BDW - editie 1355

Page 1

EEN STRIPREPORTAGE ROBERTO POLO OPENT NIEUWE GALERIE MET JAN VANRIET En ook: Mala in Cuba, Amy Macdonald en La traviata.

VAN EVA HILHORST EN WAUTER MANNAERT OP P. 9

29 11 12

AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153

VORST – Gebouwen kunnen radicaal van bestemming wijzigen. Neem nu het artdecogebouw aan de Berthelotstraat 34, dat zestig jaar geleden neergezet werd als gemeentelijk badhuis. In 1989 werd het een discotheek en vanaf 1997 had de kunstenwerkplaats Bains::Connective er haar stek. Nu is het al twee jaar in gebruik als islamitisch cultureel centrum annex moskee. Lees het verhaal op p. 16-17 in deze krant.

BADHUIS WORDT GEBEDSHUIS

HONDERDVIJFTIG JAAR MISSIEWERK

‘Scheutist worden blijft een roeping’

zaIE Z

© SASKIA VANDERSTICHELE

IK EN DE ANDER: KINDEREN P. 26-27 OVER HOLEBI’S

LEES P. 10

DE OPPOSITIE IN MOLENBEEK GUNT BURGEMEESTER SCHEPMANS HET VOORDEEL VAN DE TWIJFEL, MAAR...

‘Is haar netwerk wel uitgebreid genoeg?’ LEES P. 4-5

VANAF 6 DECEMBER VERSCHIJNT ZAZIE MAANDELIJKS ALS APART JONGERENMAGAZINE

N° 1355 VAN 29 NOVEMBER TOT 6 DECEMBER 2012 ¦ WEEK 48: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, E-MAIL: INFO@BDW.BE, WWW.BDW.BE


OPMERKELIJK

BDW 1355 PAGINA 2 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012 © GEMEENTE SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE

KATTENVANGERS GEZOCHT SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE – Een opmerkelijk bericht op de gemeentelijke website: de gemeente zoekt kattenvangers om de sterilisatie van zwerfkatten te bespoedigen. Wie last heeft van zwerfkatten, wordt verzocht een kooi te halen bij de gemeente, een waarborg te betalen, de kat te vangen en naar een dierenarts te brengen voor een sterilisatie. De kat wordt daarna weer vrijgelaten. Is de kat er te slecht aan toe, dan zal de arts het dier euthanaseren. Op zich is het vreemd dat SintLambrechts-Woluwe de bevolking inzet om de kattenpopulatie in te dijken, maar de gemeente doet alleen (misschien wat ijveriger dan andere) wat de wetgever vraagt. Een ordonnantie stelt immers dat de Brusselse gemeenten om hygiënische redenen het zwerfkattenprobleem moeten aanpakken. Ze moeten een kaart maken met de omvang van de overpopulatie en kunnen vervolgens een subsidie aanvragen bij het Brussels Gewest om katten te laten steriliseren. Acht gemeenten maken er gebruik van. Het effect is beperkt: in 2010 zijn er een 620-tal katten gesteriliseerd. Sterilisatie is nochtans een probaat middel tegen kattenoverbevolking. De voortplantingscyclus van de kat heeft immers een exponentieel karakter. Laat je de natuur haar gang gaan, dan is elke vrouwelijke kat in vijf jaar tijd al gauw goed voor een nageslacht van zesduizend kittens. De kattenplaag is zo groot dat ook de federale regering zich erover buigt. Volgens cijfers van minister van Volksgezondheid Laurette Onkelinx (PS) neemt het kattenbestand elk jaar met zes procent toe. Jaarlijks moeten asielcentra in België twaalfduizend katten een spuitje geven. Vanaf september 2014 zal het daarom verboden zijn om katten te verhandelen, of zelfs weg te geven, als ze niet gesteriliseerd zijn. Onkelinx wil ook alle Belgische gemeenten verplichten tot een onthaalpunt voor de sterilisatie van katten. Dat is voor de Brusselse Vereniging voor Stad en Gemeenten een brug te ver. Niet elke gemeente wordt in dezelfde mate met het probleem geconfronteerd. De Vereniging ziet hierin een zoveelste manier om de kosten voor een federaal probleem (Volksgezondheid) af te wentelen op de lokale besturen. SVG

Uitgelicht > Afschaffing Beneluxtrein blijft gemoederen beroeren

Geen Antwerpen-Breda, geen Fyra BRUSSEL – De Fyra, de hogesnelheidstrein die vanaf 9 december de Beneluxtrein tussen Brussel en Amsterdam moet vervangen, krijgt veel tegenwind van Nederlandse en Belgische reizigers. Ook de Nederlandse overheid wil haar definitieve fiat pas geven als er zeker ook een lijn Antwerpen-Breda komt.

A

l 55 jaar is de Beneluxtrein, ook wel ‘de Amsterdammer’ genoemd, dé trein voor wie van Brussel naar Amsterdam wil. De trein rijdt elk uur, stopt onderweg in Mechelen, Antwerpen, Roosendaal, Dordrecht, Rotterdam, Den Haag en Schiphol, en reserveren is niet nodig. De populaire trein wordt op 9 december vervangen door de hogesnelheidstrein Fyra. Die rijdt in ongeveer twee uur naar Amsterdam – een tijdswinst van een klein uur –, en de rijtuigen, geleverd door de Italiaanse treinbouwer AnsaldoBreda, zouden veel comfortabeler zijn. Maar de reizigers maken bezwaar. Al ruim anderhalf jaar loopt op het

internet een petitie van de reizigersverenigingen TreinTramBus (TTB) en Rover voor het behoud van de Beneluxtrein of de invoering van een ‘laagdrempelig’ alternatief. De afgelopen dagen circuleerde de petitie nog volop in Brusselse cultuurkringen. “We hadden al vijftienduizend handtekeningen en de laatste twee weken zijn er nog tweeduizend bijgekomen,” zegt Kees Smilde van TTB. Wat zijn de bezwaren? Voor een zitje in de Fyra moet je altijd reserveren, wat onhandig en omslachtig kan zijn. Voorts zal de trein naar verwachting een stuk duurder zijn en is het niet mogelijk om een abonnement te kopen. Zeker voor pendelaars lopen

de vervoerskosten dus op. Smilde: “Tussen België en Nederland zijn er nu drie verbindingen. Voor wie maar een klein stukje moet, is er de boemel Antwerpen-Roosendaal. Wie haast en geld heeft, neemt de Thalys. En daartussenin zit de intercity. Dat is een perfecte verdeling van de markt. In de toekomst wordt alles ingezet op het topsegment. De Fyra is maar iets goedkoper dan de Thalys. De boemel blijft, maar daartussenin heb je niets.” Bovendien zal de Fyra, die geëxploiteerd wordt door de NMBS en NS Hispeed, de eerste tijd geen zestien keer per dag (ofte eens per uur), maar slechts tien maal op een dag rijden. En er vallen haltes weg: de Fyra stopt niet in Mechelen, Roosendaal, Dordrecht en Den Haag. Vooral wie vanuit Brussel naar Noord-Brabant in Nederland wil of omgekeerd, is hiervan de dupe. Een aantal jaar geleden spraken de Belgische en Nederlandse overheid daarom af dat er naast de Fyra ook

een nieuwe verbinding tussen Antwerpen en Breda zou komen. Smilde: “Toenmalig minister van Over-

“De Fyra is maar iets goedkoper dan de Thalys” (Kees Smilde, TreinTramBus)

heidsbedrijven Johan Vande Lanotte engageerde zich, maar hij en ook zijn opvolgers verzuimden achteraf om afspraken te maken met de NMBS.” Die moet in principe het gros van de kosten betalen omdat het grootste deel van het traject AntwerpenBreda in België ligt. Maar de NMBS, die met deze lijn een jaarlijks verlies van dik elf miljoen euro verwacht, heeft het geld niet. Intussen weigert de Nederlandse minister Melanie Schultz van Haegen haar definitieve

DE WEEK IN BEELD DOOR IVAN PUT

Brusselse wafel gegarneerd met chocolade, in kriekbier gekookte krieken en speculaasmousse: in Sint-Pieters-Woluwe kennen ze het recept, en het viel in de smaak. De Woluwenaren kaapten zaterdag de eerste prijs weg in de Koninginnegalerij, voor de gelegenheid omgetoverd tot Wafelengang.

© IVAN PUT


WEEKOVERZICHT

BDW 1355 PAGINA 3 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

© MATTHEW BLACK

WOENSDAG 21 NOVEMBER GREGOS LEIDT ART BRUSSELS. Katerina Gregos wordt de nieuwe artistiek directeur van Art Brussels. Ze cureerde onder andere Manifesta 9 in Genk en Newtopia: the state of human rights in Mechelen en Brussel. Gregos volgt Karin Renders op, die vijftien jaar lang directeur van Art Brussels was en eerder dit jaar overleed. Naast haar werk bij Art Brussels zal Gregos onder meer de biënnale van Göteborg cureren. CONGOLESE AMBASSADE BEZET. Een groep Congolezen bezet de Congolese ambassade uit protest tegen de gebeurtenissen in het Oost-Congolese Goma. Ze zijn boos omdat de regering van president Joseph Kabila de rebellie van de M23 niet onder controle krijgt. Twaalf manifestanten worden gerechtelijk aangehouden.

DONDERDAG 22 NOVEMBER DRUGSBENDE ZWARTE VIJVERS OPGEPAKT. De politie pakt acht mensen op die deel uitmaken van een drugsbende. Die is vooral actief rond Zwarte Vijvers in Molenbeek. Bij huiszoekingen vindt de politie een kilogram heroïne, 454 gram cocaïne en meer dan 15.000 euro. Zes van de acht mannen verblijven illegaal in België; vier van hen waren al bekend voor vergelijkbare feiten.

VRIJDAG 23 NOVEMBER De Beneluxtrein (hier in de oude versie, die reed tussen 1986 en 2007) verdwijnt in principe op 9 december. Vanaf dan rijdt de hogesnelheidstrein Fyra tussen Brussel en Amsterdam.

handtekening te zetten onder de nieuwe Fyra zolang de spoorbedrijven geen definitief akkoord hebben over de lijn Antwerpen-Breda. Minister Paul Magnette van Overheidsbedrijven (PS) wil de engagementen wel nakomen, maar hij hoopt dat Nederland mee betaalt. “We moeten besparen en andere lijnen afschaffen, en dan zouden we zoveel investeren in een lijn waarvoor in België maar weinig gebruikers zijn,” laat zijn woordvoerster weten. Deze week wordt er zwaar onderhandeld om op de valreep een oplossing te vinden.

“ “

Zal hiermee alle protest verstommen? Smilde: “Nee, maar een trein tussen Antwerpen en Breda zonder reserveringsplicht en toeslag zou een belangrijke eerste stap zijn. Je moet misschien een keertje extra overstappen, maar vanuit Breda kun je alle kanten op. Deze trein zou dan wel om het uur moeten rijden, niet om de twee uur zoals nu gepland is.” Voorts vindt TTB, dat intussen ook een klacht indiende bij de Europese Commissie voor kunstmatige prijsopdrijving, dat reserveren voor de Fyra naar Amsterdam geen verplichting, maar een optie zou moe-

ten zijn en dat er een formule uitgedacht moet worden voor pendelaars. Voor de NMBS hoort de reserveringsplicht nu eenmaal bij internationale treinen. “De klant wil zijn vaste zitplaats,” zegt woordvoerder Bart Crols. Hij ontkent dat de Fyra per se duurder is dan de Beneluxtrein. “Dat is alleen zo als je laat boekt en een flexibel ticket wilt.” En neen, op 9 december zal er geen abonnement voor pendelaars zijn. “Maar de klant is koning. Wat niet is, kan altijd komen.”

Bettina Hubo

HONDERD KILO VOEDSEL VERNIETIGD. Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) vernietigt bij een controle in de horeca van Sint-Gillis honderd kilogram voedsel. Van vijftig kilo is de uiterste gebruiksdatum overschreden. Er worden elf pv’s uitgeschreven, 81 zaken krijgen een waarschuwing en zeven uitbaters mogen een nieuwe controle verwachten.

ZATERDAG 24 NOVEMBER TWEEDE VERKRACHTER OPGEPAKT. De politie pakt twee minderjarigen op die mogelijk betrokken waren bij de verkrachting van een HUB-student in oktober. De jongeman was toen voor een studentikoze activiteit verkleed als vrouw. Twee jongeren vielen hem lastig op straat en namen hem mee naar een parkeergarage, waar hij verkracht werd. De zeventienjarige verdachte wordt geplaatst in een gesloten instelling; de andere verdachte, vijftien jaar oud, was eerder al opgepakt.

ZONDAG 25 NOVEMBER SPOOKRIJDER PLEEGT VLUCHTMISDRIJF. Een spookrijder rijdt ’s ochtends in de Rogiertunnel in op een andere auto. De man vlucht te voet weg. De twee mensen in de aangereden auto raken gewond, de passagier zelfs levensgevaarlijk. BETOGING TEGEN GEWELD MIDDEN-OOSTEN. Enkele duizenden mensen betogen tegen het conflict tussen Israël en Palestina. Op het Poelaertplein verzamelen sympathisanten van Israël, aan het Noordstation vertrekt een pro-Palestijnse manifestatie. Er zijn geen incidenten.

Hoog tijd dat we de bankenwet aanpassen.” Minister van Economie Benoît Cerexhe (CDH) wil de wettelijke obstakels wegwerken om islamitische banken naar Brussel te kunnen halen. ‘Halalbanken’ mogen bij een lening geen interesten vragen. Dat botst met de Belgische wetgeving (in La Libre Belgique).

Het is duidelijk dat de Nederlandstaligen alleen voor Nederlandstaligen stemmen. Dat is niet representatief.” Oud-schepen Henri Simons (ex-Ecolo, nu PS) maakt zich in Le Soir druk over de ‘etnische stem’ tijdens de gemeenteraadsverkiezingen, die volgens hem ook in het voordeel van de Brusselse Vlamingen speelt.

MAANDAG 26 NOVEMBER MELKBOEREN IN BRUSSEL. Honderden melkboeren zakken met hun tractoren af naar de Europese wijk. Ze protesteren tegen de lage melkprijzen. Die liggen vaak lager dan de kosten die de boeren maken om melk te produceren. Het verkeer in en om Brussel ondervindt hinder door de actie. Elf buslijnen van de MIVB worden omgeleid, vier tunnels naar het centrum zijn gesloten. ‘BENELUXTREIN MOET BLIJVEN.’ Reizigersverenigingen TreinTramBus en Rover blijven zich verzetten tegen de geplande vervanging, op 9 december, van de Beneluxtrein tussen Brussel en Amsterdam door de hogesnelheidstrein Fyra. Die ‘snelle, maar dure trein’ stopt niet tussen Antwerpen en Rotterdam. TREINVERKEER VERSTOORD. De ochtendspits in BrusselCentraal verloopt moeilijk door gladde sporen, vermoedelijk door een olievlek. De rails op twee van de zes sporen zijn zo glad dat de treinen er geen grip op hebben.

© JEF VAN DAMME

DINSDAG 27 NOVEMBER

HET WOORD

Biggenrug

Het Gewest is vorige week begonnen met de beveiliging van het fietspad langs de Mariemontkaai. Hoe? Door biggenruggen. Die moeten wildparkeerders weren door de fietsweg af te scheiden van de rijbaan. Het fietspad langs het kanaal is een van Brussels meest prominente fietspaden. Toch parkeren automobilisten er regelmatig hun wagen, mogelijk een gevolg van de markten aan de slachthuizen en de feestzalen daar in de buurt. De aanleg van biggen- of varkensruggen is een maatregel van Brussels minister van Openbare Werken en Vervoer Brigitte Grouwels NV (CD&V).

PICKNICK ‘WALKING MADOU’. De organisatoren van de acties voor een verkeersvrije Anspachlaan, Pic Nic the Streets, plannen een nieuwe actie, dit keer rond Walking Madou. De nieuwe burgemeester van Sint-Joost-ten-Node, Emir Kir (PS), wil op dat stukje autovrije Leuvensesteenweg opnieuw verkeer toelaten. Op 5 december beraden de actievoerders zich over een concreet plan. Samengesteld door Nick Vervaeck

MEER NIEUWS DE HELE WEEK ROND OP SURF NAAR BRUSSELNIEUWS.BE EN SCHRIJF JE IN OP DE NIEUWSBRIEF


BDW 1355 PAGINA 4 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Het Karreveldkasteel, waar de gemeenteraden plaatsvinden, ligt in een deel van Molenbeek dat buiten de gemeente nauwelijks bekend is.

© MARC GYSENS

Politiek > Nieuw bestuur in Molenbeek, nieuwe tegenstand

Tussen de uitersten ligt een Vlaamse oppositie SINT-JANS-MOLENBEEK – Volgende week legt het nieuwe schepencollege de eed af en begint Françoise Schepmans (MR) aan haar eerste burgemeesterstermijn. Iedereen kijkt de kat een beetje uit de boom, niemand weet hoe de nieuwe blauwrooms-groene coalitie het ervan af zal brengen. Behalve de oppositie, die bovendien nog eens erg Nederlandstalig is. Een portret.

A

l meer dan een maand geleden is het, het ‘verraad’ van Ecolo en CDH. Volgens exburgemeester Philippe Moureaux (PS) hadden die twee partijen hun woord gegeven om direct na de verkiezingen een coalitie te vormen met de socialisten. Dat deden ze niet. Hoe de vork precies in de steel zat, is een politiek geheim, maar dat CDH op bevel van federaal minister Joëlle Milquet de akkoorden moest laten springen omdat de CDH’ers in buurgemeente Brussel ingeruild waren

voor de MR, is algemeen bekend. Naar verluidt zou Françoise Schepmans (MR) vervolgens zelf geen  actieve stappen hebben ondernomen om een alternatieve meerderheid te vormen achter de rug van Philippe Moureaux om, ook al zei ze iets anders voor de camera’s van Maghreb TV, een Belgo-Marokkaanse zender. Misschien is dat ook logisch, want Schepmans had iets uit te leggen aan de Marokkaanse gemeenschap in Molenbeek nadat Moureaux afgevoerd was.

Zie, het cliché kruipt deze tekst binnen. Molenbeek, dat is gelijk aan de Marokkanen. Toch? Zij zwaaien er op straat de plak, zij stemmen op Moureaux, zij zijn de achterban van de PS. Neen, het plaatje is soms anders. Er is hoog-Molenbeek, waar volgens een ander cliché de rijke MR-stemmers wonen, maar er zijn ook de pas gearriveerde bourgeois-bohémiens, die hoofdzakelijk op Ecolo-Groen stemmen en niets met Moureaux’ oude linkserigheid hebben. Er zijn

ook flaminganten die Moureaux verwensen omdat hij niet voor veiligheid zorgt; er zijn islamisten die Moureaux een alleenheerser noemen. En er is uiterst links, dat Moureaux te rechts vindt. Al deze gezindten trokken naar de kiezer, ze boekten vooruitgang en verwezen uiteindelijk de rode burgemeesterslijst van de oude vos naar de oppositie. Tezamen is de oppositie goed voor twintig zetels, tegenover een meerderheid van 25 zetels. Dat is een goede zaak voor de democratie in Molenbeek, want tijdens de laatste legislatuur van Philippe Moureaux bestond de oppositie uit slechts zes zetels. Moureaux afvoeren heeft dus mogelijk gemaakt dat er opnieuw zoiets als een heuse oppositie be-

staat. Dit artikel gaat vooral over de Vlaamse Molenbeekse oppositie, al zullen sommigen liever ‘Nederlandstalig’ genoemd worden. Ook dat is Sint-Jans-Molenbeek, beste lezer: een Vlaamse gemeente. Altijd al geweest trouwens, van in de tijd van de industrialisering en de arbeiders, die het platteland verlieten en in Molenbeek werk kwamen zoeken. Hoe migranten succesvol kunnen zijn.

Dirk De Block, PVDA+ Er was een tijd dat de PVDA per definitie als ‘extreem’ geboekstaafd stond, en of dat terecht is, laten we hier in het midden. Wat wel zeker is, is dat er met de financieel-economische crisis opnieuw een deel van het kiezerspubliek boodschap heeft


© MARC GYSENS

een aantal stembureaus. Zo zouden verschillende kandidaten en kennissen van de burgemeesterslijst de stemming hebben proberen te beïnvloeden. De kiescommissie verklaarde de klacht van de N-VA ontvankelijk, maar niet gegrond; het kiescollege heeft met andere woorden niet de bevoegdheid om de zaak verder te onderzoeken. Vals spel of niet, Berckmans raakte verkozen met een Brussels N-VAdiscours. “Thema’s als veiligheid en het respecteren van de taalwetten zijn niet rechts, maar toch gaan ze daarvoor door. De Vlaamse zaak is voor mij een sociale zaak; kijk maar naar professor Etienne Vermeersch, die progressief is en toch hamert  op het respecteren van de taalwetten.” Berckmans wil van het respecteren van de taalwetten en van de veiligheid in Molenbeek hoofdpunten maken. Dat burgemeester Moureaux weg is, vindt hij een goede zaak. “Het was makkelijker geweest om oppositie te voeren met hem als burgemeester,” geeft hij wel toe. “Nu geef ik de nieuwe coalitie het voordeel van de twijfel.” De N-VA’er geeft mee dat hij voor zijn werk bij de FOD Financiën soms vaker Frans spreekt dan Nederlands, en dat hij een PS-schepen in een Brusselse gemeente als goede vriend heeft. “Kijk, ik wil het spel correct spelen,” zegt hij. “Ik stel me constructief op, zowel voor de meerderheidspartijen als voor mijn collega’s in de oppositie.”

Dirk Berckmans, N-VA

“Veiligheid en taalrechten zijn niet rechts, maar sociaal”

als KBC zich in Molenbeek vestigt, zetten zij dan jongeren aan het werk? Bieden ze opleidingen aan? Neen. ‘De scholen moeten voor opleiding zorgen,’ klinkt het dan. Het probleem blijft, want onderwijs wordt niet gezien als een sociale urgentie, maar als het kant-en-klaar afleveren van mensen voor de arbeidsmarkt.” Volgens De Block kan de gemeente perfect zelf een onderwijsbeleid voeren. “Er zijn gemeentelijke scholen van de beide taalgemeenschappen op wandelafstand van elkaar. Maar werken die samen om kinderen tweetalig te maken? Ook al niet.” Op de vraag of hij zich niet meer wil inzetten voor de Vlaamse gemeenschap, wanneer die bijvoorbeeld voorrang wil voor Nederlandstalige kinderen, antwoordt De Block dat hij zich vooral wil inzetten voor mensen, ongeacht hun afkomst. “De bevolking moet krijgen waar ze recht op heeft. En rechten mogen niet conditioneel zijn.”

Jef Van Damme en Tania Dekens, SP.A Van Damme en Dekens kennen het klappen van de politieke zweep in Molenbeek. De vorige legislatuur zaten ze in de meerderheid van Philippe Moureaux, hij als schepen van © MARC GYSENS

© MARC GYSENS

aan een uiterst links discours in een gemoderniseerd jasje. Zeker in Molenbeek, een gemeente met torenhoge werkloosheid en verpaupering. De Block weet er wat van, want hij werkt bij D’Broej, een Brusselse jongerenorganisatie. “Een flink deel van het kiezerspubliek is gewoonweg in de steek gelaten,” zegt De Block. “We kennen de dramatische verhalen: mensen die uit hun huis worden gezet, mensen die de rekeningen niet meer kunnen betalen, mensen die uit de boot vallen op de Brusselse huurmarkt. De vorige meerderheid onder Moureaux heeft daar niets aan gedaan, de huurprijzen zijn de laatste drie jaar met nog eens zeventien procent gestegen. Bovendien moet de middenklasse steeds meer haar toevlucht zoeken in dure huurwoningen die eerder voor de armen waren, waardoor er voor die armen gewoonweg geen plaats meer is. De coalitieMoureaux heeft geen sociaal woningbeleid gevoerd. En met een ‘sociaal woningbeleid’ bedoel ik een beleid waarin de overheid zorgt voor woningen, zowel voor de armen als voor de middenklasse. Zo bepaalt de overheid de prijs op de huurmarkt, door lokaal te investeren en de regie in handen te houden.” Een ander punt dat de PVDA’er na aan het hart ligt, is onderwijs. “Niemand voelt zich verantwoordelijk voor het geheel. De Vlaamse Gemeenschap wil niet investeren in tweetaligheid en weigert heel wat leerlingen, en het Franstalige onderwijs vangt al de rest op. Maar je zult zien dat de Vlaamse scholen binnenkort met net dezelfde problemen zullen kampen: een tekort aan plaatsen en het feit dat heel wat jonge mensen uit de boot vallen. Sociale uitsluiting is het gevolg.” “Hetzelfde met werk. Als een bedrijf

Dirk Berckmans, N-VA

Dirk De Block, PVDA+

“Onderwijs wordt niet gezien als een sociale urgentie”

De campagne verliep voor Dirk Berckmans bijwijlen turbulent, al was het maar omdat hij zich naar eigen zeggen continu moest verdedigen tegen de aantijging dat de N-VA een racistische partij zou zijn. “Ik heb met veel Marokkanen gesproken die dit onzin vinden, maar toch mochten mijn affiches in heel wat etablissementen niet omhoog hangen, op bevel van de PS.” Berckmans was tijdens de onderhandelingen tussen MR, Ecolo en CDH continu op de hoogte van wat er gebeurde. Hijzelf werd echter niet gevraagd om de meerderheid te versterken. De flamingant diende een klacht in na de verkiezingen omdat hij en kandidaat Maarten Bijnens onregelmatigheden hadden vastgesteld in

Tania Dekens, SP.A

“Niemand zegt onze jongeren dat ze ook buiten Molenbeek werk kunnen vinden”

© MARC GYSENS

BDW 1355 PAGINA 5 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Jef Van Damme, SP.A

“Schepmans heeft niet het netwerk om in te spelen op sociale problemen”

Mobiliteit en Nederlandstalige Aangelegenheden, zij als OCMW-raadslid. Nu moeten ze samen met de voltallige PS naar de oppositie. Van Damme: “Er zijn heel wat Vlaamse Molenbekenaars die ons hebben aangesproken op onze keuze voor de burgemeesterslijst. Dat werd ons niet in dank afgenomen.” De SP.A is dan ook heel wat stemmen verloren aan Groen. Over Moureaux willen ze het niet meer hebben. Maar toch. “Moureaux was een ramp in communicatie,” zegt de ontslagnemende schepen. “Er was een verschil tussen de echte Moureaux en de Moureaux in de (Vlaamse) pers. Die laatste deed er vaak een schepje bovenop. Het werd hem niet in dank afgenomen. Nu ja, dat is ook normaal. Maar het verhulde dat je met Moureaux wel goed kon samenwerken. Want die man heeft veel voor Molenbeek gedaan, dat vergeten veel mensen.” Dekens: “Moureaux is extreem intelligent, mensen durfden hem niet tegen te spreken. Moureaux heeft dan ook geen opvolger, dat was zijn probleem.” Van Damme: “Hij was een spar waaronder niets kon groeien.” Rancune hebben de socialisten naar eigen zeggen niet over de ommezwaai na de verkiezingen. Toch was het niet gemakkelijk. Er waren volgens hen inhoudelijke akkoorden tussen de burgemeesterslijst, CDH en Ecolo. “Maar met rancune winnen we niets.” “In twintig jaar tijd is Molenbeek veranderd,” zegt Van Damme. “De meeste mensen zijn pas enkele jaren geleden in de gemeente komen wonen, en zij maken de analyse dat het niet goed gaat, bijvoorbeeld met de veiligheid. Terecht. Maar als je vergelijkt met de periode vóór Moureaux, dan zou je moeten toegeven

dat de gemeente erop vooruit is gegaan. Tijdens de liberale bestuursperiode onder burgemeester Spiegels, tot 1992, was er geen geld.” Dekens: “Onze gemeentefinanciën zijn in orde en we hoeven weinig eigen middelen aan te wenden voor lokaal beleid. Ons geheim? Veel middelen van buiten de gemeente aantrekken om projecten te sponsoren. Ook dat was de periode-Moureaux.” Van Damme geeft een ander voorbeeld om het beleid van Moureaux te verdedigen. “De heraanleg van de Gentsesteenweg. Oké, hij is niet veilig en er wordt continu op het fietspad geparkeerd, maar vóór de heraanleg was het een tweerichtingsstraat waar in beide richtingen dubbel geparkeerd werd.” De twee gekozenen betwijfelen of Françoise Schepmans als burgemeester dezelfde leiderskwaliteiten als Moureaux zal hebben. “Ik vrees dat het een kabinet van lopende zaken wordt,” zegt Van Damme. “Schepmans heeft niet het netwerk op federaal niveau dat Moureaux had. Als burgemeester van een gemeente met veel maatschappelijke problemen helpt dat.” Maatschappelijke problemen. We naderen het cliché van in het begin van de tekst. Ernaast kijken kan in feite ook niet. Dekens: “Je helpt arme jongeren niet aan werk door hun als schepen te beloven dat je werk voor hen zult vinden, of door twee Jobbeurzen te organiseren. Niemand zegt die jonge gasten dat ze hun leven zelf in handen moeten nemen en moeten studeren. Veel jongeren denken dat ze moeten langsgaan bij de schepen van Werkgelegenheid, of ze zoeken werk in een lokaal werkagentschap in hun wijk. Niemand zegt hun dat ze ook een bus naar de luchthaven kunnen nemen omdat daar veel werk is. En ik zie de schepen van Werk, Ahmed El Khannouss (CDH), daar niet veel verandering in brengen.” El Khannouss was weliswaar ook al schepen in de vorige coalitie, waar Van Damme en Dekens dus ook in zaten. Samenwerken met de andere oppositiefracties willen de verstoten SP.A’ers wel. Al vinden ze dat de PVDA erg populistisch campagne heeft gevoerd, onder meer door te claimen dat er mensen stierven in het gemeentelijke rusthuis Arcadia omdat er gesnoeid was in de OCMW-uitgaven. Over de islam willen ze niet veel kwijt. “Maar als Schepmans zegt dat ze niet in een moskee wil binnenstappen, dan vraag ik me af  hoe ze contact zal houden met een deel van de bevolking,” zegt Van Damme. Naast de bovenstaande oppositie­ leden is er nog één gekozene van het FDF en één van de lijst Islam. De eerste wil vooral van veiligheid een thema maken, binnen een Belgisch kader; de tweede zet in op sociaal beleid, op de islamitische wetgeving geïnspireerd. En zo zijn we opnieuw bij het Molenbeek van de uitersten beland, zoals iedereen het meent te kennen. Maar het is wel daarbinnen dat politiek Molenbeek vorm krijgt, uiteindelijk.

Christophe Degreef


BDW 1355 PAGINA 6 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

© SASKIA VANDERSTICHELE

Julien Meganck op het Tivoli-terrein naast Thurn & Taxis, waar een groene wijk zal verrijzen. “De meeste terreinen van de Gomb zijn gesaneerd. We hebben hiervoor de Vlaamse normen gehanteerd, en die zijn heel wat strenger dan de Brusselse.”

Economie > Julien Meganck (Gomb) over talenkennis, parfumwinkels en de Jetse PS-clan

‘Er ís nog handenarbeid’ SINT-JANS-MOLENBEEK – Middenklassewoningen bouwen en bedrijven aantrekken: de Gomb speelt als overheidsbedrijf een belangrijke rol in de Brusselse economie. Die slaagt er maar niet in te matchen met de arbeidsmarkt. “Jammer dat we werkzoekenden uit Vlaanderen moeten halen,” zegt Gomb-topman Julien Meganck.

D

e Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor Brussel (Gomb) staat voor grote uitdagingen. Ze moet bedrijven aantrekken terwijl de industrie in Brussel afkalft. Volgens de laatste schattingen verdwijnen er tussen 2011 en 2017 in de industrie 3.700 banen. De dienstensector neemt het overtuigend over: er komen in dezelfde periode maar liefst 44.000 jobs bij in de diensteneconomie. Tegelijk moet de Gomb woningen bouwen terwijl de grond steeds schaarser wordt. Julien Meganck (Open VLD) is sinds 2004 gedelegeerd bestuurder bij de Gomb. Hij kent het klappen van de zweep. Hij heeft een goedgevuld cv als manager en voorzitter van beroepsfederaties. Maar zijn eerste job in Brussel was een sociale. “Toen ik begin jaren 1980 uit Parijs in Brus-

sel kwam wonen, heb ik me beziggehouden met jongeren die door de nieuwe wet op de leerplicht op straat terechtkwamen. We gaven ze een opleiding met de focus op de praktijk. We leerden ze carrosserie, zeefdruk, elektriciteit...” “De jongerenwerkloosheid blijft vandaag hoog. De gebrekkige talenkennis is de boosdoener. Actiris sluit met de VDAB akkoorden om mensen uit de Rand naar Brussel te halen, terwijl hier zoveel werklozen zijn. Dat is schrijnend.” Brussel wordt nog meer dan vroeger een dienstenstad. Hoe kan de Gomb zich in die context positioneren? Julien Meganck: “Het is naïef om te geloven dat er nog fabrieken zullen komen. De Gomb heeft zich al langer aan de tertiairisering aan-

gepast. Zo mikken we op de voedingsnijverheid en op niet-materiële diensten als informatica en de audiovisuele sector. Daar is wel degelijk werk voor laaggeschoolden, zeker in de voeding, maar we heb­ben ook bedrijven die zich uitslui­tend bezighouden met verpakkingen, bij­voorbeeld voor grote parfumwinkels. Het materiaal komt binnen, wordt verpakt en geëtiketteerd. Dat is handenarbeid waar geen grote diploma’s aan te pas komen.” De laaggeschoolde werkloze kan daar dus zeker aan de slag? Meganck: “Ja. Elk bedrijf waarmee wij een huurovereenkomst afsluiten, is trouwens verplicht om  eerst bij Actiris aan te kloppen.  Dat wil daarom nog niet zeggen  dat ze verplicht zijn om een Brusselse werkloze aan te werven.”

De Brusselse regering mikt op meer banen in de groene economie. Is dat realistisch? Meganck: “Ja. Op de Tivoli-site komt er een onthaalcentrum voor spin-offs die met milieuvriendelijke technologie bezig zijn. Alleen groene bedrijven kunnen zich er vestigen.” Maar hoe krijgt u ze in Brussel? Meganck: “Het is aan Brussels Invest om hier ruchtbaarheid aan te geven. Groene bedrijven krijgen een aanzienlijke korting.” Toch staat het openen van bedrijventerreinen niet garant voor succes. De voormalige tabaksfabriek BAT in Molenbeek is puik gerenoveerd, een jaar geleden geopend, maar raakt maar niet verhuurd. Er staat nog tienduizend vierkante meter leeg. Meganck: “We merken dat bedrijven niet graag etages huren. Ze verkiezen de gelijkvloerse verdieping.

We zullen daarom in de toekomst meer gemengde sites ontwikkelen met bedrijven beneden en woningen op de verdiepingen. Het succes van gemengde woon-werksites blijkt uit de herinrichting door de Gomb van de voormalige De Lijn-site in Anderlecht. De woningen én bedrijfsruimtes gingen er weg als zoete broodjes.” De Gomb is sinds een jaar gedeconsolideerd: de schulden komen niet meer in de Brusselse begroting terecht. Jullie zijn een overheidsbedrijf. Hoe kon Europa hiermee akkoord gaan? Meganck: “Dat ging tot onze eigen verbazing wonderlijk snel. We voldoen aan de voorwaarden: we ontwikkelen een economische activiteit en meer dan de helft van onze middelen zijn eigen inkomsten. Het is er ons niet om te doen schulden te maken of leningen aan te gaan, wel om overschotten op de jaarrekening te kunnen overboeken naar het volgende jaar. Door de deconsolidatie


BDW 1355 PAGINA 7 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Iets heel anders. Leefmilieu Brussel maakt een kadaster van vervuilde sites. Die liggen vaak in gebieden waar de Gomb opereert. Meganck: “Klopt, maar de meeste terreinen van de Gomb zijn gesaneerd. We hebben hiervoor de Vlaamse normen gehanteerd, en die zijn heel wat strenger dan de Brusselse. We hebben dus niet op Leefmilieu Brussel gewacht om onze terreinen te saneren.” “Maar het kost ons handenvol geld en de door de overheid beloofde middelen zijn er niet altijd gekomen.

“Vroeger had je bij de Gomb als PS’er een streepje voor, zeker als je uit Jette kwam” Op het terrein van Bulex in de Birminghamstraat bijvoorbeeld zaten we met een zeer zware historische vervuiling. De sanering heeft ons anderhalf miljoen euro gekost. We proberen dat te verhalen op de historische vervuiler. Maar dat is een juridisch steekspel. Er is nog altijd geen uitspraak van de rechter.” Tegen 2015 zal de Gomb zo’n 3.700 woningen hebben neergezet. Die zijn erg in trek, maar ze zijn een druppel op een hete plaat: ze vormen minder dan twee procent van het Brusselse woningbestand. Te weinig om de woonmarkt in bedwang te houden? Meganck: “Niet akkoord. Zeker sinds we een btw-tarief van 6 procent hebben verkregen, is de prijskloof tussen een Gomb-woning en een woning op de privémarkt aanzienlijk. De privésector kan niet anders dan daar rekening mee houden. Zeker in de wijken waar wij actief zijn.” “We overwegen intussen een nieuwe formule die ons in staat moet stellen om met hetzelfde budget meer Gomb-woningen te bouwen. Dat kan door grond in erfpacht te nemen en daarop te bouwen. Zo hoeven we geen dure grond te kopen. Er zijn succesvolle voorbeelden uit Nederland waarop we ons kunnen inspireren.” In maart stopt Mireille Francq, mevrouw Hermanus, als topvrouw bij de Gomb. Het einde van het Hermanustijdperk bij de Gomb? Meganck: “Merry Hermanus zelf is als Gomb-voorzitter al een tijdje weg. Maar er was inderdaad een periode dat de Gomb niet alleen een Franstalig bastion was, maar ook een PS-bastion. Politisering was gemeengoed. Bij de Gomb had je als PS’er een streepje voor, zeker als je uit Jette (de gemeente van Merry Hermanus, SVG) kwam. Gelukkig is die periode voorbij.” Steven Van Garsse

P-PRAAT Dat weten we nu maar mooi, dat Rudi Vervoort volgend jaar minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt. Dat schrijft Le Soir althans, en wij geloven ze graag. Charles is het immers echt beu, dat is geen geheim meer. Heeft zijn Gewest niet ten goede zien veranderen het laatste decennium, en geeft nu de fakkel door aan een meer capabel man. Rudi, de voorzitter van de Brusselse PS. Maar wie is deze Vervoort? Vooreerst is Rudi zeer links, of vindt hij alleszins dat de PS opnieuw linkser moet worden – wat wil zeggen dat ze dat tot nog toe niet waren. Vervoort is ook de man die knikte en zag dat het goed was tijdens de recentste Brussel-onderhandelingen, toen het Hoofdstedelijk Gewest een smak geld kreeg tot minstens 2015. Vervoort is ook een man die weet wat belangrijk is, omdat hij tijdens zijn laatste ‘nieuwjaarswensen’ (een door journalisten druk bezocht evenement omdat er vaak goeie wijn te drinken valt) liet verstaan dat hij geen problemen heeft met winkelcentra allerhande “omdat dat heel wat met zich meebrengt” (lees: geld), en dat de banden tussen Brussel en Wallonië nu ook weer niet zo sterk hoeven te zijn, enfin, hij zei: “Men moet weten wat men voor ogen heeft.” Eigenlijk vertelde Vervoort dus, als we de hele boel samenvatten, dat Brussel een beetje moet opletten met die innige band met Wallonië, omdat dat als het erop aankomt niet zo heel veel oplevert, en dat Brussel maar beter wat vriendelijker naar Vlaanderen lacht voor het geld, in ruil voor verfransing. Wat is het verschil met Philippe Moureaux, die andere Brusselse PS-voorzitter, die begin dit jaar ook liet verstaan dat Brussel zich beter op Vlaanderen zou richten? Het verschil zit ’m in de vraag wie nu het meest links is: Moureaux of Vervoort. Een discussie waarbij die over het geslacht der engelen verbleekt.

CHIEN ÉCRASÉ BIGGENRUG – Aan de Mariemontkaai in SintJans-Molenbeek komen biggenruggen om foutparkeerders van het luxueuze fietspad te weren. Qua provocatie kan dat tellen. OUDE DOOS – Omdat het ons deze week aan inspiratie ontbreekt (er gebeurt haast niets wat in deze rubriek past, buiten een betoging van melkboeren), trakteren we u op een ‘Chien Écrasé’ oude stijl. U moeten weten dat deze rubriek vroeger gortdroog was, nog droger dan het keelgat van Freddy Thielemans. Eigenlijk bestond deze rubriek vroeger uit het opsommen van de meest absurde nieuwsfeitjes uit de hoofdstad. Vandaar ook de naam. Wanneer   ‘de Chien’ anders werd, daarover verschillen   de redacteurs van mening. Het moet ergens   tussen 2007 en 2010 gebeurd zijn, toen een van hen een lucide moment had en meteen de blauwdruk begon neer te schrijven van wat nu voor honds doorgaat. Daarop trakteren we u echter niet, wel op een bericht uit de krant van   5 februari 2004. WATERMAAL-BOSVOORDE – Enkele brandweermannen die in een appartement op zoek waren naar een gaslek, trokken even grote ogen toen een van de bewoners, met een gasfles in de hand, de spuitgasten vertelde dat zijn vrouw in die bewuste gasfles zat. Al gauw kon hij de brandweerlieden echter geruststellen. “Deze fles stinkt,” vertelde hij, “mijn vrouw ruikt anders.” De man werd door de politie overgebracht naar de psychiatrische afdeling van een nabijgelegen ziekenhuis. ONTHUTSEND – U zegt het.

Media > Tien jaar MO* Magazine

‘Mondialisering is geen ver-van-ons-bedshow’ BRUSSEL – MO* viert op zaterdag 1 december zijn tiende verjaardag met getuigenissen, een concert en een feestje in het Kaaitheater. Het magazine dat de mondialisering ‘begrijpbaar, ervaarbaar en hanteerbaar’ wil maken, is de laatste jaren steeds vaker ook over Brussel gaan berichten. “In Brussel zien we in toenemende mate de wereld veranderen.” “Mondialisering is niet iets wat zich ver van ons bed afspeelt. Zeker in een multiculturele stad als Brussel worden de scherpe uitdagingen van de wereld steeds sterker zichtbaar: superdiversiteit, afschrikwekkende sociale kloven,” zegt Gie Goris, hoofdredacteur van MO*. “Het is dus logisch dat we ook daarover berichten. We stellen ons vragen over goed bestuur in Kinshasa, maar ook in Brussel. Hoe gaan we om met openbare ruimte? Hoe zit het met het onderwijs? Met investeren in de toekomst en in gelijke kansen? De Brusselse realiteit toont dat globalisering een mondiaal verschijnsel is dat je ook bij ons kunt voelen.” Vorig jaar bracht MO* als eerste het politiegeweld in de mediabelangstelling. Er was ook een dossier over de moeilijkheid om in Brussel een goed onderwijs uit te bouwen door de moeilijke Belgische constructie (conflict tussen de gemeenschappen en het

Brussels Gewest) en de gevolgen daarvan op de kansen van Brusselse jongeren. Een aantal jaar geleden was er een reportage over mensen die met positieve dingen bezig waren in Molenbeek, een gemeente die bijna uitsluitend negatief in de Vlaamse media komt. MO*’s verjaardag staat in het teken van de toekomst. “Ons honderdste nummer gaat over veerkracht in tijden van crisis, en de sprekers op het feest komen uit eigen ervaring over veerkracht getuigen,” zegt Goris. “Die sprekers zijn Chido Govera, die zich na een gruwelijke kindertijd wist op te werken via het kweken van zwammen in Zimbabwe, de Palestijnse gynaecoloog Izzeldin Abuelaish, die zich ondanks het lijden van zijn volk blijft inzetten voor vrede, en de boerenleider Rajagopal P.V., die ijvert voor een landhervorming in India.” Naast het verderzetten van het magazine en het uitbreiden op internet wil Goris de komende jaren meer lezingen en debatten organiseren. “Mensen komen graag samen om te praten over actualiteit en toekomstperspectieven. Wij spelen daar graag op in. De wereld heeft behoefte aan een medium als MO*.” Benjamin Tollet www.mo.be/10jaarmo

Wonen > Nog geen plan voor Brussel

Ouders bouwen huizen voor mensen met beperking BRUSSEL – De wachtlijst voor aangepaste woningen voor mensen met een beperking blijft aangroeien. Daarom hebben een aantal ouders Inclusie Invest opgericht. Hiermee willen ze zelf voor woningen zorgen waar hun andersvalide familieleden zelfstandig kunnen leven. In elke Vlaamse provincie staat er al een project in de startblokken, alleen voor de Vlaamse Brusselaar ligt er nog geen concreet plan op tafel. Tegen 2020 wil Inclusie Invest 1.200 woningen voor Vlamingen met een beperking hebben, zodat die mensen op zelfstandige basis in de buurt van hun familie kunnen wonen. Om de Vlaamse overheid te ontlasten gaat de vennootschap op zoek naar privé-investeerders. Zo worden er aandelen van 2.000 euro verkocht met een brutorendement van 1,5 procent, vergelijkbaar met een spaarboekje. De Vlaamse regering investeerde al vier miljoen euro via de Participatie Maatschappij Vlaanderen (PMV). Dat bedrag wordt verdeeld over projecten in de vijf Vlaamse provincies. Hoewel het initiatief in Koekelberg werd voorgesteld, is er voor Brussel nog geen plan in de maak. Toch is in Brussel de vraag naar aangepaste woningen zeker niet minder. “De moeilijkheid om tot een overeenkomst te komen voor Brussel, ligt in het feit dat dit project zich zowel op gewestelijk als op gemeenschappelijk niveau afspeelt,” vertelt

© INCLUSIE INVEST

kunnen we onze middelen flexibeler inzetten.”

In Koekelberg werd de actie voorgesteld, maar de Vlaamse Brusselaar met een beperking staat voorlopig nog in de kou.

Vlaams parlementslid Paul Delva (CD&V). “Ik geloof zeker dat zo’n project realiseerbaar is in de hoofdstad, alleen vereist het een complexe bijkomende samenwerking tussen de bevoegde Vlaamse en Brusselse instanties.” Nick Vervaeck


ADVERTENTIE

Uw veiligheid begint met goed opletten.

Met de steun van het


©EVA HILHORST EN WAUTER MANNAERT

BDW 1355 PAGINA 9 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012


BDW REGIO

BDW 1355 PAGINA 10 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Deze week in Scheut > Honderdvijftig jaar missiewerk

‘Scheutist worden blijft een roeping’

Muamba Liévin zat in Congo op een missieschool van Scheut en trad later toe tot de congregatie. Nu leidt hij in Anderlecht jonge missionarissen op.

ANDERLECHT – De Scheutwijk zal altijd verbonden blijven met de ‘paters van Scheut’, zoals de Congregatie van het Onbevlekt Hart van Maria in de volksmond heet. Afgelopen weekend vierden de scheutisten het honderdvijftigjarige bestaan van hun congregatie met een misviering en een receptie. De missionarissen zijn vandaag nog in 25 landen actief.

H

et begon met Theo­phiel Verbist, die na berichten over armoede in het Chinese binnenland naar Binnen-Mongolië op missie vertrok. Maar eerst vestigde hij zich samen met zijn gezellen in de kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Genade, een overblijfsel van een vroeger kartuizerklooster in de Scheutwijk. Het werd het kloppende hart van een almaar groeiende congregatie waar jongeren met een roeping werden klaargestoomd voor het missiewerk. Ook het domein breidde zich in de loop der jaren uit; de recentste nieuwbouw van de orde dateert nog maar van de jaren zestig van vorige eeuw. Later kalfde het aantal missionarissen onvermijdelijk af, en onder druk van de steeds uitbreidende grootstad viel midden jaren 1970 de onvermijdelijke beslissing om de gebouwen af te breken en plaats te ma-

ken voor appartementen, een winkelcentrum en – onlangs nog – een rusthuis. Met de opbrengst daarvan werd langs de Ninoofsesteenweg een modern gebouw opgetrokken, dat nog altijd gebruikt wordt als opleidingscentrum voor toekomstige missionarissen. Hier kun je ook de Chinese collectie bezichtigen die de congregatie heeft overgehouden aan haar missiewerk, en – hét pronkstuk van het museum – de fotogalerij van al de missionarissen: elke missionaris werd vóór zijn vertrek naar den vreemde gefotografeerd en bijgezet in de galerij.

perk als leerkracht het christelijke geloof moesten verspreiden, strookt niet met het hedendaagse missiewerk. “We hebben inderdaad, zoals alle congregaties, scholen in Congo

Celibaat

gehad. Maar in tegenstelling tot sommige andere congregaties, die zich op één activiteit richten, hebben wij geen ‘specialiteit’. We kijken naar de noden van de landen waar we werken, én naar de opleiding die onze missionarissen genoten heb-

Het missiewerk is door de jaren heel sterk veranderd, zegt Jef Matton, provinciaal overste van de orde van Scheut in België en Nederland. Het beeld dat velen nog hebben van missionarissen die in het koloniale tijd-

© HERMAN RICOUR

ben, om te zien hoe we die kennis nuttig kunnen inzetten. In Latijnsen Midden-Amerika helpen we bijvoorbeeld de kleine boeren zich te verenigen tegenover de grootgrondbezitters, in de moslimlanden proberen we ons steentje bij te dragen aan de interreligieuze dialoog. We hebben ook bijvoorbeeld heel wat architecten in onze rangen.” De Kerk kende de afgelopen decennia een sterke terugval aan gelo-

“Sommige jongeren willen gewoon graag in het buitenland aan de slag, maar de religieuze overtuiging blijft wel het belangrijkste. Als je daaraan twijfelt, ben je hier niet op je plaats” vigen, en ook de scheutisten ontsnapten daar niet aan. “We vinden geen jonge Belgen met een roeping meer. Maar dat heeft niet alleen met het geloof te maken,” zegt Matton. “Ik heb Mei ’68 van dichtbij meegemaakt: die sterke sociale over-

tuiging heeft me overtuigd om voor dit leven te kiezen. Tegenwoordig vertrekken jongeren eerder met een hulporganisatie als Artsen zonder Grenzen naar het buitenland. Dat kon vroeger niet.” De orde van Scheut vergrijst dan ook: 85 procent van de leden die in België en Nederland verblijven, zijn ouder dan 75 jaar. Ze brengen hier hun oude dag door, en de congregatie zorgt ervoor dat het hun aan niets ontbreekt. De jongere missionarissen komen uitsluitend uit de missielanden. De Congolees Muamba Liévin is een van hen. Hij woonde in de Congolese provincie Kasaï en ging naar een missieschool van Scheut. “Ik raakte er al in mijn jeugd van overtuigd dat de missionarissen goed werk leveren. Mijn geloof heeft me ook doen kiezen voor het missiewerk.” Na zijn studie filosofie in Kinshasa volgde Liévin een theologische opleiding in Mexico, en daarna ging hij in de Dominicaanse Republiek aan de slag voor een lokale radio, waar hij vier jaar een educatief programma maakte. Nu zit hij in Anderlecht, waar hij theologie doceert aan jonge missionarissen. “Sommige jongeren willen vooral in het buitenland aan de slag, maar de religieuze overtuiging blijft wel de belangrijkste voorwaarde. Als je daaraan twijfelt, ben je hier niet op je plaats. We willen met ons werk mensen helpen, maar ook nog altijd de christelijke boodschap uitdragen. Je moet ook het celibaat kunnen aanvaarden. Sommige kandidaat-missionarissen hebben het daar moeilijk mee, maar nogmaals: als je daaraan twijfelt, ben je bij ons aan het verkeerde adres.” Liévin volgt nu een boekhoudersopleiding om binnenkort opnieuw in zijn moederland aan de slag te gaan. Hoe kijken Congolezen vandaag tegen missionarissen aan? “Tja, het is natuurlijk zo dat heel wat Congolezen ons door het koloniale verleden nog altijd argwanend bekijken, maar dat geldt zeker niet voor iedereen. We verrichten in Congo nog altijd uitstekend werk. Vergeet niet dat een groot deel van het Congolese onderwijs nog altijd door missionarissen georganiseerd wordt. Veel mensen houden dus zeker een positief beeld over van ons missiewerk.” Bruno Schols Het Chinamuseum kan op afspraak bezocht worden: 02-526.14.15 of 02-526.14.00


BDW 1355 PAGINA 11 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Laken > Brugmann en Koningin Fabiola slaan handen in elkaar

Kinderziekenhuis breidt fors uit Afgelopen vrijdag werd de eerste steen gelegd van een gemeenschappelijk nieuwbouwproject van het kinderziekenhuis Koningin Fabiola en het Brugmannziekenhuis. De nieuwe vleugel is nodig omdat het huidige ziekenhuis uit zijn voegen barst. De eerste verdieping zal door het Brugmannziekenhuis gebruikt wor­ den voor een uitbreiding van de materniteit en de neonatologie. De andere verdiepingen zullen onder-

dak bieden aan de nieuwe spoeddiensten, pedopsychiatrie, een operatiekwartier en een dagziekenhuis, samen met de administratieve diensten van het Kinderziekenhuis Koningin Fabiola. De uitbreiding van het ziekenhuis is meer dan nodig, benadrukt diensthoofd Georges Casimir. “Het kinderziekenhuis barst echt uit zijn voegen. We hebben nu meer dan 30.000 patiënten per jaar voor de dringende zorgen; voor de dagverzorging hebben we maar liefst

150.000 patiënten per jaar. Na 25 jaar zijn onze operatiekwartieren ook verouderd. Er komen ook nieuwe toestellen en machines om kinderen nog beter te opereren. De operaties zullen nog nauwkeuriger kunnen verlopen, waardoor de littekens kleiner worden.”

Hospichild Het Brusselse kinderziekenhuis bestaat sinds 1986, maar werd al snel geconfronteerd met een tekort aan lokalen en aangepaste ruimtes. In

2005 gaven de Brusselse ministers Benoît Cerexhe (CDH) en Guy Vanhengel (Open VLD) het startschot voor een eerste renovatieronde: de bouw van een nieuwe afdeling intensieve zorgen en een vijfde verdieping voor de afdelingen oncologie en kinderpsychiatrie. Een paar maanden geleden zijn ze in gebruik genomen. En nu is dus een nieuwe fase aangebroken in de reorganisatie van de campus Horta. De bouw van de nieuwe vleugel zal vier jaar duren. De kostprijs be-

draagt 10,5 miljoen euro. De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (GGC) betaalt hiervan iets meer dan een miljoen. Daarnaast wil de Brusselse regering ouders van zieke kinderen ook goed blijven informeren, onder meer via www.hospichild.be. Die website wil de sector van de kinderzorg in Brussel beter bekend maken. U vindt er informatie over alle aspecten van de hospitalisatie van een zwaar ziek kind. Matthias Vanheerentals

ADVERTENTIE

Laken > Discussie over renovatiecontract sleept aan

S OCIALE V ERHUURKANTOREN

Verhuizing academie nog niet voor morgen

Verhuur uw woning zorgeloos © SASKIA VANDERSTICHELE

Gegarandeerde huur elke maand Verzekerd verhuurbeheer Onderhoud van uw woning Steun voor de renovatie Fiscale voordelen

www.fedsvk.be 02 412 72 44

M�� �� ����� ��� ��� B������� H������������� G����� ADVERTENTIE

Celloles in een te klein voormalig dokterskabinet, met slechte akoestiek.

De verhuizing van de hoofdstedelijke academie voor muziek, dans en woord naar Campus Nieuwland sleept aan.

wachten. Door de juridische trouwtrekkerij is zelfs de erfpachtovereenkomst nog niet rond.

Piano op de gang In november 2010 kreeg de academie, die nu in de Lakense Fransmanstraat zit, de belofte dat ze haar intrek kon nemen op de campus van brede school Nieuwland. De academie zou duizend vierkante meter krijgen op de vierde en vijfde verdieping van de vroegere normaalschool. Dat stuk van de campus is eigendom van de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC). Met de VGC moest de Stad Brussel, de eigenaar van de academie, dus een erfpacht- en een renovatieovereenkomst afsluiten. Want op de site zouden zich verschillende Nederlandstalige organisaties vestigen, en het was het simpelste dat de VGC de volledige verbouwing op zich nam. Ook die van de academie, begroot op 1,3 miljoen euro. Hier knelt het schoentje. De Stad Brussel en de VGC raken het niet eens over de verbouwingsovereenkomst. Volgens de Stad zijn sommige door de VGC voorgestelde bepalingen over aansprakelijkheid en controle van het werk in strijd met de Gemeentewet. De VGC houdt het been stijf en zegt dat de Stad de verbouwing dan maar zelf moet doen. De kans bestaat dat de verbouwing hierdoor nog langer op zich laat

Directeur Bruno De Jonghe begint stilaan te wanhopen. “Waar we nu zitten, een vroeger CLB, wordt het stilaan onhoudbaar. Veel te kleine lokalen, slechte akoestiek. Soms moet eerst de piano op de gang gezet worden voor er een andere les kan beginnen.” De academie heeft al een hele lijdensweg in behuizing achter de rug: eerst had ze twee lokalen in een peperkoeken huisje in de Wittouckstraat, een jaar of zeven verhuisde ze dan naar de Fransmanstraat, als ‘voorlopige’ oplossing. De Stad had een voormalig ministerie op de Bockstaellaan gekocht, waar de academie samen met enkele Franstalige organisaties zou intrekken. Maar dat plan ging niet door, het gebouw staat al jaren leeg. De academie is de laatste die nog moet arriveren op Nieuwland. De andere partners – Sint-Jorisbasisschool, Zaveldal, IBO De Buiteling, Baboes, de Opvoedingswinkel en muziekeducatie Met-X – zijn er inmiddels allemaal. “We wachten met spanning op de komst van de academie,” zegt bredeschoolcoördinator Lotte Agten. Bettina Hubo

Scholengroep Brussel van het GO! (Nederlandstalig Gemeenschapsonderwijs) met 53 instellingen en een totaal van bijna 20.000 leerlingen is dringend op zoek naar een

Scholengroep

BRUSSEL

VOLTIJDSE

PROJECTLEIDERINTEGRAALPLAN (M/V) MET ALS BELANGRIJKSTE TAKEN: n Opmaak integraal- en masterplan, screening gebouwen, ruimtelijk onderzoek en uitbouw van een duurzame toekomstvisie. n Je beschikt over een diploma architect of ingenieur bouwkunde. n Je wordt tewerkgesteld in Evere op contractuele basis en betaald volgens de barema’s van de Vlaamse overheid. Je krijgt een laptop, gsm en hospitalisatieverzekering. Kandidaturen met motivatie- brief en uitgebreid CV vóór 15/12/2012 richten aan Peter Luyckx, personeelsdirecteur, Oudstrijderslaan 200, 1140 Evere. Meer info zie www.scholengroep.be.


ADVERTENTIE

BDW 1355 PAGINA 12 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

© HUIS DER GEZINNEN

Anderlecht > Ratatouille: Huis der Gezinnen stelt draaiboek voor

Komkommer in plaats van chips in de boekentas Het Kuregemse Huis der Gezinnen stelt Ratatouille voor. Dat nieuwe draaiboek moet maatschappelijk kwetsbare ouders en hun kinderen gezonder doen eten. Al jarenlang signaleren dokters en verpleegkundigen dat een groot aantal kinderen in Kuregem een verhoogd risico loopt op obesitas en suikerziekte.

Op 3 december zet VFG mensen in de kijker. Niet hun handicap. Le badge de la Journée Internationale des Personnes Handicapées

In 2000 kreeg het Huis der Gezinnen voor het eerst van partners op het terrein signalen over de slechte gezondheidstoestand van heel wat jonge gezinnen in de wijk Kuregem. Om daarop een antwoord te bieden werd in 2005 het (op)voedingsproject Ratatouille op poten gezet. Hiermee wil de organisatie jonge ouders bewust maken van het belang van gezonde voeding voor hun kinderen.

In samenwerking met een diëtiste, interculturele bemiddelaars en groepswerkers werd het draaiboek Ratatouille opgesteld. Dat toont in zes hoofdstukken de gevaren van ongezonde voeding bij kinderen en geeft  tips voor een gezondere levensstijl: hoe maak ik een gezonde fruit- of groentepap klaar?  Een komkommer of een zakje chips in de boekentas van mijn kind? Hoe lees ik voedingsetiketten? Het Huis der Gezinnen werd opgericht in 1997. De organisatie is een samenwerkingsverband tussen het Centrum Etnische Minderheden en Gezondheid en het gemeentelijk Centrum Geestelijke Gezondheidszorg de Zomer.

Nick Vervaeck

ADVERTENTIE

Sint-Pieterscollege Jette

‘‘

Infoavond

Meer weten? www.vfg.be en info@vfg.be 2

op dinsdag 4 december 2012 om 19.30 u in het Sint-Pieterscollege in de grote sportzaal over het eerste jaar secundair en de inschrijvingsprocedure.

