone’, georganiseerd door het jongerenbestuur. Tijdens de opnames van de uitnodiging kregen we het over wat wel en juist niet te filmen en dat deed me denken aan #doesnormaal. Voor diegenen die het niet weten: #doesnormaal is in het leven geroepen na de bezetting van een boerenbedrijf in Boxtel. Over de actievoerders die deze bezetting hebben georganiseerd, ga ik niet te veel uitweiden, maar het is natuurlijk krankzinnig dat mensen het rechtvaardig vinden om zich zomaar zonder toestemming toegang te verschaffen tot andermans eigendom. Laat staan dat ze hebben nagedacht over de gevolgen voor de getroffen boerenfamilie en een eventuele besmetting van de dieren. Met #doesnormaal wordt dit, mede via vlogs, onder de aandacht gebracht. Ook is het dievengilde weer zeer actief. Het stelen van GPSsystemen en ook gemotoriseerd handgereedschap is in trek. Het laatste hebben wij bij ons op het bedrijf ook al eens meegemaakt. Op dit moment hoor je vooral de explosieve toename van diefstallen van GPS-systemen. De dieven trekken een stuk damwand van de muur, halen de systemen van je machines en als ondernemer zit je met de rompslomp, het oponthoud en een onveilig gevoel. #doesnormaal! Even terug naar het filmen. Vloggen is een methode om met trots te laten zien wat je bedrijf te bieden heeft in een filmpje van minder dan een minuut. Filmpjes voor mensen uit de omgeving van je bedrijf, voor (toekomstige) medewerkers en voor potentiële klanten. Je kunt projecten laten zien, de sfeer in het bedrijf, maar ook het machinepark. Het machinepark filmen in combinatie met je projecten is natuurlijk de jackpot voor een dief, want hij of zij weet dan direct wat er te halen valt en ook waar het staat. Over dit risico moet je goed nadenken voordat je gaat filmen en publiceren. Ondanks alles kijk ik ernaar uit dat er na de masterclass op 15 juni bij Loonbedrijf Van Dun heel veel vlogs zullen komen van trotse cumelabedrijven. Als de deelnemers aan de workshop goed hebben opgelet, zal het een flinke opsteker voor de branche zijn!

OOK OP CUMELA.NL • Lonen CAO LEO per 1 juli 2019 • Lonen CAO Bouw & Infra per 1 juli 2019 • Richtlijn zorgvuldig graven (CROW500) bindend bij meerwerk • Kostprijsberekening, handleiding en indexen 2019 • Subsidie mobiele machines • Nieuwe functionaliteiten Veilig Vakwerk

Herbert van Regteren Voorzitter jongerenbestuur CUMELA Nederland

GRONDIG 5 2019

61


ondernemen met

cumela

TOOLBOX Werken in besloten ruimten

Voor meer info over veilig werken, kijk op www.agroarbo.nl

Tips en vuistregels voor de toolboxmeeting Besloten ruimten als silo’s, riolen, leidingen, werkputten, tankwagens, mestverspreiders, diepe putten, ­sleuven en pijpleidingen zijn klein, nat en niet bedoeld voor personen. Ze zijn moeilijk toegankelijk en er is nauwelijks licht en natuurlijke ventilatie. Voor je eigen veiligheid moet je bij het werken in deze besloten ruimten daarom een aantal regels in acht nemen.

Vergeet niet een sterke, lange ­reddingsgordel te dragen

Alle toolboxen zijn ook digitaal te gebruiken via de Veilig Vakwerk-dienst. Ga voor meer informatie naar www.veiligvakwerk.nl.

62

GRONDIG 5 2019


WEET WAAR JE IN WERKT In een besloten ruimte is er een kans op verstikking, bedwelming, vergiftiging, elektrocutie, brand of explosie. Je mag er niet onbeschermd in als: 1. het zuurstofpercentage minder is dan achttien volumeprocenten; 2. de concentratie van giftige stoffen of dampen boven de grenswaarde zit; 3. e r explosiegevaar is. Voor punt 1 en 2 geldt dat je er met onafhankelijke adembescherming wel in mag. Een te laag zuurstofpercentage merk je niet, omdat je in een soort roes terechtkomt. Meten is noodzakelijk. Het zuurstofpercentage kan omlaag gaan door chemische reacties, bijvoorbeeld bij roestvorming of bij las -en snijwerkzaamheden. Als het zuurstofpercentage te hoog (meer dan 21 volumeprocenten) wordt, is er een grotere kans op brandgevaar. Bij aanwezig explosief gasmengsel moet dit tien procent ­onder de LEL-waarde (explosiegrens) blijven. Kan dit niet, dan mag je er niet in! Metingen worden uitgevoerd door een deskundig persoon en op meerdere plaatsen. Als de situatie tijdens de werkzaamheden kan veranderen, moet er continu worden gemeten, bijvoorbeeld als je werkt met brandbare en explosieve stoffen (verven of oplosmiddelen) of bij lassen en snijden.

WEERSOMSTANDIGHEDEN Ook weersomstandigheden kunnen van invloed zijn. • Mist en windstil weer zorgen voor minder ventilatie, dus een hogere luchtvochtigheid. • Vorst zorgt voor een lage luchtvochtigheid, waarbij door statische kleding en materialen vonken kunnen ontstaan. • Een hoge temperatuur zorgt voor een snellere verdamping

VEILIGHEIDSWACHT Er moet altijd iemand in de buurt zijn waarmee je kunt communiceren. Spreek van tevoren af hoe je dat doet. De ­veiligheidswacht schakelt de hulpverlenende diensten in als er iets misgaat.

Regel een veiligheidswacht

TIPS EN VUISTREGELS • Je moet minimaal achttien jaar zijn. • Voordat je aan het werk gaat, moet je weten: - wat de gevaren zijn en welke maatregelen daartegen zijn genomen; - welke persoonlijke beschermingsmiddelen en blus­ middelen geschikt zijn; - hoe de communicatie- en reddingsprocedures eruit zien; - wie de veiligheidswacht is. • Breng afzettingen aan. Zorg ervoor dat uitlaatgassen van machines die in de buurt werken niet de besloten ruimte kunnen binnendringen. • Ken de metingen en voer een visuele inspectie uit voordat je begint. • Draag een sterke, lange reddingsgordel. Zet deze vast bij de ingang. • Beoordeel hoe je zo kort mogelijk in de besloten ruimte kunt werken. • Zorg voor natuurlijke ventilatie. Lukt dit niet, zorg dan voor mechanische ventilatie (inblazen van lucht). Lukt dat ook niet, zorg dan voor plaatselijke afzuiging bij het vrijkomen van gassen of dampen. Ventileer voor én tijdens de werkzaamheden. • Voorkom dat gassen of vloeistoffen in de besloten ruimte terechtkomen door leidingen af te sluiten of los te koppelen. • Voor brand zijn drie dingen nodig: een brandbare stof, zuurstof en een ontstekingsbron. Als één van deze drie dingen wordt weggenomen, ontstaat er geen brand. • Voorkom elektrocutie door schakelaars te vergrendelen en de elektrische apparatuur spanningsvrij te maken. Door slechte ventilatie is er meer geleiding, doordat de vochtigheid hoger is. • Hulpverlening in een besloten ruimte is moeilijk. Neem geen onnodige risico’s! Zorg dat de toegangswegen vrij zijn. Breng tijdens de bouw klimijzers, ladders, enzovoort aan om de toegang gemakkelijker te maken.

TEKST: Corina van Zoest-Meester, adviseur arbo FOTO: CUMELA Communicatie

GRONDIG 5 2019

63


ondernemen met

cumela

Modulair certificeren Ontwerp geborgde mestketen is klaar Al bijna een jaar werken LTO Nederland, POV, CUMELA Nederland, TLN en Rabobank aan de opzet van een geborgde mestketen. In zeven sectorwerkgroepen zijn voorschriften geïnventariseerd, beoordeeld en uitgewerkt. Een integrale werkgroep sluit de verschillende modules op elkaar aan. Deze zomer moet de opzet klaar zijn, zodat bedrijven zich kunnen laten certificeren. Een vooruitblik op het nieuwe systeem. De eerste stap die het afgelopen jaar is gezet, is het ontwikkelen van KeurMest, hopelijk al bekend. Inmiddels hebben veel bedrijven uit onze sector op de website KeurMest.nl de gedragscode ondertekend. Dit is de opstap naar een geborgde keten. Onder dezelfde naam ontwikkelt de stuurgroep nu een certificeringssysteem voor een geborgde mestketen. Kern van de ketenborging is dat gecertificeerde bedrijven alleen nog mest mogen afnemen van en/ of leveren aan gecertificeerde bedrijven. Dat is de zogenaamde ketenbepaling. Veel bedrijven kennen dit ook uit de GMP-certificering voor veevoeder(grondstoffen). Hiermee bouw je ketens van bedrijven die de uitvoering van hun werk laten borgen door onafhankelijke controle.

Ondernemers bepalen mee In de sectorwerkgroepen voor vervoer en verwerken van mest zitten naast vertegenwoordigers van CUMELA Nederland, Transport en Logistiek Nederland en Kiwa VERIN een groot aantal ondernemers. Daarvoor is gekozen om juist het praktische geluid vanuit de ondernemers zelf door te laten klinken in het systeem. Bij voorkeur dus geen systeem met afvinklijstjes, maar met echte controles die er toe doen en daadwerkelijk onderscheid maken tussen bedrijven die het goed doen en bedrijven die

echt nog wat te verbeteren hebben. Ook in de sectorwerkgroepen van de veehouders en van de akkerbouw en vollegrondsgroententeelt zitten ondernemers. Zo houden we het geheel zo praktisch mogelijk. Het nieuwe systeem wordt modulair van opzet. Dit heeft een aantal belangrijke voordelen. Allereerst hoef je alleen te worden getoetst op zaken die alleen voor jouw bedrijf van belang zijn. Dit moet de kosten laag houden. Verder is een voordeel dat een module kan worden opgenomen in een bestaand certificeringssysteem. Hierdoor is het uitvoeren van dubbele audits bij bedrijven niet altijd nodig. Als een bedrijf meerdere werkzaamheden binnen de mestketen heeft, kan het nodig zijn om voor meerdere modules te worden gecertificeerd. Een loonbedrijf dat mest transporteert, maar ook akkerbouw heeft, zal daardoor voor zowel de modules Handel & Verwerking als Gebruiker gecertificeerd moeten zijn (zie verder kader 1).

Kern van de voorschriften In elke module zitten een aantal basisvoorschriften. Zo moet de deelnemer een overeenkomst met een certificerende instantie hebben, moeten wijzigingen in het bedrijf en in de bedrijfsvoering worden doorgeven en moet het bedrijf meewerken aan de controles door

de certificerende instantie. Vervolgens zijn er voor iedere module specifieke voorschriften. Dit zijn de belangrijkste: Producenten • Een volledige en sluitende fosfaat-, stikstofen mestbalans. • Afvoer van mest op basis van de juiste ge­ gevens. • De gehaltes fosfaat en stikstof van afgevoerde mest moeten voldoen aan een tabel met bandbreedtes. • De laadlocaties van mest op het bedrijf zijn genummerd en voorzien van de daarin aanwezige mestcodes. Handel & Verwerking • Een volledige en sluitende fosfaat-, stikstof-, en mestbalans, zowel voor vervoer als voor verwerking. • Aan- en afvoer van mest op basis van de juiste gegevens. • De gehaltes fosfaat en stikstof van getransporteerde mest moeten voldoen aan een ­tabel met bandbreedtes (zie kader 3). • Alle vervoermiddelen waarmee mest wordt vervoerd, moeten beschikken over een voertuigvolgsysteem (track & trace, anders dan AGR/GPS).

Waarom certificering? De maatschappij heeft weinig vertrouwen meer in de landbouw. Vooral de regelmatige zaken rond mestfraude, met grootschalige invallen, vrachtwagens aan de ketting en (zeer) gekleurde krantenartikelen, hebben dit veroorzaakt. Inkopers van de grote supermarktconcerns hebben hierin een leidende rol door hun obsessieve drang om de producten zo goedkoop mogelijk te willen inkopen, waardoor veehouders nog maar één streven hebben: schaalvergroting en kostprijsverlaging ten koste van bijna alles. Toch moeten we daarom niet met de rug naar de maatschappij gaan staan. Andersom zelfs, er is maar één echte uitweg: we moeten zelf aan de maatschappij aantonen dat wij ons vak verstaan, dat we ons werk goed en volgens de regels uitvoeren en dat we ons daarop door onafhankelijke bedrijven laten controleren en toetsen. Laten we samen een statement maken richting de maatschappij en richting de politiek. Wij kunnen, willen en zullen laten zien dat wij ons werk op een goede manier uitvoeren.

64

GRONDIG 5 2019


Bandbreedte Bandbreedte tabel tabel gehaltes gehaltes mestsoorten mestsoorten kg kg per per ton ton

Mestcode Mestcode MELKVEE MELKVEE

VARKENS VARKENS

10 10 14 14 13 13

vaste vaste mest mest drijfmest drijfmest koek koek na na mestscheiding mestscheiding

stikstof stikstof stikstof stikstof stikstof stikstof

10 10 14 14 13 13

vaste vaste mest mest drijfmest drijfmest koek koek na na mestscheiding mestscheiding

fosfaat fosfaat fosfaat fosfaat fosfaat fosfaat

40 40 46 46 41 41 ** 43 43 ** 50 50 40 40 46 46 41 41 ** 43 43 ** 50 50

** PLUIMVEE PLUIMVEE **

32 32 33 33 35 35 39 39 32 32 33 33 35 35 39 39

Kleiner Kleiner dan dan score score D D

<< 22 << 1,4 1,4 <1,5 <1,5

Tussen Tussen of of gelijk gelijk aan aan score score BB

22 1,4 1,4 1,5 1,5

3,9 3,9 2,8 2,8 2,9 2,9

<< 11 << 0,7 0,7 << 4,8 4,8

11 0,7 0,7 4,8 4,8

vaste stikstof vaste mest mest stikstof drijfmest drijfmest fokzeugen, fokzeugen, incl incl biggen, biggen, opfokzeugen/opfokzeugen/- stikstof stikstof beren, dekberen beren, dekberen gier stikstof gier en en filtraat filtraat na na scheiding scheiding stikstof koek stikstof koek na na mestscheiding mestscheiding stikstof drijfmest stikstof drijfmest vleesvarkens vleesvarkens stikstof

<< 2,5 2,5 << 11

Tussen Tussen of of gelijk gelijk aan aan score score A A

44 2,8 2,8 33

88 5,2 5,2 88

1,9 1,9 1,4 1,4 9,7 9,7

22 0,9 0,9 22

2,5 2,5 11

4,9 4,9 1,9 1,9

<< 11 << 66 << 0,8 0,8

11 66 0,8 0,8

vaste fosfaat vaste mest mest fosfaat drijfmest drijfmest fokzeugen, fokzeugen, incl incl biggen, biggen, opfokzeugen/opfokzeugen/- fosfaat fosfaat beren, beren, dekberen dekberen gier fosfaat gier en en filtraat filtraat na na scheiding scheiding fosfaat koek fosfaat koek na na mestscheiding mestscheiding fosfaat drijfmest vleesvarkens fosfaat drijfmest vleesvarkens fosfaat

<< 2,5 2,5 << 0,4 0,4

mestband mestband mestband mestband ++ nadroog nadroog geheel geheel of of gedeeltelijk gedeeltelijk strooiselstal strooiselstal (incl (incl volièrestal/scharrelstal volièrestal/scharrelstal vleeskuikens alle systemen vleeskuikens alle systemen mestband mestband mestband mestband ++ nadroog nadroog geheel geheel of of gedeeltelijk gedeeltelijk strooiselstal strooiselstal (incl (incl volièrestal/scharrelstal volièrestal/scharrelstal vleeskuikens alle systemen vleeskuikens alle systemen

