35 minute read

Exposities

Next Article
Achtergrond

Achtergrond

De ontdekking

VAN HET HEDEN

Advertisement

In ‘De Ontdekking van het Heden’ brengt het vernieuwde Singer Laren een honderdtal werken uit 20e-eeuwse en hedendaagse kunst. Alle grote Europese stromingen zijn daarin vertegenwoordigd, van Pablo Picasso, Amadeo Modigliani en Constantin Brancusi tot Jean Arp, Piet Mondriaan, Joan Miro, Robert Delaunay en René Daniëls.

De werken komen uit de collectie van de JK Art Foundation en bestaan zowel uit objecten en sculpturen als schilderijen, tekeningen en grafiek. Samen vertellen ze het verhaal over de geboorte van de moderniteit. Ontwikkelingen eind 19e eeuw, tijdens het interbellum of na de Tweede Wereldoorlog klinken door in het heden; toen werd de basis gelegd voor de wereld van nu.

T/m 28 november singerlaren.nl

China Dreams

Het thema China is inmiddels beladen. Het in zichzelf gekeerde communistische boerenland van de jaren zeventig heeft zich met zevenmijlslaarzen ontwikkeld tot een gevaarlijke concurrent voor de westerse economie. Voor Museum Hilversum aanleiding de vraag te stellen wat we eigenlijk van China weten. In China Dreams tonen Xiaoxiao Xu, Ruben Terlou en Ruben Lundgren werk dat de veelzijdigheid van het hedendaagse China laat zien. Enerzijds is het een land vol mystiek dat anderzijds vooroploopt in de digitale wereld en droomt van Marsmissies. In de expositie, met foto’s en documentaires, kan de bezoeker zich onderdompelen in het China van vandaag en dat leidt tot onverwachte invalshoeken. Museumdirecteur Stef van Breugel over de deelnemende kunstenaars: ‘Ze geven ieder hun kijk op het China waar ze zich zo mee verbonden voelen en nemen ons mee in de Chinese droom.’

T/m 24 oktober museumhilversum.nl

RE_NATURE

Het RE_NATURE kunstfestival vindt plaats op en rondom de Tramkade in ’s-Hertogenbosch, een gebied dat wordt gedomineerd door de Verkadefabriek, Werkwarenhuis, Social Label Lab, Willem Twee en De Mengfabriek. Op het festivalterrein staan tal van kunstwerken op binnen- en buitenlocaties, waarin kunstenaars, ontwerpers en wetenschappers reflecteren op onze omgang met de natuur. Er zijn ruim 30 projecten, met onder andere Thijs Biersteker, Jeroen Kooijmans, Tamar Frank, Atelier Van Lieshout, Melanie Bonajo, Tabita Rezaire en Ambassade van de Noordzee. Een uitgebreid programma van workshops, lezingen, wandelingen en expedities en een online variant van het festival completeren de kunstwerken.

8 t/m 24 oktober re-nature.org

Macht Er wordt zelden bij stilgestaan, maar het Binnenhof is een van de oudste nog functionerende bestuurscentra in de wereld. Al ruim achthonderd jaar is het 800 JAAR BINNENHOF Binnenhof het strijdtoneel van een eindeloze stoelendans om de macht, die er door de eeuwen heen in vele gedaantes op de troon Het Binnenhof blijkt ‘ De tentoonstelling belicht de ontwikkeling van het Binnenhof van grafelijk kasteel tot centrum van de Nederlandse democratie. heeft gezeten. Met wisselende spelers en met winnaars en verliezers. De geschiedenis heeft mooie en wrede kanten, met onze moeilijk in Uiteraard is de aanleiding voor de tentoonstelling de spraakmakende huidige democratie als resultaat. een hokje te stoppen’ verbouwing die in volle gang is. Het Binnenhof blijkt moeilijk in een hokje te stoppen. Het is een symbolische en beladen plek die centraal staat in een verhaal over macht en tegenmacht, over emancipatie, representatie en ‘polderen’. Bouwen voor de macht Karakteristiek voor de geschiedenis van het Binnenhof is de aanbouwhistorie, die veel zegt over onze zogenaamde traditie van angst voor

‘geldsmijterij’. Sober en doelmatig luidde altijd het devies, van waaruit de budgetten consequent werden overschreden. Fascinerend: de achterzaaltjes en zijkamertjes waar de messen geslepen werden en worden. Ook politiek geweld, demonstraties en bezetting komen in beeld. Wat ooit de duivel op aarde was (socialisme) is nu een nostalgisch affiche. Ook Nederland heeft bloedige revoluties gekend, met het lynchen van de gebroeders De Witt als hoogtepunt.

Om het Binnenhof heen ontstond een wereld van mensen die een graantje mee wilden pikken en tegen de macht aan schuurden: diplomaten, ambtenaren, juweliers, boekverkopers, pruikenmakers en bedienden. De haarvlecht van Jacoba van Beieren, pamfletten uit de 17e eeuw, de tong en vinger van de gebroeders De Witt, de troon van koning Willem III, de buttons van een Haagse Dolle Mina, de Prinsjesdag-hoeden met boodschap van vrouwelijke parlementariërs of een poster van de grote anti-kruisrakettendemonstratie: samen met vele andere objecten, schilderijen, prenten, foto’s en filmfragmenten illustreren zij de bewogen geschiedenis van het Binnenhof.

Heather Beardsley, Distorted Depth, 2020, cyanotype van gehard borduursel en gerecycled plastic op doek, 53 x 38 cm. Collectie van de kunstenaar

TEXTIEL BIËNNALE 2021

Food for Thought

Museum Rijswijk heeft na een lange traditie in het organiseren van de Textiel Biënnale het roer drastisch omgegooid. Waar het accent voorheen vooral op ambachtelijkheid en techniek lag, besloten directeur Arnoud van Aalst en curator Diana Wind voor de editie van 2021 op zoek te gaan naar de urgentie en actualiteit die in de kunst een grote rol spelen. Wind: ‘De tijd dat textielkunst in het verlengstuk van macramé lag, ligt echt ver achter ons. Textiel is volwassen geworden en aan een opmars bezig. Veel kunstenaars verwerken thema’s als samenleving, milieu en voedsel in verrassend werk en gebruiken daar ook textiel bij. Dat levert een frisse, nieuwe blik op textiel op, die een impuls aan de Textiel Biënnale geeft.’

