TECHNIEK
10
504 studentenwoningen in Op de campus van de universiteit van Leiden zijn in een zeer snel tempo 504 studentenwoningen gebouwd. De snelle bouw was mogelijk doordat alle woningen kant- en klaar uit de fabriek van Ursem Modulaire Bouwsystemen kwamen. Op de bouwplaats werden de modules niet - zoals in eerdere projecten - in een staalconstructie gehangen, maar bijzonder aan dit project is dat de woningen rechtstreeks op elkaar zijn gestapeld. Tekst: Carla Debets Bouwtekst Beeld: Pieters Bouwtechniek, Carla Debets
‘De zwarte dozen’ zijn ze inmiddels door de studenten genoemd, vanwege hun zwarte kunststof gevelbekleding. De 504 studentenwoningen zijn ondergebracht in twee
De opbouw van de modules in de fabriek begint met een betonnen vloer en stalen portalen in de kopgevels.
gen. Opdrachtgever DUWO kwam bij de bouwcombinatie Ursem Modulaire Bouwsystemen - Trebbe terecht. Er werd een plan ontwikkeld, de bouwvergunning werd geregeld, de grond bouwrijp gemaakt en er werd gestart met de voorbereiding. Bij de constructie van de woningen werd ook Pieters Bouwtechniek uit Haarlem betrokken. Begin 2011 kon met de daadwerkelijke bouw worden gestart. Trebbe en Ursem Modulaire Bouwsystemen werkten al eerder samen in een project met kant-en-klare woningen voor studentenhuisvesting in Delft. Daar werden de woningen echter in een staalconstructie geschoven en gehangen, terwijl de modules hier zodanig zijn (door)ontwikkeld dat ze rechtstreeks op elkaar konden worden gestapeld. Constructeur Jan Berkhout van Pieters Bouwtechniek licht het verschil toe: ‘Bij
De modules liggen aan weerszijden van een middengang.
mogelijk gelijke modules. Alle woningen zijn dan ook voorzien van een raamopening aan de gevelzijde. De woningen op de kopgevels van de gebouwen kregen nog een extra raamopening. De onderste laag modules staan op een soort stalen tafelconstructie op de begane grond. De begane grond is hoger; de eerste verdieping ligt op 4,6 meter boven peil. De begane
In elke module is een stabiliteitsconstructie in de kop- én langswanden opgenomen.
De modules zijn eveneens in de fabriek al voorzien van de zwarte kunststof gevelbekleding.
gebouwen met elk drie torens van acht bouwlagen. Elke bouwlaag van een toren bevat 12 woningen: zes aan weerszijden van een middengang. Twee liften en trappenhuizen per gebouw, tussen de torens, zorgen voor de bereikbaarheid van alle woningen. De onderste laag van de acht lagen is een plint met een fietsenstalling, wasserette en commerciële ruimten. De woningen hebben een oppervlak van circa 27 m2 ( 3,3 meter breed en 8,2 meter lang) met een zit-/slaapkamer, een keuken, een eigen badkamer en toilet.
Stapelen in plaats van ‘schuiven’
Ook studentenstad Leiden kampte in 2009 met een groot tekort aan studentenwonin-
modules die in een externe staalconstructie worden gemonteerd, wordt eerst een fundering gemaakt. Daarop wordt een kolommenrij geplaatst en vervolgens de eerste module tegen de kolommenrij, dan een volgende kolommenrij en een volgende module, enzovoort. De modules staan dus tussen de kolommen. Voor de volgende verdieping(en) worden eerst stalen liggers over de kolommen geplaatst en dan dezelfde werkzaamheden als op de voorgaande woonlaag. De stabiliteit wordt hier gewaarborgd door stalen kruizen in de wanden tussen de modulewanden en plafond en/of stabiliteitskernen, maar er zijn ook combinaties van stalen stabiliteitskruizen met betonkernen toegepast.’ ‘Bij modules die rechtstreeks op elkaar worden gestapeld is een staalconstructie
De begane grond bestaat uit een soort tafelconstructie, op een ander stramien en met een hogere verdiepingshoogte.
in de wanden opgenomen. Door het koppelen van een aantal modules zowel in de lengte, breedte als hoogte werken deze samen en verzorgen ze als één systeem de stabiliteit. Grote voordeel van deze werkwijze is dat het monteren van de modules erg snel gaat; er hoeft immers geen extra staalconstructie met kolommen en liggers geplaatst te worden.’
Snelle bouw
Aan de detaillering van de modules ging het nodige reken- en tekenwerk vooraf.
Mede omdat de modules rechtstreeks vanaf de vrachtwagen op de gewenste locatie worden geplaatst, kostte de opbouw van één toren slechts zeven dagen tijd. Dit is zo’n 75 procent sneller dan de opbouw met een aparte staalconstructie. Het betekent natuurlijk wel wat meer voorbereidingstijd, zoals voor het berekenen, tekenen en het assembleren van de modules in de fabriek. Vanuit de assemblage gezien, streeft Ursem Modulaire Bouwsystemen naar zoveel
En zó ziet het complete complex er nu uit; 504 studentenwoningen in totaal.