360 editie 39

Page 1

AP

het beste uit de internationale pers

in dit nummer

nr. 39

|

17 tot 31 augustus 2013

|

www.360magazine.nl

|

â‚Ź 4,99

the new yorker salon foreign policy corse-matin jutarnji list the wall street journal the new york times columbia journalism review now. mail & guardian smithsonian le monde frankfurter allgemeine zeitung

Dossier

Nerds, miljardairs, wereldverbeteraars Het engagement van Silicon Valley

montenegro

De nieuwe Rivièra, Russische stijl syriÍ

Hartekreet van eenzame en bange journaliste horizon

Ulrich Beck: Onze vrijheid is in het geding

Cover.indd 1

13-08-13 18:03


360_TYP_250x335.indd advertenties 39.indd 21

26-2-2013 11:51:50 13-08-13 13:44


redactioneel

colofon

De macht van nieuw geld

jaargang 2 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013 Een uitgave van 360 international media Prinseneiland 24 B II 1013 LR Amsterdam 360magazine.nl 360nl @360nl hoofdredactie Katrien Gottlieb uitgever Margreet Nanning eindredactie Pieter van den Blink medewerkers Lambiek Berends, Pieter Kottman, Laura Weeda courrier international Dalila Bounekta, Eric Chol, Raymond Clarinard, Antoine Laporte vertaling Peter Bergsma, Valentijn van Dijk, Nelleke Foppen, Tineke Funhoff, Menno Grootveld, Nicolette Hoekmeijer, Joop Koopman, Marlene Lokin, Janet Luis, Pieter Streutker, Annemie de Vries correctie Rogier Goetze creative direction Dog and Pony, Amsterdam art direction Uriël Nieuwenburg, Thomas Wansing productiebegeleiding Hans Snitslaar beeldredactie Nicole Robbers webredactie Marie-José Klaver copywriter Jaap Toorenaar advertentieverkoop, salesq Niels Floors floors@360international.nl Maurice Nabuurs nabuurs@360international.nl 023 - 7113200

360 – Amsterdam Sommige kranten, per land nooit meer dan twee of drie, zijn méér dan een titel in het schap. NRC Handelsblad en De Volkskrant in Nederland, The Washington Post en The New York Times in de VS: het zijn begrippen in het publieke domein, de ‘vierde macht’ op zijn best. Als die van eigenaar wisselen is er reden voor commotie. Dat The Washington Post tot de overname op 6 augustus door Amazon-baas Jeff Bezos een familiebedrijf was (zoals veel Amerikaanse kranten) geeft de verkoop in vergelijking met de recente transacties in het Nederlandse krantenland iets extra dramatisch, een gezicht. Maar dat kan niet de enige verklaring zijn voor het verschil in aantal en niveau van de stukken over deze deals. Waarom is over de komst van nieuwe spelers als investeringsmaatschappij Egeria (NRC Handelsblad) in de Nederlandse krantenwereld niet zo gloedvol geschreven als nu in de VS over Bezos en zijn nieuwe aanwinst? Journalistiek die de journalistiek als onderwerp heeft is altijd verdacht, maar het lijkt erop dat de Amerikanen in dit geval beter dan wij hier in Nederland beseffen wanneer de geschiedenis zich voor hun ogen voltrekt. Een krant en alles waar die voor staat komt in handen van het ‘nieuwe geld’ en alles waar dát voor staat. Niemand weet hoe de toekomst eruitziet voor de Post onder Bezos. Maar de familie Graham, tachtig jaar lang eigenaar van de krant, wist wel hoe de toekomst zónder hem of een andere

koper eruit zou zien: somber. Lezers kopen de krant steeds minder, adverteerders adverteren minder en de online-activiteiten kunnen dat op geen stukken na compenseren. Is Bezos dus ‘de ijsberg die de Titanic redt’ (zie p. 11)? Of is het vertrek van de Grahams een ‘nederlaag’, een ‘ongewenst neveneffect van de technologische revolutie’ (in de woorden van David Remnick, hoofdredacteur van The New Yorker en oudgediende van de Post)? Wil Bezos een krant redden omdat hij gelooft in de vierde macht, of ziet hij de aanschaf als een middel om invloed te krijgen op Capitol Hill, waar bijvoorbeeld de belastingregels voor zijn wereldwijde webwinkel worden bedacht? Het lot van The Washington Post is illustratief voor een machtsverschuiving in de VS van de oost- naar de westkust. Bezos komt uit Seattle, niet uit Silicon Valley. Maar zijn bedrijf Amazon hoort in het rijtje game changers aan de Stille Oceaan: Facebook, Google, Apple. In ons dossier (vanaf p. 12) een onderzoek naar de vraag of Bezos en zijn pairs uit de Valley, die niet alleen in financiële macht en technologische kennis een voorsprong hebben op de rest van de natie – inclusief de politiek – maar ook in hoger aanzien lijken staan dan de traditionele machthebbers, ook over het engagement beschikken om de wereld te veranderen. Pieter van den Blink blink@360international.nl

Download de mediakit op www.360magazine.nl/adverteren online marketing Brenno Misuraca controller Arthur van der Meeren druk Roularta Printing, Roeselare 360 wordt gedrukt op PEFC-papier, afkomstig uit duurzaam bosbeheer. partners ANP, BNR Nieuwsradio, NRC Media, VPRO, Cartoon Movement, Getty Images, Hollandse Hoogte, Nyenrode Business Universiteit license partner Courrier international, Groupe Le Monde, Paris beeld voorpagina © Reporters / August / Martin Schoeller abonnementen* € 9,95 p/mnd in Nederland en België Wijziging abonnement www.360magazine.nl/klantenservice *Alle abonnementen continueren automatisch en gelden tot wederopzegging, tenzij anders vermeld. Prijswijzigingen voorbehouden. Cadeauabonnementen eindigen automatisch. Voor bedrijfsabonnementen gelden speciale tarieven. 360 verschijnt 24 keer per jaar. Oplage: 25.000

verspreiding Nederland: Aldipress | België: AMP

missie Nieuws uit het buitenland is iets anders dan nieuws over het buitenland. We hebben niet de pretentie dat het wereldnieuws zich elke twee weken laat samenvatten, wel de ambitie relevante, originele en mooie verhalen bereikbaar te maken voor een Nederlandstalig publiek.

Redactioneel.indd 3

Omdat de werkelijkheid overal anders is Nu

ers 6 numm

€ 18

360 magazine biedt elke twee weken het beste uit ruim 900 buitenlandse kranten en tijdschriften in één blad. Maak nu voordelig kennis en neem een kwartaalabonnement voor slechts 18 euro (40% korting)

Ga nu naar 360magazine.nl/actie

13-08-13 17:14


Advertentie Magazine_250x335+5.indd 2 advertenties360 39.indd 4

Het Oikocredit Nederland Fonds is een sociaal-etisch beleggingsfonds. Het Oikocredit Nederland Fonds belegt het ingelegde geld voor 90% in Oikocredit. Stichting Beheer ONF is als beheerder van het ONF opgenomen in het register van de AFM.

Ondernemers zoals Perpetual zijn de economische aanjagers in Afrika. Kleine bedrijven kunnen starten èn groeien met een beetje (micro)krediet via Oikocredit. Zulke kredieten worden gefinancierd uit het Oikocredit Nederland Fonds. Als u daarin belegt, en dat kan al vanaf 200 euro, doet u aan ontwikkelingshulp anno NU. Want Afrika verdient geld met uw belegging. En u krijgt een eerlijk dividend: de laatste 10 jaar was dit 1,55%. Meer weten? Kijk op www.ontwikkelingshulp.NU

31-01-13 13:44 18:52 13-08-13


bronnen 360 selecteert nieuws en achtergrondverhalen uit vrijwel ieder land ter wereld. De artikelen in dit nummer komen onder meer uit de volgende kranten, tijdschriften en websites.

Salon

verenigde staten www.salon.com

Salon.com begon in 1995 in San Francisco als een ‘progressief onlinemagazine’ en zorgde al snel voor een enorme buzz door zijn productie van stellar journalism, sterrenjournalistiek. Niet over sterren, maar geschreven door journalisten die een dergelijke status mogen claimen. De site heeft dan ook talloze prijzen gewonnen, waaronder de prestigieuze Online Journalism Award. Salon publiceert dagelijks over een aantrekkelijke variëteit aan onderwerpen op het gebied van politiek, technologie, zaken, muziek, cultuur en literatuur, met een nadruk op die laatste twee. Zo werden door de redactie ook de Salon Book Awards en What To Read Awards in het leven geroepen, respectievelijk voor de beste fictie/non-fictie van het afgelopen jaar. Oprichter David Talbot, een journalist, auteur en mediaondernemer die eerst

verbonden was aan de San Francisco Examiner, zei met Salon een ‘smart tabloid’ te hebben willen maken, waarmee een breed publiek kon worden bereikt. Met 73.000 abonnees en 3,1 miljoen bezoekers per maand is hij daarin ruimschoots geslaagd. Toch zijn de pogingen om naast het in de lucht houden van de site ook nog een winst te genereren die naar de sterren reikt, nog niet helemaal geslaagd. Salon heeft zijn businessmodel in de afgelopen jaren telkens veranderd en verloor in die vernieuwingsrondes veel van zijn abonnees. Door de immense toename aan bloggende journalistieke platforms bekijkt Salon onder toezicht van een nieuw, voormalig Huffington Post-staflid, de vraag of een notfor-profit-Salon het antwoord is. Controverse p. 53

The New Yorker

Corse-Matin

Sinds 1925 hét New Yorkse tijdschrift, met als handelsmerk de satirische karikaturen en cartoons en vaak geïllustreerde covers. Met zijn lange reportages, scherpe politieke analyses, aandacht voor fictie en essayistiek, rigoureuze factchecking en brede belangstelling voor cultuur de favoriet onder Amerikaanse intellectuelen.

Franstalig dagblad dat wordt verspreid in Corsica. Richt zich uitsluitend op regionaal nieuws.

Verenigde Staten, weekblad, oplage 1.043.000

Frankrijk, dagblad, oplage 40.000

Europa p. 31

Azië p. 35

Jutarnji List

Kroatië, dagblad, oplage 53.000

Opgericht na de onafhankelijkheid van Kroatië in 1991. De ‘Ochtendkrant’ is de een-na-grootste krant van het land, liberaal georiënteerd en biedt veel ruimte voor columns van nieuw Kroatisch schrijftalent.

Controverse, Dossier p. 11, 14

Foreign Policy

VS, tweemaandelijks tijdschrift, oplage 106.000

Wetenschappelijk tijdschrift, in 1970 opgericht om het ‘debat te stimuleren over belangrijke kwesties van de Amerikaanse buitenlandse politiek’. Sinds 2008 eigendom van The Washington Post.

Europa p. 32

The Wall Street Journal VS, dagblad, oplage 2.000.000

De bijbel voor zakenmensen. Maar bij het lezen is enig beleid nodig: naast reportages van hoge kwaliteit drukt de krant hoofdredactionele commentaren af die zó patriottisch zijn, dat ze hun geloofwaardigheid verliezen.

Dossier p. 24

Le Monde

Frankrijk, dagblad, oplage 345.000

Het belangrijkste Franstalige dagblad, in 1944 opgericht op initiatief van De Gaulle. Zeer gehecht aan zijn onafhankelijkheid van politieke en economische macht. ‘De wereld’ wordt ook buiten Frankrijk veel gelezen. Sinds 2001 ook online zeer aanwezig met een eigenstandige redactie. Lage Landen p. 30

‘all the news that’s fit to print’ kan worden gelezen. De familie Ochs, die in 1896 het roer overnam van de in 1851 opgerichte krant, staat nog altijd aan de leiding van deze centrum-linkse krant.

De Amerika’s p. 34

Columbia Journalism Review

VS, tweemaandelijks tijdschrift, oplage 28.000

Amerikaans tijdschrift, in 1961 opgericht door de Columbia University Graduate School of Journalism, met als hoofdredacteur Victor Navasky, die eerder verbonden was aan het progressief-linkse The Nation. De focus van het tijdschrift ligt op alles rondom journalistiek: mediaindustrie, hypes, analyses, beroepsethiek en de verhalen achter het nieuws. Midden-Oosten p. 36

Now.

Libanon, website, now.mmedia.me/lb/ar

The New York Times VS, dagblad, oplage 1.160.000

Met duizend journalisten, 29 vestigingen in het buitenland en meer dan tachtig Pulitzerprijzen is The New York Times de belangrijkste krant van het land, waarin

Werd in 2007 opgericht als Now Libanon, een Arabische en Engelstalige nieuwssite die zich vooral focuste op Libanees nieuws. Om de krant toegankelijker te maken voor het hele Midden-Oosten werd de naam eind 2012 ingekort.

Mail & Guardian

Zuid-Afrika, weekblad, oplage 41.000

Opgericht in 1985 als Weekly Mail en in 1990 vlot getrokken door The Guardian in Londen. Sinds 2002 eigendom van de Zimbabwaanse krantenuitgever Trevor Ncube. De duidelijk links georiënteerde krant ijvert voor een toleranter Zuid-Afrika. Afrika p. 40

Frankfurter Allgemeine Zeitung Duitsland, dagblad, oplage 382.000

Een van de belangrijkste kranten van Duitsland. Hoewel politiek onafhankelijk, wordt de FAZ over het algemeen een gematigd conservatief profiel toegedicht. Horizon p. 42

Smithsonian VS, maandblad, oplage 2.000.000

Wetenschappelijk tijdschrift over ecologie en geschiedenis. Verbonden aan het Smithsonian Institution te Washington, een onderwijsen onderzoeksinstituut met bijbehorend museumcomplex, bestaande uit negentien musea. Cultuur p. 47

Midden-Oosten p. 39

correcties & aanvullingen Cuba In een artikel over Cuba uit de Mexicaanse krant Milenio schrijft Sandra Weiss dat Fidel Castro bij zijn aantreden maffiabazen zoals Lucky Luciano en Al Capone het land heeft uitgezet. Wat de schrijfster hiermee

Bronnen.indd 5

heeft bedoeld is niet helemaal duidelijk. Al Capone lag al 12 jaar onder de zoden toen Castro aan de macht kwam, en Luciano had het land al moeten verlaten vóór de revolutie. Het is uiteraard de intentie ook al eerder gepubliceerde artikelen op feiten te checken.

Op safari in de Flevopolder In het New Yorker artikel ‘Op safari in de Flevopolder' in de vorige editie van 360 wordt aangegeven dat de Oostvaardersplassen 16.000 km2 beslaan. Het betreft een vertalingsen omrekenfout, dit zou betekenen

dat ongeveer de helft van Nederland uit de Oostvaardersplassen bestaat. Het juiste oppervlak komt in de buurt van 56 vierkante km.

13-08-13 18:05


Mindervalidentoilet

Kinderfysiotherapeut Bibliotheek Blessure

Gratis Spreekuur

Zoeken

Kinderopvang

Immunologie Advies en voorlichting Thoraxchirurgie Manueel therapeut

Fysiotherapie Vergelijken Televisieaansluiting Kliniek Borstverkleining Ziekenhuis Behandeling aan Huis

Endocrinologie

Zorg

Wijnvlekken

Haartransplantatie

Ouderenzorg Diabetes

Verzorgingshuis Aanleunwoning Onderkin Thuiszorg Mantelzorgondersteuning Dementie COPD Persoonsgebondenbudget Jong dementerenden Eigen inrichting Parkeermogelijkheden

Alle informatie over zorgaanbieders op ĂŠĂŠn plek! Transparantie in de zorg.

advertenties 39.indd 6 Stopper-360v3.indt 1

13-08-13 13:44 7/16/13 12:56 PM


inhoud 5 Bronnen

360 haalt de beste journalistiek uit alle windstreken. De bronnen van dit nummer in kaart gebracht en toegelicht.

8 Wereldnieuws

Actuele gebeurtenissen wereldwijd, in woord, beeld en citaat.

11 Controverse

The Washington Post komt in handen van Amazon. Is dat een nieuwe impuls voor het voormalige familiebedrijf, of het einde van een tijdperk?

12 Dossier: Download nu de revolutie

Mark Zuckerberg van Facebook en zijn medenerds aan de Amerikaanse westkust zouden de wereld kunnen veranderen. Als ze wilden.

30 Lage Landen

Le Monde over de hardnekkige pogingen van Nederland om een belastingparadijs te kunnen blijven.

de continenten 32 De nieuwe Rivièra, Russische stijl

europa | Montenegro lijkt te zijn ingelijfd bij Rusland. Door de toeristen, die er bungalow na bungalow laten bouwen.

34 Duizenden jaren oud water

amerika’s | De wodkastoker, de bierbrouwer, het wijnhuis en de leverancier van gebotteld water, ze azen allemaal op gesmolten gletsjerijs. Een reportage.

35 ‘Bhutan is geen paradijs’

azië | Het ministaatje mag dan de VN hebben geïnspireerd tot het uitroepen van een jaarlijkse dag van geluk, het nirwana is het niet. Bericht van een banneling.

37 Schrijven met een schotwond

midden-oosten | Tumult op internet na het openhartige verslag van een Italiaanse correspondente in Aleppo. ‘Ben je gegijzeld, tweet dan even waar je zit.’

41 Ruilhandel met de bank

afrika | In Zimbabwe is meer aan de hand dan verkiezingen. De bank neemt er vee in onderpand voor leningen.

horizon 42 De risico’s van de nieuwe wereld

Een interview met Ulrich Beck, de Duitse denker die als eerste probeert te duiden hoe klokkenluider Edward Snowden de wereld heeft veranderd. Niemand kan meer zonder de experts.

47 De opkomst en ondergang van Zahi Hawass

Portret van de beroemdste archeoloog van Egypte, bijgenaamd de ‘Mubarak van de oudheden’. Een moeilijke man, maar zonder hem zijn Egyptes schatten niet veilig.

Inhoud.indd 7

13-08-13 17:26


wereldnieuws Groot-Brittannië

Zweden

Colombia

Borsten mogen blijven

David Cameron is geen voorstander van het plan om de derde pagina van The Sun, met daarop dagelijks een halfnaakte jongedame, te verbieden, zo meldt The Guardian. Wel bereidt de regering volgens de krant een plan voor om pornografie op internet te reguleren. Tegenstrijdig wellicht? ‘Dit is een terrein waarop consumenten heel goed zelf kunnen beslissen, dat hoeft de wetgever niet voor hen te doen’, verklaarde Cameron voor BBC Radio. Volgens hem is tenslotte niemand verplicht om het dagblad te kopen. De initiatiefnemers van een petitie tegen de pagina zien dit anders. Zij stellen dat veel mensen onvrijwillig aan de afbeeldingen in The Sun worden blootgesteld. Schrijfster en actrice Lucie Holmes, die de actie begon onder het motto Keep the Bare Boobs Out of The Sun, vermoedt dat angst voor de macht van The Sun en eigenaar Rupert Murdoch de werkelijke verklaring is voor het tegenstrijdige standpunt van de Britse premier.

© AFP

Geen goudmijn

Crip is Hip | Met de slogan ‘Crip is Hip’ probeert een Zweeds initiatief de houding tegenover ‘mensen van wie het lichaam anders werkt’ te veranderen. Crip komt daarbij van het Engelse ‘cripple’, oftewel mank. Met dat doel is onder andere ‘CP Bier’ gelanceerd, Cerebral Palsy Bier, dat verwijst naar een verlammende ziekte maar ook naar een gedateerd Zweeds scheldwoord. Het nieuwe biermerk is bedoeld als een soort certificaat voor bars die goed toegankelijk zijn voor mindervaliden, schrijft het Engelstalige Zweedse webtijdschrift The Local. Alhoewel de actie vooral discussie moet bevorderen, hebben de organisatoren, zelf bierfans, ervoor gezorgd dat het resultaat qua smaak een kwaliteitsbier is waar ze zich niet voor hoeven te schamen.

Pakistan Baby’s cadeau

Twee achtergelaten baby’s uit de Pakistaanse hoofdstad Karachi hebben live op televisie nieuwe ouders gekregen, meldt BBC-verslaggeefster Orla Guerin. In de veelbekeken show Amaan Ramazan, die een mix van islam en entertainment brengt, worden geregeld auto’s, motorfietsen en huishoudelijke apparatuur weggegeven. De presentator besloot nu ook baby’s te gaan weggeven, naar eigen zeggen niet om de kijkcijfers op te krikken, maar als ‘goede daad’, om de vondelingen te redden. Een van de baby’s werd gevonden op een vuilnisbelt. Met de zuigelingen had het ook anders kunnen aflopen: alleen al in Karachi worden jaarlijks meer dan driehonderd baby’s dood

aangetroffen. Toch staan organisaties voor kinderwelzijn uit het land niet achter het programma. ‘Het is natuurlijk goed om nieuwe ouders voor hen te vinden, maar dit is een belediging voor zowel de baby’s als de ouders. Het had in stilte moeten gebeurn, zei Aamir Liaquat Hussain, de presentator van Amaan Ramazan.

© Reuters

In een referendum heeft het Colombiaanse dorp Piedras (5.200 inwoners) zich uitgesproken tegen de bouw van een reusachtige mijn vlak bij het dorp. Maar liefst 99,2 procent van de bevolking wees het plan af. Het is voor het eerst in de Colombiaanse geschiedenis dat lokale bewoners zelf een volksstemming organiseren over mijnbouwplannen. ‘De nationale overheid staat nu met de rug tegen de muur. Ze zullen serieus hun opties moeten overwegen’, analyseert het dagblad El Tiempo. Door het afblazen van het plan zou de Colombiaanse overheid wel eens een slordige 358 miljoen euro aan belastingen en andere inkomsten kunnen gaan mislopen. Dat is tenminste wat Anglogold Ashanti, de op drie na grootste goudproducent ter wereld en uitvoerder van het plan, heeft berekend. De keus is nu aan de minister van Economische Zaken.

Mexico Cannabissymposium

De vroegere Mexicaanse president Vicente Fox blijft strijden voor de legalisering van cannabis. Hij nodigde recent zelfs zakenmensen, academici, artsen en andere experts uit Mexico en de Verenigde Staten uit voor een speciaal symposium over het thema, meldt El Universal. De politicus, die ook zakenman is en boer, voert al maanden actie voor legalisering. Als het legaal zou zijn, aarzelde hij niet om zelf marihuana te verbouwen en te exporteren. Dit kwam hem op het verwijt te staan vooral de aanlokkelijke commerciële perspectieven van het onderwerp te zien.

wat zij zeggen

Albert Uderzo

Robert Mugabe

Desmond Tutu

Christiane Taubira

Geestelijk vader van Asterix

President van Zimbabwe

Aartsbisschop en Nobelprijswinnaar

Franse minister van Justitie

Nostalgisch: ‘Diep in mijn hart ben ik er een beetje kapot van.’ Op zijn 85ste moet de tekenaar meemaken dat er een nieuw avontuur van Asterix verschijnt dat niet door hemzelf is getekend. Le Monde

Macho: ‘Ze zijn erger dan varkens, geiten en vogels.’ De omstreden machthebber doet een duit in het anti-homozakje. Slate

Strijdlustig: ‘Ik ga liever naar de hel dan een homofobe god te dienen.’ Voor de Zuid-Afrikaanse kerkleider en vredestichter is de strijd tegen homodiscriminatie dezelfde als die tegen apartheid. Daily Mail

Openhartig: ‘Een baas, daar kan ik niet tegen.’ Haar geweten is haar enige baas, zegt Taubira, niet de premier of de president. The New York Times

pagina 8 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

Wereldnieuws.indd 8

13-08-13 16:47


wereldnieuws Verenigde Staten

Zhu Changhong

Spijt

Op een officiële viering van het Chinese Nieuwjaar ontving Zhu Changhong lof voor zijn rol bij het investeren van de grootste smak geld ter wereld: de 3,5 biljard dollar grote Chinese deviezenreserve. De aan de universiteit van Chicago opgeleide kwantumfysicus leidt China’s pogingen om de reusachtige reserves te diversifiëren en de opbrengst ervan te vergroten, schrijft The Wall Street Journal. Ondanks zijn belangrijke functie noemen Chinese media Changhong ‘onzichtbaar’ en zijn er nauwelijks foto’s van hem op het internet te vinden. Zelf bagatelliseert hij zijn rol en noemt zich niet meer dan deel van het team bij SAFE, China’s State Administration of Foreign Exchange, de organisatie waarvoor hij werkt. Toch was hij het die goeddeels eigenhandig het roer omgooide. Hij overtuigde zijn superieuren ervan om avontuurlijker te investeren, ook obligaties en aandelen van Amerikaanse bedrijven te kopen, en minder Amerikaanse staatsobligaties. Ook stak hij meer geld in Japanse aandelen en in Europees schuldpapier. Dat Zhu Changhong in 2009 zijn leven op de wolken van de American dream (met onroerend goed in Californië en een optrekje in Las Vegas) achterliet om terug te keren naar zijn geboorteland, was het gevolg van China’s ‘duizendtalentenprogramma’, speciaal bedoeld om een omgekeerde braindrain op gang te brengen door aan repatrianten geld en middelen in het vooruitzicht te stellen. Zhu’s toenmalige docent in Chicago is verbijsterd over de carrière van zijn pupil: ‘Hij kwam uit het buitenland zonder enige culturele of maatschappelijke kennis van Amerika.’

Bij een centrum dat hulp biedt aan verkrachtingsslachtoffers, in San Bernardino, Californië, werden zes computers en een laptop gestolen. Tot verbazing van politie en medewerkers stonden de gestolen spullen een dag later weer in het kantoor: de inbrekers hadden spijt gekregen. Er zat een briefje bij: ‘We hadden geen idee wat we meenamen. Hier zijn jullie spullen terug, we hopen dat jullie nog heel veel mensen kunnen helpen. God Bless.’ Volgens CNN genereerde de affaire zo veel publiciteit dat er vanaf dat moment giften begonnen binnen te stromen bij de organisatie. Ook namen vrouwen contact met hen op die daar anders nooit toe zouden zijn gekomen. Het briefje hangt inmiddels ingelijst aan de muur.

Kenia Herroeping doodstraf Jezus

Een Keniaanse advocaat heeft een zaak aanhangig gemaakt bij het Internationaal Hof van Justitie om het proces, de veroordeling en de doodstraf van Jezus Christus te herroepen, aldus de Australische Herald Sun. Onder andere wil advocaat Dola Indidis de staten Israël en Italië aanklagen voor de dood van de Messias. Hij ging naar het Hof in Den Haag nadat zijn zaak in Nairobi niet ontvankelijk was verklaard. Indidis voert de zaak tegen Jeanne d’Arc als precedent op: haar veroordeling tot dood door verbranding werd immers ook jaren na haar dood door de paus herroepen. Desondanks lijkt de kans uiterst klein dat het Hof de klacht zal behandelen. Er is geen jurisdictie in dergelijke zaak.

© Ajubel – Courrier international, Parijs

wat zij vinden

Mario Sepulveda

Abdel Fattah al-Sisi

John Grisham

Vince Cable

Overlevende van de mijnramp in Chili

Egyptische generaal, de facto machthebber

Auteur van bestsellers

Engelse minister van Handel en Vernieuwing

Verslagen: ‘Ik wil een diepe kuil graven en mij opnieuw verstoppen.’ De wereld leefde mee toen Sepulveda en 32 collegakompels ruim twee maanden vastzaten onder de grond. Nu blijkt niemand aansprakelijk te zijn voor de ramp. Associated Press

Wrokkig: ‘Jullie hebben de Egyptenaren de rug toegekeerd en dat zullen zij niet vergeten.’ De interim-premier zegt dat hij de VS maandenlang vergeefs heeft gewaarschuwd voor de problemen met Morsi. The Washington Post

Fel: ‘De VS zaten volkomen fout, maar niemand geeft het toe.’ De schrijver leent zijn stem aan de protesten tegen Guantanamo Bay, waar ook zijn eigen boeken verboden zijn. The New York Times

Onthutst: ‘Dit is misleidend, dom en beledigend.’ In Engeland rijden busjes met billboards rond, waarop illegale immigranten worden opgeroepen om het land te verlaten, anders zullen ze worden gearresteerd. The Telegraph

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 9

Wereldnieuws.indd 9

13-08-13 16:47


Download de nieuwe iPad app van 360 magazine

360 vandaag Lees en bekijk dagelijks interessante artikelen, video's en cartoons uit de internationale pers. 360 magazine Lees 360 magazine digitaal op uw iPad. Abonnees met een compleet abonnement lezen alle edities gratis.

advertenties 39.indd 110 InPaper nr 39.indd

Download hem nu in de App Store of ga naar 360magazine.nl/iPad

13-08-13 13-08-13 14:22 14:18


controverse

Wat is de toekomst van The Washington Post? Op 5 augustus werd bekendgemaakt dat The Washington Post voortaan in handen is van Amazon-oprichter en multimiljardair Jeff Bezos. Is dit een zorgwekkende ontwikkeling voor de inhoud van de krant, of was het onvermijdelijk en gaat de Post onder leiding van deze commerciële topman rooskleurige tijden tegemoet?

The New Yorker – New York

Op maandagmiddag 5 augustus om 16.30 uur kwam de redactie van The Washington Post samen in de grote ontvangstruimte. Donald E. Graham nam het woord namens de familie Graham, die de krant in 1933 had opgekocht uit een failliete boedel. Hij had een ernstige mededeling te doen. De journalisten hadden de laatste jaren al te maken gehad met gedwongen ontslagen, schrikbarende oplagedalingen en onheilspellende geruchten. En toch waren ze verrast. ‘We dachten dat we te horen zouden krijgen dat de Grahams alleen het gebouw hadden verkocht.’ Donald Graham deelde met verstikte stem mee dat de Post voor 250 miljoen dollar was verkocht aan Jeff Bezos, oprichter en CEO van Amazon, met een geschat vermogen van 25 miljard dollar. Zijn toehoorders waren zo verbijsterd dat ze aanvankelijk niets konden zeggen. Ze moesten aangespoord worden tot het stellen van vragen. De volgende spreker was Katherine Weymouth, uitgever en nicht van Donald Graham. Zij beweerde dat haar grootmoeder, wijlen Katherine Graham, die de krant door cruciale kwesties als de Pentagon Papers en de Watergate-affaire had geloodst, de verkoop zou hebben goedgekeurd. Maar toen ik Donald Graham daar later naar vroeg, zei hij: ‘Nou ja, dat weet ze natuurlijk niet. En ik ook niet. Het was niet onze opzet de Post op te heffen of in de verkoop te doen, maar we zagen uiteindelijk in dat dit het beste was voor de krant.’ de achteruitgang was onontkoombaar. Graham en Weymouth zagen het aantal abonnees dalen van 832.332 in 1993 tot de huidige 474.767. Er waren ooit meer dan duizend verslaggevers; dat aantal ligt nu rond de 640. De krant laat nog steeds buitengewone staaltjes van journalistiek zien. Afgelopen juni was er, in samenwerking met The Guardian, een scoop over klokkenluider Edward Snowden en de National Security Agency. En nog korter geleden, op zondag 4 augustus, had The Washington Post als eerste een interview met Abdel Fatah al-Sisi, de leider van de Egyptische militaire staatsgreep. maar de Post is nog slechts een schaduw van zijn vroegere zelf. Het is nog steeds een serieuze en degelijke krant, maar niet meer zo onmisbaar als zijn grote rivaal, The Times. Naar het algemene oordeel kwamen Graham en Bezos een schappelijke prijs overeen. Tien jaar geleden zou de Post voor minstens het twee- of driedubbele zijn verkocht. Als Bill Gates The Washington Post had gekocht, dan was het gemakkelijker te begrijpen geweest. Toen Gates miljarden had verdiend en ouder en wijzer was geworden, bedacht hij dat hij zijn kapitaal wilde inzetten voor het uitbannen van ziekten, voor onderwijsdoeleinden en andere maatschappelijke zaken. Bezos, achter in de veertig, heeft die fase nog niet bereikt. Hij wordt nog steeds volledig in beslag genomen door de ontwikkelingen binnen zijn bedrijf. Daarnaast heeft hij vooral geïnvesteerd in Blue Origin, een bedrijf dat menselijke ruimtevluchten mogelijk wil maken. Dat klinkt eerder als Richard Branson dan als Donald Graham. Ook heeft Bezos tientallen miljoenen geïnvesteerd in een klok die tienduizend jaar moet blijven lopen. Door zijn ervaring met Amazon bestrijkt hij het hele gebied van technologie tot het gedrag van miljoenen consumenten. David Ramnick

© Reuters

ramnick

Journalist, auteur, redacteur en tevens Pulitzerprijswinnaar (1994). Schreef in 2012 de eerste Obama-biografie. Sinds 1998 is hij hoofdredacteur van The New Yorker, daarvoor was hij verbonden aan The Washington Post.

Leonard

Vaste auteur van Salon en bedenker van de term ‘open source journalism’. Zijn vaste onderwerpen zijn technologie, economie en internetjournalistiek en hij schreef o.a. The Origin of New Species, over de geschiedenis van internet.

Salon – San Francisco

Voor Jeff Bezos was het niet meer dan wisselgeld. Met een geschat privévermogen van 23,2 miljard dollar is 250 miljoen voor The Washington Post niet iets om van op te kijken. In de kringen waarin Bezos verkeert, geldt dit als een kleine aankoop – het is maar een kwart van wat Facebook betaalde voor Instagram, of wat Yahoo betaalde voor Tumblr. Algauw werd op Twitter gemeld dat Bezos verhoudingsgewijs minder neertelde voor The Washington Post dan Sean Parker voor zijn huwelijk in het sequoiawoud in Californië. Maar in journalistiek opzicht is deze aankoop geen kleinigheid. een woord als aardbeving doet geen recht aan de omvang van deze journalistieke verschuiving. Het is alsof je amazon een doorsnee boekwinkeltje zou noemen. The Washington Post is een van de topkranten in de Engelstalige wereld: het belangrijkste nieuwsblad in ’s werelds grootste supermacht. De symbolische betekenis van de aankoop door Bezos is immens. Geen enkel bedrijf belichaamt zo volledig de allesomverwerpende kracht van het internet als Amazon. Nu is de cirkel rond. de ijsberg heeft zojuist de Titanic gered. nadat hij de krantenindustrie heeft vermorzeld, is internet ineens het suikeroompje geworden. Net als anderen die de kost verdienen met woorden, ben ik verbijsterd. Maar misschien moeten wij, schrijvende stumpers, met de mond wijd open van verbazing, juist dankjewel zeggen. Ja. Dank je wel, Jeff Bezos. Misschien is dit niet het einde van de wereld voor The Washington Post – en heel misschien is het zelfs het begin van een rooskleuriger toekomst. Denk er maar eens over na: Jeff Bezos zou de Post een nieuwe basis kunnen geven. Hij vindt het niet erg om met geld te smijten. En, tja, hij schijnt zowel van boeken als van kranten te houden. Het zou erger kunnen, toch? Als Rupert Murdoch of Sam Zell de Post had gekocht, had die er zijn eigen politieke ideologie op losgelaten – of de kostenbesparende kettingzaag. Er is niet veel voor nodig om de trotse geschiedenis teniet te doen van de krant die het Watergate-schandaal openbaar maakte en die (samen met The New York Times) de strijd met de Amerikaanse regering aanging over de Pentagon Papers. Jeff Bezos heeft officieel meegedeeld dat de verantwoordelijkheid van de krant bij de lezers ligt, en niet bij zijn eigenaars. Laten we proberen hem aan zijn woord te houden. Andrew Leonard

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 11

Controverse.indd 11

13-08-13 17:11


dossier

silicon valley

Download nu de revolutie In plaats van apps De ‘informatierevolutie’ is ontstaan uit een tegencultuur van een groep hobbyisten in de Bay Area die anders wilden zijn. Maar wat is er geworden van dat revolutionair elan? De campussen van Apple, Facebook en Google zijn ingericht om creatieve geesten de ruimte te geven. Maar niemand benut die ruimte om werkelijk een revolutie te maken, in plaats van revolutionaire apps.

pagina 12 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

DOS_Sillicon Valley.indd 12

13-08-13 17:16


silicon valley

dossier

De lobby van het Facebookgebouw in Menlo Park. – Š Sebastien Micke / Getty Images

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 13

DOS_Sillicon Valley.indd 13

13-08-13 17:16


dossier

silicon valley

De in zichzelf gekeerde wereld van Silicon Valley The New Yorker – New York

Social media? Kom daar niet mee aan in Silicon Valley, een naar binnen gekeerde samenleving met een buitenproportioneel groot aantal miljardairs en miljonairs, waarin het draait om succes. Politiek, maatschappelijke problemen? Het interesseert ze niet in Palo Alto, Mountain View, Woodside, Pacific Heights of de Bay Area. ‘Change the world!’ Zeker, maar begin er niet hier mee.

I

n 1978, het jaar waarin ik eindexamen deed, kende afgezien van een select groepje ingewijden in hightech nog niemand de naam Silicon Valley. Apple had het jaar daarvoor naam gemaakt met de lancering van de eerste populaire personal computer, de Apple II. De grote technologische bedrijven maakten elektronische apparaten en op weg naar school fietste ik door Stanford Industrial Park, langs de kantoren van Hewlett-Packard, Varian, en Xerox PARC. In de wijken van Santa Clara Valley stonden veel goedkope moderne eengezinswoningen, met glazen wanden, een open indeling en een carport met plat dak. ‘Eichlers’ werden deze huizen genoemd, naar de projectontwikkelaar Joseph Eichler. (Steve Jobs woonde als jongen in een imitatie-Eichler, oftewel een Likeler.) Een huis in Palo Alto kostte gemiddeld zo’n 125.000 dollar. In de hoofdstraat, University Avenue, het toekomstige adres van PayPal, Facebook en Google, waren sportwinkels gevestigd, goedkope supermarkten, een paar alternatieve filmhuizen en de met rolluiken afgesloten seksbioscoop Paris Theatre. Voorbij El Camino Real kwam je bij het Stanford Shopping Center, met een Macy’s, een Woolworths, een boetiek

– in 1977 had Victoria’s Secret er een winkel geopend – en een parkeerplaats vol Datsuns en Chevy Nova’s. Chic uit eten gaan was een onbekend fenomeen in Palo Alto, net als trouwens het woord ‘chic’. De openbare scholen in de buurt waren prima en bijna iedereen ging erheen. Met de paar kinderen die naar particuliere scholen gingen, was iets mis. De Valley was ten diepste middle class, egalitair, vriendelijk en een beetje saai.

Lexussen en Audi’s

Vijfendertig jaar later kost een huis in Palo Alto gemiddeld meer dan twee miljoen dollar. De parkeerplaats van het Stanford Shopping Centre is een zee van Lexussen en Audi’s, en de eigenaren daarvan winkelen bij Burberry en Louis Vuitton. Er wonen een stuk of vijftig miljardairs en tienduizenden miljonairs in Silicon Valley. Alleen al door de beursgang van Facebook vorig jaar kwamen er in die eerste categorie meer dan vijftig bij en in de tweede zeker duizend. Er is ook een recordaantal armen en de afgelopen twee jaar is het aantal daklozen met 20 procent gestegen, voornamelijk door de enorme stijging van de woonkosten. Na tientallen jaren waarin het land steeds minder gelijk is geworden, is Silicon Valley een van de meest ongelijke plekken van Amerika. Er is een ware toevloed naar particuliere scholen, terwijl de openbare scholen in arme buurten – zoals East Palo Alto,

dat grotendeels van de stad is afgesneden door Highway 101 – slecht onderhouden worden en gebrek hebben aan basismaterialen. In rijke wijken zijn de openbare scholen feitelijk geprivatiseerd: ze beschermen zichzelf tegen het uitblijven van voldoende geld van de overheid door stichtingen op te zetten die fondsen voor ze werven. In 1983 hadden ouders van de Woodside Elementary School, waar nu enkele van de rijkste ‘tech-gezinnen’ van de Valley omheen wonen, een stichting opgericht om de bezuinigingen af te wenden die het gevolg waren van een drastische beperking van de onroerendgoedbelasting. Deze Woodside School Foundation brengt nu jaarlijks zo’n 2 miljoen dollar binnen voor een school met nog geen vijfhonderd leerlingen, en organiseert elk voorjaar een gala met een veiling. Twee jaar geleden was ik erbij, het thema was Rock Star en een van de eerste medewerkers van Google kwam bij me aan tafel zitten na zijn optreden in de gelegenheidsband Parental Indiscretion. Weldoeners van de school, verkleed als Tina Turner of Jimmy Page, die Jump’n Jack Flashsteaks zaten te eten, boden 13.000 dollar voor Pimp My Hog (‘Rijd door de stad op je eigen customized Harley Davidson XLH1200C Sportster uit 1996’) en 20.000 dollar voor een rondleiding door de Japanse tuinen op het landgoed van Larry Ellison, de oprichter van Oracle en de bestbetaalde CEO van Amerika. Het hoogtepunt was een Mad

Men Supper Club Dinner voor zestien gasten – waarbij de deelnemers zouden worden meegenomen naar de tijd waarin de mensen hier nog in huizen van 180 vierkante meter woonden. Het diner bracht 43.000 dollar op. De nieuwste bloei van de technologieindustrie slokt nu ook het schiereiland van San Francisco op. Silicon Valley mag dan het centrum van de technologische doorbraken blijven, San Francisco is een magneet geworden voor honderden softwarestart-ups die zich bij voorkeur vestigen in het South of Market-gebied, waar Twitter zijn hoofdkwartier heeft. De helft van de start-ups lijkt te zijn opgericht door oud-Facebookers. Een veelzeggend symbool van het splijtende effect dat de tech-boom heeft in de Bay Area zijn de bedrijfsbussen die hier rondrijden. De dienstregeling daarvan wordt voor het publiek geheim gehouden. Schrijfster en milieuactiviste Rebecca Solnit, die al dertig jaar in San Francisco woont, schreef onlangs in The London Review of Books: ‘Soms lijkt de Googlebus net een van de twee gezichten van de Januskop die het kapitalisme is. Deze bus vervoert de mensen die te kostbaar zijn om gebruik te maken van het openbaar vervoer of om zelf een auto te besturen. Naast de Google-bushalte op Cesar Chavez Street staan immigranten uit Latijns-Amerika te wachten tot bazen uit de bouwwereld ze komen oppikken, of tot ze door de overheid gearresteerd en het land uitgezet worden.’ Rond shuttlehaltes verschijnen nu de meest trendy

Weldoeners van de school die Jump’n Jack Flash-steaks zaten te eten, boden 13.000 dollar voor Pimp My Hog

pagina 14 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

DOS_Sillicon Valley.indd 14

13-08-13 17:19


dossier

silicon valley

Digitale netwerken zouden ons ‘collectieve IQ’ enorm verhogen

Pr-man Regis McKenna drinkt op zijn veranda een glas wijn met Apple-man Steve Jobs (rechts). McKenna werkte o.a. mee aan de eerste lancering van de Macintosh. 1978. – © Roger Ressmeyer / Corbis

restaurants van de stad; de huren stijgen er nog sneller dan in de rest van San Francisco en zijn soms in het afgelopen jaar zelfs verdubbeld.

Hippe lading

De bussen brengen hun hippe lading zuidwaarts naar de ‘campussen’ – van Google, Facebook, Apple en andere bedrijven – die zijn ontworpen zijn om een complete gemeenschap te vormen, niet alleen maar een plek om te werken. Het terrein van Google in Mountain View – in mijn jeugd een arbeidersstadje – is geheel gemodelleerd naar het frisbeegevoel van Stanford University, de broedplaats van Silicon Valley, waar de oprichters van het bedrijf elkaar als eerstejaars hebben ontmoet. Overal op de campus kun je een veelkleurige Google-fiets oppikken en die ook weer ergens achterlaten, zodat een andere medewerker

hem kan gebruiken. Bij een oplaadstation staan elektrische auto’s klaar voor medewerkers die een boodschap willen doen. De gebouwen van Facebook in Menlo Park, tussen Highway 101 en de zoutmoerassen langs de Bay, staan rond een ‘stadsplein’ met op het betonnen oppervlak het woord ‘HACK’ geschilderd in zulke grote letters dat ze vanuit de lucht zichtbaar zijn. Bij Facebook kunnen de medewerkers sushi of burrito’s eten, gewichtheffen, hun haar laten knippen, hun kleding laten stomen en naar de tandarts gaan, zonder hun werkplek te hoeven verlaten. Apple maakt ondertussen plannen om bijna vijf miljard dollar uit te geven aan de bouw van een reusachtig, ondoordringbaar omheind hoofdkwartier midden in een park dat officieel deel uitmaakt van Cupertino. Deze bedrijfsgebouwen zijn zo naar binnen gericht dat de mensen die er werken geen enkel contact hebben met de gemeen-

schap om hen heen. Designrecensent Alexandra Lange schrijft in haar onlangs verschenen e-book The DotCom City: Silicon Valley Urbanism: ‘Hoe meer de technologiebedrijven in Silicon Valley een stedelijk model omarmen, des te moeilijker het voor ze wordt om uit te leggen waarom ze zich zo moeten afzonderen. Mensen die geen naamplaatje dragen zijn meer dan alleen een veiligheidsrisico.’

Cognitieve dissonantie

Deze ‘schitterende afzondering’ van de tech-industrie leidt tot cognitieve dissonantie. In Silicon Valley is de algemene overtuiging dat de techindustrie een hoger en democratischer ideaal dient dan alleen maar het tevreden stellen van bepaalde doelgroepen. De informatierevolutie (die uitdrukking alleen al verraadt een gevoel van ‘anders zijn’) is ontstaan uit de

De Google-bus vervoert mensen die te kostbaar zijn om gebruik te maken van het openbaar vervoer of om zelf een auto te besturen

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 15

DOS_Sillicon Valley.indd 15

13-08-13 17:19


dossier

silicon valley

‘Ze denken echt dat Facebook de oplossing zal zijn voor allerlei wereldproblemen. Dat is geen cynisme – het is arrogantie en onwetendheid’

tegencultuur van de jaren zestig en zeventig in de Bay Area, onder invloed van de hobbyisten die de Homebrew Computer Club vormden en van idealistische technici als Douglas Engelbart. Deze laatste was een van de ontwikkelaars van het hypertext-concept en beweerde dat digitale netwerken ons ‘collectieve IQ’ enorm zouden verhogen. Bij Apple werd de personal computer vanaf het allereerste begin gezien als een instrument voor persoonlijke bevrijding. Met de komst van social media op internet riep de digitale technologie zichzelf uit tot een macht die de wereld zou verbeteren. Het motto Change the world duikt even vaak op in de gesprekken en businessplannen van Silicon Valley als de termen early stage investment en beta tests. Als financiers zeggen dat zij Gods werk doen door goedkope leningen te verschaffen, en als mensen in de oliebusiness zichzelf patriot noemen, omdat ze het land energieonafhankelijk maken, neemt niemand ze al te serieus – iedereen weet dat het ze om de winst te doen is. Maar wanneer technologie-

Joe Green was een van de weinige huisgenoten van Zuckerberg die niet meedeed met Facebook. Jarenlang probeerde hij zijn vriend vergeefs warm te krijgen voor de politiek, dit jaar richtten ze samen FWD.us, een lobbygroep ter bevordering van o.a. immigratie en onderwijs. – © David Paul Morris / Getty Images

ondernemers hun verheven doelen beschrijven, is er niemand die grijnst of knipoogt. ‘Ze vinden bijna allemaal dat ze hun maatschappelijke verantwoordelijkheid vervullen met hun bedrijf, niet via maatschappelijke of politieke actie’, zegt een jonge ondernemer over zijn collega’s. ‘En het komt ze wel heel goed uit dat ze die doelen kunnen bereiken door gewoon aan hun start-up te werken.’ Hij voegt eraan toe: ‘Ze denken echt dat Facebook de oplossing zal zijn voor allerlei wereldproblemen. Dat is geen cynisme – het is arrogantie en onwetendheid.’

Meer impact

Een paar jaar geleden bracht Barack Obama een bezoek aan een ‘campus’ in Silicon Valley, en bij die gelegenheid zei een medewerker van het bedrijf tegen een collega dat hij niet van plan was zijn werk te laten liggen om naar de president te gaan luisteren. Want, zo verklaarde hij: ‘Ik heb meer impact dan wie ook in de regering ooit kan hebben.’ Google begon in 2006 met zijn goededoelenpoot, Google.org, maar andere tech-giganten volgden dat voorbeeld niet. Bij onder andere Facebook heerste de gedachte dat ze door de wereld opener en verbondener te maken, veel meer goed deden dan door een of ander liefdadig doel te steunen. Twee sleutelwoorden in het jargon van de sector zijn ‘schaalbaar’ en ‘impactvol’ – snelle groei en de verheffing der mensheid worden gezien als een en hetzelfde. Bij Facebook hangen posters aan de muren met Move fast and break things [Beweeg snel en maak brokken]. Men ziet de overheid als een log apparaat, bemand door middelmatig personeel, een en al achterhaalde regels en inefficiënte methoden. Reid Hoffman, medeoprichter van het netwerk voor professionals LinkedIn en investeerder in tientallen Silicon Valley-bedrijven, zei tegen me: ‘Als je in een bedrijf investeert, wil je zo om de drie tot twaalf maanden een mijlpaal hebben om te weten of je vooruit-

gang boekt. Bij de overheid duurt alleen al het inkoopproces langer dan een jaar!’ Joshua Cohen, politiek filosoof op Stanford en redacteur van The Boston Review, beschreef een gesprek met John Hennessy, de rector van Stanford, die nauwe financiële en professionele banden heeft met Silicon Valley. ‘Hij had het erover hoe incompetent de mensen bij de overheid zijn’, vertelt Cohen. ‘Ik zei: “Als je ze dan zo incompetent vindt, waarom zeg je dan niet tegen je studenten dat ze bij de overheid moeten gaan werken?” Maar dat vond hij een belachelijk idee.’ In 2008 zei Mark Zuckerberg in een interview dat jonge Libanese moslims die anders misschien extremist zouden zijn geworden, een bredere kijk kregen toen ze op Facebook terechtkwamen en daar vrienden maakten ‘die in Europa waren geweest’. Met andere woorden: het sociale netwerk kon het probleem van het terrorisme helpen oplossen. ‘Het komt niet voort uit diepe haat bij mensen’, was Zuckerbergs argument. ‘Het komt door gebrek aan verbinding, aan communicatie, aan invoelend vermogen en begrip.’ Tot nu toe was nog niet één Amerikaanse regering erin geslaagd het Israëlisch-Palestijnse conflict op te lossen. Dus misschien was het antwoord wel: zo veel mogelijk mensen op Facebook krijgen. De tegenstrijdige eisen die Silicon Valley zichzelf stelt – arbeidsethos en statusbewustzijn, idealisme en hebzucht – kwamen mooi samen in een advertentie voor de University of San Francisco die ik zag op een halte van een openbare buslijn aan Market Street: ‘Word megasuccesvol, maar niet een eikel die niemand mag. Verander de wereld van hieruit.’

Zonder vuile handen

Door zich af te zonderen van de gemeenschap waarin ze gevestigd is, heeft de technologie-industrie de Bay Area veranderd, zonder er zelf door te veranderen – zonder vuile handen te maken, zou je kunnen zeggen. Al zolang Silicon Valley bestaat, hebben de leiders van de sector zich vanuit een soort ‘vrije geest’ verre gehouden van politiek en overheid. Volgens Reid Hoffman is de gedachtegang: ‘Kijk eens wat ik kan doen als individu – dat zou iedereen moeten kunnen. Als ik met een klein beetje investeren een multimiljardenbedrijf kan opbouwen, waarom zou de hele wereld dat dan niet kunnen?’ Maar door dat adagium Change the world zijn sommige topmannen in Silicon Valley de laatste tijd gaan geloven dat de waarden en ideeën die ten grondslag liggen aan hun eigen

succes kunnen worden geüpload naar het publieke domein. Toen Zuckerberg in 2004 Facebook bedacht, was hij tweedejaars op Harvard. Het grootste deel van zijn huisgenoten deed met hem mee, maar Joe Green niet. Zuckerberg en Green, die beiden lid waren van de Joodse studentenvereniging op Harvard, hadden eerder samen Facemash opgezet, een site waarop Harvard-studenten hun klasgenoten konden beoordelen op aantrekkelijkheid. Vanwege die site moesten ze allebei voor de tuchtraad van de universiteit verschijnen, en de vader van Green, die hoogleraar wiskunde was aan de Universiteit van Californië, was daar niet blij mee. Green zelf vond technologie eigenlijk ook al niet echt iets voor hem – hij voelde meer voor politiek. Op de Santa Monica High School had hij de leerlingenzetel in de schoolraad bemachtigd en een campagne voor verhoging van het minimumloon georganiseerd. Op Harvard studeerde hij bij Marshall Ganz, de theoreticus van het maatschappelijk activisme, en voor zijn eindscriptie interviewde hij arbeiders in Louisville over hun kijk op economische kansen en de American dream. (Over het algemeen geloofden zij dat mensen in principe gelijk zijn en dat dit weerspiegeld zou moeten worden in de inkomensverdeling). In de zomer van 2003, tussen zijn tweede en derde jaar, werkte Green als vrijwilliger voor de campagne van presidentskandidaat John Kerry in Hampshire en daar

‘Word megasuccesvol, maar niet een eikel die niemand mag’ besefte hij dat het werk van een partijorganisator veel makkelijker zou worden als iedereen op Friendster zou zitten – een vroeg en tot ondergang gedoemd sociaal netwerk waar hij lid van was. Bij zijn terugkeer op Harvard drong hij er bij Zuckerberg op aan dat die zijn programmeertalent zou gebruiken om een politiek sociaal netwerk te bouwen. Maar Zuckerberg was

pagina 16 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

DOS_Sillicon Valley.indd 16

13-08-13 17:19


dossier

silicon valley

De kreet op de poster aan de muur van dit Facebook-kantoor (‘Gedaan is beter dan perfect’) is typerend voor de overtuiging dat snelle groei en verheffing van de mens samengaan. – © Robyn Beck / AFP

meer geïnteresseerd in het opzetten van een bedrijf. Hij had een idee voor een sociaal netwerk van studenten. ‘Geen Zuckerberg-projecten meer’, waarschuwde Greens vader. En dus besloot Green om op de universiteit te blijven en niet naar Silicon Valley te verhuizen met Zuckerberg en zijn andere klasgenoten. De zomer daarop, terwijl Facebook in wording was, ging hij werken als campagnemedewerker voor John Kerry in Arizona en Nevada. Nog jarenlang plaagde Zuckerberg hem daarmee: in plaats van miljoenen dollars te verdienen, verloor hij twee staten voor Kerry. In een ander tijdperk zou Green misschien zijn doorgestroomd naar een redacteurschap bij The Nation [het tijdschrift dat zichzelf ziet als het ‘vlaggenschip van links’] of naar een baan op Capitol Hill. Maar hij ging na zijn afstuderen naar het westen en zette, zonder enige programmeerervaring, twee tech-bedrijven op. Met Silicon Valley-ondernemer Sean Parker lanceerde hij in 2007 Causes, een Face-

book-applicatie waarmee belangengroepen en non-profitorganisaties geld konden inzamelen. Vorig jaar werd Green bestuursvoorzitter van NationBuilder, een softwareplatform dat digitale tools biedt voor politieke campagnes en maatschappelijke organisaties. Green was beter in het opstarten dan in het leiden van een bedrijf, en bij beide organisaties werd hij uiteindelijk uit het bestuur gezet; bij het laatste bedrijf gebeurde dat in februari van dit jaar. (Volgens Green zelf vertrok hij beide keren vrijwillig.) Ondertussen bleef hij proberen zijn ex-kamergenoot warm te maken voor de politiek, maar Zuckerberg had lange tijd enkel belangstelling voor zijn eigen bedrijf. ‘Als mensen in de tech-wereld praten over de reden waarom ze hun bedrijf zijn begonnen, hebben ze het vaak over het veranderen van de wereld’, zei Green. ‘Dat menen ze echt, denk ik. Aan de andere kant: deze mensen zijn totaal niet aangesloten bij de politiek. De basiswerkwijze van politiek en die van de tech-wereld zijn totaal verschil-

lend.’ Terwijl politiek meebeweegt en ondoorzichtig is, gebaseerd op hiërarchie en onderlinge afspraken, zo betoogde Green, is technologie empirisch en vaak transparant, gedreven door harde informatie.

Liefdadigheid

In 2010, vlak voor de film The Social Network in première zou gaan, die een onflatteus licht wierp op het ontstaan van Facebook, kondigde Zuckerberg aan dat hij honderd miljoen dollar zou besteden aan het openbaar onderwijs in Newark – zijn eerste zichtbare uitstapje naar liefdadigheid. Het geld was bedoeld om bestuurlijke verbeteringen aan te brengen in het onderwijs, zoals een beter salaris voor leerkrachten. Green vond dat Zuckerberg wel erg veel geld uitgaf om de regels in één middelgroot stedelijk schooldistrict te veranderen. Dat geld had hij ook, en waarschijnlijk effectiever, aan de politiek kunnen besteden. Onlangs had ik een ontmoeting met

Marc Andreessen, partner van Andreessen Horowitz, een van de machtigste investeringsmaatschappijen van Silicon Valley. Zijn kantoor, in een idyllisch getto van gelijksoortige bedrijven aan Sandhill Road in Menlo Park, was duidelijk geïnspireerd op het decor van Mad Men [de Amerikaanse hitserie over het reilen en zeilen van een reclamebureau op Madison Avenue in de jaren zestig]: schilderijen van Robert Rauschenberg en andere Amerikaanse schilders uit de jaren zestig, een buffet waarop flessen dure whisky stonden uitgestald. Op zijn bureau stond de platenspeler die het kantoor van Pete Campbell [een van de hoofdrolspelers uit Mad Men] opluisterde in de eerste drie seizoenen van de serie. Andreessen is een grote kale man uit Wisconsin, die snel en zonder omwegen praat. In

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 17

DOS_Sillicon Valley.indd 17

13-08-13 17:20


dossier

silicon valley

‘Afzijdigheid is theoretisch een betrekkelijk elegante oplossing’

2008 steunde hij Obama, maar hij stapte vorig jaar over naar Mitt Romney omdat hij, zo zei hij tegen mij, vond dat Romney een geweldige leider was. Andreessen beschreef me de verschillende houdingen die de industrie in de loop der jaren heeft ingenomen als het ging om politiek engagement. De eerste, die vooral de overhand had in de jaren zeventig en tachtig, was: ‘Laat ons nou maar met rust, laat ons gewoon ons ding doen.’ T.J. Rodgers, de oprichter van Cypress Semiconductor, vond dat iedereen die betrokken raakte bij de politiek een grote fout maakte. En hij waarschuwde: ‘Als je je met die mensen inlaat, kruipen ze alleen maar in je kont.’ De afzijdigheid van de Valley – die daarmee negeert dat de overheid een belangrijke rol heeft als verstrekker van geld voor onderzoek – is eerder instinctief dan een bewuste keus. Andreessen: ‘Het kan zomaar gebeuren dat er hier iemand opduikt – een vierentwintigjarige ontwikkelaar die geweldig goed bedrijven kan opzetten en producten kan ontwikkelen, maar geen flauw benul heeft van politiek, maatschappelijke kwesties of de geschiedenis. Als de overheid op het toneel verschijnt, is dat slecht nieuws. Dan zeggen ze: “O, hemel, wat is de overheid slecht, ik heb nooit geweten hóé slecht de overheid was, we moeten ertegen vechten.”’

A-politieke houding

Zelf was Andreessen vroeger ook zo. In 1993, hij was toen 21, was hij medeontwikkelaar van Mosaic, de eerste populaire webbrowser. Nadat het bedrijf dat hij had opgericht, Netscape, zijn Navigator had gelanceerd, eiste de Amerikaanse overheid dat de encryptiecode daarvan – die zo sterk was dat de Amerikaanse inlichtingendienst hem niet kon breken – zwakker werd gemaakt bij versies die naar het buitenland werden verkocht, zodat terroristen en andere criminelen niet de

versleuteling van Netscape konden gebruiken. Deze eis betekende dat het bedrijf een ander product moest ontwikkelen voor de export. Andreessens partner Ben Horowitz, die aan het hoofd stond van de productafdeling van Netscape, zei daarover: ‘Het is niet te beschrijven hoe rampzalig we dat vonden. We waren totaal verbijsterd.’ Later, nadat andere technologieonder-

nemers geheime briefings hadden gekregen over de manier waarop terroristen te werk gaan, beseften Andreessen en hij dat de overheid wel enigszins gelijk had. ‘Misschien begrepen zij niet helemaal wat het allemaal betekende’, zegt Horowitz. ‘Maar wij snapten hun werk ook niet.’ Uiteindelijk kreeg de industrie haar zin en trok de overheid, die niet wilde dat buiten-

landse concurrenten het zouden winnen van Amerikaanse bedrijven, haar verzoek in. Horowitz – de zoon van David Horowitz, de radicale polemist die conservatief is geworden – schreef de a-politieke houding van Silicon Valley toe aan de ingenieursmentaliteit. ‘Afzijdigheid is theoretisch een betrekkelijk elegante oplossing’, zegt hij. ‘Mensen hier hou-

pagina 18 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

DOS_Sillicon Valley.indd 18

13-08-13 17:20


dossier

silicon valley

den daarvan – ze zoeken elegantie. De meeste mensen hier zijn tamelijk a-politiek en weten niet al te veel over hoe die grote, gecompliceerde systemen zoals samenlevingen werken. Hun afzijdige houding heeft veel van de valse positieven die het communisme in ook zich had – in die zin dat het een erg simpel antwoord is, dat alles oplost.’ Het intellectuele voorbeeld is niet de strenge Ayn Rand, maar filosofen en goeroes uit de Bay Area zelf, die denken dat onbeperkte vooruitgang bereikt kan worden via technologie. Stewart Brand, nu 74 jaar, heeft de term ‘personal computer’ populair gemaakt en maakte van ‘hacker’ het technologie-equivalent van ‘vrijheidsstrijder’. Zijn Whole Earth Catalogue, een wegwijzer vol informatie over allerlei hippieproducten, gegenereerd door zijn gebruikers, wordt nu beschouwd als een analoge voorloper van het web en prijkt nog op menig bureau bij Facebook. In de afgelopen pakweg vijftien jaar, legt Andreessen uit, is die afzijdige houding van Silicon Valley veranderd naarmate de sector groter werd en zijn activiteiten vaker in botsing kwamen met regelgeving. De topmannen van de technologiesector gingen beseffen dat Washington soms nuttig voor ze kon zijn. ‘Een paar zeer vooraanstaande mensen uit de Valley ging zich bezighouden met politiek, maar in de ogen van velen puur uit eigenbelang. De onderwerpen waarvoor deze tech-topmannen in eerste instantie opkwamen waren aandelenopties, subsidies en belastingvoordelen. Ze bezorgden de Valley een slechte naam in Washington – het beeld dat de Valley gewoon een van de vele belangengroepen was.’

Obama dineert met een tiental leiders van de Amerikaanse technologie-industrie, onder wie Zuckerberg en Jobs, om hun steun te winnen voor zijn onderwijs- en innovatiebeleid, 2011. – © Pete Souza / Reuters

tot onbelangrijke kwesties. John Chambers van Cisco bleef maar aandringen op vrijstelling van belasting op in het buitenland gemaakte winsten die in de Verenigde Staten opnieuw werden geïnvesteerd. Terwijl Chambers tijdens de linzensalade met kabeljauw op Obama zat in te praten, wendde Mark Zuckerberg zich, volgens de Steve Jobs-biografie van Walter Isaacson, tot Obama’s adviseur Valerie Jarrett en fluisterde: ‘We zouden het moeten

‘We zouden het moeten hebben over wat goed is voor het land. Waarom heeft hij het alleen maar over wat goed is voor hem?’

Diner met Obama

Begin 2001 waren Zuckerberg, Steve Jobs en andere Silicon Valley-magnaten aanwezig bij een diner met president Obama in Woodside, bij John Doerr thuis, een durfkapitalist die banden heeft met de Democratische Partij. Het gesprek ging niet over onderwerpen van algemeen belang, de tech-topmannen beperkten zich

hebben over wat goed is voor het land. Waarom heeft hij het alleen maar over wat goed is voor hem?’ Toen Steve Jobs aan de beurt was, vroeg die om meer H-1B-visa voor buitenlandse studenten die naar de VS komen om een technische studie te volgen – een langgekoesterde wens in Silicon Valley. Obama antwoordde dat dit onderwerp niet los gezien kon worden van bredere

immigratiehervormingen, zoals de mogelijkheid om kinderen te legaliseren die illegaal met hun ouders het land waren binnengekomen.

Eigen agenda

Na afloop van de bijeenkomst was Zuckerberg onder de indruk van Obama, maar zwaar teleurgesteld in zijn eigen bedrijfstak. De meest dynamische sector van de Amerikaanse economie keek niet verder dan zijn eigen agenda. Zuckerberg besprak zijn bezorgdheid hierover met Green, die zei dat de grootste uitdaging van het land was om meer Amerikanen te laten profiteren van het informatietijdperk. Nu zo veel banen werden weggeautomatiseerd en steeds meer rijkdom in steeds minder handen terechtkwam, raakte dat idee verder en verder uit beeld. Silicon Valley holde vooruit naar de toekomst, maar de mensen in Louisville die Green had geïnterviewd, werden gemarginaliseerd. Om daar verandering in te brengen waren de kennis, de tijd en het geld van de technologietop nodig. ‘Hoe krijgen we Amerika de kenniseconomie in?’ vroeg Green aan mij. ‘En hoe kunnen we zorgen dat de kennisgemeenschap een boodschap heeft die over de toekomst gaat en niet zelfzuchtig is? Als we deze gemeenschap organiseren, zou dat een van de grootste

krachten in de politiek kunnen worden.’ Hij liet het idee van onbaatzuchtigheid varen. ‘Ik denk dat ons eigenbelang in feite samenvalt met het bredere belang: werkgelegenheid en economische groei.’ Eerder dit jaar ging Zuckerberg een middag per week lesgeven in ondernemerschap op een middelbare school in een arme wijk vlakbij het hoofdkantoor van Facebook. Hij vroeg de leerlingen naar hun verdere studieplannen. Een van hen vertelde dat hij misschien niet naar de universiteit kon omdat zijn ouders en hij vanuit Mexico illegaal het land waren binnengekomen toen hij nog een baby was. Dit verhaal bleef Zuckerberg bij. Na het verlies van de Republikeinen bij de verkiezingen van 2012 leek een veelomvattende hervorming van het immigratiebeleid – waaronder meer H-1B-visa – opeens haalbaar in Washington. Dit leek ook de meest kansrijke kwestie voor de top van de tech-wereld om zich sterk voor te maken – waarbij eigenbelang samenviel met het bredere belang. Zuckerberg en Green benaderden topmensen uit Silicon Valley over het opzetten van een politieke belangengroep: Andreessen, Horowitz, Reid Hoffman, Marissa Mayer van Yahoo, Eric Schmidt van Google en nog zeker dertig anderen. De belangstelling was groot, alsof ze allemaal op iets derge-

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 19

DOS_Sillicon Valley.indd 19

13-08-13 17:20


dossier

silicon valley

Deze bewoonster van Palo Alto moest regelmatig verhuizen vanwege stijgende huurprijzen. Sinds de enorme groei van technologische bedrijven de afgelopen decennia is Silicon Valley nu een van de meest ongelijke plekken van Amerika geworden. – © Jim Wilson / The New York Times

Tien jaar lang had hij geprobeerd Zuckerberg ervan te overtuigen dat politiek belangrijk is, en nu is het eindelijk gelukt

lijks hadden zitten wachten. Al sloten Andreessen en Horowitz zich niet bij het project aan, toch vond Andreessen dat dit een teken was dat ‘de bedrijfstak volwassen werd en zich op een hoger niveau ging bezighouden met de politiek – diepgaander, met meer oog voor de lange termijn en, om eerlijk te zijn, met meer geld.’ Hoffman, die denkt dat hervormingen in het immigratiebeleid onrechtvaardigheid zullen wegnemen en nieuwe

banen zullen scheppen op alle niveaus, van softwarebouwers tot stomerijen, zei tegen Zuckerberg: ‘Normaal gesproken zou Silicon Valley zich richten op visa voor de hoogst opgeleiden en zeggen: de rest is niet ons probleem.’ ‘Ja’, zei Zuckerberg. ‘Maar dan is er ook nog het morele aspect. We kunnen net zo goed voor het geheel gaan.’ ‘Oké, goed’, zei Hoffman. ‘Ik doe mee.’ Eerder dit jaar heeft Green een vijftien pagina’s tellend plan geschreven – dat vervolgens naar Politico werd gelekt – waarin het meer ging over Silicon Valleys vermogen om een politieke macht te worden dan over de immigratiekwestie. In één hoofdstuk stond een lijst van verschillende redenen waarom ‘mensen uit de tech’ samen ‘een van de machtigste politieke spelers’ zouden kunnen vormen. Een van die redenen: ‘Onze stem legt veel gewicht in de schaal, omdat we zeer populair zijn onder Amerikanen.’ Dit voorjaar hielden de oprichters een diner waarbij ze geld vanuit hun persoonlijke vermogen toezegden – naar verluidt was het gezamenlijke doel vijftig miljoen

dollar. Er werd personeel aangenomen in San Francisco, en in Washington werden politieke adviseurs van beide partijen aangetrokken. Een middag, een maand geleden. Green zit op het zonnige dakterras van het huis van een vriend in Pacific Heights, ten zuiden van de Presidio, met uitzicht over de Golden Gate Bridge en de Marin Hills. Hij is blootsvoets, draagt een spijkerbroek en een rood T-shirt, zijn linkerbeen ligt op een decoratieve stenen vaas, in het gips (gebroken bij het skiën). Een jonge assistent die Manny heet, brengt water en walnoten. Greens kroeshaar wappert in de wind die van de oceaan komt, terwijl hij in de weer is met zijn telefoon en zijn MacBook Air waarop een sticker is geplakt met de tekst The Dream Is Now. De volgende ochtend zal in The Washington Post een ingezonden stuk van Zuckerberg verschijnen, waarin de oprichting van een nieuwe groep in Silicon Valley wordt aangekondigd: FWD.us. ‘Ik ben voorzitter van de organisatie’, zegt Green. ‘Er komt zelfs een echt kantoor.’ Hij is terug bij zijn eerste

passie: politieke organisatie. Op zijn brede, stoppelige gezicht verschijnt een brede lach: tien jaar lang had hij geprobeerd Zuckerberg ervan te overtuigen dat politiek belangrijk is, en nu is het eindelijk gelukt. Eén vraag die de tech-wereld zich zou moeten stellen, misschien wel de belangrijkste vraag, is deze: waarom is, in al die tientallen jaren sinds de opkomst van de personal computer en internet, de Amerikaanse economie maar zo langzaam gegroeid, zijn de lonen niet gestegen, is de middenklasse uitgehold en is de ongelijkheid veel groter geworden? Hoe komt het dat een revolutie die van even groot historisch belang wordt geacht als de industriële revolutie, samenvalt met een periode van economische terugval? Ik heb die vraag op verschillende manieren voorgelegd aan iedereen die ik heb gesproken in de Bay Area.

De wereld daarbuiten

De antwoorden gaven een goede indicatie van de manier waarop mensen uit de technologiesector denken over de wereld daarbuiten. De meesten hadden nog nauwelijks over dit onderwerp nagedacht. Eén jonge technicus vroeg zich af of het wel waar was. Een ander zei dat het probleem zat in het tekort aan goed opgeleide softwareontwikkelaars. Een derde merkte op dat nadruk binnen de technologiesector verschuift van ontwikkelaars naar ontwerpers en beweerde dat dit voor nieuwe banen kon zorgen. Sam Lessin, hoofd van de afdeling die zich bezighoudt met de

pagina 20 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

DOS_Sillicon Valley.indd 20

13-08-13 17:20


dossier

silicon valley

Mensen in Silicon Valley krijgen een erg ongemakkelijk gevoel als je ze vraagt naar het gebrek aan diversiteit in ras en sekse bij tech-bedrijven

Facebook-tijdlijn, brengt te berde dat traditionele ideeën over rijkdom in het tijdperk van de sociale media niet langer gelden. Hij zegt: ‘Naarmate de communicatietechnologie minder duur wordt en mensen efficiënter vermaak kunnen vinden, contact met elkaar kunnen onderhouden en dingen voor elkaar kunnen doen, zal het aandeel van geld in de economie afnemen. Sommige mensen zullen liever sociaal kapitaal willen opbouwen dan financieel kapitaal. Als ze mogen kiezen tussen een extra uur of een extra dollar, zullen ze ervoor kiezen om meer tijd met vrienden door te brengen. Misschien groeit het bruto nationaal product in bredere zin wel heel snel – en meten we het gewoon niet op de juiste manier.’ We spreken elkaar in een vergaderkamer bij Facebook. Aan de muur hangen posters met Stay focussed & keep shipping [‘Blijf je concentreren en nieuwe dingen lanceren’] en What would you do if you weren’t afraid? [‘Wat zou je doen als je niet bang was?’]. Lessin, in groen T-shirt en spijkerbroek en een honkbalpet met /lessin erop, praat heel snel, terwijl hij ondertussen een grafiek tekent – eerst op een servetje, daarna op een whiteboard – waarin de vectoren van technologie, sociaal kapitaal en geld worden weergegeven. Technologie stijgt het snelst, op de voet gevolgd door sociaal kapitaal, en geld blijft achter. Lessin was op Harvard een jaargenoot van Zuckerberg. Zijn vader was een vooraanstaand investeringsbankier en Lessin groeide op in een buitenwijk in New Jersey. Daar werd zijn beeld van de volwassen buitenwereld bepaald door de serie Seinfeld. Zo kwam hij ertoe het ‘Kramer-principe’ te formuleren: bijna alle ergernissen waar die show zijn grappen uit putte – verspilling van tijd door het zoeken naar je vrienden en al dat andere inefficiënte gedoe dat in de serie tot hilarische misverstanden leid-

de – zijn volgens hem nu ‘min of meer weggewerkt’. Hij zegt: ‘Die problemen zijn nu bijna allemaal opgelost, dankzij smartphones, GPS, navigatiesystemen, sms’en, messaging. Dat maakt een enorm verschil. Het biedt nieuwe kansen, zorgt dat mensen efficiënter kunnen omgaan met hun tijd en daardoor in feite langer leven, weet je, en gelukkiger zijn.’ Lessin kan onmogelijk geloven dat het leven van mensen sinds de dagen van Seinfeld niet verbeterd is dankzij technologie.

Kritiek

Niet iedereen in Silicon Valley ziet het zo rooskleurig. Politiek filosoof Joshua Cohen richtte op Stanford het Program on Global Justice op, waarmee hij onderzoek deed naar mogelijkheden om de productieketens van internationale bedrijven te verbeteren, via eerlijk loon, betere arbeidsomstandigheden en het recht van arbeiders om zich te verenigen. Sinds 2011 doceert Cohen ook parttime aan de Apple University, vlakbij het Apple-hoofdkwartier, waar de managers van het bedrijf les krijgen over bedrijfscultuur en aanverwante onderwerpen. Volgens het boek Inside Apple van Adam Lashinksy ging één zo’n cursus over de val van supermarktketen A&P, als voorbeeld van wat er kan gebeuren met een bedrijf dat ooit de grootste was op zijn terrein. De klaslokalen, die even strak wit zijn als de gadgets van het bedrijf, en uitgerust zijn met enorme zwarte schermen, hebben namen die de hele canon van de sociale wetenschappen en de hippe literatuur bestrijken: Margaret Mead, Tocqueville, Kerouac, Pirsig. In zijn kantoor levert Cohen vrijuit kritiek op het gemak waarmee de technologiesector ervan uitgaat dat haar producten de wereld zullen veranderen. ‘Al die kletskoek, die idiote overtuiging daar dat als iets nieuw is en anders, het wel goed moet zijn, en dat er een nieuwe manier moet zijn om problemen op te lossen die de oude beperkingen omzeilt, de belemmerin-

Sheryl Sandberg, ‘chief operating officer’ bij Facebook Inc. (in het midden) poseert na met studenten uit Seoul waar ze is om haar boek te promoten: Lean In: Women, Work, and the Will to Lead. – © Woohae Cho / Getty Images

gen uit de weg ruimt. En dat met een air van “Wij zijn slimmer dan alle anderen.” Totale onzin!’ Maar als Apple ter sprake komt, wil hij per se niet over het bedrijf geciteerd worden, zelfs de namen en onderwerpen van de cursussen die hij er geeft, mogen niet genoemd worden. Als ik hem vraag hoe hij denkt over de relatie tussen de informatierevolutie en sociale ongelijkheid, aarzelt hij. Hij begint te antwoorden, en aarzelt weer: ‘Eh... daar heb ik niet echt een mening over. Had ik die maar.’ Dat klinkt eigenaardig. Cohen, expert op het gebied van democratie en recht, was eind jaren negentig medeauteur van een boek met de titel The New Inequality, nog voordat dit een populair issue werd. Hij heeft bovendien vele pagina’s van The Boston Review aan het onderwerp gewijd. Ik had eigenlijk gedacht dat zijn positie aan de Apple University hem de volmaakte gelegenheid zou bieden om juist over dit probleem na te denken. Achteraf vraag ik me af of ik Cohen met mijn vraag in verlegenheid heb gebracht. Per slot van rekening was Steve Jobs degene die tegen president Obama had gezegd dat de productiebanen van Apple niet terug zouden komen uit China. Het standpunt van Apple over dit soort kwesties werd vorig jaar verwoord door een topmanager die zei: ‘Wij hoeven de problemen van Amerika niet op te lossen. Wij moeten alleen maar het best mogelijke product maken.’

Meritocratie

Een van dingen die Silicon Valley ervan weerhoudt na te denken over de omstandigheden in de rest van het

land, is het feit dat de tech-wereld gelooft dat men er een meritocratie vormt. ‘Men heeft niet de ambitie om een meritocratie te worden, maar ziet zichzelf al als meritocratie’, zegt Mitch Kapor, die begin jaren tachtig softwarebedrijf Lotus oprichtte. Vanuit dat standpunt, legt hij uit, zijn degenen die hier geslaagd zijn de besten en de slimsten. Kapor en zijn vrouw Freada beheren nu in Oakland een stichting die de voordelen van technologie rechtvaardiger wil verdelen. Volgens Kapor krijgen mensen in Silicon Valley een erg ongemakkelijk gevoel als je ze vraagt naar het gebrek aan diversiteit in ras en sekse bij tech-bedrijven. Zo is bijvoorbeeld maar 8 procent van de tech-start-ups die gesteund worden door durfkapitaal, eigendom van een vrouw. En in een regio waar Spaanstaligen bijna een kwart van de werkende bevolking uitmaken, vormen deze minder dan 5 procent van de medewerkers bij grote tech-bedrijven – het percentage Spaanstaligen en zwarten neemt zelfs nog af. Mensen in Silicon Valley zijn waarschijnlijk de enige Amerikanen die er niet graag voor uitkomen dat ze van nederige komaf zijn. Volgens Kapor zouden ze dan namelijk moeten toegeven dat iemand ze op weg heeft geholpen, en dat druist in tegen het zelfbeeld van de Valley. Een jonge start-upondernemer beweerde dat iemands ras, sekse of afkomst ‘er gewoon niet toe doet hier’. ‘Niet positief of negatief. Wat hier cool is, is veel geld hebben – iedereen weet dat je veel geld hebt, maar je loopt er niet mee te koop. Geld is de maat waarmee mensen succes bekijken en beoordelen, maar anders dan in

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 21

DOS_Sillicon Valley.indd 21

13-08-13 17:20


dossier

silicon valley

Een Facebook-medewerker loopt voorbij een wand met lekkernijen die het bedrijf zijn medewerkers gratis aanbiedt. De gebouwen rond Menlo Park zijn erop gericht dat het personeel het werkterrein niet hoeft te verlaten. – © Robyn Beck / ANP

Hollywood of New York moet je heel goed opletten hoe je dat geld uitgeeft.’ Status krijg je in Silicon Valley door een spijkerbroek te dragen, in een Tesla te rijden en achteloos te laten vallen dat je in 2005 bij Facebook bent aangenomen en in 2008 in Twitter hebt geïnvesteerd. Maar nu de rijkdom tot spectaculaire hoogten stijgt, begint deze bestudeerde soberheid het af te leggen tegen het vertoon van decadentie van de durfkapitalisten. Afgelopen juni gaf David Sacks, een vroegere topman van PayPal die daarna Yammer, het sociale netwerk voor bedrijven, heeft opgericht, een feestje voor zijn veertigste verjaardag. De locatie was een chateau in Los Angeles, en het hele evenement heeft volgens de geruchten 1,4 miljoen dollar gekost. Het thema was Let Him Eat Cake, de kledingstijl was ‘Louis XVI’ en de muziek werd verzorgd door Snoop Dogg. (Sacks vergat even wat voor wereld hij en zijn vrienden hebben geschapen en verzocht zijn honderden gasten om hierover niets op de sociale

Het is een kloof tussen mensen die naar binnen gericht zijn en mensen die naar buiten kijken

media te melden. De eerste foto van het feest werd op Twitter gezet door Snoop.) Kort na zijn verjaardagspartijtje verkocht Sacks Yammer aan Microsoft en kocht hij een opknappertje van twintig miljoen dollar in Pacific Heights. Toen ik hem twee jaar geleden interviewde, zei Sacks: ‘Bij het geloof in kapitalisme hoort dat je je niet schuldig hoeft te voelen omdat je geld wilt verdienen.’ Baas boven baas: naar verluidt geeft Sean Parker minstens negen miljoen uit voor zijn aanstaande huwelijk, in Big Sur.

Namaakgelukkig

In het ideaalbeeld van een wereld zonder fricties, waarin technologie vooruitgang en welvaart brengt, wordt gemakshalve vergeten dat bij politiek onvermijdelijk tegenstrijdige belangen horen, met winnaars en verliezers. Silicon Valley probeert zelfs zijn eigen conflict te negeren: achter de vaak vertelde verhalen van ambitie en succes ligt een wereld vol meedogenloze strijd, die meer mensen straft dan beloont. ‘Dat is een van de dingen waar niemand het over heeft in de Valley’, zegt Andreessen tegen me. Een start-up van de grond proberen te krijgen is een ‘pure verschrikking, alles werkt tegen je’. Veel jonge mensen bezwijken onder de druk. Als durfkapitalist krijgt hij drieduizend mensen per jaar te zien die hun plan komen bepleiten. Daarvan hij financiert er maar twintig. ‘Ons dagelijks werk is nee zeggen tegen ondernemers en hun droom aan diggelen

slaan’, zegt hij. Ondertussen ‘moet elke ondernemer overal en altijd beweren dat alles geweldig gaat’. ‘Op elk feestje waar je heengaat, tegen elke opdrachtgever, in elk persinterview – “O, alles is zó fantástisch!” – en van binnen wordt je ziel gewoon aan flarden gescheurd, toch? Het is alsof iedereen de hele tijd namaakgelukkig is.’ Op een dag ga ik langs bij het kantoor van een start-upbedrijf dat Delphi heet, even voorbij Google in Mountain View. Delphi maakt software waarmee gemeenten grote hoeveelheden financiële gegevens online kunnen zetten, zodat die openbaar te gebruiken zijn. Twee van de oprichters zijn Nate Levine, 22 jaar, en Zac Bookman, 33. Ze hebben net pizza besteld voor de lunch en het lijkt erop dat ze zo ongeveer in het bedrijf wonen. In een ongebruikte kamer staat een sober ijzeren stapelbed.

Gespannen omgeving

Levine, die nog bezig is met een elektronicastudie op Stanford, vertelt dat hij vroeger op de Gunn Highschool had gezeten in Palo Alto – zelf heb ik ook op die school gezeten en in 1978 eindexamen gedaan. Sindsdien is het percentage zwarte en latino-leerlingen er omlaag gegaan, zijn er meer Aziatische leerlingen gekomen en is het gemiddelde inkomen er gestegen, nu Palo Alto een van de duurste wijken van het land is geworden. Volgens Levine steken gezinnen de oceaan over om hun kinderen naar Gunn te kunnen sturen, waar de strijd om op een goed college te komen zo fel is dat leerlingen worstelen om hun cijfergemiddelde boven de 4.0 te krijgen door zo veel mogelijk extra vakken te volgen. ‘Het is een erg gespannen omgeving geworden’, zegt Levine. ‘Ik weet niet of je van de zelfmoorden hebt gehoord?’ In 2009, het jaar waarin Levine eindexamen deed, sprongen binnen enkele maanden vijf leerlingen op dezelfde spoorwegovergang in Palo Alto voor een forensentrein. Eén meisje deed dat een paar dagen voor de diplomauitreiking, vertelt Levine me, terwijl ze toegelaten was tot het college van haar keuze. Een bewaker die op die plek was geposteerd wist verscheidene andere pogingen te verijdelen. Levine beschrijft de cultuur op een school en in een gemeenschap waar hoge verwachtingen op de schouders van heel

jonge mensen drukken: ‘Ik voelde het. Als je veertien of vijftien bent, besef je dat je geacht wordt naar een goede school te gaan. En dan is er de druk vanuit Silicon Valley, die voel je ook op Stanford. Je komt er binnen als eerstejaars en dan wordt er al van je verwacht dat je een bedrijf van vijftig miljoen begint. En ik ken heel wat mensen die, om het zo te zeggen, geestelijk niet bepaald geweldig in vorm zijn.’

Eigen wereldje

Jonge mensen die naar Silicon Valley komen, zijn vaak beperkter dan mensen in andere bedrijfstakken – ze komen vaak uit een hoogopgeleid gezin en van een topuniversiteit en hebben al op heel jonge leeftijd succes. ‘Vaak zijn ze onwetend, want ze voelen geen behoefte om verder te kijken dan hun eigen wereldje. Doen ze dat wel, dan worden ze er niet voor beloond’, zegt de jonge starter. ‘Als ontwikkelaar in Silicon Valley word je niet gestimuleerd om The Economist te lezen. Het is geen onderwerp op feestjes, je vrienden zullen het er niet over hebben, je werkgever kan het niet schelen.’ Hij heeft gezien hoe vrienden van college die naar de Valley kwamen, geleidelijk aan elke belangstelling voor de grotere wereld verloren. ‘Mensen met wie ik vroeger over politiek praatte of over het beleid of over kunst, die interesseert dat allemaal niet meer zo. Zij lezen niet The Wall Street Journal of The New York Times. Ze lezen TechCrunch en VentureBeat en hooguit zien ze eens iets uit The Times op de newsfeed van iemands Facebookpagina.’ Hij vervolgt: ‘De kloof tussen mensen van mijn generatie is niet zozeer tussen de traditionele liberalen en de onafhankelijke denkers. Het is een kloof tussen mensen die naar binnen gericht zijn en mensen die naar buiten kijken.’ Hoe succesvoller en rijker ondernemers worden, des te beter ze het zich kunnen veroorloven om naar buiten te kijken. Reid Hoffman van LinkedIn, die vorig jaar een boek publiceerde met de titel The Start-Up of You, wordt beschouwd als een van de meest invloedrijke stemmen van de Valley in het openbare debat, al is zijn politieke engagement tot voor kort beperkt gebleven tot campagnebijdragen. Hoffman noemde de intellectuele cultuur in Silicon Valley onderontwikkeld. Deels ligt dat, zegt hij, aan de onderlinge concurrentie, die vereist dat je je uitsluitend op je bedrijf richt, en deels aan die gespannenheid van de ‘vrije geest’ – we zijn gewoon allemaal bezig dingen te bouwen en de rest is alleen maar lastig.’

pagina 22 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

DOS_Sillicon Valley.indd 22

13-08-13 17:20


dossier

silicon valley

Het eerste openlijke uitstapje in de harde wereld van de landelijke politiek heeft een aantal mensen in Silicon Valley tegen de haren in gestreken

De ‘outdoor lunch & relaxation area’ bij de Facebook-gebouwen op Menlo Park. – © Robyn Beck / ANP

Hoffman zegt dat hij als jongerejaars op Stanford alleen maar bezig was met de vraag: hoe versterk ik de maatschappelijke intellectuele cultuur in de VS, wie zijn wij, individueel en als maatschappij en wie zouden we moeten zijn? Maar hij besloot dat het academische leven een te klein podium

de schrijver van Future Perfect. Mark Zuckerberg schreef in het stuk waarin hij FWD.us aankondigde: ‘In een kenniseconomie zijn de belangrijkste hulpbronnen de getalenteerde mensen die we opleiden en in ons land uitnodigen. Een kenniseconomie kan groeien, betere banen scheppen en een

Een kenniseconomie kan groeien, betere banen scheppen en een betere kwaliteit van leven bieden voor iedereen in ons land bood en werd in plaats daarvan internetmiljardair. Toen LinkedIn nog in de beginfase verkeerde, tien jaar geleden, las Hoffman een paar jaar achter elkaar geen enkel boek. Nu, halverwege de veertig, wil hij van Silicon Valley een meer beschouwende plek maken en de invloed ervan op het land en de rest van de wereld vergroten. Hij is een maandelijkse salon begonnen, waar hij schrijvers van nieuwe boeken over maatschappelijke onderwerpen laat invliegen om met kleine groepen techmensen te praten, tijdens een diner bij een Frans toprestaurant in Palo Alto. ‘Daar hoor je dan dingen als: “Ik ben erg blij dat ik dit boek heb gelezen, en ik had al een jaar geen boek meer gelezen”’, zegt Hoffman. De volgende gast op het programma is Steven Johnson,

betere kwaliteit van leven bieden voor iedereen in ons land.’ ‘Iedereen binnen FWD.us hoopt dat het na verloop van tijd verder zal gaan dan immigratie’, zegt Reid Hoffman. Andere mogelijke onderwerpen zijn onderwijs, het hervormen en financieren van wetenschappelijk onderzoek. ‘Maar het is net als bij een startende onderneming: als we niet kunnen laten zien dat we een goede oplossing hebben voor dit probleem, hoe zouden we dan iets aan de andere kunnen doen?’

Welbewaakte belangen

Net als eerdere succesvolle bedrijfstakken is Silicon Valley geen filosofie, revolutie of ideaal. Het is een groep machtige bedrijven en rijke individuen met hun eigen, welbewaakte belangen. Soms vallen die belangen samen met die van het publiek, soms ook niet.

Tech-bedrijven zeggen voorstander te zijn van een open en verbonden wereld, maar zelf zijn ze uiterst gesloten en houden ze voor buitenstaanders zelfs de meest basale feiten over hun interne aangelegenheden geheim. Marc Andreessen voorspelde tegenover mij dat conflicten over kwesties als privacy, intellectueel eigendom en monopolies de komende tijd de spanning tussen de Valley en andere sectoren van de maatschappij zullen vergroten. Brian Goldsmith, die Green nog van college kent en die onlangs de online investeringsmaatschappij PubVest opzette, zegt: ‘Als deze nieuwe generatie intelligente, rijke, succesvolle tech-leiders echt iets aan het beleid wil veranderen, laat ze dan uit hun coole hoofdkantoor en van hun prachtige campus komen en echt mee gaan doen. Ze hebben veel te bieden en misschien leren ze zo ook de grenzen van hun macht en invloed kenen. Ik vind het gezond dat ze besloten hebben iets nieuws op te zetten en zich echt bezig te gaan houden met het politieke proces, net als andere sectoren en bedrijven.’ FWD.us heeft een moeilijke start gehad – moeilijker dan Facebook. De groep is niet met nieuwe ideeën gekomen om de Amerikanen en hun gekozen leiders achter de hervorming van het immigratiebeleid te krijgen. In plaats daarvan zijn door de wol geverfde Washington-veteranen van beide partijen ingeschakeld die, geheel volgens hun vaste patroon, het geld van Silicon Valley uitgeven aan harde en cynische politieke reclamecampagnes. Het doel is om politici die vóór de hervorming van het immigratiebeleid zijn te ondersteunen, terwijl dat idee niet populair is in de staat die ze vertegenwoordigen. Zo keert een commercial, bedoeld om de rechterflank van senator Lindsey Graham in South Carolina te dekken, zich tegen de ziekteverzekeringswet van president Obama. En een commercial die Mark Begich, de senator uit Alaska moet ondersteunen, spreekt zich uit voor het boren naar olie en de aanleg van een aardgaspijp-

leiding aldaar. Het eerste openlijke uitstapje in de harde wereld van de landelijke politiek heeft een aantal mensen in Silicon Valley tegen de haren in gestreken. Durfkapitalist Vinod Khosla twitterde: ‘Zal FWD.us de klimaatverandering en andere belangrijke zaken verkwanselen om een paar technici te kunnen aannemen en de hervorming van het immigratiebeleid erdoor te krijgen?’ Enkele leden van het eerste uur, David Sachs van Yammer en Elon Musk van Tesla Motors, hebben zich uit de groep teruggetrokken. Te midden van alle commotie hebben Zuckerberg en Green niet van zich laten horen. De commercial in South Carolina was eind april voor het eerst te zien. Hij was gemaakt door een organisatie die onder de vleugels van FWD.us opereert: Americans for a Conservative Direction. Grote, keiharde teksten worden afgewisseld met beelden van Graham die Obama aanvalt. ‘Verandering waar je in kunt geloven is na het Health Caredebacle een lege kreet geworden’, zegt hij. ‘En eigenlijk is het gewoon vervangen door armoedige Chicago-politiek.’ De commercial is niet bepaald ‘vernieuwend’ of ‘ontregelend’. Maar als het beeld dat Silicon Valley van zichzelf heeft als de motor van onstuitbare vooruitgang, botst met de onaangename werkelijkheid van de huidige Amerikaanse politiek, dan is dat niet per se een slechte zaak. Het kan betekenen dat de bedrijfstak volwassen wordt. George Packer

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 23

DOS_Sillicon Valley.indd 23

13-08-13 17:20


dossier

silicon valley

Harish, elf jaar, achter zijn laptop in Karjat (90 km van Mumbai.) die hij kreeg via One Laptop per Child. Dit project van het Massachusetts Institute of Technology (MIT) had tot doel ‘gemarginaliseerde kinderen’ betere leermogelijkheden te geven, maar onafhankelijke onderzoeken concludeerden in 2012 dat er vrijwel geen vooruitgang bij de kinderen te bespeuren viel. – © Danish Siddiqui / Reuters

Met breedbandinternet help je armoede de wereld niet uit Foreign Policy – Washington

Het overwinnen van de armoede en de ongelijkheid in de wereld is de nieuwste trend in technologische start-ups. Maar bestaat daar echt een app voor?

U

it onvrede over de nieuwste beursintroducties die de dienst uitmaken op Wall Street, dagen ondernemers uit Silicon Valley de wereldwijde armoede uit met hun technologisch geïnspireerde tactiek die ervan uitgaat dat alles kan en dat mislukking niet bestaat. En waarom ook niet? Als we gratis wiskundelessen van de Khan Academy kunnen ophalen met behulp van de goedkope, kindvriendelijke computers die worden uitgedeeld door One Laptop per Child, wie tobt er dan nog over de complexi-

teit van onderwijshervormingen? Als in elke hut een lamp hangt die wordt verlicht door een elektriciteit genererende voetbal, wie heeft dan nog kolencentrales en hoogspanningsleidingen nodig? En als zelfs mensen in vluchtelingenkampen geld kunnen verdienen met het uitbestede transcriberen van gebitsgegevens uit de eerste wereld, wie heeft dan nog productiefaciliteiten nodig of de wegen en havensystemen die vereist zijn om fysieke goederen te exporteren? Geen wonder dat het meest trendy onderwerp voor

TED-talks momenteel het kraken van de liefdadigheidscode in het digitale tijdperk is: zo waren er alleen al over Afrika en ontwikkelingshulp recentelijk honderd sprekers aan het woord.

Turboboost

In een toespraak in 2003 daagde Kofi Annan, de toenmalige secretaris-generaal van de VN, de tycoons van Silicon Valley uit om over de grenzen te kijken en ‘meer van hun opmerkelijke dynamiek en innovatie naar de ontwikke-

pagina 24 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

DOS_Sillicon Valley.indd 24

13-08-13 14:53


dossier

silicon valley

Meer dan de helft van de planeet leeft nog steeds van minder dan 4 dollar per dag, en 2,4 miljard mensen van minder dan 2 dollar

lingswereld te brengen’. Oude en nieuwe mogols uit Californië hebben die uitdaging aangenomen. De beroemdste van deze technofilantropen, Microsoft-oprichter Bill Gates en zijn vrouw Melinda, doneren elk jaar bedragen waar je mond van openvalt, gesteund door de beste wetenschap die voor geld te koop is, in een zakelijke poging polio en rivierblindheid uit te roeien en het inkomen van kleine boeren in Afrika en zuidelijk Azië te verhogen. Anderen kiezen voor een explicietere technologische evangelisatie, die grenst aan utopisme. In 2011 doneerde financier Bob King 150 miljoen dollar voor de oprichting van het Stanford Institute for Innovation in Developing Economies, dat ‘tot doel heeft het leven van mensen in armoede op massale schaal te verbeteren door middel van ondernemerschap en innovatie’. Eric Schmidt, de bestuursvoorzitter van Google, en Jared Cohen, een voormalige medewerker van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken die nu de ‘denk-doetank’ Google Ideas runt, voorspellen in hun nieuwe boek, The New Digital Age, dat het op het internet aansluiten van de resterende vijf miljard mensen op de wereld die nog offline zijn, de wereldwijde ontwikkeling een turboboost zal geven. ‘De winst op het gebied van efficiëntie en productiviteit zal enorm zijn’, schrijven ze, ‘vooral in ontwikkelingslanden waar technologische isolatie en slechte politiek de groei en vooruitgang jarenlang hebben tegengehouden.’ Schmidt durft zelfs te voorspellen dat iedereen op de wereld in 2020 online zal zijn. Als Cohen en hij gelijk hebben over de invloed van connectiviteit, dan staan arme landen een paar wilde jaren te wachten.

Het nieuwe digitale tijdperk van Cohen en Schmidt is een staaltje technologische behoudzucht vergeleken bij de visie die wordt tentoongespreid in Abundance: The Future Is Better Than You Think, van X Prize Foundationbestuursvoorzitter Peter Diamandis en journalist Steven Kotler. ‘De mensheid’, schrijven zij, ‘gaat nu een tijdperk van radicale verandering in waarin de technologie in staat is de basislevensstandaard van elke man, elke vrouw en elk kind op de planeet aanzienlijk te verbeteren. Binnen een generatie zullen we in staat zijn aan iedereen die dat nodig heeft goederen en diensten te leveren die ooit alleen voor een kleine groep welgestelden weggelegd waren (…). Overvloed voor iedereen ligt feitelijk binnen ons bereik.’

Technologie

Geen wonder dus dat Silicon Valley momenteel zo veel nieuwe armoede bestrijdende start-ups telt, die een afspiegeling zijn van de wereldwijde ambities van hun broeders uit de forprofitsector. Eén voorbeeld: het in Palo Alto gevestigde Nuru International, dat slechts met een bescheiden drie miljoen dollar per jaar wordt gesubsidieerd door ‘investerende engelen uit Silicon Valley’, meldt trots op zijn website dat zijn model voor het opleiden en toerusten van plaatselijke leiders ‘is ontworpen om het eerste zelfvoorzienende, zichzelf aanpassende, geïntegreerde ontwikkelingsmodel te worden dat nog tijdens ons leven een einde zal maken aan extreme armoede in afgelegen plattelandsgebieden’. De technologie heeft natuurlijk al een enorm verschil gemaakt voor de levenskwaliteit van veel van de armste mensen op de wereld. Denk aan de pokkeninenting (die honderden miljoenen voor een vroege dood heeft behoed), de bijna zeven miljard mobieletelefoonabonnementen, de radio of zelfs de nederige fiets. En ongetwijfeld hebben de nieuwe technotitanen een

hoognodige dosis energie, ideeën en contanten verschaft aan een terrein dat lange tijd werd beheerst door bureaucraten, boekhouders en economen. Schmidts Google heeft al enkele prachtige dingen gedaan ten behoeve van de ontwikkeling, door bijvoorbeeld voor het eerst een aantal fatsoenlijke digitale plattegronden van Afrikaanse steden te produceren. Maar ondernemingsgeest en zelfs de meest fantastische gadgets hebben hun grenzen. Alle technologische verandering van de afgelopen tweehonderd jaar heeft de wereldwijde armoede bij lange na niet uitgeroeid. Meer dan de helft van de planeet leeft nog steeds van minder dan 4 dollar per dag, en 2,4 miljard mensen leven van minder dan 2 dollar per dag. En dat na een decennium waarin zich de grootste daling van extreme armoede aller tijden heeft voorgedaan. Bovendien sterven jaarlijks nog steeds vele miljoenen mensen aan gemakkelijk en goedkoop te voorkomen of te behandelen ziekten, zoals diarree en longontsteking. Dat heeft niets te maken met een gebrek aan kennis, en vaak niet eens met een gebrek aan geld. Het komt doordat ouders zich niet aan simpele hygiënische regels houden zoals handen wassen, doordat overheidsbureaucraten niet in staat of bereid zijn in basale programma’s op het gebied van drinkwater en sanitair te voorzien en doordat arbitraire immigratiebeperkingen de armen beletten naar plekken met betere kansen te verhuizen. Sorry, maar daar zal geen iPhone iets aan veranderen, ook al zitten er nog zulke fantastische apps op.

Te optimistisch

De technogoeroes zijn, net als zoveel evangelisten uit vroeger tijden, veel en veel te optimistisch over wat hun gadgets op de armste plekken van de wereld vermogen. Daarmee scharen ze zich in een rijke geschiedenis van mislukkingen. Niemand minder dan Marx en Engels waren ervan overtuigd dat de locomotief het proletariaat zou verenigen tot een internationale beweging voor sociale revolutie, en dat als gevolg daarvan de wereld op korte termijn een arbeidersparadijs zou worden. Meer recentelijk, te midden van de protesten tijdens de Arabische Lente, dweepten columnist Thomas Friedman en veel medewijsneuzen met het vermogen van instrumenten als Twitter en Facebook om dictators ten val te brengen en democratie te bevorderen. Het internet, verklaarde technogoeroe Alec Ross van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken, was ‘de

Che Guevara van de eenentwintigste eeuw’ geworden. (Als je bedenkt dat drie van de vier revoluties waaraan Che deelnam mislukten, klopt dat mischien ook wel.)

Opblazen

Maar Friedman en Ross zijn bepaald niet de enigen, of zelfs maar de ergsten, die het vermogen van het internet om voor verandering te zorgen dramatisch opblazen. Een recent rapport van de Wereldbank stelt dat 10 procent toename van de breedbandtoegang overeenkomt met een toename van 1,38 procent van het bruto nationaal product van landen met lage en middeninkomens. Op de keper beschouwd suggereert dit verdacht precieze cijfer dat als je alleen maar overal breedbandtoegang realiseert, China in het stof zal moeten bijten. Het rapport is geciteerd door de Breedbandcommissie voor Digitale Ontwikkeling van de Verenigde Naties om te betogen dat snel internet cruciaal is voor het halen van ontwikkelingsdoelen, of het nu gaat om het halveren van de wereldwijde armoede, het drastisch verlagen van moeder- en kindersterfte of het garanderen van universeel basisonderwijs. Het feit dat de analyse van de Wereldbank over een bnp-groei ging die zich voordeed voordat er in de meeste geanalyseerde landen enige breedband voorhanden was, blijft onvermeld – maar het is ongetwijfeld een teken van de hype rondom technologie en de bereidheid van mensen om op basis van het dunste bewijs te geloven dat we eindelijk de heilige graal voor groei hebben gevonden.

Techno-ondernemers zijn gewend aan een cultuur van mislukkingen

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 25

DOS_Sillicon Valley.indd 25

13-08-13 14:53


dossier

silicon valley

De meeste technologie is uitgevonden in de rijke wereld om problemen van de rijke wereld aan te pakken

De zwakke schakel tussen technologische vooruitgang en wereldwijde armoedereductie zou geen verbazing moeten wekken. De meeste technologie is uitgevonden in de rijke wereld om problemen van de rijke wereld aan te pakken. Op dit moment wil dat zeggen dat de technologie is ontworpen om het effectiefst te worden gebruikt door hoogopgeleide werknemers die op plekken opereren met een sterke fysieke en institutionele infrastructuur. Dat heeft weinig zin in landen als Liberia, waar de ongeletterdheid groot is, evenals de corruptie en de stroomuitval. Technologie uit de rijke wereld laat zich meestal gewoon niet goed overplaatsen naar de arme wereld.

Toeval

De uitzonderingen op deze regel neigen eerder naar toeval dan opzet. Neem de mobiele telefoon, oorspronkelijk bedoeld als statusspeeltje voor yuppies en niet als een massaproduct dat veel goedkoper is dan een vaste telefoon, die nu door minstens vier maal zo veel mensen in ontwikkelingslanden wordt gebruikt als in de geïndustrialiseerde wereld. Van Kenia tot de Filipijnen hebben plaatselijke ondernemers mobieltjes aangepast zodat ze werken op een prepaidsysteem waarvoor gebruikers geen bankrekening hoeven te hebben, en om goedkope communicatie en financiële diensten te leveren door middel van sms en mobiel bankieren. Jammer genoeg zijn tractoren die staan weg te roesten op Ethiopische velden en internetkiosken die ongebruikt staan te verstoffen in plattelandsgebieden veel vaker het resultaat van pogingen om ontwikkeling via hightech te realiseren. Toch lijkt de nieuwste generatie technopromotors vastbesloten de lessen uit het verleden te negeren. Ze delen prijzen en onderscheidingen uit en financieren prestigieuze projecten die er fantastisch uitzien op powerpoint, maar vaak jam-

merlijk mislukken in de echte wereld. Neem de innovatie die door Popular Mechanics als ‘een briljant idee’ werd bestempeld: de Soccket. Dit is een voetbal van 99 dollar met elektronica erin die een led-lamp drie uur kan laten branden nadat je de bal dertig minuten hebt rondgeschopt. Twee van de uitvinders – die nog aan Harvard studeerden toen ze met het project begonnen – werden in 2012 door diezelfde universiteit tot Wetenschappers van het Jaar uitgeroepen. Op de bijeenkomst van het Clinton Global Initiative in 2011 noemde de voormalige Amerikaanse president Bill Clinton de bal ‘heel bijzonder (…), een onconventionele oplossing die ons in staat stelt in stroom en een verbeterde kwaliteit van leven te voorzien, alsmede de mogelijkheid om te werken en te leren’. In april riep het blad Inc. het

bedrijf dat de Soccket produceert uit tot een van de 25 beste durfbedrijven. Verzekeringsmaatschappij State Farm en de bank Western Union hebben weggeefballen gesponsord voor Latijns-Amerika en Afrika, terwijl TED het idee bestempelde als ‘een uitvinding met revolutionaire mogelijkheden voor de ontwikkelingswereld’.

Fouten

Het is zeker een kunst om een voetbal van maar 50 gram meer dan een gewone bal te ontwerpen met een batterij en een technologiepakket dat stroom uit het rollen kan generen. Aan de andere kant: voor 10 dollar koop je een lamp op zonne-energie. Het is niet duidelijk waarom iemand tien keer zo veel zou betalen voor een lamp waarvan je de energiebron een half uur moet rondtrappen om er minder licht mee te krijgen. (Alison Dalton Smith, die voor de start-up achter Soccket werkt, erkent in een e-mail: ‘De Soccket is beslist duurder dan andere verlichtingsoplossingen’, maar betoogt dat ‘omdat voetbal de populairste sport ter wereld is, deze combinatie van behoef-

te en spel mensen aanmoedigt van spel een prioriteit te maken’.) Vóór de Soccket was er de PlayPump, een door Laura Bush en AOL-medeoprichter Steve Case bejubelde innovatie die de stroom die werd opgewekt door kinderen die een draaimolen rondbewogen, zou gebruiken voor watervoorziening. PlayPumps kostten vier keer zo veel als een gewone waterpomp. Hulpverleners meldden dat ze kapotgingen en moeilijk te repareren waren. En uit een analyse van The Guardian bleek dat kinderen 27 uur per dag zouden moeten ‘spelen’ om het beoogde doel te behalen en 2.500 mensen per pomp van water te voorzien.

Ideeën en mogelijkheden

Ter verdediging van de slimme, toegewijde jonge ondernemers achter de Soccket moet worden gezegd dat oudere, grijze professoren grotere en duurdere fouten hebben gemaakt. Nicholas Negroponte van het Massachusetts Institute of Technology [MIT, een van de meest prestigieuze technische universiteiten ter wereld] leidt het One Laptop per Child-project, waarvan de website beweert dat het door het distribueren van laptops van 100 dollar ‘twee miljoen eerst nog gemarginaliseerde kinderen heeft zien leren, presteren en een begin maken met het veranderen van hun gemeenschap’. Maar in 2012 concludeerden twee afzonderlijke studies – de ene in Nepal en de andere in Peru – dat kinderen die de computers gebruikten weinig of niet vooruitgingen op het gebied van taal of wiskunde of schoolgang. Zelfs ideeën die misschien echte mogelijkheden hebben worden al tot hype verheven voordat die mogelijkheden zijn aangetoond. Neem Samasource uit San Francisco. Deze non-profitorganisatie neemt uitbesteed werk aan zoals transcriptie en datacontrole, en verdeelt dat in taken die klein genoeg zijn om te worden vervuld door vrouwen en achtergestelde jongeren in elf werkcentra verspreid over vijf landen. De digitale technologie stelt Samasource niet alleen in staat een project naar de andere kant van de aardbol te sturen, maar ook om schijnbaar complexe, vakkundigheid vereisende taken in hapklare brokken te verdelen. Vorig jaar kreeg de organisatie prijzen van de Amerikaanse minister van Buiten-

landse Zaken Hillary Clinton en de Club de Madrid [een onafhankelijke organisatie die in 2001 is opgericht door oud-regeringsleiders uit vijftig landen en als belangrijkste doelstelling het versterken van wereldwijde democratie heeft.] En het kan een opwindend model blijken te zijn. Maar het is nog wat vroeg om dat te zeggen. De website van de non-profitorganisatie zegt dat ze meer dan drie miljoen dollar loon hebben betaald aan meer dan 3.700 mensen. Maar Samasource heeft in die periode minstens twaalf miljoen aan donaties opgehaald – wat impliceert dat er 4 dollar aan donaties wordt opgehaald voor elke dollar loon. (Pam Smith, hoofd marketing bij Samasource, zegt dat momenteel tegenover elke dollar loon een dollar overhead staat. Ze wijst er bovendien op dat Samasource ook mensen opleidt en al veel afgestudeerden aan een goedbetaalde vaste baan heeft geholpen.) Voorlopig blijft dat een erg duur werkverschaffingsprogramma. Goed, iedereen maakt fouten. En als er met nieuwe technologieën en benaderingen wordt gewerkt, mogen we een hoop mislukkingen verwachten. Techno-ondernemers zijn gewend aan een cultuur van mislukkingen – tien slechte ideeën die sneven voordat er één tot een beursgang van vele miljarden dollars leidt. Maar het voordeel van het systeem waarbinnen ze opereren is de markttest. De slechte ideeën gaan in de regel failliet (zij het soms pas na de beursgang van vele miljarden dollars). Maar door het model in ontwikkeling te nemen, hebben we de hoge mislukkingstolerantie en de neiging tot het hypen van onbesuisde plannen van de techno-ondernemers naar een arena verplaatst waar de markttest aanzienlijk verwaterd is. Ideeën krijgen eerder geld van Kickstarter [’s werelds grootste fonds voor creatieve projecten] en liefdadigheidsfondsen op basis van hun aantrekkelijkheid voor donoren en filantropen in het Westen dan voor consumenten in Afrika. En dat leidt

Arme mensen hebben niet de koopkracht om vraag naar innovaties te creëren

pagina 26 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

DOS_Sillicon Valley.indd 26

13-08-13 14:53


dossier

silicon valley

van de armen op de wereld drastisch kunnen verbeteren, maar dat markten niet met de juiste innovaties zullen komen als ze niet worden gesteund.

dan tot de Soccket, de PlayPump en One Laptop per Child. Dus wat kan er worden gedaan om de technologische innovatie in het gareel te brengen, de goede ideeën te scheiden van de slechte en wat sprookjesstof van Silicon Valley over de armere regio’s van de wereld te verspreiden? Het antwoord, volgens econoom Michael Kremer van Harvard, is marktdiscipline en rigoureus testen. Kremer is winnaar van een MacArthur-‘geniusbeurs’, en hij wordt ook als toekomstige Nobelprijswinnaar getipt. Hij denkt dat technologische oplossingen het leven

Markt aanboren

Arme mensen hebben niet de koopkracht om vraag naar innovaties te creëren – bijvoorbeeld malariavaccins of nieuwe aardappelsoorten – die hun leven zouden kunnen verbeteren. Dus is Kremer op zoek gegaan naar manieren om een markt aan te boren voor nieuwe technologieën waarvoor arme mensen door geldgebrek gewoonweg zelf geen markt kunnen creëren. Zijn eerste idee ontstond uit onderzoek naar vaccins dat hij samen met Rachel Glennerster van het MIT uitvoerde. Zij ontdekten dat de miljarden dollars die jaarlijks aan het onderzoek naar en de

ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen werden gespendeerd voor het merendeel voorbijgingen aan de ziekten waaraan mensen in arme landen sterven. En het geld dat door hulporganisaties werd besteed om basisonderzoek naar die veronachtzaamde ziekten te doen, leverde geen resultaat op. Hulporganisaties uit de VS hadden bijvoorbeeld zonder enig succes miljoenen dollars gestoken in het onderzoek naar een malariavaccin. Het probleem, zo stelden Kremer en Glennerster, was dat het regeringsmodel vereiste dat de winnaars bij voorbaat werden aangewezen door al voordat er enig resultaat was te beslissen welke laboratoria en welke bedrijven zouden worden gefinancierd. En het was in feite onmogelijk te voorspellen waar de beste ideeën vandaan zouden komen.

‘Er zijn belangrijke technologische innovaties die je nooit van tevoren kunt voorspellen omdat de beschrijving van het probleem al de halve oplossing is’

Met deze door o.a. Laura Bush bejubelde innovatie, de PlayPump, konden kinderen al spelend stroom opwekken om hun dorpen mee van water te voorzien. Uit onderzoek bleek later dat kinderen 27 uur per dag zouden moeten spelen om het beoogde doel te behalen

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 27

DOS_Sillicon Valley.indd 27

13-08-13 14:54


dossier

silicon valley

Obama probeert de ‘Soccket’ uit; een voetbal met elektronica die een led-lamp drie uur kan laten branden nadat je de bal dertig minuten hebt rondgeschopt (of gekopt). Dar es Salaam, Tanzania. © Jason Reed / Reuters

Kremer en Glennerster stelden voor in plaats daarvan een markt voor het vaccin te garanderen zodra het was gemaakt. Donoren zouden geen winnend laboratorium of een winnende benadering aanwijzen, maar betalen voor de winnende oplossing – en daarmee een stimulans creëren voor een heleboel verschillende laboratoria om vele verschillende benaderingen te proberen. Ze hoopten dat deze ‘vooraf gegeven marktgaranties’ grote farmaceutische bedrijven zouden aansporen een deel van hun onderzoek aan deze anders genegeerde tropische ziekten te besteden. In 2009 nam de GAVI Alliance, een groep grote hulpgevers waaronder veel regeringen van rijke landen en liefdadigheidsinstellingen, het voorstel van Kremer en Glennerster over. Ze creëer-

den een fonds van anderhalf miljard dollar om een betaalbaar geneesmiddel te financieren voor de belangrijkste door inenting te voorkomen ziekteoorzaak van wereldwijde sterfte van kinderen onder de vijf: de streptococcus pneumoniae, die ziekten veroorzaakt als longontsteking en meningitis. Er was nog geen geschikt vaccin voor malaria-epidemieën in ontwikkelingslanden ontwikkeld. Maar de GAVI Alliance garandeerde een markt voor farmaceutische bedrijven die er een probeerden te maken – en daarin slaagden. Momenteel wordt het vaccin overal ter wereld ingespoten. De GAVI Alliance schat dat de ‘vooraf gegeven marktgarantie’ om onderzoek naar het vaccin te stimuleren tegen 2020 maar liefst anderhalf miljoen kinderlevens zal kunnen redden. De Wereldbank

Maar weinigen in de technowereld zijn kien genoeg om te weten of ze een goed idee steunen of een flop

heeft een soortgelijk mechanisme bestudeerd om onderzoek te stimuleren dat de opbrengst van kleine boerderijen in de ontwikkelingswereld zou kunnen vergroten. Dus waarom roepen we dit soort toezeggingen of prijzen dan niet voor alles in het leven? Het antwoord, zegt Kremer, is dat ‘er ook belangrijke technologische innovaties zijn die je nooit van tevoren kunt voorspellen omdat de beschrijving van het probleem al de halve oplossing is’. Hij noemt het voorbeeld van de briefjes van Post-it. Aan Post-it had je nooit een prijs kunnen geven of een markt garanderen omdat ‘je pas wist dat we het nodig hadden toen iemand het uitvond’, zegt hij. Hetzelfde geldt voor de grafische user interface die wereldwijd door pc’s en Macs wordt gebruikt. Of, zoals het Mark Zuckerberg-personage tegen de tweeling Winklevoss zegt in de film The Social Network: ‘Als jullie de uitvinders van Facebook waren, zouden jullie Facebook hebben uitgevonden.’ In economentaal heet Kremers slimme markt voor vaccins een ‘trekmechanisme’ – in dit geval trekt de belofte van een markt innovatoren over de streep om te proberen een bepaald probleem op te lossen. Maar hiervoor moet het probleem dat je opgelost wilt zien heel precies worden gespecificeerd. Als je niet weet wat voor probleem je probeert op te lossen, gebruik je het financieringsmechanisme dat Facebook op een miljard schermen heeft gebracht: durfkapitaal. Dat is een ‘duwmechanisme’ waarbij investeerders veelbelovende ideeën steunen totdat ze voldoende zijn uitontwikkeld om ze op grote schaal op de markt te brengen.

Durfkapitaal

De scherpste geesten van Silicon Valley zouden dit moeten begrijpen; daar is tenslotte het durfkapitaal geboren. Het probleem is dat maar weinigen in de technowereld kien genoeg zijn om te weten of ze een goed idee steunen of een flop. Elke start-up denkt het volgende miljardenidee te hebben, totdat de markt anders uitwijst. Hetzelfde geldt wanneer start-ups zich aan ontwikkelingsfilantropie wagen: er is gewoon geen markt om ze uit de droom te helpen. Technologie en innovatie kunnen natuurlijk een enorme rol spelen in de verbetering van de levenskwaliteit van arme mensen overal ter wereld, maar de verbazingwekkende waarheid is dat de juiste manier om die innovatie in het gareel te brengen niet is uitgebroed in het freewheelende Palo Alto, maar in de

ingewanden van een als bekrompen bekendstaande overheidsbureaucratie in Washington, DC. Onder leiding van bestuurder Rajiv Shah heeft het US Agency for International Development, dat risico’s en publiciteit gewoonlijk schuwt, een durfkapitaalfonds gecreëerd, Development Innovation Ventures (DIV), dat ontwikkelingsoplossingen wil steunen en testen om te zien of ze echt werken. En ze hebben Kremer ingehuurd om het te helpen runnen. Tot dusver is DIV erg klein: Kremers team heeft tot op heden nog maar zo’n veertig subsidies verstrekt voor een totaalbedrag van iets meer dan tien miljoen dollar. Maar de ambitie is dat de publieke sector in een model voor serieuze durfkapitalisering voorziet dat een spaarpoteffect zal hebben en regeringen en particuliere bedrijven tot steun zal verleiden.

‘M-health’-app

DIV stopt geld en serieuze intellectuele energie in ideeën die tot nu toe meestal alleen maar technologische propaganda leken. Stel bijvoorbeeld dat een app die op een goedkoop mobieltje werkt elk jaar het leven van miljoenen kinderen kan redden? Dat is in wezen de gedachte achter CommCare, een start-up die net een miljoen dollar van DIV heeft gekregen om te experimenteren met een nieuwe ‘m-health’-app die moderne geneeskunde naar het platteland van India moet brengen met behulp van een mobiele telefoon. In 2005 stelde de Indiase regering zich ten doel in elk dorp in het land een gezondheidswerker aan te stellen, oftewel een ‘geaccrediteerde socialegezondheidsactivist’ – 750.000 in totaal. Deze werkers zijn over het algemeen jonge vrouwen die moeten kunnen lezen en schrijven en in het dorp moeten wonen waar ze werken, maar weinig of geen officiële medische opleiding hebben. Het idee van CommCare is om

pagina 28 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

DOS_Sillicon Valley.indd 28

13-08-13 14:54


dossier

silicon valley

deze nieuwe massa grotendeels onopgeleide gezondheidswerkers met behulp van mobiele technologie om te vormen tot een leger van kundige diagnostici. In theorie zou het reusachtige gevolgen kunnen hebben als men gezondheidswerkers zo ver krijgt dat ze op tijd komen, de juiste vragen stellen en de juiste antwoorden geven. Elk jaar sterven bijna zeven miljoen kinderen onder de vijf aan ziekten die gemakkelijk voorkomen zouden kunnen worden met behulp van effectieve, goedkope interventiemethoden die al bestaan. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) publiceert expliciete grafische protocollen voor het behandelen van kinderziekten om deze sterfte te voorkomen, en CommCare maakt deze protocollen bereikbaar voor de vingertoppen van gezondheidswerkers. Proeven in India en Tanzania hebben aangetoond dat het systeem de duur van de bezoeken van de gezondheidswerkers aanzienlijk bekort en dat ze zich beter houden aan de WHO-protocollen. Maar denk aan de elektrische voetbal: het probleem is niet altijd een tekort aan nieuwe technologische innovaties. Kremer merkt op: ‘Met sommige technologie valt heel veel te winnen, maar het is ook belangrijk mechanismen te ontwikkelen die voorkomen dat je goed

geld achter slecht geld aan gooit.’ Daarom financiert DIV fasegewijs en wordt er in de tweede fase rigoureus getest om zeker te zijn dat de eerste proeven kloppen. De meest voor de hand liggende vorm van rigoureus testen is misschien een markttest. ‘Als iets gevraagd wordt door de markt, dan wijst dat er in elk geval op dat het nuttige technologie is’, zegt Kremer. ‘Iemand wil ervoor betalen.’ Solar Sister bijvoorbeeld, heeft een DIV-subsidie gekregen om zonnecellen te ontwikkelen die plattelandshuishoudens in Zuid-Soedan, Tanzania en Oeganda van licht en stroom voor mobiele telefoons kunnen voorzien. Driekwart van de doelpopulatie van de organisatie heeft na het donker worden geen andere lichtbronnen dan brandhout en brandend gras. Hoewel een DIV-startsubsidie van een miljoen dollar Solar Sister in staat zal stellen drieduizend verkoopagenten op te leiden voor het verkopen van een eerste voorraad van 315.000 zonnecellen, zal de overleving van het project op middellange termijn afhankelijk zijn van het vinden van betalende klanten. Desondanks werkt de markttest niet voor veel innovaties op het gebied van gezondheidszorg en onderwijs, omdat die diensten door overheden worden verleend. In dat geval zal onderzoek de rol van marktfeedback moeten vervul-

Driekwart van de doelpopulatie van de organisatie heeft na het donker worden geen andere lichtbronnen dan brandhout en brandend gras.

len om erachter te komen wat werkt en – in het geval van One Laptop per Child – wat niet. Neem de innovatie van William Jack en James Habyarimana van Georgetown University, die de verkeersveiligheid in Kenia wilden verbeteren. Gemeten naar de huidige trend zullen verkeersongelukken in 2030 meer levens in Kenia eisen dan malaria. En matatu’s, minibusjes voor forenzen, zijn de dodelijkste voertuigen op de weg. Jack en Habyarimana dachten dat het plakken van stickers in de busjes die passagiers aanmoedigen te klagen als de chauffeur te hard rijdt de situatie misschien zou verbeteren. Liever dan blindelings geld te besteden aan een leuk idee, financiert DIV niet alleen het onderzoek dat nodig is om te bepalen of deze ideeën helpen, maar is

ook verdere financiering daarvan afhankelijk. Dus om te testen of hun stickeridee zou werken, kozen Jack en Habyarimana dezelfde benadering die farmaceutische bedrijven gebruiken om nieuwe geneesmiddelen te testen: een cohortonderzoek. Begin 2008 rekruteerden ze 2.300 chauffeurs van matatu’s en boden de helft daarvan een klein bedrag in contanten om de stickers te laten zitten. Daarna vergeleken ze het aantal ongelukken in 2007 en 2008, waarbij de minibusjes met en zonder de stickers tegenover elkaar werden gezet. Het resultaat was verbazingwekkend: deze eenvoudige truc leidde tot 60 procent minder verzekeringsclaims waarbij verwonding of dood in het spel was – tegen een luttel bedrag van 7 dollar per jaar per gered leven. Dit doet vermoeden dat het opschalen van het volstrekt laagtechnologische stickerprogramma een geweldige invloed zou kunnen hebben op de verkeersveiligheid in Kenia tegen een erg lage prijs.

Levens redden

Dit soort rigoureuze testen tekenen precies het verschil tussen Kremers idee van marginale verandering en de hypes uit Silicon Valley. Technische oplossingen die de gezondheidszorg marginaal verbeteren, een markt creëren voor zonnelantaarns of een paar extra matatuchauffeurs laten stoppen voor rood, zullen van Lesotho nog geen Luxemburg maken. Maar misschien zullen ze in de loop van de tijd wel heel wat levens kunnen redden. Charles Kenny, Justin Sandefur

Beide auteurs zijn staflid van het Center for Global Development (Washington/Londen)

De ‘Soccket’ in actie. De bedenkers, twee Harvard-studenten, werden in 2012 door hun universiteit tot Wetenschappers van het Jaar uitgeroepen. De voetbal is nogal duur qua productiekosten, maar zou de mensen wel weer aanmoedigen van spel een prioriteit te maken.

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 29

DOS_Sillicon Valley.indd 29

13-08-13 14:54


lage landen

nederland

Neutraal Nederland Le Monde – Parijs

Als vestigingsplaats voor het Frans-Amerikaanse fusiebedrijf tussen twee reclamegiganten valt de keuze op Nederland. Daar zou geen van beide partijen zich tekortgedaan voelen, aldus een

CEO Maurice Levy (l) van Publicis en topman John Wren van Omnicom tekenen het fusiecontract in Parijs © Bertrand Langlois / AFP

van de topmannen. Ook fiscaal gezien niet, benadrukt Sandrine Cassini.

D

e nieuwe reclamegigant die ontstaat uit de fusie van het Franse bedrijf Publicis en het Amerikaanse Omnicom kiest Nederland als vestigingsplaats. Nu ‘belastingvlucht’ een hot topic is, moest Maurice Lévy, bestuursvoorzitter van Publicis, bij de recente aankondiging van dit huwelijk al zijn communicatieve vaardigheden aanspreken om het vertrek naar het buitenland te motiveren. Zo zou voor Nederland zijn gekozen omdat voor het nieuwe hoofdkantoor een ‘neutrale’ locatie moest worden gevonden, dus niet in Frankrijk en niet in de Verenigde Staten, opdat geen van beide partners zich tekortgedaan zou voelen. ‘Uiteraard hebben onze advocaten en fiscalisten Ierland of Luxemburg voorgesteld. Maar we wilden niet geassocieerd worden met belastingoptimalisering [het eufemisme voor belastingontwijking]. Dit is een neutrale locatie’, benadrukte de topman. Lévy herinnerde eraan dat al eerder Air France-KLM, EADS (Frans/Duits/Spaans, fabrikant van onder andere de Airbus) en de alliantie Renault-Nissan – ‘een groep waarin de Franse staat belangen heeft’ – Nederland als vestigingsplaats hebben gekozen.

Ook al verzekert het bestuur dat de operationele hoofdkwartieren in Parijs en New York gevestigd blijven, de toekomstige Publicis Omnicom Group kan niet volstaan met een simpele ‘brievenbus’ in Nederland. De nieuwe entiteit zal moeten laten zien dat binnen de holding beslissingen worden genomen door er zijn bestuursvergaderingen te houden of er het topmanagement onder te brengen. In Nederland, een land dat aan holdings uit de hele wereld onderdak biedt, zal de nieuwe groep profiteren van het soepele vennootschapsrecht. In de Verenigde Staten werd het land altijd al gewaardeerd ‘om zijn juridische en fiscale stabiliteit’, aldus Philippe de Guyenro, als advocaat werkzaam bij bureau Reinhart Marville Torre. De alliantie wordt gepresenteerd als een trans-Atlantische samenwerking ‘tussen gelijken’. De nieuwe groep komt straks onder leiding van de Amerikaanse topman van Omnicom, John Wren. Maar voor de eerste dertig maanden is voorzien in een constructie waarbij de bazen van Publicis en Omnicom, Lévy en Wren, de onderneming gezamenlijk leiden. ‘In Frankrijk zou zo’n gedeeld leiderschap geen solide constructie zijn geweest. De aandeelhoudersvergadering had haar ongedaan kunnen

maken’, zo wordt gezegd door advocatenbureau Darrois Villey Maillot Brochier, dat Publicis heeft geadviseerd. Een van de voornaamste ‘stabiliteitsfactoren’ die Nederland buitenlandse bedrijven biedt, is de mogelijkheid om vooraf een Advance Tax Agreement te sluiten met de Belastingdienst. Een dergelijke regeling stelt bedrijven in staat onaangename verrassingen te voorkomen en beperkt de risico’s van eventuele fiscale correcties. Op fiscaal gebied biedt Nederland meer voordelen. ‘De dividenden die de filialen overmaken aan de moedermaatschappij blijven geheel onbelast, terwijl er in Frankrijk 5 procent belasting over zou moeten worden betaald’, benadrukt Guyenro.

Onbelast

Nog interessanter is dat de gerealiseerde meerwaarde bij overdracht van aandelen onbelast blijft. ‘In Frankrijk is de effectieve belasting op deze meerwaarde zo’n 4 procent’, meldt de advocaat en fiscalist. En daar profiteren de aandeelhouders behoorlijk van. ‘Het verplaatsen van hoofdkantoren naar Nederland, zoals in het geval van Renault-Nissan, was in Frankrijk in zwang toen er nog geen regels waren voor de overdracht van effecten, dus vóór de niche Copé die werd aange-

De toekomstige Publicis Omnicom Group kan niet volstaan met een simpele ‘brievenbus’ in Nederland nomen in 2004’, aldus een andere belastingexpert. [De niche Copé is een belastingvrijstelling van 90 procent voor holdings op de winsten die zij maken bij overdracht of verkoop van effecten. De regeling was bedoeld om het vertrek van in Frankrijk gevestigde holdings naar Nederland, België en Duitsland af te remmen.] Concerns worden aangespoord om in Nederland hun financiële hoofdkwartier te vestigen. Dat sluit leningen om die bedragen vervolgens weer uit te lenen aan alle filialen van de groep. Het Franse systeem is zeer strikt. De fiscus is erg kritisch op constructies als deze en onderzoekt of de uitlenende partij de kosten van de leningen niet te hoog opvoert in de boeken, teneinde de belastbare winst in een land met hogere belastingdruk omlaag te brengen. Ten slotte een overweging die voor het toekomstige Publicis Omnicom minder lijkt te spelen: het concern zou ook kunnen profiteren van belastingvrijstelling bij de exploitatie van intellectueel eigendom, zoals ook een bedrijf als Google doet. Sandrine Cassini

pagina 30 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

LL_LeMonde_Fiscus.indd 30

13-08-13 15:36


europa

frankrijk

Heldhaftig Corsica De Frans-Joodse advocaat en nazi-jager Serge Klarsfeld, vooral bekend door het opsporen van Klaus Barbie, ‘de slachter van Lyon’, woonde vorige maand in het Corsicaanse parlement de presentatie bij van de documentaire La Corse, île des

Justes? over gewone Corsicanen die zich tijdens de Duitse bezetting als helden hebben gedragen. Een gesprek met Klarsfeld.

Corse-Matin – Ajaccio

C

orsicanen boden in de Tweede Wereldoorlog bescherming aan Joodse gezinnen die op bevel van het collaborerende Franse Vichybewind [onder de antisemitische maarschalk Philippe Pétain, juli 1940 - augustus 1944] moesten worden opgepakt. Op 4 juli van dit jaar kwam het Corsicaanse parlement in een buitengewone zitting bijeen voor de documentaire La Corse, île des Justes? [Corsica, eiland der Rechtvaardigen?] van André en Clémentine Campana. Niet alleen de makers waren aanwezig, maar ook de schrijver, historicus, advocaat én geducht nazi-jager Serge Klarsfeld, met zijn vrouw Beate. Het echtpaar wist oorlogsmisdadigers voor de rechter te brengen zoals de Duitser Klaus Barbie, de Fransen Paul Touvier en Maurice Papon, en vele anderen die zonder hun vasthoudendheid nooit voor hun gruweldaden zouden zijn berecht.

Waar zou dat onderzoek zich op richten? ‘Het gaat erom zo nauwkeurig mogelijk vast te stellen hoeveel buitenlandse Joden bij de razzia van 26 augustus 1942 in de veertig departementen van het vrije Frankrijk voor arrestatie in aanmerking kwamen. Joden uit bezette landen die niet meer bestonden, zoals Oostenrijk, Polen en Tsjechoslowakije, maar ook Duitse Joden en staatloze Joden, zonder nationaliteit of paspoort. We weten dat die op Corsica zowel door de plaatselijke overheid als door de bevolking werden beschermd.’ Toch is er één Jood gedeporteerd. De uitzondering die de regel bevestigt? ‘Dat klopt: Ignace Schreter, een Duitse Jood die naar Corsica was gevlucht. Op 30 september 1942 werd hij gearresteerd en op transport gesteld naar Sobibor, waar hij is vergast. Maar dat was in zekere zin een incident. Hij werd opgepakt op bevel van de secretaris-generaal

van de prefectuur van Ajaccio, die misbruik maakte van de afwezigheid van de prefect. Die laatste had wel de moed om bevelen van hogerhand naast zich neer te leggen, maar was die dag naar een conferentie in Marseille.’ U bedoelt prefect Paul-Louis Balley, die met Pierre-Henri Rix, onderprefect van Bastia, en Jacques Ravail, onderprefect van Sartène, de aanwezigheid van buitenlandse Joden op Corsica verborgen hield. ‘Zij beweerden, met medewerking van politie en marechaussee, dat er veel “toeristen” naar het eiland kwamen en gaven zelfs valse Turkse paspoorten af.

In de archieven zijn hiervoor talrijke bewijzen gevonden. Geen enkele andere prefect deed dit, waardoor in alle andere Franse departementen onnoemelijk veel Joden zijn gedeporteerd. Na het zien van de documentaire heb ik het comité-Yad Vashem [de officiële Israëlische herdenking van Joodse slachtoffers van de Holocaust] gevraagd de onderscheiding van Rechtvaardige onder de Volkeren toe te kennen aan prefect Balley, die Oosterse talen had gestudeerd en Hebreeuws sprak, en wiens dochter was verloofd met de zoon van een Joodse winkelier in Bastia.’ We herinneren ons allemaal nog de discussie met Yad Vashem, die de onderscheiding alleen aan individuele personen toekent. Kan voor Corsica als eiland een uitzondering worden gemaakt? ‘Het gaat hier om een eeuwenoude onderscheiding uit de Joodse traditie. Ik denk niet dat Yad Vashem de regels zal veranderen, daar zitten te veel haken en ogen aan. Maar wat ik me wel zou kunnen voorstellen is een officiële erkenning door het comité van de collectieve solidariteit in de Corsicaanse steden en dorpen.’

‘Prachtig en buitengewoon objectief over de geschiedenis van de Joden op Corsica’

Wat vond u van de documentaire? ‘Prachtig en buitengewoon objectief over de geschiedenis van de Joden op Corsica. Er wordt nergens overdreven en er is niets verzonnen. Naast de vele vaak aangrijpende verhalen komt de documentaire met feiten en wordt een waarheid belicht die meer bekendheid en erkenning verdient.’ ‘La Corse, île des Justes?’ Zou u het vraagteken weglaten? ‘Zeker. De getuigenissen zijn indrukwekkend en het zorgvuldige archiefonderzoek van de jonge geschiedenisdocent Louis Luciani op Corsica, in Parijs en in Italië heeft belangrijke informatie aan het licht gebracht over de houding van Corsicanen in de donkere jaren van de deportaties. Om nog meer gewicht te geven aan die opmerkelijke periode in de moderne Corsicaanse geschiedenis ben ik bereid zelf onderzoek te doen naar de juistheid van hetgeen wordt gezegd.’

De Maquis, guerrilla-eenheden van de Franse verzetsbeweging pleegden gewapend verzet gepleegd tegen de Duitsers in de

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 31

Europa.indd 31

13-08-13 12:30


europa Een deel van de Joden werd op het eiland ondergebracht in een kamp in Asco, wat toch op zijn minst tegenstrijdig genoemd zou kunnen worden. ‘Daar is niets tegenstrijdigs aan. Tachtig volwassenen werden onder huisarrest geplaatst, maar dat was uit voorzorg, omdat Italiaanse officieren en diplomaten het niet eens waren met de antisemitische denkbeelden van Mussolini. Die groep Franse Joden kreeg ook hulp van de bevolking en de burgemeester. Toen de Wehrmacht gebieden binnenviel waar de Italianen het voor het zeggen hadden, waaronder Corsica, kregen ze niet alleen te maken met het Corsicaanse verzet, waarvan de heldenmoed alom bekend is, maar ook met sommige Italiaanse legereenheden.’ Het heeft zestig jaar geduurd voor Corsica in de geschiedenisboeken werd vermeld als het eerste Franse departement dat zich wist te bevrijden. ‘Dat klopt, er is over die periode te weinig geschreven. Zoals ook bijna niemand weet dat de Corsicaanse volksheld Pasquale Paoli de Joden op Corsica al in de eeuw van de Verlichting de status verleende van volwaardig burger, met vrijheid van godsdienst. Elke regio heeft zijn eigen geschiedenis als het om Joden gaat.’

Corsicanen beschouwden Joden als onschuldigen Wat opvalt in de documentaire, is dat de hoofdpersonen het niet hebben over moed of heldendaden, maar over ‘normale’ gastvrijheid. ‘Maar het was niet normaal, want men liep risico, al waren de sancties die erop stonden op het platteland misschien wat minder bekend. Corsicanen beschouwden Joden als onschuldige mensen die niet anders waren dan zijzelf. Naast die humane houding blijkt uit hun gastvrijheid wel dat ze niet gevoelig waren voor antisemitische propaganda.’ Dus u komt graag naar Corsica? ‘Ja, temeer omdat mijn werk me mijn leven lang naar gebieden heeft gevoerd die onder de Shoah hebben geleden. Hier ben ik om een heel andere reden. Alleen al daarom ben ik Corsica dankbaar.’ Jean-Marc Raffaelli

montenegro

De droom die tegenviel Het kleine Montenegro kende sinds de val van het Sovjetimperium in 1989 vier staatsvormen. Nu is het land de weg een beetje kwijt. Het wilde graag bij Rusland horen, maar wordt tegenwoordig in alle opzichten door o.a. de Russen overschaduwd.

Jutarnji List – Zagreb

Z

odra je vanuit Kroatië bij de grensovergang Debeli Brijeg Montenegro binnenrijdt, merk je dat onze Montenegrijnse buren eindelijk hun droom hebben verwezenlijkt. Al tientallen jaren koesteren ze de wens om één te worden met Rusland. Nu is het ze gelukt. Russische toeristen overspoelen stranden en hotels, bevolken cafés en restaurants, straten en winkels. In 2012 bezochten anderhalf miljoen toeristen Montenegro. Van de achttien miljoen geregistreerde overnachtingen kwamen er ruim zeven miljoen voor rekening van Russen. Overal zijn Russische reclames en advertenties te zien. Er is een Russisch radiostation dat uitzendt vanuit Montenegro en er worden in het land Russische kranten gedrukt.

Maar wat het meest opvalt zijn de talloze borden waarop, meestal met de hand, geschreven staat: ‘Appartementen te koop’. Aan vrijwel alle nieuwe gebouwen hangen borden met ‘Te koop’, van Herceg Novi tot Ulcinj. Toch valt tijdens een autorit langs de kust op dat de Montenegrijnen er niet onverdeeld gelukkig mee zijn dat hun oude droom van toenadering tot ‘Moedertje Rusland’ realiteit is geworden. Rade Ratkovic, decaan van de faculteit voor Management en Toerisme van de Universiteit van Montenegro in Budva, geeft aan dat niemand precies weet welk deel van de onroerendgoedmarkt in Russische handen is. ‘Ze hebben duizenden huizen en appartementencomplexen langs de Montenegrijnse kust gebouwd, om ze na twee of drie jaar weer te verkopen. Ze bouwden overal, zonder de wetten van het kustbeheer te respecteren, en hebben zo de kust vernield.’ Hij vertelt dat een jonge Russin, die hem kortgeleden opzocht, bekende dat ze tien gebouwen aan de Montene-

Het land van de ‘zwarte berg’ SERVIË

BOSNIËHERZEGOVINA

ataires en attente li i d d

43° N

MONTENEGRO KROATIË Grenspost Debeli Brijeg

Tivat Kotor

Kumbor

Budva Petrovac

Adriat is che Zee

KOSOVO

Podgorica

Schiereiland Sveti Stefan

Bar

Ulcinj

ALBANIË 40 km © Courrier international

grijnse kust bezat, uiteraard met meerdere zwartverhuurde appartementen. ‘Ze kwam bij me om een licentie als toeristengids te vragen, waarmee ze een werkvergunning zou kunnen krijgen. Dat soort gevallen zie je bijna dagelijks.’ Dragan Ivancevic Purko, een legende in de Montenegrijnse toeristensector, directeur en mede-eigenaar van het beroemde Queen of Montenegro Hotel in Budva, noemt de grijze economie een ware plaag voor de branche. ‘De zwarte markt voor toerisme is enorm, onttrekt zich aan elke vorm van controle en

‘Ze bouwden overal en hebben zo de kust vernield’ heeft grote invloed op de kwaliteit, de dienstverlening en de prijzen. Die oneerlijke concurrentie is een bedreiging voor iedereen die wel binnen de wet opereert. Het grootste deel van de appartementenbezitters – voornamelijk Russen en Serviërs – melden hun gasten niet aan. Reisbureaus betalen geen belasting over de inkomsten uit excursies en andere diensten.’

Architectonisch erfgoed

De anarchistische projectontwikkeling bedreigt inmiddels het architectonisch erfgoed uit de Ottomaanse, Venetiaanse, Napoleontische en Habsburgse perioden en verandert het landschap ingrijpend. De mooie vissersdorpjes, de kloosters, kerken, middeleeuwse vestingwerken en patriciërshuizen: ze raken overschaduwd door enorme gloednieuwe bouwwerken met schreeuwende kleuren die het landschap ontsieren. Aan het zandstrand van Budva waren de Russen van plan om niet minder dan elf torenflats met huurappartementen te bouwen. Gelukkig heeft men dit megalomane plan weten te voorkomen en is er ‘slechts’ één toren van 21 etages gebouwd. Dit monstrum van glas en staal bevindt zich op enkele honderden meters afstand van het befaamde Sloveense strand. De prijzen in de kolos, met 37.417 vierkante meter woonoppervlak, liggen op minimaal 3.000 euro per vierkante meter. ‘Het probleem is dat er in Montenegro lange tijd geen duurzame overheidsinstellingen zijn geweest. Sinds 1989 heeft het land vier opeenvolgende staatsvormen gekend [achtereenvolgens de Socialistische Federale Republiek Joegoslavië, de Federale Republiek Joegoslavië (1992), de Unie van Servië en Montenegro (2003) en de onafhankelijke staat

pagina 32 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

Europa.indd 32

13-08-13 12:30


europa

montenegro

Montenegro (2006)]’, legt Branko Kazenegra uit, die de toeristensector in het land hielp ontwikkelen. ‘Totdat het land in 2006 onafhankelijk werd, heerste er totale anarchie op terreinen die onder staatscontrole hadden moeten vallen. Iedereen kon bouwen waar hij zin in had, overal waar hij maar wilde. De Russen profiteerden van die laksheid. Daardoor is er onherstelbare schade aangericht’, zegt hij met spijt.

Lawaaiig

Dragan Ivancevic vermoedt dat de stroom Russische toeristen veel toeristen uit andere landen ervan weerhoudt om naar Montenegro te komen. ‘Gemiddeld is 60 procent van de toeristen Russisch. De rest komt uit Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië en Scandinavië. En die zijn niet bijster tevreden over het gezelschap waar ze hier in verkeren. Russen consumeren rijkelijk, dat wel, ze doen niet moeilijk over geld en zijn galant, maar ze zijn ook te lawaaiig en gaan geregeld hun boekje te buiten. Ideaal gesproken zou maximaal 25 procent van de toeristen uit één land moeten komen, zo zijn de regels in Zwitserland. Aan de andere kant, de Russen hebben hier het startkapitaal meegebracht, ze hebben veel geïnvesteerd in Montenegro, dus daarom moeten we hen goed behandelen en af en toe een oogje dichtknijpen bij hun uitspattingen.’ De Montenegrijnen maken zich overigens niet alleen zorgen over de Russische invasie. Ook de Serviërs hebben de kust veroverd. Toen Joegoslavië in de jaren negentig uit elkaar begon te vallen en het vooruitzicht van een onafhankelijk Montenegro zich begon af te tekenen, stimuleerde Servië zijn burgers om er onroerend goed te kopen en zo stemrecht te verwerven, zodat bij een eventueel referendum onafhankelijkheid zou kunnen worden tegengehouden. Dat verklaart waarom Serviërs, naast Russen, het grootste deel van het onroerend goed in handen hebben, en waarom de twee groepen samen de overgrote meerderheid van de toeristen uitmaken. ‘Zo’n 30 procent van de legale overnachtingen is afkomstig van Serviërs, evenveel als van Russen, maar waarschijnlijk komt van de niet-gedecla-

reerde overnachtingen een nog groter deel voor hun rekening’, zegt Ratkovic. Door de toetreding tot de Europese Unie [per 1 juli] moest Kroatië een visumplicht voor Russen instellen. Daardoor zal het aantal Russische toeristen in Montenegro nog verder stijgen. Bovendien wordt er dit jaar een stroom toeristen uit Oekraïne verwacht: naar schatting zullen er 70.000 hun vakantie in Montenegro doorbrengen. Elke week komen er 57 Oekraïense chartervluchten naar Montenegro. Het is geen geheim dat de toeristen vooral op de lage prijzen afkomen. Langs de slechts 295 kilometer lange kustlijn is er voor elk budget wel een plekje te vinden, variërend van hippe badplaatsen voor de jetset – zoals het bekende schiereiland Sveti Stefan, of Milocer, waar je 3.000 tot 7.000 euro per nacht kwijt bent – tot een plaats als Petrovac, waar je al voor 15 tot 20 euro per persoon kunt overnachten. Die gunstige prijzen trekken jonge toeristen die niet komen om uit te rusten maar om te feesten. Uit enquêtes blijkt dat toeristen in luxehotels zich beklagen over het nachtelijk lawaai van restaurants en cafés en over het straatrumoer.

Werkvergunningen

Montenegro heeft een tekort aan geschoolde arbeidskrachten, iets waar ook de toeristen onder lijden. Sinds begin dit jaar heeft de overheid meer dan achtduizend werkvergunningen afgegeven aan buitenlanders. De meeste vraag is er naar bedrijfsleiders van bars en restaurants, barpersoneel en koks. Behalve een chaos in de bouwsector hebben de Russen ook een stijging van de corruptie veroorzaakt. Maar wat de Montenegrijnen nog het meest van alles steekt, is dat de Russen vaak handiger zijn dan zijzelf. Een café-eigenaar uit Ulcinj vertelde ons dat hij een jonge Rus als barman wilde aannemen, maar geen werkvergunning voor hem wist te krijgen. ‘De volgende middag kwam hij terug en wapperde met een werkvergunning. Die had hij binnen een paar uur weten “te regelen”, terwijl ik zonder succes bij tientallen ambtenaren had aangeklopt’, vertelt hij. Uiteraard zijn de Russen niet de belangrijkste oorzaak van alle problemen rond

‘De Russen hebben het startkapitaal meegebracht, dus moeten we af en toe een oogje dichtknijpen bij hun uitspattingen’

© El Roto – El País, Madrid

het toerisme en het milieu. Kroaten worden soms wanhopig bij het aanschouwen van de vernietiging van hun eigen Dalmatische kust, maar bij een bezoek aan de vier parels van de Montenegrijnse Rivièra – Kotor, Budva, Bar en Ulcinj – wordt duidelijk dat het nog veel erger kan. De bouwwoede heeft dit schitterende gedeelte van de Adriatische kust volledig verpest: Budva beschikte over 11 kilometer schitterend zandstrand, Ulcinj over 15 kilometer en het kleine Tivat kon bogen op niet minder dan zeventien zandstranden. Maar nu wordt de schoonheid van de Montenegrijnse kust ontsierd door geraamtes van gebouwen die maar in aanbouw blijven, door duizenden huizen zonder gevel en in de steek gelaten, onafgemaakte gebouwen. Huizen die wel gereed zijn hebben schreeuwende kleuren die in niets doen denken aan de mediterrane stijl. Onze gesprekspartners tekenen aan dat de Russen en Serviërs inmiddels al niet meer de belangrijkste investeerders zijn in Montenegro. Achter het belangrijkste met buitenlands geld gerealiseerde project, de jachthaven Porto Montenegro in Tivat, stond de Canadese zakenman Peter Munk. Hij

Wat de Montenegrijnen nog het meest van alles steekt, is dat de Russen vaak handiger zijn dan zijzelf

bouwde de oude scheepswerf van het Arsenaal om tot een luxe jachthaven en kreeg een concessie los van negentig jaar. Tot op heden investeerde Munk honderd miljoen euro in het project. Verder investeerde het Arabische bedrijf Orascom Development in het grote project Lustica Bay, waar 275 luxe villa’s, acht hotels en 271 appartementen op stapel staan. De Azerbeidzjaanse firma Socar heeft besloten om 258 miljoen euro te steken in de renovatie van de vroegere kazerne van Kumbor. Kerzner International, tot slot, financiert de bouw van een reusachtig luxe hotelcomplex, One&Only Montenegro, bestaande uit 150 luxe villa’s, een jachthaven en een tennisacademie. In Tivat worden een hotel en een golfbaan gebouwd. De restauratie van de badplaats Sveti Stefan werd gefinancierd door een bedrijf uit Singapore. In totaal is er voor ruim tweeënhalf miljard euro geïnvesteerd. Mladen Plese

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 33

Europa.indd 33

13-08-13 12:30


de amerika’s

canada

Het zuiverste water van de planeet The Wall Street Journal – New York

Ed Kean, voormalig beroepsvisser, jaagt voor de Canadese oostkust op ijsbergen uit Groenland. Hij verkoopt het smeltwater aan onder anderen een wodkadistilleerder en een bierbrouwer, die er goede zaken mee doen. Maar het jagen wordt steeds lastiger.

L

angs de Trans-Canadese snelweg, Newfoundland. Ergens tussen Random Island en Deer Lake, na de eerste elanden maar vóór de zwarte beer, gaat de mobiele telefoon van Ed Kean. De beller meldt dat er tientallen ijsbergen zijn gesignaleerd buiten de noordelijke kust van Newfoundland. Niet overtuigd blijft Kean doorrijden. ‘Als je zelf niet gaat kijken’, zegt hij, ‘krijg je allerlei verhalen te horen.’ Iedere zomer trekt Kean (53), een voormalig visser, naar de noordelijke Atlantische Oceaan om stukken te bemachtigen van ijsbergen die van gletsjers in Groenland zijn afgebroken en naar het zuidwesten zijn gedreven. Hij ‘oogst’ het ijs voor een plaatselijke wodkaproducent, een bierbrouwer, een wijnhuis en een producent van gebotteld water.

De stukken zijn soms zo groot als een Mini Cooper

Toenemende vraag

Deze bedrijven verwerken het water, dat duizenden jaren in gletsjers opgesloten heeft gezeten, in hun producten. Ze verkopen het als ‘het zuiverste water van de planeet’. De vraag neemt toe, beweren de firma’s. Maar het wordt wel steeds lastiger om aan het ijs te komen. Voor het oogsten zijn enorme netten, een gigantische, op het schip gemonteerde hydraulische arm en zo nu en dan een geweer en een kettingzaag nodig. Kean kampt nu ook met ‘op hol geslagen’ ijsbergen, stijgende brandstofkosten en een paar toeristische bedrijfjes die klagen dat hij hun bedrijfsmodel (het aan toeristen tonen van de ijsbergen) ondermijnt. Voordat hij de trossen losgooit, moet hij ieder voorjaar een paar dagen langs de noordoostkust van Canada rijden om te bekijken waar hij met zijn trawler ‘Green Waters’ op zijn jaarlijkse ijsbergjacht het beste heen kan varen. In mei dit jaar heeft hij met zijn auto in totaal bijna 2.000 kilometer afgelegd in het noordelijke deel van de provincie, op zoek naar de meest veelbelovende ijsbergen van dit seizoen. Hij stond in contact met vrienden en bekenden in de dorpen langs de kust om ze te vragen of ze ijsbergen hadden gezien. En hij belde regelmatig met zijn vrouw Marina, die de ijsbergsites van de overheid in de gaten houdt, zoals icebergfinder.com.

voldoen aan de vraag naar zijn Iceberg Beer, dat plaatselijk in de zomermaanden wordt verkocht. Ook David Myers, bestuursvoorzitter van Canadian Iceberg Vodka Corp., een distilleerderij uit Toronto, zegt dat de zaken ‘heel goed gaan’. Tot de overige klanten van Kean behoren de Auk Island Winery en Berg Water, die beide

in Newfoundland zijn gevestigd. De firma’s zeggen dat Kean hun enige leverancier is. Zijn klanten beweren dat het water, dat afkomstig is uit het binnenste van een ijsberg, van nature zuiverder is dan gewoon water, omdat het eeuwenlang is beschermd tegen verontreiniging in de lucht en de zee. De bedrijven zeggen dat ze de zuiverheid van het water controleren. Mark Serreze, directeur van het Nationaal Datacentrum voor Sneeuw en IJs aan de Universiteit van Colorado in het Amerikaanse Boulder, stelt dat hij geen proeven heeft gedaan waarbij het ijsbergwater met gewoon kraanwater wordt vergeleken. Maar omdat het ijs

Het ijs wordt ‘geoogst’ bij Cape Spear, Newfoundland, ook wel Iceberg Alley genoemd door zeelieden die op drift geraakte ijsschotsen al eeuwen geleden vreesden. © Greg Locke / Reuters

Route

Als hij eenmaal geschikt ijs vindt, probeert hij zo goed mogelijk in te schatten wat de toekomstige route van de ijsberg zal zijn en wanneer hij in een rustige baai terecht zal komen. Dan gaat hij terug, haalt zijn boot uit het dok, ronselt bemanningsleden en vaart uit op weg naar zijn prooi. Er is een vergunning van de provinciale overheid nodig om het ijs te mogen oogsten. De meeste jaren vindt Kean genoeg ijs om zijn belangrijkste klanten tevreden te stellen, die zeggen dat de vraag naar ijsbergwater de pan uit rijst. Volgens Hugh McDermott, general manager van Quidi Vidi Brewing Co. in St. John’s, heeft het bedrijf moeite te

pagina 34 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

AM._AZ._M.O._AFR..indd 34

13-08-13 14:40


azië

bhutan

De eigenaar van Iceberg Man Tours vindt dat Kean zijn werk moet doen ‘waar niemand kan zien hoe hij de ijsbergen in mootjes hakt’

afkomstig is van de Groenlandse ijskap, meent hij dat ‘dit absoluut behoorlijk zuiver ijs moet zijn’. Serreze zegt dat hij op expedities vaak martini’s heeft gemaakt met gletsjerijs. Hij kan niet zeggen hoe zuiver het water precies was, maar de martini’s ‘waren fantastisch’. ’s Winters heeft Kean andere bronnen van inkomsten, als sneeuwmobielgids en vervoerder van schroot. Maar hij is ieder jaar weer meer tijd kwijt aan de ijsbergjacht, een activiteit die volgens hem in goede jaren honderdduizenden dollars kan opleveren. Als hij eenmaal op zee is, probeert hij stukken ijs binnen te halen. Die stukken hebben meestal de omvang van rotsblokken, maar zijn soms zo groot als een Mini Cooper. Hij haalt het ijs met een lier binnenboord en brengt het dan aan land. Daar smelt hij het en slaat hij het water op, om het vervolgens aan zijn klanten te leveren. De afgelopen jaren, toen er niet genoeg kleinere stukken ronddreven, heeft hij met een geweer op de grotere ijsbergen geschoten om geluidsgolven te veroorzaken waardoor kleinere stukken afbraken en in het water vielen. Tegenwoordig gebruikt hij een gigantische hydraulische arm op zijn boot, die stukken ijs van de ijsbergen aftrekt. Als dat allemaal niet mag baten, vaart hij tot heel dicht bij een ijsberg om er met een bijl of een kettingzaag een stuk af te hakken of te zagen. Volgens sommige plaatselijke toeristische bedrijven tast hij op die manier de onbedorven schoonheid van de ijsbergen aan, waar iedere zomer drommen toeristen op afkomen. Cecil Stockley, de eigenaar van Iceberg Man Tours in Twillingate, Newfoundland, vindt dat Kean zijn werk veel verder uit de buurt van de kustdorpen en de routes van de toeristenboten moet doen, ‘waar niemand kan zien hoe hij de ijsbergen in mootjes hakt’. Kean en de bedrijven waarvoor hij

werkt, zeggen dat ze slechts een klein percentage van alle ijsbergen oogsten, en dat hij probeert de meest toeristische gebieden te vermijden. De belangstelling van Kean voor ijsbergen dateert van de jaren negentig, toen een plaatselijke nonprofitorganisatie hem benaderde om te helpen bij een project rond ijsbergen. Hij was destijds nog visser van beroep. In 1997 vroeg Iceberg Vodka hem om te beginnen met het oogsten van ijs.

Honderden kilometers

Vlak na de dageraad op de eerste dag van zijn zoektocht dit voorjaar verlaat Kean zijn schip in het dok, waar zijn veiligheidsofficier Justin Crummy – een voormalig amateurworstelaar en Viking-fanaat – aan het schoonmaken is en het schip van een nieuwe laag verf voorziet. Kean rijdt met zijn auto honderden kilometers in noordwestelijke richting, naar het kleine stadje Conche. Onderweg stopt hij regelmatig om met een verrekijker over zee uit te kijken. Door toedoen van een dikke laag mist heeft hij weinig geluk. Op een modderige kustweg stuit hij op een bekende. ‘Heb je de laatste tijd nog ijsbergen gezien?’ vraagt hij. De man zegt van niet. Net als hij op het punt staat om weer verder te gaan, ziet Kean iets wat op de rand van een kleine ijsberg lijkt. Hij loopt naar een uitkijkpunt. En ja, er drijven drie kleine ijsbergen voor de kust. Maar die zijn de moeite van het uitvaren niet waard. Volgens Kean zouden ze waarschijnlijk al zijn gesmolten voordat hij ze met zijn boot kan bereiken. Intussen heeft een ander van zijn contacten een paar honderd kilometer naar het zuiden een ijsberg gemeld. Kean rijdt erheen, maar als hij arriveert, is er niets meer te zien. Hij besluit naar huis terug te gaan, in de overtuiging dat hij verder naar het noorden, naar Labrador, zal moeten varen om de oogst van deze zomer binnen te halen. ‘Moeder Natuur kan soms behoorlijk wreed zijn’, zegt hij. Will Connors

Bhutan is geen sereen boeddhistisch paradijs The New York Times – New York

Al meer dan twintig jaar woont de Bhutanees Vidhyapati Mishra in een vluchtelingenkamp in het oosten van Nepal, het land van zijn verre voorouders. Voor hem en bijna honderdduizend anderen werd die afkomst fataal: ze moesten Bhutan verlaten.

V

oordat mijn familie in 1992 werd verbannen uit Bhutan, woonde ik met mijn ouders en mijn zeven broers en zussen in het zuiden van het land. Dat is het vruchtbaarste deel van het koninkrijkje dat ligt ingeklemd tussen Tibet en India – een lappendeken van bergen, vlakten en bergweitjes. Ons huis stond in een klein dorp, met terrassen vol mais, gierst en boekweit, met een tuintje vol kardemom, met bijenkorven en genoeg grasland voor de koeien, ossen, schapen en karbouwen. Dit was het enige thuis dat we kenden.

Volkstelling

Nadat Bhutan halverwege de jaren tachtig van de vorige eeuw de nationaliteitseisen had verscherpt, werd er in het zuiden een speciale volkstelling gehouden, waarna bijna honderdduizend mensen het land uit werden gezet – bijna een zesde van de bevolking, vrijwel allemaal van Nepalese afkomst. Mijn familie was er ook bij. Wij werden tot illegalen bestempeld, terwijl velen van ons al enkele generaties in Bhutan woonden. Niemand van ons is het land ooit nog binnengelaten. De ongekende omvang van deze exodus, relatief gezien een van de grootste ter wereld gezien het geringe inwoneraantal van het land, is door de internationale gemeenschap genegeerd – uit onverschilligheid of omdat men zich zand in de ogen heeft laten strooien

door de van overheidswege gesponsorde beelden van Bhutan als een sereen boeddhistisch paradijs. Dit beeld wordt nog eens versterkt door het beleid van ‘bruto nationaal geluk’ dat in de jaren zeventig is bedacht door koning Jigme Singye Wangchuck. Bhutan is zelfs een inspiratiebron geweest voor de Verenigde Naties, die 20 maart vorig jaar hebben uitgeroepen tot Internationale Dag van Geluk – een bittere pil voor iedereen die tot staatloos burger is gemaakt door deze koning, een alleenheerser in de tijd dat wij werden verbannen. Veel van onze voorouders werden halverwege de negentiende eeuw uit Nepal gehaald om op de landbouwgronden in het zuiden van Bhutan te werken. Wij staan bekend als Lhotshampa – letterlijk: de mensen uit het zuiden. De Drukpa, de boeddhistische elite, en de hindoeïstische Lhotshampa hadden goeddeels in vrede naast elkaar gewoond tot 1989, toen de koning met zijn ‘één land, één volk’-politiek kwam en iedereen de sociale normen van de Drukpa oplegde. De verordening legde tot in de kleinste details vast hoe we ons in het openbaar dienden te gedragen: hoe we moesten eten, hoe we ons moesten kleden en hoe we moesten praten. Het was verboden om op school Nepalees te praten en de hindoe-pathshala’s, ofwel de seminaries waar in het Sanskriet de heilige schrift wordt onderwezen, werden gesloten.

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 35

AM._AZ._M.O._AFR..indd 35

13-08-13 14:40


azië

bhutan

Soms werden er gedroogde pepertjes in zijn cel gebrand om hem het ademen onmogelijk te maken

De protesten die in de zomer van 1990 begonnen, bedoeld om een einde te maken aan de alleenheerschappij en aan de vervolging van de Lhotshampa, werden de kop ingedrukt. De onderdrukking werd steeds heviger: er werden middelen gebruikt als marteling, verkrachting, uitzetting en ontslag op basis van etnische achtergrond. Als onderdeel van de intimidatiecampagne die de overheid in het zuiden voerde, werd van de ene op de andere dag mijn school gesloten. Het schoolhoofd riep iedereen bij elkaar, zei dat we onze spullen moesten pakken en meteen naar huis moesten gaan. In mijn laatste maanden in Bhutan kon ik groep 4 niet afmaken, maar zorgde ik thuis voor onze dieren.

Soldaten

Op een winterdag in 1991 stond mijn moeder in de keuken, was mijn vader zich aan het scheren en waren mijn broers en zussen en ik aan het eten. Het moet rond het middaguur zijn

geweest – ik herinner me het gezoem van de bijen die dagelijks op voedsel uitgingen. Soldaten in uniform stormden het huis binnen en gristen onze identiteitspapieren, geboorteakten en andere documenten bij elkaar. Ze beschuldigden mijn vader ervan dat hij strijd voerde tegen de regering. Ze gelastten hem zijn bakkhu aan te trekken, het nationale Drukpa-gewaad, dat nog nat aan de lijn hing omdat het die ochtend was gewassen, en sleurden hem naar buiten, waarbij ze hem schopten en hem in zijn gezicht sloegen. Hij werd met tientallen buren naar een school gebracht die was omgevormd tot een legerkamp. Mijn vader werd 91 dagen vastgehouden in een kleine, klamme cel. Hij werd met zware houtblokken tegen de grond gedrukt, kreeg naalden in zijn vingers gestoken, kreeg urine te drinken in plaats van water, werd gedwongen om zonder eten de hele dag hout te hakken. Soms werden er gedroogde pepertjes in zijn cel gebrand om hem het ademen onmogelijk te maken. Uitein-

delijk was hij bereid de zogenaamd vrijwillige emigratieformulieren te tekenen, waarna hij een week de tijd kreeg om het land te verlaten waar onze familie al vier generaties woonde. Omdat we niet wisten wanneer we zouden terugkeren, lieten we onze dieren vrij en lieten we alle ramen en deuren van het huis open. We liepen door de lenteregens naar de grens met India, door bossen en valleien. Bij de grens laadden de Indiërs, die niets van ons wilden weten, ons in vrachtwagens en zetten ons af aan de grens van Nepal.

Opvangkampen

Wij behoorden tot de 90.000 Bhutanese vluchtelingen die destijds de opvangkampen in het oosten van Nepal overspoelden. Uiteindelijk groeide ons aantal zelfs uit tot meer dan 115.000, omdat er steeds mensen bij kwamen en er ook kinderen werden geboren. Mijn ouders, een van mijn broers en ik hebben die opvangkampen 21 jaar lang als ons thuis beschouwd. Hoewel er van de oorspronkelijke zeven vluchtelingenkampen nog maar twee over zijn, wonen er nog altijd een kleine 36.000 mensen, in erbarmelijke omstandigheden. Meer dan 80.000 mensen hebben zich in andere landen gevestigd. 68.000 mensen, onder wie mijn vrouw, de meesten van mijn broers en zussen en aanverwante familieleden, zijn naar de Verenigde Staten verhuisd. Ik hoop me binnen afzienbare tijd bij hen te kunnen voegen. Ons helpen betekent echter niet hetzelfde als ons helpen in onze strijd: met elke vluchteling die zich elders vestigt, neemt de druk op de regering van Bhutan af om haar verantwoordelijkheid te nemen voor de mensen die ze heeft verjaagd, en om die uiteindelijk weer toe te laten. Bhutan werd in 2008 een constitutionele monarchie, twee jaar nadat koning Jigme Singye Wangchuck afstand had gedaan van de troon en was opgevolgd door zijn oudste zoon. Om de belofte van democratie en de reputatie als verbreider van geluk waar te maken, zou de regering alle Lhotshampa die nog in de grensgebie-

Bhutanese vluchtelingen van Nepalese afkomst wachten op een vlucht naar de Verenigde Staten. In 2008 werd het Internationale Organisatie voor Migratie (IOM)-programma gelanceerd om vluchtelingen uit kampen in het oosten van Nepal, die halverwege de jaren tachtig massaal Bhutan uit werden gezet, te hervestigen. De VS zijn een van de acht landen die aan het programma deelnemen. – © Robert Nickelsberg/Getty Images

den wonen volledige burgerrechten moeten geven – waaronder de Bhutanese nationaliteit en het stemrecht. Ook zou de regering de verdreven Lhotshampa de mogelijkheid moeten bieden om terug te keren. In plaats daarvan heeft Bhutan onze eisen stelselmatig afgewezen. Series besprekingen tussen Bhutan en Nepal over de status van de Lhotshampa hebben bitter weinig opgeleverd. De internationale gemeenschap kan niet langer de ogen sluiten voor deze ramp.

Met elke vluchteling die zich elders vestigt, neemt de druk op de regering van Bhutan af om haar verantwoordelijkheid te nemen

De Verenigde Naties moeten erop staan dat Bhutan, een lidstaat, zich houdt aan het vluchtelingenverdrag, waarin ook ons recht op terugkeer is vastgelegd. Ook andere landen dragen verantwoordelijkheid. Het verarmde en intern verdeelde Nepal, dat al onderdak biedt aan een groot aantal Tibetaanse vluchtelingen en andere staatloze burgers, zit duidelijk niet te wachten op de Lhotshampa, hoewel we gemeenschappelijke voorouders hebben. Ook heeft Nepal nauwelijks hulp gevraagd aan andere landen om het vluchtelingenprobleem het hoofd te kunnen bieden. India zou zijn invloed kunnen aanwenden om Bhutan onder druk te zetten, zodat de regering de wegen heropent die zijn aangelegd om de exodus mogelijk te maken – maar dan bedoeld voor onze veilige terugkeer. Maar totdat de wereld besluit te kijken wat er schuilgaat achter de sluier van het paradijs, ga ik ervan uit dat de weg naar huis voor mij onbegaanbaar zal blijven. Vidhyapati Mishra

pagina 36 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

AM._AZ._M.O._AFR..indd 36

13-08-13 14:40


midden-oosten

syrië

Francesca Borri in Aleppo. – © Alessio Romenzi

Alleen in een onbekende wereld Columbia Journalism Review – New York

Francesca Borri zit vast in ‘de hel die Aleppo nu is’ en krijgt 70 dollar voor een artikel, dat met een beetje geluk onder haar eigen naam wordt gepubliceerd. Hoewel zij de situatie wil analyseren, willen de redacties niets dan bloed. Een hartekreet van een bange en eenzame journalist.

E

indelijk liet hij wat van zich horen. Nadat ik meer dan een jaar als freelancer voor hem had gewerkt – een jaar waarin ik tyfus opliep en in mijn knie werd geschoten – keek mijn eindredacteur naar het nieuws, meende dat ik een van de gekidnapte Italiaanse journalisten in Syrië was en stuurde me een e-mail waarin stond: ‘Als je verbinding kunt krijgen, twitter dan over je situatie.’ Diezelfde dag keerde ik in de avond terug naar het rebellenkamp waar ik

verbleef, midden in de hel die Aleppo nu is. Te midden van het stof en de honger en de angst hoopte ik een vriend te vinden, iemand die aardig voor me zou zijn, me zou troosten. In plaats daarvan vond ik weer een e-mail van Clara, die vakantie vierde in mijn huis in Italië. Ze had me er al acht gestuurd – ‘Dringend!’ Nu zocht ze naar het pasje van mijn sportschool, zodat ze gratis naar binnen kon. De rest van de mails in mijn inbox luidden ongeveer als deze: ‘Briljant artikel van-

daag, net zo briljant als je boek over Irak.’ Jammer, mijn boek ging niet over Irak, maar over Kosovo. Mensen hebben zo’n romantisch beeld van een freelancer: een journalist die de zekerheid van een vast salaris heeft ingeruild voor de vrijheid om te schrijven over de dingen waardoor hij of zij het meest wordt geboeid. Maar we zijn helemaal niet vrij, het is juist tegenovergesteld. Het enige wat ik op dit moment wat werk betreft kan doen, is in Syrië blijven, waar niemand anders wil blijven. En dan ook nog eens in Aleppo, in de frontlinie. Omdat de redacties in Italië ons alleen om bloed vragen, om geweld. Ik schrijf over de islamisten en hun netwerk van maatschappelijke dienstverlening, de basis van hun macht – een stuk dat beslist lastiger te schrijven is dan een artikel vanuit de frontlinie. Ik streef ernaar de situatie te verklaren, niet alleen maar emotie, ontroering, en dan krijg ik te horen: ‘Wat is dát nou? Zesduizend woorden en geen enkele dode?!’

Eigenlijk had ik het al moeten beseffen toen mijn eindredacteur me vroeg om een stuk over Gaza, omdat Gaza, zoals wel vaker, was gebombardeerd. Ik kreeg deze e-mail: ‘Jij kent Gaza door en door. Wat maakt het nou uit dat je nu in Aleppo zit?!’ En zo is het maar net. De waarheid is dat ik in Syrië terechtkwam omdat ik in Time de foto’s van Alessio Romenzi zag, die Homs was binnengesmokkeld via het riool toen niemand zich nog bewust was van het bestaan van Homs. Ik zag zijn opnamen terwijl ik naar Radiohead zat te luisteren – die ogen die me aanstaarden. De ogen van mensen die, een voor een, werden gedood door het leger van Assad, en niemand die zelfs maar

‘Wat is dát nou? Zesduizend woorden en geen enkele dode?!’ 17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 37

AM._AZ._M.O._AFR..indd 37

13-08-13 18:07


midden-oosten

had gehoord van een plek die Homs heette. Een bankschroef klemde zich om mijn geweten. Ik moest meteen afreizen naar Syrië. Maar of je nu vanuit Aleppo, Gaza of Rome schrijft, op de redactie zien ze het verschil niet. Je krijgt hetzelfde betaald: 70 dollar per artikel. Zelfs op een plek als Syrië, waar de prijzen verdrievoudigd zijn vanwege de riskante omstandigheden. Overnachten in dit rebellenkamp, op een matras op de grond, onder mortiervuur, met geel water waar ik tyfus van heb gekregen, kost bijvoorbeeld 50 dollar per nacht. Een auto kost 250 dollar per dag. Dus vergroot je de risico’s, in plaats van ze te verkleinen. Je kunt je niet alleen geen verzekering veroorloven – die kost bijna 1.000 dollar per maand – maar ook geen plaatselijke assistent of tolk. Je staat alleen in een onbekende wereld. Die redacteuren weten heel goed dat 70 dollar per artikel je dwingt om op alles te bezuinigen. Ze weten ook dat je, als je ernstig gewond raakt, in de verleiding komt te hopen dat je het niet overleeft, want je kunt je niet veroorloven om gewond te zijn. Maar toch nemen ze je artikel af, al zouden ze nooit een voetbalshirtje kopen dat door een kind in Pakistan is gemaakt.

Zelfvernietigende logica

Met de nieuwe communicatietechnologieën ben je geneigd te geloven dat snelheid gelijkstaat aan informatie. Maar dat is gebaseerd op een zelfvernietigende logica: de inhoud is nu standaard en jouw krant, jouw tijdschrift, onderscheidt zich niet meer, en dus is er geen reden om de verslaggever te betalen. Ik bedoel: voor het nieuws heb je internet – gratis. Het zijn de media die zich in een crisis bevinden, niet de lezers. Die bestaan nog, en in tegenstelling tot wat veel redacties denken, zijn het intelligente lezers die vragen om eenvoud zonder vereenvoudiging. Ze willen het begrijpen, niet alleen weten. Telkens als ik een ooggetuigenverslag over de oorlog

syrië

schrijf, krijg ik tientallen e-mails van mensen die zeggen: ‘Oké, prima stuk, heel beeldend, maar ik wil begrijpen wat er zich in Syrië afspeelt.’ En ik zou zo graag willen antwoorden dat ik geen analyserend artikel kan leveren, omdat de eindredacteur het simpelweg zou weigeren met de woorden: ‘Wie denk jij wel dat je bent, meid?’ – zelfs al heb ik drie universitaire titels, heb ik twee boeken geschreven en tien jaar lang oorlogen meegemaakt, eerst in dienst van een mensenrechtenorganisatie en nu als journalist. Mijn jeugd was voorbij toen ik op mijn drieëntwintigste in Bosnië met stukjes hersenen werd bespat.

Ook nog een vrouw

Freelancers zijn tweederangsjournalisten – al zijn er hier in Syrië alleen freelancers omdat dit een vuile oorlog is, een oorlog uit de vorige eeuw. Dit is een loopgravenoorlog tussen rebellen en loyalisten die zo dicht bijeen zijn dat ze tegen elkaar schreeuwen terwijl ze elkaar beschieten. De eerste keer dat je aan het front bent, kun je je ogen niet geloven, met al die bajonetten die je alleen in geschiedenisboeken hebt gezien. Moderne oorlogen zijn droneoorlogen, maar hier vechten ze meter voor meter, straat voor straat, en dat is godvergeten griezelig. Maar de redacties in Italië behandelen je als een kind: je krijgt je foto op de voorpagina en ze zeggen dat je gewoon geluk hebt gehad dat je op het juiste moment op de juiste plaats was. Je krijgt een exclusief verhaal, zoals het verhaal dat ik vorig jaar september schreef over de oude stad van Aleppo, een plek die op de Werelderfgoedlijst van Unesco staat, die in vlammen opging toen de rebellen en het Syrische leger er strijd voerden. Ik was de eerste buitenlandse journalist die er kwam, en de eindredacteur zei: ‘Hoe kan ik uitleggen dat de journalist die bij ons in vaste dienst is er niet kon komen en jij wel?’ Ik kreeg de volgende e-mail van een redacteur over dat artikel: ‘Ik koop het, maar ik publiceer het onder de naam van onze eigen journalist.’ En dan ben ik natuurlijk ook nog een vrouw. Pas geleden werden we op een avond van alle kanten beschoten. Ik zat in een hoek, met de enige uitdrukking op mijn gezicht die je op je gezicht

Het vunzige geheim is dat we in plaats van samen te werken, elkaars ergste vijanden zijn

Het straatbeeld in Bustan al-Basha, een buurt in Aleppo waar veel gevechten en bombardementen plaatsvinden, 25 juli 2013. – © Muzaffar Salman / Reuters

kunt hebben als je elk moment dood kunt zijn. Een andere verslaggever kwam op me af, nam me van top tot teen op en zei: ‘Dit is geen geschikte plek voor vrouwen.’ Wat kun je tegen zo’n kerel zeggen? Idioot, dit is voor niemand een geschikte plek. Als ik bang ben, dan komt dat omdat ik normaal ben. Want Aleppo is een en al buskruit en testosteron, en iedereen is getraumatiseerd. Henri, die alleen over oorlog praat; Ryan, die leeft op amfetamine. En toch vragen ze bij elk uiteengereten kind alleen aan mij, een ‘zwakke’ vrouw, hoe het met me gaat. En ik heb de neiging om te antwoorden: net als met jou. En de avonden dat ik verdrietig kijk, zijn nu net de avonden waarop ik mezelf bescherm, en alle emoties en gevoelens uitban. Dat zijn de avonden waarop ik mezelf spaar. Want Syrië is Syrië niet meer. Het is een krankzinnigengesticht. Je hebt er de Italiaanse man die werkloos was en zich heeft aangesloten bij Al-Qaida, en wiens moeder hem overal zoekt omdat ze hem een flink pak slaag wil geven. Je hebt de Japanse toerist die zich bij de frontlinie ophoudt, omdat hij volgens eigen zeggen twee weken ‘opwinding’ nodig heeft. De Zweed die is afgestudeerd in de rechten en hier gekomen is om bewijzen van oorlogsmisdaden te verzamelen. De Amerikaanse musici met baarden in Bin Laden-stijl die ze hebben laten staan om op te kunnen gaan in de menigte, hoewel ze blond zijn en bijna twee meter lang. (Ze hebben malariapillen meegenomen, al heerst hier geen malaria, en willen die uitdelen terwijl ze vioolspelen.) Je hebt er ook de diverse functionarissen van diverse VN-agentschappen die, als je ze vertelt dat je een kind kent dat leishmaniasis heeft (een parasitaire ziekte

die verspreid wordt door de beet van een zandvlieg) en vraagt of ze zijn ouders kunnen helpen om hem voor behandeling naar Turkije te vervoeren, zeggen dat ze dat niet kunnen omdat het maar om één kind gaat, en zij zich alleen bezighouden met de ‘jeugd als geheel’.

Felle concurrentie

Maar wij zijn per slot van rekening oorlogsverslaggevers, nietwaar? Een hechte groep broeders en zusters. We zetten ons leven op het spel om de stemlozen een stem te geven. We hebben dingen gezien die de meeste mensen nooit zullen zien. Wij zijn een schat aan verhalen tijdens een etentje, de koele kikkers die iedereen graag aan tafel wil hebben. Maar het vunzige geheim is dat we in plaats van samen te werken, juist elkaars ergste vijanden zijn. En de reden voor de 70 dollar per artikel is niet dat er niet meer geld is, want er is altijd geld voor een stuk over Berlusconi’s vriendinnen. De echte reden is dat als jij 100 dollar vraagt, iemand anders bereid is om het voor 70 dollar te doen. De concurrentie is extreem fel – zoals Beatriz aantoonde, die me vandaag de verkeerde kant uitwees zodat zij de enige was die de demonstratie kon verslaan, en ik me plotseling tussen de sluipschutters bevond. Alleen om een demonstratie te verslaan, net als honderden anderen. En toch doen we net of we hier zijn opdat niemand kan zeggen: ‘Maar ik wist niet wat er in Syrië aan de hand

pagina 38 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

AM._AZ._M.O._AFR..indd 38

13-08-13 14:40


midden-oosten

hezbollah

was.’ Terwijl we hier eigenlijk alleen zijn om een prijs te winnen, om in de kijker te lopen. We werken elkaar tegen alsof we een Pulitzer zouden kunnen bemachtigen, terwijl er absoluut niets te winnen is. We worden verdrukt tussen een regime dat je alleen een visum verstrekt als je tegen de rebellen bent, en rebellen die je alleen laten zien wat ze willen dat je ziet. De waarheid is dat we mislukkelingen zijn. Over twee jaar herinneren onze lezers zich nog amper waar Damascus ligt, en de wereld beschrijft de gebeurtenissen in Syrië instinctief als ‘die rotzooi’, omdat niemand iets van Syrië begrijpt – alleen bloed, bloed, bloed. En daarom kunnen de Syriërs ons niet meer uitstaan. Omdat we de wereld foto’s laten zien als die van dat zevenjarige kind met een sigaret en een kalasjnikov. Het is duidelijk een geënsceneerde foto, maar hij is in maart in kranten en op websites over de hele wereld verschenen en iedereen schreeuwde: ‘Wat zijn die Syriërs, die Arabieren, een stel barbaren!’ Toen ik hier net was, hielden de Syriërs me aan en zeiden: ‘Dank je dat je de wereld de misdaden van het regime laat zien.’ Vandaag hield een man me aan. Hij zei: ‘Schaam je.’ Als ik werkelijk iets van oorlog had begrepen, zou ik me niet op zijsporen hebben laten leiden met pogingen om over rebellen en loyalisten te schrijven, soennieten en sjiieten. Want het enige verhaal dat je in een oorlog kunt vertellen, is hoe je zonder angst moet leven. Alles kan in een ogenblik voorbij zijn. Als ik dat had geweten, was ik in mijn leven niet zo bang geweest om lief te hebben, om te durven. Nu zit ik hier met mijn armen om me heen, in dit duistere, ranzige hoekje, enorme spijt te hebben van alles wat ik niet heb gedaan, alles wat ik niet heb gezegd. Jullie die morgen nog in leven zijn, waar wachten jullie op? Waarom hebben jullie niet genoeg lief ? Jullie die alles hebben, waarom zijn jullie zo bang? Francesca Borri

Francesca Borri (Italië, 1980) studeerde Internationale Betrekkingen, Mensenrechten en Rechtsfilosofie. Op www.theguardian.com was inmiddels ook haar reactie te lezen op de vele e-mails die ze kreeg n.a.v. bovenstaand stuk; Borri uit haar teleurstelling in haar medefreelancers, die haar niet bijvielen, en in het gebrek aan interesse in de situatie in Syrië, waar niemand verder op inging.

Bij een aanslag van een zelfmoordterrorist op een bus met Israëlische toeristen in de Bulgaarse stad Burgas kwamen zes mensen om het leven. 32 mensen raakten gewond. – © Reuters

Hezbollahs imperium Op 22 juli zette de EU de gewapende tak van Hezbollah (de ‘Partij van God’) op de zwarte lijst van terroristische organisaties. Een overzicht van de activiteiten van de partij in Europa.

Now. – Beiroet

A

l jaren spreken de Verenigde Staten en een aantal lidstaten van de Europese Unie openlijk hun bezorgdheid uit over de activiteiten en de invloed van Hezbollah op het wereldtoneel. Nadat in juli 2012 bij een terroristische aanslag op een kleine luchthaven in Bulgarije zes doden vielen en bleek dat agenten van Hezbollah bij deze aanslag betrokken waren geweest, voerden de Verenigde Staten en Israël

hun druk op de EU verder op om de Libanese Partij van God op de zwarte lijst te krijgen. In de Verenigde Staten luidden de autoriteiten twintig jaar geleden al de noodklok door voortdurend drugshandelaren, wapenhandelaren en witwassers aan te houden die banden hadden met Hezbollah-leden op het westelijk halfrond. In Zuid-Amerika leidde de politieke toenadering tussen enerzijds Iran en Hezbollah en anderzijds de ‘Bolivariaanse’ landen tot militaire samenwerking en handelsovereenkomsten.

West-Afrika was al berucht om zijn handel in drugs en bloeddiamanten [waarvan de opbrengst naar rebellengroeperingen gaat]. Het feit dat hier nu veel aan Hezbollah gelieerde

In de VS luidden de autoriteiten twintig jaar geleden al de noodklok

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 39

AM._AZ._M.O._AFR..indd 39

13-08-13 14:40


midden-oosten zakenlieden actief zijn in landen met zwakke en corrupte regeringen, voedt de speculaties over het type onderneming dat een bijdrage levert aan de financiering van Hezbollah. In Europa vormt de politieke en economische aanwezigheid van de Partij van God, die hier fondsen inzamelt voor goede doelen, een bron van polemiek

hezbollah

in politieke en intellectuele kringen binnen de EU. Ondertussen maken beleidsmakers zich zorgen over de financiële activiteiten van Hezbollah. In diverse continenten zijn politie en justitie erin geslaagd netwerken op te rollen en het bewijs te leveren dat Hezbollah-agenten en sympathiserende zakenlieden betrokken waren

bij illegale activiteiten om geld in te zamelen en wapens te kopen. Om feit en fictie van elkaar te scheiden als het gaat om Hezbollahs financiële en zakenimperium, maar ook als het gaat om zijn aanhangers en illegale activiteiten, is [de Libanese website] Now. in bestaande onderzoeken gedoken teneinde de balans op te maken

in een reeks landen in vijf delen van de wereld. Ana Maria Luca

Hieronder zijn alleen de Europese landen uitgelicht. Zie voor het gehele overzicht van de verschillende continenten: now.mmedia.me/lb/en/specialreports/ hezbollah-around-the-world

ZWEDEN

DENEMARKEN

Hezbollah beschikt in Denemarken over een netwerk van liefdadigheidsinstellingen waaraan aanhangers geld schenken, meestal via de moskeeën. Hezbollah-agenten zouden in Denemarken bovendien actief zijn in het werven van nieuwe leden. In 2010 werden twee in Denemarken gerekruteerde Arabisch-Israëlische activisten beschuldigd van spionage voor Hezbollah.

Ook Zweden herbergt een omvangrijke gemeenschap Hezbollah-aanhangers, die ongehinderd haar gang mag gaan in het land. In 2012 werden twee Zweedse mannen van Libanese afkomst gearresteerd omdat ze bezig waren aanslagen tegen Israëliërs voor te bereiden.

SLOWAKIJE

Op 21 november 2009 werden drie Libanese staatsburgers met een Slowaakse verblijfsvergunning gearresteerd toen ze wapens en gestolen goederen aan het smokkelen waren. De zwaarste beschuldigingen waren gericht tegen de 38-jarige Dani Tarraf, die geprobeerd zou hebben om tienduizend Colt M4-machinegeweren en honderd Stingerluchtdoelraketten voor ‘het Libanese verzet’ te kopen.

MOLDAVIË

De Libanese honorair consul Mahmoud Ahmad Hammoud, die in de jaren negentig het aangrenzende Roemenië werd uitgezet omdat hij had geprobeerd in Transnistrië Russische wapens te kopen namens Hezbollah, verkreeg later de Moldavische nationaliteit. Volgens een document uit 2003 fungeerde Hammoud als contactpersoon voor het transport van vijftig Strela-2M-raketten naar Libanon. De wapens waren gekocht in Transnistrië en vanuit de Moldavische hoofdstad Chisinau naar Beiroet gestuurd.

Stockholm

DUITSLAND

Volgens het Bundesamt für Verfassungsschutz – de Duitse binnenlandse veiligheidsdienst – telde het land in 2011 bijna 950 militanten. In 2010 werden de Duitse autoriteiten gealarmeerd door een drugszaak. Der Spiegel meldde toen dat op de luchthaven van Frankfurt een Libanees gezin was gearresteerd dat veel contant geld bij zich had. Uit onderzoek bleek later dat de familie deel uitmaakte van een netwerk van cocaïnesmokkelaars dat banden had met Zuid-Amerikaanse drugskartels.

Kopenhagen

Brussel

Bratislava

Chisinau

Sofia

Madrid

CYPRUS

SPANJE

Nicosia

Nadat zes Spaanse militairen van de vredesmacht van de Verenigde Naties in Libanon (Unifil) in juni 2007 bij een bomaanslag waren omgekomen, hadden agenten van de Spaanse inlichtingendiensten in het geheim een ontmoeting met militanten van Hezbollah, die beloofden dat zij ‘escortes’ zouden leveren om Spaanse Unifil-patrouilles te beschermen. Dat schrijft de Amerikaanse journalist Nickolas Blandford in een rapport. In ruil daarvoor zouden de Spaanse soldaten een oogje dichtknijpen terwijl Hezbollah zich opnieuw aan het bewapenen was.

LIBANON

In maart veroordeelde een Cypriotische rechtbank een lid van Hezbollah tot drie jaar gevangenisstraf wegens het voorbereiden van aanslagen op Israëlische doelen in Cyprus. Hossam Taleb Yaccoub, een 25-jarige Zweed van Libanese afkomst, heeft bekend dat hij door Hezbollah was gerekruteerd voor surveillancemissies op diverse toeristische locaties in Europa. Bij zijn aanhouding in juli 2012 was hij in het bezit van een rood notitieboekje waarin de kentekens stonden van twee bussen die Israëlische toeristen vervoerden.

BULGARIJE BELGIË

Libanese diamanthandelaren uit Antwerpen duiken op in de zaak van de Lebanese Canadian Bank. Deze bank, die al sinds 2011 op de zwarte lijst van het Amerikaanse ministerie van Financiën stond, werd verkocht aan de Société Générale de Banque au Liban nadat de Amerikaanse autoriteiten bij toeval waren gestuit op een van ’s werelds meest geavanceerde netwerken voor drugshandel en het witwassen van geld, dat banden had met Hezbollah.

Half juli 2012 blies een jonge man met een rugzak vol explosieven zichzelf op in een bus met Israëlische toeristen bij de luchthaven van Burgas, een badplaats aan de Zwarte Zee. Voor die tijd was er niets bekend over eventuele activiteiten van Hezbollah in Bulgarije. Maar na deze aanslag, waarbij zes doden vielen (vijf toeristen en de Bulgaarse buschauffeur), haastten zowel de FBI als de Israëlische autoriteiten zich om Hezbollah te beschuldigen. Na een onderzoek dat ongeveer zes maanden duurde, verkondigde de Bulgaarse minister van Binnenlandse Zaken dat Hezbollahagenten inderdaad betrokken waren geweest bij de voorbereidingen van de aanslag

bron: now.mmedia.me

pagina 40 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

AM._AZ._M.O._AFR..indd 40

13-08-13 14:41


w.mmedia.me

afrika

zimbabwe

Een koe als onderpand Mail & Guardian – Johannesburg

In Zimbabwe ontstaat een nieuwe vorm van bankieren: de rundveebank. Boeren kunnen er hun vee inbrengen en vervolgens toegang krijgen tot kapitaal. Met rente.

T

N Livestock Trust (TNLT), een dochteronderneming van Lifestyle Holdings in Zimbabwe, accepteert ‘stortingen’ van rundvee. De stortingen moeten worden verricht op het 540 hectare grote veebedrijf van de onderneming. Met dit project wil TNLT ‘boeren kredietwaardig maken’. Voor de grote plattelandsbevolking van Zimbabwe is vee een belangrijke vorm van bezit, dat daarnaast trekkracht, mest, vlees en melk levert. Ook kan het als betaalmiddel fungeren bij boetes voor wetsovertredingen en bij huwelijken. Tot nu toe konden boeren hun vee echter niet gebruiken als onderpand bij bankleningen.

Quarantaine

Bij deze nieuwe wijze van bankieren leveren boeren hun rundvee af bij de boerenbedrijven van TNLT, die als ‘veebanken’ werken. Het vee wordt verder door personeel van de bank verzorgd. De dieren worden onderzocht op ziekten en ten minste twee weken in quarantaine gehouden, voordat ze zich bij het overige vee op de boerderij mogen voegen. Wanneer de boeren hun runderen afleveren, krijgen ze in ruil daarvoor verhandelbare pandcertificaten, waarop ras, geslacht, leeftijd, gewicht en de waarde van elk dier staan beschre-

Kinderen kunnen weer naar school want hoeven niet langer op het vee te passen

ven. Boeren kunnen die certificaten vervolgens als onderpand gebruiken bij het aangaan van leningen, ze verhandelen of er weer rundvee van vergelijkbaar gewicht, geslacht en waarde voor terugkrijgen. De certificaten worden nog niet door alle banken geaccepteerd. Volgens Charles Chakoma, directeur van TNLT, gaat het bedrijf met banken onderhandelen om de pandcertificaten erkend te krijgen, zodat boeren geld kunnen lenen tegen hun onderpand aan vee. Maar de boeren laten zich door de terughoudendheid van de banken niet weerhouden. TNLT is na een proefperiode in september vorig jaar, waarbij het 38 stuks rundvee in onderpand nam, in maart van dit jaar definitief met het veebankieren begonnen. Na vier maanden had het bedrijf al 250 runderen in bewaring gekregen, naast de 86 stuks die het startkapitaal van de bank uitmaken. ‘We zitten al aan de grenzen van onze capaciteit’, zegt Chakoma. ‘We moeten nu veel extra voer inslaan, want we hebben te weinig weidegrond op onze boerderij. Sommige boeren brengen hele kuddes naar ons toe.’ Deze dienstverlening zal ook voor veel nieuwe boeren interessant zijn, omdat zij het land dat ze gebruiken vaak niet in onderpand kunnen geven of er officieel geen eigenaar van zijn. De regering geeft alleen ‘aanbiedingsbrieven’ af voor grond, en dat betekent een enorm obstakel omdat banken die niet accepteren als boeren een lening willen aangaan. Geofrey Zambe, een rundveehouder uit de provincie Manicaland [in het westen van Zimbabwe] zegt: ‘Dit plan is erg nuttig, want het is vaak lastig om het vee in de gaten te houden omdat er niet genoeg weidegrond is. Soms houd je je kinderen thuis van school om op het vee te passen.’ Volgens TNLT geeft veebankieren plattelandsbewoners, die meestal niet eens een bankrekening hebben, toegang tot kapitaal. ‘Het zal het leven van boeren veranderen. Kinderen kunnen weer rustig naar school, want ze hoeven niet langer thuis te blijven om op het vee te passen. Dat wordt voortaan voor ze gedaan’, schrijft TNLT in een brochure. Hoe profiteert TNLT er zelf van? ‘Wanneer een boer runderen bij ons onderbrengt, verbeteren wij hun genetische variëteit door middel van stamboek-

stieren of kunstmatige inseminatie. Daardoor wordt de volgende generatie beter dan die ervoor’, zegt Chakoma. Op de vraag hoe de boeren ervan profiteren, antwoordt hij: ‘We gaan ze rente betalen. Die kunnen ze contant ontvangen of in de vorm van extra dieren voor de bij ons ondergebrachte kudde. De rente begint direct na hun storting te lopen.’

Aantrekkelijk percentage

Over de hoogte van de rente wil hij niets kwijt, maar we hebben begrepen dat die is vastgesteld op 10 procent. Meestal betalen Zimbabwaanse banken helemaal geen rente over banksaldi, dus het is een aantrekkelijk percentage. Naast de rentebetalingen onderhandelt de boer ook met de bank over wie de kalveren mag houden die tijdens de verpanding worden geboren. Volgens Chakoma groeit het project snel en zullen er nog dit jaar twee nieuwe boerderijen, in de centraal gelegen regio’s Gweru en Masvingo, aan worden toegevoegd. Daarna volgt uitbreiding naar provincies in de zuidelijke regio Matabeleland. Met name in Matabeleland zullen de activiteiten van de bank bijzonder welkom zijn, omdat een verwoestende droogte

alleen al in Zuid-Matabeleland vorig jaar aan meer dan negenduizend runderen het leven kostte. Volgens regeringsstatistieken is de veestapel van Zimbabwe sinds 2000 gekrompen van 6,8 miljoen tot de huidige 5,2 miljoen. Dat is vooral te wijten aan sterfte als gevolg van de droogte en aan de chaotische landhervormingen die agrarische activiteit in de weg stonden en de economie ruim een decennium lang schade berokkenden. ‘Ik denk dat de rundveebank een nuttige bijdrage kan leveren’, zegt Eddie Cross, secretaris van economische zaken van de Movement for Democratic Change [Beweging voor Democratische Verandering] en voormalig hoofd van de Cold Storage Commission (CSC), die met een jaaromzet van 150.000 ton rundvlees en aanverwante producten ooit de grootste vleesdistributeur van Afrika was. ‘Ik vermoed dat er grote behoefte aan is, maar het grootste probleem zit hem in onduidelijk beleid: er bestaan geen garanties op grondbezit en dat is niet bevorderlijk voor het op peil brengen van de veestapel’, aldus Cross. TNLT onderhandelt momenteel met de CSC en een aantal gemeenten om weidegronden in pacht te nemen. Volgens Chakoma zijn gegarandeerde landaanspraken een integraal onderdeel van de veehouderij. Hij zegt dat vee stortende boeren vaak om garanties vragen dat het project niet plotseling zal worden afgebroken als gevolg van landonteigeningen. Kennedy Maposa

© Burkin, Rusland

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 41

AM._AZ._M.O._AFR..indd 41

13-08-13 14:41


horizon

interview

De risico’s van de nieuwe wereld Frankfurter Allgemeine Zeitung – Frankfurt

Onze vrijheid is in het geding, zegt de Duitse socioloog Ulrich Beck. Nieuwe catastrofes kennen geen begrenzing meer, niet in tijd en niet in ruimte, maar zijn mondiaal en voor ons als individu bovendien onzichtbaar. Uit de Snowdenaffaire blijkt dat we nog niet zijn opgewassen tegen de risico’s van het digitale tijdperk. Beck pleit voor een ‘digitaal humanisme’ om ons te beschermen tegen de controlemaatschappij. En voor een vakbond voor klokkenluiders.

pagina 42 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

Horizon.indd 42

13-08-13 16:31


interview

horizon

Uitzicht op het werkterrein van de Britse Spionagedienst GCHQ’s in Bude. GCHQ tapt internationale telefoon- en internetlijnen en deelt veel verkregen informatie met collega's van de Amerikaanse NSA Š Kieran Doherty / Reuters

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 43

Horizon.indd 43

13-08-13 16:31


horizon

interview

U stelt dat er een nieuw digitaal hoofdstuk in de mondiale risicosamenleving is begonnen. Hoe bedoelt u dat? In de afgelopen decennia hebben we kennisgemaakt met een aantal risico’s voor de hele wereld: het risico van kernenergie, het risico van de financiële wereld, 11 september en terreur – en nu dan het digitale vrijheidsrisico. Al deze risico’s maken in zekere zin deel uit van een technologische ontwikkeling, en van de vrees die herhaaldelijk is geuit tijdens de moder­ niseringsfase van deze nieuwe technologie. En plot­ seling gebeurt er iets waardoor deze risico’s wereld­ wijd een probleem worden, zoals nu bij het vrijheidsrisico.

Wat betekent dit voor het risicobewustzijn van het individu? Het maakt het risicobewustzijn uitermate kwets­ baar, omdat dit zich niet, zoals bij de andere mondi­ ale risico’s, kan richten op een fysiek en feitelijk in tijd en ruimte bestaande catastrofe. Het doorbreekt eigenlijk alleen maar plotseling de aanwezige van­ zelfsprekendheid, de controlemogelijkheden van de moderne informatiesystemen die al bijna tot een tweede natuur worden. Maar door deze openbaar­ making stuit het ook steeds weer op weerstand. Dit is ook op een andere manier te verduidelijken: om te beginnen hebben alle mondiale risico’s enkele ken­ merken gemeen.

U doelt op de onthullingen van Edward Snowden. Ja. Bij het risico van kernenergie leidde het ongeval met de reactor in Tsjernobyl en later met die in Fukushima tot een publiek debat. Maar bij het digi­ tale vrijheidsrisico hebben we met een heel andere logica te maken: hier was niet de catastrofe doorslag­ gevend, want dat zou immers de hegemonie over de controle op mondiaal niveau zijn – wat redenerend vanuit dat informatiemonopolie eigenlijk inhoudt dat het risico is verdwenen.

Welke? Ze maken allemaal op de een of andere manier de wereldwijde onderlinge afhankelijkheid voelbaar. Ze zijn allemaal op een bijzondere manier wereld­ omvattend, dat wil zeggen dat ze niet berusten op ongevallen die zijn begrensd door ruimte, tijd of maatschappij, maar op catastrofes die van die grenzen zijn ontdaan. En het zijn allemaal neven­ effecten van het succes van de modernisering die met terugwerkende kracht de bestaande instituten van de modernisering in twijfel trekken. In het geval van het vrijheidsrisico zijn dat de nationale controlemogelijkheden van de democratie, in de andere gevallen de kansrekening, de verzekering et cetera. Bovendien hebben al deze risico’s gemeen dat ze heel verschillend worden waargenomen. Er ontstaat een clash of risk cultures, om eens een variatie te maken op de term van Huntington [clash of civilizations, botsende beschavingen; de Amerikaanse politicoloog Samuel Huntington voorspelde dat in de periode na de Koude Oorlog de culturele en religieuze identiteit van mensen de belangrijkste bron van conflict zou worden]. Enigszins overdrijvend zou je kunnen zeggen dat we te maken hebben met een overvloed aan dreigende catastrofes, waarbij de ene catastrofe de andere de loef dreigt af te steken.

U bedoelt dus dat de catastrofe zich heeft voorgedaan, maar dat niemand het heeft gemerkt, omdat niemand het kón merken. Hierin onderscheidt het vrijheidsrisico zich dan structureel van de andere risico’s. Precies. De catastrofe is de situatie waarin het cata­ strofale helemaal niet meer als zodanig herkenbaar is. In ons geval werden we ons alleen maar bewust van een mogelijke catastrofe doordat een individuele expert van de Amerikaanse geheime dienst met de middelen van de informatiecontrole zelf het risico openbaar heeft gemaakt. De rollen zijn dus volledig omgedraaid.

De catastrofe is de situatie waarin het catastrofale helemaal niet meer als zodanig herkenbaar is

Het mondiale terreurrisico overtroeft het vrijheidsrisico? Ja, dat is een van de grootste obstakels voor een openlijke erkenning van het digitale vrijheidsrisico en voor handelend optreden van de overheid.

Onze mogelijkheden om in te grijpen stammen uit een andere eeuw

Maar we zijn toch net zover dat we dat risico openlijk erkennen? Ja, nu pas, maar in heel beperkte mate. En die erken­ ning is misschien wel heel broos. Als je bedenkt welke machtige speler er eigenlijk belang bij heeft om dit risico in het openbare bewustzijn te houden en hiermee tot politiek handelen te motiveren, dan schiet je als eerste de democratische staat te binnen. Maar dat is de kat op het spek binden. Juist de staat is immers degene die deze hegemoniale macht door de versmelting met de digitale megaconcerns tot stand heeft gebracht om zijn oerinteresse in nationale en internationale veiligheid te optimaliseren. Maar dit zou een historische stap kunnen zijn van het plura­ lisme van nationale staten naar een digitale wereld­ staat die zich van alle toezicht heeft ‘vrijgemaakt’. En de burger zelf ? Die zou je als tweede speler kunnen noemen. De gebruikers van de nieuwe digitale informatiemedia zijn een soort cyborgs geworden. Ze gebruiken deze media als zintuigen, de media zijn nodig voor het zelfbewustzijn van hun handelen in de wereld. Juist de Facebookgeneratie geeft hiermee een groot deel van haar individuele vrijheid en privésfeer prijs – in de zin van de afhankelijkheid van deze media.

pagina 44 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

Horizon.indd 44

13-08-13 16:31


horizon

interview

ULRICH BECK Ulrich Beck (1944) studeerde sociologie en politieke wetenschappen aan de universiteit van zijn geboortestad München, waar hij ook doceert. Hij is tevens verbonden aan de London School of Economics and Political Science. Zijn meest recente boek (2007) is getiteld Weltrisikogesellschaft. Auf der Suche nach der verlorenen Sicherheit (De mondiale risicomaatschappij. Op zoek naar de verloren zekerheid).

De verlaten stad Pripyat bij Tsjernobyl, Oekraïne. Pripyat lag het dichtst bij de kerncentrale waar de meeste werknemers woonden. Het is nu een spookstad zonder inwoners; hier de wachtkamer van het ziekenhuis – © Sake Elzinga / HH

Aan welke controle-instanties denkt u? In Duitsland aan de grondwet. In artikel 10 staat: het post- en telefoongeheim is onaantastbaar. Dat leest als een zin uit een teloorgegane wereld. Dat past niet bij de globalisering van de huidige mogelijkheden op communicatie- en controlegebied. We hebben in Europa voorbeeldige controleorganen, een reeks van instituten die proberen de grondrechten tegen deze overmacht te beschermen, zoals constitutionele gerechtshoven, privacybeschermers en parlementen. Maar al deze instituten – en dat is nu de paradox waar het mijns inziens om draait, al deze instituten schieten tekort, zelfs als ze functioneren. De middelen die ze ter beschikking hebben, reiken namelijk niet verder dan de nationale grenzen. Maar we hebben hier te maken met mondiale processen, waarvoor de mogelijkheden om in te grijpen uit een andere eeuw stammen. Bij andere mondiale risico’s is dat overigens niet anders: de rationele antwoorden en de politiek-juridische middelen waarover we in de instituten beschikken, passen niet bij de risico’s en hebben geen echte overtuigingskracht. Dat klinkt heel pessimistisch. Desondanks moet je eigenlijk nog verder gaan en je afvragen of wij als sociale wetenschappers, gewone

mensen en gebruikers van deze digitale informatieinstrumenten wel over adequate begrippen beschikken om te beschrijven hoe verstrekkend en fundamenteel de maatschappij en de politiek erdoor worden veranderd. Ik denk namelijk dat wij met zijn allen nog geen namen, geen landkaart en geen

Geen leger, geen revolutie vormt de bedreiging voor het controle-imperium, maar een moedig individu

kompas voor deze nieuwe digitale wereld hebben. Dat past dan weer in het algemeen bij de situatie van de mondiale risicosamenleving: we zijn door de successen van de modernisering en de escalerende technologische evolutie naar domeinen en mogelijke handelwijzen gekatapulteerd waarvoor we nog niet eens adequate beschrijvingen hebben.

Kunt u dat voor het vrijheidsrisico eens wat meer toelichten? Je hoort altijd dat er een nieuw digitaal imperium aan het ontstaan is. Maar geen van de historische imperia die we kennen, of het nu van de Grieken of van de Perzen is, had de eigenschappen die het huidige digitale imperium karakteriseren. Dit digitale imperium heeft moderne kenmerken waarover we nog helemaal niet goed hebben nagedacht. Het berust niet op militair gezag en heeft ook niet de capaciteiten voor een politiek-culturele integratie op afstand. Het beschikt echter wel over extensieve en intensieve controlemogelijkheden die zodanig van omvang zijn dat uiteindelijk alle individuele voorkeuren en zwakten aan het licht worden gebracht – we worden allemaal van glas, doorzichtig. Maar deze controlemogelijkheden worden in het bestaande imperium helemaal niet aangesproken. En daarbij komt nog deze belangrijke ambivalentie: we hebben enorme controlemogelijkheden en zijn tegelijkertijd onvoorstelbaar kwetsbaar voor deze digitale controle. Geen leger, geen opstand, geen revolutie, geen oorlog vormt de bedreiging voor het controleimperium, maar een moedig individu. Een dertig jaar oude expert van de geheime dienst brengt het aan het wankelen, en wel doordat hij het informatiesysteem

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 45

Horizon.indd 45

13-08-13 16:31


horizon

De schending van de vrijheid doet geen pijn, je voelt het niet, je ervaart geen ziekte, geen overstroming, geen kansloosheid op de arbeidsmarkt

tegen zichzelf keert. De onvoorstelbaarheid van de controle en de onvoorstelbare kwetsbaarheid daar­ van zijn dus twee kanten van het imperium. Hoe ziet u de risico’s in relatie tot desoriëntatie respectievelijk stilzwijgen? In dit hyperperfecte controlesysteem heeft het indi­ vidu de mogelijkheid in verzet te komen – die is er in geen enkel ander imperium geweest. Dit is de tegen­ kracht die moedige mensen kunnen uitoefenen als ze weerstand bieden in hun beroep. Een van de grote vragen is dus of we voor deze digitale megaconcerns niet een vakbond voor klokkenluiders en vooral ook een plicht tot beroepsmatige verzetpleging bij wet moeten regelen, aanvankelijk misschien nationaal, en vervolgens op Europees niveau.

interview De doorsneeburger weet – in tegenstelling tot Snowden – maar heel weinig over de structuur en de macht van het door u zo genoemde imperium. We moeten zeker onderscheid maken tussen de verschillende individuen. Juist de volgende genera­ tie, die de sociale netwerken tot verlengstuk van haar natuurlijke communicatiemiddelen heeft gemaakt, is als het ware fysiek vertrouwd geraakt met dit systeem. Het gebruikmaken van de mogelijkheden die het biedt – van het organiseren van protestbewe­ gingen tot wereldwijde communicatie en digitale liefdesrelaties – is deel van haar wereldbeschouwing geworden, maar zonder dat ze tot nog toe bang is voor de controlemogelijkheden van de systemen. Dat zou betekenen dat het risico op een schending van de vrijheidsrechten anders wordt beoordeeld dan bijvoorbeeld het risico op gezondheidsproblemen die door de klimaatverandering zouden kunnen worden veroorzaakt. De schending van de vrijheid doet geen pijn, je voelt het niet, je ervaart geen ziekte, geen overstroming, geen kansloosheid op de arbeidsmarkt. De vrijheid sterft zonder dat de mensen fysiek worden verwond. In alle politieke systemen is de belofte van veiligheid de eigenlijke kern van het gezag en de legitimatie van de staat. Terwijl vrijheid altijd op de tweede plaats komt of lijkt te komen. Daarbij is vanuit mijn perspectief als socioloog beschouwd het vrijheids­ risico het kwetsbaarste risico onder de bestaande mondiale bedreigingen.

En hoe zou de politiek hierop moeten reageren? Het is belangrijk dat we zoiets als een digitaal humanisme formuleren. We zouden het grondrecht op privacybescherming en digitale vrijheid tot een wereldwijd mensenrecht moeten maken en proberen om dit recht net als andere mensenrechten te verdedigen. Moeten we zo ver gaan? Ja, minder kan niet. Dit is de minimale doelstelling. Wat je altijd en overal hoort, is dat je nu gebruik moet maken van nieuwe technische mogelijkheden om je te beveiligen tegen de inmenging van toezichthou­ ders. Maar dat zou ten eerste betekenen dat we een mondiaal probleem individualiseren. En ten tweede schuilt de catastrofe zoals gezegd juist in het feit dat de catastrofe verdwijnt, dat ze onzichtbaar wordt, omdat de controle steeds beter wordt. Dat zou juist gebeuren als we uitsluitend technisch en individueel op dit controleprobleem reageren. Wat evenwel ontbreekt, is een internationale instantie die dergelijke stappen kan zetten. Op dat punt onderscheidt het vrijheidsrisico zich ook niet van het risico op klimaatverandering. Dat is weer het oude liedje: de staat kan het niet. Er is geen speler op internationaal niveau die daarvoor in aanmerking komt. Maar er heerst onrust in de wereld dat het mondiale risico een enorme mobilise­ rende kracht heeft die al het voorgaande in de scha­ duw stelt, bijvoorbeeld de arbeidersklasse. Het komt erop aan die onrust, die in verschillende mate door maatschappelijke bewegingen en politieke partijen van afzonderlijke landen gaat, politiek te bundelen en op het al genoemde idee te laten afkoersen.

De vrijheid sterft zonder dat de mensen fysiek worden verwond

Een aanhanger van de Duitse, linkse partij Die Linke toont haar sympathie voor Edward Snowden in het dorpje Loewenberg, 60 km ten noorden van Berlijn. – © Thomas Peter / Reuters

Maar kunnen dit soort normen wereldwijd worden vastgesteld? Juist de permanente reflectie over de bedreiging van vriend en vijand zou heel goed kunnen leiden tot de ontwikkeling van wereldwijde normen. Het rechts­ gevoel voor deze normen zou dan zogezegd achteraf ontstaan uit de mondiale ontzetting over de schen­ ding ervan. We bevinden ons in een historische ont­ wikkeling, waarin we steeds weer op dit punt terug­ komen. We hebben een transnationale vinding van politiek en democratie nodig die de mogelijkheid opent om, tegen de dominantie van de volledig ver­ zelfstandigde controlemetropolen in, democratische grondrechten te doen herleven en te handhaven. Lena Bopp

pagina 46 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

Horizon.indd 46

13-08-13 16:31


horizon

cultuur

Heerser over onderwereld van tombes en tempels Smithsonian – Washington

Als minister van Oudheden heerste Zahi Hawass lange tijd over de Egyptische schatten. Met zijn charisma en megalomanie bracht hij veel geld in het toeristische laatje, en hij bedacht zelfs een eigen kledinglijn. Maar in 2011 werd hij van corruptie beschuldigd en met het regime van Mubarak geassocieerd. Aan zijn eigendunk heeft dit niet afgedaan. ‘Als ze me nodig hebben, en dat zal ongetwijfeld zo zijn, dan ben ik bereid te helpen.’

Z

ahi Hawass was niet blij met wat hij zag. In zijn gebruikelijke denim safaripak en met zijn even gebruikelijke, breedgerande hoed op stond de beroemde archeoloog in de graftombe van de trappenpiramide van Djoser, een uit zes lagen bestaande scheve berg kalksteenblokken die bijna vijfduizend jaar geleden is gebouwd. De reusachtige, schemerige ruimte stond vol steigers. In het kader van een restauratie- en conservatieproject dat in 2002 door Hawass was gestart in Saqqara, buiten Caïro, waren de verzakkende plafonds en muren gestut om instorting te voorkomen. Maar de revolutie van februari 2011 die Hosni Mubarak en vervolgens Morsi de kop kostte – en tevens een eind maakte aan Hawass’ controversiele alleenheerschappij over alle oudheden van Egypte – dreigde nu ook de erfenis van Hawass noodlottig te worden. Nu de toeristen bijna verdwenen waren, de fondsen waren opgedroogd en het ministerie van Oudheden in twee jaar diverse leiderschapswisselingen had ondergaan, was het conservatiewerk aan de piramide vrijwel tot stilstand gekomen. De nieuwe minister had het geld voor de restauratie gebruikt om duizenden werkloze afgestudeerde archeologen in dienst te nemen, volgens Hawass in een wanhoopspoging de protesten de mond te snoeren. ‘Hij heeft niets gedaan’, zei Hawass, met wellicht iets van leedvermaak in zijn stem, terwijl hij zijn blik over de ruwe kalkstenen plafonds en muren liet gaan.

In juni 2009 begeleidde Zawass president Barack Obama en Hillary Clinton op een tocht langs de piramiden. © Pete Souza / Corbis

Hawass daalt af naar de onderaardse verdieping en schijnt met een zaklantaarn op de granieten sarcofaag van farao Djoser. Ik volg hem op handen en knieën door een lage tunnel, onderdeel van een 8 kilometer lang netwerk van doorgangen die arbeiders in de 27e eeuw v.Chr. onder de piramide hebben gegraven. Het ruikt er naar modder en stof. ‘De dode koning moest door deze tunnels kruipen om tegen wilde schepsels te vechten voordat hij Osiris kon worden, de god van de onderwereld’, zegt hij tegen me, terwijl hij weer in het zonlicht gaat staan.

In de Egyptische mythologie heerste Osiris als almachtige koning over de aarde, totdat de jaloerse god Set hem vermoordde en zich zijn troon toeeigende. De val van Osiris ontketende een drama van rivaliteit en wraak, dat uiteindelijk resulteerde in de nederlaag van Set en de wederopstanding van Osiris. Alleen door de terugkeer van de koning kon de orde in Egypte worden hersteld.

Showman

De megalomanie van Hawass was legendarisch

Meer dan tien jaar lang was Zahi Hawass de – niet onbetwiste – Osiris van de oudheden. Als een vorstelijke combinatie van showman en geleerde heerste hij over een onderwereld van tombes en tempels en onderzocht eeuwenoude mysteriën – de begraafplaats van Antonius en Cleopatra, de oorzaak van de dood van Toetanchamon – voor het oog van lyrische televisiekijkers. De megalomanie van Hawass was

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 47

Horizon.indd 47

13-08-13 16:32


horizon legendarisch. In Chasing Mummies: The Amazing Adventures of Zahi Hawass, een realityserie op History Channel, beleefden hij en zijn stagiairs tal van oudheidkundige avonturen en ging hij zo ver in zijn zelfverheerlijking dat een criticus van de The New York Times meesmuilend schreef: ‘Het is te hopen dat dr. Hawass wat oeroude Egyptische kalmeringspillen opgraaft en daar een flinke dosis van zal innemen.’ Toch oogstte hij ook de bewondering van collega’s en miljoenen fans. De Amerikaanse National Geographic Society benoemde hem in 2001 tot ‘onderzoeker in residence’, een eer die hij deelde met primatologe Jane Goodall, filmmaker James Cameron en de paleontologen Meave en Louise Leakey. Hij schreef een aantal bestsellers. Zijn tarieven voor lezingen varieerden van 10.000 tot 50.000 dollar. Een door hem samengestelde reizende expositie van zo’n zestig kunstvoorwerpen uit het Egyptisch Museum van Caïro, Tutankhamen and the Golden Age of the Pharaos, bracht tijdens haar gang langs zeven Europese en Amerikaanse steden 110 miljoen dollar op voor Egypte. Het was een van de winstgevendste museale exposities aller tijden.

Belasterd

Aan dat alles maakte de revolutie een eind. Hawass werd belasterd toen in januari 2011 het protest tegen president Mubarak losbarstte op het Tahrirplein. Demonstranten noemden hem ‘de Mubarak van Oudheden’ en beschuldigden hem van corruptie. Ondergeschikten op het ministerie van Oudheden en werkloze en gefrustreerde archeologen bezetten zijn kantoor en eisten zijn ontslag. ‘En neem je hoed mee!’ schreeuwden ze. In april 2011 werd hij veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf, omdat hij zou hebben geknoeid met de aanbesteding van de boekwinkel van het Egyptisch Museum van Caïro. Het vonnis werd later herroepen. In juli 2011, nadat hij in twee achtereenvolgende post-Mubarak-regeringen had gediend, werd Hawass uiteindelijk gedwongen zijn baan op te geven. Volgens een Egyptische blogger werd hij ‘via een achterdeur van het ministerie naar een taxi geloodst, overladen met beledigingen en boze spreekkoren van jonge archeologen’. Het voorval werd vastgelegd op video en door duizenden Egyptenaren bekeken. Nu zag Hawass parallellen tussen zijn val en die van Osiris. ‘Ik had een heleboel vijanden – de vijanden van het succes’, zei hij. ‘Zij zijn de vrienden van de god Set, de boze woestijngod van het oude Egypte.’ Velen in de archeologische gemeenschap lijken het met hem eens te zijn. ‘Niemand binnen de egyptologie kan in de verste verte tippen aan Zahi. Dat, plus zijn beroemdheid, maakt mensen woedend’, zei Peter Lacovara, egyptoloog aan de Emory Universiteit in Atlanta, die Hawass al decennia kent. ‘Zahi is een

cultuur

bliksemafleider omdat hij zo veel energie en passie heeft, en hij ontziet niemand’, zei een andere bekende egyptoloog uit de VS, die erop stond anoniem te blijven omdat ze met haar museum niet op de voorgrond wil treden. ‘Mensen werden jaloers omdat hij zo in de schijnwerpers stond.’ Anderen zeiden dat zijn poeha en zijn soms kleinerende manier van doen, gevoegd bij zijn volstrekte blindheid voor de publieke opinie aan de vooravond van de val van Mubarak, bijna wel tot zijn ondergang móésten leiden. Wat de uiteindelijke oorzaak ook was, het vertrek van Hawass gaf reden tot bezorgdheid over de toekomst van de Egyptische oudheden. Hij mag dan mensen tegen zich in het harnas hebben gejaagd, hij was ook een effectieve en enthousiaste manager die ‘dwars door de bureaucratie heen liep’, zei Naguib Amin, een adviseur en vriend van Hawass sinds hun studiejaren in de VS. Nu waren veel projecten gestrand, waaronder Saqqara, en volgens sommigen had de val van Hawass een negatieve invloed gehad op zowel het aantrekken van financiers als het rentmeesterschap over de schatten van het land. ‘Ik zie oudheden voor mijn ogen instorten’, zei Hawass zelf. Lacovara zei dat de nieuwe minister van Oudheden, Mohamed Ibrahim Ali, ‘zeer gerespecteerd is en uitstekend werk heeft gedaan. Hij heeft de stabiliteit hersteld en alles loopt op rolletjes.’ Maar volgens Hawass deinsde Lacovara, die nog projecten in Egypte heeft lopen, er misschien voor terug de nieuwe baas te bekritiseren. ‘Ik wilde Ibrahim steunen, ik wilde dat hij het goed zou doen, maar hij doet niets’, hield hij vol. Sommige collega’s binnen het ministerie waren het met hem eens en zeiden dat Ibrahim de dynamiek van Hawass miste en gedwongen was in budgetten te snijden vanwege sterk teruglopende inkomsten.

Nieuw leven

Nu zag Hawass parallellen tussen zijn val en die van Osiris

Het Egyptische toerisme, zeer belangrijk voor de economie van het land, is sinds 2010 met maar liefst 50 procent afgenomen, wat de vraag opriep of de regering zou besluiten dat ze Hawass en diens beroemde gezicht nodig had om het nieuw leven in te blazen. President Mohammed Morsi had zich nooit publiekelijk over de zaak uitgelaten en Hawass was kritisch geweest over de Moslimbroederschap

waartoe Morsi behoorde en waarvan de leden diens regering domineerden. Hij wees er echter ook op dat de Moslimbroeders in 2010 in overweldigende meerderheid een wetsvoorstel van zijn hand steunden om de diefstal van oudheden strenger te bestraffen en de binnenlandse handel in oude kunstvoorwerpen te verbieden. ‘De partij van Mubarak was tegen mij’, voegde hij eraan toe, en er werd alleen maar een sterk verwaterde versie van het voorstel aangenomen. Sommige oud-collega’s dachten dat Morsi geen andere keus zou hebben dan Hawass weer in het zadel te helpen. ‘Zijn charisma bracht geld in het laatje’, aldus Ali Asfar, die onder Morsi over de piramiden ging. ‘Niemand kan in zijn schoenen staan’, viel Kamal Wahid, die leiding gaf aan Saqqara, hem bij. ‘Op alle locaties wordt hij gemist. Het toerisme [in Saqqara] is nog maar 10 procent van wat het voor de revolutie was. We wachten op de terugkeer van dr. Hawass.’

Ik was verbaasd dat hij me de opvliegende kant van zijn persoonlijkheid al binnen een paar seconden na onze eerste ontmoeting liet zien

Ik ontmoette Hawass voor het eerst op een koele ochtend, afgelopen december, in het kantoor dat hij op dat moment gebruikte, op de achtste verdieping van een vervallen flatgebouw in een drukke wijk in Caïro, vlak bij de Nijl. De tweekamerflat van Hawass was aan het eind van een schemerige gang vol etensluchtjes. Hij deelde de ruimte met een assistente en een protegé, Tarek El Awady, die hij had aangenomen als veldarcheoloog, een master had laten halen en later tot directeur van het Egyptisch Museum had benoemd. Vastbesloten om de egyptologie uit de handen van westerlingen te rukken die het terrein sinds de dagen van keizer Napoleon hebben gedomi-

pagina 48 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

Horizon.indd 48

13-08-13 16:32


horizon

cultuur

‘Wat Morsi met de grondwet heeft gedaan is pure dictatuur’

© Helder Oliveira

neerd, heeft Hawass ‘het opleiden van en creëren van kansen voor jonge Egyptenaren gestimuleerd in een mate die nooit eerder is vertoond’, zei Lacovara. El Awady, die verlof had van het Egyptisch Museum, begeleidde me naar het kantoortje van Hawass. Daar zat de voormalige minister van Oudheden, gekleed in zijn denim tropenpak, achter een overvol bureau te telefoneren met leden van een Russische televisieploeg die hem over enkele minuten moest interviewen. Plotseling begon Hawass in het Arabisch in de hoorn te schreeuwen. De tirade duurde twintig seconden. Met een vuurrood hoofd legde hij neer en keek me verontschuldigend aan. ‘Domme man’, zei hij hoofdschuddend. Hij legde uit dat hij aanwijzingen had proberen te geven aan de Egyptische chauffeur van de ploeg, die hem had onderbroken. De opvliegendheid van Hawass is legendarisch – de realityserie van History Channel laat zien hoe ongenadig hij zijn collega’s ervan langs kan geven – maar ik was verbaasd dat hij me die kant van zijn persoonlijkheid al binnen een paar seconden na onze eerste ontmoeting had laten zien.

Afzeggingen

Ik was van plan geweest Hawass te vergezellen naar een lezing voor buitenlandse toeristen die hij die avond zou geven in een tempel in Luxor, maar de sponsors hadden de stekker eruit getrokken omdat er te veel afzeggingen waren. De afgelopen week was de gewelddadigste geweest sinds het begin van de revolutie. Zes mensen waren de vorige nacht omgekomen tijdens schermutselingen tussen aanhangers van Morsi en zijn tegenstanders, en rond het presidentiële paleis in Heliopolis verzamelde zich een menigte die eiste dat Morsi een decreet introk dat hem, vooruitlopend op het constitutionele referendum in Egypte, vrijwel dictatoriale bevoegdheden zou verschaffen. ‘Morsi is erger dan Mubarak, hij luistert niet naar het volk’, zei Hawass tegen me, terwijl zijn assistente twee koppen groene thee binnenbracht. Hij is een stevige man met een dominante manier van doen en, ondanks zijn recente problemen, een air van totale zelfverzekerdheid. ‘Wat hij met de grondwet heeft gedaan is pure dictatuur. Ik zeg altijd dat de

Moslimbroederschap de kans moet krijgen om te regeren. Maar ze hebben geen ervaring met regeren… Ik denk dat het op een burgeroorlog uitloopt.’ Hawass kampte nog steeds met de juridische problemen waarin hij tijdens de revolutie verstrikt was geraakt. Afgelopen lente had de procureur-generaal hem verboden buiten Egypte te reizen, in afwachting van het onderzoek naar tientallen aanklachten wegens ambtsmisbruik en corruptie die door twee voormalige collega’s tegen hem waren ingediend. Hij werd beschuldigd van het verspillen van publieke middelen en het blootstellen van Egyptische oudheden aan mogelijke diefstal door ze zonder toestemming naar het buitenland te verschepen. Hij had zijn contract met National Geographic opgezegd, dat hem 200.000 dollar per jaar opleverde, nadat er vragen waren gesteld over mogelijke belangenverstrengeling. Als minister van Oudheden ging Hawass over vele locaties die National Geographic voor haar televisieprogramma’s en andere projecten gebruikte. (Zelf hield hij vol dat hij was weggegaan omdat ‘ik meer geld kan verdienen zonder een exclusieve regeling voor mijn lezingen en boeken’.) Zijn verhouding met Suzanne Mubarak, de voormalige first lady, werd ook onder het vergrootglas gelegd, en dan met name zijn betrokkenheid bij het Suzanne Mubarak Children’s Museum in Caïro (bij de opening in januari 2012 herdoopt als het Children’s Civilization and Creativity Center), dat was gefinancierd met donaties die Hawass op een tournee met lezingen had opgehaald. Hawass zou de wet mogelijk hebben overtreden door zijn openbare ambt te gebruiken voor het werven van geld voor een particuliere organisatie. Zelf hield hij vol dat op zijn verhouding met Suzanne Mubarak niets aan te merken was. ‘Ik ben nooit van mijn leven een politicus geweest’, zei hij tegen me. ‘Ik was met niemand bevriend.’ Hij stond op van achter zijn bureau. ‘Ik ben een beroemd man en als je tegen de tv zegt dat Zahi Hawass een klootzak is, dan zenden ze dat uit.’ Hij had de verzekering gekregen dat het reisverbod was opgeheven, zegt hij, maar de papieren afhandeling is tijdens de politieke crisis tussen wal en schip gevallen: ‘Egypte verkeert nu in een chaos. Niemand maalt om Zahi Hawass.’ Hawass hield vol dat hij zelden zo gelukkig was geweest. Zijn gedwongen pensionering had hem de tijd gegeven om te doen wat hij altijd al had willen doen: boeken en krantenartikelen schrijven over de geschiedenis van Egypte, waaronder een wekelijkse column voor Asharq Al-Awsat, een in Londen gevestigde Arabische krant. ‘Vroeger kon ik alleen tussen telefoongesprekken door schrijven’, zei hij. Hij ging dagelijks naar de sportschool, ontmoette bezoekende archeologen en at ’s avonds in cafés met een

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 49

Horizon.indd 49

13-08-13 16:32


horizon

© Steve Crisp / Reuters

cultuur

Showman en geleerde Zahi hawass was de eerste bij de Raad van Oudheden die strenge regels heeft opgesteld voor archeologisch werk in Egypte. Hij zwaaide als een farao de scepter over het historische erfgoed van Egypte en stelde strenge eisen aan egyptologen die zowel in Arabisch als in de eigen taal moesten publiceren. Hij heeft veel expeditieteams het land uitgezet omdat het volgens hem ‘amateurs’ waren. Dat leverde hem vijanden op, maar ook een immense populariteit.

brede vriendenkring. ‘Ik denk dat hij echt opgelucht is dat hij niets meer hoeft’, zei Naguib Amin me. ‘Hij is erg moe.’ Hawass zei dat hij blij was verlost te zijn van zijn administratieve verplichtingen en de politieke intriges die zijn afgelopen turbulente jaar hadden gekenmerkt. ‘Het enige wat ik mis zijn mijn opgravingen’, zei hij. ‘Ik ga niet zitten huilen. Waarom zou ik moeten huilen? Nooit!’ Hij sloeg met zijn hand op zijn bureau. ‘Ik ben nooit van mijn leven gedeprimeerd geweest.’

Achtergrond

Hawass werd in 1947 geboren in een dorpje bij de stad Damietta, in de Nijldelta. Hij wilde oorspronkelijk advocaat worden, maar voltooide een studie Egyptologie aan de Universiteit van Caïro en een studie Griekse en Romeinse Archeologie aan de Universiteit van Alexandrië, waarna hij werd aangesteld als inspecteur van de piramiden, een combinatie van archeoloog en bestuurder. Op zijn drieëndertigste kreeg hij een Fullbright-beurs van de Universiteit van Pennsylvania, waar hij promoveerde. Voor Hawass betekende die periode het begin van een levenslange liefdesrelatie met de Verenigde Staten, en eveneens van zijn reputatie als rokkenjager. ‘Ik ging Zahi een keer opzoeken in Philadelphia, waar hij toen studeerde, en we gingen naar een singlesbar’, vertelde Naguib Amin, zijn studievriend, me

toen we samen met Hawass in een huurauto van Saqqara terugreden naar Caïro. ‘Zahi pikte twee meisjes voor ons op die als caissière in een supermarkt werkten en hij probeerde zichzelf voortdurend te verkopen met verhalen over de piramiden. Uiteindelijk zei het ene meisje tegen haar vriendin: ‘Ik wil niet dat hij praat, ik wil alleen maar…’ – en daar gebruikte Amin een woord dat niet geschikt is voor publicatie in een blad als dit.

In 1987 keerde Hawass terug naar Egypte, waar hij werd aangesteld als hoofd van Gizeh en Saqqara [Gizeh is een voorstad van Caïro, bekend om de daar aanwezige sfinx en piramiden, Saqqara is een dodenstad]. In de buurt van de Sfinx deed hij drie jaar later een ontdekking die zijn doorbraak zou betekenen: een begraafplaats uit de oudheid met zeshonderd graven en vijftig grote tombes die hadden toebehoord aan de piramidebouwers en hun families en opzichters. Deze begraafplaats, rijk aan hiërogliefen die rituele offerandes beschreven en alledaagse activiteiten als het malen van graan en het brouwen van bier, verschaften een ongekend inzicht in het leven van gewone Egyptenaren tijdens de Vierde en Vijfde Dynastie. Drie jaar later werd hij, als voorbode van zijn toekomstige problemen, beschuldigd van onachtzaamheid en ontslagen nadat een waardevol oud beeldje dat hij onder zijn beheer had werd gestolen uit Gizeh; volgens Hawass had een rivaal hem de schuld in de schoenen geschoven. Een jaar later kreeg hij zijn baan terug en in 2002 werd hij aangesteld als hoofd van de Egyptische Opperraad van

‘Ik kwam erachter dat de Amerikanen het geweldigste volk ter wereld zijn’

Seksgeruchten

‘Dat was in New York, niet in Philadelphia’, herinnerde Hawass zich. ‘Naguib droeg een Yasser Arafatsjaal en hij zag eruit als een terrorist.’ De herinnering verleidde hem tot een verdedigende monoloog over hoe zijn vijanden seksgeruchten misbruikten om zijn reputatie te beschadigen. ‘Ik ben nooit van mijn leven met een prostituee naar bed geweest’, zei hij. ‘Weet u wat ze tijdens de revolutie over me schreven? Ze zeiden dat ik in het geheim was getrouwd met een Amerikaanse vrouw en dat ik een dochter bij haar heb. Dat schreven de Italianen.’ (Hawass staat nog steeds bekend als een vrouwenliefhebber. Hij woont al vele jaren gescheiden van zijn vrouw; ze hebben twee volwassen zonen, een arts en een restaurateur, die allebei in Caïro wonen.) Hawass bracht het grootste deel van zijn zeven jaar in de VS door met studeren en werken. ‘Ik leefde in de universiteit’, zei hij. Hij was hoofd van de Egyptische studentenbond op de campus en reisde veel door Pennsylvania om lezingen en colleges te geven. Hij legde contacten die hem later van pas zouden komen bij het fundraisen en ontwikkelde er een zelfverzekerde spreekstijl. ‘Ik ging erheen als een stille jongeman, ik kende mijn eigen talenten niet, maar ik leerde hoe ik mijn woorden moest kiezen en openbare lezingen moest geven.’ Zijn bewondering voor de VS nam toe. ‘Ik kwam erachter dat de Amerikanen het geweldigste volk ter wereld zijn. Je kunt er vrienden maken voor het leven.’ Tot zijn reisverbod keerde Hawass minstens eenmaal per maand terug naar de VS om lezingen te geven voor een publiek van vaak wel vierduizend man.

Oudheden. Deze baan bezorgde hem de supervisie over de duizenden archeologische locaties van Egypte en een platform voor zijn toekomstige roem. In 1997 had een terroristische aanslag bij de tempel van Hatshepsut, die 62 mensen – voornamelijk toeristen – het leven kostte en werd gevolgd door de aanslagen van 11 september, het toerisme in Egypte vrijwel lamgelegd. Hawass heeft vermoedelijk meer dan wie ook gedaan om de buitenlandse bezoekers terug te lokken. Zijn tv-programma’s, museumrondleidingen, prestigieuze opgravingen en restauraties van oude locaties hebben ‘de egyptologie dynamiek verschaft’, zei zijn oude vriend Rainer Stadelmann, het voormalige hoofd van het Duitse Archeologische Instituut in Caïro. Hawass lanceerde een spraakmakende campagne om Egyptische kunstvoorwerpen die in groten getale door Europeanen waren afgevoerd te repatriëren – de buste van Nefertiti, die zich nu in het Neues Museum in Berlijn bevindt, de Steen van Rosetta uit het British Museum in Londen – en irriteerde tal van wereldleiders en conservatoren terwijl hij zijn eigen profiel opschroefde.

Teruggave

In 2009 eiste Hawass dat het Louvre vijf kalkstenen muurschilderingen zou teruggeven, die het museum in 2000 en 2003 van een ander museum en op een veiling had gekocht, nadat ze in de jaren tachtig uit een tombe in Luxor waren gestolen. Toen de museumdirecteur hem negeerde, blokkeerde Hawass een door het Louvre gesponsorde opgraving in Saqqara. ‘Dat sloeg in als een bom’, zei hij. ‘Om kwart voor negen ’s ochtends werd ik tijdens een college gebeld door Mubarak. “Zahi, ik ben net gebeld door Sarkozy, hij zegt dat jij het Louvre dwarsboomt, wat is er aan de hand?” Ik legde het uit en hij zei: “Dat heb je per-

pagina 50 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

Horizon.indd 50

13-08-13 16:32


horizon

cultuur

Op 5 januari 2005 kreeg Zahi Hawass de kans om aan de hand van een CT-scan een digitale reconstructie te laten maken van de mummie van Toetanchamon – © Ben Curtis / AFP

fect gedaan.”’ Het Louvre gaf de stukken in 2009 terug. ‘Die teruggave werd overal symbolisch’, zei Hawass. ‘In 2006 zette Time Magazine me op de lijst van honderd invloedrijkste mensen vanwege alle moed die ik had betoond, vanwege wat ik op de wereld had gedaan.’ Hawass genoot van zijn sterrenstatus. Hij toerde door Caïro in een SUV met chauffeur, dronk flessen wijn van 300 dollar, pronkte met zijn vriendschap met acteur Omar Sharif en bezocht regelmatig feestjes in de villa van Mubarak. In juni 2009 begeleidde hij president Barack Obama op een tocht langs de piramiden. Obama ondertekende een foto van het tweetal voor de Sfinx met de boodschap: ‘Dank u voor het delen van uw wijsheid en inzicht’, en deze hing pontificaal in Hawass’ kantoor. Hij vermarktte een replica van zijn Indiana Jones-gleufhoed en sloot een deal met een Amerikaans bedrijf om zijn eigen kledinglijn uit te brengen. The New York Times beschreef deze als ‘een lijn van ruige kaki, hemden van denim en zorgvuldig afgedragen leren jacks’, bedoeld, aldus de catalogus, om ‘Egyptes gouden eeuw van ontdekkingen aan het begin van de twintigste eeuw nieuw leven in te blazen’. De deal sneuvelde in het kielzog van de revolutie.

“Zahi, ik ben net gebeld door Sarkozy, hij zegt dat jij het Louvre dwarsboomt”

Disneyficatie

Ondanks zijn successen heeft Hawass een groot deel van zijn achterban tegen de schenen geschopt. Erfgoedbeschermers zeiden dat hij oude locaties als Luxor en Saqqara ‘disneyficeerde’ door ze te restaureren met veel te moderne materialen als cement, baksteen, hout en metaal. Zijn maatregelen om de toegang tot de locaties te beperken en ze daarmee te behoeden voor diefstal en vandalisme – zoals het bouwen van een muur rond de piramiden en het loodsen van bezoekers door twee bewaakte entrees – creëerden volgens sommigen een vorm van apartheid. ‘Hij heeft een emotionele en fysieke muur tussen de Egyptenaren en hun culturele erfgoed gebouwd’, aldus Monica Hanna, een voormalige collega die nu archeologie doceert aan de Humboldt Universiteit in Berlijn. Geleerden zeggen dat hij dikwijls de grens heeft vervaagd tussen showbusiness en wetenschap. Sommigen vochten Hawass’ bewering uit 2007 aan als zou hij de mummie van koningin Hatshepsut, de farao van de Achttiende Dynastie, ‘positief hebben geïdentificeerd’. Hawass paste een tand die was gevonden in een met Hatshepsut geassocieerde kist in de kaak van een mummie die was gevonden in de Vallei der Koningen in Luxor, de oude koninklijke necropolis. Sceptici zeggen dat de tombe van de mummie te bescheiden was voor een koningin en dat de stiefzoon van Hatshepsut het lichaam van zijn moeder vrijwel zeker op een locatie ver van Luxor had verstopt. ‘Zahi heeft de neiging theorieën als feiten te presenteren’, aldus een Amerikaanse museumconservator en archeoloog die hem goed kent. Ook kwam hij onder vuur te liggen omdat hij archeologen verbood hun eigen vondsten bekend te maken en verordonneerde dat die eerst door hem zelf moesten worden gekeurd en vervolgens bekendgemaakt.

Voor de honderdduizenden die Mubaraks onmiddellijke aftreden eisten leek Hawass partij te kiezen voor een verachte dictator

Nadat een egyptologe van de Universiteit van York, Joann Fletcher, eenzijdig had verklaard dat ze in een tombe in de buurt van Luxor de mummie had ontdekt van Nefertiti, de vrouw van farao Akhenaten aan het eind van de Achttiende Dynastie, noemde Hawass de vondst ‘een verzinsel’, gaf haar een reprimande en verbood haar nog langer in Egypte te werken. ‘Ik heb haar leven vergald’, zei hij me. ‘Ik was echt streng. Ik ken geen genade.’ Verdedigers zeggen dat hij al veel eerder zo had moeten optreden. ‘Critici zeiden dat hij alle ontdekkingen in Egypte voor zichzelf opeiste, maar hij publiceerde ze alleen maar en leidde de informatie via de juiste kanalen’, zei Peter Lacovara. Collega’s mopperden dat hij alleen zelf in de schijnwerpers wilde staan. ‘Wat moet ik anders?’ vroeg hij. ‘God heeft mij dit charisma gegeven, hij heeft het niet aan iemand anders gegeven. Wie is er nu de ster? Vertel het me maar. Kent u de naam van enige Egyptische oudheidkundige? Ik ben al twee jaar weg, en wie is nu de ster?’

Misrekening

Op 31 januari 2011, in het midden van de revolutie, bood premier Ahmed Shafiq Hawass de pas gecreeerde positie van minister van Oudheden aan in een haastig gevormd nieuw kabinet. De regeringswisseling was onderdeel van een laatste poging om de

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 51

Horizon.indd 51

13-08-13 16:32


horizon

cultuur

wel als hij de vergaderingen opende, hij was er met zijn gedachten niet bij. En dat gaf slechte mensen, zoals de voorzitter van het parlement, de voorzitter van de regeringspartij, de kans om sterk te worden.’ Maar geen andere figuur in het land, betoogde hij met klem, was in staat Egypte bij elkaar te houden. ‘Als mens was Mubarak niet slecht’, zei hij. ‘Zijn bewind is twintig jaar lang goed geweest. Dertig jaar was te lang.’

demonstranten zoet te houden en Mubarak te redden. Het Egyptisch Museum was net geplunderd – kunstvoorwerpen, waaronder 54 oude bronzen, werden meegenomen door dieven die waren ingebroken via het dakraam – en Hawass was urenlang op de internationale televisie om de wereld te verzekeren dat de verliezen minimaal waren. Volgens Hawass had Shafiq gezegd: ‘Zahi’s gezicht is overal op de wereld op tv geweest, de Egyptenaren zijn dol op hem en als we dit nieuwe ministerie voor hem creëren, zal hij nooit nee zeggen. Ik dacht: Nu heeft mijn land mij nodig. Als ik niets doe, is dat slecht. Toen heb ik het maar geaccepteerd.’ Volgens collega’s was het een misrekening. ‘Hij had het idee dat hij zijn plicht moest doen’, zei Rainer Stadelmann, toen we met Hawass zaten te dineren in een van zijn favoriete restaurants, Trattoria, gelegen in de chique wijk Zamalek en het eigendom van de zoon van Omar Sharif. In de kelder ervan bewaarde Hawass een privécollectie mooie wijnen. ‘Egypte verkeerde in een chaos, het Egyptisch Museum was geplunderd’, vervolgde Stadelmann. ‘Hij zag niet hoe woedend de mensen op Mubarak waren. Hij was politiek naïef.’ Begin februari, terwijl handlangers van het regime demonstranten op het Tahrirplein in elkaar sloegen en vermoordden, prees Hawass de president op de BBC en zei dat hij Mubaraks voorstel steunde om de leiding te nemen bij een ordelijke overgang. Voor de honderdduizenden die Mubaraks onmiddellijke aftreden eisten leek Hawass partij te kiezen voor een verachte dictator.

Slecht humeur

Op een zaterdagavond om half tien in Caïro was Hawass in een slecht humeur. Gezeten aan een viptafel in een rokerige balzaal van het Four Seasonshotel aan de Nijl rolde hij met zijn ogen terwijl het Operaballet van Caïro een tergend trage dans uitvoerde. ‘Dit is het saaiste culturele evenement dat ik in mijn hele leven heb gezien’, mopperde hij. Aanleiding was een fundraisingdiner voor de Zwitsers-Egyptische bedrijfsvereniging, in groten getale bezocht door diplomaten en leden van de elite van Caïro – onder wie velen met banden met het ancien régime. Aan de overkant van de tafel smoesde Mubaraks voormalige staatssecretaris met een ex-columnist van de staatskrant Al-Ahram, die kort daarvoor was ontslagen door de nieuwe hoofdredacteur, een lid van de Moslimbroederschap, omdat hij kritisch over Morsi had geschreven. Nu de macht in de handen van de islamisten lag, waren deze leden van de oude garde verbitterd, werkloos en bevreesd voor de toekomst. ‘Morsi moet naar de mensen luisteren’, zei Hawass. Om er in één adem aan toe te voegen dat Egyptenaren ‘niets van democratie begrijpen’ en ‘een sterke dictator nodig hebben’. Hawass’ eigen toekomst bleef schimmig. De archeoloog beweerde dat hij zijn oude baan niet terug zou willen, maar had het voortdurend over de aftakeling

van het ministerie sinds hij het bijna twee jaar eerder had verlaten. ‘Toen ik er nog was, was het alsof het gebouw in brand stond, de mensen werkten elke dag van negen tot zes, maar nu doen ze niets. Wie is er nu? Iemand zonder ervaring, met een pak en een das.’ Tijdens onbewaakte ogenblikken leek Hawass inderdaad al plannen te maken voor zijn wederopstanding. Hij vertelde me dat het vorig jaar, 2012, de honderdste verjaardag was van de verhuizing van de 3.300 jaar oude buste van Nefertiti van Egypte naar Berlijn, door de Duitse archeoloog Ludwig Borchardt. Hawass had campagne gevoerd voor de repatriëring ervan, maar kreeg nul op het rekest van Duitse ambtenaren, die volhielden dat de verhuizing legaal was geweest en dat het beeldje door de verhuizing beschadigd zou raken. Het belang van de teruggave vervaagde door de revolutie, maar Hawass had het nog niet opgegeven. ‘Volgende week donderdag ga ik een artikel schrijven over Nefertiti’, vertelde hij me, terwijl de obers rondliepen en het orkest begon te

Tijdens onbewaakte ogenblikken leek Hawass inderdaad al plannen te maken voor zijn wederopstanding spelen. ‘En ik zal tegen de Duitsers zeggen dat de strijd nog niet is gestreden.’ Hij zei een telefoontje van de regering-Morsi te verwachten. ‘Als ze me nodig hebben, en dat zal ongetwijfeld zo zijn, dan ben ik bereid te helpen. En als ze willen dat ik terugkeer op Oudheden, doe ik dat ook.’ Net als Osiris leek Hawass te voelen dat de triomf van Set alleen maar tijdelijk was.

‘Ik dacht: Nu heeft mijn land mij nodig. Als ik niets doe, is dat slecht’

Twee jaar later wilde Hawass van geen verontschuldiging weten. Hij hield vol dat hij ‘nooit close’ was geweest met de voormalige president – ‘ik heb veel te verduren gehad van het regime van Mubarak. Ministers vielen me aan, maakten ruzie met me’ – maar dat hij Mubarak respecteerde als leider. Toen de revolutie begon, ‘zei ik dat als je een stabiel Egypte wilde, je Mubarak de kans moest geven aan te blijven tot september en verkiezingen uit te schrijven. En uiteindelijk bleek ik gelijk te hebben gehad.’ Dat Mubarak in zijn latere jaren inderdaad fouten had gemaakt, wilde hij wel toegeven. ‘Mubarak heeft nooit publiekelijk aangekondigd dat zijn zoon [Gamal] geen president zou worden. Ik was daartegen’, zei Hawass. ‘Bovendien werd hij oud, dat zag ik

pagina 52 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

Horizon.indd 52

13-08-13 16:32


cartoon 360 selecteert cartoons van tekenaars wereldwijd

Silvio Berlusconi. Š Paolo Lombardi / Cartoon Movement

17 tot 31 augustus 2013 nr. 39 pagina 53

Cartoon.indd 53

13-08-13 15:37


media Een selectie uit de buitenlandberichtgeving van de VPRO op televisie, radio en internet.

DIERENVERHUIZER

Bijschrift xxx – © Fotograaf / Agent xxx

Matt Wright verplaatst beesten die overlast veroorzaken.

ent xxx

Australië wordt geregeld geteisterd door dierenplagen, die deels te wijten zijn aan het importeren van niet-inheemse dieren, en deels aan de landbouw, en vooral de schapenteelt, die de ecologie drastisch verandert. Jaarlijks worden tienduizenden verwilderde ezels, paarden, honden en kamelen afgeschoten. Tijdens een grote kangoeroeplaag werden helikopters met mitrailleurs ingezet. Dit soort slachtingen inspireerden natuurbeschermer Matt Wright, presentator van de National Geographic-serie Outback Wrangler, tot zijn werk als dierenverhuizer. Krokodillen die vee doden, olifanten die oogsten vernielen, op hol geslagen buffels ‒ de stoere ex-militair, olieplatformarbeider en outbackgids transporteert ze zo mogelijk met zijn favoriete vervoermiddel: de helikopter. Hij brengt de eieren van zoutwaterkrokodillen naar verafgelegen plekken. Op internet bieden bedrijfjes jachtsafari’s in de outback aan. How To Sink A Few Ships Of The Desert, heet het op australianhunting.net, waarmee je op kamelenjacht kunt. Adventure has never been this real, belooft hunt-aust.com.au, dat geweren met telescoopvizieren te huur aanbiedt. Het ‘kangatarianisme’ maakt van de nood een deugd: kangatariërs eten alleen kangoeroevlees. Kangoeroes hebben geen veevoer nodig, produceren minder methaangas dan runderen en varkens en leveren eiwitrijk en vetarm vlees. En ze zijn op een eerlijke wijze doodgeschoten. Ulrik Unger

Outback Wrangler Zondag 18 augustus, Canvas, 19.00-20.00 uur

Pedo’s in de peiling In de VS worden veroordeelde kindermisbruikers nauwlettend in de gaten gehouden. Trunk or treat is het alternatief op trick or treat dat bezorgde burgers uit Anderson, South Carolina, initieerden. Daarmee willen ze voorkomen dat kinderen gevaar lopen tijdens Halloween als ze ’s nachts van deur tot deur gaan om snoepgoed te vragen. Nu worden de zoetigheden uitgedeeld vanuit de trunk [achterbak], en niet op straat waar mogelijk kinderlokkers op de loer liggen. Veroordeelde zedendelinquenten moeten zich op de avond van Halloween melden in de plaatselijke kerk; zij hebben een uitgaansverbod en worden door politieagenten in de gaten gehouden. Ouders wordt via de radio aangeraden de zedendelinquentenlijst op internet te bekijken voor ze hun kinderen de straat op sturen. De documentaire Nacht van de roofdieren laat zien hoe Anderson County omgaat met veroordeelde sex offenders. De film oordeelt niet maar registreert slechts de situatie van veroordeelde zedendelinquenten. In de VS moeten zij zich verplicht inschrijven bij de lokale autoriteiten (registratie). Daarnaast worden professionele instanties en/of het publiek geïnformeerd als een zedendelinquent vrijkomt (notificatie). Tot slot mogen veroordeelde zedendelinquenten niet wonen

binnen een bepaalde afstand van plekken waar zich groepen kinderen kunnen ophouden. In Nederland gaat men minder ver. Er is registratie, maar die is minder langdurig dan in de VS. En er zijn gebiedsen contactverboden die zedendelinquenten in hun vrijheid beperken. Notificatie en uitwisseling van informatie vindt alleen plaats tussen instanties. Radha Ramdhan

Ikon Doc: Nacht van de roofdieren Maandag 19 augustus, Nederland 2, 23.50-0.50 uur

Orthodox in verzet Ook in bewuste afzondering kunnen strenggelovigen beproevingen verwachten Kunnen de atheïsten onder ons het leven en de strijd van een godvrezend en bijbelvast iemand als Wiebo Ludwig echt begrijpen? De documentaire Wiebo’s War begint met een discussie tussen dominee Wiebo en de ongelovige documentairemaker David York over dit onvermijdelijke onbegrip. ‘Want veel dingen zijn van een spirituele orde en onzichtbaar. Het kan dus niet gefilmd worden.’ Atheïsten leven volgens Wiebo sowieso in duisternis. Toch laat hij camera’s toe in zijn gemeenschap. Ze zijn dan wel orthodox Nederlands-hervormd, maar niet van het soort dat is blijven steken in de tijd van de eerste Dordtse Synode. Halverwege de jaren tachtig trok dominee Wiebo Ludwig met zijn familie en aanhang naar een landgoed in Alberta, Noord-Canada, om zich af te zonderen van de verleidingen van de moderne

tijd, maar ook van grootkapitaal en industrie. In hun gebied bleek gas in de grond te zitten, maar in Canada behoort alleen de toplaag van het land aan de eigenaar toe. De regering liet het gas exploiteren, waarna de gemeenschap werd geconfronteerd met vervuild water, dood vee en miskramen. Na jaren van vergeefse juridische strijd tegen de olie- en gasindustrie besloot Wiebo actief strijd te gaan leveren, al is hij zeker geen ecoterrorist. York noemt Wiebo en zijn familie ‘mild apocalyptisch’. In afwachting van het eind der tijden raakten ze juist in dit afgelegen oord verstrikt in de milieu-apocalyps van de moderne tijd. Gülhan Demirci

Ikon Doc: Wiebo’s War Dinsdag 20 augustus, Nederland 2, 23.50-0.52 uur

agenda Thatcher: The Downing Street Years

Die Story im Ersten

Dockland: De revolutieroute

Raising Resistance

Afl: Belastingontwijking door

Zuid-Amerika: Kleine boeren

De weg naar het Avondland

Afl: Woman at War. Thatcher

grote bedrijven

Afl: Arabische winter?

tegen grote sojatelers

Afl: Oekraïne-Polen.

Maandag 19 augustus,

Rudi Vranckx in Libië

Dinsdag 20 augustus,

treedt aan als premier

Met Jan Leyers

ARD, 22.55-23.40 uur

Dinsdag 20 augustus,

Arte, 21.55-23.20 uur

Woensdag 21 augustus,

Zaterdag 17 augustus,

Canvas, 21.35-22.25 uur

Canvas, 21.30-22.15 uur

BBC 2, 21.10-22.10 uur

pagina 54 nr. 39 17 tot 31 augustus 2013

VPRO.indd 54

13-08-13 16:46


advertenties 39.indd 55

13-08-13 13:39


Zonnige tijden voor het kopen van een huis?

2009

€ 880 -, PE R M AA ND

2013

€ 695 -, PE R M AA ND

Een NVM-aankoopmakelaar laat u graag uw ruimere mogelijkheden zien Droomt u tijdens uw vakantie van een nieuw huis? Dan is het goed te weten dat de woningmarkt zich steeds zonniger ontwikkelt voor mensen die een huis willen kopen. Zo betaalt u bijvoorbeeld voor eenzelfde tussenwoning tegenwoordig tot wel € 185,-* minder aan netto maandlasten dan een aantal jaren geleden. Dat betekent dat u nu een huis kunt kopen dat voorheen niet haalbaar was. Of groter kunt gaan wonen dan u aanvankelijk dacht. Praat daarom eens met een NVM-aankoopmakelaar. Hij kan u deskundig adviseren over wat in deze tijd uw mogelijkheden zijn. Zodat u straks wellicht heerlijk kunt genieten van uw eigen droomwoning. Kijk op nvm.nl. * Genoemde vermindering maandlasten berekend op basis van: 100% annuïtair, hypotheekrente op basis van gemiddelde 10 jaarsrente met NHG van de Hypotheekshop, woningprijzen op basis van de mediane transactieprijzen van de NVM en de op dat moment geldende voorwaarden en tarieven, waaronder overdrachtsbelasting, NHG-tarief, notariskosten e.d. Vergelijking met andere jaren kunnen andere cijfers geven. Aan de berekening en de getallen in deze advertentie kunnen geen rechten worden ontleend.

advertenties 39.indd 56 NVM13-0826 adv Woonlasten zomer 360 07-2013.indd 1

13-08-13 16-07-13 13:39 13:40


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.