DUURZAME TOEKOMST
Dit zijn commerciële uitingen. Dit is een commerciële uitgave. De Trouw-redactie heeft geen betrokkenheid bij deze productie.
SemperVere - Advertorial
Altijd lente
De agrarische sector zit in een duurzaamheidstransitie. Waar conventionele partijen zich hierdoor steeds meer beperkt voelen, zijn er ook innovaties in de sector die juist nieuwe mogelijkheden bieden én uiterst duurzaam zijn.
Thomas Baars, Algemeen directeur, SemperVere
We spreken met oprichters Thomas Baars en Thijs Maathuis, respectievelijk algemeen directeur en technisch directeur van SemperVere. Het Nederlandse bedrijf wil met innovatieve teeltmethoden bijdragen aan een groenere toekomst. De Latijnse woorden ‘Semper Vere’ illustreren wat het bedrijf doet. “Onze naam betekent ‘altijd lente’ of ‘altijd eerlijk en oprecht’. De lente verwijst naar het stabiele en optimale klimaat dat we het hele jaar handhaven in onze kas. Hiermee kunnen we hoogwaardige kruiden en slasoorten produceren, volledig vrij van pesticiden.
SemperVere
Daarnaast staat ‘eerlijk en oprecht’ voor onze missie. We willen een gezond product leveren, op de meest duurzame manier.”
De agrarische sector moet duurzamer, hoe vult SemperVere dit in?
“Duurzaamheid is inderdaad geen optie meer, het is een noodzaak. Kassen worden in Nederland met gas gestookt, met de bijbehorende uitstoot. Wij hebben onze kas volledig afgesloten en uitgerust met zonnepanelen die meer energie opwekken dan we daadwerkelijk verbruiken, wat betekent dat we ook bijdragen aan het net. Dit maakt ons in essentie energiepositief. Dat is belangrijk, want door klimaatpositief te telen, kunnen we echt een verschil maken in de manier waarop we voedsel produceren.”
“De voordelen van deze manier van telen gaan nog verder, want we hebben alle omstandigheden binnen de kas, zoals licht, lucht, water en CO2, volledig onder controle. Dit betekent dat we precies kunnen sturen op wat de planten nodig hebben, wat niet alleen de efficiëntie, maar ook de kwaliteit van onze producten verhoogt.”
Thijs Maathuis, Technisch directeur, SemperVere
Jullie werken pesticidevrij?
“Ja, we werken 100% pesticidevrij, en gebruiken uitsluitend natuurlijke bestrijdingsmethoden. Omdat onze kas volledig afgesloten is, kunnen we ongewenste plagen sowieso beter buitenhouden. Maar als er toch iets binnenkomt, gebruiken we natuurlijke vijanden van de plagen. Bijvoorbeeld, als er een bepaalde soort vliegjes in de kas komt, gebruiken we geen vergif, maar insecten die de eitjes van die vliegjes opeten. Zo groeien onze planten in een gezonde omgeving, wat beter is voor de
gezondheid van de consument en het milieu.”
Hoe waarborgen jullie de kwaliteit?
“Uiteindelijk is kwaliteit ons visitekaartje. Je basis moet kloppen, pas daarna kun je gaan praten over de duurzaamheidsvoordelen. Het moet allereerst lekker, gezond en lang houdbaar zijn. Als de klant het niet lekker vindt, of het product snel bederft, houdt alles op. Maar juist omdat we onder ideale en stabiele omstandigheden hoogwaardige producten kunnen telen, is de ‘smaak en kraak’ beleving optimaal.”
Hoe zien jullie de toekomst voor SemperVere?
“We hebben in april 2023 een crowdfunding campagne gelanceerd, waarmee we onze eerste kas van 5.000 vierkante meter hebben gebouwd. Sindsdien hebben we een flinke groei doorgemaakt, en is de vraag onze productie voorbij gegroeid. We zijn daarom bezig met een nieuwe investeringsronde om onze capaciteit te verdubbelen naar 10.000 vierkante meter.”
Campagne Manager: Jeroen van Zonneveld Managing Director: Jonathan Andersson Redactie: Eltjo Nieuwenhuis Graphic Design: Kiloe van Benthem Tekst: Jan Koning, Fred Pals, Hugo Schrameyer & Eltjo Nieuwenhuis Gedistribueerd met: Trouw 2024 Drukkerij: DPG Media Partner. Content in deze campagne is tot stand gekomen in samenwerking met onze klanten.
Een groene aanpak van witgoed
Consumenten zijn zich steeds meer bewust van de invloed van hun keuzes op het milieu. Ook in de markt voor witgoed - elektrische huishoudelijke apparaten - wordt de vraag naar duurzame producten steeds groter. Bijkomend voordeel hiervan is dat duurzaamheid in witgoed vaak resulteert in besparingen voor de gebruiker. Want minder energie- en watergebruik geeft naast milieuwinst ook kostenverlaging aan de consument.
Beko is een bekend voorbeeld van een merk dat duurzaamheid hoog in het vaandel heeft staan. Hoewel het bedrijf zichzelf in Nederland nog niet ‘bekend’ genoeg vindt. Want ook al is het Turkse bedrijf een van de drie grootste witgoedmerken van Europa én wordt er wereldwijd iedere twee seconden een Beko apparaat verkocht, in ons land is het merk net een landelijke campagne begonnen om de naamsbekendheid een boost te geven. We vragen hiernaar aan Malu van der Goes, brand marketeer van Beko Netherlands.
Focus op duurzaamheid “Het opbouwen van naamsbekendheid kost tijd, zeker in de traditionele witgoedbranche. Elk land is anders, en Beko werd op de Nederlandse markt later geïntroduceerd dan in andere landen. Daarnaast is de concurrentie hier sterk, met merken die al lange tijd een vaste plek op de witgoedmarkt hebben. We werken er stap voor stap aan om kansen te benutten en ons merk steeds beter te positioneren.”
