13 minute read

Wie kent dit model

ONBEKEND MINIATUUR COPYCAT MODELS

1

Advertisement

Vorig jaar hebben we een paar keer geschreven over de modellen van ‘Copycat’. Om het geheugen even op te frissen: Wiggele Bosma is verzamelaar van de landbouwmodellen van Dinky Toys en kocht in 2013 op de beurs in Zwolle een Field Marshall van het merk Copycat models uit Engeland. De Engelse handelaar vertelde hem dat deze fi rma in de jaren tachtig modellen namaakte van o.a. Dinky Toys. Op internet is nauwelijks informatie te vinden, op eBay vind je een enkel race-automodelletje van dit merk, maar meer ook niet. Alleen Bert van Loon mailde dat hij eens een model gekocht had, maar ook niets wist over de historie.

EMIEL VAN LOON

FOTO’S: COLIN PENN, WIGGELE BOSMA, TIM SCHOLTEN MET SPECIALE DANK AAN: WIGGELE BOSMA EN COLIN PENN Even leek het er op dat we het hier bij moesten laten, totdat Wiggele zelf besloot op onderzoek te gaan en in contact kwam met Colin Penn, eigenaar van Copycat models in de jaren 1983 - 2003. Dichter bij de bron kan je niet komen, dus tijd om het verhaal over deze fabrikant uit de doeken te doen! In de sporadische bronnen op internet wordt de naam Copycat models wel in verband gebracht met de naam ‘Varney’ en die naam zie je ook terug op de doosjes waarin de modellen zaten. Hiermee begint de geschiedenis van het merk, want ‘Copycat models’ was het geesteskind van Jim Varney die in de jaren ’70 van de vorige eeuw een serie openbaar vervoer bussen als kit op de markt bracht. Dit was een hele uitgebreide collectie die in de tijd gezien de eerste door paarden getrokken koetsen tot moderne diesel-aangedreven bussen afdekte en geografi sch gezien zowel bussen uit Londen als Parijs. De serie heette ‘Transport replicas’ en de modellen waren zeer nauwkeurig nagemaakt. Jim stak hiervoor veel tijd in research. Jim Varney had een passie voor allerlei vormen van transport en vanuit die interesse had hij in de vroege jaren ’70 een uitgebreide collectie Dinky Toys. Daarin zat ook de onder kenners veel gezochte en moeilijk te vinden Fordson trekker van voor de Tweede Wereldoorlog. Dit modelletje bestond voornamelijk uit lood met wielen van zamac (een zinklegering) en de ellende was dat die metalen op elkaar inwerkten. Niet veel modellen hebben dit overleefd en omdat veel Dinky verzamelaars daardoor een lege plek in hun verzameling hadden, besloot Jim om dit model te reproduceren. Maar dan wel op zijn manier en dus een stuk verbeterd, want zijn versie had wel de juiste Fordson radiateur in tegenstelling tot de grille van de Dinky uitvoering. Voilà, het eerste Copycat model was daar!

5 6

Jim was ondernemer, maar zakelijk gezien had hij het geluk niet vaak aan zijn zijde. De kitjes van bussen die hij produceerde, werden van de markt gevaagd door de kant en klare modellen van Corgi, EFE en andere merken. Die kon je zo kopen, hoefde je niet zelf in elkaar te zetten en leken ook nog eens goed. Uiteindelijk verkocht hij zijn bedrijf. Vanaf hier duikt Colin Penn op in het verhaal. Hij was handelaar in modelletjes en samen met Martin Jewel -ook een handelaar- bezocht hij in die tijd talloze stoomfestivals en oldtimershows in Engeland. Ze hadden dan hun handel bij zich en het viel hen op dat ze de modeltractoren altijd zó verkocht hadden. En ze konden er nog meer verkopen, als ze de modellen maar hadden. Toen ze eens lieten vallen dat het zo jammer was dat Jim Varney de Fordson niet meer maakte, ging er een lichtje branden. Als ze Jim eens vroegen? Jim bleek gelukkig de mallen van de Fordson niet verkocht te hebben en had wel interesse om een nieuwe batch Fordsons te gieten, die Colin en Martin dan namens hem zouden verkopen. De deal was gemaakt en al snel meldden Colin en Martin zich opnieuw voor een tweede, maar nu grotere batch. Vele batches later zag Jim het lot nu wél eens aan zijde en hij opVele batches later zag Jim het lot nu wél eens aan zijde en hij opperde dat hij ook andere modellen kon gaan produceren, met perde dat hij ook andere modellen kon gaan produceren, met Colin Penn als alleen-verkoper. Het bleven overigens wel verbeColin Penn als alleen-verkoper. Het bleven overigens wel verbeterde kopieën van bestaande modellen. Het tweede model dat verscheen was een ijsverkoopwagen en daarna een wat vreemd model van een tandemfi ets met zijspan.

De originelen waren altijd toegeschreven aan de fi rma Morestone, maar zijn gemaakt door Agasee and Brooks. De Copycat versies verkochten overigens als de bekende warme broodjes en dat gold ook voor modellen nr 4, 5 en 6; allen automodellen die we hier verder niet zullen bespreken, omdat Agritoy het graag bij landbouwminiaturen houdt.

Modelnummer 7 is wel weer interessant, want dat is een kopie van de Dinky Toys Field Marshall die Wiggele tegen het lijf liep. Van dit model zijn vanaf 1978 enkele honderden exemplaren gemaakt in oranje of groene kleurstelling met grijze wielen op rubberen banden. De groene is ouder dan de oranje uitvoering. rubberen banden. De groene is ouder dan de oranje uitvoering.

8

1. Ook als je alleen maar tractorminiaturen verzamelt, blijft dit soort nostalgische modelletjes gewoon schitterend.

Dit zijn kopieën van Crescent, gemaakt door Copycat rond 1980. 2. Onder verzamelaars was de Dinky Fordson een zeer gezocht model, waarvan er door de materiaalkeuze maar weinig zijn overgebleven. De geschiedenis van Copycat begint met deze -verbeterde- kopie van het Dinky Toys model. 3. Jim Varney was de grondlegger van Copycat models en dat verklaart ‘By Varney’ op het doosje van het Fordson modelletje 4. De Fordson is het eerste model geproduceerd door Copycat, zoals het doosje ook vermeldt 5. Een vergelijk met de moderne, supergedetailleerde modelletjes is natuurlijk onzinnig; deze modellen hebben hun eigen charme 6. Onlangs vond Wiggele Bosma nog een vroege versie van de

Fordson in deze handgeschilderde kleurstelling 7. Het is een ‘echt’ Varney model 8. Copycats zijn handgemaakt en je kan dus verschillende versies tegenkomen, zoals deze met cabine

9 10

11

12

Field Marshall modellen uit de eerste mal verdienen wat extra aandacht, want ze hadden een zwakke vooras. Voor de liefhebbers zullen we maar zeggen, zeker omdat er maar zo’n 20 exemplaren (allemaal groen) uit deze mal gehaald zijn. Met deze, uit één stuk bestaande mal was het gieten erg lastig en dat werd opgelost door de mal te splitsen. Modellen uit de tweede mal zijn daarom te herkennen aan een giet-braam horizontaal van de trekhaak naar de onderkant van de grille. Die braam werd wel verwijderd, maar dat ging dan ten koste van enkele details. Enkele van de Field Marshall modellen zijn uitgegeven als bouwkit in een wit doosje. Zo’n exemplaar heeft Wiggele ook. De modellen werden aanvankelijk onder het Varney label uitgebracht, maar toen Colin de eigenaar werd liet hij nieuwe doosjes maken met het adres ‘21 Norfolk Close, London N13 6AN’ en telefoonummer ‘081-888-4485’ erop. Toen Colin vele jaren later zijn bedrijf verkocht, produceerde hij nog een batch van ca. 100 modellen voor de nieuwe eigenaar die ze in mat-oranje of matgroen verkocht in doosjes zonder adreslabels. We slaan enkele automodellen over en komen uit bij model We slaan enkele automodellen over en komen uit bij model nummer 14 uit 1981, een kopie van de Ferguson TE20 Tractor nummer 14 uit 1981, een kopie van de Ferguson TE20 Tractor van Charbens. Hier zijn er zo’n 700 van gemaakt in verschillende van Charbens. Hier zijn er zo’n 700 van gemaakt in verschillende varianten, waarvan nog een kleine batch -niet eens zo heel lang varianten, waarvan nog een kleine batch -niet eens zo heel lang geleden- in 2007 op de Spalding Tractor Show werd aangeboden. geleden- in 2007 op de Spalding Tractor Show werd aangeboden. Ondertussen zijn we in het midden van de jaren ‘80 beland, met voornamelijk automodellen. Eentje pikken we er toch even uit, want die heeft een link met Nederland. Modelnummer 19 is namelijk een kopie van de DAF Variomatic van Lion Car. Colin Penn heeft werkelijk nog steeds geen idee waarom Jim destijds voor dit model koos, want erg populair was de DAF niet, om het maar met wat Engels understatement te zeggen. De meeste van de ca. 50 geproduceerde modelletjes zijn -begrijpelijk- in ons land terecht gekomen. Colin weet er nog twee te staan: eentje in zijn vitrine en eentje in bezit van een dame die toen werkte op zijn kantoor. Ze kreeg het als verjaardagscadeau, omdat ze de echte auto ook had. Je begrijpt het, heb je er één van deze 50, wees er dan heel zuinig op.

Vanaf modelnummer 20 maakte Colin de keuzes voor een uit te brengen model en rond 1988 besloot Jim er helemaal mee te stoppen. Alle mallen, rechten, de merknaam en onverkochte modellen gingen over naar Colin. Copycat models komt in die jaren dan met ruim 20 automodellen, waar werkelijk juweeltjes tussen zitten, als je wat gevoel hebt voor nostalgie. Model nummer 44 uit 1994 is pas weer een tractor en wat voor één: een kopie van de zeldzame Märklin Lanz Bulldog.

15 14

Dit model was de keuze van Martin Jewel, die toestemming gaf om het model onder de Copycat naam te verkopen. Martin heeft er onder eigen naam ook een aantal gemaakt en verkocht maar dat zijn er maar een paar geweest. Colin bleef modellen produceren, voornamelijk auto’s waarbij hij in sommige gevallen de originele master-modellen had. Halverwege de jaren ’90 liep de belangstelling voor zijn modellen echter terug. Merken als Corgi en Vanguard lieten hun modellen ondertussen in China maken voor een fractie van de prijs en dan ook nog eens veel beter gedetailleerd. Daar kon Colin met zijn in kleine series gemaakte en handgeschilderde modellen niet tegen op. Hij ging verder als handelaar in kant-en-klare fabrieksmodellen. Even hield hij zijn 1/43 tractormodellen nog aan, omdat er in die schaal maar weinig op de markt was en verzamelaars er wel om vroegen. Maar met de komst van de 1/43 Ertl en later, Schuco modellen was ook dat snel bekeken.

In 2002 deed Colin Copycat models over aan Bob Pitkin die nog enige tijd is doorgegaan met de verkoop van de tractormodellen (onder andere op de Namac beurs in Houten), maar al een aantal jaren niets meer op de markt heeft gebracht. Inmiddels is ook Bob gestopt met het bedrijf. De laatste tractormodellen die Colin maakte waren een Fordson Super Major en een McCormick, beiden afgeleid van de Matchbox King Size modellen. Daar kwam nog een 1/43 bomentransportwagen bij voor achter de tractormodellen die echter toegeschreven kan worden aan Bob Pitikin. Er zijn er een paar van gemaakt begin van deze eeuw. Er zijn er een paar van gemaakt begin van deze eeuw. Ze hebben echter nooit een offi cieel Copycat modelnummer gekregen. Vanwege de hoge kosten voor het gebruikte metaal, de arbeidskosten voor het samenstellen, schoonmaken en (met de hand!) schilderen werden de modellen simpelweg te duur.

We vroegen ons nog wel af hoe Colin het rond wist te breien met de benodigde licenties voor zijn modellen. Het antwoord daarop was verrassend simpel: was gewoon geen issue. Veel fabrikanten bestonden niet eens meer of een kort telefoontje was genoeg. Zolang Colin zijn series beperkt hield, keken ze wel even de andere kant op bij het verschijnen van een nieuw model. Daar moet je tegenwoordig eens om komen.

9. Het tweede tractormodel was ook een Dinky kopie, ditmaal een

Field Marshall 10. De groene versies zijn het oudst 11. Latere versies zijn oranje 12. Copycat maakte ook deze kopie van een Nederlandse DAF coupe.

Het is een kopie van een Lion Car model. 13. De derde tractor die Copycat uitbracht was deze Ferguson en verscheen vanaf 1981. Het origineel is gemaakt door Charbens. 14. Latere uitgaves van Copycat verschenen in deze doosjes 15. Met een oplage van ca. 300 stuks is deze versie wellicht nog zeldzamer dan het Märklin origineel 16. Deze kopie van de Märklin Lanz Bulldog verscheen rond 1994

17

19 18

COPYCAT MODEL

ORIGINEEL JAAR EERSTE GESCHAT NUMMER VAN UITGIFTE AANTAL

1 Fordson tractor Dinky toys 1975 800 7 Field Marshall Dinky toys 1978 500 14 Ferguson tractor Charbens 1981 700 44 Lanz Bulldog Märklin 1994 300 53* Fordson Super Major Matchbox 2001 100 54* McCormick Matchbox 2001 100 55* Bomentransporter onbekend 2002 50

* Deze modellen hebben geen offi cieel nummer gekregen 20

Het is jammer dat voor bedrijfjes als Copycat er nu geen bestaansrecht meer is. Toch zijn de modellen voor de gespecialiseerde verzamelaar interessant, want uiteindelijk zijn er maar enkele honderden gemaakt, tegenover vele duizenden Dinky Toys en Corgi modellen. In de tabel bij dit artikel vind je de uitgebrachte aantallen, maar het is een schatting, want een precieze administratie is nooit bijgehouden. Van sommigen modellen weet Colin nog wel wie ze samengesteld en zelfs geschilderd heeft. Inmiddels is Colin met pensioen, maar nog steeds actief als hobby-modelbouwer. Wellicht kom je hem nog eens tegen in Houten. Eerder zijn delen van de Copycat geschiedenis gepubliceerd in het artikel ‘A history of White Metal Transport Modelling’ door Ray Strutt en David Wright in het blad Diecast Collector Magazine. Delen hieruit zijn met toestemming van Colin Penn overgenomen en aangevuld met zijn herinneringen. De redactie heeft zo zorgvuldig mogelijk bronnen geverifi eerd en rechthebbenden genoemd. Mocht desondanks informatie ontbreken, neem dan contact op met de redactie. 21

17. Het vijfde tractormodel was deze Fordson Super Major 18. Het origineel is een Matchbox model 19. Het zevende en laatste landbouwmodel van Copycat was deze bomentransporter die rond het jaar 2002 verscheen in schaal 1/43. De bomentransporter was bedoeld om te koppelen achter de Copycat tractormodellen. 20. Het laatste tractormodel dat onder Colin Penn werd gemaakt, was deze Matchbox kopie. De stickers geven een Massey-Ferguson aan, maar als je kijkt naar de casting dan is dit zeker geen

MF, maar een McCormick International B-250. Het blijkt een sample te zijn waarop de verkeerde decals zijn aangebracht. 21. Deze versie heeft wel de correcte decals. Het model staat overigens op de wielen die ook onder de Fordson Super Major voorkomen, dus kennelijk werden er nog wel eens onderdelen uitgewisseld.

This article is from: