FOTOGRAFIE MAGAZINE #4 2020
Kritische Landschappen Robert Knoth Theo Baart Mischa Keijser Gerco de Ruijter Landschapsfotografie tussen schoonheid en vervuiling Luminar 4 en Landscape Pro 3
Losse verkoop € 9,99 AP
Foto: Erwin Olaf | Royal Blood - Sissi † 1898
• Hét fotolab voor de professionele fotograaf • Fotoprints / C-print (Durst Lambda), Fine Art / Giclée prints
eyes on photo
• Plexificeren (o.a. TruLife plexiglas) • Contoursnijden / frezen, opplakken, Inlijsten
T 020 58 58 333
• Hoogwaardige kwaliteit – toonaangevend in de markt
Kuiperbergweg 34
• Kennis van vele disciplines, technieken en materialen
1101 AG Amsterdam
• Persoonlijke begeleiding door gedreven professionals
printing@eyesonphotoart.nl
• Sterk in maatwerk en seriematige producties
www.eyesonphotoart.nl
Inhoud
Fotografie Magazine #4 2020
Portfolio Theo Baart Metropool in aanbouw Gerco de Ruijter Lijnen in het landschap
10
Theo Baart
16
Robert Knoth Vergiftigde cyclus
22
Lucas Folgia Menselijke natuur
30
Massimiliano Rossetto Ingrepen in het landschap
42
Mischa Keijser Van controle naar chaos
48
Terri Loewenthal Psychedelische landschappen
54
Robert Knoth
Fotocultuur Landschapsfotografie Tussen schoonheid en vervuiling
36 Mischa Keijser
Rubrieken Concept Martine Stig
64
Debuut Nienke Coumou
68
Analoog Kees Brandenburg
72
Boeken Sage Sohier - Animals
74
Presentatie Museum Arnhem
76
Techniek Luminar 4 en Landscape Pro 3
78 cover: Terri Loewenthal
3
180 mm • F / 2.8 • 1/ 320 • ISO: 100
180mm - F/2.8 - 1/2000 - ISO 400
DÉ COMPACTE TELEZOOM VOOR SONY FE Het lichtste en compactste F2.8 telezoom in zijn klasse Snelle, acurate en stille VXD autofocusmotor Compatibel met Fast Hybrid AF, Eye AF en DMF AF scherpstelling tot 85cm in iedere zoomstand (1:4.6) Creatieve “Sweet Spot“ macro in MF stand bij 70mm zoom Fluor-coating en weerbestendige constructie Voor Full-Frame en APS-C Sony E mount
Transcontinenta B.V. | 0252-687555 | tamron@transcontinenta.nl | Facebook.com/tamronnederland
Redactioneel Landschapsfoto’s stellen vragen over onze leefomgeving Landschap is waarschijnlijk het oudste genre in de fotografie. Toen de fotografie net was uitgevonden, rond 1840, bleek het landschap zich uitstekend te lenen voor de langzame emulsies. Grote namen in die tijd waren de Britten Francis Frith en Roger Fenton, die hun landschappen verbonden met oudheden zoals de Egyptische piramiden. Zij maakten Souvenirs de Voyages, bedoeld om vanaf de sofa te kunnen genieten van verre landen. In Amerika met zijn woeste landschappen was het genre populair. Carleton Watkins maakte niet alleen mooie foto’s van hoge bergen, hij bekommerde zich ook om het lot van de natuur. Hetzelfde gold voor Ansel Adams, die voorvechter was van het behoud van het Yosemite park. De laatste jaren zien we dat steeds meer fotografen de natuur niet alleen zien als een esthetisch genre maar vooral als een onderwerp waarin de ecologische gevolgen van het menselijk ingrijpen een rol spelen. Dit is uiteraard een logisch gevolg van het antropoceen – het huidige tijdperk waarin het klimaat en de atmosfeer worden bepaald door menselijke activiteit. Een natuurfotograaf kan nauwelijks landschappen fotograferen zonder zich zorgen te maken om de ecologie. In dit nummer van Pf hebben we een aantal fotografen verzameld, die met hun fotografie vragen stellen over onze leefomgeving. Robert Knoth en Antoinette de Jong legden na de kernramp van Fukushima het verval van het cultuurlandschap vast in het boek Tree and Soil. Wij hebben een interview met het duo dat al eerder ook de gevolgen van Tsjernobyl in beeld bracht. Gerco de Ruijter legt het landschap vanuit een vlieger of een ballon vast om te kijken wat de invloed is van de mens op de natuur. Geometrische patronen verraden dat er weinig of geen oorspronkelijke natuur is in Nederland. Theo Baart, die zich vooral laat inspireren door fotografen uit de 19e eeuw, houdt zich al jaren bezig met het Nederlandse landschap, dat geheel door de mens is geschapen. In zijn nieuwe boek richt hij zich op Groot-Amsterdam, een stedelijk gebied met veel industriele invloeden. Mischa Keijser schept een persoonlijke kijk op het landschap, maar niet als een esthetisch escapisme dat in de 19e eeuw bestond. Ook hij heeft een open oog voor de grote invloeden van de mens op het klimaat. De Amerikaanse fotograaf Lucas Foglia laat in de titel van zijn werk zien waar het om gaat. Zijn project Human Nature onderzoekt hoe de mens en de natuur zich tot elkaar verhouden. Volgens hem vormen de mens en de natuur één ecosysteem. En Massimiliano Rossetto, een Zwitserse fotograaf, concentreert zich vooral op de plaatsen die zijn veranderd of verwoest door het menselijk handelen. De kleurrijke en psychedelische beelden van Terri Loewenthal doen een romantische kijk vermoeden, maar ook in haar werk zit een kritiek op de omgang met de natuur door de Amerikaanse regering. Als je deze zomer gaat fotograferen, al dan niet op vakantie en al dan niet in eigen land, kunnen de inzichten en creativiteit van de fotografen in dit nummer je wellicht inspireren tot het maken van bijzonder werk met liefde en aandacht voor onze kwetsbare leefomgeving.
Ton Hendriks, hoofdredacteur Pf thendriks@virtumedia.nl
5
Imke Ligthart wint de SO 2020 Award Imke Ligthart heeft met haar serie gemaakt in de Wadi Rum woestijn in Jordanië de SO 2020 Award gewonnen. Met kleine interventies documenteert ze sporen die we achterlaten in het landschap met de woestijn als contrastrijk decor. Haar beelden zijn reflecties van bevindingen en gedachten. “De plek leent zich voor clichématige fotografie, maar dat is hier absoluut niet het geval”, oordeelde de jury. “Het zijn grappige beelden, grafische heel sterk en origineel. De stills in combinatie met modefotografie maken het heel interessant surrealistisch. Een heel sterk gevoel voor kleur, esthetiek en compositie waardoor alles samenkomt. Kortom, een heel sterke serie.” Uit alle inzendingen heeft de jury twintig fotografen geselecteerd voor deze prijs. Jurylid Willemijn van der Zwaan, conservator/curator fotomuseum Den Haag: “Tijdens het jureringsproces werden we prettig verrast door de kwaliteit van de inzendingen in allerlei verschillende disciplines. Er loopt ontzettend veel talent rond in ons land. De uiteindelijke selectie geeft een mooi gevarieerd beeld van het fotografische landschap in Nederland.” Imke Ligthart wint een geldprijs van 4000,- euro en een EIZO scherm CG2730 ter waarde van 1600,- euro. Student Award De SO 2020 Student Award werd gewonnen door Sabine van Wechem. Sabine van Wechem geeft in haar serie Fica Suave een inkijkje in het leven van de achttienjarige Thay in de favela Vila Cruzeiro in Rio de Janeiro. Thay neemt de kijker mee door de wijk waar het dagelijks leven zich afspeelt tegen de achtergrond van geweld en armoede. Sabine van Wechem wint een geldprijs van 1000,- euro.
© Sabine van Wechem
Members Choice Award Nieuw onderdeel van de fotografiewedstrijd was de SO 2020 Members Choice Award. Leden konden een stem uitbrengen op het in hun ogen beste werk van 2020. De meeste stemmen gingen naar de inzending van Robin Alysha Clemens, die zich dus winnaar mag noemen van de Members Choice Award 2020 – supported by Sony en een Sony A7R IV-camera. Eigentijdse visie SO Award, Selection Of Dutch Photography, is een fotografiewedstrijd die vooral de creatieve identiteit van de professionele fotograaf beoordeelt. SO nodigt de fotograaf uit om in zeven tot twaalf foto’s een beeld te geven van het werk van het afgelopen jaar. Het is belangrijk dat je selectie een eigen handtekening heeft, een persoonlijke, eigentijdse visie of beeldopvatting. Dutch Photographers (DuPho), organisator van de wedstrijd, wil met de SO Award aandacht vestigen op het diverse fotografielandschap in Nederland. 6 | #4 2020
© Robin Alysha Clemens
NIEUWS
© Imke Ligthart
7
Nostalgisch strandleven In Museum Panorama Mesdag is van 2 juni tot en met 28 februari 2021 de tentoonstelling CANDID te zien: een selectie van ruim zeventig foto’s van het hedendaagse strandleven vanuit een niet alledaags perspectief. De foto’s zijn in opdracht van het museum gemaakt door vier aanstormende Haagse fotografen die voor de gelegenheid een collectief hebben gevormd: Giedo van der Zwan (1967), Mirjam Rosa (1982), Merel Schoneveld (1983) en Sandra Uittenbogaart (1975). Samen geven ze een tijdsbeeld van de badplaats, actueel op het moment van maken, maar sneller dan verwacht een nostalgisch beeld geworden. Belangstelling voor de diversiteit van de badplaats vormt de gemeenschappelijke deler van het collectief, waarbij de fotografen elkaar uitdagen en inspireren. Door hun lens gezien worden gewone mensen in alledaagse situaties met de herkenbare badplaats op de achtergrond bijzonder, onalledaags en wonderlijk in beeld gebracht. Ze ensceneren niet en vellen geen oordeel, hun foto’s
indringende en tegelijkertijd intieme beelden. Mirjam Rosa zit de mensen letterlijk op de huid, waaruit een rauw, intrigerend portret ontstaat. Sandra Uittenbogaart weet keer op keer de chaos van het strandleven te vangen in harmonieuze, verstilde beelden. Merel Schoneveld vertaalt haar beleving van de badplaats in krachtige zwart-wit composities die zowel vervreemdend als poëtisch
spreken voor zich. Ze zijn met andere woorden: CANDID. De fotografen tonen een sterke, eigen signatuur: Giedo van der Zwan richt zijn scherpe lens op nietsvermoedende dagjesmensen, resulterend in
aandoen. Aan de hand van zeventig foto’s in verschillende formaten ziet de bezoeker de badplaats steeds door heel andere ogen. Merel Schoneveld laat naast haar foto’s een experimen-
© Merel Schoneveld
© Mirjam Rosa
8 | #4 2020
© Giedo van der Zwan
tele film zien, waarin zij de bezoeker meeneemt in haar onwerkelijke kijk op Scheveningen. Beluister de audiotour van de tentoonstelling CANDID vooraf, tijdens of na je bezoek. De audiotour is door de vier fotografen zelf ingesproken: zij nemen je mee in de verhalen achter de foto’s, hun werkwijze als collectief en de zoektocht in het verder ontwikkelen van hun eigen signatuur. De audiotour is beschikbaar via www. panorama-mesag.nl. Museum Panorama Mesdag, Zeestraat 65, 2518 AA Den Haag, dagelijks geopend van 10.00-18.00 uur. Online tickets zijn beschikbaar via www.panorama-mesdag.nl
EXPOSITIE
© Thomas Albdorf, Typical Alpine Flora at the Hochschwab Area, courtesy of the artist
On Earth – Imaging, Technology and the Natural World Door technologische ontwikkelingen en het snel veranderende klimaat is onze relatie tot de natuur fundamenteel veranderd. De fotografie stelt ons als geen ander medium in staat om de wereld en het effect van ons bestaan erop te observeren. Maar kan het ook een katalysator zijn voor nieuwe manieren om met onze omgeving om te gaan? De omvangrijke thematentoonstelling ‘On Earth – Imaging, Technology and the Natural World’ brengt werk bijeen van 27 hedendaagse kunstenaars die door middel van innovatieve beeldstrategieën reflecteren op de relatie tussen mens, techniek en natuur. Daarbij maken zij gebruik van virtual reality, in-game fotografie, Google Earth, sociale media en andere visuele hulpmiddelen waarmee wij ons tot de natuur verhouden. ‘On Earth’ is gecureerd door Foam en geproduceerd in samenwerking met Les Rencontres d’Arles. Foam, Amsterdam | 20 maart - 2 september 2020
9
© Theo Baart, Van der Madeweg, Amstelkwartier
10 | #4 2020
PORTFOLIO
Metropool in aanbouw Theo Baart “Ik wil begrijpen wat ik zie als ik uit mijn raam kijk.” Een zin die zo maar terloops uitgesproken lijkt te zijn. Niets is minder waar voor fotograaf Theo Baart. Het willen begrijpen wat er in zijn omgeving in en rond Amsterdam gebeurt, vormt al ruim dertig jaar de leidraad van zijn fotografische zoektocht. door Diana Bokje
11
© Theo Baart, Zuidas, A10, NS
Theo Baart is geboren in Amsterdam, verhuisde in zijn jeugd naar Hoofddorp, trok naar Amsterdam om later weer terug te keren naar Hoofddorp. Groot-Amsterdam is zijn territorium, bijna al zijn fotoprojecten spelen zich af in dit gebied. In Werklust, biografie van een gebruikslandschap volgde hij de veranderingen die het landschap ondergaat onder druk van de groei van Schiphol. Toen de fotograaf in 2004 verhuisde naar een nieuwbouwwijk aan de rand van Hoofdorp, leidde dat tot het project Eiland 7, Berichten uit een nieuwbouwwijk. We zien hoe de bewoners hun huizen en tuinen voorzien van gelijkvormige keukens en hun tuinen omheinen met
12 | #4 2020
dezelfde soort schuttingen. Als buitenstaander en beschouwer levert dit soms een glimlach op, maar dit is zeker niet de bedoeling van Baart. Met zijn camera onderzoekt hij wat er gebeurt. Hoe een prestigieus nieuwbouwproject vorm krijgt. Zonder te oordelen. “Hoe zou dat ook kunnen”, merkt hij op. “Ik maak er zelf deel van uit.” Naast fotografie speelt tekst een belangrijke rol in de lijvige boeken die zijn projecten opleveren. Teksten die hij zelf schrijft omdat ze volgens Baart te persoonlijk zijn om uit te besteden. De beschouwingen op zijn omgeving gaan hand in hand met anekdotische vertellingen.
PORTFOLIO
© Theo Baart, Amstel, Omval
© Theo Baart, Almere, Pampus
“
Ik ben vooral geïnteresseerd in de fotografen uit de 19e eeuw. Fotografen die onbekende gebieden of ruimtelijke veranderingen in beeld brachten
13
© Theo Baart, Amsterdam, Have-Stad
Groot-Amsterdam Op 8 juli verschijnt Baarts nieuwe boek Groot-Amsterdam. Het stoeptegelgrote en dikke boek is een logisch vervolg op zijn eerdere projecten. Aan de hand van acht routes onderzoekt Baart Groot-Amsterdam. De basis van het project wordt gevormd door drie kernvragen: Hoe groot is Amsterdam, wat zijn de kwaliteiten van het gebied en op welke plekken en waardoor gaan ingrijpende veranderingen plaatsvinden? Deze drie vragen hielden de fotograaf drie jaar lang bezig. Baart deed uitgebreid research gebaseerd op twee pijlers: het laten zien en de inventarisatie. Hiervoor zocht hij onder andere samenwerking met een stedenbouwkundige en een planoloog. “Ik weet inmiddels vrij veel van ruimtelijke ordening, maar ben geen inhoudsdeskundige, ik ben fotograaf. Ik wil niet dat het boek in vrijblijvendheid en schoonheid blijft steken. Zij hebben onder andere kaartmateriaal geleverd waaruit blijkt dat de metropool Amsterdam echt bestaat en dat dit gebied heftig in ontwikkeling is. Dit materiaal beslaat een apart gedeelte in het boek. Het vormt het fundament onder het totale project met daarin de harde feiten. Hierdoor heb ik in de rest van het boek de ruimte om mijn eigen verhaal te doen.”
14 | #4 2020
Vooral het onderzoek naar de plekken waar ingrijpende veranderingen zullen plaatsvinden was volgens Baart een helse klus. “Je kunt de toekomst niet fotograferen. Hoe leg je vast dat er een verandering gaat plaatsvinden? De kijker ziet een weg langs een dijk met een paar bomen erlangs. Dan blijkt dat daar sprake is van bodemdaling, verzilting of er zijn plannen om een bedrijventerrein te bouwen. Op veel van de plekken waar ik heb gefotografeerd speelden wel drie of vier factoren die op termijn tot ingrijpende veranderingen kunnen leiden. Klimaatverandering is daar bijna altijd één van. Ook de hindercultuur speelt een rol. Denk bijvoorbeeld aan Schiphol. Vanwege geluidshinder en veiligheidsvoorschriften mag er in een groot gebied rondom de luchthaven niet gebouwd worden. De paradox is dat Schiphol dit landschap openhoudt. Afname van de waterkwaliteit zorgt voor vermindering van biodiversiteit. Dit heeft directe gevolgen voor ons welzijn. Die verschillende factoren zorgen voor veel druk op het gebied. Er was altijd een factor die ik van tevoren niet wist. Ik wist dat er iets speelde, maar tijdens het onderzoek bleek er altijd meer te spelen. De waanzinnige complexiteit, en daarmee samenhangend, de schier onmogelijke taak om het bestuurlijk goed te doen, zette mij aan het denken.”
PORTFOLIO
© Theo Baart, Equinix-Edit
“De foto’s roepen de vraag op: Waar kijk ik nu naar? Daarom zie je onder iedere foto pictogrammen. Deze verwijzen naar begrippen zoals klimaatadaptatie, waterkwaliteit, bodemdaling, verzilting en transitie van de landbouw. Dit zijn allemaal ontwikkelingen die je feitelijk kunt vaststellen. De pictogrammen dienen als verklaring. Het is geen spoorboekje met zo gaat het er uit zien, maar ik hoop dat het de ogen opent voor bewoners, beleidsmakers en ontwerpers zodat ze zien dat veel veranderingen tegelijkertijd op een plek manifest gaan worden.” “Ik ben vooral geïnteresseerd in de fotografen uit de 19e eeuw. Fotografen die onbekende gebieden of ruimtelijke veranderingen in beeld brachten. Zij speelden een rol in de ontwikkeling van landschap en stad. Die rol van fotografie is steeds meer op de achtergrond geraakt. Het klinkt heel ambitieus om te pretenderen dat je met je fotografie ruimtelijk beleid en ontwerp kunt beïnvloeden. Ik denk dat het de moeite waard is om het te proberen.”
dam en de linie varieert tussen de 15 en 20 kilometer. Het grootste deel van wat ik Groot-Amsterdam noem, ligt in of op die linie. Groot-Amsterdam is eigenlijk een openluchtmuseum van onze geschiedenis: de stelling, de buitenplaatsen, de oude zeedijken die nu midden door een stad lopen. Ook hiervoor geldt dat je niet altijd weet waarnaar je kijkt. Natuurlijk is het landschap enorm beschadigd, maar het is zo gelaagd en zo rijk. Ik zie het als een vaas in het Rijksmuseum die ooit gevallen is en weer in elkaar geplakt. Ondanks dat er een paar dingen aan ontbreken is het nog steeds heel mooi.”
Zichtbare geschiedenis Ondanks alle veranderingen heeft Baart nog steeds oog voor schoonheid. “Wat mij heeft verwonderd is dat de geschiedenis van ons landschap, ondanks de verstedelijking, het asfalt en het grote aantal grijze loodsen, toch vaak nog leesbaar is. Nog steeds is de stelling van Amsterdam, gebouwd eind 19e eeuw, aanwezig. Ondanks dat veel van het open gebied rond Amsterdam inmiddels is volgebouwd. De afstand tussen de Dam in hartje Amster-
Theo Baart (1957) studeerde aan de Rietveldacademie. Hij publiceerde een aantal boeken op het gebied van ruimtelijke ordening. Daarnaast zijn diverse foto’s van hem opgenomen in museale collecties over de hele wereld. www.theobaart.nl
15
Lijnen in het landschap Gerco de Ruijter Door zijn camera aan een vlieger, ballon of hengel te bevestigen maakt Gerco de Ruijter luchtfoto’s vanuit een onverwacht perspectief. Dat levert bijna abstracte composities op van landschappen zonder horizon, waarvan de schaal en het onderwerp pas na lang kijken duidelijk worden. Het gecultiveerde landschap staat centraal. De combinatie van natuur en menselijk interventie levert verrassende beelden op. Bomen, water- en aardoppervlakken zorgen voor onverwachte lijnen, texturen en kleuren. door Evelien Lindeboom
16 | #4 2020
PORTFOLIO
© Gerco de Ruiter, Untitled 110x110cm (Herkingen) 2019
17
© Gerco de Ruiter, Fleur de Sel 2016
18 | #4 2020
PORTFOLIO
“
Het is de bedoeling dat mijn foto’s moeilijk te lezen zijn, dat ze iets mysterieus hebben
Texturen De Ruijter fotografeert meestal gecultiveerd landschap. “Dat gaat in Nederland vanzelf, 80 procent van het land is gecultiveerd. En zelfs de natuur in Nederland bestaat uit gebieden die ooit gecultiveerd waren en nu zijn ‘teruggegeven’ aan de natuur. In zo’n gebied zie je dus nog steeds restanten van menselijke activiteit. Die plekken waar de menselijke aanwezigheid met de natuur is verweven vind © Gerco de Ruiter, Baunschule 2010
“Toen ik op de kunstacademie zat, vond ik op een dag een boekje over vliegerfotografen van een vliegerwinkel in Den Haag. Daarin stond een luchtfoto van een slikkengebied in Zeeland en de textuur op die foto leek wel verf, het was bijna een schilderij. Dat inspireerde me.” In eerste instantie begon Gerco de Ruijter zijn zelfgemaakte luchtfoto’s na te schilderen. “Ik wilde abstract werk maken dat toch voeten in de werkelijkheid had.” Maar hij was nog niet tevreden. “Ik maakte allerlei overbodige stappen door eerst te fotograferen en daarna te schilderen. Totdat een docent me erop wees dat ik het ook gewoon bij fotografie kon houden. Ik had voordat ik naar de academie ging al leren fotograferen, maar fotografie en kunst waren in die tijd nog geen voor de hand liggende combinatie. Ik had niet gedacht dat ik daar creatief werk mee kon maken, dat was een eyeopener. Het was een opluchting om het schilderen achter me te laten. In die tijd woonde ik op een boerderij, dus ik had de ruimte om een vlieger in elkaar te zetten en daar een camera onder te hangen. Ik fotografeerde in eerste instantie plekken in de buurt van mijn huis. Inmiddels doe ik veel onderzoek naar interessante locaties en ik onthoud plekken ten opzichte van de windrichting. Dan denk ik: daar moet ik naartoe als er oostenwind is.”
ik heel interessant, omdat dat vaak een mooie clash oplevert van texturen in het landschap. Zo is er een gebied in de Grevelingen, Natura 2000, daar staat een hek midden in de ‘natuur’. Waarom dat daar staat, weet ik niet, maar aan één kant ervan grazen zogenaamde oerrunderen. Daardoor is de begroeiing aan weerszijden heel verschillend, alsof een soort membraan dat landschap scheidt. Het komt vaker voor dat een landschappelijke structuur wordt gescheiden door verschillend gebruik. Zoals wanneer een akkerbouwer en een veehouder dezelfde grond ieder op een eigen manier gebruiken, terwijl er bijvoorbeeld wel een watergeul door die verschillende velden loopt.” Dat natuur en gecultiveerd landschap niet tegenstrijdig zijn, blijkt mooi uit een serie als Almost Nature. Foto’s van eindeloze rijen gekloonde plantjes die, als pixels, in perfect stramien in een kweekveld staan. “Wie de foto’s ziet, weet: dit is aangelegd, gekunsteld. Maar wie met zijn ogen dicht door dat landschap loopt ruikt een dennenbos. Het is écht bijna natuur.”
Toeval Per locatie maakt de Ruijter veel foto’s en gebruikt daarvoor een timer op zijn camera. Hij kan zelf op de grond dus niet zien wat hij precies schiet. Dat ongecontroleerde maakt zijn werk ook uitgesproken anders dan bijvoorbeeld een camera aan een drone die heel precies bestuurd kan worden. Waar de fotograaf precies naar zoekt, welke foto voor hem geslaagd is en welke niet, is moeilijk te zeggen. “Vroeger liet ik me vooral leiden door toeval” vertelt hij. “In een van mijn eerste foto’s bleken er opeens mensen met paarden door het beeld te lopen. Die paarden en hun schaduw leverden een onverwacht maar heel mooi beeld op. Tegenwoordig ga ik meer planmatig te werk en weet ik vrij precies wat ik ga fotograferen.
19
Frankrijk. Voor de serie Fleur de Sel keerde de fotograaf er al meerder malen terug en merkte heel bijzondere kleurveranderingen op. “Dat zout is rossig van kleur, wat wordt veroorzaakt door een bacterie in het water die verandert per seizoen. In het begin, als ze net het zeewater binnenlaten, is dat water nog heel helder op kleiachtige ondergrond. Hartje zomer is die bacterie in volle bloei, dan is het bijna oranje.”
Schaalverwarring In Nederland werkt De Ruijter meestal op een hoogte tussen de dertig en honderd meter, hetzij met een vlieger, hetzij met een hengel waaronder hij zijn camera bevestigt. Verschillende locaties vragen om verschillende afmetingen. “Op een gegeven moment ben ik gaan reizen. In Nederland zie je nooit de geologie van een landschap; je ziet hier niet de erosie en de lagen die onder de toplaag liggen, daarom ben ik een aantal jaren achtereen naar Amerika gegaan. In het woestijngebied van New Mexico zie je gesteente en de invloed van natuurkrachten als water – je ziet hoe het landschap zich ontwikkeld heeft; de erosie in tijd.” De foto’s van woestijnlandschap geven de toeschouwer nog minder houvast dan de Nederlandse polder, er ontstaat een sterke schaalverwarring. “Als er © Gerco de Ruiter, Almost Nature 2014
Daarbij vermijd ik al te herkenbare onderwerpen als mensen en auto’s.” Toch blijft toeval een belangrijke factor in zijn werk, al zijn de verrassingen subtieler geworden. “Dat ik meer ben gaan plannen neemt niet weg dat ik nog kan worden verrast door een bepaalde draaiing van de camera, de kadrering van een foto, of bijvoorbeeld door een onvoorzien verschijnsel in het landschap. Zo fotografeerde ik een keer smeltsneeuw op een meertje en kwam erachter dat sneeuw op zo’n meer in Mickey Mouse-achtige cirkels smelt. Blijkbaar begint sneeuw ergens te smelten doordat er bijvoorbeeld een boomblaadje in valt, van daaruit ontstaan dan die ronde vormen.”
Mozaïek Voor zijn serie Baumschule fotografeerde De Ruijter vier jaar lang boomkwekerijen in Kesteren, Opheusden en Heusden. “Ik raakte steeds meer geïnteresseerd in het vastleggen van ontwikkelingen op eenzelfde plek. Die kwekerijen heb ik door het jaar gevolgd en in verschillende lichtomstandigheden gefotografeerd. Als er zon op staat bepalen de schaduwen het beeld, is het bewolkt dan wordt de vorm bepaald door de ondergrond en de bomen zelf, het wordt een soort mozaïek. Het is de bedoeling dat mijn foto’s moeilijk te lezen zijn, dat ze iets mysterieus hebben. Zo’n serie versterkt dat effect, soms is een hele serie nodig om te begrijpen waar je naar kijkt.” Een ander dankbaar onderwerp om door het jaar heen te fotograferen is Guèrande, een zoutwinningsgebied in
20 | #4 2020
geen planten te zien zijn en je hebt geen idee van de hoogte, dan kijk je alleen nog maar naar de huid en textuur van het landschap.” In de Verenigde Staten werd De Ruijter gegrepen door de omvang van het landschap, en de enorme schaal van menselijke interventies. Hij maakte er de serie Grid Corrections, over de correcties die nodig zijn om de rechte wegen van het zogeheten Jefferson Grid – een landverdeling in een blokkenpatroon van 1 bij 1 mijl, ontworpen voor een plat vlak – aan te passen aan het ronde oppervlak van de aarde. Sinds 2012 maakt de fotograaf ook gebruik van satellietbeelden. Zo maakte hij een korte film Crops, opgebouwd uit verzamelde beelden van irrigatiesystemen in de Verenigde Staten, in verschillende jaren vastgelegd. “Door de schaal van het Amerikaanse landschap en de enorme grootte van die irrigatiecirkels, krijgt een satelliet ze heel mooi in beeld. Je ziet bovendien precies welk seizoen het is en bijvoorbeeld of er ergens een hapering of defect is waardoor de cirkel niet compleet is, maar een soort packman.”
Boodschap Natuurlijk is er in zijn werk te zien wat voor invloed de mens op de natuur heeft. De toeschouwer van bijvoorbeeld Crops wordt geconfronteerd met de schaal waarop water wordt gebruikt ten behoeve van landbouw voor vleesconsumptie en zal hierover mogelijk aan het denken worden gezet. Toch maakt De Ruijter zeker geen activistische kunst. “Ik hoop wel iets te zeggen met mijn werk, maar juist door daar geen nadruk op te leggen. Ik heb liever dat mensen zich verwonderen over de relatie tussen mens en natuur en de manier waarop die in het landschap te zien is.”
PORTFOLIO
Š Gerco de Ruiter, Untitled 80x80cm (Mick&Snoop) 1999
Gerco de Ruijter (1961) studeerde aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Rotterdam, waar hij in 1993 cum laude afstudeerde. Sindsdien heeft hij talloze solo- en groepstentoonstellingen gehad, zowel in Nederland als daarbuiten, onder andere in het Stedelijk Museum Schiedam, Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam, The Hirshhorn Museum, Washington DC en The Harnett Museum of Art in Richmond. Zijn werk bevindt zich in verschillende belangrijke particuliere en openbare collecties. Het boek Grid Corrections verscheen in 2019 bij NAI-010 uitgevers. Alle beelden courtesy Galerie Cokkie Snoei.
21
Vergiftigde cyclus Robert Knoth, Antoinette de Jong Eeuwenlang was het Japanse landschap een toonbeeld van harmonie en esthetisch geïnspireerd natuurbeleid. Maar nu wordt het bedreigd. Antoinette de Jong en Robert Knoth legden na de kernramp van Fukushima het verval van het cultuurlandschap vast in het boek Tree and Soil. Een natuurstenen kop van een wolf bij een tempel geldt als symbolisch. Het dier is allang uitgestorven in Japan maar wordt nog steeds aanbeden. “Wat we waarderen maken we tegelijkertijd kapot”, zeggen de makers. “De mens kan blijkbaar niet anders.” door Edo Dijksterhuis © Robert Knoth en Antoinette de Jong
22 | #4 2020
PORTFOLIO
23
Minstens twee omineuze data zijn vormend geweest voor de carrière van Robert Knoth en Antoinette de Jong. Op 12 september 2001 landde het duo in Pakistan voor een geplande reis van enkele maanden door Afghanistan. De dag daarvoor waren twee vliegtuigen de torens van het World Trade Center ingevlogen en had president Bush de ‘war on terror’ uitgeroepen. Binnen een week zat de complete wereldpers in Islamabad. Knoth: “Dan bedenk je: wat doe ik hier? De journalistiek is zo’n circus geworden, zeker na de digitalisering, en ik heb het gevoel dat de verhalen niet meer aankomen. Als freelancers gingen wij al vaak naar plekken waar geen hond heen wil, omdat je daar de ruimte hebt om echt iets toe te voegen. Maar met duizenden journalisten op een kluitje werd overduidelijk dat we een andere richting moesten kiezen om nog onderscheidend te kunnen zijn.” Het andere keerpunt lag op 11 maart 2011. Knoth was in de buurt van Tsjernobyl om met een team van Greenpeace de gevolgen van het kernongeluk uit 1986 vast te leggen toen halverwege de middag alle telefoons afgingen. De nucleaire reactor van Fukushima was geraakt door een tsunami en beleefde een serie meltdowns. “Een bizar toeval. Omdat Antoinette en ik eerder ook een boek hadden gemaakt over de impact van kernongelukken, werden we bijna als vanzelf naar Japan gezogen.” Een half jaar na de ramp vlogen ze voor het eerst naar Fukushima. Over een tijdsspanne van vijf jaar kwamen ze meerdere keren terug, om te fotograferen, filmen, interviewen en geluidsopnames te maken. Nu pas, negen jaar na de ramp, is al dat materiaal gestold in boekvorm. “Dat © Robert Knoth en Antoinette de Jong
© Robert Knoth en Antoinette de Jong
24 | #4 2020
we zoveel tijd nemen kun je als luxe zien”, zegt De Jong. “Maar het is ook een investering. Een onderwerp moet fermenteren en groeien. Puur op de actualiteit zitten voelt te oppervlakkig.” Zoals het uitgangspunt voor Knoth en De Jongs eerdere project Poppy: Trails of Afghan Heroin (2012) de papaverteelt in Afghanistan was maar uitmondde in een verhaal over de achterkant van globalisering en de invloed van internationale drugshandel op gewapende conflicten, zo gaat Tree and Soil ook slechts zijdelings over de aanleiding, de kernramp. “We hebben veel gesproken met evacués, onder andere een boerin wier familie al negen generaties hetzelfde landje bewerkte. Het trof ons hoe zij vertelden over hun dorpen en akkers en de pijn die ze voelden door er van afgesneden te zijn. Uiteindelijk gaat Tree and Soil over de verbintenis van mensen met het landschap.” De titel is ontleend aan een uitspraak van een lokale
Shinto-priester. “Hij beschreef het bos als een plaats van vernieuwing en herboren worden”, vertelt De Jong. “De bomen groeien uit de grond en geven er in de vorm van gevallen bladeren weer aan terug. Maar bomen pompen met die cyclus nu ook de radioactiviteit weer terug in de grond. De kringloop is vergiftigd door de mens en de natuurlijke balans verstoord.”
Als een schilderij Knoth en De Jong gingen naar Japan met wat ze zelf “een plat plan” noemen. Ze wilden documenteren wat er gebeurt met een landschap als het plots off limits is voor de mens. Op weinig plekken ter wereld is de impact van zulk menselijk terugtrekken groter dan in Japan, waar de buitenruimte net als de binnenruimte is gestileerd tot op de vierkante millimeter. “In de 17e eeuw waren in Japan bijna alle bossen gekapt”, duikt De Jong de geschiedenis in. “Er is toen natuurbeleid
25
Š Robert Knoth en Antoinette de Jong
“ 26 | #4 2020
Beeld is de drager van feitelijke informatie en kadreert het onderwerp, maar geluid laat meer verbeelding toe
PORTFOLIO
ontwikkeld met heel strenge regels. Vergelijkbaar met Nederland is het landschap op intensieve wijze vormgegeven, alleen is men in Japan veel bewuster bezig met de esthetische component. In het zogeheten satoyama-landschap maakt de mens gebruik van bossen en velden maar op een duurzame manier en met behoud van biodiversiteit. De ironie wil dat de Verenigde Naties eind 2010, slechts enkele maanden voor de Fukushima-ramp, dat satoyama-principe zelfs adopteerde als wereldwijd nastrevenswaardig model.” In het hart van Tree and Soil etaleert een spread de schoonheid van een typisch satoyama-landschap. Een zee van verleidelijk geel koolzaad op de voorgrond, wolken van roze kersenbloesem en donkergroene contouren van het achterliggende bos. “Een soort schilderij”, vindt Knoth, terwijl hij doorbladert naar een volgende foto waar een grillige klimplant het silhouet van een sierboom verstoort. “Dit is het verval dat we in eerste instantie zochten. Maar het cultuurlandschap wordt iedere keer weer strak getrokken. Bij een tempelcomplex stonden mensen in astronautenpakken de boombast te borstelen en de bosgrond af te graven.” Knoth en De Jong legden de omgeving van Fukushima vast gedurende vier seizoenen. Zonder ingewikkelde kunstgrepen. “Ik heb altijd maar één camera bij me, de Mamiya 7, en een statief”, zegt Knoth. “Plus natuurlijk rolletjes, want ik werk nog altijd analoog.” De Jongs arsenaal bestaat uit een smartphone om statische filmshots mee te maken en opnameapparatuur, die dateert uit haar tijd als radiomaker. “Audio is heel belangrijk in ons werk en in sommige gevallen zelfs het dragende element. Geluid gaat direct naar je hart en je onderbuik. Beeldmateriaal kan daarentegen best afstandelijk zijn.” Knoth beaamt dat: “Beeld is de drager van feitelijke informatie en kadreert het onderwerp, maar geluid laat meer verbeelding toe. Daarom zoeken wij altijd naar een samenspel van de twee, de verschillende media vullen elkaar aan.” Maar van het materiaal dat ze tot 2015 bij elkaar hadden gebracht, was het tweetal toen nog niet overtuigd. Er miste iets. Dus lieten ze het project even liggen. Totdat ze een jaar later de tentoonstelling bezochten die de Leidse Hortus botanicus wijdde aan Philipp Franz von Siebold. Deze 19e-eeuwse arts en botanist reisde als een van de eerste westerlingen door Japan, verzamelde planten en voorwerpen, en liet de Japanse kunstenaar Kawahara Keiga houtsnedes maken van het landschap. De afbeeldingen uit zijn nalatenschap vormen binnen Tree and Soil een perfecte combinatie met het materiaal van Knoth en De Jong. “Siebold is representatief voor de ‘Age of Exploration’. Op zoek naar kennis documenteerden en categoriseerden ontdekkingsreizigers en wetenschappers de natuur om haar later te kunnen benutten. Die tijd is een belangrijke bouwsteen van het huidige antropoceen, waarin wetenschap en technologie zich als een boomerang tegen ons keren.”
