RADAR Plus 4-2024

Page 1


JE SEKSLEVEN

ONTVLAMT NIET

VANZELF

NEEM HET INITIATIEF

NIEUWE COLUMNIST

LEEFSTIJLGOEROE

WENDY

WALRABENSTEIN

NAZOMEREN IN NEDERLAND 15 HEERLIJKE

OER-HOLLANDSE UITJES

STERK, SOEPEL & FLEXIBEL LIJF

TIPS EN OEFENINGEN GETEST DROOGSHAMPOOS & KOPTELEFOONS

CHRONISCHE PIJN

ZO LEER JE

ERMEE LEVEN

UITVAART NIEUWE STIJL

DOE HET OP JÓÚW MANIER

WASSEN 2024 &DUURZAAM GOEDKOOP

GEZOND

ONZE EXPERTS IN DIT NUMMER

Wendy Walrabenstein over een gezonde leefstijl

Even voorstellen: onze nieuwe columnist dr. Wendy Walrabenstein. Ze werkte jarenlang in de financiële wereld, tot ze gegrepen werd door het leefstijlverhaal. De trigger voor de ommezwaai van bankier naar diëtist-onderzoeker was het leeftijdsverschil – 23 jaar – met haar grote liefde Leo: ze wilde dat Leo zo lang en gezond mogelijk zou blijven leven. In haar column op pagina 74 schrijft ze: ‘Ongezonde voeding, overgewicht (vooral buikvet), te weinig fysieke activiteit, te veel stress en slechte slaap kunnen een sluimerende ontsteking veroorzaken die je gezondheid langzaam ondermijnt.’

Frank Huygen over chronische pijn

Professor Frank Huygen is pijnspecialist bij het Erasmus MC. Hij is gespecialiseerd in clusterhoofdpijn én in complex-regionaal pijnsyndroom (CRPS). Dat is een aandoening waarbij een patiënt na weefselschade, bijvoorbeeld door een operatie of botbreuk, continu pijn houdt in een been of arm. Hij vertelt: ‘De schade is genezen, maar het ziektebeeld loopt volledig uit de hand. Dat was lang onbegrepen. Dokters denken dan: ik kan niets vinden, dus het ligt aan die patiënt. Ondertussen weten we dat er wél van alles aan de hand is.’ Lees meer over chronische pijn in ons medisch dossier op pagina 69.

Quinta Vuik over arbeidsongeschiktheid

Quinta Vuik werkt als zelfstandig arbeidsdeskundige voor onder andere het UWV, een ziekenhuis en een arbodienst. Als je twee jaar ziek bent, kun je bij het UWV een WIA-uitkering (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen) aanvragen. ‘De WIA is een verzekering tegen loonverlies’, zegt Quinta Vuik in ons verhaal over arbeidsongeschiktheid op pagina 30. Een taxichauffeur die niet meer tegen stress en verkeersdrukte kan, kan misschien wel werken als postbezorger of tuinman. Vuik: ‘Stel dat je in een ander beroep de helft van het salaris van je eigen beroep zou kunnen verdienen, dan is je loonverlies 50 procent en ben je voor 50 procent arbeidsongeschikt.’

Mirjam Pijnappels over mobiliteit

Mirjam Pijnappels is hoogleraar bewegingswetenschappen aan de Vrije Universiteit, gespecialiseerd in de mobiliteit bij ouderen. Ze vertelt in onze rubriek Beetje leuk ouder worden: ‘Een goede mobiliteit van je gewrichten – en spieren – is een voorwaarde om goed te kunnen bewegen. Het kan je kwaliteit van leven sterk beïnvloeden. Bij een slechte mobiliteit wordt alles, van jezelf wassen tot je huis schoonmaken en van traplopen tot fietsen, moeilijk of pijnlijk. Dat heeft weer tot gevolg dat je minder gaat bewegen of risico loopt op vallen of blessures.’ Lees meer over het belang van een goede mobiliteit en probeer meteen een van de oefeningen op pagina 44.

Elke Wiss over zelfreflectie

Elke Wiss is praktisch filosoof en oprichter van de Denksmederij, ‘een soort sportschool voor de geest’, waar je je denken kunt trainen om meer zelfinzicht te krijgen. ‘De kunst van het vragen stellen, dáár gaat het om’, vertelt ze in het verhaal over zelfreflectie op pagina 60. ‘En dat bevragen confronteert je soms met dingen die je misschien helemaal niet wilt weten. Maar op het moment dat je jezelf goed kent, worden grote levenskeuzes makkelijker. Je hebt een flinke portie reflectievermogen en zelfkennis nodig om te bepalen met wie je relaties aangaat en welk werk bij je past.’

Scan eenvoudig de QR-codes en lees alles van RADAR+.

foto’s delen

Antoinette Hertsenberg zat nooit op Instagram, maar nu ze een kookboek te promoten heeft, moet ze van haar dochter. Verwacht geen foto’s van haar wandeling, vakantie of keuken. Want hoe sympathiek is dat eigenlijk: iedereen eens even laten zien wat je hebt en waar je bent geweest?

Zo’n halfjaar geleden zette ik onder druk van mijn dochter een grote stap. Ik ging op Instagram. Niet onder een pseudoniem, waardoor ik veilig berichten kan bekijken en personen kan volgen, maar onder mijn eigen naam. Dus weliswaar niet met de billen bloot, maar wel met mijn gezicht.

Er was een goede reden: we stonden op het punt ons kookboek uit te brengen. Maar van harte ging het niet, al zei mijn dochter enthousiast: ‘Nu kun je ook eens een leuke post maken.’

Tsja. Dat lukte prima zolang het over ons boek ging, want als het om toegankelijke en toch heerlijke recepten gaat, ben ik graag de zendeling die mensen overhaalt. Maar daarna? Ben ik nou de enige die werkelijk geen idee heeft wat je moet posten? Is er iemand heel erg geïnteresseerd in mijn wandelingetje in de Veluwse bossen, in het keukenmuurtje dat ik heb gesausd, waar ik morgenavond ga eten of het strand dat ik tijdens mijn vakantie ga bezoeken? En als ik daar allemaal posts van zou maken, en ik zou de foto’s uitkiezen die het mooist zijn en waar ik op mijn voordeligst op sta, wat straal ik daar dan mee uit? Kijk eens even wat ik heb of waar ik ben! Hoe sympathiek is dat eigenlijk? Misschien maak ik het in mijn hoofd allemaal te groot, en ik denk heus niet dat de mentale problemen waar vooral jonge mensen mee kampen door veelvuldig social mediagebruik enorm gaan toenemen door mijn kleine insta-

‘Ben ik de enige die geen idee heeft wat je moet posten?’

accountje, maar toch lukt het me vooralsnog niet om me over mijn lichte afkeer heen te zetten. Het komt misschien ook omdat ik vaak vergeet een foto te maken. En dat is in meerdere opzichten jammer. Herinneringen vervagen toch eerder zonder zo’n plaatje, en daarnaast hebben wetenschappers aan de universiteit van Californië aangetoond dat je het meer naar je zin hebt als je wél foto’s maakt. Zij lieten twee groepen mensen verschillende activiteiten doen, zoals museumbezoek en een citytrip. De ene groep mocht geen foto’s maken, de tweede groep juist wel. Degenen die hun ervaringen vastlegden, kijken anders naar de wereld: ze zoeken naar dingen die ze willen vastleggen. Daardoor zijn ze meer betrokken bij wat ze zien en meemaken, en hebben ze meer lol. Goed punt, daar ga ik beter mijn best voor doen. Ik kan alleen nog niet beloven dat ik de foto’s daarna ook ga délen.

GEZOND VAN LIJF & GEEST

08 Hemelbestormer

Uitvaartondernemer

Susanne Duijvestein

18 Blij met je vervoermiddel

Portretten

44 Beetje leuk ouder worden Tips en oefeningen voor een sterk en exibel lijf

54 Ingedut seksleven?

Het ontvlamt niet vanzelf, neem het initiatief!

60 Zelfre ectie

Stel jezelf vragen voor meer inzicht in je doen en laten

64 Stapelverliefd

Stellen vertellen

69 Chronische pijn

Zo leer je ermee omgaan

74 Nieuwe columnist

Wendy Walrabenstein over een gezondere leefstijl

75 Zout

Hoe (on)gezond is het?

88 De vrijwilliger

Norma Miedema

GEZOND VERSTAND

16 Slappe was

Financieel nieuws en cijfers

26 Duurzaam ondernemen

Gezonde schoollunches

28 Huishoudpot van Loethe Olthuis

29 Lesje economie

Bijverdiensten en de belasting

30 Arbeidsongeschikt en dan?

Rechten en plichten

34 Getest hoofdtelefoons

42 Getest droogshampoos

50 Wassen

Duurzaam én goedkoop

78

18
Blij met je velomobiel.
Heerlijke recepten met bonen.
Getest: koptelefoons.

Wandelingen plus moestuinbezoek.

3 TIPS UIT DIT NUMMER

1 Voor een bloeiend seksleven zou je ieder meer je eigen leven moeten leiden. Als je minder samen doet, wordt het leven samen spannender, óók in bed (pagina 54).

2 Voor wie energie gebruikt op goedkope momenten (de wasmachine laten draaien als de zon schijnt), is een dynamisch energiecontract het voordeligst (pagina 16).

3 Draai regelmatig je hoofd naar rechts en kijk over je rechterschouder. Doe dat daarna naar links. Zo houd je je nekwervels soepel (pagina 44).

ZOMERS & GEZOND

Je mobiliteit beïnvloedt de kwaliteit van je leven.

12 15 oer-Hollandse uitjes om de nazomer te vieren

37 Wandelen plus moestuinbezoek

48 Nazomeren

Tuinshopping

58 Boekenrubriek

Vijf aanraders

ETEN & DRINKEN

78 De boon is booming Lekkere gerechten met bonen 84 Weet wat je drinkt

Zo (on)gezond is zout.

Alles over melk

85 Antoinette maakt geroosterde spitskool met sesam-tofusaus

DIVERS

03 Dit zijn onze experts

04 Meer lezen van RADAR+

05 Voorwoord van Antoinette

86 Puzzelen

90 Colofon

91 Klein geluk

‘Word geen prooi voor de uitvaarthyena’s’

De dood, vindt uitvaartondernemer Susanne Duijvestein, hoort onlosmakelijk bij het leven. Maar mensen willen er liever niet over nadenken. En als dan plotseling een afscheid moet worden geregeld, laten ze zich allerlei dure spullen aanpraten. ‘Mijn missie is om de afscheidscultuur menselijker, eerlijker en milieuvriendelijker maken.’

Ze noemt zichzelf weleens gekscherend ‘deathfluencer’. ‘Doodverheerlijker’, dat kan ook. ‘Niet omdat ik hartstochtelijk naar de dood verlang’, zegt Susanne Duijvestein lachend, thuis in Amsterdam. ‘Maar ik denk wel dat de vrees voor de dood die ons wordt ingeprent niet terecht is en bovendien een gemiste kans. De dood hoort bij het leven. Ik ben er van kleins af aan door gefascineerd. Als kind vond ik het spannend om naar dode dieren te kijken en te zien hoe de kringloop van het leven werkt via de beestjes die op zo’n ontbindend lijk afkomen. Dat vond ik een grote schoonheid hebben: de natuur ruimt haar eigen resten op en maakt die tot een bron van nieuw leven. Maar ook levensbeschouwelijk bezien: als we ons bewust zijn van de dood kunnen we een veel rijker leven leiden.’

Na wat omtrekkende bewegingen – ze studeerde sociale wetenschappen, werkte bij een bank – besloot ze in 2017 werk te maken van haar liefde voor de dood. Ze werd zelfstandig uitvaartondernemer. Met duidelijke ideeën over haar vak.

‘Mijn missie is om de afscheidscultuur eerlijker, menselijker en milieuvriendelijker maken. Dat zijn de drie waarden waaromheen ik alles doe.’

HOEZO MENSELIJKER EN EERLIJKER?

‘Daarmee bedoel ik: meer dienend aan onze rouw en minder commercieel gestuurd. Dood, verlies en rouw zijn onlosmakelijk verbonden met het leven, maar de meeste mensen willen er niet al te lang bij stilstaan. Het liefst doen we in onze cultuur alsof de dood niet bestaat.

Als de dood dan zijn intrede doet – want je ontkomt er echt niet aan – is dat vaak een overrompelende ervaring. En dan moet er ook nog een uitvaart worden geregeld! Omdat mensen er tot op dat moment weinig over hebben nagedacht, hebben ze vaak geen idee wat ze moeten doen. Het is dan makkelijk om door te gaan op het bekende pad: dingen kopen die ons worden aangepraat.’

EN DE UITVAARTINDUSTRIE …

‘Speelt daar gretig op in. Er verschijnt een medewerker aan huis met een grote map. ‘Willen jullie kist A, B of C? Jullie willen toch iets goeds voor moeder?’ Onder druk of in een roes van rouw maken mensen dan vaak een keuze gebaseerd op hoe ze denken dat het hoort, maar die misschien helemaal niet bij hen of bij de overledene past. Zijn die kisten, aula’s, bloemen en advertenties echt wat we nodig hebben om iemand te herdenken? En zijn die echt duizenden euro’s waard? Grote uitvaartbedrijven hebben een dwingend verdienmodel. Dat drijft doorgaans op de hoge marges op datgene wat aan een familie wordt verkocht. De inkoopprijs van een kist is een stuk lager dan wat de klant ervoor betaalt. Dat is op zichzelf niks bijzonders, dat gebeurt ook met een fles wijn in een restaurant. Maar dan ben je uit en levert het restaurant een toegevoegde waarde op die fles wijn - prima.

SUSANNE DUIJVESTEIN (37) is zelfstandig begrafenisondernemer. In 2021 publiceerde ze het boek Uitvaart in eigen hand, waarin ze beschrijft hoe je bewust en creatief afscheid kunt nemen, met of zonder uitvaartbegeleider en bij elke verzekering. Via haar website bijafscheid.nl is haar 30 minuten durende online videocursus Hoe regel je een uitvaart? verkrijgbaar.

‘In een roes van rouw maken mensen vaak een keuze gebaseerd op hoe ze denken dat het hoort’
TEKST LIDDIE AUSTIN FOTOGRAFIE ANNEMARIJNE BAX
‘Ook al is het systeem commercieel, de individuele mensen die het uitvaartvak uitoefenen zijn altijd heel betrokken’

Die toegevoegde waarde heb je niet van een kist. En verdienen aan mensen die in de rouw zijn? Die niet precies weten wat er wel en niet moet en die op dat moment in de war zijn? Het is in het belang van de industrie om die onwetendheid in stand te houden, want dan kunnen ze meer verdienen. Dat stoort me. Medewerkers van uitvaartbedrijven zijn vaak erg betrokken bij de rouwende familie, maar het bedrijf daarboven wordt vooral gedreven door hoeveel ze aan hen kunnen verdienen. De integriteit in het systeem is mijns inziens ver te zoeken. Dat is wat ik bedoel met de afscheidscultuur menselijker en eerlijker maken: er zou meer aandacht moeten zijn voor wat mensen werkelijk nodig hebben, los van verdienmodellen.’

WAT ZOU JE AAN DE ONWETENDHEID OVER DE DOOD KUNNEN DOEN?

‘Door al bij leven eens na te denken over de vraag: waar gaat een goed afscheid voor mij over? Wat zou ik nodig hebben als ik mijn ouder of partner verlies? Verdiep je er een beetje in om te voorkomen dat je, als het zover is, geen prooi wordt voor de uitvaarthyena’s. Als je dat hebt gedaan, weet je dat er heel veel ruimte is om zelf een afscheid vorm te geven. Volgens de wet moet een overledene uiterlijk op de zesde werkdag na overlijden worden gecremeerd of begraven. En er moet aangifte van overlijden worden gedaan bij de gemeente. Dat is het. Er staat wel wat meer in de wet, maar hier komt het eigenlijk op neer. Je mag afscheid nemen zoals je wilt. Begraven of cremeren mag ook zonder kist. Het lichaam moet wel omhuld zijn, maar

dat kan ook door middel van een doek. Het gebeurt nog regelmatig dat een uitvaartondernemer zegt dat je niet zelf een kist mag timmeren, maar dat is onzin. Die ondernemer zegt dat alleen omdat hij anders zijn marge misloopt. Maar zo’n standaardkist kost veel geld en is belastend voor het milieu.’

HOEZO BELASTEND VOOR HET MILIEU? ‘Door het materiaal waarvan een kist soms is gemaakt, zoals spaanplaat. Voor een kist van natuurlijk hout moet een boom worden gekapt – een product dat maar een korte gebruiksduur heeft. Het valt me op dat een duurzame uitvaart in de uitvaartwereld als heel duur wordt geframed. Als je bewustere keuzes wilt maken, krijg je bijvoorbeeld een kist aangeboden van € 1500, waarvan je je kunt afvragen of die inderdaad duurzaam geproduceerd is. Er is veel greenwashing in de uitvaartwereld. Neem bijvoorbeeld de mycelium doodskisten die niet lang geleden op de markt kwamen. Mycelium is het netwerk van schimmeldraden onder de grond waaruit paddenstoelen voortkomen. Als materiaal een prachtig alternatief voor het kappen van een boom: het groeit natuurlijk, het is stevig. Tot zover een prima kist. Maar hij wordt verkocht als een kist die het lichaam onder de grond laat composteren. Ik vraag al jaren om bewijs van deze duurzaamheidsclaim, maar die krijg ik niet. Intussen groeit een miljoenenbusiness: mensen betalen € 1000 voor een idee dat hun lichaam composteert.’

WANT EEN LICHAAM COMPOSTEERT NIET IN ZO’N KIST?

‘Dat weet niemand, want er is nog geen enkel lichaam opgegraven. Ik snap dat mensen graag iets goeds willen achterlaten en bij zo’n innovatieve kist denken: dit is het! Maar uit Amerikaans onderzoek bleek dat begraven met mycelium niet werkt. Ik weet het nodige van composteren en een lichaam composteert helemaal niet diep in de grond, want daar vind je niet het bodemleven en de zuurstof die je daarvoor nodig hebt. Kortom, hier wordt ook weer geprofiteerd van de onwetendheid van consumenten over de dood. Ik vind het belangrijk om dit soort ontwikkelingen kritisch te blijven bevragen: kom met bewijs.’

WAT IS DE MEEST DUURZAME MANIER OM EEN STOFFELIJK OVERSCHOT TE VERWERKEN?

‘In het huidige wettelijk kader is dat natuurbegraven: met zo min mogelijk en uitsluitend natuurlijke materialen begraven. In de toekomst is de meest duurzame manier misschien wel humaan composteren, zoals inmiddels in Amerika en Duitsland is toegestaan. Daarbij verteert het lichaam in een afgesloten cabine met een mengsel van houtsnippers, bladeren en

micro-organismen tot voedzame aarde, die vervolgens uitgestrooid wordt op plekken waar het de biodiversiteit versterkt. Dat kunnen bijvoorbeeld herinneringstuinen of -bossen zijn waar mensen voor zingeving naartoe gaan, of waar ze zelf kunnen helpen tuineren. Deze optie, in Nederland noemen we het ‘veraarden’, voelt voor veel mensen zowel ecologisch als spiritueel zinvol: wij mensen behoren tot de aarde en keren ernaar terug. Naar deze methode moet hier nog onderzoek worden gedaan.’

HOE ZOU JE NU IN NEDERLAND EEN ZO MILIEUVRIENDELIJK MOGELIJKE UITVAART KUNNEN ORGANISEREN?

‘Door veel in eigen hand te houden. Je zou zelf een kist kunnen timmeren of, beter nog, afzien van een kist. Waarom een boom kappen voor iets waar je hooguit een paar dagen naar kijkt? Een kist voegt echt niks toe. Een mooi laken uit eigen kast kan ook, in combinatie met een wilgentenen mand of een stevige plank, en je bent klaar. Je kunt de overledene met je eigen auto of met de grote auto van iemand die je kent naar de laatste rustplek of het crematorium brengen. De afscheidsceremonie kan gewoon thuis of bij iemand die daar de ruimte voor heeft, of in het park. Je plukt bloemen uit de

tuin of verzamelt ter versiering herfstbladeren: ieder seizoen heeft zijn overvloed. Je vraagt iedereen om iets te eten en drinken mee te nemen of je haalt iets lekkers bij de bakker. Dat is de meest duurzame en betaalbare versie die je nu van een uitvaart kunt maken. Je koopt geen nieuwe dingen die je maar één keer gebruikt, geen bloemstuk van € 500, gemaakt van met gif bespoten bloemen, je hebt geen rouwauto’s nodig, geen doodse gebouwen om georganiseerd afscheid tenemen. Het kan natuurlijk allemaal wél, maar vraag jezelf vooral af wat echt belangrijk is en waar je je geld aan wilt besteden.’

ER ZULLEN OOK ALTIJD MENSEN ZIJN VOOR WIE

HET WEL FIJN IS DAT ALLES GEREGELD WORDT, PERSOONLIJK OF NIET.

‘Dat is waar. Hoe ik het voor me zie is zeker niet voor iedereen ideaal. Ik ben ook niet voor een totale ondergang van de uitvaartindustrie. Ook al is het systeem commercieel, de individuele mensen die dit vak uitoefenen zijn altijd heel betrokken, is mijn ervaring. Het is ook een prachtig vak. Wat ik voorsta is een gesprek over de integriteit van de uitvaartcommercie. Binnenkort begin ik een eigen opleiding tot uitvaartondernemer, met als doel vakmensen op te leiden die niet bij rouwenden aankomen met een verkoopcatalogus, maar hun manier van werken afstemmen op datgene waaraan werkelijk behoefte is. Oprechte mensen die willen werken aan een gezonde afscheidscultuur, tegen eerlijke kosten.’

‘Er zou meer aandacht moeten zijn voor wat rouwende mensen werkelijk nodig hebben’

We gaan nazomeren

Laten we wel wezen. Voor mooie wandelplekken, historische dorpen en binnensteden, prachtige tuinen, boottochtjes, mysterieuze bossen, leuke fietsroutes, kastelen en een kanon uit de zeventiende eeuw hoef je echt de grens niet over.

Vijftien van de leukste nazomerplekken van Nederland op een rij.

1. PIETERPAD OP DE FIETS

Zeg je Pieterpad, dan denk je aan wandelen. Maar je kunt de circa 580 kilometer lange route ook afleggen op de fiets. Het Pieterpad precies nafietsen, dat gaat niet, want je mag niet overal rijden, maar de fietstocht gaat door hetzelfde mooie, afwisselende landschap Er is een fietsknooppuntennetwerk dat ook geschikt is scootmobielen of elektrische rolstoelen. Je kunt de route in etappes doen of je maakt er een complete fietsvakantie van en logeert onderweg in fijne hotelletjes. Het Pieterfietspad is gratis, maar voor de wandelgidsen en kaarten betaal je en daarmee steun je het onderhoud.

2. ONTDEK DE RIJP

Op tien kilometer van Alkmaar ligt het schilderachtige dorp De Rijp. Je wandelt er als het ware door de zeventiende eeuw. Er zijn oude grachtjes en prachtige, oude huizen met bijzondere gevels. Voor een officiële historische rondwandeling meld je je bij de VVV in het Raadhuis aan de Kleine Dam, het hart van het dorp. De Rijp en omgeving (het natuurgebied Eilandspolder) kun je ook verkennen vanaf het water met een rondvaart of je huurt zelf een bootje. Kajakken kan ook.

3. HET KANON VAN BOURTANGE

De kleine vestingstad Bourtange in Groningen is tijdens de Nederlandse Opstand in de zestiende eeuw gebouwd en nooit ingenomen. Oude officiershuizen staan langs de nauwe straatjes die leiden naar het Marktplein. Veel van de historische gebouwen mag je vanbinnen bekijken. In

de zomer wordt de slag om Bourtange nagespeeld. Mocht je hier op zondagmiddag zijn, schrik dan niet van de enorme knal die je zult horen – elke week wordt het oude kanon afgeschoten.

4. HET MIDDEN VAN HET LAND

Precies in het midden van Nederland ligt een enorme zwerfkei. Die werd daar, in Lunteren, in 1965 geplaatst. Later bleek dat dit middelpunt gebaseerd was op vage berekeningen. Maar dat doet er niet toe. Want het gebied rondom de kei, de Goudsberg, biedt veel leuks. Voor wandelaars is er het Luntersche Buurtbosch en de Gelderse Vallei. Vergeet niet een selfie te maken bij de beroemde zwerfkei. Blijf je logeren? Vlakbij is Landgoed de Scheleberg, een prachtig vakantiepark.

5. NAAR HET KASTEEL

Het grootste kasteel van Nederland is kasteel De Haar in de provincie Utrecht. Het werd gebouwd door Pierre Cuypers, die ook het Rijksmuseum in Amsterdam ontwierp. In de twintigste eeuw was het luxueuze landgoed populair onder beroemdheden zoals Coco Chanel en Roger Moore, die er extravagante feesten bezochten. Tegenwoordig is het een gewilde trouwlocatie. Geen trouwplannen? Bezichtig het kasteel (vergeet de fijne kasteelwinkel niet) en ga wandelen in het weelderige park.

6. HOND MEE

Tussen Noordwijk en Katwijk is een heerlijk breed strand en een duin­

gebied waar honden het hele jaar los mogen lopen. Het hondenstrand is 2,5 kilometer lang. Handig om het volgende in gedachten te houden: de hond mag los tussen Strandpaviljoen Bubbels Beach in Noordwijk tot aan Beachclub Wantveld in Katwijk. In de duinen mogen ze alleen in het voorste gedeelte loslopen. Er geldt uiteraard poepopruimplicht.

7. VERSTOPTE KUNSTWERKJES

Verscholen tussen Paleis Noordeinde, de Koninklijke Stallen en het Koninklijk Archief in Den Haag ligt de Paleistuin. Dat die open is voor publiek weet lang niet iedereen. Maak een ommetje langs de bloemengazons, vijverpartijen en oude bomen en je waant je in lang vervlogen koninklijke sferen. Je kunt er trouwens ook lekker picknicken. In de Paleistuin zijn dertig kunstwerkjes verstopt, dus de kinderen zijn wel even zoet met zoeken.

8. PICKNICKPLEKKEN

De Paleistuin in Den Haag is niet de enige plek in ons land waar je goed kunt picknicken. Ook prima zijn het strand van Ouddorp in Zeeland of de bossen net buiten Almere bijvoorbeeld. Maar onze favoriet is bij de historische Hanzestad Deventer. Wandel door de mooie straatjes richting de IJssel. Neem het pontje naar de overkant en strijk neer op een van de strandjes. Terwijl je je stokbroodje smeert en van je glas nipt, geniet je van het uitzicht op de skyline van Deventer.

In de Haagse Paleistuin zijn 30 kunstwerkjes verstopt. De kinderen zijn dus wel even zoet

9. EEN WOESTIJN IN BRABANT

Een wonderlijk landschap is de stuifzandvlakte in het Nationaal Park Loonse en Drunense duinen in Brabant. Het is net een woestijn, zo uitgestrekt zijn de zandvlaktes. Om de duinen heen heb je heide en bossen, wat dit gebied een prachtige plek maakt voor stevige wandelingen en mountainbiketochten. Misschien kom je een herder met een schaapskudde tegen, zodat je je met een beetje fantasie even in Marokko waant.

10. HET SPROOKJESBOS

Het Gelderse Speulderbos is een mysterieuze plek. Het staat bekend om zijn kronkelige bomen, ook wel de ‘dansende bomen’ genoemd. Als je de wandelroute Cultuurhistorie van acht kilometer loopt, wandel je niet alleen een flink stuk door het Speulderbos, maar ook over de Ermelosche Heide. Halverwege de hei kom je langs een schaapskooi, waar je iets kunt drinken en een snackje eet.

11. BEZIG OP TEXEL

Op Texel valt van alles te doen; betaald en onbetaald. Je kunt surfles nemen, een rondleiding boeken door een Texelse familiebrouwerij, vogels spotten, wadlopen en zelfs parachutespringen. Bezoek ook de Georgische begraafplaats, stille getuige van een dramatische episode uit de Tweede Wereldoorlog, toen een groep Georgische soldaten in dienst van het Duitse leger op het waddeneiland in opstand kwam tegen de bezetter.

12. HET OUDE DORDRECHT

De historische binnenstad van Dordrecht herinnert aan een rijk verleden. Een wandeling door het centrum met oude

gebouwen, grachten en monumenten is een perfect begin van je zomerdag uit. De hoge toren van de Grote Kerk mag je voor € 4 beklimmen. Je hebt daarboven een weergaloos uitzicht over de stad. Blijf een nachtje logeren in Villa Augustus, waar je een kamer kunt boeken in de voormalige watertoren. Een groot deel van de groenten en kruiden die in het bijbehorende restaurant worden gebruikt, komen uit eigen tuin.

13. OP AVONTUUR

+ Als je houdt van een beetje avontuurlijk kamperen, ga dan naar de autoluwe Camping Fraai, op een verborgen stuk land net buiten Haulerwijk in Friesland. Er zijn pipowagens en retrocaravans die je kunt huren. Het groene terrein heeft een meertje en je mag er een kampvuurtje maken.

+ Nog een bijzondere camping is de Tuin van Epicurus. Die ligt in het Groene Hart, tussen polders, molens, waterwegen en kwekerijen. Er zijn gratis roeibootjes.

+ Ook leuk is Camping Puur Natuurlijk in het midden van Drenthe. Hier staat duurzaamheid op nummer één. Er is een prachtige bloementuin en je geniet van lekkernijen uit de boerenkeuken.

14. ONBEWOOND EILAND

Als je naar de lagune van Camperduin gaat, waan je je op een onbewoond eiland bij Australië. Maar deze wonderschone plek ligt op nog geen uur rijden van Amsterdam. Aan de zuidzijde ligt Camperduin tegen de Schoorlse Duinen aan, aan de noordzijde heb je prachtig uitzicht over de Harger­ en Pettemer­

polder met daarin het vogelreservaat De Putten. In Camperduin kun je surfen, kiten, suppen, paardrijden en golfen. En wandelen en fietsen natuurlijk.

