Om de hoek
De Schelde en de Leie in Gent DEEL 1
Wie van ons durft beweren dat hij onze twee waterlopen die hier in Gent samenvloeien, niet kent? Edoch misschien is de kennis eerder beperkt en zeker indien we er even de geschiedenis bijhalen. Jaren geleden, bij een opmerking tegen een niet-Gentenaar, over de moeilijke inbouw van een ondergronds netwerk voor openbaar vervoer, wegens de moerassige ondergrond, kreeg ik de wind pal frontaal van voren. Gent een moeras? Dat was toch totaal van de pot gerukt?
Op het plan hieronder is de Blandijnberg, de al vermelde getuigeheuvel, duidelijk op te merken, met een spie van het ZO naar NW.
het de verhoging van de Blandijnberg (met St Pieters) en de uitlopers tot voorbij de Zandberg toont.
De Leie kiest de Westkant van de heuvel, de Schelde de Oostkant. Op het plan valt op hoeveel meersen er aangegeven staan: lage weilanden en akkers die gemakkelijk overstromen. Probeer vooral niet te zoeken naar de plaats waar later ons begijnhof zal ontstaan.
De plannen zijn al heel moeilijk met elkaar te vergelijken. Op het tweede plan zijn twee waterlopen aangeduid met een naam die er lijkt op te wijzen dat ze deel uitmaken van het originele vaargeulplan van de Leie en de Schelde: de Nieuwe (voorbij de Ottogracht en naast het Sluizeken) en de OpperSchelde, langs de steile wand van de Blandijnberg. Een teleurstelling misschien, maar zo goed als zeker zijn beiden gegraven waterlopen…
Op de voorgevel van de vismijn aan het St Veerleplein (foto hierboven) prijken Schelde en Leie in volle glorie. Over de namen lijkt men het onderhand eens dat ze van Keltische oorsprong zijn:
Tekst: Marc Van Speybroeck
Lewia Scaldis Ganda
Leie Schelde Gent
Keren we even terug naar het begin van onze jaartelling, toen we de inwoners hier nog Menapiërs noemden (voor de geschiedenisliefhebbers onder ons). Het gebied zag er redelijk vlak uit, met hier en daar een heel kleine verhevenheid. Eén ervan was duidelijk veel hoger dan de anderen: het was dan ook een zogenaamde getuigeheuvel, met een heel andere ondergrond dan de omliggende gelanden. Die heuvel steekt een twintig meter uit en ligt vandaag gemeten, ongeveer dertig meter boven de zeespiegel. Rondom waren er enige zandruggen (dekzandruggen) te zien, die ook wel een tiental meter hoog konden worden. Het land werd door het water in vele, vele eilandjes opgedeeld. Tot in de 19e eeuw telden we er meer dan 25!
16
Het plannetje op volgende pagina is misschien al iets meer begrijpelijk, maar het bevat een paar foutjes. Het plan is vooral interessant omdat