27
© Robert Knoth en Antoinette de Jong
Bonbondoos “De documentaire stijl van Certificate no. 000358//, met klassieke zwart-wit portretten en interviews, heeft plaatsgemaakt voor abstractie en associatie”, zegt Knoth die het nieuwe boek vergelijkt met eerder werk. De Jong vult aan: “Natuurlijk hebben we braaf stralingsmetingen gedaan maar die zijn niet in het boek gekomen. De interviews hebben we heel kort gehouden, ze zijn als fluisteringen tussen de bomen. Het boek is als een verzameling puzzelstukjes die je op verschillende manieren kunt combineren en interpreteren.” Zoekend naar termen om te beschrijven wat ze gemaakt hebben, komt Knoth eerst op een ‘bonbondoos’ – “waar je bij iedere laag weer een andere smaak treft”. Ook noemt hij een 19e-eeuws geïllustreerd sprookjesboek uit de
28 | #4 2020
jeugd van zijn vader. “Met verhalen over een galopperend paard met een ruiter met afgehakt hoofd. Qua vorm was dat een inspiratiebron, een prentenboek maar dan in een modern, strak jasje gestoken.” Maar de beste typering is waarschijnlijk toch een landschappelijke. Iedere pagina in het boek biedt vergezichten, naar het verleden van Siebold en de nucleair besmette toekomst die Knoth en De Jong vastlegden. Het omslag laat zich uitklappen tot een poster met een lappendeken aan landschappelijke details en overzichten. De Jong: “We streven naar een zintuigelijke beleving. Je kunt eindeloos door deze bossen dwalen. Maar tegelijkertijd weet je nooit wat er achter die donkere stammen schuilt en tevoorschijn kan springen.”
PORTFOLIO
Š Robert Knoth en Antoinette de Jong
Antoinette de Jong (1964) en Robert Knoth (1963) werken al twee decennia als duo. Zij begonnen als makers van achtergrondverhalen en reportages voor media als VPRO, BBC World Service en NRC Handelsblad. Gaandeweg is hun aandacht verschoven naar meerjarige en diepgravende projecten waarin journalistiek en kunst versmelten in verschillende media. Knoth & De Jong exposeren internationaal en hebben talloze boek- en fotografieprijzen gewonnen, waaronder Gold Deutscher Fotobuchpreis, verschillende Zilveren Cameraprijzen, de Luchetta Award en onderscheidingen van World Press Photo. Een tentoonstelling van Tree and Soil is te zien in het Fotomuseum Den Haag in mei-augustus 2021.
29
© Lucas Foglia
30 | #4 2020
PORTFOLIO
Menselijke natuur Lucas Foglia Weidse, majestueuze landschappen vormen een rode draad in het langetermijnproject Human Nature van Lucas Foglia. Vaak worden deze gesierd door een enkel persoon; soms als hoofdpersoon, maar meestal als figurant in een groter geheel. Hoe dan ook doen wij mensen vaak nietig aan temidden van deze imposante omgevingen. Foglia’s interesse gaat uit naar hoe mens en natuur zich tot elkaar verhouden. Zowel liefde en respect als technologische destructie spelen daarin een rol. door Claire Hoogakker
31
© Lucas Foglia
© Lucas Foglia
32 | #4 2020
PORTFOLIO
De fascinatie voor de relatie tussen mens, natuur en technologie ontstond bij Foglia al op vroege leeftijd, toen hij opgroeide op een kleine familieboerderij op ongeveer 45 km afstand van New York City. “Twee generaties geleden bestond Long Island, het eiland ten oosten van New York City, waar Queens en Brooklyn liggen, voornamelijk uit landbouwgrond”, vertelt Foglia. “Mijn familie kocht hier in de jaren zestig een boerderij. Ik groeide op in de jaren tachtig met mijn grootouders als buren en mijn oom en tante als overburen. Toen we opgroeiden, werd het land om ons heen verkocht en ontwikkeld tot voorstedelijke woonwijken, van waaruit mensen naar New York City pendelden om te werken.” Het proberen te handhaven van een levensstijl die verbonden was met het land, ondanks veel economische prikkels om het anders te doen, stimuleerde Foglia om hier iets mee te doen. “Mijn fotografische projecten hebben voor het grootste deel betrekking op de interactie tussen menselijke geloofssystemen en de natuurlijke wereld.”
“
Het nieuws richt zich vaak op de natuur als paradijs óf ramp. Voor mij ligt de waarheid daar ergens tussenin
Vruchtbare start Lucas Foglia startte zijn project in 2006 als klein zijproject, waarvoor hij foto’s begon te maken van voorbeelden van hoe mensen zich aanpassen aan klimaatverandering. “Ik ging allereerst naar Nolan, Texas, waar het weer onvoorspelbaar was en de landbouwgrond uitgeput raakte.” Hier zag hij bijvoorbeeld hoe katoenboerderijen op inventieve wijze werden omgevormd tot windmolenparken. “Daarna, in 2012, trof de orkaan Sandy de boerderij van mijn familie en overstroomde New York City”, vertelt Foglia verder. “Ik klom over de omgevallen bomen in het bos en keek naar de overstroomde velden van mijn familie. Op het nieuws vertelden klimaatwetenschappers dat de storm het gevolg was van klimaatverandering; iets dat wezenlijk wordt beïnvloed door menselijk gedrag. Ik realiseerde me: als mensen het weer hebben veranderd, is er eigenlijk geen plek op aarde die door mensen onaangetast blijft. Dat heeft het binaire in mijn hoofd tussen natuur en mens weggenomen. We zijn slechts één systeem. Vervolgens kon ik verhalen zoeken in elk type ecosysteem die spraken over hoe mensen proberen te werken aan een positieve toekomst, ondanks de enorme omvang van de taak.”
Top van de ijsberg Lucas Foglia bestempelt zijn werk als zowel optimistisch als activistisch. “Het boek en de tentoonstelling zijn voor mij het topje van de ijsberg van een artistieke praktijk met hetzelfde kernidee. Deze omvat bijvoorbeeld ook de samenwerking met lokale gemeenschappen, om doelen binnen deze gemeenschappen te promoten waar ik in geloof. Ik geef kopieën van foto’s aan non-profitorganisaties, en ik geef verhalen weg om mensen bewust te maken van onderwerpen waarvan het belang groot is dat de wereld ervan weet, met een oproep tot positieve actie. Ik probeer mijn werk educatief en niet al te propagandistisch te laten zijn. Ik denk dat mensen instinctief in
opstand komen als ze precies wordt verteld wat ze moeten doen, omdat ze graag hun eigen keuzes maken. Ik streef ernaar eenieder de ruimte te laten om zijn eigen gedachten, meningen en gevoelens over het werk te vormen. Het moet kunst zijn, en geen propaganda. Anders predik je alleen voor eigen parochie.”
Stamboom Lucas Foglia werkte van 2006 tot 2019 aan Human Nature. Hij is tientallen plaatsen over de hele wereld afgereisd: Colorado, Hawaï, Zuid-Korea, Zweden, Denemarken, Singapore, Zwitserland, Alaska. “Ik zag het project als een stam van een boom, met verschillende verhalen die als takken uit de stam groeien”, legt Foglia uit. “Uiteindelijk, toen ik aan het editen was, heb ik besloten om het project in te delen op basis van verschillende ecosystemen, in plaats van verschillende landen.” Het boek begint erg groen en kleurrijk en vervaagt dan voornamelijk naar een scala van blauw- en grijstinten. Elke foto is verbonden door kleur, inhoud en compositie. “Zo begint het project met steden en vervolgens gaat het over bossen, boerderijen, woestijn-, ijs-, oceaan- en lavalandschappen. Van de meest door mensen verbouwde omgevingen tot de wildste”, legt Foglia uit. De vier elementen – aarde, vuur, lucht en water – zijn ook terugkerende ‘elementen’ in zijn werk. Een treffend voorbeeld hiervan is een sinaasappelboom (die normaliter juist floreert onder de felle zon) die ter bescherming wordt bevroren tijdens straffe Californische winters.
33
© Lucas Foglia
© Lucas Foglia
34 | #4 2020
PORTFOLIO
Hoopvolle voorbeelden
Wedergeboorte
“Tegenwoordig geneest de natuur ons én bedreigt ze ons”, vertelt Foglia. “Het nieuws richt zich vaak op de natuur als paradijs óf ramp. Voor mij ligt de waarheid daar ergens tussenin.” Wat hem tot diep in zijn tenen heeft geraakt speelde zich af in 2014, toen hij het gevangeniscomplex van Rikers Island in New York bezocht. Hij besloot hierheen te reizen toen het nieuws hem had bereikt dat de bewakers de gevangenen misbruikten, met rellen tot gevolg. “Het was een enorm gewelddadige plek”, vertelt Foglia. “Temidden daarvan kreeg ik op de een of andere manier toegang tot het fotograferen van biologische tuinen binnen de gevangenis. Hier ontdekte ik dat de gevangenen die die tuinen mochten gebruiken en verzorgen, de planten zo hoog lieten groeien dat ze de camera’s blokkeerden. Zo creëerden ze hun enige privéruimte in een heel gevangeniscomplex. Er staat een foto in het boek van een geknielde man genaamd Troy, gekleed in gestreepte gevangeniskleding, met in zijn zeer grote hand
In Human Nature ligt de focus met name op positieve voorbeelden van mensen die zich aanpassen aan klimaatverandering. “Tegenwoordig brengen mensen over de hele wereld, temidden van de pandemie en Black Lives Matter demonstraties, individuele offers voor het welzijn van hun gemeenschappen”, oppert Foglia vol verwondering. “Mensen brengen zichzelf in gevaar voor een dringende noodzaak om de samenleving te veranderen. We hebben de capaciteit om collectieve actie te ondernemen voor sociale rechtvaardigheid, het milieu, onze gezondheid. Voor zowel de volksgezondheid als het milieu kunnen we positieve voorbeelden noemen van mensen die streven naar een betere toekomst, hoe moeilijk de taak ook is.” Ook de natuur zelf geeft blijk van kans op herstel en nieuw leven, en symboliseert daarmee hoop. Lucas Foglia vertelt over de bosbranden die de afgelopen jaren door Californië raasden, ook in de buurt van zijn huis, wat hij veelvuldig heeft vastgelegd. “Maar als je slechts een jaar later naar
een klein kuikentje. Zijn houding impliceerde zoveel kracht. Het hek van prikkeldraad toonde geweld, maar de tederheid van hoe hij deze kleine vogel vasthield en ernaar keek toonde zo’n menselijkheid. Ik heb geleerd dat ik zelfs in de context van onrecht kan zoeken naar positieve, hoopvolle voorbeelden.”
een landschap gaat dat door een brand is verwoest, zie je al het begin van nieuw groen. Twee jaar later zijn er bramen, stekelige doornen en gifsumak te vinden. Als je dan nog een aantal jaren wacht, beginnen er alweer kleine bomen te groeien. Het kost tijd, maar landschappen kunnen helen. Ik denk dat we enorm veel kunnen doen als we daarvoor kiezen, maar ik denk dat het wel collectieve actie vereist.”
Lucas Foglia groeide op op een kleine familieboerderij in New York en woont momenteel in San Francisco. Zijn foto’s onderzoeken de relatie tussen menselijke geloofssystemen en de natuurlijke wereld. Hij publiceerde onlangs zijn derde boek, Human Nature, bij Nazraeli Press. Foglia exposeert internationaal en zijn werk is opgenomen in opmerkelijke collecties, waaronder het International Center of Photography en het Victoria and Albert Museum. Hij fotografeert voor onder meer National Geographic Magazine en The New York Times Sunday Magazine, en werkt ook samen met non-profitorganisaties. Human Nature is t/m 2 september 2020 te zien bij Foam Fotografiemuseum als onderdeel van de groepstentoonstelling On Earth. www.lucasfoglia.com
35
Landschapsfotografie tussen Landschapsfoto’s zijn vaak mooi en appelleren aan een beleving van verhevenheid. Maar in de loop van de geschiedenis hebben niet alle landschapsfotografen het doel gehad esthetische beelden te scheppen. Er is een verschuiving opgetreden van de adorering van majestueuze landschappen via een kritische blik op de alledaagsheid van de urbane gebieden naar een esthetische beschouwing van de verwoesting van de natuur door de mens. Sinds de bewustwording van de vervuiling van het milieu is er een stroming ontstaan die met een kritische blik opnamen maakt van de verwoesting door orkanen, tsunami’s evenals van bijna onzichtbare vervuiling. door Ton Hendriks
36 | #4 2020
In de geschiedenis van de landschapsfotografie speelt de 19e-eeuwse Amerikaanse natuurfotograaf
wordt onderscheiden van het mooie: het verhevene refereert naar grootsheid terwijl schoonheid een liefelijk,
om ons heen geschapen hebben. Landschapsfotografie werd ook verbonden met de fotograaf zelf, via
Carleton Watkins een belangrijke rol. Hij maakte niet alleen opnamen van de Yosemite Vallei met zijn mammoet 22x18 inch camera, maar hij was ook een van de initiatiefnemers bij het ontstaan van de Nationale Parken. Het werk van Carleton Watkins, die met zijn camera het westen van Amerika ontgon, wordt esthetisch gewaardeerd en wordt getoond in musea en galeries, maar de oorsprong was een commerciële opdracht. Hij kreeg de opdracht om de sociaalgeografische veranderingen vast te leggen door de aanleg van de spoorwegen en mijnsteden. In het boek Photography and Landscape (2012) stelt Rod Giblett dat Watkins gezien wordt als de grootste landschapsfotograaf van de 19e eeuw, maar dat zijn werken vooral mooi en pittoresk zijn. Ansel Adams was de grote opvolger van Watkins en volgens Giblett maakte Adams pas echt voor het eerst in de geschiedenis landschapsfoto’s van verheven kwaliteit. Het verhevene – een eigenschap die duidt op een gevoel van grootsheid en goddelijkheid van de natuur – werd door Ansel Adams in de fotografie ingevoerd. Het verhevene is een filosofisch begrip dat Kant introduceerde en dat sindsdien een sleutelbegrip in de westerse esthetica is. Het verhevene
alledaags karakter heeft. De fotografie van Ansel Adams, en met name die waarbij hij grote bergen en rotsen in beeld bracht, refereren naar de goddelijke en ongerepte grootsheid van de natuur, waar tegenover de mens klein en nietig is. Zijn fotografie van het Yosemite park gaven de natuur een gevoel van bovenmenselijke grootsheid.
het concept van de metafoor en de equivalentie. Minor White ontwikkelde de term equivalentie, die hij van zijn voorganger Alfred Stieglitz overnam. Equivalentie verbindt de foto door middel van herkenning met de psyche van de kijker. Iemand kan bij het kijken naar een foto niet alleen de natuur ervaren maar ook een deel van zichzelf of van zijn herinnering. Landschapsfotografie werd door Minor White gezien als een vorm van meditatie en zelfreflectie. De natuur werd afgebeeld vanuit een romantisch besef van nietigheid van de mens versus de grootsheid van de natuur, zoals de schilders deden in de 19e eeuw. Maar Ansel Adams was ook de grote voorvechter van het behoud van het Yosemite park. Hij werd bij de Sierra Club, die streed voor meer natuurparken, als een held binnengehaald. Adams trok naar Washington om te lobbyen voor meer parken. Zijn boek Sierra Nevada: the John Muir Trail (1936) bereikte het Witte Huis. President Franklin Roosevelt was zo enthousiast dat hij kracht bij zette om het nieuwe Kings Canyon National Park van de grond te krijgen. “Ik geloof dat de benadering van de kunstenaar en de benadering van de milieuactivist heel dicht bij elkaar
Onbedorven Ansel Adams zette in 1932 de groep f64 op, waarvan ook Edward Weston en Imogen Cunningham lid waren. De natuur werd door hen op een pure documentaire manier opgenomen op grootformaat, meestal met 8x10 inch camera’s. De foto’s konden op die manier zonder manipulatie de puurheid van de natuur laten zien. De modernistische groep fotografen reageerden hiermee op de toen gangbare pictoralisten die met gomdrukken en andere technieken de schilderkunst wilden benaderen. Desondanks zou je de periode van de f64 groep ook een romantische periode kunnen noemen. Het landschap werd in de pure, onbedorven staat vastgelegd. De natuur stond in die tijd voor de zuivere wereld, de tegenpool van de cultuur en de door de mens veranderde wereld die wij
FOTOCULTUUR
schoonheid en vervuiling
© Carleton Watkins, Best General View Yosemite Valley, 1866, Courtesy Library of Congress
komen”, zei Adams eens over zijn dubbele levenstaak. Met deze uitspraak kan hij verbonden worden met hedendaagse kritische stromingen.
De New Topographics Ton Lemaire zegt in zijn boek Filosofie van het Landschap (1970): “Op het eerste gezicht lijkt het woord ‘landschap’ uitsluitend te verwijzen naar de natuur, het landelijke, het arcadische zelfs. Maar bij nader toezien blijkt dat in vrijwel alle landschappen sporen van menselijke aanwezigheid zijn te constateren: bijna altijd ziet men ergens huizen,
een hele stad soms of ruïnes; of anders is er wel een wandelaar, een boer op het veld, een weggetje, een doorwaadbare plaats, of een kerktoren aan de einder.” Hiermee geeft Lemaire aan dat er nooit sprake kan zijn van een landschap waarin geen enkel spoor van menselijke activiteit is. Het besef dat het landschap meer en meer door de mens beïnvloed en veranderd is, werd breed uitgedragen door de stroming van de New Topographics. Deze groep fotografen maakte foto’s van urbane gebieden, met name industriële plaatsen. Liz Wells merkt op in haar boek Land Matters (2011): “Topografie
beschrijft een praktijk die meer gebaseerd is op wetenschap dan op kunst. Objectiviteit en neutraliteit worden belangrijker dan noties van subjectiviteit en transcendentie hetgeen gewoon was in de modernistische kunst en landschapsfotografie.” Bij de nieuwe stroming wordt duidelijk dat landschapsfotografie altijd ideologisch is, gevormds door ideeën over het land maar ook over onze samenleving. Liz Wells: “Het fotografische beeld, in zijn precisie en detail, opereert topografisch en metaforisch.” De foto schept een bepaalde manier van kijken, en achter die visie schuilt altijd de vorming van de eigen
37
© Ansel Adams, The Tetons - Snake River, Grand Teton National Park, Wyoming, Courtesy National Archives
identiteit. Landschapsfoto’s scheppen daarmee ook een gedachte over hoe we onze wereld zien en beleven. Liz Wells zegt hierover: “Foto’s repliceren niet direct de fysiologische handeling van kijken; of het nu geschilderd of gefotografeerd is, het zijn selectieve, geconstrueerde afbeeldingen.”
Identiteit De New Topographics vormden het begin van een andere manier van kijken naar het landschap, die tot op heden grote invloed heeft op vele fotografen. Aan de expositie deden fotografen mee als Stephen Shore, Lewis Baltz en Robert Adams. Die laatste schreef in zijn boek Beauty in Photography (1981) dat landschapsfotografie drie elementen heeft:
38 | #4 2020
geografie, autobiografie en metafoor. Het is interessant dat hij in het landschap dus niet alleen het verslag van de locatie ziet, de geografie, maar ook de reflectie naar de fotograaf zelf, de autobiografie. Hiermee verbindt hij zich met de equivalentie theorie van Minor White. Het metaforisch aspect verbindt de landschapsfoto met de dieper liggende betekenis. Volgens Adams is een landschapsfoto alleen interessant als alle drie elementen aanwezig zijn. De betekenis van landschappen kunnen we vinden in het begrip identiteit, omdat een landschapsfoto veel zegt over hoe we onszelf zien of willen zien. Dit sluit aan bij de visie dat het landschap geen natuurlijk gegeven is maar een culturele constructie, die in onze geschiedenis
verankerd ligt. Terwijl Ansel Adams de natuur vooral wilde tonen als een goddelijke, ongerepte omgeving, lieten de kritische topografen zien dat ons landschap niet meer te scheiden is van de menselijke ingrepen in de natuur. Zij toonden een door de mens beheerd land, maakbaar, veranderbaar, en verre van utopisch.
Eco-landschappen Sinds enkele decennia is er een derde historische stroming in de landschapsfotografie waarneembaar. Het zijn eco-landschappen die zich vooral richten op de vervuiling en verwoesting van de aarde, een kritische vorm van landschappen die toont dat de fotograaf zich zorgen maakt om het behoud van de leefomgeving. De
FOTOCULTUUR
© J Henry Fair, Der blaue Reiter, boven de Kiruna mijn in Zweden
“
Ook in de hedendaagse kritische landschapsfotografie wordt vaak gezocht naar een balans tussen schoonheid en de politieke boodschap bekendste voorloper op dit gebied is ongetwijfeld Edward Burtynsky. Hij heeft al vele projecten op zijn naam staan, waaronder Mines, Oil, Water, Tailings en Salt Pans. De titels geven al aan dat de locatie niet van belang is maar de milieuproblematiek. Zijn meest recente en uitgebreide serie heeft de titel Antropocene, die aangeeft dat het gaat om de door de mens veranderde en vaak vernietigde gebieden. Hij schrijft in zijn artist statement: “Nu wordt duidelijk dat de mensheid, met haar bevolkingsexplosie, industrie en technologie, in zeer korte tijd ook een kracht is geworden van immense wereldwijde verandering. We staan ongetwijfeld op het punt om (als we dat nog niet zijn) zelf de oorzaak te worden van een zesde grote uitsterving.”
Een ander voorbeeld is de Amerikaanse fotograaf J. Henry Fair, die in zijn boek Industrial Scars: The Hidden Costs of Consumption (2016) vervuilde natuurgebieden vanuit een vliegtuig toont. De luchtopnamen doen denken aan abstracte expressionistische schilderijen. Sommige foto’s lijken een schilderij van Kandinsky. Henry Fair zegt hierover: “Ik probeer door de schoonheid van mijn abstracte landschappen de kijker naar mijn onderwerp te lokken. Bij mijn exposities in musea geef ik veel informatie over de vaak verontrustende werkelijkheid achter de vervuilde landschappen. In de hele discussie over de klimaatverandering zijn er groepen mensen die het probleem niet onderkennen. Daarom heb je sterke visuele informatie nodig om te overtuigen.”
Esthetische verdoving De eco-landschapsfotografen richten zich op onderwerpen als zeespiegelstijging, bosbranden, overstromingen, tsunami’s en Tsjernobyl. Ondanks de geheel andere benadering van het landschap als thema, hebben de nieuwe kritische landschapsfotografen een esthetica die is afgeleid van de romantische fotografen van begin 20e eeuw. Giblett vindt het een zwaktebod dat de huidige kritische fotografen in hun stijl ook verwijzen naar het verhevene van hun ‘dode Oedipale vader’ Ansel Adams. Ze gebruiken de esthetica om hun boodschap over te brengen, volgens hem, vanwege de noodzaak om de lelijkheid van de vervuiling te esthetiseren, of om de verschrikkingen die rampen veroorzaken te
39
© Richard Misrach, Swamp and Pipeline, Geismar, Louisiana, 1998, © Richard Misrach, courtesy Fraenkel Gallery, San Francisco
verzachten. Andere critici gaan nog verder en verwijten hedendaagse ecologische fotografen een vorm van esthetische verdoving. Maar we kunnen tegenwerpen dat de hang naar esthetica als een rode draad door alle landschapsfotografie loopt. Ook in de hedendaagse kritische landschapsfotografie wordt vaak gezocht naar een balans tussen schoonheid en de politieke boodschap. Al in 1992 schreef Charles Hagen In de New York Times over de expositie Between Home and Heaven: Contemporary American Landscape Photography: “In reactie op zowel de tradities van landschapsfotografie als de toenemende complexiteit van milieukwesties, bevinden deze fotografen zich in een lastige poging om de soms concurrerende eisen van
40 | #4 2020
esthetiek en politiek in evenwicht te brengen.” De hedendaagse Amerikaanse landschapsfotograaf Richard Misrach is een goed voorbeeld van de delicate balans tussen schoonheid en betekenis. Hij maakte in 1998 en later opnieuw in 2010 de fotoserie Cancer Alley over de olie-industrie in de wetlands van de Mississippi, waarin oliepijpen dwars door mooie landschappen te zien zijn. De vervuiling van de olie-industrie wordt verbeeld in strakke composities met ingehouden kleuren. Zijn analoog opgenomen foto’s die uitsluitend op museale formaten worden geprint hebben een lyrische schoonheid die verwijst naar de klassieke fotografen en zelfs naar de schilderkunst, met als grote verschil dat het verhevene van de
ongerepte natuur heeft plaatsmaakt voor het weinig verheffende van de verwoesting van de aarde. Volgens fotograaf Richard Misrach zelf heeft hij altijd gelaveerd tussen de twee extremen, de politieke boodschap en de esthetische dimensie.
Scan de QR code om op de speciale pagina over de foto van J. Henry Fair te komen. Mocht het niet lukken dan is dit de link: www.jhenryfair.com/blauw.
FOTOGRAFIE MAGAZINE
8
X PER JAAR
DE BESTE HEDENDAAGSE FOTOGRAFIE VOOR €
SLECHTS
+ GRATIS
39,99
NR 1 EN 2 VAN 2020
Meld je aan voor de
NIEUWSBRIEF op pf.nl/ nieuwsbrief/
De kunst van fotografie www.pf.nl/abonneren
Blijf op de hoogte via onze social kanalen @professionelefotografie
facebook.com/pfpuntnl
Š Massimiliano Rossetto
42 | #4 2020
PORTFOLIO
Ingrepen in het landschap Massimiliano Rossetto
Naturalia is de titel van de serie van Massimiliano Rossetto, een Zwitserse fotograaf die deze zomer te zien is bij Noorderlicht. Rossetto’s werk gaat met name over herinneringen aan landschappen en de artefacten die door de mens in de natuur zijn achtergelaten. “Mijn werk concentreert zich op plaatsen of objecten die zijn gebouwd, verwoest of veranderd als gevolg van menselijk handelen.” Zijn werk weerspiegelt de manier waarop hij wordt beïnvloed door het landschap. door Naomi Heidinga
43
© Massimiliano Rossetto
“ 44 | #4 2020
Het toevoegen van sculpturen geeft voor mijn gevoel een extra laag aan het werk
© Massimiliano Rossetto
Rossetto groeide op in een klein Zwitsers dorp. “Ik was omgeven door de natuur, een landschap met bergen en meren. Ik voelde een verbondenheid met dit landschap; dit heeft mij gevormd en tegelijkertijd mijn werk bepaald.” De mate waarin werd pas echt duidelijk toen hij verhuisde naar de stad. “Drie jaar geleden ben ik naar Berlijn verhuisd. Het gebrek aan natuur om me heen had invloed op mijn mentale welbevinden. Ik kwam erachter dat ik, om nieuw werk te kunnen creëren, terugviel op natuurlijke elementen die me herinnerden aan de omgeving waar ik ben opgegroeid.” Zijn werkwijze noemt hij methodologisch, al ontstaat zijn werk ook meer spontaan. “Vaak fotografeer ik wat ik onderweg tegenkom. Of, wanneer ik die mogelijkheid niet heb, probeer ik wat ik heb gezien te recreëren in mijn studio.” Zijn werk transformeert door de jaren heen. Op zijn website zijn eerdere series te vinden, waarin hij door middel van zelfportretten de relatie met zijn omgeving aan een onderzoek onderwerpt. Zoals Indigo (2015), een serie die hij maakte op IJsland. “Ik was aan het backpacken in IJsland, dat bekend staat om zijn ongerepte natuur. Een heel inspirerende plek. Ik voelde een sterke band met
het landschap. De reis deed me beseffen dat de natuur ons niet nodig heeft, maar andersom geldt dat wij haar wel nodig hebben. Voor ons is het van groot belang om natuur en milieu te beschermen.”
Menselijke impact De impact van de mens op het landschap levert echter ook schoonheid op, zag hij tijdens een bezoek aan diverse eilanden aan de Atlantische kust. In de serie Artefact(s) fotografeerde hij verlaten bunkers, die één lijken te zijn geworden met het landschap. “Achter deze bunkers gaat een hoop geschiedenis schuil. Toch was het me daar niet om te doen. Ik ben meer geïnteresseerd in hoe deze artefacten een relatie aangaan met het landschap. Met het verstrijken van de jaren worden ze steeds meer één met hun omgeving, en veranderen haar ook. De bunkers, die zijn gemaakt van beton, zullen over honderden jaren wellicht nog steeds zichtbaar zijn in het landschap. Wat zullen toekomstige generaties van deze bouwwerken denken? Zullen ze zich afvragen waar deze voor hebben gediend? Hoe zullen ze onze maatschappij beoordelen?” Naast de natuur, kan hij ook genieten van architectuur.
45
© Massimiliano Rossetto
Hij fotografeert niet alleen bouwwerken van beton, hij maakt ook zelf sculpturen van beton. “Het is een interessant materiaal. De grondstoffen van beton, zand, grind, cement en water, zijn natuurlijk. Daar wordt een kunstmatige steen van gemaakt. Het is een sterk en duurzaam materiaal in de zin dat het jaren meegaat. Tegelijkertijd is het een van de meest vervuilende bouwmaterialen. Beton bestaat voor het grootste deel uit zand. De zandwinning laat overal ter wereld haar sporen achter.”
Betonnen sculpturen Voor diverse series maakte Rossetto betonnen sculpturen. In Planetae gaat het om (wereld)bollen, in Artefact(s) zijn de vormen meer divers. “Fotografie is tweedimensionaal. Het toevoegen van sculpturen geeft voor mijn gevoel een extra laag aan het werk. Het vervaardigen van betonnen sculpturen heb ik met vallen en opstaan geleerd. Ik heb de eigenschappen van het materiaal moeten ontdekken. De combinatie van fotografie met materialen zal ik ook bij
46 | #4 2020
toekomstige series blijven doen. Ik ben echter wel voorzichtig met het gebruik van beton, vanwege de impact die het heeft op het milieu.” Zijn werk is in de loop der jaren veranderd. In plaats van een onderdeel te zijn van het landschap, is hij nu zelf niet meer te zien. De kijker moet het doen met zijn visie op het landschap. “In het begin twijfelde ik over die verandering, maar als kunstenaar is het zaak om dicht bij je gevoel te blijven en er goed naar te luisteren. Met mijn beelden laat ik zien hoe ik naar de natuur kijk. Mijn werk is deels introspectief, tegelijkertijd wil ik bewustzijn creëren. Bijvoorbeeld over onze impact op het milieu en het landschap, met name hoe het landschap verandert door de mens. Maar ook over het belang van natuur.”
Groene stad Inmiddels heeft hij zijn plek gevonden in Berlijn. De stad heeft namelijk ook voordelen. “Ik ontmoet hier mensen met verschillende achtergronden en verhalen. Bovendien
PORTFOLIO
© Massimiliano Rossetto
is Berlijn een van de meest groene hoofdsteden van Europa. Ik ga elke dag fietsen of wandelen, meestal in het bos.” Het wonen in de stad heeft hem geholpen in zijn persoonlijke ontwikkeling. “De stad geeft je de kans om dingen te ontdekken, te onderzoeken en, dankzij de ontmoetingen met anderen, je perspectief te verruimen. Ik heb geleerd meer naar mezelf te luisteren. Maar ik besef ook beter waar ik gelukkig van word. Maar, of je nu in de stad of in de natuur bent, je thuis voelen kan overal. Het gaat meer om je comfortabel voelen met jezelf.” De fotograaf is niet bezig met de toekomst, maar probeert zich vooral te concentreren op het hier en nu. Een mindset die meer mensen in deze tijd noodgedwongen hebben aangenomen. “Deze gedachtegang is niet van de laatste tijd, ook al voor de coronacrisis stond ik op deze manier in het leven. Deze crises heeft dat alleen maar bevestigd. Het focussen op waar ik over vijf jaar wil zijn, heeft voor mij weinig zin. Ik concentreer me liever op het heden en werk verder aan mijn huidige projecten.” Dat betekent niet dat hij niet op andere vlakken wordt geraakt door de crisis. Ook bij hem werden opdrachten geschrapt. “Dat gaf echter ook weer ruimte voor andere dingen, ik kon me op eigen werk storten. Het heeft me doen realiseren en nog meer appreciëren in welke welvaart we hier in Europa leven. We zijn hier bevoorrecht.”
© Massimiliano Rossetto
Massimiliano Rossetto (1993) deed in 2012 mee aan een internationaal fotoseminar van Giorgia Fiorio en Gabriel Bauret. In 2016 studeerde hij af aan de BLOO (École de photographie et d’image contemporaine) in Lyon. Zijn werk is tentoongesteld in verschillende landen, waaronder Frankrijk, Italië en Zwitserland. Hij woont in Berlijn, waar hij werkt als fotograaf en videograaf. Zijn werk Naturalia is te zien tijdens Noorderlicht. www.massimilianorosetto.com
47
Van controle naar chaos Mischa Keijser Wie een aantal jaar geleden de documentaire VPRO-serie ‘Nederland van boven’ volgde, zag hoe Nederland een lappendeken is van ritmes en patronen. Van groen, bebouwing, hier en daar wat bos, veel wegen maar bovenal van water. Natuur is er wel maar alles is gemaakt, bedacht en veranderd volgens telkens weer nieuwe richtlijnen. Het maakbare Nederland is echter met een schok tot stilstand gekomen door de dreiging van zoiets ongrijpbaars als een virus. Mischa Keijser fotografeert het Nederlandse landschap waarbij hij op zoek is naar wat ons te wachten staat in deze tijden van verandering. Op zoek naar dat wat nauwelijks of eigenlijk nog niet zichtbaar is – hoe breng je dat in beeld? door Elsje van Ree
48 | #4 2020
PORTFOLIO
© Mischa Keijser
49
© Mischa Keijser
50 | #4 2020
PORTFOLIO
© Mischa Keijser
“Ik hou van ongemakkelijke foto’s.” Mischa Keijser komt binnen met een statement dat het gesprek zal bepalen. Voor Mischa Keijser is de natuur geen “beautiful escape”, zoals de Amerikaanse kunstenaar David Bates landschappen typeerde of “de spiegel van de ziel en een klankbord voor menselijke gevoelens”, volgens de benadering van Caspar David Friedrich in de 19e eeuw. Voor de hedendaagse fotograaf of kunstenaar is de mythe verdwenen uit het landschap. Wat er overblijft is meestal tamelijk prozaïsch een plek om te ontspannen in onze vrije tijd of om van te genieten als daar esthetisch reden voor is. Mooie locaties met mooi licht en prachtige kleuren of woeste natuur als kunstwerk zijn altijd populair en vinden gemakkelijk hun weg naar de koper. We stellen ons voor te kijken naar echte natuur terwijl die in feite bijna niet meer bestaat in Nederland. Onze wildernis is getemd, geasfalteerd of omgeploegd. Het landschap is de afspiegeling van onze pragmatische instelling van nut en noodzaak. Al het andere is luxe volgens onze calvinistische kijk op het leven. Toch blijft de noodzaak om onze plaats in de wereld te tonen, registreren of omschrijven omdat we uit het landschap kunnen ervaren wat de moeite waard is om te beschermen, behouden of koesteren. Keijser: “Vanuit de lucht zie je pas hoeveel water er in Nederland is. Al die kanalen en waterwegen zie je het best van bovenaf.”
Nadenken en vastlopen De crisis rond het uitbreken van corona heeft ons eens te meer geconfronteerd met onze kwetsbaarheid. We waren verrukt over de prachtige blauwe lucht, de stilte om ons heen. We gaan niet goed met onze planeet om, maar van
koers wijzigen is nog niet voor iedereen vanzelfsprekend. Er zijn meerdere kunstenaars en fotografen die zich laten inspireren door het landschap. De foto’s van Mischa Keijser, zowel vanuit de lucht als op ooghoogte, zijn geen scheppingen van de afgelopen tijd. Er is een ontwikkeling van inzichten van jaren aan voorafgegaan. Mischa Keijser probeert uit te leggen hoe dit proces is verlopen. “Heel veel dingen die ik in de loop der jaren heb gedaan komen in een of andere vorm nu weer terug. Ik heb in Rotterdam theatertechniek gestudeerd. Die kennis van belichting gebruik ik nu in mijn nachtfoto’s in de serie Protophorpheria. Ik moet een tijd nadenken, vastlopen, naar buiten gaan en dan gewoon doén. Het is een altijd doorlopend proces. Destijds was ik geboeid door de foto’s van Martin Parr, dat ben ik nog wel. Maar al doende kwam ik erachter dat als het beeld in een verhalende context viel het voldoende was als er alleen landschap te zien is. Landschap komt in al mijn werk steeds terug. De invloed van de mens op de hem omringende wereld en de plaatsen waar zich conflicten lijken voor te doen zijn het meest interessant. Ik wil iets doen met de grote dingen die ons te wachten staan zoals het klimaat. Veel is nauwelijks of niet zichtbaar. Als je goed weet waar je naar moet kijken zie je het wel. Denk maar aan al dat water in Nederland. Ons landschap zit vol haarvaten van water, dat is reuze interessant. En dat zie je het beste van bovenaf.” Mischa Keijser vliegt regelmatig met een Cessna, een licht vliegtuigje, voor foto’s van grote hoogte. Voor lagere standpunten maakt hij gebruik van een drone. Hij is gecertificeerd dronegebruiker.
51
“
Ik laat meer toevalligheiden toe en onscherpte
© Mischa Keijser
het een tranendal. Je ziet heel goed hoe smaak vooral cultureel wordt bepaald.” Keijser heeft altijd gewerkt voor verschillende opdrachtgevers. Zijn werk ziet er technisch altijd perfect uit. Maar naast het opdrachtwerk heeft hij een serie projecten gemaakt vanuit eigen inzichten en ideeën. Toch knaagt de twijfel: “Het ingewikkelde van het maken van kunst vind ik het bijna narcistische ervan, dat wat jij maakt zo belangrijk is dat alles ervoor moet wijken. Er zit een soort egocentrisme en meedogenloosheid in die gedachtegang. Ik balanceer op die grens. Ik gun mijzelf dat ik iets meer mag dan alleen in opdracht werken, maar ik wil geen rücksichtslose egoïst zijn die zijn omgeving terroriseert omdat hij kunstenaar is. Ik denk daarbij aan de films over Picasso en Chagall. Dat wil ik mijn omgeving niet aandoen. Maar tegelijkertijd kan ik ook niet zonder die speelruimte. Ik ben altijd op zoek. Het is een bepaalde manier om complexe dingen te ordenen. Ik zou doodongelukkig worden als ik mijn creativiteit niet meer mag gebruiken.” “De serie Photophorpheria was een interessant maar pijnlijk proces” vertelt Keijser verder. “Het was heel duur en tijdrovend, een slijtageslag, maar ik ben achteraf heel blij dat ik het heb gedaan. Ik merk dat er de laatste tijd iets verandert in mijn manier van werken. Ik word minder
© Mischa Keijser
Minder protestant Mischa Keijser ging na zijn studie aan St. Joost in Breda niet werken als vrij kunstenaar maar hoofdzakelijk in opdracht. “Geen haar op mijn hoofd dacht: ik ga de wereld veroveren met mijn kunst. Dat zit niet in mijn karakter, ik vond wat ik deed nooit goed genoeg. Mijn carrière staat voor een deel in het teken van overleven. Ik doe van alles, technische fotografie, portretten, journalistiek en tijdens de vorige crisis zelfs stockfotografie (Getty Images, red.). Opmerkelijk genoeg verkopen mijn stockfoto’s het beste in Japan en nauwelijks in Frankrijk. Ik heb nogal moeite met het clichématige van de gevraagde stockfotografie. Ik vind
52 | #4 2020
streng, minder protestant. Ik laat meer toevalligheden toe en onscherpte zoals tijdens de opnames in zee waar het onderwaterhuis van mijn camera lekte waardoor onscherpte ontstond die een zekere mate van abstractie gaf die goed werkt. Je kunt in mijn ontwikkeling twee lijnen zien, de één is die van meer onscherpte en abstractie en de ander is die van het toelaten van toeval zoals bij het weer. Je zoekt een plek op die interessant is maar het juiste licht is een toevalstreffer. Ik ga nu van controle naar chaos en dat is een beslissende stap, denk ik. Links en rechts beginnen toch dingen te lukken in de kunst. Binnenkort ga ik dingen doen op zee, ik ga zeilen.”
PORTFOLIO
© Mischa Keijser
Mischa Keijser (1974) is afgestudeerd aan AKV St. Joost in Breda in 1999. Hij exposeerde in diverse galeries, kunstinstellingen en musea. Zijn werk zal binnenkort te zien zijn bij Galerie Warnars & Warnars in Haarlem en in 2021 in Museum Belvedère in Heerenveen. www.mischakeijser.com
53
© Terri Loewenthal, Psychscape 01, (Black Mountain, CA), 2020
54 | #4 2020
PORTFOLIO
Psychedelische landschappen Terri Loewenthal
Terri Loewenthal maakt gebruik van optische filters die zij heeft ontwikkeld om landschappen te comprimeren tot suggestieve omgevingen. Met Psychscapes combineert zij landschapsfoto’s met verkenningen van haar eigen perceptie. Door opnamen van realistische landschappen te combineren in een complex beeld, biedt Psychscapes een overgangsruimte van de werkelijkheid naar de geest. We herkennen bomen en bergen, maar je weet dat de afgebeelde locaties niet werkelijk kunnen zijn. Het werk van Terri Loewenthal is een paradox die benadrukt hoe kunstmatig de kloof is tussen de psyche en de externe wereld. door Merel Huisink
55
© Terri Loewenthal, Psychscape 37 (Arizona Hot Springs, AZ), 2018
56 | #4 2020
PORTFOLIO
© Terri Loewenthal, Psychscape 45 (Peach Springs Canyon, AZ), 2018
Het procedé van haar kleurrijke Psychscapes bestaat uit meerdere composities van bergen die los van elkaar belicht zijn. Een enkel beeld van een prachtig uitzicht vat zelden samen hoe de ervaring is om daar te zijn, vertelt Terri Loewenthal. “Een mooie compositie hoeft geen expressie van de zintuiglijke ervaring op een locatie te zijn. Ik gebruik kleur om mijn gevoel bij een plek over te brengen. Al voordat ik mijn huidige ontwikkelproces ontdekte, werd ik zelden aangetrokken om een letterlijke weergave van de natuur te maken. Ik ben altijd meer geïnteresseerd geweest in het weergeven van het palet van de locatie dan in een simpele opname van de omgeving. De relatie tussen kleur en dynamiek fascineert mij eindeloos.”
“
In mijn hart ben ik een echte regelbreker. Ik vind dat een keurige, scherpe foto overschat wordt
57
© Terri Loewenthal, Psychscape 193 (Messenger Mountain, CA), 2020
Terri Loewenthal reageert op de alomtegenwoordigheid van foto’s door de grenzen van fotografie te verleggen. “Een paar jaar geleden ervaarde ik verveling tijdens het maken van beelden. De enige remedie die ik kon vinden, was het maken van foto’s waarin ik de werkelijkheid er anders kon laten uitzien. In mijn hart ben ik een echte regelbreker. Ik vind dat een keurige, scherpe foto overschat wordt. Ik hou meer van de verrassing van een beeld dat de traditionele wetten van fotografie tart. Foto’s die je in eerste instantie verwarren zetten je aan het denken.”
Calculatie en spontaniteit De fotografie van Terri Loewenthal is een wisselwerking tussen berekening en spontaniteit. “Ik heb mijn zelf samengestelde gereedschap en een idee hoe het beeld eruit komt te zien, maar toch is het altijd een verrassing. De weersomstandigheden voor goede Psychscapes lijken op wat elke landschapsfotograaf zou waarderen. Ik hou van zonlicht dat zich een weg baant achter onweerswolken. Er zijn veel factoren, die mijn werk beïnvloeden zoals bewolking, neerslag en de hoek van de zon . Ik weet alleen niet van tevoren hoe het beeld wordt, maar op het moment dat de magie plaats vindt, fotografeer ik het heel snel.” Het proces van Psychscapes bestaat uit een samensmelting van reflecties van het landschap 360 graden om haar heen waarbij Loewenthal gebruik maakt van filters om kleuren
58 | #4 2020
© Terri Loewenthal, Psychscape 72 (Fossil Creek, AZ), 2018
te verschuiven. Iedere weergave van een berg is met enkele belichting vastgelegd. In de verschillende lagen worden de kleurverschuivingen optisch verkregen. “Verschuivende kleuren maken het beeld volledig los van de werkelijkheid. Ik zie mijn foto’s als collages in de camera. Dat betekent dat de bergen grondstoffen zijn voor nieuwe plekken die ik creëer. Doordat ik onafhankelijk van het onderwerp met kleur kan werken, heb ik veel meer invloed over de emotionele werking van mijn beelden.” In dit digitale tijdperk werkt Terri Loewenthal nog volledig met haar analoge camera’s. Zij heeft een Nikon Speed Magny uit 1968 met 4x5 polaroidfilm en een Mamiya 645. “De enige voorwaarde voor mijn camera’s is dat ze spiegelreflex zijn. Ik moet in de zoeker precies het beeld kunnen zien dat ik opneem. Ik hou vooral van mijn middenformaat Mamiya 645. Hij is licht genoeg om samen met mijn lenzen mee op een berg te dragen. En de achterwand van de camera kan van film naar digitaal verwisseld worden, wanneer ik een grote digitale print wil produceren.”
Geconstrueerde wereld Terri Loewenthal laat met haar visie de waarde van de natuurlijke wereld zien die verder reikt dan alleen de economische of recreatieve dimensie. Psychscapes is een
© Terri Loewenthal, Psychscape 52 (NorthPeak, CA), 2018
59
documentatie van haar persoonlijke zoektocht naar een ruimere dimensie van ons zelf. “De natuur is een groter geheel waartoe de mens behoort. De onbegrensdheid van de menselijke geest komt voort uit het feit dat we deel uitmaken van een groter geheel. In mijn werk verbeeld ik mijn erkenning en dankbaarheid voor de natuur, die een integrale rol speelt in ons vermogen om er één geheel mee te kunnen zijn. De wilde landschappen zijn onaangetaste plaatsen waar we kunnen reflecteren op de oorsprong van de mens om onszelf beter te begrijpen. Met mijn werk wil ik het onderbewustzijn de ruimte geven om te ademen.” Tegelijkertijd geeft Loewenthal met haar werk inherent kritiek op hoe de Amerikaanse regering met het milieu omgaat. “Onze huidige politieke realiteit is dat de overheid zich distantieert van de ecologische ineenstorting. In de Verenigde Staten hebben we een president die actief publieke grond verkoopt. Terwijl we systematisch racisme tegengaan en een dodelijk virus over de hele wereld bestrijden, zou een visie op een gezonde natuurlijke omgeving ons pas echt vooruit helpen. Door de natuurgebieden te fotograferen hoop ik dat ik met mijn werk een bijdrage kan leveren aan het behoud ervan.”
© Terri Loewenthal, Psychscape 661 (San Gabriel Peak, CA), 2018
60 | #4 2020
Psychedelische ervaring Wanneer Terri Loewenthal met haar camper op pad gaat om te fotograferen, brengt zij veel tijd door in natuurgebieden. “Ontelbare uren in de natuur doorbrengen heeft veel meer invloed gehad op mijn kunst dan welke psychedelische ervaring ook. Tijdens het fotograferen laat ik de kleine beslommeringen van het dagelijkse leven achter me. Als ik met mijn camper in de natuur ben, ver weg van de verzorgde, veilige en door mensen gemaakte wereld, ga ik anders kijken en denken. In de natuur lukt het mij beter om buiten beperkende gedachten te treden en mijn geest te openen. Ik noem het van kanaal veranderen.” Naast de fotografie speelt muziek ook een grote rol in het leven van Terri Loewenthal. Ze heeft lange periodes muziekteksten geschreven en in diverse bands gespeeld. “Alles om je heen ziet er anders uit als je naar mooie muziek luistert. Mijn muzikale smaak varieert van esoterische tot atmosferische Duitse elektronische artiesten. Op elke roadtrip luister ik naar Robert Palmer, Steve Miller Band en Chris Cohen. De manier waarop ik fotografeer wordt sterk bepaald door de muziek waarmee ik mijn tijd op de snelweg doorbreng.”
PORTFOLIO
© Terri Loewenthal, Psychscape 493 (Lassen, CA), 2017
Terri Loewenthal woont in de Bay Area van Californië. Ze heeft haar Bachelor of Arts behaald aan The Rice University in Houston, Texas. Terri Loewenthal heeft op verschillende locaties geëxposeerd, waaronder Yerba Buena Center for the Arts in San Francisco, Berkeley Art Museum in San Francisco en Pacific Film Archive in Berkeley. Ze is oprichter van The Chetwood, een kunstenaars residentieprogramma in Bay Area in Californië. Terri Loewenthal heeft een unieke 4x5 polaroid aan een inzamelingsactie voor The Black Lives Matter Movement gedoneerd. Alle betrokken kunstenaars doneren 100 procent van de opbrengst aan de organisaties Campaign Zero en Black Mamas Matter. www.terriloewenthal.com
61
Eindeloos in beweging Haar landschapsfoto’s maakt ze intuïtief, à la minute, in het moment. Fotografe Iris Dorine houdt van de ongepolijste, rauwe foto’s die uit die spontaniteit voortkomen. “Imperfecte beelden geven me een gevoel van vrijheid die de natuur me ook geeft.” door Redactie
Iris Dorine rolde ongepland de fotografie in. Tijdens haar opleiding Mode aan de kunstacademie was fotograferen een grote bron van inspiratie. Op reis in Zuid–Afrika hielp ze een kennis/klant door een verhaal te fotograferen over mensen die het moeilijk hebben in de townships. “Daar werd ik gegrepen door de mogelijkheden van fotografie”, legt ze uit. “Tussen al die chaos en verdriet zag ik ook de schoonheid.” Iris Dorine vond het fascinerend om die rauwe essentie van een persoon in
elegante eenvoud in de Japanse cultuur en de kracht van de vergankelijkheid. We zien in haar werk veel bewegingsonscherpte, nevelige contrasten en stukken stoep op de voorgrond. Wel vindt ze het belangrijk dat de levendigheid in haar werken blijft bestaan. “De landschapfoto’s zijn bijna allemaal gefotografeerd tijdens zonsopgang of –ondergang, een van de meest wonderlijke momenten van de dag”, legt ze uit. “Ik denk dat dit een stukje licht in de foto’s brengt. De keuze van mijn
beeld te vangen. De kracht in de chaos. “De vorm van een gezicht, de huid, de textuur, ik vind het allemaal even fascinerend.” Terug in Nederland ging ze al snel in opdracht fotograferen. “Ik bleek goed om te kunnen gaan met de kaders van commerciële opdrachtgevers. Nu reis ik opnieuw de wereld over, en maak veel portretten. Naast mensen fotografeer ik ook voor campagnes rondom producten en interieurs.”
beelden is heel intuïtief. Er gebeurt wat met de compositie, kleur en snelheid dat me blijft boeien.”
Niks is perfect Tijdens haar reizen schiet ze tussendoor, onderweg en in haar vrije uren, haar landschappen. “Vaak gewoon vanuit de auto”, legt ze uit. “Op het moment dat ik iets zie, leg ik het vast. Ik vind het mooi als het beeld me verrast door oneffenheden en beweging. We zijn onderweg, niks is echt perfect en of blijvend, het is continu in verandering. Het is een soort acceptatie daarvan. Daar kan zoveel schoonheid inzitten”, aldus de fotografe. “Het beeld geeft me een gevoel van vrijheid die ik tijdens mijn reis ook ervaren heb. Door de beweging geeft het me ruimte elke keer weer iets anders te ervaren als ik het terug zie. Het is abstract.” Tijdens haar studie aan de kunstacademie was ze gefascineerd door de
62 | #4 2020
© Marie Broeckman
Roze ochtend De hiernaast afgebeelde foto maakte ze als een van de weinige beelden niet vanuit de auto. “Ik logeerde een paar weken bij vrienden in Jeffrey’s Bay, Zuid-Afrika. Ik was gezegend met dit uitzicht vanaf het balkon. Elke ochtend en avond was het licht weer anders. Dit was op een met roze overgoten ochtend.” Op de foto zien we alleen een paar omslaande golven en de contouren van een berglandschap. Door het minimalistische karakter heeft het iets van een Sugimoto, maar dan lichter van sfeer. Het beeld danst bijna. Inmiddels hangt het over de hele wereld. “Verschillende interieurstylisten gebruiken de beelden voor zakelijke ruimtes, maar ook voor particuliere klanten”, aldus Iris Dorine. “Mensen vertellen me dat ze er rustig van worden, dat ze er uren naar kunnen kijken. Een mooier compliment kun je niet krijgen als fotograaf.”
op te laten plakken op Dibond of mooi in te laten lijsten. Het werken met het vaklab voelt voor haar als een warm bad. “Het zijn echte ondernemers”, vertelt ze. “Ze snappen andere ondernemers. Als iets last-minute af moet, dan kan dat altijd. En ze denken heel goed mee over het eindresultaat, de vertaling van het beeld op fotopapier is altijd perfect. Behalve dan de imperfecties die er van nature in mijn werk horen te zitten.” Werk van Iris Dorine wordt onder meer verkocht via www.amsterdamlight.gallery Onder de noemer Pf Gallery treft u in elk nummer van Pf een echte fotoafdruk (c-print) aan van een fotograaf die belang hecht aan de hoogste afdrukkwaliteit van zijn of haar werk. De originele fotoafdruk wordt u aangeboden door professional fotovaklab Gallery Color. De foto is met de allerbeste led-fotobelichter die er op dit moment is (Chromira 5x50) afgedrukt op Fujicolor Crystal Archive DP II - glans fotopapier.
Meedenken Bij Gallery Color laat Iris Dorine haar werken afdrukken op Hahnemühle Photo Rag Bright White om ze daarna
Meer informatie over professional print- en afwerkmogelijkheden bij ‘s lands beste vaklab? Neem dan contact met ons op.
GALLERY COLOR
© Iris Dorine, Jeffrey’s Bay
Gallery Color Lab: Losplaatsweg 22, 2201 CV Noordwijk Office/gallery/showroom: Middenweg 105-107, 1098 AH Amsterdam 020-8208788, www.gallerycolor.nl
63
Artistiek onderzoek Onze manier van kijken lijkt universeel en voor eeuwig hetzelfde, maar dat is een misvatting. Technologische en culturele ontwikkelingen introduceren telkens nieuwe manieren van waarnemen. Martine Stig laat ons zien hoe dat werkt. Daarvoor richt ze zich op een terrein waar we momenteel bezig zijn een sprong te maken: onze beeldvorming door satellieten en drones. door Pieter van Leeuwen
Het lijkt alsof de biologische werking van ons gezichtsvermogen bepaalt hoe wij kijken. Maar dat is te kort door de bocht. Het spectrum is in de loop der tijd verbreed. Toen we afbeeldingen gingen maken fixeerden we onze blik en konden we in het verleden en naar fantasieën kijken. De uitvinding van de lens zorgde ervoor dat we verre onderwerpen dichtbij konden halen en onderwerpen dichtbij sterk konden vergroten. Landkaarten, ballonnen en
onze eerste kennismaking hebben gehad. Je zult die ervaring moeten regenereren, en dat vraagt om iets dat nu nieuw is op dat vlak. Artistiek gezien legt ze de lat daarmee hoog. In haar ideeontwikkeling trekt Stig allerlei registers open. Ze doet gestructureerd onderzoek en neemt daar jaren de tijd voor. Ze kiest voor samenwerking met anderen. Ze klampt zich niet aan één idee vast, maar richt zich op meerdere. Voor
vliegtuigen lieten ons wennen aan vergezichten van boven. Live verbindingen en webcams laten ons kijken naar iets dat nu aan de andere kant van de wereld gebeurt. De fotografie bracht veel. Het voegde bijvoorbeeld onscherpe achtergronden, vervaagde beweging, fisheye en extreme tele-beelden en 360 graden panorama’s aan ons spectrum toe. Martine Stig is gefascineerd hoe dergelijke technische ontwikkelingen ons kijken, ervaren en denken veranderen. Daarvoor concentreert ze zich op een verandering die nu actueel is. De ingezoomde blik van boven. Die is door het gebruik van drones en satellieten de laatste jaren gewoon geworden. Op Noorderlicht zien we onder de titel Vertigo een overzicht van het werk dat ze rond dit thema heeft gemaakt
haar ideeënvorming gebruikt Stig de term onderzoek, een in de kunst steeds vaker gebezigde term. We kennen die term vooral uit de wetenschap. Artistiek onderzoek richt zich op iets anders. Rationeel en lineair denken wordt gecombineerd met niet-lineair en associatief denken en richt zich naast feiten ook op belevingen. Maar onderzoek staat in de kunst net als in de wetenschap voor een gestructureerde aanpak, al is die in de kunst een stuk minder streng en protocollair. Maar bij alle twee draait het om de afwisseling van observeren en denken. Zo wordt het denken gestaafd aan de realiteit, en worden de gedachten steeds raker en verfijnder. In de kunst wordt denken daarbij aangevuld met voelen en verbeelden. Stig fotografeert vanuit vragen. Hoeveel abstractie kunnen wij in een straatgezicht aan? Hoever kun je een gezicht draaien zonder dat de herkenbaarheid verdwijnt? Ontstaat er een nieuwe ‘herkenbaarheid’? Fotograferen is ook proberen. Je kunt een idee hebben dat glashelder lijkt, maar je ziet pas als je het gemaakt hebt of het werkt. Soms moet je meerdere keren door de cyclus kijken, denken, doen om een idee helder afgebeeld te krijgen. Bij onderzoek hoort ook een veldver-
Onderzoek Steeds als we met zo’n nieuwe technologie geconfronteerd worden maken we een sprong in ons waarnemingsvermogen. Dat is het moment waarop Martine Stig zich richt. Hoe voelt dat springen? Dat is een ervaring die je niet oproept door een verzameling drone- en satellietfoto’s te laten zien. Die werken hoogstens als echo van het gevoel die we bij
64 | #4 2020
kenning. Voor Vertigo is Stig de geschiedenis ingedoken op zoek naar eerdere verschijningen van de blik van boven. Denk aan bouwtekeningen en plattegronden uit de renaissancetijd, beelden vanuit ballonnen en de spoetnik en werk van kunstenaars uit het begin van de vorige eeuw. Deze beelden horen vaak bij onze gedeelde bagage en vormen de bedding voor onze ervaring van het ingezoomde drone- en satellietbeeld.
Woord en beeld Bij haar onderzoek speelt voor Stig haar studie filosofie een rol. Toen ze tien jaar als fotografe werkzaam was, is ze er een studie filosofie bij gaan doen. Ze wilde niet alleen met beeld bezig zijn, maar ook met woord. Ze zag het als een aanvulling, maar kwam erachter dat er voor haar een grote verwevenheid tussen woord en beeld is. Er blijkt niet zoveel verschil te zijn tussen haar als filosofe en fotografe. Maar door de concentratie op woorden kan ze het denken over haar foto’s wel beter in banen leiden. Schrijven helpt daarbij omdat je er je gedachten bondig voor moet samenvatten en die bovendien fixeert. Om op de overeenkomsten tussen woord en beeld terug te komen: met fotografie kan dat ook. Fotograferen begint met een observatie die blijft hangen, die je in een foto zo kernachtig mogelijk fixeert. Zowel de tekst als de foto geven je een basis waarop je verder kunt broeden. Ieder op eigen terrein en ieder op een eigen manier.
Onderlinge gedachtewisseling Ideevorming en fotograferen lijken bij uitstek een individueel proces. Toch hoeft dat niet. Stig is medeoprichter van de organisatie Radical
concept
Š Martine Stig , Study for profiles 2018
65
© Martine Stig, Study for profiles 2017-2018
Reversability. Daar wisselt ze gedachten en beeld uit met gelijkgestemden. Het zijn mensen die allemaal een grote fascinatie hebben over de manier waarop technologie onze waarneming, denken en ervaren beïnvloedt. Kunstenaars en curatoren werken samen met wetenschappers en schrijvers. Onderlinge gedachtewisseling versterkt en maakt je scherper. Er wordt ook naar buiten getreden. Bijvoorbeeld in Seeing without a Seer, een groepstentoonstelling en symposium enkele jaren geleden. Op dergelijke gelegenheden komt ieders werk inhoudelijk het best tot zijn recht. Vertigo is ontstaan als onderzoeksproject binnen Caradt, Centrum voor Toegepast Onderzoek voor Kunst, Design & Technologie van AKV|St. Joost. Stig deelt haar vorderingen met studenten, collegadocenten en lectoren en slaat daarmee een brug tussen het onderwijsprogramma en haar eigen praktijk. Ze heeft binnen het Master Instituut een module opgesteld, The Disembodied
66 | #4 2020
Eye, waarin wordt gekeken hoe verschillend mediagebruik ons kijken beïnvloedt. Studenten krijgen zo haar gedachtegang, methodiek en streefniveau mee en leren hoe ze informatie van anderen kunnen gebruiken in hun werk. Tussen de oogharen door lijkt het een doorontwikkelde en vrijgevochten versie van het gildesysteem van vroeger. Rembrandt gaf zijn leerlingen ook een kijk in zijn keuken.
Suggestie van regie Camera’s in satellieten kunnen steeds beter op het leven op aarde inzoomen. Vanaf een lager niveau doen drones hetzelfde. In het begin waren dergelijke topshots vaak militair en zagen we ze af en toe bij het nieuws. Nu iedereen een drone kan kopen wordt het topshot steeds gewoner. Stig wil ons laten voelen dat het nog ongewoon is. Ze begon met het maken van een filmpje vanuit het standpunt van een observatiedrone. We zien echter niet de puur functionele registratie die we van dit soort camera’s gewend
zijn, maar een beeld in film noir stijl met een sterke suggestie van regie. Het zijn dergelijke afwijkingen die je wakker maken voor een herbeleving van het gevoel dat je je eerste drone beeld zag. Het filmpje staat op Stigs site. Ook in de andere deelprojecten krijgen we beelden te zien die uit de maat stappen die we gewend zijn. Sandwiches van foto’s en filmpjes vanuit normaal en vanuit drone perspectief waarbij soms zelfs satellietbeelden in de mix verwerkt worden. Of zoals de portretten waarbij we de gezichten vanuit een ongewone hoek krijgen te zien door het opnamestandpunt aan te passen of door het gezicht te verdraaien. Bij ieder deelproject worden andere aspecten van het topshot gecovered. Bij het film noir filmpje speelt de toevalligheid van veel topshots, de onbedoelde esthetiek en het bijbehorende verwachtingspatroon een grote rol. Bij de portretten of iemand in een topshot nog herkenbaar is, voor mens of voor machine.
eyes on photoart
eyes on photoart voor hoogwaardige afdrukken Eyes On PhotoArt is de nieuwe naam van het ooit roemruchte Capi Lux Vak die decennialang de top onder de vakcentrales was. Eyes On PhotoArt richt zich nu exclusief op de fotograaf die bijzonder hoge eisen stelt aan de kwaliteit van de afdruk. door redactie
We spreken de eigenaar Martin Minoli over het nieuwe bedrijf. “De activiteiten van Eyes On Media, die afdrukken en borden maakt voor bedrijven hebben we verkocht. Bedrijven zijn andere klanten dan fotografen en kunstenaars. Wij zijn verder gegaan als Eyes On PhotoArt om te laten zien dat wij ons richten op het produceren van mooie hoogkwalitatieve afdrukken. Bij fotografen staat kwaliteit hoog in het vaandel en daar zijn wij goed in.”
Partners in kunst Eyes On PhotoArt zijn de partners in kunst. Wat betekent dat in de praktijk? Minoli: “Wij denken mee vanaf het begin. Als er een fotograaf bij ons komt met een bestand, dan adviseren wij wat het beste materiaal is om mee af te drukken. Moet het een Lambda print worden, gemaakt op de Durst belichter met RGB lasers, of een fine-art afdruk met de inkjet-printer? En op welk soort papier moet het worden afgedrukt? Wij leveren maatwerk. En als het beeld niet optimaal is hebben wij een specialist die samen met de fotograaf het bestand kan optimaliseren. Daarnaast kunnen wij ook foto’s achter plexiglas plakken, met naar keuze TruLife museumglas, waardoor reflecties vrijwel verdwijnen. Onze kracht is de deskundigheid van ons personeel. Wij maken zelf onze kleurprofielen voor perfecte kleurweergave.” Wat is het verschil tussen een Lambda print en een inkjet print? “Een fine-art print is kwetsbaarder dan een Lambda print, maar in sommige gevallen kan de kleurkracht
© eyes on photoart
wat sterker zijn en er is meer keuze in papiersoorten. Een portret zou je bijvoorbeeld beter op een Lambda kunnen afdrukken, omdat je dan meer natuurlijke overgangen van de kleuren en contrasten in het beeld hebt.
Beroemde klanten Eyes On PhotoArt werkt met alle grote merken papier, zoals Hahnemühle en Canson. De fotograaf mag zelf aangeven waarop hij zijn werk afgedrukt wil hebben. Inlijsten doet Eyes On PhotoArt niet. “Dat is weer een vak apart. Maar wij hebben een goede lijstenmaker om de hoek.” Eyes On PhotoArt is voortgekomen uit Capi Lux Vak op de Basisweg. “Wij
zaten daar sinds 1972. We hadden daar een uitgebreid lab om films te ontwikkelen. Daar zaten al minstens 25 man personeel. Daarnaast hadden wij de analoge afdrukcentrale waar we 260 mensen in dienst hadden. We verkochten toen ook nog camera’s, maar we hebben onze focus verlegd naar het afdrukken van foto’s.” Eyes On PhotoArt kan bogen op een schare van beroemde klanten. Minoli: “Bij ons komen Erwin Olaf, Micky Hoogendijk, Desirée Dolron, Sacha de Boer en de mensen van World Press Photo regelmatig langs. Dus je bent bij ons in goed gezelschap.” eyes on photoart, Kuiperbergweg 34, 1101 aG amsterdam, tel. 020-5858333, eyesonphotoart.nl
67
Menselijk gedrag in de natuur Nienke Coumou heeft met haar fotoserie Human in Nature mensen als een vogelkijker geobserveerd in de natuur. Ze stelt vragen als: Wie zijn die mensen daar in de bosjes? Wat zijn ze aan het doen? Waarom staan ze daar op die manier? Nienke Coumou zoekt in haar fotografie naar dagelijkse scènes van de mens in een natuuromgeving. Vaak hebben die iets onwerkelijks. door Merel Huisink
68 | #4 2020
Nienke Coumou (1997) heeft voor haar fotoserie Human in Nature het
Geprint werk
Westvoornse duingebied gefotografeerd. Het gebied werd verkozen tot het duurzaamste gebied van Europa. “Eerst dacht ik: het duurzaamste gebied van Europa in Nederland, hoe kan dat? Zoveel natuur hebben we niet in Nederland. Maar dit is toch wel een prachtig gebied.” Voor de absurde momenten in Human in Nature heeft Nienke Coumou heel geduldig mensen in het bos geobserveerd. “Ik vind het interessant om landschappen te fotograferen waarin je de verbinding tussen mens en zijn omgeving ziet, om te laten zien hoe we met onze landschappen omgaan. Ik vind het belangrijk om meer in de natuur te zijn, maar ook om bewust met de natuur om te gaan. We hoeven niet elk stukje bos aan te passen om het in bedwang te houden. De natuur is mooier als je het laat gaan. Vanuit dit opzicht heb ik ook een serie gemaakt over de S. van Ravesteynkade in het centrum van Rotterdam, waar alle huizen precies hetzelfde zijn. De enige manier waarop mensen zichzelf kunnen onderscheiden is door middel van plantjes in de voortuin. Tegenwoordig begint alles steeds meer op elkaar te lijken in Nederland, dat vind ik jammer. Ik zou meer karakter in de straten willen zien.”
in marketing lijkt tegenwoordig bijna belangrijker dan het maken van goede foto’s, zeker op sociale media, maar ook in de wereld van de toegepaste fotografie, stelt Nienke Coumou. “We zitten nu natuurlijk in een vreemde tijd met de coronacrisis. Ik denk zeker dat we fotografen nodig hebben. De journalistieke fotografie wordt alleen bijna overgenomen door de gewone burger die met zijn telefoon nu bovenop het nieuws zit. Ik denk dat de vraag naar journalistieke fotografie steeds meer zal afnemen. Iedereen kan tegenwoordig fotograferen en dat maakt het heel moeilijk om er echt uit te springen als fotograaf.” Ook al lijkt de coronacrisis over zijn hoogtepunt te zijn, covid-19 is nog steeds op de achtergrond aanwezig. De musea gaan langzamerhand open, maar wat voor effect heeft het op de toekomst van de fotograaf en zijn tentoonstellingen? “Tegenwoordig wordt documentaire fotografie veel met conceptuele fotografie gecombineerd. Ik vraag me af of er nog veel vraag komt naar tentoonstellingen. Het is een luxe om naar het museum te gaan. In deze crisistijd weet ik niet of mensen daar nog de essentie van inzien, of dat fotografie op een andere manier wordt getoond, zoals bijvoorbeeld door middel van online exposi-
Naam maken voor jezelf en goed zijn
ties. Dat zou ik wel treurig vinden, omdat ik denk dat de kwaliteit van het werk op een computerscherm echt verloren gaat. Maar misschien gaat in de toekomst de kwaliteit wel niet verloren, want de technologie gaat alleen maar vooruit en wordt steeds beter.” Nienke Coumou vindt het belangrijk om geprint werk aan de muur te tonen, omdat de manier van printen veel over een foto vertelt. “Misschien komt er nu wel meer vraag naar fotoboeken. Mensen vinden het vooral in deze tijd fijn om hun passie in huis te halen, en ik denk dat fotoboeken daar een mooie bijdrage aan kunnen zijn.”
Experimenteren Nienke Coumou studeerde aan het Lyceum voor Beeldende Vormgeving. Toch sprak de fotografie haar het meeste aan, waarmee ze direct kon creëren in onderwerpen die ze voor zich zag. Ze koos er uiteindelijk voor om naar de Fotovakschool te gaan. “Er ontstond bij mij de droom om met mijn fotografie de wereld te ontdekken en veel te reizen. Ik ontdekte zowel in de studio als buiten wat ik allemaal met fotografie kan bereiken. Met fotografie kun je creatief zijn en op je eigen manier een beeld van het alledaagse leven scheppen.” Op dit moment is Nienke Coumou bezig met haar afstuderen aan de
DEBUUT
© Nienke Coumou
© Nienke Coumou
69
© Nienke Coumou
Fotovakschool in Rotterdam. Ook richt ze zich op haar groeps-eindexpositie, die je kunt volgen op Instagram @area2020expo. “Aan de Foto vakschool heb ik geleerd dat het vooral belangrijk is om een bepaalde stijl te ontwikkelen waar mensen je aan kunnen herkennen. Een eigen stijl creëren vind ik nog lastig, omdat ik ook nog graag aan het experimenteren ben. Daarnaast heb ik geleerd dat het belangrijk is om jezelf goed te promoten en dat je netwerk heel belangrijk is in de fotografiewereld.” Voor haar afstuderen heeft Nienke stagegelopen bij Jeroen Toirkens, Jiri Buller en Chris Bonis. “Tijdens mijn stage heb ik geleerd dat het heel goed kan zijn om samenwerkingen aan te gaan met bijvoorbeeld journalisten,
70 | #4 2020
beeldcurators of communicatiebedrijven om inzicht te krijgen in hoe anderen naar jouw werk kijken.”
Promoten Sinds kort heeft Nienke Coumou naast haar studie een eigen onderneming als fotograaf en werkt ze freelance voor Girlz Magazine. “Ik maak portretten voor interviews, waarin verschillende jonge meiden iedere week hun verhaal vertellen. Tijdens dit werk ontmoet ik steeds nieuwe mensen en hoor veel boeiende verhalen. Met deze opdrachten wil ik zeker doorgaan, zodat ik naast mijn toegepaste fotografie ook mijn eigen projecten kan financieren.” Voor het promoten van haar werk heeft ze ook het plan om in de
toekomst sociale media in te zetten. “Instagram leent zich naar mijn mening voor het snel laten zien van mooie foto’s. Op Instagram wordt een beeld niet gekeurd op inhoud, dus wil ik vooral mijn focus leggen op de beelden die ik zelf mooi vind. Door veel te posten op Instagram krijg je meer bekendheid, waardoor mensen via de sociale kanalen op je website terecht komen. Na het afstuderen wil ik mij gaan storten op het promoten van het afstudeerwerk. Met deze serie wil ik verschillende kranten, tijdschriften maar ook fotofestivals en galeries benaderen.” www.nienkecoumou.com
branded content
de nederlandse academie voor beeldcreatie biedt vakinhoud en marktdenken De Nederlandse Academie voor Beeldcreatie is een opleidingsinstituut met twee faculteiten: de Nederlandse Fotovakschool en de Dutch Filmers Academy. Hier wordt kwalitatief vakgericht fotografie- en filmonderwijs gegeven dat nauw aansluit op de (veranderende) arbeidsmarkt. Onderwijs dat studenten de ruimte geeft om talenten en creativiteit te ontwikkelen én dat hen bewust maakt van wat nodig is om ondernemend, marktgericht en succesvol te zijn. Pf biedt studenten en alumni van de Nederlandse Fotovakschool een stevige korting aan. Het 1e jaar kost een abonnement € 29,99, daarna betalen studenten € 49,75 en alumni € 62,-.
Het instituut is groot geworden door klein te blijven: beperkt van organisatie met een focus op kleinschalig onderwijs. De academie heeft een voortrekkersrol als het gaat om digitalisering en een leven lang leren. Zo is er de mogelijkheid tot deeltijdonderwijs met een blended learningprogramma en is het onderwijs toegankelijker met interactieve tutorials. Daarnaast wordt ondernemerschap met het vakgebied verbonden en worden studenten uitgedaagd om niet alleen vakinhoudelijk te floreren, maar ook marktgericht te handelen. De docenten van de NAVB representeren het beste van twee werelden: zij zijn als professioneel fotograaf of filmmaker inhoudelijk (technisch en conceptueel) zeer goed onderlegd en hebben bovendien vaak een achtergrond als ondernemer, manager, econoom of anders. Hierdoor zijn de studenten zich niet alleen bewust van het vak, maar ook van de markt.
Nederlandse Fotovakschool De Nederlandse Fotovakschool leidt studenten op tot professioneel fotograaf. Het is de enige particuliere hogeschool in Nederland met erkende en geaccrediteerde fotografieopleidingen. Studenten duiken diep in de wereld van de fotografie. Alle facetten van digitale fotografie komen aan de orde. Het kunnen vertalen van een idee naar een creatief
© Jikke Swelsen, the Impact of opencast Mining, Garzweiler 2020 beeld vormt een belangrijk onderdeel van de opleiding. Net als in de praktijk is de opleiding gevarieerd qua inhoud en werk. Studenten leren in studio’s werken en met alle soorten apparatuur omgaan. Met de opgedane technische kennis en ervaring zullen zij uiteindelijk een eigen stijl van fotograferen ontwikkelen om uit te groeien tot topfotograaf.
Passende opleidingen Opleidingswensen kunnen heel divers zijn. Daarom biedt de Nederlandse Fotovakschool opleidingen op alle niveaus. Van kortlopende cursussen tot erkende hbo-opleidin-
gen en van voltijd tot deeltijd. Zowel de beroepsfotograaf in wording als de ambitieuze beginner kan zich ontwikkelen. Vestigingen van de Nederlandse Fotovakschool vind je verspreid over heel Nederland: Amsterdam, Apeldoorn, Rotterdam en Eindhoven. de foto van Jikke Swelsen, hbo-student toegepaste Fotografie en beeldcommunicatie, hangt op de afstudeerexpositie area 2020, 5-11 september 2020 in Loods 6, amsterdam. www.navb.nl Studenten abonnementen: www.pf.nl/navb
71
Bescheiden expert in edele procedés Kees Brandenburg leeft in ‘splendid isolation’ zoals hij het zelf noemt. In het rustige Middelburg ver van de drukke Randstad werkt hij met diverse oude fotografische technieken, deelt hij zijn kennis en onderzoekt hij nieuwe mogelijkheden binnen de bestaande procedés. Wie is deze bescheiden, maar bevlogen man? door Werner Pellis
72 | #4 2020
In de Randstad hebben ze het wel eens over “die Zeeuw die daar in Middelburg analoge cursussen geeft”. Dan hebben ze het over Kees Brandenburg, die overigens helemaal geen Zeeuw is maar een Amsterdammer in Zeeland. “Toen mijn zoon twee jaar was besloten mijn vrouw en ik te verhuizen naar Zeeland”, vertelt hij. “Daar heb ik nooit spijt van gehad.” Kees Brandenburg studeerde ooit sociale wetenschappen. Tijdens die studie was hij fanatiek bezig met
Pigment
fotografie. Via via werd hij gevraagd om bij Crea, het cultureel centrum van de Universiteit van Amsterdam, te gaan lesgeven. Dat ging zo goed dat hij er op een gegeven moment van kon leven. “En dan ben je dus een professional”, zegt hij. Brandenburg was geboeid door de geschiedenis van de fotografie. Aan de hand van boeken verdiepte hij zich in blauwdrukken en gomdrukken. Toen hij de directeur van Crea voorstelde om cursussen gomdrukken te gaan geven, vond die het meteen een goed idee. “Laten we het als experiment proberen”, zei hij. Die cursussen trokken in plaats van studenten (het gebruikelijke publiek) grafici, kunstenaars en professionele fotografen. Ze waren een groot succes. Zelfs zozeer dat er op de tentoonstelling na de eerste cursus drie gomdrukken werden gestolen. Na zijn verhuizing naar Middelburg stopte hij met lesgeven. Maar toen hij een jaar later een eigen atelier had besloot hij het lesgeven weer op te pakken, maar nu als zelfstandige. Zijn lesuren groeiden gestaag. “Ik ontdekte al snel dat het het beste werkt als ik mijn cursussen in het weekend aanbood. Cursisten maken er graag een weekendje Zeeland van.”
waarbij je gebruik maakt van een binder die je lichtgevoelig maakt. De binder houdt het pigment vast op de plekken waar het licht valt en zo ontstaan de donkere plekken, de schaduwen. Mijn favoriet is de kooldruk. Het is de meest veelzijdige van de fotografische technieken. Het heeft een enorme toonschaal en een fysieke kwaliteit die geen andere techniek heeft. Het materiaal heeft namelijk verschillende hoogtes op het papier. In een normale, digitale print is de toonschaal korter. Kenmerk van een goede kooldruk is dat er nog lang detaillering in de schaduwen te zien blijft. Daarnaast ben je vrij in het kiezen van de kleur die je gebruikt en kan je in verschillende lagen over elkaar drukken. Doe je dat met vier verschillende kleuren – cyaan, magenta, geel en zwart – dan heb je dus een kleurbeeld (CMYK). Momenteel ben ik er mee aan het experimenteren. Ik voel me nog geen expert, dus geef ik er ook nog geen cursussen in. Eigenlijk geef ik ook meer de voorkeur aan monochroom. Ik kan ontzettend genieten van een goede zwart-wit print.”
Door het lesgeven ging Kees Brandenburg zich steeds meer interesseren in de oude procedés. “Ik heb een brede interesse en ik vind het ook moeilijk om me te beperken tot één techniek. Inmiddels zijn het er zoveel dat ik me heb voorgenomen dat er niet nog meer moeten bijkomen. Maar dat kan ik niet garanderen”, zegt hij. “Ik specialiseer me nu vooral in de pigmenttechnieken”, gaat Brandenburg verder. “Dat zijn technieken,
vandaan? Het blijkt een combinatie van twee factoren te zijn: een technische interesse en een interesse in geschiedenis. “Voordat ik sociale wetenschappen ging studeren heb ik een korte tijd scheikunde gestudeerd. De interesse in chemie was er dus al. Door de fotografie doe ik nog steeds iets met die studie. Mijn enthousiasme voor de oude procedés ontstond na het lezen van het boek The Keepers of Light. Naast dat het boek een blik werpt op de geschiedenis van de fotografie, geeft het ook een goede beschrijving van de techniek. Dat was fijn, want toen ik met de omschreven technieken aan de slag ging lukte het meteen en ben ik er dus mee doorgegaan.” Het enthousiasme over de techniek, maar ook voor de fotografie, is er na al die jaren nog steeds. Kees Brandenburg deelt zijn kennis graag, maar breidt zijn eigen kennis ook graag uit, onder andere door samenwerking met anderen. “Er wordt me wel eens gevraagd om voor iemand anders af te drukken, maar dan druk ik toch liever samen. Daar word ik zelf ook wijzer van. Je probeert dan soms om bestaande technieken anders toe te passen, maar de uitdaging kan ook in de persoon zelf zitten. Alle kooldrukken van Erwin Olaf heb ik samen met hem gedrukt en dat was zeer inspirerend. Samen onderzoeken waar de grenzen van het materiaal liggen om zo de beste print te krijgen. Ik hou van de kick van het maken. Het is altijd weer bijzonder mooi om het beeld in de doka te zien opkomen. Ik heb ontzettend veel plezier in het ambacht van het afdrukken.”
Miniatuur Walcheren Het beeld in de doka Waar komt dat enthousiasme voor de edele procedés bij Kees Brandenburg
Ook al zijn de procedés waar Kees Brandenburg mee werkt oud, ze hebben zich toch in de loop der tijd
analoog
© Erwin olaf, Palm Springs, The Kite, Still life, BW, 2018, Courtesy: Ron Mandos gallery, amsterdam
ontwikkeld. Traditioneel werden voor veel edele procedés colloïdetechnieken gebruikt, dat wel zeggen dat er veel met chroomzouten werd gewerkt. Dat zijn zware metalen en zeer schadelijk, ze zijn kankerverwekkend. Brandenburg zocht naar een alternatief voor die chroomzouten en vond ze uiteindelijk. “Voor mijn kooldrukken heb ik een lichtgevoelige harder gevonden, DAS genaamd. Het werkt goed en is schoner dan chroomzout. Internationaal zijn er
een flink aantal fotografen die zich met deze technieken bezighouden en door het internet maakt het ook niet zoveel uit waar je zit. Dat heb ik met de cursussen gemerkt, maar ook met mijn eigen kennisontwikkeling. Al in de begindagen van het internet werd ik lid van een mailinglijst van mensen die geïnteresseerd zijn in oude procedés. De wederzijdse berichten gingen over de technieken en waren zeer leerzaam. Met de komst van Facebook is dat wat minder. Er zijn
zeer veel belangstellenden, maar de gesprekken zijn minder inhoudelijk. Als er een foto wordt gepost is de reactie vaak: o, mooi. Daar heb je, volgens mij niet zo veel aan. Gelukkig bestaat de oude mailinglijst nog, die heeft een veel betere signaal-ruis verhouding. Dankzij het internet heb ik vele internationale fotografische vriendschappen opgebouwd.” “Mijn vrije werk is de motor van mijn activiteiten, ik krijg er energie van”, vertelt Brandenburg.
73
Sage Sohier - Animals Het werk van de Amerikaanse fotografe Sage Sohier is in Nederland nog wat onderbelicht gebleven. Haar werk is opgenomen in collecties van Amerikaanse musea in onder meer New York, Cleveland en San Francisco en ze doceerde fotografie op het Massachusetts College of Art en Harvard University. Animals is haar zesde monografie en door een kleine overlapping met eerder werk een uitstekend boek om kennis te maken met haar documentaire fotografie. door Rob Becker
Sage Sohier (1954) groeide op met honden en leeft nu met drie rescue dogs: een gevolg van de serie Peaceable Kingdom over hondenopvangcentra waar ze momenteel aan werkt (haar eerste digitale project, overigens). Sohier is kleindochter van een bioloog die op expeditie toog naar Indonesië om daar voor het Museum of Natural History in New York een Komodovaraan te bemachtigen. (Zijn vrouw reisde mee als fotograaf en werd
Regelmatig doken er al dieren op in Sohiers uiteenlopende sociaal-maatschappelijke documentaire series. Dit boek overlapt dan ook een beetje met eerder werk, maar het is vooral een thematische monografie met foto’s die tussen 1979 en 1993 zijn gemaakt in – vooral – het noordoosten van de Verenigde Staten en in uiteenlopende sociale geledingen van de maatschappij: wit, gekleurd, arm, rijk.
buik van de eigenaar ligt. Sohier neemt de kijker via veranda’s, tuinen en stallen uiteindelijk mee naar binnen in de huizen. Als je in woorden zou beschrijven wat daar allemaal te zien is wordt pas duidelijk hoe absurd de situaties zijn. Toch lijken de zwart-witfoto’s aanvankelijk terloops, spontaan en op een vreemde manier ‘normaal’. In veel gevallen echter zijn het moments décesif en bij langer en beter kijken blijken de
tijdens die reis bijna door zo’n reuzenhagedis opgegeten.) In dit boek ligt ook ergens een – veel kleinere – iguana leguaan op de rug van een bank: het is een van de twaalf diersoorten die de mensen op de foto’s als huisdier houden: honden en katten vooral, maar ook een lama, slangen, dikbuikige varkentjes en een eend.
Absurd
foto’s zonder uitzondering verrassend en vervreemdend. De foto’s zijn zelden of nooit schattig: deze serie is een serieus en sociaal beeldverhaal. Die gelaagdheid is interessant. Gezien de verhoudingen zijn het kleinbeeldfoto’s, maar ze ‘voelen’ een beetje als middenformaat, het formaat waarop Sohier, overigens
© Sage Sohier
74 | #4 2020
Sohier fotografeert graag mensen samen met dieren: het leidt vaak tot fraaie chaos en mensen zijn minder zelfbewust. Emoties worden zichtbaarder en soms ontstaan er humoristische taferelen, zoals de ‘Elliott Erwittiaanse’ slotfoto in het boek waarop een bulldog ruggelings op de
BOEKEN
vooral in kleur, het grootste deel van haar oeuvre heeft geschoten. De foto’s zijn met groothoek en grote scherptediepte gemaakt, en vaak ingeflitst. Het maakt dat er binnen en rond de actie veel te ontdekken valt.
Anarchie In de kamers waar de foto’s zijn gemaakt treffen we kitcherige decoraties van eenhoorns, een vitrine vol nep-pinguïns, hondenshow-prijzen en vuurwapens: bijvoorbeeld in de handen van een klein jongetje die in de huiskamer op Dr. Pepper-blikjes schiet terwijl er een hond losloopt. Wat veel beelden tekent is een soort coëxistentie of zelfs anarchie: de dieren lijken de situatie te domineren. Sohier toont bijvoorbeeld een kluwen van vijf mensen, een kat, een poedel en drie Duitse doggen waarvan er één vijf pups aan het zogen is. Of een bed met de bizarre combinatie van vier ratten, een Boston terrier en tientallen speelgoedbeesten. Maar al hebben de dieren kennelijk de macht overgenomen, er is overduidelijk ook sprake van kameraadschap en wederzijdse liefde, al escaleert die soms naar pathologische vermenselijking van huisdieren zoals bij de geklede aap die met een lepel gevoerd wordt.
Verzorgd Druk- en bindkwaliteit tot slot zijn erg verzorgd en goed. Het boek is gebonden in roze linnen met witte tekstopdruk en voorzien van een stofomslag met cover- en rugfoto’s. De duotoongedrukte pagina’s hebben een mooie toonschaal met doortekende diepe zwarten.
Sage Sohier, Animals, uitgeverij Stanley/Barker, 104 pagina’s, 50 zwart-witfoto’s, hardcover gebonden, 25,4 x 30,3 cm, Engels, € 50,00
Ruud van Empel - 25 Years of Photo Works 1995-2020
Txema Salvans Perfect day
Het is in deze catalogus opvallend hoezeer de tekst dit overzicht van het werk van Ruud van Empel relevant maakt. Naast de uitgebreide biografie en complete opsommingen van talloze publicaties, tentoonstellingen en collecties, zijn het vooral de chronologische beschrijvingen van zijn
Spanje kent overweldigende, gevarieerde en wonderschone landschappen. Maar ervaren reizigers weten dat er bij het naderen van stedelijke of industriële bebouwing in dat land rafelranden van een stuitende lelijkheid kunnen opdoemen. De lokale bevolking blijkt daar met
afzonderlijke series die nuttig inzicht geven in de ontwikkeling, verscheidenheid en inhoudelijke betekenis van zijn omvangrijke oeuvre. Het boek omvat daarbij een kleine 350 afbeeldingen van Van Empels geliefde en inmiddels wereldberoemde werk. Zijn hyperbewerkelijke collages (‘fotowerken’) dwingen de kijker na te denken over fotorealisme en het gevaar van esthetiek. Aan de hand van deze catalogus kan de lezer zijn werk beter doorgronden en onder die aantrekkelijke ‘bovenkant’ aspecten als ironie, sociaal-maatschappelijke vraagstukken en persoonlijk leed en verlies beter onderscheiden. Door de huidige alomtegenwoordigheid van beeldbewerking is Van Empels werk wat minder uitzonderlijk en misschien zelfs ingehaald door de tijd, maar door zijn zeer herkenbare en in technische zin onvermoeibaar doorontwikkelde stijl heeft hij aan artistieke relevantie nog niets hoeven inleveren. Deze goed gedrukte en handzame uitgave biedt een uitstekende globale indruk van zijn werk.
verrassend gemak te recreëren; vaak omdat ze geen andere keuze hebben. Gedurende een periode van vijftien jaar fotografeerde de Catalaanse fotograaf Txema Salvans (1971) juist díe plekken. De kalme, observerende foto’s tonen bizarre mini-landschapjes die grossieren in pragmatisme, surreële banaliteit en moedeloze somberheid. De louter horizontale foto’s baden in zonlicht en laten in bijna de helft van de gevallen zonnende mensen zien. De fotograaf staat consequent met de rug gekeerd naar de aanleiding om voor die lelijke plekken te kiezen: de zee. Daarmee ziet de kijker niet het doel van de bestemming, maar de aanleiding er naar te vluchten. Het is de ‘lulligheid’ van de locaties die fascineert en die, hoewel soms verluchtigd met subtiele humor (een geit op het balkon van een appartementencomplex), door de poses van de mensen in de foto een onverstoorbare gelatenheid uitstraalt. Met deze serie wil Salvans zowel de tragiek van het mens-zijn als de fysieke en emotionele veerkracht van die mens illustreren.
Ruud van Empel, 25 Years of Photo Works 1995-2020, uitgeverij Hangar Photo Art Center, 168 pagina’s, kleur, 24 x 29,4 cm, soft cover, otabind, 341 illustraties, Engels, € 49,00
Txema Salvans, Perfect day, uitgeverij Mack, 88 pagina’s, kleur, 28 x 27,5 cm, gebonden, 48 foto’s, Engels, € 40,00
75
Overleven in de stad Op 8 februari, een maand voor de coronacrisis, begon in Museum Arnhem de tentoonstelling ‘City Life’. In de introtekst staan profetische woorden: “We zitten elkaar almaar dichter op de huid.” En: “Hoe laat je ruimte aan een ander?” De tentoonstelling moest op slot, maar nu, in het nieuwe normaal, is hij weer open, en heeft hij ineens een heel andere lading gekregen. door Jeroen Jazet
Plexiglas, pijlen op de grond, desinfectiegel en tijdslots. Museum Arnhem, tijdelijk gevestigd in de Walburgiskerk, houdt zich keurig aan de RIVM-richtlijnen. Wie de tentoonstelling ‘City Life’ bezoekt, krijgt noodgedwongen alle ruimte. Veertig mensen mogen er tegelijk naar binnen. En dan alleen als de bezoeker zich van
tevoren heeft aangemeld en een tijdslot toegewezen heeft gekregen. Binnen is vooral veel drukte te zien. Aan de hand van kunstwerken die leven, overleven en functioneren in de stad op indringende wijze voelbaar maken, kijken de kunstenaars van ‘City Life’ naar de mens achter de statistieken van urbanisatie. Er zijn
allerlei installaties te zien, maar ook werk van twee bekende fotografen.
Historisch In een zijbeuk hangen de bekende series Tokyo Compression en Architecture of Density van fotograaf Michael Wolf. De foto’s zijn getuige van Wolfs bewondering voor de veerkracht van
© Jeroen Jazet, De serie Tokyo Compression van Michael Wolf krijgt een nieuwe lading door de Coronacrisis.
76 | #4 2020
PRESENTATIE
wijde trend. Veel kunstenaar waren hier onafhankelijk van elkaar mee bezig. Aan het museum dan de taak om dat samen te brengen.” Volgens Vollenweider draaide het vooral om het geestelijke gebrek aan ruimte waar veel bewoners in de grote steden mee worstelen. “Nu komt er dus de fysiek ruimte bij als probleem. Die toevoeging hadden we nooit in deze omvang kunnen voorzien.”
Urbanisatie Aan de andere kant van de ruimte
© Michael Wolf
bewoners van megasteden om overeind te blijven. Tokyo Compression bestaat uit een rij foto’s van tegen de metroruiten gedrukte forenzen, die dat gelaten ondergaan. Toen nog wel. Het contrast tussen deze foto’s en de nieuwe realiteit kan niet groter zijn. De beelden zijn historisch geworden. Zal dit ooit nog terugkomen? Waarschijnlijk niet. Wolf zelf heeft deze extra lading niet meer meegemaakt, hij overleed vorig jaar. Je mag in de zijbeuk nog maar met een persoon tegelijk naar binnen, de foto’s hangen achter tralies. Dat geeft ook een extra dimensie aan de serie. Eigenlijk zou het museum de deur van de zijbeuk moeten sluiten, zodat je de
beelden alleen nog van afstand kunt bekijken, met als bijschrift: “Kijk, zo ging dat vroeger in Tokio, vóór de crisis.”
Glazen bol Amanda Vollenweider is hoofd publiek en programma van het museum. Ze is samen met haar collega’s vooral geschrokken door de toegevoegde relevantie van de tentoonstelling. “Het is alsof we door een glazen bol gekeken hebben”, stelt ze. “We hadden nooit kunnen vermoeden dat we de actualiteit zo te pakken hadden. We kiezen onze thema’s altijd door te kijken waar kunstenaars zich mee bezighouden. In urbanisatie zagen we een wereld-
hangt meer bekend beeld. De serie Metropolis maakte Martin Roemers tussen 2007 en 2015. Op vier grote werken zien we de toenemende urbanisatie in beeld. Mensen krioelen door elkaar, sommige stilstaand, sommige bewegend. Anderhalve meter afstand wordt er in geen geval geval gehouden. Roemers fotografeerde alleen in de 22 megasteden met meer dan 10 miljoen inwoners. Bekeken we de foto’s voor de coronacrisis met een gelaten blik, nu drukken de beelden ons toch meer met de neus op de feiten. Moet het zo doorgaan, gaat dit nog terugkeren zonder gevaar op een nieuwe uitbraakgolf? Eigenlijk zien we in Arnhem eens te meer de kracht van zowel fotograaf als museum. Zowel Roemers als Wolf signaleerden iets alledaags (toenemende drukte) en legden daar in hun series de nadruk op. Als kijker zie je nu vanuit een ander perspectief wat ze bedoelden. Museum Arnhem had de vooruitziende blik om er een tentoonstelling van te maken, en ziet nu de bevestiging van de keuze, al hadden ze die natuurlijk liever niet gezien. De tentoonstelling ‘City Life. Mensen & de urbane realiteit’ is verlengd t/m 23 augustus en is te zien in de Walburgiskerk in Arnhem.
77
Zijn Luminar 4 en Landscape Pro 3 klaar voor Instagram? De nieuwste versies van beeldbewerkingsprogramma’s als Luminar en Landscape Pro zijn opvallend anders dan populaire rawconverters als Lightroom en Capture One. Met behulp van ‘artificial intelligence’ willen ze het voor gebruikers makkelijk maken om hele delen van de foto moeiteloos te vervangen en ze ‘instagrammabel’ te maken. Hoe goed werkt dat en wat betekenen deze kunstmatige werelden die ermee ontstaan voor de toekomst van de fotografie? door Jan Paul Mioulet
Fotografen liegen de waarheid. Dat was al zo toen foto’s nog op glasplaten of ander analoog materiaal werden gemaakt. De keuze van het onderwerp, het standpunt, de compositie en
learning beter in staat zijn om onderwerpen te herkennen, delen van het beeld te maskeren en te vervangen door andere. Het vervangen van een grijze lucht door een blauwe met
kost het meer moeite en vooral veel zelfbeheersing om subtiele veranderingen aan te brengen die de opname enkel versterken en niet volledig veranderen in iets dat nooit bestaan
het licht, wat je laat zien en wat je weglaat, het geeft allemaal bedoeld of onbedoeld een lading aan een foto. Beeldmanipulatie is ook al bijna even oud als de fotografie zelf. Stalin liet zich een kleine eeuw geleden op foto’s al mooier maken en voormalige medestanders die in ongenade waren gevallen van opnames verwijderen. De digitale fotografie heeft daar in principe niet veel aan veranderd. Hooguit is het manipuleren van beeld makkelijker geworden en kan nu bijna iedereen het, terwijl dat in het analoge tijdperk nog werk voor specialisten was. Veelgebruikte softwarepakketten als Lightroom of Capture One zijn echter niet bedoeld voor beeldmanipulatie, maar voor het ontwikkelen van beeld, om kleur, contrast en scherpte in het beeld te optimaliseren. In dat opzicht verschilt het digitale proces niet veel van het analoge, ook al gebruiken we nu een sensor en een computer met monitor in plaats van film en een vergroter in een donkere kamer. Toch lijkt er wel langzaam een kentering aan te komen.
wolken is met deze programma’s heel eenvoudig. Voor commerciële fotografen kan dat een uitkomst zijn, als de omstandigheden tijdens een opnamesessie niet optimaal waren en de beelden niet kunnen worden overgemaakt. Waar dit soort programma’s waarschijnlijk meer voor gebruik zullen worden, is voor social media. Op de best scorende instagram accounts is het vrijwel altijd zonnig of gaat de zon net onder. Dit soort beelden maak je met Luminar en Landscape Pro heel eenvoudig, hoe somber het weer ook was. Daarin verschillen ze toch wel van Photoshop. Een lucht veranderen is met Photoshop ook prima te doen, al moet je met bomen in de voorgrond wel veel aandacht en tijd besteden aan het maken van een goed masker. In Luminar en Landscape Pro gaat dat bijna helemaal automatisch en beide programma’s gaan vervolgens ook nog een flinke stap verder. Ze passen namelijk de rest van het beeld ook aan. Kies je voor een blauwe wolkenlucht, dan zie je die deels terug in reflecties op het water. Kies je voor een warme zonsondergang, dan krijgt de rest van het beeld ook een gouden gloed. Moeiteloos ontstaan op deze manier beelden die zo in een dramatische fantasy-film kunnen. Eigenlijk
heeft.
Artificial intelligence Programma’s als Landscape Pro en Luminar claimen dat ze dankzij artificial intelligence en machine-
78 | #4 2020
Landscape Pro 3 Anthropics is het bedrijf achter Landscape Pro 3. Het programma heeft een intuïtieve interface die wel heel sterk afwijkt van gangbare beeldbewerkingsprogramma’s. Na het openen van het beeld in Landscape Pro kom je namelijk direct in een venster terecht waarin je gevraagd wordt om labels te plaatsen op de verschillende onderdelen van de opname: lucht, water, bergen, gras, planten, personen, gebouwen, objecten. Er is zelfs een label voor ‘Sky Reflection’. Het programma zet deze labels vervolgens zelf om in maskers die daarna nog handmatig verfijnd kunnen worden. In de volgende stap geef je aan waar de horizon zich bevindt. Pas daarna kom je in het gedeelte waar je het beeld kan bewerken. Er zijn twee opties om het hele beeld te bewerken: ‘Global Presets’ en ‘Whole Picture’. Met Global Presets kan in een klik het beeld een compleet andere lucht en sfeer krijgen. Whole Picture biedt de keus om te werken met presets of met sliders. De presets zijn snel en makkelijk, de sliders geven meer controle. De sliders in ‘Whole Picture’ komen nog het meest in de buurt van
technIek
© Jan Paul Mioulet, Lysefjord, direct uit de camera
© Jan Paul Mioulet, Lysefjord, bewerkt in Adobe camera Raw
© Jan Paul Mioulet, Lysefjord, bewerkt in Landscape Pro, met blauwe lucht
© Jan Paul Mioulet, Lysefjord, bewerkt in Landscape Pro, met wolkenlucht
© Jan Paul Mioulet, Lysefjord, bewerkt met Luminar, met wolken en zon
© Jan Paul Mioulet, Lysefjord, bewerkt in Luminar, met sterrenhemel
79
de instellingen van programma’s als Lightroom en Capture One en zijn een goed startpunt voor globale aanpassingen. Naast Whole Picture zijn er ook tabbladen voor ieder van de afzonderlijke gebieden in de foto. Ook die bieden weer presets en sliders. Kies je voor een preset, dan kan je daarna naar de sliders gaan om de presets nog wat te verfijnen. Verder heeft het programma ook nog tabs voor het aanpassen van zaken als de lucht, de sfeer, het weer of het licht. De optie Sky is in veel gevallen beter dan Global Presets om de lucht te vervangen omdat de aanpassingen subtieler zijn. In Sky is er de mogelijkheid om eigen luchten toe te passen en om te kiezen voor het enkel veranderen van de lucht of het laten aanpassen van het hele beeld aan de nieuwe lucht.
© Interface van Landscape Pro 3
Luminar 4 Luminar van Skylum Software is er al in versie 4. Dit programma lijkt op het eerste gezicht wat meer op een traditionele rawconverter met aan een kant de kleine plaatjes van de geselecteerde beelden en aan de andere kant de tabs met de verschillende bewerkingsmogelijkheden. Dat Luminar toch een heel ander programma is, is bijvoorbeeld te zien aan de onderbalk met de ‘Luminar Looks’. Dit zijn presets voor verschillende onderwerpen. De Luminar Looks bevat secties als Street, Landscape, Portrait en Dramatic. Binnen Landscape kan je dan weer kiezen uit presets als Autumn Colors, Deep sky of Morning Fog. In de rechterbalk met gereedschappen zitten ook opmerkelijke zaken als AI (artificial intelligence) Verbeteren en AI Structuur. Onder de sectie Creatief zitten de opties AI Lucht Vervangen, AI Uitgebreide Lucht en Mystiek. Luminar is niet enkel een programma voor landschapsfotografen. Het heeft ook AI instellingen voor portretten. Het grote verschil met Landscape Pro is dat Luminar helemaal zelf de maskers aanmaakt voor het vervangen van luchten. Dat werkt ongelooflijk goed en veel sneller en simpeler dan bij Landscape Pro. Daar staat tegenover dat Landscape Pro je meer
80 | #4 2020
© Interface van Luminar 4
controle geeft over de verschillende onderdelen van het beeld, omdat die tenslotte allemaal apart gemaskerd zijn.
Gebruiksgemak Beide programma’s, Luminar 4 en Landscape Pro 3, bieden veel gebruiksgemak. Alles wat je met deze programma’s kan, kan vermoedelijk ook wel in Photoshop. Maar het gemak en vooral de snelheid waarmee je hele uitgebreide en complexe veranderingen in een opname kan aanbrengen zijn ongekend. In dat
gemak zit ook het grote gevaar van deze programma’s. Want het is maar al te makkelijk om volledig door te slaan en compleet psychedelische beelden te creëren. Met iets meer zelfbeheersing kunnen opnames van een grijs landschap in een halve minuut worden omgetoverd in een (bijna) geloofwaardige zonnige foto met een blauwe wolkenlucht. Dat is ideaal voor influencers op social media. Maar het maakt de fotografische werkelijkheid wel heel maakbaar en het roept de vraag op wanneer een foto ophoudt een foto te zijn.
PF.NL | JAARGANG 37 | NUMMER 1 | MAART | 2020
Commentaar cover moet eigelijk ook neuwe sjabloon met 2020 en jaargang 37 enzo ton - sjabloon aanpassing weet yvonne - 1 meeuw zichtbaar die andere niet, linksboven - barcode nog niet gehad
Blijf op de hoogte via onze social kanalen
professionele fotografie moet worden fotografie magazine ton - aangepast - tektst daaronder, corpsen meer naar vorig nummer - ook schaduw achter letter - barcode aangevraagd
FOTOGRAFIE MAGAZINE
stond nog #1 2019 aangepast naar 2020
#1 2020
Fotografie als Storytelling Ilvy Njiokiktjien Nael Quraishi Jan Rosseel Charlotte Dumas
@professionelefotografie
Paradox 25 jaar Canon EOS 1D X Mark III
facebook.com/pfpuntnl Vakblad voor Nederland en België
Losse verkoop € 9,95
25-02-20 09:19
01-Cover.indd 1
20200990_VIRTU_Stopper_Pf_Socials.indd 1
29-06-20 14:22
Het totale verzekeringspakket voor de beroepsfotograaf en student o.a.
APPARATUUR VERZEKERING All-Risk Nieuwwaarde dekking INVENTARIS VERZEKERING Incl. inductie schades AANSPRAKELIJKHEID BEDRIJF Incl. dekking voor de te fotograferen klantgoederen
-Risk
www.KBRbeheer.nl
We gaan g e
en beren
info@KBRbeheer.nl
in het bos
zoeken!
Colofon Pf Fotografie Magazine Jaargang 37 Redactie: Pf Fotografie Magazine Postbus 595 3700 AN Zeist T : + 31(0)30-69 20677 E : redactie@pf.nl W : www.pf.nl Hoofdredacteur: Ton Hendriks E: thendriks@virtumedia.nl T: +31(0)20-6144456 Eindredactie: Martijn van Lieshout
losse nummers: www.pf.nl/shop
Redactiemedewerkers: Rob Becker, Diana Bokje, Edo Dijksterhuis, Naomi Heidinga, Claire Hoogakker, Merel Huisink, Astrid Hulsmann, Jeroen Jazet, Pieter van Leeuwen, Evelien Lindeboom, Jan Paul Mioulet, Werner Pellis, Elsje van Ree, Robert Theunissen Marketing: Rob van der Linden T : +31(0)30-3031295 E : rvanderlinden@virtumedia.nl
Commentaar lettertype heb ik niet cover foto Justine Tjallings MOdern Times Divesity , zit in map van Justine hoi ton - foto info stond er nettjes bij, sooru voor de vraag - font toch naar kievit gehaald, mee eens (lato hieronder) - veel schuiven met de foto kan ik niet, iets naar recht kunnen zetten nu tekst in wit, toch wel beter denk ik wit is mooier
Sales: Henk Lorsé T : +31(0)30-6933192 E : hlorse@virtumedia.nl W : www.pf.nl/adverteren Traffic Virtùmedia E: traffic@virtumedia.nl Abonnementen: Abonnementen kunnen ieder moment ingaan. Opzegging dient telefonisch, schriftelijk of per mail, minimaal twee maanden voor het einde van de abonnementsperiode te geschieden. Abonnementsgeld dient vooruit te worden betaald. Voor betaling per factuur rekenen wij een toeslag van € 4,45. Uw abonnement wordt steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Virtùmedia legt van abonnees gegevens vast voor de uitvoering van de (abonnements)overeenkomst. Deze gegevens kunnen gebruikt worden om u te informeren over relevante diensten en producten. Abonnementsprijzen Jaarabonnement Nederland € 105,50 | Jaarabonnement België € 119,50 Studentenabonnement € 49,75 | Studentenabonnement België € 54,75 Abonnementen voor overige landen op aanvraag. Abonnementenadministratie: Virtùmedia abonnementenservice T: +31(0)85 0407400 E: klantenservice@virtumedia.nl Verschijningsfrequentie: 8 keer per jaar Grafische vormgeving: Twin Media | Rimke Bartels, Marije van der Linde Druk: Veldhuis Media BV, Raalte © Copyright 2020 Virtùmedia Leveringsvoorwaarden: www.virtumedia.nl Reproductie Alle rechten voorbeheouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/ of overgenomen in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs verklaren dat dit blad op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld, evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid en/of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie. Gebruikers van dit blad wordt met nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebruiken, maar af te gaan op hun professionele kennis en ervaring en de te gebruiken informatie te controleren. Uitgever: Roeland Dobbelaer Uitgave van: Virtùmedia B.V. Postbus 595 3700 AN Zeist + 31 (0) 30 6920 677 info@virtumedia.nl www.virtumedia.nl
professionele fotografie 01 2019
professionele fotografie #2 2019
SO Award Portfolio Justine Tjallinks Hans de Kort Miquel Gonzalez Petra Katanic
Fotocultuur Fotogaleries onder druk Instagram als digitale exporuimte
Portfolio
Erwin Olaf Carli Hermès Tara Fallaux
Fotocultuur
Opmars van fotomusea Reviews van PHmuseum
Vakblad voor Nederland en België
Losse verkoop € 9,95
Commentaar pleun er moet dus nog een regel bij met nog groter lettertype bij mijn zijn de lettertype niet zichtbaar: welke font? in de map cover de foto s van Erwin Olaf ton - tekstregel groter en boven portfolio, voorlopig daar neergezet ik weet niet hoe lang je de regel maakt, maar wel in verhouding met kortere teksten, of juist die weer langer maken - font is lato - nieuwe barcode, met prijs en en ook regeltje vakblad, nu witte vlakje niet meer aflopend - verder super foto van olaf, maar wel zelfde kleurbeleving als nummer 1
26 & 27 september 2020 op Landgoed Duynenwater fotofair.nl
WORKSHOPS MASTERCLASSES FOTOMOMENTEN EDUCATIEVEÂ LEZINGEN
FotoFair 2020
NIEUWE LOCATIE Landgoed Duynenwater Buivensedreef 10 5521 RN Eersel NL
Verkoop Partner:
Media Partner:
Fotocredit: Josefien Hoekstra
ULTIEME MOBILITEIT
E-M1 III BODY + GRATIS Rode Video Mic Pro Rycote t.w.v. â‚Ź215 Biedt uitstekende mobiliteit 20.4 megapixel Live MOS-sensor 5-assige IS beeldstabilisatie in de behuizing Minimale vervorming tot aan de randen 121-punts volledige cross-type on-chip fasedetectie Ga naar kamera-express.nl of kom voor persoonlijk en deskundig advies naar een Kamera Express winkel bij jou in de buurt.
â‚Ź1799