
4 minute read
8.4 Klimaat
De Libournais, de naam voor de wijnbouwgebieden van Saint-Émilion en omgeving, telt in totaal zo’n 12.500 ha aan wijngaarden. Libourne ligt op de noordelijke oever van de Dordogne, ter hoogte van de plaats waar de kleine rivier Isle in de Dordogne uitmondt. Rond Libourne bevat de bodem veel kalk en klei. Het kalksteenplateau van Saint-Émilion met zijn dunne toplaag en poreuze kalksteen is een goed voorbeeld van calcaire à astéries (kalk van zeesterren). Veel huizen en chateaus in Saint-Émilion zijn van kalksteen gebouwd. De kalkstenen bodems zijn arm, maar houden het regenwater enigszins vast. Kalkstenen bodems geven druiven bovendien een zekere aciditeit en frisheid. Wijnen van kalksteenbodems hebben in het algemeen weinig agressieve tannine en minder gewicht dan wijnen van kleibodems. Beroemd is de kleirijke kalksteenbodem van Fronsac en Saint-Émilion, die molasse du Fronsadais wordt genoemd. De bodem van Pomerol bevat veel klei, kiezel, zand en ijzer maar bijna geen kalksteen. Dichte kleibodems zijn kenmerkend voor het plateau van Pomerol. De kiezels in de bodem zorgen hier voor een snellere rijping van de druiven. Rond Bourg, verder stroomafwaarts, bevinden zich vooral kalksteenhoudende kleibodems. In de Blayais, zoals het gebied rond de stad Blaye wordt genoemd, is de bodem wat gevarieerder. De bodem daar bevat kalksteen, klei, zand en kiezel.
8.4 Klimaat
Advertisement
Het klimaat beïnvloedt de wijnbouwproductie in kwantitatieve en kwalitatieve zin, meer nog dan de bodem dat doet. Ook bepaalt het klimaat de verbouw van bepaalde druivenrassen. Dat druivenrassen uit het Middellandse Zeegebied niet gedijen in de Bordeaux, is onder meer het gevolg van een voor deze druiven te laag temperatuurgemiddelde. De Bordeaux heeft een gematigd zeeklimaat, met doorgaans een zonnige herfst, een zachte winter, een vochtige lente en een aangenaam warme zomer. De jaarlijkse hoeveelheid zon ligt ruim boven de 2.000 uur. De gemiddelde jaartemperatuur van 13 °C is hoger dan in de Bourgogne, hoog genoeg voor het succesvol verbouwen van laatrijpende druivenrassen als cabernet sauvignon. De gemiddelde temperatuur in het groeiseizoen is bijna 18 °C. Het milde klimaat levert wijnen op die eerder subtiel zijn dan krachtig. De rijping van de druiven verloopt meestal geleidelijk. Over het algemeen is het klimaat in Saint-Estèphe, de noordelijkste gemeenteappellation van de Médoc, iets koeler dan in Pessac-Léognan, de zuidelijkste gemeenteappellation. De hoeveelheid neerslag varieert van jaar tot jaar en van gebied tot gebied.
De belangrijkste klimatologische factoren in de Bordeaux zijn: • de ligging rond 45° NB, die een relatief warm klimaat garandeert; • de nabijheid van de Atlantische Oceaan; • het grote estuarium van de Gironde; • de verschillende rivieren in het gebied.
De nabijheid van de Atlantische Oceaan (met zijn warme Golfstroom) en de brede riviermond van de Gironde zorgt voor niet al te grote temperatuurverschillen. De beide watermassa’s hebben een
matigende invloed op het klimaat en zorgen in het bijzonder voor niet al te lage minimumtemperaturen. De luchtvochtigheid is met een gemiddelde van zo’n 80 procent tamelijk hoog. De wijngaardenlangsdeGirondeprofitereninkoudeperiodesvandelichtweerkaatsendewerkingende warmte van het grote wateroppervlak van de Gironde. Onderzoek heeft aangetoond dat druiven op 10 kilometer afstand van de Gironde een paar dagen later rijp zijn dan druiven die dicht bij de Gironde groeien. ‘De beste wijngaarden zien de Gironde’, zegt men wel in de Médoc. Ook de uitgestrekte, dichte pijnboombossen in het zuiden en westen van de Médoc vormen een belangrijke factor. De bossen matigen de invloeden van de Atlantische Oceaan en zorgen voor een gematigd zeeklimaat met een regelmatige, goede vochtigheidsgraad. Ook beschermen ze de wijnstokken tegen harde westenwinden. De Libournais, op de Rechteroever, ligt verder landinwaarts en de temperende invloed van het water doet zich hier minder gelden dan in de Médoc. In de Libournais, waar de zomers wat warmer zijn en de winters kouder, heeft cabernet sauvignon soms moeite om volledig rijp te worden.
Over het algemeen beschermt het maritieme klimaat de druivenstokken tegen vorst in de winter en in het voorjaar, maar er zijn uitzonderingen. Als zeer grote hitte samengaat met langdurige droogte kan de rijping van de druiven ’s zomers geblokkeerd worden. Het kan in augustus zo warm en droog zijn, dat de druivenstokken last krijgen van warmtestress. In de winter vriest het bovendien in sommige jaren streng. In februari 1956 is een belangrijk deel van het wijngaardareaal door vorst verwoest doordat stokken kapotvroren. Ook voorjaarsvorst slaat soms vernietigend toe, zodat oogstopbrengstenflinklagerworden.Delaatstekeerdatvoorjaarsvorstopgroteschaalplaatsvond, was in 2021. Vooral witte druivenrassen werden toen ernstig getroffen. Producenten die daarvoor definanciëlemiddelenhebben,hurensomshelikoptersinombijnachtvorstinhetvoorjaardekoude lucht in beweging te brengen. Ook windmachines kunnen worden ingezet. Over het algemeen zijn vorstproblemen in de Bordeaux echter geen heel groot probleem, minder groot dan in bijvoorbeeld Chablis.
Het regent in de Bordeaux gemiddeld nogal veel, jaarlijks zo’n 900 mm. De gemiddelde jaarlijkse neerslag in de Médoc, het natste gebied van de Bordeaux, bedraagt 950 mm. In de Libournais regent het beduidend minder. Overmatige regenval tijdens de oogst is een reëel gevaar, zeker in jaren waarin de rijping van de druiven niet optimaal is verlopen. De beste Bordeauxjaren zijn de jaren die als droog te boek staan, mits zij volgen op een jaar met voldoende regen. Als het twee jaar achter elkaar droog is, is het resultaat niet optimaal. November en december zijn vaak de maanden met de meeste regen, terwijl juli en augustus gemiddeld de droogste zijn. Langdurige regenval komt in de zomermaanden nauwelijks voor, maar (al dan niet korte) hagelbuien in de zomer of herfst kunnen grote schade aanrichten aan de bladeren en de druiven.
Het voorjaar is over het algemeen zacht in de Bordeaux. Er valt in het voorjaar meestal voldoende regen voor de druivenstokken om in het groeiseizoen een watervoorraad te hebben. Het weer is in juni echter variabel, waardoor de omvang van de oogst jaarlijks sterk kan verschillen. De zomer en herfst verlopen doorgaans warm en zonnig. In juli is er gemiddeld 266 uur zon en in augustus