’’

HOOGSTAAND TALENONDERWIJS, STERK IN WISKUNDE & WETENSCHAPPEN, TRADITIE IN KLASSIEKE TALEN, PIONIER IN HUMANE WETENSCHAPPEN, ONDERNEMEND IN ECONOMIE, ZIN VOOR KUNST & CULTUUR, GEDREVEN LEERKRACHTEN, HEDENDAAGSE LEERMIDDELEN, KRACHTIGE LEEROMGEVING, TOEGEWIJDE BEGELEIDING, OPEN VENSTER OP DE WERELD, VERZORGDE OMGEVING, ACCENT OP NEDERLANDS, ZORG VOOR NATUUR & MILIEU.

Nederlandstalige kwaliteit in Brussel met een hart voor jonge mensen. Sint-Pieterscollege Jette - Léon Theodorstraat 167 - 1090 Jette - T 02/426 85 15 - F 02/425 47 50 aso@sint-pieterscollege.be - www.sint-pieterscollege.be

Onze school is gelegen vlakbij het station van Jette


BDW 1355 PAGINA 13 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

ROND BRUSSEL (5): NEDER-OVER-HEEMBEEK

Dit is Nederland, schiet door me heen als ik de Bruynstraat inrijd en de appartementenblokken met hun heldere kleuren en speelse hoekige vormen zie. Ook het rijtje rotondes om de snelheid uit het verkeer te halen, ontbreekt niet. Onder het motto ‘Meer is meer’ zijn met gulle hand verkeersborden rondgestrooid. Hier geen spoor van de beruchte Belgische verkavelingsbouw, dit doet juist denken aan de Nederlandse evenknie daarvan: de vinexwijken. Onder die naam zijn honderdduizenden woningen aan de randen van Nederlandse steden gebouwd. In deze planmatig opgezette wijken is aan alles gedacht, alleen met de

voor 344 appartementen, verdeeld over drie projecten. De woningen zijn klaar, binnenkort trekken de huurders erin. Dan zullen ook de definitieve verkeersborden op de rotondes worden geplaatst. Als dit een Nederlandse vinexwijk zou zijn, dan zou er vervolgens ook nog kunst op komen, liefst iets lolligs, zodat bewoners tegen hun bezoek kunnen zeggen: je moet linksaf slaan bij de rotonde met de grote trompet/clown/teletubbie (doorhalen wat niet van toepassing is). Zo’n vaart zal het hier niet lopen, leert de minirotonde die voor de deur van het aangrenzende Militair Hospitaal ligt. Een verweerde gevelsteen met het jaartal 1885 tooit het kleine middeneiland, hij is afkomstig van het neorenaissancistische ziekenhuis dat vroeger in Elsene stond. De andere stenen van het hoofdgebouw zijn eind jaren 1990 opgeslagen, de projectontwikkelaar van het oude terrein beloofde de gevel ooit te herbouwen. Het kwam er nooit van. Misschien een idee voor de lege rotondes van de Bruynstraat?

© TIJS VAN DEN BOOMEN

Vlaanderen heeft de reputatie dat de rotondes er vol staan met bespottelijke beelden. Maar hoe zit het in Brussel? Voor BDW onderneemt de Nederlandse rotondoloog Tijs van den Boomen de komende maanden een zoektocht naar de rotondes van de negentien Brusselse gemeenten. Welke spiegel houden ze ons voor?

fantasie en levendigheid wil het niet zo vlotten. Mijn associatie is niet onterecht. De Bruynstraat blijkt te horen bij het 1.000-woningenplan van de Stad

Brussel. Je ziet de planologen voor je, die naarstig de kaart afspeurden op zoek naar bouwlocaties. Hier aan de verre rand van Brussel, op een smalle strook land tussen het Mi-

litair Hospitaal en de grens met het Vlaams Gewest, vonden ze ruimte

Tijs van den Boomen

www.brusselnieuws.be/rondbrussel

ADVERTENTIE

Expertisecentrum Dementie brOes, Roger Vandendriesschelaan 11, 1150 Brussel t 02 778 01 70 broes@dementie.be, www.cgg-brussel.be, www.onthoumens.be illustratie ILAH

Met de steun van de


BDW 1355 PAGINA 14 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Minstens twintig- tot dertigduizend Brusselse woningen staan leeg, en daarnaast het equivalent van tweehonderd grote voetbalvelden aan kantoorruimte. Tijd voor actie, vindt SP.A.

© BBRoW

Wonen > SP.A’ers Ahidar en Van Wijnendaele over leegstand

‘Over te nemen: woonbeleid Brussel’ BRUSSEL – De SP.A pleit voor een sociaal contract met de Brusselaars in de strijd tegen leegstand, als alternatief voor het falende woonbeleid in Brussel. “Leegstand is als chronische buikpijn,” zeggen SP.A’ers Fouad Ahidar en Matthias Van Wijnendaele.

BDWOPINIE Op de hoek van de Vanderdussenstraat en de Gentsesteenweg in Molenbeek staat een huis leeg. Hier zouden drie gezinnen kunnen wonen. Vandaag woont er niemand. Er ligt sluikstort op de stoep, de gevel is beklad met graffiti. Een buur vertelt ons dat het gebouw al meer dan acht jaar leegstaat. Leegstand is als chronische buikpijn. In sommige Brusselse wijken zorgden verloedering en speculatie voor een neerwaartse spiraal en de afbraak van de sociale cohesie. Hoe groot de verspilling van kostbare ruimte in de stad is, weten we niet. Woningleegstand wordt niet officieel gemeten, maar studies tonen aan dat het om twintig- tot dertig-

duizend woningen gaat, de gedeeltelijke leegstand (zoals verdiepingen boven winkels) nog niet meegerekend. Er staat ook twee miljoen vierkante meter – tweehonderd grote voetbalvelden – kantoorruimte leeg, een record in België. En er worden nóg kantoren bijgebouwd.

Huurders in de kou Een straat verderop, in de Louis Mettewielaan, woont een gezin met twee kinderen. Ze wachten al meer dan vijf jaar op een betaalbare woning. De vader nam enkele maanden geleden contact met ons op. Ze besteden vandaag meer dan de helft van hun gezinsbudget aan de huur van een privéappartement. Om niet in armoede terecht te komen mag een gezin in feite maar een derde van zijn budget aan de huurprijs besteden. Als we hier rekening mee

Fouad Ahidar (l.) en Matthias Van Wijnendaele.

“De overheid moet lege woningen opkopen en doorverkopen aan jonge gezinnen, die ze tegen een verlaagd tarief opknappen”

houden, kan de helft van de Brusselaars zich amper negen procent van de huurwoningen veroorloven. De hoge huurprijzen zijn een catastrofe voor betaalbaar wonen in de stad. De hoofdstad van Europa krijgt nu ook hoofdpijn. Brusselse huurders kijken immers aan tegen een wachtlijst van bijna veertigduizend gezinnen voor een sociale woning en kunnen vaak geen woning kopen. Ze hebben dus geen recht op een huurvermindering voor sociale huurders of een woonbonus voor eigenaars. Dat is fundamenteel onrechtvaardig. Een oplossing is het omkaderen van huurprijzen en de invoering van een huurtoelage voor wie te lang op een wachtlijst staat. De huurtoelage, nochtans een regeringsdoelstelling, werd echter deze maand begraven door staatssecretaris Christos Doulkeridis (Ecolo). En niet alleen loopt de huurprijs op, maar omdat huurders hun woning niet zelf isoleren, neemt ook de energiefactuur toe. Verhuurders worden niet verplicht om hun dak te isoleren. Ook het nieuwe premiestelsel van minister Evelyne Huy-

tebroeck (Ecolo) houdt hier geen rekening mee en zet vooral in op passief-nieuwbouw. Tijd dus om de leegstand in Brussel aan te pakken. Wat heeft twintig jaar aanpak van leegstand ons geleerd? Er zijn minstens vijftien instrumenten gecreëerd, maar de meeste worden nooit of amper toegepast. Nochtans zijn de wijkcontracten, de sociale verhuurkantoren en het openbaar beheersrecht perfecte hefbomen tegen leegstand. De negentien gemeentereglementen zorgen voor negentien verschillende definities van een verwaarloosde woning en voor negentien leegstandsheffingen. Zowel in de gemeenten als in het Gewest ligt de bal in het kamp van de overheid. Die moet leegstand opsporen en kunnen aantonen. Onbegonnen werk als je weet dat de gewestelijke leegstandsdienst amper vijf medewerkers telt. De eigenaar of speculant krijgt vrij spel. Dat maakt van de strijd tegen leegstand de zwakste schakel van de Brusselse regering. Waar is het stadsproject? Waar is de gecoördineerde aanpak? Waar is de visie die elke Brusselaar kent, verdedigt en uitdraagt? Het is duidelijk dat een eenzijdige bestraffende aanpak niets uithaalt. De strijd tegen leegstand mag niet alleen bestaan uit belastingen, boetes, onteigeningen... Wij pleiten dan ook voor nultolerantie tegen leegstand door een Traject naar Bewoning in te voeren. Betrek de burger bij de strijd tegen leegstand. Volgens ons voorstel moet de eigenaar leegstand melden en moet de overheid de instrumenten aanreiken. De sleutel ligt bij een contract tussen eigenaar en leegstandsdienst, waarbij een oplossing op maat wordt gezocht. Zo kunnen verdiepingen boven winkels toegankelijk worden via een slim architecturaal ontwerp. Sociale verhuurkantoren en de gemeenten kunnen een leeg gebouw in beheer nemen en renovatiekosten recupereren via de huurprijs. De overheid moet lege woningen opkopen en doorverkopen aan jonge gezinnen die ze opknappen tegen een verlaagd tarief. Oude fabrieksgebouwen kunnen opengesteld worden om er tijdelijk culturele en jeugdinitiatieven een plaats te geven. Een eigenaar die leegstand meldt en een contract aangaat, geniet twee jaar lang een opschorting van de leegstandsboete. Wie leegstand niet meldt, riskeert een meldingsboete én een leegstandsboete. De inkomsten van de boetes mogen niet zomaar naar de gemeenten gaan. Ze moeten dienen voor het Traject naar Bewoning en de naar schatting vijfduizend huurtoelages voor wie langer dan vijf jaar op een wachtlijst staat voor een sociale woning. Het is een antwoord op leegstand en de hoge huurprijzen, twee zijden van dezelfde munt. Door de burger te betrekken, te investeren in onze wijken en betaalbaar wonen te garanderen voor iedereen, kan Brussel op termijn een echte woonstad worden. Fouad Ahidar, Brussels parlementslid en gemeenteraadslid in Jette, en Matthias Van Wijnendaele, parlementair medewerker, SP.A


BDW 1355 PAGINA 15 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

BRIEVEN VAN LEZERS   lezersbrieven@bdw.be Stadsnationalist In BDW 1354 (p. 4-5) ontpopt de wetenschapper Eric Corijn (VUB) zich tot stadsnationalist. Zijn liefde voor de stad is eindeloos en buitensporig. Zijn motto: ‘Iedereen stedeling!’ Nu is de tegenstelling tussen de (groot)stad en het ommeland (platteland) van alle tijden. Het gemak waarmee de stedeling de dorpeling van achterlijkheid kan verdenken en beschuldigen, is dat evenzeer. Stedelingen eigenen zich een onvoorwaardelijke morele suprematie toe. De heer Corijn verwoordt het in BDW als volgt: “In een dorp wordt eigenheid als illusie gecreëerd: wij volstaan. Dat is het nationalistische project.” Wetenschappelijke bewijsvoering daarvoor ontbreekt. Stel dat de dorpeling stelt: “In een stad wordt universaliteit als illusie gecreëerd: wij volstaan nooit. Dat is het utopische project.” Wie getuigt dan het meeste van gezond verstand? We gunnen de stedeling in de figuur van de heer Corijn zijn ambitieuze illusie, maar beseffen dat in echte grootsteden als Parijs iedereen op zoek gaat naar zekerheid en houvast via wijken, buurten, stadsdorpen, verenigingen, netwerken en alle andere mogelijke vormen van herkenning. En we stellen vast dat het ommeland van Brussel zeer gegeerd wordt, niet alleen door welgestelden die zich de rust en de natuur kunnen permitteren, maar ook door alle anderen die sociaal, intellectueel, financieel minder draagkrachtig zijn. De praktijk is dus enigszins anders dan het ideaal. De dorpeling, van nature bescheiden en een tikkeltje wantrouwig en voorzichtig, onthoudt zich van het schofferen van de stedeling. Hij houdt immers in alle eenvoud zijn venster op de wereld open, maar vergeet nooit dat het eerste licht bij opgaande zon altijd in zijn achtertuin schijnt. Roger Swalens, Alsemberg

Kunstonderwijs In plaats van overleg te plegen maakt de minister van Cultuur zich druk over de herkomst van kinderen die deelnemen aan culturele activiteiten omdat de participatie onvoldoende divers zou zijn: weinig kinderen van minder gegoede ouders, weinig kinderen van vreemde origine. Het zouden grotendeels ‘middenklassekinderen’ zijn, als het al niet uitsluitend kinderen zijn van cultuurminnende ouders. Anderzijds is er nu een plan – of beter: een discussienota – van de minister van Onderwijs om het inschrijvingsgeld in het deeltijds kunstonderwijs (DKO) omzeggens te verdubbelen (BDW 1354, p. 1). Bij toepassing van die maatregel wordt de kritieke grens van betaalbaarheid zeker overschreden. Even de rekening maken voor een gemiddeld gezin: 2 kinderen à 120 euro = 240 euro, of een variante: 1 kind à 120 euro + 1 ouder à 365 euro = 485 euro. Wie zal dat in één keer kunnen betalen in een al dure septembermaand? Waarschijnlijk alleen bevoorrechte burgers; waar is dan de politieke laagdrempelige wens om brede lagen van de bevolking voor kunst warm te krijgen? Mocht het de bedoeling zijn om het aantal leerlingen in dit naschoolse kunstonderwijs te verminderen (wellicht te halveren), dan mag er een significante leegloop verwacht worden. Dat zal de diversiteit van het leerlingenbestand niet bevorderen, en als het aantal leerlingen vermindert, dan komt de werkgelegenheid van de docenten ook onder druk, waardoor opnieuw een groter aantal jonge kunstenaars (die nu in het DKO een nuttige sociaal-maatschappelijke functie hebben) werkloos zal zijn. Het kan niet de bedoeling zijn van de minister van Onderwijs om het DKO te benadelen ten opzichte van culturele organisaties die slechts initiërende kunstlessen inrichten, beperkt tot modules, thema’s, technieken, be-

BDWOPINIE

geleid door freelance-personeel dat niet bezoldigd wordt door het ministerie van Onderwijs. (...) Het kan evenmin het gevolg zijn van een ‘vestzak-broekzakoperatie’ omdat er ook een plan voorligt om de kinderen in de muziekacademies in staat te stellen zich in te schrijven vanaf zes jaar, naar analogie met de bestaande faciliteit in de academies voor beeldende kunsten. Vanzelfsprekend zou dit een opmerkelijke mééruitgave betekenen. Het is zelfs niet uitgesloten dat de directeurs die zelf jarenlang – en terecht – geijverd hebben om de inschrijvingsleeftijd in de muziekacademies te verlagen van acht naar zes, daar nu zelf de financiële gevolgen van moeten dragen. Misschien is dát wel de echte achterliggende reden van het plan, dus in feite een stilzwijgende besparingsoperatie? Inhoudelijk is dat in tegenspraak met de oorspronkelijke verwachtingen en afspraken van de ministers van Cultuur en Onderwijs, die leerplichtige kinderen optimale kansen op een volwaardige kunstzinnige vorming wilden bieden. (...) Als er nu plots wordt vastgesteld dat door het grote succes het DKO ‘onbeheersbaar’ wordt, dan moet er prioriteit gegeven worden aan kinderen, en moet eerder het inschrijvingsgeld van de volwassenen (+25) aangepast worden. Sommige criticasters zijn misleidend in hun commentaar door de betwisting dat de toegankelijkheid van kunstvorming sinds ’68 een gedemocratiseerd recht is geworden. Het DKO is van onschatbare waarde voor de artistieke en algemeen-culturele emancipatie van kinderen, jongeren en volwassenen. Overigens is vastgesteld dat bij leerlingen die in een kunstacademie leren schilderen, musiceren, dansen of toneelspelen, elke intentie tot vandalisme uitgesloten is. Zeker in een stedelijke context kan dat als toegevoegde waarde tellen... Wie orakelt dat ‘kunst geen basisbehoefte is’, klinkt niet alleen conservatief, maar vergist zich, en herleidt kunst tot een product voor de happy few. (...)

Jonas Wille, ex-directeur BKO-kunstschool, Oudergem

Winterpret Ziezo, beste vrienden, de kerst staat voor de deur en de hokken staan al op de vismarkt. Het is beschamend in welke staat die hokken zich bevinden. Etensresten en vetten van vorig jaar die zich goed voelen in het ranzige luchtje die deze troep omringt, subtiel overgoten met een hondenstraaltje en gegarneerd met wat donzige schimmel. In deze hokken zal eten bereid worden, smakelijk! Ik ga ook naar de kerstmarkt, maar dan wel om het ambachtelijke kunnen van enkele kraamhouders te bewonderen en zeker niet om het hap-slik sch… voedsel te eten of de minderwaardige drankjes (overgegoten in merkflessen) te drinken. Naast de zeer onhygiënische staat van de hokken stoort het mij dat de ambachten steeds minder aan bod komen en dat er steeds meer zuipstekken en gootkombuizen opduiken. Deze markt mag dan wel de grootste zijn van Europa, het is ook de vieste! Er is zelfs geen stromend water, nu ja, behalve als het regent. Hier zou het FAVV (Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, red.) hard tegenaan moeten gaan, vooral omdat de beroepshorecamensen controle krijgen alvorens ze hun zaak mogen openen en zich dan continu platwerken aan het onderhoud en de hygiëne in hun zaak. Ondertussen kunnen de mengers in deze hokken rustig hun gang gaan, zonder zich zorgen te hoeven maken over de voedselhygiëne.

Marcel Theys, technicus hotelindustrie, Brussel

SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar lezersbrieven@bdw.be. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via lezersbrieven@bdw.be. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.

Verkleedverbod door Anne Brumagne Valt de Hogeschool-Universiteit Brussel (HUB) ten gronde iets te verwijten over haar aanpak na de verkrachting van een student die op een studentendoop verkleed was als vrouw? Uit de HUB-communiqués, bevestigd door een persbericht van de studenten­ verenigingen, blijkt dat het slachtoffer en zijn ouders zo goed mogelijk begeleid zijn, én dat al het mogelijke is gedaan om de dopen die nog gepland waren, zo normaal mogelijk te laten verlopen. En ook: dat van een echt permanent ‘verkleedverbod’ nooit sprake is geweest, maar dat er voor de daaropvolgende dopen in dezelfde buurt met de studentenverenigingen werd afgesproken om niet meer te verkleden. Het is jammer dat de eigen communicatie van de HUB afgelopen maandag op zich heeft laten wachten. Want tussen de eerste berichten over ‘een verkleedverbod’ en de uitleg van de HUB zelf waren er al een pak verontwaardigde reacties gekomen, tot uit Nederland toe. Dat de HUB met dat verbod zou hebben toegegeven aan de homofobie van de misdadigers. Dat op die manier de schuld bij het slachtoffer werd gelegd: dat was de teneur van die eerste lawine aan reacties. Maar laten we allemaal eerlijk zijn: er is een wereld van verschil tussen stoere principes die we via Twitter of andere media de wereld in sturen, en de maatregelen die we als verantwoordelijke (mens of organisatie) in een concrete situatie zouden nemen, of waartoe individuen hun toevlucht nemen als ze gevaar lopen. In dit geval was de concrete situatie dat de daders van die afschuwelijke aanranding nog niet waren gevat. Herkenbaar, toch: hoeveel kinderen mochten er ten tijde van Dutroux niet meer alleen een blokje om? (Hoeveel kinderen mogen dat zoveel jaar later nog steeds niet, ook al zit de man achter slot en grendel?) We moeten nu oppassen dat we de HUB niet de zwartepiet toeschuiven. Of homo’s die niet hand in hand over straat durven te lopen. Of vrouwen die uit voorzorg met de blik op oneindig door bepaalde buurten lopen. Maar volmondig ja: machogedrag zelf moet blijvend worden bestreden, van wie het ook komt. Helaas is het een frustrerende vaststelling dat pogingen tot sensibilisering vaak gedoemd zijn tot mislukken. Hoeveel effect hebben de traditionele overheidscampagnes, genre ‘we spreken een communicatiebureau aan, bedenken een slogan en afficheren die in bus en tram’? Het wordt een werk van lange adem, via scholen en organisaties. En crimineel machogedrag, dat moet gewoon krachtig worden bestraft, punt. Onze maatschappij voorziet straffen, en die straffen moeten ook daadwerkelijk worden opgelegd.

