Telecommagazine 3

Page 1

O N A F H A N K E L I J K VA K B L A D O V E R T E L E C O M M U N I C AT I E E N N E T W E R K E N 29e jaargang ◦ nummer 3 2014 ◦ www.telecommagazine.nl

3

SPECIAL FIXED MOBILE CONVERGENCE C loud-oplossingen voeren de boventoon

Alles over Lync Zie pagina 22 en verder


Weet u wie er bij uw data kan?

Cloud van KPN

Bewaar uw zaken veilig in Nederland Data zoals klantgegevens, verslagen of cijfers zijn van onschatbare waarde voor uw bedrijf. Toch weten veel ondernemers niet exact waar hun bedrijfsdata zijn. En wie er precies bij kan. Kies er daarom voor om uw data daar te bewaren waar alleen mensen bij kunnen die erbij mogen. Dat kan met de Cloud-diensten van KPN. Kijk op kpn.com/zakelijk


n

EDITORIAL

Editorial

O N A F H A N K E L I J K VA K B L A D O V E R T E L E C O M M U N I C AT I E E N N E T W E R K E N 29e jaargang ◦ nummer 3 2014 ◦ www.telecommagazine.nl

3

Vast-mobiel integratie is ‘here to stay’

S P E C I A L F I X E D MOB I L E C ON V E R GENCE Cloud-oplossingen voeren de boventoon

Alles over Lync Zie pagina 22 en verder

Telecommagazine_03.indd 1

25-06-14 10:24

Onafhankelijk vakblad over de integratie van netwerken, data- en telecommunicatie. Telecommagazine verschijnt acht keer per jaar en is een uitgave van Channel BV Uitgever Fred Schuit

Redactie-adres Channel B.V. Communicatieweg 1 3641 SG Mijdrecht +31 (0) 20 347 26 70

Hoofdredactie

Paul Teixeira, paul@channelbv.nl

Eindredactie

Dick Schievels, dick.schievels@dsjp.nl

Medewerkers

Sietse van der Gaast, Dirk-Jan van Ittersum, Marco Mekenkamp, Hans Steeman, Evert Jan Westera

Commercie

Channel B.V. +31 (0) 20 347 26 70

Directie

Fred Schuit, fred@channelbv.nl

Art direction

Annette van de Sluis, annette@channelbv.nl

Marketing

Meike Peekstok, meike@channelbv.nl

Events

Kimberley John, kimberley@channelbv.nl

Abonnementen

Als vakblad zijnde, hanteren wij de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Opzeggen kan via www.aboland.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door Abonnementenland is ontvangen. Indien u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement.

Adreswijzigingen

Adreswijzigingen kunt u doorgeven via www.aboland.nl, per post of per telefoon.

Overige vragen

Overige vragen kunt u stellen op www.aboland.nl of neem telefonisch contact met Abonnementenland op. Telefoon: 0900-ABOLAND (0900-22 65 263, 10 ct/min) Fax: 0251-31 04 05 Niets uit deze uitgave mag in zijn geheel of gedeeltelijk worden overgenomen of vermenigvuldigd zonder bronvermelding én uitdrukkelijke toestemming van de uitgever. Hoewel deze uitgave op zorgvuldige wijze is samengesteld, zijn uitgever en auteurs niet aansprakelijk voor eventuele onjuistheden of onvolledigheden in deze uitgave. Zij aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van generlei aard, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op deze informatie.

Soms is het leuk om onderzoeksrapporten uit het verleden terug te lezen. Zoals het rapport over de convergentie van mobiele en vaste communicatie (FMC) dat door een Nederlands marktonderzoeksbureau in 2006 is geschreven. Veel van wat er in het document wordt voorspeld, is anno 2014 bewaarheid gebleken. Eén van de zaken die de glazen bol van de marktonderzoekers opleverde, was de voorspelling dat de convergentie van vaste en mobiele communicatie (of zoals Paul Teixeira, er in het rapport omschreven staat: ‘het aanbieden van hoofdredacteur paul@channelbv.nl dezelfde communicatiediensten via intelligente terminal devices aan gebruikers van zowel vaste als mobiele op IP-gebaseerde netwerken’) de volgende grote uitdaging zou vormen voor operators en dat het de telecom-industrie op zijn grondvesten zou laten schudden. Operators zouden als bosjes gaan vallen door het wegvallen van een groot deel van hun inkomsten uit de klassieke mobiele telefonie. FMC is inderdaad een katalysator gebleken voor een aantal zaken. Maar er zijn nog geen operators omgevallen door de convergentie van vaste en mobiele communicatie. De onderzoekers hebben in dit geval slechts deels gelijk gekregen. Wat heeft de technologie er inmiddels voor gezorgd dat klassieke operators deuken hebben opgelopen als het gaat om de inkomsten afkomstig uit mobiele datacommunicatie. WiFi is daar als hoofdschuldige voor aan te wijzen Een andere voorspelling in het bewuste rapport was die van de onstuitbare opmars van Voice over IP, toen nog met name via aanbieders als Skype en dan ook nog via reguliere bedrade toegang tot het internet. Een voorspelling die keurig is uitgekomen: VoIP is niet meer weg te denken uit de dagelijkse praktijk. Waarbij de bedrade toegang tot internet meer en meer plaats heeft gemaakt voor draadloze – al dan niet via het mobiele datanetwerk – internettoegang. Als wij naar de huidige situatie kijken, dan is de naadloze overgang van een telefoongesprek op het mobiele netwerk naar het (bedrijfs)netwerk nog immer de Grote Hit. Werknemers lopen al pratend in hun smartphone hun kantoorgebouw binnen en worden ongemerkt van het operatornetwerk naar de reguliere bedrijfsnetwerkinfrastructuur doorgesluisd. Inmiddels komen dergelijke mogelijkheden ook naar de consument toe. Zo is kabelmaatschappij Ziggo druk bezig met een beperkte proef waarbij mobiele telefoongesprekken van een groepje geselecteerde klanten zonder mankeren van het operatornetwerk naar het WiFi-netwerk binnenshuis worden doorgezet. Handig én kostenbesparend. Leuk voor de werkgever of consument, maar minder leuk voor de betreffende operator die zijn telefonie-inkomsten ziet dalen. Wat wordt echter de volgende stap in vast-mobiel integratie? Volgens een Amerikaanse marktvorser zullen FMC-oplossingen alleen maar verder in populariteit toenemen. Telefonie is daarbij eigenlijk een gegeven. De komende jaren gaat het echter om zogenoemde ‘rich media types’. Denk bijvoorbeeld aan streaming video of beeldcommunicatie. Want dat vormt een nog grotere uitdaging dan spraak. En laten we wel wezen: wie zit er niet smachtend op het moment te wachten dat hij op zijn smartphone een reality soap-uitzending ononderbroken kan bekijken op successievelijk het 4G-netwerk en de WiFi van de zaak?

Copyright © Channel BV

Paul Teixeira Hoofdredacteur Suggesties, opmerkingen of zomaar een teken van leven? Mail gerust naar paul@channelbv.nl.


Special Fixed Mobile Convergence 6

Cloud diensten stelen de show bij convergentie vaste en mobiele telefonie

Convergentie in de telecom- en IT-wereld is op allerlei vlakken zichtbaar. Telecom en IT zelf convergeren, maar binnen de telecomwereld zie je weer een convergentie van vaste en mobiele telefonie.

8

‘Het moét Forced on PBX zijn, altijd!’ Mtel, een Nederlands bedrijf gespecialiseerd in het foutloos en effectief afhandelen van klantcontacten heeft ook op gebied van FMC een duidelijke visie: het primaire doel van vast-mobielintegratie is het verbeteren van de klantcontactprocessen.

10 Vast-mobielintegratie vanuit het hosted VoIP-perspectief Vast-mobielintegratie wordt bijna altijd vanuit het ‘mobiele perspectief’ bekeken. Wanneer je het bekijkt vanuit het ‘hosted VoIP-perspectief’ is er een goed alternatief voor integratie op basis van de simkaart, althans volgens Bart Haaksman, algemeen directeur van gnTel.

12 Technologie: Als vast en mobiel samenkomen 6 20

Mobiele communicatie is de meest geprefereerde manier van communiceren, maar uit kostenoverwegingen wordt in veel gevallen nog steeds voor vaste oplossingen gekozen. Toch groeien beide werelden naar elkaar toe.

16 Motto Communications vult gat op dat grotere operators laten liggen Motto Communications is een bedrijf dat al bestaat sinds 2002 en zijn eigen communicatieoplossingen ontwikkelt.

18 ‘Het gaat vooral om intelligentie in het netwerk’ FMC, Fixed Mobile Convergence, is een van de ronkende termen van dit moment. Er zijn ondertussen diverse partijen die het aanbieden. Een van hen is SpeakUp, dat probeert met een minimum aan apps-toeters en -bellen te zorgen voor een geïntegreerde oplossing.

20 BTC Teleconsult: ‘Weet waar je over vier jaar met je bedrijf wilt staan’ Twee jaar geleden leefde het nog niet echt, maar als hij er nu niet over praat, of het nu niet kan leveren, dan ligt hij eruit. Het onderwerp waar het over gaat, is FMC – Fixed Mobile Convergence – en de ‘hij’ is Ronald Horn, directeur van BTC Teleconsult.

Social Enterprise Society – The Essential Lync 22 Summerfair 2014: Lync in het zonnetje De Social Enterprise Society groeit en bloeit mee op de positieve golf waar Microsoft Lync zich momenteel op bevindt. De uitbundige zon in combinatie met het aangename windje maakte deze dag tot een compleet kennisfeest.

24 Winvision: ‘Telefonie is de ideale opstap naar Unified Communications’

4

Het vervangen van een traditionele PABX door Microsoft Lync biedt al een groot aantal functionele en financiële voordelen. Zeker in combinatie met het bellen via een SIP trunk. De mogelijkheden worden echter nog beter benut als wordt gekozen voor integratie van vaste met mobiele telefonie.


INHOUD 22

26 Infopact introduceert ‘Lync in de Cloud’ Aan de bovenkant van de zakelijke markt is Microsoft Lync een zeer bekend en veel gebruikt programma. Langzaam maar zeker daalt Microsoft ook af naar de minder grote ondernemingen. Het in Rotterdam gevestigde Infopact gaat het helemaal anders doen.

28 Gronings Waterschap Noorderzijlvest biedt medewerkers de mogelijkheid op afstand te werken De Nederlandse waterschappen zorgen ervoor dat iedereen droge voeten houdt. En die keren dat ons land toch overstroomt, nemen zij direct maatregelen om de schade te beperken en herhaling te voorkomen. Waterschap Noorderzijlvest in Groningen koos voor Microsoft Lync als nieuwe communicatieomgeving.

30 Het nieuwe werken volgens Plantronics Philip Vanhoutte, Senior VP & Managing Director Europe & Africa bij Plantronics, kent het abc van de akoestiek als geen ander. “De a is van ‘absorb’, de b is van ‘block’ en de c staat voor ‘cover’”, legt hij uit.

32 Communicare biedt laagdrempelige contactcenter functionaliteit voor Microsoft Lync Communicare is fabrikant van software voor de contactcentermarkt. De oprichters van het bedrijf hebben tientallen jaren ervaring met producten in die markt.

30

34 Innoveren is kaders scheppen Lucas Wensing, directeur StartReady: “In 2010 produceren we met z’n allen 4 exabyte (4 x 1019) aan unieke informatie. Meer dan in alle jaren daarvoor.”

36 Interoperabiliteit zit in het DNA van AudioCodes’ AudioCodes is een Israëlische vendor gespecialiseerd in Voice over IP-technologie. Het bedrijf is al jaren marktleider op gebied van gateways, maar de laatste jaren verschuift het zijn focus richting de steeds belangrijker wordende Session Border Controller.

Interviews Adverteerdersindex 2 KPN 9 Universal 25 Jabra 28 Wortell 29 Sennheiser 35 Aruba Networks 39 SDC 41 Workstreampeople 43 Aspect 45 OneXS 49 Nexct 55 Speakup 56 Parentix

44 Lifesize virtualiseert infrastructuur voor videoconferencing

Uitsmijter 52 WiFi is een alleskunner

Rubrieken 3

Editorial

38 TMA Award 2014 40 TMA Nieuws 42 Column Westera 46 BTG Visie: BTG-leden spreken zich uit over 4G

redactie@channelbv.nl

www.telecommagazine.nl

54 Column Van der Gaast ◦

5


FIXED MOBILE CONVERGENCE

Marktonderzoek Keala Consultancy

Convergentie in telecom en IT Convergentie in de telecom- en IT-wereld is op allerlei vlakken zichtbaar. Telecom en IT zelf convergeren, maar binnen de telecomwereld zie je weer een convergentie van vaste en mobiele telefonie. Deels vervangt mobiel vast qua spraakdiensten en deels vervangt data spraak; door toepassing van Voice over IP, maar ook door andere wijzen van communiceren, zoals via social media. Door Ruud Aleards, Keala

Een manier om zicht te krijgen op hoe de convergentielijnen lopen in ICT-land, is een blik te werpen op de budgetverdeling tussen vaste telefonie (fixed voice) en datacommunicatie via vaste verbindingen (fixed data) enerzijds en mobiele telefonie (mobile voice) en datacommunicatie via mobiele netwerken (mobile data) anderzijds. Uit afbeelding 1 wordt duidelijk dat er in de ontwikkeling van van wat zakelijke marktpartijen verhoudingsgewijs aan het een en aan het ander uitgeven de afgelopen jaren een duidelijke verschuiving heeft plaatsgevonden. Was het tot 2010 nog heel duidelijk zo dat vaste telefonie de boventoon voerde, in 2013 is dat beeld geheel anders. Datacommunicatiediensten voeren nu de boventoon als je kijkt naar hoe het budget is verdeeld. Maar ook mobiele diensten (spraak en data) hebben diensten over de vaste lijn bijgehaald.

Videoconferencing Dan in deze context even een blik op de ontwikkeling rond videoconferencing. Eind 2013 heeft Keala Consultancy een brede marktstudie opgezet en uitgevoerd naar ondermeer het gebruik van videoconferencing. Bij een kleine 500 bedrijven en instellingen is een interview afgerond, waarbij de stand van zaken rond het gebruik van videovergaderen is besproken.

6

â—Ś

Het blijkt dat zeker een derde van alle vestigingen gebruikmaakt van oplossingen op het gebied van videovergaderen (afbeelding 2). Zoals mocht worden verwacht blijken grotere organisaties wat vaker over deze faciliteiten te beschikken. Maar er zijn zeker ook in het Nederlandse MKB relatief veel gebruikers te vinden.

Cloud in opmars Videoconferencing is beter ingevoerd in logistieke sectoren zoals industrie en handel dan in bijvoorbeeld de bankenwereld, onderwijs of zorg (afbeelding 3). Zakelijke dienstverleners zijn blijkbaar bij uitstek gebruikers van oplossingen voor videovergaderen! Opvallend is verder dat cloud-gebaseerde videoconferencing al een hele vlucht heeft genomen. Reeds een kwart van alle videoconferencingoplossingen in zakelijk Nederland blijkt te bestaan uit cloudoplossingen!


7


FIXED MOBILE CONVERGENCE

Mtel-directeur Michiel van Dis:

‘Het móet Forced on PBX zijn, altijd!’ Mtel, een Nederlands bedrijf gespecialiseerd in het foutloos en effectief afhandelen van klantcontacten heeft ook op gebied van FMC, in de betekenis van integratie van vaste en mobiele telefonie, een duidelijke visie: het primaire doel van vast-mobielintegratie is het verbeteren van de klantcontactprocessen. Door Dick Schievels

“Heel veel bedrijven hebben nog steeds kostenbesparing als insteek”, zegt directeur Michiel van Dis van Mtel, “maar wij hebben toch echt de nodige klanten die Fixed Mobile Convergence invoeren vanwege de verbeterde functionaliteit die het hen oplevert. Dat komt voort uit onze business en de visie die daarachter steekt. Het heeft alles te maken met het verschil tussen persoonlijke bereikbaarheid, dus een mobiele telefoon met een bijbehorend 06-nummer, en de bereikbaarheid in een bepaald bedrijfsproces, wanneer je iemand op een functie nodig hebt.”

Denkfout Van Dis ziet het regelmatig fout gaan. Bedrijven vragen heel vaak om de implementatie van een ‘mobiel tenzij’-oplossing. Dat wil zeggen dat iedereen uitsluitend de beschikking over een mobiele telefoon krijgt, tenzij het echt niet anders kan. Degene die daarover beslist is een manager. En een manager wordt zelden zuiver vanwege zijn ‘managersdienst’ benaderd, legt hij uit. “Bij een manager zelf gaat het vrijwel altijd om persoonlijke bereikbaarheid. En zo’n manager gaat er daarom vanuit dat dat voor iedere medewerker geldt. Maar in 70 procent van de gevallen is dat niet zo. Dan wil iemand bijvoorbeeld de klantenservice en maakt het niet uit welke medewerker hij aan de lijn krijgt. Dus daar zit een grote discrepantie.” De stelling van Van Dis luidt dan ook: “Het is prima om iedereen een

mobiele telefoon te geven, maar de functionaliteit en de intelligentie die je erbij nodig hebt, moeten dan wel in het netwerk aanwezig zijn.”

Voorbeeld “Stel dat iemand bij ons, bij customer service, alleen maar mobiel zou bellen”, geeft Mtel-topman Van Dis als voorbeeld. Dan belt diegene met z’n 06-nummer naar buiten. Wat gebeurt er dan als iemand om zeven uur ’s avonds de customer service wil bereiken? Dan komt hij terecht op de mobiele telefoon van de medewerker. Dat wil je natuurlijk niet. Het is verstandiger met een telefoonnummer naar buiten te bellen waarop altijd iemand van customer service bereikbaar is. Als ikzelf bijvoorbeeld met mijn mobiel bel, bel ik altijd met een 088-bedrijfsnummer naar buiten. Hiervoor gebruik ik geen app op mijn mobiele telefoon, maar functionaliteit die integraal deel uitmaakt van onze bereikbaarheidsoplossing. Een ‘mobiel tenzij’-beleid kán dus wel, maar alleen als je zorgt voor integratie met PBX-functionaliteit. Dus je kunt nooit alleen maar met mobieltjes werken. Het móet Forced on PBX zijn, altijd! Alleen zo kun je individuele bereikbaarheid combineren met de extra functionaliteit die voor een goed verloop van je klantcontactprocessen nodig is.”

Geen losse dienst Mtel levert zijn eigen PBX-functionaliteit vanuit de cloud, met zijn eigen integratie. Het bedrijf doet dan ook geen vast-mobieltintegratie met telefooncentrales van andere fabrikanten. “Vast-mobielintegratie is te allen tijde onderdeel van onze totaaloplossing. Wij zullen het nooit en te nimmer alleen maar als losse dienst aanbieden. Dat past niet in onze visie.”