Onder Kate Jenkins, Food for Thought, 2021, blik, lamswool en borduursel, circa 40 x 40 x 30 cm. Collectie van de kunstenaar Textiel. We dragen het, we zitten erop en vroeger of later staat iedereen in een winkel of meubelzaak om een broek, shirt of bank uit te zoeken. Textiel is integraal onderdeel van ons dagelijks leven. Daarmee is het dagelijks leven ook door de eeuwen heen onderdeel van textiel geweest, denk maar aan de spijkerbroekrevolutie. Het heeft echter lang geduurd voor textiel zich ontwikkelde tot een serieuze autonome kunstvorm met een actualiteitsgehalte dat aansluit bij trends in schilder-, video-, foto-, landschaps- en installatiekunst. In Food for Thought laten 21 kunstenaars hun visie zien op voedselproductie en -consumptie. Wind: ‘Uit ruim honderd inzendingen en binnen ons eigen netwerk is een keuze gemaakt met de nadruk op de inhoudelijke kracht en de beeldende kwaliteit van het werk.’

In het geanimeerde gesprek dat zich ontspint toont Wind zich een vurig pleitbezorgster voor textiel als autonome kunstvorm. Als we tenslotte door de voorbereidingen voor de Textiel Biënnale wandelen, krijgen haar woorden vorm in talloze werken die even origineel als veelzijdig zijn. Ondanks die veelzijdigheid in vormen, maten, patronen en technieken ontstaat er nooit onrust. Integendeel: de werken versterken elkaar. Aan het eind van de reis door de zeven zalen die Museum Rijswijk voor de Textiel Biënnale heeft ingericht, moet je de duizelingwekkende loop, die van autonome installaties tot thematisch bedrukte tafellakens gaat, eigenlijk nogmaals doen om goed te beseffen dat je net door een Textiel Biënnale bent gewandeld. Wind: ‘Er zijn installaties die aan de wand hangen of uit het plafond komen. Sommige werken zijn bloedserieus, maar er zit ook veel humor in de tentoonstelling. Het thema leent zich óók voor de knipoog, zoals in het werk van Kate Jenkins. Er is een kast gevuld met blikken die mensen in de coronatijd hebben gehamsterd. Wat zij daar omheen breit en haakt, zit vol met kwinkslagen naar de inhoud van die blikjes, zoals de twee gebreide sardientjes met mondkapjes die uit een sardientjesblik spartelen. Dat is hilarisch. In de veelzijdigheid is het ook een hele kleurrijke tentoonstelling.’

Onderzoekend en activistisch Met zoveel geëngageerd en divers werk was het zaak lijn in de tentoonstelling aan te brengen. Door vier helder geformuleerde thema’s te gebruiken ontstaat er verdieping. Zo spitst Onderzoekend & Activistisch zich toe op de toename van de wereldbevolking. Wind: ‘Er komen volgens de prognoses nog een paar miljard mensen bij: hoe gaan we die voeden zonder de wereld nog verder aan te tasten?’ Het antwoord heeft Wind natuurlijk niet, maar de cyanotypes van Heather Beards-

Dat kleed is overwel-‘ digend, met al dat eten er zo overvloedig en uitvergroot in verweven’

Rechts Marije Vogelzang, Teardrop, 2012, installatie met 5 km lint. Collectie van de kunstenaar

Onder Peter Hellemons, Le peuple s’il n’a pas du pain, qu’il mange de la brioche, 2021, detail, tafelkleed, 350 x 150 cm. Collectie van de kunstenaar ley bevriezen de schoonheid en het wonder van de zee. Het is een poëtische ode aan een wereld die het waard is om voor te vechten, maar ook een beeld dat inspireert. Beardsleys beelden geven moed. Bij het zien ervan kun je bijna niet meer denken dat we dat verloren zouden kunnen laten gaan. Wind: ‘Beardsley verzamelt het plastic uit haar eigen huishouden. Zo krijgt ze inzicht in haar eigen verbruik van plastic. Dat relateert zij aan het gegeven dat in 78% van de vissen in de Atlantische Oceaan microplastic zit. Die vissen eten wij, dus dat krijgen wij ook binnen. Zij maakt kleine sculpturen van dat plastic afval. Dat borduurt ze aan elkaar en die

borduursels legt ze op textiel dat vervolgens met een chemische laag wordt bedekt. Daar waar objecten liggen blijft de stof wit en verder kleurt het blauw, vandaar de naam cyanotype. Beardsley maakt ons zo op poëtische wijze getuige van het drama dat zich afspeelt in zee. Maar het is ook ontroerend mooi. Het resultaat is verbluffend.’

Identiteit Wat we eten is grotendeels cultureel bepaald; voeding maakt deel uit van de identiteit van een land of een volk. Tegelijkertijd houden we tegenwoordig van exotisch voedsel, maar we verdiepen ons zelden in de cultuur achter dat eten. We eten Chinees, maar voorbij de lampionnetjes in het Chinese restaurant weten we van dat eten eigenlijk weinig tot niets. Wind: ‘Benjamin Li heeft dit tot zijn belangrijkste onderwerp in zijn werk gemaakt. Zijn website is opgebouwd als een menukaart van een Chinees restaurant. Van hem is een installatie te zien van een badhanddoek bedrukt met het gerecht Kipblokjes in Pikante Saus, dat hangt over een radiator.’

Onderdeel van het thema identiteit is duurzaamheid. Daarin wordt getoond dat veel culturen uit het pre-plastic tijdperk slimme manieren hadden om voedsel te bewaren. Zo refereert Marcel Pinas in zijn installatie Kibiiwikoni aan de verborgen kennis van de Marrons, die in de binnenlanden van Suriname wonen. Zij stammen af van tot

Onder Regula Maria Müller, Kroon van Genot III, 2011, glaskralen, zoetwaterparels, paarlemoer, koperdraad, katoen, wolvilt, 32 x doorsnee 20 x 25 cm. Courtesy Galerie Phoebus, Rotterdam slaaf gemaakte mensen die van de plantages naar het oerwoud zijn gevlucht. Pinas is zelf een Marron en wil zijn cultuur en schrift levend houden. Wind: ‘Ik programmeerde eerder een tentoonstelling met een eerdere versie van deze installatie. Deze bestaat uit 2.850 flessen die zijn omwikkeld met Pangi-stoffen. Dat zijn Nederlandse stoffen die geexporteerd zijn naar Suriname. Die flessen staan voor 28.500 ex-slaven die gevlucht zijn. Zij gebruikten die flessen om voedsel, kruiden en medicijnen te bewaren. Bij de installatie komt een groot doek productie om de consumenten onbeperkt te kunnen bedienen, heeft tot resultaat dat bijna 60% van het voedsel wordt doorgedraaid of weggegooid. Sonja Cabalt refereert daaraan in haar installatie van vilt en wol, die bestaat uit een overvloedige hoeveelheid zaadcapsules. Uit de installatie komen smak- en knaaggeluiden tevoorschijn. Peter Hellemons laat ons daarentegen juist zien dat eten een belangrijk sociaal gebeuren is. Door de hedendaagse snelle leefstijl neemt dat af en Hellemons wil met zijn tafelkleed uitnodigen tot een overvloedig en gezellig avondje eten. Wind: ‘Dat tafellaken is 4,5 meter lang en 1,5 meter breed. Dat heeft hij laten weven in het Textiellab Tilburg. Het bijzondere aan Hellemons is dat hij net zo’n goede kok als kunstenaar is. Hij kookt vanuit de filosofie van het delen en de schoonheid van het eten. Hij kan twee dagen aan een maaltijd werken. Dat kleed is overweldigend, met al dat eten er zo overvloedig en uitvergroot in verweven. Het heeft ook een prachtige titel, verwijzend naar een uitspraak die aan Marie-Antoinette wordt toegeschreven: ‘Als het volk geen brood heeft, dan eet het toch cake!’

Troost, Straf, Zonde en Boete Aan eten zit ook een emotionele kant. Als kind krijg je een snoepje als troost wanneer je je knie hebt geschaafd. Of je moet zonder eten naar bed als je ondeugend bent geweest. De combinatie eten - troost - straf leidt in een maatschappij van overvloed tot eetstoornissen. Silvia B. maakte speciaal voor de tentoonstelling twee beelden waarvan de ene heel mager is en de kleding erom heen zwabbert en de andere juist uit de kleren barst. Van Regula Maria Müller is de serie kronen te zien die de hoofdzonden verbeelden. De kronen zijn gemaakt van Japanse kraaltjes, vilt en bont. Het werk is geïnspireerd door het boek De Lof der Zotheid van Erasmus.

Catalogus Bij de tentoonstelling verschijnt een catalogus bij Waanders & de Kunst.

waarop het verhaal over de flessen in het Marron staat genoteerd. We zijn maanden bezig geweest om al die flessen te verzamelen en in te pakken. Maar het gaat dus over een duurzame cultuur die materialen eeuwig hergebruikt. Daar kunnen we iets van leren.’

‘Als het volk geen brood heeft dan eet het toch cake!’ Sinds de jaren zestig van de vorige eeuw leven we in grote delen van de wereld in een consumptiemaatschappij waar overvloed aan de orde van de dag is. Ongebreidelde

Textiel Biënnale 2021 T/m 16 januari 2022 Museum Rijswijk Herenstraat 67, Rijswijk museumrijswijk.nl

De Ketelfactory Schiedam SLUIT NA 12,5 JAAR MET ‘DE REIS’

Na 12,5 jaar valt het doek over de Schiedamse projectruimte De Ketelfactory. Onder de noemer ‘De Reis’ brengt de slottentoonstelling een laatste saluut aan de avontuurlijke galerie, die zich gaandeweg zo sterk profileerde dat zelfs Marina Abramović en Herman de Vries er exposeerden. Artistiek directeur en kunstenaar Winnie Teschmacher (1958) maakte in die twaalfeneenhalf jaar 43 tentoonstellingen in De Ketelfactory. ‘De Reis’ is compleet met publicatie, een verdiepingsdag en een videoportret.

Rechts Jan van Munster: Hemeltranen

Naast deze grootheden kregen Nederlandse mid-career kunstenaars ruim baan, zoals Olphaert den Otter, Robert Zandvliet en Marjolijn van den Assem. Ook jonge kunstenaars als Femmy Otten, Wineke Gartz en Emma van der Put kregen er een platform. Dat daar nu een einde aan komt, hangt samen met het beëindigen van het mecenaat van de Nolet Distillery, die al dat moois in de voormalige ketelfactory genereus mogelijk maakte. Teschmacher zit echter niet bij de pakken neer: ‘De tijd is rijp om de steven te wenden naar een nieuwe bestemming. Dat is jammer, maar ook goed. Het leidmotief van De Ketelfactory was niet voor niets: we zijn altijd onderweg en om de hoek gloort een groots perspectief.’

‘De Reis’ neemt de bezoeker mee op een pelgrimage die begint in de Schiedamse Plantage, het nabijgelegen, oudste stadspark van Nederland, en die via een app op geheel eigen wijze naar De Ketelfactory voert. Informatie wordt de reiziger op verschillende manieren aangereikt: historisch en feitelijk, maar ook associatief en poëtisch. Bereid u voor op onder andere een Wunderkammer met

Boven Marina Abramović: Life and Death

Links Ronald Schimmel: Wandschildering

herinneringen en vooruitblikken, een cocon van Ton van der Laaken, vier reusachtige nieuwe houtskooltekeningen van Elsa Hartjesveld en een hypnotiserende wandschildering van Roland Schimmel. In een speciaal ingerichte archiefruimte passeren alle exposities van de afgelopen jaren de revue. De persoonlijke films die Kim Everdine Zeegers de afgelopen 12,5 jaar van iedere exposant maakte zijn te zien als Zielsverrukkingen.

