360. Nummer 04

Page 1

Spanje

Het schandaal van de gestolen baby's

Nieuwe wereldorde

Opkomende economieën dagen het Westen uit

Popidool op vier poten AP

Tragisch lot van doorgefokte buldog

het beste uit de internationale pers

nr. 04

|

7 tot 21 januari 2012

|

www.360magazine.nl

|

€ 5,95

in dit nummer: the economist the christian science monitor telquel daily news and analysis the miami herald the new york times la nación el país le jour der spiegel stern fokus polytika evenimentul zilei moskovskié novosti al-shourouk ha’aretz al hayat okaz the caravan bangkok post asie sentinel the age

hij of zij Voorbij het onderscheid tussen man en vrouw

joris luyendijk

| journalist

‘360 is een krachtig vaccin tegen provincialisme’


El Toro Patented Perpetual Calendar. Self-winding movement. Platinum case with ceramic bezel. Water-resistant to 100 m. Also available in rose gold 18 ct and/or leather strap. Limited to 500 pieces. W W W . U LY S S E - N A R D I N . C O M

•

Rokin 48 - 1012 KV Amsterdam - Netherlands - +31 20 625 7656 - info@harrytromp.nl


foto: Joris van Bennekom

WAARGEBEURD VERHAAL | 360ยบ DRAAIENDE THEATERZAAL LEVENSECHTE ZEE EN DAKOTA

WWW.SOLDAATVANORANJE.NL | 0900 - 1353

(45 cpm)

GEEF EEN UNIEKE ERVARING CADEAU T/M APRIL IN DE THEATERHANGAAR | VLIEGVELD VALKENBURG | BIJ LEIDEN IN SAMENWERKING MET

MEDIAPARTNER

IN SAMENWERKING MET

MEDIAPARTNER


Safari in Afrika? Bij Jambo Safari Club zijn de mogelijkheden eindeloos!

jambo.nl TEL: 020­2012740 I N F O @ JA M B O. N L

• KENIA • TA NZ A N I A • OEGANDA • SEYCHELLEN • MAURITIUS • MADAGASKAR • MOZAMBIQUE • ZAMBIA • BOTS WANA • NAMIBIË • ZUID-AFRIKA

Dè Afrika specialist!

privé reizen geheel conform uw eigen wensen Jambo.230x310mm.indd 1

16-11-11 22:55


redactioneel

colofon

Kaarten schudden

jaargang 1 nr 04 7 tot 21 januari 2012 Een uitgave van 360 international media Prinseneiland 24 B II, 1013 LR Amsterdam 360magazine.nl 360nl @360nl hoofdredacteur Katrien Gottlieb uitgever Charles Lansu eindredactie Pieter van den Blink courrier international Philippe Thureau-Dangin, Dalila Bounekta, Marie Beloeil, Raymond Clarinard, Pascal Philippe. vertaling Peter Bergsma, Yond Boeke, Paul Bruijn, Nelleke de Bruyn, Valentijn van Dijk, Nelleke Foppen, Tineke Funhoff, Ingeborg Gonizzi, Menno Grootveld, Nicolette Hoekmeijer, Joop Koopman, Frank Lekens, Marlene Lokin, Jan Messchendorp, Elsowina Ruitenberg, Karina van Santen, Astrid Staartjes, Pieter Streutker, Martinette Susijn, Jolijn Tevel, Tess Visser, Marten de Vries, Eelco Vijzelaar, Annemie de Vries, Dirk Zijlstra correctie Bert Ydema, Molly van Gelder art direction Dog and Pony, Amsterdam vormgeving Uriël Nieuwenburg Thomas Wansing productiebegeleiding Hans Snitslaar beeldredactie Nicole Robbers webredactie Marie-José Klaver copywriter Jaap Toorenaar marketing Ronald Appelman advertentieverkoop Robin Kolner kolner@360mag.nl, 06-19675573 Download de mediakit op www.360magazine.nl/adverteren controller Arthur van der Meeren bestuur Bessel Kok, Gert Jan Oelderik, Marijn de Jong druk Roularta Printing, Roeselare 360 wordt gedrukt op PEFC-papier, afkomstig uit duurzaam bosbeheer. www.pefcnederland.nl partners ANP, BNR Nieuwsradio, NRC Media, Dagblad De Pers, VPRO, Cartoon Movement, Getty Images, Hollandse Hoogte, Nyenrode Business Universiteit license partner Courrier International, Groupe Le Monde, Paris beeld voorpagina Delphine Achard / Hollandse Hoogte abonnementen* € 9,95 p/mnd in Nederland en België € 7,99 p/mnd digitaal Meer informatie: www.360mag.nl/abonneren

360 – Amsterdam Omdat 360 en Courrier International het nieuws volgen vanuit een lokaal perspectief, zij de kranten, tijdschriften en sites lezen die hun verhalen bij de bron halen, komt het vaak voor dat een trend, een beweging of een betekenisvolle verandering zich al in een vroeg stadium aankondigt. Polityka in Warschau of de Okaz in Djeddah volgen al jarenlang de sociale en politieke ontwikkelingen in eigen land en zien een lijn, waar wij nog niet van hebben gehoord. Voordat iets door de internationale pers wordt opgepikt, loopt het kind al aan wiens wieg zij stond, en is de stippellijn een kleurplaat geworden. Op grond waarvan redacties vinden dat een artikel fit to print is, staat nergens en hangt soms af van toevalligheden en commerciële afwegingen. Maar dat onze media de norm zijn voor wat aandacht verdient of wat naar de marge verdwijnt dan wel helemaal niet bestaat in het collectieve bewustzijn, zal niemand ontkennen. Het is een spel tussen vraag en aanbod en andere wetten die een medium bestaansrecht geven. Precies zoals het de rest van de wereld vergaat. Wie bepaalt wat? En is dat nog steeds zo? Omdat wij liever vooruitkijken dan terugblikken, geven we een aantal kranten het woord die opmerkten dat de wereldorde aan het verschuiven is, en de indrukwekkende opkomst van andere continenten een nederiger houding

’ n Werelds voornemen

*Alle abonnementen continueren automatisch en gelden tot wederopzegging, tenzij anders vermeld. Prijswijzigingen voorbehouden. Cadeauabonnementen eindigen automatisch. Voor bedrijfsabonnementen gelden speciale tarieven. 360 verschijnt 24 keer per jaar. Oplage: 25.000

verspreiding Nederland: Aldipress | België: AMP missie Nieuws uit het buitenland is iets anders dan nieuws over het buitenland. We hebben niet de pretentie dat het wereldnieuws zich laat samenvatten in 64 pagina’s, wel de ambitie relevante, originele en mooie verhalen bereikbaar te maken voor een Nederlandstalig publiek.

van het Westen afdwingt. Latijns Amerika, Afrika en Azië, tot voor kort synoniem met regerende drugskartels, bloedige oorlogen en dictaturen, honger, armoede en aids, horen - zonder dat die problemen zijn opgelost, nu bij de landen met de grootste economische groei in de wereld. Met bijbehorend zelfvertrouwen, dagen de nieuwe ambities van Brazilië, India en Afrika het Westen uit, dat verlamd lijkt door de crisis. Verleggen van het zwaartepunt betekent niet automatisch vooruitgang, maar het kaartspel opnieuw schudden geeft weer een andere uitkomst en kan tot verbetering leiden. Wie ben ik, waar staan we, zijn wij dat? Allemaal belangrijke vragen die te pas en te onpas gesteld kunnen worden. Op landelijke niveau maar net zo goed in het persoonlijke domein, zoals de transgenders, transseksuelen, travestiesten en hermafrodieten overal ter wereld doen. 360 hoopt door de verschillende perspectieven te laten zien, op een beter, gelijkwaardiger en hoopvoller 2012 en 13, 14, 15…

360, Nederlands nieuwste magazine, brengt het beste uit zo’n 900 buitenlandse dagbladen, tijdschriften en online media. Nu in de winkel voor € 5,95. Of word abonnee voor € 9,95 per maand. Vul de antwoordkaart in of ga naar 360mag.nl

Katrien Gottlieb gottlieb@360international.nl


bronnen

360 selecteert Nieuws en achtergrondverhalen uit vrijwel ieder land ter wereld. De artikelen in dit nummer komen onder meer uit de volgende kranten, tijdschriften en websites.

The Economist Verenigd Koninkrijk, weekblad, oplage 1.337.180

The Economist

De standaard voor wie zich interesseert voor internationaal nieuws. Voor de helft eigendom van de Financial Times. Voor 85 procent buiten het koninkrijk verkocht. The Christian Science Monitor VS, weekblad, oplage niet bekend

02

01

The Christian Science Monitor

Sinds 2009 geen dagbad meer maar een internetsite met een wekelijkse papieren editie. Meer dan een eeuw oud.

TelQuel Marokko, weekblad, oplage 20.000 Franstalig weekblad met veel reportages en een ondogmatische benadering van taboeonderwerpen als seksualiteit.

Daily News and Analysis India, dagblad, oplage 235.000

03

Eigendom van een grote persgroep. Richt zich op de grootstedelijke jeugd. Jonge broadsheet krant met commer­ ciële uitstraling en veel interactiviteit.

The Miami Herald VS, dagblad, oplage 316.000 Gericht op de Latijns­Amerikaanse gemeenschap in Miami. Een van de beste Amerikaanse kranten, met een internationale en een lokale editie. 01

The New York Times VS, dagblad, oplage 1.160.000 Met 1000 journalisten, 29 vestigingen in het buitenland en meer dan 80 Pulitzer prijzen is The New York Times de belangrijkste krant van het land waarin “all the news that’s fit to print” kan worden gelezen. De familie Ochs, die in 1896 het roer overnam van de in 1851 opgerichte krant, staat nog altijd aan de leiding van deze centrum­linkse krant. 02

La Nación Argentinië, dagblad, oplage 185.000 In 1870 opgericht door oud­president Bartolomé Mitre. Verdedigde onder Péron de vrijheid van meningsuiting. De reputatie van deze kwaliteitskrant is verder gebaseerd op de buitenlandberichtgeving. 03

El País Spanje, dagblad, oplage 397.000, 777.000 op zondag Zes maanden na de dood van Franco werd ‘Het land’ opgericht. Tabloid krant met socialistische sympathieën, top journalis­ tiek met bijdragen van grote Spaanse schrijvers. 04

Le Jour Kameroen, oplage niet bekend Al bijna vijf jaar de krant voor de elite van het land. Veel reportages, eigen onderzoeken en weinig commentaren.

Fokus Zweden, weekblad, oplage 22.000 Geïnspireerd op Newsweek, met een mix van actualiteit en langere achtergrondstukken over een breed scala aan onderwerpen.

Der Spiegel Duitsland, weekblad, oplage 976.000 Sinds 1947 uiterst onaf hankelijk, standaard voor onderzoeksjournalistiek, kritisch over rechts.

Polytika Polen, weekblad, oplage 230.000 Voormalig orgaan van de vernieuwers van de Poolse Verenigde Arbeiderspartij (PZPR), opgericht in 1957. ‘De Politiek’ is tegenwoordig in handen van de eigen journalisten en is het grootste sociaal­politieke weekblad van Polen geworden.

05

06

Stern Duitsland, weekblad, oplage 869.000 Bekend om de rijk geïllustreerde reportages, die soms richting sensatie gaan. 07

08

09

Evenimentul Zilei Roemenië, dagblad, oplage 229.000 Felle, niet altijd evenwichtige krant met sympathie voor de oppositie. 10


bronnen

08 11 06

nomist

07

09

10 04

13 12

16 14 15

18

17

05

TelQuel

Daily News and Analysis 19

Moskovskié Novosti Rusland, oplage 33.000 ‘Voor wie nadenkt en niet onverschillig is over zijn vaderland’. Gevuld met commentaren en opiniestukken.

Al Hayat Saoedi-Arabië, dagblad, oplage 110.000 Belangrijkste krant voor de Arabische diaspora, podium voor ruimdenkenden, eigendom van prins Khaled ibn-Sultan.

Al-Shourouk 12 Egypte, dagblad, oplage niet bekend Onderdeel van de gelijknamige uitgeverij, met bijdragen van intellectuelen uit binnen- en buitenland.

Okaz 15 Saoedi-Arabië, dagblad, oplage 60.000 Tweede, vooraanstaande krant van het land, geeft de standpunten van de overheid weer.

11

Ha’aretz Israël, dagblad, oplage 80.000 Eerste krant die in 1919 tijdens het Britse mandaat in het Hebreeuws verscheen. ‘Het Land’ is dé krant voor Israëlische politici en intellectuelen. 13

14

The Caravan India, maandblad, oplage 20.000 Opgericht in 1940, in 1988 omgedoopt tot Alive en sinds 2010 weer terug onder de oorspronkelijke naam. Prachtig blad met fotoreportages en kritieken. 16

Bangkok Post Thailand, dagblad, 55.000 Onaf hankelijk, onpartijdig, Engelstalig en kosmopolitisch. Wordt zowel in Bangkok zelf als in het buitenland gelezen. 17

Asie Sentinel Hong Kong, www.asiasentinel.com Onaf hankelijke site met bijdragen van de beste journalisten in Hongkong. 18

The Age Australie, dagblad, oplage 230.000 In 1854 met scherpe tandjes geboren. Melbourne’s intellectuele en artistieke concurrentie met Sidney. 19

01

locatie aangehaalde bronnen dossier wereldeconomie (vanaf p. 14) dossier gender (vanaf p. 24) landen, besproken in dit nummer



inhoud 10 Wereldnieuws 13 Controverse 14 De nieuwe wereldorde

dossier

wereldeconomie

wereldeconomie

dossier

De bordjes zijn verhangen op het wereldtoneel, schrijft de Duitse Stern. De landen die we lang ‘opkomende economieën’ noemden, dragen nu haast evenveel bij aan de wereldeconomie als de G7

24 Grensvervaging tussen de geslachten

Verschuivende wereldmachten De nieuwe as.

Over de hele wereld en sinds mensenheugenis komt het voor dat mannen zich vrouw voelen of vrouwen man. Elke cultuur gaat daar anders mee om. De eerste transseksuele stewardessen zijn inmiddels aan de slag.

Het Westen is geen model meer waaraan de rest van de continente n zich spiegelt. Het wordt zelfs uitgedaagd door de ambities (en grondstoffen) van opkomend e economiën. De grootste shopping mall staat in China, het hoogste gebouw in Dubai, de meeste films komen uit India en de rijkste man is een Mexicaan. De zogenaamde nieuwe industrielanden dragen vrijwel net zoveel bij aan de economie als de G-7. The Economist, La Nación, Asia Sentinel en The New York Times over de veranderende wereldorde. © Peter Bialobrzeski/Laif/HH

35 Lage Landen

Nederland en België door de ogen van de wereld. De voortsnellende ontkerkelijking in Nederland heeft een primeur opgeleverd: een handboek voor het opdoeken van een kerk. Der Spiegel interviewt de schrijver.

pagina 14 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 15

midden-oosten

de continenten

egypte

Inheems volk is de er best georganise te actiegroep Egyp ms d maar een inhee geen minderhei te De Nubiërs zijn om de grond terug ning is belangrijk volk. Die erken en. Vanaf het ze verjaagd werd van waar kunnen eisen Tahrirplein. het op zij n eerde eerste uur kamp pel ingegeven. hen met de paple Actievoeren is

europa | In Roemenië neemt men het zekere voor het onzekere als er iemand overlijdt. Vakkundig wordt het dode hart nog eens doorboord, opdat de dode niet uit zijn graf zal herrijzen.

voor bijna 36.000 Egyptische pond t op 5,50 pond huizen, wat neerkom de landbouwgronper huis. Ook voor dorn rs van sommige en de putten waarva moesten bewone n in den, de noria’s is een naar andere plaatse 10.000 waren, naar schatting pen vertrekken er . gedwon naar Caïro. De oosstelling betaald de omgeving of te lage schadel een hoogingen bereikten en gen verhuiz onder het bewind De mensen geloofd toen school. 1970 in lagere de tepunt de Hoge Dam d moesten vertrek president Nasser niet dat ze voorgoe Pioniers van hun van zelfs de sleutel li is een man die waardoor een enorme ken. Ze namen werd gebouwd, Mahmoud Al-Saya toen ontzettend Nubiërs gezien land onder water huis mee. Het was oppervlakte aan door actievoerende heeft n aan die nog hun pioniers. Begin [het Nassermeer heet. Ik had sandale kwam te staan wordt als een van met km²]. hij alle Nubiërs tijd van de oorlog van ruim 5.000 akte oppervl stamden uit de een jaren zestig al wilde 1956]. re keren dal Wadi Abu Suezcrisis van d beloofde meerde brengen in het overhei de Engelsen’ [de elkaar De bij levende bewoners een belichaamt de ebied van het oude ‘Mijn generatie dat de oorspronkelijke Siyal, op het grondg . Wat wij te verdukrijgen en ook herinnering hieraan goed bestaan zouden op dragen we over gehad, ren hebben ies.’ de volgende generat begon in de jaren Zijn leven als activist Historisch Nubië tenbond van de zestig in de studen Caïro Aswan. Later, in eeee universiteit van

e Miiddddeellllaannddsse M

ZZ

afrika

Jongens zien er het nut niet van PORT-in PORTeen condoom te gebruiken, SAÏD want DRIË SAÏD ALEXANDRIË ALEXAN ‘mannen kunne n niet zwanger I. J.J. wor­ I. den.’ Ze gaan MARSA-- ook af op de uiterlij MARSA ke versch H van H ijning MATRU MATRU hun klanten enSinaï Sinaï CAÏRO CAÏRO denken nog steeds dat aids­lijders S.A. S.A. mager zijn en pukkels over hun hele lichaam hebben TE . TE EGYP EGYP Big Mami is geen Rode Rode travestNiet N en hij LIBIË LIBIË Zee Zee ii l werkt niet in Carrefo nn Elf,j ljmaar ee ss tt ii jj ur o o w w in snackbars en nachtc NASSER lubs. OverigensNASSER AL-NUBAA AL-NUB zijn de sekswe rkers van Carrefo ur Elf alleen maar het ASWAN zichtbare ASWAN dam laagje van Basse dam Basse Aswan Aswan de prostitutie in Douala. De meesten Nubie werken in het meer Nubie meer Nasser geheim Nasser en zijn bij­ voorbeeld te vinden in een snackbar die bekend staat als sociaal trefpun t in Ndogbong, vlak bij de univer siteit. BovenBovenHier bestaat het grootste deel van Nubië Nubië de AN AN werkers uit studen SOED SOED ten. Op deze 13de november zitten Gilles, die zich Njango laat noeme n, en zijn collega km 's 400 km 400 aan een tafeltje te praten. Hij is Jordanië Israël,J.J.Jordanië tweedejaars geschi Saoedi-Arabië, Arabië,I.I.Israël, SaoediS.A. S.A. : : edenis gen gen student Afkortin Afkortin en met het geld dat hij in deze bar verdient betaalt hij zijn studie en 45 zijn rekeningen. i 2012 nr. 04 pagina Ongev januar eer21een 7 tot uur na zijn aankom Dessin d’Angel de Pedro st vraagt een man hem aan zijn tafeltje te komen zit­ ten, biedt hem iets te drinken aan en na een paar woorden maken ze zich klaar voor vertrek. Terwij l hij zijn consumptie betaalt, verklaa rt de man desgev raagd dat hij ‘alleen maar iemand zoekt om hem de stad te laten zien, want hij is bang om te verdwalen.’

liedjes getint geraak t met seksuele ver­ wijzingen: ‘Door de bezetting werd de chaâbi, de popula ire volksmuziek, uit de gemoedelijke intimiteit van huis en haard gehaald en in een perver se con­ text geplaatst.’ In die tijd was het van­ zelfsprekend dat bepaalde woorde n naar het verzet verwezen. Het was voor de bezetter dan ook van levensb elang om ze ongeloofwaar dig maken. ‘De effi­ ciëntste manie r om het verzet te smo­ ren was de chaâbi zedeloos te noeme n en te verbannen naar de achter kamer. Op die manier ontstonden in de eerste helft van de twintig ste eeuw de lqsara, avonden met zang, alcohol en seks, die het begin vormd en van de neerga ng van de chikha , ooit een vereerd e diva. Je hoeft niet veel van het darija (gesproken Arabisch dialect ) te weten om in ver­ schillende popula ire liedjes verwijz in­ gen naar coïtus en striptease te ontdek­ ken. Omdat de liedjes (die eerder een pornografisch dan een erotisc h karakter hebben) zo toegan kelijk zijn, denkt paru dans El País, men vaak dat ze horen © Angel de Pedro Madrid. tot de traditie – El País, Madrid van de aïta, een van de populairste en gemak­ kelijkst te doorgr onden zangvo rmen. Hassan Nejmi, voormalig voorzit ter van de nationale schrijversbond van Marokko en gespec ialiseerd in de aïta is er duidelijk over: ‘Het is een kunstv orm die al twaalf eeuwe n bestaat en die aan strenge regels gebonden is.’ De aïta is TelQuel – Casabl vooral suggestief, anca Volgens Hassan Nejmi bevatte n alle Marokkaanse muzi­ Gehandicapt kale genres erotisc he verwijzingen. Tussen tien en Erotiek hoort Dat men denkt elf uur ’s avonds dat de aïta leidt bij Marokkaanse ver­ tot dwijnen langza immoreel gedrag muziek. In somm merhand de studen , komt ook doorda moderne num ige ­ t ten en komt er mers is de tekst het ritme zich een ander soort beter leent voor behoorlijk expli dansen werkers. Een ander Overblijfsel uit dan andere popula ciet. soort klanten ire genres. Terwij een eeuwenou l ook. Ze zijn voor het ‘tapdansen’ de traditie. het merendeel op de qaâda (een grote gehandicapt, of metalen ketel) voornamelijk het heel klein, of heel terrein dik: mensen die van mannen blijft, et filmpje, waarin moeite hebben mogen vrouwe alleen een n gewone relatie – geslachtsdelen heupwiegen, met maar hoesjes van te vinden vanwe worden onomw hun borsten schud­ cd's te zien ge onden den en hun uiterlijk of benoemd. Zonder met zijn, hun circuleert al meer hun geestelijke haar zwaaien YouTube zou het op een dan gezondheid. Ze vijf jaar op YouTu nooit in de openba manier die doet komen hier op denken aan het be (goo.gl/Zn0ze arheid zijn gekom zoek steige­ ) en ren van paarde naar gezelschap maar blijft onverm en alleen achter n, en bekend staat dat ‘niet op je gesloten deuren inderd polulai neer­ r in zijn onder kijkt’ vertelt Marie Marokko. Op sommi gezongen. In reactie de naam te’hyar (trance). De dans Ange, verlamd ge hoesjes staat s op internet roe­ passen geraakt na een de waarschuwin pen mensen op zijn ontleend aan hartinfarct. Albert om de zanger g 18+ en op de het dagelijks leven. gevan­ achter­ Dieudonné is epilept grond speelt een gen te zetten, Zoals de rekza of hem in ieder (ritmisch trappe orkest op hoogst isch en heeft geval te len) en vaak toevallen. irritante wijze beboeten. Toch het heupwiegen, het liedje 'qam Hij vertelt dat stamm gecom en de woorden bineerd met zijn zibbi' vriendinnetjes (ik heb een erectie uit een orale traditi het wrijven van het uitmaken een slip van de ). Dan valt een e die al eeuwe zodra kaftan, n ze zo’n toeval zanger in met bestaat en waarin verwijst naar het meemaken. Marie 'jibou l’qhab… doen van de was. erotiek de achter­ ' (kom Ange gebruikt maar op met die grond vormt voor Overigens is ook geen condoom hoeren) en gaat de kaftan niet populaire liedjes en ont­ het . betaalt het dubbel nummer over Volgens Abdesl snapt aan zinneli in een medley am Ghayour, die e tarief voor jke loftuitingen van onder­ in onbeschermd pornografisch zoek doet naar het lied Qaftane contact. ‘Ik kan e versies van popula de aïta, zijn onder k mehloul (Je kaftan mijn ire staat ledematen niet liedjes. Het refrein invloed van de open) van Pinhas Franse bezetti bewegen. Ik kwijl. Cohen ontaardt in een , een ng en de ‘crooner’ Als er geen kind ritmische beschr sociale en ideolog die inmiddels van het toneel thuis is om me ijving van de offers ische veranderinge verdwe­ te n helpen, gebeur die een maagd die daaruit voortvl nen is. t het wel eens brengt en die afhang oeiden popula dat ik ire en in mijn broek van Nouha de sociale d Fathi plas en poep. Ik status van de gelukk wil ige. op z’n minst een Die offers lopen uiteen van het beetje echt plezier tonen hebben voorda van de dijen aan t ik doodga. Aids de rechter tot het zal me een zorg wezen aanbieden van het achterwerk ,’ bekent ze. aan de Anne Mireille advocaat. Het lied is vooral aansto Nzouankeu ot­ gevend door de expliciete woordk eus

ij N N ij

ll

uit verom de Nubiërs zette hij zich in n. samen te brenge schillende dorpen ng en bij de instelli Ook was hij betrokk m ssie die het problee van een commi in Alexandrië moest van de Nubiërs was hij een van behandelen. Verder groep de rs binnen de initiatiefneme aan de betogin Nubiërs die deelnam lein [van 25 januari gen op het Tahrirp de die leidden tot tot 11 februari 2011], k. val van Hosni Mubara van de deken o, Sokarn Volgens Ahmed iteit it van de univers noria’s… letterenfaculte ook Nubiër, begonvan Aswan en zelf er en al in 1902 toen nen de problem oorlog stuwdam werd Aswan een eerste Sandalen uit de de Nijl Fawzi Saleh, in in r and zestige de waterst Hun voorzitter, gebouwd om de iger van de eerste als het stuwmeer is een vertegenwoord te reguleren. Telkens amheden groter directe pijn heeft nieuwe werkza generatie, die de door oude scheiding van het in 1912 en 1933], ervaren van de werd [met name op ebied. ‘Ik zat toen Nubische grondg

amerika's | De slachtoffers en de miljarden dollars zijn geteld. Maar een ander gevolg van de rampzalige invasie in Irak laat zich moeilijker kwantificeren: de gebroken moraal. The Christian Science Monitor laat een aantal wetenschappers aan het woord.

marokko

nal

de De verhalen van hun treurige grootmoeders en ies op liederen roepen emot

42 Na Irak: oorlogsmoe, berooid VS

44 Bejaarden te vondeling gelegd

azië | In de Indiase deelstaat Kerala is de vergrijzing keihard gegaan. Bejaardentehuizen schieten als paddestoelen uit de grond maar de oudjes worden ook langs de weg gedumpt. Door hun kinderen.

Bron: Courrier internatio

de Hoge a de bouw van Nijl werden Aswandam in de 1963 en april tussen augustus gen 0 mensen gedwon 1964 zo’n 200.00 Nubiverlaten. Vooral huis en haard te opvalslachtoffer; even ers werden het een het huidige Egypte lend is dat ze in activisten en aties recordaantal organis n voor hun zaak. hebben die opkome ivan de best georgan Zij vormen een het in Egypte, en ook seerde groepen mobiliseren, dankzij gemakkelijkst te in de loop der jaren de activisten die jke om met alle mogeli geleerd hebben gen. belangen te beharti middelen hun broederschap kan Alleen de Moslim . hetzelfde zeggen waarschijnlijk er zo’n drie wonen t Op dit momen een s in Egypte [op miljoen Nubiër rs]. miljoen inwone totaal van tachtig vinden voornamelijk te In Caïro zijn ze en Bulaq. Daar in de wijken Abdeen aties gevesorganis hun van ook zijn 32 totaal de hoofdstad in tigd (er zijn er in Armina. Drie genera35). Een ervan is erin samen. De ties activisten werken van n over het leven oudsten vertelle huizen blinkend witte vroeger: over de die op feestdagen aan de Nijl, de jeugd deden n die een dutje danste, de oudere n mande over het in de deuropening, de eeuwig draaien vlechten, over de

international ional Courrier Courrier internat

N

41 Het dorp dat zijn doden ombrengt

AL AL-AR -ARISH ISH

Al Shuruq – Caïro

zou laten bouwen dat ze 9.000 huizen hun gezinnen die na voor de 17.000 omen hadden vertrek geen onderk er in veertig jaar gekregen. Dat zijn en. Erger nog, de geword maar 5.000 de Nubiërs in Nasser vele huizen van [Nasser er vervallen bij Al-Nuba staan t in 1963, een paar Al-Nuba is gestich aan de dam begon, jaar nadat het werk . te herhuisvesten] om er mensen net bedragen waren De toegekende van de in totaal genoeg om 2.000 te knappen. Boven4.000 huizen op ingen die vergoed verhuis dien waren de naar bijzonder laag: de Nubiërs kregen dan 2 miljoen schatting iets minder

Seks uiteraard, maar met mat e

H

46 De Nubiërs in Egypte

midden-oosten | Het afdammen van de Nijl ter hoogte van de Egyptische stad Aswan dwong het Nubische volk te verhuizen. Ze hebben hun lot ter hand genomen en nu erkenning gekregen als inheems volk.

49 Je kaftan staat open

afrika | Marokkaanse muziekteksten hebben een verbond met het verbodene. In de koloniale tijd werd het verzet tegen Frankrijk bezongen, nu de seksuele vrijheid. ‘Kom maar op met die hoeren.’

De offers lopen uitee n van het tonen van de dijen aan de recht er tot het aanbieden van het achterwe rk aan de advocaat

horizon

horizon

7 tot 21 januar

i 2012 nr. 04 pagina 49

50 Premier van India

De Indiase The Caravan weegt de wapenfeiten van Manmohan Singh, de bescheiden figuur met blauwe tulband die India sinds 2004 leidt. Kan hij de corruptie het hoofd bieden?

56 Oorlogsdagboek uit Tsjetsjenië

‘Wij hebben geen taal waarmee we de goeden kunnen onderscheiden van de slechten’ schrijft de Moskovié Novosti. Een nieuw boek geeft een stem aan ‘meisjes, jonge en oude vrouwen die bang zijn gedood te worden door jonge, Russische mannen met de macht van hun uniform.’

60 Gerecenseerd

Wat de buitenlandse recensenten al schreven over de boeken, films, concerten en voorstellingen die naar Nederland en België komen.

boek

Tsjetsjeense tiener verbreekt stilzwijgen

boek

horizon

Moskovskië Novosti - Moskou Polina heeft haar manuscript opgedrag en ‘aan de leiders van het huidige Rusland’, al heeft ze het niet vaak over de soldaten van het federale leger en helemaal niet over politici. Zoals elk oorlogsv erslag is het in wezen een beschrijv ing van het menselij k gedrag in extreme omstand igheden. Omstand igheden waarin het het van grote waardigheid getuigt níet de kleren mee te nemen die zijn achtergelaten in gebombardeerde huizen, terwijl je zelf in vodden nlangs verscheen loopt. Vreemd genoeg in Moskou Dnevnik helpen dat soort gedragsregels mannen met de macht Jerebtsovoï Poliny om te overleven, Het Dagboek van Polina want een mens die van hun uniform. Polina noemt behoudt zijn waardigheid hen de ‘Duitsers’ Jerebtsova in een bescheid , blijft makkelijker of de ‘Witten’ (naar en oplage van overeind in een wereld de soldaten die tweeduizend exempla in de burgeroorlog waarin je nergens ren. Het vertelt het na de revolutie van op kunt rekenen, niemand verhaal van het 1917 tegen de oorlog in Tsjetsjen kunt Rode Leger vochten) vertrouwen, waar ië tussen 1999 en elk moment een , want zij is geboren 2002, gezien buurman, een door de ogen van in de nadagen van de USSR soldaat of een rebel een jong meisje. Duitse en opgegroeid met je je rantsoen brood en Zweedse Sovjet-ti films uit de je kan uitgevers hebben kan afpakken, jd. Voor haar moet verkrachten, je een al belangstelling de vijand dus tot getoond voor de jurk kan aanbiede een van vertaalrechten. n of een die twee categorie kogel door je hoofd ën behoren. schieten. Eigenlijk is schrijven Dit boek zal het niet Russen in de rol van voor Polina ook een makkelijk krijgen. Duitsers, die schieten manier om overeind In het Westen op arme kan het misschie te blijven, oude vrouwen en om regels en waarden n een succes worden, het uitschateren na te kunnen leven, maar wat het bij de aanblik van in Rusland te wachten elke dag een meisje dat op weer, al zijn het maar staat, waar op dit handen en voeten de regels van de Russisch moment voor hen weggeen inhoudelijk kruipt. Dat beeld e grammatica. debat over Tsjetsjen is voor ons moeilijk ië mogelijk is, te aanvaarden, valt niet te voorspel zelfs voor de onafhan Typerend voor oorlogsg len. Wij hebben daar kelijke, liberale denkers eschriften is dat ze geen taal voor, geen criteria onder alledaagse ons. Des te prijzensw kleinigheden afwissele waarmee we de goeden aardiger is het als n met grote levensvr kunnen een lezer onderscheiden van agen of zichzelf hoogdravende beschuld toch dwingt dit dagboek de slechten. Voor igingen, en het dagboek ons manifesteert open te slaan. het onderwerp zich van Polina vormt daarop alleen in de vorm geen uitzondering. van aanslagen en rebellen, en de De tiener trekt zich weinig rolverdeling is ondubbe aan van dosering lzinnig: of goede smaak. aan de ene kant ‘zij’, In het leven van haar een gevaarlijke, voornam en haar moeder spelen elijk mannelijke macht, de dagelijkse karweitj die dood en verderf es een grote rol: meel zaait; aan de andere kant ‘wij’, vinden, dat beschimmeld is, mogelijke slachtoff water halen in een ers wanneer we bommenregen, de metro nemen, een schuilplaats op straat lopen of inrichten in een gang op een vliegtuig wachten. (zelfs als de vloer is ingestort heb je meer kans het er levend af te De verdienste van brengen in een gang dit dagboek van Polina dan in een kamer is dat het die starre rolverdel waarvan de ruiten al lang kapot ing doorbreekt en zijn). Even gedetaill een stem geeft aan andere helden eerd beschrijft ze wat - meisjes, jonge en er bij de buren oude gebeurt, wat ze eten, vrouwen die bang zijn gedood waar ze vandaan te worden door jonge, komen als ze thuiskom Russische en, hoe ze de greep op zichzelf kwijtraken en en uit plunderen gaan, hoe ze steeds meer hun instincte n volgen en

De jonge Polina Jereht

sova hield een dagbo ek bij tijdens de oorlog in een stem aan meisje s, jonge en oude vrouw bang zijn vermoord en die te worden door mann en in uniform. Tsjetsjenië. Ze geeft

O

Zoals elk oorlogsversla g is het een beschrijving van het menselijk gedrag in extreme omsta ndigheden

EEn jEugd in oorlo

g

Als in december 1994 de Russische federale troepen Grozny binnentrekken (waar drie jaar eerder de Tsjetsjeense onafhank elijkheid is uitgeroep en), is Polina negen jaar oud. De eerste Tsjetsjeense oorlog begint. In de zomer van 1996 tekenen de partijen een staakt het vuren. De vrede, die drie jaar zal duren, is betrekkelijk

pagina 56 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

doordat de Tsjetsjeen se krijgsheren onderling blijven vechten. Vladimir Poetin, in 1999 door Boris Jentsin tot premier benoemd , ontketent de tweede Tsjetsjeense oorlog. Die duurt formeel tot de benoeming van de prorussische Ramzan Kadyrov als president van Tsjetsjenië in 2007.

Jerebtsova Polina

raakt in 1999 zwaar

gewond bij een

aanslag op de markt van Grozny. Sinds 2005 woont zij in Rusland. Haar gedichten en haar journalistieke werk verschijnen regelmat ig in diverse media.

© Reuters

Mildheid en neutraliteit bestaan niet in haar universum, waarin alles het gewicht van een natuurramp heeft

dan het is, met het oog op een toekoms tige lezer. Dat is een van de belangrijkste lessen uit het lastige lezen van dit dagboek : die helden en slachtoff zichzelf steeds minder ers zijn bepaald geen heiligen beperkingen opleggen . En toch zijn het . Dan, zonder overgang deze mensen, gebeurte deze nissen, waarvoor doodgewone Tsjetsjen , vertelt ze over haar wij als Russen allemaal verliefdheden, en en Russen die haar gedichten, haar verantwoordelijk wij vroeg of laat om vergevin dromen, verhalen heid dragen. g moeten vragen. vol Hollywoodclichés, die toch tot Dat het zo moeilijk Wat ook de toekoms het uiterste verkend is, komt doordat t van dit dagboek moeten wij nog steeds zal zijn, het worden. niet weten waarom heeft nu al een gecompl Russische (en niet iceerde geschiedenis. Duitse) soldaten op een klein Russisch Aan de uitgave is geen meisje schoten, in enkele zorg besteed, haar land, in demagog er is een hun land. Maar het isch voorwoord aan is voor lezers ook toegevoegd en verder lastig zich in Ontregelend Polina te verplaats ontbreekt iedere vorm en, omdat maar weinigen van achtergrond Mildheid en neutralit of toelichting. zich zullen kunnen identific Dat maakt pijnlijk eit bestaan niet in eren met iemand duidelijk hoe groot haar univer- wordt die verliefd ons op dit moment sum, waarin alles op jongens die Daoed, onvermogen is om het gewicht van een Mansoer of Moeslim over Tsjetsjenië te natuurramp heeft. Dit dagboek praten of heten; of met iemand zelfs maar is ongetwijfeld voer na te denken. Volgens die zich serieus afvraagt voor psychoPolina wilde geen logen: net als schrijven hoe je de islamitische van de grote uitgever hoofddoek moet is ook vervoering s het dagboek publicere dragen; of met voor Polina een manier om te n. Daariemand die het hoofd om staan op de laatste overleven. vol heeft van een pagina’s van het boek, onwaarUit literair oogpunt schijnlijk brouwse na al die doden en al die tranen, is het jammer dat l bestaande uit de advertenties voor ze geen nuances gedichten van weet aan te brengen boeken over Anna Achmatova, het leven , maar het gaat bij van yoga, belangstelling ‘de Taiwanees’ en deze prille ‘de Japanner’ (twee voor UFO’s, schrijfster niet om islamitische rituelen beroemde maffiosi artistieke waarde. en Sovjet-retoriek; in Rusland) - de koopwaa Als het lezen van haar dagboek r van de of met iemand die uitgever (Detektiv ontregelend is, komt wel messcherp analyseer -Press) die bereid dat ook door- schadelij was t welke dat ze ons dwingt Dnevnik Jerebtsovoï Poliny ke effecten de oorlog ons in haar te verplaats uit te geven. Zo moet heeft op mensen, en, ons te identificeren met burgerlijke zelfs op de meest geliefde, moed zichzelf verkopen een slachtoffer van maar die mensen in het huidige Rusland oorlogsmisdaden. ook streng En dat is vooral moeilijk veroordeelt, zonder . Elena Rybakova omdat het hier niet ook maar enig oordeel over de over zichTweede Wereldoorlog zelf te vellen; of met gaat, maar over recente iemand die een dagboek schrijft waarin ze het beeld van zichzelf wat mooier maakt

nr. 04 7 tot 21 januari 2012

pagina 57


wereldnieuws Israël

Koerden

India

Krachtmeting tussen religieuzen en niet-gelovigen

‘We moeten beseffen dat de Shoah niet begon bij de gaskamers, maar dat er een chaotische haatcampagne tegen de joden aan voorafging. Ook na de Kristallnacht bleven veel mensen hun ogen nog sluiten. Wat er nu gebeurt doet aan die jaren denken.’ Zo verwoordde een lid van de ultraorthodoxe Haredi in de krant Yediod Aharonot het doel van een manifestatie op 31 december in Jeruzalem. Daaraan namen kinderen deel in het gestreepte uniform van de concentratiekampen en met de gele jodenster op die de Duitsers destijds verplicht stelden. In Israël loopt de spanning tussen religieuzen en niet-gelovigen op en deze manifestatie was georganiseerd als aanklacht tegen de negatieve houding van de media ten opzichte van de ultraorthodoxe gelovigen. Deze laatsten worden ervan beschuldigd dat ze hun religieuze wetten willen opleggen aan de Israëlische samenleving, met name in Jeruzalem, en dat ze vrouwen discrimineren.

De anticorruptiewet – wat een fiasco

Tragische blunder

Op 28 december werden 35 Koerden gedood tijdens een bombardement bij de grens tussen Turkije en Irak. ‘Deze jonge dorpelingen waren smokkelaars, maar het leger zag ze aan voor opstandelingen van de PKK (het Koerdische bevrijdingsleger),’ meldt de Kurdistan Tribune verontwaardigd. De krant herinnert eraan dat smokkelwaar een belangrijke bron van inkomsten is voor de arme bevolking in deze regio en dat de Turken dat heel goed weten. De Turkse premier Erdogan heeft op 30 december spijt betuigd over de dood van deze jonge smokkelaars, een blunder die in de Turkse pers scherp werd bekritiseerd. De PKK riep dezelfde dag nog de lokale bevolking op om in opstand te komen.

Verenigde Staten Voorronde: in New Hampshire gebeurt het

zijde heeft Barack Obama het vertrouwen van 47% van de Amerikanen, volgens de peiling die onderzoeksbureau Gallup op 27 december bekendmaakte.

Op 3 januari zijn in Iowa zeven kandidaten de strijd met elkaar aangegaan om de eerste voorverkiezing bij de Republikeinen. Deze voorronde bood outsider Ron Paul de kans om op de voorgrond te treden, maar ‘Ook al wint Paul Iowa, dan maakt dat nog niet uit, ’ kopte de Boston Globe. Voor dit dagblad blijft Mitt Romney favoriet, net als voor de Washington Post. De echte springplank naar de kandidatuur is de verkiezing in New Hampshire op 10 januari. Deze staat blijft ‘een granieten vesting, in handen van Romney,’ aldus de Washington Post. Aan Democratische

Onder druk van de brede protestbeweging, geleid door anticorruptieactivist Anna Hazare, heeft de Indiase regering beloofd dat die zo lang verwachte wet tegen de corruptie voor het eind van 2011 ingevoerd zou worden. Weliswaar is het wetsvoorstel op 27 december door het Hogerhuis aangenomen, maar het Lagerhuis heeft er niet over kunnen stemmen, als gevolg van de vloedgolf aan amendementen die critici van de wet indienden. Nu kan er pas gestemd worden in het nieuwe parlementaire jaar, dat in februari van start gaat. ‘Die wet is een mislukking. Niemand wil dat hij doorgaat, want dat zou het einde betekenen van de hedendaagse politiek,’ oordeelt de nieuwssite Firspost, die vindt dat ‘geen enkele politicus echt weet wat het volk wil: sterke instituties die de corruptie kunnen tegengaan.’ De wet voorziet in de instelling van een ombudsman die onderzoek moet doen naar ambtenaren, hoge regeringsfunctionarissen en zelfs de premier.

Iran Raketten

Tussen 31 december en 2 januari heeft het Iraanse leger raketten voor de middellange en de lange afstand getest bij de Straat van Hormuz, waar 40% van alle olie ter wereld doorheen wordt vervoerd. Het was het antwoord van Teheran op westerse dreigementen om nog zwaardere economische sancties uit te vaardigen tegen Iran vanwege zijn nucleaire programma.

wat zij zeggen

Hugo Chávez

Baik Keun-shik

Habibollah Sayyari

Thomas Parocki

president van Venezuela

Inwoner van Noord-Korea

Commandant van de Iraanse marine

Rooms-katholieke bisschop in Illinois

Paranoïde: ‘Ik wil niemand beschuldigen, maar het is wel héél toevalllig.’ Vijf Zuid-Amerikaanse presidenten, onder wie hijzelf, hebben kanker. Chavez suggereert dat zij besmet zijn door de VS, die tussen 1946 en 1948 in Guatemala proeven hebben gedaan met het overbrengen van geslachtsziekten.

Verbijsterd: ‘In de vijftig jaar dat ik hier woon, heb ik nog nooit zoiets meegemaakt.’ Zelfs de vogels delen in het verdriet om de dood van Kim Jong-il: grote groepen eksters kwamen aangevlogen en bleven vrijwel roerloos zitten op het monument ter nagedachtenis van de ‘Geliefde Leider’ in de mijnstad Unsan.

Opschepperig: ‘De straat van Hormuz afsluiten is voor het Iraanse leger een koud kunstje, of, zoals de Iraniërs zeggen, nog makkelijker dan een glas water drinken.’ Teheran dreigde de straat van Hormuz waar 40 procent van alle olie op de wereld doorheen wordt vervoerd, af te sluiten.

Stijfkoppig: ‘In naam van de tolerantie tolereert men ons niet.’ De katholieke bisschoppen in de staat Illinois hebben besloten het grootste deel van hun liefdadige instellingen, waaronder adoptiecentra, te sluiten.

pagina 10 nr. 04 7 tot 21 januari 2012


wereldnieuws Rusland

Koning Chuka

Historische protestbeweging

Hij heet Chuka Umunna. Zijn vader is Nigeriaan. Zijn moeder komt uit Groot-Brittannië, wat hem het recht op twee nationaliteiten geeft. Umunna is een voorname speler in de Labour Party en wordt nu al de Engelse Barack Obama genoemd, om zijn ‘good looks’, talent en Afrikaanse afkomst. Zelf zou hij niet verbaasd zijn als hij de eerste zwarte Britse premier zou worden. Zijn officiële titel is ‘Secretary of State for Business and Innovation and skills’ in het schaduwkabinet van de oppositie. Partijleider Ed Miliband haalde hem binnen als beloftevolle rijzende ster. Dat heeft de nodige jaloezie opgewekt bij ander MP’s die hem ervan beschuldigen ‘in presidentiële stijl’ zijn departement te beheren. Volgens aan de Mail on Sunday gelekte documenten heeft Umunna elf mensen in dienst, twee keer zo veel als collega frontbenchers. Sindsdien wordt naar hem en zijn personeel verwezen als ‘het hof van King Chuka.’

De demonstraties van 24 december waren nog indrukwekkender dan die van 10 december: in Moskou gingen meer dan 100.000 mensen de straat op en in de andere steden deden duizenden of tienduizenden dat. De demonstranten eisen dat de uitslag van de verkiezingen die op 4 december zijn gehouden en waarbij grof is gefraudeerd, ongeldig wordt verklaard en dat er nieuwe verkiezingen komen. ‘De nieuwe Doema is al aan het werk gegaan en het is onmogelijk om de uitslagen van de verkiezingen nu nog te herzien,’ verklaarde premier Vladimir Poetin, kandidaat voor de presidentsverkiezing van 4 maart. De wapenstilstand rond Kerstmis en Nieuwjaar kwam de regering goed uit. Maar, zo zei Oleg Kashin, de journalist die in 2010 ernstig werd mishandeld, in de Kommersant: ‘Als de geest eenmaal uit de fles is, kan hij er niet meer in terug worden gestopt. Dat is voor ons de garantie dat er echt iets gaat veranderen.’

Denemarken Kleine bruggenbouwer

Terwijl Europa nog midden in de schuldencrisis zit, zal het roulerend voorzitterschap van de Europese Unie het komende half jaar worden bekleed door een klein land dat geen lid is van de eurozone. Kopenhagen moet deze positie aan de zijlijn benutten door zich op te werpen als bruggenbouwer voor een gemeenschap die uit elkaar dreigt te vallen, vindt het Deense dagblad Politiken. Het gaat om vrede, vrijheid en Europese waarden.Denemarken bij uitstek de gelegenheid zich hierover uit te laten. Laten wij die kans aangrijpen. (Politiken, geplaatst op Presseurop)

© John Ferguson/Camera Press/HH

wat zij vinden

Benjamin Netanyahu

Cees Nooteboom

Vladimir Poetin

Rupert Murdoch

Premier van Israël

Nederlands auteur

Premier van Rusland

Mediamagnaat

Geëmancipeerd: ‘In Israël hebben vrouwen een plek in de cockpit. Ze mogen dus gaan zitten waar ze willen,’ verklaarde Netanyahu tegenover nieuwe piloten, onder wie vijf vrouwen, tijdens een ceremonie op de luchtmachtbasis Hatserim.

Mijmerend: ‘Het is een mistige herfstochtend en ik wil nog niet gaan slapen; ik wil buiten zijn tussen de woorden van mijn stad. Een paar stappen van mijn huis vandaan, loop ik een smalle voetgangersbrug over. De Melkmeidenbrug, en ik denk aan Vermeer.’

Royaal: ‘Wat voor een soort cadeau willen jullie voor de jaarwisseling, vroeg hij het volk in een genereuze bui. Eerlijke presidentsverkiezingen in maart 2012, antwoordden zij.’

Gedurfd (Santorum werkte voor Fox news): ‘Kan deze tweet niet weerstaan, maar alle inwoners van Iowa denken aan Rick Santorum. De enige kandidaat met waarachtige visie.‘

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 11



meningen

Antisemitisme hindert echte lente The Miami Herald (verkort) – Miami

Moed kan de jeugd in Tunesië , Egypte, Syrië en Libië niet worden ontzegd. Het was geen pepperspray waarmee zij werden geconfronteerd. Ook staat het idealisme van de Arabische Lente buiten kijf. De bevolking van het Midden-Oosten ontwaakt eindelijk voor de beloften van de vrijheid. Er is echter ook een andere waarheid die niet kan worden ontkend. De wens van de Arabieren om te worden bevrijd van hun hardvochtige, meedogenloze dictators wordt bij tijd en wijle uitgedrukt in groteske, anti-joodse termen. Dit is op het eerste gezicht onzinnig: Arabieren komen in verzet tegen Arabieren, dus wat heeft dat met de Protocollen van de Wijzen van Zion te maken? In het Midden-Oosten bestaat de tendens om in de algehele ellende van het leven de verborgen en boosaardige hand van Israël te zien, of nog algemener - en kwalijker - ‘de joden,’ maar de Arabische lente leek in eerste instantie een radicaal andere houding toegedaan. Tunesiërs, Egyptenaren, Syriërs en Libiërs gingen veeleer de straat op om te protesteren tegen de werkelijke oorzaken van hun dagelijkse misère en niet zozeer tegen Israël. Israël leek in de begindagen van de revolutie op het Tahrirplein naar de achtergrond te zijn verdrongen. Maar inmiddels vervullen Israël en de joden in Caïro en in de rest van het Midden-Oosten weer de rol van universele boosdoeners. Ooit gebruikten dictators antisemitisme om de bevolking van haar eigen problemen af te leiden. Nu lijken de meest idiote samenzweringstheorieën bijna als vanzelf op te duiken. Dit past niet binnen het algemeen geaccepteerde verhaal over de Arabische lente, maar het zal niet weggaan door het te negeren. Daarvan levert Libië een mooi voorbeeld. De voormalige dictator Moammar Gadaffi was een ongekende antisemiet en bepleitte meermalen de vernietiging van Israël. Hij verdreef aan het begin van zijn bewind een paar duizend joden (leden van een gemeenschap die stamde uit de tijd ver vóór de islamitische verovering van Libië). Zijn regime confisqueerde joods bezit, vormde synagogen om tot moskeeën en maakte joodse begraafplaatsen met de grond gelijk. Toch kwamen sommige revolutionairen die hem ten val brachten met de beschuldiging dat hij op zijn minst gedeeltelijk joods was en dat zijn regime de belangen van het zionisme had gediend. Zelfs in Tunesië, dat over het algemeen als de meest gematigde Arabische staat wordt beschouwd, bracht de leider van de machtige en vermeend gematigd islamitische partij Ennahda, volgens MiddenOosten-expert Martin Kramer kortgeleden ‘het heugelijke nieuws’ dat ‘de Arabische regio zich van de kankercel Israël zal ontdoen.’ Antisemitische uitspraken komen zelfs in de hoogste regionen van de Egyptische politiek regelmatig voor. Presidentskandidaat Tawfiq Okasha zei onlangs nog op het televisiestation waarvan hij de eigenaar is: ‘Niet alle joden in de wereld zijn slecht. Het percentage is 60-40. Zestig procent is slecht, in verschillende gradaties, tot een niveau dat niet in woorden te vatten is.’ Okasha gaf eerlijk toe dat ook al zijn de onschuldigen onder die veertig procent op één hand te tellen, het toch mogelijk is om met dit soort joden samen te leven.’ De Arabische lente zou de bevolking niet alleen van onderdrukkende heersers moeten bevrijden maar ook van zelfdestructieve en illusoire geloofspatronen. Behalve dat antisemitisme een bedreiging voor het Israëlisch-Egyptische vredesverdrag is en joden dehumaniseert, ondermijnt het ook iedere vorm van rationaliteit en zal alleen maar een belemmering zijn voor werkelijke verandering in de Arabische wereld. Jeffrey Goldberg

Afgedwongen omarming JEFFREY GOLDBERG

Jeffrey Goldberg (1965) is een Amerikaanse journalist. Hij werkte voor The New Yorker en is nu redacteur van The Atlantic, Goldberg schrijft veel over het Midden-Oosten.

ZVI BAR'EL

Zvi Bar'el is sinds 1982 werkzaam bij Haaretz. Als columnist, managing editor en Midden-Oosten commentator. Hij heeft uitvoerig veel geschreven over de Arabische en islamitische wereld. In 2009 kreeg Bar'el de Sokolov prijs voor zijn gehele oeuvre.

Ha 'Aretz (verkort)– Tel Aviv

Wie voert de Moslimbroederschap in Egypte aan? Hoe heet de leider van de Tunesische Nahda partij? Wie staat aan het hoofd van de islamitische beweging in Marokko? Je zou verwachten dat deze namen alom bekend zijn in een land dat beducht is voor de ‘islamitische overname’ van het Midden-Oosten en zich zorgen maakt over de beëindiging van het vredesverdrag tussen Israël en Egypte. Maar waarom zou je je in de nieuwe namen van onze rivalen verdiepen wanneer het veel eenvoudiger is om het over ‘de islam’ te hebben? Hoe het leven er voor de inwoners van de Arabische landen uitziet, interesseert Israël hoegenaamd niet. En de Arabische democratie die naar alle waarschijnlijkheid uit de religieuze regimes opbloeit al evenmin. Israël koppelt liever de islamitische burgers los van de buitenlandse politiek van hun landen. Dat doet het al tientallen jaren in zijn relatie met Jordanië, Egypte en de Palestijnen. In de ogen van Israël wordt vrede met leiders gesloten, niet met een volk. Algemeen wordt verondersteld dat de omarming van Israël door de leiders zal worden afgedwongen. Dit verklaart de verbijstering, woede en frustratie over de koude vrede met Egypte en Jordanië. Toen Hosni Mubarak van Egypte en koning Hussein van Jordanië nog aan de macht waren, was het niet mogelijk om te beweren dat ‘de islam’ de vrede bedreigde. Linkse intellectuelen zijn geen radicale moslims, verre van dat. Denk aan Egyptische romanschrijvers als Alaa el-Aswany (auteur van ‘Het Yacoubian) of Sonallah Ibrahim, die weigerde een literaire prijs uit handen van de Egyptische minister van Cultuur in ontvangst te nemen, omdat een corrupt land, een dat heult met de bezetter Israël, niet het recht zou hebben om culturele prijzen uit te reiken. Egyptische en Jordaanse vakbonden van journalisten, schrijvers en filmregisseurs hebben Israël in het verleden geboycot en doen dat nog steeds. Niet omdat hun leden religieus zijn (het merendeel is liberaal), maar vanwege Israëls beleid in Jeruzalem en de betwiste gebieden. Tijdens de revolutie op het Tahrirplein werd het door Mubarak met Israël afgesloten gascontract door sommigen onder de ‘jeugd van de revolutie’ als misdadige corruptie bestempeld. Zij willen de ‘koude vrede’ met Israël bewaren. Als Israël de vrede wil opwarmen, zo stelden zij, moet het de prijs in Palestijnse munt betalen. Dit was geen ‘islamitische’ eis. Het waren vreemd genoeg seculiere Egyptenaren die deze eis stelden. Die prijs wil Israël niet betalen. Tussen een ‘warme vrede’ met Egypte en de bouw van nederzettingen, heeft Israël gekozen voor de nederzettingen. Het heeft liever een koude vrede met een gas- en olieovereenkomst, en een bemiddeling met Hamas, dan een warme vrede die te veel kost. Net als vóór de val van Mubarak, is Israël afhankelijk van de Amerikaanse hulp aan Egypte om het voortbestaan van het vredesverdrag te garanderen en de gemoederen te kalmeren. Maar zoals gewoonlijk begint Israël een zondebok te zoeken. Dit zal een radicale, antisemitische moslim zijn die de doctrine van een oogje toeknijpen die onder Mubarak in zwang was, niet begrijpt. Daardoor zal er een eind aan de vrede komen. Iedereen begrijpt per slot van rekening wat een islamitische bedreiging betekent. Zvi Bar’el

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 13


dossier

Verschuivende wereldmachten De nieuwe as. Het Westen is geen model meer waaraan de rest van de continenten zich spiegelt. Het wordt zelfs uitgedaagd door de ambities (en grondstoffen) van opkomende economi毛n. De grootste shopping mall staat in China, het hoogste gebouw in Dubai, de meeste films komen uit India en de rijkste man is een Mexicaan. De zogenaamde nieuwe industrielanden dragen vrijwel net zoveel bij aan de economie als de G-7. The Economist, La Naci贸n, Asia Sentinel en The New York Times over de

veranderende wereldorde.

pagina 14 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

economie


dossier

Š Peter Bialobrzeski/Laif/HH

economie

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 15


dossier

economie

De wereld is veranderd Stern – Hamburg

Op de G8-top presenteerden de staatshoofden zich in strandstoelen, bespraken de wereldproblematiek, gaven een communiqué uit en beloofden Afrika geld. Niets wees erop dat met deze top een tijdperk ten einde liep.

N

og geen vijf jaar geleden leek de wereld in onze beleving nog helemaal in orde. Op de G8-top in Heiligendamm kwamen de staatshoofden van de VS, Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië, Canada en Rusland bijeen om de wereldproblemen te bespreken. Totdat in de herfst van het jaar 2008 het faillissement van Lehman Brothers de financiële crisis inleidde die over de hele wereld miljarden dollars deed verdampen, maar vooral een ontwikkeling sterk versnelde: de neergang van het westen en de opkomst van anderen. Toen onlangs de belangrijkste staatshoofden in Cannes voor overleg bijeenwaren was dat niet in een overzichtelijk groepje van zeven of acht, maar rond een grote vergadertafel met meer dan twintig deelnemers.

Bordjes

En ook zijn het niet langer de Europese mogendheden en de VS die Azië of Latijns-Amerika de les lezen – de bordjes zijn verhangen. China maakt zich zorgen over de schulden in de VS, het Braziliaanse staatshoofd eist van de EU ‘politieke vastberadenheid’, de president van de centrale bank van India dringt aan op forse maatregelen en zelfs Zuid-Afrika overweegt om Europese obligaties te kopen en de oude

wereld te steunen. Op hun beurt hebben Spanje en Portugal enkele weken geleden op de Ibero-Amerikaanse top hulp gevraagd bij de staten van hun voormalige koloniale rijk. Zeker, de G-7 en de G-8 bestaan nog, maar de G doet minder denken aan ‘Groep’ of ‘Groot’ dan aan ‘Gerontocratisch’ – vrijwel versleten. Met welk recht ook zou een gremium waartoe wel het Vagabunga Italië van Berlusconi behoort maar niet wereldmacht China, over het lot op aarde besluiten kunnen nemen? De dominantie van het Westen, van zijn economie, zijn wetenschap en cultuur vinden we zo vanzelfsprekend dat velen zich moeilijk kunnen voorstellen dat het ooit heel anders was. De opkomst van Europa begon in de vijftiende eeuw, maar zette pas echt door met de industriële revolutie aan het begin van de negentiende eeuw. Eerder lagen de centra van de wereld elders: rond het jaar 1000 waren Arabische wetenschappers hun collega’s in het Noorden absoluut de baas. In China bestonden sinds de negende eeuw miljoenensteden. Al decennia voor Columbus verkende admiraal Zheng He de kusten van Afrika en de Arabische wereld. In vergelijking met zijn reusachtige vloot leken de schepen van de Genuees die naar Amerika voer, wel roeibootjes.

Geen overzichtelijk groepje van zeven, maar een grote vergadertafel met meer dan twintig deelnermers pagina 16 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

Beslissend voor de ontwikkeling van Europa was de met de Verlichting opkomende rationalisatie van het denken: niet door de wil van God zou het de volgende generaties beter moeten gaan, maar door eigen ideeën die zich in de praktijk moesten bewijzen. Toen koningin Victoria van Engeland in 1897 haar diamanten troonjubileum vierde, kon zij een kwart van de wereldbevolking tot haar onderdanen rekenen. In de twintigste eeuw werd de VS de leidende wereldmacht en de dominantie van het Westen duurde voort.

Overzichtelijker

Het ontstaan van deze wereldorde komt ons voor als een soort natuurwet de voltooiing van de geschiedenis van de mens: nadat die rechtop was gaan lopen en het vuur had leren beheersen, kwam de ontwikkeling van het schrift, het temmen van natuurgeweld, de overwinning op totalitaire ideologieën. Het resultaat is een democratische maatschappij die weliswaar ook zijn problemen kent, maar uiteindelijk toch zo aantrekkelijk is dat geen enkel ander model in aanmerking komt. In de roes van de ‘overwinning’ op het communistische kamp fantaseerde de filosoof Francis Fukuyama begin van de jaren negentig zelfs over het ‘einde van de geschiedenis’. Elk nieuw McDonald’s filiaal in China of Rusland leek dit te bevestigen. Maar in werkelijkheid – het klinkt banaal – kan de geschiedenis niet worden stopgezet. Het tijdperk van het Westen loopt ten einde. Vandaag al dragen de zogenaamde opkomende industrielanden vrijwel net zoveel bij aan de economie als de G-7. Het duurt niet lang meer of ze hebben ons ingehaald. Nog nooit kende een land jarenlang zulke hoge groeicijfers als China. In 2027, misschien al eerder, kan het de grootste economische macht worden. Achter de opkomende ‘BRICS’-staten Brazilië, Rusland, India, China en ZuidAfrika loeren al de zogenaamde ‘next‘, landen als Mexico, Zuid-Korea en Tur-

kije die die hard op weg zijn aansluiting te vinden bij de westerse industriestaten. Zelfs crisiscontinent Afrika is niet langer een hopeloos geval: vrijwel geen enkele regio ter wereld kent momenteel – zij het nog op een laag niveau – zulke groeicijfers als de staten zuidelijk van de Sahara. De wereld is onoverzichtelijk geworden. De grootste shopping mall staat tegenwoordig in China, het hoogste gebouw in Dubai, de meeste films worden in India gemaakt, de rijkste man is een Mexicaan, en Afrikaanse bedrijven verplaatsen hun productie naar Europa, zoals het Zuid-Afrikaanse farmacieconcern Aspern dat in 2009 een fabriek overnam in het rustige Bad Oldesloe. Met economische macht groeit politieke kracht. Zie de BRICS: aanvankelijk alleen maar een afkorting die door een economisch analist van Goldman Sachs werd bedacht. Maar inmiddels komen deze staten eenmaal per jaar


dossier

© Paolo Woods/INSTITUTE

economie

De moslimheersers op het Iberisch schiereiland waren in de Middeleeuwen veel genereuzer met godsdienstvrijheid dan hun christelijke buren samen om afspraken te maken. In oktober werd de nieuwe as weer eens duidelijk toen Zuid-Afrika een visum weigerde aan de Dalai Lama, die zijn jarige vriend Desmond Tutu, winnaar van de Nobelprijs voor de vrede, wilde bezoeken. De relaties met Peking zijn voor Pretoria momenteel belangrijker dan ‘westelijke’ waarden. Inmiddels laat booming Turkije met een neo-Osmaanse politiek in het oosten

van de Middellandse Zee steeds duidelijker zien dat het niet langer om het lidmaatschap van de Europese Unie wenst te bedelen. China torent boven alles uit. Misschien zullen latere historici niet het jaar 1989 als een mijlpaal zien, maar 1978. In december van dat jaar had Deng Xiaoping namelijk verkondigd dat ‘het er niet toe doet of een kat wit is of zwart. Zolang ze muizen vangt is ze een goede

kat’. Het was het begin van China’s economische hervorming, het begin van China’s verrijzenis. Geen land ter wereld is al zo lang een staat als China: minstens 2000 jaar. En met elk economisch record groeit het zelfbewustzijn. In Afrika dicteren Chinese ondernemingen grondstofcontracten, in Azië vrezen de buurlanden China's groeiende leger. Steeds openlijker geven ook gewone Chinezen blijk van gevoelens van culturele superioriteit. Buitenlanders in Shanghai of Peking klagen dat ze sinds kort niet meer sommige bars of nachtclubs binnen mogen – die zijn, zo zegt men, uitsluitend voor Chinezen. Ook al zou de huidige vastgoedbubbel barsten en de economische groei afzwakken, voor de dominantie van China op termijn zal dit weinig verschil maken. De opkomst van het land is een ideologische uitdaging aan het Westen. Het begrip ‘modern’ is niet langer automatisch met waarden als vrijheid van meningsuiting verbonden. Peking laat zien dat economisch succes niet per se tot meer democratie leidt. Wij mogen een dergelijk voorbeeld

beangstigend vinden – maar in Afrika neigen veel staatshoofden eerder tot de Chinese weg dan dat ze zich nog langer met lastige vragen over mensenrechten willen laten ringeloren. Wat betekent dit alles voor ons? Wij beschouwen onze opvattingen als absoluut, iets voor alle tijden. Tolerantie bijvoorbeeld houden we voor een moderne westerse uitvinding, maar de moslimheersers op het Iberisch schiereiland waren in de Middeleeuwen veel genereuzer met godsdienstvrijheid dan hun christelijke buren. Onze visie op de toekomst wordt verduisterd door onze eigen schaduw. We horen het buitenlandse nieuws op onze lokale radiozenders of op de BBC, maar horen we ook dat in grote delen van de wereld al lang Al Jazeera, NDTV in New Delhi’en de CCTV in Bejing de toon aangeven? We zien de Duitse minister van Buitenlandse zaken voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, maar zien niet dat de meeste afgevaardigden bij zijn toespraak de zaal allang hebben verlaten. We beweren dat het westerse systeem de grootste rechten heeft, maar vragen ons niet af of het wellicht niet rechtmatiger of passender is als voortaan China in plaats van de VS de wereld zou domineren. Het rijk van het midden omvat immers 20 procent van de wereldbevolking en de VS minder dan 5: nog nooit in de wereldgeschiedenis heeft een dominerende cultuur anderen zozeer met haar waarden en waren overspoeld als het Westen in de afgelopen 200 jaar. ‘Paradoxaal genoeg’, schrijft historicus Paul Cohen, ‘zijn de mensen uit het Westen, die meer dan alle anderen een bijdrage hebben geleverd aan onze moderne wereld, het minst in staat haar te begrijpen.’ Op een dag zullen we wakker worden en inzien dat de wereld veranderd is. Misschien bij de eerstvolgende grote wereldcrisis. We kunnen er nog een tijdje onze ogen voor sluiten of ons erop voorbereiden. Marc Goergen

Is het niet rechtmatiger of passender als voortaan China in plaats van de VS de wereld zou domineren?

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 17


dossier

economie

Nieuwkomers genereren meer dan de helft van export The Economist– Londen

Opkomende economieën hebben de rijke landen ingehaald. Nu al kopen ze de helft van alle motorvoertuigen en hebben ze vier vijfde van alle mobiele telefoonaansluitingen.

D

e economische macht in de wereld is al een tijdje bezig te verschuiven van de rijke landen naar opkomende economieën.. In de afgelopen decennia wisten opkomende landen al dankzij lage lonen een groeiend aandeel in de wereldwijde productie en export te bemachtigen; ze genereren

en de rijke landen al voorbijgestreefd. Door de snelle inkomensgroei zijn ook de uitgaven gegroeid, en daarmee ook de honger naar buitenlandse artikelen: de import vanuit opkomende markten is de afgelopen tien jaar twee keer zo hard gegroeid als die vanuit zogenaamde ontwikkelde markten. Voor een deel komt dit door de intensievere handel tussen deze opkomende economieën onderling, zoals tussen China en Brazilië,

In 2012 nemen opkomende markten wereldwijd bijna de helft van de totale omzet van de detailhandel voor hun rekening inmiddels meer dan de helft van alle export. In 2012 wordt echter een nieuwe mijlpaal bereikt: de nieuwkomers importeren méér dan de rijke landen. Dat is een dramatische verandering ten opzichte van het jaar 2000, toen nog maar half zo veel geimporteerd werd. Deze snelle groei in koopkracht van ontwikkelingslanden zal de winsten van bedrijven in rijke landen een impuls geven. De financiële crisis van de rijke landen heeft de verschuiving van economische macht naar opkomende landen nog versneld. Begin 2012 zal het totale reële bbp van de rijke landen niet hoger zijn dan eind 2007, terwijl het totaal van de opkomende landen in dezelfde periode met ruim een kwart zal zijn toegenomen. Hun gezamenlijke nationale inkomens (inclusief die van recent geïndustrialiseerde Aziatische economieën zoals Zuid-Korea en Taiwan) maken volgend jaar twee vijfde deel uit van het wereldwijde bbp, een verdubbeling van hun aandeel in 1990. Gemeten naar koopkrachtpariteit, waarbij gecorrigeerd wordt voor de lagere prijzen in arme landen, zijn de opkomende economie-

pagina 18 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

maar ook de aankopen uit rijke landen zijn snel gegroeid. In 2012 gaat bijna twee derde van de Ameriwekaanse export naar opkomende markten, een bijna twee keer zo groot gedeelte als in 1990. De nieuwkomers moeten om nieuwe fabrieken te kunnen bouwen en hun infrastructuur te versterken geavanceerde apparatuur en machineparken uit rijke landen importeren. Maar ook de omvang van hun consumptieve besteding stijgt snel: in 2012 nemen opkomende markten wereldwijd bijna de helft van de totale omzet van de detailhandel voor hun rekening. Nog belangrijker: hun uitgaven zullen in

absolute zin, dus in dollars, twee keer zoveel zijn gestegen als die van de ontwikkelde landen. Nu al kopen ze de helft van alle motorvoertuigen (dat was 20 procent in 2000), en hebben ze vier vijfde van alle mobiele telefoonaansluitingen. China haalt in 2014 de VS in als de grootste importeur ter wereld. Al binnen tien tot vijftien jaar zouden opkomende markten wel eens de helft van de inkomsten van meerdere grote internationale bedrijven kunnen gaan genereren. Een ondernemende Engelsman maakte in 1850 de beroemde opmerking dat ‘als hij een inch stof onderaan het hemd van elke Chinees zou mogen naaien, hij de katoenfabrieken van Lancashire een generatie lang draaiende zou kunnen houden’. Die fabrieken staan er inmiddels vervallen bij, maar de verkoop aan China en andere opkomende markten zal veel Westerse bedrijven nog jarenlang werk verschaffen. Pam Woodall

© Reuters


dossier

economie

Van de toekomst in het heden The New York Times – New York

De tot vervelens toe herhaalde benaming voor Brazilië als ‘land van de toekomst’ is opnieuw onder de aandacht gekomen nu zelfs Barack Obama heeft aangegeven dat de toekomst misschien eindelijk is aangebroken.

T

oen de in Wenen geboren schrijver Stefan Zweig in 1941 naar de stad van keizerlijke paleizen Petropolis verhuisde, gelegen in de bergen in de buurt van Rio de Janeiro, was hij een van 's werelds meest vertaalde auteurs, bekend om zijn spannende novelles waarin hartstochten, obsessies en wanhoop werden verkend. Maar nadat Zweig, moedeloos geworden door de opmars van de nazi's, zichzelf een paar maanden later op zestigjarige leeftijd van het leven had beroofd, in een zelfmoordpact met zijn jonge vrouw Lotte, werd hij in zijn nieuwe vaderland beroemd door zijn omschrijving van Brazilië als ‘het land van de toekomst.’ Deze term, ontleend aan de titel van zijn boek uit 1941, waarin hij het grootste land van LatijnsAmerika prijst, werd aanvankelijk tot vervelens toe herhaald. Uiteindelijk werd de zinsnede echter verbasterd tot ‘Brazilië zal altijd het land van de toekomst blijven,’ meestal om een natie af te schrijven die van oudsher werd geplaagd door hoge inflatie en onuitroeibare corruptie. Nu de vooruitzichten van Brazilië aanzienlijk zijn verbeterd, proberen de Brazilianen zich opnieuw een oordeel te vormen over Zweig en zijn erfenis. De titel van het boek is weer in zwang gekomen bij een uiteenlopende groep mensen, van managers uit de reclamesector tot bezoekende diplomaten uit Europa en zelfs president Obama, die Brazilië in maart van dit jaar bezocht. Hij gebruikte de term in een redevoering om aan te geven dat de ‘toekomst’ van Brazilië misschien eindelijk was aangebroken. ‘Brazilië is niet langer het land van de toekomst,’ aldus Romero Rodrigues, een Braziliaanse internetondernemer,

in een uitspraak die model staat voor het nieuwe gebruik van de term. ‘Het is het land van het heden.’ In een recente discussie op de televisie over Zweig vergeleek Alcino Leite Neto, redacteur van uitgeverij Publifolha, zijn belang voor Brazilië met dat van de Franse politieke denker Alexis de Toqueville, die over Amerikaanse concepten van vrijheid en gelijkheid had geschreven in Democratie in Amerika voor de Verenigde Staten. ‘Wij hadden Stefan Zweig,’ aldus Leite Neto, ‘die ons dit boek naliet, waarin een pleidooi werd gehouden voor tolerantie, onderling begrip en vrede, geschreven op het hoogtepunt van de Tweede Wereldoorlog.’ Een bredere waardering van zijn werk ligt eveneens in het verschiet nu er twee Braziliaanse speelfilms gemaakt worden die op zijn werk zijn gebaseerd. De ene is een bewerking van De onzichtbare verzameling, over de Duitse ervaring met inflatie en de andere een adaptatie van Leporella,’ over een dienstmeisje dat smoorverliefd wordt op haar werkgever.‘ Maar sinds kort gaat de meeste belangstelling uit naar zijn Land van de toekomst zelf (dat hier in de jaren veertig in diverse edities is verschenen) en de zwerftochten van Zweig door Brazilië vlak vóór zijn dood.

Een pleidooi voor tolerantie, onderling begrip en vrede, geschreven op het hoogtepunt van de Tweede Wereldoorlog

Stefan Zweig

Het optimisme van Zweig werd niet getemperd door de overduidelijke problemen van Brazilië in het begin van de jaren veertig, zoals een gemiddelde levensverwachting van 43 jaar en een bevolking waarvan 56 procent analfabeet was. Sommige van zijn stoutmoedige uitspraken maken ook vandaag de dag nog indruk. Hij beweerde bijvoorbeeld dat Portugal een vooruitziende blik had gehad door Brazilië deels te koloniseren en zijn gevangenissen te ontdoen van ongewenste elementen en ze naar de overzijde van de Atlantische Oceaan te sturen. ‘Zoals gebruikelijk is het niet altijd schone mest die de aarde het best voorbereidt op een toekomstige oogst,’ aldus Zweig. De herwaardering van Zweig hangt samen met de nieuwe crisis in Europa – en met een nieuwe Portugese emi-

gratiegolf naar Brazilië, ditmaal van werklozen en niet van gevangenen. Toch is nooit helemaal duidelijk geworden waarom hij zichzelf van het leven beroofde, al snel nadat hij in Brazilië was gearriveerd. Hij had ingezien dat één leven misschien niet volstond om Brazilië goed genoeg te leren kennen. Maar in het zelfmoordbriefje dat hij achterliet en waarin hij zichzelf omschreef als ‘een man zonder vaderland,’ had hij nog steeds niets dan lof voor het ‘geweldige’ Brazilië dat hem had ontvangen. Simon Romero

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 19


dossier

economie

Allemaal onder één hemel Asia Sentinel – Hong Kong

Zullen Zuidoost-Aziatische landen regionaal tegenwicht gaan bieden op het wereldtoneel? Worden de kaarten ook daar geschud? India nam weliswaar deel aan het forum van de G20, maar heeft nog geen duidelijke ideeën over een hervorming van de mondiale multilaterale orde.

A

ls iemand nog enige twijfels heeft dat zich in de wereld een enorme machtsverschuiving aan het voltrekken is, moeten die na de gebeurtenissen in november toch wel verdwenen zijn. Europeanen die China vragen de euro te redden en de Amerikaanse president Barack Obama die op Bali arriveert om te lobbyen voor Aziatische steun: de transformatie is overduidelijk. Minder duidelijk is wie de wereld in de 21ste eeuw zal gaan leiden en hoe. Er wordt veel gesproken over de 21ste eeuw als de Aziatische eeuw, met China, Japan

te stellen waarin China, India en Japan samen leiding geven aan een 'coalitie van bereidwilligen' om een zeer repressief regime de macht te ontnemen, of een grote vredes- en veiligheidsoperatie in hun achtertuin uit te voeren. China en Japan zijn de tweede en de derde economie van de wereld, en India de zesde (bij gelijke koopkracht). De Chinese defensie-uitgaven zijn de afgelopen twintig jaar jaarlijks verdubbeld. India was in 2010 de grootste mondiale koper van conventionele wapens. In een onderzoek van de Amerikaanse Congressional Research Service worden Saoedi-Arabië, India en China genoemd als de drie grootste wapenkopers tussen 2003 en 2010. India kocht voor bijna 17 miljard dollar aan conventionele wapens, China voor 13,2 miljard dollar en Saoedi-Arabië

India was in 2010 de grootste koper van conventionele wapens en India als voortrekkers. Deze landen zijn beslist op zoek naar een doorslaggevender rol op het wereldtoneel, inclusief een groter aandeel in de besluitvorming van mondiale bestuurslichamen. Maar doen ze ook genoeg om voor die status in aanmerking te komen? De interventie in Libië, onder aanvoering van Engeland en Frankrijk, en uitgevoerd door de NAVO, vertelt het hele verhaal. Er is geen NAVO in Azië en het is onwaarschijnlijk dat er één komt. Het is onmogelijk je een scenario voor

pagina 20 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

voor zo'n 29 miljard dollar. De Chinese, Indiase en Japanse ideeën over de buitenlandse politiek hebben een ontwikkeling ondergaan: India heeft de ongebondenheid vaarwel gezegd, China heeft het maoïstische socialistische internationalisme achter zich gelaten en Japan streeft ernaar een 'normale staat' te zijn, die militair geweld kan inzetten bij multilaterale operaties. Maar helaas hebben deze verschuivingen niet geleid tot een grotere rol in het mondiaal bestuur. Nationale machts-

ambities en regionale rivaliteiten hebben de bijdragen van deze landen aan het mondiaal bestuur beperkt. President Hu Jintao heeft het doel van het buitenlands beleid van China omschreven als 'het gezamenlijk construeren van een harmonieuze wereld.' Chinese leiders en academici beroepen zich op het culturele concept van 'allen onder één hemel,' of Tianxia. Het concept benadrukt de harmonie in tegenstelling tot de 'gelijkheid' om aan te geven dat China niet-democratisch kan zijn en toch vriendschap met andere landen kan nastreven. China heeft zijn bijdrage aan het multilateralisme en het wereldbestuur uitgebreid, maar geen leiderschap geboden. Dit kan gezien worden als de sluimerende erfenis van de behoedzaamheid van Deng Xiaoping. Veelzeggender is de wens van China om zijn soevereiniteit en onafhankelijkheid niet op te offeren aan multilateralisme en mondiaal bestuur. Daarnaast is er sprake van een slechte afstemming tussen binnen- en buitenlandse belangen bij de besluitvorming over kwesties van mondiaal bestuur. Chen Dongxiao van het Instituut voor Internationale Studies in Shanghai noemt China een 'deeltijd-leider' op bepaalde internationale terreinen. Het Japanse beleidsconcept van een 'normale staat' werd aanvankelijk gepresenteerd als een manier om opnieuw het recht op te eisen om geweld te gebruiken, zij het louter ter ondersteuning van door de VN gesanctioneerde operaties. Dit klinkt alsof het land zich klaarmaakt voor een grotere rol op het wereldtoneel, maar het weerspiegelt ook strategische overwegingen. Japan wil zich kunnen indekken tegen een eventuele terugtrekking van Amerikaanse troepen uit de regio, een tegenwicht bieden tegen de opkomst van China en de groeiende dreiging van Noord-Korea, en zijn bijdrage aan gemeenschappelijke militaire operaties in de Indische Oceaan en

de Perzische Golf kunnen uitbreiden. Door de chronische onzekerheid over de binnenlandse politiek en de krimpende economie is Japan geen proactieve leider geweest als het op crisismanagement aankomt. De reactie van Japan op de mondiale financiële crisis van 2008 was heel anders dan die op de crisis van 1997, toen het land de hoofdrol op zich nam en de oprichting van een regionaal monetair fonds bepleitte. Een beperkte versie daarvan werd uiteindelijk werkelijkheid in de vorm van het Chiang Mai-initiatief. In 2005 beklemtoonde de Indiase premier Manhoman Singh dat 'de 21ste eeuw de eeuw van India zou worden.' Singh sprak de hoop uit dat 'de wereld ons opnieuw met respect zal bejegenen, niet alleen vanwege de economische vooruitgang die we boeken, maar ook vanwege de democratische waarden die we koesteren en overeind willen houden, en de principes van pluralisme en openheid die we vertegenwoordigen. Zij maken deel uit van het erfgoed van India als een eeuwenoude cultuur en beschaving.' Voor het nastreven van deze ambitie werd India geprezen door de Amerikaanse presidenten George W. Bush en Barack Obama. Laatstgenoemde omscheef India als 'een leider van Azië en de hele wereld' en als 'een opkomende macht en een verantwoordelijke wereldmacht.' Toch is het buitenlands beleid van India opgeschoven in de richting van de Realpolitik. Sommige Indiase analisten, zoals C. Raja Mohan, hebben erop gewezen dat India zich in plaats van op Gandhi en Nehru zou kunnen beroepen op George Curzon, de Britse gouverneur-generaal van India aan het begin van de 20ste eeuw. De geopolitieke visie van Curzon ging uit van de centrale positie van India in het midden van Azië, en voorzag in een proactieve en expansieve Indiase diplomatieke en militaire rol bij het stabiliseren van het hele continent. De Indiase militaire aanwezigheid in zowel het oostelijke als het westelijke deel van de Indische Oceaan neemt toe. Daarbij hanteert het land niet langer de aanpak van de vroegere premier Nehru, maar de doctrine van de maritieme dominantie, die is gebaseerd op een


dossier

economie

© Julian Röder/Ostkreuz

strategie die is vernoemd naar de Amerikaanse admiraal Alfred Thayer Mahan. Deze strategie wordt deels ingegeven door de wens, aangemoedigd door de Verenigde Staten en de Zuidoost-Aziatische landen om de rol op zich te nemen van een regionaal tegenwicht tegenover China. Net als Japan wil India een permanente zetel in de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, een droom die waarschijnlijk nog wel enige tijd onvervuld zal blijven. India heeft weliswaar deelgenomen aan het forum van de G20, maar daar nog geen duidelijke ideeën over een hervorming van de mondiale multilaterale orde naar voren kunnen brengen.

Nationale machtsambities en regionale rivaliteiten beperkten bijdragen aan het mondiaal bestuur

De rol van Azië in het mondiaal bestuur kan niet los worden gezien van de vraag wie leiding geeft aan Azië zelf. Na de Tweede Wereldoorlog werd India door veel buurlanden gezien als Aziatisch leider. Het land was daartoe ook bereid, maar wegens gebrek aan middelen niet in staat om als zodanig op te treden. Bij Japan was precies het omgekeerde het geval: vanaf het midden van de jaren zestig beschikte het land wél over de middelen, maar niet over de vereiste legitimiteit als gevolg van een imperialistisch verleden, waarvan het land volgens zijn buurstaten onvoldoende afstand had genomen. Na de communistische machtsovername had China noch de middelen, noch de legitimiteit en na de aanvang van het hervormingstijdperk noch de politieke wil om zich op te werpen als de leider van Azië. Hoewel Japan, China en India vandaag de dag wel over voldoende middelen beschikken, ontberen zij in Azië nog steeds de noodzakelijke regionale legitimiteit. Dit kan gedeeltelijk een erfenis uit het verleden zijn: denk aan

de rol van Japan tijdens de oorlog, de ondermijnende activiteiten van China tijdens de maoïstische dictatuur en de diplomatieke arrogantie van India. Maar hun wederzijdse rivaliteit weerhoudt de Aziatische landen er ook van individueel of collectief een regionale leidersrol op zich te nemen. Vandaar dat het regionale leiderschap berust bij een groep zwakkere staten uit deze regio: de ASEAN (het bondgenootschap van vijf Zuidoost-Aziatische landen). Deze organisatie heeft een nuttige en invloedrijke stem in regionale zaken, maar haar vermogen om een leidende rol te vervullen in heel Azië, waar zich drie van 's werelds vier grootste economieën bevinden, vier van de acht kernwapenstaten en de snelst groeiende legers ter wereld is geenszins verzekerd. Een grotere betrokkenheid bij regionale fora is voor de Aziatische machten een goede manier om zich voor te bereiden op een krachtiger optreden in het mondiaal bestuur. Veel wereldproblemen, klimaatverandering, energie, pandemieën, illegale migratie, enzo-

voorts - hebben Aziatische wortels. Door ze op regionaal niveau gezamenlijk aan te pakken kunnen de Aziatische machten hun rivaliteit beperken, zich verzekeren van de steun van hun buurlanden en de nodige ervaring opdoen. Hierdoor wordt een substantiele bijdrage aan het mondiaal bestuur vergemakkelijkt, vanuit een positie van leiderschap en kracht. Amitav Acharya

(De auteur bekleedt het UNESCO-lectoraat Transnational Challenges and Governance aan de American University en is verbonden aan de Asia Pacific Foundation in Canada. Dit stuk werd gepubliceerd met toestemming van het Yale Center for the Study of Globalization).

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 21


dossier

economie

Economische groei kan ook rechtvaardig verlopen La Nación– Buenos Aires

Latijns-Amerika heeft een nieuw naslagwerk. Oscar Guardialo-Rivera schreef een boek over de opkomst van een continent waarin hij beweert dat de toekomst aan de Latino's is.

E

lk tijdperk heeft zijn klassiekers: boeken die erin slagen over te brengen wat kenmerkend is voor een bepaalde periode. Het klassieke boek over het Latijns-Amerika van de jaren zeventig was Las Venas Abiertas de America Latina (vertaald als De aderlating van een continent: vijf eeuwen economische exploitatie van LatijnsAmerika), dat dit jaar zijn veertigste verjaardag viert. Dit overweldigende, goed gedocumenteerde en bevlogen essay van de Uruguyaan Eduardo Galeano was het werk van een journalist en dichter in één persoon. Het is ontdekt, achtereenvolgens bejubeld, aangevallen, verboden, vergeten en weer herontdekt. Daarna bleef het gelezen en herlezen worden, een laatste etappe in het leven van de weinige boeken die zowel representatief voor hun tijd als tijdloos zijn. Bij Bloomsbury in Londen verscheen vorig jaar een lijvig boek met een provocerende titel, dat zulke opvallende overeenkomsten met Galeano’s boek vertoont dat het bijna om een actualisering of een vervolg lijkt te gaan: What if Latin America ruled the world? How the south will take the north into the 22nd century. De van oorsprong Colombiaanse auteur van het boek, Oscar Guardiola-Rivera,

doceert internationale betrekkingen aan het Birkbeck College van de University of London. Deze geëngageerde academicus is lid van een nieuwe generatie zelfverzekerde, internationaal georiënteerde Latijns-Amerikanen, die hun geboorteregio met liefdevolle maar kritische blik blijven volgen. Zij schrijven in het Engels, maar richten zich zeker niet alleen op Engelstaligen; in 2012 verschijnt het boek in een Spaanse vertaling. Las Venas Abiertas werd geschreven in een tijd van repressie en revolutie, toen de relatie met de Verenigde Staten nog erg gecompliceerd was. What if Latin America ruled the world? is ontstaan in een andere conjunctuur, en vertelt een ander verhaal. Het beschrijft de opkomst van een continent, na decennia van hervormingen, negatieve groei en stuurloosheid als gevolg van de Washington Consensus en een neoliberaal beleid.

Milieu

Guardiola-Rivera denkt dat de toekomst aan Latijns-Amerika is, en het een voorbeeld zal zijn voor hoe economische groei ook rechtvaardig kan verlopen,

‘Latijns-Amerika beantwoordt al lang niet meer aan het clichébeeld van de bananenrepubliek’

pagina 22 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

met aandacht voor het milieu. Volgens hem ligt hier niet alleen een taak voor Latijns-Amerika zelf, maar ook voor latino’s in de VS, die mogelijk al in 2040 in de meerderheid zullen zijn. De grens langs de Rio Bravo is aan het vervagen. ‘Latijns-Amerika beantwoordt allang niet meer aan het clichébeeld van de bananenrepubliek’, zegt GuardiolaRivera, ‘de invloed van de Verenigde Staten is in sommige gebieden nog steeds heel groot, zoals in Colombia en in Midden-Amerika, maar andere landen in Zuid-Amerika stellen zich veel onafhankelijker op dan vroeger en spelen een belangrijke rol op het wereldtoneel’ met name Brazilië, Venezuela, Ecuador, Bolivia en Argentinië. Het boek is ontstaan uit twee informele gesprekken met intellectuelen; het eerste met Eduardo Mendieta, hoogleraar filosofie aan de New York State University. Ze vroegen zich af waar het beeld vandaan komt dat het continent zo verdeeld is, terwijl er tussen LatijnsAmerika en de VS toch ook een oude en innige verwevenheid bestaat. Mendieta spoorde de Colombiaanse auteur aan om een verklaring voor dit fenomeen te zoeken. De tweede beslissende ontmoeting was met Bill Swainson, redacteur bij Bloomsbury, en Gerald Martin, een groot kenner van de Latijns-Amerikaanse literatuur; zij nodigden hem uit om een Engelstalig publiek in te voeren in de geschiedenis en de actualiteit van de regio. Het boek kreeg bij verschijning met een erkenning, en de internationale reputatie van de auteur was gevestigd; hij kreeg recensies in The Guardian, The Independent, The Times, de Washington Post en Business Day; speciale promotie bij de Engelse keten Waterstone’s en een prijs: de Premio Frantz Fanon van de Asociación Filosofica del Caribe. Voor alles heeft het boek de vraag op de agenda gezet of de regio een leidende rol kan gaan spelen in een multipolaire wereld. Is het wel waar wat vaak

beweerd wordt, dat het machtsevenwicht in de wereld onafwendbaar verschuift in de richting van Azië, met China en India voorop?

Yanomami

What if Latin America Ruled the World? begint met een ontmoeting van de woordvoerder van het Yanomami-volk met Britse parlementariërs in 2009. Bij die gelegenheid sprak Davi Kopenawa over een tweede veroveringsoorlog die gaande is, aangevoerd door regeringen van rijke landen en directeuren van multinationals, hongerend naar natuurlijke hulpbronnen om een consumptieve Westerse levensstijl voort te kunnen zetten. Het viel Guardiola-


dossier

economie

Het roept direct ideeën en emoties op, is meeslepend door de vaart, de frisheid en de vele vondsten

De geschiedenis van Latijns-Amerika opnieuw verteld, maar in een ander register Rivera op dat deze aanklacht in perfecte harmonie is met het gezichtspunt van steeds meer Europese jongeren. Zij zien de wereld ‘niet langer als een warenhuis voor grondstoffen, zoals hij het omschrijft, maar als een netwerk van complexe relaties dat maatschappijen verbindt met de biosfeer’. Net als Las Venas Abiertas, vertelt Guardiola Rivera de geschiedenis van LatijnsAmerika opnieuw, in een ander register. Hij benadrukt verborgen of door de heersende opinie onderbelichte aspecten, en legt nieuwe verbanden

tussen gebeurtenissen. Toch kan hij, door het veranderde historisch moment waarop hij schrijft, veel beladen kwesties ook laten rusten, en uitgaan van wat er vroeger en nu wel goed is gegaan. De drie delen hebben een klassieke chronologische volgorde: eerst het precolumbiaanse tijdperk, de verovering en kolonisatie, dan de onafhankelijkheidsoorlogen, en tot slot het lange neokoloniale tijdperk tot aan het neoliberale debacle en het nieuwe begin. Niet alleen de kwaliteit van Guardola-Rivera’s onderzoek verrast,

maar ook zijn stijl, soms essayistisch, soms als van een filmscenario. Het betoog is verpakt in de vorm van onthullende en meeslepende - parallelle geschiedenissen. Een briljant voorbeeld van dit stijlmiddel is het negende hoofdstuk, dat de relatie analyseert tussen onderdrukking, verzet en democratie, een socioloog zou de term ‘politieke geschillen’ gebruiken, maar Guardiola-Rivera bespaart ons zulk jargon. Hij begint met de van origine Bulgaarse Dilma Roussef, oud-guerillastrijdster en nu president van Brazilië,

beschrijft vervolgens het leven in de grootste gevangenis ter wereld, de Twin Towers Correctional Facility in Los Angeles, roept dan Che Guevara’s plannen in Bolivia in herinnering, om te eindigen met de gevolgen van het neoliberalisme in dat land en de ‘guerras de agua’ in het jaar 2000. Er is volop reflectie, aan de hand van citaten van auteurs als Jorge Luis Borges, Fernando Enrique Cardoso en Alberto Manguel. Het gaat er daarbij niet om de belezenheid van de auteur te etaleren, of de originaliteit waarmee hij dwarsverbanden legt in zijn lectuur; de tekst roept direct ideeën en emoties op, en is meeslepend door de vaart, de frisheid en de vele vondsten. Opmerkelijk is ook dat milieukwesties nu eens niet apart worden behandeld, maar in relatie tot de bredere politieke en economische omstandigheden. Net als Galiano in sommige van zijn latere boeken wijst Guardiola-Rivera erop hoe met behulp van de ecologische kennis van inheemse volkeren het Amazoneregenwoud kan worden omgevormd tot een bron van essentiële grondstoffen, zonder de biodiversiteit verder aan te tasten. In die optiek zijn de oorspronkelijke bewoners niet langer onderworpen aan de macht van de natuur, maar zijn zij de fijngevoelige beheerders van haar schatten. Guardiola-Rivera heeft de moeilijke taak opgevat om een brug te slaan tussen de nieuwe en de oude wereld, en de kracht te laten zien van de vroegere onderdrukten. In Engelssprekende landen was de ontvangst afwisselend enthousiast en kritisch. In ieder geval is het een ambitieus en bevlogen boek geworden, goed gedocumenteerd, verhelderend en vol passie. Ana Maria Vara Oscar Guardiola-Rivera, is een filosoof uit Colombia. Hij doceert aan de University of London. What if Latin America ruled the world? Uitgeverij Bloomsbury, 29.35 euro

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 23


dossier

Tussen hem en haar Voorbij het onderscheid tussen man en vrouw Over de hele wereld komt het voor: de ziel van een man in het lichaam van een vrouw, of andersom. Hoe erop wordt gereageerd – door wie het overkomt maar ook door diens omgeving – verschilt van continent tot continent. In het Oosten lijkt de minste kramp te heersen, in het Westen loopt de emancipatie van de transseksueel nog ver achter bij die van de homo. Dat een jongen (Andrej Pejic) bh-model is (voor de

© Koos Breukel

Hema) verandert daar nog niks aan.

pagina 24 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

gender


gender

dossier

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 25


dossier

gender

Het zijn transseksuele tijden El País – Madrid

Het topmodel Andrej Pejic (van de Hema-bh’s) tart de binaire genderorde door zowel op mannelijke als vrouwelijke catwalks te lopen. Eenmalig fenomeen of een nieuwe seksuele revolutie?

J

ean-Paul Gaultier zegt dat de schoonheid van het model Andrej Pejic niet van deze wereld is. En we moeten hem gelijk geven, om twee redenen. Ten eerste omdat de verblindende en ontwrichtende androgynie van Pejic zo volmaakt is dat ze hemels genoemd mag worden, en ten tweede omdat de fascinatie die zijn zeldzame geslachtskenmerken op de afgoden van de mode uitoefent niet correspondeert met de houding die in dit ondermaanse gewoonlijk wordt aangenomen tegenover mensen zoals hij, tegen vreemde eenden zoals zij. Ter afsluiting van zijn laatste modeshow, tijdens de Semaine de la Mode in Parijs, waar hij zijn lente- en zomercollectie toonde, kleedde Gaultier Pejic als een

dagelijks leven een onnoemelijk aantal mensen van vergelijkbare geslachtskenmerken nog steeds groot gevaar lopen. Of minstens het voorwerp zijn van onbegrip en misprijzen. Waar komt zo iemand vandaan? Is hij een geraffineerd product van de industrie om de aandacht te richten op de catwalks, die te lijden hebben van de crisis? Beeldend kunstenaar Joan Morey twijfelt er niet aan. Morey, kenner van modetrends en de huidige ontwerperswereld, denkt dat Pejic ‘geen enkele controle heeft over zijn eigen beeldvorming, het wordt allemaal bepaald door contracten tussen zijn agent en de klanten’. Michael A. Donas, hoofd van het boekingsbureau voor modellen Happy Mondays is het daarmee eens. ‘Het is een wereld die het moet hebben van schokeffecten, van continue vernieuwing. Kate Moss kwam op als een alternief voor de langbenige “barbiemodellen”. Modellen zijn

Een maatschappij in crisis klampt zich vast aan wat bekend is bruidje. Pejic schreed naar een denkbeeldig altaar, op een wijze die zijn personage zoveel luister en overtuiging bijzette dat iedereen met haar, met hem, wilde trouwen. De beroemdste modekoningen claimen hem. Pejic maakt gebruik van zijn aantrekkingskracht en poseert voor Vogue of doet de meest exquise modeshows waarbij hij zonder onderscheid zowel heren- als damescollecties showt. Terwijl in het

pagina 26 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

producten om een image te verkopen, en hij heeft de androgyne look die in deze sector nog ontbrak. Hij kwam precies op het goede moment.’ Het feit dat Pejic zelf benadrukt dat hij er alleen is om geld te verdienen. (‘Ik ben een ingecalculeerd risico voor een deel van de industrie, denk ik, omdat ik het beste in mij heb van beide seksen: ik ben het begeerde onbeschreven blad dat zowel mannelijk als vrouwelijk kan worden ingevuld’)

is voor Del LaGrace Volcano fotograaf van de transseksuele gemeenschap [zelf geboren als vrouw maar levend als ‘interseksueel’] aanleiding om de zienswijze dat hij louter het zoveelste mediafenomeen is te nuanceren: ‘Iemand die zich op deze wijze uitdrukt geeft blijk van een buitengewone intelligentie en een bijzonder zelfbewustzijn. Zeggen dat hij louter een marketingproduct is zou een ontkenning van zijn persoonlijkheid zijn.’

Wankele bodem

Wij kunnen niet weten wat die andere wereld is waaraan Gaultier refereert, de wereld waarin Pejic het schoonheidsideaal is. Maar we kunnen ons wel afvragen waarom iemand als hij (of transseksuele modellen zoals de Braziliaan Lea T. of de Nederlander Valentijn de Hingh) juist in een wereld als de onze opduiken, en wel op dit moment. Een wereld die niet alleen in een economische, maar ook politieke, ecologische en morele crisis verkeert. De geschiedenis leert dat in dit soort situaties de maatschappij zich over het algemeen in zichzelf keert, neigt naar het conventionele, zich vastklampt aan het onvolmaakte maar bekende. Iemand als Andrej Pejic, die de basale conventie van het geslacht tart, zal in een dergelijke wereld niet gauw een plaats vinden. Toch ligt iedereen aan zijn voeten. Misschien is het juist die breuk, de afgrond die de crisis opent in de wankele bodem onder onze voeten, die maakt dat iemand naar voren kan treden die zich oriënteert op andere coördinaten, iemand van een andere wereld, die ons wijst op wat mogelijk is, die aandringt op rebellie en die ons aanspoort vrij te zijn, te experimenteren, barrières te slechten. ‘Het geslacht,’ zegt Del LaGrace Volcano, ‘is het laatste bolwerk van de beschaving zoals we die tot nog toe kennen.’ En Pejic, ‘hoewel zijn schoonheid het heersende ideaal – lang, slank en blond – tart noch bedreigt’, slaat de bodem weg onder de twee enige cultureel toegestane

categorieën van het menselijk geslacht: man en vrouw. Deze onduidelijkheid in de genderidentiteit zorgt volgens Raquel (Lucas) Platero, transseksueel docent en schrijver, voor een evidente onzekerheid: ‘Alleen al de aanwezigheid van mensen zoals Andrej en ik in één vertrek roept vragen op bij de anderen. Wij stellen de ideeën over wat normaal is en de gevestigde binaire orde ter discussie.’ ‘Dat zulke publiekslievelingen als hij en de zanger Anthony zich als transseksueel manifesteren en over genderidentiteit praten zet de zaak in de schijnwerpers,’ zegt Carla Antonelli, het eerste transseksuele gemeenteraadslid in de geschiedenis van Spanje en door het tijdschrift Tiempo uitverkoren als een


dossier

gender

Het Nederlandse model Valentijn de Hingh -© David Koppelaar

van de honderd meest vooraanstaande Spanjaarden van de twintigste eeuw. ‘De belangrijke impliciete boodschap is het respect voor mijn identiteit, voor mijn vrijheid. Dat is de zuivere afweging, zonder bijbedoelingen.’

Transseksuele voetballer

Betekenen deze signalen dat er een soort ‘tijdperk van de transseksueel’ is aangebroken? Sommigen zijn sceptisch. ‘Laten we het hopen. In de westerse maatschappij slagen we er steeds beter in om met transseksuelen te leven, maar alleen in niet-bedreigende situaties. Ik weet niet of we nog wel zo verdraagzaam tegenover ze kunnen zijn als ze dichter bij ons dagelijks leven komen.

Ik weet niet of dat niet meer sociale paniek zal opwekken. Als je leraar of je collega op het werk of de partner van je broer een transseksueel is, dan vind je het misschien niet meer zo fijn,’ klaagt Platero. Pejic zelf is het slachtoffer geweest van die fobie: de Amerikaanse boekhandelsketen Barnes and Noble nam een tijdschrift waarop het model met ontbloot bovenlijf stond afgebeeld – een prachtige foto van Collier Schorr – uit de schappen. ‘Pas wanneer iemand als Andrej Pejic een beroemde voetballer kan worden is er sprake van werkelijke mentaliteitsverandering. Jaren geleden waren oorbellen nog uitsluitend voor homo’s, maar sinds David Beckham ze ging dragen is het heel normaal geworden om

vaders en zonen te zien met briljanten, tot in hun tanden aan toe,’ zegt ontwerper Carlos Díez. Díez, wiens collecties als androgyn beschouwd worden, heeft altijd dezelfde stoffen, kleuren, patronen en ontwerpen gebruikt voor zowel mannen als vrouwen, en in zijn winkel zijn er geen aparte afdelingen, alles hangt door elkaar. ‘Ik heb allerlei soorten klanten, inclusief transseksuelen, en op mijn modeshows werken behalve professionele modellen ook vrienden en onbekenden van alle genders en seksuele geaardheden – gewoon het soort mensen met wie ik leef. En Gaultier mag dan veel hebben gedaan voor de zichtbaarheid en de vermenging van genders, rassen en sociale stratificaties, maar bepaalde

aspecten van de integratie van transseksuelen moeten worden overgelaten aan de politiek en niet aan de ontwerpers,’ verduidelijkt hij. Ruth Toledano

‘Het geslacht is het laatste bolwerk van onze beschaving’

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 27


dossier

gender

Hoofdbrekens voor de zedenpolitie Okaz (verkort) – Djeddah

De op een na grootste krant van Saoedi-Arabië zet de problemen op een

Chromosomen

rijtje waarmee de Commissie ter bevordering van de deugd en ter voorkoming van zedeloosheid te maken krijgt bij het handhaven van de norm. De vraag is: welke norm?

Middelbare scholieren in Riyad – © Reuters/Fahad Shadeed

H

ermafrodieten, het derde geslacht, homoseksuelen… Het zijn vaak gehoorde , maar in plaats van ons af te vragen wat ze betekenen, scheren we al deze varianten over één kam. We ontnemen ze hun rechten en behandelen ze als criminelen, terwijl ze eigenlijk ziek zijn. Doorgaans onderscheiden we twee categorieën: enerzijds mensen met tweeslachtige genitaliën – zij hebben daar zelf geen schuld aan, hun geslacht dient eenvoudigweg gecorrigeerd te worden. Anderzijds zijn er de mensen die uit eigen vrije wil van geslacht veranderen. De laatsten zijn te veroordelen, want zij wijzen de wil van God af. Sommigen laten zich in het buitenland opereren en keren terug naar SaoediArabië met documenten waarin staat dat ze een (wel toegestane) geslachtscorrectie hebben gehad, terwijl ze in werkelijkheid een (niet toegestane) geslachtsverandering hebben ondergaan. Het feit dat dit steeds vaker gebeurt en de kans dat deze mensen straks rechten gaan opeisen vormen een bedreiging voor de behoudende moslimgemeenschap. Maar er is nog een derde categorie die veel stof doet opwaaien: mensen die moeite hebben met hun seksuele identiteit. Juristen en medici zijn geneigd om deze mensen onder te brengen in de categorie van ‘het derde geslacht’, maar psychologen vinden dat

pagina 28 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

‘Wij pakken alleen mannen op die zich vrouwelijk gedragen’

het hier om een aparte categorie gaat. Welke rechtsregels (huwelijksrecht, erfrecht) zijn van toepassing op mensen die een geslachtscorrectie hebben ondergaan? Hoe moet de Commissie ter bevordering van de deugd en ter voorkoming van zedeloosheid hen behandelen? Hoe moeten ze bij de burgerlijke stand ingeschreven staan? Moeten ze naar jongens- of naar meisjesscholen? Hoe kunnen ze in een werkomgeving geïntegreerd worden?

Verwarring

‘Religieuze geleerden hebben al lang geleden de kwestie van de rechten van hermafrodieten volgens de sharia

opgelost’, aldus Abdallah Ben Bih, vicevoorzitter van de Wereldraad van moslimgeleerden. Maar hij benadrukt dat transseksualiteit verboden is, omdat dat een verandering is van wat God geschapen heeft, die bovendien verwarring creëert ten aanzien van de aan elk der seksen toegekende rechten. Volgens hem wordt het verschijnsel ‘derde geslacht’ binnen de moslimgemeenschap afgekeurd. Voorkomen moet worden dat het fenomeen zich uitbreidt, en geestelijken, wetenschappers, artsen en media moeten aangespoord worden om de kwestie uit te leggen. In het academische King Abdul Aziz ziekenhuis in Riyad is dokter Yasser Jamal directeur van het enige centrum in Saoedi-Arabië waar geslachtscorrecties worden uitgevoerd. Hij vertelt dat er in het 27-jarige bestaan van zijn instituut 425 patiënten geopereerd zijn. In 93 procent van de gevallen werd de operatie in de eerste twee levensjaren van het kind uitgevoerd. Hij weet ook van gevallen waarin de familie de operatie weigert, uit schaamte of omdat de ouders niet willen dat hun kind een meisje wordt. Hij vindt het noodzakelijk dat er meer controle komt op in het buitenland uitgevoerde operaties om zo te voorkomen dat er in het land steeds meer mensen van het derde geslacht rondlopen, waardoor chaos zou ontstaan op juridisch-religieus vlak.

Mouna Al-Sawwaf, arts en leidinggevende van de afdeling psychiatrie van het Koning Fahd ziekenhuis in Jeddah, is daarentegen wel van mening dat er een derde categorie bestaat van mensen die moeite hebben met hun seksuele identiteit. Ze worden geboren met het uiterlijk en de chromosomen van de ene sekse, maar zijn ervan overtuigd dat ze in het verkeerde lichaam zitten. Mouna Al-Sawwaf betreurt het dat er in Saoedi-Arabië niets gedaan wordt voor deze mensen, dat ze vaak onheus door hun familie bejegend worden, met geweld te maken krijgen of opgepakt worden door de Commissie ter bevordering van de deugd en ter voorkoming van zedeloosheid. Toch stelt Ali Al-Ghamdi, eerstverantwoordelijke van de Commissie in de bij de jeugd populaire Tahliastraat in Djeddah dat zijn mensen wel degelijk onderscheid maken: ‘Wij pakken alleen mannen op die zich vrouwelijk gedragen, nooit hermafrodieten’. Naïm Tamim Al-Hakim

GENDER-TERMINOLOGIE Trans, travo, eunich, hermafrodiet, hijra, derde sekse. Alsof de verwarring over wat er nou wel of niet in de broek zit nog niet groot genoeg is, zijn ook de namen niet altijd even duidelijk. In het ene land ben je pas ‘transseksueel’ als er werkelijk een operatie heeft plaatsgevonden, in het andere is ‘trans’ een wijdse term waaronder bijvoorbeeld ook travestieten worden gerekend. In alle gevallen gaat het om reizigers die uit de ene gedaante vertrekken in de hoop ooit aan te komen in de andere. Bij het samenstellen van dit dossier hebben wij de ambiguïteit van de term gerespecteerd.


dossier

gender

Begripvolle ouders, een zeldzaam ras Bangkok Post – Bangkok

Aparte wc’s voor de ‘derde sekse’ en onbelemmerde carrièremogelijkheden. Op zich hebben transseksuelen het dankzij de tolerantie van het boeddhisme niet slecht in Thailand. Maar er valt nog veel te verbeteren. Ouders proberen van alles om de seksuele geaardheid van hun kinderen in het gareel te houden. Strenge religieuze tucht, psychiatrische hulp en straf. Een Thaise fotograaf pakte het anders aan.

W

at zou jij doen als je zoon een ladyboy blijkt te zijn? Vraag maar aan Dem Jinakul, fotograaf bij de Bangkok Post. Iedere transseksuele tiener zou van zijn antwoord groen van jaloezie worden. ‘Heb je kind lief en accepteer het,’ zegt Dem met klem. ‘Het is zijn leven. Jouw taak als ouder is om hem gelukkig met zijn leven én zichzelf te maken.’ Toen zijn zoon Top klein was, probeerde Dem hem op subtiele wijze aan te sporen zich iets meer als een jongen te gedragen. Maar toen de vrouwelijke trekken in Tops tienertijd steeds duidelijker werden, besefte zijn vader dat het geluk van zijn zoon belangrijker was dan zijn verlangen naar een mannelijker zoon. Op school had Top lang haar als een meisje, maar droeg hij het schooluniform van de jongens. Zijn leraar stelde hem een ultimatum: ‘Als je een broek aan wilt, moet je een jongenskapsel. Als je zo nodig net zulk lang haar wilt als de meisjes, draag dan ook maar een meisjesuniform!’ Top voelde zich ellendig. Hij wilde zijn haar niet afknippen. Maar hij wilde ook niet de grote stap naar de rol van de andere sekse maken, omdat hij de gevoelens van zijn ouders niet wilde kwetsen. ‘Ik voelde zijn leed,’ zei Dem. ‘Zijn moeder en ik zijn de volgende dag meteen een meisjesuniform gaan kopen.’ Zulke ouders zijn een zeldzaam ras. De meeste ouders accepteren het niet dat

hun zoon transseksueel is. Als overtuigen niet helpt, nemen ze hun toevlucht tot bedreigingen en zelfs geweld. Sommige ouders geloven dat psychiatrische hulp kan genezen. Anderen, zoals de ouders van Pipop Thanajindawong (15) denken dat een streng religieus regime wel zal werken. De tiener kwam in het nieuws door een AFP-artikel over een cursus van een tempel om mannelijkheid op te wekken in ladyboy novicen.

Broek aan? Dan ook een jongenskapsel

aandacht niet gericht op pedofiele monniken die jonge novicen misbruiken? Nog los van het levenslange trauma dat deze jonge slachtoffers oplopen, worden ze aangemoedigd de rol van meisjes aan te nemen en worden ze op die manier ladyboys. Voor ouders roept de gang van zaken bij de Krueng Tai Temple [in Chang Rai] de vraag op of het wel de juiste benadering is om hun kinderen van zich af te duwen door ze te dwingen hun seksuele geaardheid te veranderen. Dem, de fotograaf, heeft gekozen voor wat goed is voor zijn zoon. ‘Ik heb voor zijn geluk gekozen. Hierdoor zijn we een hecht, liefhebbend gezin gebleven. Voor mij is dat het enige wat telt.’ Sanitsuda Ekachai

Zelfhaat

Het boeddhisme leert ons juist om alle vormen van vooroordelen te overstijgen. Mannen, vrouwen en de zogenaamde ‘derde sekse’ – iedereen moet als onderdeel van de spirituele vorming leren hoe de seksuele driften kunnen worden overstegen door middel van meditatie op vergankelijkheid. Waarom zou je je dan alleen op transseksuelen richten? Dat monniken ladyboys voortdurend vertellen dat ze abnormaal zijn, is niet alleen verkeerd, het druist ook in tegen de leer. Zelfhaat is geen onderdeel van het boeddhisme. Het leert je juist objectieve acceptatie van de werkelijkheid, tijdelijkheid en het zuivere bewustzijn, of je nou hetero- of homoseksueel bent. Het is dus onnodig de aandacht op ladyboy novicen te richten. Men zit er ook helemaal naast. Waarom wordt de

Zelfhaat is geen onderdeel van het boeddhisme Een van de vier transseksuelen die als stewardess aan de slag gaan bij de nieuwe Thaise luchtvaartmaatschappij PC Air – © AP

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 29


dossier

gender

Bonje aan het genderfront The New York Times – New York

Dat transseksuelen in Amerika niet onverdeeld blij waren met de invoering van het homohuwelijk in de staat New York, is meer dan kinnesinne. Met hun burgerrechten is het slecht gesteld, schrijft hun beroemde voorvechtster.

S

inds de staat New York afgelopen juni het homohuwelijk heeft ingevoerd, staan homoseksuele mannen en lesbische vrouwen van Fire Island tot aan Niagara Falls in de rij om elkaar het jawoord te geven. Nu deze progressieve golf zich over het hele land verspreidt, is er één groep mensen die overduidelijk in de steek wordt gelaten. In gesprekken met transgenderists [een overkoepelende term waaronder niet alleen transseksuelen maar ook travestieten en dragqueens vallen] krijg ik telkens weer te horen: fijn voor jullie, maar intussen hebben wij nog steeds te lijden van discriminatie en geweld. Veel transgenderisten hebben het gevoel dat ze verraden zijn door de homorechtenbeweging en klagen erover dat de ‘T’ in LGBT (Lesbian Gay Bisexual Transgender) altijd als laatste komt. Ik denk dan bij mezelf: ‘Een groep hetero’s bij elkaar? Dan heb je een gesprek. Een groep LGBT’ers? Dan heb je onenigheid.’

Beierende kerkklokken overstemmen de klacht van de transseksuelen

pagina 30 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

Maar als je naar de onthutsende statistieken over de problemen van transgenderisten kijkt, dan is die wrevel over alle inspanningen voor het homohuwelijk heel goed te begrijpen. Volgens een nationale studie die begin dit jaar openbaar is gemaakt door de National Gay and Lesbian Task Force en het National Center for Transgender Equality lopen transgenderisten vier keer zoveel kans om in armoede te leven als de rest van de bevolking. Van de ondervraagden verklaarde 41 procent een poging tot zelfmoord te hebben gedaan; van degenen die als student uit de kast waren gekomen, was 78 procent getreiterd, 35 procent fysiek aangevallen en had 12 procent te maken gehad met seksueel geweld. 19 procent zei dakloos te zijn geweest. Bij gekleurde transgenderisten zijn de cijfers nog ernstiger. Het recht om te trouwen is klaarblijkelijk niet het meest urgente burgerrecht voor LGBT’ers.

Hazenlip

En toch verrast het niet dat die kwestie op de eerste plaats kwam. De levens van homo’s en lesbiennes zijn eindelijk onderdeel geworden van de structuur van het Amerikaanse leven. Maar mensen lijken het moeilijker te vinden om te begrijpen wat transgender inhoudt. Hetero’s hebben een veel grotere verbeeldingskracht nodig om het verschil te snappen tussen mét wie je naar bed wilt en áls wie je naar bed wilt. En heel vaak hebben homo’s en lesbiennes net zoveel moeite met dat onderscheid als hetero’s. Dus transgenderisten liggen soms overhoop met hun homoseksuele en lesbische bondgenoten. Maar ze liggen ook overhoop met zichzelf. Onenigheid over de vraag of transseksuelen (mensen die hun geslacht operatief veranderen of willen veranderen, en van wie sommigen zeggen dat ze simpelweg een geboortedefect hebben, vergelijkbaar

Schrijfster Jennifer Finney Boylan, geboren James – © Newscom

met een hazenlip) politiek gezien wel tot dezelfde groep behoren als transgenderisten kan hoog oplopen binnen de gemeenschap. Als ik hoor over groepen die uiteenvallen in kleinere facties moet ik altijd aan John Cleese 09denken in Life of Brian van Monty Python, die protesteert dat hij niet bij het Judeaanse Volksfront hoort, maar bij het Volksfront van Judea. In het kort gezegd: onderlinge strijd lijkt te garanderen dat transgenderisten altijd achteraan zullen komen, hoeveel vooruitgang er ook wordt geboekt voor homo’s en lesbiennes. Dat kunnen we ons niet veroorloven. Het is pijnlijk dat het dringende probleem van de transrechten lijkt te worden overstemd door het gebeier van kerkklokken, maar burgerrechten kunnen alleen verbeterd worden als veel mensen zich daar eendrachtig voor inspannen. Op de terugreis vanuit Niagara Falls moeten homo’s en lesbiennes niet vergeten dat het dragqueens en transseksuelen waren die dit gevecht zijn begonnen. Jennifer Finney Boylan

Jennifer Finney Boylan is een van de beroemdste transseksuelen in de VS. Haar boeken gaan niet allemaal over gender maar haar memoires She’s Not There (2003) worden beschouwd als een standaardwerk in dezen.


dossier

gender

Iemand die anders is dan de meesten Polityka (verkort) – Warschau

Dat Polen een transseksueel in het parlement heeft gekozen is een teken dat het land aan het veranderen is, betogen twee redacteuren van het linkse weekblad Polityka. Aan de rechten van degenen ‘bij wie genderidentiteit en lichamelijke kenmerken niet overeenkomen’ valt nog wel veel te verbeteren in Polen.

A

nna Grodzka is een transseksueel. Ze is 57 en heeft 55 jaar als vrouw, opgesloten in een mannenlichaam geleefd. Als man was ze actief als linksgeëngageerde uitgever en filmproducent. Twee jaar geleden heeft ze zich in Thailand laten opereren. Met haar roodgeverfde haar en haar dansende oorbellen verschijnt ze regelmatig voor de camera’s. Zonder terughoudendheid vertelt ze over haar vorige leven, over haar leven als echtgenoot, over haar liefdes- en vriendschapsrelatie met haar vrouw die uiteindelijk van haar zou scheiden. Over zichzelf, in haar rol van vader, en over haar zoon die haar nooit heeft laten vallen en nog steeds haar grote steun en toeverlaat is. Als Anna Grodzka is ze nu een nieuw leven begonnen, een leven als honderd procent vrouw. Ze is oprichtster en

Anna Grodzka is gekozen in Krakau, bolwerk van conservatisme

voorzitster van de stichting Transfuzja, die hulp biedt aan lotgenoten. En ze is parlementslid. Haar transformatie is niet alleen belangrijk voor haarzelf, maar misschien wel voor ons allemaal. Wat men er ook van vindt, dat een transseksueel in het parlement is gekozen is niet alledaags. Het is als een boodschap aan de wereld: kijk eens hoe die Polen gestemd hebben, ondanks hun katholieke, conservatieve en racistische imago.

Ark van Noach

Goed, ze heeft maar 20 duizend stemmen gekregen bij de parlementsverkiezingen van 9 oktober 2011. Als lijstaanvoerder heeft ze geprofiteerd van het proportionele kiesstelsel en van het persoonlijke succes van Janusz Palikot. [Deze politicus, voormalig wodkahandelaar en leider van de partij Ruch Palikota, Palikots Beweging), waarvan Anna Grodzka lid is, kreeg bij deze verkiezingen 10 procent van de stemmen.] Hij heeft van zijn partij een soort ark van Noach gemaakt. Het is een amalgaam van minderheden die tot nu toe nooit in het parlement vertegenwoordigd waren: anti-klerikalisten, homoseksuelen, feministen. Anna Grodzka wist niet alleen een zetel te winnen, ze deed dat bovendien in de stad Krakau, waar ze nooit gewoond heeft. Krakau is een bolwerk van conservatisme en katholicisme, maar er wonen ook veel kunstenaars en aanverwanten. Die hebben op haar

© Credit Agence Vu/HH

gestemd, in de hoop dat ze een culturele verandering in gang weet te zetten en dat verdraagzaamheid en acceptatie van anders-zijn normaal gaan worden. Het feit dat Anna Grodzka is verkozen bewijst dat we klaar zijn voor zo’n verandering, ook al is het nog niet in alle

geledingen. We zien in ons land steeds meer belangstelling voor biologische en culturele verschillen, om niet te zeggen een honger naar kennis. Anna Grodzka is de juiste persoon om deze pedagogische taak op zich te nemen. Ze is zeer overtuigend

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 31


dossier wanneer ze over haar persoonlijke drama spreekt, over de medische, juridische, emotionele en sociale problemen waarvoor mensen zich geplaatst zien bij wie genderidentiteit en lichamelijke kenmerken niet overeenkomen. De vraag is alleen of zij en haar vrienden van Palikots Beweging ook in staat zullen zijn om het debat serieus aan te gaan.

gender

Oproep tot vernietiging van genderidentiteit

Gedwongen scheiding

Hoe dan ook, Anna Grodzka heeft inmiddels de vergoeding van de peperdure geslachtsveranderingsoperatie op de agenda gezet. Ze wil bij wet de situatie voor en na de operatie regelen. Nu nog moet de kandidaat voor een operatie zijn of haar ouders voor de rechter dagen wegens ‘foutieve aangifte van het geslacht van het kind’. En als de ouders niet meer leven, wijst de staat anderen aan om de ouders in de rechtbank te vertegenwoordigen. Dan is er nog de kwestie van de gedwongen scheiding: een geopereerde transseksueel mag niet getrouwd blijven omdat Polen geen homohuwelijk kent (evenmin als het samenlevingscontract). Het is niet alleen zaak om problemen van seksuele minderheden op te lossen, er moet ook meer begrip komen in de samenleving. De meeste mensen zijn ervan overtuigd dat vrouwelijkheid en mannelijkheid door de natuur (of God) gegeven zijn en wel voor eens en voor altijd, want dat geeft een overzichtelijk en veilig gevoel. Het zou overdreven zijn om te stellen dat we aan de vooravond staan van een Copernicaanse revolutie. Maar het simpele feit dat veel Polen accepteren dat iemand die anders is dan de meesten van ons als parlementslid is verkozen, is op zich al een kleine revolutie. Ewa Wilk en Marcin Kolodziejczyk

Dat een transseksueel parlementslid kon worden, is op zich al een kleine revolutie

pagina 32 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

Daily News & Analysis – Bombay

Zelfs in een cultuur die zo openstaat voor afwijkende seksuele identiteiten, moeten sommigen hun ware aard verborgen houden. ‘Ik ben geen jongensachtige vrouw, ik ben een man’ schrijft een Zuid-Indiase transseksueel

I

n Zuid-India bestaan meerdere (trans)seksuele identiteiten. Zo is daar de vrouw-naar-man identiteit Thirunambigal in Tamil Nadu, Magaraidu in Andhra Pradesh en Gandabasaka in Karnataka. En ook de man-naar-vrouw identiteit zoals de kothi, hijra (ook wel genoemd Aravanis en Thirunangaigal in Tamil Nadu), Jogappa in NoordKarnataka, Jogatha in Andhra Pradesh en Shiva Shakti in Maharashtra en Andhra Pradesh. Niet al deze identiteiten zijn zo bekend als de hijra, die synoniem is geworden met transseksualiteit. Dat komt voornamelijk door de historische zichtbaarheid van deze gemeenschap die voor zichzelf een culturele en sociale ruimte heeft gecreëerd via het guru-chela (leraarleerling) systeem. Dat is een steun voor veel jonge hijra’s/kothi’s die uit huis zijn gegaan om zich bij een van de zeven gharanas (huizen) te voegen als ‘dochters’ of ‘leerlingen’ van hun goeroes. Een hijra/kothi zie je vaak bij stoplichten staan bedelen – een van de weinige manieren om zich staande te houden in een vijandige en discriminerende maatschappij.

Het geld dat India ontvangt om hiv/ aids te bestrijden is aangewend om door het hele subcontinent ngo’s op te zetten die zich richten op de kothi als primaire drager van de infectie. Maar de genderidentiteit van de kothi wordt verdoezeld doordat de door ngo’s gehanteerde term MSM (mannen die seks hebben met mannen) vaak gebruikt wordt voor kothi’s. Maar kothi’s zijn geen mannen. Ze hebben een mannenlichaam, maar voelen zich vrouw.

Bemiddelaars

Jogappa’s zijn jonge jongens, meestal afkomstig uit de kaste van de onaanraakbaren (dalit) of uit een andere ‘achterlijke’ kaste, soms zelfs uit moslimgezinnen in Noord-Karnataka, die de godin Yellamma zijn toegedaan. Ze dragen vrouwenkleren en treden op als bemiddelaars tussen gelovigen en de godin. Ze mogen niet trouwen. De Jogappa is geen uitsluitend uit transseksuelen bestaande categorie, maar een ruimte waarin van oudsher transgendergedrag is toegestaan. Veel transseksuele vrouwen vinden hier een legitieme plek om hun identiteit, die niet overeenkomt met de heersende normen, toch in de maatschappij tot uiting te brengen.

Ik voel me een Thirunambi, een vrouwnaar-man transseksueel. Lang voordat ik wist wat ik was, wist ik al dat ik in het verkeerde lichaam zat. Pas onlangs vond ik de woorden die het best beschrijven wat ik ben en trof ik mensen die net zo in elkaar zitten als ik: iemand die geboren is als vrouw, maar met de genderexpressie van een man. Ik heb jarenlang geprobeerd onder woorden te brengen wat ik ben, en getracht mijn familie, vrienden en geliefden te vertellen dat ik geen jongensachtige vrouw ben, maar een man. Transseksuele mannen zijn er in allerlei soorten en maten. Sommigen van ons willen een geslachtsoperatie, anderen niet; sommigen voelen zich heterosek-


dossier

gender

'Men is nou eenmaal bang voor transseksuelen'

Sluipen

© Andrew Henderson/Redux/HH

Behoefte aan een samenleving waarin ‘afwijkende’ identiteit niet als abnormaal wordt veroordeeld sueel, anderen lesbisch of homo, en weer anderen multiseksueel. Er zijn er die soepeler omgaan met hun genderidentiteit dan anderen. Sommigen zijn door hun familie gedwongen te trouwen met een man, terwijl het anderen is gelukt zich los te maken en elders een beperkte vorm van vrijheid te vinden. Maar hoe verschillend ook, allemaal

hebben we te maken gehad met onderdrukking vanwege onze ‘afwijkende’ genderexpressie. De mate waarin varieert natuurlijk naar gelang de positie die we binnen onze kaste en klasse innemen. Ik schrijf als een Engelssprekende Nair vrouw-naar-man transseksueel uit de middenklasse. Ik schrijf voor mijn nietEngelssprekende vrouw-naar-man dalit-broeders uit de arbeidersklasse. Ik schrijf omdat onze stemmen nooit worden gehoord. Ons wordt het zwijgen opgelegd voor we kunnen spreken. We hebben dubbel te lijden omdat we naast onze nonconformistische genderexpressie ook nog eens als vrouw zijn geboren. We hebben geen systeem zoals de hijra’s.

We hebben geen goeroes die voor ons zorgen als we weggaan bij onze familie. We zijn onzichtbaar omdat we geconditioneerd zijn om in het openbaar ‘door te gaan’ voor een man, om te zeggen dat ons lichaam er niet toe doet omdat we ons ervan afgesneden voelen. Is dat lichaam dat maandelijks bloedt, dat lichaam met borsten dat wordt beschouwd als vrouwelijk, míjn lichaam? Dat is een vraag waar wij allemaal mee geworsteld hebben. Het is voor ons moeilijk om te veranderen met behoud van respect voor ons lichaam, omdat de maatschappij zich amper bewust is van onze genderidentiteit. Het medische establishment is grotendeels niet op de hoogte van onze behoeften en geslachtsveranderingsoperaties zijn niet te betalen voor als vrouw geboren transseksuelen uit de arbeidersklasse. Sommigen van ons hebben lesbische relaties gehad zonder te kunnen verwoorden dat we mannen zijn.

Er zijn maar weinig fondsen beschikbaar voor onze strijd om erkenning. Zelfs feministische groeperingen sluiten ons uit en bestempelen ons als anti-feministisch omdat we de kant van de onderdrukker kiezen doordat we ons man voelen. Dat is een beperkend feminisme dat voorbijgaat aan onze ervaringen in een vrouwenlichaam. Een feminisme dat niet erkent hoe moeilijk het voor ons was om weg te gaan bij onze families om uitdrukking te geven aan onze genderidentiteit. We trekken geen aandacht, we sluipen langs de muren in de angst dat er geweld zal volgen als mensen merken dat we een vrouwenlichaam hebben, omdat ze nu eenmaal bang zijn voor transseksuelen. We moeten naar urinoirs waar mannen staan te plassen. We worden in elkaar geslagen als we naar een damestoilet gaan, door vrouwen die denken dat we voyeurs zijn. Wij strijden voor een samenleving waarin een ‘afwijkende’ identiteit niet als abnormaal wordt veroordeeld. We willen ons losmaken uit de marge en een plek in het midden opeisen, waar we niet bang hoeven te zijn en ons niet hoeven te verdedigen. Dit is een oproep om het bestaan te erkennen van transseksuelen die geen hijra zijn. Dit is een verzoek om steun aan mensen die hetero, homo, lesbisch, feministisch, multiseksueel of anderszins seksueel geaard zijn. Een oproep tot vernietiging van genderidentiteit zoals wij die nu kennen. Gee Ameena Suleiman

De auteur is een transseksuele man die werkt bij LesBiT, een steungroep voor lesbiennes, biseksuele vrouwen en vrouw-naar-man transseksuelen

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 33


‘Heel de wereld is mijn vaderland’ Ja, Erasmus had ons vast gelezen €9,95 p er m a

and

360, Nederlands nieuwste magazine, brengt het beste uit zo’n 900 buitenlandse dagbladen, tijdschriften en online media. Van The New York Times tot Asharq Al-Awsat. Van The Economist tot Caijing. Van The Daily Beast tot Khabdha.org. Behalve over de Grieken, Brazilianen en Japanners leest u voortaan ook artikelen van Grieken, Brazilianen en Japanners. Nu in de winkel voor € 5,95. Of word abonnee voor € 9,95 per maand. Ga naar 360mag.nl

360 1103 Advertentie 1/1 250x335 V2.indd 1

20-12-11 14:12


lage landen

nederland

De tempelredder Der Spiegel – Hamburg

De ontkerkelijking gaat hard in Nederland, en dat brengt ook praktische problemen met zich mee. De correspondent van Der Spiegel ziet de Nederlandse koopmansgeest de kop op steken bij de liquidatie

van de kerkgebouwen.

Van inventariseren tot afstoten, het sluiten van een kerk in zes stappen

er nog sprake van om de kerk te verbouwen tot cultureel centrum, maar de katholieken wilden het gebouw snel kwijt en zo kwam het gewijde pand in handen van een projectontwikkelaar. Volgend jaar gaan de muren van de Sint Laurentius tegen de vlakte om plaats te maken voor 62 woningen.

Aanvaardbaar verlies

‘Qua architectuur is dat een aanvaardbaar verlies,’ zegt Marc de Beyer. Het gebouw stamt uit de jaren zestig van de vorige eeuw, toen de katholieke parochies van De Bilt en Bilthoven zo snel groeiden dat er drie kerken nodig waren voor twee deelgemeenten. Er werd dan ook snel en sober gebouwd. In heel West-Europa vertoont het aantal gelovigen echter al jaren een dalende trend. Ook in Frankrijk en België moeten kerken hun deuren sluiten. In Nederland

© Marcel van den Bergh/HH

D

e kerkbanken worden in verschillende afmetingen verkocht: de kleintjes zijn drie meter zestig lang en kosten veertig euro, de grote banken van zes meter lang gaan voor zestig euro weg. De parochianen in Bilthoven hebben al zeventien banken van hun eigen kerk opgekocht. Volgens Marc de Beyer zijn de banken het probleem niet. Orgels, altaren en het honderd kilo zware doopvont achter in de kerk blijken een stuk lastiger te slijten. Marc de Beyer is kunsthistoricus en curator van het Museum Catharijneconvent in Utrecht, maar je zou hem ook een bewindvoerder kunnen noemen. Hij begeleidt namelijk de liquidatie van kerken. De Beyer wordt ingeschakeld op het moment dat een geloofsgemeenschap wordt opgeheven en een kerk dichtgaat. Hij heeft het er druk mee. Nederland telt nog ongeveer 4.400 kerkgebouwen. Elke week sluiten daarvan wel twee voorgoed hun deuren. Vooral katholieke kerken moeten het ontgelden en zullen de komende jaren de helft van hun godshuizen van de hand moeten doen. ‘En dat is nog maar het begin,’ zegt De Beyer. Zijn stem galmt in de hoge ruimte, terwijl zonnestralen schuin door de zijramen vallen. Marc de Beyer staat achter een blok beton zo groot als een flinke vrieskist. Tot 1 juli 2006 was dit het altaar van de katholieke Sint Laurentiuskerk in Bilthoven. Op die datum veranderde de kerk in een onroerend goed en het hart van het godshuis, het altaar, waaraan werd gebeden, gewijd, gehuwd en gerouwd, in een stuk beton. Eerst was

gaat dat wel erg hard en trekt het christelijke geloof zich drastisch terug uit het maatschappelijk leven. Jaarlijks verliest alleen de protestantse kerk al zestigduizend leden. Kerkbestuurders beweren dat de protestantse kerk in 2050 niet meer bestaat als de daling in dit tempo voortgaat. In het Brabantse Helmond trok in 2001 al een supermarkt in een leegstaand kerkgebouw. In Maastricht opende een boekwinkel zijn deuren in een Dominicaner kerk, in Utrecht en Amsterdam werden kerken omgebouwd tot moskee. Nederland telt op zeventien miljoen inwoners ongeveer 850 duizend moslims. Maar in de meeste gevallen worden kerkgebouwen gewoon afgebroken. Marc de Beyer is sinds een jaar of drie bezig met het liquideren van kerken. Hij was van de partij toen in het Utrechtse Museum Catharijneconvent overleg werd gevoerd over een ‘stragegisch plan’ dat vervolgens ook werd opgesteld. In samenwerking met de Stichting Kerkelijk Kunstbezit Nederland (SKKN) heeft De Beyer een handboek over dit onderwerp geschreven, een soort handleiding voor het sluiten van een kerk in zes stappen, Van inventariseren tot afstoten. Sinds april wordt deze handleiding aan

parochies uitgedeeld en binnenkort verschijnt een Engelse versie. De Beyer vertelt dat als hij bij punt 5.4 van zijn handleiding is aanbeland, ‘Vernietigen’, bij menigeen de adem stokt. ‘Maar als er geen andere bestemming is voor een kerkgebouw met weinig emotionele en historische waarde, kan dat toch de beste oplossing zijn,’ zegt De Beyer. Desondanks beschouwt hij zichzelf eigenlijk meer als tempelredder, omdat hij waardevolle voorwerpen wil behouden. Zijn handleiding dient als houvast om waardevol van waardeloos te onderscheiden. ‘Doopvonten vinden vaak in Oost-Europese landen een nieuwe bestemming,’ zegt hij. ‘Aangezien daar nog steeds nieuwe kerken worden gebouwd, is er veel vraag naar.’ In Arnhem heeft een kerk die al vijf jaar leegstond een compleet nieuwe bestemming gekregen: eind november werd een skatehal geopend in de Sint Jozefkerk. In het middenschip ligt nu een obstakelparcours. Voor 3 euro 50 kun je de hele dag tussen de heiligenbeelden door skaten. Sinds de opening van de hal wordt deze kerk weer goed bezocht. Benjamin Dürr

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 35


europa

spanje

Zoon zoekt moeder, moeder zoekt zoon El País– Madrid

Duizenden mensen twijfelen: stel dat ik ook een geroofd kind ben? Ter adoptie afgestane kinderen, althans degenen die dat weten, hebben via internet een beweging op touw gezet die groeit als kool. ‘We voelen ons een boom zonder wortels.’

een soort ‘positieve eugenetica’ – een haast nazistische ideologie – had uitgedacht ter ‘vermenigvuldiging van de uitverkorenen en voor de teloorgang van de zwakken’. Onderdeel van dat snode plan was het wegnemen van kinderen die vervolgens aan gezinnen werden overgedragen die het regime welgezind waren.

Onbekwaam

T

ot 1950 gebeurde het, in de franquistische gevangenissen of onder de leden van het (republikeinse) verzet – ze pakten hun kinderen af als middel van onderdrukking. Daarna gebeurde het veertig jaar lang op een subtielere manier, in ziekenhuizen en kraamklinieken, waarbij meestal kerkelijke organisaties betrokken waren. De vrouwen waren niet langer gevangenen, ‘rooien’ of echtgenoten van ‘rooien’, maar vrouwen in nachthemd die geïntimideerd werden door een arts, of die verdoofd waren van verdriet omdat ze zogenaamd hun pasgeboren kind hadden verloren, en die er daarom niet op aandrongen het lijkje van hun dode kind te zien – iets waar ze tegenwoordig spijt van hebben. Meestal waren het ongetrouwde moeders, erg jong en met weinig middelen, die niet in staat waren zich teweer te stellen tegen de druk van artsen, nonnen en andere functionarissen.

Babyfabrieken

In veel gevallen werden die vrouwen overgehaald of gedwongen hun kinderen ter adoptie af te staan aan ongeregelde netwerken buiten de controle

van de overheid. ‘Er was een markt voor adoptiekinderen en er waren veel mensen die een systeem op poten hadden gezet om aan de vraag te voldoen,’ verklaart de socioloog Francisco González de Tena, die jarenlang slachtoffers heeft geïnterviewd. De afgelopen vijf jaar hebben de ter adoptie afgestane kinderen zich via internet georganiseerd en een beweging op touw gezet die als een tsunami is aangegroeid en die het Openbaar Ministerie heeft gedwongen stappen te doen. Die kinderen – tegenwoordig mannen en vrouwen – zijn naarstig op zoek naar hun biologische moeders. ‘We voelen ons als een boom zonder wortels, alsof we geamputeerd zijn,’ bekent María, een jonge vrouw die ter adoptie werd afgestaan in de kliniek San Ramón te Madrid, een van de belangrijkste ‘babyfabrieken’, die tot 30 jaar geleden in bedrijf bleef en onder leiding stond van dr. Eduardo Vela, die nu, op 77-jarige leeftijd, nog steeds zijn beroep uitoefent. Ook de moeders die destijds hun kinderen ter adoptie afstonden, of van wie de kinderen gestolen werden, zijn op zoek gegaan. Kinderen die moeders zoeken, moeders die kinderen zoeken. In eerste aanleg had die handel niet alleen een zekere wettige status, maar genoot zelfs de uitdrukkelijke goedkeuring van de huispsychiater van het franquisme, Nicolás Vallejo-Nájera, die

‘Ze overhandigden me een bundeltje met een bevroren baby. Ik hoefde me geen zorgen te maken, het was nu een engeltje bij God’

pagina 36 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

De socioloog González de Tena, die in opdracht van de onderzoeksrechter Baltasar Garzón een rapport schreef over de kinderroof, stelt dat na die eerste fase, waarin talloze baby’s in de gevangenissen werden ontvreemd (bijna 30.000 volgens het rapport), er een fase intrad waarbij de voornaamste slachtoffers ongetrouwde moeders waren, of jonge vrouwen, of vrouwen uit arme milieus: de erfgenamen van de verslagenen in de burgeroorlog, ‘onbekwaam om te protesteren’. Maar ook toen die naoorlogse periode voorbij was ging de handel in kinderen door, tot in de laatste dagen van het franquisme en tijdens de Transitie. Het verbindende element tussen de verschillende perioden, het gemeenschappelijk stramien (ofschoon zonder onderling contact) werd gevormd door complotten van priesters, nonnen, ultrakatholieke artsen en waarschijnlijk ook rechters en notarissen. Van de bekende gevallen gebeurden de meeste in ziekenhuizen of kraamklinieken onder beheer van instellingen als de Zusters van Liefde. In bijna alle gevallen werd tegen de moeders gezegd dat hun kind doodgeboren was, met de toevoeging dat ze maar beter het lijkje niet konden zien, omdat dat onnodig traumatisch was. Als de moeders, na contact met andere moeders, gingen twijfelen of hun kind wel gestorven was en of het niet van hen was afgenomen en vervolgens naar het kerkhof gingen, bleek in veel gevallen dat het niet in de overlijdensregisters was opgenomen, hetgeen erop wijst dat er medeplichtigen waren onder de medewerkers van de begraafplaatsen en uitvaartondernemingen. Deze vermoedens zijn nu versterkt door het geval van een vrouw uit Barcelona die haar dochter heeft teruggevonden die ze veertig jaar geleden

het leven schonk. Haar werd gezegd dat het baby’tje doodgeboren was, maar DNA-onderzoek heeft uitgewezen dat dit een grote leugen is: het werd ter adoptie afgestaan. De dichteres Elsa López vertelt: ‘Ik beviel op 5 februari 1981 van een meisje in de San Ramón-kliniek. Ze vertelden me direct dat het erg slecht ging met het meisje, dat ze misvormd was, en ze overhandigden me een bundeltje dat eruitzag als een lijkwade. De baby was bevroren! Vervolgens zeiden ze dat het kind gestorven was en dat ik me geen zorgen hoefde te maken want ze hadden het gedoopt en nu was het een engeltje bij God.’ Jaren later kwam Elsa erachter dat in San Ramón het lijkje van de baby die ze haar hadden laten zien in een vriezer werd bewaard. Sindsdien is ze ervan overtuigd dat ze haar dochter hebben gestolen. Het gebeurde ook dat de nonnen de jonge moeders kalmeerden met de woorden dat ze hun kind aan iemand hadden gegeven bij wie het ‘veel beter af’ was. Het werk werd goed verdeeld. Er waren mensen die op jacht gingen naar ouders, en mensen die op jacht gingen naar kinderen; vrouwen met connecties en geld, aanhangers van het regime, paters en nonnen die informatie uitwisselden over de respectieve ‘schikkingen’ die waren getroffen met de adoptiefamilies.

De biologische moeder kon met één pennenstreek worden weggevaagd De moeders werden in sommige gevallen in ‘slaapflats’ ondergebracht, zoals González de Tena ze noemt, waar ze het einde van hun zwangerschap afwachtten. Anderen kregen huisvesting in de kerkelijke instellingen waar ze later bevielen. In die periode werden de jonge moeders onder druk gezet om hun kind af te staan, zonder een mogelijkheid tot herroeping (volgens de wet kan dat alleen binnen een bepaalde termijn). Sommige


europa

spanje

Ter ‘vermenigvuldiging van de uitverkorenen en voor de teloorgang van de zwakken’

stand door tussenkomst van personen die verbonden waren aan het Spaans Genootschap ter Bescherming van Adoptie (AEPA), een instelling die in 1969 werd opgericht door Gregorio Guijarro Contreras, adoptievader van een tweeling (twee meisjes) en ex-lid van het Hooggerechtshof, met steun van de Spaanse Hoge Raad voor Kinderbescherming en Liefdadigheid. Guijarro verklaarde in juli 1979 in El País: ‘Wij als genootschap zien adoptie als het laatste maatschappelijke redmiddel in gevallen waarbij de opname van het kind in het eigen gezin is mislukt. (…) Zoals de zaken er nu voor staan is diep in de buidel tasten de snelste en de efficiëntste manier om een kind te adopteren. Het medeleven winnen van de direct betrokkenen, zoals maatschappelijk werkers, nonnen, hoofden van kraamklinieken, enzovoort, wil ook nog wel eens helpen. Als je een streepje voor krijgt, gaat de rest vanzelf,’ erkende Guijarro openlijk, korte tijd voordat hij bij een verkeersongeluk om het leven kwam. We moesten wachten op de Adoptiewet van 1987 voordat de regering orde op zaken stelde en een einde maakte aan die adoptienetwerken. Jesús Duva en Natalia Junquera Helena en Encarna Garcia in 1960. De twee zusjes uit Valladolid zoeken de tweeling die hun moeder in 1959 kreeg en die bij de geboorte als ‘overleden’ werd opgegeven – Familiearchief/El País, Madrid

vrouwen kregen spijt en probeerden hun kind terug te eisen, maar dat leverde een jarenlange strijd op waarin zij het meestal verloren van rijke of machtige adoptieouders en hun topadvocaten. De adoptieouders betaalden, inclusief de kosten voor ziekenhuisopname, tussen de 50.000 en de 150.000 peseta’s (het laatste bedrag komt overeen met ongeveer 18.000 euro). Enrique Vila, advocaat van het Natio-

naal Genootschap van Slachtoffers van Onrechtmatige Adoptie, verzekert dat de prijs van de kinderen uiteenliep van 50.000 tot een miljoen peseta’s.

Parades

De adoptieouders konden kiezen of ze een jongetje of een meisje wilden. En in kraamklinieken konden ze zelfs zeggen wélk jongetje of wélk meisje. De nonnen organiseerden vaak parades,

waarbij de kandidaten nauwgezet werden gekeurd (haar, tanden, kromme of rechte beentjes). Vóór de wet van 1970 konden adoptieouders de kinderen als hun eigen kinderen laten inschrijven, wat erop neerkomt dat de biologische moeder met één pennenstreek werd weggevaagd en de adoptiemoeder in alle documenten figureert als de vrouw die het kind gebaard heeft. Dat zijn de zogenaamde ‘toegeëigende kinderen’. Veel van deze adopties kwamen tot

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 37


europa

spanje

‘Je was dood en een jongen’ El País – Madrid

Het Openbaar Ministerie heeft vijftienhonderd zaken van kinderroof of onrechtmatige adoptie in onderzoek. Bijna een derde is geseponeerd. Twee van de slachtoffers die erin zijn geslaagd hun biologische familie te achterhalen vertellen hun verhaal aan El País.

E

en van die uiterst zeldzame keren dat een moeder en een kind die bij de geboorte door bedrog of door omkoping gescheiden werden zich herenigden, was in Catalonië. Een vrouw vond na 37 jaar haar dochter terug die naar beweerd doodgeboren was. Uit twee DNA-tests bleek dat ze moeder en dochter waren. Ze verzoeken geen details te vermelden die tot hun identificatie kunnen leiden, omdat het onderzoek nog loopt en ze de verantwoordelijken nog in het ongewisse willen laten, én omdat niet de hele familie op de hoogte is van het gebeurde. Wel wilden ze hun verhaal vertellen. ‘Mijn adoptieouders hebben mij altijd verteld dat ik geadopteerd was en dat ze me zouden helpen als ik wilde weten wie mijn biologische ouders waren. Dus toen ik twintig was, gingen ze met me mee naar het provinciehuis om mijn adoptiepapieren op te vragen. Tot onze verbazing zat

Dit is wel een erg zieke grap. Ik heb op die datum en in die kliniek een kind gekregen, maar dat was een jongetje – en hij is doodgegaan!” schreeuwde ze. Teresa (pseudoniem) geloofde me niet. Tegen haar hadden ze gezegd dat ze een jongetje had gekregen en dat de baby doodgeboren was. Dat had ze 37 jaar lang geloofd. Ze was twintig toen ze beviel en ze had de kliniek zonder papieren verlaten. Een paar dagen later belde ze me, want ze wilde de papieren zien. Het bleek dat zij nog een andere dochter had, twee jaar jonger dan ik. We leken als twee druppels water op elkaar. Mijn moeder verzekerde me dat zij geen van die papieren waarin ze afstand van mij deed had getekend.’ Aanvankelijk begrepen moeder en dochter niet wat er gebeurd was, want destijds had niemand het nog over kinderroof.

bestonden, niet alleen onder het franquisme, maar ook tijdens de eerste twintig jaar van de democratie.

Permanent delict

‘We zijn door alle fasen heen gegaan: ontkenning, verdriet, woede…’, vertelt María. Teresa heeft de adoptieouders die haar dochter hebben opgevoed nooit leren kennen omdat ze een paar jaar geleden gestorven zijn. ‘Ik kostte 600.000 peseta’s [ongeveer 3600 euro]. Niemand vermoedde dat er iets raars achter zat,’ zegt María. Zij is een van de 1.414 gevallen van kinderroof of onrechtmatige adoptie die in minder dan een jaar tijd in heel Spanje door het OM in behandeling zijn genomen. Nog nooit in de justitiële geschiedenis van Spanje zijn er zoveel aangiften gedaan voor hetzelfde vergrijp, zoals de procureur-generaal Cándido Conde-Pumpido onlangs vaststelde. Maar zes zaken hebben tot hereniging geleid. Nog eens 334 zijn geseponeerd. Er zijn veertien opgravingen gedaan, het OM heeft 73 DNA-tests gelast, en er zijn twee artsen verhoord die rechtstreeks door de slachtoffers werden aangewezen. Veel gerechtelijke onderzoeken zijn gesloten omdat volgens bronnen binnen het OM ‘bewezen is dat het kind niet werd geroofd, maar verkocht, met toestemming van de moeder’. In elk geval is vast komen te staan dat er in Spanje netwerken van kinderhandelaars

De zaken die nog in onderzoek zijn behelzen ‘onwettige detentie’ waarbij de minderjarige werd ontvreemd. Het college van procureurs-generaal stelt dat het hier gaat om een zogenaamd ‘permanent delict’, dat pas eindigt wanneer het slachtoffer weet heeft van wat er in het verleden is gebeurd. Dat betekent dat die gevallen niet verjaren en de daders dus nog kunnen worden vervolgd. Antonio Barroso, oprichter van het Nationaal Genootschap van Slachtoffers van Onrechtmatige Adoptie (‘Anadir’) werd veertig jaar geleden door een non voor 200.000 peseta’s [1200 euro] verkocht. Hij was de eerste die in Spanje aangifte deed. Zijn zaak is drie keer geseponeerd en nu zet hij zijn strijd via burgerlijke actie voort. ‘De rechterlijke macht stelt er geen belang in om een schandaal op te helderen waarvan duizenden mensen het slachtoffer zijn geworden. Het is onbegrijpelijk dat er zoveel zaken geseponeerd zijn,’ klaagt hij. En hij eist van de regering een grotere inzet en meer financiële hulp voor de organisaties van getroffenen. Ondanks de moeilijkheden en de offers die ze zich moeten getroosten zijn duizenden mannen en vrouwen vast­ besloten de strijd om hun afkomst te achterhalen voort te zetten. Koste wat het kost. Natalia Junquera en Jesús Duva

‘We zijn door alle fasen heen gegaan: ontkenning, verdriet, woede…’ er bij de verklaring van afstand van mijn biologische moeder ook een overlijdenscertificaat met mijn naam erop. We dachten dat het gewoon een vergissing was en ik durfde jarenlang mijn biologische moeder niet te bellen met de gegevens die ze me hadden verstrekt. Tot ik uiteindelijk de knoop doorhakte en de telefoon pakte,’ vertelt María (pseudoniem). ‘Mijn moeder reageerde in alle staten. “Maar wie ben jij? Wat moet je van me?

pagina 38 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

Een bijeenkomst tegen illegale adoptie. Honderden vrouwen hebben het afgelopen jaar geclaimd dat hun babies bij geboorte van hun afgenomen werden onder het regime van Franco – © Reuters


europa

Roemenië

Vlad de Spietser

Het kasteel van Vlad Tepes in Bran, Transsylvanië – © Corbis

Evenimentul Zilei – Boekarest

Voor westerlingen is Vlad Tepes graaf Dracula. Voor de Roemenen is hij de bloeddorstige, maar rechtvaardige prins, die opkwam voor het volk en alleen dieven en verraders spietste.

O

nder Roemeense historici zijn de meningen verdeeld: sommigen vergelijken Vlad Tepes met Draco van Athene [Griekse wetgever uit de zevende eeuw v. Chr.] en beschouwen hem als een politiek genie, terwijl anderen hem voor een sadistische schurk houden. ‘De Spietser’ is een figuur die sterk tot de collectieve verbeelding spreekt. Mensen die teleurgesteld zijn in de huidige samenleving, in de corruptie en het onrecht, roepen hem nog steeds aan, zoals de grote Roemeense dichter Mihai Eminescu (eind negentiende eeuw) vroeger deed: ‘Waarom kom je niet, heer Vlad de Spietser?’ De historicus Ioan Bogdan heeft kritiek geuit op de neiging van sommige des­ kundigen om Vlad Tepes te idealiseren. Hij waarschuwde tegen de trend in de Roemeense geschiedschrijving om de

woiwode (prins) te presenteren als beschermheer van armen en recht­ vaardigen en als organisatietalent. Bogdan beschouwt de Spietser als ‘een wrede tiran en een onmenselijk monster’: ‘Wij zouden ons voor hem moeten schamen, in plaats van hem als een toonbeeld van moed en vader­ landsliefde af te schilderen’, schrijft hij. Andere historici, zoals Constantin C. Giurescu, voerden het hogere belang van de natie aan als rechtvaardiging voor zijn wreedheden: ‘De folteringen en executies waren geen gril: ze had­ den bestaansrecht in een wereld waar het principe "verscheidenheid van mening" nog niet was uitgevonden.’ De moordpartijen zouden dus gerecht­ vaardigd zijn, omdat de Spietser er enkel naar zou hebben gestreefd de orde te handhaven, deugdzaamheid te kweken en zijn macht te bestendigen.

Het ongunstigste beeld van Vlad de Spietser wordt evenwel in de Duitse en Slavische kronieken geschetst. Sommige deskundigen hebben deze geschiedschrijving van het begin af aan verworpen, omdat ze vonden dat er niets van klopte. Andere experts reali­ seren zich weliswaar dat de kronieken verzonnen elementen bevatten om een sensatiebelust publiek te laten huive­ ren, maar menen dat het om docu­ menten van historische waarde gaat. Volgens historicus Lucian Boia is rondom Vlad Tepes de mythe ontstaan van de strenge, maar rechtvaardige koning, die de inhalige en corrupte adel bestreed: ‘Het gaat hier om een mythologie die nog sterk leeft in Roe­

menië – en waar de Roemenen onder­ hand afstand van zouden moeten gaan nemen –, namelijk de verering van de leider. Dit fenomeen is kenmerkend voor het Roemeense volk, dat stamt uit een samenleving die gebouwd is op traditie. De houding van een boeren­ gemeenschap, die respect heeft voor de prins. Vlad Tepes is de vorst die altijd gelijk heeft tegenover een elite die zichzelf wil verrijken en naar macht hongert. Zijn succes berust op het ont­ zag van een volk met weinig politieke vorming, dat idolaat is van de leider, of het nu een prins, een koning of een communistische of postcommunisti­ sche president is.’ De historicus Neagu Djuvara beschrijft in zijn boek O Scurtă Istorie a românilor povestită celor tineri (Een korte geschie­ denis van de Roemenen verteld aan de jeugd) hoe mensen aan een paal werden geregen: ‘Het was een ver­ schrikkelijke doodsstrijd: er werd een lange stok in de grond geplant en de veroordeelde werd, in zekere zin,

De paal werd ingesmeerd met vet en tussen de billen ingebracht, heel langzaam, zodat het slachtoffer niet meteen stierf

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 39


TONZON voor comfortabel, energiezuinig en gezond wonen met slimme oplossingen voor o.a. koude vloeren en radiatoren

Zon t Ton e o d lie Hier erk torfo rad ia ar zijn w htba onzic

“Een goede besteding van ons spaargeld. Het heeft onder de vloer een veel hoger rendement dan bij de bank. En niemand pakt je dat meer af.”

“Het verschil is direct merkbaar. Hadden we dat maar eerder gedaan.”

TONZON isolatie, isoleren als een Thermosfles TONZON produceert opvouwbaar isolatiemateriaal dat is gebaseerd op het thermosflesprincipe. U kunt met TONZON zeer hoge isolatiewaardes halen. Bestaande vloeren worden nog warmer dan in de nieuwbouw en ook een ‘TONZON‘ zolder blijft in de zomer koeler dan een zolder in een standaard nieuwbouwhuis. Omdat u lucht gebruikt die overal gratis aanwezig is, is het volume zeer beperkt. Het TONZON principe is van toepassing op vloeren, muren (voorzetwanden), daken, radiatoren, verwarmingsbuizen, baden, sauna’s, woonboten, chalets en zomerhuisjes. Radiatorfolie doet onzichtbaar zijn werk Een radiator straalt nu nog naar twee kanten. Niet alleen naar de kamer maar ook naar de muur daarachter. Dat laatste is jammer, want veel warmte gaat zo onbenut verloren. TONZON heeft een nieuw concept ontwikkeld om dit probleem op een slimme en elegante manier te lossen. Niet zoals vroeger met een folie op de muur, maar met een folie die op de achterkant van de radiator zelf wordt aangebracht. Bekijk het filmpje op onze website www.tonzon.nl en zie hoe eenvoudig het aanbrengen gaat.

Infraroodfoto van jaren 30 woning met erker.

Waarom zouden we buitenmuren zo intensief opwarmen?

Snel terugverdienen met radiatorfolie Werking van radiatorfolie De HR-folie op de achterkant wordt door de radiator wel TONZON radiatorfolie is de makkelijkste manier opgewarmd maar heeft de bijzondere eigenschap deze om energie te besparen en voor het milieu de meest warmte niet naar de muur te stralen. De muur wordt effectieve. De energie die nodig is voor de grondstoffen, daardoor niet meer onnodig warm. De warme folie de productie, het transport en de montage bedraagt verwarmt wel de lucht die er tegen aankomt. De kamer circa 0,1 m3 gas. Maar u bespaart jaarlijks een veelvoud. wordt dus normaal verwarmd. De bruto warmteafgifte van de radiator wordt verminderd met het deel dat eerst Nu online te bestellen in onze webshop via onbenut door de muur verloren ging. Omdat TONZON HR www.tonzon.nl. De radiatorfolie wordt u per post radiatorfolie effectiever is en onzichtbaar zijn werk doet, toegestuurd, het past door de brievenbus. is deze toepassing ook bijzonder geschikt voor kantoren, scholen en overheidsgebouwen. Wilt u meer weten over Tonzon isolaties? Bezoek onze website www.tonzon.nl en bekijk de video’s op YouTube kanaal TONZONHR. Voor onafhankelijke klantreacties, kijk op onze website www.tonzon.nl > klantreacties.

Meer comfort en lagere stookkosten met vloerisolatie van TONZON Veel beganegrondvloeren in Nederland zijn onaangenaam koud. Dit probleem blijkt eenvoudig te verhelpen met TONZON Thermoskussens. Ook bij vloeren die al met andere isolatiematerialen zijn geïsoleerd, kunt u met deze een unieke Nederlandse uitvinding uw vloer extra isoleren en genieten van een nog fijner binnenklimaat. Extra kostenbesparend Een van de bijzondere eigenschappen van het Thermoskussen is dat de vloer nog warmer wordt dan de lucht erboven. Het systeem bespaart mede daarom veel meer energie dan een gewone vloerisolatie. Bij de bepaling van het energielabel telt het met Rc=3,8 m²K/W zeer hoog mee. Deze waarde is fors hoger dan van bijvoorbeeld 15 cm PUR-schuim of van de dikke pakken EPS die in de nieuwbouw worden gebruikt. Gezondheid binnenmilieu De warmere vloer en de droge kruipruimte heeft een positief effect op de gezondheid van het binnenmilieu, dat in veel woningen nog zeer te wensen overlaat. Dat bleek onlangs weer in het programma Apotheek en Gezondheid TV-Magazine van RTL4. Voor een samenvatting van enkele afleveringen kijk op www.TONZON.nl/tv. Direct zien hoe het werkt? Scan de code en bekijk de filmpjes.

TONZON BV • Enschede • T: 053 - 433 23 91 • E: info@tonzon.nl • www.tonzon.nl • YouTube: TONZONHR

25-11-036_TonZon_360Internationaal_265x350.indd 1

30-12-11 14:01


europa

roemenië

gekruisigd – verschrikkelijk om te vertellen. De paal werd ingesmeerd met vet en vervolgens tussen de billen ingebracht, maar heel langzaam, zodat het slachtoffer niet meteen stierf; de paal mocht de lever en het hart niet raken, maar moest er bij de hals weer uitkomen. Zo bleef de man hangen, zodat de kraaien hem de ogen konden uitpikken.’ Men mag prins Vlad dan het imago hebben toegedicht van een rechtvaardige monarch die dicht bij zijn volk stond, in de Slavische kronieken wordt verteld hoe hij eens alle zieken en bedelaars van het land bijeenbracht en opsloot in een huis, ze daar volop te eten gaf en het huis vervolgens in brand stak. Tot de slachtoffers van Vlad Tepes behoorden ook de Saksen van Transsylvanië. De Saksen in Sibiu en Brasov waren ontevreden over de handelsfaciliteiten die de Roemeense vorst hun had toegekend en verleenden steun en onderdak aan verscheidene troonpretendenten. Daarop trok de Spietser een aantal keren door de Karpaten om de dorpen van de streek Ţara Bârsei [Burzenland, in het zuiden van Transsylvanië] te verwoesten. Volgens de kronieken zou de prins het bezit van zeshonderd kooplieden uit Burzenland hebben geconfisqueerd en

hen vervolgens hebben gespietst. In de kronieken wordt ook het cynisme van prins Vlad beschreven: hij zou een troonpretendent hebben gedwongen zijn eigen graf te graven alvorens hem te doden, en hij zou de Ottomaanse commandant Hamza hebben gespietst op een paal die boven de stokken van de overige Turken uitstak. In een van de Slavische geschriften – kennelijk het lievelingsboek van Ivan de Verschrikkelijke – wordt verhaald hoe sommige Turken weigerden zich voor Vlad Tepes te ontbloten, waarna hij bevel gaf om de tulband op hun hoofd vast te spijkeren. Daarin wordt ook beschreven hoe de Spietser onderweg eens een man met een vuil hemd tegenkwam, zich naar het huis van de man begaf en ter plekke zijn vrouw liet spietsen als straf voor haar luiheid. Los van de sterke verhalen die aan de overspannen verbeeldingskracht van zijn tijdgenoten waren ontsproten, staat wel vast dat Vlad Tepes een zeldzaam wrede man was, zelfs voor die tijd. Het origineel van zijn beroemde portret, dat in de schoolboeken staat, bestaat overigens nog steeds en bevindt zich in kasteel Schloss Ambras bij Innsbruck, in een rariteitenkabinet, te midden van andere monstruositeiten die op doek zijn vereeuwigd. Andreea Dogar

TERMINOLOGIE Vlad Tepes Vlad de Spietser, zoon van prins Vlad de Duivel, werd in 1431 geboren in Sighi­ soara (Transsylvanië). In 1456 besteeg hij de troon van het vorstendom Tara Romaneasca (Walachije). In 1459 wei­ gerde hij eer te betonen aan de Turken die het vorstendom bezet hadden. Vlad Tepes werd in 1476 door rijke grondbezitters vermoord in Targoviste (de stad waar het echtpaar Ceauşescu is geëxecuteerd). Vlad III werd in 1431 geboren in Sighi­ soara als derde zoon (zijn broers waren Mircea en Radu) van Vlad II van Wala­ chije, een ridder van de Orde van de Draak, een Hongaarse orde onder lei­ ding van keizer Sigismund. Zij vochten tegen de Turken. Het symbool van deze orde was een draak, het symbool van de duivel. De vader van Vlad was ‘dracul’ en Vlad zelf ‘dracula’, wat zoon van ‘dracul’ betekent ofwel de zoon van de draak. Later werd Vlads naam in ver­ band gebracht met de duivel. ‘Dracul’ komt van het Latijnse woord ‘Draco’ (draco betekent draak). In het modern Roemeens betekent ‘drac’ of ‘dracul’

duivel. (drac en dracul hebben dezelfde betekenis.) De vertaling van draak in het Roemeens van nu is: ‘dragon’. Spietsen Prins Vlad Tepes is nooit een vampier geweest. Maar zijn bloeddorst en de manier waarop hij onrecht meende te wreken, zijn vermaard gebleven. Zijn favoriete straf was het spietsen: daarbij werd een paal door het lichaam van een veroordeelde gestoken, onder het borst­ been of soms via de anus, die vervolgens rechtop werd gezet. Zo stierf het slacht­ offer een langzame dood, enigszins ver­ gelijkbaar met een kruisiging. Op het witte doek Het personage stond model voor 223 films: van Nosferatu in 1922 tot de nieuwste Dario Argento, Dracula 3D. Tot de bekendste Draculafilms behoren die uit 1931 (met Béla Lugosi), 1958 (met Christopher Lee) en 1992 (Bram Stoker’s Dracula, met Gary Oldman). En tegen­ woordig Twilight (2010­2011). Fans van Vlad Tepes komen hem ook tegen in het videospel Assassin’s Creed, versie 2011.

Het dorp dat zijn doden ombrengt Evenimentul Zilei (verkort) – Boekarest

In het zuiden van Roemenië komt het nog altijd voor dat het hart van overledenen wordt doorboord.

A

marastii de Sus is een slaperig dorp in Oltenië [een streek in het zuiden van het land], dat als zo veel dorpen op het platteland gebouwd is rond een hoofdweg met keurige huizen en drukke tavernes. De rust van het dorp wordt echter verstoord door een voorouderlijk gebruik: de traditie om overledenen die veranderd zijn in moroi (geesten) en bij hun naasten komen rondspoken, te ‘doden’. Alle overledenen van Amarastii worden met een witgloeiende staaf ‘preventief’ in het hart of de buik gestoken, opdat ‘zij niet uit hun graf opstaan’. ‘Ik ben zelf nooit door de doden lastiggevallen, omdat ik ze allemaal het hart heb doorboord, en dat is prima zo,' vertelt de 71-jarige Dumitra. Zij heeft dit niet zelf gedaan, maar maakte daarvoor gebruik van ‘tussenpersonen’, routiniers die koelbloedig te werk gaan. De dorpelingen menen dat je tijdens de eerste zes weken na de begrafenis kunt zien of de overledene een moroi wordt of niet. In die periode komt hij ’s nachts terug - als zijn hart niet is doorboord - en pakt hij koeien hun melk en mannen hun kracht af, en brengt hij hagel of droogte. Als de dode gedurende veertig dagen geen teken van leven geeft, kan de familie gerust slapen. Ioana Popescu, wetenschappelijk onderzoekster bij het Museum van de Roemeense Boer in Boekarest, zegt dat dergelijke praktijken op het platteland nog altijd bestaan: ‘In traditionele samenlevingen komt het vaak voor dat na het overlijden van een lid van het gezin of de gemeenschap iets naars gebeurt. Mensen leggen dan het verband met de overledene en denken dat hij de levenden met zich meetrekt naar de andere wereld of terugkomt om wraak te nemen op

© Reuters

Als de dode gedurende veertig dagen geen teken van leven geeft, kan de familie gerust slapen zijn vijanden.’ Popescu vindt dat ‘wij een traditioneel gebruik, dat op een gegeven moment door collectief bijgeloof is ontstaan, niet naar onze moderne maatstaven mogen beoordelen’. Voorbestemd om tot moroi te transformeren zijn volgens de traditie: mensen met blauwe ogen, ongedoopte kinderen, overledenen die tijdens hun leven hebben gezondigd, mensen die door ophanging of verdrinking om het leven zijn gekomen, of doden bij wie niet gewaakt wordt en waar katten, honden, muizen of kippen overheen lopen... Cristina Lica

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 41


de amerika's

verenigde staten

De VS zijn moe en kopschuw na Irak De spanningen tussen de VS en Iran lopen verder op. De Bushdoctrine is daar onbruikbaar. Bovendien ontbreekt het de VS aan financiën en zelfvertrouwen om een nieuwe crisis met elan tegemoet te treden.

