6 minute read
Ondernemend afbouwen of anders boeren?
by Agrifirm
Ondernemen is altijd bewegen. De omgeving verandert, je verandert zelf; dat vraagt om voortdurende bijstelling. Maar soms kan die bijstelling drastische vormen aannemen. Dan rijst de vraag: ga ik het over een andere boeg gooien of ga ik mijn bedrijf beëindigen? Een ingrijpend proces dat vraagt om een goede begeleiding. Dat altijd begint met de vraag: wat wil je zelf?
Stoppen of veranderen: het is van alle tijden. Maar de vraag rondom het toekomstperspectief van je bedrijf is nu wel urgenter geworden. Strengere milieueisen, druk op dieraantallen en middelengebruik, veranderende voedselketens, vergrijzing, aangescherpte wet- en regelgeving: soms lijkt het wel alsof het allemaal als een lawine op je af komt als agrarisch ondernemer. “Er is een gevecht om de ruimte gaande in Nederland”, zegt Sieto van Houten, al jaren ondernemerscoach bij Exlan Advies. “Ruimte die boeren hebben, dus dat kan kansen bieden”, vult hij aan. Dat laat onverlet dat die druk op de ruimte en alles wat daarbij komt kijken lastig is voor ondernemers. “Wat wij willen is de drempel verlagen voor boeren om het over de toekomst van hun bedrijf te hebben”, aldus Arwen Nelissen, sinds een aantal maanden als ondernemerscoach verbonden aan Exlan Advies. Daarvoor werkte ze 14 jaar bij lokale Rabobanken, waarbij ze de laatste jaren veel heeft gewerkt met agrarische ondernemers die hun bedrijf beëindigen.
Stoppen is geen falen, maar een keuze
Beide ondernemerscoaches merken dat praten over de toekomst van het bedrijf nog steeds niet iets vanzelfsprekends is. Al is de drempel lager dan vroeger, deze is er nog wel. Nelissen: “Ik kan mij voorstellen dat het als erfbetreder daarom ook best gevoelig is om hierover te beginnen. Maar als je het vanuit oprechte interesse doet en er echt de tijd voor neemt, waardeert de ondernemer dat altijd.” Het gesprek aangaan gebeurt op verschillende manieren. Van Houten: “Het kan zijn dat iemand aanklopt voor de aankoop van fosfaat. Als in de loop van het gesprek blijkt dat er geen opvolger is, dan kantelt het gesprek naar de vraag: maar wat wil je eigenlijk met je bedrijf? Waar wil je staan over een aantal jaar?”
Wat wil je zelf?
Beide ondernemerscoaches onderkennen het belang van die eerste vraag aan de ondernemer: wat wil je zelf? “Vertrekpunt is altijd de wens, het doel, de droom van de ondernemer”, stelt Nelissen. Waarbij ze benadrukt dat het belangrijk is daar echt de tijd voor te nemen, en het gezin, de familie daarbij te betrekken. Voordat er verdere stappen gezet worden, móet er een eenduidig toekomstbeeld op tafel liggen, is ook de overtuiging van Van Houten. Hij vertelt dat dit kan betekenen dat er, als er bijvoorbeeld twee broers in het spel zijn, twee visies en twee plannen ontstaan en de wegen van beide broers bedrijfsmatig scheiden. Het vaststellen en -leggen van één visie vraagt veel en is soms confronterend. “Maar je komt er altijd uit”, is de ervaring van Nelissen. Waarbij ze vaak de vraag op tafel legt: Moet je door of mag je door? “Vaak is het antwoord: je mag door. Dan is er dus een vrije keuze, dat geeft lucht en ruimte om te kijken naar de échte onderliggende wensen en dromen.” Waar ze aan toevoegt dat als er sprake is van een contract of financiële verplichtingen, er (nog) geen keuze is.
Het roer om of stoppen
De uitkomst van het gesprek over die zo belangrijke eerste vraag wat wil je zelf, kan zijn: ik stop of ik gooi het roer om. Wat de richting ook is, het gaat erom die wens, dat toekomstbeeld mogelijk te maken. Financieel, fiscaal, juridisch en qua ruimtelijke ordening. Met als essentie: hoe houden we in het proces zoveel mogelijk financiële middelen over om de gedefinieerde wens van de ondernemer te realiseren. Van Houten: “Dat kan ook betekenen geld vrijmaken voor (een van) de kinderen die straks klaar zijn met hun studie en wie de ondernemer wil helpen met de aankoop van zijn of haar eerste huis, wat momenteel heel erg lastig is.” Daarom werken de ondernemerscoaches van Exlan Advies vaak nauw samen met externe partijen, zoals de accountant van de ondernemer. Zo ook met Peter Rondeel, relatiemanager bij Alfa accountants & adviseurs in de Achterhoek. Hij beaamt dat de nadruk van zijn gesprekken met ondernemers toch vaak op het financiële deel ligt. “Volkomen logisch”, aldus de accountant. “Want uiteindelijk moet de schoorsteen roken. Wij moeten samen met de ondernemer een plan maken, dat het mogelijk maakt te leven zoals hij of zij dat wil.” Rondeel is in dat opzicht kritisch op plannen waarbij het roer om gaat. Hij haalt daarbij een uitspraak aan, die vaak opduikt onder boeren: ‘Ik wil wel groen doen, maar dat kan niet als ik rood sta.’ “Dat de landbouw zich na de oorlog heeft ontwikkeld tot waar we nu staan heeft een reden. Alleen al om de inflatie het hoofd te bieden, is een zekere groei nodig. Is specialisatie en intensivering soms noodzakelijk. Maar ik zie gelukkig ook voldoende goede ontwikkelingen en plannen.” Waarmee Rondeel maar wil zeggen dat er zeker kansen zijn, maar hij de ondernemer wel scherp wil houden op de verdiencapaciteit.
Vervlechten van vier thema’s
De kunst van het proces is om de vier genoemde thema’s – financieel, fiscaal, juridisch en ruimtelijke ordening – te vervlechten. Het is de combinatie van deze vier die zorgt voor een degelijk toekomstplan op maat gesneden voor elke ondernemer. Daarbij kan het nodig zijn specialisten erbij te halen. Zo maakt Exlan Advies bijvoorbeeld een zogenoemde Locatie-SCAN om de uitdagingen wat betreft ruimtelijke ordening in beeld te brengen. Zo’n scan brengt de huidige situatie in beeld: wat is het bestemmingsplan, welke randvoorwaarden zijn er vanuit gemeente en provincie? Van Houten: “Door de uitkomsten van de scan naast de wens van de ondernemer te leggen, krijgt de ondernemer een goed beeld wat de mogelijkheden zijn. Dat gaat niet alleen over gebouwen. Stel dat iemand met een nevenactiviteit zou willen beginnen, dan wordt dat ook onderzocht.” Bij de juridische component kan het gaan over de vraag wat er moet gebeuren om het bestemmingsplan te wijzigen. Bijvoorbeeld als er een horecapoot onder het bedrijf geschoven wordt. Of over de vraag welke ondernemingsvorm het meest passend is. De financiële en fiscale componenten zijn meestal nauw met elkaar verbonden. Moet ik afrekenen met de fiscus bij bepaalde onderdelen van mijn toekomstplannen? Hoe kan ik dat het beste, lees financieel het meest gunstig, doen?
Kansen geven nieuwe energie
“Of het nu stoppen is of anders boeren, het gaat erom dat je als ondernemer weer kansen ziet”, besluit Rondeel. “Stoppen is ook een kans; het biedt immers weer nieuwe mogelijkheden.” Dat beaamt ook Nelissen: “Het mooie van ondernemerschap is dat je bijna altijd een vrije keuze hebt, ook al voelt dat misschien niet altijd zo. Als je een keuze hebt gemaakt krijg je weer energie. Wij willen ondernemers graag helpen die energie te ontsluiten. Als dat lukt is dat echt geweldig!”
agrifirm.nl/exlan