360. Nummer 03

Page 1

€ 5,95

Nieuw!

foto: Joris van Bennekom

WAARGEBEURD VERHAAL | 360º DRAAIENDE THEATERZAAL LEVENSECHTE ZEE EN DAKOTA

WWW.SOLDAATVANORANJE.NL | 0900 - 1353

(45 cpm)

GEEF EEN UNIEKE ERVARING CADEAU T/M APRIL IN DE THEATERHANGAAR | VLIEGVELD VALKENBURG | BIJ LEIDEN IN SAMENWERKING MET

derde Actie cover-b.indd 1

MEDIAPARTNER

IN SAMENWERKING MET

MEDIAPARTNER

16-12-11 11:43


www.dior.com 265x350_JADORE_COURRIER INTER_HOL.indd 1

20/12/11 10:28


Cuba

Literair portret van een ontredderd land

Dossier islam

Balans na een revolutionair jaar

Duitsland

Nieuw: de neo-nazi huismoeder

het beste uit de internationale pers

nr. 03

|

24 december tot 7 januari 2012

|

www www.360magazine.nl

|

â‚Ź 5,95

in dit nummer: zongguo qiyejia new statesman foreign policy profil financial times deutschland al-ittihad al-quds al-arabi kapitalis le monde the guardian variety la repubblica der tagesspiegel respekt la naciĂłn los angeles times south china morning post the caravan mikhak mail & guardian letras libres der spiegel science new scientist

In de ban van het

goud arnon grunberg

| auteur

‘360 is een waardevolle aanvulling op het Nederlandse tijdschriftenaanbod'


Executive Dual Time Self-winding. Patented time zone quick setting. Black ceramic bezel and 18 ct rose gold case. Water-resistant to 100 m. Rubber band. W W W . U LY S S E - N A R D I N . C O M

•

Rokin 48 - 1012 KV Amsterdam - Netherlands - +31 20 625 7656 - info@harrytromp.nl


foto: Joris van Bennekom

WAARGEBEURD VERHAAL | 360ยบ DRAAIENDE THEATERZAAL LEVENSECHTE ZEE EN DAKOTA

WWW.SOLDAATVANORANJE.NL | 0900 - 1353

(45 cpm)

GEEF EEN UNIEKE ERVARING CADEAU T/M APRIL IN DE THEATERHANGAAR | VLIEGVELD VALKENBURG | BIJ LEIDEN IN SAMENWERKING MET

MEDIAPARTNER

IN SAMENWERKING MET

MEDIAPARTNER


TONZON uitvinder van slimme oplossingen o.a. voor radiatoren en voor koude vloeren Zon t Ton e o d lie Hier erk torfo rad ia ar zijn w htba onzic

“Een goede besteding van ons spaargeld. Het geeft direct comfort en heeft onder de vloer een veel hoger rendement dan op de bank.”

“Het verschil is direct merkbaar. Hadden we dat maar eerder gedaan.”

TONZON isolatie, isoleren als een Thermosfles TONZON produceert opvouwbaar isolatiemateriaal dat is gebaseerd op het thermosflesprincipe. Omdat dit principe beter isoleert, kunt u met minder ruimteverlies meer isolatiewaarde opbouwen. Handig wanneer u een geïsoleerde voorzetwand wilt maken, maar niet te veel ruimte wilt verliezen. Hebt u wel de ruimte zoals in een dak of onder een vloer dan kunt u met TONZON zeer hoge isolatiewaardes halen. Bestaande vloeren worden nog warmer dan in de nieuwbouw en ook een ‘TONZON‘ zolder blijft in de zomer koeler dan een zolder in een standaard nieuwbouwhuis. Omdat u lucht gebruikt die overal gratis aanwezig is, is het volume zeer beperkt. Het TONZON principe is van toepassing op vloeren, muren (voorzetwanden), daken, radiatoren, verwarmingsbuizen en baden. Radiatorfolie doet onzichtbaar zijn werk Een radiator straalt warmte uit, niet alleen naar de kamer, maar ook naar de muur daarachter. Dat is jammer, want veel warmte verdwijnt zo door de muur. TONZON heeft een nieuw type HR radiatorfolie ontwikkeld die achter op de radiator zelf wordt geplakt. Deze oplossing is een stuk beter dan het beplakken van de muur: die folie wordt vies, laat los en kan soms zelfs beschimmelen. TONZON HR radiatorfolie doet onzichtbaar zijn werk en is een stuk effectiever. Dat maakt dat de toepassing ook bijzonder geschikt voor kantoren, scholen en overheidsgebouwen. Bekijk het filmpje op onze website www.tonzon.nl en zie hoe eenvoudig het aanbrengen gaat. Werking van radiatorfolie TONZON HR radiatorfolie plakt u op de achterkant van de radiator. De warmtestraling naar de muur wordt maar liefst 96% minder. Daarmee is onze oplossing veel effectiever dan de radiatorfolie op de muur. Deze reflecteren vaak niet meer dan 70 tot 90%. TONZON radiatorfolie is bovendien een veel fraaiere oplossing

omdat de folie vanuit de kamer niet te zien is. Op de infraroodfoto’s ziet u het verschil:

Links met HR folie en rechts (nog) zonder HR folie.

Snel terugverdienen met radiatorfolie Bij een slecht geïsoleerde muur heeft u de TONZON radiatorfolie binnen een winterdag terugverdient. Bij een goed geïsoleerde muur is dat het geval binnen enkele winterweken. De energie die nodig is voor de grondstoffen, de productie, het transport en de montage bedraagt circa 0,1 m3 gas. Maar u bespaart jaarlijks een veelvoud. Nu online te bestellen in onze webshop via www.tonzon.nl.. De radiatorfolie wordt u per post toegestuurd, het past door de brievenbus. Een origineel cadeau voor onder de kerstboom!

Meer comfort en lagere stookkosten met vloerisolatie van TONZON Veel beganegrondvloeren in Nederland zijn koud. Vooral aan het eind van de winter. De ‘koude zone’ onderin de woning blijkt eenvoudig te verhelpen met een unieke Nederlandse uitvinding. Ons vloerisolatie systeem kan worden toegepast bij alle soorten vloeren. Ook als er onder de vloer een koude garage of kelder zit en zelfs als er geen kruipruimte aanwezig is. Ook bij vloeren die al met andere isolatiematerialen zijn geïsoleerd, kunt u met TONZON isolatiemateriaal uw vloer isoleren en genieten van een nog fijner binnenklimaat. Bijzondere isolatietechniek TONZON heeft een unieke isolatietechniek ontwikkeld, waarbij lucht wordt gebruikt die overal gratis aanwezig is. Het opvouwbare isolatiemateriaal (Thermoskussen) ziet eruit als een flexibele thermosfles. De Thermoskussens blokkeren de permanente uitstraling van de vloer naar de koude grond onder ons huis. Hierdoor komt de vloer eindelijk op kamertemperatuur en koelt ’s nachts maar weinig af. Het effect is verbluffend en niet te vergelijken met andere isolaties! Extra kostenbesparend TONZON bespaart veel meer energie dan een gewone vloerisolatie. Het stookseizoen wordt korter en u hoeft minder heet te stoken om comfortabel te wonen. Bij vloeren met vloerverwarming is de besparing nog hoger. De verwarming kan eindelijk goed geregeld worden. Wilt u meer weten over Tonzon isolaties? Bezoek onze website www.tonzon.nl en bekijk de video’s op YouTube kanaal TONZONHR.

TONZON BV • Enschede • T: 053 - 433 23 91 • E: info@tonzon.nl • www.tonzon.nl • YouTube: TONZONHR

25-11-027_TonZon_360Internationaal_265x350.indd 1

05-12-11 17:21


redactioneel

colofon jaargang 1 nr 03 24 december tot 7 januari 2012 Een uitgave van 360 international media Prinseneiland 24 B II 1013 LR Amsterdam 360magazine.nl facebook.com/360nl twitter.com/360nl hoofdredacteur Katrien Gottlieb uitgever Charles Lansu eindredactie Pieter van den Blink courrier international Philippe Thureau-Dangin, Dalila Bounekta, Marie Beloeil, Odile Conseil, Raymond Clarinard, Pascal Philippe. vertaling Peter Bergsma, Paul Bruijn, Nelleke de Bruyn, Valentijn van Dijk, Nelleke Foppen, Tineke Funhoff, Ingeborg Gonizzi, Menno Grootveld, Nicolette Hoekmeijer, Joop Koopman, Richard Kruis, Frank Lekens, Marlene Lokin, Jan Messchendorp, Elsowina Ruitenberg, Karina van Santen, Astrid Staartjes, Pieter Streutker, Martinette Susijn, Jolijn Tevel, Tess Visser, Marten de Vries, Eelco Vijzelaar, Annemie de Vries, Dirk Zijlstra correctie Rogier Goetze art direction Dog and Pony, Amsterdam vormgeving Uriël Nieuwenburg Thomas Wansing productiebegeleiding Hans Snitslaar beeldredactie Nicole Robbers webredactie Marie-José Klaver copywriter Jaap Toorenaar marketing Ronald Appelman advertentieverkoop Robin Kolner kolner@360mag.nl, 06-19675573 Antoinette Vrisekoop vrisekoop@360mag.nl, 06-53124469 Download de mediakit op www.360magazine.nl/adverteren controller Arthur van der Meeren bestuur Bessel Kok, Gert Jan Oelderik, Marijn de Jong druk Roularta Printing, Roeselare 360 wordt gedrukt op PEFC-papier, afkomstig uit duurzaam bosbeheer. www.pefcnederland.nl partners ANP, BNR Nieuwsradio, NRC Media, De Pers, VPRO, Cartoon Movement, Getty Images, Hollandse Hoogte, Nyenrode Business Universiteit license partner Courrier International, Groupe Le Monde, Paris

Tastbare zekerheid 360 – Amsterdam 360 komt op de derde en laatste ‘introductiecover’ als een globe tevoorschijn met rechts een stralende zon die plaats voor ons maakt. Wat bezielt de wereld en wat vinden wij dit keer zo belangrijk om er vanuit allerlei perspectieven over te berichten? Het blijft een keuze. Daarom in deze editie niet één dossier maar twee. Waar u dan weer uit kunt kiezen. Het állemaal lezen kan natuurlijk ook. Goud staat bijna gelijk aan begeerte, gretigheid en geluk. Goud blinkt, roest niet en is onvervalsbaar. Wie goud draagt, straalt zelf verkregen rijkdom uit. Wie in goud belegt, denkt slim te zijn en de inflatie van geld te omzeilen met de vaste waarde van een klompje edelmetaal. Een handvol tastbare zekerheid die elke generatie aan de volgende doorgeeft. De goudprijs is dit jaar bijna 27 procent gestegen. De waarde van het kostbare edelmetaal kan als een spiegel van economische welvaart worden gezien, of juist van de politieke mislukkingen die de welvaart om zeep helpen. Hedge funds, individuele beleggers, banken en juweliers kregen dit jaar collectief de goudkoorts, die begin negentiende eeuw trend zette met gelukzoekers en zich nu op een 'corporate level' herhaalt. De nieuwe ‘golddigga’ gaat de mijn niet in, maar volgt nerveus de koersen op de AEX-index. Wat daaraan voorafgaat, op 1,8 kilometer onder het aardoppervlak in Zuid-Afrika, liegt er niet om. Op de hielen gezeten door de wanhoop, begeven gouddieven zich in mijngangen waar gewone

verspreiding Nederland: Aldipress | België: AMP missie Nieuws uit het buitenland is iets anders dan nieuws over het buitenland. We hebben niet de pretentie dat het wereldnieuws zich laat samenvatten in 64 pagina’s, wel de ambitie relevante, originele en mooie verhalen bereikbaar te maken voor een Nederlandstalig publiek.

Katrien Gottlieb gottlieb@360international.nl

Remedie tegen navelstaren

beeld voorpagina Sigit Pamungkas / Reuters abonnementen* € 9,95 p/mnd in Nederland en België € 7,99 p/mnd digitaal Meer informatie: www.360mag.nl/abonneren *Alle abonnementen continueren automatisch en gelden tot wederopzegging, tenzij anders vermeld. Prijswijzigingen voorbehouden. Cadeauabonnementen eindigen automatisch. Voor bedrijfsabonnementen gelden speciale tarieven. 360 verschijnt 24 keer per jaar. Oplage: 25.000

kompels zich niet wagen zonder veiligheidsmaatregelen of luchtkoelingssysteem. En boven de grond houdt het gevaar niet op, nu Colombiaanse drugskartels goud in het vizier hebben als ‘de nieuwe cocaïne’. Eveneens moeilijk aan te komen, met één voordeel: het is niet strafbaar. Maar waar de grootste goudreserves nu eigenlijk zijn opgeslagen, is in Duitsland al jaren onderwerp van wilde speculatie. Of het nog altijd lente is in de verschillende Arabische steden valt te lezen in het pleidooi om de democratisch gekozen islamisten in Tunesië en Egypte een kans te geven, geschreven door de hoofdredacteur van Al-Quds Al-Arabi. Aan de vooravond van de eerste verjaardag van de revolte hield deze Abdel Bari Atwan een lezing in Amsterdam. ‘De Arabische lente is net als Heineken: je hebt het overal, behalve bij de Palestijnen,’ grapte hij, voordat hij een ernstige waarschuwing afgaf. Als we de democratisch gekozen islamitische regeringen nu tegenwerken, is het risico van anarchie aan de overkant van de Middellandse Zee groot. Het democratisch proces moet zijn werk doen. ‘Als ze het niet goed doen, stemmen we de volgende keer niet meer op ze’, zei Atwan monter. Ervan uitgaande dat het democratische systeem onder de nieuwe machthebbers wel in stand blijft.

360, Nederlands nieuwste magazine, brengt het beste uit zo’n 900 buitenlandse dagbladen, tijdschriften en online media. Nu in de winkel voor € 5,95. Of word abonnee voor € 9,95 per maand. Vul de antwoordkaart in of ga naar 360mag.nl


bronnen

360 selecteert Nieuws en achtergrondverhalen uit vrijwel ieder land ter wereld. De artikelen in dit nummer komen onder meer uit de volgende kranten, tijdschriften en websites.

Foreign Policy Verenigde Staten, weekblad, oplage 106.000

foreign policy

Opgericht in 1970 met als doel het ‘debat te stimuleren over belangrijke kwesties van de Amerikaanse buitenlandse politiek’. Sinds 2008 eigendom van de Washington Post. Le Devoir Canada, dagblad, oplage 26.000

03 01

le devoir

Onaf hankelijke krant van Québec met solide reputatie, meer dan een eeuw oud. Wil een platform zijn voor de uitwisseling van ideeën maar bereikt slechts een klein deel van de lezers. De onaf hankelijkheid wordt duur betaald, Le Devoir worstelt met geldproblemen.

02

Variety Verenigde Staten, weekblad, oplage 27.000

variety

Belangrijkste tijdschrift voor de entertainmentindustrie, meer dan honderd jaar geleden opgericht in New York. Achtergrondverhalen, afgewisseld met recensies. Variety heeft de taal verrijkt met woorden als ‘sitcom’ en ‘sexappeal’. Eigendom van Reed Business. la nación Argentinië, dagblad, oplage 185.000

la nación

In 1870 opgericht door oud-president Bartolomé Mitre. Verdedigde onder Perón de vrijheid van meningsuiting. De reputatie van kwaliteitskrant is verder gebaseerd op de buitenlandberichtgeving.

Los Angeles Times Verenigde Staten, dagblad, oplage 657.000 Meest links geörienteerde van de grote Amerikaanse kranten. Belangrijke nieuwsbron voor de entertainmentindustrie en winnaar van vele Pulitzerprijzen. Eigendom van de Tribune Company in Chicago. 01

Letras Libres Spanje / Mexico, maandblad, oplage 30.000 Opvolger van Vuelta, het beroemde blad van Octavio Paz. In de grote traditie van literaire tijdschriften in Latijns-Amerika. Verschijnt in een Mexicaanse en een Spaanse editie. 02

Science Verenigde Staten, weekblad, oplage 165.000 Prestigieus peer-reviewed overzicht van het wetenschappelijke debat in de VS en daarbuiten. Opgericht in 1848 met geld van 03

Thomas Edison, eigendom van de American Association for the Advancement of Science. New Statesman Verenigd Koninkrijk, weekblad, oplage 26.000 Opgericht in 1913 en sindsdien beroemd om de grondige analyses en de felle commentaren. Links maar onaf hankelijk, met ruimte voor tegengeluiden uit alle hoeken. 04

The Guardian Verenigd Koninkrijk, dagblad, oplage 332.000 Onaf hankelijke kwaliteitskrant van linkse signatuur. Sinds 1821 thuisbasis van de meest gerespecteerde columnisten en journalisten. Altijd zeer kritisch ten opzichte van de overheid en andere instituten. 05

New Scientist Verenigd Koninkrijk, weekblad, oplage 82.000 Veel aandacht voor het milieu. Een van de beste en meest toegankelijke wetenschapstijdschriften ter wereld. Onderdeel van Reed Elsevier.

Financial Times Deutschland Duitsland, dagblad, oplage 103.000 Deze kleine broer van het beroemde Britse dagblad bestaat sinds 2000. De FTD geeft als enige krant in Duitsland stemadviezen bij verkiezingen.

Al-Quds Al-Arabi Verenigd Koninkrijk, dagblad, 50.000 In tegenstelling tot de overige pan-Arabische kranten is Al-Quds niet af hankelijk van Saudisch geld. Tevens de enige die Saddam Hussein verdedigde.

Der Tagesspiegel Duitsland, dagblad, oplage 132.000 Opgericht in 1945 in Berlijn, waar zich nog altijd het merendeel van de lezers bevindt. Degelijke kwaliteitskrant, in 2005 onderscheiden voor zijn restyling.

Le Monde Frankrijk, dagblad, oplage 345.000 Zeer gehecht aan zijn onaf hankelijkheid van de politieke en economische machtscentra. De belangrijkste Franstalige krant, in 1944 opgericht op initiatief van De Gaulle, is sinds 2001 eigenaar van Courrier international.

Der Spiegel Duitsland, weekblad, oplage 976.000 Sinds 1947 uiterst onaf hankelijk, standaard voor onderzoeksjournalistiek, kritisch over rechts.

06

07

08

09

10

11


bronnen

04 05 06 07

09 11 10 13

08

14

12 16 15 20 17 19

21 22

18

01

locatie aangehaalde bronnen dossier goud (vanaf p. 16) dossier islam (vanaf p. 26) landen, besproken in dit nummer

La Repubblica Italië, dagblad, oplage 650.000 Sinds 1976 de krant voor de intellectuele en zakelijke elite van Italië, staat politiek dicht bij de Democratische Partij (PD). Was zeer kritisch over Berlusconi.

Kapitalis www.kapitalis.com, Tunesië In 2010 opgerichte, Franstalige website met nadruk op economisch nieuws. Brengt ook politiek, cultureel en sociaal nieuws uit de landen van de Maghreb.

Respekt Tsjechië, weekblad, oplage 25.000 Voortgekomen uit de gelederen van Charta 77. Vanwege de uitstekende onderzoeksjournalistiek beschouwd als het beste onaf hankelijke weekblad van het land.

Eleftherotypia Griekenland, dagblad, oplage 80.000 Centrumlinkse krant met als devies ‘de krant van de journalisten’. Opgericht na de val van de militaire dictatuur in 1974.

12

13

Profil Oostenrijk, weekblad, oplage 97.000 Serieus, links georiënteerd. Onderdeel van de News Publishing Group, die met vijftien tijdschriften in het schap marktleider is in Oostenrijk. 14

15

16

The Arabist Egypte, website Issandr El-Amrani, de man achter de site, is medewerker van The Economist en Foreign Policy. The Arabist is een goede bron voor wie de ontwikkelingen in Egypte van uur tot uur wil volgen. 17

Mail & Guardian Zuid-Afrika, weekblad, oplage 41.000 Opgericht in 1985 als Weekly Mail en in 1990 vlot getrokken door The Guardian in Londen. Sinds 2002 eigendom van de Zimbabwaanse krantenuitgever Trevor Ncube. De duidelijk links georiënteerde Mail & Guardian ijvert voor een toleranter Zuid-Afrika. 18

Al-Ittihad Verenigde Arabische Emiraten, dagblad, oplage onbekend Een van de oudste media in de VAE (1969). Staat onder gezag van het ministerie van Informatie en Cultuur. Brengt achtergrondartikelen, geregeld ook van critici, over de Arabische wereld. 19

Mikhak Iran, bloggerscollectief Gericht op de politieke actualiteit in Iran, met veel analyse en opinie. Wordt beheerd door anonieme bloggers uit de ‘Groene Revolutie’ die in 2009 een omwenteling in het land probeerden teweeg te brengen. 20

The Caravan India, maandblad, oplage 20.000 Opgericht in 1940, in 1988 omgedoopt tot Alive en sinds 2010 weer terug onder de oorspronkelijke naam. Prachtig blad met fotoreportages en kritieken. 21

South China Morning Post China (Hongkong), dagblad, oplage 261.000 Deze Engelstalige krant, die banden heeft met het zakenmilieu van de Britse oud-kolonie, geeft een goed beeld van met name ZuidChina en de economische ontwikkelingen. 22


Donkere vlekken? Rimpels? Doffe huid?

NIEUW

Sérum Capital Lumière Drievoudige werking tegen huidveroudering. Clarins verlegt opnieuw haar grenzen met de nieuwste innovatie Sérum Capital Lumière. Dit serum tegen huidveroudering combineert de unieke revitaliserende eigenschappen van pioniersplanten met Hexylresorcinol, hét ingrediënt tegen donkere vlekken. In slechts twee weken* zijn donkere vlekken minder zichtbaar, de huid oogt steviger, rimpels zijn vervaagd en de teint is egaler. Uw huid straalt weer zoals vroeger. Clarins, Europees marktleider in exclusieve huidverzorging**. *Tevredenheidstest onder 133 vrouwen gedurende twee weken **Bron: European Forecasts

www.clarins.com


inhoud 12 Wereldnieuws 15 Controverse 16 De nieuwe goudkoorts

dossier

goud

goud

dossier

De nieuwe goudkoorts

Tussen erts en goudstaaf of sieraad ligt een lange weg, waarop het steeds drukker wordt. Een overzicht van wat de mens bereid is te doen voor goud.

Zeepbel staat op knappen

Edelmetaal is al vaker ingezet bij bloedige oorlogen. Het heeft waarde, het blinkt en handelen erin mag. Gelukszoekers sturen anderen de diepe mijnen in en kijken zelf naar de AEX-index om hun fortuin te zien stijgen. De nieuwe cocaïne in Colombia, China en Zuid-Afrik a.

26 Islamitische macht

Een mini-dossier over de opkomst van de islamitische partijen als voorlopig resultaat van de Arabische lente en de verhoudingen met het Westen.

28 Lage landen

Nederland en België door de ogen van de wereld. De Italiaanse krant La Répubblica meldt een run op vliegtickets naar Amsterdam omdat blowers vrezen dat ze in het nieuwe jaar de coffeeshops niet meer in mogen.

De goud en kopermijn Cadia in het Orange district van Australië

pagina 16 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

© Jacky Ghossein/AFP/Getty Images

24 december tot 7 januari 2012

nr. 03 pagina 17

frankrijk

europa

Boksen isring in de gevangen

de continenten

wordt, des hoe beter je erin de vechtkunst, ch enissen mee. Ook wordt.’ De stopwat doen zeven gevang te beter je als mens ans, een van de streek, Loïc hals is als een rozenkr jonge onderprefect gevan- om zijn hem n, ‘niet voor de e vriend, hij doet Obled, is gekome onafscheidelijk gevangenis het boksen’. Volgens af. ‘Dat ik van de genen, maar voor zelden van n,’ stelt ‘Jo’, ‘komt een medewerker ap Gérard Loureiro, r van Justitie Michèle geen tik heb gekregeboksen heb leren okskampioensch ik door het voormalig ministe r van doordat ir boks- en thaib ect op,’ de initiatiefneme je bouwt zelfresp Het interpenitentia Alliot-Marie, en ontwijken.’ ‘En ijken’ die ze van r de sport die het ou, sportbegeleide rden ‘de tik te ontw dit project, is boksen zegt Larbi Amenz i. ‘Die doen helpt gedetinee en tot re-integratie. van het toernoo Aan het toernooi de organisator meest kan bijdrag en. en je krijg en d en een uitlaatklep, discipline: geregel hun celstraf kunn ‘Het fungeert als jongens oefenen uit, en ’ zich mee. leven sen spelen. Ze vals genis kunt er niet bij trainen, goed eten. f zeven Franse gevan Gevangenisstra nd. bevrijde dat werkt t dit volhouden beteken is zwaar; als ze Diafat, g ook aankunnen.’ n thaiboksen Dida cheidelijke vriend wereldkampioe het dat ze hun vrijlatin hoek Onafs Paris, over zijn rechtse op de rails,’ vindt enisdirecteur, Jacques die hem tips geven ‘Boksen zet je weer is gedeti- De gevang enis andere de gevang als ‘De : net en zijn directe. ook Lionel, die deelt deze mening cel. Zijn bleke n moet hij in de enisdirectie f bezig te zijn minute gevang de sportie chtentwintig jaar paar van een Door l. Over neerden stressvo sehard als het nieuwe huis van blijven. Lionel, wiens eerden iets compen handen zijn even sportzaal van het anoniem moet kunnen gedetin op n. Je kunt an, onder plezier. Ik Toulouse, er bijna beton van de celmure g van Mont-de-Mars hij uit. ‘Ze hebben straf in Muret, bij zijn bewarin matras ren’, legt om te zeggen zijn knokkels bijna en tegen zijn oude cel. ‘Ik zet mijn me er niet voor in de groeven op Bordeaux, aantred zit, traint in zijn maar,’ schaam mag hoeveel hij heeft 52-jarige drugsur, en rammen enis ook plezier levensverhaal lezen, vriend Joseph, een tegen de traliede dat je in de gevang zak met vuile ige’ liefde voor het ique; ze gaan ik maak van de laar uit Martin ‘of .’ hij, doorstaan, zijn ‘oneind smokke zegt hebben het dat de 51-jarige, gswedstrijd van .’ boksen. Je zou denken op voor de openin was een boksbal een eelde Lionel na nitentiair boksdie na 35 jaar achter voor moord veroord eerste Franse interpe Zijn vriend Joseph, het ‘Bokellen in Franse oenschap. Aan vrijkomt, knikt. leven in en uit isoleerc en thaibokskampi de tralies in 2016 Oude muren je,’ meer te leren heeft. is door de officiële n om balans te de gevangenis gevangenissen weinig toernooi, dat erkend sen heeft me geholpe ‘Zonder sport nekt edele voorsportbonden als een schooljongen hij toe, ‘het is een e Youcef. Hij is boks- en contact geeft ,’ Toch luistert hij Franse vinden vindt de 31-jarig n negen twaalf wedstrijden, en wereldkampioe na negen jaar en naar olympisch en dat bestaat uit waardelijk vrij, ig Asloum en elfvoud gezeten voor een boksen Brahim maanden te hebben en, gevond al hij heeft ontvoering. Werk oude Nu heeft hij de in een restaurant. cht, om aan het muren weer opgezo doen, mee te kunnen kampioenschap dat n te vertelle maar ook ‘om anderen komen: met wilsje er weer uit kan zien dat ook een kracht. Ik wil laten kan een goed mens crimineel weer eheeft om in Mont-d worden.’Lionel het in te gaan voor Marsan de ring ‘Ik verlof gekregen. eerst in 28 jaar zou te opgewonden veel ik dat dacht Ik ‘maar niets ervan. zijn,’ vertelt hij, ien is dat wel echte ben sereen. Missch

38 Boksen met handboeien

Le Monde – Parijs

europa | Franse gevangenissen houden een onderling bokstoernooi. De zware jongens vinden in de ring een vorm van vrijheid. Waarom juist boksen? Omdat je niet kan valsspelen.

A

40 Het nieuwe druivenplukken: wiet knippen

zuid­afrika

Kinderen zijn de dupe van xeno fobie

afrika

amerika's | De voortschrijdende legalisering van marihuana in Californië brengt nieuwe werkgelegenheid naar de Golden State. Backpackers van over de hele wereld komen hun reisbudget opvijzelen met een paar dagen wiet knippen.

re-integratie.’ s Mustapha Kessou

ert als een funge ‘Het(verkor t) – Johannesburg uitlaatklep en je kunt n’ er niet bij vals spele

Mail & Guardian

In Zuid-Afrika

© Rodolphe Escher

brengen imm igranten hun soms naar een kinderen park in plaats van naar scho gaan dan op zoek ol en naar werk. De scholen weigeren leerlingen die niet betaald hebb en. De wet verbiedt dat, maar de prak tijk is weerbarst ig. 24 december tot pagina 38 nr. 03

7 januari 2012

‘S

choolhoofden maken het de kinderen van vluchte lingen en migranten doelbewust moeilijk om op hun school te worden toegelaten. Daar heb ik al ontelba ar veel verhalen over gehoord,’ zegt Jacques Kaman da van de Coordi nating Body of Refuge e Communities in Johannesburg . ‘Het gaat om geld,’ aldus Kamanda. ‘Schoolhoofde n zien het toelate n van een migrantenkin d als inkomsten­ derving, omdat veel ouders van migrantenkin deren het schoolg eld niet kunnen betalen .’

school zitten. Doelstelling van iThemba is om zulke kinder en les te geven voor zolang als het duurt. In de tussen tijd kunnen hun ouders proberen hun kind in te schrijven op een staatss chool.

Economie van

xenofobie

Yasmin Sooka, directeur van de Foundation for Human Rights , zou willen dat de ‘politie ke economie van xenofobie’ wordt onderzocht om te bepalen ‘wie er nu werkelijk voorde el heeft bij xenofo bie’. Ze zegt tegen de Mail & Guardian dat de migran tenge­ meenschap recht heeft op onderw ijs, zoals dat ook voor Zuid­Afrikane n geldt. ‘Het beleidskader voor onderwijsrech ten is aanwezig, maar degenen die verant­ woordelijk zijn voor de implementa tie ervan moeten zich er meer van bewust zijn.’ Abraham Serote, onderd irecteu r van de nationale afdeling van sociale cohesie en gelijkh eid in het basison der­ wijs, stelt dat ouders van leerlingen die de toegang tot een openbare school wordt geweigerd, in beroep kunnen gaan bij de provin ciale minister van Onderwijs. Ook Vaughan Holme s van het departement Hij wil dat de overhe van Onderwijs id scholen gaat van Gauteng [de provin compenseren voor het aannem cie waartoe Johan­ en van nesburg behoor migrantenkin deren. t] zegt dat scholen die bijvoorbeeld bankga In Yeoville [een wijk in Johann ranties vragen esburg] voor de toelating van gaan veel migran een immigranten tenkinderen niet kind, handelen in strijd naar school vanweg met de wet. ‘Toegan e de financiële g tot scholen is een selectiecriteria en het gebrek onvervreemdb aan aar recht en mag niet scholen. Dat beteke inkomensafha nt dat kinderen nkelijk worden gemaa alleen gelaten kt,’ aldus Holme worden wanne er de s. Victoria John ouders naar hun werk gaan, of op zoek gaan naar werk. Omdat meerde re gezinnen vaak een woning delen, In mei 2008 werd laten sommige ouders overda het industriële hart g hun van Zuid-Afrika, de streek kinderen achter in openbare parken rond Johannesburg, , opgeschrikt door omdat ze zelf geen veilig huis hevige xenofobe hebben. die rellen, ‘Vaak durven vluchte het leven kostten aan een zestigta lingenouders l mensen en die in hun kind niet op een school de eerste plaats in gericht te waren schrijven omdat ‘tegen buitenlanders ze bang zijn dat die onze banen komen inpikken’, bekend wordt dat ze geen papiere met name immigra nten n uit Zimbabwe. hebben,’ zegt Judith Manjoro, zelf afkomstig uit Zimbabwe en manager van het iThemb a­studiecentru m. Vrijwilligers van die organisatie stappen op de kinderen in de parken af, en vragen ze waarom ze niet op

Vrijwilligers zoek en de kinderen op in het park, en vragen waarom ze niet op school zitte n

© Walenta

horizon

24 december tot

42 China’s kale takken

azië | In 2020 zal het aantal Chinese mannen dat geen vrouw kan vinden (de zogenaamde ‘kale takken’) zijn opgelopen tot 24 miljoen. De prijs van een gesmokkeld meisje uit buurland Myanmar ligt nu al rond de 2500 euro.