Tussen Tussen of of gelijk gelijk aan aan score score BB

Groter Groter dan dan score score D D

8,1 8,1 5,3 5,3 8,1 8,1

12 12 7,9 7,9 12 12

>> 12 12 >> 7,9 7,9 >12 >12

66 2,1 2,1 66

6,1 6,1 2,2 2,2 6,1 6,1

99 3,2 3,2 99

>> 99 >> 3,2 3,2 >> 99

55 22

15 15 88

15,1 15,1 8,1 8,1

22,5 22,5 12 12

>> 22,5 22,5 >> 12 12

1,9 1,9 7,9 7,9 1,6 1,6

22 88 1,7 1,7

7,8 7,8 16 16 14,2 14,2

7,9 7,9 16,1 16,1 14,3 14,3

11,7 11,7 20 20 21,4 21,4

>> 11,7 11,7 >> 20 20 >> 21,4 21,4

2,5 2,5 0,4 0,4

4,9 4,9 0,8 0,8

55 0,9 0,9

15 15 66

15,1 15,1 6,1 6,1

22,5 22,5 99

>> 22,5 22,5 >> 99

<< 0,1 0,1 << 8,3 8,3 << 0,2 0,2

0,1 0,1 8,3 8,3 0,2 0,2

0,2 0,2 10,9 10,9 0,4 0,4

0,3 0,3 11 11 0,5 0,5

2,8 2,8 20 20 99

2,9 2,9 20,1 20,1 9,1 9,1

5,6 5,6 25 25 18 18

>> 5,6 5,6 >> 25 25 >> 18 18

stikstof stikstof stikstof stikstof stikstof stikstof

<< 14,3 14,3 << 17,4 17,4 << 10,1 10,1

14,3 14,3 17,4 17,4 10,1 10,1

14,9 14,9 19,9 19,9 13,4 13,4

15 15 20 20 13,5 13,5

35 35 40 40 38,6 38,6

35,1 35,1 40,1 40,1 38,7 38,7

43,8 43,8 50 50 48,3 48,3

>> 43,8 43,8 >> 50 50 >> 48,3 48,3

stikstof stikstof

<< 21,3 21,3

21,3 21,3

23,4 23,4

23,5 23,5

38,5 38,5

38,6 38,6

48,1 48,1

>> 48,1 48,1

fosfaat fosfaat fosfaat fosfaat fosfaat fosfaat

<< 10,2 10,2 << 15 15 << 10,2 10,2

10,2 10,2 15 15 10,2 10,2

11,9 11,9 19,9 19,9 13,5 13,5

**

12 12 20 20 13,6 13,6

30 30 35 35 36,7 36,7

30,1 30,1 35,1 35,1 36,8 36,8

37,8 37,8 43,7 43,7 45,9 45,9

>> 37,8 37,8 >> 43,7 43,7 >> 49,9 49,9

fosfaat fosfaat

<< 8,8 8,8

8,8 8,8

9,9 9,9

* 10 10 *

25,1 25,1

25,2 25,2

31,4 31,4

>> 31,4 31,4

https://www.cumela.nl/sites/default/files/Bandbreedtes%20meststoffen.pdf https://www.cumela.nl/sites/default/files/Bandbreedtes%20meststoffen.pdf * * op basis van voortschrijdend inzicht gewijzigd ten opzichte van de tabel bandbreedtes op basis van voortschrijdend inzicht gewijzigd ten opzichte van de tabel bandbreedtes ** ** bandbreedte

bandbreedte oranje oranje obv obv 25% 25% van van groen groen en/of en/of handhavingstabel handhavingstabel RVO RVO

Modulaire opzet • Alle uitgevoerde transporten moeten transparant zijn: wat is er vervoerd, voor wie, opdracht/factuur, betaling, juist ook van de vrachten die geen dierlijke mest betreffen. • Track & trace-gegevens moeten overeenkomsten met de AGR/GPS-gegevens. • Hoge bestuurlijke boetes moeten worden gemeld en er moet een verbeterplan worden gemaakt om die boete in het vervolg te voorkomen. Gebruiker • Een begroting van de gebruiksruimte. • Een bemestingsplan voor het hele bedrijf. • E en volledige en sluitende fosfaat-, en stikstofbalans. •A anvoer van mest op basis van juiste gegevens.

Werkwijze audits In het auditproces zullen veel controles door de certificerende instantie digitaal worden uitgevoerd. Hiervoor hoeft een auditor dus niet urenlang bij de deelnemer op kantoor de administratie door te spitten. Bij veel van de kernvoorschriften zal een steekproef worden genomen of wordt een puntensysteem gebruikt om te beoordelen of het bedrijf aan de eisen voldoet. Bij de sluitende stikstofbalans zal bijvoorbeeld rekening worden gehouden met mogelijke oorzaken van vervluchtiging van verschillende stikstofverbindingen. Als de stikstofbalans goed gesloten is, krijg je daar bijvoorbeeld tien punten voor en is de balans niet helemaal gesloten, dan acht punten. Zitten er echter grote gaten in, zonder dat daar een verklaring voor is, dan kunnen er zelfs minpunten worden gescoord. Een bedrijf moet een bepaalde hoeveelheid punten halen om gecertificeerd te worden. Dit kan in de loop van de tijd ook worden aangescherpt, zodat de kwaliteit van de bedrijven toeneemt.

Producent • Melkveehouderij (mestcodes 10, 13, 14). • Varkenshouderij (mestcodes 40, 41, 43, 46, 50). • Kippenhouderij (mestcodes 32, 33, 35, 39). Handel & Verwerking • Mestverwerker (een bedrijf dat dierlijke meststoffen met behulp van technische installaties bewerkt en geregistreerd staat op de lijsten met erkende installaties van de NVWA (secties VI, VII en XII) met productcode MANP of verbrandt en dat geregistreerd staat op de lijst met geregistreerde installaties van de NVWA (sectie XIII) met de productcode MANU). • Mestbewerker (een bedrijf dat dierlijke meststoffen met behulp van technische installaties bewerkt en niet voldoet aan de definitie van mestverwerker). • Mestvervoerder (een bedrijf dat meststoffen verhandelt en/of vervoert en bij RVO geregistreerd staat op de lijst van geregistreerd vervoerders). Gebruiker • Akkerbouw (verbouwen van voedselgewassen en niet-eetbare gewassen, aangemerkt als akkerbouwgewassen door RVO). • Vollegrondsgroenteteelt (het telen van vollegronds­groenten, aangemerkt als ‘groenten open grond’ door RVO.

De komende tijd zullen de betrokken partijen in gesprek gaan met ondernemers uit de sector om het voornemen voor de geborgde mestketen en de voorgestelde voorschriften te bespreken. Heeft u opmerkingen, mogelijke verbeteringen of zien wij belangrijke zaken over het hoofd? Laat het ons weten en stuur een e-mail naar hverkerk@cumela.nl.

TEKST: Hans Verkerk, Secretaris meststoffendistributie

GRONDIG 5 2019

65


REALISTISCHE CO2-EMISSIEREDUCTIE Wat de opdrachtgever moet weten

ondernemen met

cumela

Opdrachtgevers zoals provincies, gemeenten en waterschappen hebben met betrekking tot duurzaamheid en circulariteit steeds ambitieuzere inkoopeisen, die vaak direct gevolgen voor het materieel en de werkwijze hebben. Door gebrek aan kennis van de cumelasector zijn deze eisen vaak niet realistisch. Natuurlijk durft een ondernemer deze uitdaging aan, maar wel met een praktische en betaalbare aanpak. Daarvan moet de opdrachtgever dan wel overtuigd worden. Stelt de opdrachtgever duurzaamheidseisen aan uw bedrijf en uw materieel, ga dan met hem daarover in gesprek. Wij geven hier vijf tips voor een goed gesprek met de opdrachtgever over een realistische CO2-emissiereductie.

1. Praat met de eigenaar van de machine Wij weten dat als je in de openbare ruimte een graafmachine, wiellader of trekker aan het werk ziet deze in bijna drie van de vier gevallen van een cumelabedrijf is. Als MKB’er is een cumelaondernemer soms de hoofdaannemer, maar vaak ook de onderaannemer of verhuurder. Als een opdrachtgever afspraken maakt met de hoofdaannemer over het in te zetten materieel is dat in veel gevallen niet de eigenaar van die machines. Zorg dat de opdrachtgever dat ook gaat beseffen.

2. Machines vormen een groot deel van kostprijs Bij bedrijfskosten denken veel opdrachtgevers vaak alleen maar aan arbeids- en brandstofkosten. In grondverzet en cultuurtechniek zijn de machinekosten echter gelijk aan 35 tot veertig procent van de bruto marge (omzet met eigen mensen en machines). Naast brandstof (negen tot dertien procent) moeten ook afschrijving (tien tot twaalf procent), reparatie & onderhoud (acht tot negen procent), verzekeringen (twee tot drie procent) en huur & overig (één tot twee procent) worden terugverdiend. Overgaan op nieuwe, schonere technieken heeft dus grote invloed op de kostprijs en moet wel worden betaald.

3. Europese emissienormen mobiele werktuigen Voor vrachtwagens en auto’s bestaat er de Euro-emissienorm. Voor mobiele werktuigen is dat de zogenaamde Stage-norm. Sinds 2019 gelden in Europa voor de meeste nieuwe mobiele werktuigen strengere eisen voor stikstof (NOx) en fijnstof (PM) uitstoot. Voor mobiele werktuigen zijn er (nog) geen normen voor CO2-emissie. Nieuwere machines vanaf Stage IIIb en IV zijn met respectievelijk fijnstof en NOx veel schoner. Het is echter een groot misverstand te veronderstellen dat deze nieuwe machines dus ook minder CO2 uitstoten. Alleen als een machine zuiniger is (uit één liter brandstof meer vermogen haalt), is er sprake van CO2-reductie. Een oude

66

GRONDIG 5 2019

en een nieuwe motor stoten per liter verbrande diesel exact evenveel CO2 uit.

4. Machines vervangen kost tijd De bedrijfseconomische levensduur van een mobiele machine is zeven tot tien jaar. Per jaar wordt dus tien tot veertien procent van de machines vervangen. Een bedrijf met tientallen machines vervangt er een paar per jaar. Een zzp’er die bovendien heel zuinig is op zijn graafmachine koopt in zijn werkende leven misschien maar vier of vijf keer een nieuwe. Niet afgeschreven machines vervroegd vervangen is economisch én milieutechnisch niet verantwoord. TNO verwacht dat in 2030 nog steeds 25 procent van de bouwmachines een Stage IIIb-motor of ouder heeft. Opdrachtgevers moeten weten dat een ondernemer voldoende tijd nodig heeft om zijn machinepark te vervangen en nieuwe machines terug te verdienen, bijvoorbeeld door langere contracten.

5. Schonere brandstoffen Diesel is in bouwmachines met 96 procent de meest gebruikte brandstof. Elektrische en op waterstof voortbewogen machines zijn volop in ontwikkeling. Tot de tijd dat deze nieuwe technieken volledig praktijkrijp en vrij verkrijgbaar zijn, is het gebruik van alternatieve (schonere) brandstoffen een interessante optie. De totale klimaatschade door CO2-emissie van een brandstof wordt bepaald door de optelsom van de CO2-emissie om de brandstof te produceren (Well to Tank) en de CO2-emissie door het gebruik (Tank to Wheel), samen Well to Wheel (WtW) genaamd. Soms wordt van schonere brandstoffen ook een lager verbruik (TtW) geclaimd. Door strijdige geluiden uit de praktijk kan dit niet bevestigd worden. Het grootste verschil in de CO2-emissie van dieselolie ontstaat door het productie­ proces (WtT). Daarom is HVO-biodiesel (Hydrotreated Vegetable Oil, in Nederland ook geleverd als ‘blauwe diesel’), die wordt gemaakt van afval en reststromen, de diesel met de minste klimaatschade. Biodiesel gemaakt uit landbouwgewassen is door emissie bij de teelt de diesel met de meeste klimaatschade. Aardgas (CNG) wordt weinig tot


niet gebruikt in mobiele machines. Hoewel een op waterstof aangedreven machine geen lokale uitstoot heeft, wordt aan de productie van waterstof (grotendeels gemaakt uit CNG) meer CO2-emissie (WtT) toegekend dan aan de productie van HVO. GTL (gas to liquid) heeft, omdat het is gemaakt van aardgas, voor CO2 een iets grotere WtW-klimaatschade dan gewone diesel. GTL kan echter bij toepassing in oudere machines (Stage IIIa en ouder) een fijnstofreductie opleveren tot 50 procent. Voor nieuwe machines wordt hiervan weinig tot geen effect verwacht, omdat deze machines meestal zijn voorzien van een roetfilter. Volgens experts is voor HVO het effect op de luchtkwaliteit vergelijkbaar met dat van GTL. Voor het gebruik van HVO moet een motor van een machine geschikt (gemaakt) zijn. Hoewel nieuwe motoren doorgaans probleemloos op deze nieuwe brandstoffen werken, hebben niet alle fabrikanten hun machines hiervoor vrijgegeven. Beide producten zijn ook dunner dan fossiele diesel. Door een lagere dichtheid vallen beide producten ook buiten de EN590-norm. Daarom is het van belang om bij de fabrikant van uw machine na te vragen of deze brandstof mag worden gebruikt (lees ook Grondig 4 van 2018). HVO wordt naast de pure vorm ook veel in verschillende blends (30 tot 50 procent) geleverd. Uiteraard kan alleen in de pure vorm de volledige CO2-reductie worden geclaimd. De vraag naar deze brandstof neemt de laatste tijd toe. Hoewel leveranciers niet verwachten dat levering een probleem wordt, zullen vraag en aanbod de inkoopprijs zeker beïnvloeden. De prijs beweegt zich onafhankelijk van die van de gewone diesel en verschilt in de pure vorm al snel zo’n € 0,25 à € 0,30 cent per liter. Bij gebruikmaking van de Risicoregeling GWW, die het mogelijk maakt brandstofkosten achteraf te verrekenen (zie Grondig 10 van 2018), moeten hierover maatwerk­ afspraken worden gemaakt, aangezien er van HVO geen brandstofindex beschikbaar is.

Een goed gesprek Stelt de opdrachtgever duurzaamheidseisen ga dan met hem daarover in gesprek. Toon bereidheid tot meedenken en vertel open en eerlijk over de realiteit en haalbaarheid. Is het lastig om hierover bij de opdrachtgever aan te kloppen, laat het ons weten. Bij steeds meer opdrachtgevers brengen we deze en andere onderwerpen met succes namens de cumelasector onder de aandacht. We helpen graag. In de volgende Grondig volgt deel twee.

[Bronnen] Milieu impact Mobiele Werktuigen, factsheet voor een duurzame keuze, oktober 2018. Greendeal Het Nieuwe Draaien, BMWT, Natuur & Milieu.

Toelichting: diesel is op ‘100’ gesteld. Bijvoorbeeld waterstof scoort 72 op klimaat. Dat is dus 28 procent minder klimaatschade door CO2 dan diesel. De CO2-cijfers zijn afgeleid uit gegevens van CE Delft en TNO (bronnen 3 en 4); de cijfers voor biodiesel en bio-benzine zijn afkomstig van T&E (bron 2) en zijn inclusief de emissies bij de productie. Als bij elektrisch rijden de accuproductie ook wordt meegenomen, neemt de CO2-uitstoot met circa 20 procent toe [bron 5]. Voor CNG en GTL zijn recente testdata niet altijd beschikbaar. Daarom is uitgegaan van inschatting van TNO en CE Delft uit 2014. Voor CNG kan de CO2-emissie een bandbreedte hebben van min tien tot plus tien procent ten opzichte van diesel vanwege onzekerheid over de motorefficiency en methaanslib.

TEKST EN FOTO: Nico Willemsen, beleidsmedewerker Grondverzet en Cultuurtechniek

GRONDIG 5 2019

67


ondernemen met

cumela

Maak van omzet winst Cumelabedrijven blijven achter in digitalisering Van werk- en urenbriefjes naar digitale registratie. Dat is voor veel bedrijven de uitdaging voor de komende jaren om aan te ­sluiten bij de ontwikkelingen waarbij steeds meer digitaal gaat. CUMELA Nederland start nu een nieuwe adviesdienst om ­bedrijven te begeleiden en te helpen om van omzet ook weer winst te maken.

Tijdens de digitaliseringsmarkt bleken veel bedrijven op zoek te zijn naar nieuwe mogelijkheden om digitaal te werken. Cumela advies wil helpen bij het maken van de juiste keuze.

68

GRONDIG 5 2019

“Natuurlijk stormde het views toen we op Grondig.com de nieuwe Vervaet toonden. Dat gold in het kwadraat voor de Doosan op Morooka-rupsen. Het geldt ook voor alles wat er over bijvoorbeeld Fendt, New Holland en John Deere te ­melden is. Dat ziet u graag. Mooi spul, man! Niet alleen dit soort informatie gaat breder en sneller over de digitale snelweg. Ongemerkt hebben de echt grote ontwikkelingen in onze sector allemaal te maken met digitalisering en de elektronische snelweg. Lang niet zo leuk om naar te kijken, maar minstens zo belangrijk.” Deze tekst schreven we in het redactioneel van Grondig 3 in 2015. Nu, vier jaar later, acht CUMELA Nederland de tijd rijp om nog actiever aan de slag te gaan met het op weg helpen van cumelaondernemers op de digitale snelweg. De start daarvan was de digitaliseringsmarkt in maart van dit jaar,

waar bleek dat er al tientallen aanbieders zijn om processen op cumelabedrijven te automatiseren. Tegelijk krijgen we steeds meer vragen over digitalisering: “Ik weet precies wat ik wil, maar de leverancier werkt niet mee!” “Is dat niet zonde van het geld?” “Wat kost het en wat levert het mij op?” “Ik wil wel, maar ik zou niet weten hoe!”“Ik heb een mooi systeem en ben toe aan een volgende stap.” Allemaal vragen en ­opmerkingen die we de afgelopen weken kregen.

Verder en sneller Er zijn nog veel kansen in onze sector om verder en sneller vooruit te gaan op digitaal gebied, waar agrarisch loonwerk, grondverzet en cultuurtechniek elk hun eigen aandachtsgebied hebben. Apps, smartphones, tablets, GPS en big data zijn dagelijkse kost. In 2018 is de overheid gestart met acties


Nieuwe adviesdienst Dit voorjaar is CUMELA Advies gestart met een adviesdienst voor hulp bij de digitalisering van een onderneming. Wie informatie wil, kan een vrijblijvend gesprek aanvragen en samen met de adviseur verkennen wat een volgende stap kan zijn om het bedrijf te digitaliseren. De adviseur kan helpen om de juiste keuze te maken in systeem, werkproces en samenwerking. Dat betaalt zich uiteindelijk terug in een prettige werkwijze voor ondernemer en werknemers, een besparing in tijd en kosten en een goede basis voor een volgende stap in de digitalisering. Voor informatie kunt u bellen met de Ondernemerslijn op (033) 247 49 99.

om de uitvoering en doorontwikkeling van de Nederlandse Digitaliseringsstrategie te versnellen. In maart van dit jaar heeft staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat Mona Keijzer nogmaals dit belang voor het MKB benadrukt (www.nederlandigitaal.nl) en in het regeerakkoord zijn ambities en acties ten aanzien van dit onderwerp opgenomen. De overheid vindt het belangrijk dat Nederland op dit terrein voorop blijft lopen. Dat gaat om het verbeteren van de eigen onderneming in het kader van efficiëntie, automatisering en verbeteren van kwaliteit door bijvoorbeeld gebruik te maken van systemen, koppelingen of meetinstrumenten. Daarnaast zijn er sectorbrede aandachtspunten, waarin de overheid ­inzet op bijvoorbeeld precisielandbouw, ‘Open Teelten’ en big data. Dit biedt kansen, maar er is zeker ook de noodzaak voor onze sector en ons als CUMELA om te investeren in dit onderwerp. Om niet achter te blijven als sector en kansen onbenut te ­laten. CUMELA Advies begint daarom met een eigen dienst op dit gebied en CUMELA Nederland zet zich daarnaast in om ook beleidsmatig mee te praten over bijvoorbeeld de digitale toekomst van de sector en het beheer van de big data.

Individueel advies Voor het ondersteunen van individuele leden bij het digitaliseren van hun bedrijfsprocessen, zoals planning of het invoeren van een digitale werkbon, start CUMELA Advies deze zomer een nieuwe adviesdienst. Leden kunnen hier terecht met vragen over de keuze, de implementatie of het gebruik van systemen. De adviseur brengt het vraagstuk op het gebied van de ondernemer op het gebied van digitalisering in beeld, kijkt naar de specifieke situatie en bepaalt samen met de ondernemer wat een volgende stap kan zijn voor verdere digitalisering van het bedrijf. De diensten variëren van het inschakelen van een projectleider voor de implementatie van een systeem en het ondersteunen bij de gesprekken met de leverancier tot het inwinnen van advies over hoe de data van NIR- en GPS-sensoren in de markt te verwaarden zijn. Dit aanbod wordt de komende tijd steeds verder uitgewerkt en uitgebreid.

Beïnvloeding en visievorming CUMELA staat midden in de sector, wij spreken onze leden dagelijks en hebben daardoor zicht op het grote geheel. De organisatie zit, vertegenwoordigd door Maurice Steinbusch, bij veel overleggen, is betrokken bij veel besluitvormingsorganen en denkt mee over onderwerpen als big data, datakoppeling en pilots om de digitalisering in de sector te versnellen en te ondersteunen. Samen met Sabine Zweverink van CUMELA Advies worden sectorbrede en individu-

ele vraagstukken aan elkaar verbonden, om de krachten en ­kennis te kunnen bundelen. Met de nieuwe adviesdienst en de specialisten digitalisering beschikt CUMELA over ruime kennis en expertise in digitalisering. Die wil de organisatie de komende jaren inzetten om bedrijven te helpen om bedrijfsprocessen te verbeteren en digitalisering in de sector te ondersteunen en versnellen. Stap één die ondernemers daarbij moeten nemen, is het bekijken van de interne organisatie en bedrijfsprocessen, want waar in het veld de modernste machines worden gebruikt, is dit juist op kantoor bij veel bedrijven een achtergebleven gebied. We merken dat veel bedrijven hier nog veel onnodige handelingen doen die simpel te automatiseren zijn. Denk aan het digitaal vastleggen van uren met behulp van bijvoorbeeld een app op de smartphone of het digitaal plannen. Twee processen die daarna kunnen worden gebruikt om snel een factuur op te stellen zonder dat bedrijfsgegevens van de klant opnieuw moeten worden ingevoerd. Denk echter ook aan het digitaal registreren van uitgevoerd werk of het meten van de opbrengst en het in kaart brengen van percelen.

Meer winst Voor al deze vragen zijn er al veel mooie oplossingen, die heel goed kunnen werken, maar waarvan het invoeren en gebruiken veel discipline vraagt. Een probleem is daarbij dat veel ondernemers hier niet veel kennis van hebben en de prioriteit lager ligt dan bij het dagelijks werk. Logisch, want het zijn zaken die de onderneming ondersteunen en die niet zoals machines noodzakelijk zijn om omzet te maken. Tegelijk zijn het wel hulpmiddelen die van omzet winst kunnen maken. Beter registreren, beter factureren en beter inzichtelijk krijgen van de prestaties van het bedrijf kunnen namelijk leiden tot meer winst uit het uitgevoerde werk. Dat is wat we ook terug horen van ondernemers die de stap al hebben gezet. Zij zien het systeem zichzelf terugverdienen. Tegelijk mislukken veel systemen omdat de invoering niet goed verloopt, net de verkeerde keuze wordt gemaakt of de tijd of de juiste kennis ontbreekt. Die leemte wil CUMELA Advies nu vullen door ondernemers te begeleiden bij de keuze, de invoering of het gebruik van een systeem. In Grondig starten we ook een serie waarin we de verschillende systemen in kaart brengen en gebruikers aan het woord laten. Om meer kennis op te bouwen en te zorgen dat we de mogelijkheden goed gaan gebruiken. Voor minder werk en meer winst.

TEKST: Sabine Zweverink, adviseur digitalisering CUMELA Advies FOTO: Toon van der Stok

GRONDIG 5 2019

69


ondernemen met

cumela

Flexibiliteit gewenst Opvangen van pieken en dalen in het werkaanbod (deel 2) De cumelasector kent door de invloed van weersomstandigheden en seizoenschommelingen pieken en dalen in het werk­ aanbod. De ene keer kom je handen te kort en een andere keer lopen er net iets te veel werknemers in de schuur. Gelukkig biedt de CAO-LEO voldoende mogelijkheden om in te spelen op dit wisselende werkaanbod. Overuren in tijd voor tijd is een goede mogelijkheid.

Indien er regen wordt voorspeld vraagt dit extra inzet van de ­medewerkers in de cumelasector bij de grasoogst.

Beloning overwerk Voor de beloning van overwerk gelden de volgende percentages van het uurloon (artikel 48, lid 2): • Op zondagen en feest- en gedenkdagen: 200 procent. • Op zaterdagen: 130 procent. • Op andere dagen van de week: 130 procent. • Voor uren gelegen tussen 22.00 en 6.00 uur: 150 procent. Voor werknemers in functiegroep F of hoger mogen afwijkende afspraken worden gemaakt (artikel 48, lid 3).

70

GRONDIG 5 2019

Het agrarisch loonwerk, maar ook het cultuurtechnisch werk, kent stevige pieken en dalen in het werkaanbod. Veel be­ drijven liggen vanaf eind november nagenoeg stil en pas halverwege februari of begin maart komt het werk weer op gang. De grondverzettak kent deze situatie veel minder. Daar kunnen bedrijven over het algemeen in deze periode redelijk doorwerken, mits er zich geen onvoorziene weersomstan­ digheden voordoen. De wintermaanden zijn voor onder­ nemers dus vaak de maanden die voor een groot deel het bedrijfseconomisch resultaat bepalen. In de onderhandelin­ gen tussen werkgevers en werknemers is daarop ingespeeld en zijn er afspraken gemaakt om dat probleem op te vangen. Het is de kunst om daar als bedrijf gebruik van te maken en bij te weinig werkaanbod gebruik te maken van de flexibili­ teit in de CAO LEO.


Overuren in tijd voor tijd

De CAO-LEO biedt de volgende mogelijkheden: • Toewijzen atv-dagen Advies om dit op jaarbasis vast te leggen (bijvoorbeeld week 52, week 1). • Toepassen arbeidstijdverschuiving Zie de uitleg in deel 1 van deze reeks. • Toewijzen twee bovenwettelijke vakantiedagen U mag als werkgever twee vakantiedagen per jaar t­ oewijzen. • Overuren in tijd voor tijd Het advies is om als eerste de atv-dagen in te plannen. De niet opgenomen atv-dagen dienen anders uiterlijk op 1 april in het navolgende jaar te worden uitbetaald tegen 130 procent. Heeft uw werknemer een arbeidsovereenkomst met overbrugging? Dan is de vergoeding van niet opge­ nomen dagen als volgt geregeld in de cao: (1) atv-dagen, (2) overbruggingsdagen, (3) meeruren, (4) overuren in tijd.

Overuren in tijd voor tijd verruimd Overwerk wordt normaliter periodiek uitbetaald tegen het geldende overwerkpercentage (zie kader 1). Voorheen mocht je als werkgever de helft van de overuren vergoeden in tijd voor tijd binnen een periode van drie maanden. Vanaf 1 juli 2017 zijn de mogelijkheden om de overuren in tijd voor tijd in te plannen verruimd. Zie voor de aangepaste afspraken kader 2. De werkgever mag nu de helft van de overuren op jaarbasis vergoeden binnen vier maanden nadat het overwerk is verricht. Met schriftelijke instemming kan deze periode verder worden uitgebreid en kan de vergoeding in tijd ook plaatsvinden in de vijfde en zesde maand nadat het overwerk is verricht. Het advies is om gebruik te maken van de voorbeeld-arbeidsovereenkomsten op de website van CUMELA, waarin de schriftelijke instemming is geregeld. Te vinden via dit webadres. https://www.cumela.nl/personeel-en-arbeid-cao-leo/voorbeelden-arbeidsovereenkomsten-brief-aanzegtermijn-en

Regels voor het toepassen van tijd voor tijd: • De helft van de overuren mag op jaarbasis in tijd worden vergoed. • De vergoeding in vrije tijd vindt plaats uiterlijk in de vierde maand nadat het overwerk is verricht. • Met schriftelijke instemming van werknemer kan tijd voor tijd worden toegepast uiterlijk in de vijfde en zesde maand nadat het overwerk is verricht (zie voorbeeld-arbeidsovereenkomst op de website van CUMELA). • De vergoeding in tijd vindt plaats naar evenredigheid van de geldende percentages overwerk.

Vereenvoudigd voorbeeld toepassing overuren in tijd Gewerkt

Normale Overuren arbeidstijd

Minuren

Waarde in Cumulatief tijd *1,3 Saldo TvT

Week 10

45

38

7

9,1

9,1

Week 11

45

38

7

9,1

18,2

Week 12

42

38

4

5,2

23,4

Week 13

42

38

4

5,2

32,4

Week 14

38

38

0

32,4

Week 15

38

38

0

32,4

Week 16

38

38

0

32,4

Week 17

35

38

0

-3

29,4

Week 18

28

38

0

-10

19,4

Week 19

32

38

0

-6

13,4

Week 20

33

38

0

-5

8,4

saldo overuren

40

uitbetaling overuren (50%)

20

• Uitgangspunt in dit voorbeeld, percentage overwerk 130 procent Door de verruiming door middel van een arbeidsovereenkomst (of bedrijfsreglement) kunnen overuren feitelijk ­gedurende het hele jaar flexibel worden ingezet in een tijdvoor-tijdregeling. De overuren die in juni worden gemaakt, kunnen immers tot eind december in tijd voor tijd worden ingepland en zo schuift dit per maand weer op. Wel geldt er als hoofdregel dat er rekening moet worden gehouden met de geldende overwerkpercentages (zie kader 3, vereen­voudigd voorbeeld).

Durf toe te passen We horen met regelmaat dat werkgevers het moeilijk v­ inden om overuren in tijd voor tijd in te plannen. De werknemers hebben in de zomermaanden immers hard gezwoegd en hebben het bedrijf in deze hectische periode niet in de steek gelaten. Ook voor hen geldt echter dat een financieel ­gezonde onderneming het meeste arbeidsperspectief biedt. Het zijn ook afspraken die tussen werkgevers en werknemers zijn gemaakt en zijn vertaald in andere arbeidsvoorwaarden, zoals een hoger loon.

Soms kun je het ook met kleine, praktische oplossingen gemakkelijker en goedkoper maken. Heeft een werknemer op een zondag gewerkt? Spreek dan bijvoorbeeld af dat deze dag tegen honderd procent wordt uitbetaald en dat de werknemer daarnaast nog een extra vrije dag krijgt als er weinig werk is. Uiteindelijk dien je samen te werken naar een werkbare oplossing en dienen ondeclarabele uren in de wintermaanden zoveel mogelijk te worden voorkomen. De CAO-LEO biedt voldoende mogelijkheden en die moet je ­gebruiken. Heeft u praktische vragen over de toepassing van tijd voor tijd binnen uw bedrijf of andere vragen over het flexibel ­inzetten van personeel, neem dan gerust contact op met de Ondernemerslijn of met één van de adviseurs van het team Arbeidsmarkt van CUMELA Nederland.

TEKST: Marie-José Lamers, Adviseur personeels­management FOTO: CUMELA Communicatie

GRONDIG 5 2019

71


ondernemen met

cumela

Succes met pubers Wederzijds begrip door goede communicatie Leerlingen op cumelabedrijven en startende werknemers zijn meestal in de puberleeftijd. Omdat het brein van een puber ­anders werkt dan dat van een volwassene is kennis daarvan handig. Dan kun je hem ’s ochtends toch op tijd laten beginnen en met plezier en vertrouwen het werk laten doen. Tips en tricks om een puberleerling te helpen zijn persoonlijke rol te vinden.

Het zijn bekende problemen. Hoe zorg je dat de jonge pubermedewerker of -leerling op tijd op het bedrijf is? Hoe krijg je hem los van de telefoon en hoe hou je hem een dag gemotiveerd? Het lijkt allemaal zo logisch als je zelf de dertig voorbij bent en je jeugd alweer een beetje bent vergeten, maar dat is het niet. Een brein van een puber is nu eenmaal nog in ontwikkeling en daar moeten hij en zijn begeleider mee omgaan. Dat wil niet zeggen dat alles is toegestaan, maar begrip over het functioneren van een puberbrein helpt wel om een puber beter te begrijpen, waardoor de communicatie vlotter verloopt. Wie dat goed doorziet, kan daar zijn voordeel mee doen en het rolmodel worden van de leerling.

Puberteit De puberteit begint bij een leeftijd van tien jaar en eindigt bij meisjes rond het vijfentwintigste levensjaar. Bij jongens begint de puberteit vaak wat later, maar kan die ook nog twee jaar langer duren. In deze periode zijn de hersenen nog niet volop ontwikkeld en dat is de reden waarom een puber moeite heeft met gezag en op tijd komen en waarom hij zo aan zijn telefoon geplakt zit. Is de ouder tot zijn tiende levensjaar het grote voorbeeld, in de puberteit gaat de puber op zoek naar een ander rolmodel. Totdat de hersenschors is uitgegroeid, zijn er twee zaken belangrijk om te weten. Het is biologisch bepaald dat een puber een ander tijdsbesef heeft. Hij denkt dat hij niet ouder wordt.

Niets nieuws onder de zon “De jeugd heeft tegenwoordig een sterke hang naar luxe, slechte manieren, minachting voor het gezag en geen eerbied voor ­ouderen. Ze geven de voorkeur aan kletspraatjes in plaats van training. Jonge mensen spreken hun ouders tegen en tiranniseren hun leraren.”

Een puber leert van nadoen en zoekt een rolmodel buiten de deur

72

GRONDIG 5 2019

Woorden die klinken als een gezegde uit deze tijd, maar niets is minder waar. Deze woorden zijn opgetekend door ­Socrates, die leefde van 470 tot 399 voor Christus. In 2500 jaar is er dus eigenlijk niets veranderd! En gelukkig: het komt elke generatie weer goed!


Tips voor het werken met een puber Een puber ziet zijn ouders als klaverjassende bejaarden. Hij kijkt ook anders tegen tijd aan. Een klusje van een half uur is voor een puber heel anders dan voor iemand van vijftig jaar. Een puber wordt in de eerste plaats sociaal gemotiveerd. Als een puber binnen de groep op een hoger niveau komt en dit status oplevert, is hij voor meer zaken te porren. Gebruik deze kennis om een puber verantwoordelijkheid te geven, bijvoorbeeld door hem te laten zorgen dat alle machines aan het eind van de dag afgetankt klaar staan of dat hij op kantoor de urenbriefjes bewaakt, als die er nog zijn.

Onderontwikkelde vaardigheden Een puber maakt verschillende ontwikkelingsfasen door (slaap- en waakritme, ontwikkeling eigen identiteit en inzicht in zichzelf en anderen). Omdat deze ontwikkelingen nog niet voltooid zijn, is een aantal vaardigheden simpelweg niet ­optimaal aanwezig. De vaardigheden die aanwezig zijn als de hersenschors is doorontwikkeld, zijn: • Beoordelingsvermogen • Abstracte redeneringen • Probleemoplossingen • Planning • Zakelijk sociaal gedrag • Zakelijk geheugen • Impulscontrole

Biologische klok Bij een puber is één van de problemen dat de biologische klok, die ook het slaap- en waakritme bepaalt, nog niet goed is ontwikkeld. Dit komt doordat de pijnappelklier in de hersenen nog niet goed functioneert. Valt een volwassene bij het donker worden op de bank in slaap, zeker als die moe is, een puber gaat gerust door tot één uur ‘s nachts, maar vervolgens is hij ’s morgens niet uit bed te krijgen. Het is de kunst hem hiervan bewust te maken en hem te leren dat op tijd komen in een bedrijf belangrijk is. Leer hem daarmee om te gaan. Niet door straffen, maar door er consequenties aan te verbinden, bijvoorbeeld dat te laat komen betekent dat hij niet met de hakseltrein mee gaat. Daar zal de leerling van balen en dat helpt hem om toch de wekker te zetten en op tijd uit bed te komen. Kijk dus waarmee je hem kunt prikkelen. Tegelijk is een puber bezig met de ontwikkeling van zijn eigen identiteit, zoals: hoe ben ik echt, hoe doe ik het en hoe zien ­anderen mij? Vrienden zijn van groot belang. Dat is mede de ­reden waarom een puber niet weg te krijgen is van zijn telefoon. Hij wil op social media alles bijhouden. Vraag je dus aan de leerling of hij zijn telefoon wil wegleggen, dan vraag je ­eigenlijk: leg je vrienden weg. Maak goede afspraken over wanneer het werk het vraagt om de telefoon niet te gebruiken en geef ook aan wanneer dat wel kan. Ook de sociaal-emotionele ontwikkeling van een puber is gaande en hij krijgt steeds meer inzicht in zichzelf en in anderen. Vooral in de eerste fase van de puberteit is hij minder geïnteresseerd in wat er met iemand anders aan de hand is, tenzij hij er heel erg door wordt geraakt, maar dan gaat het dan ook meteen over hemzelf, bijvoorbeeld hoe erg het is dat zijn ­lievelingsopa is overleden.

• Geef veel complimenten • Leef je in en vergelijk nooit (maar dan ook nooit) met vroeger • Sfeer is essentieel. En de vraag is “Wie wil je later worden?” en niet “Wat wil je later worden?” • Creëer een veilige werksituatie, waarin veiligheidsvoorschriften vanzelfsprekend zijn. Dit betekent dat medewerkers en leidinggevenden het goede voorbeeld geven. • Een puber kan goed doelen bereiken als hij het nut ervan inziet. Besef dat hij de zaken zelf wil beslissen. • BPV-opdrachten: geef een puber geen deadline, maar maak werkafspraken. Bijvoorbeeld: “Kom morgenochtend een half uur eerder, dan ben ik er ook om te helpen.” In de avond is een leerling vaak te moe om aan zijn opdrachten te werken. Help hem om een begin te vinden door te vragen: “Wanneer wil je aan je BPV werken. Moet ik daar tijd voor inruimen?” • Als een puberleerling studievertraging oploopt, helpt het niet om dit op een zakelijke manier te melden en eenzijdige afspraken te maken. Belangrijk is dat het zakelijke deel wordt gekoppeld aan het emotionele deel. Bijvoorbeeld: “Ik merk dat je studie vertraging oploopt. Ik vind dit jammer, want dan heb je straks geen diploma en kun je hier niet blijven, terwijl ik je er graag bij heb!” • Maak concrete werkafspraken. Een opdracht als “Ruim de loods op” is bijvoorbeeld te groot. “Veeg de werkplaatsvloer voor zover je erbij kunt” maakt de opdracht al concreter. • Als je beseft dat een bepaalde taak voor de puber niet aantrekkelijk is (bijvoorbeeld de loods vegen), geef hem dan een andere taak in ruil daarvoor, bijvoorbeeld een proefritje op een interessante machine. • Straffen helpt niet: de puber vindt de straf onterecht en de werkgever is stom. De puber moet er iets bij voelen. Bijvoorbeeld: als je leerling slordig is, helpt het om aan te geven dat je het (echt) fijn vindt dat een deel van het gereedschap al op zijn plek ligt. Een vraag als “Hoe zorgen we ervoor dat volgende keer de rest van het gereedschap ook op zijn plek komt?” kan helpen.

Het is de kunst om je als leermeester dienstbaar op te stellen. Je moet de leerling de kans geven zelfstandig te plannen, te werken en te leren binnen de gestelde kaders. Dat vraagt echter best veel van het nog lang niet uitontwikkelde puberbrein. Door hem te blijven zien als jongvolwassene met een eigen belevingswereld kun je hem helpen om zich te ontwikkelen en misschien wel door te groeien tot een betrokken en verantwoordelijke werknemer. Daar kunnen beide partijen later met veel plezier op terugkijken.

Een puber ziet zijn ouders als klaverjassende bejaarden Een puber leert van nadoen en zoekt een rolmodel buiten de deur. Dat rolmodel kun je als ondernemer zijn, maar net zo goed een andere jongere werknemer die goed met hem kan omgaan. De kunst is om hem de liefde voor het vak en voor de sector over te brengen. Vaak komt een leerling per ongeluk op een opleiding terecht en is dit geen bewuste keuze, met een helder beeld van wat hij gaat doen. Een jongere heeft op het moment dat hij kiest nauwelijks een beroepsbeeld. Via de leermeester leert hij het vak.

TEKST: Irma Gottenbos FOTO’S: CUMELA Communicatie

GRONDIG 5 2019

73


ondernemen met

cumela

BEDRIJVIG

De vraag aan de Ondernemerslijn Mag ik als onderaannemer het burgerservicenummer (BSN) van mijn werknemer aan de aannemer verstrekken? Ja, dat mag. Om de aannemer een beroep op de vrijwaring voor of matiging van de keten­ aansprakelijkheid te kunnen laten doen, mag u het burgerservicenummer (BSN) van uw werknemer verstrekken. Hiervoor is het niet nodig dat u andere gegevens verstrekt, zoals bijvoorbeeld de nationa­liteit, de manurenadministratie of de soort, het nummer en de geldigheidsduur van het identiteitsbewijs. De aannemer heeft namelijk zelf de plicht om deze gegevens vast te leggen en aan de Belastingdienst te tonen. De aannemer mag deze gegevens wel overschrijven van het identiteits­ bewijs van uw werknemer.

Heeft u ook een vraag? Stel uw vraag aan de medewerkers van de CUMELA Ondernemerslijn via telefoonnummer (033) 247 49 99 of het e-mailadres ondernemerslijn@cumela.nl.

NIEUWE LEDEN

De afgelopen periode is één bedrijf ingeschreven als lid van ­CUMELA Nederland • Bunnik Groep ALPHEN AAN DEN RIJN

Voorkom diefstal van GPS-systemen Diefstal is niet helemaal te voorkomen. Wel zijn er maatregelen denkbaar om het voor dieven extra moeilijk te maken. Maak gebruik van onze preventietips! • Stal werktuigen in afgesloten ruimte of terrein • Maak gebruik van bouwplaatsbeveiliging • Haal onderdelen van het GPS-systeem van het werktuig af • Installeer een inbraakalarmsysteem • Maak gebruik van videobewaking op afstand • Plaats goede verlichting, bewegingsmelders en camera’s • Ziet u mensen of auto’s bij uw terrein die u niet kent en afwijkend gedrag vertonen, maak foto’s of een video (deel deze niet op internet) • Bel 112 bij spoed of heterdaad situaties

Klanten houden nooit alleen van je ­vanwege je lage prijzen “Klanten houden nooit alleen van je vanwege je lage prijzen.” Dat zegt ­Harald Swinkels, medeoprichter van de Nederlandse Energie Maatschappij (NEM). De NEM heeft sinds haar start de energiemarkt flink opgeschud door zich als prijsvechter in de markt te zetten. Dit maakte het bedrijf bij poten­ tiële klanten, maar ook bij met name concurrenten weinig geliefd. Een om­ slag was noodzakelijk. De NEM heeft het roer weten om te gooien van prijs­ vechter naar een klantvriendelijke energieleverancier. Dit is een voorbeeld uit een totaal andere branche dan waarin wij ons begeven. Dat neemt ­echter niet weg dat het principe ook in onze sector van toepassing is.

Onaardige klanten Laatst las ik in de krant het volgende: “Hoe goedkoper het product, hoe onaardiger consumenten worden tegen verkooppersoneel en klanten­ service. Prijsvechters als MediaMarkt en Ryanair hebben vaker te maken met onvriendelijke klanten dan de Bijenkorf en KLM, stellen onderzoekers van Maastricht University.” “Onvriendelijke klanten zijn schadelijk voor de lichamelijke en psychische gezondheid van de medewerkers”, zeggen de wetenschappers. “Het kan zelfs de winst van een bedrijf naar beneden brengen.” Wat leren we nu van bedrijven zoals de Nederlandse Energie Maatschappij en Ryanair? Bewust kiezen om alleen een prijsvechter te zijn, is op de

74

GRONDIG 5 2019

langere termijn weinig rendabel, om een aantal redenen. Het creëert allereerst onvriendelijke klanten, wat volgens wetenschappers zelfs de winst van een bedrijf naar beneden kan brengen. Het creëert daarmee een onprettige werksfeer voor medewerkers. Last but not least is er altijd iemand nóg goedkoper dan jij.

Klantbelang centraal Zet daarom het klantbelang centraal in uw onderneming. Zorg ervoor dat dit hét leidende principe is voor alle medewerkers. Dat is niet omdat uw bedrijf een charitatieve instelling is, maar omdat hiermee de loyaliteit van de klanten groeit. Hierdoor groeit de lange termijn-return on investment op uw klanten en groeit ook de rentabiliteit van de onderneming. Hoe werkt dit? Bedrijven die volgens hun klanten beter aan hun wensen ­voldoen, doen meer herhalingsaankopen en deze klanten zullen eerder nieuwe diensten of producten van dit bedrijf afnemen. Kortom, ga in gesprek met uw klanten. Ga aan de slag met hun wensen en reken hiervoor een passend tarief!

Kim van der Gaag bedrijvenadviseur


ULTIEME PRODUCTIVITEIT MET DIGITALE OPLOSSINGEN VAN JOHN DEERE Wilt u een betere inzetbaarheid van uw machines? Profiteer dan van maximale productiviteit met de digitale oplossingen van John Deere. Naast MyJohnDeere.com, JDLinkTM, Remote Display Access en Service ADVISORTM Remote hebben we nu twee nieuwe tools:

NIEUW

Expert Alerts - Preventief vroegtijdig storingen detecteren op basis van algoritmes Machine Dashboard - Machine conditie online monitoren Vraag uw dealer naar meer informatie over deze digitale oplossingen.

NOTHING RUNS LIKE A DEERE


WETEN WAT UW MACHINES WAARD ZIJN? TROOSTWIJK IS EXPERT IN HET VINDEN, HERKENNEN EN VERZILVEREN VAN WAARDE

TYPE X166, BOUWJAAR 2019

VEILING: Agriculture, horticulture and construction equipment KIJKDAG: zaterdag 15 juni in Beesd SLUITING: dinsdag 18 juni

TYPE EC210BLC, 107 KW

VEILING: Materieel veiling Agrarische, groen-, grondverzet- en GWW (infra) sector KIJKDAG: geen kijkdag - video’s op onze website SLUITING: woensdag 19 juni

GA VOOR MEER INFORMATIE NAAR:

WWW.TROOSTWIJKAUCTIONS.COM

“KIOTI” (2017)

VEILING: Agriculture, horticulture and construction equipment KIJKDAG: zaterdag 15 juni in Beesd SLUITING: dinsdag 18 juni

SPOORBREEDTE 3000 MM

VEILING: Materieel veiling Agrarische, groen-, grondverzet- en GWW (infra) sector KIJKDAG: geen kijkdag - video’s op onze website SLUITING: woensdag 19 juni

“WELGER” RONDEBALENPERS

VEILING: Agriculture, horticulture and construction equipment KIJKDAG: zaterdag 15 juni in Beesd SLUITING: dinsdag 18 juni

OPSLAG CAP. 45 M2

VEILING: Materieel veiling Agrarische, groen-, grondverzet- en GWW (infra) sector KIJKDAG: geen kijkdag - video’s op onze website SLUITING: woensdag 19 juni


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.