Beko focust sterk op duurzaamheid. Het moederbedrijf staat in 2024 op de 44e plaats in de lijst van ’s werelds meest duurzame bedrijven van TIME Magazine. Het is hiermee het hoogstgeplaatste bedrijf in de huishoudelijke apparatenindustrie. Toch
gaan de duurzaamheidsambities nog verder, want het bedrijf heeft voor 2030 een aantal ambitieuze duurzaamheidsdoelen gesteld. Zo wil men het energie- en waterverbruik tijdens de productie met 45% verminderen, de productie volledig draaien op groene elektriciteit, 70% water recyclen en afval minimaliseren, met als doel 99% afvalherstel te bereiken.
Malu ligt toe waar deze ‘groene missie’ vandaan komt: “De milieuproblemen in de wereld en de bijbehorende verandering in denkpatronen zorgen ervoor dat je als producent van huishoudelijk apparaten kritisch naar jezelf moet kijken. Sinds 2015 is Hakan Bulgurlu onze CEO. Hij is sterk gefocust op de klimaatproblematiek en zet hij zich in voor de strijd tegen klimaatverandering. Dus heeft hij met zijn visie en duurzame bedrijfsvoering ons bedrijf veranderd.”
Groene technologieën
Omdat het grootste deel van de koolstofemissies voortkomt uit het gebruik van de producten door klanten, richt Beko zich op het constant verbeteren van de energie-efficiëntie van zijn producten. Denk hierbij onder andere aan wasmachines met EnergySpin technologie, waarin hogere trommelsnelheden resulteren in
energiebesparing van 35%. Natuurlijk gaat duurzaamheid verder dan energieverbruik alleen. Dus maakt Beko bijvoorbeeld ook koelkasten met een HarvestFresh lade, om groente en fruit tot dertig dagen langer vers te houden, en dus voedselverspilling tegen te gaan.
Ook in de productieprocessen heeft men diverse andere initiatieven ontwikkeld om de impact op het milieu te verminderen. Zo zijn er wasmachines en drogers met een kuip van gerecycled plastic, evenals koelkastaccessoires, fornuizen en vaatwassers met onderdelen van gerecycled plastic uit visnetten, PETflessen en draadafval. Door afvalmaterialen te gebruiken, wordt de koolstofvoetafdruk van de producten verminderd en de circulariteit van materialen verbeterd.
Win-win
Malu geeft nog een voorbeeld van een groene innovatie: “Watertekorten zijn een wereldwijd probleem, dat we zelfs in ons natte landje steeds meer voelen. Daarom heeft Beko de SaveWater technologie ontwikkeld. Tijdens het wassen en drogen wordt water dat vrijkomt tijdens de droogcyclus maximaal 72 uur hygiënisch opgeslagen in een speciaal waterreservoir van de wasmachine, en vervolgens hergebruikt voor de volgende wasbeurt. In het afwassen gebruiken we
een vergelijkbare techniek. Met deze twee innovaties kan een gemiddeld gezin bijna 2000 liter water per jaar besparen.”
Beko wil een leidende rol spelen in de transitie naar een duurzamere toekomst. Bijkomend voordeel hiervan is dat in de huidige maatschappij een innovatief en duurzaamheidgericht beleid een concurrentievoordeel kan bieden. De keuze voor duurzame huishoudelijke apparaten biedt niet alleen voordelen voor het milieu, maar ook voor de consument zelf. Zo besparen energiezuinige apparaten niet alleen geld op water en energie, ze hebben vaak ook een langere levensduur.
Verduurzaming vraagt om verantwoorde financiering
In het streven naar een duurzame samenleving speelt financiering vaak een sturende, zelfs beslissende rol. Zo kunnen bij een bedrijfskrediet bijvoorbeeld voorwaarden worden gesteld aan een duurzame bedrijfsvoering, terwijl particulieren meer kunnen lenen voor de verduurzaming van hun woning. Op deze manier kan kapitaal meehelpen om de energietransitie te versnellen en tot een succes te maken. Tegelijkertijd is het beïnvloeden van gedrag een belangrijk component om verduurzaming daadwerkelijk te realiseren.
ING is al zeven jaar partner van Duurzame Dinsdag, omdat de bank het belangrijk vindt dat bedrijfsleven, overheid en burgers samenwerken aan het verduurzamen van de samenleving. Want niemand kan er nog omheen: de energietransitie is onderweg en zal niet meer stoppen. Dus ontplooien bedrijfsleven, particulieren en de overheid tal van initiatieven. Banken zijn een belangrijke schakel als het gaat om de acceleratie van de energietransitie. Dat kan door middel van financieringen, maar ook door het bevorderen van financiële gezondheid, waardoor burgers en bedrijven financieel in staat zijn om de transitie door te komen. Daarnaast kunnen innovaties binnen de energietransitie gestimuleerd worden met kapitaal.
Financiële gezondheid
Met acht miljoen particuliere klanten en rond 626.000 zakelijke rekeningen is ING in de positie om een bijdrage te leveren. Léon Wijnands, verantwoordelijk voor duurzaamheid binnen ING in Nederland, stelt: “We moeten nog meer in beweging komen: bedrijven, consumenten, overheden en ook de financiële sector. Iedereen kan bijdragen aan een meer duurzame samenleving. Maar als je aan het einde van de maand elke keer krap zit, heeft het weinig zin om over de aanschaf van zonnepanelen,
samenleving
financieren
boeken op ing.com/climate.
warmtepomp of een grote batterij voor je fabriek te praten. Als je grip hebt op je geld, is het makkelijker om keuzes te maken voor een beter klimaat.”
Een dergelijke klantreis kan voor een particulier bij ING beginnen met een Calcasa-woningcheck, waarmee klimaatrisico’s bij de aankoop van een huis berekend kunnen worden. Het is een tool om te weten te komen waar je aan begint bij de aankoop van een woning. Of er overstromingsrisico’s zijn bijvoorbeeld, of wat de staat van de fundering is. Ook is er de gratis huisscan, waarmee je inzicht krijgt in de energiebesparende maatregelen voor
jouw huis, én je een indicatie krijgt van de kosten, besparingen, beschikbare subsidies en financieringsmogelijkheden. Klanten moeten in staat worden gesteld om mee te gaan in de energietransitie, en daarbij is financiële gezondheid van belang.
Als je grip hebt op je geld, is het makkelijker om keuzes te maken voor een beter klimaat
Klimaatdoelstellingen
De aanpak gericht op meer duurzaamheid geldt zowel voor particuliere als zakelijke klanten. “Samen met onze klanten willen we klimaatverandering tegengaan. Als bank beseffen we dat we de grootste impact maken via ons leningenboek, dus samen met al onze klanten: particulieren en bedrijven”, aldus Wijnands. De bereidheid om te verduurzamen onder Nederlandse bedrijven stagneert dit jaar lichtelijk, zo blijkt uit ING-onderzoek. Dat komt onder andere door een verminderd ondernemersklimaat, geopolitieke ontwikkelingen en voortdurend veranderende regelgeving. “Ondernemers die wel aan de slag gaan met de energietransitie, en daardoor hun bedrijfsvoering of model aan het wijzigingen zijn, lopen tegen technologische risico’s aan. Zo zijn er capaciteitsproblemen op het gebied van stroomvoorziening. Gelukkig gelooft toch nog altijd de meerderheid van de
ondernemers - net als wij - in duurzaamheid. En daarom willen we het verduurzamen graag stimuleren. Zo geven we prikkels door middel van variabele rentes bij leningen: als de duurzaamheidsprestaties van bedrijven verbeteren gaat de rente omlaag, maar ook omhoog als de prestaties verslechteren. En bij elke financieringsaanvraag van een bedrijf maakt het thema duurzaamheid onderdeel uit van het gesprek”, zegt Wijnands.
ING is zelf onderdeel van de Net Zero Banking Alliance en heeft zich gecommitteerd om al haar leningsactiviteiten in lijn te brengen met de doelstellingen van het Klimaatakkoord van Parijs. Daarnaast streeft de bank naar netto-nul uitstoot van haar eigen activiteiten in 2035. Als onderdeel van een bewustwordingsproces en kennisvergroting ten aanzien van duurzaamheid volgen alle medewerkers van ING een ‘Climate School’. “Daarnaast hebben we innovatieve groene producten en diensten ontwikkeld, zoals de eerste aan duurzaamheid gekoppelde lening ter wereld. Ook adviseren we klanten met onze sectorexpertise en internationale netwerk. We willen bijdragen aan een duurzame toekomst en de CO2-intensiefste sectoren transformeren.”
Wat de toekomst betreft, denkt Wijnands dat de verzameling van zeer specifieke energiegerelateerde data bij woningen en bedrijven de komende jaren nog veel belangrijker gaat worden in het proces op weg naar een meer duurzame samenleving. “Denk aan data waarmee je de CO2-uitstoot per woning kan berekenen. Zo is er nog veel meer mogelijk in de toekomst.”
Léon Wijnands, Verantwoordelijk voor duurzaamheid bij ING Nederland
Duurzame Dinsdag als economische aanjager
VOORWOORD
Duurzaamheid is allang geen toekomstdroom meer. Het is een noodzakelijke realiteit voor landen, consumenten en bedrijven. In een tijd waarin klimaatverandering, uitputting van grondstoffen en andere milieuproblemen zich steeds duidelijker manifesteren is duurzaamheid allang niet meer enkel een verplichting. Het biedt ook veel potentieel, want behalve het verminderen van negatieve impact, kan duurzaamheid op lange termijn veel waarde creëren, voor alle betrokkenen.
Duurzame Dinsdag, die sinds 1997 jaarlijks op de eerste dinsdag van september plaatsvindt, brengt duurzame initiatieven onder de aandacht en faciliteert de dialoog tussen innovators en beleidsmakers. De vergelijking met Prinsjesdag ligt voor hand, vanwege de manier waarop het initiatieven aan de politiek presenteert. Op deze dag worden honderden initiatieven, van kleinschalige burgerprojecten tot innovatieve start-ups, gebundeld in een symbolisch koffertje en overhandigd aan een bewindspersoon. Er wordt zelfs een duurzame troonrede uitgesproken, en het geheel vindt plaats in het gebouw van de Tweede Kamer.
Holistische benadering
Waar duurzaamheid aanvankelijk benaderd werd uit een puur ecologisch perspectief, met focus op verminderen van milieuschade, erkennen we tegenwoordig steeds meer de noodzaak van een holistische benadering. Duurzaamheid omvat naast ecologische ook economische en sociale dimensies. Bedrijven die duurzaamheid omarmen, moeten verder kijken dan hun ecologische voetafdruk en
zich inzetten om meerwaarde te creëren voor alle betrokkenen, van aandeelhouders en werknemers tot klanten en de bredere samenleving.
Deze bredere benadering biedt bedrijven naast een kans om bij te dragen aan een gezondere wereld, ook potentiële financiële voordelen. Door te investeren in duurzame technologieën en processen, kunnen bedrijven hun operationele kosten verlagen, nieuwe markten aanboren en hun merk versterken. Bovendien is duurzaamheid een risicobeheersingsstrategie, die bedrijven helpt om zich aan te passen aan de veranderende marktomstandigheden en regelgeving.
Win-win
De transitie naar duurzaamheid kan kosten te besparen én nieuwe inkomstenstromen creëren. De circulaire economie, waarin producten en materialen worden hergebruikt, kan bijvoorbeeld leiden tot aanzienlijke besparingen op grondstoffen en afvalbeheer. Een goed voorbeeld is de circulaire indoor tuinbouw. Het minimaliseert het gebruik
Een inspirerend hotel
In de hotelbranche zijn er op veel vlakken duurzaamheidsdoelen te stellen. Dat begint al in de ontwerpfase en gaat door tot in de dagelijkse bedrijfsvoering. Met een doordacht beleid kan een daadwerkelijk verschil gemaakt worden voor mens en natuur.
Gisela Boersma werkt als Sustainability Impact manager bij The Usual en houdt zich in haar functie vooral bezig met duurzaamheid en de regelgeving hieromheen. “Binnen een hotel is deze functie heel breed. Van de laatste producten die binnenkomen tot bouwcertificering en alles wat ertussen zit.” Duurzaamheid krijgt in 2024 veel aandacht, en Boersma merkt dat er steeds meer bewustwording is. Ook binnen de hotelbranche. “Mensen beseffen dat we niet kunnen doorgaan op de manier waarop we altijd bezig zijn geweest. Dat heeft gewoon veel te veel impact op mens en milieu. Daarom zijn wij een paar jaar
geleden begonnen met dit project, omdat er iets moest veranderen. Want we weten dat we als mensheid houden van reizen. Reizen is ook goed. Jezelf onderdompelen in andere culturen, je horizon verbreden en nog veel meer. Maar het moet en kan duurzamer.”
Impact
Dat het duurzamer kan, bewijzen ze bij The Usual op werkelijk alle fronten. In eerste instantie al bij het bouwproces. “Dit begint door de daadwerkelijke bouw van het hotel te realiseren met zo min mogelijk impact op het milieu. Een grote uitdaging waarin veel factoren meespelen, maar waar we erg scherp op zijn geweest, is het werken met materialen die lang meegaan of die je kunt hergebruiken, en voor het oog inspirerend en gastvrij zijn. Daarbij hebben we een energiestudie gedaan, ons verdiept in de ‘BREEAM
In-Use’ richtlijnen, en deze aanbevelingen doorgevoerd. Denk aan extra isoleren van de gevel en gebruik van duurzame installaties, wat heeft geresulteerd in een A++ energielabel. Dat is de basis waarop we zijn gaan bouwen. Letterlijk en figuurlijk.”
Ook in de dagelijkse operationele bezigheden werken ze zo duurzaam mogelijk.
van water en energie en biedt een efficiënte oplossing voor voedselproductie in eigen land. Dit resulteert in een beter product, minder transportkilometers en lagere operationele kosten, maar biedt ook nieuwe zakelijke kansen in een markt waar innovatie noodzakelijk is.
Een ander voorbeeld met veel impact is de vergroening van huishoudelijke apparatuur. Zo wordt niet alleen energie- en waterverbruik voor consumenten verlaagd, maar kunnen innovatieve bedrijven hun marktaandeel vergroten door in te spelen op de groeiende vraag naar energie-efficiënte producten.
Nederlands perspectief Nederland wordt dagelijks geconfronteerd met de uitdagingen van klimaatverandering,
zoals stijgende zeespiegels en extreme weersomstandigheden. Dus zijn duurzame initiatieven hier deel een overlevingsstrategie. Mede hierdoor heeft ons land de expertise om een broedplaats te zijn voor grensverleggende ideeën. Door innovaties op internationale schaal te delen en in te zetten, kan Nederland bijdragen aan een duurzamere wereld én zich sterk positioneren op de wereldmarkt. Bedrijven die zich specialiseren in duurzame oplossingen kunnen profiteren van de wereldwijde vraag naar groene producten en diensten. Zo opent de deur naar nieuwe markten, waarmee Nederland niet alleen zijn economische positie versterkt, maar ook globaal kan etaleren dat een duurzame economie rendabel kan zijn.
Boersma: “Het mooie is dat je met kleine dingen gewoon een enorm verschil kunt maken. Denk bijvoorbeeld aan het ontbijt. De meeste hotels kiezen voor uitgebreide buffetten, waarna veel eten weggegooid wordt. Wij bieden een selecte keuze aan heerlijke ontbijtitems, gemaakt door bekende lokale bakkers en cateraars. We zijn trots op onze steden en willen dit delen met onze gasten. Dit past perfect in het kader van Love for Local, om de lokale bevolking te steunen én voor een zo klein mogelijke footprint.”
Voorbeeld
Hiernaast doen ze bij The Usual mee aan tal van acties die direct impact maken op de natuur. Zo zorgt het hotel, in samenwerking met Clear Rivers, ervoor dat bij elke directe boeking een kilo plastic uit de rivieren gevist wordt. Daarnaast wordt er per kamernacht 100 liter schoon drinkwater gedoneerd via Made Blue. Hiermee zijn ze bij The Usual zelf een voorbeeld geworden voor andere
ondernemers. “Dat is toch geweldig. Als je met jouw werk een inspiratie voor anderen kunt zijn. Dat je niet meer per se een concurrent bent, maar juist informatie met elkaar deelt om samen de wereld een stukje mooier te maken.”
Tekst: Eltjo Nieuwenhuis Foto: AdobeStock
The Usual – Advertorial
Gisela Boersma,
Sustainability Impact manager, The Usual
Twijfel niet over de warmtepomp, het is nog steeds een goede keuze
Na de ongekende stijging in voorgaande jaren loopt de vraag naar warmtepompen al een tijdje terug. Woningeigenaren zijn terughoudender, onder meer door het zwalkend overheidsbeleid. Aanvankelijk zou vanaf 2026 de warmtepomp verplicht worden bij vervanging van de verwarmingsketel, maar het nieuwe kabinet wil van die verplichting af. Ook door de inmiddels wat lagere gasprijzen is de vertrouwde hr-ketel weer in trek. Toch hebben warmtepompinstallateurs aan opdrachten geen gebrek, merkt ook installateur Erwin Jansen van Jansen Installatietechniek uit Driel.
Erwin Jansen, Eigenaar, Jansen Installatietechniek
Het zeskoppige bedrijf van Jansen plaatst jaarlijks flink wat warmtepompen. De technologie achter de warmtepomp is al meer dan honderd jaar oud, maar voor veel mensen is het nog een nieuw en onbekend apparaat, waarover het bedrijf veel vragen krijgt. Jansen geeft antwoord op de vijf meest gestelde vragen over warmtepompen.
Wat kost een warmtepomp?
“De eerste vraag is vaak: wat kost het en hoe snel verdien ik het terug? Dat hangt natuurlijk van veel factoren af. Je hoort wel bedragen van tienduizend euro of meer, maar een hybride warmtepomp is er al
vanaf zo’n 1.000 euro na aftrek van de overheidssubsidie”, zegt Jansen. “Dan moet hij nog wel worden geïnstalleerd. Op het internet zie je veel rekentooltjes waarmee je binnen een minuut ziet wat je totaalprijs is. Ik geloof daar niet zo in. Elke woning is anders, dus ik geef nooit zomaar een prijs. Klanten waar ik een warmtepomp installeer zien hun energierekening direct omlaag gaan. Hun investering hebben ze er meestal binnen een jaar of zeven uit.”
Heb ik thuis wel genoeg ruimte?
“Meestal hangt de cv-ketel op zolder of in een kast. Een warmtepomp past daar vaak niet meer bij. Maar weinig binnenruimte is bij een hybride warmtepomp geen drempel meer. Er zijn tegenwoordig oplossingen zonder binnendeel. Wij installeren bijvoorbeeld vaak de Compress Hybrid 5800i van Nefit Bosch. Deze warmtepomp wordt in zijn geheel buiten geplaatst. Meestal is hiervoor wel een geschikte plek te vinden, bijvoorbeeld in de tuin, aan de gevel of zelfs op het dak. Binnen lever je geen ruimte in, en zijn ook geen grote aanpassingen nodig aan de bestaande cvinstallatie.”
Hoeveel geluid maakt een warmtepomp “Mensen die nadenken over een warmtepomp zijn vaak bang voor lawaai.
Niet nodig, zolang je de juiste warmtepomp hebt, die precies is afgestemd op jouw woning. Als de warmtepomp te klein is, zoals soms gebeurt, heb je kans op geluidhinder. Ook het deskundig inregelen van de installatie is belangrijk, anders liggen geluids- of koudeklachten op de loer. De plaatsing van de buitenunit en de warmtepomp zelf zijn natuurlijk ook bepalend. Daarin zit nog veel verschil. Voor mij is op dit moment de Bosch Compress 5800i de stilste luchtwaterwarmtepomp die er is, letterlijk fluisterstil. Ik heb deze ook in mijn eigen voortuin staan. Je hoort gewoon niet of hij draait.”
Moet ik ook vloerverwarming laten aanleggen?
“Bij de huidige generatie warmtepompen waarmee wij werken, is vloerverwarming niet per se nodig. Deze warmtepompen kunnen het water tot wel 75 ℃ verwarmen, dat is ruim voldoende om met gewone radiatoren je huis comfortabel warm te houden. Zeker als je kiest voor een hybride oplossing, dan heb je immers altijd nog je cv-ketel als backup, voor als het buiten het ver onder nul is. Wil je volledig van het gas af? Dan raad ik wel vloerverwarming aan voor een zo hoog mogelijk rendement.”
Hoe kies ik de beste warmtepomp?
“De mensen worden bedolven onder reclames over warmtepompen. Ik adviseer mijn klanten: laat je niet verleiden tot een snelle beslissing. Jouw warmtepomp moet minstens vijftien jaar mee en je wil gewoon geen gedoe. Kies daarom voor een vertrouwd merk, waarvan je zeker weet dat het ook over vijftien jaar nog bestaat. Zelf doe ik geen concessies aan de kwaliteit. Daarom werk ik alleen met Nefit Bosch. Een toonaangevend merk in Europa dat al jaren hoogwaardige en betrouwbare warmtepompen, cvketels en ook airco’s ontwikkelt. Vooral de serviceorganisatie vind ik ijzersterk, je kunt altijd op ze rekenen. Bij warmtepompen vind ik dat een must. Ik wil mijn klanten, en dus mezelf, onaangename verrassingen besparen.”
Mensen willen duidelijkheid Verplichte warmtepomp of niet, de energietransitie is volgens Jansen niet terug te draaien. Het staat wat hem betreft buiten kijf dat juist de warmtepomp een belangrijke rol gaat spelen. “Daarom pleit ik voor een stabiel overheidsbeleid dat voor de lange termijn écht duidelijkheid geeft aan mensen. Welke kant gaan we op? Op welke subsidies en regelingen kunnen de mensen nu én in de toekomst rekenen? Mensen willen echt wel investeren in een warmtepomp of zonnepanelen, om zo minder afhankelijk te zijn van hun energieleverancier. Maar dan willen ze wel zekerheid. En niet na een paar jaar weer allerlei veranderingen en verrassingen”, concludeert Jansen.
Slim laden voor een gebalanceerd stroomnet
Nederland bevindt zich in een energietransitie, waarbij steeds meer energie wordt opgewekt uit hernieuwbare bronnen als wind en zon. We zien ook dat steeds meer huishoudens elektrificeren en bijvoorbeeld elektrisch gaan rijden. Een goede zaak, maar het brengt ook een hoop uitdagingen met zich mee.
De momenten dat we de meeste elektriciteit opwekken uit zon en wind zijn niet per se de momenten waarop we de meeste elektriciteit verbruiken. Hierdoor wordt het net op sommige momenten overbelast, terwijl op andere momenten de vraag juist achterblijft op het aanbod. De balans van het stroomnet staat daarmee dus constant onder druk. Energieleverancier ENGIE heeft hiervoor slimme oplossingen ontwikkeld voor haar klanten, onder andere in de vorm van ‘Slim Laden’.
Slim thuisladen
Pim Buiting, business developer bij ENGIE vertelt hier meer over. “Normaliter stoppen mensen de stekker bij thuiskomst in hun auto en blijven ze laden tot de accu vol is. Vaak is dat helemaal niet direct nodig. Sterker nog, dat zijn juist vaak de momenten waarop er al
moment dat iemand zijn auto inplugt – tot het moment dat hij heeft opgegeven dat hij zijn auto weer nodig heeft – wat binnen die periode de beste momenten zijn om de auto op te laden. Dit gebeurt vervolgens wanneer er veel aanbod is van energie, of juist weinig vraag.”
ENGIE www.engie.nl/slimladen
heel veel vraag naar energie is en het stroomnet dus overbelast kan raken. In het geval van ‘Slim Laden’ kan iemand bij ons in de ENGIE-app aangeven wanneer hij wil dat zijn auto opgeladen is. Dit kan bijvoorbeeld de volgende ochtend om 07.00 uur zijn. Dan wordt automatisch bepaald vanaf het
Beloning
Klanten van ENGIE kunnen zelf aangeven tussen welke tijdstippen ze hun auto willen laden. ENGIE bepaalt dan de beste momenten hiervoor. Deze flexibiliteit wordt ook beloond. “Voor ieder ‘slim geladen’ kilowattuur, ontvangt de ENGIE-klant drie
cent”, gaat Buiting verder. “Elke klant heeft hiervoor zijn eigen spaarpotje in onze app, waar na iedere slimme laadsessie een bedrag bijkomt. Je kunt het eigenlijk zien als het nieuwe zegeltjes sparen.”
De beste ideeën zijn soms heel simpel. Er zijn dan ook weinig redenen te bedenken om niet te kiezen voor Slim Laden. Buiting: “Dat zou je zeggen, inderdaad. Voor de gebruiker verandert er namelijk niets. Toch blijft onbekend vaak onbemind en het is daarom aan ons om bekend te maken hoe je, via een simpele eenmalige koppeling met onze app, bij kunt dragen aan de energietransitie. Dat is het gemak van ENGIE.”
Sporten, bewegen én streven naar een circulaire toekomst
De duurzame transformatie is in de hele retailsector zichtbaar, en specifiek in de wereld van sport, bewegen en vrijetijdsbeleving. Hier zien we de overgang van een traditioneel lineair model naar een circulair model, waardoor sport en duurzaamheid harmonieus samenkomen.
Deze ontwikkeling zien we ook duidelijk bij de Franse sportformule Decathlon. Mario Kramer, Sustainable Development leader, legt uit dat de duurzame ambities van het merk voortkomen uit een diepgewortelde overtuiging dat sport en natuur onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. “Wij willen mensen niet alleen stimuleren om te bewegen, maar ook bewustmaken van hun impact op de natuur. De term die wij hiervoor gebruiken, is ‘preserve’: de omgeving waarin we sporten beschermen en zo goed mogelijk onderhouden.”
Decathlon heeft in lijn met deze ambitie
een sterke focus op minder CO2-uitstoot, vertelt Denise De Cleene, Sustainable Development Communication expert. Circa 80 tot 85% van deze uitstoot wordt veroorzaakt door producten, van de ontginning van grondstoffen tot end-of-life. Dit inzicht heeft geleid tot een strategie waarin duurzaamheid al in de ontwerpfase van producten centraal staat. “We kijken kritisch naar de materialen en processen die worden gebruikt. Bovendien hebben we aanvullende circulaire initiatieven ontwikkeld, zoals reparatie en de verkoop van tweedehands producten.”
BuyBack-programma
Een van de meest opvallende initiatieven is het BuyBack-programma, waarbij klanten hun gebruikte producten kunnen inruilen voor een Decathlon-giftcard. Dit programma stimuleert hergebruik en voorkomt dat producten worden afgedankt. Momenteel wordt dit programma vooral toegepast op fietsen en tenten, maar het is ook mogelijk voor andere productgroepen en zal in de toekomst verder uitgebreid worden naar producten zoals kleding en andere outdoorartikelen.
Daarnaast biedt het bedrijf een reparatieservice aan die al vanaf de ontwerpfase is meegenomen. Dit betekent dat producten zo worden ontworpen dat ze gemakkelijk te repareren zijn, waardoor hun levensduur wordt verlengd. Praktische voorbeelden hiervan zijn de keuze voor duurzame en gerecycleerde materialen in kleding, en het aanbieden van reparatiediensten in de winkels.
Abonnementen
Het merk onderzoekt voortdurend nieuwe manieren om zijn circulaire modellen uit te breiden. Zo wordt er getest met abonnementsvormen voor producten als kinderfietsen, terwijl er tevens wordt gekeken naar zulke abonnementen voor andere productgroepen. “Waarom zou iedereen
alles in eigendom moeten hebben?”, vraagt Kramer zich af. “In plaats daarvan kunnen klanten producten huren wanneer ze deze nodig hebben, wat zowel economisch als ecologisch voordelen biedt.” Deze abonnementsvormen worden momenteel op kleine schaal getest in enkele winkels, maar de ambitie is om ze in de toekomst uit te rollen naar steeds meer productgroepen, zodat klanten flexibel kunnen omgaan met hun sportuitrusting, zonder onnodige verspilling. Duurzaamheid draait niet alleen om technologie en processen, maar ook om mensen. Intern heeft het bedrijf geïnvesteerd in het opleiden van medewerkers om hen bewust te maken van duurzaamheid en hen de vaardigheden te geven om klanten hier goed over te informeren. Dit vertaalt zich naar betere klantgesprekken op de winkelvloer, waar medewerkers naast nieuwe producten ook duurzame alternatieven, zoals tweedehands producten en reparatiediensten, kunnen aanbieden.
Pim Buiting, Business developer, ENGIE
Mario Kramer, Sustainable Development leader, Decathlon
Denise De Cleene, Sustainable Development Communication expert, Decathlon
Petitie om onjuist energielabel aan te passen
Het huidige energielabel is onbetrouwbaar en ongeschikt als sturingsinstrument voor energiebesparing bij huur- en koopwoningen. Kopers betalen vaak meer voor woningen met een gunstig energielabel, maar kunnen bedrogen uitkomen als blijkt dat de woning veel meer energie verbruikt dan de naastgelegen woning met een slechter label. Dit leidt niet alleen tot hogere kosten, maar ook tot frustratie en teleurstelling.
Verhuurders laten vaak vloerisolatie achterwege, omdat dit nauwelijks meetelt voor het energielabel. Hierdoor komen huurders in een woning terecht die weliswaar een mooi label heeft (en daardoor een hogere huurprijs), maar die in werkelijkheid niet comfortabel, energiezuinig of gezond is. Huisstofmijten kunnen welig tieren, wat de gezondheid van bewoners in gevaar brengt. Het is tijd om actie te ondernemen en deze misleiding te stoppen.
Vloerisolatie stiefmoederlijk behandeld, vloerverwarming veronachtzaamd
Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft de energiebesparing door vloerisolatie altijd kunstmatig laag gehouden en gedaan alsof vloerverwarming geen invloed heeft op het warmteverlies naar de kruipruimte. De projectgroep die verantwoordelijk is voor het energielabel, heeft recent geconcludeerd dat dit onjuist en onhoudbaar is. Toch weigert het ministerie
de noodzakelijke aanpassingen door te voeren en wil nog minstens vijf jaar doorgaan met het huidige energielabel, ondanks de gebreken. Dit heeft niet alleen gevolgen voor bestaande woningen, maar ook voor nieuwbouw en de leveringszekerheid van onze energievoorziening.
Netcongestie door overbelaste warmtepompen
Nieuwe woningen worden tegenwoordig bijna altijd voorzien van een warmtepomp en vloerverwarming. Omdat de nieuwbouwnorm voor vloerisolatie met Rc=3,7 m²K/W veel te laag is, gaat er veel warmte onnodig verloren naar beneden. Dit betekent dat de warmtepomp extra hard moet draaien om voldoende warmte te leveren.
Wanneer het buiten echt koud wordt, verbruiken de warmtepompen samen zoveel stroom dat dit in de winter van 2023/24 al leidde tot problemen in bepaalde wijken. TenneT waarschuwt dat deze situatie, mede door de toename van warmtepompen na 2030, de leveringszekerheid ernstig zal ondermijnen, tenzij er nu maatregelen worden getroffen. De meest voor de hand liggende oplossingen zijn het verhogen van de nieuwbouwnorm voor vloerisolatie en het verbeteren van de streefwaarde voor bestaande woningen.
Aanpassing van de voorlichting Energieadviseurs en -consulenten zijn momenteel opgeleid met de overtuiging dat vloerisolatie weinig relevant is. In
Nieuwbouwwoningen nog onvoldoende geïsoleerd
Afname warmtestroom richting kruipruimte met TONZON Thermoskussens
Bouwjaar woning Bouwbesluit R-waarde afname met 3 luchtkamers afname met 4 luchtkamers voor 1983
werkelijkheid is goede vloerisolatie essentieel voor het creëren van een energiezuinige, comfortabele en gezonde woning. Hoe beter de begane grondvloer is geïsoleerd, des te meer de woning qua energie-efficiëntie kan concurreren met een etagewoning. Bij betere vloerisolatie is de behoefte aan extra verwarming korter en wordt er minder energie verbruikt om een comfortabel binnenklimaat te behouden. Bovendien zorgt een goed geïsoleerde vloer voor een hogere
vloertemperatuur, wat bijdraagt aan het voorkomen van vochtproblemen.
Scan de QR-Code om de petitie te ondertekenen.
VLOERISOLATIE
Toekomstbestendig isoleren met minimaal Rc=5,0 m2K/W
Het is verstandig om bij vloerisolatie te streven naar een hogere isolatiewaarde dan de minimale eis voor subsidie. Milieu Centraal raadt voor vloerverwarming een R-waarde van ten minste 5,0 m2K/W aan.
Goede isolatie is essentieel, ook zonder vloerverwarming. Met een betere isolatiewaarde gaat er minder warmte verloren, voelt de vloer warmer aan en bespaar je meer energie. Investeren in vloerisolatie loont, kies voor een isolatiewaarde van minimaal Rc=5,0 m2K/W en wees klaar voor de toekomst.
Wil je meer informatie over vloerisolatie?
Scan de QR-code
Duurzame isolatie: TONZON zet de standaard TONZON, opgericht in 1980, volgt de MeMo-principes (Mens- en Milieuvriendelijk Ondernemen). Dit maakt onze producten tot de meest duurzame en milieuvriendelijke isolatiematerialen op de markt, zelfs ecologischer dan bio-based alternatieven. Onderzoek van W/E Adviseurs en het NIBE heeft de levenscyclusanalyses (LCA’s) van verschillende isolatiematerialen vergeleken en bevestigt de lage klimaatimpact van TONZON’s producten. Door de focus op koolstofarme, circulaire en klimaatefficiënte oplossingen, stelt TONZON de standaard voor duurzame isolatie in de bouwsector. Voor meer informatie, bezoek: tonzon.nl/over-tonzon/duurzame-isolatie/
SINDS 1980
Comfortabel, energiezuinig en gezond. Onmisbaar bij vloerverwarming en warmtepomp
Advertentie TONZON
Volgens het huidige energielabel zou er bij vloerverwarming nauwelijks warmte naar de kruipruimte verloren gaan en bespaart vloerisolatie dus bijna geen energie.
Technologie en duurzaamheid bepalen succes in voedingsmiddelenindustrie
Technologische vooruitgang en veranderende consumentenverwachtingen krijgen steeds meer invloed op succes in de voedingsmiddelenindustrie. Daarnaast spelen tal van subthema’s die grote impact hebben op ontwikkelingen in de agri- en foodsector, zoals dataanalyse, automatisering, regelgeving en personeelskrapte.
Wat voor de consumentenmarkt in zijn algemeenheid geldt, speelt in het bijzonder voor de voedingsmiddelenindustrie. Een moderne technologische basis is steeds meer noodzakelijk om het bedrijf wendbaar en efficiënt te maken. Het blijft niet alleen bij deze observatie, er wordt wel degelijk gereageerd, stelt Marcel Koks, senior food industry strategy leader bij Infor, leverancier van branchespecifieke bedrijfssoftware. “In de voedingsmiddelenindustrie neemt de adoptie van technologie een hoge vlucht. Bedrijven worden steeds meer hightech, waarbij datainzichten en automatisering centraal staan. AI en machine learning spelen een cruciale rol bij het optimaliseren van productieprocessen en het verminderen van kosten. Dit vereist echter een solide digitaal platform om data vast te leggen, te analyseren en te gebruiken voor machine learning-toepassingen.” stelt Koks.
Marcel Koks, Senior Food Industry strategy leader, Infor
Barbecueproducten
Verbeteren van efficiëntie in de agri- en foodsector heeft onder andere te maken met het integreren van weersomstandigheden in vraagvoorspellingen. Zo kan warmer weer leiden tot een hogere vraag naar barbecueproducten en dranken, terwijl kouder weer de vraag naar andere producten kan stimuleren. “Dit soort data-inzichten helpen bedrijven om hun productie nauwkeuriger af te stemmen op de verwachte vraag, waardoor verspilling wordt verminderd en de efficiëntie toeneemt. Wat je nu vaak ziet, is een vorm van brandjes blussen; het weer slaat om, de vraag naar barbecuevlees stijgt en er worden extra productiehanden aan het werk gezet. Dat is lastig, zeker in deze tijd van arbeidstekorten. Door data-analyse en machine learning kunnen bedrijven deze veranderingen beter voorspellen en sneller reageren met de juiste inzet van mensen, middelen, grondstoffen en energie.”
Traceerbaarheid en Duurzaamheid
Consumenten stellen steeds hogere eisen aan de transparantie en duurzaamheid van hun voedsel. Ze willen weten waar hun
voeding vandaan komt en hoe duurzaam deze is geproduceerd. Hoewel blockchain en QR-codes momenteel nog niet wijdverbreid zijn, worden ze door vooruitstrevende bedrijven toegepast voor traceerbaarheid en merkversterking.
De Europese Unie heeft het digitale productpaspoort aangekondigd, dat op termijn ook van toepassing wordt op de voedingsmiddelenindustrie. Dit zal bedrijven dwingen om meer informatie over de herkomst en duurzaamheid van hun producten beschikbaar te maken. Sommige sectoren lopen hierin voorop door nu al in deze technologieën te investeren. “Een goed voorbeeld hiervan is de visvoeren aquacultuurindustrie, waar volledige traceerbaarheid van de productieketen al vereist wordt door sommige klanten. Deze klanten willen gedetailleerde informatie over de CO2-uitstoot en de gebruikte grondstoffen, wat hen helpt bij het maken van duurzamere keuzes. Dit soort initiatieven zal naar verwachting uitbreiden naar andere sectoren binnen de voedingsmiddelenindustrie.”
Automatisering en Personeelskrapte
Marcel Koks stelde het al: de voedingsmiddelenindustrie kampt met een tekort aan personeel, wat de noodzaak voor automatisering vergroot. Bedrijven investeren in moderne fabrieken en technologieën om de productiviteit te verhogen en de afhankelijkheid van menselijke arbeid te verminderen. Dit geldt niet alleen voor productieprocessen, maar ook voor administratieve taken. “AI kan bijvoorbeeld worden ingezet om handmatige beslissingen te automatiseren, zoals het controleren van ongebruikelijke bestellingen. Dit helpt bedrijven om sneller en efficiënter te reageren op veranderingen in vraag en aanbod, zonder dat er menselijke tussenkomst nodig is.”
Voedselveiligheid en Regelgeving Voedselveiligheid blijft een cruciaal thema in de voedingsmiddelenindustrie. Bij incidenten moeten bedrijven snel kunnen traceren waar een product vandaan komt en welke grondstoffen zijn gebruikt. Dit is een uitdaging, vooral omdat veel bedrijven in de keten nog steeds afhankelijk zijn van papierwerk in plaats van digitale systemen. Terugroepacties van levensmiddelen benadrukken de noodzaak van snelle en nauwkeurige traceerbaarheid om de impact van voedselveiligheidsproblemen te minimaliseren. Bedrijven moeten in staat zijn om binnen enkele uren, niet dagen, te achterhalen welke producten getroffen zijn en welke stappen moeten worden ondernomen om de veiligheid van consumenten te waarborgen.
Strengere regelgeving dwingt bedrijven om hun processen te digitaliseren en te voldoen aan hogere standaarden voor voedselveiligheid. Dit omvat niet alleen de traceerbaarheid van producten, maar ook de rapportage van duurzaamheidsprestaties, zoals energiegebruik en CO2-uitstoot.
Uitdagingen en Vooruitzichten
Koks benadrukt dat er weliswaar vooruitgang wordt geboekt, maar er nog volop uitdagingen in het verschiet liggen: “Veel bedrijven hebben hun fundament nog niet op orde en werken met verouderde software en handmatige processen. Dit belemmert hun vermogen om snel en effectief te reageren op regelgeving en veranderingen in de markt. Er is een dringende noodzaak voor bedrijven om te investeren in digitalisering en technologie.”
Om te slagen in de digitaliseringstransitie moeten bedrijven flexibel en innovatief zijn. Koks: “De toekomst van een voedingsmiddelenproducent hangt af van
het vermogen om deze uitdagingen aan te gaan en zich aan te passen aan de snel veranderende wereld. Daarnaast zullen bedrijven die voorop lopen in deze digitale transformatie waarschijnlijk profiteren van verbeterde efficiëntie, lagere operationele kosten en een sterkere marktpositie. Ook verstoringen van de toeleveringsketen door geopolitieke onrust en klimaatinvloeden zullen een rol spelen. Het vermogen om snel en effectief in te spelen op veranderingen, en om te gaan met complexe vraagstukken rond duurzaamheid en traceerbaarheid, zal van cruciaal belang zijn voor succes in de komende jaren.”
Meer informatie? Scan de QR-code
Door data-analyse en machine learning kunnen bedrijven sneller reageren met de juiste inzet van mensen, middelen, grondstoffen en energie
