STANDFAST 43
Witte dame met klasse Ên snelheid De eerste tekeningen van de Standfast 43 zagen we al in 2002 op de werf Standfast Yachts BV in Breskens. In het najaar 2005 maakten we een proefvaart: een onvervalste beauty, gezegend met 's werelds beste producten, zowel boven- als onderdeks. Maar de kunst van het zeilen primeert boven alles volgens ontwerper Frans Maas. Een feest om mee te varen, zeker onder spinnaker, een ballon als een driekleurige bloem van 180 m².
De werf, Standfast Yachts BV bestaat sinds 1938 als Scheepswerf Gebroeders Maas en heeft ondanks enkele series bijna altijd one-off's gebouwd. Van deze "43", bouwnummer 665, hopen ze een kleine reeks, een viertal, te kunnen maken. Met grote inspraak van de kopers, voor zover mogelijk.
Van computermodel tot echte boot Het gaf een goed gevoel om eindelijk met deze klepper te varen waarmee we ons zo vertrouwd voelden. Jarenlang hadden we hem gevolgd op de werf in Breskens, op het uiterste puntje van onze Schelde. Daar zagen we in 2002 reeds de 3D-tekeningen van de ontwerpers. Gebogen achter de computer boetseerden ze binair een romp, kiel en roer met Fastship-software. Hier wat breder, daar wat dieper, tot de meest ideale vorm. Na grondige studie verhuisden die Fastshipdata naar een CAD-programma en werd een houten plug gemaakt: een mal, die
met het vlak omhoog (ondersteboven) met kruiselingse lagen koolstofweefsel belegd werd. Vacuüm getrokken volgde dan het infuus van epoxy hars. Voortdurend keken de inspecteurs van de Germanischer Lloyd oplettend toe of dat wel "koosjer" gebeurde. Zodra de romp, een sandwich van epoxy en schuim die zo het Hull Construction Certificate 100 A5 verdiende, klaar was, werd hij gekeerd en kon de verdere afbouw beginnen met eerst de wrangen en langsbalken (zie ook tekening), waaraan de kiel verankerd zou worden en alle krachten samenkomen. Ook schotten en onderdelen werden op die manier gemaakt. Ze zijn mee constructief, sterk als staal, en zien er vervaarlijk massief of gewichtig uit. Nochtans kan je ze met één vinger optillen en aan boord brengen, waar ze ingelamineerd werden. Het gehele schip, nog zonder ballastkiel maar toch 13,20 m lang, mocht voorzien van meubelen, tanks, motor, mast en alle toebehoren amper 4.500 kg wegen. Met de ballastkiel van zowat 2,9 ton, die er als een geprofileerde loden bom onderaan kwam, 2,50 m lager, woog alles samen nog maar 7,4 ton.
Langs buiten bekeken Het is een understatement om dit enkel een mooi schip te noemen. Al is het een beauty met een moderne rechte zeeglijn, compleet teakhouten dek, lage, naar voor afgeronde opbouw. Met zijn witte romp, blinkend gelakt in Awl-grip, lijkt de Standfast 43 klassiek en gemakkelijk te varen. Daarvoor, en niet om in de haven te liggen, is hij ook bedoeld. Vooraan een rolgenua, inrichting van Reckmann uit Duitsland, zeil van Wittevrongel uit Blankenberge. Het Fortress-anker FX 23 zit opgeborgen onder dek. De carbon mast met drie zalings is van Hall, zo ook de zwarte spiboom. Stagen en wanten uit massieve inox staven, de rod rigging van Navtec uit de VS, waarmee ook America's Cuppers uitgerust zijn. Veilig in de opbouw zitten drie alu ramen van Goiot. Die Franse constructeur levert ook de vluchtluiken boven de salon en het vooronder. Alle vallen, lijnen en neerhalers lopen over licht draaiende gerollagerde keerwieltjes naar achter. Ze gaan door twee maal vier stoppers van Frederiksen uit Zweden, om uiteindelijk door twee vallieren 46 ST naast de ingang bediend te worden. Die 2 vallieren en ook de twee schootlieren 52 ST voor genua en spinnaker zijn het terrein voor de bemanning en worden in Denemarken gemaakt door Andersen. Zo komt ook een bescheiden werf dankzij "worldwide resourcing" aan 's werelds beste producten. De stuurman staat alleen achter zijn rad en kan geconcentreerd zijn wensen te berde brengen. Kordaat, met een vloek of een lach.
Onderdeks: sobere luxe In de salon straalt een licht teakhouten interieur. Sober, bewust van zijn dure klasse, geeft het de uitstraling van betrouwbaarheid. Het interieur biedt rust na een lange zeetocht. Aan beide zijden zijn driezitsbanken geschikt rond de centrale klaptafel. Ruim plaats voor zes. De kombuis aan bakboord heeft een U-vorm waarin een koelkast, dubbele gootsteen, afvalbak en een halfcardanisch driepits gasvuur met oven de dienst uitmaken. Iets meer naar achter zijn 2 boven elkaar liggende slaapkooien. Aan stuurboord is het royale rijk van de navigator, die omringd van toestellen en stroombord, stevig aan tafel gezeten op een vaste zetel, achter zich een dubbelbed heeft klaarliggen.
In het hoofdschot staan twee deuren naast elkaar. Die aan bakboord leidt naar de natte cel, sanitair met douche, toilet en kaptafel. De andere aan stuurboord opent het vertrek van de master aan boord. Een owner's room met een zeteltje naast de hangkast, een toegangsdeur naar het enige toilet en een tweepersoons zeilersbed (met de voetjes naar voren). Alles in teak en zeer scheeps.
Op motor Al vaart de Standfast 43 met het kleinste zuchtje al behoorlijk, het is vanzelfsprekend dat in zijn buik ook een dieselmotor zit. Een 4 cilinder van Volvo Penta, type MD 2040S die op 3.400 toeren de volle 29 kW of 40 pk afgeeft aan een Gori-klapschroef van 18 x 12 duim. Bijgevolg is er ook een dieseltank van 110 l nodig. Verder is er een drinkwatertank van 250 l en een kleine zwartwatertank van 22 l. De boot heeft een A-classificatie voor oceaanvaart van Germanischer Lloyd. Iedereen die aan boord komt wil niet van achter het grote stuurwiel vandaan. Het is licht te bedienen, evengoed zittend langs de hoge of lage kant als staand in het midden. Op motor verlaten we de haven en doen eerst de stereotiepe proeven. Snel optrekken met de Volvo Penta in een tiental seconden naar kruissnelheid die voor ons op 6 knopen ligt, dan een snelle stop maken waar we anderhalve scheepslengte voor nodig hebben. Hierna gaan we rondjes varen, draaiend beurtelings over stuurboord en bakboord. De Standfast 43 draait binnen zijn lengte bijna om zijn as. Het geluid van 40 dieselpaarden wordt flink gedempt zodat onze decibelmeter enkel bij het hoogst gemeten toerental, en dat zijn er 3.400, naar 78 dBA uitslaat als we in de kombuis staan. Vooraan is het stiller en ondertussen lopen we wel 8 knopen. Het leukste motorvaren is aan 7 knopen bij 2.000 tpm met een aangenaam maximaal brommen van 63 dBA. Ook recht achteruit stuurden we onze testboot, zonder ook maar éénmaal te hoeven vooruitslaan om de koers te herstellen.
Onder zeil met spinnaker "De Standfast 43 is gemaakt om te zeilen", zegt Frans Maas uitdrukkelijk, die deze boot ontwierp. Hij legt hier alle nadruk op en veel minder op alle "bijkomstigheden" of hulpmiddelen voor meer comfort. Het werd inderdaad een feest om dit jacht te sturen. Goed zeegedrag, rustige slingertijd. We hadden zon en flinke wind, met stoten die een eind boven kracht 5 uitkwamen. Van top liepen we daarbij flink schuin, met net nog geen water aan dek. Daarom verwisselden we fok 1 van 47 m² voor een kleinere van 35 m². Scherp aan de wind haalden we tot 9 knopen en ruim klokten we er even 11. Maar het hoogtepunt moest nog komen: varen onder spinnaker. We hebben het tweemaal meegemaakt, eerst in de Scheldemonding voor Breskens, later op het IJsselmeer. Frans Maas neemt zelf het rad en stuurt enkele medewerkers met de nog ingepakte spinnaker naar voor. Feilloos gaat de ballon open als een driekleurige bloem van 180 m². In geen tijd staat dat grote zeil te schitteren. De zon schijnt er door. Twee man regelen voortdurend de schoten. We voelen geen wind meer, rechtop amper nog wiegend, stuiven we door het IJsselmeer naar de zon toe. We gaan rakelings naast het Pampus eilandje. Vóór ons ligt een plaat in de havenmond van Muiden, 2,50 m diep. Daar moeten we over en dat is exact ook onze diepgang. Gaat die spi er nu niet af? De mannen weten toch wat ze kunnen? We loggen 8,6 knopen als we tussen de walletjes komen. Dan voelen
we de remmende schok op de grond. De boot stokt, steekt zijn neus in groen water, maar 180 m² spi heft het voorschip weer op. Standfast 43 zeilt de haven verder in, waar het weer dieper is. Op enkele seconden komt daar de spi omlaag. Twee paar grijpgrage handen halen hem droog binnen. We meren af, opbergen is voor straks. De Standfast 43 is een schip dat voor goede prestaties in lichte wind zorgt, omdat het snel is door de juiste vorm en weinig wrijving. Ook in zware oceaancondities zal het moeiteloos over de golftoppen dansen. De succesformule: eenvoud en weinig gewicht (tenzij in de kiel) met als toegevoegde waarde minder zeil dat daarom comfortabel te behandelen blijft én een kleine motor met laag verbruik. In de beperking toont zich dus de meester. Het is vooral omdat de werf de kunst verstaat om zaken weg te laten dat deze boot het zo goed doet. Vooral bij de échte blauwwater toerzeilers, want al is hij enorm snel, het is toch voor deze groep mensen dat deze boot (kostprijs 700.000 euro) bedoeld is. Een uitvoering met de kwaliteit van een Admiral's Cupper, de snelheid van een bijna-racer, de afwerking van topklasse. Nog dit: tijdens de officiële opening van de Hiswa in Amsterdam op 28 februari 2006 werd bekendgemaakt dat de Standfast 43 een jaar lang de eretitel "Hiswa Boot van het Jaar" mag voeren in de categorie zeilboten. Tekst en foto's: Lieve Aerts en Joris Danckaers
Technische gegevens -
Lengte over alles: 13,20 m Lengte waterlijn: 11,00 m Breedte: 3,90 m Diepgang: 2,50 m Doorvaarthoogte: 20,50 m Waterverplaatsing: 7.400 kg Ballast: 2.900 kg Grootzeil: 52 m² Fok 1: 47 m² Spinnaker: 180 m² Motor: Volvo Penta 40 pk
Werf: Standfast Yachts BV, Middenhavendam 3, NL-4511 AX Breskens, tel. 0031/117381797, Verschenen in Varen maart 2006