Directeur Michiel van Dis van Mtel: “Het is prima om iedereen een mobiele telefoon te geven, maar de functionaliteit en de intelligentie die je er bij nodig hebt, moeten dan wel in het netwerk aanwezig zijn.”

8


Flexibiliteit en controle over de Cloud De Cloud Services van Universal IT bieden u flexibiliteit en de juiste hulpmiddelen om de Cloud services volledig naar wens in te richten of te integreren met een eigen infrastructuur. Die Touchofpower bieden wij u graag. www.universal.nl


FIXED MOBILE CONVERGENCE

Vast-mobielintegratie vanuit het hosted VoIP-perspectief Vast-mobielintegratie wordt bijna altijd vanuit het ‘mobiele perspectief’ bekeken. Wanneer je het bekijkt vanuit het ‘hosted VoIP-perspectief’ is er een goed alternatief voor integratie op basis van de simkaart, althans volgens Bart Haaksman, algemeen directeur van gnTel, aanbieder van telefonie uit de cloud. Nu bijna iedere zakelijke gebruiker beschikt over een smartphone, kun je snel en eenvoudig vast met mobiel integreren zonder van simkaart te wisselen. Door Dick Schievels

In gesprekken met klanten is vaak een van de eerste vragen of de oplossing op basis van een simkaart is. Deze vraag verbaast Bart Haaksman altijd weer, in zijn beleving moet een van de eerste vragen zijn: wat wil je als organisatie bereiken met vast-mobielintegratie. Was dit in het verleden met name bedoeld om kosten te besparen, tegenwoordig is de grootste wens functionele integratie. Kies je voor vast-mobielintegratie op basis van een simkaart, dan is het nadeel dat het overstapmoment voor vast en mobiel vrijwel nooit synchroon loopt. Ook is er vrijwel altijd een simkaartwissel met de daarbij behorende nummerportering nodig en mogelijk nieuwe toestellen. Dingen waar niet elke zakelijke klant op zit te wachten. Bart Haaksman ziet dus meer in vast-mobielintegratie met een app? Hij knikt bevestigend. “Kies je voor vast-mobielintegratie op basis van een app, dan kun je direct vast en mobiel koppelen zonder dat je last hebt van de verschillende contracttermijnen van je bestaande mobiele abonnementen. Sta je als organisatie ‘Bring Your Own Device’ toe, dan kunnen medewerkers snel en eenvoudig worden voorzien van vast-mobielintegratie op hun eigen smartphone. Daarnaast is een app te combineren met iedere mobiele provider.

Voordelen app Er valt heel wat te zeggen voor vast-mobielintegratie op basis van een app. Een medewerker heeft genoeg redenen om via de app uit te bellen. Hij hoeft op deze manier niet met twee toestellen rond te lopen of zijn mobiele privénummer naar een mobiel abonnement van de werkgever te porteren. De kosten voor mobiel bellen via de app komen op rekening van de zaak en de medewerker belt uit met een vast nummer van de zaak. Omdat alle uitgaande gesprekken over het VoIP-platform lopen, profiteer je van de lage tarieven van bellen via de vastnetkoppeling.

10

Alle inkomende gesprekken op het vaste nummer lopen ook via het VoIP-platform. Hierdoor kunnen alle bereikbaarheidsopties die voor de vaste telefoon beschikbaar zijn ook gekoppeld worden aan de mobiele telefoon. Een goed voorbeeld hiervan is dat buiten kantoortijden de inkomende gesprekken op het zakelijke vaste nummer naar de zakelijke voicemail gaan of worden doorgeschakeld naar de telefonische achterwacht van de organisatie. Op deze manier wordt de medewerker buiten kantooruren niet gestoord op zijn (privé)mobiel. “Er wordt een geografisch nummer van de nummerreeks van het bedrijf aan de app gekoppeld en een verkort nummer onderling intern bellen”, zo vertelt Bart Haaksman verder. “Hetzelfde nummer waarmee de medewerker ook op zijn vaste toestel bereikbaar is. Daar belt hij mee uit en daar is hij op bereikbaar. Als een werknemer het bedrijf verlaat, blijven deze nummers gewoon gekoppeld aan de telefonieoplossing en verlies je geen klantrelaties.”

Eenvoud bevorderd acceptatie Veel vast-mobieloplossingen zijn teveel ontwikkeld vanuit wat er technisch allemaal kan. Verder lijkt er maar weinig oog te zijn voor de absorptiegraad van een gemiddelde werknemer voor de vrijwel oneindige nieuwe mogelijkheden. Een koppeling tussen je agenda en de manier waarop je telefonisch bereikbaar bent, lijkt in eerste instantie veel voordelen te hebben. Maar wees eerlijk, wie heeft er alle dagen een sluitende en actuele agenda? En meetings die nooit uitlopen? Is het dan niet handig als de gebruiker, afhankelijk van de situatie, direct zelf kan instellen waar een inkomend telefoontje naar moet doorschakelen? Directe controle over je bereikbaarheid in je broekzak.” Hiervoor biedt gnTel een online-omgeving waar de gebruiker eenvoudig zijn eigen bereikbaarheidsprofiel kan aanpassen aan de situatie.


Veel vast-mobieloplossingen zijn teveel ontwikkeld vanuit wat er technisch allemaal kan

In huis ontwikkeld Bij gnTel is ervoor gekozen om in eigen huis een app te ontwikkelen. “Wij denken dat er aan een app nu en op termijn grote voordelen zitten. Niet alleen technisch en functioneel, maar ook kostentechnisch. Het is makkelijker en sneller te implementeren en als ontwikkelaar van je eigen app kun je snel inspelen op wensen uit de markt. Omdat de app de gesprekken initieert vanuit het hosted VoIP-platform van gnTel naar de smartphone via het mobiele netwerk, krijgt men dus de kwaliteit die men gewend is. Was vast-mobielintegratie vroeger voornamelijk gedreven om kosten mee te besparen, nu staan we voor de uitdaging om slimme en eenvoudige diensten te creëren die door de medewerker ook echt gebruikt gaan worden. Of dat voor altijd op basis van een app zal zijn? De tijd zal het leren. Het is een uitdaging die wij bij gnTel graag aangaan.”

Hoe werkt vast-mobiel van gnTel Begin maart 2013 introduceerde gnTel zijn vast-mobieloplossing. Met de FlexMobile App maakt gnTel het mogelijk smartphones eenvoudig onderdeel te maken van de zakelijke telefonieoplossing. Hierdoor kunnen snel en eenvoudig smartphones worden gekoppeld aan de vaste telefonieoplossingen van gnTel. Met de FlexMobile App kan ieder bestaand mobiel abonnement direct gekoppeld worden met de hosted VoIP-oplossing van gnTel. Het is dus niet meer noodzakelijk om eerst het mobiele abonnement uit te zitten of af te kopen om gebruik te kunnen maken van deze oplossing. Aan het FlexMobile-account wordt, naast een geografisch nummer ook een verkort nummer gekoppeld, bijvoorbeeld de extensie waarop de medewerker ook op het vaste toestel bereikbaar is. Collega’s kunnen elkaar daarna via het vaste toestel (of via de app) verkort bellen. Zowel het vaste als het mobiele toestel gaan dan over. Ze hoeven dus niet na te denken hoe iemand telefonisch bereikbaar is. Belt iemand uit via de smartphone, dan kiest hij/zij het telefoonnummer uit het adresboek. Het VoIP-platform verbindt dan automatisch door naar het gekozen nummer. Bijkomend voordeel: je belt tegen de voordelige (internationale) tarieven van gnTel.

11


FIXED MOBILE CONVERGENCE

Eindelijk kunnen operators tegengas geven

Als vast en mobiel samenkomen Mobiele communicatie is de meest geprefereerde manier van communiceren, maar uit kostenoverwegingen wordt in veel gevallen nog steeds voor vaste oplossingen gekozen. Toch groeien beide werelden naar elkaar toe. En met de opkomst van nieuwe technologische mogelijkheden, zoals videobellen, is het tijdperk nabij waarin vast en mobiel volledig geïntegreerd zullen zijn. Door Hans Steeman

Niemand kan het ontgaan: het communicatielandschap ondergaat de ene na de andere aardverschuiving. Vaste operators zien hun marges afkalven, zeker nu op IP-gebaseerde oplossingen bellen via internet net zo normaal maken als bellen via hun traditionele telefoniepaden. Mobiele operators op hun beurt zien dat klanten, veelal door de kosten gedreven, zogeheten ‘over the top’-spelers (OTT) benutten om grip te krijgen op hun verbruikskosten. De traditionele circuit-geschakelde diensten zoals spraak en sms zijn niet langer de kurk waarop de industrie drijft. Aangezien op termijn alleen nog maar IP gebruikt zal worden voor de communicatie, zullen de markten steeds meer in elkaar schuiven en zal men het beste van alle werelden gaan combineren in nieuwe concepten.

Veranderingen in de markt Dat de klanten hun gedrag (kunnen) veranderen, wordt voornamelijk gedreven door technologische ontwikkelingen. Breedband internet is zeker in Nederland vrijwel overal aanwezig, en met de groeiende bandbreedtes is de kwaliteit van dat type verbindingen steeds stabieler geworden. Met de introductie van HSPA(+) werd ook de mobiele bandbreedte voldoende voor tal van kritische toepassingen. En sinds de introductie van LTE, dat – zij het met enige beperkingen – al redelijk landelijk dekkend is, is ook de mobiel beschikbare bandbreedte vergelijkbaar met die van veel DSL-aanbiedingen. Als later dit jaar LTE Cat 6 met zogenaamde ‘carrier-aggregatie’ uitgerold gaat worden, zal de downloadcapaciteit al snel 250 Mbps

12

bedragen, terwijl de uploadcapaciteit vastgelegd is op 50 Mbps. IP-diensten ervaren dan qua snelheid geen beperkingen meer voor hun services. Hoewel LTE-netwerken diensten aanbieden met grote bandbreedtes en lage latency, is er een belangrijke beperkende factor voor de internetworking met de bestaande telecomdiensten: er is geen circuit-geschakeld domein meer gedefinieerd. Bellen en sms’en op basis van de bestaande technologie is niet meer mogelijk op dit netwerk. De industrie zal de overstap moeten maken naar wereldwijd gedefinieerde, en op IP of IMS (IP Multimedia Subsystem) gebaseerde spraak- en videodiensten. Deze diensten wijken principieel niet af van het huidige aanbod, de gebruiker zal het verschil niet opvallen, enkel de groei in mogelijkheden zal niet onopgemerkt blijven. Op dit moment ervaart iedereen WhatsApp als het ultieme alternatief voor sms. Toch is deze OTT-service gebaseerd op een geheel ander fundament – puur IP! Echter, door het gebrek aan QoS (Quality of Service) laat de kwaliteit van de huidige, door OTT-spelers aangeboden diensten, nogal eens te wensen over. De kwaliteit van video is soms matig en hakkelt, of valt helemaal weg. Spraak is soms vervormd en niet altijd even goed te verstaan. De reden is evident, alle diensten zijn ‘best effort’. Bij beperkte capaciteit wordt te weinig bandbreedte beschikbaar gesteld en loopt de service terug.

Tegengas Als mobiele operators in deze markt stappen garanderen ze QoS en faciliteren ze ‘handovers’ naar het


MMTel

UNI

Telephony service and supplementary services

IMS control and media UNI

IMS

UNI EPC

IP flow and bearer management

UNI LTE radio capabilities LTE

Afbeelding 1. Een LTE-terminal communiceert bij VoLTE via vier kanalen met het netwerk.

circuit-geschakelde domein. Je kunt dus, zoals iedereen normaal vindt, elk gangbaar telefoonnummer waar ook ter wereld bellen. Daarmee maken ze een einde aan het euvel waar de huidige op IP gebaseerde telecomdiensten onder gebukt gaan: het eiland. Spraak- en videodiensten van Skype, Facebook en andere populaire aanbieders zijn in de praktijk alleen binnen hun eigen gemeenschap te gebruiken. Een videoverbinding tussen de verschillende domeinen is niet mogelijk. Zelfs elementaire services zoals het bellen van een alarmdienst (112), worden niet ondersteund. Voor een operator zijn dit verplichte diensten. OTT-spelers kunnen momenteel dus alleen

ation

thentic

A au on, AK

gistrati

SIP re

overleven als hun gebruikers in een gebied zitten met bruikbare dekking voor IP-diensten en daarbij bereid zijn diverse beperkingen, zoals gebrekkige kwaliteit en beperkte beschikbaarheid, voor lief te nemen. Tegelijkertijd gaan operators spraak- en videodiensten over IP aanbieden die onberispelijk zijn en minimaal dezelfde kwaliteitsniveaus hebben als de huidige traditionele telefonieoplossingen. Nu alle partijen zich geconformeerd hebben aan standaarden en uitwisselingsafspraken, gaat tenslotte weer een nieuwe markt open met het aanbieden van alle standaard operatordiensten in volle kwaliteit over een LTE-netwerk. Op basis hiervan moet ook de

Evolved packet core

MMTel IMS

IP

LTE

Afbeelding 2. De registratie en authenticatie met het IMS-domein via zowel de radio als de EPC.

â—Ś

13


FIXED MOBILE CONVERGENCE

De MMTel-standaard is de sleutel bij de integratie van vaste en mobiele diensten

neerwaartse trend voor de traditionele telecomaanbieders te keren zijn: eindelijk kunnen operators tegengas geven met een aanbod dat meerwaarde heeft ten opzichte van een gratis OTT-service.

VoLTE en ViLTE De architectuur van mobiele netwerken is sterk veranderd. LTE en de EPC (Envolved Packet Core) hebben geen ondersteuning meer voor circuit-geschakelde diensten. Sinds de introductie van de LTE-technologie merkt de klant dit. Via oplossingen zoals Circuit Switched Fall Back (CSFB) schakelen LTE-terminals voor spraak en sms zo nodig tijdelijk terug naar een 2G- of 3G-netwerk. Aan het einde van de spraakverbinding springt de terminal vervolgens automatisch weer terug naar het LTE-netwerk. CSFB is de beste oplossing in situaties waar de dekking van het LTE-netwerk nog niet compleet is. Vallen er gaten in de LTE-dekking, dan maakt de service gebruik van bestaande 2G- en/of 3G-netwerken. Zodra de LTE-dekking compleet is, en niets meer een overgang naar een volledige op IP gebaseerde oplossing in de weg staat, is die terugval niet meer nodig en kan de IMS/VoLTE (Voice over LTE) gebruikt worden. De benaming Voice over LTE is afkomstig van een GSMA-specificatie voor spraak- en sms-diensten via LTE. De oorsprong daarvan is te vinden in de MMTel-standaard, een IMS-gebaseerde multimedia telefonieoplossing. Dankzij MMTel gaan alle mobiele operators (zowel degenen die GSM, WCDMA dan wel CDMA toepassen) hun spraak en videodiensten laten samenwerken. MMTel is de sleutel bij de integratie van vaste en mobiele diensten omdat hij de immense klantenkring van MSISDN-gebruikers (Mobile Station International Subscriber Directory Number) op basis van de uitgangspunten van de telecomindustrie (zoals bijvoorbeeld 99,999 procent betrouwbaarheid), de ondersteuning voor alarmering en wettelijk vastgelegde diensten, wereldwijde samenwerking en mobiliteit, alsmede alle wensen en eisen voor toekomstige diensten weet te combineren. Dankzij de MMTel-integratie kan een

14

â—Ś

gebruiker een mobiel videogesprek opzetten en naderhand de videodienst laten vervallen en de spraak met meerdere gebruikers in een groep voortzetten. Maar ook het wisselen van terminals tijdens een sessie, bijvoorbeeld van telefoon naar computer, tablet of IP-televisie, is integraal onderdeel van het serviceconcept. VoLTE zal samen met videobellen over LTE (ViLTE) borg staan voor de uitrol en uitwisselbaarheid van hoge kwaliteit spraak- en videodiensten, en is tevens de basis voor andere multimediale diensten. De natuurlijke ontwikkeling vanuit bestaande services maakt de uitrol van VoLTE en ViLTE een voor de hand liggende en evolutionaire stap.

Hoe het werkt Direct na het inschakelen gaat een mobiele terminal contact zoeken met het LTE/EPC-netwerk van de mobiele operator. Via de APN (Access Point Name) wordt verbinding gelegd met het IMS-domein van de operator en is ook de signalering, die noodzakelijk is om SIP (Session Initiation Protocol) te kunnen gebruiken, beschikbaar. Tijdens die registratie krijgt de terminal een MMTel-identifier en een SMS-over-IP-indentifier. Gelijktijdig vindt er een authenticatie plaats en wordt de security (zoals versleuteling) geregeld. De volgende fase is een INVITE-signaal, waarbij via het Session Description Protocol (SDP) wordt aangegeven welke spraakcodering ondersteund wordt, bijvoorbeeld Adaptive Multi Rate Wideband (voor HD-gesprekskwaliteit) of juist Adaptive Multi Rate Narrowband. IP-adressen en poortnummers worden nu eveneens uitgewisseld. Het LTE-radionetwerk gebruikt dit proces ook om te garanderen dat voor de spraakdiensten door het netwerk de juiste resources worden vrijgemaakt. De transmissie van VoIP zelf gebeurt via het Real-time Transport Protocol (RTP). De spraakpakketten worden met behulp van Robust Header Compression (RoHC) gecomprimeerd en vervolgens getransporteerd via het Radio Link Control (RLC)-protocol in Unacknowledged Mode (UM). Hierdoor ontstaan efficiĂŤnt gecodeerde


Signaling

MMTel IMS

Evolved packet core LTE

Voice

Signaling

Evolved packet core IP

Voice

LTE

Afbeelding 3. Een VoLTE-terminal heeft twee verschillende ‘bearers’ naar het netwerk: een voor de signalering en een voor de spraakdata.

en compacte pakketjes die onder de meest weerbarstige omstandigheden nog te verzenden zijn. Discontinuous Reception (DRX) minimaliseert het energieverbruik en de gerealiseerde latency is zo goed dat hij gelijk is aan, of beter dan de latency in het circuit-geschakelde domein. Aan de rand van het LTE-netwerk kunnen mobiele telefoons registreren dat een verbinding met dit netwerk niet langer mogelijk is. Om ervoor te zorgen dat een gesprek niet onderbroken wordt (dropped call), is er een handover-mechanisme gedefinieerd dat maakt dat het circuit-geschakelde netwerk (GSM of WCDMA) te hulp geroepen kan worden. Dit proces is onderdeel van het

SRVCC

GSM WCDMA

Single Radio Voice Call Continuity (SRVCC)-mechanisme. En terwijl het circuit-geschakelde domein (GSM/ WCDMA) verantwoordelijk blijft voor de afhandeling van het gesprek, zorgt het SRVCC-mechanisme ervoor dat het IMS-netwerk de regie blijft houden tijdens de duur van het gesprek. Dit mechanisme regelt ook dat de spraaksignalen van de gesprekspartner op de juiste manier naar de mediagateway in de mobiele switch gestuurd worden en dus niet naar de packet data gateway van de EPC. Deze aangepaste routering is noodzakelijk gedurende de tijd dat de terminal met het circuit-geschakelde netwerk communiceert.

Mobile softswitch MMTel IMS Evolved packet core

VoLTE phone

LTE

Afbeelding 4. Als de LTE-dekking afneemt, is een handover vanuit het packet switch domein naar het circuit-geschakelde domein mogelijk.

15


Motto Communications vult gat op dat grotere operators laten liggen

Niet zo bekend, maar groter dan menig concurrent Motto Communications is een bedrijf dat al bestaat sinds 2002 en zijn eigen communicatieoplossingen ontwikkelt. Die oplossingen worden tegen wholesaletarieven uitsluitend verkocht via een indirect kanaal van partners, die vaak ook weer een netwerk van kleinere resellers onder zich hebben. Door Dick Schievels

“Het gaat goed met het bedrijf ”, aldus een energieke Robert Heemskerk van Motto Communications. Heemskerk is Chief Commercial Officer en we bevinden ons in de onlangs betrokken tweede vestiging van zijn bedrijf in Amsterdam Zuid-Oost. De eerste is gelegen in het Zuid-Limburgse Nuth, waar ook het eigen NOC (Network Operations Center) zich bevindt. Vorig jaar werd Motto nog genomineerd voor de Deloitte Fast Fifty. “Dat geeft aan dat ons bedrijf hard groeit. Bovendien maken we al vijf jaar winst, die we voor het grootste deel weer laten terugvloeien in onze ontwikkelafdeling.” Motto biedt vier diensten aan: Voice, Data, vPBX en Mobiel, die los of in combinatie met elkaar gebruikt kunnen worden. Met de eigen ontwikkelafdeling, een eigen NOC en een eigen 24x7 support-afdeling heeft het bedrijf alles in eigen hand. “En die support-afdeling is niet een helpdesk ergens in Ierland”, onderstreept Heemskerk. “Dat zijn onze eigen mannen in Nuth, die voortdurend met hun handen onder de motorkap zitten.” Wat is precies jullie rol in de markt? “We vullen het gat op dat grotere operators laten liggen. Wij hebben een directe interconnect met de meeste operators in Nederland. Dat vraagt de nodige investering, maar het betekent wel dat wij een echte operator zijn, net zo robuust en betrouwbaar. Hoe zit jullie verkoopmodel in elkaar? “Motto Communications werkt met een indirect verkoopkanaal. De diensten die we leveren verkopen we tegen wholesale-tarieven en op ‘white-label’-basis. Ze worden in de vorm van een portal beschikbaar gesteld aan onze partners. Dus iedere partner krijgt zijn eigen online-omgeving, waarmee hij alles zelf kan beheren. Dat wil zeggen voice-verkeer afhandelen via SIP-trunking, en onze diensten Mobiel, Data en vPBX, een telefooncentrale uit de cloud, aanbieden. Dat zijn allemaal door ons zelf

16

ontwikkelde producten, die zij onder hun eigen label en brand in de markt kunnen zetten. De gebruikersportal kan ook helemaal in eigen stijl worden vorm gegeven en samengesteld. Hun klanten zijn enerzijds eindklanten, maar het kunnen ook weer kleinere resellers zijn. Door dit verkoopmodel is Motto Communications niet zo bekend, terwijl het in belminuten gerekend wel stukken groter is dan menig concurrent die veel meer bekendheid geniet.” Hoe zit jullie infrastructuur in elkaar? “We maken gebruik van de datacenters in Telecity 1 en 3 hier in Amsterdam, en we zijn nu ook in Frankfurt en Brussel aan het bouwen. We hebben het afgelopen jaar hoge beschikbaarheid getoond, want als je iets niet kunt hebben in onze branche is het wel storing. Helemaal te vermijden is het nooit, maar dat geldt voor elk bedrijf op dit terrein. En wij hebben het voordeel dat wij een aantal interconnect-partners hebben. Dus zelfs als er een storing is bij bijvoorbeeld KPN, blijven wij beschikbaar via alle andere operatoren.” Wat is het voordeel voor een partner om met jullie in zee te gaan en niet rechtstreeks met bijvoorbeeld een KPN zelf? “Wij doen alles real-time. Bij de grote operatoren als KPN, Tele2 en UPC hebben ze pas vaak na 24 uur inzicht in wat er allemaal gebeurt. Wij zien per seconde waar het gesprek zich bevindt, waar het vandaan komt en waar het naartoe gaat. Dit zogenaamde IN platform zorgt ervoor dat wij al het verkeer uit elkaar kunnen trekken maar ook dat wij routeringen altijd in sync hebben met COIN data. Hierdoor kunnen wij voor partners meerdere Operator codes hosten. En qua billing? “We sturen onze partners nu elke dag uitgebreide rapportages over hoeveel ze aan marge en kosten hebben gemaakt. Dat is allemaal real-time beschikbaar.


En real-time is ook belangrijk in verband met fraudebestrijding. Op het moment dat iemands normale dagelijkse belvolume plotseling sterk wordt overschreden, sturen we direct een mailtje naar de betreffende partner met de vraag of dat wel klopt.” Dus het voordeel is de redundantie, maar met name de extra functionaliteit? “Ja, precies! Kijk, je kunt best zaken doen met KPN, daar is op zich niets mis mee, maar dan heb je niet de beschikking over een volledige portal, waarin je ook je eigen facturen kunt maken en je eigen tariefplannen. Bij ons is het zo dat we voor alle diensten die we leveren één tarief afspreken. Dat is de inkoopsprijs plus een bepaald percentage opslag. Daarbij kun je gebruikmaken van de portal en als partner naar jouw klanten toe zelf weer je eigen differentiaties maken. En daarmee kun je ook per klant je in eigen stijl opgemaakte facturen uitdraaien. Dat is allemaal extra functionaliteit die je niet hebt als je met KPN zelf op wholesale-basis zaken gaat doen.” Wat heeft Motto te bieden op gebied van FMC? “Bij vast-mobielintegratie gaat het erom dat je de functionaliteit van de telefooncentrale op je mobiel

beschikbaar hebt. Dus dat je geen kantoortoestellen meer nodig hebt, maar dat je met een paar smartphones binnen een kantooromgeving alles hebt wat nodig is. Dat betekent dat als ik naar buiten ga, de secretaresse ziet waar en hoe ik beschikbaar ben. En dat als ik binnenkom mijn dataprofiel automatisch wordt ingesteld, bijvoorbeeld dat ik Facebook mag gebruiken, mag internetten en kan doorverbinden. Dus ik ben niet meer gebonden aan één locatie en ik kan mijn eigen bereikbaarheid volledig managen. Met één toestel!” Wat hebben jullie daar technisch gezien voor moeten doen? “In dit geval is dat het creëren van een mobiele interconnect tussen ons eigen netwerk en dat van Vodafone. En het unieke van onze propositie is, dat je vast-mobiel niet per se hoeft af te nemen in combinatie met de door ons bepaalde telefooncentrale. Concurrenten bieden dit ook, maar dan ben je wel verplicht de PBX te gebruiken die zij voorschrijven. Bij ons kun je je eigen PBX gebruiken, of die nu is van Samsung, Avaya, Asterisk, of noem maar op. Van ons krijg je gewoon zo’n mobiele extensie, afgeleverd op je eigen PBX. Die PBX-onafhankelijkheid is een groot voordeel voor onze partners.”

17


FIXED MOBILE CONVERGENCE

SpeakUp opereert op het snijvlak van communicatie en IT

‘Het gaat vooral om intelligentie in het netwerk’ FMC, Fixed Mobile Convergence, is een van de ronkende termen van dit moment. Er zijn ondertussen diverse partijen die het aanbieden. Een van hen is SpeakUp, dat probeert met een minimum aan apps-toeters en -bellen te zorgen voor een geïntegreerde oplossing. Door vaste en mobiele aansluitingen direct via de eigen SpeakUp-infrastructuur aan elkaar te koppelen, krijgt de gebruiker qua telefonie weer optimale keuzevrijheid. Door Dick Schievels

Het is 22 mei 2014. We zullen elkaar ontmoeten in de Beurs van Berlage tijdens de lunchpauze van de Mobile Convention. In de grote entreehal van het indrukwekkende gebouw – door sommigen beschouwd als de ‘Nachtwacht van de architectuur’ – zie ik niemand die lijkt op de foto die ik gisteravond nog even van internet heb geplukt. Dan maar bellen naar het directe 088-nummer uit de e-mail. Bezet! Mijn toekomstige gesprekspartner laat per voicemail weten dat hij nog in een meeting zit. Ik kan inbreken door een 5 in te toetsen. Tien seconde later ontvang ik per sms de boodschap dat hij nog bij een presentatie zit die over vijf minuten is afgelopen. Vijf minuten later komt er inderdaad een persoon de hal binnen die ik herken als Florian Overkamp, Managing Director van SpeakUp. Florian heeft zojuist een sessie over Google Glass en The Frictionless Internet bijgewoond. “Dat is precies zoals wij aankijken tegen moderne communicatie”, zegt hij als we een rustig plekje hebben gevonden. “We proberen wrijvingsloze communicatie mogelijk te maken, met zo min mogelijk complexe punten.”

De basis Toen hij ruim tien jaar geleden begon met SpeakUp waren er twee trends. De eerste was dat diensten en infrastructuur werden ontkoppeld. “Het was niet meer bellen over een lijntje en daarover ook nog even internetten. Nee, de volgorde werd omgedraaid. We gingen gebruikmaken van een hele goeie, breedbandige glasvezelinfrastructuur, om daarop allerlei slimme dingen te doen.” Tegelijkertijd begon KPN met het afschaffen van een aantal diensten die voor onder andere studentenhuizen heel interessant waren, zoals bijvoorbeeld de kostentik. Dat was de tweede trend. Overkamp besefte voor het eerst dat telecomoperators in Nederland af en toe gewoon steken laten vallen en vaak niet klantgericht

18

meedenken met wat er nodig is in de maatschappij van morgen. “Dat is voor mij de trigger geweest om me daar eens meer in te verdiepen en zo kwam ik in contact met een aantal softwareontwikkelaars uit de VS, die een mooi platform bouwden waarmee je telefonieoplossingen heel simpel zelf kan neerzetten. Dat hebben we als basis genomen voor SpeakUp.”

FMC SpeakUp bouwde zijn eigen infrastructuur in de cloud en begon in 2011 met mobiel. Overkamp: “De reden om ook daarmee aan de slag te gaan, was de feitelijke constatering dat de rol van het mobiele telefoonnummer eigenlijk een beetje een wassenneus aan het worden is. Ik bedoel, het speelt een steeds belangrijkere rol in ons leven, maar het is te gebonden aan één apparaat. Wij vinden dat communicatie steeds meer geïntegreerd moet worden met de omgeving. Dus apparaten moeten steeds intelligenter worden, in samenwerking met de netwerken die daarachter liggen, om te zorgen dat jouw communicatie ook steeds intelligenter kan plaatsvinden en minder inbreuk maakt op wat je daadwerkelijk aan het doen bent. Dat kan alleen maar als je ook de combinatie van vast met mobiel gaat maken.” SpeakUp was op dat moment nog heel vroeg in de markt, FMC vanuit het netwerk gedreven was er eigenlijk nog niet. “Het was toen nog heel lastig de boodschap over te brengen, maar dat zie je nu gelukkig verschuiven. En door zo vroeg te beginnen hebben we wel een voorsprong opgebouwd. Het blijft echter een complex product en dat heeft mede te maken met het feit dat de term FMC te vaak te pas en te onpas wordt gebruikt. Net als bij UC, Unified Communications, weet niemand meer precies waar het over gaat. In het nieuwe wereldbeeld dat wij voor ogen hebben, gaat het vooral om intelligentie in het netwerk, die verrijkt wordt door applicaties op je smartphone, je tablet en je pc.”


Forced on Cloud combineert de kracht van een hosted telefooncentrale annex UC-oplossing, met vastmobiele integratie

In de vroege jaren van FMC begon men met apps voor de smartphone. Die sturen een signaal naar het vaste netwerk, waardoor er een gesprek wordt opgezet terug naar de mobiele telefoon en er vervolgens wordt doorverbonden. “Dat is een hele simpele manier om vanuit de bedrijfstelefooncentrale te communiceren”, stelt Overkamp. “Maar het betekent wel dat je twee dialers hebt, twee knopjes voor bellen en dat je daar bewust over na moet denken. Ik denk dat wij steeds meer toe moeten naar een omgeving waarbij je ziet dat er allerlei netwerklogica, gelieerd aan jouw eigen persoon, in de cloud reeds beschikbaar is. Logica die we kunnen gebruiken om slimme keuzes te maken. Dat is onze kijk op FMC. Wij proberen met een minimum aan apps-toeters en -bellen te zorgen voor één geïntegreerde oplossing.”

Forced on Cloud! SpeakUp heeft daarvoor een contract gesloten met een van de mobiele netwerkaanbieders. Daarin is vastgelegd dat al het verkeer dat een gebruiker genereert, dus zowel zelf vanáf zijn mobiele telefoon als door een ander naar zijn mobiele toestel tóe, een-op-een naar SpeakUp’s apparatuur in het datacenter wordt getransporteerd. “Wij gaan vervolgens kijken op welke manier we dat moeten afhandelen en hoe we dat kunnen verwerken. Daarmee krijg je meer regie over je communicatie. Bij ons kun je dus vast-mobiele integratie toepassen en bellen met je 020-nummer, met een gewone Panasonic, GD70 bakeliete, oude telefoon, omdat de intelligentie van het telefoontoestel niet van toepassing is. Het netwerk kan de besluitvorming voor je doen.” Het betekent, kort samengevat, dat de telefooncentrale van SpeakUp zich in de cloud bevindt. Met Compass, zoals het platform heet dat SpeakUp daarvoor heeft gebouwd, kunnen alle bedrijfscommunicatiefaciliteiten, zoals bezetschakelingen, voice-respons en voicemail, nu worden benut zonder dat daarvoor apparatuur bij de klant op locatie hoeft te worden geïnstalleerd. SpeakUp gebruikt hiervoor de term ‘Forced on Cloud’. Het combineert de kracht van een hosted telefooncentrale annex UC-oplossing, met vast-mobiele integratie. “Dat betekent dat we jou een SIM-kaart geven, en die SIM-kaart is feitelijk het toestel in de bedrijfscentrale, met alle faciliteiten die je daar beschikbaar hebt – gewoon ‘at your feet’. Wij beschouwen dat als de plusvariant van Forced on PBX”, aldus Overkamp.

Florian Overkamp

19


FIXED MOBILE CONVERGENCE

Directeur Ronald Horn van BTC Teleconsult:

‘Weet waar je over vier jaar Twee jaar geleden leefde het nog niet echt, maar als hij er nu niet over praat, of het nu niet kan leveren, dan ligt hij eruit. Het onderwerp waar het overgaat, is FMC – Fixed Mobile Convergence – en de ‘hij’ is Ronald Horn, directeur van BTC Teleconsult, onafhankelijk adviseur en leverancier van vaste en mobiele spraak- en dataoplossingen voor het MKB.

Door Dick Schievels

“Wij opereren in het middensegment van de zakelijke markt”, bakent mede directeur Ronald Horn van BTC Teleconsult zijn terrein af. “Dat is vanaf zo’n vijftien medewerkers. Daarvan zegt de operator: in dit segment heb ik ondersteuning nodig van een reseller die vast en mobiel kan integreren en kennis heeft van hoe je processen met elkaar laat samenwerken. Daar focussen we op.” De markt in algemene zin is volgens Horn totaal aan het veranderen. De telecomleverancier van weleer, of hij nu vast of mobiel verkocht, die bestaat niet meer; net zo min als de IT-leverancier van vroeger. “Je ziet een nieuw soort reseller ontstaan. Vroeger ging het vooral om standaardprocessen. Je maakte voor de klant een nieuwe licentie aan, stuurde hem een mobieltje op, verplaatste een toestel van A naar B… Dat is voorbij. De klant verwacht tegenwoordig heel andere dingen. En binnen de organisatie is er ook van alles veranderd. Vroeger zaten we bijvoorbeeld eerst bij de beheerder van het wagenpark die de installatie van de autotelefoons verzorgde, waarna vervolgens IT werd ingeschakeld voor het mobiele datagedeelte. Nu wordt het op een veel hoger niveau opgepakt en wordt er strategisch gekeken hoe men alles met elkaar kan integreren. Dat maakt de beslissingsprocessen veel ingewikkelder.” Even inzoomend op vast-mobielintegratie, wat voor scenario’s zijn er zoal? Ronald Horn: “Je ziet heel veel verschillende vormen, maar de voor bedrijven makkelijkste invulling komt van KPN, met KPN ÉÉN en van Vodafone met Vodafone One Net. Voor veel bedrijven is het heel lastig de overstap te maken van hun bestaande situatie, met bijvoorbeeld een telefooncentrale die ze pas twee jaar geleden hebben aangeschaft en die nog niet is afgeschreven, naar het zoveelste nieuwe scenario waarvoor ze wéér opnieuw in de buidel moeten tasten. Operators hebben daar vaak geen oog voor. Die hebben het idee dat ze ‘greenfield’ kunnen beginnen, maar dat is nergens zo. Overal is al geïnvesteerd en niemand zegt: gooi die hele spullenboel er maar uit,

20

ik begin opnieuw. Indachtig die situatie hebben KPN en Vodafone de proposities die het meest tot de verbeelding spreken.” Wat wil men precies? “Wat men wil, is dat de werknemer overal en op elk apparaat bereikbaar is onder één nummer, meestal een 088-nummer, en dat hij zich daarvan in zijn vrije tijd kan loskoppelen. Dat kan zowel met de oplossing van KPN als met die van Vodafone die wij verkopen.” En T-Mobile? “Wij verkopen ook T-Mobile, maar die heeft geen oplossing op gebied van vast-mobielintegratie. T-Mobile zegt: ik ben een mobiele speler, ik kom niet uit vast, dus ik ga daar niet in investeren. T-Mobile zoekt het in interconnecties met partijen die wel een vaste oplossing hebben. Dat is ook een visie.” Waarom juist KPN of Vodafone? “Steeds meer bedrijven zoeken een platform met een internationale reputatie. Die zie je focussen op een KPN of een Vodafone. Daarvan heeft men net als bij Microsoft of BroadSoft het idee: dit is stabiel, dit is betrouwbaar. Daaromheen zie je dat bedrijven langzaamaan tot het besef komen dat ze na de koppeling met mobiel, straks ook kunnen gaan videobellen, Office 365 uit de cloud kunnen gaan betrekken, et cetera. Dat besef is vooral de afgelopen anderhalf à twee jaar heel erg gaan leven. In 2010 was het nog : moeten we dat nu wel doen, het werkt toch allemaal prima. Dat is nu echt aan het omslaan.” Wat is jullie rol als partner van KPN en Vodafone? “Wij opereren in het middensegment van de markt. De top-500 van het bedrijfsleven doet de operator zelf en helemaal onderin kan de klant ook via internet bediend worden. Het gaat om de iets grotere MKB-speler die mobiel wil, vast wil, integratie daarvan en bijvoorbeeld ook, dat als iemand belt gelijk zijn kaart omhoog komt


met je bedrijf wilt staan’

Directeur Ronald Horn van BTC Teleconsult: “Ook het MKB heeft nu behoefte aan een system integrator voor telecommunicatie. En dat is de rol die wij vervullen.”

in de CRM-applicatie. Al dat soort samenwerking tussen processen, die moet gebouwd worden. Dus je krijgt eigenlijk inrichtbare software voor telecommunicatie. En dat inrichten, dat is maatwerk. Dus waar je al grote system operators had voor de invulling van de noden van het grootzakelijke segment, zie je nu ook bij het MKB behoefte ontstaan aan een system integrator voor telecommunicatie. En dat is de rol die wij vervullen.” Als je praat over vast-mobielintegratie, waar gaat het dan heen? “Kijk, die vaste telefoon en die mobiele telefoon, dat is een besef van nu. Waar het naar toe gaat, is dat je straks nog maar één nummer hebt. Ik geef je bijvoorbeeld een 088-nummer en via dat nummer ben je bereikbaar op je mobiel, op je vaste telefoon, via je softphone op je pc… Maar over niet al te lange tijd sta je misschien in de keuken en dan tik je dat nummer in op je ijskast, zodat je daar ook handsfree bereikbaar bent. Het zal allemaal steeds meer device-onafhankelijk worden.” Tot slot: Wat voor advies kun je bedrijven geven die willen overstappen op FMC?

“Belangrijk is dat je een zodanig beleid uitstippelt, dat je weet waar je over vier jaar met je bedrijf wilt staan. Dat hoeft niet tot in de kleinste details, maar je moet bijvoorbeeld wel zicht hebben op of jouw mensen dan allemaal nog op kantoor komen werken, of dat je veel meer richting decentraal werken gaat. De technologie zorgt ervoor dat applicaties steeds meer uit de cloud komen. De technologie geeft ook aan dat devices nog weer verder gesplitst gaan worden in de vorm van ‘wearables’ met sensoren. Je krijgt een heel netwerk om die apparaten heen. En dat wordt een verlengde van je organisatienetwerk. Dus als je weet dat dat gaat gebeuren, moet je ook beleid uitstippelen hoe je daarmee omgaat. Bijvoorbeeld qua security, op wat voor platform en of je dat in- of extern wilt beheren. Als je die drie vragen niet goed beantwoordt, kun je ook geen goede aankopen doen. Je ziet nu heel veel organisaties worstelen met BYOD, het Bring Your Own Disaster-spook, zoals ik die afkorting graag uitleg. Het is voorgeprogrammeerd dat dat niet goed gaat. Het is net zoiets als dat ze bij het leger roepen: kom maar vechten, maar neem wel je eigen geweer mee. Daar ga je de oorlog natuurlijk niet mee winnen. Dus denk goed na voor je iets invoert!”

21


Summer Fair

Lync in het zonnetje De Social Enterprise Society groeit en bloeit mee op de positieve golf waar Microsoft Lync zich momenteel op bevindt. Op de tweede editie van de Lync Summer Fair kwamen ruim 50 procent meer bezoekers dan op de eerste editie in 2013. De uitbundige zon in combinatie met het aangename windje maakte deze dag tot een compleet kennisfeest. Net als in 2013 was Inn Style in Maarssen als locatie gekozen voor de Lync Summer Fair. In het nieuwe gedeelte van Inn Style konden de ruim 45 sponsoren en leden van de SES hun stands kwijt. En dat allemaal op een uitermate zonnige dag waarbij het grote aanpalende terras de hele middag ook een favoriete plek was voor meet and greet. Bijna 400 belangstellende ICT-beslissers en ICT-resellers kwamen op het event af. Niet alleen om in de zon te staan, maar zeker ook om zich verder te verdiepen in het snelst groeiende telecomplatform van Nederland: Microsoft Lync. Nu Lync duidelijk in de hoek van de hockeystickcurve lijkt te zijn gekomen melden ook steeds meer partners rondom dit ecosysteem zich aan. Dat trekt weer meer bezoekers en zo is de positieve spiraal naar boven absoluut een feit. Ondertussen kent de SES leden in de verschillende onderdelen van de waardeketen: operators, sip-trunkleveranciers, system integrators, providers, netwerkleveranciers, handset vendors, headset vendors, distributeurs, call center solutions vendors en load balancing. Alles bij elkaar is er een pallet aan partijen ontstaan waaruit resellers en eindgebruikers hun partners en leveranciers van diensten en producten kunnen kiezen. De primaire doelstelling van de Summer Fair was het geven van de juiste informatie aan de belangstellenden die hun weg zoeken bij de implementatie van Microsoft Lync. Vrijwel alle aanwezigen waren het er na afloop over eens dat die doelstelling voldoende bereikt is. Naast de expo waren ook alle break-outsessies in de drie speciale ruimtes meer dan goed bezocht. Deze compacte kennissessies gaven dan ook voldoende aanleiding voor vervolgtrajecten. Het volgende grote event dat de SES op de agenda heeft staan is de derde editie van LyncDay op donderdag 20 november tijdens Telecom Time in de Jaarbeurs in Utrecht.

22

â—Ś


SOCIAL ENTERPRISE SOCIETY

23




De kans voor it-resellers die meer willen bieden

Infopact introduceert Aan de bovenkant van de zakelijke markt is Microsoft Lync een zeer bekend en veel gebruikt programma. Langzaam maar zeker daalt Microsoft ook af naar de minder grote ondernemingen. Het in Rotterdam gevestigde Infopact gaat het helemaal anders doen. “Wij gaan met Lync in de Cloud als het ware van onderaf aan beginnen, dus in het mkb vanaf 10 werkplekken”, vertelt algemeen directeur Erik Eising. Door Marco Mekenkamp

Zakelijke gebruikers zijn voortdurend op zoek naar middelen om de persoonlijke productiviteit te verhogen. Dit geldt niet alleen voor grote organisaties, maar zeker ook voor het mkb. Dat weten Erik Eising, Gerard Bergsma en Steven Klockaerts, die tezamen de directie van Infopact voeren, als geen ander. Infopact introduceerde onlangs namelijk ‘Lync in de Cloud’, een nieuwe dienst van deze onafhankelijke serviceprovider voor de zakelijke branche. Met deze hosted versie van Lync wordt de geïntegreerde oplossing nu ook een reële en betaalbare optie voor het mkb.

Vaste prijs per werkplek Voor hen die het niet weten, legt Erik Eising nog eens uit wat Microsoft Lync precies is. “Het is een effectieve communicatietool voor digitaal samenwerken, waarbij alle moderne communicatiemiddelen in één platform zijn samengebracht en samenwerken op afstand eenvoudiger wordt dan ooit. Met real-time beschikbaarheid, chat, telefonie, conferencing – zowel met als zonder video – en

online gelijktijdig samenwerken in documenten. En dat gaan wij nu in een hosted variant bieden waarbij de quality of service een speerpunt is.” Gerard Bergsma vult zijn collega aan. “Je ziet dat de manier van werken aan het veranderen is. We werken op andere plekken, op andere tijden. Om het nieuwe werken mogelijk te maken is Microsoft Lync een uitstekende oplossing. Infopact gaat die oplossing bieden voor een vaste prijs per werkplek per maand, waarbij alles inbegrepen is: de licentie van Lync, afgekocht verkeer voor telefonie en data én de communicatielijnen daarvoor. Dat laatste is niet beslist noodzakelijk – ons ‘Lync in de Cloud’ werkt ook op andere aansluitingen – maar wij raden dit wel aan vanwege de waarborging van de kwaliteit van het Lync-verkeer en de security.” Dan kom je op het terrein van techneut Steven Klockaerts. “Microsoft Lync is een prachtig product maar technisch is het in de basis moeilijk te beheersen. Wij vinden het essentieel om de kwaliteit van het telefonie- en videoverkeer binnen Lync te waarborgen. Bij Infopact leveren we niet alleen het product maar verbeteren we ook het totaalpakket. En wij hebben het totaalpakket zo verbeterd dat er een hogere kwaliteit gewaarborgd is dan gebruikelijk, zodat Lync in de Cloud van Infopact daadwerkelijk leidt tot effectiever communiceren en samenwerken, hetgeen weer een hogere productiviteit oplevert. En dat dus voor een vaste prijs per werkplek per maand, zonder investeringskosten.”

Tijdsbesparing Dat laatste zal het mkb beslist aanspreken, want men zit zeker in deze tijd niet te wachten op forse investeringen in de communicatie. Vroeger was het voor een goede bereikbaarheid noodzakelijk te investeren in een telefooncentrale maar met Lync in de Cloud van Infopact is dat niet langer nodig, terwijl de communicatie beter en veel uitgebreider wordt ingevuld dan men gewend is. Gerard haakt hierop in: “Met Lync in de Cloud realiseer je als ondernemer al snel een aanzienlijke tijdsbesparing. Je kunt immers sneller en doeltreffender schakelen, doordat

26


SOCIAL ENTERPRISE SOCIETY

‘Lync in de Cloud’ je gebruikmaakt van communicatievormen met directe feedback. Hiermee vervang je een deel van de indirecte communicatie, zoals voicemails of e-mails, en win je voortdurend aan tijd – en daarmee aan productiviteit. Zo verdient elke Lync in de Cloud-oplossing zich al snel terug.”

Kans voor resellers Maar hoe gaat Infopact de mkb-bedrijven over de streep trekken om op Lync in de Cloud over te stappen? Erik Eising geeft aan: “Onze partners spelen hierbij een belangrijke rol. Ook Lync in de Cloud gaan we via het partnerkanaal naar de eindgebruiker brengen, waarbij we ons richten op mkb’ers met 10 tot 200 werkplekken. Naast de bestaande partners zoeken we hier echter ook nieuwe resellers voor.” Die resellers zijn volgens Infopact in twee duidelijke groepen te vinden: enerzijds de it-resellers die zoeken naar een manier om ook communicatie aan hun portfolio toe te voegen, anderzijds de telecombedrijven die gewend waren om een telefooncentrale te leveren en nu, in de afnemende markt daarvoor, zoeken naar een oplossing die ze ook begrijpelijk voor het voetlicht kunnen brengen. “Onderzoek toont aan dat 85 procent van het mkb wel weet wat ‘de cloud’ betekent, maar de meeste ondernemers hebben geen idee wat het daadwerkelijk voor hun bedrijf kan betekenen”, weet Steven Klockaerts. “Nederland staat echter wel bekend als een land met een snelle adoptie van nieuwe technologieën. Daar ligt dus niet alleen een enorme uitdaging, daar liggen vooral enorme kansen voor de resellers.” Gerard Bergsma vult aan: “Door de real-time beschikbaarheidsstatus van Lync-gebruikers kan je als mkb’er direct zien of je collega’s, klanten of relaties bereikbaar zijn. Je stoort ze dus nooit in een meeting of wanneer ze met andere belangrijke zaken bezig zijn. Dat bespaart tijd en ergernis. En juist tijd is binnen het bedrijfsleven een belangrijke kostenpost: tijd is geld! Het is toch geweldig wanneer je hierop kunt bezuinigen door de effectiviteit van je communicatie te vergroten. Resellers hebben dus een fantastisch verhaal in handen.” Erik Eising vat het nog eens samen. “Wij bieden kansen voor de reseller. De traditionele telecomleverancier kan met Lync in de Cloud een betaalbaar en bijzonder compleet telecommunicatieproduct presenteren dat enerzijds de functies biedt die de traditionele telefooncentrale ook biedt, maar anderzijds veel meer toegevoegde waarde geeft aan zijn klanten. Voor de it-reseller geldt dat hij zijn werkterrein op eenvoudige wijze kan uitbreiden. Naast de traditionele it-diensten

biedt men een toegevoegde waarde door ook de communicatie in uitgebreide vorm te bieden op de apparatuur die men traditioneel toch al leverde.”

Demo Partners van Infopact staan niet alleen in het presenteren van de mogelijkheden van Lync in de Cloud. “Wij zullen samen met onze partners actief de markt gaan benaderen. Denk aan het geven van demo’s om mkb-bedrijven te laten zien wat Microsoft Lync precies is en wat men ermee kan doen. Want er is wat dat betreft nog veel onbekendheid over die mogelijkheden en de kansen die het biedt. Tijdens de demo’s kunnen zij zelf ervaren wat Lync mogelijk maakt en wordt de meerwaarde al snel duidelijk.” Erik Eising denkt dan ook zeker aan de besparingsmogelijkheden op telecommunicatiegebied. “Voor iedere smartphone en tablet is er de mogelijkheid om Lync te installeren waardoor alle communicatiemogelijkheden ook mobiel beschikbaar zijn. Een mkb’er hoeft dus met zijn werknemers nooit meer de discussie aan te gaan of mobiele telefoongesprekken wel zakelijk zijn. Want zakelijke gesprekken kunnen immers via Lync, en andere gesprekken zijn dus privé.” Gerard Bergsma besluit met een simpele constatering: “Wist jij dat wanneer iemand een half uur tijd per maand weet te besparen door het gebruik van Lync in de Cloud daarmee de kosten al kan betalen? Zo simpel is het dus om kosten te besparen en tijd te winnen.”

Wat biedt Lync in de Cloud van Infopact Voor de klant: Aanzienlijke tijd- en productiviteitswinst Vaste prijs per werkplek per maand Inclusief licentiekosten Microsoft Lync en een gegarandeerde Infopact kwaliteitsverbinding Alle binnenlandse telefonie (naar vast en mobiel) is inbegrepen Meer dan telefonie alleen Voor de reseller: Kansen om de huidige dienstverlening uit te breiden Ideaal businessmodel met uitstekende vergoedingen Mogelijkheden voor upselling in apparatuur (computers, laptops, tablets, smartphones) Meerwaarde bieden voor klanten door o.a. forse kostenreductie en tijdwinst

27


waterschap noorderzijlvest in groningen biedt medewerkers de mogelijkheid op afstand te werken

GERHARD BAVING “We willen de stap maken van traditioneel telefoneren naar modern communiceren. Met Lync zijn we klaar voor de toekomst.”

De Nederlandse waterschappen zorgen ervoor dat iedereen droge voeten houdt. En die keren dat ons land toch overstroomt, nemen zij direct maatregelen om de schade te beperken en herhaling te voorkomen. Dit vereist een goede bereikbaarheid en efficiënte bedrijfsvoering. Waterschap Noorderzijlvest in Groningen koos met het oog hierop voor Microsoft Lync als nieuwe communicatieomgeving en schakelde Wortell in voor advies en begeleiding bij de implementatie. TOEKOMSTBESTENDIGE TELEFONIEOMGEVING Gerhard Baving, Telecom beheerder, zegt: “Wij zijn een calamiteitenorganisatie en moeten bij een overstroming of dijkschade snel kunnen optreden. Dat stelt hoge eisen aan onze communicatie. Toen duidelijk werd dat onze bestaande telefonieomgeving ons onvoldoende ondersteuning kon bieden voor wat betreft toekomstige ontwikkelingen zijn we een oriëntatie gestart. FLEXIBEL COMMUNICEREN EN EFFICIËNTER WERKEN Peter Takkenkamp adviseerde het waterschap over de nieuwe communicatieomgeving. Volgens hem biedt Lync diverse businessvoordelen voor de organisatie. “Om te beginnen sluit Lync optimaal aan op de bestaande Microsoft-omgeving van het waterschap. Hierdoor beschikken medewerkers nu via pc, laptop en smartphone over verschillende Office-functionaliteiten, wat de efficiëntie vergroot en medewerkers de mogelijkheid biedt op afstand te werken. Verder profiteert het waterschap van de brede communicatiemogelijkheden van Lync, waardoor medewerkers efficiënter kennis en informatie met elkaar kunnen delen. In combinatie met de smartphone betekent Lync dat we de doelstelling van flexibel communiceren nu waar kunnen maken.” DE STAP NAAR MODERN COMMUNICEREN Baving en Takkenkamp zijn positief over de samenwerking met Wortell die in het teken staat van ontzorging. Wortell heeft het waterschap uitgebreid geadviseerd, begeleidde het implementatieproces en verzorgde het adoptieproces. Tot slot heeft Noorderzijlvest Wortell gevraagd de nieuwe omgeving in beheer te nemen. Gerhard Baving: “Wij kunnen nu de gewenste stap maken van traditioneel telefoneren naar modern communiceren en invulling geven aan Het Nieuwe Werken. Met Lync zijn we klaar voor de toekomst.” www.wortell.nl info@wortell.nl 020-7505050


SOCIAL ENTERPRISE SOCIETY

Sennheiser Al 70 jaar ontwikkelt en produceert Sennheiser producten voor audiorecording, transmissie en reproductie voor zowel professionals als voor individuele muziekliefhebbers. Met deze hoogwaardige audio expertise bieden we u ongeëvenaarde geluidskwaliteit in de beste headset-oplossingen die specifiek zijn ontwikkeld om uw bedrijfsbeleving te verhogen. Voor zakelijke gebruikers ontwikkelen we headsets met perfect geluid voor heldere communicatie. Van callcenters tot een omgeving met Unified Communication, ons brede assortiment headsets is ontworpen om het perfecte geluid te leveren, in iedere situatie.

Voor een draadloze DECT oplossing op kantoor voor deskphone en softphone, levert onze DW series een helder en kwalitatief HD geluid in een stijlvol design. Met 55 meter bereik, 8 uur spreektijd, 3 draagstijlen, easy paring, noise cancelling microfoon en flexibele inzetbare basisstations is de DW series de optimale draadloze oplossing voor Customer Contact.

Voor bedrade headsets heeft u keuze uit onze Culture™, Circle en Century™ series. Hiermee heeft u 3 instapmogelijkheden in onze bedrade wereld, waarbij onze Century™ serie de high end headset is met maximale geluidskwaliteit en draagcomfort.

Wilt u onderweg ook de allerbeste geluidskwaliteit en verstaanbaar zijn in weer en wind of in de gelegenheid zijn om in een rumoerige omgeving een conference call te nemen, kies dan voor onze professionele mobiele headset Presence™, met technieken zoals SpeakFocus™ en WindSafe™ klinkt het alsof u op kantoor bent. En de techniek ActiveGard™ zorgt ervoor dat uw gehoor beschermd wordt tegen akoestische shock. Een alternatieve bluetooth headset is onze MB Pro serie. Speciaal ontwikkelt voor business professionals die vrijheid in draadloze communicatie, briljant geluidskwaliteit en uitzonderlijk draagcomfort vereisen. Verkrijgbaar als monaural of binaural headset. Tevens gemakkelijk te koppelen aan 2 mobiele telefoons.

U NIE

W

Sennheiser heeft 30 April de Speakerphone serie gelanceerd. De Speakerphone serie is een compact en draagbare speakerphone die ontworpen is voor de Unified Communications (UC) business professionals die flexibele vergaderoplossingen nodig hebben. De speakerphone is ontworpen om in elke omgeving een persoonlijk of kleine groepsconferentie op te zetten door hem simpelweg te koppelen aan een PC/Laptop/Softphone of aan Mobiel/Tablet. De Sennheiser geluidskwaliteit zorgt voor kraakheldere gesprekken en conference calls.

Kenmerken Speakerphone serie • • • • •

Sennheiser HD sound, ideaal voor conference calls en om muziek te beluisteren Voice Clarity en Echo Cancellation voor kraakheldere gesprekken Compact en draagbaar Plug & Play middels USB of 3,5 mm jack plug Geschikt voor mobiele telefonie en softphone zoals Microsoft Lync

• • • • •

20 uur gesprekstijd Batterij status is zichtbaar middels LED indicaties Snelle laadtijd via USB cable, in 21/2 uur volledig opgeladen Microsoft Lync gecertificeerd 2 jaar garantie

CONTACT: Sennheiser Nederland BV Jool Hulstraat 16 1327 HA ALMERE T: +31 (0)36 53 58 484 E: Telecom@sennheiser.nl www.sennheiser.nl/cco

29


Oud kantoor Hoofddorp geheel heringericht op ‘smarter working’

Het nieuwe werken volgens Plantronics Philip Vanhoutte, Senior VP & Managing Director Europe & Africa bij Plantronics, kent het abc van de akoestiek als geen ander. “De a is van ‘absorb’, de b is van ‘block’ en de c staat voor ‘cover’”, legt hij uit. Hij strijkt met zijn hand over een speciaal geprepareerd akoestisch wandpaneel. “Voel hier maar even; dit is gemaakt van speciaal materiaal dat het geluid absorbeert.” Door Dick Schievels Foto’s Marco Mekenkamp

Het is 20 mei 2014 en we bevinden ons in het klantcontactcenter van Plantronics te Hoofddorp. Er hangt een sfeer van lichte opwinding. Iedereen is druk in de weer. Vanhoutte en zijn medewerkers hebben nog precies 48 uur om project ‘Hoofddorp 2.0’ te voltooien. Hoofddorp 2.0 staat voor de volledige herinrichting en uitbreiding van de Plantronics-vestiging in Nederland; Telecommagazine is uitgenodigd de vernieuwingen, die volledig in het teken staan van ‘het nieuwe werken’, te komen bekijken. Bovendien heeft Philip Vanhoutte samen met medeauteur Guy Clapperton net een boek geschreven over het onderwerp in kwestie: The Smarter Working Manifesto. Het is de neerslag van alle expertise die Vanhoutte in de loop der jaren over het (her)inrichten van werkplekken en -processen (in kantooromgevingen en daarbuiten) heeft opgedaan. Vanhoutte werkt al vanaf 1977 in de automatisering. Hij begon ooit als consultant bij wat nu Accenture

heet, schreef mee aan het door Kluwer uitgegeven Handboek Kantoorautomatisering en werkte onder meer bij Wang Nederland, Dell, Sony Ericsson en MCI WorldCom, voordat hij in 2003 bij Plantronics in dienst trad. “De rode draad is dat ik altijd al met persoonlijke technologie ben bezig geweest. Ik heb bijvoorbeeld nooit een desktop gebruikt. Vanaf het allereerste begin in 1984 gebruik ik al notebooks. En mobieltjes had ik ook al heel vroeg.” Vanhoutte is dus in de, zoals hij het uitdrukt, ‘gepriviligeerde situatie geweest’ dat hij door alle vernieuwende technologie die hem ter beschikking stond, al heel vroeg plaats-onafhankelijk kon gaan werken.

Kans Werkzaam bij Plantronics in de UK en gestimuleerd vanuit de overheid kreeg Vanhoutte in 2007 de kans om zelf met ‘het nieuwe werken’ aan de slag te gaan. Een gratis audit wees uit dat er het nodige verbeterd kon worden, wat Vanhoutte ertoe bracht zelf onderzoek uit te laten voeren naar best practices rond het nieuwe werken in Noord-West Europa. “Daar kwam uit naar voren dat het vooral ging om een managementfilosofie die de focus legt bij het resultaat en niet zozeer bij de aanwezigheidsverplichting. Als het enigszins kan moet je sturen op output, was de boodschap.”

Crisis Een jaar later diende de crisis van 2008 zich aan. Vanhoutte moest inkrimpen en drie kantoren samenvoegen tot één. Het was net in een tijd dat hij zich ook meer en meer ging interesseren voor hoe je de binnenkant van een bedrijf het best kon inrichten. Zo werd hij geïnspireerd door een ontmoeting met Philip Vanhoutte, Senior VP & Managing Director Europe & Africa bij Plantronics: “We gaan hiernaast in Park 20|20 een totaal nieuw kantoor vanaf de grond af aan opbouwen. Dat wordt iets moois op het kruispunt van ‘sustainability’ en ‘smarter working’.”

30


SOCIAL ENTERPRISE SOCIETY

Professor Myerson van de Royal College of Arts, die net zijn boek ‘New Demographics, New Workspaces’ had gepubliceerd. Hij adviseerde in grotere kantoortuinen akoestische zonering door te voeren. Wat hij propageerde was de inrichting van vier typen akoestische zones of ‘C-ruimtes’, achtereenvolgens gekarakteriseerd door de C van Communication, Collaboration, Concentration en Contemplation. “Dus een zone voor luidruchtig zijn, omdat je bijvoorbeeld met de telefoon communiceert, een ruimte voor samenwerken, een plek voor als je geconcentreerd wilt werken, en een zone voor tot rust komen en herladen.” Gewapend met Myersons inzichten, gecombineerd met eerder onderzoek van anderen plus eigen vergaarde feedback van werknemers over hun werksituatie, legde Vanhoutte de basis voor Plantronics’ eerste ‘Simply Smarter Office’ in Engeland. Het werd drie jaar geleden voltooid en sleepte prompt een award van het Institute of Facility Managers in de wacht.

zonder aansturing kan werken, dan wordt het ook geen succes. Daarom hebben we de zogeheten LISA-methode ontwikkeld – Location Independence Suitibility Analysis – waarmee we de geschiktheid van zowel de job als de persoon kunnen vaststellen.”

Hoofddorp 3.0 Het ene project heeft Vanhoutte nog niet afgerond of het volgende (Hoofddorp 3.0) staat alweer voor de deur. “Ik heb er vanochtend net een presentatie over gegeven. We gaan hiernaast in Park 20|20 een totaal nieuw kantoor vanaf de grond af aan opbouwen. Park 20|20 is een werkomgeving die geheel volgens de filosofie ‘cradle to cradle’ is opgezet. Dat doen we in samenwerking met Bill McDermott, de Paus van het omgevingsdenken. Dat wordt iets moois op het kruispunt van ‘sustainability’ en ‘smarter working’ en is voor mij de kers op de taart!”

Plantronics in Nederland We keren even terug naar mijn rondleiding in de Plantronics-vestiging te Hoofddorp anno 2014. Na de UK, met een kantoor voor 120 man, en Duitsland, met een klein kantoor voor 20 man, heeft Vanhoutte nu ook in Nederland een Plantronics-vestiging die volgens de laatste inzichten qau ‘smarter working’ is ingericht. Vanhoutte voert me over de vloer van zijn contactcenter en wijst me op alle snufjes waarmee het geluid op de afdeling in toom wordt gehouden en gestuurd. Van afgeronde hoeken, geluidscellen die met behulp van een soort tegengeluid het afdelingsgeroezemoes buitenhouden, tot heel apart meubilair waarin je direct wegzakt in een oase van rust, zonder dat er ook maar een scherm omheen staat. “Dit contactcenter op de derde verdieping hebben we overigens al geruime tijd zo ingericht”, vertelt Vanhoutte. “Daar hebben we zelfs in 2010 al een Europese contactcenter-award voor gekregen, omdat wij het nieuwe werken als een van de eersten hadden ingevoerd in de contactcenterwereld. Maar vanuit hier hebben we het nu volledig doorgetrokken naar alle andere afdelingen.” Dat nieuwe werken houdt naast een ‘smarter workplace’ natuurlijk ook in dat werknemers zo mogelijk buiten kantoor hun werkzaamheden kunnen uitvoeren. “We sturen als dat kan het liefst alleen op output, maar zowel de medewerker als de job moet daar geschikt voor zijn. Als je bijvoorbeeld ingenieur bent en je ontwikkelt producten in een akoestische kamer, dan kunnen we die kamer niet bij jou in de tuin gaan zetten. En als je niet het persoonlijkheidsprofiel hebt van iemand die autonoom,

31


Communicare biedt laagdrempelige contactcenter-functionaliteit voor Microsoft Lync

‘Uitleg is eigenlijk nauwelijks nodig’ Communicare is fabrikant van software voor de contactcentermarkt. De oprichters van het bedrijf hebben tientallen jaren ervaring met producten in die markt. Toen ze werden geconfronteerd met de vraag naar een oplossing die Microsoft Lync ook in het contactcenter kan laten functioneren, bleek die er niet te zijn. Vanuit die constatering ontwikkelde het bedrijf daarom zelf Contact Center for Lync – aanvullende, intelligente functionaliteit voor het Microsoft Lync-platform. Door Dick Schievels

Communicare werd zeven jaar geleden opgericht door de oplossing van Microsoft Lync zodanig dat het ook in Marcel Reuvers en GertJan Coolen. Oorspronkelijk een contactcenter optimaal kan functioneren. Daarnaast is hielden ze zich vooral bezig met advies en consultancy op het wel zó modulair opgebouwd, dat mocht er straks een gebied van klantencontact en klantcontactoplossingen. UC-product komen van een andere leverancier, we ook Tegenwoordig is het bedrijf zelf producent van een gemakkelijk daarmee kunnen koppelen.” oplossing op dat gebied. Marcel Reuvers schetst hoe dat Intelligent routeren zo gekomen is: “We hebben tientallen jaren ervaring “Microsoft Lync is in de basis een Unified met klantcontactoplossingen en weten daarom als geen Communications-platform”, stelt Coolen. “Je kunt op ander wat er op dat gebied in de praktijk wordt gevraagd. verschillende manieren met elkaar communiceren door Daaruit is langzamerhand een heel helder beeld ontstaan middel van het sturen van berichtjes via instant messaging, van wat bedrijven wel en niet nodig hebben om hun e-mail en webchat, of door met elkaar te bellen. Wat dat klantcontactinteracties goed en efficiënt te laten verlopen. laatste betreft biedt Lync slechts basisfunctionaliteit: je Een product waarin die aanpak wordt gehanteerd in hebt bellen of gebeld worden, en je kunt nog iets met combinatie met Microsoft Lync ontbrak echter. Daarom groepen en een telefonistefunctie doen, maar daarmee zijn we het zelf gaan ontwikkelen. CC4L, Contact Center houdt het wel op. Zo is het ook ontworpen. Microsoft for Lync, heet het product dat Reuvers en Coolen half biedt integratiemogelijkheden aan, en wij maken daar mei in de markt hebben gezet. Zoals de naam al doet gebruik van. Wat wij doen, is het monitoren van de vermoeden, levert het toegevoegde contactcenterMS Lync-server. Stel dat er bijvoorbeeld een gesprek functionaliteit bovenop het Lync-platform. binnenkomt voor de verkoopafdeling, dan ziet onze “Het marktaandeel van Microsoft Lync groeit in hoog tempo”, zegt medeoprichter GertJan Coolen. “Echter binnen een klantcontactcenteromgeving ontbreken er noodzakelijke functionaliteiten, zoals real-time en historische rapportage, inzicht in klantcontacten en het opnemen van telefoongesprekken. Dat zijn allemaal hele essentiële dingen, die voor een klantcontactcenter minimaal noodzakelijk zijn om te kunnen opereren. Het aantal Microsoft Lync-gebruikers verviervoudigt zo’n beetje elk jaar. Dat gaat echt heel hard. Maar als je als bedrijf voor Microsoft Lync kiest, terwijl het product die contactcenter-functionaliteit ontbeert, dan word je wel geconfronteerd met een uitdaging als je je traditionele telefonieomgeving volledig wilt vervangen GertJan Coolen: “Contact Center for Lync verrijkt de oplossing van Microsoft Lync zodanig dat het ook in het contactcenter kan functioneren.” door Lync. Contact Center for Lync verrijkt

32


SOCIAL ENTERPRISE SOCIETY

software dat en kunnen we met behulp van UCMA – Unified Communications Managed API – dat gesprek gaan besturen. Wij kijken bijvoorbeeld in een werkgroep of mensen beschikbaar zijn. En als dat vanwege een wachtrij niet zo is, dan kunnen we besluiten een wachtrijbericht af te spelen of een terugbelafspraak te maken. Wij kunnen het gesprek dus intelligent gaan routeren, en afhankelijk van de status kunnen we er via IVR – Interactive Voice Respons – ook bepaalde berichtgeving aan koppelen. Dat intelligent routeren kan op verschillende manieren. Als we bijvoorbeeld het telefoonnummer herkennen, kunnen we dat verifiëren in een klantendatabase en op grond van de daarin beschikbare informatie het gesprek direct doorsluizen naar een geschikte medewerker om de vraag van de klant te beantwoorden. Dan heb je het over een techniek die ‘skilled based routing’ wordt genoemd: routeren aan de hand van kennisprofielen.” Dus CC4L haalt de gebruikers uit Microsoft Lync, voorziet ze van kennisprofielen en creëert zo groepen van mensen die het best in staat zijn bepaalde typen vragen te beantwoorden. Daarmee wordt de beller heel efficiënt bediend en tegelijkertijd de afhandeltijd van het gesprek binnen de organisatie geminimaliseerd. Raakt de pot met personen die een bepaalde vraag zouden kunnen beantwoorden leeg, dan kan er ingegrepen worden. “Dan kunnen we gaan escaleren”, aldus Coolen. “Bijvoorbeeld een berichtje sturen naar een teamleider, of eventueel een bepaalde groep mensen, dat de bereikbaarheid in het gedrang dreigt te komen en er mankracht bijgeschakeld moet worden.”

Multi-tenant

‘Het aantal Microsoft Lync-gebruikers verviervoudigt zo’n beetje elk jaar’

aandacht besteed. “Als je aan honderd verschillende klanten vraagt hoe ze hun rapportage willen hebben, krijg je honderd verschillende antwoorden”, schildert Coolen de praktijk. “Je moet ook hier dus niet proberen te verzinnen welke vorm het beste is voor de klant. In ons product kan de klant met behulp van een Wizard, een soort vraag-antwoordspel, precies zijn eigen rapportages maken over elk onderwerp dat hij wil.”

Geen ballast “Dus we hebben een heel flexibel pakket gebouwd, dat relatief eenvoudig en intuïtief is maar toch veel functionaliteit herbergt”, vat Marcel Reuvers samen. “En doordat het volledig nieuw is, torsen we ook geen ballast uit het verleden met ons mee, zoals veel andere partijen die een bestaande oplossing moeten gaan aanpassen om met Lync te kunnen samenwerken. We hebben alles overboord gegooid en zijn vanuit een greenfield-situatie begonnen met: waar hebben klanten behoefte aan en hoe moet dat eruitzien. Dat hebben we functioneel beschreven en via Scrum ontwikkelt.”

Communicare’s oplossing is multi-tenant en draait in de cloud. Dat betekent dat het bedrijf vanuit zijn omgeving in het datacenter vanaf één centraal platform een veelvoud aan klanten kan bedienen. Ieder bedrijf heeft echter zijn eigen beheer en zijn eigen rapportages. En als een klant zegt: ik wil het niet in de cloud, dan kan hij het ook on-premise op locatie draaien. Voor de partners van Communicare is CC4L eenvoudig te implementeren. Volgens Reuvers kan de opllossing zelfs binnen een dag worden opgeleverd. Verder is het zo ontworpen dat alles heel intuïtief te gebruiken moet zijn. Reuvers: “De klant kan via een heel eenvoudige, inzichtelijke interface zelf precies regelen hoe hij zijn call-flow wil hebben. Uitleg is eigenlijk nauwelijks nodig”. Ook Marcel Reuvers: “We hebben alles overboord gegooid en zijn vanuit een greenfield-situatie begonnen met: waar hebben klanten behoefte aan en hoe moet dat eruitzien.” aan de rapportagefunctionaliteit is de nodige

33


Innoveren is kaders scheppen Even terug naar 2010. Kabinet Balkenende IV valt over de kwestie Uruzgan, voormalig verpleegster Lucia de B. wordt vrijgesproken en de olieramp in de golf van Mexico is lange tijd het onderwerp van gesprek. In dat jaar produceren we met z’n allen 4 exabyte (4 x 1019) aan unieke informatie. Meer dan in alle jaren daarvoor. door Lucas Wensing, directeur StartReady

Anno 2014 neemt men met één week krant lezen meer informatie tot zich dan een persoon in de 18e eeuw tijdens zijn of haar hele leven zou doen. En dan hebben we het nog niet eens over Blendle, waar je vrijwel alle artikelen uit alle nationale kranten kunt vinden. Zo’n grote informatiestroom vereist aanpassing van het individu. Dat gebeurt vaak op een natuurlijke manier – nieuwe gewoontes (even Blendlen) sluipen er vanzelf in. Maar het vereist ook aanpassing van organisaties. En daar is niets vanzelfsprekends aan.

Noodzaak tot adoptie De adoptie van nieuwe communicatiemiddelen is vaak een heikel punt. De manier waarop we communiceren verandert steeds sneller en de noodzaak tot adoptie wordt daardoor steeds groter. Bij wijze van spreken kun je binnen een halfjaar al achterop raken. En als je bepaalde technologie niet faciliteert, gaan medewerkers hun eigen weg: afspraken worden opeens gemaakt via WhatsApp, videoconferences vinden plaats in Google Hangouts. Zoiets hoef je zeker niet te verbieden, maar wees je als organisatie wel bewust van de veiligheidsrisico’s die aan het gebruik van zulke tools kleven.

34

Kaarsenfabriek uit Schijndel Naar mijn mening vaart een organisatie er het beste bij als er tijdig communicatietools zijn geïmplementeerd die ervoor zorgen dat medewerkers niet naar andere apps of programma’s hoeven grijpen. Een goed voorbeeld daarvan is Bolsius, de kaarsenfabriek uit Schijndel die in 1870 door de gebroeders Bolsius werd opgericht. Bij een kaarsenfabriek denk je misschien niet direct aan innovatie op het gebied van communicatie, maar met fabrieken in Nederland en Polen en export naar meer dan 50 landen wereldwijd moet de communicatie wel gestroomlijnd worden. Bolsius opereert 24 uur per dag en door uitbesteding van de logistiek moet men voortdurend in contact staan met externe partijen. Om dat communicatieproces te vereenvoudigen en om het aantal reizen tussen de verschillende locaties terug te brengen is Bolsius gestart met de implementatie van videoconferencing via Microsoft Lync. Eerst in een aantal werkruimtes op verschillende locaties in Nederland, daarna in werkruimtes op locaties in heel Europa. Naast videovergaderen kunnen de medewerkers van Bolsius ook gebruik maken van de beschikbaarheidsstatus in Lync. Op die manier kan men van elkaar zien of men in vergadering zit, afwezig is of beschikbaar is voor een telefoontje. Daarnaast kan men chatten met collega’s en externen, waardoor de overvloed aan e-mail kan worden ingeperkt. Medewerkers geven aan dat ze daardoor veel doelgerichter communiceren.

Het hek om het schoolplein IT-faciliteiten zijn natuurlijk pas het begin als het gaat om het innoveren binnen organisaties. De mensen zelf spelen een veel grotere rol bij het slagen of mislukken van innovaties. Mijn leidraad is dat medewerkers alle vrijheid geboden moet worden om zelf met ideeën te komen, ook over de te gebruiken technologische middelen. Als zo’n tool eenmaal geïmplementeerd is, is sturing met bijvoorbeeld een introductie of training wel van groot belang. Een zakenpartner legde deze situatie ooit uit aan de hand van Amerikaans onderzoek. Het bleek dat kinderen dicht bij hun schoolgebouw bleven als er geen hek om hun schoolplein stond. Toen er wel een hek geplaatst werd, gingen de kinderen daar juist op af: ze gingen er op zitten of klauterden er overheen. Conclusie: als er kaders geschept zijn, worden mensen daar nieuwsgierig van, durven ze meer en zijn ze creatiever. Met andere woorden: geef ruimte voor innovatie, maar houdt de mogelijkheden en het proces concreet.



AudioCodes’ Sales Director Benelux Jasper Maters:

‘Interoperabiliteit zit in het DNA van AudioCodes’ AudioCodes is een Israëlische vendor gespecialiseerd in Voice over IP-technologie. Het bedrijf is al jaren marktleider op gebied van gateways, maar de laatste jaren verschuift het zijn focus richting de steeds belangrijker wordende Session Border Controller. Een andere belangrijke trend waar AudioCodes op inzet, is de opkomst van Microsoft Lync. Door Dick Schievels

“Wij kunnen elk Voice over IP-netwerk koppelen met elke traditionele voice-implementatie”, stelt Jasper Maters Sales Director Benelux. “Tegenwoordig besteden we onze tijd echter nauwelijks nog actief aan de verkoop van gateway-technologie. De markt migreert: Voice over IP wordt steeds dominanter en de traditionele op TDM gebaseerde telefonie vind je steeds minder terug.” Dat wil niet zeggen dat de rol van de gateway-functionaliteit uit het netwerk verdwijnt. Want in omgevingen waarin IP dominant is, wordt die functionaliteit – aangevuld met extra intelligentie – meer en meer ondergebracht in een zogeheten Session Border Controller, een appliance dat meerdere functies tegelijkertijd uitoefent. Maters met enige trots: “Waar wij in de SBC-markt écht uniek in zijn, is dat wij als enige vendor die transitie van TDM naar IP volledig op één platform kunnen afhandelen.” Dat weerspiegelt zich ook in de opmars die AudioCodes doormaakt in de zakelijke markt. De laatste marktrapporten laten volgens Maters zien dat AudioCodes op de wereldwijde Enterprise SBC-markt nu na Cisco en Oracle de derde plaats inneemt. AudioCodes werkt met een indirect verkoopkanaal bestaande uit distributeurs en resellers. Een van die distributeurs in de Benelux is Actis, met grote klanten als KPN, Belgacom, Dimension Data, Atos en Ordina. “Maar we werken ook met een hele reeks kleinere resellers”, aldus commercieel directeur Harm Overgoor van Actis. “Omdat de technologie van AudioCodes breed toepasbaar is, hebben we een breed verkoopkanaal.”

AudioCodes en Lync Actis is ruim tien jaar distributeur van het portfolio van AudioCodes. Als Value Added Distributor houdt het zich voor de volle 100 procent bezig met AudioCodes. Overgoor wijst erop dat de ontwikkeling die AudioCodes doormaakt op het gebied van producten, wordt gedreven door innovaties die plaatsvinden op applicatieniveau in de markt. “Neem een ontwikkeling als Microsoft Lync, een

36

softwarefabrikant die heer en meester is op de desktop en de stap maakt naar telefonie”, geeft hij als voorbeeld. “Daarvoor is uiteindelijk in het netwerk van de klant technologie nodig die het netwerk optimaal geschikt maakt om de Lync-applicatie van Microsoft op een goede manier te laten werken. Op dat gebied is AudioCodes ijzersterk.” “Microsoft Lync werkt heel goed wanneer het volledige domein bestaat uit Microsoft en Microsoft Lync”, vult Jasper Maters aan. “Op het moment dat je naar buiten gaat, moet je verbinding leggen met andersoortige netwerken. Dat is wat wij doen.” Al sinds Microsoft is begonnen met het opbouwen van de Lync-markt, is AudioCodes daarbij betrokken. Het biedt wereldwijd gecertificeerde oplossingen om Microsoft-omgevingen te laten communiceren met andere omgevingen. Daarnaast is het de strategische doelstelling van AudioCodes om een end-to-end leverancier te zijn van voice-oplossingen om Microsoft Lync heen. “Wij zorgen ervoor dat als je een Microsoft Lync-oplossing wilt implementeren als voice-oplossing, je naast Microsoft slechts één andere leverancier nodig hebt, en dat is AudioCodes.” Dat gaat van Lync-gecertificeerde desktoptelefoons, via de gateways en de Session Border Controllers naar technologie om de Microsoft Lync-implementaties veerkrachtiger te maken. “Tot en met eigen applicaties die we kunnen toevoegen voor bijvoorbeeld gespreksopname of voice-respons”, benadrukt Maters. “En daaromheen bieden we het hele pakket aan services: van implementatie, samen met onze channel-partners, tot volledig gemanagede netwerken aan toe. Het enige wat je als bedrijf dus nog hoeft te doen, is Microsoft-licenties aanschaffen en activeren. Vervolgens ben je ‘up and running’.” AudioCodes breidt zijn portfolio steeds verder uit om zijn huidige propositie te complementeren naar die van one-stop-shop. Zo werd afgelopen jaar een nieuwe familie SIP- en Lync-deskphones in de markt gezet, naast applicaties voor voice recording, IVR en Auto


SOCIAL ENTERPRISE SOCIETY

Attendant. Maters: “Dat is voor onze partners en onszelf een aantrekkelijke optie om additionele business te genereren. AudioCodes is op dit moment een leverancier van deskphones die native alle Lync-protocollen ondersteunen.”

Vast-mobielintegratie Ook op gebied van vast-mobielintegratie heeft AudioCodes producten in de aanbieding. Het betreft twee oplossingen waarmee serviceproviders vast-mobielintegratie kunnen aanbieden aan de zakelijke markt. “De eerste is onze mobiele client, die kan draaien op mobiele telefoons”, beschrijft Maters. “De belangrijkste klant die we daarvoor hebben is UPC.” De tweede oplossing maakt vast-mobielintegratie mogelijk voor serviceproviders voor Microsoft Lync. “Daar hebben we een aantal gespecialiseerde toepassingen voor, die ervoor zorgen dat Lync geïntegreerd kan worden in een andere fixed-mobile integratieoplossing. Lync is specifiek: eigen protocollen, eigen manier van werken. Wij integreren dat, zodat ze een managed Lync-dienst aan kunnen bieden. Daarbij kan gebruik worden gemaakt van elke denkbare mobiele telefoon als voice-extensie van het Lync-netwerk. Dat kan dus ook een oud Nokia-mobieltje zijn van vijftien jaar oud.”

Interoperabiliteit

zoals bijvoorbeeld Microsoft als het gaat om Lync, Genesys als het gaat om diens callcenteroplossing, en BroadSoft als leverancier van software voor hosted telefonieoplossingen. “Maar ook met de traditionele telecomvendoren zoals Avaya, Alcatel en Cisco”, tekent Harm Overgoor van Actis aan. “AudioCodes heeft een grote R&D-afdeling in Tel Aviv, waar honderden mensen werken. Een van hun kerntaken is ervoor te zorgen dat AudioCodes een goede interoperabiliteit heeft met alle partijen die maar iets in de melk hebben te brokkelen op telecomgebied.” “Interoperabiliteit zit in het DNA van AudioCodes”, beaamt Jasper Maters. “Vroeger toen we nog zuiver een gateway-leverancier waren, lag dat voor de hand. We koppelden SIP met een telefooncentrale. Die telefooncentrale was per definitie proprietary. Wij keken wat er uit die telefooncentrale kwam, om vervolgens de interoperabiliteit met SIP tot stand te brengen. Als je het nu hebt over Voice over IP, is de visie dat je één algemeen geldend SIP-protocol hanteert om met elkaar samen te werken. Dat blijkt op dit moment in de praktijk echter een illusie. Vrijwel elke serviceprovider en IP-telefooncentralefabrikant past zijn eigen interpretatie van het SIP-protocol toe. Dus ook in volledige SIP-implementaties is er nog steeds behoefte aan een partij als AudioCodes die met zijn SBC’s kan zorgen voor de interoperabiliteit. Dat alleen al is reden genoeg om met de SBC-technologie van AudioCodes aan de gang te gaan.”

AudioCodes timmert al jaren aan de weg als het gaat om interoperabiliteit met belangrijke spelers op telecomgebied,

Harm Overgoor (Actis) en Jasper Maters (Audiocodes)

37


Jan-Willem Gefken, NS Stations, wint TMA Award 2014 De werkplek van de toekomst vandaag al bewaarheid maken voor de ruim 6.000 gebruikers bij NS Stations. Dat was de opdracht die Jan-Willem Gefken van zijn directie meekreeg. En wel graag binnen het voorgestelde budget én binnen de beoogde tijdsplanning. Gefken en zijn kernteam van vijftien ICT’ers hebben het op indrukwekkende wijze daadwerkelijk voor elkaar gekregen. Tegelijkertijd is er een substantiële en structurele jaarlijkse besparing op de inzet van ICT-middelen bij NS gerealiseerd. Het omvangrijke en complexe heeft Jan-Willem Gefken tevens de felbegeerde TMA Award 2014 opgeleverd. Het project, ‘Werkplek Online’ gedoopt, mag met recht een schoolvoorbeeld worden genoemd van hoe meerdere disciplines binnen een organisatie door gezamenlijk op te trekken een cruciaal ICT-project tot een succesvol einde weten te brengen, waarbij Jan-Willem Gefken als spil in de samenwerking fungeerde. Werkplek Online combineert zaken als flexibele werkplekken met Software as a Service en Pay per Use. Daarbij is een hoge mate van gebruikersvriendelijkheid leidend geweest. Om tot de succesvolle oplevering van Werkplek Online te komen, heeft NS Stations een aantal belangrijke stappen moeten maken. Zo werd een volledig nieuwe infrastructuur gebouwd en realiseerde men een grootschalige applicatiemigratie binnen een zeer uitdagende projectplanning. Om tot een volledig functionele Werkplek Online te komen, heeft Jan-Willem Gefken ook de noodzakelijke communicatie-randvoorwaarden ingevuld: van de benodigde data-transfer tot het realiseren van de connectiviteit. Daarbij waren de ‘zachte’ factoren, zoals de interne marketing en communicatie over het project met alle relevante stakeholders belangrijke succesfactoren. Naar de eindgebruiker toe en de dialoog aangaan, hetgeen Jan-Willem in optima forma heeft doorgevoerd. Werkplek Online heeft NS Stations uiteindelijk een grotere mate van flexibiliteit en een hogere gebruikerstevredenheid op het gebied van werkplekautomatisering opgeleverd. Om dat laatste te onderstrepen enige rapportcijfers: gebruikers bij NS Stations waarderen hun werkplekomgeving inmiddels met een gemiddeld cijfer van 8+. De ondersteunende middelen, van smartphone tot tablet en computer, krijgen gemiddeld een 9 als rapportcijfer. Jan-Willem Gefken heeft met het Werkplek Online-project laten zien dat ICT op een succesvolle manier kan transformeren van een ‘enabler’ naar een ‘bepaler’. En dat is niet alleen de jury opgevallen. Inmiddels heeft Jan-Willem de leiding gekregen over Connect=Key, een

38

ICT-project dat in de gehele Nederlandse Spoorwegen Groep wordt uitgerold. De jury van de TMA Award heeft Jan-Willem Gefken de TMA Award 2014 niet alleen toegekend vanwege zijn prestaties in het Werk Online-project. Hij ontvangt de prijs ook voor de manier waarop hij binnen NS Stations, en inmiddels ook bij de gehele NS Groep, de rol van de ICT binnen de bedrijfsvoering naar een hoger plan heeft weten te krijgen.

‘runner up’ ANWB Als ‘runner up’, en mede-ambassadeur van TMA en het vakgebied communicatietechnologie, heeft de jury dit jaar Teun van der Vorm, directeur Projecten & ICT bij de ANWB, aangewezen. Hij heeft laten zien dat een omvangrijk, ingrijpend en vernieuwend ICT-project (‘Wegenwacht Interactief ’) op vlekkeloze wijze in praktijk kan worden gebracht.

Genomineerde nummer drie: Hans Bongers, IT System, Telecom en Netwerk Specialist Mediq Mediq: optimale bereikbaarheid tegen lagere kosten Bij het Nederlandse hoofdkantoor van het internationaal opererende zorgconcern Mediq, onder andere bekend van de gelijknamige apotheken, was het tijd om de telecommunicatie naar een hoger plan te tillen. IT System, Telecom en Netwerk specialist Hans Bongers kreeg de schone taak om het telecomproject van de grond af te bedenken en te implementeren. Hij koos voor een onconventionele aanpak die echter wel de nodige vruchten heeft afgeworpen. Het was ook aanleiding voor de jury van de TMA Award om Bongers als derde genomineerde om de felbegeerde trofee te laten strijden.


+

+

+

SDC Group is distributeur van hoogwaardige communicatieoplossingen voor het midden- en kleinbedrijf. Als specialist in de producten en diensten van Unify, Gigaset, Voiceworks en additionele kwaliteitsmerken bieden we slimme bouwstenen in bedrijfscommunicatie.

www.sdcgroup.nl SDC Group partners in business


Telecom Business Diner 2014 Over TMA

De leden van TMA zijn professionals die als geen ander in staat zijn om oplossingen te bieden voor communicatievraagstukken van bedrijven. Zij zijn de schakel tussen de off- en online wereld en maken hiervoor gebruik van een groot aanbod telecommunicatietechnieken en –concepten. Maar de markt en het vakgebied zijn voortdurend in beweging. Het is van het grootste belang om tijdig op de hoogte te zijn van nieuwe ontwikkelingen, zowel op strategisch niveau als in de operationele uitwerking. TMA is als kennisplatform en verbindende factor dé vereniging voor managers en experts in de telecomtechnologie. TMA-professionals houden zich onder meer bezig met toekomstvastheid, mobiliteit en bereikbaarheid van communicatietechnologie. Ook vraagstukken over informatiebeveiliging, BYOD, Unified Communications, VOIP, business continuity, presence and location based services, cost & vendor management en identity & access management worden vertaald naar oplossingen in communicatietechnologie.

Op 5 juni jl. vond het Telecom Business Diner plaats in Breakers Beach House, te Noordwijk. Het was wederom een geslaagde en interessante avond met een leerzaam verhaal van Stephan Stokkermans van Grand Hotel Huis ter Duin over zijn ervaringen rondom de ICT aanpassingen die nodig waren tijdens de NSS. En een verhelderende voordracht door Michiel Steltman van DHPA (Dutch Hosting Providers Association) over de digitale infrastructuur en de te nemen volgende stap. Met als feestelijke afsluiting de uitreiking van de TMA Award 2014.

Jan-Willem Gefken (NS) wint de TMA Award 2014 Tijdens het diner werd de felbegeerde award, onder grote belangstelling van de aanwezigen, uitgereikt door Dick van Schooneveld, juryvoorzitter TMA Award en Jan van Alphen, Clustermanager Multimedia, UMC Utrecht (winnaar TMA Award 2013). Jan-Willem Gefken (Nederlandse Spoorwegen) mag zich een jaar lang ‘winnaar van de TMA Award’ noemen. Volgens de onafhankelijke jury krijgt hij de award niet alleen voor zijn prestaties in het omvangrijke Werk Online-project dat onder zijn hoede bij de NS Stations is uitgerold. Hij ontvangt de prijs ook voor de manier waarop hij binnen NS Stations, en inmiddels ook bij de gehele NS Groep, de rol van de ICT binnen de bedrijfsvoering naar een hoger plan heeft weten te krijgen. TMA feliciteert Jan-Willem Gefken van harte met het winnen van deze prestigieuze award! De andere genomineerden van de TMA Award waren dit jaar: Hans Bongers, Telecom and Network Specialist bij Mediq NV Teun van der Vorm, CIO / Directeur Projecten & ICT bij ANWB

Middagprogramma “Draadloos ondernemen” op 5 juni Voorafgaand aan het Telecom Business Diner vond de bijeenkomst “Draadloos ondernemen” plaats. Tijdens dit middagprogramma werden de resultaten gepresenteerd van het gedane onderzoek (door onderzoeksbureau Motivaction) onder BTG- en TMA-leden over indoorervaringen met draadloze netwerken binnen hun organisaties. Tijdens de afsluitende discussie kwamen er een aantal interessante ervaringen en ontwikkelingen naar voren. Nieuwsgierig geworden naar de foto’s van deze geslaagde middag en avond? Ga naar www.tma-nl.org voor een korte impressie.

Het Telecom Business Diner werd mogelijk gemaakt door onze sponsors: Contact

Secretariaat TMA Postbus 627 3440 AP WOERDEN Telefoon: (0348) 49 50 53

Algemene Ledenvergadering TMA In de laatste week van juni vindt de ALV van TMA plaats. De TMA-leden worden binnenkort verder geïnformeerd.

40


w


COLUMN VAN DER GAAST n

Evert Jan Westera COLUMN E v e r t J a n W e s t e r a

ICT-beheerder wordt ketenregisseur

Evert Jan Westera (info@contera.nl) werkt als zelfstandig consultant voor Contera Advies. Sinds 1985 is hij actief in de telecombranche en dertien jaar lang was hij als telecom- en informatiespecialist verbonden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Enkele weken geleden bracht ik een week door met zeven docenten uit Oost-Europa. Samen met hen had ik een uitgebreid uitwisselingsprogramma georganiseerd met scholen, docenten en onderwijsspecialisten hier in Nederland. He was een druk programma. Elke dag waren we op stap, werden er presentaties gehouden en natuurlijk brachten we een paar bezoekjes aan typisch Nederlandse plekjes. Terwijl ik ergens onderweg was met de groep, ontstond er een storing bij een van mijn klanten. Geen e-mail meer en geen website. Vanaf 9 uur begon mijn mobiele telefoon onafgebroken te rinkelen. Gedurende een aantal uren was er intensief contact met vier á vijf partijen die allemaal een rol speelden in het communicatieproces. Contact houden met de klant was belangrijk maar mailen was zinloos. Dus was er aanhoudend sms-verkeer om elkaar te informeren. Op mijn iPhone kon ik meekijken wat er gebeurde. In een school, onderweg, op een marktplein en in de tram kon ik zelfs een en ander testen. Een paar uur later was het probleem opgelost – en was de accu van mijn telefoon op een haar na leeg. Prachtig natuurlijk al die apps en diensten waarover we kunnen beschikken. Wat je al niet kunt met een eenvoudige iPhone! Simpel toch, het ding kan gewoon (bijna)alles. Tenminste dat is de ervaring van de gebruiker. Maar die heeft er geen idee van hoe ingewikkeld en complex de ICT-voorzieningen zijn geworden. De ICT’er heeft niet alleen te maken met de eigen kantoorautomatisering maar is afhankelijk van meerdere dienstverleners. Soms wordt er gebruikgemaakt van diensten van leveranciers waarvan hij het bestaan zelfs niet eens of waarmee hij niet eens een formele overeenkomst heeft gesloten. Wanneer zich ergens een storing voordoet, kun je alleen al uren bezig zijn om de oorzaak te achterhalen. Soms ligt die volledig buiten je gezichtsveld. Nog niet zo lang geleden maakten we voor ICT-diensten zogeheten ketendiagrammen, om zo een duidelijk beeld te krijgen van diensten en afhankelijkheden bij het bepalen van de invloed van updates en aanpassingen. Echter, zodra je externe (cloud) diensten gaat afnemen of interne diensten extern (mobiel) gaat aanbieden, komen er ineens veel meer dienstverleners bij die onderdeel gaan uitmaken van die keten. Storingen kunnen zich dan grillig gaan gedragen. Werkt een dienst nog prima wanneer de gebruiker het mobiele of wifi-netwerk van partij A gebruikt, hij krijgt problemen zodra hij op dat van partij B is aangesloten. We weten best dat een update van een app of een onderdeel van een dienst de hele keten kan verstoren. Maar een cloudleverancier kan ongevraagd updates doorvoeren met alle gevolgen van dien. Dan hebben we het nog niet eens over de eigen apparatuur of de diensten die door gebruikers zelf worden aangeschaft en gebruikt. Kortom de hedendaagse ICT’er dreigt de grip op al deze voorzieningen te verliezen, terwijl de klant steeds sneller geholpen wil worden en veeleisender is. Laten we eerlijk zijn, een echte ICT’er wil graag alles onder controle houden, weten waar zijn spullen staan en controleren of alles het nog doet. Maar die tijd is voorbij. Kunnen we bijvoorbeeld nog wel de oorzaak van een storing uitleggen? Vaak weten we het immers zelf niet precies? Een ICT-manager zei onlangs tegen mij: “Als er problemen zijn dan hoor ik dat vanzelf.” Hij vertrouwde erop dat de meeste dienstverleners hun zaakjes goed op orde hebben. Pas als het ergens fout gaat, grijpt hij in. Een tegengesteld geluid aan dat van de meeste ICT-managers, die juist problemen willen voorkomen en dus zo zorgvuldig mogelijk te werk gaan. Of hij het minder druk heeft dan zijn collega’s? Ik heb het niet kunnen vaststellen, maar de tegenstelling intrigeerde mij bijzonder. ‘Go with the flow’, lijkt zijn motto. De kennis en ervaring van ICT’ers is beperkt. Ze zijn steeds meer afhankelijk van specialisten en dus moet de rol van de ICT-dienst veranderen. ICT’ers worden ketenregisseurs, vooral in de grootzakelijke organisaties. Ze zijn het aanspreekpunt, maar lossen zelf steeds minder problemen op. De ICT-manager wordt een facilitator. ICT-beheer betekent de regie voeren over leveranciers, SLA’s en contracten. Tijdens de storing bij mijn klant heb ik zelf geen bitje aangeraakt. Wel heb ik alle dienstverleners aangestuurd. De regie lag bij mij en niemand deed iets zonder overleg. Zo ontstond een samenwerking van dienstverleners die zich op elkaar aanpasten. ICT wordt steeds meer teamwerk tussen interne en externe dienstverleners, waarbij de ICT-afdeling de regie heeft, de manager de contracten en SLA’s beheert, en de gebruiker hopelijk ongestoord van de diensten kan blijven genieten!

42


Contactcenters gaan vroeg of laat naar de cloud. Dan kun je maar beter bij de eersten zijn “Vooral voor kleine en middelgrote bedrijven is het aantrekkelijk om hun contactcenter naar de cloud te brengen. Zeker als de IT-resources en -budgetten beperkt zijn, is de cloud een goed alternatief omdat je geen complexe infrastructuur hoeft op te zetten en te onderhouden en je beter controle hebt op de maandelijkse kosten. Maar let op: de ene cloud service is de andere niet. Er is veel kaf onder het koren,” dat zegt Ruud Loppies, Director Benelux & Denmark bij Aspect Software. Vooral wat de scope van de offering is een punt van aandacht. Wat is nu wel inbegrepen en wat niet? Er is wat dat betreft nogal verschillen in mogelijkheden. Daarnaast is compliance zoals PCI en HIPPA belangrijk; in hoeverre wordt hieraan voldaan? En is de leverancier in staat om compliance-wijzigingen snel te implementeren? Ander punt van aandacht is de snelheid van implementatie. Loppies: “Als er veel tijd tijd nodig is, weken of zelfs maanden, in plaats van maximaal enkele dagen, dan weet je dat er

Ruud Loppies (Aspect): “let op: de ene cloud service is de andere niet.”

Aspect Software, de grondlegger van de contactcenter industrie, heeft opnieuw de primeur met de fullfledged cloudpropositie Zipwire, ‘The No Hassle Cloud Contact Center’. “We hebben het gemakkelijk gemaakt om een zuiver cloud contactcenter te implementeren en te beheren, met premium functies en tegen een concurrerende prijs. Zipwire geeft de betrouwbaarheid en de eenvoud die je mag verwachten van de cloud met de robuuste mogelijkheden voor een echte omni-channel communicatie die elk bedrijf nodig heeft om een superieure klantervaring te leveren. Zo simpel is het.”

achter de schermen allerlei toeren moeten worden uitgehaald om dat voor elkaar te krijgen. Dat is geen cloud maar hosting.” Een goede lakmoesproef voor de flexibiliteit van de cloud provider is het aanvragen van een proefaccount. Als dat niet online binnen een of twee minuten geregeld kan worden, heb je de verkeerde vendor te pakken. Maar veel belangrijker: met een proefaccount kun je live ervaren hoe het werkt!

Nieuwsgierig naar de mogelijkheden van Zipwire? Vraag op zipwire.aspect.com een gratis proefaccount aan. U kunt de service 30 dagen vrijblijvend uitproberen. Of stuur een e-mail naar ruud.loppies@aspect.com om u in te schrijven voor de eerstvolgende kennissessie over Zipwire.


INTERVIEW

Lifesize virtualiseert infrastructuur voor videoconferencing

‘Zolang je bij de software kunt, kun je alles’ De videocommunicatiemarkt is nog heel erg ‘doosgedreven’. Je koopt doorgaans een fysieke appliance met daarop bepaalde functionaliteit. Een gemiste kans, vindt Stefan van Hoof, Country Manager Benelux bij Lifesize dat is gespecialiseerd in HD-videoconferencing. Door Ferry Waterkamp

“De IT-markt ervaart al veel langer de voordelen van virtualisatie; bijvoorbeeld storage en security zijn tegenwoordig gebaseerd op applicaties. Bij Lifesize vinden we dat je ook de infrastructuurproducten die je nodig hebt voor videoconferencing veel beter als een applicatie kunt aanbieden”, zo stelt Stefan van Hoof. Volgens de Country Manager Benelux van de Logitech-divisie Lifesize biedt software dan ook diverse voordelen ten opzichte van hardware. “Zolang je bij de software kunt, kun je alles doen. Daardoor ben je niet meer gebonden aan een locatie.” “Software is ook veel beter schaalbaar dan hardware”, vervolgt Van Hoof. “Als je een appliance met acht poorten koopt, kun je ook met acht ‘dingen’ iets doen en moet je een nieuwe appliance aanschaffen als je tien poorten nodig hebt. Die appliance heeft een levertijd en moet vaak worden geïnstalleerd in een datacenter waar je niet direct toegang toe hebt. Met software is het activeren van een extra poort een kwestie van inloggen op een server, licentiesleutel invoeren en je kunt verder. Daarmee wordt de implementatietijd enorm verkort, en je betaalt naar gebruik. Aanpassingen in de functionaliteit kunnen via een software-update worden uitgerold, zonder de noodzaak om hardware te vervangen.”

tablet of laptop, inclusief firewallfunctionaliteit en call-routing. “En al die producten zijn benaderbaar via een single log-in en met één beheertool beheersbaar en beheerbaar”, benadrukt Van Hoof. “Als je bijvoorbeeld twintig systemen moet updaten, kun je dat helemaal op afstand doen via onze managementsuite.”

Brug naar Lync “Tevens biedt UVC-Multipoint connectiviteit naar Microsoft Lync 2010/2013”, besluit Van Hoof. De UVC Multipoint Enterprise Edition maakt Lync interoperabel met de standaard videovergadersystemen van Lifesize en andere merken die andere protocollen ondersteunen. “Deze ‘softwarebrug’ kan overweg met elk videosysteem dat SIP of H.323 ondersteunt. Daarnaast heeft de applicatie de intelligentie om automatisch point-to-point-calls te migreren naar een multipointcall in samenwerking met onze Icon Series voor smart video.”

Volledig in software Voor Lifesize redenen genoeg om vanaf 2012 alle infrastructuurproducten die je nodig hebt voor het opzetten van een videovergadering in HD in software aan te gaan bieden. “Alle producten die je in het netwerk nodig hebt voor videoconferencing, hebben wij gevirtualiseerd”, concludeert Van Hoof. “Daarmee zijn we eigenlijk een applicatiebedrijf geworden.” Het resultaat van de virtualisatie-inspanning is het Universal Video Collaboration (UVC) Platform. Dit platform biedt momenteel vier ‘kernapplicaties’: UVC Multipoint voor het voeren van groepsgesprekken, UVC Video Center voor streaming en gespreksopname, UVC Manager voor beheer en de mobiele UVC ClearSea-client/ server om te kunnen videobellen met een smartphone,

44

Stefan van Hoof is Country Manager Benelux bij Lifesize, een divisie van Logitech.



BTG VISIE

BTG-leden spreken zich uit over 4G

Grote telecomafnemers zijn nog niet overstag 9 april 2014 meldde KPN dat het als eerste van de mobiele operators in Nederland de uitrol van zijn 4G-netwerk had afgerond. Een mooi staaltje, maar zitten de grootzakelijke afnemers er wel op te wachten? Wij deden een rondgang langs BTG-leden. ‘Fijn dat 4G de mobiele bandbreedte in Nederland verrijkt, maar er moet nog veel werk worden verricht aan de vertaalslag in een stabiele nationale outdoor- en indoordekking’, klonk het. Door Paul Teixeira

Jan van Alphen

46


Overzicht 4G-dekking

Per operator KPN: http://www.coveragechecker.nl/ Tele2: https://www.tele2.nl/4g/ T-Mobile: http://www.t-mobile.nl/service-en-contact/bereik/dekkingskaart Vodafone: https://www.vodafone.nl/support/netwerk-en-dekking/dekkingskaart-4g.shtml Alle operators http://www.4gdekking.nl

Eelco Blok, CEO van KPN, toonde zich tijdens de persconferentie over de 4G-uitrol tevreden: “Binnen de Europese telecomsector hebben wij een prestatie van formaat geleverd door binnen vijftien maanden 4G beschikbaar te maken voor heel Nederland. Onze toonaangevende positie op het gebied van 4G geeft ons een belangrijk strategisch voordeel ten opzichte van onze concurrenten in de Nederlandse mobiele markt. 4G verbetert niet alleen de kwaliteit van onze dienstverlening, maar we zien ook dat onze klanten door 4G anders omgaan met mobiele data, hetgeen meer mogelijkheden biedt voor KPN. We zien al een stijging van het aantal abonnees, een verbetering van de klantloyaliteit en een toename van het datagebruik.” Inmiddels heeft KPN al meer dan een miljoen klanten op het 4G-netwerk. Door 4G verbruiken klanten meer mobiele data, het meest zichtbaar door de stijging van het gebruik van video met meer dan 70 procent ten opzichte van 3G. Hun datagebruik ligt tussen de 2,5 en 4 keer hoger dan bij 3G. Als onderdeel van de 4G-strategie gebruikt KPN een combinatie van 800 MHz, 1800 MHz en 2600 MHz frequenties. Door inzet van de 800 MHz is KPN er in geslaagd de uitrol zeer snel te realiseren. De komende tijd zal KPN zijn 4G-netwerk nog verder versterken met de inzet van de 1800 MHz en 2600 MHz frequenties, waarmee de capaciteit en snelheid verhoogd zullen worden in dichtbevolkte gebieden.

Andere operators Bij de overige spelers in de Nederlandse telecommarkt is het beeld minder positief. Tele2 heeft op 19 augustus 2013 weliswaar aangekondigd dat het zou starten met de

uitrol van zijn 4G-netwerkinfrastructuur in Nederland, maar tot dusver is dat beperkt gebleven tot locaties waar branchegenoot T-Mobile een 4G-zendmast heeft staan. Tele2 voorziet de T-Mobile-opstelpunten (de locaties waar een zendmast mag worden geplaatst) van eigen apparatuur. T-Mobile is zelf volop bezig met de uitrol van 4G door heel Nederland. Op dit moment biedt het bedrijf 4G-dekking in de regio Amsterdam, delen van Den Haag, Rotterdam en Utrecht. Eind 2014 hoopt het geheel Nederland te kunnen bestrijken. Operator Vodafone heeft inmiddels grote delen van Nederland voorzien van 4G-dekking. Rob Shuter, CEO van Vodafone Nederland, heeft in een interview met de tijdschriften Connexie en ICT Update aangekondigd dat per maart 2015 geheel Nederland zal worden bestreken.

Toepassingen De snellere datadoorvoer van 4G maakt nieuwe toepassingen mogelijk en zorgt er tevens voor dat ‘oude mogelijkheden’ beter tot hun recht komen. Van dat laatste vormen ‘beeldbellen’ en het streamen van content, zoals muziek of films, een mooi voorbeeld. KPN benadrukt die twee toepassingen in een recente marketingcampagne. Voor de zakelijke markt is van de twee voorbeelden het beeldbellen wellicht de meest relevante. De 4G-netwerkinfrastructuur moet ervoor zorgen dat een beeldgesprek in hogere audio- en videokwaliteit zonder haperingen verloopt. Voor de media-sector biedt 4G de mogelijkheid om bijvoorbeeld met een ‘simpele’ smartphone live verslag te doen via streaming-video of -audio. Al is daar wel de kanttekening bij te plaatsen dat het een en ander nog niet voldoet aan de hoge eisen die aan de zogenoemde ‘broadcastkwaliteit’ worden gesteld.

>> ◦

47


BTG VISIE

‘Providers zien de DASvoorzieningen vaak als bedreiging voor de eigen business-case’

Eric Reij

KPN heeft voor de ontwikkeling van nieuwe toepassingen een heus ‘4G Lab’ in het leven geroepen, waar het (samen met partners als de High Tech Campus Eindhoven, Ericsson, Huawei, IBM, TNO, SURFnet en Sanoma) ongebreideld aan het onderzoeken is geslagen. Volgens de operator wordt er bijvoorbeeld gekeken naar de mogelijkheid om streaming-videobeelden uit te wisselen in de zorg en het onderwijs. KPN-partner SURFnet is al langer bezig met het verkennen van de mogelijkheden van 4G, zegt Frans Panken, BTG-lid en Innovator E-science bij SURFnet. “We voeren sinds 2011 diverse tests uit om te zien wat 4G voor onderwijs en onderzoek in Nederland kan betekenen. Hiervoor hebben we diverse proefprojecten opgezet met partijen als de Universiteit Utrecht, de hogeschool Utrecht, UMC Utrecht, de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit.” Panken ziet wel brood in 4G: “Met sneller internet zijn er zeker meer toepassingen. Videocommunicatie is daar een goed voorbeeld van. Wij faciliteren bijvoorbeeld seismologisch onderzoek, waar veel data in korte tijd moeten worden verstuurd. Hieruit blijkt dat het 4G-netwerk zeer geschikt is voor een snelle dataverbinding wanneer je je niet binnen de muren van een onderwijsinstelling bevindt. Dat bevordert ‘mobile learning’, een geheel andere aanpak van leren.”

BTG-leden over 4G De operators blazen, niet geheel verbazingwekkend, de loftrompet over 4G. Consumenten lijken inderdaad in

48

toenemende mate gecharmeerd te zijn van de snellere opvolger van de 3G-netwerkinfrastructuur voor mobiele dataoverdracht. Maar hoe zit het met de grootzakelijke telecomafnemers? De BTG heeft enkele van haar leden gevraagd naar hun mening over 4G en de toepasbaarheid daarvan voor hun respectievelijke organisaties. De uitkomsten van dit informele (en zeker niet representatief voor de BV Nederland) onderzoekje: ‘Fijn dat 4G de mobiele bandbreedte in Nederland verrijkt, maar er moet nog veel werk worden verricht aan de vertaalslag in een stabiele nationale outdoor- en indoordekking.’ Daarnaast zijn de BTG-leden benieuwd naar de overige functionele voordelen in relatie tot de diverse business-cases waarvoor deze gemiddelde telecommunicatie/ICT-grootgebruikers zich geplaatst zien. Voorlopig zouden zij al blij zijn met een goede 3G-dekking in de buitengebieden.

Ziekenhuis Isala Bij het Zwolse ziekenhuis Isala, met vestigingen in Kampen en Heerde, is men nog niet aan de snelle 4G-standaard toe, zegt Jan Koekkoek, systeembeheerder telefonie, Isala ICT. Sterker nog: zelfs 3G wordt weinig gebruikt. “Dat heeft meerdere redenen. In de stad Zwolle is er wel een goede GSM-dekking. Maar het buitengebied daarentegen, hoe prachtig die omgeving ook is, beschikt zelfs niet overal over een goede 2G-dekking. Wat de operators betreft: KPN is de enige die nog een beetje ‘dekkend’ is. Vodafone heeft de zaken hier eveneens goed op orde, T-mobile is voor de omgeving een ramp. Dat is weer niet zo handig voor onze

>>



BTG VISIE

In de zorgsector kunnen de negatieve effecten groter zijn dan een verstoorde ontvangst van televisiebeelden

Victor Viveen

klanten die thuis bezocht moeten worden. Op het Zwolse ziekenhuisterrein zelf heeft Koekoek, na een grote verhuizing, inmiddels de beschikking over een Distributed Antenna System-infrastructuur (DAS). “In ons nieuwe ziekenhuis hebben wij een DAS-netwerk laten aanleggen. Daar zijn de drie grote operators op aangesloten, zodat er overal in het gebouw een prima 2Gen 3G-dekking is. T-mobile heeft onlangs aangegeven dat het zijn klanten gratis zal upgraden naar 4G. Vodafone en KPN willen hier echter weer geld voor hebben. Om wat voor bedragen het gaat, weet ik nog niet. Voor het gebruik door de medewerkers van het ziekenhuis is het ook niet nodig, zij maken over het algemeen gebruik van ons wifi-netwerk, maar voor onze klanten (patiënten) en hun bezoekers zou het wel gewenst zijn.”

DAS-infrastructuur Dat zorginstellingen een eigen DAS-infrastructuur aanleggen om invulling te geven aan een groeiende diversiteit aan functionele mobiele vraagstukken en de bedrijfsafhankelijkheid hiervan, is een duidelijke trend, zo blijkt uit een snelle rondgang bij BTG-leden in de zorgsector. Jan van Alphen, clustermanager Multimedia van het Universitair Medisch Centrum Utrecht: “De problematiek die mijn collega Jan Koekoek schetst, is exemplarisch voor alle ziekenhuizen die een DAS aanleggen. Naast private GSM en portofonie (C2000), kunnen ook publieke providers worden gekoppeld, die

50

hiermee hun ‘indoorbereikbaarheid’ kunnen optimaliseren voorzieningen getroffen. De getroffenen kregen een speciaal filter in hun huis geïnstalleerd waardoor de interferentie op het tv-signaal verleden tijd werd. Mocht dat niet helpen, dan konden zij een beroep doen (tot maximaal 10.000 Britse ponden) op een zogenoemd ‘hulpfonds’ om een alternatieve oplossing te vinden. De boosdoener is overigens het 800 MHz-spectrum, zo bleek uit een rapport van Ofcom. Het bewuste spectrum ligt te dicht bij de 700 MHz die door televisiezenders wordt gebruikt. Het 800 MHz-spectrum is echter van levensbelang voor het kostenefficiënt landelijk uitrollen van LTE-netwerken. In Nederland hebben kabelmaatschappijen enkele maanden geleden een soortgelijke waarschuwing afgegeven. In februari dit jaar kwam de lokale kabelmaatschappij Stichting Kabel Veendam (SKV) met de mededeling dat ‘storingen in de televisieontvangst in Veendam’ werden veroorzaakt door signalen afkomstig van 4G-zendmasten. De getroffen huishoudens kregen destijds van SKV het advies om hun coax-kabels te vervangen door duurdere, beter afgeschermde exemplaren. Soortgelijke storingen kwamen tevens voor in Harderwijk, waar de Stichting CAI Harderwijk het kabelnetwerk exploiteert. De meldingen van de kabelaars werden kracht bijgezet door een officieel schrijven van het Agentschap Telecom. Daarin werd bevestigd dat er storingen konden ontstaan door de 4G-zendmasten. De overheidsinstantie


stelde wel dat een onderzoek in samenwerking met de Universiteit van Twente had uitgewezen dat de kans op interferentie bij televisiesignalen gering was: ‘slechts 0,17 procent, oftewel gemiddeld zeven keer per jaar per aansluiting’.

leven of dood BTG-lid Jan van Alphen, clustermanager Multimedia bij het Universitair Medisch Centrum Utrecht, constateert dat er in de zorgsector eveneens interferentieproblemen ontstaan door de migratie naar 4G: “Operators realiseren regelmatig upgrades naar 4G, zonder dat zij dat vooraf afstemmen met de verschillende ziekenhuizen. Wij kampten door een dergelijke onaangekondigde upgrade plotseling met interferentie op de door ons gebruikte indoor- frequenties, die overigens gelukkig snel werd gedetecteerd en verholpen.” In het geval van de zorgsector kunnen de negatieve effecten groter zijn dan een verstoorde ontvangst van televisiebeelden. Dan is het vaak immers een zaak van leven of dood.

51


UITSMIJTER

Wifi is een alleskunner

Chaos door gebrek aan coördinatie Iedere zakenman heeft twee belangrijke stukken gereedschap: zijn leaseauto en de mobiele telefoon. Met de telefoon is alle relevante informatie te ontsluiten en dankzij wifi heeft hij ook bijna overal toegang tot internet. Maar wifi is tot veel meer in staat, bijvoorbeeld tot het aansluiten op grote beeldschermen. Daarmee is de klant via de smartphone altijd met een imponerende presentatie te overtuigen. Door Hans Steeman

Wifi, draadloos ethernet, is een regelrechte kabelvervanger. De introductie in de mobiele telefoon of tablet heeft gezorgd voor een run op gratis internettoegang. Zeker op reis is wifi de ultieme manier om je roamingkosten in bedwang te houden. Maar er is nog veel meer: de laatste jaren wordt de toegevoegde waarde van wifi in veel meer segmenten gezien. Wifi is niet louter internettoegang, het is ook een communicatiekanaal voor directe data-uitwisseling tussen apparaten. Met het groeiende belang van wifi en de nieuwe toepassingen die daaruit voortkomen, is deze drager naast Bluetooth, een steeds belangrijker kanaal om de telefoon of tablet even met de ‘buren’ te laten communiceren. We hebben wat toepassingen bij elkaar gezet.

DLNA Plug&Play/UPnP DLNA Plug&Play en UPnP (Universal Plug and Play) worden vaak door elkaar gebruikt. DLNA Plug&Play is min of meer de opvolger van UPnP en waarschijnlijk de bekendste standaard voor het delen van content over wifi. DLNA van de Digital Living Network Alliance is een oude bekende, een open standaard bedoeld om content tussen netwerkcomponenten te delen. Ook voor DLNA geldt dat de industrie niet in staat is gebleken om een strakke regie over de standaard te voeren. De manier waarop apparaten het protocol gebruiken en de bestandsformaten die ondersteund worden, zijn alles behalve strak georganiseerd en vastgelegd. DLNA is helaas niet bedoeld om het scherm van een apparaat naar een groter scherm te streamen. Het is dus niet mogelijk op een tablet een film te bekijken en deze weer te geven op een televisie, of om een muziekstream te ontvangen en deze draadloos weer te geven via een geluidsinstallatie. In de tijd dat DLNA ontwikkeld werd,

52

stond deze toepassing nog in de kinderschoenen. DLNA is een client-serveroplossing om foto-, video- en muziekbestanden via een netwerk te delen tussen een server en een ontvanger. Veel NAS’sen ondersteunen de standaard tegenwoordig en tal van apparaten worden aangeboden met een DLNA-functionaliteit. DLNA is beschikbaar voor pc’s, laptops, game consoles, audio/ videoapparatuur, mobiele telefoons en tablets.

AirPlay Een van de meeste bekende draadloze communicatieoplossingen is AirPlay van Apple. Het is de ultieme oplossing om content vanaf een iPhone , iPod, iPad of Mac-computer te streamen naar een groot beeldscherm. De interface voor het scherm heet dan Apple TV. Deze compacte unit zet het wifi-signaal om in videosignalen (HDTV, 1080p) die via HDMI op het beeldscherm worden weergegeven. Hierdoor kan een computer of tablet draadloos zijn beeldscherm laten weergeven op een ander scherm. Omdat Airplay gepatenteerd is, is het aantal alternatieven voor Apple TV beperkt. Feit is wel dat Apple het product goed weet te onderhouden en al jaren netjes bijwerkt. Dat is bij alternatieven zoals Google TV wel even anders. Steeds meer fabrikanten van accessoires erkennen de kracht van AirPlay en ondersteunen het in hun producten, zij het nog steeds voornamelijk in de audiobranche. Televisies of andere beeldschermen met ingebouwde AirPlay lijken er niet te zijn.

Miracast Succes nodigt de concurrentie uit iets soortgelijks te ontwikkelen. En dat blijkt eigenlijk complexer te zijn dan verwacht. Zo is Miracast een industriebreed gedragen


fabrikanten soms verwarrend bezig. Microsoft heeft in Windows 8.1 Miracast ingebouwd en de Xbox One is de Microsoft-hub naar de huiskamer. Samenwerking zou voor de hand liggen, echter de Xbox One kan niet acteren als een Miracast-ontvanger. Miracast heeft dus veel mogelijkheden, maar is nog veel te beperkt en te gefragmenteerd. Mede omdat de focus altijd scherm-mirroring geweest is, ontbreekt er nog steeds een volledige ondersteuning voor streaming.

Chromecast

technologie die standaard wordt ondersteund door Android-devices (vanaf versie 4.2) en Microsoft Windows (vanaf versie 8.1). Een brede basis waarmee smartphones, tablets en laptops draadloos content kunnen sturen naar Miracast ondersteunende ontvangers. Dat aanbod groeit snel en omvat de meeste high-end televisies. Als alternatief zijn er dongles. Het aanbod van interfaces is groeiende, maar de kwaliteit van de oplossing is bij veel producten matig. Een goed en stabiel resultaat is vaak een hele uitdaging. Miracast is meer een technologie dan een productnaam, en er is dan ook bijna geen enkele fabrikant die de naam Miracast voert. Iedereen probeert de technologie te verpakken in een eigen sausje, waardoor de kern van de techniek een beetje onzichtbaar blijft. LG noemt het SmartShare, Samsung heeft AllShare Cast, Sony noemt het ‘screen mirroring’ (Throw) terwijl Panasonic juist ‘display mirroring’ heeft gekozen. Daarnaast zijn ook

Ook Google, de geestelijk vader achter Android, heeft bijgedragen aan de verwarring. Bij de introductie van de Nexus 4 is ondersteuning voor Miracast aangekondigd, maar uiteindelijk resulteerde dit in de introductie van Chromecast. Helaas voor Google is de levensloop van Chromecast minder voortvarend dan de bedoeling was. De oorzaak is evident, het kastje is veel te complex opgezet om succesvol te zijn. Een Chromecast -dongle past net als de Miracast-dongle in de HDMI-poort van een televisie of monitor. Echter, Google koos voor het DIAL-protocol om de verbinding op te zetten. DIscover And Launch is een protocol dat principieel anders werkt dan dat van de concurrentie. De telefoon geeft, nadat een ondersteunende app geopend is, aan de Chromecastdongle door dat een internetstream moet worden geopend. Daarna moet de dongle al het werk verzetten en is de telefoon vervolgens een slimme afstandsbediening. Naast deze streamingtoepassing is Chromecast ook te gebruiken om het complete telefoonscherm weer te geven op een beeldscherm (screen mirror). Er is echter geen ondersteuning voor het Miracast-protocol.

Intels WiDi WiDi staat voor Wireless Display en is onderdeel van Intels displaytechnologie. Het is de Intel-tegenhanger van AirPlay en bevat eveneens draadloze communicatie voor audio- en videostreaming naar een tweede scherm. De technologie is bestemd voor thuis en zakelijk gebruik en zit min of meer standaard in alle producten met een Intel-chipset. WiDi wordt maar beperkt ondersteund en steeds vaker gezien als een met Miracast compatibel protocol. Sinds de introductie van Intel Wireless Display 3.5 is ondersteuning van Miracast dan ook een vast onderdeel van het protocol. WiDi is daarmee in Miracast geïntegreerd en wordt ook als zodanig op de markt gepositioneerd.

53


C OLUMN VAN DER GAAST n

COLUMN Sietse van der Gaast

Dan liever de lucht in! Bovenstaande legendarische woorden zijn van de Nederlandse zeeheld Jan van Speijk, die, om te voorkomen dat zijn door ankerproblemen afgedreven kanonneerboot zou worden overmand door woedende Antwerpse arbeiders, zijn sigaar in het buskruit stak en zo zijn boot liever liet ontploffen dan hem over te leveren aan die vermaledijde Belgen. U begrijpt, dat was ver voor de Europese eenwording. Deze eenwording heeft ons inmiddels veel goeds gebracht, maar ook veel gedoe. Neem bijvoorbeeld de Europese regelgeving rondom het subsidiëren van breedband in landelijke gebieden.

Sietse van der Gaast (sietse.vandergaast@stratix.nl) is consultant bij Stratix.

Het is voor de gemiddelde Nederlander bijna niet voor te stellen, maar er zijn in dit land nog mensen die thuis niet eens normaal kunnen internetbankieren en nauwelijks hun e-mail kunnen checken. Gewoon omdat ze geen kabelaansluiting hebben en de lengte van de telefoonlijn tussen hun huis en het eerste verdeelkastje zo groot is dat over DSL alleen zeer lage bandbreedtes mogelijk zijn. Lange tijd leek dit niet zo’n probleem: bellen lukt prima en tv kijken kan via Digitenne. Maar de afgelopen jaren is ook een behoorlijke internetverbinding een basisbehoefte geworden waar je niet meer gemakkelijk omheen kan. Belastingaangifte, bankieren, informatie-uitwisseling met overheden en bedrijven, het moet steeds vaker online gedaan worden. En loketten in kleine dorpjes worden als eerste gesloten. Veel bedrijven in landelijke gebieden merken dat hun vraag naar bandbreedte sneller toeneemt dan ze hadden verwacht. Agrarische bedrijven gebruiken vaker onlinegegevensverwerking, doen aan ‘precision agriculture’ of hebben gewoon zoals iedereen klagende pubers met iPads en XBoxen. Recreatiebedrijven weten dat mensen eerder bij de receptie klagen als het internet slecht is dan als er iets mis is met de sanitaire voorzieningen. Zelfs natuurcampings met het laagste voorzieningenniveau bieden tegenwoordig naast een simpel toilet en een koude douche daarom toch ook maar wifi aan. Een interessante markt zou je dus zeggen, maar dat valt in de praktijk erg tegen. De afstanden tussen adressen zijn dusdanig groot dat het voor kabel- en glasvezelbedrijven naar eigen zeggen ‘niet rendabel’ is om hier een vast netwerk aan te leggen. In de stedelijke gebieden zijn met dezelfde moeite veel meer abonnees ‘aan te graven’, dus kan je ze ook niet helemaal ongelijk geven. In de praktijk kunnen veel van de landelijke gebieden echter wel rendabel zijn als er met langere termijnen wordt gerekend, het percentage afnemers maar groot genoeg is, of als er wellicht een eigen bijdrage in de aanlegkosten wordt betaald. Stedelijke gebieden lijken echter gemakkelijker winst op te leveren. Dus willen bedrijven pas het landelijk gebied bekabelen (of ‘verglazen’) als ze daarvoor het ‘onrendabele’ deel gesubsidieerd krijgen. En omdat we met zijn allen vinden dat er sprake is van marktwerking en marktpartijen (nog nooit iemand gehoord die overgestapt is van Ziggo naar UPC, maar dat terzijde) mogen overheden dat niet zomaar doen en zijn daar ingewikkelde Europese regels voor bedacht. Dit leidt tot een soort stoelendans van burgers, bedrijven, overheden, kabelbedrijven en glasvezelaanleggers, waarbij de muziek nog steeds speelt en het ook niet duidelijk is welke stoel er wordt weggehaald. Kortom iedereen danst dat het een lieve lust is, maar houdt wel een scherp oog op de stoelen. Het lijkt een enorm feest maar feitelijk gebeurt er niet veel. Iedereen staart zich blind op dat mooie doel: een ‘next generation’-aansluitnetwerk voor iedereen, terwijl bewoners van landelijke gebieden vaak niet eens een ‘previous generation’-aansluitnetwerk hebben. Maar op een of andere manier wacht iedereen toch af: zelf aanleggen van een vast netwerk kost een vermogen, je wilt niet nu zelf iets doen en straks achterlopen of teveel betaald hebben, er komt misschien nog subsidie, de provincie gaat misschien wat doen, enzovoorts. Het is een feit dat dataverbindingen door de lucht over het algemeen minder efficiënt, meer weersen omgevingsafhankelijk en duurder in het gebruik zijn dan verbindingen door de grond. En dat de dekking van mobiele netwerken zoals 4G juist in de landelijke gebieden niet altijd optimaal is, doordat ook mobiele operators hun geld liever in gebieden met meer klanten investeren. Maar draadloze verbindingen zijn vaak wel veel sneller en goedkoper te realiseren dan vaste verbindingen. Het kan daarom voor bewoners en bedrijven van landelijke gebieden wel eens heel interessant zijn om te kijken naar draadloze oplossingen, zodat ze in ieder geval voor de komende paar jaar een verbetering kunnen realiseren in hun internettoegang. Als genoeg afnemers in landelijke gebieden dit doen, zal het zelfs kunnen helpen om de aanleg van een vast netwerk dichterbij te brengen. Want wat bedrijven die vaste netwerken aanbieden nog vervelender vinden dan minder rendabele adressen, zijn adressen die internettoegang afnemen bij een concurrerende marktpartij. Het zou me niet verbazen als bewoners van het platteland zich op een gegeven moment zullen realiseren dat het feest lang genoeg geduurd heeft, en net als Jan van Speijk zullen zeggen: “Dan liever de lucht in!”

54


Unified Communication is pas ĂŠcht compleet met Microsoft Lync en SpeakUp.

................................................................................................................................................... t: +31 88 77 32 587

www.speakup.nl

SpeakUp, de telecom operator die het anders doet.


Op zoek naar de ideale telefonieoplossing? Call Chat Conference Present Video

Parentix kan u helpen! Wij nemen graag de technische zaken uit handen. Neem contact met ons op: sales@parentix.nl

088 00 87 090


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.