4 minute read

Energiesector: in de ban van de transitie

Nederland moet aan de bak. Volgens het zogeheten Klimaatakkoord moet Nederland in 2030 55 procent minder CO2 uitstoten dan in 1990 en in 2050 zelfs 95 procent minder – nagenoeg emissievrij worden, met andere woorden. Zoals het er nu naar uitziet, daalt de broeikasgasuitstoot in Nederland wel, maar ‘slechts’ tot 50 procent in 2030 ten opzichte van 1990. (‘KEV 2022; Een klein stapje de goede kant op, maar snel aanvullend beleid nodig om klimaatdoelen te behalen.’, Energie-Nederland).

Advertisement

Er moet dus nog zwaarder worden ingezet op energiebesparing en vervanging van fossiele door niet-fossiele energie, voornamelijk wind- en zonne-energie (al worden waterstof en kernenergie nogal eens naar voren geschoven).

Blijvend hoge prijzen fossiele energie

De noodzaak tot deze energietransitie wordt versneld door de waarschijnlijk blijvend hoge prijzen van fossiele energie. De breed gevoelde behoefte om te ontsnappen aan onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen jaagt de snelheid van de energietransitie nog eens extra aan. Met name de afhankelijkheid van gas, nu de eigen gasvoorraden opraken. Een hele opdracht, aangezien gas goed is voor rond een derde van het totale energieverbruik (twee derde van alle Nederlanders verwarmt het huis met gas).

De energietranisitie gaat gepaard met ‘elektrificatie’: er wordt steeds meer elektriciteit verbruikt door ontwikkelingen als de opkomst van de elektrische auto, warmtepompen, elektrisch koken en de elektrificatie van de industrie. Die elektriciteit wordt in toenemende mate decentraal opgewekt en deels teruggeleverd aan het net – bijvoorbeeld van zonne- en windparken naar bedrijven en huishoudens. Er gaat meer stroom heen en weer via het net, met grotere pieken en dalen dan ooit. In 2022 kwam 40 procent van de totale elektriciteitsproductie volgens het CBS al uit hernieuwbare bronnen, een jaar eerder was dit 33 procent. (‘Aandeel hernieuwbare elektriciteit met 20 procent gestegen in 2022’, CBS).

Nieuw business model

Het heeft allemaal enorme gevolgen voor de energiesector, die jaaromzet maakt van een kleine 30 miljard (‘Feiten en Cijfers’, Energie-Nederland). Er zijn vele kansen voor producenten, die in toenemende mate hun business model omgooien en zich gaan richten op de levering van duurzame energie en bijbehorende producten (zonnepanelen, laadpalen, warmtepompen en batterijen voor de opslag van duurzaam opgewekte elektriciteit) –maar ook steeds meer op diensten: advies aan bedrijven en consumenten hoe ze energie kunnen besparen en verduurzamen en hoe ze dit het beste kunnen financieren.

Lastiger is het voor de netwerkbedrijven. Zij moeten initiatieven tot decentrale opwekking faciliteren en allerlei windmolens en zonnepanelen aansluiten. De druk op het elektriciteitsnet is enorm. In grote delen van Nederland is het stroomnet al vol - de zogenoemde ‘netcongestie’ - terwijl er op termijn twee tot drie keer zoveel capaciteit moet komen. Mogelijk dat sterkere batterijen wat verlichting brengen, evenals elektrische boilers en andere installaties die elektriciteit omzetten in warmte-energie. Deze warmte kan worden opgeslagen om bijvoorbeeld panden te verwarmen of in te zetten voor productieprocessen. (‘Energieopslag en energie-omzetting als oplossing voor netcongestie’, Rabobank).

Vele innovaties

Of het gaat lukken met de energietransitie is de vraag. Maar hoe dan ook worden er grote stappen gezet, en dit gaat gepaard met allerlei innovaties. Niet alleen van producten – denk aan de steeds krachtiger batterijen – maar ook van processen. Zo wordt veel verwacht van de digitalisering die een intelligenter en duurzamer energienetwerk mogelijk moet maken en leiden tot een ‘smart grid’ met gebruikers die stroom afnemen van en terug leveren aan het net.