The Christian Science Monitor – Boston

N

u de Verenigde Staten na meer dan acht jaar oorlog en bezetting uit Irak zijn vertrokken, is de toegenomen inzet van afstandswapens en snelle, mobiele militaire eenheden maar één voorbeeld van de gevolgen van de in maart 2003 begonnen oorlog in Irak op de buitenlandse politiek van Amerika. ‘Er zal enige tijd sprake zijn van een Irak-kater, die een enorme terughoudendheid tot gevolg heeft ten opzichte van militaire operaties die ook maar enigszins aan Irak doen denken,’ zegt Stephen Walt, hoogleraar aan de universiteit van Harvard. ‘We gaan niet meer door middel van een langdurige bezetting de binnenlandse politiek

met Bagdad als voorbeeld. De oorlog in Irak was de belichaming van de Bushdoctrine, het beleid van preventief oorlog voeren tegen een mogelijke dreiging. Maar nu de Amerikaanse troepen Irak verlaten, zullen de hoge kosten van een oorlog die binnen een paar maanden beslecht zou zijn, bepalend zijn bij het vaststellen van het Amerikaanse beleid ten aanzien van de buitenlandse en binnenlandse veiligheid voor de komende jaren. Minister van Defensie Leon Panetta voegde aan de verklaring van de president over Irak toe dat de Amerikaanse troepen en hun families de zwaarste last hadden gedragen en de hoogste prijs hadden betaald.

Irak heeft zoveel aandacht van Amerika opgeëist dat de opkomst van China als wereldmacht onderbelicht is gebleven van een land proberen te veranderen.’ Met andere woorden, in plaats van een oorlog zoals in Irak, zullen er nu kleinschalige, doelgerichte interventies komen, zoals in Pakistan en Jemen. ‘Voortaan zullen we ons richten op het doden van de boosdoeners,’ zegt hoogleraar Walt, ‘en niet langer pogingen ondernemen om een hele maatschappij te veranderen.’ De verklaring van president Obama dat eind 2011 alle Amerikaanse troepen uit Irak zouden zijn teruggetrokken, markeerde het einde van een periode van tien jaar waarin is geprobeerd om het Midden-Oosten naar Amerika’s evenbeeld te herscheppen,

pagina 42 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

Op Iraakse bodem zijn bijna 4500 Amerikaanse soldaten omgekomen. Minister Panetta had ook kunnen benadrukken dat de oorlog de VS in een tijd van hoog oplopende tekorten meer dan 800 miljard dollar heeft gekost. Het prijskaartje voor Irak en Afghanistan samen overschrijdt de 1,2 biljoen. De hoge kosten van de oorlog in termen van geld en mensenlevens vormen de voornaamste reden waarom de VS op korte termijn zeker geen invasie zoals in Irak zullen uitvoeren, zeggen de meeste specialisten op het gebied van het buitenlandbeleid. Maar volgens hen zijn er meer redenen,

zoals de opvatting dat Irak ondanks de reusachtige investeringen op velerlei terrein een tot mislukken gedoemde onderneming was.

Indirecte kosten

Kenneth Pollack, directeur van het Brookings Institution’s Saban Center for Middle East Policy in Washington constateert: ‘De les van Irak is dat een invasie het makkelijkste onderdeel is, terwijl wederopbouw veel grotere inspanningen vereist. En als je daartoe niet bereid bent, moet je er helemaal niet aan beginnen.’ De hoge kosten van de oorlog in Irak zullen de komende regeringsperiode in elk geval de defensieuitgaven bepalen: mogelijkheden voor het moderniseren van het leger zullen er weinig zijn. ‘De oorlog in Irak heeft in belangrijke mate bijgedragen aan de huidige hachelijke financiële situatie,’ zegt James Lindsay, onderzoeksdirecteur op de Council on Foreign Relations in Washington. ‘En dat heeft consequenties tot ver in de toekomst, ook als we nieuwe vliegtuigen, schepen of wapensystemen nodig hebben – dat kost allemaal veel geld.’ Hoe omvangrijk de ‘directe’ kosten van de oorlog in Irak ook mogen zijn, volgens Lindsay zullen de ‘indirecte’ kosten wellicht nog verderstrekkende gevolgen hebben. Irak heeft zoveel aandacht van Amerika opgeëist dat de opkomst van China als wereldmacht onderbelicht is gebleven. Niet alleen Irak, maar ook de oorlog in Afghanistan – die nu ook al langer dan tien jaar duurt – heeft bijgedragen aan Amerika’s preoccupatie met een regio die waarschijnlijk geen belangrijke rol zal spelen bij de toekomstige welvaart van de VS. Of zoals de Republikeinse

presidentskandidaat Jon Huntsman Jr. zijn publiek graag voorhoudt: ‘Onze toekomst ligt niet in het Hindu Kushgebergte.’ Omdat de VS zich de afgelopen tien jaar voornamelijk met Irak hebben beziggehouden, moet Amerika volgens Lindsay nu een inhaalmanoeuvre uitvoeren in een regio die van grote betekenis zal zijn voor ’s lands welvaart: Oost-Azië. ‘Maar dat zal nu moeten gebeuren vanuit een economische verzwakte positie en met een achterban die zich uit de wereld wil terugtrekken.’ Zelfs voorstanders van de invasie in Irak maken zich zorgen over de gevolgen ervan voor de toekomst van de VS. Robert Lieber, hoogleraar Internationale Betrekkingen aan de Georgetown University in Washington, zegt dat de oorlog een goed idee was maar dat het in de uitvoering ergens is fout gegaan. Hij gelooft dat als de VS Saddam Hoessein niet hadden uitgeschakeld, Amerika nu met twee kernmachten in die regio te maken zou hebben: Iran en Irak. Toch zegt Lieber dat de VS zich steeds meer naar binnen keren, ‘een beeld waaraan Irak zeker heeft bijgedragen.’ De kosten die de VS in die oorlog hebben gemaakt ‘zijn gigantisch gebleken – niet alleen in termen van mensenlevens en geld,’ voegt hij eraan toe, ‘maar ook voor onze geloofwaardigheid en door alle aandacht die we eraan hebben geschonken.’ Een andere indirecte schadepost van de oorlog is de aantasting van het beeld van het Amerikaanse leger als efficiënt en bijna onbeperkt inzetbaar middel van de buitenlandse politiek. ‘Er heerste een gevoel dat het leger van de VS bijna magisch was; het kon elke opdracht aan,’ zegt Stephen Walt van Harvard, en hij somt een lange reeks successen op, van de eerste Golfoorlog en de interventie in Kosovo tot en met het begin van de inval in Afghanistan. ‘Maar daar kwam een einde aan toen na de overname [in Irak] de lastige politieke fase aanbrak. Nu zullen we veel voorzichtiger zijn met waar en wanneer we het leger besluiten in te zetten.’


de amerika's

verenigde staten

De Acme Corporation is een fictieve organisatie en een 'running gag' waarin buitenlandse produkten dramatisch ten onder gaan

‘Het idee van een preventieve oorlog als doctrine mag de prullenbak van de geschiedenis in’

Terughoudendheid

De Bushdoctrine is wellicht niet dood – zoals Walt opmerkt: geen enkele Amerikaanse president zal preventieve operaties uitsluiten – maar het zal wel even duren voor een president zijn toevlucht neemt tot militair ingrijpen zoals George W. Bush heeft gedaan.’ ‘Het idee van een preventieve oorlog als doctrine mag de prullenbak van de geschiedenis in,’ zegt Henri Barkey, vroeger Irakdeskundige op het ministerie van Buitenlandse Zaken en nu werkzaam op de Lehigh University in Bethlehem, Pennsylvania. ‘Zelfs een Republikeinse president zal zich twee keer bedenken voor hij iets in gang zet dat ook maar in de verste verte op de oorlog in Irak lijkt,’ De ‘nieuwe terughoudendheid’ die op Irak zal volgen kun je al terugzien in

de ondersteunende partner-afhankelijke rol waarvoor Obama koos bij de Navo-interventie in Libië, aldus Barkey. Maar Libië was voor de VS van secundair belang, betogen andere deskundigen, en leende zich daarom voor Obama’s aanpak. De proef op de som voor het effect van de oorlog in Irak op de buitenlandse politiek van de VS komt bij Iran, zeggen deze deskundigen – en misschien eerder dan we denken. Volgens sommigen klinkt Irak al door in de behoedzame publieke reactie van de regering Obama op de informatie die onthuld werd in een nieuw rapport van het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA), de atoomwaakhond van de VN. Dat begin november uitgebrachte rapport levert zeer gedetailleerde bewijzen van Irans

streven een kernbom te produceren en te gebruiken. ‘We zien het effect van het knoeiwerk van de inlichtingendienst inzake Irak terug in de o zo voorzichtige benadering van de informatie over Iran,’ zegt Pollack van Brooking’s. ‘In dit geval weten we dat de Iraniërs een nucleair programma hebben, de IAEA heeft er onderzoek naar gedaan en bevestigt dat, en toch is de eerste reactie van de VS er een van gematigde bezorgdheid – dat is de nasleep van Irak.’ Maar Pollack, een voormalig deskundige bij de CIA en de National Security Council Persian Gulf, zegt dat het feit dat de Amerikanen door de ervaring in Irak tegen bemoeienis met de rest van de wereld gekant zijn, hem meer zorgen baart dan Iran. In combinatie met de bezuinigingen op de begroting – tot op zekere hoogte ook het resultaat van de dure oorlog in Irak – zou dat de Amerikanen ertoe bewegen om af te zien van een rol op plekken waarvan Pollack meent dat het van kortzichtigheid getuigt om je er terug te trekken. Volgens Pollack is Egypte een actueel

voorbeeld van een ‘cruciaal Amerikaans belang’, hoewel hij zegt dat er nog vele andere zijn. ‘We zouden een paar miljard kunnen snijden in onze hulp aan Egypte, wat een peulenschil is in het grote geheel van onze tekorten, maar wat gebeurt er wanneer een regering aan de macht komt die zegt: “De Amerikanen laten ons in de steek. We kunnen wel zonder ze.”?’ Pollack trekt het breder, en zegt: ‘Mijn grootste zorg is dat we in onze postIrak vermoeidheid en gedreven door de drang ons op de binnenlandse problemen te richten, op het gebied van de buitenlandse politiek dingen zullen doen die zich op de lange termijn tegen ons zullen keren.’ Howard LaFranchi

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 43


azië

india ACHTERGELATEN Een oude vrouw wordt door een auto afgezet in Thriprayar in het Thrissur-district. De auto rijdt weg. De demente vrouw wordt opgevangen, weet niet meer waar ze vandaan komt en kan niet één familielid noemen. Kamalakshni (70) wordt aangetroffen in een bushokje in Kottayam. Ze heeft daar de hele nacht gezeten nadat ze uit het ziekenhuis is ontslagen en op weg naar huis door haar zoon is achtergelaten. Vrijwilligers brengen haar naar een bejaardentehuis, waar ze niet veel later overlijdt.

© AP

Gezocht: ouderenoppas Indian Express – New Dehli

Een Indiase deelstaat maakt in sneltreinvaart de demografische ontwikkeling door waarvoor in West-Europa wordt gewaarschuwd. Een verhaal over de harde kanten van de vergrijzing.

O

oit maakte Kerala goede sier met de leefomstandigheden van zijn bevolking. Nu worden meer en meer ouderen door hun familie in de steek gelaten of mishandeld. Zo werd Kunjamma (85) bevrijd uit een afgesloten huis in Adimali in het Idukki-district. Een van de buren had gekerm gehoord waarop de politie het huis was binnengedrongen. Kunjamma, die vier kinderen heeft, vertelde de politie dat ze geen eten kreeg en dat haar zoon haar sloeg. Overal in de deelstaat worden bejaarden aan hun lot overgelaten, soms

Bejaarden worden aan hun lot overgelaten of opgesloten door hun kinderen

pagina 44 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

worden ze pas ontdekt als ze zijn overleden. Er zijn gevallen bekend van bejaarden die ergens op straat of in een park worden gedumpt. De demografische transitie loopt in Kerala zo’n vijfentwintig jaar voor op de rest van India. Het aandeel zestigplussers ligt nu boven de tien procent. In sommige districten maakt de groep van zeventig jaar en ouder al vijftien procent uit van de bevolking. Halverwege deze eeuw zal een kwart van Kerala’s bevolking boven de zestig zijn. Dan zal elk huishouden meer dan één oudere hebben en zal een aanzienlijk deel van het gezinsinkomen naar de zorg voor deze ouderen gaan. Hoewel Kerala het grootste aantal bejaardentehuizen van het land heeft, is uit een onderzoek gebleken dat de meeste ouderen het liefst in hun eigen huis blijven wonen. Dat is te wijten aan het heersende idee dat bejaardentehuizen alleen zouden zijn bedoeld voor de echt nooddruftigen, al wordt dat beeld

enigszins bijgesteld doordat men zich bij de bouw van nieuwe tehuizen laat inspireren door dure resorts. De staat beschikt over enkele van die moderne bejaardentehuizen en seniorencentra, waar de gepensioneerden 75 procent van hun pensioen moeten afdragen, naast een borgsom van 400 tot 500 duizend roepie, om er de rest van hun levensdagen te mogen slijten. De laatste tijd verschijnen in de lokale kranten steeds vaker advertenties met teksten als: ‘Gezocht iemand om op ouders te passen’. Die advertenties worden vaak geplaatst door mensen die in het buitenland zitten en van wie de ouders nog op zichzelf wonen in Kerala. De overheid van haar kant heeft onlangs een pilotproject opgezet: Vayo Mithram, ofwel vriend van de ouderen. Het plan omvat vier punten: mobiele klinieken, palliatieve zorg waarbij verpleegkundigen bij ouderen langsgaan, een vierentwintiguurs ambulancedienst en een helpdesk voor ouderen. Volgens Dinesh Bhaskar, directeur van de Kerala Social Security Mission, is er in het hele land nog niet eerder een project opgezet dat vergelijkbaar is met Vayo Mithram. ‘Deze aanpak,

Kunjeli (82) uit Mulanchuruthy, niet ver van Kochi, wordt ernstig verzwakt in huis aangetroffen. Haar lichaam zit onder de zwerende wonden, vol wormen. Deze moeder van zes kinderen is afhankelijk van haar buren. Ze wordt gered door een ngo-medewerkster die zich speciaal bezighoudt met oudere ongetrouwde vrouwen. Rosella Fernandez, een gepensioneerde ambtenaar, woont alleen, in Kochi. Een familielid komt langs, vindt het stinken, trapt de deur in en treft Rosella’s lichaam aan, dat al in staat van ontbinding verkeert. Rosella’s beide zoons hebben een appartement in dezelfde stad.

die nu in een tiental steden is geïntroduceerd, zal zich geleidelijk uitbreiden over de hele deelstaat. Gemiddeld krijgen we per dag zo’n twintig verontruste telefoontjes van ouderen. Ze hebben behoefte aan een medisch consult, vervoer naar het ziekenhuis of andere vormen van steun die hun familie niet kan bieden. Hoewel ze schromelijk worden verwaarloosd zullen de ouderen in Kerala niet snel hun beklag doen over hun familie,’ zegt Bhaskar. Volgens professor Rajan geniet slechts een kwart van de ouderen in Kerala van een pensioenvoorziening. ‘Een groot deel van de ouderen in Kerala is genoodzaakt te werken,’ zegt hij. Overal in het land kom je stokoude mensen tegen die een baantje hebben als bewaker. In de steden kijkt niemand op van een oude man die ’s nachts weggekropen in een wollen sjaal voor een geldautomaat zit. Shaju Philip


midden-oosten

egypte

Inheems volk is best georganiseerde actiegroep Egypte De Nubiërs zijn geen minderheid maar een inheems volk. Die erkenning is belangrijk om de grond terug te kunnen eisen waarvan ze verjaagd werden. Vanaf het eerste uur kampeerden zij op het Tahrirplein. Actievoeren is hen met de paplepel ingegeven.

zette hij zich in om de Nubiërs uit verschillende dorpen samen te brengen. Ook was hij betrokken bij de instelling van een commissie die het probleem van de Nubiërs in Alexandrië moest behandelen. Verder was hij een van de initiatiefnemers binnen de groep Nubiërs die deelnam aan de betogingen op het Tahrirplein [van 25 januari tot 11 februari 2011], die leidden tot de val van Hosni Mubarak. Volgens Ahmed Sokarno, deken van de letterenfaculteit van de universiteit van Aswan en zelf ook Nubiër, begonnen de problemen al in 1902 toen er in Aswan een eerste stuwdam werd gebouwd om de waterstand in de Nijl te reguleren. Telkens als het stuwmeer door nieuwe werkzaamheden groter werd [met name in 1912 en 1933],

Mahmoud Al-Sayali is een man die door actievoerende Nubiërs gezien wordt als een van hun pioniers. Begin jaren zestig al wilde hij alle Nubiërs bij elkaar brengen in het dal Wadi Abu Siyal, op het grondgebied van het oude

Historisch Nubië M Miiddddeellllaannddssee ZZeeee

PORTPORTALEXANDRIË ALEXANDRIË SAÏD SAÏD

Sinaï Sinaï

CAÏRO CAÏRO

LIBIË LIBIË

S.A. S.A.

EGYPTE EGYPTE w w oo ee ss tt ii jj nn

Rode Rode Zee Zee

NN i ji lj l

NASSER NASSER AL-NUBA AL-NUBA

ASWAN Aswandam Aswandam ASWAN

Nassermeer Nassermeer

SOEDAN SOEDAN 400 400 km km

J.J.

I.I.

MARSAMARSAMATRUH MATRUH

Basse Basse Nubie Nubie

BovenBovenNubië Nubië jl N ii j l N

Hun voorzitter, de zestiger Fawzi Saleh, is een vertegenwoordiger van de eerste generatie, die de directe pijn heeft ervaren van de scheiding van het oude Nubische grondgebied. ‘Ik zat toen op

De verhalen van de grootmoeders en hun treurige liederen roepen emoties op

Pioniers

Afkortingen Afkortingen::S.A. S.A.Saoedi-Arabië, Saoedi-Arabië,I.I.Israël, Israël,J.J.Jordanië Jordanië

Bron: Courrier international

Sandalen uit de oorlog

de lagere school. De mensen geloofden niet dat ze voorgoed moesten vertrekken. Ze namen zelfs de sleutel van hun huis mee. Het was toen ontzettend heet. Ik had sandalen aan die nog stamden uit de tijd van de oorlog met de Engelsen’ [de Suezcrisis van 1956]. ‘Mijn generatie belichaamt de levende herinnering hieraan. Wat wij te verduren hebben gehad, dragen we over op de volgende generaties.’ Zijn leven als activist begon in de jaren zestig in de studentenbond van de universiteit van Aswan. Later, in Caïro

Courrier Courrier international international

N

a de bouw van de Hoge Aswandam in de Nijl werden tussen augustus 1963 en april 1964 zo’n 200.000 mensen gedwongen huis en haard te verlaten. Vooral Nubiers werden het slachtoffer; even opvallend is dat ze in het huidige Egypte een recordaantal organisaties en activisten hebben die opkomen voor hun zaak. Zij vormen een van de best georganiseerde groepen in Egypte, en ook het gemakkelijkst te mobiliseren, dankzij de activisten die in de loop der jaren hebben geleerd om met alle mogelijke middelen hun belangen te behartigen. Alleen de Moslimbroederschap kan waarschijnlijk hetzelfde zeggen. Op dit moment wonen er zo’n drie miljoen Nubiërs in Egypte [op een totaal van tachtig miljoen inwoners]. In Caïro zijn ze voornamelijk te vinden in de wijken Abdeen en Bulaq. Daar ook zijn 32 van hun organisaties gevestigd (er zijn er in de hoofdstad in totaal 35). Een ervan is Armina. Drie generaties activisten werken erin samen. De oudsten vertellen over het leven van vroeger: over de blinkend witte huizen aan de Nijl, de jeugd die op feestdagen danste, de ouderen die een dutje deden in de deuropening, over het manden vlechten, over de eeuwig draaiende noria’s…

moesten bewoners van sommige dorpen vertrekken naar andere plaatsen in de omgeving of naar Caïro. De gedwongen verhuizingen bereikten een hoogtepunt in 1970 toen onder het bewind van president Nasser de Hoge Dam werd gebouwd, waardoor een enorme oppervlakte aan land onder water kwam te staan [het Nassermeer heeft een oppervlakte van ruim 5.000 km²]. De overheid beloofde meerdere keren dat de oorspronkelijke bewoners een goed bestaan zouden krijgen en ook

AL A AR L--A SH RIIS H

Al Shuruq – Caïro

dat ze 9.000 huizen zou laten bouwen voor de 17.000 gezinnen die na hun vertrek geen onderkomen hadden gekregen. Dat zijn er in veertig jaar maar 5.000 geworden. Erger nog, de vele huizen van de Nubiërs in Nasser Al-Nuba staan er vervallen bij [Nasser Al-Nuba is gesticht in 1963, een paar jaar nadat het werk aan de dam begon, om er mensen te herhuisvesten]. De toegekende bedragen waren net genoeg om 2.000 van de in totaal 4.000 huizen op te knappen. Bovendien waren de verhuisvergoedingen die de Nubiërs kregen bijzonder laag: naar schatting iets minder dan 2 miljoen Egyptische pond voor bijna 36.000 huizen, wat neerkomt op 5,50 pond per huis. Ook voor de landbouwgronden, de noria’s en de putten waarvan er naar schatting 10.000 waren, is een te lage schadeloosstelling betaald.

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 45


midden-oosten

Nubië. De veertiger Ashraf Othman behoort tot de tweede generatie. Een paar maanden geleden hekelde hij de Hoge Dam op venijnige wijze in een rechtstreekse tv-uitzending. ‘Ik ben van mening dat de dam een van de kwalijke besluiten van het Nasserbewind is, aangezien de dam de afzetting van vruchtbare grond tegenhoudt,’ verklaart hij. Omdat hij beslist gelooft dat een goede geschiedschrijving van groot belang is bij het bepleiten van de Nubische zaak, is hij altijd op zoek naar documenten die betrekking hebben op deze episode. En ook al heeft hij lange tijd in het buitenland gewoond, zijn inzet bleef. In Koeweit [waar een aanzienlijke groep Egyptische immigranten woont] was hij lid van alle plaatselijke Nubische organisaties. Net zo ging het in de Verenigde Staten. ‘Onder het motto “Dit is onze strijd” maakte ik deel uit van de groep die ons dossier heeft aangeboden aan Kofi Annan, de toenmalige secretaris-generaal van de VN. Hij zei dat ons dossier eerst het juridische traject in Egypte moest doorlopen, voordat we het aan internationale instanties konden voorleggen. Sindsdien hebben we bij de [Egyptische] Raad van State klachten ingediend tegen de verantwoordelijken van toen: de president, de premier, de ministers van Irrigatie en Volkshuisvesting en de prefecten van Aswan.’ Maar naast zulk werk van historici en de speurtochten in archieven is er een nog belangrijker middel om de activisten te steunen: de orale cultuur. De verhalen van de grootmoeders en hun treurige liederen roepen emoties op. Via die weg werd ook Nagla Aboulmagued zich bewust van deze zaak. Haar vader had zich er al voor ingezet, net zoals haar tante en haar zus in Alexandrië nog steeds doen. Zijzelf behoort als dertiger tot de derde generatie die de fakkel overneemt. Ze was op de universiteit al actief en zet de strijd sinds 2006 voort via organisaties in Caïro en Alexandrië.

Cyberspace

De eerste generatie is de belichaming van de levende herinnering, de tweede koos ervoor de kwestie aanhangig te maken bij internationale instanties, maar de derde generatie heeft cyberspace veroverd. In alle generaties vind je voorstanders van steun uit het bui-

pagina 46 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

egypte

tenland, maar de jongsten zijn toch meer revolutiegezind dan de ouderen; dat is waarschijnlijk het gevolg van een sterker ontwikkeld politiek bewustzijn, doordat een aantal van hen ook partijlid is. Vooral voor de jongeren waren de betogingen op het Tahrirplein van groot belang. Nagla Aboulmagued was er ook bij en heeft nuttige contacten gelegd met jongeren uit andere achtergestelde streken van Egypte die er ook kam-

Voor de jongeren waren de betogingen op het Tahrirplein van groot belang peerden. Jongeren uit Marsa Matruh bijvoorbeeld [aan de Middellandse Zee, ten westen van Alexandrië], Al Arish [een stad vlakbij het Suezkanaal, aan de Middellandse Zeekust], en de Sinaï [een streek waar veel bedoeïenen wonen]. Thuis brengt ze haar drie kinderen de geschiedenis van hun grootmoeder bij door oude liedjes voor hen te zingen en ervoor te zorgen dat ze allemaal op bezoek gaan bij familieleden die nog in Zuid-Egypte wonen. Dat de Nubiërs zich snel kunnen mobiliseren, bleek duidelijk bij een recente sit-in voor de prefectuur van Aswan. ‘Toen we tot die sit-in hadden besloten, moesten we twee problemen oplossen: zorgen dat er mensen kwamen en de actie financieren. Dus zijn we een sponsoringcampagne begonnen bij allerlei Nubische organisaties,’ vertelt Othman, een van de initiators van de sit-in. Ook Mohamed Hussein, bestuurslid van de organisatie Armina, speelde hierbij een belangrijke rol met zijn ervaring in leiding geven en zijn uitgebreide netwerk dat hij opdeed als trainer van het Nubische voetbalteam. ‘We zijn er acht dagen blijven zitten,’

zegt hij. ‘Er waren pogingen ons uit elkaar te spelen. Er verscheen een jongere met een megafoon die beweerde dat hij de revolutionaire jongeren van het Tahrirplein vertegenwoordigde en met ons kwam onderhandelen. We hadden al snel door dat hij loog. Een andere keer probeerde een man die zogenaamd van de militaire inlichtingendienst was, verdeeldheid te zaaien door te zeggen dat een van de stammen uit de streek ons ’s nachts in elkaar zou komen slaan. We hebben er iemand van ons bijgehaald die bij die stam hoorde en hij verzekerde ons dat er niets van waar was. Later bleek die man lid te zijn van de NationaalDemocratische Partij [de inmiddels ontbonden regeringspartij].’ Abdallah Al-Aqid, een activist van rond de twintig, zat toen in Caïro achter zijn computer. Hij koos ervoor via Facebook strijd te voeren tegen de valse informatie die bepaalde media gaven. ‘We speelden een kat-en-muisspel met de mensen die de betogers als agressief probeerden af te schilderen,’ zegt hij. De jongeren brengen hun onderhandelingstalent in en

hun handigheid in discussie voeren. Zo heeft ook Nagla Aboulmagued flink geoefend in discussietechniek alvorens de confrontatie met haar gesprekspartners aan te gaan om de Nubische zaak te bepleiten. Manal Al-Tibi, directrice van het Egyptische Centrum voor het recht op huisvesting en afgestudeerd aan de Amerikaanse universiteit [van Caïro], waar ze zich bezighield met de juridische aspecten van de zaak, vertelt: ‘Tot


midden-oosten

egypte

Bijschrift – HH

Wat de Nubiërs vooral bindt is de droom ooit terug te keren naar de oevers van het meer

voor kort was het vooral smeken wat de Nubiërs deden. Nu zijn ze rationeler en beroepen ze zich op het Handvest voor de Rechten van de Mens en op het internationale recht. De activisten zijn inmiddels gewend aan het idee dat de

Nubiërs geen minderheid zijn, maar een inheems volk. Dat is een belangrijke stap om je rechten op te eisen, vooral door het besef dat inheemse bewoners recht hebben op hun eigen grondgebied.’

Aan de andere kant streven de Nubiërs niet naar afscheiding. ‘We hebben beslist geen plannen voor een scenario zoals in Soedan [Zuid-Soedan heeft zich onlangs afgescheiden van NoordSoedan]. Dat is een oude beschuldiging waarmee het voormalige regime geregeld op de proppen kwam om ons in diskrediet te brengen,’ zegt Ashraf Othman verontwaardigd. Een andere activist, die anoniem wil blijven, voegt eraan toe dat de beschuldigingen van

spionage of terrorisme aan hun adres nooit zijn gestopt. Wat alle Nubiërs vooral bindt, is de droom ooit terug te keren naar de oevers van het water, om precies te zijn naar de oevers van het meer dat volgens hen het Nubiëmeer heet. Ook eisen ze grond om er huizen op te bouwen en landbouw te bedrijven. En ten slotte willen ze ook een eigen kiesdistrict, zodat ze permanent in het parlement vertegenwoordigd zijn. Dina Darwich

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 47


afrika

kameroen

Mannen worden niet zwanger Le Jour – Yaoundé

Mannelijke (verboden) prostitutie bestaat vooral in Kameroen. Over anticonceptie en veiligheid houden de sekswerkers in de bestuurlijke hoofdstad Douala er zo hun eigen ideeën op na. ‘Direct na het contact plassen en wassen met zeep helpt.’

D

ouala, de wijk Carrefour Elf, 13 november 2011. Het is acht uur ’s avonds en de wijk, die omgedoopt is tot ‘Carrefour Ik-heb-mijnleven-verpest’, stroomt vol met sekswerkers, de politiek correcte term voor prostituees. Hier zijn overal meisjes, zover het oog reikt. Sommige staan in het schemerdonker met elkaar te kletsen. Andere zitten in kraampjes iets te drinken terwijl ze op klanten wachten. Onder de meisjes is de 26-jarige Aurélie. Er komt een klant aanlopen, hij praat nog geen minuut met haar en ze verdwijnen. Ongeveer twintig minuten later komt Aurélie terug, met een glimlach op haar lippen. ‘De avond is goed begonnen!’ roept ze. Aurélie legt uit dat de klant een ‘asso’ van haar is, een vaste klant. Hij heeft haar 3500 cfa gegeven (ongeveer 5 euro) omdat hij tevreden was, dus 1500 cfa (ongeveer 2 euro) meer dan het gewone tarief. Later bekent Aurélie dat ze geen condoom gebruikt bij haar ‘asso’s’. Nog een bekentenis: Aurélie heet eigenlijk Bertrand. Het is een travestiet. Hij draagt een fraai gekapte pruik. Zijn gezicht is opgemaakt: foundation, lippenstift, oogschaduw, valse wimpers. Hij heeft vrij lange, goed gemanicuurde nagels, en draagt een strakke broek, hoge hakken en een truitje dat zich welft om een weelderige borstpartij waar menig meisje jaloers op zou zijn. Maar in werkelijkheid zijn die borsten condooms gevuld met water die handig in een beha zijn vastgemaakt. Zijn genitaliën worden platgedrukt door een strakke tanga en zo is de illusie volmaakt, vooral in het donker.

pagina 48 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

Hiv-risico

Er zijn veel ‘meisjes’ zoals Aurélie in Douala. In werkelijkheid is mannelijke prostitutie een weinig bekend verschijnsel, hoewel het in Kameroen al meer dan tien jaar bestaat en zich nog ‘voortdurend ontwikkelt’, volgens Adonis Tchoudja, de voorzitter van AidsAcodev, een vereniging die sinds drie jaar strijdt tegen aids bij sekswerkers en straatkinderen. Volgens het Plan Stratégique National de Lutte contre le Sida (het nationale aids-bestrijdingsplan) ‘wisselt het totaal aantal sekswerkers naar gelang de bron’. Hij haalt als voorbeeld een rapport aan van sekswerkers dat in 2008 is gepubliceerd en dat spreekt van ‘18.000 personen (mannen en vrouwen)’. Er zijn nog geen studies verschenen over alleen de mannelijke sekswerkers. Het strategische plan van deze instelling, die valt onder het Ministerie van Volksgezondheid, wijst er ook op dat de sekswerkers ‘een bevolkingsgroep vormen met een hoog hiv-risico, omdat ze door de seksuele promiscuïteit die hen kenmerkt en het feit dat ze niet structureel condooms gebruiken een rol kunnen spelen bij de verspreiding van de besmetting onder de algehele bevolking.’ Dit rapport onthult ook dat maar 64 procent van de bij een onderzoek naar demografie en gezondheid ondervraagde mannen verklaarde condooms te gebruiken bij contacten met sekswerkers. Adonis Tchoudja is voorzichtiger. Hij gaat ervan uit dat maar 50 procent van de sekswerkers zich beschermt. En voor de mannelijke werkers geldt dat ze het net zo goed met mannen doen als met vrouwen. ‘Hoe-

wel het verboden is, is het duidelijk dat er mannen zijn die seksuele contacten hebben met mannen, en die mannen zijn niet voldoende geïnformeerd. De reclameboodschappen op de televisie laten alleen heteroseksuele stellen zien, dus hebben ze het idee dat zij niets te maken hebben met aids’, vertelt hij. Daarom heeft hij opgeroepen deze maatschappelijke categorie ook op te nemen in de bewustwordingsboodschappen over hiv/aids. Het zou wel eens lang kunnen duren voordat die wens in vervulling gaat. Een bron bij het nationale aids-bestrijdingscomité legt uit: ‘Prostitutie is verboden in Kameroen, en seksuele contacten tussen personen van hetzelfde geslacht ook. Als die twee groepen opgenomen zouden worden in de bewustwordingscampagnes, bijvoorbeeld in reclameboodschappen, zou dat betekenen dat die praktijken gelegitimeerd werden. Niemand is bereid dat risico te nemen.’

Big Mami is het pseudoniem van een 27-jarige jongen die sinds een jaar of zeven sekswerker is. Zijn klanten zijn net zo goed mannen als vrouwen, ‘weduwen, of oudere vrouwen die niet bevredigd worden door de mannen van hun generatie’, vertelt hij. Hij geeft toe dat hij het niet structureel met condoom doet. ‘Als ik iemand aardig vind en hij of zij wil een condoom gebruiken, dan doen we dat; als hij het niet wil, doen we het zonder. Maar als ik iemand niet mag, gebruik ik altijd een condoom,’ legt hij uit. Op de vraag of hij niet bang is om aids te krijgen, antwoordt hij: ‘Ik was me altijd meteen na de seks, en dat helpt.’ In feite dragen veel van de vooropgezette ideeën die leven onder de sekswerkers bij aan de verspreiding van aids. Sommigen denken dat ze door meteen na het contact te plassen en zich te wassen de bacteriën kwijtraken en dus beschermd zijn tegen ziekten.

'Als ik iemand niet mag gebruik ik altijd een condoom'

© Javier de Juan


afrika

marokko

Jongens zien er het nut niet van in een condoom te gebruiken, want ‘mannen kunnen niet zwanger wor­ den.’ Ze gaan ook af op de uiterlijke verschijning van hun klanten en denken nog steeds dat aids­lijders mager zijn en pukkels over hun hele lichaam hebben. Big Mami is geen travestiet en hij werkt niet in Carrefour Elf, maar in snackbars en nachtclubs. Overigens zijn de sekswerkers van Carrefour Elf alleen maar het zichtbare laagje van de prostitutie in Douala. De meesten werken in het geheim en zijn bij­ voorbeeld te vinden in een snackbar die bekend staat als sociaal trefpunt in Ndogbong, vlak bij de universiteit. Hier bestaat het grootste deel van de werkers uit studenten. Op deze 13de november zitten Gilles, die zich Njango laat noemen, en zijn collega's aan een tafeltje te praten. Hij is tweedejaars geschiedenisstudent en met het geld dat hij in deze bar verdient betaalt hij zijn studie en zijn rekeningen. Ongeveer een uur Dessin d’Angel de Pedro paru dans El País, na zijn aankomst vraagt een man hem aan zijn tafeltje te komen zit­ ten, biedt hem iets te drinken aan en na een paar woorden maken ze zich klaar voor vertrek. Terwijl hij zijn consumptie betaalt, verklaart de man desgevraagd dat hij ‘alleen maar iemand zoekt om hem de stad te laten zien, want hij is bang om te verdwalen.’ TelQuel – Casablanca

Madrid.

© Angel de Pedro – El País, Madrid

Seks uiteraard, maar met mate

Gehandicapt

Tussen tien en elf uur ’s avonds ver­ dwijnen langzamerhand de studen­ ten en komt er een ander soort werkers. Een ander soort klanten ook. Ze zijn voor het merendeel gehandicapt, of heel klein, of heel dik: mensen die moeite hebben een gewone relatie te vinden vanwege hun uiterlijk of hun geestelijke gezondheid. Ze komen hier op zoek naar gezelschap dat ‘niet op je neer­ kijkt’ vertelt Marie Ange, verlamd geraakt na een hartinfarct. Albert Dieudonné is epileptisch en heeft vaak toevallen. Hij vertelt dat zijn vriendinnetjes het uitmaken zodra ze zo’n toeval meemaken. Marie Ange gebruikt geen condoom en betaalt het dubbele tarief voor onbeschermd contact. ‘Ik kan mijn ledematen niet bewegen. Ik kwijl. Als er geen kind thuis is om me te helpen, gebeurt het wel eens dat ik in mijn broek plas en poep. Ik wil op z’n minst een beetje echt plezier hebben voordat ik doodga. Aids zal me een zorg wezen,’ bekent ze. Anne Mireille Nzouankeu

Erotiek hoort bij Marokkaanse muziek. In sommige moderne nummers is de tekst behoorlijk expliciet. Overblijfsel uit een eeuwenoude traditie.

H

et filmpje, waarin alleen maar hoesjes van cd's te zien zijn, circuleert al meer dan vijf jaar op YouTube (goo.gl/Zn0ze) maar blijft onverminderd polulair in Marokko. Op sommige hoesjes staat de waarschuwing 18+ en op de achter­ grond speelt een orkest op hoogst irritante wijze het liedje 'qam zibbi' (ik heb een erectie). Dan valt een zanger in met 'jibou l’qhab… ' (kom maar op met die hoeren) en gaat het nummer over in een medley van pornografische versies van populaire liedjes. Het refrein ontaardt in een ritmische beschrijving van de offers die een maagd brengt en die afhangen van de sociale status van de gelukkige. Die offers lopen uiteen van het tonen van de dijen aan de rechter tot het aanbieden van het achterwerk aan de advocaat. Het lied is vooral aanstoot­ gevend door de expliciete woordkeus

– geslachtsdelen worden onomwonden benoemd. Zonder YouTube zou het nooit in de openbaarheid zijn gekomen en alleen achter gesloten deuren zijn gezongen. In reacties op internet roe­ pen mensen op om de zanger gevan­ gen te zetten, of hem in ieder geval te beboeten. Toch stammen de woorden uit een orale traditie die al eeuwen bestaat en waarin erotiek de achter­ grond vormt voor populaire liedjes. Volgens Abdeslam Ghayour, die onder­ zoek doet naar de aïta, zijn onder invloed van de Franse bezetting en de sociale en ideologische veranderingen die daaruit voortvloeiden populaire

liedjes getint geraakt met seksuele ver­ wijzingen: ‘Door de bezetting werd de chaâbi, de populaire volksmuziek, uit de gemoedelijke intimiteit van huis en haard gehaald en in een perverse con­ text geplaatst.’ In die tijd was het van­ zelfsprekend dat bepaalde woorden naar het verzet verwezen. Het was voor de bezetter dan ook van levensbelang om ze ongeloofwaardig maken. ‘De effi­ ciëntste manier om het verzet te smo­ ren was de chaâbi zedeloos te noemen en te verbannen naar de achterkamer. Op die manier ontstonden in de eerste helft van de twintigste eeuw de lqsara, avonden met zang, alcohol en seks, die het begin vormden van de neergang van de chikha, ooit een vereerde diva. Je hoeft niet veel van het darija (gesproken Arabisch dialect) te weten om in ver­ schillende populaire liedjes verwijzin­ gen naar coïtus en striptease te ontdek­ ken. Omdat de liedjes (die eerder een pornografisch dan een erotisch karakter hebben) zo toegankelijk zijn, denkt men vaak dat ze horen tot de traditie van de aïta, een van de populairste en gemak­ kelijkst te doorgronden zangvormen. Hassan Nejmi, voormalig voorzitter van de nationale schrijversbond van Marokko en gespecialiseerd in de aïta is er duidelijk over: ‘Het is een kunstvorm die al twaalf eeuwen bestaat en die aan strenge regels gebonden is.’ De aïta is vooral suggestief, Volgens Hassan Nejmi bevatten alle Marokkaanse muzi­ kale genres erotische verwijzingen. Dat men denkt dat de aïta leidt tot immoreel gedrag, komt ook doordat het ritme zich beter leent voor dansen dan andere populaire genres. Terwijl het ‘tapdansen’ op de qaâda (een grote metalen ketel) voornamelijk het terrein van mannen blijft, mogen vrouwen heupwiegen, met hun borsten schud­ den en met hun haar zwaaien op een manier die doet denken aan het steige­ ren van paarden, en bekend staat onder de naam te’hyar (trance). De danspassen zijn ontleend aan het dagelijks leven. Zoals de rekza (ritmisch trappelen) en het heupwiegen, gecombineerd met het wrijven van een slip van de kaftan, verwijst naar het doen van de was. Overigens is ook de kaftan niet ont­ snapt aan zinnelijke loftuitingen in het lied Qaftanek mehloul (Je kaftan staat open) van Pinhas Cohen, een ‘crooner’ die inmiddels van het toneel verdwe­ nen is. Nouhad Fathi

De offers lopen uiteen van het tonen van de dijen aan de rechter tot het aanbieden van het achterwerk aan de advocaat

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 49


horizon

profiel

Manmohan Singh, hoogvlieger in duikvlucht The Caravan - New Dehli

land waar het belenen van de familiejuwelen wordt gezien als een laatste wanhoopsdaad, was de angst voelbaar.

Hij is de eerste Sikh die premier werd van India, nadat Sonia Ghandi hem onverwacht naar voren schoof. Nu hij op zijn 79-ste plaats moet maken voor een nieuwe generatie, rijst de vraag of zijn integere reputatie stand zal houden in de door corruptie geplaagde geschiedenis van India.

H

et was een mistroostige Indiase onafhankelijkheidsdag [15 augustus], niet alleen vanwege de regen. Singh wijdde zijn toespraak vrijwel geheel aan de stijgende voedselprijzen en vooral de corruptie- ‘een probleem dat geen enkele enkele regering kan wegtoveren.’ Singh was getooid met een blauwe tulband en daarmee een van de zeer weinigen die geen wit op het hoofd droegen, het symbool van Ghandi dat is overgenomen door de anti-corruptie activist Anna Hazare. Die zou de volgende dag in Delhi in hongerstaking gaan om de invoering van strengere anti-corruptiewetgeving af te dwingen. Toen Hazare de volgende ochtend werd opgepakt, brak de hel los. Een opgewonden menigte verzamelde zich bij de Tihar-gevangenis [ten westen van New Dehli] en Hazare buitte de vergissing van zijn arrestatie ten volle uit door zijn vrijlating niet te accepteren totdat hij toestemming kreeg voor zijn hongerstaking. De parlementsvergadering van 27 augustus begon vervolgens met de waarschuwing van de minister van Financiën dat ‘de grootste functionerende democratie ter wereld zich in een zeer precaire situatie bevindt’. Manmohan Singh hoorde het zwijgend aan. Zijn premierschap, dat al was geschaad door een jaar van schandalen en tegenvallers, leek een nieuw dieptepunt te bereiken, zijn reputatie als integer en onomkoopbaar man kon hem niet langer beschermen. Nu oudgedienden binnen zijn eigen partij openlijk speculeren dat Singh, die inmiddels 79 is, nog voor de komende algemene verkiezingen in 2014 plaats zal moeten maken voor een ander, lijkt duidelijk dat voor hem de wedstrijd bijna gespeeld is en het einde nadert van een lange en opmerkelijke reeks innings in het openbare leven. Als minister van Financiën en later als premier heeft Singh leiding gegeven aan de ontmanteling van de twee pijlers die tientallen jaren bepalend zijn geweest voor het land: een socialistische planeconomie en het

pagina 50 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

feit dat India een niet-gebonden land was. In die zin is het niet uitgesloten dat van Manmohan Singh – die ooit op een vraag naar zijn politieke nalatenschap antwoordde: ‘Ik hoop dat ik een voetnoot in India’s lange geschiedenis heb verdiend’ – gezegd zal worden dat hij een grotere bijdrage heeft geleverd aan de veranderingen in India dan Indira en Rajiv Gandhi bij elkaar. De vooraanstaande geschiedkundige Ramachandra Guha liet echter weten dat hij Singh ‘meer en meer als een tragische figuur’ beschouwt. Voor zo’n terughoudend man als Manmohan Singh kwam hij op een wel heel dramatisch moment in de nationale schijnwerpers te staan. Toen Narasimha Rao in juni 1991 tot premier was gekozen, werd Singh op het ministerie van Financiën opgezadeld met een economie die aan de rand van de afgrond stond. Tussen 1985 en 1991 was India’s schuld bij buitenlandse geldschieters bijna verdubbeld, en als gevolg van een reeks onaangename verrassingen was India’s deviezenvoorraad dusdanig geslonken dat deze nog niet volstond voor twee weken import.

Zijn reputatie als integer en onomkoopbaar man kon hem niet langer beschermen De regering had twintig ton goud beleend die ze had geconfisqueerd van smokkelaars. Het goud werd in het geheim naar de Zwitserse Union Bank overgebracht in ruil voor 200 miljoen dollar. Toen dat onvoldoende bleek werd er nog 47 ton van de Reserve Bank of India (RBI) naar Engeland en Japan overgebracht om leningen te dekken van nog eens 405 miljoen dollar. In een

Manmohanmics

Een paar dagen voordat Rao als premier werd beëdigd zei de kabinetssecretaris, Naresh Chandra, tegen hem dat hij maar het beste kon aankondigen dat de regering van plan was de economie te liberaliseren. ‘Als dat ons nieuwe beleid is, ‘zei Chandra tegen Rao, ‘dan zal er minder kritiek op komen dan wanneer het lijkt alsof we het doen op verzoek van het IMF en de Wereldbank’. Rao wist dat hij op zoek zou moeten gaan naar een geschikte minister van Financiën buiten de traditioneel geklede partijleden, om drie verschillende redenen: ten eerste had hij een vakkundig econoom nodig om onderhandelingen te voeren met de internationale financiële instellingen; ten tweede zou het, mocht er een heftige tegenreactie komen op de radicale politieke koerswijziging, makkelijker zijn om een ‘buitenstaander’ te ontslaan; en ten derde zou de nieuwe minister van Financiën, als hij succes zou boeken, geen bedreiging vormen voor Rao’s positie binnen de partij. De keuze viel op Singh. Twee dagen na zijn benoeming zei hij tegen de premier dat het land ogenblikkelijk behoefte had aan een gigantisch overbruggingskrediet van zeker 5 miljard dollar. Hij stelde ogenblikkelijk een brief op aan het IMF, waarin hij toezegde de noodzakelijke structurele maatregelen te treffen. De belangrijke rol die Singh speelde in de crisis van 1991 was al verankerd in de geschiedenis voordat de term ‘Manmohanmics’ was bedacht – nog geen twee jaar na zijn eerste begroting waarin hij een reeks structurele hervormingen en fiscale veranderingen had vastgelegd: soepelere industriële regelgeving, afschaffing van exportsubsidies, vermindering van overboekingen naar staatsondernemingen en ingrijpende bezuinigingen op bemestingssubsidies en sociale projecten. Aan het einde van zijn twee uur durende toespraak sprak Singh de woorden die zouden worden aangehaald in de duizenden artikelen over de doorbraak van 1991: ‘Zoals Victor Hugo ooit heeft gezegd: “Geen macht ter wereld kan een idee tegenhouden wanneer de tijd ervoor is gekomen.” Ik wil deze verheven volksvertegenwoordiging in overweging geven dat de opkomst van India als een belangrijke economische wereldmacht een dergelijk idee is. Laat de hele wereld het luid en duidelijk horen. India is klaarwakker. We zullen niet versagen. We zullen zegevieren.’


horizon

Š Scott Eells/Redux/HH

profiel

nr. 04 7 tot 21 januari 2012 pagina 51


horizon

profiel

‘Ik hoop dat ik een voetnoot in India’s lange geschiedenis heb verdiend’ Op 22 juli 2008 stond Manmohan Singh weer in de Lok Sabha [het Indiase Lagerhuis] in een poging de teloorgang af te wenden. Het was enkele minuten voor de beslissende stemming over de vraag of hij nog voldoende vertrouwen genoot, en het nucleaire verdrag met de Verenigde Staten leek tot de val van het kabinet te leiden. Singh maakte zich op om zowel zichzelf als het nucleaire verdrag te verdedigen. De toespraak die Singh had voorbereid maar die hij niet zou houden – omdat het rumoer uit de oppositiebankjes hem de mond snoerde – eindigde heel ongebruikelijk met een verwijzing naar zijn eigen levensverhaal: ‘Als premier van India heb ik mezelf elke dag opnieuw in herinnering proberen te brengen dat ik de eerste tien jaar van mijn leven heb doorgebracht in een dorp zonder stromend water, zonder elektriciteit, zonder ziekenhuis, zonder wegen. Elke dag dat ik dit hoge ambt heb mogen bekleden, heb ik geprobeerd de dromen waar te maken van die jongen uit dat afgelegen dorp.’

Stijgende lijn

Singh is geboren in 1932, in het dorpje Gah, zo’n zestig kilometer ten zuiden van wat nu Islamabad is; hij komt uit een familie van Punjabi-handelaren uit de Khatri-kaste. Singhs moeder overleed toen hij vijf maanden was, en hij is goeddeels opgevoed door zijn oma van vaders kant. Singhs vader was veel van huis, maar zijn eerlijke manier van handel drijven had evengoed invloed op de jonge jongen. In de zomer van 1947, het jaar waarin Singh toelatingsexamen voor de universiteit deed, ontvluchtte het gezin Peshawar om zich in Amritsar te vestigen. [Bij de onafhankelijkheid in 1947 werden India en Pakistan gescheiden, Peshawar kwam in Pakistan]. Tegen het advies van zijn vader in ging hij economie studeren aan het Hindu College in Amritsar. Tussen zijn afstuderen in Cambridge en het voltooien van zijn PhD in Oxford, werd hij de jongste hoogleraar ooit aan de Panjab-universiteit in Chandigarh. In 1971 kwam hij via een zijweg in de ambtenarij terecht en werd economisch adviseur op het ministerie van Buitenlandse Handel; vervolgens werd hij de voornaamste adviseur op het ministerie van Financiën. Die stijgende lijn zette door met posities als secretaris van Financiën, lid-secretaris van de Planningscommissie, president van de RBI en waarnemend voorzitter van de Planningscommissie. Singh was zonder twijfel een van de best gekwalificeerde technocraten die voorhanden waren, en hij stond er al snel om bekend dat hij resultaten boekte. Het is lastig om conclusies te verbinden aan het feit dat Singh een uitgesproken voorstander is van de vrijemarkteconomie nadat hij zich eerst twee decennia lang heeft ingespannen

om te helpen controle uit te oefenen over de Indiase economie. Na twee jaar verruilde hij Delhi met genoegen voor Genève, waar hij aan de slag kon als secretaris van de South Commission, een uitvloeisel van de beweging van niet-gebonden landen met als doel ‘te komen tot een alternatieve ontwikkelingsstrategie voor de landen in het Zuiden’. In het laatste rapport van deze commissie, uit 1990, stonden positieve dingen over handelsliberalisering, maar de overheersende toon was er toch een van harde kritiek op de ongelijkheid van het mondiale economische stelsel en op de internationale kredietverstrekkers waar Singh niet veel later mee zou onderhandelen. Binnen de Congrespartij sluimert nog altijd onvrede over India’s flirt met het kapitalisme – sommigen zagen die als een breuk met het Nehruviaanse socialisme, en hoe dan ook iets dat slecht viel bij de kiezers op het platteland. De strijd die Singh sinds 1991 heeft gevoerd over het economische beleid heeft hem dan ook geregeld in aanvaring gebracht met zijn eigen partij. Na het verlies van 1999 schoof Singh dichter en dichter in de richting van Sonia Gandhi, en werd hij een van haar vertrouwelingen. Toen de leden van de Congress Parliamentary Party (CPP) in mei 2004 bijeenkwamen om hun leider te kiezen – twee dagen na de verrassende overwinning van de Congrespartij – riep Sonia Gandhi de partijleiders bij elkaar in een kleine, informele vergadering. Ze liet weten dat ze afzag van de mogelijkheid premier te worden. Gandhi kwam met een voorstel om Manmohan Singh tot premier te benoemen, dat nog die avond onder alle parlementsleden werd verspreid. Tegen de tijd dat de kamerfractie de dag daarop voor de derde keer bij elkaar kwam, was Singhs benoeming nog slechts een formaliteit. Het is niet zo heel moeilijk te begrijpen wat Sonia deed besluiten om Manmohan naar voren te schuiven, en niet een van de door de wol geverfde en veel machtigere congresleden: zijn loyaliteit, zijn integriteit en zijn internationale reputatie als de architect van 1991. ‘Hij heeft niet zijn eigen rekening gespekt. Hij bleef vasthouden aan zijn sobere leefgewoonten,’ zei een vooraanstaande secretaris die heel nauw met Singh heeft samengewerkt op het ministerie van Financiën.

Sikh-opstand

De onvoorziene minister van Financiën werd de onvoorziene premier, een ambt dat hem geheel onverwacht door Gandhi in de schoot werd geworpen – omstandigheden die alleen maar het beeld lijken te bevestigen dat Singh als de stille man in de Indiase politiek, te beschaafd en te bescheiden was om zelf een gooi naar de macht te doen. Maar Singhs ambitie en vastberadenheid zijn altijd onderschat. ‘Hij had

Laat de hele wereld het luid en duidelijk horen: India is klaarwakker. We zullen niet versagen. We zullen zegevieren.

pagina 52 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

© Reuters

niet verwacht dat hij premier zou worden,’ zei een voormalige minister uit het Union Cabinet. ‘Ik zeg niet dat hij geen enkele ambitie zou hebben – in het politieke spel is niemand zonder ambitie. Maar hij ging zeer subtiel te werk.’ Dat Manmohan Singh de eerste sikh-premier van India werd, als leider van de partij die in 1984 de sikhopstand neersloeg, is een van de wrange tegenstrijdigheden die aan zijn benoeming kleven. Het congres heeft de man die het sterkst wordt geassocieerd met de liberalisering gekozen tot vaandeldrager. Vijf jaar later, toen Singh als eerste premier sinds Nehru werd herkozen na een volledige ambtstermijn, gaven twee wetsvoorstellen ten gunste van de armen de doorslag. Ze leken eerder uit de koker van Sonia Gandhi te komen dan uit die van Singh: de National Rural Employment Guarantee Act (NREGA), die laagbetaalde arbeid creëerde voor 20 miljoen huishoudens, en de verklaring van afstand voor leningen van boeren, waarbij 60 miljard aan schulden werd kwijtgescholden. In de schaduw van Sonia Gandhi hebben sommigen Singh weggezet als een stroman-premier, een beeld dat het heel goed doet in cartoons maar dat weinig met de realiteit van doen heeft. In wat vermoedelijk de geschiedenis zal ingaan als de twee belangrijkste gebeurtenissen uit zijn ambtsperiode – het hoogtepunt van de nucleaire overeenkomst en het dieptepunt van de 2G-zwendel – was het Singhs intuïtie die bepalend was. Toen Singh die avond de media te woord stond, straalde hij zelfvertrouwen uit en zei: ‘India is er klaar voor om haar rechtmatige plaats in te nemen in de gemeenschap van landen.’ De nucleaire krachtmeting liet zien dat hij in staat was om het politieke spel op het hoogste niveau te spelen. Maar dit aanvullende bewijs van Singhs ijzeren vastberadenheid in 2008 roept een andere verontrustende vraag op: hoe heeft het 2G-schandaal onder


horizon

profiel

zijn bewind zulke vormen kunnen aannemen? De frauduleuze toekenning van frequenties voor mobiele telefonie in 2008 – waarmee schaarse publieke middelen van de hand zijn gedaan voor prijzen ver onder de marktwaarde, in een onrechtmatig en corrupt proces waarbij bepaalde telecomaanbieders werden bevoordeeld – lijkt het grootste schandaal in de geschiedenis van India. Volgens de eigen boekhoudkundige dienst van de overheid, de Controller and Auditor General (CAG) is de schatkist een geschat bedrag van 1,76 triljoen misgelopenwas door het besluit om de frequenties toe te wijzen voor de prijzen uit 2001 in plaats van die uit 2008 – niettegenstaande een exponentiële groei van het aantal mobiele telefoons in dezelfde periode van 40 miljoen naar 350 miljoen. Maar het inadequate crisismanagement van de overheid tijdens de nasleep heeft een nog veel fundamenteler falen aan het zicht onttrokken: het voorkomen van de zwendel. ‘Manmohan Singh is een integer man in financieel opzicht, maar niet in politiek-moreel opzicht. Hij is niet iemand die misstanden binnen het landsbestuur probeert recht te zetten door de confrontatie aan te gaan met frauduleuze mensen of praktijken,’ zei de voormalige secretaris die met Singh heeft samengewerkt op het ministerie van Financiën. ‘Kijk naar zijn reactie op 2G. Hij zegt: “Ik wist van niets” of “Niemand heeft me op de hoogte gebracht.” Dat past in een bepaald patroon, dat ik herken omdat ik hem van nabij heb meegemaakt in de regering.’ Het kan verhelderend zijn om even terug te gaan naar het eerste schandaal uit Manmohan Singhs politieke loopbaan. In april 1992 beleefde de florerende Bombay Stock Exchange zijn grootste crash tot dan

toe, waarbij de koersen in één dag 13 procent kelderden. De crisis was veroorzaakt door Harshad Mehta, een effectenmakelaar die onder één hoedje speelde met hogere ambtenaren bij staatsbanken.Fondsen werden van de banken naar de aandelenmarkt overgeheveld, die instortte toen de fraude aan het licht kwam.

Fraude

Toen iemand suggereerde dat er een onderzoek moest komen naar Mehta en dat hij gedwongen moest worden zijn aandelen van de hand te doen, maakte Singh daar bezwaar tegen. ‘Dat zal een hoop onrust veroorzaken,’ zei hij. ‘Daar zal over geschreven worden.’ Een paar weken later lekte het nieuws over de fraude toch uit, waarna in augustus 1992 een gezamenlijke parlementaire commissie in het leven werd geroepen om het schandaal te onderzoeken. Op enig moment in de nabije toekomst zal de Indiase economie naar verwachting uitstijgen boven de 2 triljoen dollar, de op één na snelst groeiende economie ter wereld; in het afgelopen decennium is het inkomen per hoofd van de bevolking verdrievoudigd. Maar deze explosieve groei brengt een dramatische toename van de inkomensongelijkheid met zich mee, en een periode van endemische corruptie – die zijn oorsprong vindt op de schimmige vlakken waar overheid en kapitaal elkaar raken. In een onderzoek uit 2009, gesponsord door de Asian Development Bank, werd gewaarschuwd voor ‘het risico dat India zich ontwik-

kelt in de richting van een oligarchisch kapitalisme’ tenzij de machtsstructuren worden aangepakt ‘die politici, regering en private sector met elkaar verbinden’. Manmohan Singh draagt niet in zijn eentje de verantwoordelijkheid voor alles wat er is gebeurd in de nasleep van de liberalisering, maar als premier heeft hij te vaak de indruk gewekt dat hij er niet op gericht was de juiste balans te zoeken tussen de overheid en de markt. De leider van een partij die een verbond heeft gesloten met de Congrespartij vertelde over een bijeenkomst met Manmohan Singh in december 2005, twee maanden na het uitkomen van het VNrapport over wantoestanden binnen het Irakese Olievoor-voedselprogramma. Het rapport was belastend voor Natwar Singh, destijds minister van Buitenlandse Zaken [geen directe familie van Manmohan], die zich gedwongen zag af te treden. Maar in het rapport werd ook Reliance Petroleum Limited genoemd als een van de partijen die garen hadden gesponnen bij de Olie-voor-voedsel-zwendel. De partijleider zei dat hij de kwestie had aangekaart bij de premier, met de woorden: ‘In het rapport wordt niet alleen Natwar genoemd, ook Reliance wordt in niet mis te verstane bewoordingen genoemd. Waarom neemt u geen stappen tegen Reliance?’ ‘Met een zucht,’ zo vertelde de partijleider, ‘zei Manmohan Singh: “Wat moet ik beginnen? Het is het grootste bedrijf van India.”’ Het debat over corruptie gaat in feite niet over schandalen en steekpenningen: het gaat over de steeds verder om zich heen grijpende angst dat er iets mis is met het systeem zelf, en over de laksheid en de onverschilligheid van hen die het voortouw zouden moeten nemen bij het herstel. Uiteindelijk heeft Manmohan Singh niet zelf in handen hoe hij de geschiedenis in zal gaan. Als er op de een of andere manier een oplossing komt voor de hardnekkige, structurele crises waarmee India te kampen heeft, dan zal hij veel meer zijn dan een voetnoot bij de geschiedenis. Maar als de bodem eronder vandaan valt zal Manmohan Singh worden gezien als de man die iets heeft ontketend dat hij niet kon beteugelen – een man die wind zaaide en storm oogstte. Vinod K. Jose

Dat Manmohan Singh de eerste sikh-premier van India werd, als leider van de partij die in 1984 de sikh-opstand neersloeg, is een van de wrange tegenstrijdigheden die aan zijn benoeming kleven nr. 04 7 tot 21 januari 2012 pagina 53


horizon

buldog

Een popidool op vier poten The New York Times Magazine (verkort) - New York

De buldog is een tragisch doorgefokte hond. Als het ras genetisch in elkaar zou zijn gezet, sprak de hele wereld er schande van. Zijn uiterlijk hangt van tekortkomingen aan elkaar. Een stompe kop, grote ogen en een enorme muil. Dat vindt met juist ‘koddig’.

T

ijdens een spannende footballwedstrijd tussen Georgia State University en de University of South Carolina, in 2009, ligt Uga VII op een zak ijs langs de lijn te slapen in zijn hok (mét airco.) Dan wordt hij met zachte dwang het veld op geloodst om samen met een paar cheerleaders en de gouverneur te poseren voor een fotograaf. Uga (spreek uit : Ugge) is net als anders uitgedost in een rood truitje met ‘Georgia’ erop en een halsband met metalen pennen. Verveeld kijkt hij in de lens. Na zijn ereronde lijkt de beroemdste sportmascotte van het land vooral verder te willen slapen. ‘Soms denkt hij dat hij een schoothondje is,’ zegt zijn eigenaar. Sonny Seiler, 78, een vooraanstaand advocaat, houdt zich al jaren bezig met het fokken van de mascottes van Georgia State. ‘Uga is een beroemdheid. Als je hem los laat lopen, stort de hele meute zich op hem. Een popidool, maar dan op vier poten. Mensen worden helemaal gek van hem.’ Tot twee keer toe hebben studentenclubs van andere universiteiten hem proberen te ontvoeren. Maar dit keer was Seilers grootste zorg niet dat men Uga wilde hebben, maar dat ze hem willen veranderen. In 2009 zei Adam Goldfarb van de Amerikaanse Dierenbescherming tegen een krant dat Engelse buldoggen hét schoolvoorbeeld zijn van een kapot gefokt hondenras. Hij reageerde op een uiterst kritische Britse documentaire over de gezondheids- en welzijnsproblemen waarmee een aantal hondenrassen kampen, en stelde dat de fokkers én de overkoepelende Kennel Club niet wilden inzien hoe ernstig de problemen zijn. De documentaire, ‘Pedigree Dogs Exposed’, vormde in Groot-Brittannië de aanleiding tot drie aparte onderzoeken naar het fokken van rashonden. Uit alle drie bleek dat fokmethoden die zich richten op ‘extreme raskenmerken’ (en bij de buldog zijn dat onder meer de brede, stompe kop) nadelig zijn voor

de gezondheid en het welzijn van de dieren en ingrijpen bij dat ras noodzakelijk is. Ook wordt de vraag opgeworpen of het wel ethisch verantwoord is om op dezelfde manier door te blijven fokken. In de VS vragen steeds meer dierenartsen, fokkers en dierenbeschermers zich hetzelfde af. Begin 2011 organiseerde de Amerikaanse Dierenbescherming een eerste congres over gezondheid en welzijn van rashonden. Brenda Bonnett, een veterinaire epidemioloog, zei toen dat buldoggen veel vaker dan andere rassen lijden aan een hele serie problemen met de ogen en oren, huidinfecties, ademhalingsproblemen, immunologische en neurologische aandoeningen en problemen met hun poten en ruggengraat. Uit een Brits onderzoek bleek dat een buldog gemiddeld niet veel ouder wordt dan zes jaar.

Minder geplooid

De Britse Kennel Club kondigde onlangs aan dat de raskenmerken voor de buldog zullen worden gewijzigd om de honden slanker en gezonder te maken. De snuit zou korter moeten worden, de kop kleiner en de vacht minder geplooid. Maar de Amerikaanse tegenhanger is niet van plan dat voorbeeld te volgen en blijft bij; ‘een brede kop met een stompe snuit en korte kaak op een zwaargebouwd lijf met korte, stevige poten’. Sandra Sawchuck heeft een leidinggevende functie aan de Veterinaire Faculteit van de University of Wisconsin, en is een van de weinige dierenartsen met een buldog. ‘Ik zou beter moeten weten, maar ik vind het een geweldig ras. En ik kan problemen aan als die zich voordoen. Maar als iemand in mijn buurt een buldog wil, zeg ik meteen: “Doe het niet.”’ Waarom ze uitgerekend een ras wilde met zoveel problemen? Haar antwoord lijkt op dat van andere liefhebbers. ‘Ze zijn koddig en lief, en heel leuk. Voor

Voor veel mensen is het net of ze er een molllige baby bij hebben pagina 54 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

© Glyn Thomas/Friends of the Earth

veel mensen is het net of ze een kind erbij hebben, want ook volwassen dieren zijn net mollige baby’s.’ James Serpell, een universitair onderzoeker, zegt iets soortgelijks: mensen hebben de neiging om te selecteren op antropomorfische kenmerken. Dat is voor een deel de reden dat de buldog en soortgelijke rassen, zoals de mopshond en de Franse buldog, het zo moeilijk hebben. ‘We fokken een buldog op een korte snuit, grote ogen, een relatief grote bek en een grote, lachende kop. Als het ras genetisch in elkaar zou zijn gezet door een farmaceutisch bedrijf, zou er overal worden gedemonstreerd, en terecht. Maar het uiterlijk is door fokken verkregen, en dus worden tekortkomingen niet alleen over het hoofd gezien, maar oogsten ze zelfs lof.’ In Boston houdt William Rosenblad zich bezig met het gebit van honden. Hij laat zien hoe de schedel


horizon

buldog

'Meestal hebben ze hulp nodig bij het paren, want ze zijn te dik en de poten zijn te kort' voorbeeld de vorm van de kop van de buldog, en zijn korte onderkaak.’ In Engeland én in de VS kon men geen genoeg van het ras krijgen. Tussen 1910 en 1920 was de buldog het op vier na populairste ras. In 1922 werd een buldog de mascotte van het Amerikaanse Korps Mariniers, en ook nu nog zijn er universiteiten met een buldog als mascotte. De buldog is nu geen universeel symbool meer van kracht en moed. Buldogfokster Diane Judy zei voor haar overlijden een jaar geleden dat ze dol was op het ras, maar er niet meer mee wilde werken. ‘Ze zijn gewoon niet gezond,’ zei ze. ‘Meestal hebben ze hulp nodig bij het paren, want ze zijn te dik en de poten zijn te kort. En zelfstandig jongen krijgen gaat ook al niet, omdat de kop te groot is. Een ras dat die twee dingen niet kan, zit in de problemen.’

Kritische blik

Vechthonden

'De buldog van nu lijkt in niets meer op die van vroeger. Dat waren valse beesten'

van een buldog er met zijn zeer korte onderkaak uitziet en zegt hoofdschuddend: ‘We hebben de snuit van dit ras zo plat gemaakt dat er niet genoeg ruimte meer is. De tong, het verhemelte, alles zit elkaar in de weg. Het lijkt alsof de tanden erin gestrooid zijn. De neusgaten zijn heel klein. Door al die compressie kunnen veel honden slecht ademhalen.’

Buldoggen heten zo omdat ze het moesten opnemen tegen de stier, in het Elizabethaanse tijdperk een van de populairste sporten in Engeland. De genetische herkomst van het ras is niet duidelijk, maar algemeen wordt aangenomen dat de vechthonden van toen slanker waren, een langere snuit hadden en hoger op de poten stonden. Ook was de kop smaller, met minder huidplooien, en was de staart lang. Een gerenommeerde buldogfokker zei onlangs: ‘Hij is nog maar een schim van wat hij vroeger was.’ Bij zo’n gevecht moest een stier de aanval van meerdere honden zien af te wenden die het allemaal voorzien hadden op zijn zachte, kwetsbare neus. In 1835, de sport was inmiddels verboden, werd de felheid die het ras destijds zo van pas kwam, juist een nadeel. In zijn boek The Dog, dat in 1845 verscheen, zette dierenarts William Youatt de buldog weg in bewoordingen die nog altijd voor pitbulls worden gebruikt: het ras ‘was niet in staat om iets te leren’ en ‘alleen voor gevechten geschikt’. In de tweede helft van de 19de eeuw probeerde Bill George, een befaamde hondenhandelaar, het ras om te fokken naar een vriendelijke speelkameraad. Hoe het fokkers als George en anderen is gelukt om uiterlijk en karakter van de buldog te veranderen, is niet helemaal duidelijk. Vermoedelijk is hij gekruist met de mopshond, waaruit een vriendelijker en compacter ras ontstond met een kleinere schedel. Aan het eind van diezelfde eeuw trok het veranderde uiterlijk veel aandacht. Onder andere van Charles Darwin die in The Variation of Animals and Plants under Domestication schreef: ‘Een aantal uiterlijke kenmerken van diverse hondenrassen is waarschijnlijk binnen zeer korte tijd ontstaan, en ook al zijn ze geërfd, kunnen we van monstruositeiten spreken. Ik noem als

Volgens Patrick Bateson, de auteur van een van de in Engeland verschenen rapporten, bedoelen de meeste fokkers het goed en is er veel vakkennis aanwezig, maar ontbreekt het aan een kritische blik. ‘Ze zien allerlei problemen bij andere rassen, maar met de buldog is niets aan de hand. Ze zijn verblind door liefde.’ Connie Chambers houdt zich al veertig jaar met fokken bezig. ‘De buldoggen van nu lijken in niets meer op die van vroeger,’ zegt ze. ‘Dat waren valse beesten. ‘Het uiterlijk van de huidige buldog is perfect. Ik vind die korte snuit juist leuk. En die zware kop en dat dikke lijf zijn grappig. Als je dat gaat veranderen, is het geen buldog meer.’ Is een ander uiterlijk mogelijk? Begin 2011 was Mike Sears het zat toen twee buldoggen die hij van bekende fokkers had gekocht na vijf en negen jaar overleden. Zijn dierenarts adviseerde hem om eens naar een ander ras uit te kijken: de Old English Buldogge bijvoorbeeld. Zo kwam hij bij David Leavitt terecht, die zich sinds 1971 met de Buldogge bezighoudt. Met een bijna wetenschappelijk fokprogramma heeft hij buldoggen gekruist met pitbulls, Mastiffs en Amerikaanse buldoggen (een sterk ras, dat vaak wordt aangezien voor pitbulls). Het resultaat is de Leavitt-buldog, een atletische hond, die lijkt op de buldog van 1820, maar een heel vriendelijk karakter heeft. Ilena Silverman

Uga VII is inmiddels overleden en net als zijn voorgangers bijgezet in een mausoleum in een hoek van het stadion van de universiteit. Zijn opvolger Uga VIII werd maar niet zindelijk. De jonge buldog was pas twee jaar toen er lymfekanker werd gediagnosticeerd. Niet veel later stierf Uga VIII.

nr. 04 7 tot 21 januari 2012 pagina 55


horizon

boek

Tsjetsjeense tiener verbreekt stilzwijgen Moskovskië Novosti - Moskou

De jonge Polina Jerehtsova hield een dagboek bij tijdens de oorlog in Tsjetsjenië. Ze geeft een stem aan meisjes, jonge en oude vrouwen die bang zijn vermoord te worden door mannen in uniform.

O

nlangs verscheen in Moskou Dnevnik Jerebtsovoï Poliny Het Dagboek van Polina Jerebtsova in een bescheiden oplage van tweeduizend exemplaren. Het vertelt het verhaal van de oorlog in Tsjetsjenië tussen 1999 en 2002, gezien door de ogen van een jong meisje. Duitse en Zweedse uitgevers hebben al belangstelling getoond voor de vertaalrechten. Dit boek zal het niet makkelijk krijgen. In het Westen kan het misschien een succes worden, maar wat het in Rusland te wachten staat, waar op dit moment geen inhoudelijk debat over Tsjetsjenië mogelijk is, valt niet te voorspellen. Wij hebben daar geen taal voor, geen criteria waarmee we de goeden kunnen onderscheiden van de slechten. Voor ons manifesteert het onderwerp zich alleen in de vorm van aanslagen en rebellen, en de rolverdeling is ondubbelzinnig: aan de ene kant ‘zij’, een gevaarlijke, voornamelijk mannelijke macht, die dood en verderf zaait; aan de andere kant ‘wij’, mogelijke slachtoffers wanneer we de metro nemen, op straat lopen of op een vliegtuig wachten. De verdienste van dit dagboek van Polina is dat het die starre rolverdeling doorbreekt en een stem geeft aan andere helden - meisjes, jonge en oude vrouwen die bang zijn gedood te worden door jonge, Russische

mannen met de macht van hun uniform. Polina noemt hen de ‘Duitsers’ of de ‘Witten’ (naar de soldaten die in de burgeroorlog na de revolutie van 1917 tegen het Rode Leger vochten), want zij is geboren in de nadagen van de USSR en opgegroeid met films uit de Sovjet-tijd. Voor haar moet de vijand dus tot een van die twee categorieën behoren. Russen in de rol van Duitsers, die schieten op arme oude vrouwen en het uitschateren bij de aanblik van een meisje dat op handen en voeten voor hen wegkruipt. Dat beeld is voor ons moeilijk te aanvaarden, zelfs voor de onafhankelijke, liberale denkers onder ons. Des te prijzenswaardiger is het als een lezer zichzelf toch dwingt dit dagboek open te slaan.

Zoals elk oorlogsverslag is het een beschrijving van het menselijk gedrag in extreme omstandigheden

Polina heeft haar manuscript opgedragen ‘aan de leiders van het huidige Rusland’, al heeft ze het niet vaak over de soldaten van het federale leger en helemaal niet over politici. Zoals elk oorlogsverslag is het in wezen een beschrijving van het menselijk gedrag in extreme omstandigheden. Omstandigheden waarin het het van grote waardigheid getuigt níet de kleren mee te nemen die zijn achtergelaten in gebombardeerde huizen, terwijl je zelf in vodden loopt. Vreemd genoeg helpen dat soort gedragsregels om te overleven, want een mens die zijn waardigheid behoudt, blijft makkelijker overeind in een wereld waarin je nergens op kunt rekenen, niemand kunt vertrouwen, waar elk moment een buurman, een soldaat of een rebel je je rantsoen brood kan afpakken, je kan verkrachten, je een jurk kan aanbieden of een kogel door je hoofd schieten. Eigenlijk is schrijven voor Polina ook een manier om overeind te blijven, om regels en waarden na te kunnen leven, elke dag weer, al zijn het maar de regels van de Russische grammatica. Typerend voor oorlogsgeschriften is dat ze alledaagse kleinigheden afwisselen met grote levensvragen of hoogdravende beschuldigingen, en het dagboek van Polina vormt daarop geen uitzondering. De tiener trekt zich weinig aan van dosering of goede smaak. In het leven van haar en haar moeder spelen de dagelijkse karweitjes een grote rol: meel vinden, dat beschimmeld is, water halen in een bommenregen, een schuilplaats inrichten in een gang (zelfs als de vloer is ingestort heb je meer kans het er levend af te brengen in een gang dan in een kamer waarvan de ruiten al lang kapot zijn). Even gedetailleerd beschrijft ze wat er bij de buren gebeurt, wat ze eten, waar ze vandaan komen als ze thuiskomen, hoe ze de greep op zichzelf kwijtraken en en uit plunderen gaan, hoe ze steeds meer hun instincten volgen en

EEN JEUGD IN OORLOG Als in december 1994 de Russische federale troepen Grozny binnentrekken (waar drie jaar eerder de Tsjetsjeense onafhankelijkheid is uitgeroepen), is Polina negen jaar oud. De eerste Tsjetsjeense oorlog begint. In de zomer van 1996 tekenen de partijen een staakt het vuren. De vrede, die drie jaar zal duren, is betrekkelijk

pagina 56 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

doordat de Tsjetsjeense krijgsheren onderling blijven vechten. Vladimir Poetin, in 1999 door Boris Jentsin tot premier benoemd, ontketent de tweede Tsjetsjeense oorlog. Die duurt formeel tot de benoeming van de prorussische Ramzan Kadyrov als president van Tsjetsjenië in 2007.

Jerebtsova Polina raakt in 1999 zwaar gewond bij een aanslag op de markt van Grozny. Sinds 2005 woont zij in Rusland. Haar gedichten en haar journalistieke werk verschijnen regelmatig in diverse media.


horizon

boek

© Reuters

Mildheid en neutraliteit bestaan niet in haar universum, waarin alles het gewicht van een natuurramp heeft zichzelf steeds minder beperkingen opleggen. Dan, zonder overgang, vertelt ze over haar verliefdheden, haar gedichten, haar dromen, verhalen vol Hollywoodclichés, die toch tot het uiterste verkend moeten worden.

Ontregelend

Mildheid en neutraliteit bestaan niet in haar universum, waarin alles het gewicht van een natuurramp heeft. Dit dagboek is ongetwijfeld voer voor psychologen: net als schrijven is ook vervoering voor Polina een manier om te overleven. Uit literair oogpunt is het jammer dat ze geen nuances weet aan te brengen, maar het gaat bij deze prille schrijfster niet om artistieke waarde. Als het lezen van haar dagboek ontregelend is, komt dat ook doordat ze ons dwingt ons in haar te verplaatsen, ons te identificeren met een slachtoffer van oorlogsmisdaden. En dat is vooral moeilijk omdat het hier niet over de Tweede Wereldoorlog gaat, maar over recente

gebeurtenissen, waarvoor wij als Russen allemaal verantwoordelijkheid dragen. Dat het zo moeilijk is, komt doordat wij nog steeds niet weten waarom Russische (en niet Duitse) soldaten op een klein Russisch meisje schoten, in haar land, in hun land. Maar het is voor lezers ook lastig zich in Polina te verplaatsen, omdat maar weinigen zich zullen kunnen identificeren met iemand die verliefd wordt op jongens die Daoed, Mansoer of Moeslim heten; of met iemand die zich serieus afvraagt hoe je de islamitische hoofddoek moet dragen; of met iemand die het hoofd vol heeft van een onwaarschijnlijk brouwsel bestaande uit de gedichten van Anna Achmatova, yoga, belangstelling voor UFO’s, islamitische rituelen en Sovjet-retoriek; of met iemand die wel messcherp analyseert welke schadelijke effecten de oorlog heeft op mensen, zelfs op de meest geliefde, maar die mensen ook streng veroordeelt, zonder ook maar enig oordeel over zichzelf te vellen; of met iemand die een dagboek schrijft waarin ze het beeld van zichzelf wat mooier maakt

dan het is, met het oog op een toekomstige lezer. Dat is een van de belangrijkste lessen uit het lastige lezen van dit dagboek: die helden en slachtoffers zijn bepaald geen heiligen. En toch zijn het deze mensen, deze doodgewone Tsjetsjenen en Russen die wij vroeg of laat om vergeving moeten vragen. Wat ook de toekomst van dit dagboek zal zijn, het heeft nu al een gecompliceerde geschiedenis. Aan de uitgave is geen enkele zorg besteed, er is een demagogisch voorwoord aan toegevoegd en verder ontbreekt iedere vorm van achtergrond of toelichting. Dat maakt pijnlijk duidelijk hoe groot op dit moment ons onvermogen is om over Tsjetsjenië te praten of zelfs maar na te denken. Volgens Polina wilde geen van de grote uitgevers het dagboek publiceren. Daarom staan op de laatste pagina’s van het boek, na al die doden en al die tranen, advertenties voor boeken over het leven van ‘de Taiwanees’ en ‘de Japanner’ (twee beroemde maffiosi in Rusland) - de koopwaar van de uitgever (Detektiv-Press) die bereid was Dnevnik Jerebtsovoï Poliny uit te geven. Zo moet burgerlijke moed zichzelf verkopen in het huidige Rusland. Elena Rybakova

nr. 04 7 tot 21 januari 2012 pagina 57


horizon

wetenschap

Drijvende robot op de oceaan The New York Times – New York

Een eskader drijvende robotten wordt de oceaan opgestuurd om metingen te verrichten aan weersomstandigheden en olielekkages. Hiermee moeten de kosten van allerlei economische activiteiten op zee sterk kunnen dalen.

H

et is voorstelbaar dat de plannen van James Gosling een tikje excentriek klinken, maar bedenk wel: hij heeft Java ontwikkeld, een van de toonaangevende en meest gebruikte computertalen. Liquid Robotics, het bedrijf in Silicon Valley waar hij nu werkt, heeft voor de realisatie van dit project een indrukwekkend bedrag op tafel gelegd: 40 miljoen dollar, inclusief de 22 miljoen die afgelopen juni werd ingebracht door investeringsmaatschappij VantagePoint Partners en door Schlumberger, een Amerikaanse firma die oliewinning faciliteert. Het product dat Liquid Robotics levert, de Wave Glider, heeft ongeveer de afmetingen van een surfplank. De robots hebben een voortstuwing die gebruikt maakt van de golfslag en twee zonnepanelen die stroom leveren aan de computers. Zo dobberen de robots langzaam de oceaan over terwijl ze gegevens verzamelen. De data uit de sensoren worden aan boord opgeslagen in chips uit mobiele telefoons, die weinig stroom verbruiken, en dan per satelliet of gsm doorgestuurd naar grote computers op het vasteland, die er complexe analyses mee kunnen uitvoeren. ‘Een computer midden op de oceaan laten ronddrijven is best een opgave, maar dat is er juist zo leuk aan,’ aldus Gosling, die bij Liquid Robotics de voornaamste software-ontwerper is. ‘Onze planeet bestaat voor driekwart uit oceaan en is voor ons nog steeds een zwarte vlek.’ Liquid Robotics is nu een netwerk van tienduizenden apparaten aan het

opzetten. Er worden nieuwe sensoren en digitale rekenkracht aan toegevoegd, zodat de robots zichzelf kunnen besturen tijdens projecten op de oceaan, die jaren in beslag kunnen nemen. Op dit moment werken de robots nog in hun eentje. Liquid Robotics heeft al voor ruim 100.000 dollar aan Wave Gliders verkocht aan de National Oceanic and Atmospheric Administration, waarbij de keuze van sensoren aan de wensen werd aangepast. Het bedrijf heeft sinds 2009 ongeveer zeventig Wave Gliders geproduceerd, die vooral worden ingezet bij de olieindustrie en door wetenschappers die de zee onderzoeken. Er is ook de mogelijkheid om robotdata aan bedrijven te leveren, tegen betaling van 1000 tot 3000 tot drieduizend dollar per dag. ‘Wij doen het werk van schepen die 50.000 tot 100.000 dollar per dag kosten om in de vaart te houden,’ aldus Bill Vass, directeur van Liquid Robotics. ‘Bij ons meest recente project hebben we 22.000 vierkante kilometer Golf van Mexico gecontroleerd voor BP. Met een schip had ze dat 10,5 miljoen dollar gekost. Wij deden het voor 1,5 miljoen.’

Algenkolonie

Er zijn nog andere firma’s die zeewaardige robots met sensoren fabriceren, zoals bijvoorbeeld iRobot, maar die worden voornamelijk gebruikt voor activiteiten onder water en zijn niet ontworpen om in een netwerk te functioneren. Wave Gliders die met elkaar

Met nieuwe sensoren en digitale rekenkracht kunnen robots zichzelf besturen tijdens jarenlange projecten op de oceaan pagina 58 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

praten, kunnen volgens Gosling worden gebruikt om te zorgen dat andere robots komen helpen bij taken als het opmeten van de omvang van een olievlek of van een algenkolonie. Ook kunnen stromingen midden op de oceaan worden gesignaleerd, zodat schepen adviezen krijgen om deze te mijden of juist op te zoeken, wat veel kan schelen in de brandstofkosten. Hij denkt nu ook na over een methode om de robots zelfstandig te laten navigeren. Regelaars op de vaste wal besturen op dit moment zo’n tien tot vijftien Gliders tegelijk, een techniek die Gosling als primitief ervaart. ‘Ze werken met apparatuur die me doet denken aan twee stenen tegen elkaar slaan,’ zegt Gosling. ‘Als een robot een schip opmerkt, moet hij gewoon uit de weg gaan.’ Er loeren ook andere gevaren. Eén robot is al door een haai gebeten. Een sensor ging verloren, maar toch slaagde de machine erin om een bergingsvaartuig te bereiken. In november is het bedrijf een campagne van een jaar begonnen

om de naamsbekendheid te vergroten, waarbij vier apparaten op een reis over de Stille Oceaan worden gestuurd. Twee robots worden naar Tokio gedirigeerd, de andere twee naar Sydney. Liquid Robotics zet de data van de sensoren gratis online en heeft een prijs uitgeloofd voor degene die de meest originele toepassing verzint voor deze gegevens. De robots hebben een snelheid van circa 2,5 kilometer per uur en worden aangedreven door vleugels onder water, die met een riem van 6,5 meter aan het drijvende lichaam zijn verbonden. De vleugels, die wel iets weghebben van jaloezieën, kantelen omhoog wanneer het apparaat door een golf wordt opgetild. Dankzij de beweging door het water wordt het apparaat dan naar voren getrokken. Bij een neerwaartse golfbeweging zakken de vleugels mee en knikken ze omlaag, wat ook het apparaat naar voren trekt. Is de golf erg groot, dan wordt de hele Glider onder water getrokken en beweegt zich er dan doorheen, zoals een surfer onder een golf duikt om de inslaande kracht te ontwijken. Als extra bewijs van betrouwbaarheid wil het bedrijf binnenkort een Wave Glider dwars door een orkaan loodsen. Quentin Hardy

© John Hersey


cartoons 360 selecteert cartoons van tekenaars wereldwijd

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 59


gerecenseerd 360 kiest een aantal door de buitenlandse pers beschreven concerten, voorstellingen, nieuwe boeken, films en exposities die naar België of Nederland komen.

HET KOMT GOED

Documentaire over techniekprofeet De Balie in Amsterdam start een documentairereeks Dangerous Minds met portretten van controversiële geesten. Op 12 januari een film over uitvinder en prognosticator Ray Kurzweil, die het belang van technologie in ons leven propageert. Janet Maslin schrijft in The New York Times: ‘Kurzweil voorspelt dat wij spoedig de versmelting van mens en techniek zullen meemaken, met als gevolg een enorme sprong voorwaarts in intelligentie. We zullen onze veroudering kunnen stoppen, we zullen een factor triljoen slimmer worden. We zullen zo slim zijn dat we begrijpen waar Kurzweil het over heeft.’ Ter voorbereiding leze men Kurzweil’s boek The Singularity Is Near. Singularity is zijn term voor de symbiose van genetica, nanotechnologie en robotica die zo grensverleggend zal zijn voor onze mogelijkheden. Maslin noemt het boek ‘betoverend in reikwijdte en ambitie’.

LITERATUUR ALS WERELDBEELD Zijn laatste roman Oil on Water, over de verwoesting van de Nigerdelta, werd door Rachel Aspden in The Guardian vergeleken met Joseph Conrad’s meesterwerk Heart of Darkness. Dat overkomt ieder boek waarin een bootje stroomopwaarts de jungle in vaart op zoek naar een verdwenen westerling, maar in Habila’s geval pakt de vergelijking goed uit. ‘In Habila’s krachtige, voldragen roman symboliseert de milieuschade het politieke en sociale verval’. Habila, geboren in Nigeria en vroeger journalist in Lagos, weet waarover hij spreekt. Helion Habila (woonachtig in de VS) houdt op 19 januari de openingslezing van het Winternachten-festival in Den Haag, onder de titel Literature as a Way of Seeing

ZEER SWINGEND

Hymne aan culturele diversiteit Dit reizende feest uit Barcelona speelt de winterkou weg. ‘Houdt u van Manu Chao of Radio Bamba, dan houdt u zeker van La Pegatina. Een beetje punk, veel world, een snufje flamenco in combinatie met de cajon (een akoestische doos uit Andalusië), zie daar een even explosieve en kosmopolitische als zonnige cocktail van energie en optimisme’ schrijft de Franse krant l’Independant. De recensent, die La Pegatina in uitbundigheid lijkt te willen evenaren, concludeert dat de zevenkoppige groep ‘een hymne brengt aan de culturele diversiteit, aan samen delen en aan het feest.’ In diverse zalen van Groningen tot de Randstad.

Roeiend door de boekenkast Dezer dagen verschijnt bij uitgeverij Prometheus de vertaling van het nieuwste boek van Paul Theroux, Tao of Travel

© HH

pagina 60 nr. 04 7 tot 21 januari 2012

Paul Theroux is de beroemdste reis-schrijver van dit moment, al ziet hij zichzelf liever als een schrijver die reist. Zijn boek is de weerslag van een halve eeuw reizen en al reizend lezen. Zowel in het reizen als in het lezen heeft Theroux zijn eigen voorkeuren. ‘Luxe is de vijand van de observatie’ citeert The Globe and Mail instemmend Theroux’ verklaring waarom hij het liefst per fiets, zeilboot of te voet reist. Recensent Charles Wilkins kan het weten want, zo voegt hij eraan toe, hij is zelf net terug van een fantastische, 53-daagse oversteek van de Atlantische Oceaan per roeiboot. Ook in wat hij leest gaat Paul Theroux ver buiten het gebaande pad. De ongeveer driehonderd titels in het register zijn niet makkelijk te vinden. ‘De boeken waar ik

van houd zijn onbekend, ik zou willen dat het anders was’ zei de schrijver thuis in Hawaï tegen de website Truthout.org. Charles Wilkins noemt Theroux een kannibaal, in de zin dat de Tao grotendeels is opgebouwd uit citaten uit en samenvattingen van het werk van die andere schrijvers. Wilkins staat stil bij Theroux’ advies om vooral alleen te reizen (Wilkins zelf zat tijdens zijn oversteek van de oceaan met vijftien anderen ‘in een cabine ter grootte van een Volkswagenbusje’, als hij niet aan het roeien was). Vergoeilijkend (want Theroux is god voor de belezen roeibootreiziger) wijst Wilkins op de tegenstrijdigheid dat een van de ontroerendste passages die is waarin Theroux beschrijft hoe hij met zijn gezin op vakantie is in Kenia.


gerecenseerd

Met open blik naar Rusland Alles thuislaten behalve je nieuwsgierigheid en een klein briefje, en dan op de Trans-Siberië Expres stappen

Ou Menya – © Bieke de Poorter

De Belgische fotografe Bieke Depoorter is het jongste lid van het zeer gerespecteerde fotografen-collectief Tendance Floue. De veertien aangesloten fotografen hebben elk hun eigen stijl (van architectuurfotografie tot reportage) maar doen samen avontuurlijke projecten. Bijvoorbeeld met z’n allen naar een vreemd land gaan en daar in recordtijd een tijdschrift maken en uitgeven. ‘Het collectief herkent zich meer in een gemeenschappelijke ethiek dan een esthetiek. Ze delen een voorkeur voor engagement, maar nemen steeds meer afstand van de klassieke reportagevorm’ schrijft Le Monde naar aanleiding van het twintigjarig bestaan van Tendance Floue in 2011. Bieke Depoorter (1986) nam drie keer de Trans-Siberië Expres en fotografeerde de Russische families die haar zomaar onderdak gaven. Ze spreekt geen woord Russisch maar overhandigde een briefje met daarop de tekst: ‘Ik zoek een slaapplaats, weet u iemand die een bed of een bank heeft? Ik heb verder niks nodig, en ik heb een slaapzak. Ik wil niet in een hotel omdat ik weinig geld heb en omdat ik wil zien hoe de mensen leven in Rusland. Dank u.’ Ze blijft zelden langer dan één nacht op dezelfde plek. Vaak slaapt ze op de bank, waardoor ze midden in de dynamiek van het gezinsleven terechtkomt en wordt opgenomen in de familie. Tot 29 januari nog te zien in de Kunsthal in Rotterdam.

Vraag het aan een vrouw Britse technici wilden niet meewerken, Meryl Streep wel Meryl Streep is nu 62. Maar de Amerikaanse Vogue zet haar komende maand op de cover, een record. De rimpels die Streep hielpen in de huid van Margaret Thatcher te kruipen voor haar rol in The Iron Lady kwamen van de grime. Met die rimpels op over straat schuifelend voor de rol van Thatcher leerde Streep een harde les: ‘Er bestaat geen minderwaardiger figuur in het straatbeeld dan de oude vrouw,’ zei ze tegen de Los Angeles Times, zozeer voelde ze zich genegeerd door de mensen om haar heen. ‘Ik probeerde oogcontact te maken, mensen aan te kijken, maar ze wendden hun blik af. Het was interessant om mee te maken. Ouderdom staat voor alles wat verachtelijk is.’ Het filmscript voor The Iron Lady is gebaseerd op het boek A Swim-On Part in the Goldfish Bowl van Thatcher’s enigszins tragische dochter Carol. Nooit onder moeders vleugels uitgekomen, en verguisd nadat ze diens dementie in het boek had beschreven. Dat daar nu een film van komt waar Thatcher - inmiddels 86 en zowel geestelijk als lichamelijk verzwakt - zich niet meer tegen kan verdedigen, leidt in Engeland tot gemopper. De Daily Mail noemde de film ‘beschamend’ en voert nu campagne tegen de ‘Merylmania’.Tot vreugde van deze Britse krant is ook The New Yorker niet erg te spreken over de film: ‘Een slecht doordachte combinatie van verheerlijking en kwaadsprekerij’. Streep verdedigt zich in de Los Angeles Times tegen de klacht dat ‘Maggie’ of ‘Granny’ zoals Thatcher nog vaak wordt genoemd, zich niet kan verdedigen: ‘Verdedigen tegen wat? Dat iemand een beetje van zichzelf verliest als op je oude dag het leven je door de vingers begint te glippen? (…) Nee, in alle eerlijkheid: zo is het leven.’ Het bleek niet makkelijk om een Engelse crew samen te stellen voor de film, vertelt regisseur Phyllida Lloyd in hetzelfde stuk. ‘Technici die ik vroeg voor deze film kwamen naar me toe en zeiden dat ze het moeilijk vonden. "We hebben al geld bij elkaar gelegd voor een kratje bier op de dag dat Thatcher het loodje legt”.'

7 tot 21 januari 2012 nr. 04 pagina 61


media Een selectie uit de buitenlandberichtgeving van de VPRO op televisie, radio en internet.

LANDROOF Niet alle blanke boeren in Zimbabwe ondergaan de landonteigeningen gelaten In 2000 startte president Robert Mugabe in Zimbabwe een grootschalig landhervormingsproject. Het was de bedoeling dat de grond die in handen was van blanken weer ‘teruggegeven’ werd aan de zwarte bevolking. De meeste blanke boeren legden zich neer bij deze onteigeningen – want daar kwam het op neer. Het land werd oneerlijk verdeeld onder de zwarte bevolking; alleen Mugabe’s handlangers kregen de boerderijen en de landbouwgrond in handen, meestal zonder de benodigde kennis en ervaring om het te kunnen beheren en bewerken. De 74-jarige blanke boer Michael Campbell en zijn schoonzoon beschuldigden Mugabe van racisme en daagden hem voor een internationale rechter in Namibië. Daardoor werden de bedreigingen aan hun adres steeds ernstiger, en ook hun personeel en familieleden kregen te maken met intimidatie. Bevriende boeren werden met geweld uit hun huizen gezet. Campbell en Freeth moesten voor hun leven vrezen. De beklemmende documentaire Mugabe en de blanke Afrikaan wordt in herhaling uitgezonden. Hugo Hoes

VPRO Import Woensdag 11 januari, Nederland 2, 23.00-0.30 uur

Rusland verkennen Bekende Vlamingen met een persoonlijke én professionele interesse voor Rusland In Rusland voor beginners worden tien Vlamingen op pad gestuurd om te kijken hoe hun vakgebied eraan toe is in Rusland. Ze krijgen hulp van een gastvrouw, de uit Rusland afkomstige Lena De Winne. ‘In elke aflevering nemen we één Bekende Vlaming, expert in zijn vakgebied, mee om zijn Russische collega’s te ontmoeten,’ vertelt producent Dimitri Was: ‘Experts in België, beginners in Rusland.’ Een vereiste voor de deelnemende Bekende Vlamingen was een ‘persoonlijke en professionele’ interesse voor Rusland. En ze moesten de laatste twintig jaar Rusland niet bezocht hebben. De in Nederland bekendste Ruslandverkenner in deze serie is waarschijnlijk Bent van Looy, zanger van popgroep Das Pop, die de Russische kunst- en muziekscene onder de loep neemt. Andere deelnemers zijn onder anderen actrice en schrijfster Pascale Platel, die zich over het Russische entertainment buigt, radiodj Kirsten Lemaire (over de

jongerencultuur), filosoof en zelfverklaard ‘spiritueel atheïst’ Jean Paul van Bendegem (over religie en etniciteit in Rusland) en judoka Ingrid Berghmans, over sport. Naast bekende journalisten doen ook nog een Europarlementariër en een politicoloog mee. Het is natuurlijk de bedoeling dat de serie een beeld oproept van Rusland dat verder gaat dan de bekende vooroordelen en clichés: de wodka, de balalaika, de bureaucratie, de maffia. Over de politieke situatie in Rusland praat journaliste Annelies Beck met oppositieleiders en met collega’s en familieleden van de vermoorde journaliste Anna Politkovskaja, Producent Was was verrast over de vrijheid van meningsuiting. Bij een rustig verlopende betoging tegen Poetin vlakbij het Kremlin werd niemand neergeschoten of gearresteerd, zoals velen zouden denken. En in de schrijvende pers blijkt ook meer mogelijk dan op het eerste gezicht lijkt.’ Sietse Meijer

Rusland voor beginners Vrijdag 13 januari, Canvas, 21.05-22.00 uur

Het zuiden roept Zwerven langs droomplekken in de Provence, waar de zon altijd schijnt Op de grens van twee seizoenen sneeuwballen gooien tussen kale fruitbomen in de Provençaalse Drôme, dat verandert iets in de francofiele geest. Want is de Provence niet dat mythische Altijdzomerland van de geurig bloeiende lavendelvelden, goede rosé, Pagnol, olijfboomgaarden? Tuurlijk. Maar er is een andere Provence, onvermoed, niet gezien door de zomerverblijver. De Provence van het najaarsgrijs, desolaat in de heuvels, op de plateaus, de kronkelweggetjes. Voor sommigen is de natuur dan weer wat Jean Giono (1895-1970), ultieme Provence-literator en -chroniqueur, ‘vijandig’ noemde. Vijandigheid van een binnensluipende, confronterende verlatenheid. Dan is de Provence weer, voor even, van zichzelf en zijn bewoners. In de eerste reportage van de nieuwe Arte-serie Belle France, een zwerftocht door Frankrijk in tien afleveringen, is de

winter slechts een zucht achter de zinderende einder. Met een neus voor prachtlocaties en verhalen trekken de makers langs individualisten die met zin voor historie, terroir en kwaliteitsleven over ‘hun’ Provence vertellen. Zo zijn er Marie en François, die nabij de beruchte wielrennersgesel Mont Ventoux saffraan telen. En de Nederlandse 2CV-afficionadi Mark en Nicole die hun liefde voor de Eend in de vorm van een autoverhuurbedrijfje goten. Tussen en tijdens de ontmoetingen op het zuiderspoor is er altijd dat adembenemende landschap. Want de Provence is schoonheid in grote diversiteit en veelvoud. Ieder jaargetijde opnieuw. En route! Oliver Kerkdijk

Belle France – Die Provence Maandag 16 januari, Arte, 19.30-20.15 uur

agenda Sicily unpacked

Vranckx

Reportageserie over Sicilië, afl. 1

Kreeftduikers in Honduras doen

I love democracy – Tunesien

Notre camarade Tito

Documentaire over de Arabische

Weltreisen: Durch den Dschungel bis ins All

Vrijdag 6 januari

gevaarlijk werk

BBC 2, 22.00-23.00 uur

Zaterdag 7 januari

Lente, die begon in Tunesië

Reis door Frans-Guyana

Canvas, 20.20-20.50 uur

naar het oude Joegoslavië

Dinsdag 10 januari

Zaterdag 14 januari

Maandag 16 januari

Arte, 22.05-23.35 uur

ARD, 16.00-16.30 uur

Canvas, 23.45-0.40 uur

Documentaire over nostalgie

uitzenddata en uitzendtijdstippen onder voorbehoud

pagina 62 nr. 04 7 tot 21 januari 2012


N. Huber, Directievoorzitter Boon Edam Toegangstechnologie

Zien wat Nederland groter maakt

Internationaal zakendoen zit ons in Nederland in het bloed. Het is onderdeel van ons DNA. Onze kracht. Al eeuwen. Met onze voeten stevig in de vochtige klei verleggen we onze grenzen naar nieuwe markten. Maken we ons kleine land zo steeds een stukje groter. Er is een bank die de internationale uitdagingen van ondernemingen als BoonEdam heel goed begrijpt. Doorziet en doorvoelt. Noem het een ondernemend hart. Dat is onze kracht. En die delen we graag. Laat u inspireren door ondernemers als Niels Huber op ING.nl/commercialbanking

ING4399_BoonEdam_265x350.indd 1

20-12-11 14:13



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.