EVA HILHORST


© ARCHIEF BDW

BDW 1355 PAGINA 16 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

VADROUILLE

Cabrera speelt voor Cuba BRUSSEL – De Cubaanse Brusselaar Rey Cabrera wil de slachtoffers van de orkaan Sandy uit zijn geboortedorp helpen. Daarom geeft hij op 16 december een concert bij hem thuis. En nog tot en met 20 december kunt u Rey boeken voor een concert – bij u thuis. Na de doortocht van de orkaan Sandy hebben talloze mensen ernstig gele­ den. Zo ook de inwoners van de twee gehuchten van het Cubaanse Dos Ca­ minos. Velen van hen verloren hun huis of zagen de oogst verwoest wor­ den. Omdat het voor hen een Nieuw­ jaar in mineur dreigt te worden, be­ sloot Rey om elke familie van de twee gehuchten een pakketje te bezorgen om op oudejaarsavond de dagelijkse zorgen even te vergeten. Zo kwam de muzikant op het idee om huiskamerconcerten te geven. Van 15 november tot en met 20 de­ cember kunnen mensen Rey Cabrera voor 118 euro boeken om te komen spelen in hun woonkamer, bedrijf of café. Elke dag, behalve zondag 16 de­ cember, want dan geeft hij een con­ cert in zijn eigen huiskamer aan de Anspachlaan 53. Ook zijn Belgische vrouw Lydia Berghmans blijft niet bij de pakken zitten. Zij verkoopt delicatessen zo­ als truffels, gedroogde vruchten en wafels. Nog tot en met 12 december kunt u deze producten bestellen, en tussen 1 en 20 december kunnen ze afgehaald worden ten huize Cabrera. De hele opbrengst gaat integraal naar Dos Caminos. NV

© SASKIA VANDERSTICHELE

DE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK

Erfgoed > Badhuis, nachtclub, kunstenwerkplaats en nu moskee

Middaggebed in het zwembad VORST – Ooit gingen de mensen van Vorst er baden, tegenwoordig gaan buurtbewoners er bidden. Het art-decogebouw aan de Berthelotstraat 34 is in zijn zestigjarige bestaan meermaals van functie veranderd: van gemeentelijk badhuis, hippe nachtclub en artistieke werkplaats tot cultureel centrum met moskee. Intussen is van het blauw betegelde zwembad niet veel meer over.

O

p een dinsdagmiddag is het rustig in El Hikma, wat ‘de wijsheid’ betekent. Op de verhoogde en met tapijt bedekte zwembadvloer zitten enkele mannen rich­ ting Mekka geknield voor het middaggebed. Ze worden begeleid door de gezangen van de muezzin. Boven op de galerij gaan deuren open. De Arabische les voor vrouwen is afge­ lopen. El Hikma is meer dan een gebedsruimte, het is een cultureel centrum waar moslimfami­lies uit de buurt terechtkunnen voor huiswerk­ begeleiding, Koranlessen, alfabetisering, fit­ ness en sport- en scoutsactiviteiten. Zopas heeft de vereniging het aanpalende huis gekocht, zodat de vrouwen een eigen gebeds­ zaal kunnen krijgen. Nu bidden ze boven op de mezzanine, maar tijdens de ramadan is die ruimte veel te beperkt. “Dan moeten we overal in de klasjes tapijten leggen,” zegt een van hen. Het is de bedoeling om het voormalige ge­ meentezwembad en het huis ernaast flink te renoveren. De gebedszalen zouden in de kel­ der komen, met aparte ingangen voor mannen en vrouwen. De zwemkuip op de gelijkvloerse verdieping zou omgevormd worden tot een

Uw hoogstpersoonlijke Rey Cabrera-concert boeken, of een voorraadje delicatessen bestellen? Bel vanaf 18 uur naar 0479-39.77.38

polyvalente ruimte. “Voor onze conferenties en feesten,” zegt voorzitter Mimoun. De kuip zou dan helemaal opgevuld worden en de lad­ dertjes weggehaald: te onhandig voor de ou­ deren. Daarmee zullen zo ongeveer de laatste sporen van het zwembad verdwijnen.

Rellen van Vorst Het art-decobadhuis was een ontwerp van architect Charles Rifflart, die het in de ja­ren twintig van de vorige eeuw tekende in samen­ hang met een school. De bouw begon in 1930, maar werd onderbroken door de Tweede We­ reldoorlog. Pas in 1950 kon de gemeente de baden openen. Behalve een 25 meterbad met mezzanine en kleedhokjes rondom waren er in de kelder ook publieke baden en douches. Het badhuis was geen lang leven beschoren. Al in de jaren 1980 bleek het verouderd, maar de gemeente had geen geld voor de moderni­ sering. In 1984 ging het zwembad onherroe­ pelijk dicht. Vijf jaar later verkocht de gemeente het aan een privébedrijf en werd het zwembad een chi­ que nachtclub, de Bains-Baden. De Brusselse jeunesse dorée reed ’s nachts met veel lawaai af en aan in dure auto’s, wat de buurt irriteerde.

In 1991 braken er vlakbij, op het Sint-Anto­ niusplein, rellen uit, de fameuze Rellen van Vorst, onder meer omdat de allochtone jonge­ ren uit de buurt niet welkom waren in de club. De gemeente greep in en de discotheek ging dicht. Achteraf bleek dat het badhuis flink wat averij had opgelopen: ramen waren dichtgemetseld, de zwemkuip die dienst deed als dansvloer, was opgehoogd met een dikke laag beton en de kleedhokjes beneden waren afgebroken. Het gebouw werd doorverkocht aan de Brus­ selse filmproducent en vastgoedinvesteerder Dominique Janne. Die had plannen voor een filmstudio, maar toen die te duur bleken, liet hij het gebouw leeg staan.

Te Vlaams? In 1997 werden de baden ontdekt door een groep jonge kunstenaars op zoek naar een plek voor een artistiek laboratorium. Na een eerste tijdelijke bezetting onder de naam Bains::Connective mocht de vzw er van de ei­ genaar voor langere tijd gratis blijven, in ruil voor renovatie van het pand. “Wij zijn be­ gonnen met leegmaken en schoonmaken. De discotheekuitbater had veel kapotgemaakt, maar al het puin lag in de kelder. Nog een ge­ luk, want we vonden daar losse, oorspronke­ lijke tegels die we konden hergebruiken,” zegt voorzitter Didier Annicq. “Onze benadering bestond erin het karakter van het gebouw zo­ veel mogelijk te bewaren.” Na een aantal jaar vond eigenaar Janne dat de renovatie niet snel genoeg ging en probeerde

✆ 0800-15045

alle werkdagen van 9 tot 12u30, maandag, dinsdag en donderdag van 13 tot 15u30

Bezoeken enkel op afspraak Informatie@handicap-ambulant.be

© SASKIA VANDERSTICHELE

Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor personen met een handicap

© ROSSEL & CIE – LE SOIR, PHODOC, BRUXELLES, 1989

Handicap & informatie

© BAINS::CONNECTIVE

ADVERTENTIE


© SASKIA VANDERSTICHELE

De El Hikma-moskee heeft verbouwingsplannen. Daarin zouden de kuip en de laddertjes verdwijnen, en daarmee de laatste herinneringen aan het zwembad dat hier oorspronkelijk zat.

Jean-Marc Basyn, die voor de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschap­ pen een studie maakte over de Brusselse zwembaden, legt uit hoe het kan dat een artdecozwembad niet beschermd is. “Toen het midden jaren 1980 leeg kwam te staan, was er geen aandacht voor zulke gebouwen. Late art deco was niet in de mode, men begon net met

© BAINS::CONNECTIVE

De kleedhokjes op de mezzanine zijn nu afgebroken en vervangen door leslokaaltjes.

de bescherming van art nouveau. Het Brussels Gewest bestond nog niet, en Vlaanderen en Wallonië bekommerden zich sowieso weinig om het erfgoed in Brussel.” Maar waarom lukte de bescherming ook later niet, toen er wel een Brussels erfgoedbeleid was? Basyn: “Bains::Connective heeft de be­ scherming gevraagd en de Commissie heeft hen gesteund. Maar het is uiteindelijk de poli­ tiek die beslist. Want een bescherming heeft

financiële gevolgen. Tot tachtig procent van de renovatie wordt gesubsidieerd. En de restau­ ratie van een zwembad is peperduur. Wat in dit geval wellicht ook meespeelde, was dat het gebouw al lang geen zwembad meer was en dat het flink toegetakeld was.” Op basis van de zwembadenstudie van Ba­ syn besliste het Gewest uiteindelijk om de vier belangrijkste Brusselse zwemba­ den te beschermen: Sint-Gillis, Ukkel, El­

Nu (foto boven) fungeert het gebouw aan de Berthelotstraat 34 als moskee. Voor het een moskee was, deed het gebouw achtereenvolgens dienst als zwembad, nachtclub en kunstenwerkplaats (l.). Het uithangbord met het duikende meisje (r.) is inmiddels verdwenen.

© SASKIA VANDERSTICHELE

Duikend meisje

© BAINS::CONNECTIVE

hij Bains::Connective eruit te zetten. De vzw zocht hulp bij Pascal Smet, die toen binnen de VGC over cultuur ging. De VGC was bereid  het onderhoud van het gebouw op zich te ne­ men als de gemeente Vorst het pand zou aan­ kopen. Bains::Connective ondernam een poging om het pand te laten beschermen. Dat mis­ lukte. “Het was nochtans een superproject, ook voor de buurt. En het paste prima in  het wijkcontract Sint-Antonius. Maar uit­ eindelijk werkte de gemeente niet mee. Het  was misschien te Vlaams,” zegt Annicq. Hij vindt het nog altijd een schande dat zo’n waar­ devol badhuis zo weinig steun kreeg. “Alleen de VGC en Pascal Smet hebben hun nek uit­ gestoken. Gemeente en Gewest hebben niets gedaan.”

sene en het zwembad op het Vossenplein. Bains::Connective trok weg in 2009. Een jaar later sloot Janne een huurkoopovereenkomst met El Hikma. De nieuwe gebruikers gingen aanvankelijk nogal driest te werk. Het uit­ hangbord met het duikende meisje verdween van de voorgevel, de laatste originele kleed­ hokjes op de mezzanine werden afgebroken en vervangen door leslokaaltjes, en aan de voorkant kwam er een raam in pvc. Inmid­ dels werken ze voor de bouwaanvraag samen met architectenbureau (en buurman) K2A, dat zich terdege bewust is van de waarde van het gebouw. De façade en oorspronkelijke binnen­ indeling zouden in de renovatieplannen intact blijven. Wel wordt mogelijk het in zeer slechte staat verkerende glazen dak in piramidevorm vervangen door een vierkant, glazen volume. Tenminste als de gemeente akkoord gaat. Want die oordeelt inmiddels minder lichtzin­ nig over het pand en beschouwt het als inge­ schreven op de inventaris van het bouwkun­ dig erfgoed. Hierdoor is het niet beschermd, maar krijgt het wel extra stedenbouwkundige aandacht en erfgoedbegeleiding. Het bad zelf valt wellicht niet te redden, het gebouw hopelijk wel. Bettina Hubo


BDW 1355 PAGINA 18 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Fotografie > Nathalie Van Eygen zoekt haar identiteit in foto’s

Tussen heimwee en ongemak © NATHALIE VAN EYGEN

Werk van Nathalie Van Eygen: kiezen voor het communautaire als vorm van therapie. Want waarheen met de tweetaligen?

BRUSSEL – Nathalie Van Eygen is tweetalig opgevoed, West-Vlaams/Frans. Nu woont ze in Brussel, is ze getrouwd met een Franstalige Brusselaar en voedt ze haar kinderen tweetalig op. Met foto’s zoekt ze naar haar identiteit. ‘Allons enfants de la patrie, le jour de gloire est arrivé’. De still van het optreden van toenmalig premier Yves Leterme op de trappen van de kathedraal zet de toon. Net zoals Leterme is Van Eygen van Ieper. Letermes vader is Franstalig, Van Eygens moeder is Française, van Hondschoote. Leterme ver-

warde de Marseillaise met de Brabançonne. Dit ingewikkelde land ook... Het was een brief van het Vlaamse ministerie van Onderwijs die Van Eygen eerst deed twijfelen, vervolgens boos maakte. In die brief werd gevraagd welke taal (‘Nederlands/Frans/Andere’) haar kinderen met vader, moeder, broers en zussen, grootouders spreken. “Ik werd kwaad,” zegt Van Eygen. “De brief voelde aan als een aanslag op mijn privacy. Het tweetalige heeft met mijn identiteit te maken. Ik ben opgegroeid met het communautaire.” Toen Van Eygen de brief kreeg, zat ze in haar tweede jaar Fotografie aan de Anderlechtse

Academie. Voor ze moeder werd, had ze als advocate gewerkt. Haar zwangerschap zorgde voor een move. “We kregen als opdracht een documentaire te maken,” vertelt Van Eygen. “Ik koos voor het communautaire, het werkte therapeutisch.” Geert van Istendael schreef de inleiding tot het boek, de afsluiter van Van Eygens vijfjarige fotografieopleiding. De titel luidt: ‘België. Een remedie tegen vaderlandsliefde’. Die titel vat het boek mooi samen. Het geheel van de foto’s – de splitsing van B-H-V, de Gordel, de Eenheidsmars, de koning op 21 juli, premier Di Rupo die aankondigt dat hij zijn Nederlands gaat

perfectioneren – voelt heel erg Belgisch aan. De foto’s roepen tegenstrijdige gevoelens op, het boek maakt onzeker. En dat is een compliment. En niet minder belangrijk: er zitten prachtige foto’s tussen. Danny Vileyn Nathalie Van Eygen, Ceci n’est pas België, uitg. in eigen beheer, 192 p., 19,95 euro. Op 5 december (20 uur) wordt het boek gelanceerd bij Filigranes, Kunstlaan 39-40. Onder meer daar te koop, en bij Cook & Book, Standaard Boekhandel en Foto­Museum Antwerpen: www.vaneygen.be

ADVERTENTIE

OP WEG MET PLEEGZORG VOOR HET EERST IN VLAANDEREN

VAN BOEKEN GA JE DENKEN JOHAN VANDERFAILLIE is universitair docent aan de Vrije Universiteit Brussel, Faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen, vakgroep Klinische en Levenslooppsychologie. Hij is gespecialiseerd in het domein van de jeugdhulpverlening. FRANK VAN HOLEN is reeds 20 jaar actief in de pleegzorg, onder meer als diensthoofd bij de pleeggezinnendienst Opvang afdeling Brabant en als opdrachthouder methodiekontwikkeling. FEMKE VANSCHOONLANDT is doctoraatstudent aan de Vrije Universiteit Brussel, Faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen, vakgroep Klinische en Levenslooppsychologie. Zij onderzoekt de implementatie van specifieke ondersteuningsprogramma’s voor pleegouders.

EEN KRITISCHE EN WETENSCHAPPELIJK ONDERBOUWDE ANALYSE VAN PLEEGZORG IN VLAANDEREN Pleegzorg is volop in beweging. Het aantal pleegzorgsituaties is de voorbije tien jaar meer dan verdubbeld. De aandacht voor pleegzorg is nog nooit zo groot geweest: vanuit het beleid, vanuit de hulpverlening en vanuit de brede maatschappelijke context. Redenen genoeg voor een kritische en wetenschappelijk onderbouwde analyse. Het boek schetst een algemeen kader met o.m. de geschiedenis van pleegzorg, het nieuwe Vlaamse pleegzorgdecreet, de oprichting van de provinciale samenwerkingsverbanden, het juridisch kader en de indicatiestelling. Daarna komen de verschillende soorten pleegzorg aan bod (gezinsondersteunende pleegzorg, pleegzorg voor volwassenen met een beperking, pleegzorg voor kinderen met een beperking, pleegzorg voor kinderen uit een problematische opvoedingssituatie, psychiatrische pleegzorg), telkens vanuit het oogpunt van instroom, begeleiding/ pleegzorgproces en uitstroom. Met specifieke aandacht voor de selectie en voorbereiding van pleegouders, de beleving van de bij pleegzorg betrokken partijen en bijzondere ondersteunings- en begeleidingsmethodieken. Een uniek document dat een ijkpunt is in een snel veranderende pleegzorg. Bedoeld voor iedereen die geïnteresseerd is in pleegzorg, zowel mensen uit het beleid als praktijkmedewerkers.

Auteurs: JOHAN VANDERFAILLIE FRANK VAN HOLEN EN FEMKE VANSCHOONLANDT (RED.)

ISBN 978 90 334 8945 7 // 2012

Met steun van Instelling Morele Dienstverlening Brussel

496 blz. // 55,00 EUR


BDW 1355 PAGINA 19 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Dani Klein is Brusseles van ’t Joêr BRUSSEL – Dani Klein is verkozen tot Brusseleir van ’t Joêr 2012. Ze volgt chef-kok Albert Verdeyen op. De verkiezing is een vast onderdeel van de Weik van ’t Brussels.

De Pieten voelden zich temidden van de gekleurde Brusselse bevolking duidelijk in hun sas.

Praat

Wachten, zwaaien, mandarijn scoren Gezien: de aankomst van Sinterklaas en zijn Zwarte Pieten te Brussel.

achteraf

Hij kwam toch, hij kwam toch, die lieve goede Sint. Spanje mag dan in zo’n diepe crisis zitten dat ze de cadeautjes daar zelf heel goed zouden kunnen gebruiken; de stoute Brusselse kinderen mochten dan daags tevoren nog brand hebben gesticht in de discotheek tegenover de plek waar de Heiligman moest aanmeren; de burgemeester van Brussel mocht dan geen tijd hebben om zijn voorname gast te verwelkomen – de Sint en zijn stoomboot kwamen tóch. Zolang we die collectieve fictie, die dan nog met haken en ogen aan elkaar hangt, en die voortdurend geïmproviseerde verklaringen behoeft voor mysteries zoals simultane sintverschijningen en acrobatische passages door veel te smalle schoorstenen, zolang we die collectieve fictie samen vrolijk in stand houden, is er nog hoop voor de mensheid. Stelt u zich de werkmensen voor die de veerboot van Brussels by Water plichtsbewust hebben uitgerust met de voorgeschreven stoomschouw. Stelt u zich de minister bevoegd voor de Haven van Brussel voor, die met de grootste hoogachting tegen zo’n verdachte snor staat te praten. De ernst waarmee volwassenen dergelijk spelletje meespelen, vind je elders alleen nog in de wereld van voetbal en showbizz. Als Brussel massa-evenementen moet organiseren, dan zijn de Brusselaars over het algemeen op hun hoede voor het goede verloop ervan. En als het om evenementen met semi-religieuze symbolen gaat, dan zijn ze tegenwoordig zelfs beducht voor censuur, andersgelovige kiezers ter wille. Maar de komst van de Sint blijkt binnen de organisatorische mogelijkheden en binnen de grootste oecumenische deler van de verschillende overheden te vallen. De tabbaard die de Sint bij zijn aankomst te A droeg, zag er dan wel iets kostbaarder uit dan het exemplaar dat hij voor zijn doortocht in de hoofdstad had uitgekozen, in B kon het contact met zijn beminde gelovigen zeer zeker veel directer verlopen. Ondanks het gure weer

was er zeker meer dan genoeg volk, maar al wie wilde, kon zonder problemen een zwart handje gaan halen bij een van de Pieten, die zich temidden van de gekleurde Brusselse bevolking ook duidelijk beter thuis voelden. Je zult natuurlijk altijd zien dat als er iets leuks te doen is voor de kinderen, er een lange rij staat aan te schuiven die ouders al op voorhand alle lust ontneemt. Maar ook daar hadden de organisatoren wat op gevonden. Omdat je de Turkse bisschop respect dient te betonen en die ouders dus moeilijk uitgelegd krijgen dat ze niet eens wat geduld overhebben voor een beloofd cadeautje, waren er twee wachtrijen. Wie zeker genoeg van zijn stuk was om bij het in ontvangst nemen van zijn cadeau de Sint persoonlijk onder ogen te komen, moest wachten in de langere en trager opschietende rij. Maar voor wie ongezien langs de kassa wilde passeren, was er nog een andere, wat sneller opschietende rij. Dit ter informatie van de wrede ouders die het te snel zijn afgebold en dat volgend jaar willen goed maken. Want met het randprogramma konden zij hun kroost vast niet troosten. Tekeningen inkleuren, kastelen bespringen, je gezicht laten schminken, dat doen de meeste kinderen elke week al. De Sint behoeft trouwens ook geen randprogramma. Je wacht, je zwaait en je probeert een vers geïmporteerde mandarijn te scoren, dat is alles. In die context hebben wij in ons grote boek toch nog twee opmerkingen genoteerd. Omdat er naar verluidt beter wat spaarzamer wordt omgesprongen met heliumgas, moet maar eens snel de dag komen dat er aan het lossen van vervuilende stukjes met helium gevuld plastic wettelijk een einde wordt gesteld. En daarnaast kan het eigenlijk ook niet dat de trend om kinderen in de miniversie van het kostuum van hun helden te hijsen, zich nu van het Spiderman- en Mega Mindygebeuren tot het Sinterklaasgebeuren uitbreidt. Zelf Zwarte Piet spelen, tot daaraan toe – zeker als daar wat knutselwerk bij is komen kijken. Maar komen aandraven met een stoffen mijter en mantel die mooier zijn dan die van de Sint zelf, dat gaat te ver.

Michaël Bellon

Vaya Con Dios-boegbeeld Dani Klein werd op maandag 26 november uitgeroepen tot Brusseles van ’t Joêr 2012. De zangeres, afkomstig uit Evere, won de achttiende editie van de verkiezing. Klein kreeg van haar voorgangerBrusseleir van ’t Joêr, Stoemp!-kok Albert Verdeyen, een zelfportret overhandigd voor haar bijdrage aan het Brusselse dialect. Danielle Schoovaerts werd in 1953 in Brussel geboren. Ze zong bij de hardrockband Steelover, bij The Scabs en Arbeid Adelt!, waar ze haar voormalige man Willy Lambregt, beter bekend als gitarist Willy Willy, leerde kennen. In 1986 richtte ze samen met hem en met bassist Dirk Schoufs Vaya Con Dios op, waarvan ze het gezicht werd. Tot op vandaag maakt ze muziek met Vaya Con Dios, maar dan zonder Willy Willy en Schoufs. Haar laatste album, Comme on est venu..., verscheen in 2009. Hiervoor kreeg ze een gouden plaat.

© SERGE LEBLANC

© SASKIA VANDERSTICHELE

Evenement > Ara! organiseert negende Weik van ’t Brussels

Fiest!

van de Weik van ’t Brussels. De vzw Ara! is het steunpunt voor het Brusselse dialect en wil de streektaal promoten. Nog tot en met maandag 3 december worden er op verschillende plekken in Brussel allerlei activiteiten georganiseerd. Zo is er op donderdag 29 november een debat over dialectgebruik in Zinnema in Anderlecht. Op vrijdag 30 november draait de hele dag op FM Brussel rond het Brussels. Maandag 3 december geeft emeritus hoogleraar Sera de Vriendt nog Brusselse dialectles aan de VUB, en diezelfde dag wordt de Weik afgesloten met een Brussels fiest in het Goudblommeke in Papier. Nick Vervaeck

De verkiezing van de Brusseleir van ’t Joêr is een initiatief van Ara! en is een vast onderdeel

www.ara-vzw.be

ADVERTENTIE

Palliatieve Thuiszorg Omega vzw Brussel-Halle-Vilvoorde

www.forumpalliatievezorg.be

Wil zijn team uitbreiden voor de regio Brussel met een:

Verpleegkundige (m/v) Omega richt zich tot de palliatieve patiënt en zijn familie in hun thuisomgeving en werkt nauw samen met het Forum Palliatieve Zorg B-H-V en met Leif. Naast een correcte verloning bieden wij een ruim pakket extralegale voordelen. Jouw functie: Begeleiden van patiënten en families in een palliatieve context. Je wordt hoofdzakelijk binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te werk gesteld. Jouw profiel: Tweetalige verpleegkundige met interesse in palliatieve zorg. Ervaring/opleiding in palliatieve zorg is een bijkomende troef. Heb je interesse, bel dan voor inlichtingen of een afspraak naar: Frank Schweitser op 02/456.82.03 of stuur of mail je cv aan: Omega, J.Vander Vekenstraat 158 te 1780 Wemmel frank.schweitser@hotmail.be


BDW 1355 PAGINA 20 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Design > Boek vol tegeltjeswijsheid, van art nouveau tot seventies

Tegeltje, tegeltje aan de wand © MARIO BAECK

© COLL. MARIO BAECK

Links: pronken met keramiek in toonzalen (Maison Helman, Adolphe Maxlaan) en op de Wereldexpo van 1935. Midden: zwaan in halfporselein bij winkel Vermeren-Coché (Waversesteenweg) en tegelwand op Expo 58. Rechts: uit het Berchemse atelier Guillaume Janssens en La Majolique Ciney/Brussel.

© SERGEYSELS, COLL. GILLIOT & ROELANTS, TEGELMUSEUM, HEMIKSEM

BRUSSEL/GENT – In het Museum voor Industriële Archeologie en Textiel (MIAT) in Gent kunt u momenteel naar de tentoonstelling Gevloerd en betegeld – De Belgische tegelindustrie. Brussel was een deel van het succesverhaal, staat te lezen in het gelijknamige boek van Mario Baeck.

E

en tegel was ‘schoon’, in de hygiënische betekenis, maar een Kuregemse tegelgigant pleitte ook voor het gebruik van de tegel voor een esthetischer stad. Misschien eerst alle plaatjes in het boek bekijken dan, vooraleer u met lezen begint (bijvoorbeeld dat ons woord tegel afgeleid is van het Latijnse tegula, een Romeinse dakpan, want tegere is ‘bedekken, beschermen’). Mario Baeck is behalve de auteur namelijk ook dé fotograaf

van het Belgische tegelerfgoed, in straten en interieurs. In Brussel is dat onder andere de betegelde gevel met allegorische vrouwenfiguren van La Grande Maison de Blanc aan de Kiekenmarkt, een realisatie van Boch Frères. Of de spectaculaire visserssloep op een van de betegelde wanden van restaurant Vincent in de Predikherenstraat, van Maison Helman uit Sint-Agatha-Berchem. Voorts zijn er ook zwart-witfoto’s van de fabrieken, met daarop vooral

vrouwelijke arbeiders, en de mooiste bladzijden uit oude catalogi.

Zwanenzang van de tegel Boch Frères Kéramis uit het Henegouwse Sint-Vaast introduceerde halfweg de negentiende eeuw de droogperstechniek (van de Engelsman Richard Prosser) op het vasteland. Dankzij een schroefpers konden in serie maatvaste tegels met een constante kwaliteit geproduceerd worden. De keramiekfabriek van Kuregem van Henri Baudoux leverde vanaf 1893 ook internationale topkwaliteit. Toen er werd uitgebreid, en verhuisd naar Hasselt, bleef in Kuregem en later in Vorst nog een Comptoir.

In Sint-Agatha-Berchem was de tegelfabriek van Célestin-Joseph Helman vanaf de jaren 1900 gespecialiseerd in landschappelijke tegelpanelen voor veranda’s. Maison

Helman betegelde veel interbellumkerken overal te lande, en in de jaren 1950 nog het gebouw (van Lucien De Vestel) van het Museum voor Natuurwetenschappen. De eerste fabriek in Elsene was een porseleinfabriek. Vanaf 1824, met de steun van Willem van Oranje, en vandaag nog altijd een begrip, want porseleinwinkel Demeuldre (aanvankelijk Vermeren-Coché) aan de Waversesteenweg hield stand. Op de gevel van de nummers 141143 kan je, in tegelletters, nog de specialisaties aflezen: grès-cérame, porcelaines, faiences. De geveltegels van het voormalige warenhuis Old England op de Hofberg werden hier gemaakt.

ADVERTENTIE

KAAITHEATER & DEBUREN STELLEN VOOR

MAATSCHAPPIJ DISCORDIA

VERTEEKENING

5 & 6/12 20:30 KAAISTUDIO’S DISCORDIA DOET STANISLAVSKI.

‘DE VEERE’

DER THEATERMACHER 7 & 8/12 20:30 KAAISTUDIO’S

EEN KLASSIEKER VAN THOMAS BERNHARD.

WWW.KAAITHEATER.BE

KAAITHEATER, BOZAR & ICTUS STELLEN VOOR

SUPERAMAS

ICTUS

“THEATRE” FAUNE 7 & 8/12 20:30 KAAITHEATER

15/12 20:30 KAAITHEATER

ECHTE MENSEN, FICTIEVE FIGUREN EN AVATARS ONTMOETEN ELKAAR.

CONCERT MET CULTWERKEN VAN DEBUSSY, SCHOENBERG EN RAVEL. EN THIERRY DE MEY’S FILM ‘PRÉLUDE À LA MER’, OP EEN CHOREOGRAFIE VAN ANNE TERESA DE KEERSMAEKER.

RESIDENTS’ WEEK 18, 19, 20 & 21/12 KAAISTUDIO’S FIJN WERK VAN ONZE RESIDENT ARTISTS:

ELEANOR BAUER IVO DIMCHEV METTE INGVARTSEN KRIS VERDONCK


BDW 1355 PAGINA 21 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

moordende concurrentie van tegels  uit het buitenland.

Optische beterkoop

© VERZ. ROBERTO POZZO © MARIO BAECK

Mario Baeck, Gevloerd & betegeld, uitg. Stichting Kunstboek, 144 p., 24,95 euro. Meer over de gelijknamige tentoonstelling op www.miat.gent.be ADVERTENTIE

auteur:Shakespeare William – verbrusseling: Claude Lammens – regie: Marc Bober auteur: Shakespeare William Shakespeare – verbrusseling: Claude – regie: Marc Bober auteur: William – verbrusseling: Claude Lammens – regie:Lammens Marc Bober

BRUSSELS VOLKSTEJOÊTER BRUSSELS VOLKSTEJOÊTER BRUSSELS VOLKSTEJOÊTER

Kathleen Seghers-Kevin Van Doorslaer-Vanessa Daniëls-Geert Dehaes-Claude Lammens-Josy Restiaen Restiaen Kathleen Seghers-Kevin Van Doorslaer-Vanessa Daniëls-Geert Dehaes-Claude Lammens-Josy Kathleen Seghers-Kevin Van Doorslaer-Vanessa Daniëls-Geert Dehaes-Claude Lammens-Josy Restiaen Carlo Otten-Kris Vanden Driessche-Kurt Parewyck-Wies Mertens-Gertjie Bryssinck-Ani Leroy CarloDriessche-Kurt Otten-Kris Vanden Driessche-Kurt Parewyck-Wies Mertens-Gertjie Leroy Carlo Otten-Kris Vanden Parewyck-Wies Mertens-Gertjie Bryssinck-Ani LeroyBryssinck-Ani Niki D’Heere-Anita Vanhoutvinck-Patrick Peeters-Elie Devuyst-Seppe Verbist-Marcel Van Keer Van Keer Niki D’Heere-Anita Vanhoutvinck-Patrick Peeters-Elie Devuyst-Seppe Verbist-Marcel Niki D’Heere-Anita Vanhoutvinck-Patrick Peeters-Elie Devuyst-Seppe Verbist-Marcel Van Keer

1 DECEMBER 2012 2012 T.E.M. 3 FEBRUARI VANAF 1 DECEMBER T.E.M. 3 FEBRUARI VANAFVANAF 1 DECEMBER 2012 T.E.M. 3 FEBRUARI 2013 2013 2013 info en 02/524.60.95. - www.beeveetee.be infotickets: en tickets: 02/524.60.95. - www.beeveetee.be info en tickets: 02/524.60.95. - www.beeveetee.be

V.U.: Robert Delathouwer - Leopoldstraat 25 - 1000 Brussel

V.U.: Robert Delathouwer - Leopoldstraat 25 - 1000 Brussel

V.U.: Robert Delathouwer - Leopoldstraat 25 - 1000 Brussel

VERTONINGEN IN ZINNEMA ANDERLECHT VERTONINGEN IN ZINNEMA ANDERLECHT VERTONINGEN IN ZINNEMA ANDERLECHT

Met de steun van de

Met de steun van de

Met de steun van de

De Smet Brussels

Just a little more

De Smet Brussels

Just a little more

De Smet Brussels

Just a little more

Nick Trachet

© NICK TRACHET

Het boek beschrijft de op- en neergang van de belangrijkste Belgische  keramiek-  en  cementtegelfabrieken,  de  laatste  (in  Welkenraedt)  hield ermee op in 2000. In de jaren  1950  betegelde  deze  fabriek  nog  het  Noordstation  met  gevlamde  en  gespikkelde  tegels.  De  meeste  Belgische  tegelfabrieken  sloten  hun  deuren  in  de  jaren  1950-1970,  als  gevolg van de opkomst van linoleum  en  balatum,  zelfs  van  de  asbestcementplaten  van  Eternit  (voor  badkamers...),  en  uiteindelijk  door  de

I  n  Engeland  en  Frankrijk  waren  de  eerste  industriële  vloertegels  middeleeuws  geïnspireerd,  maar  in  de  Belgische  catalogi  zijn  neogotische  motieven  nauwelijks  terug  te  vinden.  Hier  hadden  de  eerste  industriële  tegelvloeren  geometrische  vormen,  waarbij  allerlei  optische effecten werden verkregen. De  complexere  bloemmotieven  waren  nog  te  duur,  en  werden  als  gevolg  van  nieuwe  ontwikkelingen  pas  tegen  het  eind  van  de  negentiende  eeuw  veelvuldig  toegepast.  Boeken  É als  Étude   tude de la Plante, son application aux industries d’art uit 1900  van  Maurice  Pillard-Verneuil  dienden  als  inspiratiebron.  Architecten  als  Henry  van  de  Velde,  Paul  Hankar  en  Victor  Horta  waren  meteen  geïnteresseerd.  In  de  art-nouveauperiode werd voor het ontwerp van  vloer- en wandtegels een beroep gedaan  op  kunstenaars  (architecten,  schilders, affi chetekenaars), wat de  grote kwaliteit verklaart. Na  de  Eerste  Wereldoorlog  kreeg  je  de  sobere  art  deco,  na  de  Tweede  Wereldoorlog  de  internationale  stijl ingevoerd vanuit de VS: speels,  vrolijk,  botsende  kleuren.  Het  paviljoen  van  de  Glas-,  Keramiek-  en  Kleinijverheid  op  Expo  58  was  bekleed met geometrische, bijna kinetische tegeltjes. Sommige  Belgische  kunstenaars  raakten in de ban van de murale tegelkunst, zoals het grote voorbeeld  Henri  Matisse.  De  bekleding  van  het metrostation Louiza in 1985 is  van  Edmond  Dubrunfaut,  van  het  manifest  Forces murales. En ook Benoît van Innis beschilderde eind jaren 1990 voor metro Maalbeek nog  eens grote tegelwanden. An Devroe

BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT

Ramboetan Het moeten niet altijd appels en peren in de fruitmand zijn. Waarom eens geen... ramboetan? Stripfiguren, Muppets, buitenaardse wezens: ramboetans zijn moeilijk te plaatsen als fruit. Ik vind ze nog het meest lijken op ‘punklitchi’s’. Litchi  (lychee)  en  ramboetan  zijn  inderdaad  verwant.  Ze  groeien  beide  aan  bomen  van  de  zeepboomfamilie ( Sapindaceae). Dat zijn meestal tropische bomen en struiken. De gekke naam komt van  het  rolmodel  van  die  familie,  de  zeepnotenboom  ( Sapindus  sp.).  Die  heeft  vruchten  waar  men  zeep  uit haalt: saponines. Die zeepstoffen zitten bijvoorbeeld ook in de paardenkastanje. Men kan er water  mee  doen  schuimen,  maar  het  maakt  de  kastanje  ook bitter en giftig. De paardenkastanje is ook lid  van de zeepboomfamilie. Maar  nu  de  ramboetan.  Voor  de  wetenschap  heet  hij  Nephelium lappaceum L. Het is een grote boom  die  vijftien  tot  25  meter  hoog  kan  groeien,  met  een gladde stam en een brede kroon. Oorspronkelijk komt hij uit Maleisië, maar voor de komst van  de  Europeanen  had  men  de  boom  al  uitgeplant  in  Ceylon  en  Zanzibar.  Later  ging  hij  ook  naar  ZuidAmerika en de Caraïben, waar de vruchten nu ook  heel populair zijn. Uiterlijk  lijkt  een  ramboetanvrucht  wat  op  een  paardenkastanje. De kleur van de vrucht kan variëren  volgens  de  variëteit,  van  groen  tot  paars,  over  geel  en  rood.  De  buitenkant  heeft  ook  zachte  stekels, maar veel meer dan een paardenkastanje. Verdere gelijkenis is er niet. Hoewel de schil lederachtig is, kunnen we toch niet van een bolster spreken.  De dunne, zachte stekels lijken op haar, rechtgezet  met een goede portie gel.  Rambut betekent dan ook  ‘haar’ in het Maleis. Binnen in de vrucht zit glazig,  zacht, sappig en zoet vruchtvlees. Dat is best vergelijkbaar met dat van de litchi, “maar dan beter,”  zoals  de  kenners  zeggen.  Ramboetan  heeft  echter niet de roosachtige smaak van de litchi van bij  de  Chinees,  meer  die  van  een  grote  sappige  druif,  soms  met  een  citrusachtig  zuurtje  erachteraan.  Pit  en  schil  worden  best  niet  opgegeten,  want  net  daarin zitten die saponines. In het Oosten worden  die  gebruikt  voor  medicinale  toepassingen  en  als

schoonmaakmiddel, maar ik zou het niet proberen  met de ramboetans uit de winkel. In de ramboetanfamilie huizen nog andere vreemde  en  leuke  fruitsoorten.  Ze  zijn  allemaal  een  beetje  litchi-achtig,  maar  dan  telkens  weer  anders.  Zo  is  er de geelbruine  longan ( Dimocarpus longan), die  ook uit Azië stamt, en daarnaast een vergelijkbare,  zij  het  groene  litchi-achtige  uit  Zuid-Amerika:  de   knippa  ( Melicoccus bijugatus).  Longan  en  knippa  lijken  sterk  op  elkaar,  ook  al  komen  ze  uit  heel  verschillende  continenten.  Ze  worden  ter  plekke  verkocht  als  trossen vruchtjes. Ze zijn heel wat  kleiner  dan  de  ramboetan,  en  met  een dikkere pit, zodat er niet zoveel  eten  aan  zit.  Toen  ik  in  Paramaribo  werkte,  stond  er  een  knippaboom  op  het  terrein  van  mijn  kantoor.  Tweemaal per jaar verschenen er vruchten  aan,  maar  telkens  was  er  een  onverlaat die alle vruchtjes stal net voor ze  rijp  waren.  Die  ramboetanachtige  vruchten  zijn  zo  lekker  dat  er  ruzie  van  komt  bij  wie  een  boom  moet  delen  met anderen. Voorts  groeit  er  in  het  Amazonebekken  nog  een  pitomba ( Talisia esculenta), en wie weet hoeveel  andere  soorten  en  ondersoorten  nog?  Het  angstzweet  moet  de  ambtenaren  van  Europa  uitbreken,  want  die  vruchten  worden  op  geen  enkele  offi ciële  lijst als eetbaar opgegeven. Het  vreemdste  lid  van  de  familie  zou  uit  Afrika  stammen, maar is ondertussen de nationale vrucht  van Jamaica geworden: de  ackee (of  aki ). Het begint  al  bij  zijn  wetenschappelijke  naam:   Blighia sapida.  Die verwijst naar kapitein William Bligh, een groot  zeeman die (geheel ten onrechte) een slechte reputatie kreeg met de muiterij op de Bounty in 1789. Hij  bracht  de  ackee  mee  naar  Londen.  Waar  de  eerder  genoemde vruchten enkel als handfruit worden gebruikt, wordt met deze ackee gekookt. Nooit van gehoord? In het beroemde liedje van Harry Belafonte,  ‘Jamaica farewell’, gaat de derde strofe:  “Down at the market you can hear / Ladies cry out while on their heads they bear / Ackee rice, salt fish are nice / And the rum is fine any time of year.” Mooi  liedje,  maar  het  is  nog  niet  morgen  dat  wij  die vrucht hier in Brussel zullen kunnen kopen: in  ongekookte staat is de ackee zo giftig dat het FAVV  er  niet  goed  van  zou  worden.  De  vrucht  wordt  ook

In het Oosten worden pit en schil gebruikt voor medicinale toepassingen en als schoonmaakmiddel, maar ik zou het niet proberen met de ramboetans uit de winkel

enkel eetbaar wanneer hij volledig rijp is, en dat is  niet praktisch voor wie volle kisten naar Europa wil  verschepen. Onze ramboetan moet ook goed rijp zijn. En daar zit  nog een probleempje: appelen, tomaten en bananen  rijpen rustig verder terwijl ze na de pluk worden getransporteerd.  De  ramboetan  en  al  die  andere  S   apindaceae niet. Zo gauw ze geplukt worden, begint  het  bederf.  Het  halve  kilootje  dat  ik  kocht  in  een  mooie  verpakking  bij  de  Chinese  supermarkt,  begon al spoedig te rotten en te schimmelen. Wie van  ramboetans wil genieten, moet dus snel zijn. Maar  lekker zijn ze wel. Smakelijk. nick.trachet@bdw.be De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/trachet


BDW 1355 PAGINA 22 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Dominique Dognié alias Joske Maelbeek. “Hier was de receptiezaal, waar George Garnir zijn vele soirees organiseerde. Hij is ook in dit vertrek gestorven, op tweede kerstdag 1939, op een feest voor kansarme kinderen uit de buurt.”

© MARC GYSENS

Dominique Dognié schrijft fabels in het Brussels

‘Wij houden ons niet bezig met de hele tijd afstoffen’ SINT-JOOST-TEN-NODE – “De beruchte kaalslag, de bruxellisation, heeft me heel erg pijn gedaan. Raker dan Jean d’Osta in zijn boek Bruxelles, hier et aujourd’hui kun je het niet vatten. Ik vind dat het meest deprimerende boek ter wereld: oude foto’s van mooie plekken en foto’s van hoe ze er nu uitzien. Naast elkaar, met tekst en commentaar. Niet voor niets was skieven architek het ultieme scheldwoord in de Marollen.” Dominique Dognié is hoofdbibliothecaris van de gemeentelijke bibliotheek van Sint-Joost en schrijft fabels. Een bierliefhebber ook, die door het leven gaat zonder auto en zonder gsm.

‘T

erugkijkend is het mijn peter die me het beslissende duwtje in de rug heeft gegeven, waardoor ik Brussel en het Brussels ben gaan omarmen. Hij troonde me mee naar de meest onmogelijke plaatsen. En daarbovenop was hij nog eens een wandelend voorbeeld van de typisch Brusselse humor.” “Ik herinner me nog levendig de dag dat ik met hem door de rue de la Cigogne (Ooievaarsstraat) kuierde, een smal, bochtig straatje met kleine huisjes. Ik was helemaal van de kaart,

ik had werkelijk de indruk dat ik een duik in de middeleeuwen had gemaakt. Ik heb het hem nooit kunnen zeggen, hij is al een hele tijd dood nu, maar al de dingen die ik indertijd heb gehoord en gezien, zijn later weer tot leven gekomen in mij.” Twintig jaar geleden ging Dognié fabels schrijven. “Daarin werd ik beïnvloed door Roger Kervyn de Marcke ten Driessche, die Les fables de Pitje Schramouille heeft geschreven. Door Virgiles Le dialogue de la semaine in de

Pourquoi pas? ook, en door de teksten van Jean d’Osta, de geestelijke vader van Jef Kazak, façadeklasjer van beroep en stempelaar... Allemaal schrijfsels die ik van jongs af koesterde. Dus: waarom zou ik er zelf geen schrijven?” “Het Brussels dat ik gebruikte, was een beetje de missing link tussen het Beulemans, dat ik te Frans vind, en het Vlaams-Brussels, dat ik perfect versta, maar niet volledig meester ben. Ik heb het een beetje uit zelfverdediging geleerd: telkens als mijn grootouders, bij wie ik

dikwijls op vakantie ging, iets zeiden dat volgens hen niet voor kinderoren was bestemd, spraken ze Vlaams-Brussels.” “Mijn zin voor humor sluit perfect aan bij het surrealistische aspect van het Brussels, en bij uitbreiding bij de echte Belgische surrealistische geest. Vooral de Brusselse beledigingen zijn werkelijk buitengewoon, omdat ze in feite geen enkele betekenis hebben: skieve lavabo, afgelekte fleerembol...” “Al die fabels hebben jarenlang in mijn lade gelegen, ze dienden enkel om de familie en de vrienden te amuseren. Toen heb ik het geluk gehad Georges Lebouc te ontmoeten, Brusseleir par excellence. Ik heb hem toen langs de neus weg gezegd dat ik fabels in het Brussels schreef. ‘Als u wilt, zal ik er een voorlezen,’ zei ik hem. Het was een coup de foudre: sindsdien is hij mijn grootste fan en verdediger. Het is


BDW 1355 PAGINA 23 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

ook dankzij hem dat mijn fabels opgenomen zijn in een boek dat in maart 2013 verschijnt: Le best... tof! Onuitgegeven teksten van Jean d’Osta, Virgile en van mij, onder het pseudoniem Joske Maelbeek. Joske door mijn gehechtheid aan Sint-Joost, en Maelbeek omdat de Maalbeek op nog geen 25 meter van mijn huis stroomt.” “In dezelfde periode heb ik ook vriendschap gesloten met de striptekenaar Louis-Michel Carpentier, wiens personage Poje de verpersoonlijking is van de Brusselse humor. Poje

“Je zou het niet zeggen, maar dit vertrek is enorm. Ik speelde zelfs tennis tegen de muur waar nu die enorme sacristiekast staat” bestaat ook echt: hij houdt het café L’Héritier in Sint-Lambrechts-Woluwe open. Ik heb de nieuwe Poje in het Brussels mogen adapteren: van Poje aux Jeux Olympils heb ik Poje in de starting-bocks gemaakt. En met Georges Lebouc heb ik een Robbedoes in het Brussels geadapteerd, Le journal d’un slumme kadei. Ik ben echt gelukkig dat het allemaal op mijn weg gekomen is, een beetje bij toeval. Het geeft een boost, zin om nog meer te schrijven.”

Drinken of rijden Dat Dognié fabels schrijft, daar was ik op voorbereid, niet op het festijn voor het oog dat me te wachten staat bij hem thuis, een herenhuis in een van de smalle straatjes van SintJoost. Het begint al bij een exacte replica van Manneken Pis. “Het piste indertijd stadswater, dat vervolgens naar de riool liep. Maar dat kan ik mij helaas niet veroorloven.” “George Garnir, een van de drie medestichters van de Pourquoi pas?, heeft hier 44 jaar gewoond. Eerst als huurder, vervolgens als eigenaar, waarop hij transformaties heeft laten uitvoeren. Het Manneken Pis beneden onder meer, en ook deze monumentale schouw. Het is een replica van de schouw van het ondertussen ter ziele gegane cabaret Le Diable au Corps in de Koolstraat. Daar had je literair cabaret, een beetje zoals Le Chat Noir in Frankrijk. Er zijn daar indertijd nogal wat bekende namen

Een bloemlezing met onuitgegeven Brussels werk, onder meer van Dognié onder zijn pseudoniem Joske Maelbeek. Verschijnt in het voorjaar van 2013.

gepasseerd, zoals Michel de Ghelderode, een van mijn favoriete schrijvers. Ervoor stond een Leuvense stoof. Die prijkt nu in het Goudblommeke in Papier.” “Het is volledig bij toeval dat we deze woning hebben gevonden, zowat 33 jaar geleden, ik was toen 21. Mijn vader liep door de straat en op het eerste gezicht leek het hem wel wat. Bij binnenkomst hebben we dit mogen ontdekken. Was alles niet meer in even goede staat – er waren letterlijk dingen gestolen –, toch waren we onmiddellijk verkocht. Achttien vertrekken, plus de kelders, even groot als een appartement. En we waren maar met zijn drieën. ‘Krijgen we dit wel allemaal vol?’ En ja, we hebben het vol gekregen met de jaren, meer dan vol. Mijn ouders wonen nog altijd op de eerste verdieping. Mijn vrouw en ik hier op de tweede. En mijn zoon en dochter, 21 en zestien, op de derde verdieping.” “Toen we het huis kochten, hebben mijn ouders een auto moeten zoeken die smal genoeg was om binnen te kunnen parkeren. Liever dat dan de ingangsdeuren te veranderen en aan de authenticiteit van het huis te raken. Uiteindelijk hebben we er een gevonden, een Daihatsu Rocky. Hij is meer dan 25 jaar oud en rijdt nog steeds. Maar ik rijd er niet mee. Drinken of rijden, een mens moet zijn prioriteiten kennen. Trouwens, ik zou een gevaar zijn in het verkeer, omdat ik almaar mijn aandacht zou laten afleiden door wat er te zien is naast de rijweg.”

Grot van Ali Baba Ik weet niet waar eerst te kijken. Tekeningen van oude Brusselse steegjes in de traphal, boeken, Siciliaanse marionetten. In het salon nog meer marionetten, waterspuwers, een groot schilderij van de Gelaarsde Kat, Dinky Toys, oude aanstekers. Een satansmasker met antilopehoorns. Manshoge planten, massieve zitmeubelen in bamboe. “Hier was de receptiezaal, waar Garnir mensen ontving op een van zijn vele soirees. Hij is ook in dit vertrek gestorven, in 1939. Met Kerstmis, op een feest dat hij had georganiseerd voor kansarme kinderen uit de buurt. Hij is die avond letterlijk doodgevallen, temidden van die kinderen. Een hartaanval. Ik ben geen godsfanaticus, verre van, maar er zijn van die dingen... Arthur Rubinstein heeft hier nog gespeeld, een liefdadigheidsconcert om de nood van de armen een beetje te lenigen. Ze hebben toen een stelling moeten bouwen om zijn piano boven te krijgen.” “Je zou het niet zeggen, maar dit vertrek is enorm. In het begin had ik alleen een bed en een kleine werkkamer. Komende van een kleine kamer was het een compleet andere wereld. Ik speelde zelfs tennis tegen de muur, waar nu die enorme sacristiekast staat. De planten, dat is de invloed van mijn vrouw. Toen zij hier voor het eerst kwam, had ik van groen enkel een gedroogde roos in een jeneverfles staan.” “Het is inderdaad een beetje als de Grot van Ali Baba. Mijn vrouw maakt tekeningen, schilderijen en marionetten, onder meer van Toone-personages: Pietje de Duud en Woltje, de vedette van Theater Toone. Zelfs ik hang ertussen. En in de tuin met zilverpopulieren heeft mijn vrouw een trompe-l’œil geschilderd, waardoor het lijkt of hij eindeloos doorloopt.” “Aan elk van de voorwerpen ben ik gehecht, aan elk ervan hangt een herinnering. Komt er iemand binnen, dan zie ik prompt of iemand ervan houdt of niet. De mensen die er niet van houden, zeggen: ‘Hoe slaagt u erin overal af te stoffen?’ Er is inderdaad werk aan, maar wij houden ons niet bezig met de hele tijd afstoffen, er is nog zoveel anders te doen in het leven. Het is een beetje alsof de tijd hierbinnen niet bestaat. Dit is een ander universum, dat ik koester, waarbinnen ik me super voel.”

Karel Van der Auwera

De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/ingesprekmet

FREDDI SMEKENS Avonteur

I

n ons Brussels zeggen we “’t Es e giel avonteur geweist” als we een en ander hebben meegemaakt. Elk van ons, waarde lezer, pakt af en toe wel uit met ’n avonteur dat hij of zij heeft meegemaakt; voor sommigen is het leven zelfs een aaneenschakeling van avonturen waar moeilijk een keuze uit te maken valt. Mijn avontuur is begonnen op de dag dat ik geboren ben. En dat es toovallig op maaine verjoerdag. Zonder echt op een avontuurlijk bestaan te kunnen terugkijken mag ik wel zeggen momenten te hebben meegemaakt die veel van een avonteur weg hebben. Een deel van Europa doorkruist hebben met autostop is er een van. Het zou mij verwonderen als er heden ten dage nog liftend gereisd wordt, zoals dat bijvoorbeeld in de jaren 1960 het geval was. Het grote voordeel van per ottostop reizen is dat men heel wat opsteekt van de mensen die ons oppikken. Dé manier bij uitstek, vond ik, om een streek of land beter te leren kennen. En ’t es den nog gooikuup uuk. Dat het ook efficiënt was, bewijst het feit dat ik de afstand Kopenhagen-Stockholm ooit in één dag heb afgelegd. Mo... genoeg gestoeft. Reizen is er een onderdeel van, maar het begrip ‘avonteur’ bestrijkt uiteraard nog veel andere gebieden. We kunnen er zelfs prat op gaan nen avonturereer te zaain zonder ons te bougeire. Door ons op sleeptouw te laten nemen door de verbeelding, bijvoorbeeld. Ook hier heeft het avontuur alles te maken met ongebreideldheid. Laatst nog stelde ik me voor in een stripverhaal te verdwalen. De lezer weet dat striphelden keizers zonder kleren zouden zijn mochten ze niet steeds weer een avontuur beleven. Mijn avontuur kwam erop neer in een stripverhaal terecht te komen waarin alle mogelijke stripfiguren elkaar ontmoeten. Het eigenaardige van de zaak was wel dat geen van hen bij zo’n ontmoeting raar opkeek. “Wa was den áán rol in da stripverhoel?” kan men zich terecht afvragen. Welnu, die rol bestond erin het Onzichtbare Personage te zijn die de tekstballonnetjes moest invullen. Van ’n avonteur gesprauke! Maar genoeg over mezelf. In ons Brussels

bestaan er twee uitdrukkingen die, zo ze al niet algemeen gangbaar zijn, af en toe van pas kunnen komen. Ik heb het hier over “Gaa zaait toch nen artist” en, korter bij ons onderwerp, “Gaa zaait nen echte avontureer.” In beide gevallen gaat men er niet meteen van uit dat de aangesproken persoon enerzijds een kunstenaar is, en anderzijds iemand die het avontuur zo in het bloed heeft dat hij of zij voorbestemd is om ontdekkingsreiziger te worden. In het eerste geval – dat van nen artist dus – bedoelen we een vrijgevochten persoon, eemand dee er ni op zeet alleman teige te spreike dee van za gedacht ni es. Wat nen avontureer betreft: dat is iemand die er niet voor terugdeinst in het dagelijkse leven risico’s te nemen om de scherpe en minder scherpe kantjes van het bestaan af te tasten. Niks te moeke donc mè nen ‘echte’ avontureer, dee par exempel den Everest neki goe op- en afluupe. Natuurlijk is het niet negatief of denigrerend om door de goegemeente als nen artist of nen avontureer afgeschilderd te worden. Persoonlijk zie ik het zelfs eerder als een klein pluimpje dat men op zijn hoed kan steken. Een en ander betekent uiteraard niet da nen echte artist gienen echte avontureer kan zaain. Wanneer we ons op het creatieve vlak van het avonteur begeven, stellen we gelukkig vast da het teigenauvergestelde ierder woe es. En da’s mo good oek. Elk zijn gedacht uiteraard, mo het zal ma gepermetteid zaain hee na neki het maain te geive. “Persees of dat da den ieste ki zou zaain!” hoor ik de pientere en kritische lezer met recht en reden opmerken. De stelling luidt: we kunne nu createef zaain zonder altaaid wei eet neut te ontdekke. En wat staat er dichter bij het avonteur dan op zoek te gaan naar andere horizonten en onontgonnen oorden? Of het nu om creatieve of geografische gebieden gaat, maakt volgens mij weinig of niets uit, as den avontureer ze mo mè alleman wil diele. En hier komen we tot de essentie van het avonteur: het delen en meedelen van onze ervaringen. En gelukkig mogen heel wat van ons zich op dat vlak echte avontureers noemen.

REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Elsene, 02-226.45.40, fax 02-226.45.69, info@bdw.be, www.bdw.be. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bdw.be), 02-226.45.45, fax 02-226.45.69. Gratis binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest. Rest van België 15 euro per jaar; IBAN: BE07424552982266, BIC: KREDBEBB van vzw Brussel Deze Week. Buiten België 25 euro per jaar. DISTRIBUTIE EN PROMOTIE Ute Otten (ute.otten@bdw.be), Paul De Weerdt. RECLAME IN BDW Rika Braeckman (rika.braeckman@bdw.be), 02-226.45.41, 0477-97.21.27, fax 02-226.45.69. OPLAGE 70.490 exemplaren. HOOFDREDACTIE Anne Brumagne (anne.brumagne@bdw.be). EINDREDACTIE Katrien Stroobants (katrien.stroobants@bdw.be). REDACTIE Jean-Marie Binst (jeanmarie.binst@bdw.be), Christophe Degreef (christophe.degreef@bdw.be), Bettina Hubo (bettina.hubo @bdw.be), Patrick Jordens (patrick.jordens@bdw.be), Steven Van Garsse (steven.vangarsse@bdw.be), Danny Vileyn (danny.vileyn@bdw.be). REDACTIESECRETARIAAT Isabelle De Vestele (isabelle.devestele @bdw.be), Gerd Hendrickx (gerd.hendrickx@bdw.be). MEDEWERKERS Michaël Bellon, Lieven Bulckaert, An Devroe, Eva Hilhorst, Ilah, Wauter Mannaert, Francis Marissens, Karolien Merchiers, Niels Ruëll, Bruno Schols, Tim Schoonjans, Freddi Smekens, David Steegen, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet, Steven Vandenbergh, Tijs van den Boomen, Karel Van der Auwera, Matthias Vanheerentals. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Sander de Wilde, Anja Galicia, Marc Gysens, Ivan Put, Herman Ricour, Dieter Telemans, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. VORMGEVING Peter Dhondt (peter.dhondt@bdw.be). FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh (manu.dehertogh@bdw.be). VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Anne Brumagne, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE Marijke Vandebuerie (marijke.vandebuerie@bdw.be). Brussel Deze Week wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roeselare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie. ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: voornaam.naam@bdw.be (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).


BDW 1355 PAGINA 24 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Voetbal > Manager Christian Hercor is spil in opmars White Star Woluwe

‘We praten over een fusie’ SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE – White Star Woluwe leeft op een wolk. De club staat op kop in tweede klasse en droomt al van promotie. In zijn drie jaar als manager werkte Christian Hercor (56) mee aan de opmars van de club. Met vertrouwen blikt hij vooruit en ja, een fusie met Brussels is een mogelijkheid. “Ik ben in een bevlieging aangenomen door White Star,” vertelt Hercor. “Ik kwam toevallig in contact met voorzitter Michel Farin via Philippe Sotiaux. Hij was zowel sponsor van White Star als van Willebroek, waar mijn zoon Steve speelde. We raakten aan de praat en ik vertelde dat White Star volgens mij veel meer en beter kon. Toen Sotiaux de belangrijkste sponsor werd in Woluwe, kreeg ik het sportieve beleid in handen.” Hercor moest een beleid voeren volgens zijn visie op het voetbal. Dat hield als eerste en belangrijkste punt in dat er een strakke lijn gevolgd moest worden. Gedaan met de losbandigheid. “Ik wou de mentaliteit van de spelers vervlaamsen. Het moest serieuzer, gestructureerder. Er waren te veel gewoontes ingeslopen bij White Star. Daarom wou ik ook drie nieuwe spelers: Vincent Vandiepenbeeck, Denis Dessaer en Steve Hercor, mijn zoon. Vechters die er de volle negentig minuten hun kop voor leggen.” “Ik heb nooit tegenkanting gevoeld tijdens het uitzetten van die lijn. Ik ben de man van grote sponsor Sotiaux. Hij biedt me ruggensteun

de  CLUB

Christian Hercor van White Star Woluwe droomt van een fusie met FC Brussels: “We hebben zeer goede relaties met de mensen van Brussels, behalve met één persoon.”

Dartsclub Gentlemen, Anderlecht

‘Geen goede ploeg zonder goed café’ ANDERLECHT – Dartsclub Gentlemen krijgt er een ploeg bij, een uitbreiding die behoorlijk uitzonderlijk is in de Brusselse pijltjesscene. De gentlemen hopen dan ook dat hun sport kan meeprofiteren van de goede resultaten die de Antwerpenaar Kim Huybrechts nu neerzet. “Ons ledenaantal heeft hoogtes en laagtes gekend,” vertelt kapitein Alessandro Vairo (33, foto). “En ik kan het weten: ik zit ondertussen toch al een twintigtal jaar in de sport. Ik ben tevreden dat we dit jaar een derde ploeg verwelkomen, waardoor we opnieuw met een twintigtal spelers zijn.” De dartsclub werd veertien jaar geleden opgericht toen Taverne Gentleman de deuren opende aan de Dr. Zamenhoflaan. De ploeg komt uit in het Brussels kampioenschap, verzamelde al verschillende titels in de lagere divisies en werd een paar keer vicekampioen in de hoofdklasse. De wekelijkse afspraak is vrijdag. “Dat is matchdag. Naar de woensdagtraining komen

is niet verplicht, dat laten we aan de spelers over. Nieuwelingen zijn meestal wel van de partij. We spelen dan vaak een onderling toernooi. Caféklanten die mee willen gooien, zijn ook welkom. We hebben altijd genoeg pijltjes (lacht).” “Om een goede dartsspeler te worden moet je vooral veel spelen. Je moet je ook goed kunnen concentreren en niet te nerveus zijn. Met een trillende hand smijten is niet evident.” De Brusselse competitie telt zes divisies waarin telkens veertien ploegen spelen, die minstens vier man sterk moeten zijn. Darts wordt in de hoofdstad voornamelijk in cafés gespeeld, of anders wel in een zaaltje achter of boven een café. “Om een goede ploeg te hebben heb je een goed café nodig. Met ten eerste goede voorzieningen, maar ook met een cafébaas die inspanningen doet. Daarmee bedoel ik af en toe wat snacks aanbieden of eens een glas geven. Zo trek je goede spelers aan, want geld zit hier in Brussel niet in de dartssport. Wij hebben geluk: we hebben een heel goed café, en altijd een toffe sfeer. In sommige ca-

fés komen ze om te spelen, en daar houdt het op. Het rare is dat je in een café niet om stilte mag vragen: het is nu eenmaal een openbare plaats. In een afgesloten zaal mag dat wel. Ons maakt het niet veel uit of er bijvoorbeeld muziek opstaat. Onze ambitie is vooral om plezier te maken, niet echt om kampioen te worden.” “Het gebeurt dat spelers iets drinken om de stress weg te nemen. Maar één glas wordt snel twee glazen, drie glazen, enzovoort. Het kan goede spelers flink wat pluimen doen verliezen.” Veel goede spelers trekken naar Vlaanderen of Wallonië voor een nieuwe uitdaging. In Vlaanderen wordt volgens Vairo op een hoger niveau gespeeld. Sommigen zoeken ook een andere sfeer op. “Je ziet hier altijd dezelfde mensen, hé. Het is ook zo dat spelers hier minder blijven plakken. Dat is enigszins begrijpelijk, want blijven plakken kost toch wel wat. Je kunt niet eeuwig aan de toog blijven hangen...” TS Taverne Gentleman, 02-520.04.08

© MARC GYSENS


BDW 1355 PAGINA 25 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

als manager van White Star. Dat de resultaten volgden, was natuurlijk ook wel belangrijk. Tijdens mijn tweede seizoen promoveerden we naar tweede.” De manager is in het dagelijkse leven turnleraar. Daarnaast vragen zowel het scouten van spelers als de gesprekken met toekomstige versterkingen heel wat van de man. “Een voordeel is dat trainer Mazzu en ik op dezelfde golflengte zitten. We hebben niet veel woorden nodig om elkaar te verstaan. Hij is een echte topper, beter dan driekwart van de trainers in eerste klasse.”

Lieve jongens De hoge vlucht die White Star dit seizoen neemt, maakt het werk van Hercor er zeker niet gemakkelijker op. Hoe hoger je staat, hoe beter je versterkingen moeten zijn. “Misschien zit ik aan het maximum van mijn capaciteiten. Ik ken niet genoeg volk in eerste klasse. Dat is wat te hoog gegrepen voor mij.

“Ik wou de mentaliteit van de spelers van White Star vervlaamsen. Het moest serieuzer, gestructureerder”

Dat wil nog niet zeggen dat ik bij promotie zou vertrekken, want in het interne beheer van de club speel ik ook een belangrijke rol. Ik communiceer met iedereen en zorg ervoor dat alles vlot verloopt.” Het woord is gevallen: promotie. White Star Woluwe brengt goed voetbal, en leidt daardoor momenteel in tweede klasse. Toch voelt Hercor dat de ploeg wat in een dipje zit. “Als we negen op achttien halen in onze zes matchen voor de winterstop, ben ik tevreden. Ik voel dat de jongens wat moeten uitblazen. We

zijn niet meer zo veroverend als de eerste acht matchen van het seizoen. Toen haalden we een zeer hoog niveau.” “De realist in mij zegt dat we te hoog staan gerangschikt, maar langs de andere kant ben ik verbaasd dat ik in tweede klasse geen andere ploeg heb gevonden die mij aanstaat. Waar we vroeger werden beschouwd als de lieve jongens van White Star – ze namen ons bijna in hun armen –, is dat vandaag het geval niet meer. Het superioriteitsgevoel dat sommige ploegen tegen ons hadden, is weg.” Een promotie naar de hoogste klasse is te vergelijken met een aardschok. Vooral op organisatorisch en financieel vlak vraagt het een veelvoud aan middelen van wat vandaag aanwezig is. En toch: “We kunnen zeker naar eerste. Alles valt nu op zijn plaats, alles zit mee. Onze structuur zal wel veel professioneler moeten worden en uitbreiden. Er is vandaag al meer interesse van sponsors, maar dat is altijd zo als je op kop staat. Eén ding staat vast: we gaan geen zotte dingen doen.” Een groot probleem is de infrastructuur. Het Fallonstadion is te klein, een uitbreiding zit er niet meteen in. Het Edmond Machtensstadion in Molenbeek zou voor matchdagen gehuurd kunnen worden, zegt Hercor. In de wandelgangen komt zelfs een fusie ter sprake tussen White Star Woluwe en Brussels. “Waarom ook niet? Het is hetzelfde verhaal als voor de fusie van RWDM. Dat heb ik zelf meegemaakt, omdat ik toen jeugdspeler van Daring was. We hebben zeer goede relaties met de mensen van Brussels, behalve met één persoon. Brussels heeft heel capabele mensen in dienst die ons heel goed zouden kunnen helpen. Wij staan zeker open voor een fusie en zij ook. Maar, opnieuw, behalve die ene persoon. Er wordt over een fusie gepraat, zowel op clubniveau als tussen de gemeentes. De fusie is een van de oplossingen voor de toekomst. Bleid-Molenbeek zou betrokken kunnen worden, bijvoorbeeld door in het Fallonstadion te komen spelen terwijl wij dan in Molenbeek zouden spelen. We hebben nog niet gesproken met Michel De Wolf, maar hij is wel op de hoogte. Het zou een mooi project kunnen worden.” Tim Schoonjans

David Steegen Leger des Heils Een verloren herfstige zondag na de wedstrijd. RSC Anderlecht heeft de avond ervoor makkelijk met 1-4 gewonnen op Beerschot. De jongens van de minzame trainer Adrie Koster werden beheerst opzijgezet. Zelfs de creatieve en geïnspireerde supporters van Beerschot zijn wat lusteloos. Spits Dieumerci Mbokani, een zegen voor wie van mooi en spectaculair voetbal houdt, wordt met ‘Sanspapier’ bezongen. Tja. We denken aan de Ferrari’s, de hoge lonen, de dure horloges en de huizen. Wie voetbal en topsport verwart met die overbelichte uiterlijke schijn van enkelingen, de supersterren, dwaalt. Een vriend brengt me die ochtend een bezoekje. Zijn voetballende zoon is geblesseerd. De zoon houdt van zijn sport. Wolf is een goede voetballer die via Ritterklub Jette en FC Grimbergen nu bij de U19 van derdeklasser Diegem Sport speelt. De derdeklasser staat bekend om de uitstekende jeugdopleiding. Nabil Dirar, vandaag bij AS Monaco, werd door de Brabantse club ontdekt. Mijn kameraad verheelt het niet: hij is ook wat opgelucht. De kwetsuur is vervelend, maar ze brengt welkome rust. De talloze verplaatsingen, de avondtrainingen in regen en wind, het volgen van de wedstrijden van zoonlief zijn slopend. Hij maakt me attent op de ondergewaardeerde hoofdrol van de vrijwilligers. Mannen en vrouwen die zich dagelijks belangeloos inzetten voor de gemeenschap. Ze springen onbaatzuchtig, geruisloos en bijna onzichtbaar in de bres om jeugd en volwassenen hun sport te laten beoefenen. Dat anonieme leger van ouders offert vakantiedagen op, staat avonden lang aan de rand van het veld op hun hockeyende, voetballende, basketverliefde zoon of dochter te wachten, want de tijd tussen start en einde van training of wedstrijd is te kort om

iets anders te doen. De ploegafgevaardigden en de clubmensen verdienen nog meer lof. Zij brengen alles in orde, alle essentiële dingen waar anderen niet aan denken, of niet aan willen denken. Het wedstrijdblad invullen, de kleedkamers schoonmaken, de inschrijvingen beheren, de kleinhandelaars van de buurt smeken om wat geld en tombolaprijzen, de ballen oppompen, de frisgewassen uitrustingen klaarleggen, de licenties in orde brengen, de broodjes en de drankjes klaarmaken die de sporters tijdens de rust gulzig tot zich zullen nemen, de scheidsrechters ontvangen... De vaders en grootvaders die hun nageslacht en dat van anderen op eigen kosten steeds weer het land rond brengen en halen opdat de jeugd in beweging zou blijven. Alle vrijwilligers en mensen van clubs en verenigingen, de grote en de kleine, zijn de ware helden van de gemeenschap. Zonder hen is er geen samenleving. De clubsecretaresse die op zondagmorgen, heel vroeg, het clubhouse opent voor de eerste elftallen. Zij beheerst en beheert alle bewegingen op de dag des Heren, geheel belangeloos. Liefde is de enige drijfveer, Clubliefde. Ook de kantinejuffrouw staat altijd paraat. Elke avond van de week, elk weekend. Diezelfde mensen zetten zich in op de pensenkermissen en de mosselfestijnen. Je merkt hen pas op wanneer ze ziek of gestorven zijn. Vaders, moeders en de onbaatzuchtige vrijwilligers, het leger des heils van de sportgemeenschap, verdienen alle respect. Zonder hen geen sterrendom. www.brusselnieuws.be/steegen David Steegen is persverantwoordelijke van voetbalclub RSC Anderlecht

© MARC GYSENS

Finaletijd in het judo BRUSSEL – De nationale interclubfinale voor ploegen en de Iris National Judo Team Trophy bereiken hun hoogtepunt. Royal Crossing Club Schaarbeek (RCCS) organiseert op zaterdag 1 december de nationale interclubfinale voor ploegen. In Kinetix (Lambermontlaan 236, Schaarbeek) strijdt de landelijke judotop om de Belgische titel. Na de weging en presentatie mogen de dames beginnen om 11 uur; vier rondes later wordt omstreeks 12.20 uur de finale gekampt. De mannen beginnen om 13.15 uur, en drie

uur later barst de strijd om de titel los. Bij de deelnemers zitten verschillende Brusselse ploegen. RCCS strijdt voor de titel in de eredivisie, maar ook ploegen als Neko Anderlecht en RJC Jette treden aan, weliswaar in lagere divisies. Een dag later staat de Iris National Judo Teams Trophy 2012 op het programma. Teams van vijf judoka’s in de U15, U17 en U23 vechten dan vanaf 13.30 uur in Sportcentrum Neerstalle (Zwartebeekstraat 23, Ukkel). Toeschouwers betalen vijf euro, kinderen onder de tien jaar mogen gratis. TS

Vlaamse sporters gefêteerd BRUSSEL – Het Vlaams Sportjuweel en de Vlaamse Prijs voor Sportverdienste worden dit jaar uitgereikt in het Viage Theater.

Alessandro Vairo, 33 jaar en ‘toch al een twintigtal jaar in de sport.’

Op vrijdag 7 december komt het kruim van de Vlaamse sportwereld naar Brussel. Minister van Sport Philippe Muyters (N-VA) en Bloso-administrateur-generaal Carla Galle zetten er de Vlaamse sporters in de bloemetjes die dit jaar uitzonderlijke prestaties neerzetten. Zo worden de medaillewinnaars van EK’s en WK’s gehuldigd, een eer die ook

de top 8 van de Olympische Spelen en de top 5 van de Paralympics te beurt valt. Er wordt niet alleen bij het verleden stilgestaan: er wordt ook vooruitgeblikt naar de Olympische Spelen van 2016 en over het Topsportactieplan van Vlaanderen gepraat. Het hoogtepunt volgt met de uitreiking van de Vlaamse Sportprijzen. Omstreeks 21 uur is bekend wie zeilster Evi Van Acker opvolgt als winnaar van het Vlaams Sportjuweel en wie Vlabus opvolgt met de Vlaamse Prijs TS voor Sportverdienste.


BDW 1355 PAGINA 26 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

© SASKIA VANDERSTICHELE

Navvfal en Laura op de expo Ik en de ander: “We hebben geleerd dat je gewoon jezelf mag zijn, ook als je anders bent dan de anderen.”

Expo Ik en de ander in de Sint-Martinusschool in Molenbeek opent de ogen

zaIE Onze eerste minister, O VO

RE

Z

R IE D E

O T 13 J A T 9

• BD W R A

een homo?!?

EN VAN

Er hangen foto’s van kussende mannen, en van vrouwen die hand in hand lopen. Maar ook teksten als “Waarom worden speelgoedkeukentjes altijd afgebeeld met een meisje en nooit met een jongen?” Welkom op de expo Ik en de ander!

In de traphal van de Sint-Martinusschool hing de voorbije weken een bijzondere tentoonstelling die aan de leerlingen wilde tonen dat iedereen het recht heeft om ‘anders’ te zijn. Zazie ging ook kijken, en sprak erover met twee kids van het vijfde leerjaar, Laura (11) en Navvfal (10). Wat verraste jou het meest toen je voor het eerst door de tentoonstelling liep?

Navvfal (N): Een foto van een man die bovenaan gewoon gekleed was, maar als je een flapje omhoog deed, zag je dat hij een rok droeg (foto hierboven). Daar heb ik hard om gelachen, ik vond het vreemd. Laura (L): Ik was geschrokken van een foto van iemand die eruitzag als een jongen. Totdat ik het klepje omhoog deed en daar stond geschreven: “Dit is een meisje en ze heet...” Dat had ik niet verwacht: dat sommige meisjes er helemaal als een jongen uitzien.

DOOR PATRICK JORDENS

Hebben jullie erover gepraat in de klas? N: Ja, en nu vinden we dat je mag kiezen wie je bent, dat je jezelf mag zijn en dat andere mensen daar geen zaken mee hebben. Ze mogen je daar niet om uitlachen. Dus jongens kunnen er best meisjesachtig bijlopen en mogen ‘meisjesachtige’ dingen doen? L: Ja, want als je op internet gaat zoeken naar babykamers voor meisjes, dan zie je dat die altijd roze geschilderd zijn, en jongenskamers blauw. Maar waarom eigenlijk? Misschien hou je helemaal niet van roze...


BDW 1355 PAGINA 27 - DONDERDAG 29 NOVEMBER 2012

Hebben jullie al gehoord van transgenders? N: Ja, dat is bijvoorbeeld een meisje dat heel erg op een jongen lijkt. Ze heeft wel het lichaam van een meisje, maar vanbinnen voelt ze zich meer een jongen. Ze zal zich misschien gaan kleden als een jongen en ook bijvoorbeeld van voetbal houden. L: Ik snap nu beter dat je zelf mag kiezen, maar als ik zo iemand zie, vind ik het nog altijd raar. Waarom? L: Gewoon, omdat je dat niet veel ziet in België... Ik zal een transgender niet meer uitlachen, maar wel giechelen. Omdat je dat niet gewoon bent... DI RUPO “We hebben ook het woord holebi bijgeleerd in dit project,” vertelt Navvfal. En wat betekent dat? N: De ho komt van homo, de le van lesbisch en de bi... van iets tussen de twee... L: Van biseksueel. Dat zijn mensen die soms op een man en soms op een vrouw verliefd worden. Hadden jullie vóór dit project al gehoord van homoseksuelen en lesbiennes, mensen die op mensen van hetzelfde geslacht verliefd worden? N: Ja, maar vroeger vonden we dat ‘eikes’, vies dus. Nu hebben we een andere mening, want je kan dat zelf niet kiezen als je homo bent. Dat komt vanzelf... L: En eigenlijk verandert er niks, je blijft dezelfde mens. Vroeger, voor we dit project deden, dacht ik dat alles dan

‘Haar groen als gras’

veranderde, ook je karakter en zo. Maar stel je voor: morgen komt jouw oom vertellen dat hij homo is, hoe reageer je? N: In het begin zal ik zeggen: “Oei, dat is wel raar”... Maar dan later zou ik denken: dat zijn zijn problemen. L: Ik zou ook verrast zijn en vragen: “Ben je homo? Echt waar? En waarom?” Maar ik zou hem toch nog graag zien. Mogen homo’s en lesbiennes hand in hand over straat lopen? N: Ja, dat kan, maar in Brussel worden ze soms uitgescholden en ook af en toe geslagen.

[ SORRY ] SNORRY ?

N: Ja, je kan gewoon verf kopen en het herschilderen.

Ted van Lieshout schreef met ‘Joris Jan Bas’ leuke verzen over transgender (interview hiernaast) & speciale kapsels: Joris Jan Bas uit Koog aan de Zaan trok op een ochtend een jurkje aan. Toen ging hij naar school met een strik in zijn haar en alle kinderen pestten hem daar. ‘Kan me niet schelen,’ riep Joris Jan hard, ‘ik ben tenminste een beetje apart. Niet zo gewoon als de rest van de klas.’ Nou zeg, die durfde, die Joris Jan Bas! De volgende ochtend in Koog aan de Zaan had iedere jongen een jurkje aan, behalve een jongen met haar groen als gras. Je mag drie keer raden wie of dát nou was. Uit Wij zijn bijzonder, misschien zijn wij een wonder van Ted van Lieshout, uitgeverij Leopold, 2012

Waarom is dat, denken jullie? N: In Brussel zijn er bijvoorbeeld veel moslims. Ik ben ook moslim, en in mijn geloof mag dat niet, homo zijn. Want onze profeet, die was met een vrouw en als je moslim bent, moet je doen zoals de profeet. Maar dat vind ik zelf nog geen reden om mensen die anders zijn, te slaan.

X-perts Wannes Dewit (13) over de game Torchlight II

Torchlight II is van dezelfde makers als Diablo, een heel goeie game. Ik had dus hoge verwachtingen en die werden niet beschaamd. Kennen jullie Elio Di Rupo? In Torchlight I was de Alchemist nog een held die, N+L: Ja, dat is onze eerste minister. samen met de Destroyer en de Vanquisher, de draak Odrak had verslaan. Nu is de Alchemist krankzinnig Wisten jullie dat hij homoseksueel is? geworden. Hij wil het hart van Odrak stelen zodat hij nog N+L (schrikken erg): Ja?? Oei, raar, nu zijn krachtiger wordt. Jij, een nieuwe held, moet de Alchemist we toch nog geschrokken. tegenhouden voor hij nog meer chaos aanricht. Voordat je de Alchemist achterna gaat en hem op zijn donder Hoezo?? geeft, moet je eerst kiezen uit vier klassen: Embermage, L: Omdat hij de eerste minister is, en dus Berserker, Outlander en Engineer. Elke klasse heeft eigen unieke eigenlijk homo voor het hele land... aanvallen en heeft voor- en nadelen. Torchlight II heeft een mooie, tekenfilmachtige stijl die deze Wist je dat je de tentoonstelling Ik en de spelwereld uniek maakt. De animaties zijn jammer genoeg soms ander kunt lenen voor bij jou op school? nogal hoekig. Maar monsters afmaken in een kleurrijke Laat het weten aan je meester of juf, spelwereld gaat zelfs na lange tijd nauwelijks vervelen, Dit was de laatste directrice of directeur! Zij kunnen en daarom is het een aanrader. 86/100! wekelijkse Zazie. contact opnemen met meester Steven op 0495-20.22.46 of meestersteven@gmail.com.

Idulfania door Brecht Evens

Vanaf volgende week vind je Zazie als een apart krantje maandelijks (!) in BDW. En hierbij wuiven we ook tekenaar Brecht Evens uit. Zazie dankt hem voor de vele heerlijke, vaak hilarische avonturen die we dankzij hem mochten beleven in Idulfania. Tot ziens, Brecht!!

Van Runic Games, 11+, 20 euro, voor Mac en Windows.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.