All About

THEATRE ABOUT FILM

Eye Filmmuseum brengt de wereld van film en theater samen via de decennialange samenwerking tussen regisseur Ivo van Hove en scenograaf Jan Versweyveld. Een blik op het verleden leert dat in vroege films theater vaak het uitgangspunt vormde. Ook tijdens de gouden jaren van Hollywood (1915-1945) waren veel films nog gebaseerd op toneelstukken. Het werk van Van Hove en Versweyveld getuigt van de wisselwerking die er gaandeweg ontstond tussen beide disciplines, met als meest recente ontwikkeling de livestreams van hun toneelvoorstellingen onder de noemer ITALive. Op associatieve wijze brengen ze theaterstukken opnieuw tot leven met gebruik van geluidsopnames, filmfragmenten, kostuums, notitieboekjes, rekwisieten, foto’s en videoregistraties - maar ook van geuren, kleuren, licht, behang, sculpturen, fluorescerende muurtekeningen en een vrachtwagenmotor. De tentoonstelling zet aan tot nieuwe manieren van waarnemen en is vanzelfsprekend omlijst met een filmprogramma. 3 oktober t/m 9 januari 2022 eyefilm.nl

Noorderlicht

INTERNATIONAAL FOTOFESTIVAL

Noorderlicht International Fotofestival heeft als thema ‘The Makeable Mind’. Het festival is met ingang van dit jaar een biënnale in Groningen en Friesland, met een extra tentoonstelling in Den Haag. Op zestien locaties, met meer dan zeventig deelnemers, gaat ‘The Makeable Mind’ over de worsteling van de mens met begrippen als ‘waarheid’ en ‘werkelijkheid’ (zie ook de column aan het begin van deze Kunstgids). Halve, hele en lege waarheden worden van alle kanten op ons afgevuurd en het wordt steeds moeilijker een duidelijk antwoord te formuleren. Dingen blijken diffuser dan we vroeger dachten. Er blijkt zelfs een alternatieve digitale werkelijkheid te bestaan: als fake nieuws echte gevolgen heeft, is het dan nog steeds fake? Rond die thema’s speelt ‘The Makeable Mind’ zich af.

Groningen: t/m 3 oktober Friesland: t/m 31 oktober Den Haag: t/m 28 november noorderlicht.com

Survivors

FACES OF LIFE AFTER THE HOLOCAUST

Portretfotograaf Martin Schoeller geniet internationale bekendheid om zijn extreme close-up portretten van celebrities en minder bekende mensen. In dezelfde stijl heeft de fotograaf overlevenden van de Holocaust geportretteerd: frontaal en hyperrealistisch. De 75 levensverhalen in Fotomuseum aan het Vrijthof vormen een mozaïek van persoonlijke herinneringen en belichamen tragische gebeurtenissen in de moderne menselijke geschiedenis. Toch is het geen tragisch beeld. Overlevenden behielden hun vertrouwen in de mensheid, zochten geen wraak en wilden hun leven weer opbouwen. Tijdens de tentoonstelling organiseert het museum een programma waarin specifiek ook jongeren hun gedachten over deze thematiek vormgeven. Met klassieke concerten, lezingen, debatten, rondleidingen, schoolactiviteiten en satellietexposities van studenten fotografie uit Nederland en België.

Rechts Survivors - Colette Avital

Links Sohrab Hura

Sohrab Hura Champú

SPILL

De tentoonstelling ‘Spill’ van de Indiase fotograaf, filmmaker, schrijver en curator Sohrab Hura biedt een overzicht van de series en projecten waaraan Hura de afgelopen vijftien jaar heeft gewerkt. Zijn vroege werk wortelt in activistische fotografie. In die periode kwam hij voor het eerst in Pati, een afgelegen dorpencomplex in het ruige landschap van Madhya Pradesh. Hij keerde er sindsdien vaak terug en maakte er een zwart-witfilm over. Ook de analoge series ‘The Song of Sparrows in a Hundred Days of Summer’ (2013-heden) en ‘Snow’ (2015-heden) zijn documentair van aard. In deze werken beweegt Hura zich door zomer en winter in twee verschillende sociaaleconomische landschappen. Ze vertellen het verhaal van Kashmir en van Hura’s aanvaarding van het feit dat hij daar een buitenstaander is. Een constante in Hura’s werken is zijn dagboekachtige benadering. Recente werken laten zien dat Hura’s vertrouwen in het medium fotografie gaandeweg plaatsmaakt voor een sceptische houding.

T/m 5 december 2021 huismarseille.nl

Links Ghost Island, blackmagic, Lisandro Suriel

EERSTE LIEFDE BEVROREN IN BEELD

De Waalse fotograaf Vincent Delbrouck portretteert in ‘Champú’ een zoete zee van Cubaanse tienergevoelens en stillevens in een positieve stroom van honderd foto’s. Centrale vraag: ‘Wanneer beleef je grotere hoogte- en dieptepunten dan wanneer de liefde je voor de allereerste keer overvalt? Als alles nieuw en tegelijkertijd zo dramatisch intens is dat je blind en doof bent voor al het andere om je heen?’ Veel foto’s komen uit een park in de wijk La Vibora in Havana, waar Delbrouck vervuld raakte van de positieve energie van de jeugd. Omdat je de eerste liefde maar één keer beleeft, is het bijzonder dat Delbrouck dit gevoel zo veelvuldig in schilderachtig en kleurrijk beeld wist te vangen. Volgens Delbrouck hielp de locatie alleszins mee: ‘La Vibora heeft een mystieke, magische energie.’

T/m 5 december 2021 huismarseille.nl

Links Vincent Delbrouck, Gabriela and Dayron at the River, from the series La Vibora - Champú (Cuba, 2018)

Ghost Island

‘Wie ben ik? En waar kom ik vandaan? Waar liggen de wortels van mijn verhaal?’ Met die vragen begon de magisch-realistische fotograaf Lisandro Suriel een zoektocht naar zijn eigen identiteit. Uit zijn onderzoek kwam ‘Ghost Island’ tot leven: een serie werken in het decor van het Caribisch gebied. In ‘Ghost Island’ deconstrueert Suriel de orthodoxe opvattingen van mensen uit de Afrikaanse diaspora door hun vergeten verleden opnieuw te ontdekken. De titel staat voor zijn eigen achtergrond op Sint-Maarten, maar verwijst ook naar het complexe West-Indische web van overlappende geschiedenissen, collectieve identiteit en vermenging van culturen in de Black Atlantic. Het is een zoek- en ontdekkingstocht naar zijn eigen identiteit, maar ook naar de collectieve identiteit van zijn voorouders.

Vanaf 9 oktober Chrysalid Gallery, Rotterdam

Jingdezhen1000 JAAR PORSELEIN IN MUSEUM PRINSENHOF DELFT

Museum Prinsenhof Delft brengt de geschiedenis van het Chinese porselein uit Jingdezhen naar Nederland in 90 topstukken. Deze variëren van het vroege porselein uit de Song-dynastie (ca. 1000 n. Chr.) tot porseleinen beelden van Mao en hedendaags Chinees servies. Conservator en gepassioneerd porseleinlie ebber Suzanne Klüver: ‘Jingdezhen is de bakermat van het Chinese porselein. Al tien eeuwen lang wordt daar porselein van de allerhoogste kwaliteit gemaakt: zo dun als papier en zo wit als jade.’

Waar Delft wereldberoemd werd als porseleinstad door de naam van de stad aan het aardewerk toe te voegen, is de oorspronkelijke en grootste porseleinstad ter wereld, het Chinese Jingdezhen, nauwelijks bekend. De tentoonstelling reist door de stad en haar geschiedenis. Naast 1000 jaar porselein in 90 objecten brengen de foto’s van Aart Kooij (1961) de stad tot leven. Zijn foto’s openen de deuren van de porseleinfabrieken en laten het ooit met hand en tand verdedigde geheim van het ambacht en de productie zien.

U vraagt, wij draaien Ver voor Nederland het Chinese porselein ontdekte was het al een van China’s grootste exportsuccessen naar onder meer Japan en het Midden-Oosten. Klüver: ‘Je ziet daar de Chinese handelsgeest. Zij passen de ontwerpen aan op de smaak van het exportland, met motieven en vormen die daar werden gebruikt. Zo is er het Japanse Ko-sometsuke porselein. Of de kopjeswarmers voor het MiddenOosten. Die zijn normaal van metaal, maar de Chinezen bootsen dat na in porselein.’

Vanaf de 17e eeuw wordt Chinees porselein in steeds grotere hoeveelheden naar Nederland geëxporteerd. Het beroemde Delfts Blauw is een kopie van het befaamde blauwwitte Chinese porselein. Volgens Klüver is dat Delftse verhaal in de geschiedenis van Chinees porselein toch slechts een voetnoot, net als het 18e-eeuwse Chine de commande-porselein, waarin op bestelling de familiewapens van adellijke Europese families werden verwerkt. Klüver: ‘Er is zoveel meer. Dat is precies wat de tentoonstelling wil laten zien. Het plaatst bekende dingen in een grotere context.’

Het geheim van kaolien De Chinezen slaagden er ruim 800 jaar lang in het geheim achter hun beroemde porselein te bewaren, tot de Duitsers begin 18e eeuw ontdekten dat je daar kaolien voor nodig hebt, een kleisoort die ook in een bepaald gebied van Duitsland voorkomt. Klüver: ‘Kaolien komt rondom Jingdezhen in grote hoeveelheden voor. Vandaar dat Jingdezhen het centrum van de

Links Porselein schilderen © fotografie Aart Kooij

Het beroemde Delfts ‘ Blauw is een kopie van het befaamde blauwwitte Chinese porselein’

Rechts Porseleinvervoer in Jingdezhen © fotografie Aart Kooij

Onder Vissenkom met een doorlopende voorstelling van de porseleinproductie, 1735 - 1750 © Kunstmuseum Den Haag Chinese porseleinindustrie werd. De klei heeft de unieke eigenschap dat het op hele hoge temperatuur gebakken kan worden. De kleine kleideeltjes kleven zo goed aan elkaar dat het porselein heel sterk, bijzonder waterdicht en ook heel wit is.’

Dat we vandaag de dag porselein juist niet met sterk maar met breekbaar associëren, komt doordat kaolien het mogelijk maakte extreem dun aardewerk te produceren. Klüver: ‘Het woord porselein komt van het Italiaanse porcelana: schelpen. Daar zie je de glans en het fragiele in terug’.

Logistiek avontuur Van de 17e tot en met de 19e eeuw was de porseleinhandel een groot logistiek avontuur. Klüver: ‘Jingdezhen ligt zo’n 400 kilometer van de toen dichtstbijzijnde havenstad Hangzhou aan de Oostkust. Het transport daarheen moest over rivieren, want porselein kun je vanwege de aard van het product niet over land sturen. Dat werd dan in Jakarta of Batavia overgeladen op Nederlandse schepen. Als je dus porselein met je familiewapen bestelde, kon het wel 2 tot 3 jaar duren voor het arriveerde en je moest maar afwachten hoe het eruit zag. Want je kon uiteraard niets meer aanpassen en reclameren zat er ook niet in.’

Stripverhaal op een viskom Een hoogtepunt in de tentoonstelling is een viskom uit het Kunstmuseum Den Haag waarop de porseleinproductie in een soort stripverhaal is geschilderd, van het stoken van de ovens tot het draaien van de kommetjes. Klüver: ‘Daar is binnen de tentoonstelling een animatie van gemaakt. Interessant is dat ook het 19e-eeuws porselein aan bod komt. Daar is minder over bekend. Het was de eeuw van de

Onder Tuinkruk beschilderd met lotusbloemen, mandarijneenden en kraanvogels. 1800 - 1850 © Keramiekmuseum Princessehof, Leeuwarden; Bruikleen De Ottema-Kingma Stichting

Gedecoreerde boemenhouders in de tentoonstelling © Ivo Hoekstra

Het is wonderlijk ‘ materiaal. Het is glad. Het glimt. Je kunt het zo bont maken als je wilt’

opiumoorlogen, maar dwars door alle oorlogen vond en vindt Jingdezhen zichzelf steeds opnieuw uit. Het 19e-eeuwse porselein is enorm bont en kleurrijk. In de laatste zaal komt de 20e eeuw aan bod. Er komt dan een stukje industrialisatie bij vanuit het communisme. Onderdeel van de tentoonstelling zijn de beroemde wit porseleinen beelden van Mao en een kopie van het servies dat speciaal voor hem ontworpen is. Zo is de Chinese geschiedenis altijd onderdeel van de porseleinproductie geweest.’ fascinatie met Chinees porselein lichten de ogen van Klüver op: ‘Keramiek voelt zo lekker. Het is wonderlijk materiaal. Het is glad. Het glimt. Je kunt het zo bont maken als je wilt en het ambacht fascineert me. Voor mijzelf vind ik het belangrijk dat je eruit kunt eten en drinken. Ik eet zelf van 18e-eeuwse borden uit China. Als ze breken, jammer. Dat is het leven. Maar als ik ze niet gebruik, verliezen ze hun betekenis. Als je bloemen in een honderden jaren oude vaas zet of een wijntje uit een glas van eeuwen geleden drinkt, daarmee toon je respect voor het object. Zo’n ding wil helemaal niet ongebruikt in de kast staan!’ Hands off! Wie wil weten waar onze voorvaderen dankzij Jingdezhens porselein van aten en uit dronken, kan terecht in Museum Prinsenhof Delft, met een kleine kanttekening… Klüver: ‘In die museale context mag je niet eten van of drinken uit de tentoonstellingsobjecten! Maar wie plots trek krijgt, kan altijd zelf gaan verzamelen of deelnemen aan de thuisworkshop porselein schilderen.’

Jingdezhen. 1000 jaar porselein T/m 9 januari Museum prinsenhof Delft Sint Agathaplein 1, Delft Programma en tickets: prinsenhof-delft.nl/jingdezhen prinsenhof-delft.nl/tickets

Maison Linksonder Model Tanja Trijbels in mantel met hoed van couturier Max Heymans, 1961 Amsterdam © Hans Dukkers / Maria Austria Instituut

IN DE NIEUWE KERK

De tentoonstelling reist door de stad en door tijdperken. Vanuit de Dam, waar De Nieuwe Kerk staat, gaat het langs plekken als de Zeedijk, het Vondelpark en de Oostelijke Handelskade, waaraan specifieke modethema’s zijn verbonden. Eckhardt: ‘Tot diep in de jaren zestig bepaalt Parijs de maat. Belangrijke Parijse couturiers als Dior, waarvan de patronen soms letterlijk worden geadopteerd, zijn grote inspiratiebronnen voor Amsterdamse couturiers. Voor zijn beroemde broekpakken had Dick Holthaus duidelijk gekeken naar Yves Saint Laurent. Op het moment dat Mies Bouman het op televisie draagt, wordt dat pak een hit in het Nederlandse straatbeeld. Later domineert Londen. In de jongerenmode ontstaat gaandeweg een eigen stroming. Amsterdam wordt hot met boetieks als Sophie & Johnny. Het is de hippie hoofdstad van Europa. De Britse Mary Quant, bekend van de minirok, gaat zelfs shows in Amsterdam geven en Cher wordt gesignaleerd in Amsterdamse boetiek van Sophie van Kleef. FongLeng, Puck & Hans, Frans Molenaar, Frank Govers en Edgar Vos bepalen de Amsterdamse modescène in de jaren zeventig en tachtig.’

Haute couture meets jongerenstijlen Iconische haute couture en innovatieve designs krijgen een plek naast revolutionaire trends, zoals punkkleding of de iconische Rainbowdress. De nieuwe generatie krijgt een prominente plek met ontwerpers als Karim Adduchi, die speciaal voor de tentoonstelling een creatie maakte waarin drie wereldreligies zijn verenigd. Merken als Bonne Suits, Patta en Daily Paper zijn prominent aanwezig. Er is aandacht voor Amsterdam als Denim City, de hotspot van bekende jeansmerken als G-Star. Eckhardt: In samenwerking met Amsterdam Museum verandert De Nieuwe Kerk zes maanden lang in Maison Amsterdam, ’s lands grootste modehuis. Maison Amsterdam onderzoekt het Amsterdamse in het modebeeld van de creatieve stad waar alles kan. Conservator Pieter Eckhardt: ‘Thema’s zijn stad, mode en vrijheid. Met name vrijheid is een rode draad in de 150 creaties uit heden en verleden die Amsterdam laten zien als modestad met een eigen signatuur.’

Links Model Robin Makkes van Ulla Models in een design van Benchellal © Tim Verhallen

‘Wat nu vanzelfsprekend is was het eerder niet. Streetwear, punk, mini-jurken. Uitgaanskleding uit de Roxy. Het is een uniek retrospectief van de mode in Amsterdam in zijn volle omvang. Kleurrijk, divers en nooit eerder zo vertoond.’ 18 september 2021 t/m 3 april 2022 De Nieuwe Kerk Dam, Amsterdam nieuwekerk.nl

De vele gezichten VAN WENDY BUITER

Hoewel schilderen altijd een belangrijke factor in het leven van Wendy Buiter is geweest, koos zij aanvankelijk voor een carrière als stewardess. Vervolgens stortte Buiter zich op de visagie en begon ze een succesvolle beauty agency. Het schilderen liet haar echter niet los. Uiteindelijk verkocht ze acht jaar geleden haar bedrijf om zich volledig aan de schilderkunst te wijden. Als alleenstaande moeder met twee kinderen was de stap niet eenvoudig: ‘Ik moest in een nieuwe omgeving inkomen genereren. Dat was best een grote uitdaging.’

Rechts Camélia Blanc

Linkerpagina Wendy Buiter Doorgaans ligt het accent op Buiters commerciële talent als de motor achter haar snelle succes, maar dat doet haar artistieke drive tekort. Haar werk is een intrinsiek product van haar eigen verbeeldingskracht. Andy Warhol kwam tot de kunst vanuit de reclamewereld, Roy Lichtenstein deed dat vanuit de wereld van de cartoons. Jeff Koons is mede beroemd geworden door uitgekiende zelfpromotie, onder andere via enorme billboards. Anderen kwamen vanuit de architectuur of binnenhuisarchitectuur tot kunst. Op dezelfde wijze slaagde Buiter erin vanuit haar achtergrond in de mode en visagie autonoom werk te creëren. Buiter: ‘Visagie is een vorm van schilderen. Ik werkte daarin veel met fotografen samen. Het leukste vond ik het creëren van vrij werk, waarin je hele mooie beautyshots kon maken. Als tiener zocht ik al naar manieren om dingen te maken die ik zelf mooi genoeg vond om aan de muur te hangen. Ik wilde in alles het ultieme beeld maken. In bracht eerst artistieke elementen in fashion en visagie in en vervolgens nam ik mijn ervaringen op die vlakken mee in mijn schilderen.’

Droomvrouwen Buiter ging niet over één nacht ijs en heeft zich zelfs verdiept in abstracte kunst, alvorens terug te komen bij haar uitgangspunten in mode en visagie: het creëren van de ultieme droomvrouw. Dat is vandaag de dag niet onomstreden, maar Buiter voelt zich door die discussie niet aangesproken: ‘Ik krijg de vraag regelmatig, maar als ik een vrouw met oneff enheden zou schilderen, is het geen Wendy Buiter-portret meer. Het is maar de vraag of ik wel vrouwen schilder. Ik schilder een ideaal. Vrouwen die zich daarin spiegelen willen dat schilderij dicht bij zich hebben. Maar het zijn geen portretten of zelfportretten. Ik kijk niet in de spiegel als ik schilder, maar schilder mijn innerlijke beeld van zo’n gestalte. Dat gaat intuïtief. Ik zoek daarbij naar de ideale verhouding. In visagie is alles erop gericht een illusie te creëren. Je zet wenkbrauwen aan, wimpers worden verlengd, ogen worden met lijnen zo groot mogelijk gemaakt, lippen springen eruit. Tegelijkertijd ben je gebonden aan de kaders van iemands gezicht. In kunst zijn die kaders vrij. De gezichten op mijn schilderijen zijn in het echt niet mogelijk. Het zijn ultieme verbeeldin-

gen; droomgestaltes. Als ik aan die verhoudingen zou tornen, zou het niet langer mijn verbeelding zijn.’

De gulden snede Opvallend in haar werk zijn de grote ogen, die herinneren aan de Japanse animecultuur, maar bijvoorbeeld ook aan Kees van Dongen. Buiter: ‘Van Dongen is een expressionistisch voorbeeld van het extreem uitvergroten van ogen en het aanzetten van lippen, maar eigenlijk begint dat al bij Auguste Renoir. Aanzetten zijn er zelfs al heel duidelijk in de Mona Lisa, waar visagie overigens een cruciale rol in speelt. Anime heeft uit geïdealiseerde gezichts- en lichaamsverhoudingen in harde tekeningen een eigen beeldend universum geschapen. Ook mijn werk zet de tekening zwaar aan, maar mijn lijnen zijn nooit hard. Ik teken feitelijk zoals ik ooit ogen en lippen voor modellen aanzette. Mijn werk is een fusie tussen fashionillustratie en schilderkunst.’

Hoewel Buiters werk toegankelijk oogt, is de techniek complex. Ze begint met potlood, waarna grafiet en water volgen, alvorens krijt en acrylverf het werk afmaken. Ze verklaart: ‘Zo krijgt het zijn gelaagdheid en diepte. Ik kan soms wel vier weken aan één portret werken. Met talloze schetsen vooraf en onderweg. Dat zie je goed in ‘Red Lips and Polka Dots’ uit 2016. Dat staat nog dicht bij de basis. Ondertussen heeft mijn werk veel meer lagen. Deze techniek werkt alleen op mijn eigen ondergrond, een hele dikke kartonsoort. Op doek kan je zo niet werken.’

1000 gezichten Buiters droomgestaltes zijn gebouwd rond haar persoonlijke ideale verhoudingen. Wat daarbij opvalt is dat de meeste portretten frontaal zijn. Meestal kijken de creaties de toeschouwer strak in de ogen. Hoewel elk van de gezichten, ondanks de sterke stilistische overeenkomsten, uniek is, krijgt Buiter soms de vraag of ze nooit eens iets anders zou willen schilderen. ‘Dat ik nog steeds portretten frontaal schilder, komt doordat ik daar nog zoveel ideeën voor heb. Ik heb wel schilderijen van opzij, maar daar kan ik toch niet zoveel in kwijt als en face. Je moet de symmetrie van frontaal loslaten en die vergoot voor mij juist het speelveld. Je hebt dan maar één oog, je kunt minder accessoires als oorbellen of een diadeem kwijt. Dat zijn elementen die in mijn portretten ook een grote rol spelen. Net als het haar. En schilder ik een vrouw van opzij en met de ogen dicht, zoals in ‘Le rêve rose’, dan vragen mensen weer of ik niet een variant voor hen kan maken met de ogen open. Ik heb zelfs een portret van de achterkant, ‘Femme à la rose’. Dat zijn experimenten waar ik erg gelukkig mee ben, maar ik voel daarin niet dezelfde ruimte voor ontwikkeling. Ik voel gewoon nog steeds enorm veel voldoening in het ontwikkelen van mijn portretten zoals die nu zijn. Ik ben daarbinnen aan het nadenken over het werken met thema’s. Ik ben in gesprek over een serie Rotterdamse vrouwen door de eeuwen heen.’

Linksonder Infinite love

De gezichten op ‘ mijn schilderijen zijn in het echt niet mogelijk. Het zijn ultieme verbeeldingen; droomgestaltes’

wendybuiter.com

Links Fortitude

Onder Wendy aan het werk

Sparkle Enerzijds hebben Buiters vrouwen een verleidelijke slaapkamerblik, maar wel altijd met een sparkle. Ze zijn hautain en onbereikbaar. Het is een puur en krachtig vrouwbeeld. Behalve vrouwen spreekt dat ook veel mannen aan. Sterker nog, het maakt mannen weleens jaloers: waarom schildert ze geen mannen? Buiter: ‘Wat aantrekkelijk is in het gezicht van mannen is het tegenovergestelde van wat aantrekkelijk is in het gezicht van een vrouw. Rechthoekig voorhoofd, grotere neus, ogen dichter bij elkaar, krachtige kaaklijn… binnen mijn verhoudingen gaat dat niet.’ Limited editions Buiters commerciële slagvaardigheid vertaalt zich in het internationale succes van haar werk. Daarbinnen heeft ze haar artistieke integriteit weten te behouden. Dat vertaalt zich op haar website in ‘unieke’ limited editions van maximaal 5 prints in tal van formaten. Zelfs in de beste kwaliteit vond Buiter paintprints helemaal niets: ‘Geen enkele print heeft de gelaagdheid van mijn echte schilderijen en dat kon ik niet aanbieden. Toen ben ik die prints gaan overschilderen met allerhande technieken, waardoor mijn karakteristieke gelaagdheid er weer inkomt en het weer ‘originele’ Wendy Buiter-prints worden. Je verkoopt toch een stukje van jezelf met zo’n schilderij. Dat moet wel goed voelen.’

De Gouden

Koets IN AMSTERDAM MUSEUM

Na een restauratie van ruim vijf jaar is de Gouden Koets voor het eerst weer voor publiek te zien in het Amsterdam Museum. Daarmee keert de koets voor de duur van de tentoonstelling terug naar Amsterdam, de stad die hem in 1898 aan koningin Wilhelmina schonk. In zes zalen rondom de binnenplaats, alle met zicht op de Gouden Koets, worden honderden cultuurhistorische objecten, schilderijen, Oranje-snuisterijen, kledingstukken, spotprenten, foto’s en bewegende beelden getoond die de roerige geschiedenis van ‘s lands beroemdste voertuig van alle kanten belichten.

Boven Koninklijke opening tentoonstelling De Gouden Koets (2021) © Amsterdam Museum, Jan-Kees Steenman

Het cadeau van ‘ de Gouden Koets bevestigde feitelijk haar sprookjesachtige verhaal’

De Gouden Koets was het Amsterdamse cadeau bij de inhuldiging van de eerste vrouw op de Nederlandse troon, de toen 18-jarige koningin Wilhelmina. Amsterdam bruiste weer aan het einde van de 19e eeuw, na een lange periode van stilstand. Stadsmuren werden vervangen door treinstations, fabrieken, luxehotels en nieuwe wijken. In dertig jaar tijd verdubbelde het aantal inwoners. Het socialisme kwam op, jongeren zochten hun eigen weg en in de kerken was het onrustig. De behoefte aan een verbindend symbool groeide en dat werd, zoals al diverse malen eerder in de geschiedenis, gevonden in het huis van Oranje. Na de impopulaire Koning Willem III (1817-1890) sprak de 18-jarige Wilhelmina (1880-1962) tot de verbeelding. Het cadeau van de Gouden Koets bevestigde feitelijk haar sprookjesachtige verhaal.

Voor- en tegenstanders Vanaf Wilhelmina’s troonsbestijging kende de koets fans en critici, omdat het rijtuig symbool staat voor het Oranjehuis, de democratie, de zel ewuste hoofdstad Amsterdam, het sprookje van het vorstelijke bestaan en het Koninkrijk der Nederlanden. Tegenwoordig speelt ook het koloniale verleden een rol. In de tentoonstelling ontmoet de bezoeker de bedenkers en bouwers van de koets, de latere toeschouwers en demonstranten, nazaten van de mensen die op de koets staan afgebeeld, en natuurlijk de gebruikers: de Oranjes.

Aktueel De tentoonstelling gaat letterlijk geen vraag uit de weg. Zelfs de vraag of het wenselijk is dat de koets na de restauratie in gebruik blijft op Prinsjesdag en tijdens Oranje-huwelijken en inhuldigingen komt prominent in beeld. Moet de Gouden Koets toekomstbestendig worden gemaakt of past hij inmiddels beter in een museum? Het Amsterdam Museum nodigt bezoekers uit hun opvattingen te delen en met augmented reality een alternatieve Gouden Koets te maken. Tijdens de tentoonstelling reist het museum met een mobiele onderzoeksinstallatie langs alle provinciehoofdsteden om informatie over de koets te delen en in kaart te brengen welke visies op de Gouden Koets leven in Nederland.

Hedendaagse kunst Zestien hedendaagse kunstenaars met verschillende achtergronden en uit verschillende generaties

Onder Tentoonstelling De Gouden Koets (2021) © Amsterdam Museum, Jan-Kees Steenman

Linksboven De Gouden Koets (2021) © Amsterdam Museum, JanKees Steenman

Rechtsonder Tentoonstelling De Gouden Koets (2021) © Amsterdam Museum, Jan-Kees Steenman reflecteren in kunstwerken op de symbolische waarde en materialiteit van de koets, waaronder de controversiële schildering ‘Hulde der Koloniën’. Hun installaties, sculpturen, schilderkunst, fotografie, geluidskunst en performances bieden artistieke en kritische perspectieven op de Gouden Koets. Artistiek directeur van het Amsterdam Museum Margriet Schavemaker: ‘Het Amsterdam Museum wil met deze tentoonstelling het debat over de waarde en toekomst van de Gouden Koets faciliteren. De bijdragen van de kunstenaars zijn daarbij van groot belang. Met hun bijdragen ontstaan verschillende verbeeldingen en uiteenlopende perspectieven. Die vormen een belangrijke aanvulling op het bestaande erfgoed, waarin vaak een eenzijdige vertelling van de geschiedenis wordt getoond.’

De monumentale, twaalf meter hoge Amsterdam Galerij van het museum wordt voor deze tentoonstelling ingericht met de hedendaagse kunstwerken, waarvan er ook enkele in het tentoonstellingsparcours zijn opgenomen. Op de binnenplaatsen van het museum worden drie site-specific werken gepresenteerd en vinden performances plaats. De Gouden Koets zelf wordt getoond in een glazen behuizing op de grote binnenplaats van het museum. Door deze speciale constructie kunnen bezoekers er heel dichtbij komen.

Links 1e Rijknecht met Rijpaard, uit serie Entourage, Erwin Olaf (2021) © Erwin Olaf, Courtesy, Ron Mandos Gallery

De Gouden Koets t/m 27 februari 2022 Amsterdam Museum Kalverstraat 92, Amsterdam amsterdammuseum.nl

Het Amsterdam ‘ Museum wil met deze tentoonstelling het debat over de waarde en toekomst van de Gouden Koets faciliteren’

This article is from: