7 minute read
Het zit in de genen
Het zit in de genen
Ondernemerschap als familietrekje
“We maken ons klaar voor de kennisdrain”
Het verhaal van Timmerman, producent en leverancier van buitenschrijnwerk in pvc en aluminium, begon in 1947 met Alfons en René Timmerman. Ondertussen is het bedrijf met Dirk en Brecht Timmerman al toe aan de vierde generatie van zaakvoerders. Dirk is klaar om de fakkel door tegeven aan zijn zoon. “De transitie werd al tien jaar geleden ingezet. Op die manier heb ik alle facetten van onze firma doorlopen”, vertelt Brecht Timmerman.
TEKST JOLYN DE BAETS - FOTO’S TIMMERMAN
Kort na de Tweede Wereldoorlog besloten Alfons en René Timmerman, vader en zoon, om samen een zaak te starten in houten rolluiken. Hun voornaamste klanten waren steeds actief in de bouwsector. Maar dat evolueerde al snel tot een uitbreiding van het assortiment en klantenbestand. “Oorspronkelijk waren we leveranciers van houten rolluiken, maar in de jaren 60 daalde de vraag hiernaar”, zegt Dirk. Deze onverwachte wending opende echter nieuwe deuren voor Timmerman, waardoor ze hun focus verlegden en voluit gingen voor de productie van PVC. “Op dit moment bestaat ons aanbod uit ramen, deuren, rolluiken en poorten. We zijn voor 90% een b2bonderneming. We leveren aan de lokale schrijnwerker tot sleutelopdedeur, industriebouw en bouwfirma’s.”
Ervaring is de som van gemaakte fouten
Onlangs vierde de familie Timmerman dubbel feest, met de 64e verjaardag van Dirk en ondertussen al het 75ste jaar bestaan van het familiebedrijf. “Onze firma kent een gestaag groeiverhaal. De groei die Timmerman de laatste 25 jaar heeft gemaakt, ging veel sneller dan de vijftig jaar ervoor. In1997 hadden we ongeveer 70 medewerkers, vandaag zitten we ondertussen al aan dubbel zoveel”, zegt Dirk. “Deze groei is mogelijk gemaakt door de juiste keuzes die we onderweg gemaakt hebben. De markt was aan het evolueren en wij zijn hierin mee geëvolueerd. Denk bijvoorbeeld aan het dalend marktaandeel van hout en de stijging van het gebruik van aluminium in de nieuwbouw. We hebben zeker veel bijgeleerd in de afgelopen 75 jaar, maar ik zeg altijd: ervaring is de som van het aantal fouten dat je maakt.”
Hulde aan klant en medewerker
“We zien onze relatie met klanten niet als een transactie. We proberen om echt een band te creëren en te onderhouden met hen. Dit doen we door onze dienstverlening zo goed mogelijk af te stemmen op de noden en wensen van onze klanten, zoals bijvoorbeeld helpen tijdens de plaatsing op een werf”, vertelt de zoon van Dirk. «We gaan volop voor toegevoegde waarde.” Doeltreffend, zo blijkt, want sommige klantenrelaties gaan al meer dan 50 jaar mee.
Al blijkt dit niet de enige relatie waar de familie Timmerman veel aandacht aan hecht. “Jaarlijks huldigen we onze medewerkers omdat ze 10, 20 of 30 jaar actief zijn bij ons”, begint Dirk. “Iedere familiale onderneming heeft zijn uniek DNA, maar als het aankomt op werksfeer zijn we zeker een typisch familiebedrijf. Het is onze taak om een zo aangenaam mogelijke werksfeer te creëren voor hen. Die prima werksfeer wordt niet alleen gemaakt door het beleid dat we voeren, maar ook door de collega’s zelf. We proberen om zoveel mogelijk naar hun input te luisteren”, zegt Brecht.
Alfons Timmerman, de oprichter van het gelijknamige bedrijf.
Detail van één van hun eerste houten rolluiken
Afscheid nemen van kennis en ervaring
Het lang aan boord houden van medewerkers kent zijn voordelen, maar ook zeker zijn nadelen. “Ik noem het de kennisdrain. Heel fijn dat je medewerkers graag werken voor jou, eenmaal de pensioenleeftijd eraan komt zorgt dit echter voor de nodige uitdagingen. Zo zullen we volgend jaar van een drietal personen afscheid moeten nemen. Het is niet enkel de persoon die weggaat, maar ook heel veel kennis en ervaring. Hoewel we een aantal jaar geleden geautomatiseerde lijnen hebben ontwikkeld, hebben we nog heel wat mensen nodig om ons bedrijf zo efficiënt mogelijk te laten draaien”, zegt Dirk. De familie Timmerman blijft niet bij de pakken zitten en ze bereiden zich slim voor op volgend jaar. “We zijn zowel op zoek naar mensen in de productie, als bedienden. In de productie is het zeker niet evident om medewerkers te vinden die al voldoende kennis hebben. Wij lossen dit probleem op door huidige medewerkers intern op te leiden en door binnenkort samen te werken met een technische school. We bekijken onder andere of we samen met hen een opleiding op maat kunnen uitwerken”, vult Brecht aan.
