David Van Reybrouck over ‘schaamtelijk schouwspel’ formatie
Theo Francken (N-VA) op ramkoers met de PS
O’simmie en Ravi Bongo kruiden de Week van de Belgische Muziek
David Van Reybrouck over ‘schaamtelijk schouwspel’ formatie
Theo Francken (N-VA) op ramkoers met de PS
O’simmie en Ravi Bongo kruiden de Week van de Belgische Muziek
Shame! Honte! Schaamte! Schande! Dat riepen 35.000 mensen toen de onderhandelaars er in 2011 na meer dan 200 dagen niet in slaagden een federale regering op de been te krijgen. De verontwaardiging klonk luid. Zelfs koning Albert maakte zich boos in zijn 21 julitoespraak. “Bij het zoeken naar een redelijk akkoord spreekt het voor zich dat elke partij toegevingen moet doen. Iedereen is dus verplicht zijn verantwoordelijkheid op te nemen.”
Maar alles went. Anno 2025 blijft het protest uit, ook na 227 dagen zonder volwaardige Brusselse regering. En ook nu de PS afgelopen zondag nog eens haar onwil bevestigde om met de N-VA een Brusselse regering te vormen, en er dus geen licht aan het einde van de tunnel gloort.
Brussels Gewest een vergissing noemen. Die vinden dat een eigen regering, met eigen ordonnanties en eigen administraties alles hopeloos ingewikkeld en duur maakt, zonder dat daarvoor iets deftigs in de plaats is gekomen.
Kortom: zelfs de grootste Brusselofiel heeft het de jongste maanden moeilijk om z’n geliefde stad tegen die aanvallen te verdedigen. Ruggensteun van de door hem verkozen politici heeft hij al helemaal niet.
“Hoe langer de onbestuurbaarheid duurt, hoe zwaarder de gevolgen”
Daar zijn niet alleen de Franstalige socialisten verantwoordelijk voor. Heel wat partijen lanceerden veto’s en voorwaarden die een regering onmogelijk maken. Bekeken vanuit het eigen, strategisch belang vallen die eisen te begrijpen. Maar het algemeen belang? Daar lijken de politieke partijen niet meer aan mee te doen, aan zo’n ouderwets idee.
Geef ze dus maar eens ongelijk, de mensen die niet gingen stemmen op 9 juni, nu al een vijfde van de Brusselaars. De platitude dat er “toch nooit iets verandert” lijkt stilaan waarheid geworden, de stilstand regeert.
Geef ze eens ongelijk, de tegenstanders van Brussel, die in de hoofdstad een oord van verderf zien, een Gotham City zonder Batman. Waar bedrijfsleiders en gezinnen op de vlucht slaan, omdat de omgeving te ruw is geworden.
Geef ze eens ongelijk, de mensen die het
Die politici pokeren liever, maar vergeten dat ze niet met eigen geld all-in gaan. Het is de stad die op het spel staat. Net dat probeert BRUZZ in de volgende pagina’s en via een teller op de website aan te tonen: dat de slepende regeringsvorming niet zonder gevolgen blijft. Grote, noodzakelijke werken blijven uit. Het economisch weefsel lijdt eronder. De schuldenberg loopt elke dag met 6,74 miljoen euro op. En ook rusthuizen, ziekenhuizen, het middenveld en de gezinnen voelen de impact van de impasse.
Dat politici dit alles ondergeschikt maken aan hun partijbelangen, is dan ook wraakroepend. Het getuigt van een bijna kinderachtige onverantwoordelijkheid om niet met elkaar aan tafel te gaan.
Want natuurlijk hebben de niet-stemmers ongelijk, heeft het Gewest zijn nut en blijft Brussel nog altijd best fijn om te wonen. Maar een stad hoort bestuurd te worden. En hoe langer die onbestuurbaarheid duurt, hoe zwaarder de gevolgen zullen wegen – tot Brussel niet meer zo’n fijne stad blijkt om in te wonen. Tot de roep naar een ander bestuurlijk systeem niet meer te negeren valt.
Hoe dat nieuwe systeem eruit zal zien, is koffiedik kijken. Maar geef ze eens ongelijk, de mensen die stellen dat Brussel het eigenlijk niet zelf kan.
Bram Van Renterghem BRUZZ-redacteur.
In het edito fileert de redactie de Brusselse actualiteit.
Lees meer Bedrijven vluchten weg, het middenveld vreest schrappen subsidies: de impact van de slepende formatie op pg. 6-11.
Depuis la matière rude des mots de Kae Tempest, Dorothée Munyaneza orchestre une tempête sur scène, où la chair triste se console dans la prise de parole et se libère dans les chansons d’amour.
Webplatform Stripping Architecture kijkt kritisch naar de architecturale bric-à-brac van de hoofdstad
06Formatie Uitblijven regering heeft belangrijke gevolgen
12Formatie Prominente Brusselaars delen hun verontwaardiging
03Vooraan Regeringsvorming
14Het gesprek Theo Francken
20Fenomeen van de week Station Kapellekerk wordt centrum voor stedelijke cultuur
21Cartoon Delphine Frantzen
22Opinie Arne Huysmans pleit voor eerlijke gages voor startende muzikanten
23Debatteer mee Moeten burgers zelf beelden maken van drugsdeals?
34Muziek O’SIMMIE en Ravi Bongo trappen op BRUZZ ICE Invites de Week van de Belgische Muziek af
18In beeld Bart Dewaele
22 Stadsleven Fietsredder Fouad
28 Sporting Flagey Merkwaardig tennisduo
29Big City De prinses en het vrouwelijk orgasme
29Meer BRUZZ Wat is er te doen op de andere BRUZZ-kanalen?
31Botanisch Brussel Verwilderde kiwiplant vol vruchten
32Hang-out Lluc
38Column De MIA’s en de mazelen
39 Filmmaker Fabrice Du Welz focust op het verdriet van België
43Klein onderhoud Tibo Renodeyn
45Eat & Drink La Stazione Alimentari
46Inzichten Lucie Plasschaert
BRUZZ Flageyplein 18, 1050 Brussel, 02-650.10.65 ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bruzz.be), 02-650.10.80 Gratis in Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Rest van België: 29 euro per jaar; IBAN: BE98 3631 6044 3393 van Vlaams Brusselse Media vzw Buiten België: 35 euro per jaar OPLAGE 46.000 exemplaren ADVERTEREN? Sacha Devos en Angela Mngongo 02-650.10.81 sacha.devos@brusselmedia.be angela.mngongo@brusselmedia.be DISTRIBUTIE Ute Otten, 02-650.10.63, ute.otten@bruzz.be ALGEMENE DIRECTIE Dirk De Clippeleir ALGEMEEN HOOFDREDACTEUR Klaus Van Isacker COÖRDINATOR Maarten Goethals ART DIRECTOR Heleen Rodiers VORMGEVING Ruth Plaizier EINDREDACTIE Elien Haentjens, Kurt Snoekx WERKTEN MEE AAN DIT NUMMER Eva Christiaens, Emilia De Feyter, Kris Hendrickx, Bettina Hubo, Steven Van Garsse, Tom Zonderman (redacteurs); Michaël Bellon, Jazz Brak, Jasper Croonen, Andy Furniere, Luc Kempen, Michiel Leen, Tom Peeters, Niels Ruëll, Maria Saldi, Emmanuel Vanbrussel, Freya Van Nieuwenhuysen, Bram Van Renterghem, Michel Verlinden (medewerkers) VERTALING Frédérique Beuzon, Gregory Blauwers, Sam De Ryck, George Holmer FOTOGRAFIE & ILLUSTRATIE Bart Dewaele, Kim, Delphine Frantzen, Saskia Vanderstichele, Emiel Viellefont VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Dirk De Clippeleir, Flageyplein 18, 1050 Elsene.
BRUZZ is een uitgave van de Vlaams Brusselse Media vzw wordt gedrukt bij Printing Partners Paal-Beringen en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie
Regeringsvorming Politiek getalm komt met een prijs voor bedrijven en gezinnen
Meer dan 227 dagen zonder volwaardig bestuur scheept Brussel niet alleen op met een joekel van een imagoprobleem, de afwezigheid van een regering met volheid van bevoegdheden creëert ook chaos, onzekerheid en stress bij zowel burgers, het middenveld, de administratie en het bedrijfsleven. Ook een groot aantal gezichtsbepalende werven dreigt vertraging op te lopen, of helemaal te verzanden in het politieke moeras. BRUZZ lijst de belangrijkste gevolgen op korte en lange termijn op bij het nog langer uitblijven van een gewestelijke bestuursploeg.
door Eva Christiaens, Emmanuel Vanbrussel, Kris Hendrickx, Steven Van Garsse Illustratie Kim
Het oudercomité van basisschool ’t
Regenboogje diende afgelopen zomer “een subsidieaanvraag in voor nieuwe, naschoolse activiteiten in het kader van preventie tegen schoolverzuim vanaf januari”. Maar tot nader orde weet het comité nog altijd niet of de toneel-, fotografie- of codeerlessen voor hun kinderen gedekt zullen worden door het Brussels Gewest. Daar bestaan speciale subsidies voor, in het kader van de schoolcontracten bij administratie perspective.brussels, maar die zitten vast in afwachting van een nieuwe regering. Het resultaat? “De fotoklas starten we betalend aan 85 euro voor dertien lesjes. Hetzelfde staat te gebeuren voor de codeerlessen en de toneelklas,” zegt Fran Michiels van het oudercomité.
Het is een klein voorbeeld, maar gelijkaardige subsidies bestaan voor tal van schoolprojecten, sportclubs of welzijnswerk. Dankzij de begroting in voorlopige twaalfden zijn de meeste Brusselse vzw’s wel zeker van een
gedeeltelijk budget tot en met 31 maart dit jaar. Ook bestaand beleid, zoals het gratis MIVB-abonnement voor jongeren en senioren of de prijs van de vuilniszak, blijft ongewijzigd in lopende zaken. Nieuwe plannen kunnen daarentegen niet van start gaan. Zo legde de vorige Brusselse regering alle rusthuizen nieuwe normen op rond brandveiligheid en infrastructuur. “Maar om die te halen, zoals sanitair op elke kamer en grotere liften voor brancards, zijn renovaties nodig, waarvoor Iriscare budget vraagt. Dat kan echter niet zonder nieuwe regering,” zegt Tania Dekens van Iriscare. Gelijkaardig wachten de Brusselse ziekenhuizen op een grondig bouw- en renovatieplan voor de komende jaren. “Velen zijn niet aangepast aan de duurzaamheidsnormen van vandaag,” zegt Dieter Goemaere van ziekenhuiskoepel Gibbis. “In onze vijf openbare ziekenhuizen loopt de pensioenfactuur bovendien nu al op tot 7 miljoen per jaar, door een gebrek aan intern personeel om de recente pensioenen te dragen. Dat ligt op tafel bij de federale formatie, maar ook de Brusselse regering zal moeten beslissen hoe zij dat mee kan opvangen.” Moeten Brusselaars dan lagere zorgkwaliteit, kinderopvang of ouderenzorg vrezen in afwachting van een nieuwe bestuursploeg? “De ziekenhuizen blijven natuurlijk gewoon draaien,” zegt Goemaere.
“Maar het blijft wachten op een gedragen visie voor de toekomst, en elke vertraging is er een te veel om belangrijke hervormingen door te voeren.”
Zo vraagt de geestelijke gezondheidszorg dringend om betere infrastructuur, zegt Goemaere, net als de eerstelijnszorg en de spoedhulpverlening. Vandaag liggen personen met een handicap of psychische problematiek almaar vaker in rusthuisbedden, zegt ook Dekens. “Onze forfaits per bed aan de rusthuizen en revalidatiecentra blijven verzekerd en worden zelfs geïndexeerd,” zegt ze. “Maar dat kan niet eindeloos op basis van het budget van vorig jaar. Ten laatste in september moet er extra geld zijn.”
Iriscare stelde reeds de renovaties aan de eigen kantoorgebouwen uit die nochtans nodig zijn om minder energie te verbruiken. Waar nog bespaard kan worden indien nodig? “Voor alles van reguliere werking, is een nieuwe regering nodig of aan het parlement om op tijd te beslissen,” zegt ze. EC
De ondernemingsrechtbanken vrezen dat de huidige golf van bedrijven die failliet gaan of stoppen, zal aanzwellen. Vooral rond de bouwsector groeit de bezorgdheid. De bouwfederatie Embuild wijst op “de verwoestende impact” van de opschorting van de Renolution-premies sinds 1 januari. Over die renovatiepremies is er bij gebrek aan een volwaardige regering nog geen duidelijkheid voor het lopende jaar 2025. Het gevolg: renoveerders wachten massaal af, waardoor het eerste kwartaal voor renovatiebedrijven helemaal in het water dreigt te vallen. Volgens Embuild verwacht liefst 50 procent van de bouwbedrijven een daling van meer dan de helft van hun omzet in
2025 als de premies niet snel worden hervat. Duizenden jobs staan daardoor op losse schroeven. Een crash zou tot ver buiten de sector nazinderen.
Werkgeverskoepel Voka Metropolitan wijst erop dat de Brusselse overheid ook een belangrijke opdrachtgever is van grote infrastructuur- en onderhoudscontracten. Niet alleen in de bouw, maar bijvoorbeeld ook in de IT- en nutssector. Het ontbreken van een regering met volle bevoegdheid leidt tot vertragingen tot zelfs twijfel of sommige grote projecten nog wel doorgaan. “Onzekerheid is nooit goed voor de economische activiteit,” zegt René Konings, de CEO van Voka Metropolitan. De catastrofale overheidsfinanciën van Brussel doen de twijfel bij de bedrijven alleen maar toenemen. “De oplopende begrotingstekorten doen vrezen voor hogere belastingen en we weten jammer genoeg dat het Brussels Gewest dan erg snel naar de ondernemingen kijkt.”
Daarnaast is er nog het snel naderende einde van Audi Brussels, dat eind februari de deuren sluit. Daardoor verdwijnen duizenden jobs bij de autofabriek en haar toeleveranciers. Niet alleen hun outplacement moet, liefst met de hulp van een slagkrachtige overheid, in goede banen geleid worden.
In de vastgoedsector leeft ook de verwachting dat het Gewest een belangrijke rol gaat moeten spelen in de reconversie en sanering van de reusachtige site in Vorst, momenteel nog eigendom van Audi. Zo’n gigaproject vereist evenwel een regering met volle bevoegdheden.
Voorlopig werkt het Gewest zonder jaarbegroting en met voorlopige twaalfden. Daardoor vallen cruciale subsidies om bedrijven te ondersteunen tijdelijk weg. Een voorbeeld: Overnamemarkt, een initiatief van kmo-organisatie Unizo dat jaarlijks een twintigtal ondernemers begeleidt bij de overdracht van hun familiebedrijf, ziet haar subsidies tijdelijk verdwijnen. “We zijn genoodzaakt om de begeleidingen stop te zetten, in afwachting van een nieuwe Brusselse regering.”
De Franstalige ondernemingsrechtbank klaagt dat ze door de stopzetting van gewestelijke subsidies sinds 1 januari over te weinig budget beschikt om voldoende herstructureringsdeskundigen te helpen. Dat zijn experts die noodlijdende bedrijven bijstaan bij de onderhandelingen over schuldherschikkingen en doorstartplannen. EV
Lang niet alle projecten die door de vorige regering zijn goedgekeurd, hebben al een budget. Op het vlak van groene ruimten hangt bijvoorbeeld een zwaard van Damocles boven het veelbesproken project voor een nieuw Maximiliaanpark met een opengelegde Zenne, dat 37 miljoen zal kosten. Dezelfde onzekerheid geldt voor het nieuwe park aan het Weststation en het Tweestationspark, dat nabij het Zuidstation moet ontstaan in het kader van stadsvernieuwingscontract Zuid. “Op administratief vlak doet de huidige ploeg verder, maar de principiële beslissing en het geld moeten van de volgende regering komen,” legt Alain Maron (Ecolo) uit, minister van Leefmilieu in lopende zaken. Nog kwetsbaarder zijn projecten waar niet eens een beslissing over was, zoals het openluchtzwembad in het kanaal, dat minstens 10 miljoen euro zou kosten. Voor mobiliteit geldt een gelijkaardige logica. Zo heeft de uittredende regering wel plannen voor het Meiserplein, maar nog geen vergunning en geen budget. Idem voor de nieuwe Reyerslaan of de onderdoorgangen voor de fietspaden langs het kanaal, aan De Trooz en Sainctelette. Een grote financiële slokop zijn traditioneel de autotunnels. “De voorbije legislatuur werd het tunnelplan wat op de lange baan geschoven,” klinkt het bij het kabinet van staatssecretaris van Stedenbouw Ans Persoons. “Maar er is geld nodig voor de Belliard-, Wet-, Louiza- en Baljuwtunnel.” In een recente studie stelde Brussel Mobiliteit voor om enkele versleten tunnels te sluiten en zo 100 miljoen euro te besparen. Een aanlokkelijk bedrag voor een regering zonder geld, maar de liberale MR is traditioneel net fan van tunnels. Wat met de bouw van metro 3? In theorie blijven de partijen achter het plan staan. In de praktijk loopt het prijskaartje van de laatste fase - de uitbreiding naar het noorden- al op tot ruim 4,5 miljard euro. Zelfs al betaalt Brussel maar een deel van dat bedrag, het blijft een extra financiële molensteen rond de nek van een noodlijdend Gewest.
De Haven moet niet alleen verschillende kaaien dringend renoveren, er zijn ook strategische beslissingen nodig, bijvoorbeeld over de verkeersstroom. Perkt de volgende ploeg de verkeersstroom in? Of komt er een – dure – aanpassing om het huidige verkeer conform nieuwe Europese normen te houden?
Huisvesting dan. De vorige regering kocht en bouwde heel wat sociale woningen. Zowat 700 worden er dit jaar opgeleverd. De Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij wil de miljoenenfactuur betalen via leningen, maar moet daarvoor financiële garanties krijgen van het Gewest. Die laten nog op zich wachten. Wat stadsvernieuwing betreft wachten verschillende stadsvernieuwingscontracten (SVC) die al opgestart zijn op miljoenen, waardoor bijvoorbeeld het contract Stephenson – Koningin in Schaarbeek niet concreet wordt. Vraag is ook of de volgende regering wel doorgaat met de wijkcontracten, die vorig jaar hun dertigste verjaardag vierden en goed waren voor honderden miljoenen investeringen. Ook de noodlijdende watermaatschappij Vivaqua (ruim 1 miljard euro schulden) heeft dringend geld nodig om verder te investeren in de renovatie van het riolennet. Zonder steun zou het aantal zinkgaten de komende jaren wel eens kunnen groeien. KH
In de sociale woonwijk Peterbos organiseert vzw Saamo Brussel al enkele jaren sport en ontmoeting voor de bewoners. De organisatie ontvangt daarvoor subsidies van de Brusselse Huisvestingsmaatschappij. “Normaal gezien geven zij 80 procent van het bedrag aan het begin van het jaar en de overige twintig procent later, na verantwoording,” zegt Angela Van de Wiel van Saamo. “Alleen ontvangen we nu, in voorlopige twaalfden, slechts dertig procent van het normale jaarbe-
Vanaf woensdag staan op de website van BRUZZ twee tellers: eentje die het aantal dagen zonder nieuw verkozen Brusselse regering bijhoudt, en een ander die de oplopende staatsschuld berekent. Op die manier toont BRUZZ de impact van de politieke impasse.
drag in het begin van het jaar. Zo riskeren veel vzw’s liquiditeitsproblemen.” Saamo heeft dankzij subsidies van de Vlaamse Gemeenschap nog enkele maanden buffer in de kas. Ruim 360 andere vzw’s trokken in december wél aan de alarmbel: ze vragen duidelijkheid over hun werkingsbudget op de langere termijn, onder meer over noodhulp aan dakloze Brusselaars en over de medische hulpverlening aan drugsverslaafden. Zo is de inrichting van de nieuwe gebruikersruimte van vzw Transit aan Ribaucourt gedekt door tijdelijke subsidies van Iriscare, maar de interne werking van hun mobiele teams op de lange termijn nog niet afgeklopt. “Ons team bestaat uit zeventien mensen en die zijn eigenlijk maar tot eind 2024 gefinancierd,” zegt ook Richard Nitunga van het project Cover, dat
werkt rond drugsverslaving. “Dankzij de begroting in voorlopige twaalfden kunnen we nog drie maanden voortwerken in kraakpanden en metrostations. Nieuwe projecten opzetten lukt niet.” Onder meer een idee rond mobiele vaccinatieteams tegen griep, mazelen of difterie blijft daardoor hangende.
“De werking van gesubsidieerde organisaties is gegarandeerd, maar we behandelen geen nieuwe dossiers,” klinkt het bij gezondheidsadministratie Vivalis. Ook safe.brussels, de administratie voor veiligheid en preventie, zit met dat probleem. Zo’n veertig non-profitorganisaties klaagden vorige week aan dat zij geen duidelijkheid hebben over subsidies via hun gewestelijk veiligheids- en preventieplan. Het gaat onder meer om preventieprojecten als Blijf van mijn lijf, tegen
Op dit moment lopen de budgetten gewoon door, waardoor de dienstverlening van de administraties verzekerd blijft. “Er is wel degelijk een regering, die voert haar voogdij uit,” zo klinkt het bij bijvoorbeeld Leefmilieu Brussel. “De mensen werken, wat zorgt voor continuïteit.”
Toch mag het uitblijven van de nieuwe regering niet te lang meer aanslepen. Zo is er sinds vorig jaar een algemene aanwervingsstop. Wie de administratie verlaat, wordt in principe niet vervangen. “Dat zorgt voor een personeelstekort op de dienst,” klinkt het bij een directeur van Brussel Mobiliteit. “Gevolg? De werkdruk voor de rest van het personeel verhoogt.”
“Elke aanwerving wordt momenteel door de inspectie geblokkeerd,” bevestigt een directeur bij Net Brussel. “Je moet al erg goed argumenteren om een aanwerving toch te laten doorgaan.”
middenkader worden versterkt om de organisatie te professionaliseren. Dat ligt stil.
Door interessante profielen lang op hun honger te laten zitten, dreigen die op termijn af te haken, wat het aanwerven van kwaliteitsvol personeel onder druk zet. Of zoals een bron het verwoordt: “Op een bepaald moment ben je die kwijt.”
Verder komen grote investeringen in gevaar of riskeren die serieuze vertraging (zie elders). “Daar moeten openbare aanbestedingen voor worden uitgeschreven, maar die kan de regering in lopende zaken niet zomaar goedkeuren.” Hier en daar doken al cashflowproblemen op. Zo kon Mobiel Brussel eind vorig jaar een aantal facturen niet betalen. Andere betalingen lopen dan weer vertraging op omdat de regering met voorlopige twaalfden werkt en niet over voldoende centen beschikt.
straatintimidatie. Safe.brussels kon nog niet reageren.
De langdurige formatie laat ook het cultuurveld niet onberoerd, waar de Brusselse subsidies in lopende zaken slechts in kleine schijven kunnen doorsijpelen. “Dit verzwakt onze stad en haar inwoners. De sociale en culturele sector komt in overlevingsmodus,” zegt Jan Goossens, opdrachthouder van Molenbeek 2030. Hij houdt specifiek zijn hart vast voor het verloop van de kandidatuur van Molenbeek als culturele hoofdstad. “In de eerste ronde hebben we een goede indruk gemaakt bij de Europese jury. Voor ons tweede dossier hebben we dringende beslissingen van het Gewest nodig. Als er eind juni geen nieuwe regering is, zitten we met een huizenhoog probleem.” EC/MS
Daardoor kunnen de personeelsplannen in sommige administraties zoals Brussel Mobiliteit of Net Brussel niet worden uitgevoerd. Na een audit bij Brussel Mobiliteit was bijvoorbeeld beslist om minder met consultants te werken en meer met eigen medewerkers. “Dat kan niet verder worden uitgerold.” Bij Net Brussel moest, ook als gevolg van een audit, het
FR L’absence d’un gouvernement disposant de pleins pouvoirs génère chaos, incertitude et stress, touchant aussi bien les citoyens que le secteur associatif, l’administration et les entreprises. De nombreux projets phares risquent de prendre du retard, voire de s’enliser définitivement dans les méandres politiques. BRUZZ passe en revue les principales conséquences, à court et à long terme, d’un vide gouvernemental prolongé au niveau régional.
Maar de grootste handicap zit in de onzekerheid over toekomstige projecten. “We willen anticiperen op de toekomst,” zo klinkt het bij Net Brussel. “Maar er is geen marsrichting. En dat weegt. Dat is misschien niet zo tastbaar voor de bevolking, maar voor een administratie vormt dat wel degelijk een probleem. Die wil weten wat het perspectief is, wat de ambities zijn.”
“De belangrijkste impact van het uitblijven van een nieuwe regering zijn de tijdelijke budgetten,” luidt het bij Leefmilieu Brussel. De MIVB formuleert het anders: “Er moet bespaard worden. Hoe sneller we die budgettaire inspanningen kennen, hoe beter.” SVG
EN The absence of a proper government is creating chaos, uncertainty, and stress among residents, civil society, the administration, and businesses alike. There is also the risk of many high-profile projects being delayed, or ending up bogged down in the political quagmire altogether. BRUZZ lists the main short- and long-term consequences of the continued absence of a regional administration team.
“Ik ben gedegouteerd”, “schaamtelijk schouwspel”, “dit vergroot het wantrouwen”. Zes prominente Brusselaars vertolken wat velen allicht denken bij het zien van de eindeloos aanslepende Brusselse regeringsonderhandelingen: intense gevoelens van ongeloof, onmacht en frustratie. Vooral omdat er zoveel op het spel staat voor de instituten en instellingen die Brussel draaiende houden. “De politici lijken in een bubbel van egoïstisch gekonkelfoes te leven.”
door Maria Saldi
Thierry Geerts
Directeur Brusselse ondernemingsfederatie BECI
“Een schande voor de democratie”
“Iedereen die meedoet aan de verkiezingen, kent de regels van het spel,” zegt Thierry Geerts, directeur van de Brusselse ondernemingsfederatie BECI. “Ik wijs niemand met de vingers, maar veto’s uitspreken in een democratie is not done. De kiezer heeft de kaarten gelegd, de spelregels plots veranderen gaat niet. Er zijn twee meerderheden, respecteer dat en vorm een coalitie. Want dit is een schande voor de democratie.” Volgens Geerts betalen ondernemers mee de prijs voor het uitblijven van de regering. “Een winkelier opent geen tweede vestiging als hij
niet weet wat de krijtlijnen van het beleid vormen. De bedrijven die aan de Brusselse overheid leveren, zien al maanden hun facturen niet betaald en riskeren failliet te gaan.”
Geerts hoopt dat de volgende regering een betere partner voor de bedrijven kan zijn. “De vorige heeft een draak van een administratieve muur opgezet. Papierwerk en hoge belastingen drijven ondernemers weg uit de stad. Ik denk wel dat de nieuwe verkozenen dat begrijpen. De overheid moet alleszins niet op de bedrijven rekenen om de financiële put te dichten.”
Jan Danckaert
VUB-rector
“Beste politici: denk aan de Brusselaar, praat met elkaar”
“De tristesse die ik eerst voelde, is omgeslagen naar verontwaardiging,” zegt VUB-rector Jan Danckaert. “Brussel snakt naar een regering. De stad verloedert, ze wordt niet goed onderhouden. Burgers voelen zich niet veilig, wat bovenop de toenemende armoede komt. Alleen met een specifieke aanpak kan het Gewest de uitdagingen van deze sociaal gelaagde stad aan. De vorige generatie politici begreep dat en kwam altijd snel tot een akkoord. Nu lijkt het alsof ze elkaar niet genoeg kennen. De kiezer heeft de kaarten niet makkelijk gelegd, maar alstublieft, denk aan de
Brusselaar en praat met elkaar.”
Ook als rector voelt Danckaert de impact van de impasse. “De universiteit heeft de regering nodig. Zonder politieke flankering kunnen we het prangende huisvestingsprobleem van de studenten niet aanpakken. Ook innovatie wordt afgeremd. Zonder nieuwe samenwerkingen met het Gewest kan de VUB geen nieuw en accuraat cijfermateriaal leveren dat de uitdagingen in Brussel in kaart brengt. Jammer, want als partner van de overheid wil de universiteit net haar verantwoordelijkheid opnemen voor de regio.”
Cristina
Amboldi Directeur Actiris
“Het begint dringend te worden”
“Het begint dringend te worden,” zegt Cristina Amboldi, directrice van tewerkstellingsorganisatie Actiris.
“Zolang een nieuwe regering achterwege blijft, is er geen nieuw beleid dat we kunnen uitvoeren. We hebben ook nog geen zicht op ons budget voor 2025. Nieuwe projecten starten zit er dus niet in, maar onze dienstverlening blijven we garanderen. Werkzoekenden merken er dus
nog niets van, maar ik kijk toch uit naar de volgende regering.” Amboldi hoopt alvast dat de Brusselse regering er komt voor de federale. “Als de federale overheid een beslissing maakt over pakweg de beperking van werkloosheid in de tijd, moet Brussel klaarstaan om dat beleid te vertalen. Het is de eerste keer dat het in Brussel zo lang duurt, en dat bovendien in een al onzekere periode.”
David Van Reybrouck
Schrijver en opiniemaker
“Waar is het verantwoordelijkheidsgevoel?”
“Eerst was ik vooral met de federale regeringsvorming bezig, maar nu kijk ik met steeds grotere ogen naar dit schaamtelijke schouwspel.”
Schrijver David Van Reybrouck steekt zijn kritiek op de Brusselse impasse niet onder stoelen of banken. “Onlangs vroeg een Scandinavische ambassadeur me om de politieke situatie uit te leggen. Ik kon het niet verbloemen: de hoofdstad van Europa slaagt er niet in om een bestuur samen te stellen. De politici lijken in een bubbel van egoïstisch gekonkelfoes te leven. Ondertussen woedt in de wereld een klimaatcrisis, een migratiecri-
sis, een daklozenprobleem en gaapt er een diepe financiële put. Waar is het verantwoordelijkheidsgevoel?”
Die verantwoordelijkheid ligt volgens hem grotendeels bij de Brusselse PS-lijsttrekker Ahmed Laaouej. “Dat hij mordicus weigert om met N-VA in zee te gaan, is ronduit kleuterachtig. Ik snap niet dat Paul Magnette hem nog niet op de vingers heeft getikt. Vreest Laaouej macht te verliezen met N-VA erbij? Deze blokkade gaat de PS alvast nog meer stemmen kosten. De PS-gemeentes zullen het gebrekkige klimaatbeleid veel meer voelen.”
Khalid El Addaoui
Coördinator D’Broej Peterbos
“Dit voedt nog meer het wantrouwen bij de jeugd”
“Politici bevestigen het wantrouwen dat de jeugd tegenover hen heeft,” vindt jeugdwerker Khalid El Addaoui die elk jaar met jongeren naar de Pyreneeën trekt. “Ze hebben het gevoel dat het systeem niet in hun voordeel werkt. Jongeren van amper dertien jaar vertellen me hoe zwaar het leven is. Hun ouders worstelen om rond te komen en een woning te vinden, logisch dat ze zich zorgen
maken. Politici zouden naar hen moeten luisteren.”
“Helaas houdt de politiek zich al jaren meer bezig met de interne keuken dan met de echte problemen”, zegt hij. “Kiezers voelen zich daardoor niet vertegenwoordigd. Ik geloof best dat het moeilijk is om een compromis te vinden. Maar wie onderhandelt, weet dat water bij de wijn doen erbij hoort.”
Stanislas Eskenazi
Advocaat
“Stop de interne strijd, pak de echte problemen aan”
“Ik ben gedegouteerd. De situatie schreeuwt om politieke verantwoordelijkheid, niet om een interne strijd,” vindt strafpleiter Stanislas Eskenazi, die in Brussel werkt en internationaal bekend werd als advocaat van Mohamed Abrini, de man met het hoedje tijdens de aanslagen in 2016. “Je geraakt nergens meer met de auto, en de metrostations zijn niet veilig. In Sint-Gillis moeten burgers het heft in eigen handen nemen om de drugsproblematiek aan te pakken. Zelfs in de Nieuwstraat voel ik me niet meer op mijn gemak. Verbaast het dan dat inwoners en onder-
nemers wegvluchten?”
Zelf verhuisde
Eskenazi twee jaar geleden naar Vilvoorde. “Ik was het beu om te zien hoe de stad bestuurd wordt. Ik verkies een veiligere omgeving voor mijn kinderen.” Werk aan de winkel dus, volgens de topadvocaat. Dat ziet hij ook in de Brusselse rechtbanken. “Een absoluut drama. Jongeren missen ieder perspectief en komen in de criminaliteit terecht. Om voor hen een gezonde omgeving te creëren, moet Brussel op de federale tafel kloppen. De Brusselse politici hebben de luxe niet om geen akkoord bereiken.”
Theo Francken, federaal onderhandelaar voor N-VA
N-VA-parlementslid Theo Francken kan zich mateloos ergeren aan hoe Brussel bestuurd wordt. En zegt dat ook met zoveel woorden, wat de vorming van een Brusselse regering met de PS niet makkelijker maakt. “Brusselse politici verdragen geen kritiek en spreken daarom direct van racisme of Brusselbashing.”
door Steven Van Garsse en Kris Hendrickx foto’s Saskia Vanderstichele
Theo Francken heeft iets met Brussel. Het is al jaren zijn werkplaats en hij heeft familie in Anderlecht en Koekelberg. “Ik ben hier als jonge kerel vaak geweest, ook in Kuregem waar mijn moeder in een appartementsblok woonde. Ik hou van Brussel. Het is mijn hoofdstad. Het is juist vanuit een bekommernis dat ik fors uit de hoek kan komen over de Brusselse toestanden.”
Wat stoort u dan?
THEO FRANCKEN: Het wanbeleid. De dorpspolitici die een grootstad proberen besturen maar helemaal de mist ingaan.
Het schandaal in het OCMW van Anderlecht spreekt boekdelen. Ik zeg dat al lang: de geldkraan wordt opengezet. Brussel kan zich dat allemaal permitteren. En met welk resultaat? Neem de verloedering van de Brusselse treinstations. Of ga eens naar Kunst-Wet, waar de drugsverslaafden open en bloot liggen. Daarnaast is er het gebrek aan respect voor het Nederlands. Als je een hoofdstad wil zijn van een land waar zestig procent Nederlandstalig is, dan moet je daar de consequenties van aanvaarden. Ziekenhuizen en politie horen tweetalig te zijn. Wat me tot slot misschien nog het meeste stoort, is dat Brusselse politici geen kritiek verdragen.
• Geboren in 1978
• Studeerde Pedagogische wetenschappen aan de KU Leuven
• Sinds 2010 federaal volksvertegenwoordiger
• Staatssecretaris Asiel en Migratie in de regering Michel (2014-2018)
• Sinds 2013 burgemeester van Lubbeek
• Vanaf 2019 hoofd van de Belgische delegatie van de Parlementaire Assemblee van de NAVO, en sinds 2023 ondervoorzitter van die Parlementaire Assemblee
• Van 2001 tot 2010 kabinets- en parlementsmedewerker voor N-VA
• Publiceerde verschillende boeken over migratie en defensie
Het is direct ‘Brusselbashing’ of racisme. Het intellectueel niveau van het debat is beschamend.
Een Brusselse regering laat al zeven maanden op zich wachten. De PS ligt dwars en wil niet met de N-VA aan tafel. Een van de argumenten die de PS aanhaalt is... Theo Francken. Begrijpt u dat u het Ahmed Laaouej met uw uitspraken alleen maar makkelijker maakt om een veto te stellen?
FRANCKEN: Les excuses sont faites pour s’en servir. De PS heeft ongetwijfeld de rekening gemaakt. De volgende regering staat voor een serieuze budgettaire operatie. Die zal pijn doen. De PS heeft daar gewoon geen zin in. Ik geloof helemaal niet dat de PS principieel niet met de N-VA aan tafel wil. Eerder heeft de PS dat wel al gedaan.
U kent Ahmed Laaouej goed van in de Kamer. Hoe ziet u hem?
FRANCKEN: Laaouej is een verstandig man die hard werkt. Maar hij heeft een zeer duidelijke agenda. Die is communautaristisch en staat ver van de traditie van de laïcité bij de socialisten. Brussel is een vrijzinnige, liberale en wat rebelse stad waar een bepaalde PS de macht heeft kunnen overnemen, met dank aan de massamigratie. De conservatieve moslimstem is bepalend geworden. Daar is Laaouej de vertegenwoordiger van. Door hoofddoeken te willen toelaten in de administraties voert hij bovendien de agenda van de Moslimbroederschap uit. Dat zorgt ook binnen de PS voor spanningen met de meer vrijzinnige vleugel. Vandaag heeft Laaouej die strijd gewonnen. Hij is een machtig man waar niemand aan kan tornen.
U zei in het duidingsprogramma De Afspraak dat Brussel met een democratisch probleem kampt en dat moslimkiezers zich laten leiden door de imam. Dat komt voor velen stigmatiserend over.
FRANCKEN: De PS voert op een heel communautaristische manier campagne om moslims voor zich te winnen. Op een bepaald moment zal de partij daar spijt van krijgen. De revolutie eet altijd haar eigen kinderen op. Door die heel snelle sprong naar de moslimstem zullen radicalere opties opduiken. Dat zie je in andere steden. Brussel ontsnapt daar niet aan. De PS raakt nu al stemmen kwijt, aan
de PTB bijvoorbeeld, dat nog radicalere religieuze standpunten inneemt. Of aan Team Fouad Ahidar.
De Brusselse PS is beducht voor de serieuze impact op Brussel van de maatregelen rond migratie, arbeidsmarkt of Beliris die de toekomstige federale regering zal nemen. U bent betrokken bij die onderhandelingen. Is die vrees terecht?
FRANCKEN: Er is nog niets definitief afgeklopt maar zoals het er vandaag aan toe gaat, kan het niet verder. Maar het is niet de bedoeling dat Brussel het kind van de rekening wordt.
De OCMW’s riskeren overbevraagd te worden als de werkloosheid beperkt wordt in de tijd. Ze zijn nu al overbelast. Houdt de federale formatie daar voldoende rekening mee?
FRANCKEN: Ik hoop dat die beperking van de werkloosheid in de tijd er eindelijk komt. Wereldwijd zijn we het enige land dat deze maatregel nog heeft. Schaf je de onbeperkte werkloosheid af, dan krijg je een derde mensen die geen steun meer vragen. Eén derde vindt werk en één derde zal inderdaad bij het OCMW aankloppen. Dat is een budgettaire kost voor de federale overheid. Het probleem zit niet daar, maar bij de vele extra’s die worden uitgedeeld door de OCMW’s zelf. In Lubbeek doen we dat niet. Brussel doet dat zeer riant. Dat trekt leefloners aan.
Ook een strenger migratiebeleid kan voor Brussel nadelig zijn. Minder opvangplaatsen, geen spreidingsbeleid. Brussel zal dit moeten slikken, met meer daklozen tot gevolg.
FRANCKEN: Als met een strenger migratiebeleid de instroom daalt, kan Brussel daar
alleen maar wel bij varen. Het is niet de bedoeling om centra te sluiten wanneer de instroom groot blijft. Het creëren van chaos is niet waar we op uit zijn.
Volgens professor Bart Maddens (KU Leuven) is het niet langer ondenkbaar dat de toekomstige federale regering het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tot de orde roept. Gelooft u dat?
FRANCKEN: Dat ligt vandaag niet op tafel. Maar onmogelijk is het niet. Grondwetspecialist Quinten Jacobs zegt iets gelijkaardigs over het financieel beleid van Brussel (de federale regering kan deelstaten verbieden om nog leningen aan te gaan, nvdr.).
Molotovcocktails, uitgebrande wagens, rellen met de politie... Brussel kende een zeer woelig oudjaar. U stelt voor om niet-dodelijke wapens in te zetten. Riskeren we geen spiraal van geweld?
FRANCKEN: Als de redenering is: we mogen niets doen, want anders is er een escalatie, dan zit je met een sitting duck. Dat is een abdicatie. Vandaag is er onvoldoende proportionaliteit. De ‘feestvierders’ gaan steeds driester te werk. Ze kopen vuurwerkbazooka’s of fabriceren ze zelf. Het gebruik van molotovcocktails op die schaal is ongezien. Instrumenten die de politie daartegenover kan zetten zoals de wapenstok en het waterkanon, volstaan niet langer. Daarom lanceerde ik in het parlement het voorstel om wapens met verfkogels in te zetten. Het grote voordeel is dat je de daders per wijk kan identificeren. Groen in Anderlecht, geel in Schaarbeek bijvoorbeeld. Op die manier kunnen de diensten de straatterreur in kaart brengen. Voor die wapens is een juridisch kader nodig.
“Door hoofddoeken te willen toelaten in de administraties voert
Laaouej de agenda van de Moslimbroederschap uit”
U noemt die rellen het resultaat van decennia socialisme. Wat bedoelt u daarmee?
FRANCKEN: Dat Europa in verval is, door een naïef migratiebeleid. Ik waarschuw daar al lang voor. De gevolgen daarvan uiten zich steeds agressiever.
De relschoppers van oudjaar zijn ongetwijfeld in België geboren...
FRANCKEN: Maar wel uit migratie.
Maar het zijn wel Belgen.
FRANCKEN: Ze zijn hier door het socialistisch laxisme. Honderd procent.
Wat is uw oplossing?
FRANCKEN: Voor sommigen is het te laat. Maar ik leef niet in wanhoop.
En dus?
FRANCKEN: Er moet terug civitas komen, of burgerzin. Let op: een groot deel van de migranten doet het fantastisch. Ze zetten zich hard in en betalen belastingen. Vaak zijn zij het die vinden dat de aanpak harder moet. Ze spreken mij daarover aan en ze geven mij gelijk.
U bent al jaren voor veel mensen in Brussel de baarlijke duivel. U zoekt in uw
“Voor sommige relschoppers van oudjaar is het te laat. Maar ik leef niet in wanhoop”
communicatie vaak de grens op, met een hondenfluitje misschien, dat zich richt tot een publiek dat anders voor het Vlaams Belang zou stemmen. Klopt dat?
FRANCKEN: Ik ben ook al vaak publiek op de vingers getikt.
Maar zoekt u die grens op?
FRANCKEN: (Denkt na) Het is geen politieke strategie. Zo eenvoudig is het niet. Dat ik soms fors uit de hoek kom? Ik ben wie ik ben. Ik zit 25 jaar in het vak en ben milder geworden. Je moet met nuance en dossierkennis oordelen. Maar het migratie- en veiligheidsthema blijft in mijn ogen cruciaal. Dat mogen we niet aan het Vlaams Belang overlaten. Reken maar dat er tandengeknars was bij het Vlaams Belang na oudjaar, toen de N-VA het nieuws rond de rellen beheerste. Waarom zouden wij daarover moeten zwijgen?
Op het gevaar af dat men u verwijt het Vlaams Belang achterna te lopen.
FRANCKEN: De maatschappij is geëvolueerd. De samenleving is meer naar rechts opgeschoven. Als ik tien jaar
Theo Francken: “Een groot deel van de migranten doet het fantastisch. Ze zetten zich hard in en betalen belastingen. Vaak zijn zij het die vinden dat de aanpak harder moet. Ze spreken mij daarover aan en ze geven mij gelijk.”
geleden het voorstel had gelanceerd om niet-dodelijke wapens in te zetten tegen relschoppers, zou er veel meer commotie geweest zijn. Veel mensen hebben lang geduld gehad, maar die periode is voorbij.
Straks zal er misschien een federale regering zijn. De kans is reëel dat u daar in zit. Als u mag kiezen, voor welke portefeuille gaat u?
FRANCKEN: Toezicht op Brussel (lacht). En alleen die bevoegdheid, de hele legislatuur lang.
FR Le PS s’oppose à une coalition bruxelloise avec la N-VA, en prenant Theo Francken pour alibi. Avec ses déclarations, Francken ne manque jamais d’indigner la classe politique bruxelloise, notamment le PS. Lui balaie cet argument, qu’il considère comme une excuse. Selon lui, le PS refuse d’entreprendre des réformes radicales et préfère ignorer les véritables problèmes urbains, qu’il attribue à la migration massive et à l’amateurisme des « politiciens de village ». Francken affirme toutefois aimer Bruxelles.
EN The PS continues to refuse to govern Brussels with the N-VA and they have an easy alibi: Theo Francken. The N-VA politician regularly makes the Brussels political class, and especially the PS, see red with his statements. But Francken thinks that in reality the PS simply has no appetite for radical reforms. He blames many of the urban problems on mass migration, and on the laxism and amateurism of small-town politicians but claims also genuinely to love Brussels.
Het gele bord met het blauwe mannetje zegt: ingang langs hier, voor wie de metro aan het Centraal Station wil nemen. Maar zondagavond werden alle ingangen (tijdelijk) afgesloten door een politie-interventie en MIVB-personeel, dus ook blauwe mannetjes. Wat zal het dus zijn? Welk mannetje heeft gelijk? MG
De Stad Brussel sluit een erfpacht af voor de ruimtes waar vroeger kunstencentrum Recyclart zat, onder de NoordZuidverbinding. De plek wordt een centrum voor stedelijke culturen.
Even terugspoelen. Tot 2018 zat Recyclart in het centrum van de stad onder de Noord-Zuidverbinding, ter hoogte van het station Kapellekerk. Het kunstencentrum zorgde er niet enkel voor een gevarieerde cultuurprogrammatie, maar evengoed voor broodbaksessies en projecten met buurtbewoners.
Sinds de NMBS de organisatie buitenzette omwille van de brandveiligheid, staat de ruimte van enkele duizenden vierkante meters leeg. Nochtans was Recyclart er net gekomen om een leegte in het stadsweefsel op te vullen en een nieuwe brug te slaan tussen de verschillende wijken die de Noord-Zuidverbinding doormidden heeft gesneden. De beslissing van de spoormaatschappij kon toen op flink wat kritiek rekenen, ook al omdat het niet de enige plek is waar het bedrijf zich weinig om de stad lijkt te bekommeren. Vlakbij staan ook de grote quadrilatères onder de sporen nabij het Zuidstation al ruim 40 jaar stof te vergaren. De leegstand draagt er bij tot de
malaise die rond ‘s lands belangrijkste station hangt.
Zaal voor 400 personen
Aan de leegstand ter hoogte van Kapellekerk moet over enkele jaren alvast een eind komen. Deze maandag keurde de Brusselse gemeenteraad immers de erfpacht goed, die de Stad toelaat om de ruimtes de volgende 99 jaar te gebruiken. Vorig jaar was er ook al een architectuurwedstrijd voor een deel van de ruimtes, die gewonnen werd door het Brusselse bureau AgwA. De Stad wil er functies in onderbrengen die wat doen denken aan de activiteiten van Recyclart, dat ondertussen naar de Molenbeekse kanaalzone verhuisde. Er komt immers een “multidisciplinaire sociaal-culturele ruimte gewijd aan stedelijke culturen”, staat in het besluit van de gemeenteraad. Het kan daarbij evengoed om beeldende kunst, hedendaagse muziek, architectuur, fotografie of andere expressievormen gaan. Het nieuwe centrum moet moduleerbaar zijn en zal onder
meer een grote ontvangstruimte omvatten, een multifunctionele ruimte voor 400 personen, een expozaal, een plek voor conferenties of ateliers, repetitieruimtes en een bar en/ of restaurant.
Het is de bedoeling dat de plek, die de werknaam SUBjonction heeft, bijdraagt tot uitwisseling met de andere organisaties in de buurt, zoals de Brigittines, het Théâtre des Tanneurs, het stadsarchief en het pandjeshuis Berg van Barmhartigheid. Een deel van de ruimtes onder de sporen blijft ook voor de NMBS. Het station Kapellekerk blijft immers in gebruik.
Ontwrichte stad
De nieuwe functies van de ruimtes onder de sporen
moeten net als bij Recyclart een antwoord zijn op de stedelijke ontwrichting die de Noord-Zuidverbinding heeft betekend voor de wijk. De toekomstige activiteiten moeten nieuwe verbindingen maken tussen de Marollen en de wijken rond de Stalingradlaan en opnieuw stadsleven brengen op een doodse plek. Zo moet de horecaruimte ook als een doorgang functioneren die de twee zijden van de sporen verbindt.
De creatie van het nieuwe centrum ligt ook in het verlengde van het duurzame wijkcontract Jonction, waarvan de ontwerpfase al dateert van 2014-2019. Dat wijkcontract zorgde onder meer voor een stadspark dat aan de zijde van
de Marollen grenst aan het station Kapellekerk.
Dat de nieuwe invulling voor de ruimtes zolang aansleept, heeft onder meer te maken met de technische complexiteit, zegt Audrey Dubois van de Stad Brussel. “We zitten nu eenmaal onder de druk gebruikte Noord-Zuidverbinding, er zijn waterinsijpelingen en de eisen qua brandveiligheid zijn ook streng. Recyclart is moeten vertrekken omdat ze daar niet aan konden voldoen.”
Het stadsbestuur is overigens vol lof voor de NMBS en spoornetbeheerder Infrabel, die akkoord gingen met de toekomstige invulling.
Ten vroegste in 2030
De Stad wil nu een bouwvergunning vragen voor het project, waarvan de kosten op 4,6 miljoen euro worden geschat (btw niet inbegrepen). Daar komt nog eens een eenmalig bedrag van 190.000 euro bij voor de erfpacht. Wie de ruimtes in de toekomst zal uitbaten, is vandaag nog niet uitgemaakt.
jaar kan de Stad de ruimtes dankzij de erfpacht gebruiken
4,6
miljoen euro bedraagt de geschatte kost voor de verbouwing
De Stad Brussel zou dat zelf kunnen doen of kan op zoek gaan naar één of meerdere uitbaters. Voor die zoektocht is hoe dan ook nog tijd. Het begin van de werken zal wellicht pas voor midden 2028 zijn, schat de Stad. Dat betekent dat het nieuwe centrum ten vroegste in 2030 in gebruik kan worden genomen.
Het project SUBjonction beslaat overigens slechts een deel van de ruimtes waar straks een erfpacht voor wordt afgesloten. Voor een tweede deel, tussen de Huidevetters- en Nieuwlandstraat, heeft de Stad al een tijdelijke gebruiker op het oog. Voor een definitievere invulling van dat deel is er nog geen timing.
KRIS HENDRICKX
Met de Week van de Belgische Muziek in aantocht pleit Arne Huysmans van Volta voor meer financiële middelen. “De vergoeding staat vaak niet in verhouding tot de geleverde inspanningen.”
Arne Huysmans
• Studeerde drum en percussie aan de Kunsthumaniora van Brussel en het Koninklijk Conservatorium van Brussel
• Richt in 2018 muziekcentrum Volta op, met een focus op opkomend muzikaal talent
• Algemeen en artistiek coördinator Volta
De Week van de Belgische muziek is in aantocht en de overvolle agenda’s bewijzen nogmaals dat het muzikale landschap in België in volle bloei staat. Tal van organisaties, collectieven, muzikanten en huizen openen hun deuren om lokaal talent in de belangstelling te plaatsen.
Toch valt er een belangrijke kanttekening bij dit mooie plaatje te plaatsen. Terwijl het publiek geniet van een overvloed aan optredens, blijft de financieel kwetsbare positie van tal van muzikanten als een onzichtbare schaduw over hun carrière hangen. De erkenning voor hun werk is groot, maar de vergoeding staat vaak niet in verhouding tot de geleverde inspanningen. De uitkoopsommen van muzikanten zijn de afgelopen tien jaar nauwelijks gestegen, terwijl de kosten voor productie, techniek en personeel voor huizen zijn toegenomen.
Wat we op het podium zien, is slechts een fractie van het werk dat achter elk optreden schuilgaat.
Stadsleven Fietsredder Fouad door Kris Hendrickx
Ongeloof, zelftwijfel, ontzetting. Ik was net vertrokken op de receptie van het Brussels parlement en staarde naar de lege plek op het trottoir. Waar mijn fiets stond, hing enkel nog mijn helm aan een paal, netjes vastgemaakt met mijn slot. Weg was hij, de semi-koersfiets die ik al
Talloze uren worden besteed aan repetities, schrijven, opnemen en het ontwikkelen van muziek. Daarnaast wordt van muzikanten verwacht dat ze zichzelf zichtbaar maken op sociale media en voortdurend nieuw werk presenteren, wat een enorme druk met zich meebrengt. Deze veelzijdige rol kan overweldigend overkomen en vereist veel tijd en energie. De verschillende functies, de vele overuren en verwachtingen maken dat veel muzikanten zich continu overwerken. Dat kan leiden
tot stress en mentale kwetsbaarheid.
“De vele overuren en de druk om voortdurend nieuw werk te presenteren, kan leiden tot stress en mentale kwetsbaarheid”
vaak op de foto had gesmokkeld. Weg, de tweewieler die me regelmatig complimenten opleverde. Een onverlaat had zelfs al politieke sluikreclame in mijn helm gestopt. Op enkele minuten tijd ging ik verschillende fases van rouw door: “Dit moet
Dat werd recent bevestigd door getuigenissen van Laura Tesoro en Kirsten Kramer van muziekopleiding PXL Music in de nieuwe VTM GO-documentaire Meer dan een droom. Tesoro sprak over haar beroep als een “verlieslatende hobby”. Kramer bevestigt het punt van hierboven: “Er zijn veel beginnende artiesten die voor een voorprogramma 150 euro krijgen, alles inbegrepen, voor de hele entourage en alle kosten. Daar houd je niets van over.”
Eerlijke vergoedingen
Toch is er hoop. De groeiende bewustwording van deze problemen biedt kansen om de situatie te verbeteren. Het is van groot belang
gezichtsbedrog zijn”, “Waar is die eikel?”, “Zie jezelf staan: schrijft over fietsdiefstallen, maar kan zijn eigen fiets niet vastmaken…” Tot ik aandachtiger naar het kaartje keek. Daar stond iets op gekribbeld. “Vélo à l’accueil du parlement” las ik naast de foto van
een politicus met bretellen. Daar bleek geen woord van gelogen. Bij deze: dank u, Fouad!
In Stadsleven vertellen redacteurs en lezers in maximaal 1000 tekens een verrassende anekdote over Brussel. Insturen kan via redactie@bruzz.be
& Adriaan zijn net als heel wat andere Belgische artiesten tot ver buiten de landsgrenzen bekend.
dat we samenwerkenaanstructurele veranderingenwaarbij we een evenwichtigeconomischmodelvoor muzikantenenhuizencreëren.In eersteinstantieheeftdeculturele sectornoodaanmeerfinanciële middelenvanuitdeoverheid.Ook eencollectiefgedragenengagement vanuitdesectorvoor fair practice is van belang.Onder fair practice vallen,onderandere,richtlijnenen principesdieeerlijkeentransparante arbeidsomstandighedenen vergoedingenvoorartiestenen culturelewerkersbeogen.Daarnaast is het essentieelomeenflexibeler uitbetalingssysteem te ontwikkelen. DeWeek van deBelgischeMuziek biedtonseenwaardevollegelegenheidomdemuzikaletalenteninons land te vierenentegelijkertijd aandacht te vragenvoorhunrecht
opeerlijkearbeidsomstandigheden envergoedingen.
Dat Brusselse,enbijuitbreiding Belgische,artiesten tot ver buitende landsgrenzenresoneren, valt niet meer te ontkennen.ECHT!,Lander& Adriaan,Aili,Angèle,TUKAN,Lous andtheYakuza... het zijnmaar enkele van de vele namendie internationaalschitteren.Laten we daaromdekansgrijpenomniet alleendekunst,maarookde kunstenaarszelf te eren. Want een muzieklandschapwaarinartiesten zichgewaardeerdenondersteund voelen,iseensterkerenduurzamer landschap,waarcreativiteit kan blijvenbloeien.
Reageren of zelfeenopiniestuk insturen?Mailnaarredactie@bruzz.be
Ik verhuis met pijn in het hart. Ik zal Brussel missen, maar Mechelen heeft ook veel voordelen, zeker voor ouders
Moeten burgers zelf beelden maken van drugsdeals?
Onlinebevragingop17januari 2024 viaRhetoric(58reacties)
Ja
“Bewijsverzamelenendoorsturennaardepolitie getuigtnietalleen van verzet,maarook van burgerzin.”
Marcel E.
“Eenburgerinitiatief kan afschrikkenensociale controlestimuleren.Heel wat dorpeninVlaanderen hebbenreeds zo’n burgerinformatienetwerken dezeblijkenpositief te wordenervaren.”
Mike O.
Ik twijfel
“Eenveelvoudaanogenmaakt het vergaren van genoegincriminerendbeeldmateriaalmakkelijker. Nadeelis het grote risicooprepresaillestegen burgers.Criminelegroeperingenzullen het niet houdenbijeenbeleefdwoordje.”
S.X
“Alsjegetuigebent van eenmisdaad,moetje dat tochmelden?Maaractiefgaanzoekennaar situaties kan tot gevaarvooreigen leven leiden.”
Jan T.
Nee
“Waaromalleszelfdoen?Ditisdetaak van de politie. Dat politieenjustitieonderbemandzijn,is eenfout van het beleid.”
Sandra P.
“Degevaren van het drugsmilieuwordenduidelijk onderschat.Voorje het goeden wel beseft,hebje te maken met een (fatale) afrekening. We leven nietineenactiefilmwaardeonschuldigeburger plotsdeheldwordtenallesuiteindelijkgoedkomt.”
Noah F.
TV-GEZICHT DANIRA BOUKHRISS verkastnaarde heimat van haar vriend Ward Kerremans. Het Nieuwsblad, 16januari
Stedenbouw Instagram-architecten hekelen vijandige inrichting van de publieke ruimte
Wie op een kritische manier naar architectuur wil kijken, vindt in Brussel een dankbaar onderwerp. Dat hebben architecten Filip Momikj en Mohammad Hammash, die op Instagram furore maken onder de naam Stripping Architecture, goed begrepen. “Architectuur heeft de kracht om mensenlevens vorm te geven op een stille manier.”
door Michiel Leen foto’s Emiel Viellefont
Met Stripping Architecture willen Filip Momikj (36) en Mohammad Hammash (40) het debat over architectuur en ruimtelijke ordening in Brussel van de tekentafel naar de straat brengen. Met een eigen webplatform – inclusief Patreon en Instagram – en een reeks even ludieke als kritische YouTube-filmpjes vestigt het duo de aandacht op wat er beter kan aan de inrichting van de openbare ruimte in Brussel. En of de architecturale bric-à-brac van de hoofdstad voor voldoende inspiratie zorgt. Hun recepten voor een oplossing bundelden ze onlangs in het boek The urban revolution is a fun sketch, waarin ze met cartoons aangeven hoe een grootstad op relatief eenvoudige wijze op mensenmaat gemaakt kan worden.
“Je hoeft geen architect te zijn om mee te praten over de publieke ruimte en mee te denken over oplossingen,” zegt Momikj. “In België wordt er op hoog niveau aan architectuurkritiek gedaan, maar wie krijgt dat te zien, buiten enkele professionals en enthousiastelingen? Wij willen een veel breder publiek bereiken.”
Om die aanpak even concreet te maken, halen Momikj en Hammash het Justitiepaleis aan. Dat deelt momenteel het Poelaertplein met een octopussculptuur – de ‘Nauti-poulpe’, een tijdelijk kunstwerk ontsproten aan de geest van tekenaar François Schuiten om de 120e verjaardag van het overlijden van Jules Verne te vieren. Voor het duo is de octopus een dankbare metafoor voor het Justitiepaleis zelf, dat met zijn tentakels het omliggende stadslandschap in de greep houdt.
“Alleen al door zijn voorgeschiedenis is het Justitiepaleis een iconisch gebouw,”
zegt Hammash. “De inplanting in een volksbuurt, waarvoor talloze huizen moesten wijken, de aanslepende saga van de stellingen rond het gebouw ... Tegelijkertijd is het Justitiepaleis een zware last voor de gemeenschap. Het is een prestigieus gebouw, maar dat in stand houden kost handenvol geld.”
“Daarom moet de overheid op zoek naar een manier waarop het gebouw duurzaam kan worden uitgebaat, om zo zelf budgetten voor de instandhouding te genereren,” treedt Momikj hem bij. “Dat betekent natuurlijk niet dat we er een winkelcentrum van willen maken. Het moet een plek zijn die toegankelijk blijft voor de burger. Nu gaat het vooral over het in stand houden van het prestige. Maar als de huidige restauratie erop zit, begint alles binnen vijftig jaar gewoon opnieuw. En allicht opnieuw met publiek geld. Dat begint op het stockholmsyndroom te lijken. Waarom zou je bijvoorbeeld geen open oproep organiseren om op zoek te gaan naar een duurzame oplossing?”
Pittoreske kasseien
Het voorbeeld illustreert meteen hoe de twee naar hun eigen vakgebied kijken. Die bijzondere blik kreeg vorm tijdens hun architectuuropleiding, waarin veel aandacht ging naar antropologie, sociologie en culturele gevoeligheden. Maar in de professionele praktijk bleek al snel dat er voor zulke gevoeligheden weinig plaats was. Technische maatstaven, strakke timelines en beperkte (publieke) budgetten zetten de toon. Het is een spreidstand waar Momikj en Hammash ook in hun eigen praktijk tegen aanlopen. Stripping Architecture is dan een welkome uitlaatklep voor hun verzuchtingen en ideeën. “De stad staat vol fraai ontworpen gebouwen, daar gaat
het ons niet om. Wij willen de bestaande architectuur herdenken zodat de stad menselijker, aantrekkelijker en toegankelijker wordt voor iedereen.”
In het Brusselse stadslandschap is er op dat vlak nog wel wat werk aan de winkel. Het begrip ‘hostile architecture’ valt geregeld: een gebrek aan groen, betonnen pleinen waar de wind door jaagt, plaatsen die vooral gemaakt lijken om mensen weg te jagen. “Weet je, in Rotterdam is het nog veel erger,” zegt
Zuid- en het Noordstation. “Vijandige architectuur, dat zijn grote projecten die als aliens neerploffen in bestaande buurten. Het nieuwe hoofdkwartier van de NMBS bij het Zuidstation is zo’n project. Het heeft geen enkele connectie met de buurt, men heeft zich zelfs niet afgevraagd of zo’n kantoormastodont nog van deze tijd is.”
Er is, kortom, werk voor politici en beleidsmakers. “Politici denken in cycli van een jaar of vier: tegen de volgende
“Veel architecten hebben een burgerlijke middenklasseachtergrond. Dat zorgt voor misverstanden als ze een plein heraanleggen in een arme volksbuurt”
Mohammad Hammash
Architect en helft van het duo achter webplatform Stripping Architecture
Momikj. Maar ook in de charmante buurt rond de Zavel ontwaren hij en zijn collega vijandige elementen. “Die pittoreske kasseien zijn de hel voor mensen die slecht te been zijn, of op pad zijn met fiets of kinderwagen,” verduidelijkt Hammash. “Stedelijke architectuur is te veel gericht op de ‘productieve’ laag van de bevolking: fitte, werkende mensen tussen de 20 en de 60 die genoeg geld bezitten om als consument staande te blijven in de omgeving. De rest kan het schudden. Jongeren hebben hier bijvoorbeeld geen plek: hun aanwezigheid zou als overlast worden gezien.”
Geen copy-paste
Het kopiëren van buitenlandse succesrecepten, zoals het veelgeroemde ‘Kopenhagen-model’ ziet het duo niet zitten. “Je kan zulke zaken niet klakkeloos nabootsen in Brussel. Je moet rekening houden met de noden en gevoeligheden van de bewoners. Dat gebeurt nu nog veel te weinig.” De oplossing moet van onderuit komen, ook voor probleembuurten als het
verkiezingen moet het resultaat zichtbaar zijn,” vertelt Hammash. “Vandaar hun voorliefde voor grote projecten die snel opleveren. Alleen werken die architecturale beslissingen nog decennia door. Kijk maar naar de Noordwijk, of het Brusselse stratenplan, dat nog heel erg op maat van de auto is toegesneden.”
“Architectuur heeft de kracht om mensenlevens vorm te geven op een stille manier,” vult Momikj aan. “Daarom houden politici er ook van. Je gedrag wordt als het ware gestuurd zonder dat er schijnbaar bevelen worden gegeven.”
Gentrificatie
In die buurten waar de opwaardering werd ingezet, is gentrificatie een hot topic. Al vinden de mannen van Stripping Architecture dat de term zijn beste tijd heeft gehad. “Mensen voelen zich ontheemd wanneer hun buurt begint te veranderen, zelfs als het er op het eerste gezicht beter wordt, door bijvoorbeeld meer groen, een betere mobiliteit ...” vertelt Momikj. “Maar het gevoel leeft sterk dat er boven hun hoofden wordt beslist. Iemand die elke dag vanuit
Mohammad Hammash (links) en Filip Momikj: “Geef bewoners de middelen om hun huizen te renoveren en te upgraden, en begin pas daarna aan je prestigeproject in Pompidou-stijl.”
Molenbeek op de luchthaven moet raken om te gaan werken, gaat daar echt niet met de bakfiets naartoe. Voor zo iemand is het Good Move-plan een vijandige ingreep, zeker bij een gebrek aan alternatieven. Om maar een voorbeeld te geven: in buurten die gebaat zouden zijn met meer deelmobiliteit, zijn veel deelplatformen gewoon niet te vinden.”
“Wij willen de intenties van politici en regeringen niet veroordelen, maar als je een buurt jarenlang verwaarloost en ze daarna plots gaat upgraden, krijg je problemen. Zo’n opwaarderingsproces zou moeten beginnen bij het niet laten verloederen van de wijken. Geef de bewoners de middelen om hun huizen te renoveren en te upgraden, en begin pas daarna aan je prestigeproject in Pompidou-stijl. Het debat over architectuur in de publieke ruimte gaat te vaak over grote, zichtbare prestigeprojecten. Terwijl 99% van het stadsweefsel bestaat uit private woningen, kantoren en winkels. Dat wordt al te vaak vergeten.”
Wie betaalt, bepaalt
En zoals zo vaak gaat het ook over geld. “Een project als de duurzame wijkcontracten hebben een budget van 16 miljoen euro. De nieuwe hoofdzetel van BNP Paribas Fortis was een private investering van 320 miljoen. Dat schetst de verhoudingen wel,” verzucht Momikj.
“Promotoren hebben veel macht in Brussel,” zegt Hammash. “Brussel is in theorie een rijke regio, maar het Gewest is bankroet. Daarom rekent het op private
ontwikkeling en publiek-private partnerschapsprojecten. Het Gewest zelf heeft de middelen niet om architecturaal zijn stempel te drukken. En dus bepalen de promotoren hoe gebouwen eruitzien, zonder daarbij altijd rekening te houden met de noden van de buurten waarin die gebouwen verschijnen.”
“Er zouden meer garanties moeten zijn om beide doelen met elkaar te verzoenen. Architecten zouden samen kunnen beslissen om enkel in een project te stappen als er voldoende overleg is geweest tussen private en publieke partijen, om zo tot een evenwichtig geheel te komen. Dan moeten promotoren en investeerders wel meegaan in een compromis.”
Als beroepsgroep moeten de architecten ook in eigen boezem durven te kijken, vinden de ‘Stripping Architects’. “Veel architecten hebben een burgerlijke middenklasseachtergrond. Als je hun gaat vragen om een plein opnieuw aan te leggen in een arme Brusselse volksbuurt, stuit je vanzelf op wederzijdse misverstanden. Begrijpt zo iemand wel wat de lokale noden zijn? Weten ze hoe het is om daar te overleven? Architecten zouden een inspanning moeten doen om zich in te leven in hun projecten. Grote bureaus zouden veel meer jonge talenten van buitenaf moeten betrekken om een frisse, actuele blik te behouden op wat ze doen. Met ‘meer van hetzelfde’ ga je de hedendaagse problemen niet oplossen. Met nieuwe perspectieven breek je het kleine wereldje van de architecten open.”
STRIPPING ARCHITECTURE
CRITIQUE L’AMÉNAGEMENT
HOSTILE DE L’ESPACE PUBLIC
FR Avec Stripping Architecture, Filip Momikj et Mohammad Hammash déplacent le débat sur l’architecture à Bruxelles de la table à dessin à la rue. À travers leur plateforme en ligne, des vidéos YouTube et leur livre The Urban Revolution Is a Fun Sketch, ils soulignent ce qui pourrait être amélioré dans l’espace public. « Donnez d’abord aux habitants les moyens de rénover leurs maisons avant de lancer vos projets de prestige à la Pompidou. » Il faut pouvoir répondre aux besoins de la communauté avant de se concentrer sur des projets grandioses.
DENOUNCES HOSTILE DESIGN OF PUBLIC SPACE
EN With Stripping Architecture, Filip Momikj and Mohammad Hammash seek to bring the debate around architecture and urban planning in Brussels from the drawing board to the street. The duo uses their own web platform – including Patreon and Instagram –, a series of YouTube videos as playful as they are critical, and their new book, The Urban Revolution Is a Fun Sketch, to put focus on that which should be done better. “Give residents the means to renovate their homes, and only then start building your Pompidou-style prestige project.”
‘Een
Het beeld van tenniscoach Kristof Vliegen, peinzend in de tribune bij de Australian Open, riep herinneringen op aan een vreemde namiddag met een Brusselse speler, zes jaar geleden in het Franse Lille.
door Luc Kempen
Komend weekend eindigt in Melbourne de Australian Open, qua sfeer veruit het meest relaxte van de vier Grand Slam-tennistoernooien. Zoals de laatste jaren de gewoonte is, werden de Belgen al snel uitgeschakeld. Een onder hen kan niettemin met enige voldoening terugkijken op zijn verblijf aan de andere kant van de wereld. Zizou Bergs bereikte in Auckland, een opwarmertje voor Melbourne, voor het eerst in zijn carrière de finale van een ATP-toernooi, waardoor hij verder opschuift richting top-50. Bergs wordt sinds kort getraind door Kristof Vliegen, in 2006 enkele weken de nummer dertig van de wereld en vandaag onder andere verbonden aan de Primerose-tennisclub, in de schaduw van het Koning Boudewijnstadion.
Vliegen kon niet alleen heel goed tennissen, in zijn beste momenten praat hij iedereen onder de tafel. Dat mocht ik ervaren toen ik in 2019 een serie mini-documentaires maakte over duo’s in de sport. Arthur De Greef, een in Ukkel wonende speler, verpieterde rond de 200ste plaats en had, in een ultieme poging om zijn tennisloopbaan weer enige glans te geven, contact gezocht met Vliegen. Insiders hadden die afgeraden de mentaal breekbare speler onder zijn hoede te nemen, maar zulke adviezen hebben bij Vliegen wel vaker een omgekeerd effect.
En dus bevonden we ons op een fletse dinsdagnamiddag in een sportcomplex aan de rand van Lille. Daar werd een zogeheten Challenger georganiseerd, een toernooi aan de onderkant van de tennispiramide, waar spelers vaak een verbeten strijd voeren om te overleven. Enkele uren eerder had Vliegen in een lege ontbijtzaal van de Holiday Inn zijn nieuwe pupil enkele levenslessen ingepe-
perd, maar die keek tijdens het gloedvolle betoog vooral door het raam naar buiten of in zijn bord.
Op een bijbaan moest De Greef het in de zestiende finales opnemen tegen de Italiaan Matteo Viola. Met uitzondering van de twee trainers en de uit Brussel afgereisde filmploeg zat er niemand in de tribunes, waardoor vreemd genoeg ieder punt als cruciaal aanvoelde. Ook Vliegen hield de lippen meestal op elkaar.
“Op een Challenger voeren spelers vaak een verbeten strijd om te overleven”
De Greef versloeg zijn opponent in twee sets, maar van blijdschap was amper sprake. Het zou kunnen dat op de terugweg naar het hotel zijn gedachten afdwaalden naar een gebeurtenis anderhalf jaar daarvoor. Toen maakte De Greef, weliswaar als reservespeler, deel uit van het Belgische team dat de finale van de Davis Cup tegen Frankrijk had bereikt. Voor die eindstrijd was het voetbalstadion van Lille omgebouwd tot tennisarena. Meer dan 75.000 mensen hadden voor een ongeëvenaarde sfeer gezorgd. Toen ik er De Greef in zijn kamer naar vroeg, haalde hij zijn schouders op.
‘s Anderendaags, in de achtste finales, verloor hij kansloos van een Duitser. Later
dat jaar zouden Vliegen en De Greef hun samenwerking stopzetten, waarop die laatste verder afgleed op de ranking. Vliegen verlegde zijn aandacht naar een Nederlands talent dat onder zijn vleugels gestaag de tennisladder zou beklimmen, Tallon Griekspoor. Het reizen tussen metropolen en van hotel naar tenniscourt en weer terug is Vliegen, vader van twee jonge kinderen, op het lijf geschreven. “Een 9 to 5-job, dat is pas eentonig,” antwoordt hij, “en als ik dan toch even aan het tennis wil ontsnappen, zijn er nog altijd mijn gezin en mijn Brusselse vrienden.”
De Greef (32) probeerde het ook een tijdje als coach maar werd in 2023 veroordeeld voor zijn aandeel in een gokbende die tenniswedstrijden fixte. Zijn schorsing loopt volgende maand af, maar een terugkeer naar de topsport is uitgesloten. Terwijl zijn voormalige coach down under verbleef, kocht hij namelijk een padel- en tennisclub in Namen.
In Sporting Flagey zoekt BRUZZ een interessant verhaal uit de Brusselse sportwereld.
Big City
zoekt elke week een antwoord op een lezersvraag, deze week van Antoine uit Schaarbeek.
door Freya Van Nieuwenhuysen
Vraag Tot vandaag is over vrouwelijke seksualiteit minder geweten. Lezer Antoine uit Schaarbeek vraagt zich af wie de eerste vrouw was die het vrouwelijk orgasme onderzocht.
Antwoord Voor sommigen is het misschien een enigma en helaas iets dat ze zelden of nooit zullen beleven, anderen weten gelukkig welke knoppen in te drukken om de climax te bereiken: het vrouwelijk orgasme. Maar één ding is zeker: alles wat we nu wel weten, hebben we te danken aan mensen die het ongrijpbare pure genot in wetenschappelijke tabellen wilden gieten. Marie Bonaparte was zo iemand. Jawel, Bonaparte. Deze achternicht van Napoleon Bonaparte deed in de vroege twintigste eeuw onderzoek naar het vrouwelijk orgasme. Haar studie over de afstand tussen de clitoris en de vagina en het effect daarvan op het seksuele genot van vrouwen was baanbrekend. Marie Bonaparte was een van de meest opmerkelijke vrouwen van haar tijd. Geboren in Parijs als dochter van Roland Bonaparte groeide ze op in een wereld van rijkdom maar zonder liefde. Die emotionele leegte zou haar leven en werk sterk beïnvloeden. In 1907 trouwde ze met prins George van Griekenland en Denemarken. Hoewel het huwelijk haar de titel van prinses gaf, bracht het haar weinig geluk. George was afstandelijk en de relatie bleef koud tussen de lakens. Dit persoonlijke gemis voedde Marie’s fascinatie voor vrouwelijke seksualiteit. Haar gebrek aan genot maakte ze tot een wetenschappelijke zoektocht. Ze bouwde een netwerk van vrouwen waarmee ze werkte, wat uniek was, omdat eerder onderzoek naar seksualiteit uitsluitend door mannen werd gevoerd. Marie’s nicht was de eerste vrouw die ze onderzocht.
Tijdens een vergelijking van hun anatomie ontdekte Marie dat bij haar nicht de afstand tussen de urinebuisopening en de top van de clitoris twee centimeter bedroeg, terwijl deze bij haarzelf groter was. Zou hierin de oorzaak liggen van haar teleurstellende orgasmes? Zo begon prinses Bonaparte aan de grootste reeks metingen van vrouwelijke geslachtsdelen van haar tijd. Ze verzamelde 200 vrouwen. In 1924 publiceerde ze haar bevindingen onder het pseudoniem A.E. Narjani in het aan de ULB verbonden tijdschrift Bruxelles Médical. De studie, getiteld Considérations sur les causes anatomiques de la frigidité chez la femme, kwam met een duidelijke conclusie: de afstand tussen de clitoris en de vaginale opening bepaalt het seksueel genot. Vrouwen bij wie die afstand groter was dan 2,5 centimeter – de zogenaamde teleclitoridiennes – hadden minder kans op bevrediging tijdens geslachtsgemeenschap, zelfs met een attente partner. Conclusie Marie Bonaparte overleed op 21 september 1962. Vier jaar later publiceerden William Masters en Virginia Johnson hun studie over menselijke seksualiteit, waardoor Bonapartes hypotheses naar de achtergrond verdwenen. Hoewel haar studie niet volledig accuraat was, heeft ze muren gesloopt door vrouwelijke seksualiteit bespreekbaar te maken en te benadrukken dat vrouwen complexe seksuele behoeften hebben.
Ook een vraag?
Stel je vraag en stem op BRUZZ.be Bekijk en lees antwoorden op BRUZZ.be/bigcity
Het jaarlijkse internationale animatiefilmfestival zoekt samen met BRUZZKet een Kinderjury om de beste animatiekortfilm te kiezen en een filmprijs uit te reiken.
Een onderzoeksteam van de VUB heeft 115 zeldzame meteorieten gevonden tijdens een expeditie op Antartica. Hoe belangrijk zijn die vonsten?.
Uitzending maandag 27 januari in BRUZZ 24
BRUZZ OP WHATSAPP
Volg BRUZZ nu ook via het WhatsApp-kanaal, schakel meldingen in en krijg een handig overzicht van de belangrijkste en mooiste verhalen van de dag. Meer info op BRUZZ.be/whatsapp
Op een braakliggend terrein in Anderlecht groeit momenteel een enorme kiwiplant vol vruchten. Buurtbewoners maken van het geplukte fruit taart en confituur. door Andy Furniere
Enkele dagen na kerst ging Brusselaar Luca met enkele kindjes van zijn leefgroep van ngo Minor-Ndako in de Anderlechtse Vogelenzangwijk bessen zoeken voor in een vogelhuisje. “Achter mijn eigen tuin vond ik plots een gigantische kiwiplant vol rijpe vruchten. Mijn collega’s en de ouders van de kindjes versleten me eerst voor gek, maar ze moesten me uiteindelijk toch geloven. Ondertussen hebben ze taart en confituur gemaakt met de kiwi’s.” De aangetroffen plant is de bekendste soort, Actinidia deliciosa, met groene vruchten.
Na een rondvraag hoorde Luca dat de kiwiplant er waarschijnlijk al tientallen jaren succesvol bloeit. “Ze staat op een braakliggend terrein tussen de site van Minor-Ndako en die van het Sint-Niklaasinstituut. Iemand vertelde me dat dat vroeger een moestuin was; in de tijd dat paters nog de plak zwaaiden in de onderwijsinstelling. Dat kan kloppen, aangezien ik ook al overblijfselen van een serre en tuinhuisje vol onkruid en kapot materiaal vond.”
Het verhaal klinkt Koen Es, plantkundige en directeur publiekswerking bij Plantentuin Meise, zowel logisch als bijzonder in de oren. “Logisch, omdat je maar zelden kiwiplanten vindt die niet op een bepaald moment bewust zijn aangeplant,” legt hij uit. “Haar huidige staat verrast me ook niet. Kiwiplanten kunnen tientallen jaren oud worden en zich enorm uitbreiden.” Ook de Plantentuin Meise bezit heel wat oude exemplaren.
Kiwiplanten gedijen beter in steden dan op het platteland, omwille van de hogere temperaturen en betere beschutting tegen wind. Maar waarom is de vondst ook bijzonder? “Omdat je niet gauw verwilderde exemplaren vindt,” zegt Es. Op de site waarnemingen.be staan maar enkele recente observaties in Brussel: eentje in de Marollen en eentje in Elsene. De staat van ontwikkeling is volgens de website onduidelijk.
mooi bij een schutting of muurtje passen, of die perfect een pergola kunnen versieren. Kiwi’s worden in België niet commercieel gekweekt wegens het onbetrouwbare weer. “De planten komen oorspronkelijk uit China,” weet Es. “Ze werden op grote schaal gecommercialiseerd in Nieuw-Zeeland, waarna de struiken het Westen bereikten. In mijn kindertijd, in de jaren tachtig, genoten ze een exclusieve status.”
Es heeft nog een tip voor de plukkers in de Vogelenzangwijk. “Ga de vruchten zo snel mogelijk halen, want ze zullen nu rap rotten. Vorstige temperaturen doen kiwi’s rijpen en daarna heb je maar enkele weken om ze te plukken.”
Wie zelf kiwi’s kweekt, kan hun
Eigenschappen
• Kreeg de bijnaam ‘Chinese kruisbes’ voor hij vernoemd werd naar de nationale vogel van Nieuw-Zeeland
• De vrucht van de Actinidia deliciosa is groen met een harige schil, die van de Actinidia chinensis is geler en heeft minder haartjes
Wie kiwi’s in zijn eigen tuin wil kweken, moet vooral over voldoende plaats beschikken. Het zijn snel groot wordende klimplanten, die
• Voor vruchten heb je een mannelijke en een vrouwelijke plant nodig, waarbij enkel de laatste vruchten draagt
rijpingsproces controleren door ze te plukken vlak voor de vorst intreedt en de vruchten daarna kunstmatig te laten rijpen voor consumptie. Dat kan door ze samen met een appel of banaan in een papieren zak te stoppen: op die manier worden ze blootgesteld aan ethyleen, een natuurlijk gas dat bekendstaat als het rijpingshormoon.
Lees de hele reeks op BRUZZ.be/botanischbrussel
Naam: Lluc
Leeftijd: 12 jaar
Woont samen met: mama en pluspapa in Molenbeek, papa in Koekelberg
Lievelingsliedje: Ambras van Stikstof
The hang-out
In deze reeks toont een straffe Ket zijn favoriete plek in Brussel om rond te hangen. Deze keer: Lluc, die zijn naam te danken heeft aan zijn Catalaanse vader en die met zijn step tailwhips uitvoert in het nieuwe skatepark op de Materialenkaai.
door Emilia De Feyter foto Saskia Vanderstichele
Dit skatepark bestaat nog niet lang, toch?
Toen ik vorige zomer hoorde dat er een skatepark vlakbij mij ging komen, was ik heel hyped. Ik vond steppen toen al heel leuk. De ramps zijn goed gemaakt.
Wanneer kom je naar hier?
Heel vaak. De laatste tijd misschien iets minder, omdat ik meer moet studeren. Nu blijft het bij één keer per week. Het is een plek waar ik me kan uitleven. Iedereen is lief. Als je valt, helpen ze je. Ik heb hier al vrienden gemaakt en ook een leuke truc met mijn step geleerd.
Welke truc is dat?
De Tailwhip. Je springt in de lucht, terwijl je je step 360° draait. (Lluc doet vervolgens een succesvolle poging)
Wat vind je van Molenbeek?
Leuk, want al mijn vrienden wonen dichtbij. Aan Ribaucourt zijn wel veel druggebruikers. Dat is niet tof om te zien. Ze zitten in de weg op de trap drugs te nemen. Maar ze zijn nu een plek aan het bouwen waar ze drugs kunnen doen in plaats van aan Ribaucourt. Als de gebruikers gek worden, krijgen ze daar een bepaalde kwantiteit drugs.
Waar ga je naar school?
Naar de Egied Van Broeckhovenschool aan het Weststation. Het is een groot gebouw en er zijn niet veel leerlingen, het lijkt wel een privéschool. Ik heb net voor het eerst examens gehad. Ik had wel stress, ik was bang dat ik niet genoeg zou studeren. Maar het was goed, ik ben heel blij met mijn punten. Ik wil later graag elektromechanica doen. Ik ben een grote fan van auto’s, ik ken
alle merken. Wiskunde is ook een van mijn sterktes.
Heeft dat te maken met wat je later wil worden?
Dat weet ik nog niet. Ik verander steeds van gedachten. Ik wou eerst Fortnite-professional worden, daarna werkman. Ooit wou ik detective worden, of professioneel voetballer.
Voetbal is dus een hobby?
Ja. Ik speel in de Ritterklub in Jette. Het is daar supertof. We hebben straks training, daar heb ik wel zin in. We hadden net drie weken winterstop. Ik ben een heel grote fan van Union Sint-Gillis, maar ik kan niet vaak naar de matchen gaan kijken, omdat ze te laat ‘s avonds zijn. Ik was een grote fan van Mohamed Amoura en Victor Boniface, maar zij zijn nu al weg. De goede spelers worden weggeplukt, dat is altijd irritant.
Heb je een smartphone?
Nee, dat mag niet tot ik veertien ben en dat vind ik best jammer. Iedereen in mijn klas heeft er één. Ik ben dan die jongen met de Nokia. Aan de ene kant begrijp ik dat het een goede regel is, want sociale media kunnen gevaarlijk zijn door artificiële intelligentie. Aan de andere kant voel ik me soms buitengesloten. Als anderen afspreken via WhatsApp of Snapchat, moeten ze het mij persoonlijk komen vertellen.
Wil jij ook je favoriete plek tonen?
Dat zou heel leuk zijn. Stuur een mailtje naar ket@bruzz.be en een journalist neemt contact met je op.
Favoriet gadget
Mijn Xbox. Ik speel er vaak op, het is een soort hobby. Ik speel altijd Fortnite, een schietspel met mannetjes in een wereld waarin je als laatste moet overblijven. Ik mag maximum één uur per dag op de Xbox spelen. Op woensdag en zondag anderhalf uur.
Met wie wil je wel eens een middag optrekken?
Met Zwangere Guy. Hij ziet er zo chill uit. Ik zou vragen of hij een T-shirt wil signeren en iets samen wil gaan doen. Zijn nieuwe serie is ook kei cool. Het is echt het leven zoals het is in Brussel. Ik ken de stad goed, dus ik kan zien waar het is opgenomen. De school van het hoofdpersonage Gigi is gefilmd op de Kunsthumaniora in Laken, waar veel van mijn vrienden op school zitten.
Mijn motto
Je leeft maar één keer. Dat zeg ik soms tegen mijn vrienden als ze iets niet willen doen of iets tofs niet durven proberen. Dit soort kansen krijg je maar één keer, en meestal lukt het me wel om hen zo te overtuigen.
BRUZZ ICE Invites
O’SIMMIE en Ravi Bongo draaien warm voor de Week van de Belgische Muziek
BRUZZ ICE Invites trapt de Week van de Belgische Muziek af met een knapperige amuse-bouche in de Vaartkapoen. Local heroes O’SIMMIE en Ravi Bongo brengen hun roots tot leven in de energieke beats die ze de dansvloer op slingeren. Maar hoe zien zij de vaderlandse muziekscene? “Bij Belgische muziek denk ik aan folklore, of Raymond van het Groenewoud.”
door Tom Zonderman foto’s Heleen Rodiers
Een van mijn meest gênante dj-namen moet Tsumanu geweest zijn,” lacht de Brusselse producer en dj Manu De Wulf in een zaaltje bij De Markten, waar hij sociaal-cultureel werker en programmator is. “Ik had iets met tsunami’s, en dat combineerde ik met mijn voornaam.” Uiteindelijk bleef hij plakken bij O’SIMMIE, een verbastering van de naam Simeon, die hem deed denken aan rappers als Little Simz of Yung Simmie. “Ik heb wat zitten spelen met die ‘o’, en voegde een weglatingsteken toe. En nu denken ze dat ik Iers ben, terwijl ik half-Chileens ben.”
Bruce Tanghe, die achter de decks kruipt onder de naam Ravi Bongo en zo ook op BRUZZ radio te horen is, lacht zich aan de andere kant van de tafel een breuk. Zijn naam doet denken aan Indiase sitarspelers, maar verwijst eigenlijk naar zijn Rwandese vader, het is een samentrekking van de eerste letters van diens voor- en achternaam.
De twee dj’s kennen elkaar goed, ze zijn vrienden, maar ze zitten allebei ook bij Brikabrak, het multidisciplinaire collectief dat sinds 2017 het Brusselse nachtleven ruimdenkender en inclusiever maakt. Allebei hebben ze ook hun eigen collectief. Dat van De Wulf heet Gloom Club, en focust op donkere, hardere elektronische muziek. Tanghe verenigt zich met twee andere dj’s en een digital creator in 3AVE. Op de BRUZZ ICE Invites-avond in de Vaartkapoen, die als opwarmer fungeert voor de Week van de Belgische Muziek, draaien ze voor het eerst back to back
Hebben jullie iets speciaals in petto?
MANU DE WULF: Een hele choreografie. (Lacht)
BRUCE TANGHE: Rookgordijnen, alles erop en eraan! Nee, ik heb er vertrouwen in. We overlappen in het elektronische gedeelte, en dan zullen we vooral ook de uiteinden van onze muzikale spectra opzoeken. En misschien de andere daar ook in pushen. Het wordt een muzikale geschiedenisles.
DE WULF: Gek genoeg hebben we nog nooit samen gedraaid. Dat wordt een uitdaging.
Zit iedereen bij Brikabrak niet op dezelfde golflengte?
DE WULF: Zeker wel, maar ik ben altijd wel een beetje de outsider geweest. Ik draai ook donkere, meer Europese dingen. Daarom heb ik ook mijn eigen collectief. Wat ik goed vind aan Brikabrak is dat het een leemte heeft gevuld in het Brusselse nachtleven. Er waren al wel invloeden uit pakweg Latijns-Amerika en Afrika in de dance, maar Brikabrak heeft ze zichtbaar gemaakt. TANGHE: Brikabrak brengt muziek waarvan mensen zeggen dat ze die nog nooit gehoord hebben, maar ze dansen er wel meteen op. Het is een community.
DE WULF: In het Brusselse nachtleven is het publiek nog te vaak weinig divers en grotendeels wit. Het merendeel van de stad is dat niet en voelt zich niet thuis op die events. Brikabrak probeert die muren te slopen, hun feestjes zijn echt een weer-
BRUZZ ICE Invites O’SIMMIE en Ravi Bongo draaien warm voor de Week van de Belgische Muziek
spiegeling van de stad. En er komen zowel Frans- als Nederlandstaligen op af.
Er lopen veel breuklijnen door de Belgische muziek. Voelen jullie je, als dj’s met buitenlandse roots, deel van een geheel?
TANGHE: Over die vraag heb ik eigenlijk nog nooit nagedacht. In mijn radioshows tijdens de Week van de Belgische Muziek zal ik de Belgische tracks uit mijn bibliotheek zeker in mijn playlists verwerken. Meestal zijn dat artiesten die ik persoonlijk ken. Dat doet me altijd weer beseffen wat er hier allemaal in de underground gebeurt. In vergelijking met onze buurlanden heeft België echt zijn eigen ecosysteem. Bij Belgische muziek denk ik vaak aan folklore, of Raymond van het Groenewoud. (Lacht) Maar door die Week van de Belgische Muziek besef ik weer hoe rijk en divers onze muziekscene is.
Hoe belangrijk is het om met de muziek die jullie draaien naar jullie roots te verwijzen?
DE WULF: Kinderen met een migratieachtergrond zullen op een bepaald moment altijd wel naar hun wortels gaan graven. Ik ben misschien niet geboren in een barrio in Santiago de Chile, maar Chili blijft wel de helft van mij. Latijns-Amerikaanse muziek is voor mij heel belangrijk geweest, zowel in de muziek die ik maak als die die ik speel op feesten en waar ik zelf naar luister. Mijn vader is zelf een muzikant, hij speelt panfluit. Dat instrument staat op mijn bucketlist. (Lacht)
TANGHE: (Giert) Ha, geweldig!
DE WULF: Ik vond het fantastisch om te ontdekken dat er ook moderne elektronische interpretaties zijn van traditionele Zuid-Amerikaanse muziek, en dat die dan weer vermengd worden met elektronica uit Europa en Amerika. Voor mij is dat het beste van twee werelden, dat is de muziek die ik wil maken. Omdat ik mij zo voel: een Euro-Latino.
TANGHE: Ik ben geboren in Rwanda, maar rond mijn vijfde ben ik naar België gekomen.
Voor mij is het logisch om naar mijn roots te verwijzen, en die sounds te mengen met elektronische muziek uit Europa. Die versmelting is een soort van therapie, door de muziek ben ik meer over mezelf en mijn identiteit te weten gekomen. Nu, als ik niet in Afrika geboren zou zijn, zou ik nog steeds met die Afrikaanse kleuren spelen. Die muziek is zo goed.
DE WULF: Dus als je een Japanner was geweest, had je nog steeds afro gespeeld?
TANGHE: Natuurlijk! Afrohouse is gewoon geweldig goeie muziek. (Lacht)
In de popmuziek zag je de voorbije jaren heel veel invloeden uit de latin en uit Afrika. In de dance zet zich dat ook door, toch zeker in Brussel, dankzij brandversnellers als jullie.
DE WULF: Inderdaad. Kijk naar het succes van amapiano of baile funk. Of van cumbia, een genre dat dankzij iemand als Susobrino ook in Brussel opgang maakt.
TANGHE: De synergie van al die genres maakt de Brusselse scene net zo mooi.
Puerto Rico heeft perreo, Zuid-Afrika gqom, Colombia cumbia. Heeft België ook zo’n typisch geluid?
DE WULF: Je hebt de new beat gehad in de jaren 1980, en in de jaren 1990 waren we pioniers in de trance. Maar ik denk niet dat je nu kan zeggen wat er typisch Belgisch is. Het typerende is dat er niet echt iets bestaat als Belgische muziek. Kijk gewoon naar hoe ons land in elkaar zit, een lappendeken tussen monoculturen als Nederland, Frankrijk en Duitsland. Wij spreken drie talen, hebben zes regeringen en iedereen maakt ruzie met elkaar. (Lacht)
TANGHE: Hebben wij een regering?
DE WULF: België is van alles en nog wat, en Brussel, een van de meest diverse steden ter wereld, nog veel meer. Dat zet zich door in onze muziekscene. En toch hebben we, voor zo’n pietluttig landje, een enorme invloed gehad op bijvoorbeeld de elektronische muziek. Kijk naar labels als Bonzai of
“Zelfs als ik in Japan geboren zou zijn, zou ik nog altijd afrohouse draaien. Dat is gewoon geweldig goeie muziek”
Bruce Tanghe, alias Ravi Bongo
R&S. Een paar van de grootste artiesten uit de trance zijn Belgen. ‘Camargue’, een nummer van de Antwerpse producer CJ Bolland, is onlangs geremixt door een Venezolaanse artiest en zo reist die song de wereld rond. Daar ben ik wel trots op. Zo probeer ik ook lokale artiesten als Susobrino of Le Motel in mijn sets te verwerken. Die worden misschien niet gedraaid op Radio 1, maar het zijn ook wel Belgen.
Als jullie in het buitenland draaien, dragen jullie dan een Belgische vibe uit?
TANGHE: Daar ben ik niet bewust mee bezig, alleen zal ik wel bevriende muzikanten een plek proberen te geven.
DE WULF: In de zin van: hé, check deze jonge artiest eens. Niet met een patriottisch doel.
Wie bewonder je in die Belgische muziek?
DE WULF: Als tour-dj van MEYY heb ik een keer het voorprogramma van Angèle gedaan in het Sportpaleis. Ik vond het indrukwekkend om dat soort artiesten van dichtbij mee te maken. Of iemand als Zwangere Guy, die keihard zijn ding doet, en Pommelien Thijs, artiesten die resoluut voor het Nederlands kiezen. In de dance zijn er Charlotte de Witte en Amelie Lens. En Netsky. Echt Belgisch vind ik Charlotte Adigéry en Bolis Pupul. Muziek die een beetje vreemd of dada is.
TANGHE: Belgische artiesten hebben iets authentieks, zonder dat je daar één sound aan kan verbinden. Kijk naar Stromae, of Damso.
Welke Belgische song moet iedereen kennen?
DE WULF: ‘Strange world’ van Push, een tranceclassic. Ik heb die track al een paar keer in een dikke club gehoord om vier uur ’s nachts. Dan smelt mijn brein gewoon.
TANGHE: Ik ga voor ‘The house of house’ van Cherry Moon Trax. Die drop is echt dom!
Dom?
TANGHE: Haha, ik bedoel hard. Ik heb dat liedje voor het eerst gehoord nog voor ik
into elektronische muziek was. Van die hele scene moest ik toen niet veel weten, maar dat nummer greep me bij het nekvel. Toen ik het daarna een keer in een club hoorde, vielen de puzzelstukken in elkaar. Pas later ontdekte ik dat het Belgisch is.
Hadden jullie alleen in Brussel kunnen doen wat jullie nu doen?
TANGHE: Ja, dat denk ik wel. Brussel is een soort mekka van de Belgische scene, of toch van de elektronische muziek. Fahad Seriki, die zich voorheen Dvtch Norris noemde, is van Antwerpen naar Brussel verhuisd voor zijn muziekcarrière en heeft zichzelf hier helemaal gevonden. Dat gebeurt met veel mensen die hier aanspoelen.
Welke rol speelt Brussel in de Belgische muziekscene?
DE WULF: Brussel is een eiland maar tegelijkertijd ook het epicentrum. Ik denk dat alle artiesten die ergens in een uithoek van België zijn opgegroeid en met toffe dingen bezig zijn, door Brussel worden aangezogen. In pakweg Antwerpen lijkt het me moeilijker om je draai te vinden. Hier
heb ik het gevoel dat mensen graag willen samenwerken, ook al hebben ze op het eerste gezicht niet veel met elkaar gemeen en spreken ze elkaars taal niet. Of je nu hier geboren bent of je komt van elders, dat maakt allemaal niet uit.
Die diversiteit is een sterkte. Wat is de grootste uitdaging voor de Belgische muziek?
DE WULF: Er zijn veel initiatieven om jonge artiesten te steunen, toch in Brussel. Kijk naar wat Volta doet, of de AB met Youth L’AB, en BRUZZ, dat in zijn avondwerking veel aspiranten een kans geeft. Of organisaties zoals Vi.be, dat muzikanten en de muzieksector in Vlaanderen en Brussel advies en kansen biedt. Maar dat soort dingen zouden we ook op Belgisch niveau mogen zien. Aan Vlaamse kant lijkt er ook meer geld te zijn dan aan Franstalige kant. Dat zorgt voor wrijving. Als Nederlandstalige Brusselaars worden wij soms bekeken als die flamands met al hun subsidies. Eigenlijk zou Vi.be op nationaal niveau moeten spelen, dat zou zich automatisch vertalen naar een grotere buitenlandse vertegenwoordiging. Al doen we het al heel goed, voor zo’n klein land.
TANGHE: Er zouden zoveel extra mogelijkheden zijn als iedereen hier zou samenwerken. Zoals we doen bij Brikabrak. (Lacht)
BRUZZ ICE Invites verzamelt Peet, Martha Da’ro, LeBlanc, O’SIMMIE, Ravi Bongo en iNess op 25/10 in de Vaartkapoen, vaartkapoen.be; de Week van de Belgische muziek vindt plaats van 27/1 tot en met 2/2, alle info op weekvandebelgischemuziek.be
FR BRUZZ ICE Invites est l’amuse-bouche musical proposé par BRUZZ dans le cadre de la Semaine de la Musique Belge. À l’affiche : les rappeurs Peet et LeBlanc, ainsi que le R’n’B alternatif de Martha Da’ro. Aux platines, DJ iNess, étoile montante, rythmera la soirée, aux côtés des héros locaux O’SIMMIE et Ravi Bongo. Ces deux derniers, membres du collectif bruxellois Brikabrak, aiment parsemer leur musique d’échos de leurs origines. Selon eux, c’est précisément cette diversité qui incarne l’essence de la Belgique. « Ce qui est typique dans la musique belge, c’est qu’il n’y a pas vraiment de son typiquement belge », affirme O’SIMMIE. « La Belgique, c’est un patchwork de monocultures. On parle trois langues, on a six gouvernements et tout le monde se chamaille. Et pourtant, on a une influence énorme sur la musique électronique. »
EN Bodytekst samenvatting
EN With BRUZZ ICE Invites, BRUZZ serves up a crunchy amuse-bouche for the “Week van de Belgische Muziek/Semaine de la Musique Belge”, including rappers Peet and LeBlanc as well as Martha Da’ro’s quirky, alternative R&B. Emerging talent DJ iNess gets to provide the appropriate beats, as do local heroes O’SIMMIE and Ravi Bongo. The latter two, both members of the Brussels Brikabrak collective, enjoy letting their roots shine through in the music they play but they claim that it is precisely this diversity that makes them Belgian. “The typical thing about Belgian music is that there is no such thing as a Belgian sound,” says O’SIMMIE. “Belgium is a patchwork between monocultures. We speak three languages, have six governments and everyone argues with each other and yet, for such a finicky little country, we have had a huge influence on electronic music.”
“Welke muziek zou er gespeeld worden op mijn begrafenis?”
De mazelen, een of andere oude ziekte, hebben beslist ons huis binnen te glippen. Ons anderhalf jaar oude baasje staat vol rode puntjes en laat nog wat vaker dan gewoonlijk horen dat hij er is. Na een doktersbezoek en wat gescrol op de alwetende massa die in de lucht hangt, vraag ik me af of ik dood ga als ik het ook krijg. Voor de zekerheid bel ik mijn moeder en dubbelcheck ik even of ik wel degelijk gevaccineerd ben. Ja natuurlijk, luidt het antwoord. Niet dat dit me echt geruststelt, maar toch, merci mama.
De vrouwen des huizes - mijn vrouw en mijn dochter - zijn immuun en laten het niet aan hun hart komen. Zij maken tenslotte deel uit van het sterkere geslacht. Ik heb al wat pijn als ik slik, denk ik. Wat als ik effectief sterf aan de mazelen? Ik heb al nagedacht en gedroomd over de dood, specifieker nog over de dag dat ik begraven word. Hoe zou mijn begrafenis eruitzien? Zou er veel volk zijn en, vooral, wie? Welke muziek wordt er gespeeld - zouden ze iets opleggen van mij? Zonder in een god te geloven of in een leven na de dood zie ik die beelden raar genoeg altijd vanuit de lucht. Alsof mijn geest nog even voorbijkomt vliegen en er een geregisseerd droneshot van maakt. Ok! Ik laat het los.
Volgende week zijn het de MIA’s: de Vlaamse Music Industry Awards die voor een tweede keer op rij in het Antwerps Sportpaleis plaatsvinden. Mazelen of niet, die haal ik nog wel. De MIA’s zijn een jaarlijkse bijeenkomst van zowat iedereen die van ver of dichtbij iets te maken
heeft met de Vlaamse muziekbusiness. Een echte tv-show met veel toeters en bellen, mannen in maatpak en vrouwen op hakken, glazen champagne en gratis hapjes, een paar liveacts en veel camera’s. Maar het gaat natuurlijk vooral om wat er achter de schermen gebeurt. Netwerken!
De vorige keren dat ik op de MIA’s werd uitgenodigd, was het voor nominaties die onze groep STIKSTOF in de wacht sleepte. Dit jaar ben ik voor de eerste keer als soloartiest genomineerd en dat in de categorie hiphop. Op Instagram riep ik eind 2024 op om voor mij te stemmen, maar dat deden collega-rappers DIKKE, Glints, Brihang en Glintsal natuurlijk ook. De stemming verloopt fiftyfifty: half publiek, half sectorjury. Ach... we zien wel. Aangezien heel de Nederlandstalige muziekscene die avond present tekent, is het alleszins zeker niet slecht om er mijn kop te laten zien.
Liefst een kop die niet vol rode puntjes staat. Hoewel het zou kunnen matchen met de kleur van de rode loper, lijkt het me niet ideaal. Laten we er gewoon vanuit gaan dat ik de mazelen niet krijg - ik ben tenslotte gevaccineerd - en dat ik die MIA win. Mijn moeder zei altijd: “Meedoen is belangrijker dan winnen.” Maar winnen is leuker en als je wint, heb je per definitie meegedaan.
Reeks nalezen?
Wie alle columns van BRUZZ wil herlezen, kan de teksten terugvinden op bruzz.be/column
Uw gids door de culturele agenda 24 > 30/1
‘Dutroux heeft België naar de afgrond gedreven’
Weinig kwesties lieten België zo op zijn grondvesten daveren als de zaakDutroux. De Brusselse regisseur Fabrice Du Welz verwerkt het nationale trauma in Maldoror, een rauwe fictiefilm die een trilogie inluidt over de spoken die België bedreigen. “De zaak-Dutroux heeft ervoor gezorgd dat we vandaag niet langer een natie zijn.”
door Niels Ruëll
Het hoofdkwartier van Fabrice Du Welz bevindt zich in een driehoek tussen een Vlaamse hogeschool, een herboren estaminet en een barbier uit het Midden-Oosten die de Brussels haartrends beter in de vingers heeft dan de landstalen. De cinefiele regisseur bouwde met een avontuurlijke mix van hoogte- en laagtepunten een carrière uit nadat zijn debuutfilm Calvaire Cannes bloedrood kleurde. Zijn handelsmerk zijn duistere, bloedmooie, bezwerende films. Vroeger verzon hij die. Nu niet meer.
Met Maldoror, zijn nieuwste, vat hij een trilogie aan over de spoken die het voortbestaan van België bedreigen. Over de gruwelen van de collaboratie en CongoVrijstaat buigt hij zich de komende jaren. Eerst tackelt hij met gitzwarte fictie de zaak rond Marc Dutroux, de kinderlokker en moordenaar die ons land in de jaren 1990 opschrok.
In Maldoror bijt de idealistische, jonge rijkswachter Paul Chartier zich vast in een vergelijkbare gruwelzaak, maar hij botst bikkelhard op het falen van de rechtsstaat. De wereldpremière was voor het Filmfestival van Venetië. “Het bijzondere aan Dutroux is dat het geen nieuwsitem maar een staatszaak was,” vertelt Fabrice Du Welz. “Een staatszaak die de Belgische grondwet ei zo na deed imploderen en ervoor zorgde dat we vandaag niet langer een natie zijn.”
Jouw hoofdpersonage, rijkswachter Paul Chartier, hoort tijdens een huiszoeking de stemmen van de ontvoerde meisjes, maar hij vindt hen niet. Dat doet denken aan het verhaal van rijkswachter René Michaux, een van de weinigen die na afloop een blaam kregen.
FABRICE DU WELZ: Klopt. Na de zaak zijn bijna alle andere betrokkenen gepromo-
veerd. Ik verwijt Michaux niets. Wat moet een rechtvaardig mens doen in een maatschappij die qua rechtvaardigheid faalt? Die vraag werpt Maldoror hopelijk op. Een jongen uit een achtergesteld milieu wordt rijkswachter in de hoop gerechtigheid te helpen zegevieren. Zijn streven is oprecht, maar rond hem werkt niets zoals het hoort.
Je was een jonge twintiger toen Dutroux werd gevat. Welke impact had de zaak op jouw generatie? Je kiest wellicht niet toevallig voor een hoofdpersonage van die leeftijd.
DU WELZ: Natuurlijk niet. Ik heb in tegenstelling tot Paul Chartier een bevoorrechte achtergrond. En toch deel ik zijn woede en impulsiviteit. De zaak-Dutroux heeft mij en mijn generatie gedestabiliseerd. Wie net aan zijn volwassen leven begint, gaat er naïef van uit dat de wet functioneert en dat de samenleving min of meer goed georganiseerd is. Het was ruw ontwaken toen bleek dat dat niet zo was.
De huidige twintigers waren toen niet eens geboren.
DU WELZ: Van sommige zaken hebben ze geen flauw benul. Mijn zoon is 24 en had nog nooit gehoord van de politieoorlog. Van verschillende politiediensten die informatie voor elkaar achterhielden en zo de dood van de meisjes mogelijk maakten. Als de verschillende politiediensten hadden samengewerkt, zouden de meisjes levend zijn teruggevonden. Dutroux stond geseind. Hij had al gezeten. Getuigen meldden dat hij kelders in zijn huis bouwde en dat hij meisjes probeerde te ontvoeren. Alle elementen om die misdaad op te lossen waren aanwezig.
Waarom wordt zo’n smerige zaak een staatszaak? Die vraag werp ik op, maar ik ken het antwoord ook niet. Want als je in de
“De zaak-Dutroux heeft ons – jou, mij, de natie – beroofd van integriteit en rechtvaardigheid. Mijn generatie is erdoor getekend”
Fabrice Du Welz stelt in zijn nieuwe film scherp op het verdriet van in een maatschappij die qua rechtvaardigheid faalt? Die vraag werpt
dossiers duikt, wordt het alleen maar mysterieuzer en verwarrender. De enigen die hun waardigheid destijds behouden hebben, zijn de ouders van de slachtoffers. Wij – jij, ik, de natie – zijn toen beroofd van integriteit en rechtvaardigheid. Mijn generatie is erdoor getekend. Met de film probeer ik een deel van mijn identiteit te helen en zo hopelijk veel landgenoten te helpen.
Wist je al snel hoe je de film wilde aanpakken? Je bent een stilist. Maldoror is erg rauw. DU WELZ: Een film maken is altijd een groot avontuur. Maar dit was anders, een breuk in mijn carrière zelfs, omdat de zaak me volledig boven het hoofd gaat. Dat dwingt tot grote nederigheid. Zo heb ik veel bijgesteld door tijd door te brengen met de mensen uit Charleroi. Ik heb me laten beïnvloeden door de eenvoud van de Carolo’s die ik ontmoette. Ik heb professionals gemixt met mensen die ik via street casting vond. Ik wilde niet dat het er te gelikt uitzag. Authenticiteit was deze keer mijn grootste zorg, net als Charleroi een stukje integriteit terugschenken.
Hoe gevoelig zou Dutroux nog liggen?
Verwacht je kritiek of aanvallen op jouw film?
DU WELZ: Niet echt. Ik verwacht hier en daar wat kritiek van mensen die de film niet
België: “Wat moet een rechtvaardig mens doen
op.”
hebben gezien. Wie de film bekijkt, begrijpt de demarche wel. Ik denk oprecht dat het een film is voor het grote publiek. Het is een fresco en je kan je makkelijk herkennen in het hoofdpersonage. Het debat wordt enkel op scherp gezet door de vraag of je zo’n verhaal wel mag verfilmen? Ik neem de volle verantwoordelijkheid voor alles wat ik doe. Ik maak geen documentaires, Maldoror is een misdaadfilm.
Na Dutroux zal je het koloniale verleden aanpakken.
DU WELZ: Met Maldoror wil ik de tragedie
verwoorden en zo de catharsis een kans geven. Die zaak had véél sneller opgelost kunnen zijn. Maar dat is niet gebeurd en dat heeft het land uit koers geslagen en naar de afgrond gedreven.
Ik wil werk maken van een trilogie over de spoken van België. Caoutchouc (over de extreme horror toen Congo onder het persoonlijke bewind van koning Leopold II viel, red.) wordt een avonturenfilm. Het is niet makkelijk om de kijker mee terug te nemen in de tijd. Veel documenten zijn verbrand, er is veel discussie over wat er precies gebeurd is. Maar de periode van Congo-Vrijstaat was hallucinant wreed. En toch heb ik er verbazend genoeg op school nooit iets over geleerd, mijn kinderen evenmin. Vergelijk het met een jonge Duitser die nog nooit van de Shoah heeft gehoord. Ik vrees dat het veelzeggend is voor onze natie.
Zie je de toekomst van België zo somber in?
DU WELZ: Ons land is een vreemde constructie. Op een gegeven moment was er een bufferstaat nodig om de grote Europese machten uiteen te houden. Twee volkeren die sterk van elkaar verschilden kwamen samen in een onwaarschijnlijk land. De opeenvolgende trauma’s hebben het helemaal uitgehold. We durven de vinger niet op de wonde te leggen. Dutroux stortte ons in het federalisme. De situatie is vandaag dat ik Engels praat met mijn Vlaamse overbuur. Aardige kerel, maar hij staat cultureel duizenden kilometers van me af en dat is een probleem.
Maldoror speelt in de Brusselse zalen vanaf 22/1
FR Fabrice Du Welz s’est imposé avec ses films sombres, sublimes et envoûtants. Longtemps, il inventait ses histoires, mais ce n’est plus le cas. Avec Maldoror, le réalisateur bruxellois entame une trilogie saisissante autour des fantômes qui hantent la Belgique. Alors qu’il prévoit d’aborder la collaboration pendant la Seconde Guerre mondiale et l’État indépendant du Congo, il ouvre le bal avec une fiction obscure inspirée de l’affaire Marc Dutroux, le violeur et tueur d’enfants qui a traumatisé le pays dans les années nonante. « À cette époque, nous avons tous – vous, moi, la nation –subi le vol de notre intégrité et de notre justice. Avec ce film, j’essaie de soigner notre identité. »
EN Fabrice Du Welz is known for his dark, compelling films. They used to be mere fiction, but not anymore. With Maldoror, the Brussels director embarks on a trilogy about the ghosts that are haunting Belgium. On his to-do list are the collaboration during World War 2 and Congo Free State but he starts off in pitch-black with the case of Marc Dutroux, the child molester and murderer who shocked our country in the 1990s. “We –you, me, the nation – were robbed of integrity and justice. I am hoping this film can help heal our identity.”
=de vrijzinnighumanistische jongerencommunity vandeMens.nu
Samenmet vrijwilligers tussen 18en30jaar, bouwenweaaneensafe(r) spacewaarinjekan zoeken naarwiejebent,watjewil doenenwaarjevoorstaat.
Wiljemeefilmavonden, kookavondenenboekenclubs organisereninBrussel? Wijzoekennog vrijwilligersinBrussel
ScandeQR-code!
Sinds 2016 staat Brussel, geruggensteund door een uiterst getalenteerde lokale scene, elk jaar een maand lang in het teken van de fotografie. Vanaf 23 januari kan je in de hele stad terecht voor onder meer talks, workshops en tentoonstellingen, zoals AImagine in Hangar, over de manier waarop de fotografie de artificieel intelligente toekomst al dan niet omarmt, en Odd numbers bij 254Forest, waarin Le Motel geluid, video, tekst en fotografie blendt.
PHOTOBRUSSELS FESTIVAL 23/1 > 23/2, Hangar, photobrusselsfestival.com
Eind jaren 1920 ondervond wat er zich op het witte doek afspeelde flinke concurrentie van de droomarchitectuur rond dat witte doek. Filmhistorica en curator Isabel Biver duikt met Cinémas art déco in de glorietijden van Brusselse bioscopen als de Plaza, de Métropole en de Eldorado middels schriftelijke en visuele evocaties, en confronteert de tijd van toen met hedendaagse foto’s van Marie-Françoise Plissart en Joan Bracco.
CINÉMAS ART DÉCO 27/1 > 11/5, Sint-Gorikshallen, sintgorikshallen.be
Ruim 130 galeries uit zestien landen tekenen opnieuw present op BRAFA, de Brusselse beurs die al sinds 1956 de excellente Belgische neus voor schone kunsten prikkelt. Dat doet de kunstbeurs voor oude én moderne meesters, tribale kunst, juwelen, zilver en design zo overtuigend dat standhouders als Didier Claes, Gallery Sofie Van de Velde en Axel Vervoordt op acht dagen liefst 65.000 bezoekers uit Europa en daarbuiten naar Brussels Expo zullen lokken. (KS)
BRAFA ART FAIR 26/1 > 2/2, Brussels Expo, brafa.art
BXL is het kind van schrijver (Het moois dat we delen, De theorie van ‘de 1 of 2’), televisiefiguur en choreograaf (So you think you can dance?) Ish Ait Hamou en zijn broer Monir Ait Hamou, een van de acteurs uit filmhit Les barons. Hun geëngageerde film begint met de vraag wie er nu mayo op zijn mitraillette doet, maar eindigt met vragen over broers, politiegeweld, getorpedeerde slaagkansen, grote dromen en deze zo vaak misbegrepen hoofdstad.
BXL BE, dir.: Ish & Monir Ait Hamou, act.: Fouad Hajji, Yassir Drief, Geert Van Rampelberg
Biopics over muzikanten zijn vaak voorspelbare fanservice. Maar alles kan beter. Better man is het behoorlijk donkere levensverhaal van Robbie Williams, de gozer uit Manchester die zichzelf na zijn vertrek bij boyband Take That heruitvond als wereldster. Om het een beetje grappig, verrassend en soms grimmig te maken, is van de zanger van wereldhits als ‘Angels’ en ‘Let me entertain you’ een chimpansee gemaakt.
BETTER MAN UK, dir.: Michael Gracey, act.: Robbie Williams, Jonno Davies, Steve Pemberton
Je huivert wanneer je net uit Des Teufels Bad komt, een week later zijn de beklemming en donkerte nog niet uit je lijf. Het Oostenrijkse duo achter cultfilm Ich seh, ich seh dompelt de kijker met cinematografisch vernuft onder in de harde realiteit van achttiende-eeuws Opper-Oostenrijk. De diepgelovige Agnes worstelt met een extreme depressie. Omdat zelfmoord gelijkstaat met eeuwige verdoemenis, overweegt ze een moord. (NR)
DES TEUFELS BAD AT, dir.: Veronika Franz, Severin Fiala, act.: Anja Plaschg , Maria Hofstätter
‘Brussel
Met Broebelaer bekroont audiomaker Tibo Renodeyn (25) een levenslange fascinatie voor bewegend water. Als kind zat hij vaak aan de vijver van zijn grootvader, zijn moeder nam hem vanuit Belsele geregeld mee naar Brussel voor een wandeling van waterpartij naar waterpartij. “Ik heb Brussel leren kennen via een boek dat de geschiedenis van de stad vertelde aan de hand van haar fonteinen,” vertelt hij. Later kwam hij radio studeren aan het RITCS. Ook dat had te maken met zijn jeugd. “Mijn vader nam vroeger alles op met zijn dictafoon, zowel dingen die ik zei als tv-fragmenten, die ik als een podcast avant la lettre kon herbeluisteren. Zelf vind ik audio ook het boeiendst als collage of gesamtkunstwerk.”
Dat hoor je nu op Broebelaer, een driedelig audio-essay dat Renodeyn maakte over ‘waterstad’ Brussel en dat hij voorstelt tijdens De Week van de Klank. Tussen het gebroebel van het water wisselen poëzie, interviews, natuuropnames en geluidskunst elkaar af. De titel verwijst naar een kleine bron/beek in Etterbeek, die ontspruit in een park maar snel naar de riolering wordt afgeleid. “Ik vond het een mooi woord, dat bovendien heel Brussels klinkt, maar het staat ook symbool voor de 250 tot 300 bronnen in de Brusselse ondergrond. Op basis van gesprekken met herbronnen.ressources, een vzw die die onzichtbare waterwereld in kaart brengt, belandde ik in woontoren Pacific in Sint-Joost. In de parkeergarage hoor je op -2 het grondwater stromen in een kanaaltje. Die ontdekking vormt de apotheose van mijn verhaal, ook omdat er een toekomstblik vol mogelijkheden wordt opengedaan. In plaats van dat water te verspillen zouden we er bijvoorbeeld ook wc’s mee kunnen doorspoelen.”
Die toekomstvisie volgt nadat eerst enkele usual suspects de revue passeren: van Manneken Pis over muurfontein Den Spauwer tot Alexander Calders The whirling ear. “Fonteinen bewogen zich wel vaker als schaakstukken door de stad, en daar is niets mis mee. Ik vind het spijtiger dat we bang zijn geworden om een fontein meer te laten zijn dan een waterstraal die uit de grond komt, zoals aan de Beurs. Zelf houd ik van sculpturen. Ook de mensen die ze onderhouden waren enthousiast er eens over te mogen vertellen. Ik herinner me mijn bezoek aan de krochten onder de Neptunusfontein in Laken, een plek met de feeërieke allure van een wunderkammer. Ik ben er dan ook voorstander van om zulke plekken als museumartefacten te beschouwen en er rondleidingen te organiseren, zodat we beseffen wat voor een geweldige waterstad Brussel is.” TOM PEETERS
In het kader van De Week van de Klank organiseert Tibo Renodeyn op 1/2 een luistersessie van Broebelaer in Flagey, lasemaineduson.be
Jpegmafia liet vorig jaar op Couleur Café een zompige festivalweide smeulend achter. De kans is groot dat het er nog heter aan toe zal gaan in de AB, omdat Peggy er kan putten uit zijn recentste album, het verschroeiende I lay down my life for you. De rapper uit Brooklyn stoeit daarop roekeloos met duivelse noise, kregelige gitaren, Braziliaanse funk en industriële glitch. Hiphop is de nieuwe punkrock, stelde Jack White ooit, en hij zou zomaar gelijk kunnen hebben.
JPEGMAFIA 28/1, Ancienne Belgique, abconcerts.be
Geen dj-set is te gewaagd voor Ojoo (voorheen Ojoo Gyal), een Marokkaanse dj die een paar jaar geleden haar draaitafels opstelde in Brussel. Musique concrète, field recordings en noise mixt ze onvervaard met oldskool dancehall, dembow, dub, techno en illbient. Op de door haar gecureerde Bota by Night sleurt ze onder meer DJ Marcelle, Shackleton, Tati Au Miel en Ossia haar ongehoorde universum in.
BOTA BY NIGHT: OJOO CURATES DJ MARCELLE, SHACKLETON & MORE 24/1, Botanique, botanique.be
Een party voor “lovers, aficionados and freaks”, noemt de Beursschouwburg zijn in Griekse geuren en kleuren gehulde ode aan Athene. Kiosk Radio-resident en organisator Bora Bora opent de debatten achter de decks. De uit Berlijn afgezakte Griekse dj XDB gaat daarna back to back met de ‘outsider club music’ van de Brusselse producer, dj en medewerker van Crevette Records Walrus. (TZ)
FROM ATHENS TO BRUSSELS WITH LOVE 25/1, Beursschouwburg, beursschouwburg.be
Choreograaf, schrijver en muzikant Dorothée Munyaneza (Mailles, Toi, moi, Tituba) gaat aan de slag met de inmiddels tien jaar oude theatertekst Hopelessly devoted van de Britse woordtovenaar Kae Tempest. Een verhaal over een liefde tussen twee vrouwen binnen en buiten de muren van een gevangenis. Een verhaal over introspectie, isolatie, interactie en onvoorwaardelijke toewijding. Slam en rap vormen de geheime taal die voor verbinding zorgt.
DOROTHÉE MUNYANEZA: INCONDITIONNELLES 30 & 31/1, Les Halles, kaaitheater.be
Is angst altijd een slechte raadgever? Niet volgens de Brusselse choreograaf, performer en textielkunstenaar Marcos Simões. Hij onderzoekt angst als bron van esthetiek, en zocht naar gebaren, dansen, objecten, figuren, landschappen, geluiden, kostuums, beelden en stemmen die ontstaan uit angst. Zo stelde hij intuïtief een collectie kunstwerken samen waarmee we de angst kunnen overleven, najagen, omkeren en bespelen.
MARCOS SIMÕES: MORE OR LESS HUMAN 29 & 30/1, Kaaistudio’s, kaaitheater.be
Peer Gynt is een negentiende-eeuws toneelstuk van Henrik Ibsen met muziek van Edvard Grieg over een sympathieke kwajongen die door zijn fantasieën over rijkdom en macht in de armen loopt van trollen en sluwe aardmannetjes. Komt hij nog tot inkeer? Muzikanten Nathalie Bosch en Sofie Hugo, en actrice Katrijn Govaert geven het antwoord. (MB)
MUZIEKTHEATER DE NOTENKRAKER: PEER GYNT EN DE TROLLENKONING 29/1, GC De Kroon, gcdekroon.be
Dit jaar zouden componist Luciano Berio en sopraan Cathy Berberian eeuwelingen geworden zijn. De ideale gelegenheid om het powerkoppel van de avant-garde opnieuw op een piëdestal te plaatsen. Een hele dag lang weerklinken in Bozar zowel werken van hem als van haar, en natuurlijk ook werken van hem voor haar. De laatste lijnen van het portret worden wel pas in februari gezet, met een uitvoering van enkele van zijn Sequenze
PORTRAIT BERIO-BERBERIAN 26/1 & 16/2, Bozar, bozar.be
Dat de Vijfde symfonie van de Russische componist Dmitri Sjostakovitsj naar de keel grijpt, weet het klassiekemuziekpubliek al een kleine honderd jaar. Jörg Widmann mag zijn compositorische strepen dan wel iets recenter hebben verdiend, toch bewijst ook hij steeds weer zijn verbluffende schrijfkunde. Zijn 5 Albumblätter schopte het tot verplicht werk in de finale van de Koningin Elisabethwedstrijd voor cello. Dit keer plaatst hij de onverwachte hoorn in het middelpunt.
SHOSTAKOVICH 5 25 & 26/1, Flagey, flagey.be
Niet één, niet twee, maar drie keer kan je pianist Kit Armstrong in amper zes uur tijd aan het werk zien. Hij deelt zijn tomeloze fascinatie voor Wolfgang Amadeus Mozart in overdaad met het Brusselse publiek. Eerst solistisch met enkele sonates, nadien met de vocale versterking van Sophie Karthäuser, om in de late uurtjes af te sluiten met enkele ensemblestukken, waaronder uiteraard Eine kleine Nachtmusik (JC)
KIT ARMSTRONG 29/1, Flagey, flagey.be
La Stazione Alimentari is tegelijk kruidenier, traiteur, wijnhandel, versmarkt en restaurant. De nieuwe zaak met zijn gelikte interieur doet je instant verlangen naar Italië. Een aanrader. Onlangs hadden we het nog over Gazzosa in de Bortiergalerij. Achter die perfect uitgebalanceerde zaak zit één man: Lakhdar Lakhdar-Hamina, aan wie we ook andere toonaangevende Brusselse adressen als Fight Club en Malmö te danken hebben. De foodondernemer is nog lang niet uitverteld en opende zopas een gloednieuwe zaak: La Stazione Alimentari. Deze keer ging hij in zee met Jo Giammorcaro, een al even discrete figuur in de sector, die we kennen van bijvoorbeeld het café van de Botanique of Mano à Mano, een plek die hij 25 jaar geleden bedacht met een zekere ... Lakhdar.
Het duo kent de Italiaanse terroirs door en door en toverde voor La Stazione Alimentari een voormalig bankkantoor om tot een mekka voor producten en gerechten uit het land van Dante. De uitgestrekte ruimte biedt plaats aan verschillende koelmeubels, hoge tafels voor een koffie, een aperitief of binnenkort zelfs een maaltijd, rekken die uitpuilen van de kwaliteitsproducten – zoals Liguori-pasta en Piëmontese alpenkazen –, en een open keuken waar je aan de toog chefs Alberto en Manuele Rosa aan het werk kan zien.
Voor een tafel voor vier moet je plaatsnemen achteraan in de mooie ruimte, die baadt in een sfeer van ingetogen minimalisme. Daar staan op een grote spiegel de antipasti – vitello tonnato (16 euro), scamorza alla pizzaiola (15,50 euro) ... – en de pasta’s – pomodoro e basilico (15,90
euro), del giorno (16,90 euro) ... – te lezen. Tot onze verbazing troffen we ook een bereiding aan die je bij ons zelden tegenkomt: de burro e alici (17,20 euro), een met paneermeel bestrooide delicatesse die de volle smaak van boter combineert met het zilte van ansjovis. Deze perfect gekookte pasta maakte onze avond, net als de smeuïge vitello, die perfect op temperatuur werd geserveerd.
Maar de kers op de taart is sommelier Tommaso, die elke avond van donderdag tot zaterdag aanwezig is en wiens tips we niet snel zullen vergeten: de Langhe Nebbiolo van domein Burzi (49 euro) en de Nebbiolo d’Alba van Brovia (57 euro), twee wijnen met een zijdezachte en verfijnde fruitigheid.
TEKST: MICHEL VERLINDEN FOTO: SASKIA VANDERSTICHELE
Inzichten
Wat weet actrice Lucie Plasschaert van het leven?
Welke fout maak je soms in het creatieve proces?
Theatermaken mag niet de enige focus zijn.
Wat bracht je werk je bij over het leven?
Dat de mens uit ongelofelijk veel verschillende aspecten bestaat en zo ook reageert en leeft. Vergeef en vergeet daarom. Mensen kunnen rare keuzes maken, maar die definiëren niet hun hele ‘zijn’. Wij zijn tot alles in staat, en van meerdere markten thuis. Dat is schoon, maar ook verwarrend voor onze hersentjes.
Wat helpt jou als je creatief droog staat?
Op café gaan. De mooiste werken en beste ideeën voor de scène vormen zich op café.
Wat heb je ooit geleerd van je publiek?
Dat ik een raar gezicht heb.
Welke levenswijsheid kreeg je mee van je ouders?
Proef alles. Maar dan echt àlles. Zowel eten, als plekken, als cultuur. Alles kan voeding zijn voor je innerlijke kind, dat ook weleens dingen niet kan lusten. Wel niet aan alles beginnen te likken, alstublieft. Ik bedoel het hoofdzakelijk metaforisch.
Welk nutteloos feitje wil je delen?
Het woord ‘sloerie’ komt van de natte vod waarmee men in de middeleeuwen de broodoven poetste.
Als je jezelf een andere naam kon geven, welke zou dat dan zijn?
Juicy Lucy of Lindsey. Dat zijn mijn twee bijnamen.
In welk ander vak zou je ook top zijn?
Aannemer. Ik neem graag werk aan – haha – en leef ook met het idee dat ik alles kan. Dat is niet zo, maar ik doe alsof. En net dat is per ongeluk mijn job geworden. Hondenkapper zou ik ook kunnen worden, ik hou van hondjes.
Wat helpt je er weer bovenop als je down bent?
Creëren, in de breedste zin van het woord. Of het nu koken is, knutselen, renoveren,
Lucie Plasschaert (1998) studeerde drama aan KASK / School of Arts, en behoort tot de jongste generatie theatertalent uit Gent
Is lid van cultgezelschappen Camping Sunset en Werktoneel
Speelde in producties van onder meer Studio Orka, Compagnie Cecilia en Olympique Dramatique
Voor haar rol in Fledermaus forever, een komische Strauss-bewerking, won ze de prijs voor beste acteur onder de 35 op het TheaterFestival
schilderen, tuften of vilten: het maakt een mens gelukkig.
Welke misvatting bestaat er over jou?
Dat ik ongeïnteresseerd zou zijn. Dat is niet zo, het ligt aan mijn gezicht. Ik kijk gewoon zo, sorry.
Wat had jij pas op erg late leeftijd door dat iedereen allang wist?
Het besef van – en de angst voor – sterfelijkheid kwam bij mij redelijk laat.
Welk vreemd voorwerp slingert er rond in je huis?
Een plastic plofkip. De verpakking van mijn ontmaagdingscondoom – niet het condoom zelf. Een echte dode haaienkop. Een enge eendenwip. Mijn oude spiraaltje – dat kreeg ik mee, dank je, gynaecoloog. Wat haar van mijn dode hond – R.I.P. Colette. Te veel, eigenlijk.
Wie is de bekendste persoon met wie je ooit sprak?
Ik spreek niet zoveel, maar ik zit soms wel. Dat deed ik ooit naast Uma Thurman in een bar in New Delhi. Ik was 9 jaar en snapte het niet. Ik keek ook ooit in Londen naar een etalage naast Taylor Swift, die toen nog maar net bekend was met het nummer ‘Love story’. Weer snapte ik het niet, maar mijn zus al wel.
Voor welke veel gebezigde uitvinding ben jij bijzonder dankbaar?
Het wiel. Ik haat trage dingen. Typeer Brussel in drie woorden. Contradictoir, hart/hard, zacht.
Wanneer verbaasde Brussel jou?
Wanneer ik zie hoe alles er samenkomt zonder logica, hoe schoonheid ontstaat in chaos. Brussel zou in theatertermen een perfecte improvisatie zijn.
MICHAËL BELLON
Les Âmes Perdues / Muziektheater Transparant spelen op 28/1 Fledermaus forever in de KVS BOL, kvs.be