44 Escalatie tussen het Westen en Iran

midden-oosten | Het blog van de Iraanse oppositie Mikhak speculeert over de beweegredenen van het regime. Waarom meer spanning in de regio de machtspositie van Teheran zou versterken.

45 Xenofobie aan de schooldeur

afrika | Scholen in Zuid-Afrika werpen een financiële barrière op voor kinderen van immigranten. Vier jaar na de rellen tegen buitenlanders in Johannesburg is er weinig verbetering.

7 januari 2012 nr. 03 pagina 45

horizon

Een heel volk gedwongen om kind te blijven

46 De afgeslankte Cubaanse staat

De schrijver José Manuel Prieto keert terug naar zijn geboortegrond: Cuba. Alsof het eb wordt ziet Prieto het wrakhout van de samenleving liggen. Het land is in ontreddering.

Letras Libres – Madrid/M

cuba

cuba

horizon

exico-Stad

José Manuel Prieto

verkent als een slaapw andelaar de strate geboortestad Havan n van zijn a. Hij ziet de versch rikkingen van de de voortekenen dictatuur en van een veranderen de economie.

60 Gerecenseerd

Wat de buitenlandse recensenten al schreven over de boeken, films, concerten en voorstellingen die binnenkort naar Nederland en België komen.

© Thomas van Houtryve/

De Chaco, de laatste grote wildernis van Zuid-Amerika, was gedurende miljoenen jaren een ‘museum van de diversiteit’ en een schuilplaats voor elk dier en elke plant die zich aan de omstandigheden wist aan te passen. Nu wordt de rust van de tapir bedreigt

VII/HH

52 Een vlakte zo plat als een tafelblad

pagina 46 nr. 03 24 december tot

7 januari 2012

nr. 03 24 decembe r tot

7 januari 2012 pagina 47


wereldnieuws Brazilië

Egypte

verenigde staten

Blogger de dood in gedreven

In Florianapólis [in het zuiden van Brazilië] is de blogger Amilton Alexandre dood in zijn woning gevonden. Zijn blog, Tijoladas do Mosquito [aan de stok met de mug], waarin hij corruptiepraktijken aan de kaak stelde, werd dagelijks door ruim vijfduizend mensen bezocht. Alexandre was betrokken bij maar liefst dertig rechtszaken, waarvan bij dertien als beklaagde, onder andere wegens laster en smaad. Onder zijn doelwitten waren een minister, veel lokale politici en enkele machtige lokale families, waarvan minderjarige leden volgens de Mosquito bij een verkrachtingszaak betrokken waren. Een collega-blogger publiceerde na Alexandres dood een brief en berichten, waarin Alexandre zei dat hij depressief was door de vele aanvallen en leed aan geldgebrek. Zijn blog had hij afgesloten, en hij twitterde: ‘De cirkel sluit zich. Ik zie geen uitweg meer. Heb zin om er een einde aan te maken.’ Alexandre heeft op de homepagina van Tijoladas do Mosquito een link achtergelaten naar Cangablog, waar ‘het arsenaal aan wandaden van politici’ verder kan worden gevolgd.

Door de bocht

© DR

Naakt dat tot ophef leidde | Eind oktober heeft een 20-jarige Egyptische vrouw, Aliaa Magda Elmahdy, op haar blog Modakkirat Thaera een foto gepubliceerd waarop zij naakt poseert, naast andere erotische foto’s, onder meer van naakte mannen. Het geheel ging vergezeld met de wens de artistieke dimensie van deze clichés aan de orde te stellen. Aliaa is studente aan de academie voor beeldende kunst van Caïro en zegt dat ze vanaf haar zestiende atheïste is. Is dit een moedige of een naïeve daad? In Egypte heeft zij zich de woede van de conservatieven op de hals gehaald. Een groep islamitische rechtsgeleerden dringt aan op een lijfstraf op grond van de sharia. Volgens veel liberalen is de blog van Aliaa koren op de molen van degenen die het liberalisme in het algemeen willen aanvallen, en de rechten van de vrouw in het bijzonder. En toch hoopt Aliaa het debat over de situatie van de Arabische vrouw een impuls te kunnen geven. Uit de bijna 4,8 miljoen bezoekers van haar blog en de duizenden commentaren, waarin de beledigingen en de aanmoedigingen elkaar afwisselen, blijkt dat het gebaar van Aliaa de wereld niet onberoerd heeft gelaten. (arebelsdiary.blogspot.com)

Weken aaneen zijn ze onderweg, op een voeding waar diëtisten een beroerte van krijgen; de koningen van de highway zijn in slechte conditie. Van de ruim drie miljoen Amerikaanse truckers lijdt 86 procent aan obesitas. Transportbedrijven gaan gebukt onder hoge premies voor ziektekostenverzekeringen en vrezen elk jaar opnieuw dat de truckers niet door de verplichte gezondsheidstest heen zullen komen. ‘De enige lichaamsbeweging die zij krijgen is het intrappen van het gaspedaal’, schrijft de New York Times. De branche wil verandering. De meeste truckers krijgen per mijl betaald, dus persen ze elke seconde uit de elf uur die ze per etmaal achter het stuur mogen zitten. Voor hun voedselinkopen komen ze niet verder dan de truckstop met zijn moddervette buffet (wat staat voor Big Ugly Fat Fellows Eating Together). Nu zijn er de Healthy Trucking Association en Rolling Strong, clubs die de truckers willen helpen af te vallen. Het loopt nog geen storm.

Zweden frankrijk Raadselachtige randfiguur

Zoals elke grote Franse affaire heeft de affaire-DSK rondom de voormalige president van het IMF nu ook een ‘affaire in de affaire’, een bijaffaire. Dat is die rondom het Carlton hotel in Lille, waar mannen met macht feestjes zouden hebben gevierd met betaalde meisjes. Ook Strauss-Kahn zou daarbij geregeld aanwezig zijn geweest. De schakel tussen hem en het vertier blijkt een onbelangrijke partijgenoot te zijn geweest, Fabrice Paszkowski. Deze 44-jarige middenstander zit nu in

voorarrest op verdenking van souteneurschap met verzwarende omstandigheden. Het raadsel is waarom juist hij zulke nauwe banden wist aan te knopen met DSK, die zich verder omringde met de groten der aarde. In de telefoon van Paszkowski vond de politie sms-berichten van DSK over seksfeesten – lapidair, maar toch voor geen andere uitleg vatbaar. Als Paszkowski toevallig in Washington was, kon hij bij DSK binnenlopen, terwijl andere bezoekers de IMF-baas niet te spreken konden krijgen wegens een ‘overvolle agenda’, meldt de Franse krant Libération.

Aan de wal

Hoe ziet premier Reinfeldt het nieuwe fiscale pact van de EU? Moet Zweden meedoen? Er wordt geen enkel antwoord gegeven op deze vragen, constateert het dagblad Dagens Nyheter verbaasd. Zweden is bezig zichzelf te verwijderen van de kern van de EU. Het dagblad herinnert zijn lezers eraan dat Zweden bij een referendum in 2003 ‘nee’ zei tegen de euro, en vreest dat er een groep landen zal zijn die eerste klas reist en die de beslissingen neemt, en een andere groep die tweede klas reist en die de invloed van de besluiten ondergaat maar niets te zeggen heeft. En Zweden loopt het risico aan wal te blijven staan.

wat zij zeggen

Arno

Sigmar Gabriel

Jim O’Neal

Cliff Burnstein

zanger, Belgie

leider van de Duitse sociaal-democraten

chef activa-beheer bij Goldman Sachs

manager Metallica en Red Hot Chili Peppers

Hartelijk: ‘Hij is gay, ik ben een lesbiënne. Dat is toch geweldig?’ Over de Belgische premier Elio du Rupo. (La Libre, Belgique, Brussel)

Hypocriet: ‘Ik vind de beloning overdreven en doe er graag afstand van!’ Hij hoort nu al bij de toplaag van 5 procent van de meest welgestelde Duitsers en verdient bijna 180.000 euro per jaar. (Handelsblatt, Düsseldorf)

Profetisch: ‘Als Rusland erin slaagt crises en conflicten te vermijden, kan het land in 2030 de grootste economische macht van Europa worden en zelfs toetreden tot de Europese Unie.’ (Vedomosti, Moskou)

Koeltjes: ‘Wij zijn een Amerikaans exportproduct dat zich kan meten met Coca-Cola. We zijn vertegenwoordigd op de beste markten.’ (The Wall Street Journal, New York)

pagina 12 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012


wereldnieuws václav havel Het Tsjechische dagblad Hospodárske Noviny pakte op zijn voorpagina uit met een grote foto van een jonge Václav Havel, met als onderschrift: ‘1936-2011’. De vroegere president is zondagochtend overleden, na met diverse gezondheidsproblemen te hebben geworsteld, deels als gevolg van zijn gevangenschap tijdens het voormalige communistische bewind. Het dagblad drukte een interview uit september 1989 opnieuw af, van vlak vóór de ‘fluwelen revolutie’, met als titel een van zijn antwoorden: ‘Ik wil zo lang mogelijk dienen.’ Dat is een manier om de buitengewone spanwijdte van zijn carrière te onderstrepen: van dramaturg in de jaren 60 – geïnspireerd door Kafka en het absurdistische theater – en kopstuk van de dissidenten in de jaren 70, tot president van Tsjecho-Slowakije (1989-1992) en van Tsjechië (1993-2003).

duitsland Nog niet verzoend

Het is nog niet zo heel lang geleden dat Sarah Wagenknecht ‘een freak’ was voor veel Duitsers, een vreemde wederopstanding van de revolutionaire Rosa Luxemburg die nog altijd een aureool van de Koude Oorlog boven haar hoofd heeft hangen. Als zij ten tonele verscheen, werd ze bekeken als een curiositeit. Dat is voorbij. Van een mooi ‘monster’ is zij uit de crisis herrezen als een politieke expert in financiële kwesties. Bij de verschijning van haar nieuwe boek (haar tiende) Freiheit statt Kapitalismus vroeg Die Zeit haar hoe zij het voor elkaar kreeg om soepeltjes uit de marge naar het midden te glijden. ‘Ik heb me nog niet verzoend met dit perverse systeem,’ antwoordde ze. Vincent Mentzel / HH

wat zij vinden

Vsevolod Tchapline

Newt Gingrich

Marleen Mertens

Barry Johnson

woordvoerder Russisch-orthodoxe kerk

kandidaat voor de presidentiële nominatie van de Republikeinen

burgemeester van Grimbergen

militair woordvoerder

Tweetalig: Ter rechtvaardiging van een voorschrift dat oproept iedere persoon aan te geven die zich van een andere taal bedient dan het Nederlands: ‘Als ik naar Wallonië ga, moet ik Frans spreken. In Vlaanderen is dat omgekeerd net zo. De mensen kunnen zich in het Nederlands oefenen.’ (Le Soir, Brussel)

Hautain: ‘Het was allereerst een Amerikaanse aangelegenheid en we wilden ons ervan verzekeren dat de Westerse media er zouden zijn.’ Kolonel Johnson legt uit waarom de Iraakse pers niet was uitgenodigd bij de terugtrekkingsplechtigheid uit Irak. (New York Times, New York)

Delicaat: ‘Het feit dat veel mensen bezorgd blijken te zijn moet voldoende reden zijn om een dialoog met de samenleving aan te gaan.’ Doorgaans dichtbij het Kremlin staand, uit de orthodoxe kerk haar twijfels over de gang van zaken bij de verkiezingen. (Komsomolskaïa Pravda, Moskou)

Onbehouwen: ‘Het staat zó ver af van de werkelijkheid dat het net zoiets iets als tegen je kind in de dierentuin zeggen dat de leeuw een klein konijntje is': over het Midden-Oostenbeleid van Barack Obama. (Washington Post, Washington)

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 13


N. Huber, Directievoorzitter Boon Edam Toegangstechnologie

Zien wat Nederland groter maakt

Internationaal zakendoen zit ons in Nederland in het bloed. Het is onderdeel van ons DNA. Onze kracht. Al eeuwen. Met onze voeten stevig in de vochtige klei verleggen we onze grenzen naar nieuwe markten. Maken we ons kleine land zo steeds een stukje groter. Er is een bank die de internationale uitdagingen van ondernemingen als BoonEdam heel goed begrijpt. Doorziet en doorvoelt. Noem het een ondernemend hart. Dat is onze kracht. En die delen we graag. Laat u inspireren door ondernemers als Niels Huber op ING.nl/commercialbanking

ING4399_BoonEdam_265x350.indd 1

20-12-11 14:13


meningen

Offensieve kul wordt kassucces Variety – Los Angeles

Ze stonden al niet bekend om hun subtiliteit, maar de Franse coregisseurs/scenarioschrijvers Eric Toledano en Olivier Nakache hebben nooit eerder zo’n aanstootgevende film afgeleverd als ‘Intouchables’, waarin met het soort Uncle Tom-racisme wordt gestrooid waarvan we hoopten dat het definitief van het Amerikaanse witte doek was verdwenen. Het gaat in deze film om een rijke, blanke, verlamde man die een zwarte man uit de arme wijken inhuurt als verzorger en hem blootstelt aan ‘cultuur’, terwijl hij zelf leert wat losser te worden. De Weinstein Company, die de remakerechten heeft gekocht, zal het script verregaand moeten laten herschrijven om deze tenenkrommende comedy verteerbaar te maken. Helaas zal deze kul een kassucces worden in Europa. De film vermeldt trots dat het scenario gebaseerd is op een waar gebeurd verhaal, hoewel de verzorger, veelzeggend, in het echte leven een Arabier was, en geen zwarte. De steenrijke Philippe (François Cluzet) heeft een paar jaar eerder een paraglidingongeluk gehad en is vanaf zijn nek verlamd. Zijn vrouw is dood, zijn geadopteerde dochter Elisa is een dwarse tiener en zijn personeel legt hem in zijn rijkeluisleventje in de watten. Maar Philippe verslijt de ene na de andere verzorger. De nieuwste sollicitant is Driss (Omar Sy), die net uit de bak komt nadat hij een half jaar heeft gezeten voor een overval. Hij komt alleen maar omdat hij een handtekening nodig heeft als bewijs dat hij heeft gesolliciteerd en afgewezen is, zodat hij een uitkering kan krijgen. Tot verbazing van zijn persoonlijk secretaresse Magalie (Audrey Fleurot) neemt Philippe de slungelige, onverstoorbare Driss aan, omdat hij weet dat hij zich dan in elk geval niet zal vervelen. Door zijn aanstekelijke jovialiteit maakt Driss zichzelf onmisbaar voor Philippe. Hij moedigt hem aan op het gebied van de liefde en blaast met zijn onbehouwen maar hartelijke manieren een frisse wind door het verstilde huishouden. De regisseurs gaan zich hier zoals gewoonlijk te buiten aan afgezaagde grappen over moderne kunst, opera en ‘hogere’ cultuur, vanuit de ernstig verouderde gedachte dat een zwarte man uit een achterstandsbuurt dat soort dingen alleen maar belachelijk kan maken. Eigenlijk wordt Driss behandeld als een circusaap (met alle racistische associaties die bij die term horen). Hij leert de snobistische blanken hoe ze los kunnen gaan door Vivaldi te vervangen door ‘Boogie Wonderland’ en showt zijn moves op de dansvloer. Het is pijnlijk om Sy, een heerlijk charismatische acteur, te moeten zien in een rol die verdacht veel lijkt op die van de vrolijke huisslaaf van weleer, die zijn meester vermaakt terwijl hij intussen alle gebruikelijke stereotypen over sociale klasse en ras bevestigt. Het dieptepunt komt als Driss een pak aantrekt en Magalie tegen hem zegt dat hij op president Obama lijkt, alsof de enige zwarte man in een pak de president kan zijn – en het meest verontrustend is nog dat de schrijvers de opmerking hebben bedoeld als teder en geestig. Het is allemaal bedoeld om de mensen te laten lachen, en aangezien Sy zo’n innemend acteur is en de grappen elkaar in hoog tempo opvolgen, zou ‘Intouchables’ een onnadenkend publiek kunnen betoveren met zijn aanstekelijke luchtigheid. De begeleidende muziek speelt schaamteloos in op emoties, terwijl gesamplede nummers voor sfeer zorgen; de notoir prikkelbare Nina Simone zou niet blij zijn als ze hoorde dat haar ‘Feeling Good’ voor deze film gebruikt is. Jay Weissberg

Stabiliteit versus revolutie JAY WEISSBERG

Jay Weissberg recenseert sinds 2003 Italiaanse films voor Variety. Hij verhuisde van New York naar Rome en verdeelt zijn aan­ dacht tussen film en het bestuderen van tekeningen van oude meesters.

PHIL HOAD

Phil Hoad is film­ recensent bij het blad Dazed & Confused en schrijft ook regel­ matig voor de Britse krant The Guardian.

The Guardian – Londen

Aan multiculturalisme valt geld te verdienen. Dat is overduidelijk, een maand na de release van het zeer succesvolle comedy-drama ‘Intouchables’ in Frankrijk. In deze film wordt de maatschappelijke scheidslijn van Parijs overschreden op het moment dat Philippe, een blanke aristocraat die verlamd is geraakt na een ongeluk bij het paragliden, Driss inhuurt, een Frans-Afrikaanse thuiszorger uit de banlieue. Het blijkt hét recept voor hilarische botsingen tussen culturen en het geruststellende ontdekken van raakpunten. ‘Intouchables’ is in Frankrijk de best bezochte film van 2011 en heeft de inkomsten nu al opgestuwd tot 90 miljoen dollar. Is het niet gezond voor een multiculturele samenleving om zichzelf te zien als een potentiële bron van vermaak en niet, zoals zo vaak, als een eeuwige worsteling? De veelgeprezen Franse films ‘La Haine’ en ‘Un Prophète’ tonen op sterke wijze een verstoorde maatschappij, maar in de vijftien jaar tussen deze twee films zouden filmmakers toch ook de ruimte moeten hebben gehad voor wat positieve scenario’s. Misschien begint de houding van multicultureel Engeland ten aanzien van zichzelf langzamerhand wat welwillender te worden. Sommige films van Gunslinger, het Engelse productiebedrijf dat zich heeft gespecialiseerd in de ‘urban’ markt, durven de spot te drijven met de eigendunk van de grote stad. Maar nog niet zo radicaal: Britse urban comedy’s hebben iets conservatiefs. Sommige films worden bevolkt door een verzameling satirische gettokarikaturen die zo breed worden uitgemeten dat de sociale status quo niet aan de kaak wordt gesteld, maar alleen wordt uitvergroot in de naam van de eeuwige neiging van de Engelsen tot het groteske. De Franse urban comedy’s zijn doelgerichter en maatschappelijk subversiever, al worden ze aantrekkelijk aangeleverd in een Hollywoodverpakking. Grenzen overschrijden is daarbij het uitgangspunt en niet een onderliggende plot. ‘Intouchables’ is ook complexer dan de Engelse urban comedy’s. We vangen maar af en toe een glimp op van het echte Parijs, aan de andere kant van de fluwelen gordijnen van Philippes huis, en de film strijkt onmiskenbaar de Franse spanningen glad. Er wordt nauwelijks ingegaan op racisme, maar of dat nou goed is (we leven in een postraciale samenleving) of slecht (de film verloochent de werkelijkheid), is een onderwerp voor Franse talkshows. Maar je kunt er ook een krachtige eb- en vloedbeweging in zien: de met rijkdom geparfumeerde triestheid en het fatalisme die symbolisch lijken te staan voor de westerse immobiliteit worden afgezet tegen een fantastische acteerprestatie van de slungelige Omar Sy als Driss, die met zijn impulsieve energie beslist een grote toekomst tegemoet gaat. Je zou de verschillen in aanpak tussen Frankrijk en Engeland kunnen terugbrengen tot het oude cliché: de Britten kiezen voor stabiliteit en de Fransen voor revolutie. Of misschien, om terug te komen op het multiculturalisme, heeft het te maken met het verschil tussen de twee landen in ervaring met immigranten. Er ligt in Frankrijk meer expliciete druk op minderheden om Frans te spreken en te integreren – vandaar de benauwdheid en de ontmoedigende maatschappelijke scheiding die te zien zijn in ‘Intouchables’. Intussen houdt de Engelse versie van kleinsteedse trots zich minder bezig met de rest van de maatschappij. De grote vraag is of de asfaltjungle-comedy’s – Brits of Frans – zinvolle maatschappelijke wondermiddelen bevatten. Er valt geld te verdienen met optimisme, maar zoals de onverwachte rellen in Londen van afgelopen zomer laten zien, kan het verkeerde soort optimisme gevaarlijk zijn. Philip Hoad

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 15


dossier

De nieuwe goudkoorts Zeepbel staat op knappen Edelmetaal is al vaker ingezet bij bloedige oorlogen. Het heeft waarde, het blinkt en handelen erin mag. Gelukszoekers sturen anderen de diepe mijnen in en kijken zelf naar de AEX-index om hun fortuin te zien stijgen. De nieuwe coca誰ne in Colombia, China en Zuid-Afrika.

pagina 16 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

goud


goud

dossier

De goud en kopermijn Cadia in het Orange district van AustraliÍ Š Jacky Ghossein/AFP/Getty Images

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 17


dossier

goud

Een mooi, duur, vrij nutteloos metaal New Statesman – Londen

Investeerders hebben de goudprijs zo opgedreven dat stelletjes zich geen trouwringen meer kunnen veroorloven. Wat zal er gebeuren als deze bubbel knapt?

‘D

it is waarlijk het gouden tijdperk; het hoogste eer­ bewijs is van goud; met goud wordt de liefde verworven.’ Ovidius, Ars Amatoria. Terwijl we strompelend door de ruïnes van het mondiale financiële stelsel de brokstukken van de geknapte schul­ denbubbel overzien, wordt er alweer een nieuwe bel geblazen – een goud­ bubbel die wel eens net zo groot en verkwistend zou kunnen worden als de internetwaanzin voor de eeuwwis­ seling, de Tulpenmanie of de South Sea Bubble. De goudprijs steeg plotseling ruim boven de 1.850 dollar per ounce, een stijging van 180 procent in de vier jaar sinds het begin van de financiële crisis. Daar waar alle andere assetklassen kelderen tot het niveau van de krediet­ crisis, vormt de goudbubbel in ieder geval voor een handjevol handige jongens in de City iets om vrolijk van te worden. Handelaars in commodity's werden altijd een beetje gezien als de arme familieleden van de derivatenge­ nieën of de hedgefondshelden. De eer­ ste helft van het afgelopen decennium zweefde de goudprijs tussen de 200 en 500 dollar per ounce en pompten investeerders geld in aandelen, hedge­ fondsen en converteerbare obligaties. Pas toen eind 2007 de duivelse combi­ natie van recessie en inflatie de kop opstak, herkreeg goud weer zijn glans. Nu voorzien de handelaren in commo­ dities hun collegae van Hermès­dassen

en wil iedere afgestudeerde ineens een plekje op de commoditybeurs. Deze bubbel zal uiteindelijk ook knappen, maar voorlopig licht goud als enige goed op in de vastgelopen financiële markten. Deze keer is de overheidsschuld de kern van de crisis. Investeerders kopen recordhoeveelheden goud om zich tegen inflatie te beschermen en tegen valutadevaluatie in te dekken, en – zoals bij elke bubbel – gewoonweg omdat iedereen het doet.

Zeepbeldomein

Iedereen is het erover eens dat de relatief gestage stijging van de goud­ prijzen vanaf begin dit jaar niet zal aanhouden. Er zal een instabiele peri­ ode aanbreken als de marge­eisen van de commoditybeurzen verzwaren, als investeerders worden gedwongen goud te verkopen om aan margevereisten te voldoen of om verliezen in andere delen van hun portfolio te dekken en, het allerbelangrijkst, als handelaren inzien dat goud het zeepbeldomein heeft betreden en ze op het hoogte­ punt gaan cashen. Er zit een hele wetenschap achter het investeren in bubbels. George Soros heeft een carrière en een enorm for­ tuin gemaakt op basis van zijn ‘theorie van de reflexiviteit’, die bubbels identi­ ficeert voordat ze opzwellen en, heel belangrijk, hem vertellen wanneer hij moet uitstappen. Al in januari 2010, op het Wereld Economisch Forum in

pagina 18 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

Davos, had Soros goud al de ‘ultieme bubbel’ genoemd. In de loop van 2010 is hij goud blijven kopen, zowel zelf als via goudkartels. Hij dreef de prijs op van minder dan 1.100 dollar per ounce tot 1.400 dollar per ounce in het eerste kwartaal van 2011. Toen begon hij te verkopen. Hoeveel en wanneer hij precies ver­ kocht, is onduidelijk, maar er zijn rap­ porten waarin wordt gesuggereerd dat hij eerder dit jaar het grootste gedeelte van zijn goud heeft afgestoten. Dit houdt in dat hij de prijsstijging van 450 dollar per ounce niet heeft meegepakt. Daar zal hij niet erg wakker van hebben gelegen. In zijn theorie met betrekking tot het investeren in bubbels staat de

De grootste bedreiging voor de goudprijs is de economische crisis noodzaak centraal eruit te stappen op een moment dat de bubbel nog aan­ zwelt – je wilt niet een van die lieden zijn die naar de uitgang rennen als de boel knapt. John Paulson, de hedgefondsmanager die de onroerendgoedbubbel correct voorspelde en die het grootste gedeelte van zijn fortuin nu in goudbaren aan­ houdt, is ervan overtuigd dat de goud­ prijs binnenkort de 2.000 dollar per ounce bereikt en in de loop van de komende jaren nog wel zal stijgen naar 4.000 dollar per ounce. De markt staat in tweestrijd tussen twee van zijn grootste financiële breinen: Soros en Paulson. Op de lange termijn geloof ik in Soros. De goudbubbel zal knappen en als het zover is, zullen we – zoals met alle bubbels – terugkijken op deze dagen van 1.850 dollar per ounce als een soort collectieve waanzin. Goud is geschikt voor fetisjisme en de recente prijsstij­

ging is vrijwel helemaal te wijten aan die status van fetisj. Goud vormde in onze geschiedenis zo lang het funda­ ment van onze valuta dat we, als kinde­ ren die de veiligheid zoeken onder moeders rokken, ons naar het goud haasten als de paniek toeslaat. In 1821 werd Groot­Brittannië met de introductie van het gouden pond­ stuk het eerste land dat de gouden standaard aanhing. In de loop van de negentiende eeuw werd goud de schraag van de wereldvalutamarkten en vormde het een tastbare waarde, in tegenstelling tot de ontastbare waarde van papiergeld. Burgers konden omzet­ ting van hun bankbiljetten in goud eisen tegen een van tevoren vastgesteld tarief. Alleen in tijden van financiële crisis of oorlog werd dit recht opge­ schort. Dus als er een crisis aankwam, haastten investeerders zich hun valuta te converteren om opschorting van de standaard voor te zijn.


dossier

goud

In de twintigste eeuw werd het met de kosten van wereldoorlogen, snelle technologische veranderingen en de Grote Depressie duidelijk dat het systeem van de gouden standaard niet flexibel genoeg was voor de moderne financiële markten en dat het bijdroeg aan ongeremde inflatie en de economische malaise van de Verenigde Staten verlengde. Met het Akkoord van Bretton Woods van 1944 werd een internationale valutamarkt in het leven geroepen die was gebaseerd op een voor goud inwisselbare Amerikaanse dollar. Zelfs deze laatste verbinding tussen het kostbare metaal en papiergeld werd in 1971 doorgesneden door de ‘Nixon-shock’, toen de dollar een ongedekte valuta werd – eentje die puur en alleen gebaseerd was op de belofte van de regering om hem tegen de nominale waarde in te wisselen. Hoewel goud formeel misschien dan niet meer achter de papieren valuta staat, heeft het zijn aantrekkingskracht niet verloren. Zoals in elk garantiesysteem – van bank- tot verzekeringswezen – zijn de valutamarkten afhankelijk van een soort gemeenschappelijke opschorting van twijfel.

Zodra men het vertrouwen in een systeem verliest (zoals het geval was bij het banksysteem in 2007 en 2008), ontstaat er een stormloop op het tastbare bewijs waarop het systeem is gebouwd. Bij de banken was dit de klinkende munt op de bankrekeningen; bij de valuta blijft het bewijs van de geldmythe toch goud. Als de financiële storm gaat liggen, zullen we gewoon weer gaan zien wat goud eigenlijk is – een mooi, duur, vrij nutteloos metaal. Net zoals er een terugkeer naar ouderwetse financiële analyse voor nodig was om aan te tonen dat de verliesgevende technologieaandelen die we eind jaren negentig tot idiote niveaus hadden opgedreven waardeloos waren, zal het goud pas zijn reële waarde krijgen als we het ontdoen van zijn culturele en historische bagage.

China

Handelaren in commodity's houden de prijsverhoudingen tussen edelmetalen nauwlettend in de gaten. Hoewel platina slechts in naam een edelmetaal is, wordt de prijs bepaald door de vraag uit de industrie: het wordt bijvoorbeeld gebruikt in de vervaardiging van katalysatoren. Platina is zeldzamer dan goud en heeft oneindig veel meer toepassingsmogelijkheden dan zijn gele neefje. Een combinatie van marktpaniek, pessimisme ten aanzien van wereldwijde autoverkopen en een

tweede recessie heeft de goudprijs echter opgestuwd en de vraag naar platina gedrukt. Goud heeft maar weinig industriële toepassingen en in bijna alle gevallen is zilver – momenteel zo’n 40 dollar per ounce – een prima substituut. Behalve voor de mensen die goud als een financiële assetklasse behandelen, heeft deze laatste goudprijspiek onvoorziene, reële gevolgen; zo melden juweliers in Calcutta dat dit het rustigste trouwseizoen in jaren is. De gewone goudopkopers worden uit de markt geprijsd door financiële speculanten. Als zoiets gebeurt, of het nou om olie, graan of cacao gaat, is er een krach op komst. Een markt kan niet lang drijven op financiële speculatie alleen. Van aanbodzijde komen er ook negatieve signalen ten aanzien van de goudprijzen. Terwijl de goudproductie in 2006 en 2008 daalde, lieten 2009 en 2010 een enorme toename in het aanbod zien, gedreven door de verbazingwekkende opkomst van China als ’s werelds grootste gouddelver. In 2010 won China 341 ton goud, een jaarlijkse stijging van bijna 9 procent, en haalde daarmee andere grote producenten zoals Australië en Zuid-Afrika in. Nu de recente prijsstijging de Chinese investeringen in goudwinning verder opdrijft, zou de gebruikelijke schaarste van het metaal wel eens snel tot het verleden kunnen behoren. Er zijn economen die beweren dat de deflatie als gevolg van de tweede recessie ervoor zal zorgen dat de bubbel knapt. Zelfs in een deflatoire omgeving zullen mensen hun geld ergens moeten stallen, en gezien de waarschijnlijke achtergrond van tuimelende aandelen en vastgoedprijzen zal men nog harder de veilige goudhaven proberen te bereiken. Het is echter waarschijnlijker dat de goudbubbel zal knappen door een scherpe toename

van de rentetarieven, gedreven door de inflatoire tactieken van de overheden, in een poging de schuldencrisis te bezweren. Op dit moment hebben we door de zeer lage rentetarieven waarschijnlijk niet in de gaten dat goud geen rente of dividend oplevert – dat het een goed is dat geld kost (in termen van marge en opslagkosten). Maar de rentetarieven zullen stijgen, en als dat gebeurt, zal de goudprijs zakken. Terwijl investeerders hun geld in goud hebben zitten, snakken de financiële markten naar kapitaal. We gaan niet uit deze inzinking opkrabbelen met geld dat in goud vastzit. Als deze bubbel knapt – en dat zal de dwazen pijn doen – zal dat een teken zijn dat we weer opstaan uit de donkerste economische dagen in bijna een eeuw. Warren Buffett, het grootste voorbeeld van Amerikaanse vindingrijkheid en ondernemerschap, merkte in een interview met CNN droogjes op: ‘Je kunt al het goud dat ooit is gedolven in een enorme kist van ruim 8000 kubieke meter stoppen. Voor wat dat tegen de huidige goudprijzen waard is kun je alle, echt álle landbouwgrond in de Verenigde Staten kopen. Plus nog tien ExxonMobils; en dan heb je ook nog een slordige biljoen dollar zakgeld. Of je kunt een grote kist vol metaal nemen. Wat zou jij kiezen? Wat gaat je meer waarde opleveren?’ Als gevolg van de daling in de aandelenmarkten handelen grote ondernemingen – centra van innovatie die nog steeds enorme winsten genereren – tegen spotprijzen. Goud kan niet reageren. Het kan de strategie niet verschuiven om een snel veranderend economisch landschap het hoofd te bieden. Het kan zichzelf niet opnieuw uitvinden.