15. GEHEIME TUINEN VAN AMSTERDAM

+ Je moet goed opletten, anders loop je in Amsterdam zo langs een geheime tuin. Bijvoorbeeld de geheime palmentuin op Prinseneiland bij het Westerdok. Er staat een hekje, maar dat is niet op slot.

+ De allerlaatste plek waar je een tuin zou verwachten, is de Zuidas met al die hoge gebouwen. Maar hier vind je toch echt de Botanische Tuin Zuidas, waar in de zomer de (sub)tropische planten rondom de kassen staan opgesteld. Bijzonder: de zee van cactussen in de kas op het terrein van de Vrije Universiteit. De toegang is gratis.

+ Nog zo’n verborgen parel is de Fruittuin van West. Dit is een enorme boomgaard (ongeveer 6,5 hectare) met circa twintig verschillende fruitsoorten die je zelf kunt plukken. Je krijgt een kartonnen bakje waar je het fruit in doet. Bij de bomen en struiken waar je mag plukken, hangen vlaggetjes, zodat je ziet waar het rijpe fruit hangt.

+ Vlak bij de Fruittuin van West ligt de bloemenpluktuin Lokale Bloemetjes de grootste pluktuin van Amsterdam. Met wel honderd verschillende soorten bloemen om uit te kiezen, kun je er zelf een mooi boeket samenstellen. De bloemenpluktuin is van juli tot en met november van woensdag tot en met zondag geopend.

slappe was

Journalist Wilma van Hoeflaken verzamelt het laatste nieuws op het gebied van geld en legt financiële rompslomp uit in klinkklare taal.

TWEEDE HUIS VERHUREN? DURE GRAP!

Steeds vaker verkopen mensen een tweede huis dat ze ooit aanschaften om te verhuren, aldus Van Bruggen Adviesgroep. En tegelijkertijd worden er minder tweede huizen gekocht. Er zijn allerlei redenen waarom mensen een tweede huis (al dan niet voor de verhuur) onaantrekkelijker vinden. Om te beginnen betalen ze 10,4 procent overdrachtsbelasting als ze het huis kopen. Verder is de hypotheekrente de afgelopen jaren flink gestegen. Ook de belasting in box 3 telt mee. De waarde van het tweede huis valt in box 3. De belastingdienst gaat ervan uit dat je 6,04 procent rendement maakt op het tweede huis, ongeacht of je het verhuurt of alleen zelf gebruikt als vakantiehuisje. Over dat fictieve rendement betaal je 36 procent belasting. Tot slot hebben mensen die huizen verhuren te maken met strengere regels. Huurcontracten afsluiten voor bepaalde tijd kan niet meer. En de Wet betaalbare huur zorgt ervoor dat gemeenten kunnen ingrijpen als verhuurders te veel huur vragen. Verhuurders kunnen bijvoorbeeld minder huur vragen voor een huis met een slecht energielabel.

7%

Zoveel zijn de lonen in 2023 gemiddeld gestegen. Dit is de grootste stijging in 45 jaar. Hier zijn verschillende oorzaken voor. De krappe arbeidsmarkt zorgt ervoor dat werkgevers meer loon betalen. Ook de hoge inflatie leidde tot stijging van de lonen. Verder is het minimumloon omhooggegaan. In 2024 stijgen de lonen opnieuw, maar die 7 procent van 2023 gaan we waarschijnlijk niet halen.

Bron: CBS en ING

Gratis

Dat is de populairste zoekterm op Marktplaats. In het eerste kwartaal van 2024 werd dat maar liefst 14,5 miljoen keer ingetikt. Kennelijk zijn steeds meer mensen bereid spullen gratis weg te geven in plaats van ze weg te gooien. En vinden steeds meer mensen het oké om gebruikte spullen te hebben in plaats van nieuwe. Het zou ook kunnen betekenen dat er meer mensen zijn die minder te besteden hebben. Maar duurzaam is het sowieso.

ALS WERKEN TOT JE 67STE TE ZWAAR IS

Het lukt lang niet iedereen om door te werken tot 67 jaar. Maar misschien hoeft dat ook helemaal niet. Veel cao’s bevatten afspraken om het werk langzaam af te bouwen, bijvoorbeeld met de 80-90-100-variant. Dan ga je 80 procent werken, krijg je 90 procent loon en gaat je pensioenopbouw voor 100 procent door. Ook kun je in veel bedrijven gebruikmaken van de RVU-regeling. Dan krijg je van je werkgever de laatste drie jaar voordat je AOW krijgt een uitkering die net zo hoog is als de AOW, waardoor je eerder stoppen kunt. Ook kun je je pensioen eerder laten ingaan of kiezen voor deeltijdpensioen. Informeer naar de mogelijkheden bij je werkgever of vakbond.

DOE DIE SCHUUR OP SLOT

In 2023 werd er 11.000 keer ingebroken in schuren, garages en bijgebouwen. Vooral elektrische fietsen, luxe barbecues en duur gereedschap zijn populair. Als je geld terug wilt van de verzekering, eist de verzekering meestal dat de schuur afgesloten was. Sommige verzekeraars vergoeden de fiets alleen als die ook op slot stond.

42%

van de huishoudens in Nederland kan makkelijk rondkomen. In 2018 was dit nog maar 34 procent. Ondertussen knoopt een derde van alle huishoudens met moeite de eindjes aan elkaar.

Bron: Nibud

Vast, variabel

of dynamisch energiecontract?

We zijn allemaal zo geschrokken van de hoge energieprijzen dat we het liefst een vast contract afsluiten. Het voordeel is dat je dan weet waar je aan toe bent en niet meer onverwacht geconfronteerd wordt met torenhoge stookkosten. Een variabel contract is goedkoper en een goede keuze als je verwacht dat de energieprijzen laag blijven. Mensen die energie kunnen gebruiken op goedkope momenten (de wasmachine laten draaien als de zon schijnt) zijn het voordeligst af met een dynamisch contract. Daarbij stijgen en dalen de prijzen continu.

Op de step was een lied dat Wim Sonneveld zong in de befaamde tv-serie

Ja Zuster Nee Zuster in 1968. Tegenwoordig is Renate Scheuter ook reuzeblij met haar step. Net als Arjen met z’n ligfiets, Bas en Michel met hun driewieler, Gosse met z’n skateboard en Marsha met haar rollerskates.

OP DE STEP, OP DE

RENATE
‘Ik heb de Elfstedentocht én het Pieterpad gestept’

WIJKVERPLEEGKUNDIGE RENATE SCHEUTER (47) UIT AMERSFOORT STAAT INMIDDELS ZO’N ACHT JAAR OP DE STEP. ZE KWAM ERMEE IN AANRAKING TIJDENS EEN BEDRIJFSUITJE, DEED EEN OPLEIDING BIJ DE STEPBOND EN DOET TEGENWOORDIG NIETS LIEVER DAN ANDERE MENSEN OP DE STEP ZETTEN. ‘Eigenlijk zocht ik destijds een alternatief voor hardlopen’, legt Renate uit. ‘Om fit te blijven liep ik hard, maar ik vond dat toch vrij blessuregevoelig. In de stad loop je doorgaans op een harde ondergrond en dat merk je aan je gewrichten. Toen ik doorkreeg dat de step goed bij me paste, heb ik er direct een gekocht en dat bleek een schot in de roos. Met een step ben je al heel snel kilometers ver weg en het is heerlijk om te doen. Wat ik vooral leuk vind aan de sport is dat je zo veel ziet. Het is echt een hele andere beleving dan bijvoorbeeld fietsen. Misschien wel omdat je dichter bij de grond bent. Het is een ideaal vervoermiddel om alles wat je om je heen ziet goed in je op te nemen.’ Renate staat inmiddels minimaal vier keer per week op de step. Naast ‘ommetjes’ in de omgeving met haar stepgroepen schuwt ze ook grotere tochten niet. ‘Naast de Elfstedentocht heb ik onlangs met een vriendin het Pieterpad gestept. Dat is een tocht van zo’n 572 kilometer die we in vijf dagen deden. Ook een rondje Posbank is een van mijn favorieten. Steppen is echt een volwassen sport geworden. Ik ben in Amersfoort-Zuid m’n eigen stepgroep Steppen in Amersfoort begonnen en daar is veel animo voor. Inmiddels doen we zo’n 1 à 2 keer per jaar mee aan een fietstour om een goed doel te sponsoren. We trekken dan veel bekijks omdat mensen het bijzonder vinden dat we dat op de step doen en niet op de racefiets. Maar vergis je niet: met een step kun je een snelheid bereiken van zo’n twintig kilometer per uur, dus we kunnen aardig meekomen. Lachend: ‘Soms denk ik weleens: waar ben ik mee bezig? Maar ik kom overal en het is een ideale manier om fit te blijven!’

ARJEN
‘Ik reis zonder CO2uitstoot door heel Nederland’

VOOR ARJEN MEURS (62) UIT UTRECHT ZIJN FIETSTOCHTJES VAN 200 KILOMETER OF MEER GEEN UITZONDERING. IN ZIJN KNALGELE VELOMOBIEL RIJDT HIJ RUSTIG NAAR GRONINGEN OF LEEUWARDEN OM VRIENDEN OF FAMILIE TE BEZOEKEN. ’Ik heb altijd veel bekijks en word ook vaak aangesproken als ik stilsta. Gek genoeg krijg ik dan altijd de vraag of mijn fiets wel veilig is. Ik zou haast zeggen: meer dan! De opvallende kleur zorgt ervoor dat ik uitstekend te zien ben. En omdat ik heel comfortabel lig, heb ik ook goed zicht op de weg. De fiets is geveerd, heeft goede verlichting, achteruitkijkspiegels, en is van carbon gemaakt, een sterk materiaal dat zorgt voor extra bescherming. Daarnaast zit je droog en uit de wind. Dat maakt de fiets voor mij eigenlijk veiliger dan een gewone racefiets. Maar ja, snel is-ie wel.’ Met snel bedoelt Arjen een gemiddelde snelheid van zo’n 30 kilometer per uur. ‘Na drie keer trappen zit ik al op 25 km per uur en met wat meer inspanning al snel op 40 kilometer. Daarom gebruik ik de velomobiel vooral voor langere afstanden. Ik woon in de binnenstad en mijn werk ligt op zeven kilometer daarvandaan. Dan pak ik liever de gewone fiets, want die haal je wat makkelijker uit het rek. Bovendien kun je in de stad toch niet hard fietsen. De ligfiets is vooral bedoeld voor het buitengebied. Op rechte, wat bredere landweggetjes komt de ligfiets pas echt goed tot zijn recht. Met mijn gezin ga ik vaak op fietsvakanties, maar ook dan pak ik de gewone fiets, omdat het niet leuk is voor mijn vriendin en zoon als zij hard moeten trappen en ik bijna in slaap val.’

Arjen is inmiddels lid van verschillende clubjes van ‘velonauten’ en maakt met hen regelmatig tochten naar het buitenland. ‘Ja, dat sociale aspect vind ik erg leuk. Maar het duurzaamheidsaspect vind ik het allerbelangrijkst. Ik reis zonder CO2uitstoot door heel Nederland en sport tegelijkertijd. Dat geeft een goed gevoel.’

IN ZEIST ZIJN ZE INMIDDELS EEN VERTROUWD

GEZICHT: BAS VAN BALKOM (50) EN ZIJN FIETSMAATJE MICHEL (33) OP HUN TWEEZITSDRIEWIELER. MICHEL IS BLIND EN SLECHT TER BEEN EN DE DRIEWIELER IS VOOR HEM EEN IDEAAL VERVOERMIDDEL OM EROPUIT TE GAAN. ZIJN BEGELEIDER BAS STUURT ALLES IN GOEDE BANEN.

Bas: ‘Wij zijn al zo’n vier jaar een team. Ik werk vier dagen in de week, woensdag is mijn vrije dag. Toen mijn kinderen wat groter werden, hield ik op die dag tijd over. In mijn woonplaats Zeist is Bartimeus, een instituut voor blinden en slechtzienden, gevestigd en ik zag die mensen regelmatig onder begeleiding fietsen. Ik dacht: fietsen kan ik en vind ik ook leuk, dus waarom niet met mensen die niet goed kunnen zien? Ik zocht contact met het instituut en daar werd ik aan Michel gekoppeld. Sindsdien gaan we er regelmatig samen op uit. De driewieler is een e-bike en uiteraard stuur ik en doe ik het trap- en remwerk. Michel assisteert vooral bij de verkeerslichten want hij weet precies wanneer hij de knop moet indrukken. We stellen ons vooraf ook altijd een doel.’ Lachend: ‘Meestal bepaalt Michel dat. De afgelopen keer fietsten we bijvoorbeeld naar de visboer om kibbeling te gaan eten.’ Ondanks het plezier tijdens hun tripjes en het enthousiasme van Michel ziet Bas ook een keerzijde aan zijn rol als vrijwilliger. ‘Ik vind het echt schrijnend om te merken hoeveel er op de zorg wordt bezuinigd. Vrijwilligers zijn zó hard nodig. Michel woont al vanaf zijn dertiende in het instituut en onze fietstochtjes vormen eigenlijk zijn enige uitjes. Er is gewoon geen geld. Onze driewieler is bijvoorbeeld niet van het instituut maar particulier bezit. We hebben mazzel dat we die mogen lenen. Ik moet er dan ook niet aan denken dat-ie stukgaat, want geld voor reparaties is er ook niet. Dat vind ik zorgelijk. Zo’n simpel hulpmiddel als een driewieler is voor mensen als Michel eigenlijk de enige manier om hun horizon te verbreden. Daar zou toch eigenlijk geld voor moeten zijn.’

BAS EN MICHEL
‘Onze fiets-tochtjes zijn Michels enige uitjes’
GOSSE
‘Skaten is geen hobby meer, maar mijn lifestyle geworden’

GOSSE VAN MOORSELAAR (23) STAAT AL VANAF

ZIJN NEGENDE OP HET SKATEBOARD. HIJ KEEK HET

KUNSTJE AF VAN EEN VAN Z’N OUDERE BROERS. VOOR EEN OLLIE (EEN SKATEBOARDTRUCJE

WAARBIJ JE EVEN DOOR DE LUCHT VLIEGT) DRAAIT HIJ ZIJN HAND NIET OM. DAARNAAST GEBRUIKT HIJ Z’N BOARD VOORAL OM LEKKER DOOR DE STAD TE CRUISEN.

Volgens Gosse – student Kunst & Economie aan de Hogeschool voor Kunsten in Utrecht – is de skatesport het ‘opgeschoten jochies’-imago inmiddels flink ontstegen. ‘Skaten is tegenwoordig een sport voor iedereen. Ik geef les bij een skatepark in Utrecht en heb leerlingen van echt allerlei leeftijden. Natuurlijk is het leuk om indoor trucjes mee te doen. Maar ik zie het ook als een ideaal vervoermiddel voor een snelle boodschap of om ermee naar school te gaan. Het board geeft me een gevoel van vrijheid en dat gevoel herken ik ook bij de mensen aan wie ik lesgeef. Als je skate, maak je al snel onderdeel uit van een club gelijkgestemden. Een mooi voorbeeld daarvan zijn de skate-events die ik in Utrecht met vrienden organiseer. Die worden altijd druk bezocht en daar tref je echt allerlei mensen, van jong tot oud. Een gedreven club van skaters, gerund door en voor skaters.’

Hoewel het voor Gosse de normaalste zaak van de wereld is om zich per skateboard door het verkeer te begeven, is het voor z’n omgeving soms nog even wennen. ‘Het schijnt een enorme herrie te maken als ik langs kom zeilen. Veel mensen schrikken daarvan en ik word vaak lang nagekeken. Maar ze weten in ieder geval dat je eraan komt. Het is overigens geen ongevaarlijke sport, want ik val geregeld. Als skater zoek je vooral een gladde ondergrond, maar die is niet altijd aanwezig. Ik pak dan ook regelmatig de busbaan, hoewel je als skater officieel een voetganger bent. Maar een beetje brutaal zijn hoort er ook bij. Ik zie skaten overigens allang niet meer als hobby maar meer als lifestyle. Ik ben met twee vrienden een skateboardbedrijfje begonnen. Ons merk is inmiddels te koop bij een bekende Utrechtse skatestore. Hoe vet is dat?’

‘Mijn meeste vrienden heb ik leren kennen via het skaten’
MARSHA

STUDENT MARSHA BOES (24) PAKT BIJ VOORKEUR DE ROLLERSKATES OM ZICH TE VERPLAATSEN DOOR HAAR WOONPLAATS GRONINGEN. ONLANGS BEGON ZE DAAR SAMEN MET EEN VRIENDIN ZELFS EEN ROLLERSKATESCHOOL.

Marsha kwam voor het eerst echt met rolschaatsen in aanraking toen ze tijdens de coronalockdown van 2020 een onlinevideo zag met een groep rollerskatende meiden uit Long Beach, Californië. ‘Net als vrijwel iedereen in die tijd wilde ik naar buiten, eropuit. Na het zien van die video dacht ik: dat is het, dat wil ik ook! Nog diezelfde dag heb ik een paar rollerskates besteld en sindsdien ben ik echt verkocht. Net als veel anderen overigens, want rollerskating is tegenwoordig weer helemaal hip. Het is niet alleen sportief en leuk om te doen, maar het is ook een heel sociale bezigheid. Je maakt al snel deel uit van een rollerskate-community. Ik denk dat ik zo’n tachtig procent van mijn huidige vrienden heb leren kennen via het skaten. Je bent niet alleen sportief bezig, maar ook onder de mensen.’

Marsha ziet haar rollerskates als een goed alternatief voor vervoermiddelen als de bus of de fiets. ‘Ik studeer in Leeuwarden Ondernemerschap & Retail Management en trek mijn skates vaak al aan in de trein. Rollend de poortjes door en hup, op weg naar school. Ook als ik in de stad heb afgesproken en het goed weer is, pak ik altijd de skates. En ik niet alleen. Steeds meer mensen ontdekken hoe leuk het is om skatend van A naar B te gaan. Daarom besloot ik met een vriendin een rollerskateschool te beginnen. Er zijn veel mensen die graag willen skaten maar nog niet durven. We geven tegenwoordig wekelijks les in de basisbeginselen: hoe moet je remmen, hoe kun je veilig vallen?

Helaas moeten we binnenkort onze locatie verlaten. Jammer, want de animo uit de regio is groot en Groningen kent weinig indoor rollerskatefaciliteiten. Toch zijn we vastbesloten om van deze hobby ons vak te maken. Skaten geeft gewoon energie.’

groente-overval op school

Bas Turk is een van de twee oprichters van TommyTomato, de organisatie die alle kinderen in Nederland een warme vegetarische lunch vol groente op school wil bezorgen. De missie: als we kinderen met plezier groente leren eten, zorgen we voor een gezondere generatie.

ALLE KINDEREN IN NEDERLAND? DAT IS AMBITIEUS!

‘Mijn compagnon Erik van der Plas en ik zijn allebei vader van drie kinderen. Wij ervaren zelf hoe lastig het is om ’s avonds, als iedereen moe van de dag is, je kinderen genoeg groente te laten eten. Hoe fijn was het toen ze nog op de crèche zaten en je wist als ze thuiskwamen: het grootste deel groente hebben ze al achter de kiezen! Want daar waren ze gewend tussen de middag warm te eten. Net als in alle landen om ons heen trouwens. Dat is niet voor niets. Kinderen functioneren gewoon beter als ze overdag goed eten. Waarom zouden we dat niet ook in Nederland voor elkaar kunnen krijgen? Omdat Erik en ik allebei ondernemers zijn, hebben we het meteen goed aangepakt. We willen van alle kinderen groente-eters maken.’

HOE KLEIN ZIJN JULLIE BEGONNEN?

‘We zijn begonnen bij Erik in de keuken, met twee verschillende lunches, door een kok bereid, en daarvan hebben we er toen vijftig naar een school gebracht om te kijken hoe kinderen en leerkrachten zouden reageren. Dat sloeg aan, dus konden we een stap verder. Met een starterslening van € 12.000 van de Rabobank hebben we een pilot opgezet voor meerdere scholen. Toen die ook goed uitpakte, hebben we investeerders benaderd. Met drie ton aan leningen hebben we vervolgens de organisatie op poten kunnen zetten. In het begin is natuurlijk alles een probleem. Wie gaan de maaltijden maken?

Waar warm je ze op? Wie brengt ze naar de scholen? Hoe gaan ouders betalen? Voor alles hebben we een oplossing gevonden. We hebben ook meteen sponsoring in het leven geroepen, waarvan we maaltijden betalen voor kinderen van ouders die het wel willen, maar er geen geld voor hebben.’

WILLEN ALLE KINDEREN UIT ZICHZELF GROENTE ETEN?

‘Wij werken samen met S’kool, dat zijn professionals die alles weten over voeding en didactiek. Zij hebben bedacht dat je kinderen aan de hand van ‘Soeperhelden’ duidelijk kunt maken dat iedere kleur groente iets speciaals doet met je lichaam. Oranje wortels zijn goed voor je ogen, paarse aubergine is goed voor je geheugen en van groene spinazie krijg je sterke spieren. De meeste kinderen vinden dat reuze interessant en motiverend. Wij bieden scholen ook aan om met kinderen samen te koken. Dan valt er helemáál veel te leren, want ook rekenen, begrijpend lezen en motorische vaardigheden komen aan bod in een kookles. Het is onze droom om van ‘voedsel’ een vak op school te maken.’

‘Het is onze droom om van ‘voedsel’ een vak op school te maken’

HOE WERKEN JULLIE NU IN DE PRAKTIJK?

‘Als een school ons uitnodigt, dan komen we met ‘een groente-overval’, waarin we uitleggen wat de voordelen zijn van groente eten, ten opzichte van – laten we zeggen – witte boterhammen met chocopasta. Groenten verteren langzamer, waardoor kinderen zich beter kunnen concentreren. Minder suiker eten heeft ook invloed op het gedrag, dat brengt rust in de klas. Na zo’n voorlichting laten we flyers achter en dan is het aan de ouders of ze een abonnement willen nemen. Een lunch kost € 3,25 voor de onderbouw en € 3,75 voor de bovenbouw. Voor de school betekent het geen extra werk. Onze lunches worden in een warmhoudbox tot aan het

klaslokaal gebracht en weer opgehaald. De leerkracht heeft er dus geen omkijken naar.’

ONDERNEMERS IN DE SCHOOL, WORDEN DIE NIET BEKEKEN MET WANTROUWEN?

‘Ja, en dat snap ik ook. Er zijn altijd graaiers, ondernemers die alleen maar geld willen verdienen. Zo zijn er ook foute investeerders. Maar er zijn er ook genoeg die impact willen maken. Het gaat ons erom een bijdrage te leveren aan problemen die op dit moment spelen op het gebied van klimaat en gezondheid. Vergelijk ons met een nutsbedrijf. Daarom hebben we een winstplafond ingesteld. Van tevoren hebben we gezegd: zo veel willen wij verdienen en dan is het genoeg. En ook onze investeerders weten dat ze een beperkt aantal keer hun inleg terugkrijgen.’

ZIJN JULLIE AL WINSTGEVEND?

‘Nog niet, maar aan het eind van het jaar wel. Op dit moment bereiken we 25.000 kinderen, verspreid over 230 scholen in Noord- en Zuid-Holland en Utrecht. Als dat straks 60.000 kinderen zijn, raken we in de zwarte cijfers. Dan kunnen we gaan terugbetalen en meteen verder opschalen naar nog meer scholen en provincies. Daarom hebben we nu alvast een managementteam samengesteld met echte toppers: mensen met veel ervaring op het gebied van marketing, IT, sales en personeel. Want we zijn er wel achter gekomen dat wij met z’n tweeën niet alles kunnen. Uit idealisme zijn mensen lang bereid om boven hun macht werken, maar op een gegeven moment wordt het tijd om rust en structuur aan te brengen in een organisatie. Bovendien, in een transitie naar groter, wordt alles groter, dus ook de bedragen als het ergens fout loopt.’

ALS ANDERE MENSEN HET BEDRIJF GAAN RUNNEN, VINDEN JULLIE HET DAN ZELF NOG WEL LEUK?

‘Ik denk dat we er dan juist weer meer plezier in gaan krijgen. Kunnen we eindelijk weer eens op vakantie!’

tommytomato.nl

‘Financieel is het bij mij een warboel’

In elke RADAR+ vertelt iemand hoe zij of hij omgaat met geld, bezuinigingen, boodschappen en bankrekeningen. Loethe Olthuis had ooit vier jaar een vaste baan, dus haar pensioen stelt niets voor. Ze werkt dus nog, óók omdat ze dat heel leuk vindt. Aan boodschappen geeft ze weinig uit, want ze eet van mei tot november uit de moestuin.

JE KRIJGT AL AOW. TOCH NOG AAN HET WERK?

‘Ik wil graag mijn eigen broek kunnen ophouden. AOW is niet genoeg en mijn pensioen stelt niets voor. Ik heb ooit vier jaar een vaste baan gehad. Daarvan krijg ik nu € 2500 pensioen per jaar. Ik heb wel gespaard voor mijn pensioen, maar als ik van mijn spaargeld moet leven is het in twee jaar op. En ik werk omdat ik mijn werk heel erg leuk vind.’

WERK JE FULLTIME?

‘Net niet, denk ik. Het loopt door elkaar heen. Ik had gadogado gemaakt voor gasten, maar de bloemkool was te gaar. Dus maakte ik bloemkoolsoep. Dat vind ik saai, dus maakte ik ook allerlei garnituurtjes die je in je soep kunt doen. Daar schrijf ik dan weer over in mijn kookrubriek in de Volkskrant. En toen ik gisteren in mijn tuin werkte, zag ik veel slakken. Dat is dan weer een onderwerp voor mijn groenrubriek in Trouw.’

GROTE TUIN?

‘Gigantisch. We wonen fantastisch. We hebben een twee-onder-een-kaphuis in een dorp, met een tuin van bijna 1200 vierkante meter. Met een moestuin en kippen. Van mei tot begin november eten we voornamelijk uit de tuin. Ik voel me heel bevoorrecht. Maar ik zou ook best in een tiny house kunnen wonen, als er maar groen om me heen is.’

KUN JE GOED MET GELD OMGAAN?

‘Financieel is het bij mij een warboel. Ik loop altijd een jaar achter met mijn belastingaangifte, ik ben slordig met

het versturen van facturen voor mijn werk. Maar ik sta nooit rood. Ik kan van weinig geld leven. Die moestuin helpt daar natuurlijk bij. Mensen denken dat gezond eten duur is, maar dat is niet zo. Als je goedkoop wilt eten, moet je groente van het seizoen nemen en goed leren koken. Ik geef ook nauwelijks geld uit aan kleding. Vroeger ging ik voor mijn werk naar chique dingen. Die kleding heb ik allemaal nog. Dus als we uitgaan duik ik in mijn kast en vind ik wel iets. Maar ik geef wel geld uit aan paardrijkleding.’

HEB JE ZELF EEN PAARD?

‘Dat was een droom sinds mijn 13de Maar er was altijd iets. Geen tijd, geen geld. Op mijn 67ste heb ik een paard gekocht. Een IJslands paard. Veel modder en veel haar. Dat was mijn beste beslissing ever. Ik word er zo gelukkig van. Het paard kostte € 13.000. Dat was heel veel spaargeld.’

HOE HEBBEN RONALD EN JIJ JULLIE FINANCIËN GEREGELD?

‘Hij verdient anderhalf of twee keer zoveel als ik. Hij betaalt alle vaste lasten. Ook de hypotheek. Op ons gezamenlijke huis hebben we een a ossingsvrije hypotheek van € 45.000. We gaan al achttien jaar twee keer per week naar dansles, van mambo tot Engelse wals. Dat vinden we allebei leuk. Dat betaalt hij ook. Ik betaal ons dagelijks leven, de boodschappen, de vakanties, uitgaan, de kapotte wasmachine. Het is misschien een rare verdeling, maar voor ons werkt het.’

LOETHE OLTHUIS (68) IS ONDERZOEKSJOURNALIST OP HET GEBIED VAN DUURZAAMHEID, VOEDING EN NATUUR. ZE WOONT 28 JAAR

SAMEN MET RONALD (59), DIE BIJ ELEKTRONICABEDRIJF THALES WERKT.

INKOMEN

1 x modaal*

MAANDELIJKSE UITGAVEN

Boodschappen voor 2 personen, inclusief uitgaven voor de kookrubriek

’s winters € 400

’s zomers € 150

Vakanties, varieert tussen € 41 en € 250

Huisvesting paard € 110

Extra muesli, slobber paard € 50

Hoefsmid € 75

Paardrijlessen (2 à 3 keer per maand) € 100

Kleding, inclusief rijkleding € 30

Auto (benzine, belastingen) € 150

Uit eten € 40

Sparen voor pensioen € 400

*1 x modaal is bruto € 3076 per maand, zonder vakantietoeslag. Netto is dat € 2372. Vakantietoeslag is bruto € 267 per maand. Netto is dat € 208. Dus inclusief vakantietoeslag is 1 x modaal € 2580 netto per maand. 1 x modaal is € 40.000 bruto per jaar.

BRON: NIBUD

Bijverdiensten

Handel je graag op Marktplaats of Vinted? Ben je actief op Airbnb?

Online platforms geven deze informatie door aan de belastingdienst. Houd er rekening mee dat je soms belasting moet betalen over je inkomsten.

Officieel moet je bijverdiensten altijd melden als je belastingaangifte doet. Over inkomen moet je nu eenmaal belasting betalen. Om te voorkomen dat mensen geen belasting betalen, moeten online platforms sinds dit jaar een melding doen bij de belastingdienst als mensen meer dan dertig transacties per jaar doen of als hun omzet hoger is dan € 2000 per jaar. Dus als je 31 keer iets verkoopt op Vinted, moet Vinted dat doorgeven aan de Belastingdienst. Heb je voor € 2100 je oude motorfiets verkocht op Marktplaats, dan doet Marktplaats een melding bij de belastingdienst.