Slimme apparaten, besturingssoftware en meters om het energiegebruik te beheren zorgen ervoor dat huishoudens hun energieverbruik in kaart kunnen brengen. Om apparaten te laten communiceren, kunnen deze worden verbonden in een netwerk. Het domotica-systeem dat dan ontstaat, is grotendeels zelfsturend. Slimme wasmachines, afwasmachines en boilers gaan op volle toeren draaien als stroomprijzen laag zijn en doen het rustig aan of worden uitgeschakeld bij hoge prijzen.

Daarnaast kan de gebruiker ook – desnoods automatisch – zijn eigen elektriciteit aan het netwerk leveren als hij er een goede ‘realtime prijs’ voor kan krijgen. Niet alleen elektriciteit die hij met zijn zonnepanelen heeft opgewekt, of betrokken heeft bij een windpark waarvan hij mede-eigenaar is, maar ook elektriciteit die hij tijdens daluren heeft opgeslagen in zijn elektrische auto – uitgerust met een batterij die als de auto niet rijdt een krachtig bron van energie voor allerlei toepassingen is. Gezamenlijk kunnen auto’s in een wijk gezamenlijk ooit wellicht fungeren als een elektriciteitscentrale.

Geld en snelheid

Snelheid is bij de energietransitie geboden. Geld is daarbij onmisbaar, zeker voor innovatie aanbieders van alternatieve energie, zegt Schellekens: “Bedrijven groeien hier hard en moeten deze groei ook financieren. Dit doet men vaak door leveranciers – onze polishouders – pas later te betalen. Dit wordt geaccepteerd zolang afnemer tijdig betaalt en blijft groeien. Maar niet zelden groeien dit soort bedrijven kapot.” Een alternatief voor leverancierskrediet is soms bankfinanciering. “Alleen gaat dat uiteraard tegen een hogere rente, wat extra lasten voor de ondernemer betekent.”

Als dat geen optie is, is het aantrekken van risicokapitaal een mogelijkheid. Zeker nu zich steeds meer investeerders op de sector richten.

NPM Capital, bijvoorbeeld, naar eigen zeggen ‘een investeringsmaatschappij die samen met onze participaties bouwt aan de bedrijven van de toekomst’. Waaronder bedrijven die gestalte moeten geven aan de energietransitie.

Zonne-energie favoriet

Zonne-energie lijkt favoriet: NPM heeft een meerderheidsbelang in Rooftop Energy, een Nederlandse ontwikkelaar en exploitant van zonnecentrales, die energieleveranciers Solaris Industria en Greenspread heeft overgenomen. Ook heeft NPM een meerderheidsbelang in Ealyze (een Nederlandse onderneming die smart energy meters installeert, beheert en onderhoudt) en in CT Energy (een Nederlandse onderneming die actief is op het gebied van innovatief energiebeheer).

Het Nederlands Energietransitiefonds van pensioenfonds ABP (ANET) is opgericht voor beleggingen in relatief kleine projecten en bedrijven die zich richten op (technologische) oplossingen voor de energietransitie. ANET kan in alle ontwikkelingsfasen van een bedrijf bijdragen aan de financiering, van startkapitaal tot beursgang. ANET belegt o.a. in slimme warmtenetten in een viertal grote Nederlandse gemeenten, het Nederlands bedrijf Net2Grid dat technologie levert aan bedrijven in de energiesector en klanten inzicht direct biedt hun actuele en toekomstige energieverbruik. Ook belegt ANET in een tiental startups, zoals Starke Energy, Bia Power en Soolutions, die met hun product, service of toepassing, oplossingen ontwikkelen voor de Nederlandse energietransitie met als doel deze bedrijven te ontwikkelen en op te schalen.

Ook vinden veel strategische overnames plaats. Zoals de overname van Energie in Huis, een Amsterdams bedrijf dat zich richt op de verduurzaming van bestaande woningen door energiebedrijf Eneco.

This article is from: