27 minute read

Hoofdstuk 7 De rechterlijke macht

e) regeringsverklaring in de Kamer

De eerste minister legt de regeringsverklaring af in de Kamer. Daarop volgt een debat in plenaire zitting.

f) Investituur van de regering in de Kamer = bekleden met gezag

Het debat over de regeringverklaring wordt besloten met een vertrouwensstemming. Bij motie van vertrouwen kan de eerste minister het regeerakkoord beginnen uitvoeren. De regering heeft dan de investituur.

De regering heeft een politieke verantwoording tegenover het parlement. De regering moet altijd het vertrouwen genieten van dit parlement. De parlementsleden hebben het recht een minister schriftelijke of mondelinge vragen te stellen om zo uitleg te krijgen over het gevoerde beleid. Van zodra het parlement een motie van wantrouwen heeft gestemd, moet de regering aftreden (tot de nieuwe regering is geïnstalleerd, blijft zij de lopende zaken behandelen).

De Koning (in feite de regering) kan ook de parlementen ontbinden. Dit is de tegenhanger van het recht van het parlement om de regering te ontslaan. Na de verkiezingen zal de regering in principe ook zelf haar ontslag aanbieden.

Alleen de Kamer van Volksvertegenwoordigers kan ministers in beschuldiging stellen voor het Hof van Cassatie.

26

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

Hoofdstuk 7

DE RECHTERLIJKE MACHT

1. ALGEMENE BEGRIPPEN - TERMINOLOGIE

Naast de wetgevende en uitvoerende macht, bestaat er ook een rechterlijke macht, die voor heel Belgïe is uitgewerkt. Binnen het adagium van scheiding der machten ligt de nadruk op de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht. De nationale uitvoerende macht komt nog wel tussen voor de benoeming van de rechters (de lagere rechters worden rechtstreeks door de Koning benoemd, de hogere op voordracht, de hoogste stellen zelf hun voorzitter aan), het genaderecht, de uitvoering van rechterlijke uitspraken en via het openbaar ministerie (door de Koning benoemd en ontslagen).

België is ingedeeld in 5 rechtsgebieden (Brussel, Antwerpen, Gent, Bergen en Luik). Elk rechtsgebied is ingedeeld in gerechtelijke arrondissementen. Elk arrondissement bestaat uit gerechtelijke kantons.

Algemene beginselen van behoorlijke rechtspraak

1. Iedereen heeft het recht op het oordeel van een onafhankelijke en onpartijdige rechter.

 art. 151 Gw en art. 6 EVRM

→spagetti-arrest Cassatie(onderzoeksrechter Conerotte gaat naar spagettibenefief tvv slachtoffers van Dutroux en wordt vervangen) →SMS-moord assisenarrest (rechter spreekt met juryleden apart) →moord Joe Van Holsbeeck: Marius O. wordt door jeugdrechter beticht van moord; zijn compaan Adam G. wordt door assisenjury beschuldigd van doodslag (= minder straf dan moord): rechters en rechtbanken oordelen onafhankelijk van elkaar

2. Iedereen heeft recht op een eerlijke behandeling tijdens het proces.

 art. 6 EVRM

▪ dit wordt gewaarborgd door het EVRM (Europees Verdrag voor de Rechten van de

Mens); ▪ dit houdt in dat de rechten van verdediging moeten gerespecteerd worden; ▪ elke partij moet haar standpunt kunnen uiteenzetten; ▪ elke partij heeft recht op tegenspraak (= ieder heeft het recht om antwoord/reactie te geven).

27

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

3. De rechter heeft een motiveringsplicht.

 art. 149 Gw

▪ de rechter moet de feiten en regels aanwijzen die tot zijn beslissing leiden; ▪ de rechter moet antwoord geven op de middelen en excepties die de partijen in hun conclusies naar voor brengen.

→Taxquetarrest Europees Hof voor rechten van de mens: het Assisenhof in Luik motiveert de beslissing niet om iemand te veroordelen, dus wordt de zaak gecasseerd en opnieuw opgenomen door het Assisenhof van Namen. Taxquet krijgt een schadevergoeding. Sindsdien moet het antwoord op de schuldvraag door de jury ook door het hof van assisen in België gemotiveerd worden.

4. In principe wordt elke zaak openbaar behandeld.

 art. 148 Gw en art. 6 EVRM

▪ uitzondering wordt gemaakt in het belang van de goede zeden, de openbare orde of openbare veiligheid; ▪ de uitspraak gebeurt daarentegen altijd in openbare terechtzitting.

5. Het principe van de dubbele aanleg.

De eerste maal dat een zaak voorkomt, spreekt men van eerste aanleg. Is men het met deze uitspraak niet eens, dan kan men eventueel beroep aantekenen (niet bij elke rechtbank of zaak mogelijk), in burgerlijke zaken binnen 1 maand, in strafzaken binnen 15 dagen na de betekening van het vonnis.

uitzondering voor: - zaken 2 500 euro voor rechtbank eerste aanleg en handelsrechtbank, 2 000 euro voor vrederechter - uitspraak van Hof van Assisen.

28

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

BURGERLIJK PROCES STRAFPROCES

Start van de procedure

via verzoekschrift of dagvaarding wordt de tegenpartij opgeroepen

- verzoekschrift: * enkel in de gevallen voorzien door de wet (bv. huurzaken, familiale geschillen) * de eiser dient het verzoekschrift in, de griffier roept de andere partij op

- dagvaarding: * betekend door de gerechtsdeurwaarder

(voor bv. vrederechter is procedure vrijwillige verschijning mogelijk) oproeping van de tegenpartij enkel via dagvaarding

De partijen

verzoekende  verwerende partij eiser  verweerder (eerste aanleg) appellant  geïntimeerde (beroep) openbaar ministerie  verdachte overtreder (Pol.) beklaagde (Corr.) beschuldigde (Assisen)

slachtoffer = evt. burgerlijke partij

Vertegenwoordigers van de partijen

advocaat niet verplicht, evt. pro deo - verdachte moet in persoon voor de rechtbank verschijnen

- OM vertegenwoordigt de maatschappij OM = procureur des konings & substituten (Rb.) = arbeidsauditeur (Arbrb.) = procureur-generaal (hof van beroep) = staande magistratuur

Rechter

burgerlijke rechter = zittende magistratuur strafrechter

Andere

- griffier - gerechtsdeurwaarder - griffier - gerechtsdeurwaarder

29

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

BURGERLIJK PROCES STRAFPROCES

Voorwerp van de rechtszaak

Conflict tussen 2 of meerdere personen → over rechten en plichten → vergoeding van schade bestraffing voor het overtreden van de strafwet

Bewijsvoering

bewijzen moeten door de partijen zelf geleverd worden

het openbaar ministerie voert onderzoek en levert bewijzen

Uitspraak van de rechter

beslissing van de rechter leidt tot → vaststelling van een recht (bv. afpaling) → naleving van een plicht (bv. alimentatie) → betaling van schadevergoeding (géén boete!)

(uitspraak van een rechtbank = vonnis, uitspraak van een hof = arrest) beslissing van rechter leidt tot → geldboete → gevangenisstraf → werkstraf

Verzekering

betaling van schadevergoeding is verzekerbaar betaling van geldboete is niet verzekerbaar

Het is belangrijk bij een betwisting te weten of het om een burgerlijk of om een strafproces gaat. Er zijn immers andere rechtbanken bevoegd, de procedure verloopt heel anders en wat de rechter kan beslissen is ook heel anders.

voorbeeld een andere wagen slipt op ijzel, rijdt uw wagen aan en de deur is kapot: u wil schadevergoeding, dan zult u via de burgerlijke rechtbank dit kunnen vragen

iemand is woest, breekt een regenpijp af en slaat daarmee de deur van uw wagen kapot: u wil ook een schadevergoeding, maar de dader heeft moedwillig schade toegebracht, wat volgens het art. 530 Strafwetboek niet mag: de dader zal door de strafrechtbank via een strafrechtelijke procedure gestraft worden (geldboete, gevangenisstraf of werkstraf) en u kan aansluitend via een burgerlijke procedure schadevergoeding krijgen

30

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

31

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

32

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

33

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

2. DE RECHTBANKEN EN HOVEN

2.1. Vrederechter (afkorting: Vred.)

▪ Er is een vrederechter per gerechtelijk kanton. Zijn taak is vooral de partijen te verzoenen.

▪ De vrederechter is bevoegd voor alle geschillen tot en met 5 000 euro.

▪ Daarnaast is de vrederechter bevoegd, ongeacht de waarde van de vordering, voor o.a. (volledige lijst zie art. 591 Ger.W.): ▪ huurgeschillen (vb. huurwaarborg niet terugbetaald) ▪ mede-eigendom (= appartementenrecht) ▪ erfdienstbaarheden (o.a. recht van overgang) ▪ burengeschillen (scheidings- en afsluitingsmuren, afpaling) ▪ consumentenkrediet (lening op afbetaling maar niet voor huis of grond, koop op afbetaling, leasing, kredietopening via Visa- of Masterkaart, negatief saldo op zichtrekening) ▪ geschillen voor invordering van schulden voor nutsvoorzieningen ten overstaan van personen die geen onderneming zijn (= particulier); dit zijn de invorderingen van een geldsom die wordt gevorderd door een leverancier van elektriciteit, gas, warmte of water of door een persoon die een openbaar elektronisch communicatienetwerk, een omroeptransmissie- of omroepdienst aanbiedt ▪ aanwijzing van een voorlopige bewindvoerder voor meerderjarig persoon die wegens zijn gezondheidstoestand niet bekwaam is zijn goederen te beheren ▪ gedwongen opname en verblijf van een geesteszieke in een gesloten instelling.

▪ Over zaken t.e.m. € 2 000 beslist de vrederechter in laatste aanleg. Men kan dus niet in beroep gaan, het vonnis is definitief.

▪ Voor zaken boven € 2 000 kan men in beroep gaan bij de rechtbank van eerste aanleg, burgerlijke kamer.

▪ Voor de vrederechter is er een vrijwillige verschijning of verzoeningsprocedure mogelijk. Soms is dit wettelijk verplicht, bijvoorbeeld voor vorderingen inzake landpacht of recht van uitweg. ▪ de 2 partijen verschijnen dan vrijwillig (zonder verzoekschrift of dagvaarding), op vraag van 1 van de partijen via gewone brief gericht aan de vrederechter; de partijen worden uitgenodigd in de raadkamer (dus niet openbaar) ▪ de rechter aanhoort de argumenten en bemiddelt, maar spreekt geen vonnis uit; ▪ is er geen akkoord, dan kunnen de partijen erin berusten of een rechtszaak starten via verzoekschrift of dagvaarding; ▪ is er wel een akkoord, dan maakt de griffier een proces-verbaal op waaraan de partijen zich moeten houden; bij contractbreuk kan een gerechtsdeurwaarder dit akkoord laten uitvoeren.

34

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

2.2. Politierechter (afkorting: Pol.)

▪ De politierechter is bevoegd voor verkeersinbreuken en misdrijven die worden bestraft als overtredingen (vb. niet betaalde parkeerboetes, openbare dronkenschap).

▪ Beroep tegen een uitspraak van de politierechter wordt behandeld door de correctionele rechtbank.

2.3. Rechtbank van eerste aanleg (afkorting: Rb.)

▪ Er is één rechtbank van eerste aanleg per gerechtelijk arrondissement (Brussel 2, dus in totaal 13).

▪ De rechtbank van eerste aanleg behandelt in eerste aanleg de zaken waarvan de vordering meer bedraagt dan € 5 000.

▪ De rechtbank van eerste aanleg bestaat uit 6 verschillende kamers: a) kamer voor burgerlijke zaken - volheid van bevoegdheid = bevoegd voor alle geschillen waarvoor geen andere rechtbank bevoegd is

b) kamer voor correctionele zaken De correctionele rechtbank oordeelt in eerste aanleg over gewone misdrijven, meestal wanbedrijven (vb. toedienen van slagen, diefstal). Ze doet uitspraak over vonnissen van de politierechter waartegen men in beroep is gegaan. Deze uitspraak is dan definitief.

c) familie- en jeugdrechtbank Deze bestaat op zich nog eens uit 3 kamers: 1) familiekamer (familierechtbank) 2) jeugdkamer (jeugdrechtbank) 3) kamer voor minnelijke schikking. De familierechtbank is bevoegd voor o.a.: - staat van personen (afstamming, adoptie) - nietigverklaring wettelijke samenwoning - rechten/goederen tussen echtgenoten en wettelijk samenwonenden - voorlopige maatregelen (zoals afzonderlijke verblijfplaats, onderhoud, verbod goederen te vervreemden) - echtscheiding - ouderlijk gezag en verblijfsregeling van minderjarige kinderen - onderhoudsverplichtingen - huwelijksvermogensrecht.

d) beslagrechter De beslagrechter buigt zich over alle problemen i.v.m. beslag.

35

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

e) fiscale rechtbank Alle geschillen tussen een belastingplichtige en de fiscus komen in eerste aanleg voor de fiscale rechtbank.

g) strafuitvoeringsrechtbank

▪ Er is geen beroep mogelijk voor zaken met een vordering  2 500 euro.

▪ De voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg kan zitting nemen in kort geding voor hoogdringende zaken (een grondig onderzoek en definitief vonnis volgt later), bijvoorbeeld bij dreigende ontvoering van kinderen of publicatie in krant of tijdschrift.

▪ De rechtbank van eerste aanleg behandelt als beroepsinstantie vonnissen van lagere rechtbanken (vrederechter en politierechter), tenzij de vordering  2 000 euro want dan is geen beroep mogelijk.

2.4. Ondernemingsrechtbank

▪ Sinds 1/11/2018 is de naam handelsrechtbank of rechtbank van koophandel gewijzigd in ondernemingsrechtbank.

▪ Een exclusieve bevoegdheid voor a) geschillen tussen ondernemingen (nl. zelfstandigen, vrije beroepers, vennootschappen, zaakvoerders en bestuurders van vennootschappen, VZW's), ongeacht het bedrag van de vordering b) faillissement (insolventierechtbank).

▪ Men kan tegen deze uitspraak in beroep gaan bij het hof van beroep, behalve met een vordering  2 500 euro, want dan is er geen beroep meer mogelijk.

▪ Een particulier die een rechtszaak wil beginnen tegen een onderneming moet in principe naar de vrederechter (vordering  5 000 euro) gaan of naar de rechtbank van eerste aanleg, burgerlijke kamer (vordering > 5 000 euro). Daarbovenop geeft het Ger.W. geeft deze eisende particulier ook de mogelijkheid om ongeacht de hoogte van de vordering naar de ondernemingsrechtbank te gaan (geen limietbedrag). Dit geeft volgende mogelijkheden:

36

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

onderneming  onderneming

onderneming 

particulier

particulier 

handelaar

1e aanleg

ondernemingsrechtbank (ongeacht bedrag)

 € 5 000: vrederechter

> € 5 000: rechtbank van eerste aanleg, burgerlijke kamer

 € 5 000: keuze ofwel vrederechter

ofwel ondernemingsrechtbank (geen limiet)

> 5 000 euro: keuze ofwel rechtbank van eerste aanleg, burgerlijk kamer ofwel ondernemingsrechtbank (geen limiet)

beroep

hof van beroep

rechtbank van eerste aanleg, burgerlijke kamer

hof van beroep

rechtbank van eerste aanleg, burgerlijke kamer

hof van beroep

hof van beroep

hof van beroep

2.5. Arbeidsrechtbank (afkorting: Arbrb.)

▪ De arbeidsrechtbank behandelt - geschillen tussen werkgevers en werknemers (arbeidsrecht) - betwistingen over sociale zekerheid - collectieve schuldenregeling.

▪ Men kan hiertegen in beroep gaan bij het arbeidshof.

2.6. Hof van Beroep (afkorting: enkel plaatsnaam vermelden)

▪ In de hoofdplaats van elk rechtsgebied is er een hof van beroep (5), nl. Gent,

Antwerpen, Brussel, Bergen en Luik.

▪ Het hof van beroep behandelt het beroep dat werd ingesteld tegen vonnissen van de rechtbank van eerste aanleg of de ondernemingsrechtbank. Er zijn 5 kamers: de burgerlijke, de strafrechtelijke/correctionele, de jeugdkamer, de familiekamer en de fiscale kamer.

37

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

2.7. Hof van Assisen (afkorting: Assisen)

▪ In iedere provinciehoofdstad zetelt een Hof van Assisen.

▪ Het Hof van Assisen doet in eerste en laatste aanleg uitspraak over misdaden (vb. moord), politieke misdrijven en drukpersmisdrijven. Het is niet mogelijk om in beroep te gaan. politiek misdrijf is bijv. vervalsen van verkiezingsuitslagen, moord op de Koning drukpersmisdrijf is bijv. laster over iemand in boeken

▪ Deze rechtbank bestaat niet permanent, maar wordt samengesteld van zodra er zaken te behandelen zijn.

▪ Er wordt niet gevonnist door een rechter maar door een jury van 12 burgers (al of niet schuldig is de vraag die ze moeten beantwoorden). Bij schuldig wordt de strafmaat door de beroepsrechter bepaald, soms in samenspraak met de jury.

2.8. Hof van Cassatie (afkorting: Cass.)

▪ Er is slechts één Hof van Cassatie dat zetelt in Brussel.

▪ Dit hof is niet bevoegd om uitspraak te doen over de grond van een zaak. Zij kan enkel uitspraak doen over procedurefouten en interpretatie of juiste toepassing van de wet. Ze velt nooit een oordeel over de feiten zelf ("niet in feite, wel in rechte"). → indien er een procedurefout of verkeerde interpretatie is van de wet, zal het Hof van Cassatie de uitspraak in beroep verbreken of casseren. De zaak wordt dan doorgeschoven naar een andere beroepsrechtbank die uitspraak zal doen over de feiten, rekening houdend met de cassatie-uitspraak.

voorbeeld Een notaris kan net zoals een VGM bemiddelen bij de verkoop van een huis. Het BIV beschouwt dit als een handelsactiviteit wat voor een openbaar ambtenaar, dat de notaris is, verboden is en vecht dit aan bij de rechtbank. Het Hof van Beroep te Bergen veroordeelt de notaris in kwestie: hij mag zich niet bezig houden met immobiliën. De notaris gaat in cassatie. Het Hof van Cassatie beslist op 11 juni 2010 dat de notaris dit wel mag en verbreekt het arrest van het Hof van Beroep te Bergen. Een ander hof van beroep de zaak opnieuw moeten beoordelen, rekening houdend met de interpretatie die Cassatie gaf.

▪ Vooraleer men naar het Hof van Cassatie kan stappen, moet de zaak zowel in eerste aanleg als in beroep behandeld zijn.

2.9. Arrondissementsrechtbank (afkorting: Arrondrb.)

De arrondissementsrechtbank komt tussen wanneer twee rechtbanken twisten over hun bevoegdheid.

38

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

3. BIJZONDERE RECHTSCOLLEGES

3.1. Raad van State

▪ Raad van State is een raadgevende en rechtsprekende instelling binnen de uitvoerende macht.

▪ De Raad van State bestaat uit 2 afdelingen: - afdeling wetgeving: verleent via niet-bindende adviezen advies over wetsontwerpen en voorstellen; deze zijn dan terug te vinden in de Memorie van Toelichting bij een wet en decreet.

- afdeling bestuursrechtspraak: kan via arresten besluiten van de uitvoerende macht (KB,

MB of besluit van een deelregering) nietig verklaren of schorsen indien ze strijdig zijn met de grondwet, wet, decreet of ordonnantie, omdat de Administratie haar bevoegdheid is te buiten gegaan of omdat de voorgeschreven procedure niet is gevolgd; termijn om een verzoekschrift in te dienen is 60 dagen na de bekendmaking.