Hobbyist of ondernemer?

Moet je nu opeens belasting betalen over het geld dat je verdiend hebt met die 31 jurkjes en bloesjes op Vinted? Of over de opbrengst van je oude motor? Nee, natuurlijk niet. Het gaat erom of je handelt om winst te maken. Als je jurkjes en bloesjes verkoopt die jou niet meer passen, maak je geen winst. Waarschijnlijk verkoop je ze voor een veel lager bedrag dan je er zelf ooit voor hebt betaald. Voor de motor die je verkoopt geldt hetzelfde. Maar als je actief tweedehands spullen koopt – kleding, meubels, gitaren -, ze een beetje oppimpt en online te koop zet, wil je waarschijnlijk wel winst maken. En dan is de kans groot dat je wel belasting moet betalen.

Het ligt misschien anders als meubels opknappen en te verkopen je hobby is. Je koopt stoeltjes, je investeert in materiaal om ze te restaureren en dan verkoop je ze voor iets meer dan de prijs die je er zelf voor hebt betaald. Eigenlijk maak je geen winst, want je was ook geld kwijt aan materiaal en die onkosten wil je eruit halen. Als je kunt aantonen dat je die onkosten echt hebt gemaakt, zal niemand erover zeuren. Maar wat als je op elk stoeltje € 25 verdient en je verkoopt vijftig stoeltjes per jaar? Is dat een hobby waarmee je een zakcentje verdient, of ben je ondernemer? Er is een groot grijs gebied. Het is in elk geval handig als je bonnetjes of bankafschriften kunt laten zien, zodat je kunt bewijzen dat je onkosten hebt gemaakt. Daarmee kun je laten zien dat je amper iets verdiende. En als blijkt dat je toch belasting moet betalen over je winst, zijn die bonnetjes ook handig. Want onkosten mag je aftrekken, zodat je minder belasting betaalt.

En als je je (tweede) huis verhuurt?

Wanneer je je (tweede) huis verhuurt via een platform, bijvoorbeeld Booking, geeft Booking dit ook door aan de belastingdienst. Hier maakt het niet uit hoeveel je verdient of hoe vaak je je huis verhuurt, het platform moet elke transactie melden. Wanneer je je tweede huis verhuurt, hoef je over de huurinkomsten geen belasting te betalen. Een tweede huis valt in box 3. Over de waarde daarvan betaal je vermogensrendementsheffing, of je het nu verhuurt of niet. Maar verhuur je het huis waar je zelf woont, of een deel daarvan, dan moet je belasting betalen over 70 procent van de huuropbrengst. Onkosten, voor elektriciteit, water en schoonmaken bijvoorbeeld, mag je aftrekken. Lees ook over het verhuren van je tweede huis in onze rubriek Slappe Was op pagina 16.

Platforminkomsten in je belastingaangifte

De belastingdienst kan nooit alle meldingen van online platforms controleren. Ze kunnen niet iedereen bellen en vragen hoe het zit. En ze zullen ook niet zomaar belastingaanslagen opleggen. Misschien worden alleen mensen met een heel hoge omzet gecontroleerd en dan alleen steekproefsgewijs. Maar het kan ook zijn dat de inkomsten via platforms ooit automatisch terechtkomen in je belastingaangifte. Nu staan daar ook al allerlei gegevens in, zoals je loon en je spaargeld. Tegen de tijd dat dit ook gebeurt met inkomsten van online platforms, moet je de ingevulde gegevens extra goed checken als je belastingaa ngifte doet.

WINST GEMAAKT? DE KANS IS GROOT DAT JE BELASTING MOET BETALEN

+ Als je een jurk verkoopt die jou niet meer past, maak je geen winst.

+ Zorg dat je je onkosten kunt aantonen, bewaar bonnetjes.

+ Verhuur je je tweede huis, dan betaal je geen belasting over huurinkomsten.

RADAR+ WERK DOSSIER

ARBEIDSONGESCHIKT, EN DAN?

Al twee jaar ziek? Dan heb je waarschijnlijk recht op een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Maar voor hoeveel procent ben je niet in staat om te werken? Kun je misschien ander werk doen? Mag je naast de uitkering bijverdienen en hoe wordt dat verrekend? Welkom in de, soms duistere, wereld van het UWV.

WERKNEMERS EN ZZP’ERS

Sommige werkgevers hebben een collectieve aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekering voor hun werknemers geregeld, bijvoorbeeld een hiaat- of een exedentverzekering. Zzp’ers moeten zelf een voorziening treffen voor arbeidsongeschiktheid. Er is vaak sprake van dat er een wettelijke verplichting komt, maar die is er voorlopig nog niet. Op vergelijkingsites kun je een passende arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen zoeken. Voor de eerste twee ziektejaren is een broodfonds geschikt. Zie broodfonds.nl.

60-PLUSSERS HOEVEN

NIET NAAR DE UWVARTS

Omdat het UWV grote achterstanden heeft bij het beoordelen van WIA-aanvragen, is er voor 60-plussers een versnelde procedure. Bij deze procedure neemt het UWV een beslissing op basis van schriftelijke informatie en hoef je niet naar de UWV-arts. Je mag zelf weten of je hier gebruik van wilt maken. Zie uwv.nl.

Voordat je arbeidsongeschikt raakt, heb je meestal al met je werkgever of de bedrijfsarts gesproken over reintegratie. ‘Doorgaans gebeurt dat als mensen een jaar ziek zijn’, zegt Quinta Vuik, die als zelfstandig arbeidsdeskundige werkt voor verschillende opdrachtgevers, waaronder het UWV, een ziekenhuis en een arbodienst. Ook andere organisaties, zoals een school, een schoonmaakbedrijf of een kinderdagverblijf huren haar in voor arbeidsdeskundig onderzoek. In het ideale geval onderzoekt een werkgever na een jaar ziekte wat voor werk de zieke werknemer eventueel wél zou kunnen doen. Zo kijkt Vuik momenteel naar passend werk voor een zieke medisch secretaresse. ‘Zij heeft een hectische functie met veel deadlines en ze moet de hele dag multitasken. Omdat ze langdurige gezondheidsklachten heeft, lukt dat nu niet’, aldus Vuik. ‘Haar werk is niet passend, dus nu kijken we naar wat er wel kan. Bijvoorbeeld minder uren werken of taken schrappen.’ Als dat binnen een bedrijf of organisatie niet kan, moet een werkgever kijken of zoiets in een ander bedrijf misschien mogelijk is. Dit staat in de Wet verbetering poortwachter, die als doel heeft mensen niet te snel arbeids- ongeschikt te verklaren. Doorgaans nemen werkgevers deze wet serieus. Want als iemand toch ziek blijft en een uitkering moet aanvragen bij het UWV, checkt het UWV of de werkgever er alles aan gedaan heeft om een langdurig zieke werknemer aan passend werk te helpen. Als blijkt dat je werkgever te weinig heeft gedaan, loopt hij het risico dat hij een boete moet betalen.

KRIJG JE JE LOON DOORBETAALD?

Tijdens je ziekte moet de werkgever twee jaar lang je loon blijven betalen. Je mag in die periode niet ontslagen worden. Je hebt minimaal recht op 70 procent van je laatste loon. Het kan zijn dat je meer krijgt, want in veel cao’s zijn afspraken gemaakt over hogere percentages. Als je ziek bent vanwege orgaandonatie, zwangerschap of bevalling, heb je wettelijk recht op 100 procent doorbetaling van je loon.

NAAR HET UWV

Als je twee jaar ziek bent, moet je bij het UWV een WIA-uitkering (arbeidsongeschiktheids-

uitkering in het kader van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen) aanvragen. Dat kan eenvoudig met een formulier op uwv.nl. De verzekeringsarts van het UWV beoordeelt je medische situatie. Dan kijkt hij naar je belastbaarheid. Dat is heel breed. Kun je zelfstandig functioneren? Trek je je veel aan van de emotionele problemen van anderen? Kun je samenwerken? Kun je tegen geluiden? Heb je fysieke beperkingen? Hoeveel uur op een dag zou je kunnen werken? Vervolgens gaat de arbeidsdeskundige aan de slag met de beoordeling van de arts. De arbeidsdeskundige moet kijken of je recht hebt op een WIA-uitkering. ‘Eerst kijk ik of iemand zijn eigen werk kan doen’, zegt Vuik. ‘Als ik morgen mijn been verlies, is dat een beperking. Maar dan kan ik dit werk nog steeds prima doen. Zo kijk ik.’ Als iemand zijn eigen werk niet meer kan doen, is het de vraag welk ander werk iemand in theorie wel zou kunnen doen.

De arbeidsdeskundige kijkt hoeveel salaris je nog zou kunnen verdienen in een ander beroep. Op basis daarvan bepaalt het UWV het arbeidsongeschiktheidspercentage.

HET UWV CHECKT OF DE WERKGEVER ER ALLES AAN GEDAAN

HEEFT OM EEN LANGDURIG ZIEKE WERKNEMER AAN PASSEND WERK TE HELPEN

Eigenlijk is ‘arbeidsongeschiktheidspercentage’ niet het goede woord. Als je door ziekte je eigen werk niet meer kunt doen, kijkt het UWV hoeveel je in een andere baan – waar je nog wel geschikt voor bent - zou kunnen verdienen. ‘De WIA is een verzekering tegen loonverlies’, zegt Vuik. ‘Daarom kijkt het UWV naar het percentage loonverlies.’

Om dit te beoordelen wordt een ‘claimbeoordelings- en borgingssysteem’ (CBBS) gebruikt, waarin duizenden functies staan.

Een taxichauffeur die niet meer tegen stress en verkeersdrukte kan, kan misschien wel

‘MIJN ANGST IS DAT IK IN DE BIJSTAND EINDIG’

Esther (58) werkte in het basisonderwijs, maar is nu arbeidsongeschikt en heeft een WIA-uitkering.

‘De afgelopen 15 jaar had ik geregeld burn-outachtige klachten en was ik vaak somber. Op een gegeven moment was ik zo gestrest dat ik niet meer kon werken. Ik was nerveus, sliep slecht en moest om alles huilen. Zo kun je niet voor de klas staan. Mijn werkgever had geen vervangend werk en na twee jaar ziekte kreeg ik een WIA-uitkering. Ik was toen 70 procent arbeidsongeschikt. Officieel kon ik er dus bij werken, maar dat lukte echt niet. Toen ik de uitkering bijna twee jaar had, kreeg ik bericht van het UWV. Ik zou een vervolguitkering krijgen. Dat was een heel lage uitkering, minder dan € 1000 per maand. Daarvan raakte ik in paniek. Ik woon alleen en kan de kosten van mijn huishouding met niemand delen. Ik kon toen nog wel in aanmerking komen voor een toeslag van het UWV, zodat ik uiteindelijk een minimuminkomen zou hebben. Ik vond dat vreselijk en wist niet wat ik moest doen. Mijn zus heeft namens mij bezwaar gemaakt tegen de beslissing van het UWV om mij een vervolguitkering te geven. Toen moest ik naar de UWV-arts voor een herkeuring. Uiteindelijk is bepaald dat ik voor 80 tot 100 procent arbeidsongeschikt ben. Sindsdien krijg ik weer dezelfde uitkering als in de eerste twee jaren dat ik WIA kreeg, netto een kleine € 2000. Dat heet officieel een loonaanvullingsuitkering. Mijn zus mocht gelukkig mee naar de keuring. Zij vroeg aan de arts of ik geen IVA-uitkering kon krijgen, omdat ze er rekening mee houdt dat ik nooit meer voor de klas kan staan. Daar ben ik zelf ook bang voor. Een IVA-uitkering krijg je als er geen zicht is op herstel. Maar de arts denkt dat er verbetering mogelijk is. Misschien, ik heb nu eindelijk een goede psychotherapeut. Maar of het ooit goed komt weet ik niet. Ik ben benieuwd hoelang ik mijn WIA-uitkering kan houden. Mijn angst is dat ze me op een dag goedkeuren, terwijl ik nog steeds niet kan werken. En dat ik dan in de bijstand eindig.’

DE WIA HEEFT ZIJN

LANGSTE TIJD GEHAD

De WIA bestaat sinds 2005. Het is de opvolger van de WAO, de oude arbeidsongeschiktheidswet. Deze wet was ooit iets om dankbaar voor te zijn – eindelijk een goede uitkering voor arbeidsongeschikten - maar veranderde in een soort afvoerputje. Werkgevers die in de economische recessie van de jaren tachtig van oudere werknemers af wilden, stuurden hen richting WAO.

De WIA kreeg daarom een heel ander karakter. Werken is het uitgangspunt, de wet kijkt naar loonverlies door ziekte en het idee is dat je aan slag blijft. Maar inmiddels is duidelijk dat de WIA ook niet ideaal is. Het is bijvoorbeeld krom dat mensen met een specialistisch vak en een hoog inkomen eerder een uitkering krijgen dan mensen met een laag inkomen. En het is ook niet in de haak dat mensen die minder dan 35 procent arbeidsongeschikt zijn geen uitkering krijgen. De Algemene Rekenkamer oordeelde vorig jaar dat de WIA ‘onuitvoerbaar’ en soms zelfs ‘onrechtmatig’ is. Probleem is ook dat het UWV met enorme achterstanden kampt. Volgens de Algemene Rekenkamer wachten 20.000 mensen gemiddeld een halfjaar op een herbeoordeling omdat er een tekort is aan keuringsartsen. Dit voorjaar bracht de Onafhankelijke Commissie Toekomst Arbeidsongeschiktheidsstelsel een advies uit over een nieuw stelsel. Ze doen hierin voorstellen voor verschillende varianten. Voorlopig is er nog geen nieuwe wet, maar duidelijk is dat de WIA niet het eeuwige leven heeft.

werken als medicijnenbezorger, tuinman of postbezorger. ‘Het is niet zo dat je dat werk dan moet gaan doen’, zegt Vuik. ‘Maar de arbeidsdeskundige kijkt hoeveel je gemiddeld met dat werk zou kunnen verdienen. Dat salaris wordt afgezet tegen het salaris van je eigen beroep.’ Stel dat je in die andere beroepen de helft van het salaris van je eigen beroep zou kunnen verdienen, dan is je loonverlies 50 procent en ben je voor 50 procent arbeidsongeschikt. En als je loonverlies 70 procent is, ben je voor 70 procent arbeidsongeschikt.

MINDER DAN 35 PROCENT LOONVERLIES?

GEEN WIA-UITKERING

Het kan ook zijn dat je loonverlies minder dan 35 procent is. In dat geval krijg je geen WIA-uitkering. Toen de WIA werd ingevoerd, was het idee dat mensen die minder dan 35 procent arbeidsongeschikt zijn, gemakkelijk aangepast werk kunnen vinden. In de praktijk blijkt dit tegen te vallen. Daarom is er steeds meer kritiek op deze regel. De WIA heeft daardoor zijn langste tijd gehad. Als je geen WIA-uitkering krijgt, kun je misschien met je werkgever bespreken hoe het verder moet. Misschien kun je minder uren werken of een aangepast takenpakket krijgen. Maar je werkgever kan je ook ontslaan, want dat mag als je langer dan twee jaar ziek bent.

RARE LOONVERGELIJKINGEN

Bij die loonvergelijkingen is iets raars aan de hand. Stel dat in jouw beroep een heel hoog uurloon gebruikelijk is. Je doet bijvoorbeeld iets technisch in de lucht- en ruimtevaart, waarvoor zeer speciale kennis nodig is. Of je bent de CEO van een beursgenoteerde onderneming. Dan zullen er nauwelijks functies zijn waarmee je in de richting komt van het loon dat jij gewend bent. Dus is de kans groot dat jouw loonverlies en daarmee jouw arbeidsongeschiktheidspercentage uitkomt op 70 of 80 procent of hoger. Terwijl iemand die in een winkel werkt en misschien dezelfde gezondheidsproblemen heeft, mogelijk geen WIA-uitkering krijgt, omdat haar loonverlies lager blijkt te zijn dan 35 procent.

ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN

Een enkel pensioenfonds, zoals ABP, keert een arbeidsongeschiktheidspensioen uit. Dit is een aanvulling op je inkomen als je een WIA- of IVA-uitkering hebt. Bij de meeste pensioenfondsen gaat je ‘gewone’ pensioenopbouw tijdens arbeidsongeschiktheid door, zonder dat je pensioenpremie hoeft te betalen. Check bij je pensioenfonds of je werkgever hoe dit zit.

RECHT OP INKOMENSAANVULLING

Als je een WIA-uitkering hebt onder bijstandsniveau, kun je bij het UWV een aanvulling aanvragen. Uit onderzoek van de Arbeidsinspectie blijkt dat ruim 60.000 mensen met een WIA- of een WW-uitkering in armoede leven, omdat ze geen aanvulling aanvragen, terwijl ze daar wel recht op hebben. Vaak weten ze niet dat ze een aanvulling kunnen aanvragen, of ze vinden het te ingewikkeld. Om de inkomensaanvulling aan te vragen moet je inloggen op uwv.nl. De aanvulling heet ‘toeslag van UWV’. Dit heeft niets te maken met de toeslagen van de belastingdienst.

HOOGTE VAN DE UITKERING

In de eerste twee maanden is een WIAuitkering maximaal 75 procent van het laatstverdiende salaris, en daarna maximaal 70 procent. Het UWV gaat zowel voor WWuitkeringen als VOOR arbeidsongeschiktheidsuitkeringen uit van een maximaal loon. Dit is bruto zo’n € 274 per dag of € 5900 per maand. Dit betekent dat de WIA-uitkering bruto maximaal zo’n € 4100 is. Je mag bijverdienen bij een WIA-uitkering. ‘Het is zelfs de bedoeling dat je dat doet’, zegt Vuik. ‘Als je bijvoorbeeld voor 50 of 80 procent arbeidsongeschikt bent, dus loonverlies hebt, is het idee dat je ook nog gedeeltelijk kunt werken. Het geld dat je daarmee verdient, wordt gekort op je uitkering. Maar je houdt er zelf wel iets aan over. De WIA heeft als doel dat werken loont.’

ALS JE HELEMAAL NIET MEER KUNT WERKEN

Het kan zijn dat je helemaal niet meer kunt werken en dat het ernaar uitziet dat dit niet meer verandert. Het UWV oordeelt dan dat je duurzaam arbeidsongeschikt bent. In dat geval krijg je een IVA-uitkering (Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten).

Ook de IVA-uitkering is maximaal 75 procent van je laatstverdiende salaris en ook hier geldt het maximale UWV-uur- of maandloon. Je hoeft niet te re-integreren. De IVA-uitkering krijg je totdat je AOW krijgt.

HOELANG KRIJG JE EEN WIA-UITKERING?

Hoelang je een WIA-uitkering krijgt, hangt af van je arbeidsverleden. Als je kort hebt gewerkt, krijg je maar een paar maanden WIA. Overigens tellen alle gewerkte periodes sinds 1998 mee. De systematiek is hetzelfde als bij de WW (werkloosheidsuitkering). De WIA duurt minimaal 3 en maximaal 24 maanden. Dat wil zeggen: de loongerelateerde uitkering van de WIA, dus de uitkering die gebaseerd is op je laatstverdiende loon. Na die twee jaar zijn er verschillende mogelijkheden.

WAT GEBEURT ER NADAT DE WIA-UITKERING STOPT?

Als je minder dan de helft hebt bijverdiend dan wat je volgens het UWV kon verdienen, krijg je een vervolguitkering. Dat betekent dat je inkomen flink omlaaggaat. Je ontvangt dan

een percentage van het minimumloon. Dit begint bij 28 procent van het minimumloon bij een arbeidsongeschiktheidspercentage van 35 tot 45 procent. En is maximaal 50,75 procent van het minimumloon bij een arbeidsongeschiktheidspercentage van 80 tot 100 procent. Als het totale gezinsinkomen hierdoor onder het sociaal minimum komt, kun je bij het UWV een toeslag aanvragen. Het kan ook zijn dat je een loonaanvullingsuitkering krijgt. Je krijgt dan 70 procent van het WIA-maandloon (dat is de uitkering die je al had) min het bedrag dat je volgens de arbeidsdeskundige zou kunnen verdienen. Die uitkering houd je totdat bij een herkeuring blijkt dat je bent hersteld. Ook kan het zijn dat je zelf inmiddels weer meer verdient dan 65 procent van je oude salaris. Dan krijg je nog een jaar een loonaanvullingsuitkering. Daarna stopt de uitkering.

ALS JE HET ER NIET MEE EENS BENT

Als je het niet eens bent met een beslissing van het UWV, kun je bezwaar maken.

Daar kunnen allerlei redenen voor zijn.

Misschien vind je dat de UWV-arts jouw beperkingen te rooskleurig inschat en vind je dat je veel te ‘gezond’ uit de keuring komt. Of misschien ben je het niet eens met de vervolguitkering, omdat je niet in staat was om naast je uitkering te werken. Maak bezwaar en probeer je situatie uit te leggen zodra je de kans krijgt.

‘Als arbeidsdeskundige wil ik mensen in hun kracht zetten’, zegt Vuik. ‘Soms is dat door mensen te stimuleren om aan het werk te gaan, soms door ze in bescherming te nemen.’

Het gebeurt weleens dat Vuik vindt dat mensen wel gedeeltelijk kunnen werken, terwijl mensen zelf vinden dat ze daar absoluut niet toe in staat zijn. ‘Daar word je het niet altijd over eens. Probeer het toch, denk ik dan, want je wordt er – ook financieel – niet slechter van.’ Haar advies: probeer in ieder geval gebruik te maken van het Werkbedrijf van het UWV. ‘Bespreek daar wat je nodig hebt om beter inzetbaar te zijn, bijvoorbeeld een werkervaringsplek of een sollicitatietraining.’

ONGESTOORD GENIETEN

Wat mag je van een goede hoofdtelefoon verwachten?

Wat is een goede prijs/kwaliteitverhouding? De goedkoopste die we testten, kost € 78, de duurste € 499. Opvallend: ze scoren allebei een zeven(tje).

Betaalde je een paar jaar geleden zo’n € 300 voor een goede draadloze hoofdtelefoon, nu schieten de prijzen alle kanten op. Zo kost ons goedkoopste testexemplaar € 78 en het duurste € 499. Er zijn veel verschillen op het gebied van functionaliteit, kwaliteit, klank, comfort, bouwkwaliteit, accessoires, mogelijkheden en bijhorende apps.

Daarom hebben we een selectie gemaakt in verschillende prijsklassen en onze favorieten uitgekozen. Heel wat testexemplaren zijn daardoor afgevallen. Zo was de Sennheiser Accentum Wireless op geen enkel punt overtuigend beter dan ons goedkoopste model, en zijn dubbele prijs niet waard. De dure Apple AirPods Max van € 500 kan ons zeker bekoren met zijn prachtige geluid en heel veel slimme functies, maar Androidgebruikers hebben er niks aan, vandaar dat deze ook niet is meegenomen in de test.

NOICECANCELLING: GELUID WEGFILTEREN

Het wegfilteren van omgevingsruis, zo blijkt, is de laatste jaren enorm verbeterd. Natuurlijk hoor je al wat minder van je omgeving doordat je twee flinke kappen over je oren hebt. Dit noemen ze de passieve ruisonderdrukking. De actieve ruisonderdrukking, noise-cancelling (vaak afgekort als NC), maakt gebruik van microfoons op de oorkappen en binnenin. Daarbij wordt het geluid van buiten en binnen met elkaar vergeleken en een antigeluid gemaakt die dat restant wegfiltert. Het werkt dus erg goed bij langdurig monotoon geluid als een motor, airco, stofzuiger, wasmachine, brom of continu gepiep, maar een autotoeter of fietsbel hoor je juist heel goed. De hoofdtelefoons van Sony kunnen zelfs het geluid van de wind wegfilteren.

TRANSPARANTIEMODUS: WIL JE JUIST WEL GELUID VAN BUITENAF HOREN?

Naast het onderdrukken van ruis, worden al die microfoons ook gebruikt om geluid van buitenaf juist door te geven. Dit wordt meestal benoemd als Transparantiemodus, omgevingsgeluid of Aware-modus. Je hoort alles om je heen alsof je helemaal geen hoofdtelefoon draagt. Zo kun je gerust gesprekken blijven voeren, terwijl je een muziekje op de achtergrond beluistert. Bij de Sony WH-1000XM5 kan deze functie automatisch aanspringen wanneer iemand iets tegen je zegt of als je zelf begint te praten. Het kan ook heel handig zijn om je eigen stem goed te horen wanneer je een telefoongesprek voert via je hoofdtelefoon. Houd er wel rekening mee dat je omgeving vaak niet doorheeft dat jij gewoon kunt horen wat iedereen zegt, terwijl je oren toch bedekt zijn (of maak er slim gebruik van).

WH-CH720N € 78

+ Afwerking Het zal je niet zo verbazen, maar deze voelt een beetje goedkoop aan. Erg plastic en niet zo robuust. Verkrijgbaar in wit, zwart en blauw. De bediening op de oorschelp is wat onduidelijk.

+ Comfort Met 191 gram is het de lichtste hoofdtelefoon van het stel, en hij zit heerlijk.

+ NC De ruisonderdrukking haalt voornamelijk lage tonen weg, maar de transparantiemodus is via de app van hoge kwaliteit en heel bruikbaar.

+ Klank Mijn favoriete hoofdtelefoon voor luisterboeken en podcasts. Muziek klinkt lekker vol met stevige lage tonen en een randje hoog. Via de app is dit te finetunen.

+ Voordeel Goede prijs-kwaliteitsverhouding.

+ Nadeel Voelt wat goedkoop aan.

CIJFER: 7-

FINAL UX3000 € 139

+ Afwerking Stevige constructie, ook de knopjes voelen fijn aan en zitten op de juiste plek. Netjes compact in elkaar te vouwen.

+ Comfort Meteen goed, niet te strak, ook niet te slap. Het zachte kunststofleer op de hoofdband en de oorkussens voelt heel prettig aan.

+ NC Vooral lage tonen worden weggefilterd, maar met mate. Als je gewoon alleen wat rust wilt, is het erg handig dat je alleen de NC kunt gebruiken terwijl de hoofdtelefoon verder uit staat.

+ Klank Final staat bekend om zijn peperdure hoofdtelefoons van € 4000 die fantastisch klinken. Geweldig hoe ze die kennis ook weten te gebruiken voor een goedkoper product: wat een prachtig vol geluid! Stevige bas maar niet dreunend, helder maar niet scherp.

+ Voordeel Goede prijs-kwaliteitverhouding.

+ Nadeel Geen app en geen transparantiemodus.

CIJFER: 7+

SONY

SONOS ACE

€ 499

+ Afwerking Sonos heeft veel ervaring met design en uitstraling, die hebben ze in de Ace goed weten te gebruiken: je voelt en ziet dat het Sonos is. Zeer doordacht en van hoge kwaliteit.

+ Comfort Hoewel de pasvorm perfect is, duwen de beide helften iets te veel op mijn oor en sluiten ze ook iets te veel af, waardoor mijn oren al gauw warm worden.

+ NC De ruisonderdrukking is echt subliem (voor sommigen zelfs iets te veel, waardoor je last krijgt van duizeligheid).

+ Klank Klinkt prima, maar niet van het niveau dat je van een hoofdtelefoon van € 500 mag verwachten.

+ Voordeel Te koppelen aan een Sonos Arc soundbar.

+ Nadeel Middelmatige prestaties voor zo’n dure hoofdtelefoon.

CIJFER: 7

TEST DRAADLOZE HOOFDTELEFOONS

SONY

WH-1000XM5

€ 319

+ Afwerking In deze vijfde versie van het topmodel van Sony heeft de 1000XM een simpelere afwerking gekregen van hergebruikt plastic. Het is niet meer zo ‘premium’ als de 1000XM4.

+ Comfort De koptelefoon is licht en soepel en zit daardoor heerlijk. Geen knopjes, maar bediening door met je vinger te tikken en te wrijven op de oorschelp.

+ NC Na al die verschillende versies heeft Sony wel door hoe je ruis elimineert. Het wordt muisstil, bijna eng. Gelukkig kun je zelf aangeven hoeveel ruis gefilterd moet worden, bijvoorbeeld alleen een beetje windruis of alleen wat verkeer. Transparantie valt een beetje tegen qua klank.

+ Klank De sound is nog steeds herkenbaar. Stevige bas en heldere klank, gewoon lekker, maar een stuk minder verfijnd dan die van B&W.

+ Voordeel Transparantiemodus kun je activeren met je eigen stem.

+ Nadeel Voelt wat goedkoop aan.

CIJFER: 8-

TEUFEL REAL BLUE

PRO

€ 249

+ Afwerking Een premium product met een premium feel. Solide gebouwd, prachtige materialen en tot in detail afgewerkt. Beetje saai jaren negentiguiterlijk.

+ Comfort Deze zit mij als gegoten. Nergens te veel druk en na een paar uur zit-ie nog steeds prettig. De bediening met een enkele schuifknop is intuïtief.

+ NC De ruisonderdrukking is in verschillende sterktes in te stellen. Een stand voor op kantoor, op straat of in het vliegtuig. Transparantiemodus werkt haast naadloos, omgevingsgeluid is een stukje zachter dan in het echt.

+ Klank Teufel kan zich met deze hoofdtelefoon meten met de grote merken als Sony en Bose. Klankmatig is dit mijn favoriet, vooral omdat je in de app met de mimi-functie het geluid specifiek op jouw oren kunt laten afstellen.

+ Voordeel Prachtige sound, goed regelbaar, komt in een mooie draagcase.

+ Nadeel Uiterlijk wat ouderwets en iets te duur.

CIJFER: 8+

BOWERS & WILKINS

S2E

€ 299

+ Afwerking Stilistisch gezien is er geen mooiere dan de Px7 S2e. Alleen al die olijfgroene kleur! Een gadget als een kunstwerk. De bedieningsknopjes zijn heel elegant en smal in de oorschelpen verwerkt, maar daardoor ook minder intuïtief te gebruiken.

+ Comfort Ondanks zijn gewicht van 309 gram voelt hij niet zwaar. De oorkappen sluiten heel mooi om je oren, maar die worden daardoor wel wat warmer.

+ NC Net weer een tandje beter dan die van Teufel en de transparantiemodus geeft je echt het idee dat je door je hoofdtelefoon heen naar de buitenwereld luistert – als een raam voor je oren.

+ Klank B&W staat bekend om zijn chique hifi-sound en dat hoor je hier ook weer terug. Prachtig diepe en brede klank. Iets minder geschikt voor audioboeken en podcasts.

+ Voordeel Ook via USB-kabel rechtstreeks op smartphones of laptop te gebruiken.

+ Nadeel De klank is minder geschikt voor podcasts.

CIJFER: 8,5

INEENS KOMT ER EEN MOESTUIN OP JE PAD

Prachtige zomerwandelingen met als prettige verrassing een moestuin. Waar je natuurlijk óók doorheen wandelt. En waar soms groente voor weinig te koop is of je je eigen boeket plukt. En altijd is er een fijne uitspanning.

Een romantische landweg langs weilanden met vriendelijke, roodbruine koeien

LOON OP ZAND IN BRABANT

‘Ja, veel slakken!’, roept de vrijwilligster, terwijl ze met een lange scho el het mos tussen de lievevrouwenbedstro vandaan peutert. ‘Maar wat doe je eraan? ’s Nachts komen ze pas tevoorschijn.’ Zo’n 65 vrijwilligers onderhouden de moestuin bij Het Witte Kasteel in Loon op Zand. Terecht zijn ze trots op hun werk, want de tuin ziet er prachtig uit. Keurige rijtjes prei, rode biet, witte ui en wortel. Her en der bloemen tussen de groentes en andersom. Paden mooi bijgehouden, bonenstokken in het gelid. Je kunt hier zo een hele middag doorbrengen: wandelen door de boomgaard, uitrusten bij de rozen, snu elen tussen de kruiden. De opbrengst van de tuin gaat onder andere naar Het Witte Kasteel ernaast, een elegante plek voor feesten, partijen en andersoortige bijeenkomsten. ‘Kunnen we vanaf hier een rondwandeling maken?’, vragen wij aan de tuinierster. ‘Jazeker’, zegt ze. Ze wist zich het zweet van het voorhoofd en wijst: ‘Je loopt het terrein af, twee keer rechts en daarna almaar rechtdoor. Dan kom je bij ‘t Blauwe Schaap, een leuke, nieuwe uitspanning.’

Sneller dan met zó’n belofte krijg je ons niet in de benen. De aangewezen weg blijkt een deel van het Pauwelspad, een 34 kilometer lange rondwandeling door MiddenBrabant. Wij beginnen bij knooppunt 41 en volgen de gele driehoeken naar knooppunten 16 en 55. Een romantische

landweg langs een akker, door een bosje en langs weilanden met vriendelijke, roodbruine koeien. Na een halfuur zijn we al bij ’t Blauwe Schaap, waar een enorme geit met een lange sik een van de attracties vormt. De menukaart meandert van Brabants worstenbroodje via taart tot een stoofpotje van boer Jan. Voor de terugweg volgen we nog even het Pauwelspad, maar steken bij de Udenhoutseweg over en lopen aan de andere kant van een kanaaltje terug naar Loon op Zand. Het allerlaatste stuk voert langs een drukke weg, maar dat wordt goed gemaakt door een bezoek aan pannenkoekenrestaurant De Financiën. Uitspanningen zijn de ideale wandelknooppunten.

+ Openingstijden Door de week is de moestuin toegankelijk van 9 tot 17 uur, zaterdag van 9 tot 12 en zondag van 11 tot 18 uur. Voor groepen is een rondleiding op afspraak mogelijk. Café het Koetshuis naast het Witte Kasteel is iedere zondag geopend vanaf 11 uur. Je kunt er ook een picknickmand bestellen. hetwittekasteel.nl

+ Logeren Je kunt blijven slapen in een van de drie bijgebouwtjes. Boekingen via natuurhuisje.nl.

+ Uitspanningen ’t Blauwe Schaap is geopend van 10 tot 19 uur en gesloten op maandag en dinsdag. De Financiën is open van 10 tot 21 uur en op dinsdag dicht.

’S-GRAVELAND IN ’T GOOI

Decoratieve hekjes en op elke mooie plek een bankje

Maar liefst twee moestuinen liggen op de route van deze wandeling. Ze bevinden zich niet ver van elkaar in dat wonderschone stukje tussen Hilversum en ‘s-Graveland, waar rijke kooplui uit Amsterdam vroeger hun buitenplaatsen lieten bouwen. Gelukkig zijn de prachtige bossen en tuinen rond die huizen tegenwoordig voor het merendeel toegankelijk voor de gewone man. Het gebied is grotendeels aangelegd in Engelse landschapsstijl en dat betekent kronkelende paden langs muren van rododendron, bruggetjes over waterpartijen, decoratieve hekjes en op elke mooie plek een bankje met uitzicht. Wat ook bij zo’n buitenplaats hoorde, was een moestuin. De eerste die we tegenkomen is die van Jagtlust, verscholen in het Corversbos. Tien jaar geleden werd deze ommuurde, toen verwaarloosde tuin met monumentale kassen en leimuren weer tot leven gewekt. Het is een soort lieve, wilde moestuin met verschillende microkosmossen: een bijenschans, een aardbeienberg, een insectenhotel en natuurlijk de ‘gewone’ bedden met groente en borders met bloemen. Maar zónder de keurige orde die weleens kan heersen in moestuinland. Dit is dan ook een zorgtuinderij, waar ‘mensen met een zorgvraag de ruimte krijgen om te groeien en bloeien’.

Tien minuten lopen verderop komen we in een totaal andere scene. Hier vinden we het oudste biologischdynamische bedrijf in ons land (‘sinds 1947’), behorend bij buitenplaats Land- en Boschzigt. Deze tuinderij is professioneel en indrukwekkend. Een macht aan vrijwilligers en stagiaires staat gebukt tussen lange rijen kroppen en bosjes. We hebben geluk, want we zien een authentieke Thilot in bedrijf, een handgedreven zaaimachientje van Hollandse makelij, dat alle maten zaden op geregelde afstand keurig onder de grond werkt. We werpen een blik in de bijbehorende winkel, bijna een kleine supermarkt qua aanbod, en lunchen op het terras van restaurant De Serre. We eten – hoe kan het ook anders - een salade van het seizoen. Vers uit de grond uiteraard.

+ Rondje van Six Dit wandelingetje voert langs alle soorten highlights die kenmerkend zijn voor de Engelse landschapstuin. Op de route ligt ook de moestuin van Jagtlust. Bezoekers zijn welkom van maandag t/m vrijdag, wel even melden bij een van de vrijwilligers.

+ Land- en Boschzigt Vanaf het Rondje van Six vind je gemakkelijk het pad naar tuinderij Land- en Boschzigt. Tuin en winkel zijn open van dinsdag t/m zaterdag. Restaurant De Serre is open van woensdag t/m zondag.

Soms even klimmen voor een vergezicht over heidevelden met schapen

MOOKERHEIDE IN LIMBURG

Wat is het toch jn als een wandeling begint bij een duidelijk bord en de hele route goed bewegwijzerd blijft. De Twee Schansenroute in het Noordelijkste puntje van Limburg is er zo één. Zes kilometer lang geen twijfel mogelijk: gele paaltjes wijzen de weg, kaartlezen overbodig. Heerlijk! Wel goede schoenen aandoen en voorbereid zijn op af en toe stevig klimmen en dalen, maar dan krijg je ook prachtige vergezichten over heidevelden met schapen. Zo ver zelfs dat je af en toe een glinsterend stukje Maas kunt ontdekken. Heidelandschap heeft iets nostalgisch, misschien omdat het appelleert aan warme zomers uit je jeugd. Feit is dat heide onderhoud nodig heeft, want anders wordt het binnen de kortste keren overgenomen door boom en struik. Vandaar de grazende schapen. En vandaar ook de stukken grond die worden ‘afgeplagd’, zodat oude zaden in de grond kans krijgen te ontkiemen tot jonge heide. Vroeger werden de afgeschraapte plaggen door boeren nuttig gebruikt voor hut of stal, tegenwoordig zorgt Natuurmonumenten voor de instandhouding en verjonging van de hei. We lopen hier sowieso over oud land. De Heumense schans is een van de twee bewakingsposten uit de zeventiende eeuw, hoog gelegen op een stuwwal uit de ijstijd. Even verderop komen we bij de tweede – Mooker – schans, met bovenop een (moderne) uitkijktoren. Eeuwenoud zijn ook de rode en groene beuken in

de bossen rond de Mookerheide, afgewisseld door mos en varens. Helemaal aan het eind loopt de route over een natuurbegraafplaats. De bekende dichtregel van Rutger Kopland dringt zich als vanzelf op: Een lege plek om te blijven. Zo mooi is het hier. Terug bij de parkeerplaats van Jachtslot Mookerheide bekijken we twee andere hoogtepunten van dit bijzondere natuurgebied.

De ommuurde moestuin met historische kassen en het Jugendstil jachtslot Mookerheide met restaurant en terras. Alles zojuist tiptop gerestaureerd. Vrijwilligers onderhouden de tuin en als zij er zijn, mogen bezoekers komen kijken en eventueel groente kopen. Op vrijdag en zaterdag is ook de pluktuin geopend, en kun je hier je eigen boeket samenstellen.

+ Treinstation Mook-Molenhoek Je kunt de Twee Schansenwandeling ook maken als je met het OV komt. Vanaf het treinstation loop je direct het natuurgebied in. Na het stevige klaphek volg je de gele pijlen.

+ Openingstijden Restaurant Jachtslot Mookerheide is elke dag geopend vanaf 10 uur tot en met diner. De moestuin is meestal open van 10 tot 13 uur. Dinsdag is de tuin dicht. Pluktuin Zelfgeplukt is in het seizoen op vrijdag geopend vanaf 13 uur en zaterdag vanaf 11 uur. Beide dagen tot 16 uur; zelfgeplukt.nl

Uiteindelijk zie je door de bomen kasteel Hackfort weer opdoemen

HACKFORT IN GELDERLAND

De moeder aller moestuinen is wat ons betreft die bij kasteel Hackfort, even buiten het plaatsje Vorden in de Gelderse Achterhoek. Een tuin van ruim twee eeuwen oud, die door vrijwilligers van Natuurmonumenten in topconditie wordt gehouden. Wandelend over brede graspaden heb je steeds een ander prachtig zicht op strakke stroken aanplant, die met elkaar een mengelmoes vormen van bloemen en al dan niet vergeten groente. Doordat de bedden in een schuin lopend patroon zijn aangelegd, heb je vanaf iedere hoek een totaal ander beeld. Als je niet uitkijkt, ben je alleen maar aan het fotograferen. Eyecatcher is de lange negentiende-eeuwse bakstenen ‘koude bak’, waarin zaailingen en tere planten worden voorgekweekt.

Rond deze Hof van Hackfort lopen vier wandelingen van verschillende lengte, waarvan de groene (5 kilometer) onze favoriet is. Je kunt deze ronde honderd keer lopen, in ieder seizoen en ook tegen de klok in, het verveelt nooit. Je komt langs boerderijtjes die je stuk voor stuk in je binnenzak wilt stoppen, langs een biologisch-dynamische wijngaard, je loopt dwars door een enorm weiland, volgt een stroompje met hakhoutbosjes erlangs, komt door een luchtig beukenbos, en uiteindelijk zie je door de bomen het kasteel weer opdoemen.

Heel terloops staan borden met informatie over de omgeving. Zoals in de weide waar de boswachter nieuw struweel heeft aangeplant: sleedoorn, meidoorn, kornoelje en Gelderse roos. Deze bosjes zijn bedoeld als ‘stapsteen’ voor allerlei dieren, die er beschutting kunnen zoeken wanneer ze de open weide oversteken. Onze ronde eindigt bij een eeuwenoude watermolen. In het weekend kan het hier druk zijn met wandelaars en etsers. Even verderop vind je, als kers op de taart: de Keuken van Hackfort, met een terras en uitzicht op de moestuin.

+ Start Alle wandelingen beginnen vanaf de parkeerplaats, waar leden van natuurmonumenten gratis kunnen parkeren. Vanaf station Vorden is het 45 minuten lopen naar kasteel Hackfort. In het dorp zijn etsen te huur.

+ Overnachten Kasteel Hackfort heeft vijf logeerkamers met mooie namen als Suite Baron Arend en Suite Freule Zus. Je kunt ook verblijven in een authentiek boerderijtje, behorend bij het landgoed. buitenlevenvakanties.nl

+ Watermolen Bij het voorplein van kasteel Hackfort bevindt zich een watermolen, waarvan het gebouw dateert uit 1700. Het waterrad met schoepen wordt aangedreven door water uit de Baakse Beek. Als de waterstand het toelaat, malen vrijwillige molenaars graan met de ambachtelijke molen en kun je als voorbijganger een kijkje nemen.

JE BESTE VRIEND OP DRUKKE DAGEN

Als je geen tijd of zin hebt om je haar te wassen, staat hij voor je klaar: de droogshampoo. De bedoeling is dat-ie je haar er schoon uit laat zien en wat volume geeft. Uiteraard mag er geen witte waas te zien zijn. Onze testvrouwen probeerden er zes. Soms lopen hun meningen uiteen, maar over de winnaar waren ze het roerend eens.

ANDRÉLON DROOGSHAMPOO

FRIS & ZUIVER

245 ML, € 11,70

GETEST DOOR RADAR+

DE TESTVROUWEN

Corry heeft een volle bos, lang, golvend blond haar dat een beetje grijs begint te worden. Ze wast het haar twee keer per week, dat is meestal prima wat betreft de schoon-vettig-balans. Ze heeft altijd wel droogshampoo in huis. Voor de dag vóór de wasdag of om een (was)dagje te rekken. Maar ze vindt het ook jn om te gebruiken tussendoor, voor wat extra volume of gewoon voor een extra frisse vleug.

Anne heeft donkerbruin hal ang, steil en glad haar; daardoor oogt het na het wassen best futloos. Ze gebruikt daarom bijna elke dag droogshampoo om iets van volume in haar haar te creëren. Ze wast het om de drie dragen. Op de derde dag is het meestal wel vet. Als ze het wassen een dag wil uitstellen, gebruikt ze ook droogshampoo.

De belofte Geeft vet haar een verfrissende boost tussen wasbeurten door zonder een witte waas achter te laten. Absorbeert vet op een natuurlijke manier; alle onzuiverheden worden verwijderd. De es is gemaakt van 100 procent recyclebaar aluminium.

Corry: ‘Deze droogshampoo geeft mijn haar geen extra volume. Sterker: hij maakt het zwaar en glad, dat is natuurlijk niet de bedoeling. Ik krijg vooral zin om mijn haar te wassen. De geur is fris, maar niet speciaal. Het gevoel is zeker niet fris. Deze raad ik echt niet aan.’

CIJFER: 4

Anne: ‘Geen witte waas. Hij ruikt fris en doet zijn werk, maar doet verder niet veel extra’s voor mijn haar. Ik krijg niet het extra volume dat ik bij andere droogshampoos ervaar.’

CIJFER: 6

GOT2B FRESH & FABULOUS

200 ML, € 11,35

De belofte Verfrist en geeft direct volume, zonder witte restjes. Voor fris en fabulous haar met een heerlijk tropisch parfum, de hele dag lang. De vegan (vrij van dierlijke producten) formule laat je tot 48 uur genieten van frisheid.

Corry: ‘Deze vind ik geen aanrader. Mijn haar voelt wat gladder aan, niet vettig, maar ook niet echt schoon. Mijn hoofdhuid voelt zelfs wat onrustig aan. Bepaald niet fris en fabulous. De geur is minimaal en snel vervlogen. Voordelen? Hij is handig in gebruik, met een jne stevige dop. En inderdaad geen witte waas.’

CIJFER: 6

Anne: ‘De geur is prima, maar blijft zeker niet 48 uur hangen. Op dag drie doet de droogshampoo even zijn werk, maar rond de middag is mijn haar toch weer vet.’

CIJFER: 5,5

BATISTE ORIGINAL DROOGSHAMPOO

350 ML, € 11,99

De belofte Deze multiaward winnende droogshampoo laat je haar er schoon en fris uitzien met meer volume en textuur. Ideaal als je het stylen van je haar nog even uit wilt stellen, tijd wilt besparen in de ochtend of om je haar nieuw leven in te blazen.

Corry: ‘Wat een lekker frisse geur! Jammer dat-ie vrij snel is vervlogen. Het is een krachtige spray, dat is fijn en handig, maar het geeft mijn haar maar een paar uur meer volume en textuur. Ook het frisse gevoel is van korte duur. In eerste instantie zie ik een witte waas (hallo grijs!) maar dat trekt er snel in. Toch vind ik dit op zich geen slechte droogshampoo voor een goede prijs.’

CIJFER: 7

Anne: ‘Mijn haar leek wel grijs nadat ik deze droogshampoo gebruikte. En die witte waas kreeg ik pas weg na een flink aantal keer goed borstelen. Het product geeft ook af op mijn handen wanneer ik even met mijn handen door mijn haar ga. Niet fijn.’

CIJFER: 5

AVEDA SHAMPOWDER DRY SHAMPOO

56 G, € 31,80

De belofte De perfecte oplossing voor een snelle opfrisbeurt van je haar, zonder water te gebruiken. Absorbeert overtollig vet en olie, je haar ziet er direct fris en schoon uit. Geeft haar een natuurlijke glans. Heeft een heerlijke geur van pure bloemen en plantenextracten.

Corry: ‘Het is even wennen: een droogshampoo in poedervorm. Je knijpt in de verpakking en op die manier komen er ‘wolkjes’ poeder op je haar. Ik vind de geur niet bloemig, maar vrij neutraal. Mijn haar voelt een paar uurtjes wat schoner en stugger. Echt fris voelt het niet. Ik vind 'm ook erg duur.’

CIJFER: 5

Anne: ‘Je knijpt lichtjes in de fles om het poeder op je haaraanzet te blazen. Je moet er vooral niet te hard in knijpen, want dan zit je zwarte broek onder de witte vlekken. Deze droogshampoo maakt zijn beloftes wel waar. Er is even een witte waas, maar die verdwijnt snel. Het is het kleinste flesje van de zes, dus handig voor op reis.’

CIJFER: 7,5

KEVIN MURPHY

FRESH HAIR DRY SPRAY

250 ML, € 30,50

De belofte Zorgt voor een heerlijke verfrissing van het haar. Haalt overtollige haarproducten, olie en vieze geurtjes uit het haar en is perfect voor het uitstellen van een wasbeurt. Geeft niet alleen een frisse geur en look, maar ook body en textuur.

Corry: ‘De geur is licht zuur, een beetje ‘ziekenhuisachtig’. Mijn haar voelt een beetje stug, daardoor geeft het ook meer volume. Ook wanneer mijn haar wat vetter is, heeft de droogshampoo een schoon en mat resultaat. Hij is handig in gebruik en ik vind de verpakking prachtig. Mijn haar voelt echt schoon, alsof het pas gewassen is. Hij is alleen wel duur.’

CIJFER: 8

Anne: ‘Deze droogshampoo doet zijn werk goed. Het wassen van mijn haar kan ik prima een dag uitstellen. Ook geeft het iets van volume aan mijn haar. Wel laat deze een lichte witte waas achter, maar die is ook zo weer weg. De geur vind ik te overheersend.’

CIJFER: 8

RITUALS DRY SHAMPOO ELIXIR HAIR COLLECTION

200 ML, € 13,90 De belofte Oliën, geurtjes en transpiratie worden snel geabsorbeerd en verwijderd. Naast de reinigende werking geeft hij ook extra volume.

Corry: ‘De spuitbus is smal en licht, dus handig in gebruik. De geur is heerlijk fris en houtachtig. Mijn haar krijgt meer volume, en voelt schoon en luchtig. Prima als je het wassen nog een dag (of twee) wilt uitstellen. Ook ontstaat er geen witte waas. Het is een mooi product, je zou het zomaar aan iemand cadeau geven.’

CIJFER: 9

Anne: ‘Deze droogshampoo is mijn favoriet. Op dag drie ziet mijn haar er weer fris uit. Zelfs met een beetje volume. Het volume zakt gedurende de dag wel weer weg. Maar als ik dan even met m’n handen door het haar ga, zit het weer goed. De geur is zoet en blijft de hele dag hangen. De droogshampoo laat een lichte witte waas op mijn haar achter, maar die is ook zo weer verdwenen wanneer je je hoofdhuid masseert. Deze zou ik zo weer kopen.’

CIJFER: 8,5

MOBILITEIT IS MEER DAN IN BEWEGING BLIJVEN

WIES VERBEEK (59) is gezondheidsjournalist en oprichtster van BLOW.nl (’n Beetje Leuk Ouder Worden). In haar vlogs en blogs neemt ze de volgers mee in haar zoektocht hoe we zo t en gezond mogelijk ouder kunnen worden.

Kracht, balans en exibiliteit bepalen de mobiliteit van gewichten en spieren. Hoe groter de mobiliteit, hoe beter je je kunt bewegen, en dat kan de kwaliteit van je leven sterk beïnvloeden. Wies Verbeek praat erover met Mirjam Pijnappels, hoogleraar bewegingswetenschappen. Ook: vijf oefeningen om je mobiliteit te verbeteren.

Als we het over mobiliteit hebben, denken we in het dagelijks leven meestal aan ‘beweeglijkheid’. ‘Zij is nog heel mobiel’, zeggen we dan, waarmee we bedoelen dat ze zich nog goed kan voortbewegen. Dat ze zelfstandig de trap op kan of nog goed van A naar B kan komen. Maar, in de fysio- of paramedische wereld heeft ‘mobility’ een iets andere betekenis. Mobiliteit gaat dan in eerste instantie over de bewegingsvrijheid van gewrichten. Het geeft aan in welke richting en hoe goed het gewricht kan bewegen. Hoe kunnen we deze mobiliteit het best verbeteren en waarom is het zo belangrijk? Ik vraag het aan Mirjam Pijnappels, hoogleraar Bewegingswetenschappen aan de Vrije Universiteit, gespecialiseerd in de mobiliteit bij ouderen.

OM HET EVEN NOG CONCRETER TE MAKEN, WAT WORDT ER PRECIES ONDER MOBILITEIT VERSTAAN?

‘Ook in mijn vakgebied wordt het begrip mobiliteit in verschillende contexten gebruikt. In de betekenis van bewegingsvrijheid van een gewricht gaat het erom in hoeverre we gewrichten kunnen draaien en bewegen. Sommige gewrichten kunnen in drie richtingen bewegen; naar voren, naar achteren maar ook om de as van het gewricht, wat bij de heup en de schouder het geval is. Dat zijn kogelgewrichten waarbij het gewricht bestaat uit een kop en een kom. Alle andere gewrichten, zoals bijvoorbeeld je elleboog en knie, kunnen je alleen maar strekken en buigen. De mate van de mobiliteit van je gewrichten bepaalt je eigen bewegingsvrijheid. Hoe verder je bijvoorbeeld met je arm kan reiken hoe beter je iets hoog uit een kastje kan pakken. Met je been over de stang van een herenfiets zwaaien kan alleen als je heupgewricht dat toelaat.

Maar de mobiliteit van een gewricht kun je eigenlijk niet los zien van spierkracht, flexibiliteit van de spieren en balans. Probeer je bijvoorbeeld met twee of drie treden tegelijk de trap op te komen dan is de reikwijdte van je beengewrichten belangrijk, maar zonder spierkracht en balans kom je alsnog die trap niet op. Voor hurken geldt hetzelfde; naast een goed bewegingsbereik van je gewrichten heb je ook spierkracht en balans nodig. Dat is de reden waarom onder mobiliteit ook vaak de combinatie van kracht, balans en flexibiliteit van gewrichten en spieren wordt verstaan.’

Mobiliteitstraining is ook heel belangrijk om blessures te voorkomen

WAAROM IS DIE MOBILITEIT VAN MET NAME DE GEWRICHTEN ZO BELANGRIJK?

‘Een goede mobiliteit van je gewrichten -en spieren- is een voorwaarde om goed te kunnen bewegen. Het kan je kwaliteit van leven sterk beïnvloeden. Bij een slechte mobiliteit wordt alles, van jezelf wassen tot je huis schoonmaken en van traplopen tot fietsen moeilijk of pijnlijk. Dat heeft weer tot gevolg dat je minder gaat bewegen of risico loopt op vallen of blessures.’

TOCH HOOR JE ER NIET VEEL OVER. IN DE BEWEEGRICHTLIJNEN VAN DE OVERHEID

WORDT DIE MOBILITEIT OF FLEXIBILITEIT

HELEMAAL NIET GENOEMD.

‘De focus van de Beweegrichtlijn is vooral gericht op cardiotraining omdat daarvan

De mobiliteit van je gewrichten bepaalt je bewegingsvrijheid

wetenschappelijk is aangetoond dat het zorgt voor een langer leven. Matig intensief bewegen zoals fietsen of in een fl ink tempo wandelen is goed voor hart- en bloedvaten en je algehele conditie. Daarbij wordt wel voorbijgegaan aan de mobiliteit van spieren en gewrichten. Terwijl dat bepaalt of je überhaupt goed kunt bewegen. Het gaat bovendien niet alleen om de duur en intensiteit van het bewegen maar ook om de kwaliteit ervan. Als jij je gewrichten op een verkeerde manier belast, of pijn hebt bij het sporten, dan doe je iets niet goed. Wandelen, fietsen of sporten is alleen fijn als het makkelijk gaat. Mobiliteitstraining is daarom een goede en veilige manier om de algehele gezondheid te verbeteren.’

WAT MOET IK ME BIJ MOBILITEITSTRAINING VOORSTELLEN?

‘Mobiliteitstraining is een wetenschappelijk onderbouwde benadering voor het verbeteren van de kwaliteit van beweging in

ons dagelijks leven en tijdens het sporten. Waar het bij yoga en stretchen voornamelijk gaat om de flexibiliteit van de spieren draait het bij mobiliteitstraining vooral om het verbeteren van de bewegingsvrijheid van de gewrichten. Als je bijvoorbeeld je schouders van voor naar achteren rolt in een cirkelvormige beweging en vervolgens weer naar voren, bevorder je de mobiliteit in de schoudergewrichten. Wanneer je heupcirkels maakt verbeter je de mobiliteit van je heupgewricht. Sta daarvoor rechtop en draai je heupen in cirkelvormige bewegingen eerst met de klok mee en dan tegen de klok in. Dit soort kleine oefeningen zijn heel gemakkelijk in je dagelijkse leven in te passen. Je kunt ze zittend doen, maar staand is uitdagender. Dan train je ook meteen je balans. Mobiliteitstraining zorgt er niet alleen voor dat je gewrichten en spieren soepel blijven, maar is ook heel belangrijk om blessures te voorkomen.’

5 oefeningen voor een betere mobiliteit

Mobiliteitsoefeningen helpen om beter te kunnen bewegen, je gezondheid te behouden en risico op letsel te verminderen. Laat ze een onderdeel worden van je vaste trainingsroutine.

1. Ga rechtop zitten of staan en draai je hoofd naar rechts en kijk over je rechterschouder heen. Draai vervolgens je hoofd naar links en kijk over je linkerschouder heen. Door dit een paar keer te doen, houd je je nekwervels soepel.

2. Pak een gewicht, ga rechtop staan en buig met je hoofd naar beneden en buig vervolgens de rug door wervel voor wervel af te rollen. Kom met je bovenlichaam ook weer wervel voor wervel terug naar boven. Goed voor de beweeglijkheid van je ruggengraat en om rugpijn tegen te gaan.

3. Een eenvoudige oefening die je kunt doen als je aan je bureau zit en die goed is voor rug en schouders: strek je armen naar achteren uit en klem je handen in elkaar met je handpalmen naar buiten gericht. Als je echt gespannen schouders hebt, kun je beginnen met een buiging in de ellebogen. Houd dit een minuut vast. Nog even voor de duidelijkheid: het mag nooit pijn doen.

4. Een bekende oefening is de kleermakerszit. De moeilijkheid zit ‘m niet in de knieën, maar in het gebied rond de heupen dat je soepeler moet zien te maken. Daardoor verbeter je de mobiliteit in je heupgewricht. Is het lastig, begin dan met een tussenstap: ga op de grond tegen een muur zitten, met je benen recht vooruit en je voeten recht naar voren (tenen naar

het plafond gericht). Plaats één voet op je andere bovenbeen. Buig dat been en probeer zo recht mogelijk tegen de muur te blijven zitten. Herhaal dit met je andere been. Belangrijk is dat je probeert het gat tussen je onderrug en de muur te dichten, wat vaak best lastig is en soms wel een week kan kosten als je het twee minuten per dag doet. Deze goede stretchoefening zal ervoor zorgen dat je de kleermakerszit uiteindelijk goed kunt uitoefenen.

5. Net zoals de snelheid waarmee je loopt een graadmeter kan zijn voor je gezondheid en levensverwachting, zegt de volgende mobiliteitsoefening ook iets over je algehele gezondheid. In dit geval wordt er met mobiliteit - naast de beweeglijkheid van de gewrichten - ook flexibiliteit, kracht en balans bedoeld. Al die facetten spelen een rol. De sitting-rising-oefening is een test die weleens wordt gebruikt om een indicatie te krijgen van iemands mobiliteit. Sta rechtop met je benen kruislings voor elkaar. Ga op de grond zitten, zonder met een knie, hand of arm de grond te raken.

Sta weer op zonder je handen, knieën of armen te gebruiken. Je zult merken dat het lastig is. Voor elke knie, hand of onderarm die de grond raakt tijdens het zitten of opstaan krijg je een strafpunt. Hoe minder strafpunten hoe beter. Door balansoefeningen, stretchen, kracht- én mobiliteitstraining te doen, kun je beter in deze oefening worden. Op YouTube vind je veel filmpjes over de sitting-rising test en de betekenis ervan.

Scan de QR-code en kijk naar het filmpje van Wies Verbeek van blow.nl, die deze oefening doet.

RADAR+-groenredacteur Ilona

Jongepier brengt de lange zomerdagen het liefst in haar tuin door. En als het dan eindelijk donker is organiseert ze een buitenbios.

‘Eindeloos turen naar alles wat groeit en bloeit, beetje rommelen in de tuin, een tukkie doen in de hangmat, lang natafelen met vrienden en familie, yoga op een matje in het gras, kussens, matrassen en vloerkleden naar buiten verhuizen voor de buitenbios, s’mores maken bij een kampvuurtje,

‘JE ZOU DAT GELUKZALIGE ZOMERGEVOEL WEL IN EEN POTJE WILLEN STOPPEN’

buiten douchen, een vlinder die even op je arm komt zitten, zwemmen in natuurwater, de warme regen van een zomers buitje op je huid, vogels die zingen, blote voeten in het gras … In de zomer vind ik het leven een stuk leuker en ook een stuk makkelijker. Zo gaat opstaan ’s ochtends me veel beter af, ben ik veel vrolijker en barst ik van de energie. De dagen lijken ook eindeloos te duren. Zonlicht en de hele dag buiten is blijkbaar voor mij de gouden combinatie. Kon je dat gelukzalige zomergevoel maar het hele jaar vasthouden of in een potje stoppen. Om af en toe even aan te ruiken als het herfst en winter wordt.’

HARTJE ZOMER

Kon het maar zomer blijven. Zodat je nog langer kunt genieten van wat er allemaal is gegroeid en nu bloeit in de tuin. Lekker vanaf je loungestoel onder de parasol.

AFKOELEN

Deze buitendouche kun je neerzetten waar je maar wilt, dankzij de handige voet. De verplaatsbare douche is gemaakt van koper, en heeft messing details. De douche heeft een aansluiting voor warm en koud water en is voorzien van een extra kraantje, zodat je een gieter makkelijk kunt vullen, € 299 (huiszwaluw.com).

BAANTJE TREKKEN

Niet iedereen heeft een zwembad in de tuin, maar gelukkig heeft Nederland genoeg zwemplassen en rivieren. Maar waar is het schoon, waar is het veilig? Check zwemwater.nl.

VOETJES OMHOOG

Niet alleen jn om je voeten op te leggen, maar ook handig als extra zitplekje: katoenen poef Be Pure Home met bloemetjespint, € 99 (basiclabel.nl).

HANDIG HOOR

Naast uitnodigend en stijlvol is de Nardi Net-loungestoel ook heel handig, want hij is lichtgewicht, stapelbaar, uv-bestendig en heeft handige clips om je handdoek mee vast te zetten, € 156 (ligbedshop.nl).

PLEKJE IN DE SCHADUW

Een zonovergoten tuin is heerlijk, maar voor je ‘t weet loopt de temperatuur op en tikt de thermometer 30 graden aan. Dan wil je een comfortabele plek in de schaduw. Met een grote parasol is dat zo gepiept. En ja, zelfs in de schaduw is smeren met minimaal factor 30 een must. XL parasol met handig opdraaisysteem, € 69,99 (basiclabel.nl).

SFEERTJE

Lichtsnoer met twaalf lampjes. En geen stopcontact nodig, want het Solvinden led lichtsnoer werkt op batterij, € 8,99 (ikea.com).

BUITENBIOS

Een beamer en een projectiescherm –meer heb je niet nodig voor je eigen buitenbios. Een wit laken werkt ook. Hoe dikker het doek, des te beter de beeldkwaliteit. Alleen even wachten tot het echt donker is. Kussen, dekentjes, hapjes en drankjes erbij, en de lm kan beginnen! Mobiele projector MyCinema 2000, € 299 (berger-camping.nl).

PRINSES OP DE ERWT

Of je er nu een heerlijk daybed van maakt, ’m gebruikt als een extra zacht zitje of meeneemt tijdens een picknick, van deze zachte katoenen matraskussens van Madame Stolz kun je er niet genoeg hebben. Verkrijgbaar in verschillende kleuren en printjes, € 45,05 (deens.nl).

EN

ALS JE DAN TOCH IN DE TUIN ZIT …

Handboek voor de bloementuin van Judith van Lent helpt je een beplantingsplan te maken waardoor je van de lente tot de winter een mooie tuin hebt, en waar insecten en vogels ook van genieten. Je leert je eigen droomborders creëren, waaruit je ook nog eens naar hartenlust kunt plukken, € 34,99 (uitgeverij Lannoo).

Mijn moestuin vol verwondering van moestuinier Nina Nijland is uitermate geschikt voor de beginnende moestuinier. Nina neemt je tijdens de vier seizoenen mee in haar tuin, en deelt haar ervaringen. Het boek bevat niet alleen haar verhaal maar ook nuttige informatie, recepten en DIY’s, € 28,99 (uitgeverij Forte).

Tomaat – Zelfgekweekt smaakt beter van Angelo Dorny is een ode aan de tomaat. Heb je ooit een zelfgekweekte, zongerijpte tomaat geproefd? Honderd keer lekkerder dan die uit de supermarkt! Angelo Dorny selecteerde vijftig oude en nieuwe uitzonderlijk lekkere variëteiten en je krijgt ook nog dertig recepten, € 27,50 (uitgeverij Sterck & De Vreese).

KLEINE WASJES, GROTE WASJES

Je staat versteld van wat je allemaal kunt ondernemen om zo duurzaam én goedkoop mogelijk te wassen. Van een triple A-wasmachine tot een zeeploos wasje met de hulp van een kunststof ei.

ZUINIG AAN

Was je met een energiezuinige machine op een lage temperatuur, dan was je het meest duurzaam. Maar ook voor je wasmiddel kun je duurzame keuzes maken, vooral in het gebruik. Zuinig doseren is het meest milieuvriendelijk. Vaak was je met minder wasmiddel dan het doseeradvies je was al prima schoon. Sommige wasmachines hebben een automatische dispenser die vaak ook erg zuinig staat afgesteld. Zo bespaar je ook nog eens geld. Sowieso geldt voor elk wasmiddel: let op de hoeveelheid. Voeg nooit meer zeep toe dan nodig is. Meestal is één dopje of schepje ruim voldoende. Voor lastige vlekken heeft een scheut extra geen enkel nut. Gebruik dan liever een speciale vlekkenverwijderaar of behandel de vlek voor het wassen met een beetje ossengalzeep. Voorwassen is niet meer van deze tijd. De huidige wasmiddelen zijn zo krachtig dat die extra wasronde niet nodig is.

AF EN TOE EEN HETE WAS Als je vaak wast op lage temperaturen, dan is het belangrijk om regelmatig een hete was te draaien. Draai daarom eens in de maand een lege machine op een programma van 95 graden, eventueel met een scheutje azijn of baking soda. Zo houd je je wasmachine goed schoon, gaan alle bacteriën dood, maar voorkom je ook dat je machine (en je was) gaat stinken. Nog een bijkomend voordeel: het verwijdert aangekoekte zeepresten, waardoor je wasmachine langer meegaat.

Doe langer met je kleding. Veel kleren worden na één keer dragen al in de wasmand gegooid. Dat is vaak helemaal nergens voor nodig. Wanneer je je kleding laat luchten, zul je merken dat je veel minder hoeft te wassen. Om kleding lang mooi te houden kun je deze sowieso beter zo min mogelijk wassen. Broeken, en dan vooral spijkerbroeken, dragen we vaak meerdere keren per week. Maar moet die jeans dan na elke keer dragen in de was? Welnee! Sterker: het is juist goed voor de stof om een paar wasbeurten over te slaan. Spijkerstof slijt namelijk een stuk sneller als het regelmatig de wasmachine ingaat. De stof wordt vaal van kleur, dunner, en verliest zijn pasvorm. Je kunt een spijkerbroek het best wassen nadat je hem vier tot zes keer hebt gedragen. Als je de broek wast, is het belangrijk om koud water te gebruiken en hem binnenstebuiten te wassen om de kleur mooi te houden. Ook een wollen trui hoef je minder vaak te wassen. Een nachtje buiten laten luchten en eventuele geurtjes zijn vaak verdwenen.

ZONDER ZEEP

Er zijn allerlei alternatieve wasproducten op de markt die claimen dat ze milieuvriendelijk zijn doordat ze wasmiddel overbodig maken: wasballen, wasnoten, wasmagneten en waspellets. Deze producten zijn niet effectiever dan wanneer je alleen maar water gebruikt. Water alleen maakt al aanzienlijk schoon. Van alle zeeploze opties is een wasbal een van de betere opties. Zo heb je EcoEgg, een groot kunststof ei. Je stopt hem gewoon in de wasmachine en hebt verder geen ander wasmiddel nodig. In het ei zitten twee types minerale korrels die het werk doen en een krachtig natuurlijk schuim produceren dat de kleding schoonmaakt. De EcoEggs gaan zeventig wasbeurten mee, zijn navulbaar en verkrijgbaar in drie geurvarianten: parfumvrij, fresh linnen en spring blossom, € 13,95 (ekofamily.nl).

NIET METEEN IN DE WAS GOOIEN

Over de verpakking van een wasmiddel valt veel te zeggen. Zo zorgt poederwasmiddel of een doos met compacte tablets voor weinig afval. De kartonnen verpakking kan bij het oud papier en door de vierkante vorm kunnen er meer dozen op een vrachtwagen vervoerd worden da n bij een fles vloeibaar wasmiddel. En die enorme plastic flessen? Die zijn niet alleen onhandig qua ruimte, maar hebben ook een enorme impact op het milieu. Gelukkig zijn er ook wasmiddelfabrikanten die niet alleen over de inhoud nadenken, maar ook over de verpakking. Zo zijn de flessen Seepje gemaakt van gerecyclede melkflessen en kiest Marcel’s Gr een Soap voor verpakkingsmaterialen die 100% r ecyclebaar zijn. Of je gaat voor de navulbare optie. Zo verkoopt Dille & Kamille schoonmaakmiddelen die je in een zelf meegebrachte fles kunt laten tappen.

KEUZEKNOP

Veel wasmachines hebben een kort wasprogramma of ‘snelle was’-knop. Dit bespaart je wel tijd, maar is toch geen zuinige keuze. Het programma mag je namelijk meestal niet met een volle trommel draaien. Daardoor is het stroomverbruik per kilo wasgoed uiteindelijk hoger: je moet de machine vaker laten draaien als je altijd voor deze optie kiest.

CHECK JE ENERGIELABEL

Duurzaam wassen valt of staat met het water- en energiegebruik van je wasmachine. Check het energielabel. Labels variëren van A (zeer zuinig) tot G (minst zuinig). Het A-label is ook nog eens te verdelen in A, A+, en A++. Dus hoe meer plusjes, hoe zuiniger het apparaat. Daarnaast zijn er ook machines met een AAA-label. Deze machines scoren goed op drie punten: energie- en waterverbruik en centrifuge. Mocht je machine binnenkort aan vervanging toe zijn, dan is het slim om je ook hierin te verdiepen. Een nieuwe machine is een behoorlijke investering, maar een ener giez uinig exemplaar scheelt niet alleen in de energierekening, maar verbruikt ook veel minder water. Denk ook na over de maat van de wastrommel die het beste bij je huishouden past. Een grote trommel gebruikt meer water en energie. Heb je maar een klein huishouden, dan is dat zonde van het geld en alle verspilde energie.

30 OF 40 GRADEN IS ZAT Milieuvriendelijk en een schone was? Het is simpel: hoe korter en kouder je wast, hoe minder energie je verbruikt. De meeste dagelijkse was krijg je prima schoon met een kort pr ogramma op 30 of 40 graden. Bewaar 60 graden voor alles wat echt vies is, zoals vaatdoekjes, theedoeken of handdoeken. Nog z u iniger wassen? Zorg dan dat je wasmachine goed vol zit, maar niet overvol. Als je net een hand boven in de trommel kunt steken, dan zit je goed. Zo bespaar je niet alleen water, maar ook energie en daarmee geld. Een wasje draaien op 30 graden is twee tot drie keer zo goedkoop als een wasje op 40 graden. En drie tot vier keer zo goedkoop als een wasje op 60 graden.

DOOS OF FLES?

VELLETJES

Geen geknoei meer met wasmiddel en nooit meer te veel in het bakje gieten? Kies dan voor milieuvriendelijke zeepvelletjes of wasstrips. Scheur een wasstrip af en plaats deze in het wasmiddelbakje of stop de strip in de wasmachine zelf. Je gebruikt één strip met supergeconcentreerd wasmiddel voor één lading witte of bonte was. Heb je een kleine was? Gebruik dan een halve strip. Wasstrips van o.a. Laundry Sheets, Britters, Brauzz en Zense kun je online bestellen.

LAAT MAAR ZITTEN

Wasverzachter heeft geen enkele hygiënische functie. Al voelen ha nddoeken gewassen met wasverzachter heerlijk zacht aan, ze drogen juist slechter af. Bovendien zijn chemicaliën in wasverzachter niet vriendelijk voor je huid. Vooral mensen met een gevoelige huid, allergieën of eczeem kunnen last krijgen. In plaats van wasver zachter kun je een scheutje natuurazijn in het wasverzachterbakje doen. Dit werkt net zo goed, alleen niet bij de wolwas. Je skinny jeans houdt ook niet van wasverzachter, want hiervan gaat het elastan lubberen. Wil je graag een lekker geurende was? Gebruik dan een druppeltje etherische (lavendel)olie of laat je was gewoon zo vaak mogelijk buiten drogen in de frisse lucht. Een ander fijn duurzaam alternatief is wasparfum. Een paar druppels zorgen er al voor dat je was heerlijk ruikt. Check wel even de ingrediënten. Zo zijn Waft Wasparfums veganistisch, vrij van genetisch gemodificeerd materiaal (GMO) en kleurstoffen, en biologisch afbreekbaar. De wasparfums van Zèvy zijn biologisch afbreekbaar, vegan en microplasticvrij. Ze bevatten geüpcyclede ingrediënten en voor de productie is bovendien 100% groene energie gebruikt.

Wassen op een lage temperatuur in een energiezuinige machine is het duurzaamst

De mythe van de spontane seks

Jullie zijn al lang samen en houden van elkaar. Toch neemt de kwaliteit van je seksleven af. Eerst werd de frequentie minder, daarna verdween de lust. Wat doe je daaraan? Relatietherapeut Jean Pierre van de Ven: ‘Wacht niet op het moment dat je seksleven vanzelf weer ontvlamt. Je partner zit namelijk ook te wachten ... Op jou.’

Om maar meteen met het goed nieuws te beginnen: libido bestaat niet. Als je ouder wordt (vijftig plus) en je merkt dat je minder snel stijf of vochtig wordt, ligt dat niet aan een ‘gebrek aan libido’. Je lichaam heeft alleen wat meer tijd nodig om op gang te komen. Wat extra stimulatie in de vorm van strelingen en andere plagerijen kan dan ook geen kwaad. Seksuologen Rik van Lunsen en Ellen Laan schrijven in hun nuttige boek De waarheid over seks dat vrouwen na de overgang nog net zo nat kunnen worden als meiden van twintig. Ze moeten daar dan wel de tijd voor nemen en het helpt ook als ze aan hun mannen uitleggen wat ze prettig vinden. Die mannen kunnen tot op hoge leeftijd een erectie krijgen en kinderen verwekken. Bij herhaalde erectieproblemen doen ze er goed aan om even langs de huisarts te gaan om te controleren of hun hart nog goed werkt. Erectieproblemen kunnen namelijk een teken zijn van naderend hartfalen. Maar ook 50-plus mannen doen er goed aan de tijd te nemen om opgewonden te raken en uit te leggen aan hun partner wat ze fijn vinden. Er is, kortom, weinig aan de hand als je merkt dat de seks wat minder wordt. Je kunt er iets aan doen. Richt je aandacht dan op twee zaken die een seksleven in duurzame relaties frustreren: haast en de mythe van de spontane seks.

GEEN ZIN, GEEN SEKSHORMONEN

Mike en Latifa zijn twintig jaar getrouwd en hebben drie kinderen. De oudste is net het huis uit als ze bij me komen vanwege seksuele problemen. Latifa heeft vaak pijn bij het vrijen. Ze denkt dat ze vroeg in de overgang aan het komen is. Mike wil tegenwoordig vaker seks dan zij. Hij voelt zich afgewezen als Latifa zegt dat ze pijn heeft, of geen zin. Latifa geeft toe dat ze weleens smoesjes bedenkt, bijvoorbeeld dat ze hoofdpijn heeft, om maar geen seks te hoeven hebben.

Als je weinig of geen seks hebt, maak je minder of zelfs helemaal geen sekshormonen aan. Daardoor verdwijnt de zin om seks te hebben helemaal. Hormonen die zin in seks geven zijn testosteron en oestrogeen, maar bijvoorbeeld ook oxytocine, dopamine en endorfine. Sinds het succes van sildenafil (beter bekend onder de merknaam Viagra) is de farmaceutische industrie hard op zoek naar medicijnen die de aanmaak van combinaties van deze hormonen bevordert.

En dat is gek. Want je kunt de aanmaak van deze hormonen op elk moment zelf weer op gang brengen, namelijk door seks te hebben! Het maakt niet uit of je meteen weer veel seks hebt of dat je rustig aan opbouwt. De hormonen komen altijd terug. Fijne seks geeft meer zin in seks. Meer seks stimuleert de hormoonhuishouding. Daardoor wil je vaker seks.

HET ADVIES: HEB FIJNE SEKS

Dit vertel ik ook aan Latifa en Mike. Ik leg uit dat Latifa’s verminderde zin in vrijen leidt tot verminderde vochtigheid. En dat leidt weer tot pijn bij het vrijen. Deze pijn is zo onaangenaam dat ze eigenlijk helemaal niet meer wil vrijen. Daardoor maakt ze minder sekshormonen aan, waardoor ze nog minder zin heeft. Ook Mike krijgt minder zin om te vrijen, maar bij hem loopt dit proces langzamer omdat hij regelmatig masturbeert. Mike en Latifa waren gewend even snel seks te hebben zodra ze er (met al die kinderen in de buurt) gelegenheid toe hadden. Die tijd is voorbij. Voortaan moeten Mike en Latifa de twee kinderen die nog thuis wonen uit logeren sturen zodat ze meer tijd en rust hebben om elkaar opgewonden te maken. Na een poosje zullen ze ook weer een duwtje in de rug krijgen van hun hormonen, die weer in grotere hoeveelheden zullen worden aangemaakt. Dit advies (‘Heb fijne seks’) geef ik vaker aan stellen die al langer bij elkaar zijn. Een sta-in-de-weg voor hen om mijn advies op te volgen is wat ze noemen het ‘gebrek aan romantiek’. Stellen vinden het onromantisch om elkaar te moeten zeggen wat ze fijn vinden. Bovendien vinden ze dat hun geliefden ‘allang’ horen te weten wat hen opgewonden maakt. Waarom moeten ze dat nog zeggen? Als je geliefde na al die tijd nog niet weet wat je fijn vindt, zal er wel iets mis zijn met de relatie.

EN ZE LEEFDEN LANG EN GELUKKIG

Deze houding is het gevolg van de mythe van de spontane seks. Volgens deze mythe moet seks altijd spontaan gebeuren en vanzelf gaan. Als dit niet

FIJNE SEKS GEEFT MEER ZIN IN SEKS. DAT STIMULEERT DE HORMOONHUISHOUDING EN DAARDOOR WIL JE VAKER SEKS

gebeurt, houd je niet genoeg van elkaar of is er iets anders mis in je relatie. Deze mythe hebben we te danken aan mannen als Don Draper, de iconische reclameman uit de serie Mad Men. In aflevering 1 van seizoen 1 zegt hij: ‘Wat jullie liefde noemen is uitgevonden door jongens zoals ik ... Om nylons te verkopen.’

De mythe van de erotische liefde die Draper zegt te hebben uitgevonden, bestond natuurlijk al langer. Er is bijna geen roman, film of serie te vinden waarin deze mythe niet wordt uitgedragen: twee jonge en mooie mensen worden verliefd op elkaar. Ze hebben geweldige seks, die moeiteloos verloopt en altijd spontaan tot ontvlamming komt. Als ze elkaar eenmaal hebben gevonden laten ze elkaar nooit meer los. En ze leefden nog lang en gelukkig.

Dit is de mythe. Romantische verhaaltjes zijn niet het echte leven. In het leven van alledag is het niet verstandig om te gaan zitten wachten op het moment dat je seksleven vanzelf weer ontvlamt. Je partner zit namelijk ook te wachten … Op jou.

HOE INTIEMER JE WORDT, HOE MINDER EROTISCHE SPANNING

Latifa en Mike ontwikkelen de gewoonte hun kinderen een keer in de maand uit logeren te sturen. Dan hebben ze seks met elkaar ‘op de nieuwe manier’. Dit betekent dat ze de tijd nemen om lekker te eten en te drinken, en vooral om elkaar vertellen wat ze spannend en fijn vinden. Vervolgens voeren ze dat uit. Het systeem werkt zo goed dat ze soms ook weer een ouderwets vluggertje doen.

Naast haast en geloof in de oude mythe zijn er meer factoren die een duurzaam seksleven frustreren. In haar onvolprezen boek Mating in captivity zegt relatietherapeut en seksuoloog Esther Perel dat je seksleven op termijn achteruitgaat door de spagaat tussen intimiteit en erotiek.

Hoe langer je bij elkaar bent, hoe intiemer je met elkaar wordt. Dat is positief. Maar hoe intiemer je wordt, hoe minder erotische spanning er tussen jullie bestaat.

We zoeken intimiteit vanwege de universele behoefte aan veiligheid en nabijheid. Hoe langer je met iemand samen bent, hoe beter het lukt om je veilig te voelen, al was het alleen maar omdat je al zo lang in elkaars nabijheid bent. Maar juist die nabijheid heeft een belangrijk nadeel en wel dat de spanning tussen jullie kleiner wordt. Je hebt spanning, veroorzaakt door afstand, nodig om naar elkaar te kunnen verlangen. Dit verlangen zorgt weer voor erotische spanning.

DOE

NIET ALTIJD ALLES SAMEN

Het probleem van Tom en Lydia, al bijna veertig jaar samenwonend, is dat ze geen zin hebben om met elkáár te vrijen, terwijl ze wel zin hebben om te vrijen. ‘Hoe kan dat nou?’, vraagt Tom. Het antwoord schuilt in hun leefomstandigheden. Lydia werkt vaak thuis. Sinds Tom met pensioen is zitten ze meestal samen in huis. Ze hebben een groot huis, maar toch, ze komen elkaar om de haverklap tegen. Om de spanning terug te brengen, raad ik ze aan om elkaar minder te zien. Afstand is van belang om de spanning gaande te houden die zorgt voor opwinding en dus voor een bloeiend seksleven. Dat kan gaan om fysieke afstand zoals in het voorbeeld van Tom en Lydia, maar meestal is emotionele afstand belangrijker. Zoals Esther Perel het verwoordt: je moet ervoor zorgen dat je allebei ook je eigen leven leidt.

Je eigen leven leiden betekent je eigen bezigheden hebben, los van elkaar. Je hebt je eigen vrienden, je hobby’s, je persoonlijke interesses. Je hoeft niet altijd met elkaar op vakantie. Je hoeft niet altijd samen naar de film of het museum te gaan. Het is prima als je alleen gaat of met een ander – dan heb je elkaar ’s avonds iets te vertellen.

Als je dingen doet zonder elkaar voorkom je bovendien dat je samen te veel routines ontwikkelt. Vaste routines en patronen zijn prettig, omdat je niet meer hoeft na te denken (bijvoorbeeld over wie er kookt of wie het vuilnis doet). Maar tegelijkertijd zijn die routines killing voor je creativiteit. Als je minder samendoet word je creatiever als je wel samen bent: in de keuken, maar ook in bed.

TIPS

ZO REANIMEER JE EEN INGEDUT SEKSLEVEN

+ Geen paniek. We hebben allemaal weleens wat minder zin.

+ Neem de tijd om jezelf en elkaar opgewonden te maken.

+ Vertel elkaar je seksuele wensen en behoeften.

+ Lees ter inspiratie This book will make you feel something van Florence Bark.

+ Doe niet altijd alles samen, zorg dat je een eigen leven hebt.

LIDDIE AUSTIN is freelance journalist en columnist. Ze schrijft o.a. voor Flow, Zin, Happinez, Libelle en FD. Liddie is dol op lezen en ze selecteert voor elke RADAR+ vijf boeken.

NU EVEN NIET,

NOG EEN KEER DE WANDELING VAN TOEN

Op haar 21ste liep schrijfster Sarah Meuleman (1977) de Coast to Coast Walk: van de westkust naar de oostkust van Engeland. Als ze in 2023 in een Amsterdamse boekhandel een gidsje van die route tegenkomt, besluit ze in een opwelling om de wandeling nogmaals te maken, met haar dagboek van destijds in haar rugzak. Ze treedt, kortom, in haar eigen voetsporen, ruim twintig jaar later, met een andere man aan haar zijde. Dertien dagen wandelend van de Ierse Zee naar de Noordzee herinnert ze zich via haar dagboek het meisje van toen, ‘denderend over de rots, op sneakers, in een luchtig, net iets te kort bloemenjurkje’. Intussen leert ze de vrouw en moeder die ze nu is, met degelijke wandelschoenen, antiteeksokken en waterdichte Nomad-jas, beter kennen. Het voelt als een bevrijding. In mijn voetsporen is een mooi melancholiek boek over jong zijn en volwassen worden met alle grotemensendingen die daarbij horen. En over wandelen natuurlijk.

In mijn voetsporen, Sarah Meuleman (The House of Books), € 22,99

LOLLY KIEST VOOR ZICHZELF

Lolly Willowes van de Britse Sylvia Townsend Warner (1893-1978) is een van de lievelingsboeken van gerenommeerde schrijvers als Sarah Waters en Nicci Gerrard (zij van Nicci French). Nu de roman uit 1926 eindelijk ook in Nederlandse vertaling is verschenen, kunnen wij ons eigen oordeel vellen. Hoofdpersoon Laura Willowes, door haar familie liefkozend/kleinerend Lolly genoemd, doet begin van de vorige eeuw lang wat er van ongehuwde dochters in haar milieu wordt verwacht: ze zorgt voor haar oude vader en na diens dood verhuist ze zonder morren naar het gezin van haar broer, waar ze ‘onmisbaar bij de voorbereidingen voor kerst en verjaardagsfeestjes’ wordt. Maar op een dag doet ze haar familie versteld staan door te verhuizen naar Great Mop, een dorpje op het platteland. Daar hangt ze de traditionele vrouwelijke verplichtingen aan de wilgen: ze doet waar ze zin in heeft. Ze moet daarvoor wel eerst haar ziel aan de duivel verkopen ... Lolly Willowes is inderdaad een heerlijk boek.

Lolly Willowes, Sylvia Townsend Warner (Orlando), € 23,99

IK LEES

WAT IS TOCH DAT GEHEIM?

In de proloog van Deze vreemde bewogen geschiedenis van Claire Messud is er sprake van een schokkend familiegeheim. In de loop van de lijvige roman wordt dat geheim slechts aangestipt, om pas op de allerlaatste bladzijden onthuld te worden. Dan ben je als lezer al helemaal vertrouwd met de familie Cassar om wie het draait in dit verhaal: vader Gaston en moeder Lucienne; hun kinderen François en Denise; Barbara, de Canadese vrouw van François; Chloe, een van hun dochters. De Cassars beginnen als Franse kolonisten in Algerije, maar raken na de onafhankelijkheid van dat land in de zeventig jaar die het boek bestrijkt over de wereld verspreid. Ze wonen in Amerika, Australië, Frankrijk, Argentinië – en nergens zijn ze echt thuis. Zo gelukkig als het huwelijk van de ouders is, zo moeizaam verlopen de liefdesrelaties van de kinderen. Messud baseerde zich voor dit intrigerende verhaal op haar eigen familiegeschiedenis. Het geheim blijkt inderdaad schokkend. Deze vreemde bewogen geschiedenis, Claire Messud (AmboAnthos), € 29,99

In een boek kun je je verliezen. Héérlijk. Bijvoorbeeld in Deze vreemde bewogen geschiedenis van Claire Messud over een familiegeschiedenis en een geheim waar je pas achterkomt op de laatste bladzijden.

BUNDEL VOL VAKANTIELIEFDES

Sommige mensen houden van vakantieboeken om in te verdwijnen, anderen duiken liever af en toe even in een kort verhaal. Voor hen is de bundel Die mooie zomer een aanrader: hierin vind je verhalen van gerenommeerde schrijvers als Marion Pauw, Ronald Giphart en Edwin Winkels. Rode draad: de vakantieliefde. In het verhaal Rotsbloem van Malou Holshuijsen reist Xue, die ‘zwemt in de overuren, overdagen en overweken’ die opgemaakt moeten worden, in haar eentje af naar een huis in Andalusië waar ze ooit gelukkig was. Opeens staat haar aantrekkelijke leidinggevende Ronnie in de huiskamer. Ze blijkt hetzelfde huis te hebben gehuurd. Elvin Post schrijft in Twisting by the pool over hoe het goed kan zijn dat hij als 16-jarige aan de rand van het zwembad op een Franse camping zijn hart verloor aan de 15-jarige Alessandra. Twee mooie zomers volgen, uiteindelijk krijgt hij telefonisch de bons. Overwoog hij toen even om van de Euromast te springen? Misschien. Die mooie zomer, 11 verhalen over vakantieliefdes (Uitgeverij Brandt), € 15

LEVEN MET ÉÉN BAL

De huisarts is de eerste medisch deskundige die vier jaar geleden de balzak betast van journalist Jesse Beentjes, dan 27 jaar oud. Daarna volgen een radioloog en een uroloog en komt er een diagnose: zaadbalkanker. Volgens het protocol moet de bal in kwestie zo spoedig mogelijk worden verwijderd, want deze agressieve vorm van kanker verspreidt zich snel. Een dag later al is Beentjes zijn linkerbal kwijt. Maakt hem dat minder man, is een vraag die hij sindsdien vaak krijgt. Het zet hem aan het denken: wat is mannelijkheid eigenlijk? Heeft hij zich ooit man gevoeld? Wat dragen zaadballen bij aan mannelijkheid? En, om te beginnen: hoe zit het met zijn feitelijke ‘balkennis’? Het antwoord op deze en andere vragen vind je in Minderman, een verhelderend en geestig boek waarvoor Beentjes te rade ging bij filosofen, historici en medici. Uiteraard neemt hij ook zijn eigen ervaringen als patiënt mee.

Minderman, Jesse Beentjes (De Bezige Bij), € 22,99

benwie eigenlijk?

Ben ik wel altijd zo eerlijk als ik denk? Waarom ga ik confrontaties uit de weg? Stel jezelf vragen om zicht te krijgen op je doen en laten. Dat is zelfreflectie. Kun je dat leren? En waarom is dat helemaal niet zo simpel? ‘Wij zijn een wandelende blinde vlek als het om zelfkennis gaat.’

8 X KANS

DIT BOEK WINNEN?

GA NAAR

RADARPLUS.NL/ WINGRENZEN

Deze actie is geldig t/m 25 september 2024

Mijn schoondochter stuurt me het eindverslag van haar opleiding. Ik ben onder de indruk van de eerlijkheid waarmee ze haar zwakke plekken durft te onderzoeken, maar ook hoe ze zonder scrupules benoemt waar ze goed in is. Haar zelfinzicht vind ik inspirerend. En tegelijk confronterend. Ze is twee keer zo jong, maar lijkt zichzelf beter te kennen dan ik. Misschien is dat wel de reden waarom ze altijd zo goed weet wat ze wil en waarom ik haar zelden zie tobben.

Nou weet ik ook wel dat het meer met karakter te maken heeft dan met leeftijd. Maar toch, je bent nooit te oud om te leren. Zelfreflectie begint met jezelf vragen stellen, hoor ik van de deskundigen. Dat is precies wat ik inmiddels de hele dag loop te doen. Dat varieert van: ben ik wel altijd zo eerlijk als ik denk? Tot: waarom laat ik me soms zo makkelijk overrulen?

En in de slipstream daarvan: waarom ga ik confrontaties uit de weg? Is dat omdat ik aardig gevonden wil worden? Is dat eigenlijk wel waar? Zijn er ook situaties waarin ik het conflict wel degelijk aanga?

Voor ik het weet rijgen de vragen zich aan elkaar en heb ik volop stof tot nadenken. Nog zo eentje die deze week voorbijkwam: waarom ben ik uit mijn doen als ik op Instagram een feestje zie waarvoor ik niet ben uitgenodigd? Is dat jaloezie? En wat zit daar dan achter? Is het de angst niet leuk genoeg of uitgerangeerd te zijn? Zou het helpen als ik stop met social media? Verbeeld ik het me nou of begin ik mezelf door al dat bevragen al iets beter te doorgronden? Om nog maar eens een vraag te stellen …

VAN

BUITENAF

NAAR JEZELF KIJKEN

‘Wij zijn een wandelende blinde vlek wanneer het om zelfkennis gaat’, zegt trainer/coach Iris Posthouwer. Tijdens het researchen voor haar boek Iets met grenzen stellen kwam ze erachter hoe

Je kijkt naar jezelf in een beslagen spiegel en stapt daarom steeds weer in dezelfde valkuil

belangrijk zelfreflectie is. Maar ook hoe moeilijk. ‘Uit onderzoek blijkt dat maar vijftien procent van de mensen van nature in staat is van buitenaf echt naar zichzelf te kijken. Dat komt omdat je het centrum van je eigen universum bent. We kijken als het ware naar onszelf in een beslagen spiegel. En daarom stappen we steeds in dezelfde valkuil.

Bovendien wil je graag een goed moreel persoon zijn. Zodra je ego een deukje dreigt op te lopen, bijvoorbeeld als je kritiek krijgt omdat je niet bent gaan kijken naar de sportwedstrijd van je zoon of omdat je te veel aan het woord was tijdens een vergadering, komt het egobeschermingssysteem met gillende sirenes aangesneld. Je beroept je dan al snel op je goede bedoelingen: ‘Ik wilde wel gaan maar dacht dat hij het niet leuk zou vinden’ of ‘Ik dacht dat ik iets zinnigs toe te voegen had.’

Of je gaat bij anderen bevestiging halen: wat vind jij, zie ik het nou verkeerd, of is die kritiek onterecht? Dat voelt dan misschien als zelfreflectie, maar het lijkt meer op zelfprotectie.’

VERPLAATS JEZELF IN DE ANDER

‘Er is ook een fysieke verklaring. Een aanval op je ego voelt voor je brein hetzelfde als een reële dreiging. Je ratio wordt gekaapt door de emoties en gaat in de overleefstand. Dat betekent dat er weinig zuurstof naar je prefontale cortex gaat, waar zelfreflectie en zelfrelativering zitten.

Maar je brein is wel te trainen. Bijvoorbeeld door te proberen jezelf te bekijken vanuit meerdere camerastandpunten.

Je in een ander verplaatsen kan al veel opleveren. Dan ontdek je misschien dat je botter en heftiger klonk dan je bedoelde. Alleen kun je snel dingen voor een ander gaan invullen. Wat beter werkt is een derde persoon inroepen, eventueel fictief. Wat zou iemand zien die jullie allebei kent en jullie beiden welgezind is?

Trap vooral niet in de valkuil van: ik ken mezelf al heel goed. Dat herken ik van mezelf toen ik als student veel moest doen aan introspectie. Omdat ik weet hoe moeilijk het is om wat je over jezelf denkt los te laten, ben ik inmiddels een stuk nederiger geworden Maar ik ben hoopvol dat meer dan 15 procent van de mensen in staat is om van buitenaf naar zichzelf te kijken: 65 procent moet haalbaar zijn.’

WELKE GEDACHTEN GAAN ER SCHUIL

ACHTER JE IDEEËN?

‘Veel zorgen komen voort omdat we vastzitten in onze gedachten’, zegt praktisch fi losoof Elke Wiss. Ze is oprichter van de Denksmederij, ‘een soort sportschool voor de geest’, waar je je denken kunt trainen om meer zelfi nzicht te krijgen.

‘Vaak onderzoeken we kwesties waar iemand tegenaan loopt in het dagelijks leven. Dat kan in een een-op-eengesprek, maar ook in een workshop. De problemen die voorbijkomen zijn heel uiteenlopend, van ‘ik maak nooit af waar ik aan begin’ tot ‘ik wil het contact met mijn moeder verbreken’.

In een denkgesprek – zoals we dat noemen – gaan we vragenderwijs ontrafelen welke gedachten er schuilgaan achter je ideeën. Een voorbeeld. Laatst kwam een hondentrainster met de vraag: waarom komt mijn bedrijf niet van de grond?

Door zichzelf vragen te stellen als: wat betekent geld verdienen voor mij? En: wat vind ik van reclame maken?, kwam ze erachter dat ze het niet ethisch vond om geld te verdienen aan de problemen van anderen en om aan marketing te doen. Maar omdat ze zich niet van die ideeën bewust was, bleef haar probleem bestaan. Het geeft vaak al veel helderheid als je die denkbeelden afpelt – hoe denk ik dan, en wil ik dat eigenlijk wel denken? Wil ik van dit werk kunnen leven? Zo ja, kan ik ook op een nuchtere manier naar geld kijken?

De praktisch fi losoof gaat niet wroeten in iemands jeugd of opvoeding of zo – dat is meer voor psychologen. Wij bevragen en

ABC’TJE

Voor een korte re ectie bieden deze drie vragen houvast:

1. Wat was er Aan de hand?

2. Wat was daarin Belangrijk voor mij?

3. Welke Conclusie trek ik daaruit voor het vervolg?

SPIEGELREFLEX

Jezelf in de spiegel aankijken, zeggen we als je eens goed bij jezelf te rade gaat. Maar het werkt ook letterlijk. Zo was er ooit een experiment waar spiegels werden opgehangen op plekken waar vaak boze mensen voor de balie staan. Dat had een kalmerend e ect. Het kan ook helpen om jezelf op lm terug te zien. Vaak ben je dan beter in staat jezelf niet alleen op je intenties te beoordelen, maar ook op je houding en je toon.

ZO VOORKOM JE TUNNELDENKEN

Emeritus hoogleraar onderwijskunde Fred Korthagen houdt zich al jaren bezig met de kunst van het reflecteren. Voor leraren en opleiders schreef hij het handboek De kracht van reflectie, dat in diverse talen is vertaald.

‘Nadenken over iets wat je hebt meegemaakt is een natuurlijke, menselijke gewoonte, zeker als de ervaring je heeft geraakt’, zegt Korthagen.

‘Maar vaak zijn we al bezig met het bedenken van een oplossing zonder stil te staan bij de essentie van wat er is gebeurd. Het kan enorm helpen om eerst naar oorzaken en verklaringen te zoeken, om te weten wat er gebeurde en waarom. Daarom heb ik een model ontwikkeld om tunneldenken te voorkomen. Je moet het zien als een soort spiraal.’

1. VERTREKPUNT

Een lastige situatie (of juist een succeservaring!) waarvan je wil leren.

2. TERUGBLIKKEN

Wat is er gebeurd? Wat deed ik, wat dacht ik, wat voelde ik, wat wilde ik? En wat deed, dacht, voelde en wilde de ander?

3. BEWUSTWORDING

Wat was essentieel in de situatie? Welke fricties waren er tussen het doen, denken, voelen en willen van mij en de ander?

4. ONTWIKKELEN EN AFWEGEN VAN ALTERNATIEVEN

Leidend tot de vraag: wat is mijn voornemen voor de volgende keer?

5. UITPROBEREN VAN DE NIEUWE AANPAK

Dit is dan weer stap 1 van een nieuwe reflectieronde. Zo ontstaat een doorlopend leerproces.

‘Als je bewust reflecteert op jezelf, op wat je meemaakt, zul je merken dat je steeds meer grip op situaties krijgt. Daarom is reflectie voor mij een sleutelbegrip, zeker voor iedereen die met mensen werkt.’ Uit De kracht van reflectie (uitgeverij Boom).

analyseren iemands gedachten en stellen er nieuwe tegenover.’

CONFRONTATIE MET IETS WAT JE NIET WILT WETEN

‘De kunst van het vragen stellen, dáár gaat het om. Het begint ermee je probleem om te zetten in een heldere vraag van maximaal tien woorden. Die vraag is een soort kompas. In het geval van de vrouw die nooit iets afmaakte, was dat bijvoorbeeld: wat weerhoudt me ervan om iets af te ronden? Het

Op het moment dat je jezelf goed kent, worden grote levenskeuzes makkelijker

werkt goed als je de vraag bij je draagt op een post-it of in je telefoon, en er af en toe naar kijkt. De kans is groot dat je steeds tot nieuwe inzichten komt. Deze vrouw kwam erachter dat zolang iets een project was, ze er niet mee naar buiten hoefde, nooit hoefde te zeggen: dit is af, hier sta ik achter. Uiteindelijk ontdekte dat ze het eng vond om verantwoordelijkheid te nemen.

Dat bevragen is niet altijd leuk, hè. Het confronteert je soms met dingen die je misschien helemaal niet wilt weten. Maar op het moment dat je jezelf goed kent, worden grote levenskeuzes makkelijker. Je hebt een flinke portie reflectievermogen en zelfkennis nodig om te bepalen met wie je relaties aangaat, welk werk bij je past. Uit ervaring weet ik dat het rust geeft als je het gereedschap in je rugzak hebt om jezelf uit de problemen te denken als die zich voordoen. Zonder dat handel je vaak uit primaire gevoelens. Dit alles met de bedoeling jezelf mentaal leniger te maken, niet per se om van je overtuiging af te stappen. Dat is helemaal aan jou.’

het gewoon tussen ons

Stapelverliefd op die ene. En hoe heerlijk: hij of zij is dat ook op jou! Soms is dat gevoel er zelfs nog na twintig jaar. Drie stellen over de vlinders in hun buik.

CHANICE (32, coach) en REVEN (31, dataanalist) werden smoorverliefd tijdens een intensieve 15-daagse opleiding.

Chanice: ‘Ik heb Reven een paar maanden geleden ontmoet tijdens een NLP-opleiding. Die duurde vijftien dagen, waarbij je van tien tot zeven met elkaar in een ruimte zat. Ik had hem wel gezien in de groep, maar was totaal niet bezig met de liefde. Pas toen we elkaar door de opdrachten beter leerden kennen, realiseerde ik me dat ik verliefd was. Mijn lichaam reageert altijd heel sterk op gevoelens, ook nu. Ik had diarree, was misselijk en had vlinders in mijn buik.

Bizar genoeg heb ik zonder dat ik het wist zijn geboortedatum getatoeëerd op mijn pols. Ik heb een tatoeage met de Romeinse cijfers 28-6-11. Ik ben op 28 juni jarig en heb veel dierbaren die in november jarig zijn. Revens verjaardag is 6-11.

Toen ik die opleiding ging doen, ging het niet goed met me. Ik voelde me heel slecht en was depressief. Deze man heeft me op mijn laagste punt gezien en op mijn lelijkst, en vindt me alsnog geweldig. Hij is mijn rustpunt en mijn anker. Ik voel dat hij mijn soulmate is. We zijn echt smoorverliefd!’

CHANICE EN REVEN
‘Deze man heeft me op mijn laagste punt gezien en vindt me alsnog geweldig’

Reven: ‘Door de opdrachten die we samen deden tijdens de opleiding ontdekte ik dat Chanice en ik veel raakvlakken hadden. We leerden elkaar elke dag beter kennen en trokken steeds meer naar elkaar toe. Ik durfde mezelf ook steeds kwetsbaarder op te stellen, waardoor ons contact steeds intiemer werd. De eerste keer dat ze haar arm om me heen sloeg en haar hoofd op mijn schouder legde, ging er een golf van liefde door m'n lichaam. Iets wat ik zelden had meegemaakt en niet kon en wilde loslaten. Wanneer ik aan haar denk of wanneer we ergens hand in hand lopen of knu elen, krijg ik een warm gevoel, maar ook een gevoel dat ik los ben van andere dingen in m'n hoofd – werk, sport, alledaagse beslommeringen – en volledig in het moment kan genieten met haar.’

HELEEN (54, tekstschrijver) en MARTIJN (49, technicus) zijn al negentien jaar samen en nog altijd stapelverliefd.

Heleen: ‘Ik had al zeven jaar een relatie met een twintig jaar oudere man toen Martijn en ik verliefd op elkaar werden. Ik ben nog met mijn toenmalige vriend op vakantie gegaan om te kijken of er hoop was voor onze relatie, maar er was geen kruid tegen gewassen: ik was zó verliefd. Daarna ging het snel: binnen een jaar hadden we een huis gekocht. En hoewel ik in eerdere relaties nooit de behoefte had gevoeld om moeder te worden, wilde ik dat met Martijn wel. Martijn brengt licht in mijn leven, een glans die er na al die jaren nog steeds is. Martijn heeft een bepaald fluitje. Als hij thuiskomt uit zijn werk en de hal binnenstapt, hoor ik dat fluitje. Elke keer maakt mijn hart een huppeltje. Onlangs gingen we samen naar het filmcafé, toen kwamen we helemaal verliefd naar buiten. Die verliefdheid wordt aangewakkerd als je samen dingen doet die je allebei geweldig vindt. We hebben ook onze portie zorgen en verdriet wel gehad, maar ook daarin blijven we elkaar vinden. Martijn: ‘Wij hebben een splitlevelwoning en als ik dan fluitend binnenkom, hoor ik van alle kanten fluitjes terugkomen van Heleen en van onze kinderen Jade (15) en Gijs (13). Daar kan ik zo blij van worden. Heleen is zo’n goed, mooi mens. En als zij dat ene blauwe truitje aan heeft waarin één schouder bloot is, dan slaat mijn hart wel even over. Samen genieten van mooie dingen, vooral van mooie muziek en samen zingen, zorgt ervoor dat we die verliefdheid allebei extra hevig voelen. Als je kijkt naar onze achtergrond, ons opleidingsniveau, uiterlijk, werk et cetera zijn we geen voor de hand liggende match. Maar het klopt gewoon. We zien altijd het leuke in de ander en willen elkaar niet veranderen. Relativeringsvermogen en humor zijn heel belangrijk voor ons. We kunnen lachen om onszelf en om de ander, ook om de irritaties. Dan blijft die verliefdheid wel.’

HELEEN EN MARTIJN ‘Als ik zijn fluitje hoor, maakt mijn hart een huppeltje’
SUZANNE

Vier jaar geleden was het liefde op het eerste gezicht tussen SUZANNE (40, journalist, onder op de foto) en MINKE (30, psycholoog). Inmiddels zijn ze getrouwd en is er een kindje op komst.

‘Mijn vlinders zijn nog groter nu Minke onze baby in haar buik heeft’

Suzanne: ‘Vier jaar geleden was ik casual aan het daten met een vrouw. Tijdens Pride had ik met haar afgesproken en zij had een vriendin meegenomen. Toen ik die vriendin zag, dacht ik: oh shit, die is veel leuker. Het was liefde op het eerste gezicht met Minke, ook van haar kant. En dat terwijl ik nooit geloofde in liefde op het eerste gezicht, ik vond dat onzin. We hebben nog een keer afgesproken met die andere vrouw erbij, maar al snel zeiden we dat we zo verliefd waren dat we met elkáár wilden daten. Ik heb een dochter van inmiddels negen, Roos. Zij en Minke zijn ontzettend close. Als ik Minke zonder dat ze het in de gaten heeft bezig zie met Roos, groeit mijn hart tien keer. Ik ben haar intens dankbaar dat ze mijn dochter zo heeft omarmd. Roos noemt Minke Mimi, een verbastering van mama en Minke.

Mijn vlinders zijn nog groter nu Minke onze baby in haar buik heeft. Sinds ik met Minke ben, ben ik altijd samen met mijn allerbeste vriendin, die ik ook nog eens superaantrekkelijk vind.’

Minke: ‘Een maand na onze ontmoeting hebben we een week in mijn familiehuisje in het bos gezeten – Suzanne moest wachten op de sleutel van haar nieuwe huis. Je zit dan 24/7 samen in een boshuisje en leert elkaar heel goed kennen. Sindsdien is het echt aan. Suzanne laat mij blozen, dat vind ik heerlijk. Ik vind het leuk als ze me plaagt. Ik ben dolverliefd op het hele plaatje: die helblauwe ogen en haar prachtige borsten, maar vooral hoe ze is als persoon. Ik ken niemand die zo sociaal is; ik kan haar werkelijk overal mee naartoe nemen en ze heeft het leuk. En het is een feest om Amsterdam, de stad waar ik geboren en getogen ben, door haar ogen te bekijken. Suzanne maakt mij met deze baby moeder; dat had ze eigenlijk al gedaan met Roos. Het maakt het gevoel alleen maar sterker.’

Het pleziercentrum in je hoofd slaat volledig op tilt

Iedereen kent de buikpijn, misselijkheid, zweethanden, hartkloppingen, slapeloze nachten en bakken energie die horen bij verliefd zijn. Maar wat gebeurt er als je verliefd bent nu eigenlijk precies in je hersenen?

Hersenscans bij mensen die hevig verliefd zijn, laten zien dat met name het belonend systeem sterk wordt geprikkeld: het gebied dat je een plezierig gevoel geeft. Hier wordt het chemische stofje dopamine afgegeven, dat ervoor zorgt dat jij je on top of the world voelt. Dopamine wordt daarom ook wel het geluksstofje genoemd. Het zorgt ervoor dat je genot voelt en werkt zwaar verslavend: je wil er altijd méér van. Dopamine wordt ook aangemaakt bij verslavingen als roken, drank en drugs.

Drie fasen van verliefdheid

Neurowetenschappers onderscheiden drie fasen die achtereenvolgens (en soms ook overlappend) in je hersenen worden voorbereid en aangestuurd door verschillende stofjes.

Fase 1: Lust

Bij verliefde mensen wordt het beloningsgebied in de hersenen gestimuleerd, waarbij dopamine de aanjager is. Tijdens deze fase laten de hersenen in het lichaam ook andere hormonen vrij die intense gevoelens van verlangen veroorzaken. Noradrenaline en norepinefrine geven de lichamelijke sensaties die je ervaart als je verliefd bent: zwetende handpalmen en

een sneller kloppend hart. Noradrenaline en dopamine zorgen ook voor vlinders in je buik en andere symptomen van verliefdheid zoals minder eetlust en het hebben van veel energie en ongeremde zin in seks met die ene persoon. Daarnaast schiet in deze enerverende fase het stresshormoon cortisol omhoog als gevolg van stress en onzekerheid over de ander of de prille relatie.

Fase 2: Romantiek

In deze fase zijn de partners gebiologeerd door de ander en verlangen ze onophoudelijk naar elkaar. MRI-scans laten zien dat er in deze fase meer bloed vloeit door de nucleus accumbens, het pleziercentrum in de hersenen. Dopamine speelt ook in deze fase nog steeds een grote rol. Het stofje zorgt ervoor dat je je euforisch voelt en hunkert naar aandacht en lieve woorden van de ander. Wanneer de liefde niet wordt beantwoord, daalt de dopaminespiegel en kun je overvallen worden door destructieve en depressieve gevoelens. In de ergste gevallen leidt dat zelfs tot stalking, zelfmoord of moord.

Het obsessief denken aan de ander, dat zo kenmerkend is voor deze fase, komt ook doordat de neurotransmitter serotonine afneemt. Lage niveaus van serotonine zijn gerelateerd aan de psychiatrische ziekte obsessief-compulsieve stoornis (OCS) die gekenmerkt wordt door dwanggedachten en dwanghandelingen. Dat verklaart bijvoorbeeld waarom verliefde mensen talloze keren per dag liefdesbrieven, appjes, Facebookberichten en instafoto’s checken en herlezen.

Fase 3: Gehechtheid

Pas als de verliefdheid langer bestaat, wordt de prefrontale cortex gestimuleerd:

het voorste gedeelte van de hersen, waarmee we rationeel handelen, plannen, wikken en wegen en verstandige beslissingen nemen. In die fase neemt ook het stresshormoon cortisol weer af. Gehechtheid en een diep gevoel van houden-van komen in plaats van hevige verliefdheid. In deze fase hebben de hersenen en het lichaam een tolerantie opgebouwd voor plezierstofjes als dopamine en adrenaline. Oxytocine, ook wel het knuffelhormoon genoemd, en vasopressine nemen juist toe en zorgen voor gevoelens van welzijn en veiligheid binnen de relatie. Oxytocine kan overigens ook negatieve emoties oproepen als jaloezie, nijd en achterdocht.

EEUWIGE VERLIEFDHEID HEET ZWANENLIEFDE

De wereldberoemde Amerikaanse biologisch antropoloog Helen Fisher heeft veel onderzoek gedaan naar romantische liefde. Ze kwam erachter dat proefpersonen zelfs na een relatie van twintig jaar nog steeds alle symptomen van verliefdheid kunnen vertonen. In het brein is een hoge activiteit te zien in het dopaminesysteem wanneer sommige proefpersonen naar een foto van hun geliefde kijken. Stellen die na een jarenlange relatie deze verliefdheidsgevoelens nog steeds hebben, worden wel ‘zwanen’ genoemd. Opwinding en romantiek gaan hand in hand met een diep gevoel van liefde en gehechtheid. Wat het geheim is van zo’n zwanenliefde? Volgens wetenschapsjournalist Mark Mieras, die het boek Liefde schreef, blijven deze mensen ondernemend in én buiten de slaapkamer. Ze ondernemen veel dingen met elkaar, gaan samen op onderzoek uit, ontdekken steeds iets nieuws. Seksualiteit is daarbij essentieel, zegt Mieras, een motor voor de liefde. Het leven met zijn tweetjes spannend houden, dat zou dus het recept zijn voor zwanenliefde: verliefdheid die een leven lang beklijft.

PIJN DIE NIET OVERGAAT

RADAR+ MEDISCH DOSSIER

Een beetje pijn op z’n tijd hoort erbij. Maar chronische pijn, dat is een ander verhaal. Een op de vijf volwassenen lijdt eronder, soms is de oorzaak ervan niet te vinden. Vaak wordt gedacht dat deze mensen zich aanstellen. Ook bij artsen heerst nog veel onbegrip, simpelweg omdat ze te weinig over pijn hebben geleerd.

Door ernstige rug- en nekproblemen heeft Saskia de Jong (44) altijd pijn. Operaties zijn niet meer mogelijk. Met morfinepillen en -pleisters houdt ze zichzelf op de been.

‘Op mijn veertiende kreeg ik last van mijn been. Eerst dachten ze aan andere oorzaken, maar uiteindelijk bleek het een doorgebroken hernia. Dat komt nooit voor op die leeftijd. Ook had ik stenosen: vernauwingen van het wervelkanaal. Ik ben geopereerd, maar heb altijd klachten gehouden. Ik had regelmatig hernia’s en slikte gedurende periodes veel pijnmedicatie. Ook moest ik stoppen met paardrijden. In 2009 kreeg ik mijn derde kind. Toen ik vooroverboog om mijn baby een kus te geven, voelde ik een pats. Daarna was ik verlamd en incontinent. Zes weken lang lag ik op een bed in de kamer, terwijl mijn man en een hulp in huis voor de kinderen zorgden. Tot mijn man de huisarts erbij riep. Die liet meteen een ambulance komen. Ik heb drie weken in het ziekenhuis gelegen. In het littekenweefsel in mijn rug zitten hernia’s die niet meer geopereerd

‘DE

PIJN VORMT EEN RODE DRAAD IN ONS LEVEN’

kunnen worden. Inmiddels ben ik ook geopereerd aan nekstenosen, en ik heb carpaletunnelsyndroom.

Tegen de pijn krijg ik morfinepreparaten en -pleisters, maar dat haalt niet alle pijn weg en ze hebben ook bijwerkingen. De nachten zijn een worsteling. ’s Ochtends neem ik mijn medicatie en kan dan nog een uurtje slapen. Rond half vijf ’s middags voel ik me al onrustig, dan is het tijd voor de tweede dosis.

Mensen met chronische pijn gaan vaak óf heel erg over hun grenzen heen, óf ze durven niks meer te doen. Ik was van de eerste categorie. Als manager in de complexe ggz werkte ik keihard om mezelf te bewijzen, waarbij ik mijn lichaam negeerde. Uiteindelijk belandde ik in een burnout. De Sint Maartenskliniek wees me op het RealHealth-programma voor mensen met chronische pijn. Ik zat twee weken intern in de kliniek.

Van een psycholoog en psychomotorisch therapeut leerde ik onder meer om balans te houden, grenzen te bewaken en rustig op te bouwen.

Ook hielpen ze me mijn beperkingen te accepteren. Dat is wel gelukt, al blijf ik het een hard gelag vinden om de rest van mijn leven aan de morfine te zitten. Je ziet niets aan me, dus er is niet altijd begrip. De pijn vormt een rode draad in ons leven. Mijn man doet veel in huis, mij lukt dat niet. Doordat mijn been niet goed meebeweegt, val ik regelmatig. Er staat permanent een ziekenhuisbed in de woonkamer.

Ik heb weleens gezegd: als ik het niet meer trek, hoef ik niet de tweede helft van mijn leven uit te dienen. Als je je eigen kont niet meer kunt afvegen, heb je wat mij betreft geen kwaliteit van leven meer. Dat zijn voor het gezin heftige uitspraken. Gelukkig gaat het nu wel weer even. Wat mij helpt is heel goed in verbinding blijven met mijn lijf, bijvoorbeeld met mindfulness. Verder moet ik vaak nee zeggen. Vervelend, maar het helpt wel om te blijven functioneren.’

Pijn is bedoeld als waarschuwing. Raak je een gloeiendhete pan aan, dan reizen er via je zenuwstelsel pijnsignalen naar je brein. De boodschap: pas op! ‘Pijn is daarmee van levensbelang’, zegt pijnspecialist prof. Frank Huygen (Erasmus MC). ‘Er bestaat een zeldzame genetische afwijking waardoor mensen geen pijn voelen. Die mensen beschadigen zichzelf aan de lopende band.’ Pijn is dus ook ‘fijn’, maar de keerzijde is dat je pijn nauwelijks kunt negeren. ‘Pijn staat in ons bewustzijn erg op de voorgrond. En dat geldt helaas ook voor chronische pijn. Die kan je kwaliteit van leven en functioneren daarom enorm verminderen.’

Wat is nu eigenlijk chronische pijn? ‘Vaak hoor je: pijn die langer aanhoudt dan drie of zes maanden’, zegt Huygen. ‘Beter vind ik: pijn die langer duurt dan je zou verwachten bij een normaal genezingsproces.’ Helaas is chronische pijn allesbehalve zeldzaam. ‘Uit Europees onderzoek bleek dat een op de vijf volwassenen chronische pijn heeft’, weet Huygen. ‘Meestal komt dat door artrose of artritis, gevolgd door hernia’s. Verder zie je bijvoorbeeld polyneuropathie – zenuwbeschadiging – of langdurige pijn bij ex-kankerpatiënten.’

CHRONISCHE

PIJN IS PIJN DIE LANGER DUURT DAN JE ZOU VERWACHTEN BIJ EEN NORMAAL GENEZINGSPROCES

ZOEKEN NAAR DE BRON Huygen werkt sinds 2000 als pijnspecialist bij het Erasmus MC. ‘Wij helpen hier patiënten met heel verschillende klachten, zoals acute pijn na een operatie, chronische pijn aan een been, of pijn na kanker’, vertelt hij. Als pijnspecialist doorloopt hij standaard een aantal stappen. Daarna verwijst hij patiënten eventueel door naar bijvoorbeeld een neuroloog, psycholoog of fysiotherapeut.

‘Eerst zoeken we heel goed of er toch een bron te vinden is, ook als patiënten al bij

DRIE SOORTEN PIJN

De ene pijn is de andere niet. Grofweg zijn er drie soorten.

+ Nociceptieve pijn is pijn met een duidelijke bron, bijvoorbeeld een kapot gewricht of littekenweefsel na een operatie.

+ Neuropathische pijn ontstaat door beschadiging van het zenuwstelsel, bijvoorbeeld vanwege diabetes of gordelroos. Ook zonder bron van pijn geven de zenuwen dan pijnsignalen af aan de hersenen.

+ De derde en meest ingewikkelde soort is nociplastische pijn. Daarbij geeft het zenuwstelsel signalen versneld en via afwijkende routes door aan de hersenen. Zaken die normaal gesproken geen pijn doen, ga je verscherpt waarnemen. Als de drempelwaarde laag genoeg is, kan er zelfs spontaan pijn ontstaan. Er wordt gedacht dat dit het geval is bij fibromyalgie.

PIJNMEDICIJNEN

Verschillende soorten pijn vragen om verschillende soorten behandeling. Klassieke pijnstillers zoals paracetamol en ibuprofen werken bijvoorbeeld heel goed tegen nociceptieve pijn, maar slecht tegen de andere twee soorten. Soms hebben zogeheten co-analgetica dan wél effect. Dat zijn met name antidepressiva en medicijnen tegen epilepsie.

In de toekomst komen er meer mogelijkheden met medicijnen, verwacht Frank Huygen. ‘We zien een verschuiving van klassieke pijnstillers naar medicijnen die echt ingrijpen in de pijn zelf. Zo zijn er steeds meer stoffen in ontwikkeling om pijn te behandelen via het immuunsysteem, bijvoorbeeld voor neuropathische pijn en migraine. Ook zijn er medicijnen die werken op de vaatwand van bloedvaten, en middelen die aangrijpen op de zenuwen. Rodepeperextract – capsaïcine – lijkt succesvol te werken tegen zenuwpijn.’ De klassieke pijnstillers krijgen overigens ook een nieuw jasje. ‘Men werkt aan synthetische opiaten met minder bijwerkingen, en aan veilige toepassing van ketamine voor bepaalde aandoeningen.’

Eefke Verhagen (38) leed jarenlang veel pijn vanwege fibromyalgie en migraine. Ze besloot haar leven drastisch te veranderen. Nu is ze al zes jaar klachtenvrij.

‘Tijdens de puberteit kreeg ik allerlei klachten: eerst migraine, later zenuwpijn en enorme vermoeidheid. Het werd steeds erger. Uit medische onderzoeken bleek dat mijn nierfunctie slecht was, maar dat kon de klachten niet verklaren. Toen ik begin twintig was, kreeg ik de diagnose fibromyalgie. Ik kon wel juichen: eindelijk had het een naam! Maar een oplossing was er niet. Door de pijn in mijn gewrichten en de vermoeidheid kon ik weinig lopen. Ondanks ergoen fysiotherapie kreeg ik geen potje groente meer open. Ik sliep slecht, stond ’s nachts onder de douche om de warmte op mijn benen te voelen. Jarenlang slikte ik ’s ochtends en ’s avonds twee pillen tramadol, een morfineachtige pijnstiller. Dat hield me op de been. Veertig uur per week werkte ik als assistent-controller, maar het was meer overleven dan leven.

‘IK LEERDE OPEN TE STAAN VOOR EMOTIES DIE IK ONDERDRUKT HAD’

Het keerpunt kwam op vakantie met mijn vriend, nu echtgenoot. Tijdens een wandeling wilde hij linksaf en ik rechtsaf, de korte route. Ik stond als een klein kind te huilen en te stampvoeten. Zo wilde ik niet zijn! Ik moest mijn situatie zien te verbeteren. Met

veel moeite kreeg ik het voor elkaar dat mijn huisarts me vitamine B12injecties voorschreef. Daarnaast gaf ik meer ruimte aan onderdrukte emoties door erover te schrijven. Ik leek assertief, maar dat was een masker. Ik was ook een pleaser, altijd bezig met anderen. Dat heeft zijn weerslag op je lijf.

Gaandeweg voelde ik verbetering. Er kwam ruimte om af te vallen – ik verloor 47 kilo. Ik stopte met tramadol en bleek daar nog verder van op te knappen. Stap voor stap ging ik meer bewegen. Nu doe ik vier keer per week aan crossfit, ik loop 10.000 stappen per dag. Ik, die nog geen potje kon opendraaien, kan nu 70 kilogram deadliften! Zelfs mijn nierfunctie is verbeterd, al zou dat volgens de medische wetenschap onmogelijk zijn vanwege mijn schrompelnieren (in elkaar geschrompeld nierweefsel, red.).

Toen ik mijn leven ging veranderen, had ik geen flauw benul van de mind-body-connectie. Terugkijkend vraag ik me af waarom mijn arts niet eens heeft doorgevraagd, in plaats van me tramadol voor te schrijven. Misschien was ik in eerste instantie sceptisch geweest, maar ik denk dat ik uiteindelijk toch nieuwsgierig was geworden naar de rol van onderdrukte emoties.

Sinds dit jaar help ik met Gelukkig Gecoached zelf mensen met chronische pijn. Daarvoor volgde ik opleidingen in onder meer de Pijn-Reset-Methode. Huisartsen en fysiotherapeuten verwijzen geregeld patiënten naar mij door. Ik raad mensen met chronische pijn aan om open te staan voor de rol van onderdrukte emoties. Misschien weet je zelf niet eens dat je die hebt. Natuurlijk moet je je lichaam óók goed laten onderzoeken. Maar wat ik altijd zeg: al zit de pijn niet tussen je oren, de oplossing zit vaak wél in je brein.’

TEKST DIANA DE VELD

Joni van Hoorn (15) heeft door een zeldzame vaatafwijking dag in, dag uit hevige pijn. Een behandeling is er op dit moment niet. Ze volgde zes maanden een revalidatietraject om te leren omgaan met de pijn. ‘Ik lijk gezond, maar ik lig vaak hele dagen op bed en doe weinig dingen die andere tienermeisjes doen. Door een zeldzame vaatafwijking in mijn kuit heb ik altijd heel veel pijn, met gemiddeld een pijnscore van 8-9. Ik kan maar kleine stukken lopen of etsen en zit daarom vaak in een rolstoel. Een dag op school rondlopen is eigenlijk al te veel. Ik slaap moeilijk in, en word door de pijn elke dag om vijf uur wakker. Medicijnen helpen niet en medische ingrepen zijn wel geprobeerd, maar zonder resultaat. Omdat de vaatafwijking op een lastige plek zit, raden artsen een operatie nu af.

‘EEN DAG OP SCHOOL

De afgelopen jaren raakte ik steeds meer in de put. Ook op het leven van mijn ouders en broer drukt mijn pijn een stempel: zij zien mij lijden. Mijn moeder kwam via via op het spoor van een revalidatietraject voor jongeren, om te leren omgaan met pijn. Vorig jaar ging ik zes maanden naar Libra Revalidatie & Audiologie, een centrum voor medisch specialistische revalidatie. Ook mijn ouders kregen

er hulp om mij nog beter te kunnen begeleiden. Ik was er drie dagen per week, samen met andere jongeren. Dat deed me veel goed. Zij maken dezelfde dingen mee als ik, ook in het omgaan met bepaalde gedachten of opmerkingen die je krijgt. Ik heb er veel geleerd. Bijvoorbeeld om me niet terug te trekken als ik pijn heb. En om mijn energie goed te verdelen en binnen mijn grenzen te blijven. Zo doe ik mijn eindexamen mavo nu verspreid over twee jaar. Daarna wil ik havo gaan doen.

Tijdens de revalidatie leer je ook om te accepteren dat je leven anders loopt dan je had gehoopt. Tegelijk leer je denken: ik heb pijn, en tóch ga ik dit doen. Zo ben ik dit jaar toch twee uurtjes carnaval gaan vieren, al weet ik dat ik dan de rest van de vakantie platlig. Ik heb een gezellige klas en mijn beste vriendin zie ik elke dag. Daar ben ik dankbaar voor. Ik hoop dat ik binnenkort mee kan doen aan een studie naar een nieuwe behandeling. Mijn arts doet haar best voor me, net als mijn moeder, maar het ligt allemaal lastig, ook vanwege de kosten en de verzekering. Als ik in België of Duitsland had gewoond, was het makkelijker geweest. Ik weet natuurlijk niet of zo’n medicijn mij zou helpen en er zijn ook heftige bijwerkingen – het gaat om een medicijn dat eigenlijk bedoeld is voor mensen met borstkanker. Maar ik wil alle kansen aangrijpen, want zo doorgaan is eigenlijk geen optie. Als ik anderen iets mag meegeven: oordeel niet zo snel. Als mensen zien dat ik uit mijn rolstoel opsta, denken ze meteen dat ik me aanstel of dat ik lui ben. Vooral ouderen veroordelen mij vaak zonder te weten wat er speelt. Ze praten met mijn moeder, terwijl ik toch goed zelf kan praten. Jonge mensen vragen gewoon aan mij wat er aan de hand is. Dáár heb ik geen enkel probleem mee.’

andere artsen zijn geweest. Zo ja, dan heeft het wegnemen van die bron altijd de voorkeur, bijvoorbeeld met een operatie.’ De volgende stap: bepalen om welke soort pijn het gaat. ‘Het zal je verbazen hoeveel mensen met zenuwpijn bij hun eerste doktersbezoek klassieke pijnstillers krijgen, terwijl die bij hen niet werken’, merkt Huygen op. ‘Dat komt doordat veel artsen te weinig geleerd hebben over pijn. Verbazend, want heel veel mensen gaan juist met pijn naar de dokter! Gelukkig worden de opleidingen op dit punt nu wel verbeterd.’

MET EEN ZENUWBLOKKADE VOORKOM JE DAT EEN ZENUW PIJNSIGNALEN DOORGEEFT AAN DE HERSENEN

BELEVING, BEPERKINGEN EN BEGELEIDING

Een derde stap is onderzoeken hoe een patiënt de pijn beleeft. ‘Door chronische pijn kunnen mensen last krijgen van angst of depressie, of ze gaan piekeren over de pijn. Dat kan belemmerend werken en daar moet je dus aandacht aan besteden.’

De vierde stap is kijken naar beperkingen. ‘Pijn heeft veel invloed op je kwaliteit van

leven, maar het is niet het énige wat ertoe doet. Soms kun je aan de pijn weinig doen.

Maar iemand met knieartrose kun je bijvoorbeeld wel een stok geven, zodat hij beter kan lopen.’

Pijnbehandeling is maatwerk, zegt Huygen.

‘Sommige patiënten zijn prima te helpen met één soort behandeling. Zij hebben goede copingstrategieën en zijn in staat het verder zelf op te pakken. Maar er zijn ook mensen die vastgedraaid zitten in hun pijn. Dan is er meer begeleiding nodig.’

ALS DE DOKTER NIETS KAN VINDEN

Huygen stoort zich aan artsen met een eenzijdige focus op óf lichamelijke oorzaken óf beleving en gedrag.

‘Bij ziektebeelden die we nog slecht begrijpen, zoals lage-rugklachten, ligt de focus vrijwel volledig op beleving en gedrag. Bij beter begrepen ziekten, zoals gordelroos of diabetische neuropathie, is daar juist nauwelijks aandacht voor. Ik denk dat beleving en gedrag voor élke patiënt relevant zijn, ook als de oorzaak van de pijn duidelijk is. En andersom moet je bij minder goed begrepen ziekten ook altijd blijven zoeken naar oorzaken. Vaak is er wel degelijk iets aan de hand.’

Dat laatste weet Huygen ook uit vanuit zijn eigen achtergrond. Naast clusterhoofdpijn is hij gespecialiseerd in complex-regionaal

pijnsyndroom (CRPS). Dat is een aandoening waarbij een patiënt na weefselschade, bijvoorbeeld door een botbreuk of operatie, continu pijn in een been of arm houdt. ‘De schade is genezen, maar het ziektebeeld loopt volledig uit de hand. Dat was lang onbegrepen. Dokters denken dan: ik kan niets vinden, dus het ligt aan die patiënt. Ondertussen weten we dat er wél van alles aan de hand is. We zien een steriele ontsteking, er zijn auto-immuunreacties, we kunnen het zien in het bloed. Het heeft dertig jaar geduurd, maar het begrip kwam er. Het zou mij niks verbazen als dat met fibromyalgie ook gebeurt.’

KWESTIE VAN BEGRIJPEN

Voor mensen met chronische pijn heeft Huygen nog een paar tips. ‘Het kan heel erg helpen om te begrijpen hoe ons pijnsysteem werkt, bijvoorbeeld door het boek Pijn, een expeditie naar onbestemd gebied van Sanne Bloemink te lezen’, zegt hij. ‘Net zoals dokters soms denken dat het gewoon aan de patiënt ligt, zo verwijten patiënten hun dokter soms dat die geen oorzaak kan vinden. Als je beter begrijpt hoe het pijnsysteem werkt, snap je wat in jouw lichaam aan de hand kan zijn. Dat kan helpen om te leren omgaan met de pijn.’

ZENUWBLOKKADES EN ZENUWSTIMULATIE

Pijnbestrijding is niet alleen mogelijk met medicijnen. ‘Met een zenuwblokkade bijvoorbeeld voorkom je dat een zenuw pijnsignalen doorgeeft aan de hersenen. Dat doen we soms bij lage-rugklachten, aangezichtspijn of bij kanker’, vertelt Frank Huygen. Aan zo’n blokkade zitten wel nadelen.

‘Bij lage-rugklachten is het bijvoorbeeld lastig te voorspellen welke patiënten er pro jt van hebben. Verder beschadigt een zenuwblokkade het zenuwstelsel, wat op termijn kan leiden tot neuropathische pijn.’

Een andere optie is TENS, een vorm van zenuwstimulatie. ‘Je stimuleert bepaalde zenuwvezels sterk, waardoor zenuwen die pijn doorgeven juist geremd worden. Er zijn neurostimulators beschikbaar voor onder meer CRPS en clusterhoofdpijn. Voor veel patiënten werkt het goed, maar het is wel een dure behandeling.’

NIEUWE COLUMNIST

WE BEGINNEN SIMPEL: EET MEE R GROENTEN EN FRUIT

DR. WENDY WALRABENSTEIN werkte jarenlang in de nanciële wereld tot zij ontslag nam, diëtist werd en bij het Amsterdam UMC promoveerde op haar onderzoek naar het e ect van leefstijl op veel voorkomende ziekten. Zij is medeoprichter van Plants for Health, een organisatie die mensen helpt bij het gezonder maken van hun leefstijl en auteur van het boek Food Body Mind.

WINNEN? GA NAAR

RADARPLUS.NL/ WINFOOD

Deze actie is geldig tot t/m 25 september 2024

Diëtist Wendy Walrabenstein heeft het in elke RADAR+ over hoe je met een gezonde leefstijl en vooral met voeding ziektes kunt voorkomen. En ze bespreekt ook wat je zelf kunt doen als je al een aandoening hebt.

In mijn spreekkamer, maar ook op feestjes hoor ik mensen regelmatig verzuchten: ‘Ach Wendy, dan leef ik maar een paar jaar korter, ik wil toch ook genieten.’

Heel begrijpelijk, ik wil ook leuk leven en héb gelukkig ook een heel leuk leven. Het idee achter hun verzuchting: dat je heel veel geneugten moet opgeven om een paar jaar langer te leven. Maar ja, wat is een paar jaar? Wetenschappelijke studies geven aan dat een jaar of tien (!) extra zomaar mogelijk kan zijn. En dan hebben we het natuurlijk nog niet eens over de vraag hóé je oud wordt. In Nederland hebben 10 miljoen mensen een aandoening. Gemiddeld scoren we onze eerste aandoening als we 43 jaar zijn. Maar goed, dan gaat het gesprek vaak verder: ‘Maar het is genetisch hoor, iedereen in mijn familie heeft het.’ Ja, genen spelen een rol, maar gemiddeld verklaren die slechts 25 procent van je gezondheid. Dit is goed nieuws, want het betekent dat je met een gezonde leefstijl en vooral met voeding heel veel kunt doen.

op, dan krijg je van je dokter te horen dat je hoge bloeddruk of een verhoogd cholesterol hebt. Maar uiteindelijk krijgen we van zo’n sluimerende ontsteking chronische aandoeningen zoals hart- en vaatziekten, auto-immuunziekten, artrose of neurodegeneratieve aandoeningen als de ziekte van Alzheimer of van Parkinson. Zodra je één aandoening hebt, ligt de volgende al op de loer. Van de 10 miljoen Nederlanders met een aandoening hebben ruim 5 miljoen mensen twee of meer aandoeningen!

De kern van veel gezondheidsproblemen ligt in chronische, laaggradige in ammatie, ofwel een sluimerende ontsteking die je gezondheid langzaam ondermijnt. Deze in ammatie wordt gevoed door ongezonde voeding, overgewicht (vooral buikvet), te weinig fysieke activiteit, te veel stress en slechte slaap. Vaak steken eerst wat risicofactoren de kop

Ondertussen hebben dokters en verpleegkundigen het veel te druk, waar ze stress van krijgen. Ook zijn er steeds minder mensen die in de zorg willen werken. Dit betekent heel concreet dat er minder tijd voor ons is als we ziek worden. En die zorgverleners zijn ook maar mensen: onder druk gaan ze echt niet beter presteren. De kunst is dus om zo lang mogelijk geen ‘relatie aan te gaan’ met de zorg. Als het moet, dan moet het en hoe gezond we ook leven: vette pech blijft bestaan. Dus gewoon naar de dokter als je wat mankeert, maar liever blijven we weg bij de zorg. En nu vraag je je natuurlijk af: hoe dan? Nou, daar ben ik dus voor ingeschakeld door RADAR+. De komende tijd mag ik je allerlei adviezen voorhouden over lang gezond blijven, tter en energieker worden. En ik ben er ook voor de lezers die al een aandoening hebben, want daar heb ik namelijk uitgebreid onderzoek naar gedaan. We gaan het hebben over veel voorkomende aandoeningen, we bespreken wat je zelf kunt doen om te voorkomen dat je een ziekte krijgt én wat je zelf kunt doen als je al een aandoening hebt. We beginnen simpel. Er is namelijk heel veel gezondheidswinst te halen met het eten van meer groenten en fruit. Onderzoek heeft aangetoond dat iedere 100 gram meer groenten en fruit gepaard gaat met een inke daling van het risico op overlijden als gevolg van veelvoorkomende ziektes, zoals bijvoorbeeld kanker. Pas bij zo’n 800 gram vlakt de afname van dat risico een beetje af. Nou, ik weet niet hoe het met jou zit, maar ik ben daar ook nog niet, hoor. Ik oefen iedere dag. Doe je mee?

Heb je een leefstijlvraag voor Wendy?

Scan de QR-code. Of ga naar: radarplus.nl/vraagaanwendy

zout-zucht

Waar heb je zin in na een stressdag: een stronkje broccoli of een zak chips? Precies! Dat komt omdat je van zout gelukkig wordt. En je lijf heeft zout ook nodig, onder andere voor de werking van zenuwcellen en spieren. Maar we eten veel te veel zout. En dat is ongezond.

WAAROM HEBBEN WE ZOUT NODIG?

Je lichaam heeft zout (natrium) nodig voor het prikkelen van zenuwen, het samentrekken van spieren en het goed opnemen en afvoeren van vocht. Kom je zout tekort, dan heb je meer kans om te vallen door concentratiestoornissen. Daarnaast kunnen er klachten optreden als misselijkheid, gevoelloosheid, hoofdpijn en spierkrampen. Bij langdurig natriumtekort is er een grotere kans op botontkalking (osteoporose).

WAT IS DE DAGELIJKS AANBEVOLEN HOEVEELHEID ZOUT?

Mannen krijgen gemiddeld 10 gram zout per dag binnen en vrouwen 7,5 gram, terwijl beiden eigenlijk maximaal 6 gram zouden mogen hebben. Nóg verstandiger is het om het te beperken tot 4 à 5 gram. Dat de meeste mensen aanzienlijk meer zout binnenkrijgen, komt vooral omdat de meeste voedingsproducten flink wat zout bevatten. Magnetronmaaltijden, diepvriespizza’s, hamburgers, pasta, biefstukken, diepvries- of blikgroenten –in bijna al ons bewerkte voedsel zit zout. Fabrikanten voegen vrijwel overal zout aan toe, omdat voeding dan langer houdbaar blijft en mensen er meer van eten als er zout in zit.

WAAROM IS ONZE BEHOEFTE AAN ZOUT ZO GROOT (EN VINDEN WE HET ZO LEKKER)?

Het lijkt erop dat er meerdere oorzaken voor onze zoutzucht zijn. De hypothalamus – een belangrijk onderdeel van het limbisch systeem in de hersenen – geeft het geluksstofje dopamine vrij als we zout eten. Dit verklaart meteen waarom we naar die zak chips grijpen en niet naar een stronk broccoli als we na een drukke werkdag gestrest thuiskomen.

Sommige wetenschappers denken dat onze hersenen zout zien als iets wat we nodig hebben om te overleven – wat ook zo is – en dat we om die reden meer zout eten dan we nodig hebben. Daarnaast kan je behoefte aan zout toenemen door zeldzame aandoeningen als taaislijmziekte, de nierziekte het syndroom van Barrter én door bepaalde medicijnen – zoals de pijnstiller Tramadol.

Wist je dat zout ook in koek en gebak, sauzen en dressings en cottagecheese en roomkaas zit?

CHIPS, KANT-EN-KLAARMAALTIJDEN, IN WELKE

ANDERE VOEDINGSMIDDELEN ZIT OOK HEEL

VEEL ZOUT?

In veel soorten koek en gebak zit zout als conserveermiddel en om de smaak te verbeteren. Ook brood bevat in de regel zout, net als veel ontbijtgranen. Andere verborgen bronnen van zout zijn sauzen en dressings. En waarvan je het ook niet zou verwachten: zuivelproducten zoals cottagecheese en roomkaas kunnen veel zout bevatten.

WAT DOET TE VEEL ZOUT MET JE LICHAAM?

Te veel zout kan verschillende negatieve effecten op het lichaam hebben. Het kan leiden tot een verhoogde bloeddruk, dat op zijn beurt het risico op hart- en vaatziekten en beroertes verhoogt. Overmatige zoutinname kan ook leiden tot vochtretentie, dat je dus vocht vasthoudt, wat onder andere pijnlijke zwelling, nierproblemen en gewichtstoename kan veroorzaken. Uit een Japans onderzoek bleek daarnaast dat mensen die veel zout eten maar liefst 30 procent meer kans hebben om maagkanker te ontwikkelen. Een hoge zoutinname zou het aantal helicobacter pylori-bacteriën in je maag doen groeien; dit type bacterie kan ontstekingen en maagzweren veroorzaken en mogelijk de ontwikkeling van maagkanker. Hoewel meer onderzoek nodig is, komt uit sommige onderzoeken naar voren dat een voedingspatroon met veel zout kan leiden tot meer mutaties en vermenigvuldiging van cellen: kenmerken voor de ontwikkeling van kanker.

ZOUTMONSTER

Mireille (41): ‘Ik noem mezelf altijd een zoutmonster. Ik vind zout gewoon heel erg lekker, in al mijn gerechten eigenlijk. Zoute snacks en chips eet ik nauwelijks, maar ik aan alles wat ik at voegde ik zout toe. Toen ik me met steeds terugkerende hoofdpijn en hartkloppingen bij de huisarts meldde, bleek dat mijn bloeddruk te hoog was; waarschijnlijk als gevolg van al dat zoute eten. Ik moest mijn zoutgebruik drastisch terugbrengen. Ik vind het helemaal niks en moet er ongelooflijk aan wennen. Natuurlijk kun je veel met kruiden en zo, maar dat smaakt toch niet hetzelfde. Maar ik heb geen keus. Nu ik me erin heb verdiept besef ik pas dat er behoorlijk wat gezondheidsrisico’s aan een te hoge zoutconsumptie zitten; nog veel meer dan die hoge bloeddruk.’

HEROPGEVOED

Hans (47): ‘Na jaren van ongezonde eetgewoonten – ik ben verslaafd aan chips en borrelnootjes en koop veel kant­en­klaarmaaltijden – kreeg ik een wake­upcall toen mijn arts me vertelde dat mijn bloeddruk veel te hoog was. Ik moest nagenoeg zoutloos gaan eten. Ik had geen idee hoe ik zonder mijn favoriete zoute snacks en gerechten kon leven, maar ik moest wel. Gebruik van verse ingrediënten en experimenteren met verschillende kruidenmengsels heeft mijn smaakpapillen heropgevoed. Inmiddels ben ik eraan gewend en mis ik het zout niet meer zo erg. Het resultaat: mijn bloeddruk is aanzienlijk gedaald en ik voel me fitter en gezonder.’

NIERFUNCTIE

Margje (55): ‘Toen ik hoorde dat mijn nieren niet goed functioneerden, moest ik mijn eetgewoonten veranderen. Zout was altijd een vast onderdeel van mijn maaltijden, maar met nierproblemen is zout uit den boze. De overstap naar een bijna zoutloos dieet was een grote uitdaging, maar ik kwam erachter dat er genoeg alternatieven zijn om mijn eten smaakvol te maken: met specerijen, verse kruiden, kruidenmix zonder zout van de biologische winkel, citroensap en azijn. Daardoor verbeterde niet alleen mijn nierfunctie, ook heb ik zo geleerd bewuster en gezonder te eten. Het was een behoorlijke aanpassing, maar eentje die zeker de moeite waard is geweest.’

HOE KUNNEN WE ONZE ZOUTINNAME VERMINDEREN?

Om je zoutinname te verminderen, kun je de volgende stappen nemen:

+ Kies verse, onbewerkte voedingsmiddelen zoals groenten, fruit, mager vlees en vis. Vermijd of beperk de consumptie van bewerkte en verpakte voedingsmiddelen.

+ Lees voedingsetiketten en kies producten met een lager zoutgehalte.

+ Kook thuis met verse ingrediënten en gebruik kruiden en specerijen om smaak toe te voegen in plaats van zout.

+ Beperk ook het gebruik van zout aan tafel.

HOELANG MOET JE WACHTEN TOT JE IETS MERKT VAN DE GEZONDHEIDSEFFECTEN VAN

MINDER ZOUT?

Slechts een week! In een onderzoek van de Amerikaanse Vanderbilt University werd eind vorig jaar voor het eerst aangetoond dat verminderde zoutinname de bloeddruk aanzienlijk verlaagt, óók als je al bloeddrukverlagers slikt.

Bij mensen die geen bloeddrukverlagers slikten, had een lagere zoutinname (circa een theelepeltje per dag minder) hetzelfde effect als een bloeddrukverlager. Ook bij proefpersonen die een normale bloeddruk hadden, daalde de bloeddruk.

IS ZEEZOUT GEZONDER DAN TAFELZOUT?

Veel mensen denken van wel, maar zeezout en tafelzout zijn qua chemische samenstelling vergelijkbaar. Ze bestaan beide voornamelijk uit natriumchloride. Zeezout kan sporen van mineralen zoals magnesium, calcium en kalium bevatten. Maar deze hoeveelheden zijn doorgaans te klein om een significante invloed op de gezondheid te hebben. Tafelzout is bewerkt, met name om de structuur fijner te maken. Hoewel je zou denken dat het onbewerkte zeezout daarom de voorkeur heeft, is dit juist ook weer een nadeel. Doordat zeezout niet bewerkt wordt, kan het onzuiverheden uit de zee (zoals microplastic en lood) bevatten. Hoe dan ook: gebruik beide soorten zout met mate.

MAAR IS ER DAN NIET ÉÉN SOORT ZOUT DAT HET

MEEST GEZOND IS?

Zeker wel: bamboezout. Dit zout werd duizend jaar geleden ontwikkeld door monniken in Korea. Het diende toen al als gezondheidsremedie voor de bevolking. Het zeezout wordt op traditionele wijze meerdere keren (volgens de traditionele Koreaanse manier negen keer) gebrand in holle bamboebuizen. De zwavelrijke bamboe verkoolt en het zout neemt telkens de sappen en mineralen op van de bamboe. Het is een krachtige antioxidant en bevat een hoge concentratie mineralen zoals kalium, calcium, magnesium, ijzer, fosfor, vanadium, mangaan, zwavel, selenium, zink en silicium.

Bamboezout wordt in Korea om tal van gezondheidsredenen ingezet, bijvoorbeeld om de bloeddruk te stabiliseren, bij maagen darmproblemen, tegen huidallergieën en om het lichaam te helpen ontgiften. Nadelen: bamboezout is niet goedkoop en veel mensen moeten even wennen aan de sterke zwavelsmaak.

KARIN LUITEN (alias Koken met Karin) is culinair journalist en auteur van 20 kookboeken, waaronder de bestsellerreeks Zonder pakjes en zakjes. Ze schrijft wekelijks in dagblad Trouw, op kokenmetkarin.nl en ze recenseert kookboeken voor RADAR+.

DE BOON IS BOOMING

Zelfgeweekte en gekookte droge bonen zijn het allerlekkerst, maar de schrijfster van dit praktische kookboek meldt geruststellend: ‘Een goede boon uit pot of blik is goud waard.’ Ook krijg je van haar een snelle bonenweekmethode, speciaal voor iedereen die vergeten is om gisteravond de kikkererwten onder water te zetten.

Boontje komt om z’n loontje, in de bonen zijn, er voor spek en bonen bij zitten, en –natuurlijk – honger maakt rauwe bonen zoet: onze taal zit vol ouderwetse spreuken met bonen. Het imago van de boon lijkt soms net zo oubollig als die gezegdes. Al zijn peulvruchten nog zo lekker, voedzaam, goedkoop en nog lang houdbaar ook, veel mensen halen er hun neus voor op. Te ouderwets, te gewoontjes. Maar zie, dat is de laatste tijd enorm aan het veranderen. Zou het komen door al die hippe edamame-boontjes in de pokébowls? Wie het weet mag het zeggen, maar de boon is gelukkig booming.

Daar horen uiteraard gespecialiseerde kookboeken bij. Zoals Briljante bonen van Bloeme Burema, bonenliefhebster en kok. Hoewel de boon in restaurants steeds vaker op het menu staat, viel het haar op dat mensen thuis er maar zelden echt lekker mee koken. Daarom dus dit boek. Zonder overbekende klassiekers als bruinebonensoep of chili con carne, maar vol moderne, frisse gerechten met bonen in de hoofdrol. Zonder che y toestanden, lastige kooktechnieken of eindeloze ingrediëntenlijstjes. Integendeel, dit is juist een heel praktisch kookboek, geschreven op een prettig laconieke toon: ‘Heb je net wat meer of minder bonen dan waar een recept om vraagt? Het komt echt niet aan op een boon meer of minder.’

Natuurlijk zijn zelfgeweekte en gekookte droge bonen het allerlekkerst, maar

net zo makkelijk breekt ze een lans voor kant-en-klare exemplaren uit pot of blik. ‘Die zijn helemaal niet ondergeschikt aan gedroogde bonen’, aldus Bloeme. ‘Sterker: een goede boon uit pot of blik is goud waard! Het is een uitkomst voor last minute meals en voor wanneer je door je voorraad zelfgekookte bonen heen bent. Ik heb ze altijd in huis, en zet ze met net zo veel trots op tafel als zelf gekookte bonen.”

Kijk, daar heb je wat aan, als simpele thuiskok. Net als aan haar snelle bonenweekmethode, speciaal voor iedereen die vergeten is om gisteravond de kikkererwten onder water te zetten. Ook leerzaam vond ik haar experimenten met wel of geen zout bij het weken of koken, een heikel discussiepunt onder bonenliefhebbers. Haar conclusie: mét zout: ‘Een verschil in structuur is niet te merken (wees gerust: ook bij mij koken er altijd een paar stuk en dat is helemaal niet erg), het smaakverschil is daarentegen echt enorm.’ Weten we dat ook weer. O ja, en niet vergeten: verse bonen zijn óók bonen, denk aan sperziebonen, haricots verts en snijbonen. Mooi zo, want een van de leukste recepten in het boek vind ik haar geroosterde sugar snaps, met van die lekkere, geblakerde randjes terwijl ze toch nog steeds knapperig zijn. Power to the (briljante) boon!

WIL JE DIT KOOKBOEK

T.W.V. € 30

WINNEN? GA NAAR

RADARPLUS.NL/WINBONEN

Deze actie is geldig t/m 25 september 2024

BONEN WEKEN, KOKEN EN BEWAREN

100 gram gedroogde bonen staat gelijk aan 200 à 250 gram gekookte (uit pot of blik). Het verschilt per type boon en de versheid ervan.

+ Weken Droge bonen moet je altijd eerst weken, dan koken ze sneller en gelijkmatiger en is de kans kleiner dat de velletjes barsten. Spoel ze om te beginnen uit onder koud stromend water en laat uitlekken in een vergiet. Gooi kapotte exemplaren weg. Doe ze in een ruime pan (ze verdubbelen in volume!) en vul aan met water tot ze 8 à 10 centimeter onderstaan. Voeg per 250 ml water 1 theelepel zout toe. Dat lijkt veel, maar het meeste zout verdwijnt weer door de gootsteen.

+ Langzaam weken Laat de pan (met deksel) 8 uur staan op een koele plek in huis of in de koelkast.

+ Snel weken Zet de pan met bonen op hoog vuur. Zet het vuur lager zodra het water kookt en laat 2 minuten koken. Laat van het vuur af met deksel op de pan 1 uur staan.

+ Koken Giet de geweekte bonen af, spoel af onder een koude kraan en doe in een ruime pan. Voeg vers koud water toe tot ze minimaal 8 cm onderstaan. Voeg per 500 ml water 1 theelepel zout toe, plus eventuele smaakmakers uit het recept. Breng de pan op hoog vuur aan de kook. Zet daarna het vuur lager en kook de bonen onder af en toe roeren gaar. Schep eventueel het schuim eraf. Proef na 45 minuten hoe gaar de bonen zijn (test er altijd een paar!) en herhaal dit om de 10 minuten tot de gewenste gaarheid is bereikt. Het kan enorm variëren, bij oudere bonen kan het soms wel 90 minuten duren. Giet de gare bonen meteen af en gebruik in het recept. + Bewaren Giet de gekookte bonen niet af, maar laat ze helemaal afkoelen in het kookvocht. Bewaar luchtdicht verpakt, al dan niet in kleinere porties, in het kookvocht 3-5 dagen in de koelkast. Of zeker 6 maanden in de vriezer. Zorg dat ze altijd onderstaan om uitdrogen te voorkomen.

BOTERBONENGRATIN

MET PREI EN TIJM

Nodig voor 4 personen

400 g boterbonen (pot of blik), afgespoeld en uitgelekt, of 160 g gedroogde boterbonen, geweekt en gekookt (zie vorige pagina)

olijfolie, om in te bakken

1 ui, fijngesneden

4 knoflooktenen, fijngesneden of geraspt

2 preien, in ringen van 1 cm dik

20 g tijm (alleen de blaadjes)

zout en peper

40 g boter

40 g bloem

300 ml melk

100 g Parmezaanse kaas, geraspt

150 g gruyère (of een andere smeltkaas), geraspt

Verwarm de oven voor op 200 °C.

Verhit de olijfolie in een pan met een dikke bodem. Voeg de ui en de knoflook toe en fruit tot de ui glazig is. Voeg de prei en de tijm toe en breng op smaak met zout en peper. Bak op laag vuur tot de prei geslonken en bijna gaar is. Dit duurt ongeveer 15 minuten. Voeg de bonen toe en breng eventueel verder op smaak met zout en peper. Laat in een steelpan de boter smelten. Voeg de bloem toe en laat zo’n 2 minuten op laag vuur garen. Voeg de melk toe en breng rustig aan de kook. Zet dan het vuur meteen laag en roer de saus goed door met een garde. Voeg als de saus gebonden is de Parmezaanse kaas en veel versgemalen zwarte peper toe. Meng driekwart van de saus door de prei en de bonen. Proef en breng als dat nodig is verder op smaak met zout en peper. Verdeel het mengsel over een ovenschaal en verdeel de achtergehouden saus er in een gelijkmatige laag overheen. Bestrooi met de gruyère. Zet de gratin ongeveer 15 minuten in de oven, of 25 minuten als je alles hebt voorbereid en de ovenschaal tot aan deze stap in de koelkast hebt bewaard. De gratin is klaar wanneer de bovenkant een goudbruine korst heeft. Serveer meteen. Lekker met een groene salade.

TIP

BOTERBONEN ZIJN GROTE WITTE BONEN, OOK WEL ‘LIMABONEN’ OF ‘OLIFANTSBONEN’ GENOEMD. NOG GROTER, EN ERG LEKKER ROMIG, ZIJN ‘BOERENTENEN’, VOORAL ONLINE TE VINDEN.

TIP

VERHIT EEN GRILLPAN OP HOOG

VUUR EN LEG DE SUGARSNAPS IN ÉÉN LAAG ERIN. ZET EEN ZWARE PAN ERBOVENOP OM HET RAAKVLAK MET DE BODEM VAN DE PAN TE VERGROTEN. GRIL 3 MINUTEN PER KANT.

GEROOSTERDE SUGARSNAPS MET SESAMDRESSING

Nodig voor 4 personen

500 g sugarsnaps

2 el sesampasta of tahin

3 el sojasaus

3 el rijstazijn (eventueel te vervangen door sap van 1 citroen)

100 ml extra vergine olijfolie

3 el geroosterd sesamzaad + extra

1 tl chilivlokken of chilipoeder (optioneel) zout en peper olijfolie, om in te bakken

Verwarm de oven op 260 °C op de grillstand. Wordt je oven niet heter dan 240 °C? Dan kun je de sugarsnaps beter roosteren in een grillpan (zie tip). Meng intussen de sesampasta of tahin met 4 eetlepels water glad. Voeg de sojasaus, rijstazijn, extra vergine olijfolie, het sesamzaad en de chilivlokken of het chilipoeder toe. Proef en breng eventueel verder op smaak met zout en peper. Zet opzij.

Verdeel de sugarsnaps in een enkele laag over een ovenschaal. Besprenkel met wat olijfolie en rooster ze 10 minuten in het midden van de oven. Proef of de bite goed is en haal ze uit de oven, of rooster de sugarsnaps nog wat langer als dat niet het geval is.

Meng ze met de dressing en bestrooi met extra sesamzaad. Serveer als bijgerecht, of met rijst en een zachtgekookt eitje voor een simpele, ultrasnelle maaltijd.

KIKKERERWTEN MET

SNIJBIET, GEPOFTE PAPRIKA EN FETA

Nodig voor 4 personen

400 g kikkererwten (pot of blik), afgespoeld en uitgelekt, of 160 g gedroogde kikkererwten, geweekt en gekookt

500 g snijbiet olijfolie, om in te bakken

2 uien, fijngesneden zout en peper

4 knoflooktenen, fijngesneden of geraspt 4 gepofte paprika’s (kan ook uit een pot), in dunne repen

5 el sherryazijn

100 g feta extra vergine olie naar smaak

Rits de bladeren van de snijbiet van de stelen af en snijd de stelen in dunne plakjes. Scheur of snijd de bladeren in stukken van ongeveer 5 centimeter. Verhit op laag vuur een flinke scheut olijfolie in een pan met dikke bodem. Voeg de ui toe, breng op smaak met zout en peper en fruit in 5 minuten glazig. Voeg de knoflook toe en bak 2 minuten mee. Voeg de stelen van de snijbiet toe en bak al omscheppend 5 minuten mee. Voeg dan in porties de bladeren toe en bak tot alles geslonken is. Voeg de paprika’s, kikkererwten en azijn toe en meng alles goed door elkaar. Proef en breng eventueel verder op smaak met zout en peper en warm nog even goed door. Verdeel de kikkererwten en de groenten over de borden en verkruimel de feta eroverheen. Maak af met een scheut extra vergine olijfolie.

GEEN SNIJBIET? HET KAN OOK MET (WILDE) SPINAZIE OF DUN GESNEDEN SAVOOIE- OF BOERENKOOL.

ALEPPO-PEPER (OOK WEL PUL BIBER) ZIJN RODE, TIKJE ZOETIGE CHILIVLOKKEN. TE KOOP IN TURKSE WINKELS.

WITLOFSALADE MET CANNELLINIBONEN EN SINAASAPPELDRESSING

Nodig voor 4 personen

500 g cannellinibonen (pot of blik), afgespoeld en uitgelekt, of 200 g gedroogde cannellinibonen, geweekt, gekookt en afgekoeld.

50 g hazelnoten (zonder vlies)

3 sinaasappels

1 el dijonmosterd

3 cm gemberwortel, geraspt

50 ml wittewijnazijn + extra

1 el honing

1 tl Aleppo-peper (pul biber)

100 ml extra vergine olijfolie zout en peper

4 stronkjes witlof

Verwarm de oven voor op 160 °C. Verdeel de hazelnoten over een met bakpapier beklede bakplaat en rooster ze in 20 à 25 minuten goudbruin in het midden van de oven. Laat ze even afkoelen, hak grof en zet opzij. Snijd de boven- en onderkant van de sinaasappels. Snijd vervolgens de schil en het witte vlies weg door van boven naar beneden, zo dicht mogelijk op het vruchtvlees, met de ronding van de sinaasappels mee te snijden. Snijd van 2 sinaasappels de partjes tussen de vliesjes uit en zet opzij. Snijd de resterende sinaasappel in grove stukken en verwijder de pitjes. Maal deze stukken in een blender of met een staafmixer samen met de mosterd, gember, azijn, honing, Aleppo-peper en de olijfolie tot een dressing. Breng op smaak met zout en peper. Haal de bladeren van de witlof los en meng ze in een ruime kom met de cannellinibonen. Voeg de sinaasappeldressing toe. Proef en breng eventueel verder op smaak met azijn, zout en/of peper. Verdeel de salade over een serveerschaal, steek de sinaasappelpartjes tussen de bladeren en bestrooi met de hazelnoten. Serveer meteen.

MELK NIET GOED VOOR ELK

MELK DRINKEN DOEN WE TOCH AL EEUWEN?

Melk drinken kent een lange geschiedenis. Zo’n 8500 jaar geleden hielden boeren in Turkije al koeien, waarvan ze de melk mogelijk als medicijn gebruikten. En in Oost-Soedan dronken mensen 6000 jaar geleden al koe-, geiten- en schapenmelk.

IS MELK DRINKEN NODIG?

Aan deze zuivelvervangers zijn vitamine B2, B12, D en calcium toegevoegd: alle 15 procent van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid per 100 ml.

Melk moet, melk doet goed. Melk de witte motor. Aldus reclamecampagnes van de zuivelindustrie. Melk de witte sloper is het tegengeluid van stichting Wakker Dier. Hoe gezond, diervriendelijk en duurzaam is melk eigenlijk? Wat zijn de alternatieven?

Melk is bedoeld voor baby’s van zoogdieren. De mens is het enige zoogdier dat ver voorbij de babytijd nog melk drinkt. Melkdrinkers zijn wereldwijd in de minderheid. Twee derde van de mensen kan, net zoals andere zoogdieren, na de peutertijd niet meer tegen melk: ze worden lactoseintolerant. Na het derde levensjaar neemt de aanmaak van lactase in de darm af, het enzym dat nodig is voor het afbreken van lactose in melk.

Een derde deel van de bevolking, vooral in Europa en Noord-Amerika, produceert dankzij een genetische mutatie nog wel lactase op volwassen leeftijd en kan daardoor nog steeds melk verteren.

Anders is het gesteld met rijstdrink, kokosdrink en amandelmelk. Hier is het eiwitgehalte bedroevend laag: amandel- rijsten kokosdrink bevatten nauwelijks eiwit, namelijk 0,1 – 0,4 gram per 100 ml. De verse haverdrink van AH-huismerk Terra bevat meer kcal en eiwit dan soortgenoten van andere merken: deze voedingswaarde komt overeen met volle melk en bevat toegevoegde vitamine D.

MELK IS TOCH GOED VOOR STERKE BOTTEN?

de supermarkt: zij dwingen de boeren zo goedkoop mogelijk te produceren. Verheugend: Jumbo verkoopt melk met 1 ster Beter Leven-keurmerk en bij supermarkt Plus is de verse huismelk en yoghurt standaard biologisch.

WAT BETEKENEN DIE BIOLOGISCHE EN ANDERE KEURMERKEN?

WAT IS DE VOEDINGSWAARDE VAN KOEMELK EN VAN PLANTAARDIGE MELK?

Wie in de supermarkt de zuivelafdeling bezoekt, zal verrast zijn. Naast allerlei soorten en merken koemelk is het aanbod aan plantaardige zuivelvervangers bijna even groot.

Vergelijk je de voedingswaarde van koemelk met die van plantaardige melk, dan blijkt het volgende: koemelk bevat per 100 ml gemiddeld 65 kcal, 3.5 gram eiwit en 12 procent van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid aan vitamine B2 en B12. Het calciumgehalte is 15 procent. Koemelk bevat geen vitamine D. Plantaardige zuivelvervangers laten onderling grotere verschillen zien. Verse sojamelk (Alpro) en erwtendrink bevatten 39 en 44 kcal en 3,0 en 3,3 gram eiwit.

Daar is nauwelijks bewijs voor. Studies laten zien dat bij mensen die geen melk drinken niet méér botbreuken voorkomen dan bij melkdrinkers. Een Zweedse studie (2014) laat zelfs meer botbreuken bij melkdrinkers zien. Naast voldoende calciuminname spelen factoren als vitamine D, K en voldoende bewegen een rol bij sterke botten.

Bewezen is dat je de kans op darmkanker, diabetes 2 en hart- en vaatziekten verkleint als je elke dag gevarieerd eet met 200 gram fruit en 250 gram groente.

IS MELK DIERVRIENDELIJK?

Volgens Wakker Dier heeft 90 procent van de melk in supermarkten geen goed dierenwelzijnskeurmerk. De gemiddelde melkkoe heeft een slopend leven en moet een torenhoge melkproductie leveren. Door deze hoge melkproductie ontstaan eerder ziektes en gaat een koe gemiddeld op haar zesde jaar naar de slacht, terwijl een koe twintig kan worden. Een gemiddelde koe geeft 9000 liter melk per jaar en staat 85 procent van haar leven op stal. De vloer is vies, krap en hard waardoor een koe, die 15 uur ligtijd per dag nodig heeft, niet goed kan liggen. Oorzaak is

Het Beter Leven-keurmerk van de Dierenbescherming zorgt voor betere omstandigheden. Bij 1 ster heeft een koe meer ruimte en gaat ze per jaar 120 dagen naar buiten. Biologische melk komt van koeien die 180 dagen in weilanden lopen die niet zijn bemest, hun stallen zijn ruimer, ze hoeven minder melk te geven en leven langer.

IS MELK DUURZAAM?

Voor de veehouderij is veel land en water nodig, zowel voor de dieren als voor het telen van veevoer. Transport zorgt voor uitstoot van broeikasgas (CO2) net zoals de koe zelf, die via boeren en scheten methaan uitstoot. Voor de productie van veevoer (soja) wordt bos gekapt. De productie van plantaardige zuivelvervangers stoot minder broeikasgas uit en gebruikt minder land en drinkwater.

DUS WAT IS DE CONCLUSIE?

Als mens kun je heel goed zonder melk, als je maar zorgt dat je voldoende calcium, andere mineralen, eiwitten en B-vitaminen binnenkrijgt. Reguliere koemelk (zonder goed dierenwelzijnskenmerk) veroorzaakt dierenleed, kies dus liever biologisch. Koemelk heeft een negatievere impact op het milieu dan plantaardige zuivelvervangers. Maar niet alle plantaardige drinks zijn volwaardige vervangers van zuivel. Soja- en erwtendrink (en haverdrink van AH Terra) zijn wél uitstekende en volwaardige vervangers van koemelk en bevatten bovendien toegevoegde vitamine D.

TIP

Snijd de spitskool in acht stukken (over de lengte), staat net wat chiquer op je bord.

Voor mensen die denken dat kool saai is of armoedig smaakt: deze spitskool is geroosterd in de oven en wordt gecombineerd met een heerlijke sesamsaus. De liefhebber van hete smaken topt het af met chiliolie: zo ervaar je zowel romige zachtheid als pit. Origineel maar niet moeilijk. Combineert perfect met vers platbrood.

Geroosterde spitskool met sesamtofusaus

NODIG VOOR 4 PERSONEN

1 spitskool • 1 el sesamolie • snufje zout

• peper • olijfolie • 2 el sojasaus • 1 el tahin • 2 tl rijstazijn • 300 g tofu, uitgelekt

• eventueel (haver)melk • 10 g bieslook

• 1-2 el chiliolie (of sriracha) • 2 el geroosterde sesamzaadjes

Verhit de oven op 220 graden. Snijd de spitskool in de lengte in vieren en leg op een met bakpapier beklede bakplaat.

Wrijf de stukken in met olijfolie, zout en peper, schuif in de oven en rooster 15 minuten. Haal de bakplaat dan uit de oven, doe zilverfolie over de kool en zet terug. Draai de temperatuur nu naar 200 graden. Laat nogmaals 25-30 minuten in de oven staan, tot de stukken zacht zijn.

Doe ondertussen de sesamolie, het zout, de sojasaus, de tahin, de rijstazijn en de uitgelekte tofu in een blender en meng tot een gladde massa. Als het te dik blijft, voeg dan wat havermelk toe, zodat het een yoghurtachtige dikte krijgt. Zet in de koelkast.

Snijd de bieslook fijn, en doe die samen met de geroosterde sesamzaadjes en een beetje zout en peper in een kom. Verdeel een deel van de tofusaus over diepe borden, en leg de kool erop. Doe nog een sliert saus over de kool, en werk af met de sesam-bieslookmix en wat druppels rode chiliolie.

kraak je hersenen

Kijk voor de oplossingen van de puzzels op onze website radarplus.nl/ puzzels

kruiswoord

AMERIKAANSE STAAT

BINNENKORT

KLOEK

BEWOGEN (MUZIEK)

ROOKGEREI

VASTENAVONDFEEST

Trap

Vul de gevraagde woorden horizontaal in. Elk gevraagd woord bestaat uit de letters van het voorgaande woord + één letter, behalve natuurlijk het ‘woord’ dat je bij 1 moet invullen.

1 KLINKER 2 DAAR 3 HERTJE 4 PONT 5 ZOOGDIER 1 2 3 4 5

woordzoeker

AUTO BOS BRUINEN BUS DINER DUTJE EROP-

UIT GOLVEN GRAS HITTE HOED HOTEL LEZEN

MARKT NIKSEN PET REIZEN SIESTA STRAND

TENT TERRASJE TUIN UITETEN WEG ZAND ZEE ZITJE ZONNIG ZWOEL

W Z G E

B E E O G R A S

U J G N Z N M A R K T

S T R A

R O P U I T S S

Z R G H O O E

E E H B I

L T S N

cijfersudoku

Een cijfersudoku is een puzzel van negen bij negen vakjes. Een aantal vakjes is reeds ingevuld met cijfers. Het is de bedoeling om de overige vakjes in te vullen op zo’n manier dat in elke rij én in elke kolom de cijfers maar één keer voorkomen. Bovendien is de puzzel onderverdeeld in 9 blokjes van drie bij drie, die elk ook weer eenmaal de cijfers moeten krijgen.

Paardensprong

Vind met behulp van de paardensprong (twee hokjes horizontaal en één verticaal of twee hokjes verticaal en één horizontaal) het juiste woord. 6

OA A R R L D B

LABRADOR

‘Het

is mijn plicht om dierenleed goed te maken’

Vrijwilligerswerk doen is fijn voor de ontvangende partij. Maar het is óók een manier om je eigen tevredenheid over het leven te vergroten. Neem Norma Miedema. Op haar boerderij vangt ze gehandicapte dieren op. ‘Mijn varken heeft een innige liefdesrelatie met een blindgeboren paard.’

‘Het begon allemaal met Claudi, een veulen dat mijn zus Moniek en ik vonden op een stortplaats in Griekenland, waar we toentertijd woonden. Ze was denk ik een dag oud en lag daar met de beentjes bij elkaar gebonden, meer dood dan levend. Ik zorg voor jou, beloofde ik haar, tot de dood ons scheidt. Toen mijn zus en ik later terugverhuisden naar Nederland, namen we Claudi mee. Ik heb haar 28 jaar gehad.

Je zou kunnen zeggen dat ik mijn leven heb gegeven voor een paard, want inmiddels wonen er meer dan 500 dieren bij mij op de boerderij – paarden, geiten, koeien, schapen, katten, honden, vogels, enzovoort. Ik ben dag en nacht met ze bezig.

Je wil niet weten hoeveel aanvragen ik krijg.

Mensen die hun hond of kat bij mij willen brengen omdat hij niet zindelijk is … Dat kan ik helaas niet meer doen, ergens moest ik een grens stellen. Nu neem ik alleen de dieren op die zwaar gehandicapt zijn, de ernstigste gevallen. De varkens zijn vaak niet gehandicapt, maar die hebben maar één vooruitzicht, dus elk varken dat ik opvang is een redding. Mijn varken heeft trouwens een innige liefdesrelatie met een blindgeboren paard. Zij zijn nooit zonder elkaar en slapen ook samen; het varken dient als kussen voor het paard. Ik móét dit doen. Iemand moet het doen. Alle leven is heilig. Toen ik in Griekenland woonde, heb ik een ernstig ongeluk gehad toen ik achter

op de motor zat bij een jongen en mijn jas in het wiel kwam. Ik brak mijn nek en ben zes weken verlamd geweest. Ik weet hoe het is om kapot op straat te liggen, daarom wil ik dieren oprapen. Als ik een dier was geweest, was ik toen in Griekenland geëuthanaseerd. Bij dieren zeggen ze al snel: laten we het maar een spuitje geven. Maar iedereen verdient het toch om te leven?

Een oude hond die niet meer goed kan lopen en incontinent is, til ik een paar keer per dag naar buiten en poets ik schoon. De incontinente honden die bij mij op bed slapen, krijgen ’s nachts een luier om. Pas als een dier geen plezier meer heeft in het leven, is het voor mij afgelopen. Ik denk dat er zo’n 25 honden bij mij slapen ’s nachts, naast een paar vogels, katten, een geitje, een schaap en een hertje. Die laatste twee zijn trouwens ook allerbeste vrienden, die zetten geen stap zonder elkaar.

‘Ik neem alleen de dieren op die zwaar gehandicapt zijn, de ernstigste gevallen’

Het is loodzwaar, dat kan ik niet ontkennen. Ik heb geen moment voor mezelf, schone kleren zijn binnen een minuut vies. en het is elke keer weer heel heftig om ernstig gewonde of zwaar verwaarloosde dieren binnen te krijgen. Maar ik vind dat ik de morele plicht heb om het dierenleed dat door mensen veroorzaakt is, goed te maken.’ normasuniversum.nl

HOOFDREDACTIE

Antoinette Hertsenberg

José Rozenbroek

ARTDIRECTIE EN VORMGEVING

Studio Room, Hilversum

EINDREDACTIE

Judith Postema

WEBREDACTIE

Margot Bacsa, Audrey Bol

MEDEWERKERS

ANP, Sisley Angenois, Liddie Austin, Annemarijne Bax, Maartje Bodt, Joke Boon, Linelle Deunk, Getty Images, Anne Hartog, Sander van der Heide, Wilma van Hoeflaken, Marije de Jong, Ilona Jongepier, Karin Luiten, Corry Maaouane, Karin van Munster, Loethe Olthuis, Kees Post, Bonnita Postma, Ed van Rijswijk, Suus Ruis, Uitgeverij Carrera Culinair, Mark Uyl, Diana de Veld, Jean-Pierre van de Ven, Wies Verbeek, Louki Verschuren, Wendy Walrabenstein, Sarah Wilkins

UITGEVERIJ

Hilversumse Media Compagnie C.V.

LEZERSSERVICE

Opgeven abonnement via radarplus.nl. Voor alle vragen over bezorging, betaling, adreswijziging e.d. kun je bellen op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur naar 035-6726862 (tegen je gebruikelijke beltarief) of mailen naar lezersservice@radarplus.nl of schrijven naar Lezersservice RADAR+, Postbus 20.000, 1202 AA Hilversum.

TRAFFIC & PREPRESS VS&P, Amsterdam

REDACTIE-ADRES info@radarplus.nl Postbus 28600, 1202 LR Hilversum

PRIJZEN & VOORWAARDEN

Jaarabonnement RADAR+ (6 nummers): € 31,50 bij automatische incasso, € 34,25 bij factuur. Het abonnementsgeld zal bij betaling per automatische incasso binnen 14 dagen voor aanvang van elke termijn worden afgeschreven. Jaarabonnement RADAR+ compleet (6 nummers inclusief online toegang): € 3,50 per maand bij automatische incasso. Het abonnement is tot wederopzegging en wordt voor onbepaalde tijd verlengd tenzij het uiterlijk één maand voor het einde van de abonnementsperiode is opgezegd. Een abonnement voor onbepaalde tijd kan worden opgezegd met één maand.

DRUK

Roularta Printing, Roeselare (B)

MARKETING

Marit Brok Niki Metelerkamp

SALES

Informatie over adverteren via bindinc.nl/adverteren of adverteren@bindinc.nl. Of bel 035-6726726. De uitgever en de hoofdredactie zijn niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor de inhoud van advertenties en behouden zich het recht voor advertenties zonder opgaaf van redenen te weigeren

DISTRIBUTIE LOSSE VERKOOP Aldipress, Utrecht

RADAR+ IS EEN UITGAVE VAN HILVERSUMSE MEDIA COMPAGNIE C.V., ONDERDEEL VAN AVROTROS

Je gegevens nemen wij op in een bestand om uitvoering te geven aan de abonnementsovereenkomst. Op deze overeenkomst is het privacy- en cookiebeleid van Hilversumse Media Compagnie C.V. van toepassing. Kijk voor alle voorwaarden op radarplus.nl/privacy. Hoewel aan de inhoud van RADAR+ de grootst mogelijke zorg wordt besteed, zijn fouten nooit helemaal uit te sluiten. De uitgever aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid voor de gevolgen van foutieve informatie.

HET RADAR TESTPANEL

Tienduizenden consumenten vullen geregeld online vragenlijsten over consumentenzaken in.

Zo kan de redactie bepaalde issues aankaarten en staven met harde cijfers in de tv-uitzendingen en in artikelen op de website en in het magazine.

RADAR + NIEUWSBRIEF

Blijf je graag op de hoogte van consumentenzaken?

Wil je graag als eerste de slimste (bespaar)tips van RADAR+ ontvangen?

Abonneer je dan op onze nieuwsbrief.

Aanmelden via: radarplus.nl/nieuwsbrief

DIE ENE BALKONPLANT DIE HET WÉL GOED DOET. CATO

Het eerste lachje van mijn kleinzoon, nadat ik voor het eerst zijn luier heb verschoond: pril en dankbaar. MARGRIET

Drie donzige bosuilskuikens loeren in de schemer nieuwsgierig vanaf een tak naar mij. JOSÉ

Onverwacht avondje met mijn tienerzoon: samen eten, naar het bos met de hond en daarna een potje rummikub. SUUS

The Great British Bake Off kijken (leuker dan HHB).

LIDDIE

Een middag midgetgolfen met de hele familie, harde strijd en lollige competitie. NOOR

De Buitenkunst-docent laat ons vier minuten op klapstoeltjes in het bos zitten, ogen dicht en luisteren naar de vogels, de bomen, het gras. Had voor mij veel langer mogen duren. DIANA

Mijn buurvrouw kookt soms te veel voor haar gezin en geeft mij dan een tupperwarebakje met wat zij overheeft. JUDITH

GEROOSTERD ZUURDESEMBROOD MET BOERENBOTER. LILI

Homemade schaaf ijs met munt en gember- limonade op een zomerse dag. CORRY

Ook een klein gelukje? Mail het naar kleingeluk@radarplus.nl of scan de QR-code

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.