De ideale leerschool als arbeider
Zowel Dirk als Brecht vinden het een evidentie om in het bedrijf te blijven werken. Brecht is ondertussen al 12 jaar actief in het familiebedrijf. Op dit moment is hij verantwoordelijk voor de dagdagelijkse bedrijfsvoering en personeelszaken. Hij begon zijn carrière on the field om zo voldoende praktijkervaring op te doen. “Van kinds af aan had ik grote interesse in het bedrijf van mijn vader. Zo ging ik vaak mee tijdens plaatsingen. Mijn rol binnen het bedrijf evolueerde van arbeider naar bediende. We bieden een zeer technisch product aan. Wanneer je in contact komt met een klant is het een evidentie dat je het product echt kent. Je moet weten hoe het werkt en wat de mogelijkheden zijn. Dit heb ik allemaal geleerd als arbeider bij Timmerman”, vertelt Brecht. “Mijn vader heeft het bedrijf overgenomen van mijn grootvader en heeft gezorgd voor de verdere ontwikkelingen van het bedrijf. Ik ben heel benieuwd waar we in de toekomst zullen staan, maar heb het volste vertrouwen in Brecht”, vult Dirk aan. “De manier van werken die ondertussen al 75 jaar heeft gewerkt, daar gaan we zeker op verder bouwen. Met onze trouwe partners en medewerkers”, besluit Brecht.
Heb je als familiebedrijf zin in boeiende ontmoetingen met gelijkgestemden en inspirerende getuigenissen van andere familiebedrijven en experts?
Kom naar Voka’s 10e editie van de Family Business Happening op donderdag 1 december 2022 bij Bucomat in Kluisbergen met als thema duurzaam DNA. Deelname is gratis.
Kmo’s mogen versnelling hoger schakelen met gezondheidsinitiatieven op het werk
Om na te gaan hoe het gesteld is met de aandacht voor leefstijl, vitaliteit en veerkracht binnen en buiten de bedrijfsmuren van Belgische kmo’s organiseerde Mensura vlak voor de zomer een bevraging. Daaruit blijkt dat medewerkers in grote mate rekenen op hun werkgever om hen te helpen gezond(er) te leven en werken.
365 zaakvoerders of hrverantwoordelijken (‘werkgevers’) en 825 werknemers in organisaties van 20 tot 250 werknemers namen deel. Dat leverde een flink pak interessante inzichten op, waarvan ik er graag enkele uitlicht in deze rubriek.
WERKGEVERS VOELEN ZICH GEZONDER
Zo valt het op dat werkgevers zich fysiek en mentaal gezonder inschalen dan werknemers doen. Waar 65% van de werkgevers aangeeft tevreden tot zeer tevreden zijn met zijn of haar fysieke gezondheid, is dat voor werknemers slechts 1 op 2. Gevraagd naar de fysieke ongemakken of klachten waarmee ze kampen, geven medewerkers van kmo’s vooral nek en schouderklachten op (bijna 50%) en aanhoudende vermoeidheid (ruim 4 op 10). Ook op mentaal vlak tekent zich een duidelijk verschil af: 68% van de ondervraagde werkgevers is tevreden, waar dat bij werknemers 59% is.
Wie vertrouwt is met de Nationale Gezondheidsenquête zal niet opkijken van deze cijfers. Ook uit dat onderzoek van mei 2018 komt een gelijkaardige tendens naar voren. De verklaring ligt vooral bij de vaak voordelige socioeconomische status van ondernemers en leidinggevenden. Hun kennis over en besef van het belang van gezond leven en werken is hoger. Tegelijk hebben ze meer mogelijkheden om erop in te zetten. Denk aan gezondere (en dus duurdere) voeding, lidmaatschap van sportclubs tot een beroep doen op huishoudhulp en zo kostbare tijd uitsparen om (onder meer) aan zelfzorg te doen.
WERKNEMERS WILLEN STIMULANSEN
Het wordt pas interessant als we kijken wat er ook op de werkvloer gebeurt. Want uit onze bevraging blijkt dat maar liefst 87% (!) van de werknemers het belangrijk vindt dat hun organisatie initiatieven neemt om hen gezonder te helpen leven en werken. Nochtans zegt slechts 51% dat dat bij hen ook effectief gebeurt. Een cijfer dat misschien met een korreltje zout genomen moet worden. Zijn die werknemers wel goed op de hoogte van alle initiatieven? Ofbeschouwen ze specifieke acties ook effectief als positief voor hun gezondheid?
Maar tegelijk is het een teken aan de wand dat kmo’s kansen laten liggen. In de war for talent die volop woedt is structureel inzetten op het mentale en fysieke welzijn van werknemers meer dan ooit belangrijk. Werknemers hechten meer en meer belang aan andere factoren dan louter het loonbriefje. Bovendien loont het op vele vlakken: dalend verzuim, toenemende productiviteit en een hogere (job)tevredenheid. Let er daarbij wel op om een gezondheidsbeleid trajectmatig aan te pakken, met periodieke acties binnen een samenhangend geheel. Losstaande, eenmalige acties hebben veel minder impact en schieten grotendeels hun doel voorbij.