Deze afdeling werkt ook als cassatieberoep voor administratieve rechtscolleges. vb. onrechtmatige benoemingen van ambtenaren vb. problemen met milieuvergunning

▪ De arresten van de Raad van State gelden erga omnes, dus voor iedereen.

3.2. Grondwettelijk hof

▪ Het Grondwettelijk Hof behoort niet tot de rechterlijke macht, omdat ze is samen-gesteld uit juristen en politici.

▪ Dit hof fungeert dit als grondwettelijk hof omdat het wetten, decreten en ordonnanties kan toetsen aan bepaalde artikelen van de Grondwet, nl. - grondwettelijke rechten en vrijheden (art. 8 t.e.m. 32 Gw) - het legaliteits- en gelijkheidsbeginsel in fiscale zaken (art. 170 en 172 Gw) - bescherming voor vreemdelingen (art. 191 Gw).

Een wet, decreet of ordonnantie dat in strijd is hiermee kan ofwel nietig verklaard worden ofwel geschorst.

vb. het gelijkheidsbeginsel wordt vaak aangehaald bij het invoeren van een belasting voor een bepaalde groep mensen: zo heeft de fiscus dezelfde fiscale regels moeten aanpassen voor gehuwden én wettelijk samenwoners

39

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

▪ Verder zal het Grondwettelijk Hof een beslissing moeten nemen bij een bevoegdheidsconflict tussen de wetgevende initiatieven van het federale, gewest- en gemeenschapsniveau. Een rechter kan hierover dan een prejudiciële vraag stellen.

vb. een dronken fietser werd aangehouden en rijbewijs werd ingetrokken. Volgens de fietser is dit discriminerend: wie geen rijbewijs heeft riskeert enkel boete of celstraf, wie wel rijbewijs heeft kan dit kwijtspelen hoewel het maar om een fiets gaat. De politierechter van Mechelen stelde een prejudiciële vraag en het Grondwettelijk Hof oordeelde dat dit geen discriminatie is (Het Laatste Nieuws 24/10/2007)

3.3. Europees Hof van Justitie (Luxemburg)

▪ Het Europees Hof van Justitie zorgt voor het naleven van het Europees recht bij de uitlegging en de toepassing van de verdragen.

▪ Een Belgisch gerecht kan een juridische vraag stellen aan het Europees Hof van Justitie om te weten of de Belgische wetgeving al dan niet in strijd is met de Europese. Dit gebeurt via een prejudiciële vraag.

▪ Het Hof van Justitie kan ook een lidstaat van de Europese Unie veroordelen omdat ze

Europese wetgeving niet (of niet op tijd) omgezet heeft in nationaal recht. De zaak wordt dan ingespannen door de Europese Commissie.

vb. in 2000 is België veroordeeld voor slechte en onvoldoende zuivering van huishoudelijk afvalwater

3.4. Europees Hof van de Rechten van de Mens

▪ Dit hof is gevestigd in Straatsburg.

▪ Elke particulier kan naar dit hof stappen indien hij meent dat de nationale wetgeving strijdig is met het Verdrag van de Rechten van de Mens.

vb. Taxquet-arrest: Taxquet was door het Hof van Assisen veroordeeld voor zijn bijdrage in de moord op André Cools. Taxquet vocht de veroordeling aan omdat de assisenjury haar oordeel niet moet motiveren. Het Hof van de Rechten van de Mens gaf hem gelijk, waardoor de rechtszaak opnieuw moest overgedaan worden.

40

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

4. PROCEDURE VOOR DE BURGERLIJKE RECHTBANK

4.1. Inleiding van de zaak voor de rechter

▪ De bevoegde rechtbank zoeken.

▪ Rolstelling en opening van dossier van rechtspleging. → bij de rolstelling wordt men ingeschreven op de algemene rol en moet een rolrecht betaald worden → de griffier opent een dossier van rechtspleging, waarin alle originele processtukken zullen bewaard worden

▪ Dagvaarding wordt aan de tegenpartij betekend door de gerechtsdeurwaarder.

▪ Verschijning op de eerste, inleidende zitting. → doel is na te gaan hoe de partijen verschijnen:  tegenpartij is niet aanwezig: verstekvonnis (verzet mogelijk binnen 1 maand) enkel indien er geen beroep mogelijk is tegen het vonnis in eerste aanleg, is het mogelijk om binnen 1 maand verzet aan te tekenen, zodat de zaak opnieuw voor de rechtbank wordt opgeroepen

 de zaak vergt korte debatten: de zaak kan gepleit worden op het moment zelf of op een vaste datum

 de zaak vergt lange debatten: de zaak wordt uitgesteld onbepaald of naar een bepaalde datum; meestal wanneer een partij wordt vertegenwoordigd door een advocaat

4.2. Eigenlijke behandeling voor de rechter: de rechtsdag

▪ Uitwisseling van stukken en conclusies. → de partijen bezorgen elkaar de bewijsstukken → alle originelen worden bewaard in het dossier van rechtspleging → de argumenten worden opgetekend in conclusies en uitgewisseld → de zaak is nu "in staat om gewezen te worden"

▪ Bepaling van de rechtsdag. → de partijen vragen de rechter om een rechtsdag te bepalen waarop gepleit kan worden (wordt in de praktijk door de griffier bepaald)

▪ Pleiten op de rechtsdag. → pleidooien worden gehouden → = mondelinge aanvulling op de schriftelijke conclusies

41

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

4.3. Berechten van de zaak

▪ Na de pleidooien beveelt de rechter de sluiting van de debatten. → er zijn nu geen nieuwe argumenten meer mogelijk

▪ De rechter houdt de zaak in beraad.

▪ Uitspraak volgt (vonnis of arrest) = het einde van het proces.

▪ Gezag van gewijsde: vanaf de uitspraak van de rechter kan dezelfde betwisting tussen dezelfde partijen niet meer opnieuw voor een rechter gebracht worden; de beslissing is bindend voor de partijen.

▪ Kracht van gewijsde: het vonnis is niet meer vatbaar voor beroep of verzet (hoger beroep en verzet moeten binnen 1 maand na de betekening van de uitspraak ingesteld worden).

4.4. Uitvoering of tenuitvoerlegging van het vonnis

▪ Eerst wacht men de vrijwillige uitvoering af.

▪ Zoniet wordt het vonnis (een uitvoerbare uitgifte ervan) door de gerechtsdeurwaarder betekend, eventueel met bevel tot betaling. !! de betekening doet de beroepstermijn lopen

▪ Indien geen gevolg, kan de gerechtsdeurwaarder bewarend beslag leggen op de roerende goederen.

▪ Indien geen gevolg kan de gerechtsdeurwaarder overgaan tot uitvoerend beslag; bij verkoop van onroerende goederen is er een tussenkomst van een notaris vereist.

▪ De uitvoerings- en beslagprocedure zijn niet gratis: degene die het vonnis uitvoert moet de kosten voorschieten.

42

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

5. PROCEDURE VOOR DE STRAFRECHTBANKEN

5.1. Wat is strafrecht?

Strafrecht is sanctierecht. Dit betekent dat strafrecht er enkel aan te pas komt wanneer er moet gesanctioneerd worden, omdat er schade is of omdat een wet werd overtreden.

Er bestaan nog andere sancties naast de strafrechtelijke, bijvoorbeeld de burgerrechtelijke (bv. betalen van een schadevergoeding), arbeidsrechtelijke (bv. verlies van anciënniteit), administratieve (bv. geen bouwvergunning krijgen omdat de voorschriften niet werden nageleefd).

Strafrecht is wettelijk recht. Hiermee bedoelen we dat enkel wat in de wet wordt beschreven, strafrechtelijk gesanctioneerd wordt. Het strafrecht vinden we terug in het Strafwetboek in de eerste plaats, maar ook in andere wetten (daar wordt dan uitdrukkelijk gezegd dat er een strafrechtelijke sanctie wacht).

Het strafrecht bepaalt wat strafbaar is en wat de straf is; dit is terug te vinden in het Strafwetboek en bijzondere wetten.

Het strafprocesrecht bepaalt welke procedures moeten gevolgd worden om de zaak te onderzoeken en hoe de straf moet toegepast worden.

5.2. 3 soorten misdrijven

Het strafrecht is opgebouwd rond het begrip misdrijf. Dit is een handeling of niet-doen dat door de wet strafbaar wordt gesteld. Er bestaan drie soorten misdrijven, naargelang de graad van ernst. De straf die eraan verbonden is, bepaalt om welk misdrijf het gaat en voor welke rechter de zaak wordt gebracht.

A. De overtreding

▪ De straf voor een overtreding noemt men een politiestraf: - gevangenisstraf van maximaal 7 dagen en/of - geldboetes van 1 t.e.m. 25 euro (x 8 opdeciemen = 200 euro) - werkstraf van min. 20 uur tot max. 45 uur

▪ Dit is de lichtst vorm van misdrijf en wordt voor de politierechtbank behandeld

▪ Voorbeelden van overtredingen: nachtlawaai, verkeersovertreding, openbare dronkenschap.

43

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

Voorbeeld Besluitwet van 14 november 1939 betreffende de beteugeling van de dronkenschap

Artikel 1. § 1. Hij die in een openbare plaats in staat van dronkenschap wordt bevonden, wordt gestraft : voor de eerste inbreuk, met geldboete van 15 frank tot 25 frank; in geval van herhaling binnen een jaar na de eerste veroordeeling, met geldboete van 26 frank tot 50 frank; in geval van nieuwe herhaling binnen een jaar na de tweede veroordeeling, met gevangenisstraf van acht dagen tot een maand en met geldboete van 50 frank tot 100 frank. § 2. Bovendien, in de bij de vorige paragraaf bedoelde gevallen, kan de delinquent, indien hij wanorde, schandaal, of voor een ander of voor hem zelf gevaar veroorzaakt, in het gemeentelijk huis van bewaring of in de veiligheidskamer van de rijkswacht opgesloten worden gedurende ten minste twee uren en ten hoogste twaalf uren. Hij ontvangt, indien zijn toestand zulks vereischt, de noodige geneeskundige zorg.

B. Het wanbedrijf

▪ Het wanbedrijf wordt gestraft met - een gevangenisstraf van 8 dagen tot 5 jaar en/of - zware geldboetes: 26 euro of meer (x 8 opdeciemen = 208 euro) - werkstraf tussen 45 uur en 300 uur

▪ De uitspraak valt voor de correctionele rechtbank

▪ Voorbeeld: slagen en verwondingen, diefstal, oplichting.

Voorbeeld Strafwetboek

Art. 526. Met gevangenisstraf van acht dagen tot een jaar en met geldboete van zesentwintig frank tot vijfhonderd frank wordt gestraft hij die vernielt, neerhaalt, verminkt of beschadigt :

Grafsteden, gedenktekens of grafstenen;

Monumenten, standbeelden of andere voorwerpen die tot algemeen nut of tot openbare versiering bestemd zijn en door de bevoegde overheid of met haar machtiging zijn opgericht;

Monumenten, standbeelden, schilderijen of welke kunstvoorwerpen ook, die in kerken, tempels of andere openbare gebouwen zijn geplaatst.

44

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

C. De misdaad

▪ Het gaat hier om zware criminele feiten die een criminele straf opleveren: - gevangenisstraf 5 tot 30 jaar (= levenslange opsluiting), evt. dwangarbeid - geldboete min. 26 euro (x 8 opdeciemen)

▪ Deze zaken worden behandeld voor het Hof van Assisen

▪ Voorbeeld: doodslag, moord.

Voorbeeld Strafwetboek

Artikel 393

Doden met het oogmerk om te doden wordt doodslag genoemd. Het wordt gestraft met opsluiting van twintig jaar tot dertig jaar .

Artikel 394

Doodslag met voorbedachten rade wordt moord genoemd. Hij wordt gestraft met de dood.

5.3. Strafvordering en burgerlijke vordering

Het plegen van een misdrijf verstoort de gang van zaken in onze samen-leving. Uit het misdrijf ontstaat dan een dubbele vordering: de strafvordering (het misdrijf omschreven in de Strafwet wordt bestraft) en de burgerlijke vordering (burgers kunnen schade ondervonden hebben en moeten hiervoor vergoed worden).

Over de strafvordering oordeelt de strafrechter. Over de burgerlijke vordering de burgerrechtbank (rechtbank van eerste aanleg).

De strafvordering heeft voorrang op de burgerlijke vordering. Dit wil zeggen dat de rechtbank van eerste aanleg maar uitspraak doet over de schadevergoeding wanneer de strafrechtbank de verdachte schuldig heeft bevonden en bestraft.

5.4. Het Openbaar Ministerie

De strafvordering wordt uitgeoefend door het Openbaar Ministerie. Deze zorgt voor de vervolging voor de strafrechtbanken. Het Openbaar Ministerie zorgt ook voor de uitvoering van de opgelegde straf.

Het Openbaar Ministerie wordt uitgeoefend als volgt: ▪ bij politierechtbank, correctionele rechtbank en jeugdrechtbank: Procureur des Konings (eerste substituten en substituten-Procureur des Konings); in sociaal strafrecht door de

Arbeidsauditeur (onder toezicht van de Procureur des Konings).

45

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

▪ bij het hof van beroep door de Procureur-generaal (eerste advocaat-generaal, advocatengeneraal of substituten Procureur-generaal). ▪ bij het Hof van Assisen door de Procureur-generaal bij het hof van beroep. ▪ bij het Hof van Cassatie door de Procureur-generaal bij het Hof van Cassatie.

5.5. Schuldig bevonden

Een straf kan maar opgelegd worden indien de schuld vaststaat. Daarom dat er een rechtszaak wordt gehouden, waar men zich nog kan verdedigen.

Om schuldig bevonden te worden, moet men toerekenbaar zijn. Dit wil zeggen dat men het verschil tussen goed en kwaad moet beseffen. Kleine kinderen, mentaal gehandicapten, enz. zijn niet altijd toerekeningsvatbaar. Hun kan geen schuld verweten worden. Dit wil niet zeggen dat zij altijd vrijuit gaan. Er kunnen volgens het strafrecht ook beveiligingsmaatregelen genomen worden, bijvoorbeeld internering voor zwakzinnigen en abnormalen of het verbod om een voertuig te besturen wegens lichamelijke ongeschiktheid.

5.6. Eens het misdrijf is gepleegd

a) Uitnodiging op het politiebureau

Wanneer een misdrijf wordt ontdekt (op heterdaad of na klacht/aangifte), stelt de politie onder leiding van het Openbaar Ministerie een onderzoek in. De politie kan in dit geval iemand maar maximaal 48 uur vasthouden.

b) Voor de onderzoeksrechter

Indien men iemand langer dan 48 uur wil vasthouden, moet de onderzoeksrechter eraan te pas komen. Hij ondervraagt eerst en beslist dan of een aanhoudingsbevel moet uitgevaardigd worden. Wordt een aanhoudingsbevel afgegeven, dan gaat de verdachte in voorarrest of voorlopige hechtenis. Men mag dan enkel in contact komen met naaste familie en advocaat.

De onderzoeksrechter kan eventueel beslissen dat iemand onder sekreet staat: gedurende maximaal 3 dagen mag er dan geen bezoek bij, behalve de advocaat.

Eenmaal in voorlopige hechtenis, komt men binnen 5 dagen voor de raadkamer, die beslist over de verdere aanhouding. Elke maand komt deze raadkamer bijeen. Wie niet vrijgelaten wordt, kan eventueel beroep aantekenen bij de Kamer van inbeschuldigingstelling, een afdeling van het Hof van Beroep.

c) Het vooronderzoek

Om de zaak goed voor te bereiden voor de rechtbank, volgt er een vooronderzoek waar de verdachte aan meewerkt. Dit vooronderzoek is geheim.

Op het einde van dit vooronderzoek zal de raadkamer beslissen of de zaak voor de rechtbank moet komen en voor welke rechtbank.

46

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

d) De dagvaarding

Wanneer de zaak effectief moet behandeld worden voor de rechtbank, zal men een dagvaarding krijgen van de Procureur des Konings.

e) De terechtzitting

In strafzaken moet men altijd zelf naar de terechtzitting gaan. Wie toch niet verschijnt, wordt bij verstek veroordeeld.

f) De uitspraak

De rechter die de zaak behandelt, zal een oordeel vellen.

Wordt men schuldig bevonden dan zal de uitspraak ook de straf bepalen. De rechter kan een geldboete opleggen (met vermelding van de vervangende gevangenisstraf) of een vrijheidsstraf. Er bestaan nog andere straffen zoals de bijzondere verbeurdverklaring (de zaken die betrokken zijn bij het misdrijf moeten dan afgegeven worden, bijv. wagen of wapen gebruikt bij hold-up), de afzetting (men verliest dan zijn titels en graden, bijv. adeltitel, graad in het leger), en de ontzetting van burgerlijke en politieke rechten.

47

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

Ter afsluiting ...

 Wat moet je zeker kunnen? ▪ je kent de bronnen van het Belgisch recht, weet waar je ze kan terugvinden ▪ je weet wat het verschil is tussen dwingend en aanvullend recht ▪ je kent de inrichting van onze Belgische staat, nl. de verschillende beleidsniveaus ▪ je kan per beleidsniveau aangeven welke instanties beslissingen nemen, voor welke bevoegdheden en hoe deze beslissingen noemen ▪ je weet hoe een wet wordt gemaakt en kan de stappen uitleggen ▪ je kent de hiërarchie van de rechterlijke macht en de bevoegdheid van de rechtbanken ▪ je kan bij betwistingen aanduiden welke rechtbank in eerste en tweede aanleg de zaak zal behandelen ▪ je kan zowel de procedure voor een burgerlijke als voor een strafrechtbank weergeven ▪ je kent de toepasselijke terminologie (zie woordenlijst elektronisch leerplatform).

 Voorbeeldvragen over dit deel zijn terug te vinden op het elektronisch leerplatform.

Via links op het elektronisch leerplatform kan je (eenvoudige) elektronische oefeningen maken om te kennis te toetsen.

 Hoe kan je je praktische kennis verrijken? ▪ ga naar de site http://www.staatsblad.be en kijk de inhoudstafel van het Belgisch Staatsblad na  bepaal voor elke beslissing die wordt gepubliceerd of die voor jou van toepassing is (een wet, een decreet afhankelijk van welke instantie het uitgaat)  kijk bij een wet en een decreet hoe verschillend het begin en het einde zijn (bijv. bij een wet zie je duidelijk dat de Koning met een welbepaalde formule afsluit, dat er meer handtekeningen zijn naast die van de Koning - waarom? - , dat soms bij een beslissing advies aan de Raad van State wordt gevraagd) ▪ volg het nieuws en let op als er gesproken wordt over wetsontwerpen en wetsvoorstellen: in welke fase van de procedure zitten deze en hoe snel worden ze wet? Je kan het traject van elk voorstel of ontwerp volgen via www.dekamer.be ▪ bezoek de site http://www.dekamer.be en lees de informatie omtrent het totstandkomen van een wet en de werking van de kamer ▪ lees op het elektronisch leerplatform de steekkaarten i.v.m. geledingen van de staat, rechtbanken, Raad van State ▪ lees in dagbladen en achterhaal bij artikels over rechtszaken: waarom is deze rechtbank bevoegd, welke procedure volgt men en in welke fase zit de zaak? ▪ vraag op de site http://www.minfin.fgov.be gratis brochures op over de werking van de rechtbanken

48

Juridische context van de vastgoedmarkt - PB Vastgoed 1 - 2021-2022

This article is from: