ALASKA 45 FLYBRIDGE
Made in China Het aantal producten "Made in China" dat we dagelijks gebruiken, zal ondertussen wel niet meer te tellen zijn. Verwonderlijk dus dat er voorlopig maar één Chinees botenmerk op onze markt aanwezig is. Het heet vreemd genoeg "Alaska" en de 45-voeter flybridge die ze maken, lijkt sprekend op een Amerikaans merk, dat we hier al jaren kennen. Hoog tijd voor een test, om eens te zien wat "Made in China" voor boten betekent.
Alaska Motor Yachts worden in ons land ingevoerd door FXP Europe NV. De Alaska-reeks bestaat uit de 42-voets Sedan, de 42-voets "Europa", de 45-voets Sedan en Flybridge, de 48-voets Flybridge en de 53-voets Sedan en Flybridge. Ze hebben allemaal het bekende trawlerprofiel dat we tot nog toe vooral met Grand Banks associëren als we het zien komen aanvaren. De 45-voets Flybridge lijkt bij een eerste blik ook sprekend op dat Amerikaanse merk, al zijn de verhoudingen bij nader toezien wel wat anders: zo oogt deze Alaska wat lager door de langere voorplecht. Het is hoe dan ook een tijdloos, klassiek design, dat evengoed van de jaren '70 kan zijn als van vandaag. Maar van zodra we aan boord stappen, wordt wel direct duidelijk dat dit een hedendaags schip is, met alle moderne voorzieningen die de toervaarder kan dromen. Wat dadelijk opvalt, is het zeer genereus gebruik van roestvrij staal. De grote openklappende harmonicadeuren in hooggepolijst inox glanzen ons tegemoet als we de kuip instappen. Ook de zijramen en de zijschuifdeur zijn gevat in inox frames, waarin je je kunt spiegelen. Nu is China natuurlijk ook één van de grootste producenten
ter wereld van staal, en zeker van de roestvrije uitvoering. Toevallig kennen we iemand die zijn boterham verdient met die handel, en hij wist ons onlangs nog te vertellen dat de diverse soorten inox die uit China komen, haast niet meer bij te houden zijn. Van zeer roestbestendig tot veel minder roestvrij. We gaan er van uit dat op de Alaska-boten de beste soort is gebruikt, maar echt weten kunnen we dat natuurlijk pas na jaren op het water. Bij ons testexemplaar ziet het er in ieder geval allemaal heel netjes uit. Dat geldt trouwens voor de hele eerste indruk: mooi afgewerkt, geen spoor van goedkope materialen.
Inox à volonté Het achterdek, integraal met teak van 1,3 cm dikte bekleed, is ruim genoeg om er een tafel en vier stoelen neer te poten. Aan bakboord bevindt zich een bergruimte en een lavabootje, voorzien van warm en koud water. Rechts van de grote inkomdeuren is de trap naar de fly. Geen kippenladdertje, dat acrobatische aanleg vereist om het te beklimmen, maar een uit de kluiten gewassen trap met brede treden. Ook hier, net als rondom de hele boot, rvs à volonté: de trapreling en de reling rondom hebben een doormeter van 3 cm. Het gangboord is ook ruimbemeten, zodat een uitstapje naar voren altijd veilig blijft, temeer daar de reling het opstapje volgt dat vanuit de kuip naar de hoger gelegen zijpassages leidt. Vooraan is er een immens zonnedek en de piek met de overbemeten elektrische ankerlier en het inox - of wat dacht u - anker in zijn dito beslag. Ook de tweede walstroomaansluiting bevindt zich hier vooraan. Tijdens onze rondgang vallen de klampen op, die gecombineerd zijn met de kluisgaten: aan iedere kant van het kluisgat zit een halve kikker; een handige oplossing die we al een tijdje niet meer hadden gezien. Het oogt allemaal even degelijk. We klimmen de trap op en staan verbaasd van de immense afmetingen van de flybridge. Er is plaats voor een enorme L-vormige bank, een blok met ijskast, spoelbak en bergruimte, een draaibare zetel voor de stuurman en een groot dashboard, waarop je naast de twee grote panelen voor de motorbediening nog met gemak een groot plotterscherm kwijt kunt. De bedieningshendels voor de twee Cummins-motoren vallen ons ogenblikkelijk op: ze zijn van Kobelt, één van de betere producenten van dit soort gerief. Afgewerkt in hoogglanzend verchroomd koper en dus gemaakt voor de eeuwigheid. Op het inox stuurwiel merken we wel een paar oxidatievlekjes op. De radarboog kan worden platgelegd om de kruiphoogte te verlagen. We hebben van de importeur een folder van deze boot toegestopt gekregen, en uit de foto's die daarin staan, blijkt dat je voor de flybridge ook een totaal andere indeling kunt kiezen. Stuur liever aan bakboord? Geen probleem. Bank vooraan in plaats van achteraan? Ook geen punt. De Chinezen zijn soepel genoeg om met alle haalbare wensen van de klant rekening te houden. "Dat is nu net één van de grote voordelen van het merk", zegt de eigenaar van FXP Europe, Olivier Ruy. Hij is al twintig jaar actief in China voornamelijk in de textielbranche - en kent dus het klappen van de zweep om één en ander daar naar zijn hand te zetten. "Ze kunnen alles daar aan de eisen van de klant aanpassen," aldus Ruy, "zelfs tijdens de eerste maand van de productie - de tijd die nodig is om de romp te laten drogen - kunnen er nog wijzigingen worden aangebracht in de lay-out. Want het is dan wel een staatsfabriek, maar ze zijn commercieel genoeg ingesteld om het uiterste te doen om de klanten te plezieren. Er werken 200 arbeiders in de fabriek en ze maken zo'n 12 à 15 boten per jaar. Er is dus nog veel handwerk, maar dat kan met de lonen die daar worden betaald. Het voordeel is een enorme soepelheid: alles kan op maat en naar keuze worden gemaakt. En dat spreekt veel mensen
aan: inmiddels zijn er 27 boten verkocht, voornamelijk op de Australische markt. De klanten gaan hun boot trouwens ter plaatse in ontvangst nemen. Na goedkeuring vertrekt de boot dan goed ingepakt in Shangai met bestemming Antwerpen of Amsterdam. Met een containerschip duurt de trip ongeveer een maand".
Chinese oven We besluiten nog niet te vragen wat dit allemaal kost en eerst onze rondgang verder te zetten, kwestie van onbevooroordeeld te blijven. Buiten houden we het voor bekeken en we vatten ons onderzoek binnen aan. De salon annex stuurcabine is zeer ruim, met een uitnodigende zitruimte in L-vorm aan bakboord. Alles is sober gehouden, maar wel degelijk afgewerkt. Zo heeft de tafel rechte hoeken, maar ze rust op een superstevige inox voet. Ook de wandkasten zijn rechttoe rechtaan: geen fantasietjes van gebogen lijnen, maar praktisch en stevig gemaakt. En alles is er: radiocassette met cd-speler, 2 gootstenen met warm en koud water, koelkast en diepvriezer, een elektrische 4pits kookplaat, voldoende handgrepen aan het plafond voor houvast bij zwaar weer, en een microgolfoven. Alleen die laatste verraadt de Chinese herkomst: de opschriften voor de bediening van de oven zijn zowel in het Chinees (ten minste, dat vermoeden we) als in het Engels. De zoldering is bekleed met vinyl en dus goed afwasbaar, plus voorzien van voldoende ingebouwde halogeenspots om een gezellige sfeer te creëren in de hele salon. Al past op een boot als deze natuurlijk ook nog een stemmige schemerlamp. De stuurconsole is eenvoudig uitgevoerd, met een vlak en een opstaand paneel. In dat laatste kan je een plotterscherm kwijt, maar nu staat er een draagbaar domotica-touchscreen. Dat is een handig snufje, waarmee je in principe alles aan boord kunt bedienen en bekijken. Het volstaat overal voldoende camera's en sensoren te plaatsen en je hebt de hele boot in je hand, bij manier van spreken. We nemen op die manier even een kijkje in het motorruim, via de camera's die daar staan. Mits installatie van de nodige voelers kan je op het scherm bijvoorbeeld ook de motortemperatuur aflezen. Handig. Ook hier op het dashboard de bekende Kobelt-gashendels. Alleen een beetje spijtig dat het ganse instrumentenpaneel ook met alcantara is bekleed. Goed voor de Amerikaanse of Australische markt, allicht, maar wij pragmatische Belgen vinden dat te kwetsbaar. En terecht. "Maar je kunt als bekleding krijgen wat je maar wilt", licht Olivier Ruy toe.
Uitpuilende kit We dalen de brede, veilige trap af naar een niveau lager, net voor de salon en maken een rondgang langs de drie slaapkamers en de twee badkamers. De eigenaarskajuit heeft een tweepersoonsbed van 1,5 m breed en ruime opberglades onder het bed. Twee kleerkasten bieden voldoende plaats voor een langer verblijf aan boord. Er zijn twee vluchtluiken en twee patrijspoorten, alles gevat in zwaar uitgevoerde rvs frames en voorzien van horren. Van de twee gastenkajuiten is er één met een tweepersoonsbed en de andere heeft twee aparte bedden. Maar dat kan dus allemaal aan de wensen van de klant worden aangepast. Je kunt dus ook kiezen voor één grotere gastenkajuit. De badkamers hebben allebei een douche, die van de eigenaarskajuit zelfs afsluitbaar met een aluminiumdeurtje. In de badkamers valt voor het eerst op dat de Chinese maatstaven voor afwerking nog niet gelijklopen met de Europese: de voegen
tussen de muurplaten zijn uitgesproken slordig afgewerkt. De kit is onregelmatig aangebracht en puilt hier en daar uit. Het zal achteraf de enige wanklank blijken die we op de hele boot zullen vinden. De importeur was trouwens al van plan daar in de fabriek op te wijzen, dus allicht komt daar in de toekomst verbetering in. De badkamers zijn ook wat hoekiger en simpeler van design als wat we de laatste jaren op Amerikaanse en Europese boten gewoon zijn, maar dat doet niets af aan de degelijkheid en het gebruikscomfort. Het hangt er maar van af of je voor zo'n stijlverschillen gevoelig bent..
Machinekamer Tijd om eens te gaan kijken wat deze Alaska aandrijft en dus om het motorruim te inspecteren. Al bij het opheffen van de vloerplaten in de kajuit staan we versteld: zo'n dikke isolatie zien we maar zelden. Ook het motorruim zelf is supergeïsoleerd, met in aluminium gevatte lagen isolerend materiaal. Eigenlijk is de term "motorruim" een belediging voor de vaklui die dit hebben geïnstalleerd. "Machinekamer" is meer toepasselijk. Twee Cummins-diesels van ieder 330 pk rusten er op enorme langsbalken, en dan nog is er ruimte zat om aan de krachtbronnen te werken, zelfs met de generator en 2 airconditioningunits die hier ook ordelijk opgesteld staan. Zowel de dieseltank met een inhoud van 2.270 l als de watertank - met 756 l inhoud - zijn geïsoleerd en onder de motoren zijn aparte opvangbakken voor als er wat olie wordt gemorst bij het verversen. Er is ook een aparte lenspomp voor die bakken. Het hele motorruim is geschilderd, zodat het perfect te onderhouden is. De Sedan-uitvoering is ook met 1 motor verkrijgbaar. Op deze testboot drijven de Cummins twee vaste assen aan, en de uitlaten bevinden zich onder water. Dat scheelt weer wat in snelheid, met de uitlaatlucht die voor iets meer stuwing zorgt. We krijgen er zin in om in de praktijk te testen wat die opstelling oplevert aan vaarplezier…
Pittig De motoren starten na de eerste slag van de contactsleutels en het nauwelijks waarneembaar gegrom onder onze voeten illustreert hoe goed de isolatie wel is. Op de flybridge hoor je bij stationair toerental helemaal niks meer. We duwen de Kobelt-gashendels naar voren en de boot trekt zeer soepel op. Alleen vinden we de hendelslag wat kort om zeer precies het gas te kunnen doseren. Het vertrek is dan ook wat te bruusk. Maar dat bewijst natuurlijk meteen wel de potentie van de 660 pk onder onze voeten. De boot stuurt tamelijk indirect, er zijn veel stuuromwentelingen nodig om een volle draai te nemen. Die draaicirkel zelf is wel heel kort: amper meer dan de eigen bootlengte, en de boot helt opvallend weinig over in de bochten. De eigen hekgolf wordt soepel genomen: de boot deint wel, maar stompt niet op het water. We slaan hard achteruit en noteren een uiterst korte remweg, binnen de kortste keren liggen we stil. Vanuit stilstand manoeuvreren gaat uiteraard vlekkeloos, met twee motoren en een krachtige boegschroef. Op de koppeling staat, zoals op de meeste motorboten tegenwoordig, een beveiliging die voorkomt dat je te snel van voor- naar achteruit schakelt en andersom. Het overkomt ons ook even als we té enthousiast aan het schakelen slaan. Totale stop. Terug optrekken dan maar, en dat gaat weer onverwacht snel voor dit type boot. Spijtig genoeg werkt de snelheidsmeter niet correct en er is ook geen GPS aan boord, zodat we niet exact kunnen weten hoe snel we gaan. Volgens de specificaties moet dit ongeveer 25
knopen zijn! Het is dan ook een halfglijder en een heel comfortabele: zowel de gangboorden als de flybridge blijven perfect vrij van buiswater, zelfs bij het nemen van golven. Het blijkt een unieke ervaring om met een trawlertype als deze boot tegen zo'n snelheid over het water te scheuren. Allicht moet je daar wel voor in de geldbeugel tasten, want de Cummins slurpen bij 3.000 toeren ieder zo'n 45 l/u. Maar voor wat hoort wat. Laten we het daarom ook eens over de prijs van de Alaska zelf hebben. Blijkt dat deze boot 420.000 EUR kost, BTW en levering inbegrepen, en da's zowat de helft van wat je in Amerika of Europa neertelt voor een fabrikaat van eigen bodem. Er zijn maar drie opties op onze testboot: de domotica-bedieningsunit, de vaatwasmachine en de tv-dvdinstallatie, alles samen ter waarde van zo'n 3.000 euro. Een Chinese boot kopen, is ook een belevenis op zich, zo blijkt. Olivier legt ons uit hoe dat in zijn werk gaat: "De klant krijgt een vliegtuigticket naar China, met daaraan gekoppeld een vierdaags verblijf in een driesterrenhotel. Gedurende die tijd wordt er proef gevaren en wordt de boot officieel in ontvangst genomen. Dan pas vindt de verscheping plaats." Dankzij de Belgische importeur, die thuis is in textiel, krijgt de koper nog gepersonaliseerd bed- en badlinnen - voor alle kajuiten - op de koop toe. Tekst: Frank Maes Foto's: www.concertpix.be
Technische gegevens -
L.O.A.: 13,7 m Breedte: 4,25 m Diepgang: 0,96 m Waterverplaatsing: 17.500 kg Dieseltank: 2.270 l Watertank: 756 l Motoren: 2 x Cummins 330 pk Basisprijs: 420.000 EUR incl. BTW en leveringskosten
Info: Donk Invest & Trading (verdeler Vlaanderen en Nederland), Donklaan 55, 9290 Berlare, tel. 09/355.11.63, fax 09/355.11.65, www.donkinvesttrading.com Verschenen in: Varen februari 2007