Liquidatie

De grootste bedreiging voor de goudprijs is de economische crisis. Het zou zo maar kunnen dat het de overheden en niet de handelaars zijn die deze bubbel constateren en laten knappen. Met prijzen op een dergelijk hoog

Platina is zeldzamer dan zijn gele neefje

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 19


dossier niveau is het logisch als de ministeries van Financiën van landen met grote schuldenlasten hun goudreserves van de hand doen. Italië, een van de landen in het centrum van de crisis, heeft de op drie na grootste goudvoorraad van de wereld. Duitse politici hebben al gelobbyd om de liquidatie van Italiaanse reserves te eisen als een van de voorwaarden van welke financiële reddingsoperatie dan ook. Frankrijk en de VS zijn ook belangrijke goudbezitters die zouden kunnen overwegen winst te nemen op hun positie – maar alle ogen zullen gericht zijn op het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Het IMF is met bijna 3.000 ton goud de op twee na grootste bezitter, zelfs nadat de organisatie eind 2010 onder druk van de G20 meer dan 400 ton afstootte. China en India dringen aan op verdere verkopen, en met een nieuwe crisis die moet worden bezworen zou het IMF wel gek zijn om niet te overwegen meer van het edelmetaal op een hunkerende markt te dumpen. Goud zal de komende maanden tot nog idiotere hoogten opzwellen, nu de krantenkoppen in de financiële dagbladen steeds somberder zijn en de politici kibbelen en vertragen. Maar het is en blijft een bubbel en die zal, zoals elke bubbel, ooit knappen. De slimme handelaren – zoals Soros en Buffett – zijn er allang tussenuit geknepen. De onoplettende kleine investeerders die, te laat, op de goudkar zijn gesprongen, zullen worden geraakt als de boel ineenstort. Mijnbouwaandelen zullen ook zwaar te lijden hebben, net als de investeerders die deze aandelen als een volmacht voor het metaal hebben gebruikt. Maar in tegenstelling tot voorgaande bubbels zal de geknapte goudbubbel relatief weinig slachtoffers maken en een voorteken zijn van betere tijden. De geschiedenis van deze laatste fase in de mondiale financiële crisis is in goud geschreven. Pas als het metaal ineenstort zullen we weten dat het gezond verstand zijn intrede weer op de markten heeft gedaan en dat we op de weg naar herstel zitten.

Alex Preston

goud

Kruipen over gedolven erts Profil – Wenen

In de goudmijnen van Zuid-Afrika hebben de mijnbouwconcerns ongewenste concurrentie gekregen: desperado’s, de zogeheten ‘Zama-Zama’, maken hun het begeerde edelmetaal met tonnen tegelijk afhandig. Profil bezocht een van hen.

De zware deuren van de met roest gespikkelde stalen kooi sluiten zich met een flinke schok, en dan gaat het omlaag de duisternis in: het piept, trilt, temperatuur en luchtvochtigheid stijgen, je oren slaan dicht. Op drie dekken persen zich 84 mijnwerkers tegen elkaar. Na een gevoelsmatige eeuwigheid komt de lift tot stilstand. ‘#6 DRD Blyvoor, Level 15, 1783,08 m BC’ staat er op een groen bordje: niveau 15 van de Blyvoormijn, die geëxploiteerd wordt door mijnbouwconcern DRDGold, ligt bijna 1,8 kilometer onder het aardoppervlak. Hier stappen de arbeiders over op een mijntrein – telkens tien per wagon, het hoofd gebogen en de benen tegen elkaar geklemd. Nog een stukje te voet over kantige rotsbrokken, en dan hebben de kompels van mijnbouwonderneming DRDGold hun werkplek bereikt. Pneumatische boren dreunen, mijnwerkers kruipen over al gedolven erts, de stralen van helmlampjes priemen door het donker. Buiten de lichtkring begint de wereld van de gouddieven. Tekens op de wanden, die alleen ingewijden kunnen ontcijferen, wijzen de weg diep het wijdvertakte labyrint van mijngangen in.

Voorbij

Volgens schattingen ligt er in de diepten van Zuid-Afrika 36.000 ton goud verborgen, een derde van het nog niet gedolven edelmetaal ter wereld. Toch zijn de goede tijden voorbij. In 1970

pagina 20 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

werd meer dan 70 procent van de wereldwijde jaarproductie in ZuidAfrika gewonnen, nu is dat nog geen 10 procent. Na 102 jaar als voornaamste goudproducent werd het land aan de Kaap in 2007 voorbijgestreefd door China, om in 2010 te zakken naar plaats vijf van grootste producenten. Rond Johannesburg bevinden zich de diepste goudmijnen ter wereld. De winning hier vergt het gebruik van heel veel materieel en energie. Alleen al de klimaatsystemen, die het werk enigszins draaglijk moeten maken, verslinden enorme bedragen. Het economisch nut is uiteindelijk de doorslaggevende factor om onder dergelijke omstandigheden goud te delven, aldus Chris Moller van mijnbouwonderneming Gold Fields. De goudprijs, meer dan zes keer zo hoog als tien jaar geleden, maakt de winning niet alleen aantrekkelijk voor de mijnbouwondernemingen, maar ook voor allerlei desperado’s. De goudmijn Blyvoor ligt in de provincie Gauteng en produceert elke maand ongeveer 80.000 ton erts. Daaruit kan zo’n 300 kilo goud worden gewonnen. Dat maakt 3.600 kilo per jaar, nog geen 2 procent van de totale ZuidAfrikaanse productie. Twee goudaders liggen hier 60 meter boven elkaar en zijn 80 tot 130 centimeter dik. De mijngangen zelf zijn slechts 1 tot 1,5 meter hoog. ‘We willen de operatie hier zo eenvoudig mogelijk houden om zo weinig mogelijk materieel te hoeven transporteren,’ zegt Hennie

King, manager mijnen van DRDGold. De bodem is bedekt met modder, die eveneens goud bevat – tussen de 3 en 4 gram per ton en daarmee maar een beetje minder dan het erts met zijn 4 tot 4,5 gram. De ochtendploeg werkt met explosieven en boort, de middag- en de nachtploeg brengen het erts naar boven. Met lorries worden de delfstoffen naar een transportband vervoerd, die ze via de horizontale gang naar de oppervlakte brengt. Op een van de lorries staat met opvallende rode verf in blokletters geschreven: ‘Zama-Zama!’ Zama-Zama is een begrip uit het Zoeloe en betekent zoveel als ‘Zij die hun kans waarnemen’. Het is ook de naam van de gouddieven die zelfs de diepste en gevaarlijkste mijnen van Zuid-Afrika binnendringen om honderden meters onder de grond op eigen houtje te gaan delven – jonge mannen, die rijk willen worden. In Vrijstaat zijn er duizenden van hen, de stad Welkom in die provincie is hun mekka.

Oppervlakte

Een van hen stelt zich verdekt op bij het vervallen huis in het township Thabong van Welkom, dat als ontmoetingsplaats is afgesproken. Hij trekt zijn pet diep over zijn ogen. De onzekerheid is de lange, uitgemergelde man van verre aan te zien. Zijn zonnebril zet hij niet af: de donkere glazen beschermen hem tegen nieuwsgierige blikken en tegen de felle zon. Pas sinds enkele dagen is hij weer aan de oppervlakte. Aanvankelijk wil hij niet veel van zich prijsgeven: ‘Geen foto, geen naam.’ De laatste keer heeft de Zama-Zama met negen anderen in een team gewerkt. Veel van hen zijn voormalige mijnwerkers, die hun vak verstaan. Ze blijven weken, soms zelfs maanden onder de grond. De winst die ze daar-


dossier

goud

mee maken is hoog. De prijs die ze betalen ook. De Zama-Zama zwoegen in mijngangen waar gewone kompels zich niet wagen, werken met explosieven zonder veiligheidsmaatregelen en hebben geen luchtkoelingssysteem. De temperatuur kan oplopen tot 50°C. Er is geen water, dat de stofontwikkeling bij het boren zou beperken. Het kwik waarmee ze werken dringt via huid en luchtwegen het lichaam in, tast hersenen en nieren aan.

Gek

Al na enkele dagen onder de grond raak je je gevoel voor tijd kwijt, vertelt de man. Velen worden gek door de nachtmerrieachtige arbeidsomstandigheden. De diefstal van goud is zo oud als de industrie zelf. Mijnbouwondernemingen zoals Gold Fields screenen hun werknemers om de twee jaar in individuele verhoren. Met een leugendetectortest proberen ze helpers van de Zama-Zama en zelfstandige gouddieven op het spoor te komen. Hoeveel goud illegaal wordt gedolven of tijdens het productieproces uit de mijnen

wordt gestolen, is nauwelijks vast te stellen. De Zuid-Afrikaanse Chamber of Mines gaat ervan uit dat het om ongeveer 34 ton per jaar gaat. De regering schat de waarde van de gouddiefstal iets lager in, op 5,6 miljard rand (617 miljoen euro). Dat is ongeveer 10 procent van de jaarlijkse omzet in goud van het land. Onze Zama-Zama heeft intussen wat vertrouwen gekregen. ‘Please, call me Peter,’ zegt hij plotseling, en hij vervolgt: ‘In de nachtploeg en meteen na het gebruik van explosieven werken er minder mensen in de mijngangen.’ Dat zijn de momenten waarop de Zama-Zama machines en springstof bij de mijnbouwonderneming halen. ‘We stelen het niet, we lenen het alleen maar zonder toestemming te vragen.’ Een brede grijns trekt over zijn ingevallen gezicht. Onder de grond is angst een vaste begeleider. ‘Veel van mijn vrienden zijn al omgekomen door vallende stenen of vrijkomende gassen.’ Als het weer iemand overkomt, dan dragen ze het lichaam naar een alarmtelefoon en bellen naar boven: ‘Er ligt hier een dode.’ Op de vraag ‘Met wie spreek ik?’

antwoorden ze niet meer, want dan zijn ze al vertrokken. In de schachten is een echte schemereconomie tot ontwikkeling gekomen, waarvan ook de gewone mijnwerkers profiteren. Bijvoorbeeld door de gouddieven van eten te voorzien. De prijzen zijn hoog. De huidige prijs voor een brood is 100 rand (11 euro). Ook alcohol en sigaretten zijn voor astronomische prijzen verkrijgbaar. Sommige mijnwerkers weten zelfs prostituees naar beneden te loodsen door ze als man te verkleden, met een overall aan en een helm op.

Schachten

Vroeger beperkten de gouddieven zich tot stilgelegde delen van de mijnen. Inmiddels dalen ze ook af in schachten waar de mijnbouwondernemingen aan het werk zijn. Wanneer de gouddieven eenmaal beneden zijn, is het in de duizenden kilometers mijngangen vrijwel onmogelijk hen te pakken te krijgen. Het goud wordt al in de mijn fijner gemaakt door de Zama-Zama. Contactpersonen brengen werktuigen en materiaal naar beneden, en smokkelen

ook het ruwe goud weer naar boven. Wat er verder met zijn buit gebeurt, weet Peter niet. Meestal gaat het goud via Swaziland en Mozambique verder naar het oosten: India, Pakistan, China. Maar ook in Zürich zijn al geheelde producten uit de Zuid-Afrikaanse mijnen opgedoken, meldt Dick Kruger van de Chamber of Mines. Dat weten ze omdat met behulp van fingerprinting de fijnste sporenmetalen in het goud worden gevonden en het edelmetaal zo aan een geologische regio, een winningsmethode of zelfs een bepaalde mijn kan worden gekoppeld. Maar ook dat haalt niets uit, zegt Kruger. ‘Je weet dan alleen het begin- en het eindpunt van de reis, maar niet de route.’ En het dievengilde blijft floreren – hoe hoger de goudprijs, hoe beter. Voor de zomer van 2008 is hij eens een halfjaar onafgebroken in de schacht geweest, vertelt Peter. Op 25 juli kwam hij weer naar boven: ‘Die datum zal ik niet snel vergeten.’ Zes maanden duisternis, hitte en inspanning hebben hem destijds ongeveer 20.000 rand (1.680 euro) opgeleverd. Momenteel wordt in dezelfde periode tot wel 50.000 rand (4.800 euro) verdiend. Peter zet zijn zonnebril recht en glimlacht. Hij gaat weer naar beneden, zoveel is zeker. Brigitte Reisenberger

Colombiaanse goudmijn vlakbij de Dagau-rivier in de provincie Zaragoza © Jaime Saldarriaga/Reuters

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 21


dossier

goud

Op zoek naar de reserves van de Bundesbank Financial Times Deutschland – Hamburg

op één na grootste goudreserve ter wereld. Maar waar ligt deze miljardenschat dan? Daarover wordt al jaren wild gespeculeerd.

W

ie aan de goudreserves van de Bundesbank wil komen – momenteel ongeveer 3.401 ton met een marktwaarde van 196 miljard dollar – heeft een probleem: waar is het goud van de Bundesbank eigenlijk? Deze simpele vraag is al jaren onderwerp van wilde speculatie. Kritische geesten beweren dat het grootste deel van dit edelmetaal zich in de VS bevindt, waar het tijdens de koude oorlog zover mogelijk van het ‘IJzeren Gordijn’ werd opgeslagen én als ideologisch onderpand diende voor de verbondenheid van de Bondsrepubliek met de VS. Uiterst kritische geesten trekken zelfs in twijfel of dit goud wel van de Bundesbank is. De grote goudvoorraad van de Bondsrepubliek – volgens de meest recente gegevens van belangenorganisatie World Gold Council de grootste reserve ter wereld na die van de VS, die met 8.133 ton over ruim tweemaal zoveel beschikken – dateert al uit de jaren

‘Wie op zoek gaat naar de goudreserves moet eerst een schatkaart in elkaar flansen’ vijftig van de twintigste eeuw. Met het wirtschaftswunder boomde de export, veel staten betaalden met goud. Uiteindelijk beschikte de Bondsrepubliek in 1968 met 4.000 ton over de grootste Duitse goudvoorraad aller tijden. Maar een flink deel hiervan werd nooit verplaatst, omdat dit zowel logistiek als verzekeringstechnisch problemen

opleverde: het goud wisselde op de grote beurzen van New York, Londen of Parijs alleen van eigenaar, maar bleef liggen waar het lag. Ten tijde van de koude oorlog leek het sowieso een te grote gok om het goud op te slaan bij de Bundesbank in de financiële hoofdstad Frankfurt. Dat is immers hemelsbreed net 100 kilometer verwijderd van het punt dat destijds de naam ‘Fulda Gap’ droeg: een plekje aan de grens met de DDR dat door zijn topografische kenmerken in geval van oorlog ideale omstandigheden bood voor een inval door de troepen van het Warschaupact.

Schatkaart

Door de jaren heen bouwde Duitsland zijn goudvoorraad licht af, vooral omdat de goudprijs tussen 1980 en 2000 vrijwel voortdurend daalde. Met het stijgen van de prijs na 2001 van destijds minder dan 300 dollar per ounce fijn goud tot 700 dollar in 2006 en daarna tot boven 1.000 dollar in 2008, ging de buitenwereld anders naar het goud kijken en vroeg men zich af waar het goud eigenlijk was. Maar de Bundesbank liet weinig los: voormalig directielid Hans-Helmut Kotz zei in 2004 tegen het tijdschrift Stern: ‘Het grootste deel van onze goudvoorraad wordt aangehouden bij de Federal Reserve Bank, de Bank of England en de Banque de France. In die volgorde.’ Zo gedetailleerd zou geen enkele vertegenwoordiger van de Bundesbank zich naderhand meer uitlaten. Niettemin leverden schriftelijke vragen aan de Bondsregering parlementslid Peter Gauweiler weliswaar ook geen nadere details over de verblijfplaats van het goud op, maar hij kreeg wel te

pagina 22 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

horen dat de Bundesbank haar voorraden in fysieke vorm aanhoudt – en niet bijvoorbeeld in de vorm van zoiets als een vage leveringsplicht in geval van een crisis aan krap in het geld zittende banken – en dat hooguit in een enkel geval goud wordt uitgeleend. Wie dus op zoek gaat, moet eerst een schatkaart in elkaar flansen: op basis van geruchten bijvoorbeeld – zo zou 2.300 van de 3.400 ton in Manhattan in de kluizen onder de Federal Reserve Bank liggen. Dat zou meer dan twee derde van de totale goudvoorraad zijn. Het zou kunnen kloppen, gelet op de uitspraken van voormalig directeur Kotz van de Bundesbank. En omdat de Bundesbank zo weinig loslaat, gaan er veel indianenverhalen rond. Een ervan luidt dat de centrale bank het goud heeft uitgeleend om rente te kunnen incasseren – en om niet nader aangeduide marktkrachten zoals banken door verkoop van het geleende goud in staat te stellen de beurskoers van het goud te drukken. Dat zou neerkomen op een klassieke vorm van à la baisse speculatie die men speculanten op de

Goud-to-go initiatiefnemer Thomas Geissler demonstreert eerste goudautomaat in München – Michaele Rehle/Reuters

Met 3.400 ton goud beschikt Duitsland over de

aandelen- en obligatiemarkten juist verwijt, maar die, afgezien van de bezitters van goud en de mijnondernemingen, wel veel winnaars zou kennen. De centrale bank zou immers rente ontvangen voor het anders maar nutteloos opgeslagen goud, en speculanten kunnen met de verkoop van het geleende goud de koers drukken om het later goedkoper terug te kopen en het verschil als winst op te strijken – een winst die groter uitvalt naarmate men de goudprijs dieper weet te drukken. En zowel gewone banken als centrale banken hebben indirect belang bij een lage goudprijs, zelfs wanneer hun goudvoorraden daardoor minder waard zijn. De goudprijs geldt immers als indicator voor systeemstabiliteit en inflatieverwachtingen: hoe hoger de goudprijs, des te hoger de spanningen in het systeem – wat banken noch centrale banken wenselijk vinden. Maar ofwel de Bundesbank jokt, ofwel de complottheorie waarbij met geleend goud à la baisse wordt gespeculeerd om de goudprijs te drukken gaat niet op, want op verzoek om informatie laat de Bundesbank weten ‘dat er momenteel geen goud staat uitgeleend’.

Zilverjongen

Thorsten Schulte heeft geen houten poot en ook geen ooglapje – maar zijn bijnaam past wel in het beeld van de


dossier

goud

schatgraverij. Deze ‘zilverjongen’ is expert op het gebied van edelmetalen. Hij vindt het ‘natuurlijk verdacht dat de Bundesbank zo weinig loslaat’. Daarvoor zijn verschillende verklaringen, waaronder die van de Bundesbank zelf, die zich beroept op veiligheidsoverwegingen en bedrijfspolitiek. Op sommige internetfora denkt men dat de goudvoorraad een vuistpand in handen van de VS is. Maar daarvan wil de Bundesbank niets weten: ‘Wij laten ons leiden door overwegingen van zekerheid, kostenefficiëntie en liquiditeit,’ zegt een woordvoerster. Verandering van opslagplaats is niet uitgesloten, maar transport naar de eigen kluizen in Duitsland gaat met hoge kosten gepaard. Dat is precies de reden waarom zoveel goud in het buitenland ligt. Het meest waarschijnlijk achten de experts dat Duitsland zich diplomatiek opstelt en de VS niet tegen het zere houten been wil schoppen. In de jaren zestig zou de toenmalige president van de Bundesbank Karl Blessing in een brief aan de Amerikaanse hoge commissaris voor Duitsland hebben gegarandeerd dat hij het goud niet zou omwisselen tegen dollars. Tot op heden is deze brief niet openbaar en dus is het mogelijk dat Blessings toezeggingen nog verder gingen. En ook als dat niet het geval is: ‘Goud weghalen uit de VS zou een eerste klas signaal van wantrouwen betekenen,’ aldus Schulte. Zo dramatisch is de situatie nou ook weer niet: een deel van de Duitse goudvoorraad ligt alleen maar in New York, Parijs of Londen omdat het goud zich zo gemakkelijker laat verkopen of omwisselen. Wel zestig centrale banken bewaren hun goudstaven onder Manhattan en sparen zo in elk geval transportkosten uit. ‘Bovendien gaat het gerucht dat de Bundesbank steeds opnieuw kleine hoeveelheden naar Duitsland haalt,’ zegt ‘zilverjongen’ Schulte. Daarom zouden de goudreserves onder de Bundesbankfilialen in Mainz en Frankfurt allang niet meer rond de vier procent liggen, zoals de gold fans altijd hebben gedacht. Ook de Bundesbank liet weten dat ‘een groot deel van de goudvoorraad’ in Duitsland is. Maar nauwkeuriger uitspraken zijn niet te verwachten, en dus zullen complotdenkers in donkere nachten rond de open haard indianenverhalen over het Duitse goud blijven opdissen. Peter Vollmer

Goud is de nieuwe cocaïne Door paniek op de beurzen zoeken beleggers hun toevlucht in goud. Dat wakkert een heel ander soort crisis aan. Van multinationals tot drugskartels en linkse rebellen, iedereen aast op de miljarden die in deze handel omgaan.

Foreign Policy – Washington

I

n de economische mallemolen van de afgelopen drie jaar zijn de markten in één opzicht voorspelbaar gebleven: telkens als er slecht nieuws is, schieten de goudprijzen omhoog. Dus toen de aandelenkoersen op maandag 8 augustus wereldwijd kelderden, doordat de schuldencrisis in Europa zich verdiepte en één ratingbureau de VS zijn AAA-status ontnam, stegen de prijzen van goudfutures in ijltempo. Bij de sluiting van de beurzen was de goudprijs gestegen tot een recordhoogte van 1782,50 dollar per ounce – een stijging van 4,3 procent, bijna evenveel als de beursdaling op Wall Street.

De goudmijnen trekken allerlei gewapende bendes aan Duizenden kilometers ten zuiden van Wall Street wakkert die hoge goudprijs een heel ander soort crisis aan: een crisis van kansen. De goudproductie van Colombia, al sinds 1937 een van de grootste goudproducenten in LatijnsAmerika, is sinds 2006 verdriedubbeld tot 59 ton in 2010. Het land streeft ernaar om volgend jaar tweemaal zoveel te produceren als in 2009, en dat trekt geld aan van internationale topfirma’s als AngloGold Ashanti en Cambridge Mineral Resources. Maar het zijn niet alleen de multinationals die

een graantje willen meepikken: ook linkse rebellen, drugskartels en ouderwetse criminelen azen op de vele miljarden die jaarlijks in deze handel omgaan. Doordat de goudprijzen blijven stijgen en de drugshandel steeds moeilijker wordt gemaakt, wordt goud de nieuwe cocaïne. Allerhande gewapende bendes ruiken hun kans om greep te krijgen op de bloeiende Colombiaanse goudhandel. De sector groeit zo onstuimig dat regelgevers en toezichthouders achter de feiten aan hollen. Er zijn simpelweg te veel aanvragen voor nieuwe mijnbouw, en te weinig deskundige ogen om toe te zien op naleving van de regels. Lokale overheden zijn makkelijk te paaien met een deel van de winst. En helemaal ideaal: het product is niet verboden. Goud kan via tussenpersonen of dekmantelbedrijven vrijuit worden geëxporteerd. ‘De mijnen trekken allerhande gewapende partijen aan,’ zegt Victor Hugo Vidal, leider van een lokale afdeling van Proceso de Comunidades Negras (Proces van de Zwarte Gemeenschappen), een internationale organisatie die strijdt voor sociale rechtvaardigheid en die de mijnsector langs de kust van de Stille Oceaan met argusogen volgt. ‘Dezelfde man die [in deze streek] de drugshandel in handen heeft, heeft waarschijnlijk ook de mijnen in handen.’ Colombia is bepaald niet het eerste land waar gewapende bendes zich met grondstofwinning inlaten. De slepende

burgeroorlog in de Democratische Republiek Congo wordt al heel lang gefinancierd met de export van koper, goud en andere edelmetalen. De burgeroorlog in Sierra Leone werd bekostigd met diamanten, en de jarenlange strijd in Liberia met de opbrengst van de houthandel. Maar voor Colombia, een veel hoger ontwikkelde staat, die de afgelopen jaren indrukwekkende zeges heeft geboekt in de strijd tegen de drugshandel, vormt de recente hausse in goudprijzen een nieuwe bedreiging voor de moeizaam bevochten stabiliteit van het land. De Colombiaanse regering is zich terdege van dat gevaar bewust. Vorig jaar september wees president Juan Manuel Santos erop dat de mijnsector geïnfiltreerd werd door linkse guerrilla’s. De FARC en het kleinere Nationale Bevrijdingsleger ELN gebruikten illegale mijnbouw voor de ‘financiering’ van hun operaties, zo waarschuwde hij. Dat beeld werd later bevestigd door e-mails die men aantrof op de in januari buitgemaakte computer van FARC-commandant Mono Jojoy, die in september 2010 door het regeringsleger was gedood. De regering greep meteen in door in februari de verlening van nieuwe mijnbouwvergunningen stop te zetten. In mei kondigde de minister van Mijnbouw een onderzoek naar corruptie in de mijnsector aan. En in juni werd de vergunningenstop verlengd tot 2012. Santos heeft voor de komende maanden een nieuw wetsvoorstel beloofd met betere regelgeving en een betere verdeling van de opbrengst onder lokale overheden. Maar ondertussen valt aan de bestaande contracten – die veelal overhaast zijn gegund – nog steeds genoeg te verdienen voor zowel legale als illegale partijen. En overal duiken ook nieuwe ‘informele’ mijnen op zonder officiële papieren. Wat misschien nog de grootste zorgen baart, is de verscheidenheid aan gewapende groeperingen die zich met de mijnbouw bemoeien: niet alleen de FARC en het

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 23


dossier

ELN, maar ook een groeiend aantal van de criminele bendes die in de Colombiaanse steden welig tieren. Deze zogenaamde ‘bacrim’ [afkorting van ‘bandas criminales’] zijn maffiaachtige organisaties die in het gat zijn gesprongen dat de laatste jaren in de drugshandel en andere illegale praktijken is ontstaan door het wegvallen van traditionele partijen: de rebellen en de paramilitairen, die respectievelijk verzwakt of gedemobiliseerd zijn. Bendes met namen als Urabeños en Rastrojos strijden nu om de macht over deze nieuwe sector.

250 grondverzetmachines groeven ieder stukje goudrijke rivierbedding af Op een grindweg in het kustplaatsje Buenaventura sprak ik een ambachtelijk mijnwerker die tot een paar maanden geleden veel werk had in een officieuze mijn, drie kwartier buiten de stad. Hij vertelde over de chaos en het geweld dat hij daar had gezien. Er waren zo veel gewapende bendes die hun deel van de mijn bevochten ‘dat je ze niet meer uit elkaar kon houden’. Zijn naam durfde hij niet te geven. Zo’n 250 grondverzetmachines, afkomstig van evenveel partijen, groeven ieder stukje van de goudrijke rivierbedding af. In 2009 en 2010 heeft het daarmee gepaard gaande geweld volgens plaatselijke vrijwilligersorganisaties aan circa honderd mensen het leven gekost.

goud

naar goud te zoeken. Hij heeft al maanden geen werk meer. De Colombiaanse overheid blijft de mijnbouw wel als groeisector beschouwen. Volgens een beleidsplan dat de regering van de vorige president Álvaro Uribe in 2006 lanceerde, moest Colombia in 2019 zijn veranderd in ‘een mijnland’. Het plan bevat ideeën om het land voor internationale investeerders aantrekkelijker te maken door goede regelgeving en sterkere economische prikkels. Uribes opvolger Santos heeft nog eens benadrukt dat ook de mensen in achterstandsgebieden van de opbrengst van bodemschatten profiteren. Maar in het streven de goldrush bij te benen, zijn milieuvoorschriften vaak met voeten getreden. Zelfs mijnen met vergunning voldoen vaak niet aan de eisen. ‘Het is een ramp voor het milieu, vooral voor de landbouwproductie, voor schoon drinkwater en voor de hele bevolking,’ aldus Gustavo Gallón van de Colombiaanse Commissie van Juristen. ‘Het is vreselijk, alsof we weer in de koloniale tijd leven.’ En de regering in de hoofdstad kan nog zoveel goede bedoelingen hebben, die blijken door de huidige gekte lastig te vertalen in concrete maatregelen. In Buenaventura, waar veel van de mensen wonen die het geweld in de mijnbouw zijn ontvlucht, zei iedereen dat de goldrush nog even hevig woedt als voorheen, met nog steeds fatale gevolgen. ‘De goudwinning hier betekent ronduit oorlog,’ zei Lucmilla Gutierrez Garcia, actief in de lokale politiek. ‘Dat is gewoon de realiteit.’ Elizabeth Dickinson

Mijnland

De bodemschatten van Colombia worden al jarenlang op ambachtelijke wijze gewonnen door de plaatselijke bevolking. Zij gaan te werk zoals de man die ik in Buenaventura sprak: ze zeven goud uit het rivierslib, verkopen het waar ze kunnen en scharrelen zo hun kostje bij elkaar. ‘Andere middelen van bestaan zijn hier niet,’ vertelde de mijnwerker me. ‘Het is dit of bendelid worden – en dan doe je ’s nachts geen oog meer dicht.’ Maar met de komst van gewapende bendes wordt het onmogelijk om nog zelf

pagina 24 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

De geheimen van de Chinese goudmarkt Zhongguo Qiyejia (verkort) – Beijing

Sinds enkele jaren produceert China – naast allerlei andere grondstoffen – het meeste goud ter wereld. Gebrek aan regelgeving zorgt echter voor een veelvoud aan risico’s. Sommige mensen worden er inderdaad rijk van, maar waakzaamheid voor oplichterij blijft geboden.

‘I

k heb nog nooit gehoord dat een bedrijf hier met stille trom is vertrokken,’ vertelt de baas van een goudsmelterij, terwijl hij de dicht opeengepakte werkplaatsen met uitgestalde sieraden laat zien in de wijk Shuibei in Shenzhen [stad op de grens met Hongkong in de provincie Guangdong, die sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw profiteert van de status van Speciale Economische Zone]. China heeft zich in slechts een paar jaar tijd aan de wereldtop weten te nestelen [voor Zuid-Afrika] op het gebied van productie en verwerking van goud en de export van sieraden. Toch is het blijkbaar te snel gegaan: toezichthouders op deze markt waren er namelijk niet op voorbereid en handelaars evenmin. Aangezien het kaf hier dus niet van het koren wordt gescheiden, is oplichting dan ook schering en inslag. ‘Hiermee kun je veel meer geld verdienen dan wanneer je een bank opzet, omdat je niet zoveel personeel hoeft te betalen,’ vertelt een doorgewinterde professional. Maar zodra de winsten zich opstapelen, vertrekken handelaars en bemiddelaars met de noorderzon en kun je fluiten naar je belegging. ‘Na dertig jaar hervormingen en openstelling van de markt vind je in China geen enkele sector meer die zoveel perspectief biedt als de goudsector,’ onderstreept Wang Zhibin, algemeen directeur van beleggingsmaatschappij

Hengtai Daton uit Beijing, die in goud belegt. Hetzelfde verhaal vertelt de adjunct-directeur van de Jinyafu-groep: ‘In de loop van de komende drie jaar zijn we van plan om 300 tot 500 winkels te openen.’ De groep exploiteert niet-alledaagse juwelierszaken. Elke winkel kan op advies van Jinyafu namelijk zelf ook goudstaven kopen of aandelen in beleggingsfondsen die in goud investeren. Daarnaast kunnen ze een rekening openen op een onlinebeurs van de groep om in goud te gaan handelen. Jinyafu startte ooit als een klein bedrijf dat sieraden maakte en gevestigd was in de wijk Shuibei in Shenzhen. Het maken van sieraden bleek niet erg lucratief, maar de honger naar goud als belegging opende voor dit bedrijf de deuren naar rijkdom. Er vloeit rijkelijk kapitaal in beleggingen in goud. Uit de publicatie van gegevens van de World Gold Council [belangenorganisatie voor de goudindustrie, gevestigd in het Verenigd Koninkrijk] blijkt dat de verkoop van goudstaven bedoeld als belegging in China vanaf het derde kwartaal van

Sieraden bleken niet lucratief, goud opende de deuren naar rijkdom


dossier

goud

2010 in een jaar tijd met 64 procent is gestegen, waarbij een recordbedrag van 45,1 ton werd behaald. Toch hebben goudkenners geen verstand van beleggingen, en beleggingsexperts zijn niet noodzakelijkerwijs thuis op de goudmarkt. Het bewijs daarvoor wordt geleverd in de splinternieuwe kantoorgebouwen in de financiële wijk van Beijing. Bezoekers ontdekken daar namelijk altijd wel een paar bedrijven die in goud beleggen. Soms gaat het om kleine firma’s met een kantoor van een of twee kamers waar een handjevol medewerkers zit. Zij gaan prat op hun hoedanigheid van vertegenwoordiger van buitenlandse bedrijven in China en leggen je in hun financiële jargon uit hoe je flink winst kunt boeken op de goudmarkt in Londen of Hongkong, en wel vijftig of zelfs honderd keer je inleg kunt halen. Je hoeft daarvoor alleen maar geld te storten op een rekening in het buitenland om virtueel goud te kopen.

Wet van de jungle

In feite speculeren deze handelsbedrijven in het geheim in goud. Uit cijfers van de publieke Veiligheidsdienst [de Chinese politie] blijkt dat er ongeveer 7.000 van dergelijke bedrijven in China bestaan. Sommige firma’s geven tegen betaling van commissie inderdaad aankooporders door voor hun klanten

en weten aanzienlijke winsten te behalen. Andere bedrijven doen feitelijk geen aankopen, maar organiseren weddenschappen op goud, waarbij deze makelaars in werkelijkheid zelf betrokken zijn: ‘Wat je wint is wat zij verliezen; zij winnen als jij verliest...’ Vaak zie je dan ook dat de bemiddelaars verdwijnen zodra ze verliezen bij dit spelletje met hun klanten. Op het terrein van beleggingen in goud heersen de wetten van de jungle. Deze enorme grijze markt van illegale transacties is werkelijk geëxplodeerd. ‘Iedereen praat over verboden speculatie met goud, maar welke vormen neemt die aan en welke wetten worden daardoor geschonden? Dit zijn punten die toezichthoudende instanties moeten ophelderen,’ zegt Liu Shan’en, secretaris van het centrum voor onderzoek naar de goudmarkt in China van de universiteit van economie en handel in Beijing. Wegens een aanzienlijke achterstand in wetgeving wordt deze markt praktisch niet gereguleerd. De enige regelgevende tekst dateert uit 1983: in het ‘reglement op de controle van goud en zilver in de Volksrepubliek China’ is bepaald dat er uitsluitend toezicht wordt gehouden op goud als

grondstof, niet als financieel product. De staat had in de eerste fase van de hervormingen in de jaren negentig van de vorige eeuw het verlenen van exploitatierechten aan goudmijnen geliberaliseerd. Als gevolg daarvan waren veel mijnen overgegaan in particuliere handen. De bazen van deze mijnen zijn grotendeels leden van de eerste generatie die, ondanks hun zeer beperkte kennis van goud, rijk zijn geworden. Ze wisten alleen hoe ze een mijn moesten exploiteren door de aders aan te boren, maar durfden niet te investeren in bodemonderzoek. ‘Ze kochten hun mijnen voor een schijntje, maar nu verkopen ze diezelfde mijnen voor de hoogst mogelijke prijs,’ legt Dai Xiaobing uit. De algemeen directeur van het bedrijf China Precious Metal Resources Holdings Co. is van mening dat de vlucht die de goudprijs heeft genomen in feite de duurzaamheid en de dynamiek van de hele sector heeft versterkt, ‘omdat veel verlaten mijnen voortaan de moeite lonen om te worden geëxploiteerd’. De astronomische prijs van het gele edelmetaal heeft geen remmende werking op de vraag. Elke ochtend komen juweliers uit heel China massaal naar

Shuibei om grote partijen sieraden in te kopen en over hun prijs te marchanderen alsof het om iets alledaags als groente gaat. Gemiddeld kopen Chinezen tegenwoordig 0,26 gram, een hoeveelheid die flink lager ligt dan het gemiddelde in de wereld. De directeur van juweliersbedrijf Zhou Defen denkt dat de vraag van de Chinezen naar goud door een gunstige periode met minstens een factor tien kan worden vermenigvuldigd. Hij onthult nog een ander buitenkansje: de goudreserves van China (1.054 ton) vertegenwoordigen slechts 1,6 procent van de totale geldvoorraad, en dat is veel minder dan bij Westerse landen, die meestal niet minder dan 40 procent als reserves aanhouden. Pas als je in de wijk Shuibei rondloopt, begin je iets te begrijpen van de geheimen van de goudmarkt in China. In de bocht van een weg staat, tussen vele andere gebouwen, een aftands gebouw met een ouderwetse lift en een bewaker voor een zware ijzeren toegangsdeur. Niet iedereen mag zomaar naar binnen in dit pand, waar een grote tentoonstellings- en handelsruimte vol gouden objecten op klandizie wacht. Huang Qiuli

© Reuters

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 25


dossier

De moslimwereld gaat de nieuwe tijd in Politieke islam Een jaar later. Is de angst voor de recente politieke veranderingen in de islamitsche wereld gegrond? Of moeten de nieuwe leiders een kans krijgen hun idee van democratie neer te zetten? Op de volgende pagina's verschillende geluiden uit de Arabische pers over de gevolgen van de omwentelingslente.

pagina 26 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

islam


islam

dossier

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 27


dossier

islam

Macht in Tunesië radicaliseert Kapitalis – Tunis

Nu de islamitische Ennahda-partij aan de macht is gekomen in Tunis, heeft de salafistische stroming een nieuwe impuls gekregen. Daarnaast profiteren radicale bewegingen van de zwakte van de partijen die modernisering voorstaan.

H

amadi Jebali [de nummer twee van de Ennahda-partij] neemt de leiding op zich van de overgangsregering op een moment dat Tunesië de ergste crisis doormaakt sinds de onafhankelijkheid. Snel toenemende inflatie, massale werkloosheid, prijzen die omhoog schieten, een toeristische branche die bijna failliet is, een kloof van ongelijkheid tussen de regio’s, investeerders die waarschijnlijk het land uit zullen vluchten: de crisis is zo groot dat er een maatschappelijke

uitbarsting valt te verwachten. De Tunesiërs die op 23 oktober massaal op de Ennahda-partij hebben gestemd, eisen dat hun economische en sociale omstandigheden onmiddellijk zullen verbeteren. De democratische leiders die meedoen in de coalitieregering [Moncef Marzouki, leider van de Congrespartij en president van Tunesië, en Mustafa Ben Jaafar, leider van de Ettakatol-partij en voorzitter van de Grondwetgevende vergadering] zijn niet in staat de ernst

dat ‘vrijheden altijd omkaderd moeten zijn door de gewoontes, de tradities en het respect voor de goede zeden’. Met haar mondaine, blootshoofdse uiterlijk te erkennen van de pogingen om de richtte ze zich vervolgens op alleenTunesische samenleving te islamiseren. staande moeders, die wat haar betreft Sinds het begin van de verkiezingsgeen respect verdienen], het aanroeren campagne hebben een serie aan radicale van een zesde kalifaat [Hamadi Jebali moslims toegeschreven gewelddaden maakte deze verwijzing naar een op en een opkomende islamisering de de sharia gebaseerde staat in november democratie verzwakt, en dreigen deze tijdens een bijeenkomst in Sousse], de weg vrij te maken voor een regime het verbieden van de toegang tot de dat erger is dan dat van Ben Ali. Het universiteit voor ongesluierde vrouwen gezonde verstand zegt ons dat deze paar [op 28 november op de universiteit van duizend radicale moslims de leefwijze Manouba], het stigmatiseren van de van de Tunesiërs en hun relatie met de Franse taal en haar vermeende slechte godsdienst niet kunnen veranderen. invloed, en de poging om een televisieToch mag dit risico zeker niet veronacht- station in brand te steken voor het uitzaamd worden. Het is groter geworden zenden van een film die godslasterlijk sinds Ennahda religieuze verwijzingen zou zijn [het hoofdkantoor van Nessma naar het wahabisme in het discours TV werd op 9 oktober bestormd na de heeft opgenomen, eerst op discrete wijze uitzending in het Tunesisch-Arabisch maar daarna met meer vastberadenheid. van de Franse film Persepolis, van Vincent Paronnaud en Marjane Satrapi]. De hidjab is de gewenste vrouwelijke Kalifaat kleding geworden. In de moskeeën Naast de vrees om te worden uitgemaakt wordt met veel extra decibellen opgevoor ongelovige of atheïst, al is het roepen tot het gebed, gevolgd door maar omdat het woord ‘seculier’ in de ophitsende preken waarin men eist dat mond is genomen, is er nu de fysieke de sharia wordt ingevoerd, de alcoholen verbale agressie tegen vrouwen, het verkoop wordt verboden, de vrijdag beledigen van alleenstaande vrouwen wordt ingesteld als heilige rustdag en [Souad Abderrahim, vrouwelijke afgefatwa’s worden uitgesproken tegen als vaardigde van Ennahda, zei begin satanisch bestempelde muziekfestivals. november op Radio Monte Carlo Doualiya Wij zijn getuige van een hernieuwde poging tot islamisering op maatschappelijk en cultureel vlak. De toekomst van het vreedzaam met elkaar samenleven komt zo in gevaar. Dit risico wordt gebagatelliseerd door de democraten die vandaag aan de macht zijn en die morgen hun verantwoordelijkheid zullen moeten erkennen in de aangekondigde ‘fitna’ [tweedracht]. Het wordt tijd voor het bestrijden van het obscurantisme. Fanaten met het zwaard Gods dromen ervan het kalifaat te doen herleven en zich te bemoeien met alle details van het leven van burgers, terwijl andere fanaten verblind zijn door een verwrongen secularisme en de Tunesische moslims kwetsen in hun gerechtvaardigde overtuigingen en geloof. Lotfi Maherzi

De auteur is verbonden aan de universiteit van Versailles Saint-Quentin in Frankrijk.

© Bleibel

pagina 28 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012


dossier

islam

‘Geef de islamisten een kans’ Als je na zestig jaar bloedige dictatuur eindelijk een gekozen regering hebt, dan kun je daar niet tegen zijn, ook al is het een moslimregering, stelt de hoofdredacteur van het pan-Arabische dagblad Al-Quds Al-Arabi.

gerechtigheid. In de meeste Arabische landen had deze middenklasse echter een verbond gesloten met de corrupte dictators, tegen de belangen van het merendeel van de bevolking in.

Al-Quds Al-Arabi (verkort) – Londen

Wil van het volk

D

e overwinning van de Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (PJD) bij de jongste parlementsverkiezingen [op 25 november] in Marokko leidt tot bevreesde reacties bij westerlingen en hun bondgenoten onder de conservatieve Arabische regimes. Opnieuw is er angst voor een islamitische vloedgolf in de regio. Deze angst is onterecht. Want de moslimpartijen die nu vanuit de ‘Arabische lente’ opbloeien, hebben een gematigd karakter. Ze zijn bereid in te stemmen met andere ideologieën, in het bijzonder met een scheiding van kerk en staat. In Tunesië heeft de [islamitische] partij Ennahda een coalitie gevormd met twee seculiere partijen: de Congrespartij voor de Republiek (CPR) van de linkse nationalist Moncef Marzouki, en Ettakatol [het linkse ‘blok’] van Mustafa Ben Jaafar. De leider van Ennahda, Rachid Ghannouchi, vertelt aan iedereen die het maar horen wil dat de regering zich niet met het privéleven van burgers zal bemoeien, dat bikini’s en gemengde stranden niet verboden zullen worden en dat buitenlandse investeringen zullen worden aangemoedigd, evenals het Europese toerisme, de belangrijkste pijler van de Tunesische economie.

Peter Blegvad – The New York Times Book Review, Verenigde Staten

laten verleiden tot achterhoedegevechten, aangezien de prioriteiten van de leiders niet bij een alcoholverbod of het doordrukken van kledingvoorschriften liggen, maar bij sociale gerechtigheid. En in Egypte, waar de helft van de bevolking onder de armoedegrens leeft, hebben de islamisten zich als een toonbeeld van solidariteit met de minderbedeelde klassen opgesteld.

Het risico bestaat dat zij de macht naar zich toe trekken en de democratie zullen afschaffen In Marokko belooft de Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling [niet te verwarren met de gelijknamige partij van de Turkse premier Erdogan] om het specifieke karakter van de Marokkaanse samenleving in stand te houden. Geen enkele regering mag aan de openbare vrijheden komen, verklaart de secretarisgeneraal van de PJD, Abdelilah Benkirane. Hij belooft dat zijn partij zich niet zal

Minachting van het Westen

De Arabische kiezer is per definitie een gematigde moslim. Dat hij vertrouwen heeft in islamitische partijen, komt doordat hij lange tijd gebukt ging onder corrupte en repressieve seculiere regimes. Aangezien het Westen vijftig jaar lang heeft ingezet op dictaturen – uit naam van stabiliteit, om toegang te hebben tot goedkope aardolie en in

De Arabische kiezer is per definitie een gematigde moslim blinde navolging van Israël – is het er deels verantwoordelijk voor dat de politieke islam aan de macht komt. Want de jongste verkiezingsuitkomsten laten ook zien dat men in opstand komt tegen deze minachting van het Westen. Meer dan zestig jaar lang heeft onze regio geëxperimenteerd met militaire en pseudoseculiere dictaturen, waarbij nu eens een halfslachtig socialisme, dan weer een afgezwakt Arabisch nationalisme of roofzuchtig kapitalisme in praktijk werd gebracht. De kloof tussen arm en rijk is er alleen maar groter van geworden. Overal ter wereld speelt de middenklasse een centrale rol bij het in stand houden van de vrijheden, de democratie en een minimale vorm van sociale

De verkiezingsuitslagen in Tunesië, Marokko en Egypte, en binnenkort in Jemen [waar presidentsverkiezingen voor 21 februari gepland staan] en Syrië [waar begin december te midden van de onlusten lokale verkiezingen plaatsvonden] en ooit ook die in Saudi-Arabië en de overige golfstaten, vormen het fundament van een noodzakelijk aanpassingsproces. Iedereen, ook het Westen, moet de democratische keuzes van de burgers respecteren. Wat belet ons, na zestig jaar dictatuur, om onder een gekozen regering te leven, ook al is die dan islamitisch? Deze regering is immers ingebed in een constitutioneel regeringsstelsel met democratische instellingen, een parlement met echte bevoegdheden en een onafhankelijke rechtspraak. Opmerkelijk is dat de nieuwe regimes erin slagen om zich te doen gelden op het internationale politieke toneel, zoals Turkije, of om hun landen te laten uitgroeien tot economische tijgers, zoals Maleisië en Indonesië. Het risico bestaat dat deze krachten de macht naar zich toe zullen trekken en de democratie, die hen zo ver gebracht heeft, zullen afschaffen. Die angst is legitiem, maar vergeet niet dat de revoluties de Arabische samenlevingen ingrijpend veranderd hebben. Dat is de beste garantie voor de opkomende democratieën. De massale demonstraties die op het Tahrirplein in Caïro worden gehouden om de verworvenheden van de revolutie zeker te stellen, vormen het beste bewijs dat het tegenwoordig niet meer mogelijk is de wil van het volk te omzeilen. Laten wij de islamisten hun kans geven en, vooral, laten wij de uitslag van de verkiezingen respecteren! Abdel Bari Atwan

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 29


dossier

islam

Niet bekend om democratische inslag Al Ittihad - Abu Dhabi

Nu de eerste euforie over het verjagen van dictatoriale leiders voorbij is, ontstaat ongerustheid over de opvolging. Tot nu toe is het met de militante islam nooit iets geworden (Soedan, Afghanistan). Kan het deze keer anders?

I

n de Arabische wereld en in het Westen heerst een groeiende ongerustheid dat de militaire almacht van de verjaagde regimes zal worden vervangen door almachtige moslimpartijen. In Tunesië hebben de islamisten bij de verkiezingen, die volgens iedereen eerlijk zijn verlopen, ruim 40 procent van de parlementszetels veroverd. In Egypte zouden ze er zelfs nog meer kunnen halen: in de eerste ronde van de parlementsverkiezingen, gehouden in negen gouvernementen waaronder Caïro en Alexandrië, hebben de islamistische partijen 65 procent van de stemmen gekregen, verdeeld over de moslim-

broeders met 36,62 procent, de salafisten 24,36 procent. Reden voor bezorgdheid is er genoeg. De islamisten in de Arabische wereld staan niet bekend om hun democratische inslag. Historisch gezien zou je ze totalitair kunnen noemen, want ze stonden vanaf het begin onder invloed van de Europese fascistische bewegingen. In Egypte hadden de moslimbroeders onder hun oprichter Hassan Al-Banna het motto: ‘De Koran is onze grondwet’, waarmee ze hun bedenkingen jegens westerse constituties uitten. Dat was lang voordat Said Qutb [de in 1966 terechtgestelde Egyptisch ideoloog van het moslimfundamentalisme]

De wil van God tegenover de wil van het volk

zijn theorie ontwikkelde over hakimiya – de soevereiniteit van God tegenover de soevereiniteit van het volk -, en over het uitsluiten van andersdenkenden. Deze theorieën vormden later de inspiratiebron voor radicale bewegingen als Al-Qaida. In de jaren veertig kozen de Egyptische Moslimbroeders de weg van het terrorisme en pleegden in 1954 zelfs een aanslag op Gamal Abdel Nasser, wat ze met een verbod op hun beweging moesten bekopen. Verder waren het islamisten die in Tunesië in de jaren tachtig zuur over de voeten van ‘onzedige’ studentes gooiden. In Syrië hebben ze alawitische civiele kaders uit de weg geruimd en in 1982 in Hama ernstige misdaden gepleegd, die voor het Ba’ath-regime aanleiding waren tot een massaslachting in deze derde stad van het land. Bovendien staan de de waarden der Verlichting als het gaat om religieuze minderheden en vrouwenrechten bij de islamisten niet hoog in het vaandel. Telkens als ze proberen hun standpunten over deze onderwerpen te herzien, raken ze in allerlei tegenstrijdigheden verstrikt. Vrouwenrechten staan overal op de agenda, maar de kwestie van de religieuze minderheden speelt in het Nabije Oosten een bijzondere rol. In Syrië stoelt de militaire dictatuur op een confessionele minderheid [het alawitische regime van de Ba’athisten], en als de gedurende tientallen jaren opge-

bouwde ressentimenten worden aangewakkerd kan dat het einde betekenen van wat er nog aan nationale eenheid rest.

EEN SALAFISTISCH TEA-PARTY-EFFECT In Egypte was de voorspelling van politieke analisten dat de salafistische partij Al-Nour maar 10 procent van de zetels in het nieuwe parlement zou krijgen. Ze haalden in de eerste ronde 24,6 procent van de stemmen. Mogelijk kunnen de populaire salafisten profiteren van een ‘Tea Party-effect’ ten opzichte van de Moslimbroederschap [36,6 procent van de stemmen], zo stelt Egyptekenner Shadi Hamid. Hij trekt een parallel tussen de salafisten en de Amerikaanse ultraconservatieven: door de populariteit van de laatsten zijn de Republikeinen in het politieke krachtenspel een stukje naar rechts geduwd. ‘Naar alle waarschijnlijkheid

pagina 30 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

worden de salafisten na de Moslimbroederschap het tweede machtsblok in het parlement. Uiteindelijk kan hun aanwezigheid ertoe leiden dat het hele politieke spectrum naar rechts opschuift.’ De salafisten vormen voor de hele Egyptische samenleving een probleem, maar zijn voor de moslimbroeders dubbel lastig: om te beginnen zijn ze concurrenten in de jacht op de ‘islamistische stem’, maar ze zijn vooral rivalen die ook invloed hebben binnen de Moslimbroederschap zelf. Daarom is de grote vraag: als de salafisten al jarenlang laten zien veel vernieuwender te zijn dan de moslimbroeders (zij komen tenminste met

nieuwe ideeën op cultureel, theoretisch en theologisch gebied, terwijl de moslimbroeders vasthouden aan de geboden van hun grondlegger Hassan El-Banna), zijn ze dan ook in staat de moslimbroeders mee te krijgen? De Broeders hebben politieke doelen, terwijl een flink deel van de overigens zeer heterogene salafistische beweging zich met beperktere belangen bezighoudt, zoals de rol van de religie in het openbare leven, de sociale gebruiken en het onderwijs. In het verleden hebben ze al vaker laten blijken dat ze niet echt geïnteresseerd zijn in de macht. Issandr El-Amrani, The Arabist, Caïro


dossier

islam

Betoging van de islamitische Hizb al-Tahrir demonstreren in Libanon tegen het Syrische bewind © EPA

'post Al-Qaida fase'

Andere factoren bieden meer hoop. De politieke islam zit momenteel in een ‘post-Al-Qaida’-fase. En met andere vormen van de militante islam is het ook helemaal niets geworden, zoals in het Soedan van Al-Bashir, het Iran van Khomeini en het Afghanistan van de Taliban. In plaats daarvan is nu de verlichte islam, zoals die in Turkije bestaat, het uitgangspunt voor de politieke krachten in de Arabische wereld. En het is gelukt om in dit model de islamitische kern, de parlementaire democratie, de deelname aan de NAVO, en het streven naar lidmaatschap van de Europese Unie te verenigen. Zonder vooruit te lopen op de kans van slagen van dit Turkse model in de Arabische wereld en los van een oordeel over de

oprechtheid van de intentieverklaringen spreken steeds meer mensen over ‘democratische moslimpartijen’, net zoals er in Europa wordt gesproken over christen-democratische partijen, waarbij vooral wordt ingezet op het culturele en educatieve aspect.

Positieve invloed

Daarbij komt nog de rol die het Westen recentelijk heeft gespeeld. De ervaringen van de NAVO in Libië, gesteund door het islamitische Turkije, tonen aan dat het Westen een positieve invloed kan uitoefenen. Op dit moment zijn het vooral de islamisten in de Syrische oppositie die aandringen op [buitenlandse] bescherming voor de burgers in hun land. Het is dan ook

niet uit te sluiten dat de houding van de islamisten diepgaand zal veranderen. Want de recente revoluties hebben vooral bewezen dat de vijand niet langer een verre vreemde is, maar de tiran om de hoek. In een dergelijk klimaat heerst niet langer achterdocht maar vertrouwen, en daarin zullen de spanningen [tussen de islam en het Westen], die voorheen veelvuldig werden aangewakkerd, juist afnemen. Ook andere positieve ontwikkelingen binnen de islamistische stroming zijn niet ontsnapt aan de aandacht van de kenners van de politieke islam, zoals de contacten die tijdens de opstanden zijn ontstaan met links, met de liberalen, de vrouwen en de christenen, en die toegang bieden tot een veel ruimere denkwereld dan die van een geheime

cel die zich aan onwrikbare regels houdt. Bovendien laten zich binnen deze stroming ook nog verschillende stemmen horen die het onderling oneens zijn.

De verlichte islam zoals die in Turkije bestaat is het uitgangspunt voor de politieke krachten in de Arabische wereld

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 31


dossier

islam

Fundamentalisme en economie Zaman – Istanbul

Islamitische partijen moeten kiezen met wie zij op het internationale toneel willen samenwerken. De grote Turkse krant Zaman memoreert in een commentaar dat de AKP van Erdogan het goed

kan vinden met de Amerikanen.

H

illary Clinton heeft gezegd dat de Verenigde Staten met de islamistische partijen in de moslimwereld willen samenwerken. Vanuit historisch oogpunt bezien ligt dit besluit om meerdere redenen voor de hand. Westerse waarnemers hebben eindelijk uitgezocht hoe hoog de kosten van de steun aan seculiere maar autoritaire Arabische regimes in financieel en politiek opzicht waren. Tegelijk past deze gedeeltelijke erkenning in de strategie van de Amerikanen om een hervorming binnen de islamistische partijen op gang te brengen. Hun toetreding tot het politieke proces moet leiden tot een gematigder opstelling.

Ennahda de problemen in hun land niet kunnen oplossen, bestaat de kans dat zij hun krediet bij het electoraat verspelen. De ‘Arabische lente’ inspireert nog altijd tot bezinning, maar we kunnen niettemin stellen dat de revolutie in Tunesië, Egypte en Libië is veroorzaakt door het onvermogen van de regimes in die landen om de economie in goede banen te leiden. Andere, vooral godsdienstige en etnische factoren hebben eveneens een belangrijke rol gespeeld, maar beslommeringen op economisch gebied vormden de gemeenschappelijke noemer.

Islamitische wortels

Vanaf het jaar 2000 is het voorbeeld van Turkije bepalend geweest voor het beleid van de Verenigde Staten, die sindsdien een verzoenender houding tegenover islamistische partijen tentoonspreiden. In weerwil van haar islamistische wortels heeft de Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (AKP) van Tayyip Erdogan uitstekende samenwerkingsbanden met de Amerikaanse regering weten te onderhouden. Verscheidene deskundigen betitelen Turkije als ‘de toeleverancier van de Verenigde Staten in de regio’. Erdogan is erin geslaagd de gevaarlijke erfenis van de Iraanse revolutie [van ayatollah Khomeini in 1979] te doen vergeten. De islamistische leiders die nu aan de macht komen, worden met enorme problemen opgezadeld. In 2010 bedroeg de werkloosheid in Tunesië 14 procent. Als islamistische partijen als

pagina 32 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

De prijs van meloenen

Het verhaal gaat dat ayatollah Khomeini op klachten van vertegenwoordigers van werknemers over de economische situatie in Iran antwoordde: ‘Ik kan niet geloven dat alle offers die wij hebben gebracht alleen maar zouden dienen om de prijs van meloenen te laten dalen.’ De boodschap was helder: religie vormde de drijvende kracht achter de Iraanse revolutie. De bevolking in de Arabische wereld toont op dit moment beduidend minder spirituele aspiraties dan destijds in Iran. Zij zal de nieuwe regeringen over niet al te lange tijd beoordelen. Het rapportcijfer dat de kersverse machthebbers krijgen, zal afhangen van de doeltreffendheid van de maatregelen op het vlak van inflatie en werkloosheid, ofwel van ‘de prijs van meloenen’.

Om de grote problemen van onze tijd aan te pakken, zullen de islamistische leiders zich waarschijnlijk in twee richtingen bewegen. In eerste instantie zullen ze proberen een coalitie te smeden met seculiere partijen, om samen de verantwoordelijkheid voor hun land te dragen. Vervolgens moeten de nieuwe regeringen in Libië en Tunesië ook hun betrekkingen met het wereldwijde kapitalistische systeem herzien. De vraag waar het werkelijk om draait, is: wie zullen de islamistische leiders als internationale partners kiezen? Zal Ennahda of de Moslimbroederschap [in Egypte] zich meer richten op China of op Rusland? De islamistische regeringen hebben niets te winnen als ze neutraal blijven. Ze moeten internationaal gezien een selectieve kijk ontwikkelen. Dan zullen ze sneller in een mondiaal systeem worden opgenomen.


dossier

islam

Koestert Ahmadinejad een adder aan zijn borst? Maart volgend jaar zijn er verkiezingen in Iran. Binnen de hoogste politieke regionen is de machtsstrijd op gang gekomen. Een geheimzinnige spilfiguur verdeelt zelfs de familie Ahmadinejad. De een vergelijkt hem met een bron van helder water, de ander noemt hem een kind van de duivel. Le Monde – Parijs

‘W

ie is de man die aan Mahmoud Ahmadinejad, de president van Iran, deze bijna verliefde vriendschapsbetuigingen ontlokt? ‘Het is een van de grootste gunsten die ik van God heb mogen ontvangen om Rahim Mashai te mogen kennen… Hij is als een bron van helder water… Hij is transparant als een spiegel.’ Deze toespraak, in zijn bekende wollige stijl, hield Ahmadinejad tijdens een feestje ter ere van Esfandiar Rahim Mashai, toen die zijn portefeuille van Toerisme inwisselde voor de post van eerste vicepresident, waardoor hij Ahmadinejads officiële plaatsvervanger werd bij diens afwezigheid. De promotie tot de tweede plek in de rangorde van het Iraans leiderschap zou maar een week duren. Toen sprak de Opperste Leider, de oude ayatollah Ali Khamenei, er een veto over uit dat Ahmadinejad wel moest gehoorzamen. Hij ontsloeg zijn vriend, om hem meteen daarna weer te benoemen tot kabinetschef, een functie met nog grotere bevoegdheden dan die van premier. Wat verbindt deze twee mannen, behalve de familieband die zij hebben sinds de dochter van Mashai in het huwelijk trad met de zoon van Ahmadinejad? Welke macht heeft Rahim Mashai over de president, dat deze zelfs zijn eigen oudste broer uit zijn kabinet ont-

© Yalda Moayyeri/AP

sloeg, nadat die Mashai ‘een kind van de duivel’ had genoemd, en hem had beschuldigd van een geheime ontmoeting met Tony Blair in 2005? Rahim Mashai is een complexe figuur met vele gezichten: ultranationalist maar liberaal op het gebied van kunst en religie, antiklerikaal maar mystiek, levend op bescheiden voet maar met de reputatie van een schatrijk man. Esfandiar Rahim Mashai wordt in 1960 geboren in een dorp aan de oevers van de Kaspische Zee. Als student sluit hij zich aan bij de islamitische revolutie van 1979, en wordt gerekruteerd door de inlichtingendienst van de ‘Hoeders van de Revolutie’. Hij wordt naar Iraans Koerdistan gestuurd en ontmoet daar Mahmoud Ahmadinejad, op dat moment gouverneur van de provincie Khoy. Allebei zijn het ‘kinderen van de revolutie’, provincialen uit een eenvoudig milieu, die hun hoge positie nooit hadden verworven zonder de sociale omwentelingen van de periode na 1979. Hun voornaamste obstakel is nu de geestelijkheid, die alle belangrijke posten controleert.

Soefisme

In 1997 krijgt Mashai de leiding over Radio Teheran en begint daar voor het eerst weer lichte muziek te programmeren. Op cultureel vlak

Rahim Mashai: ultranationalist, liberaal op het gebied van kunst en religie, antiklerikaal maar mystiek, levend op bescheiden voet presenteert hij zich als liberaal. De ultraconservatieve pers rekent hem zwaar aan dat hij in 2007 in Turkije aanwezig is bij het optreden van een buikdanseres. Er bestaan foto’s waarop hij poseert met een nauwelijks gesluierde actrice.

Stembus

Als Ahmadinejad in 2003 burgemeester van Teheran wordt, benoemt hij zijn vriend tot cultureel en artistiek adviseur. Vanaf dat moment geven Mashais initiatieven en publieke uitspraken voortdurend aanleiding tot polemieken. Hij financiert religieuze plechtigheden die naar het soefisme neigen en daarom als godslasterlijk gelden. Mashai, die nooit nalaat de grootsheid van Iran – ook het pre-islamitische – te bejubelen en de superioriteit van de Iraanse islam ten opzichte van de sjiitische orthodoxie te benadrukken, wordt er door de geestelijkheid van beschuldigd aan het hoofd te staan van een ‘afwijkende’ stroming. Mashai en Ahmadinejad zijn beiden

geen geestelijken, in tegenstelling tot de voorgaande presidenten Rafsanjani en Khatami. De stembus heeft wat hen betreft een grotere legitimiteit dan de religie – wat ironisch is, gezien de fraude en de hardvochtige repressie die nodig waren om Ahmadinejad aan zijn tweede mandaat te helpen. Omdat Ahmadinejad zich in 2013 niet voor een derde keer kandidaat mag stellen, steunt hij Mashai. Deze laatste gokt erop dat het electoraat van de Groene Beweging braak ligt, nu de leiders Mousavi en Karroubi onder huisarrest staan en geen contact meer hebben met hun achterban; hij hoopt die miljoenen stemmen te kunnen veroveren. Mashai richt zich op de naar hervormingen en openheid hunkerende middenklasse. Maar houdt het tandem AhmadinejadMashai het vol tot 2013? Als de president zijn geliefde raadgever laat vallen, zoals een deel van zijn entourage hem influistert, zal dat geen middel zijn om zichzelf te redden, maar een teken dat hij heeft verloren. Christophe Ayad en Assal Reza

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 33


lage landen

nederland

Het jaar wisselen in een coffeeshop La Repubblica – Rome

Per 1 januari 2012 wordt het Nederlandse coffeeshopbeleid aangescherpt, waarvan de handhaving in mei begint. Italiaanse reisbureaus werken zich een slag in de rondte, om iedereen nog voor de jaarwisseling een ticket naar Amsterdam te bezorgen. Het is een historisch moment, en velen willen erbij zijn. Het ziet ernaar uit dat er op 31 december veel meer bezoekers dan normaal in Amsterdam zullen zijn om er de jaarwisseling te vieren. Die extra toeristen – minstens 15 procent meer dan anders – komen niet voor de musea met meesterwerken van Van Gogh of voor de fraai verlichte grachten, maar voor de mogelijkheid om een laatste joint te roken voordat de nieuwe wet van kracht wordt. Ondanks de crisis en de noodzaak om de broekriem aan te halen, zullen er mensen zijn die het zich kunnen permitteren om voor de feestdagen naar Madrid te gaan om er druiven te eten, of naar Wenen om er varkentjes uit te wisselen, maar er zullen er ook zijn, met name jongeren tussen de 18 en de 24 jaar, die besluiten het nieuwe jaar in te luiden in een coffeeshop, waar ze voor de laatste keer de mythe van het tolerante en vrije Nederland zullen verheerlijken.

Apotheose

Met ingang van 1 januari 2012 zal Amsterdam een beetje minder de hoofdstad zijn van het gedoogbeleid, de politiek van de tolerantie, omdat het niet langer zal toestaan dat een flink percentage van de toeristen die de stad jaarlijks bezoeken – men gaat uit van zo’n 23 procent van het totaal – uitsluitend komt om high te worden in een coffeeshop. De nieuwe wet, die is aangenomen na eindeloos geruzie en getouwtrek tussen de regering en het gemeentebestuur, houdt in dat de 220 gelegenheden waar cannabis verkocht mag worden, worden omgevormd tot particuliere clubs. Om je joints te kunnen roken zul je dus lid moeten worden van zo’n club, maar om het lidmaatschap te verkrijgen moet je kunnen aantonen dat je legaal in Nederland woont. Een van de beweegredenen achter deze maatregel is de noodzaak om het

Voor de laatste keer de mythe van het tolerante Nederland verheerlijken ‘hasjtoerisme’ terug te dringen, een fenomeen dat zijn apotheose zal beleven op de dag dat er paal en perk aan zal worden gesteld. ‘We krijgen honderden telefoontjes van jongeren die willen reserveren en die om informatie vragen,’ bevestigen de coffeeshophouders, die niet blij zijn met alle publiciteit en nog steeds razend zijn op de regering. Er heerst grote verwarring over wat er moet gebeuren als het

straks twaalf uur slaat. ‘We rekenen op coulantie,’ zeggen ze, ‘ze kunnen niet van ons verwachten dat we klokslag middernacht beginnen met het vervaardigen van lidmaatschapskaarten.’

Wakker blijven

De Italiaanse reisbureaus bevestigen dat er een run is op de laatste tickets naar Amsterdam, al is het onmogelijk met precieze cijfers te komen. Alle lowcostvluchten zitten vol, evenals de hostels in de stad, maar het is lastig om het ‘hasjtoerisme’ nauwkeurig in kaart te brengen. Het zijn vooral jongeren die naar Amsterdam willen, en die zullen veelal gaan liften – een korte rondgang langs

ROKEN Tegenwoordig is het verrassend eenvoudig om in Nederland een sigaret op te steken, schrijft de Associated Press. Ook al is het Nederlandse beleid ten opzichte van marihuana verhard, de houding ten opzichte van tabak wordt steeds toleranter en daarin verschilt dit land van bijna elk ander ontwikkeld land. Vorig jaar versoepelde de regering het rookverbod al voor kleine cafés, en nu heeft ze haar plannen bekendgemaakt om de financiële bijdrage aan de anti-rookcampagne terug te schroeven en de subsidiekraan voor hulpprogramma's bij stoppen met roken dicht te draaien. Bijna de helft van de cafés en nachtclubs negeerden het in 2008 ingestelde rookverbod, maar ze werden zelden bestraft. Onlangs haalden Nederlandse politici en deskundigen hard uit naar

pagina 34 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

de regering vanwege het terugdraaien van het tabaksbeleid. Nederland huisvest Europa’s grootste tabaksindustrie, en ook de grootste Philip Morris-fabriek ter wereld staat er. Enkele deskundigen hebben al gesuggereerd dat onoorbare banden tussen de Nederlandse overheid en de Nederlandse tabaksindustrie verantwoordelijk zijn voor de veranderingen. In een recent op de Nederlandse televisie uitgezonden documentaire zei tabakslobbyist Alexander van Voorst Vader dat hij minister Schippers van Volksgezondheid kende uit de tijd dat ze nog Kamerlid was, en haar vele malen had gesproken. ‘Ze was altijd heel ontvankelijk voor verstandige standpunten van de industrie,’ zei hij. Iedere communicatie waarbij de tabaksindustrie het

overheidsbeleid kan beïnvloeden, is nadrukkelijk verboden in het internationale antitabaksverdrag van de World Health Organization, dat Nederland in 2005 heeft ondertekend. Het antitabaksverdrag van de WHO verplicht de landen die het hebben ondertekend om strenge antirookmaatregelen te nemen, door middel van wetgeving, accijnzen en onderwijs. Maar zoals bij de meeste mondiale verdragen zijn er geen sancties voor de landen die niet meewerken. Volgens de brancheorganisatie voor de tabaksdetailhandel NSO kochten Nederlandse klanten vorig jaar voor meer dan 4 miljard euro aan tabaksproducten. Ongeveer 27 procent van de Nederlanders rookt, iets meer dan in andere rijke landen, zoals Engeland en de VS.


lage landen

belgië

Separatistisch beleid inspireert Canada Le Devoir – Montreal

De Belgische taalstrijd (mag Di Rupo wel het land besturen voordat hij goed Nederlands spreekt!)

leidt in de rest van de wereld meestal slechts tot meewarigheid. Een enkele hardliner in het eveneens

tweetalige Québec neemt er juist een voorbeeld aan.

Bram Budel / HH

de verschillende reisfora en sociale netwerken laat zien dat men probeert zo veel mogelijk samen in één auto te reizen om de benzinekosten te delen. Velen van hen zijn niet eens van plan in de stad te overnachten; ze willen gewoon zo lang mogelijk wakker blijven en daarna proberen elders een goedkoop onderkomen te vinden. Ze zijn kenmerkend voor een minder aantrekkelijk soort toerisme, deze bliksembezoekjes die het ene deel van Amsterdam wil ontmoedigen en die het andere deel, dat vreest voor de crisis en de recessie, niet kwijt wil. ‘De Nederlandse regering zadelt ons op met een wet waar we niet op zitten te wachten,’ zo verklaarde Machteld Ligtvoet van het Amsterdam Toerisme & Congres Bureau onlangs tegen CNN. ‘Onze organisatie maakt geen reclame voor de coffeeshops en gebruikt ze ook niet om toeristen te lokken. Het idee dat je hier softdrugs kunt kopen en gebruiken maakt deel uit van de aantrekkingskracht van Amsterdam, van de beroemde sfeer van tolerantie die er heerst.’ Een aantrekkingskracht die flink wat geld oplevert, en waaraan het blowverbod een einde zal maken. De precedenten boezemen Amsterdam vrees in: Maastricht, de Nederlandse stad waar het hasjtoerisme sinds oktober vorig jaar verboden is, had in één jaar tijd te kampen met een toeristendaling van 16 procent en een verlies van 26 miljoen euro. Cristina Nadotti

O

veral in de media was te horen en te lezen dat ‘het vlakke land’ geen regering meer had en ieder moment uit elkaar kon vallen. Maar de Belgen, met hun gevoel voor het sluiten van compromissen, hebben deze negatieve berichten gelogenstraft. Uit de woorden van de nieuwe socialistische Belgische premier, Elio di Rupo, kan zelfs worden opgemaakt dat België sterker uit de crisis is gekomen. De regering, die voor het eerst in 37 jaar door een Waal wordt geleid, gaat twee grote hervormingen doorvoeren die ook voor Québec interessant kunnen zijn. Om te beginnen een staatshervorming zoals Canada die in zijn 140-jarig bestaan nooit gekend heeft en die het waarschijnlijk ook nooit zal meemaken. Met deze zesde staatshervorming sinds de jaren zestig zal 20 procent van de federale bevoegdheden overgeheveld worden naar de gewesten. Het betreft hier zaken aangaande kinderbijslag en werkgelegenheid en enkele

Wie formulieren in het Frans wil, moet een schriftelijk verzoek indienen ondergeschikte bevoegdheden. Ook zal de Senaat straks niet meer rechtstreeks gekozen worden, maar een Kamer worden waarin de deelstaten vertegenwoordigd zijn. Met een andere hervorming wordt het taalkundige separatisme bevestigd waarvoor België in de jaren zestig heeft gekozen. Het gebied met het restantje tweetaligheid van vóór die tijd, de 35 Vlaamse gemeenten die de kieskring Halle-Vilvoorde bij Brussel vormen, wordt losgemaakt van de hoofdstad

en toegevoegd aan de Vlaamse kieskring Leuven, zoals Vlaanderen dat graag wilde. Alleen zes Brusselse randgemeenten behouden hun uitzonderingspositie. Nu de Canadese tweetaligheidsmythe uit elkaar spat en Wet 101 [waarin is vastgelegd dat het Frans de officiële taal van de provincie Québec is] niet waterdicht blijkt te zijn, zouden de inwoners van Québec een voorbeeld kunnen nemen aan de strikte eentaligheid van Vlaanderen en Wallonië. Uiteraard gaat het hier om de grondwettelijk vastgelegde eentaligheid en niet de persoonlijke, want Walen en Vlamingen zijn vaak twee-, zo niet drietalig. Maar dit weerhoudt hen er niet van om op taalgebied een streng separatistisch beleid te voeren. Brussel is een geval apart: hier is de tweetaligheid bedoeld om de Vlamingen te beschermen, die in hun eigen hoofdstad een kleine 20 procent van de bevolking vormen. Maar verder is binnen de Vlaamse overheid het Nederlands de enige taal, en binnen de Waalse overheid het Frans. Hier geen tweetalige boodschappen op antwoordapparaten of vormen van dienstverlening in andere talen voor mensen van buitenlandse komaf. Zelfs Franstaligen die in Vlaanderen wonen, worden doorgaans in het Nederlands bediend. Wie formulieren in het Frans wil, moet daartoe uitdrukkelijk en schriftelijk een verzoek indienen. Dit beleid lijkt erg streng, maar het is de enige manier om Nederlandstaligen te beschermen tegen het nog steeds oprukkende Frans in de Brusselse regio. En het grote voordeel is dat zo een niet mis te verstane boodschap wordt afgegeven: in Vlaanderen is Nederlands de voertaal. Om historische en identiteitsbescher-

mende redenen hebben de Catalanen voor een ander beleid gekozen: Spaans en Catalaans bestaan in Catalonië bijna overal naast elkaar. Met als resultaat dat het Catalaans er een ondergeschikte rol speelt, met name in de pers, op televisie, in films en bij justitie. De vooruitzichten zijn niet rooskleurig, ondanks enige vooruitgang in het onderwijs, waar het Catalaans tot aan de universiteit de enige taal is.

Ondenkbaar

Het veelzeggende en symbolische bestaan in Québec van Engelstalige ‘cégeps’ [pre-universitaire opleidingen] voor Franstaligen en studenten van buitenlandse komaf, is in Vlaanderen en zelfs in Catalonië ondenkbaar. De vraag is niet of er wel of geen tweetalige (of zelfs drietalige) burgers gevormd moeten worden, dat is een zaak van het onderwijs. Het draait om de vraag of de officiële taal ook werkelijk de officiële taal is, en wat in dit kader de taak van de overheid is. Zowel in Vlaanderen als in Catalonië is de overheid niet verplicht om onderwijs aan te bieden of te subsidiëren in een taal die niet de officiële is. Wat vanzelf spreekt, op voorwaarde natuurlijk dat de rechten van historische minderheden gerespecteerd worden. Wie wil, kan op eigen kosten een studie volgen in het Engels of het Chinees. De staat hoeft dit net zo min te bekostigen als een ziekenfonds hoeft mee te betalen aan peperdure neus- of borstoperaties om puur esthetische redenen. Vreemd dat mensen die eisen dat de Québecse overheid zich weer puur op zijn kerntaken richt, dit nog niet begrepen hebben. Als Québec onafhankelijk was, zou het zich in deze kwesties naar het voorbeeld van Nederland toleranter kunnen opstellen. Maar een landelijke minderheid heeft niet echt keuze, voet bij stuk houden is geen optie. Op dit moment ‘cataloniseert’ Québec, in plaats van te ‘vervlaamsen’. Als Québec ervoor moet kiezen om deel te blijven uitmaken van Canada, zal het op enig moment moeten overgaan tot een steeds separatistischer beleid op taalgebied. Christian Rioux

nr. 03 24 december tot 7 januari 2012 pagina 35


europa

duitsland

‘Het wapen ben ik zelf’ Der Tagesspiegel – Berlijn

De Nationaldemokratische Partei Deutschlands (NPD) telt steeds meer vrouwen. Ricarda Riefling is lid van het bondsbestuur. Ze bakt, kookt, breit en et zich in voor het milieu. Een ontmoeting met een viervoudig moeder met extreme opvattingen.

Z

e heeft een wijde jas aan en draagt een bruine herenhoed. Onzeker loopt ze de trap op van het café bij het station van Hannover, alsof ze alle blikken op zich gericht weet. Maar niemand kijkt. Eenmaal aan tafel heeft ze zich drie uur lang onder controle, praat rustig, antwoordt beheerst. Ricarda Riefling, een van de hoogst geplaatste vrouwen in de NPD, lid van het bondsbestuur, getrouwd met een eerder veroordeelde neonazi, verliest slechts één keer haar zelfbeheersing. Wanneer het gesprek op Beate Zschäpe [neo-nazi en verdachte van de ‘Kebabmoorden’] komt, roept Riefling dat die vrouw geen voorbeeld is, maar een verraadster. ‘Met mensen als zij, die geen persoonlijkheid hebben, heb ik alleen maar medelijden.’ Zelf is ze wel een persoonlijkheid, vindt Riefling. Moord en geweld zijn de verkeerde middelen, zegt ze. Ze wil de Duitsers ‘haar angsten persoonlijk meedelen’, ‘met mooie woorden’ strijden. Je zou ook kunnen zeggen: met schone schijn. Het rechts-extremisme is niet alleen gevaarlijk omdat het personen voortbrengt als Uwe Mundlos, Uwe Böhnhardt en Beate Zschäpe [die gezamenlijk de ‘kebabmoorden' op Turkse en Griekse

De rassenstaat als een ongevaarlijk, maar sterk volksparadijs

winkeliers opeisten, Mundlos en Böhnhardt hebben zelfmoord gepleegd]. Ricarda Riefling is pienter, intelligent. Haar vwo-diploma behaalde ze met het eindcijfer 8,5, op haar zeventiende kreeg ze haar eerste kind en nu is ze 28, getrouwd en moeder van vier. Ze valt niet op. Je moet maar net weten dat ze actief is als organisator van het initiatief ‘Toekomst in plaats van überfremdung’, als voorzitter van de onderafdeling Oberweser, als woordvoerder van de NPD in Nedersaksen en binnenkort waarschijnlijk als lijsttrekker bij de deelstaatverkiezingen. ‘Een moeilijk te doorgronden persoon’, noemt de binnenlandse veiligheidsdienst in Nedersaksen haar. Ze babbelt zo onschuldig als een jong meisje – uit haar mond is de rassenstaat een ongevaarlijk, maar sterk volksparadijs. Ingebed in een burgerlijk milieu, is Ricarda Riefling vastberaden haar doelen te verwezenlijken: buitenlanders eruit gooien, kindermisbruikers ter dood brengen, homoseksualiteit strafbaar stellen, een homogene volksgemeenschap vormen. Riefling: ‘We willen onze kont tegen de krib gooien, maar dan wel als vertegenwoordigers van ons volk, niet als schrikbeeld.’ Als het aan haar lag, zou het in de NPD vooral over ‘gezinspolitiek’ gaan, het gevaar dat het ‘Duitse volk’ uitsterft. Wat ze ook zegt, steeds weer staat de erkenning van het moederschap aan de basis. Terugkijkend, zegt ze, is de geboorte van haar eerste kind een beslissende ervaring in haar leven geweest. Vanaf dat moment zag ze alleen mensen zoals zichzelf, die volgens haar ‘door de staat in de steek worden gelaten wanneer ze kinderen hebben’. Haar eigenlijke taak is om een mensonwaardige partij een menselijk gezicht te geven.

vrouwen, in de woorden van de binnenlandse veiligheidsdienst, neemt gestaag toe. Riefling kan zich voorstellen dat ooit ‘een vrouw voorzitter van de NPD wordt’. De ‘Ring Nationaler Frauen’, waarin Riefling even actief is als in de nog altijd door mannen gedomineerde NPD, doet een duit in het zakje onder het motto ‘antifeministisch, gevoel voor traditie en trouw aan het volk’. Deze vrouwen vinden aansluiting bij de maatschappij: in ouderraden van

'We moeten deel uitmaken van ons volk en niet in een parallelle wereld leven' scholen, kinderdagverblijven of sportverenigingen. Ook Riefling was werkzaam als begeleidster van een zwemgroep voor kinderen, tot haar doopceel werd gelicht.

Kieswijzer

De trotse moeder ‘met hart en ziel’ benadrukt dat haar politieke carrière na haar werk als huisvrouw komt, ’s avonds. Dan schrijft ze pamfletten, stelt publicaties op over gezinspolitiek, leest historische boeken, bijvoorbeeld over koningin Louise van Pruisen [echtgenote van onze prins Frederik en zeer pro-Pruisisch]. Riefling studeert cultuurwetenschap aan een open universiteit. Ze bakt, kookt, breit, zet zich in voor het milieu en voor gezonde voeding, ze gaat naar antikernenergiedemonstraties, en als ze de kieswijzer invult, zegt ze, komt ze altijd uit bij een linkse partij.

Verheffing

De NPD heeft de verheffing van het moederschap tot een belangrijk instrument in haar politieke strijd gemaakt. Riefling zegt dat het nationalisme geen kwestie van geslacht is. Die uitspraak mag worden opgevat als dreigement aan de mannen in haar partij. Tot 30 procent van de NPD-leden is vrouw, zoals in Thüringen; in Nedersaksen is dat 25 procent, en steeds meer vrouwen zijn actief in partijfuncties. De ‘kwantitatieve en kwalitatieve participatie’ van

pagina 36 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

Graag vertelt ze waarom ze naar Richard Wagner luistert. Hij is niet alleen een eminent kunstenaar, maar ook het negende kind van het gezin, zoals Mozart het zevende kind was. Als er dus destijds niet zulke grote gezinnen waren geweest, dan hadden deze fantastische musici ook niet bestaan. Op dat niveau bewegen zich haar argumenten. De innerlijke wereld van Ricarda Riefling zit waarschijnlijk heel eenvoudig in elkaar. Ze is namelijk altijd gezond, ze is altijd autonoom, ze is meevoelend, maar ze is nooit slecht. Dat denkt ze echt. Nooit heeft ze onder neonazi’s geweld ervaren of andere vrouwen geweld zien ervaren, hoewel geweld tegen vrouwen typerend is voor dit wereldje. Een gesprek over geweld kun je niet echt voeren met een extreme nationaliste als

© Kai Budler

Ricarda Riefling. Ze is een getraind kaderlid en heeft zich uitgebreid geoefend in de vereiste gedragsregels voor een rechts-extremiste. Elke verdenking dat de NPD geweld goedkeurt, voorbereidt of tot geweld oproept en dat in haar naam dus strafbare feiten of zelfs moorden gepleegd zouden kunnen worden, zou de staat immers een tweede kans bieden om te proberen de partij door de rechter te laten verbieden – en dan mogelijk wel met succes. Ricarda Riefling beschouwt zichzelf als ‘schrijftafel-dader’ die geen wapens nodigt heeft. ‘Het wapen’, zegt zij, ‘dat ben ik zelf.’ Armin Lehmann


europa

slowakije

De grote oren van het ministerie van Defensie Respekt – Praag

Onder het mom van corruptiebestrijding luisterde de Slowaakse inlichtingendienst journalisten, ambtenaren en zelfs de premier af. Het schandaal neemt ‘duizelingwekkende’ vormen aan, meent het gerenommeerde Tsjechische tijdschrift Respekt.

A

ls de Slowaakse minister van Defensie, Lubomír Galko, de geschiedenis van de democratie wat beter bestudeerd zou hebben, was hem misschien een ander lot beschoren. Nu is hij echter ontslagen door premier Iveta Radičová wegens schending van de ‘grondbeginselen van de rechtsstaat en de democratie’. Het schandaal barstte los op 21 november, na de onthulling van de Slowaakse dagbladen Pravda en Nový Čas dat de militaire inlichtingendienst journalisten afluisterde. In de media begonnen uitgeschreven telefoongesprekken te circuleren, doorspekt met pikante details. Vervolgens ontdekte men dat ook ambtenaren van het ministerie werden afgeluisterd en dat er zelfs een bestand met de codenaam ‘Dame’ bestond, dat bedoeld was voor Radičová zelf. Hoe was een dergelijk machtsmisbruik mogelijk binnen een democratisch systeem? Galko verklaarde dat zijn geheime dienst slechts corruptie bestreed. Toen Radičová hem uitlegde dat de geheime dienst daartoe niet bevoegd was, dat alleen de politie opsporingsbevoegdheid heeft en dat het afluisteren van journalisten ontoelaatbaar is, begreep hij dat blijkbaar niet. Galko is er kennelijk nog steeds heilig van overtuigd dat de strijd die hij voerde tegen corruptie een zodanig heilig karakter had, dat hij zich niet hoefde te onderwerpen aan welke geschreven of ongeschreven regels dan ook. Het schandaal neemt inmiddels duizelingwekkende vormen aan. De politiek verantwoordelijken organiseren de ene persconferentie na de andere, de media worden getrakteerd op gepassioneerde discussies en de sociale netwerken en

hoofdredacteuren van de vijf nationale kranten hebben een gemeenschappelijke verklaring afgelegd over de verdediging van de mediaonafhankelijkheid. Alleen de twee politieke partijen hebben zich niet achter de afkeurende geluiden over het afluisteren van journalisten geschaard: de nationalistische SNS van Ján Slota, die bekend staat om zijn minachting voor de democratie en de media, en de liberale SaS, waarvan Lubomír Galko vicevoorzitter is.

Held

De affaire-Galko is het bewijs dat de strijd tegen corruptie soms net zo gevaarlijk kan zijn voor de democratie als corruptie zelf. In het begin werd Lubomír Galko door de meeste media neergezet als een soort held. De kwetsbaar ogende man besloot dapper de strijd aan te binden met de wijdverbreide corruptie binnen het leger, en organiseerde regelmatig persconferenties om iedereen te informeren over de resultaten van zijn onderzoeken. Maar hij zag zich meer en meer ingehaald worden door zijn eigen strijd. Hij begon de overtuiging te voeden dat iedereen, inclusief de media, betrokken was bij corruptienetwerken en complotten tegen hem. En toen de zaak in handen kwam van het parket en de politie, kwam men erachter dat de schade die Galko aanrichtte ernstig is. De slachtoffers van Galko zijn vooral journalisten, die er nu mee moeten leven dat transcripties van hun telefoongesprekken op Facebook en andere media circuleren. En het moet gezegd worden dat de inhoud van die gesprekken meestal niet erg hoogstaand is. De geloofwaardigheid van de media, die toch al zwak was, wordt daarmee nog verder aangetast, terwijl de teloorgang van normen en waarden zich steeds duidelijker aftekent. Volgens een online-

© Mayk – Sydsvenskan, Malmö

peiling van het dagblad SME blijkt zelfs dat de meeste lezers van mening zijn dat Galko niet ontslagen had moeten worden. Het is moeilijk in te schatten wat de effecten van dit schandaal op de verkiezingsresultaten van 2012 zullen zijn. Maar zelfs als de partij [van Galko] al in het parlement terechtkomt, zal haar positie zeer waarschijnlijk geïsoleerd blijven. Martin M. Šimečka

‘De strijd tegen corruptie kan gevaarlijk zijn voor de democratie’

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 37


europa

frankrijk

Boksen in de gevangenisring Le Monde – Parijs

Het interpenitentiair boks- en thaibokskampioenschap helpt gedetineerden ‘de tik te ontwijken’ die ze van hun celstraf kunnen krijgen. Aan het toernooi doen zeven Franse gevangenissen mee.

A

chtentwintig jaar cel. Zijn bleke handen zijn even hard als het beton van de celmuren. Je kunt in de groeven op zijn knokkels bijna zijn levensverhaal lezen, hoeveel hij heeft doorstaan, zijn ‘oneindige’ liefde voor het boksen. Je zou denken dat de 51-jarige, voor moord veroordeelde Lionel na een leven in en uit isoleercellen in Franse gevangenissen weinig meer te leren heeft. Toch luistert hij als een schooljongen naar olympisch en wereldkampioen boksen Brahim Asloum en elfvoudig

wereldkampioen thaiboksen Dida Diafat, die hem tips geven over zijn rechtse hoek en zijn directe. Over een paar minuten moet hij in de sportzaal van het nieuwe huis van bewaring van Mont-de-Marsan, onder Bordeaux, aantreden tegen zijn oude vriend Joseph, een 52-jarige drugssmokkelaar uit Martinique; ze gaan op voor de openingswedstrijd van het eerste Franse interpenitentiair boksen thaibokskampioenschap. Aan het toernooi, dat erkend is door de officiële Franse boks- en contactsportbonden en dat bestaat uit twaalf wedstrijden,

doen zeven gevangenissen mee. Ook de jonge onderprefect van de streek, Loïc Obled, is gekomen, ‘niet voor de gevangenen, maar voor het boksen’. Volgens Gérard Loureiro, een medewerker van voormalig minister van Justitie Michèle Alliot-Marie, en de initiatiefnemer van dit project, is boksen de sport die het meest kan bijdragen tot re-integratie. ‘Het fungeert als een uitlaatklep, en je kunt er niet bij vals spelen.’

Onafscheidelijke vriend

‘Boksen zet je weer op de rails,’ vindt ook Lionel, die net als de andere gedetineerden van de gevangenisdirectie anoniem moet blijven. Lionel, wiens straf in Muret, bij Toulouse, er bijna op zit, traint in zijn cel. ‘Ik zet mijn matras tegen de traliedeur, en rammen maar,’ zegt hij, ‘of ik maak van de zak met vuile was een boksbal.’ Zijn vriend Joseph, die na 35 jaar achter de tralies in 2016 vrijkomt, knikt. ‘Boksen heeft me geholpen om balans te vinden,’ geeft hij toe, ‘het is een edele

vechtkunst, hoe beter je erin wordt, des te beter je als mens wordt.’ De stopwatch om zijn hals is als een rozenkrans, een onafscheidelijke vriend, hij doet hem zelden af. ‘Dat ik van de gevangenis geen tik heb gekregen,’ stelt ‘Jo’, ‘komt doordat ik door het boksen heb leren ontwijken.’ ‘En je bouwt zelfrespect op,’ zegt Larbi Amenzou, sportbegeleider en de organisator van het toernooi. ‘Die jongens oefenen discipline: geregeld trainen, goed eten. Ze leven zich uit, en dat werkt bevrijdend. Gevangenisstraf is zwaar; als ze dit volhouden betekent het dat ze hun vrijlating ook aankunnen.’ De gevangenisdirecteur, Jacques Paris, deelt deze mening: ‘De gevangenis is stressvol. Door sportief bezig te zijn kunnen gedetineerden iets compenseren’, legt hij uit. ‘Ze hebben plezier. Ik schaam me er niet voor om te zeggen dat je in de gevangenis ook plezier mag hebben.’

Oude muren

‘Zonder sport nekt de gevangenis je,’ vindt de 31-jarige Youcef. Hij is voorwaardelijk vrij, na negen jaar en negen maanden te hebben gezeten voor een ontvoering. Werk heeft hij al gevonden, in een restaurant. Nu heeft hij de oude muren weer opgezocht, om aan het kampioenschap mee te kunnen doen, maar ook ‘om anderen te vertellen dat je er weer uit kan komen: met wilskracht. Ik wil laten zien dat ook een crimineel weer een goed mens kan worden.’Lionel heeft om in Mont-deMarsan de ring in te gaan voor het eerst in 28 jaar verlof gekregen. ‘Ik dacht dat ik veel te opgewonden zou zijn,’ vertelt hij, ‘maar niets ervan. Ik ben sereen. Misschien is dat wel echte re-integratie.’ Mustapha Kessous

© Rodolphe Escher

‘Het fungeert als een uitlaatklep en je kunt er niet bij vals spelen’

pagina 38 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012


Comfort en duurzaamheid zijn standaard. Benzine? Praktisch de enige optie.

Pure Driving Passion

Verantwoorde luxe

Eindelijk heeft duurzame mobiliteit een aansprekend design. Fisker Karma, de eerste luxueuze vierdeurs sportwagen met puur elektrische aandrijving, een bereik van ruim 80 km emissievrije kilometers en een totale actieradius zonder beperkingen. 100% elektrisch, 0% concessies.

Prestaties

Twee elektromotoren met samen 403 pk vermogen en 1.300 Nm aan koppel garanderen onder alle omstandigheden sublieme prestaties. Een 260 pk sterke range extender zorgt er zonodig voor dat tijdens het rijden de accu’s worden bijgeladen. Resultaat: de vrijheid en het gebruiksgemak van een conventionele auto, maar een emissie van slechts 51 g CO2/km en een gecombineerd verbruik van 2.1l/100 km*! * Onafhankelijk vastgesteld door de TÜV .

Fisker Nederland

Soestdijkerstraatweg 66, NL-1213 XE Hilversum Tel. +31 (0) 35 646 22 02 Mail info@fisker.nl Web www.fisker.nl

Vrijheid

U kunt dus grote afstanden per dag puur elektrisch afleggen, zonder angst dat u uw bestemming niet bereikt. Natuurlijk zijn de accu’s thuis of op de plaats van bestemming ook via een kabel snel bij te laden. U kunt kiezen uit drie uitvoeringen, waaronder de volledig dierproductvrije Karma EcoChic. Elke versie maakt op ieder gebied het begrip topklasse overtuigend waar. De Fisker Karma is vrijgesteld van wegenbelasting; de fiscale bijtelling is slechts 14%. Hij wordt bovendien geleverd met 4 jaar/100.000 km garantie en gratis onderhoud (exclusief slijtagedelen, vraag naar de voorwaarden).

Dealer Zuid Nederland:

Bogaers Fisker

Minervum 7118, NL-4817 ZN Breda Tel. +31 (0) 76 526 38 00 Mail info@bogaers-fisker.nl


de amerika's

peru

First lady is ‘politieke brein’ van president Peru La Nación – Buenos Aires

Nadine Heredia de Humala is jong en charismatisch; ze is méér dan de ‘first lady’ van haar land. In navolging van Cristina Kirchner in Argentinië adviseert ze haar man, en het zou niemand verbazen als ze in zijn voetsporen treedt.

N

adine Heredia de Humala heeft een favoriet politiek voorbeeld: dat van het Argentijnse echtpaar Kirchner. Reeds van jongs af aan geïnteresseerd in de politiek, is de ‘first lady’ van Peru niet zozeer in de ban van het peronisme en al helemaal niet van de kledingstijl of de sieraden van Cristina. Wat haar in hun geschiedenis fascineert, is de relatie van deze twee echtelieden met de macht, en hun vermogen om die macht te behouden. Nadine Heredia wordt vandaag de dag in Peru, zowel door het gewone volk als door de politiek, beschouwd als een van de meest in het oog springende personen van de regering en als een ‘leader’ die heel goed de positie zou kunnen overnemen van haar man, de onlangs tot president gekozen Ollanta Humala. Met haar 35 jaar is deze moeder van drie kinderen, die is afgestudeerd in de communicatiewetenschap, niet alleen de jongste en meest charismatische ‘first lady’ die Peru in decennia heeft gehad, maar ook de populairste (met een score van zo’n 64 procent) en op twee na machtigste persoonlijkheid, vlak achter de regeringschef zelf en zijn eerste minister, Salomón Lerner. Alle grote politieke beslissingen worden

Alan García]. Net als bij de Kirchners en hun ‘mesa chica’ [letterlijk: ‘kleine tafel’, ofwel kleine cirkel van beslissers], worden de belangrijke besluiten van Ollanta Humala allemaal genomen binnen dit ‘petit comité’; en een groot deel van de ideeën en maatregelen van de uitvoerende macht draagt haar stempel, zo verzekeren diverse leden van de regering. Degenen die het echtpaar goed kennen, aarzelen niet om van Nadine te zeggen dat zij het ‘brein’ van Humala is. Een compliment dat vandaag de dag minder verrassend is dan toen ze hun verloving bekendmaakten, in 1997 – ondanks het feit dat ze neef en nicht in de tweede graad zijn. Zij was een jonge militante van intellectueel links en hij een militaire pleitbezorger van het etnocentrisme, een doctrine waarvoor zijn vader, Isaac Humala, het fundament heeft gelegd [hij predikte de suprematie van de indianen over de blanken]. Nadine en Ollanta smeedden een relatie die was gebaseerd op een politieke toekomst, toen het land te maken kreeg met de instabiliteit van het einde van

Haar ambities laten zich niet beperken door de macht van haar man door dit trio genomen. Zij hebben in 2005 samen de Nationalistische Partij van Peru (PNP) opgericht, en zijn in juli ook samen aan de macht gekomen, nadat ze in 2006 de verkiezingen hadden verloren [van de centrumlinkse

het tijdperk-Fujimori en vervolgens de overgang naar de democratie onder leiding van Alejandro Toledo. Eenmaal in de regering heeft Nadine degenen die in haar de strateeg van de uitvoerende macht zagen nooit tegengesproken.

pagina 40 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

© Reuters

Haar berichten op Twitter, waar ze ruim 73.000 ‘followers’ heeft, leiden heel snel tot reacties in de pers. Nadine Heredia heeft het imago van een sympathieke vrouw die luistert en bijna altijd een glimlach op haar gezicht draagt. Haar naaste verwanten roemen ook haar innerlijke kracht en haar persoonlijkheid. Ze is opgegroeid in een gezin uit de hogere middenklasse, afkomstig uit de sfeer van de APRA (Amerikaanse Revolutionaire Volksalliantie, de sociaaldemocratische partij van oud-president Alan García). Ze is de benjamin en het enige meisje in een gezin met vier kinderen, wat – naar eigen zeggen – haar karakter grotendeels heeft gevormd.

‘Model K’

Volgens haar omgeving onderscheidt de ‘first lady’ zich van eerdere presidentiële echtgenotes, doordat zij weet dat ze een politieke carrière voor zich heeft en haar ambities zich niet laten beperken door de macht van haar man. Al haar daden zijn erop gericht, geïnspireerd door het ‘model K’ [Cristina Kirchner, die op 10 december aan haar tweede mandaat als president van Argentinië is begonnen, volgde haar man Nestor in 2007 op], de macht in handen te krijgen en die te behouden. En net als Cristina Kirchner is Nadine Heredia een ‘politiek dier’, dat een

bijdrage wil leveren aan de regeringsbesluiten. Voor haar en haar man vormen de regering en de macht een soort huwelijksgeschenk. Maar er is wel een obstakel dat de Humala’s er in theorie van zou kunnen weerhouden beurtelings het presidentiële ambt te bekleden, zoals de Kirchners dat hebben gedaan tot het overlijden van Nestor, een jaar geleden. De Peruviaanse kieswet kent een artikel, in 1998 aangenomen onder druk van de toenmalige president Alberto Fujimori [president van Peru tussen 1990 en 2000, en in 2009 veroordeeld tot 25 jaar celstraf wegens schending van de mensenrechten en corruptie tijdens zijn mandaat], dat moest voorkomen dat zijn voormalige echtgenote, Susana Higuchi, de kandidaat van de oppositie zou worden. Nadine Heredia zal het nooit openlijk toegeven, maar het bereiken van het presidentschap is voor haar beslist geen doldwaze droom. In juni vroeg een journalist haar of zij en haar man wilden proberen de macht in handen te houden naar het voorbeeld van de ‘Kirchner-doctrine’. De ‘first lady’ reageerde met een grote glimlach. José Vales


de amerika's

verenigde staten

Internationale snoeicirkel knipt Amerikaanse cannabis Los Angeles Times – Los Angeles

Iedere zomer bewerkt een internationale ‘trim circle’ de marihuanaoogst in Noord-Californië. Een goed betaald baantje, en steeds meer in trek nu de dokter

bewogen ondernemers die yogapauzes en veganisme verplicht stellen. ‘Ik heb in mooie, chique huizen gewerkt, met heerlijk eten en goede wijn,’ zegt Jonah Raskin, professor en auteur van het boek Marijuanaland. Anderen worden ’s nachts opgepikt en ergens naartoe gebracht waar ze niet meer weg komen.

medicinaal gebruik van wiet mag aanbevelen. Sheriff

G

ehurkt aan schalen vol met de variëteit van die dag, Blue Dream, zit in de woonkamer van een oud koloniaal huis de snoeiploeg te knippen. Er hangt een scherpe geur, als een melange van geroosterde koffiebonen en stinkdier, skunk. Voor de ramen hangen lakens en een slaapzak, tegen pottenkijkers; aan het plafond provisorisch opgehangen fluorescerende lichtpanelen. Johnny Cash zingt The Man Comes Around. Aan het hoofd van de tafel zetelt Jeremiah, met puntige pluggen in zijn oorlelletjes, een armband met een kever in

Puntige pluggen in zijn oorlel en een armband met kever in kunsthars kunsthars en op zijn pet een oud koperen slot, waarvan hij het sleutelgat zijn ‘derde oog’ noemt. Dit is al het vierde jaar dat hij voor de wietoogst naar Noord-Californië is gekomen. Dit keer is hij heel tevreden met zijn baantje; hij verdient ongeveer 200 dollar per dag, zonder al te veel risico’s. ‘Beter dan ergens in het bos voor een linke gast met een AK-47 werken,’ vindt hij. Dit seizoen werkt hij voor Nicholas, een vriendelijke man met een dun baardje, een wollen muts en skinny jeans, die als ‘snoeimanager’ de leiding heeft. Geen type dat met wapens loopt te zwaaien: Nicholas is gek op bonsaiboompjes en luistert naar audioboeken of naar de radio, om zich bij het saaie werk niet te vervelen. De leden van zijn ploeg – ze zijn tussen de 22 en 32 jaar oud – waren vreemden voor elkaar, en zijn vanuit de hele VS hiernaartoe gekomen.

De opkomst van de medische marihuanaindustrie heeft nieuwe telers, nieuwe technieken en meer zichtbaarheid naar de Noord-Californische scene gebracht – zowel de officiële als de illegale – en daarmee werkgelegenheid. De ‘trim circle’, de kring van snoeiers, ooit een zeer besloten wereldje van vrienden en familie, trekt nu alternatieve gelukszoekers vanuit de hele wereld. Toen de autoriteiten deze herfst een grote plantage oprolden, waren er onder de arrestanten trimmers uit Spanje, Frankrijk, Oekraïne, Australië en Canada. ‘Het trekt veel buitenlanders,’ zegt de officier van justitie van de streek, ‘het lijkt wel een nieuwe goldrush.’ Tussen september en november dwalen de trimmers met hun stoffige slaapzakken en Fiskars-snoeischaren door oude logging towns, contact leggend met de lokale bevolking en medereizigers op muziekfestivals, in bars en in coffeeshops. Sommigen aarzelen zelfs niet om met een bordje langs de weg te gaan staan: ‘Heb een Fiskars, zoek werk’. Het komt ook voor dat growers en trimmers openlijk contact leggen op de advertentiesite Craigslist. ‘Zoek hulp bij het snoeien van mijn rozenstruiken’, post iemand. Als een nieuwkomer zonder de juiste contacten op zo’n advertentie reageert, kan hij zomaar in een tentenkamp midden in het bos belanden, uren verwijderd van de bewoonde wereld, in de gaten gehouden door een zwaarbewapende grower die met één oogst een fortuin kan verdienen of verliezen. Wie meer geluk heeft, slaapt op de vloer van een gehuurd huis, met warme douches, internet en prettig gezelschap, en werkt semi-legaal voor een medisch cannabiscollectief. De werkgevers variëren van back-to-earth hippies, conservatieve provincialen, stadse criminelen en yuppies tot sociaal

In Californië mogen patiëntencollectieven zelf marihuana kweken als de dokter het gebruik ervan heeft aanbevolen. Maar de nationale overheid beschouwt gebruik en productie van wiet nog altijd als illegaal, en ruimde in het kader van een nationale campagne bijvoorbeeld ook de tuin op van een collectief waar zelfs de sheriff zijn zegen aan had gegeven. Mensen in het wereldje vermoeden dat telers die nu nog binnen de Californische wet opereren door dit soort acties

ondergronds zullen gaan. Maar hoeveel telers binnen die categorie vallen weet eigenlijk niemand. Omdat de staat niet aan regulering doet, is de grens tussen de markt voor medische wiet en de aloude illegale markt vervaagd. De telers verkopen hun waar op beide, de plukkers werken voor beide en de klanten kopen op beide markten hun wiet. In de vakantietijd, als er vlak na de oogst een lading goedkope marihuana op de markt komt, merken officiële verkooppunten een sterke omzetdaling, omdat kopers op de zwarte markt gaan kopen. ’s Avonds zit een groepje van zes trimmers, de meesten met dreadlocks, na een dag hard werken in een prijzig Thais restaurant. Dat ze naar wiet ruiken lijkt niemand te deren. Joe Mozingo

© Boligán

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 41


azië

myanmar

Chinese bruid tegen wil en dank South China Morning Post – Hong Kong

Niemand weet precies hoeveel vrouwen er ontvoerd en verkocht worden om Chinese vrijgezellen, de zogenaamde ‘kale takken’, aan een echtgenote te helpen. Het gebrek aan demografisch evenwicht bracht een bloeiende smokkelroute tussen Myanmar en China voort. ‘Het zijn gewoon babyautomaten.’

A

ba was net twaalf toen ze voor de eerste keer naar China ging. Op de dag dat ze vanuit haar woonplaats Muse de grens overstak naar de provincie Yunnan, dacht ze dat ze maar een paar uur aan de andere kant van de grens zou blijven. Maar het zou drie lange, ellendige jaren duren voor Aba weer thuiskwam. Net als duizenden andere meisjes en vrouwen uit Myanmar was ze meegelokt om als bruid verkocht te worden in China, waar steeds meer mannen er niet in slagen om een vrouw te vinden. Aba kreeg geregeld slaag, moest elke dag urenlang loodzwaar werk doen op het land, mocht geen contact hebben met haar familie en mocht zelfs niet alleen naar buiten. Uiteindelijk kreeg ze te horen dat ze zou gaan trouwen met de zoon van de familie die haar had gekocht. ‘Ze hadden 20.000 yuan (ongeveer 2.500 euro) voor me betaald,’ vertelt ze. ‘Toen ze me kochten was ik nog te jong om te trouwen. Ze vertelden me pas later dat ik de vrouw van hun zoon

Naar schatting worden er nu in China 120 jongens geboren op elke 100 meisjes

moest worden. Eigenlijk had ik dus nog geluk. Als ik twee of drie jaar ouder was geweest toen ze me meenamen, zou ik nu met hem getrouwd zijn.’

Kale takken

Vergeleken met de talloze andere meisjes die als kind zijn ontvoerd en verkocht om te dienen als slaaf, heeft Aba inderdaad geluk gehad. Ze ontsnapte niet alleen aan een gedwongen huwelijk, maar werd bovendien uiteindelijk gered en kon naar huis terugkeren. Voor de meeste meisjes en vrouwen uit Myanmar die tegen wil en dank verkocht worden als bruid, loopt het niet zo goed af. Hun wacht een leven vol zwoegen en sloven. Sommigen zien geen andere uitweg dan zelfmoord. Niemand weet precies hoeveel duizenden vrouwen per jaar het grote buurland worden binnengesmokkeld om echtgenotes te worden van de mannen die bekend staan als ‘guang gun’, ofwel ‘kale takken’: vrijgezellen die op de normale manier geen bruid kunnen vinden. Maar dertig jaar eenkindpolitiek, in combinatie met de traditionele voorkeur van Chinezen voor zonen, heeft de verhouding tussen het aantal mannen en vrouwen op een rampzalige manier verstoord. Naar schatting worden er nu in China 120 jongens geboren op elke 100 meisjes. Dat betekent volgens de Chinese Academie voor Sociale Wetenschappen dat in 2020 zo’n 24 miljoen mannen geen echtgenote zullen vinden. Het vrouwentekort is het meest nijpend op het platteland, omdat steeds meer

pagina 42 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

vrouwen het boerenbestaan verruilen voor een beter betaalde en minder inspannende baan in de stad. De mannen die achterblijven, staan voor een moeilijke keus: hun hele leven vrijgezel blijven of ergens anders een vrouw vandaan halen. ‘Door het gebrek aan demografisch evenwicht ontstaat er een vraag naar vrouwen. Soms wordt aan die vraag voldaan door officiële huwelijksmakelaars. Maar in andere gevallen grijpt men naar onwettige methoden,’ zegt David Feingold, internationaal coördinator voor hiv/aids en mensenhandel bij de Unesco in Bangkok.

Een gat in het hek

Veel vrijgezelle mannen kiezen voor de tweede optie, en er is dan ook een levendige ondergrondse handel ontstaan om aan de vraag tegemoet te komen. De meeste bruiden komen uit Myanmar of Noord-Korea. Door de wanhopige armoede en het voedselgebrek in die landen kost het de handelaren weinig moeite vrouwen te verleiden mee te gaan naar China, naar een baan die nooit werkelijkheid wordt.

Alleen een oud, roestig hek met grote gaten scheidt het van Muse – en Myanmar. Hier is het niet moeilijk om smokkelwaar, zoals drugs en kostbare edelstenen, van het ene naar het andere land te vervoeren. Tegenwoordig is Ruili de belangrijkste doorvoerplaats voor vrouwen uit Myanmar, zoals ook Aba ondervond toen ze door een gat in het grenshek was gekropen. Volgens de Kachin Women’s Organisation Thailand (KWAT), een non-gouvernementele organisatie die zich inzet om Myanmarese vrouwen die als bruid in China zijn verkocht te redden, is 25 procent van de verhandelde vrouwen jonger dan achttien jaar. ‘De mannen die deze vrouwen kopen, willen altijd een vrouw die baby’s kan krijgen. Dat is het eerste waar ze naar vragen. Ze willen gezonde, jonge meisjes,’ zegt Julia Marip, hoofd van de KWAT in Yunnan. ‘De vrouwen worden in twee stappen verkocht,’ vertelt Marip. ‘De Birmese handelaren halen de vrouwen op en brengen ze naar de grens, waar ze ze overdragen aan de Chinese handelaren. Vaak is de transactie al van tevoren geregeld. Maar soms worden de vrouwen verkocht op een markt in een park. De handelaren geven de vrouwen mooie kleren en make-up. Heel wreed – vaak is zo’n vrouw juist zo blij dat ze voor het eerst van haar leven iets moois mag aantrekken, en dan wordt ze verkocht,

Voor het eerst van haar leven mag ze iets moois aantrekken, en dan wordt ze verkocht als een zak groente Als een van de drie kinderen van een werkloze moeder en een vader die als seizoensarbeider werkte, was Aba al van school gegaan om werk te zoeken, toen ze werd gekidnapt. Haar nachtmerrie begon zo onschuldig: een buurvrouw haalde haar op een middag over om een kijkje te komen nemen in Ruili, een onooglijk, smerig grensplaatsje in het uiterste zuidwesten van Yunnan. Ruili staat bekend als vrijplaats voor allerhande criminele activiteiten.

als een zak groente.’ De prijs voor een vrouw uit Myanmar ligt tussen de 6.000 en 40.000 yuan (tussen de 700 en 5.000 euro), afhankelijk van haar leeftijd en uiterlijk. Sommige vrouwen worden opnieuw verkocht als ze hun nut hebben gehad. ‘Een vrouw die eenmaal een baby heeft gekregen, wordt doorverkocht aan een andere familie of aan de seksindustrie. De vrouwen worden gewoon beschouwd als babyautomaten,’ zegt Marip.


azië

myanmar

Dankzij haar tijd als verhandelde tiener spreekt ze in ieder geval vloeiend Chinees

Myanmarees meisje uit de bergen van Shan © Richard Maschmeyer/ANP

Ontsnapt

De meeste uit Myanmar verhandelde vrouwen komen in Yunnan terecht, maar velen worden ook verkocht in het noordoosten, vooral in de provincies Jilin en Shandong. Jilin ligt dicht bij de Noord-Koreaanse grens, en de

plaatselijke boeren hebben dan ook lange tijd vrouwen uit dat geïsoleerde buurland gekocht. Maar sinds China en Noord-Korea de grensbewaking hebben verscherpt, worden er minder mensen deze grens over gesmokkeld. Vandaar dat er nu vrouwen uit Myanmar

moeten voorzien in de behoefte aan bruiden in deze streek. Verreweg de meesten komen uit de staat Kachin of, zoals Aba, uit Shan; deze beide staten grenzen aan Yunnan. Aba werd gered doordat ze geen identiteitsbewijs had. Twee maanden nadat ze te horen had gekregen dat ze moest trouwen, was ze op een andere boerderij katoen aan het plukken, samen met de grootmoeder en de dochter van de familie die haar had gekocht. ‘Op een dag kwam de politie van iedereen de papieren controleren, omdat er veel seizoensarbeiders op de

boerderij waren,’ vertelt Aba. ‘Ik had geen papieren, dus namen ze me mee.’ Het was op het nippertje. ‘Ik zou trouwen zodra de katoenpluk voorbij was.’ Vorig jaar, drie jaar na haar verdwijning, stak Aba de grens weer over, naar Muse. Nu ze is ontsnapt aan een gedwongen huwelijk, is Aba bepaald niet op zoek naar een man. Toch is ze inmiddels weer terug in China: in januari glipte ze opnieuw door een gat in het hek de grens over, om naar Ruili te gaan. De armoede, die zoveel vrouwen in Myanmar laat dromen van een leven in China en die de vrouwenhandelaren de kans geeft misbruik van hen te maken, dreef haar terug. Maar deze keer heeft ze een baan: ze werkt zeven dagen per week als serveerster in een hot pot-restaurant in Ruili en verdient daarmee 650 yuan per maand. Ze heeft nog steeds geen identiteitsbewijs, maar dankzij haar tijd als verhandelde tiener spreekt ze in ieder geval vloeiend Chinees, waardoor ze gemakkelijk met de plaatselijke bevolking kan omgaan. Dat ze de taal heeft geleerd is echter geen vergoeding voor de drie jaren die van haar werden gestolen. ‘Ik haat die familie nog steeds om wat ze mij hebben aangedaan,’ zegt Aba. ‘En dat zal altijd zo blijven.’ David Eimer

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 43


midden-oosten

iran

Niemand gelooft dat de bestorming van de Britse ambassade een spontane actie was

Horsch – Handelsblatt, Düsseldorf

Het gevaar van een militaire confrontatie Mikhak – Teheran

Door de bestorming van de ambassade van het Verenigd Koninkrijk is de spanning tussen Iran en het Westen verder opgelopen. Achter deze crisis speelt zich een politieke strijd in Teheran af.

I

n Iran is sprake van een merkwaardige opeenvolging van gebeurtenissen. Op 12 november leidde de explosie van een munitiedepot van de Iraanse Revolutionaire Garde tot de dood van generaal Moghadam, die verantwoordelijk was voor het Iraanse raketprogramma. Op 28 november vond er een mysterieuze explosie plaats te Isfahan [in de buurt van deze stad bevindt zich een kerncentrale], waar noch de regering noch de pers gedetailleerde informatie over naar buiten heeft gebracht. Vervolgens werden de Islamitische Republiek en haar atoomprogramma voor de zoveelste keer veroordeeld door de VN-veiligheidsraad en door de raad van bestuur

van het Internationaal Atoomenergieagentschap IAEA; direct daarop werden er sancties opgelegd aan de centrale bank van Iran [met name door het Verenigd Koninkrijk, 28 november]. Tegelijkertijd kwam de Syrische president Bashar al-Assad in de regio steeds meer in het nauw en werden er in de nacht van 28 op 29 november raketten afgevuurd vanuit het zuiden van Libanon op Israël, dat onmiddellijk

reageerde. De laatste gebeurtenis in deze reeks was de bestorming van de ambassade van het Verenigd Koninkrijk door het jonge tuig van de Basij [Iraanse paramilitaire militie], op 29 november. [Nadien maakte Teheran op 4 december bekend dat er een Amerikaanse drone was neergehaald.] Al deze elementen wijzen op een verheviging van de crisis, zowel in Iran als in de regio. Het gevaar van een militaire confrontatie is toegenomen. Wat beweegt Iran ertoe de spanning op te voeren? Niemand, zelfs de fanatiekste Basij niet, is zo dom te geloven dat de bestorming van de Britse ambassade een spontane actie was. Maar waarom zou Iran zich aan dit gevaarlijke spel wagen? Te oordelen naar de elkaar tegensprekende reacties van de politieke leiders, zou men kunnen denken dat het om een strijd tussen de verschillende facties van het regime gaat. In Iran vinden op 29 maart 2012 parlementsverkiezingen plaats en alle kampen maken zich op om een hoofdrol op het politieke toneel te spelen. In de verklaringen van de Iraanse leiders over de bestorming

Wat beweegt Iran ertoe de spanning op te voeren?

pagina 44 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

van de ambassade hebben we interpretatieverschillen kunnen zien. President Ahmadinejad heeft er niets over gezegd, maar Ali Larijani, parlementsvoorzitter en rivaal van de president, was van mening dat ‘de anti-Britse aanval de gemoedstoestand van de publieke opinie weerspiegelt’. In de pers namen sommige kranten antiwesterse perscommuniqués van ‘studentenverenigingen’ over, terwijl andere dagbladen discreter waren. Momenteel liggen de aanhangers van Mahmoud Ahmadinejad en Rahim Mashai [naaste adviseur van de president en genoemd als diens opvolger, zie p.33] in de clinch met de meerderheid van de overige politieke groeperingen. Sommige facties van het Iraanse regime zijn van mening dat er geen duimbreed moet worden toegegeven aan het Westen. Volgens deze facties is het voor de vijand geen optie om een grootschalige oorlog te ontketenen en het land te bezetten. Ze redeneren als volgt: Waarom niet de spanning met het Westen laten oplopen door de troefkaarten Libanon, Afghanistan en Irak uit te spelen, waar we de situatie nog veel bloediger kunnen maken? Zo kunnen we met het Westen blijven onderhandelen vanuit een positie van overwicht. Verscheidene leiders van het Iraanse leger hebben zich de afgelopen dagen in dreigende zin uitgelaten. Zijn deze uitlatingen bedoeld om de vijand angst in te boezemen, of zijn ze een instinctieve reactie op een dreiging van gevaar? De Islamitische Republiek heeft altijd gehamerd op het vreedzame karakter van haar atoomprogramma. Een oorlogsstemming zou voldoende reden kunnen zijn om het atoomprogramma zijn militaire fase in te laten gaan.

Mikhak is een collectief van anonieme Iraanse bloggers dat banden heeft met de hervormingsgezinde oppositie


afrika

zuid­afrika

Kinderen zijn de dupe van xenofobie Mail & Guardian (verkort) – Johannesburg

In Zuid-Afrika brengen immigranten hun kinderen soms naar een park in plaats van naar school en gaan dan op zoek naar werk. De scholen weigeren leerlingen die niet betaald hebben. De wet verbiedt dat, maar de praktijk is weerbarstig.

‘S

choolhoofden maken het de kinderen van vluchtelingen en migranten doelbewust moeilijk om op hun school te worden toegelaten. Daar heb ik al ontelbaar veel verhalen over gehoord,’ zegt Jacques Kamanda van de Coordinating Body of Refugee Communities in Johannesburg. ‘Het gaat om geld,’ aldus Kamanda. ‘Schoolhoofden zien het toelaten van een migrantenkind als inkomsten­ derving, omdat veel ouders van migrantenkinderen het schoolgeld niet kunnen betalen.’

Vrijwilligers zoeken de kinderen op in het park, en vragen waarom ze niet op school zitten Hij wil dat de overheid scholen gaat compenseren voor het aannemen van migrantenkinderen. In Yeoville [een wijk in Johannesburg] gaan veel migrantenkinderen niet naar school vanwege de financiële selectiecriteria en het gebrek aan scholen. Dat betekent dat kinderen alleen gelaten worden wanneer de ouders naar hun werk gaan, of op zoek gaan naar werk. Omdat meerdere gezinnen vaak een woning delen, laten sommige ouders overdag hun kinderen achter in openbare parken, omdat ze zelf geen veilig huis hebben. ‘Vaak durven vluchtelingenouders hun kind niet op een school in te schrijven omdat ze bang zijn dat bekend wordt dat ze geen papieren hebben,’ zegt Judith Manjoro, zelf afkomstig uit Zimbabwe en manager van het iThemba­studiecentrum. Vrijwilligers van die organisatie stappen op de kinderen in de parken af, en vragen ze waarom ze niet op

school zitten. Doelstelling van iThemba is om zulke kinderen les te geven voor zolang als het duurt. In de tussentijd kunnen hun ouders proberen hun kind in te schrijven op een staatsschool.

Economie van xenofobie

Yasmin Sooka, directeur van de Foundation for Human Rights, zou willen dat de ‘politieke economie van xenofobie’ wordt onderzocht om te bepalen ‘wie er nu werkelijk voordeel heeft bij xenofobie’. Ze zegt tegen de Mail & Guardian dat de migrantenge­ meenschap recht heeft op onderwijs, zoals dat ook voor Zuid­Afrikanen geldt. ‘Het beleidskader voor onderwijsrechten is aanwezig, maar degenen die verant­ woordelijk zijn voor de implementatie ervan moeten zich er meer van bewust zijn.’ Abraham Serote, onderdirecteur van de nationale afdeling van sociale cohesie en gelijkheid in het basisonder­ wijs, stelt dat ouders van leerlingen die de toegang tot een openbare school wordt geweigerd, in beroep kunnen gaan bij de provinciale minister van Onderwijs. Ook Vaughan Holmes van het departement van Onderwijs van Gauteng [de provincie waartoe Johan­ nesburg behoort] zegt dat scholen die bijvoorbeeld bankgaranties vragen voor de toelating van een immigrantenkind, handelen in strijd met de wet. ‘Toegang tot scholen is een onvervreemdbaar recht en mag niet inkomensafhankelijk worden gemaakt,’ aldus Holmes. Victoria John

In mei 2008 werd het industriële hart van Zuid-Afrika, de streek rond Johannesburg, opgeschrikt door hevige xenofobe rellen, die het leven kostten aan een zestigtal mensen en die in de eerste plaats gericht waren ‘tegen buitenlanders die onze banen komen inpikken’, met name immigranten uit Zimbabwe.

© Walenta

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 45


horizon

Een heel volk gedwongen om kind te blijven Letras Libres – Madrid/Mexico-Stad

José Manuel Prieto verkent als een slaapwandelaar de straten van zijn geboortestad Havana. Hij ziet de verschrikkingen van de dictatuur en

© Thomas van Houtryve/VII/HH

de voortekenen van een veranderende economie.

pagina 46 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

cuba


cuba

horizon

nr. 03 24 december tot 7 januari 2012 pagina 47


horizon

cuba

De schrijver José Manuel Prieto (Havana, 1962) verliet het eiland op zijn negentiende om te gaan studeren in Novosibirsk; hij woont nu in Mexico. Op bezoek in zijn moederland schrijft hij: ‘Er is geen weg meer terug. Niet omdat ze niet willen, maar omdat ze niet kunnen. Want ook een afgeslankte Cubaanse staat is nog steeds reusachtig.’

T

oen ik mijn ticket kocht voor de enige nonstopvlucht New York-Havana kreeg ik van het reisbureau een lijst met wat je belastingvrij mag invoeren: tien kilo medicijnen en maximaal twintig kilo etenswaren. Cuba mag dan wel zuchten onder een handelsembargo van de Verenigde Staten, het zijn de Cubaanse vluchtelingen in diezelfde Verenigde Staten die het land overeind houden. Bij de vertrekbalie valt me op hoeveel passagiers grote pakketten bij zich hebben – eten en medicijnen waarschijnlijk – en plasmatelevisies nog in de doos, stereo-installaties en huishoudelijke apparatuur. Vorig jaar steeg het aantal reizigers dat met directe vluchten als deze van de VS naar Cuba reisde tot 324.000. Daarnaast wordt jaarlijks meer dan een miljard dollar naar Cuba overgemaakt, zo’n 35 procent van alle deviezeninkomsten van het land. Toch blijkt al die hulp onvoldoende. Ik tref een vrijwel verduisterd Havana aan, en de beroemde kruising van 23 en L, de Times Square van Havana, is om tien uur ’s avonds uitgestorven. Het doet onheilspellend aan, alsof het land door een ramp is getroffen. Er hangt een sfeer van verlatenheid en crisis in de lucht: het gaat niet goed met Cuba. In essentie is dat ook de diagnose die de huidige leider van het land, Raúl Castro, een paar dagen later stelt in een toespraak tot het parlement. Over de moeilijkheden waarin het land zich bevindt, zegt hij: ‘We moeten nu iets ondernemen, en kunnen niet langer op de rand van de afgrond blijven balanceren, want anders gaan we ten onder, en daarmee ook datgene wat generaties voor ons hebben opgebouwd.’ Natuurlijk, de voortekenen van deze crisis hangen al twintig jaar in de lucht. Toch wordt nu pas echt duidelijk dat dit geen conjuncturele crisis is, maar een structurele. De schuld geven aan de ‘blokkade’ van de

Het ligt niet aan de grote boze buurman, de oorzaak moet intern gezocht worden pagina 48 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

VS of aan de ineenstorting van de Sovjet-Unie gaat niet meer; er is iets mis met het systeem. Zelfs Fidel Castro gaf dat min of meer toe in een recent gesprek met twee Amerikaanse journalisten: ‘Het Cubaanse model werkt zelfs in ons eigen land niet.’ De boodschap was helder: het ligt niet aan de grote boze buurman, maar aan een interne oorzaak. Deze uitzonderlijke uitspraak verdient een nauwkeurige analyse. Want over welk model had hij het? Het Sovjetmodel met zijn gedwongen nationalisaties. De Cubaanse revolutie was onder andere bedoeld als remedie tegen de chronische zwakte van de Cubaanse staat van voor 1959. De staat moest zich verantwoordelijk maken voor wat voorgaande leiders verkeerd

hadden gedaan. De Sovjet-Unie, met zijn grootse triomfen – zoals de Spoetnik in 1957 – was een lichtend voorbeeld van hoe het ook kon. Met als prettige bijkomstigheid dat het een eenpartijstaat was zonder echte oppositie, waar de burgerlijke maatschappij was vermorzeld.

Ontmanteling

Bij dit eerste bezoek aan Cuba in tien jaar kon ik het omgekeerde proces aanschouwen, de eerste fases van de ontmanteling van een enorm staatsapparaat. Het was overduidelijk dat de staat zich aan het terugtrekken was, je zag het overal, bijna als een fysiek proces.


horizon

cuba

Het Cubaanse volk

© Thomas van Houtryve/VII/HH

Alsof het eb werd, en je het achtergebleven wrakhout kon zien liggen: een economie op apegapen, het land tot zijn nek in een diepe financiële crisis, nog versterkt door een schizofrene situatie met twee parallelle munteenheden, de peso en de dollar. En op de achtergrond een steeds ontevredener bevolking en een opvlammende dissidentie. Bij een kiosk op de hoek bij het casa particular waar ik een kamer huur, koop ik alles wat er op journalistiek gebied te krijgen is. Die ongebruikelijke interesse in impopulaire kranten en blaadjes verraadt meteen dat ik uit het buitenland kom. Ik vraag naar de recent gepubliceerde ‘Conceptrichtlijnen voor de Sociale en Economische Politiek’, maar dat blijkt uitverkocht –

volgens de oude verkoper omdat ‘heel Havana het leest’. Uiteindelijk weet ik het via via op de kop te tikken, voor tien keer de oorspronkelijke prijs. In deze brochure van krap 29 pagina’s wordt in 291 punten de komende ‘actualisering’ van het Cubaanse model geschetst. Volgens partijkrant Granma is het de weerslag van de volksraadpleging die Raúl Castro in 2007 gebood en waarbij ‘meer dan vier miljoen Cubanen meer dan één miljoen voorstellen hebben gedaan.’ Die actualisering bestaat er grosso modo uit dat het logge staatsapparaat moet inkrimpen, door het compacter en minder duur te maken. Uit het vrij technische jargon van de ‘Richtlijnen’, die heel Havana leest en bediscussieert – het is een echte bestseller – maak ik op dat de toekomstige rol van de staat ter discussie staat. Zou het meer scheidsrechter dan aanvoerder kunnen worden, terwijl het toch de politieke controle behoudt? De Partij moet aan de macht blijven ‘om de verworvenheden van de revolutie veilig te stellen’.

Dan realiseer ik me dat men in feite probeert op een verandering in te spelen die zich onafhankelijk van de overheid voltrekt, en die het Cubaanse volk zelf in gang heeft gezet. De staat is als een rivier die zijn eigen bron opzoekt, of een legerstaf die wanneer de troepen op de vlucht slaan een ‘georganiseerde terugtocht’ verordonneert. De ‘Richtlijnen’ dienen enkel om de schijn op te houden, als poging om dit proces te beteugelen. Of misschien bestonden de twee ook wel naast elkaar. Het leven onder het socialisme is een eeuwig kat-en-muisspel van een jaloerse staat die de hoofdrol wil blijven spelen en een onophoudelijke guerrilla van privé-initiatieven en de zwarte markt, de krachtige onderstroom onder het schijnbaar monolithische oppervlakte, die zorgt dat alles functioneert. Sinds een tijdje probeert de staat uit deze onderstroom te tappen door een bron te slaan en hem op een gecontroleerde manier aan de oppervlakte te laten komen. Dat zie je bijvoorbeeld aan de hoeveelheid voedsel die er op straat te koop is, in vergelijking met de hongerjaren tijdens de zogenaamde Período Especial. In de Calle San Rafael in het oude centrum tel ik wel tien plekken waar je eten kunt kopen, meestal in peso’s. En er staan nauwelijks rijen, misschien omdat de prijzen zo hoog zijn, maar de markten zijn naar

Het leven onder het socialisme is een eeuwig kat-en-muisspel

nr. 03 24 december tot 7 januari 2012 pagina 49


horizon

cuba

© Thomas van Houtryve/VII/HH

Cubaanse begrippen goed voorzien en de producten, al zijn ze voor de meeste mensen hier onbetaalbaar, vinden hun weg naar de koper. Door het aanbod van particulieren, plus dat wat staatswinkels tegen ‘vrijemarktprijzen’ verkopen, is het vinden van voedsel een iets minder lastige opgave geworden. Het land importeert 80 procent van de consumptie, voor bijna twee miljard dollar per jaar. Sinds 2007 worden kavels braakliggend land vrijgegeven, in totaal zo’n drie miljoen hectare, bijna de helft van het bebouwbare land. En toch, aldus de jonge Cubaanse econoom Pavel Vidal Alejandro in een interview, laat ‘de afbraak van het staatsmonopolie op de handel en distributie van voedsel’ nog op zich wachten. Want daardoor, en niet door cyclonen of productieachterstanden, krijgen de Cubaanse boeren de pakhuizen niet vol.

Voedselbonnen

Er is aangekondigd dat de voedselbonnen gaan verdwijnen; een lang gekoesterde wens die eindelijk in vervulling lijkt te gaan. Dit gebeurt niet omdat de economische voorspoed van het Ontwikkelde Stadium van het socialisme is aangebroken (zoals in de Sovjet-

pagina 50 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

Unie al zo was, werd er gezegd, waar ze geen ‘bonnenboekjes’ meer hadden), maar omdat de staat niets meer te verdelen heeft. Het café voor mijn huis, waar ik elke ochtend langskom en waar de telefoon het doet zodat ik kan bellen, is nog even leeg als in mijn

Een economie op apegapen, als achtergebleven wrakhout kindertijd, toen mijn moeder moest schipperen om uit te komen met de altijd tekortschietende broodrantsoenen. ‘De Chinezen,’ zegt mijn vriend en essayist Victor Fowler, die ik ’s avonds laat in het donker in de stromende regen opzoek, ‘bij wie Cuba in het gevlei probeerde te komen, hadden helemaal geen zin om het verre Cuba te gaan ‘onderhouden’, zoals de Russen dat hadden gedaan.’ De Sovjet-Unie, gedurende dertig jaar een zeer royale geldschieter die Cuba van miljarden dollars voorzag, gaf in 1991 de geest. Al snel kwam daar Venezuela voor in de plaats, en leverde

Cuba dagelijks tienduizend vaten olie, in ruil voor medische zorg. Maar ook deze oplossing vertoont scheurtjes, dankzij de blunders van Hugo Chávez en door de onzekere situatie in Venezuela zelf. Er blijft dus weinig anders over dan de hulp in te roepen van de enig overgebleven geldschieter: het Cubaanse volk. Na het decennialang te hebben gekneveld, daalt men nu van Olympische hoogten van almacht af om het de handen los te maken. Wie deserteert uit het staatsapparaat wordt niet langer speculant of parasiet genoemd, maar heeft een nieuwe roepnaam gekregen: cuentapropista [‘cuenta propria’ = eigen rekening]. Het is het laatste redmiddel. Als eerste stap werd een komisch aandoende lijst gepubliceerd van in totaal 178 toegestane activiteiten voor cuentapropistas, waaronder exotische beroepen als clown en knopenstoffeerder. Men was zo verstandig om beroepen als arts of programmeur er niet op te zetten: de opleiding hiertoe wordt immers door de staat betaald, en bovendien vormen medici een van de belangrijkste inkomstenbronnen van het land. Cuba stuurt zijn misiones médicas naar onder meer Venezuela, het verre Zuid-Afrika, zusterstaat Bolivia en nog veel meer landen. Ondanks dat werd het plan met veel tamtam gepresenteerd en Granma meldt dat in november 2010 al 80.000 mensen de benodigde vergunning hadden aangevraagd. Dat noopte de regering ertoe te beloven voor 130 miljoen aan goederen te gaan importeren, en een groothandel te creëren waar startende ondernemers hun kapitaalgoed kunnen aanschaffen. Paradoxaal genoeg zal de staat,


horizon

cuba Voedselbonnen gaan verdwijnen omdat de staat niets meer te verdelen heeft

nog steeds volgens de Richtlijnen, de prijzen vaststellen en bovendien over de winst een dusdanig hoge omzetbelasting heffen dat, naar sommigen menen, startende ondernemers er gelijk weer aan onderdoor zullen gaan. Achter deze tegenstrijdigheden gaat overigens een ideologie schuil. In dezelfde toespraak zei Raúl Castro: ‘Vergist u zich niet, de Richtlijnen zetten de koers uit naar een socialistische toekomst, rekening houdend met de Cubaanse omstandigheden, en niet terug naar de kapitalistische neokoloniale verhoudingen die de Revolutie omver heeft geworpen. Planning, en niet de vrije markt zal de economie bepalen, en we zullen geen accumulatie van eigendommen toestaan.’

'Cuentapropista'

Er is nog een maatregel waar in Havana veel over gesproken wordt: de ontslagen. Voor eind 2011 gaat de regering 500.000 werknemers lozen, binnen drie jaar oplopend tot wel 1,3 miljoen. Als ik dat bericht zie in New York schrik ik eerst, maar in Cuba vallen twee dingen op. Ten eerste dat iedereen met wie ik spreek – vrienden, oud-klasgenoten, mensen die ik op straat tegenkom – allang niet meer voor de staat werkt. Ik ontmoet zelfs een arts die zijn baan heeft opgezegd om de staat niets verschuldigd te zijn en meteen zodra het mogelijk is te kunnen emigreren (artsen krijgen voor straf vijf jaar niet betaald als ze te kennen geven te willen emigreren). Ten tweede is men niet zo wanhopig als je zou denken. Misschien omdat de term ‘ontslag’ weinig voorstelt als de lonen sowieso niet meer dan symbolisch zijn. De koopkracht van een mager staatsloontje, gemiddeld vijftien dollar, is inmiddels vrijwel nihil. En dat in een economie waar de maandelijkse kosten van het gebruik van een mobiele telefoon zo’n veertig dollar bedragen. Als je dan bedenkt dat er toch ruim één miljoen mobiele telefoons actief zijn in Cuba, realiseer je je dat het geld dus ergens anders vandaan moet komen, en niet van de staat. Je moet goed beseffen dat wat er gezegd wordt en geschreven in een land als Cuba niet al te letterlijk moet worden genomen. Een ‘werkloze’ is nog geen werkloze, een ‘demonstratie’ is geen demonstratie

Totalitarisme begint altijd met een taalkundige vervorming van de werkelijkheid

maar een van staatswege georganiseerde activiteit, en zo kun je nog wel even doorgaan. Zoals Victor Klemperer het zo helder verwoordde, totalitarisme begint altijd met een taalkundige vervorming van de werkelijkheid.

Blogs

Tegen die taalkundige vervorming zijn vooral de bloggers en de onafhankelijke pers in het geweer gekomen. Ik volg graag de blogs van het eiland, vooral die van de veelbekroonde Yoani Sánchez, wie het als geen ander lukt om de Cubaanse catastrofe inzichtelijk te maken. Als een ware informatiecuentapropista doet Yoani op zijn manier wat de behemoth Granma niet doet: eerlijk verslag doen van het dagelijks leven van de Cubanen. Hij werd er dan ook meteen van beschuldigd voor de CIA te werken, wat niemand gelooft. De meeste mensen snappen wel dat als je het ergens mee oneens bent, je nog niet voor een vreemde mogendheid hoeft te werken. Toch is het effect van de blogs niet groot. Slechts anderhalf miljoen Cubanen (een schamele 14 procent van de bevolking) heeft internettoegang, en wie niet op zijn werk online mag gaan, betaalt exorbitante tarieven. Bovendien zijn de verbindingen tergend traag, zoals ik ondervond toen ik mijn mail wilde checken in de perskamer van het Hotel Nacional, een architectonische parel uit het época dorada, waar je na het internetten de tuin in kunt wandelen om de pauwen te bekijken of naar het bandje te luisteren dat de nu dubbel gedateerde nummers van de Buena Vista Social Club zit te tokkelen. Het donker ’s nachts is deprimerend, maar heeft als voordeel dat je niet ziet wat overdag in het meedogenloze tropische zonlicht meteen opvalt: hoezeer de stad is verwilderd. Zodra je buiten de Disneyattractie van het oude centrum van Havana komt, met zijn semigeprivatiseerde chique winkels en restaurants, zie je niets dan rommelige afdakjes en een wonderlijke wildgroei aan hekwerk: niet alleen de tralies voor balkons en ramen, maar ook hekken in trappenhuizen en voor huisdeuren. Alweer een teken dat de staat zich terugtrekt: zodra de staat zijn ijzeren hand loslaat, worden ook negatieve, criminele krachten bevrijd. Inderdaad hoor je veel geruchten over overvallen en berovingen in Havana. Een daarvan springt eruit. Mijn stiefmoeder weet te vertellen dat een bus is overvallen door gewapende mannen die iedereen zijn bezittingen afhandig maakten. ‘Net als is Mexico,’ zegt ze zichtbaar geschrokken. Het gerucht is zo hardnekkig dat zelfs het persbureau van de staat zich geroepen voelt om het te ontkennen. Of het nou waar is of niet, Havana blijft toch nog

altijd veiliger dan de meeste andere steden waar ik heb gewoond, en ook niet onbelangrijk: het ligt aan zee. Ik maak een lange wandeling over de Malecón, de kustboulevard, en klim dan in een Oldsmobile uit 1956, een van die stokoude auto’s die als collectieve taxi’s fungeren. Vervoer blijft een groot probleem hier: ik zie trossen mensen op bushaltes staan, ook al rijden er gloednieuwe, uit China geïmporteerde bussen met – wat een verrassing! – airconditioning. Nooit gedacht dat nog mee te maken in dit land, waar de hitte een regelrechte kwelling kan zijn. De situatie is door de komst van de carros particulares zoals mijn Oldsmobile wel wat verbeterd, doordat deze het openbaar vervoer ontlasten, en dat voor een ritprijs van tien peso’s, of vijftig dollarcent. Naast mij achter in de Oldsmobile zitten twee meisjes Mandarijn met elkaar te praten; toeristen waarschijnlijk. Toeristen zie je overal in Havana. De krant Juventud Rebelde (‘Rebelse Jeugd’) meldt dat in de afgelopen tien maanden een recordaantal van twee miljoen toeristen de stad heeft bezocht. Zo kan het gebeuren dat ik naast twee Chinese studentes zit die een cursus Spaans volgen aan een universiteit aan de rand van Havana. Het verrast me dat er nog steeds mensen naar Cuba komen om te studeren. Ondanks de diepe crisis zijn er dertigduizend buitenlandse studenten in het land, waaronder een groep van zo’n honderd Amerikaanse medicijnenstudenten aan de Escuela Latinoamericana de Medicina. Het land kampt met een lerarentekort, en het onderwijs kan niet in de schaduw staan van dat uit mijn jeugd (de helft van de lessen wordt nu per televisie gegeven). Ik ga uit nostalgie, en ook om materiaal te verzamelen voor een boek dat ik aan het schrijven ben, op weg naar de school die ik ooit in de jaren zeventig heb bezocht, de ‘Leninschool voor Beroepsonderwijs’. Het is een reusachtige kolos in Sovjetstijl, gebouwd voor meer dan vierduizend leerlingen, neergepoot te midden van de weelderige tropische vegetatie. Er is weinig meer over van de trotse school die Leonid Brezjnev in 1974 officieel opende, en waar het onderwijs echt fantastisch was, vooral het vakonderwijs. Wel droeg je er de last van de voortdurende ideologische indoctrinatie, en waren de omstandigheden, als ik de slaapzalen en de kantine terugzie, nogal spartaans.

Ideologie

Hoe schokkend is het dan om te horen dat tegenwoordig veel ouders betalen om hun kinderen bijles te laten krijgen in de exacte vakken. Dat was werkelijk ondenkbaar en ook onnodig in de tijd dat de staat tot wel 15 procent van het BNP uitgaf aan onderwijs. ‘Als ik het niet doe, is mijn dochter niet goed voorbereid op het toelatingsexamen voor de universiteit,’ bekent een vriendin wier dochter op deze school eind-

nr. 03 24 december tot 7 januari 2012 pagina 51


horizon

cuba

Op één gebied weigert de staat nog steeds de controle uit handen te geven: de ideologie

examen doet (het is nog steeds de beste van het land). Ze vertelt me nog veel meer over de school, zoals over de vele diefstallen, van matrassen uit de slaapzalen, van lesmateriaal. Jarenlang verbood de regering schrijvers hun boeken buiten Cuba te publiceren en sommigen, zoals de nu veelgelezen Reinaldo Arenas, kwamen ernstig in moeilijkheden, of zelfs in de cel, als ze die regel overtraden. De situatie veranderde drastisch nadat in de jaren negentig de boekindustrie instortte en iedereen buiten Cuba begon te publiceren. Op het eiland zijn die boeken, inclusief de mijne, die ik allemaal in het buitenland gepubliceerd heb, niet te krijgen. Op één gebied weigert de staat nog steeds de controle uit handen te geven: de ideologie. Al in de jaren zestig werden de laatste boeken die nog bij particuliere uitgeverijen waren gepubliceerd door de staat verboden, en met reden. Het ging onder andere om ‘Animal

José Manuel Prieto

pagina 52 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

Farm’ van George Orwell, waarmee de uitgevers op het gevaar van een opdoemende totalitaire staat wilden wijzen. De staat die nu met angst en beven langzaam ontmanteld wordt, heel omzichtig uit angst dat hij ontploft. Dat brengt me bij de vraag waar ik al een tijdje mee worstel: hoe beëindig je een totalitaire staat, hoe stop je met totalitarisme? We hebben verschillende scenario’s gezien: een militaire nederlaag, politieke hervormingen gevolgd door economische, economische hervormingen onder bevriezing van politieke. Van deze drie varianten zijn nazi-Duitsland in 1945, de Sovjet-Unie in 1991 en China in 1978 de voorbeelden. Alles wijst erop – de reportages over Vietnam in Granma, het recente bezoek van een groep Cubaanse economen aan Vietnam en Laos – dat Cuba heeft gekozen voor het Chinese model: economisch hervormen en elke vorm van politieke hervorming voor onbepaalde tijd bevriezen. Hoewel je hier misschien beter van een ‘Cubaans model’ kunt spreken. Dat zal ik uitleggen: tot 1968 heerste er in Cuba een hybride economisch model, waarbij de staat geen enkele controle uitoefende over de zestigduizend bedrijfjes die het leven van de mensen wat draaglijker maakten, met schoenen, levensmiddelen, enzovoorts. Fidel Castro maakte hier hoogstpersoonlijk een einde aan tijdens de operatie Ofensiva Revolucionaria, met de volgende aanklacht in een van zijn kilometerslange redevoeringen: ‘Nog steeds bestaat er een bevoorrechte laag die teert op het werk van anderen en het aanzienlijk beter heeft dan zij, en toekijkt hoe anderen het werk doen. Luiwammesen, in prima fysieke conditie, die een handeltje opzetten, een of ander eetkraampje of zo, en daarmee 50 peso’s per dag verdienen, en de wet, de hygiëne en alles aan hun laars lappen […]. Mensen vragen zich misschien af hoe een revolutie na negen jaar die klasse van parasieten nog kan toestaan, en ze hebben gelijk. […] Dus: gaan we voor eetkraampjes of voor de revolutie? Nee, heren, we zijn geen revolutie begonnen om hier het recht op handeldrijven te bevorderen.’ Vanaf die gedenkwaardige dag verdwenen op Cuba ook de laatste beetjes privébezit. Een van de vele verschralingen die daarvan het resultaat waren, was het schrappen van de lunch op school waar ik altijd twintig centavo’s voor meekreeg. Abrupt ontstond er een verschrikkelijke inflatie, een van de eerste ‘politieke’ herinneringen die ik bewaar aan mijn kindertijd, een ondraaglijk tekort aan alles. Zo verdween ook de prachtige geïmporteerde omslagdoek van mijn moeder, waar ze bijna haar hele salaris aan had opgeofferd; hij werd haar op een avond tijdens het carnaval afgerukt.

Tegenwind

Sommigen vinden het walgelijke van het soort einde dat zich nu aftekent – een louter economische transformatie – dat het geen kans biedt om de wandaden te veroordelen die tijdens de revolutie zijn begaan, het geweld waarmee de totale mobilisatie gepaard ging, het optuigen van een revolutionaire staat. Zij vrezen, en niet zonder reden, dat er zich iets zal gaan invreten, dat de morele beschadiging ongenezen blijft en Cuba die nog lange tijd met zich mee zal dragen. Ook valt te bezien of de staat zich in afgeslankte vorm wel netjes zal weten te gedragen, wanneer miljoenen mensen zich zonder hun salarisstrookje weinig meer aan die staat gelegen zullen laten liggen. Misschien gaan we spasmen zien, aanvallen van hoogmoed, een gebrek aan acceptatie van de nieuwe bescheiden rol, of wie weet een terugval in oude gewoontes, zodra duidelijk wordt dat de economische tegenwind voorbij is, of als er zich wonder boven wonder een nieuwe sponsor aandient die hem ruimhartig wil financieren. Het zou, al zijn de omstandigheden nu heel anders, niet de eerste keer zijn dat er na een periode van ‘privatisering’ en ‘hervorming’ een stap terug wordt gezet. Hoewel ik eerlijk gezegd denk dat het daarvoor te laat is. Als deze reis naar Havana ergens goed voor was, dan was het om me van dat feit te overtuigen: er is geen weg meer terug. Niet omdat ze niet zouden willen, maar omdat ze niet kunnen. Want ook een afgeslankte Cubaanse staat is nog steeds reusachtig vergeleken bij die van andere landen in de regio. Het gaat jaren kosten om dat te veranderen, waarbij de belangrijkste opgave is dat er gevoel moet komen voor hoe gewone burgers leven. Voordat ik uit New York vertrok, had ik het adres genoteerd van een casa particular, een van die door de staat toegestane privépensions, ontstaan in de jaren negentig toen er kamers nodig waren om zoveel mogelijk toeristen te kunnen herbergen. Het ligt in een ooit deftige buurt, op twee blokken afstand van de voormalige ambassade van de Verenigde Staten. Het voedselaanbod blijkt er, omdat het geen toeristische buurt is, ’s avonds snel te slinken. Dan, als ik op een avond met een lege maag terugga naar mijn kamer, zie ik ergens een bordje ‘eten te koop’ – het staat er letterlijk zo algemeen geformuleerd. Ik wurm me door een gangetje tussen twee huizen in; er zit een familie naar de nieuwste Braziliaanse telenovela te kijken, en één deur verder staat een jonge vrouw steaks te bakken die ze in een zwartgeblakerde pan met kokende olijfolie mikt. Het is traditioneel Cubaans eten, met rijst, bonen en gekookte maniok. En dat voor twintig peso’s, ongeveer een dollar. Zoals ook de gewoonte is op Cuba wordt het geheel geserveerd in een kartonnen bakje, en als ze me het aanreikt, zegt de vrouw iets dat me bedrukt: ‘Pas op, het is extreem heet.’ Niet ‘erg heet’, nee: ‘extreem’. Waarom dat zo’n sterke indruk op me maakt weet ik niet, misschien omdat het een symbool lijkt voor de enorme behoefte die dit angstige volk heeft om volwassen te worden. De zich nu terugtrekkende staat voedde het op, leerde het veel maar verlamde het ook, castreerde het, dwong een heel volk om kind te blijven. Het moment is nu gekomen om het te laten groeien. José Manuel Prieto


horizon

ecologie

Het vergeten Eden New Scientist – Londen

Een vlakte zo plat als een tafelblad, vol met wonderlijke schepsels. De unieke Paraguayaanse biotoop Chaco is de laatste grote wildernis in Zuid-Amerika, ouder dan het Amazoneregenwoud en biologisch van groter belang.

O

nze zespersoons-Cessna vertrekt uit Asunción, de hoofdstad van Paraguay. Binnen enkele minuten vliegen we boven dichte doornbossen, waarvan sommige delen alleen maar worden betreden door leden van het Ayoreo-volk. De Chaco van Paraguay strekt zich hier duizend kilometer uit naar het noorden en westen, op een vlakte die plat is als een tafelblad: de laatste grote wildernis in Zuid-Amerika.

Het is een land met wonderlijke schepsels: enorme miereneters, tapirs, de vosachtige manenwolf, de guanoco die lijkt op een lama, nandoes die niet kunnen vliegen en even groot zijn als ik, en wel tien verschillende soorten armadillo’s. De flora is net zo mysterieus. Er is ondoordringbaar struikgewas met gemene doorns, er zijn reusachtige cactussen en flesvormige bomen die vocht bevatten als de bult van een kameel. Ze horen allemaal bij een unieke biotoop

die ouder is dan het regenwoud van de Amazone en biologisch misschien nog wel belangrijker. Toch zijn de schatten van de natuur hier onbekend bij wetenschappers, en ook bij de meeste Paraguayanen. Dat ligt voor een deel aan het extreme klimaat, dat kan omslaan van 50 graden in de zomer naar vrieskou in de winter, van verschroeiende droogte naar uitgebreide overstromingen. De meeste andere grensgebieden tussen tropische en gematigde zones zijn een woestijn, maar dit gebied is dichtbegroeid met bomen en struiken. Om al deze redenen is dit een biologisch unieke plek.

Biodiversiteit

Tot nu toe hebben de doorns en het extreme weer de moderne wereld kunnen afschrikken – maar nu lukt dat niet meer. Drie groepen strijden tegenwoordig om het land, elk met een eigen agenda. Naast de inheemse volken die worstelen om hun cultuur in stand te houden, zijn er de boeren die, met het oog op veeteelt, willen dat het bos verdwijnt. En dan zijn er nog de wetenschappers en milieuactivisten die het gebied graag willen verkennen om de indrukwekkende biodiversiteit in kaart te brengen en te beschermen. Veel van deze activiteiten kan ik al constateren tijdens mijn vlucht, die ik deel met milieubeschermers van Guyra Paraguay, een plaatselijke organisatie die de voortschrijdende aantasting van de natuur documenteert en samenwerkt met de World Land Trust uit Engeland, die land probeert aan te kopen om de bossen te beschermen.

© Glyn Thomas/Friends of the Earth

nr. 03 24 december tot 7 januari 2012 pagina 53


horizon

ecologie

De doorns en het extreme weer hebben de moderne wereld kunnen afschrikken

Het lijdt geen twijfel dat de verwoesting van de Chaco een gevoelig verlies zou betekenen, omdat het gebied zelfs in vergelijking met andere regio’s in de ‘Pleistocene Boog’ uniek blijkt te zijn. Deze vormt een cirkel rond het bekken van de Amazone, van Noordoost-Brazilië door de Cerrado tot aan de Andes in Colombia. Veel organismen zijn hier inheems en erg oud. Ruprechtia triflora is bijvoorbeeld een knokige struik die familie is van de rabarber en circa acht miljoen jaar geleden van zijn verwanten is afgesplitst – zo lang geleden dat de plant als een apart geslacht mag worden beschouwd. Diverse soorten zijn xeromorf, wat betekent dat ze door adaptatie in staat zijn vocht vast te houden tijdens lange perioden van droogte en grote hitte. Hierbij horen onder meer de opvallende Quebracho-bomen en de Prosopsis, een bloeiende plant. Deze vorm van bijzondere aanpassing bracht Toby Pennington van de Royal Botanic Garden in Edinburgh ertoe om de Chaco tot ‘museum van diversiteit’ te bestempelen – gedurende miljoenen jaren een schuilplaats voor soorten die zich hebben weten aan te passen aan de unieke leefomgeving.

Genetische soep

Het is mogelijk dat de Chaco zelfs verantwoordelijk is voor de bijzondere biologische diversiteit die overal in Zuid-Amerika wordt aangetroffen. Tijdens de ijstijden, die zowel koud als droog waren, lijken de merkwaardige soorten uit de Chaco zich veel verder verspreid te hebben en tot in tropische streken te zijn doorgedrongen – zelfs tot in de Amazone in het noorden, waar het regenwoud zich op enkele geïsoleerde locaties moest terugtrekken. De indringers lieten hun zaden achter, wat meehielp om de genetische soep van de Amazone onder deze barre omstandigheden goed gevuld te houden.

met extreme weersomstandigheden. Hierbij kunnen doornbossen de ideale plek zijn om te zoeken naar organismen die goed zijn aangepast aan een vijandig milieu. Daarom zou de vernietiging van deze bossen niet alleen een verlies betekenen voor de wetenschap, maar voor de hele mensheid. ‘We kunnen zonder dat we het weten flora kwijtraken die niet alleen evolutionair uiterst ongewoon is, maar ook van immens belang voor andere biotopen,’ aldus Pennington. Toch is de afbraak al begonnen. De biotoop van de Chaco heeft ooit 1,3 miljoen vierkante kilometer gemeten – vijfmaal de oppervlakte van het Verenigd Koninkrijk – en liep toen door tot in Bolivia, Brazilië

Honderd hectare ontbost land, gescheiden door smalle stroken met bomen, waardoor het vanuit de lucht lijkt op een voetpad voor reuzen Ook in de toekomst zou de Chaco een vergelijkbare rol kunnen spelen. Als gevolg van de klimaatveranderingen krijgen we in toenemende mate te maken

pagina 54 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

en Argentinië. Maar de uitbreiding van de landbouw knabbelt er gestaag aan, vooral in Argentinië. Wat er in de 21ste eeuw nog overbleef, was voornamelijk het

dichtstbegroeide, heetste, meest bizarre en meest ontoegankelijke hart. Dit ligt in Paraguay, waar het tweederde van het land beslaat, maar slechts 2 procent van de bevolking herbergt. Nu is ook dat aan het verdwijnen. Als we een uur onderweg zijn, vliegen we over een boerenbedrijf dat vijfhonderd vierkante kilometer groot is. Het is opgedeeld in rechthoeken van honderd hectare ontbost land die gescheiden worden door smalle stroken met bomen, waardoor het vanuit de lucht lijkt op een voetpad voor reuzen, dwars door het bos. Even later volgt een tweede wond in de bossen: honderd vierkante kilometer, allemaal in de afgelopen twaalf maanden kaalgeslagen. Dit geeft aan hoe snel de ontbossing voortschrijdt, nu het tempo van de verwoesting is toegenomen van vrijwel nul tot tien vierkante kilometer per dag – ongeveer elke negentig seconden een voetbalveld. De pressie is voor een deel afkomstig van de regering van Paraguay, die graag een rol wil spelen op de wereldmarkt voor belangrijke veeteeltproducten. In de afgelopen tien jaar is de export van rundvlees verdrievoudigd en is de veestapel in de Chaco gegroeid van 2,4 miljoen tot 3,9 miljoen stuks. Er zijn tot drie hectaren Chaco nodig om één koe in leven te houden, en bij de laatste nationale landmeting bleek dat er in 2008 van ongeveer zes miljoen hectaren Chaco weidegrond was gemaakt – en sinds die tijd is het tempo van ontbossing alleen maar toegenomen.


horizon

ecologie

© Glyn Thomas/Friends of the Earth

Troetelkind

De Chaco staat wat dat betreft in sterk contrast met het regenwoud van de Amazone, het internationale troetelkind van de milieubescherming. Bemoeienis van de Braziliaanse regering heeft sinds 2004 de ontbossing met 70 procent doen afnemen, maar de kaalslag in de Chaco gaat steeds sneller. Als deze ont-

gaan, is tegen 2025 alles weg wat niet nadrukkelijk beschermd wordt. Dan blijft er van de Chaco een woestenij over en zijn alle bijzondere dieren en planten verdwenen.’ Er zijn al inspanningen verricht om de Chaco te redden, en sommige kunnen we tijdens onze vlucht zelf volgen. Als we noordwaarts vliegen in de richting van de Boliviaanse grens, wijken de veehouderijen onder ons ineens voor een groot stuk bos dat zich uitstrekt tot de horizon. ‘Dit is het land van de Moonies,’ zegt Oscar Rodas terwijl hij de gps-gegevens controleert. Hij is coördinator leefgemeenschappen bij Guyra Paraguay. De in Korea door Sun Myung Moon gestichte Verenigingskerk koopt al meer dan tien jaar bosgebieden op in Paraguay en over de grens in Brazilië. Inmiddels heeft de organisatie zo’n 8000 vierkante kilometer in bezit. Volgens Moon is het ‘de beste plek om een hemels leven op aarde in praktijk te brengen’. Er is ook goed nieuws te melden over Cardozo, een bedrijf van 4400 hectare dat ten westen van het rivierdorp Bahia Negra ligt. Als we het gebied naderen, inspecteert mijn medepassagier Roger Wilson van de World Land Trust de conditie van het bos. De landeigenaar wilde de natuur redden door zijn grond te verkopen aan milieubeschermers. De overdracht heeft afgelopen juni plaatsgevonden. Je zou verwachten dat zulke initiatieven steun zouden krijgen van de inheemse bewoners van de bossen. Daar hoort ook het volk van de Ayoreo bij, dat uit ongeveer vijfduizend mensen bestaat. Ze leven in

'Als het zo doorgaat, dan blijft er van de Chaco een woestenij over en zijn alle bijzondere dieren en planten verdwenen' wikkeling zich voortzet, zal de afbraak binnen enkele jaren die in de Amazone van Brazilië gepasseerd zijn. De regering van Paraguay keurt vrijwel alle aanvragen om bosgebied te kappen goed, terwijl er tegelijk voor de vorm bescherming wordt geboden aan de Chaco, door boeren te verplichten om een kwart van de bomen te laten staan – zo’n zestig tot tachtig bomen per hectare. Sommigen doen dat, anderen niet. Het wordt niet erg intensief gecontroleerd. ‘De Chaco is niemandsland,’ stelt Jose Luis Casaccia, hoofdaanklager voor milieudelicten bij het Openbaar Ministerie van Paraguay. Ik spreek hem in het kantoor van Guyra Paraguay, in een voorstad van Asunción. ‘Die boeren met hun enorme bedrijven stellen hun eigen wetten. Als de ontwikkelingen zo door-

pakweg tweehonderd nomadische groepen van jager-verzamelaars die contact met de buitenwereld nog steeds hebben kunnen vermijden. Ook zijn er ongeveer 1500 Ishir, een volk van vissers dat leeft op de westelijke oever van de Paraguay-rivier. Al deze mensen hebben een lange geschiedenis achter de rug waarin ze opkwamen voor de instandhouding van de Chaco. De milieuactivisten beschouwen hen daarom als medestanders. Wilson heeft bijvoorbeeld een overeenkomst met de Ishir gesloten om twintig jaar lang het terrein van Cardozo gezamenlijk te beheren voordat het eigendom volledig op de Ishir overgaat, op voorwaarde dat het bos in goede staat blijft. Minder harmonieus liggen de verhoudingen echter tussen de Ishir en de Moonies, die het

beheer voeren over land dat de Ishir opeisen. Hieronder vallen ook begraafplaatsen die ze als heilig beschouwen. Candido Martinez is een autoriteit bij de Ishir en tevens raadslid in Bahia Negra. Hij zei tegen me: ‘Die graven zijn onze meest dierbare plekken. Wij mogen er zelfs niet zomaar naartoe.’ Einde verhaal voor de Moonies met hun ‘hemels leven op aarde’, ben je geneigd te denken. Pogingen om de uitzonderlijke biodiversiteit in deze streken vast te leggen werden eveneens met wantrouwen begroet. Zestig botanisten en zoölogen van het National History Museum in Londen wilden november vorig jaar, samen met hun Paraguayaanse vakgenoten en onder leiding van Sandy Knapp, een grote expeditie ondernemen om in het afgelegen noordwestelijk deel van de Chaco te speuren naar nieuwe soorten. Maar enkele weken voor de geplande vertrekdatum kwamen vertegenwoordigers van de Ayoreo heftig in verzet tegen het project. Ze maken bezwaar tegen de mogelijkheid dat de wetenschappers per ongeluk een van de circa tien Ayoreo-families tegenkomen die in volledige afzondering leven in het natuurreservaat Chovoreca, de voornaamste bestemming van de expeditie. Benno Glauser is woordvoerder van Iniciativa Amotocodie, een belangengroep van inheemse volken. Hij schreef het NHM een brief met de stelling dat de expeditie ‘zonder twijfel een extreem hoog risico met zich meebrengt voor de integriteit, de veiligheid en het wettelijk recht op leven en eigen lotsbestemming van de in isolement levende Ayoreo, dit naast de integriteit en stabiliteit van hun leefgebied… We zien niet in waarom u verkiest mensenlevens op te offeren, uitsluitend omdat de Engelse wetenschappers planten en dieren willen bestuderen. Dit komt neer op genocide.’

Tomeloze ontbossing

Survival, een Londense hulporganisatie die inheemse volken steunt, schaarde zich hierachter met het argument dat ‘contact met geïsoleerde groepen zonder uitzondering gewelddadig, soms dodelijk en altijd rampzalig verloopt’. Survival houdt het verzet tegen de reis vol totdat de Ayoreo deze zonder bedenkingen steunen. Maar een woordvoerder moet toegeven dat er inmiddels grotere gevaren opdoemen. ‘Eerlijk gezegd hebben we [dit conflict] altijd als een zijspoor gezien. De veel ernstigere bedreiging voor de Ayoreo wordt gevormd door de tomeloze ontbossing.’ Het kan een zijspoor blijken dat hun hogere belangen grote schade berokkent. Zonder bossen zijn de overgebleven Ayoreo zeker ten dode opgeschreven, aldus Alberto Yanosky, directeur van Guyra Paraguay. Een grotere kennis van het brede scala aan bedreigde soorten zou wereldwijd veel aandacht kunnen trekken – en daarmee de Chaco in dezelfde categorie kunnen plaatsen als het Amazoneregenwoud. Een langdurige, wetenschappelijk onderbouwde campagne kan de beste manier blijken te zijn om de Chaco te redden, en daarmee de Ayoreo die ervan afhankelijk zijn, vindt Yanosky. In dit licht gezien zijn de ‘Engelse wetenschappers’ misschien wel hun laatste redmiddel. Fred Pearce

nr. 03 24 december tot 7 januari 2012 pagina 55


horizon

economie

Een miljoen aan loonkosten bespaard Der Spiegel – Hamburg

Stelselmatig laat Amazon werklozen op proef een tijdje zonder betaling werken – ook als ze al eerder bij de onlinereus in dienst zijn geweest.

H

et was tenslotte een baan. Niet echt een droom, maar Pascal Präkelt had weer een taak toen hij vorig jaar op 15 november aan de slag ging in het distributiecentrum van onlinehandelaar Amazon in het Westfaalse Werne. De maanden daarvoor was de gediplomeerd kok werkloos geweest. Nu had hij een nieuwe betrekking in het vooruitzicht, hoewel voorlopig maar voor vier weken, dat wist hij. In de belangrijke periode voor kerst zette Präkelt wasmachines, koelkasten en vaatwassers in de vrachtwagens. Anderen maakten dvd’s, mixers en boeken verzendklaar in karton. Daar werd 9,65 euro per uur voor betaald. Als kok had hij al voor minder gewerkt, en het arbeidsbureau van Präkelt verzekerde hem dat Amazon veel van de

hulpkrachten daarna een vaste aanstelling zou geven. De onderneming haalde hem later inderdaad terug – maar op een andere manier dan hij zich had voorgesteld. Amazon heeft vijf logistieke centra in Duitsland. Vooral tegen het einde van het jaar, wanneer de enorme kerstdrukte begint, zoekt het concern alleen al in Werne 2.000 extra medewerkers voor het logistieke centrum, in Leipzig meer dan 2.800 en in het Hessische Bad Hersfeld – de grootste Amazonlocatie – zelfs 4.500. Dat de Amerikaanse reus daarbij graag terugvalt op werklozen heeft een simpele reden: ze werken zes weken voor de prijs van vier, met financiële steun van de overheid, want de eerste twee weken worden tot onbetaalde opleidingsperiode verklaard. Die moet de vooruitzichten op re-integratie verbeteren, en de nieuwelingen moeten de bedrijfsprocessen leren

Het concern maakt stelselmatig misbruik van Duitse werkloosheidsvoorzieningen om zich te verzekeren van goedkope arbeidskrachten

© Fabrizio Bensch/Reuters

pagina 56 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

kennen. In die tijd kan de werkgever beslissen of de kandidaat geschikt is voor de baan. Tijdens de opleiding behouden de ex-werklozen hun uitkering. Na afloop van de proefperiode krijgen ze dan gewoon hun loon. Tot zover de theorie. De Amazonpraktijk ziet er anders uit: in plaats van daadwerkelijk mensen in dienst te nemen, haalt de onlinehandelaar liever steeds weer hulpkrachten. In Bad Hersfeld werkt meer dan een derde van het personeel op een tijdelijk contract. Voor een deel maakt Amazon gebruik van dezelfde arbeidskrachten, die eigenlijk helemaal niet meer ingewerkt hoeven te worden, maar toch ‘stage’ moeten lopen. In Werne hebben meer dan duizend werklozen dit jaar een onbetaalde opleidingsperiode doorlopen,

maar volgens gegevens van de vakbonden heeft slechts ongeveer de helft daarna ook daadwerkelijk de tijdelijke baan gekregen. In het magazijn in Rheinberg, dat pas twee maanden geleden werd geopend, waren het er tot dusver 413 – het percentage aanstellingen is daar niet veel hoger. Het lijkt erop dat het concern stelselmatig misbruik maakt van Duitse werkloosheidsvoorzieningen om zich te verzekeren van goedkope arbeidskrachten. Om die reden is Amazon op internetfora al uitgemaakt voor ‘oplichters’ en ‘uitbuiters’. De regiodirectie van het arbeidsbureau in Düsseldorf heeft berekend dat het concern door deze manier van doen alleen al in 2010 in Noord-Rijnland-Westfalen bijna een miljoen euro aan loonkosten heeft bespaard. Zelfs Guntram Schneider (SPD), minister van Arbeid van Noord-Rijnland-Westfalen, heeft zich opgewonden over deze ‘schandalige praktijken’. Terwijl hij op zijn minst zou moeten weten van welke mazen in de wet de onderneming gebruikmaakt. ‘Maatregelen ter activering en opneming in het arbeidsproces’ heet het model, een van de vele instrumenten om werklozen te helpen. Maar de sociale wetgeving geeft geen antwoord op de vraag of dergelijke stages verscheidene malen achtereen bij dezelfde werkgever, in hetzelfde vakgebied en in dezelfde plaats mogen plaatsvinden. Amazon profiteert daarvan. Tijdelijk inpakker Präkelt en veel van zijn collega’s solliciteerden ook dit jaar naar een baan als hulpkracht. In de zomer werd hij weer aangenomen, opnieuw moest hij de onbetaalde ‘inwerkperiode’ doorlopen, opnieuw betaalde het arbeidsbureau zijn uitkering door. Werknemersorganisaties schatten dat van de meer dan 9.000 tijdelijke hulpkrachten bij Amazon ongeveer de helft tot de vaste kern behoort en elk jaar weer tijdelijk wordt aangesteld – natuurlijk pas nadat de stageperiode is afgesloten. Indirect incasseert Amazon daarmee dubbel en dwars. ‘Het is een schandaal dat Amazon de toch al uitstekende omzet voor kerst ook nog door de overheid laat subsidiëren,’ vindt Martin Behrsing van het Werklozenforum Duitsland. Ook het arbeidsbureau is verontrust: ‘Er is niet voorzien dat cliënten meerdere opleidingsperioden achter elkaar bij dezelfde werkgever doorlopen,’ zegt Aneta Schikora van de regiodirectie Noord-RijnlandWestfalen. Dat dit bij Amazon kennelijk aan de orde van de dag is, is ‘een fout die moet worden hersteld’. Dat zou weleens lastig kunnen worden: niet een van


horizon

economie

© Fabrizio Bensch/Reuters

De onderneming maakt gebruik van mazen in de wet

de 178 arbeidsbureaus in Duitsland houdt bij wie waar en hoe vaak de door de overheid gefinancierde opleidingsperioden doorloopt. Als eerste stap hebben een arbeidsbureau en een jobcenter in Noord-Rijnland-Westfalen een punt gezet achter de financiering van deze perioden bij Amazon. De onlinehandelaar zelf reageert ontwijkend en met standaardteksten op de vraag hoeveel van de tijdelijk aangestelde hulpkrachten al meermaals een onbe-

taalde stage hebben moeten doorlopen: ‘Op onze locatie Bad Hersfeld hebben we in de afgelopen jaren jaarlijks enkele honderden tijdelijke contracten omgezet in contracten voor onbepaalde tijd.’ Dat zou in het algemeen het doel op lange termijn zijn, maar pas ‘zodra de groei van ons bedrijf dat mogelijk maakt’. De omzet van Amazon is sinds 2006 meer dan verdrievoudigd. Janko Tietz

nr. 03 24 december tot 7 januari 2012 pagina 57


horizon

wetenschap

Op het gehoor Science – Washington

Onderzoekers hebben een simulatiespel ontwikkeld voor blinden dat hen onderdompelt in een driedimensionaal geluidslabyrint.

D

e videogame die de 28-jarige Rachel Buchanan op een laptop speelt, is op het oog net zo saai als de doffe, kale muren van het klaslokaal in het Carroll Center for the Blind. Op het scherm is slechts een simpele weergave van de plattegrond van een van de bestuursgebouwen van het centrum te zien. Hoewel Buchanan sinds haar jeugd blind is als gevolg van een beschadigde oogzenuw, manoeuvreert ze haar avatar vlot door de doolhof, waarbij ze dicht bij de muren blijft, als iemand die op de tast zijn weg zoekt. Het geheim van Buchanans snelheid schuilt in de koptelefoon die ze op heeft en die haar onderdompelt in een driedimensionaal geluidslabyrint. Een tik in een van de schelpen geeft aan dat er aan de betreffende kant een deur is. Het geluid van voetstappen wordt hoger van toon als Buchanan haar avatar een trap op laat gaan. Meubels geven een ‘ping’-geluid als ze ertegenaan loopt, en de juwelen die ze zoekt fonkelen luider als ze er dichterbij komt. Al met al heeft Buchanan het gevoel alsof ze zich fysiek door de gangen van het labyrint beweegt, zegt ze. ‘Aah! Ga weg!’ gilt ze opeens als ze het waarschuwingsgeluid van een passerend ‘monster’ hoort, en haar vingers gaan koortsachtig over de toetsen om haar avatar snel weer in veiligheid te brengen.

Bemoedigend

Op een gegeven moment halen neurowetenschapper Lotfi Merabet en studiecoördinator Erin Connors Buchanan weg bij haar game en sturen ze haar het echte, vlakbij gelegen gebouw in. Ze geven haar opdracht naar diverse vertrekken en uitgangen te gaan en registreren de routes die ze kiest. Net als de andere blinde vrijwilligers die meedoen aan Merabets onderzoek was ze nog nooit in het gebouw geweest voordat ze de game AbES (Audio-based Environment Simulator) speelde. Maar na slechts een halfuurtje monsters ontwijken en juwelen zoeken in het virtu-

Ondanks geluidsaanwijzingen hadden ziende kinderen niet eens door dat ze zich in gangen bevonden

pagina 58 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

ele gebouw hebben deze gamers de indeling ervan zo goed in hun hoofd, dat ze snel en probleemloos ieder willekeurig vertrek in het echte gebouw kunnen vinden. Dat zijn bemoedigende resultaten, want het vinden van je weg binnen gebouwen, waar gps-systemen niet werken en blindengeleidehonden niet altijd welkom zijn, is voor veel blinden een hele opgave. AbES vindt zijn oorsprong in de straten van Santiago, waar blinde kinderen tot de armsten van de stad behoren. Jaime Sánchez, onderzoeker aan de universiteit van Chili, werkte in al de begindagen van de game-industrie, in de jaren tachtig, aan educatieve games. In 1993 maakte hij samen met de rest van de gamebranche de DOOM-revolutie mee. DOOM was het eerste populaire spel dat werkte met een driedimensionaal actieveld op ooghoogte. De speler moest een avatar door een ingewikkeld gangenstelsel manoeuvreren en ondertussen boze geesten opsporen en met een machinegeweer neermaaien. Sánchez, die werkte aan de ontwikkeling van op geluid gebaseerde spellen als leerhulpmiddel voor gehandicapte kinderen, vroeg zich af of dezen hun weg zouden kunnen vinden in het unieke DOOMsysteem. Hij gebruikte de plattegrond als uitgangspunt en observeerde kinderen tussen de 8 en 11 jaar, allemaal blind sinds hun geboorte, terwijl ze het spel speelden. Hij vroeg zich af of hun vaardigheid specifiek was voor blinde kinderen. Daarom rekruteerden de onderzoekers ziende kinderen van dezelfde leeftijd en uit hetzelfde deel van Santiago, en lieten die geblinddoekt AudioDOOM spelen. Ze presteerden slecht. Ondanks de geluidsaanwijzingen hadden de ziende kinderen niet eens door dat ze zich in gangen bevonden. Sánchez en Merabet ontmoetten elkaar in 2008 op een congres en besloten gezamenlijk onderzoek te gaan doen naar de verschillen tussen blinde en ziende gamers. Er zijn heel veel redenen om dergelijke games te gebruiken om kinderen oriëntatievaardigheden bij te brengen, stellen Merabet en Sánchez. De games zijn voor de blinde leerlingen gemakkelijk te spelen: ‘We hoeven ze niets te leren,’ zegt Merabet. En hoewel in veel eerdere onderzoeken al was aangetoond dat virtual-realitysystemen zeer geschikt zijn voor het aanleren van navigatievaardigheden, vermoedden de onderzoekers dat mensen langer zouden doorspelen als die hulpmiddelen werden ingebed in een game, waardoor ze onbewust langer achter elkaar zouden trainen. AbES bewees zijn waarde onmiddellijk. De onderzoekers leidden de helft van de blinde leerlingen door het virtuele AbES-gebouw alsof ze hun een rondleiding gaven. De andere helft mocht zelf op ontdekking in de

gameomgeving, compleet met juwelen en monsters. Toen de onderzoekers vervolgens testten in hoeverre de blinde leerlingen de weg wisten in het echte gebouw, bleken ze stuk voor stuk zonder moeite iedere willekeurige kamer en uitgang te kunnen vinden. Maar er was een subtiel verschil tussen de twee groepen: de leerlingen die een halfuur in de gameomgeving hadden gespeeld, waren meetbaar creatiever bij het vinden van de snelste route naar een uitgang. Degenen die waren rondgeleid, deden dat veel minder efficiënt. Dit komt doordat spelen een natuurlijker manier van bewegen is, denkt Merabet. Met een uit te voeren opdracht, een beloningssysteem en een manier om de aandacht van de speler vast te houden, sluiten games beter aan bij ‘de manier waarop de hersenen graag werken’, zegt hij.

Visuele cortex

Neurowetenschappers bestuderen de hersenen van zienden die hebben geleerd om games te spelen of om hun weg te vinden in doolhoven, al meer dan tien jaar in MRI- of PET-scanners. Merabet onderzoekt nu of de hersenactiviteit van blinden die dezelfde opgaven uitvoeren anders is. Aangezien alle proefpersonen vanaf hun geboorte blind zijn, heeft hun visuele cortex, die 30 à 40 procent van het oppervlak van de totale cortex beslaat, nooit visuele prikkels ontvangen. Maar de afgelopen tien jaar hebben onderzoekers talloze manieren ontdekt waarop blinden dit ‘braakliggende’ deel van hun hersenen een nieuwe bestemming geven: het gebied is actief wanneer ze braille lezen, taal interpreteren en geluiden lokaliseren, om maar een paar voorbeelden te noemen. Het team heeft AbES zo aangepast dat proefpersonen het spel in een fMRI-scanner kunnen spelen. Terwijl een vrijwilliger speelt, registreert de scanner continu de hersenactiviteit. Als de speler een monster tegenkomt of blijft staan om erachter te komen waar hij zich in de doolhof bevindt, registreert AbES het tijdstip van die gebeurtenis. Zodoende kunnen de onderzoekers precies zien welke hersendelen op die momenten actief zijn bij het nemen van navigatiebeslissingen. De eerste resultaten wijzen erop dat ziende spelers op die cruciale momenten over het algemeen de hippocampus, het herinneringscentrum, gebruiken om te bepalen waar ze zijn en te beslissen wat ze moeten doen. Maar op dezelfde punten is bij blinden juist een hevige activiteit in de visuele cortex te zien. Dankzij de verslavende werking van games beschikten de onderzoekers over zeer bereidwillige proefpersonen. Als Merabet de fMRI-scanner na een sessie opent, treft hij daarbinnen vaak een vrijwilliger aan die nog steeds AbES speelt. ‘Nog een paar minuten, ik moet dit level nog even afmaken!’ smeekt die dan. ‘Blinden zitten in een groot isolement,’ legt Buchanan uit. ‘Als ze kunnen gamen, vinden ze dat fantastisch.’ Sara Reardon


cartoons 360 selecteert cartoons van tekenaars wereldwijd

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 59


gerecenseerd 360 kiest een aantal door de buitenlandse pers beschreven concerten, voorstellingen, nieuwe boeken, films en exposities die naar België of Nederland komen. LA TRAVIATA IN DE KOU ‘We’re Verdi Sorry’ kopte de New York Post al. De financiële crisis waarin de New York Opera verkeert (het budget voor 2012 is teruggebracht van $31 miljoen tot $13 miljoen) brengt de uitvoeringen van Verdi’s La Traviata in gevaar, die gepland staan voor deze winter. De Opera vertrekt uit het prestigieuze Lincoln Center om een zwervend bestaan te gaan leiden in New York. Het eigenzinnige, New Yorkse karakter van de NYCO dreigt verloren te gaan, schrijft Opera News. Koor- en orkestleden overwegen te gaan staken tijdens La Traviata, omdat zij de dupe worden van de bezuinigingen.

ALLES VOOR DE KUNST

© Lady Gaga door Tony Benett

De fotoshoots van Annie Leibovitz voor Vanity Fair zijn altijd evementen op zichzelf, nog voordat er een beeld is afgedrukt. Leibovitz is een van de meest gevierde portretfotografen van Amerika, bekend om haar perfectionnisme, merkwaardige lokaties en onverwachte attributen waarmee ze bekendheden fotografeert. Ze maakte onder meer wereldberoemde foto's van de Engelse koningin Elizabeth II en van de in elkaar verstrengelde John Lennon en Yoko Ono. Op de cover van het januarinummer van het Amerikaanse magazine staat een foto van de 25-jarige popster Lady Gaga in het rood, geïnspireerd door Audrey Hepburn in My Fair Lady. Binnenin poseert de zangeres naakt. Maar ook aangekleed, in haar bekende krankzinnige outfits, is Lady Gaga de moeite van het bladeren waard. In het artikel bij de foto's is de blondine opvallend openhartig. Ze vertelt dat ze nog nooit echt 'aanbeden is door een minnaar.' Op instigatie van La Leibovitz maakte niemand minder dan levende legende Tony Bennett (85) in New York deze houtskooltekening van Lady Gaga (25), tijdens een pauze in Leibovitz’ shoot. De zanger ondertekent zijn teken- en schilderwerk met zijn echte naam, Benedetto. Het kunstwerkje wordt op eBay geveild voor het goede doel.

pagina 60 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012

Toverdrank op het doek Nieuwe Deneuve in de bioscoop Catherine Deneuve is weer te zien op het witte doek, in Les Bien-Aimés, dus de Franse critici doen een nieuwe poging haar magie te ontrafelen. Zodra zij in beeld verschijnt of zelfs maar haar stem laat horen, schrijft Le Monde, is het alsof de hele film ‘met toverdrank wordt overgoten’. Haar krachten zijn zo immens, dat regisseur Christophe Honoré ze misschien onderschat heeft toen hij Deneuve aanzocht voor deze film (zijn achtste, na onder meer Non ma fille, tu n’iras pas danser). Deneuve gaat met de film aan de haal, is de conclusie. Toch is critica Isabelle Regnier uiteindelijk positief over het geheel, waarin ook Chiara, de dochter van Deneuve en Marcello Mastroianni, een flinke scheut van haar toverdrank heeft geschonken. Magie valt niet te ontrafelen.

Hard rijden R&B-ster komt naar Nederland

Wie nog nooit de hilarisch erotische videoclip Ride van R&B-zangeres Ciara, gedoopt als Ciara Princess Harris, heeft gezien, moet op 30 december absoluut naar evenementencomplex The Sand in Amsterdam Sloterdijk. Daar zullen ongetwijfeld erg veel mensen naartoe komen die de clip wél hebben gezien en juist om die reden Ciara’s eerste optreden in Nederland niet willen missen. Geen aanrader voor zedenpredikers die vrezen dat de pornoficatie van de samenleving via videoclips uit ‘da hand’ loopt. Want dat loopt ‘ie. Ciara's commentaar ? 'Kiss my swag.' ‘Beroemdheid, handelswaar, zangeres, sexobject, cyborg – Ciara mengt het allemaal’ schreef The New York Times over haar laatste cd Basic Instinct. Veranderde releasedata en fragmentarische promotie belemmeren volgens The Guardian de vooruitzichten van het vierde album van Ciara, 'Dat is jammer,' vindt de Britse krant want Basic Instinct is een sterke terugkeer naar haar slick crunk stijl.


gerecenseerd

Zonder vrouwen geen Marx

Het bewogen huwelijk van Karl en Jenny Liefde en kapitaal, een intieme biografie van Karl Marx en zijn vrouw Jenny, verschijnt in Nederlandse vertaling bij uitgeverij Prometheus. In The New York Times verscheen een recensie van de eminente Britse historicus Simon Sebag Montefiore. De wetenswaardigheden die schrijfster Mary Gabriel opdist over het echtpaar Marx en hun omgeving van 'bannelingen, mafketels en revolutionairen' zijn om te smullen maar het belang ervan voor de geschiedenis van het Marxisme is betwistbaar, concludeert Sebag Monefiore. ‘Niemand hoeft Plutarchus’ stelling te betwijfelen dat persoonlijkheid ertoe doet in de geschiedenis, maar Gabriel schrijft dat zonder de vrouwen in Marx’ leven “er geen Karl Marx zou zijn, en zonder Karl Marx zou de wereld niet zijn zoals hij is.” Is dat echt waar? Hebben de Dickensiaanse feiten uit Marx’s privéleven, hoe heerlijk om te lezen ze ook zijn, werkelijk de geschiedenis beïnvloedt?’ De schrijver meent van niet. 'In wezen ligt het plezier van Liefde en kapitaal niet zozeer in enige voortvarende analyse van de Marxistische theorie of in de eindeloze opsomming van de politieke schermutselingen maar in de details van het familieleven en de politiek tussen man en vrouw die Gabriel oplepelt – haar levendige portret van een gekwelde, obsessieve intellectuele bohemien in de hoofdsteden van negentiende eeuws Europa.'

© reuters

‘Wij haten deze plaat’ Dat Elvis Costello zijn fans oproept om vanwege de hoge prijs vooral niet de nieuwe luxe-box-inbeperkte-oplage van zijn werk aan te schaffen, is gewoon een promotie-stunt van de doorzichtige soort. Hij hoopt dat u juist wel die ruim 250 euro zal neertellen voor dat leuke doosje. Dat is in elk geval de overtuiging van Tim Jonze, die in The Guardian een overzichtje geeft van dergelijke oproepen, van welgemeend tot zeer ongeloofwaardig. Ruzie tussen artiest en platenlabel blijkt de beste garantie voor een oprechte oproep om ‘mijn nieuwe plaat niet te kopen’. Katherine Jenkins, die nog een nummer heeft opgenomen met André Rieu, twitterde een waarschuwing tegen haar eigen compilatie plaat One Fine Day, ‘Don’t want u 2 feel conned’. Net als Morrisey, die gewoon meldde ‘ik krijg er niks voor’. Ook artistieke twijfel leidt tot hartekreten. ‘Wij haten deze plaat’ deelden The La’s mee nadat ze voor heel veel van andermans geld hun debuutalbum hadden opgenomen.

24 december tot 7 januari 2012 nr. 03 pagina 61


media Een selectie uit de buitenlandberichtgeving van de VPRO op televisie, radio en internet.

WERELDTONEEL Osama bin Laden en Moammar Gaddafi strijden in een spelshow om één plek in de hemel.

Op nieuwjaarsdag is de uitzending van VPRO’s Bureau Buitenland een bijzondere, want een stuk in twee bedrijven, met als titel ‘Het Wereldtoneel’, waarin feit en fictie elkaar afwisselen: vier politiek leiders (vertolkt door Helmert Woudenberg en Frits Lambrechts) die dit jaar zijn opgepakt of vermoord vertellen over wie zij nu werkelijk zijn. In het eerste bedrijf strijden twee leiders uit de Arabische wereld die in 2011 om het leven kwamen, Osama bin Laden en Moammar Gaddafi, in de spelshow ‘The Voice of Heaven’ om één plek in de hemel. Eerst proberen ze elkaar af te troeven, maar als ze beiden worden afgewezen door het jurylid in zijn omgedraaide stoel krijgen ze argwaan, en ontdekken ze dat dit ‘jurylid’ Saddam Hussein is. Het tweede bedrijf bestaat uit een dialoog tussen Mladic en Karadzic in de gevangenis van Scheveningen. Terwijl ze bezigheidstherapie hebben en samen koken, praten ze oude vetes uit. Tussendoor is er een debat, onder leiding van Harm Ede Botje en met onder anderen Robert van de Roer, over leiderschap en waarom het met leiders zo vaak verkeerd afloopt, zoals ook in het afgelopen jaar weer is gebleken. Ellen van Dalen

Bureau Buitenland: Het Wereldtoneel Zondag 1 januari, Radio 1, 19.04-20.04 uur

Soloseks In Kenia gaan ze naar de hel, maar op de Filipijnen brengt men puberjongens juist de fijne kneepjes bij. Sam in Kenia weet zeker dat hij naar de hel gaat. De scheidsrechter blaast te vaak op zijn fluit, ook als hij niet op het voetbalveld staat. Zijn polsoefeningen zijn hem een doorn in het oog, want ze staan gezinsuitbreiding in de weg. De zestienjarige José in Peru is een creatieveling; hij heeft een bijzondere functie gevonden voor de papaya. En in Nicaragua zijn Jonathans moeder en de dominee allesbehalve blij te weten dat hij zijn handen niet altijd netjes boven de dekens houdt. Op de Filipijnen doen ze niet zo moeilijk. Daar brengt de dorpsoudste puberende jongens de fijne kneepjes bij. Goed fingerspitzengefühl is nodig om een goede man te zijn. Ondertussen is de Nederlandse Jan in alle opzichten ‘master of his domain’. Hij kan het zonder handen en doet het waar hij maar wil. Hij noemt het zijn ‘zelfliefderitueel’. Het nieuwe seizoen van VPRO’s Metropolis trapt af met een uitzending over mas-

turbatie. Op het internet ontstond al de nodige ophef. Eindredacteur Stan van Engelen: ‘Het was interessant om te zien hoe mensen al een mening klaar hadden zonder dat ze de aflevering hadden gezien. Maar we hebben natuurlijk ook een besef van wat wel en niet kan.’ Grote test voor de redactie of de correspondenten wel met verhalen konden komen. ‘Als het onderwerp hier al ingewikkeld ligt, hoe moet het dan in andere landen wel niet zijn? De resultaten zijn voor ons verrassend en uiteenlopend. Dat is waar Metropolis om draait: door lokale ogen de wereld zien. Alleen de verhalen van vrouwen blijven achter. ‘We hebben er expliciet naar gevraagd, maar bij dit soort verhalen kom je blijkbaar toch makkelijker bij mannen uit.’ Nick Boers

Metropolis Donderdag 22 december, Nederland 3, 21.00-21.40 uur

Menstruatiebloed Een persoonlijke documentaire van Aliona van der Horst over vruchtbaarheid en kinderloosheid. In Japan zijn ze sterk in rituelen. Ook rond het verdriet dat de dood van een – ongeboren – kind met zich meebrengt is een ceremonieel ontstaan, waarbij speelgoed en teddyberen in shintotempels worden verbrand. Toen de in Amsterdam wonende Japanse concertpianiste Tomoko Mukaiyama, moeder van een tienerdochter, besefte dat de tijd om meer kinderen te krijgen voorbij was, wilde ze er met een kunstwerk bij stilstaan. In een hangar in een Japans dorpje hing Mukaiyama een labyrint van 12.000 witte jurkjes op, met in het hart daarvan, The Red Room, een aantal in menstruatiebloed gedrenkte jurkjes. De dorpsbewoners lopen door de installatie en slaken diepe keelklan-

ken. Zegt een lokale boer: ‘Het feit dat een leven dat wegspoelt voordat het geboren kon worden een museum krijgt, vind ik prachtig.’ Maar zijn vrouw vindt het niet prettig dat menstruatiebloed zo openlijk getoond wordt: ‘Er zijn dingen die je niet met anderen moet delen.’ Waarop de boer zegt: ‘Ik heb nooit het bloed van mijn vrouw gezien. Ik heb nooit durven vragen of ik het mocht zien. Ze zou me een klap geven als ik het vroeg.’ Waarop zijn vrouw: ‘Die mannen zitten te pimpelen en raken steeds meer verhit over dit onderwerp. Dat vind ik een akelig idee.’ Het mooiste beeld zit aan het eind van Water Children – de titel verwijst naar een Japans ritueel om ongeboren kinderen te gedenken – als Mukaiyama’s dochter door het jurkjeslabyrint rent. Ulrik Unger

Holland Doc: Water Children Donderdag 29 december, Nederland 2, 22.45-0.00 uur

agenda Terzake docu:

Payback time in IJsland

Der Bernsteinzug

Indochinas Träume

Great British Railway Journeys

De engel van Doel

Vietnam, in het land van de drakenzonen

A.d.h.v. het Victorian Railway

bij Antwerpen

Door kredietcrisis gedupeerde

– eine Reise durchs Baltikum

IJslanders pakken de draad weer op

Treinreis door de Baltische staten

Dinsdag 3 januari,

Guidebook van George Bradshaw

Woensdag 4 januari,

Dinsdag 27 december,

Zaterdag 31 december,

ZDF, 22.15-23.00 uur

Woensdag 4 januari,

Canvas, 23.10-0.30 uur

Canvas, 20.10-20.40 uur

Arte, 12.00-12.45 uur

Over de teloorgang van Doel,

BBC 2, 19.30-20.00 uur uitzenddata en uitzendtijdstippen onder voorbehoud

pagina 62 nr. 03 24 december tot 7 januari 2012


foto: Joris van Bennekom

GEEF EEN UNIEKE ERVARING CADEAU WWW.SOLDAATVANORANJE.NL | 0900 - 1353

(45 cpm)

ww w. a zza ro p ar is.c om

WAARGEBEURD VERHAAL | 360ยบ DRAAIENDE THEATERZAAL LEVENSECHTE ZEE EN DAKOTA

T/M APRIL IN DE THEATERHANGAAR | VLIEGVELD VALKENBURG | BIJ LEIDEN IN SAMENWERKING MET

MEDIAPARTNER

COURRIER INT 265X350 HOLLANDE CHROME SPORT_GB INT TX240.indd 1

IN SAMENWERKING MET

MEDIAPARTNER

30/11/11 11:17



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.