3 minute read

DE VERNIEUWER SCHÖNBERG

Af en toe heb je in de muziek genieën die de hele wereld op zijn kop zetten. Ze merken al vroeg dat ze niet meer uit de voeten kunnen met de muziek van hun tijd en verzinnen een nieuwe muzikale taal. Als ze, na hard zwoegen en eindeloos schetsen maken, bij een nieuwe stijl uitkomen, komt er vaak een explosie aan grote meesterwerken.

Beethoven was zo’n vernieuwer. Er is een tijd vóór Beethoven en na Beethoven. Vóór Beethoven was de muziek er voor de mensen: muziek had vooral allerlei sociale gebeurtenissen op te luisteren. Na Beethoven was het andersom: mensen kwamen naar een concert om geniale muziek te horen. In het begin vond lang niet iedereen dat leuk, maar tegenwoordig zijn we niet meer anders gewend.

Het diepste van zijn ziel

Arnold Schönberg was ook zo’n vernieuwer. Hij groeide op in de romantiek, de stijl van de negentiende eeuw. Hij was ook gek op de romantische muziek. Maar wat had hij er nog aan toe te voegen?

Beethoven, Schumann, Brahms, Wagner, Bruckner... al die componisten hadden al zulke prachtige muziek geschreven. Hij kreeg het gevoel dat hij zichzelf én anderen herhaalde.

Rond 1905 begon Schönberg aan een vlucht naar voren. De special effects van de romantiek – dissonanten, bijzondere akkoorden, ongewone toonladders – werden steeds meer de hoofdzaak. Een paar jaar lang bleef Schönberg zoekende, maar in 1909 had hij het: een compleet nieuwe stijl waarin elk akkoord na elk ander akkoord kan komen, zonder de beperkingen van een toonladder die je vertelt waar je naartoe moet. Atonale muziek.

Stap voor stap naar atonale muziek Atonale muziek – dat heeft zo zijn consequenties. Je kunt de melodie niet zo gemakkelijk op de fiets neuriën of onder de douche zingen. Luisteraars werden soms boos toen ze Schönbergs muziek voor het eerst hoorden, en ook nu nog zetten veel mensen de radio uit zodra er atonale muziek voorbijkomt.

Maar veel mensen raken ook meteen geïntrigeerd. En als je geïntrigeerd bent, ga je aandachtig luisteren. Dan hoor je de waanzinnige expressie die Schönberg elke maat weer op de mat legt. Luister maar eens naar Erwartung, een drama over een vrouw die angstig haar minnaar in het bos opwacht. Als ze tenslotte zijn lijk ontdekt, wordt ze helemaal gek – en de muziek gaat tot in detail met haar mee. Je moet haast wel van steen zijn om daar niet door geraakt te worden...

Bij de Concertzender begint deze maand een reeks uitzendingen rond Schönberg. In vier afleveringen van het programma ‘De Vorige Eeuw’ komt zijn hele carrière voorbij. We beginnen met de laatromantische Schönberg, de schepper van prachtige werken als Verklärte Nacht en de Gurrelieder. Dan horen we hoe hij de grens steeds een beetje opschuift om vervolgens bij de eerste atonale werken uit te komen. U wordt als het ware veilig de nieuwe stijl binnengeloodst. In de laatste twee uitzendingen horen we werken van na de Eerste Wereldoorlog. Dan heeft Schönberg met de twaalftoonsmuziek weer een systeem gevonden om richting aan zijn muziek te geven. Aan het einde van deze reeks bent u een vooroordeel armer en heel veel ervaring rijker. We horen met onze eigen oren wat Schönberg met deze muziek bedoelde. Dat hij niet gewoon stoer wilde doen met zijn moderne fratsen, maar dat ook hij het diepste van zijn ziel blootlegt in deze muziek. En we maken kennis met een schat aan opera, orkestmuziek, kamermuziek en liederen. Net zo geniaal als de meesterwerken van Mozart, Beethoven en Schubert – pittiger gekruid, maar niet minder lekker!

Als we het over onvoltooide werken hebben gaat het meestal over Bach (Kunst der Fuge), Mozart (Requiem) of Mahlers Tiende symfonie. Om maar te zwijgen over de ‘Onvoltooide’ van Schubert. Een geval apart, omdat de geleerden het niet honderd procent met elkaar eens zijn over het hoe en waarom van die twee (losse?) symfonische delen. Bij Bach, Mozart en Mahler is het zonneklaar. Zij werden ingehaald door de dood en konden hun laatste pennenvruchten niet meer afronden.

Iets dergelijks gebeurde bij Giacomo Puccini in 1924 en elf jaar later nog eens: na de onverwachte dood van Alban Berg, als gevolg van een bloedvergiftiging. Puccini leed aan keelkanker, werd in Brussel geopereerd, maar overleefde de operatie niet. Op dat moment was hij bijna klaar met zijn opera over de prinses Turandot. Alleen het laatste deel van de derde acte was nog niet af. Het moest zijn meest gedurfde opus worden. Voor groot, modern orkest. Hij liet zich zelfs inspireren door nieuwlichters als Debussy, Richard Strauss en Stravinsky.

Puccini haalde alles uit de kast voor zijn portret van de ijzingwekkende Chinese prinses. Ze deinsde er immers niet voor terug dat iedereen die naar haar hand dong, en die er niet in slaagde om drie raadsels op te lossen, werd onthoofd. Totdat een onbekende kandidaat wel tot haar wist door

This article is from: