1 minute read
Mechanische onkruidbestrijding in cichorei
by Agrifirm
De onkruidbestrijding in cichorei vergt door de trage ontwikkeling van het gewas meer aandacht. Omdat chemische middelen steeds meer ter discussie staan, kiezen telers vaker voor mechanische onkruidbestrijding. Cichoreiteler Bas Jansen kocht afgelopen winter een schoffelmachine, die hij inmiddels in gebruik heeft genomen. Hij en Agrifirm-adviseur Teun van de Wassenberg delen hun ervaringen.
In Nederland wordt cichorei geteeld op zo’n 5.200 hectare. Onkruid kan het gewas flink hinderen. Dat merkt ook teler Bas Jansen in het Brabantse Dongen, die naast industriegroente en bladgewassen als spinazie ook 11 hectare cichorei teelt. “Het middelenpakket voor onkruid in cichorei wordt steeds beperkter en handwerk is te duur. Daarom heb ik afgelopen winter een 12-rijige Einböck-schoffelmachine aangeschaft.”
Chemisch én mechanisch
Jansen heeft de machine nu drie keer ingezet in de cichorei. “Ik zet de machine in na het gebruik van chemie. Het lukt nu gewoon nog niet om 100 procent onkruid te verwijderen en ik denk dat dat ook niet haalbaar is. Ik verwacht dat ik een paar jaar nodig heb om de optimale toepassing te vinden en dan tot 95 procent kan komen. We hebben dan alleen voor de laatste 5 procent nog chemische bestrijding nodig. Chemisch starten en vervolgens mechanisch het grotere onkruid aanpakken, in plaats van een bespuiting, is voor mij de juiste weg.”
Samenspel
“Je wilt het gewas zo min mogelijk pesten, maar zonder chemie gaat dat nooit helemaal lukken”, onderschrijft ook Teun van de Wassenberg. Hij is voor cichoreiverwerker Sensus agent in Brabant en Limburg. Daarnaast helpt hij als specialist akkerbouw voor Agrifirm telers met hun gewasbeschermingsaanpak. Ook Jansen voorzag hij van advies over de juiste manier van aanaarden, chemie en bodemherbiciden inzetten en de momenten om te schoffelen. De toekomst wordt een samenspel tussen chemische en mechanische onkruidbestrijding, verwacht ook Van de Wassenberg. Bovendien is het verlagen van de onkruiddruk meer dan alleen bestrijden. “De basis moet goed zijn”, vindt Van de Wassenberg. “Hoe sneller het gewas opkomt, hoe beter het is. Naderhand kun je daar immers niets meer corrigeren.”