6 minute read
Werkgevers moeten beleid maken
ARBEIDSMARKT Door Ingrid Damen
‘Hoi lellebel’, appte een mannelijke planner aan Shirley*, zijn collega, tevens vrouwelijke chauffeur. Het was precies op het moment dat ze kennismaakte met het bedrijf. Het bleef niet bij één berichtje. Er volgden er meer en ze werden er niet beter op. Iemand die dit overkomt, moet het er niet bij laten zitten. “Dit is overduidelijk seksuele intimidatie”, reageert strategisch projectmanager José van Lieshout van het Sectorinstituut Transport en Logistiek (STL). En de werkgever moet er beleid op maken.
Werkgevers hebben de plicht om te zorgen voor een veilige werkplek voor medewerkers. Dat meldt het Burgerlijk Wetboek. Zij moeten seksuele intimidatie dan ook tegengaan. Het transportbedrijf waar Shirley* werkte, had dat niet helder op het netvlies. “Ik heb de directeur mijn ervaringen open en bloot verteld. Ook over de dickpicks die de collega wilde gaan appen. Hij reageerde geschokt”, vertelt ze. Een contract kreeg ze uiteindelijk niet. En de betreffende collega? Die kwam ermee weg.
STEEDS VAKER
Sinds de MeToo-beweging eind 2017 opkwam, melden steeds meer vrouwen, maar ook mannen, dat ze te maken hebben gehad met seksueel grensoverschrijdend gedrag. De Arbobalans 2018 onderschrijft dit. Ook in dit grootschalige onderzoek van Arboned, een van de leidende arbodiensten van het land, lezen we dat steeds meer Nederlanders op een of andere manier te maken krijgen met seksuele intimidatie op het werk. Bij 5,3 procent komt de intimidatie van externe relaties en bij 2,2 procent is het een collega. Het STL deed eveneens representatief onderzoek naar dit verschijnsel. Via de inzetbaarheidscheck blijkt dat 1,2 procent van de werknemers in de sector hiermee te maken hebben gehad. Meer dan 4.000 werknemers hebben hierover een vraag beantwoord. De daders zijn meestal collega’s, maar ook weggebruikers, hun leidinggevende of klanten of leveranciers maakten zich er schuldig aan. 53 procent van de werknemers in de sector weet wie de vertrouwenspersoon is binnen hun bedrijf.
TABOE DOORBREKEN
Chauffeur Shirley wil het taboe doorbreken rond seksuele intimidatie. Daarom nam ze contact op met de redactie om haar ervaringen te delen. Ze ambieert een carrière als internationaal chauffeur en hoopt dat de aandacht voor dit onderwerp tot gevolg zal hebben dat vrouwen gemakkelijker als chauffeur kunnen functioneren. Maar dan zonder dit soort hinderlijke gebeurtenissen. “Ik ben nu bang om het wéér mee te maken. Daarom informeer ik tegenwoordig of er bij een bedrijf meer vrouwen als chauffeur actief zijn. Ik wil niet de enige zijn.” Volgens het STL werken er nu zo’n 90.000 chauffeurs in de transportsector. Daarvan is 6 procent vrouw. Dat kan beter, vindt STL. Daarom doet de organisatie er alles aan om vrouwen te interesseren voor
het beroep van vrachtwagenchauffeur. Onder andere via een zogenoemde Ladies Night en door het uitvoeren van campagnes in media die specifiek zijn gericht op vrouwen, hoopt het instituut het tij te keren. Ook GirlsDay moet meer vrouwen trekken. Dat is een evenement dat goed wordt bezocht en tot doel heeft onder de vrouwelijke doelgroep te werven voor bepaalde beroepen. Maar verhalen waarin vrouwen vol trots vertellen wat het concreet inhoudt om vrachtwagenchauffeur te zijn, moeten leiden tot meer vrouwelijke chauffeurs. Tot slot adviseert het STL werkgevers over hun aanpak, zodat ze weten wat ze kunnen doen om vrouwen aan te trekken en te behouden.
OVERDUIDELIJK
Wat Shirley meemaakte, is overduidelijk een vorm van seksuele intimidatie, aldus José van Lieshout, strategisch projectmanager bij STL. “Dit is grensoverschrijdend gedrag en dat is zeer ongewenst. Wij stimuleren bedrijven in de sector om beleid te voeren tegen ongewenst gedrag en om ondersteuning te bieden aan mensen die dit overkomt. Benoem een vertrouwenspersoon
Goede voorlichting
Transportbedrijven moeten volgens STL goede voorlichting geven aan werknemers op de volgende terreinen: • Uitdragen dat ongewenst gedrag niet getolereerd wordt in een organisatie; • Wat je zelf kunt doen tegen het ongewenste gedrag; • Bij wie je terecht kunt als je er toch last van hebt. en stel een klachtenregeling samen. Maak glashelder wat gewenst en ongewenst gedrag binnen het bedrijf is. En tolereer ongewenst gedrag absoluut niet.” Zonder sancties komt dit niet goed, stelt Van Lieshout. “Het is uitermate belangrijk die te nemen. Begin bijvoorbeeld met een officiële waarschuwing. De mannen die dit soort dingen doen, moeten hun gedrag echt aanpassen. Maar daarvoor is het wel belangrijk een vrouw haar nek uitsteekt. Ze moet zich uitspreken, tegen de betreffende man zeggen dat ze dit niet wil en hem vragen ermee te stoppen. Meld het ook bij een vertrouwenspersoon, of als die er niet is, bij iemand anders in het bedrijf die ze vertrouwt. Praat er ook thuis of met vrienden over. Dat kan opluchten en die kunnen ondersteuning bieden.” In gesprek gaan dus, luidt het devies. Zo vatte ook Shirley moed en ze sprak de planner erop aan. “Ik heb face to face gezegd: het is niet oké, je moet ermee kappen.” Maar of het geholpen heeft, betwijfelt ze. Zij is weg en de planner werkt er nog.
EXCUUS AANBIEDEN
De vertrouwenspersoon is degene die de melder adviseert wat hij of zij in deze situatie kan doen om het gedrag te stoppen. De melder of de leidinggevende zal het gesprek aan moeten gaan met de medewerker die in de fout gaat. Warrig taalgebruik of vage beweringen zijn dan uit den boze. Van Lieshout: “Maak klip en klaar dat dit gedrag absoluut nooit meer mag gebeuren. En zorg dat ze het slachtoffer excuus moeten aanbieden. Geef ze vervolgens een officiële waarschuwing op papier mee. Als dit allemaal niet helpt, leg dan zwaardere sancties op. Vrouwen moeten zich veilig kunnen voelen in hun werk.”
Wat is seksuele intimidatie op het werk?
Seksuele intimidatie op het werk kan worden omschreven als elke vorm van seksuele toenadering, verzoeken om seksuele gunsten of ander seksueel getint verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag in de werkomgeving, die mensen als ongewenst ervaren. Dat staat op Arboportaal, een site van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Seksuele intimidatie kan zich voordoen in (een combinatie van) drie vormen: 1) Woorden (verbale intimidatie): Hier moet gedacht worden aan seksueel getinte opmerkingen, grappen, intieme vragen stellen of toespelingen; 2) Gebaren, gezichtsuitdrukking (non-verbaal): Bijvoorbeeld staren, seksueel gerichte gebaren of het tonen van seksueel getinte of pornografische afbeeldingen (ook via mail, WhatsApp of sms); 3) Direct lichamelijk contact (fysiek): Hieronder worden alle vormen bedoeld van ongewenst lichamelijk contact. Dit kan een arm om de schouder zijn, beetpakken, knijpen, zoenen, de weg versperren, aanranden of zelfs verkrachten. In iemands ‘comfortzone’ komen kan ook een vorm van fysieke seksuele intimidatie zijn.
Ook mannelijke collega’s kunnen hierin een rol vervullen. Ze kunnen een vrouwelijke collega mentaal steunen, als die gebukt gaat onder seksuele intimidatie. Ze kunnen haar laten weten het niet eens te zijn met hoe er met haar wordt omgegaan. Zelfs kunnen ze haar aanzetten er binnen het bedrijf melding van te maken. En ten slotte kunnen ze de intimiderende collega op zijn gedrag aanspreken, dit afkeuren en vragen ermee te stoppen.
* De naam van Shirley is om privacyredenen gefingeerd. Haar echte naam is bekend bij de redactie.
1. Foto ter illustratie. “Wij stimuleren bedrijven om beleid te voeren tegen ongewenst gedrag en ondersteuning te bieden aan mensen die dit overkomt”, aldus José van Lieshout van STL.